2011 Type 1 diabetes Centrum :309
Bereikte therapiedoelen – benchmarking grafieken
% of Patients Centres
Centre 309 - N=27 patients - Your result: 52 %
% of Patients
0
Centres
Centres
Centre 309 - N=10 patients - Your result: 30 %
Centre 309 - N=30 patients - Your result: 67 %
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with fasting TG < 180 mg/dl
0
0
% of Patients
% patients with LDL < 100 mg/dl 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centres
Centre 309 - N=19 patients - Your result: 58 %
% patients with HDL > 40 (or 50) mg/dl
0
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with total chol < 190 mg/dl
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with BP < 130/80 mmHg (untreated)
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centres
Centre 309 - N=31 patients - Your result: 26 %
% patients with BP < 130/80 mmHg (treated)
Centres
Centre 309 - N=30 patients - Your result: 80 %
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 0
Centres
Centre 309 - N=32 patients - Your result: 78 %
% of Patients
% patients with BMI<25 kg/m2
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with HbA1c<53mmol/mol
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% non-smokers
Centres
Centre 309 - N=29 patients - Your result: 62 %
Centres
Centre 309 - N=17 patients - Your result: 82 %
De therapiedoelen komen uit nationale en internationale richtlijnen: voor HbA1c en de bloeddruk werd gekeken naar de richtlijn van de American Diabetes Association, voor BMI gelden de ‘voedingsaanbevelingen voor België 2003’ en wat de lipiden betreft werden de aanbevelingen van de Belgian Lipid Club gevolgd. Voor de bloeddruk wordt het resultaat afzonderlijk gegeven voor patiënten die behandeld worden voor hypertensie (d.m.v ACE-I/sartanen/andere anti-hypertensiva) (TREATED) en voor patiënten zonder antihypertensieve behandeling (NOT TREATED). Merk op dat de cut-off-waarde voor HDL-cholesterol verschilt volgens het geslacht van de patiënt (40 mg/dl voor mannen en 50 mg/dl voor vrouwen). TG staat voor triglyceriden (nuchter).
centrum 309 2011 type 1
1
Bereikte therapiedoelen – spinnenweb grafiek
De gearceerde ruimte wordt afgelijnd door een soort streefwaarde die behaald werd door de 10% “beste” centra. Dit is echter een theoretisch gegeven vermits het niet noodzakelijk dezelfde centra zijn die voor elke indicator tot de 10% “beste” behoren. De grijze ruimte wordt ingenomen door uw centrum. Het verschil tussen de grijze ruimte en de gearceerde ruimte vertegenwoordigt de “mogelijke” verbetering die kan worden nagestreefd wil men de streefwaarde halen. Voor bepaalde indicatoren zal uw centrum meer grijze ruimte innemen dan voor andere. Wanneer er helemaal geen ruimte wordt ingenomen voor een indicator kan dit te wijten zijn aan het feit dat de teller nul is of aan het feit dat de noemer kleiner is dan vijf (zie document met de richtlijnen). Zo kan u visueel de indicator identificeren die de meeste “aandacht” nodig heeft. U kan dus zowel een GLOBALE appreciatie uitvoeren (de totale hoeveelheid grijze ruimte) als een SPECIFIEKE (indicatoren die eruit springen door meer of minder grijze ruimte).
centrum 309 2011 type 1
2
Opvolgonderzoeken – benchmarking grafieken
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% of Patients
Centres
Centre 309 - N=22 patients - Your result: 82 %
% patients with eye examination
0
0
% of Patients
% patients with feet inspection 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 0
% of Patients
% patients with micro-albuminuria testing
Centres
Centre 309 - N=23 patients - Your result: 91 %
Centres
Centre 309 - N=23 patients - Your result: 83 %
Telkens werd nagegaan of een patiënt de bovenstaande onderzoeken (screening microalbuminurie, oogonderzoek, voetonderzoek) had ondergaan in de afgelopen 15 maanden. Wanneer deze informatie bij een bepaalde patiënt onbekend was werd het onderzoek als NIET uitgevoerd beschouwd. Bij type 1 diabetes worden enkel de patiënten die meer dan 5 jaar diabetes hebben in beschouwing genomen. Bij screening microalbuminurie werden de patiënten met eindstadium nierlijden niet meegeteld in berekening.
centrum 309 2011 type 1
3
Opvolgonderzoeken – spinnenweb grafiek
Voor de interpretatie van de spinnenwebgrafieken verwijzen we naar pagina 2.
