Ed Nijpels over Financiële garantie voor klanten. Consumentengedrag in crisistijd. Nationaal Meldpunt Ongewenst Huurdersgedrag Het verhaal van Annemarie van Gaal. Creditmanagers nemen stelling
CreditMind is een initiatief van GGN Incassospecialisten en Gerechtsdeurwaarders. November 2009, nummer 3.
1
GGN Detachering zorgt voor grip op uw debiteurenbeheer. Creditmanagement is onze core business. U richt zich liever op uw eigen kerntaak. Daarom helpt GGN Detachering u met tijdelijke krachten die uw financiële zaken op orde brengen. Professionals die zichzelf terugverdienen. Zij zorgen ervoor dat uw nota’s sneller worden betaald waardoor uw liquiditeitspositie verbetert. GGN Detachering helpt u graag vooruit. Door onze specialisten en de kennis van GGN beschikbaar te stellen, pakt u zaken direct aan en anticipeert u op toekomstige ontwikkelingen. GGN Detachering zorgt altijd voor de juiste match tussen specialist en organisatie. Zodat u meer grip krijgt op uw debiteuren. Meer weten? Bel Jacco Neurdenburg op 073-5181276 of kijk bij producten en diensten op www.ggn.nl.
d e t a c h e r i ng & c o n s u lt a nc y i n c r e d i t m a n a g e m e n t 2
www.ggn.nl
Gegarandeerd! Klanten krijgen altijd hun geld: ED NIJPELS
Hoe moeten gerechtsdeurwaarders omgaan met het geld van hun klanten en wat zijn hun verantwoordelijkheden? Ed Nijpels gaat in op de werkwijze van het Garantiefonds Gerechtsdeurwaarders.
>>> 4
De harde les van de financiële crisis: van professor Fred van Raaij
De samenleving leert snel. Onzekerheid over de toekomst zet aan het denken. De consument houdt de hand meer op de knip. Ook het Nibud geeft haar visie op het veranderen van betaalgedrag.
>>> 6
Werkportret Marten-Jan Talens (P. 9 ) Nieuw: de stelling (P.10 ) Kom naar CreditView (P. 13 ) Pilar Puts, vrouw in creditmanagement (P. 14 ) Sponsor jeugdopleiding FC Omniworld (P.20 ) Zo betaalt… Ron Jans (P. 22 ) en het Laatste Woord van Henk Keizer met een opmerkelijke visie op betaalgedrag (P. 23 )
Nationaal meldpunt ongewenst huurdersgedrag: risicoanalyse
Slapeloze nachten over huurders met probleemgedrag leidde tot het Nationaal Meldpunt Ongewenst Huurdersgedrag. Wilt u weten wat u in huis haalt?
>>> 13
Besef uitzichtloosheid nodig voor ander betaalgedrag: Annemarie van Gaal Annemarie van Gaal is met vallen en opstaan een succesvol ondernemer geworden. Met die ervaringen en met haar managerskwaliteiten helpt zij mensen die de regie hebben verloren en in financiële nood verkeren.
>>> 16
Gedreven voorzitter internationale belangenorganisatie: Leo Netten Leo Netten, GGN’er van het eerste uur, is voorzitter geworden van de UIHJ. Deze organisatie behartigt wereldwijd de belangen van gerechtsdeurwaarders in 73 landen. “Daar zit je dan als gerechtsdeurwaarder uit Tilburg anderhalf uur te praten met de Russische minister van Justitie.”
>>> 18
C
Gegarandeerd! Klanten krijgen altijd hun geld Gerechtsdeurwaarders die zijn aangesloten bij het Garantiefonds Gerechtsdeurwaarders moeten aan zulke strenge eisen voldoen dat de kans op financiële problemen te verwaarlozen is. In de tien jaar dat het fonds bestaat, hebben de deelnemers nooit bij hoeven te springen bij gerechtsdeurwaarders die niet aan hun verplichtingen konden voldoen. GGN is een van de deelnemers die zijn klanten een financiële garantie geeft. Gerechtsdeurwaarders incasseren geld voor hun klanten en zetten dat op een derdenrekening, een zogenoemde kwaliteitsrekening. Zij beheren dit geld, maar het is niet hun eigendom. Daarom moet het strikt gescheiden blijven van de financiële middelen, waarmee het kantoor werkt. Door het apart te houden, is het geld beschermd tegen oneigenlijk gebruik en een mogelijk faillissement. Hoe gerechtsdeurwaarders moeten omgaan met geld van hun klanten en wat hun verantwoordelijkheden zijn, is vastgelegd in een formele regeling. Het Bureau Financieel Toezicht (BFT) controleert de naleving en het beheer van de derdengelden. Extreem hoge eisen Twee recente faillissementen hebben duidelijk gemaakt dat 4
de verleiding groot kan zijn om het geld van klanten ‘even’ aan te spreken om financiële problemen van het kantoor ‘tijdelijk’ op te lossen. Een faillissement is gelukkig een uitzondering, maar in 2008 stonden 48 gerechtsdeurwaarders onder oplettend toezicht en 17 onder verscherpt toezicht. Dat is 15 procent van alle Nederlandse gerechtsdeurwaarders. Waaronder geen enkel lid van de Stichting Garantiefonds Gerechtsdeurwaarders (SGG). Het geeft in ieder geval aan dat alle 375 gerechtsdeurwaarders goed in de gaten worden gehouden. De gerechtsdeurwaarders die zijn aangesloten bij het Garantiefonds Gerechtsdeurwaarders doen wat de naam zegt: zij garanderen hun klanten dat zij onder alle omstandigheden hun geld krijgen. Ook als het
onvoorstelbare gebeurt en een aangesloten kantoor failliet gaat. De gedupeerden worden dan niet betaald uit een soort stroppenpot, waaraan zij zelf ook moeten bijdragen zoals bij het Garantiefonds Reisgelden. In geval van nood springen alle aangesloten gerechtsdeurwaarders bij en betalen gezamenlijk ‘uit eigen kas’ de derdengelden uit. Die verplichting verklaart waarom het Garantiefonds extreem hoge eisen stelt aan de deelnemers. Zij moeten altijd over voldoende geld beschikken om in geval van nood aan de financiële verplichtingen te kunnen voldoen. De belangrijkste criteria zijn: 125 procent van de derdengelden moet liquide zijn; de solvabiliteit moet 30 procent van het balanstotaal zijn; het privévermogen van gerechtsdeurwaarders moet positief zijn.
De financiële positie van de deelnemers wordt gecontroleerd aan de hand van hun jaarverslagen. Daar bovenop krijgen zij periodiek bezoek van de accountant van het Garantiefonds die de specifieke verplichtingen toetst. “Het is in al die jaren slechts één keer voorgekomen dat wij een deelnemer hebben moeten uitsluiten.”
Ed Nijpels, voorzitter Garantiefonds Gerechtsdeurwaarders
‘Wij houden heel streng de hand aan de eisen’
“De eisen zijn bewust heel scherp gesteld, omdat we er blind van op aan moeten kunnen dat gerechtsdeurwaarders onder alle omstandigheden voor elkaar kunnen instaan. We moeten de klanten van de deelnemers absolute zekerheid geven. Daarom houden wij heel streng de hand aan de eisen,” zegt drs. Ed Nijpels, voorzitter van het Garantiefonds Gerechtsdeurwaarders. “Kandidaten die zich aanmelden, komen in de wachtkamer en kunnen de wachtkamer via de achter uitgang verlaten als zij niet op alle punten voldoen aan de criteria. Dat wil niet zeggen dat het dus een onbetrouwbaar of slecht kantoor is.” De doelstelling van het Garantiefonds is niet alle gerechtsdeurwaarders binnenhalen. “Dat kan alleen als we onze eisen zouden matigen en, nogmaals, dat zijn
we beslist niet van plan,” zegt Nijpels. “Dat zou ook de consequentie zijn als het Garantiefonds zou worden ondergebracht bij de KBvG (de brancheorganisatie waarbij alle gerechtsdeurwaarders zijn aangesloten – red). Ons eerste doel is zekerheid bieden aan alle klanten van de aangesloten gerechtsdeurwaarders. We proberen wel zoveel mogelijk deurwaarders te interesseren, want dat betekent een gezonde beroepsgroep.”
Het Garantiefonds Gerechtsdeurwaarders bestond in april 2008 10 jaar. De oprichting was een particulier initiatief van twee gerechtsdeurwaarders en een accountant. “Het is een goed voorbeeld van een branche die de eigen verantwoordelijkheid neemt voor een belangrijk onderdeel van hun werk. Het fonds voldoet uitstekend. Ons toezicht is scherper dan dat van het Bureau Financieel Toezicht. Dat hoort bij de dubbele functie die gerechtsdeurwaarders hebben. Zij vervullen een openbaar ambt waarin zij de staat vertegenwoordigen bij de rechtshandhaving en zij zijn vrije ondernemers. Dat vrije ondernemerschap is in Nederland historisch gegroeid. Waarom zou je dat veranderen? Het systeem is betrouwbaar en werkt goed.”
