Raad Onderwerp:
V200701055 Normenkader rechtmatigheid 2007
Samenvatting: Inleiding: De accountant controleert jaarlijks de jaarrekening 2007 op getrouwheid en rechtmatigheid. Voor de rechtmatigheid dient vooraf de raad een normenkader vast te stellen. In het bijgevoegde raadsvoorstel wordt het geactualiseerde normenkader ter vaststelling aangeboden aan de raad. Daarnaast is een uitgebreid toetsingskader noodzakelijk voor de rechtmatigheidscontrole. Dit is de bevoegdheid van het college en wordt hierbij ter vaststelling aangeboden.
Advies: Vaststellen toetsingskader rechtmatigheid 2007 en het normenkader rechtmatigheid 2007 ter vaststelling voor te leggen aan de raad.
1/1
Raad Onderwerp:
V200701055 Normenkader rechtmatigheid 2007
Collegevoorstel Inleiding: De accountant controleert jaarlijks de jaarrekening op getrouwheid en rechtmatigheid. Voor de rechtmatigheid dient vooraf de raad een normenkader vast te stellen. In het bijgevoegde raadsvoorstel wordt ten behoeve van de jaarrekening 2007 het geactualiseerde normenkader ter vaststelling aangeboden aan de raad. Daarnaast is een toetsingskader noodzakelijk voor de rechtmatigheidscontrole. Dit is de bevoegdheid van het college en wordt hierbij ter vaststelling aangeboden.
Feitelijke informatie: Voorgeschiedenis In 2006 is in overleg met de accountant een minimumvariant afgesproken van het toetsingskader voor de jaarrekeningcontrole 2006. Resultaat daarvan was een overzicht van te controleren items per interne verordening/beleidsregel. Dit toetsingskader is intern gebruikt om de processen te controleren. Daarnaast heeft de accountant het kader gebruikt voor de rechtmatigheidstoets. Het toetsingskader Het toetsingskader is een uitwerking van het normenkader voor de interne beleidsregels. Onder de beleidsregels vallen de gemeentelijke verordeningen, regelingen en beleidsstukken. Het toetsingskader bevat de bepalingen uit de beleidsregels waaraan financiële consequenties zitten en die relevant zijn voor de hoogte, recht en duur. Op grond van de uitgangspunten bij het normenkader is voor elke interne beleidsregel, die aan rechtmatigheidscontrole onderhevig is, nagegaan op welke artikelen/bepalingen de accountant kan toetsen. Het toetsingskader is voor de controle van de jaarrekening 2007 geactualiseerd aan de hand van het geactualiseerde normenkader. Voor de uitvoering van de interne contole van de processen is de WMO de meest relevante wijziging, doordat de vergoeding voor huishoudelijke hulp als gemeentelijk taak is ingevoerd. Het aangepaste toetsingskader wordt hierbij ter vaststelling voorgelegd en vervolgens aan de raad ter kennisname aangeboden.
Inzet van middelen: Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel
Advies: Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen.
1/2
Raad Onderwerp:
V200701055 Normenkader rechtmatigheid 2007
BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 4 december 2007; gelet op de Gemeentewet, art 213; besloten: het toetsingskader rechtmatigheid 2007 vast te stellen en het normenkader rechtmatigheid 2007 ter vaststelling voor te leggen aan de raad.
namens het college van Heusden, de secretaris,
mr. J.T.A.J. van der Ven
2/2
Raad Onderwerp:
V200701055 Normenkader rechtmatigheid 2007
Raadsvoorstel Inleiding: De accountant controleert jaarlijks de jaarrekening op getrouwheid en rechtmatigheid. Voor de rechtmatigheid dient vooraf de raad een normenkader vast te stellen. In dit voorstel wordt het geactualiseerde normenkader ten behoeve van de jaarrekening 2007 ter vaststelling aangeboden.
Feitelijke informatie: Voorgeschiedenis Met ingang van de gemeentelijke jaarrekening 2004 is de rechtmatigheid onderdeel van de controlerende taak van de accountant. Over de jaren 2004 en 2005 heeft de accountant van onze gemeente zich van een oordeel over de rechtmatigheid onthouden omdat er landelijk veel onduidelijkheid bestond over de inhoud van de controle en omdat als gevolg van deze onduidelijkheid geen normenkader in de raad was vastgesteld. Voor het jaar 2006 is het normenkader vastgesteld en is de rechtmatigheidstoets wel uitgevoerd. De gemeente heeft toen een goedkeurende verklaring ontvangen. Het begrip rechtmatigheid In algemene zin lijkt “rechtmatigheid” een duidelijke term: iedereen wordt geacht zich aan de wet te houden, dus ook gemeenten. Bij nadere beschouwing is dit echter veel ingewikkelder, en rijzen vragen als: welke regels gelden nu precies; in hoeverre is niet (of niet tijdige) naleving van alle bepalingen uit alle wetten van belang voor het oordeel bij de jaarrekening; in welke gevallen kan niet-naleving nog worden gecorrigeerd zonder gevolgen voor het uiteindelijke oordeel over rechtmatigheid, etc. Het begrip rechtmatigheid in het kader van de accountantscontrole richt zich vooral op de financiële rechtmatigheid en is hiermee beperkter dan het juridische begrip rechtmatigheid. Met financiële rechtmatigheid wordt bedoeld dat de financiële beheershandelingen in overeenstemming met de geldende wet- en regelgeving zijn uitgevoerd. In bijlage 2 staat een toelichting op de rechtmatigheidscontrole. Normenkader Het normenkader bestaat uit een overzicht van de geldende externe en gemeentelijke regelgeving met betrekking tot financiële rechtshandelingen. De accountant controleert de rechtmatigheid van externe regelgeving (vastgesteld op bijvoorbeeld europees, landelijk niveau) en van de interne regelgeving (vastgesteld door de gemeente Heusden). In het geactualiseerde normenkader (bijlage 1) zijn de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van het normenkader jaarrekening 2006 met betrekking tot de financiële beheershandelingen als volgt: • nieuw vastgestelde beleidsregels o Rekenkamercommissie o Verordening outplacement gewezen wethouders 2006 o Verordening wet inburgering o WMO-verordening gemeente Heusden 2007 • vervallen beleidsregels o Onderwijsachterstandenplan 2002-2006 o Verordening voorziening gehandicapten 2003 • wijzigingen beleidsregels o Mandaatregeling 1/2
Raad
V200701055
Onderwerp:
o o
Normenkader rechtmatigheid 2007
Bezoldigingsverordening 2001 Tarieven legesverordening, brandweerrechten, marktgelden etc.
Toetsingskader Het toetsingskader is een uitwerking van het normenkader voor de interne beleidsregels. Onder de beleidsregels vallen de gemeentelijke verordeningen, regelingen en beleidsstukken. Het toetsingskader bevat de bepalingen uit de beleidsregels waaraan financiële consequenties zitten en die relevant zijn voor de hoogte, recht en duur. Wij hebben het toetsingskader rechtmatigheid jaarrekening 2007 onlangs vastgesteld; het ligt voor u op de gebruikelijke wijze ter inzage.
Inzet van middelen: Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel
Procedure: vervolgstappen Met het normenkader als kader voor de rechtmatigheid is het doel om bij de jaarrekening 2007 een goedkeurende accountantsverklaring te krijgen op het onderdeel rechtmatigheid.
Advies: Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, mr. J.T.A.J. van der Ven
BIJLAGEN:
de burgemeester, drs. H.P.T.M. Willems
Besluit Bijlage 1: Normenkader Bijlage 2: Het begrip rechtmatigheid Bijlage 3: Toetsingskader rechtmatigheid
TER INZAGE: De stukken liggen ter inzage in de leeskamer, locatie Vlijmen.
2/2
Raad Onderwerp:
V200701055 Normenkader rechtmatigheid 2007
BESLUIT De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 29 januari 2008; gezien het voorstel van het college van 4 december 2007, doc.nr. V200701055; gelet op de Gemeentewet artikel 213; besluit: het normenkader voor de rechtmatigheidscontrole jaarrekening 2007 vast te stellen.
de griffier,
de voorzitter,
A.J. Emmen
drs. H.P.T.M. Willems
3/3
BIJLAGE 1: NORMENKADER 2006 VERORDENINGEN en BELEIDSREGELS STAND AUG 2007
wet- en regelgeving extern
intern
Citeertitel
Functie Product
Activiteit
Wettelijke Basis
001
bestuursorganen bestuursorganen bestuursorganen bestuursorganen
commissie voor onderzoek raad
Gemeentewet art. 155 Gemeentewet
001
bestuursorganen
raad
001
bestuursorganen bestuursorganen
raad
001
bestuursorganen
raad
001
bestuursorganen bestuursorganen bestuursorganen bestuursorganen bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W
referendum
bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W
financieel middelenbeleid financieel middelenbeleid financieel middelenbeleid financieel middelenbeleid
bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W
financieel middelenbeleid financieel middelenbeleid
001 001 001
001
001 001 001 002 002 002 002 002
002 002 002 002
002 002
raad burgerparticipatie
Awb
nee
raad
raad
burgerparticipatie archief
Archiefwet
B&W
Gemeentewet art. 41c gemeentewet art 147 Awb
B&W bezwaar en beroep delegatie
bestuursonder- financieel middelensteuning B&W beleid
002
bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W
002 002 002
financieel belang
nee
raad
informatiebeheer inkoopbeleid steunverlening reserves en voorzieningen klachten
Normenkader 2007, pagina 1
Inspraakverordening gemeente Heusden 1997 Verordening burgerinitiatief gemeente Heusden 2007 Archiefverordening 2006 Gedragscode voor burgemeester en wethouders Verordening outplacement gewezen wethouders 2006 Verordening commissie bezwaarschriften Delegatiebesluit 2001
Gemeentewet, Awb, WvW 1994 en WRO gemeentewet beheers- en controleverordening gemeentewet
regeling budgethouderschap
gemeentewet art 213 gemeentewet art. 213
verordening controle financieel beheer confom art 213 controleprotocol voor de accountantscontrole op de jaarrekening 2005 gemeentewet art verordening doelmatigheid en 213a doeltreffendheid conform art 213a gemeentewet art verordening financieel beleid confom 212 + wet fido art 212 voor treasurystatuut gemeentewet art financieringsstatuut 212 + wet fido voor treasurystatuut besluit informatiebeheer
nee nee nee
gewijzigd
ja
ja ja
vervallen
ja
aangepast
nee ja
nieuw
nee
nieuw
nee
aangepast
nee ja
nieuw
nee
nieuw
ja
nee ja nee nee
nee ja
ja
nee
Europese inkoopbeleid regelgeving verordening 212 protocol subsidieverstrekking en steunverlening ondernemingen verordening 212 notitie reserves en voorzieningen
nee
Awb
nee
Verordening interne klachtenbehandeling
vervallen/ gewijzigd
rechtmatigheid
Verordening op de gemeentelijke commissie van onderzoek Algemene raadscommissieverordening Gemeentewet Gedragscode voor de leden van de art. 15 raad Gemeentewet Reglement van orde voor de art. 16 vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad Gemeentewet Verordening geldelijk art. 149 tegemoetkoming aan fracties in de gemeenteraad 1997 Gemeentewet Verordening op de ambtelijke bijstand art. 33 en de fractieondersteuning Gemeentewet Verordening voorzieningen art. 147 wethouders, raads- en commissieleden 2005 Gemeentewet Verordening rechtspositie wethouders art. 44 en 95 t/m en raadsleden 2007 99 Trw art. 8 verordening op het raadgevend correctief referendum 2002 Rekenkamercommissie
002
002
toets op
ja
ja
aangepast
BIJLAGE 1: NORMENKADER 2006 VERORDENINGEN en BELEIDSREGELS STAND AUG 2007
wet- en regelgeving extern
intern
toets op
vervallen/ gewijzigd
rechtmatigheid financieel belang
Functie Product
Activiteit
Wettelijke Basis
Citeertitel
002
mandaat
Awb
Mandaatregeling
ja
aangepast
organisatie
Car art 3:1
ja
aangepast
organisatie
Bezoldigingsverordening gemeente Heusden 2001 reiskostenregeling woon-werkverkeer gemeente Heusden werktijdenregeling
organisatie
verlofregeling
ja
organisatie
ja
organisatie
kopen en verkopen vakantieuren en ruilen uren voor fiets vergoedingen
ja
organisatie
studiekosten
ja
organisatie
klokkenluiderregeling
nee
organisatie
regeling kinderopvang
ja
organisatie
fietsprivé
ja
organisatie
klachtenregeling seksuele intimidatie, agressie en geweld Organisatiebesluit gemeente Heusden beheerregeling voor GBA privacyreglement voor GBA Verordening Persoonsregistaties gemeente Heusden regeling op de nummering van gebouwen in de gemeente Heusden
003 003 003
bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W bestuursondersteuning B&W burgerzaken burgerzaken burgerzaken
003
burgerzaken
nummering gebouwen
gemeentewet, APV
003
burgerzaken
straatnaamgeving
art. 82 Gem.wet
004
baten leges secretarieleges
120
brandweer en rampenbestrijding brandweer en rampenbestrijding brandweer en rampenbestrijding
brandveiligheid
brandweer en rampenbestrijding openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid
brandweerrechten
002 002 002 002 002 002 002 002 002 002 002 002
120
120
120
140 140 140 140 140 140 140 140
organisatie
organisatie
Gemeentewet
GBA GBA GBA
wet GBA wet GBA GBA
ja nee
nee nee nee nee nee nee
verordening commissie straatnaamgeving Legesverordening
nee
Brandweerwet
Brandveiligheidseisen kinderopvanggebouwen
nee
brandveiligheid
Brandweerwet
Brandveiligheidsverordening 1998
nee
brandweer
Brandweerwet art. 1, 12 en- art. 149 gemeentewet Gemeentewet art. 229
Organisatie- en beheersverordening brandweer
nee
gemeentewet + belastingwetten
aanwijzing plaats
APV
bibob
wet BIBOB
coffeeshopbeleid
Gemeentewet, APV APV
drankgebruik
exploitatievergunnin- APV gen handhaving Awb, Gemeentewet honden APV markt
Normenkader 2007, pagina 2
ja
ja
Verordening op de heffing en de invordering van brandweerrechten 2001 Aanwijzing plaats op grond van ar. 2.1.1.1a APV BIBOB
nee
Coffeeshopbeleid
nee
hinderlijk drankgebruik op de weg
nee
uitvoeringsbesluit exploitatievergunningen Beleidsplan handhaving 2005-2008
nee nee
hinderlijke/gevaarlijke honden
nee
Marktverordening branchelijst markt - Drunen
nee
nee
tarief aangepast
tarief aangepast
BIJLAGE 1: NORMENKADER 2006 VERORDENINGEN en BELEIDSREGELS STAND AUG 2007
wet- en regelgeving extern
intern
Citeertitel
toets op
rechtmatigheid financieel belang
Functie Product
Activiteit
Wettelijke Basis
140
openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid openbare orde en veiligheid wegen, straten en pleinen wegen, straten en pleinen wegen, straten en pleinen
markt
Marktverordening branchelijst markt - Vlijmen
nee
markt
Marktverordening regeling gebruik eigen materiaal (markten) Marktverordening reglement van orde voor de marktcommissie Gemeentewet Marktverordening gemeente heusden art. 149, 160 2003 Gemeentewet APV
nee
nee
APV
parkeren caravans
nee
APV
parkeren van grote voertuigen
nee
verlichting
214
wegen, straten en pleinen wegen, straten en pleinen verkeersmaatre gelen te land verkeersmaatre gelen te land parkeren
parkeren
214 214
parkeren parkeren
parkeren parkeren
215
baten parkeerbelasting baten parkeerbelasting openbare orde en veiligheid
parkeerbelasting
140 140 140 140 140 140 140 140 140 140 140 141 141 210 210 210
210 210 211 211
215
310
310 421
421
markt marktverordening openbare orde en veiligheid parkeren parkeren prostitutiebeleid
nee nee
Gemeentewet, APV sluitingstijden horeca APV
Prostitutiebeleid
nee
sluitingstijden horeca
nee
standplaatsen
APV
Standplaatsenbeleid
ja
uitwegvergunningen
APV
winkeltijden handhaving handhaving nutsvoorziening straatmeubilair straatmeubilair
trottoirs verkeer verkeer
parkeerbelasting
kermis
Beleidsregel voor uitwegvergunningen Winkeltijdenwet, Winkeltijdenverordening Gemeentewet Awb, Uitvoeringsprogramma handhaving Gemeentewet Awb, Nalevingstrategie Gemeentewet Telecommunicati telecommunicatieverordening ewet art. 5.2 Gemeentewet Beleids- en beheerplan verkeer- en straatmeubilair Beleidsplan tm 2008 Rationeel Gemeentewet, wegenverkeersw wegbeheer gemeente Heusden et Beleidsnota openbare verlichting
toekenning van een waarde aan trottoirs e.d. bij aankoop Wegenverkeersw Gemeentelijk Verkeers en et Vervoersplan (GVVP) wegsleepverordening gemeente Heusden Wegenverkeersw Beleidsregels vergunning parkeren et WvW Parkeerverordening 1999 Parkeerverordeni uitvoeringsbesluit art. B van de ng parkeerverordening1999 Verordening Uitvoeringsbesluit betaald parkeren. parkeerbelasting 2001 gemeentewet art. Verordening parkeerbelastingen 2001 229 en Tarieventabel
voorwaarden voor de verhuur van standplaatsen op kermisterreinen van de gemeente Heusden handel en marktgelden gemeentewet art. verordening Marktgelden ambacht 229 openbaar huisvesting onderwijs Integraal Huisvestings Plan 2004basisonder-wijs, 2010 huisvesting openbaar huisvesting onderwijs basisonder-wijs, huisvesting
Normenkader 2007, pagina 3
gemeentewet
Verordening huisvesting onderwijs
vervallen/ gewijzigd
nee nee nee ja nee nee nee
nee ja nee ja ja nee nee ja
ja
ja
ja
tarief aangepast
nee
ja
aangepast
BIJLAGE 1: NORMENKADER 2006 VERORDENINGEN en BELEIDSREGELS STAND AUG 2007 Functie Product 480
wet- en regelgeving Activiteit
extern
intern
Wettelijke Basis
Citeertitel
toets op
vervallen/ gewijzigd
rechtmatigheid financieel belang
gemeenschapp leerlingenvervoer elijke baten en lasten ondergemeenschapp leerlingenvervoer elijke baten en lasten onderwijs
Verordening cliëntenraad leerlingenvervoer gemeente Heusden Verordening leerlingenvervoer gemeente Heusden 2004
ja
480
gemeenschapp leerlingenvervoer elijke baten en lasten onderwijs
deelverordening subsidie leerlingenvervoer gemeente Heusden
ja
480
gemeenschapp lokaal onderwijselijke baten en beleid lasten onderwijs
Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid
480
gemeenschapp onderwijs elijke baten en achterstandsbeleid lasten onderwijs
Onderwijsachterstandenplan 20022006 gemeente Heusden"samen bouwen aan meer kansen
ja
vervallen
482
volwasseneducatie
volwasseneducatie
subsidieverordening
ja
gewijzigd
541
oudheidkunde/ musea oudheidkunde/ musea
molens monumenten
art. 149 Gem.wet, art. 9.2 Bouwverordening 1997, art. 12+15 Monumentenwet 1988
oudheidkunde/ musea openbaar groen en openluchtrecreatie openbaar groen en openluchtrecreatie openbaar groen en openluchtrecreatie openbaar groen en openluchtrecreatie baten reinigingsrechten en afvalstoffenheffing baten reinigingsrechten en afvalstoffenheffing gemeentelijk minimabeleid
monumenten
art. 149 Gem.wet Subsidieverordening gemeentelijke monumenten Gemeentewet Groenbeleidsplan 2004 tm 2013
480
541
541 560
560
560
580
614
614
614
621
vreemdelingen
groen
gemeentewet, Awb
Reglement gilde van Heusdense molenaars Monumentenverordening 2000
nee
nee
nee ja
ja nee
openluchtrecreatie
Verordening op de openluchtrecreatie 1998
nee
toerisme
nee
toerisme
W.O.R.
