Eindrapport ‘Duik in water!’ Agrarische jongeren trekken het waterdebat vlot
Utrecht, 17 mei 2005
Eindrapport ‘Duik in water!’ Agrarische jongeren trekken het waterdebat vlot
PROJECTAANVRAGER: Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt, Utrecht
PROJECTUITVOERDERS: NAJK-edu . Voorlichting . Scholing . Training . Advies Postbus 816 3500 AV Utrecht Contactpersoon: Nicolaas van Everdingen 030-2769863
[email protected] Centrum voor Landbouw en Milieu (CLM BV) Postbus 62 4103 WR Culemborg Contactpersoon: Rob Hoekstra 0345-470763
[email protected] Stichting Reinwater Vossiusstraat 20-2h 1071 AD Amsterdam Contactpersoon: Tinco Lycklama à Nijeholt 020-6719322
[email protected] Foto’s: NAJK-edu
SAMENVATTING ‘Duik in water!’ is een initiatief geweest van het NAJK (Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt). Met dit project heeft het NAJK agrarische jongeren actief laten meedenken en in gesprek laten gaan met andere actoren over agrarisch waterbeheer. Het startschot werd gegeven in mei 2002 door staatssecretaris Geke Faber, en in mei 2005 werd het afgesloten door minister Cees Veerman. In drie jaar hebben ca. 1650 jonge agrariërs deelgenomen aan 66 eenmalige activiteiten. De kleinste bijeenkomst was met 4 jongeren, bij de grootste waren 190 jongeren aanwezig. De inhoud van elke bijeenkomst is in samenwerking met de afdeling van agrarische jongeren en het waterschap bepaald. Op hoofdlijnen zijn de onderwerpen te veel, te weinig of te vies water, of een combinatie hiervan. De algemene inhoud van de avond is: Met welke aspecten van water hebben agrarische jongeren te maken op het bedrijf? Waterbeleid in de regio en de vertaling door het waterschap: welke wateropgaven zijn er in de regio?, welke uitdagingen liggen er?, wat kan bepaald beleid of bepaalde maatregelen betekenen voor agrarische bedrijven en andere belanghebbenden? Én, wat is de rol van jonge boeren en tuinders in het waterbeheer? Bij de eenmalige activiteiten zijn ook de waterschappen aanwezig. Tijdens deze avonden wordt geprobeerd een brug te bouwen richting het waterschap. Vroeger was het waterschap ‘van de boeren’. Tegenwoordig is daar een enorme kloof ontstaan (wij – zij). Waterschappen zijn zich daar vaak weinig van bewust. Door dit project lukt het om die kloof te overbruggen. In feite zijn de eenmalige activiteiten daardoor “minidialoogtrajecten”. De jongeren en de waterschappen zijn vaak beiden verrast over de uitkomsten. Deze eenmalige activiteiten waren voor een aantal afdelingen reden om zich verder te verdiepen, door een vervolgtraject op te zetten. Eerst is met de agrarische jongeren en het waterschap de mogelijkheid onderzocht om in een bepaald gebied een regionaal project te kunnen beginnen. De mogelijkheden om dit traject in te gaan worden pas goed duidelijk tijdens een eerste eenmalige avond. Er moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan: - Er moet een concrete wateropgave liggen; - De jongeren moeten zich aangesproken voelen om daar zelf mee aan de slag te gaan; - Het waterschap moet ook de kans zien om met deze specifieke doelgroep aan oplossingen te werken, en het handelingsperspectief bieden. Als aan deze voorwaarden wordt voldaan heeft het project samen met de afdeling samenwerking en dialoog met andere partijen georganiseerd in fase 2 "Puzzelen met water". De precieze opzet van de vervolgtrajecten is steeds afgestemd op de wensen en mogelijkheden van de afdeling, én die van het waterschap. In tabel 1 zijn de vervolgtrajecten opgenomen die zijn uitgevoerd.
Tabel 1: vervolgtrajecten Prov.
AJK
Data avond 1
avond 2
BAJK
Breda
2003_01-30
2004_11_30
HAJK-Z
Krimpenerwaard
2004_02_05
2004_02_19
BAJK
Roosendaal
2004_03_11
2005_03_29
HAJK-N
Purmerend
2004_12_07
2005_02_18
BAJK
Helmond
2005_01_18
n.v.t.
BAJK
Oss
2004_01_27
2005_01_27
GAJK
Rivierenland
2005_01_31
n.v.t.
HAJK-N
Haarlemmermeer
afgeblazen
Uit het projectplan: “Maar de belanghebbenden, agrariërs (jong en oud), zijn er (agrarisch waterbeheer, red.) in de praktijk nog maar mondjesmaat mee bezig. In de hogere delen van Nederland (zand) zijn de zogenaamde voorlopers wel bezig met water vasthouden door het plaatsen van stuwtjes. Maar ook in de lagere delen van Nederland, met name veenweidegebieden, is veel winst te behalen.” Juist in de veenweidegebieden heeft 'Duik in water!' met de vervolgtrajecten ”Krimpenerwaard” en “Purmerend” belangrijke winst kunnen boeken. In de Krimpenerwaard hebben de jongeren hun frisse kijk op hun rol in het waterbeheer in de discussie over de landinrichting ingebracht. In Purmerend is de belangrijkste uitkomst van het traject dat er zonder wederzijds vertrouwen geen zaken gedaan kunnen worden tussen agrariërs als waterschap. Nergens is het tot uitvoeringsplannen gekomen. De waterschappen vonden het hiervoor te vroeg. Op grond van de ervaringen die opgedaan zijn met de uitvoering van het project 'Duik in water!' kunnen de volgende leerpunten worden geformuleerd en worden de volgende aanbevelingen gedaan: Leerpunten De leerpunten van het project worden aan de hand van de volgende stellingen behandeld: 1. Een waterschapshuis heeft voor jonge agrariërs letterlijk een hoge drempel; 2. Een waterschap staat figuurlijk ver weg van jonge agrariërs; 3. 'Duik in water!' heeft de koudwatervrees bij agrarische jongeren weggenomen; 4. Agrarische opleidingen besteden weinig aandacht aan waterbeheer; 5. Het enthousiasme van boeren en tuinders voor het bergen van water bij wijze van blauwe dienst wordt vooral beïnvloed door de hoogte van de vergoeding; 6. Het enthousiasme van boeren in het veenweidegebied om bij wijze van blauwe dienst (in stand houden landschap) het peil op te zetten is gering; 7. Een jonge boer zit niet vast aan een stuk grond; 8. Een agrariër zou meer naar het grondwaterpeil moeten kijken, en minder naar het slootpeil. 9. Tot afspraken komen vraagt maatwerk en kan alleen op basis van wederzijds vertrouwen. 10. Een veldsymposium zet bestuurders met beide benen op de grond. 11. Het logische vervolg op 'Duik in water!' heet 'Duik in waterkwaliteit!’
VOORWOORD Met het aanbieden van dit eindrapport aan Minister Veerman op het veldsymposium op 18 mei 2005 is het project 'Duik in water!' feestelijk afgesloten. Het NAJK heeft met 'Duik in water!' het initiatief genomen om agrarische jongeren te mobiliseren actief mee te denken en in gesprek te gaan met andere actoren over waterkwaliteit en waterbeheer. Zo’n 2000 agrarische jongeren namen via dit project een kijkje in de waterwereld, om er meer vertrouwd mee te raken. En om alvast met elkaar en met andere belanghebbenden en actoren naar maatregelen te zoeken om kwalitatief en kwantitatief duurzamer met water om te gaan. Belangrijkste winst uit het 'Duik in water!' -project is dat de jonge agrariërs meer zijn gaan nadenken over de waterproblematiek, over hun rol daarin, en actief zijn gaan participeren. Iets wat tot dusverre nog weinig gebeurde. Het is de kunst om samen met andere belanghebbenden bij een duurzaam waterbeheer te komen tot oplossingen. 'Duik in water!' heeft laten zien dat de wil bij agrarische jongeren er is. De leden van het NAJK, de vereniging van jonge agrarische ondernemers met visie en lef, willen zich focussen op de toekomst, hún toekomst. Dat zij daarbij ook naar hun toekomstige rol in het waterbeheer moeten kijken, daarvan zijn zij zich terdege bewust geworden.
Dirk Bruins Voorzitter NAJK
Eindverslag ‘Duik in Water!’
Voorwoord
INHOUDSOPGAVE
1.
Doelen en doelgroepen van het project ...................................................... 1
1.1
Inleiding .............................................................................................. 1
1.2
Doelen van het project ............................................................................ 1
1.3
Doelgroepen ......................................................................................... 1
2.
Werkwijze ........................................................................................... 2
2.1
Startschot project 'Duik in water!' ............................................................... 2
2.2
Werving............................................................................................... 2
2.3
Algemene benadering .............................................................................. 2
2.4
Gehanteerde leervormen .......................................................................... 3
2.5
Opzet en inhoud eenmalige activiteiten ‘de eerste duik’ ................................... 3
2.6
Opzet en inhoud vervolgtraject: "Puzzelen met water" ...................................... 4
2.7
De ‘Waterspiegel’................................................................................... 5
3.
Resultaten project................................................................................. 6
3.1
Aantal activiteiten en deelnemers............................................................... 6
3.2
Inhoud eenmalige informatieve bijeenkomsten ............................................... 6
3.2.1
Het Gezond Boeren Verstand peil................................................................ 9
3.3
Stellingen en uitkomsten discussies eenmalige avonden ....................................10
3.4
Evaluatie eenmalige avonden....................................................................11
3.5
Resultaten fase 2: vervolgtraject “Puzzelen met water” ...................................11
3.5.1
Breda: Eerste vervolgtraject.....................................................................12
3.5.2
Krimpenerwaard: Jongeren mengen zich goed voorbereid in de discussie over de landinrichting.......................................................................................12
3.5.3
AJK Roosendaal: Trek de blauwe en rode grens ..............................................14
3.5.4
AJK Purmerend zet eerste stap naar wederzijds begrip.....................................16
3.5.5
AJK Oss: In gesprek met het waterschap ......................................................17
3.5.6
Rivierenland: Is een goedkoop waterschap ook meteen het beste? .......................17
3.5.7
Helmond: En nu aan de slag met waterkwaliteit .............................................18
3.5.8
AJK Haarlemmermeer: Te veel, te weinig én te zout .......................................19
3.6
Verspreiding kennis en samenwerkingen.......................................................20
3.6.1
Duik in water!-kranten............................................................................20
3.6.2
‘Nederland leeft met water’.....................................................................20
3.6.3
Zij-actief en Vrouwen van nu ....................................................................20
3.6.4
De ‘Waterkaravaan’ ...............................................................................21
Eindverslag ‘Duik in Water!’
Inhoud
3.6.5
Blauwe Diensten bij waterschap De Dommel .................................................21
3.6.6
Gidsmodellen waterberging Rivierenland......................................................21
3.6.7
Stoas onderzoek ‘Vraagarticulatie (beroeps)onderwijs’.....................................21
3.6.8
Triple P en ‘Duik in water!’ ......................................................................21
3.6.9
Bijdrage aan Onderbouwing Investeringsclaim Westelijke Veenweiden ..................23
3.7
Veldsymposium over en middenin het veenweidegebied....................................24
3.8
Workshops...........................................................................................24
3.9
Internetsite www.duikinwater.nl ...............................................................24
4.
Conclusies en aanbevelingen ‘Duik in water!’............................................. 25
4.1
Leerpunten .........................................................................................25
5.
Financiële verantwoording .................................................................... 28
6.
Bijlagen ............................................................................................ 29
Eindverslag ‘Duik in Water!’
Inhoud
1.
DOELEN EN DOELGROEPEN VAN HET PROJECT
1.1 Inleiding Het project 'Duik in water!' is uitgewerkt door het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK). De projectleiding was in handen van stichting NAJK-edu, het project is uitgevoerd door NAJK-edu, CLM en Reinwater. In dit eindverslag vindt u een overzicht van de activiteiten die in het kader van 'Duik in water!' sinds het startschot (14 mei 2002) tot aan het afsluitende veldsymposium (18 mei 2005) zijn uitgevoerd. Ook is de financiële verantwoording opgenomen. 1.2 Doelen van het project De belangrijkste doelen van het project zijn: 1. Agrarische jongeren hebben in het project kennis opgedaan over agrarisch waterbeheer, zowel over de kwalitatieve als de kwantitatieve aspecten, en weten wat de kansen, mogelijkheden en uitdagingen ervan zijn, maar ook de mogelijke knelpunten. 2. Door dit project zijn agrarische jongeren zich bewust van de mogelijkheden tot inpassing van agrarisch waterbeheer in hun bedrijfsvoering en worden gestimuleerd hiertoe creatieve ideeën te ontwikkelen. Hierdoor neemt de betrokkenheid bij agrarisch waterbeheer toe en zal de bereidheid om als individueel ondernemer met agrarisch waterbeheer aan de slag te gaan worden vergroot. 3. Agrarische jongeren hebben in dialoog met andere partijen, zoals waterschap, drinkwaterbedrijf en natuur- en milieuorganisaties op gebieds- en bedrijfsniveau een visie ontwikkeld op duurzaam waterbeheer. 4. Agrariërs onderling en agrariërs, waterbeheerders en overheden hebben met behulp van dit project kennis en ervaring opgedaan en uitgewisseld over duurzaam agrarisch waterbeheer. 1.3 Doelgroepen 1. Agrarische jongeren van 20 tot 35 jaar. Het gaat daarbij om (potentiële) bedrijfsopvolgers en hun partners in de land- en tuinbouw. Veel van deze jongeren zijn lid van het NAJK. Het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt telt ongeveer 11.000 leden, georganiseerd in 200 afdelingen. 2. Andere waterbelanghebbenden en actoren zoals: - Niet-agrarische grondbezitters (landgoedeigenaren, particulieren, natuurbeherende organisaties); - (semi-)overheden: waterschappen, gemeenten, provincies, waterleidingbedrijven; - Natuur- en milieuorganisaties.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
-1-
2.
WERKWIJZE
2.1 Startschot project 'Duik in water!' Op 14 mei 2002 gaf demissionair staatssecretaris van landbouw Geke Faber in Etten-Leur het startschot voor het project 'Duik in water!' Mevrouw Faber gaf in haar inleiding aan dat zij de mening van het NAJK deelt dat de boeren meer inspraak moeten krijgen in de besluitvorming over waterbeheer. Faber: "De agrariërs vormen de sleutel tot het buitengebied. Bij hen ligt ook veel kennis over die omgeving. Door jonge boeren met andere belangengroeperingen in gesprek te brengen kunnen goede afspraken worden gemaakt op lokaal niveau.” Op de foto: Vertegenwoordigers van LNV, NAJK, Provincie Noord Brabant, Brabantse Milieufederatie, natuur en de gemeente Etten Leur trekken samen het waterdebat vlot.
2.2 Werving Alle 200 afdelingen en 11.000 leden zijn op de volgende manieren en momenten geïnformeerd over de mogelijkheid mee te doen aan het project: - Via het ledenblad BNDR (voorheen Binder). - In de zogenaamde jaarprogrammaboekjes van de provinciale afdelingen van het NAJK, waarin het nieuwe aanbod voor het komend jaar is opgenomen, is ruim aandacht besteed aan ‘Duik in water!’. - In de 'Duik in water!'-krant, verstuurd in februari 2003, is de aandacht gevestigd op de mogelijkheid om deel te nemen aan dit project (zie bijlage 6.6). Deze krant is in februari 2003 aan alle leden van het NAJK verstuurd. Tevens is deze naar alle waterschappen, milieufederaties en provincies verstuurd. Bij de krant was tevens de algemene folder van de campagne ‘Nederland leeft met water’ bijgesloten. - Op de internetsite www.najk.nl is onder de aparte knop “water” een aantal pagina’s over 'Duik in water!' opgenomen. Verder is via www.duikinwater.nl een link naar dezelfde pagina opgenomen. Om ook niet-leden nadrukkelijk de gelegenheid te geven om aanwezig te zijn, werden in de lokale pers de activiteiten aangekondigd. 2.3 Algemene benadering In dit project is gewerkt vanuit de invalshoek dat er met de inrichting en het beheer van het watersysteem nu al rekening gehouden zal moeten worden met de effecten van de te verwachten klimaatveranderingen. Het gaat er dus om dat de beheerders van het watersysteem, maar ook de gebruikers van het watersysteem zelf, zoals burgers en boeren, anticiperen op en inrichting en beheer aanpassen aan de veranderingen.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
-2-
Waterbeheer vormt een uitdaging die de agrarische sector samen met andere belanghebbenden móet aangaan. Water beperkt zich immers niet tot perceels- of eigendomsgrenzen en water moet integraal worden benaderd. 2.4 Gehanteerde leervormen De meeste jongeren moeten nog bij nul beginnen als het gaat om kennis over water(beleid). De basiskennis over de doelstellingen van de overheid is gering. Ongeveer 25% van de jongeren heeft een HAS-opleiding, het algemene opleidingsniveau is niet het probleem. In de opleiding van de jongeren komt de waterproblematiek echter niet of weinig aan de orde. Het nieuwe waterbeleid van de overheid (rijk, provincie en waterschap) dat met de campagne “Nederland leeft met water” wordt gecommuniceerd naar de burgers, is zeer algemeen. In de 1malige bijeenkomsten is dit algemene waterbeleid zo concreet mogelijk gemaakt voor de jonge agrariërs. In de 1-malige bijeenkomsten zijn daarvoor de volgende twee leervormen gebruikt: x leren als instrument om beleid te communiceren door voorlichting, draagvlak creëren en het stimuleren van gewenst gedrag. De vertaling van het algemene beleid naar maatregelen in het gebied is door de waterschappen zo tastbaar mogelijk gemaakt. De waterproblematiek is “op prikkeldraadniveau” voelbaar gemaakt. Door dilemma’s waar het waterschap voor geplaatst wordt ook aan de jongeren voor te leggen, maakten we de jongeren mede-probleemeigenaar. De traditionele houding van de landbouw “we betalen waterschapslasten en het waterschap heeft maar te zorgen voor voldoende schoon water op de juiste plaats en tijd” wordt daarmee omgebogen naar een houding van “door samen met het waterschap aan het waterbeheer te werken, houden we het water beheerbaar”. x leren als sociaal leerproces door het mogelijk maken van dialoog, maatschappelijk debat, bevorderen van deelname, ontwikkelen van vaardigheden. Bij de eenmalige activiteiten waren ook de waterschappen aanwezig. Tijdens deze avonden is geprobeerd een brug te bouwen richting het waterschap. Vroeger was het waterschap ‘van de boeren’. Tegenwoordig is daar een enorme kloof ontstaan (wij – zij). Waterschappen zijn zich daar op het oog weinig van bewust en zijn erg in zichzelf gekeerd. Door dit project is die kloof overbrugd. 2.5 Opzet en inhoud eenmalige activiteiten ‘de eerste duik’ Geïnteresseerde afdelingen startten het project met informatiebijeenkomsten op afdelingsniveau (fase 1). De algemene opzet van de eenmalige avonden is door het projectteam ontwikkeld. In het projectteam van 'Duik in water!' hebben de projectleider van NAJK-edu, twee deskundigen van CLM en een specialist waterkwaliteit van Reinwater zitting. Hierdoor komen kennis van agrarische jongeren, agrarisch waterbeheer, en specifieke natuurgerelateerde kennis (wateropgaven en oplossingen en communicatie daarvan op gebied van verdrogingproblematiek en waterkwaliteit) samen. De inhoud van elke bijeenkomst is in samenwerking met de agrarische jongeren afdelingsbestuurders en het waterschap binnen die afdeling bepaald. Op hoofdlijnen zijn de onderwerpen te veel, te weinig of te vies water, of een combinatie hiervan. De algemene inhoud van de avond is: Met welke aspecten van water hebben agrarische jongeren te maken op het bedrijf? Waterbeleid in de regio en de vertaling door het waterschap: welke wateropgaven zijn er in de regio?, welke uitdagingen liggen er?, wat kan bepaald beleid of bepaalde maatregelen betekenen voor agrarische bedrijven en andere belanghebbenden?
Eindverslag ‘Duik in Water!’
-3-
Het programma is op hoofdlijnen: 1. Wat is er aan de hand in NL waterland? door Nicolaas van Everdingen (NAJK-edu) 2. Presentatie door het waterschap voorbeelden van onderwerpen: - waterberging; - peilbeheer; - waterkwaliteit; - waterschapslusten en -lasten; - aanspreekpunten afdelingen. Wat is het, wat is stand van zaken, wat zijn de plannen en wat betekent dit voor landbouw? 3. Wat is agrarisch waterbeheer en Blauwe diensten en wat kan ik op het eigen bedrijf daarmee doen? door Nicolaas van Everdingen 4. Aan de slag! Toelichting: ad 3) Door CLM is een module Agrarisch Waterbeheer en Blauwe Diensten ontwikkeld. Hierin worden de praktische aspecten van agrarisch waterbeheer en de economische mogelijkheden van blauwe diensten toegelicht. In sommige afdelingen is in plaats van deze module een presentatie verzorgd door iemand van de locale agrarische natuurvereniging. Hierdoor is het mogelijk om een zeer praktijkgericht verhaal neer te zetten, met voorbeelden hoe agrariërs nu al met agrarisch waterbeheer op het eigen bedrijf bezig zijn. ad 4) Tenslotte is in kleine groepjes aan de hand van enkele stellingen gediscussieerd over de mogelijkheden die deelnemers hebben: wat zou jij op je bedrijf en thuis kunnen doen aan waterbeheer (motivatie en maatregelen)? Deze ideeën werden plenair besproken, waarbij veel ruimte was voor dialoog tussen de jonge boeren en tuinders en de medewerkers van de waterschappen. Na afloop van elke activiteit is de deelnemers gevraagd om deze activiteit aan hand van een aantal gesloten vragen schriftelijk en anoniem te evalueren. Een uitnodiging voor een informatiebijeenkomst is als bijlage 6.3 opgenomen. 2.6 Opzet en inhoud vervolgtraject: "Puzzelen met water" Nadat agrarische jongeren in een bepaald gebied hebben aangegeven de mogelijkheden voor een regionaal project verder te willen onderzoeken, heeft het project samenwerking en dialoog met andere partijen georganiseerd in fase 2 "Puzzelen met water". De basismethodiek voor deze trajecten is afgeleid uit de case-studie voor het project Communicatie rond Waternood en Peilbesluiten, dat in opdracht van de STOWA is uitgevoerd door CLM. Hierin wordt invulling gegeven aan het begrip participatie door twee gebiedsworkshops te organiseren met agrariërs en waterschap. De precieze opzet van de vervolgtrajecten is steeds afgestemd op de wensen en mogelijkheden van de afdeling, én die van het waterschap.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
-4-
2.7 De ‘Waterspiegel’ De ‘Waterspiegel’, de klankbordgroep van 'Duik in water!', is twee keer bij elkaar geweest. Daarbij is met name gekeken naar de invulling van de vervolgtrajecten. In De Blauwe Kamer Enkele uitkomsten van de eerste ‘Waterspiegel’: - Wees adaptief, zonder de eigen identiteit te verliezen; - Doorloop het project ritmisch (versus tempo); - Wees trots op zo’n initiatief vanuit agrarische jongeren en straal dit uit. De kijk van de eerste Waterspiegel in de spiegel heeft dit plaatje opgeleverd: m.v.l.n.r. : Alrike Tomson (RIZA), Ineke van Zanten (KNHM), Pierre de Vries (UvW), Govert Geldof (bestuur Reinwater), Erik Westein (Alterra), Erwin Vos (bestuur BAJK), Esmée Eikenaar (LNV). Achter de Waterspiegel is De Blauwe Kamer zichtbaar.
Op de duikplank Op 15 juni 2004 is de ‘Waterspiegel’ opnieuw bij elkaar geweest op het bedrijf van Marinus de Vries in de Krimpenerwaard. De tweede ‘Waterspiegel’ concludeerde aangaande de vervolgtrajecten dat: - De waterproblematiek zo divers is, dat maatwerk vereist is en dat er niet gestreefd moet worden naar één vaste opzet; - Dat kwaliteit boven kwantiteit gaat (liever 5 à 6 goede trajecten, dan 8 slechte); - Dat een resultaat zoals het behalen van een plaats in een regiocommissie (Breda, Oosterhout en Breda) of in de landinrichtingscommissie (Krimpenerwaard) ook al een vorm is van eindresultaat. - Dat het aangaan van de dialoog tussen alleen waterschap en jongeren al moeilijk genoeg is en de nodige begeleiding vereist.
m.v.l.n.r. : Nicolaas van Everdingen (‘Duik in water!’), Erik Arkesteijn (KNHM), Ruud den Boer (DB NAJK), Marlies Batterink en Frank Mugge (LNV, dir. Platteland, cluster water), Pierre de Vries (UvW), Ben Hermans (St. Natuur en Milieu).
Eindverslag ‘Duik in Water!’
-5-
3. RESULTATEN PROJECT 3.1 Aantal activiteiten en deelnemers In tabel 3.1 zijn de aantallen te realiseren activiteiten en te bereiken deelnemers volgens projectplan en wat gerealiseerd is, opgenomen. Tabel 3.1: Bereikte resultaten Fase 1; 1-malige activiteiten Fase 2; vervolg trajecten
aantal activiteiten aantal deelnemers aantal activiteiten
doelstellingen 60 1500 8
resultaten 66 1636* 7
*: exclusief de circa 120 deelnemers aan het afsluitende veldsymposium op 18 mei 2005.
Het beoogde aantal van 60 eenmalige activiteiten is met 66 uitgevoerde activiteiten ruim gehaald. Met een opkomst van in totaal 1636 jongeren (gemiddeld 25 jongeren per activiteit) is de belangstelling volgens verwachting geweest. Van deze 1636 deelnemers was circa 17 % geen lid van het NAJK. In bijlage 6.1 is het complete overzicht opgenomen, met daarin ook de namen van de sprekers van de waterschappen, en soms van andere organisaties. 3.2 Inhoud eenmalige informatieve bijeenkomsten In paragraaf 2.5. is de “standaard” activiteit van de eenmalige bijeenkomsten besproken. In deze paragraaf worden de eenmalige bijeenkomsten besproken die afweken van die standaard. Jaarvergadering HAJK Het Hollands Agrarisch Jongeren Kontakt (HAJK, de provinciale vereniging van het NAJK in de provincie Noord- en Zuid-Holland) heeft op haar jaarvergadering van 12 december 2002 het startschot van ‘Duik in water!’ voor haar afdelingen gegeven. Met de voorzitter van het HAJK, Niels Wassenaar, als geoefend discussieleider is na inleidingen door de heer H. Kranz (directeur Zuid-Hollands Landschapsbeheer), mevrouw H. van der Eijnden (Uitwaterende Sluizen Noorderkwartier) en mevrouw A. Wildekamp (Gedeputeerde Staten NoordHolland) met 65 HAJK-leden een constructieve discussie gevoerd over agrarisch waterbeheer in de Hollanden. Deze HAJK-leden zijn vrijwel allen bestuurders van een lokale afdeling. Piet Paulusma bij AJF De Bouhoeke Op 4 februari 2003 vertelde de bekende weerman Piet Paulusma aan maar liefst 50 jonge boeren van de Friese afdeling De Bouhoeke over de verwachte klimaatveranderingen en vooral wat dat zal betekenen voor de neerslag in de typische akkerbouwstreek ’t Bild. Gastles CAH Dronten Op 17 april 2003 heeft Nicolaas van Everdingen, de projectcoördinator van 'Duik in water!', een gastles verzorgd op de Agrarische Hogeschool in Dronten. De gastles aan de 14 eerstejaarsstudenten Agrarisch Ondernemerschap maakte duidelijk dat er over de rol van de agrariërs in het waterbeheer in het onderwijs (nog) meer aandacht besteed moet gaan worden. Nicolaas heeft in dit kader meegedaan met een onderzoek van Stoas Onderzoek in opdracht van Directie Wetenschap en Kennisoverdracht (DWK) van het Ministerie van LNV. Het onderzoek ‘Vraagarticulatie (beroeps)onderwijs’, had als vraagstelling ‘hoe de werking van het LNV-beleid beter te ondersteunen met kennisbeleid’. Het artikel hierover is opgenomen als bijlage 6.2.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
-6-
Waterwinning In de afdelingen Roosendaal en Land van Cuijk van het Brabants Agrarisch Jongeren Kontakt (BAJK) heeft behalve de waterschappen ook Brabant Water presentaties gegeven. Waar in Roosendaal de verstandhouding met de omgeving van oudsher goed is, ligt dit in het Land van Cuijk anders. In eerste instantie reageerde Brabant Water dan ook terughoudend op het verzoek om mee te werken aan een Duik in water!-avond voor afdeling Land van Cuijk. In het gebied van deze afdeling heeft Brabant Water twee zeer gevoelige waterwinningen (gevoelig in zin van kwetsbaar voor vervuiling). Gelukkig bleek het heel goed mogelijk om op basis van feiten een constructieve discussie te laten plaatsvinden tussen agrarische jongeren, waterschap en waterleidingbedrijf over de relatie waterwinning en landbouw. Veldexcursie AJK Krimpenerwaard organiseerde een veldexcursie op het bedrijf van Marinus de Vries. Hij is lid van de agrarische natuurvereniging en deelnemer aan het project ‘Koeien en kansen.’ Hij vertelde onder meer over zijn ervaringen met verschillende manieren van slootschonen, en de invloed daarvan op de waterkwaliteit. Maurice Kruk van Zuid-Hollands Landschapsbeheer liet uitkomsten zien van onderzoek, waaruit blijkt wat je kunt doen om van een sloot een levende boerensloot te maken. Belangrijkste vuistregel: houd de sloot in ieder geval minimaal 50 cm diep. Verder is het vooral een kwestie van experimenteren.
Bij de foto: Marinus de Vries en Maurice Kruk laten aan leden van AJKKrimpenerwaard zien hoeveel leven er in een “levende boerensloot” kan zitten.
Studieclub Omdat de afdeling Uden erg tevreden was over de eenmalige avond, wilde ‘studieclub BoekelVenhorst’ uit hetzelfde gebied ook graag een 'Duik in water!' activiteit. Deze studieclub bestaat hoofdzakelijk uit oud-NAJK leden, in de leeftijd 30 tot 50 jaar. Gedurende de gehele avond bleek overduidelijk dat deze oudere boeren veel meer dan de jonge boeren op watergebied ervaringsdeskundigen zijn. Wel zit er vaak wat meer ‘oud zeer’ jegens het waterschap. Excursie waterberging onder kassen De tuinbouwjongeren van de afdelingen Westland en Delfland van het HAJK zijn zaterdagmiddag 22 november op excursie geweest naar het tuinbouwbedrijf van Handelskwekerij Van der Haak in ’s-Gravenzande. Dit bedrijf heeft niet zoals gebruikelijk een waterbassin naast de kassen, maar erónder. 23 Jongeren zagen met eigen ogen hoe waterberging onder de kassen er in de praktijk
Eindverslag ‘Duik in Water!’
-7-
uitziet. William van der Haak vertelde over zijn positieve ervaringen met het systeem. Daarnaast was de leverancier van het systeem, Ruud van Ham van Waterblocks, aanwezig. Tenslotte lichtte Erik Gloudemans van Hoogheemraadschap van Delfland de stimuleringsregeling “piekberging in waterbassins” toe. In de periode september – december betaalt het hoogheemraadschap € 1,voor elke m3 berging die beschikbaar gesteld wordt door tuinders ten behoeve van het bergen van piekbuien.
