SECUNDAIR ONDERWIJS Onderwijsvorm:
B-stroom
Graad:
eerste graad
Jaar:
eerste leerjaar BASISVORMING en KEUZEGEDEELTE
Vak(ken):
TV Technologische opvoeding basisvorming keuzegedeelte
Vakkencode:
IT-z
Leerplannummer:
2004/003
6 lt/w 2 of 4 lt/w
(vervangt 2000/105; D/1989/4244/26) Nummer inspectie:
2004 / 4 // 1 / S / BV / 3H / I / / V/08 (vervangt 2004 / 4 // 1 / S / BV / 2H / I / / V/07)
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
1
INHOUDSTAFEL Visie ....................................................................................................................................................................2 Beginsituatie .......................................................................................................................................................3 Ontwikkelingsdoelen...........................................................................................................................................4 Algemene doelstellingen ....................................................................................................................................6 Verkenningsgebieden.........................................................................................................................................7 Leerplandoelstellingen en leerinhouden.............................................................................................................8 Technologisch proces.........................................................................................................................................8 Bouw.................................................................................................................................................................10 Decoratie ..........................................................................................................................................................11 Elektriciteit ........................................................................................................................................................12 Elementair computergebruik.............................................................................................................................13 Hout ..................................................................................................................................................................14 Kantoor .............................................................................................................................................................15 Kunststoffen......................................................................................................................................................16 Land- en tuinbouw ............................................................................................................................................17 Metaal ...............................................................................................................................................................18 Mode.................................................................................................................................................................19 Verzorging ........................................................................................................................................................20 Voeding.............................................................................................................................................................21 Minimale vereiste uitrusting ..............................................................................................................................22 Pedagogisch-didactische wenken ....................................................................................................................26 Begeleid zelfstandig leren ................................................................................................................................39 VOET ................................................................................................................................................................40 Evaluatie ...........................................................................................................................................................41 Bibliografie ........................................................................................................................................................43
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
2
VISIE Technologische Opvoeding (TO) is in de gemeenschappelijke basisvorming een vak voor alle leerlingen. Het beoogt geen vakopleiding, daarom vraagt het een bijzondere benadering zowel op didactisch als op inhoudelijk vlak. De basisvorming heeft tot doel de leerlingen kennis, vaardigheiden en attitudes aan te leren die overdraagbaar zijn om in de samenleving op een zinvolle manier te kunnen functioneren. De centrale elementen van de visie op het vak TO zijn: • te laten kennismaken met de thema’s (contexten, verkenningsgebieden) die in de beroepenvelden van het BVJ aangeboden worden; •
•
•
op technisch verantwoord wijze leren bezig zijn met techniek, dit betekent: -
technisch leren ontwerpen, maken, herstellen, evalueren,
-
in een geëigende taal leren communiceren over techniek,
-
techniek leren herkennen en aanwenden in het dagelijkse leven;
relaties leren leggen tussen techniek, mens en samenleving, dit betekent: -
voorbeelden kunnen geven van de wederzijdse beïnvloeding van techniek en samenleving en deze in historisch en cultureel perspectief kunnen plaatsen,
-
voorbeelden kunnen geven van effecten van techniek op het persoonlijke leven,
-
voorbeelden kunnen geven van de bijdrage van techniek tot duurzame ontwikkeling;
de eigenheid van techniek en van technische beroepen waarderend leren ervaren.
In het 1e leerjaar B is het kennisdomein minder belangrijk. De kennis van begrippen moet beperkt blijven tot wat noodzakelijk is voor de praktische verwezenlijkingen. Bovendien mogen deze begrippen maar aangebracht worden op het moment dat ze noodzakelijk zijn bij de praktische uitvoering. De doe-activiteiten moeten een breed beeld geven van techniek op verschillende terreinen en op verschillende niveaus maar moeten in 1 B vooral aansluiten op de ervaringswereld van de leerlingen.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
3
BEGINSITUATIE Veel leerlingen hebben al kennis en vaardigheden verworven in het basisonderwijs, in het vak Wereldoriëntatie, onderdeel Technologische vorming. Anderen zijn op basis van leeftijd naar het SO overgegaan en hebben een of meer jaren leerachterstand. Veel leerlingen kunnen zich moeilijk concentreren, zijn minder begaafd en helemaal niet theoretisch aangelegd. Vandaar dat de aanpak (ook in TO) verschillend is dan bijv. in de A-stroom: ▪
een geïndividualiseerde aanpak en begeleiding is noodzakelijk (om voor sommigen de latere overstap naar de A-stroom mogelijk te maken);
▪
differentiatie is aangewezen ten einde evt. leer- en vormingsachterstanden te kunnen wegnemen;
▪
intercultureel werken resulteert in respect voor elkaar en positieve attitudes bij het met elkaar omgaan;
▪
aandacht voor het taalgebruik, aandacht voor nieuwe technische begrippen waarmee leerlingen met taalachterstand problemen kunnen mee hebben.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
4
Ontwikkelingsdoelen 1
Ontwikkelingsdoelen voor alle verkenningsgebieden
De leerlingen 1 kunnen de nodige inzichten verwerven, algoritmen (een logisch stappenplan) lezen en handelingen uitvoeren die noodzakelijk zijn in de voorbereidingsfase van de toepassing. 2 kunnen symbolen lezen, die rechtstreeks in verband staan met het gekozen verkenningsgebied. 3 kunnen eenvoudige tekeningen lezen. 4 meten binnen een voor de toepassing noodzakelijke tolerantie. 5 verwerken de grondstoffen juist en bewerken de materialen op een aangepaste wijze. Zij kennen de herkenningspunten, de benamingen en de voornaamste eigenschappen ervan. 6 kunnen bij de opgelegde oefeningen juist, veilig en volgens gepaste regels omgaan met gereedschap, toestellen of apparaten. Zij kennen ook de juiste benaming, enkele mogelijkheden en beperkingen ervan. 7 kunnen onder begeleiding een opdracht voltooien en de kwaliteit controleren en evalueren. 8 kunnen fouten of gebreken die ze gemaakt hebben herkennen, opzoeken en zo mogelijk herstellen. 9 kunnen de stappen in de aangeleerde werkvolgorde toelichten. 10 monteren (demonteren) of construeren of voegen de verschillende delen samen, herkennen de samenhang, benoemen de delen en voeren het geheel precies uit. 11 kunnen duidelijk maken waar de aangeleerde technieken verder kunnen worden toegepast, welke verdere opleidingsmogelijkheden kunnen worden gevolgd en in welke beroepen de aangeleerde vaardigheden van belang zijn. 12 handelen volgens veiligheids-, hygiënische en milieubewuste normen. 2
Ontwikkelingsdoelen per verkenningsgebied 1
De ontwikkelingsdoelen per verkenningsgebied worden niet uitgeschreven in een lijst doelstellingen, maar wel in tabelvorm (zie hierna). Op die wijze wordt tegemoet gekomen aan de samenhang en het transferkarakter van de vooropgestelde ontwikkelingsdoelen. De volgende elf verkenningsgebieden komen aan bod: eenvoudig computergebruik, verzorging, voeding, bouw, elektriciteit, hout, metaal, kunststoffen, schilder- en grafische technieken, textiel, tuinbouw. Eenvoudig computergebruik is bedoeld voor alle leerlingen. Uit de overige tien verkenningsgebieden worden minstens vijf verkenningsgebieden gekozen, waarvan minstens één uit verzorging of voeding en minstens één uit bouw, elektriciteit, hout of metaal.
1
De tabel maakt in bijgaande vorm inherent deel uit van de decretale ontwikkelingsdoelen maar bevat (spijtig genoeg) enkele onvolledigheden en onnauwkeurigheden; bovendien wijkt de terminologie af van deze die in het leerplan gehanteerd worden; ze moet dus met de nodige omzichtigheid geïnterpreteerd worden.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
Verkenningsge Symbolen bieden
Lezen in verband met de toepassingen
Eenvoudig symbolen eigen aan het computergebru gebruikte programma ik
Meet- en aftekenmateriaal
5
Grondstoffen, materialen
Gereedschap en apparaten om
Toepassingsgebieden voor mannen en vrouwen
werkvolgorde
papier
programma's in te lezen, gegevens in te voeren en te verwerken, te printen
kantoorbediende, computergebruiker
Verzorging
vervaldata (medicatie), onderhoudssymbolen van de gebruikte verzorgings- en onderhoudsproducten
gebruiksaanwijzing en thermometer, bijsluiter van de gebruikte weegschaal verzorgings- en onderhoudsproducten
verzorgings- en onderhoudsproducten
zichzelf, hun kleding, hun schoeisel, hun woning te verzorgen
kinderverzorger, bejaardenhelper, schoonheidsspecialist, haarkapper, gezins- en sanitair helper
Voeding
tijd, gewicht, inhoud
eenvoudig recept, keukenweegschaal, bereidingswijze op maatbeker verpakkingen, eenvoudige maaltijdschijf
brood, groenten, melk, bloem, eieren, fruit
kloppen, mengen, roeren, snijden, koken, bakken
kok, bakker, beenhouwer, kelner
Bouw
lengte, oppervlakte, inhoud
3-aanzichten
vouwmeter, rolmeter, waterpas, winkelhaak, schietlood
bakstenen en tegels cf. hun miniatuuruitvoeringen
mengen, samenvoegen, construeren
metselaar, ijzervlechter, betonwerker, grondwerker, bekister, stukadoor, vloerder, tegelzetter, voeger
Elektriciteit
stroombron, geleider, lamp, schakelaar, aarding
schema van een zeer eenvoudige stroomkring
rolmeter, meetlat
batterij, draden en snoeren, lampje, schakelaar, aardingsdraad
ontmantelen, oogjes maken, elektricien, vertinnen, solderen, schroeven onderhoudselektricien
Hout
perspectief 3-aanzichten
rolmeter of vouwmeter, Massief hout meetlat, winkelhaak plaatmateriaal
Metaal
perspectief, 3-aanzichten rolmeter, meetlat, winkelhaak, puntslag, kraspen
Kunststoffen
zagen, nagelen, schuren, boren, lijmen, schroeven
timmerman, dakwerker, schrijnwerker, meubelmaker
Zacht staal, koper of messing, aluminium, tinsoldeer
zagen, hameren, snijden, boren, solderen, knippen, plooien
plaatbewerker, draaier, frezer, lasser, monteur, mecanicien, installateur centrale verwarming en sanitair
perspectief, 3-aanzichten kraspen, meetlat, sjabloon
thermoplasten
zagen, boren, plooien
kunststofverwerker, installateur sanitair, schrijnwerker
verven, ontvettingsmiddelen, reinigen, verven of schilderen, drukker, schilder, behanger verdunningsmiddelen, papier drukken
Schilder- en grafische technieken
veiligheidssymbolen van de gebruikte grondstoffen
gebruiksaanwijzing
Textiel
symbolen op onderhoudsetiketten, vezelsymbolen van de gebruikte grondstoffen
zeer eenvoudig patroon
Tuinbouw
symbolen in verband met de zaai- en hoeveelheid zonlicht, plantvoorschriften tijdstippen voor zaaien, bloeien en oogsten die vermeld staan op de verpakkingen
lintmeter
vezelsoorten, stoffen en draden
naaien, vlechten, knopen, weven
naaister, kleermaker, stoffeerder, wever
meter
teelaarde, zaden, plantgoed
zaaien, planten, verspenen, tuinbouwer, landbouwer, bloemschikken, verzorgen van bloemist, fruitteler, boomkweker bloemen of planten
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
6
ALGEMENE DOELSTELLINGEN •
Kennis maken met een brede waaier van de verkenningsgebieden.
•
Kennis maken met het bewerken en verwerken van grondstoffen en materialen.
•
Kennis maken met gereedschap en apparaten.
•
Techniek herkennen in het dagelijkse leven en in de bedrijfswereld.
•
Voorbeelden kunnen geven van de wederzijdse beïnvloeding van techniek en samenleving en deze in historisch en cultureel perspectief kunnen plaatsen.
•
Leren reflecteren over de mogelijkheden en beperkingen van techniek en de gevolgen ervan voor mens, milieu en samenleving.
•
Leren technische handelingen planmatig uitvoeren volgens het technologisch proces (van logisch denken en ontwerpen naar technisch handelen en uitvoeren).
•
Leren enkele technische handelingen stellen (in werking stellen, aansluiten, besturen, meten, controleren, monteren, demonteren, enz.).
•
Zelfredzaam worden op gebied van de techniek en de praktijk.
•
Leren communiceren in een technische taal en de gepaste symbolen hanteren.
•
Verwerven van technische begrippen en werkingsprincipes die op tal van gebieden van techniek van toepassing zijn.
•
Een waarderende en kritische houding t.o.v. de techniek ontwikkelen.
•
Leren eigen realisaties kritisch beoordelen en die van anderen waarderen.
•
Eigen mogelijkheden en interesses herkennen en ontwikkelen.
•
Attitudes ontwikkelen zoals orde, nauwkeurigheid, doorzetting, veiligheidszin, samenwerking, respect, doorzetting en hygiëne.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
7
VERKENNINGSGEBIEDEN De verkenningsgebieden (contexten) werden zo gekozen dat zij zoveel mogelijk aansluiten op de beroepenvelden van het 2e laarjaar (BVJ). Vermits de in dit leerplan gehanteerde benamingen afwijken van de decretale benamingen worden deze laatste in voorkomend geval tussen haakjes vermeld.
1
Bouw
2
Decoratie (schilder- en grafische technieken)
3
Elektriciteit
4
Elementair computergebruik (eenvoudig computergebruik)
5
Hout
6
Kantoor
7
Kunststoffen
8
Land- en tuinbouw (tuinbouw)
9
Metaal
10
Mode (textiel)
11
Verzorging
12
Voeding
Leeswijzer 1
Elk verkenningsgebied moet samen gelezen worden met het onderdeel “technologisch proces”.
2
Binnen elk verkenningsgebied wordt een aantal projecten gekozen die elk zoveel mogelijk volgens het technologisch proces worden uitgevoerd.
3
De aandachtspunten van dat technologisch proces zijn te beschouwen als een niet-limitatieve checklist waaruit de leraar kan putten. Niet alle opgesomde punten moeten in elk project aan bod komen, hoewel er wordt aanbevolen om telkens na te gaan of alle relevante nevenaspecten, relaties, e.d. wel voldoende behandeld werden.
