I j
I
KORT VERSLAG VAN DE I.ANDELIJKE VERGADERING VAN DE
GER~FORMEERDE
KERKEN
(VRIJGEMAAKT), GEHOtmEN OP ZATERDAG 21 SEPTDrnER 1974 TE UTRECHT 1. In de Jeruzalemkerk te Utrecht opent ds. Visser namens de samenroepende kerk van Utrecht de vergaderiag. Na het zingen van ps. 25a2 en 7 leest hij Ef. 4a1-16 en gaat voor ia gebed. In zijn openingswoord begroet de praesas de afgevaardigden namaas de raad van de Utrechtse kerk. Hij vermeldt het verschil van gevoele•, dat gebleke• is iA de reactie op de wijze waarop de genoemde raad de vergadert.g heeft gecoavoceerd. Verscheideaheid in eenheid is het beeld vaa de gemeente naar de Heilige Schrift. Verscheidenheid mag echter •iet leide~ tot verdeeldheid, zolang we eenzelfde geloof hebben en belijdea. We verwachte• dat onze Hemelse Vader de gebeden oa de kracht van Zijn Geest tot bewaring van de band zal ver-horea. We moeten maar zo spoedig mogelijk aa. het werk gaaa ea niet vooraf debatterea over de vraag of Utrecht al dan aiet juist heeft gehandeld. Diverse ingekomen stukke• passeren de revue. De kerk van Eek ea Wiel en de kerk van Amersfoort zonden ee~ bericht vaa verhindering. De kerk vaa Rijsbergalt zo:Rd ons een telegraa ea wenst o:n.s o.a. eell goede vergaderi:Rg. Van de kerk vah Curaoao is een brief vaa aedeleve• met het wel en wee van onze kerken ,.-. biJUtengekoaea. Door een misverstand is het vooratel vatt de kerk vaa Hengelo niet als zodanig op de ageada geplaatst. Dit voorstel is nu in steacilvora op alle zitplaatsen gedepoaeerd. De kerk van Velp vraagt steun voor ds. Westerhuis, terwijl een voorstel van de kerk van Ede bij punt 7 (zakea kerkverbaad) zal worden behaadeld. De kerk van Dalfsen wil nu direct een verklaring afleggen. Praesas vindt het juister als deze aan de orde komt
n~
vaststelling van de agenda (punt 3). De kerk van Breukele:n heeft in eell brief van 16-9-74 geschreven dat aanva.a.rdiltg van de "prae-a.mbule" ia het rapport van de Commissie Fuaktioneriag Kerkverband (CFK) nodig is. De raad van Breukelea stelt voo~, bij de coastituering van de vergadering deze praeaabule aan de orde te stelle~. (Met deze prae-ambule is bedoeld de door de CFK voorgestelde "Verklaring", zie acta Spakenburg, sub 5). Praesas zegt, dat het vroeger een goede gewoonte was, dat de afgevaardigden hun inste~ing betuigden aet de drie Formulieren van ~igheid, voordat men a::m de eigenlijke vergádering begon. Ilij wil daarom •u instemmug met ptllt t 1 va.n de Verklaring (de z.g. "prae-ubule") vragen, die bij alle afgevaardigden wel bekend is. De kerk van Schiedaa zag graag wat Kampen. heeft voorgesteld, i.p.v. de verklaring van Breukelen. Da. Gorie leest de brief voor van de classis Harderwijk. Om uit de impasse van de discussie te komea stelt praesas voor dat we door op te staan b.ste:rming met de Confessie betuigen. Alle afgevaa~digdea gaan hiermee aocoord. De vergadering wordt geconstitueerd
-2-
I
2. verkiezing van een moderamen. Praesas vindt het beter een wisseling in de leden van het Moderamen te krijgen en stelt een schriftelijke stemming voor. Terwijl een stembureau de stemmen telt ie er een pauze. Uitslag van de stemming a Praeseez
de. Visser (Utrecht)
2e praeees:
ds. Van der Kwast (~etelveen)
1e scriba:
br. Van Kogelenberg (Utrecht)
2e scribas
ds. Poetma (Eindhoven)
Daar de uitslag van de scriba niet geheel duidelijk is, wordt afgesproken dat het scribaat door de brs. Van Kogelenberg en
Po~tma
gezamenlijk zal worden
waargenomen. 3.Vaetetelling van de a!enda. Aan de voorlopige agenda zal nog worden toegevoegd: 1. Brief van de kerk van Velp i.z. eteun aan ds. We sterhuis 2. Verklaringen van de kerk van Hengelo en van Ede-Wageningen
3· Overzicht kosten Convent 1973 van de kerk van Bunschoten-Spaken burg
4· Brief van de kerk van Zeist i. z. controle kae van de penningmeesters van de Commissie voor de Opleiding tot de Dienst des Woords en de CFK. 4.Behandeling ingekomen stukken. Het jaarverslag van het Nederlande Bijbelgenootschap over 1973 wordt voor keru>isgeving aangenomen. Herhaald verzoek tot participatie van onze kerken in de RCO:B, de Raad voor Contact en overleg betreffende de Bijbel met diverse bijlagen, t.w. : informatie over en reglement van de raad, aanbevelingen t.a.v. bijbelvertalingen, vraag omtrent nieuwe tekst van het Gebed dee Heren. Ds.v.d.
Ling~n
(Bunechoten-Spakenbur!) deelt nog mede dat deze s tukken op de
vorige Ccnventevergadering niet aan de orde konden komen do or ti j dsgebrek. Relaas ia toen verzuimd aan de RCOB hiervan bericht te zenden. Ds. Plooy (Ede) vraagt zich af of het wel juist is dat we ons onthouden van de participatie. Ede-Wageningen pleit er voor wél te participeren • . De kerk van Haren i8 van mening dat deze zaak niet op de agenda diende te komen. We moeten ons nu alleen bezighouden met zaken van "binnen eigen kring". Willen we als kerken wél participeren, dan zal er een vooratel vanuit de kerken moeten k omen. Nu due niet participeren, omdat niet door enige kerk dit punt aan de orde gesteld is. Aldus wordt besloten. De afgevaardigde van de kerk van Dalfeen krijgt nu gelegenheid de verklaring van zijn kerkeraad voor te lezen (c.a. dat alleen het punt "kerkverband" en "regionale indelin g·" bij punt 7 van de agenda moet worden behandeld). De vergadering wordt voor een ogenblik geven de verdere gang van zingen van pa. 84 a
~rucen
3 en 5.
geechor~t
om het moderamen gelegenheid te
te bespreken. Daarna wordt ze heropend met het
I
- 35. ~·
De vergadering gaat ermee accoord dat 2 pers-afge vaardigden worde n toegelaten. n.l. die van het Nederlands
Dagbla~
en die van de NOS (i.v.m. een radio- uitzen-
ding op woensdagmiddag a.s. tussen 4 en 5 uur in j et programma
'~eer
over
Minder 11 ) . Voorwaarde voor toelatin~ va.n de pers is, dat eventuele correcti e e; op de berichtgeving worden aangebracht.
6. A:fhandeling van enkele
11
kleine" zaken.
1. Allereerst komt in behandeling de brief van de kerk van Velp i. z. de posi tie van ds. Westerhuis. De vergadering gaat ermee accoord da t deze zaak een aangelegenheid is van de gezamenlijke kerken. Praeses de el t mee dat de kerken binnenkort een circulaire kunnen tegemoet zien van de Stichti ng Gedupee rde Ambtsdragers. 2. Brief van de kerk van Bunschoten-Spakenburg, d.d. 16 sep t . 1974 inzake de kosten van Convent 1973. Een batig 1 saldo
van~
1640.- zal
aan de kerk van
Utrecht worden overgemaakt. De kerk van Bunscheten-Spakenburg wordt dank gebracht voor de verrichte arbeid. Utrecht krijgt toestemming de kos t e n van de huidige vergadering t.z.t. eveneens om te slaan naar he t aantal ziele n per kerk.
3. Brief van de kerk van Zeist inzake controle van de boeken van de Commissie s Op l eiding tot de Dienst des Woords en Functionering Kerkverband . De pe nnin gmee s ter, br. G. van Oord te Zeist wor dt gedechargeerd. He t Moderamen stelt nu voor eerst punt 7:
11
Zaken Kerkverband" a a n de orde te
stellen. Daar de praeaes, ds. Visser, lid is van de CFK wordt he t voorzi tter s chap ove rgedragen aan de 2e praesee, ds. Van der Kwast .
7. Zaken Ke r kve rband. Ds. Van de r Kwast schetst de situatie: veel kerken zonden zelf afgevaa rdigden; daa rnaa s t zi j n e r afgevaardigden van de classes Amste rdam en Harde rwijk; e nkele kerke n ( Ens chede, Zwolle) lieten weten niet t er vergade r i ng te komen wegens de d oor Utrecht gevolgde samenroepings-procedure. Hi j ach t het nie t zinvol deze zaak i n di s c uss ie te brengenf toegegeven moet worden dat het besluit van Bunschoten - Spal;:enburg voor Utrecht alleen a l techni s ch onu i tvoerbaar was. In de hu.idigc vergade r ing die nt het besluit van B.-Sp ( voortaan ve rgaderen via af vaardiging door de regio's) als uitgangspunt te worde n genomen , zodat he rha l i ng van debatten wordt voorkomen. De bestaande verschil l en van inzicht moeten op broede rlij ke wi j ze zo mogelijk uit de weg worden ge ruimd. Op zijn vraag of de CJ.i'K nog ie t s t e zeggen heeft, antwoorden ds . Vi sser en br. Meulink: het aan alle ke r k en toegezonden rapport is voldoende; s chenk vooral aandach t aan de z.g.n. prae -ambul e . Ds. Va n der Kwas t wil nu met name die kerken het woord geven, die moeite heb-
-4-
ben met het besluit van B.-sp. Een groot aantal sprekers meldt zich.
