Angst zet managers op verkeerde been De moed om bang te zijn
Jan van der Heijden Gérard Hendriks Frans van Schijndel Het Laar, Centrum voor werk en persoonlijke ontwikkeling
Cuijk, 30 juni 2004
“We zijn er trots op dat de mens vrij is geworden van almachtige autoriteiten die hem vertellen wat hij doen en laten moet. Maar wij verwaarlozen daarbij de dominante rol van anonieme autoriteiten zoals de
en het , die juist zo machtig zijn wegens onze grote bereidwilligheid te beantwoorden aan de verwachtingen die anderen van ons hebben, en onze even grote angst anders dan die anderen te zijn.” Erich Fromm, De angst voor vrijheid, 1941.
Angst zet managers op verkeerde been
De moed om bang te zijn Angst zet managers op verkeerde been Managers mogen niet bang zijn. Tenminste, dat denken ze zelf. Er wordt in ieder geval niet over gesproken en er wordt in managementboeken ook niet over geschreven. Managers hebben een beeld van zichzelf gecreëerd: Hercules onder de werknemers die zijn twaalf werken onverschrokken tot een goed einde brengt. In dit essay maken we duidelijk dat de ontkenning van angst heilloos is en de problemen alleen maar groter maakt. Het is beter de angst onder ogen te zien en te accepteren dat je ergens bang voor bent. Daar is moed voor nodig. Een paradox is de uiteindelijke weg: erkenning van de angst leidt tot minder angst en tot meer effectief handelen. Fluiten in het donker Veel managers zijn bang, maar spreken er angstvallig niet over. Vanuit de behoefte niet door angst beheerst of geregeerd te worden, wordt deze ontkend. Het is niet macho om bang te zijn en niet sexy om erover te praten. En dit geldt niet alleen voor mannen, ook al gebruiken we in dit essay vanwege de leesbaarheid de mannelijke vorm. Er is geen boek te vinden dat uitgebreid en expliciet ingaat op angst bij managers. Het onderwerp ‘angst’ staat niet in het trefwoordenregister met meer dan 1000 onderwerpen bij dé boekensite voor managers. Opvallend is dat Aristoteles al schreef over angst. Daarna zijn vele auteurs hem door de eeuwen heen met vuistdikke boekwerken gevolgd. Het gaat dan echter over angst bij ‘gewone stervelingen’. Zouden managers dan toch tot de godenzonen worden gerekend? Wij denken van niet. Er wordt door managers namelijk niet over angst gesproken, behalve in de veilige haven van de coach of de psychotherapeut. Dan blijkt dat leidinggevenden ook maar mensen zijn en dat ze blij zijn eindelijk hun hart te kunnen luchten. Angst is tijdens coachingsgesprekken doorgaans het centrale thema dat daarvoor nooit bij naam genoemd mocht worden. Pas als een manager niet goed meer functioneert of (bijna) een burnout heeft, dan mag heel behoedzaam het A-woord uitgesproken worden. Want ook al zijn managers bang als een wezel, ze schreeuwen als leeuwen, want wie wil als bangerik bekend staan? Managers kennen geen angst en zijn niet bang. Nee, ze vinden iets spannend of een uitdaging. Angst is een lachwekkend non-issue met een hoog hoe-kom-je-erbij gehalte. Collega managers en medewerkers die aangeven dat angst wel degelijk een rol speelt in hun handel en wandel worden niet voor vol aangezien. Managers die toch zeggen ergens bang voor te zijn, worden vreemd aangekeken of gemeden. In de beslotenheid bij een borrel worden ze door een enkele collega nog even stilletjes aangeschoten: ‘toch wel knap van je om over je angsten te praten’. Angst komt niet uit de lucht vallen, maar heeft van oorsprong een natuurlijke functie die je alert maakt en behoedt voor gevaren. Maar angst kan ook een slechte raadgever zijn.
