2. Jacop Kreynck un Deryck Vogel, Reyze van Zutphen toe Jerusalem na den heyligen Grave Christi, Anno MCCCCLXXIX. Reizen, dat deed je in de Middeleeuwen niet zomaar. Een normaal mens begon er pas aan als er een duidelijk doel was, meestal verband houdend met de religie. Het kon zijn om heilige plaatsen te verdedigen (kruistochten), om een gemeenschap van godsdienstgenoten in het nauw te helpen, om bevrijd te worden van zonden, zoals in het geval van Sint Brandaan, of om het graf van een heilige te bezoeken en er te bidden. Gedurende de gehele periode van de Middeleeuwen waren pelgrimages zeer in trek; er waren vele pelgrimsoorden, de beroemdste Santiago de Compostela, Rome en vooral natuurlijk het Heilig Land, waar de gelovige de vele plaatsen kon bezoeken die genoemd worden in de Bijbel en in andere heilige teksten. Op 5 april 1479, de maandag na Palmzondag, vertrokken Jacob Kreynck en Derk Vogel, waarschijnlijk twee stadsbestuurders van Zutphen, naar Jeruzalem. Hun korte verslag leest als een vademecum voor de pelgrim: de twee mannen beschrijven de route, ze sommen de belangrijkste bezienswaardigheden op, ze geven tips over de bagage, en vooral ook waarschuwen ze voor allerlei gevaren, voor malafide handelaren en commissionairs, onbetrouwbaar vrouwvolk en ander geboefte waarmee de pelgrim naar hun ervaring in aanraking kon komen. Een soort ANWB-gids van de vijftiende eeuw.
[Het traject naar Venetië] In het jaar ons Heren 1479, op de maandag na Palmpasen, 1 reisde ik, Jacop Kreynck, samen met Deryck Vogel van Zutphen [Zutphen, NL 2] naar Jerusalem, [Jeruzalem, IL 3] naar het Heilig Graf 4 van Christus. De eerste nacht brachten wij door in Nymegen [Nijmegen, NL 5], en de volgende nachten waren wij te Ten Bossche [’s-Hertogenbosch, NL 6] en te Lier [Lier, BE 7]. Vandaar trokken wij verder naar Mechelen [Mechelen,
1. Maandag, 5 april 1479. 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Zutphen.kmz 3. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Jeruzalem.kmz 4. http://nl.wikipedia.org/wiki/Heilig_Grafkerk 5. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Nijmegen.kmz 6. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/'s-Hertogenbosch.kmz 7. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Lier.kmz
-1-
BE 1],
daarna naar Brussel [Brussel, BE 2] en vandaar naar Onze Lieve Vrouw 3 te Halle [Halle, BE 4]. Deze reis ging door Brabant. Van Brabant reisden wij Henegouwen in, naar Bren [’s-Gravenbrakel / Braine-le-Comte, BE 5], Berghe [Bergen / Mons, BE 6], Mauborch [Mabuse / Maubeuge, BE 7] en Avesnes [Avesnes-sur-Helpe. BE 8]. Van Henegouwen reisden wij Frankrijk in, naar Asteres [Étrœungt, FR 9], naar Appent [Étréaupont, FR 10], naar Verwyn [Vervins, FR 11], naar Rense [Reims, FR 12] in Hispaniën, 13 naar Troys [Troyes, FR 14] in Kromonsyn, 15 naar Schaeteljon [Châtillon-sur-Seine, FR 16], naar Dyon [Dijon, FR 17], [naar] Orsan [Auxonne, FR 18], naar Dolle [Dole, FR 19], naar Sallyen [ Salins-les-Bains, FR 20], naar Littery [Lutry, CH 21], naar Doudeye [Vevey, CH 22], naar Willenake [Villeneuve, CH 23], naar Sammarys [Saint
1. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Mechelen.kmz 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Brussel.kmz 3. Onze Lieve Vrouw te Halle was een beeld in de Sint Martinus basiliek, dat wonderen kon verrichten en als gevolg daarvan was Halle destijds een bekend bedevaartsoord. 4. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Halle.kmz 5. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Braine-le-Comte.kmz 6. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Mons.kmz 7. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Maubeuge.kmz 8. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Avesnes-sur-Helpe.kmz 9. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Etroeungt.kmz 10. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Etreaupont.kmz 11. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Vervins.kmz 12. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Reims.kmz 13. Bedoeld is: Champagne 14. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Troyes.kmz 15. Bedoeld is: Champagne 16. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Châtillon-sur-Seine.kmz 17. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Dijon.kmz 18. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Auxonne.kmz 19. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Dole.kmz 20. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Salins-les-Bains.kmz 21. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Lutry.kmz 22. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Vevey.kmz 23. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Villeneuve_CH.kmz
-2-
Maurice, CH 1],
naar de Sante Berntz Berge [Grote Sint-Bernard, CH 2], naar Ost [Aosta, IT 3], naar Leryge [?], naar Frassete [Varese, IT 4]. Vanuit Soffoyen 5 begaven wij ons in het hertogdom van Meylanen [Milaan, IT 6] om door dat land te trekken [?] naar Lacte [Lecco, IT 7] [en] naar Kemon [Como, IT 8]. 9 Vanuit het land rond Meylaen reisden wij naar het Fenedesschen lande [het land rond Venetië] naar Bresen [Brescia, IT 10], naar het Walschen Bren [Verona, IT 11], naar Vincens [Vicenza, IT 12], naar Padou [Padua, IT 13] [en] naar Menisterres [Mestre, IT 14]. Vandaar reisden wij over het water tot in Ffenediën [Venetië, IT 15]. [Venetië] Als u in Venediën [Venetië, IT 16] komt, val dan zo min mogelijk op en laat aan niemand merken hoe veel geld u [bij u] heeft, en pas vooral op voor de makelaars, want zij zullen u [gegarandeerd] oplichten. Geef hen geen geld in ruil voor hun hulp bij het vinden van een patroon, 17 want zij worden betaald door die patroon, en hij zal u aan het lijntje houden om u een plaats aan boord van dat schip te verkopen. Want ook al zegt de patroon dat hij binnen een week zal uitvaren, in 1. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Saint-Maurice.kmz 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Grand-Saint-Bernard.kmz 3. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Aosta.kmz 4. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Varese.kmz 5. Bedoeld lijkt: Savoie 6. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Milano.kmz 7. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Lecco.kmz 8. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Como.kmz 9. De volgorde zal verwisseld zijn, immers Como ligt vóór Lecco. 10. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Brescia.kmz 11. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Verona.kmz 12. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Vicenza.kmz 13. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Padua.kmz 14. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Mestre.kmz 15. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Venezia.kmz 16. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Venezia.kmz 17. De patroon is de schipper van de boot waarmee de pelgrims naar het Heilig Land vervoerd worden, maar is daarnaast ook verantwoordelijk voor leven en welzijn van zijn cliënten. De pelgrimage is een ‘all-in event’.