4
De inhouden van de verkenningsgebieden moeten dus slechts behandeld worden indien zij aansluiten op het gekozen thema, project of toepassing. Er is dus geen sprake van een systematische en opeenvolgende behandeling van de opgesomde onderdelen.
5
Het leerplan is dus te beschouwen als een open leerplan waarbij de doelstellingen (kennis, vaardigheden en attitudes) maar moeten nagestreefd te worden indien zij aansluiten bij het gekozen project.
6
Sommige projecten kunnen in meerdere gebieden ingepast worden en andere zijn “gebiedsoverschrijdend” zodat in dat geval inhouden van verschillende gebieden kunnen geïntegreerd worden.
7
Het verkenningsgebied “elementair computergebruik” neemt een speciale plaats in. Alle opgesomde delen moeten verplicht behandeld worden. Maar ook hier is het de bedoeling dat zoveel mogelijk vaardigheden in andere projecten geïntegreerd behandeld worden. Op die manier wordt het aantal zuivere “computerlessen” tot een minimum herleid.
8
De ontwikkelingsdoelen (OD) moeten verplicht nagestreefd worden. Maar ook hier is er in de meeste gevallen een keuze: als een OD meerdere keren voorkomt (zie OD in de eerste kolom van elk verkenningsgebied), kan de leraar een keuze maken van verkenningsgebied, onderwerp en leerinhoud.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
LEERPLANDOELSTELLINGEN EN LEERINHOUDEN Benaderingswijze van elk verkenningsgebied: het technologisch proces OD
Doelstellingen
Mogelijke leerinhouden
De leerlingen kunnen 1 9
2 3 4
5 6
1 1.1 de diverse stappen van het technologisch proces in een eenvoudige opdracht toepassen; 1.2 de behoefte inzien om een probleem op te lossen; 1.3 het onderscheid maken tussen analyse en uitvoering;
1 • • • • • • • •
Stappenplan Probleemstelling: behoefte om een probleem op te lossen Keuze van het project Schematische voorstelling Werkvolgorde Materiaalkeuze Uitvoering Ingebruikname en test Evaluatie
2 2.1 aan de hand van praktische voorbeelden zoeken naar eenvoudig te realiseren projecten die aansluiten bij hun leefwereld; 2.2 de invloed herkennen van externe factoren zoals mode, culturen, geuren en kleuren; 2.3 een keuze maken van het project rekening houdend met de beperkingen o.a. op het vlak van materiaal en gereedschap;
2
Keuze van het project
• • •
Criteria Externe factoren Beperkingen
3 3.1 een idee d.m.v. een schets verduidelijken (op papier en/of via een tekenpakket op computer); 3.2 enkele veel voorkomende afspraken op tekeningen nakomen; 3.3 de gebruikelijke symbolen in een eenvoudige constructietekening herkennen; 3.4 een tekening lezen en interpreteren; 3.5 een eenvoudige tekening zelf maken;
3 • • • •
Schematische voorstelling Van idee tot schets Afspraken (normalisatie) Lijnsoorten Lezen en interpreteren van tekeningen en schema’s (stukkenlijst en/of symbolen) Aanzichten van werkstukken Ontwerp van de werktekening of het schema
4 4.1 aangeven waarom bepaalde grondstoffen voor het vervaardigen van eindproducten wel of niet geschikt zijn; 4.2 het materiaal kiezen i.f.v. de eisen die gesteld worden aan het eindproduct (uitzicht, vormvastheid, duurzaamheid, bewerkingen, kleurvastheid ...); 4.3 ervaren dat externe factoren de eigenschappen van grondstoffen kunnen veranderen; 4.4 het materiaal, het gereedschap en de machines kiezen in functie van de eisen van het eindproduct rekening houdend met economische factoren;
4 •
• •
• •
•
Keuze van materiaal en gereedschap Verband tussen stofeigenschappen en materiaal Materiaalkeuze Invloed van externe factoren: bijv. warmte, mechanische krachten, vochtigheid, wrijving, elasticiteit, brandbaarheid, warmtegeleiding … Keuze van het gereedschap en/of de machines
8
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
12
5 5.1 veiligheidsmaatregelen in acht nemen; 5.2 vertrouwd zijn met de gevaren die kunnen verbonden zijn aan het behandelen van stoffen, materiaal, toestellen en werkstukken; 5.3 de invloed ervan op het milieu inzien; 5.4 de pictogrammen betreffende de veiligheid herkennen;
5 • •
6 6.1 hun werkpost efficiënt en ergonomisch inrichten; 6.2 de afmetingen van hun ontwerpschets overbrengen op het gebruikte materiaal; 6.3 correct gebruik maken van technische hulpmiddelen; 6.4 een eenvoudige constructie (de)monteren; 6.5 de stappen van de werkvolgorde toepassen; 6.6 onder begeleiding een opdracht voltooien;
6 • •
•
Uitvoering Inrichting van de werkpost Ontwerpschets overbrengen op het materiaal Het gebruik van hulpmiddelen zoals een handleiding, een plan, gereedschap en meetinstrumenten Monteren en demonteren
7 8
7 7.1 fouten en/of gebreken herkennen, opzoeken en evt. herstellen; 7.2 aan zelfevaluatie doen (foutenanalyse); 7.3 hun eigen werk voorstellen; 7.4 het afgewerkt product beoordelen volgens vooraf bepaalde criteria;
7 • •
Evaluatie Procesevaluatie Productevaluatie
11
8 8.1 enkele grote belangrijke stappen in de technische ontwikkeling van werktuigen, materie en technische systemen aangeven; 8.2 enkele voorbeelden van het gebruik ervan in tijd weergeven; 8.3 inzien dat de technische evolutie niet in alle landen even snel is gebeurd en zijn in staat enkele maatschappelijke gevolgen weer te geven; 8.4 enkele verschillen opsommen tussen het gerealiseerde project en het professionele product; 8.5 enkele beroepen opnoemen die te pas komen bij de professionele realisatie van het project; 8.6 het verband leggen tussen technische beroepen en de studierichtingen in het TSO, BSO en HO; 8.7 voorbeelden geven van de gevolgen van de drang naar comfort op de leefomstandigheden van de mens; 8.8 milieubewust omgaan met producten en materialen; 8.9 inzien dat de voorraad grondstoffen beperkt is; 8.10 voorbeelden geven van recycleerbaar materiaal dat in het gerealiseerde project gebruikt werd.
8
Verbanden met de realiteit o.m. Historische context Verschillen in ontwikkeling tussen de industrielanden en de Derde Wereld Gebruik in professionele systemen Soorten beroepen Opleidingsmogelijkheden Relatie met de arbeidsmarkt Kostprijsberekening Ergonomie Comfort Leefomstandigheden van de mens Milieuaspecten Grondstoffenvoorraad Recyclagemogelijkheden
1 5 7 10
• •
•
• • • • • • • • • • • • •
Veiligheid Veiligheidsmaatregelen Veiligheid bij behandelen van stoffen, materiaal, toestellen en werkstukken Milieuaspecten Pictogrammen
9
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
Bouw OD
Doelstellingen
Mogelijke leerinhouden
De leerlingen kunnen 5
6
2 3 4
1 5 7 8 9 10
12
11
1 1.1 de grondstoffen herkennen; 1.2 enkele veel voorkomende isolatiematerialen herkennen; 1.3 enkele toepassingsgebieden opsommen; 2 2.1 de gereedschappen herkennen; 2.2 de gereedschappen correct hanteren en onderhouden;
3 3.1 aan de hand van de symbolen een eenvoudig bouwplan lezen; 3.2 een eenvoudige plattegrond schetsen; 3.3 verhoudingen inzien bij plan of schets; 3.4 enkele metselverbanden herkennen; 3.5 de gebruikte symbolen herkennen;
4 4.1 met behulp van bakens, touwen, lintmeter een rechte uitzetten; 4.2 vaardigheden i.v.m. uitlijning, verticaliteit, horizontaliteit toepassen; 4.3 enkele principes van stabiliteit op een foto of schets herkennen; 4.4 de stappen van de werkvolgorde toepassen; 4.5 onder begeleiding een opdracht voltooien en evalueren; 5 5.1 gereedschap en machines op een veilige manier gebruiken; 5.2 volgens veiligheids- en hygiënische normen werken; 6 6.1 beroepen en toekomstmogelijkheden voor zowel mannen als vrouwen met betrekking tot de bouwnijverheid situeren; 6.2 belangrijke vaardigheden herkennen.
1 • •
2 • •
3 • • • • •
Grondstoffen en materialen Bouwelementen: steen, cement, mortel, plaaster, beton, … Isolatiemateriaal
Gereedschap en machines Meetgereedschap zoals spankoord, vouw- en rolmeter, winkelhaak, schietlood, waterpas,… Handwerktuigen zoals truweel, hamer, mortelemmer, mortelbak, voegijzer,… Tekeningen en symbolen Eenvoudige tekening bijv. een woningplan Metselverbanden Symbolen van binnen en buitenmetselwerk Ruimtelijke voorstelling Projectie: 3 aanzichten
4 • • • •
Praktische realisatie Uitlijning Verticaliteit Horizontaliteit Stabiliteit: draagconstructies bijv. bij bogen en bruggen
5 • •
Welzijn Gevaren aan het gebruik van gereedschap en machines Veiligheidsvoorschriften en bescherming
6 • • • • •
Toepassingsgebieden Metser Stukadoor Vloerder-tegelzetter Voeger …
10
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
11
Decoratie OD 5
Doelstellingen De leerlingen kunnen
Mogelijke leerinhouden
1 1.1 voorbeelden van decoratietechnieken herkennen in hun eigen leefwereld; 1.2 verwoorden wat verstaan wordt onder voorbereiden van ondergronden in functie van decoratief werk; 1.3 de soorten ondergronden herkennen; 1.4 de juiste producten kiezen in functie van de ondergrond; 1.5 de juiste reinigingsmiddelen, lijmen,… kiezen; 1.6 problemen, gevaren en gevolgen tijdens het behandelen van bewerkingsproducten inschatten; 1.7 een verantwoorde keuze van producten en materialen maken rekening houdend met de gevaren en gevolgen voor het milieu;
1 •
2 2.1 correct gereedschap en materiaal kiezen in functie van de uit te voeren werkzaamheden; 2.2 gereedschap op een ergonomische, veilige en verantwoorde wijze hanteren in functie van de uit te voeren werkzaamheden; 2.3 gereedschap op een correcte manier onderhouden;
2 •
2 3 4
3 3.1 een eenvoudige schets of tekening van het uit te voeren decoratiewerk lezen; 3.2 een eenvoudige schets van het uit te voeren werk kunnen maken;
3 • •
Tekeningen en symbolen Ruimtelijk voorstel Projectie: 3 aanzichten
1 5 7 8 9 10
4 4.1 vaardigheden i.v.m. decoratieve technieken toepassen; 4.2 de ondergronden gebruiksklaar maken voor verdere bewerking; 4.3 op de voorbereide ondergrond de gevraagde decoratie aanbrengen;
4 •
Praktische realisatie Toepassing van decoratieve technieken op stoffen, bloempotten, meubeltjes, vazen,…
12
5 5.1 de gevaren voor mens, toestellen en omgeving inzien; 5.2 zich houden aan de veiligheids-, hygiënische en milieubewuste normen;
5 •
•
Welzijn Gevaren verbonden aan het gebruik van grondstoffen zoals verven reinigingsmiddelen, vernissen, beitsen Veiligheidsvoorschriften en bescherming Hygiëne
6 • •
Toepassingsgebieden Behanger, schilder, vloerbekleder Drukker
6
11
6 6.1 beroepen en toekomstmogelijkheden voor zowel mannen als vrouwen in de decoratiewereld situeren.
• • • •
• •
•
Grondstoffen en materialen Ondergronden: steenachtige materialen, metalen, kunststoffen, hout, papier, textiel, … Producten ter voorbereiding van ondergronden zoals primer, plamuur,… Soorten lijmen: behangerslijmen, contactlijmen Reinigingsmiddelen: enkele soorten Afwerkingproducten: verven, beitsen, vernissen, inkten, …
Gereedschap en materialen Gereedschap: kwasten, penselen, verfrollen, spons, doek, plamuurmes, … Materialen: schuurpapier, afschermproducten, tapes, sjablonen,… Meet- en tekenmaterialen: vouwmeter, winkelhaak, schietlood, sjablonen, waterpas, potloden, meetlat, kleurpotloden, viltstiften,…
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
12
Elektriciteit OD
Doelstellingen
Mogelijke leerinhouden
De leerlingen kunnen 5
1 1.1 de verschillende materialen kiezen in functie van het uit te voeren werk;
1 • •
Grondstoffen en materialen Geleidende en isolerende materialen Batterij, draden, snoer, lampje, schakelaar, aardingsdraad,…
6
2 2.1 correct gereedschap kiezen en op een ergonomische, veilige en verantwoorde wijze hanteren in functie van de uit te voeren werkzaamheden; 2.2 de gereedschap op een correcte manier onderhouden; 2.3 elementaire werking van een gereedschap en/of machine waarnemen en de voornaamste onderdelen herkennen; 2.4 bij samengestelde mechanismen de bewegingsoverbrenging herkennen;
2 • • •
Gereedschap en machines Vouwmeter, rolmeter Doormeetapparaat Combinatietang, zijkniptang, ronde bektang, draadstriptang, druktang Schroevendraaiers, elektricienmes Soldeergereedschap Elementaire werking Mechanismen om elektrische energie om te zetten in beweging (tandwielen, riem, ketting, …)
2 3 4
3 3.1 een eenvoudig elektrisch schema maken aan de hand van vooraf gemaakte eenvormige afspraken (symbolen);
3 •
Tekeningen en symbolen Schematische voorstelling van een elektrische kring met aarding
1 5 7 8 9 10
4 4.1 voorbeelden van verschillende vormen van elektriciteitsopwekking opgeven; 4.2 het belang van alternatieve energiebronnen inzien; 4.3 voorbeelden van energieverlies opgeven; 4.4 gegevens zoals spanning en vermogen van lampen en elementaire apparaten aflezen en correct naleven; 4.5 het verband leggen tussen vermogen en verbruik; 4.6 aan de hand van een schema een eenvoudige elektrische kringloop maken en uittesten; 4.7 enkele voorbeelden van een serie en parallelschakeling opsommen;
4 • •
Praktische realisatie Energiebronnen Omzetting van elektrische energie in warmte, beweging en licht Energieverlies De elektrische spanningsbron De componenten van een stroomkring: geleider, verbruiker (lamp), isolator, schakeltoestel en bron Eenheden voor spanning en vermogen Serie- en parallelschakeling
12
5 5.1 voorbeelden geven van gevaren voor mens, toestel en omgeving, verbonden aan elektriciteit; 5.2 de veiligheidsvoorschriften voor elektrische opstellingen naleven;
5 • •
Welzijn Gevaren verbonden aan elektriciteit Reglementering, voorbeelden van AREI (Algemeen Reglement Op De Elektrische Installaties)
11
6 6.1 voorbeelden van huishoudelijke toepassingen opsommen; 6.2 beroepen en toekomstmogelijkheden voor zowel mannen als vrouwen m.b.t. de elektriciteitsnijverheid situeren.