Particulier initiatief Alle deelnemers betalen een toetredingssom die bestaat uit een vast bedrag – vijfduizend euro – en een variabel bedrag dat afhangt van het gemiddelde saldo aan derdengelden, met een maximum van 25.000 euro. Dat saldo bepaalt ook hoeveel een deelnemer moet bijstorten in geval van nood. 5
C
De Nederlandse consument is in de crisistijd beter gaan betalen. In 2008 was de score in de Betaal Gedrag Index van GGN 76*. Dit jaar is die gestegen tot 78*. Een verrassende ontwikkeling of logisch gedrag bij economische tegenwind? Wapent de consument zich tegen slechtere tijden door meer te sparen en minder uit te geven? Is betaalgedrag te beïnvloeden en wat komt daarbij kijken? Vragen die we voorlegden aan professor dr. Fred van Raaij, hoogleraar Economische Psychologie aan de Universiteit van Tilburg.
de harde les van de finan
Fred van Raaij: ‘We krijgen van thuis niet meer mee dat we geen schulden mogen maken’ 6
Een financiële crisis heeft ook een psychologisch effect op mensen. Het dalende consumentenvertrouwen, financiële instellingen die failliet gaan, de overheid die moet bijspringen om banken overeind te houden, werkgelegenheid die blijkt te kunnen dalen, huizen die opeens heel lang in de verkoop staan en in prijs kunnen dalen – het zijn stuk voor stuk signalen die ons ervan bewust maken dat welvaart niet vanzelfsprekend is en kan omslaan in onzekerheid over de eigen toekomst. “Een harde les voor de generatie van zondagskinderen die tot de ontdekking komt dat het maandag is geworden,” zei een financieel analist in een radioprogramma. “Een deel van de mensen houdt er bewust of onbewust rekening
nciËle crisis mee dat zij door de crisis in inkomen achteruit gaan of hun baan kunnen verliezen. Zij stellen grote aankopen even uit; verhuizen maar even niet; leggen meer geld opzij; gaan wel met vakantie, maar blijven in eigen land. Zij doen wat de overheid graag wil dat ze doen: een buffer opbouwen voor slechte tijden,” zegt professor dr. Fred van Raaij. “In onderzoeken geven consumenten aan dat zij pessimistischer zijn over de landelijke economie dan over hun eigen financiële positie. De eigen positie is bepalend voor het gedrag van consumenten. Het consumentenvertrouwen dat het CBS meet, betreft het vertrouwen in de landelijke economie én in de eigen situatie. Indexen als het Consumentenvertrouwen en de Betaal Gedrag Index van GGN bestaan dus uit meerdere componenten. Dat roept de vraag op: kan één getal wel de hele waarheid uitdrukken? Het is een gemiddelde van een aantal onderliggende vragen. Minstens zo interessant zijn de uitkomsten van die onderliggende vragen apart.” Minder geld voor de economie Als economisch-psycholoog signaleert Van Raaij een discrepantie in wat de overheid doet. Zij voert campagne om de consument duidelijk te maken dat rood staan onverstandig, want duur, is en dat
‘Een harde les voor de generatie van zondagskinderen die tot de ontdekking komt dat het maandag is geworden’ lenen en op afbetaling kopen veel geld kost. Zij moedigt sparen aan. “Dat is begrijpelijk vanuit maatschappelijk oogpunt. Maar als iedereen doet wat de overheid vraagt en meer gaat sparen, komt er nog minder geld beschikbaar voor de economie en houdt de crisis langer aan. Er moet een omslag komen. Mensen moeten weer durven geld uit te geven. Dat moment lijkt er aan te komen, nu het consumentenvertrouwen licht begint te stijgen en de AEX weer stijgende is. Maar dat optimisme zal nog flink op de proef worden gesteld, omdat we pas volgend jaar en in 2011 de echte effecten zullen voelen van de overheidsbezuinigingen.” Van Raaij is betrokken bij het onderzoek Publieksmonitor Wijzer in Geldzaken dat onder auspiciën van Platform CentiQ wordt uitgevoerd. Daaruit blijkt dat een kwart van de Nederlanders zijn financiële situatie in het afgelopen jaar heeft zien verslechteren. Een zorgwekkende conclusie is dat veel Nederlanders weinig feitelijke kennis hebben over hun financiële situatie. Dat gegeven in combinatie met
optimisme over de toekomst is een risico. Het onderzoek toont aan dat mensen die meer financiële kennis hebben, minder financiële problemen kennen, zoals betalingsachterstanden. Ze zijn ook beter in staat eventuele toekomstige tegenslagen op te vangen. “Het probleem zit vooral in de lagere segmenten, bij lager opgeleiden, de lagere inkomens en zestig plussers,” zegt Van Raaij. “Dat gebrek aan kennis uit zich bijvoorbeeld in rood staan zonder te beseffen dat het geld kost en de financiële problemen vergroot. Meer dan de helft weet niet welk rentepercentage banken hanteren voor rood staan of hoe hoog de rente op een persoonlijke lening of creditcard is. Zij zijn door gebrek aan kennis makkelijk te misleiden met aanbiedingen als nu kopen en later betalen. Zij leggen de kredietlimiet op het bankafschrift uit als een extraatje, als een toestemming van de bank om dat geld uit te geven. Als de problemen hen boven het hoofd groeien, maken ze de post niet meer open en hebben ze dus geen aanmaningen. In het ergste geval compenseren ze hun ongenoegen door nieuwe dingen te kopen. We hebben in eerder onderzoek diepte-interviews gehouden met deelnemers, omdat we niet alleen uit wilden gaan van de zelfrapportage. Aan die bijeenkomst namen ook budgetanalisten deel. Tijdens de tweede bijeenkomst kreeg het gesprek een totaal ander karakter: de mensen stelden vragen over hun eigen situatie aan de budgetanalisten.”
‘Mensen met meer financiële kennis kennen minder financiële problemen’ Betalingsgedrag veranderen Gevraagd naar een verklaring zegt Van Raaij: “We worden niet meer opgevoed volgens het principe van jong geleerd, oud gedaan. Mensen krijgen van thuis niet meer mee dat zij geen schulden mogen maken en dat zij een hypotheek behoren af te lossen. Die betalingsmoraal is geen gemeengoed meer. Je kunt van ouders die hun financiële zaken niet goed op orde hebben, niet verwachten dat zij hun kinderen goed leren omgaan met geld. Schuld maken - wordt ons voorgehouden - is verstandig, want het levert fiscaal voordeel op. Ja, je kunt het betalingsgedrag veranderen als je maar voort durend en consequent wijst op de risico’s. Op de grote gevaren van meer uitgeven dan er in komt. Je ziet nu toch dat de consumptieve kredieten niet meer zo stijgen als we de laatste jaren gewend waren.” Scholen kunnen een belangrijke rol spelen en kinderen leren omgaan met geld. Eén van de vestigingen van GGN heeft echter ervaren dat scholen weinig belangstelling hadden voor gastlessen op dit gebied, omdat het hun functie niet was. Dat verbaast Van Raaij: “Wie moet het dan doen als de ouders het niet kunnen?” >
* De Betaal Gedrag Index geeft het actuele betaalgedrag van consumenten weer. Jaarlijks wordt de index geactualiseerd aan de hand van het onderzoek “Zo betaalt Nederland”. 7
C
NIBUD:‘Niet verbieden maar weerbaar maken’ Informatie en voorlichting werken preventief. Het maakt mensen bewust van de risico’s die verbonden zijn aan het omgaan met geld. Kennis en vaardigheden zijn niet in alle gevallen voldoende om het bestedingsgedrag daadwerkelijk aan te passen. “Begeleiding bij schuldsanering moet erop gericht zijn de financiële zelfredzaamheid te bevorderen,” zegt Marion Weijers, budgetadviseur bij het Nibud, het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting. Onderzoek van het Nibud bevestigt de bevindingen van de Betaal Gedrag Index (BGX): een financiële crisis maakt mensen voorzichtig. Zij zijn onzeker over de toekomst, bang voor ontslag of een terugval in hun inkomen. Ze zijn zich bewust van de risico’s en zijn bewuster met geld bezig. Als je opgegroeid bent in een hoogconjunctuur, dan ben je niet gewend je bestedingspatroon drastisch aan te passen. Marion Weijers: “Ons advies in deze onzekere tijd is een buffer aan te leggen om de eerste klappen te kunnen opvangen als je bijvoorbeeld werkloos wordt. Dan ontstaan er onvermijdelijk aanpassingsproblemen. Je moet een ander evenwicht zien te vinden tussen inkomen en uitgaven. De uitkering laat even op zich wachten en rekeningen blijven noodgedwongen liggen. Er is nog geen sprake van een schuldprobleem. Je hebt alleen even tijd nodig om je in te stellen op een nieuwe financiële situatie.” Uitzichtloze financiële problemen Voorlichting en informatie schieten te kort als er sprake is van uitzichtloze financiële problemen. De schuld saneren is één deel van de oplossing. De financiële zelfredzaamheid bevorderen is minstens zo belangrijk om het bestedingsgedrag blijvend te veranderen en te voorkomen dat mensen later weer in oude bestedingspatronen vervallen. Marion Weijers: “Door budgetbegeleiding leren mensen financieel zelfredzaam te zijn. Vaak betekent dit dat er gedragsverandering nodig is. Hiervoor moet men de kennis, de vaardigheden en het inzicht hebben hoe om te gaan met geld. Denk bijvoorbeeld aan leren automatisch te betalen. Zelf een schuldeiser durven bellen als ze een rekening even niet kunnen betalen om de situatie uit te 8
leggen en een oplossing te zoeken. Of kijken naar mogelijkheden zoals speciale toeslagen of bijstand waar je recht op hebt. Om het gedrag blijvend te veranderen, moet je een laagje dieper gaan. Vaak liggen er normen en overtuigingen ten grondslag aan bepaald risicogedrag: ‘iedereen moet een auto kunnen rijden’; ‘alleen ‘losers’ vragen bijstand aan’; ‘mijn kinderen moeten het beter hebben dan ik’; ‘ik heb recht op vakantie’. Speciale aandacht voor jongeren Het Nibud besteedt speciaal aandacht aan jongeren, omdat een grote groep veel schulden heeft. Onderzoek van het Nibud wijst uit dat kinderen die vroeg leren omgaan met geld later minder in de financiële problemen komen. “De oplossing is niet een verbod op geld lenen. Daardoor zou je bijvoorbeeld de studiefinanciering onmogelijk maken. Lenen is niet erg, teveel geld lenen wel. Het heeft veel meer zin om jongeren met geld om te leren gaan. Je moet ze leren nadenken over de vraag: past deze lening wel in mijn budget en kan ik hem terugbetalen? Je moet ze vooral weerbaar maken voor al die verleidingen die veel geld kosten.” Voor scholen heeft het Nibud een speciale toneelvoorstelling opgezet die ‘De verleiding’ heet. De belangstelling daarvoor is groot. Zie voor het berekenen van de buffer, het nieuwe inkomen en de risicometer: www.nibud.nl Marion Weijers is auteur van het boek ‘Geld en gedrag, budgetbegeleiding voor de beroepspraktijk’
Baliemedewerker in de praktijk
‘We willen dat mensen zich hier op hun gemak voelen’ “Het simpele feit dat mensen in financiële problemen zijn geraakt, maakt ze natuurlijk geen crimineel. U en ik kunnen ook in zo’n situatie verzeild raken. Daarom behandelen wij onze debiteuren zonder vooringenomenheid. We ontvangen ze als klanten aan een open balie, zonder veiligheidsglas. Zolang ik hier werk - bijna vier jaar - heb ik slechts twee escalaties meegemaakt. We willen dat mensen zich hier op hun gemak voelen. Dat helpt om een constructief gesprek te voeren. Ook al gaat dat bijna altijd over de laatste kans in een problematische situatie.
maanden later had zij een baan. De schulden zijn afgelost. Ik kan niet precies beredeneren waarom ik vertrouwen in haar had. Zo’n aanbod doe je met de ervaringen die je hebt opgedaan, maar je doet het voor een deel ook op gevoel.”
