Beleid in uitvoering 2013 - 2014
Beleid in Uitvoering 2013-2014
Inhoud Inleiding
3
1 Algemeen
10
2 Schade
16
3 Leven
22
4 Zorg/inkomen
28
5 Bestrijding verzekeringscriminaliteit
32
6 Arbeidsvoorwaarden
36
7 Lidmaatschap van het Verbond
37
2
Inleiding Het Verbond heeft vier doelstellingen geformuleerd in zijn Middellangetermijnplan 2013-2016: • Geef een impuls aan het herstel van vertrouwen. • Zorg dat het kostenniveau van de sector daalt. • Creëer een nieuw perspectief en nieuwe marktkansen. • Ga op zoek naar nieuwe antwoorden op voor de sector existentiële vragen. Ronduit ambitieuze doelstellingen voor een sector in zwaar weer en voor een behoorlijk strakke periode. Want ook de verzekeringsindustrie moest dit jaar een voortdurende financiële crisis pareren. Daarbij kregen verzekeraars te maken met grote bewegingen en discussies op de pensioenmarkt en strengere solvabiliteitseisen in aantocht. Ook al is een ontwikkeling ten goede waar te nemen in individuele klantwaarderingen, al de veranderingen vertalen zich nog onvoldoende in een positief imago. De urgentie om door te gaan met de ingezette cultuurverandering, en om te blijven zoeken naar nieuwe mogelijkheden om zekerheid en veiligheid te bieden, blijft dus groot. 2013 was geen gemakkelijk jaar: veel lastige dossiers waarvan een aantal ook dit jaar zal doorlopen. Denk hierbij aan het nazorgbeleid bij beleggingsverzekeringen, uiteenlopende toezichtdossiers, Solvency, de regels voor het beloningsbeleid en de veranderingen op pensioenterrein en de woningmarkt.
De basis van vrijwel alle plannen en dossiers van de sector en van het Verbond wordt geschraagd door het Middellangetermijnplan 2013-2016. De uitwerking van de plannen is te vinden in twee programma’s: VerzekeraarsVernieuwen en VerzekeraarsVersterken. VerzekeraarsVernieuwen, dat vier jaar geleden is gestart, kreeg dit jaar een vervolg onder de noemer ‘Voor de klant telt alleen bewijs’. Het programma Verzekeraars Versterken omvat plannen en initiatieven om voor de sector structureel nieuwe kansen en nieuwe markten te ontdekken.
VerzekeraarsVernieuwen VerzekeraarsVernieuwen heeft als doel vertrouwensherstel bij de klant en stakeholders te bereiken. Sinds de start zijn door de branche en vooral door de individuele verzekeraars belangrijke stappen gezet. Het imago van de branche is sinds 2009 gestabiliseerd. Maar het moet en kan omhoog.
urgentie om door te gaan met ingezette cultuurverandering blijft hoog ‘Voor de klant telt alleen bewijs’ is fase twee van VerzekeraarsVernieuwen. In het vervolgprogramma verschuift de nadruk van zelfregulering naar het zichtbaar maken van de vernieuwing door individuele verzekeraars. Het vervolgprogramma moet op basis van het 3
Beleid in Uitvoering 2013-2014
fundament van de afgelopen jaren een duurzame verbinding leggen tussen de klant, de verzekeraar en de samenleving, met als gelijkblijvend doel een verbeterde reputatie en herstel van vertrouwen. Daarmee moeten vooral de inspanningen zichtbaar worden gemaakt die de sector de afgelopen jaren heeft geleverd en nog gaat leveren, en zo leiden tot positieve ervaringen bij de klant op het gebied van productkwaliteit en dienstverlening en een verbeterde klantcommunicatie. Tegelijkertijd wijdt het programma onverminderd aandacht aan de activiteiten die ingezet zijn in de eerste fase van VerzekeraarsVernieuwen. Denk aan het blijvend stimuleren van de cultuurverandering, het monitoren van mogelijk nieuwe prioriteitsdossiers, aandacht voor distributie en transparantie. Het Verbond helpt de vernieuwing in gang te houden door de leden waar mogelijk te ondersteunen, te inspireren en te faciliteren. Hoe zien we dit voor ons? 1. B lijvend stimuleren van de cultuur verandering
Herstel van vertrouwen vraagt naast een verbeterde productkwaliteit en dienstverlening ook om een cultuurverandering. Governance, mensen, waarden, cultuur en integriteit zijn daarin onlosmakelijk met elkaar verbonden. De sector stimuleert deze cultuurverandering door het organiseren van dilemmasessies met leden over de Gedragscode Verzekeraars en de opzet van het leiderschapsprogramma ‘VerzekeraarsVernieuwen; Connect & Impact’ door Nyenrode in samenwerking met het Verbond, dat in mei 2014 van start gaat.
4
2. Betere producten en dienstverlening
Eind 2013 is een groot consumentenonderzoek uitgevoerd naar wat consumenten verwachten bij eenvoudige producten. Daaruit blijkt dat consumenten veel behoefte hebben aan duidelijkheid over de dekking op hun polis en evenveel behoefte hebben aan duidelijkheid over hetgeen niet is gedekt. Geen ‘kleine lettertjes’ maar beknopte en eenvoudig geschreven polisvoorwaarden. Tevens hecht men veel belang aan de vergelijkbaarheid van verzekeringen. Dit moet veel gemakkelijker kunnen. Producten moeten daarom eenduidiger worden weergegeven. Op basis van deze informatie is het Verbond een project ‘Eenvoudige producten’ gestart om te komen tot een betere vindbaarheid, begrijpelijkheid en vergelijkbaarheid. De vergelijkbaarheid wordt vergroot door het vaststellen van de relevante kenmerken van een verzekeringsproduct, zodat deze op eenvoudige wijze weergegeven kunnen worden. De consument heeft dan beter inzicht in hetgeen wel en niet gedekt is en kan de producten onderling gemakkelijker vergelijken. In een pilot bij Inboedel wordt een model ontwikkeld waarmee per product de essentie van de dekkingskenmerken van een schadeverzekering wordt weergegeven. Ook de belangrijkste uitsluitingen krijgen daarin een plaats. Over dit onderwerp vinden regelmatig bijeenkomsten met de leden plaats. Ook met stakeholders wordt gesproken over de raakvlakken met de door hen gewenste standaardproducten. Het Verbond vindt dat het aanbieden van maar één (standaard)product niet in het belang van de consument is. De consument heeft recht op keuze en ook op relevante, begrijpelijke en vindbare informatie. Daarbij houdt hij zelf de
verantwoordelijkheid voor zijn keuze, maar moet daarin wel gefaciliteerd worden door de verzekeraar. Die moet de klant van correcte en begrijpelijke informatie voorzien. Het Verbond acht vanuit die optiek een standaardisatie van het productaanbod niet in het belang van de klant. Immers, de klantbehoeften zijn ook niet statisch en standaard, maar veeleer divers en dynamisch. Daarbij hoort een divers en innovatief aanbod. Dat aanbod moet dan uiteraard wel recht doen aan de behoefte van vindbaarheid, begrijpelijkheid en vergelijkbaarheid. Daarom spreken we liever van eenvoudige producten dan van standaardproducten.
consumenten vooral behoefte aan duidelijkheid over dekking Komend jaar zet het Verbond zich in voor de ontwikkeling van een ‘tool indicatoren nieuwe prioriteitsdossiers’. Daarmee wil het Verbond beter in staat zijn zelf mogelijke probleemdossiers tijdig te herkennen. Hiervoor is inmiddels een eerste inventarisatie gestart. Bovendien blijft het Verbond zich actief inzetten om de bestaande probleemdossiers zo snel mogelijk op te lossen. Ook zet het Verbond zich stevig in om de synergie te vergroten tussen de inmiddels meerdere programma’s op klantbelang (VerzekeraarsVernieuwen, programma Klantbelang Centraal van de AFM en het onafhankelijke Keurmerk Klantgericht Verzekeren) en het behoud van ondernemersvrijheid te borgen. Het Verbond heeft verschillende bijeenkomsten georganiseerd over thema’s als klantcommunicatie, aansturing medewerkers en ketenbeheersing. Ook is de
implementatie van het product approval review proces onderwerp van regelmatig overleg. 3. Betere klantinformatie
Goede informatie helpt klanten betere keuzes te maken. Het Verbond heeft wat dit betreft een breed palet aan initiatieven en activiteiten op de beleidsagenda. Zo stimuleert het de ontwikkeling van innovatieve concepten die vooral tot doel hebben individuele verzekeraars te inspireren. Als het gaat om trends in klantcommunicatie zijn persoonlijk contact en een toenemende digitaliseringbehoefte de kernwoorden. Het Verbond werkt daarom ook samen met de Pensioenfederatie aan verbeterde communicatie in de Pensioen 1-2-3. Met financiële hulp van het Verbond publiceerde Annemarie van Gaal afgelopen jaar het boek ‘Slim Verzekerd, stap voor stap door de kleine lettertjes’. Van dit boek zijn in 2013 ruim 2.400 exemplaren verkocht. In de tweede helft van dit jaar zal het Verbond een reeks bijeenkomsten organiseren over innovatieve klantcommunicatie. Financiële educatie is een belangrijke pijler binnen VerzekeraarsVernieuwen. Geïnvesteerd is in de uitbreiding en intensivering van financiële educatie om – samen met het platform Wijzer in geldzaken – de financiële weerbaarheid van jongeren te vergroten. Het Verbond vindt dat financiële educatie een vaste plaats moet krijgen in de kerndoelen/het curriculum van het onderwijs. En in de rekenmethode voor het primair onderwijs moeten verdiepingsthema’s worden opgenomen die betrekking hebben op het omgaan met risico’s en de financiële gevolgen ervan. Die thema’s komen weer terug in de Week 5
Beleid in Uitvoering 2013-2014
van het geld 2014, in gastlessen in de klas en in musea, en tal van andere educatieve middelen. Een van de middelen die het Verbond heeft ontwikkeld voor financiële educatie in het basisonderwijs is de musical ‘Als ik later groot ben’. Alleen al in de eerste helft van 2013 zijn 1.700 musicalpakketten aangevraagd door ongeveer twintig procent van alle basisscholen; ook zijn musicalpakketten aangevraagd vanuit het buitenland (Suriname, België, Zuid-Afrika). Het Verbond wil dat de consument door objectieve en transparante informatie goed geïnformeerd zelf de verantwoordelijkheid neemt om na te denken over zijn individuele verzekerings situatie en hierin bewuste keuzes maakt. Daarom wordt de website www.allesoververzekeren.nl herzien en geïntegreerd met www.allesoverdepolis.nl. Bovendien: transparante en integere informatie zijn cruciaal voor het vertrouwen in verzekeraars; de website is hiervoor het visitekaartje. Tools, beeldmateriaal en social media zullen een belangrijke rol gaan spelen. 4. Campagne ‘Fijn dat we verzekerd zijn’
Om de consument via een andere weg zich beter te laten realiseren hoe onmisbaar en tegelijkertijd vanzelfsprekend verzekeringen zijn, is medio januari 2014 de campagne ‘Fijn dat we verzekerd zijn’ van start gegaan. Televisiecommercials zullen komend jaar drie maal gedurende enkele weken worden uitgezonden. Ook worden radiocommercials met feiten en cijfers uitgezonden die duidelijk maken welke rol verzekeraars spelen in de Nederlandse maatschappij. De campagne is bovendien bedoeld om met de klant in dialoog te gaan over het nut en de waarde van verzekeren. 6
Om de consument zich beter/opnieuw te laten realiseren hoe onmisbaar, maar ook: hoe vanzelfsprekend verzekeringen zijn is begin dit jaar de campagne ‘Fijn dat we verzekerd zijn’ van start gegaan. De campagne bestaat uit tv- en radiospots die dit jaar in drie perioden van een paar weken worden uitgezonden. Ook worden commercials met feiten en cijfers uitgezonden om duidelijk te maken welke rol verzekeraars in de maatschappij spelen. De campagne is ook bedoeld om met de klant in dialoog te gaan over het nut en de waarde van verzekeren.
