DEZE BIJLAGE WORDT GEPUBLICEERD DOOR MEDIAPLANET EN VALT NIET ONDER DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE REDACTIE
Slimme fiscaliteit Zorg steeds voor die noodzakelijke buffer
Pensioenformules Onvermijdelijk bij financiële planning
Expertpanel 3 specialisten over de voordelen van leasing No. 1 / September 2010
FISCALE OPTIMALISATIE
5 TIPS
OM MEER TE HALEN UIT JE BELASTINGEN
BTW-eenheid Spaar geld op onderlinge transacties door samenvoeging bedrijven Octrooiaftrek Rulingcommissie is soepel voor KMO’s Vastgoed Koop panden via uw vennootschap volgens de juiste formule Juridisch advies Als de fiscus botst met de belastingsplichtige...
“JE BENT VRIJ OM TE KIEZEN VOOR DE MINST BELASTE WEG” Belastingconsulent Sven Reynders pleit voor creativiteit binnen de grenzen van de wet.
0,,1 0,1'(5%(/$67,1*(1 0 ,1'
PHWHHQWHDPYDQSURIHVVLRQHOHUDDGJHYHUVDDQXZ]LMGH
kennispartner van familiale ondernemers
2 · SEPTEMBER 2010
UITDAGING Sinds de invoering van de eenpersoonsvennootschap is er een ware ‘boom’ ontstaan in het gebruik van vennootschappen. Werken met een vennootschap betekent immers ook genieten van een aantal fiscale voordelen en dito optimalisaties...
IN DE KIJKER Koen Van Gorp Teamleader Productmanagement Delta Lloyd Life.
Slimme fiscaliteit zorgt voor noodzakelijke buffer r is een toenemende trend tot oprichting van (eenpersoons-)BVBA’s door zelfstandigen en vrije beroepen. De marginale aanslagvoet (tussen 25 en 34 procent) is daar heel wat lager en zo ontlopen zij de hogere aanslagvoeten van de personenbelasting.
E
Van zelfstandige naar vennootschap? Andre Bert: “Als we het over zelfstandigen of KMO’s hebben, moeten we ons een initiële vraag stellen: heeft de zelfstandige en/of eenmanszaak er voordeel bij om zijn statuut te behouden of is het voor hem beter om de overstap te maken naar een vennootschap? Een criterium dat hierbij bestudeerd of geanalyseerd wordt is het ‘benodigde inkomen’.De overstap wordt pas rendabel als de inkomsten de behoeften overtreffen. Als er een overschot is, kan men kiezen voor een minder belaste weg door via een vennootschap te werken waarin het overschot belast wordt.In België bestaat er bovendien de mogelijkheid om een aanvraag in te dienen bij de ‘rulingcommissie’ (officiële dienst voor voorafgaande beslissingen in fiscale zaken,red.).” Etienne Verbraeken: “Men kan dan een beoogde, al dan niet belastbare activiteit op voorhand voorleggen aan deze dienst. Dit geeft de belastingplichtige en zijn adviseur een grotere rechtszekerheid. Want hier-
1
door weet de belastingplichtige vooraf hoe zijn concreet geval later zal belast worden en of de voorgestelde optimalisaties aanvaardbaar zijn voor de fiscus.”
Minder betalen Andre Bert: “Als men die stap van eenmanszaak/zelfstandige naar vennootschapsvorm heeft gezet, kan men een aantal technieken toepassen om minder belastingen te betalen.Het aanleggen van een interne pensioenvoorziening of het onderschrijven pensioenverzekeringen bijvoorbeeld. Dit wordt erg vaak aangewend.Men kan vanuit de vennootschap ook een eigendom aankopen, of men kan vruchtgebruikconstructies, naakte eigendom of recht van opstal verdelen.Wanneer het opstalrecht verloopt, komt het gebouw terug naar de eigenaar van de grond.”
2
FOTO:PRIVÉ
Etienne Verbraeken Voorzitter van het Beroepsinstituut van erkende boekhouders en fiscalisten
Notionele intrestaftrek Etienne Verbraeken: “De ‘aftrek voor risicokapitaal’ of ‘notionele intrestaftrek’ is een maatregel in het internationaal fiscaal recht die geldt sinds het boekjaar 2006 en kadert in een fiscale optimalisatie.Deze maatregel is in principe van toepassing op alle Belgische vennootschappen.Hier speelt het geen rol of de vennootschap belast wordt tegen het verlaagd opklimmend tarief en het is evenmin van belang of het gaat om een KMO-vennootschap of een grote vennootschap. Dit systeem werd door de regering Verhofstadt inge-
3
FOTO:PRIVÉ
André Bert Voorzitter van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten
PAGINA 10
“Kies de juiste formule aanvullend pensioen voor niet te missen voordeel” Notionele intrest
p. 4
Het Belgische systeem van de notionele intrestaftrek doet ons opvallen.
voerd om tegemoet te komen aan een aantal bezorgdheden. Zo ligt het tarief van de Belgische vennootschapsbelasting (33,99 %, red.) hoger in vergelijking met andere EU landen waardoor de concurrentiepositie van België in het gedrang kwam.De regering wilde verder de eigen middelen van de vennootschap fiscaal gelijk behandelen als vreemde middelen. Bij reservering van eigen winsten (en dus financiering via haar eigen opgebouwde middelen, red.) leverde dit geen fiscale beloning op. Het eigen vermogen moest ook toenemen,door bijvoorbeeld minder ‘uit te keren’.En het was de bedoeling om via de NI de coördinatiecentra in België te houden.Onder druk van Europa moest in België immers het vroegere gunstige specifieke belastingregime voor deze centra worden afgeschaft.” Andre Bert: “Als men over NI spreekt, heeft men het meestal over de toepassing ervan door grote bedrijven. Ik wil benadrukken dat de notionele intrest ook voor KMO’s een goede zaak is. Ze stimuleert de KMO om over te gaan tot de vorming van een eigen vermogen.Een grote zwakte van Belgische KMO’s bestaat erin dat ze geen buffer of onvoldoende eigen vermogen creëren. We merken het tijdens de crisis. Bedrijven met een buffer hebben meer mogelijkheden om de problemen te overwinnen of te doorstaan.Door de notionele intrest heeft men ook kleine of middelgrote bedrijven gestimuleerd om een eigen vermogen uit te bouwen.”
Strenge aanpak
p. 8
De niet aflatende strijd tegen fraude wordt ook gesteund door de bedrijven..
We make our readers succeed!
Fiscale Optimalisatie, 1ste editie, september 2010 Country Director: Christophe Demir Editorial Manager: Wim Hellemans Project Manager: Joren Janssens Phone: +32 (0)2 421 18 35 E-mail:
[email protected] Business Developer: Bram Vandenbroeck Phone: +32 (0)2 421 18 30 Layout: Lii Treimann Redactie: Frederik Lauwers, Marc Lerouge, Els Jonckheere, Koen Vandepopuliere, Hilde Vereecken Print & distributie: Corelio Publishing Mediaplanet contact information: Phone: +32 (0)2 421 18 20 Fax: +32 (0)2 421 18 31 E-mail:
[email protected]
Mediaplanet ontwikkelt hoogwaardige bijlagen die zich richten op een specifiek thema en de daarbij behorende doelgroep. Zo brengen wij lezer en adverteerder dichter bij elkaar. Deze bijlage wordt gepubliceerd door Mediaplanet en valt niet onder de verantwoordelijkheid van de redactie.
The plus of a global vision. Accountancy, audit, fiscaliteit. Dat zijn de specialiteiten van Vandelanotte. In een brede context, met een allround visie. Ondersteund door specialisten in aanverwante domeinen: sociaal recht en vennootschapsrecht, risk management, talent management, estate planning en corporate finance. Onze missie? KMO’s , familiale bedrijven en eenmanszaken een perfecte multidisciplinaire support verlenen. >
[email protected] - www.vandelanotte.be
Antwerpen
|
Brugge
|
Brussel
|
Deinze
|
Dendermonde
|
Kortrijk
|
Moeskroen
|
Doornik
S SEPTEMBER 2010 · 3 TIP
NIEUWS
Extra centen via de BTW-eenheid
OVraag: Wat zijn de voordelen van het systeem van de BTWeenheid? OAntwoord: Door verschillende ondernemingen samen te voegen als één belastingplichtige vervalt de BTW op alle onderlinge transacties. Ook kan soms BTW teruggevraagd worden. Bij een BTW-eenheid worden verschillende ondernemingen als één enkele BTW-belastingplichtige beschouwd. “Om van de formule gebruik te kunnen maken, moeten de vennootschappen een financiele, economische en organisatorische verbondenheid kennen”, vertelt Pascal Vanzieleghem, Indirect Tax Partner bij Grant Thornton. “Dit betekent dat ze in een bepaalde mate – rechtstreeks of onrechtstreeks - dezelfde aandeelhouders moeten hebben en hun activiteit op één of andere manier nauw met elkaar is verbonden. Niet alleen veel multinationals beantwoorden aan deze criteria, maar bijvoorbeeld ook KMO’s die ervoor opteerden de eigenlijke exploitatie in een andere vennootschap onder te brengen dan het onroerend goed.”
