P
EN
HO
O
E D O ET LE
V
I
Bulletin Uitgave van Interkerkelijke Stichting Ethiopië/Eritrea
over ethiopiË en eritrea
nr. 37 • december 2012
Redactieadres: Wijk 4-102, 8321 GH Urk. Tel. 0527-682123 • Fax 084-8388817 E-mail:
[email protected] • www.isee-urk.nl Bank 45.11.15.627 • Giro 3901051 • ANBI 0070.45.396
Een tevreden voorzitter... Hoe gaat het met de Stichting. Dat is een vraag die ik toch regelmatig krijg. Nu zult u zeggen: ,,Ik weet al wat je dan antwoord, goed, natuurlijk”, want als voorzitter ga je niet zeggen dat het helemaal niet goed gaat. Maar daar ben ik het niet mee eens, want allereerst moet je altijd eerlijk blijven en ten tweede zal ik u eens een viertal zaken noemen die mij tot een positief oordeel over onze Stichting doen komen. Punt 1: Al die honderden vrijwilligers. Overal in het land waar ik kom bij werkgroepen is men positief en enthousiast. Sommigen al wel 10, 20 of 30 jaar lang. We doen nooit tevergeefs een beroep op iemand. Pas las ik een artikel dat ging er over dat de huidige maatschappij steeds individualistischer wordt. Men is steeds meer op zichzelf gericht. Wel: binnen onze Stichting merk ik daar gelukkig niets van. Punt 2: Sinds november 2010 hebben we, dankzij subsidie, een nieuw onderkomen kunnen betrekken. We krijgen nog steeds aanvragen van scholen, kerken, verenigingen en families voor een presentatie over ons werk of een rondleiding door de expositie of een workshop. De reacties die wij na afloop krijgen zijn onverminderd zeer positief. En dat geeft je weer extra energie om hiermee door te gaan. Punt 3: Ja, en als ik spreek over ons nieuwe onderkomen dan kan ik niet heen om 29 augustus jongstleden: De opening van de expositie van de werken van Worku en Barbara Goshu. Zelf vond ik dit een hoogte-
punt van het afgelopen jaar. Een prachtige zonnige dag, een internationaal gezelschap (Ethiopiërs, Eritreërs, Duitsers, Nederlanders en een Belg). De bedoeling van de expositie was om ook eens een andere kant van Ethiopië te laten zien en we konden dit realiseren mede dankzij een subsidie van het Prins Bernhard Cultuurfonds. De reacties waren zeer positief. Eerlijk gezegd hadden we niet verwacht zoiets op Urk te kunnen zien, was een vaak gehoorde reactie. De conservator van het wereldmuseum in Rotterdam (toch niet de eerste de beste) zei: ,, Jullie hebben hier een parel.” Bezoekers uit Swifterbant waren zo enthousiast dat zij een PowerPoint-presentatie hebben gemaakt van de expositie en deze toegestuurd hebben aan vrienden en bekenden. Worku heeft één van zijn schilderijen geschonken aan ISEE om te verloten. Deze verloting heeft het prachtige bedrag van 1.500 euro opgebracht. Barbara heeft twee iconen gegeven. Ook hiervan is de opbrengst voor onze Stichting. De twee iconen zijn te koop voor een minimumprijs van 250 euro. Eén icoon is al verkocht. Punt 4: De projecten. Ja en ook daar ben ik positief over. Wat wij horen uit Ethiopië en wat wij zien in Ethiopië, dan kan ik volmondig zeggen: Ja, de projecten lopen goed. Projecten die tot doel hebben om de armsten van de armen hoop te geven op een betere toekomst…
Ik wens u allen Gezegende Kerstdagen en een jaar waarin we veel mogen betekenen voor onze naaste, dichtbij of ver weg in Afrika. Gerrit Bos, voorzitter ISEE
Jubileumproject ISEE 2013:
