RIS075296_000519
HAAGSE GEHANDICAPTEN IN DE LIFT
NOTA INTEGRAAL BELEID LICHAMELIJK GEHANDICAPTEN
GEMEENTE DEN HAAG
mei 2000
1
I. Inleiding. In de achterliggende tien jaar hebben lichamelijk gehandicapten een steeds nadrukkelijker en zelfbewuster positie in de maatschappij ingenomen. Als gevolg daarvan zijn de mogelijkheden en voorzieningen voor gehandicapten fors uitgebreid. De belangrijkste doelstelling is daarbij steeds geweest dat gehandicapten gelijke ontplooiingskansen hebben en een gelijkwaardiger maatschappelijke positie kunnen innemen, binnen de beperkingen die de handicap met zich meebrengt. De rol van de lokale overheid, het gemeentebestuur, is daarbij steeds groter geworden. Op verschillende plaatsen in de gemeentelijke organisatie wordt beleid t.b.v. gehandicapten ontwikkeld en uitgevoerd of worden gehandicapten als aparte doelgroep bij de bredere beleidsontwikkeling betrokken. Wanneer deze ontwikkeling wordt geplaatst naast het feit dat de laatste Nota Gehandicaptenbeleid al weer tien jaar oud is, is het duidelijk dat het de hoogste tijd is voor een nieuw, eigentijds beleidskader waarbinnen het brede scala van gemeentelijke maatregelen voor gehandicapten verder kan worden ontwikkeld. Daarnaast is er binnen de gemeentelijke organisatie een groeiende behoefte aan meer coördinatie en afstemming van alle maatregelen en voorzieningen die de stad voor gehandicapten beschikbaar heeft en nog wil gaan ontwikkelen. In deze nota wordt een aanzet gegeven voor de ontwikkeling en uitvoering van integraal gehandicaptenbeleid voor Den Haag in de komende jaren. “Integraal beleid” is een modern maar ook nogal abstract begrip. In het gehandicaptenbeleid gaat het daarbij niet alleen om meer coördinatie, afstemming en regievoering binnen de gemeentelijke organisatie, maar ook om de opdracht om bij alle maatregelen, plannen, regels en voorstellen die de gemeente maakt na te gaan wat deze voor gehandicapten zullen betekenen. Dat gaat het beste door daar vooral vaak met de gehandicapten zelf over te praten en zo na te gaan wat hun ervaringen zijn, waar de tekortkomingen zitten, wat er nog gebeuren moet. Integraal beleid maken en uitvoeren in voortdurend gesprek met gehandicapten zelf heeft tot doel gehandicapten een gelijkwaardige plaats in de samenleving te bieden.
2
Deze beleidsnota richt zich op lichamelijk gehandicapten . In een later stadium zal ook een op verstandelijk gehandicapten gerichte nota verschijnen. Maar de verschillen tussen de wensen en behoeften van deze twee groepen zijn zo groot dat het noodzakelijk is daar aparte, specifieke aandacht aan te schenken. Gehandicaptenbeleid is een kwestie van urgentie en lange adem tegelijkertijd. Urgent omdat we het liefst alle voorzieningen voor gehandicapten morgen beschikbaar willen hebben, lange adem omdat ook hiervoor de mogelijkheden door tijd en geld begrensd worden. Daarnaast verandert de maatschappelijke werkelijkheid momenteel zo razendsnel dat we vandaag niet opnieuw het beleid voor tien jaar kunnen en willen vastleggen. Het streven is erop gericht de voorstellen in deze notitie in de resterende en de volgende collegeperiode uit te voeren en ondertussen met elkaar van gedachten te wisselen over wat er daarna moet gebeuren. De gemeente Den Haag kan daarbij niet zonder de inbreng van de Haagse gehandicapten zelf en zal hen daarom voortdurend bij de gedachtevorming en beleidsontwikkeling blijven betrekken. Want gehandicapten zijn zelfstandige individuen die vanuit de eigen positie op mondige wijze hun belangen kunnen en moeten behartigen en hun wensen realiseren. Op die eigen verantwoordelijkheid wil de gemeente hen graag aanspreken om samen met hen tot verdere verbetering van hun positie te komen.
3
2. Korte terugblik in de tijd. In de inleiding werd al gesteld dat er in de afgelopen jaren al veel beleid voor gehandicapten is uitgevoerd en dat de rol van de gemeente daarbij belangrijker is geworden. Dat werd vooral veroorzaakt door de overheveling van de uitvoering van de AAW van de rijksoverheid naar de gemeenten in 1994 onder de naam Wet Voorzieningen Gehandicapten. Vanaf dat moment kreeg de gemeente de zorgplicht om voor gehandicapten en ouderen vervoersvoorzieningen, woningaanpassingen en hulpmiddelen aan te bieden. Met name de uitbreiding van dit pakket aan voorzieningen naar de grote groep ouderen is, na een intensieve voorlichtingscampagne met aansprekende informatiefolders, goed op gang gekomen. Bij de invoering van de Wvg heeft de Raad Welzijn Gehandicapten (RWG) op intensieve wijze een nuttige bijdrage geleverd. De middelen voor vervoer zijn vooral ingezet t.b.v. lokaal collectief vervoer ( “de taxibus”) waardoor gehandicapten aanzienlijk meer taxikilometers konden gaan maken dan voorheen het geval was. Door aanvullingen vanuit het rijksbeleid werd het daarnaast ook mogelijk het vervoer voor gehandicapten buiten de stad mogelijk te maken (“Traxx”). Vanuit een apart budget (5 ton) konden jaarlijks bijzondere, éénmalige projecten voor gehandicapten worden gerealiseerd, zoals het toegankelijk maken van openbare gebouwen en het experimenteren met vernieuwende projecten. In de loop van de jaren werd de uitvoering van de Wvg steeds verder verbeterd, o.a. door de gezamenlijke huisvesting van alle organisaties die daarbij betrokken zijn (1e Van der Kunstraat), het stroomlijnen van de indicatiestelling en het bijstellen van de regels en het voorzieningenpakket na diverse evaluaties van het beleid en de uitvoering . Ook is het functioneren van de taxibus tussentijds en bij het afsluiten van de nieuwe uitvoeringscontracten in kwaliteit toegenomen. De wachttijden zijn verminderd door de invoering van de terugbelfunctie en de dienstverlening aan cliënten is verder uitgebreid. Ook bij het verstrekken van overige hulpmiddelen als rolstoelen zijn steeds opnieuw verbeteringen aangebracht. De termijn voor reparaties en vervanging is verkort en er is een klachtenprocedure ingevoerd. Helaas bleek in de loop der jaren dat het beschikbare budget, ondanks een verruiming, telkens ontoereikend was om aan alle wensen van de gehandicapten tegemoet te kunnen komen. Steeds opnieuw moeten keuzes worden gemaakt om de stijgende vraag met voldoende aanbod te kunnen beantwoorden. Bij het bouwen van nieuwe en het verbouwen van bestaande woningen heeft het begrip “aanpasbaar bouwen” zijn intrede gedaan. Samen met de woningcorporaties, woningeigenaren, projectontwikkelaars en particuliere beleggers wil de gemeente de bestaande en de nieuwe woningen geschikt maken voor de verschillende fasen in de levensloop van mensen zodat ouderdom of lichamelijke beperkingen geen directe aanleiding voor verhuizing meer hoeven te zijn. Naast de aanpassingen in de woning zelf spelen ook liften hierbij een belangrijke rol. In het zgn. “Liftenprogramma” zijn vanaf 1993 tot nu in totaal 3077 bestaande woningen toegankelijker gemaakt door het aanbrengen en aanpassen van in totaal 212 liften . Het ging daarbij om 59 4
