Finles EMS TOP-Rentefonds JAARVERSLAG 2013
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
Inhoudsopgave 1 Algemene gegevens 2 Vergelijkend overzicht 3 Verslag van de Beheerder 3.1 Terugblik 2013 3.2 Vooruitblik 2014 4 Jaarrekening 5 Toelichting op de jaarrekening 6 Overige gegevens 7 Bijlage 1 – Jaarrekening 2013 Lombard Odier Darier Hentsch EMS PLUS Rentefonds
1 2 3 3 9 10 13 24 27
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
1 Algemene gegevens Beheerder
Finles N.V. Postbus 2600 3500 GP Utrecht
Directie van beheerder
L.J.B. Management & Consultancy B.V. Drs. J.A.M. van der Holst Cosimo International B.V. R.J. van Kuijk J.P.P.A van Oudvorst RA
Bewaarder
KAS-Trust Bewaarder Finles EMS TOP-Rentefonds B.V. Nieuwezijds Voorburgwal 225 1012 RL Amsterdam
Raad van Commissarissen Finles N.V.
Dr. B.R. Bot (voorzitter) Drs. P.H.M. Hendriks Mr. D. van der Weij
Administrateur
TMF FundAdministrators B.V. Westblaak 89 Postbus 25121 3001 HC Rotterdam
Accountant
De Keijzer Nipius & Co Accountants B.V. Paasheuvelweg 16 Postbus 22866 1100 DJ Amsterdam
Depotbank
Kas Bank N.V. Nieuwezijds Voorburgwal 225 1012 RL Amsterdam
Pagina | 1
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
2 Vergelijkend overzicht Hieronder volgt een overzicht van de kerncijfers van het Fonds over de afgelopen vijf jaar. Kerncijfers (bedragen in EUR 1.000)
Fondsvermogen bij aanvang jaar Plaatsing participaties Waardeveranderingen van beleggingen Inkomsten
Terugname participaties Kosten beheer, bewaring en administratie Fondsvermogen einde jaar
2013
2012
2011
2010
2009
12.621 134 (51) 9 12.713
12.713 659 1.209 12 14.593
14.037 263 (241) 842 14.901
15.037 420 56 536 16.049
15.934 511 180 649 17.274
1.640
1.786
1.997
1.801
2.023
179 10.894
186 12.621
191 12.713
211 14.037
214 15.037
10.921 31 (58) 10.894
12.572 98 (49) 12.621
12.709 77 (73) 12.713
13.813 360 (136) 14.037
14.928 90 19 15.037
6 79.420 137,17
6 90.364 139,67
6 98.675 128,84
7 112.447 124,84
10 123.516 121,74
Samenstelling van het fondsvermogen Beleggingen Liquide middelen Saldo vorderingen en schulden Fondsvermogen Waarde per participatie Aantal participanten Aantal participaties Intrinsieke waarde
Pagina | 2
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
3 Verslag van de Beheerder Dit verslag betreft het jaarverslag 2013 van het Finles EMS TOP-Rentefonds. In dit jaarverslag vindt u een overzicht van de prestaties van het Finles EMS TOP-Rentefonds in 2013. Ook geven wij u een toelichting op het in 2013 gevoerde beleggingsbeleid en op het beleggingsbeleid voor 2014. Wij menen u op deze manier een goed inzicht te geven in uw belegging en in onze visie op de financiële markten. Alle koers- en marktgegevens in dit jaarverslag zijn, tenzij anders vermeld, afkomstig uit Bloomberg (wereldwijd geaccepteerd financieel data- en handelssysteem).
Administratieve Organisatie/Interne beheersingsomgeving; verklaring van de Beheerder Wij beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wet op het financieel toezicht en het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo). Wij hebben gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan wij zouden moeten concluderen dat de beschrijvingen van de opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo niet voldoen aan de vereisten zoals opgenomen in de Wet op het financieel toezicht en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als Beheerder voor de door ons beheerde beleggingsinstellingen te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 Bgfo. Ook hebben wij geconstateerd dat de bedrijfsvoering effectief en in overeenstemming met de beschrijving functioneert. Daarom verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar 2013 effectief en in overeenstemming met de beschrijving heeft gefunctioneerd. Ontwikkeling fondsvermogen Het fondsvermogen is sinds begin januari 2013 gedaald van EUR 12,6 miljoen naar EUR 10,9 miljoen op 31 december 2013. Eind december bedroeg het aantal uitstaande participaties 79.420 tegen 90.364 begin januari 2013. De netto vermogenswaarde per participatie nam gedurende de verslagperiode af van EUR 139,67 begin januari tot EUR 137,17 eind december 2013. Het rendement over het jaar 2013 kwam daarmee uit op -1.73%. Doelstelling Het Fonds stelt zich tot doel een zo hoog mogelijk relatief rendement op lange termijn te behalen. Risico’s Het Fonds loopt een aantal risico’s. Voor de beschrijving van deze risico’s wordt verwezen naar de toelichting op de jaarrekening. 3.1 Terugblik op de financiële markten In 2013 werd het positieve marktsentiment van 2012 voortgezet. Na de wereldwijde kredietcrisis van 2008/2009 begint nu ook de eurocrisis, die met name in 2011 hevig woedde, langzamerhand op de achtergrond te raken. Wereldwijd hebben centrale banken een grote rol gespeeld in het herstel van vertrouwen op de kapitaalmarkten. Zowel de ECB als de FED, de Bank of England en de Bank of Japan hebben via QE en LTRO’s * grote hoeveelheden geld verschaft aan het bankwezen. De beschikbare gelden vonden voor een deel hun weg naar de financiële markten waar ‘risky assets’ in prijs konden stijgen. Hoewel er wereldwijd nog veel hervormingen zullen moeten plaatsvinden, nam het vertrouwen in de reële economie en de financiële markten toe naarmate het jaar vorderde. Bovendien verbeterden de fundamentele macro-indicatoren, eerst in de VS en Japan, later ook in de eurozone.
Pagina | 3
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
3 Verslag van de Beheerder Onder invloed van dalende inflatie en tegenvallende groeicijfers in de eurozone verlaagde de ECB de toch al zeer lage beleidsrente in 2013 met twee stappen van 25 basispunten in mei en november. Zodoende bedroeg de refi rente per eind 2013 een historisch lage niveau van 0.25%. In navolging van andere centrale banken gaf ook de ECB halverwege het jaar een ‘forward guidance’: de ECB gaf aan nog jaren een zeer ruim monetair beleid te voeren. Een zeer belangrijk speerpunt in het voorkomen van toekomstige crises en herwinning van vertrouwen is de vorming van een Europese bankenunie, in 2013 zijn belangrijke stappen voorwaarts gemaakt. Ondanks bezwaren van met name Duitsland bereikten de Europese ministers van Financiën tegen het eind van 2013 een akkoord. Ze spraken af om de bail-in verplichting** vanaf 2016 in te laten gaan. Verder werd afgesproken dat er een gezamenlijk herstel- en afwikkelingsmechanisme gaat komen ten aanzien van probleembanken, dit zal geleidelijk plaatsvinden in tien jaar. Op deze wijze zullen ook sterke banken (en sterke landen) een solidaire bijdrage leveren aan de stabiliteit van het financiële stelsel. De ECB zal belast worden met het toezicht op de Europese banken en neemt dit over van de nationale autoriteiten. In voorbereiding hierop zal de ECB in 2014 de systeemrelevante banken in de eurozone aan een AQR (Asset Quality Review) en stresstest onderwerpen. Zodoende worden balansen vergelijkbaar gemaakt en wordt geanalyseerd welke banken kapitaalversterking nodig hebben. Marktindicatoren
Ultimo 2012
Ultimo 2013
Ontwikkeling 2013
Valuta (vs EUR) USD GBP JPY (100) Rente ECB Refi rente Fed Funds rente
0,758 1,231 0,875
0,725 1,201 0,689
-4,4% -2,4% -21,3%
0,75% 0,25%
0,25% 0,25%
-50 bp 0 bp
10-jaars rente Duitsland 10-jaar rente US 10-jaars rente Japan
1,32% 1,76% 0,79%
1,93% 3,03% 0,74%
61 bp 127 bp - 5 bp
* Quantitative Easing, programma waarbij de centrale bank (staats-)obligaties opkoopt teneinde de rentestand te drukken en de economie een impuls te geven. LTRO staat voor Long Term Refinancing Operations, programma waarbij de ECB tijdelijk lange termijn herfinancieringsoperaties beschikbaar stelt aan banken, in ruil voor bepaalde zekerheden (waardepapieren) vinden de liquiditeiten aan banken deels hun weg via leningen aan klanten ** naast aandeelhouders ook bijdrage van obligatiehouders en onverzekerde spaarders bij faillissement van een bank (i.p.v. belastingbetalers) Waar de Europese staatsschuldencrisis in 2011 en 2012 nog voor zeer hoge obligatierentes zorgden in de periferie en diverse landen elkaar hiermee besmetten, liet 2013 een zichtbaar herstel zien. Bovendien zorgden politieke en financiële perikelen in 2013 voornamelijk lokaal tot enige onrust, zonder het besmettingsgevaar van de jaren ervoor. Zo zorgde de verwevenheid van de Cypriotische bankensector met de situatie in Griekenland ervoor dat noodhulp van de EU/ECB/IMF in maart onafwendbaar was geworden. Het opgezette herstructureringsplan was uniek in de eurozone; dit keer moesten ook (senior) obligatiehouders en grote spaarders meebetalen aan de redding van de Cypriotische bankensector. Eurogroep voorzitter Dijsselbloem gooide nog wat olie op het vuur door te suggereren dat dit een template is voor toekomstige gevallen. Hoewel ECB voorzitter Draghi dit in eerste instantie nog ontkende, is dit wel degelijk de richting die bewandeld wordt volgens de richtlijnen van de bankenunie. In Italië ontstond begin 2013 een patstelling toen de centrum-linkse Bersani de meerderheid in het Huis van Afgevaardigden veroverde en Berlusconi de meerderheid in de Senaat. Een onbestuurbaar Italië dreigde voor het land met de grootste staatsobligatiemarkt van Europa (€ 2000 mrd). In Portugal steeg de obligatierente in juli fors nadat twee ministers aftraden uit onvrede over de bezuinigingsplannen van premier Coelho. Deze gebeurtenissen zorgden voor tijdelijke en lokale stijgingen van de obligatierentes, echter over geheel 2013 daalden deze rentes in de periferie.