Verbeteren Sayimana Borko basisschool Mijn naam is Ayano Burka en ik ben woonachtig in Veenendaal. Ik kwam 22 jaar geleden naar Nederland. In 2006 heb ik de stichting Borko opgericht (Borko, een bergdorpje waar mijn familie vandaan komt) en in 2009 zijn we als stichting begonnen met het idee om een kliniek te bouwen in het stadje Kofale op 6 kilometer afstand van het plaatsje Borko en 285 kilometer ten zuiden van Addis Ababa, de hoofdstad van Ethiopië. Het idee om een kliniek te bouwen kwam, doordat mijn moeder in het najaar van 2009 een hersenbloeding kreeg. Waar ze woonde was geen gezondheidspost in de buurt, waar ze snel terecht kon om eventueel de gevolgen ervan minimaal te houden. Als gevolg van de hersenbloeding is zijn deels verlamd geweest en heeft daarna nog ruim twee jaar geleefd. Ik wilde niet dat anderen hetzelfde lot als mijn moeder zou treffen en besloot een goed werkende kliniek in de buurt te bouwen. Ik kwam met ISEE op Urk in contact via CDI, een Ethiopische NGO, waar
ISEE mee samenwerkt. Om de bouw van de kliniek mogelijk te maken heeft ISEE 10.000 euro gedoneerd waar we erg danbaar voor zijn en daarmee hebben we de kliniek af kunnen bouwen.
Het jubileumproject: De Sayimana Borko basisschool is in 1977 opgericht op initiatief van mijn grootvader en in 1978 is met es geven begonnen. Sindsdien is er niets aan verbetering van de school gedaan en het verkeert in een heel slechte conditie. Ik ben heel erg blij en dankbaar en dat zeg ik ook namens de schoolkinderen, de ouders en de leerkrachten, dat ISEE de school gekozen heeft als jubileumproject, zodat de leerlingen en de hele omgeving trots op hun school mogen zijn en de leerkrachten extra gemotiveerd worden om hun werk te doen. De school heeft momenteel 790 leerlingen, 443 meisjes en 347 jongens. De schoolkinderen hebben geen goede schoolbanken en er is geen schoon drinkwater. Ook zijn er geen wc’s. Ze hebben ook geen opslagruimte om lesmaterialen te bewaren en de schooluniformen die ze hebben dragen ze dag in dag uit. Daardoor zijn ze erg vies en kapot. Omdat de ouders het geld niet hebben voor schoolboe-
ISEE bij start Kinderboekenweek
Urker meiden? Welnee: Ethiopische dames Urk - Je in Ethiopische stijl kleden is één, in het Ethiopisch zingen is een lastiger opgave. Een aantal meiden waagde zich eraan in de bibliotheek woensdagmiddag 3 oktober en het lukte na wat oefenen niet onverdienstelijk. In het kader van de Kinderboekenweek gaf Stichting Ethiopië/Eritrea, in de persoon van Ayano Burka, uitleg over het leven en het leren op een Ethiopische school. De Kinderboekenweek had dit keer als thema ‘Hallo Wereld’. Dit onderwerp werd ingevuld met het ontmoeten van andere culturen door middel van het vertellen van verhalen. En dat is nu precies wat de Stichting Ethiopië/Eritrea beoogd. 2
ken kunnen veel kinderen geen huiswerk maken. Daarom willen ze ook graag een schoolbibliotheek zodat ze op school huiswerk kunnen maken.
Spaarzegels voor jubileumproject Iedereen die in actie wil komen voor het jubileumproject kan natuurlijk zelf een manier bedenken om daar vorm aan te geven. Het is ook mogelijk om via de stichting spaarzegels aan te vragen en die te verkopen. Interesse? Bel naar kantoor (0527-682123) en de zegels komen naar u toe.