-1-
Angst zet managers op verkeerde been
Niets nieuws onder de zon1 Angstgevoelens zijn zo oud als de mensheid. Aristoteles, Burton, Descartes, Kierkegaard, Freud, Fromm, Goodman en Glas schreven er uitgebreid over. De oude Griekse filosofen beschreven reeds de vrees voor naderend onheil en het verschijnsel hoogtevrees. Uit de ‘Avonturen van Asterix’ weten we dat in de Romeinse tijd de Galliërs al bang waren dat de hemel op hun dak zou vallen. Het is Burton die in 1621 voor het eerst een uitgebreide staalkaart van de verschillende angsttypen maakt, zoals doodsangst, angst voor verlies van belangrijke anderen, spreekangst, angst waarbij men zich een lichamelijke ziekte inbeeldt etc. De Deense filosoof Kierkegaard was van mening dat angst een bijna constant gegeven is, als was het een ‘ziekte tot de dood’. Hij schrijft in 1837: “Diep in ieder mens is de angst levend gebleven voor de mogelijkheid om, helemaal vergeten door God, alleen op de wereld te zijn.” Fromm geeft een eeuw later in zijn boek ‘Angst voor de vrijheid’ aan dat de verminderde invloed van kerk en feodaliteit mensen heeft ontketend, waardoor ze onafhankelijker zijn geworden. De vrijheid die dit oplevert, veroorzaakt echter ook angst voor eenzaamheid, leegte en structuurloosheid. Veel mensen zoeken vervolgens verbeten naar een leider die ze kunnen volgen, zodat hun leven weer structuur, inhoud en ‘zin’ krijgt. Fromm verklaarde hiermee deels de opkomst van het nazisme. Angst en vrees In hun geschriften maken diverse auteurs onderscheid tussen angst en vrees. Vrees wordt door een aantal van hen omschreven als een toestand die gebonden is aan een bepaalde situatie of een bepaald object waarvoor men bang is, bijvoorbeeld hoogtevrees of pleinvrees. Angst is niet gebonden aan een dergelijke ‘kapstok’. Denk aan doodsangst of angst voor de eenzaamheid. Zo is vrees op te vatten als een signaal voor een gevaar vanuit de buitenwereld en angst een signaal dat er in de binnenwereld iets is dat als gevaar wordt opgevat. Lichaam en geest Naast het verschil tussen vrees en angst brengen de denkers een onderscheid aan in de oorsprong van angsten: is deze te vinden in het lichaam of in de geest? Descartes was bijvoorbeeld in 1649 van mening dat angst een fysiologische reflex is, waar de geest in een later stadium op reageert. Dit heeft er eeuwen later toe geleid dat de biologisch georiënteerde psychiaters aan de slag gingen met anti paniekpillen. Tegenstanders noemen deze aanpak symptoombestrijding waarmee de achterliggende oorzaken niet onder ogen worden gezien. De angst zal zich vermommen in een ander symptoom, waar weer nieuwe pillen voor ontdekt moeten worden. Volgens Freud moest je zeer diep gaan graven tot aan de jongste kindertijd, waarin angsten zich in de geest hebben vastgezet. Na (jarenlange) psychoanalyse kun je er wellicht mee afrekenen. De hedendaagse Amerikaanse psychiater Goodman is echter van mening dat lichaam en geest elkaar beïnvloeden en een eenheid vormen. Hij zoekt de polemiek niet, maar vindt dat men zich beter kan wijden aan het formuleren van condities waaronder elk van beide benaderingen het best kan worden benut: angst bestrijden met psychoanalyse, gedragstherapie of pillen. De Nederlandse psychiater en hoogleraar wijsbegeerte Gerrit Glas is van mening dat angst meer is dan een geestesziekte en eveneens meer is dan een stofwisselingsstoornis. Er hoort volgens hem ook de beleving en het verhaal of de levensgeschiedenis van de persoon in kwestie bij. Want behalve de aanleg om snel angstig te worden, hebben sommige mensen met angstklachten bepaalde herinneringen aan nare gebeurtenissen uit het verleden. Zo heeft een in het verleden traumatisch ontslag, zijn weerslag op de onbevangenheid bij huidige fusieperikelen. -2-