Pagina | 4
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
3 Verslag van de Beheerder
Grafiek 1: Renteverschillen van Europese periferie versus Duitsland daalden, een teken van toenemende stabiliteit in de eurozone. De basis voor de relatieve rust in de Europese schuldencrisis was halverwege 2012 al gelegd door ECB voorzitter Draghi die de bereidheid aangaf om onbeperkt obligaties op te kopen onder voorwaarden tot hervormingen en bezuinigingen. Opmerkelijk is dat de woorden van Draghi (“Within our mandate, the ECB is ready to do whatever it takes to preserve the euro. And believe me, it will be enough.”), haar uitwerking niet hebben gemist terwijl er tot op heden geen gebruik is gemaakt van dit vangnet. Bovendien heeft Ierland de laatste keuring van de trojka doorstaan en kon het hulpprogramma van 2010 (€ 85 mrd) in afgelopen december worden beëindigd. In de VS is begin 2013 binnen het stelsel van centrale banken (FED) twijfel ontstaan over voortzetting van de huidige stimuleringsmaatregelen. Het huidige QE-programma bestaat uit maandelijkse opkopen van $ 85 mrd per maand aan staats- en hypotheekobligaties ter stimulering van de Amerikaanse economie. Inmiddels is de balans van de FED al enorm verlengd door de opkopen (QE1, 2, 3 en operation twist) en zijn tekenen van een voorzichtig herstel zichtbaar geworden. In de loop van het jaar gaf de FED aan dat het huidige opkoopprogramma zal worden afgebouwd, ook wel aangeduid als ‘tapering’. De FED benadrukte hierbij wel dat de voorwaarde is dat de werkloosheid verder daalt tot beneden 6.5% en de inflatie richting 2% stijgt. Beleggers volgden de macro economische data nauwgezet en maakten de inschatting dat de FED in september met tapering zou beginnen. Dit gebeurde niet, de FED wilde meer bewijzen zien van een verbeteringen in de economie. Bovendien gaf Bernanke aan dat de FED de beleidsrente ook na beëindiging van het opkoopprogramma nog lange tijd laag zal houden. Na deze zorgvuldige sturing van de renteverwachtingen en een serie van goede economische data maakte de FED in december bekend dat de afbouw van het opkoopprogramma in januari 2014 zal gaan aanvangen. Vanaf deze maand zal in plaats van $ 85 mrd nog $ 75 mrd aan obligaties worden opgekocht. Afhankelijk van de inflatie- en/of arbeidsmarktontwikkelingen zal het programma vermoedelijk eind 2014 volledig zijn beëindigd. Op de rentemarkten werd het grootste deel van 2013 al geanticipeerd op de voorgenomen afbouw van QE, de 10-jaars rente van de VS steeg meer dan een procentpunt van 1.76% naar 3.03%. In het kielzog steeg ook de Duitse 10-jaars rente van 1.32% naar 1.93%. De impact van de rentestijging in de VS wordt duidelijk door het resultaat van de total return US aggregate index (staats- en bedrijfsobligaties) te analyseren; voor het eerst in meer dan 10 jaar is het jaarresultaat van deze index negatief.
Pagina | 5
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
3 Verslag van de Beheerder 4,5
4,0
3,5
3,0
2,5
2,0
1,5
1,0
0,5
0,0 jan 10
jul 10
jan 11 Duitsland 10 jrs
jul 11
jan 12 VS 10 jrs
jul 12 ECB Refi
jan 13
jul 13
jan 14
Fed funds
Grafiek 2: Forse stijgingen van 10-jaars staatsobligatierente in de VS en Duitsland In Japan zette de nieuwe minister-president Abe een nieuw en vooruitstrevend economisch beleid uiteen. Het beleid bestaat uit drie pijlers die al snel bekend werden als ‘Abenomics’. De eerste pijler is een budgettaire impuls van plusminus 1.4%-punt BBP met de nadruk op infrastructurele investeringen. De tweede pijler is het voeren van een ultra ruim monetair beleid (onder aanvoering van centrale bank gouverneur Kuroda) gericht op een inflatie van 2%. Aangezien voor aanvang van het beleid sprake was van deflatie moest een uitgebreide opkoop van staatsobligaties worden ingezet. De derde pijler betreft structurele hervormingen om het groeipotentieel op termijn te ondersteunen. Een aantal doelstellingen is bereikt; zo werd deflatie omgebogen naar inflatie (wel nog steeds met 1.5% onder de doelstelling van 2%), de yen verzwakte waardoor de concurrentiepositie kon verbeteren, het BBP liep op, de Nikkei aandelenindex maakte een forse sprong voorwaarts en het consumentenvertrouwen nam toe. De keerzijde van het beleid is dat een gevaarlijk spel wordt gespeeld: de inflatie kan uit de hand lopen, de huidige enorme staatsschuld van 245% BBP wordt niet aangepakt, het grootste Japanse staatspensioenfonds loopt een groot koersrisico op de Japanse staatsobligaties en een wereldwijde valutaoorlog ligt op de loer. Bovendien valt of staat Abenomics bij het slagen van de derde pijler, de hervormingen. Naast het accommoderende beleid van belangrijke centrale banken zorgden ook goede macro economische cijfers voor stijgende aandelenmarkten. In de VS was een duidelijke verbetering van de huizenmarkt zichtbaar. Zowel de vastgoedprijzen als de transactievolumes lieten een stijgende trend zien. De werkloosheid daalde met name in de VS en het VK (rond 7.5%) en lijkt zich in de eurozone enigszins te stabiliseren (op een hoog niveau van circa 12%). Consumenten en producenten krijgen na een aantal zware crisisjaren weer wat meer vertrouwen in de toekomst. De BBP-groei van met name de VS, VK en Japan krijgt de wind in de zeilen en zelfs de eurozone krabbelt na zes achtereenvolgende kwartalen van krimp weer op. De inkoopmanagersindices (PMI’s), die een voorspellende waarde wordt toegekend over de stand van de economie, laat het afgelopen jaar in de grote economieën een stijgend verloop zien.
Pagina | 6
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
3 Verslag van de Beheerder In september en oktober ontstond enige onrust op de financiële markten doordat twee deadlines in de VS naderden. Zowel de begroting voor het nieuwe fiscale jaar als de maximering van het schuldenplafond werd een politiek steekspel tussen de Democraten en de Republikeinen. Uiteindelijk was er wel enkele weken sprake van een ‘government shutdown’ maar het technische bankroet kon worden voorkomen. Zeer opvallend was dat het koersresultaat van zowel obligaties als aandelen van opkomende markten fors achterbleef bij ontwikkelde landen. De opkomende landen hebben aan economische dynamiek verloren. Lage groei in westerse landen deed de afgelopen jaren veel beleggingsgeld naar opkomende markten stromen. Nu de opkomende economieën met tegenvallers kampen, de groei daar afzwakt en in het westen juist weer wat aantrekt, repatriëren veel westerse beleggers hun beleggingen in opkomende markten. Toen het Amerikaanse stelsel van centrale banken aangaf dat binnen afzienbare tijd zou worden begonnen met de afbouw van het opkoopbeleid, kwam de kapitaalvlucht in een stroomversnelling. Door de monetaire verruiming in de VS stroomde namelijk een grote hoeveelheid dollars naar beter renderende beleggingen in opkomende landen, daaraan lijkt abrupt een einde te komen. In de opkomende landen heeft de kapitaalvlucht tot depreciatie van de lokale valuta’s geleid. Om de verzwakking van de valuta’s en de nog immer hoge inflatie tegen te gaan, gingen de centrale banken van deze landen over tot renteverhogingen, echter dit zet weer een rem op de economische groei. In China is een einde gekomen aan de dubbelcijferige groei die vanaf 2003/2004 wel werd gehaald. Al sinds begin 2010 is sprake van teruglopende groei, deze bedraagt nu zo’n 7.8% op jaarbasis. De groeiafname is volgens het Chinese bureau van de statistiek deels het gevolg van de hervorming van de economie door de overheid. Die is gericht op het stimuleren van de binnenlandse consumptie en het terugdringen van de afhankelijkheid van export en investeringen. Op de lange termijn is dit een gewenste, namelijk meer evenwichtige ontwikkeling, maar op de korte termijn zet dit druk op de groei van het BBP. Beleggingsbeleid Bij de start van het jaar werd een neutrale landenallocatie aangehouden ten aanzien van perifere landen als Italië en Spanje. In de aanloop naar de Italiaanse verkiezingen hebben wij de weging in Italië en Spanje aangepast in anticipatie op een toename van de onrust. De onderweging in Italië is na de verkiezingen teruggebracht naar neutraal. De stimulerende maatregelen en de renteverlaging van de ECB waren mede de reden om de overwogen duration in de portefeuille in de eerste weken van april te handhaven. De onzekerheid over de toekomstige richting van het monetaire beleid van de Fed naar aanleiding van de twee Federal Open Market Committee (FOMC) vergaderingen in mei en juni zorgde voor een stijging van de obligatierentes, wat leidde tot een massale verkoop op de obligatiemarkten. Hierna werd de duration verlaagd naar een neutrale positie. In het derde kwartaal werd een onderwogen duration positie aangehouden ingegeven door de aankondigingen van de Fed, de verbeterende economische data in Europa en in de VS en de daaruit voortvloeiende stijging van de obligatierentes in de VS en in Europa. Vanaf midden september daalden de obligatierentes weer. Met het oog op de onzekere politieke situatie hebben wij eind augustus de weging in Italiaanse staatsobligaties verlaagd. De overwogen positie in credits werd gehandhaafd. Gedurende het vierde kwartaal werd een onderwogen duration positie aangehouden in anticipatie op het mogelijk afbouwen van het opkopen van obligaties door de Amerikaanse Centrale Bank. Daarnaast bleef de positie in perifere landen licht onderwogen en de positie in credits overwogen.