Zaterdag 29 september 2012
Werkgroependag in het teken van verbondenheid Zaterdag 29 september, in de sfeervolle zaal van De Koningshof verzamelen zich langzaam maar zeker de bezoekers voor de Werkgroependag 2012. Het programma is goed gevuld en bij de ingerichte stands is van alles te koop. De laatste loten voor het schilderij van Worku Goshu kunnen nog gekocht worden. Rie Kramer, vandaag de dagvoorzitter, opent om 10.00 uur de dag met het lezen van Jesaja 58 : 6-10. Deze dag is bedoelt om ideeën op te doen en elkaar te bemoedigen. Maar bovenal wil deze dag onze verbondenheid met onze medemens in Ethiopië benadrukken. Door de economische crisis en de daar uit voortvloeiende maatregelen zal het contrast tussen rijk en arm alleen maar groter worden. Een van die maatregelen is het korten op de begroting voor ontwikkelingssamenwerking. Ter illustratie van wat de stichting als drijfveer heeft om toch door te gaan vertelt Rie het verhaal van de zeester. Op een vroege ochtend, na een nacht van zware storm aan de kust, slenterde ik over het strand. Ik schrok vreselijk toen ik zag dat er tienduizenden zeesterren door de wind en de golven op het strand waren aangespoeld. De gedachte dat ze allemaal zouden sterven maakte me verdrietig. Wanhopig, omdat ik niets kon doen, ging ik op het zand zitten met mijn hoofd in mijn handen. Toen ik een geluid hoorde, keek ik op. Daar, in de verte, zag ik een man die bukte en weer opstond, bukte en weer opstond. Nieuwsgierig stond ik op en liep naar hem toe. Ik zag dat hij de zeesterren één voor één oppakte en ze in de zee teruggooide. ‘Wat doet u?’ riep ik. ‘Ik red de zeesterren,’ antwoordde hij. ‘Maar u ziet toch wel dat er tienduizenden zeesterren zijn?’ vroeg ik ongelovig. ‘Het maakt niet uit wat u doet.’ Hij reageerde niet maar bukte weer, pakte een zeester op en gooide die terug in het water. Toen glimlachte hij, keek me in de ogen en zei: ‘Voor die zeester maakt het wel wat uit.’ Rie besluit de opening met het gebed van Franciscus van Assissi
anders, maar dat kan komen doordat de datum van de Werkgroependag door omstandigheden een week eerder is dan anders. Hij noemt het 40-jarig bestaan van de stichting in 2013 en het daaraan gekoppelde jubileumproject. Daardoor komt hij op de veranderingen in Ethiopië door de jaren heen. Vooral het verpachten van land voor de verbouw van biobrandstof is een onderwerp dat heden ten dage veel aan de orde is. Aan de ene kant geven de buitenlandse bedrijven die het land pachten een impuls aan de economie en kan kennis gedeeld worden. En rond de gepachte gebieden ontstaan allerlei voorzieningen. Aan de andere kant leveren de verbouwde producten op
het land niets op voor de lokale bevolking, want alles gaat naar het land van herkomst van de pachters. Wat het voor-/nadeel van deze constructie is zal de toekomst uit moeten wijzen. Feit is, dat het goed gaat met het werk van ISEE • Er zijn vele vrijwilligers op een positieve manier bezig • Kerken, scholen en verenigingen komen naar het kantoor voor een lezing en/of workshop. De mensen reageren enthousiast • De expositie van het echtpaar Goshu was een hoogtepunt van het >>
Gebed van Franciscus Heer, maak mij een instrument van uw vrede. Waar haat het hart verscheurt, laat mij liefde brengen. Waar wordt beschuldigd, laat mij vergeving schenken. Waar verdeeldheid mensen van elkaar vervreemdt, laat mij eenheid stichten. Waar twijfel knaagt, laat me geloof brengen. Waar dwaling heerst, laat me waarheid uitdragen. Waar wanhoop tot vertwijfeling voert, laat hoop doen herleven. Waar droefenis neerslachtig maakt, laat me vreugde brengen. Waar duisternis het zicht beneemt, laat me licht ontsteken. Maak dat wij niet zozeer zoeken om getroost te worden, als wel om te troosten. Om begrepen te worden als wel om te begrijpen. Om bemind te worden als wel om te beminnen. Want wij ontvangen door te geven. Wij vinden door onszelf te verliezen. Wij krijgen vergeving door vergeving te schenken en wij worden tot eeuwig leven geboren door te sterven. Amen.