galerijliften en 131 portiekwoningliften, 14 hefplateau liften en 8 aanpassingen in bestaande liften, bijv. het aanbrengen van extra stopplaatsen. Per lift is hiermee een bedrag van plusminus f. 60.000,00 gemoeid. Ook met o.a. het experiment “Haagse Plus” krijgt aanpasbaar bouwen beleid meer vorm. In dit experiment worden complexen van bestaande woningen tijdens regulier onderhoud of renovatie aangepast aan de eisen die mensen met lichamelijke beperkingen hebben. Woningcorporaties , woningeigenaren en de gemeente werken hierin samen. Tegenwoordig worden nieuwe woningen al vanaf de start aanpasbaar gebouwd zodat er geen latere investeringen noodzakelijk zijn. Meer informatie over aangepaste woningen zal worden opgenomen in de nog te verschijnen gemeentelijke nota “Wonen en Zorg”. Goede ervaringen zijn er in Den Haag ook opgedaan met het parkeerbeleid voor invaliden dat breed positief wordt gewaardeerd. Naast een goede spreiding van invaliden-parkeerplaatsen over de stad, kunnen gehandicapten met een invaliden-parkeerkaart overal in de stad op ‘betaald parkeren plaatsen” gratis en onbeperkt parkeren. Dat geldt ook voor gehandicapten die de stad bezoeken. Den Haag neemt hiermee landelijk gezien een voortrekkersrol in. Ook bij de inrichting en het beheer van het openbaar vervoer en de openbare ruimte in de stad wordt in toenemende mate rekening gehouden met de wensen en behoeften van gehandicapten. In de “Werkgroep Toegankelijk Den Haag” wordt op initiatief van de RWG en de Dienst Stadsbeheer door gehandicapten, gemeentelijke diensten, de HTM, de Vereniging Rover (reizigers in het openbaar vervoer) en de Politie Haaglanden voortdurend gewerkt aan de verdere verbetering van de toegankelijkheid van de openbare weg en het openbaar vervoer voor gehandicapten. Daarnaast is ook de HTM bij de aanschaf van nieuw rollend materieel steeds meer rekening gaan houden met het gebruik door gehandicapten. Zeer Haags is de zgn. “Strandjutter”, een aangepaste rolstoel met brede wielen waarmee gehandicapten zich op het strand kunnen begeven. Bij de introductie werd dit fenomeen vol enthousiasme en ook ontroering ontvangen. Sommige gehandicapten konden voor het eerst in 20 jaar het strand weer op . De strandjutter is in Kijkduin en Scheveningen te huur bij de fietsenstalling Biesieklette. Het aantal openbare gebouwen dat toegankelijk is voor mensen in een rolstoel of met andere hulpmiddelen is ook verder toegenomen . In 1999 werden in de stad toegankelijkheidsprijzen uitgereikt aan het Haags Gemeentemuseum, het Zwembad Escamphof en het Atrium van het stadhuis. Op 17 mei is in aanwezigheid van Staatssecretaris Margo Vliegenthart van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport het landelijk “ITS -Toegankelijkheidskeurmerk 2000" voor het hele Stadhuis en de Openbare Bibliotheek uitgereikt. Niet alleen in de materiele sfeer is er veel bereikt, ook is er sprake van toenemende aandacht voor het welzijn, de zorg, het onderwijs, werk en inkomen van gehandicapten. Naast de reeds jaren bestaande Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) , in Den Haag uitgevoerd door de Haeghe Groep, zijn de mogelijkheden tot het volgen van scholing, het verrichten van vrijwilligerswerk, het volgen van een traject naar de arbeidsmarkt (o.a. via de Wet Reïntegratie Arbeidsgehandicapten (REA) de 5
laatste jaren toegenomen. Tevens is er sprake geweest van een uitbreiding van de mogelijkheden m.b.t. het kwijtscheldingsbeleid en de armoedebestrijding en het ontvangen van thuiszorg . De sportmogelijkheden voor gehandicapten zijn in de afgelopen jaren ook fors uitgebreid. Veel sportverenigingen hebben mogelijkheden gecreëerd voor gehandicapten om individueel en collectief te kunnen sporten. Een bijzondere sportgelegenheid wordt geboden in de Madurodammanege Daal- en Bergselaan , waar gehandicapten dagelijks met de hulp van vijftig vrijwilligers kunnen paardrijden. Het betreffen schijnbaar kleine activiteiten maar voor de betrokken mensen, zowel gehandicapten als de vrijwilligers, van onschatbare waarde. In de subsidievoorwaarden voor organisaties van vrijwilligers , waarin o.a. een minimum aantal leden wordt vereist, zijn aangepaste regelingen gemaakt voor organisaties van gehandicapten. Zij kunnen bij een lager aantal leden al subsidie ontvangen en worden tevens gesteund in de aanpassing van de accommodaties. De Wet op de Arbeidsongeschikte en Gehandicapte Werknemers (WAGW) biedt het wettelijk kader voor arbeidsorganisaties om te streven naar het in het personeelsbestand opnemen en behouden van werknemers voor wie, als gevolg van lichamelijke handicaps, veelal aanpassingen op de werkplek noodzakelijk zijn. Ook de gemeente Den Haag is zo’n arbeidsorganisatie. In 1999 bestond 2% van het gemeentelijk personeelsbestand uit lichamelijk gehandicapten en\of personen met een aangepaste werkplek. Het betreft ca. 160 personen. 1 Het moge duidelijk zijn dat in relatie tot het totale personeelsbestand (ca. 8000) en tot het totaal aantal gehandicapte inwoners van de stad (ca. 12 %) dit aantal nog veel te laag is en om aanzienlijke uitbreiding vraagt. Binnen de gemeentelijke organisatie wordt o.a. door het Gemeentelijk Advies Orgaan Diversiteit (GAOD) aandacht besteed aan de wijze waarop dit kan gaan gebeuren. Daarnaast werkt ook de gemeentelijke personeelsdienst POI aan een op de gehandicapte, individuele medewerker toegespitste aanpak. Daarbij gaat het er niet alleen om meer gehandicapten in dienst te nemen maar ook om de reïntegratie van medewerkers die gehandicapt zijn geworden zodat zij in dienst kunnen blijven. POI wil graag de hulp van de gehandicaptenorganisaties benutten om een beter zicht te krijgen op potentiele medewerkers.
In het gehandicaptenbeleid staat de gemeente Den Haag niet geheel alleen. In februari 1999 is een “Overeenkomst Regiovisie” gesloten tussen de Provincie Zuid-Holland, de Gemeente Den Haag, het Zorgkantoor Haaglanden en de zorgverzekeraars Nuts en Azivo. In deze overeenkomst is opgenomen dat in de regio Den Haag vijf aparte regiovisies zullen worden ontwikkeld voor de ziekenhuis- en eerste lijnszorg, de ouderenzorg, de geestelijke gezondheidszorg, de gehandicaptenzorg en de jeugdzorg.