6 •
Toepassingsgebieden Huishoudelijke toepassingen voor bijv. verlichting, verwarming, apparatuur voor de keuken Beroepen uit de sector
• • • •
• • • • •
•
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
Elementair computergebruik (ICT) Doelstellingen OD 1 6 7 8 9 11
De leerlingen kunnen 1 1.1 de computer schematisch voorstellen; 1.2 relaties leggen tussen de verschillende elementen bijv. multimedia (beeld, geluid), Internet (informatie, communicatie), schijf (beweging, opslag, wissen); 1.3 de capaciteit van intern en extern geheugen opzoeken, bijv. in een folder; 1.4 voorbeelden geven van apparaten waar computers ingebouwd zijn; 1.5 de computer correct aan- en uitschakelen; 1.6 de voornaamste delen van het startscherm (bureaublad) herkennen; 1.7 op elementaire wijze werken met het toetsenbord en met de muis; 1.8 een map selecteren en een nieuwe map met correcte naam aanmaken; 1.9 een bestand openen, opslaan (onder dezelfde of andere naam) en kopiëren;
Leerinhouden
1 • • • • • • • •
Computersystemen Blokschema, onderdelen en randapparaten Eenheid voor opslag (byte), opslagcapaciteit Integratie en gebruik van de computer in apparaten Procedures voor het aan- en uitschakelen Onderdelen van het startscherm Starten en beëindigen van een eenvoudig programma Mappen Bestandsbeheer
1 6 7 8 9 11
2 2.1 voorbeelden geven waarbij computers wereldwijd verbonden zijn tot netwerken; 2.2 enkele mogelijkheden van het Internet opsommen, zoals mailen, chatten, downloaden, telebankieren, surfen; 2.3 surfen op het net; 2.4 eenvoudige zoekopdrachten uitvoeren; 2.5 de belangrijkste elementen van een e-mail herkennen; 2.6 een e-mail openen, verzenden en beantwoorden (al dan niet met een aangehecht bestand);
2 • • • • •
Internet Het begrip netwerk Internet: mogelijkheden Webbrowser: navigatie, surfen Zoekinstrument E-mail: elementen, aangehecht bestand, gebruik, adresboek en netetiquette
1 6 7 8 9 11
3 3.1 tekstentiteiten zoals teken, woord, regel, alinea en pagina herkennen; 3.2 korte tekstfragmenten intikken; 3.3 de cursor vlot doorheen de tekst bewegen en eenvoudige tekstwijzigingen uitvoeren; 3.4 gepast reageren op de aanwijzingen van het pakket i.v.m. de spellingscontrole; 3.5 een eenvoudige lay-out toepassen;
3 • • •
Tekstverwerking Tekstentiteiten Intikken Verbeteren en wijzigen: tussenvoegen, selecteren, verplaatsen, kopiëren en verwijderen, knippen, plakken, herstellen Spellingscontrole Opmaak: bijv. weergave (vet), lettergrootte, lettertype, centreren
4 4.1 elementen als cel, rij, kolom, bereik, celadres en (actief) werkblad herkennen; 4.2 rijen en kolommen invoegen en verwijderen en resp. in hoogte en breedte aanpassen; 4.3 de operator som (via de icoon) gebruiken; 4.4 een tweedimensionale grafiek maken.
4 • • • • •
1 6 7 8 9 11
• •
Het rekenblad Structuurelementen Rijen en kolommen Formules: operatoren + en * Standaardfunctie: som Grafische voorstelling
13
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
14
Hout OD
Doelstellingen
Mogelijke leerinhouden
De leerlingen kunnen 5
1 1.1 in hun leefwereld hout herkennen; 1.2 diverse grondstoffen herkennen en toepassen in functie van de realisatie;
1 • • •
6
Grondstoffen en materialen Massief en plaatmateriaal Verbindingsmaterialen zoals lijm, spijkers, schroeven, drevels,… Biologische afwerkingsmaterialen, schuurpapier, kneedbaar hout, beits, boenwas,…
2 2.1 vormgevend, boor- en afwerkingsgereedschap kiezen in functie van de opdracht 2.2 gereedschap herkennen en benoemen; 2.3 gereedschap op een ergonomische, veilige en verantwoorde wijze hanteren in functie van de opdracht; 2.4 de elementaire werking van een gereedschap en/of machine waarnemen en de voornaamste onderdelen herkennen; 2.5 bij samengestelde mechanismen bewegingsoverbrenging herkennen;
2 •
2 3 4
3 3.1 de symbolen in eenvoudige tekeningen aanbrengen; 3.2 een eenvoudige werktekening lezen;
3 • • • •
Tekeningen en symbolen Paringstekens Symbolen i.v.m. het technisch tekenen Ruimtelijke voorstelling Projectie: 3 aanzichten
1 5 7 8 9 10
4 4.1 vaardigheden in verband met de houtbewerking toepassen; 4.2 maataanduiding van de tekening aanbrengen op het werkstuk; 4.3 de stappen van de werkvolgorde toepassen;
4 •
Praktische realisatie Projecten waarbij vaardigheden aan bod komen zoals zagen, boren, vijlen, schuren, …
12
5 5.1 gereedschap en machines op een veilige manier gebruiken; 5.2 volgens veiligheids-, hygiënische en milieubewuste normen handelen; 5.3 de problemen, gevaren en gevolgen herkennen die zich tijdens het aanbrengen van bevestigingsmiddelen en/of afwerkingsproducten kunnen manifesteren;
5
Welzijn Gevaren verbonden aan het gebruik van gereedschap en machines Veiligheidsvoorschriften en bescherming Hygiëne
6 6.1 beroepen en toekomstmogelijkheden voor zowel mannen als vrouwen met betrekking tot houtnijverheid omschrijven;
6
11
• •
• •
Gereedschap en machines Gereedschap zoals kapzaag, houtrasp, houtvijl, houtbeitel, figuurzaag, priem, boor, verfborstel,… Machines zoals boormachine, pyrograaf, verstekzaag, wipzaag, elektrische figuurzaagmachine,… Meet- teken- en controlegereedschap zoals vouwmeter, winkelhaak, verstekhaak, zwaaihaak, potlood, meetlat, kruishout, smetpotlood,… Elementaire werking Mechanismen om elektrische energie om te zetten in beweging (tandwielen, riem, ketting, …)
Toepassingsgebieden Binnenschrijnwerk, buitenschrijnwerk, meubelmaker, interieurbouwer, dakwerker
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
15
Kantoor OD
Doelstellingen
Mogelijke leerinhouden
De leerlingen kunnen 5
1 1.1 de grondstoffen herkennen; 1.2 voorbeelden van hun toepassingsgebied geven;
1 •
Grondstoffen en materialen Papiersoorten, inkt, …
6
2 2.1 gereedschap en machines herkennen; 2.2 gereedschap en machines correct gebruiken; 2.3 de elementaire werking van een gereedschap en/of machine waarnemen en de voornaamste onderdelen herkennen; 2.4 bij samengestelde mechanismen bewegingsoverbrenging herkennen;
2 •
• •
Gereedschap en machines Perforator, nietjesmachine, papierklemmen, schrijfgerief, brievenopener, weegschaal … PC, kopiemachine, rekenmachine, , papierversnipperaar, dicteerapparaat, telefoon, fax, overheadprojector, … Elementaire werking Bewegingsoverbrenging
2 3 4
3 3.1 een schets maken van een kantoorruimte; 3.2 deze ruimtelijk voorstellen; 3.3 een eenvoudige projectie tekenen;
3 • • •
Tekeningen en symbolen Schets van een kantoorruimte Ruimtelijke voorstelling Projectie: 3 aanzichten
1 5 7 8 9 10
4 4.1 een schaalmodel van een kantoorruimte samenstellen; 4.2 de schets van de kantoorruimte overbrengen op computer; 4.3 een verslag maken van het bezoek en hierbij het gepaste gereedschap gebruiken;
4 • • •
Praktische realisatie Bijv. een schaalmodel van een kantoor, een logo of typebrief ontwerpen … Bezoek aan de kantoorruimte op school Bezoek aan een kantoor van een bedrijf
12
5 5.1 ergonomische elementen in een kantoor herkennen; 5.2 de lichtpunten op de meest aangewezen plaats positioneren;
5 • •
Welzijn Ergonomie Verlichting
11
6 6.1 de beroepen, voor zowel vrouwen als mannen, m.b.t. het kantoorgebeuren situeren; 6.2 belangrijke vaardigheden herkennen.
6 •
Toepassingsgebieden Secretaris, boekhouder, typiste, …
•
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
16
Kunststoffen OD
Doelstellingen
Mogelijke leerinhouden
De leerlingen kunnen 5
1 1.1 de grondstoffen herkennen; 1.2 hun toepassingsgebied herkennen; 1.3 voorbeelden geven van het gebruik van kunststoffen in de andere verkenningsgebieden; 1.4 voorbeelden geven van voorwerpen die vroeger in andere materialen gemaakt werden;
1 • • • •
Grondstoffen en materialen Herkomst en geschiedenis Soorten Toepassingsgebieden Kunststoffen als vervanging van andere materialen
6
2 2.1 gereedschap en machines correct gebruiken; 2.2 de elementaire werking van een gereedschap en/of machine waarnemen en de voornaamste onderdelen herkennen; 2.3 bij samengestelde mechanismen bewegingsoverbrenging herkennen;
2 • • •
Gereedschap en machines Plooimachine Elementaire werking Overbrenging van beweging
2 3 4
3 3.1 een schets maken van project; 3.2 het ruimtelijk voorstellen; 3.3 een eenvoudige projectie tekenen;
3 • • •
Tekeningen en symbolen Schets van een ontwerp in kunststof Ruimtelijke voorstelling Projectie: 3 aanzichten
1 5 7 8 9 10
4 4.1 de schets overbrengen op kunststof; 4.2 via proeven de eigenschappen van kunststof ontdekken; 4.3 een verslag maken van een bedrijfsbezoek waar kunststof verwerkt of gerecycleerd wordt;
4 •
Praktische realisatie Project met eenvoudige vaardigheden als plooien Project dat de eigenschappen van kunststof aantoont Bezoek aan een recyclage eenheid
12
5 5.1 kunststoffen onderscheiden die al dan niet via PMD-ophaling kunnen gerecycleerd worden; 5.2 een onderzoek verrichten van de levensloop van een eenvoudig product in kunststof; 5.3 de gevaren inzien bij de verwerking van kunststof; 5.4 elementaire veiligheidsvoorschriften toepassen;
5 • • •
6 6.1 de beroepen i.v.m. kunststoffen situeren; 6.2 studiemogelijkheden opzoeken;
6 • •
11
• •
•
Welzijn Recyclage Levensloop van bijv. een PET fles Gevaren verbonden aan de verwerking van kunststof Veiligheidsvoorschriften en bescherming
Toepassingsgebieden Typische beroepen Beroepen die veel gebruik maken van kunststoffen zoals installateur sanitair, schrijnwerker PVC, isolatie-installateur Studierichtingen
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
Land- en tuinbouw OD
Doelstellingen
Mogelijke leerinhouden
De leerlingen kunnen 5
6
2 3 4
1 1.1 door middel van waarnemingen en proefjes bewijzen dat een plant leeft; 1.2 de factoren die een plant nodig heeft om te groeien, opnoemen; 1.3 een aantal grondsoorten en substraten toepassen in functie v/h project; 1.4 enkele verschillen van een bol en een knol opsommen; 1.5 zaden of sporen op bloemen en planten aanduiden;
1 •
2 2.1 gereedschap herkennen; 2.2 gereedschap correct hanteren en op de juiste manier gebruiken; 2.3 de elementaire werking van een gereedschap en/of machine waarnemen en de voornaamste onderdelen herkennen;
2 •
3 3.1 de verschillende delen bij enkele planten aantonen; 3.2 de informatie op verpakkingen lezen en functioneel toepassen;
3
• •
•
• •
1 5 7 8 9 10
4 4.1 stekken snijden en steken van klimop; 4.2 de opbouw (het vullen) van een zaaiteil uitvoeren; 4.3 de basisregels van de bloemsierkunst hanteren;
4 • • •
12
5 5.1 gereedschap en machines op een veilige manier gebruiken; 5.2 volgens veiligheids- en hygiënische normen handelen;
5 • •
11
6 6.1 de beroepen, voor zowel vrouwen als mannen, m.b.t. het land- en tuinbouwgebeuren situeren; 6.2 belangrijke vaardigheden herkennen; 6.3 teelten onderverdelen in de diverse afdelingen van land- en tuinbouw.
