Docententoolkit Niveau 3
Inhoudsopgave • • • • • •
• •
Aan de slag met i-careflex! o Voor docent o Voor stucent Didactische handleiding i-careflex generiek Matrix conversie van eindtermen ‘Gekwalificeerd voor de toekomst’ naar kerntaken, werkprocessen en competenties uit het kwalificatiedossier Competentiewijzer i-careflex generiek Didactische handleiding i-careflex beroepsspecifiek Beroepsspecifieke matrices per viruele BPV o Oostergouw o Lindendael o Lauwershof o Leekerweide o Samenzorg Competentiewijzer i-careflex beroepsspecifiek Checklists o Planningsformulier Werken aan prestaties o Een stappenplan maken o Een presentatie geven o Een rollenspel uitvoeren o Feedback geven o Vraagsoorten o Observatielijst actief luisteren o Een probleemgesprek voeren o Een voorlichtingsgesprek voeren o Een slechtnieuwsgesprek voeren o Een morele discussie voeren o Het meten van kwaliteit o Standpunten beargumenteren o Werken in het zorgdossier o Het voeren van een anamnesegesprek o Gezondheidspatronen volgens Gordon o Vragenlijst ondersteuningsbehoeften
Aan de slag met i-careflex! Voor docent
1. Ga naar www.i-careflex.nl 2. Klik op ‘Login’, U komt automatisch op de startpagina van EduPoort. 3. Vink het hokje aan ‘ik ben docent’. 4. Zoek/kies uw school en klik op ‘verder’. 5. Heeft u al een EduPoort inlogaccount? Ga naar stap 10. Heeft u nog geen EduPoort inlogaccount? Klik dan op ‘registreren’ (Ga naar stap 6). 6. Registreer u eenmalig en klik op ‘verder’. Gebruikersnaam: ---------------------------------------Wachtwoord: --------------------------------------------Let op: noteer uw gebruikersnaam en wachtwoord op dit formulier en in uw agenda! 7. U bent nu geregistreerd bij EduPoort. Klik op ‘verder’. 8. Vink het hokje aan ‘ik ben docent’. 9. Kies uw school en klik op ‘verder’. 10. Vul dan uw gebruikersnaam en wachtwoord in en klik op ‘inloggen’. 11. Vink het hokje aan: ‘Ik heb één activeringscode’ en klik op ‘verder’. 12. Voer de activeringscode in die op uw voucher voor i-careflex staat, en klik op ‘verder’. Heeft u nog geen voucher? Dan kunt u deze bij ThiemeMeulenhoff bestellen. 13. Klik op de blauwe hyperlink en u kunt gelijk aan de slag met i-careflex
Lukt het niet om i-careflex te activeren? Neemt u dan contact op met onze technische helpdesk: 0900 – 202 20 40 (€ 0,20 per minuut)
Aan de slag met i-careflex! Voor student
1. Ga naar www.i-careflex.nl 2. Klik op ‘Login’, Je komt automatisch op de startpagina van EduPoort. 3. Vink het hokje aan ‘ik ben leerling/student’. 4. Zoek/kies je school en klik op ‘verder’. 5. Heb je al een EduPoort inlogaccount? Ga naar stap 10. Heb je nog geen EduPoort inlogaccount? Klik dan op ‘registreren’ (Ga naar stap 6). 6. Registreer je eenmalig en klik op ‘verder’. Gebruikersnaam: ---------------------------------------Wachtwoord: --------------------------------------------Let op: noteer je gebruikersnaam en wachtwoord op dit formulier en in je agenda! 7. Je bent nu geregistreerd bij EduPoort. Klik op ‘verder’. 8. Vink het hokje aan ‘ik ben leerling/student’. 9. Kies je school en klik op ‘verder’. 10. Vul dan je gebruikersnaam en wachtwoord in en klik op ‘inloggen’. 11. Vink het hokje aan: ‘Ik heb één activeringscode’ en klik op ‘verder’. 12. Voer de activeringscode in die op je voucher voor i-careflex staat, en klik op ‘verder’. Deze voucher heb je van je docent gekregen of via de boekhandel besteld. Heb je nog geen voucher voor i-careflex, dan kun je die nu online aanschaffen. 13. Klik op de blauwe hyperlink en je kunt gelijk aan de slag met icareflex!
Lukt het niet om i-careflex te activeren? Neemt u dan contact op met onze technische helpdesk: 0900 – 202 20 40 (€ 0,20 per minuut)
Didactische Handleiding bij i-careflex Gebruikershandleiding bij het generieke lesmateriaal van i-careflex
3
Inhoudsopgave 0 Toelichting op de handleiding Leeswijzer 1 De didactische uitgangspunten van i-careflex 1.1 Hoe is i-careflex opgebouwd? Online leerobjecten generiek en beroepsspecifiek Theorie online en in boeken Servicedocumenten 1.2 De relatie tussen i-careflex en competentiegericht leren en opleiden Leren vanuit de positie van aankomend beroepsbeoefenaar Koppeling tussen theorie en praktijk/doen Ruimte voor maatwerk en flexibele trajecten Een zo realistisch mogelijke en uitdagende leeromgeving Zet studenten aan tot zelfstandig, zelfverantwoordelijk en levenslang leren 1.3 Samenwerkend leren met i-careflex 1.4 Werkprocessen en competenties binnen i-careflex 1.5 i-careflex inpassen in het didactische model van de opleiding
4
0 Toelichting op de handleiding Deze handleiding is bedoeld om docenten die met i-careflex gaan werken op weg te helpen. In de handleiding wordt aandacht besteed aan: • wat de didactische uitgangspunten van i-careflex zijn • hoe i-careflex is opgebouwd • wat de relatie is tussen i-careflex en competentiegericht leren en opleiden • hoe samenwerkend leren met i-careflex mogelijk is • wat de kerntaken, werkprocessen en competenties binnen i-careflex zijn Bij de opzet van de handleiding is uitgegaan dat het doel van de lezer is: het ontwikkelen van de 1 competentie : “op adequate wijze kunnen werken met de i-careflex binnen het eigen onderwijsmodel”. Het ontwikkelen van deze competentie kan door middel van het bestuderen van bronnenmateriaal (brochures, folders, internet etc) en door te oefenen (aan de hand van de leerobjecten). Deze didactische handleiding bij i-careflex is bedoeld om de lezer op weg te helpen bij de ontwikkelen van die competentie. In de handleiding wordt gebruikgemaakt van verwijzingen naar bronnen en oefeningen die antwoord kunnen geven op individuele leerbehoeften en interesses. Deze verwijzingen worden in het betreffende hoofdstuk in kaders aangegeven. Het is niet de bedoeling dat de handleiding lineair wordt doorgelezen. Bepaal op basis van onderstaande leeswijzer welke onderdelen voor u interessant zijn:
Leeswijzer Hoofdstuk 1 De didactische uitgangspunten van i-careflex De onderdelen van i-careflex worden beschreven, zoals deze ook in de folder i-careflex staan. Hierbij wordt aandacht besteed aan: • uitgangspunten en specifieke kenmerken van i-careflex • de relatie tussen i-careflex en competentiegericht leren en opleiden • tips voor samenwerkend leren in groepjes met i-careflex
.
1
Eventueel vervangen door bekwaamheid.
5
1 De didactische uitgangspunten van i-careflex Thieme Meulenhoff heeft het vernieuwende lesmateriaal i-careflex voor het gezondheidszorgonderwijs voor de opleidingen verzorgende niveau 3 en verpleegkundige niveau 4, zowel voor de BOL als de BBL leerroute ontwikkeld. Vernieuwend omdat het materiaal aansluit bij competentiegericht opleiden, zelfstandig leren, en het gebruik van interactieve multimedia. i-careflex kan gebruikt worden binnen elk didactisch model en is flexibel inzetbaar in opleidingen. Het lesmateriaal is gebaseerd op de nieuwe kwalificatiedossiers en toetst daarop.
1.1 Hoe is i-careflex opgebouwd? i-careflex kent drie onderdelen. Onderdeel A: Leerobjecten online De leerobjecten, 56 voor niveau 3 en 42 voor niveau 4, bevatten interactieve multimediale casussen die online via de website www.i-careflex.nl benaderbaar zijn. De casussen zijn per stuk en als totaalpakket aan te schaffen. Elke casus speelt zich af binnen een context. De casussen en hun contexten betreffen alle zorgsettings, de zorgcategorieën en de verschillende opleidingstrajecten. Bij het werken vanuit de casussen zijn alle kerntaken / werkprocessen van de kwalificatiedossiers gedekt.
6
Elke casus bestaat uit een videofragment met daaraan gekoppeld fotoreportage, tekst en audio. Elke casus heeft een studiewijzer en begint met een oriëntatie. Vanuit de casus kan de context worden geopend. Ook hier vind je een videofragment met daaraan gekoppeld fotoreportage, tekst en audio. Ook de context kent een oriëntatie. Binnen elke casus zijn twee leerroutes te volgen: de vaardighedenroute en de zorgdossierroute. Bij de vaardighedenroute gaat het om het leren van psychomotorische vaardigheden en het vinden van oplossingsstrategieën in de verwerkingsvragen. In de zorgdossierroute leert de student wat planmatig werken inhoudt. Het gaat dus om het leren van de methodiek van het verzorgend en verplegend handelen, zoals het werken met een zorgdossier. In elke zorgdossierroute komen ook interactieve vaardigheden aan bod, zoals gespreksvoering met de zorgvrager en met collega’s. Op basis van individuele leerdoelen of leerstijlen kan een keuze gemaakt worden welke route door het programma wordt gevolgd.
Oriëntatie op Context
Informatie over de context • • •
7
Oriëntatie vragen en video/fotoreportage Kernwoorden Keuze uit een aantal casussen
Casussen
Ik wil heel graag zelf boodschappen doen
• • • • •
Afstoffen. Ik?
• • • • • • • •
8
context oriëntatie op de casus studiewijzer (onder op het scherm) vaardighedenroute - verdiepende opdrachten - voorbereiding skills-labtraining zorgdossierroute - leren wat planmatig werken inhoudt - rollenspel - eindopdracht toetsenbank kernwoorden ( onder op het scherm) servicedocumenten ( onder op het scherm) context oriëntatie op de casus studiewijzer (onder op het scherm) vaardighedenroute - verdiepende opdrachten - voorbereiding skills-labtraining zorgdossierroute - leren wat planmatig werken inhoudt
Ik zat hier de hele nacht
• • • • • • • •
Ik was toch je vriend?
• • • • • • • •
• • •
- rollenspel - eindopdracht toetsenbank kernwoorden ( onder op het scherm) servicedocumenten (onder op het scherm) context oriëntatie op de casus studiewijzer (onder op het scherm) vaardighedenroute - verdiepende opdrachten - voorbereiding skills-labtraining zorgdossierroute - leren wat planmatig werken inhoudt - rollenspel - eindopdracht toetsenbank kernwoorden ( onder op het scherm) servicedocumenten ( onder op het scherm) context oriëntatie op de casus studiewijzer (onder op het scherm) vaardighedenroute - verdiepende opdrachten - voorbereiding skills-labtraining zorgdossierroute - leren wat planmatig werken inhoudt - rollenspel - eindopdracht toetsenbank kernwoorden ( onder op het scherm) servicedocumenten (onder op het scherm )
De studiewijzer, kernwoorden en servicedocumenten vind je onder op het scherm. De theorie online, het i-careflexplein en “zoeken” in alle servicedocumenten vind je boven in de witte balk
. Onderdeel B: Theorie online en in boeken De theorie wordt aangeboden in een theoriedatabank en in boeken. Om kennis en praktijk direct aan elkaar te koppelen is de theorie in de boeken per paragraaf voorzien van een praktijksituatie met vragen, een gebeurtenis of voorbeeld. Daarnaast bevat de theorie in elk hoofdstuk een samenvatting van de theorie, kennisopdrachten en een samenwerkingsopdracht. De theorie in de databank is anders geordend. In de theoriedatabank is de theorie te vinden in de bladerroute. De praktijksituatie met vragen en de kennisopdrachten vind je in de studievragenroute. De theorie is binnen de leerobjecten online beschikbaar. De student vindt bij elke leerobject de theorie die specifiek bij dat leerobject hoort De competenties die nodig zijn om de kerntaken uit het beroepsprofiel van de verzorgende uit te voeren worden in de theorie volledig behandeld. In de boeken bevat elk hoofdstuk de uitwerking van een of meerdere subeindtermen uit de deelkwalificatiestructuur en een of meerdere competenties uit het beroepsprofiel. Het boek is zodanig vormgegeven dat zowel vanuit de beroepscompetenties als vanuit de eindtermen van de deelkwalificatie gewerkt kan worden, al naar gelang de gebruiker dat wenst. De keuze is ook afhankelijk van het didactisch model van de opleiding.
9
In de theoriedatabank kan binnen de verschillende kennisgebieden gezocht worden via meerdere routes op theorie, praktijksituaties en kennisopdrachten. De kennisgebieden volgen de theorie geordend vanuit de deelkwalificaties. Wil men werken vanuit kerntaken en werkprocessen dan kan dat vanuit de readerservice. Hier kan men onder ‘ stel samen vanuit de zoekfunctie ‘ een reader samenstellen gekoppeld aan één of meerdere werkprocessen uit het nieuwe kwalificatiedossier. Deze reader kan als PDF worden opgeslagen en uitgeprint. Het toevoegen van annotaties ( opmerkingen ) Binnen de kennisgebieden kunnen docenten extra materiaal aan de theorie toevoegen. Dat kunnen cases zijn of extra opdrachten en vragen. Hiermee kan de theorie worden verrijkt of meer specifiek worden toegespitst op de regionale arbeidsmarktsituatie. Door na het toevoegen op de knop ‘ Bewaar ‘ te klikken wordt de toevoeging in de theorie opgeslagen. Wanneer het betreffende theorie-onderdeel wordt toegevoegd aan een reader zal het extra materiaal in de reader worden meegenomen.
Onderdeel C: Servicedocumenten
10
De servicedocumenten worden on line binnen de casus ( het leerobject ) aangeboden. De servicedocumenten ondersteunen de student in zijn leerproces. Het gaat hierbij om de volgende documenten: • plannings- en voortgangsformulier • handelingsschema’s en observatielijsten • rollenspel en observatielijst • competentietoets met zelfevaluatieformulier en nabesprekingsformulier Zoeken op servicedocumenten Naast de servicedocumenten die per casus beschikbaar zijn kan de student ook op een hoger niveau zoeken binnen het totale aanbod aan servicedocumenten die voor i-careflex beschikbaar zijn. Dat kan handig zijn in situaties waarin een student bijvoorbeeld behoefte heeft aan een ander handelingsschema met observatielijst dan degenen die binnen de casus ter beschikking staan. In dat geval zoekt de student via de knop ‘ zoeken ‘ in de witte navigatiebalk bovenin.
De student Via internet kan de student via www.i-careflex.nl inloggen op de applicatie. De eerste keer zal de student zich registreren via Edupoort. Door het intikken van zijn vouchercode krijgt hij toegang tot of het leerobject dat hij heeft aangeschaft of het totaalpakket aan i-careflex leerobjecten. De licentie is één jaar geldig. Binnen i-careflex zijn alle door de student aangeschafte leerobjecten zichtbaar. De registratie is eenmalig. Alle volgende keren hoeft de student alleen zijn login en wachtwoord in te typen om toegang te krijgen tot zijn leerobject(en ). De docent De docent heeft toegang tot dezelfde applicatie als de student en kan daarnaast de voortgang van studenten bijhouden. Via de knop ‘ docent ‘ in de witte navigatiebalk kan de docent naar het online leerlingvolgsysteem. Hij/zij kan- zo vaak als nodig- feedback geven op de antwoorden van studenten op de opdrachten in de casus. Daarnaast kan de docent onder het tabblad ‘ Docent ‘ groepen aanmaken. Verder kan de docent extra materialen vinden en downloaden, zoals : • matrices (overzichten van het lesmateriaal geordend naar kerntaken en werkprocessen • BPV taken • Extra formulieren: - didactische handleiding - handleiding bij het leerlingvolgsysteem - anamneselijsten - inhoudsopgave Anatomie/Ziekteleer
Het startpunt voor het werken met het lesmateriaal is onderdeel A, interactieve leerobjecten per opleidingsniveau. Deze zijn uitgangspunt voor het leren. Toch kan de student beginnen vanuit de invalshoek die hem/haar het beste uitkomt, de beroepspraktijk of de theorie. In de vormgeving van het
11
leerproces spelen het didactisch model van de opleiding en individuele leerwensen en behoeften van de student een rol. De kwalificatiedossiers en de daarin beschreven kerntaken, werkprocessen en competenties staan centraal in het lesmateriaal. Daarnaast wordt aandacht besteed aan leer-en burgerschapscompetenties.
Bron: productbrochure zorg & welzijn
1.2 De relatie tussen i-care flex en competentiegericht leren en opleiden Elke opleiding binnen een ROC bereidt zich voor op de omslag naar competentiegericht leren en ontwerpt een nieuw passend onderwijsmodel. ROC’s en opleidingen hebben ruimte om samen met het regionale werkveld een aantal eigen keuzes te maken. Hoewel competentiegericht leren ruimte biedt voor individuele keuzes van het ROC in samenwerking met het regionale werkveld zijn er een aantal kenmerken gemeenschappelijk voor alle nieuwe opleidingen: Kenmerken van competentieleren: •
Leren vanuit de positie van aankomend beroepsbeoefenaar
•
Koppeling tussen theorie en praktijk/doen
• •
Ruimte voor maatwerk en flexibele trajecten Een zo realistisch mogelijke en uitdagende leeromgeving
•
Zet studenten aan tot zelfstandig, zelfverantwoordelijk en levenslang leren
Leren vanuit de positie van aankomend beroepsbeoefenaar Alle leeractiviteiten in i-care flex zijn erop gericht om studenten als aankomend beroepsbeoefenaar competent te laten handelen in de beroepspraktijk. i-care flex maakt hiervoor gebruik van de mogelijkheden die ict-middelen bieden. Het startpunt zijn de leerobjecten online,waarin praktijksituaties in zorginstellingen zijn verfilmd. De student moet zich verplaatsen in de rol van aankomend beroepsbeoefenaar om veel voorkomende problemen van het beroep op te lossen. In elke casus staan meerdere werkprocessen uit het beroep centraal. Vervolgens gaan studenten aan de slag via verschillende leerroutes.
Koppeling tussen theorie en praktijk/doen Competentiegerichte leermiddelen betekenen een samenspel van theorie en praktijk/doen. Binnen icare flex is de praktijk nauw verbonden met de theorie waardoor studenten zich gemakkelijk kunnen voorbereiden op de beroepspraktijk. Leerobjecten, theorie en servicedocumenten vormen één online geheel waarmee u uw lessen naar eigen inzicht kunt inrichten.
12
Ruimte voor maatwerk en flexibele trajecten Om tegemoet te komen aan de uiteenlopende opleidingsvragen en leerstijlen van studenten in het zorgonderwijs is i-care flex flexibel en transparant. De opbouw van i-care flex leent zich goed voor het aanpassen van de leerstof aan de opleidingsvraag van individuele studenten. Voor herintreders of zijinstromers die beschikken over EVC’s schaft u alleen die casussen aan die men nog nodig heeft. Bovendien is i-care flex uitermate geschikt als u meerdere keren per jaar met het programma start. Met de diverse bouwstenen van het lesmateriaal - de leerobjecten, de theorie en de servicedocumenten - stelt u eenvoudig aangepaste leerroutes samen.
Een zo realistisch mogelijke en uitdagende leeromgeving Door de verschillende onderdelen binnen i-care flex biedt het lesmateriaal studenten veel afwisseling tijdens het leerproces. i-care flex schept een uitdagende leeromgeving waarin de student wordt opgeleid tot een competent en zelfstandig beroepsbeoefenaar. i-care flex is opdrachtgestuurd. Studenten kunnen zowel zelfstandig als in groepverband leren. Vanuit casussen oefenen studenten met theorie, vaardigheden, kritische beroepssituaties en rollenspelen.
Zet studenten aan tot zelfstandig, zelfverantwoordelijk en levenslang leren In het leerproces ondersteunen de leerobjecten het zelfstandig leren. Vragen en opdrachten zijn competentiegericht en voortdurend leert de student wat planmatig werken inhoudt. De student leert stap voor stap de verschillende fasen van het zorgproces te doorlopen. Leren leren voor het leven is vervlochten met het lesmateriaal. De variatie in leermiddelen en werkvormen in combinatie met elearning verhoogt het leerrendement en bevordert de zelfstandigheid.
1.3 Samenwerkend leren met i-care flex Het leren met i-careflex kan voor een groot deel zelfstandig in eigen tempo plaatsvinden. De docent geeft feedback op maat via het leerlingvolgssysteem. Er worden in de vaardighedenroute en zorgdossierroute ook opdrachten voor samenwerkend leren aangeboden. Het gaat dan bijvoorbeeld om rollenspellen waarin de student kan oefenen in gesprekssituaties met bewoners, familie, zorgvragers, et cetera. De docent kan desgewenst het samenwerkend leren met i-careflex op de volgende manier nog meer stimuleren: -
-
13
Stimuleer dat studenten elkaar ondersteunen, geef aan dat studenten elkaars werk mogen zien, samen de oriëntatievragen beantwoorden, met elkaar mogen uitwisselen etc. Wanneer studenten teveel op elkaar gaan leunen, laat ze dat zelf oplossen via peer feedback. Laat studenten zich in een groepje oriënteren op i-care flex bijvoorbeeld op de PGO manier met de 4-sprong of de 7-sprong. Geef studenten extra reflectieopdrachten die ze met elkaar moeten doen, bijvoorbeeld: bespreek met elkaar de antwoorden die je gegeven hebt op de vragen bij de casus. Bij gebruik van een digitaal discussieforum: richt een forum in per casus voor inhoudelijke discussies Geef richtlijnen voor discussies en voor het leveren van bijdragen aan discussieforums
-
-
Laat studenten in groepjes aangeven of ze de casus herkennen vanuit hun eigen praktijkervaringen en laat hen beschrijven wat zij in dat geval zouden doen. ‘Wat zou jij doen als…..?’ Laat studenten elkaar feedback geven op reflectieopdrachten bij het programma Stimuleer dat studenten vragen aan elkaar stellen Breng studenten op de hoogte van elkaars problemen en oplossingen Geef richtlijnen voor het geven van feedback aan elkaar en ontwikkel feedbackformulieren.
Binnen i-care flex kan een docent ook de feedbackomgeving in het leerlingvolgsysteem voor samenwerkend leren gebruiken. De docent geeft bijvoorbeeld twee studenten die met hetzelfde thema bezig zijn een extra samenwerkingsopdracht.
Wanneer een opleiding beschikt over een elektronische leeromgeving zoals Blackboard of N@tschool! is het gemakkelijk om just on time en op maat reflectieopdrachten en opdrachten voor samenwerkend leren klaar te zetten, voor een groepje of duo. U kunt als docent de ELO ook inrichten als een gemeenschappelijke werkomgeving voor studenten. Studenten kunnen op afstand hun bevindingen rapporteren naar elkaar en erover reflecteren en discussiëren. Bijvoorbeeld:
Zoek samen op internet. Is er een geschikt programma voor sport en bewegen voor een geriatrisch zorgvrager met bewegingsproblemen.
1.4 Kerntaken, werkprocessen en competenties binnen i-careflex De kerntaken, werkprocessen en competenties uit het meest actuele kwalificatiedossier vormen de basis van de casussen ( leerobjecten ). Deze casussen vormen het uitgangspunt van het generieke opleidingsaanbod van i-careflex. De casussen zijn dekkend voor alle kerntaken, werkprocessen en de competenties zoals beschreven in het kwalificatiedossier. In de “matrices” wordt per casus een verwijzing gemaakt naar de kerntaken / werkprocessen. De theorie in i-careflex wordt op twee manieren aangeboden. Boeken: De theorie in de i-careflex boeken is geordend vanuit de deelkwalificatiestructuur. Aan het begin van ieder hoofdstuk vindt u de behandelde eindtermen terug. Tevens is in de boeken bij het lesmateriaal een vertaalslag gemaakt naar de competenties uit de beroepsprofielen van het LCVV en de leer- en ste burgerschapscompetenties ( brondocument, 1 versie). Theoriedatabank: In de theoriedatabank kunt u op meerdere manieren zoeken. Traditioneel vanuit de kennisgebieden ( deelkwalificatiestructuur ) en via gestuurd zoeken op het meest actuele kwalificatiedossier. Op basis daarvan kunt u readers samenstellen. Bij uw overstap naar een competentiegericht onderwijsmodel bent u met i-careflex volledig voorbereid op de nieuwe situatie. Ook in de overgangsfase biedt het lesmateriaal u de ruimte om de nieuwe werkvormen in uw eigen tempo in te voeren.
Bronnen: De wijze waarop de huidige kerntaken / werkprocessen en competenties zijn 14 opgenomen in de casussen is weergegeven in de matrices die te vinden zijn onder ‘Docent / extra materiaal’.
1.5 i-care flex inpassen in het didactische model van de opleiding i-care flex kan op verschillende manieren ingezet worden binnen het onderwijsmodel van de opleiding. Hier worden een aantal voorbeelden gegeven hoe vanuit verschillende didactische modellen i-care flex gebruikt kan worden. • Competentiegericht leren vanuit een leervraag • Probleemgestuurd onderwijs • Klassikaal onderwijs Voor uitgebreid advies en begeleiding hierbij verwijzen wij naar de trainingen van Zuyderwind, deze zijn te vinden op www.zuyderwind.nl. Bij alle modellen zal eerst een leerplan moeten worden opgesteld waarin wordt aangegeven: • welke competenties een leerling in deze opleiding kan verwerven (inhoud) • hoe hij deze kan verwerven, dus welke trainingen, workshops, instructielessen, reflectieopdrachten een opleiding ter beschikking heeft Een leerplanschema kan een blauwdruk zijn voor de inhoud en mogelijke aanbiedingsvormen van leeractiviteiten, maar legt een individueel leertraject met vaste werkvormen niet vast. Competentiegericht onderwijs vanuit een leervraag Bij het werken vanuit de leervraag van een student zal het onderwijs vraaggestuurd aangeboden worden. Een individuele leervraag verwijst naar: • Een kerntaak uit het kwalificatieprofiel • Een of meerdere bijhorende werkprocessen en competenties. • Een zorgcategorie of zorgvraag Om een leervraag van een student te kunnen plaatsen kan een docent of student gebruik maken van de matrices van i-care flex waarin verwezen wordt naar kerntaken, werkprocessen en competenties (deze matrices zijn te vinden op de site van i-careflex onder docent/ extra materiaal of onder het tabblad servicedocumenten).
