Plusklas Beilen
Achtergrondinformatie meer begaafdheid, hoog intelligent en hoogbegaafdheid Om de visie van COG Drenthe op het onderwijsaanbod voor meer begaafde, hoog intelligente en hoogbegaafde leerlingen helder te maken, is het eerst nodig om het verschil tussen de drie type leerlingen inzichtelijk te maken: • Leerlingen die meer begaafd zijn, hebben een IQ tussen 110 – 130, hebben een onderwijsbehoefte in compacten en verrijken. Een bottom-up instructie is belangrijk. • Leerlingen die hoog intelligent zijn, hebben een IQ > 130, hebben ook een onderwijsbehoefte in compacten en verrijken en bottom-up instructie blijft belangrijk. • Leerlingen die hoogbegaafd zijn, voldoen aan drie criteria: - een hoge intelligentie (IQ > 130), - doorzettingsvermogen om een taak te volbrengen (motivatie), - creativiteit om op een originele wijze problemen op te lossen of te bedenken. Er bestaan vrij duidelijke verschillen tussen kinderen die hoog intelligent zijn en zij die hoogbegaafd zijn. Het verschil zit in de intensiteit waarmee hoogbegaafden dingen doen en beleven. Door deze intensiteit ontstaan er verschillen in gedrag, kennis en kunde die laten zien dat hoogbegaafdheid meer is dan alleen maar een hoger IQ. Deze leerlingen hebben: • een vermogen om zich vaardigheden zoals lezen, spellen en rekenen aan te leren; • een opvallende brede algemene kennis; •een sterk geheugen; • een goede concentratie; • een taakgerichte instelling; • een hoog doorzettingsvermogen. Andere kenmerken van deze leerlingen zijn: • ze begrijpen en onthouden moeilijke informatie beter als ze hierin geïnteresseerd zij; • ze lezen veel; • ze verzamelen veel; • ze beschikken over een bovengemiddeld taalgebruik en een relatief grote woordenschat; • ze kennen veel feiten; • ze hebben een creatieve en levendige verbeelding; • ze ontwikkelen en bedenken thuis uit zichzelf allerlei activiteiten; • ze hebben een brede belangstelling; • ze en zijn gevoelig. Het verschil in intensiteit wordt veroorzaakt door een groter en hoger bewustzijn, dat hele andere reacties en denkpatronen oplevert. Zo is een hoog intelligente leerling vaak December 2015
2
belangstellend en geïnteresseerd, een hoogbegaafde is echter meestal nieuwsgierig, voelt een zekere drang tot onderzoeken en het vergaren van nieuwe kennis. Een hoog intelligente leerling leert vaak makkelijk op school en is in staat een grote hoeveelheid feitenkennis op te slaan en weer te reproduceren. De meeste hoogbegaafden hebben juist grote moeite met de schoolse manier van leerstof aanbieden en al helemaal met het reproduceren van kleine feiten. Dit komt doordat zij de aangeboden leerstof vermengen met allerlei andere informatie en nieuwe verbanden leggen. De feitelijke kennis blijft wel bruikbaar maar is minder makkelijk te reproduceren op de strikte wijze die binnen scholen gehanteerd wordt. De meer begaafde leerling en de hoog intelligente leerling zijn vaak meer onderdeel van de groep. Ze lopen wel vaak voorop maar ze zitten meer op dezelfde golflengte als minder intelligente vrienden. De hoogbegaafde loopt vaak een aantal meters voor de groep uit en is in gedachten al enkele fases verder dan de rest van de groep. Heeft een hoog intelligente leerling vaak vijf of meer herhalingen nodig, heeft hij vaak goede ideeën, weet hij vaak hoe die ideeën in elkaar zitten, voert hij zijn opdrachten netjes uit, neemt hij makkelijk kennis op en kan deze goed onthouden, een hoogbegaafde heeft aan twee á drie herhalingen genoeg, heeft het liefst inspraak in opdrachten, heeft vaak wilde, spetterende ideeën, ziet nieuwe verbanden en weet dus automatisch hoe deze in elkaar zitten, maar heeft soms veel moeite met uitleg daarover aan anderen. Een hoog intelligente leerling denkt en leert vaak stapsgewijs, van makkelijk naar moeilijk. Een hoogbegaafde wil graag eerst het geheel overzien en dat dan ontleden in delen. Waar stukken zitten die hij niet snapt heeft nadere uitleg zin, anders leidt het alleen maar af. Een hoogbegaafd kind dat op school veel fouten maakt heeft veel vaker te maken met de problematiek van de eenvoud dan dat het aangebodene te moeilijk is. Een hoog intelligente leerling gebruikt over het algemeen voornamelijk zijn linker hersenhelft waar taal en rekenen zetelen en denkt in woorden en taal. Een hoogbegaafde heeft veel vaker dan gemiddeld een zeer actieve rechterhersenhelft waar de creativiteit en muzikaliteit zijn gehuisvest en is denkt vaker in beelden.
December 2015
3
Hoog intelligent
Hoogbegaafd
Weet de antwoorden
Stelt de vragen
Is aandachtig
Is geestelijk en lichamelijk betrokken
Heeft goede ideeën
Heeft wilde, aparte ideeën
Werkt hard
Lijkt te spelen, maar heeft goede resultaten
Beantwoordt de vragen
Gaat de discussie aan op details, weidt uit
Zit in de top van de groep
Is de groep soms voorbij
Leert makkelijk
Weet het al
Houdt van omgaan met leeftijdsgenoten
Houdt van omgaan met volwassenen
Begrijpt de bedoeling
Trekt conclusies
Werkt opdrachten uit
Zet opdrachten uit
Kopieert nauwgezet
Ontwerpt iets nieuws
Vindt school leuk
Vindt leren leuk
Neemt kennis op
Speelt met kennis
Technisch
Uitvinder
Houdt van stapsgewijze informatie
Gedijt op complexiteit
Is aandachtig
Is scherpe observator
Is tevreden met wat hij leert
Is zeer kritisch over zichzelf
Bovenstaande vergelijkingen geven aan dat meer begaafde leerlingen en hoog intelligente leerlingen binnen de reguliere onderwijssetting prima een plek kunnen krijgen. Voor deze leerlingen bieden onze scholen o.a. plusgroepen aan. Voor hoogbegaafde leerlingen kan dat anders zijn. Er zijn hoogbegaafde leerlingen die baat hebben bij onderwijs op de Leonardo afdeling van CBS De Kloostertuin in Assen.