kwijtschelding
Gemeentewet, belastingwetten
algemene verordening nationaal park Loonse en Drunense Duinen (duinverordening) Beleids- en actieplan Recreatie en Toerisme gemeente Heusden 20042010 Kwijtscheldingsbeleid gemeentelijke belastingen
kwijtschelding
Gemeentewet, belastingwetten
minimabeleid
nieuwkomers
Normenkader 2007, pagina 4
nee
ja
vervallen
Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2007
ja
nieuw
Eerste wijziging Bijdragenregeling welzijnsactiviteiten gemeente Heusden 2002 Handboek inburgering nieuwkomers in Waalwijk, Loon op Zand en Heusden
ja
nieuw
nee
BIJLAGE 1: NORMENKADER 2006 VERORDENINGEN en BELEIDSREGELS STAND AUG 2007
wet- en regelgeving
Functie Product
Activiteit
621
vreemdelingen
nieuwkomers
650
kinderopvang
650
kinderopvang
652
voorzieningen gehandicapten
652
voorzieningen gehandicapten
652
voorzieningen gehandicapten
652
WMO
652
WMO
714
723
openbare gezondheidszorg openbare gezondheidszorg afvalverwijdering en verwerking afvalverwijdering en verwerking afvalverwijdering en verwerking riolering en waterzuivering milieubeheer
bodembeleid
723
milieubeheer
bouwstoffen
723
milieubeheer
723 723
714
721
721
721
722
extern
intern
Wettelijke Basis
Citeertitel
Wet inburgering Verordening wet inburgering art 8, 19 lid 5, 23 lid 3 en 35 kinderopvang en Wet Verordening Wet Kinderopvang (Wk) peuterspeelzaalwerk kinderopvang kinderopvang en Wijziging Verordening wet peuterspeelzaalwerk kinderopvang gehandicapten Verordening cliëntenparticipatie integraal gehandicaptenbeleid gemeente Heusden gehandicapten Verordening voorziening gehandicapten gemeente Heusden 2003 (alleen nog voor oude aanvragen) gehandicapten verstrekkingenbesluit financiële tegemoetkomingen eigen bijdrage voorzieningen gehandicapten (alleen nog voor oude aanvragen) maatschappelijke Wet WMO-verordening gemeente ondersteuning maatschappelijke Heusden 2007 ondersteuning, art 5 gemeentewet, art 149 maatschappelijke WMO-besluit maatschappelijke ondersteuning ondersteuning gemeente Heusden 2007 gezondheidszorg Beleidsplan Integrale Jeugdgezondheidszorg 2004-2007 gezondheidszorg
afval
Nota Lokaal Gezondheidsbeleid
Wet milieubeheer Afvalbeheerplan en uitvoeringsprogramma
destructie
zwerfafval
APV
riolering
toets op
rechtmatigheid financieel belang
ja
nee
ja
vervallen
ja
vervallen
ja
nieuw
ja
nieuw
nee
nee
nee
nee
Plan van aanpak zwerfafval
nee
Gemeentelijk Riolerings Plan (GRP)
nee
geluid
Wet milieubeheer Bodembeleidsplan en -uitvoeringsprogramma Bouwstoffenbeslu werkwijzer bouwstoffenbesluit it Wet milieubeheer Geluidsnota en uitvoeringsplan
nee
milieubeheer milieubeheer
honden milieubeleid
APV Hondenbeleid Wet milieubeheer Milieubeleidsverklaring (GIM)
nee nee
723
milieubeheer
paardenhouderijen
Wet milieubeheer Notitie afstanden paardenhouderijen
nee
723 723
milieubeheer milieubeheer
stoken milieubeleid
APV Stookbeleid Wet milieubeheer Milieuprogramma
nee nee
724
lijkbezorging
724
lijkbezorging
beheer begraafplaatsen beheer begraafplaatsen
724
lijkbezorging
lijkbezor-gingsrechten
Normenkader 2007, pagina 5
wet op de lijkbezorging
Verordening op het gebruik en het beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Heusden” 2004. Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten
nieuw
nee
Destructieverordening gemeente Heusden 1999
Begraafplaatsenplan
vervallen/ gewijzigd
nee nee
nee ja
ja
tarief aangepast
BIJLAGE 1: NORMENKADER 2006 VERORDENINGEN en BELEIDSREGELS STAND AUG 2007
wet- en regelgeving extern
intern
toets op
vervallen/ gewijzigd
rechtmatigheid financieel belang
Functie Product
Activiteit
Wettelijke Basis
Citeertitel
724
lijkbezorging
beheer begraafplaatsen
Verordening op het gebruik en het beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Heusden” 2004.
Besluit tot vaststelling van nadere voorschriften met betrekking tot indeling en onderscheid van graven voor de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Heusden
nee
724
lijkbezorging
beheer begraafplaatsen
Verordening op het gebruik en het beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Heusden” 2004.
Uitvoeringsbesluit voor grafbedekkingen gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Heusden 2004
nee
725
baten reinigingsrechten en afvalstoffenheffing baten reinigingsrechten en afvalstoffenheffing baten reinigingsrechten en afvalstoffenheffing ruimtelijke ordening ruimtelijke ordening
afvalstoffenheffing
gemeentewet art. heffing en invordering 229 afvalstoffenheffing
ja
aangepast
reinigingsrechten
gemeentewet art. verordening heffing en invordering 229 van reinigingsrechten 2001
ja
tarief aangepast
rioolheffing
gemeentewet art. verordening rioolrecht 229
ja
tarief aangepast
bestemmingsplan
WRO
725
725
810 810
810 810
822
822
822
822
822
822
822
822
ruimtelijke ordening ruimtelijke ordening overige volkshuisvesting overige volkshuisvesting overige volkshuisvesting overige volkshuisvesting overige volkshuisvesting overige volkshuisvesting overige volkshuisvesting overige volkshuisvesting
beleid inzake vrijstelling en wijziging bestemmingsplan gronden Criteria voor de verkoop, verhuur cq. gebruik van overhoeken en groenstroken planschadeprocedure beleid inzake planschades overeenkomsten planschadeprocedure WRO art. 49, 72 procedureverordening s planschadevergoeding gemeente Heusden 1997 bouwen Woningwet Bouwverordening 1997
nee
welstand
Woningwet
nee
woningen buitengebied
art. 19 lid 2 WRO beleidsregels inzake uitbreiding burgerwoning en bijgebouwen bij burgerwoningen in het buitengebied Woningwet, beleidsregels inzake woningsplitsing WRO in relatie tot het nieuwe streekplan
nee
woonwagenzaken
art. 2 Huisvestingsverordening voor Huisvestingswet, standplaatsen van woonwagens art. 149 Gem.wet
nee
staangeld
Woonwagenwet, Verordening staangeld 1997 Gemeentewet art. 229 APV Vordening gebruik van standplaatsen voor woonwagens gemeente Heusden 1998 standaardregeling maximale oppervlakte aan vrijstaande bijgebouwen
woningsplitsing
woonwagenzaken
bouwen
Normenkader 2007, pagina 6
welstandsnota
nee
nee ja
ja
nee
ja
nee
nee
BIJLAGE 1: NORMENKADER 2006 VERORDENINGEN en BELEIDSREGELS STAND AUG 2007
wet- en regelgeving
Functie Product
Activiteit
830
bouwgrondexploitatie
grondbeleid
830
bouwgrondexploitatie bouwgrondexploitatie bouwgrondexploitatie bouwgrondexploitatie Overige financiele middelen Baten OZB gebruikers
830 830 830 913
931
931 937 823
Baten OZB gebruikers baten hondenbelasting bouwvergunningen
extern
intern
Wettelijke Basis
Citeertitel
toets op
rechtmatigheid financieel belang
grondbeleid
voorwaarden uitgifte bouwterreinen aan particulieren in kernen Drunen en Vlijmen nota Grondbeleid deel 1
ja
grondbeleid
nota Grondbeleid deel 2
ja
Exploitatieverordening gemeente Heusden 1998 grondnota
ja
grondbeleid
Gemeentewet
grondbeleid
Gemeentewet
cultuurgronden
OZB
OZB hondenbelasting leges
Normenkader 2007, pagina 7
gemeentewet + belastingwetten
ja
ja
voorwaarden bij de verkoop van cultuurgronden
ja
Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelasting 2003 Beleid betreffende de OZB
ja
gemeentewet art. hondenbelasting 229 gemeentewet + Legesverordening belastingwetten
vervallen/ gewijzigd
tarief aangepast
nee ja ja
tarief aangepast tarief aangepast
Bijlage 2 rechtmatigheid Het begrip “rechtmatigheid” In algemene zin lijkt “rechtmatigheid” een duidelijke term: iedereen wordt geacht zich aan de wet te houden, dus ook gemeenten. Bij nadere beschouwing is dit echter veel ingewikkelder, en rijzen vragen als: welke regels gelden nu precies; in hoeverre is niet (of niet tijdige) naleving van alle bepalingen uit alle wetten van belang voor het oordeel bij de jaarrekening; in welke gevallen kan niet-naleving nog worden gecorrigeerd zonder gevolgen voor het uiteindelijke oordeel over rechtmatigheid, etc. Grenzen aan “rechtmatigheid” Het begrip rechtmatigheid in het kader van accountantscontrole richt zich vooral op de financiële rechtmatigheid en is hiermee beperkter dan het juridische begrip rechtmatigheid. Met financiële rechtmatigheid wordt bedoeld dat de financiële beheershandelingen in overeenstemming met de geldende wet- en regelgeving zijn uitgevoerd. Het is belangrijk te beseffen dat de accountant niet controleert of aan alle in de wet genoemde voorwaarden is voldaan, maar slechts aan die voorwaarden die bij niet-naleving financiële gevolgen voor de gemeente kunnen hebben. Naleving van overige voorwaarden – zonder financiële gevolgen – valt buiten de reikwijdte van de accountantscontrole. Dit geldt zowel voor de voor de gehele gemeente geldende algemene wet- en regelgeving (zoals de Gemeentewet en fiscale wetgeving) als voor de meer specifiek per team uitgevoerde (rijks)regelingen. Goedkeurings- en rapportagetolerantie De raad heeft bij het vaststellen van het controleprotocol 2005 en verdere jaren ook de goedkeuringstoleranties voor de jaarrekening vastgesteld. Deze toleranties zijn landelijk gezien gebruikelijk en zijn hieronder nog eens opgenomen:
Goedkeurings- en rapportagetolerantie:
Aard van de accountantsverklaring: Goedkeurend Met Oordeelbeperking onthouding
Afkeurend
Fouten in de jaarrekening
≤ 1%
tussen 1% en 3%
-
≥ 3%
≤ 3%
tussen 3% en 10%
≥ 10%
(% van de lasten)
Onzekerheden in de controle (% van de lasten)
Als de accountant bij zijn controle fouten of onzekerheden aantreft die deze grenzen te boven gaan, verstrekt de accountant geen goedkeurende verklaring bij de jaarrekening. De door de raad vastgestelde gemeentelijke verordeningen vallen ook binnen de reikwijdte van de rechtmatigheidscontrole van de accountant. Ook hierbij zal de controle zich richten op bepalingen binnen deze verordeningen die de financiële rechtmatigheid of integriteit raken. De volgende criteria worden gehanteerd door de accountancy: hoogte, recht en duur. Onder hoogte wordt verstaan of de hoogte van het betaalde of ontvangen bedrag juist is, onder recht of de ontvanger recht heeft op het bedrag en bij duur hoort bijvoorbeeld de vraag of de periode waarvoor een bijdrage wordt verleend correct is. Elke interne beleidsregel die aan rechtmatigheidscontrole onderhevig is, is beoordeeld op welke artikelen/bepalingen de accountant kan toetsen. Hierbij is een minimumvariant 1/2
gehanteerd: de accountant heeft aangegeven welke toets minimaal door de gemeente uitgevoerd moet worden voor de jaarrekeningcontrole 2006. Resultaat daarvan is een overzicht van te controleren items per interne verordening/beleidsregel. Voor de jaarrekeningscontrole 2007 is dit overzicht geactualiseerd in verband met nieuw vastgestelde of gewijzigde beleidsregels.
2/2
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota 001 bestuursorgan Verordening en geldelijke tegemoetkoming aan fracties in de gemeenteraad 1997
Recht
Hoogte
Art. 2 lid 1:Aan elke fractie wordt van gemeentewege een tegemoetkoming gegeven ter bestrijding van de noodzakelijke kosten die zij maakt bij haar werkzaamheden als zodanig.
Art. 2 lid 2: De in het vorige lid bedoelde tegemoetkoming bedraagt ten hoogste fl 250,- per jaar per fractie, vermeerderd met ten hoogste fl 100,-- per jaar voor ieder lid.
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Is overeenkomstig art. 2 lid 1 het recht op vergoeding aan fractie uitgekeerd? Is overeenkomstig art. 2 lid 2 de hoogte van fractievergoeding bepaald?
art. 3: Peildatum is 1 januari van het jaar Is de duur van de fractievergoeding waarop de tegemoetkoming betrekking overeenkomstig art. 3 van de heeft. In afwijking van het bepaalde in het verordening bepaald? eerste lid geldt voor het jaar waarin de zittingsduur van de leden van de raad eindigt als peildatum: a. 1 januari , voor het tijdvak tot de dag van aftreden van de leden van de raad in oude samenstelling. b. de dag van aftreden, voor het nog niet verstreken tijdvak.
art. 5 lid 1: De raad kan bepalen dat raadsleden in de loop van jaar aan de voorzitter schriftelijk mededelen niet meer te behoren t tot een van de partijen en als afzonderlijke fractie wensen op te treden voor de toepassing van deze verordening als een fractie worden aangemerkt. 001
Bestuursorgan Verordening op Art. 8 lid 1: De fracties als bedoeld in art. 7 van het reglement van orde ontvangen jaarlijks een financiële en de ambtelijke bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het bijstand en fractieondersteun functioneren van de fractie ing
overzicht tbv toetingskader, pagina 1
art. 4: In het jaar waarin de zittingsduur van de leden vd raad eindigt, wordt de tegemoetkoming naar rato berekend tot het moment van aftreden. Na aantreden vd nieuwe raad wordt voor het resterende deel van het jaar de tegemoetkoming berekend obv het aantal leden van de nieuwe fracties.
Is de hoogte van de fractie vergoeding conform art. 4 bepaald?
art. 5 lid 2: in het geval de raad een nieuwe fractie aanmerkt als raadsfractie. Ontvangt die raadsfractie de in deze verordening bedoelde tegemoetkoming met ingang van de maand volgende op de maand waarin de raad heeft besloten lid 1 van dit art. van toepassing te verklaren. art. 8 lid 2: Deze bijdrage bestaat uit een vast deel van € 115,-- voor elke fractie. Daarnaast ontvangt elke fractie een bedrag van € 50.-per raadszetel.
Is het recht op raadsfractie vergoeding bepaald overeenkomstig art. 5 lid 1? Is de hoogte in overeenstemming met art. 5 lid 2 bepaald?
art. 11: Indien het zeteltal van een fractie tgv verkiezingen verandert, wijzigt de bijdrage. Bij splitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijke fractie verstrekte voorschot verrekend overeenkomstig de verdeling die volgt uit het tweede lid.
Is de hoogte van de fractieondersteuning conform art. 11 bepaald?
Is het recht op fractieondersteuning conform art. 8 lid 1 bepaald? Is de fractieondersteuning conform art. 8 lid 2 bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
001 bestuursorgan Verordening en rechtspositie wethouders en raadsleden 2007
002 bestuursorgan Verordening op de en rekenkamercommi ssie Heusden 2005
overzicht tbv toetingskader, pagina 2
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
art. 12: Een fractie mag het in enig jaar niet gebruikte deel van de bijdrage toekomende aan een fractie ter besteding door die fractie in volgende jaren reserveren.
Is de reserve conform art. 12 van de verordening bepaald?
Art. 13: Elke fractie legt binnen drie maanden na het einde van een kalenderjaar, aan de raad verantwoording af over de besteding van de bijdrage voor fractieondersteuning onder de overlegging van een verslag.
Is door elke fractie verantwoording conform art. 13 overlegd?
Raadsleden. art. 2: Vergoeding voor de werkzaamheden art. 3: Onkostenvergoeding art. 4: Berekening en betaling vaste vergoedingen. art. 5: Reiskosten; art. 6: Verblijfskosten; art. 7: Cursus, congres, seminar of symposium; art. 8: Computer en internetverbinding; art 11: Compensatie korting werkloosheidsuitkering; art 12: Vergoeding voor waarneming voorzitterschap van de gemeenteraad; art 12a: Tegemoetkoming ziektekostenverzekering; art 12b: Voorzieningen bij tijdelijk ontslag wegens zwangerschap en bevalling of ziekte.
Is de vergoeding verstrekt aan het raadslid overeenkomstig de verordening verstrekt?
Wethouder art. 13: Onkostenvergoeding art. 14: Reiskosten woon- werkverkeer art. 15: Zakelijke reiskosten art. 16: Buitenlandse dienstreizen art. 17: Cursus, congres, seminar of symposium art. 18: Computer en internetverbinding art. 19: Mobiele telefoon art. 21: Reis- en pensionkosten en verhuiskosten art 12. Lid 1 uitgaven binnen budget, incl. vergoedingen aan leden, externe inzet, overige uitgaven. Lid 2: vergoeding van € 47,50 per uur voor een lid en € 56,25 voor de voorzitter
Is de vergoeding verstrekt aan de wethouder overeenkomstig de verordening?
Is het budget voor de rekenkamer conform art 12 ingezet?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota 002 bestuursorgan Verordening en outplacement gewezen wethouders 2006 002 inkoopbeleid inkoopbeleid
Recht
Hoogte
art 1: ex-wethouder die uitkering geniet ogv art 131art 2. Eventuele reis-, verblijf- en 136 algemene pensioenwet politieke ambtsdragers en verwervingskosten komen voor rekening geen terugkeergarantie bij werkgever heeft. belanghebbende. Bijlage 9 en 10 Per bedrag is aangegeven wat te doen?
002 financieel verordening middelenbeleid financieel beleid conform art 212
overzicht tbv toetingskader, pagina 3
Duur
Opnemen in Interne controle plan
art. 3 Voor maximaal 1 jaar.
Is outplacement toegekend onder de juiste voorwaarden?
Bijlage 9 en 10 Per bedrag is aangegeven wat te doen?
Is bij inkoop in overeenstemming met bijlage 9 en 10 gehandeld?
Art. 7 lid 5 Het college informeert in ieder geval vooraf de raad en neemt pas een besluit, nadat de raad in de gelegenheid is gesteld aan zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen voorzover het betreft niet bij de begroting vastgestelde afzonderlijke verplichtingen terzake: a. investeringen groter dan € 100.000; b. aankoop en verkoop van roerende goederen en diensten groter dan € 50.000; c. het verstrekken van leningen , waarborgen en garanties groter dan € 200.000;
Is aankoop, investering, verkoop, lening etc reeds vastgesteld bij de begroting? Dient de aankoop,investering, verkoop, lening vooraf aan de raad ter goedkeuring worden voorgelegd? Is er een goedkeuring van de raad aanwezig?
