Binnenlandse conflicten
AB Inbev: Globalisering met een hoge prijs
Michel Capron
Het sociaal conflict van januari 2010 in de Belgische brouwerijen van AB Inbev weerspiegelde de razernij van de arbeiders ten aanzien van de politiek van rationalisatie en delokalisatie die sinds enkele jaren onophoudelijk door een multinational wordt gevoerd die nog slechts Belgisch in naam (en dan nog!) is. Om goed de scherpte van het conflict te begrijpen is het enkel voldoende om de verschillende etappes te schetsen die van AB Inbev, via de fusie waaruit Inbev is voortgekomen en met het kopen van Anheuser Busch, de grootste in de wereld van de brouwerijen hebben gemaakt. Elke etappe leidde tot een voortdurende vermindering van de werkgelegenheid in de groep en vooral dan in België. Het conflict in januari van dit jaar is wellicht op een voorlopige wapenstilstand geëindigd tijdens een geforceerde mars naar hogere winsten die ten koste van de werkgelegenheid gaan – een mars die door managers met de trieste reputatie van gewetenloze “kostenjagers” wordt opgelegd. Op 25 februari worden de besprekingen tussen de directie van AB Inbev en de vakbondsorganisaties hervat. De directie wil duidelijkheid scheppen over hetgeen ze de “verkeerde opvattingen” over de toestand en de strategie van de groep in België noemt. Ook al begint de bijeenkomst met een “blanco blad”, wél legt de directie de nadruk op de noodzaak van een herstructurering om de huidige groep in goede gezondheid te kunnen bewaren. Mochten de arbeiders dus deze eerste slag hebben gewonnen, dan nog heeft de directie haar herstructureringsplannen niet opgegeven. De laatste maanden heeft ze zich wel bij voorrang op de afbouw van haar schuldenlast geconcentreerd (als gevolg I6
Mochten de arbeiders dus deze eerste slag hebben gewonnen, dan nog heeft de directie haar herstructureringsplannen niet opgegeven. van het kopen van Anheuser Busch), op de verdere commercialisering van haar producten in de USA, in Rusland en in China en – last but not least – op het “belonen” van de belangrijkste aandeelhouders en de bedrijfsleiders. Naar aanleiding van de wereldkampioenschappen voetbal in ZuidAfrika hoopte AB Inbev zijn verkoopvolume gevoelig te vergroten. AB Inbev is in feite een erg gezond bedrijf. De resultaten van 2009 en begin 2010 getuigen ervan. Het heeft onophoudelijk zijn marktaandeel op de vijf continenten ten aanzien van de concurrenten verhoogd en doet dat door middel van zowel kostenvermindering als door een agressieve marketing. Ook al daalt binnen de Europese Unie het bierverbruik voortdurend, toch slaagt AB Inbev Belgium erin om door vooral de goede prestaties van de Belgische bierexport de schade te beperken. Het is echter, zoals we zullen zien, veelal de werkgelegenheid die er bekaaid vanaf komt, en het zijn de arbeiders die de hoge prijs van de globalisering van AB Inbev betalen. Daarom is het nuttig om hieraan vooraf te herinneren want dat is de oorsprong en de evolutie van de expansie die van AB Inbev de grootste brouwersgroepen in de wereld hebben gemaakt.
Van Interbrew naar AB Inbev Het was tijdens de jaren 1970 dat zich geleidelijk de toenadering en daarna de fusie in 1987 tussen de twee grootste Belgische brouwers, nl. Artois en Piedboeuf, die elk door familiale1 groepen werden gecontroleerd, heeft voltrokken, waardoor
de groep Interbrew is ontstaan. Een eerste herstructurering gebeurt in 1989 wanneer de directie van Interbrew op 4 oktober haar plan tot “industriële ontplooiing”, waarin de sluiting van vijf vestigingen, ofwel een verlies van 1.067 arbeidsplaatsen (op de 5.099), bekendmaakt. Dit gebeurt in ruil voor een verhoging van de productiecapaciteit te Leuven en Jupille, maar wel met het behoud van de brouwerijen van Hoegaarden en Anderlecht (Belle Vue), en met een investering van ongeveer 375 miljoen euro (15 miljard BEF) gespreid over vier jaar. De bedrijfssluitingen tussen 1990 en 1996 betreffen de brouwerijen van Merchtem, Ghlin (Brassico), Eeklo, Mechelen (Lamot) en Mont-Saint-Guibert2; brouwerijen die trouwens bekend stonden als winstgevend. De vakbonden reageren met een staking die van begin november tot 18 december 1989 duurt en die de langste staking is die de brouwerijsector ooit heeft gekend.3 Mocht de arbeiderseenheid er dan al niet zijn in geslaagd om het herstructureringsbesluit terug te draaien, dan zorgde die wel voor een duidelijke verbetering van het oorspronkelijke sociaal plan. De productie van “industrieel” bier werd gehercentraliseerd en aanmerkelijk verhoogd, maar tegelijkertijd diversifieerde Interbrew zich in de frisdrankensector. De groep Interbrew breidde ten andere de verkopen in de buurlanden en in Oost-Europa uit. In het begin van de jaren 1990 sloten de familiale aandeelhouders een pact waardoor ze voortaan ongeveer 40 procent van het kapitaal van Interbrew controleren, en waarbij het management in handen van professionele managers wordt gelaten. In juli 1995 wordt dan een eerste belangrijke internationalisatie gerealiseerd door het kopen van de Canadese brouwerij Labat. VLAAMS MARXISTISCH TIJDSCHRIFT
AB Inbev: Globalisering met een hoge prijs - Michel Capron
Interbrew wordt hierdoor de vierde brouwersgroep in de wereld. In België wordt de bierproductie ten slotte hoofdzakelijk bij de vestigingen van Leuven, Jupille, Hoegaarden en Anderlecht geconcentreerd. Het aandeel Interbrew wordt in 2000 naar de beurs gebracht. Tussen 1998 en 2002 accentueert de globalisering zich door externe groei. Daarom wordt dan, behalve door de dure aankoop van Beck’s Bier in Duitsland, Stella in de USA geïntroduceerd, in GrootBrittannië wordt de groep Bass gekocht, er wordt verder in Oost-Europa uitgebreid en er wordt in toenemende mate met Chinese brouwers samengewerkt. Hierdoor groeit het omzetcijfer van 2,7 miljard tot 7 miljard euro en de nettowinst van 190 tot 467 miljoen euro. Vanaf 2003 wordt de interne groei benadrukt, ook al merkt men in die tijd al een lichte daling van het verbruik in West-Europa: de cafés worden minder druk bezocht en de jongeren verkiezen andere dranken. In het bestek van een tiental jaren klimt de groep Interbrew aldus op tot één van de grootste brouwers ter wereld.