6 •
Grondstoffen en materialen Groeifactoren: licht, lucht, water en temperatuur Substraten en voeding Delen van de plant
Gereedschap en machines Handwerktuigen: zoals: hark, hak, spade, schop, … Elementaire werking
Tekeningen en symbolen i.f.v. het project Schema van een plant met wortel, bollen of knollen, blad, stengel, bloemen, vruchten, zaden of sporen Informatie op verpakkingen: zoals van zaden, bloembollen, spuitproducten, … Praktische realisatie Planten vermeerderen: zoals stekken, scheuren, afleggen, aanaarden en griffelen Planten vermenigvuldigen: zowel met zaden als met sporen Bloemschikken: vb tafelstukje, … Welzijn Gevaren verbonden aan het gebruik van gereedschap en machines Veiligheidsvoorschriften en bescherming Hygiëne Toepassingsgebieden Tuinbouwer: zoals bloementeler, groenteteler, sierboomteler, … Landbouwer: zoals veeteler en akkerbouwer
17
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
Metaal OD
Doelstellingen
Mogelijke leerinhouden
De leerlingen kunnen 5
1 1.1 onderscheid maken tussen ferrometalen en non- ferrometalen; 1.2 de meest courante handelsvormen kiezen in functie van de uit te voeren werkzaamheden; 1.3 corrosiewerende middelen gebruiken in functie van de uit te voeren werkzaamheden;
1 • •
2 2.1 de verschillen tussen meet- en controlegereedschap herkennen; 2.2 meet- en controlegereedschap op een zorgzame manier gebruiken; 2.3 het geschikte gereedschap kiezen in functie van het uit te voeren werk; 2.4 machines op een zorgzame manier gebruiken en onderhouden; 2.5 elementaire werking van een gereedschap en/of machine waarnemen en de voornaamste onderdelen herkennen;
2 • • • •
•
Gereedschap en machines Meet- en aftekengereedschap Controlegereedschap Spangereedschap Verwerkingsgereedschap zoals vijl, metaalzaag, beitel Machines zoals boormachine, plooibank, plaatschaar Elementaire werking
2 3 4
3 3.1 een eenvoudige schets of tekening van het uit te voeren werk lezen; 3.2 een eenvoudige projectie maken;
3 • •
Tekeningen en symbolen Ruimtelijke voorstelling Projectie: 3 aanzichten
1 5 7 8 9 10
4 4.1 maataanduidingen van de tekening aanbrengen op het werkstuk; 4.2 de stappen van een werkvolgorde toepassen; 4.3 onder begeleiding een opdracht voltooien, en evalueren;
4 •
Praktische realisatie Projecten waarbij volgende vaardigheden aan bod komen • met draad: afknippen, rechten, vormen, solderen … • met plaat: aftekenen, af- en uitsnijden, vormvijlen, boren, plooien, vastklinken, schroeven, puntlassen …
12
5 5.1 gereedschap en machines op een veilige manier gebruiken; 5.2 volgens veiligheids- en hygiënische normen handelen;
5 •
•
Welzijn Gevaren verbonden aan het gebruik van gereedschap en machines Veiligheidsvoorschriften en bescherming Hygiëne
6 •
Toepassingsgebieden Beroepen uit de sector
6
11
6 6.1 beroepen en toekomstmogelijkheden voor zowel mannen als vrouwen in de metaalverwerkende nijverheid situeren.
•
•
•
Grondstoffen en materialen Metaalsoorten: ferro / non- ferro Courante handelsvormen zoals plaat, profiel, buis, draad Metaalbeschermende middelen
18
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
Mode Doelstellingen OD 5
De leerlingen kunnen
Mogelijke leerinhouden
1 1.1 verschillende materialen ontdekken; 1.2 de ervan keuze verantwoorden; 1.3 etiketten en labels lezen en verklaren;
1 •
2 2.1 correct gereedschap kiezen en op een ergonomische, veilige en verantwoorde wijze hanteren in functie van de uit te voeren werkzaamheden; 2.2 gereedschap op een correcte manier onderhouden; 2.3 elementaire werking van een gereedschap en/of machine waarnemen en de voornaamste onderdelen herkennen;
2 •
3 3.1 eenvoudige schetsen en/of technische tekeningen lezen; 3.2 een eenvoudig patroon correct tekenen; 3.3 een gekregen patroon juist gebruiken; 3.4 symbolen juist lezen en toepassen;
3 • • •
1 5 7 8 9 10
4 4.1 vaardigheden in verband met mode toepassen; 4.2 stappen van de werkvolgorde toepassen; 4.3 onder begeleiding een opdracht voltooien en evalueren;
4 •
Praktische realisatie Projecten waarbij volgende vaardigheden aan bod kunnen komen: meten, knippen, vlechten, knopen, kleven, weven, vorm zoeken/tekenen, strijken, naaien, leder verwerken, textielverven, appliceren …
12
5 5.1 gereedschap en machines op een veilige manier gebruiken; 5.2 volgens veiligheids- en hygiënische normen handelen;
5 •
Welzijn Gevaren verbonden aan het gebruik van gereedschap en machines Veiligheidsvoorschriften en bescherming
6 6.1 beroepen en toekomstmogelijkheden voor zowel mannen als vrouwen m.b.t. de modenijverheid situeren.
6 •
6
2 3 4
11
• • • • • •
• •
•
•
Grondstoffen en materialen Soorten verwerkbare soepele materialen Vezels, draden, weefsels … Herkomst: natuurlijk, kunstmatig Elementaire eigenschappen Onderhoud Verwerkbaarheid … Gereedschap en machines Meet- en aftekenmateriaal: lintmeter, tekenkrijt, meetlat, tekendriehoek … Verwerkingsgereedschap zoals spelden, naalden, papier- en stofschaar, strijkijzer … Elementaire werking
Tekeningen en symbolen Schetsen Patroon Technische tekening van een werkstuk of detailonderdeel Symbolen: draadrichting, stofvouw, textielsymbolen,…
Toepassingsgebieden Beroepen uit de sector
19
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
20
Verzorging Doelstellingen OD 5
De leerlingen kunnen
Mogelijke leerinhouden
1 1.1 verschillende soorten verzorgings- en onderhoudsproducten in hun eigen leefwereld herkennen;
1 • •
Producten Verzorgingsproducten: verbanden, ontsmettingsmiddelen … Onderhoudsproducten: afwasmiddelen, reinigingsmiddelen, wasmiddelen, wasverzachters, ontkalkers, ontvlekkingsmiddelen …
6
2 2.1 gereedschap benoemen; 2.2 gereedschap kiezen in functie van het gebruik; 2.3 gereedschap gebruiken en onderhouden; 2.4 de elementaire werking van een gereedschap en/of machine waarnemen en de voornaamste onderdelen herkennen;
2 • • • •
Gereedschap en machines Meet- en weeggereedschap Verzorgingsgereedschap Toestellen en apparaten Elementaire werking
2 3 4
3 3.1 informatie op de verpakking lezen en toepassen; 3.2 de verschillende delen bij toestellen en apparaten aanduiden;
3 •
Tekeningen en symbolen Pictogrammen en symbolen op textiel, verpakking en machines
1 5 7 8 9 10
4 4.1 vaardigheden in verband met verzorging toepassen; 4.2 de leefruimten thuis en op school op de correcte manier onderhouden; 4.3 in een praktische toepassing de gepaste materialen kiezen; 4.4 aan de hand van een instructiefiche de opdracht correct uitvoeren;
4 •
Praktische realisatie Zorg voor persoon o persoonlijke verzorging o zorg voor het welzijn o EHBO o huisapotheek Zorg voor leefruimte o elementair onderhoud
5 5.1 gereedschap, machines en producten op een veilige manier gebruiken; 5.2 volgens veiligheids- en hygiënisch normen handelen;
5 •
12
•
• •
11
6 6.1 beroepen in de verzorgingssector opnoemen; 6.2 de noodzaak van een degelijke opleiding inzien; 6.3 belangrijke vaardigheden herkennen en uitvoeren.
6 •
Welzijn Gevaren gebonden aan het gebruik van gereedschap en machines Veiligheidsvoorschriften en bescherming Hygiëne Toepassingsgebieden Beroepenvelden in de verzorgingssector
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
Voeding OD
Doelstellingen
Mogelijke leerinhouden
De leerlingen kunnen 5
1 1.1 voedingsmiddelen indelen in plantaardig en dierlijk; 1.2 de voedingsdriehoek toepassen in de projecten; 1.3 de voedingsstoffen en voedingsvezels onderscheiden en de functie ervan inzien; 1.4 de herkomst van belangrijke ingrediënten situeren; 1.5 enkele voorbeelden geven van het wereldvoedselprobleem; 1.6 verpakkingen en etiketten ontleden; 1.7 de invloed van de reclame beoordelen;
1 • • • • • • •
Grondstoffen en materialen Voedingsmiddelen Voedingsdriehoek Voedingsstoffen en voedingsvezels Productie Wereldvoedselprobleem Verpakking Consumptiemaatschappij
6
2 2.1 meet – en weeggereedschap i.f.v. het project kiezen en gebruiken; 2.2 ander gereedschap om noodzakelijke basistechnieken uit te voeren, correct kiezen, gebruiken en onderhouden; 2.3 de elementaire werking van een gereedschap en/of machine waarnemen en de voornaamste onderdelen herkennen;
2 • •
Gereedschap en materialen Keukenuitrusting Meet – en weeggereedschap: weegschaal, maatbeker, lepel, mespuntje, snuifje … Ander gereedschap i.f.v. de basistechnieken Elementaire werking
1 5 7 8 9 10
3 3.1 vaardigheden in verband met het project toepassen; 3.2 stappen van de werkvolgorde toepassen; 3.3 onder begeleiding een opdracht voltooien en evalueren; 3.4 de eigen bereiding vergelijken met de in de handel verkrijgbare bereidingen qua samenstelling, uitzicht, geur en smaak; 3.5 enkele bewaarmethodes met voor- en nadelen opsommen en toepassen;
3 • • • •
Praktische realisatie Mogelijk project: kruidentuintje, gezond ontbijt, gezond lunchpakket … Bereidingstechnieken Vergelijking van bereidingen Bewaring
12
4 4.1 zelfstandig hun persoonlijke hygiëne verzorgen als voorbereiding van de kookles; 4.2 verantwoord verpakkingsmateriaal kiezen;
4 • • •
Welzijn Hygiëne Veiligheid Milieu
11
5 5.1 beroepen m.b.t. de voedingssector; 5.2 inzien dat een degelijke opleiding noodzakelijk is.
5 •
Toepassingsgebieden Kok, bakker, slager, kelner, traiteur, …
• •
21
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
22
MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN 2 De lessen moeten worden gegeven in een specifiek lokaal, dat voldoende ruim is om de voorziene activiteiten op een pedagogisch-didactisch verantwoorde manier uit te voeren en om groepswerk en differentiatie binnen klas mogelijk te maken. Het hierna opgesomde materiaal zal uiteraard maar noodzakelijk zijn indien enerzijds het verkenningsgebied aan bod komt (zie verder tijdsbesteding) en anderzijds het onmisbaar is voor het gekozen project. Het vereiste aantal stuks van de uitrusting (bijv. 1 per 2 of 4 leerlingen) wordt niet vermeld omdat dit aantal afhankelijk is van de didactische aanpak (bijv. groepswerk, klassikaal werk). Het is echter evident dat elke individuele leerling op een verantwoorde manier moet kunnen beschikken over het vereiste materiaal (bijv. dat er er geen al te lange wachttijden mogen ontstaan tot een machine beschikbaar is. In het bijzonder mogen max. 2 leerlingen tegelijk aan een PC plaats nemen. 1
BASISUITRUSTING
• • • • • • • • • • • • • •
Polyvalente werkbanken Tafels en stoelen Bord Opbergkasten Overheadprojector Elektrische boormachine met statief en set boren Veiligheidsbril en handschoenen Set steeksleutels Schuifmaat (tolerantie 0.1 mm) Poster met veiligheidspictogrammen Afvalsorteerbakken EHBO koffer Lavabo PC’s met Internetaansluiting
2
BOUW
• • • • • • • • • • • • • • • • •
Mortelkuip (klein) Draad en priemen Emmers Truwelen Klauwhamers Mortelschop Diverse plamuurmessen Profielklemmen Regels Steenbeitels Diverse soorten tangen Voegijzer Waterpas Winkelhaken Zandzeef Veiligheidsbril en handschoenen Vouwmeters
2
Inzake veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: Codex, ARAB, AREI, Vlarem. Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden m.b.t. de uitrusting en inrichting van de lokalen en de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel. Zij schrijven voor dat duidelijke Nederlandstalige handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn, alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct kunnen toepassen, de collectieve veiligheidsvoorschriften nooit mogen gemanipuleerd worden en de persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig moeten zijn en gedragen worden, daar waar de wetgeving het vereist.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
3
DECORATIE
• • • • • • • • •
Verschillende soorten verfrollers Cutters Scharen Metalen latten Plamuurmesjes van verschillende dikte Winkelhaken Kwasten van verschillende dikte en vormen Waterpas Sjablonen
4
ELEKTRICITEIT
• • • • • • • • • • • •
Schakelaars Gloeilampen Snoerenset Spaarlampen Zekeringen – automaten Testlampje (kan als oefening door de leerlingen worden gemaakt) Batterijen Veiligheidstransformator Ronde bektang Zijknip-, combinatie-, strip- en kabelschoentang Schroevendraaierset Soldeerbouten (30 à 60 W)
5
ELEMENTAIR COMPUTERGEBRUIK
23
Moderne multimedia computers (de computerlessen kunnen ofwel in het TO lokaal ofwel in de computerklas plaats vinden) met • Internetaansluiting, • een geïntegreerd pakket zoals MS Office (Word, Excel) of gelijkwaardig programma, • een tekenpakket zoals MS Paint of gelijkwaardig programma. 6
HOUT
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Zaag (rugzaag) Elektrische figuurzaag Elektrische schijfschuurmachine Elektrische slijpmolen Elektrische verstekzaagmachine (optioneel) Gecombineerde machine (optioneel) Wetsteen Vijlen en raspen Verstekbakje Schaven Houten hamer Metalen bankhamer 200 g Houtbeitels Priemen Schuurpapier Houtlijm Set schroevendraaiers Spanklemmen Bankschroeven Afteken materiaal Winkelhaak Verfborstels, verf en vernis Houtschroeven, nagels
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
7
KANTOOR
Geen bijzondere uitrusting noodzakelijk. 8
KUNSTSTOFFEN
• • • • • • • •
Plooimachine Schuimkunststofsnijder Set messen Vijlen Beugelzagen Afschrijf –en meetgereedschappen Schuur en poliermateriaal Kunststof lijm –en onderhoudsset
9
LAND- EN TUINBOUW
Eenvoudige middelen zoals plantenbakje en aardappelmesje zijn voldoende. 10 METAAL • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Bankschroef Bankhamer 200 g en 500 g Puntlasmachine (optioneel) Beugelzaag Plaatschaar Tafelplaatschaar Platte vijlen 10” (halfzoet) en 8” (halfzoet en zoet) Ronde vijl 8” (halfzoet), vierkante vijl 8” (halfzoet), driekantige vijl 8” (halfzoet) Griptang Popnageltang Metaalbeitel Kleine plooibank Steekpasser 8” met fijnregeling Gietstalen aambeeld Schuurlinnen Meetlat in roestvrij staal 300 mm (optioneel 1000 mm) Winkelhaak Krasnaald Centerpons Draadsnijset voor inwendige schroefdraad
11 MODE • • • • • • • • • • • •
Latten van 50 cm Tekendriehoeken Gradenbogen Passers Papierscharen Stofscharen Lintmeters Spelden Assortiment naalden Strijkplank(en) Stoomstrijkijzer(s) Naaimachine(s)
24
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
12 VERZORGING • • • • • • • •
Maatbekers Wasmachine Droogrek Strijkplank Strijkijzer Wasbekken Uitgebreid EHBO materiaal Verzorgingsset
13 VOEDING • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Fornuis en oven Kookwekker Keukenweegschaal Maatbekers Kloppers Mixer Deeglepels Spatels Paletmes Aardappelmesje Dunschiller Kookpannen Steelpannen Bakpan Pannenkoekenpan Cakevorm Afvalkom Deegkommen Vergiet Bloemzeef Rasp Gebakroosters Snijplanken in kunststof Fruitpers Soeplepel Onderzetters Stamper Insmeerpenselen Dozenopener Pannenlikkers Tafelservies Kommetjes
25
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
26
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Deel 1: algemeen 1
Organisatorische elementen
Om op pedagogisch verantwoorde en technisch veilige manier het leerplan technologische opvoeding (TO) te kunnen afwerken, zijn volgende voorwaarden vereist: •
twee aansluitende uren in het lessenrooster,
•
groepen van maximaal 12 leerlingen,
•
aangepast TO-lokaal (zie minimale uitrusting).