Pagina | 7
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
3 Verslag van de Beheerder
Beleggingsresultaten In 2013 was sprake van een stijging van de rentes in de ‘core’ landen van de eurozone zoals Duitsland en Nederland. Ook in het Verenigd Koninkrijk was sprake van een stijging van de rente van staatsobligaties en een daling van de koersen. De perifere landen in de eurozone zoals Spanje en Italië lieten in 2013 een herstel zien na de koersdalingen in 2012. Per saldo behaalde het Fonds (gross of fees) een licht positief resultaat terwijl de index een licht daling vertoonde in 2013. Na het durationbeleid droegen de landenallocatie en de beleggingen in credit obligaties positief bij aan het relatieve resultaat. Re nde me nt (gross of fe e s)
1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 1992-2013 (cumulatief)
LODH EMS Be nchma rk Plus Re nte fonds 17.37% 18.76% 13.31% 12.85% 4.01% 7.36% 7.07% 8.27% 1.35% 8.94% 7.41% 1.24% 1.40% 4.70% 6.10% 4.47% 5.34% 10.82% 0.22% 342.12%
15.68% 18.24% 12.68% 10.92% 3.22% 7.37% 5.99% 8.61% 1.53% 8.93% 6.60% 0.69% 1.57% 5.21% 5.03% 3.93% 4.33% 10.07% -0.05% 284.43%
Ve rschil
1.69% 0.52% 0.63% 1.92% 0.80% -0.01% 1.08% -0.34% -0.18% 0.01% 0.81% 0.55% -0.17% -0.48% 1.03% 0.52% 0.97% 0.68% 0.26% 15.01%
* inceptie 1 juli 1992
Pagina | 8
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
3 Verslag van de Beheerder 3.2 Vooruitzichten In Euroland is ook sprake van een verbetering van de economische vooruitzichten maar een lagere groei dan in de VS. De daling van de landenspreads in Euroland betekent wel dat de verschillen in financieringskosten in Euroland kleiner zijn geworden. Wanneer de economische groei tegenvalt verwachten wij dat de ECB nieuwe maatregelen zal nemen, bijvoorbeeld door opnieuw voor langere tijd liquiditeiten te verstrekken aan banken. De euro heeft kunnen profiteren van zowel de ontwikkelingen in de VS met betrekking tot de begroting en het monetaire beleid maar de verdere ontwikkeling hangt af van hoe de twee economieën zich vanaf nu ontwikkelen. Utrecht, 24 april 2014 Finles N.V. Beheerder Finles EMS TOP-Rentefonds
Pagina | 9
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
4 Jaarrekening BALANS PER 31 DECEMBER (bedragen in EUR 1.000 na resultaatbestemming)
2013
2012
1
10.921 10.921
12.572 12.572
1
31 31
98 98
10.952
12.670
10.894 10.894
12.621 12.621
19 39 58
49 49
10.952
12.670
ACTIVA Beleggingen Aandelen
Liquide middelen
Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Vermogen 2 Kortlopende schulden Af te dragen aan participanten Overige schulden
Totaal passiva
3 4
Pagina | 10
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
4 Jaarrekening WINST-EN VERLIESREKENING (bedragen in EUR 1.000) Waardeveranderingen van beleggingen Aandelen 5 Overige opbrengsten Overige opbrengsten
6
Totaal opbrengsten Kosten Kosten beheer Kosten administratie Bankkosten (transactie kosten) Kosten bewaargeving Kosten DNB/AFM Accountantskosten Overige kosten Totaal kosten Resultaat Verdeling van het resultaat Ten laste resp. ten gunste van het vermogen
7 8 9 10
2013
2012
(51) (51)
1.209 1.209
9 9
12 12
(42)
1.221
(114) (42) (6) (7) (2) (8) (179)
(127) (39) (3) (4) (2) (10) (1) (186)
(221)
1.035
(221) (221)
1.035 1.035
Pagina | 11
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
4 Jaarrekening KASSTROOMOVERZICHT (bedragen in EUR 1.000)
2013
2012
(221)
1.035
1.600 51 9 1.439
1.346 (1.209) 299 (323) 1.148
134 (1.640) (1.506)
659 (1.786) (1.127)
Netto kasstroom
(67)
21
Mutatie liquide middelen
(67)
21
98
77
31
98
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Resultaat Aanpassing voor: Verkopen van beleggingen Waardeveranderingen van beleggingen Mutatie vorderingen Mutatie kortlopende schulden Totaal kasstroom uit beleggingsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Uitgegeven participaties Teruggenomen participaties Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten
Stand liquide middelen begin verslagperiode Stand liquide middelen einde verslagperiode
1
Pagina | 12
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening ALGEMEEN De jaarrekening van het Finles EMS TOP-Rentefonds is opgesteld volgens de voorschriften die zijn vastgelegd in Titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, de Wft en de richtlijnen voor de jaarverslaggeving, in het bijzonder Richtlijn 615 Beleggingsinstellingen. Ten tijde van het opmaken van deze jaarrekening was de datum het meest recente prospectus 2008. Fiscale positie Het Fonds is een besloten fonds voor gemene rekening, met als gevolg fiscale transparantie voor de inkomstenbelasting. Het Fonds is geen vennootschapsbelasting verschuldigd. Op grond van de wet IB 2001 wordt het vermogen van de participant belast met een vermogensrendementsheffing. Over het saldo van bezittingen en schulden wordt een forfaitair rendement van 4% berekend, te belasten tegen een tarief van 30% (rekening houdend met vrijstellingen). De heffing is onafhankelijk van het daadwerkelijk gerealiseerde rendement en de gemaakte (rente) kosten. Stemrechten Het beleid van de Beheerder ten aanzien van eventuele stemrechten in andere beleggingsinstellingen of ondernemingen zal per individueel geval worden bekeken. Er is geen gebruik gemaakt van stemrechten in 2013. Beleid en beschrijving activiteiten Voor het beleid en de beschrijving van de activiteiten wordt verwezen naar het verslag van de Beheerder . Inkoop deelnemingsrechten Het Finles EMS TOP-Rentefonds heeft een open-end structuur. De beheerder kan volgens artikel 8 lid 3 van het reglement van beheer en bewaring van het Finles EMS TOP-Rentefonds onder zekere omstandigheden besluiten de inkoop van deelnemingsrechten op te schorten. In die gevallen vindt de terugneming van participaties pas plaats als de liquiditeiten de betaling toelaten. Uitbesteding van taken Het beheer van het Fonds wordt gevoerd door Finles N.V. te Utrecht. De financiële administratie, participantenadministratie alsmede de beleggingsadministratie worden gevoerd door TMF FundAdministrators B.V. Kas Trust Bewaarder Finles EMS TOP-Rentefonds B.V. is de bewaarder voor het Fonds. Mededeling van belangen van grote beleggers Legal & General heeft een belang van 96,0% (2012: 96,4%) in het Finles EMS TOP-Rentefonds.
GRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN DE JAARREKENING Grondslagen Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting. Het kasstroomoverzicht is volgens de indirecte methode opgesteld. Hieronder volgt een overzicht van de grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening van het Fonds. Deze grondslagen zijn consistent toegepast in het huidige en het voorgaande boekjaar. Presentatievaluta De functionele en rapportage valuta zijn beide in euro’s.
Pagina | 13
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening GRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN DE JAARREKENING (VERVOLG) Verwerking (activa, passiva, resultaat en kosten) Een actief wordt in de balans verwerkt wanneer het aannemelijk is dat toekomstige economische voordelen van het actief naar het Fonds zullen stromen en dat het bedrag van het actief op betrouwbare wijze kan worden gemeten. Een passief (verplichting) wordt in de balans verwerkt wanneer het aannemelijk is dat er een uitstroom van middelen die economische voordelen opleveren, zal voortvloeien uit de regeling of afwikkeling van een aanwezige verplichting en dat het bedrag dat met de regeling of afwikkeling is gemoeid, op betrouwbare wijze kan worden vastgesteld. Resultaat wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening wanneer zich een toename in toekomstig economisch voordeel dat verband houdt met een toename van activa of afname van passiva (verplichting), heeft voorgedaan, die op betrouwbare wijze kan worden vastgesteld. Kosten worden opgenomen in de winst- en verliesrekening wanneer zich een afname in toekomstig economisch voordeel dat verband houdt met een afname van een actief of toename van een passief (verplichting), heeft voorgedaan, die op betrouwbare wijze kan worden vastgesteld. Vreemde valuta Monetaire activa en monetaire passiva in valuta anders dan de euro worden omgerekend in euro's tegen de koersen die gelden per balansdatum. Transacties in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koersen die gelden op de datum van de transactie. Verschillen in wisselkoersen van vreemde valuta die zich voordoen bij omrekening en gerealiseerde winsten en verliezen bij vervreemding of afwikkeling van financiële activa en passiva worden opgenomen in de winst- en verliesrekening. Schattingen Bij het toepassen van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de beheerder zich verschillende oordelen en maakt hij schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien voor het geven van het vereiste inzicht noodzakelijk, zijn deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen in de toelichting van de jaarrekening.
WAARDERINGSGRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN DE BALANS Beleggingen De effecten worden gewaardeerd tegen de marktwaarde per balansdatum. De marktwaarde is het bedrag waarvoor een actief of een verplichting kan worden afgewikkeld tussen ter zake goed geïnformeerde, tot een transactie bereid zijnde partijen die onafhankelijk zijn. Niet beursgenoteerde beleggingsfondsen worden gewaardeerd tegen de per balansdatum meest recente intrinsieke waarde of de meest recente schatting (best estimate) van de beheerder/administrateur van het beleggingsfonds. Dit laatste geldt voornamelijk voor de illiquide fondsen en fondsen die voor langere tijd "op slot" zijn gegaan. De daarbij optredende verschillen, evenals verschillen ontstaan bij verkoop van effecten, worden via het resultaat over het boekjaar verwerkt in het fondsvermogen. De kosten van effectentransacties zijn in de aan- en verkoopwaarde van de beleggingen meegenomen. De waarderingen van de onderliggende beleggingen heeft plaatsgevonden op basis van de meest recente beschikbare informatie ten tijde van het opmaken van de jaarrekening. Voor liquide fondsen wordt daarbij uitgegaan van informatie van de administrateur van het Fonds, de manager van het Fonds, en Bloomberg (onafhankelijke koersleveranciers) indien van toepassing. Voor illiquide fondsen is vaak slechts informatie van de beheerder beschikbaar. Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Vorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering.
Pagina | 14
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening WAARDERINGSGRONDSLAGEN VOOR DE OPSTELLING VAN DE BALANS (VERVOLG) Liquide middelen Onder de liquide middelen zijn opgenomen kas- en banktegoeden die onmiddellijk opeisbaar zijn dan wel een looptijd korter dan twaalf maanden hebben. Zij worden onderscheiden van tegoeden in verband met beleggingstransacties. Liquide middelen uit hoofde van beleggingstransacties worden gepresenteerd onder de vorderingen. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Reserve waarderingsverschillen De reserve waarderingsverschillen betreft de ongerealiseerde koers- en valutaverschillen van de beleggingen op de balansdatum. In overeenstemming met de richtlijnen voor de jaarverslaggeving worden gerealiseerde en ongerealiseerde waarderingsverschillen van liquide beleggingen via de winst- en verliesrekening direct ten gunste of ten laste van het fondsvermogen gebracht. De ongerealiseerde waarderingsverschillen van illiquide beleggingen worden aan de reserve toegevoegd. Kortlopende schulden Kortlopende schulden worden gewaardeerd tegen nominale waarde.
GRONDSLAGEN VOOR RESULTAATBEPALING Opbrengsten Dividenden worden opgenomen op de datum van vaststelling. Niet-verrekenbare buitenlandse bronheffing op dividenden wordt hierop in mindering gebracht. Rentebaten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Kosten effectentransacties De kosten van effectentransacties zijn in de aan- en verkoopwaarde van de beleggingen meegenomen. Deze kosten komen ten laste van het resultaat. Kosten De kosten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. De kosten van beheer en bewaring worden overeenkomstig het Reglement van Beheer van het Finles EMS TOP-Rentefonds via het resultaat ten laste van het vermogen gebracht.
Pagina | 15
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening RISICOPARAGRAAF Het beleggingsbeleid is erop gericht de participanten de zekerheid van een ruime spreiding over de verschillende financiële instrumenten en een zekere mate van beheersing van de risico's te bieden, echter risico’s zijn niet uit te sluiten. Het gekozen beleggingsbeleid kan negatieve gevolgen hebben voor het rendement. Beleggen is niet zonder risico. De AFM verplicht in dit kader beleggingsfondsen om een document Essentiële Beleggersinformatie op te stellen en beschikbaar te hebben op de website van de Beheerder. Dit document geeft in het kort de doelstellingen, het risicoprofiel, de kosten en de rendementen van het Fonds weer. De volgende tekst wordt ook verplicht opgenomen in het document: “In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor toekomstige resultaten”. Het rendement, maar ook het risico, is voor rekening van de individuele participant in het Fonds. Noch de Beheerder noch de Raad van Commissarissen van Finles N.V., noch de Bewaarder zijn aansprakelijk voor opgelopen verliezen van één of meer participanten. Alle hierna vermelde risico’s zijn door de Beheerder geordend op basis van belangrijkheid, welke wordt bepaald op basis van de omvang en relevantie van het risico daarvan. De volgende algemene risico’s zijn van toepassing op het Fonds: Rendementsrisico: het risico bestaat dat het rendement kan variëren als gevolg van de keuze tussen de verschillende onderliggende beleggingsfondsen en andere beleggingsmogelijkheden van het Fonds; Erosierisico: het Fonds is onderhevig aan risico's van waardeveranderingen van het kapitaal, met inbegrip van het potentiële risico van erosie als gevolg van intrekkingen van rechten van deelneming die hoger zijn dan het beleggingsrendement; Inflatierisico: er is een algemeen risico van inflatie waardoor de waarde van de participaties en ook de beleggingsopbrengsten kunnen worden aangetast; Frauderisico: het investeringsselectieproces en –procedures zijn gericht op het voorkomen van investeringen in malafide beleggingsfondsen. Fraude bij onderliggende beleggingen is echter niet volledig uit te sluiten; De volgende productspecifieke risico’s zijn van toepassing op het Fonds: Marktrisico: het beleggingsbeleid is erop gericht de participanten de zekerheid van spreiding en een zekere beheersing van de risico's te bieden. De investeringen binnen het Finles EMS TOP-Rentefonds zijn onderworpen aan marktbewegingen en aan de risico’s die inherent zijn aan beleggen in het algemeen; dientengevolge kan geen zekerheid worden gegeven dat de beleggingsdoelen zullen worden behaald. Politieke risico’s en de mogelijke invloed van internationale crises en rampen laten zich niet voorspellen en kunnen tijdelijk of langdurig negatief van invloed zijn op de koers en het rendement; Managerrisico: het door de participanten bijeengebrachte fondsvermogen zal voor het merendeel worden geïnvesteerd in andere beleggingsfondsen (momenteel wordt 100% belegd in het Lombard Odier Darier Hentsch EMS Plus Rentefonds), waarvan de beslissingsbevoegdheid ten aanzien van de beleggingen in handen is van andere Beheerders. De Beheerder van het Finles EMS TOP-Rentefonds wordt periodiek geïnformeerd door de Beheerders van deze fondsen over hun gevoerde beleggingsbeleid en de behaalde resultaten. Noch de Beheerder, noch de door Beheerder ingeschakelde derden zijn in staat om de ontwikkelingen binnen deze geselecteerde fondsen op dagbasis te volgen; Verhandelbaarheidsrisico: de mate van verhandelbaarheid van rechten van deelneming of effecten waarin belegd wordt is van invloed op de hoogte van de feitelijke aan- en verkoopkoersen. Dit kan betekenen dat rechten van deelneming of effecten niet of slechts tegen een substantieel lagere prijs dan de toegekende waardering verkocht kunnen worden;
Pagina | 16
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening RISICOPARAGRAAF (VERVOLG) Liquiditeitsrisico: de Beheerder zal in het beleggingsbeleid rekening houden met het feit dat participanten hun participaties willen verkopen. Dit kan worden bereikt door een bepaald percentage van de portefeuille “voldoende” liquide te houden. De belegger dient er echter rekening mee te houden dat onder bepaalde omstandigheden geen zekerheid kan worden gegeven dat bij verkoop van participaties aan het Fonds er voldoende liquiditeiten in het Fonds aanwezig zijn om de participaties in te kopen; Valutarisico: omdat kan worden belegd in andere valuta’s dan de euro kan een valutarisico ontstaan. De Beheerder van het Fonds heeft de mogelijkheid om valutarisico’s af te dekken indien zij dit in het belang van het Fonds acht. In de jaarrekening van het Fonds wordt, indien van toepassing, hierover verantwoording afgelegd; Leveragerisico: de Beheerder is bevoegd om voor rekening en risico van het Fonds leningen aan te gaan met een maximum van 10% van het fondsvermogen. De leningen worden gebruikt voor de opvang van tijdelijke liquiditeitstekorten als gevolg van uittredende participanten. Leningen worden niet aangewend voor de aankoop van onderliggende beleggingen van het Finles EMS TOP-Rentefonds; Concentratierisico: de onderliggende beleggingen van het Finles EMS TOP-Rentefonds kunnen zodanig gepositioneerd zijn dat zij geconcentreerd zijn in bepaalde delen van de financiële markten. De Beheerder streeft echter en spreiding van de beleggingsportefeuille na, waardoor het risico verband houdend met een sterke concentratie van beleggingen in bepaalde markten of sectoren wordt beperkt; Tegenpartijrisico: de mogelijkheid bestaat dat een uitgevende instelling of tegenpartij zijn contractuele verplichtingen zoals levering van gelden, rechten van deelnemingen of andere financiële instrumenten niet kan nakomen als gevolg van bijvoorbeeld surseance van betaling, faillissement, fraude of liquidatie. Hierdoor kan het Finles EMS TOP-Rentefonds verliezen op posities oplopen; Betalingsrisico: het kan voorkomen dat een afwikkeling via het betalingsverkeer niet plaatsvindt zoals verwacht omdat de betaling of levering van beleggingscategorieën door de tegenpartij niet, niet op tijd of niet zoals werd verwacht, plaatsvindt; Bewaardersrisico: er bestaat een risico dat de activa die bij de Bewaarder van het Finles EMS TOP-Rentefonds en de Bewaarders van de onderliggende fondsen in bewaring zijn gegeven verloren gaan als gevolg van insolvabiliteit, nalatigheid of frauduleuze handelingen door deze Bewaarder(s). Om dit risico te beperken toetst de Beheerder de Bewaarders van de onderliggende fondsen tijdens het due diligence proces; Toezichtsrisico: het Finles EMS TOP-Rentefonds kan beleggen in fondsen die niet onder toezicht staan of in fondsen die onder toezicht staan dat niet te vergelijken is met het toezicht op beleggingsfondsen in Nederland. Dit kan leiden tot een verhoging van het risico; Financiële en fiscale wetgeving: actuele financiële en/of fiscale wetgeving (zoals onzekerheid over het belastingregime) kan in de toekomst gewijzigd worden hetgeen negatieve gevolgen voor de participanten in het Fonds kan hebben; Het rendement, maar ook het risico, is voor rekening van de individuele participant. Beheerder en/of Bewaarder zijn niet aansprakelijk voor behaalde verliezen van één of meer participanten. Een toelichting op de risicofactoren vindt u in het prospectus en de Essentiële Beleggersinformatie van het Finles EMS TopRentefonds. Beide documenten zijn beschikbaar op de website van de Beheerder; Toelichting In de toelichting op de balans zoals opgenomen in de jaarrekening zijn de risico’s verder toegelicht middels de onderverdeling van de beleggingen naar valuta, en liquiditeit.