De fusie Interbrew - Ambev Op 27 augustus 2004 zorgt de fusie tussen Interbrew en de Braziliaanse groep Ambev (vijfde groep op de wereldranglijst)4 ervoor dat Inbev de eerste brouwer in volume ter wereld wordt met wereldwijd ongeveer 70.000 arbeiders. Ambev krijgt Amerika toebedeeld, Interbrew krijgt de rest van de wereld (met sterke posities in Europa en Azië). De operatie die door een aandelenruil en dan door een openbaar bod op de uitstaande aandelen van Ambev gebeurt, bedraagt 9,2 miljard euro. Na afloop van de fusie bezitten de Belgische families gegroepeerd in de Stichting Inbev (een Nederlandse holding) 56 procent van de aandelen tegen 44 procent voor de Braziliaanse aandeelhouders (de holding Braco), terwijl ze daarbij nog eens direct 17 procent van Inbev bezitten. De nieuwe raad van bestuur telt vier Belgen, vier Brazilianen en zes onafhankelijke bestuurders (onder wie J.-L. Dehaene). De Amerikaan J. Brock staat als CEO aan het hoofd van een directiecomité van tien leden, van wie drie Belgen en vier Brazilianen. Na enkele maanden neemt de Braziliaanse greep binnen het management van de groep toe. Van de ene kant verschijnt in september 2005 de Braziliaan J. Vergara JAARGANG 44 NUMMER 3 I HERFST 2010
als de nieuwe verantwoordelijke voor de aankopen in het directiecomité, terwijl de verantwoordelijkheid voor het gebied van de Aziatische-Stille Oceaan een Amerikaan ten dele valt. Daarbij komt de directie van Inbev Belgium in handen van een Portugees hoger kaderlid van Ambev, nl. M. Patricio. Deze veranderingen gebeuren in de drie gevallen ten koste van de Belgische verantwoordelijken. De oriëntatie van Inbev wordt duidelijker: het gaat om het rationaliseren van de brouwerijen in
met de export naar Tsjechië, wat vooral Jupille raakt (verlies van 140 van de 660 arbeidsplaatsen). De prioriteiten hebben zich van het westen (waar de verkopen met 1,4 procent teruglopen) naar het oosten (stijging met 11 procent in onder andere Rusland en Oekraïne) verplaatst, zoals de delokalisatie van de hoofdzetel van Centraal- en Oost-Europa van Leuven naar Moskou in april 2006, waardoor 37 personen worden getroffen. Door de directie van Inbev Belgium worden deze herstructureringen gerechtvaardigd door te verwijzen naar de noodzaak om in producten en Overal is kostendaling marketing te innoveren ten einde zo door aan de orde van de dag, maximaal de kosten te verminderen over de dit met de slogan: “From the Biggest to the Best”. vereiste financiële middelen te kunnen beschikken.8 De vakbonden protesteren op 28 maart 2006 met een manifestatie voor het Europa. Overal is kostendaling aan de orde hoofdkantoor van Inbev te Leuven. van de dag, dit met de slogan: “From the Biggest to the Best”. De nadruk wordt Begin juni verplicht een staking in de vier voortaan op de synergieën en op produc- productiecentra de directie van Inbev om tiviteitswinst gelegd. Van de andere kant het sociaal plan door middel van o.a. een wordt eind december 2005 CEO J. Bock verhoging van de vertrekpremie en een bedankt en onmiddellijk vervangen door verlaging van het prepensioen tot 52 jaar de Braziliaan Carlos Brito5; in april 2006 te verbeteren en om het aantal ontslastaat de Belgische Amerikaan P. J. Everaert gen na afloop van de Renaultprocedure te het voorzitterschap van de raad van bestuur verlagen. Dat alles gebeurt in een context af aan de Duitser P. Harf, een specialist van van een stijgende omzet (+ 7,2 procent in de herstructureringen. Brito benadrukt de 2005 en + 7,9 procent in 2006) en winsten door J. Brock gevolgde lijn en vertaalt die (respectievelijk 1,024 miljard en 1,411 in België in begin 2005 met twee herstruc- miljard euro). De groei wordt door Zuidtureringen: het verlies van 45 arbeidsplaat- Amerika en Centraal- en Oost-Europa sen op het wereldhoofdkwartier in Leuven, bepaald; de Aziatische-Stille-Oceaanzone en daarna kondigt hij de opheffing van 232 gaat duidelijk achteruit, West-Europa kent van de 2.898 arbeidsplaatsen in de brou- een zwakke daling. Maar intussen loopt het werijen aan en het overbrengen van de pro- imago van Inbev in België schade op in ductie van het witbier van Hoegaarden naar de ogen van de klanten enerzijds wegens Jupille,6 wat scherpe reacties van de vak- twee opeenvolgende prijsverhogingen van bonden ontlokt. De Braziliaanse aandeel- het bier in de horeca en in de ogen van de houders hebben, zonder hun deelneming cafébazen anderzijds door het invoeren van in het kapitaal te vergroten, aldus de hand glazen van 27,5 cl in plaats van 25 cl. gelegd op de operationele functies van Inbev, waarbij ze een tijdperk van herstruc- De Angelsaksische bedrijfsvoering en de tureringen inleiden die het personeel sinds brutaliteit in de sociale betrekkingen zijn 1989 niet meer heeft gekend. ten slotte in het Belgische geval niets anders dan een kopie van de gevolgde straEen derde herstructurering volgt in februari tegie