-3-
werkelijkheid vaart hij niet binnen een maand uit, tenzij dat zijn schip afgemeerd ligt bij Sinte Nicolaus [San Nicolo, IT 1], want daar liggen zij niet langer dan vier of vijf dagen. In Ffenediën [Venetië, IT 2] op Moran [Murano, IT 3] is een heiligdom, waar veel [Onnozele] Kinderen begraven liggen, die [koning] Herodes liet doden. 4 Vandaar vaart men naar een klooster [San Francesco del Deserto], dat midden in het water ligt. 5 Daar ligt de heilige Helena [van 6 Constantinopel] begraven in een onderaardse ruimte onder het hoogaltaar. 7 Zij was de moeder van keizer Constantijn [de Grote] en zij liet alle kerken bouwen die in het Heilig Land staan, meer dan vierhonderd. Ook vond zij het Heilig Kruis van Onze Lieve Heer met veel andere relikwieën. Men kan ook varen naar Sunte Joerghen [San Giorgio 8], dat is een klooster dat in het water ligt. Daar bevinden zich de schedel van sunte Joerghen [sint Joris 9] en zijn linkerarm met zijn hand en nog veel meer heiligdommen. Binnen de stad kan men een klooster bezoeken waar de heilige Barbara [Barbara 10] [begraven] ligt alsook een haren hemd 11 van de heilige Christoffen [Christoffel 12]. Ook kan men binnen de stad een andere kerk bezoeken, waar [de heilige] Lucia in haar geheel [begraven] ligt. Men kan ook een rondvaart maken langs waar alle grote schepen [afgemeerd of voor anker] liggen. 1. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/San_Nicolo.kmz 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Venezia.kmz 3. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Murano.kmz 4. http://nl.wikipedia.org/wiki/Kindermoord_van_Bethlehem 5. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/San_Francesco_del_Deserto.kmz 6. http://nl.wikipedia.org/wiki/Helena_%28heilige%29 7. http://nl.wikipedia.org/wiki/Hoogaltaar 8. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Basilica_di_San_Giorgio_Maggiore.k mz 9. http://nl.wikipedia.org/wiki/Joris_%28heilige%29 10. http://nl.wikipedia.org/wiki/Barbara_van_Nicomedi%C3%AB 11. http://nl.wikipedia.org/wiki/Cilice 12. http://nl.wikipedia.org/wiki/Christoffel_%28heilige%29
-4-
In een nonnenklooster ligt daar Zacharias [Zacharias 1], de vader van de heilige Johans Baptisten [Johannes De Doper 2], met twee andere [door koning Herodes gedode Onnozele Kinderen 3 begraven] achter het hoogaltaar. En in de kerk staat een replica van het Heilig Graf. Op [het eiland] Sint Nicolaus, waar de schepen vier of vijf dagen [voor anker] liggen, zijn bijzonder veel heilige voorwerpen. Zo is daar een [edel]steen, waarmee Onze Lieve Heer tijdens de bruiloft [van 5 Kana 4] wijn maakte van water. [Benodigdheden voor de overtocht] Nu volgt de [benodigde] proviand die men bij zich moet hebben op een galeischip als men in Ffenediën aan boord gaat en naar Jherusalem wil varen, en weer terug naar Ffenediën, om in zijn levensonderhoud te voorzien. Ten eerste: twee [grote] porties dubbelgebakken brood, [bij voorkeur] het witste dat men kan vinden, en dat zal [ongeveer] elf ducaten [moeten] kosten. Zes stopen wijn. 6 Het verstandigst [is om] de meest simpele wijn [te kopen] die men [daar] vinden kan, want als je échte wijn wilt drinken dan kun je die veel beter onderweg kopen dan in Ffenedigen. Een zijde spek, schottelvisch [ingelegde vis], maar dan niet van aal, moeraal of stokvis, mag alles bij elkaar [ongeveer] twee ducaten kosten. Koop ook een eikenhouten vat met een deksel om uw behoefte in te doen, als dat nodig is, of als u ziek geworden bent.
1. http://nl.wikipedia.org/wiki/Zacharias_%28Nieuwe_Testament%29 2. http://nl.wikipedia.org/wiki/Johannes_de_Doper 3. http://www.biblija.net/biblija.cgi?Bijbel=Bijbel&set=10&l=nl&pos=1&qall=1&idq=19&i dp0=19&m=Mat%202&hl=Mat%202,16 4. http://nl.wikipedia.org/wiki/De_Bruiloft_van_Kana_%28naar_Jheronimus_Bosch%29 5. http://www.biblija.net/biblija.cgi?Bijbel=Bijbel&set=10&l=nl&pos=1&qall=1&idq=19&i dp0=19&m=Joh%202&hl=Joh%202%2C11 6. Drinkwater was bederflijk(er).
-5-
Ook 20 pond [1 pond = ca. 400 gram] rijst en 16 pond amandelen en voor één ducaat kandijsuiker 1 en wat [andere] suiker. Ook en vooral erwten en wat gerstenbier voor één ducaat, en een halve mandfles wijnazijn en een kruik [spijs]olie en 6 pond boter, en voor 10 schellingen zout en laxeermiddel en geconfijte vruchten voor een ducaat, en 30 of 40 gezouten vogels. Ook moet u altijd een vat met schoon drinkwater bij u hebben en een ketel, een kookpot met een deksel en een [braad]pan, een bijl, een schotel, een lepel, borden [om van te eten], kommen en [bekers], 2 tafellaken, servetten en een houten hamer, alsook een lantaarn, en een waskaars en een kist om alles in te bewaren, mag ongeveer 70 schellingen kosten, alsook een bed met twee stel lakens en twee hoofdkussens. Ook moet u altijd twee flessen in het Heilig Land bij u hebben, de een gevuld met azijn en de ander met wijn, en als u door het Heilig Land reist, neem dan een schotel en een lepel met u mee. Dit alles bij elkaar mag inclusief de kamerhuur niet meer kosten dan 30 ducaten. [Toegangsgelden en andere onkosten in Palestina] Dit zijn de toegangsgelden die men moet betalen in het Heilig Land: ontschepen in Jaffa [Tel Aviv, IL 3] 7 ducaten en 7 schellingen. De Sint Jorgiën Kercke [Casa di Franchi 4] te Rama [Ramla, IL 5] 1 schelling, het hospitium 6 te Jherusalem 6 schellingen, 11 schellingen in het Dal van Josaphat, 11 schellingen op de Olijfberg, en als men in Bethlehem komt in de [Geboorte]kerk 1 schelling, en daar waar sint Johan [de Doper 7] geboren werd 1 schelling, en toen wij voor de eerste keer de 1. http://nl.wikipedia.org/wiki/Kandij 2. Hs. pannen – wat wel eens een verminking van nappen zou kunnen zijn, immers de pannen zijn al genoemd. 3. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Jaffa.kmz 4. De Sint Joris Kerk staat in Lydda, het huidige Lod, ten noordwesten van Ramla – bedoeld is het zogeheten Casa di Franchi in Rama, het huidige Ramla. 5. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Rama.kmz 6. Het Johannieterhospitaal te Jeruzalem. 7. Noch van Johannes de Doper noch van de apostel Johannes noch van de evangelist Johannes, die nu niet meer als één en dezelfde beschouwd worden, is binnen de huidige stand van wetenschappelijke zaken een geboorteplaats bekend.