Voorzitter positief
St. Franciscus van Assisi (1182-1226)
Voorzitter Gerrit Bos merkt op dat er dit jaar wat minder bezoekers zijn dan 3
jaar. Met als doel een andere kant van Ethiopië te laten zien. Er was veel belangstelling bij de opening en de bezoekers reageerden positief. • Last but nog least, de projecten lopen goed. Doordat er in 2011 weinig projectaanvragen waren was er nog het nodige geld in kas. Dit jaar zijn er veel aanvragen, zodat de meeste gehonoreerd konden worden. Het budget is nu vol. En de handen kunnen uit de mouwen.
Jubileumproject Ayano Burka krijgt vervolgens het woord. Hij zal vertellen over het jubileumproject – het verbeteren van de Sayimana Borko basisschool. Ayano die in Nederland woont is zelf afkomstig uit het gebied waar de school staat. Al eerder (2009) is hij een project in deze omgeving gestart voor het bouwen van een kliniek. Samen met Cathrien de Brauw, die hem helpt waar zij kan, is het realiseren van een kliniek ontstaan toen de moeder van Ayano een hersenbloeding kreeg. Voor goede medische hulp moet ver gereisd worden, waardoor hulp soms te laat komt. ISEE heeft dit project ook gesteund. Ayano kwam in contact met de stichting door Mieso Nebi van CDI (jubileumproject Korbetti). Die vertelde hem dat de stichting niet alleen visserijprojecten doet, maar op allerlei gebied projecten ondersteund. Het jubileumproject gaat om het verbeteren van de school in het gebied die in 1977 is opgericht. De school die de armste kinderen de kans op onderwijs wil geven groeide van 20 kinderen naar een omvang van bijna 800 kinderen. Soms zitten er 80 tot 90 kinderen in een klas. Sinds de bouw is er geen onderhoud meer aan de school geweest en het lesmateriaal wordt niet vernieuwd of aangevuld. Er moet echt iets veranderen om de kinde-
Geschiedenis SNV
Eerst een stukje geschiedenis. De SNV komt voort uit het in 1963 opgezette Jongeren Vrijwilligers Programma, hetgeen een joint venture was tussen de Nederlandse overheid en enkele particuliere zich met ontwikkelingshulp bezighoudende organisaties. In 1965 ging deze over in de Stichting Nederlandse Vrijwilligers. Het doel van de organisatie was om Nederlandse vrijwilligers in derdewereldlanden te posten die daar kennis en knowhow met de plaatselijke bevolking in zuidelijke landen te delen, en om daar mensen bekend te maken met managementtechnieken. Gedurende de jaren 70 werd het duidelijk dat alleen het ontwikkelen van arme mensen in arme landen niet genoeg was; de Nederlander moest ook bekend worden gemaakt met het leed in de derde wereld. Derhalve kende de SNV aan het begin van de jaren 80 twee kerntaken: het sturen van personeel naar ontwikkelingslanden, en het voeren van een bewustwordingscampagne in Nederland. In de loop van de jaren 90 verschoof het accent van technische ondersteuning naar advieswerkzaamheden, met name op het vlak van armoedebestrijding. De organisatie drijft op subsidie van het departement-generaal Internationale Samenwerking van het Ministerie van Buitenlandse.zaken. Volgens afspraak voert SNV tot minstens 2015 taken uit in opdracht van het ministerie. De organisatie kent in 2010 zo’n 1400 medewerkers, en heeft jaarlijks zo’n 90 miljoen euro aan subsidie te verdelen. De overheidsfinanciering wordt de komende jaren geleidelijk afgebouwd. De subsidieverlaging is onderdeel van de algehele bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking zoals eerder in het Regeerakkoord werd vastgelegd.
ren goed onderwijs te blijven geven. Nieuw lesmateriaal is nodig en een bibliotheek met eenvoudige lesboeken. Niet alle kinderen kunnen boeken kopen en in de bieb kunnen ze dan hun huiswerk maken met het gebruik van de boeken die daar zijn. De sanitaire voorzieningen moeten ook nodig aangepast. Gescheiden wc’s zijn nodig, omdat jongens en meisjes vanuit hun cultuur niet naar dezelfde wc mogen. Door te lang ophouden van de behoeften kunnen allerlei kwalen ontstaan. Een wens is ook een waterpomp bij de school om de kinderen van drinkwater te voorzien. Ayano wil voor een langere periode naar Ethiopië om het project te begeleiden.