December 2015
4
De scholen in Beilen richten zich op de meer begaafde, hoog intelligente en de hoogbegaafde leerlingen die onderwijs dicht bij huis willen volgen.
Plusklas Beilen CBS Prinses Beatrix, CBS De Eshorst en CS Vincent van Gogh (locatie CSG Beilen) bieden samen onderwijs ‘dicht bij huis’ aan meer begaafde, hoog intelligente en hoogbegaafde leerlingen. Het gaat om de leerlingen uit de groepen 6,7 en 8 van beide basisscholen. Zij volgen een dagdeel lessen op de middelbare school. De intentie bij alles wat in de Plusklas wordt aangeboden is om verrijking te bieden, aanvullend op wat de leerling op school doet: de Plusklas moet dus zeker niet gezien worden als een vervanger voor school! Het kenmerk van verrijkingsonderwijs is dat het een wezenlijk ander leerstofaanbod betreft, waar kinderen daadwerkelijk iets van leren. Het gaat dus niet om méér werk, maar over inhoudelijk echt ander werk. In de Plusgroep is veel aandacht voor het leren leren, leren doorzetten en leren fouten maken. Maar er is ook aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling: het omgaan met je hoge intelligentie en daarnaast het ontmoeten van ontwikkelingsgelijken. Uit ervaring en uit onderzoek blijkt dat het deelnemen aan de Plusklas vaak een zeer gunstig effect heeft op het welbevinden en de harmonieuze ontwikkeling van de leerling.
Organisatie De lessen worden op de maandagmiddag van 13.15 uur – 15.15 uur gegeven in het gebouw van Vincent van Gogh, aan de Omloop: locatie CSG Beilen. De lessen vinden plaats in de periode tussen de herfstvakantie en de meivakantie. Er zijn drie periodes: herfst – kerst, kerst – voorjaar, voorjaar- mei. Gedurende elke periode is een van de deelnemende scholen verantwoordelijk voor het lesaanbod. De docenten die lesgeven aan de plusklas zijn: Karen Vuist (Beatrix), Hilda ter Steege (Eshorst), Karin Kamp, Simone Dijkstra, Lous Doornkamp (CSG Beilen). Het lesprogramma wordt vastgesteld door de leerkrachten/docenten die de lessen gaan verzorgen. Het eerste lesuur wordt gewerkt met een methode, speciaal ontwikkeld voor deze groep leerlingen. Deze methode heet: Kant en Klaar Plus. Er wordt gewerkt met een thema. Dit thema wordt vanuit verschillende vakgebieden onderzocht, zoals wiskunde, geschiedenis, aardrijkskunde, jeugdliteratuur, een moderne vreemde taal, filosofie. Het tweede lesuur wordt er gewerkt naar aanleiding van het thema. Het boek wordt dan losgelaten en leerlingen zijn gedurende een langere tijd met een eigen onderzoek bezig. Aan het eind van de lessenserie is er een presentatie door de leerlingen aan de ouders en belangstellenden.
December 2015
5
Voor de lessen hebben alle leerlingen een multomap met blaadjes en tabbladen, een etui met pen, potlood, kleurpotloden, gum, puntenslijper en geodriehoek. Leerlingen krijgen gedurende de lessen hun multomap mee naar huis. Zodat ouders thuis kunnen zien wat tijdens de plusklas lessen aan bod komt. Verder wordt er huiswerk gegeven. Aanspreek punt op CS Vincent van Gogh (CSG Beilen) is mevrouw L. Doornkamp (
[email protected]), voor de leerlingen van CBS Prinses Beatrix is dat de mevrouw K. Vuist (
[email protected]) en voor CBS De Eshorst is dat mevrouw H. ter Steege (
[email protected]) Toelating en voorwaarden Welke kinderen komen in aanmerking voor de plusklas? De eigen leerkrachten (van de leerlingen uit groep 6, 7 en 8) kijken welke leerlingen geschikt zijn voor de plusklas. De interne begeleiders van de scholen zijn mede adviseurs in dit proces. Er kan gebruik worden gemaakt van een digitaal handelingsprotocol. De leerling moet passen in de bestaande groep. Er moet plaats zijn in de groep (maximaal 12), waarbij leerlingen uit groep 7 en 8 voor gaan op leerlingen van groep 6. Toelating betekent geen toelating voor de resterende schoolcarrière. Een leerling kan worden uitgesloten van deelname op eigen verzoek, vanwege de groepssamenstelling of eigen attitude binnen de plusgroep. Na elke periode wordt gekeken of een leerling (nog steeds) geschikt is voor de plusklas. Een periode loopt van vakantie tot vakantie. Van een leerling die zelf wil stoppen verwachten we dat hij/zij de periode wel afrondt. De leerling moet het wel echt geprobeerd hebben. Voor elke leerling in de plusklas wordt door de groepsleerkracht een plan samengesteld voor de activiteiten van de leerling binnen de klas zodra hij/zij naar de plusklas gaat.
December 2015
6