-6-
Tempel [van het Heilig Graf] verlieten 4 schellingen, in Betanyën 1 11 schellingen en op de plaats [in de woestijn] waar Onze Lieve Heer 40 dagen vastte 1 schelling, evenzo bij de Jordaen en bij Jherusalem. En 1 schelling toen wij voor de derde keer naar de Tempel [van het Heilig Graf] gingen, en 17 schellingen toen wij die ezel huurden en 3 [schellingen] voor de terugweg naar Ramus [Rama], en 2 schellingen om een ezel te huren van Ramus weer terug naar Jaff [Jaffa]. Totaal aan entreegelden en eten en drinken 16 ducaten. [De overtocht] Dit is de vaarroute van Ffenediën [Venetië] tot Jaff [Jaffa], maar de schepen volgen meer dan één route. De grote galeiën en andere grote schepen gaan voor zover mogelijk over de hoge zee, terwijl de kleine galeiën die geroeid worden onder de kust varen met behulp van de wind. Eerst vaart men van Ffenediën [Venetie 2] naar Parens [Porec, HR 3] ook wel geheten Poleyge, dat is van Ffenediën [10]1 mijl. Van Parens naar Zarydas, alias Zack [Zadar, HR 4] is 170 mijlen. Daar ligt [begraven] Simon [Simeon], die Onze Lieve Heer in de Tempel ontving. 5 Van Zack naar Lesyna [Hvar, HR 6] is 130 mijlen. Van Lesyna naar Korsula [Korčula, HR 7] is 50 mijlen. Vandaar naar Argus [Ragusa, HR 8] is het 90 mijlen, en daar vindt men vele lichte wijnen, maar niet [veel] meer dan dat, en deze stad ligt in Ongeryen [Hongarije], en daar bewaart men de arm met de hand van de heilige Blasius. 9 Van Argus naar Duraes [Durrës, AL 10] is 120 mijlen. Vandaar naar Korssul [Korfu, EL 11] is 140 mijlen. 18 mijlen vóór Korssul ligt een stad die volledig verwoest is door een draak, die 1. Dorp dat gelegen zou hebben op of bij de Olijfberg. 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Venezia.kmz 3. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Porec.kmz 4. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Porec.kmz 5. http://nl.wikipedia.org/wiki/Simeon_%28Nieuwe_Testament%29 6. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Hvar.kmz 7. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Korcula.kmz 8. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Dubrovnik.kmz 9. http://nl.wikipedia.org/wiki/Blasius_van_Sebaste 10. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Durrës.kmz 11. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Corfu.kmz
-7-
daar vaak kwam en [zodoende] de bevolking verdreef, en die plaats heet Kasup [Kassopei, EL 1]. Buiten de stad [Kassopei] staat een kapel, waar dankzij een wonder van Onze Lieve Vrouw altijd een lamp in brandt. Van Korffum naar Moddon [Methoni, EL 2] is 300 mijlen en dat is halverwege tussen Ffenediën [Venetië] en Jaff [Jaffa] in het Heilig Land. Moddon ligt in Romeneyen [Het (voormalige) Oostromeinse Rijk] en hoort [nu] bij Ffenediën, en daarvandaan komt de [wijn geheten] Romeneyen. Pas op voor sterke wijn zonder water en voor water zonder wijn alsook voor het brood dat u daar kunt vinden en eet daar zo weinig mogelijk van. En pas vooral op voor de vrouwen in dat land! 3 Van Moddon naar Kandy [Candia, EL 4] is 300 mijlen, en daarvandaan komt de [wijn geheten] Malvesey. Van Kandy naar Rodes [Rhodos, EL 5] is 300 mijlen. Op Rodys [Rhodos] zijn veel heiligdommen, die u zich moet laten tonen: Daar zult u de rechterarm van de heilige Johan Baptisten 6 zien en een arm van de heilige Katherinen, 7 en een terrine, waar Onze Lieve Heer [samen] met zijn apostelen uit at, en een lampetkan die hoorde bij het wasbekken, waarmee Onze Lieve Heer de voeten van zijn apostelen waste, en een stuk van het Heilig Kruis gevat ik zilver, en een van de 30 penningen waarvoor God verkocht werd, alsook een doorn uit de [doornen]kroon 8 van Onze Lieve Heer. Buiten Rodys staat een Grieks-orthodoxe kerk, waar het hoofd van de heilige Johannes [de Doper] werd gevonden, 9 en daar staat ook nog
1. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Kassopei.kmz 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Methoni.kmz 3. Vermoedelijk zigeunerinnen die je van alles beroven. 4. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Heraklion.kmz 5. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Rhodos.kmz 6. http://nl.wikipedia.org/wiki/Johannes_de_Doper 7. http://nl.wikipedia.org/wiki/Catharina_van_Alexandri%C3%AB 8. http://www.biblija.net/biblija.cgi?Bijbel=Bijbel&set=10&l=nl&pos=1&qall=1&idq=19&i dp0=19&m=Joh%2019&hl=Joh%2019%2C5 9. http://www.biblija.net/biblija.cgi?Bijbel=Bijbel&set=10&l=nl&pos=1&qall=1&idq=19&i dp0=19&m=Mar%206&hl=Mar%206%2C16
-8-
een springbron. Niet ver vandaar ligt een boomgaard, die eigendom is van de Heren van Rodys, en die heet ‘het Paradijs’. Van Rodys naar Buffa [Paphos, EL 1] in Sypers [Cyprus] of tot Lymassum [Limassol, EL 2] is 300 mijlen. Lymassum is een stad met een kasteel erin. Van Baffa naar Baruit [Bayrut, LB 3] is 300 mijlen, en daar komt men voor het eerst in het land van de heidenen, ende daar is de plaats waar de heilige Jorgiën [sint Joris] de draak [dood]stak, 4 en is twee dagreizen over land verwijderd van Damascoe [Damascus, SY 5], en van Baruth naar Jaff [Jaffa] is 200 mijlen. Daar [in Jaffa] gaan alle die pelgrims aan land. Jaff is een stad in staat van [groot] verval, waar niemand [meer] woont en waar geen andere [verblijf]huizen in staan dan drie kerken, en daar liggen de pelgrims ’s nachts. En wie geen eigen matras meeneemt, die moet alle dagen dat hij in het Heilig Land is, en dat zijn er min of meer 15, op de [kale] grond liggen. Als men langs al deze [bovengenoemde] steden vaart dan is het van Ffenediën tot Jaff 2440 mijlen, maar als men enkel en alleen vaart via Moddon [Methoni] en Kandy [Candia], en vandaar tot Jaff, dan is het ongeveer 2230 mijlen. [Van Jaffa naar Jerusalem] Volgen nu de aflaten voor de [hieronder] genoemde plaatsen, die de pelgrims gewoonlijk bezoeken in het Heilig Land, en het zijn aflaten van alle zonden. 6 Jaff is de plaats waar Onze Lieve Heer de heilige Peter 7 en de heilige Andries 8 toesprak, terwijl zij aan het vissen waren, en zei: “Volg mij!” 9
1. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Paphos.kmz 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Limassol.kmz 3. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Bayrut.kmz 4. http://nl.wikipedia.org/wiki/Joris_%28heilige%29 5. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Damascus.kmz 6. http://nl.wikipedia.org/wiki/Aflaat 7. http://nl.wikipedia.org/wiki/Petrus 8. http://nl.wikipedia.org/wiki/Andreas_%28apostel%29 9. http://www.biblija.net/biblija.cgi?Bijbel=Bijbel&set=10&l=nl&pos=1&qall=1&idq=19&i dp0=19&m=Mat%204&hl=Mat%204,19
-9-
Daar ontvangt men 7 jaar aflaat, 7 [40-daagse] vastenperioden en 40 [vasten- en onthoudings]dagen. Midden in de kerk van Jaff was de plaats waar de heilige Peter een overleden vrouw, Tabyta geheten, tot leven wekte, 1 Daar ontvangt men 7 jaar aflaat, 7 [40-daagse] vastenperioden en 40 [vasten- en onthoudings]dagen. Van Jaff naar Ramus [Ramla] is 12 mijlen. Niet ver buiten Ramus staat een Grieks-orthodoxe kerk [op de plaats] waar de heilige Jorgiën [sint Joris] onthoofd werd. Daar ontvangt men 7 jaar aflaat, 7 [40-daagse] vastenperioden en 40 [vasten- en onthoudings]dagen. Van Rama tot Noeva Porta 2 is 9 mijlen. Van Noeva Porta naar Jerusalem is 18 mijlen. Dat is verharde weg door een bergachtig landschap met scherpe stenen. Op 3 mijlen van deze kant van Jherusalem staat Emaus [Abu Gosh, IL 3], waar Onze Lieve Heer op Pasen met twee [van Zijn] leerlingen wandelde. 4 Daar ontvangt men 7 jaar aflaat, 7 [40-daagse] vastenperioden en 40 [vasten- en onthoudings]dagen. En als men bij Jherusalem komt, niet ver [daarvoor] staat een vierkanten huis, waar alle pelgrims naar binnen gaan en daar worden zij dan geteld, en daarna gaat men Jherusalem in. Bron: Reis naar het midden van de wereld. Jacob Kreynck en Derk Vogel op bedevaart naar Jeruzalem in het jaar 1479. Naar het Berlijns handschrift uitgegeven met inleiding en aantekeningen door R.J.G.A.A. Gaspar en geïllustreerd door M.A.W. Lieferink. Dieren 2005. 5
1. http://www.biblija.net/biblija.cgi?Bijbel=Bijbel&set=10&l=nl&pos=1&qall=1&idq=19&i dp0=19&m=Hand%209&hl=Hand%209,40 2. Mogelijk: http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Latrun_Monastery.kmz 3. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Emmaus.kmz 4. http://www.biblija.net/biblija.cgi?Bijbel=Bijbel&set=10&l=nl&pos=1&qall=1&idq=19&i dp0=19&m=Luc%2024&hl=Luc%2024,13 5. De inleiding en de aantekeningen van Gaspar zijn onmisbaar voor een beter begrip van deze tekst.
