20142015 door: coördinator onderwijsondersteuning Marleen van der Schoot
[ZORG-/ONDERWIJS ONDERSTEUNINGSPLAN] De zorg en onderwijsondersteuning van de Regionale Scholengemeenschap GoereeOverflakkee samengebracht in een plan. 1
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Inleiding ‘ Je groeit op de RGO’ Dit geldt voor iedereen die dagelijks bij de RGO betrokken is. Doel van het zorgplan is het in beeld brengen van de onderwijsondersteunende en vakoverstijgende leerlingenzorg/-begeleiding en de ontwikkelingen op dit gebied op de RGO. Door het plaatsingsbeleid bij de overstap van primair naar voortgezet onderwijs start deze zorg al bij het instroombeleid. Maar de concreet aangestuurde ondersteuning begint bij de daadwerkelijke plaatsing op de RGO. Onze zorg voor de leerling eindigt bij de uitstroom van de leerling. Het traject tussen in- en uitstroom is voor iedere leerling anders. Door de (door ons geleverde) onderwijsondersteuning uit te werken in een zorg/onderwijsondersteuningsplan streven we ernaar de zorg inzichtelijk te maken voor iedere belangstellende. Het zorg-/onderwijsondersteuningsplan is voor ons een werkdocument, waar ook indien gewenst aanpassingen in worden gemaakt. De RGO is volop in ontwikkeling, ook op het gebied van leerlingenbegeleiding. Wij doen dat niet alleen. In het samenwerkingsverband met de twee andere scholen voor voortgezet onderwijs op Goeree-Overflakkee werken wij vanuit onze visie: passend onderwijs voor elk kind op het eiland. Dat is een ideaal, maar ook een ontwikkeling die volop in beweging is in het kader van passend onderwijs. De drie scholen hebben overlap in onderwijsaanbod maar vullen elkaar vooral aan en bieden ieder een eigen invulling van het onderwijs met ieder een eigen visie en overtuiging. Het samenwerkingsverband VO biedt passend onderwijs voor de leerlingen van GoereeOverflakkee. Hoe dat is georganiseerd kunt u lezen in het Ondersteuningsplan Samenwerkingsverband Passend Onderwijs. In het zorg-/onderwijsondersteuningsplan van RGO staat beschreven hoe wij daar invulling aangeven. We bevinden ons in een overgangsperiode. Het afgelopen jaar hebben we veel nieuwe procedures gemaakt en uitgezet. Dit jaar zal passend onderwijs nog meer invulling krijgen op onze school. De nieuwe procedures zijn in werking gezet. Het wordt een jaar van evalueren, bijsturen, verder ontwikkelen en informeren.
Marleen van der Schoot Coördinator onderwijsondersteuning RGO Middelharnis
2
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Inhoud
INLEIDING
2
HOOFDSTUK 1 ORGANISATIE
5
1.1
Missie van de school
5
1.2
Visie van de school
5
1.3
Visie op zorg en onderwijsondersteuning
5
1.4
Leerlingpopulatie
6
HOOFDSTUK 2 IN-, DOOR- EN UITSTROOM EN ROL SWV
8
2.1
Intakeprocedure
8
2.2
Toelatingsbeleid samenwerkingsverband VO Goeree-Overflakkee
8
2.3
Zorgplicht
8
2.4
Koude en warme overdracht PO – VO
9
2.5
Doorstroom
9
2.6
Uitstroom
9
2.7
Uitstroommogelijkheden
9
HOOFDSTUK 3 BASISZORG
11
3.1
Pedagogisch didactisch klimaat
11
3.2
Algemene trajecten
11
HOOFDSTUK 4 BREEDTEZORG
14
4.1
Schema route leerlingenzorg
14
4.2
Van screening tot interventie
15
4.3
Aanbod
15
HOOFDSTUK 5 DIEPTEZORG
18
5.1
18
Procedures en mogelijkheden
HOOFDSTUK 6 KNELPUNTEN EN VERBETERPUNTEN
19
6.1
Knelpunten RGO
19
6.2
Verbeter-/aandachtspunten RGO
19
3
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
HOOFDSTUK 7
20
DOELEN
20
BIJLAGE II
4
ZORGSTRUCTUUR – SCHEMA’S
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
21
Hoofdstuk 1 1.1
Organisatie
Missie van de school
De RGO staat voor brede ontwikkelingskansen in een lerende organisatie. Het onderwijs en de begeleiding zijn gericht op kennisverwerving en cognitieve vaardigheden, ontwikkeling van sociaal-emotionele, creatieve en lichamelijke vaardigheden en morele opvattingen om de leerling zo goed mogelijk voor te bereiden op het nemen van verantwoordelijkheid in zijn persoonlijke en maatschappelijk leven. Je groeit op de RGO. 1.2
Visie van de school
Visie De RGO is de inspirerende scholengemeenschap voor openbaar onderwijs vwo, havo en vmbo op Goeree-Overflakkee. Bij ons zijn leerlingen gelijk, maar niet hetzelfde. Kenmerkend voor onze school zijn respect, tolerantie en ruimte voor diversiteit. Wij bieden leerlingen vrijheid binnen een duidelijk omlijnde structuur, zodat zijn in een veilige omgeving en dankzij prikkelen en uitdagend onderwijs gemotiveerd worden om te groeien en het beste uit zichzelf te halen. Wij stimuleren leerlingen met een open blik naar de wereld te kijken en kritisch te denken, zowel binnen als buiten de school. Zo geven we leerlingen meer mee dan een diploma. De doelstellingen van de RGO zijn als volgt samen te vatten: - Het verzorgen van onderwijs gericht op het ontwikkelen van de capaciteiten van de leerlingen. - Het zorg dragen voor een goede begeleiding van de leerlingen. - Het aanleren van vaardigheden die leerlingen tot verantwoordelijke mensen maken. - Het realiseren van een veilig en sociaal schoolklimaat. 1.3
Visie op zorg en onderwijsondersteuning
De RGO stelt zich ten doel ervoor te zorgen dat leerlingen terecht komen op de onderwijssoort die past bij hun capaciteiten en dat zij die opleiding ook daadwerkelijk, zo veel mogelijk binnen de ervoor gestelde termijn, met succes doorlopen en afronden. In het onderwijs staat de leerling centraal; het onderwijs wordt op maat gegeven en afgestemd op de leerlingenpopulatie en op de individuele leerling. Om deze doelstelling te realiseren is een geïntegreerde leerlingbegeleiding opgezet, dat wil zeggen studiebegeleiding, sociaal-emotionele begeleiding en keuzebegeleiding. De begeleiding is nadrukkelijk bedoeld voor álle leerlingen. De begeleiding ligt zo dicht mogelijk bij de leerling. De begeleiding doet recht aan de verscheidenheid van leerlingen.
