SIGNAAL, MAART 2012, NUMMER 1
Signaal is een uitgave van de Stichting Duurzame Energie Koepel en gaat in op de belangrijkste duurzame energie ontwikkelingen in Nederland en Europa waar de Duurzame Energie Koepel bij betrokken is. De nieuwsbrief verschijnt 3 à 4 keer per jaar.
Her vorming Energiebelasting Op dit ogenblik voert het kabinet gesprekken om nieuwe wegen te vinden om de rijksbegroting op orde te krijgen. Het gaat daarbij niet alleen om bezuinigingen, maar ook om hervormingen. Er moet niet alleen minder worden uitgegeven door de overheid, maar er moet ook meer geld in het laatje komen. Dat is een verstandige insteek. Bezuinigingen zonder hervormingen leiden eerder tot een diepere recessie. Dit biedt een uitgelezen kans hervormingen door te voeren die onze energievoorziening verduurzaamt en een sterke nieuwe economische kracht kan ontwikkelen. Bezuinigingen prima, maar dan op de kosten van aanschaf van olie, kolen en gas die immers veelal buiten onze (EU) grenzen worden besteedt. Inzet op duurzame energie binnen onze samenleving leidt tot veel nieuwe economische activiteit (denk aan de bouwsector) en draagt daarmee bij aan het herstel van de economie. Het levert daarmee ook additionele nieuwe inkomsten voor de rijksbegroting door meer belastinginkomsten op loon -, BTW- en vennootschapsbelasting. Een dergelijke aanpak is al langer door de Duurzame Energie Koepel bepleit en volgt ook de lijn die de Europese Commissie voor zich ziet als belangrijke oplossingsrichting. De Commissie heeft vorig jaar een wijziging op de energiebelastingrichtlijn aangegeven waarin de energiebelasting in lijn moet worden gebracht met de klimaat en energiedoelstellingen van de EU. Met andere woorden: stimuleer duurzame energie door minder/geen energiebelasting op duurzame energie en verleg dit naar de vervuilende bronnen. Dit kan worden bereikt door een aanpassing van de energiebelasting. Deze belasting wordt nu geheven op alle vormen van energieopwekking. Dus kolen, gas en olie- maar ook op duurzame energie.
De belasting wordt overigens slechts selectief doorberekend, vooral naar de klein- en middenverbruikers en laat de grootverbruikers nagenoeg buiten schot. Een vergroening van de energiebelasting kan allemaal budgettair neutraal voor de overheid. Het is een andere richting dan de huidige Nederlandse praktijk, maar biedt in tijden van begrotingshervormingen een uitstekende kans. Deze hervorming van ons energiebelastingsysteem is ook noodzakelijk om decentrale duurzame energieopwekking echt een kans te geven. Alle actuele discussies over saldering, zelflevering en decentrale opwekking leiden pas tot resultaat, indien decentrale duurzame opwekking niet ook nog eens wordt bestraft met een belasting zoals die ook op vervuilende kolen geldt. Zoals bij iedere systeemhervorming zijn er natuurlijk nog veel details te regelen waarbij de verruiming van de salderings- en zelfleveringsmogelijkheden tevens moeten worden meegenomen. Dat mag ons echter niet weerhouden om de geboden kans te benutten. Het politieke en maatschappelijke draagvlak lijkt nu beter dan ooit. De Tweede Kamer heeft de afgelopen tijd breed, via verschillende moties en amendementen, het thema van de decentrale duurzame energieopwekking en saldering op de politieke agenda gezet. In de samenleving zijn ontelbare constructieve en creatieve plannen en initiatieven op het gebied van zelflevering en decentrale opwekking. Veel van deze initiatieven lopen vast op de wijze waarop nu de energiebelasting is ingericht. Als er blijkbaar zo‘n groot draagvlak is- zowel binnen de politiek, de maatschappij en de EU- om via een hervorming van de energiebelasting de energievoorziening te verduurzamen, dan is het toch ondenkbaar als dit niet de komende weken tot het Catshuis weet door te dringen. Teun Bokhoven, voorzitter Duurzame Energie Koepel
2
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 2
Eerste fase SDE+ 201 2 open op 1 3 maar t Op 13 maart om 09.00 uur precies gaat de eerste fase van de Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie (SDE+) 2012 open. De regeling is dit jaar op een aantal punten gewijzigd ten opzichte van 2011, waaronder stimulering van hernieuwbare warmte/wkk en de verplichting om een grootverbruikaansluiting te hebben voor zon-pv met opbrengst van meer dan 15 kWp. In 2011 is in de eerste fase het merendeel van de aanvragen ingediend en ook het merendeel van de subsidies van in totaal 1,7 miljard verleend. In combinatie met de introductie van de nieuwe warmtecategorieën is dit voor het ministerie aanleiding om fase 1 in 2012 te starten met een basisbedrag van maximaal € 7 ct/kWh (omgerekend: €ct 48,27/Nm3 en € 19,444/GJ). Dat betekent dat aanvragers er vroeg bij moeten zijn. De eerste fase is open van 13 maart (09.00 uur) tot 1 mei (17.00 uur). Hernieuwbare warmte Nieuwe categorie in de SDE+ 2012 is hernieuwbare warmte. Alleen de warmte die nuttig wordt aangewend komt in aanmer-
king voor subsidie. Voor duurzame warmtekrachtkoppelingsinstallaties (WKK-installaties) wordt zowel de geproduceerde hernieuwbare elektriciteit als de nuttig aangewende warmte ondersteund. Ook nieuw is dat voor nieuwe aanvragen het gebruik van energie op het eigen bedrijf subsidiabel, met uitzondering van het gebruik van energie in de productie-installatie zelf. Het ministerie heeft bepaald dat bij groen gas geen sprake is van eigen gebruik. In 2012 wordt de categorie zon-PV groter dan 15 kWp alleen opengesteld voor installaties die worden aangesloten op een grootverbruikersaansluiting (een aansluiting op het elektriciteitsnet van meer dan 3 * 80A). Vorig jaar is de SDE+ al opengesteld voor de productie van groen gas via hubs. Met ingang van 2012 wordt de SDE+ ook opengesteld voor groen gas hubs die uit ruw biogas gezamenlijk warmte of elektriciteit en warmte kunnen produceren. Vanaf 2012 wordt het voor categorieën, met uitzondering van windenergie, mogelijk om subsidiabele productie, indien deze niet is benut mee te nemen naar een volgend jaar, om later in te kunnen halen. Na de reguliere subsidieperiode krijgt de producent nog één jaar de tijd om eventueel niet benutte subsidiabele productie in te halen. Dit geldt ook voor installaties die al een SDE-beschikking hebben. Voor windenergie blijft in 2012 de zogenaamde windfactor gehandhaafd, waarmee het risico voor de exploitant om subsidie mis te lopen wordt afgedekt. (zie ook pagina 6 van deze Signaal voor meer over SDE+ en de windsector). Extra categorieën In 2012 wordt de SDE+ uitgebreid met de categorieën zonthermie met een apertuuroppervlakte van 100 m2 of meer, biomassavergassing en een categorie wind op land ‹ 6 MW met extra vollasturen. Tenslotte is dit jaar geregeld dat er nog subsidie kan worden aangevraagd voor bestaande biomassainstallaties van ten minste 8,5 jaar oud, die aan het einde van hun subsidieperiode zijn gekomen en nog door kunnen draaien.