-10-
3. Jan Want, Die viagie oft reyse geschiet by brueder Jan Want van der Prekaren oorden in Tzertoghenbosch nae den Heylighen Lande, te weten tot Jerusalem met meer anderen pelgrims in alle manieren, als ick broeder Jan gereyst hebbe, et cetera. Over Jan Want, die op 28 april 1519 vanuit Den Bosch naar het Heilig Land vertrok, is niet veel meer bekend dan dat hij een Dominicaner broeder was en dat hij de auteur is van een verslag over zijn reis. Hij reisde via België en Frankrijk naar Venetië, vanwaar hij met de boot naar Rhodos voer, zoals veel pelgrims naar het Heilig Land dat deden. Zijn verslag lijkt nog het meest op een culturele reisgids. De auteur beschrijft de verschillende plaatsen die hij aandoet en vertelt wat er zoal te zien is, Alle informatie wordt op één lijn behandeld, Christelijk, klassiek of mythologisch. De grot waar Johannes de Apocalyps schreef, het eiland waar Jason het Gulden Vlies vond, de exacte locatie waar Petrus de haan hoorde kraaien enzovoort.
Wij voeren voorbij 1 een eiland geheten Sint Jans Eylant, [?] vervolgens voorbij een gebergte dat Sopha [?] genoemd wordt, daarna voorbij een eiland dat Smirna [?] genoemd wordt, waar vroeger een klooster stond dat geheten was Sint Jan van Smirna. Sint Jan schrijft over Smirna in [het boek] Apocalyps, en [het eiland] hoort toe aan de Venetianen. En daar in de buurt ligt het eiland Pathmos [Patmos, EL 2], waar sint Jan Evangelist [het boek] Apocalyps schreef, en dat ligt ongeveer 100 mijlen [verwijderd] van Cyrago [Cerigo / Kythira, EL 3]. Verderop aan de zuidzijde aan de zee staat een berg genaamd Grasum [?]. Het is daar een wildernis en er woont niemand en het ligt 100 mijl [verwijderd] van Rodis [Rhodos, EL 4]. Aan de noordkant van dat gebergte staat een steenrots geheten Nyessoro [Nisiro / Nisyros, EL 5], die de Venetianen
1. Dit deel van de reis is niet altijd te volgen op de kaart, maar vlak hiervoor is het eiland Scampalia voorbij gevaren dat geïdentificeerd kan worden als het huidige Astypalea: http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Astypalea.kmz Vermoedelijk is de reis na het aandoen van Candia [Heraklion, EL] noordwaarts gegaan tot Astypalea in de Dodekanesos eilandengroep en wordt hij daarna in oostelijke richting voortgezet. 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Patmos.kmz 3. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Kythira.kmz 4. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Rhodos.kmz 5. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Nisyros.kmz
-11-
teobehoort, maar daar woont niemand. Ook zagen wij Scarpanto [Scarpanto / Karpathos, EL 1], over welk eiland ik zal schrijven tijdens de terugreis en ook over het eiland Lango [Lango / Kos, EL 2]. Ook zagen wij een eiland genoemt Ysola, 3 [Ialyssos ? / Rhodos, EL] dat naar het schijnt, altijd aan één kant in brand staat. Op de negentiende dag van juli zagen wij een stadje, Villa Nova [Filerimos / Ialyssos, EL 4] geheten, gelegen op de zuidzijde, dat de heren van Rodis [Rhodos, EL 5] toebehoort, in welke [stad] staat een kasteel en een kerk, waarin men Onze [Lieve] Vrouw Maria, de moeder Gods, zeer vereert en de “luyden” [?]. Aan de zeekant staan veel torens ter versterking van het eiland, die zo ver van elkaar af staan als men met een kanon kan schieten. Ook voeren wij voorbij veel eilanden als Episcopia, [Piscopie / Tilos, EL 6 ] op welk [eiland] de heren van Rodis twee kastelen bezitten en nog een ander eiland, Sunter Claes Eylant [Sint Nicolaas Eiland ?] geheten, op welk eiland een berg staat, waaruit men al 600 jaar [steen] gehouwen heeft zonder dat hij minder wordt. Vervolgens voeren wij voorbij een land, genoemd Nathalia, [Antalya, TR ?] dat de Turken toebehoort, dat een niet geaccidenteerd en stevig land is, vanwaar men te voet kan gaan naar Constantinapelen [Istanbul, TR 7] en Vranckryk [Frankrijk]. Zo kwamen wy op de 22ste dag te Rodis. Dat was onze derde haven, 1800 mijl van Venegiën. Bij het binnenlopen [van de haven] ziet men twee torens. De ene toren heet de Sunter Claes Toren [Sint Nicolaas Toren] en die heeft de hertog van Borgongiën [Bourgondië] [laten bouwen], en die ligt in het water aan de ene kant [van de haven] en aan de andere kant staan dertien torens met windmolens, die de Jannosers [Genuezen] moesten maken ten teken dat zij die stad wilden innemen, maar verslagen werden en gevangengenomen. Tussen beide moeten wij passeren om [de haven van] Rodis binnen te komen. Rodis is een [ver]sterk[t]e stad, van goede muren en bolwerken voorzien, en heeft drie muren en grachten aan de landzijde, en die [grachten] zijn diep.
1. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Karpathos.kmz 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Kos.kmz 3. Isola is Italiaans voor eiland en kan dus op elk eiland slaan. 4. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Ialyssos.kmz 5. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Rhodos.kmz 6. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Tilos.kmz 7. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Istanbul.kmz
-12-
En die muren zijn op sommige plaatsen meer dan veertig voet dik. Het is dertig jaar geleden [1444] dat die Grote Turck [van Egypte] op de feestdag van sint Pantalion bijna Rodis had ingenomen. Zij waren [al] over de muren [geklommen], maar werden door de Grootmeester [van de Hospitaalridders] met Gods hulp weer uit [de stad] geslagen. In de Sint Jan Baptist Kerk is de vinger van sint Jan, waarmee hij wees terwijl hij zei: “Ecce agnus!” 1 Daar is [ook] een stuk van het Heilig Kruis en een stuk van het gewaad [‘dishdasha’] van Onze Heer Jezus. Naar verluidt is [Rhodes] het eiland [Colchos] waar Jason het Gulden Vlies veroverde. In deze stad Rodis heeft vroeger een groot beeld gestaan, een afbeelding van de zonnegod, van metaal gegoten en 70 el hoog. Hier stonden ook kleinere beelden die ‘koloss[en]’ genoemd werden, reden waarom sint Pauwels [Paulus] [een brief] schrijft naar het eiland en [de stad] Rodis alias Coloss en noemde hem Colosensis, in plaats van Rodensis. 2 Ook omdat daar veel steenrotsen zijn die men [daar] Collas noemt. Daar is ook een arm van de heilige Anna, 3 ook een vinger van Maria Magdalena en een kruis gemaakt van het bekken waarmee Onze Heer de voeten van Zijn apostelen waste, plus drie takken van de doornenkroon van Onze Heer. In de kerk voor het hoogaltaar hangen altijd dertien brandende zilveren lampen aan zilveren kettingen. Dit eiland Rodis heeft een omtrek van zestig mijlen en is ongeveer twintig Duitse mijlen lang. En langs de oever staan overal torens op een afstand van een kanonschot van elkaar, als wachttorens tegen de ongelovigen. Op dit eiland staan zeven burchten naast de [versterkte] buitenhuizen, waarin de [hoge] heren wonen. Zij hadden, toen ik daar was, 2800 mannen uit Slavonen [Slavonië], die altijd moesten werken. In Rodes staan vier torens, waarvan er één bekostigd werd door de koning van Spaengiën [Spanje], de tweede door de koning van Vranckryck [Frankrijk], die derde de koning van Engelant, 1. Evangelie van Johannes hoofdstuk 1, zin 29 [in de Vulgaat]: altera die videt Iohannes Iesum venientem ad se et ait ecce agnus Dei qui tollit peccatum mundi – in De Nieuwe Bijbelvertaling: De volgende dag zag hij Jezus naar zich toe komen, en hij zei: ‘Daar is het lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt. 2. Deze identificatie wijkt af van de traditionele: Colossae in Phrygië nabij Laodicea en Hierapolis. Jan Want heeft dit niet zelf bedacht, maar overgenomen uit zijn vermoedelijke bron, het reisverslag van Bernhard von Breitenbach, die het weer van Jan de Mandeville had ovregenomen. 3. De moeder van Maria en grootmoeder van Jezus.
-13-
en de vierde de hertog van Borgondiën [Bourgondië]. Daar zagen wij vier struisen, dat zijn [hele] grote vogels. Op de avond van de 21ste dag gingen wij [weer] aan boord van het schip en op de 22ste dag voeren wij met een gunstige wind naar Jaffa en zetten koers naar Cypers [Cyprus] ende voeren voorbij een vast land genoemd Matalia, [Anatolia ?] dat de Turck toebehoort, en kwamen ’s avons voorbij [de monding van] een rivier die uit een gebergte vloeit, en die rivier heet in het Grieks de Patera. [Patara 1] Ook voeren wij over de Sint Nyclaes Golf, [nabij Patara en Demre 2] waarover ik het al eerder had. In die golf was naar men zegt een duivel, die zijn hooft boven het water uitstak en [zo] liet zien. Alle schepen die daar in de buurt kwamen, zonken, en het is [daarom] een gevaarlijk water. Het is een keer gebeurd dat de keizerin Helena [van Constantinopel] door deze golf zou varen en er stak een zware storm op en het werd noodweer, zodat allen [aan boord van dat schip] ervan overtuigd waren dat zij zouden verdrinken, reden waarom de heilige Helena, die vertrouwen had in God, een van de spijkers waarmee Onze Heer gekruisigd was, in zee wierp en terstond werd de zee rustig en werd het mooi, helder en rustig weer. 3 Sinds die tijd laat de duivel zich niet meer zien, [reden] waarom deze zee nu de Helenagolf heet. De 22ste dag kwamen wij bij dat gebergte en [daarna] zagen [wij] de dagen lang niets anders dan de zee en de lucht en tenslotte in de verte het Heilig Land. Op de 26ste dag meenden wij in de verte Japha [Jaffa (Tel Aviv), IL 4] te hebben gezien, maar het was Ceserea Capadotie [Caesarea Philippi / Baniyas, SY 5]. Daarop begonnen de pelgrims in het schip van blijdschap Te Deum laudamus [U God prijzen wij] te zingen. Maar wij voeren verder, zagen Baruten [Bayrut, LB 6] en kwamen diezelfde avond nog voor Japham, [Jaffa] waar wij voor anker gingen liggen. Vanaf die dag bleven
1. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Patara.kmz 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Demre.kmz 3. In de Legenda aurea, in de legende van het vinden van het Heilig Kruis speelt dit tafereel zich af in de Adriatische Zee. 4. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Jaffa.kmz 5. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Baniyas.kmz 6. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Bayrut.kmz
-14-
wij in zee liggen en de patroon stuurde zijn twee tolken naar de heren van Rama en Jherusalem voor een vrijgeleide voor de pelgrims. Daarna kregen wij een teken vvan een klein garnizoen in een vervallen toren en dat teken werd de dag erop herhaald door een ander garnizoen in diezelfde toren. Toen begonnen de Sarasijnen beneden aan de oever [van de zee] alsook boven op de berg tenten en paviljoenen op te zetten ten teken dat er een geleide was. Nadat dit gebeurd was, kwam de [pater] gardiaan van Jherusalem aan boord van onze schepen om ons op alle [mogelijke] manieren te waarschuwen hoe wij ons in acht zouden moeten nemen en gedragen. Ook werd daar onder andere in het Latijn een preek voor de pelgrims aan boord van het schip gehouden. Nadat dat [allemaal] gedaan was reisde de [pater] gardiaan weer terug naar het land, en de pelgrims gingen op de eerste dag van de maand die augustus geheten is aan land in Jaffa, wat ooit een grote stad geweest moet zijn, waarvan de fundamenten [van gebouwen] nog getuige van zijn. Ik ging in mijn eentje boven langs de zee wandelen, ongeveer zo ver weg als je met een boog kunt schieten. Toen onze patroon Marcus Antonius de Dandello dit zag, stuurde hij een boodschapper op mij af [om mij te vertellen] dat ik met het oog op het gevaar van de ongelovigen niet te ver weg moest gaan. Maar vooraleer wij, de pelgrims, samen van ons schip en van het schip van de andere patroon in onze kleine sloepen, dat zijn bootjes, naar Japha mochten gaan en de berg mochten beklimmen, werden de namen van ons allen door de Sarasijnen genoteerd, en iedereen moest zijn naam onthouden zoals hij hem had laten opschrijven. zodat men zich kon identificeren en niet gearresteerd zou worden. En terstond nadat onze namen opgeschreven waren, werden wij door de Sarasijnen naar oude overdekte spelonken of kelders gebracht, die niet afgesloten waren, waarvan ik denk dat zij pakhuizen geweest zijn, waarin de kooplui hun goederen opslaan, en daar zijn er drie van. In de eerste spelonk werden de [pater] gardiaan met de religieuzen en de twee patronen te logeren gelegd, in de tweede de Duitsers en in de derde de Francoysen, [Fransen] de Spaengerts [Spanjaarden] en mannen uit verschillende andere landen, en wij lagen daar op de kale grond. Wij konden daar voor geld stoppels van een gewas kopen dat eruit zag als bonenstro, en zij die zich dat konden veroorloven kochten dat. Daar kwamen de ongelovigen en bekeken ons terwijl wij daar lagen, op dezelfde manier als waarop wij -15-