Pagina | 17
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening TOELICHTING BIJ SPECIFIEKE POSTEN IN DE BALANS 1.1 BELEGGINGEN Mutatieoverzicht beleggingen (bedragen in EUR 1.000) Aandelen Stand per 1 januari Verkopen Waardeveranderingen van beleggingen Stand per 31 december
2013
2012
12.572 (1.600) (51) 10.921
12.709 (1.346) 1.209 12.572
1.2 BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2013 (bedragen in EUR 1.000)
Aantal
Bedrag
% IW
Beleggingen Lombard Odier Darier Hentsch EMS Plus Rentefonds Totaal beleggingen
15.799 15.799
10.921 10.921
100,25 100,25
Het Finles EMS TOP-Rentefonds belegt haar middelen volledig in het Lombard Odier Darier Hentsch EMS Plus Rentefonds. Het Lombard Odier Darier Hentsch EMS Plus Rentefonds ("het fonds") is een fonds voor gemene rekening dat ten behoeve van haar participanten belegt in effecten. Het fonds staat uitsluitend open voor participatie door professionele marktpartijen en valt daardoor buiten de reikwijdte van de Wet financieel toezicht. Het fonds heeft de fiscale status van besloten beleggingsfonds. Het fonds is opgericht op 1 juli 1992. Ter bescherming van de rechten van participanten op het fondsvermogen is het fondsvermogen van het fonds ondergebracht in Stichting Lombard Odier EMS Plus Rentefonds ("de stichting"). De stichting heeft geen andere activiteiten. Het Fonds wordt voor fiscale doeleinden aangemerkt als een besloten fonds. Dit heeft tot gevolg dat het Fonds niet als belastingplichtige wordt aangemerkt, maar dat de resultaten van het Fonds rechtstreeks worden toegerekend aan de participanten in het fonds. De meest recente jaarrekening en het jaarverslag van het Lombard Odier Darier Hentsch EMS Plus Rentefonds kunt u vinden op de website van Lombard Odier Darier Hentsch. De beleggingen bestaan uit 0% (2012: 0%) illiquide beleggingen. De liquide middelen zijn direct opeisbaar.
Pagina | 18
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening TOELICHTING BIJ SPECIFIEKE POSTEN IN DE BALANS (VERVOLG) 2. Verloop fondsvermogen (bedragen in EUR 1.000) Stand per 1 januari Bij: Plaatsing van participaties Resultaat ten laste resp. ten gunste van het vermogen Af: Terugname van participaties Stand per 31 december
2013
2012
12.621
12.713
134 (221) (87)
659 1.035 1.694
(1.640) (1.640)
(1.786) (1.786)
10.894
12.621
Driejaarsoverzicht Finles EMS TOP-Rentefonds
Aantal uitstaande aandelen Totaal intrinsieke waarde (na winstbestemming) in EUR Totaal intrinsieke waarde per aandeel in EUR
2013
2012
2011
79.420 10.894.264 137,17
90.364 12.620.931 139,67
98.675 12.712.759 128,84
3. Af te dragen aan participanten Dit betreft nog uit te keren bedragen aan participanten in verband met de verkoop van participaties. Alle koopovereenkomsten zijn gesetteld in januari 2014. 4. Overige schulden (bedragen in EUR 1.000) Te betalen beheervergoeding Te betalen accountantskosten Te betalen administratievergoeding Totaal
2013
2012
28 8 3 39
32 10 7 49
Pagina | 19
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening TOELICHTING BIJ SPECIFIEKE POSTEN IN DE WINST- EN VERLIESREKENING 5. Waardeveranderingen van beleggingen De beleggingen worden tegen marktwaarde op de balans opgenomen. Het verschil tussen de marktwaarde aan het begin van het jaar en de marktwaarde aan het eind van het jaar dan wel de verkoopprijs c.q. aflossing vormt de waardeveranderingen. 6. Overige opbrengsten Hieronder zijn de baten en lasten verantwoord die naar hun aard niet kunnen worden gerubriceerd onder een van de andere categorieën baten. Kosten 7. Kosten beheer Finles N.V. is de Beheerder in de zin van artikel 1:1 Wft. Conform Artikel 9 lid 2 van de Voorwaarden van beheer en bewaring (bijlage 1 van het prospectus) wordt ultimo van ieder kwartaal 0,25% van de op dat moment geldende vermogenswaarde in rekening gebracht voor de kosten van beheer. Overigens ontvingen de bestuurders geen vergoeding uit het Fonds. 8. Kosten administratie De administratie wordt gevoerd door TMF FundAdministrators B.V. en er wordt een vast bedrag van EUR 40.000 per jaar in rekening gebracht (geen BTW van toepassing) en een variabel bedrag voor kantoorkosten. 9. Kosten bewaargeving Ingevolge de Wft dient het Fonds te beschikken over een bewaarder. Dit is een onafhankelijk instituut dat als doelstelling heeft de vermogenswaarden waarin door het Fonds wordt belegd, ter bescherming van de belangen van de deelnemers, onder zich te houden. De bewaring is opgedragen aan Kas Trust Bewaarder Finles EMS TOP-Rentefonds B.V. te Amsterdam. De kosten van bewaargeving bedragen 0,035% per jaar van het fondsvermogen (excl. BTW). De kosten van custody bedragen 0,02% per jaar van het fondsvermogen (excl. BTW). 10. Accountantskosten In het boekjaar en voorgaand boekjaar zijn de volgende bedragen aan accountantshonoraria ten laste van het resultaat gebracht: (bedragen in EUR 1.000) Controle van de jaarrekening Totaal
2013
2012
8 8
10 10
Bovenstaande honoraria betreffen de werkzaamheden die bij de beleggingsinstelling zijn uitgevoerd door accountantsorganisaties en externe accountants zoals bedoeld in artikel 1, lid 1 Wta (Wet toezicht accountantsorganisaties) en een variabel bedrag voor kantoorkosten. Overige De kosten van marketing, drukwerk en verzending, personeel, beleggingsadvies, vergaderingen, directievoering, participantenadministratie, contact met participanten, studiereizen, verzenden van jaarverslagen, opstellen en verzenden van nieuwsbrieven en dergelijke zijn ten laste van Finles N.V. als beheerder gebracht.
