Energy Outlook 2007/2008 | NL
Indeling
2
3
Voorwoord
4
Wereldeconomie en energie
5
Wereldwijde behoefte aan energie
6
Vraag naar elektriciteit en BNP
7
Elektriciteitverbruik per regio
8
De uitdagingen rond kernenergie
9
Steenkool
10
Wereldwijde behoefte aan elektriciteit
11
Energievraag transport en distributie
12
Commercieel transport wereldwijd (1)
13
Commercieel transport wereldwijd (2)
15
Licht transport gekoppeld aan BNP
16
Personen- en bestelwagens
17
Brandstofverbruik licht transport (VS)
18
Energiebehoefte transportsector wereldwijd
19
Energieverbruik door de industrie
20
Commercieel en residentieel
21
Vraag en aanbod energie wereldwijd
22
Vraag en aanbod vloeibare brandstoffen
23
Wereldwijde energiebehoefte en –bronnen
24
Energievoorziening en CO2-uitstoot
25
Wereldwijde CO2-emissie
26
Samenvatting van de prognoses
27
Conclusies
Voorwoord
De wereldeconomie draait letterlijk
Om aan die hogere energiebehoeften
Dit rapport schetst een beeld
op energie. Om de groeiende
te kunnen voldoen moeten nog vele
van de ontwikkelingen rond
wereldbevolking de economische
problemen opgelost worden. We
de energiebehoeften en
vooruitgang te garanderen waar zij
moeten zuiniger worden, meer doen
energievoorziening tot het jaar 2030.
om vraagt, zullen we steeds meer
met minder energie, we moeten nieuwe
Wij besteden dit keer vooral aandacht
energie nodig hebben. Zelfs als we
energiebronnen vinden en ontwikkelen
aan de groeiende energiebehoefte
er in slagen fors te bezuinigen op ons
en tegelijk de milieurisico’s managen.
van de transportsector en door
energieverbruik, zal naar verwachting
Dit rapport geeft een samenvatting
elektriciteitsopwekking. Daarnaast
de behoefte aan energie in 2030
van ExxonMobil’s prognoses rond
inventariseren we hoe met behulp
40% hoger zijn dan in 2005.
de energievoorziening op de langere
van de verschillende energiebronnen
Het overgrote deel van deze
termijn. Elk jaar stellen wij zo’n
waarover we kunnen beschikken,
groei komt op het conto van de
‘Outlook’ op, op basis van een continu
voldaan kan worden aan de
ontwikkelingslanden, waar de
monitoring- en assessmentproces,
groeiende energievraag – met
economie het snelste groeit en
dat we inmiddels al decennia lang
fossiele brandstoffen, kernenergie
moderne energiebronnen nog voor
verfijnen. De resultaten van dat proces
en hernieuwbare energiebronnen.
miljoenen mensen onbereikbaar zijn.
gebruikt ExxonMobil voor de eigen
Bovendien geven we aan, hoe we aan
strategische planning, maar wij delen
de groeiende energiebehoefte kunnen
de opgebouwde kennis en inzichten
voldoen en tegelijk toch de wereldwijde
ook graag met anderen; zodat een
uitstoot van broeikasgassen als
beter inzicht ontstaat in en begrip voor
koolstofdioxide (CO2) significant zullen
de mondiale energiebehoeften en de
kunnen verminderen.
bijbehorende uitdagingen.
3
Wereldeconomie en energie BNP Biljoen 2005$
Energie-intensiteit
Energiebehoefte
BOE/2005$K BNP
MBDOE*
Gem. groei/jaar
* Miljoenen vaten olie-equivalent per dag
1980-2005 2005-2030
2,9%
4
3,0%
-1,0%
-1,6%
1,8%
1,3%
Door de jaren heen is het steeds
Terwijl de wereldeconomie na 1980
nieuwe technologie. Uiteindelijk zal de
duidelijker geworden dat economische
bleef groeien, nam tegelijk ook de
energie-intensiteit in 2030 ongeveer
vooruitgang nauw samenhangt met de
energie-efficiency fors toe. Dat
50% verbeterd zijn ten opzichte van
hoogte van het energieverbruik en de
weerspiegelt zich in een significante
1980.
keuze voor bepaalde energiebronnen.
daling van de ‘energie-intensiteit’ – een maatstaf die berekend wordt als de
De wereldwijde vraag naar energie –
Dat de wereldbevolking groeit, dat
wereldwijde behoefte aan energie,
uitgedrukt in miljoenen vaten aardolie-
het economisch steeds beter zal
gedeeld door het mondiale BNP.
equivalenten per dag (MBDOE) – zal
gaan en dat mondiaal steeds hogere
Zo was in 1980 het equivalent van
in diezelfde periode naar verwacht
levensomstandigheden geëist
2,5 vat aardolie (BOE, Barrel Oil
wordt stijgen met gemiddeld 1,3%
zullen worden, mag dan ook niet
Equivalent) nodig om voor $ 1000
per jaar. Die groei is dus aanzienlijk
veronachtzaamd worden, wanneer
aan economische productie te
beperkter dan we in de periode 1980-
men een realistische vooruitblik wil
realiseren.
2005 gekend hebben, waaruit moge
geven op toekomstig energieverbruik.
Gedurende de afgelopen vijfen
blijken dat we veel efficiënter energie
De wereldwijde productie, gemeten
twintig jaar is die efficiency aanzienlijk
verbruiken.
als BNP (bruto nationaal product), is
verbeterd en is de energie-intensiteit
Desalniettemin verwachten we dat de
tussen 1980 en 2005 met gemiddeld
afgenomen met ongeveer één procent
wereldwijde vraag zal toenemen tot
3 procent per jaar gestegen. Verwacht
per jaar. Naar verwachting zal deze
bijna 325 MBDOE in 2030.
wordt dat het wereld-BNP tot 2030
gestage verbetering zich voortzetten
met vergelijkbare cijfers zal blijven
en zullen we een verbetering realiseren
toenemen, vooral door de snelle
van gemiddeld 1,6% per jaar in de
groei van de economie van de
periode van 2005 tot 2030, vooral
ontwikkelingslanden.