5. Meten is weten
Vertrouwensherstel kan alleen door goed te luisteren naar de klant en resultaten uit de onderzoeken mee te nemen in beleid. Het Centrum voor Verzekeringsstatistiek doet daarom verschillende onderzoeken. Afgelopen jaar is de tiende Consumentenmonitor uitgekomen. Ook worden onder de verschillende particuliere en zakelijke verzekeraars landelijke klanttevredenheidsonderzoeken uitgevoerd. In deze onderzoeken worden naast jaarlijks terugkomende vragen ook actuele onderzoeksvraagstukken meegenomen. De minister van Financiën heeft de sector gevraagd individuele KBC-dashboardscores openbaar te maken om de voortgang op vertrouwensherstel
VerzekeraarsVersterken
nologische, ontwikkelingen waar voor verzekeraars nog een hele uitdaging ligt, omdat ze een vergelijkbaar grote impact kunnen hebben: de ontwikkeling van het besteedbaar inkomen, de toenemende urbanisatie en veranderende immigratie, de wijziging van productieketens in combinatie met de opkomst van open innovatie.
Het programma VerzekeraarsVersterken is in 2013 goed van de grond gekomen. VerzekeraarsVersterken is bedoeld om kansen die in de toekomst voor de sector op het gebied van kostenbesparing/efficiency en nieuwe markten liggen, met meer urgentie te bekijken. Voor het programma vormt het TNO-rapport ‘Oog voor innovatie’ uit 2013 een belangrijke stimulans. Het rapport beschrijft de meest cruciale maatschappelijke en technologische trends en innovaties die op de verzekeringssector afkomen en er invloed op hebben.
De waan van de dag belemmert verzekeraars om voldoende toe te komen aan innovatie en/ of het nadenken daarover. Het Verbond heeft daarom de taak op zich genomen om de cultuur van innovatie in de sector te bevorderen. Daartoe is een begin gemaakt met het opzetten van een ‘Innovatielab’ met als doel innovatie aan te jagen, kennis en ervaring over sectorbrede innovatie te bundelen en de sector te inspireren. Met brede ‘trendavonden’ waarbij verzekeraars, deskundigen en stakeholders dieper ingaan op
inzichtelijk te maken. De sector blijft bij het standpunt dat deze dashboardscores zich daar niet voor lenen en werkt daarom aan een alternatief voorstel om deze voortgang op ‘Klantbelang centraal’ inzichtelijk te maken vanuit de sector zelf.
goede informatie helpt klanten betere keuzes te maken Het gaat daarbij om ontwikkelingen waarvan veel impact wordt verwacht, zoals de vergrijzing, de toenemende tekorten op de arbeidsmarkt, de flexibilisering van de arbeidsmarkt, de eurocrisis e.d. Denk ook aan vérgaande medische innovaties, waardoor de levensverwachting disruptief zou kunnen toenemen, de mogelijke gevolgen van de ontwikkelingen op het gebied van Big Data, Open Data en social media voor bijvoorbeeld risk management. Of aan de toename van cyber risico’s, waaruit kansen kunnen ontstaan voor de ontwikkeling van nieuwe, gespecialiseerde verzekeringen en schadehersteldienstverlening. Ook wijst het TNO-rapport op andere, niet-tech-
Een van de meest interessante nieuwe trends is die van ‘sharing’: het delen, gezamenlijk gebruiken van bezit en goederen. Dit met het oog op besparing en duurzaamheid. Green Wheels is hiervan een sprekend voorbeeld. Deze trend is relevant voor met name schadeverzekeraars. Het Verbond gaat deze trend nauwkeurig volgen.
7
Beleid in Uitvoering 2013-2014
de bedreigingen en kansen die de trends uit het TNO-rapport met zich meebrengen, houdt het Verbond het thema ‘innovatie’ actief in beeld. Een aantal urgente thema’s is al geïdentificeerd. Door het samenvoegen van databestanden ontstaan Big Data met een impact waarvan alleen nog maar een bescheiden voorstelling kan worden gemaakt – ook op de verzekeringssector. In een trendavond over Big Data zijn bijvoorbeeld de kansen en bedreigingen van deze nieuwe mogelijkheid verder uitgediept. Met Big Data kunnen verzekeraars mensen en bedrijven beter faciliteren door juist meer gebruik te maken van informatie over gedrag, en risico’s die daarmee verbonden zijn.
Zou het beschikbaar komen van steeds meer informatie er ook toe kunnen leiden dat verzekeraars hun manier van risico-inschatting moeten veranderen, zoals mogelijk het geval is bij het vaststellen van het langlevenrisico? Wat zou dat op termijn kunnen betekenen voor de rol van pensioenverzekeraars, van zorgverzekeraars? In elk geval een belangrijk thema om komend jaar nader op in te gaan. Een van de meest interessante opkomende sociaal-culturele trends ten slotte vormt sharing of collaborative consumption: het delen, gezamenlijk gebruiken van goederen met het oog op besparing en duurzaamheid. De trend is relevant voor met name schadeverzekeraars. Daarom gaat het Verbond deze ontwikkeling verkennen.
In schema: Sector
Vernieuwen
Versterken
Algemeen
Verbetering klachtenbehandeling
Uitrol rapport ‘Oog voor Innovatie’, trendanalyses in de maak
Vergroten naamsbekendheid Keurmerk
Oprichting Innovatielab
Toetsing naleving zelfregulering
Advies YAG over sector
Monitoring Commissie Verzekeraars
Inventarisatie nieuwe risico’s, bestaande risico’s anders verzekeren
Verhogen synergie tussen sector, AFM en STV
Onderzoek mogelijkheden poliskluis
Uitgave ‘Slim Verzekerd’
Onderzoek vermindering administratieve lasten
Ontwikkelen tool herkenning nieuwe prioriteitsdossiers
Haalbaarheidsstudie betere ketenintegratie
Systematische verbetering eenvoudige producten, herziening productwijzers
Uitrollen ‘Investeren in NL’ Herwaardering RMBS
Naleving Gedragscode, omgaan met cultuurverandering Good practices duurzaam beleggen
8
Sector
Vernieuwen
Versterken
Campagne ‘Fijn dat we verzekerd zijn’
Streven naar snelle Europees brede invoering Solvency II
Meten is weten
Invoering kostenbenchmark Sociaal MLT
Leven
Activering klanten beleggingspolissen Doorontwikkeling beschikbare premieregeling
Ontwikkeling pensioenvisie
Verbetering pensioencommunicatie
Mogelijk maken van pensioencontracten met meer flexibiliteit voor verzekeraars
Micropensioen ontwikkelingslanden
Kortetermijn incentives vinden voor borging van langetermijn financiële doelstellingen (vermogensvorming) Versterking positie verzekeraars in WGA/ lobby stelselherziening
Aanpak dossier polissen onvindbare begunstigden
Invoering algemeen pensioenfonds op basis van gelijk speelveld
Uitbreiden Protocol Stroomlijning Kapitaaloverdacht Schade
Standaardisatie schadevrije jaren
Onderzoek naar nieuwe risico’s als cyber, milieuaansprakelijkheid, mobiliteit, 3D printen, risicocumulatie, transportmarkt
Ongevalsregistratie door middel van Mobiel schademeldenapp
Centraal meldpunt schadeaangifte
Verbetering claimafhandeling bij aansprakelijkheid
Kantonrechter bij rechtsbijstand verzekeraars Werken aan Stelsel collectief regres Uitbreiden risicomonitor Safety Deals: rond woninginbraak en -overval, brandpreventie, verkeersveilig heid en spaakbeknelling
Zorg/inkomen
Combinatie zorg-sociale zekerheid
Onderzoek naar toegankelijkheid verzekeringsmarkt voor zelfstandigen
Onderzoek verzekerbaarheid AOV zelfstandigen
Inwerkingtreding convenant herbeoorde len WGA-gerechtigden door UWV op ver zoek van verzekeraars Wegnemen terugwerkende kracht bij koppeling WGA-vast en WGA-flex vanaf 2016
CBV
Monitoring fraude-aanpak Leven, Schade, Zorg Samenwerking publiek-privaat, CIS, UWV
9
Beleid in Uitvoering 2013-2014
1. Algemeen Op de website www.verzekeraars.nl/zelfregulering heeft de Gedragscode Verzekeraars als fundament van alle zelfregulering een prominente plek. We gaan met leden en stakeholders in gesprek over deze belangrijke regeling. Onlangs nog werd een bijeenkomst georganiseerd waarbij aan de hand van dilemma’s is gesproken over de concrete invulling en uitwerking van de 29 beginselen in de Gedragscode Verzekeraars. Hoe leden van het Verbond zich houden aan de zelfregulering wordt in een driejaarlijkse cyclus getoetst in een self assessment. Komend jaar richt het self assessment zich op de specifieke regelingen Gedragscode geïnformeerde verlenging en contractstermijnen en het Protocol transparantie voor uitvaartondernemers en uitvaartverzekeraars. Daarnaast zal een aantal verzekeraars steekproefsgewijs worden getoetst. De resultaten worden geanonimiseerd op de website gepubliceerd. Uit de rapportage over het self assessment 2013 van de Stichting toetsing verzekeraars blijkt trouwens dat de compliance sterk verbeterd is. De Stichting concludeert dat nagenoeg alle leden zich houden aan de getoetste regels. Het Keurmerk Klantgericht Verzekeren geeft aan dat een verzekeraar met dit stempel hoog scoort op dienstverlening in het belang van de klant. De Stichting toetsing verzekeraars werkt samen met het Verbond aan het verbeteren van de bekendheid van het Keurmerk. Bovendien worden de verschillende activiteiten in VerzekeraarsVernieuwen, het programma Klantbelang Centraal van de AFM en het Keurmerk Klantgericht Verzekeren van de Stichting beter op elkaar afgestemd. Dit moet ertoe leiden dat het de klant nog duidelijker wordt dat we alles op alles zetten om het vertrouwen te herstellen. Klachten vormen een belangrijk hulpmiddel om tijdig nieuwe verbeterpunten te signaleren. 10
Besprekingen tussen het Verbond en Kifid hebben ertoe geleid dat Kifid een klachtenanalyse maakt. Het Verbond kan aan de hand hiervan in 2014 trends en issues op basis van klachten en andere klantsignalen beter inzichtelijk maken.
