Initiatief voorstel
Duidelijk Decentraliseren
Inleiding De komende jaren gaat er veel veranderen in de zorg. Zorgtaken die nu door het Rijk worden geregeld gaan naar de gemeente. Het CDA is van mening dat het een goede zaak is dat deze zorgtaken naar de gemeente gaan. Dichterbij de mensen kunnen gemeenten meer passend, directer en sneller betere zorg leveren. Op het moment worden door de regering de veranderingen vormgegeven. Van de verschillende gemeenten wordt nu gevraagd zich daarop voor te bereiden. Aangezien het om grote hervormingen in de zorg gaat die snel gaan komen en gepaard gaan met grote bezuinigingen zijn alle gemeenten op hun eigen manier voortvarend begonnen met de voorbereidingen. Echter, het beleid verandert steeds. Daadwerkelijke zekerheiden over de veranderingen en de daarbij behorende bezuinigingen worden niet gegeven, terwijl de invoeringsdatum niet of minimaal verschuift. Landelijk voert het CDA de strijd met de PvdA en VVD om het beleid menselijker te maken. Regionaal en lokaal moeten we afwachten wat er komen gaat. De verschillende CDA afdelingen samen kunnen zich daar wel op voorbereiden. Nu gebeurt dat veelal per gemeente verschillend. Gemeenteraden sporen wethouders aan hard aan het werk te gaan, er worden vele gesprekken gevoerd en er wordt veel tijdelijk beleid gemaakt. Iedereen is zo hard van stapel gelopen om richting de deadline van de regering klaar voor de veranderingen te zijn dat het begin vaak is vergeten. Waar hebben we het over? Wat zijn precies de verplichtingen van de gemeente? Om hoeveel mensen gaat het? Om hoeveel geld gaat het? Waar wonen de mensen die zorg nodig hebben? Welke contracten zijn er al met zorgaanbieders? Door met alle CDA-afdelingen in Nederland (of de regio) dit initiatief voorstel voor te dragen kunnen we er samen voor zorgen dat we bij het begin beginnen, we snel kunnen anticiperen op aanpassingen en we later kunnen controleren en monitoren of wat we hebben bedacht ook werkelijk werkt. Zo kunnen we regionaal de lijnen uitzetten en deze locaal per gemeente passend invullen. Het initiatief voorstel omvat een stappenplan. De eerste stap vraagt om de essentiele feiten op tafel te krijgen. Pas als je de feiten op een rij hebt kan je bekijken hoe je binnen het beleid vanuit de regering de beste zorg kan bieden voor de bewoners van je gemeente. De gemeente kan dan veel beter en sneller anticiperen op veranderingen en aanpassingen in het beleid. Ook voor de gemeenteraad is het essentieel om vat te krijgen op de omvang van de zorgvraag en het geld wat daarmee gemoeid is. Voor een gemeenteraad wordt het tevens makkelijker om te controleren of de gestelde doelen ten aan zien van bijvoorbeeld bezuinigingen behaald zijn. Juist op het moment dat de gemeente alle droge feiten, cijfers en verplichtingen in kaart heeft gebracht kan je echt goed kijken naar de mensen waar het echt om gaat. Het gaat immers om de zorgvraag van deze kwetsbare groep inwoners die we moeten beantwoorden. Om daar op de juiste manier mee om te gaan is het goed te kijken waar deze letterlijk vandaan komt. Op welke plekken binnen een gemeente vindt een kostencumulatie van zorgkosten plaats. De uitkomsten van deze tweede stap zijn belangrijk bij het opstellen van beleid, maar ook onmisbaar voor een gemeenteraad bij het evalueren en het inzichtelijk maken van de effecten van het beleid.