dankzij de ontwikkeling en inzet van
Wereldwijde behoefte aan energie Per sector
Per sector - 2030
Gem. groei/jaar
MBDOE
2005-2030
1,3% Residentieel/ commercieel
0,7%
Residentieel/ commercieel Industrie Transport
Overige Industrie
1,2% 1,7%
Elektriciteit
Chemie Zware Industrie Transport
1,5%
Electriciteit
~324 MBDOE
Door de groei van de bevolking én
In 2005 consumeerden wij wereldwijd
Elk van deze sectoren zal tot 2030
van de economie zal de wereldwijde
ongeveer 230 MBDOE aan primaire
aanzienlijk groeien. Momenteel is de
behoefte aan energie dus blijven
energie, in de vorm van fossiele
elektriciteitssector de belangrijkste;
toenemen. Er zal wel verandering
brandstoffen (aardolie, aardgas,
deze zal naar verwachting ook de
optreden in de mix van energiebronnen
steenkool) en andere niet-fossiele
grootste absolute groeicijfers laten zien.
die daarvoor ingezet worden, door
energie zoals kernenergie en duurzame
De snelst groeiende sector – die de
lokale verschillen qua ontwikkeling,
energiebronnen.
grootste claim op de beschikbare
beschikbaarheid van bepaalde
Tegen 2030 zal de energiebehoefte
aardolie legt – is transport en
brandstoffen, besteedbare inkomens
toegenomen zijn tot bijna 325 MBDOE,
distributie. Vooral deze twee sectoren
en politieke keuzes.
met andere woorden ongeveer
zullen een enorme impact hebben op
40% hoger liggen dan in 2005.
alle energietrends tot 2030.
Die mondiale behoefte, en vooral de vraag naar bepaalde soorten energiebronnen, wordt sterk beïnvloed door de groei en diverse behoeften van de belangrijkste verbruikssectoren: elektriciteitsopwekking, industrie, transport en de verwarming en overige energiebehoeften van huizen, winkels en kantoren (de residentiële / commerciële sector).
5
Vraag naar elektriciteit en BNP 1980 tot 2005 10000 kWuur per hfd bevolking
VSp
Zuid-Korear China
1,8%
1,3% OESOr Niet OESOr
BNP per capita (2005$)
Voor een schatting van de energie-
Het is evident dat er momenteel
* Landen (30) die lid zijn van de OESO
behoefte vanuit de elektriciteitssector
enorme verschillen bestaan tussen
(Organisatie voor Economische Samenwerking
moeten we allereerst kijken naar de
landen wat betreft besteedbaar
en Ontwikkeling): Australië, Oostenrijk, België,
vraag naar elektriciteit. Tussen BNP
inkomen en elektriciteitsverbruik. Maar
en elektriciteitsverbruik bestaat een
ondanks die verschillen is de trend
sterke correlatie. De beschikbaarheid
duidelijk. Waar de economie groeit
van elektriciteit bevordert eco
en het inkomen stijgt, neemt ook
Nieuw Zeeland, Noorwegen, Polen, Portugal,
nomische vooruitgang en betere
het elektriciteitsverbruik per inwoner
Slowakije, Spanje, Zweden, Zwitserland,
levensomstandigheden vereisen op
toe, doordat er voor steeds meer
Turkije, Verenigd Koninkrijk, Verenigde Staten.
hun beurt weer meer elektriciteit. Die
dagelijkse behoeften energie nodig is,
directe koppeling tussen economische
van keukenmachines en airco’s in huis
vooruitgang en vraag naar elektriciteit
tot kantoorapparatuur en machines op
wordt duidelijk wanneer men
het werk. Naarmate de welvaart van
elektriciteitsverbruik (in kilowattuur,
ontwikkelingslanden stijgt zal de vraag
kWu) per hoofd van de bevolking
naar elektriciteit blijven toenemen.
afzet tegen het BNP per hoofd van de bevolking. In de hier getoonde grafiek (met OESO*-landen in rood en nietOESO-landen in blauw) zijn China, Zuid-Korea en de VS geaccentueerd.
6
Canada, Republiek Tsjechië, Denemarken, Finland, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Hongarije, IJsland, Ierland, Italië, Japan, Zuid-Korea, Luxemburg, Mexico, Nederland,
Elektriciteitverbruik per regio
Latijns Amerika
LA
MO Midden Oosten
Rusland/Kaspisch
R/K
Europa
VE(OESO)
Europa
Verre Oosten (OESO)
Noord-Amerika NA
1000 kWuur per capita
Verre Oosten (niet - OESO) Verre Oosten (niet - OESO)
Afrika Afrika
Bevolking (miljarden)
Over het algemeen is er een groot
De landen buiten de OESO gebruiken
Om aan die behoefte te kunnen
verschil in elektriciteitsverbruik per
dezer dagen per hoofd van de
voldoen zal veel meer brandstof nodig
hoofd van de bevolking tussen landen
bevolking veel minder elektriciteit, maar
zijn voor de elektriciteitsopwekking.
binnen en buiten de OESO. Dat zegt
de bevolkingsaantallen zijn enorm.
Wereldwijd gezien is steenkool daar
op zich al wat, maar duidelijker worden
En deze markt zal aanzienlijk gaan
momenteel de meest gebruikte
de verschillen nog, wanneer men het
groeien – zowel qua aantallen inwoners
brandstof. Ook aardgas is belangrijk;
verbruik per inwoner afzet tegen de
als qua elektriciteitsbehoefte.
de rol daarvan is in de jaren ’80 en
inwoneraantallen in landen binnen of
Hoewel het verbruik per hoofd van de
’90 alleen maar toegenomen. En in
buiten OESO. De landen van de OESO
bevolking daar in 2030 nog aanzienlijk
veel landen gebruikt men kernenergie
(in rood) met Noord-Amerika aan kop
onder dat van de OESO-landen
om elektriciteit op te wekken, terwijl de
laten de grootste vraag naar elektriciteit
zal liggen, belooft de groei van de
deze energiedrager ook elders opnieuw
zien. Alles bij elkaar verbruiken zij
behoefte dramatische vormen aan
in de belangstelling staat.
60% van de wereldwijd opgewekte
te nemen. Wij verwachten dat het
Ook duurzame energiebronnen als
elektriciteit – terwijl zij nog geen
verbruik per hoofd van de bevolking
waterkracht en wind zullen in belang
20% van de bevolking uitmaken.
buiten de OESO-landen met 70% zal
toenemen. De precieze mix van
toenemen, waardoor de totale vraag
energiebronnen die in een bepaalde
ruim zal verdubbelen.
regio gebruikt wordt, is sterk afhankelijk van de economische ontwikkeling, de beschikbaarheid van bronnen en het plaatselijke beleid.