Met onze balie laten we zien dat wij de sociale kant van ons werk belangrijk vinden. Wij zijn geen callcenter dat debiteuren met maar één argument bestookt: u moet betalen, want u moet betalen. Uitleggen en voorlichting geven vinden wij een belangrijk onderdeel van ons werk. Mensen die de moeite nemen om naar kantoor te komen doen dat vaak, omdat zij niet goed begrijpen wat er aan de hand is. Ze hebben vragen, over hun dossier of over de procedure. Ze willen hun verhaal kwijt of gewoon even stoom afblazen. Die gelegenheid bieden wij, maar we zijn altijd duidelijk over wat onze opdracht is: een gerechtelijk vonnis uitvoeren. Het zijn meestal situaties met een grote impact op de debiteur: de energie wordt afgesloten of er komt een huisuitzetting aan. Wij bieden in een slepende procedure de laatste kans om te betalen. We maken dat nog eens extra duidelijk door de mensen naar kantoor te laten komen voor een gesprek. Ze moeten ook stukken meenemen die informatie geven over hun situatie. Als ze komen en ze hebben loonstrookjes en bankafschriften bij zich dan weet je dat ze mee willen werken. Als de debiteur die gelegenheid niet benut, dan is dat wat ons betreft ook goed. Een persoonlijk gesprek heeft geen vrijblijvend karakter. Het benadrukt veel meer de ernst van de situatie dan het zoveelste briefje dat ze vaak ongeopend meenemen. Wij voeren dat gesprek vanuit de filosofie dat we niet boven de partijen staan, maar doen wat we kunnen om tot een oplossing te komen. We gaan daarin heel ver, maar we zijn geen schuldhulpverlener die cliënten bij de hand neemt en een oplossing voorkauwt. Het grote verschil is dat wij hier zitten om geld te incasseren voor onze opdrachtgevers en dat we aan het einde van de dag resultaten hebben geboekt. Wat in dit werk een prettig gevoel geeft, is een debiteur die zijn hele schuld in één keer betaalt bij een lang slepende en ingewikkelde vordering. Het geeft ook voldoening als je iemand wakker weet te schudden en die vervolgens de situatie aanpakt. Ik heb ooit te maken gehad met een vrouw met drie kleine kinderen, geen werk en de dreiging van een afsluiting van de energie. Ik heb heel lang met haar gesproken. Ik heb haar toen bewust een allerlaatste kans geboden: zoek werk, zorg voor je kinderen, tref een betalingsregeling en los je schulden af. Als jij dat doet dan regel ik dat je niet wordt afgesloten. Maar stel me niet teleur. Twee
Marten-Jan Talens (30 Jaar) Vier jaar werkzaam bij GGN Swier & Van der Weijden, Amsterdam, waarvan acht maanden als teamcoördinator GGN zaken/incassobureaus 9
C
tegen-stelling
Onze klanten be De financiële crisis maakt Nederlanders voorzichtiger met hun geld. Zij kopen minder op afbetaling en sparen meer voor grote uitgaven. Uit de Betaalgedrag Index (BGX) van GGN, een onderzoek onder tweeduizend Nederlanders, blijkt dat consumenten nu beter betalen dan een jaar geleden. De index steeg van 76 naar 78. Het bedrijfsleven merkt dat afnemers zich beter aan de betaaltermijn houden. Een reactie uit de praktijk van creditmanagement op de stelling: De recessie maakt Nederlanders voorzich tiger. Zij gaan minder snel schulden aan, zijn prijsbewuster en terughoudender in hun uitgaven. Ik merk dat: onze klanten betalen beter. Rick Terra
Credit & Risk Manager bij Anheuser-Busch InBev Nederland “De vraag is: betalen klanten beter omdat wij veel meer tijd en energie steken in debiteurenbeheer of is er sprake van een daadwerkelijk beter betaalgedrag? Ik weet het niet. Wij zitten in de b-to-b-markt, in de horeca en de retail. Bij retail hebben we te maken met duidelijke afspraken over betalingstermijnen die ook onderdeel zijn van de onderhandelingen. De horeca heeft te maken met het probleem dat financiering van deze branche nooit populair is geweest bij banken. In deze periode is dat helemaal een probleem. Als dan ook de omzet daalt, ja, dan klopt een aantal horecaondernemers bij ons als leverancier aan voor de financiering. Maar onze focus ligt op het produceren en verkopen van bier en niet op de rol van bankier. Daarin zijn we zeer kritisch. InBev stuurt strak op cash. We hanteren kortere betalingslijnen die we strikt handhaven. Daardoor kunnen klanten – in het uiterste geval – sneller in het incassotraject komen. We hangen sneller en vaker aan de telefoon bij klanten om hen aan te manen. Debiteurenbeheer is niet meer de verantwoordelijkheid van alleen de financiële afdeling, maar van de hele organisatie. Sales is daarvan een integraal onderdeel geworden. Accountmanagers krijgen een signaal indien een klant niet betaalt. Zij hebben direct toegang tot het debiteurensysteem en zijn dus altijd op de hoogte van de status van de klant. Zij kunnen in een indringend gesprek met de klant duidelijk maken dat het zijn laatste kans is om te betalen en dat er anders maatregelen volgen. Dat zijn voor salesmensen lastige gesprekken, maar het werkt wel. Die aanpak begint geld op te leveren. Door de kredietcrisis groeit het besef dat betalingen een gezamenlijke verantwoordelijkheid moeten zijn.” 10
Robert Willemse
Verantwoordelijk voor het financiële beleid van Van Werven in Oldebroek (gespecialiseerde dienstverlening op het gebied van grondwerken, weg- en waterbouw, afvalinzameling en recycling, energie en grondstoffen) “We slagen erin de betalingsproblemen binnen de perken te houden. We hebben een paar tegenvallers gehad, maar die vielen mee. We hoeven niet naar de bank voor aanvullend kapitaal. Maar dat is vooral het resultaat van onze eigen inspanningen en maatregelen. Wij zijn al heel vroeg, voordat de crisis begon, in actie gekomen. We voorzagen problemen door wat er bij ons en om ons heen gebeurde. Minder offertes, meer en langere discussies over de prijzen en de gunning, minder grote projecten, waardoor wij verwachtten dat er minder kantoren, huizen en infrastructurele werken gebouwd zouden worden. We hebben die ontwikkelingen geanalyseerd en een aantal dingen gedaan. We maken meer financiële rapportages voor directie en bedrijfsleiders met onder andere een wekelijkse rapportage over het werkkapitaal en een liquiditeitsprognose voor de komende acht weken. We zien ruim op tijd hoe de cash flow zich ontwikkelt. We houden de betaaltermijn strak in de gaten. Net als de voorraden, het werkkapitaal en de termijnen van crediteuren. We hebben extra mankracht aangetrokken voor debiteurenbeheer die een duidelijke opdracht hebben: zoveel mogelijk geld op tijd binnenhalen. Nieuwe relaties worden extra gescreend, want wellicht betalen ze een ander niet en komen ze nu bij ons. Het kost weliswaar meer tijd en geld om je geld te krijgen, maar als we die inspanningen niet hadden gedaan, dan hadden we misschien meer tegenvallers gehad. We hebben onze klanten beoordeeld. De directie en bedrijfsleiders hebben gesproken met klanten. Bij een aantal had het zin om te helpen; voor andere waren we helaas te laat. Bij één klant bijvoorbeeld zagen we de betaaltermijn langer en langer worden. Op hun parkeerterrein stonden steeds meer van hun eigen auto’s stil. We hadden onze spullen nog niet weggehaald of de curator deed het hek op slot. De klanten kijken niet gek op van een gesprek. Ze willen zelfs praten, omdat zij in dezelfde situatie verkeren als wij en open staan voor een constructieve aanpak.”
talen beter...
Martin van Bendegom
Manager Kredietrisicomanagement bij Rabobank Eindhoven-Veldhoven “Als ik kijk naar onze financiële rapportage over het tweede kwartaal van dit jaar dan kan ik de stelling beamen. Er is minder achterstand met hypotheekbetalingen en de overstand op consumptieve financiering is met een procent of twintig gedaald. Die is zelfs lager ten opzichte van hetzelfde kwartaal in 2008. Daar is sprake van een structurele daling. Je kunt dus zeggen dat klanten beter hun best doen om op tijd te betalen. Voor hypotheken geldt dat mensen een dak boven hun hoofd belangrijk vinden en bereid zijn daarvoor op andere uitgaven te bezuinigen. De keerzijde is een toename van het aantal mensen dat een beroep doet op de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen. Er is dus een groeiende groep die het einde heeft bereikt van de bezuinigingsmogelijkheden en dit kennelijk als enige uitweg ziet om verder te kunnen gaan. Het beleid van de bank ten aanzien van betalingsachterstanden is niet anders, niet scherper, dan voor de crisis. We krijgen wel meer signalen over de financiële situatie van klanten. Daar wordt over het algemeen adequaat op gereageerd. Drastische maatregelen zijn niet nodig. Zeven dagen na het overschrijden van de kredietlimiet sturen wij de klant een brief, waarin wij herinneren aan de verplichting om het saldotekort aan te zuiveren. We bieden een aantal mogelijkheden aan voor het geval hij even krap zit. Dat kan onder bepaalde omstandigheden een extra krediet zijn, extra tijd of, in het uiterste geval, een betalingsregeling. Meestal wordt gebruik gemaakt van een van de oplossingen. Met resultaat, want het aantal probleemgevallen dat uiteindelijk bij de gerechtsdeurwaarder terecht komt, blijft gelijk. Ik denk dat de huidige situatie mensen bewust maakt van de prioriteiten in hun uitgavenpatroon. Het betaalgedrag wordt ook beïnvloed door een maatschappelijke tendens: steeds meer bedrijven gaan er sneller toe over klanten met schuld aan te melden bij het Bureau Kredietregistratie. Tot voor kort gebeurde dat voornamelijk door financiële instellingen bij ernstige betalingsachterstanden. Nu zie je dat bijvoorbeeld telecombedrijven daar al toe overgaan voor kleinere schulden. Daar gaat een behoorlijke preventieve werking van uit.”
