09
september 2005
bulletin Periodiek voor de Federatie van Nederlandse officieren en middelbaar en hoger burgerpersoneel bij Defensie (FVNO-MHB)
van de voorzitter
Stilte voor de storm
uit de inhoud 2 Gevolgen Zorgverzekeringswet
Op verzoek van de vier centrales om nu eindelijk eens te beginnen met de onderhandelingen over de CAO heeft het ministerie hen in juli uitgenodigd voor een vergadering over het concept wetsvoorstel van wijzigingen op de Militaire Ambtenarenwet (MAW). In het wijzigingsvoorstel zijn niet alleen de randvoorwaarden voor het Flexibel Personeel Systeem (FPS) opgenomen maar ook een groot aantal andere onderwerpen, zoals het invoeren van een urinetest, verdere inperking van de grondrechten door een inperking op collectieve acties, het invoeren van geïntegreerde gezondheidszorg en het verhogen van de LOM-leeftijd naar een moment gelegen tussen het 60e en het 65e levensjaar. De vier centrales hebben als voorlopig standpunt ingenomen dat het niet past dat de staatssecretaris onderwerpen, waarover instemmingsrecht bestaat volgens het besluit Georganiseerd Overleg (GO), opneemt in een wetswijziging zonder dat daarover overleg met de centrales heeft plaats gevonden. De staatssecretaris heeft als standpunt dat het wetgevingstraject een zaak van de regering en het parlement is en dat de centrales daar geen rol in spelen. Op deze wijze zouden de centrales dus buiten spel worden gezet. Op dit moment zijn de wederzijdse standpunten uitgewisseld en op heel korte termijn zullen de onderhandelingen echt beginnen. Als er geen water bij de wijn wordt gedaan is een conflict tussen de staatssecretaris en de centrales nabij. Een stormachtig najaar lijkt in het verschiet te liggen!
Nederlandse Defensie Academie Op 2 september jl. is het Academisch Jaar geopend van de Nederlandse Defensie Academie (NLDA), de organisatie, waarin het Instituut Defensieleer-
lid worden? www.fvno.nl
gangen, de KMA en het KIM zijn opgegaan. De integratie van deze instituten schept de voorwaarden tot het beter gebruik van de aanwezige kennis en ervaring. Om de hoge kwaliteit van onze Defensieorganisatie te handhaven blijft het van groot belang om de initiële en de vervolgopleidingen op minstens gelijk niveau te handhaven. In het kader van het toekomstige FPS kunnen officieren, die de Defensieorganisatie moeten verlaten, met een Bachelors of een Masters diploma gemakkelijker een vergelijkbare positie verwerven buiten de Defensieorganisatie. Ik hoop dat de staatssecretaris zijn plannen om uit bezuinigingsoverwegingen de Ba/Ma structuur te schrappen zal laten varen.
3 Onderhandelaarsakkoord FPU 7 CDC: BOT-functies vogelvrij 9 Vrijval spaarloon per 1 september 10 Stijging woonlasten 10,1% 15 Marinestudie 17 Zoetzuur 18 KVNRO bij FVNO 20 Ledenvoordeelpakket/lid worden
KVNRO van mening dat het tijd is om binnen het federatieve samenwerkingsverband van de FVNO de krachten te bundelen. Meer over de toetreding leest u op pagina 18 in dit Bulletin. H.A.Couzy Voorzitter
KVNRO-voorzitter lkol (R) ir. R.P. Peters en FVNO-voorzitter LGen b.d. H.A. Couzy bezegelen de aansluiting van de KVNRO bij de FVNO.
Aansluiting KVNRO Ik ben verheugd mee te kunnen delen dat de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reserve Officieren (KVNRO) besloten heeft als vereniging toe te treden tot de FVNO. Ik ben ervan overtuigd dat de versterkte samenwerking alle betrokken partijen ten goede zal komen. Samen met de FVNO is de
FVNO bulletin, september 2005
1
uit het georganiseerd overleg
SOD De Zorgverzekeringswet en de gevolgen voor u Onderstaande algemene informatie is afkomstig van het SZVK-bureau.
Binnenkort wordt de Zorgverzekeringswet (ZVW) van kracht. De verwachte invoeringsdatum is 1 januari 2006. Het onderscheid tussen ziekenfonds- en particuliere verzekering komt op dat moment te vervallen. In plaats hiervan komt een verplichte basisverzekering voor iedereen die in Nederland woont en/of werkt. Alleen de militair in werkelijke dienst is van de ZVW uitgezonderd. Deze militair blijft verzekerd bij de Stichting ZiektekostenVerzekering Krijgsmacht (SZVK). Een nieuwe stichting biedt aantrekkelijke ziektekostenverzekering onder de ZVW.
de basisverzekering. De aanspraken van deze verzekering worden vastgesteld door de overheid en zijn ongeveer gelijk aan het huidige ziekenfondspakket. De vergoedingen van deze basisverzekering liggen, in vergelijking met de SZVK- of uw huidige particuliere verzekering, op een lager niveau.
Het doel van deze nieuwe stichting is het afsluiten van een collectieve ziektekostenverzekering tegen een aantrekkelijke premie. Een aanvullende verzekering zorgt ervoor dat de vergoedingen op nagenoeg hetzelfde uitgebreide niveau blijven, zoals de huidige SZVK-verzekerden dit nu gewend zijn. Wanneer men geen gebruik kan maken van de ZVW zal door de nieuwe stichting een separate oplossing worden gezocht. Specifieke aandacht heeft in dit kader de positie van de postactieve militairen die in het buitenland woonachtig zijn. Defensie heeft aangegeven positief te staan tegenover dit project.
ZVW
Gevolgen Vanaf het moment dat de ZVW is ingevoerd mogen gezinsleden van de militairen in werkelijke dienst alsmede postactieve militairen en hun gezinsleden geen gebruik meer maken van de SZVK. Zij zijn dan verzekeringsplichtig en dienen zich aan te melden bij een zorgverzekeraar. Voor de burgermedewerkers van Defensie en de 65+ burgers & militairen geldt dat zij op dit moment hetzij verzekerd zijn voor ziektekosten via de Stichting Personeelsverzekeringen Defensie (SPD) dan wel individueel bij een zorgverzekeraar/ziekenfonds. Ook voor deze (voormalige) burgermedewerkers van Defensie en hun gezinsleden geldt dat zij vanaf het moment dat de ZVW is ingevoerd verzekeringsplichtig zijn en zich dan dienen aan te melden bij een zorgverzekeraar. De gevolgen daarvan voor de rechtspositionele regelgeving bij Defensie op het gebied van ziektekosten zullen door Defensie in overleg met de Centrales van Overheidspersoneel nader worden bezien. Onder de ZVW heeft iedereen recht op
2
FVNO bulletin, september december 2004 2005
Nieuwe stichting De SZVK zal zich na de invoering van de ZVW uitsluitend bezighouden met de ziektekostenverzekering voor de militair in werkelijke dienst. Op initiatief van het bestuur van de SZVK is in overleg met de centrales van overheidspersoneel besloten actie te ondernemen door een nieuwe stichting op te richten.
alleen militairen in werkelijke dienst blijven verzekerd bij de SZVK
Deze nieuwe stichting staat open voor: • de gezinsleden van militairen; • de postactieve militairen met een (wachtgeld-)UKW-uitkering; • de gezinsleden van postactieve militairen met een (wachtgeld-)UKW-uitkering; • burgermedewerkers van Defensie en hun gezinsleden; • 65+-burgers en militairen; • nagelaten betrekkingen, ongeacht of men bij een centrale is aangesloten of niet.
Momenteel zijn de SZVK en de nieuwe stichting volop bezig met het treffen van voorbereidingen die er voor moeten zorgen dat, op het moment dat de ZVW wordt ingevoerd, iedereen goed verzekerd blijft. Aan alle genoemde doelgroepen, met uitzondering van de militair, zal door de nieuwe stichting dezelfde aanbieding worden gedaan. In het najaar ontvangt u van de SZVK en de nieuwe stichting nadere informatie op maat. U kunt van uw huidige verzekeraar en mogelijk andere verzekeraars de komende tijd ook informatie gaan ontvangen. Het bestuur van de SZVK en het bestuur van de nieuwe stichting adviseren u deze informatie over het nieuwe collectieve contract af te wachten. Indien u in de tussentijd op de hoogte wilt blijven van de ontwikkelingen raden wij u aan om eens te kijken op www.szvk.nl en www.zorgaanzet.nl.
lid worden? www.fvno.nl
1
Onderhandelaarsakkoord FPU Per 1 januari 2006 treedt de wet VPL (VUT, Prepensioen en Levensloop) in werking. Deze wet verbiedt een pensioendatum vóór 65 jaar en daarom moest de FPU-regeling voor burgers van het ABP op de schop.
Gevolgen wet VPL Deze wetswijziging heeft indirect ook gevolgen voor de UKW voor militairen maar in het onderstaande wordt alleen ingegaan op de veranderingen voor de burger pensioenregeling. In de afgelopen maanden is in de Pensioenkamer tussen de overheidswerkgevers en -werknemers langdurig onderhandeld over aanpassing van de ABP-pensioenregeling. De werknemerorganisaties probeerden zoveel mogelijk de collectieve premie die nu betaald wordt aan FPU te behouden door deze over te hevelen naar een verhoogde opbouw van het ouderdomspensioen vanaf 65. De werkgeverorganisaties wilden juist een deel van de collectieve FPU-premie naar de sectorale onderhandelingstafels brengen voor een goede start en opzet van de levensloopregeling, en een ander deel wegbezuinigen. Bovendien was de omvang van de leeftijdsgroep (vanaf welke leeftijd) waarvoor de huidige FPU-rechten blijven gelden, een heet hangijzer.