Mineralen en Middelen Meester in Zeeland In Zeeland heeft het Zeeuws Agrarisch Jongeren Kontakt met ‘Mineralen en Middelen Meester’ (MMM) het initiatief genomen om als jonge akkerbouwer met behulp van de milieumeetlat (CLM) kritisch te kijken naar het gebruik van mineralen en gewasbeschermingsmiddelen. Omdat deze aanpak aantoonbaar tot verbeteringen heeft geleid in de waterkwaliteit is vanuit ‘'Duik in water!' aan twee activiteiten een bijdrage geleverd. Hiermee komt de aanpak ook beschikbaar voor andere typische akkerbouwafdelingen van het NAJK. Zo is AJK Flevoland ook met deze methode aan de slag gegaan. Jonge Agrarische Vrouwen spelen het waterdiscussiespel Het NAJK heeft ca. 20 aparte vrouwenafdelingen, de JAV’s. Omdat het merendeel van deze vrouwen slechts zijdelings bij de agrarische onderneming is betrokken (maar vaak wel een belangrijke rol spelen bij de verduurzaming van de bedrijfsvoering van hun partners!), is hiervoor een andere invulling bedacht van de eenmalige avonden. Het waterdiscussiespel dat ontwikkeld is door de provinciale milieufederaties als educatiemateriaal bij de educatieve grondwatermeters is bij 4 JAV avonden gebruikt. Daarnaast heeft steeds iemand van het waterschap een inleiding gehouden. Mest- en wateravonden Na het uitkomen van het Alterra rapport Aquarein in december 2003 over de mogelijke gevolgen van het invoeren van de Kaderrichtlijn Water (KRW) voor de landbouw was de landbouwsector in een klap bekend met de term KRW. Omdat de NAJK leden daar veel vragen over hadden zijn enkele regionale 'Duik in water!'-avonden speciaal over de KRW georganiseerd. Ook is daar de relatie gelegd met het nieuwe mestbeleid. In Noord-Nederland heeft DG André van der Zande aan 190 jonge NAJK leden, voornamelijk akkerbouwers en melkveehouders, het nieuwe mestbeleid uiteengezet. Hans Danel van waterschap Hunze en Aa’s heeft de KRW toegelicht, en de rol van de waterschappen daarin. In Noord-Brabant werd een zelfde avond door zo’n 55 BAJK-ers bijgewoond.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
-8-
Algemeen was het geluid dat de leden van het NAJK graag meer zouden willen weten over de uitwerking van de KRW op bedrijfsniveau, en welke rol zij daar zelf in kunnen hebben. Dit is reden voor het NAJK bestuur om hiervoor een projectvoorstel te willen indienen, met de titel ‘Duik in waterkwaliteit!’. Regionale avond ‘Hoe houden we ons hoofd boven water?’ De jaarlijkse ledenbijeenkomst van de jongerenraad van mengvoercoöperatie ‘De Samenwerking’ uit het Groene Hart stond dit jaar in het teken van water. In samenwerking met 'Duik in water!' is een grote discussieavond georganiseerd in Montfoort, waar zo’n 90 jonge agrariërs op af kwamen. Onder de noemer ‘Hoe houden we ons hoofd boven water?’ is door een aantal inleiders ingegaan op de toekomst van de landbouw in het Groene Hart in relatie tot het waterbeheer. J. Verheul van praktijkcentrum Zegveld behandelde de uitkomsten van onderzoek naar de relatie grondwaterpeil en inkomen. (Zie ook volgende paragraaf). Daarnaast vertelde Joris Hogenboom van de Utrechtse Milieufederatie (NMU) over hun inspanningen om met name gemeentebestuurders enthousiast te maken voor een gebiedsfonds, waaruit boeren betaald worden voor het leveren van groene en blauwe diensten. Meest opvallende uitkomst van deze avond was dat met de hierbij aansluitende stelling ‘De burger moet meebetalen aan het in stand houden van het veenweidelandschap’ unaniem werd ingestemd. De jonge agrariërs moesten erkennen dat de NMU als het gaat om het behoud van het typische veenweidegebied (dus mét boeren erin) meer bondgenoot is, dan de altijd gedachte tegenstander. Deze constatering was de aanleiding voor NAJK en NMU om gezamenlijk het afsluitende veldsymposium op 18 mei 2005 te organiseren. 3.2.1 Het Gezond Boeren Verstand peil In drie 'Duik in water!'-avonden in de veenweidegebieden (waaronder de vervolgtrajecten ‘Purmerend’ en ‘Krimpenerwaard’ met in totaal 160 jonge agrariërs) heeft de bedrijfsleider van praktijkcentrum Zegveld J. Verheul een inleiding gehouden met als titel: “Goed boeren bij een veranderend waterpeil?” Hij stelt dat het van essentieel belang is voor de landbouw om een grondwaterpeil in de winter van max. 30 cm –mv aan te houden, in verband met de groei van de gewenste grassoorten. Daarom pleit hij ervoor om in ieder geval in de veenweidegebieden veel meer te gaan sturen op grondwaterpeil, in plaats van slootpeil, en illustreert dit met onderzoeksresultaten: Hoog slootpeil
Maaiveld Grondwaterpeil zonder drains Grondwaterpeil met drains Vaste drain
Winter 2003/2004
Laag slootpeil
Maaiveld Grondwaterpeil zonder drains Grondwaterpeil met drains Vaste drain
Winter 2003/2004
20 cm
25 cm
40 cm
15 cm
12 cm
45 cm
38 cm 65 cm
Zomer 2004
Zomer 2004 25 cm
40 cm
50 cm
40 cm
45 cm
65 cm
70 cm
60 cm
Verheul pleit voor het toepassen van dynamisch slootpeil: een streefpeil van 50 cm +/- 10 cm – mv. In de zomer een hoog slootpeil, en in de winter een laag slootpeil. Hij noemt dit het GBV peil, het Gezond Boeren Verstand peil. Hierdoor wordt de bodemdaling beperkt, blijft het boeren mogelijk, en is er ruimte voor waterberging (in de wintersituatie).
Eindverslag ‘Duik in Water!’
-9-
3.3 Stellingen en uitkomsten discussies eenmalige avonden Tijdens de “standaard” eenmalige 'Duik in water!' avonden is in kleine groepjes aan de hand van enkele stellingen gediscussieerd over de mogelijkheden die deelnemers hebben: wat zou jij op je bedrijf en thuis kunnen doen aan waterbeheer (motivatie en maatregelen)? Deze ideeën werden plenair besproken, waarbij veel ruimte was voor dialoog tussen de jonge boeren en tuinders en de medewerkers van de waterschappen. Hieronder worden de stellingen of vragen met vaak gehoorde reacties weergegeven. antwoord/reactie
vraag/stelling Leveren door
van
blauwe
landbouw
aankoop
is
diensten - Ja, als de vergoedingen maar voldoende zijn en als directe en indirecte kosten
beter
landbouwgrond
dan
vergoed worden of alles duidelijk vooraf goed geregeld is.
voor - Ja, want aankoop van grond werkt prijsopdrijvend
waterberging.
- Nee, onzekerheid voor ondernemer over toekomst. - Nee, aankopen: geen eindeloze discussie
Wat kunnen agrariërs nu en in - Kwaliteit is al goed de
toekomst
betekenen
verbetering
van
in - Blijven sloten en baggeren de - Akkerrandenbeheer/Kantstroken minder bemesten
waterkwaliteit?
- Riolering, spoelwater opvangen, minder gewasbeschermingsmiddelen
Door samen met het waterschap - Samenwerking moet er wel zijn, maar de lasten blijven niet laag. Het stijgt alleen het water te beheren, houden we de lasten laag.
minder. - Ja, heb je een andere keus?
Welke blauwe diensten zouden - Beheersland agrariërs in dit gebied kunnen - Peil verlagen leveren ?
meer berging
- Beheersland moet waterberging worden
En willen? Waterconservering
waterberging
- Leveren goede waterkwaliteit. is
ook
belang van de landbouw.
in - Ja, van groot belang. - Ja, voor het op peil houden van het grondwaterpeil.
Ruimte voor water moet behalve - Ja, (alleen in hoge nood) in EHS ook in AHS gevonden - Nee. Je hebt niet voor niks EHS worden. voor
structurele
oplossingen - Veenweide:Ja (geen maïs meer)
moeten we naar "teelt volgt
- Zand/klei: Ja, maar verplaatsen is gauw gezegd, maar nog niet zo maar uitgevoerd.
peil"
- Akkerbouwafdeling: Veehouderij op slechtste percelen
Hoe lang mag waterberging op - Ligt aan de tijd van het jaar maaiveld duren?
- Niet langer dan een dag voor de grasgroei - Ligt aan de vergoeding
Geef 1 constructief advies aan - Tijdig aanpassingen maken bij verstedelijking het waterschap in kader van deze - Blijf overleggen met veehouders voor praktische invulling van het gebied avond.
- Blijven luisteren naar de eigenaren - Jonger bestuur. - Meer berging in plassen - Betere communicatie naar het gebied toe en kijken waar de problemen liggen en oplossen. - Bureaucratie niet de overhand laten nemen, men moet de mensen kennen.
“Puzzelen met water” lijkt ons Aan de hand van deze vraag werd de spontane interesse gepeild voor een wel wat.
vervolgtraject.
Noem 1 naam van iemand die - ?? jullie vertegenwoordigt in het Hier hadden de jongeren de grootste moeite mee. waterschap
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 10 -
3.4 Evaluatie eenmalige avonden Na afloop van elke activiteit is de deelnemers gevraagd om deze activiteit aan hand van een aantal vragen te beoordelen. Dit gebeurt anoniem. In Tabel 3.2 zijn de resultaten van deze evaluaties opgenomen. Tabel 3.2: Gemiddelde uitkomsten evaluatie eenmalige bijeenkomsten inhoud
toepasbaarheid
sfeer
organisatie
begeleiding
discussie
2,8 4,1 3,8 3,7 3,7 Gem. * 3,6 *: Score op schaal 1 – 5, door 969 deelnemers (=59 %) ingevuld.
spreker spreker waterschap NAJK-edu
totaal
3,8
3,6
3,8
Uit dit overzicht blijkt dat de deelnemers de eenmalige 'Duik in water!'–avonden over het algemeen goed waarderen. Vooral op de punten begeleiding, sfeer en discussie is de waardering hoog. De toepasbaarheid van de opgedane kennis op het eigen bedrijf wordt met 2,8 relatief laag gewaardeerd. Dit valt te verklaren doordat de jongeren in circa 2½ uur eerst bewust moeten worden gemaakt van het feit dat de klimaatveranderingen gevolgen hebben voor het waterbeheer, vervolgens dat het waterschap het nieuwe waterbeheer niet alleen kan, en dan pas dat de jonge boeren en tuinders daadwerkelijk er zelf iets aan kunnen doen. 3.5 Resultaten fase 2: vervolgtraject “Puzzelen met water” In het projectplan wordt gesproken over in totaal 8 vervolgtrajecten. De mogelijkheden om dit traject in te gaan worden pas goed duidelijk tijdens een eerste eenmalige avond. Er moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan: - Er moet een concrete wateropgave liggen; - De jongeren moeten zich aangesproken voelen om daar zelf mee aan de slag te gaan; - Het waterschap moet ook de kans zien om met deze specifieke doelgroep aan oplossingen te werken, en het handelingsperspectief bieden. In tabel 3.3 zijn de vervolgtrajecten opgenomen die zijn uitgevoerd. Tabel 3.3: vervolgtrajecten Prov.
AJK
Data avond 1
avond 2
BAJK
Breda
2003_01-30
2004_11_30
HAJK-Z
Krimpenerwaard
2004_02_05
2004_02_19
BAJK
Roosendaal
2004_03_11
2005_03_29
HAJK-N
Purmerend
2004_12_07
2005_02_18
BAJK
Helmond
2005_01_18
n.v.t.
BAJK
Oss
2004_01_27
2005_01_27
GAJK
Rivierenland
2005_01_31
n.v.t.
HAJK-N
Haarlemmermeer
afgeblazen
De trajecten worden hierna toegelicht.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 11 -
3.5.1 Breda: Eerste vervolgtraject In afdeling Breda is in januari 2003 een vervolgbijeenkomst georganiseerd. In november 2001 was de eerste avond met het waterschap Mark en Weerijs. De afdeling gaf zelf aan met een vervolg verder te willen. In overleg met waterschap en de afdeling is een opzet gemaakt om te gaan “puzzelen met water”. Het accent lag daarbij op het ruimtelijk aspect van water. Het waterschap had van de drie deelgebieden binnen de afdeling blanco kaarten op A0 formaat afgedrukt, met daarop alleen de contouren van bebouwing en waterlopen. Hierin waren met 3 kleuren de gebieden aangegeven met de verschillende categorieën overloopkansen (elk jaar, 1 maal per 1 tot 10 jaar, minder dan 1 maal per 10 jaar). Bij deze bijeenkomst waren 28 jonge boeren aanwezig. Slecht één van de jonge boeren zou bij overstroming een probleem hebben. Dit probleem kon samen met de waterbeheerder worden opgelost. Deze opzet van Puzzelen met water voldoet op zich wel goed. Probleem is dat er slechts een enkeling echt geraakt wordt door de ruimte-voor-water vraag, wat de prikkel tot meedenken wegneemt bij de overige aanwezigen. 3.5.2
Krimpenerwaard: Jongeren mengen zich goed voorbereid in de discussie over de landinrichting In afdeling Krimpenerwaard wordt aan de voorwaarden voor een vervolgtraject ruim voldaan; hier is de waterproblematiek zeer nijpend en zien de jongeren in dat ze hun stem moeten laten horen over de toekomst van de jonge boeren in het veenweidegebied. Problematiek Krimpenerwaard De problematiek rondom het waterbeheer in de Krimpenerwaard is in hoofdlijnen: x Krimpenerwaard gaat met uitvoering van het landinrichtingsplan van 15 naar 50 peilvakken, dit is in tegenspraak met streven naar robuust watersysteem (Waterbeheer 21e eeuw, WB21). x Peilverlaging in agrarische gebieden zal leiden tot zichzelf versterkende effect dat landbouwgronden nóg lager komen te liggen t.o.v. bebouwing en natuurgebieden. x Uitvoering van het landinrichtingsplan en vooral het toekomstig beheer is door bovenstaande knelpunten zeer duur. Streekadvies aan GS en LNV Gedeputeerde Leen van de Sar heeft aangegeven dat uitvoer van de landinrichting weliswaar niet stopgezet mag worden, maar wel dat in eerste instantie alleen de zogenaamde ‘no-regret’maatregelen mogen worden uitgevoerd. Pas zodra GS van de streek een breedgedragen advies heeft gekregen, dat als basis zal dienen voor een advies aan de minister van LNV, kan volledige uitvoering van de landinrichting, in al dan niet aangepaste vorm, plaatsvinden. Inbreng agrarische jongeren in discussie Nu het landinrichtingsplan daadwerkelijk uitgevoerd gaat worden, rijzen er ook bij de agrarische jongeren twijfels of dit wel de goede weg is. Zij moeten nog 30 jaar verder met deze "nieuwe polder", maar durven zich echter onvoldoende te mengen in de discussie wegens (vermeend) gebrek aan feitenkennis.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 12 -
De inbreng van de agrarische jongeren in het uiteindelijke advies naar GS en LNV is onmisbaar. Daarom heeft AJK Krimpenerwaard het initiatief genomen om nog voordat de landinrichtingscommissie met een plan van aanpak komt hoe een advies tot stand gaat komen, alvast de kennis van de agrarische jongeren over het waterbeheer in de Krimpenerwaard te verhogen, en de standpunten van de agrarische jongeren te peilen. Artikel in de tweede Duik in water! krant: Nu het landinrichtingsplan daadwerkelijk uitgevoerd gaat worden, is er in de Krimpenerwaard flinke discussie ontstaan of dit wel de goede weg is. Omdat ook de jongeren hier een duidelijke mening over hebben en hierin gehoord willen worden organiseerde Agrarisch Jongeren Kontakt Krimpenerwaard een tweetal ‘Duik in water!’-avonden waar de leden zowel met deskundigen als met elkaar van gedachten hebben gewisseld over het landinrichtingsplan en de toekomst van de Krimpenerwaard. Hij ligt er inmiddels al 20 jaar; het landinrichtingsplan van de Krimpenerwaard. En tot op de dag van vandaag is er nog niets van terecht gekomen. Ontevredenheid alom bij zowel agrarische jongeren als spreker Joop Verheul van proefboerderij Zegveld. ‘Het landinrichtingsplan wat er nu ligt is niet goed. Pak de kracht die je hebt als jongeren en schrijf zelf een realistisch plan’, aldus Verheul. Het 40-koppig publiek deelde deze mening niet. ‘Voor een eigen plan is het nu te laat,’ reageerde een jonge agrariër. ‘Je maakt geen kans meer. Misschien kun je op kleine schaal nog wel veranderingen bewerkstelligen. Er liggen ideeën om laag agrarisch land te bestempelen als reservaat en een zelfde aantal ha hoger gelegen natuurgebied agrarisch te maken. Maar daar houdt het wel bij op’. Voor Jur Polkerman is deze flexibele opstelling juist het begin. Deze positieve houding valt Jur Polkerman, secretaris van de landinrichtingscommissie en spreker op de eerste ‘Duik in water!’-avond ook op. ‘De betrokkenheid van de jongeren bij de landinrichting is heel erg groot. Hierover ben ik aangenaam verrast. Bij andere bijeenkomsten zag of hoorde je de jongeren niet. Op deze avond blijkt dat er veel jongeren in de Krimpenerwaard boeren en dat ze zich met veel energie willen inzetten’. Dit blijkt ook uit het feit dat twee AJK bestuurders zitting hebben genomen in de landinrichtingscommissie en de adviescommissie. De landinrichtingscommissie is verantwoordelijk voor de herinrichting van de Krimpenerwaard. Deze bestaat uit vertegenwoordigers van de belangengroepen in het gebied. Daarnaast is een adviescommissie ingesteld om te zorgen dat de laatste inzichten, zoals bijv. over het waterbeheer, zo goed mogelijk vorm krijgen in het plan. Tot vorig jaar werd de beschikbare jongerenzetel in de landinrichtingscommissie ingevuld door de WLTO. Het lukte de landinrichtingscommissie vóór de ‘Duik in water!’-avonden niet om de jongerenzetel ook daadwerkelijk door een jongere gevuld te krijgen. Volgens Polkerman ligt dit aan de koudwatervrees van de jongeren. ‘Jongeren denken dat de materie erg ingewikkeld is en dat de oudere agrariërs een voorsprong hebben in het landinrichtingsverhaal ten opzichte van de jongeren. Daar moeten ze zich niet door laten afschrikken. De mening van de jongeren is van wezenlijk belang. Het gaat namelijk wel over hun toekomst.’ Ook de jongeren zelf zien de noodzaak van een jonge bestuurder in de landinrichtingscommissie. AJK-er Arnold de Leede: ’Het is een goede zaak om een jongere in de landinrichtingscommissie te hebben. Ik wou dat er nog één bij kon!’
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 13 -
Intensieve procesondersteuning ‘Duik in water!’ondersteunt hen intensief bij het organiseren van dit traject. De eerste avond was op 5 februari, de tweede op 19 februari 2004. Na deze avonden is een werkgroep van de AJK aan de slag gegaan om de ideeën die uit deze avonden naar voren zijn gekomen, in de discussie over de toekomst van de streek in te brengen. Eén van die ideeën is om de landbouwbedrijven te concentreren (door uitplaatsing) in het zuiden van de Krimpenerwaard, waar de bodemdaling van nature relatief langzaam gaat, en natte natuur in het noorden (dus vlak onder Gouda, waar de vraag naar natuur groot is). Daartussen is dan een bufferzone. Hierbij blijft het aantal peilvakken, én de bodemdaling beperkt. In onderstaande figuren zijn het oorspronkelijke landinrichtingsplan (verweven model) en het alternatieve plan (gescheiden model) weergegeven (Bron: Hoogheemraadschap van de Krimpenerwaard).
3.5.3 AJK Roosendaal: Trek de blauwe en rode grens Na een eerste algemene avond met het waterschap en Brabant Water is met AJK Roosendaal een vervolgtraject opgezet. Hoewel de jongeren al in najaar 2003 aan de slag wilden, moesten ze nog even geduld hebben: Het waterschap wilde pas meewerken na de fusie per 1 januari 2004. Maar het geduld werd beloond: de medewerking van het waterschap was voortreffelijk. Voor de uitnodigingen bijv. werden van elk individueel lid van het AJK (ca. 100 leden) de percelen in kleur op een kaartje gezet. Deze werden met een blauw en een rood potlood toegestuurd, met de huiswerkopdracht: “Trek de blauwe en rode grens”, dus geef aan waar je problemen ervaart met te veel of juist met te weinig water. Op de avond zelf waren op 4 deelkaarten van het gebied opnieuw alle percelen van de leden met afzonderlijke kleuren aangegeven.
Afbeelding: Uitnodiging en overzichtskaart
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 14 -
Op de eerste avond waren 4 gebiedsdeskundigen aanwezig die de knelpunten met de jongeren besproken hebben. Daarnaast was ook de heer Franken aanwezig, dagelijks bestuurder van waterschap Brabantse Delta. Hij heeft de opzet en rol van de nieuw ingestelde regiocommissie van het waterschap toegelicht. Uiteindelijk zijn in twee van de drie regiocommissies agrarische jongeren opgenomen uit afdelingen (Breda en Oosterhout) waar 'Duik in water!' heeft gespeeld. Boeren op een hellend vlak: hoe ver gaat de solidariteit? Na de eerste vervolgavond is het waterschap aan het rekenen gegaan om te bekijken waar het in het gebied hoe vaak fout kan gaan bij hevige neerslag, in de vorm van wateroverlast. Op de tweede vervolgavond (een jaar later in maart 2005) zijn de uitkomsten van dit onderzoek gepresenteerd. Vervolgens zijn de agrarische jongeren uitgedaagd om zelf met oplossingen te komen voor deze wateroverlast, én voor watertekorten. Bij de meest aangedragen oplossing, nl. grotere gemalen, komt het waterschap met de tegenvraag: Welke boer investeert bij een melkveestapel van 100 koeien in een melkstal met plaats voor 100 koeien, zodat hij in een ronde klaar is? Hierna kwam de discussie al snel op de onderlinge solidariteit tussen de hooggelegen boeren en de laaggelegen boeren. Zijn de hooggelegen boeren tot meewerken bereid, als hierdoor de laaggelegen collega’s minder met wateroverlast te maken krijgen? Een voorbeeld is om water langer vast te houden in afgedamde sloten. De medewerking houdt op zodra dit leidt tot ongewenste vernatting op de eigen percelen. Vervolgens presenteert het waterschap enkele praktijkvoorbeelden van de aanpak van wateroverlast: Bovenstrooms van de stad Roosendaal is een volautomatische stuw (een zogenaamde slimme stuw) aangelegd, in combinatie met terrasoevers. De ervaringen tot nu toe zijn zeer positief, ook voor de aanliggende boeren. Water, een goed renderend gewas De avondvoorzitter, de projectleider van 'Duik in water!', probeert de discussie scherp te krijgen, en haalt een artikel uit de Boerderij aan (zie ook bijlage 6.8) over blauwe diensten. Een akkerbouwer uit het West-Brabantse Langeweg heeft om een perceel van 3 ha. een dijk gelegd, een pomp gekocht, en pompt op verzoek van het waterschap dit bassin vol. Hiervoor ontvangt hij € 1800,-/ha/jaar, onafhankelijk van het aantal keren dat hij ‘nat is gegaan’. Zelf noemt hij dit water een prima gewas, en de zaal reageert instemmend: ‘Doe mij ook maar een paar m 3 water!’ De medewerker van het waterschap reageert dat van geval tot geval wordt bekeken wat de beste oplossing is. Wat hem aanspreekt is dat deze oplossing goedkoper blijkt te zijn voor het waterschap dan het meestal gekozen alternatief, aankoop en afgraven van grond. Wat hem nog meer bevalt is dat het initiatief van een individuele boer is gekomen.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 15 -
3.5.4 AJK Purmerend zet eerste stap naar wederzijds begrip Het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier heeft 21 oktober 2003 een presentatie gehouden tijdens de Duik in water!-avond van AJK (Agrarisch Jongeren Kontakt) Purmerend. Kern van de boodschap is dat het waterschap, veel meer dan voorheen, samen met de verschillende belanghebbende partijen, op gebiedsniveau aan oplossingen wil werken voor de wateropgaven waar het gebied komende 50 jaar voor staat. Het Hoogheemraadschap kiest nadrukkelijk voor kleinschalige waterberging. Ook de provincie pleit met de in februari 2004 uitgebrachte nota ‘Evenwichtig Omgaan met Water’ voor deze aanpak. Agrarische Natuur Vereniging Waterland heeft die avond haar ideeën over kleinschalige waterberging gepresenteerd. Projectteams “Uitwerking WaterBeheer 21e eeuw” Voor elk deelgebied (veenweide en droogmakerijen) heeft het Hoogheemraadschap aparte expertgroepen “Uitwerking WaterBeheer 21e eeuw” ingesteld. In deze expertgroepen zal een aantal afgevaardigden van belangenorganisaties samen naar de wateropgaven kijken en vooral naar oplossingen. Deelnemende partijen: Landbouw (WLTO, AJK, Agrarische Natuur Vereniging Waterland), natuurterreinbeheerders, gemeenten, provincie.
Opzet vervolgtraject AJK Purmerend Bij twee bijeenkomsten (zomer 2004) van de expertgroepen was de projectleider van 'Duik in water!' aanwezig, om de mogelijkheden om op afdelingsniveau hiermee aan de slag te gaan te verkennen. De vraag die het hoogheemraadschap aan de streek wil voorleggen is: Het gehele gebied laten voldoen aan de normen voor wateroverlast kost ca. € 280 miljoen. Het is goedkoper om voor bijv. € 100 miljoen basisinvesteringen te doen en vervolgens de overlast die dan nog ontstaat af te kopen, in vorm van bijv. blauwe diensten door de landbouw. AJK Purmerend organiseert december 2004 voor de gehele afdeling de eerste van twee vervolgavonden, waarbij wordt gekeken naar deze vraag van het hoogheemraadschap en wat de knelpunten en oplossingen op bedrijfs- en gebiedsniveau zijn. Artikel uit de tweede 'Duik in water!' krant hierover:
Zaken doen begint met een goed gesprek Het bestuur van AJ Purmerend zag het al een aantal jaren geleden; er heerst veel onbegrip en ontevredenheid bij de leden als het gaat om het waterschap en zijn taken. AJ Purmerend koos er daarom voor om na de eerste verkenningsavond in het najaar van 2003 het vervolgtraject van ‘Duik in water!’ in te gaan. Insteek van de tweede Duik in water! avond, begin december 2004, was om als waterschap en landbouw gezamenlijk naar oplossingen te zoeken betreffende wateroverlast, waar beiden mee uit de voeten zouden kunnen. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) presenteerde de plannen voor de gebieden waar het nodig is maatregelen te treffen om wateroverlast in de toekomst te voorkomen. Op deze avond bleek dat er in de droogmakerijen wel kansen liggen om samen met de streek tot oplossingen te komen voor de knelpunten. In de veenweidegebieden is echter veel onbegrip voor de wijze waarop het waterschap het watersysteem beheert. Besloten werd dan ook om voor deze groep een aparte avond te organiseren. Pijnpunten Deze avond volgt half februari 2005 en wordt samen met LTO-Noord afdeling Groot Waterland georganiseerd. Tijdens de discussie komen de pijnpunten boven drijven. Op de stelling ‘een goede drooglegging geeft veel ruimte voor wateropvang’ komt uit de zaal de reactie dat men eerst het beloofde peil wil, voordat er gesproken kan worden over een andersoortig peilbeheer. Het waterschap geeft aan dat het bij beloofde peilen van belang is te beseffen dat het over gemiddelden gaat, wat kan betekenen dat sommigen in een peilvak een kleinere drooglegging en andere juist een grotere drooglegging krijgen.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 16 -
Het waterschap vraagt de agrariërs of zij bereid zouden zijn tegen vergoeding bepaalde werkzaamheden uit te voeren. Te denken valt aan waterberging, baggerpomp, wegberm- en dijkbeheer, waterconserveren. Hier staat de zaal niet afwijzend tegenover mits de vergoedingen reëel zijn en er langlopende afspraken kunnen worden gemaakt. Ook het waterschap is voorstander van langlopende contracten. Relatie herstellen Tijdens de avond komt naar voren dat de agrariërs het overleg tussen waterschap en afdelingen van HAJK en LTO-Noord graag weer in ere hersteld zouden zien. Dit overleg vond tot enkele jaren geleden twee maal per jaar plaats tussen enkele waterschappers en landbouwafgevaardigden uit diverse besturen. Door fusies bij zowel waterschappen als WLTO zijn deze overleggen naar de achtergrond geraakt. Omdat zowel agrariërs als waterschap van mening zijn dat deze overleggen bijdragen aan wederzijds begrip en vertrouwen, wordt tijdens de bijeenkomst besloten om serieus na te denken over een herintroductie hiervan. Dagelijks bestuurslid HHNK Cees Mantel is ook groot voorstander van de overleggen. ‘Het is goed om de relatie weer te herstellen.’ Het waterschap heeft de daad bij het woord gevoegd; eind april 2005 heeft het eerste overleg tussen waterschap, LTO-Noord afdeling Groot Waterland en AJ Purmerend plaatsgevonden. Het gesprek ging vooral over praktische zaken: baggervergoedingen, tijdstip van sloten baggeren en de procedure bij milieukeuring. Zaken waarvoor in de waterschapsbesturen weinig aandacht is, maar voor boeren van groot belang zijn. AJ bestuurder Wim Pronk: ‘Ik heb er een goed gevoel aan overgehouden. Wat de agrarische jongeren betreft zal het zeker niet het laatste gesprek zijn’.
3.5.5 AJK Oss: In gesprek met het waterschap In afd. Oss kwam waterschap De Maaskant op 27 januari 2004 met 3 medewerkers vertellen over hun plannen. De geslaagde avond was aanleiding om een vervolg op te zetten. Onder het mom ‘het districtskantoor is er voor jullie, maak er gebruik van’, gingen 4 gebiedsdeskundigen van het tegenwoordige waterschap Aa en Maas in op de knelpunten zoals die door de AJK-ers ervaren worden, en naar voren werden gebracht. Ook was er een algemeen bestuurder van het waterschap aanwezig, die namens de categorie ongebouwd de jongeren vertegenwoordigt. Door deze avond kreeg het waterschap een gezicht, en is de basis gelegd om de komende jaren samen aan zaken als waterberging en Kaderrichtlijn Water te gaan werken. Concreet bleek het waterschap met de streek te willen kijken naar het uit de schouw nemen van een groot aantal sloten. De jonge agrariërs op deze avond hadden daar wel oren naar, en werden meteen voorstellen gedaan en besproken.