I
Eerste ronde. Doorn (ds. Holwerda) verwijst in een verklaring naar het aan de kerken gezonden voorstel (dd. 16-7-'74), waarin naar de Schrift geargumenteerd warde t ussen de Héer Jezus Christus en zijn gemeente mag geen enkele instantie worden geschoven. Doorn's argumentatie werd tot dusverre door niemand beatreden vanuit de Schrift. Doorn verzoekt met klem de verklaring op haar waarde te toetsen en, als onze argumentatie duidelijk blijkt, deze apostolische overlevering als enig uitgangspunt voor ons kerkelijk samenwerken te aanvaarden. In de poging een gemoderniseerd kerkverband-oude-stijl op te zetten, is men vastgelopen. Om uit de impasse te geraken, wordt gevraagd terug te gaan tot achter hetgeen een K.O. zegt, of in een Convent zou zijn besloten. Beverwijk (br.v.d. Berg)
'·
verwijst eveneens naar een aan de kerken gezonden
brief (zie bijlage 7d van de voorlopige agenda). Beverwijk is bang om mee te werken aan de uitvoering van het besluit van B.-Sp. Meewerken aan de art.31-33, 36 en 38, wat houdt dat in t.a.v. meewerken aan de overige artikelen van het Concept Accoord (CA)? Schiedam (br. de Blois) vraagt zich at of het niet eerder werel ds dan kerkelijk is, te denken dat een met meerderheid van stemmen genomen besluit wettig is . In B.-Sp. stemde een derde van de kerken tegen - nu wordt gesteld: daar kunnen we niet op terugkomen. Schiedam heeft overwegende bezwaren tegen getrapte afvaardigingc het contact met de basis gaat verloren. Wi j willen meewerken aan alle zakenJ dat 11 onhanteerbare" is te ondervangen. De verklaring van de CFK is een heel dun draadje. De vraag blijft: mocht het besluit van vorig jaar wel genomen worden? Ede - Vfageningen (ds. Plooy) heeft te B.-Sp. v66r gestemd, maar vreest dat de situatie inzake het kerkverband zich niet goed ontwikkelt en tot grotere !Spann in gen leidt. Hoe kan men "B.-Sp. 11 effectueren? Mede namens de regio-kerken (Arnhem, Nijme gen, Wolfheze) wordt de kerken het volgende voorstel v oorge legd: de CFK wordt zo aangevuld, dat zij een we e rspiegeling biedt van wat in de kerken te dezer zalce leeft; deze commis s ie voert zo nodig
ge s pr~kken
me t -vertegemroor-
digers van andersdenkende gemeenten, en komt niet eerder met een eventueel nieuw rapport , dan nadat zij redelijke zekerheid van ke rkeli j ke overeenstemming he eft. Oegstge est (br. Groenevelt) voert drie punten aan tegen het voorges telde CAr 1. ook deze K.O. betekent in feite een bevoogding in vrij grote mate van de plaatselijke kerken; 2. het is een K.O . die weer rechtspraak verleent aan meerdere vergaderingen en dus a a n ondergeschikte rec hters; 3. (het minst belangrijk ) opnienw getrapte verkiezingen. Heemstede (br. Gleysteen) heeft onoverkomelijke moeili jkheden m.b.t. de tot
-5-
I
standkoming van het besluit van B.-sp. Er moet duideli jkheid komen over de vraag a) wat is er besloten? en b) wie was voor of tegen? Weerspiegelde het besluit wel de feitelijke verhoudingen? Rij haalt ds. Janse aan: men behoeft het accoord thans niet met huid en haar te slikken. Bunscheten-Spakenburg (br. Bos)
vraa~t zich at, op grond van de jarenlange
kerkelijk ervaring, ·of getrapte verkiezingen wel profijtelijk zijn? Hij stelt een door de kerken per regio geregelde alfabetische afvaardiging voor. Zaanstreek-C (br. Dekker) stemde in B.-Sp. niet in met he t voorstel-Eindhoven, maar kon zich wel vinden in het voorstel-Kampen. Het "nee" tegen Eindhoven wil zeggen "nee" tegen het CA. Hoe is overigens het voorstel-Kampen van tafel verdwenen - een vergadertechnisch foefje? Men wil wel graag de band met de andere kerken bewaren, maar dan in de zin van het voorstel-Kampen. De praesas constateert dat blijkbaar niet de regio-vorming bron van moeilijkhede n is geweest, zoals gesuggereerd was. Wel zijn er functionele bezwaren tegen het CA,
~oals
bij Doorn en Oegstgeest. Terwille van de door Heemstede gesuggereerde
onduidelijkheid in de besluitvorming van
Bunschote~-Spakenburg,
vraagt hij de
toenmalige scriba, ds. Smit, uitsluitsel in dezen te geven. Ds. Smit
wil niet buiten de acta omgaan, en leest voor dat toen "een uitspraak
per kerk" gevraagd is, "of men wil gaan in de lijn van de in het voorstelEindboven genoemde artikelen 31,32,33,36 en 38 van het concept-accoord van kerkelijk samenleven" (pag. 5, 3e alinea). Ds. Visser: Waarover is nu precies gestemd? Betekent "in de lijn van" dat de regio's de volgende keer afgevaardigden sturen? In de door Eindhoven genoemde artikelen staa t heel wat meer dan alleen getrapte afvaardiging - men zie de brief die Utrecht aan de kerken toestuurde . Ds.v.d. Lingen, voorzitter van de in Bunscheten-Spakenburg gehouden Landelijke Vergadering, attendeert op het vervolg van de acta op pag.
5 (4e alinea, vanaf
"Het moderamen" tot en met "wier mandaat wordt verlengd". Met name de zinsnede: "De kerken kunnen z6lf de door haar genomen beslissing in regionaal vergaderingeverband effectueren, waarbij de indelingssuggestie in het voorstel - Zwolle goede diena ten kan bewijzen". Voorts werd in B. -Sp. een oproep gericht tot de te genstemmers om broederlijk te blijven meewerken. Hiertegen kwam geen enkel protest va.rmi t de vergadering. De bezwaren die nu worden aangevoerd zijn ook t6en op tafel gelegd. D• v.d. Lingen is er persoonlijk van overtuigd dat niemands geweten door het genomen besluit in nood ' gebracht is, temeer daar aan ieder gevraagd is mee te blijYen helpen aan de formulering van het CA. Ds. Visser acht een beroep op de acta· inzake de
be~aarde
kerken niet terechts
de z.g. prae-ambule is toen niet officieel in behandeling geweest. Er is g~en woord gerept over die kerken, die bezwaren hadden. Overigens is er - dit aan het adres van Zaanstreek-C - geen vergader-technisch foefje geweest om het voorstelKampen onder tafel te werken.
De praesas ~ reaumerend)a
-6-
I
de regio-vorming blijkt geen moeilijkheden te geven; de kerken weten elkaar we 1 te vindenJ rest nog het voor sommigen onduidelijke in de besluitvorming van de vergadering in Bunschoten-Spakenburgj overigens r;ullen er al tijd wel bezwaren blijven. De vraag is nu: wegen die zo zwaar, dat men zou moeten · zeggen: we moeten afhaken? Laat dát dan horen. Daarna kan bezien worden welke mogelijkheden er blijven om elkaar dan n6g vast te houden. Er zijn nu twee kerken n!et hier , die besliet wél willen medewerken (bedoeld zijn Zwolle en Enschede-N.)- dat weegt mij ook zwaar, aldus spreker. Laten we nu dus verder ·spreken over hoe we vast kunnen houden wie om
1
e HEREN wil niet mee kunnen gaan.
Tweede ronde Ds. Holwerd~ - (Doorn) vraagt zich af, of er niet een schriftuurlijke weg is, waarop we elkaar kunnen vinden. De stemminga-uitelag van B.-sp. ie geen argument dat er een kerkelijke machte-instantie moet komen. Hij wijst nogmaals op de door Doorn aangegeven weg, die nog steeds door niemand met schriftuurlijke argumenten ie aangevochten. Om tot een juiste situatie-tekening te komen, sluit hij zich aan bij wat door ds. Plooy is gezegd, en stelt voor het voorstel van Ede-Wageningen te steunen. De praesas bestrijdt dat niemand echriftuurlijke argumenten tegen "Doorn" heeft aangevoerd en verwijst naar het rapport van de CFK. Ds. Stolk (Kampen): het "gaan in de lijn van Eindhoven" wordt geJ:nterpreteerd ales wel of geen getrapte verkiezingen. Het eigenlijke punt ia echter: welke macht wordt aan zulke vergaderingen toegekend? Men moet de vraags-telling daartoe herleidenf wel of niet getrapte verkiezingen zijn in feite van secundair belang. Ds.v. J_,eeuwen (Bilthoven): Bilthoven onthield zich in Bunechoten-Spakenburg van stemming, omdat die vergadering niet rijp· was voor stemming - niet rijpf omdat bij ons voorop staat de weigering anderen los te laten. Laten wij door ons kerkelijk (samen-)leven overtuigend aantonen, dat in onze wijze van vergaderen geen machtsmisbruik zit. Maa:r als nu gezegd wordt: "er is gestemd en dus besloten 11
-
komt daarin dan toch niet iets van machta-oefening openbaar? Voorop
moet bli,jvcn staan: "geen kerk zal heerschappij voeren ••• ". Bilthoven gaat daarom aocoord met het voorstel van Doorn en Ede-Wageningen. Dit mag niet van tafel geschoven worden. :Br.v.d. Mi;iden (Barendrecht): ageren tegen de ker,korde op de wi,jze v-cin Oegetgae~t ia onzake lijk, daar deze nog niet is aangenomen. Barendrecht heeft zelf' het op tafel gelegde CA doorgenomen en van hiërarchische tendenzen ontdaan (zie brief aan de kerken). Wel blijft Barendrecht zitten met de vraag hoe in de
-7-
I
toekomst tegenstemmers de mogelijkheid van medewerken kan worden aangereikt. Br.v.d. Berg (Beverwijk) sluit zich aan bij wat door Doorn is opgemerkt en stelt voor het voorstel van Ede-Wageningen te aanvaarden. Het antwoord op de vraaga wel of geen getrapte verkiezingen komt vanzelf wel vanuit de regionale vergaderingen. Ds. Veldetra (Leerdam):1)Het spreken van Utrecht over onduidelijkheid in het besluit van B.-Sp. is 6ns onduidelijk. 2) De bra. die bezwaren hebben tegen de aangenomen artikelen vereraan o.i. de inhoud van die artikelen niet. Verwezen wordt naar de weinige reacties die op de
vraa~
van de praeses naar voren zijn
gekomen. Natuurlijk weten we dat de Heilige Schrift alleen spreekt over de zelfstandigheid van de plaatselijke kerk, en dat er geen tussen-instanties tussen Christus en de kerken mag worden geschoven. Maar de simpele vraag is: hoe ontmoeten wij elkaar nu in kerkelijke vergaderingen? Men gaat, zoals Oegstgeest b.v., uit van een caricatuur ("tussen-instantie") van art. 31 e.v.
3) De vraag
"hoe vergaderen wij als kerken samen?" is in wezen een secundaire
vraag. Primair is toch de eenheid van belijden. Maar hoe zouden we dan op de gedachte kunnen komen, elkaar los te laten? Als br. de Blois van Schiedam een stemming als in
B.-Sp. meer werelds dan kerkelijk acht (" moet de minderheid
zich dan maar schikken naar de meerderheid?"), dan zullen we hem wel niet goed begrepen hebben. Er zijn toch mogelijkheden, zoals b.v. door Amsterdam-Z. aangegeven (verdeelsleutel) - compromissen, waardoor het mogelijk is, dat bezwaarde kerken mee blijven werken? Br. Gort (Utrecht) acht het niet fair wa~ de praeses aan de minderheden heeft gevraagd. Hoe kan men in enkele minuten spreken over een presbyteriale kerkregering? De toelichting van de CFK is nooit goed in discussie geweest. Hij voelt voor het voorstel-Doom, te bespreken in de context van een vergadering als nu, in een echte dialoog. Significant is het antwoord op de vraag of de 60 voorstemmers van B.-Sp. het besluit willen doordrukken tegen de wil van 30 anderen in. Hij
blij~t
staan achter het voorstel-Doorn en dus achter het voorstel-Ede.
De praeses is van mening dat over de genoemde zaken juist wél is gesproken in Bunschoten-Spakenburg. Alleen is nu aan de orde: geen meerderheid mag heersen over een minderheid, maar ook -
nadr~elijk
-: geen minderheid zal heersen over
een meerderheid! We zijn bezig daarvoor een uitweg te zoeken. Br. 8ikelboom (Schiedam): de praeses stelde: hoe bewaren we op grond van de Heilige Schrift de gemeenschappelijke eenheid? Schiedam wil op dit fundament graag meewerken. Maar we hebben wel ovenregende bezwaren tegen een juridischkerkelijk opgesteld accoord, omdat de Schrift over die zaken anders s preekt dan de CFK. De le3 van het verleden .is:God sloeg ons onze zekerheden uit handen. Maar in een brief als van Zwolle spreekt opnieuw een juridisch functioneren van een eenmaal eenomen besluit, waaraan we weer te gronde kunnen gaan.
-8-
I
us.v.d. Lineen: Welke term men ook wi l gebruiken - synode, convent, confed eratie _ is onverschillig; het gaat er om of men als kerken samen kan beslissen en zo ja, waarover. Welke eenheid hebben we als kerken? Wil een convent zeggenJ vri j blijvende opinie-peiling, markt-verkenning? Natuurlijk moet de meerderheid niet heersen maar de minderheid ook niet. Is een besluit echter alleen geldig als 100% er v66r · ie? Maar zelfs dát maakt een besluit niet legaal. De eigenlijke moei lijkheid is, of we gerechtigd zijn besluiten te nemen die ons samen raken. Heerszuchtig is die kerk, die zulke zaken plaatselijk afhandelt. Staat in het nieuwe concept niet meer wat in meerdere vergaderin~n afgehandeld kan wordenP.(vergelijk de zaak van de honorering van (em.) ds.