door Brito bij Ambev in Brazilië9: het 2006, waarmee de opheffing van 149 vol- streven naar hogere winsten staat in functijdse equivalenten gemoeid zijn,7 ofwel tie van het veroveren van een dominante 200 arbeidsplaatsen, en het overhevelen positie op de markten door het opkopen van 52 arbeidsplaatsen naar onderaan- van de concurrenten, met daarna de sluinemers in de informatica. Het betreft een ting en/of herstructurering van de oudste en delokalisatie van de zogenaamde “onder- kleinste brouwerijen, het organiseren van steunende” diensten, dus het verhuizen van concurrentie tussen de productiecentra, de de financiële diensten naar Hongarije en obsessie van het voortdurend verminderen van de administratieve diensten verbonden van de kosten van producten en marketing, 7I
het zich sterker richten op brouwen en op de verkoop van bier met uitschakeling van de tussenhandelaars. Gezien deze toestand houden de Belgische aandeelhoudersfamilies hun mond en laten ze begaan daar ze door het doelmatige voluntarisme overdonderd worden en tevreden zijn dat de strategie van Brito hen comfortabele dividenden oplevert.10 Door te profiteren van de hoge beurskoers van het aandeel Inbev (50 euro) zullen dezelfde families zich eind 2006 en begin ontdoen van enkele pakketten aandelen11 en daardoor hun invloed binnen de groep afbouwen. In september 2007 herlokaliseert Inbev de productie in Hoegaarden. Het overbrengen ervan naar Jupille blijkt te complex, zonder daarbij nog maar over de kwaliteitsproblemen te willen gewagen. Meteen investeert Inbev 60 miljoen euro te Hoegaarden, maar het investeert eveneens te Leuven en Jupille, wat een manier is om de vakbondsonrust te kalmeren. De resultaten over 2007 van Inbev tonen een groei van 8,4 procent van het omzetcijfer en een nettowinst van 2,198 miljard euro. Weze hierbij ten andere opgemerkt dat eind april 2008 een conflict met het kaderpersoneel en de bedienden van Inbev uitmondde op een collectieve arbeidsovereenkomst die tot in 2015 de werkgelegenheid garandeert …
De aankoop van Anheuser Busch en het ontstaan van AB Inbev Op 18 november 2008 wordt na lange onderhandelingen de aankoop van de Amerikaanse brouwer Anheuser Busch door Inbev besloten voor een bedrag van ongeveer 33 miljard euro.12 De nieuwe groep, AB Inbev genaamd, wordt de eerste ter wereld met een productie van 460 miljoen hl, ofwel 25 procent van de wereldbiermarkt. De groep stelt 120.000 mensen in 30 landen tewerk. De financiering van deze gigantische operatie gebeurt door beroep te doen op een kredietlijn van 29 miljard euro en op een kapitaalsverhoging van 6,36 miljard euro aan 6,45 euro per aandeel, wat een korting van 67 procent betekende daar het aandeel Inbev op dat moment 16,5 euro noteerde. Om te voorkomen dat de Belgische en Braziliaanse families de controlemeerderheid zouden verliezen, verwerven ze voor 4 miljard euro van deze nieuwe aandelen. Daarbij besluit de groep om voor 4,5 miljard euro aan niet-strategische
I8
activa te verkopen ten einde de schuld te verminderen.13 Na afloop van deze operatie ondergaat het aandeelhouderschap nauwelijks veranderingen. Einde 2009 is AB Inbev voor 46 procent in handen van de Stichting AB Inbev (met een pariteit tussen EPS – de Belgische families – en BRC – de Braziliaanse families), voor 7,3 procent van EPS (Eugène Patri Sébastien S.A., vennootschap naar Luxemburgs recht die de belangen van de families de Spoelberch, de Mévius en Vandamme hergroepeert), voor 1,3 procent van AB Inbev (zelfcontrole), voor 0,9 procent van Rayvax (familie Mévius), voot 0,8 procent van het fonds Baillet Latour, voor 0,6 procent van Brandbrew (filiaal van AB Inbev) en voor 0,4 procent van BRC, terwijl het restant in handen van het publiek is. De raad van bestuur telt vier vertegenwoordigers van de Belgische families, vier van de Braziliaanse en vijf onafhankelijken (onder wie J.-L. Dehaene). Het directiecomité telt dertien leden, behalve de CEO C. Brito, zeven Brazilianen, twee Belgen, een Portugees (ex-kaderlid van Ambev), een Amerikaan en een Duitser. Dat wil zeggen dat op het niveau van het management het Braziliaanse overwicht lichtjes de doorslag geeft.14 De resultaten van 2008 wijzen op een stijging van 11,6 procent van de omzet en een nettowinst van 1,288 miljard euro. Tijdens de algemene aandeelhoudersvergadering van april 2009 beslist de groep om in de vorm van inschrijvingsrechten rond 2013 een bonus van 80 miljoen euro aan C. Brito en van 28 miljoen
aan de huidige en vroegere bestuurders uit te keren eens de schulden van AB Inbev aangezuiverd zijn. Deze dubbele houding van enerzijds constante druk uitoefenen op de arbeiders en de vrijgevigheid ten aanzien van de leiders zal de vakbonden mateloos irriteren. Naar aanleiding van een aangekondigde nieuwe herstructurering door AB Inbev Belgium begin januari 2010 slaat de vlam in de pan en kiezen de vakbonden voor een openlijk conflict.
