Communicatieplan Risicocommunicatie externe veiligheid Haaglanden - CONCEPT Inleiding Externe veiligheid is een relatief ‘nieuw’ onderwerp in de Nederlandse samenleving. Een onderwerp dat weinig mensen kennen. Externe veiligheid gaat over het werken met en de opslag en transport van gevaarlijke stoffen. Nederlanders hebben het recht te weten welke risico’s zij lopen in hun leefomgeving. En de overheid (in het bijzonder het algemeen bestuur van de veiligheidsregio) heeft de plicht om haar inwoners te informeren over deze risico’s. Tegelijkertijd rekent de overheid op de eigen verantwoordelijkheid van haar inwoners. Zo horen inwoners te weten wat ze moeten doen als het een keer mis gaat. Want het kan een keer mis gaan, ook al werken overheid en bedrijfsleven nauw samen om risico’s rond externe veiligheid te beperken. Met wet- en regelgeving en controlemechanismen probeert de overheid rampen te voorkomen. Maar, ook bij succesvol beleid en goede controle, gebeuren ongelukken waar ook slachtoffers bij kunnen vallen. Mensen zijn nu eenmaal mensen, en mensen maken fouten.1 Haaglanden is een van de dichtstbevolkte regio’s in Nederland. Binnenstedelijk bouwen is aan de orde van de dag, omdat er buiten de bebouwde kom zo goed als geen ruimte meer is. Dat leidt tot wijzigingen in bestemmingsplannen, maar ook wijzigingen in acceptabele risico’s. Waar eerst tien mensen woonden, verandert de situatie als een woon-werktoren wordt ontwikkeld met plaats voor honderden mensen. Dan moeten er keuzes worden gemaakt. In Haaglanden zijn vier typen ‘algemene’ risicobronnen: LPG tankstations, buisleidingen (gas, CO2 en brandbare vloeistof) en opslag en wegtransportroutes van gevaarlijke en explosieve stoffen. Op 26 augustus heeft een regionale werkgroep, bestaande uit communicatieadviseurs, medewerkers van de VRH, Bureau EV Haaglandenen en gemeentelijke beleids- en communicatieadviseurs een brainstorm gehad over de minimale voorwaarden en inhoud van risicocommunicatie rond EV. Het uitgangspunt en verzoek van alle partijen is om te komen tot een pragmatische risicommunicatie-aanpak voor Haaglanden. Op basis van de uitkomsten van de brainstormsessie is deze regionale risicocommunicatieaanpak beschreven. De insteek is regionaal, de vertaling lokaal. De aanpak is zo gemaakt dat deze ook voor andere risico’s kan worden ingezet. In een later stadium kunnen bijvoorbeeld de risico’s uit het Regionaal Risicoprofiel2 worden gebruikt.
1
Uit: De Nuchterheid voorbij, EV in de 21e eeuw, Ben J.M. Ale
2
Het regionaal risicoprofiel is een wettelijke verplichting vanuit de Wet Veiligheidsregio’s en beschrijft de regionale risico’s en impact hiervan op de regio
Auteur: Madelon Noordover-Keulen, MNK Communicatie, in opdracht van Veiligheidsregio Haaglanden, september 2010
1
Onderzoek De brainstormsessie leverde één éé centrale vraag op zonder antwoord: “Willen burgers wel geïnformeerd worden over de risico’s in hun leefomgeving’. Los van de wettelijke verplichting3, is een onderzoek hiernaar één n van de voorstellen die uit de sessie kwam. We onderzoeken de informatiebehoefte informatiebehoefte met behulp van een korte vragenlijst die we plaatsen op de websites van de gemeenten en de VRH, om te komen tot een representatief, regionaal en gemeentelijk beeld over de informatiewensen over risico’s. Daarnaast hebben we te maken met de bestuurlijke bestuurlijke wenselijkheid van het informeren over (EV) risico’s. Basisinformatie hierover is beschikbaar op www.risicokaart.nl. www.risicokaart.nl Is deze informatie voldoende? En is deze de informatie voor alle inwoners te vinden? vinden Als beide vragen positief worden beantwoord, dan kunnen we besluiten om te volstaan met de risicokaart.