Westerhuis~
Prof. Greydanus achtte het ideaal, dat alle kerken in persona tegenwoordig waren ter synode, maar was ook van mening dat dit in de praktijk onuitvoerbaar was. Daar staat of valt de zaak ook niet me•f wel met de vraag: wat is de macht van een vergadering zoals deze? En heeft zo'n vergadering een besluit genomen, kan men zich daar dan in schikken? Natuurlijk niet in wat tegen de Heilige Schrift ingaat. Spreken over meerdere vergaderingen als bevoogding van de kerken is ook niet schriftuurlijk. Men vergate niet dat we al 5 jaar geploeterd hebben om tot het resultaat van B.-Sp. te komen. Ook mag er aan herinnerd worden, dat maar een enkele kerk de vigerende D.K.O. officieel als afgedaan beschouwt. De praeaes heeft gevraagd om tegen-argumenten - ik vraag de broeders die meenden "tegen" te moeten stemmen: waarom bent u toch in nood gekomen? De. Janse : (Velp): De bedoeling van de CFK is alle stukken aan de volgende vergadering over te geven. Nu doet men alsof de hele K.O. is aangenomen. Maar hebben áll e kerkeradan alle wijzigingen door de commissie voorgesteld wel bekeken? We hebben nog niet een hele K.O. Er is reeds een belangrijke wijziging van art. 34 voorgelegd. Regionale en landelijke vergaderingen mogen in geen geval heersen. Als we het voorstel van Ede aannemen, dan kan de commissie nader uitwerken wat het schriftuurlijk onderWijs inzake kerkelijk samenleven inhoudt. Niemand mag dreigen: we doen niet mee (ook een vorm van overheersing). De pr aeses is van mening dat er dank Z1J de discussies enige winst geboekt is. Hij ci te er t uit de acta van B.-Sp. (punt 19) hoe Oegstgeest bij de rondvraag te kennen gaf gekant te zijn tegen getrapte verkiezingen. Praeses heeft de vraag gesteld of ge trapte verkiezing een principiële zaak is. Alleen de kerk van Schiedam heeft zi ch uitdrukkelijk tegen verklaard; voor anderen is het een secundaire zaak: zo ook voor Oegstgeest, blijkens de woorden van br. Groenevelt. Uit voornoemde acta citeert hij ook (punt 19), dat vol gens ds . Blokhuis de strekk ing van
h~t
genomen besluit van B.-Sp. voor verschillende afgevaardigden niet dui delijk
was ( het "gaan in de lijn van ..• "). Vandaag is die onduideli j kheid weggenomen, al zi j n er moeili j kheden gebleven . Ds .v. Leeuwen (Bilthoven)
is het niet eens met de privé-conclusies van de praesesJ
hi j vreest ook dat de voorstellen van Doorn en Ede onder tafel raken.
De praeses: We zijn bezig uit de impasse te geraken. Ds. Stolk (Kampen) acht de kwestie wel dan niet getrapte
-9-
I
verkiezingen niet van
primair belang; wel het aannemen van de in B.-Sp. genoemde artikelenf maar wat betekent "gaan in de lijn van ••• " als de redactie van deze artikelen nog niet eens vaststaat? Br. Schuurman (Zeist) heeft geconstateerd dat we allen de belijdenis aanvaarden en uitgaan van de zelfstandigheid van de plaatselijke kerk. Dan moeten we elkaar ook beloven geen afgoderij te zullen bedrijven met de belijdenis, de plaatselijke kerk of het kerkverband. Op welke wijze moeten we het kerkverband oefenen? We moeten voortgaan in de lijn van de vorige vergadering. Hij stelt voor het moderamen te machtigen in samenwerking met de CFK de volgende vergadering voor te bereiden, uitgaande van het besluit van B.-Sp. Br. Bos (Bunschoten-Spakenburg)
acht een landelijke vergadering waarin alle kerken
vertegenwoordigd zijn een onmogelijke zaak. Ds. de Jon5 (Amsterdam) adviseert: probeer er achter te komen of men algemeen van mening is, dat een geordend kerkelijk samenleven toch ook iets juridisch heeft, wil het niet een vrijblijvende zaak zijn. Br. v.d. Berg (Beverwijk) wijst er op dat er voors.tellen van Doorn en Beverwijk ter tafel liggenf dat van Ede was niet aan de kerken toegezonden en kan dus niet in behandeling komen, maar het voorstel-Doom komt er in grote trekken mee overeen. Br. Faber (Haren)s In Haren zijn er wel bezwaren tegen het voorstel-Eindhoven, b.v. tegen de redactie van art. 31. Toch is Haren van mening, dat een geordend kerkelijk same nleven mogelijk is, zonder dat daaraan een _juridisch karakter wordt gegeven. Terugdraaien van de procedure (besluit B.-Sp.) gaat jaren kostenf bovendien wordt de discussie af en toe sterk beïnvloed door gevoelsargumenten. Haren wil echter alles in het werk stellen om de eenheid te bewaren, desnoods door een kleine stap terug te doen.
Vandaar het volgende voorstel:
1) de volgende vergadering d.m.v. afvaardiging vanuit de regionale vergaderingen te doen bijeenkomen; 2) de kerken, die hiertegen nog bezwaren hebben, de mogelijkheid te geven afgevaardigden te zenden als onder punt b van het .voorstel d.d. 21-8-'74 van de kerk van Amsterdam-Z. is aangegeven;
3) op die vergadering de redactie van die artikelen, welke de wi j ze van samenkorr.en der kerkeli ,i ke vergadering regelen, vast te stellen en ter beoordeling aa n de kerken toe te zenden. Br . v. L(]ll ond (Den Helder) is optimistisch, als men maar duideli j k uitspreek t : me erdere vergaderineen nemen besluiten, maar onderwerpen die aan de kritiek der kr. rk e n : anders gezegd: zij bereiden de besluiten voor. Mocht een kerk zich in een beslu it ni r:t kunne n vinden, dan niet onmiddelli j k het oordeel:. dus ongere:formeerd. Br. Mooibroek (Doorn) is van mening dat de ter tafel zijnde zaken nog niet diep
-10-
I
genoeg doorgesproken zijn. Doorn is beducht voor het opzetten van een pyramidale, wereldse, onschriftuurlijke organisatie, als in de R.K. kerk: een brede basis, maar een kleine geconcentreerde top. Angst bij
vel ~r
hiervoor is z.i. be-
grijpelijk, gezien het kerkelijk verleden. Br. Keppel (Kampen) verwijstnaar pag. 15 van de acta van B.-Sp. met betrekking tot het besluit inzake het kerkverband. Bij sommigen is er onzekerheid waarover nu precies gestemd is.
NÛ
wordt betoogda alleen over getrapte of niet-getrapte
verkiezingen. Waarom zegt men dat dan niet eenvoudig? Hoe kan men overigens stemmen over artikelen waarvan de tekst nog niet vaststaat? De preases: Het ga.at er om een modus te vinden. kan de volgende vergadering niet zoveel mogelijk via getrapte verkiezingen bijeenkomen? Uiteraard zijn dan ook de bezwaarde broeders welkom.
Het hangt van de wijsheid van de volgende ver-
gadering af, hoe de te volgen procedure zal zijn. Intussen beraden we ons op de vraag: wat is afgesproken en hoe houden we de bezwaarde kerken vast? Het is moeilijk de zaak nu helemaal te overzien. Het voorstel-Haren verdient wellicht steun. De. de Jong (Classis Amsterdam): Hebben verschillende sprekers niet geprobeerd een stap terug te doen? (Doorn, Ede, ds. Janse, Haren, ikzelf), De vergadering wilde voortbouwen op het in B.-Sp. bereikte - is dat langzamerhand niet een "heilige koe" aan het worden, waarop niet meer teruggekomen kan worden? Er is veel gesproken over bijkomstigheden, maar de kern van de zaak, een juridischbindend kerkelijk samenleven wordt niet geraakt: de kerken bedienen elkaar het Woord - dat impliceert verantwoordelijkheid. Deze zaak is nog in discussie, maar wordt toegedekt door de vraagstelling: getrapte of niet-getrapte verkiezingen. Ik ben tegen het voorstel-Eindhoven. Is er geen mogelijkheid een stap terug te doen? Ik ben persoonlijk bereid een stap terug te doen, om open deze problemen te kunnen bespreken met kerken als Oegstgeest en Schiedam, ook al kent u mijn gevoelene als afgevaardigde van de classis Amsterdam. Ds. Bakker (Enschede) wil het voorstel van de praesas goed geformuleerd op papier. Ds. Veldstra (Leerdam) wijst op het voorstel-Eindhoven. Ds. Visser (Utrecht) wijst er nog op, dat er ook een tweede voorstel-Eindhoven is gezonden (zie brief Eindhoven d.d. 31 aug. '74, die aan alle kerken is gezonden). Haren deelt nog mee, dat deel b) van het voorstel-Amsterdam-Z. is overgenomen§ voorstel a) van deze kerk niet. Br. Groenevelt (Oegstgeest) heeft geen mening, daar er geen overleg met de kerkeraad is geweest. Ds. de Jong (Amsterdam): We hebben elkaar tot nog toe niet losgelaten: laten we elkaar ook verder vasthouden. Ds. Postma (Eindhoven) vraagt zich af, welk verschil er is tussen de vergadering
-11-
I
zoals ds. Van der Kwast zich voorstelt en deze vergadering. Het enige verschil is z.i. dat er minder mensen zijnJ men kan elkaar dan beter benaderen. Na enige verdere discussie wordt de vergadering voor enkele ogenblikken geschorst voor nader beraad van het moderamen. Daarna stelt de praesas voor, op dit moment geen nader besluit te nemen, maar de vergadering te verdagen. De vergadering stemt hiermee in. Br. Gort (Utrecht) wil dan wel het voorstel-Ede aan de agenda toegevoegd zien. De. Visser (Utrecht) zegt, dat het n~ al op de agenda staat. De voortgezette vergadering wordt voorlopig vastgesteld op 30 november 1974, opnieuw te Utrecht. Ds. Visser spreekt het slotwoord. Ds. Postma eindigt met dankgebed. De praeses sluit de vergadering. P.S. De presentielijst is in het bezit van de scriba van de roepende kerk (Utrecht), P.H.v. Kogelenberg, Locplantsoen 49, Utrecht.
II
I
I
~
KORT VERSLAG VAN DE VOORTGEZETTE LANDELIJKE VERGADERING VA.::i DE GEREFORMEERDE KERKEN (VRIJG~), GEHOUDEN OP ZATERDAG 30 NOVEMBER
1974 IN DE JERUZALEMKERK
TE UTRECHT. 1. Opening. In de Jeruzalemkerk te Utrecht opent de praeees, ds. Visser, deze voortgezette vergadering. Gezongen wordt ps. 125 : 1 en 2. De Schriftlezing is uit Ef. 3. Praesas spreekt een woord van welkom. We moeten bereid zijn elkaar te aanvaarden. Evenals op de vergadering van 21 sept.
'74 wordt de pers-afgevaardigde
Tan het Nederlands :t>agblad ondèr bepaalde voorwaarden toegelaten. 2. Nieuwe ingekomen stukkans te weten,
brief van
Assen met mededeling dat geen afgevaardigden van deze kerk ter vergadering aanwezig kunnen zijn. Haren bevattend het nu op schrift gestelde voorstel dat mondeling gedaan werd op de vergadering van 21 sept.
1
74·
Maastricht aandringend op het aanvaarden van het voorstel-Haren. br. D.J. Buwalda (Kampen) waarin een praealabele kwestie gesteld wordt m.b.t. de zaken kerkverband.
3. Voor.t zetting zaken Kerkverband. De (2e) praeses, ds. H.J.v.d. Kwast, deelt mee dat het moderamen zich heeft beraden op de te volgen weg. Hij memoreert, dat op de vergadering van 21 sept.
'74 nog onduidelijkheden bleken te bestaan inzake het te Bunscheten-Spakenburg
beslotene. Het werd toen duidelijk dat het merendeel der kerken voortaan via de regio's zich willen laten vertegenwoordigen. De vraag welke bevoegdheden zulke vergaderingen zouden hebben, bleef nog open. Op de vorige vergadering bleek ook, dat niemand van de tegenstemmers in B.-Sp . door deze wijze van vergaderen tot zonde meende gedwongen te zijn. Wel bleef de vraag open, hoe bezwaarde kerken dan toch op een voor allen acceptabele manier zouden kunnen samenwerken. Z.i.
was de vergadering toen rijp voor het
voorstel-Haren, maar het moderamen meende niets te mogen forceren. gen herhaling van de discussie over de materie die de vorige keer (en ook in B.-Sp.) ter tafel was, ia weinig zinvol ; de meningen zijn nu eenmaal verdeeld en men kan deze discussies eventueel beter verder houden op de regionale vergaderingen. De huidige vergadering dient tot besluiten te komen. De kerken hadden een commissie voor de functionering van het kerkverband ingesteld. Deze
co~~issie
kwam met een rapport. Dat rapport ligt nu ter tafel ter
behandeling voor zover betreft de zgn. prae-ambule. A. De "prae-ambule". De praeees leest deel I van de "prae-ambule" voor, te weten de "Verklaring" en geeft dit in bespreking. Ds . H. Stolk (Kampen) informeert naar het gewicht van deze verklaring - als deze op het convent wordt aangenomen, zitten de kerken dan daar aan vast ?