1
Bron: Sociaal Jaarverslag 1999, Gemeente Den Haag. 6
Het doel van de regiovisie is te komen tot een samenhangend zorgaanbod in de regio Den Haag dat is afgestemd op de integrale zorgbehoefte van mensen met een lichamelijke dan wel een verstandelijke handicap. Hierbij geldt dat de vraag naar zorg richtinggevend dient te zijn. Uit de discussies tijdens de startconferentie van 17 februari 2000 over verschillende onderwerpen aangaande het gehandicaptenbeleid bleek dat het huidige zorgaanbod beter kan worden afgestemd op de zorgbehoefte van gehandicapten. Ook sprak daaruit een sterke motivatie om oplossingen te vinden voor de aanwezige knelpunten. Bij de regiovisie gehandicaptenzorg gaat het zowel om mensen met een lichamelijke als om mensen met een verstandelijke handicap. Daar waar de onderwerpen voor beide terreinen samen genomen kunnen worden zal dit gebeuren. Echter, daar waar er specifieke knelpunten zijn, zullen deze separaat aan de orde komen. Maar al deze verbeteringen zijn nog niet voldoende om te kunnen stellen dat het doel: gelijke kansen en een gelijkwaardige maatschappelijke positie voor gehandicapten, al is bereikt. Gehandicapten hebben nog vele noodzakelijke behoeften en wensen en het is daarom van groot belang dat deze lijn van voortdurende verbeteringen in de komende jaren in versterkte mate wordt doorgezet en dat daarbij nieuwe mogelijkheden, middelen en technologie volop moeten worden benut. In de afgelopen tien jaar hebben we dankbaar gebruik kunnen maken van de ideeën, meningen en ervaringen van de gehandicapten zelf. In brainstormgroepen, overlegsessies en in de contacten met de Raad Welzijn Gehandicapten zijn er tussen de gehandicapten en de gemeente Den Haag zeer waardevolle contacten ontstaan die wij in de komende jaren graag willen voortzetten. In de achterliggende maanden zijn die contacten intensief benut in een serie uitvoerige debatten waarvan de uitkomsten ten grondslag liggen aan deze nota.
7
3. In gesprek met gehandicapten . In 1998 is door de Raad Welzijn Gehandicapten een notitie uitgebracht met de welluidende titel: “Bouwstenen voor Haags gehandicaptenbeleid”. 2 In deze notitie wordt aan de hand van twaalf thema’s aangegeven op welke terreinen de wensen en behoeften van gehandicapten liggen. De RWG bepleit hierin tevens de komst van een nieuwe gemeentelijke nota gehandicaptenbeleid, een pleidooi dat door het college langs verschillende wegen is beantwoord. In het najaar van 1999 is op uitnodiging van de coördinerend wethouder voor het gehandicaptenbeleid, Jetta Klijnsma, een brainstormgroep gevormd waarin gehandicapten , de RWG , diverse wethouders en gemeentelijk medewerkers in zes debatten met elkaar van gedachten hebben gewisseld over de volgende thema’s: S S S S
Wonen Mobiliteit Arbeid, Inkomen en Onderwijs Sport, Welzijn en Cultuur
S S
Informatie en ICT Zorg en Hulpmiddelen
(met Wethouder Peter Noordanus). (met Wethouder Henk Jan Meijer). (met Wethouder Pierre Heijnen), (met Wethouder Klijnsma , die overigens ook bij alle andere debatten aanwezig was). (met Wethouder Wilbert Stolte) (met Wethouder Jetta Klijnsma, ).
Deze brede betrokkenheid van de leden van het college van B&W toont opnieuw aan dat gehandicaptenbeleid een facet van het beleid is dat op vele plaatsen binnen de gemeentelijke organisatie ontwikkeld en uitgevoerd wordt en daarom als integraal beleid dient te worden benaderd. Uit deze debattenreeks is een lange actiepuntenlijst voortgekomen, een “verlanglijst” van gehandicapten die beschouwd wordt als een bron van ‘input’ voor het toekomstige beleid. In deze Nota Integraal Gehandicaptenbeleid wordt aangegeven welke onderwerpen uit deze lijst de gemeente in de komende jaren op de agenda wil zetten. Het college is de Raad Welzijn Gehandicapten en de deelnemers aan de debatten bijzonder erkentelijk voor de wijze waarop zij hebben bijgedragen en zullen bijdragen aan de verdere ontwikkeling van het gemeentelijk gehandicaptenbeleid. Een verslag van deze gesprekken en de lijst van deelnemers zijn als bijlage bijgevoegd. 3 Daarnaast is ook de Stedelijke Adviesraad Multiculturele Stad (SAM) bereid gevonden om intensief mee te denken over een verbetering van de positie van allochtone gehandicapten. De adviezen van de Stedelijke Ouderen Commissie (SOC) over oudere gehandicapten zijn eveneens bij deze nota betrokken .
2
Zie bijlage 1.
3
Zie Bijlage 2 8
4. De doelgroep: lichamelijk gehandicapten. In de inleiding is reeds aangegeven dat deze nota zich richt op beleid voor lichamelijk gehandicapten. De gevolgen van hun lichamelijke beperkingen hebben voor gehandicapten vaak een elkaar versterkend effect. Enerzijds maakt de handicap veelal dure, extra investeringen in hulpmiddelen, kleding, huisvesting, (soms) voeding , vervoer en andere levensbehoeften noodzakelijk, terwijl anderzijds de mogelijkheden om het inkomen te verwerven dat dit mogelijk maakt juist weer beperkter zijn. Hoge levenskosten gepaard aan een laag inkomen als gevolg van laagbetaald werk of een uitkering maken tezamen dat veel lichamelijk gehandicapten noodgedwongen leven op het sociale minimumniveau. Van niet-gehandicapten die langdurig op het minimum leven is uit onderzoek al bekend dat zij op termijn in armoede en sociaal isolement dreigen terecht te komen. Voeg daarbij de toch al beperkte mogelijkheden tot mobiliteit van gehandicapten en opnieuw worden de elkaar versterkende effecten van een handicap zichtbaar. Gehandicaptenbeleid dat als uitgangspunt heeft dat gehandicapten met gelijke kansen en op gelijkwaardige wijze aan het maatschappelijk verkeer moeten kunnen deelnemen, kan daarom geen vrijblijvende zaak zijn maar vraagt om het serieus en professioneel nastreven van deze doelstellingen. Gehandicapten zijn er immers in het geheel niet mee gediend afgeschilderd te worden als een hulpbehoevende, “zielige”groep burgers , maar hebben het recht als geëmancipeerde stadsbewoners op te komen voor hun rechten en moeten in het gemeentebestuur een betrokken gespreks- en onderhandelingspartner vinden. Uitgangspunt van deze dialoog is de “empowerment” van gehandicapten, dat betekent met de mogelijkheden, de kwaliteiten en de talenten die zij hebben volwaardig maatschappelijk participeren . In de gemeente Den Haag wonen ca. 60.000 mensen met lichamelijke handicaps. Een groep van 22.500 personen heeft ‘zeer ernstige beperkingen’ , terwijl 38.500 ‘ernstige beperkingen’ kent. 4 Het betreft gehandicapten in alle leeftijdscategorieën. Naast de ernst van de beperking zijn deze lichamelijk gehandicapten ook nader te onderscheiden in bijv. motorisch gehandicapten, zintuiglijk gehandicapten of mensen met een combinatie van handicaps en bij deze verschillende handicaps horen dan ook verschillende soorten wensen en maatregelen. Zo is het begrip “toegankelijkheid”voor motorisch gehandicapten een ander begrip dan voor mensen die doof of blind zijn. Ook aan zaken als informatievoorziening en voorlichting worden uiteenlopende eisen gesteld vanuit de verschillende soorten handicaps. Daarbij moeten mensen met een onzichtbare of niet direct zichtbare handicap niet worden vergeten (bv. mensen met spraakstoornissen of verminderd uithoudingsvermogen). De acceptatie van deze gehandicapten in de samenleving is nog een slag moeilijker omdat hun handicap vaak niet direct valt waar te nemen of af te leiden uit hun gedrag.