Nieuw nummer In concreto kent de BTW-administratie aan de ‘eenheid’ een nieuw BTW-nummer toe (naar klanten en leveranciers toe behoudt elke entiteit zijn eigen BTW-nummer) en gebeuren alle aangiftes en controles via dit nummer (uitgezonderd de listings die nog altijd individueel
in te dienen zijn). Pascal Vanzieleghem: “Merk op dat de eenheid enkel op BTW-vlak speelt. Wel kan de BTW-administratie in geval van wanbetaling de betaling van de BTW-sommen bij de andere leden van de groep invorderen als gevolg van de hoofdelijke aansprakelijkheid.” Gezien de leden van de BTW-
eenheid als één BTWbelastingplichtige worden aangemerkt, vervallen de transacties tussen de ondernemingen in de groep. “U hoeft im-
Pascal Vanzieleghem Indirect Tax Partner van GrantThornton FOTO: STUDIO CLAERHOUT
PRAKTISCH VOORBEELD O De onroerend goed vennootschap A richt een gebouw op in het jaar 2005 met een oprichtingsprijs van 1.000.000 euro + 210.000 euro BTW. O Dit gebouw wordt vanaf 2005 verhuurd aan de exploitatievennootschap B. Gezien de verhuur-
activiteit is de BTW in hoofde van A niet aftrekbaar en dus een kost. O In 2010 wordt tussen A en B een BTW-eenheid gevormd. De initieel als kost geboekte BTW kan door de BTW-eenheid voor 10/15 of 140.000 euro worden teruggevraagd.
1 BEKI BEKIJK KIIJK K ST S STEEDS TEEDS TEE TE ED ALLE OPTIES
mers geen BTW meer aan te rekenen voor in België gepresteerde diensten of verkopen die binnen de eenheid gebeuren”, legt Pascal Vanzieleghem uit. “Bovendien kan de formule van de BTW-eenheid ook positieve gevolgen voor uw cashflow hebben. Dit is vooral het geval bij groepen waarbij één van de vennootschappen in een continue positie van BTW-teruggave zit, terwijl de anderen steeds BTW moeten betalen. Want doordat er maar één algemene BTW-aangifte meer is, kunnen de tegoeden meteen worden verrekend. Als we het principe van de BTW-eenheid doortrekken naar groepen met een immobiliënvennootschap die eigenaar van het gebouw is en dit aan de exploitatiemaatschappij verhuurt, dan kunnen deze de BTW die met de bouw, inrichting en aanpassing van het pand gepaard gaan,eveneens recupereren.En dit kan u flink wat centen opleveren. Meer nog, wanneer de werken al jaren geleden zijn gebeurd en u stapt nu in een BTW-eenheid, dan kunt u nog altijd een gedeelte van deze BTW terugkrijgen.”
Onder de loep Dit zijn maar enkele voorbeelden van de voordelen die de BTWeenheid kan bieden. Natuurlijk is de formule niet voor elke groep van ondernemingen interessant, maar het is zeker goed om de aspecten voor uw maatschappijen eens onder de loep te nemen…
‘Salary Split’ biedt extra motivatie Het valt niet altijd mee om personeel te vinden dat bereid is om gedeeltelijk in het buitenland te werken. Maar een extra fiscaal voordeel is soms net dat ene duwtje dat uw medewerkers nodig hebben. Wanneer uw onderneming over buitenlandse dochtervennootschappen of bijkantoren beschikt, is het vaak mogelijk dat zij de prestaties van uw Belgische medewerkers in hun contreien betalen. Voor u, als werkgever, heeft de toepassing van zo’n ‘split salary’ dikwijls geen gevolgen, maar voor de werknemer des te meer. Georges Keymeulen, tax partner van Grant Thornton: “De formule laat immers toe dat hij zijn personenbelasting kan verdelen over de landen waar hij werkt. En aangezien deze in België gemiddeld 40 à 50 procent bedraagt,terwijl dat in andere landen vaak maar 10 à 25 procent is, houdt hij op het einde van de rit flink wat meer over.”
Voorwaarden Om van deze fiscale optimalisatie gebruik te maken, moet de activiteit effectief in het buitenland worden gepresteerd (de werknemer zal dit ook aan de Belgische fiscus moeten bewijzen). De formule is toepasbaar voor landen waarmee België een belastingsverdrag heeft afgesloten. Nog belangrijk: indien de tewerkstelling in een andere EU-lidstaat plaatsvindt, zal normaal gezien het sociale zekerheidsstelsel van België op het totale salaris blijven gelden. ELS JONCKHEERE
ELS JONCKHEERE
[email protected]
[email protected]
Voor een goed leven
4 · SEPTEMBER 2010 TIP
INZICHT
2
België valt op door notionele intrestaftrek
BLIJF BL LIJF F OP DE DE HOOGTE VAN FISCALE REGELS
OVraag: Wat is het belang van de notionele intrestaftrek (NIA) voor de Belgische bedrijven? OAntwoord: Volgens het VBO is het niet minder dan een ‘zuurstofballon’. “Sleutelen aan de NIA heeft een negatieve invloed voor het imago van ons land bij buitenlandse investeerders”, zegt belastingconsulent Paul Op de Beeck van KPMG.
FOTO: ISTOCKPHOTO.COM
Een korte voorgeschiedenis van de gunstregel
JURIDISCH
“Sinds 1982 kende België het fiscale regime van de coördinatiecentra”, aldus Paul Op de Beeck. “Dat was een fiscaal systeem dat heel succesvol is geweest omdat coördinatieen financieringsactiviteiten laag belast werden.”
Paul Op de Beeck Vennoot en head of KPMG Belastingconsulenten en Juridische Adviseurs in België.
CACHET “Indien we ons belastingstarief zouden laten zakken tot het Europees gemiddelde, dan zouden we gewoon in het peloton terechtkomen en niet meer opvallen. Het geeft een cachet aan ons land dat er blijkbaar in slaagt om investeerders warm te maken”, aldus Koen Maerevoet. FOTO: ISTOCKPHOTO.COM
Koen Maerevoet Vennoot KPMG Belastingconsulenten en Juridische Adviseurs.
NIA en ‘aftrek voor risicokapitaal’ zijn termen die sinds 2005 geregeld opduiken. De federale overheid lanceerde de fiscale maatregel zodat vennootschappen hun belastbare basis konden verminderen met een extra intrestaftrek in functie van het eigen vermogen. Het percentage is gelijk aan de gemiddelde rentevoet van de lineaire staatsobligaties op tien jaar. Het percentage werd voor de aanslagjaren 2011 en 2012 echter beperkt tot 3,8 procent. Paul Op de Beeck: “Een onderneming kan zich op twee manieren financieren. Door de inbreng van eigen kapitaal via de aandeelhouders of door leningen bij de bank. Als ze eigen kapitaal investeren, hebben de aandeelhouders uiteraard graag dat het rendement hoger ligt dan op een kasbon. De overheid zorgt er via de NIA voor dat bedrijven die eigen kapitaal gebruiken toch een fiscale aftrek krijgen die vergelijkbaar is met een de interestaftrek op een klassieke bedrijfslening.”