Financiële educatie Het Verbond hecht er veel waarde aan dat het financieel inzicht bij de consument wordt vergroot. Financiële educatie vormt al een aantal jaar een speerpunt binnen het programma VerzekeraarsVernieuwen. Bij de verschillende activiteiten in dit kader werkt het Verbond nauw samen met het platform Wijzer in geldzaken. Zo werd het musicalpakket ‘Als ik later groot ben’ ontwikkeld voor groep 8 van de basisschool. In totaal zijn maar liefst 1.800 pakketten verspreid. Ook heeft het Verbond een aantal gastlessen ‘Fix je Risk’ gehouden op de basisschool. Daarvan ligt het zwaartepunt in de Week van het geld, waarin tal van medewerkers uit de verzekeringsbranche en van het Verbond zelf gastlessen hebben gegeven.
11
Beleid in Uitvoering 2013-2014
De leden van het Verbond hebben zich gecommitteerd aan een integere omgang met persoonsgegevens via de Gedragscode Verwerking Persoonsgegevens Financiële instellingen. Het Self Assessment 2013 liet zien dat de score op de naleving van de Gedragscode aanzienlijk is verbeterd ten opzichte van 2012, maar nog niet optimaal is. Het Verbond heeft daarom in 2013 het belang van naleving van deze Gedragscode nogmaals onderstreept. Partijen die niet voldeden, zijn benaderd om onduidelijkheden boven tafel te krijgen, en er is een nieuwe versie van het Model Zelfevaluatie opgesteld om de toetsing op naleving van deze Gedragscode te vergemakkelijken. Het Verbond zal ook in 2014 verder inzetten op bewustwording en naleving van de regels op het gebied van privacy. In Brussel en Den Haag blijft het Verbond hameren op een voor verzekeraars praktisch uitvoerbare privacywet- en regelgeving. Speerpunt daarbij is de komende ‘algemene verordening gegevensbescherming’, die het opsporen en tegengaan van verzekeringsfraude veel lastiger maakt, striktere eisen stelt aan de omgang met gezondheidsgegevens en hoge boetes met zich meebrengt. Goed bestuur draagt ook bij aan een herstel van vertrouwen in de sector. Dat doet de branche het liefst via zelfregulering met effectieve sanctioneringsmogelijkheden. Die zijn geformuleerd in eigen Governance Principes waaraan de leden van het Verbond gebonden zijn. Het Verbond heeft voor toezicht hierop een speciale, onafhankelijke monitoringcommissie in het leven geroepen. Komend jaar zullen de Governance Princi12
pes van het Verbond worden geëvalueerd. Ook een beheerst beloningsbeleid is goed voor het vertrouwen in de sector. Volgens het Verbond moet dat in lijn zijn met internationale ontwikkelingen. De belangrijkste nieuwe maatregel in dit verband is het voorstel van de maximering van de variabele beloning voor de gehele financiële sector in Nederland tot twintig procent van de vaste beloning. Deze maatregel vloeit voort uit het Regeerakkoord. Het Verbond maakt zich zorgen over de impact van deze regelgeving op het Europese gelijke speelveld en het vestigings klimaat van Nederland. Het Verbond is overigens gelukkig dat het voorstel van het kabinet niet is doorgegaan om alle medewerkers uit de verzekeringssector een eed/ belofte te laten afleggen en hier met individuele tucht op te sanctioneren. De eed/belofte wordt weliswaar uitgebreid, maar binnen redelijke proporties, en het tuchtrecht kan via zelfregulering sectorspecifiek worden ingericht. De verzekeringssector heeft immers een goed werkend tuchtsysteem. Wet- en regelgeving voor en over de sector nemen met de jaren toe, en de financiële crisis heeft dit proces geïntensiveerd. Compliance is daarmee een sleutelbegrip geworden in het dagelijks bestaan van verzekeraars. Het Verbond heeft al jaren een speciaal ‘Compliance portal’ beschikbaar voor alle leden, in het bijzonder voor compliance officers van verzekeraars. Het portaal is een belangrijke kennisbron. Het distributiestelsel ging op de schop. Eén jaar geldt nu het provisieverbod op complexe
en impactvolle producten. Daarmee kwam een einde aan elke vorm van sturing van het advies door de sector. De consument is intussen ruim bekend met het provisieverbod. Eind januari 2014 is bekend geworden dat minister Dijsselbloem een evaluatieonderzoek naar de effecten van het provisieverbod over een termijn van drie à vier jaar (2016/2017) voorziet. De minister wil niet te snel evalueren en vindt dat de markt eerst de ruimte moet krijgen om zich ‘te zetten’. Ook de AFM zit op die lijn. Het Verbond sluit zich daarbij aan. In de tussenliggende periode zal het
poliskluis voor meer transparantie over actueel verzekeringspakket Verbond thema’s die bij de leden of in de markt opkomen per stuk oppakken: • 2014-15: vinger aan de pols houden. Focus op de implementatie en het onderkennen van eventuele knelpunten. De leden worden gefaciliteerd in het vormgeven van de nieuwe relatie klant, adviseur en verzekeraar. • 2015-16: ‘meningsvorming’ op thema’s binnen de vereniging (focus intern). • 2016-17: voorbereiding op het evaluatie onderzoek van de minister (focus extern). Om te weten hoe de implementatie langs de verschillende thema’s loopt, zal er één keer per jaar (na de zomer 2014, 2015 en 2016) een poll onder alle leden van het Verbond worden uitgezet. Eveneens zal worden bezien of vragen in het lopend GfK-onderzoek onder verzekeraars kunnen worden meegenomen. Het Verbond wil daarnaast samen met Adfiz en
OvFD in 2014 een model samenwerkingsovereenkomst maken. Bovendien heeft het Verbond het initiatief genomen om samen met Adfiz en OvFD een protocol op te stellen voor het geval een intermediair failliet gaat. Dit om zeker te stellen dat de klant op zo’n moment niet tussen wal en schip valt. Om de leden te ondersteunen in de transitie en het vormgeven van de nieuwe relaties in het nieuwe stelsel, zullen ledenbijeenkomsten/ webinars worden georganiseerd. De website www.verbondoverdistributie.nl zal worden gemoderniseerd. Consumenten hebben gemak bij een centraal punt waar zij kunnen zien welke verzekeringen zij hebben en bij wie/wanneer ze die hebben afgesloten. Het Verbond gaat daarom een haalbaarheidsstudie doen naar zo’n informatiepunt: een digitale poliskluis. Deze poliskluis moet als informatieportaal leiden tot meer transparantie voor de consument in zijn actuele verzekeringspakket. De website biedt ook algemene informatie over verzekeringen, de consument kan er adreswijzigingen doorgeven aan al zijn verzekeraars en direct doorklikken naar de persoonlijke digitale omgeving van zijn verzekeraar(s) om wijzigingen door te geven, een nieuwe polis af te sluiten of om claims in te dienen. De ministers van EZ en BZK hebben eind vorig jaar het plan gepresenteerd om betrouwbare identificatie op het internet te stimuleren door een eID-stelsel in te richten. Daardoor kunnen op termijn veel meer transacties betrouwbaar geheel online plaatsvinden, zowel tussen overheidsorganisaties, burgers en bedrijven, als tus13
Beleid in Uitvoering 2013-2014
sen bedrijven en hun klanten. De klant kiest zijn eigen (inlog)account. Hierdoor is er geen digitale sleutelbos meer nodig. Verzekeraars kunnen via het eID-stelsel ook snel de identiteit van hun klant vaststellen. Het Verbond voert overleg met de overheid om vanuit verzekeraars aan te geven welke behoeften er zijn, wil het eID-stelsel gaan vliegen. Goed uitgevoerd kan dit de branche veel kosten besparen. Mocht het ID-stelsel niet goed of snel genoeg komen, dan heeft het Verbond in samenwerking met Sivi een alternatief achter de hand in de vorm van ID-Verzekerd. Ten gevolge van de financiële crisis is het met name voor het midden- en kleinbedrijf moeilijk om krediet te krijgen. De behoefte aan investeringskapitaal neemt toe. Tegelijkertijd beheren verzekeraars grote kapitalen. De sector zoekt dus manieren om meer te kunnen investeren in de Nederlandse economie. Daarbij ligt de focus op het midden- en kleinbedrijf, het verlichten van de problemen op de woningmarkt en investeren in infrastructuur. Samen met andere partijen heeft het Verbond daarom het initiatief genomen voor een speciaal fonds waaruit het mkb kan worden gefinancierd.