Angst zet managers op verkeerde been
Slechte raadgever Een leven beheerst door angst leidt tot negatieve self-fulfilling prophecies. De persoon raakt volledig geabsorbeerd door de angst van het door zichzelf voorspelde fiasco en komt in een neerwaartse spiraal terecht. Gedachten en overtuigingen dat het toch wel mis zal gaan, zorgen ervoor dat mensen ineffectief gedrag vertonen. Dit roept weer zichzelf versterkende negatieve gedachten en overtuigingen op. Zo kan een manager verlamd raken door angst omdat hij bang is te falen als mens. Hij heeft keer op keer bevestiging van buitenaf nodig voor een positief zelfbeeld. Dat loopt verkeerd af, want een ieder kan vroeg of laat een fout maken en kritiek krijgen. De manager heeft gefaald en dat is het ergste wat hem kan overkomen.
Ik ben bang
Feedback: zie je wel het lukt me niet
Gedachten: het gaat mis, het mislukt
Gevolg: geen succes
Overtuiging: ik misluk, ik faal
Gedrag: ineffectief
Gedrag: ik vermijd, ik ga mijn best doen om te compenseren
Gevoel: spanning, angst
Gevoel: angst, spanning, transpireren Feedback: zie je wel, ik ben een angsthaas en ik kan het niet
Figuur 1 De neerwaartse angstspiraal: gedachten en overtuigingen dat het mis zal gaan, zorgen voor ineffectief gedrag
Peter is een voorbeeld van een manager die in een neerwaartse angstspiraal terecht is gekomen. Hij is op een kwade dag een beetje gaan trillen en het wordt steeds erger. Peter handelt naar zijn eigen (negatieve) overtuigingen over de wereld en over zichzelf. Hij kijkt als het ware door een bril met zelfgemaakte glazen en hij creëert wat hij eigenlijk toch al wist: ik ben een mislukkeling…
-3-
Angst zet managers op verkeerde been
Peter trilt Peter heeft een tremor en schaamt zich, want hij laat zijn papieren ritselen en hij morst koffie. Hij gaat recepties en speeches mijden. Hij heeft het gevoel te falen. Alle energie en moeite gaat zitten in proberen niet te trillen. Het past niet bij het beeld dat hij van zichzelf neer wil zetten. Hij raakt in gevecht met zichzelf en hij wordt volledig geobsedeerd door het feit dat hij trilt. Maar Peter zegt het niet! Hij probeert het vooral te verbergen. Door de spanning en angst voor wat mensen dan wel van hem zullen denken raakt hij echter danig van slag en steeds meer gespannen. Hierdoor gaat hij nog meer trillen. Hij komt in een neerwaartse, vicieuze spiraal terecht, het wordt van kwaad tot erger. De angst is voor Peter een slechte raadgever.
Goede raadgever Een leven zonder gevaar is een illusie. Gevaar bestaat. Gevaar niet zien of niet voelen is levensgevaarlijk. Wie duikt er in het diepe zonder zwemdiploma? Wie raast er van de zwarte piste zonder ook maar één les gehad te hebben? Wie neemt een belangrijk besluit zonder een idee te hebben van de financiële gevolgen? Wie neemt een bedrijf over zonder enige vorm van due diligence? Dat doen alleen gekken of mensen die levensmoe zijn. Je kunt maar beter voorbereid zijn op de gevaren die je moet trotseren. Angst helpt ons daarbij. Het waarschuwt ons: pas op! Het kan misgaan; het is gevaarlijk. Ik kan maar beter een pas op de plaats maken. Het helpt ons een reëel beeld van de werkelijkheid te maken om adequaat te reageren of ons voor te bereiden. In water kun je namelijk verdrinken, op een zwarte piste kun je hard vallen, als manager heb je een groot afbreukrisico en als investeerder kun je veel geld verliezen. Angst doet ons inzien dat we maar beter eerst een opleiding kunnen gaan volgen of ‘droog’ oefenen of er maar helemaal van afzien. Dat is verstandig, want het vergroot ons werkplezier en zelfs onze overlevingskansen.