Stichting Nederlandse Vrijwilligers De laatste spreker voor deze ochtend is Johannis Leeuwenburg. Hij zal vertellen over zijn werk voor SNV (Stichting Nederlandse Vrijwilligers) tegenwoordig SNV Netherlands Development Organisation een voor 75% van overheidssubsidie afhankelijke organisatie die zich bezighoudt met ontwikkelingshulp. Het werk in Ethiopië begint voor Johannis in 1973 als daar grote hongersnood heerst. Als arts gaat hij naar het noorden van Ethiopië, naar Waldya in de regio Wollo. De werkzaamheden zijn in vijf van de twaalf 4
vluchtelingenkampen. In die tijd was er al contact met SOG Purmerend dat daar ook werkzaam was. Zij financierden een waterpomp. In de kampen heersten allerlei ziekten die veroorzaakt werden door luizen. Om dit tegen te gaan werd de kleding ontsmet. In de eerste weken overleden 30 tot 40 mensen per dag. Niet alleen in de kampen was behoefte aan medische zorg ook in het binnenland was hulp nodig. Veel patiënten waren te zwak om naar de hoofdweg te komen. Om hun te bereiken moesten tochten per muilezel ondernomen worden. Toen de voedselsituatie verbeterde bleef SNV werkzaam in Ethiopië en werd de focus gelegd op wegenbouw. De Nederlandse overheid zorgde voor de financiën en de SNV voerde het werk uit. Johannis werd projectleider bij de aanleg van een weg van 120 kilometer naar Lalibela. In het begin kregen de arbeiders als belo-
ning te eten, maar later werd hun loon betaald. In 1984 was dit werk klaar. SNV heeft een kantoor in Lalibela dat verschillende projecten onder handen heeft met onder andere, wegenbouw, landbouw (sinaasappelgaarden, ossen voor het ploegen) en het uitbreiden van een school. Tegenwoordig zijn er verschillende veldposten door Ethiopië die hun focus hebben op verschillende onderdelen van de landbouw (bijen, fruit, melkvee en oliezaden), watervoorziening en energieprogramma’s (biogas). Ook het organiseren van coöperaties behoort tot de taken. Door de bundeling van krachten staat het individu sterker waardoor er meer mogelijk is. De laatste jaren gaat Johannis nog regelmatig naar Ethiopië waar hij in het postacademisch onderwijs examinator is. Zijn slotopmerkingen over Ethiopië zijn: ,,de voedselzekerheid kan niet gegarandeerd worden. De bevolkingsdruk is enorm (van 1973 tot nu van 28 naar 85 miljoen) en het ontbreken van een eigen haven maakt het land kwetsbaar.”
Filmpje echtpaar Goshu Omdat er geen werkgroepen zijn die nog spreekruimte wilden wordt een filmpje vertoond over het leven en werk van het echtpaar Goshu dat in de maand september een tentoonstelling had in de expositieruimte van het kantoor van ISEE op Urk. Daarna is het tijd voor de lunch die weer zeer goed verzorgd is. Na de maaltijd zijn de stands in het andere deel van de zaal aan de beurt. Er is weer allerlei moois te koop en er worden goede zaken gedaan.