De sector zoekt naar manieren om meer te kunnen investeren in de Nederlandse economie, met name gericht op de financieringsproblemen van het midden- en kleinbedrijf, de woningmarkt, infrastructuur, duurzame energie en de combinatie wonen, zorg en pensioen. Het kabinet toonde zich positief over dit streven van het Verbond. Eind januari 2014 heeft een groep van negen verzekeraars een lening van 30 miljoen euro verstrekt aan Qredits, een kredietverstrekker zonder winstoogmerk die (startende) ondernemers helpt met advies en financiering. Later in 2014 volgt een tweede fonds voor het kleine en middelgrote mkb. De negen verzekeraars hebben de intentie uitgesproken om 170 miljoen euro te investeren in het mkb. Financiële crisis
Europa wil een Financial Transaction Tax (FTT), maar het Verbond verzet zich daartegen, onder meer vanwege de nadelige gevolgen daarvan voor de Nederlandse economie, dus aan het eind van de lijn: voor de Nederlandse verzekerde. DNB heeft in 2012 al becijferd dat de FTT de financiële sector circa 4 miljard gaat kosten. Kan de verzekeringssector financiële klappen opvangen, en heeft de sector voldoende reserves om aan zijn verplichtingen te voldoen? Die vragen zijn door de financiële crisis belangrijker dan ooit, en daarom worden op dit punt de wettelijke teugels alsmaar strakker aangetrokken. Aan het aanhouden van reserves zijn kosten verbonden. De al jaren durende Europese Solvency-operatie gaat over de verplichte reserves van verzekeraars in internationaal verband. Het Verbond wil wat dat betreft niet dat de Nederlandse sector meer
14
reserves moet aanhouden dan in andere landen is voorgeschreven, want dat schaadt de concurrentiepositie. Maar dat gebeurt wel nu onze wetgever het Theoretisch Solvabiliteitcriterium (TSC) heeft ingevoerd. Daarom pleit het Verbond voor een zo spoedig mogelijke invoering van Solvency II, om aan de ongelijke invulling van de regelgeving in Europa door nationale interim maatregelen een einde te maken. Met name in de lagere regelgeving die in de loop van 2014 geconsulteerd wordt, zitten nog diverse hete hangijzers, zoals de kapitaaleisen voor de gesecuritiseerde hypotheken (RMBS-en), waartegen het Verbond zich verzet. Beperking van regeldruk en toezicht
Het Verbond is wars van verstikkende lagen met regels. En er komt heel veel nationale en Europese wet- en regelgeving op verzekeraars af. Die voorschriften kosten verzekeraars veel tijd, geld en energie en dat gaat ten koste van andere prioriteiten zoals IT- en administratiecapaciteit, van innovatie. Om precies te weten om hoeveel het gaat bij naleving- en toezichtskosten, heeft het Verbond in 2013 een onderzoek gestart. Daaruit zou kunnen blijken dat de overheid de kosten van wet- en regelgeving in haar eigen impact assessments structureel te laag inschat. In de loop van 2014 zullen de resultaten van dit onderzoek met de stakeholders worden besproken. Het Verbond blijft ook in 2014 alle relevante nationale en Europese toezichtregelgeving, alsmede issues op het gebied van toezicht, kritisch monitoren en beoordelen. De uitgangspunten van het Verbond zijn maximale harmonisatie van regels binnen Europa, om zoveel mogelijk
een gelijk speelveld te krijgen, en effectief extern toezicht. Bovendien wil het Verbond voorkomen dat regels voor banken min of meer automatisch ook voor verzekeraars gelden. In dit verband is de functie van het Keurmerk Klantgericht Verzekeren belangrijk, want het is een degelijk en als uitstekend geclassificeerd Keurmerk. Als de AFM dit erkent, zou dat tot vermindering van toezichtlasten voor verzekeraars met het Keurmerk kunnen leiden. De kosten van toezicht zullen ook in 2014 punt van aandacht blijven in de adviserende panels van AFM en DNB.
regels voor banken niet automatisch van toepassing op verzekeraars Wetenschappelijk onderzoek en onderwijs zijn belangrijk voor de sector. In 2014 wordt in kaart gebracht welke opleidingen relevant zijn voor de verzekeringsbranche, en wordt de netwerkstructuur inzichtelijk gemaakt van stakeholders waarmee samenwerking kan leiden tot onderwijs dat aansluit op de (behoeften van) de verzekeringsbranche. Voor zover toepasbaar binnen, en naar de wens van de verzekeringspraktijk, ondersteunt het Verbond komend jaar de activiteiten van ACIS (Amsterdam Centre for Insurance Studies). Die zullen voornamelijk liggen op het monitoren van kwaliteit en output, op het signaleren van kansen en leden informeren over de laatste ontwikkelingen op het gebied van wetenschapsbeleid. Tegelijk is de nieuwe masteropleiding bij ACIS van start gegaan per 1 oktober en heeft een verdubbeling in het aantal aanmeldingen plaatsgevonden. 15
Beleid in Uitvoering 2013-2014
2. Schade Schadeverzekeringen vormen voor de klant de mantel van veiligheid en zekerheid in het dagelijks leven. Zonder een groot aantal schadeverzekeringen zou het bestaan van menigeen niet goed denkbaar zijn. Niet voor niets heeft de campagne van de sector die dit jaar in de media te zien zal zijn, het motto: ‘Fijn dat we verzekerd zijn’. Dit betekent dat zekerheid, veiligheid, goede schadeafhandeling (waaronder informatie), en preventie de kernbegrippen vormen van het beleid van de sector Schade. Voor komend jaar worden tal van ‘Safety Deals’ voorbereid.
De ergernissen en wensen van consumenten die het Verbond in discussies met consumenten in 2013 heeft opgehaald, worden in 2014 concreet uitgewerkt voor de verschillende schadeverzekeringen. De uitkomsten daarvan worden meegenomen in de verschillende verbeterprogramma’s. De aandacht voor een snellere afwikkeling van schade bij aansprakelijkheid blijft daarom onverminderd hoog. In dit kader maakt het Verbond samen met BBz-FNV een standaard-vraagstelling voor de medische expertise in beroepsziektendossiers die door alle partijen gebruikt kan worden. Dit jaar gaat een proef van start met deze vraagstelling. Alles wijst erop dat de Gedragscode Openheid medische incidenten; betere afwikkeling Medische Aansprakelijkheid (GOMA) bijdraagt aan het versnellen van de afwikkeling van verzekeringskwestie met betrekking tot medische fouten. Verzekeraars pakken de punten op die uit de expertmeeting in 2013 naar voren zijn gekomen om de positie van het slachtoffer te verbeteren en te zorgen voor een snellere en betere afwikkeling van een incident. Ten opzichte van 2010 blijken letseldossiers sneller te worden afgehandeld. Dat is goed nieuws. 16
Deze resultaten kunnen verder verbeteren als de suggesties voor goede behandelingspraktijken en tips voor een voortvarende letselschade behandeling door de markt worden opgepakt. De Letselschade Raad heeft de suggesties al overgenomen en bij alle deelnemers onder de aandacht gebracht. De eerste stappen om te komen tot een nieuwe diepteanalyse in 2014 zijn inmiddels gezet. Aansprakelijkheids- en rechtsbijstandverzekeraars hebben een werkprocedure opgesteld voor de eerste drie maanden van de letselschade behandeling. Zo wordt duidelijk wie welke stappen zet, met als doel de gehele afwikkeling slachtoffergerichter en doelmatiger te maken.
Meer veiligheid voor oudere automobilisten Ouderen voelen zich niet alleen onveiliger in het verkeer dan andere groepen, ze lopen ook daadwerkelijk een hoger risico. Samen met Veilig Verkeer Nederland gaat het Verbond onderzoeken hoe de veiligheid van oudere automobilisten kan worden verbeterd.
17
Beleid in Uitvoering 2013-2014
Per 1 januari 2014 kunnen ook slachtoffers van asbestose een beroep doen op een verzekeringsvergoeding. Het Convenant Instituut Asbestslachtoffers wordt uitgebreid met deze aan mesothelioom verwante ziekte. Hoe veiliger het gedrag en de omgeving, hoe minder schade en dus hoe minder kosten. Daarom zullen komend jaar ongevalsdata met behulp van de Mobielschademelden-app worden
aandacht voor snelle afwikkeling schade blijft hoog geregistreerd. Een nieuw brom- en snorfietsenconvenant met BOVAG, RAI en andere partijen moet ertoe leiden dat ongevallen met deze voertuigen verminderen. Met Veilig Verkeer Nederland bekijkt het Verbond hoe oudere automobilisten zo lang mogelijk veilig aan het verkeer kunnen blijven deelnemen.
Afgelopen jaren hebben meer dan eens grote stukken van Nederland onder water gestaan door overstroming, en moesten mensen vanwege overstromingsgevaar hun huis uit. De leden van het Verbond waren eind 2012 dan ook enthousiast over het plan om te komen tot een basisdekking tegen overstromingsschaden. Alle (brand)verzekeraars zouden in deze overstromingsverzekering moeten samenwerken omdat het risico anders onverzekerbaar is. Maar de Autoriteit Consument & Markt (AC&M) bleek minder enthousiast over het concept, juist vanwege die voorgenomen samenwerking. Het gevolg van de negatieve zienswijze van de AC&M is geweest dat het Verbond heeft moeten besluiten het project te stoppen. Vooralsnog dus geen overstromingsverzekering in ons land.
