pg1/6
COMPETENTIEPROFIEL HOOFDVERPLEEGKUNDIGE COZ SINT - JOZEF DOELSTELLINGEN EN SITUERING IN DE ORGANISATIE (cfr organogram) Vanuit onze opdrachtsverklaring is het de taak van elke medewerkers om de zorg in ons huis te helpen ondersteunen zodat elke zorgbehoevende er kwaliteitsvol kan wonen, kan leven, kan verzorgd worden en mag sterven. De hoofdverpleegkundige verleent integrale zorg aan een toegewezen groep bewoners, teneinde hun welzijn te behouden, te verbeteren of te herstellen. De hoofdverpleegkundige is verantwoordelijk voor de kwaliteitsvolle zorg op de verpleegafdeling. De hoofdverpleegkundige is een lijnmedewerker. De hoofdverpleegkundige rapporteert aan de directeur. De directeur is de rechtstreekse leidinggevende. De hoofdverpleegkundige kan worden gevraagd om de taken van de directeur of de sociale dienst over te nemen bij afwezigheid.
TAKEN HOOFDVERPLEEGKUNDIGE Taken hoofdverpleegkundige
Afdelingsgericht Bewoners en familie • Coördinatie van de zorg – afspraken en opvolging – communicatie Verantwoordelijk voor bewonersgerichte dagelijkse zorg Zit overdracht, teamvergaderingen en bewonersbesprekingen voor en maakt de verslagen ervan • Administratie, rapportering en informatisering RIZIV-administratie: verantwoordelijk voor de opvolging van de katz-schalen op de afdeling – RIZIV lijsten nazien Medicatie: bestelling en registratie , zorgregistratie op de afdeling, Mythos (geinformatiseerd bewonersdossier), opmaak rubriek hoofdverpleging in jaarverslag. • Begeleiding Opname en verblijf: detecteert via team de zorgnoden van de bewoner en volgt ze op Onderhandelende zorg: beluistert, detecteert signalen en bevraagt de noden van de bewoner en familie en zoekt naar de best haalbare zorg Organiseert de familie-avond op de afdeling in overleg met leefgroepbeleider Draagt de verantwoordelijkheid voor de werking van de verpleging, verzorging, paramedici op de afdeling Woont opvolgingsgesprekken bij(in samenwerking met sociale dienst/psychologisch assistent) Medewerkers • Coachen – sturen en opvolgen van medewerkers die betrokken zijn op de zorg rechtstreekse aan de bewoner op de afdeling ( team medewerkers op de afdeling, paramedici, artsen, externen,…) • Eigen functioneren: bevraagt feedback over eigen stijl van leidinggeven en functioneren Geeft en ontvangt feedback, voert functioneringsgesprekken en volgt loopbaanbegeleiding op Controleert het aftekenen van zorgtaken • Delegeert , geeft instructies en volgt op (bv zorgtaken ,wondzorg, diabetes,vrijheidsbeperking, comfortzorg, medicatie, ziekenhuisopname, consult arts, …) • Adviserende taak bij sollicitaties, personeelsbeoordelingen en eventueel ontslag. • Begeleidt nieuwe medewerkers op de afdeling
pg2/6
Stagiars • Begeleidt stagairs op de afdeling • Legt contacten met de scholen Materiaal en infrastructuur • Toezien van gebruik van goederen/voeding op de afdeling Opmaak afdelingsbeleidsplannen: zorgthema’s, projectwerking op de afdeling Overkoepelend Uurroosters (opmaak evalueren, opvolging) Garandeert de permanentie op de afdeling en bereikbaarheid van de medewerkers Meewerken aan projectwerking zoals bv medicatiezorg, mythos wondzorg, MRSA, comfortzorg, vrijheidsbeperking, hef- en til, arbeid en gezin, griepvaccins, materiaal, inspectie, nieuwe medewerkers.