Art. 7 lid 6 Het college informeert vooraf de raad en neemt pas een besluit nadat de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen indien het college niet in de begroting opgenomen nieuwe meerjarige verplichtingen aangaat waarvan de jaarlijkse lasten groter zijn dan € 20.000
Betreft het een investering die niet in de begroting is opgenomen? Zo ja, zijn de meerjarige verplichtingen verbonden aan de investering hoger dan € 20.000? Dient de raad vooraf geïnformeerd te worden conform art. 7 lid 6? Heeft er een goedkeuring plaatsgevonden vooraf door de raad? Is door de raad gesteld dat investeringen vooraf om nadere besluitvorming aan de raad voorgelegd dienen te worden.
Art. 10 Waardering en afschrijving vaste activa. (zie bijlage 1 van verordening 212). (Geldt enkel voor bestaande activa (zie nota reserves en voorzieningen))
Worden activa en investeringen tegen juiste afschrijvingstermijnen afgeschreven?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Art. 11: Voor openstaande vorderingen betreffende: - onroerende zaakbelasting gebruikers; - onroerende zaakbelasting eigenaren; - precariobelasting; - hondenbelasting; - rioolrecht; - reinigingsrecht wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd ter grootte van het historische percentage van oninbaarheid. Voor overige vorderingen wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd op basis van een beoordeling op inbaarheid van de openstaande vorderingen ouder dan drie maanden. Art. 13 Kostprijsberekening. Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van producten en diensten van de gemeente Heusden wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd. Bij de kostentoerekening worden naast de directe kosten alleen de die indirecte kosten betrokken die rechtstreeks samenhangen met de door de gemeente verleende diensten. Bij de indirecte kosten worden betrokken de bijdragen aan reserves voor de noodzakelijke vervanging van de betrokken activa, de kapitaallasten van de in gebruik zijnde activa en voor rioolrechten, reinigingsrechten en afvalstoffenheffing de compensabele btw. De rekenrente voor de rentetoerekening van de kapitaallasten wordt bij de begroting vastgesteld.
overzicht tbv toetingskader, pagina 4
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Is er een voorziening gevormd? Is voorziening conform de waarderingsen activeringsgrondslagen zoals gesteld in verordening art. 212 opgesteld?
Is de kostprijs conform verordening art. 212 bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Art. 14 lid 2: Het college neemt bij de uitvoering van de financieringsfucntie de volgende richtlijnen in acht: a. het uitzetten van overtollige geldmiddelen gebeurt uitsluitend bij financiële instellingen met minimaal AA rating afgegeven door tenminste één gezaghebbende rating agency, of bij instellingen voor wiens waardepapieren een solvabiliteitseis geldt van 100%; b. overtollige geldmiddelen worden uitsluitend uitgezet tegen vastrentende waarden, dan wel in producten waarbij de hoofsom tenminste aan het eind van de looptijd in tact is; c. derivaten wroden uitsluitend gebruikt ter beperking van de financiële risico's; d. voor het aantrekken van financieringen voor langer dan 1 jaar worden tenminste 2 telefonische prijsopgaven bij verschilende financiële instellingen gevraagd; e. Overeenkomsten voor het aangaan van leningen, het uitzetten van middelen of het verlenen van garanties luiden in euro's; f. voor de kasgeldlimiet en de renterisiconorm gelden de wettelijke waarden. Het college informeert de raad indien de kasgeldlimiet of de renterisiconorm dreigen te worden overschreden.
Is uitgezet geld in overeenstemming met verordening 212 art. 14 lid 2 uitgezet (Aarating, 100% solvabiliteit)? Uitgezet geld mag enkel tegen vastrentende waarde of producten met hoofdsomgarantie worden uitgezet. Is hieraan voldaan? Zijn de aangekochte derivaten gebruikt ter beperking van de financiële risico's Is voor financieringen langer dan 1 jaar prijsopgave gevraagd bij twee verschillende financiële instellingen? Luiden de overeengekomen overeenkomsten t.a.v. leningen in euro's? Wordt de raad tijdig geïnformeerd wanneer de renterisiconorm en kasgeldlimiet dreigt te overschrijden? Is de renterisiconorm of kasgeldlimiet in het boekjaar boven de wettelijke norm geweest?
Art. 14 lid 3: Verstrekken van leningen en garanties en het aangaan van financiële participaties anders dan genoemd in het tweede lid worden uitsluitend gedaan uit hoofde van de publieke taak. Bij het uitzetten van middelen, het verstrekken van garanties en het aangaan van financiële participaties uit hoofde van de publieke taak bedingt het college indien mogelijk zekerheden. Het college motiveert in zijn besluit het openbaar belang van dergelijke uitzettingen van middelen, verstrekkingen van garanties en financiële participaties.
Zijn verstrekte leningen, garanties en financiële participaties gedaan uitsluitend uit hoofde van de publieke taak?
overzicht tbv toetingskader, pagina 5
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
002 bestuursonder- notitie reserves steuning B&W en voorzieningen
Minimale hoogte van weerstandsvermogen dient op € 10 miljoen te worden gesteld. Dit bedrag dient minimaal ter beschikbaar te blijven in de algemene reserve. Daarnaast dient € 500.000 in deze reserve beschikbaar te blijven als buffer voor tegenvallers in de behoedzaamheidreserve van het gemeentefonds. Binnen de algemene reserve dient het deel van de algemene reserve dat betrekking heeft op de grond exploitatie minimaal € 2.000.000 te bedragen en maximaal € 4.000.000. Investeringen beneden € 10.000 mogen niet meer geactiveerd worden.
002 bestuursondersteuning B&W 002 bestuursondersteuning B&W
002 P&O
Hoogte
Voor nieuwe investeringen gelden de afschrijvingstermijnen zoals opgenomen in bijlage 5 van nota reserves en voorzieningen.
Hoofdstuk 17 van CAR/UWO is van toepassing op reguliere opleidingen langer dan 6 dagen. De bijdrage van de werkgever bedraagt 75%. De Reiskosten worden vergoed o.b.v. het goedkoopste tarief van openbaar vervoer of 0,09 per km. Voor bijwonen van lessen in werktijd wordt verlof met doorbetaling van salaris verleend.
Studiekostenverg oeding
Toestemming voor deelname aan de studie en de voorwaarden die daaraan verbonden zijn, worden vastgelegd in een besluit (brief), waarvan een exemplaar in het persooneelsdossier wordt opgeborgen. Toekenning van de studiefaciliteiten vindt niet eerder plaats dan nadat de medewerker een verklaring omtrent terugbetaling heeft ondertekend. Deze verklaring verplicht tot terugbetaling van de genoten faciliteiten als de studie door eigen toedoen wordt beëindigd voordat deze met goed gevolg is afgerond. Zie CAR/UWO Declaratieformulier dient ondertekend te worden door de directeur.
overzicht tbv toetingskader, pagina 6
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Voldoet het weerstandvermogen aan de eisen zoals opgenomen in notitie reserves en voorzieningen? Is de algemene reserve grondexploitatie op minimale hoogte zoals gesteld in notitie reserves en voorzieningen?
Zijn alle investeringen beneden € 10.000 rechtstreeks ten lasten van exploitatie gebracht? Zijn nieuwe investeringen tegen afschrijvingstermijnen zoals opgenomen in bijlage 5 van de notitie reserves en voorzieningen afgeschreven? Betreft de opleiding een opleiding die langer dan 6 dagen duurt? Is de bijdrage van de werkgever 75% van de kosten? Zijn de reiskosten conform de studiekostenvergoeding vergoed? Voor bijwonen van lessen is hiervoor verlof met doorbetaling van salaris verleend? Is besluit omtrent toestemming van deelname aan studie in het personeelsdossier opgenomen?
Is er een verklaring omtrent terugbetaling ondertekend aanwezig? Heeft uitbetaling van de faciliteit niet eerder plaatsgevonden dan dat verklaring omtrent terugbetaling is ontvangen. Is het declaratieformulier van de studiekosten ondertekend door directeur?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Bijscholing minder dan 6 dagdelen worden 100% vergoed. Voor reiskosten is de regeling bij dienstreizen van toepassing.
002 Delegatie
Delegatiebesluit
Geheel van toepassing voor zover delegatie tot financiële gevolgen kan leiden.
002 Mandatering
Mandaatbesluit
Geheel van toepassing voor zover mandaatbesluit kan Geheel van toepassing voor zover leiden tot financiële gevolgen. mandaatbesluit kan leiden tot financiële gevolgen. Art. 3: De gemeente mag leningen of garanties uit hoofde van de "publieke taak"uitsluitend verstrekken aan officieel geregistreerde organisaties en waarbij vooraf advies van de afdeling Financiën wordt ingewonnen over de financiële positie en de kredietwaardigheid van de betreffende partij; De gemeente kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico; Het gebruik van derivaten is toegestaan maar deze worden uitsluitend toegepast ter beperking van de financiële risico's
002 bestuursonder financieringssteuning B&W statuut
Geheel van toepassing voor zover delegatie tot financiële gevolgen kan leiden.
Art. 4 lid 1,2 en 3: Kasgeldlimiet en renterisiconorm worden niet overschreden. Nieuwe leningen/uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie en de liquiditeitsplanning
Art. 5: gemeente beperkt koersrisico door hanteren van producten met hoofdsomgarantie en/of uitzettingen met vastrentende waarden. Art. 6: bij uitzetten van middelen uit hoofde van treasury gelden de volgende uitgangspunten: Overheidsbanken binnen het EMU gebied met minimaal AA rating; Financiële instellingen binnen het EMU gebied met minimaal een AA rating voor de lange termijn en een P1 rating voor de korte termijn. De rating moet door een erkende rating agency worden afgegeven; Overheden en publiekrechtelijke lichamen met een solvabiliteitsratio van 100%. Zo veel mogelijk zekerheden eisen bij verstrekken van leningen uit de publieke taak.
overzicht tbv toetingskader, pagina 7
Geheel van toepassing voor zover delegatie tot financiële gevolgen kan leiden. Geheel van toepassing voor zover mandaatbesluit kan leiden tot financiële gevolgen.
Opnemen in Interne controle plan
Betreft het een scholing minder dan 6 dagdelen? Zijn de studiekosten voor 100% vergoed door de gemeente? Worden de reiskosten conform de regeling bij dienstreizen vergoed? Heeft delegatie van bevoegdheden conform delegatiebesluit plaatsgevonden? Heeft de mandatering conform onderliggende madaatbesluit plaatsgevonden? Zijn de verstrekte leningen of garanties uitgezet uit hoofde van de publieke taak bij officiële organisaties? Is vooraf advies bij de afdeling Financiën ingewonnen over de financiële positie en kredietwaardigheid? Zijn middelen uitgezet zonder het lopen van overmatig risico? Derivaten mogen enkel worden toegepast worden om financiële risico's te beperken?
Wordt kasgeldlimiet en renterisiconorm niet overschreden? Wordt voordat nieuwe leningen/uitzettingen worden aangegaan dit afgestemd met de bestaande financiële positie en liquiditeitsplanning? Worden enkel producten met hoofdsomgarantie of vastrentende waarde aangetrokken? Is bij het uitzetten de voorwaarden nageleefd zoals opgenomen in art.6 van het financieringsstatuut?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Art. 8: Valutarisico's worden in de gemeente uitgesloten door uitsluitend leningen te verstrekken, aan te gaan of te garanderen in euro's Art. 9: Bij het aantrekken van financieringen voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten: 1. Financiering worden uitsluitend aangetrokken tbv publieke taak; 2. Financiering extern zoveel mogelijk beperken door interne financiering te gebruiken; 3. Toegestane financieringen zijn onderhandse leningen en Commercial Paper; 4. Gemeente vraagt telefonisch 2 offertes op. Bevindingen worden schriftelijk vastgelegd. Art. 10: Uitzetten van middelen langer dan één jaar gelden bepalingen in art. 3,4 en 5. Daarnaast dienen telefonisch 3 offertes opgevraagd te worden. Bevindingen dienen schriftelijk vastgelegd te worden.
Art. 12 lid 3 t/m 6: Toegestane instrumenten bij aantrekken kortlopend geld: Daggeld, kasgeldleningen en kredietlimiet RC; Toegestane instrumenten bij extern uitzetten van gelden korter dan 1 jaar zijn producten met hoofdsomgarantie of vastrentende waarde; De gemeente vraagt bij minimaal 2 instellingen telefonisch offertes op alvorens middelen worden aangetrokken. Bevindingen worden schriftelijk vastgelegd. Art. 13,14 en 15 bevoegdheden en taken van treasurer.
overzicht tbv toetingskader, pagina 8
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Zijn de leningen in euro's verstrekt?
Betreft het een lening van langer dan of gelijk aan 1 jaar? Is de financiering bedoeld voor de publieke taak? Betreft de financiering een onderhandse lening of een commercial paper? Zijn er drie offertes opgevraagd? Zijn de bevindingen ten aanzien van de offertes vastgelegd? Betreft het een uitzetting van 1 jaar of langer? Zijn art. 3,4 en 5 van financieringsstatuut nageleefd? Zijn drie offertes opgevraagd? Zijn bevindingen vastgelegd t.a.v. opgevraagde offertes? Is het aangetrokken geld in overeenstemming met artikel 12 lid 3 t/m 6? Indien de gelden korter dan 1 jaar zijn uitgezet betreft het producten met hoofdsomgarantie of kortrentende waarde? De gemeente dient bij minimaal 2 instellingen offertes op te vragen? Bevindingen dienen schriftelijk vastgelegd worden? Is in overeenstemming met de bevoegdheden en taken zoals gesteld in art. 13 en 14 van het financieringsstatuut gehandeld? Is aan de eisen van informatievoorziening voldaan zoals gesteld in art. 15 van het financieringsstatuut?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
002 bestuursonder regeling art 3: Ter uitvoering van het budgethouderschap steuning B&W budgetouderscha komen bevoegdheden toe zoals opgenomen onder a t/m e: p a.aanwending en inzet van mensuren tot de in de vastgestelde teamplannen, programbegroting en productbegroting aangegeven aantal per product; b. aanwending van het budget tot in de vastgestelde productbegroting aangegeven. c. het in de naam van B&W nemen van besluiten tot het aangaan van verplichtingen tot levering van goederen en/of diensten en/of de aanneming van werken voor zover noodzakelijk voor de uitoefening van het in deze regeling omschreven budgethouderschap. d. het compenseren van overschrijding van budget binnen de ene budgettaak met onderschrijding in andere onder voorwaarden dat: compensatie binnen benoemd product blijft. De compensatie niet meer bedraagt dan € 10.000,-- en het budget waarvan de compensatie wordt onttrokken moet de budgettaak reeds zijn gerealiseerd. e. Indien compensatie niet mogelijk is onder d dan dient budgethouder contact op te nemen met hoofdbudgethouder. Art 6 lid 1 c,d,e: Ter uitoefening van budgethouderschap hebben budgethouders de volgende plichten:Alleen inzetten voor ten grondslag liggende budgettaak. Alleen verplichting aangaan wanneer budget toereikend is.Verantwoordelijk voor alle inkomsten en uitgaven die voorvloeien uit aangegane verplichtingen. Art. 6 lid 2: Een activiteit mag niet worden aangevangen eerder dan er budget beschikbaar is gesteld via de begroting of vastgestelde begrotingswijziging; Art. 6 lid 3: Voor de BGE geldt dat vooraf de grondexploitatie voor de gehele planperiode is voorgelegd aan de raad. Afhankelijk van de omvang de samenstelling en looptijd kan het krediet nader worden onderverdeeld worden in jaarlijks door de raad te verstrekken budgetten voor deelactiviteiten die in dat jaar aanvangen.
overzicht tbv toetingskader, pagina 9
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Heeft budgethouder zijn taken en bevoegdheden zoals opgenomen in art. 3 van regeling budgethouderschap nageleefd?
Is budget ingezet voor de ten grondslag liggende budgettaak? Zijn er alleen verplichtingen aangegaan indien toereikend budget is? Is activiteit niet eerder aangevangen dan het budget beschikbaar is gesteld via de begroting of begrotingswijziging? Is grondexploitatie voor gehele planperiode voorgelegd aan de raad?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
002 bestuursondersteuning B&W
Hoogte
Duur
Art. 8 lid 2 en 3: Er wordt uitsluitend gerapporteerd over gesignaleerde c.q. verwachte afwijkingen tussen de in de begroting per budgettaak geraamde aantallen en/of bedragen en de voorziene realisatie daarvan aan het einde van het jaar; De budgethouder rapporteert over afwijkingen t.a.v. prestaties per budgettaak en over de afwijkingen bij de hiervoor aangewende mensuren indien deze afwijkingen groter zijn dan € 10.000. Bij financiële middelen geldt dat afwijkingen gelijk of groter dienen te zijn dan een bedrag van € 10.000.
Is bij iedere afwijkingen groter dan € 10.000 per budgettaak door de budgethouder gerapporteerd?
art. 2 Start op de dag waarop de aanstelling ingaat of feitelijk in dienst treed. Eindigt met ingang van de dag van ontslag.
002 bestuursonder- Bezoldigingsvero steuning B&W rdening gemeente Heusden 2001 art 3 Berekening salarissen en toelagen over deel van de maand art 4 Salaris volgens bijlage IIA van de Car. In de aanloopschaal indien nog niet volledig voldoet aan de gestelde functie-eisen. Voorwaarden bij lager wordend salaris art 5 Verhoging salaris binnen salarisschaal, door extra periodiek per januari. Uitzondering als tussen oktober en december in dienst gekomen, dan pas januari van het tweede jaar. Dit gaat tot aan de maximumperiodiek art 6 Overgang naar een andere schaal door bevordering (van aanloop- naar functieschaal, na functiewaardering) art 7 Bij onvoldoende functioneren kan worden bepaald dat de verhoging van het salaris (art 5) achterwege blijft. art 8 en 9 Extra salarisverhoging of persoonlijke toelage kan bij buitengewone bekwaamheid
overzicht tbv toetingskader, pagina 10
Is de ingangsdatum en het einde van de betaling van salaris juist?
Is over het juiste aantal uren salaris betaald? Is het salaris betaald conform de schalen en periodieken volgens bijlage IIA van de CAR?
Zijn de regels voor extra periodieken juist uitgevoerd?
Is de bevordering naar een hogere schaal juist uitgevoerd? Is het níet verhogen van een periodiek conform de voorwaarden in art 7 uitgevoerd? Zijn extra salarisverhoging of persoonlijke toelage conform de voorwaarden in art 8 en 9 toegekend? art 10 Bij een niet-volledige werkweek wordt het salaris vastgesteld als evenredig deel van een volledige werkweek
art 11 Bij onregelmatige dienst anders dan op maandag t/m vrijdag van 8 tot 18 uur kan een toelage worden toegekend conform art 17 lid 1,2 en 3 Bezoldigingsbesluit burgerlijke rijksambtenaren 1984
Opnemen in Interne controle plan
Is bij deeltijdwerk, het salaris betaald naar rato van het aantal uren? Is bij onregelmatige dienst de toelage conform art 17 van het bezoldigingsbesluit burgerlijke rijksambtenaren 1984 uitgevoerd?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
art 11a Bij het opheffen van de onregelmatige dienst wordt onder voorwaarden de salarisvermindering > 3% een aflopende toelage worden toegekend.