18
Op het Nationaal Verkeerscongres heeft het Verbond met zijn partners gesproken over betere registratie van verkeersongevallen. Het Verbond streeft ernaar dat vanaf 2015 alle verkeersongevallen via de Mobielschademelden-app van het Verbond geregistreerd worden. De politie gaat deze app de komende tijd ook gebruiken om ongevallen beter en sneller te kunnen registreren. Verzekerden krijgen voortaan één keer per jaar bericht over het aantal zuivere schadevrije jaren dat bij de eigen verzekeraar is opgebouwd. Per 1 januari 2016 gebeurt dit aan de hand van een vaste terugvaltabel. Hiermee hebben verzekerden voortaan duidelijkheid over het aantal zuivere schadevrije jaren bij overstap naar een andere verzekeraar.
alle schademeldingen straks via Mobielschademelden-app In 2013 lanceerde het Verbond de website www.checklistbrand.nl met informatie en een digitale checklist over het voorkomen van brand(stichting). Later werd de site uitgebreid met de checklist ‘Veilig ondernemen’ en een overzicht van ‘brandgevaarlijke werkzaamheden’. Een ander voorbeeld van de aandacht voor brandpreventie is het inspectie-instrument ‘VIER’. Dat werd ontwikkeld om de controle op brandveiligheid van elektrische installaties te bevorderen. Bovendien neemt het Verbond samen met de Brandwondenstichting, Brandweer Nederland, het ministerie van Veiligheid en Justitie en First Alert deel aan de jaarlijkse Brandpreventieweken. Met diverse stakeholders is gewerkt aan het Actieplan Stalbranden met
Ladingdiefstal uit vrachtwagens is een veiligheidsprobleem dat steeds groter wordt. Nu kost dat de samenleving ongeveer 350 miljoen euro per jaar. Verzekeraars, Transport en logistiek Nederland (TLN) en de verladersorganisatie EVO hebben de handen ineen geslagen om dit probleem een halt toe te roepen. Een speciale website geeft chauffeurs en ondernemers informatie over preventiemaatregelen.
de bedoeling de elektra in stallen te verbeteren. Om het probleem van waterschades door leidingbreuk te beteugelen, heeft het Verbond met vertegenwoordigers van de inspectie- en installatiebranche twee expertmeetings ‘Dweil’ georganiseerd. Preventie op dit punt wordt verder ontwikkeld in de vorm van samenwerking bij toedrachtonderzoek/het terugdringen van loze brandmeldingen en bij het ontwikkelen, onderhouden en uitdragen van brandpreventietools. Bovendien herziet het Verbond de samenwerking met het CCV en de eigen rol in de bijhorende activiteiten, zodat keurmerk en certificering optimaal blijven 19
Beleid in Uitvoering 2013-2014
functioneren. Ook wordt de in 2013 succesvol geïntroduceerde Risicomonitor verder uitgebreid zodat met de inzichten en expertise van de branche een optimale bijdrage kan worden geleverd aan schadepreventie.
rechtsbijstandverzekeraars als eerste met e-Kantonrechter Verder gaat het Verbond een Safety Deal sluiten die ertoe moet leiden dat meubilair minder brandbaar geproduceerd wordt. In het najaar 2013 zijn de rechtsbijstandverzekeraars als eerste in Nederland gestart met de eKantonrechter: een digitale manier van
procederen. Een groot voordeel hiervan is dat rechtsbijstandverzekeraars zich al goed kunnen voorbereiden op de verdergaande digitalisering van de rechtspraak. Het Europees Hof heeft rechtsbijstandverzekeraars er overigens op gewezen dat de beperkte manier waarop zij invulling geven aan de vrije advocaatkeus die de klant heeft, dient te veranderen. Daarmee zijn zij aan de slag gegaan. In 2013 is weer een aantal nieuwe beveiligde truckparkings gecertificeerd. Bovendien is de registratie van ladingdiefstallen intussen vereenvoudigd. Resultaat is dat het aantal ladingdiefstallen was gehalveerd in de zomer van 2013. Met de stichting Salvage en de nucleaire faciliteit
Nog altijd blijkt een deel van de ongevallen op de weg niet of niet goed geregistreerd te worden. Dat moet beter. Dan kunnen hulpdiensten en overheden sneller en beter maatregelen treffen na een ongeval, of nog beter: ongevallen voorkomen. Met dit doel heeft op initiatief van politie, Verbond en verkeerskundig ict-bureau VIA een grote groep organisaties afgesproken ongevallenregistratie te verbeteren.
20
Borssele is het draaiboek voor afwikkeling van nucleaire incidenten uitgebreid. Het operationeel team bij het draaiboek heeft regiobijeenkomsten georganiseerd om de bekendheid ervan bij rampen bij gemeenten en veiligheidsregio’s te vergroten. Met hetzelfde doel zijn gesprekken gevoerd met individuele verzekeraars. Het Verbond is aangehaakt op een initiatief van Netbeheer Nederland, Politie en Meld Misdaad Anoniem voor de heruitgave van de hennepgeurkaart. Deze kaarten worden via gemeenten verspreid met als doel burgers in risicowijken bewust te maken van de risico’s en criminaliteit rond de illegale hennepteelt.
voorstander van gewapende beveiliging aan boord tegen piraterij Het Verbond heeft in 2012 al duidelijk gemaakt voorstander te zijn van particulier bewapende beveiliging als maatregel tegen piraterij. Recent werd besloten dat particuliere bewapening onder strikte voorwaarden wordt toegestaan. Komende tijd richt het Verbond zich op de richtlijnen die daarvoor moeten worden gemaakt om misstanden in de praktijk te voorkomen. Door de invoering van de norm ‘passende beloning’ is in de distributie via volmachten een belangrijke verandering aangebracht. Verzekeraars kunnen hun risicobeheersing in het volmachtkanaal wel ‘een tandje scherper’ stellen. Het Verbond gaat in 2014 na hoe het zijn leden kan ondersteunen bij het invoeren van de aanbevelingen van DNB.
Het Verbond is voorstander van particulier bewapende beveiliging als maatregel tegen zeepiraterij.
Door allerlei incidenten heeft het cyberrisico vrij plotseling aan actualiteit gewonnen. De voortgaande technologie en de afhankelijkheid daarvan heeft ook zijn keerzijde. Het Verbond publiceerde eind oktober 2013 zijn position paper over cyberrisico’s en zal in 2014 onderzoeken hoe de markt dit paper heeft opgepakt. Daarnaast wordt samen met TNO onderzoek gedaan naar nut en noodzaak van een hulp middel voor risico-inventarisatie. Technische verzekeraars, makelaars en experts hebben afgelopen periode het schade-afhandelingsproces gestroomlijnd. De totale doorlooptijd van claim tot (eventuele) uitkering is op deze manier gemaximeerd tot tachtig dagen. Klanten met bijvoorbeeld een machinebreukverzekering, een Construction All Risks (CAR)-verzekering of een polis voor bijvoorbeeld installatie, montage en elektronica, weten nu beter waar ze aan toe zijn. 21
Beleid in Uitvoering 2013-2014
3. Leven Langzaam maar zeker slagen levensverzekeraars erin het vertrouwen van de klant verder terug te winnen. Komend jaar zal daar in brede zin weer veel aandacht naar uitgaan. Minstens zoveel energie zullen ze steken in de ontwikkelingen en discussies rond (de toekomst van) pensioenen. Dit geldt zowel voor de doorontwikkeling van de verzekerde regelingen als voor het pensioenstelsel als geheel. Betere pensioencommunicatie vormt één van de speerpunten.
Onder invloed van maatschappelijke en economische ontwikkelingen zal het Nederlandse pensioenstelsel de komende jaren veel besproken en waarschijnlijk aangepast worden. Het stelsel moet toekomstbestendiger. Daarom ook zal staatssecretaris Klijnsma in 2014 een discussie op dit onderwerp starten. Verzekeraars zijn een belangrijke partij op dit terrein en willen mee discussiëren. Het Verbond heeft in dit verband afgelopen jaar een visie op het stelsel gerealiseerd. Hierbij is gekeken naar de trends op de lange termijn in de economie en arbeidsmarkt, en de consumentenbehoeften van iedereen die inkomsten uit werk geniet: werknemers in loondienst, zelfstandigen en DGA’s. Het onderzoeksrapport ‘Pensioen van zelfstan digen’ van staatssecretaris Klijnsma wordt hierbij betrokken. Er moet immers ook een oplossing komen voor het gegeven dat de pensioenopbouw bij zelfstandigen ten opzichte van werknemers in loondienst achterblijft. Nog altijd blijkt communicatie over pensioen een buitengewoon lastig issue. Een Wet ter wijziging van de informatiebepalingen in de Pensioenwet die in de maak is, moet daar verandering in brengen. Het voorstel bevat positieve punten zoals het mogelijk maken van digitalise22
ring van de pensioencommunicatie en de ‘Pensioen123’ die de Startbrief gaat vervangen. Dat waren uitdrukkelijke verzoeken van het Verbond. Belangrijk is in hoeverre de nieuwe wet niet meer, maar juist minder (maar betere) informatie bewerkstelligt. Juist door de veelheid aan wettelijke informatie, verliezen deelnemers het overzicht. Daarom zal het uitgangspunt ‘less is more’ bijdragen aan betere en meer begrijpelijke pensioencommunicatie. Dat is het standpunt dat het Verbond op dit punt inneemt. Het Verbond ziet een essentiële rol voor het Pensioenregister. Daar moet ook vernieuwing plaatsvinden. Digitalisering van de wettelijke pensioencommunicatie, waaronder de uniforme pensioenoverzichten, moet op termijn ook leiden tot kostenreductie.
Vernieuwing pensioencommunicatie Communicatie over pensioenen blijft lastig. Terwijl alle uitvoerders de laatste jaren enorm hun best doen om sneller, duidelijker en transparanter te communiceren met de klant, bestaat het gevaar dat daarbij de toename van de hoeveelheid informatie weer ten koste gaat van de duidelijkheid. Voor het Verbond geldt het uitgangspunt: ‘less is more’, en: digitaliseer waar mogelijk.