Hanne springt Hanne is twee. Vol energie, tot nu toe geleefd in een omgeving waarin zij volledig beschermd is. Ze kent geen angst. Boven aan de trap kijkt ze me aan. Ik vier treden lager. Heel kort duurt het, maar ze doet het. Ze springt. Blind vertrouwend op mijn armen die haar wel opvangen. Ternauwernood lukt me dat. Ik schrik me kapot. Zij niet en kraait van plezier. Ze moet nog leren dat er af en toe ook wat mis kan gaan. Hanne moet nog ervaren dat er gevaar bestaat. Anders wordt ze niet oud! Een beetje angst zou Hanne goede raad gegeven hebben.
Tweestrijd Er is een tweestrijd tussen angst en verlangen. Adam en Eva hebben in het paradijs een intens verlangen naar de verboden appel. Op overtreding staan straffen waar je met recht bang van wordt. Toch laten beiden zich verleiden, omdat het verlangen (naar kennis of macht) nog groter is dan de angst (voor verbanning of dood). De angst kan echter ook groter zijn dan het verlangen. Dan blijf je zitten waar je zit. Je houdt je adem in en stikt (net) niet.
-4-
Angst zet managers op verkeerde been
Ook de belegger op de beurs wordt altijd verscheurd door angst en begeerte. Zo kunnen speculatieve aandelen op de Aziatische markt snel veel rendement opleveren, maar de risico’s zijn navenant. Dan toch maar kiezen voor die saaie, maar veilige staatsleningen met 3% rente? Verreweg de meeste mensen blijven binnen de realiteit van het spanningsveld tussen angst en verlangen. Bijna niemand is volledig zonder angst. En dat is maar goed ook. De kunst van ieders leven is te manoeuvreren tussen de realiteitsgrenzen: aan de ene kant wil je niet verlamd worden door de angst en aan de andere kant moet je je ook niet blind storten in een ongewis avontuur.
Buiten realiteit (obsessie/fantasie)
angst
Vooruitgang & risico
verlangens en behoeften
Realiteit
Blind voor gevaar
Verlamming door angst
Consolideren & veiligheid
Buiten realiteit (roekeloosheid)
Figuur 2 Spanningsveld tussen angst en verlangens
Er bestaat dus de behoefte aan vooruitgang, ontplooiing, nieuwsgierigheid en spanning. De horizon lonkt. Bij de een zal deze behoefte, dit streven groter zijn dan bij de ander, afhankelijk van temperament. Tegelijkertijd kan de angst voor gevaar je op je plek houden. Het vraagt moed om te kiezen voor het avontuur, de vooruitgang en het risico. Amerika zou nooit zijn ontdekt als Columbus niet de moed had ontwikkeld om met zijn boot de wereldzeeën te trotseren en zijn nieuwsgierigheid te bevredigen op zoek naar nieuw land. Adam en Eva zouden nu nog in dat saaie paradijs voor eeuwig tot elkaar veroordeeld zijn en er zou voor de mensen niets meer te wensen zijn. Organisaties zouden ambitieloze, risicomijdende, naapende, angstige werkplekken zijn waar het leven uit is gezogen. -5-
Angst zet managers op verkeerde been
Op het verkeerde been Angst is dus een slechte én een goede raadgever. Lastiger wordt het wanneer je denkt dat angst een goede raadgever is, maar het blijkt een slechte raad te zijn. Angst heeft je op het verkeerde been gezet. Neem de beginnende skiër die, als de dood voor het diepe gat onder hem, zijn hele gewicht op de bergski zet; met zijn schouders richting berg, weg van de afgrond. Wat gebeurt er: hij heeft geen controle meer en duikt met een huiveringwekkende snelheid de afgrond in. De ingebakken neiging om je van de afgrond af te wenden, zorgt