002 Bestuursonder Verlofregeling steuning B&W
art. 14: De medewerker die voor een reiskostenvergoeding woon-werkverkeer in aanmerking komt, mag de tweede en volgende dienstreizen naar een andere kantoorlocatie declareren, indien deze dienstreizen op dezelfde dag plaatsvinden Ouderschapsverlof: Als je één jaar of langer in dienst bent en een aanstelling hebt op grond van de CAR kan je als ouder van een kind tot 8 jaar aanspraak maken op ouderschapsverlof.
002 Bestuursonder Kopen en steuning B&W verkopen vakantieuren en ruilen uren voor fiets overzicht tbv toetingskader, pagina 11
Opnemen in Interne controle plan
Is de aflopende toelage conform art 11a toegekend?
art 12 hardheidsclausule 002 bestuursonder- Reiskostenregeli art. 2: De medewerker die 15 km of meer (enkele reis) steuning B&W ng woonvan de standplaats woont en dagelijks heen en weer reist tussen de woning en de standplaats komt in werkverkeer aanmerking voor een vergoeding van de reiskosten. gemeente Medewerkers die deelnemen aan fiets privé regeling Heusden komen gedurende drie maanden na het aangaan van deze overeenkomst deelname fietsprivé gemeente Heusden niet meer in aanmerking voor een tegemoetkoming in de reiskosten.
Art. 4 lid 1: De tegemoetkoming als bedoeld in art. 2 eerste lid geldt voor woon- werkverkeer per openbaar vervoer en per auto
Duur
Heeft persoon recht op reiskosten vergoeding overeenkomstig art. 2 van de reiskostenregeliing?
art. 4: De hoogte van de tegemoetkoming is afhankelijk van: enkele reisafstand woonwerk, aantal dagen en wijze waarop wordt gereisd. De hoogte wordt vastgesteld overeenkomstig art. 5 tm 9 van de reiskostenregeling art. 11: Wijziging in vervoersmiddel, reisafstand of werkdagen moet direct worden gemeld aan afdeling P&O. In eerste maand na wijziging wordt vergoeding aangepast.
Is de hoogte van de reiskostenvergoeding bepaald overeenkomstig art. 4.
art. 12 Aanpassing reiskosten vergoeding bij langdurig ziekte art. 13 Vergoeding bij verlof, zwangerschapsverlof of indienst/uitdienst treding.
Wordt reiskosten juist uitbetaald bij langdurig ziekte? Conform art. 12. Wordt reiskosten conform art. 13 uitbetaald aan de medewerker?
Is de wijziging conform art. 11 doorgevoerd?
Eventuele dienstreizen zijn deze juist gedeclareerd?
Over de uren waarvoor ouderschapsverlof wordt toegekend krijg je 75% van je salaris doorbetaald. Voor medewerkers in schaal 1, 2 en 3 geldt een doorbetalingpercentage van respectievelijk 90, 85 en 80% Kopen van vakantieuren: max. 72 vakantieuren op fulltime basis. Per uur 1/156 van maandloon ingehouden.
Heeft persoon recht op ouderschapsverlof conform onderliggende regeling? Is hoogte van vergoeding voor ouderschapsverlof bepaald aan de hand van onderliggende regeling? Is kopen van vakantieuren overeenkomstig de regeling uitgevoerd?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Verkopen van vakantieuren: max. 72 uren verkopen. Mimimaal resterend aantal uren moet 144 bedragen (bij full time dienst verband). Vergroten van vakantieaanspraken voor komend jaar. Vergoeding per uur gelijk aan 1/156 van maandsalaris.
Is verkopen van vakantieuren overeenkomstig de regeling uitgevoerd?
Voorwaarden voor ruilen van vakantieuren voor een fiets: max 72 uur. Mimimaal 144 uren over blijven. Enkel verlofuren inruilen geen overwerk of compensatieuren. Niet eerder in jaar vakantieuren voor fiets ingeruild. Waarde per uur 1/156 van maandsalaris
Is inruilen van vakantieuren overeenkomstig de regeling uitgevoerd?
Weigeren van verzoek tot koop of verkoop of inruil van verlof kan op bepaalde redenen. Deze redenen zijn opgenomen in de regeling 002 Bestuursonder Vergoedingen steuning
Reiskostenvergoeding tijdens dienstreizen Vergoeding telefoonkosten Vergoedingsregeling gladheidbestrijding Vergoeding waarnemingstoelage Vakantietoelage Ambtsjubilea
002 Bestuursonder Kinderopvang steuning B&W
art. 2: Voorwaarden voor vergoeding: blijkend uit GBA voor kind te zorgen. Kosten voor gemeente geregistreerde kinderopvang voorziening.Niet meer dan uren dan medewerker werkt of dienst partner.
Reiskostenvergoeding tijdens dienstreizen Vergoeding telefoonkosten Vergoedingsregeling gladheidbestrijding Vergoeding waarnemingstoelage Vakantietoelage Ambtsjubilea
Indien verzoek wordt geweigerd is dit overeenkomstig de regeling onderbouwd. Reiskostenvergoeding tijdens dienstreizen Vergoeding telefoonkosten Vergoedingsregeling gladheidbestrijding Vergoeding waarnemingstoelage Vakantietoelage Ambtsjubilea
Is vergoeding voor kinderopvang conform art. 4 bepaald?
art. 5: Opschorting en/of beëindiging van de vergoeding: Bij niet tijdig indienen van gegevens. Bij einde dienstverband. Bij bereiken van leeftijd van 12 jaar. Bij echtscheiding.
004 Leges
medewerkers met vast of tijdelijk dienstverband en wethouders en raadsleden met een fictieve dienstverband. Ruilmogelijkheden voor fiets (zie regeling)
Legesverordenin art. 2: Onder de naam 'leges' worden rechten geheven ter zake van het genot van door of vanwege en de g daarbij behorende tarieventabel.
overzicht tbv toetingskader, pagina 12
Is de hoogte,recht en duur op de vergoeding overeenkomstig met de regeling vergoedingen verstrekt aan de betreffende medewerker
De persoon die vergoeding voor kinderopvang ontvangt voldoet deze aan art. 2 van de regeling art. 4: Vergoeding: maximum vergoeding per uur voor dagopvang 5,68 euro en buitenschoolse opvang 6,13 euro. Gemeente heusden 1/6 deel van de kosten. Wijzigen dient medewerker door te geven.
002 Bestuursonder Fiets privé steuning B&W regeling
Opnemen in Interne controle plan
Indien de vergoeding tot kinderopvang beëindigd is dit conform art. 5.
behoort persoon die deelneemt aan de regeling tot de doelgroep? max 24 maanden mag over ruilmogelijkheden worden gedaan.
Is hoogte van inhouding en looptijd in overeenstemming met de regeling? Is voldaan aan art. 2 van de legesverordening?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Art. 3: Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene tbv wie de dienst is verleend.
Voldoet de belastingplichtige aan art. 3 van de legesverordening?
Art. 4: Leges worden niet geheven voor: a: het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen; b. het afgeven van stukken nodig voor de ontvangst of betaling van pensioenen, lijfrente en andere periodieke uitkeringen t.l.v. de staat of andere publiekrechtelijke lichamen; c. het afgeven van beschikkingen of afschriften daarvan, op verzoekschriften en bezwaarschriften terzake van plaatselijke belastingen; d. het aan belanghebbende afgeven van beschikkingen, of afschriften daarvan, houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag etc betrekking enig gemeentelijke functie of dienstverrichting jegens de gemeente; e. het aan belanghebbende afgeven van beschikkingen of afschriften houdende beslissing op een verzoek om subsidie uit de gemeentekas. Art. 4a: Vrijstelling van het betalen van leges kan worden verleend voor: 1a: het in behandeling nemen van een aanvraag tot vergunning nodig voor het houden van activiteiten voorzover er geen sprake is van directe of indirecte commerciële activiteiten; 1b: het in behandeling nemen van een aanvraag tot vergunning van kleinschalige niet commerciële buurtactiviteiten; 2. Vrijstelling van leges voor het in behandeling nemen van de onder 1a en 1b genomen aanvragen geldt voor alle aan de niet commerciële activiteit gerelateerde vergunningen.
Betreft de dienst waarover leges wordt gegeven niet een van de diensten zoals opgenomen onder art. 4 van de legesverordening?
Indien er sprake is van een vrijstelling. Voldoet de vrijstelling aan hetgeen in art. 4a van de legesverordening is opgenomen?
Art. 5: De leges worden geheven naar de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt. Art. 8: Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
overzicht tbv toetingskader, pagina 13
Is de leges overeenkomstig hetgeen is opgenomen in de tarieventabel die bij de legesverordening is gevoegd berekend?
Is er geen kwijtschelding verleend bij de invordering van de leges?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Art. 9: Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in art. 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling. 120 brandweer en Verordening op rampenbestrijd de heffing en ing invordering van brandweerrechte n 2001
art. 1: Belastbaar feit: rechten voor het gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde bezittingen van de gemeentelijke brandweer of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeentelijke brandweer in beheer of in onderhoud zijn. Geen rechten worden geheven over zie art. 1 Art. 2: Belastingplicht: degene die gebruik maakt van de bezittingen, werken of inrichtingen als bedoeld in art. 1.
140 Openbare orde APV en veiligheid
Opnemen in Interne controle plan
Indien er sprake is van een gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges is dit overeenkomstig art. 9 van legesverordening?
Is het belastbaar feit in overeenstemming met art. 1 vastgesteld?
Is de belastingplichtige overeenstemming met art. 2 art. 3: Maatstaf van heffing en tarief: De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, zoals opgenomen in de tarieventabel. Een gedeelde van een eenheid wordt als volle eenheid voor de berekening geteld. art. 7: Kwijtschelding: Er is geen sprake van kwijtschelding. art. 6.1: Strafbepaling: Overtreding van de bepalingen in hoofdstuk 2 tot en met hoofdstuk 5 van deze verordening van de op grond van artikel 1.4 krachtens deze artikelen geven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.
140 Openbare orde Standplaatsenbel criteria voor toekennen van standplaats: Openbare orde; en veiligheid eid Overlast; Uiterlijk aanzien; Verkeersveiligheid; Concurrentiepositie Standplaatshouders die nog geen plaats hebben komen voor personen op de wachtlijst die reeds een plek hebben binnen de gemeente.
Is het tarief en de leges conform art. 3 bepaald?
is er conform art. 7 geen kwijtschelding verleend? Indien er een straf wordt opgelegd in kader van APV voldoet deze aan art. 6.1?
Zijn bij het toekennen van de standplaats de juiste criteria in acht genomen.
Kosten van een standplaats zijn opgenomen in de "Verordening op de heffing en invordering van leges". overzicht tbv toetingskader, pagina 14
Duur
Is de in rekening gebracht leges conform de vastgestelde prijzen?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
141 Openbare orde Nalevingstrategie en veiligheid
Het opleggen van een last onder dwangsom Bepaling dwangsomhoogte
Termijn voor beëindiging
210 wegen,straten Toekenning van en pleinen een waarde aan trottoirs e.d. bij aankoop
Bij aankoop door de gemeente van particulieren van trottoirs of weggedeelten die alleen openbaar nut hebben en dit ook blijven houden een waarde toe te kennen van € 10 per m2. Bij verkoop van grond, waarbij gelijktijdig een gedeelte van het trottoir wordt gekocht, te bepalen dat de kosten van overdracht gelijkelijk zullen worden verdeeld.
Indien de gemeente een dwangsom oplegt is hoogte, recht en duur bepaald in overeenstemming met de handhavingstrategie zoals vastgesteld in betreffende nota. Indien de gemeente een stuk trottoir aan of verkoop is dit in overeenstemming met de toekenning van waarde aan trottoirs e.d. bij aankoop gedaan.
211 Verkeersmaatr Wegsleepverorde art. 2: Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar egelen te land ning gemeente voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het Heusden vrijhouden van wegen en weggedeelten.
214 parkeren
Beleidsregels vergunning parkeren
215 parkeerbelasti Verordening ng parkeerbelasting 2001 en tarieventabel
De toekenning van parkeervergunningen voor de belanghebbenden
art. 2: Belastbaar feit: Onder de naam parkeerbelastingen worden de volgende belastingen geheven: a. een belasting ter zake van het parkeren van een voertuig op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het college van B&W te bepalen plaats, tijdstip en wijze; b. een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een voertuig op de in de vergunning aangegeven plaats en wijze art. 3 Belastingplicht: De belasting bedoeld in art. 2 onderdeel a wordt geheven van degene die het voertuig heeft geparkeerd. Als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt: degene die de belasting voldoet, dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen
overzicht tbv toetingskader, pagina 15
Indien een voertuig wordt weggesleept is dit in overeenstemming met art. 2 van de verordening gebeurd? art. 4: Kosten overbrengen en bewaren voertuigen. De kosten van het overbrengen van een voertuig naar de bewaarplaats bedragen (inclusief BTW) a. Aanrijkosten € 76; b. Overbrengingskosten € 63; c. Opslag en afgifte: € 42 en Bewaarkosten € 14,50 per etmaal of deel daarvan. De toekenning van parkeervergunningen voor De toekenning van parkeervergunningen de belanghebbenden voor de belanghebbenden
Zijn de kosten voor het overbrengen en bewaren van het voertuig in overeenstemming met art. 4 van de verordening.
Is recht, hoogte en duur van afgegeven parkeervergunning in overeenstemming met de vastgestelde beleidsregels tot stand gekomen? Is het belastbaar feit conform art. 2 van de verordening bepaald?
Is de belastingplicht is conform art. 3 van de verordening bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
art. 4: Maatstaf van heffing: Vermeldt in de tarieventabel bij de verordening
Is de belasting juist berekend? Zijn de tarieven conform de tarieventabel?
art. 8: Kosten: De kosten van naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in art. 2 onderdeel a bedragen fl. 84,--
Is aanvang van de belastingschuld in overeenstemming met art. 5 van de verordening. Zijn de kosten van naheffingsaanslag in overeenstemming met art. 8 van de verordening.
art. 5 Ontstaan van de belastingschuld
art. 9 Kwijtschelding: Bij de invordering van deze belasting wordt geen kwijtschelding verleend. 215 parkeerbelasti Uitvoeringsng besluit betaald parkeren
Is er geen kwijtschelding verleend in overeenstemming met art. 9 van de verordening. Is parkeerbelasting verplicht?
art I. Parkeerbelasting is van toepassing op het Burchtplein, de Vismarkt, de Botermarkt en een gedeelte van de Pelsestraat art II. Per straat is de duur bepaald waarop parkeerbelasting verplicht is.
Art. 4 : Voorwaarden inschrijving 310 openbare orde Voorwaarden en veiligheid voor de verhuur van standplaatsen op kermisterreinen vd gemeente Heusden
310 handel en ambacht
Verordening Marktgelden
Art. 6: Betaling van huursom na toekenning van vergunning
art. 7: Geen standplaats mag worden bezet onder bepaalde voorwaarden. art. 1 aard van de heffing en belastbaar feit: Onder de naam marktgeld wordt een recht geheven voor het gebruik op genot van een standplaats op het ingevolge de marktverordening van de gemeente Heusden voor de wekelijkse aangewezen terrein. art. 2: Belastingplicht: Het marktgeld wordt geheven van degene aan wie de standplaats is toegewezen
Zijn de juiste tijden gehanteerd? Is recht op vergunning conform art. 4 van de verordening bepaald? Is de hoogte van de betaling van de vergunning conform art. 6 bepaald?
Is aan art. 7 van de verordening voldaan? Is het belastbaar feit in overeenstemming met art. 1 vastgesteld?
art. 3: Tarieven: Het marktgeld bedraagt voor: Per standplaats per dag € 5,75 of € 57,5 per kwartaal of per strekkende meter € 1,65 per dag of 16,50 per kwartaal.
overzicht tbv toetingskader, pagina 16
Opnemen in Interne controle plan
Is de belastingplicht in overeenstemming met art. 2 van de verordening bepaald? Is de hoogte van het markt geld in overeenstemming met art. 3 bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
art. 6: Teruggaaf: van marktgeld vindt slechts plaats indien de betrokken door omstandigheden, welke hem niet zijn toe te rekenen, van de standplaats geen gebruik heeft kunnen maken. Aanvragen tot teruggaaf moeten onder opgave van redenen, gericht worden tot de ingevolge art. 231 van de gemeentewet aangewezen ambtenaar. De teruggaaf wordt berekend op basis van het aantal weken dat betrokkene geen gebruik van de standplaats heeft kunne maken, vermenigvuldigd met ééndertiende deel van het kwartaaltarief.
421 onderwijs
Verordening huisvesting onderwijs
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Is de teruggaaf van het marktgeld in overeenstemming met art. 6 bepaald?
art. 7: Kwijtschelding: Er is geen sprake van kwijtschelding. Art. 4: Vaststelling vergoeding voorziening. Art. 4: Vaststelling vergoeding voorziening. Hoogte van vergoeding gebaseerd op de feitelijke Hoogte van vergoeding gebaseerd op de voorziene kosten per geval, waarbij de genormeerde feitelijke voorziene kosten per geval, waarbij vergoedingsbedragen als maximum gelden. de genormeerde vergoedingsbedragen als Genormeerde vergoedingsbedragen worden maximum gelden. Genormeerde vastgesteld met inachtneming van bijlage IV, deel A. vergoedingsbedragen worden vastgesteld De vergoedingsbedragen die zijn gebaseerd op de met inachtneming van bijlage IV, deel A. De feitelijke kosten worden vastgesteld met inachtneming vergoedingsbedragen die zijn gebaseerd op van het bepaalde in bijlage IV, deel B. de feitelijke kosten worden vastgesteld met inachtneming van het bepaalde in bijlage IV, deel B.
Is er geen kwijtschelding toegepast?
art. 6 lid 2: indien de aanvraag niet voor 1 februari is ingediend, besluit het college de aanvraag niet te behandelen. Het besluit de aanvraag niet te behandelen wordt aan de aanvrager bekendgemaakt binnen vier weken na ontvangst van de ingediende aanvraag Art. 7 lid 3 t/m 5: Indien gegevens ontbreken bij indien van aanvraag wordt een hersteltermijn gegeven van uiterlijk 15 maart. Daarnaast worden termijnen aangegeven waarbinnen het college richting school kenbaar moet maken dat gegevens ontbreken of aanvraag niet in behandeling wordt genomen. Welke gegevens bij aanvraag vergezeld te zijn is opgenomen in art. 7 lid 1 en 2. Art. 11 lid 2: Het programma en het overzicht worden vastgesteld uiterlijk op 31 december van het jaar waarin de datum genoemd in artikel 6 valt.