Het conflict van januari 2010 Het conflict verloopt in drie fasen. In een eerste positionering kondigt de directie op 7 januari het voornemen aan om 263 arbeidsplaatsen15 op de 2.700 in België op te heffen. Het is de bedoeling om de groepsstructuur te ontvetten om aan de erosie van de bierconsumptie het hoofd te kunnen bieden wegens veranderende gewoonten van het cliëntèle (meer speciaal bieren, meer consumptie thuis in plaats van in de cafés). Deze aankondiging verwekt niet meteen enthousiasme op de beurs: het aandeel AB Inbev, dat op 30 december 2009 op de Bel 20 nog 36,25 euro noteert, daalt, na op 4 januari eerst 37,08 euro te hebben genoteerd, tot 35,32 euro op 8 januari en dan tot 33,99 euro op 22 januari. De vakbondsreactie is tweeledig: gijzeling van de lokale directie in Jupille en een ondubbelzinnige afwijzing van het herstructureringsplan. Geen kwestie van snijden in arbeidsplaatsen terwijl AB Inbev vette winsten opstapelt en profiteert van de notionele interestaftrek, terwijl de arbeiders aan een verhoogde productiviteit VLAAMS MARXISTISCH TIJDSCHRIFT
AB Inbev: Globalisering met een hoge prijs - Michel Capron
worden onderworpen en onderhevig zijn aan een vermindering van arbeidsplaatsen en allerlei kostenverminderingen. Volgens de vakbonden is het de bedoeling van AB Inbev om de winstgevendheid op de kap van de arbeider nog verder op te drijven. Hun verontwaardiging wordt trouwens door heel wat politieke verantwoordelijken gedeeld. Zo hebben de ministers Milquet en Marcourt onder andere de voorziene delokalisaties al aangeklaagd. De vakbonden organiseren met behulp van bierkratten een blokkade van de toegangsweg van de fabrieken in Jupille en Leuven, het personeel blijft aan het werk, een minimum aantal vrachtwagens mag binnen, echter geen enkele geladen vrachtwagen verlaat nog de productievestigingen. De vakbondstactiek loont, daar de schade voor AB Inbev tweeledig is: het bedrijf moet daarom toch het personeel doorbetalen, maar bevindt zich wel in de onmogelijkheid om de klanten te bevoorraden, hier dus het grootwinkelbedrijf en de cafés die al snel door hun voorraden heen zijn. De tweede fase laat de mislukking zien van de onderhandelingen en de pogingen tot tegenmaatregelen vanwege de directie. Twee onderhandelingsbijeenkomsten (op 14 en 19 januari)16 leiden tot een mislukking. De directie zegt te willen onderhandelen en legt de nadruk op de noodzakelijkheid van de herstructurering om de toekomst van de groep in België te garanderen. Voor directeur E. Lauwers van AB Inbev Belgium17 moet men nu herstructureren om de financiële middelen vrij te maken om in de sleutelactiviteiten JAARGANG 44 NUMMER 3 I HERFST 2010
van de groep te investeren. Daarom is het onder andere noodzakelijk om de ondersteunende activiteiten in de dienstencentra van Hongarije en Tsjechië te centraliseren. Gezien de mislukking van de onderhandelingen wil de directie overschakelen op het inzetten van dwangmiddelen daar ze geen gelegenheid had om haar plan tot in detail aan de vakbonden uit te leggen. Ze gaat daarom over tot een dubbel manoeuvre. Vooreerst doet ze beroep op het gerecht om onder dwang de blokkade op te heffen. Daarna komt ze op 20 januari met een korte lockout onder verwijzing naar het ontbreken van werk. De werknemers worden met tijdelijke werkloosheid gestuurd omwille van de staking en daarom zullen de lonen niet meer worden uitbetaald. Van de andere kant wordt het aantal naakte ontslagen tot 80 verminderd via de prepensioenen en interne overplaatsingen, maar zonder de Renaultprocedure op te schorten. De reactie laat niet op zich wachten: niet alleen weigert de rechtbank van Luik het opleggen van dwangmaatregelen in Jupille, maar de burgemeester van Leuven, L. Tobback, weigert om de gemeentepolitie in te zetten om de dwangmaatregelen uit te voeren. De vakbonden, die de lockout via deurwaardersexploot hebben laten vaststellen, betreden de vestigingen waarna het werk wordt hervat, maar met een beperkte toegang tot de grondstoffen. Iedereen blijft op zijn standpunt, waardoor de toestand geblokkeerd blijft. De derde fase leidt tijdens een verzoeningsbijeenkomst op 21 januari tot een voorlopig akkoord. Het akkoord bevat vier punten: een hervatting van de sociale dialoog; uitwisselen van informatie, analyse van de problemen van AB Inbev Belgium en het zoeken in overleg naar oplossingen; het opheffen van de blokkade van de brouwerijen; betalen van de lonen van 20 en 21 januari. Dit akkoord impliceert in feite het stoppen van de Renaultprocedure, maar niet het opbergen van het herstructureringsplan. Er wordt ten andere voorzien dat het plan zal uitgaan van een “blanco pagina” die het geheel van de vestigingen en de departementen in België zal omvatten in het kader van de Europese herstructurering van de groep. De vakbonden heffen de weg -versperringen op 22 januari op en de uitvoering van het akkoord zal zich onder het toeziende oog van het verzoeningsbureau voltrekken.