Structurele regeling voor jongere deelnemers De nieuwe pensioenregeling gaat in op 1 januari 2006 voor eenieder die op die datum jonger is dan 56 jaar, oftewel geboren is ná 1949. Op die datum zal de bestaande FPU-regeling voor deze leeftijdsgroep komen te vervallen. De FPUrechten zijn zoveel mogelijk ingebouwd in de nieuwe pensioenregeling door het opbouwpercentage van het ouderdomspensioen (OP) te verhogen (van 1,9% naar 2,05%) en de AOW-franchise te verlagen (van € 13.000,- naar € 9.400,-). Door deze technische wijzigingen wordt over een groter bedrag meer pensioen opgebouwd. De verhoogde opbouw (boven de 70%) kan worden gebruikt om eerder dan op leeftijd 65 met pensioen te gaan. Bovendien is, om dit te bereiken, pensioenopbouw over reeds verstreken diensttijd ingevoerd. Het verschil tussen het hogere op te bouwen OP in de nieuwe regeling vanaf 2006 en het lagere OP in de huidige regeling en in het verleden, wordt voor de bovenbedoelde deelnemers die op 1/1/2006 deelnemer zijn in de ABP-pensioenregeling alsnog met terugwerkende kracht
FPU
Onderhandelaarsakkoord in Pensioenkamer Op 5 juli 2005 is in de Pensioenkamer het onderstaande akkoord bereikt. Het is een akkoord op hoofdlijnen. Nog niet alles is duidelijk. Er zijn nog werkgroepen bezig met de volledige juridische en actuariële technische uitwerking. Bovendien is fiscaal-juridisch nog niet alles duidelijk afgetimmerd. Wijzigingen in die regelgeving hebben mogelijk ook nog gevolgen voor het akkoord.
het is een akkoord op hoofdlijnen. Nog niet alles is duidelijk
cartoon downloaden? www.fvno.nl
lid worden? www.fvno.nl
FVNO bulletin, september 2005
3
en belastingvrij ingekocht. De inkoop van oude dienstjaren gebeurt over werkelijk bij de overheid doorgebrachte dienstjaren. Die inkoop gebeurt ook over de werkelijke dienstjaren die buiten de overheid zijn doorgebracht, maar die via waardeoverdracht naar het ABP zijn overgeheveld. Voor diegenen die op 1 april 1997 reeds deelnemer waren in de ABP-pensioenregeling geldt dat zij ook pensioen kunnen inkopen voorzover zij in dienst zijn geweest bij een werkgever die niet bij het ABP is/was aangesloten. Betrokkene moet wel kunnen aantonen dat hij gedurende die jaren daadwerkelijk in dienst is geweest bij een werkgever. Hier geldt dus dat hoe meer oude dienstjaren een deelnemer heeft, hoe meer door pensioeninkoop over die jaren het OP kan worden verhoogd. De inkoop van dat extra pensioen over oude dienstjaren wordt in de vorm van de collectieve doorsneepremie door alle deelnemers betaald. Volgens ABP-berekeningen leidt de verhoogde opbouw plus de inkoop oude dienstjaren er uiteindelijk toe dat na 40 dienstjaren in de nieuwe middelloonregeling een ouderdomspensioen is opgebouwd dat in veel standaardcarrières (bedoeld wordt een in tijd gelijkmatig oplopend dan wel een gelijkblijvend salaris) gelijk is aan 70% van het vroegere eindloonniveau. De regeling is dus in het voordeel van de deelnemer die veel oude dienstjaren kan inkopen. De in te kopen pensioenruimte wordt beperkt door de tot 1 januari 2006 collectief opgebouwde FPU-rechten. Individueel extra opgebouwde FPUrechten van een deelnemer die voor die extra opbouw heeft gekozen vormen geen beperking op de inkoop van oude dienstjaren. Ook individueel afgesloten oudedagsvoorzieningen zoals bijv. lijfrenteverzekeringen vormen geen beperking bij die inkoop. De minimumleeftijd waarop het vervroegde OP kan ingaan is 60 jaar. Deeltijdpensioen is ook mogelijk. Overgangsrecht voor oudere deelnemers Voor de leeftijdscategorie 56 jaar en ouder op 1 januari 2006, d.w.z. geboren voor 1950, én al op 1 april 1997 in dienst bij een werkgever die is aangesloten bij ABP, geldt deze nieuwe regeling niet.
4
FVNO bulletin, september december 2004 2005
Voor deze groep oudere werknemers geldt overgangsrecht. Voor deze groep blijven de huidige FPU-rechten incl. de ‘garantie’jaren bijna geheel overeind. De leeftijdsgrenzen in de wet VPL zijn hier opgezocht. Het overgangsrecht mag niet gelden voor nog jongere deelnemers. Er is hier wel sprake van 2 tot 3 maanden verhoging van de vroegpensioenleeftijd vergeleken met de huidige FPU-leeftijd. De onderhandelaars hebben gemeend dat ook deze groep een bijdrage moet leveren aan de versobering van het stelsel. Bovendien wordt de anti-cumulatie bepaling bij bijverdiensten in de FPU-periode aangescherpt. Als de optelsom van FPU-uitkering plus loon uit bijverdiensten meer is dan 90% van het laatstverdiende loon, wordt de FPU-uitkering gekort. Voor deze leeftijdsgroep blijft
het opgebouwde saldo van de levensloopregeling kan worden ingezet voor vroegpensioen het mogelijk om met (in dat geval verlaagd) FPU te gaan vanaf 55 jaar. De financiering van de overgangsrechten voor deze groep zal worden opgebracht door alle deelnemers aan het fonds. Voor alle duidelijkheid: De leeftijdsgroep geboren vóór 1950 maar pas in dienst ná 1 april 1997 valt niet onder het overgangsrecht. Deze werknemers worden op dezelfde wijze behandeld als de hiervoor bedoelde jongere leeftijdsgroep geboren na 1949. Voorwaardelijkheid aanspraken door inkoop oude dienstjaren De pensioeninkoop over oude dienstjaren geeft voorwaardelijke rechten tot 2023. Die voorwaardelijkheid betekent dat deze rechten onder bepaalde condities tot uitbetaling komen. Pas vanaf 2023 worden deze ‘ingekochte’ rechten onvoorwaardelijk voor diegene die dan nog deelnemer is. Gaat u echter als ABP-deelnemer eerder dan in 2023 met pensioen dan worden uw ‘ingekochte’ rechten ook onvoorwaardelijk op de dag van pensionering. Gaat u echter vóór 2023 bij een werkgever werken waarbij u geen pensioen opbouwt bij het ABP, dan verliest u alsnog deze ‘ingekochte’ pensioenrechten.
Levensloopregeling Voor deze regeling is vanuit de collectieve pensioenpremie 0,8% per jaar beschikbaar gesteld. Het opgebouwde saldo van de levensloopregeling kan worden ingezet voor vroegpensioen. Deze 0,8% bijdrage zal na 40 dienstjaren (32%) bij inzet als vroegpensioen uiteindelijk leiden tot een vervroeging van ongeveer 3 maanden bij een uitkeringsniveau van 70% van het laatste loon. De levensloopregeling zal sectoraal moeten worden vormgegeven. Hoe deze regelingen er uit gaan zien en hoeveel dan misschien de sectorale werkgever bijdraagt en hoeveel vroegpensioen dat dan oplevert, is nu niet te bezien. Het is bij wet mogelijk om een levensloopsaldo van maximaal 210% van het brutosalaris op te bouwen. Bij een uitkering van 70% per jaar van het laatste loon is dat 3 jaar vervroeging van de pensioenleeftijd. Financiering nieuwe regeling De totale premie die in de huidige regeling wordt betaald aan de FPU is 7,3% van het salaris. Hoe is die 7,3% nu ingezet in de nieuwe regeling? In de nieuwe structurele regeling gaat 2,75% naar de verhoogde opbouw van het ouderdomspensioen, er gaat 1,25% naar de inkoop oude dienstjaren en de overgangsregeling voor de leeftijdsgroep 56-plus kost 2,50%. Voor de levensloopregeling blijft dan 0,8% over. U ziet dat op die 0,8% na, de huidige FPU-premie is overgeheveld naar de nieuwe collectieve pensioenregeling. De ombuiging van de financieringsstructuur gebeurt dus budgetneutraal. Reeds lopende FPU-uitkeringen De afschaffing heeft natuurlijk geen gevolgen voor alle FPU-uitkeringen die zijn ingegaan vóór 1 januari 2006. Gevolgen onderhandelaarsakkoord: 1. De leeftijdsgroep 56 jaar of ouder op 1/1/2006 die op 1 april 1997 reeds in dienst was bij een werkgever aangesloten bij het ABP, is het best af met deze nieuwe regeling. De huidige FPUrechten blijven voor het overgrote deel bestaan, ook die rechten die op omslagfinanciering zijn gebaseerd. De werknemers behorend tot deze groep hebben een klein deel van de rechten Lees verder op pagina 6
lid worden? www.fvno.nl
1
A D V E R T O R I A L
Samenwerkingsverband FVNO en Prinsenland Adviseurs Geacht FVNO lid, Prinsenland Adviseurs stelt zich door middel van dit schrijven aan u voor en brengt de voordelen onder de aandacht die u als lid van FVNO bij deze samenwerking heeft. Als onafhankelijk intermediair op het gebied van financiële producten en verzekeringen heeft Prinsenland Adviseurs zich in het verleden gespecialiseerd in het geven van adviezen aan officieren en Cadetten van de Koninklijke Militaire Academie. Ons bedrijf is in 1989 opgericht door een oud-officier die na diens militaire carrière zijn sporen verdiende in de verzekeringswereld bij diverse verzekeringsmaatschappijen en intermediairs. De combinatie van de twee carrières heeft ertoe geleid dat Prinsenland Adviseurs sinds 1990 de officiële intermediair is van het Cadettencorps van de KMA. Alle leden van het Cadettencorps zijn via ons kantoor collectief verzekerd met een viertal privé-verzekeringen. Hieruit voortvloeiend hebben wij ook reeds vele officieren als cliënt mogen verwelkomen. Door onze specialisatie en het bedienen van één doelgroep is het mogelijk geweest verzekeringsproducten te ontwikkelen die zijn aangepast aan de beroepsspecifieke risico’s van een officier. Reguliere verzekeringen verlenen veelal geen dekking bij beroepsspecifieke situaties zoals een uitzending of oefening. Prinsenland Adviseurs heeft echter maatwerkverzekeringen ontwikkeld die deze specifieke beroepsrisico’s zoveel mogelijk afdekken. Denkt u hierbij aan een dekking voor privé-eigendommen of een ongevallendekking tijdens uitzending. Onze adviezen inzake uw hypotheek en pensioen zijn volledig aangepast aan uw functie bij Defensie. Zo maakt Prinsenland Adviseurs bij het aanvragen van een hypotheek geen onderscheid tussen een BBT en BOT officier. Officieren kunnen bij een plaatsing in het buitenland de hypotheek aanhouden en bijvoorbeeld de eigen woning verhuren. Tevens zijn wij volledig op de hoogte van uw pensioenregeling bij Defensie waardoor u op uw pensioendatum niet voor onaangename verrassingen komt te staan. Door de samenwerking met de FVNO waarbij wij continu op de hoogte worden gehouden van de veranderingen binnen Defensie zijn wij nog beter in staat u van een degelijk advies te voorzien. Wij verheugen ons op de samenwerking! M. Lubbe Directeur Prinsenland Adviseurs
www.prinsenland-adviseurs.nl lid worden? www.fvno.nl
Als defensiespecialist kunnen wij u voorzien van een goed advies dat naadloos aansluit op uw functie als officier. In samenspraak met de FVNO hebben wij een benefitpakket voor u ontwikkeld.