Is de aanvraag voor 1 februari ingediend? Zo nee, is binnen vier weken na indienen van aanvraag het niet in behandeling nemen bekend gemaakt aan de aanvrager? Is de aanvraag volledig ingediend? Is de aanvraag tijdig conform art. 7 van de verordening huisvesting ingediend? Heeft college tijdig richting de school kenbaar gemaakt als gegevens ontbreken of aanvraag niet in behandeling wordt genomen? Is het programma en het overzicht vastgesteld uiterlijk op 31 december van het jaar waarin de aanvraag is ingediend?
overzicht tbv toetingskader, pagina 17
Is de vergoeding vastgesteld o.b.v. feitelijke voorziene kosten per geval? Is de vergoeding gemaximeerd aan de genormeerde vergoedingsbedragen zoals opgenomen in bijlage bij de verordening?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Art: 12 lid 1 en 2: Voorwaarden en beoordelingscriteria waaraan aangevraagde voorziening wordt getoetst om in aanmerking te komen voor vaststelling
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Is de aangevraagde voorziening in overeenstemming met art. 12 lid 1 en 2 beoordeeld en getoetst
Art. 12 lid 3: t.a.v. de in het programma opgenomen voorzieningen wordt voor zover van toepassing , door de raad aangegeven: a. het genormeerde bedrag dat ingevolge bijlage IV, deel A voor de betreffende voorziening beschikbaar wordt gesteld; b. het geraamde bedrag gemoeid met de uitvoering van de voorziening als bedoeld in art. 4 lid 3 laatste volzin; c. de voorwaarden betreffende ingebruikneming of buitengebruikstelling van gebouwen of lokalen.
Is door de raad in overeenstemming met art. 12 lid 3 opgenomen in het programma?
art. 15 lid 5: Indien in het overleg geen overeenstemming als bedoeld in het derde lid is bereikt, deelt het college binnen vier weken nadat het verslag is vastgesteld, dit schriftelijk mee aan de aanvrager. Daarbij wordt aangegeven dat de bekostiging van de uitvoering van de voorziening geen aanvang zal nemen. Art. 16: Instemming bouwplannen en begroting: tijdstip aanvang bekostiging. Toetsing wettelijke voorschriften en nieuwe feiten en omstandigheden; overlegging offertes.
Is tijdig aan de aanvrager medegedeeld dat de voorziening geen aanvang zal nemen?
Art. 18: De aanspraak op bekostiging van een voorziening vervalt, indien niet door de aanvrager vóór 1 oktober van het jaar volgend op de vaststelling van het programma een bouwopdracht is verleend dan wel een koop, huur of erfpachtovereenkomst is gesloten en een afschrift hiervan niet voor 15 oktober aan college is verzonden. De aanspraak op de bekostiging vervalt niet indien de overschrijding van de termijn als bedoeld in het eerste lid veroorzaakt wordt door bijzondere omstandigheden die niet aan de aanvrager zijn toe te rekenen en de aanvrager voor 1 september een schriftelijk gemotiveerd verzoek heeft ingediend bij het college tot verlening van de termijn als bedoeld in het eerste lid. Het college beslist voor 15 september over het verzoek tot verlenging van de termijn. Indien het verzoek wordt ingewilligd wordt het besluit aangegeven tot welke datum de termijn als bedoeld in het eerste lid wordt verlengd.
Is voor 1 oktober een aanvraag tot vaststelling van de bouwopdracht verleend? Is tbv vaststelling een koop, huur of erfpachtovereenkomst gesloten? Zijn er bijzondere omstandigheden waardoor bekostiging kan worden uitgesteld? Is hiervan een schriftelijk gemotiveerd verzoek van ingediend bij college voor 1 september. Heeft college voor 15 september over het verzoek tot uitstel besloten?
overzicht tbv toetingskader, pagina 18
Is bij instemmen van bouwplannen en begroting in overeenstemming met art. 16 gehandeld?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
art. 20 lid 2: Indien naar het oordeel van het college een of meer gegevens als bedoeld in het lid 1 ontbreken, wordt dit binnen 2 weken na datum van indiening van de aanvraag schriftelijk medegedeeld aan de aanvrager. De aanvrager heeft de gelegenheid de ontbrekende gegevens binnen 2 weken na ontvangst van de mededeling in te dienen bij het college. Indien de aanvrager de vereiste ontbrekende gegevens niet binnen de in de vorige volzin bedoelde termijn heeft verstrekt, besluit het college de aanvraag niet te behandelen. Art. 22: Inhoud beslissing. In dit artikel wordt aangegeven hoe en tegen welk bedrag beslissing wordt genomen. Art. 24: Vervallen aanspraak bekostiging bij niet tijdig indienen van bouwopdracht.
Is aanvraag voor spoedeisende voorzieningen volgens art. 20 lid 2 behandeld? Is de aanvraag volledig ingediend?
Art. 25 lid 4: Bij het ontbreken van een of meer gegevens als bedoeld in het derde lid, deelt het college dit voor 15 februari schriftelijk mee aan de aanvrager en stellen hem in de gelegenheid om voor 15 maart gegevens aan te vullen. Het gestelde in artikel 7, derde en vijfde lid is daarbij van overeenkomstige toepassing. Artikel 27: Beschikking op de aanvraag.Het college neemt op het tijdstip bedoeld in art. 11 een beslissing over de aanvraag. De aanvraag dient aantal voorwaarden te voldoen om toegewezen te worden. In beschikking wordt vermeldt tot welk bedrag van kosten van bouwvoorbereiding wordt vergoed.
Is aanvraag tot bouwvoorbereiding volledig ingediend? Is tijdig aan aanvrager medegedeeld als gegevens ontbreken? Zijn eventuele ontbrekende gegevens tijdig aangevuld?
Art. 28: De aanspraak die voortvloeit uit de beschikking tot toekenning van een bekostiging van bouwvoorbereiding vervalt, indien door de aanvrager niet voor 15 september van het jaar dat volgt op het jaar waarin de beschikking is genomen, daadwerkelijk gestart is met de bouwvoorbereiding en niet voor 1 oktober daaropvolgend informatie is verstrekt aan het college waaruit dit blijkt.
Is voor 15 september van het jaar dat volgt op het jaar waarin de beschikking is genomen daadwerkelijk gestart met de bouwvoorbereiding? Indien niet voor 1 oktober in het jaar volgend op de aanvraag informatie is verstrekt vervalt de aanspraak.
overzicht tbv toetingskader, pagina 19
Is de beslissing overeenkomstig art. 22 van de verordening onderwijs huisvestiging genomen? Is tijdig een bouwopdracht, koop, huur of erfpachtovereenkomst verstuurd t.a.v. vaststelling van voorziening? Indien niet tijdig is verzonden is de aanvraag vervallen conform art. 24 van de verordening?
Is besluit tot vergoeding van kosten van bouwvoorbereiding genomen voor 31 december van het jaar van aanvraag? Is de aanvraag in overeenstemming met art. 27 beoordeeld?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Art. 33: De bevoegde gezagsorganen die het betreft stellen in onderling overleg, met inachtneming van de wettelijke bepalingen, een vergoeding voor het medegebruik vast. Indien dit overleg niet tot overeenstemming leidt, geldt het bepaalde in bijlage IV deel C. Art. 37 lid 4: Over de staat van onderhoud wordt overleg gevoerd met het bevoegd gezag. In dat overleg wordt indien van toepassing, vastgesteld welk deel van het onderhoud alsnog door het bevoegd gezag wordt uitgevoerd of welk bedrag ipv aan het college betaald wordt. Indien het overleg niet tot overeenstemming leidt, stellen de partijen vast welke handelwijze gevolgd wordt.
verordening leerlingenvervoer gemeente Heusden 2004
Opnemen in Interne controle plan
Is vergoeding voor medegebruik in overeenstemming met art. 33 bepaald?
Is de staat van overleg overeenkomstig art. 37 lid 4 bepaald?
Art. 38: Omvang en bekostiging gebruik gymnastiekruimte
480 gemeenschap pelijk onderwijsbelei d
Duur
Art.44: Voor de indexering van de in het kader van deze verordening gehanteerde normbedragen voor de vergoeding van voorzieningen worden de normen die de VNG hiervoor geeft gevolgd art.3: Bekostiging naar de dichtstbijzijnde art.3: Bekostiging naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school: enkel bij gegronde bezwaren kan toegankelijke school: enkel bij gegronde extra vergoeding verkregen worden. bezwaren kan extra vergoeding verkregen worden.
Is de omvang van de bekostiging en het gebruik van de gymnastiekruimte in overeenstemming met art. 38 bepaald? Zijn de vergoedingen en gehanteerde normbedragen jaarlijks geïndexeerd conform art. 44?
Is recht op bekostiging bepaald overeenkomstig hetgeen in artikel 3 van de verordening leerlingenvervoer is opgenomen? art. 4: B&W bepalen bij het verstrekken Is tijdstip, wijze en tijdsduur van de van de bekostiging van de vervoerskosten bekostiging overeenkomstig het geen de wijze en het tijdstip van de uitbetaling, B&W hebben besloten? alsmede de tijdsduur van de bekostiging art. 5 lid 6: Indien een Is de vervoersvoorziening getroffen in vervoersvoorziening wordt toegekend overeenstemming met het geen in art. wordt deze getroffen: met ingang van het 5 lid 6 is opgenomen. nieuwe schooljaar indien de aanvraag voor 1 juni is ingediend; Met ingang vd door de ouders verzochte datum als het een aanvraag gedurende het schooljaar betreft met dien verstande dat de datum waarop de bekostiging wordt verstrekt niet ligt voor de datum van ontvangst van de aanvraag door het college
overzicht tbv toetingskader, pagina 20
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Art. 6: Doorgeven van wijzigingen.
Zijn er wijzigingen doorgegeven? Zijn deze overeenkomstig art. 6 van de verordening doorgegeven en behandeld?
Art. 7: Voor het verstrekken van bekostiging op basis van art. 12 is bepalend de leeftijd van de leerling op 1 augustus van het schooljaar waarop de bekostiging betrekking heeft.
Is t.a.v. recht op bekostiging van leerlingenvervoer in overeenstemming met art. 7 gehandeld?
art. 11: Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer en vervoer per fiets naar basisschool of speciaal onderwijs.
art. 8: De aanspraak op bekostiging wordt verminderd met de aanspraak op een toelage, voorzover die voor de betreffende leerling betrekking heeft op de reiskosten.
Is de aanspraak op bekostiging overeenkomstig art. 8 van de verordening verminderd?
Art. 9: Bekostiging naar de dichtstbijzijnde toegankelijke speciale school voor basisonderwijs in het samenwerkingsverband.
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 9
art. 11: Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer en vervoer per fiets naar basisschool of speciaal onderwijs.
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 11
art. 12 Bekostiging van de kosten van vervoer tbv van art. 12 Bekostiging van de kosten van een begeleider. (jonger dan 9 en aantonen dat niet vervoer tbv van een begeleider. (jonger dan 9 zelfstandig kan reizen). en aantonen dat niet zelfstandig kan reizen).
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 12
art. 13. Bekostiging obv de kosten van aangepast vervoer. Bij meer dan 4 km en als aangepast vervoer 50% sneller is dan openbaar vervoer (reistijd anderhalf uur). Of openbaar vervoer ontbreekt.
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 13
art. 14: Bekostiging obv de kosten van eigen vervoer. Na toestemming van college. Bekostiging op basis van kosten van openbaar vervoer of kilometervergoeding. Art. 15: Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer en vervoer fiets naar (voortgezet) speciaal onderwijs bij afstand groter dan 4 km.
overzicht tbv toetingskader, pagina 21
art. 13. Bekostiging obv de kosten van aangepast vervoer. Bij meer dan 4 km en als aangepast vervoer 50% sneller is dan openbaar vervoer (reistijd anderhalf uur). Of openbaar vervoer ontbreekt. art. 14: Bekostiging obv de kosten van eigen vervoer. Na toestemming van college. Bekostiging op basis van kosten van openbaar vervoer of kilometervergoeding. Art. 15: Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer en vervoer fiets naar (voortgezet) speciaal onderwijs bij afstand groter dan 4 km.
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 14
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 15
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
art. 17 Bekostiging van de kosten van openbaar verver tbv een begeleider
art. 17 Bekostiging van de kosten van openbaar verver tbv een begeleider
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 17
art. 18 Bekostiging obv de kosten van aangepast vervoer.
art. 18 Bekostiging obv de kosten van aangepast vervoer.
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 18
art. 19 Bekostiging obv de kosten van eigen vervoer.
art. 19 Bekostiging obv de kosten van eigen vervoer.
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 19
art.20 Bekostiging vervoerskosten
art.20 Bekostiging vervoerskosten
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 20
art. 21: Het college bekostigt desgewenst de kosten van het weekend- en vakantievervoer aan de in de gemeente wonende ouders van de leerling die, met het oog op het volgen van voor hem passend (voortgezet) onderwijs in een internaat of pleeggezin verblijft, volgens het bepaalde in deze titel. Art. 22 Bekostiging kosten weekeinde- en vakantievervoer.
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 21
Art. 22 Bekostiging kosten weekeinde- en vakantievervoer.
Is de bekostiging bepaald in overeenstemming met art. 22
art. 23 Drempelbedrag eigen bijdrage. Boven € 21.150 art. 23 Drempelbedrag eigen bijdrage. Boven worden kosten boven kosten van openbaar vervoer € 21.150 worden kosten boven kosten van vergoed. Drempelbedrag wordt jaarlijks geïndexeerd. openbaar vervoer vergoed. Drempelbedrag wordt jaarlijks geïndexeerd.
Is de bekostiging van de vervoersvoorziening bepaald in overeenstemming met art. 23 van de verordening.
art. 24: Financiële draagkracht: Indien afstand meer dan 20 km bedrag wordt bijdrage verminderd met financiële draagkracht. De eigen bijdragen wordt jaarlijks geïndexeerd.
Is de financieel draagkracht in overeenstemming met art. 24 van de verordening bepaald.
art. 25 Bekostiging obv de kosten van openbaar vervoer met begeleiding van gehandicapte leerlingen van scholen voor primair onderwijs en VO
overzicht tbv toetingskader, pagina 22
art. 24: Financiële draagkracht: Indien afstand meer dan 20 km bedrag wordt bijdrage verminderd met financiële draagkracht. De eigen bijdragen wordt jaarlijks geïndexeerd. art. 25 Bekostiging obv de kosten van openbaar vervoer met begeleiding van gehandicapte leerlingen van scholen voor primair onderwijs en VO
Is de bekostiging in overeenstemming met art. 25 bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
480 gemeenschap pelijk onderwijsbelei d
Recht
Hoogte
art. 26 Bekostiging obv kosten aangepast vervoer.
art. 26 Bekostiging obv kosten aangepast vervoer.
Is de bekostiging in overeenstemming met art. 25 bepaald?
Art. 27 Bekostiging obv de kosten van eigen vervoer.
Art. 27 Bekostiging obv de kosten van eigen vervoer.
Is de bekostiging in overeenstemming met art. 25 bepaald?
deelverordening art. 2. De in art. 1 genoemde ouders en verzorgers hebben ingevolge deze verordening recht op een subsidie leerlingenvervoer subsidie zoals in deze verordening is bepaald. gemeente Heusden
Duur
Is recht op subsidie van leerlingenvervoer op van art. 2 van deelverordening subsidie leerlingenvervoer juist bepaald? art. 3. De hoogte van de subsidiebedrag bedraagt 55% van het vastgestelde drempelbedrag; De gemeenteraad kan dit percentage voor ieder schooljaar aanpassen dmv een aanpassingsverordening.
Is de hoogte van de subsidie overeenkomstig art. 3 van de deelverordening bepaald?
art. 5: De duur van het subsidierecht is gelijk aan de periode waarop het drempelbedrag betrekking heeft. 482 onderwijs en welzijn
subsidieverorden art. 3: Subsidieverstrekking: verstrekt met in achtneming van het geen in welzijnsnota en plan is ing opgenomen. Niet aan natuurlijke personen verstrekt. Indienen middels aanvraagformulier. Niet starten met activiteiten voordat aanvraag is ingediend. art. 4.3: Bij de bekendmaking van het subsidieplafond wordt gewezen op de mogelijkheid van verlaging van het plafond en de gevolgen daarvan voor reeds ingediende aanvragen. art. 7: Weigeringsgronden: Onverminderd het bepaalde in artikel 4:25 en 4:35 van de Awb kan de subsidieverlening worden geweigerd, indien: activiteiten niet gericht zijn op de gemeente of niet aanwijsbaar ten goede komt aan ingezetene; er gegronde reden is dat gelden onvoldoende mate besteed zullen worden aan het doel; activiteiten of doelen die in strijd zijn met wet of algemeen belang. activiteiten niet past binnen het beleid.
overzicht tbv toetingskader, pagina 23
Opnemen in Interne controle plan
Is de duur van de subsidie overeenkomstig de periode waarop het drempelbedrag betrekking heeft? Is het recht op subsidie bepaald overeenkomstig art. 3 van de subsidieverordening?
Is de bekendmaking van subsidieplafond overeenkomstig art. 4 van de subsidieverordening gehandeld? Indien subsidie wordt geweigerd is dit in overeenstemming met art. 7 van de subsidieverordening?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
482 onderwijs en welzijn
Recht
nota subsidies 2005- 2007
541 Oudheidskund Monumentenvero e musea rdeningen 2000
Hoogte
Heeft subsidievaststelling plaatsgevonden conform hetgeen in art. 10 van de subsidieverordening is opgenomen?
Art. 12 Indien niet is voldaan aan de verplichtingen gesteld in de beschikking of artikel 3.3, 3.4, 5, 6.2 en 6.3 van deze verordening kan het subsidiebedrag geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd. Art 13 De termijnen in deze verordening zijn bindend, behoudens de termijnen genoemd in de artikelen 6, 10 en 11. hoofdstuk 4: per beleidsveld zijn normbedragen voor de betreffende periode aangegeven art. 13: Strafbepalingen. Hij die handelt in strijd met art. 6 van deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie. Overtreding van art. 6 van deze verordening kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechtelijke uitspraak
Is voldaan aan art. 12 lid 3 van de subsidieverordening?
Is aan de termijnen, behoudens genoemd in art 6, 10 en 11 voldaan? is de subsidie overeenkomstig hoofdstuk 4 van de nota subsidies 2005-2007 vastgesteld? is bij opleggen van straf voldaan aan art. 13 van de verordening monumenten 2000.
Is het recht op geldelijke steun in overeenstemming met art. 5 van de verordening bepaald? art. 9: Onder de subsidiabele kosten worden begrepen de geraamde en door B&W goedgekeurde bedragen van: aanneemsom etc. art. 10 de bijdrage bedraagt 50% van de subsidiabele restauratiekosten doch ten hoogste 50% van fl. 20.000
overzicht tbv toetingskader, pagina 24
Opnemen in Interne controle plan
art. 10 Subsidievaststelling: voor 1 juli . Aanvraag tot vaststelling worden ingediend waarbij wordt aangetoond dat de activiteiten hebben plaatsgevonden de aan subsidie verbonden verplichtingen. Budgetsubsidies worden jaarlijks vastgesteld, genormeerde subsidies eenmaal per 3 jaar. Vaststelling door verslag van activiteiten en baten en lasten. vergezeld van ACV.
541 Oudheidskund Subsidieverorden art. 5: De B&W kennen slechts geldelijke steun toe e musea ing gemeentelijke voorzover de op grond van art. 2 beschikbaar gestelde middelen voor de betreffende cat. van monumenten monumenten toereikend zijn.
art. 12: De bijdrage wordt slechts toegekend: niet begonnen met werkzaamheden; kosten niet door verzekering worden gedekt; restauratie voldoet aan Woningwet en Bouwbesluit en gemeentelijke bouwverordening; niet binnen 10 jaar gesloopt wordt; tenminste 15 jaar geen subsidie is ontvangen; of indien werkzaamheden binnen periode van 15 jaar wederom moeten worden uitgevoerd.