3
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 3
Energiewinst op bedrijven terreinen te behalen met langdurige betrokkenheid Energiebesparing op bestaande bedrijventerreinen is een actueel en relevant onderwerp, waarmee veel energiewinst te behalen valt. De uitgave Energiewinst op bedrijventerreinen is een eenmalige uitgave van voormalig Platform energietransitie Gebouwde Omgeving, met Teun Bokhoven als hoofdredacteur. Het Platform is inmiddels opgeheven, maar deze uitgave is nog heel actueel en een zeer nuttig eindproduct waarmee veel energiewinst te behalen valt. Deze uitgave informeert u over de praktijkervaringen – successen, maar ook teleurstellingen en geleerde lessen - van een pilot bij 10 bedrijventerreinen, begeleid door het Platform. Het gaat over het vinden van een praktische aanpak om op een bestaand bedrijventerrein ondernemers te motiveren en aan te zetten tot het nemen van energie-
Online bliksemonderzoek onder leden Nu de besparingsonderhandelingen van het Kabinet nog volop aan de gang zijn, bereidt de Duurzame Energie Koepel in samenwerking met Direct Research een online bliksemonderzoek voor onder haar leden. Zodat de besparingen en vooral ook de ombuigingen bekend zijn, toetsen wij graag onder onze leden/bedrijven van al onze deelnemers/branches hun standpunten.
Nieuws uit Den Haag
besparende maatregelen. Ook vanwege de puur financiële effectiviteit van de maatregelen, want in de praktijk blijkt dat vaak nog de beste motivatie…. In de special komen onder andere praktijkverhalen van bedrijventerreinen aan bod, zoals Agriport A7. Maar ook enkele columns (waaronder een van Jan Terlouw) en een flink verslag van een rondetafelgesprek met Guus Mulder, Wim Konz, Gerard Fit, Willem van Eijk, Jankees Klapwijk, onder leiding van Teun Bokhoven. Deze uitgave is in te zien via: http://issuu.com/ geenbladvoordemond/docs/ energiewinst_op_bedrijventerreinen_dec2011. En nog meer informatie is te vinden op www.energiezuinigebedrijventerreinen.nl
De internationale concurrentiepositie van topsectoren Een excellent vestigingsklimaat creëren voor de topsectoren. Dat is de strategie van het kabinet-Rutte om de economische concurrentiekracht van Nederland te verbeteren. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL)heeft als aanvulling op de actieagenda‘s van de topteams (zie ook www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/ondernemersklimaat-eninnovatie/investeren-in-topsectoren) een studie uitgevoerd, Internationale concurrentiepositie van de topsectoren. Uit een benchmark van 256 Europese regio‘s blijkt hoe de Nederlandse regio‘s scoren ten opzichte van hun belangrijkste concurrenten in Europa. Voor de energiesector zijn drie regio‘s onderzocht: Zuid- en Noord-Holland en Noord-Brabant. ―Zo is het voor de topsector energie in Zuid-Holland van belang te investeren in een sterk private kennisbasis‖, aldus het rapport. Monique van Eijkelenburg, Directeur Strategie Duurzame Energie Koepel, heeft bij de opstellers van het rapport nagevraagd of in het onderzoek ook onderscheid is gemaakt, dan wel alsnog te maken is, in duurzame en fossiele energie. En ook heeft zij gevraagd om toelichting bij de onderliggende cijfers. Helaas bleek het onderscheid duurzaam/fossiel (nog) niet in het bestek van het onderzoek te vallen. Het PBL gaf aan dat dit
―data-technisch ook lastig was omdat veel bedrijven in de energiesector beide doen‖, maar hoopte in de toekomst wel dit onderscheid te kunnen maken. De Duurzame Energie Koepel houdt uiteraard de vinger aan de pols, zodat waar en wanneer mogelijk dit soort cijfers wel beschikbaar komen/worden gemaakt. Deze uitgave is te downloaden via www.pbl.nl of op te vragen via
[email protected]
Presentatie Energietransitiemodel Op 22 maart geeft het energieonderzoeksbureau Quintel op het kantoor van de Duurzame Energie Koepel een presentatie over hun energietransitiemodel. Met dit model kan de gebruiker ‗‘digitaal draaien aan de knoppen‘‘ om zo de mix van energie-opties bij te stellen. Het model kan duidelijkheid geven, onder meer bij de Green Deal offshore wind. Wat zijn namelijk de (mogelijke) effecten van deze Green Deal, waarin wordt gestreefd naar 40% kostenreductie in 2020 en groot aantal bedrijven in de keten te bereiken? Voor meer info en aanmeldingen, mail naar
[email protected]
4
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 4
Paul Nillesen, partner bij PricewaterhouseCoopers:
“Actievere houding van de overheid brengt veel meer duurzame initiatieven Een veel actievere inzet van overheden zouden meer duurzame initiatieven bij bedrijven en burgers opleveren. Dat zou bijvoorbeeld kunnen met het ondersteunen van een fonds om energiebesparende en duurzame investeringen in de gebouwde omgeving gefinancierd te krijgen. PricewaterhouseCoopers wil dit fonds naar Brits voorbeeld opzetten met een flink aantal Nederlandse partners. ―Het fonds is met veel enthousiasme ontvangen door de markt, zonder dat het subsidiegeld kost‖, zegt Paul Nillesen van PricewaterhouseCoopers (PwC), een van de partnerdeelnemers van de Duurzame Energie Koepel. DOOR HARMEN WEIJER PwC ondersteunt veel bedrijven en ook steeds meer overheden in het behalen van hun duurzaamheidsdoelen. Nillesen: ―Dat doen we op een breed gebied: fiscaal, subsidie, technisch en bedrijfsmatig. Daarbij willen we zo nuchter mogelijk blijven en de gedreven, ambitieuze opdrachtgever een spiegel voor houden. Het moet namelijk wel mogelijk zijn. We noemen onszelf dan ook een ‗kritische vriend‘.‖ Steeds meer bedrijven, zo constateert Nillesen, willen ook meer ondernemen met duurzaamheid en duurzame energie. ―Men komt er achter dat er geld mee te verdienen valt.‖ In dat opzicht is het jammer dat juist de Nederlandse rijksoverheid op dit vlak terugtrekt. ―Zij geeft wat subsidie - die SDE+ is helemaal zo slecht nog niet – maar ze trekt dan haar handen er weer van af. In ons omringende landen is dat niet het geval, en daar is de duurzame energiesector bloeiend.‖ Overheid zelf actief investeren Nillesen vindt dat Nederland dit op bepaalde vlakken ook moet nastreven. ―Allereerst is de financiering van de SDE+ nog steeds via de rijksbegroting geregeld, anders dan in Duitsland en Groot-Brittannië. Destijds is het robuuster maken van de financiering van duurzame energie via een opslag op de energierekening wel aangekondigd, maar ik hoor daar weinig meer van.‖ De overheid zou ook zelf actief kunnen investeren, bijvoorbeeld in een stopcontact op zee. ―Of liever gezegd, stopcontact langs zee, met aansluitpunten net buiten Den Helder en Borssele. Daarnaast kan de overheid indirect participeren in duurzame projecten via bijvoorbeeld Energie Beheer Nederland, en uitstappen als de projecten
operationeel zijn. Maar de overheid moet wel het initiatief nemen, als signaal om hiermee voorop te willen lopen.‖ De overheid zou kunnen kiezen voor meer parti-cipaties in projecten en de indu-strie, maar dan in de duurzame industrie. ―Dat kan al met garanties en leningen en sommige provincies doen dat al door de Essent- en Nuon-opbrengsten hiervoor beschikbaar te stellen in een revolverend fonds. In GrootBrittannië hebben ze dat gedaan in een Green Deal Finance Company. Daarbij worden energiebesparende en ook duurzame investeringen aan huizen door particulieren terugbetaald via een lagere energierekening. Een en ander wordt voorgefinancierd door dat fonds, waarin de markt en de overheid participeert.‖ Nationaal Fonds Energiebesparing PwC wil dat samen met een flink aantal partners ook in Nederland realiseren. Nillesen: ―Bij het initiatief om een Nationaal Fonds Energiebesparing op te zetten hebben we naast de energie- en installatiesector ook de banken betrokken. Momenteel is mijn collega Hans Schoolderman de voorbereidingen aan het treffen voor een haalbaarheidsstudie om te kijken hoe we dit gezamenlijk kunnen realiseren.‖ Dit appelleert ook aan de huidige trend van lokale duurzame energie-opwekking, zegt Nillesen. ―Dat zit toch wel intrinsiek in de Nederlander: zo veel mogelijk zelf aan de knoppen zitten, dus ook je eigen energie opwekken. Het is wat dat betreft een spannende tijd. Wie wordt de winnaar: grote energiecentrales of lokale duurzame energieopwekkers. Of misschien wel allebei‖, aldus Nillesen.