4
Bron: RWG/CBS Rapportage 1998 9
Bij de verdere ontwikkeling van de beleidsvoorstellen is het belangrijk deze verschillende groepen steeds in ogenschouw te nemen. Lichamelijke handicaps doen zich ook voor onder de allochtone stadsbewoners . Voor hen is het leven met een handicap of met een gehandicapt kind veelal nog moeilijker dan voor autochtone gehandicapten. Uit een artikel in NRC Handelsblad van februari 2000 5 komt het beeld naar voren van allochtone ouders die op velerlei fronten kampen met de gevolgen van het hebben van een gehandicapt kind. In de eerste plaats zijn er problemen met het accepteren van het feit dat de handicap veelal geen ziekte is die genezen kan . Een gehandicapt kind wordt soms gezien als een straf van God en uit schaamte komen kind en gezin veelal in een geïsoleerde positie terecht. Daarnaast zijn veel allochtonen onvoldoende op de hoogte van de regelingen en voorzieningen die er voor hen zijn. Er is behoefte aan praktische, materiele en financiële hulp maar die is niet altijd bekend of bereikbaar. Door de lasten van de handicap zijn zij vaak in de schulden geraakt en dat vraagt om actieve (schuld) hulpverlening. Voor deze allochtone gehandicapten en hun ouders geldt dat zij intensief en actief benaderd moeten worden met informatie in hun eigen taal over de voorzieningen, regelingen en andere vormen van hulp die er voor hen beschikbaar zijn. Inmiddels is al een groot aantal personen dat gebruik maakt van de Wvg-voorzieningen uit allochtone groepen afkomstig. Bij de voorlichting rond de Wvg worden intermediaire organisaties van allochtonen inmiddels nadrukkelijk benaderd. Ook is er sinds enige tijd een landelijke Helpdesk Migranten in de Gehandicaptenzorg. Voor de toekomst is het van groot belang om in overleg te treden met (ouders van) allochtone gehandicapten en exact na te gaan op welke wijze de hulp aan hen kan worden verbeterd. Naast lichamelijk gehandicapten is het belangrijk ook de Haagse ouderen nadrukkelijk in het beleid te betrekken. Van de totale Haagse bevolking van 440.000 inwoners zijn ca. 38.000 personen ouder dan 75 jaar, waarvan ca. 5000 van niet-Nederlandse afkomst ! 6 Deze ouderen hebben een toenemende kans om door leeftijd of ziekte met vergelijkbare beperkingen geconfronteerd te worden . Veel van de regelgeving en maatregelen die voor lichamelijk gehandicapten zijn en worden ontwikkeld zijn uiteraard ook bedoeld voor deze ouderen. De Wet Voorzieningen Gehandicapten “en Ouderen” richt zich daar al specifiek op, evenals uiteraard het beleid m.b.t. de toegankelijkheid van algemene gebouwen, het aanpasbaar bouwen en verbouwen van woningen en de inrichting van de openbare ruimte. Concluderend kan worden gesteld dat de groep lichamelijk gehandicapten en gehandicapte ouderen in de gemeente Den Haag een grote en vooral diverse groep inwoners betreft. Vooral die
5
Het betreft een artikel in NRC naar aanleiding van een onderzoek van de Sociaal Pedagogische Dienst van Amsterdam naar lichamelijk en verstandelijk gehandicapte allochtonen. 19 februari 2000. 6
Bron: Gemeente Den Haag, Dienst OCW Gezondheidsmonitor 1999. 10
diversiteit in de samenstelling en de aard van de handicaps maakt dat een volledig dekkend gehandicaptenbeleid een complexe opdracht is. Een breed scala aan uiteenlopende maatregelen , instrumenten en voorzieningen is gewenst om voor al deze verschillende groepen passend maatwerk te kunnen bieden.
11
5. Doelstellingen van het integraal gehandicaptenbeleid. Het Haagse gehandicaptenbeleid wordt ontwikkeld en uitgevoerd vanuit de visie op een stedelijke samenleving waarbinnen lichamelijk gehandicapten zich met gelijke kansen kunnen ontplooien en op gelijkwaardige wijze kunnen participeren , binnen de mogelijkheden die hun handicap hen biedt. Dit betekent met name: zelfstandig kunnen wonen, werken en studeren, zich vrij kunnen bewegen en verplaatsen, deel kunnen nemen aan vrijetijdsbesteding en sociaal verkeer en naar eigen behoefte en vermogen een bijdrage kunnen leveren aan de samenleving. In dit hoofdstuk wordt deze visie op de plaats van gehandicapten in onze samenleving nader vertaald in een aantal doelstellingen van het gehandicaptenbeleid. 1.
De gemeente Den Haag erkent de Standaardregels van de Verenigde Naties t.a.v. de positie van gehandicapten in de samenleving als toetsingskader voor het gemeentelijk gehandicaptenbeleid.
De VN heeft standaardregels voor nationaal gehandicaptenbeleid ontworpen ten aanzien van de thema’s : toegankelijkheid, mobiliteit, arbeid, inkomen en voorzieningen. Elk thema kent een aantal deel-regels die uitmonden in concreet geformuleerde doelstellingen. De Gehandicaptenraad heeft deze standaardregels toegeschreven op de situatie in Nederland. In deze doelstellingen wordt o.a. aangegeven in welk jaar ( uiteenlopend tussen 2002 en 2030) de betreffende doelstelling dient te zijn gerealiseerd. Tevens wordt per standaardregel aangegeven wat hierin de verantwoordelijkheid is van de gemeente, de provincie , de rijksoverheid en overige partijen. Deze standaardregels en met name de gemeentelijke taken daarbinnen vormen het toetsingskader voor het Haags gehandicaptenbeleid (zie hoofdstuk 7).7 2.
De gemeente Den Haag streeft naar optimale ontplooiingskansen voor gehandicapte burgers met inachtneming van de beperkingen die de handicap met zich meebrengt.
Ontplooiing is een persoonlijke zaak, iedereen doet dat op zijn eigen manier. Van belang daarbij is dat de in de persoon gelegen capaciteiten, talenten en interesses ongeremd tot ontwikkeling kunnen komen o.a. door het volgen van onderwijs en de deelname aan sociaal en professioneel maatschappelijk verkeer . Op die wijze moeten ook gehandicapten zich optimaal kunnen verwezenlijken. Dat kan voor de ene persoon betekenen dat op betaald werk gerichte scholing, bemiddeling en begeleiding de gewenste weg is. Maar voor de ander kan een functie in het sociaal-cultureel werk als vrijwilliger of een actieve sportbeoefening , muziekbeoefening of andere vormen van culturele ontplooiing de beste mogelijkheden bieden. Voor mensen met een zware lichamelijke handicap zijn de activiteiten in de dagopvang vaak het meest haalbaar.
7
Zie bijlage 4: Standaardregels VN. 12
3.
De gemeente Den Haag streeft naar doelgerichte activering van lichamelijk gehandicapten die als gevolg van hun handicaps ) in een maatschappelijk isolement zijn geraakt of dreigen te geraken.