5
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Samenwerkingsverband VO Goeree-Overflakkee (28.05) – ‘geen kind van het eiland’ Per 1 augustus 2014, tijdens de officiële invoering van Passend Onderwijs, is de nieuwe werkwijze van het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs VO Goeree – Overflakkee (28.05) van start gegaan. Een van de doelstellingen van het nieuw gevormde Samenwerkingsverband VO Goeree – Overflakkee is te zorgen voor een passende plaats voor alle leerlingen die zich aanmelden binnen één van de drie scholen. Passend Onderwijs is onderwijs op maat voor alle leerlingen. Het Samenwerkingsverband heeft onder andere als ambitie om haar arrangementen zo te organiseren dat ‘geen kind van het eiland’ ook realiteit kan worden en blijven. Er is een constructieve samenwerking tussen de drie VO scholen van het samenwerkingsverband: Edudelta College Middelharnis, Regionale Scholengemeenschap Middelharnis en CSG Prins Maurits. Op de site www.samenwerkingsverband-vo.nl is meer informatie te vinden over het Samenwerkingsverband VO Goeree- Overflakkee. Hier is ook het ondersteuningsplan te vinden. 1.4
Leerlingpopulatie
De RGO biedt onderwijs aan leerlingen op de volgende niveaus VMBO/MAVO, HAVO en VWO. VMBO/ MAVO In het VMBO (Voorbereidend Middelbaar Beroeps Onderwijs) kan onderscheid gemaakt worden in 4 leerwegen, namelijk: - Theoretische leerweg/MAVO - Gemengde leerweg/MAVO - Kaderberoepsgerichte leerweg - Basisberoepsgerichte leerweg. De eerste twee zijn van vergelijkbare zwaarte en geven toegang tot niveau 4 van het MBO; het diploma van de theoretische leerweg biedt onder bepaalde voorwaarden bovendien de mogelijkheid tot doorstroming naar het HAVO. De kaderberoepsgerichte leerweg geeft toegang tot niveau 3, een met goed gevolg afgeronde opleiding in de basisberoepsgerichte leerweg geeft toegang tot niveau 2 van het MBO. Het VMBO op de RGO biedt in de beroepsgerichte leerwegen de vakken die leerlingen voorbereiden voor banen in de economische sector. Er is onderscheid te maken in de afdeling administratie en ICT. Leerlingen die bevorderd zijn van vmbo3 naar vmbo 4 met een 7 gemiddeld komen in aanmerking voor de MAVO XL klas. De leerlingen krijgen per week verplicht twee keuzewerktijduren (KWT uren) waarin extra stof behandeld wordt voor een zwak kernvak. Verder kan in deze uren ook verdiepingsstof worden aangeboden of een excursie gepland worden. Leerlingen die door willen stromen naar de HAVO komen direct na het eindexamen terug op school en krijgen XL-uren. De XL-uren worden gebruikt voor het herhalen van essentiële onderdelen en het aanbieden van nieuwe leerstof van de kernvakken (Nederlands, Engels en wiskunde). Verder is er ruimte voor voorlichting, zelfstandig werken (als voorbereiding op de 2e Fase) en het voorbereiden van toetsen. Er is in augustus 2013 ook een MAVO 3 XL gestart.
6
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
HAVO Het HAVO (Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs) is een voorbereiding op studeren aan het HBO (Hoger Beroepsonderwijs). In de laatste twee leerjaren van het HAVO kiezen leerlingen uit vier profielen, namelijk: - Cultuur & Maatschappij - Economie & Maatschappij - Natuur & Gezondheid - Natuur & Techniek. Afhankelijk van de capaciteiten en belangstelling van de leerling en het advies van de docenten zal een leerling een profiel kiezen. Leerlingen kunnen, naast het vakkenpakket, ook een extra vak kiezen. Van leerlingen wordt in deze klassen een grote mate van zelfstandigheid verwacht, zowel in werk als in planning en inzet. Naast de traditionele manier van lesgeven wordt bij sommige vakken ook modulair en projectmatig gewerkt. VWO Het VWO (Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs) is een voorbereiding op studeren aan WO (Wetenschappelijk Onderwijs of universiteit) of Hoger Beroepsonderwijs. Het diploma is volkomen gelijkwaardig aan een gymnasiumdiploma. Net als in het HAVO, kiezen VWO-leerlingen in de laatste leerjaren één van de vier genoemde profielen (zie ‘HAVO’). Ook van VWO-leerlingen wordt in de tweede fase een grote mate van zelfstandigheid verwacht, zowel in werk als in planning en inzet. Naast de traditionele manier van lesgeven wordt bij sommige vakken ook modulair en projectmatig gewerkt. Leerlingen kunnen naast het verplichte aantal vakken een extra vak kiezen.