5 SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 5
Innovatiecontract Wind op Zee: 80 deelnemers Het Innovatiecontract Wind op Zee is in februari ingediend bij het Topteam Energie. Maar liefst 80 bedrijven en organisaties hebben met een Letter of Commitment aangegeven het contract van de Innovatietafel Wind op Zee te onderschrijven. Als onderdeel van het zogenaamde ‗topsectorenbeleid‘ heeft de overheid onder meer de windsector gevraagd om een visie op te stellen, waarin de sector zijn ambities tot 2020 uitspreekt en een agenda geeft voor de innovatieactiviteiten voor de komende jaren. De innovatietafel Wind op Zee heeft onder meer beschreven waar de sterktes van de Nederlandse offshore windsector liggen, hoeveel Nederlandse bedrijven er – wereldwijd – actief in zijn en waar de belangrijkste kansen voor innovatie liggen. In het contract is ook een mooi schema opgenomen van alle Europese offshore windparken tot nu toe en de Nederlandse betrokkenheid: geen park zonder Nederlandse inbreng. De innovatietafel heeft een ambitieuze, complete visie gegeven; er is niet gekozen voor een aantal op zich zelf staande innovatieprojecten, maar voor een totaalpakket. Daarbij is gekeken naar hetgeen door NWEA met de Rijksoverheid in de Green Deal Offshore Wind is afgesproken, namelijk dat er gewerkt wordt aan een demonstratiepark. Dat demopark is opgenomen in het innovatiecontract: een park van bijvoorbeeld 300
MW, waarvan 100 MW wordt ingevuld met een aantal innovatieve kavels, te bouwen in 2015/2016. Het Topteam Energie heeft inmiddels een eerste reactie gegeven op de plannen uit het innovatiecontract. Het demonstratiepark wordt positief beoordeeld; de toekenning van innovatiegelden lijkt bij het ter perse gaan van deze Signaal vooralsnog wat lager te komen liggen dan hetgeen de Innovatietafel Wind op Zee heeft voorgesteld, maar het belang van offshore wind als topgebied voor de Nederlandse economie is onderkend. Begin april moet minister Verhagen de verschillende innovatiecontracten tekenen. Binnen de sector energie gaat het om zeven contracten. Het innovatiecontract is te vinden op de website van NWEA www.nwea.nl.
Extra categorie voor wind op land in SDE+ 201 2 De definitieve basisbedragen SDE+ voor 2012 zijn gepubliceerd. De eerste fase van de SDE+ gaat dit jaar vanaf 13 maart open. Voor wind op land zijn er twee categorieën voor windturbines onder 6 MW en een voor turbines van 6 MW of groter. Daarmee is er een extra categorie bijgekomen, waarin met meer vollasturen (2650) gerekend kan worden. Deze extra categorie voor wind op land is een compromis. Voorzien was dat dit jaar differentiatie voor wind op land doorgevoerd zou worden. Een model daartoe was vorig jaar in overleg tussen het ministerie van EL&I en NWEA al vergaand uitgewerkt. Het ministerie besloot echter de invoering een jaar uit te stellen. NWEA constateerde daarop dat er voor windenergie geen gelijk speelveld is binnen de SDE+: wind kan binnen de SDE+ niet concurreren met de andere technieken om de laagste prijs en dat druist – constateerde NWEA - in tegen de opzet van de SDE+. Mede naar aanleiding van een motie door Tweede Kamerlid Marieke van der Werf (CDA) is daarop een tussenoplossing voor 2012 uitgewerkt, waardoor in elk geval een deel
Handelsmissies Op de website van NWEA staat onder ‗actueel/onder de aandacht‘ voortaan ook informatie over in- en uitgaande handelsmissies die voor windenergie interessant zijn. NWEA zelf is betrokken bij een netwerkbijeenkomst met de Belgische windsector op 26 april in Brussel.
van de wind op land-projecten een kans maken op SDE+. De 2650 vollasturen waarmee gerekend wordt, is een compromis. Het ministerie ging aanvankelijk van een hoger aantal uit, waardoor minder projecten er baat bij zouden hebben. NWEA gaat op korte termijn weer met EL&I in gesprek over de invoering en het model van differentiatie voor 2013.
Global Wind Day op 15 juni in Groningen De jaarlijkse Winddag 15 juni (Global Wind Day) wordt dit jaar gehouden in Groningen, met onder andere een aantal lezingen en debatten, een bedrijvenmarkt en een aantal gerichte busexcursies naar de Eemshaven. Speciale aandacht wordt ook besteed aan windgerelateerde opleidingen. Het programma en meer informatie is binnenkort te vinden op de website van NWEA www.nwea.nl/winddag. Een dag later, 16 juni, vindt daarnaast een ‘open winddag’ plaats. Deze is bedoeld om het brede publiek meer te betrekken bij windenergie. De opzet is vergelijkbaar met eenzelfde initiatief
6
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 6
Meeting over gevolgen van mogelijke leveranciers verplichting voor biomassa Het subsidielandschap voor duurzaam opgewekte energie gaat over enkele jaren drastisch veranderen met de mogelijke komst van een verplicht aandeel duurzaam voor energieleveranciers, de zogeheten leveranciersverplichting. Dat kan grote gevolgen hebben voor de productie van alle vormen van duurzame energie en biomassa in het bijzonder. Het Platform Bio-energie organiseert daarom op vrijdag 30 maart een interessante businessmeeting waarin deze overgang nader wordt geduid, vertelt voorzitter Dick Tommel van het Platform Bio-energie. In dezelfde meeting komen ook de duurzaamheidscriteria voor biomassa aan de orde. Hoewel een eventuele overgang niet eerder dan in 2015 plaatsvindt, is het voor veel investeerders in duurzame energie nu al van groot belang hoe het overheidsbeleid op korte en middenlange termijn er uitziet. ―Een leveranciersverplichting heeft drastische gevolgen voor investeerders in bio-energie‖, zegt Tommel. ―We zijn niet ten principale voor of tegen een dergelijke verplichting, maar het hangt sterk af van de voorwaarden of we er blij mee zullen zijn. Is bijvoorbeeld goed geregeld dat energiebedrijven hun biomassa niet massaal uit het buitenland halen? Uit het overleg dat het Platform Bio-energie voert met EnergieNed, blijkt dat de bio-energie waarschijnlijk tot 2020 alleen in Nederland zal worden afgenomen.‖ Hoe dit precies in zijn werk gaat en of dit bijvoorbeeld conform de EU-regels is, komt allemaal aan de orde op de meeting. Sprekers zullen zijn Jon Eikelenstam en Frank Kooiman van het ministerie van EL&I en Walter Ruijgrok van EnergieNed. Deze
sprekers zullen ingeleid worden door een vertegenwoordiger van het Platform Bio-energie. De bijeenkomst is niet alleen interessant voor leden van het Platform Bio-energie, maar voor iedereen die duurzame energie opwekt. ―Zo kan ik mij voorstellen dat deze meeting ook voor mensen en bedrijven actief in de windenergie heel interessant is‖, aldus Tommel. Duurzaamheidscriteria Op deze bijeenkomst worden tevens de duurzaamheidscriteria voor biomassa besproken. Tommel: ―Het Platform Bio-energie werkt samen met Stichting Natuur & Milieu om deze criteria op te stellen of verder uit te werken. Zoals bekend zijn voor vloeibare biomassa Europese criteria vastgesteld en ligt er voor vaste biomassa een voorstel klaar. Maar enkele houtproducerende landen, zoals Zweden, Finland en Oostenrijk, liggen daarbij dwars. Wij willen nu dat deze discussie stopt en dat duidelijk wordt wat nu precies duurzame vaste biomassa is. Op de bijeenkomst op 30 maart willen we dit aan de orde stellen.‖ Namens SNM zal Willem Wiskerke op de meeting spreken. Fokke Goudswaard spreekt namens het Platform Bio-energie. Daarnaast spreekt Ralph Brieskorn van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. De meeting is voor donateurs van het Platform Bio-energie gratis, voor nietdonateurs zijn de kosten: € 150,- (excl. BTW). De bijeenkomst vindt plaats bij Joulz, Nijverheidsweg 15 in Utrecht. De bijeenkomst start om 14.00 uur en zal, na de borrel, om circa 17.30 uur zijn afgelopen. Aanmeldingen voor de bijeenkomst kunnen per mail worden gedaan:
[email protected].