Commissie Landbouw en Techniek Deze werkgroependag staat bol van de informatie, want zelfs in de middag staat nog een presentatie op het programma. De commissie Landbouw en Techniek doet verslag van hun laatste reis. Frans Hollewand, sinds twee jaar lid van de commissie, is voor het eerst in Ethiopië geweest. ,,Het was een vermoeiende en indrukwekkende reis. Niet alleen door alle indrukken die je opdoet, maar ook om met eigen ogen te zien wat er bij de projecten gebeurt.” In Dembi Dollo, een afgelegen gebied zo groot als Nederland met zo’n 40.000 inwoners, wordt de organisatie Walda met een bezoek vereerd. De zaken zijn daar goed op orde. De waterputten die onder hun
beheer staan zijn allemaal in kaart gebracht, zodat bij problemen meteen de juiste put gevonden kan worden. Schoon drinkwater is belangrijk voor de algemene gezondheidssituatie in het gebied. Het vrouwenproject ‘Women Empowerment’ doet ook goede zaken. Zij verbouwen allerlei producten en verkopen die in een winkeltje. De opbrengst komt ten goede aan de gemeenschap. Koffie is ook een belangrijke inkomstenbron voor Dembi Dollo. Tijdens de oogsttijd is iedereen van jong tot oud betrokken bij de oogst. Doordat de boeren zich in coöperaties verenigen kunnen ze een hogere prijs voor hun koffie bedingen. Het groenteproject van SEDA in Ziway wordt ook bezocht. Door irrigatie zijn er in plaats van één, drie oogsten per 5
jaar mogelijk. De orginele pomp die bij de start van het project in gebruik is genomen doet het nog steeds. De ondersteuning van dit project is in 2003 gestopt en het is nu zelfvoorzienend. Bij Salu in Awassa, projecten voor blinden en gehandicapten, zijn voorbeeldtuinen aangelegd om te laten zien hoe zij hier zelf mee aan de slag kunnen. Proeven met melkkoeien bleken niet echt succesvol, de koeien gaven veel te weinig melk. Kippen houden werkt veel beter. Blinden houden zo’n drie tot acht kippen waarvan de eieren verkocht kunnen worden. In Debre Berhan is ook een succesvol vrouwenproject. De vrouwen hebben hun organisatie goed op de rit. In hun achtertuinen verbouwen ze groenten, ze houden kippen en er worden
>>
schapen vetgemest. Er is ook een winkel met een graanmolen waar graan wordt gemalen en verkocht. Ook worden energiebesparende oventjes (rocket stove) geïntroduceerd. Het gebruik van een rocket stove levert wel 50 procent brandstofbesparing op.
Twinkle met Lammy van Urk Na alle informatie is er tot slot nog een optreden van Twinkle. Lammy van Urk, dit keer zonder haar vaste begeleider Rob Brunekreef, brengt een aantal liederen ten gehore. Sommige zijn covers andere eigen producties. Alle gekozen nummers zijn qua inhoud goed gekozen bij dat waar de stichting voor staat - omzien naar elkaar -. De dag kon niet mooier afgesloten worden.
Winnaar schilderij Als laatste restte nog de trekking van de winnaar van het schilderij dat Worku Goshu geschonken heeft voor het werk van de stichting. Johannis Leeuwenburg die nauw betrokken was bij het opzetten de expositie en het echtpaar Goshu goed kent, mocht de trekking doen. De winnaar is Nelly Oost-Gnodde uit Urk geworden. Met deze handeling kwam een einde aan de Werkgroependag 2012. Rie Kramer wenste een ieder wel thuis.