Hieronder volgt een voorbeeld van een leerplanschema en van een vraaggestuurd rooster. Voorbeeld leerplanschema met aanbiedingsvormen per werkproces Niveau 4 Kerntaak 1: Bieden van verpleegkundige zorg en ondersteuning op basis van het verpleegplan
Kerntaak 2: begeleiden van zorgvragers Kerntaak 3: uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
15
Thema: mobiliteit Werkproces: 1.1 stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op 1.2 Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.6 geeft voorlichting, advies en instructie
Werkproces : 1.1 stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op 1.2Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.6 geeft voorlichting, advies en instructie
2.2 begeleidt een zorgvrager op psychosociaal gebied
2.2 begeleidt een zorgvrager op psychosociaal gebied
3.5 Evalueert de zorgverlening
3.5 Evalueert de zorgverlening
Thema:x etc
Praktijk prestatie Integrale projecten Meelooppracticum Simulatie casussen Vaardigheidstraining
Boeken I-care Ondersteunende theorie
Zelfstudie Interactieve workshops Expert instructies Individuele reflectie Basisgroep eindopdracht
1, 2, 7 Project 4 Nederland wordt oud 5
2, 4 Project 5 In gesprek met bewoners 7
Casus 1 i-careflex Oh, ik vergis me een beetje i-careflex training opstaan uit een stoel en lopen rollenspel met betrokkenen over zorgplan i-careflex 204, 302, 303, 403, 206 Anatomie en fysiologie hfdst 5 Basisboek pathologie thema 4 hfdst 5 i-careflex Workshop x en y Week 10 en 15 Colleges week 10, 15
Casus 2 i-careflex Help, straks val ik i-careflex verplaatsen uit het bed op een stoel met gebruik van tillift rollenspel over validation i-careflex 204, 302, 401, 303, 206 Idem Idem
i-careflex idem Idem
Observatieverslag van vaardigheidstraining Reflectie op verpleeggplan
Reflectie grenzen stellen Thema: opvoeding en cultuur Gegevens verwerken in verpleegplan
Gegevens verwerken in verpleegplan
Vanuit de leervragen van de student kan hij zelfstandig aan de slag. In principe is er geen vast rooster. Per periode maakt een team een aanbodgericht weekoverzicht, waaruit de student voor zijn eigen weekplan kan kiezen. De studenten kunnen hierbij op basis van het persoonlijke leertraject (opleidingsplan) invulling geven aan het eigen weekoverzicht en zich inschrijven voor deelname aan workshops, colleges en vaardigheidtrainingen of bijvoorbeeld een plaats reserveren op de ICT werkplekken. Voorbeeld vraaggestuurd rooster P = praktijkleren V = vaardigheidstraining I = werken met i-care flex T =workshop, college, zelfstudie; K =vrije keuzeruimte (bijv 3 blokken); B =Basisgroep of andere kleine groep (elke dag in principe); OD = overleg leerling-coach (2 x per week). Tijd 9.00
maandag Mo
dinsdag
woensdag
17.00
16
vrijdag
I
P
P T OD
P V
P T
V
I
I
V P
I
P
I
OD 13.00
donderdag
Mi
Av P
B A S I S G R O E P
21.00
T
Probleemgestuurd onderwijs Bij PGO wordt het leren gestuurd door een gesimuleerde probleemstelling uit de praktijk. Om deze op te lossen zullen studenten kennis, inzicht en vaardigheden moeten verwerven. Er zijn meerdere scenario’s om i-care flex bij PGO te gebruiken: • Vertrekpunt zijn de blokboeken met casuïstiek en leertaken en door middel van verwijzingen in de blokboeken naar i-care flex geven docenten aan waar de bronmaterialen in i-care flex te vinden zijn, dus welke casussen. • Een opleidingsteam gaat de PGO blokboeken en leertaken herordenen aan de hand van de casussen van i-care flex. 1. Vertrekpunt zijn de blokboeken Indien het opleidingsteam besluit om de PGO blokboeken als vertrekpunt voor het leerproces van de student te hanteren moet een koppeling worden gemaakt tussen de taken in het PGO blokboek en de opdrachten en theorie van i-care flex. Hierbij kan per taak uit het blokboek worden aangegeven welke inhoud/ opdracht van toepassing is op de taak. Tevens kan een koppeling worden gemaakt naar de ondersteunende lessen. Zo kan de theorie van icare flex worden gebruikt tijdens de ondersteunende theorielessen en kunnen de handelingsschema’s gebruikt worden bij de vaardigheidstrainingen. Een koppeling tussen de blokboeken en i-care flex kan op de volgende manier tot stand komen:
1. Inventariseer in de PGO blokboeken welke kerntaken, werkprocessen en competenties in de taken en ondersteunende lessen aan de orde komen 2. Ga op basis van de matrices van i-care flex na waar de opdrachten en theorie van i-care flex ondersteunend kan zijn aan de blokboeken en ondersteunende lessen. De content van i-care flex vormt voor de PGO groep de bouwstenen bij het maken van een plan van aanpak en de uitvoering van een PGO opdracht. Bovendien kan de inhoud van i-care flex worden gehanteerd bij de ondersteunende lessen. 2. i-care flex als vertrekpunt Indien het opleidingsteam besluit om de indeling van i-care flex als uitgangspunt te nemen voor de ordening van leeropdrachten zal een koppeling moeten worden gemaakt tussen i-care flex en de methodiek binnen PGO. Kenmerkend voor het PGO onderwijs is: • het leren aan de hand van de 7-sprong- methode o i-care flex: : Leerlingen kunnen de kritische beroepssituaties van i-care flex in de tutorgroep bespreken met behulp van de 7-sprong-methode. • het samenwerkend leren, waarbij leerlingen in tutorgroepen verbanden ontdekken tussen de theorie en tussen theorie en praktijk. o i-care flex: In het leerplanschema kunt u als opleidingsteam een keuze maken, welke opdrachten van i-care flex individueel en welke in de PGO-groep uitgevoerd worden. Tevens kunt u in de ondersteunende lessen studietaken geven aan de PGO groep. Hierbij gaan leerlingen gezamenlijk op zoek naar de theorie, waarbij ze zelf theorie leren ontdekken en reflecteren op dillema’s. Aanbodgericht rooster Vanuit de leerplannen van de student kan hij vervolgens aan de slag. Zij starten individueel of in de PGO groep vanuit de taken van het blokboek of vanuit de casussen van i-care flex. In principe is er geen vast rooster. Per periode maakt het team een aanbodgericht weekoverzicht waaruit de student zijn eigen weekplan kan kiezen. De studenten hebben hierbij op basis van het persoonlijke leertraject invulling gegeven aan
17
het eigen weekoverzicht en hebben zich in kunnen schrijven voor deelname aan workshops, colleges en vaardigheidtrainingen of bijvoorbeeld een plaats gereserveerd op de ICT werkplekken. Voorbeeld P = praktijkleren V=vaardigheidstraining I= werken met i-care flex T=workshop, college, zelfstudie; K=vrije keuzeruimte (bijv 3 blokken); PG=PGO groep; in principe komt de PGO groep elke dag bij elkaar OD overleg student-tutor (2 x per week).
Tijd 9.00
13.00
17.00
maandag Mo OD I
dinsdag
woensdag
donderdag
vrijdag
T
V T
OD T V
P V
V T
V I
T I
K
V P
I
I
I
Mi
Av
P G O G R O E P
21.00
Klassikaal onderwijs Bij klassikaal onderwijs wordt geleerd aan de hand van lessen, vaardigheidstrainingen en praktijk. Het model gaat uit van afzonderlijke leerstofeenheden. Vakmatige kennis en vaardigheden (vaktheorie) worden los van elkaar geleerd. i-care flex is flexibel lesmateriaal. Wanneer het opleidingsteam kiest om i-care flex te gebruiken binnen het klassikaal onderwijs kan een eerste stap gezet worden richting competentiegericht opleiden. Hierbij kan het opleidingsteam starten vanuit een vrij klassikaal model en stapsgewijs de overstap maken naar competentiegericht opleiden. De grootte van de stap richting competentiegericht onderwijs is afhankelijk van de keuzes die het opleidingsteam maakt. Binnen klassikaal onderwijs kunnen door het opleidingsteam de volgende stappen richting competentiegericht opleiden worden genomen: Stap1 De studenten werken gedurende een aantal uren per week begeleid zelfstandig vanuit de casussen in i-care flex. De docent geeft in de klas en eventueel via de docentmodule van i-care flex feedback op de opdrachten die de student maakt. De overige uren bestaan uit theorie en vaardigheidslessen waarbij onderdelen uit i-care flex, zoals; theorie, rollenspelen, handelingsschema’s worden gebruikt. Binnen de lessen wordt zoveel mogelijk aansluiting bij de casussen van i-care flex nagestreefd. Om de student te ondersteunen in het zelfstandig leren met i-care flex wordt 1 keer per week een gesprek gevoerd met een tutor/coach. Voorbeeld rooster stap 1: V=vaardigheidslessen (rollenspelen en handelingsschema’s i-care flex) I= werken met i-care flex T=Theorielessen (theorie i-care flex) OD= overleg student-tutor
18
Tijd 9.00 11.00 13.00
17.00 21.00
maandag Mo I T Mi V T Av Huiswerk: opdrachten i-care en zelfstudie
dinsdag
woensdag
donderdag
vrijdag
T T
I V
OD
V
V
T
T
I
Huiswerk: Zelfstudie bronnenboeken i-care
Huiswerk: opdrachten i-care en zelfstudie
Huiswerk: Voorbereiden rollenspelen
Stap 2 De casussen van i-care flex staan centraal in het leerproces van studenten. Studenten werken gedurende de week deels zelfstandig aan de hand van de opdrachten in de casussen van i-care flex. Dit gebeurt zowel individueel als in subgroepen. De theorie en vaardigheidslessen zijn gekoppeld aan de casussen van i-care flex. Theorielessen krijgen meer de vorm van interactieve workshops en colleges. Omdat studenten meer zelfstandig leren is ondersteuning hierbij noodzakelijk. Een dag per week worden studenten begeleid in het zelfstandig leren en planmatig werken. Bovendien ontvangen studenten op afstand feedback op de voortgang door middel van leerlingvolgsysteem van i-care flex en is er een keer per week overleg tussen student en tutor/coach. Doordat studenten veel zelfstandig werken is differentiatie in tempo mogelijk.
Voorbeeldrooster stap 2 V=vaardigheidstraining (rollenspelen en werkkaarten i-care flex) I= werken met Sterk in Praktijk W=Interactieve workshops en colleges (theorie i-care flex) OD= overleg student-tutor/coach C= coaching zelfstandig werken Tijd 9.00
13.00
maandag Mo I
21.00
woensdag
donderdag
I
I
V
W
Av Huiswerk: opdrachten i-care en zelfstudie
Huiswerk: Zelfstudie bronnenboeken i-care
Huiswerk: opdrachten i-care en zelfstudie
Stap 3 De casussen staan centraal in het leerproces van studenten.
19
vrijdag
I OD
C
W
C
Mi V W
17.00
dinsdag
Huiswerk: voorbereiden rollenspelen
C
Studenten werken gedurende de week veel zelfstandig (individueel en in subgroepen) aan de hand van de opdrachten van i-care flex. De interactieve workshops, colleges en vaardigheidstrainingen zijn volledig gekoppeld aan de casussen van i-care flex. Leerlingen bepalen wanneer ze behoeften hebben aan workshops, colleges en vaardigheidstrainingen en schrijven zich hiervoor in. De coach/tutor houdt de voortgang van studenten bij aan de hand van het leerlingvolgsysteem van i-care flex en geeft feedback. Studenten worden in de tutor of coachingsgroep begeleid in het zelfstandig leren en planmatig werken. Doordat studenten veel zelfstandig leren, zich in kunnen schrijven voor workshops, colleges en vaardigheidstrainingen en deze meerdere malen per jaar worden aangeboden is differentiatie in tempo en werkvormen mogelijk. Bovendien is het mogelijk om studenten vrijstellingen te geven op basis van Eerder Verworven Competenties. Hiervoor kunnen de competentietoetsen van i-care flex worden gebruikt. Voorbeeldrooster stap 3 P = praktijkleren V=vaardigheidstraining (rollenspelen en werkkaarten i-care flex) I= werken met i-care flex WZC=Interactieve workshops, zelfstudie en college’s (theorie i-care flex) K=vrije keuzeruimte (bijv 3 blokken); OD= overleg student-tutor/coach C= coaching zelfstandig werken Tijd 9.00
13.00
maandag Mo OD I Mi V WZC
dinsdag
woensdag
V WZC K I
I
WZC V
donderdag
vrijdag C
WZC V
P V P V
17.00 I
I
WZC
V
21.00
Stap 4 Naar competentiegericht onderwijs. Om een volledige overstap te maken naar competentiegericht onderwijs zal steeds meer aansluiting bij de leervraag van studenten moeten worden gezocht. Om dit te bewerkstelligen zullen de interactieve workshops, colleges en vaardigheidstrainingen parallel moeten worden aangeboden zodat studenten op basis van de leervraag ondersteuning geboden wordt. Het jaar klassensysteem wordt hierbij losgelaten en studenten werken voornamelijk samen vanuit kleine groepen. De wijze waarop competentiegericht leren vanuit de leervraag kan worden vormgegeven met i-care flex is beschreven in: Competentiegericht leren vanuit de leervraag.
Begeleiden met i-care flex i-care flex biedt een aantal instrumenten die gebruikt kunnen worden voor begeleiding: • Leerlingvolgsysteem • Plannings- en voortgangsformulier
Het leerlingvolgsysteem is alleen voor de docent bereikbaar. Het volgsysteem is te vinden onder de knop ‘docent’. . Hier kan de docent per student zien wat er gedaan is en commentaar teruggeven aan de student. Het plannings- en voortgangsformulier is zowel bij de docent als de student te vinden. In dit plan kan de student zijn eigen planning per casus uitwerken.
20
Dit plan kan tevens worden gebruikt voor coaching en reflectie. Hierbij vindt voorafgaande aan de periode een begeleidingsgesprek plaats tussen student en coach m.b.t. de invulling van de komende periode. Na afloop kan het plan gebruikt worden om vast te stellen wat de stand van zaken is m.b.t. de planning van de student en waar eventueel bijsturing nodig is in een volgende periode. Op basis van dit plan kan de student zich ook inschrijven voor deelname aan workshops, colleges, vaardigheidstrainingen etc. Na afloof van het werken aan een casus vult de student het plannings- en voortgangsformulier verder in. Hierin reflecteert zij op zichzelf (motivatie, inzet) en de samenwerking met anderen. Beoordelen met i-care flex i-care flex kent een aantal beoordelingsinstrumenten: • Competentietoets met nabesprekingsformulier en zelfevaluatieformulier. • Diagnostische kennistoets • Voor het beoordelen van vaardigheden zijn observatielijsten te vinden binnen i-care flex • Rollenspelen. • Verwerkingsopdrachten Wanneer en hoe deze instrumenten ingezet worden hangt af van de keuzes die het onderwijsteam maakt. EVC De competentietoetsen zijn ook te gebruiken als EVC toets in de assessmentperiode. Aan de hand van de competentietoetsen kunnen de EVC’s worden vastgesteld. Op basis hiervan kan een persoonlijk leerplan opgesteld worden.
21
Conversie Eindtermen Gekwalificeerd voor de toekomst
Kerntaken, werkprocessen en competenties Kwalificatiedossier Verzorgende, niveau 3
3
Beroepsoriëntatie context/casus Het woonzorgcentrum
eindtermen 301.01
kerntaken
werkprocessen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
2
Begeleiden van zorgvragers
2.1
302.01
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
303.01
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
1.7
Geeft individuele voorlichting advies en instructie
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleidt bij zelfredzaamheid
De revalidatieafdeling
301.1
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
2
Begeleiden van zorgvragers
2.1
302.01
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
303.01
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
1.7
Geeft individuele voorlichting advies en instructie
Begeleidt bij zelfredzaamheid
4
Beroepsoriëntatie context/casus
De kraamzorg
eindtermen
301.1
kerntaken
werkprocessen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
2
Begeleiden van zorgvragers
2.1
302.01
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
303.01
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
1.7
Geeft individuele voorlichting advies en instructie
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleidt bij zelfredzaamheid
De thuiszorg
301.1
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
2
Begeleiden van zorgvragers
2.1
302.01
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
303.01
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
1.7
Geeft individuele voorlichting advies en instructie
Begeleidt bij zelfredzaamheid
5
Beroepsoriëntatie context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
Bas - woonomgeving context/casus Kom op man, plan maken
Dat schiet lekker op vandaag
eindtermen
kerntaken
202.02.1dagelijks onderhoud 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
204.01.1 initiatief nemen 204.01.2 adequaat communiceren
3
301.02 zorgbehoefte inschatten
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.4
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken idem
3.3
Stemt de zorgverlening af
3.3
idem
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
202.02.2 werkmateriaal
1
1.4
Ondersteunt bij huishouden en wonen idem
202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
204.01.3 afspraken maken 204.01.4 afspraken nakomen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken idem
3.3
Stemt de zorgverlening af
3.3
idem
301.03.1 zorgdoelen formuleren 301.03.2 ondersteuning bepalen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.1
Stelt een zorgplan op
1.1
idem
1
3
3
1
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij huishouden en wonen idem
1
1.4
6
Bas - woonomgeving context/casus
Hé, ik doe toch mijn best
eindtermen
kerntaken
202.02.3 ziekenkamer op orde houden 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg deheel of gedeeltelijk overnemen
1
204.01.5 feedback hanteren 204.01.6 conflictsituaties
3
1
3
Hoe zit het precies
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.4
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken idem
3.3
Stemt de zorgverlening af
3.3
idem
1.4
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
202.02.4 voorwerpen desinfecteren 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.4
Ondersteunt bij huishouden en wonen idem
204.01.7 omgangsvormen hanteren 204.01.8 informeren over de zorg
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken idem
3.3
Stemt de zorgverlening af
3.3
idem
301.03.3 zorgplan vaststellen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
3
beroepsproduct
Ondersteunt bij huishouden en wonen idem
301.0.3.2 ondersteuning bepalen 301.03.3 zorgplan vaststellen
1
beroepsprestatie
1.4
7
Bas - woonomgeving context/casus
Het is hier wel heel anders
eindtermen
kerntaken
202.02.5 organsiseren schoonmaak/onderhoud 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
204.03.1verantwoordelijk voor eigen taken
1
1
2
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.1
Stelt een zorgplan op
1.1
idem
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
beroepsprestatie
beroepsproduct
2.2 idem
Zo, dat is tenminste feestelijk!
204.03.2 eigen grenzen bewaken
1 2
idem
1.2 2.2
301.04.1veranderingen signaleren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
202.03 sfeervolle omgeving 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.4 1.4
Ondersteunen bij het huishouden en wonen idem
204.01.7 omgangsvormen hanteren 204.01.8 informeren over de zorg
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
204.02.1respect tonen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
1
8
Bas - woonomgeving context/casus
eindtermen
kerntaken
301.01omschrijven welke ondersteuning wordt gegeven
werkprocessen
2
Begeleiden van zorgvragers
2.2
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
2
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleidt bij zelfredzaamheid
2.1
Anne - maaltijdvoorziening context/casus
eindtermen
Hup weg, dat is niet goed meer!
202.04.1 boodschappen doen 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
204.02.1 respect tonen
1
204.02.2 afhankelijkheid hanteren 301.04.1 veranderingen signaleren in
kerntaken
1
2 1 2 1
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.4
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers idem
1.2
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunen bij huishouden en wonen idem
1.4
2.2 1.2 2.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied idem
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
9
Anne - maaltijdvoorziening context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
gezondheidstoestand
Inderdaad, een muis!
202.04.2 voorraad beheren 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
204.02.3 autonomie bevorderen
1
1
2
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.4
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunen bij huishouden en wonen idem
1.4
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2.2 idem
Ze is zo lekker zacht
204.02.4 verantwoordelijkheid van zorgvrager hanteren
1 2
idem
1.2 2.2
301.04.2 veranderingen signaleren in zorgbehoefte
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
202.04.3 maaltijden verzorgen 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.4
Ondersteunen bij huishouden en wonen idem
1
1.4
10
Anne - maaltijdvoorziening context/casus
eindtermen 204.02.5 handelen bij intimiteiten
kerntaken
werkprocessen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
2
Begeleiden van zorgvragers
2.2
301.05.1 zorgplan evalueren
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.4
Evalueert de zorgverlening
202.04.4 voedingsen dieetvoorschriften 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.4
Ondersteunen bij huishouden en wonen
1
idem
1.4
204.03.3 eiegen gevoelens respecteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
204.03.4 werk en privé gescheiden houden
1 2
idem
1.2 2.2
301.05.2 zorgplan bijstellen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.4
Evalueert de zorgverlening
202.04.5 maken van menukeuzes 202.06 voorschriften
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.4
Ondersteunen bij huishouden en wonen idem
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
Ha, die test ga ik doen
idem
2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2.2 idem
Hoe krijg ik dat goed en gezond?
1
1.4
11
Anne - maaltijdvoorziening context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen 204.03.5 beroepsgeheim hanteren
1
204.03.6 machtsmisbruik voorkomen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
1 2
idem
1.2 2.2
301.06.1 mondeling rapporteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
202.04.6 organisatie maaltijdvoorziening 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.4
Ondersteunen bij huishouden en wonen
1
idem
1.4
204.04.1 eigen mening naar voren brengen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
1.8
204.04.2 opkomen voor eigen positie
1 3
idem
1.8 3.3
301.06.2 schriftelijk rapporteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2.2 idem
Nog maar een leerling?
idem
3
Hanteert crisis- en onvoorziene situaties Stemt de zorgverlening af
3.3 idem
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
12
Anne - maaltijdvoorziening context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
beroepsprestatie
beroepsproduct
Marit – onderhoud van kleding en schoeisel context/casus Wat moet ik zeggen?
eindtermen
kerntaken
202.05.1 linnengoed en schoeisel aanschaffen 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.4
1
idem
1.4
204.05.1 samenwerken
3
Uitvoeren van organisatie- en professigebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.01
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden bij zelfredzaamhedi
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.4
202.05.2 adviseren over aanschaf 202.06 voorschriften toepassen
Ondersteunen bij huishouden en wonen idem
2
U bent deskundig
werkprocessen
1 1
2.1
Ondersteunen bij huishouden en wonen idem
1.4
13
Marit – onderhoud van kleding en schoeisel context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
Dat is best vies
Moet je zien, helemaal los!
204.05.2 respect tonen voor collega’s
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.06.3 gegevens registreren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
202.05.3 was verzorgen 202.06 voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.4
Ondersteunen bij huishouden en wonen idem
204.05.3 eigen werkwijze bespreekbaar maken
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.06.4
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
202.05.4 schoeisel en kleding onderhouden 202.06
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.4
Ondersteunen bij huishouden en wonen
1
idem
1.4
1
1.4
idem
14
Marit – onderhoud van kleding en schoeisel context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
beroepsprestatie
beroepsproduct
voorschriften toepassen 202.07 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen 204.05.5 conflictsituaties 204.05.6 feedback hanteren
3
301.06.4 aan naasten rapporteren 301.06.5 aan andere disciplines rapporteren
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken idem
3.3
Stemt de zorgverlening af
3.3
idem
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
1
idem
1.6
idem
3
Margriet – persoonlijke verzorging context/casus Ik heb het ijskoud
eindtermen 204.01.1 initiatief nemen 204.01.2 adequaat communiceren
kerntaken 3 3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken idem
werkprocessen 3.3
Stemt de zorgverlening af
3.3
idem
15
Margriet – persoonlijke verzorging context/casus
Wat moet dat verdorie!
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
301.02.1 gegevens verzamelen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.02.1 aan- en uitkleden 302.02.6 wetgeving toepassen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg idem
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
303.02.1 GVO geven
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.01.1 initiatief nemen 204.01.2 adequaat communiceren
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken idem
3.3
Stemt de zorgverlening af
3.3
idem
301.02.1 gegevens verzamelen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.02.2 hulp bieden bij wassen 302.02.6 wetgeving toepassen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg idem
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
1
beroepsprestatie
beroepsproduct
1.2 Stelt een zorgplan op
3
1
1.2 Stelt een zorgplan op
1
16
Margriet – persoonlijke verzorging context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
overnemen
We zijn een goed team
303.02.1 GVO geven 303.02.2 maatregelen treffen voor veilige omgeving
1
204.01.3 afspraken maken
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.7
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.02.2 observaties uitvoeren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.02.3 hulp bieden bij uiterlijke verzorging 302.02.6 wetgeving toepassen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
idem
1.2
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
303.02.1 GVO geven 303.02.2 maatregelen treffen voor veilige omgeving
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.7
1
Geeft voorlichting, advies en instructie idem
1.7
Idem Stelt een zorgplan op
1
Geeft voorlichting, advies en instructie idem
1.7
17
Margriet – persoonlijke verzorging context/casus
eindtermen
Wat zeg je kind?