Bevorderen zelfredzaamheid en bieden van handelingperspectief Uit onderzoek4 blijkt dat 47% van de Haaglanders geen mening heeft over de kans op een ramp. Globaal 27% acht de kans groot, en 31% acht de kans heel klein. Men maakt zich kennelijk niet al teveel zorgen. En als er iets gebeurt, dan ziet 80% van de respondenten dat vooral vlak bij huis gebeuren (uitval stroom, water en/of gas). gas In de top 12 van n mogelijke rampen ziet 37% van de respondenten een risico op het vrijkomen van gevaarlijke stoffen. Zie figuur 2.1 2.1 voor het volledige overzicht van vermoedelijke noodsituaties.
3
Sinds 1 oktober is het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio wettelijk verplicht haar inwoners te informeren over de risico’s in de leefomgeving, het bieden van een handelingsperspectief handelingsperspectief en zichtbaar te maken wat het bestuur doet om de risico’s te beperken. 4 Onderzoek risicoperceptie Haaglanden, december 2009
Auteur: Madelon Noordover-Keulen, Keulen, MNK Communicatie, in opdracht van Veiligheidsregio Haaglanden, september 2010
2
Los van informatievoorziening over risico’s, ligt er wel een uitdaging om de inwoners actief te wijzen op hun zelfredzaamheid, voor zichzelf en voor mensen in hun omgeving. En dat, blijkt uit het onderzoek, willen mensen wèl weten (zie tabel 2.3).
Daarbij is een onderscheid tussen risicocommunicatie bij bestaande situaties, situatie en risicocommunicatie bij nieuwe situaties. Een risicobron in een woonwijk, of een nieuwe woonwijk op een risicobron: er is sprake van een wijziging in het bestaande bestemmingsplan. Bij een nieuw bestemmingsplan hoort in de nieuwe wetgeving een risicocommunicatieplan. ommunicatieplan. In de uitwerking hieronder gaat het vooral om de bestaande situaties, maar risicocommunicatie als integraal onderdeel van vergunningverlening bij wijzigende bestemmingsplannen is wel een agendapunt.
Strategie Perceptie en context Bij risicocommunicatie is vooral perceptie heel belangrijk. De overheid kan nog zo hard zeggen dat ‘het allemaal wel mee valt’, als mensen vinden dat dit niet zo is, dan is dat niet zo. En andersom geldt hetzelfde: als de overheid zegt dat ‘we moeten opletten’ opletten maar de omgeving voelt het gevaar niet, dan vraagt ook dat een andere aanpak. Hiervoor is een model ontwikkeld:
Auteur: Madelon Noordover-Keulen, Keulen, MNK Communicatie, in opdracht van Veiligheidsregio Haaglanden, september 2010
3
Afhankelijk van de situatie waarin inwoners zich bevinden, wordt een communicatiestrategie toegepast. Dat kan dus per gemeente of zelfs wijk verschillen! Op basis van de sfeer die in een wijk of omgeving heerst, kiezen we dan ook een bepaalde uitvoering. Want, als we willen dat mensen bepaald (zelfredzaam) gedrag vertonen, dan moeten we ze daarbij helpen. Door aan te sluiten bij hun perceptie, niet geheimzinnig te doen over mogelijke risico’s en vertrouwen te krijgen van de omgeving, kun je succesvol zijn5. Uit onderzoek blijkt dat hoe minder obstakels mensen hebben om gewenst gedrag te vertonen, des te sneller ze dat gewenste gedrag vertonen.6 Wij kunnen als overheid wel vinden dat mensen ook een eigen verantwoordelijkheid hebben, maar we willen ook dat ze bepaald gedrag vertonen. Dus maken we het gewenst gedrag zo makkelijk mogelijk door ons te richten op de inzetten van logisch gedrag in andere situaties. Als je op zaterdag op het voetbalveld staat te kijken naar je zoontje, en een van zijn teamgenoten raakt buiten bewustzijn, dan loop je het veld op om te helpen met je EHBO-diploma. Dat vind je logisch. Maar dan is het toch ook logisch om datzelfde gedrag te vertonen bij een soortgelijk incident in je straat. De context is anders, maar het gedrag zou hetzelfde moeten zijn. En daar kan de overheid bij helpen, door inwoners op die context te wijzen. Gedrag veranderen gebeurt niet door mensen actief ergens op te wijzen, het gaat er om dat ze hun gewoonten herkennen, en die doorbreken. Dat is een langdurig en complex proces. En daar ligt onze uitdaging.