O Is de NIA voordelig tegenover fiscale stimuli in andere landen? Op de Beeck: “Bedrijven die in Europa willen investeren, hebben een lijstje met de belastingtarieven van alle landen. Daaruit blijkt al snel hoe oncompetitief wij zijn. Ons land hanteert een vennootschapsbelasting van 34 procent, terwijl het gemiddeld tarief binnen de EU op ongeveer 23 procent ligt. De NIA zorgt ervoor dat ons hoge tarief afgetopt wordt naar ongeveer gemiddeld 25 à 26 procent, maar je moet altijd opletten met gemiddelden.” O Daarmee onderscheiden we ons dus nog altijd niet. Koen Maerevoet: “De maatregel heeft ons bekendgemaakt en bovendien werd er actieve promotie gevoerd in de landen die belangrijke investeerders zijn in ons land. Indien we ons belastingstarief zouden laten zakken tot het Europees gemiddelde, dan zouden we gewoon in het peloton terechtkomen en niet meer opvallen. Het geeft een cachet aan ons land dat er blijkbaar in slaagt om investeerders warm te maken.” Op de Beeck: “Voor de activiteit van financieringscentra maakt de NIA bovendien wel degelijk nog een wezenlijk verschil. Dit heeft alles te maken met het rendement van financieringen (tussen 4 en 8 procent op lange termijn) waardoor de impact van de NIA (met
een aftrek van 3,8 procent) natuurlijk veel groter is op het effectieve belastingtarief. Maar je mag dat ook niet overschatten, dé absolute economische drijfveer van een investeerder is niet het fiscale aspect. Als je kan kiezen voor een meer risicovolle activiteit met een rendement van 20 procent op het geïnvesteerde kapitaal, waar je een derde belastingen op betaalt, of een rendement van 5 procent, waar je amper belastingen betaalt, dan is de keuze gauw gemaakt.” O Waarom is er hierover de jongste tijd commotie ontstaan? Maerevoet: “Het systeem kwam er in opvolging van een specifiek belastingvoordeel, waarmee tot voor enkele jaren financiële coördinatiecentra van grote buitenlandse ondernemingen naar ons land werden gelokt. Vanuit electoraal
oogpunt bevond de maatregel zich onder de radar. Alle bijkomende nieuwe activiteit die het land binnenkwam, was immers meegenomen. De EU stak daar echter omstreeks de milleniumwende een stokje voor en in de plaats kwam een algemene maatregel waar alle vennootschappen gebruik kunnen van maken. Politici stellen zich daardoor steeds meer de vraag wat voor voordeel het land hieruit haalt tegenover het nadeel van de budgettaire kost. Bovendien is er kritiek omdat er, in tegenstelling tot het oude systeem van de financieringscentra, geen werkgelegenheidsvoorwaarden aan werden gekoppeld. Dat argument gaat echter niet op omdat het aantrekkelijk maken van België als investeringsland automatisch ook jobcreatie met zich meebrengt. FREDERIK LAUWERS
[email protected]
DE NIA ALS VERLEIDER O De notionele interestaftrek is een stimulans voor internationaal actieve bedrijven om in België te investeren of om operaties in België te behouden. Naast een aantal multinationals die ondanks de afschaffing van het regime voor coördinatiecentra beslist hebben hun financieringscentrum in België te behouden, hebben de voorbije jaren groe-
pen zoals Microsoft , Google, Baxter, KPN, GSK, Johnson & Johnson geïnvesteerd in België. De notionele interestaftrek biedt België nog enigszins de mogelijkheid om ondanks het hoger dan het Europese gemiddelde tarief van de vennootschapsbelasting te concurreren met andere landen om dergelijke investeringen aan te trekken.
“Dit systeem heeft honderden multinationals overtuigd om zich in ons land te vestigen met voornamelijk financierings- of headquarteractiviteiten. Ook onze centrale ligging in Europa heeft daarin een grote rol gespeeld.”
Ongelijke concurrentie “De Europese Commissie was rond 2000 echter de mening toegedaan dat dit neerkwam op ongelijke fiscale concurrentie. Grote landen als Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië verzetten zich tegen een fiscaal regime dat jobs aantrok die ze liever binnen de eigen grenzen hielden. De EU heeft ons land vervolgens opgelegd het systeem tegen 2010 af te bouwen. Meteen is o.a. Zwitserland gestart met een charmeoffensief om grote groepen te overhalen hun activiteiten te verplaatsen naar de centrale bergstaat in Europa met een ijzersterke reputatie inzake rechtszekerheid.”
Tewerkstelling “Omdat de coördinatiecentra sinds hun ontstaan rechtstreeks en onrechtstreeks voor heel wat tewerkstelling in ons land hadden gezorgd,wou de overheid vermijden dat die verloren zou gaan. In hun zog zouden immers ook een aantal operationele activiteiten verdwijnen.Toen de eerste bedrijven effectief vertrokken, werd besloten om daar iets aan te doen via die notionele intrestaftrek. Om te vermijden dat Europa bezwaren zou hebben,werd het nieuwe systeem niet gebonden aan bepaalde activiteiten en voorwaarden maar werd het opengesteld voor alle vennootschappen die opereren op het grondgebied.” FREDERIK LAUWERS
[email protected]
SEPTEMBER 2010 · 5
INZICHT
Als de fiscus botst met de belastingsplichtige... OVraag: Wat te doen indien er betwisting is over jouw fiscale constructies? OAntwoord: Laat je bijstaan door een specialist ter zake.
Johan Speecke is Advocaatvennoot en stichtende partner van het advocatenkantoor Laga. Hij gaat vanuit zijn litigepraktijk dieper in op een aantal ‘gewone’ fiscale betwistingen’ tussen de fiscus enerzijds en de belastingplichtige anderzijds. Zo kan de fiscus bijvoorbeeld de juridische kwalificatie van een akte kan veranderen, wanneer zij het bewijs kan leveren bewijst dat die kwalificatie enkel tot doel heeft de belasting te ontwijken. Johan Speecke: “Dit kan tot een betwisting leiden. Maar herkwalificatie van een enige akte is ten gevolge van de strikte rechtspraak van het Hof van Cassatie echter zo goed als onmogelijk geworden. De rulingcommissie kan hier zekerheid bieden.“
Simulatie Er groeien ook fiscale geschillen door onduidelijkheden in de wet. “Ik denk dat de meerwaarde van een litige-advocaat precies hierin ligt dat hij beter dan een adviseur kan afbakenen waar de simulatie begint, of een reeks van verrichtingen al dan niet herkwalificeerbaar is en hoe een onduidelijkheid in de wet door de rechtspraak zou kunnen opgelost worden”.
Twee groepen Taksbetwistingen kan men onderverdelen in twee grote groepen. Johan Speecke: “De feitelijke betwistingen, maar daar heeft buiten de betrokkene(n) zelf niemand een boodschap aan omdat ze heel individueel,concreet en case-gebonden zijn. Bij de tweede groep gaat het om principiële zaken, waar de wet onduidelijk is. Als over zo’n zaak een principiële uitspraak wordt geveld waar iedereen mee gebaat is, weet iedereen meteen hoe de rechtspraak interpreteert en waar
JOHAN SPEECKE Advocaatvennoot en stichtende partner van het advocatenkantoor Laga. FOTO: PRIVÉ
een onderneming zich aan te houden heeft.”
zorgen.Daarin wordt de analyse van een actuele stand van zaken over een bepaalde onduidelijkheid in de wetgeving neergeschreven. Litige-advocaten zijn hier zeer goed geplaatst om te adviseren over de slaagkansen van een gerechtelijk geschil (op basis van een heel ruime scoop, van 1 tot 99 %). Laatstgenoemden kunnen vervolgens met kennis van zaken in hun aangifte een standpunt innemen dat ingaat tegen dat van de fiscale administratie.Zo wordt litige onderdeel van tax planning.”
Welke sfeer? Expertise Specialisten in belastingsbetwistingen (tax litigation) kunnen vanuit hun expertise concreet de belastingsplichte of zijn consultant waarschuwen of er al dan niet een procedure met een daaraan verbonden risico kan aangespannen worden. Johan Speecke: “Belastingconsulenten en/of accountants kunnen bij een betwisting bijvoorbeeld position papers aan hun cliënten be-
Johan Speecke: “De meest voorkomende betwistingen zijn in volgorde: betwistingen in het kader van vennootschap- en personenbelastingen, BTW-procedures, rond registratierechten en successie.En merkwaardig genoeg komen ook kleinschalige disputen rond gemeentebelastingen erg veel voor.”
Steden en gemeenten winnen fiscaal geschil Een heel recent voorbeeld van een fiscaal dispuut is de aftrek van de zogenaamde historische BTW. Deze kwestie betreft de recuperatie van BTW op investeringen aan het rioleringsnetwerk die in opdracht van steden en gemeenten werden verricht vooraleer zij voor hun saneringsactiviteit van afvalwater als BTW-plichtige werden geregistreerd. Een geschillenadvocaat kon de steden en gemeenten wijzen op deze opportuniteit, die voor de gemeenten een relatief belangrijke financiële impact kon hebben.Zich baserend op de Europese rechtspraak voelde de administratie zich eind 2005 gerechtigd om aan de initiatiefnemende steden en gemeenten met terugwerkende kracht de historische BTW-aftrek te ontnemen. De geschillenadvocaat heeft uiteindelijk met succes het standpunt van de steden en gemeenten verdedigd voor de rechtbanken. MARC LEROUGE
[email protected]
MARC LEROUGE
[email protected]
Accountancy Fiscaliteit Juridisch advies Loonadministratie Kantoorbenodigdheden
Partner van 7 000 cliënten,
Een volledige dienstverlening aan ondernemingen
Een netwerk bij u in de buurt
Een wereldwijde aanwezigheid
handelaars en zelfstandigen, vrije beroepen, bedrijfsleiders, FIDUCIAL laat u toe
22 kantoren 230 medewerkers
u volledig toe te leggen op uw kernactiviteit.
www.fiducial.be
FIDUCIAL is aanwezig op 5 continenten via haar Europese en Amerikaanse entiteiten, en via FIDUCIAL International, een netwerk van leden en correspondenten.