204.01.4 afspraken nakomen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.02.2 observaties uitvoeren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.02.4 gebruik van hulpmiddelen 302.02.6 wetgeving toepassen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg idem
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
303.02.2 maatregelen treffen voor veilige omgeving
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.01.5 feedback hanteren
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.02.3 anamnesegesprek voeren 301.02.4 betekenis geven aan verzamelde informatie
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
1
idem
1.1
idem
Zo zal het wel gaan
kerntaken
1
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
1.2 Stelt een zorgplan op
18
Margriet – persoonlijke verzorging context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
302.02.5 complicaties van bedrust 302.02.6 wetgeving toepassen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
1 1
idem Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2 1.1
303.02.3 hospitalisering voorkomen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg idem Stelt een zorgplan op
Geeft voorlichting, advies en instructie
Samantha - voedingsproblemen context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
Ik heb geen zin in eten
204.01.5 feedback hanteren
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.02.3 anamnesegesprek voeren 301.02.4 betekenis geven aan verzamelde informatie
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
1
idem
1.1
idem
302.03.1 hulp bieden bij eten en drinken 302.13 communicatie
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
beroepsprestatie
beroepsproduct
Stelt een zorgplan op
19
Samantha - voedingsproblemen context/casus
Ik lust geen groenten
Ik heb dorst
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.02.3 hospitalisering voorkomen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.01.6 conflictsituaties
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.03.1 zorgdoelen formuleren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.03.2 voedingsproblemen signaleren 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.03.1 observeren van stoornissen,beperkingen, handicaps
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.01.7 omgangsvormen hanteren
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.03.1 zorgdoelen formuleren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
beroepsprestatie
beroepsproduct
1.1
Stelt een zorgplan op 1.1
20
Samantha - voedingsproblemen context/casus
eindtermen 302.03.3 maatregelen om eetlust te bevorderen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
Wat een heerlijk toetje!
kerntaken
werkprocessen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.03.1 observeren van stoornissen,beperkingen, handicaps
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.01.8 informeren over de te verlenen zorg
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.03.2 ondersteuning bepalen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.03.4 voedings- en dieetvoorschriften hanteren 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.03.2 over observaties rapporteren
1.2
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Stelt een zorgplan op
1.1
Stelt een zorgplan op 1.1
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
21
Daniëlle - uitscheiding context/casus Ik zal u even opfrissen
Hoe leg ik dat uit?
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
204.01.8 informeren over de te verlenen zorg
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
301.03.2 ondersteuning bepalen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.04.1 hulp bieden bij toiletgang 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.03.2 over observaties rapporteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.02.1 respect tonen voor de zorgvrager
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
beroepsproduct
Stelt een zorgplan op
2
1.1
2.2
301.03.3 zorgplan vaststellen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.04.2 een zorgvrager blaastraining geven 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.03.3 observaties bespreken met zorgvrager
beroepsprestatie
Stelt een zorgplan op 1.1
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
22
Daniëlle - uitscheiding context/casus
Dat begrijp ik heel goed!
eindtermen
204.02.1 respect tonen voor de zorgvrager
kerntaken
1 2
Nogmaals in het bewonersoverleg bespreken
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2.2
301.03.3 zorgplan vaststellen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.04.3 incontinentiemateriaal toepassen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.03.3 observaties bespreken met zorgvrager
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.02.1 respect tonen voor de zorgvrager
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
Stelt een zorgplan op
2
1.1
2.2
301.03.4 het zorgplan afstemmen met andere disciplines
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.04.4 een verblijfskatheter verzorgen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
Stelt een zorgplan op 1.1
23
Daniëlle - uitscheiding context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
of gedeeltelijk overnemen
Kan die buurman z’n kop houden
Het klopt wat je zegt
303.03.3 observaties bespreken met zorgvrager
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.02.2 afhankelijkheid van de zorgvrager hanteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
301.03.4 het zorgplan afstemmen met andere disciplines
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.04.5 de uitscheiding bevorderen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.1 reacties signaleren op stoorniseen, beperkingen, handicaps
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.02.2 afhankelijkheid van de zorgvrager hanteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2
2.2
Stelt een zorgplan op
2
1.1
2.2
24
Daniëlle - uitscheiding context/casus
Oh nee, niet braken asjeblieft
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
301.04.1 veranderingen signaleren in de gezondheidstoestand
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.04.6 hulp bieden bij opgeven van sputum 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.1 reacties signaleren op stoorniseen, beperkingen, handicaps
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.02.3 de autonomie bevorderen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
1 2
idem
1.2 2.2
301.04.1 veranderingen signaleren in de gezondheidstoestand 301.04.2 veranderingen signaleren in zorgbehoefte
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
1
idem
1.6
idem
302.04.7 hulp bieden bij braken 302.04.9 hulp bieden
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg idem
beroepsproduct
Stelt een zorgplan op
2 204.02.4 verantwoordelijkheid van een zorgvrager hanteren
beroepsprestatie
1.1
2.2 idem
1
1.2
25
Daniëlle - uitscheiding context/casus
eindtermen bij transpiratie 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
Dat maakt me even verlegen
kerntaken
werkprocessen
beroepsproduct
Stelt een zorgplan op 1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.2 negatieve effecten van gezondheidsproblemen voorkomen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.02.3 de autonomie bevorderen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2
1.1
2.2
301.04.2 veranderingen signaleren in zorgbehoefte
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.04.8 hulp bieden bij de menustruatie 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.2 negatieve effecten van gezondheidsproblemen voorkomen
beroepsprestatie
Stelt een zorgplan op 1.1
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
26
Daniëlle - uitscheiding context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
Meneer Ramirez - mobiliteit context/casus Ik wil heel graag zelf boodschappen doen
Afstoffen? Ik?
eindtermen
kerntaken
204.02.4 verantwoordelijkheid voor een zorgvrager hanteren
1
301.05.1 een zorgplan evalueren 302.05.1 helpen bij het voortbewegen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.4
Evalueert de zorgverlening
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.3 gevolgen van hospitalisering beperken
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.02.5 zorgvuldig handelen bij intimiteiten
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2.2
Stelt een zorgplan op
2
1.1
2.2
301.05.1 een zorgplan evalueren
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.4
Evalueert de zorgverlening
302.05.2 tillen en verplaatsen van een zorgvrager 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
Stelt een zorgplan op 1.1
27
Meneer Ramirez - mobiliteit context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
gedeeltelijk overnemen
Ik zat hier de hele nacht
Ik was toch je vriend?
303.04.4 adviseren over aanpassingen in leefwijze
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.03.1 verantwoordelijkheid voor eigen taken 204.03.2 eigen grenzen bewaken
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
301.05.2 een zorgplan bijstellen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.4
Evalueert de zorgverlening
302.05.3 helpen bij het vinden van lichaamshouding 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.5 instrueren bij aan te leren vaardigheden
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.03.1 verantwoordelijkheid voor eigen taken
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
204.03.2 eigen grenzen bewaken
1 2
idem
1.2 2.2
301.05.2 een zorgplan bijstellen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.4
Evalueert de zorgverlening
302.05. 4 een zorgvrager stimuleren tot beweging
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
2
2.2
Stelt een zorgplan op
2
1.1
2.2 idem
28
Meneer Ramirez - mobiliteit context/casus
eindtermen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen 303.04.6 adviseren over hulpverleningamogelijkheden
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
Stelt een zorgplan op 1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
Marleen van Heus – slaap- en rustpatroon context/casus Kan ik even met je praten
eindtermen 204.03.3 eigen emoties en gevoelens respecteren
kerntaken 1 2
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2.2
301.06.1 mondeling rapporteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.06.1 bed van de zorgvrager opmaken 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.7.1 patiëntenvoorlichting geven: methode afstemmen op zorgvrager
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
Stelt een zorgplan op 1.1
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
29
Marleen van Heus – slaap- en rustpatroon context/casus Laat mij maar liggen hoor
eindtermen 204.03.4 werk en privé gescheiden houden
kerntaken 1 2
Wat kan ik straks nog?
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2.2
301.06.1 mondeling rapporteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.06.2 diverse soorten bedden hanteren 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.7.2 patiëntenvoorlichting geven: informatie over het gezondheidsprobleem
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.03.5 het beroepsgeheim hanteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
Stelt een zorgplan op
2
1.1
2.2
301.06.2 schriftelijk rapporteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.06.3 hulpmiddelen bij bedverzorging 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.7.3patiëntenvoorlichting geven: informatie over de zorginstelling
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
Stelt een zorgplan op 1.1
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
30
Marleen van Heus – slaap- en rustpatroon context/casus Mag ik al naar bed?
eindtermen
kerntaken
204.03.6 machtsmisbruik voorkomen
1 2
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2.2
301.06.2 schriftelijk rapporteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitoort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.08 slaap- en waakritme bevorderen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.7.4 patiëntenvoorlichting geven: informatie over rechten en plichten
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
Stelt een zorgplan op 1.1
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
Mireille – vitale functies context/casus Het moet nu juist wél
eindtermen
kerntaken
204.03.7 zorgvuldig handelen in ethische zaken
1
301.06.3 gegevens registreren 302.07.1 bepalen normale of afwijkende waarden 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
2
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2.2
1.1
Stelt een zorgplan op
31
Mireille – vitale functies context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
Dit is echt niet goed!
303.04.7.5/6 patiëntenvoorlichting geven: informatie over zorgverlening, ouder- en patiëntenverenigingen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.7
Geeft voorlichting, advies en instructie
204.04.1 eigen mening en wensennaar voren brengen 204.04.2 opkomen voor eigen positie
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken Idem idem
1.8
Hanteert crisis- en onvoorziene situaties Stemt de zorgverlening af
301.06.4 aan naasten rapporteren 301.06.5 aan andere disciplines rapporteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
1
idem
1.6
idem
302.07.2 maatregelen bij afwijkende waarden 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
303.04.7.6/8 patiëntenvoorlichting geven: informatie over, ouder- en patiëntenverenigingen en sociale kaart
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
3 1 3
3.3 1.8 3.3
1.1
1.7
Idem idem
Stelt een zorgplan op
Geeft voorlichting, advies en instructie
32
Emily - medicijnen context/casus Dat doe ik!
eindtermen
kerntaken
204.02.2 afhankelijkheid van een zorgvrager hanteren
1
204.03.1 verantwoordelijkheid voor eigen taken
werkprocessen
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Begeleiden van zorgvragers
1.2
1 2
idem
1.2 2.2
301.02 1 t/m 4 de zorgbehoefte van een zorgvrager inschatten
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
302.09.1 medicijngebruik controleren 302.09.2 medicijngebruik registreren 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.5
Voert verpleegtechnische handelingen uit
1
idem
1.5
idem
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
305.01.1 deelnemen aan besprekingen 305.01.2 consult vragen 305.01.3 andere disciplines consulteren 305.01.4 advies geven aan anderen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
3
Idem
3.3
Idem
3
Idem
3.3
Idem
3
idem
3.3
Idem
306.01.1 t/m 3 bijdrage aan
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.2
Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
2
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
2.2 idem
33
Emily - medicijnen context/casus
eindtermen kwaliteitszorg op microniveau 306.02.1 en 2 voorwaarden scheppen voor verbetering kwaliteitszorg op microniveau
De juiste pil in het juiste bakje
kerntaken
werkprocessen
3
idem
3.2
idem
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
2
Begeleiden van zorgvragers
2.2
301.03.1 zorgdoelen formuleren 301.03.2 ondersteuning bepalen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan idem
1.1
Stelt een zorgplan op
1.1
idem
302.09.3 medicijnen uitzetten 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.5
Voert verpleegtechnische handelingen uit Stelt een zorgplan op
305.01.5 verantwoordelijke van zorg inschakelen 305.01.6 nieuwe afspraken verwerken in zorgplan
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
3
idem
3.3
idem
306.03.1 klachten benutten op microen mesoniveau
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.4
Evalueert de zorgverlening
204.03.2 de eigen grenzen bewaken
beroepsprestatie
beroepsproduct
Begeleiden op psychosociaal gebied
1
1
1.1
34
Emily - medicijnen context/casus Hoe weet jij dat allemaal?
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
204.02.3 de autonomie van een zorgvrager bevorderen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
2
Begeleiden van zorgvragers
2.2
301.04.1 veranderingen signaleren in gezondheidstoestand
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.09.4 medicijnen toedienen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.5
Voert verpleegtechnische handelingen uit Stelt een zorgplan op
305.01.7 knelpunten doorgeven aan verantwoordelijke
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
306.04.1 knelpunten signaleren in werkklimaat 306.04.2 initiatieven nemen om knelpunten op te lossen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.2
Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
beroepsprestatie
beroepsproduct
beroepsprestatie
beroepsproduct
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
1
1.1
Mevrouw Jaarsma - wondverzorging context/casus Wat is daar nou prachtig aan!
eindtermen 204.03.3 eigen emoties en gevoelens respecteren
kerntaken
werkprocessen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
2
Begeleiden van zorgvragers
2.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg Begeleiden op psychosociaal gebied
35
Mevrouw Jaarsma - wondverzorging context/casus
Oh, wat een ellende!
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
301.04.1 veranderingen signaleren in gezondheidstoestand
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.10.1 rode wonden verzorgen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.5
Voert verpleegtechnische handelingen uit
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
305.02.1 zorgdragen voor ontslag zorgvrager
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
306.05.1 vakliteratuur bijhouden 306.05.2 bijscholing volgen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.1
Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
204.02.5 zorgvuldig handelen bij intimiteiten
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.2
Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
2
Begeleiden van zorgvragers
2.2
301.04.2 veranderingen signaleren in zorgbehoefte
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.10.2 gele wonden verzorgen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.5
Voert verpleegtechnische handelingen uit
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
beroepsprestatie
beroepsproduct
Stelt een zorgplan op
Begeleiden op psychosociaal gebied
1.1
Stelt een zorgplan op
36
Mevrouw Jaarsma - wondverzorging context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen 305.02.2 zorgvrager overdragen aan andere afdeling
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
306.05.4 participeren in intercollegiale ondersteuning
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.1
Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
Djamila – ongevallen en onvoorziene situaties context/casus Tsjonge, wat een agressie!
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
204.04.3 adequaat handelen bij ongewenste intimiteiten
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.8
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
301.04.1veranderingen signaleren in gezondheidstoestand
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.11 adquaat reageren bij ongevallen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.8
Hanteert crisis en onvoorziene situaties
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
beroepsprestatie
beroepsproduct
Hanteert crisis- en onvoorziene situaties Stemt de zorgverlening af
Stelt een zorgplan op 1.1
37
Djamila – ongevallen en onvoorziene situaties context/casus
Ik zorg wel voor hulp
Dit is de limit
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
305.02.3 een zorgvrager overdragen naar andere afdeling/instelling
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
306.05.5 reflecteren op eigen beroepsmatig handelen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.1
Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
204.04.4 adequaat handelen bij fysieke agressie
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.8
Hanteert crisis- en onvoorziene situaties
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
301.04.1veranderingen signaleren in gezondheidstoestand
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.11 adquaat reageren bij ongevallen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.8
Hanteert crisis en onvoorziene situaties
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
305.03.3 prioriteiten stellen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
306.05.3 themabijeenkomsten bijwonen 306.06.1 een bijdrage leveren aan themabijeenkomsten
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.1
Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
204.04.4 adequaat handelen bij fysieke
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.8
Hanteert crisis- en onvoorziene situaties
beroepsprestatie
beroepsproduct
Stemt de zorgverlening af
Stelt een zorgplan op 1.1
38
Djamila – ongevallen en onvoorziene situaties context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
agressie
Los ik dit simpel op
beroepsprestatie
beroepsproduct
Stemt de zorgverlening af 3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
301.04.2veranderingen signaleren in zorgbehoefte
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.11 adquaat reageren bij ongevallen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.8
Hanteert crisis en onvoorziene situaties
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
305.03.1 tijdplanning maken 305.03.2 rekening houden met zorgplan
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
306.06.2 werkbegeleiding geven
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.2
Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
204.04.5 onderhandelen met collega’s
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.8
Hanteert crisis- en onvoorziene situaties
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
301.04.2veranderingen signaleren in zorgbehoefte
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.11 adquaat reageren bij ongevallen 302.13 communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.8
Hanteert crisis en onvoorziene situaties
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
Stelt een zorgplan op 1.1
Stemt de zorgverlening af
Stelt een zorgplan op 1.1
39
Djamila – ongevallen en onvoorziene situaties context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen 305.04.1 knelpunten signaleren in zorgverlening 305.04.2 initiatieven nemen om knelpunten op te lossen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.2
Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
3
idem
3.2
idem
306.07.1 t/m 3 standpunten innemen over handelswijzen in gezondheidszorg
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.1
Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
Meneer Aalders – begeleiden context/casus Praat jij dan maar voor mij
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
204.05.1 samenwerken met collega’s e.a. 204.05.2 respect tonen voor collega’s e.a
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
3
idem
3.3
idem
301.05.1 een zorgplan evalueren 301.05.2 een zorgplan bijstellen
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.4
Evalueert de zorgverlening
3
idem
3.4
idem
302.12.1 t/m 3 begeleiden bij zelfredzaamheid, aktiviteiten en structureren van tijd 302.13
2
Begeleiden van zorgvragers
2.1 2.2 2.3
Begeleiden bij zelfredzaamheid Begeleiden op psychosociaal gebied Begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied
beroepsprestatie
beroepsproduct
40
Meneer Aalders – begeleiden context/casus
eindtermen
kerntaken
communicatie ondersteunen 302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
305.05.1 kenmerken intramurale setting
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
306.09.1 werken binnen doelstelling, visie en regels 306.09.2 binnen grenzen van het beroep werken
Laat mijn vader toch met rust
werkprocessen 1.1
beroepsprestatie
beroepsproduct
Stelt een zorgplan op
3.3
Stemt de zorgverlening af
Leren, loopbaan en burgerschap
204.04.1 eigen mening en wensen naar voren brengen 204.04.2 opkomen voor eigen positie
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
3
idem
3.3
idem
301.06.1 mondeling rapporteren 301.06.2 schriftelijk rapporteren 301.06.3 gegevens registreren
1
1.6
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Idem
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager Idem
1
idem
1.6
idem
302.12.4 t/m 6 begeleiden bij veranderingen, zingeving, ethiekfinanciën en eigendommen 302.13 communicatie ondersteunen
2
Begeleiden van zorgvragers
2.1 2.2 2.3
Begeleiden bij zelfredzaamheid Begeleiden op psychosociaal gebied Begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
41
Meneer Aalders – begeleiden context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen 305.05.2 kenmerken extramurale setting
3
306.09.3 binnen eisen ARBOwet werken 306.09.4 CAO en rechtspositie toepassen 306.09.5 medezeggenschap
Ze moeten me vast niet meer
Uitvoeren van organisatie- en professiegbonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
Leren, loopbaan en burgerschap
204.05.3 eigen werkwijze en beroepshouding bespreekbaar maken 204.05.4 positieve bijdrage leveren aan sfeer
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
3
idem
3.3
idem
301.06.2 schriftelijk rapporteren 301.06.3 gegevens registreren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.12.7 t/m 8 begeleiden van jeugdigen, het sociale netwerk, van de zorgvrager 302.13 communicatie ondersteunen
2
Begeleiden van zorgvragers
2.1 2.2 2.3
Begeleiden bij zelfredzaamheid Begeleiden op psychosociaal gebied Begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
42
Meneer Aalders – begeleiden context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
302.14 voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen
Waarom juist nu?
305.05.3 kenmerken transmurale zorg
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
306.08 1 t/m 4 een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het beroep
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.1
Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
204.05.5 conflictsitutaie 204.05.6 feedback hanteren
3
3.3
Stemt de zorgverlening af
3
Uitvoeren van organisatie- en professsiegebonden taken idem
3.3
Idem
204.06 omgaan met situaties van sterven en rouw
2
Begeleiden van zorgvragers
2.2
Begeleiden op psychosociaal gebied
301.06.4 aan naasten rapporteren 301.06.5 aan andere disciplines rapporteren
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.6
Monitort de gezondheidstoestand van de zorgvrager
302.12.9 t/m 11, handelen als zorgvrager is overleden, begeleiden bij verlies 302.13 communicatie ondersteunen 302.14
2
Begeleiden van zorgvragers
2.1 2.2 2.3
Begeleiden bij zelfredzaamheid Begeleiden op psychosociaal gebied Begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied
1
Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan
1.1
Stelt een zorgplan op
43
Meneer Aalders – begeleiden context/casus
eindtermen
kerntaken
werkprocessen
beroepsprestatie
beroepsproduct
voorschriften toepassen 302.15 zelfzorg geheel of gedeeltelijk overnemen 305.05.4 kenmerken semimurale setting
3
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3
Stemt de zorgverlening af
44
Competentiewijzer i-careflex generiek niveau 3 Kerntaak
Werkproces
Competentie
Opdrachten binnen casus
Bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.1 Stelt het zorgplan op
Aandacht en begrip tonen: interesse tonen, luisteren, inleven in andermans gevoelens, verdraagzaamheid en welwillendheid tonen
Verwerkingsvragen, rollenspel
Formuleren en rapporteren: correct formuleren
Zorgdossierroute, eindopdracht
Vakdeskundigheid toepassen: vak specifieke kennis herhalen, vaardigheden en technieken in standaardsituaties laten zien, regels en procedures toepassen Analyseren: informatie genereren uit gegevens, gegevens uiteen rafelen
Theorie: Plannen van zorg, Interactie in de beroepssituatie, gesprekstechnieken en sociale vaardigheden leren toepassen, vaardighedenroute
Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: behoeften en verwachtingen achterhalen: aansluiten bij behoeften en verwachtingen
Oriëntatie op de context en de casus, verwerkingsvragen rollenspel
Ethisch en integer handelen: ethisch handelen, integer handelen
Oriëntatie op de context en de casus, verwerkinsgvragen, rollenspel
Vakdeskundigheid toepassen: vak specifieke kennis herhalen, vaardigheden en technieken in standaardsituaties laten zien, regels en procedures toepassen
Theorie Basiszorg, vaardighedenroute, skillstraining
1.2 Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
Zorgdossierroute, eindopdracht
3
Kerntaak
Werkproces
Competentie
Opdrachten binnen casus
Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: behoeften en verwachtingen achterhalen: aansluiten bij behoeften en verwachtingen
Oriëntatie op de context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
1.3 Biedt palliatief terminale zorg
Aandacht en begrip tonen: interesse tonen, luisteren, inleven in andermans gevoelens, verdraagzaamheid en welwillendheid tonen
Verwerkingsvragen, rollenspel
Thema niveau 3: Begeleiden
Samenwerken en overleggen: anderen raadplegen en betrekken
Theorie Basiszorg en Interactie, skillstraining, verwerkingsvragen, rollenspel
Ethisch en integer handelen: ethisch handelen, integer handelen
Oriëntatie op de context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: behoeften en verwachtingen achterhalen: aansluiten bij behoeften en verwachtingen, klanttevredenheid in de gaten houden
Oriëntatie op de context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
Met druk en tegenslag omgaan: gevoelens onder controle houden, grenzen stellen
Komt incidenteel aan bod binnen de verschillende casussen
Vakdeskundigheid toepassen: vak specifieke kennis herhalen, vaardigheden en technieken in standaardsituaties laten zien, regels en procedures toepassen
theorie Zorg voor huishouden, vaardigheden zorg voor huishouden, skillstraining
1.4 Ondersteunt bij huishouden en wonen
4
Kerntaak
Werkproces
Competentie
Opdrachten binnen casus
Thema's niveau 3: Woonomgeving,Maaltijdvoorziening, Onderhoud Kleding en schoeisel
Materialen en middelen inzetten: geschikte materialen en middelen kiezen, materialen doeltreffend en middelen doelmatig gebruiken, goed zorgdragen voor materialen en middelen Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: behoeften en verwachtingen achterhalen: aansluiten bij behoeften en verwachtingen
Vaardighedenroute,skillstraining
Instructies en procedures opvolgen: instructies opvolgen, werken volgens voorgeschreven procedures en veiligheidsvoorschriften
Vaardighedenroute,skillstraining
Formuleren en rapporteren: nauwkeurig en volledig rapporteren, vlot en bondig formuleren
zorgdossierroute, eindopdracht
Onderzoeken: openstaan voor nieuwe informatie
zorgdossierroute, rollenspel
Samenwerken en overleggen: anderen raadplegen en betrekken
Theorie Plannen van zorg en Interactie in de beroepssituatie, verwerkingsvragen, rollenspel
Begeleiden: adviseren
Oriëntatie op context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
1.6 Monitort de gezondheidstoestand op somatisch en psychosociaal gebied
1.7 Geeft individuele voorlichting, advies en instructie
Oriëntatie op context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
5
Kerntaak
Begeleiden van zorgvragers
Werkproces
Competentie
Opdrachten binnen casus
Aandacht en begrip tonen: begrip hebben voor de standpunten en houding van anderen
Verwerkingsvragen, rollenspel
Presenteren: duidelijk uitleggen en toelichten
Theorie: Preventie en GVO, rollenspel
Materialen en middelen inzetten: geschikte materialen en middelen kiezen, materialen doeltreffend en middelen doelmatig gebruiken, goed zorgdragen voor materialen en middelen
Rollenspel
1.8 Hanteert crisis- en onvoorziene situaties
Samenwerken en overleggen: anderen raadplegen en betrekken
Oriëntatie op context en casus, theorieverwerking, skillstraining, verwerkingsvragen, zorgdossierroute, eindopdracht, rollenspel
Thema niveau 3: Ongevallen en onvoorziene situaties
Materialen en middelen inzetten: geschikte materialen en middelen kiezen, materialen doeltreffend en middelen doelmatig gebruiken, goed zorgdragen voor materialen en middelen Instructies en procedures opvolgen: instructies opvolgen, werken volgens voorgeschreven procedures en veiligheidsvoorschriften
Theorie Basiszorg, vaardighedenroute, skillstraining
2.1 Begeleidt een zorgvrager bij zelfredzaamheid
Theorie, vaardighedenroute, skillstraining
Met druk en tegenslag omgaan: effectief blijven presteren onder druk
Komt incidenteel aan bod binnen de verschillende casussen
Begeleiden: adviseren en motiveren
Oriëntatie op context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
6
Kerntaak
Werkproces
Competentie
Opdrachten binnen casus
Aandacht en begrip tonen: bezorgdheid tonen voor anderen, verdraagzaamheid en welwillendheid tonen
Verwerkingsvragen, rollenspel
Aandacht en begrip tonen: anderen steunen, inleven in andermans gevoelens, interesse tonen
Verwerkingsvragen, rollenspel
Ethisch en integer handelen: ethisch handelen, integer handelen
Oriëntatie op context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
Vakdeskundigheid toepassen: vak specifieke kennis herhalen, vaardigheden en technieken in standaardsituaties laten zien, regels en procedures toepassen
Theorieverwerking Interactie in de beroepssituatie, skillstraining gesprekstechnieken en sociale vaardigheden, verwerkingsvragen, rollenspel
2.3 Begeleidt een zorgvrager op sociaal-maatschappelijk gebied
Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: behoeften en verwachtingen achterhalen: aansluiten bij behoeften en verwachtingen, klanttevredenheid in de gaten houden
Oriëntatie op context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
2.4 Begeleidt een groep zorgvragers op psychosociaal gebied
Begeleiden: Anderen ontwikkelen, motiveren
Oriëntatie op context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
2.2 Begeleidt een zorgvrager op psycho-sociaal gebied
7
Kerntaak
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
Werkproces
3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
3.2 Werkt aan het bevorderen/bewaken van kwaliteitszorg
3.3 Stemt de zorgverlening af
Competentie
Opdrachten binnen casus
Omgaan met verandering en aanpassen: omgaan met verschillen ( diversiteit tussen mensen )
Oriëntatie op context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
Samenwerken en overleggen: bevorderen van de teamgeest, een bijdrage leveren aan de sfeer
Theorieverwerking Interactie in de beroepssituatie, skillstraining gesprekstechnieken en sociale vaardigheden
Vakdeskundigheid toepassen: vak specifieke kennis herhalen, vaardigheden en technieken in standaardsituaties laten zien, regels en procedures toepassen
Theorieverwerking Kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering, skillstraining gesprekstechnieken en sociale vaardigheden, verwerkingsvragen, rollenspel
Leren: leren van feedback en fouten, vakkennis en vaardigheden bijhouden
Oriëntatie op context en casus, verwerkingsvragen, rollenspel
Instructies en procedures opvolgen: werken conform voorgeschreven procedures, bijdrage leveren aan kwaliteitszorgsystemen
Theorie Kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering, vaardigheden, verwerkingsvragen, gesprektstechnieken en sociale vaardigheden, rollenspel
Kwaliteit leveren: kwaliteit- en productiviteitsniveaus bewaken
Theorie Kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering, vaardigheden, verwerkingsvragen, gesprektstechnieken en sociale vaardigheden, rollenspel
Samenwerken en overleggen: anderen raadplegen en betrekken
Theorieverwerking Coördinatie van zorg, skillstraining, verwerkingsvragen, rollenspel
8
Kerntaak
Werkproces
3.4 Evalueert de zorgverlening
Competentie
Opdrachten binnen casus
Plannen & organiseren: activiteiten plannen, doelen stellen
Theorie Plannen van zorg, zorgdossierroute, eindopdracht
Omgaan met verandering en aanpassen: aanpassen aan veranderende omstandigheden
Theorie Coördinatie van zorg, gespreks- en vergadertechnieken, verwerkingsvragen, rollenspel
Met druk en tegenslag omgaan: constructief omgaan met kritiek
Theorie Interactie in de beroepssituatie, gesprekstechnieken en sociale vaardigheden, verwerkingsvragen, rollenspel
Aandacht en begrip tonen: aandachtig luisteren naar inbreng van anderen en deze inbreng waarderen
Theorie Coördinatie van Zorg en Plannen van zorg, verwerkingsvragen, rollenspel, zorgdossierroute, eindopdracht
Samenwerken en overleggen: openhartig en oprecht communiceren, duidelijk en direct menigen en bevindingen weergeven, zaken m.b.t. de zorgverlening bespreekbaar maken
Theorie Coördinatie van zorg en Plannen van zorg, gesprekstechnieken en sociale vaardigheden, verwerkingsvragen, rollenspel
Formuleren en rapporteren: vlot en bondig formuleren, scherp en kernachtig bevindingen formuleren, zorgevaluatie voor iedereen inzichtelijk en begrijpelijk maken
Theorie Coördinatie van zorg en Plannen van zorg, zorgdossierroute, eindopdracht
9
Didactische handleiding bij i-care flex
Gebruikershandleiding bij het beroepsspecifieke lesmateriaal van i-care flex
3
Inhoudsopgave Didactische handleiding bij i-care flex....................................................................................... 3 Gebruikershandleiding bij het beroepsspecifieke lesmateriaal van i-care flex Inhoudsopgave ........................................................................................................................... 4 1. Toelichting bij de handleiding............................................................................................ 5 1.1 Leeswijzer .................................................................................................................. 5 2 Didactische uitgangspunten van i-care flex ....................................................................... 6 2.1 Didactiek beroepsspecifiek ........................................................................................ 6 2.2 Opbouw van i-care flex .............................................................................................. 7 2.3 I-care flex en competentiegericht leren en opleiden ................................................ 18 2.4 Samenwerkend leren met i-care ............................................................................... 19 2.5 Kerntaken en werkprocessen binnen i-care flex ...................................................... 20 2.6 I-care flex inpassen in het didactisch model van de opleiding................................. 16 2.7 Werken aan prestaties............................................................................................... 20
4
1. Toelichting bij de handleiding Deze handleiding is bedoeld om docenten die gaan werken met het beroepsspecifieke materiaal van i-care flex op weg te helpen. In deze handleiding wordt aandacht besteed aan: • • • • • • •
De didactische uitgangspunten van i-care flex Hoe het beroepsspecifieke lesmateriaal is opgebouwd De relatie tussen i-care flex generiek en i-care flex beroepsspecifiek De relatie tussen i-care flex en competentiegericht leren en opleiden Het samenwerkend leren binnen i-care flex De externe legitimering binnen i-care flex Op welke manier i-care flex kan worden ingepast in het didactisch model van de opleiding.