Pagina | 20
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening TOELICHTING BIJ SPECIFIEKE POSTEN IN DE WINST- EN VERLIESREKENING
(VERVOLG) Vergelijking werkelijke kosten met kostenniveau zoals vermeld in het prospectus De vergelijking tussen de naar soort onderscheiden, volgens het prospectus te maken kosten en de daadwerkelijk gemaakte kosten laat het volgende beeld zien: (Bedragen in EUR 1.000) Kosten beheer Kosten administratie Bankkosten (transactie kosten) Kosten bewaargeving Kosten DNB/AFM Accountantskosten Kosten toezicht Totaal
2013
Prospectus
114 42 6 7 2 8 179
128 35 7 13 7 8 3 201
Lopende Kosten Factor (voorheen TER) In 2013 is de Totale Expense Ratio (TER) vervangen door de Lopende Kosten Factor als gevolg van wetswijzigingen. In de lopende kosten wordt de prestatievergoeding buiten beschouwing gelaten en worden de Lopende Kosten berekend over de gemiddelde intrinsieke waarde van elke dagelijkse waardeberekening van het Fonds in 2013. Per 31 december 2013 is de Lopende Kosten Factor van het Fonds als volgt: 2013 Gewogen gemiddeld vermogen (in EUR) Kosten ten laste van het vermogen (in EUR) Lopende Kosten Factor exclusief onderliggende fondsen:
11.415.153 178.869 1,57%
De TER zoals gepresenteerd in het jaarverslag van 2012 is berekend op basis van gemiddelde intrinsieke waarde 1. De gemiddelde intrinsieke waarde van de beleggingsinstelling is de som van de intrinsieke waarden gedeeld door het aantal waarnemingen. Hierbij wordt de som van de intrinsieke waarden gebaseerd op de cijfers per 31 december van het voorafgaande boekjaar, 31 maart, 30 juni, 30 september en 31 december van het onderhavige boekjaar of vergelijkbare data bij een afwijkend boekjaar. Het aantal waarnemingen is altijd vijf (tenzij sprake is van een verkort of verlengd boekjaar). De waarnemingen worden als gewogen gemiddelde beschouwd, waarbij de bedoelde tijdstippen worden gewogen in de verhouding 0,5:1:1:1:0,5. 2. Onder totale kosten worden begrepen alle kosten die in de verslagperiode ten laste van het resultaat worden gebracht. De kosten van beleggingstransacties en rentelasten worden buiten beschouwing gelaten, evenals de kosten verband houdend met het toe- en uittreden van deelnemers, voor zover deze gedekt worden uit de ontvangen op- en afslagen.
Pagina | 21
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening TOELICHTING BIJ SPECIFIEKE POSTEN IN DE WINST- EN VERLIESREKENING
(VERVOLG) Per 31 december 2012 is de TER van het Fonds als volgt: 2012 Gewogen gemiddeld vermogen (in EUR) Kosten ten laste van het vermogen (in EUR)
12.772.770 186.683
TER exclusief onderliggende fondsen:
1,47%
Synthetische Lopende Kosten Factor De Synthetische Lopende Kosten Factor geeft de kosten weer van de verschillende beleggingsinstellingen die zijn opgenomen in de Finles EMS TOP-Rentefonds portefeuille, gedeeld door de gemiddelde intrinsieke waarde van die beleggingsinstellingen. De kosten betreffen de totale exploitatiekosten inclusief de in- en uitstapkosten die door de onderliggende beleggingsinstelling (gewogen op basis van de relatieve omvang van de belegging) worden doorberekend. De Synthetische Lopende Kosten Factor bedroeg over 2013 op jaarbasis: 0,67% (total expense ratio onderliggende beleggingen) + 1,57% (total expense ratio Finles EMS TOP-Rentefonds) = 2,24%. Omloopfactor De omloopfactor, ofwel Portfolio Turnover Rate geeft de omloopsnelheid van de activa weer en wordt als volgt berekend: [(Totaal 1 – Totaal 2) / X] * 100. Totaal 1: het totaal bedrag aan effectentransacties (effectenaankopen + effectenverkopen) van de beleggingsinstelling gedurende het jaar. Totaal 2: het totaal bedrag aan transacties (uitgifte + inkopen) van deelnemingsrechten van de beleggingsinstelling gedurende het jaar. X: de gemiddelde intrinsieke waarde van de beleggingsinstelling. Per 31 december is de omloopfactor van het Fonds als volgt:
Omloopfactor
2013
2012
(1,53)%
(8,63)%
Pagina | 22
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
5 Toelichting op de jaarrekening OVERIGE TOELICHTINGEN Personeel Het Fonds heeft geen werknemers in dienst. Informatieverstrekking Dit jaarverslag, het prospectus en de Essentiële Beleggersinformatie van het Fonds zijn kosteloos verkrijgbaar bij de Beheerder of kosteloos te downloaden van de website van de Beheerder: www.finlescapitalmanagement.nl Goedkeuring van de jaarrekening De Beheerder heeft op 24 april 2014 toestemming gegeven voor de openbaarmaking van de jaarrekening. In- en uittredingskosten De vermogenswaarde wordt bij intreding vermeerderd met 1,5% van de vermogenswaarde en bij uittreding verminderd met 0,6% van de vermogenswaarde. Bij intreding is hiervan 0,35% bestemd voor de administratiekosten van de Beheerder en 1,15% komt ten gunste van het Fonds. Bij uittreding zijn deze percentages respectievelijk 0,15% en 0,45%. Voor institutionele beleggers kunnen andere voorwaarden gelden. Verbonden partijen Finles N.V. te Utrecht, postbus 2600, 3500 GP Utrecht, is als Beheerder verbonden aan de Finles Beleggingsfondsen.
Pagina | 23
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
6 Overige gegevens GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM Na balansdatum hebben zich geen belangrijke gebeurtenissen voorgedaan die van invloed zouden kunnen zijn op het inzicht in de jaarrekening.
UITKERINGSBELEID Gerealiseerde koerswinsten worden niet uitgekeerd maar via het resultaat aan het fondsvermogen toegevoegd. Gerealiseerde koersverliezen worden ten laste van het resultaat en dientengevolge ten laste van het fondsvermogen gebracht. De opbrengsten die in de vorm van rente en dividend worden verkregen worden via het resultaat van het Fonds toegevoegd aan het fondsvermogen. Er vindt derhalve geen uitkering plaats aan participanten.
BELANGEN VAN BESTUURDERS VAN BEHEERDER De bestuurders van de Beheerder hadden per 31 december 2013 geen belang in (de beleggingen van) het Finles EMS TOP-Rentefonds als bedoeld in artikel 122 lid 2 Bgfo Wft (2012: geen).
TRANSPARANTIEVOORSCHRIFT In het kader van transparantievoorschriften is hierna de jaarrekening 2013 van het Lombard Odier Darier Hentch EMS Plus Rentefonds opgenomen. Hierbij is nog geen accountantsverklaring afgegeven.
Pagina | 24
DEKEIJZERNIPIUS'3?CO CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT
De Keij7.er N ipius & Co Accountan ts RV. Postbus 22&66 11 00 OJ AMSTERDAM
Aan: de algemene vergadering van participanten van Finl es EMS TOP-Rentefonds
Tel: (020) 5646 000 Fax: (020) 5646 001 ww\Y.dk nco.nl KvK 34256479
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de jaarrekening van Finles EMS TOP-Rentefonds te Utrecht gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 3 1 december 20 13 en de winst-en-verliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiele verslaggeving en andere toelichtingen .
Verantwoordelijl{hcid van de dil"eetie De directie van het fonds is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resllitaat getrollw dient weer te geven in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland ge ldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet 01' het Financieel Toezicht, alsmede voor het opstellen van het directieverslag in overeenstemming met Titel 9 Boek 2. De directie is tevens verantwoorde lijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelij k acht om het opmaken van de jaarrekening moge lijk te maken zonder afwijkingen van materiee l belang als gevolg van fraude of fouten.
Ve.-antwoordelijkbeid van de accountant Onze verantwoordelij kheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op bas is van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang be vat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-infonnatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarreken ing. De geselecteerde werkzaamheden zijn atllanke lijk van de door de acco untant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de ris ico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevo lg van fraude offouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de acco untant de interne beheersing in aanmerk ing die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrou we beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschatti ngen hebben echter niet tot doe I een oordeel tot ui td rll kking te brengen over de effectiviteit van de interne beheers ing van het fonds. Een controle omvat tevens het evai lleren van de geschiktheid van de gebrllikte gronds lagen voor financ iele verslaggeving en van de redelijkheid van de door de directie van het fonds gemaakte schattingen, alsmede een eva luatie van het a lgehele beeld van de jaarrekening. Wij zij n van mening dat de door ons verkregen controle- infonnatie voldoende en geschikt is om een onderboll wing voor ons oordeel te bieden.
DEKEIJZERNIPIUS'3?CO
Oo ..deel bet ..effende de jaa ....ekening Naar ons oOl'deel geef! de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van Finles EMS TOP-Rentefonds pel' 3 I december 20 13 en van het resultaat over 20 13 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 B W en met de Wet op het Financieel Toezicht.
Verldaring betreffende overige bij of krachteos de wet gestelde eiseo Ingevo lge artikel2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek ofhet directievers lag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeeni
Amsterdam, 24 apri I 2014 De Keijzer Nipius & Co Accountants B.V.
w.g. P.P.M. Lemmens RA
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
7 Bijlage 1 – Jaarrekening 2013 Lombard Odier Darier Hentsch EMS PLUS Rentefonds Inhoud Namen en adressen Verslag van de beheerder over boekjaar 2013 Aan de participanten Ontwikkeling fondsvermogen Doelstelling Risico’s Terugblik op de financiële markten Beleggingsbeleid Beleggingsresultaten Vooruitzichten Jaarrekening Balans per 31 december 2013 (voor verdeling van het resultaat) Winst- en verliesrekening over 2013 Kasstroomoverzicht over 2013 Toelichting op de jaarrekening per 31 december 2013 Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Portefeuille overzicht per 31 december 2013 Algemene informatie Voorwaarden van beheer en bewaring
Pagina | 27
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
Namen en adressen Lombard Odier Darier Hentsch EMS Plus Rentefonds Herengracht 466 Postbus 58007 1040 HA Amsterdam Beheerder
Lombard Odier (Europe) S.A. Netherlands Branch Herengracht 466 Postbus 58007 1040 HA Amsterdam Telefoon: 020 5220522 Telefax: 020 4280168
Bewaarder
Stichting Lombard Odier EMS Plus Rentefonds Herengracht 466 Postbus 58007 1040 HA Amsterdam Telefoon: 020 5220522 Telefax: 020 4280172
Depotbank
BNY/Mellon, Amsterdam Depotnummer LOJFZ006002
Accountant
PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Amsterdam
Voor informatie
Lombard Odier Darier Hentsch & Cie (Nederland) N.V. Herengracht 466 Postbus 58007 1040 HA Amsterdam Telefoon: 020 5220522 Telefax: 020 3308681
Pagina | 28
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
Jaarverslag 2013 Verslag van de beheerder over het boekjaar 2013 Aan de participanten Hierbij brengen wij verslag uit over de periode 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013. Ontwikkeling fondsvermogen Het fondsvermogen is sinds begin januari 2013 gedaald van EUR 12,6 miljoen naar EUR 10,7 miljoen op 31 december 2013. Eind december bedroeg het aantal uitstaande participaties 15.437 tegen 18.127 begin januari 2013. De netto vermogenswaarde per participatie nam gedurende de verslagperiode af van EUR 693,93 begin januari tot EUR 691,43 eind december 2013. Het rendement over het jaar 2013 kwam daarmee uit op 0.22% . Doelstelling Het fonds stelt zich tot doel een zo hoog mogelijk relatief rendement op lange termijn te behalen. Risico’s Het fonds loopt een aantal risico’s. Voor de beschrijving van deze risico’s wordt verwezen naar de toelichting op de jaarrekening.