1 310 kantoren 78 landen 13 000 medewerkers
6 · SEPTEMBER 2010 TIP
INZICHT
3
“Rulingcommissie is soepel voor KMO’s”
GEBRUIK GEB EB BRU RUIIK DE DE OCTROOIAFTREK
OVraag: Bestaat er in België een fiscale beloning voor innovatie, onderzoek en ontwikkeling? OAntwoord: “Ook bij KMO’s mag de octrooiaftrek niet ontbreken op het lijstje van mogelijke fiscale optimalisatietechnieken”, zegt advocaat Philippe Hinnekens van Eubelius.
maceutische bedrijven en grote technologische ondernemingen, die beschikken over eigen labo’s en onderzoeksafdelingen waar tientallen onderzoekers tewerkgesteld worden, zal dit geen enkel probleem opleveren. Kleinere ondernemingen voldoen echter op het eerste gezicht vaak niet aan deze voorwaarde. Zij kunnen echter rekenen op een soepele houding van de Dienst voor Voorafgaande Beslissingen in fiscale zaken, beter gekend als de ‘rulingcommissie’. Belastingplichtigen die aanspraak willen maken op de octrooiaftrek, doch niet zeker zijn of zij wel voldoen aan alle toepassingsvoorwaarden, kunnen hierover zekerheid verwerven bij deze overheidsinstantie. Een positieve beslissing van de rulingcommissie dient immers gerespecteerd te worden door de lokale belastingcontroleur.”
Belgische bedrijven worden in de vennootschapsbelasting slechts belast op 20 procent van de inkomsten uit kwalificerende octrooien tegen het algemeen tarief van 34 procent. De belastingsdruk op de octrooi-inkomsten daalt hierdoor aanzienlijk tot 6,8 procent.
Exclusief “Een octrooirecht is een exclusief recht om gebruik te maken van een nieuwe uitvinding”, aldus Hinnekens. “Om misbruiken tegen te gaan, geldt de octrooiaftrek enkel voor inkomsten die voortkomen uit het gebruik van een effectief toegekend octrooirecht. Op tijd aanvragen is bijgevolg de boodschap, want de aanvraagprocedure voor een Belgisch octrooi neemt al snel 18 maanden in beslag. Het is echter niet vereist dat de onderneming de exclusieve eigenaar is van het octrooirecht om te kunnen genieten van de maatregel.”
Onderzoek “Een belangrijke voorwaarde om te kunnen genieten van de gunstmaatregel is dat de research, die aan de basis ligt van het octrooi, gebeurd is in een eigen onderzoekscentrum van de vennootschap, al kan een deel van het onderzoekswerk uitbesteed zijn aan derden. De wetgever heeft daar bovendien aan toegevoegd dat dit onderzoekscentrum een afzonderlijke ‘bedrijfstak’ moet zijn binnen de onderneming. Voor far
Kwalificatie
OP TIJD. “Je moet op tijd aanvragen, want de aanvraagprocedure voor een Belgisch FOTO: PRIVÉ octrooi neemt al snel 18 maanden in beslag”, aldus Philippe Hinnekens.
AANKOOP OF EIGEN ONTWIKKELING O Bij de toepassing van de 80 procent aftrek moet een onderscheid gemaakt worden tussen de hypothese waarbij de onderneming zelf de titularis is van een kwalificerend octrooirecht en die waarbij de onderneming een octrooilicentie verkregen heeft van een derde en, na verder onderzoek ter verbetering van de oorspronkelijke uitvinding, het daaruit voortkomende product of procéde exploiteert.
O In deze laatste hypothese zal enkel het verschil tussen de kwalificerende octrooi-inkomsten en de licentievergoedingen die de onderneming zelf verschuldigd is aan de octrooihouder, in aanmerking komen voor de octrooiaftrek. Dat wordt beschouwd als de toegevoegde waarde die geboden wordt door het eigen onderzoek- en ontwikkelingswerk van de onderneming.
“De rulingcommissie heeft zich eind 2009 in een concreet geval akkoord verklaard om ook een onderzoeksafdeling waar slechts twee werknemers werkzaam zijn, de ondernemer/eigenaar, te erkennen als een afzonderlijke bedrijfsafdeling. De voorwaarden lijken dus dat er een minimum aan middelen en tewerkstelling is binnen de onderzoeksafdeling en dat die ook blijk moet geven van de nodige continuïteit in haar activiteiten. Ook de kwalificaties van de personen die aan onderzoek en ontwikkeling doen zijn relevant. De onderneming kan aan de juiste perceptie bijdragen door in haar organogram het onderzoekscentrum te beschouwen als een afzonderlijke afdeling en in haar jaarverslag systematisch te verwijzen naar de onderzoeksactiviteit.”
Véronique Pede Specialiste intellectueel eigendomsrecht FOTO: PRIVÉ
“Zonder octrooi geen monopolie” “Een octrooi staat niet voor een technisch ingewikkelde uitvinding”, zegt specialiste Véronique Pede, “wel voor een nieuwe, inventieve oplossing voor een technisch probleem.” “Wie voor een product of een proces een octrooi heeft, beschikt over een monopolierecht van 20 jaar. Niemand anders mag de oplossing maken of verkopen, zelfs niet via een equivalente oplossing. Belangrijk is om het octrooi te nemen vooraleer het product op de markt is. Nadien kan je in principe niet meer aangezien de oplossing niet meer ‘nieuw’ is.” “Om een octrooi te bekomen moet de uitvinder zijn vondst beschrijven. Octrooien zijn daardoor een onschatbare bron van informatie om na te gaan waarmee de concurrentie bezig is.Vooraleer je het wiel uitvindt, doe je er dus goed aan om even de octrooidatabanken te consulteren. Het bespaart nutteloze investeringen en juridische risico’s. Iedereen die geoctrooieerde uitvindingen namaakt stelt zich immers bloot aan beslag inzake namaak en andere juridische maatregelen.”
Uitsparen “Een octrooi is niet goedkoop, maar de kost ervan is in niets in vergelijking met het verlies van een monopoliepositie wanneer men het octrooi niet heeft. Dat houdt immers automatisch een verlies aan marktaandeel en inkomsten in en een mooie kans voor de concurrentie om jarenlang onderzoek uit te sparen.” FREDERIK LAUWERS
FREDERIK LAUWERS
[email protected]
[email protected]
Wat belangrijk is, laat u niet los. Waar u zich ook bevindt, belangrijke beslissingen zijn nooit ver weg. Ons wereldwijd netwerk in combinatie met een persoonlijke aanpak laten ons toe u steeds efficiënt te begeleiden doorheen uw beslissingsproces. Benieuwd hoe dit werkt ?
www.GrantThornton.be
Audit – Accountancy – Tax – Advisory
SEPTEMBER 2010 · 7
INZICHT Een huisje in het buitenland Nu de vastgoedprijzen in heel wat landen sterk dalen, is de aankoop van een buitenlands onroerend goed aanlokkelijker dan ooit. Maar hoe wordt de aankoop nu het best verricht? Bij de verwerving van een buitenlands onroerend goed moet u rekening met tal van zaken houden. Een boosdoener hierbij is vaak de fiscaliteit.Want de fiscale behandeling van de aankoop van een buitenlands onroerend goed kan sterk verschillen naargelang het onroerend goed privé dan wel via een Belgische of buitenlandse vennootschap is aangekocht.
Vaste inrichting
VIA DE ONDERNEMING Ook wanneer het de uiteindelijke bedoeling van de ondernemer is om een pand in privébezit te krijgen, kan de aankoop om belastingtechnische redenen vaak best via de vennootschap gebeuren. FOTO: WWW.ISTOCKPHOTO.COM
De fiscale waarheid over onroerend goed OVraag: Hoe ga je als Belgische ondernemer om met die baksteen in je maag? OAntwoord: Als ondernemer doet u er vaak beter aan om een pand niet persoonlijk, maar wel via uw vennootschap aan te kopen. Er bestaan immers verschillende formules die u een aanzienlijk fiscaal voordeel kunnen opleveren. Carl Van Biervliet, accountant en belastingconsulent bij Vandelanotte, geeft een overzicht…
Aankoop
OAankoop van de volle eigendom door de vennootschap. O Voordeel: u houdt het eenvoudig: alle kosten en aftrekposten blijven in de boekhouding van de onderneming. ONadeel: indien het gebouw voor woonst wordt gebruikt, zal de fiscus u belasten op een voordeel van alle aard. Bovendien moet u registratierechten (veelal 12,5 % of 10 % ) betalen indien u het onroerend goed na verloop van tijd toch op uw naam wilt schrijven. Bovendien zal u vennootschap dan worden belast op de meerwaarde die ze hierbij realiseert. OTussenoplossing: u financiert enkele procenten van de aankoop als privépersoon. Op die manier betaalt u maar 1 % registratiekosten indien u het onroerende goed later volledig op uw naam wilt zetten. De belastingen op de meerwaarde blijven hier wel van toepassing.