Om deze doelstelling te realiseren is het vooral van belang gehandicapten zoveel mogelijk actief toe te leiden naar onderwijs ( van basisonderwijs tot volwassenenonderwijs) , op arbeid gerichte scholing en training en uiteindelijk naar betaald werk. Voor gehandicapten die deel uitmaken van de beroepsbevolking (tussen de 18 en 65 jaar) is betaald werk het integratiekader bij uitstek. De inspanningen zijn erop gericht hen zoveel mogelijk in de gelegenheid te stellen regulier werk te laten verrichten, eventueel met toepassing van de wet REA. Daarnaast biedt de Haeghe Groep aangepast werk aan ca. 2450 mensen waarbij rekening wordt gehouden met individuele handicaps. De HGR heeft daartoe verschillende instrumenten beschikbaar. Hierbij is het streven erop gericht gehandicapten te helpen een inkomenspositie te verwerven die past bij het leven met een handicap. Daarbij zullen tevens reeds alle beschikbare inkomensverruimende maatregelen van gemeente en rijk worden betrokken en zal het niet-gebruik van inkomensvoorzieningen en regelingen worden teruggedrongen. Daarnaast is het ook belangrijk dat gehandicapten toegang hebben tot functies in het vrijwilligerswerk, in sociale activering of op andere wijze kunnen participeren. Voor een zinvolle en actieve vrijetijdsbesteding moeten gehandicapten toegang kunnen hebben tot sportfaciliteiten (accommodaties, sportverenigingen, toernooien, vervoer, sporthulpmiddelen, enz.), culturele activiteiten (actieve en passieve kunst - en cultuurbeleving, theaters, musea, amateurkunst, muziek, enz.), welzijnsactiviteiten (club- en buurthuiswerk, 0-4 jarigen voorzieningen, enz.), bibliotheken en ICT-mogelijkheden, winkels, uitgaansgelegenheden en recreatiemogelijkheden. 4.
De gemeente Den Haag streeft naar ongehinderde functionele en fysieke toegankelijkheid van alle algemene instellingen en informatie voor gehandicapten.
Maatschappelijke participatie vraagt in eerste instantie om toegang, niet alleen tot regelingen en voorzieningen, maar vooral tot gebouwen en informatie. Met de moderne ICT middelen is het niet altijd meer nodig een instelling fysiek te kunnen betreden om de daarin gelegen informatie te verwerven, maar op veel plaatsen moet of wil een gehandicapte gewoon naar binnen kunnen. Daarbij gaat het niet alleen om gemeentelijke- of andere overheidsgebouwen, maar om alle “algemene” instellingen zoals scholen, winkels, stations, theaters, openbaar vervoer, musea, markten, café’s , hotels en restaurants, sportaccommodaties, recreatieve voorzieningen, enz. Een brede en relatief eenvoudige toegang tot informatie is in onze informatiemaatschappij ook voor gehandicapten een grote verruiming van de mogelijkheden. Maar ook hierbij is het belangrijk te garanderen dat gehandicapten tot deze nieuwe bronnen een even goede toegang hebben als nietgehandicapte burgers. Daarnaast kunnen de mogelijkheden van deze nieuwe media specifiek worden benut voor op gehandicapten gerichte informatie en voorlichting. 5. De gemeente Den Haag streeft ernaar een voortdurende interactie tussen gehandicapten en de stedelijke samenleving tot stand brengen . 13
De maatschappelijke bewustwording van de positie van gehandicapten in de samenleving is het belangrijkste oogmerk van deze doelstelling. Daarnaast wil de gemeente aan de gehandicapten volop de ruimte bieden om de belangen van de eigen groep op actieve wijze te behartigen en maximale inbreng in het gemeentelijk beleid mogelijk te maken. De gemeente zal daarom in eerste instantie voortdurend streven naar een maximaal gebruik van alle beschikbare instrumenten door en voor gehandicapten waarbij intensieve voorlichting het belangrijkste instrument is. Bestaande vormen van overleg met o.a. de RWG en de Brainstormgroep zullen onverminderd worden voortgezet en desgewenst worden uitgebreid. Tevens zal dit overleg worden geformaliseerd in een Overlegstatuut. Voortdurend zullen de mogelijkheden worden benut om de positie van gehandicapten voor het voetlicht te brengen en hun deelname aan de activiteiten in de stad te bevorderen.
14
6. Instrumenten en uitdagingen voor Gehandicaptenbeleid. Om deze doelstellingen te realiseren is in de gemeente Den Haag reeds een groot aantal regelingen, maatregelen, instrumenten en voorzieningen voor gehandicapten beschikbaar. Daarnaast zijn in de debattenreeks wensen tot uitbreiding van deze instrumenten naar voren gekomen. Alvorens te komen tot het formuleren van nieuw , op de toekomst gericht beleid wordt in dit hoofdstuk een kort overzicht gegeven van de voor gehandicapten belangrijke instrumenten. Vele hiervan zijn reeds gerealiseerd, anderen behoren tot de wensenlijst van de toekomst. A.
Toegankelijkheid.
Toegankelijkheid in de meeste brede zin van het woord betreft functionele en fysieke toegankelijkheid tot: - Onderwijs (schoolgebouwen, opleidingen, cursussen, enz.) - Betaald werk en vrijwilligerswerk (trajectbemiddeling, scholing, begeleiding, coaching, enz.) - Huisvesting (aangepaste woonvoorzieningen, tijdelijke huisvesting, verhuisvoorzieningen, enz.). - Sportvoorzieningen (sportaccommodaties, zwembaden, stadions, fitness-inrichtingen, sportverenigingen, sporttoernooien- en manifestaties, sporthulpmiddelen, sportvervoer, enz.) - Welzijnsvoorzieningen (opvang 0-4 jarigen, kinderopvang, club- en buurthuiswerk, jongerenwerk, maatschappelijke hulp- en dienstverlening, enz.) - Formele en informele vormen van zorg ( Gezondheidszorg, thuiszorg, community care en mantelzorg , enz.) - Openbaar vervoer (regulier openbaar vervoer, aangepast openbaar vervoer, treinen, parkeermogelijkheden , enz.). - Culturele instellingen (musea, theaters, muziekcentra, tentoonstellingen, enz.). - Vrijetijdsbesteding (recreatiegebieden en - parken, wandelen, fietsen, zwemmen, toeristische attracties, winkels, festivals, feesten, enz.). - Openbare ruimte (straten, pleinen, parken, bruggen, poorten, brandgangen, speelterreinen, markten, enz.) B.
Beschikbaarheid van Informatie en ICT-mogelijkheden.
Het is voor gehandicapten belangrijk dat er op eenvoudige wijze informatie is te verkrijgen over de regelingen, voorzieningen en mogelijkheden die er zijn. Toegang tot deze informatie kan op verschillende wijzen worden gerealiseerd: De “software” bestaat hierbij uit voor gehandicapten relevante en algemene informatie (over Den Haag , de rijksoverheid, voorzieningen, regelingen, enz.) De ‘hardware’ wordt gevormd door het Internet , Residentie - net en een op te zetten eigen website voor gehandicapten in Den Haag , waartoe de RWG een initiatief wil nemen. Daarnaast zijn er diverse bestaande voorlichtingssystemen van de gemeente, de rijksoverheid, de RWG en de Gehandicaptenraad (bv, Folders, Helpdesk WVG, A&I functionarissen, ) beschikbaar.