in onze landen naar de heidenen kijken. [Zo lagen wij er ook bij.] Daar kwamen de Sarasinen voor onze spelonken en vercochten ons brood, eieren, vijgen en kippen, [gekookte ...] en ook water, maar geen wijn. [Maar] wij hadden onze fles gevuld voordat wij het schip verlieten. Ook liet onze patroon ons twee of drie “bullen’ wijn uit het grote schip halen om de pelgrims te voorzien overeenkomstig de inhoud van hun contract. De tweede dag van augustus moesten wij daar blijven, want de patroon kon geen ezels krijgen om alle pelgrims te gerieven, want er waren er, naar men ons zei, [veel] gereisd naar Mecha [Mekka, SA 1], om een bedevaart naar hun Machamet te doen. Ook [kreeg ik voor elkaar] dat zij van ons penningen zouden aannemen en dat zij hun druiven en vruchten [aan ons] vercopen zouden. Deze stad is gebouwd door de zoon van Noë [Noach] die Japhat heette, en het was die achtste stad onder de [toen bestaande] steden, die gebouwd waren tegen de zondvloed, en in de fundamenten hagen grote ijzeren ringen waaraan de schepen werden afgemeerd en vastgemaakt. Japha, vroeger [ook] Joppen geheten, is de plaats waar de profeet Jonas aan boord van een schip ging om te vluchten voor Gods aanschijn naar het eiland genaamd Tharsis [Tarsus, TR 2 ?], zoals men [geschreven] vindt in Jona, in het eerste hoofdstuk. Hier verwekte de apostel sint Peter Tabitam, die heilige vrouw, uit de dood, zoals geschreven staat in het boek Handelingen der apostelen. Niet ver vandaar was de plaats waar sint Peter gewoon was te vissen. De derde dag ’s ochtends vroeg tot de dag aanbrak ging iedereen op zijn ezel zitten en begonnen aan de rijtocht naar Jherusalem in het Heilig Land, en [wij] kwamen ongeveer een mijl verwijderd van Japha bij een verwoest stadje Malcassael geheten, dat ? mijl van Rama [Ramla, IL 3] vandaan ligt, en dat is halfweg tussen Japha ende Rama. Het landschap is daar vruchtbaar en vertoont grote gelijkenis met de kleigronden in Gelderland, en daar [groeien] verschillende aardvruchten. Onderweg zagen wij dode koeien [langs de kant van de weg] liggen die van de dorst gestorven waren. [Gaande over] diezelfde weg kwamen wij voorbij een vervallen 1. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Mecca.kmz 2. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Tarsus.kmz 3. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Ramla.kmz
-16-
burcht, geheten Kaviach, liggend aan de rechterkant [van de weg]. Verderop was een stadje of kasteel waar de Machabeën geboren waren, Kasteel Mathathie of [Kasteel] Latroen genaamd, dat vroeger Moedon heette en dat was een stadje. En zo kwamen wij ’s middags omstreeks drie uur bij Rama en daar stegen wij van onze ezels af en gaven de Mockers, aan wie zij toebehoorden, twee mercketfen, dat is evenveel als een halve braspenning. Vandaar gingen wij verder naar Rama, naar een hospitaal dat Philips van Bourgondiën heeft laten bouwen als logies voor de pelgrims en dat is gelegen pal voor Rama, in welk hospitaal wij met zijn allen naar binne gedreven werden als een kudde schapen en daar[in] staat een put met goed [drink]water. Daar boden de ongelovigen koopwaar aan zoals in Japha. Rama heette vroeger Aramathia, 1 waar de edelman Joseph van Aramathia vandaan kwam, die onse Heer Jhesum zalfde toen hij van het kruis was afgenomen. Ook was daar de profeet Samuel geboren, zoals wij beschreven vinden in het eerste boek van Koningen in het eerste kapittel. Men noemt het [wel] Ramatha ende leget west. Hier kochten de meesten van ons koopwaar van de mensen daar. Op de vierde dag van augustus, rond middernacht, gingen wij weer op onze ezels zitten en reisden wij door Rama naar Jherusalem. Het was zo donker, dat wij elkaar niet konden zien zonder brandende kaarsen en [zo] aan de ene kant van de bergen van Judea, waar het heel moeilijk rijden is en zeer onbegaanbaar is. Uiteindelijk kwamen wij bij een berg waarop een kasteel stond en aan de voet van die berg is een suverlicke plaets oft vlecke, waar, als men ons zegt, de heilige Johannes Baptista boete wilde doen toen hij zes jaar oud was en dat bij een dorp genoemt Bethuet, in welk dorp een vervallen Christen kerk staat en een put of een ader van een bron met helder water, van welk water de pelgrims naar hartelust dronken als gevolg van de grote hitte. Veel pelgrims hadden [namelijk] gebrek aan wijn. Hier rustten wij onder die schaduw van de bomen en wie wat [te eten] had in zijn [tas], die kon zich dat laten smaken. De ongelovigen brachten water en druiven tegen betaling. Toen wij daar ongeveer anderhalf uur vertoefd hadden, stegen de heren van
1. Rama / Ramla is een andere plaats dan Ramatha / Arimathea, maar worden doorgaans met elkaar verward. Ramatha ligt vlak boven Jeruzalem.
-17-
Jherusalem, Rama en Gasa [Gaza, 1] op hun paarden. Wij moesten met zijn allen ongeveer één uur lang de [pater] gardiaan volgen op het heetst van de dag, met als gevolg dat pelgrims tijdens het rijden van de hitte storven. Hun lichamen werden de volgende dag begraven op de berg van Syon. Desondanks reden wij langs een vallei aan [de voet] van een berg, waar veel vervallen huizen stonden en [ook] was daar een klein riviertje. Verderop, ongeveer een Duitse mijl van Jherusalem vandaan, ligt het kasteel Emaus aan de rechterkant van de weg als men vanuit Rama reist en ook dat verkeert in staat van verval, zoals wij vanuit de verte konden zien. Emaus heet tegenwoordig Necopolis en ligt tachtig stadiën van Jherusalem. Nadat wij nog een Duitse mijl gereisd hadden, zagen wij Emaus liggen en waren wij zo ver gekomen dat wij de heilige stad Jherusalem konden zien. Onmiddellijk stegen wij allen van onze ezels af en vielen op onze knieën en anderen gingen op de grond liggen zo lang als hun blijdschap duurde terwijl zij God dankten dat Hij ons daar gebracht had om de heilige plaatsen daar te bezoeken, waar onze Heer Jhesus mens geworden was en Zijn gezegend bloed voor ons allen gestort had om wille van onze zaligheid.
1. http://cf.hum.uva.nl/dsp/scriptamanent/Google_Earth/Gaza.kmz
-18-
4. Jan Hendrikszoon van Beveren, Verslag van een reis naar het heilige land in 1536. Misschien wel het eerste doel van een pelgrim naar het Heilig Land was het verwerven van aflaten, vergeving van (een deel van) de zonden. Eenmaal op zijn bestemming aangekomen had de reiziger een heel programma af te werken: overal was wel iets te zien, iets te gedenken, iets te bidden. En een bezoek aan ieder van die plaatsen leverde hem weer een grotere of kleinere aflaat op. In dit licht moest de pelgrim zijn reis uiteraard zorgvuldig voorbereiden, opdat hij wist, wát te zien; daartoe kon hij de reisverslagen van zijn voorgangers ter hand nemen. Over Jan Hendrikszoon van Beveren, die in 1536 naar Jeruzalem reisde, is nauwelijks iets met zekerheid bekend. Zelfs zijn woonplaats is niet zeker: in de aanhef van zijn verslag wordt vermeld dat hij vertrok uit “Leijden off wt Den Haech”. Aan het begin van de zestiende eeuw was er in Den Haag een schepen met de naam Jan van Beveren, maar of die de auteur is, blijft onzeker. Het verslag van zijn reis heeft Jan Hendrikszoon na terugkeer in de Lage Landen samengesteld, waarschijnlijk op grond van aantekeningen en toeristische documentatie die hij onderweg had verzameld.