Foto: Flickr
7
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 7
NVOE boekt belangrijke winst bij inhoud AMvB Bodemenergie
Vereisten bij kleine bodem energiesys temen versoepeld De afgelopen maanden is door de NVOE hard gelobbyd om enkele belangrijke elementen in de nieuwe AMvB Bodemenergie te laten opnemen. De AMvB, die is qua invoering uitgesteld tot januari 2013, regelt onder andere dat de proceduretijd voor open systemen aanmerkelijk wordt verkort. Maar ook bij het opstellen van de zogeheten BUM- en HUM-documenten heeft NVOE aan de knoppen mogen draaien, vertelt Marc Koenders van IF Technology namens de NVOE. Marc Koenders: ―Het uitstel van de AMvB vinden wij niet zo heel erg. Het is beter dat het goed wordt geregeld, dan snel en minder goed. Wat wij goed vinden, is dat de proceduretijd voor vergunningaanvragen aanmerkelijk wordt verkort van 6 maanden naar 8 weken. Waar wij veel minder blij mee zijn, is dat het register van gesloten systemen niet nationaal kan worden ontsloten. Voor open systemen is dat op provinciaal niveau wel geregeld in de Waterwet, maar voor gesloten systemen bleek het te stuiten op te veel juridische hobbels. Dat vinden wij toch erg jammer.‖ Verder zijn er bij de AMvB door de Tweede Kamer enkele moties nog meegegeven; daar wordt in de loop van dit jaar naar gekeken. BUM en HUM Daarnaast is in de afgelopen maanden de laatste hand gelegd aan de zogeheten HUM‘s en BUM‘s. Deze afkortingen staan respectievelijk voor Handhavings Uitvoerings Methode en Besluitvormings Uitvoerings Methode voor zowel open als gesloten systemen. ―Deze documenten zijn belangrijk, omdat ze de bevoegd gezagen - gemeenten en provincies - handreikingen meegeven, waar ze bij open en gesloten systemen op moeten letten en aan welke voorwaarden ze moeten voldoen.‖ Belangrijkste winst is volgens Koenders geboekt bij de BUM voor kleine open systemen voor provincies. ―Het gaat hierbij om systemen tot 50m3/u. We zaten als NVOE in de werkgroep van de BUM‘s en de HUM‘s. In de besprekingen hebben we
duidelijk gewezen op de administratieve rompslomp bij de indienings- en onderzoeksvereisten. Deze vereisten zijn nu flink versoepeld: in plaats van de huidige gebruikelijke berekeningen, kan men straks af met slechts enkele kengetallen en opzoekgrafieken. Dat scheelt een stuk onderzoekswerk én een pak papier: van de huidige 30 pagina‘s zijn er straks nog maar 10 nodig. Het was de NVOE er zwaar aangelegen juist de aanvragen voor deze kleinere systemen te vereenvoudigen, omdat het gaat om 50 procent van het totaal van vergunningaanvragen voor bodemenergiesystemen. Terwijl het slechts gaat om 10 procent van grondwaterhoeveelheid in Nederland. Dit is een flinke impuls voor de markt, verwachten wij‖, aldus Koenders. De BUM‘s en HUM‘s worden naar alle verwachting dit najaar van kracht. Officiële erkenning Een andere goede ontwikkeling vindt de NVOE het instellen van een officiële erkenning van de overheid voor bodemenergiebedrijven. ―De overheid heeft vastgesteld dat per 1 januari alle bedrijven die bodemenergiesystemen ontwerpen, aanleggen en exploiteren, een officiële erkenning moeten ontvangen van de overheid. Deze bedrijven moeten gecertificeerd worden, bijvoorbeeld door KIWA; ook al ben je al jaren actief in deze sector. Wij vinden dat belangrijk, omdat op deze manier de kwaliteit van de sector wordt gewaarborgd‖, aldus Koenders.
8
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 8
Zonne-energiesector druk aan de slag met cer tificatiesys teem In het kader van de Richtlijn Hernieuwbare Energie is Nederland verplicht voor het einde van dit jaar een certificatiesysteem te hebben geïmplementeerd voor installatiebedrijven die omgaan met duurzame energie-technieken. Deze eis sluit goed aan bij de wens van de betrokken bedrijven voor zo‘n certificatiesysteem. Hiermee kunnen de goedwillende bedrijven hun deskundigheid laten zien en daarmee de investeringen in kennis en hulpmiddelen te gelden maken. DOOR GERARD VAN AMERONGEN De betrokken branches zijn samen met de overheid op pad om dit certificatiesysteem zo snel mogelijk te realiseren. De Duurzame Energie Koepel speelt hierbij een belangrijke rol om tot een certificatiesysteem te komen dat aansluit bij de wensen van de branches. Er wordt gewerkt aan een vrijwillig systeem van één duurzame-energiecertificaat dat wordt opgebouwd uit deelcertificaten voor elke afzonderlijke technologie. De overheid verbindt zich eraan om dit systeem te gebruiken in communicatie, inkoop en anderszins. De branches verbinden zich eraan om het systeem te gaan gebruiken en promoten. Dit is een grote uitdaging. Enerzijds om de extra lasten voor de betrokken bedrijven te minimaliseren en anderzijds om voldoende commerciële waarde voor het keurmerk te ontwikkelen. De Duurzame Energie Koepel heeft inmiddels, ondersteund door de branches, het voorstel gedaan om het certificaat onder te brengen in de vorig jaar door de Koepel opgerichte stichting Duurzame Energie Prestatie Keur. De stichting heeft de ambitie om duurzame-energieproducten- en dienstenkeuren te beheren en te promoten. Het certificaat voor de installatiebranche past hier uitstekend in. De komende maanden zal er veel werk verzet moeten worden om het certificaat vorm te geven. De opzet is om zoveel mogelijk gebruik te maken van bestaande kwaliteitssystemen en alleen wanneer het nodig is extra onderdelen toe te voegen.
SDE+ zonthermisch en Food Valley De voedingsindustrie gebruikt veel proceswarmte. Er zijn zeer goede voorbeelden, zoals de Van Melle fabriek, waar dit uitstekend draait. Nu de nieuwe SDE+ ook interessante grootschalige warmteopties biedt, gaat de Duurzame Energie Koepel graag in gesprek met Holland Solar en Food Valley hierover.
Foto: MetDeZon Het zal onvermijdelijk zijn dat er een beroep gedaan wordt op de leden van de branches om hieraan mee te werken.
Solardays: 5 t/m13mei En weer verwachten Holland Solar, ODE, Uneto/VNI en AgentschapNL meer evenementen en bezichtingsmogelijkheden van toepassing van zonne-energie en zonthermisch. De inschrijving van activiteiten is geopend! Ook sponsoren zijn nog welkom. Kijk voor alle informatie op www.solardays.nl of contact de nieuwe communicatievrouw van Holland Solar op
[email protected]
9
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Waterkracht in Nederlandse SDE+: beleid of loterij?