centrum 309 2011 type 1
4
Centres
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centre 309 - N=25 patients - Your result: 12 %
% patients with amputation
0
Centres
Centres
Centres
Centre 309 - N=31 patients - Your result: 3 %
% patients with a history of MI
0
% of Patients
% patients with a history of TIA
0
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with a history of CVA
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centre 309 - N=30 patients - Your result: 7 %
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% of Patients
% patients with history of foot ulceration
0
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centres
Centre 309 - N=26 patients - Your result: 4 %
Centre 309 - N=30 patients - Your result: 17 %
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% of Patients
Centres
Centre 309 - N=26 patients - Your result: 23 %
% patients needing renal replacement therapy
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with nephropathy
0
% of Patients
0
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Complicaties – benchmarking grafieken % patients with laser photocoagulation
Centres
Centre 309 - N=31 patients - Your result: 3 %
Centres
Centre 309 - N=31 patients - Your result: 6 %
Patiënten met laser fotocoagulatie: patiënten die reeds een laserbehandeling hadden gehad ter behandeling van retinopathie of maculopathie. Patiënten hadden nierlijden indien de creatininemie ≥ 1,5 mg/dl of de albuminurie ≥ 300 mg/l. De patiënten zonder resultaat voor creatininemie OF albuminurie werden uit de noemer geschrapt.
centrum 309 2011 type 1
5
Complicaties – spinnenweb grafiek
Omwille van praktische redenen en om de voorstelling van de spinnenwebgrafieken uniform te houden, werden de indicatoren betreffende de complicaties vervangen door hun complement (100% indicator). De nieuwe indicatoren moeten dan geïnterpreteerd worden als het percentage van de patiënten dat VRIJ is van de complicaties. Zo blijft de redenering van “hoe groter het grijze oppervlak, hoe beter” bestaan.
centrum 309 2011 type 1
6
2011 Type 2 diabetes Centrum :309
Bereikte therapiedoelen – benchmarking grafieken
% of Patients
0
% of Patients
% patients with total chol < 190 mg/dl
0
% of Patients
Centres
Centre 309 - N=92 patients - Your result: 10 %
Centres
Centres
Centre 309 - N=92 patients - Your result: 25 %
Centre 309 - N=105 patients - Your result: 68 %
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with fasting TG < 180 mg/dl
0
0
% of Patients
% patients with LDL < 100 mg/dl 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centres
Centre 309 - N=9 patients - Your result: 44 %
% patients with HDL > 40 (or 50) mg/dl
0
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with BP < 130/80 mmHg (untreated) 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with BP < 130/80 mmHg (treated) 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centre 309 - N=107 patients - Your result: 41 %
Centres
Centre 309 - N=105 patients - Your result: 45 %
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 0
Centres
Centre 309 - N=95 patients - Your result: 92 %
0
% of Patients
Centres
% of Patients
% patients with BMI<25 kg/m2
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with HbA1c<53mmol/mol
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% non-smokers
Centres
Centre 309 - N=102 patients - Your result: 59 %
Centres
Centre 309 - N=49 patients - Your result: 78 %
De therapiedoelen komen uit nationale en internationale richtlijnen: voor HbA1c en de bloeddruk werd gekeken naar de richtlijn van de American Diabetes Association, voor BMI gelden de ‘voedingsaanbevelingen voor België 2003’ en wat de lipiden betreft werden de aanbevelingen van de Belgian Lipid Club gevolgd. Voor de bloeddruk wordt het resultaat afzonderlijk gegeven voor patiënten die behandeld worden voor hypertensie (d.m.v ACE-I/sartanen/andere anti-hypertensiva) (TREATED) en voor patiënten zonder antihypertensieve behandeling (NOT TREATED). Merk op dat de cut-off-waarde voor HDL-cholesterol verschilt volgens het geslacht van de patiënt (40 mg/dl voor mannen en 50 mg/dl voor vrouwen). TG staat voor triglyceriden (nuchter).
centrum 309 2011 type 2
1
Bereikte therapiedoelen – spinnenweb grafiek
De gearceerde ruimte wordt afgelijnd door een soort streefwaarde die behaald werd door de 10% “beste” centra. Dit is echter een theoretisch gegeven vermits het niet noodzakelijk dezelfde centra zijn die voor elke indicator tot de 10% “beste” behoren. De grijze ruimte wordt ingenomen door uw centrum. Het verschil tussen de grijze ruimte en de gearceerde ruimte vertegenwoordigt de “mogelijke” verbetering die kan worden nagestreefd wil men de streefwaarde halen. Voor bepaalde indicatoren zal uw centrum meer grijze ruimte innemen dan voor andere. Wanneer er helemaal geen ruimte wordt ingenomen voor een indicator kan dit te wijten zijn aan het feit dat de teller nul is of aan het feit dat de noemer kleiner is dan vijf (zie document met de richtlijnen). Zo kan u visueel de indicator identificeren die de meeste “aandacht” nodig heeft. U kan dus zowel een GLOBALE appreciatie uitvoeren (de totale hoeveelheid grijze ruimte) als een SPECIFIEKE (indicatoren die eruit springen door meer of minder grijze ruimte).