Samenwerken
5
Uit: Geen Commentaar! Communicatie in turbulente tijden. Anne-Marie van het Erve, Frank Vergeer e.a.
6
Uit: Diensten, drempels en duwtjes. Communiceren met irrationele en onachtzame burgers. Drs H.J.M. van Rooij, artikel verschenen in Platform 2009, nr 11: verleiden met beleid.
Auteur: Madelon Noordover-Keulen, MNK Communicatie, in opdracht van Veiligheidsregio Haaglanden, september 2010
4
Er zijn diverse partijen die werken aan een vorm van risicocommunicatie (hulpdiensten, Rode Kruis, gemeenten, bedrijven, GGDs) We maken een inventarisatie van alle partijen die werken aan een vorm van risicocommunicatie, en bespreken een gezamenlijke aanpak. Daardoor wordt het geheel duidelijker voor de burgers, en kunnen we samen optrekken. Dit is in VR AA erg succesvol gebleken: communiceren onder één noemer. Het maakt niet uit WIE de afzender is, het gaat er om dat men weet WELKE kennis en ervaringen mensen kunnen inzetten en WAT ze kunnen doen in welke situatie. En, dan helpt het mee als dit gebeurt op plekken waar duidelijke risicobronnen zijn. De VR AA heeft gekozen voor de veiligheidsregio als afzender. Bovenstaande uitwerking gaat vooral om het bewustmaken van inwoners dat ze bepaald gedrag in verschillende omstandigheden kunnen vertonen. Wat zouden ze dan nog moeten weten? Welke risico’s ze lopen in hun leefomgeving, en wat ze moeten doen als er iets gebeurt? De overheid heeft als taak om mensen te informeren over welke risicobronnen er zijn, welke risico’s die bronnen met zich meebrengen en wat mensen moeten doen als er iets gebeurt. Externe veiligheid is een onbekend begrip voor veel mensen. Om de risicocommunicatie pragmatisch in te zetten, benoemen we de EVrisicobronnen specifiek, en praten we niet over algemene EV-risico’s. De informatie is klein, begrijpelijk en toegankelijk. Gemeentelijke websites kunnen inzichtelijk maken welke risico’s dat zijn, uiteraard heel toegankelijk (in tekst) dicht bij de mensen (wijkgericht bijvoorbeeld). Dit kan heel goed ondersteund worden met de www.risicokaart.nl en in specifieke wijken door bijeenkomsten te organiseren als hier een aanleiding voor is. Kortom, niet vervallen in algemeenheden, informatie niet verstoppen, maar ook niet actief bij de mensen brengen, tenzij de actualiteit daar om vraagt.
Uitwerking Twee voorbeelden Zowel in Amsterdam-Amstelland als in Groningen zijn twee succesvolle risicocommunicatiecampagnes gevoerd. Deze concepten kunnen we in Haaglanden gebruiken, samenvoegen en toepassen op de regio. Ze sluiten in ieder geval aan bij het perceptie- en context denken zoals hierboven is beschreven.