Duur
Is de hoogte van de subsidie overeenkomstig art. 9 van de verordening bepaald? Is de hoogte van de subsidie overeenkomstig art. 10 van de verordening bepaald? Is het recht op bijdrage in overeenstemming met art. 12 van de verordening bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
art. 13: De bijdrage wordt toegekend onder de voorwaarden dat: Voldaan wordt aan wettelijke voorschriften van monument; binnen 3 maanden wordt gestart; binnen 12 maanden zijn afgerond; controles worden toegelaten. art. 14: De toekenning van de bijdrage vervalt als niet voldaan wordt aan art. 13 lid b en c.
Is het recht op bijdrage in overeenstemming met art. 14 van de verordening bepaald? Is het recht op bijdrage in overeenstemming met art. 16 van de verordening bepaald?
art. 17: Indien blijkt dat onjuiste gegevens zijn verstrekt bij het doen van de aanvraag om een bijdrage ineens, dan wel bij opgaaf van de kosten na afloop van de restauratiewerkzaamheden, of indien andere in of krachtens deze verordening gestelde voorwaarden niet zijn nageleefd, kunnen B&W de bijdrage geheel of gedeeltelijk terugvorderen. Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2007
art. 1 lid 1: Kwijtschelding kan uitsluitend worden aangevraagd door natuurlijke personen voor aan hem of haar opgelegde aanslagen c.q kennisgeving gemeentelijke belastingen. De aanvrage om kwijtschelding moet worden ingediend op een door de gemeente Heusden beschikbaar gestelde aanvraagformulier.
overzicht tbv toetingskader, pagina 25
Opnemen in Interne controle plan
Is het recht op bijdrage in overeenstemming met art. 13 van de verordening bepaald?
art. 16: Uitbetaling geschiedt slecht na gereedmelding van werkzaamheden.werkzaamheden zijn gecontroleerd en akkoord zijn bevonden en rekeningen en kostenopstelling is ingediend.
614 baten en lasten reinigingsrecht en afvalstoffenhef fing
Duur
Is de hoogte van de bijdrage in overeenstemming met art. 17 van de verordening bepaald?
Is het recht op kwijtschelding overeenkomstig art. 1 lid 1 bepaald?
art. 2: Bij de invordering van hondenbelasting wordt kwijtschelding verleend tot max. 50% van de verschuldigde belasting voor de eerste hond. Bij de invordering van rioolrecht wordt kwijtschelding verleend tot max. 75%van het verschuldigde bedrag; Bij invordering van afvalstoffenheffing wordt kwijtschelding verleend tot max. 75% van het verschuldigde belastingbedrag.
Is de kwijtschelding overeenkomstig art. 2 van de verordening op kwijtschelding bepaald?
art. 3: Bij de invordering wordt geen kwijtschelding verleend voor de reeds in rekening gebrachte kosten van aanmaning en dwangbevel. art. 4: Bij de berekening van de kosten van bestaan wordt 100% gehanteerd.
Is de kwijtschelding overeenkomstig art. 3 van de verordening op kwijtschelding bepaald? Is bij de berekening van de kosten van bestaan 100% gehanteerd?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
614 minima-beleid Bijdrageregeling art 2: de aanvraag dient binnen te zijn uiterlijk januari na afloop van het jaar waar de bijdrage betrekking op deelname welzijnsactiviteit heeft. De aanvraag is tbv zichzelf, partner of kinderen. en 2002 art. 3 : alleen als de inkomensontwikkeling en draagkracht binnen 6 maanden geen verbetering zal ondergaan. De draagkracht wordt bepaald conform de bijzondere bijstand. art 4: aanvrager is verplicht bewijsstukken mbt het inkomen en betaling van kosten van deelname aan welzijnsactiviteiten te overleggen. art 5: geen bijdragen worden verleend voor bv. Kleding, sportartikelen, reis- en verblijfkosten et. Of als er andere subsidiemogelijkheden zijn.
Hoogte
art 3: Voor de bijdragen zijn hier maximale bedragen bepaald.
Opnemen in Interne controle plan
Is de aanvraag uiterlijk januari na afloop van het jaar ontvangen? Is deze aanvraag voor zichzelf, de partner of kinderen? Is de draagkracht van de aanvrager en de bijdrage juist bepaald?
Zijn de verplichte bewijsstukken aanwezig? art 5: kosten activiteiten peuterspeelzaal heeft als maximum € 20 per kind per maand en € 210 op jaarbasis
art 6: hardheidsclausule 621 vreemdelingen Verordening Wet art 3: De volgende groepen hebben voorrang bij de voorzieningen: inburgering - leeftijd (van jong naar oud) - ouderlijk gezag van minderjarig kind - een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd - aansluiting op opleidingstraject - hebben van een uitkering
overzicht tbv toetingskader, pagina 26
Duur
Zijn de activiteiten waarvoor een bijdrage wordt verstrekt conform art 5 en zijn de maximale kosten voor peuterspeelzaalwerk conform art 5? Hebben de juiste groepen voorrang gekregen voor inburgeringsfaciliteiten?
art 9: De bestuurlijke boete bedraagt maximaal € 50 bij geen of onvoldoende medewerking aan onderzoek en maximaal € 100 bij een of onvoldoende medewerking aan de uitvoering van de inburgeringsvoorziening of als verwijtbaar in de verlengde termijn het inburgeringsexamen niet wordt behaald.
Is een bestuurlijke boete gegeven conform art 9?
art 10: De bestuurlijke boete kan bij herhaling verhoogd worden.
Is een herhaalde bestuurlijke boete gegeven conform art 10?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota 652 WVG
verordening voorziening gehandicapten (tbv oude aanvragen)
Recht
Art. 1.2: Een voorziening kan slechts worden toegekend voor zover: a. deze in overwegende mate op het individu is gericht; b. deze langdurig noodzakelijk is om diens beperkingen op het gebied van wonen of zich binnen of buiten de woning verplaatsen of te heffen of te verminderen. c. deze, naar objectieve maatstaven gemeente, als de goedkoopst adequate voorziening kan worden aangemerkt. Er wordt geen voorziening toegekend: a. indien een voorziening voor een persoon als aanvrager algemeen gebruikelijk is; b. voor zover op grond van enig andere wettelijke regeling of overeenkomst aanspraak op de voorziening bestaat; c. voor zover de ondervonden belemmeringen in de woning voortvloeien uit de aard van de in de woning gebruikte materialen. art. 2.1 De door burgermeester en wethouder te verstrekken woonvoorziening kan bestaan uit een financiële tegemoetkoming in de kosten van:a. verhuizing en inrichting; b. woningaanpassing; c. woonvoorzieningen van niet-bouwkundige of woontechnische aard; d. onderhoud, keurig en reparatie van voorzieningen als genoemd in het "besluit vergoeding van kosten van onderhoud, keuring en reparatie ingevolge artikel 2.1. 1e lid onder d en artikel 2.15 van de Verordening voorziening gehandicapten gemeente Heusden 2003". e. tijdelijke huisvestiging; f. huurderving; B&W kunnen de genoemde voorzieningen onder c ook als voorzieningen in natura verstrekken. Art. 2.3: Woon en verblijfsruimte waarvoor geen woonvoorziening wordt verstrekt Art. 2.4 Het recht op woonvoorziening. - aantoonbare beperkingen het normale gebruik van de woning belemmeren; - niet te realiseren binnen periode van 6 maanden als het gaat over bestaande bouw en 12 maanden als het gaat over nieuwbouw; - niet de goedkoopste adequate oplossing is. Hiervan is sprake als de kosten van woningaanpassing minder bedragen dan € 7.000.-- boven € 7.000 dient gelet te worden op financiële en sociale omstandigheden van cliënt.
overzicht tbv toetingskader, pagina 27
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Is het recht op de voorziening WVG bepaald aan de hand van art. 1.2.
Is het recht op woonvoorziening bepaald conform art. 2.1 van de verordening WVG?
Indien geen woonvoorziening wordt verstrekt voldoet de woon en verblijfsruimte aan art. 2.3? Is het recht op de voorziening in kader van WVG bepaald volgens art. 2.4.
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Art. 2.5 Hoofdverblijf: aanvraag in woning in gemeente heusden. Bij hoofdverblijf in AWBZ inrichting is aanpassen van een woning toegestaan met maximum van €3.403,35 en dat woning enkel bezoekbaar is. Art. 2.6 Beperkingen: - de noodzaak nav verhuizing waarde op grond van belemmeringen bij het normale gebruik van de woning tgv ziekte of gebrek geen aanleiding bestond en er geen andere belangrijke reden aanwezig was. - indien gehandicapten niet is verhuisd naar meest geschikte woning; - de aanvraag binnen 7 jaar nadat eenzelfde woonvoorziening is getroffen. in de aangepaste woning; - er sprake is van een verhuizing binnen een periode van 7 jaar nadat een woonvoorziening is getroffen.
Is het recht op de voorziening in het kader van de WVG bepaald volgens art. 2.5
Art. 2.7 Duidelijkheid over financiering van nietgesubsidieerde deel van de kosten. Burgemeester en wethouders verlenen slechts een financiële tegemoetkoming in de kosten als bedoeld in art. 2.1 lid 1 onder b en c indien de financiering van het niet door subsidie gedekte deel van de voorziening is voorzien.
is het recht op de woonvoorziening WVG bepaald aan de hand van art. 2.7
Art. 2.8 Verwerven van grond: Bijdrage verlenen voor de extra te verwerven grond die ten hoogste overeenkomst met de bijdrage voor het aantal m2 per vertrek en een gedeelte van de buitenruimte van de woning. Art. 2.9: B&W kunnen een financiële tegemoetkoming verlenen voor het treffen van voorzieningen aan een gemeenschappelijke ruimte indien zonder een dergelijke voorziening de woonruimte voor de gehandicapte ontoegankelijk blijft.
is het recht op de woonvoorziening WVG bepaald aan de hand van art. 2.8
Art. 2.10 Voorwaarden vergoeding aanpassingskosten woonwagen. Art. 2.11 Voorwaarden vergoeding aanpassingkosten woonschip.
is het recht op de woonvoorziening WVG bepaald aan de hand van art. 2.11
is het recht op de woonvoorziening WVG bepaald aan de hand van art. 2.6
is het recht op de woonvoorziening WVG bepaald aan de hand van art. 2.10
Art. 2.12. Maximale aanpassingskosten woonwagens, woonschepen: Indien de technische levensduur minder dan 5 jaar is of de standplaats binnen 5 jaar voor opheffing in aanmerking komt bedragen de maximale aanpassingkosten € 907,56 Art.2.13 Voorwaarden aanpassingskosten binnenschip. overzicht tbv toetingskader, pagina 28
Is de hoogte van de woonvoorziening bepaald aan de hand van art. 2.12
Is het recht op vergoeding overeenkomstig art. 2.13 bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Art. 2.14 Kosten in verband met verhuizing en inrichting. Art. 2.15 Kosten ivm onderhoud, keuring en reparatie; Art. 2.16 Kosten ivm tijdelijke huisvesting; Art. 2.17 Kosten ivm huurderving.
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Is het recht op vergoeding overeenkomstig art. 2.14 t/m 2.17 bepaald?
Art. 2.18 Anti speculatiebeding
Is de hoogte van de vergoeding bepaald in overeenstemming met art. 2.17 Is het recht op vervoersvoorziening bepaald overeenkomstig art. 3.2
Art. 3.2. Lid 7 en 8. Indien inkomen hoger is dan 1,5 maal het norminkomen wordt geen vergoeding verstrekt of wordt het bedrag dat inkomen hoger is dan in mindering gebracht op het vervoersbudget.
Is het hoogte op vervoersvoorziening bepaald overeenkomstig art. 3.2 lid 7 en 8
Art. 3.2 Recht op een vervoersvoorziening: Gehandicapte heeft recht op voorziening in art. 3.1 a als aantoonbare beperkingen agv ziekte of gebrek het gebruik van openbaar vervoer of het bereiken van openbaar vervoer onmogelijk maken. Indien het gebruik van collectief systeem door ziekte of gebrek onmogelijk maken of niet aanwezig zijn dan kan een voorziening in vorm van art. 3.1 b of c worden verstrekt. Bij een medische indexering
Art. 4.2: Recht op Rolstoel. Indien ziekte of gebrek dagelijks zittend verplaatsen in en om de woning noodzakelijk maken en de hulpmiddelen op grond van AWBZ onvoldoende oplossing bieden.Voor sportrolstoel komt persoon in aanmerking indien hij anders geen sport kan beoefenen. Art. 4.3 Bruikleen of eigendom: De verstrekker en de gehandicapte sluiten een bruikleenovereenkomst. Verstrekking van sportrolstoel vindt plaats in de vorm van een forfaitaire vergoeding waarmee voor een periode van drie jaar een rolstoel aangeschaft en onderhouden kan worden.
Is het recht op rolstoel overeenkomstig art. 4.2 bepaald?
Art. 5.2. Gronden voor weigering: B&W kunnen gevraagde voorziening weigeren indien: Kosten die zijn gemaakt vóór het moment van beschikken. Kosten voor spoedeisende zaken kunnen met voorafgaande instemming door B&W voorafgaand aan aanvraag worden gemaakt. Indien kosten betrekking hebben op een eerder ingediende aanvraag waarvan afschrijvingsduur nog niet is verlopen. Tenzij het goed niet aan de aanvrager toe te rekenen omstandigheden is verloren gegaan.
Indien voorziening niet wordt toegekend is dit overeenkomstig art. 5.2?
overzicht tbv toetingskader, pagina 29
Is het recht op rolstoel overeenkomstig art. 4.3 bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
652 WVG
Recht
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Art. 6.1 Inlichtingen, onderzoek en advies.
Is overeenkomstig art. 6.1 gehandeld?
Art. 6.2 Wijzigingen in de situatie: Degene aan wie krachtens deze verordening een voorziening is verstrekt, is verplicht aan B&W mededeling te doen van feiten en omstandigheden waarvan redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat deze van invloed kunnen zijn op het recht op een voorziening.
Is overeenkomstig art. 6.2 gehandeld?
verstrekkingenbe sluit financiële tegemoetkoming en eigen bijdrage voorzieningen gehandicapten (tbv oude aanvragen)
Art. 7.3 Indexering: B&W kunnen jaarlijks per 1 januari de in het kader van deze verordening geldende bedragen verhogen of verlagen conform de ontwikkelingen van de prijsindex volgens het CBS. art. 3: Financiële tegemoetkoming in de kosten van woonvoorzieningen
Zijn de tarieven conform het geen in art. 7.3 is opgenomen geïndexeerd?
art. 4: Gereedmelding, vaststelling en uitbetaling financiële tegemoetkoming
Is de hoogte van de financiële tegemoetkoming in de kosten overeenkomstig art. 4 bepaald? Is de duur van de financiële tegemoetkoming in de kosten van de vervoersvoorziening in overeenstemming met art. 5.1? Is de hoogte van de financiële tegemoetkoming in de kosten in overeenstemming met art. 5 muv lid 1
Is de hoogte van de financiële tegemoetkoming in de kosten overeenkomstig art. 3.1 bepaald?
art. 5.1 Financiële tegemoetkoming in de kosten van vervoersvoorziening en voorzieningen in natura art. 5 muv lid 1: Financiële tegemoetkoming in de kosten van vervoersvoorzieningen en voorzieningen in natura art. 6: Samenloop: Als er voor de partners sprake is van samenloop van een forfaitair bedrag en deeltaxi wordt het forfaitaire bedrag gesteld op 50% van het onder art. 4.2 bedoelde bedrag. art. 7: Rolstoelen. Forfaitaire vergoeding voor sportrolstoelen bedraagt € 2.183,41. In deze vergoeding is een bedrag opgenomen van € 453,78 voor het onderhoud gedurende drie jaren.\
overzicht tbv toetingskader, pagina 30
Indien sprake is van samenloop is overeenkomstig art. 6 gehandeld?
Is de vergoeding voor rolstoel overeenkomstig art. 7 bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota 652 WMO
Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2007
Recht
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
art. 1.2: Een voorziening kan slechts worden toegekend voor zover: a. de aanvrager een verstandelijke of lichamelijke beperking, chronisch probleem of psychosociaal probleem heeft, dan wel vrijwilligerswerk verricht of mantelzorg pleegt, waardoor hij niet in staat is om 1 een huishouding te voeren; 2 zich te verplaatsen in en om de woning; 3 zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel; 4 medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale contacten aan te gaan b. deze langdurig noodzakelijk is om diens beperkingen op het gebied van wonen of zich binnen of buiten de woning verplaatsen of te heffen of te verminderen. c. deze, naar objectieve maatstaven gemeente, als de goedkoopst adequate voorziening kan worden aangemerkt. d. de ondersteuningsbehoevende of mantelzorger Heusden als woonplaats heeft
Is de voorziening aan de persoon die hier recht op heeft conform art 1.2?
art. 1.2: lid 2 Er wordt geen voorziening toegekend: b. voor zover op grond van enig andere wettelijke regeling of overeenkomst aanspraak op de voorziening bestaat; c. dit algemene kosten zijn die iedereen heeft d. als dit al onder de WVG-regeling versterkt is, de afschrijvingstermijn nog niet is verstreken en er geen verlies van de voorziening is zonder schuld; e. indien redelijkerwijs mantelverzorgers of andere personen oplossing kunnen bieden voor het probleem; f. indien hier in het persoongebonden budget niet is voorzien; g. indien kosten al voor indiening zijn gemaakt, zonder schriftelijke toestemming college.
Is de voorziening geweigerd in de gevallen genoemd in art 1.2 lid 2?
art. 2.4 Eigen bijdrage de ondersteuningsbehoevende of mantelzorger is een eigen bijdrage verschuldigd bij de verstrekking van een huishoudelijke voorziening, conform Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Heusden art. 2.6 Hoogte financiële tegemoetkomingen en PGB's zie Besluit maatschappelijke ondersteuning
overzicht tbv toetingskader, pagina 31
Is een eigen bijdrage in rekening gebracht voor een huishoudelijke voorziening?
Is de financiële tegemoetkoming en PGB conform het Besluit Maatschappelijke Ondersteuning?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
art 3.1 Kring rechthebbenden huishoudelijke voorzieningen een huishoudelijke voorziening dan worden verleend aan: a. een ondersteuningsbehoevende en b. een mantelzorger art 3.5 beperkingen huishoudelijke voorzieningen Het college weigert a. voor zover de voorziening betrekking heeft op een hoger niveau dan sociale woningbouw; b. indien aanvraag betrekking heeft op hotels/pensions, trekkerswoonwagens, kloosters, vakantiewoningen en tweede woningen; c. indien de aanvrager verblijft in een AWBZ-instelling.
Opnemen in Interne controle plan
Is de huishoudelijke voorziening aan de rechthebbende verstrekt conform art 3.1?
Is de huishoudelijke voorziening geweigerd in de gevallen van art. 3.5?
art 3.6, lid 1 PGB wordt versterkt voor periode, die niet eerder aanvangt dan de datum van aanvraag art. 3.7 Het bruto PGB wordt berekend naar een bedrag per uur of gedeelte, waarin huishoudelijke voorziening nodig is
Is het PGB niet eerder verstrekt dan de datum van aanvraag? Is het bruto PGB berekend naar bedrag per uur of gedeelte daarvan?
art. 3.8 Bij verlening van een PGB huishoudelijke voorziening is de aanvrager verplicht: - het PGB uitsluitend te gebruiken voor huishoudelijke voorziening - voor een kwalitatief adequate voorziening - binnen 6 weken na eind van ieder kwartaal een verantwoording af te leggen met verstrekt formulier - alle benodigde feiten te verstrekken. art. 4.2 een woonvoorziening kan worden verleend aan de ondersteuningsbehoevende of aan de eigenaar van de woning art 4.4. Na voltooiing dient de woningeigenaar binnen 15 maanden na het verlenen van de voorziening verklaren dat de werkzaamheden zijn uitgevoerd. Dit gaat vergezeld van een verklaring dat aan de voorwaarden is voldaan en met en verzoek om uitbetaling. De woningeigenaar dient gedurende 5 jaar alle rekeningen ter beschikking te houden
Komt de aanvrager van een PGB zijn verplichtingen conform art. 3.8 na?
art 4.5 Bij verkoop binnen jaar dient dit door de eigenaar gemeld te worden. Meerwaarde kan opgevraagd worden.