3.5.6 Rivierenland: Is een goedkoop waterschap ook meteen het beste? Met een simulatiemodel heeft waterschap Rivierenland aan de leden van 2 AJK’s in het rivierengebied, nl AJK West-Betuwe en AJK Overbetuwe laten zien op welke manieren de aanpak van wateroverlast mogelijk is. Het computermodel laat direct zien wat de keuze van een bepaalde maatregel voor effecten heeft (bijvoorbeeld hoeveel kuub water er wordt geborgen), en wat die maatregel kost. Vervolgens gingen de AJK-ers met elkaar in discussie over de inpasbaarheid van de maatregelen in hun bedrijfsvoering. De discussie ging op scherp waar gesteld werd dat boeren altijd het goedkoopste waterschap willen, maar dat dat impliceert dat er water óp hun land wordt geborgen, immers de goedkoopste oplossing.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 17 -
Artikel uit de 'Duik in water!' krant hierover:
Droogzwemmen met de computer Het klimaat verandert, daar is vriend en vijand het inmiddels wel over eens. Er komt meer neerslag en de buien worden steeds heviger. Aan het waterschap de taak om te zorgen dat iedereen droge voeten houdt. Maar dat kan niet zonder de boeren. Als je niets doet, stroomt het water naar de laagste stukken grond. Dat is geen verrassing maar wel dikke pech als dat net jouw land is. Voor het waterschap is niets doen de goedkoopste manier van wateroverlast aanpak. Andere mogelijkheden kosten meer geld. Het overtollige water op lage stukken landbouwgrond bergen en er een dijkje omheen maken. Of een flink gat graven en er een recreatieplas van maken. Of bij naderende regen de sloten leeg laten lopen zodat daar het regenwater in opgeslagen kan worden. Not in my backyard De leden van AJK Overbetuwe en AJK West Betuwe konden afgelopen winter voor een avond in de huid van het waterschap kruipen. Via een simulatiemodel op de computer konden ze precies zien welke maatregelen er zijn om wateroverlast aan te pakken, wat ze kosten en wat het effect ervan is. Jaap van de Craats (32), voorzitter van AJK Overbetuwe, is tevreden over deze aanpak van het waterschap om boeren zoveel mogelijk bij het beleid te betrekken. Het was niet de eerste keer dat Niels Nijmeijer van waterschap Rivierenland voor een groep boeren stond. “Ik probeer op alle verzoeken die ik van LTO’s of AJK’s krijg, in te gaan. Tenslotte ligt de grond die we nodig hebben voor waterberging voornamelijk bij boeren.” “Het voordeel in dit gebied is dat iedereen weet wat wateroverlast is. Maar ook hier zie ik het nimby-effect, not in my backyard. Wateroverlast aanpakken: oké, zolang ik er zelf maar geen last van heb. De kunst is om de pijn zoveel mogelijk te verdelen.” Nijmeijer vindt dat de jonge boeren heel constructief meedenken. “Dat is bij sommige collega’s wel eens anders.” Vergoeding of kavelruil Jaap vindt dat waterberging z’n prijs heeft. “Als wij als boeren het water van de stad op moeten slaan, willen we daar een vergoeding voor. Ze zeggen dat je land dan één keer in de vijftig jaar onder water komt te staan. Maar dat kan net zo goed twee jaar achter elkaar gebeuren. Dat is bij grasland niet zo erg als het in januari of februari gebeurt, maar stel je voor dat in april, mei je land onder water staat.” Hij vindt dat het waterschap de laagste stukken landbouwgrond moet uitzoeken om water te bergen. De boeren moeten de keuze krijgen: óf een redelijke vergoeding, óf kavelruil, waarbij ze een hoger gelegen stuk grond terug krijgen. “Oudere boeren zullen waarschijnlijk kiezen voor de vergoeding, maar een jonge boer kan de extra grond goed gebruiken en heeft meer aan kavelruil.” Hij verwacht dat er de komende tien jaar voldoende grond beschikbaar komt in de Betuwe voor kavelruil. “Iedere keer dat er een boer stopt, komt er weer dertig, veertig hectare grond vrij.” De optie om de sloten te gebruiken als waterberging wijst hij resoluut van de hand, ook al is dat één van de goedkoopste opties. De sluizen in de sloten gaan dan automatisch open zodra er veel regen voorspeld wordt. Het water kan dan weglopen, zodat er ruimte is om het regenwater op te vangen. “De weerberichten zijn nog steeds niet al te betrouwbaar. De kans is daarom groot dat de sloten leeg komen te staan en dat er toch geen regen komt. Er moet dan weer water uit een ander gebied in de sloten gepompt worden. Het risico dat je dan vervuild water binnenhaalt is veel te groot. Niet aan beginnen dus!” stelt Jaap.
3.5.7 Helmond: En nu aan de slag met waterkwaliteit Afdeling Helmond is door de berichtgeving rond de Europese Kaderrichtlijn Water (“2/3e van de landbouw moet stoppen bij invoering KRW”) geprikkeld om met waterkwaliteit aan de gang te gaan. Ook het waterschap Aa en Maas is enthousiast voor dit idee. Na maanden van voorbereidingen is op 18 januari 2005 het Kaderrichtlijn spel met 24 enthousiaste AJK-ers en 6 waterschappers gespeeld. In 2½ uur doorlopen de jonge agrariërs het traject tot 2015, alsof ze op de plek van de waterschaps-bestuurder zitten. Na afloop zeiden de jongeren stuk voor stuk dat ze nu pas goed doorhebben wat voor soort maatregelen op het gebied en henzelf afkomen. Het spel zet aan tot discussie met het waterschap over welke maatregelen de boeren zelf zouden moeten (mestwetgeving!) en kunnen uitvoeren (aanleg en onderhoud natuurvriendelijke oevers, etc.).
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 18 -
Het NAJK wil dit spel in het hele land gaan spelen, onder de noemer ‘Duik in waterkwaliteit!’. 3.5.8 AJK Haarlemmermeer: Te veel, te weinig én te zout In afd. Haarlemmermeer kwam het Hoogheemraadschap van Rijnland op 16 december 2003 met 3 medewerkers aan de 36 aanwezigen vertellen over hun plannen. Daarnaast gaf de voorzitter van de agrarische natuurvereniging Haarlemmermeer zijn visie op water en landbouw. De geslaagde avond was aanleiding om een vervolg op te zetten. Het Hoogheemraadschap heeft aangegeven dat het op zoek is naar een polder waar bij wijze van proef met flexibel peilbeheer geëxperimenteerd kan worden. De afdeling wil hierover wel meedenken. Ook wordt dan gekeken naar de haalbaarheid van het voorstel van de Agrarische Natuurvereniging om schuine taluds aan te leggen, waardoor je waterberging combineert met spuitvrije zones. Bovendien neemt het probleem van de zoute kwel mede door de vele bouwactiviteiten snel toe, en moet ook hier een antwoord op gevonden worden. Voor deze drie onderwerpen, die onder de drie hoofdthema’s “te veel”, “te weinig”, en “te vies” vallen, zou met AJK Haarlemmermeer naar oplossingen gezocht gaan worden De eerste vervolgavond was gepland voor najaar 2004. Doordat echter het waterschap geen mensen beschikbaar had, onder andere door fusieperikelen, is dit vervolgtraject helaas niet doorgegaan. Vervolgtrajecten in onderzoek geweest In drie afdelingen zijn de mogelijkheden voor een vervolgtraject wel onderzocht, maar is het om uiteenlopende redenen niet tot een vervolg gekomen. Dit waren de afdelingen Haarlemmermeer, Oosterhout en IJsselvallei.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 19 -
Evaluatie vervolgavonden Na afloop van elke activiteit worden de deelnemers gevraagd om deze activiteit aan hand van een aantal gesloten vragen te evalueren. Dit gebeurt anoniem. In tabel 3.4 zijn de resultaten van de evaluaties opgenomen. Tabel 3.4: Evaluatie vervolgtrajecten inhoud Gemiddelde avonden* 4,1
toepasbaarheid
sfeer
organisatie
discussie
totaal
3,2
4,7
4,4
3,8
4,2
*: Score op schaal 1 – 5. Uit dit overzicht blijkt dat de deelnemers deze vervolgavonden hoog waarderen. In vergelijking met de algemenere éénmalige activiteiten is de waardering ook hoger. Vooral voor het aspect “toepasbaarheid van de opgedane kennis op het eigen bedrijf” is de waardering hoger. Dit komt doordat de jongeren in het vervolgtraject echt zelf aan de slag gaan. 3.6
Verspreiding kennis en samenwerkingen
3.6.1 Duik in water!-kranten In de eerste 'Duik in water!'-krant, verstuurd in februari 2003, is de aandacht gevestigd op de mogelijkheid om deel te nemen aan dit project (zie bijlage 6.6). Deze krant is in februari 2003 aan alle leden van het NAJK verstuurd. Tevens is deze naar alle waterschappen, milieufederaties en provincies verstuurd. Bij de krant was tevens de algemene folder van de campagne ‘Nederland leeft met water’ bijgesloten. In de tweede ‘'Duik in water!' krant is ingegaan op de aanpak en resultaten van de vervolgtrajecten. Deze krant is net als de eerste verstuurd naar alle leden van het NAJK, alle waterschappen, provincies, milieufederaties en grote natuurterreinbeheerders (juni 2005). 3.6.2 ‘Nederland leeft met water’ In februari 2003 heeft de projectleider van 'Duik in water!' een inleiding gehouden voor het campagneteam van ‘Nederland leeft met water’. De ervaringen met het brengen van de waterboodschap naar een specifieke doelgroep zijn zo beschikbaar gekomen. Ook is de campagnefolder van ‘Nederland leeft met water’ verstuurd samen met de eerste 'Duik in water!' krant in februari 2003. 3.6.3 Zij-actief en Vrouwen van nu Het ministerie van VROM stelde als subsidievoorwaarde dat 'Duik in water!' samenwerkt met de plattelandsvrouwenorganisaties. Deze hebben water gedurende enkele jaren als thema. Voor de ontwikkeling van de eenmalige activiteiten is dankbaar gebruik gemaakt van hun werkmap. In april 2004 is de projectleider in de vergadering geweest van de ‘watervrouwen’van Zij-actief en Vrouwen van nu, en heeft daar verteld over de aanpak van ‘Duik in water!’. Ook is besproken of en hoe de afdelingen van de vrouwenorganisaties betrokken zouden kunnen worden in de vervolgtrajecten. Omdat de samenwerking tussen alleen waterschap en agrarische jongeren al moeilijk was te realiseren, is besloten om geen verdere samenwerking te zoeken.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 20 -
3.6.4 De ‘Waterkaravaan’ Het NAJK heeft zich aangesloten bij het initiatief ‘Waterkaravaan’ Het project Waterkaravaan wil de overheid stimuleren om het duurzaam waterbeheer ambitieus op te pakken en in aanvulling op de overheidscampagne “Nederland Leeft met Water” de brug slaan naar de burger. Deze campagne trekt als een Waterkaravaan door het land. Een centrale rol is hierbij weggelegd voor de partners van Watergolf, (IVN, Reinwater, SNM en de Milieufederaties, NAJK, NVVS, Waddenvereniging), en lokale instanties, organisaties en bedrijven worden uitgenodigd zich bij de Waterkaravaan aan te sluiten. De projectleider van 'Duik in water!' heeft met name bij de eerste voorbereidingen in 2003 deel via de projectvergaderingen zijn kennis en ervaringen beschikbaar gesteld. Omdat de Waterkaravaan juist in de periodes actief is, als de agrarische jongeren dat niet zijn, is het niet gelukt om samen activiteiten te ontplooien. 3.6.5 Blauwe Diensten bij waterschap De Dommel Voorjaar 2003 is door DLV in opdracht van waterschap De Dommel de haalbaarheid van Blauwe Diensten verkend. Aan deze verkenning heeft de projectleider van 'Duik in water!' bijgedragen. Bij de eerste pilot Waterbergen als Blauwe Dienst van het waterschap is een lid van het NAJK betrokken. 3.6.6 Gidsmodellen waterberging Rivierenland Waterschap Rivierenland heeft aan het NAJK inbreng gevraagd bij de ontwikkeling van gidsmodellen. Op 2 ‘middagen van de waterberging’ in voorjaar 2004 zijn een bestuurder van AJK Overbetuwe en de projectleider van 'Duik in water!' geweest. 3.6.7 Stoas onderzoek ‘Vraagarticulatie (beroeps)onderwijs’ Stoas Onderzoek heeft een onderzoek uitgevoerd hoe het (agrarisch) beroepsonderwijs maatschappelijk relevante thema’s in het curriculum van de leerlingen opneemt. Onder meer is daarvoor de projectleider geïnterviewd. Het artikel daarover, en de reflexie daarop, is opgenomen als bijlage 6.2. 3.6.8 Triple P en 'Duik in water!' Op 7 april 2005 is 'Duik in water!' als case gebruikt op een zogenaamde Thematreffer Duurzame Landbouw voor ambtenaren van de ministeries van VROM en LNV en NGO’s. Achterliggende gedachte van deze dag: x Het thema ‘duurzame landbouw’ wordt benaderd vanuit de invalshoek van ‘Triple P’. Veel beleidsmedewerkers en NGO’s worstelen met het vertalen van dit begrip naar hun werk. Men blijft vaak in één P hangen of vindt de drie P’s onverenigbaar. x Een tweede doel van de dag is begrip en respect voor elkaar krijgen. In discussies kan men proberen elkaars taal leren te verstaan en begrip voor elkaars standpunt te krijgen. x Kennis nemen van projecten van NGO’s. Welke NGO is waar mee bezig wat betreft duurzame landbouw. Het is belangrijk dat ook de agrariërs vertegenwoordigd zijn. Verbinden van de drie P’s Milieudefensie, Stichting Natuur en Milieu en NAJK lichten ieder een specifiek project toe, waaruit blijkt hoe deze NGO’s de 3 P’s verbinden. In 'Duik in water!' is die verbinding met name terug te vinden in de discussies die gevoerd zijn over de rol van de jonge agrariërs in het waterbeheer. Concreter; in de afstemming tussen de
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 21 -
maatschappelijke vraag naar leveren van blauwe diensten (people en planet), en het aanbod van de jonge agrariërs om die blauwe diensten te leveren tegen een bepaalde vergoeding (profit). Boeren in de veenweidegebieden: Boeren of modderen? In vier werkgroepen vertelt een bij het besproken project horende boer waar hij/zij tegenaan loopt bij het doorzetten of verder doorvoeren van de activiteiten uit één van de eerder gepresenteerde projecten. Deze aspecten worden onderverdeeld naar triple P. Deelnemers aan de werkgroepen zijn LNV-ers, VROM-ers en vertegenwoordigers van ngo’s, en zijn verspreidd over profitgeoriënteerden (LNV, soms ngo), planetgeoriënteerden (VROM, ngo, soms LNV) en peoplegeoriënteerden (LNV, soms ngo). 'Duik in water!' had als praktijkvoorbeeld een jonge veenweideboer meegenomen. Deze ziet zich geplaatst voor de opgave om een inkomen te blijven behalen uit zijn melkveebedrijf, terwijl de omstandigheden daarvoor, door de maatschappelijke wens om dat bij een hoger waterpeil te doen om bodemdaling tegen te gaan, minder gunstig zijn (dan wordt het modderen). De werkgroep heeft een gezamenlijke analyse gemaakt van bovengeschetst probleem: Wat is het probleem? En door wie moet er aan gewerkt worden? Deze analyse wordt schematisch weergegeven in onderstaande figuur. Afbeelding 3.1
Profit
Lid NAJK
Project ‘Duik in water!’
LNV
Planet
VROM
People
Toelichting schema: Het project 'Duik in water!' wordt nadrukkelijk vrijwel in het midden geplaatst. Weliswaar is het project een initiatief van de vereniging NAJK (de belangenbehartiger van jonge agrariërs, en profit georiënteerd), maar wordt het uitgevoerd door de stichting NAJK-edu die als taak heeft de jonge agrariërs te informeren over maatschappelijk verantwoord ondernemen (triple-P), en bovendien wordt gefinancierd door instanties met diverse oriëntatie (bijv. VEWIN: planet; Rabobank: profit; KNHM: people). De boer plaatst zich in eerste instantie in de uiterste Profit hoek. Hij heeft zijn onderneming om er een inkomen uit te halen, en houdt zich ten aanzien van de aspecten People en Planet aan de weten regelgeving. Met andere woorden hij boert volgens de Goede Landbouw Praktijk (GLP), maar doet bijvoorbeeld ten aanzien van waterbeheer niet meer dan dat.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 22 -
Door zijn deelname aan 'Duik in water!' is hij zich meer bewust geworden van de maatschappleijke wensen op dit vlak, en schuift hij wat meer op richting People en Planet. Voor de beleidsmakers van LNV en VROM geldt juist dat zij door dergelijke discussies meer begrip krijgen voor de Profit eis van de jonge agrariërs, en dus uit de hoeken van Planet (LNV) en People (VROM) naar boven toe opschuiven. 3.6.9 Bijdrage aan Onderbouwing Investeringsclaim Westelijke Veenweiden Een jonge veenweideboer (dezelfde jonge boer die heeft meegewerkt aan een zogenaamde Thematreffer Duurzame Landbouw, zie ook bijlage 6.7), tevens vice-voorzitter van het NAJK, heeft op 26 april 2005 een inleiding gehouden op een bijeenkomst van DG’s en Directeuren van LNV, VROM, V&W en provincies (zie ook Agenda Westelijke Veenweiden). Aanleiding In de Nota Ruimte is aandacht gevraagd voor de westelijke veenweiden. Naar aanleiding daarvan is een reservering gemaakt in het Fonds Economische Structuurversterking (2011-2014) om te investeren in de westelijke veenweiden. Trefwoorden daarbij zijn: x ingrepen in het watersysteem x economisch rendabele investeringen x duurzame verbetering van landgebruik en waterbeheer x aandacht voor bodemdaling en waterbeheer x subsidiariteit beginsel x etc. De claim is in principe gehonoreerd, maar moet goed worden onderbouwd: welke maatregelen zijn nodig en wat levert het op (inclusief maatschappelijke kosten/baten analyse). De onderbouwing wordt vanuit vier thema’s steeds belicht x Landgebruik, c.q. landbouw x Natuur x Waterbeheer x Civiele kant van bodemdaling en waterbeheer (onderhoud van wegen, andere infrastructuur e.d.) Voor het aspect landgebruik heeft de DB-er van het NAJK vanuit de positie van de landbouw een toekomstschets gegeven wat ondernemers in het veenweidegebied nodig hebben om te kunnen blijven boeren. Denk daarbij aan: x Organisatie van de melkveehouderij, denk aan schaalvergroting of specialisatie afhankelijk van de mate van drooglegging of aanpassing van de productiefactoren zoals een ander soort koeien, ander voer, e.d. x Dynamiek in de waarde van het Onroerend Goed. In de Westelijke Veenweiden zit je midden in de Randstad met veel hogere grondprijzen dan het opbrengend vermogen. Kan een grondbank wat doen aan die discrepantie en hoe? x Verbreding: welke eisen stelt het aan ondernemers en aan anderen om de toegevoegde waarde van het agrarisch bedrijf te vergroten (streekproducten, zorglandbouw, hoogwaardige verblijfrecreatie, e.d.)?
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 23 -
In de discussie bleek er bij het gehoor onbegrip te zijn voor het volgende: De ideeën die er zijn om de bodemdaling van de veenweidegebieden af te remmen door het waterpeil omhoog te brengen, kunnen (vooralsnog?) op weinig sympathie rekenen van de veenweideboeren. Ook als de inkomensderving die hierdoor ontstaat (meer dan) gecompenseerd zou worden. De NAJK-bestuurder schetst de achtergrond hiervoor: Als een boer zou mogen kiezen tussen plezierig boeren (koeien op tijd naar buiten, fatsoenlijk met machines het land op) bij een drooglegging van bijv. 60 cm onder maaiveld en daarmee weinig verdienen, of boeren bij suboptimale omstandigheden (koeien later naar buiten, nauwelijks met machines het land op) bij een drooglegging van bijv. 40 cm onder maaiveld en daarmee (vrijwel) even weinig verdienen, waarvoor kiest hij dan? 3.7
Veldsymposium over en middenin het veenweidegebied Op 18 mei 2005 is 'Duik in water!' feestelijk afgesloten met een veldsymposium over en middenin het veenweidegebied. De kennis en ervaringen die met het project zijn opgedaan, zijn gedeeld met een 130-tal bestuurders en medewerkers van provincies, waterschappen, gemeenten en met agrariërs.
Het eindrapport is door Dirk Bruins, de voorzitter van het NAJK, aangeboden aan Minister Veerman. In bijlage 6.10 zijn het programma, de deelnemerslijst en een fotoimpressie van de dag opgenomen. 3.8 Workshops In het projectplan wordt aangegeven dat de kennis opgedaan in het project middels workshops wordt verspreid. Omdat het project veel in de Westelijke veenweidegebieden heeft gespeeld, is één grote workshop georganiseerd, het veldsymposium (zie de paragraaf hiervoor). 3.9 Internetsite www.duikinwater.nl Via de site www.duikinwater.nl komen bezoekers op de activiteitenpagina’s van het NAJK. Hier staat projectinformatie, achtergrondinformatie over agrarisch waterbeheer, de ontwikkelingen in de dialooggebieden en verwijzingen naar informatieve webpagina's. In bijlage 6.11 zijn een aantal afgedrukte pagina’s opgenomen. Op deze pagina kunnen de beide 'Duik in water!' kranten als pdf worden gedownload. Ook dit verslag is als pdf via de site beschikbaar. De site zal nog ca. 1 jaar blijven bestaan.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 24 -
4. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 'DUIK IN WATER!' Op grond van de ervaringen die opgedaan zijn met de uitvoering van het project 'Duik in water!' kunnen de volgende leerpunten1 worden geformuleerd en worden de volgende aanbevelingen gedaan: 4.1 Leerpunten De leerpunten van het project worden aan de hand van de volgende stellingen behandeld: 12. Een waterschapshuis heeft voor jonge agrariërs letterlijk een hoge drempel; 13. Een waterschap staat figuurlijk ver weg van jonge agrariërs; 14. 'Duik in water!' heeft de koudwatervrees bij agrarische jongeren weggenomen; 15. Agrarische opleidingen besteden weinig aandacht aan waterbeheer; 16. Het enthousiasme van boeren en tuinders voor het bergen van water bij wijze van blauwe dienst wordt vooral beïnvloed door de hoogte van de vergoeding; 17. Het enthousiasme van boeren in het veenweidegebied om bij wijze van blauwe dienst (in stand houden landschap) het peil op te zetten is gering; 18. Een jonge boer zit niet vast aan een stuk grond; 19. Een agrariër zou meer naar het grondwaterpeil moeten kijken, en minder naar het slootpeil. 20. Tot afspraken komen vraagt maatwerk en kan alleen op basis van wederzijds vertrouwen. 21. Een veldsymposium zet bestuurders met beide benen op de grond. 22. Het logische vervolg op 'Duik in water!' heet 'Duik in waterkwaliteit!’ Toelichting op de stellingen: 1. Een waterschapshuis heeft voor jonge agrariërs letterlijk een hoge drempel. Op uitnodiging van betreffende waterschappen zijn een aantal keren de eenmalige 'Duik in water!' avonden in waterschapshuizen gehouden. In deze gevallen was de opkomst (veel) lager dan bij de activiteiten die in de gebruikelijke dorpszaaltjes zijn gehouden. Het lijkt erop dat hierbij niet aan één van de basisvoorwaarden voor een geslaagde activiteit is voldaan: namelijk het moet “leuk, leerzaam en laagdrempelig” zijn. 2. Een waterschap staat figuurlijk ver weg van jonge agrariërs. Op de vraag die tijdens de activiteiten aan de jongeren is voorgelegd: “Noem een naam van iemand die jullie vertegenwoordigt in het waterschapsbestuur”, kon slechts een enkeling een naam noemen. Dit zegt iets over de onzichtbaarheid van het waterschapswerk. 3. 'Duik in water!' heeft de koudwatervrees bij agrarische jongeren weggenomen. In zomer 2004 heeft er in het ledenblad van het NAJK de BNDR een wervend interview gestaan met de vice-voorzitter van het NAJK Ruud den Boer. (zie bijlage 6.7) Hij is tevens AB lid van Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht, en riep de NAJK leden op om zich ook verkiesbaar te stellen. Inmiddels zijn er vier NAJK leden in waterschapsbesturen gekozen, en tevens een in een adviescommissie en een in de landinrichtingscommissie Krimpenerwaard en twee in regiocommissies van waterschap Brabantse Delta.
1
Omdat 'Duik in water!' geen onderzoeksproject is, kunnen geen conclusies op basis van kwalitatief of kwantitatief onderzoek worden gedaan.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 25 -
4. Agrarische opleidingen besteden weinig aandacht aan waterbeheer. De meeste agrarische jongeren (in de leeftijd tussen 18 en 35 jaar) moeten nog bij nul beginnen als het gaat om kennis over water. In de agrarische opleidingen van de jongeren is de aandacht voor water gering. Dit geldt zowel voor het waterbeleid (WB21 en KRW), als voor de relatie landbouw en water op de schaalniveaus bedrijfswater, veldwater en bedrijf & omgevingswater. De basiskennis over de doelstellingen van de overheid is gering. Ongeveer 25% van de jongeren heeft een HAS-opleiding, het overgrote deel een MAS opleiding, het algemene opleidingsniveau is daardoor niet het probleem. Aan het eind van het project is geprobeerd de in het project 'Duik in water!' opgedane kennis en modules beschikbaar te stellen aan de agrarische opleidingen via de RIGO regeling van het ministerie van LNV. Het bleek helaas niet mogelijk om dit op een relatief makkelijke manier te realiseren. 5. Het enthousiasme van boeren en tuinders voor het bergen van water bij wijze van blauwe dienst wordt vooral beïnvloed door de hoogte van de vergoeding. De meeste agrarische jongeren hebben geen moeite met het bergen van water op hun land bij piekbuien, wel wanneer daar geen redelijke vergoeding tegenover staat. Zo’n situatie treedt in de meeste gevallen niet elk jaar op, en als het optreedt, slechts voor enkele dagen. Dit betekent dat in de overige tijd zonder belemmeringen verder geboerd kan worden. Dit in scherpe tegenstelling tot de situatie bij stelling 6. 6. Het enthousiasme van boeren in het veenweidegebied om bij wijze van blauwe dienst (in stand houden landschap) het peil op te zetten is gering. De ideeën die er zijn om de bodemdaling van de veenweidegebieden af te remmen door het waterpeil omhoog te brengen, kunnen (vooralsnog?) op weinig sympathie rekenen van de veenweideboeren. Ook als de inkomensderving die hierdoor ontstaat gecompenseerd zou worden. De achtergrond hiervoor: Als een boer zou mogen kiezen tussen plezierig boeren (koeien op tijd naar buiten, fatsoenlijk met machines het land op) bij een drooglegging van bijv. 60 cm onder maaiveld en daarmee weinig verdienen, of boeren bij suboptimale omstandigheden (koeien later naar buiten, nauwelijks met machines het land op) bij een drooglegging van bijv. 40 cm onder maaiveld en daarmee even weinig verdienen, waarvoor kiest hij dan? 7. Een jonge boer zit niet vast aan een stuk grond. In de 'Duik in water!' avonden is in het hele land vaak en heftig gediscussieerd over de wens van waterschappen om van het aloude principe ‘peil volgt teelt’ over te stappen op ‘teelt volgt peil’. Dit houdt in feite een inperking van de vrije teeltkeuze in, en daarmee een beperking in het vrije ondernemerschap. In de reconstructiegebieden wordt hierop over het algemeen begripvol gereageerd, in termen van ‘ik zit niet aan mijn grond vast’. Met andere woorden ik wil wel ruilen met mijn gronden, als dat beter past in het watersysteem, én als ik er niet slechter van wordt (bijv. ten aanzien van ligging ten opzichte van de andere percelen). In de veenweidegebieden is grondmobiliteit meestal gewenst om een gunstiger verkaveling te krijgen. In het voorbeeld van traject ‘Krimpenerwaard’ bleek dat de jonge agrariërs genegen zijn gronden te ruilen, als dit ertoe kan leiden dat de functies landbouw en natuur op de daarvoor meest geëigende plekken worden neergelegd.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 26 -
8. Een agrariër zou meer naar het grondwaterpeil moeten kijken, en minder naar het slootpeil. Niets makkelijker is het voor een boer om in de sloot te kijken naar het peil, en bij slechts de geringste afwijking van het afgesproken peil, te klagen bij het waterschap. Terwijl voor boeren juist een goede grondwaterstand in hun percelen leidend zou moeten zijn. In verschillende 'Duik in water!' avonden hebben waterschappen de argumenten aangedragen om over te stappen op een flexibeler peilbeheer. Dus een peilbeheer dat niet op de kalender kijkt wanneer er van zomerpeil naar winterpeil wordt overgeschakeld, maar een peilbeheer dat meer rekening houdt met de grondwaterstand. In de 'Duik in water!' avonden in de veenweidegebieden is specifiek ingegaan op het door J. Verheul, praktijkcentrum Zegveld, gepropageerde dynamisch peilbeheer (zomers hoog slootpeil, ’s winters lager), het Gezond Boeren Verstand peil. De reactie van de jonge agrariërs op de wens van flexibel peilbeheer was in eerste instantie vaak afwijzend. Bij doorvragen naar de achtergrond hiervan blijkt dat zij er moeite mee hebben het waterschap dan niet meer af te kunnen rekenen aan de hand van centimeters op een peilschaal. Ook de onbekendheid met de relatie tussen slootpeil en grondwaterpeil draagt aan die afwijzende houding bij. In feite zou iedere boer minimaal 1 peilbuis in zijn land moeten hebben staan, om meer praktijkkennis van die relatie slootpeil en grondwaterpeil op te doen. 9. Tot afspraken komen vraagt maatwerk en kan alleen op basis van wederzijds vertrouwen. De uitvoering van de vervolgtrajecten van 'Duik in water!' vereiste veel maatwerk. Dit houdt verband met wat maximaal haalbaar is bij zowel jongeren als waterschap. Er is vaak een historisch gegroeid wederzijds wantrouwen dat door intensieve begeleiding vanuit het project overwonnen moest worden, voordat “zaken” gedaan kunnen worden. In het traject ‘Purmerend’ bijvoorbeeld was in eerste instantie de opzet dat waterschap en jonge agrariërs samen naar oplossingen voor wateroverlast zouden zoeken. Pas bij de tweede avond met de afdeling van de agrarische jongeren en het waterschap bleek dat dit een stap te ver was: Het vertrouwen om met welk watervraagstuk dan ook aan de slag te gaan ontbrak volledig. Het concrete eindresultaat van dit traject is dan ook om het reguliere overleg, dat daar tot vóór de waterschapsfusie in 2003 gehouden werd tussen bestuurders en medewerkers van het waterschap en agrariërs, weer in ere te herstellen. 10. Een veldsymposium zet bestuurders met beide benen op de grond. Er wordt vaak genoeg gepraat óver de toekomst van de jonge boeren, maar te weinig mét de toekomstige boeren. Het afsluitende veldsymposium van 'Duik in water!' vormde een ideaal platform om bestuurders uit verschillende gremia met elkaar in debat te laten gaan, met en over de toekomst van de boeren en hun rol in het waterbeheer. 11. Het logische vervolg op 'Duik in water!' heet 'Duik in waterkwaliteit!’ Het laatste projectjaar zijn een aantal grote interregionale avonden georganiseerd die speciaal in het teken van het thema waterkwaliteit stonden. Daarbij is ingegaan op de Kaderrichtlijn Water en het nieuwe mestbeleid, en de samenhang daartussen.Op deze avonden blijkt er onder de agrarische jongeren grote behoefte te zijn om meer over die KRW te weten. Ook is een KRW spel ontwikkeld dat inzichtelijk maakt hoe de KRW werkt, en met welke concrete maatregelen je op het eigen bedrijf aan de slag zou kunnen, of in samenwerking met het waterschap. Het NAJK wil dan ook in najaar 2005 als logisch vervolg op 'Duik in water!' met het project 'Duik in waterkwaliteit!' beginnen.