2
Tijdsbesteding
Dit leerplan bevat leerinhouden voor 6 tot 10 uur per week. Volgende lestijden staan ter beschikking ▪ ▪
basisvorming 6 lestijden per week; keuzegedeelte 2 of 4 lestijden per week.
Voor de basisvorming kiest de school minstens 6 verkenningsgebieden rekening houdend met de beperkingen van de volgende tabel: elke leerling krijgt elementair computergebruik, elektriciteit, verzorging en/of voeding en naar keuze minstens 2 of 3 gebieden uit de laatste groep.
Verkenningsgebied
Min. – max. aantal lestijden
Elementair computergebruik
25 - 50
Elektriciteit
25 - 50
Verzorging Voeding
15 - 50
Bouw Decoratie Hout Kunststoffen Land- en tuinbouw Kantoor Metaal Mode
50 - 100
Totaal
150
Indien via het keuzegedeelte meer uren beschikbaar zijn, zijn deze vrij te kiezen, mits in acht nemen van volgende regels: ▪
het evenwicht tussen de verschillende verkenningsgebieden moet behouden blijven,
▪
er moet rekening gehouden worden met de vervolgopleiding in de school,
▪
bij voorkeur worden een aantal bijkomende verkenningsgebieden gekozen.
In het keuzegedeelte kan aan dezelfde projecten van de basisvorming gewerkt worden, kunnen nieuwe projecten aangepakt worden of kunnen ook bepaalde aspecten uit de basisvorming uitgediept worden.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
27
3
Technologisch proces
3.1
Basisprincipes
•
Elk verkenningsgebied moet samen gelezen worden met het onderdeel “technologisch proces”. Binnen elk verkenningsgebied wordt een aantal projecten gekozen die elk zoveel mogelijk volgens het technologisch proces worden uitgevoerd. Maar niet alle aandachtspunten van dat proces moeten in elk project aan bod komen. Sommige projecten zijn eigen aan een bepaald verkenningsgebied en andere zijn zodanig “gebiedsoverschrijdend” dat inhouden van verschillende verkenningsgebieden geïntegreerd worden. Samenwerking en overleg met andere vakken zoals plastische opvoeding, Nederlands, wiskunde, biologie, wetenschappelijk werk is noodzakelijk om afspraken te maken rond evt. overlappende leerinhouden. Het is aan te bevelen om zoveel mogelijk andere verkenningsgebieden bij het gekozen project te betrekken. Zo zal het steeds mogelijk zijn om elementen van bijv. eenvoudig computergebruik en verzorging bij het project te betrekken.
• • •
3.2
Registratie van de stappen van het proces
•
Het is belangrijk om de verschillende stappen van het proces goed uit elkaar te houden. Registratie ervan zal dit onderscheid herkenbaarder maken. Dit kan gebeuren door gebruik te maken van een digitale camera om alle tussenstappen vast te leggen. Tevens kan de digitale camera gebruikt worden om foto’s te nemen die bij de presentatie van het project kunnen getoond worden of die in het projectdossier worden opgenomen.
•
3.3
Keuze en realisatie van projecten
•
De leraar kan een klasgesprek voeren om te peilen naar de interesses en leefwereld van de leerlingen. Het resultaat kan verwerkt worden in een wandplaat. De leraar zal in functie van de belangstelling van de leerlingen, van de grootte van de klas en van de beschikbare infrastructuur een zo goed mogelijke keuze maken. Hij zal er zich van bewust zijn dat de maatschappij en zeker ook leerlingen snel evolueren zodat activiteiten die 5 of 10 jaar geleden interessant waren, vandaag wel eens als oubollig kunnen overkomen … De projecten kunnen eigen zijn aan een enkel verkenningsgebied of behoren tot meerdere verkenningsgebieden. Hoewel groepswerk en differentiatie sterk aanbevolen wordt, moeten alle leerlingen bij elke fase van de uitwerking van het project betrokken worden. Grondstoffen, gereedschap en technieken worden besproken en aangewend in functie van het project. De theoretische leerinhouden worden enkel aangebracht in functie van de praktische oefeningen. Het is niet de bedoeling om de basistechnieken ten volle te beheersen en de projecten moeten niet tot in de perfectie worden afgewerkt. Enkel die projecten waarvan de prijskwaliteit verhouding realistisch is, worden gerealiseerd. Voor de leerlingen die sneller de opdracht uitvoeren kunnen uitbreidingstaken voorzien worden. De leerinhouden moeten steeds op een eenvoudige en aanschouwelijke manier worden voorgesteld, kort en gestructureerd, aangepast aan het niveau van de leerlingen. In de mate van het mogelijke worden didactische uitstappen georganiseerd. Langdurige repetitieve handelingen zijn te vermijden (bijv. wekenlang werken aan hetzelfde macraméproject).
• • • • • • • • • • •
3.4
Ontwikkelingen in tijd en ruimte
De historische evolutie van materie, werktuigen en techniek alsook de werking van belangrijke technische systemen kunnen door de leerlingen zelfstandig worden opgezocht via een encyclopedie of het Internet. De leerlingen kunnen hierbij gebruik maken van werkbladen. De belangrijkste stappen in de historische evolutie kan op een tijdsband geplaatst worden. De evolutie van de techniek van aangetoond worden met bijv. gereedschap en constructies die door ervaring ontstaan zijn (steen, brons, ijzer, boemerang, boog, piano, fluit, bruggen). Andere systemen vergen een grotere technische kennis (bijv. de ontwikkelingen op het vlak van vervoer). De verschillen in ontwikkeling tussen de industrielanden en de Derde Wereld kan via een videofilm aangetoond worden. Tevens kunnen bepaalde cijfergegevens met een rekenblad nader uitgewerkt worden.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
3.5
28
Studies en beroepen
Om een inzicht te krijgen in de verschillende technische beroepen kan men zich laten leiden door de indeling van de studierichtingen in TSO, BSO en HO. Als oefening kunnen de leerlingen nagaan welke beroepen bij de constructie van een woning, van een toestel (bijv. GSM), van een kast, enz. in aanmerking komen. Allerlei informatie kan door leerlingen opgezocht worden (bijv. statistieken over de verhouding mannen/vrouwen voor een zelfde beroep). Ook kan een videofilm over bijzondere beroepen verhelderend werken. Een gastspreker uit een aanwervingbureau of uit een van de beroepensectoren kan de horizonten verruimen. Een van de beste manieren om de technische beroepen te leren kennen zijn bedrijfsbezoeken. Zo krijgen de leerlingen een exact beeld van die beroepen. 3.5
Schematische voorstelling
De leerlingen oefenen in het lezen van tekeningen en het schetsen van eenvoudige voorwerpen, die met de toepassing te maken hebben. Dit kan bijv. met een tekenprogramma. Daarna schetsen de leerlingen het werkstuk, waarbij het belang wordt aangeduid van juiste afspraken, afmetingen en symbolen bij het tekenen. Er kunnen van het werkstuk ook aanzichten gemaakt worden. Lijnsoorten worden beperkt tot eenvoudige lijnsoorten in functie van het project. Afzonderlijke lessen over technisch tekenen zijn absoluut te vermijden, wat niet belet dat enkele basistechnieken wel apart kunnen aangeleerd worden, bijv. met behulp van een tekenpakket. 3.6
Keuze van materiaal en gereedschap
De materiaaleigenschappen worden enkel behandeld indien ze in relatie staan tot het eindproduct. De leerlingen mogen weten dat grondstoffen, halffabrikaten en afgewerkte producten in 4 hoofdgroepen ingedeeld kunnen worden: mineralen, plantaardige, dierlijke en kunststoffen. Belangrijk is te komen tot de juiste keuze van materiaal door op voorhand de eisen die gesteld worden aan het product te overlopen. Hierbij moet o.a. rekening gehouden worden met de invloed van externe factoren. Het noodzakelijke gereedschap wordt verzameld en benoemd. Veel voorkomende technieken om de eigenschappen van materialen te verbeteren (beschermlaag verf of edeler metaal, behandeling van hout en textiel) kunnen aan bod komen. 3.7
Veiligheid
Er wordt ingegaan op het correct gebruik van het gereedschap en de veiligheidsmaatregelen die in acht genomen worden bij het hanteren ervan. Ook bij het behandelen van de materialen wordt rekening gehouden met de veiligheid. Hierbij wordt de nodige aandacht besteed aan de gevaren die eraan verbonden zijn: giftigheid bij aanraking, inademing, invloed op het milieu, brandbaarheid ... 3.8
Evaluatie
Elke tussenstap wordt door de leerling zelf en door de leraar kritisch geëvalueerd en bijgestuurd. De leerlingen kunnen hun werk zelf voorstellen en evalueren. 3.9
Milieu
Milieuaspecten kunnen aangetoond worden met een bezoek aan containerpark, verbrandings- of afvalverwerkingsbedrijf. Uiteraard gaat zo’n bezoek gepaard met een vragenlijst. Er kan tevens gebruik gemaakt worden van een enquête: welke invloed heeft comfort op de leefwereld van de mens en welke zijn daarvan de gevolgen voor het milieu? Ook het gebruik van de pictogrammen en de milieuaspecten die aan sommige beschermingsmiddelen verbonden zijn, kunnen aan bod komen.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
4
29
Waardering voor de techniek (door meisjes en jongens)
Voor gelijke ontwikkelingsmogelijkheden is het belangrijk dat het pedagogisch klimaat, de didactische werkvormen en de leerstof afgestemd is op de behoeften van de leerlingen. De leerkracht kan invloed uitoefenen op: • • •
persoonlijkheidskenmerken: waaraan schrijft de leerling falen en mislukken toe, het zelfconcept en de succesverwachting; de waardering en de beleving van techniek: het gaat hierbij om het plezier, de moeilijkheidsgraad, de inzet en het verwachte nut; de toekomstige beroep- of studierichtingkeuze.
De leraar moet er zich in elk geval van bewust zijn dat de verschillen tussen jongens en meisjes hoofdzakelijk draaien rond cultuurbepaalde aspecten. Belangrijk is dat meisjes ervaren dat techniek heel fijn kan zijn en dat een technisch beroep of een technische hobby ook een interessante mogelijkheid kan zijn. De leerkracht moet zelf ervan bewust zijn dat techniek even belangrijk is voor meisjes als voor jongens en verwachten dat meisjes met evenveel motivatie deelnemen aan de lessen. Een leerkracht handelt probleembewust als hij of zij: • • • •
rolpatronen die op sekse zijn gebaseerd, signaleert en tracht te doorbreken; rekening houdt met verschillen in voorschoolse socialisatie van meisjes en jongens; meisjes en jongens gelijk behandelt; rekening houdt met de verschillen in leerstijl.
Een leeromgeving is gunstig voor zowel meisjes als jongens indien aan volgende kenmerken voldaan wordt (is dat bij één of méér niet het geval worden doorgaans meisjes meer benadeeld dan jongens): • • • • •
een klimaat in de klas waarbij iedere leerling de mogelijkheid krijgt om zich te ontplooien; wisselende werkvormen; aandacht voor individuele behoeften; een duidelijke structuur in de les; een aantrekkelijke materiële omgeving.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
30
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Deel 2: wenken per verkenningsgebied 1
Bouw
•
Projecten worden gekozen in functie van de verschillende basistechnieken en materiaalverwerking: gips, mortel, beton, cement, voegspecie,… Het herkennen van materialen moet in de praktische situaties aangeleerd worden. Wanneer men in de mogelijkheid is verschillende werkstukken te maken, zou het leerzaam zijn telkens andere materialen te gebruiken. De materiaalkennis beperkt zich tot de oorsprong van steen en zand. De eigenschappen van de verschillende soorten steen worden aangetoond tijdens de praktische oefeningen met behulp van de verwerkingsgereedschappen. Het belang wordt aangetoond van het correcte gebruik van bindmiddelen en afwerkingsmaterialen. De verhardingstijd van bindmiddelen proefondervindelijk aangetoond worden. Het tekenen beperkt zich tot het tekenen op schaal van een eenvoudige plattegrond van het klaslokaal(garage) en het kunnen lezen van een plattegrond van een eenvoudige woning. De belangstelling van de leerlingen zal gewekt worden als een ruime keuze van didactisch materiaal aanwezig is (baksteen, natuursteen, bindmiddelen, isolatiemateriaal …). Het bezoek aan een bouwmaterialenhandelaar en of bouwwerf is aangewezen. Bij een rondgang in de schoolgebouwen kunnen de leerlingen de bouwmaterialen inventariseren en kort omschrijven. Al naargelang de doelgroep is het mogelijk uitdiepingsopdrachten (metselwerken) te voorzien. Bij een heterogene groep zijn enerzijds gedifferentieerde oefeningen mogelijk maar is het raadzaam zich te beperken tot éénvoudige werkstukken waar een aantal basisprincipes rond de verwerking van kleine bouwmaterialen hun toepassing vinden. Aandacht wordt besteed aan de gevaren verbonden aan het niet correct gebruiken van gereedschappen en materialen (bijv. het gebruik van kalk en cement) en tevens rekening houden met orde en hygïene.