Ledenbenefits • FVNO officiershypotheek - Aankoopbegeleiding - Korting afsluitprovisie - Taxatierapport en notariskosten • Pakket Officier - Maatwerkverzekeringen • Autoverzekering met hoge kortingen • Pensioenservice - Jaarruimte berekening Meer informatie hierover kunt u terugvinden op onze website.
Maatwerk Als onafhankelijke intermediair zijn wij aan geen enkele bank of verzekeringsmaatschappij gebonden. Wij bemiddelen voor meer dan twintig banken en verzekeringsmaatschappijen. Wij laten gespecialiseerde producten ontwerpen die naadloos aansluiten op uw functie als officier. De producten worden bovendien met een hoge korting geleverd.
Prinsenland Adviseurs T: 010-4552500 F: 010-2204969 I: www.prinsenland-adviseurs.nl E:
[email protected]
FVNO bulletin, september 2005
5
zelf opgebouwd (vanaf 1997 gemiddeld € 4.500,-) en de rest wordt opgebracht door alle deelnemers van het fonds via omslagfinanciering. 2. De deelnemers van 56 jaar of ouder op 1/1/2006 die pas na 1 april 1997 in dienst traden bij een werkgever die was aangesloten bij het ABP behouden hun FPU-rechten niet. Zij krijgen te maken met het verhoogde OP door de verhoogde jaarlijkse opbouw door aanpassing van opbouwpercentage en AOW-franchise, en door de inkoop van OP over oude dienstjaren. De verhoging door het gewijzigde opbouwpercentage en de verlaagde AOW-franchise vanaf 1/1/2006 wordt door de deelnemer zelf betaald d.m.v. een verhoogde OP-premie (de FPU-premie is vervallen). De inkoop over de oude dienstjaren wordt betaald door alle deelnemers aan het fonds d.m.v. verhoging van de voor iedereen geldende doorsneepremie (omslagfinanciering). De inkoop gebeurt over een periode van 15 jaar. Deelnemers met veel oude dienstjaren hebben dus meer voordeel bij deze nieuwe regeling dan deelnemers met weinig oude dienstjaren. Als je net bij de overheid bent gaan werken en je neemt pas enkele jaren deel aan de ABP-pensioenregeling, dan is het voordeel minimaal. 3. De deelnemers die op 1 april 1997 reeds deelnemer waren maar die op 1/1/2006 nog geen 56 jaar zijn, behouden hun FPU-rechten ook niet. Dat wil zeggen dat zij in de structurele regeling vanaf 2006 meer pensioen opbouwen terwijl er ook pensioen wordt ingekocht over (overgedragen) oude dienstjaren bij het ABP. Daarnaast kunnen zij nog eens pensioen inkopen over de FPU-‘garantie’jaren als zij kunnen aantonen die jaren in werkelijke dienst bij een werkgever te hebben doorgebracht. 4. De deelnemers die op 1 april 1997 nog geen deelnemer waren en die op 1/1/2006 nog geen 56 jaar zijn, behouden hun FPU-rechten ook niet. Zij kunnen vanaf 1/1/2006 verhoogd pensioen opbouwen en pensioen inkopen over de werkelijke ABPdienstjaren, inclusief de dienstjaren die via waardeoverdracht bij het ABP zijn opgebouwd. 5. De werknemers die ná 1/1/2006 deelnemer worden wacht niets anders dan de opbouw van hun eigen
6
FVNO bulletin, september december 2004 2005
pensioen via de daarvoor zelf betaalde premie. Ook voor hen gelden de regels van de verhoogde OP-opbouw. Zij kunnen echter niet pensioen inkopen over oude dienstjaren. Zij betalen via de voor iedereen geldende doorsneepremie wel mee aan de financiering van overgangsrechten van de oudere deelnemers, (FPU-regiem en inkoop oude dienstjaren) maar zelf kunnen ze daar geen gebruik van maken. Conclusie De aanpassingen zullen hun doel niet missen. De jongeren dragen de zwaarste lasten omdat ze aan alle rechten van de ouderen moeten meebetalen. Zelf zullen zij in het algemeen minstens 40 jaar moeten werken om een fatsoenlijk ouderdomspensioen op te bouwen. Voor de meeste burger FVNO-leden geldt dat zij pas op latere leeftijd gaan werken en pensioen opbouwen omdat zij eerst een studie hebben gevolgd. Bovendien is het zo dat zij door hun gemiddelde loopbanen waarbij twee tot vier salarisschalen worden doorlopen, in een middelloonsysteem minder pensioen opbouwen dan in een eindloonsysteem. In veel carrières zullen zij met 82% (40 x 2,05%) van het middelloon (gemiddelde loon gedurende de gehele carrière) minder aan pensioen
FVNO-leden is het er dus niet beter op geworden. Van hen wordt veel solidariteit gevraagd met vooral de babyboomgeneratie. Het heikele punt in de solidariteit bestaat erin dat de jongeren gaan meebetalen aan vroegpensioenvoorzieningen van de ouderen, zonder daar zelf in de toekomst gebruik van te kunnen maken. Oftewel: nadat de babyboom-generatie met behoud van het FPU-overgangsrecht is vertrokken zal de gemiddelde pensioenleeftijd gaan stijgen! Als het nieuwe kabinet dan nog met een hogere AOW-leeftijd komt is het hek van de dam voor een hogere aansluitende pensioenleeftijd. CMHF Ledenraad Voor alle duidelijkheid: dit is een onderhandelaarsakkoord dat nog moet worden goedgekeurd door de achterban van de betrokken centrales. De CMHF Ledenraad hierover wordt gehouden op 29 september a.s.. De VMHB, de vakbond voor middelbare en hogere burgerambtenaren bij Defensie, aangesloten bij de FVNO, stelt dat het een onevenwichtig pensioenakkoord is geworden. De jongeren worden qua solidariteit zwaar belast. Gezien de leeftijdsopbouw van het ledenbestand zal de VMHB toch voor het akkoord stemmen. De les van dit akkoord is dat jongeren zich er niet van bewust zijn dat het niet (massaal) lid zijn van een vakbond dit soort gevolgen heeft.
voor de jongere burger FVNO-leden is het er dus niet beter op geworden
opbouwen dan met het eerdere 70% (40 x 1,75%) van het eindloon (laatstverdiende loon bij pensionering). Het is mogelijk om de opgebouwde aanspraken op nabestaandenpensioen om te ruilen voor vroegpensioen. Maar dat lijkt alleen zinvol voor alleenstaanden of als de partner ook zelf een goed ouderdomspensioen heeft. Bij volledige gebruikmaking van de levensloopregeling zal het waarschijnlijk toch nog zo zijn dat eerder dan 65 met pensioen tot de mogelijkheden behoort. Maar dan moet daar wel nog extra (individueel) geld voor op tafel komen want de collectieve FPU-premie is nu verdeeld. Voor de jongere burger
lid worden? www.fvno.nl
1
Wijzigingsvoorstel
Militaire ambtenarenwet 1931 In het overleg met de werkgever is onlangs de wijziging van de Militaire ambtenarenwet 1931( MAW) voor het eerst aan de orde geweest. Deze conceptwijziging is op 8 juli jl. goedgekeurd in de Ministerraad. Volgens de werkgever is deze wijziging noodzakelijk om de bijzondere positie van de militair nader vast te leggen. Defensie wijst hierbij naar de (mogelijke) beëindiging van de ambtelijke status. Door nu een aantal extra regelingen in de MAW op te nemen, wordt de bijzondere status voor de militair veilig gesteld, aldus de werkgever. Het gaat dan om: drugstesten, integrale zorg, UKW-leeftijd, up-or-out, verbod op stakingsacties, rechtspositie reservisten en afwijzing van een ontslagaanvraag.