Pagina 9
www.energieuitwater.nl
Om waterkracht projecten in Nederland van de grond te krijgen, is beleid en visie nodig, niet alleen van de sector maar ook van de overheid. Waterkrachtprojecten vergen lange voorbereiding, ingewikkelde vergunningstrajecten en relatief grote investeringen, omdat het lage verval van rivieren of de vrije stroming in getijdengebieden innovatieve oplossingen vragen. Kortom: het zijn niet per definitie de goedkoopste projecten, maar bieden wel zeer betrouwbare en voorspelbare groene stroom (mits visvriendelijk!) en de kans om een Nederlandse export sector uit te bouwen. DOOR PETER SCHEIJGROND Het huidige SDE+-beleid schiet helaas te kort, ondanks de goede bedoelingen. Het credo is ‗voorrang voor goedkoop‘, maar dat is wat mij betreft geen visie waarmee je doelen realiseert. Mijn opa zegt altijd ―cheap things are expensive in the long run‖. Het is eerder een recept voor falen van het beleid, wanneer later blijkt dat projecten te goedkoop zijn ingediend en niet van de grond komen. Daarnaast creëert het een beleid van veel gemiste kansen voor ondernemers die met een realistisch budget en innovatieve oplossingen aan de slag willen. Neem nu de toegekende projecten voor de SDE+ vorig jaar. Eind januari publiceerde AgentschapNL het laatste overzicht van de stand van zaken van de SDE+ regeling voor aanvragen die in 2011 zijn ingediend en toegekend. Er is slechts 1 project ingediend in de categorie waterkracht, maar deze heeft geen subsidie gekregen. Uit een korte analyse valt op te maken dat het een project betreft ter grootte van circa 1 tot 3 MW. Verder is het project vermoedelijk ingediend voor de 11€ct/kWh, omdat het project vanaf september in de overzichten staat vermeld, nadat de tweede fase was opgesteld. In november schreef de minister al dat nagenoeg het volledige
“COFINANCIERING VAN OVERHEID HARD NODIG” De Duurzame Energie Koepel onderschrijft de mening van Peter Scheijgrond dat het Topsectorenbeleid van groot belang is voor waterkracht, zegt strategisch directeur Monique van Eijkelenburg van de DE Koepel. ―Vooral omdat waterkracht één van de pareltjes is voor de Nederlandse export. Om in aanmerking te blijven komen voor innovatiegelden vanuit de Europese Unie is cofinanciering nodig van de Nederlandse overheid. Daar moet de overheid ook ruimhartig in optreden, anders dreigen we onze innovatieve positie op waterkrachtgebied te verliezen. Die is nu nog hoog, want landen als Japan en Nepal, maar ook Canada en de Verenigde Staten vragen om onze technologie.‖
beschikbare budget van € 1,5 miljard wordt toegekend aan projecten die in de eerste fase hebben ingediend. Dat betekent dat deze projecten productiekosten kennen van maximaal 9 €ct/kWh. Een beperkt aantal projecten dat op de eerste dag van de tweede fase heeft ingediend, kan mogelijk in aanmerking komen voor subsidie in de tweede fase. Volgens de spelregels van de regeling is tussen deze projecten geloot. Kortom: het enige waterkracht project dat heeft ingediend, was overgelaten aan een loterij en heeft verloren. De SDE+ 2012 opent op 13 maart. Vanwege het ―overweldigend succes van 2011‖, gaat het basisbedrag in de eerste fase verder omlaag naar 7€ct/kWh! Dat betekent nog minder kans op implementatie van waterkrachtprojecten in Nederland. Het Topsectoren beleid zou de strategische aanvulling moeten zijn om innovaties van de grond te moeten krijgen, en ik blijf daar goede hoop op hebben, maar feit is dat er - op dit moment- nog geen projecten worden gefinancierd. De vraag is of initiatiefnemers voor waterkrachtprojecten wel genoeg tijd hebben om te wachten op betere tijden, of dat plannen sneuvelen vanwege gebrek aan beleid en dat zou jammer zijn, omdat waterkracht bij Nederland hoort.
10
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 10
Aanmelding 5e tranche Crisis - en herstelwet projecten geopend Tot 31 maart kunnen overheden nieuwe projecten aanmelden bij het ministerie van Infrastructuur en Milieu voor de vijfde tranche van de Crisis- en herstelwet (Chw). Met de Chw zijn projecten, bijvoorbeeld op het gebied van binnenstedelijke herstructurering of duurzame innovaties, te versnellen of weer vlot te trekken. Daarmee geeft de Chw een impuls aan een duurzaam herstel van de economie. Aanmelding is mogelijk voor de volgende typen projecten: Ontwikkelingsgebieden De bepalingen omtrent de ontwikkelingsgebieden bieden de mogelijkheid om de beschikbare milieuruimte te herverdelen en zo nodig voor een periode van maximaal 10 jaar van milieunormen af te wijken. Innovatieve experimenten Daar waar wettelijke regels en bepalingen belemmerend zijn voor een innovatief project, kan worden afgeweken van een tiental wetten en onderliggende bepalingen, mits het project bijdraagt aan een duurzame en economische ontwikkeling en innovatief is. Lokale en (boven)regionale projecten met nationale betekenis Projecten met een nationale betekenis waaraan alle betrokken overheden zich committeren, kunnen gebruik maken van een versnelde procedure. Daarnaast is het ontwerpbesluit vierde tranche in de Staatscourant (Staatscourant 2012, nr. 1264) gepubliceerd en naar de Tweede Kamer gestuurd. Het ontwerpbesluit wijzigt het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet en Bijlagen I en II van de Crisis- en herstelwet. Het ontwerpbesluit bevat de volgende onderdelen: Aanwijzing Ontwikkelingsgebieden De volgende gebieden worden aangewezen als ontwikkelingsgebieden: Waterfront Harderwijk Centrumplan Eerbeek/Brummen Spoorzone Tilburg Oostelijk centrumgebied Arnhem vliegbasis Soest/Zeist
mogelijk maken van grote installaties voor de verwerking van dierlijke mest in een gebied met een industriële bestemming. Aan Bijlage II worden de volgende projecten toegevoegd: landschapspark Lingezegen bedrijvenpark Deventer A1 glastuinbouwcluster Withagen en Afvalverwerking VAR (Voorst) nieuwe Driemanspolder (Zoetermeer) gebiedsontwikkeling luchthaven Twente Hofbogen Rotterdam stationsomgeving Driebergen-Zeist landgoed de Reehorst Rotterdamsebaan Den Haag N50 Ens-Emmeloord IJzeren Rijn Het blijft mogelijk om projecten en gebieden aan te melden bij het ministerie van Infrastructuur en Milieu. De sluitingstermijn voor de vierde Tranche was 1 oktober 2011. Deze procedure wordt tot 2014 een aantal keren herhaald. Via de helpdesk CHW (
[email protected]) kan men contact opnemen met het ministerie van Infrastructuur en Milieu en informeren of het zinvol is om te verzoeken om een project toe te voegen aan de volgende amvb. Voor het aanmelden van projecten voor de 5e tranche kan men informatie opvragen via
[email protected], of telefonisch bij Monique Arnolds (06-52595077) of Fenna Gutter (06-52595538).
Aanwijzing/wijziging Innovatieve experimenten Newtonpark Leeuwarden, waar de gemeente innovatieve bedrijven de ruimte wil geven. Gemeente Almere. Het gaat om het niet meer handhaven van bepaalde bepalingen uit het Bouwbesluit bij particulier opdrachtgeverschap. Aan Bijlage I wordt de volgende categorie toegevoegd: Verduurzaming landbouw. Het gaat in dit geval om het
Luchtfoto van afvalverwerker VAR (Foto: VAR)
11 SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 11
Villa Flora duurzaams te kantoorgebouw op Floriade 201 2 Over iets minder dan een maand – 5 april – wordt in Venlo de Floriade geopend. Het tienjaarlijkse evenement – met als ondertitel Wereld Tuinbouw Expo – laat zien hoe vooruitstrevend en duurzaam de tuinbouw op dit moment is. Dat geldt niet alleen voor in de kassen, maar ook hoe de tuinbouw de gebouwde omgeving duurzamer kan maken. Al waren de ambities aanvankelijk een stuk groter dan uiteindelijk het geval is. Het ontwerp biedt onderdak aan tal van ‗groene‘ innovaties. Zo is Villa Flora dusdanig gesitueerd dat optimaal gebruik wordt gemaakt van de zonne-energie. Het betonskelet van het gebouw is demontabel en herbruikbaar. Dat maakte een snelle bouwtijd mogelijk en zorgt bovendien voor een eenvoudige integratie van alle toe te passen technieken. Het gebouw kan daardoor gelijke tred houden met de ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid.