15
ICT-mogelijkheden kunnen worden ontsloten door cursussen en trainingen. Zo kan ‘computervaardigheid’ ontstaan voor gehandicapten die er moeite mee hebben zich op de elektronische snelweg te begeven. Nieuwe ideeën voor Den Haag kunnen worden ontwikkeld, zoals een toeristische website voor gehandicapte bezoekers van de stad . C. Voorzieningen volgens de Wet Voorzieningen Gehandicapten - Vervoersvoorzieningen (taxivervoer, rolstoeltaxi vervoer, eigen vervoer, begeleiding, collectief lokaal en boven lokaal vervoer). - Mobiliteitsvoorzieningen ( diverse soorten rolstoelen, rollators, liftinstallaties, overige hulpmiddelen, enz.) - Woningaanpassingen (eenvoudige aanpassingen, complexe verbouwingen, woningsaneringen, verhuizingen, enz.) D. Inkomens- ondersteunende maatregelen en het tegengaan van niet-gebruik van voorzieningen. - Basisinkomensvoorzieningen (div. inkomensregelingen, trajectbemiddeling naar werk , Wet REA, WSW, WIW, gesubsidieerde kinderopvang, voorlichting, enz.). - Bestaande financiële regelingen ( Wvg, Bijzondere bijstand, Huursubsidie, Kwijtschelding Gemeentelijke heffingen, Ooievaarspas, Schuldhulpverlening, voorlichting, enz.) E. Belangenbehartiging en medezeggenschap. - Directe toegang tot belangenbehartiging en medezeggenschap. - via de RWG. - via de Brainstormgroep Gehandicapten. - via de Raadscommissies. - spreek uur wethouders - overige mogelijkheden.
Het bovenstaande overzicht toont duidelijk aan dat het instrumentarium dat t.b.v. het gehandicaptenbeleid is ontwikkeld en nog kan worden ontwikkeld zeer breed en gevarieerd is. Wanneer we dit startpunt plaatsen in het licht van de huidige maatschappelijke en economische ontwikkelingen, dan biedt de toekomst voor lichamelijk gehandicapten vele kansen en uitdagingen . Naar de mening van de gemeente Den Haag liggen op de middelange termijn voor gehandicaptenbeleid een aantal kansen en uitdagingen voor de hand. Er zijn groeisectoren die de komende jaren in onze samenleving veel voor gehandicapten kunnen gaan betekenen. 1. Het zijn juist de lichamelijk gehandicapten door wie de mogelijkheden van de moderne informatie- en communicatie technologie volop kunnen worden benut. Waar de gewone weg soms nog vol belemmeringen is, is de elektronische snelweg voor iedereen vrij toegankelijk. De moderne
16
communicatiemiddelen brengen gehandicapten snel op plaatsen waar zij voorheen slechts met moeite konden komen. 2. Ook de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt , die steeds meer gekenmerkt wordt door personeels-tekorten en onvervulbare vacatures, bieden nieuwe kansen voor gehandicapten op betaald werk en maatschappelijk actief zijn. De groei van banen in met name de ICT-sector alsmede de activiteiten rond de herintegratie van WAO-ers bieden hier nieuwe mogelijkheden voor gehandicapten. 3. De komende investeringen in verkeer en vervoer en het verbeteren van de bereikbaarheid die door het kabinet voor de toekomst worden aangekondigd bieden ook voor gehandicapten nieuwe mogelijkheden op het gebied van mobiliteit en participatie. 4. Door al deze ontwikkelingen kan de emancipatie van gehandicapten een grote stap vooruit zetten en kan hun persoonlijke positie aanzienlijk worden verbeterd. Door een betere belangenbehartiging kan de maatschappelijke positie van gehandicapten verder versterkt worden.
17
7. Nieuwe voorstellen voor integraal gehandicaptenbeleid. In hoofdstuk 6 is een overzicht gegeven van instrumenten die voor gehandicapten noodzakelijk zijn en hen nieuwe kansen bieden . Veel van die voorzieningen zijn reeds beschikbaar, maar onder meer uit de debatten is duidelijk gebleken dat er nog een noodzaak is tot verdere uitbreiding . In dit hoofdstuk wordt aangegeven welke beleidsvoornemens de gemeente Den Haag voor de komende zes jaar heeft.
A. De Gemeente Den Haag erkent de Standaardregels van de Verenigde Naties m.b.t. de gelijkwaardige maatschappelijke positie van lichamelijk gehandicapten als toetsingskader voor het eigen beleid. De formele erkenning van de standaardregels van de VN betekent in eerste instantie dat een inventarisatie zal worden gedaan naar de mogelijkheden om de hierin gelegen doelstellingen, streefcijfers en streefjaartallen op te nemen in het bestaande en nog te ontwikkelen beleid van de diverse gemeentelijke diensten. Vervolgens zal in een meerjarenplan concreet worden aangegeven welke maatregelen op welk moment zullen worden uitgevoerd. B. Er wordt een Integraal Gemeentelijk Voorlichtingsplan t.b.v. gehandicapten ontwikkeld waarin verschillende wegen worden aangegeven voor het verstrekken van alle voor gehandicapten relevante informatie. Het doel van dit voorlichtingsplan is dat gehandicapten op relatief eenvoudige wijze en op één plaats alle gemeentelijke informatie t.b.v. gehandicapten kunnen vinden. Het betreft onder meer: S
S
S S
S
Voor gehandicapten relevante gemeentelijke informatie over de Taxibus, Traxx, Parkeerbeleid, Woningaanpassingen, Hulpmiddelen, Thuiszorg, Huisvesting, Huisvestingsmogelijkheden , enz. Primaire, secundaire en tertiaire onderwijs- en scholingsmogelijkheden voor gehandicapte kinderen, jongeren en volwassenen, t.b.v. leerlingen, hun ouders, onderwijsgevenden, zorginstellingen, enz. Mogelijkheden voor werkzoekende gehandicapten (regelgeving, trajectbemiddeling, scholing, CWI, Wet REA, WSW, instanties en loketten). Inkomens-verhogende en uitgavenbeperkende maatregelen van rijksoverheid en gemeente (WVG vervoer, Bijzondere bijstand, Huursubsidie, Kwijtschelding heffingen, Schuldhulpverlening, Ooievaarspas, Taxibus, Div. fondsen, enz .) Mogelijkheden voor vrijetijdsbesteding voor gehandicapten (toegankelijke sportvoorzieningen en sportinstellingen, dalurenbeleid, welzijnsinstellingen, culturele instellingen, bibliotheken, enz.)
Bij dit Voorlichtingsplan zal specifieke aandacht worden gegeven aan de toegankelijkheid voor allochtonen gehandicapten en zintuiglijk gehandicapten. C. Samen met de Raad Welzijn Gehandicapten wordt een Informatiedesk Gehandicapten Den Haag opgezet waar bovenstaande informatie te verkrijgen is. De informatiedesk beschikt over 18
verschillende mogelijkheden om deze informatie aan gehandicapten en anderen beschikbaar te stellen, zoals: a)
b)
c) d)
Reguliere informatiesystemen zoals Foldermateriaal, Brochures, Wvg-Helpdesk, Advies en Informatie functie, Informatiepunt Ouderen, Raad Welzijn Gehandicapten, De Stadskrant , de Gemeentegids, enz. Een nieuw te ontwikkelen website voor gehandicapten op het gemeentelijk Residentie-net waarop gehandicapten voor hen relevante en belangrijke informatie kunnen vinden. Een informatiepunt in de stad waar “fysiek” , telefonisch en digitaal informatie te verkrijgen is . Diverse andere vormen van informatievoorziening zoals een nieuwsbrief per e-mail, een teletolk voor doven in het stadhuis, een toeristische website voor gehandicapte bezoekers aan de stad, enz.