7
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Hoofdstuk 2 2.1
In-, door- en uitstroom en rol SWV
Intakeprocedure
De intakeprocedure wordt in samenwerking met de RGO en de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) georganiseerd. Deze werkwijze is te vinden op de website het samenwerkingsverband www.samenwerkingsverband-vo.nl 2.2
Toelatingsbeleid samenwerkingsverband VO Goeree-Overflakkee
De brugklas van de RGO zal bestaan uit de onderstaande niveaus met daarbij vermeld de adviezen en het lesniveau. Door middel van een zorgvuldige en heldere determinatie worden de leerlingen het jaar daarop in de (homogene) tweede klas geplaatst. Leerlingen die vanuit het basisonderwijs een gemengd advies krijgen (bijvoorbeeld mavo/havo advies of havo/vwo advies) krijgen les op het hoogste niveau. Brugklasleerlingen met een mavo/havo advies krijgen bij ons dus les op havo niveau, brugklasleerlingen met een havo/vwo advies op vwo niveau. De scholen voor voortgezet onderwijs op Goeree-Overflakkee hebben consensus bereikt over de wijze waarop zij gezamenlijk hun toelatingsbeleid vormgeven. Dit toelatingsbeleid voor brugklasleerlingen is te vinden op toelatingsbeleid VO GO-brugklasleerlingen of samenwerkingsverband VO Goeree-Overflakkee Vanwege de eigenheid van de afzonderlijke scholen voor voorgezet onderwijs kan er incidenteel en op basis van een onderliggend dossier afgeweken worden van deze leidraad door de plaatsingscommissie. Bij de plaatsing van leerlingen wordt uitgegaan van het advies basisschool. Het CITO leerlingvolgsysteem, een capaciteitenonderzoek (bijv. de NIO) worden door de basisschool aangeleverd en indien mogelijk ook de eindtoets. Daarnaast hechten we grote waarde aan een sociaal-emotionele rapportage (bijv. NPV-J2). Indien het door de basisschool gegeven advies van een schoolverlater afwijkt van het toelatingsbeleid van het Samenwerkingsverband VO GO wordt de betreffende leerling besproken met de betrokken VO school. Toelatingsbeleid RGO In principe zijn alle leerlingen van VWO tot en met VMBO tot de RGO toelaatbaar. De RGO heeft echter geen afdeling ‘Leerwegondersteunend Onderwijs’ (LWOO), waardoor het niet mogelijk is om leerlingen die daarvoor in aanmerking komen, te plaatsen. Alle tussentijdse instromers worden altijd eerst besproken in de PCL. 2.3
Zorgplicht
Met de komst van passend onderwijs krijgen schoolbesturen zorgplicht. Dit houdt in dat ze verplicht zijn om een passende onderwijsplek te vinden voor leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte. Deze zorgplicht is opgenomen in de Wet passend onderwijs. Op de website samenwerkingsverband-VO Goeree Overflakkee is het op onze regio aangepast (in)stroomschema te vinden.
8
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
2.4
Koude en warme overdracht PO – VO
De koude en warme overdracht van het primair onderwijs (PO) naar het voortgezet onderwijs (VO) is samenwerkingsverband breed georganiseerd. Koude overdracht Een belangrijk hulpmiddel in de overdracht is Onderwijs Transparant, een digitaal overdrachtssysteem. Met behulp van dit systeem kunnen alle onderwijskundige gegevens van de toekomstige brugklassers overdragen worden aan PCL en vervolgens aan de desbetreffende school. Het PO-VO stroomdiagram is te vinden op samenwerkingsverband VO Goeree-Overflakkee. Warme overdracht Onze leerlingen verdienen een warme start. Daarom organiseert het samenwerkingsverband VO ieder jaar in mei/juni twee bijeenkomsten waarin de PO scholen in een persoonlijk gesprek informatie kunnen overdragen aan het VO. De informatieoverdracht gebeurt op één van de VO scholen (de locatie wisselt ieder jaar). Eind oktober bezoeken vertegenwoordigers van de basisscholen de RGO om eventuele bijzonderheden van oud-leerlingen teruggekoppeld te krijgen van de mentoren van de brugklas. 2.5
Doorstroom
Onder doorstroom verstaan we leerlingen die naar een ander niveau gaan binnen dezelfde organisatie. Het kan zijn dat een leerling verder gaat in het volwassenonderwijs (VAVO). Deze leerling blijft dan wel ingeschreven bij onze school. 2.6
Uitstroom
Onder uitstroom verstaan we de uitschrijving van de leerling bij ons op school. In de leerlingen die uitstromen, maken we onderscheid tussen: - vroegtijdige schoolverlaters Leerlingen, jonger dan 18 jaar, die zonder diploma of startkwalificatie de school verlaten. - schoolverlaters met startkwalificatie Leerlingen die de school hebben verlaten met diploma en startkwalificatie. Dit geldt voor de niveaus HAVO en VWO. - schoolverlaters zonder startkwalificatie Leerlingen die de school hebben verlaten met diploma, maar zonder startkwalificatie. Dit geldt voor de VMBO – leerlingen. 2.7
Uitstroommogelijkheden
Vroegtijdige uitstroom Leerlingen die vroegtijdig uitstromen, kunnen uitstromen naar/door: - scholen voor voortgezet speciaal onderwijs - verhuizing van woonplaats - verhuizing van school - opname in een instelling voor (psychische) gezondheidszorg
9