Bij de opzet van de handleiding is uitgegaan van het volgende doel van de lezer: het ontwikkelen van de competentie: “op adequate wijze kunnen werken met het i-care flex lesmateriaal binnen het eigen onderwijsmodel.” Het ontwikkelen van deze competentie kan worden bereikt door middel van het bestuderen van bronnenmateriaal ( brochures, folders, i-care flex schema’s, internet etc.) en door te oefenen met de software. Deze didactische handleiding is bedoeld om de lezer op weg te helpen bij het ontwikkelen van die competentie. In de handleiding wordt regelmatig verwezen naar onderdelen van i-care flex. Dit alles met het doel deze handleiding zo praktisch mogelijk te laten zijn. Een uitgebreide didactische handleiding die is voorzien van een uitwerking van drie didactische modellen is eveneens te vinden op de website van i-care flex onder Docent/extra materiaal.
Leeswijzer De componenten van het beroepsspecifieke lesmateriaal van i-care flex worden beschreven zoals deze ook in de brochure staan. Er wordt duidelijk ingegaan op wat het beroepsspecifieke lesmateriaal onderscheid van het generieke lesmateriaal en op welke wijze het materiaal is opgebouwd. In deze handleiding wordt aandacht besteed aan: • Uitgangspunten en specifieke kenmerken van i-care flex beroepsspecifiek • De relatie tussen i-care flex en competentiegericht leren en opleiden • Tips voor samenwerkend leren met i-care flex • Het inpassen van i-care flex in het didactisch model van de opleiding.
5
Didactische uitgangspunten van i-care flex ThiemeMeulenhoff heeft het vernieuwende, flexibele en arrangeerbare lesmateriaal i-care flex ontwikkeld voor het gezondheidsonderwijs voor de opleidingen verzorgende niveau 3 en verpleegkundige niveau 4, zowel voor de BOL- als de BBL-leerroute. Het is vernieuwend, omdat het materiaal aansluit bij competentiegericht opleiden, zelfstandig leren en het gebruik van interactieve media. Het lesmateriaal van i-care flex kan gebruikt worden binnen elk didactisch model en is flexibel inzetbaar in opleidingen. Het materiaal kent meerdere beoordelingsinstrumenten die naar keuze kunnen worden ingezet.
Didactiek beroepsspecifiek Het lesmateriaal van het beroepsspecifieke deel van de opleidingen onderscheidt zich in belangrijke mate van het lesmateriaal voor het generieke deel van de opleidingen. De onderscheidende elementen binnen i-care flex zijn: • De virtuele beroepspraktijken kennen een opbouw in complexiteit naar het handelen als beroepsbeoefenaar in de gezondheidszorg. Daarbinnen staat het zelfstandig functioneren van de beroepsbeoefenaar centraal. • De student ( of docent, afhankelijk van het onderwijsmodel) kan zelf zijn arrangement samenstellen. Dit arrangement kan worden bewaard. Een student kan meerdere arrangementen samenstellen. Er is dus duidelijk sprake van maatwerk en zelfsturing. • Leertaken zijn in de software uitgewerkt als prestaties. De student bepaalt zelf op welke manier, in welke vorm en met wie een prestatie wordt uitgewerkt. De student kan zich hierin laten ondersteunen door gebruik te maken van verschillende servicedocumenten: een studiewijzer, een planningsformulier ‘Werken aan prestaties‘ en checklists die ondersteuning bieden bij de verschillende werkvormen. Er is binnen de virtuele beroepspraktijken duidelijk sprake van toenemende zelfsturing: de docent als coach, de student neemt de verantwoordelijkheid voor de uitwerking van de prestaties. Vaak zal dit gebeuren in samenwerking met anderen. • De geleverde prestatie kan worden bewaard in het leerlingvolgsysteem. Naast de prestatie kan de student ook reflectieverslagen en praktijkleerdoelen bewaren. De docentbegeleider kan het materiaal beoordelen via de het leerlingvolgsysteem. Natuurlijk kan de student zijn best practices ook bewaren in een digitaal portfolio. • Praktijkleerdoelen kunnen per zorgcategorie als een geheel worden gegenereerd en gebruikt worden in de echte beroepspraktijk. • Elke virtuele beroepspraktijk is voorzien van theorie en extra servicedocumenten. Deze theorie, de servicedocumenten en het i-careplein zijn direct vanuit de applicatie te benaderen. Een compleet aanbod dat competentiegericht en flexibel is. • Aan elke virtuele beroepspraktijk is een online zorgdossier gekoppeld. Voor elke zorgvrager is binnen elke virtuele beroepspraktijk een zorgdossier aangemaakt. De student kan hierin gegevens verwerken uit onder meer kennismakings- of anamnesegesprekken, rapportage- of overdrachtsgesprekken, MDO- of cliëntbesprekingen. Op deze manier ontstaat geleidelijk aan een gevuld dossier. Een goede manier om te leren werken met een elektronisch dossier. 6
Opbouw van i-care flex i-care flex is benaderbaar via de website: www.i-careflex.nl i-care flex bestaat ook voor het beroepspecifieke deel uit drie onderdelen die gezamenlijk een compleet aanbod vormen. Onderdeel A: interactieve leerobjecten De leerobjecten voor het beroepsspecifieke deel van de opleidingen wordt online aangeboden en bestaan uit virtuele beroepspraktijken: vijf virtuele beroepspraktijken voor niveau 3 en zeven voor niveau 4. Een virtuele beroepspraktijk omvat een zorgcategorie. Binnen de virtuele beroepspraktijk staat het beroepsmatig handelen van de verzorgende/verpleegkundige centraal. De virtuele beroepspraktijk speelt zich af in een zorginstelling. Er is gefilmd in zorginstellingen. Voor niveau 3 zijn de volgende virtuele beroepspraktijken ontwikkeld:
304 308
309 310 311
Zorgcategorie Verplegende elementen IG
Zorginstelling Oostergouw
Het verzorgen van chronisch zieken, lichamelijk gehandicapten en revaliderenden Het verzorgen van ouderen
Lindendael
Het verzorgen van mensen met een verstandelijke beperking Het verzorgen van barenden, kraamvrouwen en pasgeborenen Het verzorgen van zorgvragers met een psychiatrische aandoening
Leekerweide
Uitstroomdifferentiatie Bieden van ondersteuning op basis van zorgplan Verpleeg/verzorgingshuiszor g en Thuiszorg Gehandicaptenzorg Verpleeg/verzorgingshuiszor g en Thuiszorg Gehandicaptenzorg
Samenzorg
Kraamzorg
In ontwikkeling!
Geestelijke gezondheidszorg
Lauwershof
Voor niveau 4 zijn de volgende virtuele beroepspraktijken ontwikkeld:
405
406
407
Zorgcategorie Verplegen van chronisch zieken, lichamelijk gehandicapten en revaliderenden Verplegen van zorgvragers voor en na een chirurgische ingreep, onderzoek of behandeling Verplegen van geriatrische zorgvragers
Zorginstelling Heliomare
Uitstroomdifferentiatie Verpleeg/verzorgingshuiszorg en Thuiszorg Gehandicaptenzorg
Westfriesgasthuis
Klinische zorg
De Hoge Hop
Verpleeg/verzorgingshuiszorg en Thuiszorg 7
408
409
410
411
Verplegen van zorgvragers met een verstandelijke beperking Verplegen van zorgvragers met een psychiatrische aandoening Verplegen van zwangeren, barenden, kraamvrouwen en pasgeborenen Verplegen van kinderen en jeugdigen
Leekerweide
Gehandicaptenzorg
Mentrum
Geestelijke gezondheidszorg
Westfriesgasthuis
Klinische zorg
Westfriesgasthuis
Klinische zorg
De hoofdpersoon van elke virtuele beroepspraktijk is altijd de toekomstige beroepsbeoefenaar. Zij volgt een opleiding en doet binnen de instelling de beroepspraktijkvorming. De student volgt de hoofdpersoon in de virtuele beroepspraktijk tijdens de uitvoering van de dagelijkse werkzaamheden. Daarbij komen alle facetten van de beroepsuitoefening aan bod. Alle opdrachten binnen de virtuele beroepspraktijk hebben betrekking op de hoofdpersoon én de zorgvragers uit de virtuele beroepspraktijk. Om die reden is de Introductie altijd bereikbaar. Bij de uitwerking van de opdrachten kan de student altijd even terugkijken in de video/fotoreportage met tekstfragmenten.
8
Het startscherm geeft een overzicht van de niveaus 3 en 4 met daarin een onderverdeling in generieke en beroepsspecifieke leerobjecten. Door een keuze te maken voor niveau/beroepsspecifiek komt de student bij de zorgcategorieën voor het betreffende niveau. Door op BPV’s te klikken komen de virtuele beroepspraktijken tevoorschijn. In de blauwe navigatiekolom kiest de student voor de BPV van zijn keuze. De student krijgt een globaal beeld van de inhoud van de virtuele beroepspraktijk ( zie schermafdruk ). Vervolgens kiest de student voor introductie, waar een foto/videoreportage verschijnt. Daarna maakt de student een keuze voor een van de dagen van de week. De student vindt hier alle leertaken die bij dit onderdeel ( introductie / dag van de week ) horen. In de (rode) horizontale navigatiebalk kan de student navigeren tussen zorginstelling/ dag van de week. Bij elke dag hoort een andere video/fotoreportage met andere tekstfragmenten. Bij elke dag van de week horen dus ook weer andere leertaken. Bij die leertaken staan de oriëntatievragen die de student kan maken. De uitwerkingen van de student volgt de docent via het leerlingvolgsysteem. Onder in de oranje balk vindt de student meerdere tabs Het eerste tabblad ‘kernwoorden’ geeft toegang tot het kernwoordenboek met een overzicht van alle kernwoorden. Het tweede tabblad ‘mijn status ‘ geeft per virtuele beroepspraktijk een overzicht van alle leertaken. Mijn status heeft dezelfde opbouw als de virtuele beroepspraktijk. Je kiest voor 9
introductie/dag van de week en hierna voor een van de vier onderdelen. Je krijgt dan het overzicht van de leertaken. Vervolgens kan de student hier per leertaak de status aangeven. De door de student aangegeven status is voor de docent zichtbaar in het volgsysteem Het derde tabblad ‘studiewijzer’ biedt de student een uitgebreide studiewijzer. De student wordt per kerntaak / werkproces verwezen naar de leertaken en de daarbij behorende theorie. Het vierde tabblad ‘servicedocumenten ‘ biedt de leerling een breed scala aan ondersteunende documenten. Op de eerste plaats het planningsformulier ‘Werken aan prestaties’, daarbij diverse checklists die de student kan gebruiken bij de uitwerking van zijn prestatie. Tot slot de bekende handelingsschema’s / observatielijsten en de beroepspraktijkdocumenten die door de zorginstellingen ter beschikking zijn gesteld. Het vijfde tabblad ‘tips’ geeft de student toegang tot de prestatie-indicatoren bij elke leertaak. Ook vindt de student hier steunvragen die kunnen helpen bij het uitwerken van de prestaties. Het gaat hier om dezelfde indicatoren die binnen het leerlingvolgsysteem zichtbaar zijn voor de docent en waarop de prestatie beoordeeld wordt. Het arrangeren De knop ‘arrangeren ‘ in de blauwe navigatiekolom geeft de student de mogelijkheid om een leerarrangement samen te stellen. Hij komt namelijk in de arrangeermodule. Leerarrangementen kunnen mede op basis van het didactisch model van de opleiding op verschillende manieren worden samengesteld.
10
Door op de knop ‘maken/wijzigen’ te klikken kan de student een nieuw leerarrangement samenstellen of een bestaand arrangement wijzigen. Een nieuw arrangement wordt aangemaakt door onderin het scherm de titel te typen en vervolgens te klikken op opslaan. Een bestaand arrangement open je door op de naam van het arrangement te klikken. De student kan nu zoeken op kerntaak / werkproces of op trefwoord. De student selecteert een kerntaak / werkproces ( door op de kerntaak en één of meerdere werkprocessen te klikken) en vindt vervolgens linksonder in het scherm een overzicht van alle leertaken ( uit alle virtuele beroepspraktijken waar de student toegang toe heeft) die bij dit werkproces horen. Door op de titel van de leertaak te klikken opent zich een klein scherm. Hier vindt de student een korte uitleg van de leertaak. De student kan een leertaak met behulp van de pijltjes toevoegen aan zijn arrangement in het rechterscherm. In het rechterscherm vindt de student dus een overzicht van alle geselecteerde leertaken compleet met het aantal SBU dat bij de opdrachten hoort. De student kan alsnog besluiten een of meerdere opdrachten uit zijn arrangement te verwijderen. Dat gebeurt weer met behulp van de pijltjes. Als de student zijn arrangement heeft voltooid (meestal bestaat een arrangement uit opdrachten die horen bij meerdere kerntaken/ werkprocessen) bewaart de student zijn arrangement door te klikken op ‘opslaan‘. Het arrangement is nu opgeslagen en kan direct vanuit het hoofdscherm benaderd worden door op de titel van het arrangement te klikken. Daarnaast kan binnen de 11
arrangeermodule het arrangement benaderd worden vanuit optie 2 ‘ inhoud arrangement’. Optie 3 ‘zoek aanvullende leertaken’ opent zich vanzelf bij het maken / wijzigen van een arrangement.
De inhoud van een virtuele beroepspraktijk
Door te klikken op de naam van de zorgcategorie komt de student in de virtuele beroepspraktijk terecht. Elke virtuele beroepspraktijk heeft dezelfde opbouw en begint altijd met een introductie op de zorginstelling, de zorgcategorie en de beroepspraktijkvorming van de hoofdpersoon. Hierna volgt de stageweek (blauwe verticale navigatiebalk, dagen van de week). De student kan in de blauwe navigatiebalk zien waar in de virtuele beroepspraktijk hij zich precies bevindt ( in de introductie of in een van de dagen van de week). Bovendien kan de student flexibel heen en weer tussen de introductie en de dagen van de week. Een oriëntatie ( zowel binnen de introductie als bij de dagen van de week ) bestaat altijd uit een video- en een fotoreportage. De video’s en foto’s compleet met audio en theorie geven een goed beeld van wat zich afspeelt in de beroepspraktijk en van de taken/werkzaamheden van de verzorgende/verpleegkundige in die zorgcategorie. De contextomschrijving op het 12
openingsscherm van de gekozen bpv geeft de student een globaal beeld van de setting en van de zorgvragers voor wie de hoofdpersoon als EVV’er verantwoordelijk is. In de blauwe navigatiekolom staan verder nog vier links. Achter deze links hangen de leertaken. Door op een van deze links te drukken komt de student bij de leertaken die horen bij dit onderwerp/ deze dienst. In de blauwe navigatiekolom kan de student ook weer terug naar de introductie / dag van de week. Het is handig als de student tijdens het werken aan een leertaak direct terug kan kijken in de video/fotoreportage. Alle leertaken die horen bij een virtuele beroepspraktijk zijn op twee manieren te benaderen: via de links in de blauwe navigatiekolom en vanuit het samengestelde leerarrangement. Via het tabblad ‘kernwoorden’ in de oranje balk komt de student bij de kernwoorden die horen bij deze virtuele beroepspraktijk. Het tabblad ‘mijn status’ in dezelfde balk biedt de student de mogelijkheid om binnen elke bpv per leertaak aan te geven wat de status is van zijn studievoortgang. Het tabblad ‘studiewijzer’ bevat de studiewijzer met uitgebreide verwijzingen naar het bronnenmateriaal dat bij deze zorgcategorie hoort. De opgave in de studiewijzer omschrijft de kerntaken van de verzorgende / verpleegkundige binnen deze zorgcategorie. De studiewijzer is via een beslisboom opgebouwd. De witte balk bovenin biedt de student de gelegenheid om door te linken naar: Het ‘i-careplein’ met daarop een viertal startpagina’s met voor de student actuele en waardevolle links naar interessante websites. De informatie op de site biedt verrijking en verdieping op de bestaande (JIT) theorie. Het tabblad ‘zoeken’ geeft de student de mogelijkheid om op een hoger niveau ( over alle bpv’s heen) te zoeken binnen alle beschikbare documenten. Hiervoor is een zoekstructuur ingebouwd. Het tabblad ‘theorie’ linkt direct door naar de theoriedatabank. Hier vindt de student alle theorie die hoort bij de virtuele beroepspraktijk. De student kan hierin zoeken en bladeren. De student /docent kan binnen de theoriedatabank eigen materiaal/opmerkingen toevoegen, een reader samenstellen en als PDF downloaden. Leertaken De virtuele beroepspraktijk kent leertaken die zijn uitgewerkt als prestaties. In het kader van afnemende sturing zal de student in deze fase van de opleiding zijn leeractiviteiten steeds zelfstandiger plannen en organiseren. Vaak gebeurt dat in kleine groepen waarin de student samen met andere studenten werkt aan een prestatie. Studenten bepalen ook zelf de vorm waarin de prestatie wordt geleverd. De software kent een leerlingvolgsysteem (portfolio) waaraan de student bij elke leertaak zijn uiteindelijke product (bewijslast), reflectieverslag en praktijkleerdoelen kan toevoegen. Praktijkleerdoelen zijn bedoeld als realistische leerdoelen voor de beroepspraktijk. De begeleidend docent kan via de docentmodule de resultaten beoordelen. 13
Leertaken zijn allemaal op dezelfde manier opgebouwd. Ze bestaan uit verschillende onderdelen. Ze beginnen met een opdrachtomschrijving. Vervolgens enkele algemene zaken: • Maakt de opdracht deel uit van een leerarrangement? • Hoeveel SBU staat voor deze opdracht? • Kent de leertaak een of meerdere voorwaardelijke leertaken. Concreet betekent dit dat voor een goede uitvoering van deze leertaak andere leertaken moeten worden bekeken of uitgevoerd. • Zijn er beroepspraktijkdocumenten en andere servicedocumenten beschikbaar die de student kan gebruiken bij het uitvoeren van de leertaak. Beroepspraktijkdocumenten zijn documenten beschikbaar gesteld door de zorginstelling waar de virtuele beroepspraktijk is opgenomen en bieden extra informatie. Servicedocumenten helpen de student bij de organisatie en uitwerking van zijn leertaken. Ze zijn benaderbaar via het tabblad ‘servicedocumenten’. Oriëntatievragen verwijzen naar de video- en fotoreportage en helpen de student zich voor te bereiden op het uitvoeren van de leertaak. Zij hebben altijd een relatie met de virtuele beroepspraktijk, problemen, dilemma’s en andere zaken die daar aan bod komen. Ze vragen de student hierover na te denken en een standpunt in te nemen. 14
Vervolgens de prestatie. De prestatie beschrijft de criteria waaraan de uitvoering van de leertaak moet voldoen, ofwel: wat moet het resultaat zijn? De student bepaalt zelf de manier waarop en de vorm waarin hij deze prestatie levert. Ook of hij deze prestatie individueel of samen met anderen levert. De student zorgt er zelf voor dat hij feedback krijgt op de uitvoering van zijn leertaak. Werken aan prestaties vraagt van de student(en) een planmatige aanpak. Het planningsformulier ‘werken aan prestaties’ helpt de student hierbij. Ook kan de student gebruik maken van ondersteunende checklists. Tot slot kan de student aan zijn leertaak documenten toevoegen. Dit kan het product zijn van de leertaak ofwel: de uitwerking van zijn prestatie, het reflectieverslag en het praktijkleerdoel dat de student heeft geschreven naar aanleiding van de leertaak. Het staat studenten overigens vrij om deze onderdelen wel of niet toe te voegen. De software verplicht hierin tot niets. Uitwerkingen van prestaties in het zorgdossier van de zorgvrager worden in het zorgdossier zelf opgeslagen. De docent bekijkt deze via het leerlingvolgsysteem.
Onderdeel B: de theorie Elke virtuele beroepspraktijk heeft theorie die één op één aansluit bij de zorgcategorie. De virtuele beroepspraktijk en de theorie zijn dus complementair aan elkaar en vormen samen een geheel. Daarmee worden alle kerntaken / werkprocessen afgedekt. De theorie is online beschikbaar via de theoriedatabank. Daarnaast is de theorie verkrijgbaar in boekvorm. De theorie kent de volgende thematische opbouw: Thema 1 Thema 2 Thema 3
Oriëntatie op de zorgcategorie De zorg voor…………………/ Het verplegen van …………….. Specifieke cliënt/zorgvragercategorieën
Ieder thema is opgebouwd uit hoofdstukken die elk een afgerond geheel vormen. De hoofdstukken vormen samen de voorwaardelijke theorie voor de beroepspraktijkvorming en het werken met de leerobjecten. Dit alles heeft de student nodig om zich de betreffende competenties eigen te maken. De theorie kent veel praktijkvoorbeelden die levensechte situaties beschrijven. Thema 3 kent competentieopdrachten. Deze opdrachten doen een appèl op de kerncompetenties die de student ook in zijn beroep nodig heeft, zoals: zelfstandigheid, initiatief nemen, keuzes maken en beslissingen nemen. De student beslist zelf de vorm waarin hij de opdracht giet en of hij de opdracht alleen of samen met anderen uitvoert. Ook organiseert de student zelf het krijgen van feedback.