VR Amsterdam-Amstelland: Wat doe je? Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland (VR AA) heeft een experiment uitgevoerd in twee wijken in de gemeente Amstelveen. Hierbij lag de focus mensen bewust maken van wat ze eigenlijk zelf allemaal kunnen doen om te helpen. Bij een incident zijn hulpdiensten niet direct te plaatse, dat kan nu eenmaal niet. In de periode tussen een incident en de komst van hulpdiensten kunnen mensen zelf actie ondernemen. En daar worden ze in dit experiment op aangesproken ‘Wat doe je als je gas ruikt?’, ’Wat doe je als er brand bij de buren is?’ of ‘Wat doe je als er een kind in het water valt?’. VR AA heeft hiervoor een heel pakket aan materiaal ontwikkeld: van trainingen en wijkbijeenkomsten tot kranten, folders en posters. Een tweede doel was mensen te wijzen op hoe ze hun eigen kennis en expertise in noodsituaties kunnen inzetten, en op die manier helpen. Hiervoor is goede afstemming
Auteur: Madelon Noordover-Keulen, MNK Communicatie, in opdracht van Veiligheidsregio Haaglanden, september 2010
5
nodig met de hulpdiensten: wat werkt en wat werkt niet? Dat kan door hulpverleners uit te nodigen en te betrekken bij de voorlichtings- en/of kennismakingsbijeenkomsten (zie vorige paragraaf). Zo leren hulpdiensten en bewoners elkaar (beter) kennen, waardoor uiteindelijk ook samenwerking beter zal gaan, als dat nodig blijkt. Voorbeeld van de uitwerking: Voor de uitwerking betekent dit dat we een aantal locaties in de regio bepalen die een EV-risicogebied zijn. In die wijken zoeken we naar mensen die in tijden van crisis vanuit hun ervaring of professie kunnen helpen. Dit wordt vormgegeven in een overzicht. Voor deze groep mensen organiseren we dan aparte bijeenkomsten om hen nader te informeren over hun mogelijke rol. Door deze groep regelmatig bij elkaar te brengen en in contact te brengen met hulpdiensten zal sneller wederzijds begrip en beter inzicht in elkaars werkzaamheden ontstaan. Het wordt heel duidelijk waarom het zo belangrijk is dat mensen zichzelf kunnen redden. Daarnaast kun je op wijkniveau campagne voeren en activiteiten organiseren om mensen te wijzen op hun eigen kennis en ervaringen. Hierbij ligt de focus op de mensen zelf: Door hen te laten nadenken over hun eigen mogelijkheden en verantwoordelijkheden en de verschillende omstandigheden (context) waarin ze deze kunnen inzetten. Het is hierbij belangrijk om klein te beginnen: in de wijk, bij de buren, in de winkelstraat of op bijvoorbeeld de sportclub. De VR AA heeft een uitgewerkt middelenpakket samengesteld. VR Groningen: Je hebt meer in huis dan je denkt (http://risicowijzer.groningen.nl/) De hulpverleningsdienst Groningen heeft vorig jaar campagne gevoerd waarbij het uitgangspunt is dat mensen eigenlijk heel goed zijn voorbereid op een ramp.7 Met deze aanpak ga je er vanuit dat mensen al veel in huis hebben: kaarsen, lucifers, verbandtrommel, batterijen (in kinderspeelgoed of afstandbediening), eten en drinken. Hier geldt wederom: door mensen buiten de gebruikelijke context te wijzen op de spullen in huis, blijken ze eigenlijk heel redzaam. We kunnen van deze campagne bijvoorbeeld de online risicowijzer overnemen, en deze koppelen aan de middelen die we op basis van Wat doe je? ontwikkelen. Een thema, diverse middelen, één verhaal, verschillende vormen. Buitenlanders noemen Nederlanders vaak een nuchter volk, laten we die nuchterheid weer terug halen, en in de risicocommunicatie uitgaan van de eigen kracht en verantwoordelijkheidsgevoel van de burger.
Doelgroepen en doelen via het HGA-model (Huidige situatie, Gewenste situatie, Actie)
In de communicatie richten we ons primair op de inwoners. Ze gaan inzien dat ze eigenlijk heel goed zelf weten wat ze kunnen en moeten doen, en wij gaan hen daar bij helpen. Door ze eraan te helpen herinneren. Daarnaast zijn er vele actoren, die in meer 7
Deze campagne heeft dit jaar de Galjaardprijs gewonnen van Logeion, beroepsvereniging voor communicatie, jaarlijks uitgereikt aan het innovatiefste, inspirerendste en (bewezen) effectiefste staaltje overheidscommunicatie.