In het overleg is nog niet gesproken over de inhoud van het voorstel. Wél hebben de centrales van overheidspersoneel aangedrongen op de juiste volgorde van het proces. De centrales zijn namelijk van mening dat in deze zaak het overeenstemmingsbeginsel van kracht is: overeenstemming met de centrales is vereist voordat de MAWwijziging naar de Raad van State en
Tweede Kamer kan worden gestuurd. De werkgever is echter van mening dat de centrales slechts adviesrecht hebben: ze mogen een advies bij het voorstel voegen. De centrales hebben aangegeven dat zij voor het zomerreces niet inhoudelijk over de MAW wensen te spreken. Na het zomerreces zal er eerst duidelijkheid dienen te worden verschaft of het adviesrecht dan wel overeenstemmingsbeginsel van kracht is voordat er inhoudelijk kan worden ingegaan op de verschillende wijzigingsvoorstellen.
Commando Diensten Centra
BOT-functies vogelvrij verklaard
BOT
In het recente verleden heeft de FVNO regelmatig aangegeven dat Defensie het financiële tekort wenst terug te dringen door het invullen van arbeidsplaatsen door goedkopere categorieën werknemers. Dit houdt in dat er bezien wordt of BOT-functies kunnen worden omgezet naar burger- dan wel BBT-functies. wordt gesteld dat het “omkatten” van Uit een intern CDC-document blijkt dat militaire functies gemakkelijk kan gehet CDC voortvarend aan de slag is geschieden omdat in functieomschrijvingaan om te kunnen voldoen aan het migen niet staat omschreven dat het een gratieplan CDC. Per 1 juli jl. is een beBOT-functie betreft. Het militaire funcperkte vorm van vacaturemanagement tieroulatiesysteem draagt er zorg voor binnen het CDC ingevoerd. Dit houdt in dat de komende 18 maanden een groot dat tot 1 januari 2007 voor alle vrijkoaantal vrijkomende functies door goedmende BOT- en burgerfuncties moet kopere werknemers kunnen worden worden bezien of het mogelijk is deze vervuld. Op deze wijze brengt het CDC functie te laten vervullen door een mehaar huishoudboekje (O:P:F) op orde. dewerker uit een goedkopere categorie. Voor BOT-functies geldt dat eerst In de brief wordt met geen woord gebekeken moet worden of er een BBTrept over de BOT-militairen die na het militair beschikbaar is. Als dit niet mogelijk is, dient er bezien te worden of er een burgerfunctionaris beschikbaar is. vervanging van Voor burgerfuncties geldt dat indien er een geschikte BBT-militair voorhanden is deze in aanmerking komt voor functietoewijzing. Het interne document geeft aan dat binnen het CDC reeds 400 functies zijn ingenomen door goedkopere werknemers. Met trots
lid worden? www.fvno.nl
ervaren BOT-ers door relatief onervaren BBT-ers kan niet eindeloos ongestraft plaatsvinden
vervullen van hun (paarse) functie veelal terugkeren naar hun krijgsmachtdeel. Het CDC is na het vervullen van de functie niet meer verantwoordelijk voor hen en legt het probleem bij het desbetreffende krijgsmachtdeel. De FVNO maakt zich grote zorgen over deze ontwikkeling. Naast het ondergraven van het functieroulatiesysteem - er zijn steeds minder beschikbare functies voor BOT-militairen - kan het vervangen van ervaren defensiemedewerkers door relatief onervaren BBT’ers niet eindeloos ongestraft plaatsvinden. Temeer omdat het CDC niet alleen staat in deze ontwikkeling. Óók binnen de DMO zal deze werkwijze veelvuldig worden toegepast. Tijdens de eerstvolgende Bijzondere Commissie CDC zal opheldering gevraagd worden over “het vacaturemanagement” van het CDC.
FVNO bulletin, september 2005
7
Aanwezigheidsdiensten toch (gedeeltelijk) werktijd? Eerder dit jaar schreven wij dat in september 2003 het Europese Hof van Justitie in het Jaeger-arrest heeft bepaald dat o.b.v. de EU-richtlijn over arbeidstijden, aanwezigheidsdiensten moeten worden gelijk gesteld met werktijd.
De rechtbank in Den Haag heeft vervolgens op basis van dat arrest recentelijk nog eens uitgesproken dat de bepaling in het Nederlandse Arbeidstijdenbesluit waarin wacht- of slaapuren gelijk worden gesteld met rusttijd, in strijd is met de jurisprudentie van het Hof. De Europese Commissie heeft intussen n.a.v. het arrest een minder vergaand voorstel tot wijziging van de EU-richtlijn ingediend. Inwerkingtreding daarvan laat nog wel even op zich wachten. Minister De Geus wil niet wachten en wil om onduidelijkheid te voorkomen vooruitlo-
pend op die wijziging het Arbeidstijdenbesluit aanpassen. Dat is dan wel een tijdelijke aanpassing omdat later het Besluit weer moet worden aangepast aan de officieel gewijzigde richtlijn. Het Arbeidstijdenbesluit moet bijv. worden aangepast omdat het een maximum werktijd van gemiddeld 48 uur per week oplegt. In sommige sectoren zoals brandweer en zorg en natuurlijk ook binnen Defensie, waarin consignatie- en slaapdiensten dan werktijd worden, wordt dat maximum overschreden. De Geus schrijft dat de mogelijkheden
van de ontwerp-EU-richtlijn zoveel mogelijk zullen worden benut om de financiële en personele gevolgen te beperken. Zo zal een opt-out-bepaling worden opgenomen. Dat houdt in dat met uitdrukkelijke instemming van de werknemer die 48 uur kunnen worden overschreden. Uitgangspunt van het wijzigingsvoorstel zal zijn om de daadwerkelijke invulling van werk- en aanwezigheidstijden zoveel mogelijk over te laten aan CAO-partijen. Dat ligt ook voor de hand omdat aanwezigheidsdiensten alleen kunnen worden opgelegd wanneer dat in de CAO is vastgelegd. In de komende CAO-onderhandelingen met Defensie hebben we dan nog een onderwerp waarover gesproken moet worden.
Koninklijke Marechaussee officieren geven aanzet tot een positieve
cultuurverandering Persbericht De Federatie van Nederlandse Officieren spreekt haar waardering uit over de wijze waarop de minister van Defensie de resultaten uit het "Rapport Staal" oppakt en de problemen serieus neemt. In de optiek van de FVNO vult het rapport Staal, waarin een beeld wordt geschetst van de huidige situatie waarin de Koninklijke Marechaussee zich bevindt, het beleidsplan KMAR 2010 aan in het bijzonder daar waar zaken op P-terrein duidelijk onderbelicht waren gebleven.
Kmar is een gemiste kans", aldus een aantal officieren van de Koninklijke Marechaussee."Laten we de goede elementen van de Marechausseecultuur koesteren maar met name de contacten met onze collega's van andere krijgsmachtdelen zoveel mogelijk intensiveren. Goede samenwerking met andere KMD-en en leren van ervaringen met ketenpartners zijn hierbij essentieel om de negatieve elementen uit de bestaande cultuur te elimineren", geven een aantal officieren aan. "We zien dit als een kans en onze rol als voortrekker van dit veranderingsproces moeten wij als leidinggevenden oppikken."
KMAR
Gesprekken met officieren binnen de Koninklijke Marechaussee bevestigen de resultaten op hoofdlijnen uit het rapport Staal. Officieren Koninklijke Marechaussee:"Er zal een duidelijke cul-
neel goed op te pikken. "Met name de
tuuromslag moeten plaatsvinden, in het bijzonder de stijl van leidinggeven zal hierbij een belangrijke bijdrage moeten leveren." De FVNO zal de Bevelhebber
De FVNO dringt aan op verdere uitbreiding en verbetering van de loopbaanmogelijkheden van haar kaderleden om te komen tot een goede ervaringsopbouw in een nieuwe Kmar-organisatie. Opleidingen binnen de Koninklijke Marechaussee mogen nooit gaan fungeren als sluitpost dus investeer in personeel met voldoende scholing in de competenties die er veelal al zijn. Als voorbeeld kan worden genoemd de Hogere Defensie Opleiding. "Een Hogere- en
der Koninklijke Marechaussee daar waar mogelijk terzijde staan en ondersteunen. Uiteraard moet hierbij in ogenschouw worden genomen dat de Koninklijke Marechaussee, gelet op de veelzijdigheid en uitvoering van bepaalde taken, bijzonder is binnen Defensie. Dit mag een open en verfrissende visie echter niet in de weg staan. Het is van belang om de signalen van het perso-
8
FVNO bulletin, september december 2004 2005
begeleiding van jongere kaderleden op startfuncties laat door de groei waar de Marechaussee mee is geconfronteerd de laatste paar jaren nog te wensen over".