centrum 309 2011 type 2
2
Opvolgonderzoeken – benchmarking grafieken
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% of Patients
Centres
Centre 309 - N=102 patients - Your result: 76 %
% patients with eye examination
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with feet inspection
0
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with micro-albuminuria testing
Centres
Centre 309 - N=110 patients - Your result: 90 %
Centres
Centre 309 - N=110 patients - Your result: 76 %
Telkens werd nagegaan of een patiënt de bovenstaande onderzoeken (screening microalbuminurie, oogonderzoek, voetonderzoek) had ondergaan in de afgelopen 15 maanden. Wanneer deze informatie bij een bepaalde patiënt onbekend was werd het onderzoek als NIET uitgevoerd beschouwd. Bij type 1 diabetes worden enkel de patiënten die meer dan 5 jaar diabetes hebben in beschouwing genomen. Bij screening microalbuminurie werden de patiënten met eindstadium nierlijden niet meegeteld in berekening.
centrum 309 2011 type 2
3
Opvolgonderzoeken – spinnenweb grafiek
Voor de interpretatie van de spinnenwebgrafieken verwijzen we naar pagina 2.
centrum 309 2011 type 2
4
Centres
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centre 309 - N=97 patients - Your result: 8 %
% patients with amputation
0
Centres
Centres
Centres
Centre 309 - N=104 patients - Your result: 10 %
% patients with a history of MI
0
% of Patients
% patients with a history of TIA
0
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with a history of CVA
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centre 309 - N=100 patients - Your result: 4 %
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% of Patients
% patients with history of foot ulceration
0
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centres
Centre 309 - N=83 patients - Your result: 14 %
Centre 309 - N=98 patients - Your result: 12 %
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% of Patients
Centres
Centre 309 - N=91 patients - Your result: 13 %
% patients needing renal replacement therapy
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% patients with nephropathy
0
% of Patients
0
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Complicaties – benchmarking grafieken % patients with laser photocoagulation
Centres
Centre 309 - N=103 patients - Your result: 2 %
Centres
Centre 309 - N=103 patients - Your result: 10 %
Patiënten met laser fotocoagulatie: patiënten die reeds een laserbehandeling hadden gehad ter behandeling van retinopathie of maculopathie. Patiënten hadden nierlijden indien de creatininemie ≥ 1,5 mg/dl of de albuminurie ≥ 300 mg/l. De patiënten zonder resultaat voor creatininemie OF albuminurie werden uit de noemer geschrapt.
centrum 309 2011 type 2
5
Complicaties – spinnenweb grafiek
Omwille van praktische redenen en om de voorstelling van de spinnenwebgrafieken uniform te houden, werden de indicatoren betreffende de complicaties vervangen door hun complement (100% indicator). De nieuwe indicatoren moeten dan geïnterpreteerd worden als het percentage van de patiënten dat VRIJ is van de complicaties. Zo blijft de redenering van “hoe groter het grijze oppervlak, hoe beter” bestaan.
centrum 309 2011 type 2
6
Feedback IKED 2011 Cardiovasculaire voorgeschiedenis en behandeling
Centrum :309
0
% of Patients
% DM2 with CV history
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% DM1 with CV history
0
% of Patients
PATIËNTEN MET EEN CARDIOVASCULAIRE VOORGESCHIEDENIS PER DIABETESTYPE
Centres
Centres
Centre 309 - N=30 patients - Your result: 10 %
Centre 309 - N=101 patients - Your result: 38 %
Cardiovasculaire voorgeschiedenis: myocard infarct / coronaire chirurgie (PTCA/CABG) / cerebrovasculair accident (CVA) / voorbijgaande ischemie (TIA) / chirurgie van de onderste ledematen.
BEHANDELING VAN DE PATIËNTEN (TYPE 1 EN TYPE 2) MET EEN CARDIOVASCULAIRE VOORGESCHIEDENIS
% of Patients Centres
Centre 309 - N=41 patients - Your result: 95 %
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
% of Patients
Met deze 3 behandelingen samen
% pts with CV history with antiagregans tr
% pts with CV history with LDL<70mg/dl
0
% of Patients
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Met anticoagulantia / anti-agregantia 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centre 309 - N=41 patients - Your result: 95 %
% pts with CV history with all 3 tr types
0
% of Patients
Centres
Centre 309 - N=41 patients - Your result: 83 %
0
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Centres
LDL < 70 mg/dl
% pts with CV history with antihypertensive tr
0
% of Patients
Met antihypertensiva
% pts with CV history with hypolipemic tr
0
10 20 30 40 50 60 70 80 90 100
Met hypolipemiërende farmaca
PATIËNTEN (TYPE 1 EN TYPE 2) DIE DE TARGET VOOR LDL-CHOLESTEROL BEREIKEN
Centres
Centre 309 - N=41 patients - Your result: 76 %
1
Centres
Centre 309 - N=40 patients - Your result: 25 %