• • • • • • • • • • • •
2
Decoratie
•
Er kan een zoekopdracht in de school georganiseerd worden waar de leerlingen verschillende ondergronden moeten proberen te ontdekken, herkennen en benoemen Projecten moeten aansluiten bij de leefwereld van de leerlingen (te ontdekken met bijv. een brainstorming). Bij de keuze van de projecten wordt rekening gehouden met de prijs/kwaliteit verhouding. Samenwerking met andere vakken zoals plastische opvoeding, mode, kunst … is noodzakelijk. Coördinatie met andere verkenningsgebieden is aan te bevelen, bvb. het plantenbakje in land- en tuinbouw en hout, bedrukken van textiel in mode, sjabloneren in mode, opzoeken van informatie in elementair computergebruik. Een bezoek aan een decoratiewinkel kan georganiseerd worden met een opdrachtenblad met een aantal observatietaken en –vragen.
• • • • •
3
Elektriciteit
•
De componenten van een stroomkring kunnen geïllustreerd worden met voorbeelden uit de leefwereld van de leerlingen: elektrische apparaten zoals keukenapparaten, strijkijzer, elektrische radiator, elektrisch boormachine, enz. De praktische demonstratie gebeurt met behulp van een didactische opstelling (laagspanning). Zowel statische (batterij) als bewegende (fietsdynamo, centrale) energiebronnen worden toegelicht. Onderscheid wordt gemaakt tussen geleidend en isolerend materiaal: b.v. batterij, draden, snoeren, lampje, schakelaar, aardingsdraad. Serie- en parallelschakeling: zowel oude (serie) als nieuwe (parallel) kerstboomverlichting. Enkele veilige en onveilige situaties in eigen leefomgeving kunnen aangehaald worden met voorbeelden van preventieve maatregelen.
• • • • •
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
• • • •
4
31
Omzetting van energie kan besproken worden met eenvoudige demonstraties en met toepassingen uit het dagelijkse leven (verbranding, warmteontwikkeling, elektrische energie, elektriciteitscentrale). De leerlingen kunnen ervaren dat bij omzetting van energie veel energie verloren gaat (bijv. bij een boormachine, mixer, stofzuiger, auto, manuele zaag) en dat moderne toestellen hiermee rekening houden (bijv. het verschil tussen gloeilamp en spaarlamp). Met eenvoudige experimenten kan men statische elektriciteit en de krachtwerking tussen ladingen aantonen: afbuigen van een waterstraal, aantrekken van lichte voorwerpen, folie voor een TV-scherm. Schakelingen kunnen gedemonstreerd worden op een didactisch paneel: bron - schakelaar (drukknop) - verbruiker (lamp), schakeling met lampen, schakelaars en drukknoppen (serie en parallel), demonstratie van wat gebeurt indien een van de lampjes defect is.
Elementair computergebruik
De basisvaardigheden worden aangeleerd met het doel deze geïntegreerd te kunnen toepassen in andere onderdelen van de leerstof. Zo kan de computer gebruikt worden om • • • •
informatie op te zoeken over technische systemen (evolutie, ontwikkeling, beroepen); educatieve programma’s op zelfstandige manier te gebruiken (over bijv. kracht en beweging of zelfs elektrische kringen en poorten); een schema van een werkstuk te tekenen; een verslag te maken van een praktische toepassing.
De leraar moet de leerstof aanbrengen via zinvolle oefeningen die in directe relatie staan met technologie, het aantal lessen over ICT tot een minimum te beperken en de overige vaardigheden gaandeweg geïntegreerd in de praktische toepassingen behandelen. Voor de lessen tekstverwerking is het van belang dat de leerlingen teksten intypen met correcte lay-out: • •
bijv. het consequent gebruik van 6 pt. alineawit (volgens de aanbevelingen van het Bin-boekje, zie bibliografie); nooit meer dan één spatie, nooit meer dan één alinea-einde, nooit meer dan één tabuleeropdracht na elkaar intikken.
Het spreekt vanzelf dat de leerlingen hiertoe moeten gebruik maken van documenten, opmaakprofielen of aan sjabloon die vooraf door de leraar werden voorbereid. Er kan een van de volgende werkwijzen gehanteerd worden: • • •
de leerlingen tikken enkel een tekst in als aanvulling op een document dat zich al in de correcte lay-out bevindt; het standaard opmaakprofiel wordt vooraf door de leraar aangepast; elk nieuw document wordt gecreëerd vanuit een eigen sjabloon met correcte opmaak dat ter beschikking van de leerlingen gesteld wordt.
Deze afspraken zijn belangrijk i.v.m. het verder gebruik van de tekstverwerker in de 2e graad.
5
Hout
• •
Bij de keuze van de projecten wordt uitgegaan van de leefwereld van de leerlingen. Projecten worden gekozen in functie van de verschillende basistechnieken: zagen, boren, vijlen, schuren, lijmen, afwerken … Het herkennen van materialen moet in een praktische situatie aangeleerd worden. Wanneer men in de mogelijkheid is om verschillende werkstukken te maken, is het leerzaam telkens andere materialen te gebruiken. De materiaalkennis beperkt zich tot de oorsprong van hout, de invloed van de houtstructuur op de eigenschappen en het gebruik van de bewerkte houtsoorten. De eigenschappen van hout worden aangetoond tijdens de praktische oefeningen met behulp van eenvoudige proeven in verband met uitzetten, krimpen, kromtrekken en splijten. Het belang wordt aangetoond van het correcte gebruik van houtbeschermingsmiddelen en afwerkingsmaterialen (met het onderscheid tussen binnen- en buitenafwerking). Het gebruik van gereedschappen moet op een verantwoorde en veilige manier aangeleerd worden. Aandacht wordt besteed aan de gevaren welke verbonden zijn aan het gebruik van gereedschappen en materialen (bijv. bij het gebruik van lijmen).
• • • • • • •
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
32
6
Kantoor
• •
•
Als voorbeeld van een simulatieoefening kan de klas ingericht worden als kantoorruimte. Een bezoek aan een kantoor (bijv. in een bedrijf of in de school) kan gebeuren met een checklist waarop de leerlingen de gebruikte uitrusting kunnen aanduiden, nagaan in hoever ergonomische elementen als positionering van de werktafels, verlichting, plaats van de computerschermen worden opgevolgd. Het gebruik van catalogi met kantoormeubelen kunnen in een opdracht geïntegreerd worden.
7
Kunststoffen
•
•
Het toenemend belang van kunststoffen wordt aangetoond door vergelijking van de toestand nu met deze van vroeger waar andere materialen gebruikt werden. Het recyclageproces kan aangetoond worden met behulp van didactisch materiaal van bijv. OVAM of van sommige intercommunales. Bedrijfsbezoeken kunnen georganiseerd worden. In veel andere verkenningsgebieden wordt ook gebruik gemaakt van kunststoffen zodat ook daar een en ander kan toegelicht worden. De praktijkoefeningen blijven beperkt tot eenvoudige plooi-, snij-, boor en zaagoefeningen.
8
Land- en tuinbouw
•
•
Via het houden van planten in de klas kunnen een aantal doelstellingen rond het verzorgen en vermeerderen gerealiseerd worden. Bij zaaioefeningen gebruikt men best zaden die snel kiemen zoals tuinkers, Tagetes (Afrikaantje), … Tuinkers kan men ook perfect zaaien op doeken (geen teelaarde nodig). Harde zaden zoals bonen en erwten best 24 uur voor het zaaien laten weken in water. Bij snelkiemers en voorgeweekte zaden zal er kieming zijn na ongeveer 2 à 3 dagen. Stekken kan men best nemen van planten die snel wortelen, zoals Hedera, Saxifraga en Chlorophytum. Het maken van een herbarium is niet aangewezen. Een aantal planten zijn beschermde planten! Stadsparken zijn uitermate geschikt om boomfiches te maken. Veelal zijn de inheemse bomen daar gemakkelijk te vinden omdat ze deel uitmaken van een verzameling. Indien de school over een tuintje beschikt dan is samenwerking mogelijk met de vereniging ‘Landelijke gilde’. Deze zorgen bij inschrijving van het project voor een gratis starterpakket met o.a. hark, spade, gieters, pootstok, weerstation, plastiek tunnel, zaden, bollen en knollen, en nog veel meer. Veel land- en tuinbouwbedrijven en – scholen stellen graag hun domein open voor een bezoek.
9
Metaal
• •
Er kan uitgegaan worden van door de leerlingen gekende voorwerpen uit verschillende metaalsoorten. Uitzicht, hardheid, veerkracht, vervormbaarheid, geleidbaarheid voor warmte en elektriciteit, corrosiebestendigheid … wordt aangetoond met behulp van eenvoudige experimenten. Informatiebronnen zoals bijv. catalogi, bibliotheek, Internet … kunnen gebruikt worden. Handelsvormen zoals draad, plaat en profielen worden besproken en aangetoond met behulp van stalen. Het begrip “corrosie” wordt uitgelegd met behulp van een proefopstelling. Er kan ook een vergelijking met de houtbehandeling gemaakt worden. Veilige en onveilige situaties in eigen leefomgeving worden geïdentificeerd met de corresponderende preventieve maatregelen. Het belang van het schatten en het inzien van verhoudingen wordt aangetoond d.m.v. eenvoudige opdrachten bijv. het tekenen (zonder meetlat) van een lijnstuk van een bepaalde lengte. Wanneer men verschillende werkstukken kan maken, is het leerzaam telkens andere metalen te gebruiken.
• • •
•
• • • •
• • • • • •
10
Mode
• •
Verzamelen van soepele materialen: stalen, documentatie,… Verschillende grondstoffen en hun eigenschappen ontdekken : door gebruik, stalen vergelijken,….
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
• • •
33
Herkomst van grondstoffen ontdekken aan de hand van eenvoudige brandproefjes door leraar uitgevoerd. Soorten etiketten vergelijken naar gebruik en onderhoud. Verschillende technieken om een werkstuk af te werken vergelijken (bijv. knippen van textiel vergelijken met knippen van metaal of kunststof).
11
Verzorging
• •
• • •
Aandacht wordt geschonken aan het onderhoud van het klaslokaal na elke praktijkoefening. De inhoud van de apotheekkast thuis, op school of van de auto kan genoteerd worden, besproken en vergeleken. Het belang van de persoonlijke verzorging wordt beklemtoond (bijv. het gebruik van tandzijde, tandplaqueverklikkers, nagel knippen, bokkenpootjes). Het CLB-personeel kan een zinvolle bijdrage leveren (bijv. over vorm van een voordracht). Reclamefolders kunnen klassikaal besproken worden. Videofilms over verzorging kunnen verhelderend zijn.
12
Voeding
• • •
Coördinatie met collega’s van andere vakken is absoluut nodig, vooral i.v.m. de voedingsdriehoek. De recepten worden geanalyseerd. Projecten worden gekozen i.f.v. de verschillende basistechnieken zoals kloppen, mengen, roeren, snijden, koken, bakken, schillen, raspen, stoven, mixen … rekening houdend met het principe van de voedingsdriehoek. Zoveel mogelijk worden verbanden gelegd naar de andere verkenningsgebieden. Verschillende verkenningsgebieden kunnen geïntegreerd worden rond 1 project. Er wordt rekening gehouden met HACCP.
•
• • •
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
34
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Deel 3: mogelijke activiteiten en projecten 1
Bouw
• • • • • • • • • • • • •
Met eenvoudige materialen een 3D-model maken van een huisje, kamer, … Met constructiemateriaal een stelling of brug bouwen. Metselverbanden simuleren met blokjes. Enkele tegels op een zandbedje waterpas leggen. Experimenteren met isolatiemateriaal (geluid en warmte). Tegeltjes kleven en integreren in een ander werkstuk (onderlegger, tabletje) In beton, mortel figuren maken met behulp van een mal (bekisting) Via een eenvoudig cad-programma het grondplan van een deel van de eigen woning tekenen. Met constructiemateriaal een stelling of brug bouwen. Metselverbanden simuleren met blokjes. Enkele tegels op een zandbedje waterpas leggen. Experimenteren met isolatiemateriaal (geluid en warmte). Hoe een zolderkamer isoleren tegen warmte, geluid … (bouw van een schaalmodel met simulatie van de warmtebron met bijv. een lamp). Warmte-isolatie: vergelijkende experimenten met blikjes in verschillende kleur. Met constructiemateriaal (k’nex, lego …) een overspanning maken (stelling, brug … ). Proefjes rond weerstand tegen vervorming, doorbuiging … (proef met een meetlat). Doe-het-zelf bouwplannen om met eenvoudige materialen een ophanging (brug of tent) te bouwen (bron: Prim-Ed Publishing en Collins, zie bibliografie). Geluidsisolatie: experimenten met een luidspreker in een doos / geïsoleerde doos … Constructie van een watertoren met zelf te verzamelen materiaal: waterpomp, slang, reservoir (bron Verto).
• • • • • •
2
Decoratie
•
• • •
Placemats maken in het verkenningsgebied mode en bestempelen in het verkenningsgebied decoratie. Servettenhouder, juwelenkistje, brievenhouder, bureauautootje … (uit andere verkenningsgebieden) afwerken in decoratie gebruik makend van verschillende schildertechnieken. Kleine meubeltjes restaureren met technieken zoals sjabloneren, stempelen, decoupage … Keramiektegels beschilderen. Speciale effecten creëren op muren, kaders, wandpanelen … met behulp van volgende technieken: slepen, kammen, wikkelen, sponsen … Beschilderen en bedrukken van bloempotjes en vazen. Vakgebiedoverschrijdend project: maken van een lamp. Indien praktisch realiseerbaar een schoollokaal decoreren.