7
De uitdagingen rond kernenergie Investeringen
2005$ per kW
• Investeringen
Aardgas
•
Radioactief afval
•
Proliferatierisico's
•
'Not in my backyard'
Steenkolen Kernenergie Bron: DOE - EIA
Er mag een aantal factoren zijn dat
Bovendien is en blijft het vraagstuk
Tenslotte dient opgemerkt te worden
zorgt voor hernieuwde interesse in
van de verwerking en opslag van
dat, zelfs al lijkt de weerstand
kernenergie, sommige problemen
radioactief restmateriaal een groot
tegen kernenergie de laatste jaren
die met de toepassing ervan
probleem, voor de sector maar zeker
afgenomen, de voorgenomen
samenhangen, wachten nog altijd
voor de betrokken overheden. Er is
bouw van een kerncentrale kan
op een oplossing. Ten eerste zijn
weinig vooruitgang te melden ten
rekenen op enorme weerstand van
er bijzonder hoge investeringen
aanzien van duurzame alternatieve
de omwonenden – door ‘not in my
gemoeid met de bouw van een nieuwe
oplossingen.
backyard’ sentimenten en brede steun
kerncentrale. Hoewel kernenergie
Zo blijft de beveiliging – van zowel
voor de nog steeds actieve anti-
steeds goedkoper geworden is kan de
afval als van nucleaire brandstof – een
kernenergiebeweging.
prijs per kWu nog niet concurreren met
serieuze uitdaging.
die van steenkool- of aardgasgestookte centrales. En omdat de afgelopen jaren weinig ervaring is opgedaan met het bouwen van nieuwe centrales, vooral in het Westen, staan investeerders en het de publieke opinie nogal huiverig tegenover nieuwe projecten.
8
Steenkool Energie-intensiteit Convenionele Kolencentrale Verbrandingsgas (100% van CO2)
Vergasser
Stoomturbine
Boiler
IGCC met Carbon Capture & Storage (CCS)
Verbrandingsgas (100% van CO2)
VerbrandingsTurbine
Vergasser
Stoomturbine
CO2-afscheiding 90% van CO2 in opslag
Gegeven de groeiende behoefte
In het schema daaronder ziet u
Het moge duidelijk zijn dat een IGCC-
aan elektriciteit en de ruime
hoe het proces verloopt in een
CCS-centrale ingewikkelder is dan
beschikbaarheid van steenkool wordt
installatie op basis van geïntegreerde
een conventionele steenkolencentrale
ook naarstig gezocht naar manieren
steenkoolvergassing (Integrated
en daardoor duurder om te bouwen.
om deze brandstof te gebruiken
Gasification Combined Cycle, IGCC)
Om die reden, en doordat er nog
zonder de nadelige gevolgen voor het
met afvang en opslag van koolstof
veel research nodig is naar veilige
milieu die met de verbranding ervan
(Carbon Capture and Storage, CCS).
ondergrondse opslag van CO2, is niet
samenhangen – daarbij inbegrepen
Dit proces begint men met het
te verwachten dat deze technologie in
CO2-emissies.
gedeeltelijk verbranden van steenkool,
de periode tot 2030 ruim zal worden
Hierboven wordt geïllustreerd hoe
waardoor koolmonoxide en waterstof
toegepast.
steenkool in een conventionele
ontstaan. Slechts 10% van de CO2
centrale wordt gebruikt. Simpel gezegd
verdwijnt hier als verbrandingsgas.
verbrandt men steenkool om stoom te
De rest wordt verderop in het proces
maken, die een turbine laat draaien. Die
afgevangen, getransporteerd en
turbine zorgt vervolgens dat elektriciteit
opgeslagen onder de grond. De
wordt opgewekt. Hierbij wordt
waterstof daarentegen wordt weer
– naast andere verbrandingsgassen
gebruikt als brandstof voor een turbine,
– verhoudingsgewijs veel CO2
die zowel elektriciteit als warmte
uitgestoten.
genereert. Die warmte wordt daarna weer gebruikt om een klassieke stoomturbine aan te drijven, die ook weer elektriciteit levert.
9
Wereldwijde behoefte aan elektriciteit Niet-OESO
OESO
Gem. groei/jaar
MBDOE
2005-2030
0,9%
Gem. groei/jaar
MBDOE
2005-2030
2,2% 3,5% 4,2%
Hernieuwbare energie
Kernenergie
2,2% 1,5%
-0,4%
Steenkool Aardgas Aardolie
1,9% -2,8%
2,3% 0,0%
In de grafieken hierboven ziet u hoe de
Naar verwacht wordt zal de behoefte
Wereldwijd gezien zal steenkool
behoefte aan elektriciteit in de wereld
aan elektriciteit in de landen buiten de
wél de belangrijkste brandstof voor
zich zal ontwikkelen tot 2030 – waarbij
OESO twee keer zo snel toenemen
elektriciteitscentrales blijven. Zelfs
we onderscheid maken tussen OESO-
als binnen de OESO. Bovendien zal,
al groeit de elektriciteitsvraag met
en niet-OESO landen.
anders dan in de OESO-landen, de
maar één procent per jaar, dan wordt
Links wordt duidelijk dat het
vraag naar steenkool scherp stijgen;
in 2030 nog steeds veertig procent
elektriciteitsverbruik in de OESO-
het zal verantwoordelijk blijven voor
van alle elektriciteit opgewekt in
landen tot 2030 met niet meer dan
ruim de helft van alle op te wekken
steenkoolcentrales. Hoewel schonere
gemiddeld één procent per jaar zal
elektriciteit. Vooral in het Verre Oosten
en efficiëntere technologieën in deze
groeien. Aangenomen dat de CO2-
zal de vraag naar aardgas stijgen,
sector een steeds belangrijker rol zullen
uitstoot bepaalde kosten met zich mee
evenals in het Midden Oosten. Ook de
spelen, blijft de grote afhankelijkheid
zal brengen, zal de groei vooral zitten
vraag naar kernenergie en duurzame
van steenkool een significante invloed
in brandstoffen met minder CO2-
energiebronnen zal scherp stijgen,
houden op de totale CO2- emissies.
emissies. Het aandeel van steenkool
tot ze gezamenlijk ca. 20% van de
zal daardoor afnemen van 40 naar
elektriciteitsvoorziening voor hun
30 procent, terwijl het aandeel van
rekening nemen in 2030.
zowel kernenergie als aardgas in de elektriciteitsproductie zal toenemen. Duurzame energiebronnen zullen de grootste groei laten zien.
10
1,8%
Energievraag transport en distributie
Gem. groei/jaar
MBDOE
1980-2005
2,2%
Spoorwegen Zeevaart
Commercieel
2,4%
Luchtvaart Zwaar transport Personen Licht transport
De transportsector zal qua energie-
energiebehoefte van de sector met
behoeften tot 2030 de sterkste
gemiddeld 2,2% per jaar. Zoals rechts
groei vertonen. Deze sector omvat
op de grafiek is te zien, is commercieel
een veelheid van vervoermiddelen,
transport de grootste categorie.
waaronder auto’s, schepen, treinen en
De vraag naar energie groeide daar
vliegtuigen.
met 2,4% per jaar, en overtrof daarmee
De sector kan onderverdeeld worden in
de groei van het personenvervoer, dat
twee grote categorieën: commercieel
slechts met 2% toenam.