Marcus van Engelsdorp Gastelaars MBA
Manager Huuradministratie en huurincasso bij woningcorporatie Staedion, Den Haag (32.000 woningen in Den Haag en omgeving) “Uit onze laatste cijfers blijkt dat het aantal huurders met een betalingsachterstand iets daalt. Het aantal ontruimingen blijft stabiel. Of dat betaalgedrag een gevolg is van de financiële crisis en de stelling bevestigt, is niet bewezen. Uit recent, onafhankelijk onderzoek blijkt wel dat er een belangrijk verschil is met de voorgaande crises: toen was er sprake van een na-ijleffect en groeide na een maand of negen de groep mensen die in aanmerking kwamen voor een uitkering of bijstand. Je merkt die gevolgen nu meteen. Dat is voor ons een belangrijk gegeven, omdat de kans op een huurschuld toeneemt als er een gat in het inkomen valt. Staedion is rechtlijnig als het om de huur gaat: iedereen moet huur betalen. Ons incassobeleid is op een sociale leest geschoeid. Tenminste voor huurders die altijd netjes hebben betaald en onverwacht in de problemen zijn gekomen. We zijn dat niet voor recidivisten die keihard ‘nee’ zeggen op alles wat wij voorstellen. Als het tot een ontruiming komt, dan kun je er zeker van zijn dat wij ons uiterste best hebben gedaan om dat te voorkomen. Hierbij maken wij ook gebruik van externe partijen, waarmee Staedion convenanten heeft afgesloten zoals het GKB, GSD en maatschappelijk werk. Ons uitgangspunt is dat we liever een langer lopende regeling treffen, die mensen in staat stelt hun huur alsnog te betalen, dan een actie op de korte termijn. De ervaring leert dat het vaak moeilijk is die na te komen. We reageren nu direct op huurders die nooit schuld hebben gehad en die opeens achterblijven met betalen. Daar gaan we mee praten. Ook om te achterhalen of er meer schulden zijn. De eerste reactie is meestal defensief: nee, er is echt niets aan de hand… Maar als je doorvraagt en het vertrouwen hebt gewonnen dan ontdek je meestal dat er wel degelijk sprake is van problemen. Daarvoor proberen we gezamenlijk een oplossing te vinden. Sociaal wil ook zeggen dat we rekening houden met de omstandigheden. We laten ons leiden door wat nodig is en niet door de mensen die het hardste schreeuwen. De ervaring leert dat zij vaak bezig zijn het ene gat met het andere te dichten en een betalingsregeling niets oplost.” 11
C
>>> De grote gevolgen van een kleintje Gezinsuitbreiding is duurder dan ouders denken. Na de komst van de kleine staan gezinnen vaker rood, nemen de betalingsachterstanden toe en wordt geld van de spaarrekening opgenomen. Dit komt ook voor bij gezinnen die voordien geen financiële problemen hadden. 60 procent heeft zich niet goed voorbereid op de financiële gevolgen van de geboorte.
Bijna 70 procent van de ouders had voor de komst van kinderen geen geldproblemen als roodstand en betalingsachterstanden. Na de gezinsuitbreiding komt 43 procent goed rond. Ouders zijn door de geboorte meer bezig met geldzaken dan ze gewoon waren. 70 procent vindt dat zij hun financiën meer moeten plannen door de komst van kinderen. Het merendeel van de ouders met een inkomen tot 1.800 euro netto per maand geeft aan dat zij per maand 50 tot 100 euro meer uitgeven. Er wordt meer geld besteed aan kinderopvang, energie, kleding en uitstapjes. Bij de geboorte van het eerste kind mindert 40 procent van de ouders met werken en 14 procent stopt volledig. Mannen gaan terug van 39 naar 37 uur; vrouwen van 23 naar 15 uur. Bij ruim 50 procent van de ouders gaat degene die het minst verdient minder werken.
Het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) heeft onderzoek gedaan naar de financiële gevolgen van gezinsuitbreiding. Daaruit blijkt dat bij ruim de helft van de gezinnen het besteedbare maandinkomen met honderden euro’s daalt na gezinsuitbreiding. De uitgaven stijgen met een vergelijkbaar bedrag. Een kwart van de ouders vindt dat de kosten van de gezinsuitbreiding hoger zijn dan ze hadden verwacht.
>>> Via bankafschrift meer inzicht in financiële situatie ING voert een proef uit, waarbij een digitaal huishoudboekje is gekoppeld aan de betaalrekening. Bij- en afschrijvingen worden ondergebracht in een aantal categorieën, zoals boodschappen, wonen en reizen. Het resultaat is dat de klant inzicht krijgt in zijn uitgavenpatroon en in één oogopslag ziet hoe hij er financieel voor staat. Voor Tim, zoals het project heet, werkt de bank samen met CentiQ, Wijzer in geldzaken met het doel goed financieel beheer bij Nederlanders te stimuleren. Aan de proef nemen vijfhonderd klanten deel. In het najaar worden de resultaten bekend gemaakt. Dankzij Tim kunnen klanten volgens de bank betere en slimmere financiële keuzes maken. Zodra klanten hebben ingelogd, weten ze of ze over het budget heen gaan, of ze nog ruimte hebben om leuke dingen te doen of dat er genoeg gespaard is voor bijvoorbeeld de verbouwing. Tim houdt alles automatisch bij, zonder dat de klant er iets voor hoeft te doen. Als de klant dat wil, verstuurt Tim email alerts als het budget of saldo onder een bepaald punt komt. Een andere mogelijkheid is het eigen uitgavenpatroon te vergelijken met dat van andere Nederlanders. 12
>>> Afwachten of anticiperen? CreditView geeft het antwoord De huidige economische situatie vraagt om een duidelijke koersbepaling. Dat is glashelder. Maar vaart u de afwachtende of juist de doortastende koers? Tijdens CreditView, het jaarlijkse congres van GGN, geven gerenommeerde autoriteiten zoals econoom en kabinetsadviseur Sylvester Eijffinger, Leen Zevenbergen, schrijver van het Managementboek van het jaar 2007 en Maarten van Rossem hun visie op de huidige en toekomstige economische situatie. De dagvoorzitter is Frits Wester.
Frits Wester
zijn nu niet meer afdoende. Niks doen en afwachten lijkt geen optie. Wordt CreditManagement CreditOndernemen? CreditView zet op 26 november de bakens uit. Aan u om de koers te bepalen! CreditView richt zich op directie en (credit) managers van grote Nederlandse ondernemingen en (semi) overheid. Kijk op www.creditview.ggn.nl voor meer informatie.
CreditView biedt praktische handvatten voor gerichte actie. Managementmodellen van gisteren
>>> GGN stapt in Nationaal Meldpunt Ongewenst Huurdersgedrag GGN biedt verhuurders twee bronnen voor informatie die nuttig is om een betrouwbare risicoanalyse te kunnen maken van nieuwe potentiële huurders. Check Sociaal, dat zich specifiek richt op het betaalgedrag en sinds kort het Nationaal Meldpunt Ongewenst Huurdersgedrag, dat meer vormen van schadelijk wangedrag registreert in een databank. Doel is niet probleemgevallen weren voor verhuur, maar een gelegenheid creëren om vooraf afspraken met huurders te maken om problemen te voorkomen. Check Sociaal is een product van GGN dat is ontstaan uit de praktijk van incassowerk voor 150 woningcorporaties. Verhuurders die Check Sociaal raadplegen, krijgen groen of rood licht voor huurders die zij op betalingsrisico’s laten analyseren. Voor het Nationaal Meldpunt Ongewenst Huurdersgedrag - ondergebracht in een onafhankelijke stichting - fungeert GGN als intermediair die verhuurders informeert over de mogelijkheden van de databank en hen in contact brengt met de stichting. Deze databank geeft onder strenge voorwaarden informatie over bijvoorbeeld veroordelingen wegens wietteelt, fraude, mutatieschade, (geluids)overlast en ontruiming door huurschuld. Ongewenst huurdersgedrag leidt jaarlijks tot honderden miljoen euro’s schade in meer dan 200.000 woningen. “We hebben als gerechtsdeurwaarders en incassobureau een exclusieve samenwerkingsovereenkomst gesloten met het NMOH, omdat wij het initiatief van harte ondersteunen,” zegt Dave van Asseldonk, accountmanager GGN Brabant. “Wij zetten ons in voor het meldpunt, omdat wij uit ervaring weten dat er in de verhuurdersmarkt een grote behoefte aan betrouwbare informatie is.”
aangelegd. “De schade was enorm,” zegt Luke. “Dertigduizend euro. Ik had slapeloze nachten, omdat de verhuurder die kosten op mij wilde verhalen.” Bij het uitzoeken van wat hij precies verkeerd had gedaan en hoe hij dat had kunnen voorkomen, kwam hij tot de ontdekking dat nergens centraal informatie beschikbaar is over huurders die ooit zijn veroordeeld voor wietteelt in huizen of die schade hebben veroorzaakt door wangedrag. Hij begon toen zelf maar die informatie vast te leggen in een database, maar kreeg al gauw het College Bescherming Persoonsgegevens op zijn dak. Door de privacy bij het gebruik en opslag van informatie goed te regelen en een klachtenregeling in te stellen, heeft het NMOH nu voor zes jaar een rechtmatigheidsverklaring gekregen. NMOH is geen kliklijn, bezweert Luke Liplijn. De informatie wordt uitvoerig gecontroleerd en moet onderbouwd zijn met formele bewijsstukken. De samenwerking met GGN is bedoeld om de mogelijkheden verder te ontwikkelen. Als student droom je toch van andere perspectieven dan het registreren van wangedrag? “Ja, ik ben er gewoon ingerold,” zegt Luke bijna verontschuldigend. Hij is, inmiddels afgestudeerd, ook het bureau Data Quote begonnen dat informatie verzamelt over vastgoed, personen en markten. “Mijn plezier in het werk zit niet in het verzamelen van data, maar in wat je ermee bereikt. Je helpt iemand uit de problemen die zijn tweede huis niet durfde te verhuren, omdat hij bang was voor huurders. En nog banger voor het vooruitzicht dat hij niet meer aan zijn hypotheekverplichtingen zou kunnen voldoen door de huurders die niet betalen.”