Middelpunt van duurzame bouw op de Floriade is de Villa Flora, het bijna dertig meter hoge expogebouw van de Floriade. Dit door architect Jòn Kristinsson ontworpen kantoor is vorig jaar oktober al opgeleverd, na een sneltreinbouw van minder dan een jaar. Villa Flora is zo‘n 10.000 m2 groot, en omvat 3.000 m2 voor kantoren, waarvan het grootste deel al is verhuurd, en 7.000 m2 aan exporuimte. Het kantoor is gerealiseerd met hulp van Agentschap NL en een hele trits aan fiscale en financiële ondersteuning. De komende jaren worden de prestaties van het kantoor gemonitord en de kennis en ervaringen die hier met energieneutraal en Cradle to Cradle-bouwen zijn opgedaan, worden verspreid.
Warmtewisselaars Een voorbeeld op het gebied van energie en Foto: Floriade 2012 water is de toepassing van zogenaamde Fiwihex warmtewisselaars in de kas en in het kantoor. Het rendement daarvan is ruim dubbel zo hoog als die van conventionele warmtewisselaars. Verder maakt Villa Flora optimaal gebruik van regenwater en loost het gebouw geen afvalwater op het riool. De energiezuinige verlichting wordt eveneens slim gestuurd. Hiermee is het gebouw volledig zelfvoorzienend qua energie en water, en een uithangbord voor de duurzame mogelijkheden in kantoren.
Heeft u interesse in informatie over handelsmissies en internationale activiteiten waarbij de Duurzame Energie Koepel betrokken is of die interessant kunnen zijn? Word dan lid van de LinkedIn Groep Duurzame Energie Koepel—Handelsmissies duurzame energie. Kijk hier voor meer info: www.linkedin.com/groups?gid=2771390&mostPopular=&trk=tyah
12
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 12
Extra impuls overheid maakt deelname van 21 –25 mei interessant
Handelsmissie duurzame energie naar Zuid - Afrika Duurzame energie is van cruciaal belang voor de ontwikkeling van de mondiale economie. Ook in Zuid-Afrika staat het ontwikkelen van voldoende, betaalbare en schone energie hoog op de agenda. Dit biedt Nederlandse bedrijven legio kansen voor interessante samenwerking. Daarom organiseert SANEC (Southern African Netherlands Chamber of Commerce) samen met Duurzame Energie Koepel en Partners for Innovation in opdracht van Agentschap NL, een handelsmissie naar Zuid-Afrika voor Nederlandse bedrijven actief in de duurzame-energiesector. Partner For Innovation is al jarenlang actief in ZuidAfrika op het gebied van duurzame energie. Kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven De snelgroeiende economie van Zuid-Afrika heeft grote behoefte aan goede energietechnologie, -kennis en -expertise om de 50 miljoen inwoners en het bedrijfsleven van energie te voorzien. Een stijgende energievraag, een rijkdom aan natuurlijk bronnen, ruimte, goede infrastructuur en de vastomlijnde wens van de Zuid-Afrikaanse overheid om te investeren in duurzame energie, creëren grote kansen voor Nederlandse duurzame-energiebedrijven. De focus is gericht op Solar, Wind, Water, Waste to Energy, Geothermal en Biobased Economy (biogas, biomass & biofuel). ―In (Zuid-)Afrika zijn er door de huidige energie-infrastructuur al op korte termijn aanzienlijke kansen voor duurzame energie. Het gaat om een potentieel van gigawatts‖, aldus Hans van Breugel, bestuurslid van Duurzame Energie Koepel en voorzitter van EWA. ―Dit komt omdat de kostprijs van energie in Azië en Afrika nu nog relatief laag is in vergelijking met die in Europa. Zodoende kunnen verschillende vormen van duurzame energie in kostprijs nu al concurreren met de bestaande energievormen op deze plekken.‖ Verder is Zuid-Afrika, naast Vietnam en Colombia, gekozen tot prioritair land van het ministeries EL&I en Buitenlands Zaken samen om de economische relaties te verstevigen (mogelijk als ontwikkelingssamenwerking). In de komende jaren wordt
er naar verwachting jaarlijks € 25 miljoen geïnvesteerd in relatieopbouw en verkrijgen contracten. Dus deze missie is het begin van een serie doelgerichte activiteiten en is qua aanpak vergelijkbaar met versnellingstafels Topgebiedenbeleid. Programma missie Tijdens de handelsmissie worden verschillende locaties, relevante overheidsinstanties en reeds aanwezige Nederlandse bedrijven bezocht. Ook worden ontmoetingen met potentiële klanten gearrangeerd. Uiteraard kunnen deelnemende bedrijven hun specifieke wensen kenbaar maken om de missie nog effectiever in te vullen. Op 21, 22 en 23 mei staat de handelsmissiedeelnemers tijdens de African Utility Week (www.african-utility-week.com), een Holland Paviljoen ter beschikking, gesponsord door de Nederlandse overheid. Dit biedt organisaties een unieke kans voor extra profilering tijdens de handelsmissie. De handelsmissie is zeer interessant voor leden van de bij de Duurzame Energie Koepel aangesloten branches, juist ook omdat de missie onder de vlag van de Nederlandse overheid plaatsvindt en vanwege de financiële incentive vanuit de Nederlandse overheid ter bevordering van economische samenwerking met onder andere ZuidAfrika, de zogeheten transitie-faciliteit.
Meer informatie en aanmelden De kosten van deelname bedragen € 950,- (excl. BTW, reis- en verblijfkosten) per deelnemend bedrijf, inclusief participatie in het Holland Paviljoen. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met M.J. van Eijkelenburg,
[email protected]. Voor meer informatie en voor aanmelding kunt u ook terecht op www.agentschapnl.nl/cpa/zafrikaenergie
13
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 13
“ Voor Enterprise Europe Network is duurzaam een werkwoord” Het Enterprise Europe Network helpt het MKB bij het ondernemen en innoveren in Europa. Het netwerk bestaat uit bijna 600 organisaties in 40 landen. In Nederland zijn Agentschap NL en Syntens aangesloten. Innovatieadviseur bij Syntens, Ruben van der Horst, is tevens adviseur Duurzame energie binnen het Enterprise Europe Network. ―Duurzame mobiliteit is bijvoorbeeld een zeer vaak voorkomend thema op vragen en aanbod van Europese ondernemingen. Op dit moment staan er in onze Europese database wel 90 verzoeken uit waar wij aanbod bij zoeken”, zegt Van der Horst. Deze verzoeken variëren van wie kan knowhow leveren om energie te maken uit het afval van oude autobanden tot wie een innovatieve methode kan aanleveren om goederen efficiënt te verpakken op een pallet. Van der Horst: ―Een steeds terugkerend thema in de verzoeken van bedrijven is kennis over elektrische mobiliteit. Intus-
sen hebben wij daar al vele bedrijven in verder geholpen en gekoppeld aan gewenste kennispartijen, etc. In dat kader wijs ik op een bijeenkomst die de stichting KIEN hield op 7 maart, Elektrisch Vervoer en de kansen voor de E-installateur. Hier is veel informatie verstrekt over de elektrische auto maar ook wat elektrisch rijden betekent voor het elektriciteitsnet in de toekomst.‖ Er zijn er nog twee extra bijeenkomsten op dinsdag 13 maart (Radio Kootwijk (nabij Apeldoorn) en woensdag 14 maart 2012, in Eindhoven. Alle bijeenkomsten vinden plaats van 16.00 tot 20.00 uur. Voor meer informatie over duurzaamheidsvragen kunt u contact opnemen met Syntens Innovatieadviseur Ruben van der Horst
Nieuwe website en meer sociale media Duurzame Energie Koepel in de maak In de komende maanden zal de website van de Duurzame Energie Koepel volledig op de schop gaan. De website wordt voor de zomer geheel vernieuwd en gemoderniseerd. Met de nieuwe website kan de Duurzame Energie Koepel makkelijker en meer nieuws voor en van leden van de Duurzame Energie Koepel publiceren. Ook kan via de website de duurza-
me agenda goed gevolgd worden. Vanuit een besloten deel, die voor ieder lid van de Duurzame Energie Koepel na registratie is te raadplegen worden de achtergronddocumenten rondom consultaties, Tweede Kamerbesluiten en –moties gedeeld. Daarnaast gaat de Duurzame Energie Koepel nog meer gebruik maken van sociale media: twitter, Facebook en LinkedIn. Op dit moment twittert strategisch directeur van Duurzame Energie Koepel, Monique van Eijkelenburg al volop via @mjvaneijkelenbu. De Duurzame Energie Koepel heeft ook een eigen twitteraccount: @duurzameenergiekoepel. Daarnaast worden via een slimme twitterfeed al nieuwsitems op de site van de Duurzame Energie Koepel direct op Twitter gezet. Verder zijn er al zes LinkedIn-netwerkgroepen, variërend van de algemene groep tot Export/handelsmissies. Ook de al bestaande LinkedIn-pagina‘s zijn te volgen en te delen via de website. Nieuw is Facebook, want ook de Duurzame Energie Koepel is te ‗liken‘ via Facebook. En dit alles heeft als doel de leden van de Duurzame Energie Koepel zo veel mogelijk in het nieuws te brengen.
