6 september 2015 Welkom Iedereen gaat staan en de Paaskaars wordt aangestoken
Openingslied Wij zoeken U als wij samenkomen hopen dat Gij aanwezig zijt, hopen dat het er eens van zal komen: mensen in vrede vandaag en altijd. Wij horen U in oude woorden, hopen dat wij uw stem verstaan, hopen dat zij voor ons gaan verwoorden waarheid en leven, de bron van bestaan. Wij breken brood en delen het samen, hopen dat het wonder geschiedt, hopen dat wij op Hem gaan gelijken die ons dit teken als spijs achterliet. Wij vragen U om behoud en zegen, hopen dat Gij ons bidden hoort, hopen dat Gij ons adem zult geven: geestkracht die mensen tot vrede bekoort. Openingsgebed God, vader en moeder van al wat bestaat, U heeft ons naar Uw beeld geschapen en ons een plaats gegeven te midden van al die andere broeders en zusters. Wij vragen u dat we ons steeds verder openen voor de rijkdom van uw schepping en haar naar vermogen tot haar recht laten komen als uitdrukking van uw liefde. Door Christus onze Heer. Iedereen gaat zitten
Lied: 978
2. Gij roept het jonge leven wakker, een tuin bloeit rond het open graf. Er ruisen halmen op de akker waar zich het zaad verloren gaf. En vele korrels vormen saam een kostbaar brood in uwe naam.
3. Gij hebt de bloemen op de velden met koninklijke pracht bekleed. De zorgeloze vogels melden dat Gij uw schepping niet vergeet. ’t Is alles een gelijkenis van meer dan aards geheimenis.
4. Laat dan mijn hart U toebehoren en laat mij door de wereld gaan met open ogen, open oren om al uw tekens te verstaan. Dan is het aardse leven goed, omdat de hemel mij begroet. De kinderen gaan naar de kindernevendienst en nemen het licht mee naar hun viering Evangelielezing: Marcus 7: 31-37
2
Lied:154b
6. Alles wat op aarde groeit, wat ontkiemt en wat er bloeit wees een kleurig lofgedicht voor zijn vriendelijk aangezicht.
7. Vogels, vissen, wild en vee, dieren hoog en laag, doe mee, ieder met uw eigen stem, in het feestconcert voor Hem.
8. En gij mensen, allen saam, zegen nu de hoge naam, voeg u in het grote koor van zijn volk de eeuwen door. 2e lezing: Jacobus 2: 1-5
Overweging Stilte Muziek Geloofsbelijdenis Ik geloof in de heiligheid van de aarde, de heelheid van de schepping, en de waardigheid van alle schepselen.
3
Ik geloof in een genadige God, die de mensheid, man en vrouw, schiep naar zijn beeld en hen de mogelijkheid en de verantwoordelijkheid gaf de aarde te onderhouden. Ik geloof dat we zuinig moeten zijn op de aarde en haar moeten beschermeng tegen hebzucht en uitbuiting niet alleen voor ons eigen overleven maar vanwege de zaak van Moeder Aarde en de toekomst van onze kinderen. Ik geloof dat wij ons omgaan met de schepping, onze waarden en onze leefstijl moeten veranderen en dat we werken aan gerechtigheid en vrede dat we omzien naar de daklozen, vluchtelingen de slachtoffers van oorlogen. Ik geloof dat alles in het leven met elkaar verweven is: Schepper en schepsels, adem en gebed. Schenker van al het Goede, dank u dat U ons in gemeenschap met uw andere schepselen laat leven. In deze dingen geloof ik, Amen. De kinderen komen terug van de kindernevendienst Kinderlied: 979 1. De vogels van de bomen die lopen door de lucht als vederlichte dromen, zij wonen in het licht.
4. De grandioze bloemen de bloemen bij de vleet met schitterende kronen, als koningen gekleed.
6. De vogelen des hemels de leliën des velds, zij hebben ons van Jezus en ’t paradijs verteld.
14. God immers houdt de aarde wat leeft in staat en stand Hij zal ook ons bewaren, Wij eten uit zijn hand.
4
Dienst van breken en delen Voorbeden Na ieder voorbede zingen wij biddend: Zie naar ons om en hoor ons gebed Gelegenheid om een kaars aan te steken Stil gebed Bloemengroet en collecte Rondom de tafel We stellen ons op in een kring Lied 981
2. Zolang de mensen woorden spreken, zolang wij voor elkaar bestaan, zolang zult Gij ons niet ontbreken, wij danken U in Jezus’ naam.
3. Gij voedt de vogels in de bomen Gij kleedt de bloemen op het veld, o Heer, Gij zijt mijn onderkomen en al mijn dagen zijn geteld.
4. Gij zijt ons licht, ons eeuwig leven, Gij redt de wereld van de dood. Gij hebt uw zoon aan ons gegeven, zijn lichaam is het levend brood.
5. Daarom moet alles U aanbidden, uw liefde heeft het voortgebracht, Vader, Gijzelf zijt in ons midden, o Heer, wij zijn van uw geslacht. 5
Tafelgebed V.
Eeuwige, bron van liefde, door wie wij weten wie we zijn, naar U zien wij uit. Beeld van U, zo leven wij, om deze aarde te koesteren en het leven door te geven.
V.
Doe ons verstaan, het oude woord: dat wij ooit terugkomen bij U, dat onze wereld ooit heel zal zijn. Doe ons daaraan vasthouden- zoals ons is overgeleverd door Jezus, die vrijheid bracht en nieuwe adem.
V.
Die wist wat er om gaat in mensen, die niet aan anderen voorbijging, die partij koos voor de verdrukten. Wij willen hem levend houden door recht te doen en vrede te zoeken; door mensen te zijn voor elkaar, hier en nu.
V.
Daarom nemen wij dit brood en deze beker in onze handen om met hem en met elkaar verbonden te zijn. Versterk uw visioen in ons, dan dragen wij met recht de naam van hem, die leeft midden onder ons en die ons leerde bidden: Onze Vader ….
Vredegroet Lied 421
Nodiging 6
Breken en delen Bij het vieren in de kring wordt de schaal met brood doorgegeven gevolgd door de beker. U ontvangt de schaal en geeft degene die de schaal aan u geeft een stukje brood. Vervolgens geeft u de schaal aan uw andere buur en ontvangt zelf brood van degene aan wie u de schaal hebt gegeven. Tijdens het delen zingen wij:
Slotgebed en zegenbede
De Eeuwige zij voor u om u de juiste weg te wijzen. De Eeuwige zij achter u om u in de armen te sluiten en te beschermen tegen gevaar. De Eeuwige zij onder u om u op te vangen wanneer u dreigt te vallen. De Eeuwige zij in u om u te troosten als u verdriet hebt. De Eeuwige zij rondom u als een beschermende muur wanneer anderen om u heen vallen. De Eeuwige zij boven u om u te zegenen. Zo zegene u God, vandaag, morgen en tot in de eeuwigheid. Amen. 7
Slotlied
2. Er is een huis om in te wonen voorbij het dodendal. Er is een vader met zijn zonen zij roepen overal. refrein
3. Er is een tafel om te eten voorbij het niemandsland. Er is een volk dat wordt vergeten dat volk roept overal. refrein
4. Er is een wereld zonder grenzen zo groot als het heelal. Er is een hemel voor de mensen dat hoor je overal.. refrein Aan deze viering werkten mee: Gerrie van Hof en Lettie Oostinga Muziek: Vincent van Ravels Kindernevendienst: Jantien Dam