2,0%
transport en privé-vervoer. In de periode 1980-2005 groeide de
11
Commercieel transport wereldwijd (1) Groei 1980-2005
Per sector
Gem. groei/jaar
1980-2005
MBDOE
MBDOE
2,4%
Spoorwegen Zeevaart
Luchtvaart
3,0% 1,7% 2,4%
Commercieel
3,3%
Zwaar
Lucht
Zee
Vraag versus BNP MBDOE
Zwaar transport
Licht transport
-2,0% BNP (biljoen 2005 $)
De energiebehoefte van de sector
Als we de historische trends
commercieel transport groeide dus met
analyseren, zien we een tamelijk
gemiddeld 2,4% van 1980 tot 2005. Er
stabiele correlatie tussen de
waren echter grote verschillen tussen
energieconsumptie door het
subsectoren onderling.
commercieel transport en de groei van
De grootste, het zware wegtransport
het BNP. Door die correlatie kunnen
(vrachtwagens, bussen) liet de sterkste
we toekomstige energiebehoeften
groei zien: meer dan 3% per jaar.
berekenen.
Alleen deze subsector had tussen 1980 en 2005 9 MBDOE per jaar méér nodig. Lucht- en scheepvaart lieten een groei zien van ongeveer 2% per jaar. Het verbruik van de spoorwegen daarentegen daalde, vooral door een forse vermindering in Rusland en de landen rond de Kaspische Zee.
12
Spoor
Commercieel transport wereldwijd (2) MBDOE
Gem. groei/jaar
1980-2005
2,3%
0,9% 2,6% 2,2%
Spoorwegen
Commercieel
Zeevaart
2,2%
Luchtvaart Zwaar transport
Het is duidelijk dat economische
Het zware vrachtverkeer zal groeien
De energiebehoefte van de
groei de vraag naar energie vanuit
met 2,2% per jaar, minder dan
spoorwegen zal langzaam toenemen,
de commerciële transportsector
voorheen dankzij de voortdurende
een trendbreuk die ontstaat doordat
alleen maar zal doen toenemen.
efficiencyverbetering. In de periode
steeds meer economieën zullen
Zoals in de grafiek aangegeven zal
waarover wij spreken, zal deze sector
besluiten vervoer over het spoor te
het energieverbruik naar verwachting
60% van de totale consumptie van
promoten als efficiënte alternatieve
stijgen met gemiddeld 2,3% per jaar.
het commercieel transport voor haar
vervoersmethode. Dat komt overeen
rekening nemen.
met de lichte stijging van de afgelopen
Lucht- en zeevaart zullen naar
jaren.
verwachting een groei in verbruik te zien geven van resp. 2,2 en 2,6% per jaar – ongeveer het sectorgemiddelde.
13
14
Licht transport gekoppeld aan BNP BNP
Voertuigen per 10000 inwoners
1990-2005
VS
ZuidKorea
China
OESO Niet-OESO
BNP per capita (2005$)
Hierboven ziet u gegevens over de
inkomen genereren, zal het aantal
periode 1990-2005, die duidelijk het
personenauto’s daar toenemen. Nu
verband laten zien tussen inkomen
zitten landen als China nog onder in
(in dit geval BNP per hoofd van de
de curve, maar zij hebben een enorm
bevolking) en autobezit per 1000
groeipotentieel. In de OESO-landen is
inwoners. Elke punt representeert
de penetratie al hoog, en raakt her en
een specifiek jaar voor een specifiek
der zelfs al het verzadigingspunt.
land; China, Zuid-Korea en de VS – het autoland bij uitstek – zijn geaccentueerd. Naarmate de niet-OESO-landen (blauwe stippen) een hoger persoonlijk
15
Personen- en bestelwagens 2005
BNP
Miljoenen
Gem. groei/jaar
2000-2005
2,6%
Brazilië
China
Rusland Non-OESO
5,2%
Verenigde Staten
Rest OESO OESO
Rest Niet-OESO
2,1%
-1,6%
1,3% Duitsland Japan
~ 700 miljoen voertuigen
De factoren die bepalend zijn voor
In totaal waren er in 2005 ongeveer
Naarmate het aantal auto’s
de hoeveelheid personenwagens in
700 miljoen lichte transportvoertuigen,
toeneemt zal de efficiency van het
een land zijn dus van belang voor de
ongeveer 80% daarvan binnen
brandstofverbruik steeds belangrijker
trendmatige ontwikkelingen rond het
de OESO. Het taartdiagram geeft
worden.
totale aantal lichte voertuigen in de
meer details over de verdeling over
wereld.
de wereld. zo blijkt dat de VS met
Hierboven ziet u het wereldwijde
ongeveer een derde van het totaal
autobezit grafisch weergegeven.
alleen al meer auto’s telt dan alle niet-
Vandaag de dag vertegenwoordigen
OESO-landen tezamen. In 2005 reden
de niet-OESO-landen nog maar
in de VS twintig keer zoveel auto’s als
een klein deel van het totaal, maar
in China!
het wagenpark is er de laatste jaren gegroeid met meer dan vijf procent per jaar – meer dan dubbel zo snel als dat van de OESO-landen.
16
Brandstofverbruik licht transport (VS) Nieuwe voertuigen
Voertuiggewicht
Efficiency
Pounds
Ton-MPG
Gemiddelde personen en vracht Personenen auto's Vrachtauto's
MPG
Gem. groei/jaar
1980-2005
1,3%
Bron: U.S. EPA
Historische gegevens uit de
(ofwel 1 liter op ca. 8 kilometer).
De rechtergrafiek toont de ont-
Verenigde Staten geven een bruikbaar
Zowel personenauto’s als bestel
wikkelingen qua verbruik per ton
referentiekader om voorspellingen te
wagens laten deze ontwikkeling zien.
automobielgewicht. Daaruit valt op
doen over het brandstofverbruik in de
De middelste grafiek illustreert hoe de
te maken dat de zuinigheid jaarlijks
nabije toekomst – vooral van nieuwe
voertuigen na 1985 weer zwaarder
met gemiddeld 1,3% verbeterd is,
voertuigen. Het gebruik is gemeten
werden, nadat ze eerst veel lichter
gedurende de afgelopen 25 jaar.
in ‘miles per gallon’ (MPG). [ca. 0,42
geworden waren. Inmiddels is het
Naar verwacht wordt zullen verdere
km/liter]. Hoewel de cijfers in Europa
gemiddelde gewicht van een nieuwe
verbeteringen de groei van het
anders zijn – auto’s zijn hier door de
(Amerikaanse) auto weer op dat van
wagenpark als zodanig meer dan goed
bank genomen een stuk zuiniger – is
1975 terecht gekomen!
maken. Enerzijds wordt dit gerealiseerd
de trend hetzelfde.