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 27 -
6. BIJLAGEN 6.1
Overzicht gerealiseerde 1-malige bijeenkomsten
6.2
Artikel Stoas onderzoek ‘Vraagarticulatie (beroeps)onderwijs’
6.3
Uitnodiging 'Duik in water!' avond
6.4
Vervolgtraject Krimpenerwaard
6.5
Accountantsverklaring
6.6
‘Duik in water!’ krant nummer 1 en 2
6.7
Artikel ‘Een frisse duik in het waterschap’, BNDR juni 2004
6.8
Artikel ‘Waterberging in de praktijk’, De Boerderij 14 september 2004
6.9
Projectpartners
6.10
Uitnodiging veldsymposium, deelnemerslijst, foto’s
6.11
Internetsite www.duikinwater.nl
Eindverslag ‘Duik in Water!’
- 29 -
Bijlage 6.1 Overzicht gerealiseerde 1-malige bijeenkomsten
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.1 -
Nr
Prov. AJK HAJK AJ Gooi en Vechtstreek AJF PB AJF Startavond AJF Startavond AJF Startavond AJF Startavond GrAJK Westerkwartier AJF AJK Kollumerland HAJK JWLTO GAJK Regio Oost Achterhoek GAJK Regio West Achterhoek HAJK-N Werkgroep Bloembollen HAJK Jaarvergadering HAJK-Z Delfland UAJK Utrechtse Venen BAJK Kring Eindh.-Z.&Helm.(&Eersel ?) BAJK CUBAR BAJK Oosterhout GrAJK Prov bestuursavond DAJK JAV ZuidWesthoek BAJK Breda GAJK IJsselvallei AJF De Bouhoeke ZAJK AJK Oost Zeeuws Vlaanderen HAJK-N AJK West Friesland AJF AJF Linde Zuid/Elsloo-Boyl/Wolvega e.o./Weststellingwerf GAJK AJK Eibergen ZAJK Mineralen&Middelen Meester ZAJK Mineralen&Middelen Meester BAJK Diessen BAJK Roosendaal AJF Afd. Nijbeets AJF Afd. Tjerkgaast HAJK-N West Friesland HAJK JLTO Kring Delftstreek HAS CAH Dronten BAJK Eersel BAJK Uden BAJK Cuijk HAJK-Z AJK+ JAV Rijnland Gouda GAJK PJG/AJK Laren-Lochem BAJK Studieclub Boekel Venhorst HAJK-N AJ Purmerend+JAV Purm. HAJK-Z Krimpenerwaard AJF Dongeradelen GAJK Over Betuwe HAJK-Z Alblasserwaard/5herenlanden HAJK-Z JWLTO (westland) + Delftstreek HAJK-Z Eurodelta Voorne/Putten+Goer/Overf+Hoekse waard HAJK-N AJ Wieringermeer HAJK-N Haarlemmermeer HAJK-N AJK Heerhugowaard LAJK Limburg Zuid AJF+GrAJK+DAJKInterprov. Avond Noord-Nl LAJK Limburg Noord NL NBvP OAJK JAV-overleg Overijssel AJF JAV Tytsjerksterdiel OAJK JAV Dalfsen/Nieuwleusen UAJK/HAJK Jongerenraad De Samenwerking OAJK JAV Midden Salland FAJK AJK Dronten en Lelywolde BAJK Prov avond UAJK JAV NO Utrecht OAJK Dalfsen-Nieuwleusen GAJK JAV Voorthuizen
(max nr.)
17 1 2 3 4 5 6 7 59 8 10 44 11 15 14 13 16 18 12 25 28 19 41 29 9 46 31 20 32 34 30 24 36 49 58 38 37 39 35 43 23 50 48 47 56 33 45 52 57 21 51 53 63 61 62 64 68 65 26 67 22 40 60 55 42 66
68
Overzicht 1-malige bijeenkomsten Duik in water! Gerealiseerd
Datum 2002_01_02 2002_10_02 2002_10_08 2002_10_08 2002_10_10 2002_10_10 2002_11_12 2002_11_14 2002_11_22 2002_11_26 2002_12_03 2002_12_03 2002_12_12 2002_12_17 2002_12_18 2003_01_14 2003_01_16 2003_01_21 2003_01_27 2003_01_28 2003_01_30 2003_02_04 2003_02_04 2003_02_06 2003_02_12 2003_02_12 2003_02_18 2003_02_19 2003_02_24 2003_02_24 2003_02_27 2003_03_05 2003_03_06 2003_03_20 2003_04_16 2003_04_17 2003_09_02 2003_09_16 2003_09_22 2003_09_25 2003_10_01 2003_10_07 2003_10_21 2003_10_25 2003_10_29 2003_10_30 2003_11_18 2003_11_22 2003_12_09 2003_12_11 2003_12_16 2004_01_14 2004_03_09 2004_03_11 2004_03_17 2004_04_15 2004_09_13 2004_09_15 2004_09_21 2004_09_30 2004_10_12 2004_11_23 2004_11_30 2004_11-9 2005_02_21 2005_04_04
J/M/D
1005
212
7273
Totaal aanleden niet-led afd.tota Spreker 11 ? ? 30 A. van Blaaderen (Dienst Waterbeheer en Riolering) 8 8 0 ? NvE 27 26 1 ? Dhr. Miedema vz. 18 18 0 ? Aaltje Rispens DB, Dhr. Flikkema 32 31 1 ? Dhr. H. Mol vz., M. de Vries, J. van der Velde 11 11 0 ? C. Munting 28 23 5 65 T. Pater en B. Bloem 19 19 0 35 Aaltje Rispens 30 ?? ?? 194 10 10 0 ? Gert Jan van der Veen 30 30 30 ? Gert Jan van der Veen 6 ? ? ? Joost Schaminee (WLTO) 66 ? ? ? A.Wildekamp (GS NH)/H.Kranz (dir. ZH Landschapsbeheer)/Hanneke van der Eijnden (WS) 8 8 0 26 Jeroen Snijders 17 17 0 75 Maarten Ouboter 39 27 12 200 Roel Bruggink&Joost van der Cruijsen 17 17 0 26 Jack Rombouts 24 24 0 48 Ad Sweere 18 18 0 ? Van 't Land 4 3 1 ? Henk Post 28 14 4 69 Jack Rombouts 7 7 0 32 Wim van Vilsteren 50 ? ? 72 Piet Paulusma 26 25 1 152 Ton Mouton 6 5 1 280 Jan Zijp+Maarten Poort 40 ? ? 80? de heer Oosterloo 14 14 0 108 Toin Lambrechts 38 ? ? 1150 J. Klompe (ZLTO), Jos Goossen (WS Zeeuws-Vlaanderen), P. Cammaert (DLV) 82 ? ? 1150 J. Klompe (ZLTO), Jos Goossen (WS Zeeuws-Vlaanderen), P. Cammaert (DLV) 8 8 0 60 Jan van Rijen 11 11 0 107 Perry van Kempen+Rosalie Fransen 16 12 4 29 Jan van der Velde/Binne Hartstra 20 ? ? 37 Sjoerd Osinga 18 18 0 65 Linda Oostrum 16 ?? ?? 84 14 1 13 nvt Nicolaas van Everdingen 12 11 1 130 Lonneke Schilte/Carolien van der Weijden 15 14 1 161 Gerard de Jong 13 7 6 119 Rosalie Franssen en Marleen van der Velden 25 ? ? 143 Mike Dijkstra 6 6 0 110 Hendri Witteveen 33 ? ? 110 Misha Nouwen 23 21 2 110 Jan Strijker/Rienk de Lange 6 5 1 88 Maurice Kruk/ Marinus de Vries 28 27 1 ? R. Dankert 13 11 2 33 Gerard Soppe 31 24 7 130 Kees Vonk/Frits Kool 26 21 5 84 (jlto) Erik Gloudemans 9 8 1 ? Jeroen Willemsen 29 24 5 150 Jan Zijp 36 31 5 31 Jeroen Filius, Gé van den Eertwegh, Jan Ham (VZ ANV) 31 29 2 49 Annette Beems-Kuin 24 23 1 248 Joep Delsing 190 155 35 ? A. van der Zande (DG LNV), Hans Danel (WS), Aaike Maarsing (NLTO), Jehan Bouma (NAJK) 21 19 2 333 ? 9 0 9 ? Nicolaas van Everdingen 4 4 0 ? Godelieve Wijffels 5 5 0 15 Marion de Cocq 18 17 1 16 Marion de Cocq 91 47 44 ? Gé v. d. Eertwegh/J. Verheul/J. Hogenboom/W.Dijkman 11 ? ? 18 Marion de Cocq (Natuur en Milieu Overijssel) 9 9 0 20 Rens Huisman (ws) en Erna v.d. Wal (CLM) 55 48 7 1100 Erik Matla/Willem Buiter/Adrie Geerts 11 ? ? 32 Henk Nobbe/Beatrijs van de Lisdonk 27 26 1 33 Bartus Jonkman, Wim Bots, Art Koppejan en de heer Kars 8 8 0 ? Ad Schoutens + Marion de Cocq (Natuur en Milieu Overijssel)
stand Duik in water! per: 17/05/05 aantal avonden: 66 Totaal deelnemers 1-malige bijeenkomsten: 1636 gemiddeld per bijeenkomst: 24.8
Plaats Weesp Wirdum Bolsward Buitenpost Gorredijk Stiens Zuidhorn Kollummerpomp Naaldwijk Lichtenvoorde Toldijk De Lelie, Akersloot Nieuw-Vennep Delft Mijdrecht Motel Nobis, Asten Café De Baroes, Baarle-Nassau Oosterhout Groningen Meppel Buitenlust, Rijsbergen Apeldoorn Oudebildzijl Kloosterzande Westwoud Steggerda Rekken De Halle, Axel De Vroone, Kapelle Zaal De Bierelier, Haghorst Zaal De Potter, Wouw Piers' Hiem, Nijbeets Cafe Het witte Huis, St. Nicolaasga Westwoud ? Dronten De Tref, Hapert Nia Domo, Boekel Wapen van Wanroy t Wagenwiel, Bodegraven Hotel Stegeman, Laren Nia Domo, Boekel Concordia, Purmerend excursie Marinus de Vries,Stolwijk Metslawier de Viersprong in Valburg De Til, Giessenburg (MvA) exc. naar waterblocks, bedrijf P van den Haak. Waterschapshuis Brielle Wieringerwerf Wieringerwerf Heerhugowaard WS huis Roer en Overmaas, Sittard Kruisweg, Marum Venlo Den Haag Raalte Dorpshuis In de Mande, Tytsjerk De Wiekelaar, Oudleusen Montfoort Aver Heino, Heino Biddinghuizen Motel Gilze Rijen Hooglanderveen Oudleusen Voorthuizen
Waterschap
Zuiderzeeland Ws Aa en Maas/ZLTO advies/prov. NB Ws Vallei en Eem/IVN Consulentschap ws Groot Salland Ws Vallei en Eem
HH Rijnland/Zegveld/NMU/prov. Utrecht
-Marne Middelsee+ Boarn&Klif WS Lauwerswalden WS Sevenwolden WS De Waadkant WS Noorderzijlvest WS Lauwerswalden nvt Rijn&Ijssel Rijn&Ijssel nvt N+Z-Holland HHDelfland DWR De Dommel+ De Aa Mark&Weerijs(+Dongestroom) Dongestroom (Land van Nassau) WS Noorderzijlvest WS Reest en Wieden Mark en Weerijs WS Veluwe nvt WS Zeeuws Vlaanderen HHNK vh WS Westfriesland nvt Rijn&Ijssel WS Zeeuws Vlaanderen WS Zeeuws Vlaanderen De Dommel WS Scheldekwartier+Brabant Water Sevenwolden Boarn en Klif HH Holland Noorderkwartier nvt nvt De Dommel/ ZLTO De Aa Brabant Water Wilck en Wiericke Rijn&Ijssel De Dommel HH Holland Noorderkwartier Landschapsbeheer ZH/ lid ANV De Waadkant Rivierenland HHS AV/ ANV Den Hâneker Delfland WS De Brielse Dijkring HHNK HH van Rijnland HH Holland Noorderkwartier Roer en Overmaas WS Hunze en Aa's Peel en Maasvallei nvt Ws Groot Salland nvt
Bijlage 6.2 Artikel Stoas onderzoek ‘Vraagarticulatie (beroeps)onderwijs’
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.2 -
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.2 -
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.2 -
Bijlage 6.3 Uitnodiging ‘Duik in water!’ avond
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.3 -
Haarlem, oktober 2003 Beste leden, Vorige zomers (veel) te veel water, dit jaar wel érg weinig. Wat is er aan de hand in Nederland Waterland? En vooral wat speelt er in ons gebied? Daar gaat deze avond “Duik in water!” van het HAJK over. Programma: 1. Wat is er aan de hand in NL waterland? door Nicolaas van Everdingen (NAJK-edu) 2. Presentatie door Jan Strijker en Rienk de Lange van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier onderwerpen: - waterberging; - peilbeheer; - waterkwaliteit; - waterschapslasten; - aanspreekpunten afdelingen. Wat is het, wat is stand van zaken, wat zijn de plannen en wat betekent dit voor landbouw? 3. Wat is agrarisch waterbeheer en Blauwe diensten en wat kan ik op het eigen bedrijf daarmee doen? door Agrarische Natuurvereniging Waterland. 4. Aan de slag!
Graag tot ziens op 21 oktober! Met vriendelijke groeten, gezamenlijke besturen AJ en JAV Purmerend
Duik in water! avond Dinsdag 21 oktober 2003 20.00 uur Locatie:
Ook niet-leden zijn van harte welkom!
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.3 -
Bijlage 6.4 Vervolgtraject Krimpenerwaard
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.4 -
A
GRARISCHE
J
ONGEREN
K
RIMPENERWAARD
Ouderkerk aan den IJssel, 20 januari 2004 Beste AJK-leden en partners, Nu het landinrichtingsplan daadwerkelijk uitgevoerd gaat worden, is er in de Krimpenerwaard flinke discussie ontstaan of dit wel de goede weg is. Als agrarische jongeren doen we graag mee aan die discussie, maar dan wel met voldoende kennis van zaken. Om jullie kennis over het waterbeheer in de Krimpenerwaard te verhogen, en jullie standpunten te peilen, organiseert AJK Krimpenerwaard daarom 2 avonden. programma avond 1: 1. Jan Oostdam van waterschap Krimpenerwaard over: A. Wat zijn de knelpunten in het huidige watersysteem van de Krimpenerwaard? B. Welke gevolgen hebben de klimaatveranderingen voor het waterbeheer? C. Landinrichting en waterbeheer Krimpenerwaard. 2. Harm Jansen (DLG) over de uitdagingen van het waterbeheer. 3. Joop Verheul van praktijkcentrum Zegveld over de toekomst van het veenweidebedrijf. 4. Adri Kromwijk (DLG): Geld aan water verdienen? Over het leveren van blauwe diensten. 5. Aan de slag! Wat vinden wij er zelf van? De avond vindt plaats in het Cultureel Centrum te Berkenwoude en begint om 20.00 uur. Graag tot ziens op donderdag 5 februari! Met vriendelijke groet, Kees Both Secretaris AJK Krimpenerwaard Noteer ook alvast de datum voor avond 2: do. 19 februari
A
GRARISCHE
J
ONGEREN
Eindverslag ‘Duik in water!’
K
RIMPENERWAARD
- bijlage 6.4 -
A
GRARISCHE
J
ONGEREN
K
RIMPENERWAARD
Ouderkerk aan den IJssel, 10 februari 2004
Beste AJK-leden, partners en (nog) niet-leden, Donderdag 5 februari waren 32 leden en 3 niet-leden bij de eerste avond over het landinrichtingsplan. Nu dit plan daadwerkelijk uitgevoerd gaat worden, is er in de Krimpenerwaard flinke discussie ontstaan of dit wel de goede weg is. Als agrarische jongeren doen we graag mee aan die discussie, maar dan wel met voldoende kennis van zaken. Om jullie kennis over het waterbeheer in de Krimpenerwaard te verhogen hadden we 5 februari 4 sprekers. Het verslag en de presentaties van deze geslaagde avond zijn bijgevoegd. Om jullie ideeën over de landinrichting te peilen, organiseert AJK Krimpenerwaard 19 februari de vervolgavond. programma avond 2: Aan de slag! In kleine groepjes gaan we bekijken wat wij er zelf van vinden. Was je de eerste avond er niet bij ? Geeft niets, ook dan kun je prima meedenken over je toekomst in de Krimpenerwaard. Ook deze avond vindt plaats in het Cultureel Centrum te Berkenwoude en begint om 20.00 uur. Graag tot ziens op donderdag 19 februari! Met vriendelijke groet, Kees Both Secretaris AJK Krimpenerwaard
A
GRARISCHE
J
ONGEREN
Eindverslag ‘Duik in water!’
K
RIMPENERWAARD
- bijlage 6.4 -
Westweek, 14-05-2004
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.4 -
Bijlage 6.6 ‘Duik in water!’ krant nummer 1 en 2
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.6 -
1
’DUIK IN WATER!’ KRANT NR 1 Februari 2003 In dit nummer 2 Agrarisch waterbeheer 1200 stuwen 3 Waterbeheer op Texel Waterbel onder de kas
www.duikinwater.nl
4 ZAJK-initiatief ’Minas en Middelen Meester’ groot succes
Waterstandpunten
De kijk op water van het NAJK
5 IBA aanschaffen? 6 Deelstroomgebiedsvisie
In het winterseizoen 2001-2002 was water één van de drie jaarlijkse discussiethema’s van het NAJK. Alle leden krijgen de kans om in hun afdeling over deze thema’s te discussiëren. Hun provinciale vertegenwoordiger in het landelijke NAJK bestuur brengt de uitkomsten van deze discussies naar voren. Uiteindelijk zijn op deze manier de volgende 8 standpunten over water tot stand gekomen:
Voor agrarische jongeren moet er voldoende water van goede kwaliteit zijn, en op de juiste plaats en de juiste tijd. Met het project ’Duik in water!’ laat het NAJK agrarische jongeren een kijkje nemen in de waterwereld. Te veel, te vies of juist te weinig water, dat zijn de wateropgaven waar we voor staan. Met ’Duik in water!’ neemt het NAJK het initiatief om samen met andere belanghebbenden aan oplossingen voor die wateropgaven te werken. In deze ’Duik in water!’ krant vind je voorbeelden van hoe je water slim in je bedrijfsvoering kunt inpassen. Maar ook lees je hoe het aanwijzen van noodoverloopgebieden de toekomst van je bedrijf kan bepalen.
1. Agrarische jongeren houden in hun bedrijfsvoering rekening met de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater. Daarbij verwachten ze van andere partijen dat ook zij hun verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van grond- en oppervlaktewater nemen. 2. Agrarische jongeren zien water als één van de sturende principes in hun omgeving. Water is een afweging naast andere belangen. 3. Agrarische jongeren willen actief betrokken zijn bij waterprojecten in hun gebied. 4. Bij het waterbeleid dient te worden uitgegaan van bestaande agrarische belangen in een gebied. In principe dus geen grond onttrekken aan landbouw ten behoeve van waterberging. 5. Waterberging, calamiteitenberging en
’Duik in water!’ is mede mogelijk gemaakt door:
ten geven. Doen we dat niet dan zal het water die ruimte zelf nemen. Ongecontroleerd en met alle gevolgen van dien.
> LNV > VROM
Bij deze ’Duik in water!’ krant > Rabobank Nederland > VSB fonds > V en W > KNHM > Vewin > Provincie Noord-Holland > Provincie Zuid-Holland > ZLTO
voorraadvorming moeten op gebiedsniveau worden beoordeeld, waarbij zowel technische als ruimtelijke oplossingen overwogen worden. 6. Er moet bij nieuw contractueel vastgelegd waterbeleid voor agrarische bedrijven steeds duidelijkheid zijn over de hoogte, de duur en de afhandeling van de vergoedingen die voortvloeien uit dat beleid. 7. Het waterschap/de overheid is bij watercalamiteiten als eerste verantwoordelijk, en moet boeren en tuinders een goede schadevergoeding, inclusief vervolgschade, toekennen. 8. Agrarische jongeren staan positief tegenover het onderzoeken van de mogelijkheden van leveren van blauwe diensten op het agrarisch bedrijf.
is de folder van de campagne ’Nederland leeft met Water’ bijgesloten Met deze campagne willen Rijk, provincies, waterschappen en gemeenten ons bewust maken van het water waar we op, in en tussen leven. De boodschap: Het klimaat verandert, het regent vaker en het regent harder. Daarnaast daalt de bodem gestaag en stijgt de zeespiegel. Nederland is nu veilig, maar willen we dat zo houden dan zullen we water weer de ruimte moe-
Mede door de hoogwaterperioden van 1993 en 1995 is het denken over waterbeheer veranderd. In de toekomst kunnen we niet meer alleen volstaan met de beproefde manieren waarmee we wereldberoemd zijn geworden: Hogere dijken, meer en harder pompen. Inmiddels wordt op veel plekken al gewerkt vanuit die nieuwe kijk op water. Een gebied mag zijn probleem van te veel, te weinig of te vies water, niet meer afwentelen op de buren. Daarom worden retentiegebieden ingericht om zo te veel water tijdelijk veilig te kunnen bergen. Bij nieuwbouwprojecten verdwijnt regenwater niet meer in het riool. Langs de zee en onze rivieren worden de dijken verhoogd en verlegd.
Waterberging in natuurgebieden 7 Boeren in een badkuip 8 Volop beweging in waterschapsland Duik in water! Ook in jouw afdeling
Meer dan veiligheid alleen De nieuwe kijk op water in de 21ste eeuw gaat niet uitsluitend over veiligheid en wateroverlast. In de zomer wordt minder water door de rivieren aangevoerd. De toenemende verdroging in de zomer dwingt ons het water langer vast te houden. Ook de oprukkende verzilting langs de kust vraagt om een antwoord. We moeten hard werken aan de kwaliteit van ons water dat op veel plekken vervuild is of vervuild dreigt te raken. Cees van Doorn, Ministerie van Verkeer en Waterstaat: “Waterbeheerders zoals gemeenten, provincies, waterschappen en het Rijk zetten samen met maatschappelijke organisaties de schouders onder het nieuwe waterbeleid. Maar zij kunnen het niet alleen. Het lukt alleen als iedereen er uiteindelijk zijn steentje aan bij zal dragen.”
2
Agrarisch waterbeheer en blauwe diensten water om droge perioden te overbruggen. 2. Waterberging. Berging van neerslagpieken om wateroverlast binnen het eigen gebied of in andere gebieden te verminderen. 3. Waterlevering. Het leveren van schoon basiswater voor de drinkwaterwinning of gebruikswater voor andere watergebruikers (bijv. proceswater voor de industrie of spoel- en gietwater voor intensieve teelten). 4. Versterken van het landschap. Voorbeelden zijn peilverhoging in veenweidegebieden om maaivelddaling te verminderen en peilbeheer ten behoeve van verdrogingsbestrijding. 5. Afvalwaterverwerking. Het opvangen en zuiveren van afvalwater van bedrijven en bewoners uit de omgeving, o.a. met helofytenfilters. Denk ook aan het zuiveren van oppervlaktewater om als inlaatwater te gebruiken in verdroogde natuurgebieden.
Wet van vraag en aanbod
Boeren en tuinders zijn afhankelijk van goed waterbeheer. Droge voeten, voldoende én schoon water zijn van groot belang voor alle vormen van land- en tuinbouw. De waterschappen zijn verantwoordelijk voor het waterbeheer, maar ook boeren en tuinders kunnen op hun bedrijf bijdragen aan een goed werkend watersysteem door aan agrarisch waterbeheer te doen. Maatregelen die onder een Goede Landbouw Praktijk vallen worden agrarisch waterbeheer genoemd.
De maatregelen op het eigen bedrijf kunnen te maken hebben met: • Te droge omstandigheden; • Te natte omstandigheden; • Verbetering van de waterkwaliteit; • Verzilting. Het eigen bedrijf heeft van het nemen van deze maatregelen voordeel.
Voorbeeld is het zelf beheren van een stuw waardoor het (grond-)waterpeil optimaal is voor je bedrijfsvoering.
Blauwe diensten geld voor water Als je iets extra’s doet, en een dienst aan de omgeving levert, spreek je van een
zogenaamde blauwe dienst. Een voorbeeld van een blauwe dienst is het realiseren van piekberging bij hevige neerslag waarmee andere grondgebruikers (kassen, akkerbouw) in het gebied worden ontzien. De meest kansrijke vormen van blauwe diensten zijn: 1. Waterconservering. Het vasthouden van
Boeren kunnen blauwe diensten leveren, maar er moet wel vraag naar zijn en blijven. Als de diensten bijdragen aan een duurzaam watersysteem, is het waterschap een vragende partij. Dat is het geval bij waterconservering, waterberging en het verbeteren van waterkwaliteit. Voor het leveren van schoon water zal een natuurbeheerder of drinkwaterbedrijf belangstelling hebben. Lokale omstandigheden en de soort blauwe dienst zijn bepalend voor de precieze invulling van een overeenkomst. De eerste overeenkomsten zijn inmiddels gesloten. Zo gaan boeren langs de Achterhoekse Stortelersbeek in de winter regenwater opvangen en bewaren tot de zomer, zodat de beek dan niet droogvalt. Omdat water zich zelden houdt aan perceelsgrenzen, zullen boeren voor het aanbieden van een blauwe dienst vaak moeten samenwerken, bijvoorbeeld in de vorm van een watercoöperatie. Deze kan ook vraag en aanbod bij elkaar brengen, en een rol spelen bij het vaststelen van de hoogte van de vergoeding.
1200 stuwen In Brabant en Limburg lopen projecten om water te conserveren door agrarisch stuwbeheer. In het ’Interreg’-project houden boeren zelf water langer vast. In dit grensoverschrijdende project zijn 1200 beweegbare stuwen op boerenland geplaatst. Samen met agrariërs wordt bekeken wat de effectiviteit van deze stuwen is en hoe deze het best bediend kunnen worden. Volgens het Centrum voor Landbouw en Milieu is de bijdrage van stuwen aan het verminderen van droogteschade aan de gewassen het grootst bij goed doorlatende gronden waar ook watertoevoer plaatsvindt. Volgens René Kuijten van BAJK Eersel die deelneemt aan het project moet je het bedienen van stuwen wel leren. “De kunst is om in het voorjaar het water zo
lang mogelijk vast te houden. Ik heb wel eens een foutje gemaakt. Omdat ik de stuw te laat had gestreken, stond in een lage hoek van mijn land na een fikse bui een plas water. Daar heb ik de hele zomer problemen gehad. Je leert in de praktijk, ook van deze missers.”
In de vingers René vervolgt: “Het is wel belangrijk om de grondwaterstand in de zomer met peilbuizen bij te houden. Dat leert je over de opbolling en uitzakking van de grondwaterspiegel. Door te meten leer je je eigen percelen beter kennen. Je krijgt dan vanzelf in de vingers hoeveel balkjes je op de stuw moet leggen. Ook moet je leren in te spelen op het weer.”
3
Water rondpompen Ongeveer 34.000 m3 werd over de laatste twee jaar geïnfiltreerd, waarvan weer in de zomers 20.000 m3 gebruikt is. Er is dus 14.000 m3 meer ingegaan, dan opgepompt. De grondwaterbel wordt daarmee ieder jaar groter. Over de kwaliteit van het water in de grondwaterbel is Jos zeer tevreden. De pH van het grondwater is iets hoger dan van het regenwater. Verder moet het water worden ontijzerd.
Altijd voldoende water Het infiltratiesysteem van de Niestens kostte ongeveer 35.000 Euro. De besparingen vindt Niesten terug op verschillende gebieden: Hij heeft altijd ruim voldoende water en het is ook nog eens van veel betere kwaliteit dan het oorspronkelijke bronwater. Dat bevatte meer chloride en natrium. “Een traditioneel bassin naast de kas is altijd te klein, en bevat het meeste water wanneer je dat ’t minste nodig hebt.” Hij verwacht niet dat er veel bedrijven zijn die een zelfde soort systeem zullen aanleggen. “Je moet over een groot oppervlak kassen beschikken. Bij ongeveer 1 ha glas ligt het omslagpunt. Wel zie ik mogelijkheden om dit systeem gezamenlijk met meerdere tuinders in te voeren.”
Waterbel onder de kas Als een bovengronds waterbassin van 1500m3 knapt, krijg je heel veel water over je voeten. Toen dit tuinder Jos Niesten enkele jaren geleden overkwam, was dit reden om radicaal anders met water om te gaan. Niesten heeft samen met twee zonen in Heemskerk (N-Holland) een paprikabedrijf van 2 ha. De Niestens infiltreren regenwater in de bodem onder de kassen om het tijdens droge perioden weer op te
pompen. Uit door de verzekering betaald bodemonderzoek bleek dit mogelijk te zijn. Er zijn drie boringen verricht tot op respectievelijk 20, 30 en 40 meter diepte.
In de boringen zijn filters aangebracht. Tussen de dakopvang en het filter zit een zandfilter. Het regenwater dat op de kassen valt wordt opgevangen in een buffer van 350 m3. Van hieruit wordt het water onder vrij verval met een infiltratiecapaciteit van 6 tot 8 m3 per uur naar de ondergrond gebracht. De eerste 17 mm regen kan op deze manier opgevangen worden. Valt er nog meer dan wordt dit overtollige regenwater op de sloten geloosd.
Het toenmalige waterschap Het Lange Rond heeft een waterbeheerplan opgesteld, waarin wordt aangegeven op welke andere plekken het initiatief van de Niestens ook toepasbaar is. Wybo Nijdam van het waterschap: “Als waterschap zijn we heel blij met dit systeem: Het helpt ons op twee fronten: Én de verdroging wordt aangepakt, én bij grote regenbuien wordt de eerste piek niet direct afgevoerd, maar opgevangen.”