3
Elektriciteit
• • • •
Voorbeelden van omzetting van energie: • • • •
dynamo van een fiets, zonnepaneeltje, windmolentje, waterrad.
Elektrospel Bron
Vanneste bvba
Doel
Bevestigingstechniek, handigheid in het ontmantelen, bouw van een stroomkring
Inhoud
Stroomkring met bron en lamp (eventueel LED) en geleiders.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
35
Serie en parallelschakelingen van lampen Bron
Vanneste bvba
Doel
Aantonen serie en parallelschakeling van lampjes.
Inhoud
Paneel met lamphouders, schakelaars, bron.
Zaklamp Bron
Vanneste bvba
Doel
Monteer en demonteeroefening van een zaklamp; openingen boren voor schakelaar, lamp en kap; elektrische stroomkring maken en bevestigen
Inhoud
Plastic doos met alle vereiste onderdelen
Kerstboom Bron
VZW Verto
Doel
Beschermen van materie en maken van een stroomkring.
Inhoud
Houten kerstboompje met voorgeboorde gaatjes, 10 ledjes, schakelaartje en een batterij.
Zonnekoffer Bron
Provincie West-Vlaanderen Dienst natuur en milieu–educatie (enkel leverbaar aan scholen uit West-Vlaanderen)
Doel
Experimenteren en ervaren welke mogelijkheden de zon ons al dan niet biedt. Verschillende onderdelen herkennen.
Inhoud
Elektrische kabels rood en zwart, zonnepompen, contrastekkers, zonnecellen SOL4, multimeter, thermometers, koperbuis, enz…
Behendigheidstoestel Bron
Vanneste bvba
Doel
Een elektrische stroomkring als spelelement gebruiken.
Inhoud
Geleiders ontmantelen, realisatie in een stroomkring: bron – lamphouder – handvat – geleiders.
Edison… Wondere wereld van de elektriciteit Bron
Uitgeverij Die Keure
Doel
Opbouwen van stroomkringen
Inhoud
Software (Windows) met simulatie van een laboratorium om te experimenteren met 3Dcomponenten (je kan lezen, zien en horen wat er gebeurt).
4
Hout
• • • • • • • • •
Kerstboom (zie hoger). Brievenhouder, CD-houder, koffiefilter. Nestkastje, cactusrekje. Flessenopener (is eveneens een werkstuk metaal) Vuurtoren (combinatiewerkstuk hout-elektriciteit-metaal) Puzzel Bureauset (vrachtwagen) Memohouder Boekensteun
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
5
36
Kantoor
Zie methodologische wenken.
6
Kunststoffen
• •
Inzicht verwerven in het vervaardigingproces van kunststof (materiaal zelf te verzamelen: melk, azijn, vormpje). Plooien van kunststof tot een agendaklem, een kadertje …
7
Land- en tuinbouw (bron: KTA Tuinbouwschool Melle)
Stenen plantentrog Doel
Samenstellen van een plantenbak.
Inhoud
Stappenplan volgens technologisch proces. Werken met materialen afkomstig uit de verschillende verkenningsgebieden (kunststof, metaal, bouw en tuinbouw)
Leerpad “Bomen van bij ons” Doel
Kennismaking en herkenning van bomen van bij ons
Inhoud
Stappenplan tot het samenstellen van boomfiches
Leerpad “Groeifactoren” Doel
De elementen die nodig zijn om planten te laten groeien, zelf ontdekken
Inhoud
Ontdekkingstocht in de school (K.T.A. Melle)
Leerpad “Op speurtocht” Doel
Welke afdelingen en aanverwante beroepen zijn er in het verkenningsgebied Tuinbouw.
Inhoud
Ontdekkingstocht in de Tuinbouwschool K.T.A. Melle
Leerpad “Planten vermeerderen” Doel
Hoe planten vermeerderen (praktisch)
Inhoud
Overzicht van de diverse vermenigvuldigingsmethoden en vermeerderingsmethoden bij planten
8
Metaal
• • • • •
Pennenhouder Boekensteun Windhaan Sierstukken Hengelsteun, zinken bakje, kruiwagentje (cf. www.klascement.be)
9
Mode
• •
Batik ontwerp Pennenzak
10
Verzorging
• • •
Maken van zeep (cf. www.vanderleden.be) Geurzakje Zie ook de methodologische wenken
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
11
Voeding
• • • • • • • • • •
Broodje gezond met een kopje thee of oploskoffie Fruitsalade Pudding of room Cake Messinaroom (platte kaas met fruitsalade) Omelet of spiegelei Vergelijkende studie van soep: zelf bereide soep, soep uit blik, diepvriessoep, soep uit een zakje, minuutsoep Croque monsieur Groenteschoteltje Totaalproject voeding (KTA Ensorinstituut, Oostende)
12
Technische systemen en processen
Uitvindingen-3D Bron
CD Kijk zo werkt het
Doel
Werking van technische systemen
Inhoud
Opent de wereld van de technische hoogtepunten en geeft veel informatie over de uitvindingen; begeleid door videoanimaties met gesproken tekst, illustraties en duidelijke teksten.
13
Milieu
Waterzuivering Bron
VZW Verto, Novum (zie bibliografie)
Doel
Inzicht verwerven in het waterzuiveringsproces door water van verschillende oorsprong te zuiveren.
Inhoud
Materiaal zelf te verzamelen: geperforeerde fles, papierfilter, watten, zand, houtskool, keien, steengruis, emmers van verschillende grootte.
Luchtbezoedeling Bron
Novum (zie bibliografie)
Doel
Test van de graad van luchtbezoedeling
Inhoud
Materiaal zelf te verzamelen: drinkbeker ingesmeerd met vaseline.
Zure regen Bron
Novum (zie bibliografie)
Doel
Aantonen wat zuur kan aanrichten en zuurtegraad meten
Inhoud
Verschillende stoffen in bokalen met azijn leggen; meetmiddel: rode kool.
Papierrecyclage Doel
Inzicht verwerven in het recyclageproces van papier.
Inhoud
Materiaal zelf te verzamelen: oud papier, doeken, behanglijm, wasknijpers.
37
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
14
38
Voorbeelden van projecten met verschillende verkenningsgebieden
Decoratieve pop volgens een bepaald thema (bron: Katrien Foutreyn, KTA Groenkouter St. Amandsberg) COÖRDINATIE met - taal: woordenlijst - PO: afwerking onderdeel hout en voeding - natuurwetenschappen: hout, sorteren van afval
METAAL - gebruik als grondstof - technieken - gereedschap
ELEMENTAIR COMPUTERGEBRUIK - tekstanalyse: wat is er nodig aan hardware? - Internet browser - tekstanalyse: nodige sofware (tekstverwerker, tekenpakket)
TECHNISCH TEKENEN - bladformaten - doel TT - tekengereedschap - lezen van een TT
VERZORGING
SFEERPROJECT (halloween, kerst, valentijn, pasen,…)
-
volgens het
TECHNOLOGISCH PROCES
HOUT - als grondstof - technieken - gereedschap
MODE - als grondstof - technieken - gereedschap
-
veilige en nette school (algemeen) veiligheid in het praktijklokaal afval sorteren gebruik gevaarlijke producten pictogrammen wat doen bij een ongeval?
VOEDING - zoutdeeg Æ recept lezen - werking keuken en keukengereedschap - technieken: later link met “cake bakken”
Geïntegreerd project “Mountainbike” (bron: Nico Goddée, MS Aarschot) Verkenningsgebieden: computergebruik, decoratie, elektriciteit, kunststoffen, metaal, mode, verzorging, voeding. Onderdelen • Krachtoverbrenging: pedalen, hefbomen, tandwielen, ketting • Stabiliteit van constructie (frame) • Verlichting (stroomkring, batterij dynamo) • Beschermende kledij • Voeding (frisdrank, onderzoek voedingsstoffen, vochtverlies bij sporten) • Route (kaartlezen, routeplanner, wegwijzers)
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
39
BEGELEID ZELFGESTUURD LEREN 1
Wat?
Met begeleid zelfgestuurd leren bedoelen we het geleidelijk opbouwen van een competentie naar het einde van het secundair onderwijs, waarbij leerlingen meer en meer het leerproces zelf in handen gaan nemen. Zij zullen meer en meer zelfstandig beslissingen leren nemen in verband met leerdoelen, leeractiviteiten en zelfbeoordeling. Dit houdt onder meer in dat: • de opdrachten meer open worden; • er meerdere antwoorden of oplossingen mogelijk zijn; • de leerlingen zelf keuzes leren maken en die verantwoorden; • de leerlingen zelf leren plannen; • er feedback is op proces en product; • er gereflecteerd wordt op leerproces en leerproduct. De leraar is ook coach, begeleider. De impact van de leerlingen op de inhoud, de volgorde, de tijd en de aanpak wordt groter.
2
Waarom?
Begeleid zelfgestuurd leren sluit aan bij enkele pijlers van ons PPGO, o.m. • leerlingen zelfstandig leren denken over hun handelen en hierbij verantwoorde keuzes leren maken; • leerlingen voorbereiden op levenslang leren; • het aanleren van onderzoeksmethodes en van technieken om de verworven kennis adequaat te kunnen toepassen. Vanaf het kleuteronderwijs worden werkvormen gebruikt die de zelfstandigheid van kinderen stimuleren, zoals het gedifferentieerd werken in groepen en het contractwerk. Ook in het voortgezet onderwijs wordt meer en meer de nadruk gelegd op de zelfsturing van het leerproces in welke vorm dan ook. Binnen de vakoverschrijdende eindtermen, meer bepaald “Leren leren”, vinden we aanknopingspunten als: • keuzebekwaamheid; • regulering van het leerproces; • attitudes, leerhoudingen, opvattingen over leren. In onze (informatie)maatschappij wint het opzoeken en beheren van kennis voortdurend aan belang.
3
Hoe te realiseren?
Het is belangrijk dat bij het werken aan de competentie de verschillende actoren hun rol opnemen: • de leraar als coach, begeleider; • de leerling gemotiveerd en aangesproken op zijn “leer”kracht; • de school als stimulator van uitdagende en creatieve onderwijsleersituaties. De eerste stappen in begeleid zelfgestuurd leren zullen afhangen van de doelgroep en van het moment in de leerlijn “Leren leren”, maar eerder dan begeleid zelfgestuurd leren op schoolniveau op te starten is “klein beginnen” aan te raden. Vanaf het ogenblik dat de leraar zijn leerlingen op min of meer zelfstandige manier laat • doelen voorop stellen; • strategieën kiezen en ontwikkelen; • oplossingen voorstellen en uitwerken; • stappenplannen of tijdsplannen uitzetten; • resultaten bespreken en beoordelen; • reflecteren over contexten, over proces en product, over houdingen en handelingen; • verantwoorde conclusies trekken; • keuzes maken en die verantwoorden; is hij al met een of ander aspect van begeleid zelfgestuurd leren bezig.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
40
VOOD 1
Wat?
Vakoverschrijdende eindtermen (VOOD) zijn minimumdoelstellingen, die – in tegenstelling tot de vakgebonden eindtermen – niet gekoppeld zijn aan een specifiek vak, maar door meerdere vakken of onderwijsprojecten worden nagestreefd. De VOOD worden volgens een aantal vakoverschrijdende thema's geordend: leren leren, sociale vaardigheden, opvoeden tot burgerzin, gezondheidseducatie, milieueducatie, muzisch-creatieve vorming en technisch-technologische vorming (alleen voor ASO). De school heeft de maatschappelijke opdracht om de VOOD volgens een eigen visie en stappenplan bij de leerlingen na te streven (inspanningsverplichting).
2
Waarom?
Het nastreven van VOOD vertrekt vanuit een bredere opvatting van leren op school en beoogt een accentverschuiving van een eerder vakgerichte ordening naar meer totaliteitsonderwijs. Door het aanbieden van realistische, levensnabije en concreet toepasbare aanknopingspunten, worden leerlingen sterker gemotiveerd en wordt een betere basis voor permanent leren gelegd. VOOD vervullen een belangrijke rol bij het bereiken van een voldoende brede en harmonische vorming en behandelen waardevolle leerinhouden, die niet of onvoldoende in de vakken aan bod komen. Een belangrijk aspect is het realiseren van meer samenhang en evenwicht in het onderwijsaanbod. In dit opzicht stimuleren VOOD scholen om als een organisatie samen te werken. De VOOD verstevigen de band tussen onderwijs en samenleving, omdat ze tegemoetkomen aan belangrijk geachte maatschappelijke verwachtingen en een antwoord proberen te formuleren op actuele maatschappelijke vragen.
3
Hoe realiseren?
Het nastreven van VOOD is een opdracht voor de hele school, maar individuele leraren kunnen op verschillende wijzen een bijdrage leveren om de VOOD te realiseren. Enerzijds door binnen hun eigen vakken verbanden te leggen tussen de vakgebonden doelstellingen en de VOOD, anderzijds door thematisch onderwijs (teamgericht benaderen van vakoverschrijdende thema's), door projectmatig werken (klas- of schoolprojecten, intra- en extra-muros), door bijdragen van externen (voordrachten, uitstappen). Het is een opdracht van de school om via een planmatige en gediversifieerde aanpak de VOOD na te streven. Ondersteuning kan gevonden worden in pedagogische studiedagen en nascholingsinititiatieven, in de vakgroepwerking, via voorbeelden van goede school- en klaspraktijk en binnen het aanbod van organisaties en educatieve instellingen.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
41
EVALUATIE Een evaluatie van doe-activiteiten moet vertrekken vanuit duidelijke en operationele doelstellingen. Procesen productgericht evalueren kan vier aspecten omvatten: • • • •
de denkactiviteit (bijv. instructies lezen, aantekeningen maken, …); de motorische handelingen (bijv. schaven, …); de praktijkattitudes (bijv. nauwkeurig werken, scherp waarnemen, …); de uitvoeringstijd, waarbij gestreefd wordt naar een haalbaarheid voor 90 % van de leerlingen.