De vrijwilligers van ‘het Winkeltje van Ethiopië’ Maandag 29 oktober zijn we ’s middags in het winkeltje voor een interview. Allereerst willen we natuurlijk weten waar de kleding zoal vandaan komt. Dat blijkt een grote variëteit aan plaatsen te zijn. De kleding komt natuurlijk uit Urk, maar ook uit Wolvega, uit Culemborg, uit Zalk, uit Oud-Beijerland en noem maar op. Als de kleding binnenkomt, wordt het naar boven gebracht, waar de winter- van de zomerkleding wordt gescheiden. Kleding die niet verkoopbaar is, of die niet verkocht wordt, gaat naar een opkoper en ook dat levert weer geld op. De kleding van het seizoen (dus nu winterkleding) wordt opgehangen, de rest wordt bewaard tot het volgende seizoen. Ook kerstkleding wordt er nu uitgehouden. In kleding voor speciale dagen, zoals kerst, hebben de dames van het winkeltje veel plezier. Dan wordt er een hele kerstcollectie verzorgd. Ze hebben ook het plan een Engelse week te houden. Daarvoor sparen ze dus allerlei kleding die aan dat criterium voldoet. Vooral maandag is werkdag. Dan wordt alle kleding zoveel mogelijk opgeruimd en wordt de boel schoongemaakt en weer klaargemaakt voor de verkoop. Grietje van Slooten is de vaste vrijwilliger in het winkeltje die zorgt voor de etalage en voor de paspoppen in het winkeltje. Het ziet er allemaal uit als in een boetiek. We vragen de dames of dit de enige plaats is waar kleding wordt verkocht voor de stichting? De werkgroep Wolvega verkoopt ook regelmatig kinder- en babykleding. We vragen met hoeveel vrijwilligers ze werken. Dat blijken er negentien te zijn. De oudsten van het stel zijn Willy en Marij en die doen dit werk ook het langst. Zij zijn begonnen, toen het winkeltje er nog niet was en alle kleding werd ingepakt en in elkaar geperst en daarna in grote containers naar Ethiopië werd verscheept. Willy maakt ook veel: ze 6
haakt en breit en maakt mooie poppenkleertjes. Liesbeth: ,,We hebben veel creatieve dames in ons midden.” Soms maken de dames van het winkeltje ook vermakelijke dingen mee. Bijvoorbeeld die keer, toen iemand zei: Waar is mijn jas? Die bleek verkocht te zijn. Als je in het winkeltje
bent, moet je je spullen bij je houden anders zijn ze verkocht. Grietje vertelt dat er op een keer een man was die de trouwjurk van zijn vrouw had gebracht. Later kwam hij terug en vroeg of de jurk er nog was. Zijn vrouw was not amused, maar de jurk was inmiddels verkocht. We vragen de dames naar welk project de opbrengst van het winkeltje gaat? Ze werken al jaren voor het Breakfastprogramma in Addis Abeba. Maar nu gaan ze voor het jubileumproject aan de slag. Bezoekers van het winkeltje willen ook meestal graag weten waar het geld van de verkopen naar toe gaat. Op de deur van de paskamer zit dan ook een grote poster met informatie over het project. De dames hebben ook een fooienpot, daar doen ze ieder jaar zelf wat leuks van. Koffiedrinken bij de Roos van Saron of zoiets. Ze werken ook niet allemaal tegelijk. Er is een rooster, zodat de tijd die besteed wordt aan het winkeltje voor iedereen behapbaar blijft. Maar iedereen heeft tenminste twee middagen in de maand dienst. Naast het werk in het winkeltje is er natuurlijk ook veel werk aan het
onderhoud en aan het wegbrengen van kleding die niet verkoopbaar is. Daarvoor zijn ook vrijwilligers. Klaas de Boer heeft hier heel veel voor gedaan. Henk van kantoor doet ook veel, maar die kan het alleen eigenlijk niet aan. Er is dus eigenlijk wel behoefte aan mankracht met een auto. Ook in het winkeltje zouden de dames wel wat nieuwe gezichten kunnen gebruiken, ook omdat de gemiddelde leeftijd oploopt. Jonge vrouwen zijn dus van harte welkom. Marie: Ik wil nog wel even dit zeggen: Ik kwam er als jongste in, maar ik heb me echt verbaasd over de energie van die zogenaamd ouderen. En we hopen ook echt dat het winkeltje nog meer in een behoefte gaat voorzien. We merken ook nu al dat er meer mensen van buiten Urk komen. Ze komen hier bijvoorbeeld uit Lelystad, uit Emmeloord, Kampen, Lemmer enz. En de mensen komen ook steeds terug. Ons blijkt uit alles dat de dames er veel plezier in hebben en wij hopen dat ze tot in lengte van dagen met het werk kunnen doorgaan. Stien en Rie
7
Klaas vertrekt... Wie volgt hem op? Klaas de Boer was de steun en toeverlaat van de dames van ons winkeltje Bet Tesfa. Elke maandag verzorgde hij het transport van de kleding. Maar ook het schilderwerk van ons nieuwe kantoor nam hij voor zijn rekening. Helaas… Klaas moest vanwege gezondheidsredenen stoppen met deze werkzaamheden. Klaas, ook vanaf deze plaats hartelijk dank voor je inzet voor de stichting. We wensen je nog vele goede jaren toe samen met Willy, je kinderen en kleinkinderen. Maar hoe moet het nu met het transport van de kleding? Daarom de volgende vraag: Wie kan de dames van het winkeltje helpen met het transport van de kleding? Wie kan ons wel eens helpen bij het schilderwerk? Wie kan ons helpen bij voorkomende klusjes? Heeft u interesse? Neem dan contact op met de voorzitter Gerrit Bos, telefoon 06-23994774.