Waterbeheer op Texel Zoet wint van zout Een voorbeeld van agrarisch waterbeheer is het langer vast houden van zoet water (waterconservering) op Texel. Zoet water is voor de Texelse landbouw van levensbelang. De zoetwatervooraad op het eiland is echter beperkt en staat onder druk door toenemende verzilting en versnelde afvoer in de wintermaanden. In de zomer ondervinden boeren schade door zowel droogte als door brak water. Op Texel is beregening verboden en de boeren kunnen het vochttekort daardoor niet verminderen. Om voor alle functies op Texel voldoende en schoon water te hebben is met verschillende belanghebbenden een plan opgesteld. De landbouw kan hieraan bijdragen door het langer vast houden van zoet water, voordat het wordt afgevoerd. In hoeverre dit haalbaar is wordt onderzocht op het gemengde landbouwbedrijf Donatus. Op het bedrijf is een traploos instelbare stuw geplaatst en zijn natuurvriendelijke oevers aangelegd. Met de stuw wordt geëxperimenteerd met het vasthouden van water. De natuurvriendelijke oevers dragen bij aan extra bergingscapaciteit waardoor overlast op percelen
wordt voorkomen. Uit de eerste resultaten van het onderzoek blijkt dat de maatregelen inpasbaar zijn in de bedrijfsvoering van Donatus. Met een slim peilbeheer kan de gewasopbrengst 1 tot 5% toenemen.
Om voldoende watervoorraad op te bouwen is het wel belangrijk dat de stuw zo vroeg mogelijk in het voorjaar, na de eerste bemesting in februari, omhoog gezet wordt.
4
ZAJK-initiatief ’Minas en Middelen Meester’ groot succes
“Uitgaan van onze eigen kracht” Lange tijd werd de landbouw verweten de kop in het zand te steken wat betreft milieuproblemen. Met tal van initiatieven heeft de sector de laatste jaren laten zien wel degelijk bij te willen dragen aan schoon water en een gezonde bodem. ’Minas en Middelen Meester’ is zo’n project. Dit ZAJK-initiatief is een voorbeeld van het nemen van eigen verantwoordelijkheid door de landbouwsector.
Ongeveer vier jaar geleden begon de Zeeuwse afdeling van het NAJK na te denken over een milieuproject. ”De landbouw kreeg altijd te horen een starre houding aan te nemen over het milieubeleid. Wij dachten: we moeten laten zien dat het anders kan en uitgaan van onze eigen kracht,” vertelt Huub Remijn, oudvoorzitter van ZAJK. Die ideeën vielen goed bij verschillende partijen. Uiteindelijk is samen met de provincie Zeeland, de milieufederatie, ZLTO en de waterschappen de stichting Minas en Middelen Meester opgezet.
De Zeeuwse aanpak Het is eigenlijk niet één project, maar een kapstok waar verschillende projecten op het gebied van mest en gewasbeschermingsmiddelen onder vallen. Zo is er een mineralenproject gestart om de uitstoot van stikstof en fosfaat naar het grondwater te beperken. Andere initiatieven zijn milieukeur (AMK) en EUREPGAP.
Aan de deelprojecten doen niet alleen jongeren mee; alle ondernemers kunnen in principe aansluiten. Momenteel zijn circa tachtig mensen bezig met de eisen voor EUREPGAP. Door bewust aan de slag te gaan zien ondernemers wat de effecten zijn van het gebruik van mineralen en middelen op de omgeving. “Je wordt met de neus op de feiten gedrukt,” omschrijft Huub. “Zo word je je inderdaad bewust dat bijvoorbeeld bepaalde bespuitingen daadwerkelijk slecht zijn voor het milieu. Door die kennis over te dragen kan een ondernemer vervolgens op zijn eigen bedrijf ook voor een lagere belasting zorgen.”
Grote verschillen tussen telers Ten aanzien van een betere waterkwaliteit heeft het project al heel wat opgeleverd. Jos Goossen van waterschap ZeeuwsVlaanderen legt uit dat het verband tussen een bespuiting en een piekmeting van schadelijke stoffen in het oppervlaktewa-
ter al eerder is aangetoond. Voor het project zijn per middel met behulp van de milieumeetlat milieubelastingpunten vastgesteld. Volgens Goossen komt door het combineren en analyseren van de hele cijferbrij een aantal punten naar boven. Zo is er een gigantische spreiding in milieubelasting tussen telers van eenzelfde gewas. “Zeker een factor 10 verschil,” benadrukt hij. Verder zijn de hoge uitstoten terug te voeren op een paar vervelende middelen.
Win-win Een andere conclusie is dat er niet alleen veel verschil is in milieubelasting, maar ook in de kosten die ondernemers maken voor gewasbeschermingsmiddelen. Goossen: “Binnen elke teelt zijn er ondernemers met een lage milieubelasting én lage kosten. Dus een echte winwin-situatie. We gaan dit nu vertalen naar voorlichtingsmateriaal voor andere agrariërs, zodat iedereen zijn voordeel er mee kan doen.”
Voorbeeld landelijk project Het succes van ’Minas en Middelen Meester’ is ook de provinciale bestuurders niet ontgaan. Volgens Huub heeft de milieugedeputeerde Poppelaars aangegeven dat het als voorbeeld kan dienen voor een landelijk project. Verder merkt Huub dat de goede contacten met alle partijen, waaronder de provincie, de agrarische sector geen windeieren legt. “Het aanzien van de agrarische sector bij bestuurders is hierdoor zeker toegenomen.” Hij heeft nog een laatste boodschap: “Een goede ondernemer is zich bewust van zijn maatschappelijke positie. Ga uit van je eigen kunnen en communiceer dit duidelijk naar buiten toe.” De ervaringen die zijn opgedaan met Minas en Middelen Meester zullen door Duik in water! beschikbaar komen voor alle jonge agrariërs in Nederland. Kijk ook op www.mmmeester.com
5
IBA aanschaffen?
Wacht tot de tijd rijp is Vanaf 1 januari 2005 is lozing van onbehandeld afvalwater op het oppervlaktewater taboe. Veel agrarische bedrijven moeten voor die tijd investeren in een IBA (Individuele Behandeling Afvalwater), een installatie om op eigen bedrijf afvalwater te zuiveren. Het beste moment van investeren hangt af van de situatie in je eigen gemeente en de voortgang van de certificering van de IBA’s.
In principe mag iedere woning in het buitengebied tot 2005 onbehandeld het huishoudelijk afvalwater lozen. Voor bedrijfsafvalwater, zoals spoelwater van machines en schoonmaakwater van stallen, is dat al langer niet meer toegestaan. Lozing van dit afvalwater in de gierkelder mag nu en in de toekomst wel. Moet er straks toch een IBA komen voor de behandeling van het huishoudelijke afvalwater, dan is het ook te overwegen het bedrijfsafvalwater via een IBA te behandelen en te lozen. Dit scheelt in de hoeveelheid uit te rijden mest. Wanneer de mest door een loonwerker wordt uit-
gereden of moet worden afgevoerd, kan dit financieel wel eens een aantrekkelijker oplossing zijn.
Voor wie een IBA? De gemeente kan je vertellen of je een IBA moet aanschaffen. Iedere gemeente moet in het bezit zijn van een Gemeentelijk RioleringsPlan (GRP), waarin zij aangeeft of een perceel wel of niet op het riool aangesloten wordt. In principe heeft de gemeente de plicht om voor goede afvoer van afvalwater te zorgen. In de wet zit echter een ontsnappingsclausule. Wanneer een rioolaansluiting voor een perceel
heel duur blijkt te zijn, kan de gemeente van de provincie een ontheffing krijgen van die plicht. Iedere provincie heeft in dit vrijstellingsbeleid zijn eigen voorwaarden, die onder andere afhankelijk zijn van de kwetsbaarheid van het gebied waarin het perceel ligt. Heeft de gemeente voor jouw perceel een vrijstelling, dan ben je zelf verantwoordelijk voor de zuivering van het afvalwater. De houding van gemeenten ten opzichte van lozingen in de buitengebieden verschilt enorm. Sommigen doen weinig anders dan uitspreken of je wel of geen rioolaansluiting krijgt. Andere gemeenten
IBA van de gemeente gekregen Melkveehouder Bennie Peters uit Wehl is één van de agrarische ondernemers die inmiddels ervaring heeft met een IBA-systeem. Bennie kreeg vorig jaar een IBA op zijn bedrijf omdat de gemeente Wehl de lozingen in het buitengebied wilde stoppen. Deze relatief kleine gemeente, 7.000 inwoners, zorgde voor plaatsing van een IBA bij alle percelen waarvoor de riolering geen alternatief is. “De gemeente betaalde alle kosten, dus de animo om mee te doen was groot,” aldus Bennie.
Weinig omkijken naar De installatie op het bedrijf van Bennie zuivert het afvalwater van de woning en
het bedrijf. Naast het spoelwater uit de melkinstallatie komt ook het afvalwater van het schoonspuiten van de melkstal terecht in de IBA. “Dat leverde in eerste instantie nog wel een probleempje op, want in dat afvalwater zitten ook nogal wat mestresten, vertelt Bennie. De eerst geplaatste installatie bleek met een capaciteit van 12 i.e. (i.e. is een maat voor de vervuiling van één inwoner per dag) te licht. “Na drie maanden zat het gehele apparaat verstopt,” aldus Bennie. De IBA werd vervangen door een systeem met dezelfde werking, maar dan met een capaciteit van 25 i.e. “Ook al krijgt de installatie wel voor 40 i.e. belasting, het werkt nu
goed.” Peters heeft nu weinig omkijken naar de IBA. Op termijn zal er zo nu en dan een overstortputje slib geleegd moeten worden. Dat slib kan zo mee in de mest over het land.
ontwikkelen voor de percelen die een IBA moeten aanschaffen, gezamenlijke plannen. Dit kan een gezamenlijke inkoop van systemen zijn, maar ook een volledige aanleg en het geheel of gedeeltelijk vergoeden van de kosten. Het is daarom belangrijk de gang van zaken in je gemeente goed in de gaten te houden en de voorstellen van de gemeenten goed te bestuderen. Het beste moment om te investeren in een IBA hangt sterk met de opstelling van je eigen gemeente samen.
Welke IBA neem ik Als je toch een IBA moet aanschaffen, dan is het de vraag welke van de systemen voor jouw situatie geschikt zijn. Afhankelijk van de mate waarin het water gezuiverd wordt, zijn de IBA’s onder te verdelen in drie klassen. Het waterschap is degene die bij lozing op het oppervlaktewater de voorschriften opstelt over welke mate van zuivering vereist is en welke klasse IBA je uiteindelijk nodig hebt. Er is inmiddels een scala aan IBA-systemen op de markt. Om de kwaliteit te waarborgen is er voor de IBA’s een certificeringssysteem opgezet. Het Van Hall Instituut in Leeuwarden beschikt over een proefhal waarin de verschillende IBA’s worden getest. Hierbij wordt gekeken naar de werking van zuivering. Hoe hoog is het rendement van de zuivering in gewone situaties, maar zeker ook bij overbelasting wanneer de IBA in korte tijd een grote aanvoer van afvalwater te verwerken krijgt. Daarnaast is voor een certificaat ook een KIWA test van de behuizing van de IBA nodig. Komt een IBA door deze testen dan kan de fabrikant bij het KIWA een certificaat aanvragen. Tot nu gaat het nog niet zo snel met de certificering. Er zijn nog maar enkele installaties die een totaal of een deelcertificaat hebben. De komende maanden worden er meer certificaten verwacht.
Kosten De jaarlijkse kosten voor stroom en onderhoud bedragen circa 150 euro per jaar. Verdere kosten heeft Bennie niet aan het systeem. “Wel wordt er nu gesproken over het betalen van zuiveringslasten. Daar ben ik het niet mee eens, want wij lozen schoon water. Volgens de geleerden kunnen we het water wel drinken!”
Verdere info: Verdere informatie over de certificering en over andere zaken rond IBA’s is verkrijgbaar bij de IBA-helpdesk (www.ibahelpdesk.nl of 058-28 46 160). Agrotransfer in Dronten doet onderzoek naar praktijkervaring met IBA’s op landbouwbedrijven. Meer informatie over dit project is te vinden op www.ibasinbeeld.nl
6
Deelstroomgebiedsvisie
Een nieuwe kijk op de regionale waterhuishouding verleden, toen zo snel mogelijke afvoer de strategie was.
Zelf de broek ophouden
We moeten water weer meer ruimte geven. Dat is een belangrijk uitgangspunt van de regionale deel-
De nieuwe strategie heeft natuurlijk gevolgen voor de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland. Iedere provincie ontwikkelde, met de strategie vasthouden-bergen-afvoeren in het achterhoofd, daarom een ruimtelijke visie voor haar eigen gebied. Dit zijn de regionale deelstroomgebiedsvisies. Belangrijk hierbij is de afspraak dat de zeventien onderscheiden stroomgebieden allemaal hun eigen problemen moeten aanpakken. Het afschuiven van problemen met water op andere gebieden, het afwentelen, is uit den boze. Deze regel geldt ook voor steden: zij moeten voortaan zelf de broek ophouden, en niet het overtollige water afvoeren naar de landelijke omgeving. Voor Europese landen onderling geldt hetzelfde. Momenteel worden daarom in Duitsland al enorme polders langs de Rijn ingericht om de pieken in de waterafvoer te beperken. Ook België werkt aan ’regenplannen’ voor de vele zijrivieren van de Maas en de Maas zelf.
stroomgebiedsvisies die afgelopen maanden in conceptvorm verschenen. Hierin geven de provincies aan
Wie gaat dat betalen?
hoe zij water willen inpassen in de ruimtelijke plannen. In een deelstroomgebiedsvisie wordt duidelijk
De deelstroomgebiedsvisies spelen een belangrijke rol bij de besluitvorming over het Nationaal Bestuursakkoord Water, dat waarschijnlijk begin 2003 gesloten wordt. Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen maken hierin afspraken over de maatregelen om het nieuwe waterbeleid uit te voeren. Ook moet dan duidelijk worden wie wat gaat betalen. De deelstroomgebiedsvisies zijn dan ook belangrijke bouwstenen voor de verdere ruimtelijke plannen op landelijk, provinciaal en regionaal niveau.
hoe de conclusies van de Commissie Waterbeheer 21e eeuw (WB21) in de provincie uitgewerkt worden. Deze overheidscommissie werd in het leven geroepen na de overstromingen in Nederland in 1998. Vasthouden, bergen, afvoeren WB 21 adviseert een drietrapsstrategie: vasthouden, bergen, afvoeren. De eerste stap in deze strategie is het langer vasthouden van water door bijvoorbeeld met stuwen te zorgen voor vertraging van de
waterafvoer. De tweede stap is het bergen van water. Hiervoor kunnen in gebieden enkele dagen de peilen omhooggezet worden, tot soms boven maaiveld. Ook kunnen speciale voorraadbekkens aangelegd worden. Deze
bekkens zorgen ervoor dat het teveel aan water in natte periodes bewaard blijft voor de droge periodes. Tot slot volgt de derde stap. Als het echt niet anders kan, wordt het water afgevoerd. Dit is een duidelijke breuk met waterbeheer in het
Waterberging in natuurgebieden: een logische combinatie? Na het verschijnen van het rapport van de commissie Waterbeheer 21e eeuw is de zoektocht naar ruimte voor water begonnen. Al vrij snel wordt dan gekeken naar natuurgebieden. De wateroverlast lijkt voor een natuurgebied immers veel kleiner dan voor een landbouwgebied. De Stichting Reinwater, die zich inspant om de rivieren schoner te
krijgen, vraagt zich af of de huidige waterkwaliteit voldoende is om te kunnen bergen in natuurgebieden. Of biedt waterberging juist kansen om verdroging tegen te gaan en natuur te ontwikkelen? Om een antwoord op deze vraag te krijgen organiseerde Reinwater een studiedag ’Rein Water en Natte Natuur’ waar wetenschappers, waterbeheerders
en natuurterreinbeheerders aan het woord kwamen. De wetenschappers wijzen op de risico’s van het onderwater zetten van gebieden. Door de nieuwe zuurstofarme situatie kunnen zware metalen en fosfaat uit de bodem in oplossing gaan. Dit is voor de meeste natuurgebieden niet gunstig.
Per natuurgebied bekijken Voor natuur langs rivieren en beken lijkt waterberging echter niet zo’n probleem, zo schetst Stichting Ark: “In de gebieden waar wij natuur ontwikkelen, vaak langs de Maas, of bijvoorbeeld in het Geuldal, zien we een spectaculaire opkomst en terugkeer van vele soorten. Dit komt voor-
al door het terugbrengen van natuurlijke processen zoals begrazing, overstromingen en kwel.” Per natuurgebied moet steeds goed worden bekeken wat de mogelijkheden van waterberging zijn. Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer hebben inmiddels voor al hun terreinen bepaald welke vormen van waterberging mogelijk zijn.
7
Boeren in een badkuip
Waterplannen voor Ooijpolder hebben grote consequenties De Ooijpolder bij Nijmegen. Een badkuip, zoals de bewoners zelf wel eens omschrijven. Als alle plannen doorgaan zal dit gebied dienst gaan doen als waterbuffer om de rest van Nederland droge voeten te laten houden bij hoogwater. De gevolgen voor de ondernemers kunnen enorm zijn.
Over waterkundige termen hebben de bewoners in de Ooijpolder niet te klagen. Overloop, retentie, noem maar op. Deze polder wordt namelijk door de commissie Luteijn genoemd als één van de drie noodoverloopgebieden. Dit zijn gebieden die volgens de statistieken één keer per 1250 jaar volledig onder water zullen lopen. Daarnaast is de Ooijpolder genoemd als retentiegebied. Dit betekent dat bekkens soms vollopen om de rivier te ontlasten. Niet in de hele polder, zoals bij noodoverloop, maar wel vaker. Wat er precies gaat gebeuren met het gebied is nog niet duidelijk. Momenteel wordt een simulatiemodel ontwikkeld om te zien wat er gebeurt als 18.000 kuub water per seconde door de Rijn moet. Ter vergelijking: Bij het hoogwater van 1995 was dit 12.500 kuub water per seconde.
Verder hangen maatregelen voor Nederland nauw samen met Duitse ingrepen in het rivierenstelsel. Jos Bruijn, hoofd planvorming waterberging bij waterschap Rivierenland, verwacht niet eerder dan in 2005 een definitief politieke besluit. “Eerst moeten alle gevolgen en de financiële consequenties goed in beeld zijn.” Niet alle deskundigen zijn overigens even enthousiast over de plannen. Zo schreven de Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen en de Technische Universiteit Delft kritische rapporten. Maar ondanks politieke stroperigheid en kritiek van verschillende deskundigen, hangen de waterplannen als een zwaard van Damocles boven de bewoners van de polder.
Grote gevolgen
retentie zal de uitbreidingsmogelijkheden inperken,” is zijn verwachting. Arnts is fruitteler in het gebied, GLTObestuurder en betrokken bij het lokale Hoogwaterplatform. De meeste impact heeft natuurlijk als de kraan in een gebied daadwerkelijk open gaat. “Wie geeft ons de garantie dat de overheid alle schade betaalt? Sinds we hier in 1995 moesten evacueren, zijn de ervaringen met de overheid als het gaat om schadevergoeding niet al te best.” Luteijn pleit in zijn verslag overigens voor volledige schadevergoeding.
Gelaten sfeer Vreemd genoeg constateert Arnts een gelaten sfeer bij de ondernemers. Volgens hem zijn er twee uiterste houdingen: “Er
De Ooijpolder is 3300 hectare groot, telt 15.000 mensen en 80 agrarische bedrijven. Als de plannen doorgaan verrijzen 6 meter hoge dijken om de dorpen te beschermen. De druk op de grondmarkt zal mogelijk toenemen terwijl de waarde van onroerend goed misschien wel daalt. Daarnaast is volgens Berton Arnts te merken dat banken nu al voorzichtig zijn bij bedrijfsovernames of uitbreidingsplannen. “Vooral
is een groep die zegt: jongens, maak je maar niet druk, het gaat toch wel door. Het andere uiterste is een houding van: denk je nou echt dat dit allemaal zo door kan gaan? De plannen zijn voor veel ondernemers de druppel die de emmer doet overlopen. Na de evacuatie in 1995, varkenspest, MKZ en lage prijzen is dit het zoveelste probleem. Vooral de onzekerheid is funest.” Toch is Arnts niet helemaal pessimistisch. Hij vindt het bijvoorbeeld bemoedigend dat staatssecretaris Schultz van Verkeer en Waterstaat heeft aangegeven dat de regio’s zelf alternatieven kunnen aandragen. “De bewoners zijn bezig om betere oplossingen op papier te krijgen. Denk aan verlaging van het rivierbed, nevengeulen, hogere en bredere dijken en extra bergingsgebied door meer open verbindingen met de zee.” Nee, de bewoners van de Ooijpolder laten zich niet zomaar onder water zetten.
Jolanda van Haaren uit Millingen:
’Slechte ervaringen met de overheid’ “Of er nu wel of geen overloopgebied komt: wij willen met ons bedrijf gewoon doorgroeien.” Dat is klare taal. Jolanda van Haaren, melkvee- en varkenshoudster in Millingen, laat zich niet zomaar afschrikken door alle plannen in haar gebied. Aan de andere kant is ze niet blind voor de realiteit. “Het kan natuurlijk ook zijn dat de overheid alle bedrijven op slot zet, zodat ze straks minder schadevergoeding hoeft te betalen. En als er een dijk langs ons bedrijf wordt geplaatst, zal het ook moeilijk worden.” Maar weg uit het gebied wil ze toch ook niet. “We hebben nu prachtige grond en een prettige woonomgeving. Dat vind je ook zomaar niet op een andere plek.” Als het maatschappelijk belang zo groot is en er echt geen andere mogelijkheden zijn zal Jolanda zich bij een beslissing tot noodoverloopgebied neerleggen. “Als wij onder water moeten lopen om de Westlanders droge voeten te laten houden, prima. Maar als de economische belangen daar zo groot zijn moet het toch peanuts zijn om ons volledig schadeloos te stellen. Wat dat betreft hebben we slechte ervaringen met de overheid,” zegt ze, terugdenkend aan de evacuatie in 1995.
Volop beweging in waterschapsland
’Jongeren moeten weten wat er loos is’ Fusies, andere verdelingen van bestuurszetels en grootscheepse reorganisaties van de regionale waterhuishouding. Er staat nogal wat op stapel in waterschapsland. Volgens waterschapsbestuurder Pé Miedema moeten jongeren zich meer laten zien. “Ik merk op voorlichtingsavonden dat veel agrarische jongeren weinig weten van de rol en organisatie van de waterschappen.”
Je kunt tegenwoordig ook op andere manieren met de burgers in contact komen.” In de nieuwe opzet komen er in Friesland drie districtskantoren zodat iedereen nog altijd een kantoor op betrekkelijk korte afstand heeft.
Invloed landbouw Pé Miedema is als voorzitter van het waterschap Marne en Middelsee in Midden Friesland nauw betrokken bij de totstandkoming van één groot Fries waterschap. Friesland kent op dit moment nog vijf kwantiteitswaterschappen en een centraal kwaliteitswaterschap. Miedema is voorstander van de fusie. “We hebben in Friesland eigenlijk één groot watersysteem. Alles hangt met elkaar samen. Het kost nu veel bestuurlijk overleg om alle besturen op één lijn te krijgen. Een groot waterschap levert zeker winst op.” Het is nog maar zes jaar geleden dat de huidige zes waterschappen ontstonden als gevolg van een eerdere fusieronde. Toen bleek de tijd nog niet rijp voor één groot waterschap. De afstand naar de burgers was een belangrijk argument. “Ik krijg als voorzitter per jaar maar vijf telefoontjes van burgers over het waterschap. Die afstand is dus blijkbaar niet zo belangrijk.
Van de 53 waterschappen die er nu nog zijn in Nederland zullen er ongeveer 22 overblijven. Deze fusies van waterschappen hebben ook gevolgen voor de invloed die de landbouw in het bestuur heeft. De waterschapsorganisatie is gebouwd op de trits belang, betalen, zeggenschap. De partij met de meeste belangen betaalt de meeste lasten en heeft het meeste zeggenschap. In het verleden was dat anders. “Toen was het alleen maar een boerenclub. De burgers liften mee,” aldus Miedema. Later kregen de burgers ook invloed. In de nieuwe opzet gaat de invloed van de agrarische sector nog verder achteruit. Dit heeft te maken met een andere berekeningswijze van de waterschapslasten. De lasten voor de landbouw worden lager, maar ook het aantal bestuurszetels. Voor het nieuwe Friese waterschap houdt dit in dat van de 31 bestuurszetels er maar 7 naar vertegenwoordigers van de agrarische sector gaan. “De invloed van de sec-
tor is echter niet alleen afhankelijk van het aantal stemmen. De kracht van de argumenten die de bestuurders meenemen om hun standpunten te ondersteunen zijn eigenlijk veel belangrijker. Beter zeven goede dan tien slechte bestuurders.”
Meer jongeren Miedema roept de sector op om krachtige en sterke bestuurders te leveren. De agrarische jongeren mogen zich hier wel wat meer in laten gelden, vindt hij. Waterschapsbestuurders zijn over het algemeen senioren. “Ik merk overal in het land dat het werk van waterschappen bij jonge agrariërs niet zo bekend is, terwijl de waterhuishouding van levensbelang is voor de agrarische sector.” Naar aanleiding van de Commissie Waterbeheer 21e eeuw worden er momenteel plannen uitgewerkt die aanpassingen vragen van de regionale waterhuishouding. “Voor jonge boeren is het belangrijk te weten wat er bij hen in de buurt gaat veranderen.” In de ogen van Miedema is het zaak de jongeren op te leiden tot goede bestuurders. “ Daar ligt een rol van het onderwijs maar ook zeker een ondersteunende rol van organisaties als het NAJK. Ik ben dan ook blij met het project ’Duik in water!’.”
Water is van levensbelang, dus Duik in water!
Colofon
Inmiddels hebben 500 jonge agrariërs in 21 plaatsen kennis gemaakt met agrarisch waterbeheer.
Kontakt (NAJK), en is als bijlage meegestuurd
’Duik in water!’ loopt twee seizoenen, van 2002 tot 2004. Wat gaan we doen?
met het ledenblad Binder, februari 2003.
Deze ’Duik in water!’ krant is de eerste van twee uitgaven in het kader van het project ’Duik in water!’ van het Nederlands Agrarisch Jongeren
’Duik in water!’ is een initiatief van het NAJK, en wordt uitgevoerd door stichting NAJK-Edu, in samenwerking met Centrum voor Landbouw
’Duik in water!’ ook in jouw afdeling Vraag je AJK-bestuur ook een datum te prikken voor een gratis avond ’Duik in water!’, of geef je wens rechtstreeks door aan: NAJK-Edu, Nicolaas van Everdingen, 030-2769863, e-mail naar
[email protected] of kijk op www.duikinwater.nl.
en Milieu (CLM) en Stichting Reinwater. Deze krant wordt verstuurd naar alle leden van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt, alle waterschappen, provincies, drinkwaterbedrijven en landelijke en provinciale natuuren milieuorganisaties in Nederland. oplage: 14.000
Aan dit nummer werkten mee: Tekst: Arend Waninge; René Stevens; Campagneteam
De eerste duik: informatieavond In één avond krijg je van alles te zien en te horen over de wereld van het water. Wat zijn de plannen van het waterschap? Wat kun je zelf doen aan waterbeheer? Kan agrarisch waterbeheer extra inkomsten opleveren?
Puzzelen met water In de gebieden waar water hét discussiepunt is tussen jonge agrariërs en water-
Het enige wat je hoeft te doen is het volgende door te geven: • Naam afdeling; • Te behandelen wateronderwerpen; • Naam waterschap; • Zaal; • Datum. De rest wordt voor je geregeld! schappen of natuurorganisaties nemen agrarische jongeren het initiatief voor een dialoog. Eerst gaan we aan de slag met onze eigen ideeën over waterbeheer. Ook berekenen we wat het leveren van blauwe diensten zou moeten opleveren. Daarna gaan we hierover met andere partijen in discussie. Het eindresultaat is een actieplan met daarin concrete afspraken met waterschap en andere partijen over het waterbeheer in jullie gebied.