Middelbare Defensie Vorming met een geringe deelname van officieren van de
Oud-bevelhebber van de landstrijdkrachten, generaal H.A. Couzy, zal als voorzitter van de FVNO gesprekken blijven voeren met het personeel van de Koninklijke Marechaussee en is ervan overtuigd dat in goede samenspraak met de leiding van de Marechaussee wordt gekomen tot het wegnemen van de bestaande knelpunten binnen de Kmar.
lid worden? www.fvno.nl
1
PENSIOENEN Vrijval spaarloon per 1 september
spaarloon
De staatssecretaris van Financiën heeft, vooruitlopend op een wetswijziging, besloten geblokkeerd spaarloongeld eerder dan de normale termijn van 4 jaar vrij te geven. In totaal gaat het om ongeveer € 4,5 miljard. Over het te deblokkeren geld hoeven geen belasting en werknemerpremies te worden betaald.
Het doel van vrijgave is de burger aan te zetten tot meer bestedingen zodat de economie daarvan kan profiteren. Hoeveel geld er nu echt geconsumeerd gaat worden is de vraag nu minstens de helft van het spaarloongeld vast zit in gekoppelde verzekeringen. Het zou bovendien heel goed kunnen zijn dat het geld wordt overgeheveld naar beter renderende gewone spaarrekeningen. Het gaat om het gespaarde spaarloon in de jaren 2001 tot en met 2004 dat in het besluit van de staatssecretaris op 1 september 2005 wordt vrijgegeven. Het spaarloongeld dat in 2005 is gespaard blijft dus geblokkeerd. De banken hebben reeds aangegeven dat zij een wettelijke grond voor deze deblokkeringsmogelijkheid willen zien. Aangezien de Eerste Kamer pas op 6 september a.s. de wetswijziging behandelt, zal de feitelijke deblokkering waarschijnlijk pas in de loop van september plaatsvinden. De banken hebben ook al aangegeven dat het individueel deblokkeren van de naar schatting 4 miljoen spaarloonrekeningen nogal wat extra werk oplevert, zodat om die reden ook al vertraging gaat ontstaan.
het is natuurlijk een noodgreep en voor de werknemer een sigaar uit eigen doos
Als het spaarloongeld na 1 september niet wordt doorgesluisd maar gewoon op de spaarloonrekening blijft staan, valt het onder een specifieke vrijstelling van box 3. Haalt u dat geld van de spaarloonrekening omdat u op een internet-spaarrekening meer rendement kunt maken, of gaat u ermee beleggen,
dan vervalt deze vrijstelling en betaalt u de box 3 vermogensrendementsheffing van 1,2% over het tegoed. Althans, als uw totale tegoed in box 3 hoger uitvalt dan de vrijstellingsgrens van € 19.522,per persoon. Voor fiscale partners ligt die grens op € 39.044,-. Het is dus een individuele kwestie van afwegen van belastingnadeel tegen rendementsvoordeel. Dit deblokkerings-idee is geboren in de zoektocht naar een aanjager van de economie en de lage binnenlandse bestedingen. Het is natuurlijk een noodgreep en voor de werknemer een sigaar uit eigen doos. Toch staan de vakcentrales er achter om de koopkracht op peil te houden en omdat de economie wordt gestimuleerd.
U hoeft niet over te gaan tot deblokkeren, u kunt dat doen. Vaak zal deblokkeren ook niet eens mogelijk zijn omdat het geld al eerder geoorloofd werd gedeblokkeerd voor bijv. de aanschaf van een eigen woning of de start van een eigen onderneming of juist de kinderopvang. Het geld kan ook zijn doorgesluisd naar een kapitaal- of lijfrenteverzekering, bedoeld voor opbouw van de oudedagsvoorziening. Het is in de meeste gevallen ook niet aan te raden deze langlopende verzekeringscontracten af te kopen. In verband met de kosten die verzekeraars dan in rekening brengen kost u dat geld. cartoon downloaden? www.fvno.nl
lid worden? www.fvno.nl
FVNO bulletin, september 2005
9
DIVERSEN Lokale woonlasten 2005: stijging van 10,1% De FVNO is als vakbond aangesloten bij de vakcentrale MHP. De MHP onderzoekt al sinds 1995 de ontwikkeling van de lokale lasten die huishoudens opgelegd krijgen, omdat ze huurder en/of eigenaar zijn van een woning. Het doel is vooral om inzicht te krijgen in de koopkrachtgevolgen en de koopkrachtverschillen.
Dit is steeds gebeurd op uitdrukkelijk verzoek van de eigen achterban. In de berekeningen is voor de gemeentelijke heffingen onder andere gebruik gemaakt van cijfers van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) en voor de waterschappen van het CBS. Hieronder vindt u de resultaten van het onderzoek over 2005. Inleiding De aanslagen van lokale overheden (gemeenten, waterschappen en provincies) spelen een belangrijke (negatieve) rol in de koopkrachtontwikkeling van huishoudens, omdat de stijging jaar op jaar ver boven de inflatie uitkomt. De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en het COELO vinden het reëel om de ontwikkeling van de heffingen te vergelijken met de groei van het bruto binnenlands product of met de groei van het beschikbaar inkomen. Als een dergelijke vergelijking voor alle lastenontwikkelingen zou worden gemaakt, betekent dit in feite dat de reële economische groei en de reële inkomensontwikkeling tot stilstand worden gebracht. Verwacht mag worden dat kosten van gemeenten, exclusief grote investeringen, in principe mee-ontwikkelen met de inflatie. Derhalve blijft ver-
gelijking met het inflatiecijfer de meest zuivere. De stijging van de lokale woonlasten komt in de afgelopen jaren ruimschoots boven het inflatiecijfer uit. De beleidsvrijheid van décentrale overheden leidt ook tot verschillen tussen de woonplaatsen onderling. Zo kan een huishouden binnen de ene gemeentegrens het dubbele bedrag aan lokale heffingen kwijt zijn ten opzichte van een huishouden in een andere gemeente. De consequentie hiervan is dat lokale heffingen bijdragen aan lokale en regionale koopkrachtverschillen. In deze studie zijn de lokale lasten voor 2005 in beeld gebracht. In 2005 zijn de lokale woonlasten onderhevig aan twee belangrijke wijzigingen. Ten eerste is dit jaar de zogenaamde 'Zalmsnip' afgeschaft. Ten tweede heeft er een hertaxatie van woningen plaatsgevonden. De aanpassing van deze WOZwaarde heeft een doorwerking naar een aantal gemeentelijke, waterschaps- en rijksbelastingen.
1. gemeenten: • onroerende zaakbelasting (ozb) • rioolrechten- reinigingsheffing / afvalstoffenheffing- (verminderd met de Zalmsnip of gemeentelijke heffingskorting) 2. waterschappen: • heffing op waterverontreiniging- ingezetenenheffing
lokale heffingen kunnen bijdragen aan lokale en regionale koopkrachtverschillen Afschaffing Zalmsnip In 2005 is de afschaffing van de Zalmsnip een belangrijke oorzaak van de stijging van de lokale lasten. De Zalmsnip was bedoeld als een jaarlijkse compensatie voor de hoog opgelopen gemeentelijke woonlasten. De Zalmsnip was van 1998 tot en met 2004 bedoeld als jaarlijkse compensatie voor de hoog opgelopen gemeentelijke woonlasten. De Zalmsnip, een bedrag van € 45,38 per huishouden, werd in mindering gebracht op de gemeentelijke belastingaanslagen. Deze is met ingang van 2005 dus niet meer als "vermindering lokale lasten op grond van art. 229d Gemeentewet" op de aanslag terug te zien. Wel verlenen 42 gemeenten nog op 'eigen kosten' een heffingskorting. In feite is het in die gemeenten een sigaar uit eigen doos, omdat de kosten van die heffingskorting moeten worden opgebracht door dezelfde belastingbetalers.
10,1% Lokale lasten in verband met wonen De provincies heffen geen belastingen die een rechtstreeks verband hebben met het gebruik en bezit van woningen. De volgende lokale heffingen hebben hier wel betrekking op, en zijn daarom meegenomen in de berekeningen:
Index voor ontwikkeling prijzen en lokale woonlasten (2000=100)
inflatie
10
FVNO bulletin, september december 2004 2005
lokale lasten
Consequenties hogere WOZ-waarde (hertaxaties woningen) De hertaxaties van woningen in verband met de nieuwe WOZ-waarde heeft tot gevolg dat de waarde van woningen in Nederland met gemiddeld 50,1% gestegen is (van € 134.000,- naar
lid worden? www.fvno.nl
1
€ 202.000,-). Dit heeft zijn doorwerking naar diverse belastingen en heffingen. Het gaat hierbij om de gemeentelijke onroerende zaakbelasting, de waterschapheffingen (zogenaamde 'omslag gebouwd-heffing'), het eigenwoningenforfait voor de inkomstenbelasting en de vermogensbelasting (vakantiewoning in box 3). Hoe hoger de vastgestelde WOZ-waarde, hoe meer betaald moet worden aan belastingen en heffingen. Tegelijkertijd zijn echter ook de tarieven die de WOZ-waarde als grondslag hebben, aangepast om de forse stijging van de WOZ-waarde enigszins te compenseren. Toch betaalt een gemiddeld huishouden per saldo circa € 50,- meer op jaarbasis aan belastingen als gevolg van de hertaxaties van woningen (gecorrigeerd voor inflatie en afgezien van de vermogensbelasting over een eventuele tweede woning in box 3 van de Inkomstenbelasting). Zie het overzicht “gemiddelde effecten hertaxaties woningen”. Gemiddelde lokale woonlasten 2005 In het overzicht helemaal linksonder wordt een samenvatting van de gemiddelde uitkomsten per huishouden in Nederland gegeven. De lokale woonlasten zijn per huishouden gemiddeld met 10,1% gestegen. Dit staat in schril contrast tot het verwachte inflatiecijfer van 1,25%. Lokale lasten verslechteren koopkracht De stijging van de lokale woonlasten slokt jaarlijks een deel van de koopkracht op. De koopkrachteffecten in de eerste helft van dit decennium zijn aanzienlijk groter dan begin jaren '90. In totaal hebben de lokale woonlasten in de afgelopen 15 jaar een gemiddeld koopkrachtverlies van bijna 3% opgeleverd, waarvan in de afgelopen 5 jaar 1,4% en in 2005 alleen al 0,4%. In 1998 werd er een zeer geringe koopkrachtstijging als gevolg van de lokale woonlasten gerealiseerd. Dit was te danken aan de invoering van de Zalmsnip. Zeven jaar later zijn de effecten van de afschaffing duidelijk merkbaar. De gemiddelde koopkracht daalt dit jaar met 0,4%. En dit in een tijd dat de koopkracht toch al fors onder druk staat. Doordat de overgrote meerderheid van gemeenten en waterschappen een kwijtscheldingsbeleid voert voor sociale minima, werkt de stijging van de
lid worden? www.fvno.nl
FVNO bulletin, september 2005
11
Hier is ook sprake van verborgen koopkrachteffecten, maar dan specifiek voor militairen. Conclusies De lokale heffingen zijn lasten, die de afgelopen jaren de koopkracht in negatieve zin hebben beïnvloed. In 2005 is dat extra voelbaar in de portemonnee van mensen, omdat de afschaffing van de Zalmsnip ertoe bijdraagt dat de aanslag voor gemeentelijke heffingen € 45,- extra hoger uitvalt. Terecht is er veel aandacht voor de ontwikkeling van de lokale lasten, omdat het netto-inkomen van mensen via de achterdeur wordt aangetast. Afgezet tegen de inflatie kan niet gesteld worden dat de lokale lasten zich beheerst hebben ontwikkeld in de afgelopen jaren.