Men mag aannemen dat de vakbonden door middel van hun acties en hun blokkadetactiek18 de directie op zijn minst tot een terugtocht hebben gedwongen, zeker als men de bedoelingen en de methodes van Brito en konsoorten kent. West-Europa, dat de zwakste schakel is19, blijft door hen geviseerd en de vakbonden van de betroffen landen hebben er alle belang bij om hun samenwerking te versterken door een gemeenschappelijke strategie ten aanzien van delokalisatieprojecten te bepalen die hun productievestigingen bedreigen. Wat België betreft, dat vertegenwoordigt trouwens nog slechts 1,3 procent van de verkoop van bieren van de groep. De beslissingen worden in New York of in Oost-Europa genomen en AB Inbev, dat formeel nog onder Belgisch recht valt, is een multinational geworden die op wereldvlak opereert, dus zijn de Belgische belangen in de ogen van de directie bijna onbetekenend geworden. Het laatste conflict toonde door zijn hardheid goed de verontwaardiging van de vakbondsorganisaties aan jegens het heersende cynisme om, terwijl de groep kerngezond is, geleidelijk – voorlopig vooral administratief en logistiek – de nationale productievestigingen te ontmantelen ten voordele van meer rendabele lokalisaties elders in de wereld. Belgische aandeelhouders en beheerders blijven, ook al hebben ze een voorlopige oplossing in de marge voor het conflict kunnen bevorderen, nochtans achter het beleid van Brito staan, omdat dat jaar na jaar aanzienlijke dividenden oplevert. Na afloop van de staking rest ons nog om de teneur van de discussies tijdens de weken nadien in kaart te brengen.
De eerste contacten in februarimaart 2010 In februari-maart hernemen de contacten tussen directie en vakbonden van AB Inbev Belgium. De eerste ondernemingsraad na de staking vindt plaats op 25 februari te Leuven. Bij deze gelegenheid verstrekt de directie een zekere hoeveelheid informatie over de toestand van de groep in België. De marktaandelen stijgen ondanks een sterke concurrentie met Alken-Maes (Heineken Groep), zelfs al zijn de verkopen over de laatste vijf jaar met 7,5 procent gedaald en ook al zijn volgens de directie de loonlasten stijgende. De ontwikkeling van de 9I
groep op wereldvlak staat ten andere toe om 55 procent van de Belgische productie te exporteren, vooral naar Frankrijk, Nederland en de USA. De manier van consumeren is geëvolueerd met 53 procent van de verkopen via de detailhandel (in het grootwinkelbedrijf), tegen 47 procent in de horeca (die in 1995 nog goed was voor 64 procent), hetgeen zijn weerslag heeft op het personeel (60 personen voor de detailhandel tegen 800 voor de horeca en de brouwers). Men zou daarom, aldus directeur E. Lauwers van AB Inbev, voor Benelux en Frankrijk de organisatie van de groep moeten aanpassen20. De directie zegt evenwel andere afzetkanalen op te zoeken, zoals het opzetten van een bierruimte op de luchthaven van Zaventem, de organisatie van “bierrecepties” en de versnelde introductie van bier in de restaurants. De directie herinnert er ten andere aan dat ze over vijf jaar 550 miljoen euro in België heeft geïnvesteerd. De kwestie van de herstructureringen blijft uiteraard gevoelig te liggen: de directie signaleert dat de herstructureringen er hebben toe geleid om de noodzakelijke winsten voor herinvestering in de bedrijven op peil te houden. Over het algemeen genomen meent ze dat België zich in 2009 goed heeft weten te handhaven dankzij o.a. een daling van de prijs van de grondstoffen en een goed beheer van de verkoopprijzen. Ze legt nochtans de nadruk op de problemen: stijgende kosten, dalende verkopen en veranderingen in het consumentengedrag. Voor wat de toekomst betreft wijst E. Lauwers op het feit dat men van een “blanco pagina” vertrekt en hij roept op tot de participatie van de arbeiders: “Wij gaan samenwerken voor het voorbereiden van de toekomst en het vinden van oplossingen die zich opdringen”.21 Concreet gezien verwacht de directie opbouwende tegenvoorstellen van de zijde van de vakbonden, niet alleen in België, maar ook voor West-Europa.22 Wegens deze informatieve en ogenschijnlijk meer geruststellende houding van de directie, besluiten de vakbonden dat, gezien de situatie, de te verwachten ontslagen – waartegen ze zich blijven verzetten – onnodig zijn. In navolging hiervan verheffen de Europese vakbonden van de EFFAT (European Federation of Food, Agriculture and Tourism Trade Unions) op 11 maart hun stem door het volledig intrekken van het herstructureringsplan voor I 10
West-Europa te eisen. De directie geeft als antwoord dat men een constructieve dialoog moet aangaan om voor elke nationale markt de te overwinnen uitdagingen en de toepasselijke remedies vast te stellen. Hiermede heeft ze de bal handig in het vakbondskamp laten belanden. Aan de vakbonden dus om voorstellen uit te werken die – in de geest van de directie – de winstgevendheid niet in gevaar zullen brengen. Medio maart verneemt men trouwens dat de vestiging in Diekirch openblijft (ofwel 97 arbeidsplaatsen) dankzij de inbreng van Luxemburgse investeerders. Aan de vakbonden dus om voorstellen uit te werken die – in de geest van de directie – de winstgevendheid niet in gevaar zullen brengen.