’Nederland leeft met Water’; Tinco Lycklama à Nijeholt (Stichting Reinwater); Rob Hoekstra (CLM); Harriët de Ruiter (CLM); Robinia Heerkens (Kennistransferpunt Verdroging & GGOR). Eindredactie: Alice van Ginkel; Nicolaas van Everdingen. Fotografie: Rob Hoekstra; Jan Ruland van den Brink; Kees Blokker; Wim van Vossen; Ron Moes; Freekje Groenemans; RWS/Meetkundige Dienst. Vormgeving en druk: Drukkerij Hoonte Bosch & Keuning
È9j^`^clViZgÉ`gVcicg' _jc^'%%* >cY^icjbbZg ' OV`ZcYdZcWZ\^cibZiZZc\dZY \ZhegZ` ( 9^_`ZcbZi\ZaYkZgY^ZcZc ) BZc^c\_dc\ZgZc^c@g^beZcZg" lVVgYYdZiZgidZ * Gj^alVi_Zgj^aZc`jci
lll#Yj^`^clViZg#ca
+ 9gdd\olZbbZcbZiYZXdbejiZg
HigVaZcYhadi9j^`^clViZg :ZchigVaZcYZodc!j^i\ZhigZ`iZlZ^aVcYZcZc\gVoZcYZ`dZ^ZckdgbYZcde&-bZ^]Zi^che^gZgZcYZYZXdgkVc]Zi9j^`^c lViZgkZaYhnbedh^jbdkZgYZidZ`dbhikVc]ZikZZclZ^YZ\ZW^ZY#
, BZZgWdaaZcYddgbZZgdeZclViZg =dZkZg\VViYZhda^YVg^iZ^i4 - ?dc\Z6\gVg^hX]ZKgdjlZcheZaZc ]ZilViZgY^hXjhh^ZheZa È9j^`^clViZg`lVa^iZ^iÉ/=Ziad\^" hX]ZkZgkda\
WZhijjgYZghZcbZYZlZg`ZghkVclViZghX]VeeZcZccVijjg"Zcb^a^Zjdg\Vc^hVi^Zh!HiViZcaZYZc!\ZYZejiZZgYZcZcZZc Zc`ZaZb^c^hiZg# iZgj^i!ÆhiZai?dg^h=d\ZcWddbkVcYZ JigZX]ihZCVijjgZcB^a^Zj[ZYZgVi^Z CBJ#ÆLZo^ZchiZZYhb^cYZg\gjiidÉh ZcVcYZgZlZ^YZkd\ZahZcdd`hiZZYh b^cYZg`dZ^Zc^cYZlZ^#Ç GZYZc\ZcdZ\kddgC6?@ZcCBJdb _j^hi^cY^i\ZW^ZY]Zihadihnbedh^jbkVc ]Zi9j^`^clViZgegd_ZXiiZ]djYZc#9Z adXVi^Z^c]ZiJigZX]ihZ@VbZg^`^hhigV" iZ\^hX]\Z`doZc#9Z7ZZ`]dZkZkVc@ddh ZcBdc^fjZkVcYZgAVVca^\iW^_ZZck^Zg" \ZbZZciZcejci!ZZcilZZ"egdk^cX^
c" ejcicZZcYg^Z"lViZghX]VeeZcejci#
;did/:c\ZaAVbZ^_Zg
7Vc\^\]Z^Y
:g^h\ZZc\ZW^ZY^cCZYZgaVcYlVVgVa odkZZadkZg\ZegVVi^hVah]ZikZZclZ^YZ" \ZW^ZY/ZZcdeZclZ^YZ\ZW^ZYkaV`W^_YZ gVcYhiVY#:g^hdd`\ZZc\ZW^ZYlVVg]Zi
bdZ^a^_`ZgWdZgZc^hYVc]^Zg#=ZikZZc `a^c`i^c!YZeZgXZaZco^_chbVaZcYZ hadiZcWgZZY# Æ9Z`lVa^iZ^ikVcY^i\ZW^ZY\VViVX]"
È9j^`^clViZgÉ`gVcicg' BZi]Ziegd_ZXiÈ9j^`^clViZgÉaVVi]ZiC6?@V\gVg^" hX]Z_dc\ZgZcZZc`^_`_ZcZbZc^cYZlViZglZgZaY# IZkZZa!iZk^Zhd[_j^hiiZlZ^c^\lViZg!YVio^_cYZ lViZgde\VkZclVVglZkddghiVVc#BZiÈ9j^`^c lViZgÉ]ZZ[i]ZiC6?@]Zi^c^i^Vi^Z[\ZcdbZcdb hVbZcbZiVcYZgZWZaVc\]ZWWZcYZcVVcdeadhh^c" \ZckddgY^ZlViZgde\VkZciZlZg`Zc# >cYZoZ`gVcik^cY_ZkddgWZZaYZc]dZV\gVg^hX]Z _dc\ZgZcbZilViZgWZ]ZZgWZo^\o^_c#
9ZgZhjaiViZc È9j^`^clViZgÉ^h^c'%%'kVchiVgi\Z\VVcZc]ZZ[i Yg^Z_VVg\ZYgVV^Y#>cidiVVa]ZWWZcZgodÉc'%%% WdZgZcZcij^cYZghbZZ\ZYVVcVVcZZcbVa^\ZVXi^" k^iZ^iZckVcY^iegd_ZXi#9VVgcVVhio^_coZkZcV[YZa^c" \Zc^c]ZiY^ZeZ\Z\VVcYddgZZckZgkda\igV_ZXiiZ dg\Vc^hZgZc# 6\gVg^hX]Z_dc\ZgZc]ZWWZc^c]Ziegd_ZXi`Zcc^h de\ZYVVcdkZgV\gVg^hX]lViZgWZ]ZZglVVgYddgYZ WZigd``Zc]Z^Y^hkZg\gddi#Dd`]ZWWZco^_ZZck^h^Z
dcil^``ZaYdeYjjgoVVblViZgWZ]ZZg# >cZZcVVciVaV[YZa^c\ZckVc]ZiC6?@^hhVbZcbZi YZlViZghX]VeeZc\Z`Z`ZccVVgkgV\ZcY^ZZg^c]Zi \ZW^ZYa^\\Zc!ccVVgYZdeadhh^c\Zc#8gjX^VVa]^Zg" W^_^hYViZgkdaYdZcYZkZgigdjlZcbdZio^_c!kddgYVi _ZhVbZcVVcYZhaV\`jci\VVc#
9ZXdcXajh^Zh :ZclViZghX]VehiVVikZglZ\kVc_dc\Z V\gVg^
gh# '# 9j^`^clViZg]ZZ[iYZ`djYlViZgkgZZhW^_V\gV" g^hX]Z_dc\ZgZclZ\\ZcdbZc#>cb^YYZaho^_cZg k^ZgC6?@aZYZc^clViZghX]VehWZhijgZc\Z`doZc Zck^Zg^cVYk^Zh"aVcY^cg^X]i^c\"ZcgZ\^dXdb" b^hh^Zh# (# :ZcV\gVg^
godjbZZgcVVg]Zi\gdcYlViZgeZ^a bdZiZc`^_`ZcZcb^cYZgcVVg]ZihaddieZ^a# )# =ZiZci]djh^VhbZkVcWdZgZcZcij^cYZghdb lViZgiZWZg\ZckVaid[hiVViW^_YZ]dd\iZkVcYZ kZg\dZY^c\#
GjjYYZc7dZg^hbZa`kZZ]djYZg^cL^a" c^h!b^YYZc^c]ZikZZclZ^YZ\ZW^ZY#ÆDb ^cYZidZ`dbhiWdZgiZ`jccZcWa^_kZc ]ZW^`ZZcYgdd\aZ\\^c\kVcb^c^bVVa +%XbcdY^\!ÇaZ\i]^_j^i#D[o^_cWZYg^_[ dkZg'%_VVgcd\deYZoZa[YZeaVVihhiVVi! kVaicd\iZWZo^Zc#ÆDeiZgb^_codjYZclZ cVVgZZc\gddihX]Va^\Z`VkZagj^abdZiZc! lVVgW^_hdbb^\ZWZYg^_kZckdaaZY^\kZg" eaVVihildgYZc#AVcYWdjl`dbiYVcde YZ]dd\hiZ\gdcYZcZcdeYZaV\Zhij`" `Zc^heaVVihkddgcVijjg#Ç C6?@kddgo^iiZg9^g`7gj^chl^a\gVV\ hVbZclZg`ZcbZicVijjg"Zcb^a^Zjdg" \Vc^hVi^ZhVVcWZ]djYkVc]ZiaVcYhX]Ve ^cYZkZZclZ^YZccVVcZZcidZ`dbhi kddg_dc\ZWdZgZc^c]Zi\ZW^ZY#LVi ]ZbWZigZ[i^hZg^cYZidZ`dbhidd` eaVVihkddgWdZgZcY^ZejjgbZa`kZZ]dj" YZgl^aaZco^_c#Æ?ZbdZiZgVahWdZgada^c ]ZWWZcdbZZcZmigV^c`dbZciZ]VaZc j^iVcYZgZY^c\ZccVVhibZa`Zc#9Vi^h c^Zikddg^ZYZgZZclZ\\ZaZ\Y#Ç =Z^c@gVcokVcAVcYhX]VehWZ]ZZgOj^Y" =daaVcY^h]Zic^ZibZi]ZbZZch#6ah ]ZiVVc]Zba^\i\VVcVaaZWdZgZc^c]Zi kZZclZ^YZ\ZW^ZYVVccVijjg"ZcaVcY" hX]VehWZ]ZZgYdZc#Dd`!d[b^hhX]^Zc lZa_j^hiYZ\gdiZWZYg^_kZc#
ilZZb^a_dZc`jc_ZVakZZaYdZc#BVVgYZ dkZg]Z^Y]ZZ[iaVhikVc`djYlViZgkgZZh db\ZW^ZYh[dcYhZciZkjaaZc#BZckgZZhi YZ7gjhhZahZhiVVihhiZjcidZih#EjgZWVc" \^\]Z^YkVcACK#Ç
DkZgYZWgj\ 9Vi`Vcb^c^hiZgKZZgbVccVijjga^_`c^Zi dkZgo^_c`VciaViZc\VVc#=^_WZcVYgj`i YVi]^_c^ZiWVc\^hkddgYZhiVVihhiZjc" idZih#ÆLZ\VVcidiÉi\VVi_Z#9ZhiVVih" hiZjcidZihodjc^ZibdZiZckZg]^cYZgZc lVijkddgd\Zc]ZWi#Ç8dcXgZiZidZoZ\" \^c\ZcYZZYKZZgbVcc^Zi^c@VbZg^`# LZadcYZghigZZeiZ]^_]ZiWZaVc\kVc _dc\ZWdZgZc#Æ=Zi\VVide]ZieaViiZaVcY c^ZiodcYZgWdZgZc!Zc_dc\ZWdZgZc kdgbZcYZidZ`dbhi#LZojaaZcZgVah hVbZcaZk^c\^ZihkddgdkZgbdZiZc]ZW" WZc#Ç =dZkZZaKZZgbVcZgoZa[kddgdkZg]ZZ[i WaZZ[dcYj^YZa^_`#Dd`\ZYZejiZZgYZKVc YZgHVgkVcOj^Y"=daaVcYZco^_cJigZX]i" hZXdaaZ\VAd``Zg`lVbZcc^ZibZi\ZaY dkZgYZWgj\# :Zc_dc\ZWdZg^hiZaZjg\ZhiZaYdkZgYZ ]djY^c\kVcYZeda^i^Z`#Æ=Zi\VViZgdb YViYZeda^i^Z`Y^iaVcYhX]VeX]il^a WZ]djYZc#KZZgbVc!Ad``Zg!KVcYZgHVg! YZ\ZbZZciZ½#6aaZbVVa]ZWWZcoZZZc bdd^kZg]VVabVVgc^ZbVcY]ZZ[iZg\ZaY kddgdkZg#9Vik^cY^`igZjg^\#Ç9Z`dZ^Zc ^c]Zikda\ZcYZeZgXZZaa^_`Zc]ZibZi ]ZbZZchiZo^_cZcaViZcZZcaj^YWdZ\Z" gdZe]dgZc#
'
B:I?:L6I:GH8=6E@JC?:O6@:C9D:C
OV`ZcYdZcWZ\^cibZiZZc\dZY\ZhegZ` =ZiWZhijjgkVc6?EjgbZgZcYoV\]ZiVaZZcVVciVa_VgZc\ZaZYZc0Zg]ZZghikZZadcWZ\g^eZcdciZkgZYZc]Z^YW^_YZaZYZcVah]Zi\VVidb]Zi lViZghX]VeZco^_ciV`Zc#6?EjgbZgZcY`ddhZgYVVgdbkddgdbcVYZZZghiZkZg`Zcc^c\hVkdcY^c]ZicV_VVgkVc'%%(]ZikZgkda\igV_ZXikVc È9j^`^clViZgÉ^ciZ\VVc#
9j^`^clViZg\ZhegZ` 9ZY^_`\gVV[kVc]Zi]dd\]ZZb" gVVYhX]VeBdc^fjZYZKg^Zh cdY^\YZde&(_jc^YZV\gVg^hX]Z _dc\ZgZcY^ZW^_9j^`^clViZgo^_c WZigd``Zcj^ikddgZZc\ZhegZ`# 7ZhijjghaZYZckVc=6?@V[YZ" a^c\ZcWZhegV`ZcbZi]VVgZc ilZZYV\Za^_`hWZhijjgYZghkVc ]Zi]dd\]ZZbgVVYhX]VedkZgYZ bd\Za^_`]ZYZcdbV\gVg^hX]Z_dc" \ZgZcbZZgW^_]ZilViZgWZ]ZZgiZ WZigZ``Zc#
\Zb^YYZaYZc\VVi!lVi`VcWZiZ`ZcZcYVi hdbb^\Zc^cZZceZ^akV`ZZc`aZ^cZgZ Ygdd\aZ\\^c\ZcVcYZgZ_j^hiZZc\gdiZgZ Ygdd\aZ\\^c\`g^_\Zc# =ZilViZghX]VekgVV\iYZV\gVg^
ghd[ o^_WZgZ^YodjYZco^_ciZ\ZckZg\dZY^c\ WZeVVaYZlZg`oVVb]ZYZcj^iiZkdZgZc# IZYZc`ZckVaiVVclViZgWZg\^c\!WV\\Zg" edbe!lZ\WZgb"ZcY^_`WZ]ZZg!lViZg" XdchZgkZgZc#=^ZghiVViYZoVVac^ZiV[l^_" oZcYiZ\ZcdkZgb^ihYZkZg\dZY^c\Zc gZ
Zao^_cZcZgaVc\adeZcYZV[hegV`Zc `jccZcldgYZc\ZbVV`i#Dd`]ZilViZg" hX]Ve^hkddghiVcYZgkVcaVc\adeZcYZ XdcigVXiZc#
;did/;g^ZYVEgdc`
GZaVi^Z]ZghiZaaZc
L^bEgdc`]ZZ[iVaZZcWgj\[jcXi^ZijhhZc6?EjgbZgZcYZcAID"CddgYV[YZa^c\hWZhijjg#CjWdjli]^_kZgYZgg^X]i^c\lViZghX]Ve#
>chiZZ`kVcYZilZZYZ9j^`^clViZg VkdcY!WZ\^cYZXZbWZg'%%)!lVhdbVah lViZghX]VeZcaVcYWdjl\ZoVbZca^_` cVVgdeadhh^c\ZciZodZ`ZcWZigZ[[ZcYZ lViZgdkZgaVhi!lVVgWZ^YZcbZZj^iYZ kdZiZcodjYZc`jccZc#=dd\]ZZbgVVY" hX]Ve=daaVcYhCddgYZg`lVgi^Zg==C@ egZhZciZZgYZYZeaVccZckddgYZ\ZW^Z" YZclVVg]ZicdY^\^hbVVigZ\ZaZciZ igZ[[ZcdblViZgdkZgaVhi^cYZidZ`dbhi iZkddg`dbZc#DeYZoZVkdcYWaZZ`YViZg ^cYZYgdd\bV`Zg^_ZclZa`VchZca^\\Zc dbhVbZcbZiYZhigZZ`idideadhh^c\Zc iZ`dbZckddgYZ`cZaejciZc#>cYZkZZc" lZ^YZ\ZW^ZYZc^hZX]iZgkZZadcWZ\g^e kddgYZl^_oZlVVgde]ZilViZghX]Ve]Zi lViZghnhiZZbWZ]ZZgi#7ZhadiZclZgY
YVcdd`dbkddgYZoZ\gdZeZZcVeVgiZ VkdcYiZdg\Vc^hZgZc#
E^_cejciZc 9ZoZVkdcYkda\i]Va[[ZWgjVg^'%%*Zc ldgYihVbZcbZiAID"CddgYV[YZa^c\
WdkZcYg^_kZc#DeYZhiZaa^c\ÈZZc\dZYZ Ygdd\aZ\\^c\\ZZ[ikZZagj^biZkddg lViZgdekVc\É`dbij^iYZoVVaYZgZVXi^Z YVibZcZZghi]ZiWZadd[YZeZ^al^a!kddg" YViZg\Zhegd`Zc`VcldgYZcdkZgZZc VcYZghddgi^\eZ^aWZ]ZZg#=ZilViZghX]Ve \ZZ[iVVcYVi]ZiW^_WZadd[YZeZ^aZc kVcWZaVc\^hiZWZhZ[[ZcYVi]ZidkZg
6\gVg^hX]Z_dc\ZgZcaViZc]jchiZb]dgZc >cb^YYZaho^_cZgk^ZgC6?@aZYZc^clViZghX]VehWZhijgZc\Z`doZc#Dd`^h Zgc^cZZcVYk^ZhXdbb^hh^ZZcc^cYZaVcY^cg^X]i^c\hXdbb^hh^Z@g^b" eZcZglVVgYVXi^Z[#IlZZaZYZco^iiZc^cgZ\^dXdbb^hh^ZhkVclViZghX]Ve 7gVWVcihZ9ZaiV#
I^_YZchYZVkdcY`dbicVVgkdgZcYViYZ V\gVg^
gh]ZidkZgaZ\ijhhZclViZghX]Ve ZcV[YZa^c\ZckVc=6?@ZcAID"CddgY \gVV\lZZg^cZgZ]ZghiZaYodjYZco^Zc# 9^idkZgaZ\kdcYidiZc`ZaZ_VgZc\ZaZYZc ilZZbVVaeZg_VVgeaVVihijhhZcZc`ZaZ lViZghX]VeeZghZcaVcYWdjlV[\ZkVVg" Y^\YZcj^iY^kZghZWZhijgZc#9ddg[jh^Zh W^_odlZalViZghX]VeeZcVahLAIDo^_c YZoZdkZgaZ\\ZccVVgYZVX]iZg\gdcY \ZgVV`i#DbYViodlZaV\gVg^
ghVahlViZg" hX]VekVcbZc^c\o^_cYViYZoZdkZgaZ\" \ZcW^_YgV\ZcVVclZYZgo^_YhWZ\g^eZc kZgigdjlZc!ldgYii^_YZchYZW^_ZZc`dbhi WZhadiZcdbhZg^ZjhcViZYZc`ZcdkZg ZZc]Zg^cigdYjXi^Z]^ZgkVc#9V\Za^_`h WZhijjgha^Y==C@8ZZhBVciZa^hdd` \gddikddghiVcYZgkVcYZdkZgaZ\\Zc#È=Zi ^h\dZYdbYZgZaVi^ZlZZgiZ]ZghiZaaZc#É =ZilViZghX]Ve]ZZ[iYZYVVYW^_]Zi lddgY\ZkdZ\Y0Z^cYVeg^a'%%*]ZZ[i]Zi ZZghiZdkZgaZ\ijhhZclViZghX]Ve!AID" CddgYV[YZa^c\
`]ZWZgZZc\dZY\ZkdZaVVc dkZg\Z]djYZc#LViYZV\gVg^hX]Z_dc\Z" gZcWZigZ[ioVa]ZioZ`Zgc^Zi]ZiaVVihiZ \ZhegZ`o^_cÉ#
(
B:I?:L6I:GH8=6E@JC?:O6@:C9D:C
9^_`ZcbZi\ZaYkZgY^ZcZc 8VgadkVc6h()lddci^c]ZiaVcYkVcBVVhZcLVVaZc`VcaZiiZga^_`kVcilZZlVaaZi_ZhZiZc#Kddg]ZilViZghX]Ve G^k^ZgZcaVcYbVV^iZcWZlZ^Yi]^_)*`^adbZiZgg^k^ZgY^_`#9ViaZkZgi]Zb&%%]ZXiVgZB^cVhlVVgY^\Z\gdcYdekddg o^_chX]VeZc#:cYViiZgl^_a]^_ilZZ_VVg\ZaZYZchiVgiiZbZic^Zih# 8VgadkZglVX]ikZZakVcYZoZegdZ[! kddgVakddgYZ`lVa^iZ^ikVcYZY^_`Zc# Æ9Z`lVa^iZ^ikVcYZY^_`Zc^hhaZX]i#6ah ]Zi]dd\lViZg^h!WZc^`YZZc^\ZY^Z dc\Zgjhi^h#9ZhX]ZjgZc^cYZY^_`o^_c ZX]ikZgdcigjhiZcY#ÇKda\Zch8Vgad`dbi YViYZZahYddgYViZgeVhkVcV[]Va[_jc^ \ZbVV^YbV\ldgYZc#=Zi\gVh^hYVcod aVc\YViYZdcYZg`VcikVcYZ\gVhbVi lZ\gdi#9Vi^hc^Zi\dZYkddgYZhiZk^\" ]Z^YkVcYZY^_`Zc#BZiWZlZ^YZcodjYVi kda\Zch]ZbZZchij`WZiZgbdZiZc\VVc# OZa[odj]Zi]ZbkZZai^_YZc\ZaYWZheV" gZcVah]^_\ZZcY^_`ZcbZZg]dZ[iiZ bVV^Zc#Æ>`]ZWbZZgVVcWZlZ^YZc! oZ`ZgbZiYZj^iWgZ^Y^c\heaVccZc#9Vc `Vc^`b^_c^c`dbhiZckddg&%%j^iYZ hX]VeZc]VaZcÇ#
Bdd^Z`Vch
CVYViYZY^_`ZcZ^cY_VgZcÉ.%kZgolVVgY lVgZc!l^aYZ8VgadkVc6hbZio^_chX]V" eZcYZY^_`de#BVVgYVik^Zac^ZibZZ! ]ZilViZghX]VeG^k^ZgZcaVcYlVhZg c^ZiZg\]Vee^\de#J^iZ^cYZa^_`hiZaYZ 8VgadkddgdbkddgZa`Z]ZXiVgZY^_`Y^Z ]^_`dc\ZWgj^`Zcdbo^_chX]VeZcde iZlZ^YZc!Yg^Z]ZXiVgZiZbVV^Zc#=Zi lViZghX]Ve]VYYVVglZadgZccVVgZcod hiVgiiZ]^_bZi+]ZXiVgZ#=^_a^Zi]ZiYZ ZZghiZ_VgZcYddgYZaddclZg`ZgbVV^Zc! bVVgYVilZgYiZYjjg#9VVgdbhX]V[iZ ]^_oZa[bVX]^cZhVVcZc\^c\bZZgY^_`Zc bVV^Zc# >cb^YYZahWZ]ZZgi8Vgad'*`bLVVaY^_` Zc'%`bBVVhY^_`#ÆL^_o^iiZc]^Zg^c ]ZiaVcYkVcBVVhZcLVVaZc^``VcaZi" iZga^_`kVcilZZlVaaZi_ZhZiZcÇ>cidiVVa bVV^i]^__VVga^_`h&%%]VY^_`#9^ZbV\]^_ VaaZbVVabZZiZaaZckddgB^cVh#(*]VY^_` bV\]^_\ZWgj^`Zcdbo^_chX]VeZcdeiZ lZ^YZc#
LVihX]j^[i]Zi4 8Vgadl^aWZYgV\c^ZicdZbZclVi]^_ kVclViZghX]Ve`g^_\i#Æ=Zi^hc^ZiVai^_Y
=ZiWZYg^_[kVc8VgadkVc6h 8VgadkVc6h()hiVgiiZilZZ_VVg \ZaZYZcZZchX]VeZcWZYg^_[^c 9gZjbZa
l^chi#>`g^_YkVV`hX]VYZbZiYZbVX]^" cZh#9ZkZgoZ`Zg^c\^hc^ZiWa^_bZib^_Ç Kda\ZchL^aankVcOdckVclViZghX]Ve G^k^ZgZc\ZW^ZYdcikVc\ZcYZWdZgZcZZc kZg\dZY^c\kVc)*%|*%%ZjgdeZg]V#OZ bdZiZcYVVgkddg]Va[_jc^Zc]Va[hZe" iZbWZg]Zi\gVhbVV^ZcZcV[kdZgZc# De]Zi\ZbVV^YZ\gVhkZgY^Zci8Vgad c^Zih#=Zi\VVilZ\VaheVVgYZc]dd^ iZ\Zc`dhieg^_hkVceZghZcZcigVchedgi# HiZZYhkV`ZgbdZi]^_]Zi\gVhcVVgZZc XdbedhiZZgYZgWgZc\Zc!ZcYVi`dhi cVijjga^_`ÈY^`\ZaYÉ#=ZilViZghX]Ve]ZZ[i
cVbZa^_`eZgdc\Zaj`ZZc`gj^YZcbZc\" hZabZi?VXdWh`gj^h`gj^Y^c\ZoVV^Y!lVi \^[i^\^hkddgkZZ#
EgdZ[ 9^i_VVghiVgiZZcegdZ[db!^ceaVVih kVcbVV^Zc!YZY^_`deheZX^VaZl^_oZ iZWZlZ^YZc#9ZhX]VeZc\gVoZcdeZZc `aZ^chij`_ZY^_`YVildgYiV[\ZoZibZi ZZccddYV[gVhiZg^c\#CVZc`ZaZYV\Zc ldgYiYZV[gVhiZg^c\ZZchij`_ZkZgYZg \ZoZiZc\gVoZcYZhX]VeZcYjhdeZZc VcYZghij`_Z#
8Vgad]ZZ[iZZcegdWaZZbbZi]Zi^ckja" aZckVcYZ[dgbja^ZgZckddgdd^egZb^Z#?Z bdZiYVc`VVgiZc^ciZ`ZcZckVc_ZeZg" XZaZc#ÆKVc`VVgiZckVc)%`bY^_`ldgYi ^ZYZgZZc\Z`#Ç =dcYZckdgbZcdd`ZZccVYZZakVcY^_" `ZcWZlZ^YZc#ÆKZZabZchZca^_cZc]jc ]dcYVVcodYgVoZhX]VeZco^Zc#BVVg hdbb^\Zck^cYZc]Zibdd^Vah]jc]dcY VX]iZgYZhX]VeZcVVcgZci#:cVah_ZZg lVikVcoZ\i!`g^_\_ZZZc\gdiZbdcYidZ#Ç BVVgdcYVc`hYZcVYZaZc^h8VgadY^` iZkgZYZcbZiYZY^_`Zc#Æ=Zi^hc^Zi kddg^ZYZgZZclZ\\ZaZ\YdbY^_`ZciZ WZ]ZgZc#BVVgkddgb^_lVh]ZiZZc bdd^Z`Vch#IlZZ_VVg\ZaZYZcWZc^` ]^ZgWZ\dccZcbZic^Zih#Cj]ZW^`ZZc WZYg^_[bZi&%%]VB^cVhlVVgY^\\gVh" aVcY#Ç
)
;G>HH:@>?@DEL6I:G7:=::G
BZc^c\_dc\ZgZc@g^beZcZglVVgYYdZiZgidZ
Cj]ZiaVcY^cg^X]i^c\heaVcYVVYlZg`Za^_`j^i\ZkdZgY\VVildgYZc!^hZg^cYZ@g^beZcZglVVgY[a^c`ZY^hXjhh^ZdcihiVVc d[Y^ilZaYZ\dZYZlZ\^h#DbYVidd`YZ_dc\ZgZc]^ZgZZcYj^YZa^_`ZbZc^c\dkZg]ZWWZcZc]^Zg^c\Z]ddgYl^aaZcldg" YZcdg\Vc^hZZgYZ6\gVg^hX]?dc\ZgZc@dciV`i@g^beZcZglVVgYZZcilZZiVaÈ9j^`^clViZgÉ"VkdcYZc# =^_a^\iZg^cb^YYZahVa'%_VVg0]ZiaVcY" ^cg^X]i^c\heaVckVcYZ@g^beZcZglVVgY# :cidideYZYV\kVckVcYVV\^hZgcd\ c^ZihkVciZgZX]i\Z`dbZc#DciZkgZYZc" ]Z^YVadbW^_odlZaV\gVg^hX]Z_dc\ZgZc VahhegZ`Zg?ddeKZg]ZjakVcegdZ[WdZg" YZg^_OZ\kZaY#È=ZiaVcY^cg^X]i^c\heaVc lViZgcja^\i^hc^Zi\dZY#EV`YZ`gVX]i Y^Z_Z]ZWiVah_dc\ZgZcZchX]g^_[oZa[ ZZcgZVa^hi^hX]eaVcÉ!VaYjhKZg]Zja#=Zi )%"`dee^\ejWa^Z`YZZaYZYZoZbZc^c\ c^Zi#ÈKddgZZcZ^\ZceaVc^h]ZicjiZ aVVi!ÉgZV\ZZgYZZZc_dc\ZV\gVg^
g#È?Z bVV`i\ZZc`VchbZZg#B^hhX]^Zc`jc_Z de`aZ^cZhX]VVacd\lZakZgVcYZg^c\Zc
WZlZg`hiZaa^\Zc#:ga^\\Zc^YZZ
cdbaVV\ V\gVg^hX]aVcYiZWZhiZbeZaZcVahgZhZg" kVViZcZZcoZa[YZVVciVa]V]d\Zg\ZaZ" \ZccVijjg\ZW^ZYV\gVg^hX]iZbV`Zc# BVVgYVVg]djYi]ZilZaW^_deÉ#
:cZg\^Z Kddg?jgEda`ZgbVc^hYZoZ[aZm^WZaZ dehiZaa^c\_j^hi]ZiWZ\^c#9ZoZedh^i^ZkZ ]djY^c\kVai?jgEda`ZgbVc!hZXgZiVg^h kVcYZaVcY^cg^X]i^c\hXdbb^hh^ZZchegZ" `ZgdeYZZZghiZÈ9j^`^clViZgÉ"VkdcY dd`de#È9ZWZigd``Zc]Z^YkVcYZ_dc\Z" gZcW^_YZaVcY^cg^X]i^c\^h]ZZaZg\\gddi# =^ZgdkZgWZc^`VVc\ZcVVbkZggVhi#7^_
VcYZgZW^_ZZc`dbhiZcoV\d[]ddgYZ_Z YZ_dc\ZgZcc^Zi#DeYZoZVkdcYWa^_`iYVi ZgkZZa_dc\ZgZc^cYZ@g^beZcZglVVgY WdZgZcZcYVioZo^X]bZikZZaZcZg\^Z l^aaZc^coZiiZcÉ# 9^iWa^_`idd`j^i]Zi[Z^iYViilZZ6?@ WZhijjgYZgho^ii^c\]ZWWZc\ZcdbZc ^cYZaVcY^cg^X]i^c\hXdbb^hh^ZZcYZ VYk^ZhXdbb^hh^Z#9ZaVcY^cg^X]i^c\h" Xdbb^hh^Z^hkZgVcilddgYZa^_`kddgYZ ]Zg^cg^X]i^c\kVcYZ@g^beZcZglVVgY# 9ZoZWZhiVVij^ikZgiZ\ZclddgY^\ZghkVc YZWZaVc\Zc\gdZeZc^c]Zi\ZW^ZY#9VVg" cVVhi^hZZcVYk^ZhXdbb^hh^Z^c\ZhiZaY dbiZodg\ZcYViYZaVVihiZ^co^X]iZc!