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Scholen voor voortgezet speciaal onderwijs Onder scholen voor voortgezet speciaal onderwijs verstaan we de scholen waar leerlingen met een toelaatbaarheidsverklaring naar toe kunnen gaan. In paragraaf 4.3 worden de diverse clusters omschreven. De PCL besluit of een toelaatbaarheidsverklaring wordt afgegeven en is tevens verantwoordelijk voor de afgifte van deze verklaring. Verhuizing van woonplaats Leerlingen die verhuizen van woonplaats en daarmee ook van school verhuizen. Verhuizing van school Leerlingen die tussentijds besluiten hun schoolloopbaan op een andere school voort te zetten. Opname in een instelling voor (psychische) gezondheidszorg Leerlingen die vanwege (psychische) gezondheidsproblemen niet in staat zijn het reguliere onderwijs te volgen. Schoolverlaters met startkwalificatie De schoolverlaters met startkwalificatie zijn voor de wet niet meer verplicht onderwijs te volgen en hebben de vrije keuze om hun schoolloopbaan af te sluiten dan wel voort te zetten op bijv. een van de volgende instellingen: - MBO - HBO - Universiteit Deze uitstroomprocedure wordt begeleid door het decanaat havo/vwo. Afhankelijk van de eventuele vervolgopleiding vindt er al dan niet een warme overdracht plaats. Schoolverlaters zonder startkwalificatie De schoolverlaters met diploma, maar zonder startkwalificatie, vervolgen hun schoolloopbaan op het MBO of op de HAVO op een andere school. Deze uitstroomprocedure wordt begeleid door het decanaat VMBO. De overdracht van leerlingegevens gaat via Intergrip. Afhankelijk van de eventuele vervolgopleiding vindt er al dan niet een warme overdracht plaats. Indien er twijfel is over een goede doorstroom, dan wordt het Schoolloopbaanteam of Steunpunt Onderwijs ingezet worden. Overdracht vervolgonderwijs In het kader van de kwaliteitsborging vindt de Regionale Scholengemeenschap GoereeOverflakkee de aansluiting van de RGO op het vervolgonderwijs zeer belangrijk. Via decanenplatforms is er overleg tussen de school en het middelbaar beroepsonderwijs (mbo), het hoger beroepsonderwijs (hbo) en de universiteiten. Een aantal scholen voor middelbaar beroepsonderwijs, hogescholen en universiteiten rapporteert rechtstreeks aan de school over de vorderingen van onze oud-leerlingen. Er is op school een mbo-voorlichtingsavond en de leerlingen van de havo en vwo-afdeling bezoeken eenmaal in hun schoolcarrière de Interscholaire. Inspanningsverplichting Voor de leerlingen die bij ons (niet op eigen initiatief)vroegtijdig uitstromen hebben wij een inspanningsverplichting. Wij zoeken voor deze leerling een passend onderwijsaanbod. De leerling wordt bij ons uitgeschreven, zodra er een inschrijvingsbewijs is van de andere school.
10
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Hoofdstuk 3 3.1
Basiszorg
Pedagogisch didactisch klimaat
Binnen de RGO hebben onderstaande functionarissen een belangrijke taak in de basiszorg voor de leerlingen (zie bijlage: onderwijsondersteuning in de 1e, 2e en 3e lijn – schema). Docent De docenten bieden leerlingenzorg tijdens hun gewone lessen. Mentor De mentor is het eerste aanspreekpunt voor ouders/verzorgers en leerlingen. Indien nodig zal de mentor naar aanleiding van gesprekken met en informatie van de ouders/verzorgers andere medewerkers van de school betrekken bij het zoeken naar oplossingen. De mentor van zijn kant neemt contact op met de ouders als de leerling op school niet goed functioneert. Elke mentor heeft wekelijks een lesuur ingeroosterd staan waarop hij/zij met de klas of met individuele leerlingen kan spreken. De werkwijze met betrekking tot de zorg en/of onderwijsondersteuning door de mentor is opgenomen in de bijlagen. De brugklasmentoren gaan in principe met de klas mee naar klas 2, en blijven dus twee jaar mentor. De mentoren VMBO van klas 3 gaan mee naar klas 4. In havo 3/4/5 en vwo 3/4/5/6 hebben de mentoren een mentoraat met ongeveer 15 leerlingen. Decaan De decaan helpt leerlingen bij het kiezen van een vakkenpakket of profiel/leerweg passend bij de capaciteiten en hun toekomstverwachtingen van de leerling. De keuze van het profiel of de sector wordt gesteund door een aantal keuzebegeleidingslessen. Bij deze lessen hoort ook een beroepeninteressetest die enig inzicht geeft in de belangstelling van leerlingen en de daarmee samenhangende beroepen. We zien dit als een gedeelde verantwoordelijkheid tussen ouders en school. Vertrouwenspersoon Leerlingen kunnen bij de vertrouwenspersoon terecht voor een luisterend oor en met klachten over seksuele intimidatie. Pedagogisch conciërge De pedagogisch conciërge houdt zicht op het verzuim van leerlingen. Hij neemt contact op met de ouders/verzorgers wanneer een leerling niet op school gekomen is. Leerlingen die gaande de dag ziek worden, melden zich bij hem af. Naast het verzorgen van een intensieve controle op absentie en het uitvoeren van een duidelijk lik-op-stuk beleid bij bijvoorbeeld regelmatig te laat komen, vangt deze conciërge de leerlingen op die de toegang tot de les tijdelijk wordt ontzegd. 3.2
Algemene trajecten
Leerlingvolgsysteem (LVS) Op de RGO wordt Magister gebruikt als leerlingvolgsysteem. Het is een digitaal systeem waarin gegevens van de leerling zijn opgenomen. Het programma voorziet in het registreren van allerlei leerlinggegevens. Op dit moment zijn het invoeren van cijfers, huiswerk, aanwezigheidsregistratie, logboeknotities en de elektronische leeromgeving (elo) de meest gebruikte items. Ouders en leerlingen hebben een inlogcode en kunnen thuis inzage krijgen in cijfers, huiswerk en aanwezigheid. Het programma heeft autorisatiemogelijkheden waardoor niet alle onderdelen voor iedereen zichtbaar zijn.