Koopkrachtverlies als gevolg van lokale lastenontwikkeling 1990-heden
woonlasten niet tot nauwelijks door in de koopkracht voor deze huishoudens. Onderlinge verschillen worden groter De verschillen in lokale lasten tussen de gemeenten heeft ook effecten op de koopkracht van huishoudens. In 2000 was de verhouding tussen de duurste en goedkoopste gemeente om in te wonen 2,16. In 2005 is deze verhouding opgelopen naar 2,28. Hieruit blijkt dat de verschillen niet kleiner zijn geworden. Het gevolg is dat bij een modaal inkomen (ongeveer) van € 30.000,- de koopkracht tussen inwoners uit verschillende gemeenten, die verder in dezelfde omstandigheden verkeren, zelfs tot 4% uiteen kan lopen.
Daling koopkracht door woonlastenverhoging Defensie Met ingang van 1 augustus 2005 heeft Defensie het maximumbedrag voor inhouding huisvesting en het verreke-
de belangstelling zou zich niet alleen moeten beperken tot de hoogte van de lokale woonlasten
ningsbedrag voor inwoning, die de militair en de burgerambtenaar betalen wegens woongenot omhoog getrokken met 2,2%, zijnde de gemiddelde landelijke huurverhoging. Daarnaast zijn de verrekeningsbedragen voor verwarming, gas, elektrische energie en water aangepast aan de consumentenprijsindexcijfers van het CBS. Deze verhoging in percentages wordt geschreven in dubbele cijfers.
Maar de belangstelling zou zich niet alleen moeten beperken tot de hoogte van de lokale woonlasten. De onderlinge verschillen tussen de gemeenten verdienen die aandacht eigenlijk nog meer. De grote verschillen tussen de gemeenten kunnen er toe leiden dat de gemiddelde koopkracht in de ene gemeente 4% hoger ligt dan in de andere gemeente. Het pleidooi van de VNG om het lokale belastingbeleid uit te breiden zou de verschillen alleen maar groter kunnen maken. Als er nu een grote keuzevrijheid zou bestaan om van de ene gemeente naar de andere gemeente te kunnen verhuizen, zou er marktwerking tussen de gemeenten kunnen ontstaan. Maar bij het huidige tekort aan woningen, zal dit voorlopig een utopie zijn. Er is dus eerder reden om het lokale belastingbeleid aan banden te leggen en weer in handen te geven van de centrale overheid, dan wel bandbreedtes aan te geven waarbinnen de gemeenten belastingen aan burgers mogen opleggen.
10,1%
Afschaffing ozb Het kabinet is van plan om in 2006 het gebruikersdeel van de ozb af te schaffen. Dit is één van de maatregelen die zijn aangekondigd ter compensatie van de negatieve koopkrachteffecten van het nieuwe ziektekostenstelsel. Volgens de MHP zou dit eerder een compensatiemaatregel moeten zijn om de negatieve effecten van de lokale lasten in de afgelopen jaren zelf op te vangen. Het gemiddeld tarief voor het gebruikersdeel van de ozb is in 2005 € 1,83. Bij een gemiddelde WOZ-waarde van € 202.000,- komt dit neer op € 163,lastenverlichting per huishouden. Daarmee zouden we terug zijn op het niveau van 2002 (gecorrigeerd voor inflatie) en een koopkrachtverbetering krijgen van gemiddeld 0,75%.
12
FVNO bulletin, september december 2004 2005
Betaaldata 2006
De salarissen worden in 2006 op de volgende data overgemaakt: 24 januari 24 februari 24 maart 24 april 24 mei 23 juni
24 juli 24 augustus 22 september 24 oktober 24 november 21 december
lid worden? www.fvno.nl
1
Ledenvoordeel
FVNO en het bedrijfsleven: win-win Samenwerking tussen de FVNO en het bedrijfsleven kan wederzijds voordeel opleveren. Daar zijn meerdere goede voorbeelden van te noemen, zoals het huidige ledenvoordeel van de FVNO (zie de achterpagina), dat inmiddels al jaren bestaat. Het bedrijfsleven spint garen bij het maandelijks door de federatie in haar periodiek reclame maken voor de deelnemende bedrijven en de FVNOleden op hun beurt krijgen korting op de prijs van een of meer van hun producten.
Onlangs is het FVNO-voordeelpakket tegen het licht gehouden en dit heeft geleid tot uitbreiding ervan. Het belangrijkste oogmerk hierbij was de wervingskracht van de jonge FVNO te versterken en het ledental van de vereniging verder te laten groeien en daardoor sterker te staan in de behartiging van de belangen van haar leden. Naast de bestaande voordelen zijn onlangs nieuwe contracten afgesloten met de volgende vier organisatie: KNAC, Budget Rent a Car, VillaTour en het NRC Handelsblad.
FVNO-leden krijgen 5% korting op gepubliceerde tarieven voor het lidmaatschap op maat van de Koninklijke Nederlandsche Automobielclub o.v.v. kortingscode FVNO, bel 070-3831612. De Koninklijke Nederlandsche Automobielclub (KNAC) is opgericht in 1898. Het is een club voor mensen met liefde voor “de automobiel”. De KNAC werkt nauw met de ANWB samen. Haar ledental is weliswaar veel kleiner, maar haar hulpverleningsproducten zijn gelijk. De kracht van de KNAC is haar oriëntatie op de automobiel, haar exclusiviteit en daarmee ook haar bijzondere serviceniveau. De kracht van het aanbod is de exclusieve korting voor FVNO-leden voor een lidmaatschap op maat. Voor de KNAC is het geven van korting niet gebruikelijk, maar leden van de FVNO vormen voor de KNAC wel een gewenste doelgroep. De korting zit niet in het basislidmaatschap van de vereniging, maar in de uitbreidingsmogelijkheden, zoals onder meer die met het “classic car”-pakket.
FVNO-leden krijgen 12% korting op de gepubliceerde webtarieven autohuur buitenland van Budget Rent a Car o.v.v. kortingscode FVNO-99991, zie www.budgetprepaid.nl. Wie heeft niet af en toe in het buitenland een auto nodig? De kracht van de organisatie die bovenstaand aanbod doet, is dat er vrijwel geen “nee” wordt verkocht. De kracht van het aanbod is dat het een exclusieve korting betreft en wel op de gepubliceerde webtarieven en niet op zoiets vaags als standaardtarieven (ook wel rack rates geheten). Inmiddels hebben al een aantal FVNO-leden van deze aanbieding gebruik gemaakt. Het ligt in de bedoeling om in de toekomst aanverwante producten in het ledenvoordeel te betrekken.
FVNO-leden krijgen een substantiële korting op de gepubliceerde webtarieven van VillaTour o.v.v. kortingscode FVNO-7178, zie www.villatour.nl/FVNO en kijk ook elders in dit blad voor de exclusieve FVNO-maandaanbieding. VillaTour is een organisatie die als kernactiviteit accommodatie verkoopt en daarbij het vervoer kan leveren. Begonnen met accommodatie in Zwitserland en Oostenrijk bestrijkt haar product nu vele landen in Europa zowel in de goedkopere als in de duurdere sector. De kracht van het aanbod is dat VillaTour naast de “korting van 10-15% voor het standaardhuisje” ook hogere kortingen kan geven voor meer exclusieve accommodatie en daarnaast ook nog een exclusieve FVNO-maandaanbieding in haar pakket heeft.
lid worden? www.fvno.nl
FVNO bulletin, september 2005
13
FVNO-leden krijgen 25 % korting op een NRC Handelsblad webabonnement o.v.v. kortingscode FVNO-Z004, zie www.nrc.nl/FVNO. Maakt u veel gebruik van internet? Verblijft u regelmatig buiten Nederland? Het webabonnement van NRC Handelsblad is de ideale manier om goed en voordelig op de hoogte te blijven. Met een webabonnement kunt u de hele krant dagelijks on-line lezen in de originele opmaak. U krijgt toegang tot de archieven van NRC Handelsblad vanaf 1991 en tot een ander bolwerk van kennis, te weten de complete Encarta Winkler Prins Encyclopedie. De kracht van het aanbod is dat het een exclusieve pilot is voor de FVNO-doelgroep met een hoog kortingspercentage en een kwalitatief uitstekend product. De samenwerking met NRC Handelsblad is voor twee jaar aangegaan. In de toekomst zullen wellicht ook andere voor FVNO-leden interessante producten aan het aanbod worden toegevoegd.