odVahW^_k#dkZg]ZilViZgWZ]ZZg!od\dZY bd\Za^_`kdgb`g^_\Zc^c]ZieaVc#
@djYlViZgkgZZh Idikdg^\_VVglZgYYZWZhX]^`WVgZ _dc\ZgZcoZiZa^cYZaVcY^cg^X]i^c\hXdb" b^hh^Z^c\ZkjaYYddgYZLAID#=Ziaj`iZ YZaVcY^cg^X]i^c\hXdbb^hh^ZkgYZ YZÈ9j^`^clViZgÉ"VkdcYZcc^ZidbYZ _dc\ZgZcoZiZadd`YVVYlZg`Za^_`Yddg ZZc_dc\ZgZ\ZkjaYiZ`g^_\Zc#Kda\Zch Eda`ZgbVca^\iY^iVVcYZ`djYlViZgkgZZh kVcYZ_dc\ZgZc#È?dc\ZgZcYZc`ZcYVi YZbViZg^ZZg\^c\Zl^``ZaY^hZcYViYZ djYZgZV\gVg^
ghZZckddghegdc\]ZWWZc ^c]ZiaVcY^cg^X]i^c\hkZg]VVaiZcdeo^X]iZ kVcYZ_dc\ZgZc#9VVgbdZiZcoZo^X]c^Zi YddgaViZcV[hX]g^``Zc#9ZbZc^c\kVc YZ_dc\ZgZc^hkVclZoZca^_`WZaVc\#=Zi \VVicVbZa^_`lZadkZg]jcidZ`dbhi#É Dd`YZ_dc\ZgZcoZa[o^ZcYZcddYoVV` kVcZZc_dc\ZWZhijjgYZg^cYZaVcY" ^cg^X]i^c\hXdbb^hh^Z#6?@"Zg6gcdaYYZ AZZYZ/É=Zi^hZZc\dZYZoVV`dbZZc _dc\ZgZ^cYZaVcY^cg^X]i^c\hXdbb^hh^Z iZ]ZWWZc#>`ldjYViZgcd\cW^_`dcÉ
*
;G>HH:@>?@DEL6I:G7:=::G
Gj^alVi_Zgj^aZc`jci AZdcVgY7gdZgZ'&]ZZ[i!hVbZcbZio^_cWgdZgZcdjYZgh!ZZcbZa`kZZWZYg^_[^cAZ``Zg`Zg`O"=bZi&%%`dZ^Zc#=ZiWZYg^_[^h\Zh^ij" ZZgYVVcYZAZ`Zca^\ifjVlViZgeZ^a!kZg\ZaZ`ZcbZiYZgZhikVcYZ@g^beZcZglVVgY!\jchi^\#IdX]o^idd`AZdcVgY^cYZ\ZkVgZcodcZ VahYZeaVccZckVcYZaVcY^cg^X]i^c\hXdbb^hh^ZYddg\Vc\`g^_\Zc#
Zgo^_cZcWZiZgcVVgYZegV`i^_``^_`ZcÉ! VaYjhAZdcVgY#=ZiVVciVaeZ^akV``ZcZc bZicVbZYZ`dhiZcY^Z]^ZgVVckZgWdc" YZco^_c!WVgZc]Zbodg\Zc#ÈLVi\VVi YVib^_dkZg'%"(%_VVg`dhiZc!ÉkgVV\i AZdcVgYo^X]V[# LVi`jccZcYZ_dc\ZV\gVg^
ghZ^\Zca^_` oZa[YdZcdbZgkddgiZodg\ZcYViZg^c YZidZ`dbhicd\WZhiVVchgZX]i^hkddgYZ V\gVg^hX]ZhZXidg^cYZ@g^beZcZglVVgY4 AZdcVgY^hkVcbZc^c\YVi_ZkddgVaYZ hiZbkVcYZ_dc\ZgZcdkZgVabdZiaViZc ]dgZc#9Z_dc\ZgZc]ZWWZccjW^_kddg" WZZaYZZcoZiZa^cYZaVcY^cg^X]i^c\hXdb" b^hh^Z\Z`gZ\Zc#È
;did/?dhLVai]ZZg
;aZm^WZadehiZaaZc
IlVVa[_VVg\ZaZYZcWZha^hiZYZ[Vb^a^Z 7gdZgZ]ZiWZYg^_[iZkZgeaVVihZc^c kZgWVcYbZiYZhaZX]iZkZg`VkZa^c\kVc YZeZgXZaZcZc\ZZcj^iWgZ^Y^c\hbd\Z" a^_`]ZYZckVcYZ]j^h`VkZakVchaZX]ih )]V#9ZoZkZgeaVVih^c\`dcW^ccZcYZ @g^beZcZglVVgYeaVVihk^cYZc#>cAZ`" `Zg`Zg`lZgYZZcc^ZjlWZYg^_[\ZgZVa^" hZZgYkVc+%]VlVVgkVc(*]V]j^h`VkZa# =ZilViZgeZ^a!YZ\gddihiZWdiiaZcZX` ^cYZ@g^beZcZglVVgY!^h]^Zg\jchi^\# BVVgVah]ZieaVckVcYZaVcY^cg^X]i^c\h" Xdbb^hh^Z\Zkda\YldgYi!WZiZ`ZciY^i kddgAZdcVgYYVi]ZilViZgeZ^ade'*]V kVco^_caVcYbZi'%Xbdb]dd\ldgYi \ZWgVX]iZcde&%]V'%XboV`i#
eaVccZclZaldgYZc]Zgo^Zc#È:gldgYi iZlZ^c^\gZ`Zc^c\\Z]djYZcbZiYZ
\ZYViZZgY]Z^YkVc]ZieaVc#BZcbdZi bZZg^cheg^c\ZcdeYZbd\Za^_`]ZYZcY^Z
BVVgbd\Za^_`]ZYZco^_cZgkda\ZchAZd" cVgYoZ`ZglZa^cYZ@g^beZcZglVVgY#È?Z bdZideZchiVVckddgVcYZgZ^chiVci^Zh odVahcVijjgdg\Vc^hVi^Zh#HiZa_Z[aZm^WZa de!lZg`hVbZcZcgj^alVi_Zgj^aZc`jci fjV\gdcY#OZa[WZc^`\ZZckddghiVcYZg kVcWaVjlZY^ZchiZc!bVVgVahY^ibd\Z" a^_`]ZYZcW^ZYikddg_ZWZYg^_[`Vc]ZilZa ZZcdei^Zo^_cÉ# È>`o^Zkddgb^_oZa[Zcb^_cXdaaZ\VÉhoZ`Zg ZZcidZ`dbhilZ\\ZaZ\Y^cY^i\ZW^ZY# LZWZhX]^``Zc]^ZgdkZgbdd^ZWZYg^_" kZc#=ZiWZaVc\g^_`hiZ^hYViZgYj^YZa^_`" ]Z^Y`dbidkZg]ZilViZgeZ^a#OdYgV_Z lZZilVVg_ZVVcidZWZci!`jc_Z\ZYZ" \Zc`ZjoZh\VVcbV`Zc#>`l^a\Zlddc bZa`ZcbZiZZc\dZYlViZgeZ^aÉ#
A^ZkZg^c@g^beZcZglVVgY AZdcVgY/ÈIlVVa[_VVg\ZaZYZcoViZg cd\\ZZccVijjgXaV^bdeYZoZ\gdcY# 9^io^_ceaVccZcY^ZYZaVVihiZk^Zg"k^_[ _VVgcVVgkdgZco^_c\Z`dbZcÉ#Idicj Wa^_[i]ZiZX]iZgW^_^YZZ
cdeeVe^Zg#BZi cVbZkddg_dc\ZV\gVg^
gh!Y^Z]ZiWZYg^_[ kddgil^aaZcoZiiZc!^hYZoZdcoZ`Zg]Z^Y aVhi^\#È9ZoZeaVccZcoZiiZcZZcgZbde ]ZiWZYg^_[#>`l^a\gVV\^cYZ@g^beZcZg" lVVgYWa^_kZcZcYddg\gdZ^ZcbZib^_c WZYg^_[!bVVgVah]ZiaVcY^cg^X]i^c\heaVc YddgldgYi\ZkdZgY^hZgbVVgcdei^Z ZcYVi^hkZgigZ``Zc#É IdX]o^ZiYZOj^Y"=daaVcYZgY^iVahaVVihiZ gZYb^YYZa#A^ZkZgWa^_[i]^_^cYZ@g^beZ" cZglVVgY#BVVgYVcbdZiZcYZ]j^Y^\Z
CVVgVVcaZ^Y^c\kVc9j^`^clViZgo^_c_dc\ZgZc^cYZ@g^beZcZglVVgYVXi^Z[WZo^\bZilViZgWZ]ZZg#KVca^c`hcVVggZX]ih hiVVcY/AZd@ddaZc7ZgiYZ?dc\#O^iiZcY/6cYgHa^c\ZgaVcYZcBVg^
aaZG^_`VVgi#
+
66CE6@L6I:GDK:GA6HI/9GD<:KD:I:CI:<:CL:A@:EG>?H4
9gdd\olZbbZcbZiYZXdbejiZg =^_k^cYiYVi]ZilViZghX]VeYZaVV\hiZ hij``ZcaVcYWdjl\gdcYbdZij^iodZ`Zc dblViZgiZWZg\Zc#9ZWdZgZcbdZiZc YZ`ZjoZ`g^_\Zc/[ZZcgZYZa^_`ZkZg\dZ" Y^c\![`VkZagj^a!lVVgW^_oZZZc]d\Zg \ZaZ\Zchij`\gdcYiZgj\`g^_\Zc#ÆDjYZgZ WdZgZcojaaZclVVghX]^_ca^_``^ZoZckddg YZkZg\dZY^c\!bVVgZZc_dc\ZWdZg`Vc YZZmigV\gdcY\dZY\ZWgj^`ZcZc]ZZ[i bZZgVVc`VkZagj^a#Ç=^_kZglVX]iYViZg YZ`dbZcYZi^Zc_VVgkdaYdZcYZ\gdcY WZhX]^`WVVg`dbi^cYZ7ZijlZkddg `VkZagj^a#Æ>ZYZgZ`ZZgYViZgZZcWdZg hidei!`dbiZglZZgYZgi^\!kZZgi^\]ZXiVgZ \gdcYkg^_#Ç 9Zdei^ZdbYZhadiZciZ\ZWgj^`ZcVah lViZgWZg\^c\l^_hi]^_gZhdajjikVcYZ ]VcY!dd`Va^hYVickVcYZ\dZY" `ddehiZdei^Zh#9Zhaj^oZc^cYZhadiZc \VVcYVcVjidbVi^hX]deZcodYgVZg kZZagZ\ZckddgheZaYldgYi#=ZilViZg `VcYVclZ\adeZc!odYViZggj^biZ^h db]ZigZ\ZclViZgdeiZkVc\Zc#Æ9Z lZZgWZg^X]iZco^_ccd\hiZZYhc^ZiVaiZ WZigdjlWVVg#9Z`Vch^hYVVgdb\gddi YViYZhadiZcaZZ\`dbZciZhiVVcZcYVi ZgidX]\ZZcgZ\Zc`dbi#:gbdZiYVc lZZglViZgj^iZZcVcYZg\ZW^ZY^cYZ hadiZc\ZedbeildgYZc#=Zig^h^XdYVi_Z YVckZgkj^aYlViZgW^ccZc]VVai^hkZZaiZ \gddi#C^ZiVVcWZ\^ccZcYjhÇhiZai?VVe#
=Zi`a^bVVikZgVcYZgi!YVVg^hkg^ZcYZck^_VcY]Zi^cb^YYZahlZadkZgZZch#:g`dbibZZgcZZghaV\Zc YZWj^ZcldgYZchiZZYh]Zk^\Zg#6Vc]ZilViZghX]VeYZiVV`dbiZodg\ZcYVi^ZYZgZZcYgd\ZkdZiZc ]djYi#BVVgYVi`Vcc^ZiodcYZgYZWdZgZc#
Cdi^cbnWVX`nVgY 9ZaZYZckVc6?@DkZgWZijlZZc6?@ LZhi7ZijlZ`dcYZcV[\ZadeZcl^ciZg kddgZZcVkdcY^cYZ]j^YkVc]ZilViZg" hX]Ve`gj^eZc#K^VZZch^bjaVi^ZbdYZa
deYZXdbejiZg`dcYZcoZegZX^Zho^Zc lZa`ZbVVigZ\ZaZcZgo^_cdblViZgdkZg" aVhiVVciZeV``Zc!lVioZ`dhiZcZclVi ]ZiZ[[ZXiZgkVc^h#?VVekVcYZ8gVVih ('!kddgo^iiZgkVc6?@DkZgWZijlZ! ^hiZkgZYZcdkZgYZoZVVceV`kVc]Zi lViZghX]VedbWdZgZcodkZZabd\Za^_` W^_]ZiWZaZ^YiZWZigZ``Zc# =ZilVhc^ZiYZZZghiZ`ZZgYViC^Zah C^_bZ^_ZgkVclViZghX]VeG^k^ZgZcaVcY kddgZZc\gdZeWdZgZchidcY#Æ>`egdWZZg deVaaZkZgodZ`ZcY^Z^`kVcAIDÉhd[6?@Éh `g^_\!^ciZ\VVc#IZchadiiZa^\iYZ\gdcY Y^ZlZcdY^\]ZWWZckddglViZgWZg\^c\ kddgcVbZa^_`W^_WdZgZc#Ç Æ=ZikddgYZZa^cY^i\ZW^ZY^hYVi^ZYZg" ZZclZZilVilViZgdkZgaVhi^h#BVVgdd` ]^Zgo^Z^`]ZiOJNCZ"Z[[ZXi!cdi^cNZ CBDLZBSE#LViZgdkZgaVhiVVceV``Zc/d`!
odaVc\^`ZgoZa[bVVg\ZZcaVhikVc]ZW# 9Z`jchi^hdbYZe^_codkZZabd\Za^_`iZ kZgYZaZc#Ç C^_bZ^_Zgk^cYiYViYZ_dc\ZWdZgZc]ZZa XdchigjXi^Z[bZZYZc`Zc#Æ9VibVV`^` lZaZZchVcYZghbZZ#Ç
KZg\dZY^c\d[`VkZagj^a ?VVek^cYiYVilViZgWZg\^c\oÉceg^_h ]ZZ[i#Æ6ahl^_VahWdZgZc]ZilViZgkVc YZhiVYdebdZiZchaVVc!l^aaZclZYVVg ZZckZg\dZY^c\kddg#OZoZ\\ZcYVi_Z aVcYYVcc`ZZg^cYZk^_[i^\_VVgdcYZg lViZg`dbiiZhiVVc#BVVgYVi`VccZiod \dZYilZZ_VVgVX]iZgZa`VVg\ZWZjgZc# 9Vi^hW^_\gVhaVcYc^ZiodZg\Vah]Zi^c _VcjVg^d[[ZWgjVg^\ZWZjgi!bVVghiZa_Z kddgYVi^cVeg^a!bZ^_ZaVcYdcYZglViZg hiVVi#Ç
;did/<jn6X`ZgbVch
6ah_Zc^ZihYdZi!higddbi]ZilViZgcVVg YZaVV\hiZhij``Zc\gdcY#9Vi^h\ZZckZg" gVhh^c\bVVglZaY^``ZeZX]VahYVicZi _djlaVcY^h#Kddg]ZilViZghX]Ve^hc^Zih YdZcYZ\dZY`ddehiZbVc^ZgkVclViZg" dkZgaVhiVVceV`#6cYZgZbd\Za^_`]ZYZc `dhiZcbZZg\ZaY#=ZidkZgidaa^\ZlViZg deaV\Zhij``ZcaVcYWdjl\gdcYWZg\Zc ZcZgZZcY^_`_Zdb]ZZcbV`Zc#D[ZZc [a^c`\Vi\gVkZcZcZgZZcgZXgZVi^ZeaVh kVcbV`Zc#D[W^_cVYZgZcYZgZ\ZcYZ hadiZcaZZ\aViZcadeZcodYViYVVg]Zi gZ\ZclViZg^cde\ZhaV\Zc`VcldgYZc#
?VVekVcYZ8gVVih/Æ6ahl^_VahWdZgZc]Zi lViZgkVcYZhiVYdebdZiZchaVVc!l^aaZc lZYVVgZZckZg\dZY^c\kddg#Ç
>ccbj^h`a^`Ygd\ZkdZiZc!lVi`dhidchYVi4 >c'%&*bdZiZcVaaZlViZghX]VeeZc]jclViZghnhiZbZcdedgYZ]ZWWZc!odYVildgYikdaYVVcVVcYZ aVcYZa^_`ZcdgbZckddglViZgdkZgaVhi# DbiZlZiZclVVg]Zi^cZZc\ZW^ZYegZX^Zh\VVi`cZaaZcW^_kZZagZ\Zc!ldgYZcbdYZaaZc\ZWgj^`i# KZgkda\Zch`deeZa_ZYZoZVVcbVVigZ\ZaZcdbYZlViZgdkZgaVhiiZ\ZciZ\VVc!Zc]Vc\iVVcY^ZbVVi" gZ\ZaZcZZc]Z^Yheg^_oZc# Cj`jc_ZbZicYgj`deYZ`cde^cWZZaYWgZc\ZclZa`ZbVVigZ\Za]ZibZZhiZZ[[ZXi]ZZ[i!ZclVi YVi\VVi`dhiZc# >cYZV[WZZaY^c\hiVViZZckddgWZZaYkVcYZj^i`dbhikVcodÉcgZ`ZchZhh^Z#KddgZZc]ZaZedaYZg^h Yddg\ZgZ`ZcYlVi]ZiZ[[ZXi^hkVc]ZieaVVihZckVck^_[ha^bbZhijlZc!lViYZ`dhiZcZcYZZ[[ZXiZc o^_c#9Z^coZikVcha^bbZhijlZc`jc_ZkZgkda\ZchV[lZ\ZciZ\ZcYZ`dhiZcZcWViZckVcWZg\Zcde WdZgZc"aVcY# 9^ihddgigZ`ZchZhh^ZhaZkZgikZZahid[kddgY^hXjhh^Z/LVVgWdZgZcVai^_YhiZaaZc]Zi\dZY`ddehiZ lViZghX]VeiZl^aaZc!aZkZgiYZ\dZY`ddehiZbVVigZ\ZaiZ\ZclViZgdkZgaVhi!WZg\ZcdeaVcY!_j^hi lZZghiVcYde# H^bjaVi^ZbdYZa
,
66CE6@L6I:GDK:GA6HI/9GD<:KD:I:CI:<:CL:A@:EG>?H4
BZZgWdaaZcYddgbZZgdeZclViZg
>cYZedaYZgKZZc]j^oZc^cYZ\ZbZZciZ=ZZg]j\dlVVgYC=ldgYiYddgYZkZZ]dj" YZgh\gdcYkZg]jjgYkddgZZcgZ^oZcYZWdaaZc`gVVb#9ZedaYZgkdaYdZicjc^ZiVVcYZ cdgbkddglViZgdkZgaVhi#9VVgdb]ZZ[i]Zi=dd\]ZZbgVVYhX]VeYZ\gdcYZ^\ZcVgZc \ZkgVV\YbZZiZYZc`ZcdkZgdeadhh^c\Zc#
=dd\]ZZbgVVYhX]Ve=daaVcYhCddgYZg" `lVgi^Zg^hWZo^\bZiZZckddgadeZgegd" _ZXi^cYZedaYZgKZZc]j^oZc#9ZX^gXV'% Z^\ZcVgZc^cYZoZedaYZgo^_cWZigd``Zc W^_Y^iegd_ZXi#=Zi=dd\]ZZbgVVYhX]Ve ]ZZ[i!^c]ZiWZaVc\kVcYZoZWdZgZc! VVc\ZWdYZc\gdcYdeiZ`deZckddg lViZgWZg\^c\odYViYZedaYZg\VVikda" YdZcVVcYZcdgbZckddg]dd\lVVgY^\Z aVcYWdjl!^cY^i\ZkVaYZWdaaZciZZai# 9ddgZmigVlViZgWZg\^c\iZ\gVkZcoVa]Zi \ZW^ZY^c'%&*kdaYdZcVVcYZcdgbZc kddgWdaaZciZZaiZc^hYVVgdbWZiZgkZg" ]jjgWVVg# DbYViYZedaYZggZaVi^Z[`aZ^c^h (*% ]V!^hZgkddg\Z`doZcdb^ceaVVihkVc ^ZYZgZZc^cY^k^YjZZaYZ\Z]ZaZ\gdZe kVcZ^\ZcVgZc^cc`ZZgiZWZcVYZgZc# 6ccZiiZ7ZZbh!hZc^dgbZYZlZg`ZgeaVc" cZcZcegd_ZXiZckVc=dd\]ZZbgVVY" hX]Ve=daaVcYhCddgYZg`lVgi^Zg/ÈLZ XgZ
gZcYgVV\kaV`kddg]Ziegd_ZXi#=Zi ^hc^Zibd\Za^_`dbdkZgVaVaaZZ^\ZcVgZc cVjliZWZigZ``ZcW^_YZlViZgegdWaZbV" i^Z`!bVVgkddg`aZ^cZ\ZW^ZYZc]ZZ[iY^i lZaYZkddg`ZjgÉ#
6cYZgZ`^_` 9VVgcVVhi^hZgZZclZg`\gdZe!lVVg^c bZchZckVcWj^iZc]Zi\ZW^ZY]ZWWZc
7dZgZcdeZZc]ZaaZcYkaV`
=dZkZg\VViYZhda^YVg^iZ^i4 HiZa/_ZWdZgideZZc]dd\\ZaZ\Zchij`\gdcY#7^_kZZagZ\Zc]dj_^_Vai^_YYgd\ZkdZiZc!iZgl^_a_ZXdaaZ\VdeYZaV\Z \gdcYZcVai^_YYZe^cZji^h#7Zc_ZWZgZ^YdbbZZiZlZg`ZcVVcbVVigZ\ZaZcdbYZlViZgdkZgaVhikddg_ZXdaaZ\ViZ WZeZg`Zc4O^Z]^Zg]ZiY^aZbbVkVc6?@GddhZcYVVaC"7g#O^_dg\Vc^hZZgYZcilZZkZgkda\VkdcYZc9j^`^clViZg eaVVihkddg&%%`dZ^Zc!odYVi]^_^cc gdcYZ`aVVg^h4Ç =^ZgcV`lVbYZY^hXjhh^ZVahcZade YZdcYZga^c\Zhda^YVg^iZ^iijhhZcYZ ]dd\\ZaZ\ZcWdZgZcZcYZaVV\\ZaZ\Zc WdZgZc#O^_cYZ]dd\\ZaZ\ZcWdZgZcidi bZZlZg`ZcWZgZ^Y!Vah]^ZgYddgYZaVV\" \ZaZ\ZcXdaaZ\VÉhb^cYZgbZilViZgdkZg" aVhiiZbV`Zc`g^_\Zc4:ZckddgWZZaY^h dblViZgaVc\ZgkVhiiZ]djYZcbZiZZc kdaVjidbVi^hX]ZhijlZZcod\ZcVVbYZ Èha^bbZhijlÉ# 9ZilZZ]dd\\Z\ZaZ\Zc6?@"Zgh:gl^c KdhZc6g_Vc6Vgih/Æ9Zhda^YVg^iZ^i]djYi hcZadeodYgVY^iaZ^Yiididc\ZlZchiZ kZgcVii^c\deYZZ^\ZceZgXZaZc#Ç
LViZg!ZZcgZcYZgZcY\ZlVh
=ZilViZghX]VeYVV\YZYZ_dc\ZgZcj^i dboZa[bZideadhh^c\ZciZ`dbZckddg lViZgdkZgaVhi!ckddglViZgiZ`dgiZc#
YgV\Zcdeadhh^c\#6Yg^VcVDhdg^dkVc ]ZilViZghX]Ve`dbibZiYZiZ\ZckgVV\/ ÆLZa`ZWdZg^ckZhiZZgiW^_ZZcbZa`kZZ" hiVeZakVc&%%`dZ^Zc^cZZcbZa`hiVabZi
9ZVkdcYkddgo^iiZgegdWZZgiYZY^hXjhh^Z hX]ZgeiZ`g^_\Zc!Zc]VVaiZZcVgi^`Zaj^i YZ7dZgYZg^_VVcdkZgWaVjlZY^ZchiZc# ?VVe@dgiZlZ\!V``ZgWdjlZgj^iLZhi" 7gVWVci!]ZZ[idbZZceZgXZZakVc(]V# ZZcY^_`\ZaZ\YZcZZcedbe\Z`dX]i!Zc edbeidekZgodZ`kVc]ZilViZghX]VeY^i WVhh^ckda#=^ZgkddgdcikVc\i]^_&-%%!" $]V$_VVg!dcV[]Vc`Za^_`kVc]ZiVVciVa `ZgZcYVi]^_ÈcVi^h\Z\VVcÉ#OZa[cdZbi
eaVVih\ZcdbZc#?ZgdZc9j^_c!_dc\Z \aVhij^cYZgj^i=ZZg]j\dlVVgYZc lZg`\gdZea^Y/ÈKZZc]j^oZc^hZZcedaYZg bZiVahWZaVc\g^_`hiZhZXidgkZZ]djYZg^_# >ZbVcYkVcWj^iZcY^i\ZW^ZY!kVcj^iZZc VcYZgZhZXidg!`^_`iVcYZghVVciZ\Zc oV`ZcY^ZYZedaYZgVVc\VVc#>cYVi deo^X]i]ZZ[iYZlZg`\gdZekda\Zchb^_ oZ`ZgZZcW^_YgV\Z`jccZcaZkZgZc#É 9Z\gdcYZ^\ZcVgZclVgZc^c]ZiWZ\^c ^ZihlVcigdjlZcYiZ\ZcdkZg]Ziegd_ZXi# 6ccZiiZYZc`iYVioZ]Zicjdeeg^_hhiZa" aZc]dZoZWZigd``Zco^_c^c]Ziegd_ZXi! dbYVioZoZa[`jccZcWZha^hhZcdkZgYZ idZ`dbhikVc]jcZ^\Zc\ZW^ZY#Dd` ?ZgdZc^hiZhegZ`ZcdkZgYZoZdeoZi#ÈKVc ]ZiWZ\^cV[VVco^_cYZbZchZcWZigd`" `ZcW^_]Ziegd_ZXi#OdldgYZckZZadcYj^" YZa^_`]ZYZcbZiZZcj^iYZlZ\\Z]daeZc ZcaddeibZcYVVg^c]ZikZgYZgZigV_ZXi c^ZidekVhi#LVi^`dd`edh^i^Z[k^cY!^h YViYZ\gdcYZ^\ZcVgZckg^_ldgYZc\ZaV" iZc^c]jc`ZjoZ#É =ZibZgZcYZZakVcYZWZigd``ZcZc^h kddg]Zi\gVkZckVcZmigVlViZgWZg\^c\ dbYZWdaaZciZZaiiZ[VX^a^iZgZcdeaVc\Z" gZiZgb^_c#6cYZgZc]ZWWZcVVc\Z\ZkZc bZZiZ\VVcVahYZbZZgYZg]Z^Ykddg^h# :ZcZc`Za^c\]ZZ[icd\o^_cWZYZc`^c\Zc dkZgYZZacVbZVVc]ZieaVc#
]^_Y^ilViZgZZceg^bV\ZlVh!ZcYZoVVa gZV\ZZgi^chiZbbZcY/È9dZb^_dd`bVVg ZZceVVg`jjWlViZgÉ ?VcYZK^_aYZg!\ZW^ZYhYZh`jcY^\ZkVc ]ZilViZghX]Ve/ÆKVc\ZkVaidi\ZkVa ldgYiWZ`Z`ZclViYZWZhiZdeadhh^c\ ^h#LVib^_VVchegZZ`i^hc^ZiodoZZgYVi YZoZdeadhh^c\VVcbZg`Za^_`\dZY`deZg Wa^_`iiZo^_ckddg]ZilViZghX]VeYVc]Zi bZZhiVa\Z`doZcVaiZgcVi^Z[!cVbZa^_` VVc`ddeZcV[\gVkZckVc\gdcY#CZZ!YVi ]Zi^YZZW^_YZWdZgoZa[kVcYVVc`lVb! YVVgWZc^`kZg]Zj\YdkZgÇ
IgZ`YZWaVjlZZcgdYZ\gZch =dZlZa6?@GddhZcYVVaVa^ccV_VVg '%%(VVcYZhaV\l^aYZbZiZZc kZgkda\igV_ZXi!bdZhiZcoZcd\ZkZc \ZYjaY]ZWWZc/]ZilViZghX]Ve l^aYZeVhbZZlZg`ZccVYZ[jh^Z eZg&_VcjVg^'%%)#BVVg]Zi\ZYjaY lZgYWZaddcY/YZbZYZlZg`^c\kVc ]ZilViZghX]VelVhkddgigZ[[Za^_`# KddgYZj^icdY^\^c\ZcoZiiZ]Zi lViZghX]VekddgVaaZ&%%6?@aZYZc ^cY^k^YjZZaYZeZgXZaZc^c`aZjgde ZZc`VVgi_Z#9ZoZlZgYZcbZiZZc WaVjlZcZZcgddYediaddYidZ\Z" hijjgY!bZiYZ]j^hlZg`deYgVX]i/ ÈIgZ`YZWaVjlZZcgdYZ\gZchÉ!Yjh \ZZ[VVclVVg_ZegdWaZbZcZgkVVgi bZiiZkZZad[_j^hibZiiZlZ^c^\ lViZg# K^Zg\ZW^ZYhYZh`jcY^\ZckVc]Zi lViZghX]VeWZhegV`ZcYZ`cZaejc" iZcY^ZYZ_dc\ZgZckddgV[VVc\V" kZcdeYZeZgXZZah`VVgi_Zh#
-
?dc\Z6\gVg^hX]ZKgdjlZcheZaZc ]ZilViZgY^hXjhh^ZheZa =ZiC6?@]ZZ[iXV#'%VeVgiZkgdjlZcV[YZa^c\Zc!YZ?6KÉh# DbYVi]ZibZgZcYZZakVcYZoZkgdjlZchaZX]iho^_YZa^c\hW^_ YZV\gVg^hX]ZdcYZgcZb^c\^hWZigd``ZcbVVgkVV`lZaZZc WZaVc\g^_`ZgdaheZaZcW^_YZkZgYjjgoVb^c\kVcYZWZYg^_[h" kdZg^c\kVc]jceVgicZgh!^h]^ZgkddgZZcVcYZgZ^ckjaa^c\ WZYVX]ikVcYZZZcbVa^\ZVkdcYZc# =ZilViZgY^hXjhh^ZheZaYVidcil^``ZaY^hYddgYZegdk^cX^VaZ b^a^Zj[ZYZgVi^ZhVahZYjXVi^ZbViZg^VVaW^_YZZYjXVi^ZkZ\gdcY" lViZgbZiZgh^hW^_)?6KVkdcYZc\ZWgj^`i#9VVgcVVhi]ZZ[i hiZZYh^ZbVcYkVc]ZilViZghX]VeZZc^caZ^Y^c\\Z]djYZc# BZZg^c[dgbVi^Zd[oZa[]ZilViZgY^hXjhh^ZheZaheZaZc4AVcYZa^_` XdgY^cVidgBVg^dcYZ8dXf!CVijjgZcB^a^ZjDkZg^_hhZa! iZa%(-")'*%.,*bV!Y^!ld#Z"bV^ab#XdXf5cVijjgb^a^Zj#ca#
Dg\Vc^hZZgoZa[ZZclViZgVkdcY!i^ehigjXh OZioZa[bZi_ZV[YZa^c\ZZcVkdcY^c]ZiiZ`ZckVclViZg# @^_`delll#jkl#ca]dZ_djllViZghX]Ve]ZZi!ZckgVV\db bZYZlZg`^c\# L^a_ZbZZgdkZgYZeaVccZcdeYZaVc\ZgZiZgb^_c]dgZc! kgVV\YVccVVg]Zi]dd[YkVcYZV[YZa^c\7ZaZ^YZcEaVc" kdgb^c\d#^#Y#L^a_ZkddgVacVVgegV`i^hX]ZoV`Zc`^_`ZcVah haddidcYZg]djY!ZclVi]ZilViZghX]VecjVadcYZgcZZbi iZ\ZclViZgdkZgaVhiZckZgYgd\^c\!kgVV\YVccVVgZZckZaY" bZYZlZg`Zg!d[^ZbVcYkVcZZcgZ\^d`Vciddg#BVVgWZ^YZc`Vc cVijjga^_`dd` L^a_Zdd`cVVgYZWZhijjga^_`Z`VciZc`^_`Zc4KgVV\YVck^V ]ZilViZghX]VecVVgZZclViZghX]VehWZhijjgYZg#
8dad[dc
È9j^`^clViZg`lVa^iZ^iÉ/ =Ziad\^hX]ZkZgkda\ C6?@ÉZghWa^_`ZcbZikZZakgV\ZciZo^iiZcdkZgYZ^ckdZg^c\kVcYZ:jgdeZhZ@VYZgg^X]ia^_cLViZg#Æ=dZ o^i]ZiYVccjbZiYZlViZg`lVa^iZ^i!l^ZbdZilVilVccZZg\VVcYdZc4Ç DbbZZg^co^X]iiZ`g^_\Zc^clViYZ@VYZgg^X]ia^_c LViZgcjegZX^ZhWZiZ`Zcikddg_ZZ^\ZcWZYg^_[!^hZg ZZcheZadcil^``ZaY#9^iheZaheZZa_ZbZi_ZV[YZa^c\# >c' jjgYddgadde_Z]ZiigV_ZXiYVi^c]ZiZX]iidi '%&*addei!Vahd[_ZdeYZeaZ`kVcZZclViZghX]Veh" WZhijjgYZgo^i# 6?@=ZabdcY]ZZ[i]ZiVa\ZheZZaY#:c`ZaZ6?@"Zgh cVV[adde/ÆCeVh]ZW^`\dZYYddglVVgY^Z@VYZg" g^X]ia^_cdkZg\VVi#É=ZiheZaoZiVVcidiY^hXjhh^Z bZi]ZilViZghX]VedkZglZa`ZbVVigZ\ZaZc_ZVah aVcYWdjlZgoZa[odjbdZiZcbZhilZi\Zk^c\Zc `jccZcj^ikdZgZcVVcaZ\ZcdcYZg]djYcVijjg" kg^ZcYZa^_`ZdZkZgh!ZiX## =ZiC6?@l^aY^iheZakda\ZcYhZ^odZc^c]Zi]ZaZ aVcY\VVcheZaZc!dcYZgYZcdZbZgÈ9j^`^clViZg" `lVa^iZ^iÉ#
9ZoZÈ9j^`^clViZgÉ`gVci^hYZilZZYZkVcilZZ j^i\VkZc^c]Zi`VYZgkVc]Ziegd_ZXiÈ9j^`^c lViZgÉkVc]ZiCZYZgaVcYh6\gVg^hX]?dc\ZgZc @dciV`iC6?@!Zc^hVahW^_aV\ZbZZ\ZhijjgYbZi ]ZiaZYZcWaVY7C9G!_jc^'%%*# È9j^`^clViZgÉ^hZZc^c^i^Vi^Z[kVc]ZiC6?@! ZcldgYij^i\ZkdZgYYddghi^X]i^c\C6?@":Yj!^c hVbZclZg`^c\bZi8ZcigjbkddgAVcYWdjlZc B^a^Zj8ABZcHi^X]i^c\GZ^clViZg# 9ZoZ`gVcildgYikZghijjgYcVVgVaaZaZYZckVc]Zi CZYZgaVcYh6\gVg^hX]?dc\ZgZc@dciV`i!VaaZlViZg" hX]VeeZc!egdk^cX^Zh!Yg^c`lViZgWZYg^_kZcZcaVc" YZa^_`ZZcegdk^cX^VaZcVijjg"Zcb^a^Zjdg\Vc^hVi^Zh ^cCZYZgaVcY# C6?@ EdhiWjh-&+ (*%%6KJigZX]i Yj^`^clViZg5ZYj#cV_`#ca lll#Yj^`^clViZg#ca
È9j^`^clViZgÉ^hbZYZbd\Za^_`\ZbVV`iYddg/ ACK!KGDB!GVWdWVc`CZYZgaVcY!KH7[dcYh! @C=B!KZl^c!Egdk^cX^ZCddgY"=daaVcY!Egdk^cX^Z Oj^Y"=daaVcY!OAID DeaV\Z/&'#%%%
6VcY^icjbbZglZg`iZcbZZ/ IZ`hi/ EZigV=^c`0 6a^XZkVc<^c`Za0 C^XdaVVhkVc:kZgY^c\Zc#
KZZgbVc]ZZ[iVaaViZcYddghX]ZbZgZcYVi]^_lZaiZ edggZc^hkddgÈ9j^`^clViZg`lVa^iZ^iÉ#ÆDblViZg dcYZgYZVVcYVX]iiZWgZc\ZcW^_ZZcWgZZYejWa^Z` `Vc^`_jaa^Z]jae\dZY\ZWgj^`Zc!ÇVaYjhYZb^c^hiZg# ÆLZ]ZWWZc\ZaZZgYkVcYZc^igVVig^X]ia^_c#BZiYZ `VYZgg^X]ia^_clViZgojaaZclZZgbZiZZc\dZYde o^iiZc#Ç >ciZgZhhZ4bV^acVVgYj^`^clViZg5ZYj#cV_`#ca#
:^cYgZYVXi^Z/ 6a^XZkVc<^c`Za0 C^XdaVVhkVc:kZgY^c\Zc#
Kdgb\Zk^c\ZcYgj`/ =ddciZ7dhX]@Zjc^c\
Bijlage 6.7 Profielen van de projectpartners
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.7 -
Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) Het NAJK is de belangenvereniging van, voor en door agrarische jongeren in de leeftijd van 18 tot 35 jaar. Het zijn bedrijfsopvolgers, of jongeren die zich daarop oriënteren, en hun partners.