D. Er wordt een Toegankelijkheidsplan Den Haag ontwikkeld waarin een voortdurende inventarisatie van de toegankelijkheid voor gehandicapten van alle algemene gebouwen en instellingen in Den Haag zal worden uitgevoerd. Daarbij gaat het om gebouwen zoals het stadhuis, de stadsdeelkantoren, scholen, theaters, bibliotheken, bioscopen, café’s, restaurants, winkelcentra, stations, OV-haltes, zwembaden, welzijnsvoorzieningen, sporthallen, enz. Ook bij grote investeringen in de stad (zoals de aanleg van verkeerstunnels, randstadrail, OVstations en de aanschaf van rollend materieel) zal steeds rekening gehouden worden met de mogelijkheden van gehandicapten. De informatie over deze toegankelijkheid zal actief worden verspreid door de informatiedesk. Daarnaast zullen jaarlijks gebouwen in het plan worden opgenomen waarvan de toegankelijkheid dat jaar zal worden verbeterd. Afhankelijk van de aard van het gebouw is financiering of subsidiering door de gemeente mogelijk. E. De sportmogelijkheden voor gehandicapten zullen worden verbeterd. In het Haagse “ Actieplan Gehandicaptensport” van 1998, dat o.a. door het Ministerie van VWS wordt ondersteund is al een groot aantal maatregelen t.b.v. sport voor gehandicapten opgenomen. Een aansprekend resultaat is reeds behaald met het onderzoek “Sportbeoefening door turkse en Marokkaanse moeilijk lerende kinderen” en het daaruit voortgekomen project “Schoolsportclub De Bonte Vlinder”. Meerdere basisscholen voor speciaal onderwijs richten op dit moment ook schoolsportclubs op. Tevens worden via het Actieplan vele sport stimulerende activiteiten ondersteund, die voorwaarden scheppen voor acceptatie en integratie. Aanvullend hierop zijn de volgende beleidsvoorstellen: 1. Er zal een haalbaarheidsonderzoek naar een uitleencentrum voor gehandicapten- sportmiddelen worden uitgevoerd. Zo mogelijk zal een dergelijk uitleencentrum worden ingericht.
19
2. De Haagse gemeentelijke zwembaden zullen toegankelijk worden gemaakt voor gehandicapten (o.a. door waterliften). Daarnaast zijn er tal van private zwembaden in de stad die door gehandicapten te gebruiken zijn. 3. Er zal een plan worden gemaakt voor een betere benutting van de daluren van de sportvoorzieningen door gehandicapten. 4. De bijzondere subsidieregelingen voor verenigingen en organisaties die zich in het bijzonder richten op gehandicapten zullen worden voortgezet (bv. de Stichting Sportbelang Gehandicapten SGK en de Vereniging Haag 88) en mogelijk worden uitgebreid. 5. De bij Sportsupport aangestelde Themaconsulent met gehandicaptensport als deeltaak zal zich o.a. richten op het bevorderen van deskundigheid van sportverenigingen op het gebied van organisatorische integratie van gehandicapten. In samenwerking met Haagse sportverenigingen zullen de mogelijkheden voor geïntegreerde sportbeoefening worden verruimd. Hiervoor zullen instrumenten worden ontwikkeld zodat gehandicapten net als niet gehandicapten normaal hun sport kunnen beoefenen en actief kunnen participeren in de sportclubs. Afstemming vindt plaats in het reeds bestaande het “Platform Gehandicaptensport”. 6. In samenwerking met de Haagse Sportverenigingen zullen de mogelijkheden voor geïntegreerde sportbeoefening worden verruimd. Hierdoor kunnen gehandicapten samen met niet-gehandicapten hun sport beoefenen en actief participeren in de sportclubs.8 F. Actief vrijwilligerswerk door gehandicapten zal worden gestimuleerd. Vrijwilligerswerk is voor lichamelijk gehandicapten een belangrijke en kansrijke vorm van maatschappelijke participatie. In het Haagse vrijwilligersbeleid wordt hier volop aandacht aan geschonken. 9 Het HOF en de decentrale welzijnsorganisaties worden intensief betrokken bij het verruimen van deze mogelijkheden voor gehandicapten. Belangenverenigingen van gehandicapten zullen worden gemotiveerd om vrijwillig taken en functies in het sociaal-cultureel werk en op andere plaatsen op zich te gaan nemen. Daarnaast zullen in de productafspraken met de DWO ‘s regelingen worden getroffen m.b.t. het dalurengebruik van de accommodaties t.b.v. gehandicapten. G. Uit de gesprekken met de gehandicapten kwam o.a. naar voren dat de specifiek op gehandicapten gerichte wettelijke regelingen als de WSW, de wet REA en de WAGW niet naar behoren functioneren. In overleg met de RWG zal nader worden onderzocht welke de knelpunten in de gemeentelijke uitvoering zijn en op welke wijze de werking van deze wetten kan worden verbeterd.
8
Zie ook: “Beweegredenen” , Haagse Sportnota 2000-2005.
9
Zie ook: “Vrijwilligers zijn goud waard”, Nota Vrijwilligerswerk, 1999. 20
H . Het beleid m.b.t. tot het aanpasbaar bouwen en verbouwen zal voortvarend worden voortgezet. De mogelijkheden voor tijdelijke huisvesting (tijdens de verbouwing van de eigen woning) zullen worden verruimd, o.a. met geschikte hotelaccommodaties. Tevens wordt de mogelijkheid onderzocht tot het bouwen van groepswoningen voor gehandicapten. Ook zullen twee aangepaste modelwoningen voor gehandicapten worden ingericht. Dit zal gebeuren in nauwe samenwerking met de desbetreffende instellingen, zoals revalidatiecentrum en verpleeghuizen, corporaties en zorgverzekeraars. Er zal een database van aangepaste woningen worden aangelegd ter bevordering van het hergebruik van reeds aangebrachte voorzieningen. Binnen de WVG bestaat de mogelijkheid om mensen die een aangepaste woning nodig hebben, hiervoor te laten verhuizen. Dit principe willen wij echter alleen toepassen als er meer geschikte woningen zijn en er voor de betrokkenen een goede sociale context bij de nieuwe woning aanwezig is. Bij de overweging de verhuisplicht op te leggen wanneer een aangepaste woning noodzakelijk is geworden, zullen de persoonlijke omstandigheden m.b.t. community care en mantelzorg daarom worden meegewogen. Bij community care zal tevens de mogelijkheid worden opgenomen om ouders van gehandicapte kinderen ondersteuning te bieden bij de opvoeding. Met de “ Stichting Buddy Netwerk” zullen de mogelijkheden worden verkend om buddies in te zetten voor de hulp aan lichamelijk gehandicapten en de ouders van gehandicapte kinderen. I. De gemeente zal samen met de Raad Welzijn Gehandicapten, de Stedelijke Adviesraad Multiculturele Stad en de landelijke Helpdesk Migranten in de Gehandicaptenzorg een werkgroep instellen die zal adviseren t.a.v. het nader te ontwikkelen beleid voor (ouders van) gehandicapte allochtonen. J. Binnen de gemeentelijke organisatie zal een Coördinatiepunt Gehandicaptenbeleid worden ingesteld waarin het totale gemeentelijk beleid m.b.t. gehandicapten zal worden gecoördineerd en zoveel mogelijk geïntegreerd. De taken, bevoegdheden en instrumenten van dit coördinatiepunt alsmede de plaats van inbedding in de gemeentelijke organisatie zullen nader worden vastgesteld (zie hs. 8) Hierbij wordt ook de verantwoordelijkheid gelegd om de samemspraak tussen gehandicapten, gemeente en instellingen zoals de HTM, culturele instellingen sport en welzijnsvoorzieningen vorm te geven.