Carl Van Biervliet Partner Accountant Belastingconsulent Vandelanotte
Vruchtgebruik OVruchtgebruik: u koopt als privépersoon de blote eigendom, terwijl de vennootschap het vruchtgebruik (meestal 15 à 20 jaar) koopt. Vaak wordt hierbij de 20/80 % regel gehanteerd (in de praktijk betaalt de privépersoon dus 20 % van de aankoop, terwijl 80 % door het bedrijf wordt
gefinancierd),maar eigenlijk dient u de berekende waarde toe te passen. OVoordeel: De vennootschap neemt de kosten ten laste. Wanneer het vruchtgebruik is afgelopen, wordt het onroerend goed de eigendom van de privépersoon zonder dat noch hij, noch de vennootschap wordt belast. Er zijn bovendien geen registratierechten verschuldigd. ONadeel: Verbouwingskosten dienen door de privépersoon te worden betaald (dezelfde regels gelden als bij een huurovereenkomst). Bovendien houdt de fiscus niet van deze formule: u hebt veel kans op een belastingsinspectie.
PRAKTISCH VOORBEELD We vertrekken van de veronderstelling dat alle middelen uit de vennootschap moeten komen. De aankoop betreft een opslagruimte met een waarde van 500.000 euro, gelegen in het Vlaams Gewest (10 % registratierechten bij aankoop), een bruto huurwaarde van 2.500 euro per maand en een kadastraal inkomen van 3.500 euro. Telkens wordt een lening aangegaan op 20 jaar aan een rente van 4 %. Het einddoel is dat het onroerend goed tot het privépatrimonium van de bedrijfsleider behoort. In de situatie waarbij de vennootschap de volle eigendom eerst aankoopt en na 20 jaar aan de
bedrijfsleider verkoopt, stellen we dat hij hiervoor tijdens die periode een bijkomende wedde uit de vennootschap haalt. De cijfers geven als totale netto kostprijs voor de vennootschap: O de aankoop in vruchtgebruik door de vennootschap en blote eigendom door de bedrijfsleider: 808.000 euro O de aankoop in volle eigendom door de vennootschap met de uiteindelijke verkoop na 20 jaar, kost de vennootschap 939.000 euro O de aankoop in volle eigendom privé en verhuring aan de vennootschap: 1.026.000 euro
Erfpacht OErfpachtovereenkomst: de privépersoon koopt de ‘trefond’ (2 à 4 % van de aankoop), terwijl de firma de rest via erfpacht financiert. Na verloop van het erfpacht komt het onroerend goed zonder belasting in handen van de privépersoon. OVoordeel: idem als bij vruchtgebruik + voor de aankoop van de naakte eigendom geldt een registratiekost van amper 0,2 % (tegenover 10 % bij vruchtgebruik). ONadeel: een erfpacht loopt minstens 27 jaar.
Opstalrecht OOpstalrecht: een natuurlijk persoon beschikt over een stuk grond waarop hij zijn vennootschap een pand laat bouwen. OVoordeel: nadat het opstalrecht is verlopen, wordt het pand eigendom van de privépersoon, zonder dat de vennootschap wordt belast. Bovendien kunnen alle kosten voor de bouw en inrichting door de vennootschap fiscaal worden afgetrokken. ONadeel: omdat er na de periode van opstalrecht een ‘overdracht’ is, zal de nieuwe eigenaar (de privépersoon) worden belast op een voordeel in natura. Dit kunt u echter wel vermijden door een vergoeding te betalen.
In het eerste geval is de algemene regel dat het onroerend goed in het buitenland als een vaste inrichting van de Belgische vennootschap wordt aangemerkt. Hierdoor wordt de vennootschap (ingevolge de dubbelbelastingverdragen, afgesloten tussen heel wat landen) maar in het ‘andere’ land belast wanneer ze haar activiteiten daar uitoefent door middel van een vaste inrichting. Maar het verkrijgen van een dergelijke vaste inrichting brengt tal van praktische en fiscale implicaties met zich mee.
Onderscheid Allereerst moet er een duidelijk onderscheid worden gemaakt tussen enerzijds de inkomsten en kosten die betrekking op de vaste inrichting en anderzijds deze op de andere activiteiten van de vennootschap. Het deel van de buitenlandse onroerende inkomsten (bv. huuropbrengsten, meerwaarden) is door de Verdragen veelal exclusief belastbaar in het land waar het onroerend goed is gelegen. In België worden deze inkomsten dan wel in de vennootschapsbelasting vrijgesteld. Maar dat is theorie,want de praktijk is vaak een ander paar mouwen. Zo wordt een SCI-venootschap in Frankrijk als fiscaal transparant beschouwd (lees: fiscaal niet bestaand), terwijl ze voor België een volwaardige vennootschap is. En dit is een situatie die ook inzake successierechten al voor een pak problemen heeft gezorgd.
Conclusie Een pasklaar antwoord op de vraag is er niet. Elke individuele situatie vergt een grondige studie, waarbij de voor- en de nadelen goed tegen elkaar worden afgewogen. Dit moet ontegensprekelijk met deskundige begeleiding gebeuren. Pas dan kunt u met kennis van zaken uw patrimonium in het buitenland met een gerust geweten uitbreiden. ELS JONCKHEERE
ELS JONCKHEERE
[email protected]
[email protected]
8 · SEPTEMBER 2010 TIP
INZICHT
4
Jean Baeten Hoofd departement Fiscaliteit VBO.
WEES ES SC CRE CREATIEF REA RE ATIEF BINNEN DE WET
De niet aflatende strijd tegen fraude Ook bedrijven zijn voorstander van een strenge aanpak van fraude. Het zorgt immers voor oneerlijke concurrentie.
DUNNE GRENS “Er is niets mis met creativiteit binnen de grenzen van de wet”, aldus Sven Reynders. PHOTO: WWW.ISTOCKPHOTO.COM
“Betaal beter een goede adviseur dan de fiscus” OVraag: Wat is het verschil tussen belastingontwijking en ontduiking? OAntwoord: Het verschil tussen beide is fundamenteel. Belastingontwijking is perfect legaal, ontduiking niet want het betekent een inbreuk op de belastingwet.
Het verschil tussen belastingontwijking en –ontduiking is de dikte van een gevangenismuur” Sven Reynders Regiodirecteur België Fiducial Accountancy nv.
ACCOUNTANCY
“Het verschil tussen belastingontwijking en –ontduiking is de dikte van een gevangenismuur”, grapt Sven Reynders,regiodirecteur België van Fiducial Accountancy nv, een netwerk van accountants en consultants. Belastingontwijking is absoluut niet hetzelfde als belastingontduiking. “Belastingontwijking of fiscale optimalisatie is perfect legaal. Zo lang iemand binnen de grenzen van de wetgeving blijft, is het mogelijk om manieren te vinden om minder of geen belastingen te betalen. Zowel particulieren als rechtspersonen zijn vrij te kiezen voor de minst belaste weg. Op voorwaarde natuurlijk dat je binnen de wetgeving blijft. Want eens die grens is overschreden, is er sprake van belastingontduiking of fraude. En dat is uiteraard wel strafbaar”, zegt Sven Reynders. Meer zelfs, inbreuken op de belastingwet leiden niet alleen tot administratieve boetes maar worden ook strafrechtelijk vervolgd.
Dunne grens In theorie is de grens tussen belastingontwijking en belastingontduiking duidelijk. In de praktijk is die grens echter dun. In de literatuur worden grosso modo vier technieken van ontwijking beschreven. Een eerste vorm
is ‘onthouding’. “Door niet te roken of geen alcohol te verbruiken, moet je ook geen accijnzen betalen. Een tweede vorm is ‘substitutie’. Door zich een fiets aan te schaffen in plaats van een wagen moet je geen verkeersbelasting betalen en evenmin de be-
FISCALE FRAUDE IN CIJFERS O Uit een studie van de ULB, in opdracht van het ABVV, blijkt dat de fiscale fraude in België zo’n 20 miljard euro per jaar bedraagt. Dat is 6 procent van het bbp. De Nationale Bank van België raamt de fiscale fraude op zo’n 6 à 7 miljard euro. O De fiscale fraude kost elke Belg dus 150 euro per maand. O Fiscale fraude betekent in België vooral zwartwerk. 80% van alle vastgestelde inbreuken in 2009 gingen dan ook over zwartwerk, tegenover 77% in 2008. O De meest fraudegevoelige sectoren zijn de horeca, de
schoonmaak, de kleinhandel en de bouw. O Uit een recente enquête van De Standaard blijkt dat een op vijf Belgen er geen graten in ziet om fraude te plegen om rijker te worden. O Volgens een studie van Deloitte treedt België te laks op tegen fraudeurs. De andere Europese landen zijn heel wat strenger op het vlak van fiscale boetes, verjaringstermijnen en fiscale amnestie. O De strijd tegen bijdrage- en uitkeringsfraude bracht in 2009 zo’n 68 miljoen euro op.
lasting op de inverkeerstelling”, legt Sven Reynders uit. Een derde mogelijkheid is door fysieke ontwijking. “Anders gezegd door te emigreren naar een land met een voordeliger belastingsstelsel”, zegt Sven Reynders. Een vierde en laatste manier van ontwijking is het kiezen van de juridische minst belaste weg, gebaseerd op de contractvrijheid met het oog op een voordeliger belastingsregime. “Een zelfstandige die een vennootschap opricht, kan globaal genomen de fiscale en parafiscale druk doen dalen. Op voorwaarde echter dat de betrokkene ook echt een zelfstandige activiteit uitoefent en niet als schijnzelfstandige actief is. Want dan simuleer je een situatie en is er dus sprake van belastingontduiking”, verduidelijkt Sven Reynders.