Auteur: Madelon Noordover-Keulen, MNK Communicatie, in opdracht van Veiligheidsregio Haaglanden, september 2010
6
of mindere mate invloed uitoefenen op de beeldvorming, perceptie en informatievoorziening. In de bijlage staat het hele overzicht, hieronder beperk ik me tot de z.g. hoofdactoren (doelgroepen), in grote letters is het de hoofddoelgroep, in kleine letters de subdoelgroepen. Verder geldt dat voor risico’s, bedrijven, ongeval of incident altijd geldt dat dit met gevaarlijke stoffen is.
Actoren
Huidige situatie
Gewenste situatie
Actie*
Inwoners van Haaglanden
Hebben nauwelijks beeld van risico’s en eigen verantwoordelijkheid
Weten waar ze informatie kunnen vinden, en kennen hun handelingsperspectieve n ingeval van nood.
-Begrijpelijke informatie over risico’s beschikbaar stellen, vooral als een situatie verandert (natuurlijk moment) -Wat doe je? - Je hebt meer in huis dan je denkt
Inwoners bij LPG tankstations
Zijn zich bewust van de
Weten wat ze moeten en
-Wat doe je?
aanwezigheid van een
kunnen doen bij welk incident
- Je hebt meer in huis dan je
tankstation (actief dan wel
bij tankstation
denkt
passief) Inwoners bij buisleidingen
Hebben vaak geen idee wat
- Weten wat ze moeten en
- Wat doe je?
er onder de grond ligt, laat
kunnen doen bij welk incident
- Begrijpelijke informatie over
staan wat daar doorheen
met een buisleiding.
risico’s beschikbaar stellen
gaat
- Kennen de situaties waarin risico hoger wordt.
Inwoners langs routes
Zijn zich bewust van verkeer
-Weten wat ze moeten en
-Wat doe je?
gevaarlijke stoffen
en/of tankwagens
kunnen doen bij welk incident
- Begrijpelijke informatie over
Inwoners van Haaglanden die minder zelfredzaam zijn
Hebben een bepaald beeld van risico’s en eigen verantwoordelijkheid
-Weten wat ze moeten en kunnen doen bij welk incident. -Kunnen zich met hulp van omgeving in veiligheid brengen (thuis of elders)
- Begrijpelijke informatie over risico’s beschikbaar stellen, vooral als een situatie verandert (natuurlijk moment), aangepast aan doelgroep -Wat doe je? - Je hebt meer in huis dan je denkt
risico’s beschikbaar stellen
Minder valide mensen
-Hebben een bepaald beeld
-Hebben een totaalbeeld van
- Wat doe je?
van de risico’s en eigen
de risico’s en hun
- Je hebt meer in huis dan je
verantwoordelijkheid
handelingsperspectief
denkt
-Kunnen zich niet altijd goed
-Er is op maat informatie
- Informatievoorziening
voorbereiden vanwege niet
beschikbaar
aanpassen aan doelgroep
aangepaste informatie
-De omgeving heeft afspraken gemaakt over handelen in noodsituaties
Dove en slechthorende
-Hebben een bepaald beeld
-Hebben een totaalbeeld van
- Wat doe je?
mensen
van de risico’s en eigen
de risico’s en hun
- Je hebt meer in huis dan je
verantwoordelijkheid
handelingsperspectief
denkt
-Kunnen zich niet altijd goed
-Er is op maat informatie
- Informatievoorziening
Auteur: Madelon Noordover-Keulen, MNK Communicatie, in opdracht van Veiligheidsregio Haaglanden, september 2010
7
voorbereiden vanwege niet
beschikbaar
aanpassen aan doelgroep
aangepaste informatie
-De omgeving heeft afspraken gemaakt over handelen in noodsituaties
Blinde en slechtziende
-Hebben een bepaald beeld
-Hebben een totaalbeeld van
- Wat doe je?