14
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 14
KO RT NI EUWS ***KORT NI EUWS ***KO RT NI EU Bareau en KWR Water ontvangen subsidie voor pilot slibvergisting
Lancering testmodule voor zeewierteelt in offshore windparken
Veertien aanvragers voor de tender Effectieve en Efficiënte Vergistingketen van de Innovatieagenda Energie hebben subsidie ontvangen om werk te maken van het zo rendabel mogelijk vergisten van biomassa. Hiervoor is zeven miljoen euro beschikbaar. Zowel Bareau als KWR Water hebben een subsidie voor hun pilotproject ontvangen.
Ecofys begint een proef met de offshore teelt van zeewier voor combinatie met offshore windenergie. Op 29 februari vertrok de teeltmodule vanuit de NIOZ-haven op Texel naar een oud zandwingebied 10 kilometer ten westen van het eiland. Eind juni hoopt Ecofys de eerste tonnen Hollands zeewier te kunnen leveren voor de productie van vis- en veevoer, biobrandstoffen en energie. ECN legt zich toe op de mogelijkheden van bioraffinage van zeewier naar eiwitten, componenten voor biobrandstoffen en brandstof voor energieopwekking.
De inzending van duurzaam technologie-bureau Bareau voor de prijsvraag ―Effectieve en Efficiente Vergistingsketen (EEV)‖ is door AgentschapNL als beste beoordeeld. Bareau en zijn partners A.Hak en Norit/Xflow hebben met het concept ―Autogenerative High Pressure Digestion (AHPD)‖ een subsidie gekregen om een proefproject te bouwen. AHPD is een nieuwe technologie waarmee op biologische wijze duurzame energie wordt teruggewonnen uit afvalwater. Bareau doet dit door anaërobe bacterieën in te zetten voor de productie van methaan en de opbouw van gasdruk uit organisch afval en afvalwater. Tegelijkertijd wordt drinkwater bespaard, kooldioxide afgescheiden en afvalwater gezuiverd zonder extern energiegebruik. Drukgisting kan op bestaande waterzuiveringsinstallaties worden ingezet, maar beter nog decentraal in een woonwijk. Daar kan de Energie Prestatie Coefficient (EPC) met 10% worden verbeterd zonder invloed op de prijs van een huis. Ook industriële toepassingen zijn in ontwikkeling. Meer info: www.bareau.nl
Nederlandse Expo SOS Planet nog niet rond, noodzaak blijft In de vorige editie van Signaal is er aandacht gevraagd voor Expo SOS Planet. Deze expositie heeft anderhalf jaar lang in het Belgische Luik meer dan 200.000 mensen weten te trekken. De expositie is begin januari gesloten, maar de Duurzame Energie Koepel heeft geprobeerd de expositie naar Nederland te halen. De Duurzame Energie Koepel besloot tot deze voor haar ongebruikelijke activiteit op te pakken. Motivatie van het bestuur hiervoor is dat het keer op keer noodzakelijk blijkt de verduurzaming in Nederland (waaronder die van duurzame energie) aan het brede publiek uit te leggen. Expo SOS Planet vult met feiten, mooie decors en prachtige beelden exact het gat tussen klimaatsceptici en de duurzame sectoren. Om te voorkomen dat de mooiste decors zouden sneuvelen zodra de expositie in Luik zou stoppen, is getracht deze te bewaren. Helaas is daarvoor niet genoeg financiering binnengehaald. Maar dat laat onverlet dat een dergelijke expositie in Nederland nog steeds van waarde zou zijn. Op dit moment wordt door derden naarstig gezocht naar financiers. Mocht u daarbij kunnen helpen, of inhoudelijk uw medewerking kunnen verlenen, neem dan contact op met het bureau van de Duurzame Energie Koepel.
De innovatieve zeewierteeltmodule, die 20 bij 20 meter groot is, bestaat uit een geheel van stalen kabels die twee meter onder water worden gehouden door ankers en drijvende boeien. Tussen de kabels hangen horizontale netten van 10 bij 10 meter. Aan die netten zijn kleine plantjes bevestigd van zeewieren die van nature in de Noordzee voorkomen. Uit de proef moet blijken hoe ‗Noordzeebestendig‘ de module is, hoe de plantjes het gaan doen en wat de ecologische effecten zijn. Als de proef slaagt, hebben de projectpartners een wereldwijde mijlpaal bereikt: offshore teelt van biomassa Mogelijkheden voor meervoudig ruimtegebruik door combina(bio-offshore). tie van offshore windparken met verschillende vormen van aquacultuur. Foto:ECN De proef moet ook aantonen dat de module geschikt is voor zeewierteelt in offshore windparken, dus erg ‗positie nauwkeurig‘. Want potentieel vormen zeewier en windturbines een goede combinatie. Een windpark is afgesloten van scheepvaart en visserij. Daardoor is het een soort natuurpark op zee. Vissen zullen op de zeewiervelden af komen en ze gebruiken als beschutte plaats en zelfs als kraamkamer. Zeker als de velden hectares groot worden, wat in theorie mogelijk is. ‗Offshore renewables‘ Daarnaast levert het zeewier voedingsstoffen en energie op. Onderzoeksinstituut ECN bekijkt momenteel de mogelijkheden van bio-raffinage van zeewier naar eiwitten, componenten voor biobrandstoffen en brandstof voor energieopwekking. Zo haalt het Ierse bedrijf OceanFuel uit zeewier nu al eiwitten die geschikt zijn als vervanging voor vis- en veevoer. Bij grootschalige productie op zee kunnen grote landarealen aan sojaproductie vervangen worden. Deze combinatie van duurzame voedsel- en energieproductie past goed in de gedachte van de ‗bio-based economy‘. Het gaat hier om offshore renewables in de breedste zin van het woord. De module is onder leiding van Ecofys tot stand gekomen in een consortium met Eneco, ECN, BLIX, Van Beelen Netting, Pipelife, OceanHarvest, VIRO en De Vries & Van de Wiel. Het NIOZ heeft de bouw van de module gefaciliteerd in zijn kennishaven, ondersteund door Noord-Hollandse uitvoerders. Voor financiering zorgde het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.