-2De kerk van Haarlem sluit zich hierbij aan en herinnert aan het oude ge-
II
bruik van ratificeren. Ds. E.R. Postma (Eindhoven) herinnert er aan dat ook de oude K.O. door de kerken werd aangenamen op basis van volledige vrijwilligheid. Ds. W.G. Visse~ ·(lid CFK) verwijst naar het besluit van B.-Sp.f
het voorge-
stelde CA heeft een voorlopigheidskarakterf eerst op een volgende vergadering kan dit zijn definitieve beslag krijgenf de kerken zijn bezig met het proces van herziening der K.O. - dat geldt ook van art. 31 van het CA. Ds. H. Smit (Den Helder) is beducht dat men zich zelf zou suggereren, dat met de "Verklaring" ook het voorgestelde CA zou zijn geaccepteerd. Ds. W.G. Visser herinnert eraan dat de CFK in deel II van de "prae-ambule" juist een ontkoppeling van deze twee zaken voorstelt: elkaar niet loslaten vanwege verschillend kerkrechtelijk inzicht. De K.O. mag geen breekpunt zijn. Ds. H. Stolk (Kampen) acht dat alleen de H. Schrift grond van samengaan is en niet ook de drie formulieren van Enigheid, zoals in de Verklaring gesteld. Ds. W.G. Visser: "'t Gaat om de grond voor het samengaan, niet van het geloof" Ds. J. Stgy (Steenwijk) deelt namens negen kerken van de classis Kam~n mee, geen bezwaren te hebben tegen de Verklaring. De praeses geeft deel I in stemming. Geen enkele kerk stemt tegen; de kerken van Breda, Oegstgeest, Wieringermeer en Wormer onthouden zich van stemming, alsmede 3 kerken van de Enschede classis. De Verklaring is dus aangenomen. Deel II van de "prae-ambule.", de "uitspraak", wordt voorgelezen en in stemming gegeven. Niemand stemt tegen. De kerken van Oegstgeest, Wormer e n 3 kerken van de classis Enschede onthouden zich van stemming. Wormer licht onthouding toe: we stemden in B.-Sp. tegen. Ds. W.G. Visser: deze zaak is in B.-Sp. nooit in stemming geweest. De "Uitspraak" is dus aangenomen. Deel III van de "prae-a.mbule", het Verzoek, wordt voorgelezen en in bespreking gegeven. Ds. J . Keuning (Nijmegen) attendeert erop dat in I II (het Verzoek) andere kerken aan het woord zijn dan in I en II, n.l. de v66rstemmers. Br. A. de Blois (Schiedam) acht het beter dat eerst andere zaken (voorstelHaren) in behandelingkomen dan deel III. Ds.
c.
Bakker (Enschede) wil hier graag het voorstel van Amsterdam bij be-
trekken. Ds. H. Smit (Den Helder): Deel III veronderstelt aanvaarding van een kerkelijk accoord, maar achteraf kan de noodzaak pas blijken. Ds. W. G. Visser (Utrecht): Principieel hebben we een vorm van accoord geaccepteerdf de practische uitwerking moet nog nader worden geregeld.
-3-
II
Br. c.v.d. Mark (Doorn): Deel III gaat uit van een accoord, maar als het voorstelEde wordt aanvaard, kon er wel eens geen accoord komen. De praeses: We kunnen toch ook bij voorbaat uitepreken wat in deel III staat? Wat voor bezwaar is daar tegen? Hij stelt voor tot stemming over te gaan. Geen der kerken etemt tegenf 16 kerken onthouden zich van stemming, te weten de kerk vana Beverwijk, Breda, Doorn, Groningen, Kampen, Loosduinen, Nijmegen, Oegstgeest, Utrecht, Vlaardingen, Wieringermeer, Wormer, Zaanstreek-C. en drie kerken van de classis Enschedef
De. H. de
Jon~
deelt mede zich persoonlijk van stemming
te onthouden. Hiermede is ook deel III aangenomen.
B. Voorstel-Haren. De praesas geeft vervolgens in bespreking het voorstel van Orde door de kerk van
Haren d.d. 12 nov. '74 aan alle kerken toegezonden. Voorstel wordt voorgelezen. Dit voorstel ~ nu nader geformuleerd - luidt als volgt:
1. De landelijke vergadering aan het einde van deze vergadering te ontbinden en zo spoedig mogelijk een volgende landelijke vergadering bijeen te doen roepen. 2. Deze eerstvolgende landelijke vergadering van kerken om redenen van vergadertechnische aard door middel van vier afgevaardigden per regionale vergadering te doen samenkomen, met het volgende voorbehoud: Kerken die dan nog bezwaren hebben tegen deze "getrapte" afvaardiging kunnen zich, met medeweten van de regionale vergadering in hun ressort, rechtstreeks door een of twee
afgev~rdigden
doen vertegenwoordigen. Zij kun nen
als volwaardige afgevaardigden aan deze vergadering deelnemen. Bij stemmingen hebben deze kerken één stem, terwijl de afgevaardigden van de regionale vergaderingen evenveel stemmen uitbrenge n als het aantal kerken dat zij vertegenwoordigen.
3. De Commissie Functionering Kerkverband dank te zeggen voor de bewezen di ensten en een nieuwe commissie te benoemen met de beperkte opdracht om met gebruikmaking van het werk dat reeds verricht is, de redactie op te stellen van alléén die artikelen, die de wijze van samenkomen van de regionale en landelijke vergaderingen regelen. De redactie van deze artikelen dient v66r (datum alsnog vast te leggen) ter beoordeling aan de kerken toegezonden te worden.
4. Op die eerstvolgende landelijke vergadering de door de nieuwe commissie voorgestelde redactie van bovengenoemde artikelen te bespreken en vast te stellen en ze ter beoordeling en goedkeuring aan de kerken toe te zenden. Br. A. de Tilcis (Schiedam) heeft geen bezwaar tegen dit voorstel-Haren, maar vreest van de praeses begrepen te hebben dat nu, zi j he t gecamoufleerd, toch een
K. o.
is aangenomen.
II
Br.
c.
-4Huizinga (Heerenveen) heeft eveneens geen bezwaren, behalve inzake het
punt van de samenstelling der volgende Landelijke Vergadering. Het is duidelijk dat een vergadering conform dit voorstel niet ideaal is: zij bestaat uit twee soorten afgevaardigden. Tot nu toe heeft men gesproken en gedacht in een of~
of. schema, Heerenveen acht het heel goed mogelijk die twee ideeën (rechtstreekse afvaardiging - getrapte verkiezingen) met elkaar te verzoenen. Heerenveen stelt voor te komen tot: a. een
ver&adering van alle kerken via rechtstreekse afvaardiging. b. een via getrapte verkiezingen gekozen hulp•orgaan. comp~ete
De sub a genoemde vergadering kan rechtstreeke het agendum vaststellen van ·'
wat/wel of niet in plenaire zitting direct wordt behandeld. Het sub b genoemde hulp-orgaan heeft een voorbereidende taak en kan de plenaire vergadering van adviee dienen. Br. c. Huizinga (Heerenveen) stelt voor het vooretel van Heerenveen in te bouwen in dat van Haren. Ds. c. Bakker (Enechede) laat weten dat het voorstel-Haren in de classis Enschede niet is besprokenf wel heeft hij een opdracht van deze classis inzake het voorstel-Amsterdam-Z. Br. W. Kata spreekt zich, namens de kerken van Arnhem, Aalten-Winterswijk, Neede en Velp uit, v66r het voorstel-Haren. Men voorziet echter moeilijkheden in de regio's m.n. i.z. de tegenstemmers van B.-Sp. Een derde mogelijkheid zou zijn dat in een regio ~~n kerk mandaat krijgt van de andere kerken. Ds. H. Smit (Den Helder) merkt hierbij op: Dat zou dan (niet meer dan) het uitbrengen van een stem zijnf de afgevaardigden van deze kerken zouden nauwelijks kunnen discussiëren. Br. H. Gort (Utrecht) herinnert aan de voorstellen van Doorn en Edef waarom komt nu het (chronologisch laatste) voorstel van Haren in bespreking? Br. v.d. Berg (Beverwijk) valt hem bij~ Ds. G.v. Keulen (Leerdam): Wanneer de praesas zegt: voortgaan in de lijn van het te B.-Sp. beslotene, waarom dan nu het voorstel Haren? Br. H. Mooibroek (Doorn) blijft bezwaren houden tegen getrapte verkiezingen 11 ( toch weer een instantie boven de kerken"). Hij dringt aan het voorstel-Ede te aanvaarden. wil men niet alsnog het paard van Troje binnenhalen. Br.
c.
~rolder ~Haren)
merkt op:
t.a.v. Utrecht en Doorn: Het voorstel-Ede werd wel op tafel gelegd, maar het was geen agendapunt, het voorstel-Haren was op de vergadering van 21 sept. toegezegd. (Ds. W.G. Visser: Het voorstel-Ede is door de vergadering van 30 nov.
'74 als agendapunt geaccepteerd.)
Ds. W.v.d. Lingen (Bunschoten-Spakenburg) vraagt zich af, of het voorstel-Haren wel verstandig ia. De CFK heeft
5 jaar gezwoegd op het CA; de tekst van de zes
in B.-Sp. genoemde artikelen zou op deze vergadering worden vastgesteld. Dit wordt nu aan de kant gelegd. Waarom blijven we niet bij de vraag: is de tekst
-5-
II
van die artikelen goed? Hij voorziet weer 5 jaar van zwoegen, terwijl zo het rapport van de CFK onder tafel verdwijnt. De praesee maakt bezwaar tegen wat Schiedam de camouflage-taktiek noemt 1 dit Alement moeten we uit de discussie houden. We willen, als ~oom, samen ale kerken leven onder de enige Bisschop der kerk, zonder - ook heimelijk - te overheersen. Ds.
W.G. Visser (namens CFK): Er is verschil tussen objectieve en subjectieve
camouflage! Het voorstel van Arnhem enz. is mogelijk. De nieuw te vormen CFK moet uitgaan .van het werk van de vorige. Aan Heerenveen moet toegegeven worden dat de voorgestelde oplossing (eventueel tweeërlei afgevaardigden) niet ideaal ie. Wat het voorstel-Ede betreftt dit bedoelt 1in feite de hele zaak terug te draaien. We willen met elkaar verder komen, uitgaande van de bestaande toestand. Haren sloot hierbij aan. Ede niet ... en niet "tijdig". Vanuit de vergadering wordt, zij het met enig misverstand, gezegd: Beverwijk heeft wel "tijdig" haar voorstel ingediend. De praeses: Het rapport van de CFK heeft in elk geval voorrang. De tekst van de bekende 6 artikelen nû vaststellen, zoals ds. W.v.d. Lingen wil, stuit op (ook) practische bezwaren. Willen we de eenheid bewaren dan moeten we het offer van uitstel brengen. Br. H. Gort (Utrecht): Het voorstel-Doom blijft tot nu toe in de mist. De praeses: Wil de vergadering andere, dan moet zij dat zelf maar zeggen. Tweede ronde. Br. J.J.v.d. Wiel (Loosduinen) prefereert het voorstel-Ede, maar wordt het het voorstel-Haren, dan deponeert hij 2 amendementen: 1. de door Heerenveen gesuggereerde mogelijkheden via de nieuw te benoemen CFK in het geheel te incorporeren. 2. de zinsnede "met medeweten van de regionale vergaderingen" (punt 2 van het voorstel-Haren schrappen, daar er niet overal regionale vergaderingen zijn. Br.
v.d. Mijden (Barendrecht) stelt t.a.v. het voorstel-Haren voor: punt 1 en
2 in stemming te gevenf punt 3 laten vervallen; punt 4 de woorden "nieuwel!rommissie" vervangen door"de commissie". Heerenveen kan dan op de volgende vergadering het door br. Huizinga gezegde als voorstel indienen.
Ds. J. Keuning (Nijmegem) meent: je kunt niet over het voorstel-Earen stemmen als de voorstellen van Ede en Doorn niet tegelijk op tafel komen - ze liggen er; en dat is een taak van het moderamen.