15
16
Onderdeel C: de servicedocumenten De servicedocumenten worden op twee manieren online aangeboden. Alle servicedocumenten die horen bij een specifieke virtuele beroepspraktijk zijn binnen het leerobject te benaderen. Daarnaast kan de student zoeken in de database met daarin alle ondersteunende documenten. Dit gebeurt met de zoekfunctie.
Het leerlingvolgsysteem Het leerlingvolgsysteem stelt de docent in de gelegenheid om zijn studenten te volgen en te coachen. Via dit systeem kan de docent het werk van de student benaderen en beoordelen. Elke leertaak kan in de docentmodule worden opgeroepen. De docent kan de producten, de reflecties en de praktijkleerdoelen beoordelen. Elke leertaak is in het leerlingvolgsysteem voorzien van Tips voor de docent (steunvragen en prestatie-indicatoren). Deze tips zijn handvatten voor coaching en het beoordelen van de prestatie. Voor de student zijn deze Tips benaderbaar bij elke leertaak. Zo weet hij vooraf waarop de leertaak beoordeeld zal worden.
17
I-care flex en competentiegericht leren en opleiden Leren vanuit de positie van aankomend beroepsbeoefenaar Alle leeractiviteiten in i-care flex zijn erop gericht om studenten als aankomend beroepsbeoefenaar competent te laten handelen in de latere beroepspraktijk. I-care flex maakt hiervoor optimaal gebruik van de mogelijkheden die ICT-leermiddelen bieden. Het startpunt is het interactieve leerobject, waarin voor het beroepsspecifieke deel van de opleiding de beroepspraktijkvorming van aankomend verzorgenden/verpleegkundigen in zorginstellingen is verfilmd. De student moet zich verplaatsen in de rol van deze beroepsbeoefenaar om veelvoorkomende situaties en problemen in de dagelijkse uitvoering van werk en beroep op te lossen. Koppeling tussen theorie en praktijk Competentiegerichte leermiddelen zijn een samenspel van theorie en praktijk. Binnen i-care flex is de praktijk nauw verbonden met de theorie waardoor studenten zich gemakkelijk kunnen voorbereiden op de realistische beroepspraktijk. Leerobject, theorie en servicedocumenten vormen één online geheel waarmee het onderwijs flexibel en naar eigen inzicht kan worden ingericht. Ruimte voor maatwerk en flexibele trajecten Om tegemoet te komen aan de uiteenlopende opleidingsvragen en leerstijlen van studenten in het zorgonderwijs is i-care flex flexibel en transparant. De opbouw van i-care flex, met name 18
de arrangeermogelijkheid, leent zich goed voor het aanpassen van de leerstof aan de opleidingsvragen van individuele studenten. Herintreders of zij-instromers die beschikken over EVC’s, kunt u als docent eenvoudig vrijstellingen geven voor bepaalde onderdelen. De arrangeermodule is hierop ingericht. Een zo realistisch mogelijke en uitdagende leeromgeving De verschillende componenten van i-care flex bieden studenten veel afwisseling tijdens het leerproces. i-care flex schept een uitdagende leeromgeving waarin de student wordt opgeleid tot een competent en zelfstandig beroepsbeoefenaar. i-care flex is opdrachtgestuurd. Studenten kunnen zowel zelfstandig als in groepsverband leren. De student bepaalt immers zelf op welke manier hij zijn leertaak uitvoert. Veel leertaken lenen zich overigens voor samenwerking met anderen. Zet studenten aan tot zelfstandig, zelfverantwoordelijk en levenslang leren In het leerproces ondersteunt de virtuele beroepspraktijken het zelfstandig leren. Leertaken zijn uitgewerkt als prestaties. In het kader van afnemende sturing plant en organiseert de student zelf zijn leeractiviteiten. Hij zoekt hierin samenwerking met anderen en zorgt zelf voor feedbackmogelijkheden op de uitvoering van zijn opdracht. Leren leren voor het leven is vervlochten in het lesmateriaal van i-care flex. De variatie in leermiddelen en werkvormen verhoogt het leerrendement en bevordert de zelfstandigheid.
Samenwerkend leren met i-care Het leren met i-care flex kan voor een groot deel zelfstandig in eigen tempo plaatsvinden. De docent geeft feedback op maat via het leerlingvolgsysteem en in coachingsgesprekken. Veel leertaken lenen zich voor samenwerkend leren. Ook peerassessment is goed in te bouwen in het werken met i-careflex. Daarvoor zijn verschillende checklists beschikbaar. De docent kan desgewenst het samenwerkend leren met i-care flex op de volgende manieren nog meer stimuleren: • • • • • • • •
Stimuleer dat studenten elkaar ondersteunen, geef aan dat studenten elkaars werk mogen zien en stimuleer uitwisseling. Wanneer studenten te veel op elkaar leunen, laat ze dat zelf oplossen via peer feedback. Laat studenten zich in een kerngroep oriënteren op de leertaken in i-care flex. Geef studenten extra reflectieopdrachten die ze met elkaar doen. Bij gebruik van een digitaal discussieforum: richt een forum in per niveau en per zorgcategorie voor inhoudelijke discussies. Geef richtlijnen voor discussies en voor het leveren van bijdragen aan discussies. Laat studenten in kerngroepen aangeven of zij bepaalde situaties herkennen uit hun eigen beroepspraktijk en laat hen reflecteren op wat ze toen hebben gedaan. Stimuleer dat studenten elkaar feedback geven op de uitvoering van opdrachten Stimuleer dat studenten elkaar kritisch bevragen.
19
Kerntaken en werkprocessen binnen i-care flex De kerntaken en werkprocessen uit het nieuwe kwalificatiedossier zijn leidend en vormen de basis van dit beroepsspecifieke lesmateriaal. De arrangeermodule is op die manier opgebouwd. In de leertaken zijn de kerntaken en werkprocessen terug te vinden. De leerobjecten en de theorie dekken alle kerntaken / werkprocessen van de verschillende zorgcategorieën. In de matrices ( tabblad Docent) wordt per zorgcategorie een verwijzing gemaakt naar de leertaken en de daarbij behorende kerntaak / werkproces.
I-care flex inpassen in het didactisch model van de opleiding Opleidingen in de gezondheidszorg zullen bij de uitwerking van competentiegericht leren verschillende accenten leggen. De verschillen zitten vooral in de keuze van het didactisch model dat gehanteerd wordt. Vaak combineren opleidingen verschillende didactische modellen, bijvoorbeeld: • 2 dagen in de week PGO, 1 project of thema per periode en voor de rest cursorische lessen • 3 dagen PGO aangevuld met vaardigheidstraining en theorieonderwijs • 3 dagen natuurlijk leren/projectonderwijs aangevuld met 2 dagen vaardigheidsonderwijs • 1e leerjaar klassikaal, 2e leerjaar PGO en 3e leerjaar projectonderwijs Het lesmateriaal van i-care flex ondersteunt meerdere didactische modellen en onderdelen van i-care flex kunnen naar eigen inzicht in het opleidingsmodel worden geïntegreerd. Leren vanuit een leervraag, natuurlijk leren of prestatieonderwijs, PGO, klassikaal leren of combinaties van deze modellen zijn goed te ondersteunen met het lesmateriaal van i-care flex. In de didactische handleiding van de generieke fase zijn een drietal didactische modellen uitgewerkt. Om een goed beeld te krijgen van de verschillende mogelijkheden verwijzen wij naar deze didactische handleiding.
Werken aan prestaties Nieuw binnen het werken met de beroepsspecifieke leerobjecten zijn de prestaties. i-careflex is opgebouwd volgens het principe van de afnemende sturing. In het generieke lesmateriaal sturen de verschillende leerroutes de leeractiviteiten van de student. Later in de opleiding en ook binnen de beroepspraktijk gaat de student steeds zelfstandiger functioneren. Het is immers de bedoeling dat de student na zijn diplomering als aankomend beroepsbeoefenaar aan de slag kan. Om de student te kunnen voorbereiden op en te kunnen begeleiden bij deze beroepsmatige ontwikkeling is afnemende sturing ingebouwd. We hebben dat binnen i-care flex gerealiseerd door het werken met prestaties. Wat zijn prestaties? 20
Bij prestaties gaat het om betekenisvolle leertaken. Zij hebben een nauwe relatie met de beroepspraktijk of zijn daarvan afgeleid. Door het werken aan deze prestaties ontwikkelt de student zich in brede zin en wordt de transfer (toepassing van het geleerde in nieuwe situaties) bevorderd. Prestaties moeten de student uitdagen en prikkelen, ze zijn direct gekoppeld aan de latere beroepsuitoefening. Binnen i-careflex hebben ze een één op één relatie met de hoofdpersoon en de zorgvragers uit de virtuele beroepspraktijk. De prestaties binnen i-care flex zijn competentiegericht. Dat wil zeggen dat ze kennis, vaardigheid, houdingen en persoonlijke eigenschappen activeren die de student in zijn ( toekomstige ) beroep nodig heeft om mensen succesvol te kunnen verzorgen / verplegen. Een competente beroepsbeoefenaar kan kennis, houdingen, vaardigheden en eigenschappen geïntegreerd en doelgericht inzetten om beroepsactiviteiten effectief uit te voeren (plannen, uitvoeren, controleren en sturen). De beroepsbeoefenaar weet hierbij om te gaan met de dilemma’s en tegenstrijdigheden in die beroepsactiviteit. Een competente beroepsbeoefenaar is binnen een beroepssituatie in staat te kiezen uit verschillende oplossingen en deze zo uit te voeren zodat een beoogd resultaat wordt bereikt. Competent zijn = succesvol zijn = beoogd resultaat behalen Het werken met prestaties levert een belangrijke bijdrage aan de competentieontwikkeling van toekomstige beroepsbeoefenaren. Door koppeling aan de beroepspraktijk wordt het leren betekenisvol. Door afnemende sturing en toenemende zelfstandigheid ontwikkelt en activeert de student persoonlijke eigenschappen en kerncompetenties als: ondernemen, initiatief nemen, plannen, organiseren, samenwerken en overleggen, reflecteren enz.
A.
Werken aan prestaties vanuit de leervraag / praktijkleerdoel van de student
Centraal binnen deze manier van werken staat de leervraag van de student of de praktijkleerdoelen die de student vanuit een vorige stage / beroepspraktijkvorming als aandachtspunten heeft meegekregen. Deze manier van werken stelt de student centraal. Hij zal dus zelf in overleg met zijn coach een arrangement aan leertaken vaststellen dat hierbij aansluit. Vaak zullen deze leervragen worden meegenomen in het POP/PAP van de student. Leeractiviteiten ( binnen i-careflex een arrangement aan leertaken ) hebben een relatie met het POP/PAP van de leerling en zullen in dat kader door student en coach worden besproken. De leervraag van de student centraal stellen betekent vraaggericht onderwijs verzorgen.
B.
Werken aan prestaties vanuit het opleidingsmodel
Elke opleiding organiseert het onderwijs. Veelal gebeurt dit op basis van een visie op mens/maatschappij en een visie op onderwijs. Competentiegericht leren is daarbij het uitgangspunt. Er zijn veel verschillende manieren om onderwijs ( leeractiviteiten ) te organiseren. Daarbij kunnen accenten liggen op: klassikaal leren, PGO onderwijs, vaardigheidsonderwijs of combinaties van deze vormen. Binnen elk onderwijsmodel kunnen 21
in meer of mindere mate elementen van competentiegericht onderwijs worden ingebouwd. Ook competentiegericht onderwijs vraagt organisatie en stuurmiddelen. Het werken met Prestaties ( WAPPEN ) is een van de werkvormen die gebruikt worden binnen het competentiegerichte leren. Het verdient aanbeveling de studenten zo te coachen dat zij vanuit een methodische aanpak aan hun prestaties werken.
Werkmodel werken aan prestaties 1. Verhelderen van de prestatie - Welke prestatie wordt gevraagd? - Welk resultaat moet dat opleveren? - Welke prestatie-indicatoren gelden voor deze prestatie? - Is het een individuele of een samenwerkingsopdracht? - Welke werkvormen kan ik / kunnen wij hierbij het beste gebruiken? - Welke bronnen zijn beschikbaar? - Welke training / ondersteuning is nodig en bij wie kan die worden aangevraagd? - Welke coaching is gewenst? 2. Plan van aanpak - Welke stappen worden gezet? - In welke volgorde? - Welke materialen/hulpmiddelen zijn hierbij nodig? - Welke ruimtes moeten worden gereserveerd? - Moeten er interne / externe afspraken worden gemaakt? - Hoeveel tijd kunnen we eraan besteden? - Welke taakverdeling / afspraken worden gemaakt? 3. Uitvoeren plan van aanpak - informatie verzamelen / bronnen raadplegen - reserveringen doen/afspraken maken - verzamelde informatie uitwisselen binnen de groep - deelname aan ondersteunende workshops / trainingen - werken aan prestatie ( op te leveren product ) - oplevering / presentatie product. 4. Reflectie - terugkoppeling en reflectie op product zelf - reflectie op proces, individueel en in groepsverband - vaststellen praktijkleerdoelen - leerpunten voor het werken aan volgende prestaties.
22
Beroepsspecifieke Matrices per virtuele BPV Matrix Oostergouw opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
kwaliteit van leven
304.14 t/m 19
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.1 stelt het zorgplan op
OOSTERGOUW
begeleiden van zorgvragers
kennismakingsgesprek palliatief-terminale zorg
ma
301 geheel
1.1 stelt het zorgplan op
zorgplan
1.3 biedt palliatief terminale zorg 1.1 stelt het zorgplan op
informatiebron
1.7 geeft individuele
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.4 begeleidt een groep op sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche 1.1 stelt een zorgplan op 1.3 biedt palliatief terminale zorg 1.6 monitoort de gezondheidstoestand 1.7 geeft individuele
3
opdracht nieuw
eindterm
anamnesegesprek wo
rapportage
di
rapporteren
wo
voorbereiding MDO
wo
zorgprobleem bespreken MDO
wo
rapportage
do
voorbereiden MDO
bijwerken ondersteuning rapportage verwenzorg
tracheostoma maagsonde sondevoeding
kerntaak
werkprocessen algemeen voorlichting advies en instructie 3.4 evalueert de zorgverlening
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1.6 monitoort de gezondheidstoestand 1.6 monitoort de gezondheidstoestand 3.4 evalueert de zorgverlening 1.1 stelt het zorgplan op 3.4 evalueert de zorgverlening 1.6 monitoort de gezondheidstoestand 3.4 evalueert de zorgverlening 1.1 stelt het zorgplan op 1.1 stelt het zorgplan op 1.6 monitoort de gezondheidstoestand 1.1 stelt het zorgplan op 1.1 stelt het zorgplan op 1.6 monitoort de gezondheidstoestand 1.1 stelt het zorgplan op
decubitus infectie rapportage
tracheacanule
werkproces bij leertaak voorlichting advies en instructie 1.1 stelt het zorgplan op
304.02 t/m 304.13
1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert
1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
4
opdracht nieuw
di
medicijntoediening intramusculair subcutaan bloedsuikerspiegel colostoma voedingstoestand inhalatie zuurstoftoediening blaaskatheter blaasspoelen kweek koudebehandeling
eindterm
werkproces bij leertaak verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit
kerntaak
werkprocessen algemeen
5
vr
opdracht nieuw medicijnen klaarzetten
eindterm
werkproces bij leertaak 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
kerntaak
werkprocessen algemeen
303 geheel
1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
decubituszorg compressiezwachtel mobiliseren informatie kwaliteit van leven missie bevoegd tracheotomie/laryngectomie aanpassingen leefwijze insulinepen voedingsadvies instructie
6
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak voorlichting,advies en instructie
kerntaak
werkprocessen algemeen
hospitalisatie
301 geheel
1.6 monitort de gezondheidstoestand
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.6 monitort de gezondheidstoestand
onder voorbehoud
306 geheel
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.4 evalueert de zorgverlening
begeleiden
2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied
begeleiden van zorgvragers
2.1 begeleidt bij zelfredzaamheid 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.4 begeleidt een groep op
werksfeer klachtrecht hygiëne prikaccident rapportage wondverzorging
hypo mantelzorg
7
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
ontvangst
305,306 geheel
1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 3.3 stemt de zorgverlening af
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
werkplanning
PEG-katheter
3.3 stemt de zorgverlening af 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 stemt de zorgverlening af 3.3 stemt de zorgverlening af 3.3 stemt de zorgverlening af 3.3 stemt de zorgverlening af 3.3.stemt de zorgverlening af 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 stemt de zorgverlening af 3.3 stemt de zorgverlening af
rustuur griepprik wetgeving wo
teamvoorbereiding MDO patiëntenvereniging
wo
MDO vraaggestuurde zorg
do
MDO werkplanning kennismaken
beroepshouding
1.1 stelt het zorgplan op
werkprocessen algemeen sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche
3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 stemt de zorgverlening af 3.4 evalueert de zorgverlening
uitvoeren van organisatie en
3.3 stemt de zorgverlening af
8
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
respect
2.2 begeleiden op psychosociaal gebied
afscheid nemen
1.1 stelt het zorgplan op
rechtspositie
305,306 geheel
stomaverzorgingsmateriaal verbandkar bekwaam
politiek
beroepsvereniging
leerstijl
klinische les coma
306 geheel
kerntaak professiegebonden taken bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan begeleiden van zorgvragers
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
werkprocessen algemeen
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 stemt de zorgverlening af 3.4 evalueert de zorgverlening 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.4 evalueert de zorgverlening
9
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
kerntaak
werkprocessen algemeen
307
3.1 oriënteert zich op onderwerpen waarover politieke besluiten worden
Leren, loopbaan en burgerschap
3.1 oriënteert zich op onderwerpen waarover politieke besluiten worden
introductie
empathie
klacht
logopedie
presentatie
presentatie
consultatie
wondverzorgingsmateriaal
zorgzwaartebekostiging
10
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak genomen
kerntaak
werkprocessen algemeen genomen
11
Matrix Lindendael opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
zorgrelatie
308.01
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.1 stelt het zorgplan op
LINDENDAEL
mobiliteit
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
begeleiden van zorgvragers
standaardzorgproblemen FSHD toekomstperspectief
zorgplan rapportage voorbereiden MDO bespreken MDO
308.02
1.1 stelt het zorgplan op 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.1 stelt het zorgplan op
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v.zorgplan
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche 1.1 stelt het zorgplan op 1.6 monitoort de gezondheidstoestand
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.4 evalueert de zorgverlening
1.1 stelt het zorgplan op 1.6 monitoort de gezondheidstoestand 3.4 evalueert de zorgverlening 3.4 evalueert de zorgverlening
12
opdracht nieuw
eindterm
rapporteren
kerntaak
werkprocessen algemeen
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen
1.6 monitoort de gezondheidstoestand 1.1 stelt het zorgplan op 1.1 stelt het zorgplan op 1.1 stelt het zorgplan op 1.1 stelt het zorgplan op 1.1 stelt het zorgplan op 1.6 monitoort de gezondheidstoestand 1.6 monitoort de gezondheidstoestand
anamnese zorgplan anamnese complementaire zorg zorgplan rapportage rapportage
hulpmiddelen2
werkproces bij leertaak
308.03
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche helpen vermoeidheid hulpmiddelen1 medicijnen valaccident
308.04
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.3 biedt palliatief terminale zorg 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.6 monotoort de gezondheidstoestand
1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.8 hanteert crisis- en onvoorziene situaties
begeleiden van
1.8 hanteert crisis en onvoorziene situaties 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 2.1 begeleidt bij
13
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
zorgvragers
zelfredzaamheid 2.2begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche 3.3 stemt de zorgverlening af
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken multidisciplinair voorzieningen patiëntenorganisaties zelfstandigheid voorlichting en advies instructies patiëntenorganisaties papegaai financiëring
308.05
1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.7 geeft individuele voorlichting, advies, instructie 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
14
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
voorlichting,advies en instructie decubitus
308.02
1.1 stelt het zorgplan op
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.6 monitort de gezondheidstoestand
signaleringsinstrument
308.07
3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
melding accident
communicatie
3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg begeleiden
2.1 begeleidt bij zelfredzaamheid 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 1.3 biedt palliatief terminale zorg 1.3 biedt palliatief terminale zorg
begeleiden van zorgvragers
2.1 begeleidt bij zelfredzaamheid 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche
308.06
3.3 stemt de zorgverlening af
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.3 stemt de zorgverlening af
ontkenning loslaten klachtenregistratie stervensbegeleiding 2 ontslaggesprek artsenvisite1
artsenvisite2 MDO ergotherapie
3.3 stemt de zorgverlening af 3.3 stemt de zorgverlening af 3.3 stemt de zorgverlening
15
opdracht nieuw
eindterm
ontslag kennismaking
beroepshouding
persoonlijk contact
308.03
kostenbewaking
electronisch zorgdossier
werkprocessen algemeen
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.3 stemt de zorgverlening af
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
3.3 stemt de zorgverlening af
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke btranche 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen
uitvoeren van organisatie en
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering
1.8 hanteert crisis en onvoorziene situaties
3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteit
3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
complementaire zorg 2
bevoegd/bekwaam
3.3 stemt de zorgverlening af 3.3 stemt de zorgverlening af 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
assertiviteit
visie
kerntaak
af 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 3.3 stemt de zorgverlening af
transmurale zorg
ma
werkproces bij leertaak
308.07
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering
16
opdracht nieuw
eindterm
stagemogelijkheden
leerstijl
themabijeenkomst
stervensbegeleiding1
professioneel gedrag
cadeautje
verkiezingen
307
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
professiegebonden taken
en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteit
3.2 vormt een eigen mening
Leren, loopbaan, burgerschap
3.2 vormt een eigen mening
17
Matrix Lauwershof opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
anamnese 1
309.01
1.1 stelt het zorgplan op
bieden van zorg en ondersteuning o.b. v. zorgplan
1.1 stelt een zorgplan op
LAUWERSHOF
begeleiden van zorgvragers
zorgplan
ma
di
309.02
1.1 stelt het zorgplan op
vochtbalans 2
1.1 stelt het zorgplan op
anamnese 2
1.1 stelt het zorgplan op
schuldgevoelens rapportage
1.1 stelt het zorgplan op 1.6 monitoort de gezondheidstoestand 1.1 stelt het zorgplan op 1.1 stelt het zorgplan op 1.1 stelt het zorgplan op 3.4 evalueert de zorgverlening 1.1 stelt het zorgplan op
ergotherapie standaarden urine-incontinentie zorgplan hospitalisatie
bieden van zorg en ondersteuning o.b. v. zorgplan uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche 1.1 stelt een zorgplan op 1.6 monitoort de gezondheistoestand 3.4 evalueert de zorgverlening
18
opdracht nieuw
eindterm
MDO voeding
overdracht 2 voorlichting en advies 1 afrondingsgesprek huish.activiteiten
kerntaak
werkprocessen algemeen
bieden van zorg en ondersteuning o.b. v. zorgplan
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen
3.4 evalueert de zorgverlening 1.6 monitort de gezondheidstoestand 1.6 monitoort de gezondheidstoestand 1.6 monitort de gezondheidstoestand 1.1 stelt het zorgplan op 3.4 evalueert de zorgverlening
rapportage vr
werkproces bij leertaak
309.03
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche ma
basiszorg
di
basiszorg transfer medicijnverstrekking 1 medicijnverstrekking3
griep wo
medicijnverstrekking
wo
diabetes
309.04
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
bieden van zorg en ondersteuning o.b. v. zorgplan
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.8 hanteert crisis- en onvoorziene situaties
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.8 hanteert crisis- en
begeleiden van zorgvragers
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.3 biedt palliatief terminale zorg 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.6 monitort de gezondheidstoestand 1.8 hanteert crisis en onvoorziene situaties 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 2.1 begeleidt bij zelfredzaamheid 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal
19
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
onvoorziene situaties
besef en beleving
2.2 begeleiden op psychosociaal gebied
tilprotocol 3
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
leef/zorgplan or
1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie
bieden van zorg en ondersteuning o.b. v. zorgplan
1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
309.02
1.6 monitort de gezondheidstoestand
bieden van zorg en ondersteuning o.b. v. zorgplan
1.6 monitort de gezondheidstoestand
draaglast
leefregels medicijnverstrekking 2 snoezelen tilprotocol 2
vr
ketenzorg
vochtbalans 1
vochtbalans 1
maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche 3.3 stemt de zorg af
309.05
advies geven ma
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
werkprocessen algemeen
20
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
cliëntenraad
309.07
3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.1 werkt aan deskundigheidsbevorderin en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
or
reflectie
or
introductiegesprek
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
observatielijst do
basiszorg
begeleiden
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op socialmaatschappelijk gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 1.1 stelt het zorgplan op
begeleiden van zorgvragers
2.1 begeleidt bij zelfredzaamheid 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche
309.06
3.3 stemt de zorgverlening af
uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.3 stemt de zorgverlening af
overplaatsing benaderingswijzen motiveren leefstijlgroepen tilprotocol 1 hulp thuis leefomstandigheden di
overplaatsing
ontmoeting
3.3 stemt de zorgverlening af
21
opdracht nieuw
vr vr
eindterm
teamoverleg MDO overdracht 1 leefregels
werkprocessen algemeen
kennismaking
beroepshouding
3.3 stemt de zorgverlening af
uitvoeren van organisatie en professiegeonden taken
3.3 stemt de zorgverlening af
beleid en visie
309.03
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 3.2 werkt aan het bevorderen en bwaken van kwaliteitszorg
bieden van zorg en ondersteuning o.b. v. zorgplan uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bwaken van kwaliteitszorg
rechten en plichten
wetgeving
zorgzwaartepakket innovatie
calamiteitenplan
3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bwaken van kwaliteitszorg 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bwaken van kwaliteitszorg
EVV
ma
kerntaak
3.3.stemt de zorgverlening af 3.3 stemt de zorgverlening af 3.3 stemt de zorgverlening af 3.3 stemt de zorgverlening af
zorgsystemen
di
werkproces bij leertaak
309.07
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
22
opdracht nieuw
eindterm
levensloop
do
wetgeving
do
reflectie
kerntaak
werkprocessen algemeen
Leren, loopbaan en burgerschap
6.1 neemt deel in diverse sociale verbanden en leeft in de openbare ruimte
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 1.1 stelt het zorgplan op
co-morbiditeit reminiscentieruimte
werkproces bij leertaak
307
6.1neemt deel in diverse sociale verbanden en leeft in de openbare ruimte
23
Matrix Leekerweide opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
hersenletsel
310.01