initiatief voorstel ‘Duidelijk decentraliseren’
1|8
Daarna moet je gaan oefenen! Aan de hand van enkele pilots kan de gemeente samen met betrokken organisaties, en uiteraard de zorgvrager, kijken hoe het beleid moet worden uitgelegd. Door het gewoon te gaan proberen komen al snel problemen maar ook kansen aan het licht welke vertaald kunnen worden in het lokale beleid. Zo kan elke gemeente voor zich kijken wat het beste bij zijn inwoners past en doen waar zij goed in is, namelijk passende zorg bieden dicht bij de mensen die dat nodig hebben. Aangezien de veranderingen in de zorg gepaard gaan met grote bezuinigingen, is het van belang dat de gemeenteraden in staat zijn te controleren of de gestelde doelen worden behaald. Maar ook moet inzichtelijk zijn wat de verandering van een op aanbod gestuurde zorg naar een op vraag gestuurde zorg voor consequenties heeft op de daadwerkelijk geleverde zorg. Zijn de doelen behaald, krijgt iedereen nog voldoende hulp? De registratie van alle geleverde zorg vindt al plaats. De gegevens zijn er deze moeten alleen ook richting de gemeente komen zodat de raad weet waar de verschuivingen liggen en wat de resultaten zijn. Dit mag uiteraard niet leiden tot extra administratie voor de verzorgenden op de werkvloer. Of de gemeente het goed doet is aan de zorgvrager. De laatste stap in het stappenplan gaat dan ook over de manier waarop de gemeente om kan gaan met het monitoren van de tevredenheid van de zorgvrager.
In het kort: Er zijn drie redenen voor dit initiatief voorstel: 1. Een breed signaal afgeven dat als gemeenteraden aan zet zijn ze dit ook moeten kunnen doen. 2. Alle gemeenten te laten beginnen bij het begin. 3. De gemeenteraden inzicht te geven in de feiten en cijfers zodat ze kunnen controleren en bijsturen als dat in het belang van de kwetsbare medemens nodig is. Dit alles aan de hand van een simpel stappenplan: 1. Breng de feiten, cijfers en verplichtingen in beeld. 2. Breng de uitgaven geografisch in beeld. 3. Ga oefenen met een kleine groep. 4. Monitor wat de consequenties zijn van het beleid. 5. Doen we het goed? Dit alles om er voor te zorgen dat de kwetsbare groep van zorgvragers in je gemeente de beste zorg krijgt die ze verdient. En we als gemeenteraad kunnen monitoren dat de inwoners die dat nodig hebben blijvend verzekerd zijn van adequate zorg en ondersteuning.
initiatief voorstel ‘Duidelijk decentraliseren’
2|8
STAP 1: Breng de feiten, cijfers en verplichtingen in kaart Begin bij het begin. Op dit moment zijn er nog veel onzekerheden over hoe de veranderingen in de zorg vormgegeven gaan worden. De landelijke overheid slaagt er niet in om tijdig te komen met heldere wetgeving over onze verplichtingen. Daadwerkelijke zekerheden over de veranderingen en de daarbij behorende bezuinigingen worden niet gegeven, terwijl de invoeringsdatum steeds dreigender op ons afkomt. Het CDA is van mening dat pas als je de feiten op een rij hebt, je kan bekijken hoe je binnen het beleid vanuit de regering de beste zorg kan bieden voor de bewoners van je gemeente. De gemeente zal de antwoorden op de volgende vragen moeten formuleren: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Wat zijn precies de verplichtingen van de gemeente? Welke lopende contracten heeft de gemeente met instellingen die zorg en steun leveren? Welke werkafspraken heeft de gemeente met instellingen die zorg en steun leveren? Om hoeveel mensen gaat het? Om hoeveel geld gaat het? Met welke zorginstellingen, zorgaanbieders en andere relevante partners hebben we te maken? In welke regionale verbanden is onze gemeente ten aanzien van zorg verbonden aan anderen?