Nationale sport Sven Reynders erkent dat belastingontwijking door de hoge fiscale druk bijna een nationale sport is geworden. “Anderzijds vinden vooral grote fraudeurs geen genade meer in de ogen van het publiek. En omdat de grens tussen beide vaak dun is, komt belastingontwijking soms ook in een slecht daglicht te staan. Maar met creativiteit binnen de grenzen van de wet is niets mis.”
“Het standpunt van het Verbond Van Belgische Ondernemingen, VBO, is duidelijk: fiscale fraude moet grondig aangepakt en bestreden worden”,zegt Jean Baeten, hoofd departement fiscaliteit bij het VBO. “Vanuit het oogpunt van bedrijven betekent fiscale fraude immers oneerlijke concurrentie. Bedrijven en sectoren zijn dan ook vragende partij om fraude te bestrijden.” Jean Baeten verwijst naar de nauwe samenwerking tussen sectoren en de belastingsadministratie om oneerlijke spelers aan te pakken. “De strengere aanpak van de belwinkels is er bijvoorbeeld gekomen op vraag van de sector zelf.”
Drijfveren De voornaamste drijfveren voor fiscale fraude zijn de hoge belastingdruk en de torenhoge arbeidskosten. Maar ook de complexiteit van de fiscale wetgeving is een boosdoener. “Al is hier niet altijd sprake van fraude. Door de complexiteit van de wetgeving kunnen er ook ter goeder trouw fouten gemaakt worden”,merkt Jean Baeten op.Daarnaast zijn overal criminelen te vinden, denk maar aan de BTW-carrousels.
Internationale strijd Hoewel de strijd tegen fiscale fraude nooit streng genoeg kan zijn, zijn er de voorbije jaren toch opmerkelijke resultaten geboekt. “Een klassieker in de fraudewereld zijn de BTW-carrousels. Tot voor kort waren die goed voor een miljard euro per jaar. Vandaag is dat nog maar een fractie daarvan. Enkele jaren geleden is een speciale cel opgericht bij de politie, met fiscale specialisten erbij. Zij kunnen proactief ingrijpen. En dat werkt. Ook de BTW-fraude bij de handel in CO2-uitstootrechten is snel en adequaat aangepakt waardoor we in België het verlies hebben kunnen beperkten”,zegt Jean Baeten. Fraude wordt het best op Europees en internationaal niveau bestreden. Een grote stap vooruit op dit vlak is de oprichting van Eurofisc, een Europees netwerk van deskundigen ter bestrijding van BTW-fraude.Niettemin betreurt Jean Baeten dat de focus te veel ligt op fraude in de bedrijfsomgeving. “In België betekent fraude vooral zwartwerk. Dit heeft eerst een weerslag op de sociale ontvangsten,vervolgens op de fiscale ontvangsten.” HILDE VEREECKEN
HILDE VEREECKEN
[email protected]
[email protected]
SEPTEMBER 2010 · 9
EXPERTPANEL Peter De Vos, Mazars Tax Consultants
Gudrun Ghijs CIAC fleet
Patrick Beselaere Belgische leasingvereniging
Vraag 1: In welke gevallen is autolease een goede oplossing?
Autoleasing biedt het voordeel van de keuze tussen een ‘on balance’ formule, waarbij de wagen verschijnt op de balans, en de ‘off balance’ formule waarbij de periodieke leasevergoedingen rechtstreeks ten laste van het belastbaar resultaat worden geboekt. Bovendien bieden de ‘off balance’ leasing en de renting de mogelijkheid om een verhoogde eerste leasetermijn of huurgeld te betalen, wat fiscaal attractief kan zijn. Ook de financiële of bedrijfseconomische voordelen zoals de eliminatie van het risico van de restwaarde van de voertuig en het vermijden van voorfinanciering van de BTW zijn niet onbelangrijk.
Bedrijven die zich willen toespitsen op hun core business hebben er alle belang bij om een operationele leasing te nemen voor hun wagenpark. Binnen deze formule wordt een maandelijks bedrag betaald voor huur, taksen,onderhoud en verzekering van de wagen. Het bedrijf heeft meteen de zekerheid dat de kosten van het wagenpark onder controle zijn, bovendien geniet de klant van een leasingkorting,blijft zijn wagenpark goed onderhouden en staat de leasingmaatschappij in voor alle contacten met de bestuurders en toeleveranciers . De huur van de operationele leasing wordt geboekt als bedrijfskosten en worden niet geactiveerd in de balans. De balansratio’s worden dus niet beïnvloed.
Operationele Leasing is een formule die eerder gebruikt wordt voor grote wagenparken,terwijl financiële leasing vaak wordt toegepast door KMO’s en zelfstandigen. In de totaliteit van het loonpakket blijven het interessante formules. Het ter beschikking stellen van een wagen neemt voor een deel de fiscale druk weg. Bovendien verschaft autoleasing mobiliteit aan werknemers, zonder dat ze daarbij financiële risico’s moeten lopen. Voor bedrijven is financiële leasing bovendien een manier van financiering waar tegenover geen garanties moeten staan.
Vraag 2: In welke mate heeft de recente fiscale hervorming een impact op de car-policy van bedrijven?
De maatregelen zullen bedrijven motiveren om voor hun wagenpark op zoek te gaan naar wagens met beperktere CO2-uitstoot. Louter fiscaal is zowel werkgever als werknemer gebaat met minder mileubelastende voertuigen. Het groene karakter van voertuigen speelt ook een rol bij de raming van de restwaarde, die is van belang bij de bepaling van de huurprijs. Hoe hoger de restwaarde, hoe lager de huurprijs.Leasemaatschappijen zullen sterk vervuilende wagens die binnen enkele jaren einde contract komen, immers niet meer kwijt geraken.
De fiscale hervormingen hebben zeker een impact op het wagenpark. Er wordt weliswaar niet minder geleaset maar duidelijk wel op een andere manier. De CO2-uitstoot van de leasingwagens heeft een belangrijke impact op de fiscale aftrek.Vanaf 1 januari 2010 is het belastbaar voordeel niet langer afhankelijk van de fiscale PK, maar van de CO2-uitstoot en de CO2-coëfficiënt. Dit is bijgevolg een belangrijker parameter bij de keuze van de wagens.
De belastingsregels zijn verstrengd en milieubewuster geworden. Hoe groener een bedrijfswagen, hoe meer je die als bedrijf ten laste kan nemen.Waar je in het vroegere systeem een wagen voor 75 procent kon inbrengen, kan dat nu voor heel milieuvriendelijke auto’s oplopen tot 125 procent. Milieuonvriendelijke wagenparken worden ondertussen gepenaliseerd door een lagere aftrekbaarheid. Werknemers die bij SUV’s en zware motorisaties blijven zweren, krijgen daardoor minder wagen voor hun toegekend budget. Daardoor zijn wagenparken veel groener geworden.
Vraag 3: Heeft de crisis een impact gehad op de sector?
Deze maatregelen op zich lijken mij niet tot gevolg te hebben dat ondernemingen minder wagens aankopen, huren of leasen voor hun werknemers. Maar uiteraard zijn bedrijven, geconfronteerd met de financiële en economische crisis, gevoelig voor hun kostenstructuur.De crisis heeft met andere woorden,veeleer dan de fiscale maatregelen, zijn impact op de sector.
De crisis heeft vooral de vergroening versneld en de kostenbeheersing benadrukt. Dit heeft binnen onze business geen verschuiving van segmenten teweeggebracht. Werkgevers zijn niet plots overgeschakeld naar kleinere modellen maar de klanten zijn wel steevast op zoek gegaan naar voertuigen met zuiniger motoren en een milieuvriendelijker uitstoot. Daardoor merken we dat bedrijfswagens en wagenparken in het algemeen groener en zuiniger zijn geworden.
Bijna alle bedrijven hebben de contracten met hun leasingmaatschappijen gehernegotieerd, zodat auto’s langer bleven rijden. Dit jaar kunnen we daardoor een inhaalbeweging verwachten: meer auto’s dan normaal zullen einde contract zijn. In heel wat gevallen zijn de individuele budgetten door de crisis verlaagd. Omdat bedrijven hun kosten beter onder controle wilden houden, merken we bovendien een verschuiving van operationele naar financiële leasing. Zo konden bedrijven elke kostenpost afzonderlijk onderhandelen met de leveranciers.