II
-6Ds. a.v. Keulen (Leerdam) vindt dat het voorstel-Haren niet een verder-gaan is in de lijn van B.-Sp., al komt het er wel
dichtbij. Wat let ons op die lijn van
B.-Sp. door te gaan? Hij denkt aan de brief van Zwolle, die ligt er ook nog. Het beste was, dat deze vergadering een commissie benoemde om de tekst der (voorlopig)
6 artikelen van het CA vast te stellen. Ds. w.v.d. Lingen (Bunschoten-Spakenburg) ia het er mee eens punt 3 te laten vervallen. (ale br.v.d. Mijden) Wat de overige vo>. r stellen (Ede, enz.) betreft& ie4er had er over kunnen spreken. Bovendien is wat Doorn voorstelt ("laten het aan uw vergadering over ••• in regels te formuleren") moeilijk te verwerkelijken. Br. M. Huizenga (Zoetermeer)a Er wordt gesproken over de CFK én een nieuwe commissie. Blijft de CFK aan, dan valt een meerderheids- en minderheiderapport te verwachten. Voorkom die moeilijkheid door een nieuwe commissie te benoemen. Ds. W.G. Visser (CFK)s Een commissie wordt altijd benoemd voor de duur van de periode tot de volgende vergadering- er wordt dus altijd een nieuwe commissie benoemd. Bovendien& een minderheids-rapport was er wel op de vorige vergadering (B.-Sp.), maar niet op deze! Br. H.L. Faber (Haren) geeft nog enige toelichting. Inzake punt 2 van het voorstelHaren kan beter gelezen worden: " •••• regionale vergadering, waar deze bestaat". Wat punt 3 betreft& Haren heeft veel waardering voor het werk van de CFK, doch er is vanuit de kerken veel weerstand tegen de opzet van een nieuwe K.o, .we moeten streven naar versobering van de geschreven K.O. C. Stemming over voorstel-Ede en -Doorn. De praesas (na moderamen-beraad) stelt vast dat het moderamen elke schijn wil ver-. mijden van heersen over de vergadering. Er liggen verschillende voorstellen ter tafel. Over de inhoud behoeft nu verder niet gediscussieerd te worden. Het voorstel-Ede, ale zijnde het meest-verstrekkende, wordt voorgelezen en in. stemming gegeven. Van de vertegenwoordigende regio's stemmen Arnhem (4 kerken), Enschede
(s),
Harder-
wijk (7) en Kampen (9) tegenf de regio Amsterdam (6) onthoudt zich van stemming. Geen regio stemt voor. Van de overige kerken stemmen voors Apeldoorn, Beverwijk, Breda, Doorn, Ede, Den Haag-Loosduinen, Haarlem,
Molenaarsgra~f,
Nijmegen, Oegstgeest, Schiedam, Sliedrecht,
Utrecht, Wieringermeer, Wormer en Zeist. De kerken van Bilthoven, Breukelen, Rijswijk, Vlaardingen, Zoetermeer en Zwijndrecht onthouden zioh van stemming. De overige a anwezige kerken stemmen tegen. Met de totaal uitslag: 53 tegen, 16 voor, 12 onthoudingen, is het voorstel-Ede verworpen.
-7-
II
Uet voorstel-Kampen behoeft niet ter sprake te komen, daar Kampen het besluit van B.-Sp. heeft aanvaard. Het voorstel-Bevarwijk wordt niet in stemming gegeven, daar hei.; zakelijk overeenstemt met dat van Ede. Het vooratel-Doom bevat in feite geen concrete voorstellen, maar bezwaren tegen het geheel van de opzet van het kerkverband. In geding ist hoe vergaderen we verder? Br. C. v.d. Mark (Doorn) wil, wat Doorn voorsta.a.,t,
alil volgt samenvatten:
de vergadering besluite: a. niet over te gaan tot een nieuw kerkverband. b. te komen tot een federatief verband. V66r dit voorstel stemmen de kerken van Apeldoorn, Beverwijk, Bilthoven, Breda, Doorn, Ede, Den Haag-Loosduinen, Haarlem, Kampen, Molenaarsgraaf, Nijmegen, Oegstgeest, Schiedam, Sliedrecht, Utrecht, Wieringermeer, Warmer, Zeist en Zwijndrecht.
(19 kerken v66r) De kerken van Groningen, den Haag-z.w., Langeslag, Vlaardingen, Zaanstreek-C., Zoetermeer en de regio-Amsterda.m(9 kerken) onthouden zich van stemming. Met 19 stemmen voor en 12 onthoudingen is het voorstel-Doorn ve~orpen. D. Stemming over voorstel-Haren. Het voorstel-Haren rest nu nog. nr. c. Huizinga (Heerenveen) wil nog eenmaal eraan herinneren dat er nog steeds geen noodzaak is in de lijn van het 6f-6fte denken. Het voorstel-Doorn is z.i. met de verwerping niet ipso facto verdwenen, de mogelijkheid van een synthese is nog steeds aanwezig. Natuurlijk moet de nieuw te benoemen CFK uitgaan van het beslotene, maar daarmee is zij niet aan ~~n bepaalde denklijn gebonden. Er moet een zekere mate van openheid blijven, anders is er geen reeële mogelijkheid rekening te houden met de tegenstemmers. De punten 1 en 2 van het voorstel van orde van Haren worden nu in stemming gegeven. Tegen ste~en de kerken van Doorn en Utrecht. De kerken van Beverwijk, Wieringermeer, Wormer, Zwijndrecht en de classis/regio Enschede(8 ·kerken) onthouden zich van stemming. De punten 1· en 2 zijn dus aangenomen met 2 stemmen tegen en 12 onthoudingen. Punt 3 vraagt nog enige bespreking en toelichting. De praeses gaat in op het verwijt van "onduidelijkheid", maar herinnert eraan dat er ook kerken zijn, die voor onmiddellijke behandeling zijn van de door B.-Sp. genoemde artikelen 31 v.v. - zie de instructie van de regio Enschede b.v. Punt 3 beoogt een commissie met een aagepaste opdracht m.n. betreffende realisering van de band met de tegenstemmers van B.-Sp.
-8-
Ds. H. Smit (CFK) V.l7a.agt zich
a;f
rr
of de sub 3 bedoelde coill!llissie nu moet uit-
voeren wat sub 2 wordt genoemd. Br. C. Huizinga (Heerenveen) blijft met een aantal vragen zitten inzake de formulering: a.. "de redactie op te stellen van alleen dié artikelen, die de wijze van
samenkomen ••••••• regelen": welke artikelen zijn dat precies? b. "een nieuwe commissie met de beperkte opdracht •.•.• ": slaat dat "beperkt" op de in B.-Sp. genoemde 6 artikelen? Zo ja, dan staan die artikelen eigenlijk practisch al vast. Hij stelt het volgende amendement voors "de redactie op te stellen ••••• " worde vervangen doors "opnieuw te bezien en te redigeren alleen die artikelen, die ••. . • regelen". Br.
v.d. Mijden (Barendrecht) wil zijn amendement intrekken ten gunste van dat
van Heerenveen. Punt 3 wordt in stemming gegeven.
De kerk van Bunscheten-Spakenburg stemt tegen.
De kerken van Apeldoorn, Beverwijk, Breda, Doorn, Heerenveen, Den Helder, Oegst~ geest, Utrecht, Wieringermeer en de regio Enschede (8 kerken) onthouden zich van stemming. Punt 3 ie dus aangenomen met 1 stem tegen en 17 onthoudingen. Punt 4 wordt geacht een zaak van het moderamen te zijn en wordt derhalve niet in stemming gegeven. Hiermee is het voorstel van orde, door Haren ingediend, aangenomen, uitgezonderd punt 4.
4. Opleiding Dienst des Woords. Ter tafel ligt een rapport van de commissie Opleiding Dienst des Woords, (secr. ds. H. Smit, Den Helder) gedateerd juli 1974. Dit rapport wordt in bespreking gegeven. Ds. W.G. Visser, lid van de commissie, maakt hierbij enkele opmerkingen: -Er is een brief binnengekomen
~
de Chr. Geref. deputaten, waarin deze dank
hetuigen voor de gift van f 5000.- ten bate van de Theol. Hogeschool te Apeldoorn. - De penningmeester verkeert nu in financiële moeilijkheden. Lang niet alle kerken hebben tot nu toe het gevraagde bedrag van f 2.50 per ziel overgemaakt. Br. G.v. Oord (Zeist) laat er op aandringen dit nu zo spoedig mogelijk te doen. - Nog steeds is er geen "raad van toezicht" voor de begeleiding van studenten. In overleg met het moderamen wordt aan de regio's verzocht elk één lid aan te wijzenf definitieve benoeming kan op de volgende vergadering plaatsvinden. Ds. G.v. Keulen (Leerdam) informeert naar het aantal studenten. Br. A. de Bloia (Schiedam) wil weten hoeveel studenten nu eigenlijk in de Vrijgem. Geref.kerken (b.v.) predikant willen worden. Hij vraagt zich af of het verantwoord is van de kerken financiële steun te vragen als zou blijken dat veel studenten
-9-
11
elders een kerkelijk onderkomen te zoeken. B"r·.
J.G.
de wit (Haarlem): De kerken hebben indertijd besloten a.s. studenten
te adviseren in Apeldoorn te gaan studeren. Daar komt weinig van terechtf voorzover hij weet, heeft zich dit jaar ( 1 74-'75) ~~n student in Apeldoorn aangemeld. Een tweede zaak: blijkens het rapport wordt de begeleiding gezien als een interim oplossing. Hij vreest dat het bezig is een permanente oplossing te worden. In deze vorm acht Haarlem dat onvoldoendef men zag liever een duidelijker permanente oplossing. Br. W.J.v. Atten (Zaandam) staa·t geheel achter Haarlem.
Br. F. Mulder (Apeldoorn)s Er zou een derde broeder gezocht worden voor de begeleiding. Hoe ver staat het er mee? Hij stelt voor deze te zoeken in de kring van de
11
Stichting Seminarie".
Drs. H. de Jong (namens de Commissie "Opleiding Dienst des Woords") beantwoordt de gestelde vragen en opmerkingen. De 8 nieuw aangekomen studenten zijn gaan studeren in Apeldoorn (1), Groningen (2), Kampen-Oudestraat (1), Utrecht (1), Leiden (1), Amsterdam (1), Parijs (1). Vaak begint men aan een universiteit terwille van de goede vooropleiding in de klassieke talen (Apeldoorn heeft deze mogelijkheid niet). Daarna alsnog naar Amsterdam gaan blijkt in de praktijk niet haalbaar. Niet alle studenten worden predikant: de studie wordt ook benut t.b.v. onderwijs aan scholen of in andere maatschappelijke betrekkingen. De begeleiders moeten, volgens hun instructie, de studenten aansturen op het predikantschap. Veel meer dan
11
sturen" is niet mogelijk. Maar ook zij, die geen
predikant worden, hebben begeleiding nodig. Nog steeds komen er op de studiedager ook studenten uit andere kerken - zo is het van meetaf aan gegaan en dat wordt niet minder. Indien men de begeleiding in de huidige vorm onvoldoende acht, dan is dat een zaak van de vergadering. Inzake een derde lid van de begeleidingscommissies ds. G. Janasen is hiervoor aangezocht, maar hij heeft zeer onlangs definitief nee moeten zeggen om gezondheidsredenen. De suggestie iemand te zoeken in de kring van de "Stichting Gereformeerd Seminarie" is eveneens een zaak van de vergadering. Er zijn momenteel plm. 35 vrijgemaakte studenten, waarvan naar schatting plm. 20 in eigen kring predikant willen worden. M.b.t. het indertijd gegeven "Apeldoorn-advies" deelt hij mee dat 8 studenten de opleiding in Apeldoorn volgen. Ds. W.G. Visser (Utrecht): Meer kan er niet aan gedaan worden; de kerken moeten er zelf bij de studenten op aandringen. Door de commissie wordt nog naar aanvulling van het aantal begeleiders gezocht. In dezen kunnen ook de regio's zelf meehelpen. Br. M. Huizenga (Zoetermeer) vraagt of het niet beter ie of a.s. studenten v66r de bepaling van hun keus met de begeleiders gaan praten.
II
-10-
Dre. H. de Jongs Ze komen pas in het beslissend stadium, als ze zélf hun keus al gemaakt heb ben. De classis Harderwijk vraagt bij monde van br. de Wit of het bestaan van de begeleidingscommissie in
~eite
niet het gaan naar Apeldoorn in de weg staat.
Ds. H.J.v.d. Kwast zou aan het positieve advies (Apeldoorn) een negatief willen verbinden, b.v. ten aanzien van de
v.u.,
vanwe«e de aan het daar studeren ver-
bonden risico's. Hoeveel studenten zijn er 6nze kerken gaan dienen? Niet meer dan 'én, meent hij. En hoeveel zijn er naar andere kerken gegaan? Een
negatie~
advies is belangrijk voor de a.s. studenten, ook gezien hun leef-
tijdf rijping en vorming moeten dan in
~eite
nog beginnen.