A D V E R T E N T I E
AANBIE
DING!
Maandaanbieding voor oktober Exclusief voor FVNO-leden biedt VillaTour een verblijf gedurende een week in de Algarve te Portugal aan voor € 155,- per persoon. Deze prijs geldt bij vertrek in oktober. Bij vertrek in november zakt de prijs naar € 135,- per persoon. Aan FVNO-leden worden geen boekingskosten in rekening gebracht. In dit geval is voor FVNO-leden nog een extra korting van € 15,- per persoon beschikbaar. Toelichting. Het betreft hier een verblijf in een 4-persoons (verblijf derde en vierde persoon gratis) luxe appartement, mooi gelegen met zicht op zee. Een binnen- en een buitenzwembad evenals sportfaciliteiten zijn beschikbaar. De vlucht wordt uitgevoerd door Transavia van Rotterdam naar Faro. De prijs van de vliegticket is onder meer afhankelijk van de tijd tussen boeken en reizen (prijsindicatie circa € 195,- per persoon). Boeken. Voor vluchtinformatie en om te boeken zie www.villatour.nl, kies de optie “vliegtickets”. Hier kunt u zelf vlucht en verblijf boeken. Maak bij uw boeking wel melding van de code FVNO-7178. Meer informatie. Voor meer informatie zie genoemde website onder code-P8200/1 of bel 072-5760800.
14
FVNO bulletin, september december 2004 2005
lid worden? www.fvno.nl
1
FVNO Marine
Marinestudie Op 21 mei jongstleden bracht het NRC een achtergrondartikel van anderhalve pagina over het grote belang van zeestrijdkrachten (Robert Kaplan, 210505).
Op 24 mei, 4 dagen na het artikel van Kaplan, deed de minister van Defensie een belangrijke maritieme uitspraak. “Indien wordt gekozen voor een accent-
“Naarmate de economische invloed van de Europese Unie zich verder over de aardbol uitbreidt, zou Europa wel eens kunnen ontdekken, zoals de Verenigde Staten dat in de 19de eeuw hebben gedaan en de Chinezen op dit moment, dat het de zee op moet om zijn belangen te beschermen.
verschuiving in de taken van de Koninklijke Marine in de richting van de ondersteuning van het landoptreden, dan kan verdere verkleining van het aantal M-fregatten en de aanschaf van een oorlogsschip geschikt voor patrouilleren, onderscheppen en boarden verantwoord zijn”,
De zee zou de NAVO en Europa wel eens de beste mogelijkheid op een ware militaire toekomst kunnen bieden. En dat terwijl de alliantie op dit moment letterlijk en figuurlijk zeer zwak is. Om weer van politiek belang te zijn, moet de NAVO worden omgebouwd tot een militaire alliantie die er geen twijfel over laat bestaan dat zij elk moment bereid is om te vechten en te doden. Dat was haar reputatie gedurende de Koude Oorlog en de Russen hebben dat begrepen aangezien zij nooit tot de aanval zijn overgegaan.” Kaplan kwam tot zijn conclusies vanuit de definitie van wat hij ziet als hét centrale dossier van de komende decennia, te weten, de vraag op welke wijze de VS en China samen tot een machtsverdeling komen in het Pacific Theater. Alle andere vraagstukken van veiligheid en
economie zijn hiervan slechts een afgeleide, aldus Kaplan. In de afgelopen vakantiemaand heb ik maar één keer een krant gezien en het was gelijk raak: voor me lag toen een NRC die op de voorpagina uitgebreid verslag deed van een gezamenlijke oefening van China en Rusland. De foto die erbij stond, toonde een omvangrijke amfibische operatie met een groot aan-
het toenemend belang van zeestrijdkrachten wordt steeds beter begrepen
tal landingsvaartuigen, tot de rand gevuld met (Chinese?) zeesoldaten, op weg naar het strand. Waarom doen China en Rusland dat? Waarom kiezen twee grootmachten, wanneer ze samen gaan oefenen, voor een amfibisch scenario? Heeft die Kaplan dan gelijk? Ik leg die vraag maar aan u voor.
zo hield hij de Tweede Kamer voor in een tussenstand van de komende Marinestudie. En dat is een krachtige ministeriële uitspraak met het oog op de laatste ontwikkelingen, waarin het toenemend belang van zeestrijdkrachten steeds beter begrepen wordt. Met de bouw van het tweede amfibische LPD, met het versterken van onze zeesoldaten en met de vorming van een goede oppervlaktevloot doet Nederland mee in de frontlinies. En daar is onze plaats. Ik wens de Tweede Kamer veel wijsheid toe bij de behandeling van de komende Marinestudie.
KLTZ H. Pleijsier voorzitter KVMO
In Memoriam Het hoofdbestuur van de KVMO heeft de droeve plicht u in kennis te stellen van het overlijden van: H. Huijding, KLTZ b.d. († 13 augustus 2005) J.G. Kernkamp, KTZ b.d. († 14 april 2005) R. Woutering, LTZ 1 († 3 augustus 2005) G.I. Gordinou de Gouberville, LTZSD 2 OC b.d. († 6 juli 2005)
P.R. Calbo († 28 juli 2005) E.J. Mulder, LTZVK 2 OC b.d. († 28 juni 2005) F. de Blocq van Kuffeler, KTZ b.d. († 20 augustus 2005)
In Memoriam
Wij betuigen de nabestaanden onze deelneming en wensen hen veel sterkte toe.
lid worden? www.fvno.nl
FVNO bulletin, september 2005
15
KVMO Afdelingsactiviteiten Afdeling Zeeland Activiteiten tweede helft 2005 28 sep
Ontmoetingsborrel + maaltijd Locatie: Longroom M.K. Vlissingen Aanvang: 13.00 uur
19 okt
Afdelingsvergadering Locatie: Vergaderzaal M.K. Vlissingen Aanvang: 14.00 uur
17 nov
9 dec
Mosselavond Locatie: M.K. Vlissingen Aanvang: 18.00 uur
Opgaven voor deelname naar bestuurslid P. van der Laan, tel: 0118-602677 of
[email protected]
Winterbal Locatie: Longroom M.K. Vlissingen Aanvang: 20.00 uur
Hierover ontvangt u t.z.t. een aparte mailing.
64-jarigendag KVMO De jaarlijkse 64-jarigendag van de KVMO wordt dit keer gehouden op dinsdag 15 november 2005, op de Marinekazerne in Amsterdam. Aanvang 10.00 uur, einde 16.00 uur. De uitnodigingen voor deze dag zijn inmiddels verzonden. Mocht u geen uitnodiging hebben ontvangen en meent u daarvoor wel in aanmerking te komen, neemt u dan contact op met het secretariaat van de KVMO, tel. 070-3839504.
Te koop
Veteranen Op 30 juni 2005 heeft het Algemeen Bestuur van het Veteranen Platform (VP) – bestaande uit 37 verenigingen en ongeveer 150.000 veteranen – de heer A.H.P. Knoppien met overweldigende meerderheid gekozen als voorzitter. Het Dagelijks bestuur VP bestaat uit: Voorzitter A.H.P. Knoppien (KVMO) Vice-voorzitter A.J. Lok (NOV) Secretaris F.E. Rondel (UN Signal Bat.) Penningmeester W.F.J. Elgers (BL/BK) 2e secretaris J. Hazeu (Bond van Wapenbroeders) Directeur Tel. e-mail website
Mw mr. E. Brokking 0343-474101
[email protected] www.veteranen-platform.nl
Laren, NH: Hoekhuis 2-onder-1-kap, nabij dorpskern in rustige buurt. Kelder met cv-kachel, woonkamer L-vorm aan voor/zijtuin, moderne eetkeuken, toilet. 1e verdieping: 3 sl.kmrs met vw, complete badkamer. 2e verdieping: sl.k met vw. en kastenwand. Grote achtertuin op ZW, fietsenberging en garage. Vraagprijs € 535.000,00 k.k. Tel/fax: 035-5387093
Medezeggenschap
Medezeggenschapsverkiezingen CZSK Naam eenheid School voor Maritieme Vorming, Bedrijfsvoering en Onderwijskunde
16
FVNO bulletin, september december 2004 2005
Afkorting SMBVO
Kiesdatum 12-10-2005
lid worden? www.fvno.nl
1
FVNO Burgerpersoneel
Zoetzuur Vooruitlopend op het nieuwe parlementaire jaar begint onze regering nu zélf te “lekken” over de kennelijk gunstige vooruitzichten die ons te wachten staan. Het zuur hebben we achter de rug en de zoete tijden breken aan. We zullen er allemaal op vooruit gaan! De vraag is hoe dat precies moet worden uitgelegd, maar het zal toch in elk geval niet te verkopen zijn om ons ambtenaren van deze voorspoed uit te zonderen. Dat klinkt dan goed. Maar nog is de vraag wie er wat er op vooruit gaat en ten opzichte van wie of wat.
van onze nominale-nullijn-lonen ook getroffen door allerlei sterk verzwaarde lasten, waaronder de verhoogde premies voor het pensioen en het nabestaandenpensioen, als ook de steeds hogere lokale lasten.