M[d[c[d Z_j^[[b f[hieedb_`a
INSPIRATIE ECOLOGIE
EcZWjf[hieedb_`a[i[hl_Y[][[d[l_Z[dj_[_i$ 4$$$mW][dfWhaX[^[[h
FhWaj_iY^X[^[[h[dWZc_d_ijhWj_[l[ efleb]_d]lWdkm[_][dX[Zh_`\imW][di$ 4$$$WWdaeefX[^[[h
Fhe\[ii_ed[[bWZl_[i[df[hieedb_`a[ X[][b[_Z_d]X_`Z[WWdaeeflWdkm le[hjk_][d$
MINDER UITSTOOT
4$$$b[Wi_d]
MW][dfWhaX[^[[hlWdWjejp"pedZ[h _dl[ij[h_d][d_d[[d[_][dÔ[[je\Z[ efleb]_d][hlWd$ 4$$$aehj[j[hc_`defbeii_d][d
J[b$0&/((.++(/ _d\e6Y_WYÔ[[j$X[ mmm$Y_WYÔ[[j$X[
Louter fiscaal is zowel werkgever als werknemer gebaat met minder mileubelastende voertuigen. Het groene karakter van voertuigen speelt ook een rol bij de raming van de restwaarde, die is van belang bij de bepaling van de huurprijs. Hoe hoger de restwaarde, hoe lager de huurprijs.. PHOTO: ISTOCK.COM
SEPTEMBER 2010 · 11
10 · SEPTEMBER 2010 TIP
INZICHT
AANVULLEND PENSIOEN: NIET TE VERSMADEN FISCAAL VOORDEEL OVraag: Op welke manier kan ik fiscaal voordeel halen uit een aanvullend pensioen? OAntwoord: Naast het wettelijke pensioen bestaan nog enkele aanvullende pensioenvormen, die de overheid promoot met vergaande fiscale gunstmaatregelen. De ene formule is nog interessanter dan de andere.
=-9A-3-916/:;)3:-6A126-961-;)6 6--9,-A-4.:;)6,1/-,)6788-6:17-6 /));78:;-4,-4--.;12,=)6#"2))9 >79,;0-;3)81;))4=-9-G-6,=74/-6: 0-; 16/->133-4,- 5))9 =779,-41/- :;-4:-4=)6,-(C+;1-=-9-6;-D -0)4=-,-A-(/->76-1:-9 773 --6 A7/-6))5, (:7+1)4- 34163;0-;6,);/-=)43)6A75))9 -=-6;2-:&!=)60-;6-;;7*-4):; *))916375-6>79,-6/-:;79;-41: -;1:)4/-5--6*-3-6,'A-4.:;)6 0-;A7,);,1-.795<4-=-9841+0;516 ,1/-63912/-6--6-9/*-8-93;>-; :;-6:=)6,-89-51-:;-*-:;-,-6 ;-41238-6:17-6)66--9 A-:;78 ))6A7/-6))5,-:741,)91;-1;:,-3316 8-65-;0<6)+;1=1;-1;-61:-?;9) /-6>);*12=779*--4,--6)9*-1,:76 /-4,,)6773<1;-9:;>-4375 /-:+013;0-1,:,-3316/ 15841+--9;
731:0-;*-4)6/9123;-*-:-G-6,); O Vrij Aanvullend Pensioen ,- >-;/-=-9 /9-6A-6 0--.; /-:;-4, voor Zelfstandigen ))60-;;7;))4*-,9)/89-51-:,);,- -6/7-,*-/161:)44-:A16:,-3-
76--6 &&$#-< :17-6 =779 -4.:;)6,1/-6 - 78 97=779--6:7+1)4- *7<>-9=)6/-*-<9;=1),-*-;)416/ =)689-51-:5-;--65)?15))4*- O Individuele ,9)/=)6%$=)60-;6-;;7*-4):; PensioenToezegging en *))9 *-97-8:16375-6 7-6 )6 Groepsverzekeringen 798 -)54-),-9 97,<+;5)6)/- )):; 0-; 3)6 773 --6 5-6;-4;) 47@, 1.-'B-A-89-51-: 97-8:=-9A-3-916/-67.6,1 A126C:+))4).;9-3*))916,-8-9:76-6 =1,<-4--6:17-67-A-//16/>79 *-4):;16/-6,);))60-;077/:;-A7 Koen Van Gorp /-6))5,(5)9/16)4-;)91-.,);3)6 Teamleader Pro78478-6;7;9<15"-=-6:3<6 ductmanagement Delta Lloyd Life. 6-6,-/-:;79;-89-51-:)4:37:;-6 >79,-6)./-;9733-6=)60-;*-97-8 :16375-6',))9,77957-;-6516,-9 :7+1)4-*12,9)/-6>79,-6*-;))4,6
PRAKTISCH VOORBEELD O Jan is een gehuwde zelfstandige met een bruto belastbaar beroepsinkomen (na beroepskosten) van 25.000 euro. Hij besluit jaarlijks 2.042,50 euro te investeren in een Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen. In dat geval zal hij 5.460,86 euro aan sociale bijdragen moeten betalen, tegen 5.702,00 euro indien hij niet voor de investering zou hebben gekozen. De inkomensbelasting (inclusief 7 % gemeentebelasting) op zijn netto belastbaar inkomen is dan 4.991,20 euro, tegen 5.974,66 euro zonder VAPZ. Kortom: Jan bespaart in totaal 1.224,60 euro, wat neerkomt op 59,96 % van wat hij in zijn VAPZ investeerde.
O Pierre beschikt al langer over een VAPZ. Hij besluit nu ook tot een Individuele PensioenToezegging en kiest voor 7.040,05 euro per jaar. Met een intrest van 3,25 % en een winstdeelname van 0,75 % levert hem dat, na 25 jaar, 233.126,51 euro op. O Henk, daarentegen, koos voor een loonsverhoging van eveneens 7.040,05 euro per jaar. Na aftrek van de sociale zekerheidsbijdrage en de belasting komt dat neer op een netto loonsverhoging van 2.971,97 euro per jaar. Indien Henk dit na 25 jaar aangegroeid zou willen zien tot 233.126,51 euro, zou hij een rendement moeten zien te halen van 8,48% ...
5
Pensioenformules onvermijdelijk bij financiële planning
HAAL PROFIJT PRO PR OFIJT UIT JE PENSIOEN
Wim en Sofie Peirs van renovatiebedrijf Peirs Gebroeders bvba
Aanvullende pensioenvormen in de praktijk
,-6 )./-:47;-6 B-6 >79,; ,779 ,- 8-9:776 *-;))4, 97-8: =-9A-3-916/-67.:,))9-6;- /-6*-;9-G-6--6/-4,7=-9,9)+0; 6))9 >-936-5-9: -67. *-,912.: 4-1,-9:-6,1;=)6<1;,-76,-96- 516/D4-/; 7-6)6798<1;B- >79,-6,)677316/-*7-3;)4:*- ,912.:37:;-6-A-A126).;9-3*))9 =)6 ,- =-6677;:+0)8:*-4):;16/ ))6 &&'A-3-9)4:>-A-=-9/- 4123-65-;--6;9),1;176-4-4776: =-907/16/1:A769-/-416/C:+))4 -9/ ))6;9-33-4123 7=-6,1-6 41/ /-6,-8)9)C:+)4-*12,9)/-6=779 ,1-;>--.795<4-:--6:;<34)/-9 F6/-61-;,-*-/<6:;1/,---6=779 ,-41/--16,*-4):;16/=)6#"7. 16:7551/-/-=)44-6A-4.:78 0-;3)81;))49/-4,;>-4--6=-9 A-3-916/:;)3:=)6!!1;A76,- 916/1:,-(,-3316/16=)41,1;-1;16 ,- >))9 --6 89-51-;)3:=)6 &"/-4,;D -5)?15)4-75=)6/=)6,-A- ))6=<44-6,- 8-6:17-6=795-6 ;- :)5-6-697-8:=-9A-3-916/ -67.3)6=912077/A126<6;7 ;))4*-,9)/>79,;6)5-4123:4-+0;: /-4151;--9, ,779 ,- A7/-6))5,- %9-/-4 -A- 375; -9 /97.>-/ 786--9,);,-:75=)60-;>-;;- 412384<:0-;))6=<44-6,8-6:17-6 <1;/-,9<3;162))99-6;-61-;5--9 5)/*-,9)/-6,)6%=)6,-4)); :;- *-A74,1/16/ =-95-61/=<4,1/, 5-;0-;))6;)42)9-64778*))6-6 /-,--4,,779!