Uit nood geboren Het NMOH is uit nood geboren. Luke Liplijn, een jonge student Bouwtechnische Bedrijfskunde in Tilburg, dacht een goede deal te hebben gesloten met de verhuurder van zijn studentenkamer. Hij kreeg korting op zijn huur als hij de huur van zijn medebewoners zou incasseren en het beheer van het pand op zich zou nemen. Luke breidde die activiteit al snel uit naar ander onroerend goed, zoals winkelpanden. Hij was gewend aan huurders die even krap bij kas waren, maar de harde klap kwam van een keukencentrum dat in de kelder onder de marmeren toonzaal een wietplantage had 13
C
Vrouwen in creditmanagement
‘Financiële crisis goed voor de acceptatie van debiteure n Stater is een end-to-end dienstverlener voor hypotheekverstrekkers. Zij kan het hypotheekproces geheel of gedeeltelijk overnemen, vanaf het opmaken van de hypotheekofferte tot en met aflossing en royement of de openbare veiling van het huis. Stater (dochteronderneming ABN AMRO) bedient zo’n dertig procent van de Nederlandse hypotheekmarkt.
Pilar Puts sinds 2004 bij Stater manager afdelingen Acceptatie en Debiteurenbeheer.
14
“De basis van ons werk als debiteurenbeheerder is het maandelijks innen van termijnbetalingen. Zodra een betaling niet binnenkomt, begint ons werk. Feitelijk houden we ons bezig met achterstandenbeheer. We komen in actie zodra er een achterstand ontstaat. In het zogenaamde early collection traject zijn de werkzaamheden grotendeels geautomatiseerd en gestandaardiseerd en bestaan de activiteiten uit het versturen van storno- en rappelbrieven aangevuld met een debiteurencall. Dat is nodig om een groot volume efficiënt en tijdig te kunnen verwerken. Binnen grenzen kunnen we wel rekening houden met specifieke wensen van opdrachtgevers, zoals het tijdstip van versturen van brieven. Vanaf de eerste brief aan de consument, die binnen twee dagen na de stornering verstuurd wordt, tot en met het inschakelen van GGN voor de incasso, verlopen er maximaal
tachtig tot negentig dagen. Daarna start het late collections traject, de kernactiviteit van de afdeling. Dan doen we verregaande research naar de situatie van de consument en bekijken we welke mogelijkheden er zijn om de achterstand alsnog in te lopen of het onderpand uit te winnen. We werken met verschillende mandaten van geldgevers. Bepaalde beslissingen leggen we altijd voor: bijvoorbeeld de keuze om alsnog een regeling te treffen of de hoogte van een bod op een woonhuis. De laatste tijd zijn er minder executies, omdat huizen daar veel minder opbrengen. We geven nu de voorkeur aan onderhandse verkoop met volmacht van de consument. Ja, mensen op de afdeling die aan de telefoon zitten, hebben door de crisis te maken met meer probleemgevallen. Ik heb bewondering voor de manier waarop zij daarmee omgaan. Zij krijgen regelmatig woedende personen aan de telefoon, maar ik hoor zelden dat zij hun stem verheffen. Je moet een goede balans zien te vinden tussen begrip voor de situatie en besef bij de consumenten dat zij een lening hebben afgesloten en verplichtingen zijn aangegaan die zij moeten nakomen. Het aantal achterstanden neemt wel toe, maar veel minder explosief dan we hadden verwacht. Mensen lijken toch voorzichtiger te worden. Wel duren de achterstanden langer. We
nbeheer’ merken dat mensen die werkloos worden nu uit zichzelf bellen over wat zij in die omstandigheden het beste kunnen doen. Financiers zijn, zij het selectief, meer bereid om klanten door de crisis heen te helpen. Onze belangrijkste ervaring is niet zo uniek: hoe langer een vordering loopt, des te moeilijker het wordt de achterstanden in te lopen. Daarom zijn wij nu druk bezig het voortraject in te korten en te versnellen en het volledige traject verder te optimaliseren. In zekere zin draagt de financiële crisis bij aan de acceptatie van debiteurenbeheer. Je ziet nu vooral hoe belangrijk het acceptatietraject voor nieuwe leningen is. Als je dat niet goed onder controle hebt, dan krijg je nu de volle laag. Van een incassobureau en een deurwaarder verwachten wij snelheid, op tijd de juiste acties nemen en een goede beoordeling van de situatie. We willen niet dat de gerechtsdeurwaarder lang blijft zitten op zaken die toch niets opleveren. Hij moet informatie snel met ons delen. We zien hem als een partner die we ook kunnen raadplegen over ingewikkelde kwesties, omdat we zelf niet over een grote juridische afdeling beschikken.”
GGN Academy De kennis en vele jaren ervaring van GGN met (gerechtelijke) incasso’s is terug te vinden in het opleidingsprogramma van GGN Academy. Trainingen en opleidingen moeten praktisch toepasbaar zijn in het dagelijks werk van de deelnemers. Het perspectief van de klant is een belangrijk uitgangspunt bij het ontwikkelen van het cursusprogramma. Twee recente voorbeelden: omgaan met agressieve klanten in de woningverhuursector en het nieuwe incassotraject voor de overheid. Boze klanten: praten, vechten of vluchten Woningcorporaties moeten meer doen om hun personeel te beschermen tegen agressie en geweld. Die aanbeveling doet de Arbeidsinspectie na onderzoek onder woningcorporaties. Een van de voorgestelde maatregelen is medewerkers trainen in het omgaan met agressieve klanten. De Arbeidsinspectie constateert dat 45 procent van het corporatiepersoneel vorig jaar te maken had met agressie en geweld. GGN Academy kan met de training Omgaan met agressie op maat voorzien in de opleiding die de Arbeidsinspectie aanbeveelt. De praktijkgerichte training is opgezet voor mensen die in hun dagelijkse werk te maken kunnen krijgen met agressief of grensoverschrijdend gedrag. De cursus is gebaseerd op een model dat het makkelijk maakt om agressie te herkennen en het eigen gedrag daarop af te stemmen. De deelnemers leren situaties goed in te schatten, hun eigen emoties onder controle te houden en de invloed van de eigen angst en agressie te beheersen. Zo werkt de nieuwe incassoregeling van de overheid De (lokale) overheid beschikt sinds 1 juli van dit jaar over een eigen, uniforme incassoregeling. De invoering van de vierde tranche van de Algemene Wet Bestuursrecht maakt het incassoproces eenvoudiger, maar er verandert wel heel veel. De nieuwe wet schrijft voor hoe de overheid haar incasso’s en dwangvorderingen van bestuursrechtelijke schulden moet inrichten en uitvoeren. Het gaat om het innen van vorderingen die de overheid op haar burgers heeft, zoals bijvoorbeeld bestuurlijke boetes, dwangsommen, subsidies en sociale uitkeringen. De overheidsregeling wijkt af van het civielrechtelijke traject dat geldt voor de gebruikelijke (gerechtelijke) incasso’s. GGN Academy maakt u in één dag vertrouwd met de belangrijkste aspecten van het bestuursrecht en het daarop gebaseerde incassotraject. De opleiding Algemene Wet Bestuursrecht (4e tranche) is opgezet voor gemeenten, overheidsdiensten, gerechtsdeurwaarders en juridische medewerkers.
Cursusprogramma Cursus Datum Algemene Wet Bestuursrecht (4e tranche) do 5 november (7 PE punten) Effectief inzetten van incassomaatregelen Effectief communiceren met debiteuren Interculturele communicatie Kennismaking met incassotraject Telefonisch incasseren Omgaan met agressie
Plaats
Zwolle do 12 november Tilburg do 3 december Zwolle do 10 december Tilburg do 19 november Rotterdam do 26 november Rotterdam do 26 november Zwolle wo 11 november Den Bosch wo 25 november Tilburg wo 11 november Rotterdam do 12 november Zwolle di 17 november Tilburg
meer informatie Kijk voor het volledige aanbod aan kennis- en vaardigheidstrainingen en de inschrijfmogelijkheden op: www.ggnacademy.nl 15
C
Annemarie van Gaal
‘Besef uitzichtloosheid nodig voor ander betaalgedrag’ Een blanco mind. Het is de beste, maar ook de meest onderschatte eigenschap. “Voor alles bestaat altijd een betere oplossing dan de oplossingen die er al zijn. Die vind je als je maar onorthodox denkt en je niet laat meevoeren door hoe iets hoort.” Annemarie van Gaal beheerst die kunst, maar heeft dat moeten leren. Een interview met een van Nederlands succesvolste vrouwelijke ondernemers. Met haar managerskwaliteiten helpt zij mensen die de regie hebben verloren en in financiële nood verkeren. “Ik doe het gewoon. Met die instelling pak ik steeds weer iets nieuws aan. Ook als anderen zeggen: waar begin je aan, je hebt niet de kennis en ervaring, je maakt het je veel te moeilijk. Niets is moeilijk, als je het maar gewoon doet.” Dit is geen tegeltjeswijsheid van de zoveelste 16
managementgoeroe, maar een opvatting die Annemarie van Gaal met succes in de praktijk brengt. “Ik was zesentwintig, ik had na de middelbare school geen studieboek meer ingekeken. Objectief gezien had ik niet de bagage om in zo’n moeilijke markt, in zo’n moeilijke tijd en in zo’n sneltreinvaart de grootste
verschrikkelijk belangrijk voor de ontwikkeling van ons land, dat je het geen strobreed in de weg zou mogen leggen en alle kansen moet geven op het uitbouwen
‘De aandacht voor de slachtofferrol is verslavend’
uitgeverij van Rusland tot stand te brengen. Mentaliteit is cruciaal voor succes. Ik word gedreven door de wil om alles wat ik doe, heel goed te doen. Niet voor de buitenwereld en voor de mensen om mij heen, maar voor mezelf.” Investeren in vijftien startende ondernemingen Terug in Nederland begon Annemarie van Gaal een eigen uitgeverij en investeert zij in vijftien startende ondernemingen. “Ik merk dat ik twee dingen belangrijk vind en die op een missie-achtige manier uitvoer. Dat zijn het ondernemerschap en iets doen aan het leed in de wereld. De Nederlandse overheid heeft niet door hoe belangrijk het MKB is voor vernieuwing en economische vooruitgang. Nieuwe ontwikkelingen komen
‘Mentaliteit is cruciaal voor succes’ niet voort uit grote logge bedrijven, innovatieplatforms of door de overheid aangewakkerde initiatieven. Het MKB is zo
van de successen.” De drive om de wereld te verbeteren, is onder andere terug te vinden in haar aandeel in het televisieprogramma ‘Een dubbeltje op z’n kant’ dat zij samen met John Williams maakt voor RTL4. Een succes, met gemiddeld anderhalf miljoen kijkers de meest bekeken uitzending van de donderdagavond. Annemarie van Gaal benadert de financiële problemen strak en bedrijfskundig vanuit haar ervaringen als ondernemer. Mag je die instelling verwachten van mensen die in problemen zitten? “Ja, want het komt uiteindelijk neer op je gezond verstand gebruiken. In ‘Een dubbeltje op z’n kant’ probeer ik mijn adviezen zo goed en duidelijk mogelijk uit te leggen, zodat iedereen die begrijpt en ermee kan werken. Het zou bijvoorbeeld goed zijn als kinderen op school les krijgen in ondernemerschap. Een kind dat weet dat je inkomen moet maken en dat er kosten tegenover staan, is beter voorbereid op de maatschappij.” Als je terugkijkt op je ervaringen met deze uitzendingen, welke les trek je daar dan uit? “Om uit de problemen te komen, moet je de regisseur over je eigen leven zijn en geen figurant in een film over je leven. Je moet jezelf nooit een slachtoffer vinden. Als je daaraan begint, krijg je veel aandacht van anderen in de zin van: wat erg dat jou dit allemaal is overkomen. Die aandacht voor de slachtofferrol is heel verslavend en funest. Je moet je realiseren dat alles wat je doet een gevolg is van keuzes die jij maakt. Alleen jij kunt dus de
keuze maken om er weer boven op te komen.” Wat wil dat concreet zeggen? “Ik probeer mensen andersom te leren denken en anders te laten kijken naar hun eigen situatie. Zodat ze beseffen dat hun situatie niet zo uitzichtloos is als zij denken, maar dat zij gewoon moeten beginnen met herstellen. Wij brengen geen geld of cadeaus mee. Ze moeten stap voor stap ontdekken dat het echt anders kan. Waarom zou je voor honderdvijftig euro per maand een plasmascherm, een droger of een wasmachine huren als je al die dingen voor honderdvijftig euro tweedehands op Marktplaats kunt kopen? Het lijkt alsof deze mensen makkelijk leven, maar ik heb ontdekt dat dat helemaal niet zo is. Ze hebben iedere maand geld
‘Het MKB is verschrikkelijk belangrijk voor de ontwikkeling van Nederland’ tekort. Hun schuld wordt alleen maar groter. Ze maken de post niet meer open. Ze hebben geen geld voor de inboedelverzekering. Als het plasmascherm wordt gestolen, moeten ze in één keer het hele bedrag aflossen. Dat kunnen ze niet. Daarom gaan ze de deur niet meer uit. Wij geven overzicht en maken zichtbaar wat het oplevert als ze niet meer roken, de auto weg doen of andere dingen laten. Zo ontstaat een vooruitzicht: ze kunnen over twee jaar schuldenvrij zijn.” Een zure ervaring Annemarie van Gaal is zelf in hoge mate de regisseur over haar eigen leven. Geen ontzag voor de gevestigde orde of wat de omgeving zegt. Stevig vasthouden aan een eigen koers. Daardoor is haar CV een opsomming van succesvolle ondernemingen geworden. Is er ooit iets mislukt?