11
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Leerlingbespreking De teamleider en coördinator onderwijsondersteuning overleggen vierwekelijks tijdens het OOOverleg (zorg-/onderwijsondersteuningsoverleg). De te bespreken leerlingen worden door de mentoren aangemeld bij de teamleider of worden door de coördinator onderwijsondersteuning tijdens het overleg ingebracht. De werkwijze van het OOOverleg is opgenomen in de bijlagen. Tijdens de teamvergaderingen, mentorenvergaderingen en bij de rapportvergaderingen worden leerlingen besproken. Tussen de rapporten zijn er ook speciale leerlingenbesprekingen. Voor de brugklasleerlingen is er een extra leerlingbespreking in september/oktober. Vergaderingen en besprekingen zijn opgenomen in de jaarplanner. Het komt ook voor dat op verzoek van een mentor of teamleider een extra leerlingbespreking wordt ingelast. De opzet van de leerlingbespreking/rapportvergadering is opgenomen in de bijlagen. Warme overdracht intern Aan het begin van het schooljaar vindt er tussen de mentoren een warme overdracht plaats, dit geldt voor alle niveaus. Ontwikkelingsperspectief (OPP) Voor alle leerlingen met een arrangement wordt een OPP (ontwikkelingsperspectief) gemaakt. Meer informatie hierover is te vinden op samenwerkingsverband VO GoereeOverflakkee
Taalbeleid Het taalbeleid is op te vragen bij de taalcoördinator mw. F. van Strien. Dyslexieprotocol Het dyslexiebeleid is te downloaden op onze website www.rgomiddelharnis.nl Rekenbeleid Het rekenbeleid is op te vragen bij de rekencoördinator mw. A. van Leersum. Signalering, screening en standaardtesten De docenten zijn de belangrijkste signaleerders van eventuele problemen en zorgvragen van leerlingen. In paragraaf 4.2 wordt dit verder uitgewerkt, zie ook bijlage ‘onderwijsondersteuning ‘probleem-gestuurd’. Tijdens de schoolloopbaan op de RGO worden de volgende testen afgenomen: Cito toetsen, dyslexiescreening (indien gewenst), schoolvragenlijst en sociogram en overige testen (zie bijlage ‘Testen’). Beroeps –en profielkeuze Informatie over de inhoud van het decanaat is op te vragen bij de decaan, mw. T. Mast. Veiligheid De RGO is een veilige school. Elke leerling en medewerker is aanspreekbaar op het waarborgen van een ontspannen en veilige leer-, werk- en leefsfeer binnen de school. Respectvol met elkaar en elkanders verschillen omgaan en het delen van verantwoordelijkheid met elkaar staan centraal. Uitgangspunt hierbij is dat elk lid van de scholengemeenschap even waardevol is en als zodanig wordt bejegend en behandeld.
12
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Binnen het Samenwerkingsverband VO Goeree-Overflakkee is een veiligheidsconvenant opgesteld dat binnenkort (okt. 2014) ondertekend wordt door scholen, gemeente en politie. Na ondertekening komt dit veiligheidsconvenant als download op onze website. Protocol medisch handelen en medicijnverstrekking Het protocol medisch handelen en medicijnverstrekking is te downloaden op de website van de RGO of is op te vragen bij de coördinator onderwijsondersteuning. Pestprocotol Het pestprotocol is te downloaden op de website van www.rgomiddelharnis.nl Verzuimbeleid Door het Regionaal Bureau Leerplicht (RBL) Goeree-Overflakkee is een convenant en verzuimprotocol opgesteld voor Primair, Voortgezet en Middelbaar Beroepsonderwijs op Goeree-Overflakkee. De school heeft een cruciale rol binnen de bestrijding van verzuim en vroegtijdig schoolverlaten. Hierbij is verzuimregistratie een belangrijk instrument om de problemen goed in kaart te brengen. Doordat de RGO een pedagogisch conciërge in dienst heeft, kan ze garanderen dat de verzuimadministratie goed bijgehouden wordt. Verzuim wordt geregistreerd in Magister. De mentoren houden het verzuim van leerlingen in de klas in de gaten. Bij regelmatige afwezigheid of veel verzuim nemen ze contact op met ouders en melden zij dit aan de teamleider. Ouders kunnen ook in Magister de verzuimregistratie van hun kind zien. De teamleiders melden zorgwekkend verzuim bij het Regionaal Bureau Leerplicht en zorgwekkend ziekteverzuim bij het CJG/jgz. Het verzuimprotocol is te vinden als download op onze website verzuimprotocol GoereeOverflakkee Protocol leerlingstatuut Het leerlingstatuut is een overzicht van de rechten en plichten van de leerling. Dit statuut is te downloaden op onze website leerlingstatuut RGO Protocol sociale media Het protocol is te downloaden op de website protocol sociale media
13
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Hoofdstuk 4 4.1
Breedtezorg
Schema route leerlingenzorg