21
8. Financiering en Organisatie. A. Financiering. In deze nota wordt een toekomstvisie op het gehandicaptenbeleid voor de komende jaren geschetst. De daadwerkelijke realisatie hiervan is evenwel afhankelijk van de middelen voor nieuw beleid die via het jaarlijkse begrotingstraject beschikbaar dienen te komen . Op verschillende plaatsen in deze nota is aangegeven dat het gemeentelijk gehandicaptenbeleid in veel gevallen facetbeleid betreft, het maakt deel uit van bredere beleidsterreinen waarbinnen specifieke aandacht aan de deelname van gehandicapten aan het maatschappelijk verkeer wordt besteed. Daarnaast is de noodzaak benadrukt dit facetbeleid door middel van coördinatie en afstemming integraal te ontwikkelen en uit te voeren. Het facet-karakter van veel onderdelen van het gehandicaptenbeleid maakt het moeilijk om exact inzicht te geven in de middelen die momenteel binnen de gemeentelijke beleidsterreinen aan gehandicapten worden besteed. Op sommige plaatsen zijn de beschikbare budgetten eenduidig uit de begroting af te lezen (bv. WVG: 60 miljoen, Sociaal-cultureel werk voor gehandicapten: 1,4 miljoen ) maar langs die weg is het overzicht niet compleet te maken. Andere middelen zoals de bijdragen aan aanpasbaar bouwen, de inrichting en het beheer van de openbare ruimte, de toegankelijkheid van gebouwen, de informatievoorziening door de gemeente maken deel uit van een aantal bredere begrotingsposten. Het is niet zinvol die hier allemaal uitgesplitst op te nemen. Daarom volstaat deze paragraaf met het aangeven van de kostenramingen van het nieuwe beleid dat in hoofdstuk 7 wordt aangekondigd. Daarbij wordt nadrukkelijk gesteld dat het niet mogelijk is al deze wensen in één keer te realiseren. De nota geeft een toekomstvisie voor het gehandicaptenbeleid in de komende jaren, waarbij de ambities hoog zijn. De gemeente Den Haag zal in nauw overleg met het Rijk en andere mede-financiers komen tot een nadere uitwerking en gezamenlijk zoeken naar budgettaire mogelijkheden om te komen tot een daadwerkelijke uitvoering van alle onderdelen van het gehandicaptenbeleid.
22
Kostenraming nieuw beleid t.b.v. gehandicapten 2000-2006 Beleidsvoornemen
Eenmalig
Structureel
A. Erkenning Standaardregels VN.
PM
PM
B. Integraal Gemeentelijk Voorlichtingplan. Planontwikkeling Beheer en actualisering
100.000 50.000
C. Informatiedesk Gehandicapten Den Haag Website ontwikkelen Website beheer Informatiepunt Div. Andere voorzieningen:
300.000 50.000 200.000 Teletolk doven 100.000 Toeristische site 200.000 Nieuwsbrief
50.000
D. Toegankelijkheidsplan Den Haag Planontwikkeling en Uitvoering (subsidieregeling) 2.000.000
E. Sportmogelijkheden. 50.000 Haalbaarheidsonderzoek uitleencentrum 300.000 Investering uitleencentrum Beheer uitleencentrum 400.000 Haagse gemeentezwembaden toegankelijk Uitbreiding subsidieregeling Gehandicaptensport Stimuleringsregeling Integratie Sport
H. Aanpasbaar bouwen en verbouwen. Onderzoek groepswoningen voor gehandicapten realisering 2 model rolstoelwoningen realisering tijdelijk woonvorm na ziekenhuis en revalidatieperiode aanpassen woningcomplexen Incl. 2 modelwoningen 23
3.000.000
PM 50.000 100.000
J. Coördinatie Gehandicaptenbeleid Gemeente
250.000 6.450.000
Totaal:
750.000
B. Organisatie. Op meerdere plaatsen is reeds aangegeven dat gehandicaptenbeleid in feite als facetbeleid deel uitmaakt van een groot aantal, bredere terreinen van het gemeentelijk beleid en bestuur. Hieronder wordt een overzicht gegeven welke gemeentelijke diensten en hun beleidsterreinen bij het gehandicaptenbeleid betrokken zijn.
Gemeentelijke Dienst:
Voert uit:
DSZW
Voorzieningen t.b.v. gehandicapten , Reïntegratie van Arbeidsgehandicapten , Bijzondere Bijstand, Huursubsidie, Schuldhulpverlening (met GKB).
Gemeentelijke Belasting Dienst
Kwijtschelding gemeentelijke heffingen.
DOCW
Gezondheidszorg, Indicatiestelling Zorg, Onderwijs, Sport en Sociaal - Cultureel werk voor gehandicapten.
DSO
Toegankelijkheidsfunctionaris, Aanpasbaar bouwen en verbouwen, Haagse Plus, Ontwerp openbare ruimte.
DSB
Inrichting en Beheer openbare ruimte, Parkeerbeleid, Openvaar vervoer.
Haeghe Groep
Uitvoering WSW
Dienst Openbare Bibliotheek BSD
Informatievoorziening, Telematicacentra, Uitleen. Informatie/ICT beleid, Residentie-net, Voorlichting.
Om te komen tot een integraal gehandicaptenbeleid is het noodzakelijk dat er binnen de gemeentelijke organisatie een coördinatiepunt wordt ingericht van waaruit het overzicht over het beleid kan ontstaan en de onderlinge afstemming van beleidsontwikkeling en -uitvoering kan plaatsvinden. Vanuit dit coördinatiepunt kan tevens een “ Ambtelijke Werkgroep Integraal Gehandicaptenbeleid “ worden gevormd met de volgende taken: afstemming beleidsontwikkeling t.b.v. gehandicapten. S 24
S S S S
coördinatie van de uitvoering van dit beleid. interne communicatie tussen diensten en medewerkers. deskundigheidsbevordering m.b.t. gehandicaptenbeleid. informatievoorziening t.b.v. voorlichting voor gehandicapten.
Nadere vormgeving van een dergelijk coördinatiepunt is gewenst. De exacte taken, de bevoegdheden en de instrumenten zullen moeten worden bepaald. Tevens zal moeten worden besloten op welke plaats in de gemeentelijke organisatie dit coördinatiepunt zal worden gevestigd.
25
9. Slotwoord. In de afgelopen tien jaar is veel geld en arbeid geïnvesteerd in het verbeteren van de positie van lichamelijk gehandicapten in de samenleving. Daarbij heeft een zwaar accent gelegen op mobiliteit, toegankelijkheid en participatie voor en van gehandicapten. Deze investeringen stellen hen mede in staat zich in de komende jaren zelfbewust en actief persoonlijk te gaan ontplooien en hun plaats in de samenleving op gelijkwaardige wijze in te nemen. De voorstellen in de beleidsnota, de huidige maatschappelijke omstandigheden en de technologische vernieuwingen kunnen door de gehandicapten en de overheid samen worden benut om lichamelijk gehandicapten in de maatschappelijke lift omhoog te brengen naar een betere plaats in de samenleving . Het is die positieve verandering die vandaag als nooit tevoren in beweging kan worden gezet.
Gemeente Den Haag Mei 2000
Bijlagen: 1. RWG 1998, “Bouwstenen voor Haags Gehandicaptenbeleid. 2. Verslag en deelnemerslijst debatten 1999. 3. RWG/CBS rapportage cijfers aantallen gehandicapten Den Haag 4. Standaardregels Verenigde Naties.
26