“Allicht. De meest recente mislukking is de joint venture met Catherine Keyl en het blad ‘Catherine’. Dat was een zure ervaring, want het blad was een succes. We hebben met ontzettend veel energie en liefde een zo mooi mogelijk blad gemaakt. Alleen de samenwerking verliep niet zo goed.” Samenwerken is belangrijk? “Absoluut. Ik ben geen Einzelgänger. Ik zie mezelf als een meedenkend voorman. Ik praat veel met mensen. Ik ben altijd bezig met sparren en afstemmen. Dat maakt mij scherp. Nee, dat meedenken maakt anderen niet lui. Ik werk niet mee, ik denk alleen maar mee. Voor bedrijfstakken die ik niet ken, kom ik met oplossingen waar ze zelf niet aan denken, omdat ze bedrijfsblind zijn. Ik probeer dat te voorkomen door samen te werken met mensen die beter zijn dan ik. Op de uitgeverij werk ik met mensen die zo in mijn vriendenkring passen. Ik kan geen terrein opnoemen, waarop ik de beste ben in mijn vriendenkring.” Misschien ben je het beste in het opstarten van ondernemingen? “Hoe moeilijk is dat? Ik heb alleen geen stemmetje in mijn hoofd dat voortdurend zegt: zou je dat nou wel doen?”
Annemarie van Gaal begon aan een loopbaan bij VNU zonder weloverwogen nagedacht te hebben over wat zij wilde. Samen met Derk Sauer ging zij naar Moskou om voor VNU het Moscow Magazine op te zetten. Het project mislukte, maar zij begon in 1992 samen met Derk Sauer Independent Media. Zij lanceerden de Russische versie van Cosmopolitan, Marie Claire en Good Housekeeping. Binnen vijf jaar waren zij eigenaar van een uitgeverij met zevenhonderd medewerkers en twintig kranten en tijdschriften.
17
C
Leo Netten, een van de grondleggers van GGN, is onlangs benoemd tot voorzitter van de Union Internationale des Huissiers des Justice (UIHJ). Dit is de internationale organisatie die wereldwijd de belangen behartigt van de aangesloten gerechtsdeurwaarders in 73 landen. Hij gaat zich vooral toeleggen op het versterken van de samenwerking met internationale organisaties. “Alleen dan kunnen we optimaal de kansen benutten die er voor de beroepsgroep liggen.”
‘Wetten krijgen pas gezag als de uitvoering goed is geregeld’ Leo Netten, voorzitter UIHJ: ‘Professionaliteit daar draait het vooral om’
Leo Netten is ervan overtuigd dat de uitdagingen waarvoor UIHJ staat, bepalend zijn voor de toekomst van de gerechtsdeurwaarders. “Er wordt steeds minder op het nationale vlak geopereerd. Dat geldt niet alleen voor Europa, maar ook voor Afrika, Azië en Amerika. Behalve de samenwerking met de diverse internationale organisaties, is ook de communicatie binnen de UIHJ van belang. Ik wil bereiken dat de nationale kamers meer meewerken aan diverse overkoepelende projecten.” Leo Netten gaat zich in het bijzonder toeleggen op het intensiveren van de samenwerking met internationale organisaties, zoals de Verenigde Naties, de Raad van Europa en de Europese Unie. Hij wil de banden aanhalen met beroepsorganisaties in Noord- en ZuidAmerika, het Afrikaanse continent, de Arabische Liga en Azië. Hij richt zich verder op de inrichting van een Europees e-justice portaal voor burgers en professionals en de lobby voor internationale standaards voor de opleiding tot gerechtsdeurwaarder. Corruptie bestrijden Met Leo Netten krijgt de UIHJ een voorzitter met veel passie voor het vak. Hij maakt zich sterk voor de professionaliteit en de integriteit van gerechtsdeurwaarders. Hij draagt de overtuiging uit dat het vrije
18
regering naar Rusland afreisde. “Daar zit je dan als gerechtsdeurwaarder uit Tilburg anderhalf uur te praten met de Russische minister van Justitie.” Norm voor beschaving Twee jaar nadat Leo Netten in Tilburg met acht medewerkers een gerechtsdeurwaarderskantoor begon, trad hij al toe tot het bestuur van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG). De toenmalige voorzitter van de UIHJ was aanwezig op een seminar in Limburg. Zijn inleiding over de organisatie wekte de belangstelling van Leo Netten. In 1994 volgde hij Wil Rosmalen op als bestuurslid. Toen telde de UIHJ achttien leden. “Dat was in de tijd dat de Muur viel en het IJzeren Gordijn verdween. Landen in Oost-Europa ontdekten de vrije markt, maar zagen in de eerste euforie over het hoofd dat daarvoor wetgeving nodig is die zij niet kenden. Mensen hadden opeens bezit, gingen verhuren en kregen te maken met huurders die niet konden betalen of dat niet gewend waren. Wetten werken pas en krijgen pas gezag als je de uitvoering goed en betrouwbaar hebt geregeld. Wetgeving en executie zijn een norm voor de beschaving, de democratie en de maatschappelijke verantwoordelijkheid.”
Leo Netten
ondernemerschap een waarborg is voor de onafhankelijkheid van gerechtsdeurwaarders. Langs die lijn behartigt de UIHJ al wereldwijd de belangen van gerechtsdeurwaarders en functioneert zij als een missionaris die landen helpt bij het ontwikkelen en organiseren van een uitvoerende organisatie als onderdeel van de rechtspraak. “Een goed functionerend apparaat van onafhankelijke gerechtsdeurwaarders voor de uitvoering van gerechtelijke uitspraken is een effectief middel om corruptie te bestrijden en uit te bannen. Je kunt dan schulden innen zonder sterke jongens in te schakelen en zonder financieel misbruik te maken van de omstandigheden,” zegt Leo Netten. “Voordat de Wereldbank een lening verstrekt, kijkt zij in het land ook naar de organisatie van de rechtspraak en de uitvoering. Als daarover twijfel bestaat, dan komt de bank niet met geld over de brug. Dat zet een behoorlijke druk op overheden om corruptie geen kans te geven. Want als de Wereldbank geen geld leent, blijven andere belangrijke investeerders ook vaak weg.” Bij de UIHJ zijn nu 73 landen uit de hele wereld aangesloten. Dat waren er bij de oprichting in 1952 zeven. Het is een organisatie die door kennis van zaken en door wat zij tot stand heeft gebracht internationaal een geaccepteerde autoriteit is. “Ik ben ervan overtuigd dat zonder de UIHJ in Nederland de huidige organisatie met onafhankelijke deurwaarders en het vrije ondernemerschap er niet was gekomen. Nederland dient nu voor veel landen als voorbeeld van hoe je de uitvoering van gerechtelijke vonnissen zou moeten organiseren.” Leo Netten heeft de autoriteit van de UIHJ onlangs nog ervaren toen hij deel uitmaakte van een delegatie die op uitnodiging van de
Recht op eerlijk proces Leo Netten: “Voor Europa is een arrest van het Europese Hof van Justitie uit 1997 van cruciaal belang geweest. Daarin is vastgelegd dat iedereen in de Europese Gemeenschap recht heeft op een eerlijk proces. Dat houdt ook in het recht op de uitvoering van het vonnis binnen een redelijke termijn. Over redelijk kun je twisten. Laat dat maar aan juristen over. Het arrest maakte een einde aan de praktijk in veel landen waar rechters wel vonnis wezen, maar de uitvoering lang op zich liet wachten of uitbleef. Vaak omdat rechters ook belast waren met de uitvoering, maar het beneden hun waardigheid vonden om daar prioriteit aan te geven.” Een onafhankelijke uitvoering van vonnissen past bij het democratische beginsel van scheiding der machten. Om die reden is het ook niet wenselijk om de executie over te laten aan de rechter die recht spreekt. Die onafhankelijkheid komt ook in het gedrang als de deurwaarder een ambtenaar in overheidsdienst is. Hij wordt dan betaald door de overheid die ook de rechterlijke macht financiert. “Nederland bewijst dat die onafhankelijkheid niet in gevaar komt met deurwaarders die ook ondernemers zijn. Dat stelt ons in staat onze klanten maar ook de mensen met schuld tegen zo laag mogelijke kosten van dienst zijn. Wij hebben de drive om tot het uiterste te gaan voor onze klanten. We investeren in opleiding en informatievoorziening, omdat we professionaliteit en kwaliteit moeten bieden om ons te handhaven. Professionaliteit Professionaliteit, daar draait het bij Leo Netten vooral om. Hij spiegelt zich graag aan Frankrijk, waar een universitaire opleiding voor gerechtsdeurwaarders is. Hij maakt zich daar al jaren sterk voor in Nederland. “De opleiding in Nederland is goed, maar net iets minder dan in Frankrijk. Als je ziet hoeveel juristen instromen in ons vak dan is het een kwestie van tijd voordat het hier ook zover is. Wij vinden het vanzelfsprekend, maar het is echt bijzonder dat gerechtsdeurwaarders in Nederland hun klanten in rechte kunnen vertegenwoordigen in juridische procedures. Zonder onze onafhankelijkheid te verliezen. Die onafhankelijkheid is een groot goed.