23
Beleid in Uitvoering 2013-2014
Het Verbond heeft ernstige bedenkingen bij de almaar stijgende kosten van pensioencommunicatie, en waarschuwt bovendien tegen te korte implementatietermijnen. Ook in Europees verband is communicatie (met name over risico’s bij beleggingsproducten) een hot item. Afgelopen jaar heeft het Verbond zijn leden een belangrijke aanbeveling gedaan om consumenten, ten aanzien van hun expirerende lijfrente, drie maanden voor hun lijfrente expireert hierover te informeren. De sector heeft unaniem besloten om op dit punt de aanbevelingen te hanteren.
communicatie over pensioen blijft buitengewoon lastig Verzekeraars spannen zich al jaren in om polissen die nooit zijn opgeëist of waarvan de rechthebbende onvindbaar lijkt, toch aan rechthebbenden te kunnen koppelen. Ze zijn een nieuw initiatief gestart: de (gezamenlijke) ‘nabestaanden desk’ die nu wordt uitgebreid met ‘actieve zoekers’. Hiermee kan de opsporing van de rechthebbenden (zolang er geen brede GBA-aansluiting is) verder worden geprofessionaliseerd. In 2014 zal deze desk zijn beslag krijgen. Tegelijk heeft het Verbond de ministers van BZK en Financiën voorgesteld te overleggen over mogelijkheden tot een toegang tot de GBA voor deze specifieke groep polissen. Afgelopen jaar is gewerkt aan de herziening van het financieel toetsingskader (ftk). Het Verbond 24
vindt dat onder het nieuwe regime klanten van verzekeraars vergelijkbare mogelijkheden moeten krijgen als werkgevers of deelnemers bij pen sioenfondsen. Dat betekent dat ook verzekeraars een pensioencontract moeten kunnen uitvoeren met meer flexibiliteit, naast bijvoorbeeld contracten met nominale garanties. Dat uitgangspunt wordt de inzet voor komend jaar. Ook op Europees niveau is het uitgangspunt van het Verbond, dat voor alle aanbieders van tweedepijlervoorzieningen moet gelden: gelijke monniken – gelijke kappen. Dat betekent dat, nu de Europese IORP-richtlijn wordt herzien, niet de juridische entiteit van de aanbieder leidend moet zijn voor de mate van zekerheid voor deelnemers en begunstigden (zoals het voorstel nu luidt), maar de risico’s die samenhangen met de verschillende pensioenproducten. Het uitgangspunt ‘gelijke monniken – gelijke kappen’ hanteert het Verbond ook ten aanzien van het Algemeen Pensioenfonds, voorheen algemene pensioeninstelling. Verzekeraars en hun klanten mogen geen achterstand oplopen ten opzichte van een algemeen pensioenfonds. De condities voor een algemeen pensioenfonds en verzekeraars moeten vergelijkbaar zijn (in het voorontwerp van de wet is hiermee al in belangrijke mate rekening gehouden). Introductie van het APF staat voor ons los van het belang dat rechtstreeks verzekerde regelingen met meer flexibiliteit in de mate van garantie wettelijk mogelijk worden gemaakt. Ook werkgevers en werknemers hebben deze wens meerdere malen naar voren gebracht, omdat zij dan meer keuzemogelijkheden krijgen ten aanzien van de invulling van hun pensioencontract en de
in ontwikkelingslanden (DMO) opgericht die met het ministerie van Buitenlandse Zaken een publiek-private samenwerking is aangegaan. Omdat uit de kwartaalrapportages van de DHAN Foundation naar voren komt dat de pilot micropensioenen boven verwachting verloopt, wordt komende tijd onderzocht of ook een micropensioenproject in Ghana mogelijk is. Drie verzekeraars sponsoren dit onderzoek.
Samen met de Pensioenfederatie en ondersteund door het ministerie van Buitenlandse Zaken, ‘exporteert’ het Verbond al enkele jaren de aanwezige kennis van pensioenen naar derdewereldlanden in de Stichting DMO. Begonnen in India onder auspiciën van de DHAN Foundation, richt DMO nu de pijlen op Ghana om daar ook een micropensioenproject van de grond te krijgen.
uitvoering daarvan. Wij achten dit urgenter en sneller te realiseren dan de inrichting van een APF-constructie en bepleiten dan ook dat hieraan voorrang wordt gegeven boven de introductie van het APF. Al enige tijd werken Verbond en Pensioenfederatie samen in een project met als doel het opzetten van een infrastructuur voor micropensioenen en kennisuitwisseling tussen de Nederlandse pen sioensector en ontwikkelingslanden. Enkele jaren geleden is een concreet pilotproject uitgewerkt samen met de DHAN Foundation in India. Ook werd de Stichting duurzame micropensioenen
Levensverzekeraars zijn al een aantal jaar druk bezig met de uitvoering van de compensatieregelingen en het vormgeven van het flankerend beleid rondom de beleggingsverzekeringen. Verzekeraars hebben extra energie gestoken in het activeren van klanten met de meest kwetsbare polissen en polissen die met een specifiek doel zijn gesloten en de beoogde opbrengst niet gaan behalen. Verzekeraars zijn hier, in het kader van de nazorg beleggingsverzekeringen, de afgelopen tijd nog actiever op gaan acteren op basis van een plan van aanpak dat bij de AFM is ingediend. De komende tijd zal deze lijn worden voortgezet om alle polishouders te activeren.
meer keuzevrijheid bij invulling van pensioencontract Deze nazorg is erop gericht alle klanten te activeren een bewuste keuze te maken over hun polis. Het doel van alle inspanningen is dat klanten weten wat ze hebben, wat ze krijgen en voor de toekomst beter af zijn. Het Verbond voert overleg met de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties over 25
Beleid in Uitvoering 2013-2014
onder meer het ontwikkelen van een statistiek gebaseerd op informatie van het Integraal Kankercentrum Nederland ten behoeve van de risicobeoordeling en acceptatie voor levens verzekeringen van ex-kankerpatiënten. De toetsnorm over het verleden voor de beschikbare premieregeling (BPR) is door verzekeraars op 1 juli 2013 afgehandeld. Bovendien is ook de aanzet gedaan om te komen tot verdere versterking van BPR-regelingen, verbetering van de communicatie aan de deelnemers. Het ministerie van Sociale Zaken zal onderzoek doen naar flexibilisering in de uitkeringsfase. Het Verbond is bij dit onderzoek betrokken.
extra energie steken in klanten met meest kwetsbare polissen Het Belastingplan 2014 is geschreven tegen de achtergrond van het terugdringen van het begrotingstekort en de beperking van fiscaal gefaciliteerd sparen. Beeld: toenemende eigen verantwoordelijkheid (en keuzevrijheid) voor (pensioen)sparen, in het bijzonder voor de hoge inkomens, maar met minder fiscale ondersteuning. Het belang van (individuele) vermogens opbouw blijft en zal waarschijnlijk toenemen. Niet alleen doordat de oudedagsvoorzieningen steeds meer afnemen, maar ook doordat de zorgkosten die de consument zelf moet dragen in de toekomst zullen toenemen. Daarom is het belangrijk dat wordt bekeken hoe de sector moet omgaan met de defiscalisering. Hierbij is het ook van belang dat consumenten zich meer bewust worden van de noodzaak om vermogen 26
op te bouwen voor bijvoorbeeld de oude dag alsmede zorg. Het Verbond is in 2013 gestart met het opstellen van een visie op het (toekomstige) belastingstelsel voor zover het gaat om het vormen van oudedagsvoorzieningen. Deze visie zal in 2014 verder worden uitgewerkt en worden besproken met stakeholders. Per 1 januari 2013 is de wetgeving herziening fiscale behandeling eigen woning van kracht. Hierdoor is de hypotheekrente alleen aftrekbaar van de belasting als de lening contractueel in maximaal dertig jaar ten minste volgens een annuïtair aflossingsschema volledig wordt afgelost. Het Verbond heeft geageerd tegen de combinatiehypotheek die in dit akkoord werd genoemd. Die heeft namelijk maar een zeer beperkte invloed op de knelpunten van de verplichte annuïteitenhypotheek. Bovendien is het de vraag of een dergelijke constructie door het Product Approval Review Proces (PARP) heen komt. Het Verbond heeft daarom uitgedragen dat een maximaal vijftig procent annuïtaire aflossingsverplichting een beter alternatief is voor de woningmarkt. Ook op het gebied van het overgangsrecht heerste nog veel onduidelijkheid. Na aandringen van onder meer het Verbond is op het overgangsrecht een uitzondering gemaakt. Ook ten aanzien van artikel 115 Besluit Gedragstoezicht Financiële Ondernemingen (Bgfo) heeft het Verbond aangekaart dat voor het bepalen van de waarde van de woning de Waardering Onroerende Zaken niet is opgenomen. Het ministerie van Financiën heeft uiteindelijk besloten dat artikel 115 Bgfo zal worden aangepast zodat duidelijk wordt dat bij een verhoging
van de hypotheek wel kan worden uitgegaan van de WOZ-waarde. Deze aanpassing zal zelfs breder worden getrokken, zodat de WOZ-waarde ook kan worden gebruikt in andere situaties (zoals bij het oversluiten van een hypotheek, relatiebreuk, erfenis etc.).
nieuwe mogelijkheden onderzoeken voor combinatie van wonen, zorg en pensioen Na de hervormde maatregelen op de woningmarkt stabiliseert de woningmarkt langzamerhand. Vanwege de kapitaalmarktontwikkelingen groeien verzekeraars op de hypotheekmarkt. Het is van belang dat de woningmarkt weer op gang kan komen en stabiel draait. Als verzekeraars blijven we trends in de toekomst volgen en bespreken zoals: de afbouw van de loan to value, de flexibilisering van de arbeidsmarkt en de
gebrekkige aansluiting tussen de koopwoningmarkt en de huurmarkt. In breder perspectief wil het Verbond mogelijkheden onderzoeken hoe wonen, zorg en pensioen zich beter tot elkaar kunnen gaan verhouden en welke kansrijke thema’s zich op dit vlak voordoen. Het Verbond kijkt vooruit en is in gesprek met zijn leden over kansen op dit dossier in de toekomst. Het moet makkelijker worden om kapitaalverzekeringen van de ene naar de andere maatschappij over te dragen. Dit proces moet foutloos verlopen. Dat is het doel van het Protocol Stroomlijning Kapitaaloverdrachten. Niet alleen doen steeds meer maatschappijen mee aan dit protocol, de overdrachten gaan ook steeds beter en sneller. Deze trend stimuleren we de komende tijd. In 2014 zullen we meten hoe de trend zich verder ontwikkelt.