Wonen en huishoudelijke taken
Peilers in de zorg ondersteunende begeleiding bieden – zorgthema’s
Samenwerken en afstemmen van zorg: informatie – overleg – communicatie – samenwerken
-
-
-
zorgt voor de algemene orde en netheid van de afdeling heeft aandacht voor de gezellige inrichting van de leefruimten en de afdeling
draagt zorg en handelt vanuit het levensverhaal en eigenheid van de bewoner, werkt belevingsgericht en op maat van de bewoner ( cfr SMK’s) handelt vanuit de trappen van zorg ( begeleiden, ondersteunen of overnemen) stimuleert de bewoners in het vinden van zinvolle dagbestedingen begeleidt en ondersteunt bewoners/familie in moeilijke of emotionele momenten toont extra aandacht voor de zwaarzorgbehoevende, dementerende en palliatieve bewoner, bewoner met wondzorg, PDL en hef- en til
rapporteert, informeert en werkt samen met collega’s informeert de bewoner en familie, maakt afspraken en volgt deze op. volgt aanwijzingen en instructies van de directeur neemt actief deel aan vergaderingen ( kernteam, werkvergaderingen, bewonersbesprekingen, teamvergaderingen,werkgroepen, overleg apeiron, overleg bewonerszorg,…) wisselt informatie uit (mondeling en schriftelijk) en werkt samen met eigen en andere functies en diensten (adjunct hoofdverpleegkundige, verzorging, verpleging, paramedici, sociale dienst, kwaliteitscoördinator, administratie, leefgroepbegeleider,arts,…)
pg3/6
Bijdragen aan het verbeteren van de organisatie van de zorg, het beheer en de kwaliteit binnen de organisatie
-
volgt vorming, leest vakliteratuur en past het geleerde toe op de afdeling, geeft kennis door werkt mee, werkt voorstellen uit en respecteert de beleidsvisie in de volgende aspecten: - werkt mee aan het beleidsvoorbereidend en beleidsuitvoerend werk: zelfsturende teams, afdelingsbeleidsplannen - past procedures en werkvoorschriften (bv prikaccidenten, comfortzorg, B1 –B2 handelingen,MRSA…) toe en helpt mee bij de opmaak ervan specifiek voor zijn functie -gebruikt materiaal op een correcte manier - respecteert de inspiratie, beroepscode, visie, doelen, afspraken, huisstijl en opdrachten van het COZ
COMPETENTIEPROFIEL HOOFDVERPLEEGKUNDIGE (omschrijving wat je moet kennen, kunnen en hoe je dient te zijn om je werk te kunnen doen) Omgaan met taken
Kerncompetentie Problemen oplossen
Omgaan met mensen
Samenwerken
Aanvullende competenties Organiseren Relaties bouwen Coachen/ontwikkelen/motiveren
Omgaan met zichzelf
Klantgericht handelen Zichzelf ontwikkelen Organisatiebetrokkenheid Stress beheren
Omgaan met taken
•
Kerncompetentie Problemen oplossen Definitie: je meldt problemen, herkent belangrijke informatie, je doet voorstellen en/of onderneemt acties uit eigen beweging om problemen op te lossen en om bestaande situaties te verbeteren en te optimaliseren
Gedragsindicatoren -
ziet wanneer er problemen zijn of zullen aankomen onderzoekt het probleem, verzamelt informatie over achtergrond en oorzaken ( wie, wat, wanneer, hoe, waarom en waar) benoemt de oorzaken maakt onderscheid tussen informatie over feiten, meningen of interpretaties, hoofd- of bijzaken neemt acties om problemen op te lossen of te voorkomen evalueert de genomen acties en volgt verder op
pg4/6
•
Aanvullende competentie Organiseren Definitie: je vertaalt beleidslijnen in concreet meetbare objectieven, werkt overzichtelijk plannen uit, zet de juiste mensen en middelen in en onderneemt de nodige acties om de mogelijke toekomstige hindernissen te nemen.
Gedragsindicatoren -
scheidt hoofdzaken van bijzaken stelt prioriteiten (doe belangrijke zaken eerst) en werkt volgens plan houdt bij het opmaken van je werkplanning rekening met: de uit te voeren activiteiten, de nodige (voorbereidings) tijd per activiteit, de nodige hulpmiddelen, de mate van elke activiteit, tijd voor onverwachte zaken/urgenties zorgt er voor dat zaken ordelijk en efficiënt kunnen worden afgewerkt
Omgaan met mensen
•
Kerncompetentie Samenwerken Definitie: je levert een actieve bijdrage aan het gezamenlijk resultaat en aan het creëren van een goede werksfeer. Gedragsindicatoren -helpt collega’ s, geeft taken door of neemt ze over waar nodig in eigen disciplines of andere discipline -gaat voor een gemeenschappelijk doel (gezamenlijk belang boven eigen belang) -weet wanneer anderen in te schakelen -wisselt informatie uit (mondeling en schriftelijk) en overlegt met collega’s eigen discipline, andere zorgverleners, bewoners, familie, … -stemt werk op elkaar af
•
Aanvullende competentie Relaties bouwen Definitie: je bouwt actief formele en informele relaties op binnen en buiten de eigen afdeling en houdt deze in stand. Je toont de openheid om het standpunt van anderen te beluisteren en actief te bevragen.