Is verkoop binnen een jaar gemeld?
overzicht tbv toetingskader, pagina 32
Is de woonvoorziening verleend aan óf de ondersteuningsbehoevende óf aan de eigenaar van de woning? Is op tijd verklaard dat de werkzaamheden zijn uitgevoerd en zijn de rekeningen beschikbaar?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
art 4.6 Weigeringsgronden woningaanpassingen - probleem door gebruikte materialen in woning - hoger niveau dan sociale woningbouw - geen rechtstreeks oorzakelijk verband tussen beperking en bouwkundig probleem - verhuizing uit wel geschikt huis - bij verhuizing naar ongeschikt huis, zonder toestemming college - als ondersteuningsbehoevende voor het eerst zelfstandig gaat wonen - de woning niet geschikt is om het hele jaar in te wonen - verhuizing naar AWBZ-instelling - AWBZ-instelling, klooster, hotels/pensions, trekkerswoonwagens, vakantiewoningen en tweede huizen
art 4.10 Voor voorzieningen in woonwagens gelden extra voorwaarde: - levensduur woonwagen en termijn standplaats minimaal 5 jaar is - de woonwagen op standplaats van de gemeente staat en een bewoningsvergunning aanwezig is. Lid 2. Als aan de voorwaarde van 5 jaar niet voldaan wordt, is een financiële tegemoetkoming of PGB mogelijk.
overzicht tbv toetingskader, pagina 33
Opnemen in Interne controle plan
Is een woningaanpassing geweigerd als er sprake is van de gronden in art 4.6?
art 4.7 Verhuizing heeft voorrang boven aanpassing als dit de goedkoopste oplossing is. art 4.7 Indien woningeigenaar niet bereid is de (bouwkundig aangepaste) woning wederom te laten bewonen door een ondersteuningsbehoevende, dan heeft de plaatsing van een losse woonunit voorrang art. 4.8 voor het bezoekbaar maken van een woonruimte is het mogelijk een voorziening te krijgen voor een ondersteuningsbehoevende die in een AWBZ-instelling verblijft art. 4.9 Een financiële tegemoetkoming is mogelijk voor gespecificeerde voorzieningen in gemeenschappelijke ruimtes.
Duur
Is verhuizing aanboden boven aanpassing als dit goedkoopste oplossing was? Is plaatsing van een losse woonunit aangeboden als de wooneigenaar niet bereid was de woning wederom te laten bewonen door een ondersteuningsbehoevende? Is er recht op het bezoekbaar maken van een woonruimte conform art. 4.8?
Is er recht op een financiële tegemoetkoming voor gespecificeerde voorzieningen in gemeenschappelijke ruimtes? Is er recht op een voorziening in woonwagens conform art. 4.10?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
art 4.11 Een verhuisvoorziening is mogelijk voor een ondersteuningsbehoevende of voor een persoon die verhuist tbv een ondersteuningsbehoevende. Indien: - de woning geschikt is - verhuizing plaatsvindt uit zelfstandige woonruimte - in de te verlaten woning belemmeringen zijn ondervonden - ondersteuningsbehoevende niet verhuisd is op een moment op basis van leeftijd, gezinssituatie of woonsituatie.
Is er recht op een verhuisvoorziening conform art. 4.11?
art 4.12 Een voorziening voor tijdelijke huisvesting kan verleend worden; - in verband met aanpassing woning voor periode dat woning in verban d met de aanpassingen niet bewoond kan worden - voor maximaal 6 maanden. art 4.13 Een voorziening voor huurderving is mogelijk bij huurbeëindiging van een aangepaste woning, voor maximaal 6 maanden, exclusief de eerste maand.
Is er recht op een voorziening voor tijdelijke huisvesting art. 4.12?
art 4.14 Een vergoeding voor onderhoud en reparatie is mogelijk indien de woonvoorziening is verstrekt onder de WVG of RGSHG- regeling voor specifiek benoemde installaties.
Is er recht op een vergoeding voor onderhoud en reparatie conform art 4.14?
Is er recht op een voorziening voor huurderving conform art 4.13?
art. 4.15 Het bruto PGB is zo dat er een gelijkwaardige voorziening in natura ingekocht kan worden. Het netto PGB is het verschil tussen het bruto PGB en de eigen bijdrage art. 4.16 Bij verlening van een PGB voor woonvoorzieningen is de aanvrager verplicht: - het PGB uitsluitend te gebruiken voor de woonvoorziening en daarmee verband houdende kosten - voor een kwalitatief adequate voorziening - alle benodigde feiten te verstrekken. art 5.1 Een rolstoelvoorziening kan bestaan uit een (sport)rolstoel, accessoires, onderhoud, gebruik en reparaties art 5.2 De rolstoel kan verstekt worden aan een ondersteuningsbehoevende voor verplaatsing in de woning, die niet op grond van andere regelingen al een oplossing heeft, of als recreatieve sportbeoefening anders niet mogelijk is.
overzicht tbv toetingskader, pagina 34
Is het netto PGB juist bepaald conform art 4.15?
Heeft de aanvrager van een PGB voldaan aan zijn verplichtingen conform art 4.16?
Bestaat de rolstoelvoorziening uit de onderdelen genoemd in art. 5.1? Is de rolstoel verstrekt onder de voorwaarden van art 5.2?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
art 5.4 Er is geen recht op een rolstoelvoorziening indien de ondersteuningsbehoevende verblijft in een AWBZ-instelling of als de rolstoelvoorziening het gevolg is van een verhuizing naar een minder geschikte woning, zonder schriftelijke toestemming van het college.
art. 6.6 Bij verlening van een PGB voor vervoersvoorzieningen is de aanvrager verplicht: - het PGB uitsluitend te gebruiken voor de vervoersvoorziening en daarmee verband houdende kosten - voor een kwalitatief adequate voorziening - alle benodigde feiten te verstrekken.
overzicht tbv toetingskader, pagina 35
Opnemen in Interne controle plan
Is een rolstoelvoorziening geweigerd in de gevallen genoemd in art 5.4?
art 5.5 Het bruto PGB is zo dat er een gelijkwaardige voorziening in natura ingekocht kan worden. Het netto PGB is het verschil tussen het bruto PGB en de eigen bijdrage art. 5.6 Bij verlening van een PGB voor rolstoelvoorzieningen is de aanvrager verplicht: - het PGB uitsluitend te gebruiken voor de rolstoelvoorziening en daarmee verband houdende kosten - voor een kwalitatief adequate voorziening - alle benodigde feiten te verstrekken. art 6.2 Vervoersvoorzieningen kunnen verleend worden aan ondersteuningsbehoevenden die niet in staat is in zijn directe woon- en leefomgeving in aanvaardbare mate sociale contacten te onderhouden of buiten zijn directe woon-en leefomgeving om een staat van sociaal isolement of vervreemding te voorkomen. art 6.4 Er is recht op een vervoersvoorziening: - indien ondersteuningsbehoevende niet in staat is met het openbaar vervoer te reizen. - Het collectieve vervoerssysteem heeft voorrang boven de overige oplossingen als dit de goedkoopste oplossing is. - een open elektrische buitenwagen kan indien niet meer dan 100 meter gelopen kan worden en niet gebruik gemaakt kan worden van een speciaal uitgevoerde fiets.
Duur
Is het netto PGB juist bepaald conform art 5.5?
Heeft de aanvrager van een PGB voldaan aan zijn verplichtingen conform art 5.6?
Is er recht op een vervoersvoorziening conform de voorwaarden in art 6.2?
art 6.4 lid 5 Indien het inkomen (zie art 1 lid 1) hoger is dan 1,5 x het norminkomen , wordt geen vervoersvoorziening zoals collectief vervoer of gebruik van een bruikleenauto, taxi of eigen auto verstrekt.
Is er recht op een vervoersvoorziening conform de voorwaarden in art 6.4?
art 6.5 Het bruto PGB is zo dat er een gelijkwaardige voorziening in natura ingekocht kan worden. Het netto PGB is het verschil tussen het bruto PGB en de eigen bijdrage
Is het netto PGB juist bepaald conform art 6.5?
Heeft de aanvrager van een PGB voldaan aan zijn verplichtingen conform art 6.6?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
WMO-besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Heusden 2007
Opnemen in Interne controle plan
art. 8.3 Bij wijzigingen in de situatie is degene aan wie de voorziening is verstrekt verplicht het college mededeling te doen van de feiten en omstandigheden.
Is op tijd melding gemaakt van wijzigingen in de situatie conform art 8.3?
art 8.5 Het college trekt een toewijzing van een verordening in, indien: - niet meer aan de voorwaarden wordt voldaan - geen prijs meer wordt gesteld op het PGB - ondersteuningsbehoevende is overleden - aanvrager verplichtingen niet nakomt art 8.6 Indien college toewijzing van een voorziening heeft ingetrokken, vordert deze verleende voorziening terug, verhoogd met de wettelijke rente.
Heeft het college een toewijzing ingetrokken in de situaties in art 8.5?
art 9.1 Het college kan in bijzondere gevallen afwijken ten gunste van de ondersteuningsbehoevende, mantelzorger of woningeigenaar.
Is terecht afgeweken van de regeling?
Heeft het college een ingetrokken voorziening verhoogd met de wettelijke rente?
art 9.4 Het college kan jaarlijks per 1 januari de bedragen aanpassen obv de consumentenprijsindex. 652 WMO
Duur
Zijn de juiste bedragen gehanteerd, ivm indexering?
art 2: 1 De voorziening deeltaxi wordt uitsluitend in natura verstrekt 2 De voorziening voor gebruik van een taxi of eigen auto of rolstoeltaxi wordt verstrekt als financiële tegemoetkoming of als PGB 3 PGB wordt niet verstrekt als ernstig vermoeden bestaat dat aanvrager problemen heeft met de omgang van een PGB, niet voldaan wordt aan lopende financiële verplichtingen, er in de persoon gelegen bezwaren aanleiding geen of dit niet doelmatig is
Is de voorziening verstrekt conform de voorwaarden in art 2.1?
art 3. Over het PGB legt de ontvanger binnen 6 weken na het verlopen van de termijn verantwoording af. Dit wordt na afloop van de verstrekking of op het eind van het jaar gecontroleerd. Eventueel volgt terugvordering
Heeft de ontvanger van het PGB op tijd verantwoording afgelegd?
art 4.1. De eigen bijdrage is afhankelijk van gehuwd of ongehuwd en inkomen. De bedragen zijn in de verordening genoemd art 4.2. Er is een besparingsbijdrage voor de verstrekking van een fiets, aangepaste box of aankleedtafel, aangepast fiets- of autozitje en buggy. art 5. Het PGB voor hulp bij het huishouden per uur is vastgesteld in dit artikel.
overzicht tbv toetingskader, pagina 36
Zijn de bedragen van de eigen bijdrage correct conform art 4.1? Zijn de bedragen van de besparingbijdrage correct conform art 4.2? Zijn de bedragen van het PGB voor het huishouden correct conform art 5?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
art 6.1 De bedragen voor de financiële tegemoetkoming van woonvoorzieningen zijn vastgesteld in dit artikel. art 6.2 De bedragen voor het bezoekbaar maken van een woning zijn vastgesteld in dit artikel. art 6.3 De bedragen voor de kosten onderhoud, keuring en reparatie zijn vastgesteld in dit artikel. art 6.4 De bedragen voor de woningsanering zijn vastgesteld in dit artikel. art 7 De bedragen voor het PGB voor woonvoorzieningen zijn vastgesteld in dit artikel. art 8 De bedragen voor de financiële tegemoetkoming voor rolstoelvoorzieningen zijn vastgesteld in dit artikel. art 9 De bedragen voor het PGB voor rolstoelvoorzieningen zijn vastgesteld in dit artikel. art 10 De bedragen voor de financiële tegemoetkoming van vervoersvoorzieningen zijn vastgesteld in dit artikel. art 11 De bedragen voor het PGB voor vervoersvoorzieningen zijn vastgesteld in dit artikel. 724 lijkbezorging
verordening gebruik/ beheer gemeentelijke begraafplaatsen
art. 18: Verlening en overgang grafrechten: enkel aan echtgenoot of partner of bloedverwant tot de derde graad. Binnen een jaar verzoek toe doen. Afwijken van bovenstaande op gegronde redenen.
overzicht tbv toetingskader, pagina 37
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Zijn de bedragen van de financiële tegemoetkoming van woonvoorzieningen correct conform art 6.1? Zijn de bedragen van bezoekbaar maken correct conform art 6.2? Zijn de bedragen van onderhoud, keuring en reparatie correct conform art6.3? Zijn de bedragen van woningsanering correct conform art 6.4? Zijn de bedragen van het PGB voor woonvoorzieningen correct conform art 7? Zijn de bedragen van de financiële tegemoetkoming voor rolstoelvoorzieningen correct conform art 8? Zijn de bedragen van het PGB voor rolstoelvoorzieningen correct conform art 9? Zijn de bedragen van de financiële tegemoetkoming voor vervoersvoorzieningen correct conform art 10? Zijn de bedragen van het PGB voor vervoersvoorzieningen correct conform art 11? art. 11 lid 3 en 5: Algemene graven Is de duur van de uitgegeven graf worden uitgegeven voor een termijn van gelijk aan art. 11 lid 3 en 5? 10 jaren. Deze termijn kan niet worden Indien een verlening is aangevraagd is verlengd. dit overeenkomstig art. 11 lid 3 en 5 Eigen graven worden uitgegeven voor een aangevraagd? termijn van 20 jaren. Deze termijn kan telkens met termijn van 10 jaar worden verlengd. Mits verzoek voor verstrijken van periode (max. 2 jaar van te voren) is ingediend. Is verlenging of overgang van grafrechten overeenkomstig art. 18 van de verordening gemeentelijke begraafplaatsen bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Opnemen in Interne controle plan
art. 19 lid 3: In de gevallen als bedoeld in het eerste lid , onderdelen b en c en in het tweede lid vindt geen terugbetaling plaats van een deel van de kosten van het grafrecht, betaalde onderhoudsbijdragen of eventueel andere kosten.
art. 19 lid 1 en 2 Einde grafrechten: verlopen termijn, afstand doen van recht of begraafplaats opgeheven. Niet tijdig betalen Niet tijdig recht is overschreven.
Heeft terugbetaling van grafrechten overeenkomstig art. 19 lid 3 plaatsgevonden? Indien de grafrechten ten einde lopen is voldaan aan art. 19 lid 1 en 2?
art. 20 muv lid 2,3,5: het plaatsen of verwijderen van grafbedekking op graven of een plaat ter afsluiting van een urgenties geschiedt alleen met vergunning van het bestuursorgaan. De plaatsing of verwijdering dient vooraf aan de beheerder gemeld te worden. Het bestuursorgaan kan de in het eerste leid bedoelde vergunning weigeren indien niet voldaan is aan de regels, afbreuk doet aan het aanzien, de duurzaamheid onvoldoende is of de constructie ondeugdelijk is. De kosten voor plaatsen en aanbrengen zijn voor gebruiker. Enkel na voldoen van bedrag mag worden geplaatst.
Is het plaatsen van het grafbedekking overeenkomstig art. 20 gehandeld?
art. 24 lid 5: De kosten welke gemoeid zijn met de werkzaamheden vallende onder de leden 2,3 en 4 van dit artikel komen voor rekening van de rechthebbende of gebruiker van het betreffende graf. 724 lijkbezorging
Verordening heffing en invordering lijkbezorgingrech ten
Zijn de kosten zoals bedoeld in art. 24 lid 5 in rekening gebracht bij de gebruiker van het graf?
art. 2: Belastbaar feit: Obv deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats voor het gebruik van de aula en voor het door of vanwege de gemeente te verlenen van diensten in verband met de begraafplaats of de aula.
Is het belastbaar feit in overeenstemming met art. 2 van de verordening voor invordering van lijkbezorgingrechten?
art. 3: Belastingplicht: De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel tbv wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt. art. 4: Er zijn geen vrijstellingen
Is de belastingplichtige overeenkomstig art. 3 vastgesteld?
art. 6 lid 1.rechten worden geheven naar art. 6 lid 2. belastingtijdvak is gelijk aan maatstaven en de tarieven opgenomen in de periode die wordt afgekocht en/of tarieventabel kalenderjaar art. 8: De rechten als bedoeld in de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen. art 10.Bij invordering leges wordt geen kwijtschelding verleend
overzicht tbv toetingskader, pagina 38
Zijn vrijstellingen overeenkomstig art. 4 bepaald? Is periode waarover belasting wordt betaald gelijk aan art. 6 lid 2? Is de belasting geheven overeenkomstig art. 6 lid 1? Is overeenkomstig art. 8 van de verordening belasting geheven?
Is kwijtschelding overeenkomstig art. 10 bepaald?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota 725 baten reinigingsrecht en en afvalstoffenhef fing
Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffin g 2001
Recht
Hoogte
Duur
art. 1 lid 1: De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel tav krachtens artikel 10.11 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijk afvalstoffen geldt. art. 2.: voor toepassing van art. 1 wordt als gebruiker aangemerkt: degene die naar omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit of beperkt recht of persoonlijk recht feitelijk gebruik maakt van het perceel; b. ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan, degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.
Is de belastingplicht overeenkomst art. 1 lid 1 vastgesteld?
Is de belastingplichtige overeenkomstig art. 2 vastgesteld?
Art. 3 Maatstaf van heffing en belastingtarief.
art. 4. Belastingjaar: mbt de belasting die per jaar wordt geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar. Art. 6: Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang. 725 reinigingsrecht Verordening en heffing en invordering van reinigingsrechten 2001
Opnemen in Interne controle plan
Art. 6: Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang.
Is de belasting conform art. 3 van de verordening invordering afvalstoffenheffing geheven? Is het tijdvak waarover de belasting wordt geheven gelijk aan art. 4?
Is het ontstaan van de belastingschuld en de heffing conform art. 6 bepaald?
art. 2: Belastbaar feit: Onder reinigingsrechten worden rechten geheven zowel voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn. De in het eerste lid bedoelde diensten en het gebruik van bezittingen, werken en inrichtingen bestaan uit: het in ontvangst nemen en laten verwerken van KGA van een bedrijf tot een hoeveelheid van 50 kg per bedrijf per jaar. Het tijdens de reguliere inzamelgang in ontvangst nemen van zogenaamd kwd afval.
Is het belastbaar feit in overeenstemming met art. 2 van de verordening vastgesteld?
art. 3: Belastingplicht: De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel tbv wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Is de belastingplicht in overeenstemming met art. 3 van de verordening bepaald? art. 4: Hoogte van de heffing: Het recht bedraagt voor het in ontvangst nemen op de gemeentelijke milieustraat van kGA per kg fl. 6. Voor reguliere inzamelgang ledigen van de door de gemeente beschikbaar gestelde afvalcontainer per jaar fl . 564,96
overzicht tbv toetingskader, pagina 39
Is de hoogte van de reinigingsrechten in overeenstemming met art. 4 van de verordening.