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.1 stelt een zorgplan op
LEEKERWEIDE
begeleiden van zorgvragers
ma
ma
zorgplan
1.1 stelt het zorgplan op
zorgplan
1.1 stelt het zorgplan op
rapportage
1.6 monitort de gezondheidstoestand 1.1 stelt het zorgplan op 1.1 stelt het zorgplan op 3.4 evalueert de zorgverlening 1.6 monitort de gezondheidstoestand 1.1 stelt het zorgplan op 1.1 stelt het zorgplan op 3.4 evalueert de zorgverlening
sociaal netwerk agressie rapportage 1 rapportage 2
do
310.02
overleg met ouders plan bespreken overdracht
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche 1.1 stelt een zorgplan op 3.4 evalueert de zorgverlening
24
opdracht nieuw vr
eindterm
emotionele reactie rapportage
kleding wassen
werkproces bij leertaak
310.03
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen 1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen
HACCP
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen 1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen 2.1 begeleiden bij zelfredzaamheid
huishouden zelfredzaamheid
paniek
werkprocessen algemeen
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen
3.4 evalueert de zorgverlening 1.6 monitort de gezondheidstoestand
boodschappen
epilepsieaanval 1
kerntaak
310.04
1.8 hanteert crisis en onvoorziene situaties
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.8 hanteert crisis en onvoorziene situaties
begeleiden van zorgvragers
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.3 biedt palliatief terminale zorg 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.6 monitort de gezondheidstoestand 1.8 hanteert crisis en onvoorziene situaties 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 2.1 begeleiden bij zelfredzaamheid 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal
25
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken overheidsmaatregelen
werkprocessen algemeen maatschappelijk gebied 2.4 begeleidt een groep op sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche 3.3 stemt de zorg af
310.05
1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting,advies en instructie
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
epilepsieaanval 2
310.02
1.6 monitort de gezondheidstoestand
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.6 monitort de gezondheidstoestand
syndroom van Down
310.07
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
uivoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
informatie
kritiek alarmeringssysteem protocol incident klachten zelfstandigheid
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 stemt de zorgverlening af 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 2.1 begeleiden bij
26
opdracht nieuw
eindterm
2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.1 begeleiden bij zelfredzaamheid 2.1 begeleiden bij zelfredzaamheid 2.1 begeleiden bij zelfredzaamheid 2.4 begeleidt een groep op soc.maatsch.gebied 2.4 begeleidt een groep op soc.maatsch.gebied 2.4 begeleidt een groep op soc.maatsch.gebied 2.4 begeleidt een groep op soc.maatsch.gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied
begeleiden van zorgvragers
2.1 begeleiden bij zelfredzaamheid 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.4 begeleidt een groep op soc.maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche
310.06
3.3 stemt de zorgverlening af
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.3 stemt de zorgverlening af
uitvoeren van organisatie en professiegebonden
3.3 stemt de zorgverlening af
douchen dieet groepsvergadering dagje uit leefklimaat zitplaatsen conflicthantering zelfbeschikking
wo
overdracht
1.6 monitort de gezondheidstoestand 3.3 stemt de zorgverlening af
planning BPV discussie
werkprocessen algemeen
begeleiden
pictogrammen
teamoverleg
kerntaak
zelfredzaamheid 2.4 begeleidt een groep op soc.maatsch.gebied
hospitalisatie
gesprek ondersteunen
werkproces bij leertaak
beroepshouding
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
27
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
taken presentatie
2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche
afscheid
zorgvisie
310.03
kostenbewust
vervoer
zorg in ontwikkeling
bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen 310.07
solliciteren
discussie ouderparticipatie rapporteren community care
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
307
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 1.1 stelt het zorgplan op 6.1 neemt deel in diverse sociale verbanden en leeft in de openbare ruimte
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 4.2 professionalisering van het beroep
Leren, loopbaan en burgerschap
6.1 neemt deel in diverse sociale verbanden en leeft in de openbare ruimte
28
Matrix Samenzorg opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
postpartumcontroles
311.01
1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
biedt zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.1 stelt een zorgplan op
SAMENZORG postpartumcontroles
begeleiden van zorgvragers
zorgplan
311.02
1.1 stelt het zorgplan op
zorgplan
1.1 stelt het zorgplan op
rapporteren
1.6 monitoort de gezondheidstoestand
evaluatie afscheid
3.4 evalueert de zorgverlening 3.4 evalueert de zorgverlening
weekmenu het huishouden
311.03
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen 1.4 ondersteunt bij huishouden
biedt zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
biedt zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche 1.1 stelt een zorgplan op 1.6 monitoort de gezondheistoestand 3.4 evalueert de zorgverlening
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen 1.9 verleent zorg en
29
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
en wonen de was
ondersteuning in een specifieke branche
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen 1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen 1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen
bedverzorging voeding 2
slecht eten
311.04
hygiëne
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
biedt zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
douchen babycontroles
geel zien
1.8 hanteert crisis en onvoorziene situaties 1.8 hanteert crisis en onvoorziene situaties 1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
begeleiden van zorgvragers
postpartumcontroles
1.8 hanteert crisis en onvoorziene situaties
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
buikpijn
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
hechtingen obstipatie
informatie
werkprocessen algemeen
311.05
1.7 geeft individuele
biedt zorg en
1.2 ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.5 voert verpleegtechnische handelingen uit 1.6 monitort de gezondheidstoestand 1.8 hanteert crisis en onvoorziene situaties 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche 2.1 begeleidt bij zelfredzaamheid 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied 2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche 3.3 stemt de zorg af
1.7 geeft individuele
30
opdracht nieuw
bekkenpijn taken kraaamverzorgende borstvoeding? observeren baby gezonde voeding huilen borstvoeding opvoeding kolven baby wassen baby vasthouden tepelkloven
eindterm
werkproces bij leertaak
kerntaak
werkprocessen algemeen
voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en
ondersteuning o.b.v. zorgplan
voorlichting advies en instructie 1.9 verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
31
opdracht nieuw
eindterm
311.02
complicatie kwaliteit
mobiliteitsproblemen andere culturen
regelen visite programma avondmaaltijd emoties voeding 1
werkprocessen algemeen
1.6 monitort de gezondheidstoestand
biedt zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.6 monitort de gezondheidstoestand
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteit
begeleiden van zorgvragers
2.1 begeleidt bij zelfredzaamheid 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.3 begeleiden op sociaal maatschappelijk gebied
1.6 monitort de gezondheidstoestand 311.07
bekkeninstabiliteit
gewichtsverlies
kerntaak
instructie 1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie
navelstomp
vermoeidheid
werkproces bij leertaak
3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteit 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
begeleiden
2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.1 begeleidt bij zelfredzaamheid 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 2.2. begeleiden op psychosociaal gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.1 begeleidt bij zelfredzaamheid 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied 2.2 begeleiden op
2.5 biedt begeleiding in een specifieke branche
32
opdracht nieuw vr
eindterm
311.06
overdracht kennismaking
intervisie
onderzoek
rechtspositie
werkprocessen algemeen
3.3 stemt de zorgverlening af
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.3 stemt de zorgverlening af
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.3 stemt de zorgverlening af
biedt zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
1.4 ondersteunt bij huishouden en wonen
uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
3.3 stemt de zorgverlening af beroepshouding
assertiviteit indicatieprotocol
kerntaak
psychosociaal gebied 2.2 begeleiden op psychosociaal gebied
regressie fysiotherapie
werkproces bij leertaak
3.3 stemt de zorgverlening af
3.3 stemt de zorgverlening af 311.03
311.07
1.7 geeft individuele voorlichting advies en instructie
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
3.2 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
33
opdracht nieuw
eindterm
werkproces bij leertaak
stagemogelijkheden
werkprocessen algemeen
Leren, loopbaan en burgerschap
6.1 neemt deel in diverse sociale verbanden en leeft in de openbare ruimte
3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
mindmap
intervisie
verantwoordelijkheid
kerntaak
307
6.1 neemt deel in diverse sociale verbanden en leeft in de openbare ruimte
34
Competentiewijzer i-careflex beroepsspecifiek niveau 3 Kerntaak
Werkproces
Competentie
Bieden van zorg en ondersteuning o.b.v. zorgplan
1.1 Stelt het zorgplan op
Aandacht en begrip tonen: interesse tonen, luisteren, inleven in andermans gevoelens, zorgvrager en naasten betrekken bij opstellen zorgplan Analyseren: informatie genereren uit gegevens, gegevens uiteen rafelen, conclusies trekken, oplossingen bedenken voor problemen, de juiste zorg- en begeleidingsdoelen stellen, geschikte activiteiten kiezen Formuleren en rapporteren: correct formuleren, nauwkeurig en volledig rapporteren, doelen en activiteiten vlot en bondig formuleren zodat het zorgplan voor iedereen begrijpelijk is Vakdeskundigheid toepassen: vak -specifieke mentale vermogens aanwenden om verantwoorde doelen te kunnen stellen Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: behoeften en verwachtingen achterhalen: aansluiten bij behoeften en verwachtingen, duidelijkheid geven in wat de zorgvrager wel en niet kan verwachten
1.2 Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg
Ethisch en integer handelen: ethisch handelen, integer handelen, verschillen tussen mensen respecteren Vakdeskundigheid toepassen: vak -specifieke fysieke kwaliteiten tonen Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: behoeften en verwachtingen achterhalen: aansluiten bij behoeften en verwachtingen, klanttevredenheid in de gaten houden
3
Kerntaak
Werkproces
Competentie
1.3 Biedt palliatief terminale zorg
Aandacht en begrip tonen: interesse tonen, luisteren, inleven in andermans gevoelens, verdraagzaamheid en welwillendheid tonen, anderen steunen, de zorgvrager en betrokkenen moeten zich gesteund en begrepen voelen Ethisch en integer handelen: ethisch handelen, integer handelen, discreet omgaan met gevoelige zaken tijdens het sterfproces en na het overlijden Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: behoeften en verwachtingen achterhalen: aansluiten bij behoeften en verwachtingen, klanttevredenheid in de gaten houden Met druk en tegenslag omgaan: gevoelens onder controle houden, grenzen stellen, onder emotionele omstandigheden professioneel zorg verlenen
1.4 Ondersteunt bij huishouden en wonen
Vakdeskundigheid toepassen: vakspecifieke fysieke kwaliteiten tonen Materialen en middelen inzetten: geschikte materialen en middelen kiezen, materialen doeltreffend en middelen doelmatig gebruiken, goed zorgdragen voor materialen en middelen Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: behoeften en verwachtingen achterhalen: aansluiten bij behoeften en verwachtingen, afspraken uit het zorgplan nakomen Instructies en procedures opvolgen: instructies opvolgen, werken volgens voorgeschreven procedures en veiligheidsvoorschriften
4
Kerntaak
Werkproces
Competentie
1.5 Voert verpleegtechnische handelingen uit
Instructies en procedures opvolgen: procedures opvolgen, werken volgens voorgeschreven procedures en veiligheidsvoorschriften, wettelijke richtlijnen in acht nemen Materialen en middelen inzetten: geschikte materialen en middelen kiezen, materialen doeltreffend en middelen doelmatig gebruiken, goed zorgdragen voor materialen en middelen Vakdeskundigheid toepassen: vakspecifieke manuele vaardigheden aanwenden, vakspecifieke mentale vermogens aanwenden
1.6 Monitort de gezondheidstoestand op somatisch en psychosociaal gebied
Formuleren en rapporteren: nauwkeurig en volledig rapporteren, vlot en bondig formuleren, hoofd- en bijzaken scheiden zodat betrokkenen beschikken over een kernachtige en actuele rapportage m.b.t. de gezondheidstoestand Onderzoeken: openstaan voor nieuwe informatie, signalen m.b.t. gezondheidssituatie opnemen en interpreteren zodat adequate vervolgstappen mogelijk zijn. Samenwerken en overleggen: anderen raadplegen en betrekken over vermoedens en signalen van veranderingen in de gezondheidstoestand, zorg kan tijdig worden bijgesteld
1.7 Geeft individuele voorlichting, advies en instructie
Begeleiden: adviseren zodat de zorgvrager een goede keuze kan maken voor behandeling, voorzieningen of aanschaf/gebruik hulpmiddelen Aandacht en begrip tonen: begrip hebben voor de standpunten en houding van anderen, begrijpen wat voor zorgvrager belangrijk is, voorlichting, advies en instructie hierop laten aansluiten
5
Kerntaak
Werkproces
Competentie Presenteren: duidelijk uitleggen en toelichten, betrouwbaarheid en deskundigheid uitstralen, inspelen op de toehoorders, controleren of de informatie /advies goed is overgekomen Materialen en middelen inzetten: geschikte materialen en middelen kiezen, materialen doeltreffend en middelen doelmatig gebruiken, goed zorgdragen voor materialen en middelen
1.8 Hanteert crisis- en onvoorziene situaties
Samenwerken en overleggen: anderen raadplegen en betrekken bij onvooorziene situaties / crisisituaties zodat passende vervolgstappen kunnen worden gezet Beslissen en activiteiten initiëren : beslissingen nemen om weloverwogen verbeteringen te realiseren, de ontstane situatie in goede banen leiden Materialen en middelen inzetten: geschikte materialen en middelen kiezen, materialen doeltreffend en middelen doelmatig gebruiken, goed zorgdragen voor materialen en middelen instructies en procedures opvolgen: instructies opvolgen, werken volgens voorgeschreven procedures en veiligheidsvoorschriften, werken volgens de wettelijke richtlijnen Met druk en tegenslag omgaan: effectief blijven presteren onder druk, gevoelens onder controle houden, grenzen hanteren, effectief en professioneel blijven handelen
1.9 Verleent zorg en ondersteuning in een specifieke branche
Aandacht en begrip tonen: anderen steunen, inleven in andermans gevoelens, interesse tonen, zorgvuldig luisteren naar zorgvrager, ervaringsdeskundigheid en autonmomie als uitgangspunt nemen
6
Kerntaak
Werkproces
Competentie Beslissen en activiteiten initiëren: beslissingen nemen binnen de gestelde kaders, inschatting maken van de gevolgen van de situatie of het handelen van de zorgvrager, gezondheidstoestand en veiligheid niet in gevaar brengen Materialen en middelen inzetten: geschikte materialen en middelen kiezen, materialen doeltreffend en middelen doelmatig gebruiken, goed zorgdragen voor materialen en middlen Met druk en tegenslag omgaan: effectief blijven presteren onder druk, gevoelens onder controle houden, grenzen stellen zodat de zorgvrager kan rekenen op professionele zorg en ondersteuning Ondernemend en commercieel handelen: kansen en mogelijkheden identificeren en creëren, zorgvrager attent maken op mogelijkheden en kansen bijv. PGB Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: aansluiten bij behoeften en verwachtingen zodat ondersteuning goed aansluit op specifieke wensen en behoeften Presenteren: betrouwbaarheid en deskundigheid uitstralen, duidelijk uitleggen en toelichten, op de toehoorders inspelen, rekening houden met complexe problematiek, checken of informatie overkomt Vakdeskundigheid toepassen: valspecifieke mentale vermogens aanwenden
Begeleiden van zorgvragers
2.1 Begeleidt een zorgvrager bij zelfredzaamheid
Begeleiden: zorgvrager adviseren en motiveren om handelingen zoveel mogelijk zelf te doen, belang hiervan benadrukken, aandacht voor evenwicht draagkracht en draaglast
7
Kerntaak
Werkproces
Competentie Aandacht en begrip tonen: bezorgdheid tonen voor anderen, verdraagzaamheid en welwillendheid tonen, respect en geduld, aandacht voor onderlinge relatie, fysiek en mentaal welzijn van de zorgvrager
2.2 Begeleidt een zorgvrager op psycho-sociaal gebied
Aandacht en begrip tonen: anderen steunen, inleven in andermans gevoelens, interesse tonen, zichzelf kennen en laten zien en binnen eigen grenzen begeleiding op psychosociaal gebied verlenen Ethisch en integer handelen: ethisch handelen, integer handelen, verschillen tussen mensen respecteren, onbevooroordeeld handelen, een klimaat scheppen van vertrouwen Vakdeskundigheid toepassen: vak -specifieke mentale vermogens aanwenden
2.3 Begeleidt een zorgvrager op sociaalmaatschappelijk gebied
Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: behoeften en verwachtingen achterhalen: aansluiten bij behoeften en verwachtingen, klanttevredenheid in de gaten houden Relaties bouwen en netwerken:relaties opbouwen met mensen, actief contact leggen en onderhouden met het sociale netwerk van de zorgvrager, op het juiste moment netwerk inschakelen
2.4 Begeleidt een groep zorgvragers op psychosociaal gebied
Begeleiden: Anderen ontwikkelen, motiveert de groep zorgvragers om zich te ontwikkelen op sociaalmaatschappelijk gebied, creërt hiervoor een stimulerende omgeving Omgaan met verandering en aanpassen: omgaan met verschillen ( diversiteit tussen mensen ), gaat respectvol om verschillen tussen de leden van een groep zodat iedereen zich juist behandeld voelt
8
Kerntaak
Werkproces
Competentie Samenwerken en overleggen: bevorderen van de teamgeest, een bijdrage leveren aan de sfeer, bijdrage van anderen waarderen zodat de groep gemotiveerd blijft tot verdere ontwikkeling
2.5 Biedt verpleegkundige begeleiding in een specifieke branche
Aandacht en begrip tonen: anderen steunen, bezorgdheid tonen, inleven in andermans gevoelens, interesse tonen bij complexe problematiek, vragen rondom zingeving, het hanteren van beperkingen, stimuleert de zorgvrager hierover te praten Begeleiden: adviseren, anderen ontwikkelen, motiveren en adviezen geven op gebied van regie voeren, het groepsproces, het sociaalmaatschappelijk functioneren en de ontwikkelingsmogelijkheden Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten: aansluiten bij behoeften, verwachtingen en wensen, afspraken nakomen, afweging maken tussen klantvriendelijkheid en het belang van de organisatie Relaties bouwen en netwerken: relatienetwerk onderhouden en benutten, relaties opbouwen met mensen, actief contact leggen en onderhouden met het sociale netwerk van de zorgvrager
Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
Vakdeskundigheid toepassen: kennis en expertise delen met collega's en anderen, deelnemen aan discussies, Leren: leren van feedback en fouten, vakkennis en vaardigheden bijhouden, zichzelf verder ontwikkelen
3.2 Werkt aan het bevorderen/bewaken van kwaliteitszorg
Instructies en procedures opvolgen: werken conform voorgeschreven procedures, bijdrage leveren aan kwaliteitszorgsystemen
9
Kerntaak
Werkproces
Competentie Kwaliteit leveren: kwaliteit- en productiviteitsniveaus bewaken, deskundigheid inzetten om de kwaliteit van de zorgverlening te verbeteren
3.3 Stemt de zorgverlening af
Samenwerken en overleggen: anderen raadplegen en betrekken, tijdig en regelmatig overleggen Aansturen: instructies en aanwijzigingen geven aan collega's en stagiaires zodat iedereen weet wat ervan hem /haar wordt verwacht Plannen & organiseren: activiteiten plannen, doelen stellen, prioriteiten stellen, tijd indelen zodat de werkzaamheden in een logische volgorde binnen de beschikbare tijd worden uitgevoerd Omgaan met verandering en aanpassen: eigen gedrag/aanpak aanpassen aan veranderende omstandigheden en eisen Met druk en tegenslag omgaan: constructief omgaan met kritiek in het afstemmen van de werkzaamheden
3.4 Evalueert de zorgverlening
Aandacht en begrip tonen: aandachtig luisteren naar inbreng van anderen en deze inbreng waarderen Analyseren: informatie uiteen rafelen, conclusies trekken, oplossingen voor problemen bedenken zodat de zorgverlening wordt verbeterd of goed wordt afgesloten Samenwerken en overleggen: openhartig en oprecht communiceren, duidelijk en direct menigen en bevindingen weergeven, zaken m.b.t. de zorgverlening bespreekbaar maken
10
Kerntaak
Werkproces
Competentie Formuleren en rapporteren: vlot en bondig formuleren, scherp en kernachtig bevindingen formuleren, zorgevaluatie voor iedereen inzichtelijk en begrijpelijk maken
11
Planningsformulier Werken aan Prestaties Student
Groep
Docent Zorgsetting Zorgcategorie
Onderdeel Oriëntatie op de film/fotoreportage en bijbehorende teksten Oriëntatie op de leertaak Verhelderen van de prestatie Schrijven plan van aanpak Werken aan oriëntatievragen Informatie verzamelen / raadplegen bronnen Workshops / skillstraining Werken aan de prestatie Werken in het zorgdossier Reflectieverslag Praktijkleerdoelen
Datum
Tijd
Plaats
Met wie
Oriëntatie op de film/fotoreportage Vóórdat je start met de door jou/jullie gekozen leertaak bekijk je de film/fotoreportage die daarbij hoort. Binnen veel leertaken staat de zorgvrager uit de virtuele beroepspraktijk centraal. De leertaak sluit altijd aan of bij de introductie of bij één van de dagen van de week. Je hebt deze informatie nodig om je leertaak goed uit te kunnen voeren. Oriëntatie op de leertaak Een leertaak bestaat uit verschillende onderdelen. Je leest als eerste de opdrachtomschrijving. Dat geeft een beeld van de inhoud van de leertaak. De oriëntatievragen sluiten direct aan bij de film/fotoreportage en helpen je een concreter beeld te vormen over waar het in deze leertaak om gaat. Hierna vind je de omschrijving van de prestatie. Die beschrijft zo helder mogelijk welk resultaat (product) je in de uitwerking moet laten zien. Binnen het competentiegerichte leren reflecteer je voortdurend op je ontwikkeling. Bij elke leertaak schrijf je een kort reflectieverslag. Verder kun je afhankelijk van de inhoud van de leertaak leerdoelen stellen voor de beroepspraktijk. Verhelderen van de prestatie Het is goed als je jezelf bij het verhelderen van de prestatie een aantal vragen stelt: • Welke prestatie wordt gevraagd? • Welk resultaat moet dat opleveren? • Welke prestatie-indicatoren gelden voor deze prestatie? ( zie Tips in de oranje balk) • Is het een individuele of een samenwerkingsopdracht? • Welke werkvormen kan ik / kunnen wij hierbij het beste gebruiken? • Welke bronnen zijn beschikbaar? • Welke training / ondersteuning is nodig en bij wie kan die worden aangevraagd?
•
Welke coaching heb ik / hebben wij nodig ?
Plan van aanpak Een planmatige aanpak van je leertaak levert veel voordelen op. Om tot een goed plan van aanpak te komen stel je jezelf de volgende vragen: • Welke stappen worden gezet? • In welke volgorde? • Welke materialen / hulpmiddelen heb je hierbij nodig? • Welke ruimtes moeten worden gereserveerd? • Moeten er interne / externe afspraken worden gemaakt? • Hoeveel tijd kun jij/ kunnen jullie aan de prestatie besteden? • Welke taakverdeling / afspraken worden gemaakt? • Wat doe je / doen jullie zelfstandig thuis en wat op school? Uitvoeren plan van aanpak Bij het uitvoeren van het plan van aanpak kom je een aantal activiteiten tegen die je als aparte activiteit in je schema kunt inroosteren. • Werken aan oriëntatievragen. Na het bekijken van de film/fotoreportage en de bijbehorende teksten kun je zelfstandig / of in je groepje de vragen beantwoorden. Ze worden bewaard in je leerlingenmap • Informatie verzamelen / bronnen raadplegen. Informatie kun je op verschillende manieren verzamelen. De studiewijzer helpt je hierbij. Bij elke leertaak staat aangegeven welke online theorie hierbij hoort. Extra bronnen raadpleeg je via het i-careplein. Soms verzamel je informatie d.m.v. een gesprek, interview, folders opvragen enz. • Reserveringen doen / afspraken maken. Afhankelijk van de prestatie moet je: werkruimtes reserveren, afspraken maken met je coach, instructeur en eventueel externe bezoeken / afspraken maken. Hiervoor heb je / hebben een taakverdeling jullie gemaakt.. • Verzamelde informatie uitwisselen binnen je groep is een activiteit die je met elkaar doet. Beschik je over alle informatie die je nodig hebt om de prestatie te kunnen uitvoeren. Welke informatie / kennis ontbreekt nog. Waar ga je die vandaan halen? Heb je daarvoor een ondersteunende workshop of training nodig/ • Deelname aan ondersteunende workshops en/of trainingen hebben direct te maken met de ondersteuning die je / jullie nodig hebt / hebben bij het werken aan de prestatie. De afgesproken tijden zet je / zetten jullie in het schema. • Werken aan de prestatie heeft te maken met het product wat je gaat opleveren. Bij het verhelderen van de prestatie hebben jullie een keuze gemaakt voor een werkvorm. Dat kan een rollenspel zijn, een discussie, een onderzoek, een presentatie eventueel in Powerpoint, een verslag, enz. In de oranje balk vind je / vinden jullie het tabblad servicedocumenten. Hier staan checklists die je kunt gebruiken bij de uitwerking van de prestatie. • Veel leertaken vragen om een uitwerking in het zorgdossier. Dat staat aangegeven in de opdrachtomschrijving. Vaak gaat het om kennismakings-, anamnese- of voorlichtingsgesprekken,om rapportages en om MDO-overleg. Die prestatie kun je uitvoeren in de vorm van een rollenspel. In de servicedocumenten staan anamnese-vragenlijsten die je kunt gebruiken bij het rollenspel. De uitkomsten van het rollenspel verwerk je in het zorgdossier. Elke zorgvrager heeft een eigen zorgdossier wat je kunt invullen. Je kunt hierbij gebruik maken van de checklist ‘ werken met het zorgdossier ‘. Reflectie • Terugkoppeling en reflectie op het product. Bij het uitvoeren van de leertaak heb je / hebben jullie coaching en/of instructie gekregen van jullie coach / begeleider. Je hebt de steunvragen/ prestatie-indicatoren van te voren gelezen. Dat betekent dat je weet waarop het product achteraf beoordeeld zal worden. • Reflectie op het proces. Daarnaast schrijf je een reflectieverslag. Je kijkt terug op het proces en stelt hierbij jezelf een aantal vragen:
•
- Heb je gewerkt volgens het plan van aanpak? Waarom wel/waarom niet? - Wat heb je anders gedaan en waarom? - Hoe ging de uitvoering van de leertaak? Wat heb je anders gedaan en waarom? - Wat heb je geleerd van deze leertaak? - Hoe kijk je terug naar je eigen inzet en motivatie bij het werken aan deze leertaak? - Met wie heb je samengewerkt en hoe verliep die samenwerking/ - Hoe hebben jullie de taken verdeeld. Vertel kort iets overs ieders inbreng? - Hoe kijk je terug op de samenwerking? - Wat zijn je leerpunten voor het werken aan een volgende leertaak Praktijkleerdoelen. Bij veel leertaken kunnen leerdoelen worden geschreven die je mee kunt nemen naar je stageadres en die je dus in de praktijk kunt oefenen. Op deze manier krijgt je leertaak een direct vervolg in de beroepspraktijk.