19
C
>>> Ook maatschappelijk actief in regio De regionale markten zijn belangrijk voor GGN. Daarom nemen vestigingen ook actief deel aan maat schappelijke ontwikkelingen in de regio. Zo dragen zij bijvoorbeeld een steentje bij aan een Ronald McDonald Huis en aan een professio nele opleiding van jonge voetballers. Golfen voor Ronald McDonald Ronald McDonald heeft zijn naam verbonden aan een belangrijke voorziening voor ziekenhuizen: een huis waar ouders tijdelijk kunnen verblijven als hun kind in het ziekenhuis ligt. De vestiging Zwolle van GGN Tijhuis & Partners is al jaren sponsor van het Ronald McDonald Huis bij
de Isala Klinieken in Zwolle. Een Tijhuisteam neemt elk jaar deel aan het Benefiet Golftoernooi en draagt op die manier een steentje bij aan het financiële fundament van dit huis. Het golfteam bestond dit keer uit (op de foto vlnr): Gjalt Dijk (vestigingsmanager Zwolle), Hans van Dijk (contractmanager), Arno Flanderijn (vestigingsmanager Arnhem) en Marcel Zuiderveen (vestigingsmanager Drachten).
Jeugdopleiding FC Omniworld Het is duidelijk te zien dat GGN Almere de jeugdopleiding van FC Omniworld sponsort. De bedrijfsnaam staat op de shirts van alle teams die de jeugdopleiding volgen en op een sponsorbod bij het stadion. Het is een uitbreiding van de bestaande sponsoring, vertelt vestigingsmanager George Pijloo. “We steunden Omniworld al als lid van de busi-
nessclub. Voor ons is dat een goede gelegenheid voor relatiemanagement. We waren onlangs ook wedstrijdsponsor van de wedstrijd tegen FC Den Bosch. We willen meer inhoud geven aan onze inbrengen. Met het oog op de toekomst van de club willen wij een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van Almeerse voetbaltalenten. Daarom hebben wij gekozen voor het sponsoren van de jeugdopleiding.”
V.l.n.r.: John Hartman (accountmanager bij GGN Almere), Remco Heerkens (FC Omniworld) en George Pijloo (vestigingsmanager bij GGN Almere).
>>> Vestiging Breda wens van klanten
>>> Nieuwe regiodirecteur GGN Brabant
GGN heeft ’zijn’ kaart van Nederland uitgebreid met een nieuwe regionale vestiging. Op 1 oktober is kantoor Breda geopend. “We komen hiermee tegemoet aan de wens van klanten uit de regio West-Brabant. Zij vinden het prettig te worden geholpen vanuit een kantoor in de buurt,” zegt vesti gingsmanager Anne van den Berg.
Met ingang van 1 oktober jl. is Monique Nieuweboer begonnen als regiodirecteur van GGN Brabant, GGN Limburg en GGN Zeeland. Monique startte haar loopbaan 25 jaar geleden bij Rabobank Nederland, waar ze onder meer werkte als jurist, hoofd klachtenservice en adjunct regiodirecteur voor de provincie Limburg. De laatste twee jaar was ze directeur bestuurszaken bij de Rabobank EindhovenVeldhoven, waar ze de eindverantwoordelijkheid droeg voor HRM, Marketing en Communicatie, Coöperatie en Governance.
Anne van den Berg, toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder en juriste, werkt in Breda met een team van zes personen: twee gerechtsdeurwaarders, twee incassospecialisten, een accountmanager en de vestigingsmanager. “De afstand tussen Tilburg en Breda is slechts twintig minuten, maar toch heeft West-Brabant als markt een eigen karakter. Vooral woningbouwverenigingen hechten veel waarde aan een kantoor in de buurt.” West-Brabant (Breda, Roosendaal, Bergen op Zoom) is een regionale markt met volop groeimogelijkheden. GGN richt zich in het bijzonder op het MKB en de woningbouwverenigingen. “Er is concurrentie, maar wij zien volop ruimte voor onze dienstverlening. We zijn een regionaal kantoor met alle voordelen van de grote organisatie, waarvan de vestiging Breda deel uitmaakt. Opdrachtgevers in de regio West-Brabant met debiteuren buiten de regio, weten dat zij waar ook in Nederland van ons dezelfde service krijgen tegen dezelfde tarieven om hun vordering te incasseren. We zijn snel, professioneel en leveren veel aan kwaliteit. We zijn proactief. We lopen niet achter de feiten aan, maar brengen ontwikkelingen onder de aandacht van klanten waarmee zij te maken kunnen krijgen.” Anne van den Berg maakt de overstap naar Breda na elf jaar in Tilburg te hebben gewerkt. “Het leuke van deze stap is een nieuw kantoor starten in een regio, waar volop mogelijkheden zijn om mijzelf en het kantoor verder te ontwikkelen.” 20
Over haar overstap naar GGN vertelt Monique: “Na vele - zeer plezierige - jaren Rabobank werd het tijd voor iets anders. De ontwikkelingsfase waar GGN zich na de fusie in bevindt, bood mij de uitdaging waar ik naar zocht. Ik zal me naast het versterken van de relatie met onze klanten in de zuidelijke provincies dus ook zeker richten op het meebouwen aan onze organisatie.
>>> GGN nu ook vertegenwoordigd in Zeeland “We hebben een goed gevoel over de beslissing. We ervaren dat we passen bij GGN. We zijn altijd een laagdrempelig, no-nonsense kantoor geweest. En dat blijven we.” Dat zegt Bert Meijering over de overname van GerechtsDeurwaarders Kantoor Zeeland door GGN. Daarmee is GGN in alle provincies vertegenwoor digd. De continuïteit waarborgen is een belangrijke reden geweest om ‘ja’ te zeggen tegen de overname door GGN. “Als je naar de toekomst kijkt, dan blijft waarschijnlijk een klein aantal grote spelers over,” zegt Bert Meijering, vestigings manager van de kantoren Middelburg en Goes. “Wij hebben nu de kans gekregen om ons bij een van die spelers aan te sluiten. Die gelegenheid wilden we niet laten lopen. De schaalvergro-
ting biedt ons veel meer mogelijkheden om de dienstverlening naar onze klanten uit te breiden. Die zijn we nu aan het ontdekken. Je kunt zeggen dat we met z’n allen weer aan het leren zijn.” Hechte band De voordelen waren duidelijk, maar desondanks was het toch een hele stap om na lange tijd de zelfstandigheid op te geven. De vier vennoten waren mensen van het eerste uur. Ook de medewerkers hebben een hechte band met het kantoor. “Het verloop is te verwaarlozen. Dat zegt genoeg. De medewerkers waren aanvankelijk sceptisch over de plannen vanwege hun baan, maar we hebben meteen gezegd: we krijgen alleen maar meer werk. En dat komt ook uit.” Bij GGN Zeeland werken 22 mensen: vier gerechtsdeurwaarders, een kandidaat-
gerechtsdeurwaarder, een jurist en ondersteuners. Het kantoor heeft de gehele provincie Zeeland als thuismarkt en bedient vooral het MKB. Er zijn maar weinig grote bedrijven in dit gebied en die weinige zijn allemaal klant van GGN Zeeland. Bert Meijering: “We hebben veel opdrachtgevers en heel veel zaken. We lopen even hard voor een grote klant als voor de garage om de hoek met een paar vorderingen per jaar. Het maakt geen verschil voor ons werk. Wat opdrachtgevers in ons waarderen, is dat wij zaken altijd doorzetten. Waar anderen op een gegeven moment zeggen dat geen verhaal mogelijk is, gaan wij, heel vaak met succes voor de klant, nog een stukje door. Die instelling slaat aan.”
Pand van GGN Zeeland in MIddelburg
>>> De kleurrijke betaler: Betaaltrend 2009 Op 11, 17, 23, 25 en 30 juni organiseerde GGN op verschillende locaties in het land seminars voor haar relaties. Tijdens het seminar werd het Betaaltrend Jaarverslag 2009 gepresenteerd, met de resultaten van ons onderzoek naar het betaalgedrag van de Nederlandse consument. GGN voert dit onderzoek, in samenwerking met onderzoeksbureau Motivaction, dit jaar al voor de zevende keer op rij uit. De onderzoekers van Motivaction vertelden waarom de economische recessie tegen alle verwachtingen in heeft geleid tot een beter betaalgedrag. Consumenten blijken voorzichtiger te zijn geworden in hun uitgaven. Ook werd de BGX (Betaal Gedrag Index) geïntroduceerd, een nieuwe index die met één cijfer weergeeft hoe het is gesteld met ons betaalgedrag. De onderzoeksresultaten werden vervolgens door een econoom van de Rabobank in breder perspectief geplaatst. De aanleiding en gevolgen van de kredietcrisis, de verder te verwachten ontwikkelingen in Europa en de gevolgen voor het MKB in Nederland kwamen aan bod in een uitgebreide presentatie.