In de vroege morgen van de vijftiende augustus 1 reden wij naar Jerusalem en reden zo lang over dat gebergte dat wij in een vallei kwamen waar veel olijfbomen in stonden en [daar] rustten wij ongeveer drie of vier uren. Daar staat een [ver]sterk[t]e kerk en bij die kerk een waterput, en men vertelde ons dat de profeet Jeremyas daar geboren was, 2 en [keizerin] Helena [van Constantinopel] heeft de kerk doen maken. En toen reden wij verder naar Jerusalem en wij reden zo lang dat wij de heilige stad Jerusalem zagen en dat was omtrent een halve mijl van de stad, en toen stegen wij af van onze ezels en wij trokken onze schoenen uit, vielen op onze knieën en zongen Te deum laudamus uit blijdschap dat de Heer ons gespaard had en dat wij Zijn heilige plaatsen bezoeken mochten tot vergiffenis van onze zonden en wij gingen toen verder naar de Berg van Syoen, [Mons Sion] waar dat [Franciscaner] klooster staat en wij kwamen daar aan op dezelfde dag
1. Een bijzondere dag, waarop gevierd werd hoe Maria, de moeder Gods, vanuit het Dal van Josaphat onder de muren van Jeruzalem ten hemel werd opgenomen. 2. In De Nieuwe Bijbelvertaling: Hier volgen de woorden van Jeremia, de zoon van Chilkia, afkomstig uit een priestergeslacht uit Anatot in het gebied van Benjamin. (Jeremia 1: 1)
-19-
[tegen het vallen van de avond omtrent vier uur] en daar sliepen wij 22 mijl van Jerusalem. Als eerste bezochten wij vooraleer wij dat klooster binnengingen de plaats waar sint Jan altijd de mis opdroeg voor Maria, de moeder van onze Heer Jesus C(h)ristus. Vandaar gingen wij naar de plaats waar Maria woonde en stierf, en vandaar gingen wij naar de plaats waar sint Matys [Mathias] tot apostel gekozen werd, en vandaar gingen wij naar de plaats waar sint Jacop de Mynre [Jacobus de Mindere] tot eerste bisschop gewijd werd na C(h)ristus’ dood. Al deze plaatsen vindt men op de Berg van Syoen, [nog] geen tien roeden 1 van dat klooster. Vandaar gingen wij het klooster binnen en gingen eerst in de [klooster]kerk en deden daar onze devotie, en die kerk staat onder de plaats waar Jhesus Zijn discipelen Zijn laatste avondmaal gaf en waar Jhesus het heilig sacrament [van de eucharistie] instelde, en die kerk is [van binnen] helemaal met gouden kleden behangen. Vandaar bracht men ons vervolgens naar achteren, naar een mooie tuin, waar wij konden uitrusten en waar men onze voeten waste, en daar stonden twee of drie gedekte tafels met eten en daar hebben wij toen met zijn allen zitten eten. ’s Avonds nadat wij gegeten hadden sprak een broeder, die Battysta was geheten, het dankgebed uit en vertelde ons wat wij zouden moeten doen, en men gaf ieder van ons een kussen en een deken en een waskaars en men bracht ons te slapen in Kayfas’ huis, met twee of drie op een kamer en de vrouwen sliepen in Annas’ huis, dat daar tegenover Kayfas’ huis staat, en men gaf ons alle dagen voor niets zo veel brood en wijn als wij op konden eten en drinken, en er wordt voldoende melk en kaas en boter te koop aangeboden voor dat klooster of wij konden dat zelf in de stad Jerusalem gaan kopen als wij dat wilden, want de heer van Jerusalem had doen afkondigen dat men de pelgrims geen kwaad mocht doen of er zou zwaar gestraft worden. In Jerusalem verblijven veel goede Kerstenen, want daar kwamen veel vrouwen uit de stad met ons in [de kerk van] het Heilig Graf en zij
1. 1 Bossche roede = 20 voet = 20 x ca. 27 centimeter. Roeden, voeten en alle overige lengtematen, inhoudsmaten en gewichten verschilden van stad tot stad en van eeuw tot eeuw.
-20-
waren zeer devoot en baden de gehele nacht door en deden nog andere goede werken. Voordat men Kayfas’ huis binnengaat [ziet men] onder [de overkapping] van de muur de steen liggen waar Maria op zat toen zij de beledigingen aanhoorde die men haar zoon toevoegde toen Hij voor Kayfas ghebracht was, en toen gingen wij in die tuin naar binnen. Daar staat ook een sinaasappelboom, waaronder Sint Pieter stond toen hij loog [dat hij] Jhesus [niet kende]. Ongeveer twee roeden vandaar staat een stenen zuil, waar de haan op stond toen sint Pieter loog [dat hij] Jhesus [niet kende]. Daarbinnen in dat huis daar is de spelonk waarin Jhesus ’s nachts gevangen zat en daar staat ook nog een stuk van de pilaar, waaraan Jhesus was vastgebonden terwijl de [Joodse] bisschoppen sliepen. Daarna zijn wij [de hof] uitgegaan en zijn wij Jerusalem ingegaan, en zijn wij voorbij het huis van Kayfas gegaan, waar wij de steen kusten waarop Maria zat toen Jhesus gevangen [gebracht] was voor Kayfas. Vervolgens kusten wij de steen waar het dode lichaam van Maria opgebaard was toen men haar lichaam begroef, en de Moren kwamen daar en wilden het lichaam meenemen, maar hun handen verdorden en verloren hun kracht. 1 Vandaar gingen wij door de stad Jherusalem en over de markt, die Basa [Bazar] genaamd is, en die is helemaal overdekt met overkappingen. En wij gingen het huis binnen waar vroeger de pelgrims in plachten te slapen, en daarbinnen bevindt zich de gevangenis waarin sint Pieter gevangen zat, waar de engel [Gods] hem eten [en drinken] bracht en waaruit de engel hem verloste. 2 Vandaar zijn wij daarheen gegaan waar wij de overblijfselen zagen van Ons Heren Poort, die alleen openging [?] en daar kusten wij de grond. Vandaar zijn wij gegaan voorbij het huis van Herodes, dat is een hoge trap naar boven en die staat aan het einde van het straatje.
1. Dit een merkwaardige voorstelling van zaken want in ‘werkelijkheid’ waren het geen negers maar handlangers van het Joods gezag die dit deden, zoals behalver in de Legenda aurea ook in de Zevenste bliscap van Maria gelezen kan worden. 2. Handelingen 12: http://www.biblija.net/biblija.cgi?m=Hand+12&id42=0&id18=1&pos=0&l=nl&set=10
-21-
Daar tegenover staat het huis van PyIatus, waar de Heer ter dood veroordeeld werd en waar hij Zijn Kruisweg begon. Aan de overkant van de straat staat een poort en pal tegenover die poort staan twee stenen perrons gemetseld, en op de ene stond Jhesus en op de andere stond Pylatus toen hij zijn handen in onschuld van het Onnozel Bloed [van Jhesus] waste. Het huis van Herodes staat aan de ene kant en het huis van Pylatus staat aan de andere kant van de straat en daarheen gaat ook een trap naar toe, en die trap begint op de straat en komt uit achter de Tempel van Salomon. Daar kusten wij de grond waar Jhesus gegeseld was en vandaar volgden wij rechtuit de straat door de weg die Jhesus volgde terwijl Hij onder Zijn Kruis gebukt ging. In het midden van de straat tussen de huizen van Herodes en Pylatus aan de voet van de trappen zijn in de straat twee grote stenen gemetseld, [op de plaats] waar Maria uit een kapel die daar in de buurt staat, Jhesus tegemoet kwam, en Jhesus viel daar met het Kruis en Maria viel daar flauw. Aan het eind van de straat legde Jhesus Zijn Kruis op de grond omdat het zo zwaar was en de vrouwen die daar stonden huilden om Jhesus, maar toen zei Jhesus: “Huil niet om mij, maar huil om uzelf en om uw kinderen.” 1 Vlak daarbij in dezelfde straat staat het huis van de rijke vrek die Lasarus de kruimels van zijn tafel weigerde, [?] dat staat ter linker zijde van de straat, waardoorheen Jhesus gebukt onder Zijn Kruis ging. Tegenover [het huis van] die rijke man ligt een klein straatje waar Jhesus in ging gebukt onder Zijn Kruis [op weg] naar [de] Berg van Callavarya [Calvarieberg] en daar staat het huis van Veronika die Jhesus’ [bebloed en bezweet] gezicht [af]droogde met een schone doek toen Hij Zijn dood tegemoet ging en dat huis van de rijke man staat ongeveer acht roeden van Veronijka’s huis vandaan en om in het huis van Veronika te komen moet je vier of vijf trappen opgaan. En op het moment dat Jhesus deze straat in kwam, daar bij het huis van de rijke man kwam de goede Symon [van Cyrene] en die hielp Jhesus Zijn Kruis dragen. Vanaf daar beweenden Hem de vrouwen van Jherusalem tot op de Berg van Callavarya.