ervoor dat het tegengestelde gebeurt. De angst heeft je letterlijk op het verkeerde been gezet. Tijdens de eerste skilessen leer je om met je volle gewicht op je dalski te staan: dan houd je controle en hoef je nergens bang voor te zijn. Maar als je vervolgens als halfgevorderde ineens op een steile enge zwarte piste staat, maak je gewoon weer dezelfde beginnersfout en kukel je weer de berg af. De neiging om weg te duiken blijkt hardnekkig, terwijl je juist naar ‘het gevaar’ toe moet om eraan te Figuur 3 Naar de angst toe: druk op de dalski ontkomen. Op vergelijkbare wijze hebben managers de neiging om op een verkeerde intuïtieve manier op (onbewuste) angsten te reageren. Om dit aan te tonen gaan we eerst een aantal basale angsten van managers blootleggen. Uit onze coachingspraktijk weten we dat managers een aantal fundamentele angsten kennen. Deze angsten zullen niet allemaal voor iedereen gelden, maar we zijn niet bang de stelling in te brengen dat managers één of meerdere beschreven angsten bij zichzelf zullen herkennen. 1. Angst voor chaos en onvoorspelbaarheid Veel managers vinden het niet prettig als de toekomst onzeker is. Men wil structuur, orde en overzicht uit angst voor het verlies van controle: regeren is vooruitzien maar ook: vertrouwen is goed, controle is beter. Men mag zeker niet van je denken dat je de boel niet in de hand hebt. 2. Angst voor stilstand en achteruitgang Leiders horen voorop te lopen en ze vinden het niet fijn als hun ‘volgelingen’ achter blijven. Mee in de vaart der volkeren en stilstand is achteruitgang zijn in dit verband veelzeggende uitspraken. Men mag zeker niet van je denken dat je niet ambitieus bent. 3. Angst voor afwijzing Managers zijn nogal eens bang om alleen te komen staan. Zij ontlopen liever (moeilijke) beslissingen, want er is altijd wel iemand die ze aanvecht en ‘lonely at the top’ is geen aantrekkelijk vooruitzicht. Men mag zeker niet van je denken dat je een gewetenloze bullebak of een ‘Iron Lady’ bent. -6-
Angst zet managers op verkeerde been
4. Angst voor verlies van respect Managers zijn bang dat ze niet serieus genomen worden, dat er achter hun rug om hen wordt gegniffeld. Ze moeten regelmatig met de vuist op tafel slaan en daadkracht tonen. Men mag zeker niet van je denken dat ze de vloer met je kunnen aanvegen of dat je een slappeling bent. 5. Faalangst Veel managers zijn bang om ‘af te gaan’. Ze willen geen loser of de risee van de organisatie zijn. Ze doen krampachtig hun best om geen fouten te maken en niet af te gaan. Een fout wordt ervaren als falen en is een aantasting van de manager als mens. Men mag zeker niet van je denken dat je blunders begaat. 6. Angst om macht of positie te verliezen Managers zijn als de dood om hun machtspositie te verliezen. Ze willen daarbij niet als mak schaap bekend staan. Daarom hebben ze de neiging om voor hun positie te knokken en waar het maar kan de baas te spelen. Men mag zeker niet van je denken dat je je als een mak schaap aan de kant laat zetten. Naar de angst toe Om aan bovenstaande angsten te ontkomen vertonen veel managers hetzelfde gedrag als de bange skiër: ze gaan op het verkeerde been staan en bereiken het tegenovergestelde. Laten we eens kijken naar drie ontspoorde managers die uit angst voor stilstand (Pieter), faalangst (Henk) en angst voor positieverlies (Marijke), precies daar uitkomen waar ze bang voor zijn. Ze volgen hun neigingen, maar komen bedrogen uit. Stilstaan om vooruit te komen Pieter is een jonge, veelbelovende financieel manager. Hij wil erg graag hogerop. Hij werkt hard en wil zijn baas graag laten zien dat hij goed werk verricht en zijn zaakjes goed op orde heeft. Soms zit hij op het randje van wat ethisch verantwoord is, maar financieel wordt het bedrijf er niet slechter op. Zijn vrouw vindt de carrière van hem ook erg mooi. Eindelijk een mooi, groot huis met leuke design spulletjes. Pieter laat in zijn weg naar de top wel wat sporen achter. Bijvoorbeeld relaties die klagen over zijn irritante aanpak en collega’s die hem niet helemaal vertrouwen. Bovendien gaat zijn gretigheid om te laten zien hoe goed hij wel niet is steeds meer irriteren. Hierdoor stagneert zijn vooruitgang. Hij gaat nog harder werken en wordt tegelijkertijd naar zijn baas steeds dwingender in zijn verlangen naar meer bevoegdheden. Deze bevoegdheden zijn voor de bedrijfsvoering niet belangrijk, maar Pieter wil zijn status en aanzien verhogen. Zijn leidinggevende vindt dit niet gezond en gaat intuïtief op de rem staan. Dat verhoogt de druk weer bij Pieter. Uiteindelijk resulteert dit in flinke meningsverschillen die uitmonden in ruzie en een nare, slepende ontslagprocedure waarin met modder wordt gegooid. Pieter is bang voor stilstand, maar kan dat niet goed onder ogen zien. Hij zet zichzelf en zijn omgeving steeds verder onder druk, wat resulteert in overtrokken carrièredrang met alle negatieve gevolgen van dien. Het zou beter zijn als hij zich bewust was geworden van zijn angst en helderheid had gekregen in onderliggende motieven en behoeften. Vervolgens had hij zijn angst kunnen uitspreken en (tijdelijk) kunnen kiezen voor rust en reflectie, dan was zijn carrière waarschijnlijk aanmerkelijk beter verlopen.
-7-
Angst zet managers op verkeerde been
Neiging:
Angst voor chaos
Veiligheid / controle
Gevolg: Bureaucratie / starheid
Ontwikkel:
Gevolg:
Loslaten
Zelfregulering
Neiging:
Angst voor stilstand
Actie
Gevolg: Progressiedwang
Ontwikkel:
Gevolg:
Reflectie / rust
Zelfregulering
Neiging:
Angst voor afwijzing
Angst voor verlies van respect
Angst voor falen
Angst voor positieverlies
Harmonie
Gevolg: Onzichtbaarheid afhankelijkheid
Ontwikkel:
Gevolg:
Autonomie
Bewondering
Neiging:
Drammerigheid
Gevolg: Verlies van gezag
Ontwikkel:
Gevolg:
Harmonie
Stille kracht
Neiging:
Krampachtigheid
Gevolg: Kramp
Ontwikkel:
Gevolg:
Relativeren / afstand nemen
Leren
Neiging:
Vechten
Gevolg: Gezagsverlies
Ontwikkel:
Gevolg:
Van voetstuk af / baas zijn
Respect
Figuur 4 Erkennen van angst en effectieve alternatieve reacties op de angst -8-
Angst zet managers op verkeerde been
Uit de kramp De kwaliteit van het personeel is de kracht van de onderneming. Dat weet Henk, de directeur van een ICT-bedrijf, maar al te goed. Met name in nieuwe kennisgebieden als IT beveiliging en netwerken is de kennis en ervaring van de medewerkers van doorslaggevend belang voor het krijgen en behouden van klanten. Hij heeft al veel geïnvesteerd in de mensen die in dit veelbelovende vakgebied werken. Henk mag in deze overspannen niche van de arbeidsmarkt zijn medewerkers onder geen beding kwijtraken. Verlies van goed opgeleide mensen leidt onmiddellijk tot verlies van klanten en een achterstand