Na beantwoordening van deze vragen kan de gemeente veel beter en sneller anticiperen op veranderingen en aanpassingen in het beleid. Ook voor de gemeenteraad is het een essentieel instrument om vat te krijgen op de omvang van de zorgvraag en de verplichtingen. Voor een gemeenteraad wordt het tevens makkelijker om te controleren of de gestelde doelen behaald worden. Essentieel is immers dat we straks kunnen zien hoeveel zorg er werd aangeboden en hoeveel zorg er na de transitie wordt gevraagd.
initiatief voorstel ‘Duidelijk decentraliseren’
3|8
STAP 2: Breng de uitgaven geografisch in beeld Juist op het moment dat de gemeente alle droge feiten, cijfers en verplichtingen in kaart heeft gebracht kun je echt goed kijken naar de mensen waar het echt om gaat. Het gaat immers om de zorgvraag van deze kwetsbare groep inwoners die we moeten beantwoorden. Om daar op een juiste manier mee om te gaan is het goed te kijken waar deze letterlijk vandaan komt. Uit eerdere analyse van de kosten in het sociale domein blijkt een grote ‘cumulatie’ in specifieke geografische gebieden en bij specifieke gezinnen. Meer dan de helft van alle kosten gaat namelijk naar minder dan 5% van de huishoudens. En die huishoudens wonen over het algemeen samen in bepaalde buurten en wijken. Deze gegevens behoren tot de basis bij het ontwikkelen van beleid. De behoefte aan deze kostencumulatie komt voort uit de behoefte om de vraag van zorg in kaart te brengen. De gegevens hierover liggen alleen op dit moment nog bij de aanbieders van de zorg, aangezien de zorg nu nog aanbod gestuurd is. Het is essentieel deze gevens te krijgen en te delen met de verschillende instanties. Gelukkig is het organiseren van de bedoelde informatievoorziening – net als bij contractenanalyse – eenvoudiger dan het lijkt. Daarbij kan gebruik gemaakt worden van moderne ICT-technieken zoals ‘datamining’. In de praktijk is het relatief eenvoudig om met behulp van een combinatie van alle beschikbare financiele gegevens op macro- en mesoniveau (niet privacygevoelig) een prevalentiekaart te maken waarmee de cumulatie van geldstromen in het sociale domein in de gemeente en de regio letterlijk in kaart en beeld worden gebracht in de vorm van ‘geografische kostenplaatjes’ die exact laten zien in welke wijken, straten sprake is van een cumulatie van middelen Dit instrument is niet alleen heel belangrijk om beleid op te baseren maar ook volstrekt onmisbaar om beleid te evalueren, om de effecten te meten van bijvoorbeeld preventieve maatregelen en inzichtelijk te maken of de getroffen maatregelen het beoogde effect hebben of juist niet.
initiatief voorstel ‘Duidelijk decentraliseren’
4|8
STAP 3: Ga oefenen met een kleine groep Van het echt helpen van een enkel gezin leer je meer dan van tien rapporten. De pilots zijn ‘maatschappelijke businesscases’: er moet sprake zijn van strikte methodologische voorwaarden. Dit voorstel vraagt om: • een (financiele) nulmeting op het microniveau van het gezin2 zelf en tussentijdse herhaling van de meting; • betrokkenheid van het gezin zelf bij het opstellen van een integraal plan en bij de evaluatie van de effecten van integrale steun; • transparantie van het besluitvormings- en opschalingsproces bij het maken van keuzes in de ondersteuning en het bestrijden van knelpunten bij de uitvoering van integrale plannen.
KAN HET? JA HET KAN! In de regio Zuid Holland Zuid hebben 19 samenwerkende gemeenten bijvoorbeeld als volgt geopereerd: 1. Opstelling van een convenant met alle betrokken instellingen over de ter beschikking stelling van personeel en gegevens voor een traject met 100 gezinnen. 2. Selectie op basis van de analyses van zorgcumulatie van drie specifieke pilotgebieden en daarbinnen selectie van 100 gezinnen voor een nulmeting. 3. Triage door een team van specialisten om op basis van de nulmetingen de regie over de (meest geschikte) gezinnen toe te wijzen (een gezin een plan). 4. De opstelling en uitvoering van ‘eigen kracht plannen’ door gezinnen zelf, inclusief permanente directe communicatie met gezinnen zelf over de voortgang en resultaten. 5. Een structuur van ‘rugdekking’ vanuit instellingen en gemeenten voor die situaties waarin bestaande regels en structuren de uitvoering van de plannen bemoeilijken.