Sinds eind maart is niets meer in de pers doorgesijpeld over het in gang zetten van werkelijke onderhandelingen met betrekking tot de herstructureringen en de problematiek van de tewerkstelling bij AB Inbev Europe. In werkelijkheid is er nooit sprake geweest van enig begin van onderhandelingen: men is blijven steken in een fase van informatieverstrekking van de zijde van de directie. Deze laatste heeft zonder enige twijfel het plan niet opgegeven om de totale tewerkstelling te verminderen, maar heeft eerst ruimte geschapen voor de vakbondsvoorstellen, met de bedoeling om daarna soepelere modaliteiten te vinden die hen allicht zullen toestaan om alsnog de beoogde doelen te bereiken. Punt is dat de werelddirectie van AB Inbev heel wat belangrijkere doelstellingen heeft: niet alleen de totale schuldafbouw na de toch erg, hoewel wisselvallig, positieve algemene resultaten voor 2009, maar ook het naar voren schuiven van nieuwe expansielijnen.
De resultaten van 2009 en het begin van 2010 In 2009 produceerde de groep AB Inbev 408,6 miljoen hl bier (- 0,7 procent in vergelijking met 2008), realiseerde een omzet van 36,758 miljard euro (+ 2,5 procent) en een netto winst van 3,927 miljard euro die een brutodividend van 0,38 euro per aandeel opleverde. Eind december bereikte de koers van het aandeel op de beurs 36,39 euro. De stijging van de verkopen was het sterkste in Brazilië
(+ 8,8 procent), maar de daling zette door in West-Europa (- 4,9 procent) en vooral in Oost-Europa (- 10,8 procent). Voor het eerste trimester van 2010 maakte de groep een productie van 91,8 miljoen hl bekend (+ 0,8 procent), een omzet van 8,32 miljard dollar en een nettowinst van 891 miljoen dollar. De verkopen zijn tekenend: + 15,9 procent in Brazilië, + 5,1 procent in China, - 2,9 procent in West-Europa,- 6,1 procent in de USA en - 14,4 procent in Rusland. Globaal genomen zijn dus voor 2009 en begin 2010 de resultaten positief, hetgeen de directie een ruimere manoeuvreermarge bezorgt. AB Inbev hoopte ter gelegenheid van de wereldkampioenschappen voetbal in Zuiz-Afrika die hij via zijn merken Stella, Jupiler, Beck’s, Hoegaarden, Budweiser en Brahma sponsoriseerde, zijn verkopen te verhogen. De groep heeft vooral ingezet op het ondersteunen van Brazilië (waar het een marktaandeel van 69 procent bezit) en Argentinië (75 procent marktaandeel), landen waar ze een ononderbroken marketingcampagne heeft gevoerd, evenals ten andere in de USA. Na afloop van die gebeurtenis heeft de publiciteitscampagne Budweiser wereldwijd leren kennen en de bekendheid van Jupiler in Nederland aanmerkelijk verhoogd. Voor wat België betreft, bedraagt de productie 18 miljoen hl in 2009 (- 0,2 procent), waarvan 56,7 procent voor de export (+ 0,9 procent). De binnenlandse consumptie van bier bedraagt 8,67 miljoen hl (- 1,3 procent), wat te wijten is aan de daling bij de horeca (- 3,6 procent) en een zekere stijging (1,2 procent) bij het grootwinkelbedrijf. Voor wat de verkoop van bier betreft kondigt AB Inbev eind juni een prijsstijging met 1,7 procent aan. Die stijging is officieel bedoeld om de inflatie te compenseren, terwijl sinds 2006 de prijs met 14,8 procent is gestegen, wat beslist meer is dan de inflatie …
Het beursspel van AB Inbev-leiders Terwijl de AB Inbev groep onvermoeibaar een politiek van strikte kostenvermindering op alle niveaus nastreeft, worden de leiders daarentegen overdadig beloond en verschaffen ze zich meerdere gelegenheden om voordelige operaties door te voeren waarvan ze dan ook gretig gebruikmaken. In 2009 deden de Braziliaanse leiders aankoop- en verkoopverrichtingen VLAAMS MARXISTISCH TIJDSCHRIFT
AB Inbev: Globalisering met een hoge prijs - Michel Capron
optierechten op de aandelen uit, die dan voor 1,258 miljoen euro werden verkocht. Het aandeel AB Inbev noteerde dan 39,28 euro. Wat Jean-Luc Dehaene betreft, hij kreeg bovenop zijn jaarlijkse vergoeding van 80.000 euro als onafhankelijk bestuurder, een bonus over 2009 van ongeveer 1,5 miljoen aandelenopties. Tenslotte heeft Carlo Brito genoten van een bonus van 7,43 miljoen euro bruto over 2009 wegens het halen van de door de raad van bestuur vastgestelde objectieven. De dubbelspraak is dus bij AB Inbev goed van toepassing: de voortdurende vermindering van de kosten en herstructureringen op de rug van de arbeiders en het uitkeren van vette bonussen en andere buitenkansjes aan de leiders.