Uit de grafieken blijkt, afgezien van het
via evolutionaire verbeteringen aan
De grafiek links illustreert hoe het
zwaarder worden, ook dat het aandeel
de traditionele verbrandingsmotor,
gemiddeld verbruik zich ontwikkeld
bestelauto’s en SUV’s de laatste jaren
maar anderzijds ook door de opmars
heeft tussen 1975 en 2005. De
is toegenomen.
van geheel nieuwe technologie.
zuinigheid van automobielen
Naar verwachting zal dan ook de
verbeterde snel in de late jaren ’70
vraag naar brandstof voor het lichte
en begin jaren ’80, toen de prijs van
transportsegment in de OESO-landen
benzine omhoog schoot en de eerste
geleidelijk aan af gaan nemen.
standaardnormen (Corporate Average
Fuel Economy, CAFE) van kracht
werden. De volgende twintig jaar bleef
het verbruik van (Amerikaanse) auto’s
ongeveer gelijk, op ongeveer 21 MPG
17
Energiebehoefte transportsector wereldwijd Niet-OESO
OESO
Gem. groei/jaar
MBDOE
2005-2030
0,6%
MBDOE
Gem. groei/jaar
2005-2030
3,1%
1,2% Overig transport
1,7%
Zwaar transport
Licht transport
2,8% -0,5%
Deze grafieken vatten onze prognoses
Vooral de afname van de vraag in de
rond de transportsector samen, met
laatste jaren is daar debet aan. Tegelijk
de energiebehoefte van de OESO
zal het brandstofverbruik door de
links en die van de niet-OESO-landen
commerciële transportsector blijven
rechts. De verschillende profielen
stijgen met gemiddeld 1 à 2 % per jaar.
vertegenwoordigen significant andere
In scherp contrast daarmee zal de
trends.
vraag naar brandstoffen in de niet-
De gecombineerde energiebehoefte
OESO-landen gestaag toenemen met
van de OESO zal afvlakken en
ongeveer 3% per jaar, vijf keer sneller
gemiddeld in de periode tot 2030
dan in de OESO-landen. Dankzij een
slechts stijgen met 0,6% per jaar.
sterke economische groei en hogere besteedbare inkomens zullen alle deelsectoren sterk blijven groeien.
18
3,6%
-0,5%
Energieverbruik door de industrie Niet-OESO
OESO
Gem. groei/jaar
MBDOE
2005-2030
MBDOE
Gem. groei/jaar
2005-2030
0,0%
1,9%
Overige
0,1%
0,8%
Chemie
0,4%
3,4%
Zware industrie
-0,4%
1,9%
De industrie neemt ca. 30% van alle
De grafieken hierboven geven de
Er zal sprake zijn van plussen en
primaire energiebehoefte van de
prognoses weer voor 2030 voor
minnen – bescheiden groei in de
wereld voor haar rekening, bijna net
al deze categorieën – onderscheid
chemische industrie bijvoorbeeld, en
zoveel als de elektriciteitscentrales.
makend tussen OESO en niet-OESO-
een afnemende vraag vanuit de zware
Die industriële vraag is samengesteld
landen.
industrie.
uit vele segmenten. Ruwweg kan
Weer zien we heel verschillende
Voor landen buiten de OESO
men onderscheiden de ‘zware
vraagprofielen. Naar verwachting zal de
verwachten wij een relatief forse groei
industrie’, waaronder de productie
energiebehoefte van de OESO-landen
van 1,9% per jaar gemiddeld. Tegen
van staal en cement. Daarna komt de
tot 2030 op ongeveer hetzelfde peil
2030 zal de vraag naar energie vanuit
chemische industrie, met bulkgoederen
blijven – net als in de jaren vóór 2005.
de industrie er wereldwijd ongeveer
en speciale producten, maar ook
tweemaal zo groot zijn als die van de
bijvoorbeeld kunstmest. Daarnaast is
OESO-landen tezamen. Koplopers
er nog de ‘overige industrie’, gevormd
zullen de maakindustrie en de chemie
door bijvoorbeeld raffinage, agro-
zijn.
industrie en een veelheid van andere
Wereldwijd gezien zal de energie-
industriële subsectoren.
behoefte vanuit de industrie stijgen met gemiddeld 1,2% per jaar, en globaal hetzelfde percentage van de totale primaire energie blijven gebruiken.
19
Residentiële en commerciële sector Niet-OESO
OESO
Gem. groei/jaar
MBDOE
2005-2030
MBDOE
2,9%
Gem. groei/jaar
2005-2030
1,0% 1,8%
0,4%
Residentieel
0,0%
0,9%
De energiebehoeften, exclusief
Rechts wordt snel duidelijk dat
Bij elkaar opgeteld zal de vraag vanuit
elektriciteit, van huizen, winkels en
de vraag vanuit de niet-OESO-
dit soort energieverbruik ongeveer
kantoren (samen de residentiële/
landen gedomineerd wordt door het
één procent per jaar blijven groeien tot
commerciële sector genoemd) vormen
residentieel energiegebruik, van ca.
2030.
de laatste belangrijke categorie.
80% van de wereldbevolking.
Wereldwijd zal de vraag naar energie
In 2005 legde deze sector beslag
Deze vraag zal met iets minder dan
door deze categorie stijgen met bijna
op ca. 15% van het totale primaire
1% per jaar blijven groeien, veel sneller
0.7% per jaar; tegelijk zal het aandeel
energieaanbod. Van die 15% gaat 85%
dus dan in de OESO-landen, zelfs al
in de totale primaire energieconsumptie
naar wonen en 15% naar de rest van
zullen ook hier nieuwe technologieën
minder dan 15% worden.
de sector.
opkomen. Ondanks die relatief snellere
Links is te zien dat de vraag vanuit
groei zal de energiebehoefte per capita
de OESO-landen naar verwachting
buiten de OESO lager blijven dan in
bijna gelijk zal blijven, waarbij betere
de OESO-landen. Het commercieel
brandstofefficiency een tegenwicht
verbruik zal naar verwachting sneller
zal bieden tegen een bescheiden
groeien met 1,8% per jaar, als gevolg
bevolkingsgroei. De rest van deze
van een sterke economische groei.
energievraag zal langzaam toenemen, in hetzelfde tempo als de economie groeit. Bij elkaar opgeteld is sprake van een kleine toename van de totale energiebehoefte in de OESO-landen.