Checklist: Een stappenplan maken Een stappenplan is een middel om een doel te bereiken. Je maakt een stappenplan als je systematisch wilt werken aan een grotere taak of leertaak. Daarmee vergroot je voor jezelf en voor degenen met wie je samenwerkt de kans op succes. Bovendien kun je binnen het stappenplan afspraken maken over de aanpak/werkwijze en de eisen die je met elkaar stelt aan de uitvoering van de taak / leertaak. Een stappenplan is opgebouwd uit tussendoelen die uiteindelijk tot het einddoel leiden. In een stappenplan geef je per stap ook de tijd aan die je denkt nodig te hebben om de tussendoelen en het einddoel te bereiken. Stap 1: bepaal het doel wat je wilt bereiken • Bepaal het einddoel dat je wilt bereiken of de prestatie die geleverd moet worden • Beschrijf het einddoel / de prestatie zo concreet mogelijk ( SMART ) • Bedenk hoe je het einddoel / prestatie kunt opdelen in tussendoelen /onderdelen • Beschrijf de tussendoelen / onderdelen zo concreet mogelijk ( SMART ) Specifiek doel Meetbaar doel Acceptabel doel Realistisch doel Tijdgebonden
Eenduidig Niet anders uit te leggen Controleerbaar Waarneembaar Iedereen kan ermee leven Bereikbaar en realiseerbaar Exacte tijdsbepaling
Stap 2: bepaal de strategie • Denk na over de manier waarop je het einddoel wilt bereiken of de prestatie wilt leveren • Doe dit bij voorkeur in een korte brainstorm zodat meer ideeën besproken kunnen worden Stap 3: maak een planningsschema • Zet het stappenplan in een schema • Bepaal de werkwijze / werkvorm ( hoe ) • Bepaal welke hulpmiddelen / materialen / ruimtes je denkt nodig te hebben ( wat en waar ) • Bedenk welke afspraken je met wie moet maken ( met wie ) • Maak een tijdsschema ( wanneer ) Stap 4: voer het plan uit • Voer het plan uit zoals je dat hebt gemaakt Stap 5: evaluatie • Is het einddoel bereikt of de prestatie geleverd? ( productevaluatie ) • Hoe verliep het proces ( procesevaluatie ): - Wat ging er goed? - Wat ging verkeerd en hoe kwam dat? - Hoe verliep de samenwerking? - Wat zou je een volgende keer anders aanpakken en waarom? - Formuleer leerpunten voor een volgende situatie
Checklist: een presentatie geven Regelmatig zul je tijdens je opleiding of tijdens je werk een presentatie geven. Tijdens je opleiding moet je misschien een werkstuk presenteren of de resultaten van een onderzoek of project. Als je ergens werkt licht je collega’s in over de informatie die je op een symposium hebt gekregen. Op sommige afdelingen moet iedereen regelmatig een klinische les geven. Een klinische les is een kleine themabijeenkomst, met als doel deskundigheidsbevordering. Tijdens zo’n bijeenkomst vertelt een collega van de afdeling over een onderwerp dat van belang is voor alle collega’s. Een goede voorbereiding is erg belangrijk als je een presentatie wilt geven. Aandachtspunten bij de voorbereiding van een presentatie Punt 1: beschrijf de doelgroep • Bedenk wie je publiek is. Stel jezelf de vraag of je toehoorders dezelfde opleiding en achtergrond hebben als jij. Punt 2: beschrijf de beginsituaties van je toehoorders • Wat weten je toehoorders al van het onderwerp? Misschien hebben zij dezelfde ervaringen. Punt 3: beschrijf de doelstelling van je presentatie • Schrijf kernachtig op wat je wilt bereiken met je presentatie; • Waarom geef je deze presentatie? • Wat moeten je toehoorders aan het eind van je presentatie minimaal weten of kunnen? Punt 4: beschrijf de werkvorm van de presentatie • Bedenk hoe je presentatie eruit gaat zien. Ga je een praatje houden terwijl anderen alleen luisteren? • Maak je gebruik van film- of fotomateriaal? • Maak je de presentatie in Powerpoint? • Verzorg je tijdens de presentatie een demonstratie of instructie? • Betrek je de toehoorders bij de presentatie door bijvoorbeeld te discussiëren aan de hand van een casus? Punt 5: beschrijf de ruimte en de hulpmiddelen die je gaat gebruiken • Zet op een rijtje waar je de presentatie gaat houden en welke middelen je nodig hebt om je presentatie te ondersteunen; • Reserveer een ruimte voor je presentatie; • Denk aan zaken als een beamer, laptop of flap-over; • Denk hierbij ook aan medische hulpmiddelen. Punt 6: beschrijf de evaluatiepunten • Bedenk wat je terug wilt horen van je toehoorders; • Moeten zij je presentatie beoordelen? • Moeten zij aangeven wat ze van de presentatie hebben geleerd?
Checklist: Een rollenspel uitvoeren Een rollenspel is een simulatie over een situatie waarmee je binnen je werk als verzorgende of verpleegkundige of in je dagelijkse leven te maken kunt krijgen. Een rollenspel maakt duidelijk welke problemen je in die situatie kunt verwachten. Die problemen kunnen verschillend van aard zijn. Door het uitvoeren van het rollenspel verplaats je je in de situatie en moet je nadenken over de daarin beschreven problemen. Een rollenspel is een veilige manier om je gedrag en houding in probleemsituaties te oefenen en te laten observeren. Stap 1: bepaal het doel van het rollenspel • Lees de situatiebeschrijving • Beschrijf het doel van het rollenspel zo concreet mogelijk ( SMART ) • Bedenk welke verschillende rollen nodig zijn om het rollenspel uit te voeren Specifiek doel Meetbaar doel Acceptabel doel Realistisch doel Tijdgebonden
Eenduidig Niet anders uit te leggen Controleerbaar Waarneembaar Iedereen kan ermee leven Bereikbaar en realiseerbaar Exacte tijdsbepaling
Stap 2: bereid het rollenspel voor • Werk in tweetallen of in een subgroep • Werk de verschillende rollen globaal uit • Beschrijf de observatiecriteria voor de observatoren • Verdeel de rollen over de leden van de groep • Bepaal hoeveel tijd er nodig is voor de uitvoering van het rollenspel • Neem tien minuten de tijd om je in je rol in te leven • Bedenk welke punten je zeker niet moet vergeten • Zorg voor een rustige ruimte Stap 3: voer het rollenspel uit • Voer het rollenspel uit zoals voorbereid • Houd eventueel je rolbeschrijving bij de hand • Praat zo natuurlijk en duidelijk mogelijk • Voer het rollenspel zo realistisch mogelijk uit • Ga in op de reacties van de andere speler(s) • Rond het rollenspel af Stap 4: evaluatie • Geef de observatoren de gelegenheid tot het stellen van vragen of het maken van opmerkingen • Bespreek het rollenspel na aan de hand van de observatiecriteria • Bepaal eventueel de leerpunten voor een volgende situatie • Bepaal of het doel is bereikt ( productevaluatie ) • Bespreek hoe het proces is verlopen ( procesevaluatie ): - Wat ging er goed? - Wat ging verkeerd en hoe kwam dat? - Hoe verliep de samenwerking? - Wat zou je een volgende keer anders aanpakken en waarom?
Checklist: feedback geven Feedback geven en ontvangen is een proces waarbij mensen informatie uitwisselen over hoe ze elkaars woorden en gedrag ervaren. Als feedback commentaar op de uitvoering van taken betreft, heet dit taakgerichte feedback. Je hebt ook persoonsgerichte feedback, waarbij het commentaar slaat op de persoon. Feedback heeft verschillende functies: • De inhoud van een boodschap verduidelijken • Een relatie beter laten verlopen • Resultaten en taken bijsturen • Motiveren en ondersteunen • Zelfkennis vergroten Negatieve feedback: kritiek Vaak worden de begrippen kritiek en feedback geven door elkaar gebruikt. Maar terwijl feedback slaat op het algemene proces van terugkoppelen, is kritiek de negatieve vorm ervan. Kritiek is dus negatieve feedback. Positieve feedback: waardering Waardering is positieve feedback. Een cliënt vertelt bijvoorbeeld dat je zo goed kunt luisteren of dat je zo geduldig bent. Je krijgt dan informatie over de sterke kanten van je gedrag. Positieve feedback is effectiever dan negatieve feedback. Het geven van positieve feedback is voor een verzorgende/verpleegkundige een belangrijke interventie. Voorwaarden en regels voor feedback Feedback geef je zodat de cliënt er zijn voordeel mee kan doen. Feedback moet voldoen aan een aantal voorwaarden om effectief te zijn: • Er moet sprake zijn van een vertrouwensrelatie • Je spreekt de ander met respect aan, op een gelijkwaardig niveau • Je geeft de feedback op de juiste tijd en plaats • De spelregels voor het geven en ontvangen van feedback zijn bekend. Spelregels voor het geven van negatieve feedback 1. Wees eerlijk Gaat de feedback echt over een wezenlijk punt waar je het over moet hebben of komt de ergernis voor uit jezelf, bijvoorbeeld stress of iets wat je al langer ergert? 2. Houd het concreet Beperk je tot waarneembaar gedrag of uitspraken die zijn gedaan. Beschrijf wat je hebt waargenomen zonder daar een oordeel aan te verbinden. Je informatie is specifiek. Het moet voor de ander duidelijk zijn om welk gedrag het gaat. 3. Geef feedback zo snel mogelijk Na twee weken feedback geven heeft maar weinig effect. Toch zijn er situaties waarin je het geven van feedback toch beter een dagje kunt uitstellen. Bijvoorbeeld als de ander erg geëmotioneerd of oververmoeid is. 4. Gebruik de ik-vorm Praat in de ik-vorm in plaats van de jij-vorm. Jij-boodschappen komen over als beschuldigend en belerend. Gebruik liever een ik-boodschap: ‘Ik heb het gevoel dat je niet luistert’ is beter dan ‘ Jij luister niet’. Nadat je het gedrag dat je waarneemt hebt beschreven vertel je wat dit gedrag met jou persoonlijk doet. 5. Geef zinvolle feedback
De bedoeling van feedback is dat de ander er iets mee kan doen. Geef nooit feedback op gedrag dat de ander niet kan veranderen. 6. Verzacht de feedback niet met complimenten Geef een goed opgebouwd commentaar. Begin positief, bespreek daarna zwakten en eindig positief. Gebruik geen complimenten om de kritiek te verzachten zoals bijvoorbeeld: ik vind je een aardige collega, maar……. 7. Geef de ander de ruimte Ga na of de ander de feedback heeft begrepen zoals jij hem hebt bedoeld. Vraag erom of laat het samenvatten. Sta open voor zijn reactie.
Spelregels voor het ontvangen van negatieve feedback 1. Luister naar de feedback Als iemand kritiek op je heeft is vaak je eerste ingeving weglopen of boos worden. Het is beter om rustig te luistern naar wat iemand te zeggen heeft en dit proberen te begrijpen. Vraag door op onduidelijkheden of vage uitspraken in plaats van de ander direct tegen te spreken. Je moet - vragen naar concrete feiten en voorbeelden; - de feedback samenvatten in eigen woorden; - vragen wat de ander wil dat er verandert. 2. Beoordeel de feedback De volgende stap is de kritiek beoordelen. Als je de regels kent van kritiek geven, helpt dat om kritiek die je zelf krijgt te beoordelen. Je kunt jezelf de volgende vragen stellen: - Is de kritiek gegeven volgens de ‘regels ‘? - Is de kritiek of een deel ervan terecht? - Heb ik deze kritiek al eerder gehad? 3. Doe iets met de feedback Met de gegeven feedback ga je iets doen: - waardeer de feedbackgever voor zijn eerlijkheid; - geef aan hoe de feedback bij jou is overgekomen; - geef aan of je het er wel/niet of gedeeltelijk mee eens bent; - als kritiek terecht is erken je dat, zonder je te verliezen in verontschuldigingen; - vraag om je erop te wijzen als je bepaald gedrag opnieuw vertoont; - eventueel maak je afspraken over hoe je veranderingen gaat aanpakken.
Checklist vraagsoorten ten behoeve van gespreksvoering Soorten vragen 1. gerichte vraag
2. gesloten/keuze vraag
Voorbeeld - hoe laat is het? - hoe groot is het verloop? - wat is het rentepercentage? - hoe lang werkt u hier al? - is het wit of zwart - bent u ongehuwd, gehuwd of gescheiden? - bent u voor of tegen
Kenmerk Korte duidelijke vraag naar feitelijke gegevens
Voordelen - duidelijk - kort - feitelijk
Vraag waarin de mogelijke antwoorden al zijn aangegeven
- duidelijk - kort - antwoorden ‘optelbaar
- erg stimulerend - veel ruimte voor gesprekspartner - levert veel informatie op veel aanknopingspunten - zet gesprekspartner aan het denken - erg stimulerend/ruimte voor gesprekspartner - levert verduidelijking op - concretiseert
3. open vraag
-
wat doet u in zo’n geval? hoe is de sfeer op de afdeling? wat zijn de procedures? wat vindt u daarvan?
Vraag naar wat iemand ergens van weet of vindt, waarbij het antwoord geheel open is.
4. vraag ter verduidelijking (doorvragen)
-
kunt u dat toelichten kunt u voorbeeld geven? wat bedoelt u precies? kunt u daar wat meer van zeggen?
Vraag naar verduidelijking van iets dat de ander ter sprake heeft gebracht
5. suggestieve vraag
- u zult zeker wel denken dat …? - u bent het toch met me eens dat …? - dat vindt u toch ook?
Vraag waarin het antwoord wordt opgedrongen vanuit een veronderstelling
- geschikt om te manipuleren
Nadelen - kort antwoord - niet stimulerend - geen aanknopingspunt - weinig keuze voor de gesprekspartner - erg sturend - geen aanknopingspunten - kort antwoord - niet stimulerend - lange antwoorden - subjectieve informatie - gevaar voor afdwalen - gesprekspartner kan teveel ruimte voelen
- kost tijd - subjectieve informatie - gevaar voor afdwalen - kans dat gesprekspartner maar wat verzint - erg sturend - wekt verzet op - geeft foutief beeld
6. retorische vraag
7. reflectieve vraag
- zijn we niet allemaal trots op dit bedrijf? - moeten we vaststellen dat …? - hoe kijkt u daarop terug? - wat viel u op in die situaties?
Een bewering in vraagvorm: antwoord niet verwacht
- kan motiverend werken
Vraag die de deelnemer aanzet om het handelen te overdenken.
- is heel bevorderen voor het leren - stimuleert zelfstandigheid
- kan verzet opwekken - levert geen informatie op
Observatielijst Actief luisteren Goede luisterhouding
Hoe vaak?
Stelt een nieuwe vraag Vraagt door op iets wat de ander zegt Geeft in eigen woorden een samenvatting van wat de ander zegt Geeft een samenvatting van het gevoel dat de ander laat zien/horen Zit iets naar de ander toe gebogen Maakt oogcontact Maakt ‘luistergeluiden’ (hm, ja, o, oké) Maakt ‘luistergebaren’ (vinger tegen lip, hoofdknik) Slechte luisterhouding Kijkt weg Gaat niet in op iets wat de ander vertelt Geeft een mening of oordeel Zit achterover, of onderuit Zit met de armen over elkaar Breekt de ander af
Hoe vaak?
Checklist: probleemgesprek voeren Bij een probleemgesprek gaat het erom de gezondheidsproblemen van de zorgvrager in kaart te brengen en samen naar oplossingen te zoeken. Binnen een probleemgesprek kun je de volgende fasen onderscheiden: Fase 1: win het vertrouwen van de zorgvrager Bij sommige zorgvragers kan de eerste stap van het contact lang duren. Het kan lang duren om een zodanige band op te bouwen dat de zorgvrager bereid is om vertrouwen te delen. Soms is het zelfs moeilijk om het eerste contact te leggen. Respect, geduld en een actieve luisterhouding zijn belangrijk in deze fase. Fase 2: help het probleem helder te krijgen Een valkuil bij elk probleemgesprek is de neiging om direct met een oplossing te komen. Dat kan een verder gesprek blokkeren. Het is dus belangrijk dat je samen met de zorgvrager het probleem helder krijgt. Dat kan eenvoudig zijn als de zorgvrager zelf met een concrete vraag komt. Vaak ligt het lastiger als de zorgvrager veel problemen heeft of een gezondheidsprobleem ontkent. Fase 3: help naar oplossingen te zoeken Zoek naar oplossingen door te zoeken naar een concreet en haalbaar doel. Dat geeft de zorgvrager perspectief, iets waar hij naar kan streven en waarvoor hij zich kan inzetten. Bij het probleemgesprek is luisteren en het stellen van goede vragen essentieel. Zet voor- en nadelen van verschillende mogelijkheden op een rijtje. Ga na wat er al is geprobeerd om het probleem op te lossen. Hoe ging dat? Wat was er goed aan en wat niet? De zorgvrager geeft de antwoorden en maakt uiteindelijk zelf de keuzes. Fase 4: sluit het gesprek af In de afronding van het gesprek vat je de conclusies samen. Je gaat na of de zorgvrager nog vragen heeft. Maak afspraken voor een eventueel vervolggesprek.
Checklist: Het geven van voorlichting Het geven van voorlichting is binnen je werk als verzorgende / verpleegkundige een regelmatig terugkerende activiteit. Bij een voorlichtingsgesprek kan het gaan om: •
•
•
•
Informatie geven: je verstrekt feitelijke gegevens die voor de zorgvrager van belang zijn. Dat houdt meestal in dat je hem nieuwe kennis geeft om zijn gezondheidsprobleem te begrijpen en ermee om te gaan. Een zorgvrager moet vaak keuzen maken. Dat kan hij alleen als hij goed weet wat de keuzemogelijkheden zijn. Instructie geven: je geeft richtlijnen en leefregels die de zorgvrager moet opvolgen. Vaak moet de zorgvrager handelingen uitvoeren om beter met zijn beperkingen en handicaps om te kunnen gaan. Instructie geven betekent dat je handelingen uitlegt, demonstreert en oefent met de zorgvrager Educatie: je probeert de zorgvrager inzicht te geven in de achtergronden en gevolgen van zijn gezondheidsprobleem. Als een zorgvrager het probleem begrijpt kan hij er beter mee omgaan. Educatie heeft met onderwijs en leren te maken. Je leert een zorgvrager iets zodat hij het later zelf kan toepassen. Het doel van educatie is dat je de zelfstandigheid en de mondigheid van de zorgvrager zo groot mogelijk maakt. Begeleiding: je geeft emotionele opvang en ondersteuning aan de zorgvrager. Je helpt de zorgvrager om zijn gezondheidsprobleem zo goed mogelijk te verwerken. Acceptatie van het probleem is een voorwaarde om effectief met het probleem om te kunnen gaan. Empathie en een actieve luisterhouding zijn belangrijke voorwaarden bij het voeren van een begeleidingsgesprek.
Je kunt het geven van voorlichting het beste methodisch aanpakken. Dat wil zeggen dat je bewust, systematisch en doelgericht de voorlichting voorbereidt, uitvoert en evalueert. Een stappenplan kan je hierbij helpen. Stap 1 : bepalen van de voorlichtingsbehoefte • Verzamel gegevens over de zorgvrager en zijn gezondheidsprobleem • Bepaal welke vragen of behoeften de zorgvrager heeft • Stel vast wat de noodzaak is voor de zorgvrager om voorlichting te krijgen • Schat de beginsituatie van de zorgvrager in: - In hoeverre is de zorgvrager in staat de voorlichting te ontvangen? - Is hij gemotiveerd? - Hoe is zijn leer- en begripsvermogen? - Is het zinvol om de partner/familie bij de voorlichting te betrekken? Stap 2: bepalen van het voorlichtingsdoel • Bepaal wat het doel is van je voorlichting • Formuleer dit zo concreet mogelijk ( RUMBA ) Relevant Understandable Measurable Behavioral Attainable
Relevant Begrijpelijk Meetbaar In termen van gedrag Bereikbaar
Stap 3: bepalen van de voorlichtingsactiviteiten • Kies activiteiten die aansluiten bij de zorgvrager en het doel van de voorlichting • Bepaal wie de voorlichting het beste kan geven ( verzorgende /verpleegkundige, arts, fysiotherapeut, diëtist e.d. ) • Bepaal de voorlichtingsvorm ( gesprek, discussie, presentatie, rollenspel of film ) • Maak een keuze voor ondersteunend materiaal bij de voorlichting ( plaatjes, voorwerpen, geluidsopnames, video’s ) • Zoek een geschikte ruimte en bepaal het tijdstip in overleg met de zorgvrager
Stap 4: uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten • De voorlichtingsactiviteit wordt uitgevoerd Stap 5: evalueren van de voorlichting • Evalueer of het voorlichtingsdoel is bereikt ( productevaluatie ) • Evalueer ook hoe voorlichting is verlopen ( procesevaluatie ) • Maak afspraken over het vervolg
Checklist: slecht-nieuwsgesprek voeren Bij het slecht-nieuwsgesprek denk je misschien aan een gesprek waarin een zorgvrager te horen krijgt dat hij ongeneeslijk ziek is. Maar elke mededeling die een diepe impact heeft op het leven van een zorgvrager kun je slecht nieuws noemen. Zoals de uitslag van de testresultaten waaruit blijkt dat een stel geen kinderen kan krijgen. Of een vrouw die te horen krijgt dat haar man Alzheimer heeft. Een kind dat reuma blijkt te hebben en zijn leven zal moeten aanpassen. Als het gaat om het vertellen van een diagnose of een prognose is dat in eerste instantie een taak van de arts. Vaak zijn verzorgenden / verpleegkundigen bij een dergelijk gesprek aanwezig en vangen de zorgvrager na afloop op. Binnen een slecht-nieuwsgesprek kun je de volgende stappen onderscheiden: Stap 1: vertel het slechte nieuws Het krijgen van een nare boodschap is verschrikkelijk en daarom ook zo moeilijk over te brengen. Maar de ander is erbij gebaat duidelijk te horen waar het op staat. Na een inleidende zin, bijvoorbeeld: ‘ik heb een nogal vervelende mededeling voor u’, breng je meteen het slechte nieuws: ‘de uitslag van uw bloedonderzoek is niet in orde. Er is sprake van een afwijkend beeld in de witte bloedlichaampjes’. Dus niet: - Uitstellen door eerst over andere zaken te beginnen; - Verzachtende woorden gebruiken; - Erop aansturen dat de ander zelf het slechte nieuws uitspreekt. Stap 2: help de klap op te vangen Het slechte nieuws betekent altijd een probleem dat moet worden verwerkt. De ontvanger kan emotioneel reageren, door bijvoorbeeld in huilen uit te barsten. Maar hij kan zijn emoties ook anders tonen, zoals door: - Ontkenning - Agressie - Wanhoop Reageer niet inhoudelijk maar richt je aandacht eerst op de emoties. Kom niet direct met oplossingen maar geef ruimte voor het verwerkingsproces. Stap 3: help naar oplossingen zoeken Als de ander wat meer openstaat voor de toekomst, begint de fase van het zoeken naar oplossingen. Oplossing is in veel situaties een groot woord. Het gaat erom dat de ander in staat is om de gevolgen van het slechte nieuws te overzien en verschillende opties te bespreken. Dat kan leiden tot een strategie of een nieuwe afspraak. Stap 4: sluit het gesprek af Sluit het gesprek af door een samenvatting van het gesprek te geven en de gemaakte afspraken te bevestigen.