Drs. H. de Jongs Van de afgestudeerden zijn er 3 onze kerken gaan dienen, terwijl er 1 elders predikant is geworden. Sinds 1968 bevinden we ons in een moeilijke situatief dat brengt met zich mee een langdurig omschakelingsproces -men moet aan incidentele gevallen daarom niet te veel conclusies verbinden. T.a.v. een negatief advies inzake de V.U. verwijst hij naar de benoeming van dr. J. Veenhof en diens positieve inbreng. De vraag of de begeleidingscommissie geen alibi betekent voor de studie te Apeldoorn (zo ook al dr. M.J. Arntzen op een vorige vergadering) beantwoordt hij met de wedervraag: welk alternatief valt er te bieden? Het komt ook wel voor dat een student terugkomt op zijn keus voor Apeldoorn. Dat gebeurt dan wel in overleg met de begeleidingscommissie, maar deze kan zich dan ook niet al te rigoreus opstellen. Hij blijft er bij, dat studie aan " andersdenkende" universiteiten
ook zijn voordelen heeft: sinds enige tijd zijn er literaire bespre-
kingen waar boeken behandeld worden, die aan de universiteiten worden gebruikt. Geen enkele student kan tenslotte om de moderne theologische literatuur heen. Ds. H. Smit (Den Helder) vult aan: het is al vaker gezegd, de studie te Apeldoorn maakt begeleiding niet overbodig. Je mag studenten, waar ze ook ingeschreven staan, niet kerkelijk aan hun lot overlaten. De studenten ervaren het ook niet als overbodig. Bespreking van wat andere universiteiten docere n , is bepaald ook niet overbodig. We moeten ons realiseren (hoe zwaar dat ook vallen mag) dat ons kerkelijke "image" bij de jeugd volledig is vervallen en dat geldt 66k
voor
hen die Apeldoorn kozen. Bovendien gaat Apeldoorn al bij het propaedeutisch jaar uit van de kennis der oude talen en kan het in dezen geen vooropleiding bieden zoals b.v. de universiteiten. Ds. W.G. Visser (Utrecht) verzekert dat, blijkens ervaring, men in Apeldoorn geen wantrouwen tegen ons koestert. Eerder zou men ons achten tekort te echieten als er geen begeleiding was ook voor de daar studerende vrij gemaakten. Ds. J .C. J anse (Velp): drs. de Jong voerde t.o. ds. Van der Kwast de benoeming van dr. J. Veenhof aan, maar werkt diens aanwezigheid nu neutraliserend op de hele geest van de V.U.? Ds. v.d. Kwast beoogde trouwens b.v. ook Utrecht
-11-
II
(fusering met de R.K. Hogeschool). Over deze en dergelijke ontwikkelingen zullen we meer na moeten denken. Dat we een begeleidingscommissie hebben is wel aardig _ het is fijfi -maar aan de gesignaleerde situaties wordt tobh te weinig aandacht geschonken. De kerken moeten zich de vraag stellen: hoe moet dat nu - wie zullen straks onze kinderen onderwijzen? Modernistische theologen? Maar de kerken laten het op zijn beloop •••• De apostel beveelt ook te zorgen, dat er mensen zijn die het Woord Gods recht verkondigen. We hebben krachtige, schriftuurlijke jongelui nodig! De vraag is of er voor onze. ke~ken nog wat overblijven. Ds. J.C. Janse (Velp) is blij met het werk van de commissie, ook inza.ke het wijzen op de gevaren van de modernistische theologie, maar er moet z.i. méér gedaan worden. Drs. H. de Jong (.Amsterdám) betoogt dr. J. Veenhof slechts als voorbeeld te hebben genoemd. Er valt ook een zekere mentaliteitsverandering te signaleren; vroeger ging men aan een bepaalde universiteit (die een eigen "richting'-' ~d) studeren, nu veel meer bij een bepaalde professor. De universiteiten zijn niet meer zo "eindeutig11: ik was b.v. verbaasd de naam van prof. Th.C. Vriezen onder het bekende "Getuigenis" aan te treffen. Er is een gezindtevorming gaande dware door de universiteiten heen. Er zijn trouwens wel meer professoren bij wie een goede vorming te vinden is. De
v.u.
is niet alleen maar "Kuitert". daar doceren ook professoren als
J. Meuleman, N.H. Ridderbos, J. Firet. Geen enkele universiteit is meer een eenheid op het gebied van de theologie. Ds. H. Smit (Den llelder) begrijpt de wens om de begeleiding te intensiveren, maar het ontbreekt z.i. door onze kleine kerkelijke gemeenschap en de overbelasting van veel predikanten aan de nodige financiën en aan beschikbare tijd. Op de vraag van ds. J. Stuy (Steenwijk) om verduidelijking van "kerkelijke keus" en "image der kerken" antwoordt ds. H. Smi t: Bij de huidige genera tie, ook van de studen ten, gaat voorop: "we zien wel waar Christus ons kan gebruiken". Deze vroomheid heeft met haar indifferentie t.a.v. de kerk zeker ook haar bezwaren. Drs. H. de Jong (Amsterdam) zou willen dat de predikanten daadwerkelijk van hun belangstelling blijk gaven door eens op een studiedag te komen luisteren. Voor juiste kritiek staan de begeleiders altijd open. Men moet deze echter niet gebruiken om wat er is aan begeleiding finantiëel te laten vastlopen. Wil men zich bezinnen op een betere aanpak - graag, maar begeleiding m6et er blijven, dat mag niet kwestieus zijn. Het wachten is op het nodige geld én aller voorbede • .Ds. W.G. Visser (Utrecht) vraagt met spoed, liefst vóór 25 jan.1975, namen door te geven voor de Raad van Toezicht, die aan de kerken verslag kan uitbrengen. In de nie uwe Commissie Funktionering Kerkverband worden nog benoemd de bra. :
c.
Huizinga, Heerenveen,
ds. G.v. Keulen, Leerdam en ds. J. Keuning, Nijmegen.
Ir I KORT VERSLAG VAN DE VOORTGEZETTE LANDELIJKE VERGADERING 1 AN DE
GER!~FORMEERDE
KERXEN (VRr-JGmAAKT)-, GEHolfDEN ·OP z1.4itERrii~ · i5- · ·:r·oo:A:Rr- ··19i5· TE ·wRECRT
1. In de Jeruzalemkerk 'te Utrecht heropent ds. W.G. Visser de vergadering. Nadat pa. 127&1 en 2 is gezongen, leest hij Col. 1:1-20 en gaat voor in gebed. In een kort openingswoord memoreert
h~j
het recente overlijden van br. I. Dorr
te Eindhoven, die jarenlang lid vaa :~ Stichting EmeritaatBvoorziening is geweest en sinds enige tijd deel ui~~e van de Commissie Samenspreking met de Chr. Geref. kerken. Praesas vertolkte het medeleven der kerken -ook m.b.t. de kerk van Breukelen -nu dr. M.J. Arntzen meende zijn ambt in genoemde kerk niet langer te kunnen uitoefenen.
Praeee~
las het schrijven van de kerkeraa·d van
Breukelen voor. De vergadering neemt hiervan met leedwezen kennis. 2. Opleiding Dienst des Woords.
Gevraagd was v66r deze vergadering via de regio's broeders voor te dragen met het oog op een Raad van Toezicht. De regio Utrecht noemt ds. W.G. Visser ale primus en br. E. Schuurman (Breukelen) ale secundus en de regio z.-Holland (N.'N. ) ds. A.J. Moggr6 (Rijswijk). In de voortgezette discussie vraagt ds. A.J. Moggré of de gevraagde uitbreiding (ook terwille van meer persoonlijke studiebegeleiding) van de commissie-begeleiding wel nodig is als van de 52 studenten plm • . 20 predikant in een onzer kerken worden. Ook vraagt hij of studie aan universiteiten als A'àam (v.u.) niet met meer kracht ontraden moet worden. De kans op "vergiftiging" ie groot en zegt de Schrift niet dat men ketterse mensen na een eerste en tweede waarschuwing mijden moet? Hij acht daarom de "begeleiding" een aflopende zaak en wil de kerken adviseren nog voor één jaar financiële steun te verlenen, mits duidelijk wordt dat naar andere mogelijkheden· wordt gezocht, b.v. een eigen opleiding. Br. J. Eikelboom (Schiedam) sluit zich aan bij ds. Moggré en adviseert, gezien het rapport, te komen tot een eigen opleiding met SchriftuurliPke baeisa er liggen ~itgewerkte voorstellen op de kerkeraadstafels. Br. W. Kate spreekt namens de kerken in de regio Arnhem zijn grote verontrusting uit over het elders dan in Apeldoorn studeren. Aan de universiteiten hee~t men het Woord Gods verlaten - wat voor wijsheid zoekt men daar dan nog?
na.
J.C. Janse (Zaandam) heeft dezelfde zorgen. Men gaat
gemakkelijk~naar
de
V.U. enz. dan naar Apeldoorn, mee door de zware vooropleiding daar. Dat was ook de grote zorg van dr. M.J. Arntzen. De Schrift waa rschuwt tegen
dwaalle raar~.
Aan de universiteiten worden fundamentele geloofswaarheden i n twijfel getrokken. De kerken zijn zorgeloos inzake haar positiebepaling. Hi j wil nie t tekort doen aan het goede werk van de begeleiders, maar vraagt zich wel af waarom het voor~tel
van een eigen opleiding (Geref. Seminarie) zo weinig weerklank vindt in
-2-
III
de kerken. Mag een bepaalde kerk niet ·a le bij de zending, het werk in Spanje ' . en Hongarije, dit werk ter hand nemen met steun van andere kerken? Waar blijft de zorg voor de. eigen kerken? We zijn in 1944 en 1969 "ui tgeleid''l getuigt het ~iet
van zorgeloosheid als onze studenten in de macht van Kuitart e.d. raken?
Br. G.v. Oord (lid ~.d. commissie opleiding) is beroerd door hetgeen hier gezegd wordt. Het zijn uw zonen die naar A'dam en Utrecht gaan; ik klaag iedere kerk aan die niet tijdig bij a.s. studenten is gaan praten. De commissie krijgt een briefje - want er ie een keus gemaakt. Maar de kerken blijven in gebreke wanneer ze niet veel strakker op het oude advies "Apeldoorn" bij de studenten aandringen. De . fout van ds. J.C. Janse ie dat hij een eigen seminarie wil waarom niet, als afgesproken, Apeldoorn? We kunnen maar op één paard wedden. Ds. H. Smit (Den Helder) wil hen, die zorgen hebben, niet afvallen. Maar het wachten is op besluitkracht van de kerken om iets wat veel verder gaat dan de genoemde economisch-practische aspecten: wáár moeten we met 52 predikanten heen? De begeleiders gaan indringend in op de moderne theologie, door van 'binnen uit, vanuit de boeken zelf, aan te tonen hoe de moderne theologie functioneert. Een derde man is, vooral m.h.o. de homiletiek, dringend nodig, of het nu om 20 of 52 studenten gaat. Het van de kerken gevraagde offer is niet te groot: de begeleiders hebben zeker één derde van hun tijd voor dit werk nodig. De begeleiding is geen aflopende zaak - zij is ook nodig voor wie naar Apeldoorn gaan1 de studenten vinden het zelf· ook nodig. Een eigen opleiding vraagt om meer kerkelijke saamverbondenheidf zo~ls zij nu gepresenteerd wordt lijkt het meer een semi-kerkelijke, bijna persoonlijke aangelegenheid. De kerken dienen aan te sluiten bij de huidige opzet van het werk, zolang geen andere mogelijkheid voorhanden is. Drs. H. de Jong: Wees voorzichtig met beeldspraak. Vergif toedienen gebeurt op élke theologische opleiding en dwaling moet altijd weerstaan worden. Er zit in de begeleiding ook een stuk vasthouden van soms zwak gemotiveerde studenten, bijna een stuk evangelisatie-arbeid m.h.o. een latere functie. Soms groeit de motivering, maar van meetaf in een bepaalde richting sturen, i.c. door een eigen opleiding, zou zulke mensen afschrikken. Ook moet men niet te veel de schuld op de studenten schuiven - zij zijn de kinderen van ons kerkelijk verleden. Als in het rapport, pleit hij voor de vorm van meer persoonli j ke begeleiding, niet om deze vorm koste wat het kost te verdedigen; kunnen de kerken e en ándere vorm wel aan?