NAJK-Edu NAJK-Edu is een projectenstichting die zich richt op voorlichting, vorming en educatie van jonge agrariërs en hun partners. Zij ontwikkelt voorlichtingsmateriaal, adviseert en ondersteunt, is praktijkgericht en kan zich inleven in de wereld van de jonge agrariërs.
CLM: Werken aan duurzame landbouw en een aantrekkelijk platteland Duurzame landbouw produceert gezond voedsel, respecteert de ecologische omgeving en levert een mooi landschap. Nieuwe, creatieve impulsen zijn nodig voor de toekomst van het platteland. CLM zet bedreigingen om in kansen. Onze expertise zetten we in voor onderzoek, innovatie, beleidsontwikkeling, procesbegeleiding, voorlichting en debat. CLM werkt samen met boeren, burgers, ondernemers en beleidsmakers om tegenstellingen tussen landbouw, platteland en samenleving te overbruggen. Wij staan voor een gedreven, praktijkgerichte aanpak van vernieuwende projecten voor de horizon van morgen.
Stichting Reinwater en Waterpakt Stichting Reinwater is een natuur- en milieuorganisatie, die zich inzet voor schone en gezonde aquatische ecosystemen. Door onderzoek, beleidsbeïnvloeding, dialoog, educatie en voorlichting wordt aandacht gevraagd voor verbetering van de waterkwaliteit in het stroomgebied van de grote rivieren. Het Waterpakt is een samenwerkingsverband van vier waterorganisaties: Stichting Reinwater, Stichting De Noordzee, Vereniging tot Behoud van het IJsselmeer en de Waddenvereniging.
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.7 -
Bijlage 6.8 Artikel ‘Een frisse duik in het waterschap’, BNDR juni 2004
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.8 -
Bijlage 6.9 Artikel ‘Waterberging in de praktijk’ De Boerderij 14 september 2004
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.9 -
Bijlage 6.10 Veldsymposium 18 mei 2005 Uitnodiging, deelnemerslijst, foto’s
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.10 -
Veldsymposium over en middenin het veenweidegebied
Met een sterke coalitie naar een duurzame toekomst voor de westelijke veenweidegebieden
woensdag 18 mei 2005
Bestuurders en medewerkers van provincies, gemeenten, waterschappen, natuur- en milieuorganisaties, natuurterreinbeheerders, NAJK, agrarische natuurverenigingen, DLG en ministeries van LNV, VROM en V en W.
Doelgroepen
We kunnen het veiligstellen van een duurzame toekomst van het veenweidegebied niet alleen, maar hebben een groot bestuurlijk draagvlak nodig om deze ontwikkeling van de grond te krijgen. Samen met u willen we op het veldsymposium nagaan wat de kansen zijn, en ieders rol in het geheel benadrukken.
Op de landbouwsector komen veel nieuwe eisen af, met name op gebied van duurzamer wateren bodembeheer. Tegelijk waardeert de maatschappij de kwaliteiten van het typisch Hollandse veenweidelandschap. Een duurzame toekomst vormgeven is de uitdaging voor de landbouw én maatschappij: De boer als beheerder en gebruiker van het gebied, producent van groene en blauwe diensten waar de maatschappij om vraagt en óók voor betaalt.
De bedreigingen de op de veenweidegebieden afkomen, zijn duidelijk: de kwaliteit van natuur en landschap staan onder druk, de landbouw heeft door de Europese landbouwhervormingen en - marktontwikkelingen een slecht perspectief. De inrichting van het gebied is voor de landbouw niet optimaal en daarnaast is de grondprijs ver boven het opbrengend vermogen vanwege de stedelijke ligging. Een terugtrekkende landbouw en hoge grondprijzen vergroten het risico op verloedering van het landschap en natuur.
Het doel van de middag is het verkennen van bestuurlijke moed om nieuwe wegen mogelijk te maken voor gebruik en beheer van de westelijke veenweidengebieden. De drie organisaties zullen de opgaven in het gebied vanuit verschillende invalshoeken toelichten en ook aangeven wat zij voor oplossingsrichtingen zien.
Doel van de bijeenkomst
Tijdens dit symposium sluit het NAJK het project ‘Duik in water!’ af.
De drie organisaties denken dat een goed waterbeheer en landgebruik goed te combineren zijn. Dat willen wij op 18 mei middenin het veenweidegebied laten zien. Wij nodigen bestuurders uit hierover mee te denken.
UITNODIGING
Rondkijken + debatteren + kiezen
Het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK), de Natuur en Milieufederatie Utrecht (NMU) en Centrum voor Landbouw en Milieu (CLM) organiseren op 18 mei gezamenlijk een veldsymposium over de duurzame toekomst van de westelijke veenweidegebieden.
Wie en Wat?
15.30-16.15 u Wat heeft u te bieden? Discussieleider Rob Hoekstra (CLM) leidt het debat tussen de gedeputeerden Lokker en Van der Sar, en bestuurders en medewerkers van provincies, gemeenten, waterschappen, het NAJK, LTO-Noord, agrarische natuurverenigingen, de NMU en terreinbeheerders over hún rol in beheer en ontwikkeling van het veenweidegebied.
15.00-15.30 u ‘Behouden door ontwikkelen’ x Gebiedsfondsen en gebiedscontracten: Gertine van der Vliet van Nationaal Groenfonds: Welke constructies zijn denkbaar? x Een boerenbedrijf met toekomst beweegt mee: Frits van der Schans van CLM
14.45–15.00 u Tijd voor boerenijs
x Reactie Minister Veerman
x NAJK, NMU en CLM vatten hun aanbod samen, namelijk samenwerken aan het duurzaam beheren én ontwikkelen van het landschap, en bieden dit aan minister Veerman aan. x Minister Veerman ontvangt het eindrapport van ‘Duik in water!’ uit handen van Dirk Bruins, voorzitter NAJK.
14.00-14.45 u Wat is ons aanbod, op weg naar een duurzame toekomst?
13.45-14.00 u Koffie en theepauze.
x Wat heeft het watersysteem nodig? Jeanette van Eck en Ronald Hemel, Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, geven aan welke eisen het watersysteem aan het gebied stelt.
x Hoe blijft het cultuur- en natuurlandschap aantrekkelijk? Hein Krantz, directeur van Landschapsbeheer Zuid-Holland, geeft zijn visie op de rol van de boer in het beheer. Allard van Leerdam, Staatsbosbeheer, verwoordt de wensen vanuit oogpunt van natuurwaarden in het gebied.
x Wat heeft een jonge boer nodig om boer te blijven? Ruud den Boer, vice-voorzitter NAJK, AB-er van Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht, mede-oprichter van Agrarische Natuurvereniging De Venen, maar vooral melkveehouder uit Wilnis, geeft aan waaraan hij behoefte heeft om over 30 jaar nog boer te kunnen zijn.
x Wat zie ik, en wat wil ik zien? Rob Hoekstra (CLM) daagt u uit om het 360 graden panoramabeeld te beschrijven én te beoordelen.
0
12.30-13.45 u Het veld in... Op loopafstand van de “Beekhoeve” ligt een strategisch “3-landenpunt”: Het is behalve 3-gemeentenpunt, ook 3-waterschappenpunt én 2 provinciënpunt. Dit is het decor voor de volgende presentaties:
12.00-12.30 u Ontvangst door gastvrouw en gastheer Monique en Koos van der Laan met eenvoudige lunch.
Programma
Het project ‘Duik in water!’ en dit symposium zijn mede mogelijk gemaakt door:
www.duikinwater.nl
Het project ‘Duik in water!’ is uitgevoerd door:
Organisatie NAJK, Nicolaas van Everdingen, 030 – 276 98 63, [email protected] NMU, Ieke Benschop, 030 – 254 44 57, [email protected] CLM, Rob Hoekstra, 0345 – 47 07 63, [email protected] Mobielnr. alleen tijdens het symposium: Ieke Benschop: 06-16878023 of Nicolaas van Everdingen: 06-43148464
Komend vanaf de A2: Afslag Breukelen; Volg N401 richting Breukelen – Kockengen; Na 6 km op rotonde rechtsaf, N212; Na 2 km linksaf naar N463; Na 1 km linksaf naar Van Teylingenweg Komend vanaf de A12: Neem afslag Woerden / Harmelen / /Linschoten; Volg N204, Carpool-Noord / Woerden / Harmelen; Neem twee keer eerste afslag op rotonde naar N204 (r. Kamerik); Dan na 2 km rechtsaf slaan naar N204 / N212 (r. Kamerik); Meteen na 60 meter rechtsaf naar N212 / N198 / Geestdorp; Na 1 km linksaf naar N 212 / Ing. Enschedeweg; Na 1,5 km linksaf naar N405 / Spruitweg; Na 1 km rechtsaf naar Eikenlaan; Na 40 m linksaf naar Meidoornlaan; Op Meent na 0,5 km linksaf de Van Teylingenweg op.
Per auto
Routebeschrijving In verband met de beperkte parkeergelegenheid verzoeken wij u om zover mogelijk van het door ons geregelde vervoer gebruik te maken. Per openbaar vervoer: Vanaf NS-station Woerden is een pendelbus beschikbaar (van te voren aanmelden)
Aanmelden Voor deelname aan het veldsymposium kunt u zich aanmelden tot 6 mei met behulp van het aanmeldingsformulier op www.nmu.nl Daarbij graag apart aangeven uw deelname aan: pendelbus / lunch / veldexcursies / debat.
Waar De Beekhoeve, Van Teylingenweg 172, 3471 GK Kamerik, www.beekhoeve.nl We gaan het veld in, dus denk aan passende kleding en schoeisel.
Wanneer Woensdag 18 mei van 12.30 u tot 16.15 uur. Het is ook mogelijk om een deel van het programma bij te wonen.
Praktische gegevens
Rabobank Nederland Hoogheemraadschap van Rijnland Hoogheenraadschap de Stichtse Rijnlanden Ministerie LNV PJS DWLK CLM NMU Werkgroep Behoud Lopikerwaard PJS Dienst Landelijk Gebied NMU AJK Krimpenerwaard GroenLinks Breukelen-Abcoude-Loenen Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard LTO Noord Natuurlijk Platteland West Algemeen Bestuur AGV IVN Consulentschap Utrecht Gemeente Lopik AJK Krimpenerwaard Landschapsbeheer Utrecht Provinciale Staten Utrecht Landschapsbeheer Zuid-Holland DLG - Zuid-Holland De Beekhoeve De Beekhoeve De Beekhoeve DE SAMENWERKING Arcadis Ruimte en Milieu
Organisatie Stichting Reinwater KNHM Universiteit Utrecht Nationaal Groenfonds NMU (bestuur) Zuid-Hollandse Milieufederatie NMU Ministerie van LNV, Directie Kennis NAJK/ DB HAJK Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard DB NAJK DB NAJK Werkgroep Behoud Lopikerwaard KNHM-GLD DWLK Raadslid gem. Breukelen Statenlid GL prov. Noord-Holland Prov. Zuid-Holland Provinciale Staten Zuid-Holland vz. NAJK Ministerie VROM ajk no utrecht Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard UAJK Noord Oost (bestuur) provincie utrecht DLG - LI Krimpenerwaard provincie Zuid-Holland (G.Z-H) hoogheemraadschap de stichtse rijnlanden UAJK Noord Oost (bestuur) Provincie Noord-Holland Hollands Agrarisch Jongeren Kontact Z-H MilieuFederatie projectleider 'Duik in water!' NAJK-edu Ministerie LNV Milieu en Natuur Planbureau Groenland Beheer BV PJS CLM PS-lid Zuid Holland
Deelnemerslijst Symposium 18 mei 2005
dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. mevr. dhr. mevr. mevr. mevr. dhr.
dhr.
dhr. dhr. dhr. dhr. mevr. dhr. mevr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. mevr. mevr. dhr. dhr. dhr. mevr. dhr. mevr. dhr. mevr. mevr. mevr. dhr. dhr. mevr. dhr. dhr. mevr. mevr. dhr. dhr. dhr. mevr. mevr. dhr. dhr.
J.H.M. J. J.M. W. G. J. L. V. K. H. A.G.M. K. M. M. L. L.T.M.
Voorletters L. E. W.J. H.R. I. S. I. P. N. W. R. C. H.A.L. A. H. W.J. K. J.M. B. D. H. A. G.J.M. M. W. T.J. M. J.M.C. J. D. H. J. N. M. R. I. B. Y. J. A. A.G.H.M. H.A. R. E.J. E. H. R. J. T. H. H. T. B. C.
van der van der van der de
van
van der
de van der
van
de
van
van
van der
van
van
van de van
van den
den van
den
van
Voorvoegsel
Kienhuis Kingma Klaver Klift Koning Kooijman Kool Kraan Kranenburg Krantz Kromwijk Laan Laan Laan Laat Lamers
Achternaam Absil Arkesteijn Baas Balk Bams Belleghem Benschop Besseling Besten Boer Boer Bommel Boonekamp Bos Bosch Bosch Breunissen Brouwer Bruil Bruins Burg Daatselaar Derksen Dijk Dijkman Dijkstra Dijkstra Eck Eek Eerden Eikelenboom Engels Everdingen Fopma Franken Geluk Ginkel Gooijer Groot Groot Habraken Hardeveld Hemel Hemke Hessel Heuvelman Hoekstra Hogenboom Horsmans Jansen Janssen Janssen Jong Kaay
VNG Natuur en Milieu
CLM WEA Randstad Ministerie LNV Hoohheemraadschap Amstel Gooi en Vecht Statenfractie Utrecht SP Gemeente Woerden HH v. Schieland en de Krimpenerwaard Agrarische Natuurvereniging de Utrechtse Venen Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden SNM provinciale staten Zuid holland Provincie Zuid-Holland
statenlid (prov: Z-H ) AJK Krimpenerwaard LTO Noord HDSR gemeente Breukelen Min VenW/DG Water Hoogheemraadschap van Rijnland DE SAMENWERKING Ministerie van LNV Hoogheemraadschap van Rijnland Universiteit Utrecht/Copernicus Instituut raadslid gem Breukelen Hoogheemraadschap van Rijnland Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden NMU Nationaal Groenfonds Landbouw Economisch Instituut Hengelsportvereniging Wilnis lid AB Hoogheemraadschap AGV Hoogheemraadschap van Rijnland
Organisatie gem IJsselstein Waaloord Initiatief Gemeente Lopik Provincie Utrecht (GS) UAJK Noord Oost (bestuur) Stichting Groene Hart Provincie Noord-Holland DE SAMENWERKING Alterra Rabobank Nederland Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard gemeente Montfoort Prov. Staten Utrecht Bureau Mensenland Natuurmonumenten AJP LTO Noord Provinciale Staten Utrecht Dienst Landelijk Gebied St. De Bovenlanden Landschapsecologie Universiteit Utrecht AJK Krimpenerwaard Prov. Staten Noord-Holland HH v. Schieland en de Krimpenerwaard LNV - West Stichting Reinwater CLM LNV - West Provincie Zuid-Holland (GS) CLM AB HDSR DB NAJK
L. E. M. J. T. B.A. A.M. G. D. H. h.b.r I. H.A.F. M. J.
J. E. J. B. M. C. N. J.M. R. H. K.H. L.E. F. JJW P. J.A. J. A. J.F.J.M. M. W.T. A. A.G. J. R. O. R. W. J.E.M. E. T.J. M. G.M. T. C. A. W.
dhr. mevr. dhr. dhr. mevr. dhr. dhr. dhr. dhr. mevr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. mevr. dhr. mevr. dhr. mevr. mevr. mevr. mevr. mevr. dhr. dhr. dhr. mevr. mevr. dhr. dhr. mevr. dhr. mevr. dhr. mevr. dhr. dhr. mevr. mevr. dhr. dhr. dhr. dhr. mevr. dhr. mevr. dhr.
Voorletters H. M. K. J.P.G. B. J. G. A. W. A.A.M. J. S. P. B. R. W.
dhr. mevr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. dhr. mevr. mevr. dhr. dhr. dhr.
de
van der van van
de
van der van
de van de van
van der
van
den
de van de van der van der
de
van 't van de
van
de
Voorvoegsel
Weijden Wijk Wijngaard Wildt Witteman Woude-Ekker Zoelen Zuijlen Vergunst Remmers Letschert Vos Korrel Hilders Backer
Bijlage 6.10
Achternaam Lappee Leentvaar Leeuw Lokker Majoor Meeder Meeuwissen Merks Meulenkamp Oerle Oostdam Ouwerkerk Pieper-Hagen Pijnenburg Pleune Pronk Red. Nieuwe Oogst Reerink Rensink Riet Riet Rijkaart Roele Rooij Rooijakkers Rosenboom Ruiter Sandt Sar Schans Scholten Schram Segers Slingerland Slingerland Smits Speksnijder Spithoven Stolp Straathof Strien Tienkamp Uran Uyl Valewink Velsen Verkaik Versteeg Vesseur Vliet Vogelzang Vries Vusse Warmerdam
Bijlage 6.11 Internetsite www.duikinwater.nl
Eindverslag ‘Duik in water!’
- bijlage 6.11 -
NAJK - Activiteiten
Activiteiten Cursussen
--> --> --> --> --> --> --> --> --> --> --> --> --> --> --> --> --> --> -->
Home Nieuws Over het NAJK Dagelijks bestuur Provincies Projecten Bedrijfsovername Melkveehouderij Akkerbouw Intensieve veehouderij Tuinbouw Internationaal Info voor bestuurders Wat vind jij? Lid worden Contact Links Zoeken Redactie
Duik in water
Bestuurstafel
Jeugddebat
Duik in Water! Waterstandpunten Agrarisch waterbeheer Krimpenerwaard Roosendaal Purmerend Helmond Haarlemmermeer Links
Duik mee met Duik in water! Voor de land- en tuinbouw is voldoende water, niet te veel en niet te weinig, van goede kwaliteit van levensbelang. Water leeft dan ook in de agrarische wereld en binnen het NAJK Met het project 'Duik in water!' laat het NAJK je een kijkje nemen in de waterwereld. Om er meer vertrouwd mee te raken. En om met elkaar en met andere belanghebbenden naar maatregelen te zoeken om slimmer met water om te gaan. Dus als jonge ondernemer actief meedenken en een beslissende rol spelen in waterbeheer om zo meer invloed te hebben op je eigen toekomst. 'Duik in water!' is mei 2002 van start gegaan en duurt 3 jaar. Het wordt uitgevoerd door NAJK-edu, in samenwerking met Centrum voor Landbouw en Milieu CLM en Stichting Reinwater.
19 mei 2005 Stralend Duik in water! veldsymposium Onder een stralende zon sprak minister Veerman gisteren op het Duik in water! veldsymposium in Kamerik. “Om water onder ...
Informatieavonden Afgelopen twee seizoenen hebben ca. 1400 agrarische jongeren in zo’n 54 afdelingen deelgenomen aan een éénmalige activiteit. Wat is zoal aan de orde geweest? Wat zijn de plannen van het waterschap de komende 30 jaar? Wat kun je als agrariër zelf doen aan waterbeheer? Kan agrarisch waterbeheer een extra 'inkomenspoot' worden voor mijn bedrijf? Ook zijn er excursies georganiseerd naar bedrijven waar al agrarisch waterbeheer wordt toegepast.
12 augustus 2004 Een frisse duik in het waterschap Een club van grijze mannen met stropdassen. Ze vergaderen over saaie rapporten en gooien belastinggeld met bakken over d...
Meer nieuws
Waterdebat In de gebieden waar water hét discussiepunt is van jonge agrariërs met waterschappen of natuurorganisaties, gaan we de dialoog aan. In een aantal avonden werken we de ideeën over onze rol in het waterbeheer uit. Daarna gaan we met andere partijen in discussie. Klik in het menu boven aan de pagina op 'Komend seizoen' voor meer informatie over deze vervolgavonden.
Meer info Er is voor de afdelingen geen mogelijkheid meer om betaald door het project een eenmalige activiteit te organiseren. Wel is er de mogelijkheid voor een waterdebat. Is er bij jou in de buurt behoefte aan zo'n debat over waterbeheer en de rol van agrarische jongeren daarin? Neem dan contact op met je afdelingsbestuur of met de projectcoördinator van 'Duik in water!': Nicolaas van Everdingen, 030-2769863, [email protected]
http://www.duikinwater.nl/ (1 van 2)31-5-2005 15:27:58
NAJK - Activiteiten
Duik in water! wordt mede mogelijk gemaakt door:
●
LNV
●
Rabobank
●
VROM
●
KNHM
●
VEWIN
●
Provincie Noord-Holland
●
Provincie Zuid-Holland
VSB-fonds
Download hier de eerste Duik in water! krant: Download: Duik in water! krant.pdf (1244 Kb)
http://www.duikinwater.nl/ (2 van 2)31-5-2005 15:27:58
●
NAJK - Agrarisch waterbeheer
Duik in Water! Waterstandpunten Agrarisch waterbeheer Krimpenerwaard Roosendaal Purmerend Helmond Haarlemmermeer Links
Agrarisch waterbeheer Boeren en tuinders zijn afhankelijk van goed waterbeheer. Droge voeten, voldoende én schoon water zijn van groot belang voor alle vormen van land- en tuinbouw. De waterschappen zijn verantwoordelijk voor het waterbeheer, maar ook boeren en tuinders kunnen op hun bedrijf bijdragen aan een goed werkend watersysteem door aan agrarisch waterbeheer te doen. Maatregelen die onder een Goede Landbouw Praktijk vallen worden agrarisch waterbeheer genoemd. De maatregelen op het eigen bedrijf kunnen te maken hebben met: • Te droge omstandigheden; • Te natte omstandigheden; • Verbetering van de waterkwaliteit; • Verzilting. Het eigen bedrijf heeft van het nemen van deze maatregelen voordeel. Voorbeeld is het zelf beheren van een stuw waardoor het (grond-)waterpeil optimaal is voor je bedrijfsvoering.
Blauwe diensten: geld voor water Als je iets extra’s doet, en een dienst aan de omgeving levert, spreek je van een zogenaamde blauwe dienst. Een voorbeeld van een blauwe dienst is het realiseren van piekberging bij hevige neerslag waarmee andere grondgebruikers (kassen, akkerbouw) in het gebied worden ontzien. De meest kansrijke vormen van blauwe diensten zijn: 1. Waterconservering. Het vasthouden van water om droge perioden te overbruggen. 2. Waterberging. Berging van neerslagpieken om wateroverlast binnen het eigen gebied of in andere gebieden te verminderen. 3. Waterlevering. Het leveren van schoon basiswater voor de drinkwaterwinning of gebruikswater voor andere watergebruikers (bijv. proceswater voor de industrie of spoel- en gietwater voor intensieve teelten). 4. Versterken van het landschap. Voorbeelden zijn peilverhoging in veenweidegebieden om maaivelddaling te verminderen en peilbeheer ten behoeve van verdrogingsbestrijding. 5. Afvalwaterverwerking. Het opvangen en zuiveren van afvalwater van bedrijven en bewoners uit de omgeving, o.a. met helofytenfilters. Denk ook aan het zuiveren van oppervlaktewater om als inlaatwater te gebruiken in verdroogde natuurgebieden.
Blauwe diensten of blauwe plichten? Stel een boer richt een bufferstrook in langs de sloot waardoor minder mest en bestrijdingsmiddelen in de sloot terechtkomen. Of een boer laat zijn land overstromen om ergens anders wateroverlast te voorkomen. Het zijn voorbeelden van maatregelen die door de maatschappij gevraagd kunnen worden, terwijl ze niet wettelijk verplicht zijn. Het zijn blauwe diensten, waarvoor boeren een vergoeding verdienen. Blauwe diensten kunnen een wezenlijke bijdrage leveren aan het bereiken van natuurdoelstellingen. En voor de boer is het een bron van neveninkomsten waardoor de voorlopers onder de boeren worden gestimuleerd. Blauwe diensten zijn dus een kansrijk instrument. Maar soms is het moeilijk om aan te geven welke maatregel iets extra's is voor de maatschappij en welke tot de Goede Landbouwpraktijk hoort. Een overstroming kan immers ook van nature voorkomen. Reinwater heeft een brochure gemaakt over blauwe diensten en over de grens tussen blauwe diensten (iets extra's) en blauwe plichten (wet- en regelgeving). Deze brochure is hier als
http://www.najk.nl/[email protected]&password=9999&groups=NAJK (1 van 2)31-5-2005 15:28:21
NAJK - Agrarisch waterbeheer
pdf te downloaden .
Wet van vraag en aanbod Boeren kunnen blauwe diensten leveren, maar er moet wel vraag naar zijn en blijven. Als de diensten bijdragen aan een duurzaam watersysteem, is het waterschap een vragende partij. Dat is het geval bij waterconservering, waterberging en het verbeteren van waterkwaliteit. Voor het leveren van schoon water zal een natuurbeheerder of drinkwaterbedrijf belangstelling hebben. Lokale omstandigheden en de soort blauwe dienst zijn bepalend voor de precieze invulling van een overeenkomst. De eerste overeenkomsten zijn inmiddels gesloten. Zo gaan boeren langs de Achterhoekse Stortelersbeek in de winter regenwater opvangen en bewaren tot de zomer, zodat de beek dan niet droogvalt. Omdat water zich zelden houdt aan perceelsgrenzen, zullen boeren voor het aanbieden van een blauwe dienst vaak moeten samenwerken, bijvoorbeeld in de vorm van een watercoöperatie. In enkele gebieden zijn inmiddels watermakelaars aan de slag gegaan om vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Deze zal ook een rol spelen bij het vaststelen van de hoogte van de vergoeding.
http://www.najk.nl/[email protected]&password=9999&groups=NAJK (2 van 2)31-5-2005 15:28:21
NAJK - Links
Duik in Water! Waterstandpunten Agrarisch waterbeheer Krimpenerwaard Roosendaal Purmerend Helmond Haarlemmermeer Links
Links water.pagina.nl: de startpagina voor water www.nederlandleeftmetwater.nl: Op deze site wordt uitgelegd waarom er nu precies een nieuw waterbeleid nodig is, wat er nieuw aan is, wie erbij betrokken zijn, hoe het er in de praktijk uit ziet. Unie van waterschappen www.uvw.nl: Hoe heet je waterschap en wat doet het voor je? www.geo-loket.nl/tophoogtemd.html: Hoe hoog woon ik? Tik je postcode in, en je krijgt een indicatie van de maaiveldhoogte van je eigen omgeving. Hoe diep zit het grondwater? www.waterindepeiling.nl www.watermanagement.be: Alles over stuwen die je zelf kunt bedienen en meer uit je grond halen. Fean-Wetter-Buorkje: naar een optimaal peil in de Friese veenweidegebieden Boeren met water: kan dat? Zuiver Water in de Bommelerwaard. Doordat boeren, tuinders en gemeenten milieuvriendelijker gaan werken, kan het waterwinbedrijf schoner water winnen voor de drinkwatervoorziening. Op deze site kunt je meer informatie vinden over de deelprojecten die onder 'Zuiver Water' vallen: Fruitteelt, Rundveehouderij, Glastuinbouw Vergoeding Agrarisch Randen Beheer als Blauwe dienst makkelijk verdiend Schoon Water: een sloot vol leven Tips voor schoon water en natuurvriendelijk slootbeheer. In drie stappen naar een gezonde sloot. 25.ooo m3/ha waterberging onder kassen
http://www.najk.nl/detail_page.phtml?act_id=267&userna...=9999&username=guest@najk.nl&password=9999&groups=NAJK31-5-2005 15:28:28