20
Commercieel
Vraag en aanbod energie wereldwijd Per sector
MBDOE
Per brandstof
Gem. groei/jaar
2005-2030
MBDOE
Gem. groei/jaar
2005-2030
1,3%
1,3%
0,7%
1,5% 2,0%
1,2% Commercieel/ residentieel
1,7%
Electriciteit
Kernenergie
0,9% 1,7%
Steenkool
Industrie Transport
Hernieuwbaar
Gas
1,5%
Aardolie
1,2%
Als we de prognoses voor alle
Aardgas zal als brandstof de sterkste
Zelfs als we de efficiency van het
relevante sectoren optellen, blijkt de
groei laten zien, vanwege het
brandstofverbruik significant zal
behoefte aan energie tot 2030 jaarlijks
rendement van deze brandstof en
toenemen, zullen de miljarden inwoners
met gemiddeld 1,3% te groeien.
de relatieve milieuvriendelijkheid bij
van de aarde elk jaar meer energie
De belangrijkste veroorzakers van
gebruik in energiecentrales. Ook de
nodig hebben. Het zal tot 2030 zeker
de groei zijn de elektriciteits- en
vraag naar steenkool zal fors toenemen
niet gemakkelijk zijn om tegemoet
transportsector.
dankzij de groeiende behoefte aan
te kunnen komen aan die groeiende
Rechts laten we zien dat aan die
elektriciteit in de ontwikkelingslanden.
vraag naar betaalbare en betrouwbare
behoefte voldaan zal worden met
Na 2020 voorzien wij een sterke
energie. De enorme investeringen, de
behulp van verschillende energie-
groei van kernenergie. Hernieuwbare
toegankelikheid van de beschikbare
dragers. Fossiele brandstoffen blijven
energiebronnen zullen in belang
voorraden, de ongestoorde werking
verantwoordelijk voor 80% van de
toenemen met gemiddeld 1,5% per
van de wereldmarkten zijn cruciale
energieproductie, waarvan olie en
jaar in de periode van nu tot 2030.
succesfactoren.
aardgas 60% voor hun rekening
Daarbij gaat het om biomassa (hout,
De belangrijkste energiebron ter wereld
nemen. De vraag naar aardolie zal met
houtskool, mest), dat langzaam aan
is en blijft aardolie. Toegankelijkheid,
1,2% per jaar blijven stijgen, vooral
belang zal winnen, en windkracht,
investeringen, moderne technologie en
vanuit de transportsector.
zonne-energie en biobrandstoffen, die
vrije handel zijn essentiële elementen
juist snel populairder zullen worden.
om de aanvoer te kunnen blijven garanderen.
21
Vraag en aanbod vloeibare brandstoffen BNP Gem. groei/jaar
MBDOE
2005-2030
1,3%
~38
Vraag naar vloeibare brandstoffen
~32
~47 Biobrandstoffen
~27 OPEC aardolie
NGL, OPEC-condensaat, overige Niet-OPEC teerzand
Niet-OPEC olie & condensaat
22
Naar verwachting zal de wereldwijde
onttrekking. De productie zal toenemen
brandstoffen slechts aan 3% van de
vraag naar vloeibare brandstoffen
van 1 MBD in 2005 naar meer dan
totale vraag naar vloeibare brandstoffen
toenemen van 86 MBDOE nu tot
4 MBD in 2030.
voldaan zal kunnen worden.
116 MBDOE in 2030. Aan deze
NGL (uit aardgas geproduceerde
En verder is er natuurlijk de olie van
energiebehoefte zal met verschillende
vloeibare brandstof) zal ook steeds
de OPEC-landen. De aanvoer uit deze
brandstoffen voldaan worden, maar
meer gebruikt worden, zeker wanneer
landen zal naar verwachting stijgen van
vooral met olie.
nieuwe aardgasvelden ontwikkeld
ongeveer 30 MBD nu tot 45 à 50 MBD
De belangrijkste leveranciers van dit
kunnen worden. De aanvoer van
tegen 2030.
moment zijn te vinden buiten de OPEC.
OPEC-condensaat zal met meer dan
Gegeven de beschikbare voorraden
In de periode tot 2030 zullen enkele
1 MBD toenemen tot 3MBD in 2030.
en de verwerkingscapaciteit van de
regio’s nog in belang groeien – zoals
Andere gebruikte energiedragers zijn
industrie zullen we aan de groeiende
Rusland, de landen rond de Kaspische
vloeibare brandstoffen gewonnen
vraag kunnen blijven voldoen – maar
Zee en Brazilië. Andere regionen
uit gas (groeiend tot 1 MBD) en uit
wil de aanvoer ongestoord blijven
nemen in belang af, doordat het eind
steenkool. De efficiency van het
verlopen tegen een betaalbare prijs,
van de winbare voorraden daar in zicht
raffinageproces als zodanig draagt ook
dan zijn vrije toegankelijkheid en tijdige
komt. Voorbeelden zijn de VS en de
bij aan de productiegroei.
investeringen cruciaal.
Noordzee. Waarschijnlijk zal de aanvoer
De productie van biobrandstoffen,
van olie en condensaat vanuit de
voornamelijk in de vorm van ethanol
De lidstaten van de OPEC zijn:
niet-OPEC-bronnen nog jaren op een
uit maïs en suikerriet, zal in de periode
Algerije, Angola, Indonesië, Iran, Irak, Koeweit,
gelijk peil blijven en pas na 2020 licht
tot 2030 waarschijnlijk groeien tot ca.