Binnen de RGO hebben onderstaande functionarissen een belangrijke taak in de breedtezorg voor de leerlingen (zie niveau 2 in het zorgstructuur – schema). Teamleider De teamleider volgt de studieresultaten van alle leerlingen van de betreffende afdeling. Hij/zij voert overleg met de mentoren en docenten naar aanleiding van de cijferregistratie en het leerlingendossier. Indien gewenst kunnen de studieresultaten of privéomstandigheden van een leerling behalve met de mentor ook met de teamleider worden besproken. Daarnaast belegt de teamleider speciale ouderavonden. Er is wekelijks, op een vast moment, onderling contact tussen de teamleiders onderwijs. Het doel hiervan is onder andere de leerling zo goed mogelijk te leren kennen en meer inzicht te krijgen in de oorzaken van eventuele problemen op verschillend gebied. Er is op gezette tijden eveneens contact tussen de teamleiders en de coördinator onderwijsondersteuning. Coördinator onderwijsondersteuning De coördinator onderwijsondersteuning coördineert de uitvoering van het zorg/onderwijsondersteuningsbeleid en de leerlingbegeleiding en levert een bijdrage aan de ontwikkeling hiervan. Dit houdt o.a. in dat de coördinator onderwijsondersteuning medewerkers begeleidt bij de uitvoering van onderwijsondersteuningsactiviteiten, externe contacten onderhoudt die voor de leerlingbegeleiding van belang zijn, overleggen organiseert gericht op onderwijsondersteuning en begeleiding, de kwaliteitszorg inzake de leerlingbegeleiding bewaakt en bevordert en het zorg-/onderwijsondersteuningsplan opstelt. De coördinator onderwijsondersteuning wordt ondersteund door onderwijsassistenten. De coördinator onderwijsondersteuning is één dag per week werkzaam op het samenwerkingsverband onder andere als PCL-lid. Expertisecentrum Goeree – Overflakkee (ECGO) / 1-loket ECGO is een onderdeel van het samenwerkingsverband en vervult de rol als ‘missing link’ tussen onderwijs en zorg. Werkzaamheden van ECGO zijn o.a. handelingsgerichte diagnostiek en handelingsgericht indiceren en arrangeren. Zowel leerlingen, docenten en ouders/verzorgers kunnen een beroep doen op de aanwezige expertise als er een hulpvraag is ondersteunend aan de basisondersteuning of wanneer deze de basisondersteuning overstijgt. Om vast te kunnen stellen of er voldoende gedaan is om de leerling in het primaire proces te ondersteunen maakt het samenwerkingsverband gebruik van de zogenaamde 1-loket module. Hierin moeten een aantal stappen worden doorlopen waarbij middels formulieren kan worden aangegeven waarom de procedure van toeleiding tot een arrangement zou moeten worden gestart. Op grond van alle gegevens, zoals leerlingkenmerken, gegevens testen en toetsen, ontwikkeling, communicatie met ouders en eventueel externen is de school tot de conclusie gekomen dat, binnen de basiskwaliteit en basisondersteuning, niet in voldoende mate tegemoet kan worden gekomen aan de onderwijsbehoeften van de leerling. Op basis van voornoemde gegevens aangereikt in het 1-loket kan beoordeeld worden of de basisondersteuning ontoereikend is om een antwoord te geven op de ondersteuningsvraag van de leerling.
14
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
De leerling besproken in de PCL van het samenwerkingsverband en de PCL wordt gevraagd een oordeel te geven over de leerling en de school te ondersteunen bij de verdere inrichting van de schoolloopbaan. Na een beslissing door de PCL worden middelen en/of ondersteuning ingezet. Indien gewenst wordt bij de beslissing ook een instelling voor jeugdhulp betrokken. School en ouders hebben een intensief contact en indien gewenst wonen de ouders de bijeenkomst van de PCL bij. 4.2
Van screening tot interventie
De begeleiding van de leerling begint altijd in de klas. De lesgevende docenten en de mentor hebben hierin een spilfunctie. Zij zijn de belangrijkste signaleerders van een ondersteuningsvraag. De mentor is het eerste aanspreekpunt voor de leerling en zijn of haar ouders/verzorgers. De mentor zal dan ook, in samenspraak met de leerling en de ouders/verzorgers, de begeleiding binnen de klas opstarten. Bij grotere zorg neemt de mentor contact op met de teamleider en coördinator onderwijsondersteuning. De leerling wordt besproken in zorg-/onderwijsondersteuningsoverleg door coördinator onderwijsondersteuning met teamleider. Indien gewenst wordt de leerling met toestemming van ouders besproken in het SOT (zie bijlage). SOT SOT, schoolondersteuningsteam, is een wekelijks overleg tussen schoolmaatschappelijk werk, jeugdverpleegkundige en coördinator onderwijsondersteuning. Zie hoofdstuk 5. VIR (Verwijsindex risicojongeren) De RGO is aangesloten bij de VIR Goeree-Overflakkee. Meldcodehuiselijk geweld en kindermishandeling Deze meldcode is te downloaden op de website www.rgomiddelharnis.nl
4.3
Aanbod
Op de RGO kunnen leerlingen op een aantal manieren extra begeleid worden. Hieronder worden de begeleidingsvormen omschreven.
Leerlingbegeleider De leerlingbegeleider begeleidt leerlingen met motivatie-/’leren-leren’problemen. De leerlingbegeleider werkt als een verlengde van de mentor. Gespreksnotities worden in het logboek gezet. De mentor houdt contact met de ouders. Aanmelding voor leerlingbegeleiding gaat via de teamleider. Conflictbemiddelaar De conflictbemiddelaar is onderwijsondersteunend en heeft geen lesgevende taken. Indien er sprake is van een conflict zal altijd eerst de mentor ingezet worden. Bij complexe conflicten met leerlingen uit verschillende klassen of bij afwezigheid van de mentor zal de conflictbemiddelaar in gezet worden door de teamleider.