Belangrijk onderdeel van het convenant is de afspraak dat het de verantwoordelijkheid van de betrokken instellingen zelf is om een kostenreductie van minimaal 25 procent te effectueren. Dat vergt niet alleen serieus commitment bij het terugdringen van overhead, maar ook de bereidheid om transparant te zijn over de eigen kostenstructuren. (Zie daarbij ook de punten 1 en 2 uit het stappenplan met betrekking tot het belang van de informatie-infrastructuur voor gemeenten.) Kostenreductie mag uiteraard nooit ten koste gaan van de geleverde zorg of het belang van de mensen waar het om gaat.
Voor het gezin kan uiteraard ook ‘client’ of ‘huishouden’ worden gelezen. We kiezen hier echter heel bewust voor het gezin als basale eenheid omdat het zowel methodologisch als financieel de beste ‘eenheid’ voor beleid is. Wat methodologie betreft: iedere expert weet dat het weinig zin heeft om een enkel gezinslid te ondersteunen als het gezin als systeem ‘ziek’ blijft. Wat geld betreft: juist bij gezinnen met complexe problemen lopen de kosten enorm op, tot meer dan 100.000 euro per gezin per jaar, waarbij minstens een kwart verspild wordt aan overhead, slechte communicatie, etc.
2
initiatief voorstel ‘Duidelijk decentraliseren’
5|8
STAP 4: Monitor de consequenties van de veranderingen Op het moment wordt de volledige administratie van de zorg binnen zeven ‘betrokken’ ministeries met elk hun eigen systemen van registratie en verantwoording georganiseerd. Deze ingewikkelde structuur veroorzaakt binnen veel instellingen intern een enorme administratieve last. En dat heeft tot gevolg dat veel instellingen zelf niet in staat zijn om op een rij te zetten wat ze precies uitgeven aan een bepaalde client, huishouden, gezin, behandeling etc. In een sector waarin meer dan 10 miljard euro omgaat... Dat moet anders en daar is het nu het juiste moment voor. De taken gaan nu naar de gemeente, één organisatie! En aangezien de instellingen zich bewust zijn van het probleem, zijn ook zij bereid hierin mee te gaan. De administratie zal moeten worden aangepast op de nieuwe vraaggestuurde financiering. Aangezien veel instellingen in meerdere gemeenten werken, is het verstandig deze stap op regionaal niveau op te pakken. Ook deze stap kan worden betrokken bij de te verrichten pilots. Waarin instellingen en organisaties letterlijk kunnen ‘oefenen’ met een systeem waarin de client en diens huishouden of gezin echt centraal staan en ook alle gegevens op dat niveau bij elkaar moeten komen. De kern van dit systeem is vrijwel altijd hetzelfde: de berekening van de kosten voor een client of gezin vindt plaats op basis van een optelsom van alle feitelijk geleverde uren aan personele inzet, of die nu op locatie of elders wordt geleverd. Alleen met een dergelijk systeem is ook onderlinge vergelijking tussen de kosten van instellingen of van specifieke methoden mogelijk. En daarmee ook het meten van de effecten. Een dergelijk systeem kan dan ook alleen maar gezamenlijk met alle instellingen en gemeenten worden ingevoerd, omdat het volledige transparantie oplevert voor wat betreft de besteding van de financiële middelen waarmee alle instellingen werken. Deze middelen zijn volledig afkomstig uit belastinggeld! Voor de gemeenteraad is het met deze nieuwe manier van administreren mogelijk te monitoren en bij te sturen zonder dat dit tot extra administratieve lasten voor de verzorgenden op de werkvloer leidt.