De objectieven van AB Inbev in de aandelen van de groep: Carlos Brito heeft voor 66,909 miljoen euro aandelen gekocht en heeft er voor 66,840 miljoen euro verkocht; Claudio Ferro (Chef Supply Officer) heeft voor 42,435 miljoen euro aandelen gekocht en voor 41,390 miljoen verkocht; Felipe Dutra (Chief Financial Officer) heeft voor 29,094 miljoen euro gekocht en voor 29,071 miljoen euro verkocht. Deze verrichtingen die niet met winstnemingen gepaard gingen, hebben tot doel dat deze heren in geval van naturalisatie in de USA de belasting op de meerwaarde in de USA ontlopen bij verkoop van de aandelen. In februari 2010, op het moment dat het aandeel AB Inbev 37,34 euro noteerde, verkocht de holding BRC (de families Lemann, Teles en Sicupira) voor 276,4 miljoen euro aandelen, de holding EPS (de families de Spoelberch, de Mévius en Vandamme) verkocht voor 250,4 miljoen euro aandelen23 en de holding Patrinvest (familie Vandamme) verkocht voor 218,2 miljoen euro aandelen. Het was voor deze grote aandeelhouders een manier om zich te laten terugbetalen voor de inbreng van 600 miljoen euro die ze hadden moeten investeren bij de kapitaalsverhoging die vereist was voor het deels financieren van de aankoop van Anheuser Busch. In mei 2010 oefende Sabine Chalmers (Chief Legal & Corporate Affairs Officer) voor 1,6 miljoen euro optierechten uit op de aandelen AB Inbev die ze dan verkocht voor 3,6 miljoen euro. Het aandeel AB Inbev noteerde toen 39,88 euro. Hetzelfde voor Jo Van Biesbroeck (CEO voor Europa) want hij oefende voor 613.000 euro JAARGANG 44 NUMMER 3 I HERFST 2010
In 2010 was het eerste objectief van AB Inbev om zijn schulden af te bouwen als gevolg van de aankoopoperatie van Anheuser Busch. Deze aankoop veroorzaakte een totale schuld van 54,8 miljard dollar waarvan het grootste deel, zoals we zagen, al was geherfinancierd door middel van een kapitaalsverhoging, het openen van een kredietlijn, het afstoten van activiteiten en het uitgeven van obligaties. Het verschil, ofwel 17,2 miljard dollar, wordt tussen februari en april 2010 door een drievoudige operatie opnieuw gefinancierd: het verkrijgen van een bankkrediet op de lange termijn om de leningen die in 2011 en 2013 vervallen, te dekken, een obligatie-emissie ten belope van 3,25 miljard dollar, gevolgd door een obligatielening van 750 miljoen euro. Deze operaties die bedoeld zijn om het financiële evenwicht van de groep te verbeteren, beletten niet om een mogelijke overname van de Mexicaanse brouwer Grupo Modela (die het merk Corona commercialiseert) te overwegen, waarvan men reeds 50,2 procent van het kapitaal bezit. Die aankoop zou des te waarschijnlijker kunnen worden daar concurrent Heineken de Mexicaanse brouwer Femsa zopas heeft overgenomen. Daarbij wil de groep zich ontdoen van haar Britse filiaal Bass dat duidelijk achteruitgaat. Parallel met de pogingen om ten andere in China uit te breiden, poogt AB Inbev zijn inplanting in de USA te stabiliseren. Het wil de neergang van Budweiser op de Amerikaanse markt stoppen door Bud Light te lanceren en vooral door te mikken op de groei van de import van Belgische bieren, zoals Stella Artois24,
waardoor men een marktaandeel van zowat 49,4 procent van de Amerikaanse markt kan behouden. Daarbij overweegt de groep om zich door middel van een agressieve marketing van Budweiser op de Russische markt te herlanceren. Ten slotte signaleren we een centralisatieoperatie in West-Europa: voor 2012 zal een centraal aankoopcentrum in Leuven worden geïnstalleerd, wat het aanwerven van 40 personen zou kunnen betekenen. Gezien deze verschillende manoeuvres op wereldvlak25 moeten de vakbonden van AB Inbev waakzaam blijven. Men moet, buiten de Europese ondernemingsraad om, voortdurend contacten proberen te leggen – mocht dat al niet zijn gebeurd – met Braziliaanse, Amerikaanse, Russische en andere vakbondsleiders ten einde zo op een gezamenlijke wijze nieuwe krachtsverhoudingen ten aanzien van de leiders van deze groep op te bouwen om het respect van de rechten van alle arbeiders, garanties op werk maar ook van de arbeidsvoorwaarden en van rechtvaardige lonen te eisen. Voor wat ons land betreft, zal het er op aankomen om te weten in welke mate de vakbonden met hun West-Europese collega’s tegenvoorstellen hebben uitgewerkt om de herstructureringsmaatregelen te dwarsbomen die de directie voorlopig in de koelkast heeft gezet, maar die ze wel eens zou kunnen reactiveren vanaf het moment dat ze het nodig zou achten om de concurrentiekracht en de winstgevendheid te behouden of zelfs de vergroten. (12 juli 2010) P.S.: Men vernam zojuist26 dat de onderhandelingen tussen AB Inbev Belgium en de vakbonden op 14 september hervatten, met betrekking tot een herstructureringsplan. Tot nog toe leverden enkele vorige discussies tussen directie en vakbonden geen resultaten op. (Vertaling: André Mommen) Noten: 1