in de innovatie race. Hij doet zijn uiterste best om het deze mensen naar de zin te maken. Niet alleen door (absurd) goede primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden, maar ook probeert hij met type werkzaamheden, scholing en doorgroeimogelijkheden, mensen aan zich te binden. Hieraan besteedt hij persoonlijk veel tijd in oeverloze motivatiegesprekken. Tevergeefs. Tot zijn grote verdriet vertrekken er telkens toch weer mensen. Ze beginnen voor zichzelf of worden door concurrerende bedrijven verleid met nog lucratievere beloningen of beloftes voor de toekomst. Om wanhopig van te worden. Terwijl Henk toch zo zijn best doet. Henk is bang om te falen. Het moet hem en zijn bedrijf toch lukken om deze nieuwe markten te pakken. Hij mag deze innovatieve trein dus onder geen beding missen. Zijn angst om de mensen kwijt te raken wordt feilloos aangevoeld door de medewerkers. ‘Daar zal dan wel een goede reden voor zijn’, is hun intuïtieve reactie. De angst van Henk ondermijnt hun gevoel bij een winnende club te horen. Had Henk zijn eigen faalangst onder ogen kunnen zien en meer aandacht besteedt aan de vraag hoe hij bij zichzelf èn zijn medewerkers het gevoel kon geven bij een winnende club te horen, dan zou het verloop waarschijnlijk kleiner zijn geweest. Niet proberen mensen krampachtig vast te houden, maar een volledige focus op de eigen kracht van het bedrijf.
Keuzemogelijkheden zien: wat zijn reële opties
Ander gedrag uitproberen (binnen angstmarges experimenteren)
Kans op positieve ervaring
Nieuwe kijk op de wereld en op jezelf
Toegenomen zelfvertrouwen
De angst in de ogen kijken en analyseren
Effectief gedrag De angst erkennen en accepteren
Gevoel: ik heb minder angst, het lukt me beter
Ik ben bang
Figuur 5 De opwaartse angstspiraal: het erkennen en accepteren van je angst is het begin om beter in het leven te staan -9-
Angst zet managers op verkeerde been
Maak je niet dik Marijke is begonnen als office manager. Omdat zij over commercieel gevoel blijkt te beschikken, maakt ze op een gegeven moment de overstap naar de verkoopafdeling. En dat gaat werkelijk fantastisch! Jaar na jaar scoort Marijke ruim boven target. Ze maakt na een aantal jaren dan ook de overstap naar salesmanagement. Het bedrijf waar Marijke werkt gaat fuseren en haar positie staat op het spel. Het is voor haar duidelijk dat ze zich in alle opzichten moet waarmaken voor de nieuwe directie. Marijke stelt zich op een overtrokken manier op als de zelfverzekerde en dominante verkoopleidster die weet wat zij wil. Bovendien gaat ze openlijk de strijd aan met haar rivaal uit het andere bedrijf door ‘kampen’ te creëren binnen het verkooppersoneel. Het nieuwe management en een deel van het personeel wil niet met zo’n type vrouw samenwerken. Dit heeft geleid tot irritaties en uiteindelijk tot hevige conflicten en een vertrekregeling. Marijke is innerlijk kwetsbaar en onzeker en heeft grote angst voor positieverlies. Haar ‘automatische’ reactie is overdreven daadkrachtig en zelfverzekerd gedrag, waardoor zij het tegenovergestelde bewerkstelligt. Marijke kan haar kwetsbaarheid verkleinen door (een deel van) haar kwetsbaarheid te tonen. In plaats van irritatie en weerstand te ondervinden zou haar dan waarschijnlijk hulp en ondersteuning geboden zijn. Dit had rivaliteit kunnen ombuigen in samenwerking en het