Wilt u ook een exemplaar van het Betaaltrend Jaarverslag 2009 ontvangen? Stuurt u dan een e-mail met uw naam en adresgegevens naar
[email protected]. Dit najaar volgt een vervolg op deze meting.
Het seminar werd afgesloten met een netwerkborrel. Iedere deelnemer ontving bovendien een exemplaar van het Betaaltrend Jaarverslag 2009.
21
C
ZO BETAALT
Jans
Ron
Ron Jans (50) is de langst zittende hoofdtrainer van FC Groningen en van de eredivisie. Hij heeft ruim 230 wedstrijden gecoacht. Na zijn carrière als profvoetballer bij PEC Zwolle, FC Groningen, Roda JC en Veendam werd hij leraar Duits. Hij stond even ‘buitenspel’ om een trainersopleiding te kunnen volgen. In 2002 werd hij hoofdtrainer van FC Groningen en is dat nog steeds. Over de vraag tot welk betaaltype hij zich rekent, hoeft Ron Jans niet lang na te denken. “Tot de risicomijders. Ik heb me mijn hele leven ingespannen om uit te komen met mijn salaris en vooral geen schulden te maken. Behalve dan voor een huis. Ik vind dat je geen schulden hoort te maken. Het geeft me ook een ongemakkelijk gevoel. Daarom sparen we ook. Het is me van huis uit meegegeven om niet meer uit te geven dan erin komt. Dan moet je wel eens schipperen, maar dat doe ik liever dan me in de schulden steken.” Hoe was de financiële situatie thuis? “We hadden het niet slecht, maar ook niet breed. Er werd hard gewerkt voor het geld. Mijn vader was schrijfmachinemonteur en mijn moeder maakte een paar huizen schoon. Je bent gewend om voorzichtig om te gaan met geld.” Controleert u de rekeningen die u ontvangt? Wat levert dat op? “Doordat je steeds meer automatisch bent gaan betalen, valt er steeds minder te controleren. Ik kijk nog wel eens naar rekeningen van de zorgverzekering. De vragen hebben dan niet zo zeer betrekking op de bedragen, maar op de regeling.” 22
Welke rekening of rekeningen betaalt u altijd als eerste? Waarom? “Ik betaal altijd alles meteen. Dat heeft natuurlijk te maken met het idee dat ik geen schulden mag maken. Rood staan komt bij ons niet voor. Ik heb daar gelukkig geen ervaring mee.” Komt het wel eens voor dat u herinneringen of aanmaningen krijgt? “Lang geleden, toen je alles nog handmatig moest betalen en we een ander inkomen hadden, is dat wel eens een enkele keer voorgekomen. Uit vergeetachtigheid. Door automatische incasso kun je niets meer vergeten.” Hebt u wel eens te maken gehad met een incassobureau of deurwaarder? “Ik heb heel vaak te maken met een incassobureau. Een van onze shirtsponsors is namelijk een incassobureau. Een heel aardige man, moet ik zeggen. Voldoet helemaal niet aan het beeld dat ik van een deurwaarder had.” Moet het huishoudboekje weer in ere worden hersteld? “Of het zover moet komen, weet ik niet. Je mag de jeugd wel wat meer besef bijbrengen over het omgaan met geld. Ik verbaas mij wel eens over het gemak waarmee tegenwoordig schulden worden gemaakt. De goede niet te na gesproken natuurlijk. De VVCS (Vereniging Van Contract Spelers) heeft samen met Hans van Breukelen een module financiële planning ontwikkeld voor voetballers. Die is beschikbaar voor voetbalclubs en daarvan wordt gebruik gemaakt. Het is een teken van deze tijd dat het nodig is, maar heel goed om daar als organisatie de verantwoordelijkheid in te nemen.” Bezuinigt u wel eens en waarop? “Als je zuinig omgaat met je geld hoef je nergens op te bezuinigen. Maar we houden wel rekening met grotere uitgaven die eraan komen. In september moeten we bijvoorbeeld de studie van de kinderen betalen. Dan zorgen we ervoor dat het geld er is.” En waar bent u royaal mee? Het enige waaraan ik me bezondig, is het kopen van CD’s. Dat zijn er gauw twintig per maand. Ik heb geen voorkeur voor artiesten of favoriete muziek. Ik koop alles wat ik mooi vind. Ik denk dat ik zeker een paar duizend CD’s heb.” Van welke miskoop of uitgave hebt u nog steeds spijt? “Een televisie van een heel mooi, maar heel duur merk. Daar kon ik absoluut niet mee uit de voeten. Wat ik ook deed, we kregen geen beeld. Toen hebben we een gewone televisie gekocht en dat ging prima.” Wat zou u meteen willen veranderen in het betaalgedrag van de Nederlander? “Het zal je niet verbazen: wat minder makkelijk omgaan met geld. De crisissituatie waarin we nu zitten, heeft heel veel te maken met altijd maar meer willen hebben en schulden maken heel gewoon vinden.”
CreditMind is een uitgave van GGN en verschijnt 3 maal per jaar. CreditMind richt zich op relaties van GGN en personen die werkzaam zijn in de gerechtsdeurwaarders- en incassobranche. Niets van deze uitgave mag worden overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. De redactie is niet aansprakelijk voor gegevens die door derden zijn verstrekt. GGN heeft de inhoud met grote zorgvuldigheid samengesteld, maar aan de informatie in dit magazine kunnen geen rechten worden ontleend. November 2009 Nummer 3 Uitgever GGN Hoofdredactie Maxine Vanmeulebrouk Concept en Realisatie HuddlesHoogsteder Productie PreVision Graphic Solutions Tekst Jaap de Jong HuddlesHoogsteder Redactie Maxine Vanmeulebrouk, Sabine Weppner, Astrid Rutten, Arjan Rattink, Jaap de Jong, Natasja Gerritzen Redactieadres Stationsplein 50, 5211 AP ‘s-Hertogenbosch
[email protected] Oplage: 15.000 exemplaren www.ggn.nl
Henk Keizer
Colofon
COLUMN
HET LAATSTE WOORD
Kijk verder dan
de schuldenaar Als ik zie hoe mensen met hun geld omgaan en hoe gemakkelijk zij in de problemen raken, dan denk ik wel eens aan vroeger. Na een pak op je donder van je vader, een woensdagmiddag terugkomen op school of strafregels schrijven op het politiebureau keek je wel uit om dezelfde streek uit te halen. Het zou een hoop narigheid voorkomen als je op deze manier – ik weet niet of ik het hardop mag uitspreken – het betaalgedrag van mensen zou kunnen veranderen. Helaas, zo simpel is het niet. Naar mijn mening hebben we het punt bereikt, waarop we voor een wezenlijke oplossing van betaalproblemen verder moeten kijken dan het gedrag. We doen als samenleving al heel veel om te voorkomen dat mensen permanent in het rood komen te staan. Er is wet- en regelgeving. Aan waarschuwende voorlichting geen gebrek. Mensen met financiële problemen kunnen terugvallen op hulp om hun leven weer op de rails te krijgen. Het helpt, maar niet genoeg. En de vooruitzichten zijn ook niet echt gunstig als ik in de krant lees dat vier op de tien huishoudens krap zit.
Wat ik bedoel met een andere benadering is accepteren dat je de neiging om schulden te maken niet volledig kunt uitbannen en dat je je inspanningen nu beter kunt richten op de vraag hoe je de mogelijkheden om schulden te maken kunt wegnemen. Ik ben ervan overtuigd dat we dan tot een veel effectievere aanpak komen en tot betere resultaten. Ik sluit me daarmee aan bij de ideeën van hoogleraar Marianne Junger van de Universiteit Twente, wier college “ Crime prevention” ik tijdens mijn opleiding risicomanagement heb gevolgd. Kernboodschap: richt je niet meer op gedragsverandering bij de dader, maar richt je op het onbereikbaar maken van de buit. Als ik kijk naar onze ervaringen en de vorderingen zie waarmee onze gerechtsdeurwaarders dagelijks op pad gaan, dan liggen de eerste preventieve maatregelen eigenlijk voor de hand. Een voorbeeld: zorg dat jongeren alleen maar prepaid telefoonkaarten kunnen kopen en niet meer met gratis coole mobieltjes worden verleid om een abonnement te sluiten dat ze niet kunnen betalen. Wat ook preventief werkt, is het tegengaan van ‘stapelen van leningen’. Dus
geen klantenkaart meer bij het postorderbedrijf plus een flatscreen op afbetaling bij de electronicadiscounter plus drie verschillende creditcards plus een consumptief krediet voor de auto bij een van de financiers die hun diensten via de tv tot in de huiskamer brengen. Het lijkt een extreem voorbeeld, maar bij het Bureau Krediet Registratie zijn dit geen uitzonderingen. Registreren van leningen is niet genoeg. Waarom niet ook de inkomenstoets, die bij het afsluiten van een hypotheek verplicht is, invoeren voor al die andere vormen van lenen? Zo maak je van afbetalen een verantwoorde vorm van financiering. Meedenken over het oplossen van het schuldprobleem is een belangrijk onderdeel van onze maatschappelijke verantwoordelijkheid. Als GGN zijn wij de partij met veel kennis en ervaring op dit gebied. Die kunnen en willen we ook volledig inzetten tegen de verleiding om onnodige schulden te maken en zo de schuldenproblematiek beter beheersbaar te krijgen. Wie volgt? Henk Keizer Voorzitter Raad van Bestuur GGN Reageren? Graag. Stuur een e-mail naar
[email protected]
23
Er zijn al genoeg graadmeters die laten zien hoe je geld kwijtraakt.
Daarom komt GGN met een graadmeter die laat zien wat je incasseert.
B E T A A L
G E D R A G
I N D E X
Beurskoersen bewegen. De
gaat om uw liquiditeit en uw
het staat met het actuele
betaalgedrag van uw klanten
conjunctuur gaat op en neer.
bedrijfsvoering. Daarom
betaalgedrag in Nederland.
vergelijken met het Nederlands
Dat heeft gevolgen voor het
introduceert GGN de Betaal
Opvallende uitkomst in deze
gemiddelde? Check de BGX
betaalgedrag van uw klanten.
Gedrag Index, kortweg BGX,
tijd is dat ons betaalgedrag
en het achterliggende
Een belangrijke factor als het
die haarscherp weergeeft hoe
licht is verbeterd! Wilt u het
onderzoek op www.ggn.nl
INCASSOSPECIALISTEN EN GERECHTSDEURWAARDERS
24
Reken op meer rendement