Gedragsindicatoren: •
stapt naar onbekenden toe, spreekt hen aan, wacht niet tot men wordt aangesproken bouwt netwerken op brengt mensen met elkaar in contact weet de juiste mensen te vinden om steun en medewerking te verkrijgen benut zijn netwerk om op het juiste moment doelen te bereiken
Coachen/ontwikkelen/motiveren Definitie: je schat de sterkten van de medewerkers goed in en geeft op een positieve manier advies over het functioneren. Je erkent en waardeert medewerkers voor hun inzet. Je past je eigen leiderschapsstijl aan hen aan en vertrouwt de juiste verantwoordelijkheden aan de juiste personen om het goed functioneren van het team en de afdeling te bevorderen.
pg5/6
Gedragsindicatoren: - ondersteunt en bemoedigt - zoekt uit wat de sterke en zwakke punten zijn in het presteren ( taken en competenties) - geeft gerichte feedback en persoonlijke tips om prestaties te verbeteren - helpt medewerkers plannen te maken voor hun verdere ontwikkeling - past leidinggeven aan afhankelijk van de situatie - onderkent ontwikkelingsbehoeften van medewerkers - stimuleert medewerkers om zich te ontwikkelen - brengt medewerkers in situaties die uitdagend en leerzaam voor hen zijn - …
Omgaan met zichzelf
•
Kerncompetenties Klantgerichtheid handelen Definitie: je onderzoekt wensen en behoeften van de klant en handelt hiernaar. Je werkt mee aan een goede dienstverlening en klanttevredenheid. De klanten zijn zowel de bewoners, familie, medewerkers, externen,… We zijn afhankelijk van anderen om ons werk tot een goed einde te brengen Gedragsindicatoren - toont duidelijk begrip voor de wensen en het belangen van de klant - maakt duidelijke afspraken en zorgt voor opvolging - levert maatwerk voor de klant , met deze als uitgangspunt - vraagt of aan de verwachtingen, wensen of behoeften zijn voldaan, opent mogelijkheid tot verbetering of bijsturing - reageert op een klacht met opvolging, zonder aanvallend /verdedigend gedrag
•
Zichzelf ontwikkelen (leervermogen) Definitie: je neemt nieuwe informatie in je op en past deze effectief toe. Je kunt opbouwend omgaan met kritiek en onderneemt acties om je eigen professionele en persoonlijke ontwikkeling te bevorderen. Gedragsindicatoren: -heeft een plan voor eigen verdere ontwikkeling (sterktes en aandachtspunten) en houdt zich eraan. -zoekt informatie die op het werk toepasbaar is op en past het geleerde (vorming) toe -zoekt zelf naar leer- en groeimogelijkheden om kennis en vaardigheden aan te vullen -vraagt feedback, wil een oordeel van anderen over het eigen functioneren en stelt het eigen functioneren bij -is bereid om vorming te volgen en deze verder te integreren
pg6/6
•
Aanvullende competenties Organisatiebetrokkenheid Definitie: je weet je persoonlijk verantwoordelijk voor de resultaten van het team, de afdeling en de organisatie. Je stelt hoge eisen aan het eigen werk en handelt ernaar. Je neemt geen genoegen met half werk. Je respecteert stipt de uurregeling en de gemaakte afspraken. Gedragsindicatoren: - zorgt voor goede communicatie over ontwikkelingen en beslissingen naar alle belanghebbenden, ook buiten de dienst - is op de hoogte van de normen en waarden binnen de eigen organisatie en daarbuiten en weet daarmee om te gaan - uit positieve kritiek op de prestaties van de organisatie, zonder de organisatie af te vallen - voert richtlijnen uit, ook al komen die niet overeen met het belang van de eigen dienst of van zichzelf - legt uit waarom een ideaal lijkend plan niet realistisch is
•
Stress beheersen Definitie: je reageert resultaatsgericht op frustraties, obstakels en tegenwerking door kalm te blijven, de eigen emoties te controleren en constructief te reageren op kritiek Gedragsindicatoren: -voorkomt stress door het takenpakket goed te plannen en te organiseren -raakt bij ernstige storing of fout niet in paniek, blijft kalm en rustig -neemt verantwoordelijkheid als een fout is gemaakt -bewaart afstand -blijft effectief functioneren onder tijdsdruk