1
t Gaat ook 6ns om de toekomst van de kerken;
laat door nieuwe plannen dit werk niet schade lijden. Het in de discussie gemelde aantal studenten is geflatteerd; er staan lutherse, hervormde, gereformeerde, christelijk-gereformeerde studenten op onze lijst, ook "zwak-gemotiveerden". Ook hén willen we begeleiden.
-3-
III
Ds. w.G. Visser (Utrecht): Over de zaken van de opleiding liggen er besluiten (instelling begele1dingscommieeie, geen eigen opleiding, aandringen op "Apeldoorn"). Deze zijn indertijd unaniem aanvaard.
Indien men het nodig
acht deze te veranderen, dan tijdig een voorstel indienen bij de kerken. Tweede ronde Br. Schalen (Apeldoorn) conatBteert dat een eigen opleiding niet haalbaar is. Nuance-verschillen acht hij aanvaardbaar. De opleidingakeus der studenten wordt bepaald door de wet van traagheid: na de storm in Kampen ging niet ieder meteen naar Apeldoorn (dat was ook niet mogelijk toen). Misschien is de kerk van Apeldoorn geschikt om studenten "aan te trekken". Br. C.v.d. Mark (Doorn): De bezorgdheid krijgt niet veel beantwoording. Kunnen de begeleiders ons niet iets meer inlichten? Al wordt overal
"vergif toe-
gediend", het maakt toch ver8chil of een eigen opleiding zelf de dwaalleer bestrijdt dan of er alleen maar een begeleiding is àle correctie, als die van een kind, dat op een niet-christelijke school gaat. Studenten komen onder invloed van
h~n
opleiding. Merken ds. de Jong en Smit iets van die invloed?
Komen de studenten
z~lf
met kritiek, of blijft het bij een weerspreken van de
dwaling door de begeleiders? Is het soms zo dat een
g:.~oot
deel van die 52 (20)
studenten in de Ned. Herv. of (syn.) Geref. kerk predikant wil worden? Dat zou een indicatie zijn voor het eventueel willen blij ven strijden voor de zuivere leer der Schrift. De. J.C. Janse (Zaandam) ad br. G.v. Oord: waarom ik nu' niet alleen plei t voeT Apeldoorn? Als je Gods leiding in de historie ziet, dan proef je toch verschil. in de opleiding. Dat blijkt ook in het gesprek met de Chr. Gereformeerden. Dat merk je eveneens uit een publicatie als van dr. Oosterhoff over Gen. 2 en 3.
En: is een eigen opleiding in Canada met zijn gering aantal leerken wel haalbaar, maar hier niet? Ziet u, lettend op Gods historische leiding, geen verschil inzake de plaats van de theologie? Wordt de theologische literatuur gelezen vanuit de Schrift of omgekeerd? Zegt drs. de Jongs we zitten er wel bovenop - accoord, maar moet die situatie blijven bestaan? Er ligt een besluit: advies "Apeldoorn" - maar de studenten gaan er niet heen. We deden een voorstel aan de kerken (Geref. Seminarie), maar niemand reageert er op. Wat doen we nu verder? Ds. W.G. Visser (Utrecht): Er liggen hier geen nieuwe voorstellen ter tafel. Wel rijst de vraag: staan alle kerken nog wel achter
het adviee "Apeldoorn",
dat ze destijds eenparig besloten hebben, want ik beluister hier en daart "Apeldoorn" is het eigenlijk ook niet. Is dat misschien de reden dat het advies in de praktijk niet werkt? Dat is dan wel tegenstrijdig aan het eens genomen besluit.
Ds. A.J.
III
-4-
Moggr~
(Rijswijk): Het gaat er ons niet om het werk van de commissie
te diskwalificeren.
1
t Gaat zelfs niet om de vraag of het werk wel of niet
nodig is. Ik neem aan1 het ie goed én het is nodig. Maar het is mij te doen en niemand heeft dat aangeraakt - om het feit, dat het vergif in A'dam etc. wordt uitgegeven voor een goed medicijn. Als kerken liggen wij veel te weinig onder de klem van het mijden van de dwaalleer ale de pest. Of het alternatief nu Apeldoorn ie dan wel een eigen seminarie - z6 mag het niet verder. Ik stel voor de gevraagde uitbreiding van de commissie te honoreren voor één jaar en niet langer. Ds. H.J.v.d. Kwast (Amstelveen)• Er is in onze regio veel waardering voor het werk van de commissie. Ook moet je blij zijn dat andere dan gereformeerde studenten belangstelling tonen, ma.ar primair ga.a.t het toch om de "eigen" studenten. Vroeger was het kerkbesef vaak overtrokken - nu is het omgekeerd. De grote vraag is die naar de identiteit van onze kerken - zijn we nog Gereformeerde kerken? Er heerst hierin grote onzekerheid: waar gaan we heen en sturen we op aan? Hierin moet duidelijkheid komen. Het besluit "Apeldoorn" te adviseren werd genomen in een interim-periode, maar hoe moeten we nu verder? Tot nu toe kwamen alleen organisatorische kwesties aan de orde, maar laten we nu de principiële zaken eens aanvatten. Drs. H. de Jong (Amsterdam): Beïnvloeding door universiteiten is zeker te merken. Maar dat merk ik bij mezelf ook als ik een 11 goed" modern boek lees. •t Duurt lang om voldoende afstand te nemen en het waardevolle te behouden. Er zijn studenten die "terugkomen" én die "afhaken". Persoonlijk heb ik de indruk :· dat Kui tert niet de grootste invloed heeft. Wel de Amsterdamse School (n!et aan de v.u.) van Breukelman, Deurlo, e.a. Het duurt lang voordat de studenten het wezenlijke verschil door hebben (zelfs B. Holwerda merkte verwanteehap met de literair-critische school i.t.t. de historisch-critische ) die invloed is zeker merkbaar. Maar de studenten komen om een weerwoord te horen en dus komen ze uitdagend over. Via persoonlijke gesprekken is dat merkbaar. Ik ben echt wel onder de indruk van het "vergif" dat wordt toegediend, maar ik waarschuwde voor té simpele beeldspraak. Ik herhaal: niet allen aan de V. u. zijn afvalligJ er is geen theologie van de V. U,, van
11
Utrecht'
enz. Er zijn theologen die eoms diepgaand ingaan op zaken en onderlinge discuss sies (Meulemans- Kuitert, b.v.) Er is 66k geen "'theologie van Apeldoorn". Er is meer individualisme dan vroeger, zelf3 binnen de faculteiten. Op de vraag hoeveel studenten elders predikant zullen worden, kan ik uiteraard geen antwoord geven. De praeses (ds. W.G.Visser) sluit de discussie af met de volg0.nde opmerkingen: Het be15lui t "advies -Apeldoorn" was geen in terim-bes,lui tJ de toenmalige commissie wist wat zij wilde en zei dat aan de kerken. De omvang van de begeleiding kan jaarlijks bezien worden. Al gingen alle studenten naar Apeldoorn
III
-5dan nog bleef begeleiding nodi g. De huidige commissie (toch al gehavende:
prof. Veenhof, drs. H. de Jong en ds. H. Smit kunnen er in feite geen zitting meer in hebben) wordt overbodig bij het in functie komen van een raad van toezicht. Bij nakoming van het verzoek f 2.50 per ziel bij te dragen, is er voldoende geld voor een derde begeleider. Het besluit een derde begeleider aan te stellen, is al op de vorige vergadering (van
B.~sp.)
genomen en wordt
gehandhaafd. Het wachten is op het aanwijzen van deze . derde män . door de commissie. Praesas bedankt de brs. De Jong en Smit voor het vele en toegewijde werk van de begeleiding.
3. Kerkelijk archief en documentatie-centrum Aan de orde wordt gesteld het "Rapport betreffende het voorstel van br. D. Smits : Koekoekstraat 25 te Vlaardingen om een kerkelijk archief en een documentatiecentrum in te richten". De desbetreffende commissie is van oordeel dat wel geadviseerd moet worden een landelijk archief in te richten, maar
~
een docu-
mentatie-centrum. De conclusie van de commissie, vervat in een concreet vooratel (zie aanvulling agenda d.d. 9 sept. 1974 onder E), wordt voorgelezen en zonder stemming algemeen aanvaard. Daarmee heeft de vergadering besloten tot het instellen van een archief der kerken in het gemeen, terwijl br. D. Smite, Koekoekstraat 25, Vlaardingen, wordt benoemd tot archivaris voor het tijdebestek tot aan de volgende landelijke vergadering. De kosten van dit archief
bedragen tot nu toe
~~n
gulden per kerk per jaar.
De kerk van Utrecht neemt op zich de gelden te innen tot aan de volgende landelijke vergadering.
4· Regeling voor de kerkelijke positie van de legerpredikanten etc.(zie aanvulling agenda d.d. 9 sept. 1974 onder punt B) De Commissie van Gereformeerde Kerken (zonder synodaal verband) voor
d.e
geeste-
lijke verzorging van militairen, heeft de kerken voorgelegd een "Regeling voor de kerkelijke positie van de predikanten, ter beschikking gesteld ten behoeve van de geestelijke verzorging van militairen". Ds.
c.
Bakker (Enschede) vraagt t.a.v. punt
5 van deze regeling of de kerkelijke
weg niet is, dat een (te) kleine kerk hulp van de zusterkerken vraagt. Ds. W.G. Visser (Utrecht): In de regeling geldt de a f spraak dat een kerk, die haar predikant voor een zgn. lang-verband afstaat, ontslagen is van financiële verplichtingen tegenover hem. Br. A.J.v. Helden (Apeldoorn) stelt voor in punt
5, 1e alinea, in te voegent
••• na overleg en in samenwerking met de kerk waaraan de desbetreffende predikant ambtelijk verbonden (c.q. waar hij geëmeriteerd) is •.• Ds. H. Smit (Den Helder) informeert eveneens t.a.v. punt anwoordelijkheid heeft.
5, wie nu de eindver-
-6- III
Ds. E.R. Postma (Eindhoven): Is deze
regelin~
voldoende ook als de overheid
elke vorm van geestelijke verzorging beëindigt? Ds. W.G. Visser(Utrecht): In elk geval wel tot de volgende vergadering. De vergadering besluit de voorgestelde regeling te aanvaarden. Br. D. Voogd (Schiedam) wil nog eens met nadruk vaststellen, dat de leden van de garnizoenakerken ook meer kunnen doen, b.v. door huiselijke opvang van militairen. Doch ook: de kerken dienen aan de garnizoenakerken bericht van vertrek naar deze kerken te melden, enz. Br. W. Kate (Arnhem) herhaalt dringend het verzoek dat kerken de komst van militairen aan de betDokken garnizoenakerken
melde~
Ds. K.B. Holwerda (Doorn), verwijzend naar het periodiek verslag (nr.17/1974) dat "gezocht wordt naar een officier of ambtenaar van de Koninklijke Marine" ter vervulling van een vacature, vraagt of iemand met een lagere rang niet in aanmerking komt. Mr. E.J. Groenevelt (voorzitter v.d. commissie) antwoordt: De rang ie op zichzelf genomen niet in gedingf het gaat alleen om vertegenwoordiging van de kerken bij de overheid, een juridische taak. Wel is het zo: hoe hoger de zang, hoe gemakkelijker toegang tot de overheid. We hebben geen predikant bij de marine, maar als er iemand anders is die de zaak kan overzien, dan horen wij dat graag. De vergadering besluit dat de commissie eventueel zelf in de vacature kan voorzien. De commissie wordt bedankt voor haar arbeid en wordt tevens verzocht in dezen diligent te blijven.
5. Correspondentie met Die Gereformeerde Kerk in Suid- Afrika (voorlopig agenda-
punt 5.) Het rapport van de commissie alsmede een ontwerpbrief wordt in bespreking gegeven. Br. H.L. Faber (Haren) heeft enkele bezwaren tegen de eindconclusie van het rapport en tegen de conceptbrieft de toon is wel erg onderdanig; ie een knieval nodig? Laten we nuchter blijven! Is het wijs een bepaalde positie in te nemen inzake "zaken van niet-kerkeli,jke aard" voor het forum van andere kerken en de
wereld? De conclusie inzake het voorgaan in onze diensten is eenzijdig - waarom er niet aan toe te voegen, dat ook onze predikanten op hûn kansel toegelaten worden? Dat wij ons bewti.et zijn "op een welwillend antwoord nauwelijks aanspraak te kunnen maken" is én te nederig én overbodig: o.a. de kerk van Kampen heeft al jarenlang een goed contact. Tegen de gedachte dat correspondentie ook inhoudt het elkaar toezenden van belangrijke besluiten maakt hij bezwaar: het heeft weinig zin. Of die besluiten worden voor kennisgeving aangenomen (met de suggestie: wie zwijgt stemt toe), 6f men zet zich tot een beoordeling, ook van
-7-
I II
"niet-kerkelijke zakenli - en is dat verstandig?