zou haar veel energie, spanningen en teleurstelling hebben bespaard. De angst van Marijke om haar positie te verliezen zorgt ervoor dat zij om zich heen slaat en de baas gaat spelen, omdat ze denkt dat dit de beste garantie is om gezag te krijgen en te behouden. Niets is minder waar: ze verliest respect, want ze krijgt weliswaar macht, maar geen gezag. Ze had kunnen proberen om niet stevig op haar positie ‘te blijven zitten’, maar om daarvan los te komen, rond te lopen en te luisteren naar haar medewerkers en de collega in de fusieorganisatie. Ze zouden zien dat Marijke een leider is en niet de baas speelt. Dat dwingt respect af. De paradox We gaan tot slot terug naar trillende Peter, die in een neerwaartse angstspiraal terecht is gekomen en steeds erger gaat trillen. We hebben een paradoxaal advies voor Peter: tril in de volle schijnwerpers, waarna de tremor vanzelf in de coulissen verdwijnt. Peter stopt met trillen Peter komt uit de angstspiraal door eerst aan zichzelf toe te geven dat ie trilt en in te zien dat trillen je nog niet tot een mislukt persoon maakt. Vervolgens moet hij de moed verzamelen het aan anderen te vertellen en het te laten zien. Hij kan dan namelijk stoppen te doen alsof het niet zo is en te gaan staan voor wie hij nu werkelijk is. Om vervolgens te ervaren dat dat geaccepteerd wordt door anderen. Hierdoor wordt hij rustiger en kan hij ophouden met vechten tegen het trillen. Omdat Peter van zichzelf mag trillen en het durft te laten zien, stopt hij met trillen. Manager, erken je angsten en luister naar hun wijze raad. Weet ook dat je regelmatig op het verkeerde been staat en dat de angst je beetneemt. Heb de moed angst in de ogen te kijken en erop af te stappen. Je wordt minder bang. Mocht je niet verder komen en in een neerwaartse angstspiraal terechtkomen, probeer dan eens een paradoxale aanpak en je zult versteld staan.
- 10 -
Angst zet managers op verkeerde been
Wat kan je helpen als manager om deze stap te maken? Ontwikkel alertheid op signalen van jezelf en je omgeving. Neem deze serieus. Fysieke signalen als frequente vermoeidheid, hoofdpijn e.d. kunnen duiden op ineffectief gedrag. Ook signalen uit je omgeving zoals irritaties, weerstand en contactverlies, kun je gebruiken om eens goed stil te staan bij je eigen gedrag en de achterliggende behoeften en motieven. Praat hierover met collega’s of vrienden die je volledig vertrouwt. Ook een externe coach kan je helpen inzicht te krijgen in je ineffectieve gedrag. Weet dat je niet de enige manager bent die angsten kent en dat iedereen er als de dood voor is erover te praten. Jij kunt de stilte doorbreken en jezelf - en daarmee anderen - verlossen uit de greep van de angst, maar daar heb je wel lef voor nodig!
De auteurs hebben in 2001 Het Laar, Centrum voor werk en persoonlijke ontwikkeling opgericht. Het Laar is een trainings- en coachingsbureau in Cuijk. Jan van der Heijden (1957) is psychotherapeut. Gérard Hendriks (1956) en Frans van Schijndel (1957) zijn trainer/coach. Zij ondersteunen individuen, teams en organisaties in het op effectieve wijze met plezier leveren van prestaties. www.hetlaar.nu
1
Deels gebaseerd op: Hans van der Ploeg, Die onbeschrijflijke angst, NRC 27 juli 1991, met een bespreking van de dissertatie van Gerrit Glas: Concepten van Angst en angststoornissen, Swets, 1991.
- 11 -