Regelgeving voor een Europese Financiële bijsluiter (PRIPs) in de maak De Europese Commissie heeft in 2011 een voorstel gedaan tot een verordening over essentiële informatiedocumenten voor beleggingsproducten. Dit betekent dat er op Europees niveau een nieuw transparantiedocument wordt ontworpen voor ‘verpakte’ financiële producten met een onzekere beleggingsopbrengst. Dit document wordt het Key Investor Document (KID) genoemd, een soort Europese Financiële Bijsluiter. In eerste instantie zou het Griekse voorzitterschap de verordening laten voor wat het is. Echter, eind januari zijn toch de trilogen gestart. Men wil deze verordening vóór de Europese verkiezingen hebben aangenomen. Het doel van het Verbond is om de KID zoveel mogelijk te laten aansluiten op de financiële bijsluiter, zodat de extra kosten worden geminimaliseerd. De trilogen rondom de PRIPs verordening volgt het Verbond nauwlettend. Het Verbond had eind 2013 met sleutel figuren gesprekken over deze verordening op nationaal en internationaal niveau. Dit zet het Verbond in 2014 door.
27
Beleid in Uitvoering 2013-2014
4. Zorg/inkomen Ook de sector Inkomensverzekeringen verkeert in zwaar weer. Verbetering van de re-integratie, intensivering van de samenwerking met het UWV en het zoeken naar oplossingen voor de verzekerbaarheid van zelfstandigen moeten bijdragen aan een betere schadelastbeheersing en verbetering van de verzekerbaarheid.
Het Verbond intensiveert de samenwerking met het UWV. Dat moet ertoe leiden dat verzekeraars beter premies kunnen berekenen. Het UWV zal actuariële gegevens over zijn WGA-populatie gaan verstrekken aan het Verbond. Als het aan het Verbond ligt, levert het UWV vanaf 1 april 2014 periodiek gegevens aan het CVS. Bovendien gaat het Verbond van start met de ontwikkeling van een model kosten van de dekking WGA op basis van de gegevensset die met UWV is overeengekomen. Daarnaast vindt met UWV overleg plaats met als doel dat inkomensverzekeraars meer grip krijgen op het proces rond re-integratie. Dit verloopt onder meer door middel van gezamenlijke expertmeetings en via overleg om de onderlinge processen beter te stroomlijnen. Een voorstel tot beter overleg tussen verzekeringsarts van het UWV en medisch adviseur van de verzekeraar over aanwezige behandelmogelijkheden is hier een voorbeeld van. Bij dit alles pleit het Verbond voor behoud en versterking van het hybride WGA-stelsel. Met name zorgt volgens het Verbond de minimumpremie tot een verstoring van de concurrentie tussen het publieke en het private deel van het stelsel, ten nadele van het laatste. Wanneer er een betere samenwerking plaatsvindt tussen UWV en verzekeraars, kan dit beide partijen ondersteunen om hun beschikbare 28
capaciteit effectiever in te zetten. Ook wordt in 2014 verder onderzocht welke mogelijkheden er bestaan om verzekeraars meer grip te laten krijgen op re-integratie binnen de WGA. Dit wordt in afstemming met en in samenwerking met een ‘taskforce WGA’ en een bestuurlijke ‘denktank WGA’ verder uitgewerkt. Tegelijk verkent het Verbond de mogelijkheden tot meer samenwerking met OVAL en arbodiensten om te komen tot betere re-integratie. Verzekeraars ervaren de bestaande privacyweten regelgeving in een aantal gevallen als een knelpunt dat snelle en effectieve re-integratie van zieke werknemers in de weg staat. In 2013 heeft de privacy bij de uitvoering van verzuimverzekeringen aandacht gekregen. Omdat verzekeraars klaarblijkelijk behoefte hebben aan een
Verzuimgegevens Verzekeraars willen zich graag inspannen om zieke en arbeidsongeschikte verzekerden weer zo snel mogelijk te re-integreren en aan het werk te helpen. De privacywetgeving kan daarbij wel als belemmerend of onduidelijk ervaren worden, zodat gegevens dan soms onjuist worden gebruikt. Daarom gaat het Verbond voor verzuim-, WGA- en aanvullingsverzekeringen een nieuwe handleiding opstellen over de manier waarop verzekeraars met privacygevoelige gegevens moeten omgaan.
29
Beleid in Uitvoering 2013-2014
goede handleiding over de wijze waarop ze met privacygevoelige gegevens mogen omgaan, gaat het Verbond die voor de verzuimverzekeringen opstellen. Het Verbond inventariseert intussen de knelpunten die verzekeraars ervaren bij re-integratie van zieke werknemers als input voor een gesprek over verruiming van de mogelijkheden met de minister van SZW en de toezichthouder CBP.
meer grip op proces van re-integratie De WGA-markt kent een hybride vormgeving, maar door onevenwichtigheden in het level playing field is het stelsel niet evenwichtig en stabiel. De aanstaande koppeling tussen WGAvast en WGA-flex in 2016 verdient hierbij bijzondere aandacht. Het Verbond onderzoekt de
Ongeveer de helft van het (toenemend) aantal zzp’ers heeft geen arbeidsongeschiktheidsverzekering. Samen met de Rijksuniversiteit Groningen heeft het Verbond onderzocht hoe dat aantal kan worden teruggebracht. De uitkomsten van dit onderzoek en de visie van het Verbond op dit punt zullen in de loop van 2014 worden gepubliceerd.
30
knelpunten en kansen van deze wetswijziging om in aanloop naar 2016 bestaande barrières voor verzekeraars weg te nemen. Op basis van het Convenant herbeoordelingen (2013) kunnen verzekeraars met een machtiging van de eigenrisicodragende werkgever rechtstreeks bij het UWV herbeoordelingsverzoeken indienen. Dat kan de re-integratie-inzet bevorderen. Het Verbond en het UWV hebben een herkenbare logistieke procedure ontwikkeld voor het aanvragen van herbeoordelingen door verzekeraars. In februari 2014 is de reikwijdte van het Convenant herbeoordelingen uitgebreid. Dit betekent dat verzekeraars een herbeoordeling kunnen aanvragen bij het UWV tijdens loonaanvullingsuitkering, de vervolguitkering en de loongerelateerde uitkeringsperiode. Verzekeraars vinden het grote aantal zelfstandigen zonder arbeidsongeschiktheidsverzekering zorgelijk. Zo kijken ook de maatschappij en de politiek er tegenaan. Er moet dus iets aan gebeuren. Daarom hebben het Verbond en de Rijksuniversiteit Groningen in 2013 een onderzoek uitgevoerd naar mogelijkheden om de toegankelijkheid van de verzekeringsmarkt voor zelfstandigen te verbeteren. Met de uitkomsten
van het rapport dat in 2013 is afgerond, is het Verbond aan de slag gegaan. Nog steeds bestaat de kans dat de loondoorbetalingverplichting bij ziekte naar één jaar wordt teruggebracht. Verzekeraars twijfelen aan de extra opbrengst van zo’n maatregel: de huidige wetgeving heeft gezorgd voor het terugdringen van het ziekteverzuim en betere re-integratie van werknemers. Of kortere doorbetaling werkelijk zal leiden tot lastenverlichting voor werkgevers is de vraag, omdat de kosten van het tweede ziektejaar op een andere manier gefinancierd moeten worden. Het Verbond is in overleg met het mkb om te kijken of de bestaande wetgeving niet kan worden verbeterd, waarbij de activerende werking overeind blijft.
handleiding over hoe om te gaan met privacygevoelige gegevens Steeds meer zorgkosten komen voor rekening van de consument. Daarom ontwikkelt de sector verzekeringsmogelijkheden met vermogensopbouw om toekomstige zorguitgaven die niet in de AWBZ zijn gedekt, geheel of gedeeltelijk te kunnen financieren.
31
Beleid in Uitvoering 2013-2014
5.
Bestrijding verzekeringscriminaliteit
“Een zich vernieuwende en versterkende verzekeringssector kan niet zonder een robuust beleid dat verzekeringsfraude en -criminaliteit voorkomt, detecteert en afhandelt. Elke euro die onrechtmatig wordt geclaimd en onder valse voorstelling van zaken wordt uitgekeerd, vormt een aantasting van de kracht en bedreiging van de integriteit van de sector. Verzekeringsfraude. Andere vormen van (georganiseerde) verzekeringscriminaliteit zijn maatschappelijk niet aanvaardbaar en verhogen ongewenst de schadelast voor verzekeraars.”
In 2013 hebben meer dan honderd leden van het Verbond van Verzekeraars en Zorgverzekeraars Nederland (ZN) aan de hand van een nieuw online self-assessment voor het eerst de implementatie van het Protocol Verzekeraars & Criminaliteit in eigen huis gemeten. Uitkomst: een gedetailleerd en leerzaam beeld van de kwaliteit van fraude- en criminaliteitsbeheersing per verzekeringssector en voor de verzekeringsmarkt. Bovendien heeft deze meting een impuls voor het fraudebewustzijn en de -aanpak binnen alle verzekeringssectoren opgeleverd. Het Verbond zal met de uitkomsten en analyses deelnemers aanbevelingen doen of, en zo ja hoe ze hun fraudebeleid in eigen huis naar een hoger niveau kunnen tillen. Afgelopen jaar is een branchebreed onderzoek uitgevoerd naar onregelmatigheden en mogelijke fraude bij reparatie van blikschade. Acht verzekeraars hebben op uniforme wijze ruim vijfhonderd personenauto’s, die zijn hersteld via de ongestuurde schadestroom, aan een intensieve nacontrole onderworpen. Hierbij is een significant aantal onregelmatigheden en (vermoedelijke) fraudegevallen aangetroffen. De bevindingen worden komend jaar nader uitgewerkt.