Pagina | 29
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
Terugblik op de financiële markten In 2013 werd het positieve marktsentiment van 2012 voortgezet. Na de wereldwijde kredietcrisis van 2008/2009 begint nu ook de eurocrisis, die met name in 2011 hevig woedde, langzamerhand op de achtergrond te raken. Wereldwijd hebben centrale banken een grote rol gespeeld in het herstel van vertrouwen op de kapitaalmarkten. Zowel de ECB als de FED, de Bank of England en de Bank of Japan hebben via QE en LTRO’s * grote hoeveelheden geld verschaft aan het bankwezen. De beschikbare gelden vonden voor een deel hun weg naar de financiële markten waar ‘risky assets’ in prijs konden stijgen. Hoewel er wereldwijd nog veel hervormingen zullen moeten plaatsvinden, nam het vertrouwen in de reële economie en de financiële markten toe naarmate het jaar vorderde. Bovendien verbeterden de fundamentele macro-indicatoren, eerst in de VS en Japan, later ook in de eurozone. Onder invloed van dalende inflatie en tegenvallende groeicijfers in de eurozone verlaagde de ECB de toch al zeer lage beleidsrente in 2013 met twee stappen van 25 basispunten in mei en november. Zodoende bedroeg de refi rente per eind 2013 een historisch lage niveau van 0.25%. In navolging van andere centrale banken gaf ook de ECB halverwege het jaar een ‘forward guidance’: de ECB gaf aan nog jaren een zeer ruim monetair beleid te voeren. Een zeer belangrijk speerpunt in het voorkomen van toekomstige crises en herwinning van vertrouwen is de vorming van een Europese bankenunie, in 2013 zijn belangrijke stappen voorwaarts gemaakt. Ondanks bezwaren van met name Duitsland bereikten de Europese ministers van Financiën tegen het eind van 2013 een akkoord. Ze spraken af om de bail-in verplichting** vanaf 2016 in te laten gaan. Verder werd afgesproken dat er een gezamenlijk herstel- en afwikkelingsmechanisme gaat komen ten aanzien van probleembanken, dit zal geleidelijk plaatsvinden in tien jaar. Op deze wijze zullen ook sterke banken (en sterke landen) een solidaire bijdrage leveren aan de stabiliteit van het financiële stelsel. De ECB zal belast worden met het toezicht op de Europese banken en neemt dit over van de nationale autoriteiten. In voorbereiding hierop zal de ECB in 2014 de systeemrelevante banken in de eurozone aan een AQR (Asset Quality Review) en stresstest onderwerpen. Zodoende worden balansen vergelijkbaar gemaakt en wordt geanalyseerd welke banken kapitaalversterking nodig hebben.
Marktindicatoren
Ultimo 2012
Ultimo 2013
Ontwikkeling 2013
Valuta (vs EUR) USD GBP JPY (100) Rente ECB Refi rente Fed Funds rente
0,758 1,231 0,875
0,725 1,201 0,689
-4,4% -2,4% -21,3%
0,75% 0,25%
0,25% 0,25%
-50 bp 0 bp
10-jaars rente Duitsland 10-jaar rente US 10-jaars rente Japan
1,32% 1,76% 0,79%
1,93% 3,03% 0,74%
61 bp 127 bp - 5 bp
* Quantitative Easing, programma waarbij de centrale bank (staats-)obligaties opkoopt teneinde de rentestand te drukken en de economie een impuls te geven. LTRO staat voor Long Term Refinancing Operations, programma waarbij de ECB tijdelijk lange termijn herfinancieringsoperaties beschikbaar stelt aan banken, in ruil voor bepaalde zekerheden (waardepapieren) vinden de liquiditeiten aan banken deels hun weg via leningen aan klanten ** naast aandeelhouders ook bijdrage van obligatiehouders en onverzekerde spaarders bij faillissement van een bank (i.p.v. belastingbetalers).
Pagina | 30
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
Waar de Europese staatsschuldencrisis in 2011 en 2012 nog voor zeer hoge obligatierentes zorgden in de periferie en diverse landen elkaar hiermee besmetten, liet 2013 een zichtbaar herstel zien. Bovendien zorgden politieke en financiële perikelen in 2013 voornamelijk lokaal tot enige onrust, zonder het besmettingsgevaar van de jaren ervoor. Zo zorgde de verwevenheid van de Cypriotische bankensector met de situatie in Griekenland ervoor dat noodhulp van de EU/ECB/IMF in maart onafwendbaar was geworden. Het opgezette herstructureringsplan was uniek in de eurozone; dit keer moesten ook (senior) obligatiehouders en grote spaarders meebetalen aan de redding van de Cypriotische bankensector. Eurogroep voorzitter Dijsselbloem gooide nog wat olie op het vuur door te suggereren dat dit een template is voor toekomstige gevallen. Hoewel ECB voorzitter Draghi dit in eerste instantie nog ontkende, is dit wel degelijk de richting die bewandeld wordt volgens de richtlijnen van de bankenunie. In Italië ontstond begin 2013 een patstelling toen de centrum-linkse Bersani de meerderheid in het Huis van Afgevaardigden veroverde en Berlusconi de meerderheid in de Senaat. Een onbestuurbaar Italië dreigde voor het land met de grootste staatsobligatiemarkt van Europa (€ 2000 mrd). In Portugal steeg de obligatierente in juli fors nadat twee ministers aftraden uit onvrede over de bezuinigingsplannen van premier Coelho. Deze gebeurtenissen zorgden voor tijdelijke en lokale stijgingen van de obligatierentes, echter over geheel 2013 daalden deze rentes in de periferie. Grafiek 1: Renteverschillen van Europese periferie versus Duitsland daalden, een teken van toenemende stabiliteit in de eurozone
De basis voor de relatieve rust in de Europese schuldencrisis was halverwege 2012 al gelegd door ECB voorzitter Draghi die de bereidheid aangaf om onbeperkt obligaties op te kopen onder voorwaarden tot hervormingen en bezuinigingen. Opmerkelijk is dat de woorden van Draghi (“Within our mandate, the ECB is ready to do whatever it takes to preserve the euro. And believe me, it will be enough.”), haar uitwerking niet hebben gemist terwijl er tot op heden geen gebruik is gemaakt van dit vangnet. Bovendien heeft Ierland de laatste keuring van de trojka doorstaan en kon het hulpprogramma van 2010 (€ 85 mrd) in afgelopen december worden beëindigd. In de VS is begin 2013 binnen het stelsel van centrale banken (FED) twijfel ontstaan over voortzetting van de huidige stimuleringsmaatregelen. Het huidige QE-programma bestaat uit maandelijkse opkopen van $ 85 mrd per maand aan staats- en hypotheekobligaties ter stimulering van de Amerikaanse economie. Inmiddels is de balans van de FED al enorm verlengd door de opkopen (QE1, 2, 3 en operation twist) en zijn tekenen van een voorzichtig herstel zichtbaar geworden. In de loop van het jaar gaf de FED aan dat het huidige opkoopprogramma zal worden afgebouwd, ook wel aangeduid als ‘tapering’. De FED benadrukte hierbij wel dat de voorwaarde is dat de werkloosheid verder daalt tot beneden 6.5% en de inflatie richting 2% stijgt. Beleggers volgden de macro economische data nauwgezet en maakten de inschatting dat de FED in september met tapering zou beginnen. Dit gebeurde niet, de FED wilde meer bewijzen zien van een verbeteringen in de economie.