1. In De Nieuwe Bijbelvertaling: Jezus keerde zich echter naar hen om en zei: ‘Dochters van Jeruzalem, huil niet om mij. Huil liever om jezelf en je kinderen (Lucas 23, 28).
-22-
Zo gingen wij door exact dezelfde straat als waardoorheen Jhesus met het Kruis ging en wij gingen door de poort, waardoorheen Jhesus met Zijn Kruis ging. Vervolgens zijn wij gekomen op de berg waar [het Kruis van] Jhesus neergezet is, en daar staan nog [altijd] de afdrukken van Jhesus’ voeten in het midden van het plein voor de Tempel van het Graf [de Kerk van het Heilig Graf] en[daar] kusten wij de grond. Aan de rechterkant van het plein voor de tempel staat, bovenaan heel veel trappen die je op moet gaan, een kapel [op de plaats] waar Abram [Abraham] zijn zoon Ysack [Isaak] aan de Heer zou offeren. 1 Daarnaast staat nog een kapel waar Melschichedacht [Melchisedek] Abram wijn en brood offerde. 2 Beneden aan dezelfde kant staat een kapel waar Johannes Evangeliste de moeder Gods, Maria troostte. Daar in de buurt staat de kapel waar de engelen Maria troostten. Daarbij staat [ook] de trap die Jhesus opging naar de Berg van Callavarye om daar de allerbitterste dood te gaan sterven. Aan de voet van de Berg van Callavarye liggen twee koningen begraven, de een genaamd Baldewyn [Boudewijn] en de ander Godefroeyt [Godfried van Bouillon]. Vandaar zijn wij gegaan van de Tempel [van het Graf] en zijn gegaan naar de IJzeren Poort, die alleen open ging toen de engel daarvoor kwam om sint Pieter te verlossen en daar kusten wij de pilaar. Daar [vlak] bij zagen wij de plaats waar sint Pieter ontwaakte nadat hij door de engel verlost was. Sint Pieter werd daarna gebracht naar het huis van sint Markus, die een goed Christen was, en wij zijn dat huis [ook] binnengegaan. Vervolgens waren wij in het huis waarin de drie Maria’s waren, toen de Heer daarbinnen kwam terwijl de deuren gesloten waren. Vandaar gingen wij naar waar sint Jan Evangelist geboren is en in datzelfde huis stierf hij. Daar kusten wij de grond, en dat huis is een groot huis en staat aan de straat en daar deed hij altijd zijn gebeden. Daarna zijn wij gegaan naar het huis waar sint Jacop [de Meerdere] onthoofd was en [dat] is nu een kerk en daar kusten wij de grond waar hij zijn bloed stortte aan de voet van een altaar en [daarna] werd hij 1. Genesis, hoofdstuk 22. 2. Genesis, hoofdstuk 14, zin 18.
-23-
door engelen met een schip naar Spaenge [Spanje] gevoerd, waar nu zijn heilig lichaam een bedevaartsoord is. Daarna zijn wij voorbij het huis van Kayfas gegaan en kwamen wij waar sint Pieter boete deed nadat hij God geloochend had. Vandaar gingen wij langs de tempel waar Maria [aan God] gepresenteerd werd en daar staat ook de Tempel van Salomon en daar gingen wij voorbij. Vandaar kwamen wij bij de Chederon [Kidron], waardoorheen Jhesus gesleept werd toen de valse Joden hem gevangengenomen hadden en in de Chederon staan nog [altijd] de voetstappen van Jhesus zelf toen Hij daar doorheen ging. Ongeveer zes roeden van de Chederon staat het graf van Absoloen [Absalom] en dat is een mooi graf: een ronde toren en die is wel vier roeden hoog en daar zit een gat in en daarin gooien de Joden stenen net zo vaak als zij daar voorbijgaan. Omtrent twaalf roeden daarvandaan langs de Chederon aan dezelvde kant staat de spelonk waarin sint Jacop de Mindere vluchtte toen Jhesus gestorven was en God beloofde dat hij nooit meer eten noch drinken zou voordat hij Jhesus [levend] gezien had. Daar zijn wij naar binnen geweest en die [spelonk] is gelegen onder een stenen berg en het is daar beneden heel diep, avontuurlijk en bevreemdend. Daarbij staat het graf van Sacharijas [Zacharias], sint Jans [de Dopers] vader en dat is ook een hoog graf en dat staat ook aan de voet van de Berg van Oliveten [Olijfberg] en langs de Sederon [Kidron]. Vandaar gingen wij door het dorp waar Jhesus zijn acht apostelen [achter]liet toen Hij naar het hofje ging, waar Hij gevangen genomen werd door de valse Joden en dat dorp heet Getzemani [Gethsemane]. Daar in de buurt staat De Gouden Poort, waardoorheen de Heer Jhesus gereden kwam op Palmzondag, toen zij [de inwoners van Jeruzalem] riepen en zongen: “Benedictus qui venit in nomine domine!” 1
1. De Nieuwe Bijbelvertaling: De talloze mensen die voor hem uit liepen en achter hem aan kwamen, riepen luidkeels: ‘Hosanna voor de Zoon van David! Gezegend hij die komt in de naam van de Heer. Hosanna in de hemel!’ (Matteüs 21, 9)
-24-
Vandaar zijn wij gekomen in het hofje waar de Heer Jhesus door de valse Judas verraden was en gevangen [genomen] was, en daar waren wij in, en daar staan veel vijgebomen. 1 Ook staat daar een boom omtrent drie roeden van de plaats waar de Heer Jhesus bad, waar sint Pieter Makus [Malchus] een oor afsloeg. 2 Voor deze vertaling is dankbaar gebruik gemaakt van: Een Jerusalemreis in 1536. Reisverslag van Jan Hendrikszoon van Beveren, uitgegeven door J. van Herwaarden met medewerking van A.I. Menalda-van der Hoeven.
1. De Nieuwe bijbelvertaling: Nog voor hij uitgesproken was, kwam Judas eraan, een van de twaalf, in gezelschap van een grote, met zwaarden en knuppels bewapende bende, die door de hogepriesters en de oudsten van het volk was gestuurd. 48 Met hen had zijn verrader een teken afgesproken. ‘Degene die ik kus,’ had hij gezegd, ‘die is het, die moet je gevangennemen.’ 49 Hij liep recht op Jezus af, zei: ‘Gegroet, rabbi!’ en kuste hem. 50 Jezus zei tegen hem: ‘Vriend, ben je daarvoor gekomen?’ Daarop kwam de bende naderbij, ze grepen Jezus vast en namen hem gevangen. (Matteüs 26, 47-50). 2. De Nieuwe Bijbelvertaling: Daarop trok Simon Petrus het zwaard dat hij bij zich had, haalde uit naar de slaaf van de hogepriester en sloeg hem zijn rechteroor af; Malchus heette die slaaf. (Johannes 18,10)
-25-