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
art. 9: Kwijtschelding: geen kwijtschelding verleend. 726 baten verordening reinigingsrecht rioolrecht en en afvalstoffenhef fing
art. 2: Belastbaar feit en belastingplicht: Onder de naam rioolrecht wordt geheven: een recht van de gebruiker van een eigendom van waaruit afvalwater direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd. Met betrekking tot het recht wordt als gebruiker aangemerkt: degene die naar de omstandigheden geoordeeld het eigendom al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruikt. ingeval een gedeelte van een eigendom in gebruik heeft afgestaan. art. 3: Zelfstandige gedeelten: indien gedeelten van een art. 2 bedoeld eigendom blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt het recht geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als een geheel worden gebruikt, deze als één eigendom worden aangemerkt.
art. 5: Tarieven.
810 ruimtelijke ordening
procedureverordening planschadevergoeding gemeente Heusden 1997
art. 3: Besluit tot het niet ontvankelijk verklaren van de aanvrager. Indien het drempelbedrag niet binnen de in art. 2, derde lid genoemde termijn is bijgeschreven of gestort, verklaart het college de aanvrager nietontvankelijk, tenzij redelijkerwijs niet kan worden geoordeeld dat aanvrager in verzuim is geweest. (binnen vier weken)
overzicht tbv toetingskader, pagina 40
Opnemen in Interne controle plan
art. 5: Belastingjaar. Gelijk aan kalenderjaar art. 7: Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang.
Is duur van belastingheffing conform de verordening art. 5? Is duur van belastingheffing conform de verordening art. 7? Is kwijtschelding overeenkomstig art. 9 van de verordening? Is de belastingplicht en het belastbaar feit overeenkomstig art. 2 van de verordening rioolrecht bepaald?
Heeft de heffing over de zelfstandige gedeelte van een pand plaatsgevonden conform art. 3 van de verordening rioolrecht?
Art. 4 maatstaf heffing: aantal m2 afvalwater dat vanuit de eigendom wordt afgeleverd.Wordt bepaald a.d.h.v. laatste verbruik gegevens.Eventueel plaatsen van watermeter bij eigen pompinstallatie. Vermindering indien getoond wordt dat afvalwater op andere wijze wordt afgevoerd.
Art. 8: Ontstaan van de belastingschuld en bepalingen omtrent aanvang en einde van de belastingschuld in de loop van het belastingtijdvak
Duur
Is de maatstaf voor heffing van rioolrecht conform art. 4 van de verordening rioolrecht bepaald?
Zijn de tarieven conform art. 5 bepaald? art. 6: het belastingjaar is gelijk aan het Is het tijdvlak waarover de belasting kalenderjaar. wordt geheven gelijk aan art. 6 van de verordening op rioolrecht? Art. 8: Ontstaan van de belastingschuld Heeft de heffing van rioolrecht conform en bepalingen omtrent aanvang en einde art. 8 van de verordening op rioolrecht van de belastingschuld in de loop van het plaatsgevonden? belastingtijdvak. Is het besluit tot het niet ontvankelijk verklaren van de aanvrager overeenkomstig art. 3 van de verordening planschade vergoeding besloten?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
822 overige volkshuisvesting
Bouwverordening 1997
Recht
Hoogte
art. 8: Beschikking van het college: binnen 6 weken na ontvangst van het advies beslist het college op de aanvraag om vergoeding van planschade. Het college kan deze termijn een keer met ten hoogste vier weken verlengen. Art. 6.1.5 Weigeren gebruiksvergunning.
12.1. strafbepalingen e.d. Deze eventuele baten komen niet ten gunste van de gemeente. Verordening staangeld 1997
art. 2: Belastbaar feit: Onder staangeld wordt een recht geheven voor het hebben van een standplaats voor een woonwagen, daaronder begrepen de diensten die met de standplaats verband houden. art. 3: Belastingplicht: Het recht wordt geheven van degene die de standplaats heeft. Als degene die de standplaats heeft wordt aangemerkt als de houder van een vergunning, bedoeld in art. 14 van de woonwagenwet dan wel de hoofdbewoner van de woonwagen. Wie als hoofdbewoner wordt aangemerkt wordt naar de omstandigheden beoordeeld.
Is bij het weigeren van gebruikersvergunning conform art. 6.1.5 van de bouwvergunning bepaald? Is een sloopvergunning conform art. 8.1.1, art. 8.1.6 en art. 8.1.7 vastgesteld? 12.1. strafbepalingen e.d. Deze eventuele Indien van toepassing zijn de baten komen niet ten gunste van de strafbepalingen art. 12.1 van de gemeente. verordening bouwvergunning correct toegepast? Is het belastbaar feit in overeenstemming met art. 2 van de verordening? Is de belastingplicht in overeenstemming met art. 3 van de verordening?
art. 4: Belastingtarieven en belastingtijdvak: Het recht als bedoeld in art. 2 wordt geheven naar het tarief per maand, zoals dat is opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel. art. 7: Er wordt geen kwijtschelding verleend. 830 bouwgrondexploitatie
zijn de belastingtarieven in overeenstemming met art. 4 van de verordening.
Is in overeenstemming met art. 7 geen kwijtschelding verleend? Is het recht op pachtgrond conform nota grondbeleid deel 1 bepaald?
nota grondbeleid paragraaf 1.2: Criteria voor in aanmerking te komen voor pachtgrond: o.a. inwoner van gemeente deel 1 Heusden,bedrijf in gemeente Heusden,hoofdberoep agrariër,ouderdom, niet arbeidsongeschikt,niet bij verkoop. Standaard formulier indienen. paragraaf 1.3. Duur vaste pacht voor 6 jaren. Eenmalige pacht (1 jaar met max. 12 jaar).kort durende pacht korter dan 6 jaar. paragraaf 1.3: maximale pachtprijs bedraagt 2% van vrij verkeerswaarde met een maximum van pachtprijsnorm. Eventuele waterschapslasten worden voor 50% doorberekend.
overzicht tbv toetingskader, pagina 41
Opnemen in Interne controle plan
Is de beschikking van het college overeenkomstig art. 8 van de verordening planschade bepaald?
Art. 8.1.1. Sloopvergunning, art. 8.1.6 Weigeren sloopvergunning en art. 8.1.7 Intrekking sloopvergunning.
822 Staangeld
Duur
Is de duur waarvoor de pacht is aangegaan conform paragraaf 1.3 van nota grondbeleid deel 1? Is de pachtprijs conform paragraaf 1.3 van de nota grondbeleid deel 1 vastgesteld?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
1.4 melkquotum: 50% van waarde melkquotum is voor de gemeente.
Hoofdstuk 2: Verkoop van overhoeken. Criteria wanneer niet tot verkopen mag worden overgegaan.
830 bouwgrondexploitatie
nota Grondbeleid deel 2
overzicht tbv toetingskader, pagina 42
Hoofdstuk 2: Verkoop van overhoeken. Tegen een vaste prijs of prijs o.b.v. taxatierapport. Taxatiekosten zijn voor rekening van mogelijke koper. Hoofdstuk 3: Voor verhuur van stukken kleiner dan 1 ha huur prijs hanteren van 60 gulden verhoogd met 0,5 cent per m2. Met max van 1000,-- gulden. (ook prijs per ha voor verhuur van weide voor hobby of verenigingen) Hoofdstuk 3: Aankoop van gronden obv minnelijke overeenkomst dmv taxateur. In uiterste geval door onteigening. Hoofdstuk 5: bij elke aankoop vóór notariële overdracht voor rekening van de gemeente een bodemonderzoek doen conform de wettelijke normen, thans NVN 5740 (III.8) onderzoek laten uitvoeren door een terzake deskundig bureau (III.8). de kosten van het verkennend onderzoek en eventueel aanvullend onderzoek voor rekening van de gemeente te nemen (III.8). geconstateerde verontreinigingen bij samenwerking met particuliere exploitanten goed in beeld zien te krijgen en de gevolgen van de verontreiniging volledig bij de exploitant onderbrengen (III.8)
Duur
Opnemen in Interne controle plan
Is de prijs bij overdracht van de melkquotum conform paragraaf 1.4 van de nota grondbeleid deel 1 bepaald? Is bij de verkoop van overhoeken overeenkomstig hoofdstuk 2 van de nota grondbeleid deel 1 gehandeld? Is de verkoopprijs van overhoeken overeenkomstig hoofdstuk 2 van de nota grondbeleid deel 1 bepaald? Is de verkoopprijs voor verkoop van percelen kleiner dan 1 ha (overhoeken) conform hoofdstuk 3 van nota grondbeleid deel 1 bepaald?
Is de verkoop van stuk grond overeenkomstig hoofdstuk 2 van nota grondbeleid deel 2 bepaald? Heeft voor aankoop van grond een bodemonderzoek conform hoofdstuk 5 van de nota grondbeleid deel 2 plaatsgevonden? Zijn de kosten inzake het bodemonderzoek in rekening gebracht bij de gemeenten?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
830 bouwgrondexploitatie
Grondnota
830 bouwgrondexploitatie
Exploitatieverordening gemeente Heusden 1998
Recht
In deze nota wordt beschreven wanneer je recht maakt op starterwoning of uitgifte van kavel.
Hoogte
Heeft de aanleg van voorzieningen van openbaar nut bij particuliere grondexploitaties overeenkomstig hoofdstuk 6 van de grondnota deel 2 plaatsgevonden? Eventuele kosten aan het creëren van de voorzieningen zijn deze conform hoofdstuk 6 van de grondnota deel 2 verrekend?
In deze nota worden de prijzen die gehanteerd worden vastgesteld.
Is het recht op een starterwoning of uitgifte van kavel overeenkomstig de criteria in de grondnota bepaald? Zijn de prijzen die worden berekend bij de verkoop van gronden overeenkomstig de grondnota? Heeft de wijze van toerekening conform art. 4 van de exploitatieverordening plaatsgevonden? Heeft de vaststelling van de exploitatiebijdrage conform art. 5 van de exploitatieverordening plaatsgevonden? Indien een exploitatie wordt geweigerd is dit overeenkomstig art. 9 van de exploitatieverordening gebeurd?
art. 5: Vaststelling exploitatiebijdrage
830 bouwgrondexploitatie
Voorwaarden uitgifte bouwterreinen aan particulieren in kernen drunen en vlijmen
Slecht in aanmerking komen personen die woonachtig zijn in gemeenten of kern. Minimaal 18 jaar en economisch of sociaal gebonden zijn met de gemeenten. Minimaal 5jaar ingeschreven staan als burger. Werken of familie hebben in gemeente
overzicht tbv toetingskader, pagina 43
Opnemen in Interne controle plan
Hoofdstuk 6: aanleg van voorzieningen van openbaar nut bij particuliere grondexploitatie geschiedt door gemeente onder betaling van de kosten door de exploitant (IV.5) aanleg van voorzieningen van openbaar nut door en voor rekening van de exploitant worden uitgevoerd onder goedkeuring van bestek en tekeningen door de gemeente (IV.5). de kosten van voorbereiding en toezicht etc van de gemeentelijke organisatie worden doorberekend aan de exploitant (IV.5). aanleg van voorzieningen van openbaar nut door en voor rekening van de exploitant geschieden enkel na afgifte van een bank- c.q. concerngarantie ter hoogte van het volledige bedrag van de kosten (IV.5). notariële overdracht van de ondergrond en de daarop aangebrachte voorzieningen geschiedt eerst na volledige aanleg van de voorzieningen (IV.5)
art. 4: Wijze van toerekening naar mate van profijt.
art. 9 Weigeringsgronden voor een exploitatieovereenkomst.
Duur
Bij de uitgifte van grond in kernen drunen en vlijmen is dit overeenkomstig de criteria zoals vastgesteld in voorwaarden uitgifte bouwterreinen?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
Betalen van borgsom om op wachtlijst te worden geplaatst €113,45. Vanaf 1 januari 2005 worden administratiekosten in rekening gebracht per kern voor periode van 2 jaar.
Is voldaan aan de voorwaarde om borg en administratiekosten te betalen voor opname op de wachtlijst? Is de hoogte van de in rekening gebrachte borg en administratiekosten conform de vastgestelde prijzen in de verordening?
Herplaatsing op wachtlijst pas na 10 jaar na notariële overdracht van bouwterrein of na 5 jaar van kopen van bouwterrein van aannemer of projectontwikkelaar.
Indien een persoon wordt herplaatst op de wachtlijst is dit in overeenstemming met het geen in opgenomen in voorwaarden voor uitgifte bouwterreinen bepaald? Indien een persoon is verwijderd van de wachtlijst is dit in overeenstemming met de vastgestelde criteria gebeurd?
Criteria wanneer persoon verwijderd wordt van wachtlijst.
913 Overige financiële middelen
Verkoop vindt plaats bij inschrijving, waarbij de taxatieprijs als bodemprijs wordt aangehouden.
voorwaarden bij de verkoop van cultuurgronden
Heeft de verkoop van cultuurgronden plaatsgevonden conform de voorwaarden zoals deze gesteld zijn? Is de prijs totstandgekomen zoals bepaald in de voorwaarden bij de verkoop van cultuurgronden?
Verkoop vindt plaats aan Heusdense agrariërs en daarnaast aan organisaties die in deze gemeente actief zijn, zoals natuurorganisaties.
931 Baten OZB gebruikers
Verordening op de heffing en de invordering van onroerende zaakbelasting 2003
Heeft de verkoop van cultuurgronden plaatsgevonden aan personen / ondernemingen zoals gesteld in voorwaarden bij de verkoop van cultuurgronden? Is de belastingplicht in overeenstemming met art. 1 van de verordening onroerend zaakbelasting geheven?
Art. 1 Belastingplicht:gebruiker en eigenaar.
Art. 2: Belastingobject. Als onroerend zaak wordt aangemerkt de onroerende zaak, bedoeld in hoofdstuk II van de wet waardering onroerende zaak.
Is het belastingobject in overeenstemming met art. 2 van de verordening OZB bepaald? Art. 3: Maatstaf van heffing art. 4: Vrijstellingen
art. 5: Belastingtarieven
art. 10 Overgangsbepaling overzicht tbv toetingskader, pagina 44
Opnemen in Interne controle plan
Art. 3: Maatstaf van heffing
Is de OZB geheven conform art. 3 van de verordening? Zijn eventuele vrijstellingen in overeenstemming met art. 4 van de verordening bepaald? Is de OZB conform de vastgestelde tarieven in art. 5 van de verordening bepaald? Is de overgangsbepaling van kracht?
BIJLAGE 1: TOETSINGSKADER Func Activiteit Verordening/ tie Beleidsnota
Recht
Hoogte
Duur
937 baten hondenbelas-ting art. 1 Belastbaar feit: Houder van een hond binnen de hondenbelasti gemeente ng art. 2: Belastingplicht: houder van de hond.
Art. 3 Maatstaf van heffing en tarief: geheven over aantal honden.
art. 4 Belastingjaar: Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar. art. 7: Hondenpenning per hond. Bij verlies € 11.35 art. 9: Strafbepaling: Indien niet voldaan wordt aan art. 8.
art, 10: Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang.
art. 11 Vrijstellingen
overzicht tbv toetingskader, pagina 45
Opnemen in Interne controle plan
Is het belastbaar feit overeenkomstig art. 1 van de verordening op hondenbelasting bepaald? Is de belastingplicht overeenkomstig art. 2 van de verordening op hondenbelasting bepaald? Is de maatstaf voor heffing van de belasting conform art. 3 van de verordening op hondenbelasting geheven? Is het tijdvak waarover de belasting wordt geheven conform art. 4 van de verordening op de hondenbelasting? Heeft iedere houder van een hond overeenkomstig art. 7 een hondenpenning? Indien niet voldaan is aan art. 8 van de verordening op hondenbelasting zijn een aantal strafbepalingen zoals opgenomen in art. 9 van de verordening van kracht. Zijn deze bepalingen indien van toepassing correct nageleefd? Is het ontstaan en het tijdvak waarover de heffing heeft plaatsgevonden conform art. 10 van de verordening op de hondenbelasting? Indien een vrijstelling is toegekend voor de heffing van hondenbelasting. Is dit overeenkomstig art. 11 van de verordening op de hondenbelasting bepaald?
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 46
Relatie Externe regelgeving
Gemeentewet
overzicht tbv toetingskader, pagina 47
Relatie Externe regelgeving
Europese aanbestedings regels Besluit Begroting en verantwoordin g Provincies en Gemeenten / Gemeentewet
Besluit Begroting en verantwoordin g Provincies en Gemeenten / Gemeentewet
Besluit Begroting en verantwoordin g Provincies en Gemeenten / Gemeentewet Besluit Begroting en verantwoordin g Provincies en Gemeenten / Gemeentewet
overzicht tbv toetingskader, pagina 48
Relatie Externe regelgeving Besluit Begroting en verantwoordin g Provincies en Gemeenten / Gemeentewet
Besluit Begroting en verantwoordin g Provincies en Gemeenten / Gemeentewet
overzicht tbv toetingskader, pagina 49
Relatie Externe regelgeving Wet Fido
Wet Fido
overzicht tbv toetingskader, pagina 50
Relatie Externe regelgeving
BBV
CAR/UWO
CAR/UWO
overzicht tbv toetingskader, pagina 51
Relatie Externe regelgeving
Wet Fido
Wet Fido
Wet Fido
overzicht tbv toetingskader, pagina 52
Relatie Externe regelgeving
wet Fido
wet Fido
Wet Fido
overzicht tbv toetingskader, pagina 53
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 54
Relatie Externe regelgeving
CAR/UWO
overzicht tbv toetingskader, pagina 55
Relatie Externe regelgeving
CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO
overzicht tbv toetingskader, pagina 56
Relatie Externe regelgeving CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO
CAR/UWO
overzicht tbv toetingskader, pagina 57
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 58
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 59
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 60
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 61
Relatie Externe regelgeving
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
overzicht tbv toetingskader, pagina 62
Relatie Externe regelgeving Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
overzicht tbv toetingskader, pagina 63
Relatie Externe regelgeving Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
overzicht tbv toetingskader, pagina 64
Relatie Externe regelgeving Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
overzicht tbv toetingskader, pagina 65
Relatie Externe regelgeving Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
overzicht tbv toetingskader, pagina 66
Relatie Externe regelgeving Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
overzicht tbv toetingskader, pagina 67
Relatie Externe regelgeving Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs Wet Voortgezet Onderwijs/ Primair Onderwijs
overzicht tbv toetingskader, pagina 68
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 69
Relatie Externe regelgeving
Gemeentewet
overzicht tbv toetingskader, pagina 70
Relatie Externe regelgeving Gemeentewet
overzicht tbv toetingskader, pagina 71
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 72
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 73
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 74
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 75
Relatie Externe regelgeving Wet Maatschappelijke Ontwikkelingen
overzicht tbv toetingskader, pagina 76
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 77
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 78
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 79
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 80
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 81
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 82
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 83
Relatie Externe regelgeving Wet Milieubeheer
overzicht tbv toetingskader, pagina 84
Relatie Externe regelgeving
Wet op de ruimtelijke ordening
overzicht tbv toetingskader, pagina 85
Relatie Externe regelgeving Wet op de ruimtelijke ordening
overzicht tbv toetingskader, pagina 86
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 87
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 88
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 89
Relatie Externe regelgeving
overzicht tbv toetingskader, pagina 90