15
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Schoolmaatschappelijk werk (SMW) Binnen het voortgezet onderwijs kent het SMW verschillende taken. Het SMW vervult samen met de jeugdverpleegkundige en coördinator onderwijsondersteuning in eerste instantie een brugfunctie tussen school en externe hulpverlening zoals het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG), Bureau Jeugdzorg en verdere hulpverlening in de derde lijn. De werkzaamheden op de scholen bestaan uit kortdurende hulpverleningstrajecten met leerlingen, advies- en overleg met coördinator onderwijsondersteuning, contact met derden, gesprekken met ouders. Het SMW fungeert, als lid van de SOT, als spin in het web van de zorgstructuur van de scholen. Door de brugfunctie die zij vervullen zijn zij in staat om leerlingen, ouders, maar ook leerkrachten en mentoren te ondersteunen bij het zo snel mogelijk inzetten van de juiste hulp om het welbevinden van de leerling zowel op school als thuis te verbeteren. Jeugdverpleegkundige/CJG De jeugdverpleegkundige is wekelijks op school voor de SOT en heeft daardoor een belangrijke plaats in de zorgstructuur van school. Daarnaast ziet zij de leerlingen van de brugklas in een persoonlijk gesprek en bij de leerlingen van de voor examenklassen neemt zij een digitale vragenlijst af, eventueel aangevuld met een persoonlijk gesprek. Alle leerlingen die langer dan 2 weken ziek zijn en/of signaalverzuim hebben, worden door de RGO gemeld bij de jeugdverpleegkundige. De jeugdverpleegkundige doet onderzoek naar de belastbaarheid van de leerling en geeft advies. Trajectgroep De trajectgroep is een interne voorziening die leerlingen met een extra ondersteunings/zorgvraag (tijdelijk) extra begeleiding kan bieden. De trajectgroep is opgezet voor leerlingen die onderwijs volgen op VMBO, MAVO, HAVO en VWO (atheneum/gymnasium) - niveau. Alle leerlingen met een cluster 2 indicatie hebben automatisch recht op begeleiding vanuit de trajectgroep. Leerlingen die afgelopen schooljaar een cluster 3 of 4 indicatie hadden, hebben dit schooljaar niet automatisch recht op begeleiding. De ambulant begeleider heeft in samenwerking met leerling, ouders/verzorgers en mentor afspraken gemaakt voor eventuele begeleiding vanuit de trajectgroep. Ook leerlingen zonder indicatie kunnen gebruik maken van de trajectgroep. De aanmelding bij de trajectgroep loopt via het 1 loket. Het Samenwerkingsverband zal de aanmelding beoordelen en beslissen of de leerling in aanmerking komt voor een arrangement. De trajectgroep is gebaseerd op drie pijlers: 1. observatie en begeleiding van leerlingen 2. coachen van docenten 3. partnerschap met ouders/verzorgers. De trajectgroep levert maatwerk en professionele ondersteuning voor: - leerlingen met een geformuleerde ondersteuningsbehoefte, zoals bijvoorbeeld leerlingen die ondanks hun cognitieve niveau dreigen uit te vallen of af te stromen - docenten, onderwijsondersteuners, school en ouders/verzorgers met een geformuleerde ondersteuningsbehoefte. De trajectgroep heeft dus uitdrukkelijk niet de functie van uitstuurlokaal. Meer informatie over de trajectgroep is te vinden het in trajectgroepplan. Op te vragen bij de coördinator onderwijsondersteuning.
16
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Ambulante begeleiding (AB) Er zijn leerlingen die extra begeleiding nodig hebben om zich optimaal te kunnen ontwikkelen. Voorheen kregen deze leerlingen een Leerling Gebonden Financiering (LGF). Per 1 augustus valt de extra begeleiding van de leerlingen die voorheen onder cluster 3 en 4 behoorden gewoon onder de verantwoordelijkheid van de school. Alleen voor cluster 1 en 2 blijft voorlopig de oude procedure nog gelden. Alle extra begeleiding wordt georganiseerd vanuit de trajectgroep. Zoals hierboven beschreven, hebben leerlingen die voorheen een cluster 3 en 4 indicatie hadden, niet automatisch recht op begeleiding vanuit de trajectgroep. In deze overgangsfase zijn afspraken gemaakt voor komende periode. En mocht later blijken dat er meer nodig is, kan er via het 1 loket een arrangement aangevraagd worden. De ambulant begeleiders van de diverse clusters zijn nog wel aan het Samenwerkingsverband verbonden en werken vanuit de trajectgroep. Hieronder een overzicht van de 4 (voormalige) clusters: Cluster 1 Cluster 2
Visueel beperkte leerlingen. Dove en slechthorende leerlingen, leerlingen met ernstige spraak en/of taalmoeilijkheden, leerlingen met een stoornis in het autistisch spectrum die specifiek leidt tot een beperking in de communicatie. Leerlingen met verstandelijke (ZML) en/of lichamelijke beperkingen (LG/MG), leerlingen die langdurig ziek zijn (LZ) en leerlingen met epilepsie. Leerlingen die vanwege hun gedragshandicap of psychiatrische problemen een structurele beperking in hun onderwijsparticipatie ondervinden.