Computeronderwijs Onderwijs moet de kinderen voorbereiden op de toekomst. Tegenwoordig moeten ze ook leren hoe ze met computers omgaan. Dat is bij ons in het westen zo, maar ook in Ethiopië. St. Mary’s School is een school voor voortgezet onderwijs in Addis Abeba. De leerlingen die de school bezoeken komen niet uit rijke gezinnen en dat kun je wel zien aan de school. Maar er wordt hard gewerkt om de leerlingen een goede training te geven. Zo wordt er ook computeronderwijs
gegeven. Door het gebrek aan computers kunnen de leerlingen er maar kort achter. Er zijn dus veel te weinig computers en die er zijn nog oud ook. En ja, geld voor meer en betere computers, je snapt het wel, dat is er niet. Veel ervaring krijgen de leerlingen op deze manier niet.
Tijdens een bezoek in 2011 konden we met eigen ogen zien wat de school met de beperkte middelen bereikt en zegden toe te kijken wat we konden doen. De Interkerkelijke Stichting Ethiopië/ Eritrea kon het afgelopen jaar met medewerking van het Deltion College uit Zwolle honderd tweedehands goed werkende computers gratis krijgen en versturen. Ze worden nu intensief gebruikt.
De regens in Ethiopië Volgens de kranten en de televisie lijkt het wel alsof het nooit regent in Ethiopië. Toch valt er ook in Ethiopië wel regen, maar niet zoals bij ons in Nederland. In sommige gebieden valt genoeg, in andere gebieden te weinig. En er zijn jaargetijden met (te) veel regen en jaargetijden met (te) weinig regen. Ethiopië is ongeveer dertig keer zo groot als Nederland. Het bestaat uit gebergtes, diepe dalen en hoogvlaktes. Het klimaat in de dalen is heel anders dan op de hoogvlaktes. Dan is het ook niet vreemd dat overal de regen anders is. Als je op die manier naar de regen kijkt kun je Ethiopië in globaal drie gebieden verdelen, bepaald door het aantal seizoenen.
Deze seizoen zijn plaatselijk bekend als de Belg (kleine regens in februari t/m mei), de Kiremt (grote regens van juni t/m september) en de Bega (droog van oktober t/m januari). De Kiremt is belangrijk voor 90 tot 95 procent van het voedsel. Droogte tijdens Kiremt kan leiden tot voedselonzekerheid. De Belg is dan wel minder belangrijk maar toch nog goed voor 5 tot 10 procent van de totale productie. In sommige kleinere hoogland-gebieden voorziet het voor 50 procent van de landbouwproductie.
Vier seizoenen juni-september en droog van november-februari), met een piek in de regenval in juli en augustus.
Drie seizoenen Twee seizoenen De westelijke helft van Ethiopië heeft twee verschillende seizoenen (nat van
Het centrale en het noord-oostelijke deel van het land hebben twee regenachtige periodes en een droge periode. 8
Het zuiden en zuidoosten van Ethiopië heeft twee verschillende droge periodes (december t/m februari en juli t/m augustus) en twee regenseizoenen (maart t/m juni en september t/m november). Hier is de Belg (de regens van maart t/m juni) het belangrijkste regenseizoen.