Libië, Nigeria, Qatar, Saoedi-Arabië, Verenigde
afnemen. Intussen zal de productie
3 MBDOE. De productiecapaciteit
vanuit teerzanden snel toenemen,
zal snel toenemen, maar blijft
zowel via mijnbouw als ‘in-situ’-
marginaal, waardoor in 2030 met deze
Arabische Emiraten en Venezuela
Wereldwijde energiebehoefte en – bronnen Hernieuwbare energie
Primaire energie Gem. groei/jaar
MBDOE
2005-2030
MBDOE
Gem. groei/jaar
1,3%
1,5% Aardgas
2,0%
Wind, zon en biobrandstoffen
2005-2030
Wind, zon en biobrandstof
2005-2030
Hydro/Geo
8,7%
8,7% 2,0%
Kernenergie
9,9% Zon
Wind
1,7%
10,5%
0,7%
Aardgas
1,2% Aardolie
Gem. groei/jaar
1,5%
0,9%
Steenkool
MBDOE
Biomassa/ Overig
Biobrandstoffen
7,6%
Om een realistisch beeld te krijgen
Hernieuwbare energiebronnen zullen
Door die groei zullen deze energie-
van de toekomstige energiesituatie
steeds belangrijker worden en met
bronnen de komende periode een
moet de bijdrage van alle primaire
1,5% per jaar blijven groeien. Zoals in
aanzienlijk belangrijkere rol spelen
energiebronnen meegerekend worden.
de middelste grafiek te zien is, wordt
dan vandaag de dag. Niettemin is
De behoefte aan olie, vooral in de
een groot deel van deze energie
de verwachting dat wind- en zonne-
industrie en de transportsector, zal
gewonnen uit biomassa – hout,
energie tegen 2030 nog steeds niet
met 1,2% per jaar blijven toenemen.
houtskool en mest – waarvan het
meer dan 1% van de wereldwijd
Het verbruik van aardgas zal met
verbruik relatief beperkt zal toenemen.
benodigde energie zullen leveren
1,7% toenemen, vooral doordat
Waterkracht en geothermische
en samen met biobrandstoffen
voor de elektriciteitsopwekking een
energie zullen met bijna 2% per jaar
niet meer dan 2% van de totale
grote behoefte bestaat aan efficiënte
groeien – de enige beperking is de
wereldenergiebehoefte.
brandstoffen met lage CO2-emissies.
beschikbaarheid van geschikte locaties.
Daar staat dan tegenover dat de vraag
‘Moderne’ hernieuwbare dragers
naar steenkool, dat voor méér emissies
daarentegen, zoals windenergie, zonne-
zorgt, zal stijgen met minder dan één
energie en biobrandstoffen, zullen door
procent per jaar. Kernenergie zal,
subsidies en politieke maatregelen sterk
vooral na 2020, sterk groeien.
in belang toenemen: biobrandstoffen met naar schatting 8% per jaar en wind en zonne-energie met 10%.
23
Energievoorziening en CO2-uitstoot Niet-OESO
OESO
Vraag per brandstof MBDOE
Gem. groei/jaar
Gem. groei/jaar
2005-2030
MBDOE
2,0%
2005-2030
0,5%
Overige
Overige Steenkool Gas
Steenkool
Aardolie
Aardolie
Gas
Energie-gerelateerde CO2-emisies Miljarden ton CO2
Gem. groei/jaar
2005-2030
0,1%
Miljarden ton CO2
1,8%
Gem. groei/jaar
2005-2030
1,9% Steenkool Gas
Aardolie
Aardolie
Zoals meermalen in dit rapport
koolstofintensiteit. Als gevolg van deze
In de landen buiten de OESO
is vermeld, zal de groei van de
trends verwachten we dat de totale
zal daarentegen de emissie van
energiebehoefte aanzienlijk groter
uitstoot in de OESO-landen ongeveer
broeikasgassen door energie-
zijn in de niet-OESO-landen, doordat
op hetzelfde peil zal blijven (linksonder).
verbruik gestaag toenemen met
daar zoveel meer mensen wonen, die
De toename in energieverbruik wordt
ca. 2% per jaar, als gevolg van de
allemaal streven naar meer welvaart.
hier goedgemaakt door een afname
enorme groei in de behoefte aan
Gegeven de ‘mix’ van beschikbare
van de relatieve koolstofintensiteit van
elektriciteit, transport en industriële
brandstoffen is het onvermijdelijk
de gebruikte energiebronnen.
brandstoffen, waardoor ook het
dat dus ook de CO2-emissies zullen
verbruik van fossiele brandstoffen zeer
toenemen. Deze en de hierop volgende
sterk toeneemt. Hierdoor nemen de
grafiek tonen deze trends rond
niet-OESO-landen – in de periode tot
energieverbruik en broeikasgassen.
2030 – ongeveer 95% van de jaarlijkse
Het energieverbruik in de OESO-landen
toename van broeikasgasemissie voor
(linksboven) zal naar verwachting
hun rekening.
bescheiden groeien met 0,5% per jaar. Steenkool zal hier steeds minder gebruikt worden. In de niet-OESOlanden daarentegen wordt een veel sterkere groei van het energiegebruik verwacht naarmate de welvaart stijgt en de bevolking toeneemt. En daar zal ook veel meer steenkool worden ingezet, de brandstof met de hoogste
24
Steenkool Gas
Wereldwijde CO2-emissies Emissie door energieverbruik
Miljarden tonnen
Uitdagingen
Gem. groei/jaar
2005-2030
1,2%
2x sterkere groei biobrandstoffen via cellulose- ethanol Verdubbeling tempo efficiencyverbetering van auto’s Helft steenkolencentrales vervangen door kernenergie/CCS
1,8%
1,3%
Steenkolencentrales bij 40 jaar vervangen door kernenergie/CCS
De CO2-emissie door energieverbruik
zoveel zou toenemen als verwacht,
de landen buiten de OESO, waar steeds
zal naar verwachting wereldwijd
dan zou dat slechts leiden tot een
meer steenkool ingezet zal worden om
toenemen met ongeveer 1,2% per jaar.
vermindering van de totale uitstoot met
elektriciteit op te wekken.
Het volume zal in 2030 37 miljard ton
één procent. Dat komt natuurlijk ook
Een andere bestudeerde optie gaat
bedragen (zie de bovenste lijn in de
doordat het enige tijd duurt voordat
ervan uit dat alle steenkolencentrales
grafiek), zelfs al gaan we uit van forse
nieuwe auto’s met nieuwe motoren een
worden ontmanteld zodra ze veertig
verbeteringen in de energie-intensiteit.
relevant deel van de oude voertuigen
jaar oud zijn. Ook dan zou de hierdoor
Het rijtje uitdagingen naast de grafiek
verdrongen hebben.
verloren capaciteit moeten worden
illustreert de problemen en realiteiten
Door bij de opwekking van elektriciteit
gecompenseerd door alternatieven
waar de wereld mee geconfronteerd
de helft van de verwachte groei te laten
met een lage koolstofintensiteit,
wordt als het gaat om het verminderen
realiseren via alternatieven met weinig
kernenergie of IGCC-CCS. Daarmee
van de CO2-uitstoot.