Mr.
E.J. Groenevelt (Oegstgeest) heeft alle begrip voor de vraag om c orres-
pondentie, maar wil tooh namens de kerk van Oegstgeest waarschuwent i s het wel hele:ma.a.l eerlijk? Wij zijn als kerken bezig onze "vorm" te zoeken , we hebben geen K.o., evenmin jurisprudentie -de vraag is of we straks nog correspondentie in de oude zin zullen kennen. Hij acht een positief besluit daa rom praema tuur. Ds.H.J.v.d. Kwast (Amstelveen)
heeft begrip voor de aandrang van de zende nde
kerken, maar is het eens met Oegstgeest. Je moet elkaar wat toesturen, e en K.O. b.v., :maar we hebben zelf nog geen vorm gevonden. Ds. P. Veldstra.· (Leerdam) geeft privé wat vragen van de kerkeraad van Leerdam door. De kerk van Leerdam heeft bij een eerder rapport van de commissie amendementen voorgesteld inzake de punten 3, 4 en 5J deze zijn indertijd aan alle kerken toegezonden; niets is daarvan tot zijn spijt in het rapport opgenomen iets dat hij alsnog graag zou zien. Ds. J. Keuning (rapporteur van de commissie) antwoordt o.a.: a. er zijn bezwaren geopperd tegen het verzoek van de zendende kerken umJa t we nog geen officiële statu• hebben. Maar ook zonder K. O. zi j n we we l iets. De kerken van Zuid-Afrika. hebben ons de broederhand toe gestoken ·wij moeten daarop reageren. De zendende kerken, direct erbi j betrokken, vinden dat 66k nodig en de commissie is het daarmee eens. Vroe ger was "correspondentie" een formeel technische kwestie. De term had o.i. kunnen vervallen, maar de kerken in Zuid-Afrika staan er wel op, zi j zien er, onder de huidige omstandigheden, anders geen volledige erkenning in. b. "Haren" vindt de toon van de brief te onderdanig. Daar kun j e over twisten ('t is ook nog maar een concept), maar het is wel overeenkoms tig de feitelijke situatie van de afgelopen jaren. c. inzake de "overwegingen van niet-kerkelijke aard" en de vrees voor identificatie - als correspondentie dát zou inhouden - kun je alleen correspondentie houden met jezelf. Als kerken van Christus kun je overigens elkaar ook wel eens over bepaalde punten benaderen. Maar correspondentie sluit niet in: je verantwoordelijk gesteld weten voor al het doen en laten van een andere kerk. d. dat
onze predikanten ook op hun kansel mogen voorgaan, achten ook wij
vanzelfsprekend, maar het gaat hier om een bereidverklaring van 6nze kant; er is echter geen bezwaar dit er aan toe te voegen. a. inzake het toezenden, wederzijds, van belangrijke besluiten: als j e elkaar niet op de hoogte houdt, wat houdt contact-houden dan nog in? Belangrijke ontwikkelingen moetan doorgegeven worden - de daaraan verbonden eventuele bezwaren moeten we op de koop toenemen.
-8 -
III
TWeede ronde. Ds. J.C. Janse (Zaandam) is het eens met "!Iaren"s we behoeven geen knieval te maken. De zaak is te daterenf er is in de afgelopen jaren wel het een en ander voorgevallen in de Vrijgemaakte kerken. Bovendien is er al jarenlang contact via de kerk van Kampen. Daarom is de toon van de concept-br ief te generaliserend. Ds. W.G. Visser (Utrecht), zich hierbij aansluitend, is eveneens van oordeel dat het "nauwelijks meer aanspraak kunnen maken op een welwillend antwoord" niet meer klopt met de huidige situatie. Br. H.L. Faber (Haren) wil tegenover ds. Keuning opmerken: onderschat de publieke opinie niet inzake Zuid-Afrika - ook Zuid-Afrika zelf zal zeker gebruik maken van het feit dat wij correspondentie aangaan. Toezending van officiële besluiten over en weer is overbodig - deze contacten kunnen via de aanwezige zendelingen lopen. Dat rij het zouden "toejuichen" wanneer in voorkomende gevallen Zuidafrikaanse predikanten in onze dieneten zouden voorgaan is te "zwaar" uitgedrukt: dat geldt voor eommigen beslist niet. Br. v.d. Mijden (Barendrecht) dringt er sterk op aan, dat belangrijke besluiten worden toegezonden. Doen wij dat niet, dan moet men ginds maar raden wat er in de Geref.kerken vrijgemaakt, b.v. leeft. Juist in dez~ periode, waarin de Zuidafrikaanse kerken zich door velen in de steek gelaten voelen, moeten wij hen steunen. Ds. J. Keuning (rapporteur) is dankbaar voor wat Barendrecht zegt en dringt er bij de vergadering op. aan ná een beslissing te nemen - het voorstel ligt er al sinds begin 19731 de Zuidafrikaanse kerken wachten al twee jaar. Hij gaat ermee accoord dat het accent van "onderdanigheid" in de te verzenden brief wordt gemitigeerd, mits de uitdrukking van spijt over onze houding in het verleden niet helemaal verdwijnt. Aan het adres van br. Faber: het risico van gemoeid worden in niet-kerkelijke aangelegenheden moet je nemen. Dat doe je bij de eigen zusterkerken ook. Verder dienen de kerken zelf de onderlinge verhouding op te bouwen - dat mag niet aan de zendelingen overgelaten wordenf in de praktijk zou daar ook niet veel van terecht komen. Tenslottea het staat alle kerken vrij een predikant wel of niet op haar kansel te laten voorgaan. Ds. Visser (de praeses) concludeert dat het voorstel van de oommissie (in te gaan op het verzoek om contact op te nemen met Die Gereformeerde Kerk in Suid-Afrika) door de vergadering wordt aangenomen. Het moderamen kan t.z.t. de desbetreffende brief ondertekenen. (Is inmiddels afgehandeldf scriba) .
De.
n.
-9-
III
de Jong (Amsterdam) vraagt nog of niet elke plaatselijke kerk de
mogelijkheid heeft zelfstandig te schrijven. Ds. A.J. Moggré (Rijswijk)s Is dit wel wijs om te doen? Ds. H.J.v.d. Kwast (Amstelveen) zou willen dat de vergadering zich uitsprak over twee puntena a. hoe de onderdanige toon van de brief te mitigeren en b. wel of niet wederzijde officiële besluiten _toe te zenden. De praesas wil liever deze zaken aan de commissie overlaten. Br. H.L. Faber (Haren) stelt voor: in de 2e alinea het woord "enerzijds" en de 3e alinea in zijn geheel te laten vervallen, in de 4e alinea het woord "moed" te vervangen door "wijsheid" en in de 6e alinea de wijziging aan te brengen: dat predikanten naar het oordeel van de plaatselijke kerken kunnen toegelaten worden op de kaneel, waarbij het woord "toejuichen" kan vervallen. De praesas wil deze amendementen niet in discussie gevenJ de commissie kan de brief zelf nader uitwerken. Ds. P. Veldetra (Leerdam) heeft bezwaren m.n. tegen het weglaten van de 3e alinea, zoals Haren voorstelt. De praesee concludeert: enige migitatie van de onderdanige toon wordt door de vergadering gewenst, evenale het elkaar toezenden vangewichtige besluiten. Br.
·a.v.
Oord {Zeist)
stelt nog voor "besluiten" te vervangen door "wat
leeft in de kerken". De praesas dankt de commissie voor het verichte werk.
6. Voorstel inzake adres-voerende kerk. De kerk van Apeldoorn acht het wenselijk dat er een adres-voerende kerk wordt aangewezen en draagt daartoe de kerk van Utrecht voor. De vergadering gaat hiermee accoord.
7. Commissie samenspreking met de Chr. Geref.kerken. Van deze commissie is geen rapport aanwezig. Wel is er, via ds . J . C. Janse de mondelinge mededeling, dat er een nieuw schrijven van ds. Velema namens de Chr. Geref. Generale Synode is ontvangen. Dit behelst de wens een nieuwe ( ?) samenspreking. Tevens verzoekt ds. Janse om aanvulling van de commissie. De vergadering besluit ds.
w.
Via te Kampen te benoemen als primus en ds. J. Stu;)
als secundus. In de vacature van br. I. Dorr wordt benoemd br. J.R.A. Baas (Oranjelaan 19) te 8rmelo. De praesas wenst de commissie Gade zegen toe bij de verdere samenspreking. 8. Commissie voor Contact met de Hoge Overheid. Ook deze commissie (die zich tevens zou beraden op de naam van onze kerken) heeft geen rapport ingezonden. De scriba zal de commissie verzoeken op de volgende vergadering te rapporteren.
-109. commissie voor radio en t.v.-aangelegenheden. Ook deze commissie zond geen rapport inf de scriba zal haar verzoeken op de volgende vergadering te rapporteren. 10. Commissie functionering kerkverband. Deze commissie is aan het werk geweest en hoopt omstreeks half april de kerken haar rapport toe te zenden. Aan de kerken wordt verzocht eventuele reacties tijdig (= binnen 1 maand na deze vergadering) toe te zenden aan de CFK (als scriba van de CFK treedt op
ds. G.v. Keulen, als penningmeester
ds. J. Keuning). 11. Voorstel van de kerk van Haarlem inzake regio-vorming. Ds.
c.
Bakker (Enschede)s Er liggen al voorstellen op dit punt van Zwolle
(reeds in
B.-Sp.),
Enschede en Eindhoven. Wel is de vraag aan wie een vol-
gende roepende kerk de uitnodigingen moet toesturen. De praesas wil deze zaken aan de regio's zelf overlatenJ eventueel kan de CFK hierin van advies dienen. Tot het laatste wordt besloten - alle voorstellen in dezen worden aan de CFK doorgegeven. 12. Onkosten. De kerk van Utrecht vraagt en krijgt mandaat de kosten van de conventvergaderingen over de kerken om te slaan, rekenend met het zielenaantal. 13. Voorstel Haren inzake verhouding tot Chr. Geref. kerken. Een voorstel van de kerk van Haren, d.d. 12 nov.1974, om zo mogelijk te komen tot een gemeenschappelijke verklaring inzake de reeds bereikte overeenstemming, wordt ingetrokken. De betreffende commissie kan namens de vergadering de dank der kerken uitspreken voor het besluit der Generale Synode · der Chr. Geref.kerken om het gesprek met onze kerken voort te zetten. Het stuk zelf wordt in handen gegeven van de CFK. 14. Roepende kerk. Als roepende kerk voor de volgende landelijke vergadering wordt de kerk van Kampen aangewezen. Gedacht wordt aan een plm. half oktober 1975 (indien mogelijk) te houden vergadering. Overeenkomstig het genomen besluit zullen de kerken zoveel mogelijk via afvaardiging door de regio's samenkomen. Een voorstel van ds. Van der Kwast een instructie op te stellen t.b.v. de roepende kerk, wordt door de vergadering niet overgenomen.
II
-11-
111
15. Rondvraag. kerk van Haarlem vraagt de aandacht en hulp van predikanten voor kleine gemeenten als Maastricht en Middelburg i.v.m. preekvoorziening.
De
:Br. Sohalen (Apeldoorn) stelt voor dat de "Commiesie Hoge Overheid" een brief aan
de
kerken verzendt met opgave van 3 of 4 namen voor onze kerken,
waaruit de kerken zelf een keus kunnen doen. 16. :Brief br. D.J. Buwalda (Kampen). Een brief van br. D.J. Buwalda inzake het kerkverband wordt voorgelezen. Naar de inhoud is het door hem geschrevene aan de orde geweest bij de bespreking der kerkverbandelijke zakeno 17. Sluiting. De praesas spreekt een slotwoord, brengt de warme dank der vergadering over aan de koster en diens gezin voor de voortreffelijke verzorging.