initiatief voorstel ‘Duidelijk decentraliseren’
6|8
STAP 5: Doen we het goed? Of wij het als gemeente goed doen is aan de zorgvrager! Uiteindelijk zijn het deze kwestbare mensen waar we het voor doen en dan mogen zij er ook wat van vinden. De laatste stap in het stappenplan gaat dan ook over de manier waarop de gemeente om kan gaan met het monitoren van de tevredenheid van de zorgvrager. Voor de bewoners van een gemeente is het belangrijk dat bij veranderingen van deze omvang goed gekeken wordt of dit naar tevredenheid verloopt. Niet via tijdrovende spreekuren of complexe communicatie via de post. Maar snel en simpel online. Op deze manier kan ‘directe digitale communicatie’ tussen instellingen en inwoners van de gemeente plaats vinden. Logisch, want in de meest clientgerichte sectoren van de samenleving, zoals toerisme of retail, is het online communiceren over – en beoordelen van – diensten al gemeengoed. Het is immers veel eenvoudiger om met een kleine investering de laatste nog niet digitale burgers online te krijgen dan om vast te blijven houden aan oude systemen. Let wel: net zoals bij de invoering van nieuwe registratiesystemen, hoeft noch kan dat meteen voor alles en iedereen. Ook digitale communicatie kan heel eenvoudig via pilots met specifieke groepen of geografische gebieden3 worden geoefend. Met als zeer groot voordeel dat een succesvol digitaal project zich tegen zeer lage kosten – vaak zelfs ‘spontaan’ als het gebruiksvriendelijk is – laat implementeren in een hele gemeente. Voor de gemeenteraad is het met een dergelijk systeem mogelijk om op elk moment de resultaten en tevredenheid te meten en dus ook snel te reageren op het moment dat er iets fout gaat.
Er zijn diverse zeer succesvolle experimenten waarbij bewoners van een flat of bepaalde postcode op een eenvoudig digitaal platform bij elkaar gebracht werden. De hoeveelheid mensen die vervolgens direct deelnam aan externe en interne communicatie steeg van minder dan 1 procent naar tussen de 10 en de 20 procent, op zich al een enorm aantal. Nog veel belangrijker was echter dat de ‘zwijgende meerderheid’ nu niet meer zweeg omdat ze van niets wisten, maar omdat ze de interacties konden volgen en het eens waren met de resultaten.
3
initiatief voorstel ‘Duidelijk decentraliseren’
7|8
Tot slot het ‘eindplaatje’ Dit voorstel sluit aan bij datgene wat in verschillende nota’s als het `te bereiken ideaal´ wordt geformuleerd. Zorg en steun worden dicht bij mensen zelf georganiseerd, beginnend bij hun eigen krachten en verantwoordelijkheden. De eerste en volstrekt noodzakelijke stap daarbij – al wordt die toch vaak overgeslagen – is het letterlijk in kaart brengen van de huidige situatie, inclusief de mogelijkheden en grenzen van de (toekomstige) budgetten. Het is essentieel dat daarbij een geografische dan wel gebiedsgerichte aanpak en invalshoek gekozen worden. Op het moment dat de vraag in beeld is kan er worden geoefend. Vervolgens kan er aan de hand van de pilots beleid worden gemaakt voor de gehele gemeente of regio. Samenwerken is hierbij het sleutelwoord. Samenwerken tussen verschillende gemeenten, maar ook instellingen, zorgaanbieders en andere betrokken partijen. Het gaat om fysiek samen werken maar ook om het delen van informatie, zodat het voor iedereen -dus ook voor de gemeenteraad- mogelijk is te volgen wat er gebeurt, hoe dit gaat en of dit tot de gewenste resultaten leidt.
Conclusie Het doel is helder: de aanstormende rijkstaken moeten wij als gemeente zo goed mogelijk uit gaan voeren. In ieder geval beter dan het Rijk nu doet. Dat kan alleen met een gemeenteraad die stevig in het zadel zit. Kaders stellen, richting geven, visie uitdragen. Dat kán alleen met inzicht in cijfers, in effectiviteit en in de echte behoefte van mensen.
initiatief voorstel ‘Duidelijk decentraliseren’
8|8