Checklist: een morele discussie voeren Ethiek heeft te maken met wat wel en wat niet kan. Een ethisch dilemma is een situatie waarin ongeacht welke keuze je maakt, normen en waarden dreigen te worden overschreden. Als je op je werk in een ethisch dilemma terecht komt, praat je hierover. Je voert een ethische of morele discussie. Het is van belang om te weten hoe je collega’s erover denken. Hoe jullie samen met de situatie omgaan. Je voorkomt dan dat de manier waarop je omgaat met een ethisch dilemma, een conflict veroorzaakt tussen de belanghebbenden. Dat zijn je collega’s, leidinggevende en de zorgvragers. Als je niet overlegt ken je bovendien de handelswijze van je instelling niet. Je handelen kan dan in strijd zijn met het beleid van de instelling. Om te voorkomen dat een morele discussie uit de hand loopt, is het verstandig om een stappenplan te gebruiken bij het voeren van deze discussie. Stap 1: omschrijf het ethische probleem • Geef duidelijk aan wat het probleem is • Probeer zo dicht mogelijk bij de kern te komen • Houd het probleem zo concreet en zo klein mogelijk Stap 2: bespreek welke andere problemen ook meespelen • Bespreek welke andere problemen ook een rol spelen in de situatie, los van het ethische probleem. Om ervoor te waken dat je deze problemen niet nu gaat bespreken, is het goed om ze te benoemen Stap 3: geef de verschillende opties van handelingsalternatieven aan • Bespreek de mogelijke oplossingen voor het probleem; • Wijs een mogelijke oplossing niet te snel af; • Bedenk de oplossingen maar geef er nog geen oordeel over. Stap 4: verzamel alle ontbrekende feiten • Bekijk of je alles weet van het probleem, zodat je eraan kunt werken. Je zult misschien niet achter alle feitelijke informatie komen, maar op sommige vragen moet je een antwoord hebben. Dan pas kun je beoordelen of de oplossing haalbaar is. Stap 5: benoem wie er bij het ethische probleem betrokken zijn • Je moet met alle betrokkenen rekening houden; • Je kunt het niet alleen vanuit je eigen standpunt bekijken. Stap 6: verduidelijk de normen die in het probleem meespelen • Als je weet welke partijen een rol spelen, dan kun je voor die partijen nagaan welke normen er in het geding zijn. Zo kom je erachter waar het dilemma ligt. Denk aan normen als vrijheid van meningsuiting, zelfbeschikkingsrecht, de waarde van het leven. Stap 7: probeer de verschillende normen tegen elkaar af te wegen • Normen tegen elkaar afwegen is moeilijk. Toch moet je nagaan of in deze situatie de ene norm zwaarder weegt dan de andere. Stap 8: bepaal welk handelingsalternatief de voorkeur heeft • Bepaal welk alternatief gewenst is of de minste gevolgen heeft; • Hou de mogelijkheid open voor een alternatief, misschien zijn er alternatieven ontstaan door nieuwe inzichten. Stap 9: spreek af wie de beslissing uitvoert, wie verantwoordelijk is • Je wijst iemand aan die het besluit vastlegt en de partijen informeert. • Je besluit wanneer de beslissing wordt uitgevoerd. Stap 10: evalueer de beslissing die is uitgevoerd
•
Het besluit is niet definitief. Als de beslissing niet goed werkt moet je hierop terugkomen en een nieuwe oplossing zoeken.
Checklist: het meten van kwaliteit Kwaliteit van zorg is belangrijk. Veel mensen die met de gezondheidszorg te maken hebben zijn daarvan overtuigd. Maar wat de één kwaliteit vindt, hoeft de ander niet als zodanig te beschouwen. Daarom moet je precies weten wat er onder kwaliteit wordt verstaan. Je spreekt de voorwaarden met elkaar af. Dan pas kun je objectief beoordelen of er kwaliteit geleverd wordt. Het is niet genoeg als de voorwaarden voor kwaliteit alleen op papier staan. Dat is namelijk geen garantie voor daadwerkelijke kwaliteit. Om na te gaan of de opgestelde kwaliteitseisen gehaald worden moet je kwaliteit meten. Maar kwaliteit is moeilijk te meten. Het is soms niet meer dan een gevoel, zeker voor de zorgvrager. Toch zijn er middelen om de kwaliteit te meten, namelijk kwaliteitsmeetinstrumenten. De belangrijkste onderdelen van een kwaliteitsmeetinstrument zijn standaarden/criteria ( waar het te meten zorgaspect aan moet voldoen ) en een voorgeschreven werkwijze bij het meten. Van jou wordt verwacht dat je een bijdrage levert aan de toepassing van deze kwaliteitsmeetinstrumenten. Kwaliteitsmeting vindt vaak plaats op afdelingsniveau. Dit wordt afdelingsgebonden kwaliteitstoetsing genoemd. Deze vorm van toetsing is ontwikkeld door de Amerikaanse verpleegkundige Norma Lang. In Nederland is deze methode verder uitgewerkt door het CBO. Veel instellingen in Nederland werken met een systeem van decentrale toetsing. Decentrale toetsing en verbetering van kwaliteit verloopt langs het volgende proces: Stap 1: vaststellen van de verzorgende/verpleegkundige waarden • Eerst moeten de verzorgende / verpleegkundige waarden in het team worden vastgesteld; • Wat vindt het team belangrijk in de zorg die op de afdeling wordt verleend? • Belangrijke waarden zijn bijvoorbeeld: veiligheid, hygiëne, privacy, autonomie; professionaliteit, collegialiteit, zorgvuldig handelen, respect voor de zorgvrager; • Deze waarden vormen de basis voor het vaststellen van criteria waar het zorgaspect dat het team wil onderzoeken aan moet voldoen. Stap 2: vaststellen van criteria • Voor het gekozen zorgaspect wordt vastgesteld aan welke eisen het moet voldoen. Daarvoor worden criteria opgesteld; • Criteria moeten zo worden opgesteld dat iedereen daar hetzelfde onder verstaat. • Ze moeten dus voldoen aan de RUMBA-eisen: Relevant Understandable Measurable Behavioral Attainable
Relevant Begrijpelijk Meetbaar In termen van gedrag Bereikbaar
Stap 3: verzamelen van gegevens over het werkelijke handelen • Informatie verzamelen over de werkelijkheid van het te onderzoeken zorgaspect; • De gegevens die worden verzameld zijn afhankelijk van het te onderzoeken zorgaspect en de daarvoor opgestelde crieteria; • Gegevens verzamelen kan door middel van: observeren, rapporteren, checklists in te vullen of interviews af te nemen. Stap 4: toetsen • Het vergelijken van de werkelijkheid met de wenselijkheid; • De wenselijkheid is vastgelegd in de opgestelde criteria: zo willen we dat het uitgevoerd wordt. Stap 5: conclusies formuleren en een veranderplan opstellen • Conclusies trekken over de huidige kwaliteit van het onderzochte zorgaspect; • Op basis van deze conclusies een veranderplan opstellen.
Stap 6: het veranderplan uitvoeren • Als het team het eens is over het veranderplan en de daarin gestelde doelen en acties kan het worden uitgevoerd; • Zonodig wordt het veranderplan tijdens de uitvoering bijgesteld, omdat iets niet haalbaar blijkt. Voor meer informatie: Kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering
Checklist: standpunten beargumenteren Argumenteren is een poging doen om je standpunt met argumenten over te brengen op een ander. Soms kun je iemand met een argument overhalen om jouw mening te delen. Maar dit hoeft niet altijd je doel te zijn. Als je een discussie met iemand aangaat, stel jezelf dan de vraag waarom je dat doet. Wat is je doel? Het is belangrijk dat je vooraf nadenkt over de argumenten die je gebruikt in je redenatie. Je staat sterker als je hierover hebt nagedacht. Denk na over de kritiek die een ander kan hebben op je argumenten. Je kunt dan alvast een weerwoord bedenken. Als je bij je argumenten gebruik maakt van een redenering, zorg dan dat deze klopt. Je moet er ook voor zorgen dat je de feiten kent. Feiten overtuigen namelijk meer dan vermoedens of hypothesen. Aandachtspunten bij het beargumenteren van een mening Punt 1: gebruik drie argumenten per standpunt • Kies van al je argumenten er drie uit die het sterkst zijn; • Een teveel aan argumenten verzwakt je sterke argumenten. Punt 2: selecteer onafhankelijke argumenten • Meerdere argumenten uit verschillende hoeken komen sterker over dan meerdere argumenten uit één hoek; • Veel argumenten over de slechte verzorging van zorgvragers doen het minder goed dan één argument over de slechte verzorging, één over het personeelsverloop en één over de ontevredenheid onder het personeel. Punt 3: gebruik concrete argumenten • Blijf niet vaag, zoals: ‘We werken al zo hard’, maar duidelijk: ‘Met drie verzorgenden helpen wij dagelijks twintig bewoners uit bed voor elf uur. Dat is niet langer haalbaar’. Punt 4: kies bewust de volgorde voor de argumenten • Gebruik het minst sterke argument in het midden en het sterkste argument als laatste. Dat blijft het beste hangen. Punt 5: geef de ander de tijd om van mening te veranderen • Als je teveel argumenten blijft aanvoeren, heeft de ander geen tijd om na te denken over datgene wat je zegt; • Kies voor een voorbeeld of uitleg tussendoor, de ander kan dan nadenken. Punt 6: maak gebruik van de overeenkomsten die er wel zijn • Begin met te benadrukken waarover je het wel eens bent met elkaar; • Zo voorkom je dat je tegenover elkaar staat; • Je hebt een opening om met elkaar in gesprek te gaan. Punt 7: gebruik gevoelsmatige argumenten als dat gewenst is • Vaak spelen emoties mee, dit mag uit je argumenten blijken; • Probeer daarnaast ook zakelijke argumenten te gebruiken.
Werken in het zorgdossier i-careflex heeft een volledig digitaal zorgdossier. Daarin is voor elke zorgvrager uit de virtuele beroepspraktijk een zorgdossier aangemaakt. Je kunt hier als student de gegevens verwerken die je met de uitwerking van je leertaken hebt verzameld. Elke virtuele beroepspraktijk heeft een voorbeelddossier wat je kunt bekijken om je een goed beeld te vormen over welke informatie je waar opschrijft in het dossier. Het zorgdossier is logisch opgebouwd. In het overzichtsscherm vind je tien items. Door op één van deze items te klikken kom je in het zorgdossier terecht. In de linker navigatiekolom vind je tien items die je vervolgens kunt openklappen. Het item wat je hebt opengeklapt verandert van kleur en wordt oranje. Van boven naar beneden loop je door de verschillende onderdelen van een item heen en vult de gegevens in die of al beschikbaar zijn vanuit de film- en fotoreportages of die je met de uitwerking van een leertaak hebt verzameld. Door consequent en regelmatig de uitwerkingen van je leertaken in het zorgdossier te verwerken, ontstaat geleidelijk aan een gevuld dossier. De 10 items : Uitgangspunt voor het werken in het zorgdossier en het werken aan je leertaken zijn de gefilmde casussen van de zorgvragers in de film- en fotoreportages van de virtuele beroepspraktijk. Door het bekijken en beluisteren van dit materiaal krijg je een goed beeld van de zorgvrager. Het geeft je een eerste indruk van de zorgvrager, zijn achtergrond en specifieke problemen. Personalia: Onder personalia hebben we al een deel van de persoonsgegevens van de zorgvrager ingevuld. De overige gegevens kun je of uit de film- en fotoreportages halen of je vraagt hierna in het kennismakings- of anamnesegesprek. Behandeling: Onder dit kopje vind je overzichtelijk geordend invulvelden voor alle medische- en paramedische behandelingen. Vaak weet je uit de casus al of de zorgvrager bijvoorbeeld fysiotherapie krijgt of een dieet volgt. Dit vul je in op het invulscherm dat bij die discipline hoort. Klik je bijvoorbeeld fysiotherapie aan, dan verschijnt er een leeg invulscherm. Je vult je naam en de datum in en schrijft vervolgens kort op welke therapie de zorgvrager krijgt: 3 keer per week loopoefeningen, ma-woe-vrij om 10 uur. Verandert er iets in de behandeling dan klik je op het plusteken en er verschijnt een nieuw invulscherm waar je nieuwe informatie op kwijt kunt. Als je vind dat je onvoldoende informatie hebt over de behandeling van de zorgvrager neem je dit natuurlijk mee in je anamnesegesprek. Levensgeschiedenis: Onder dit kopje vind je alle onderwerpen die betrekking hebben op de levensloop en de ziektegeschiedenis van de zorgvrager. Enkele zaken hebben we soms vanuit de casus al voor je ingevuld. De overige onderwerpen maak je bespreekbaar in het anamnesegesprek. Levensgeschiedenis in de instelling Dit item is alleen van toepassing bij die virtuele beroepspraktijken waar zorgvragers langdurig zijn of worden opgenomen. Dat zijn bijvoorbeeld: de verstandelijk gehandicaptenzorg, het verpleeghuis enz. Zorgvragers wonen dan vaak al langer binnen de instelling of zijn eerder opgenomen geweest. Dan valt er iets te zeggen over het verblijf of de ingrijpende gebeurtenissen tijdens dat verblijf. Anders niet. Observatie en rapportage Dit is voor jou het belangrijkste item van het zorgdossier. Je zult dit dan ook het meest gebruiken. Binnen dit item vind je het volledige zorg/verpleegplan. De gegevens uit anamnesegesprekken en rapportages vul je binnen dit item in. Als je klikt op het item verschijnt rechts een scherm met de mogelijkheid om te kiezen uit drie methodieken waarmee je een anamnese kunt afnemen: Gordon, SAMPC en de ondersteuningsbehoeften. Deze laatste methodiek wordt gebruikt in de verstandelijk gehandicaptenzorg. De gegevens uit je anamnesegesprek kun je dus hier invoeren. De vragenlijsten voor het anamnesegesprek vind je bij de servicedocumenten. Een anamnesegesprek doe je meestal
in de vorm van een rollenspel, waarbij één persoon de zorgvrager is, een ander de verzorgende / verpleegkundige. Twee observatoren maken aantekeningen van het gesprek zodat je voldoende gegevens hebt om hier te verwerken. Door in het scherm bijvoorbeeld op Gordon te klikken kom je bij de 11 gezondheidspatronen en de labels die hierbij horen. Klik je op een label dan kom je terecht in dat deel van het zorg/verpleegplan waar je eerst de anamnese kunt invoeren. Hierna kun je onder resultaten de anamnese verder uitwerken in de PES, zorgresultaten, interventies en evaluatiemomenten. Komt er later een probleem bij binnen dat label dan klik je weer gewoon op het plusteken en er komt een nieuw invulveld. Op deze manier kun je bij elk label zoveel problemen invoeren als er zijn. Onder rapportage verwerk je de rapportages over de zorgvrager. Elke virtuele beroepspraktijk kent leertaken die gaan over rapportages over de zorgvragers. De werkwijze voor het gebruik van de SAMPC of de ondersteuningsbehoeften is gelijk aan die hierboven beschreven is voor Gordon. Contact met andere instellingen Onder dit kopje verwerk je de contacten die voor de zorgvrager zijn of worden gelegd met andere intra- of extramurale instellingen. Vaak is dat in het kader van overdracht of voorbereiding op ontslag waarbij gegevens moeten worden uitgewisseld met andere zorginstellingen. Medicatie Binnen dit item kun je elke medicatie van de zorgvrager op een apart formulier invullen. Het formulier wijst zich vanzelf en is gelijk aan de veelal papieren registratie binnen zorginstellingen. ADL-lijst De ADL-lijst is bedoeld om informatie te geven over de mate van ondersteuning die een zorgvrager nodig heeft. Voor zorgverleners die niet dagelijks met de zorgvrager te maken hebben is dit een snelle en actuele informatiebron. Zo weet je meteen waar een zorgvrager wel/niet ondersteuning bij nodig heeft. Deze lijst kan meteen na het kennismakings- of anamnesegesprek worden ingevuld. Middelen en maatregelen Elk zorgdossier kent twee belangrijke meldingsformulieren, een BOPZ-melding waarmee dwangmaatregelen moeten worden gemeld en een MIP-formulier voor de melding van incidenten. Overige formulieren Hier vind je alle formulieren die betrekking hebben op het registreren van feitelijke gegevens met betrekking tot temperatuur, pols, bloeddruk, vochthuishouding, wondverzorging e.d. Het is leerzaam om te kijken of je voortvloeiend uit de casus of uit een leertaak hierin gegevens kunt registreren. Bijvoorbeeld wanneer een zorgvrager twee x daags insuline Actrapid krijgt, ’s morgens 16 eenheden en voor het avondeten 8 eenheden, kun je dat registreren op de insulinelijst.
Checklist: het voeren van een anamnesegesprek Het voeren van een anamnesegesprek is een complexe vaardigheid. Dat komt door de combinatie van vaardigheden die je daarbij gebruikt. Je observeert, voert een gesprek en maakt aantekeningen. Maar dat niet alleen. De reacties van de zorgvrager en het verloop van het gesprek zijn redelijk onvoorspelbaar. Op een onverwachte situatie moet je kunnen inspringen. Daar heb je creativiteit voor nodig. Hoeveel ervaring je ook hebt, het voeren van een anamnesegesprek wordt nooit een routine. Al deze vaardigheden samen maken het anamnesegesprek complex. Probeer in het begin niet alles tegelijk te doen, want dat is onmogelijk. Oefen deze vaardigheid bij voorkeur stap voor stap. Als je het ene onderdeel onder de knie hebt, begin je met het volgende onderdeel, totdat je de hele vaardigheid beheerst. Je maakt gebruik van een (semi) gestandaardiseerde vragenlijst. Stap 1: een anamnesegesprek openen • heet de zorgvrager en zijn familie/naasten welkom; • stel je zelf voor met naam en functie; • benoem het doel van het gesprek; • je informeert de zorgvrager over: - de geheimhouding van de gegevens - zijn wettelijke rechten - vraagt om medewerking aan het gesprek Stap 2: het anamnesegesprek voeren • toon respect, empathie en echtheid: - je toont aandacht voor de zorgvrager - je bevestigt de zorgvrager af en toe - je bouwt stiltes in binnen het gesprek - je hebt oogcontact met de zorgvrager - je toont respect voor de mening van de zorgvrager - je toont begrip voor de gezondheidssituatie - je straalt rust uit - je straalt zelfvertrouwen uit • stel de juiste vragen: - je stelt enkelvoudige vragen - je stelt begrijpelijke vragen - je stelt open vragen ( zonder suggesties ) - je stelt duidelijke doorvragen • vat regelmatig samen en geef aanvullende informatie - je doet dit beknopt en kernachtig in eigen woorden - je doet dit bij elk onderdeel van de vragenlijst - je vraagt of de samenvatting klopt - je gaat tussentijds in op vragen - je geeft zo nodig aanvullende informatie - je gaat na of de informatie begrepen wordt - je bespreekt alle aspecten die van belang zijn voor de zorgvrager • noteer alle gegevens - je gebruikt het anamneseformulier als hulpmiddel - je kruist aan bij de gesloten vragen - je schrijft bij open vragen kernachtige steekwoorden op Stap 3: het anamnesegesprek afsluiten • je vraagt of de zorgvrager nog iets wil vertellen • je vat je eigen ervaringen van het gesprek samen • je vraagt naar de ervaringen van de zorgvrager • je benoemt het verwerken van de verzamelde gegevens in het anamneseverslag • je bedankt de zorgvrager en naasten voor hun medewerking
Vragenlijst ondersteuningsbehoeften Cognitief functioneren • • • • • • • • • •
• • • • •
Kun je lezen en hoe goed kun je dat? Kun je schrijven en hoe goed kun je dat? Kun je rekenen en hoe goed kun je dat? Wat heb je geleerd op het gebied van praktische dagelijkse vaardigheden? Leer je door nadoen? Leer je door herhaling? Leer je door training? Kun je leren door uitleg van een andere persoon? Kun je ook leren door inzicht? Hoe verwerk je nieuwe informatie? Door: 1. voelend met dingen om te gaan 2. bewegend met dingen om te gaan 3. kijkend, lachend of geluiden makend op anderen te reageren 4. denkend je informatie te ordenen 5. vragen te stellen 6. door te experimenteren Kun je problemen oplossen door erover na te denken? Kun jij je oriënteren in tijd, plaats en persoon? Wat zijn jouw sterke en zwakke kanten? Kun je en wil je nog meer leren zodat je zelfstandiger wordt? En welke ondersteuning het je hierbij nodig?
Adaptief functioneren •
•
•
Ontwikkeling 1. heb je leren lopen of fietsen? 2. hoe goed ben je in handelingen die te maken hebben met fijne motoriek, bijv. koffie zetten? 3. heb je geleerd om keuzes te maken, bijv. wil ik jam of hagelslag op mijn brood of wat koop ik voor mijn spaargeld? 4. hoe goed ben je in onthouden en in het oplossen van problemen? 5. hoe goed kun jij je oriënteren, bijv. welke dag is het vandaag, waar woon je, kun je zelf naar je werk, wie ben je zelf en wie zijn je ouders? 6. heb je leren praten? 7. op welke andere manieren kun je contact maken? 8. ken je omgangsregels tussen mensen? 9. wat vind je belangrijk in contacten met anderen? Wonen en huiselijke activiteiten 1. waar en hoe woon je, in een dorp of een stad, alleen of in een groep? 2. ben je daar tevreden over en heb je wensen? Zo ja, welke? 3. wat kun je zelfstandig en waar heb je ondersteuning bij nodig, bijv. zelfzorg, eten koken, schoonmaken enz. Onderwijs en opvoeding 1. kun je lezen, schrijven en rekenen?
•
•
•
•
•
•
•
2. kun je voor je eigen gezondheid zorgen? 3. heb je geleerd je aan ( sociale ) regels te houden? 4. Als je hier hulp bij nodig hebt, kun je die hulp dan zelf vragen? Leven in de lokale samenleving 1. kun je zelfstandig winkelen? 2. kun je gebruik maken van het openbaar vervoer? 3. heb je een pinpas en kun je die zelf gebruiken? 4. heb je belangstelling voor sport, bioscoopbezoek en andere vrijetijdsactiviteiten? 5. ben je in het verkeer vertrouwd en ken je de verkeersregels? Werken 1. ga je overdag naar je werk of naar een dagbesteding? 2. wat doe je daar precies, zijn je werkzaamheden eenvoudig of meer ingewikkeld? 3. ben je zelf verantwoordelijk voor wat je doet? 4. werk je alleen of samen met anderen? 5. ben je tevreden met en trots op wat je doet? Gezondheid en veiligheid 1. weet je wat gezondheid en veiligheid is? 2. wat kun je allemaal zelf om je gezondheid en veiligheid goed te houden? 3. weet je zelf wat je kan op dit gebied? 4. weet je ook waarvoor je hulp en ondersteuning nodig hebt? Gedrag 1. besef je dat je een persoon bent met jouw eigenaardigheden en gewoontes? 2. heb je zelf besef van wat je kan en wat jouw beperkingen zijn? 3. heb je enig idee, besef van jouw beperkingen en hoe noem jij dat: gehandicapt of beperkt? 4. accepteer je dat je zo bent of niet? 5. stel jij je afhankelijk op ten opzichte van andere personen of bepaal je graag zelf wat je doet en wat er gebeurt? 6. in hoeverre kun je zelf je gedrag sturen en beheersen, bijv. boosheid of blijdschap? 7. hoe reageer je op tegenslagen en op dingen die mislukken? Sociale activiteiten 1. met wie ga je regelmatig om en wat doen jullie dan? 2. heb je ook persoonlijke contacten waarin vriendschap en vertrouwen een rol spelen? 3. beperken je contacten zich tot zakelijke contacten, bijv. de ander is belangrijk omdat die mij eten geeft of mijn kleren koopt? 4. ben je sociaal ernstig beperkt, bijv. je bent zelf niet in staat tot sociale activiteiten? 5. welke sociale activiteiten zou je graag willen doen die je nu niet doet? Opkomen voor je eigen belangen 1. kun jij voor jezelf opkomen? 2. zo ja, hoe doe je dat en wat is het resultaat? 3. merken anderen dat op en zo ja, bereik jij wat je wilt bereiken? 4. heb je enig idee van rechten? Dat je ergens recht op hebt en dat je die rechten mag opeisen, bijv. recht op werk, privacy, zelf keuzes maken? 5. besef je dat er naast rechten ook plichten zijn? Hoe ga je daarmee om? Samengevat 1. wat zijn jouw sterke en zwakke kanten? 2. kun je en wil je hierin nog meer leren zodat je zelfstandig wordt? 3. welke ondersteuning heb je hierbij nodig?
Gezondheid • • • • • • • • • • • • • • • • •
Heb je problemen met je lichamelijke / motorische gezondheid? Heb je moeite met zien, horen, lopen? Welke problemen zijn dat precies, bijv. ‘slecht zien’ is een te algemeen begrip? Heb je andere gezondheidsproblemen? Zijn jouw problemen het gevolg van een stoornis, zo ja, wat is de naam van die stoornis? Maakt het voor de ernst van jouw problemen ook uit waar je bent? Als er een verband is met de situatie of de omgeving, hoe komt dat dan? Word je behandeld voor gezondheidsproblemen en zo ja, op welke manier: medicijnen, oefeningen, hulpmiddelen enz. Heb je problemen met je psychische gezondheid? Kun je die omschrijven? Zijn het vage klachten of is er een diagnose gesteld? In welke mate heb jij zelf ( en/of jouw omgeving ) last van de problemen? Hangen jouw problemen samen met waar jij bent, dus met de situatie of met de omgeving? Als er een verband is met de situatie of de omgeving, hoe komt dat dan? Word je behandeld voor jouw problemen, zo ja, op welke manier: gedragsmedicatie, therapie of op een andere manier? In welke mate ben jij – als gevolg van psychische problemen – beperkt in jouw functioneren? In welke mate heb je ondersteuning nodig
Context • • • • • • • • • • • • •
Waar woon jij, werk jij en/of ga je naar school? Waar ben je in je vrije tijd? Met wie ga je om? Waar voel jij je meer/minder op je gemak? Krijg je genoeg kansen om te doen wat je kunt en wilt doen? Word je met respect benaderd? Krijg je waar je woont en binnen je werk/school voldoende kansen om invloed uit te oefenen? Krijg je voldoende kans om te leren om zo normaal mogelijk mee te functioneren? Gelden deze kansen ook voor deelname aan de samenleving ( openbaar vervoer, winkels ) Kun je voorbeelden geven van situaties waarin jij beperkt wordt in jouw functioneren, terwijl dat niet nodig is, gelet op jouw mogelijkheden? Wat zijn je sterke en zwakke kanten? Kun je en wil je hierin nog meer leren zodat je zelfstandiger wordt? Welke ondersteuning heb je daarbij nodig?
Persoonlijke wensen • •
Hoe wil jij je dagelijkse leven leiden? Hoe en waar wil je wonen en met wie?
• • • • •
Welk werk heeft jouw voorkeur? Welke doelen wil jij in je leven bereiken? Wat zijn jouw sterke en zwakke kanten? Kun jij en wil je hierin nog meer leren zodat je zelfstandiger wordt? Welke ondersteuning heb je daarbij nodig?