O Van beroeps- naar privévermogen -697-8:=-9A-3-916/-6 0-**-6 /-5--6:+0)88-4123 ,); A- 7647:5)3-4123 =-9*76,-6 A126 5-; ,- 897.-::176-4- *-A1/0-1, ))9 -9 A126 .795<4-: ,1- *-97-8 ,7-6 78 0-; 47<;-9- 891=F=-957 /-6-6-=-6--6:C:+)4-/<6:;9-/1 5-:3-66-6 -5-6>-8-6:17-6 :8)9-6>))9*12,1;2))9;7;%$-< 975)/>79,-6/-:;79;-6>))9=)6 0-;C:+)4-=779,--4 E!=)6 ,1;*-,9)/*-,9))/;7794)6/-;-9 5126:8)9-6 4778; ,1; 78 ;7; % -<97 1-;;-=-9:5),-6 KOEN VANDEPOPULIERE [email protected]
Uw specialist inzake VAPZ
(Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen)
#+"++`WWhb_`ai][c_ZZ[bZh[dZ[c[djel[h'+`WWh #Z[c[[ijleehZ[b_][ÓiYWb_j[_j
k\c'/''0-((0
FOTO: PRIVÉ
IDEALE MIX. De juiste verhouding tussen bedrijfs- en privévermogen verschilt PHOTO: WWW.ISTOCKPHOTO.COM naargelang de personen en hun wensen.
+)9)233/))2&)0%2+5-./,)D331)* *)'7&-.9%67+3)(9)55-',7-2+)2 %5'
336)2 453(8'7 1%2%+)5 &-. )07% 03<(%2/">3:35()267))(61))5 6+53)469)5=)/)5-2+)2 -2+)=)7 7)5?2%2'-)5-2+9%245-9A3253)5)2( +3)(%2,3)9)22%1)0-./)2/)0() -275)67)27):35()2&)7%%0(39)2 (-)2 /822)2 =%%/93)5()56 (%%5 &-.5)/)2)234?6'%0)9335()0)2=3 %06 %*75)/ 9%2 &)0%67&%5) 3253)5)2 ()-2/3167)23*():332&32864 53)469)5=)/)5-2+)2 6 =-.2 +) () )-2(9)59%0(%+ 13)7 ,)7 +)0))2 /)21)5/((335)2/)0)1%5/%27))- ()/%4-7%%02%78850-./:35()27)58+ +)2,)()2)0%2+5-./-632()51))5 &)7%%0( %7 /317 (%2 9%2 () (%7&-.()=)%%29800)2()4)26-3)2 +53)469)5=)/)5-2+ ))2 *35180) (-) 9351)2))2+)0(39)5(5%',740%%76 ?6'%%09))0+8267-+)5-6(%2:%22))5 9-2(79%28-7()9)223376',%42%%5 %2()5) ?2%2'-)5-2+61-(()0)2 =38 45-9A5)/)2-2+)29%2&)(5-.*60)-()56 ()2=-.2-2+)=)7@ )23*:)5/2)1)56%7().8-67)&% 0%26&)(5-.*645-9A9)513+)2-69)5 Terugwerkende kracht 6',-07 2%%5+)0%2+ () 4)5632)2 )2 3/()9335,))2+)45)67))5().%5)2 /31)2-2%%21)5/-2+9335()&)4% ,82:)26)2 0-2+9%2()1%;-1%%0%*75)/&%5)45) Overdragen van winst 1-)6)=)4)5-3()/%22%1)0-./:35 >) +53)469)5=)/)5-2+-6%00)6 ()2-2+)034)29-%&-./31)2()6735 =-26 ))29%2 () +3)(/33467) 1% 7-2+)2"()=3+)2%%1()$&%'/6)59-') 2-)5)2 31 &)(5-.*6:-267 39)5 7) -7/%2-27)5)66%27=-.2:%22))59))0 (5%+)22%%5()45-9A@&)+-27%2 :-267-6+)1%%/7&-.9335&))0(%06+) (5-2))-52%)57453(8'71%2%+)5 930+9%2()9)5/3349%2))2&)(5-.*6 &-.)07% 03<(%2/>)2&5873 +)&38:" &-./31)2() +53)46 :-2679%2)853(-):35(7-2 9)5=)/)5-2+645)1-)6 /822)2 (%2 +)&5%',7 -2 ))2 +53)469)5=) :35()2-2+)&3)/7%06/367:%%5(335 /)5-2+=%02%%00)-2,38(-2+)2 3223(-+ ,3+) &)0%67-2+)2 :35()2 -2,)745-9A9)513+)29%2()=%%/ 9335/31)2 93)5()57)5)',7/31)29335))2&) (5%+9%2-)761))5(%2)853 En uiteraard... %7-6))29)56',-09%260)',76 >39)2(-)2=-.2&)-()453(8'7)233/ %06 &)0)++-2+61-(()0 8-7)567 5)2() 453')27:%7=))5+)5-2+-6@ 5)2(29335:-)-2=-.2?2%2'-B0) Steeds meer vastgoed 40%22-2+ ))2 39)50-.()26()//-2+ 3* )-()%%29800)2()4)26-3)29351)2 9)59%2+-2+6-2/31)2:-0=-.2()7% 5-)9)2 +):3320-./ 9335()0-+)5 :%2 Marc Roosen 2))5()=)+%5%27-)66%1)2+%%21)7 Product ))2 ))2 +53)469)5=)/)5-2+ 3* Manager bij Delta '3275%'7@&)608-7%2(5-2))-5 Lloyd Bank . 2%)57
Kundige financiële dienstverleners zijn het er roerend over eens: met name IPT (Individuele PensioenToezegging) en Groepsverzekeringen maken best een integraal deel uit van de financiele planning van iedere bedrijfsleider. Wat elementaire rekenkunde laat geen ruimte voor twijfel...
GROEPSVERZEKERING “Een VAPZ wordt door de persoon betaald. Groepsverzekeringen daarentegen betreffen een geldoverdracht naar werknemers en/of bedrijfsleiders vanuit de onderneming. Ze zijn dan ook aftrekbaar van de vennootschapsbelasting”, legt Koen Van Gorp uit. FOTO: PRIVÉ
De zaakvoerders van renovatiebedrijf Peirs Gebroeders maken gebruik van verschillende aanvullende pensioenvormen. Maar wat levert hen dat op? Verrassend veel, zo blijkt. )-56)&53)()56&9&%:)5(34 +)5-',7 -2 ! ) 73)21%0-+) &)(5-.*60)-()56 347))5()2 9335 )2/)0) %%29800)2() 4)26-3)2 9351)22 :)5()2%00)%%2 ()0)239)5+)231)2(335(),8- (-+)=%%/93)5()56-1)23?) )-56
Extraatje >)76<67))19%2()+53)469)5 =)/)5-2+/)2()2:)5))(69%2() 9335+%%2()+)2)5%7-)@9)57)073 ?) )-56>3/:-.&)6',-//)2)5 2839)5%27,)7-6))2+3)(6<6 7))1)9)5=)/)5-2+=35+79335 ))2);75%%7.)&-.()4)26-32)5-2+ )27)+)0-./=-.2:)9)5=)/)5(-2 +)9%09%2 7)+)29%00)56 =3%06 %5 &)-(632+)6',-/7,)-( %%5)5-6 1))5340%2-/))29)5&38:-2+ %%2 1-.2 45-9A:32-2+ 4 () ,)0*79%2,)7&)(5%+(%7-/(%%5 9335 13)7 &)7%0)2 =%0 -/ )2/)0 ()-275)67)213)7)2&)7%0)2#,)7 +)0))2()/%4-7%%0=%034())-2( 9)59%0(%+/31)29%2()+53)46 9)5=)/)5-2+ (-) 9CC5 &)0%67-2 +)2:35(7 &)7%%0( %06 /3679%2 326&)(5-.*3/&)6',-/-/39)5 ,)7 5-. %29800)2( )26-3)2 9335)0*67%2(-+)2%7:35(7&) 7%%0(1)745-9A+)0(%*+)753//)2 9%2 1-.2 &)0%67&%%5 -2/31)2 )2(%79CC5&)7%0-2+9%2()63'- %0) =)/)5,)-(6&-.(5%+) 39)2 (-)2=-7))2()+)0-./)-275)6734 &)-()6<67)1)2/()2/(%233/ (%7&)(5-.*60)-()56(-)()5+)0-./) 6<67)1)22-)7-239)5:)+-2+2) 1)2133-)/%26)21-66)2@ KOEN VANDEPOPULIERE
KOEN VANDEPOPULIERE
[email protected]
[email protected]
Groepsverzekering en IPT
(Individuele Pensioentoezegging)
#Ô[n_X[b[efbeii_d][dleehp[b\ijWdZ_][d _dl[ddeejiY^Wf Gewaarborgd inkomen #ij[ha[mWWhXeh][d"efcWWjlWdkmX[he[f _d][lWblWdWhX[_Zied][iY^_aj^[_Z
`e]f@Xdfe`j%Y\nnn%Xdfe`j%Y\
& '()( *% + #
,-./,0+ " " " " "" 23 1 45# / 6
#
#
$
1 ,
"
"
#
!
%
%
"
"
"
!
# "