Bij de evaluatie zal er rekening gehouden worden met het feit dat het om leerlingen gaat uit de B-stroom. Onnauwkeurig werken, kleine fouten maken, moet aanvaardbaar zijn. Belangrijker zijn de gemaakte vorderingen. Bij het begin van iedere doe-activiteit zal de leraar zoveel mogelijk meedelen welke doelstellingen tijdens die les moeten bereikt of nagestreefd worden: elke leerling moet bij het begin van iedere les weten wat van hem verwacht wordt. Tevens kan hierdoor de zelfevaluatie versterkt worden. Bij doe-activiteiten is het aangewezen om aandacht te besteden aan: • • • •
de afwerking van de gemaakte schetsen; het gestructureerd werken; zin voor orde en nauwkeurigheid; het kunnen werken in groep.
Aan de hand van de lijst met de doelstellingen kan de leraar nagaan in welke mate deze bereikt werden (registratiefase). Nadien moet hij deze observaties adequaat rapporteren. Uiteindelijk moet dit proces leiden tot de aangepaste remediëring. Deze werkwijze vergemakkelijkt ook de formulering van gefundeerde commentaren op het rapport. Registreren Men vertrekt van de doelstellingen i.v.m. kennis, vaardigheden en attitudes die bij de opdracht kunnen geëvalueerd worden. De mate waarin een doelstelling bereikt werd, kan in een checklist aangeduid worden door middel van een driepuntenschaal: • • •
+ de doelstelling is bereikt, + de doelstelling is niet helemaal bereikt, – de doelstelling is niet bereikt.
Door het evaluatieschema samen met de opgave ter beschikking te stellen van de leerling, kan ook de zelfevaluatie aangemoedigd worden. Rapportering De geobserveerde resultaten kan als volgt gerapporteerd worden (bijv. in de agenda van de leerling): Zeer goed • • •
enkel + codes vlotte en zelfstandige uitvoering, met overtuiging, belangstelling, … (nagenoeg) foutloos
Goed • • •
veel + en weinig + codes heeft af en toe hulp nodig aanvaardbare fouten in het leerproces of op het vlak van de kwaliteit
Voldoende • • •
weinig + en veel + codes heeft bijna altijd ondersteuning nodig veel leerfouten en soms zware fouten
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
42
Onvoldoende • • •
veel + codes of alleen maar + codes en – codes kan zo goed als geen enkele opdracht zelfstandig uitvoeren veel zware of onvergeeflijke fouten, onlogische handelingen
Opmerkingen • • •
Het is niet noodzakelijk om bij elke opdracht steeds alle mogelijke doelstellingen te evalueren. Sommige kunnen weggelaten worden als ze op een ander moment aan bod (zullen) komen. De leraar controleert op het einde van iedere oefening in welke mate de leerlingen de vooropgestelde doelstellingen bereikt hebben. Dit wordt zoveel mogelijk met iedere leerling afzonderlijk besproken. Enkele voorbeelden op het vak van niveau, correctheid, volledigheid en attitude: + (doel bereikt) ± (doel niet helemaal bereikt) - (doel niet bereikt)
niveau
voldoende
voldoende maar leemten, voor verbetering vatbaar
onvoldoende, onaanvaardbaar
correctheid
nagenoeg foutloos en correct
aanvaardbare tekorten
onvergeeflijke (schadelijke) fouten
volledigheid
volledig
kleine tekorten
onvolledig, zware tekorten
attitude
kan het en doet het vrijwel altijd spontaan en zonder aarzelen
kan het en doet het af en toe, zonder overtuiging, wisselvalling
kan het niet, doet het niet of nooit, afwijzend en met tegenzin
Toetsen en examens In de B-stroom hebben toetsen en examens een duidelijk ondergeschikt belang vergeleken met de permanente evaluatie (zowel proces- als productevaluatie). De delibererende klassenraad dient zich hiervan bewust te zijn bij de interpretatie van de resultaten. Enkel vragen op het niveau van herkennen, relaties leggen, voorbeelden geven, inzien en toepassen mogen aan bod komen. Het nut van het examen kan in vraag gesteld worden. Maar als het georganiseerd wordt, omvat het bij voorkeur een kort schriftelijk gedeelte en een praktisch deel. De duur ervan bedraagt bijv. 2 lestijden. Voor het praktische gedeelte is het niet noodzakelijk dat elke leerling dezelfde opgave krijgt. De opgave kan bestaan uit (een gedeelte van) een tijdens het jaar gemaakte schakeling, montage, schema, enz. Volgende elementen zijn belangrijk: • vooraf een duidelijk beeld geven van wat van de leerlingen verwacht wordt; • een schriftelijk overzicht van de te kennen leerstof; • een geschreven mededeling waarin staat welke informatiebronnen en/of materieel de leerlingen moeten meebrengen op het examen; • de aard van de vragen moeten conform zijn met het didactisch proces tijdens de gewone lessen; • een getypte opgave; • het opgeven van vragenlijsten (waaruit de examenvragen zullen komen) zijn te vermijden.
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
43
Bibliografie 1
Algemeen
1.1
Publicaties
•
Experimenteren met water, Zonne-energie, PIME (Provinciaal Instituut voor Milieu Educatie), Lier
•
Project diversificatie van studiekeuze van meisjes in het TSO en BSO, Module doe-activiteiten, VLOR
•
Opleidingsuitgaven FVB, Brussel
•
Wie slim is sorteert, OVAM
•
Tijdschrift Mens nr.38, Vrouwen in de wetenschap, Vlaamse vereniging voor Biologie
1.2
Handboeken
Het werken met handboeken, die veelal gericht zijn op traditioneel klassikaal gebruik, moet met de nodige omzichtigheid gebeuren. Er moet erover gewaakt worden dat de noodzakelijke doe-activiteiten voldoende aan bod komen. •
Celis J. e.a., Trainer 1 en 2, Van In
•
Duverger J.M., Energie, De Boeck
•
Duverger J.M., Kringloop 1 en 2, De Boeck
•
Eeraerts R., Cuppens J., Herrygers T., Communicatie, Novum
•
Eeraerts R., Cuppens J., Herrygers T., Energie, Novum
•
Eeraerts R., Cuppens J., Herrygers T., Wonen, Novum
•
Helsen F., De Backer H., Actief – Elektrische stroomkring, Wolters Plantyn
•
Technologie thuis, informatietechnologie, wat is technologische opvoeding, Van In
•
Techno, wat is technologische opvoeding? wat is technologie?, elektrische kringloop, Den Gulden Engel
•
Technologie eerste graad, infofiches bouw – hout, infofiches mechanica – elektriciteit, realisatie elektriciteit: lichtschakelingen, realisatie metaal: bloemenvaasje, brievenbus, realisatie bouw: tuinmuurtje, realisatie hout: opbergkastje met uurwerk, decoratieve vaas/fotolijst, draadpuzzel, Wolters Plantyn
•
Technologische Opvoeding, elektrische kringloop, technothuis, voedingsactiviteiten, verzorgingstechnieken, tuinbouwactiviteiten, textiel en textielverwerking, Techno Media.
1.3
Andere boeken
•
Alles over doe-het-zelf gereedschappen en materialen, Lekturama
•
Arnold N., Waanzinnig om te weten, explosieve experimenten, Kluitman
•
Biggs A., Design & make it!, Product design, Nelson Thornes
•
Creatief en decoratief, IMP Nederland
•
Kerrod, R., Energie en grondstoffen in de toekomst, Artis-Historia
•
Kerrod, R., De nieuwe industriële revolutie, Artis-Historia
•
Macaulay D., Over de werking van de kurkentrekker en andere machines, Van Holkema&Warendorf
•
Messecar, D., Handig thuis, Deltas, Harderwijk
•
Royal college of art schools technology project, Design and technology challenges, Hodder & Stoughton
•
Simons, E., Zelf aan de slag, Nederlandse boekenclub, Den Haag
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
•
Smith J., Bogdanovs P., Design and technology, Prim-Ed publishing
•
Timss, H., Meten en rekenen, Artis-Historia
•
Van Holkema & Warendorf, Over de werking van de kurkentrekker en andere machines
•
Walpole B., Wat werkt hoe, hoe werkt wat, Areopagus
•
Zo doe je dat, reeks titels (vliegen, elektriciteit, bouwen, machines), Casterman
1.4
Websites
•
www.thinkquest.org
•
www.go.to/techniek
•
www.gastrolinks.be
•
www.digischool.nl/wi/BaVo/ruimfig.html
•
www.crocodilia.com/info/cda-t/aContent.html
•
www.flying-pig.co.uk/mechanisms/index.html
•
www.technologylinks.org/tlinks/index.htm
•
www.design-technology.org
•
www.designandtech.com
•
www.crocodile-clips.com/tech.htm
•
www.technische-Medien.de
•
www.technomedia.info
•
www.technik-lpe.de
•
www.opitec.nl
1.5
Software
•
3D Interieur en 3D Designer huisarchitect, Easy computing
•
Actief Infotech Informatietechnologie, Standaard uitgeverij
•
De techniek interactief, Denda multimedia
•
Edison … Wondere wereld van de elektriciteit, Die Keure
•
Encarta encyclopedie, Elsevier - Microsoft
•
Leren omgaan met de computer, Davilex
•
Uitvindingen 3D, reeks Glashelder Compact, Denda
•
Werkgroep Technologische opvoeding, Techno Logisch werken met computer, Novum
•
Technoknobbel, cd-rom, FTMA (www.ftma.be).
1.6
Didactisch materiaal
•
Opitec, Jan Van Rijswijcklaan 71 bus 19, 2018 Antwerpen, tel. 03 234 36 13, www.opitec.nl
•
Mondo vzw, demonstratie, educatief en onderzoekscentrum Solar 2002 (nulbalans-energie woning)
•
Technomedia, Makeveldstraat 31, 8820 Torhout, tel. 050 22 07 07 (www.technomedia.info)
•
Technopolis, een doe-centrum in verband met technologie waar zeer veel van de leerinhouden aan bod komen. Er zijn werkmappen voor de leerlingen verkrijgbaar (vrij te kopiëren) alsook een handleiding voor de leerkracht. Technopolis, Technologielaan, 2800 Mechelen, tel. 015 34 20 00, www.technopolis.be
•
Vanneste bvba, Kweekstraat 13, 8770 Ingelmunster, tel. 056 66 59 45
44
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
45
•
Verto vzw, Vereniging voor Technologische Opvoeding, Kruisheide 22, 3140 Keerbergen, tel. 016 53 31 55 Lesmateriaal voor leerlingen en leerkrachten
•
Vincent leermiddelen, Kardinaal Mercierlei 84, 2600 Berchem, tel. 03 239 49 62
2
Bouw
•
Ott M., Leren metselen, De Boeck
•
Verboden de werf te betreden: project technologische opvoeding, Spelmateriaal, CD-ROM nr. 173, Brochure leerkracht – leerlingen, FVB/FFC.
•
www.debouw.be
•
www.bouwsite.be
•
www.baksteen.be
3
Decoratie
•
De mooiste decoratieve verftechnieken, Delphi, België-Nederland
•
Woninginrichting – 1001 ideeën en tips, Test aankoop
•
www.bison.nl/producten/gebruikstips
•
www.milieuloket.nl
•
www.vrom.nl
•
www.ikwilhet.nu
•
www.creatiefnet.nl
•
www.vtwonen.nl
4
Elektriciteit
•
De Craemer S., Nascholing Technologische Opvoeding: elektrische kringen, energieomzettingen, bewegingsomzettingen, Hogeschool West-Vlaanderen
•
Zonnekoffer (bouwpakket), Provincie West-Vlaanderen
5
Elementair computergebruik
•
Buysse P., Probleemoplossend werken met Excel 2000, Standaard Uitgeverij, Antwerpen
•
De Brouwer, H., Hostyn, M., Lemaitre, D., Loones, J., Maassen, J., Volders, V., Tekstverwerking MS Word 2000 en XP basis en gevorderden, 2000 en 2003. www.gemeenschapsonderwijs.be
•
De Raedt W., e.a., Inform 1, Initiatie ICT, Pelckmans
•
Levine J. R., Internet voor Dummies, Addison – Wesley
•
Mesdom F., Steppe G., Vanderbiesen G., Via Informatica, Hardware en besturingssystemen, Internet, Rekenblad, Tekstverwerking en presentatie, Die Keure, 2004.
•
Vaardige Vingers, driemaandelijks tijdschrift van de Academie voor Bureauwetenschappen, Tienen www.abw.be
•
Project chip chip hoera, www.stichting-rvo.be/chippy/c3h.asp
•
http://www.surftips.com/muizentaal/index1.htm
•
http://wwwhome.cs.utwente.nl/~beijnum/cpig/index.html
1e graad 1e jaar – B-stroom – Basisvorming: TV TO (6 lt/week) Keuzegedeelte: TV TO/PV Realisatietechnieken gezinstechnieken/nijverheidstechnieken (2 of 4 lt/week)
6
Hout
•
Basisboek houtbewerking, De Boeck
•
Depecker A, e.a., Polyvalente opleiding houtbewerking deel 1, De Boeck
•
Depecker A, e.a. Leer-, werk- en documentatieboek hout-bouw, De Boeck
•
Lannau G., Werkboek hout, De Boeck
•
Timss H., Meten en rekenen, Artis-Historia
•
www.hout.be
•
www.wood-line.de
•
www.debouw.be
•
www.geocities.com/splinternieuws
•
www.geocities.com.splinternieuws
•
www.houtinfo.nl
7
Kantoor
•
www.paperchainforum.org/pcfie/homenl.html
8
Kunststoffen
•
Kerrod R., De nieuwe industriële revolutie, Artis-Historia
•
Kunststoffen vandaag en morgen, uitgave van Federatie der chemische nijverheid
•
Vos G. en E Reese E., Ik doe het zelf, J.W. Becht, Amsterdam
•
www.filocut.de
•
www.knroeselare.be
•
www.nl.vink.com
9
Land- en tuinbouw
•
Cursus Agrarische Technieken 1A en 1B, KTA Melle
•
http://schoolweb.argo.be/kta/melle/ (leerpaden van KTA Melle)
•
http://users.skynet.be/hofmeester/st-jozef/
•
http://www.bloemenenplanten.be/
•
http://home2.pi.be/eb349940/
10
Voeding
•
www.voeding.net
46