jard was er voor allerlei koopkrachtverminderende maatregelen geen aanleiding geweest. Minder bekend is dat de opbouw van het kapitaalgedekte deel van de FPU bij het ABP nauwelijks enige vorm heeft gekregen, terwijl bij onder meer het PGGM dit vrijwel volledig is opgebouwd uit de arbeidsvoorwaardenruimte. Hierdoor zijn de “eigen” werknemers van deze regering (ABP deelnemers) ook bij de toekomstige vulling van de levensloopregeling weer onvergelijkbaar slecht uit.
zoetzuur
Bij gebrek aan een ander hanteerbaar ijkpunt moeten we dit - lijkt mij - interpreteren als verbetering van de koopkracht ten opzichte van de laatste “CAO”. Als dit werkelijk realiseerbaar (b)lijkt, dan moeten we dit onmiddellijk voor de komende tijd verwerken in het nu eindelijk weer opstartende “CAO”overleg. Maar ik ben bang dat dit lastig wordt. En wel omdat onze koopkracht sinds de vorige arbeidsovereenkomst enorm is verslechterd door een veelheid aan maatregelen, die grotendeels aan het kabinetsbeleid zijn te wijten. Behalve de uitholling van onze koopkracht door de inflatie is de koopkracht
lid worden? www.fvno.nl
Daar komt nu onder meer nog de invoering van het nieuwe ziektekostenstelsel bij, dat naar verwachting ook voor velen weer een aanzienlijke lastenverhoging zal opleveren, zeker nu kennelijk de door de werkgever te financieren bijdrage als belastbaar inkomen moet worden gezien.
Integrale benadering van de koopkracht Het is wél realistisch om bij onze inzet voor arbeidsvoorwaarden álle relevante elementen in beschouwing te nemen voor hun invloed op de koopkracht, zeker ook waar ze één op één voortkomen uit het kabinetsbeleid. Te veel nadruk op vooral de loonontwikkeling heeft de aandacht al te veel afgeleid van onder meer de afdrachten die de werkgever niet voor ons heeft gedaan. Bekend is de ruim 30 miljard gulden die we “per ongeluk” aan de regering zijn kwijtgeraakt bij de verzelfstandiging van het ABP. Mét die 30 mil-
Alle reden dus om met volle kracht de aankondiging van de regering op te pakken en te zorgen dat we er daadwerkelijk op vooruit gaan, met een integrale beschouwing van alle elementen die op die vooruitgang invloed hebben. Onze bewindslieden zullen ongetwijfeld loyaal aan hun eigen regeringsbeleid uitvoering willen geven. We moeten er echter wel zelf voor waken dat vooruitgang straks niet wordt uitgelegd als slechts een overgang van zuur naar eveneens conserverend zoetzuur. Wat zou dát bitter uitpakken...! T.M. Bousema Voorzitter VMHB
FVNO bulletin, september 2005
17
FVNO Reservisten
KVNRO wordt lid van de FVNO De Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reserve Officieren heeft zich op 25 augustus jl. aangesloten bij de Federatie van Nederlandse Officieren en Hoger Burgerpersoneel bij Defensie. Sinds de oprichting van de FVNO in juni vorig jaar werd al samengewerkt bij de belangenbehartiging. De KVNRO hecht sterk aan het behoud van de eigen identiteit van de vereniging en wilde daarom als vereniging lid worden van de federatie. Dat is in de afgelopen periode mogelijk gemaakt, waarna het Algemeen Bestuur van de KVNRO akkoord ging met de aansluiting.
18
FVNO bulletin, september december 2004 2005
De KVNRO wil met deze stap de belangenbehartiging van haar leden, en meer algemeen van de reserve-officieren van de Nederlandse krijgsmacht op een goede manier organiseren. De verschillende achterbannen van de KVNRO en andere verenigingen zijn de afgelopen jaren - door het opschorten van de
dienstplicht en het verkleinen van de krijgsmacht - sterk geslonken. Tegelijkertijd is het verschil tussen de groepen officieren kleiner geworden. De KVNRO denkt dan ook dat deze samenwerking alle betrokken partijen ten goede zal komen. Voor zaken die meer de groep reservisten en de reservistenverenigingen aangaan werkt de KVNRO samen met de AVRM in de NRFK. Die samenwerking gaat gewoon door en conflicteert niet met het FVNO-lidmaatschap.
lid worden? www.fvno.nl
1
in het kort Juridisch advies FVNO Het juridische team van de FVNO bestaat uit:
E-mailadressen: • algemeen • voorzitter • vice-voorzitter • secretaris • HSGO • medew. pensioenen • redactie bulletin
mr D. van Zoelen Tel.: 0182-617446 , Faxmail: 0842138245 E-mail:
[email protected]
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
in het kort
mr O.W. Borgeld Tel.: 023-5241524 , Fax.: 023-5443674 E-mail:
[email protected]
Bij voorkeur loopt de procedure in aanvang via de coördinator: drs. H. Pleijsier (vice- voorzitter FVNO) tel.: 070-3839504. In spoedeisende gevallen kan onder goedkeuring achteraf rechtstreeks contact worden opgenomen met één van de juridische adviseurs.
Het secretariaat van de FVNO is vanaf station Hollands Spoor en Den Haag Centraal Station te bereiken met tramlijn 9 (uitstappen halte Javastraat). Kopij voor het FVNO bulletin De kopij voor het oktobernummer 2005 dient uiterlijk op 15 september 2005 per e-mail of op diskette (WINDOWS 95/98, MS-Word 6.0/97) bij de redactie te zijn.
Adres secretariaat en redactie: Adres : Wassenaarseweg 2, 2596 CH Den Haag Tel 070-3839504, Fax 070-3835911 Website : www.fvno.nl
colofon
Colofon: redactie: H.A. Couzy, drs. H. Pleijsier, R. Annema, ing. M.E.M. de Natris, drs. M.A.M. Weusthuis, K.G. Spaans, mw. drs. M.L.G. Lijmbach (redactiesecretaris) en H. Boomstra (illustraties)
Lid worden ? Aanmelding Naam: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Voorl. . . . . . . . . . . . . . . . . . . M/V Huisadres: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Postcode/woonplaats: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Administratieve rol/functie: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Rang/schaal: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . E-mail: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Reg. Nummer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Soort lidmaatschap Contributie per maand Beroepsofficieren Kl, Klu, Kmar, Km € 8,00 Postactieve officieren, KMR’s, Officieren Kl, Klu, Kmar, Km en tevens lid van een belangenvereniging aangesloten bij een andere centrale € 5,50 Cadetten/Adelborsten/Aspirant officieren gratis Hoger burgerpersoneel werkzaam bij Defensie € 8,00 Plaats: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Datum: . . . . . . . . . . . . . . . . .
Handtekening:
Stuur deze kaart op in een gesloten envelop, zonder postzegel naar: FVNO, Antwoordnummer 93244, 2509 WB Den Haag
FVNO bulletin, september 2005
19
FVNO Ledenvoordeelpagina De FVNO heeft met diverse bedrijven collectieve voorzieningen afgesloten, die u extra voordeel kunnen opleveren! De inschrijfformulieren kunt u opvragen bij het secretariaat van de FVNO. Voor meer informatie over de bedrijven, de kortingen en de voorwaarden verwijzen wij u naar onze website www.fvno.nl • De korting van American Express hangt af van de soort kaart • Met de FVNO-Essotankpas ontvangt u bij Argos een forse korting op de literprijs
fvno-voordeel
• FVNO-leden krijgen 12% korting op de gepubliceerde webtarieven autohuur buitenland van Budget Renta Car
• Diners club biedt FVNO-leden haar kaart tegen een sterk gereduceerd tarief aan • De kortingen bij FBTO kunnen voor FVNO-leden oplopen tot 34% (op de autoverzekering)! • Fur Group geeft u 10% korting als u een website via de Fur Group realiseert
• Speciaal voor leden die naar de west worden uitgezonden heeft de FVNO een contract afgesloten bij Inter Assure • InterPolis geeft onder meer 10% korting op haar schadeverzekeringen • NIEUW!! FVNO-leden krijgen 5% korting op gepubliceerde tarieven voor het lidmaatschap op maat van de Koninklijke Nederlandsche Automobiel Club • Als lid kunt u de Mastercard creditkaart tegen een bijzonder tarief verkrijgen • NIEUW!! FVNO-leden krijgen 25% korting op een NRC Handelsblad Webabonnement
• Bij OHRA ontvangt u onder meer 20% korting op de autoverzekering • NIEUW!! Prinsenland Adviseurs voor maatwerkadvies op het gebied van verzekeringen, hypotheken en pensioenen afgestemd op uw functie bij Defensie (zie advertorial op pagina 5)
• Als lid profiteert u bij de Rabobank van de gunstige hypotheekvoorwaarden • Leden ontvangen o.a. 20% korting op niet originele The Phonehouse accessoires
• Unigarant biedt gratis de 2e graads repatriëringverzekering aan bij uitzending en deelname aan een operationele inzet buiten Nederland • NIEUW!! FVNO-leden krijgen een substantiële korting op de gepubliceerde webtarieven van VillaTour. Kijk ook op pagina 14 voor de exclusieve FVNO-maandaanbieding
A
N
T
W
O
O
R
D
K
A
A
R
Federatie van Nederlandse officieren
Ja ik word lid! Het lidmaatschap van de FVNO staat open voor: Het lidmaatschap van de Nederlandse krijgsmacht middelbaar en hoger burgerpersoneel werkzaam bij Defensie gewezen officieren bij de Nederlandse krijgsmacht militairen in opleiding
20
T