32
Het Verbond gaat de kennis- & analysefunctie verbeteren en uitbreiden. Door meer en betere informatie te verzamelen, kan het Centrum Bestrijding Verzekeringscriminaliteit (CBV) naar bredere vormen van verzekeringscriminaliteit onderzoek doen. Het Verbond gaat komend jaar door het combineren van databronnen onder meer onderzoeken of specifieke trends in opval-
Het Verbond is er een tegenstander van dat verzekerden die van de prins geen kwaad weten, moeten opdraaien voor de schade die vandalen en raddraaiers in een dolle bui aanrichten. Zoals bij het ‘feestje’ dat in Haren werd georganiseerd. Dat moeten de daders zelf betalen. Daarom heeft het Verbond bij de overheid aangeklopt om dat juridisch mogelijk te maken. Dit heeft er afgelopen jaar toe geleid dat de overheid een speciale programmamanager heeft aangesteld om samen met het Verbond het collectief regres juridisch en organisatorisch van de grond te krijgen. De minister van Veiligheid en Justitie heeft de Kamer overeenkomstig geïnformeerd. De uiteindelijke oplossing voor dit probleem zal (actuele) verhaalknelpunten wegnemen bij delicten rond geweld, vandalisme, inbraken en rond voertuig- en transportcriminaliteit.
33
Beleid in Uitvoering 2013-2014
lend claimgedrag/afwijkend schadepatroon zijn vast te stellen (conform de best practice van het iPhone-onderzoek uit 2010 en 2013). Voorts wil het Verbond een meer gerichte gezamenlijke aanpak tussen verzekeraars, politie en OM bewerkstelligen door periodiek heel specifieke fraudevormen te benoemen waarop gezamenlijk wordt geacteerd. Komend jaar zullen we verder inzetten op de aanpak van fraude door de pakkans van het aantal fraudegevallen met inkomensverzekeringen te verhogen. Niet alleen scherpt het Verbond het fraudebewustzijn bij inkomensverzekeraars aan, ook zal de publiek-private samenwerking met het ministerie van SZW en UWV worden geïntensiveerd.
significant aantal onregelmatigheden en fraudegevallen aangetroffen In het verlengde van de uitwerking van het Deltaplan Fraude Inkomensverzekeringen zijn impulsen gegeven aan de samenwerking met het UWV op het gebied van (informatiedeling rondom) verzekeringsfraude en is een solide basis gelegd om deze in 2014 op marktniveau definitief vorm te geven. Met en onder supervisie van het lectoraat Financieel-economische criminaliteit van de politieacademie is met stakeholders een Kenniskring Verzuimverzekeringen ingesteld die interventies ontwikkelt om het frauderen met verzuimverzekeringen aan te pakken. Ook is een start gemaakt met een Deltaplan Aanpak Fraude met Levensverzekeringen dat in 34
het voorjaar van 2014 wordt gepresenteerd. De aanpak van verzekeringsfraude gebeurt bij voorkeur in publiek-private samenwerking. Dat maakt de kans op effectieve bestrijding groter. Het Convenant Aanpak Verzekeringsfraude met ZN, OM en politie is hiervan een voorbeeld. Dit heeft in 2013 geleid tot instemming van een landelijke uitrol van de pilot met politie Rijnmond over ‘informatiedeling’ bij fraudevermoedens. Indien via het Verbond een van een verzekeraar afkomstige melding van een sterk vermoeden van verzekeringsfraude aan de politie wordt gegeven, en door de politie kan worden omgezet naar concreet bewijs dat sprake is van fraude, ontvangt de verzekeraar nu alle bijbehorende informatie. Dit (publiek-private) preventieveld en de rol van het Verbond/de sector daarin, worden komend jaar opnieuw beoordeeld om de gezamenlijke inspanningen op het gebied van (schade)preventie meer zichtbaar te maken en beter te laten renderen. In een tijd van toenemende digitalisering, moeten ook verzekeraars zichzelf weerbaar maken tegen cyberaanvallen en een adequaat niveau van informatiebeveiliging bewerkstelligen. In overleg met het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC) heeft het Centrum Bestrijding Verzekeringscriminaliteit (CBV) een platform voor verzekeraars opgericht binnen het publiek-private Informatieknooppunt Cybersecurity. Verzekeraars kunnen onderling en met andere (vitale) sectoren informatie delen over incidenten, kwetsbaarheden en maatregelen, en zijn hierdoor beter in staat goede risicoanalyses te maken en adequate maatregelen te treffen. In 2014 investeert het Verbond hierin verder en worden stappen
Het Verbond en Slachtofferhulp Nederland slaan de handen ineen om hulp en informatievoorziening aan slachtoffers van woningovervallen te verbeteren. Bij veel woningovervallen is sprake van fors geweld, met alle ingrijpende fysieke en psychische gevolgen van dien voor de bewoners. Schaderapporteurs van verzekeraars die vaak in een vroeg stadium contact met slachtoffers hebben, gaan wijzen op hulpverlening van Slachtofferhulp Nederland.
ondernomen om het cybersecurity-bewustzijn in de sector naar een hoger niveau te tillen. Verzekeraars, samenleving en ook de politiek vinden het meer en meer ongewenst dat daders niet (kunnen) worden aangesproken op de schade die zij hebben veroorzaakt, maar dat die wordt afgewenteld op verzekeraars of op de maatschappij als geheel. Dankzij actieve inzet van het Verbond heeft de overheid een speciale programmamanager aangesteld om samen
cyber securitybewustzijn sector naar hoger niveau met het Verbond het collectief regres op daders juridisch en organisatorisch rond te krijgen. Komende tijd moet dit ertoe leiden dat bestaande regresknelpunten bij – in ieder geval – delicten rond geweld, vandalisme, inbraken en voertuigen transportcriminaliteit verdwijnen. 35
Beleid in Uitvoering 2013-2014
6. Arbeidsvoorwaarden Versterking van de sector valt of staat met goede mensen en talent in onze bedrijfstak. De sector zal dus aantrekkelijk moeten zijn voor de beste mensen: om ze te behouden en om ze aan te trekken. Deze aspecten komen terug in de inzet van het Verbond bij de onderhandelingen voor een nieuwe cao waarin ook de aanpassing van de pensioenregeling aan de nieuwe wettelijke kaders een belangrijk punt wordt. Ondertussen doet de sector er alles aan om zijn personeelsbeleid zo innovatief mogelijk te maken: onder andere goede inzetbaarheid, tal van maatregelen om de arbeidsomstandigheden te maximaliseren en Wajongers werkervaring in de sector te laten opdoen.
aan de slag met sociaal middellangetermijn plan Voor 2013 werd een nieuwe cao afgesproken. Er is een onderzoek uitgevoerd naar de ervaringen met inzetbaarheidsbeleid in de verzekeringsbranche. De best practices zijn verspreid. In de arbocatalogus is aandacht besteed aan ‘Het Nieuwe Werken’ en de oplossingen voor de effecten daarvan op de arbeidsomstandigheden. De resultaten
36
van de door Berenschot gehouden enquête naar ervaringen met ‘Het Nieuwe Werken’ in de sector zijn gepresenteerd op een interactieve bijeenkomst voor de leden. Samen met de Unie, FNV Bondgenoten en CNV Dienstenbond werkt het Verbond in 2014 een sociaal middellangetermijnplan uit in het project Sociale Agenda MLT. Dit plan is bedoeld om tot een gezamenlijke visie te komen op arbeidsvoorwaarden voor de verzekeringssector voor de middellange termijn. Hierbij komen onder andere beloning, pensioen voor eigen werk nemers en arbeidsmarkt aan de orde. De borging en de uitvoering van nieuwe vakbekwaamheidseisen zijn een belangrijk agendapunt voor 2014, maar ook aspecten als preventieve mobiliteit, het verkennen van de mogelijkheden om te komen tot een mobiele website, functieprofielen, talentanalyse en -werving en natuurlijk opleidingen komen aan de orde. In 2014 wordt in kaart gebracht welke opleidingen relevant zijn voor de verzekeringsbranche, en wordt de netwerkstructuur van stakeholders inzichtelijk gemaakt, waarmee samenwerking kan leiden tot onderwijs dat aansluit op de verzekeringsbranche.
Lidmaatschap van het Verbond Per 1 januari 2014 zijn 132 verzekeraars lid van het Verbond (2013: 133 leden). Het betreft hier het gewone lidmaatschap van het Verbond. Daarnaast kent het Verbond tien buitengewone leden (met name schaderegelingskantoren rechtsbijstand) en vijf geassocieerde leden (herverzekeraars). In de loop van 2013 zijn lid geworden: De Friesland Zorgverzekeraar N.V., De Friesland Particuliere Ziektekostenverzeke-
ringen N.V. en De Friesland Reisverzekeringen N.V., AGIS Zorgverzekeringen N.V., Florentis Uitvaartverzekeringen N.V. en Patronale Life N.V. Door opzegging is het lidmaatschap beëindigd van: Leeuwarder Onderlinge Verzekeringen U.A., Nationale-Nederlanden Internationale Schadeverzekering N.V., NoordHollandsche Onderlinge Brandwaarborgmaatschappij en Onderlinge Verzekeringen Overheid (OVO).
37
Beleid in Uitvoering 2013-2014
Colofon © Uitgave van het Verbond van Verzekeraars Bordewijklaan 2, 2591 XR Den Haag Postbus 93450, 2509 AL Den Haag Telefoon: 070-333 85 00 Fax: 070-333 85 10 E-mail:
[email protected] Internet: www.verzekeraars.nl/www.allesoververzekeren.nl Creatie: Van der Hak Grafische Vormgeving Druk: Drukwerkdeal Fotografie: René van den Burg, Enviu, Geert Gunneweg, Hollandse Hoogte, NUFoto.nl, Stichting Pensioenregister en Shutterstock (2014.05.0,250.VDH)
38