15
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 15
Es tafetteColumn DOOR FOKKE GOUDSZWAARD Schaatsend door het Hollandse landschap laat ik tot me doordringen wat ik zie. Het massale enthousiasme voor een tocht op tijdelijk bevroren water. De – vaak oudere – vrijwilligers van het stempelen en vegen. Het eeuwenoude landschap afgewisseld met oprukkende buitenwijken en losse villa‘s van nieuwe rijken. Het afnemende aantal plant- en diersoorten in de weiden en de plukjes bos. Ik denk na over de toegankelijkheid van de mensen die hier op het ijs allemaal gelijk zijn, de hulpvaardigheid, het geduld van de automobilisten op de smalle boerenweggetjes met overstekende klunende schaatsers. Over het snijdend koude maar toch mooie weer met volop zon. Ik praat over de wortels van de ijscultuur in ons land, over het contrast tussen enerzijds de opwindende romantische persoonlijke krachtmeting met de elementen en anderzijds de kilometerslange rijen geparkeerde auto‘s op het stijfbevroren gras. Ik denk aan mijn zoons die vóór en achter mij schaatsen en aan het kind dat ik zojuist probeerde te leren schaatsen – althans probeerde te laten
voelen dat het leuk is om op het ijs te zijn ondanks koude voeten en andere sores. En ik bedenk dat dit – volgens mij – allemaal met duurzaamheid te maken heeft. De beroemde Brundtland-commissie, geleid door de vrouw die eerder premier van schaatsland Noorwegen was, zei het indertijd zo: duurzaamheid is ervoor zorgen dat de volgende generaties niet mínder maar méér mogelijkheden hebben dan onze eigen generatie. In mijn werk (standpuntenbedenker bij Eneco) doe ik mijn best om dat uitgangspunt te concretiseren naar energiebeleid. Samen met de andere leden van de Duurzame Energie Koepel komen we daarmee steeds verder, langzaam maar zeker. Toch kan ook een dagje niet-werken om mijmerend te schaatsen iets bijdragen aan het beleven en bevorderen van duurzaamheid. Ik geef mijn pen door aan Ria Kalf van Platform Bio-energie.
16
SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
MVO meer dan alleen technisch Bij maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) wordt veelal gekeken naar technische oplossingen dan wel maatregelen om grondstoffen te besparen, uitstoot te verminderen of het energieverbruik te beperken. Er zijn echter ook andere mogelijkheden om een bijdrage te leveren aan MVO. Op dit moment zitten er 180.000 Wajongers thuis met een uitkering terwijl veel van hen graag willen en kunnen werken. Eén van de oorzaken is dat veel ondernemers onvoldoende op de hoogte zijn van de mogelijkheden die Wajongers bieden. Geldt dit ook voor u? UWV heeft het initiatief genomen om workshops voor ondernemers te organiseren genaamd InBeeldt en lanceert dit landelijk. Om kennis op te doen over succesvol werken met Wajongers biedt InBeeldt kosteloos de workshop ‗Wajong in Bedrijf‘ aan. Welke mogelijkheden zijn er en wat betekent dit voor uw organisatie. Daarbij is uiteraard ook aandacht voor uw commerciële en organisatorische belangen. De workshop duurt circa 3,5 uur. Daarbij wordt stil gestaan bij de volgende onderwerpen: HRM-beleid, bedrijfscultuur, wet- en financiële regelgeving, werkprocessen en welke begeleiding leidt tot een duurzame inzetbaarheid, en wat betekent concreet voor u. De workshop is bedoeld voor iedereen die zich bezig houdt met personeelsvraagstukken en HRM beleid binnen bedrijven en organisaties die Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen hoog in het vaandel hebben. Voor aanmelden of meer informatie kunt u contact opnemen met Bea Blom 06-22904290 of stuur een mail naar
[email protected] Of ga naar onze site www.InBeeldt.org
Signaal lezers zijn uitgenodigd om te reageren op de ontwikkelingen in de duurzame energiesector via de LinkedIn groep Duurzame Energie Koepel
Pagina 13
Naast de brancheverenigingen zijn de volgende bedrijven deelnemer van de Duurzame Energie Koepel
17 SIGNAAL, JAAR 2012 UITGAVE 1
Pagina 17
OVER STICHTING DUURZAME ENERGIE KOEPEL De Duurzame Energie Koepel is in 2002 opgericht en heeft tot doel de toepassing van duurzame energie in Nederland te bevorderen en te stimuleren. De stichting richt zich met name op het vergroten van de invloed op de politiek en de beleidsmakers ten gunste van duurzame energie en houdt zich bezig met directe (generieke) belangenbehartiging van de duurzame energiesector. In eerste instantie ligt het accent op Nederland, maar daarnaast, mede via EREF en EREC, ook op Europa. Het uitgangspunt hierbij is dat alle vormen van duurzame energie noodzakelijk zijn om de (inter)nationale doelstellingen ten aanzien van het gebruik van duurzame energie, het beperken van de uitstoot van CO2 en het beperken van de milieubelasting ten gevolge van de energievoorziening te realiseren. De deelnemende brancheorganisaties vertegenwoordigen ruim 400 bedrijven en instellingen op het gebied van duurzame energie en vormen daarmee een krachtige vertegenwoordiging van de sector. De voorzitters van de aangesloten brancheverenigingen vormen het bestuur van de stichting. Daarnaast kent de Duurzame Energie Koepel een visievormende deelnemersraad waarin bedrijven en organisaties zitting hebben. De verschillende brancheverenigingen voor duurzame energietechnologieën die zijn vertegenwoordigd in de Duurzame Energie Koepel zijn:
Zonne-energie Vereniging Holland Solar
Windenergie Vereniging Nederlandse Wind Energie Associatie (NWEA)
Bio-energie
Warmtepompen
Stichting Platform Bio-Energie (PBE)
Dutch Heat Pump Association (DHPA)
Koude en warmte opslag Nederlandse Vereniging voor Ondergrondse Energieopslagsystemen (NVOE)
Energie uit Water Vereniging Energie uit Water EWA)
DEELNEMER DUURZAME ENERGIE KOEPEL WORDEN? Herkent u de filosofie van uw bedrijf of organisatie in onderstaande doelen van de Duurzame Energie Koepel? Wilt u bij politici en beslissers in Europa en in Nederland het geluid over hernieuwbare energie (inclusief decentrale opwekking) laten horen? En wilt u dat de belangen behartigd worden vanuit een positie waarin geen enkele afhankelijkheid bestaat van overheidsgelden? Vraag dan een gesprek met het bestuur aan over de mogelijkheden om toe te treden tot het selecte visievormende deelnemersberaad van de Duurzame Energie Koepel. Mail naar
[email protected] of bel 030-2340503. Het doel van de stichting is het bevorderen van de toepassing van duurzame energie en alles wat hiermee (in)direct verband houdt.
COLOFON
Duurzame Energie Koepel
Definitie duurzame energie
Korte Elisabethstraat 6
3511 JG UTRECHT
geen negatief effect of schade voor toekomstige generaties; de bron is onuitputtelijk of hernieuwbaar; de conversieprocessen passen binnen de maatschappelijk aanvaarde milieunormen.
Doelstellingen Duurzame Energie Koepel
creëren van een maatschappelijke omgeving waar duurzame energieproducten en -diensten kunnen worden afgezet die de continuïteit van de branche verzekert en zorgt voor groei; evenwichtig beïnvloeden van de beleidsmakers; integreren van duurzame energie in landelijke, stedelijke en offshore omgeving.
Potentiële deelnemers koepelorganisaties die een collectief belang behartigen voor duurzame energietechnologieën; bedrijfsmatig betrokken rechtspersonen.
contact: 030 234 05 03
[email protected] www.dekoepel.org Redactie:
Monique van Eijkelenburg (Directeur Strategie)
[email protected] Twitter: @mjvaneijkelenbu
Harmen Weijer, www.weijercommunicatie.nl Irene Hebbes,
[email protected]