Artois werd door de families de Spoelberch en
de Mévius, en Piefboeuf door de families Vandamme-Piedboeuf, de Prêt Roose de Calesberg, Cornet d’Elzius en Speeckaert gecontroleerd. Zie A. Vincent en J.-P. Martens, L’Europe de groupes, Brussel: CRISP, 1991, blz. 182-185,
11 I
en A. Vincent, Le pouvoir économique dans la Belgique fédérale, Brussel: CRISP, 1996, blz. 221-226. 2 Interbrew heeft de brouwerijen van Wielemans en Dendria in 1998 al gesloten. 3 Zie M. Capron, ‘Interbrew. Cuvée amère…’, in La Revue nouvelle, maart 1990, blz. 29-33. 4 Ambev is in 1999 uit een fusie van twee Braziliaanse brouwers geboren die samen 70 procent van de Braziliaanse markt bezaten; Ambev was erg dominant in Zuid-Amerika. Ambev werd door drie groepen van familiale aandeelhouders (Lemann, Telles en De Veiga Sicupira) via de holding Braco Control Group gecontroleerd. 5 Deze manager van 45 jaar is de ex-CEO van Ambev en wordt door sterke man M. Telles van Ambev beschermd. Hij was verantwoordelijk voor de Noord-Amerikaanse activiteiten waarbij hij in Canada orde op zaken heeft gesteld. 6 Tevens sluit Inbev brouwerijen in Canada, Groot-Brittannië en Bulgarije en herstructureert
zullen worden opgeheven in de verkoop en 114 in de productie en de logistiek, hoofdzakelijk in Leuven, Jupille en in de depots. In totaal zullen 800 arbeidsplaatsen (op 8.000) in West-Europa worden opgeheven. 16 Op 19 januari gebeurt een mislukte verzoening met J. Van Biesbroeck, directeur voor West-Europa. 17 Interviews met E. Lauwers in Le Soir van 1617 januari en in L’Écho van 16-18 januari 2010. 18 Vanaf 28 januari nemen de vakbonden bij Alken Maes te Alken (230 arbeiders) dezelfde tactiek over om het ontslag van 43 arbeiders te weigeren. Op 2 februari wordt een akkoord gesloten: zelfs indien het verlies van 43 arbeidsplaatsen blijft, dan zal het niet gaan om naakte ontslagen en kan men vanaf de leeftijd van 54 jaar met prepensioen gaan. 19 Wegens de constante vermindering van de verkoop bedraagt dit nog slechts 8 procent van de omzet van de groep tegen 46 procent voor
in Frankrijk. Hoegaarden krijgt in september 2007, na heel wat technische problemen als gevolg van de overbrenging naar Jupille, de productie van het witbier terug. 7 Op een totaal van 360 opgeheven arbeidsplaatsen in Europa. 8 Dat heeft Inbev niet verhinderd om eind 2005 31 miljoen euro aan ontslagvergoedingen aan de drie demissionaire leiders uit te keren. 9 Sinds 1999 heeft Ambev 10.000 arbeiders ontslagen en de helft van de brouwerijen gesloten. 10 Zie S. Vandendooren, ‘Inbev: les belges ont la gueule de bois’, in La Libre Entreprise, 11 maart 2006. J.-L. Dehaene die ten andere door de vakbonden aangesproken werd, rechtvaardigde de herstructureringen wegens de noodzaak om nu op problemen die uit de concurrentie op de wereldmarkt kunnen voortvloeien, te anticiperen. 11 De familie de Spoelberch inkasseerde 86 miljoen euro in oktober 2006 en de familie Vandamme (via de Luxemburgse holding Patri Participations) ongeveer 100 miljoen euro in januari 2007. 12 L’Écho, 19 november 2008; Le Soir, 25 november 2008. 13 De verkopen betreffen de pretparken, maar ook de 11 brouwerijen in Centraal-Europa, die in juni 2009 voor 1,44 miljard euro worden verkocht. 14 Teken des tijds trouwens, want in januari 2009 wordt de hoofdzetel in Leuven deels naar
Noord-Amerika en 31 procent voor Zuid-Amerika. [Author ID1: at Sun Jan 31 10:28:00 2010] 20 E. Lauwers in Le Soir, 3 maart 2010. 21 Interview in L’Écho, 3 maart 2010. 22 AB Inbev voorzag een verlies van arbeidsplaatsen in West-Europa, hoofdzakelijk in België, Duitsland, Groot-Brittannië, Nederland en het Groothertogdom Luxemburg. 23 Deze holding heeft medio juni nog voor 74,4 miljoen euro aandelen verkocht (het aandeel AB Inbev noteert 39,47 euro). Het is ten andere goed om te weten dat deze families in 2009 beschikten over een geschat vermogen van 17,397 miljard euro (ofwel + 3,6 procent in vergelijking met 2008 dankzij een “bescheiden” inkomen van 185,6 miljoen euro aan brutodividenden). Over de evolutie van de twee Belgische familietakken, voortgekomen uit Artois (Leuven) en Piedboeuf (Luik) en hun invloed, zie “AB INBEV”, in ‘Argent et pouvoir. Le grand jeu des familles’, in L’Écho van 19-21 juni 2010. 24 Zie ‘La Stella, enfant chéri d’AB Inbev aux États-Unis’, in L’Écho van 19-21 juni 2010. 25 De politiek van AB Inbev stelt blijkbaar de beurs tevreden, daar het aandeel op 8 juli 40,91 euro noteert op de BEL 20. Op 12 juli noteert het aandeel 41,72 euro op de BEL 20. 26 De Morgen, 14 september 2010.
New York gedelokaliseerd, wat ten koste van 89 arbeidsplaatsen gaat. 15 In feite worden 304 arbeidsplaatsen opgeheven, maar 41 zullen in call centers en in de marketing worden geschapen, 189 arbeidsplaatsen
I 12
VLAAMS MARXISTISCH TIJDSCHRIFT