Pagina | 31
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
Bovendien gaf Bernanke aan dat de FED de beleidsrente ook na beëindiging van het opkoopprogramma nog lange tijd laag zal houden. Na deze zorgvuldige sturing van de renteverwachtingen en een serie van goede economische data maakte de FED in december bekend dat de afbouw van het opkoopprogramma in januari 2014 zal gaan aanvangen. Vanaf deze maand zal in plaats van $ 85 mrd nog $ 75 mrd aan obligaties worden opgekocht. Afhankelijk van de inflatie- en/of arbeidsmarktontwikkelingen zal het programma vermoedelijk eind 2014 volledig zijn beëindigd. Op de rentemarkten werd het grootste deel van 2013 al geanticipeerd op de voorgenomen afbouw van QE, de 10-jaars rente van de VS steeg meer dan een procentpunt van 1.76% naar 3.03%. In het kielzog steeg ook de Duitse 10-jaars rente van 1.32% naar 1.93%. De impact van de rentestijging in de VS wordt duidelijk door het resultaat van de total return US aggregate index (staats- en bedrijfsobligaties) te analyseren; voor het eerst in meer dan 10 jaar is het jaarresultaat van deze index negatief. Grafiek 2: Forse stijgingen van 10-jaars staatsobligatierente in de VS en Duitsland
4,5
4,0
3,5
3,0
2,5
2,0
1,5
1,0
0,5
0,0 jan 10
jul 10
jan 11 Duitsland 10 jrs
jul 11
jan 12 VS 10 jrs
jul 12 ECB Refi
jan 13
jul 13
jan 14
Fed funds
In Japan zette de nieuwe minister-president Abe een nieuw en vooruitstrevend economisch beleid uiteen. Het beleid bestaat uit drie pijlers die al snel bekend werden als ‘Abenomics’. De eerste pijler is een budgettaire impuls van plusminus 1.4%-punt BBP met de nadruk op infrastructurele investeringen. De tweede pijler is het voeren van een ultra ruim monetair beleid (onder aanvoering van centrale bank gouverneur Kuroda) gericht op een inflatie van 2%. Aangezien voor aanvang van het beleid sprake was van deflatie moest een uitgebreide opkoop van staatsobligaties worden ingezet. De derde pijler betreft structurele hervormingen om het groeipotentieel op termijn te ondersteunen. Een aantal doelstellingen is bereikt; zo werd deflatie omgebogen naar inflatie (wel nog steeds met 1.5% onder de doelstelling van 2%), de yen verzwakte waardoor de concurrentiepositie kon verbeteren, het BBP liep op, de Nikkei aandelenindex maakte een forse sprong voorwaarts en het consumentenvertrouwen nam toe. De keerzijde van het beleid is dat een gevaarlijk spel wordt gespeeld: de inflatie kan uit de hand lopen, de huidige enorme staatsschuld van 245% BBP wordt niet aangepakt, het grootste Japanse staatspensioenfonds loopt een groot koersrisico op de Japanse staatsobligaties en een wereldwijde valutaoorlog ligt op de loer. Bovendien valt of staat Abenomics bij het slagen van de derde pijler, de hervormingen.
Pagina | 32
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
Naast het accommoderende beleid van belangrijke centrale banken zorgden ook goede macro economische cijfers voor stijgende aandelenmarkten. In de VS was een duidelijke verbetering van de huizenmarkt zichtbaar. Zowel de vastgoedprijzen als de transactievolumes lieten een stijgende trend zien. De werkloosheid daalde met name in de VS en het VK (rond 7.5%) en lijkt zich in de eurozone enigszins te stabiliseren (op een hoog niveau van circa 12%). Consumenten en producenten krijgen na een aantal zware crisisjaren weer wat meer vertrouwen in de toekomst. De BBP-groei van met name de VS, VK en Japan krijgt de wind in de zeilen en zelfs de eurozone krabbelt na zes achtereenvolgende kwartalen van krimp weer op. De inkoopmanagersindices (PMI’s), die een voorspellende waarde wordt toegekend over de stand van de economie, laat het afgelopen jaar in de grote economieën een stijgend verloop zien. In september en oktober ontstond enige onrust op de financiële markten doordat twee deadlines in de VS naderden. Zowel de begroting voor het nieuwe fiscale jaar als de maximering van het schuldenplafond werd een politiek steekspel tussen de Democraten en de Republikeinen. Uiteindelijk was er wel enkele weken sprake van een ‘government shutdown’ maar het technische bankroet kon worden voorkomen. Zeer opvallend was dat het koersresultaat van zowel obligaties als aandelen van opkomende markten fors achterbleef bij ontwikkelde landen. De opkomende landen hebben aan economische dynamiek verloren. Lage groei in westerse landen deed de afgelopen jaren veel beleggingsgeld naar opkomende markten stromen. Nu de opkomende economieën met tegenvallers kampen, de groei daar afzwakt en in het westen juist weer wat aantrekt, repatriëren veel westerse beleggers hun beleggingen in opkomende markten. Toen het Amerikaanse stelsel van centrale banken aangaf dat binnen afzienbare tijd zou worden begonnen met de afbouw van het opkoopbeleid, kwam de kapitaalvlucht in een stroomversnelling. Door de monetaire verruiming in de VS stroomde namelijk een grote hoeveelheid dollars naar beter renderende beleggingen in opkomende landen, daaraan lijkt abrupt een einde te komen. In de opkomende landen heeft de kapitaalvlucht tot depreciatie van de lokale valuta’s geleid. Om de verzwakking van de valuta’s en de nog immer hoge inflatie tegen te gaan, gingen de centrale banken van deze landen over tot renteverhogingen, echter dit zet weer een rem op de economische groei. In China is een einde gekomen aan de dubbelcijferige groei die vanaf 2003/2004 wel werd gehaald. Al sinds begin 2010 is sprake van teruglopende groei, deze bedraagt nu zo’n 7.8% op jaarbasis. De groeiafname is volgens het Chinese bureau van de statistiek deels het gevolg van de hervorming van de economie door de overheid. Die is gericht op het stimuleren van de binnenlandse consumptie en het terugdringen van de afhankelijkheid van export en investeringen. Op de lange termijn is dit een gewenste, namelijk meer evenwichtige ontwikkeling, maar op de korte termijn zet dit druk op de groei van het BBP. Beleggingsbeleid Bij de start van het jaar werd een neutrale landenallocatie aangehouden ten aanzien van perifere landen als Italië en Spanje. In de aanloop naar de Italiaanse verkiezingen hebben wij de weging in Italië en Spanje aangepast in anticipatie op een toename van de onrust. De onderweging in Italië is na de verkiezingen teruggebracht naar neutraal. De stimulerende maatregelen en de renteverlaging van de ECB waren mede de reden om de overwogen duration in de portefeuille in de eerste weken van april te handhaven. De onzekerheid over de toekomstige richting van het monetaire beleid van de Fed naar aanleiding van de twee Federal Open Market Committee (FOMC) vergaderingen in mei en juni zorgde voor een stijging van de obligatierentes, wat leidde tot een massale verkoop op de obligatiemarkten. Hierna werd de duration verlaagd naar een neutrale positie.
Pagina | 33
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
In het derde kwartaal werd een onderwogen duration positie aangehouden ingegeven door de aankondigingen van de Fed, de verbeterende economische data in Europa en in de VS en de daaruit voortvloeiende stijging van de obligatierentes in de VS en in Europa. Vanaf midden september daalden de obligatierentes weer. Met het oog op de onzekere politieke situatie hebben wij eind augustus de weging in Italiaanse staatsobligaties verlaagd. De overwogen positie in credits werd gehandhaafd. Gedurende het vierde kwartaal werd een onderwogen duration positie aangehouden in anticipatie op het mogelijk afbouwen van het opkopen van obligaties door de Amerikaanse Centrale Bank. Daarnaast bleef de positie in perifere landen licht onderwogen en de positie in credits overwogen.
Pagina | 34
Finles EMS TOP-Rentefonds Jaarverslag 2013
Beleggingsresultaten In 2013 was sprake van een stijging van de rentes in de ‘core’ landen van de eurozone zoals Duitsland en Nederland. Ook in het Verenigd Koninkrijk was sprake van een stijging van de rente van staatsobligaties en een daling van de koersen. De perifere landen in de eurozone zoals Spanje en Italië lieten in 2013 een herstel zien na de koersdalingen in 2012. Per saldo behaalde het fonds (gross of fees) een licht positief resultaat terwijl de index een licht daling vertoonde in 2013. Na het durationbeleid droegen de landenallocatie en de beleggingen in credit obligaties positief bij aan het relatieve resultaat. Rendement (gross of fe e s)
1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 1992-2013 (cumulatief)
LODH EMS Be nchma rk Plus Re nte fonds 17.37% 18.76% 13.31% 12.85% 4.01% 7.36% 7.07% 8.27% 1.35% 8.94% 7.41% 1.24% 1.40% 4.70% 6.10% 4.47% 5.34% 10.82% 0.22% 342.12%
15.68% 18.24% 12.68% 10.92% 3.22% 7.37% 5.99% 8.61% 1.53% 8.93% 6.60% 0.69% 1.57% 5.21% 5.03% 3.93% 4.33% 10.07% -0.05% 284.43%
Ve rschil
1.69% 0.52% 0.63% 1.92% 0.80% -0.01% 1.08% -0.34% -0.18% 0.01% 0.81% 0.55% -0.17% -0.48% 1.03% 0.52% 0.97% 0.68% 0.26% 15.01%
* inceptie 1 juli 1992
Vooruitzichten In Euroland is ook sprake van een verbetering van de economische vooruitzichten maar een lagere groei dan in de VS. De daling van de landenspreads in Euroland betekent wel dat de verschillen in financieringskosten in Euroland kleiner zijn geworden. Wanneer de economische groei tegenvalt verwachten wij dat de ECB nieuwe maatregelen zal nemen, bijvoorbeeld door opnieuw voor langere tijd liquiditeiten te verstrekken aan banken. De euro heeft kunnen profiteren van zowel de ontwikkelingen in de VS met betrekking tot de begroting en het monetaire beleid maar de verdere ontwikkeling hangt af van hoe de twee economieën zich vanaf nu ontwikkelen. Amsterdam, 7 april 2014 De beheerder, Lombard Odier (Europe) S.A. Netherlands Branch
Pagina | 35