mensen
van de risico’s en eigen
de risico’s en hun
- Je hebt meer in huis dan je
verantwoordelijkheid
handelingsperspectief
denkt
-Kunnen zich niet altijd goed
-Er is op maat informatie
- Informatievoorziening
voorbereiden vanwege niet
beschikbaar
aanpassen aan doelgroep
aangepaste informatie
-De omgeving heeft afspraken gemaakt over handelen in noodsituaties
Mensen die de NLse taal niet
-Hebben geen idee van
-Hebben een totaalbeeld van
Elke gemeente heeft een eigen
(of nauwelijks) spreken
risico’s of zelfredzaamheid
de risico’s en hun
groep niet-Nederlands
Kunnen zich niet altijd goed
handelingsperspectief
sprekenden, en daarmee ook een
voorbereiden vanwege niet
-Er is op maat informatie
eigen manier van benaderen. Ook
aangepaste informatie
beschikbaar
risicocommunicatie wordt hier
-De omgeving heeft afspraken
integraal onderdeel van, met
gemaakt over handelen in
inachtneming van culturele
noodsituaties
verschillen hierover.
*Bij actie geef ik nu alleen kort aan welke globale uitwerking of aanpak ik het beste zie aansluiten. Bij de uitwerking zullen dit concretere acties worden.
Middelen Na akkoord op de strategie, zal ik samen met een kleine werkgroep (uit de regiopool risico- en crisiscommunicatie) een uitvoeringsvoorstel maken waaruit een middelenmix volgt. Zowel Wat doe je? als Je hebt meer in huis dan je denkt! hebben diverse middelen. Op basis van de uitkomsten van het onderzoek en de te kiezen koers kiezen we hier een diverse middelen om uit te werken en te maken. De VRH werkt hierbij zoveel mogelijk uit en toetst de output bij de werkgroep.
Planning Actie Reacties op plan van aanpak
Aanpassingen plan Versturen aan Kennistafel Risicocommunicatie Relevant Bespreken tijdens in Kennistafel Risicocommunicatie Terugkoppelen reactie kennistafel Plan van aanpak gereed incl. middelenmix Communicatieplan versturen naar projectgroep Reageren voor definitief akkoord Inbrengen in AB VRH/DB SGH ter kennisname Start uitwerking
Wie Projectgroep
Madelon Madelon Madelon Madelon Madelon Madelon Projectgroep Madelon / Peter Kernteam van regiopool
Datum 18 oktober werd 21 oktober 21 oktober 26 oktober 2 november 3 november 4 november 4 november 15 november november 1 december
Auteur: Madelon Noordover-Keulen, MNK Communicatie, in opdracht van Veiligheidsregio Haaglanden, september 2010
8
Het onderzoek kan begin december plaatsvinden. Op basis daarvan kunnen we de planning voor het eerste kwartaal van 2011 afspreken en gaan uitvoeren. Budget Vanuit de programmafinanciering Externe Veiligheid (PUEV) van de provincie ZuidHolland is geld beschikbaar voor risicocommunicatie. • Van de campagne ‘Wat doe je’ kunnen we het concept overnemen en tegen productiekosten meedraaien. Dit komt neer op zo’n € 10.000,--/ € 15.000,-- voor deze campagne, afhankelijk van de middelen. • De kosten van een risicowijzer ‘U heeft meer in huis dan u denkt’ nog niet bekend. Ik ga er vanuit dat we het concept kunnen gebruiken en de productiekosten betalen. • Het uitwerken van de onderzoeksvragen kunnen we zelf doen, of laten doen. De verwerking kan via een (gratis) online tool (bijv. SurveyMonkey) • PM posten gelden voor het organiseren van bijeenkomsten, trainingen en brainstormsessies. Voor € 35.000,-- zouden we dan ook een goede uitwerking neer moeten kunnen leggen, ik verwacht dat dit haalbaar is.
Kritieke succesfactoren • • • •
Gedragen door alle gemeenten van Haaglanden: risicocommunicatie is taak van de VRH vanaf 1 oktober, maar zonder gedragen concept staan we nergens. Gedragen door de bestuurders van Haaglanden Allen houden zich aan de planning Budget is beschikbaar
Auteur: Madelon Noordover-Keulen, MNK Communicatie, in opdracht van Veiligheidsregio Haaglanden, september 2010
9