koolstofintensiteit, dat wil zeggen door
zou de uitstoot van CO2 in 2030 met ca
Een van de veelbesproken opties is
kernenergie of IGCC met CO2-afvangst
10% verminderd kunnen worden. Maar
de verdere ontwikkeling van cellulose-
en-opslag, zou de totale uitstoot van
dat zou betekenen dat we voor 2030
ethanol. De uitdaging is daarbij om de
broeikasgassen in 2030 verminderd zijn
nog 500 nieuwe kerncentrales zouden
groei van de biobrandstoffenproductie
met ongeveer 3%. Om deze oplossing
moeten bouwen! Ofwel meer dan er nu
te verdubbelen door op dit gebied
in het juiste perspectief te plaatsen:
in de hele wereld zijn.
een doorbraak te verwezenlijken. In
willen we de capaciteit van de geplande
Hoewel deze maatregelen elk op zich
de grafiek hierboven is het resultaat
steenkolencentrales vervangen door
zeer weinig kans maken om in de
daarvan echter nauwelijks te zien – een
nucleaire installaties, dan zouden er
praktijk gebracht te worden, moeten
vermindering van 0,5% van de totale
naast de al geplande 170 nieuwe
we ze allemaal gelijktijdig treffen om
uitstoot in 2030. Een volgende uitdaging
kerncentrales nog 125 extra gebouwd
ervoor te zorgen dat de CO2-uitstoot de
heeft betrekkking op de zuinigheid van
moeten worden in de periode tot 2030.
komende tien jaar niet groeit.
voertuigen. Maar zelfs als die tweemaal
Het effect hiervan zou vooral groot zijn in 25
Samenvatting van de prognoses • De wereldwijde vraag naar energie zal met 1,3% per jaar groeien Door groei economie en toename bevolking Getemperd door efficiency-winsten • Elektriciteitsopwekking is goed voor meer dan 40% van deze vraag Vooral in ontwikkelingslanden Steenkool blijft belangrijkste brandstof, aandeel aardgas groeit snelst Bijdrage kernenergie groeit, vooral na 2020 • Energiebehoefte transportsector neemt langzamer toe Zuiniger worden van auto’s weegt deels op tegen groei wagenpark Biobrandstoffen worden belangrijker maar kostprijs en schaalnadelen remmen groei • De toenemende vraag en gelijkblijvende brandstofmix zullen zorgen voor meer CO2-emissies
We vatten de verschillende prognoses nog eens kort samen. Ten eerst zal de wereldwijde vraag naar
Ook de transportsector zal een groeiend
energie naar verwachting groeien met
beroep doen op de beschikbare
gemiddeld 1,3% tot 2030. Dat die vraag groeit,
energievoorraden.
komt doordat de bevolking groeit, evenals
Maar naarmate de voertuigen kunnen
de economie. Tegelijkertijd zullen significante
beschikken over modernere motoren met een
verbeteringen in de energie-efficiency de
lager brandstofverbruik en het wagenpark
toename van de vraag temperen.
minder snel gaat groeien, zal die groei ook
Vooral de stijgende vraag naar elektriciteit
weer afvlakken, vooral in de OESO-landen.
zal de behoefte aan energie stimuleren; deze
Hoewel de aanvoer van biobrandstoffen snel
sector is verantwoordelijk voor liefst 40% van
zal groeien, is deze energiebron zowel qua
de groei. En die groei zal zich voornamelijk
kosten als schaal van beperkt belang.
concentreren in de ontwikkelingslanden.
Aardolie zal onmisbaar blijven om aan de
Steenkool zal daarbij de belangrijkste
energiebehoefte van de transportsector te
energiebron blijven voor de opwekking van
kunnen voldoen.
elektriciteit, maar ook het verbruik van aardgas
Tenslotte zal de uitstoot van broeikasgassen
zal snel groeien. Bovendien zal kernenergie zal
als gevolg van energieopwekking blijven
een grotere rol spelen, vooral na 2020.
toenemen, doordat de vraag naar energie blijft stijgen en de mix van beschikbare brandstoffen niet wezenlijk zal veranderen in de periode van 2005 tot 2030.
26
Conclusies • Economische groei, vooral in ontwikkelingslanden, zal zorgen voor toenemen
energiebehoefte, ondanks toename van energie-efficiency • Aardolie, aardgas en steenkool blijven nodig om te kunnen voldoen aan de vraag
naar energie, ook bij een snelle opmars van hernieuwbare bronnen • Om de CO2-emissies significant te verminderen moet de hele wereld
meedoen aan emissiebeperkende maatregelen, moet de efficiency van het energieverbruik fors toenemen, zijn technologische doorbraken noodzakelijk en moet enorm veel geïnvesteerd worden in de energievoorziening
Uit al deze prognoses trekken wij een drietal conclusies. De groei van de wereldeconomie zal tot 2030
energie blijven leveren.
zorgen voor een aanzienlijke stijging van de
Voor het significant verminderen van de
energiebehoefte (ongeveer 40% hoger in
uitstoot van CO2 moet worden voldaan
dat jaar dan in 2005), zelfs al realiseren we
aan een essentiële maar problematische
significante bezuinigingen en verbeteringen.
voorwaarden: de hele wereld moet meedoen,
Deze groei zal zich vooral concentreren in
de effciëntie van het energieverbruik moet fors
de landen buiten de OESO, waar miljarden
toenemen, de technologie moet verbeteren
mensen steeds méér energie nodig zullen
en er moet decennia lang enorm veel geld
hebben om zelfs maar een fractie van het
geïnvesteerd worden in de energievoorziening.
welvaartspeil van de burgers in de ontwikkelde landen te bereiken.
Miljarden mensen over de hele wereld
Aardolie, aardgas en steenkool blijven
vragen om betere leefomstandigheden
onmisbaar om te kunnen voldoen aan de vraag
en economische groei. Hiervoor is het
naar betrouwbare en betaalbare energie, zeker
onontbeerlijk dat er sprake is en blijft van een
in de nabije toekomst. Omdat hernieuwbare
betrouwbare en betaalbare energievoorziening.
energiebronnen starten vanuit een extreem smalle basis, zullen zij geen betekenisvolle bijdrage kunnen leveren aan de brandstofmix van 2030 – hoe snel het gebruik ervan ook groeit. Fossiele brandstoffen zullen met andere woorden minstens 80% van alle beschikbare
27
het algemeen belang.
De Energy Outlook 2007/2008 is een uitgave van ExxonMobil Productie Benelux Public Affairs/Communications Postbus 1 4803 AA Breda Tel. 076 - 529 1355 Polderdijkweg 3B 2030 Antwerpen Tel. 03/543 3951 Ontwerp GPB, Leiderdorp Druk PlantijnCasparie, Den Haag © Esso Nederland BV / ExxonMobil Chemical BV / ExxonMobil Petroleum & Chemical BVBA www.exxonmobil.nl www.exxonmobil.be www.exxonmobil.lu