Cluster 3 Cluster 4
Faalangstreductie-/examentraining Op de RGO wordt de ‘vriendentraining’ gegeven aan leerlingen die angstig zijn, piekeren/tobben, deze training wordt verzorgd door het schoolmaatschappelijk werk. Zodra er voldoende leerlingen zijn start de training, de training kan meerdere keren per schooljaar gegeven worden. Aanmeldingen voor deze training kunnen door teamleider en mentoren gedaan worden bij de coördinator onderwijsondersteuning. Er is ook een examenvreestraining, deze training wordt verzorgd door een ervaren docent. De examenleerlingen kunnen zichzelf bij de mentor of teamleider aanmelden. De ouders betalen voor deze trainingen een eigen bijdrage.
17
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Hoofdstuk 5 5.1
Dieptezorg
Procedures en mogelijkheden
Ook binnen de dieptezorg van de RGO (zie niveau 3 in het zorgstructuur- schema) heeft de coördinator onderwijsondersteuning een centrale rol. Afhankelijk van de hulpvraag/problematiek of het hulpverleningstraject kan in overleg met ouders besloten worden de zorgvraag te delen met externe specialisten. In sommige situaties neemt de coördinator onderwijsondersteuning direct contact op met een hulpverlenende instantie, zoals bijvoorbeeld een instelling voor GGZ, te weten Lucertis. Ook is het mogelijk dat een zorgvraag vanuit het SOT doorgeschakeld wordt naar externe hulpverlening. De jeugdverpleegkundige of schoolmaatschappelijk werkster zullen hierin een prominente rol spelen. Via het SOT worden ook verbindingen gelegd naar het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) biedt laagdrempelige hulp aan ouders met kinderen van 0 tot 23 jaar. Zij kunnen bij het CJG terecht voor al hun vragen over opvoeden en opgroeien. Het CJG is een netwerkorganisatie en werkt samen met hulpverlenende instanties, zoals onder andere Bureau Jeugdzorg, MEE, Lucertis, consultatiebureau, Jeugdgezondheidszorg, Schoolmaatschappelijk werk, Algemeen maatschappelijk werk, Bureau Leerplicht en het opvoedbureau. Deze instanties hebben samenwerkingsafspraken gemaakt zodat er snel en efficiënt hulp geboden kan worden. Het uitgangspunt hierbij is 1 gezin 1 plan. Voor het CJG is het heel belangrijk dat er goede verbindingen zijn met de scholen. Vanuit het CJG is er op de scholen een jeugdverpleegkundige en schoolmaatschappelijk werker actief. Beide nemen deel aan zowel het CJG overleg als het SOT van de scholen. Op die manier vormen zij de brug tussen de scholen en het CJG en kan er ,indien dit nodig is, snel en op adequate wijze hulp geboden worden aan gezinnen en jongeren. Zij ondersteunen ouders / de jongere en andere professionals met passende informatie / advies en hulp. Wanneer langere hulpverlening nodig is dan zijn zij op de hoogte van de mogelijkheden hiervoor en kijken samen met de jongere en het gezin welke hulpverlening gewenst is en zullen dan doorverwijzen. Tweewekelijks is er een CJG-overleg waaraan alle partners deelnemen.
Ontwikkelingen jeugdhulp Vanaf 1 januari 2015 zal de financiering en organisatie m.b.t. de jeugdzorg veranderen in de gemeente. De ontwikkelingen zijn nog in volle gang. Er start op initiatief van de gemeente Goeree-Overflakkee een pilot in oktober 2014 met het JOT, Jeugd Ondersteunings Team. Het JOT is een ambulant behandelteam voor de ‘lichtere’ jeugdhulp op het eiland. Het JOT bestaat uit medewerkers van diverse instellingen. De gemeente zoekt ook de samenwerking met het onderwijs.
18
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Hoofdstuk 6 6.1
Knelpunten en verbeterpunten
Knelpunten RGO
Middelen en mogelijkheden zo effectief mogelijk inzetten. 6.2
Verbeter-/aandachtspunten RGO
Er is veel gebeurd op het gebied van onderwijsondersteuning, begeleiding en zorg. Naast de dagelijkse gang van zaken zijn procedures en werkwijzen in stappenplannen vastgelegd. Er is een pestprotocol, dyslexiebeleid en protocol medicijnverstrekking en medisch handelen vastgesteld. Afgelopen schooljaar is op twee middagen is het hele personeel bezig geweest met onderwerpen als: executieve functies, signaleren, kindermishandeling/huiselijk geweld, VIR, SMW en jgz. Deze kennis is in de dagelijkse praktijk nodig om passend onderwijs te geven. Het is wel van belang dat de vertaling van kennis naar de praktijk goed wordt ingezet. Dit is een duidelijk aandachtspunt voor komend schooljaar. De actielijst van het zorgjaarverslag 2012-2013 is grotendeels afgewerkt. Door zorgjaarverslag komen alle cijfers jaarlijks bij elkaar. Toch is het van belang dat dit ook tussentijds gebeurt zodat er gedurende het schooljaar al sturing kan plaatsvinden. Het effectief maken van de onderwijsondersteuning is en blijft een belangrijk speerpunt. In de praktijk blijkt dat het lastig is om regelmatig tijd vrij te maken om beleid aan te passen en tussentijds te evalueren en om duidelijk te communiceren over het protocollen en beleid. Ook dit is een aandachtspunt. Schooljaar 2014-2015 zal in het teken staan van verdere implementatie van de onderwijsondersteuning in het kader van Passend Onderwijs. We gaan ervaring opdoen met de uitvoering van de wet op Passend Onderwijs in onze eigen organisatie. In hoofdstuk 7 worden de concrete doelen beschreven die wij voor schooljaar 2014-2015 stellen.
19
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Hoofdstuk 7
Doelen
Onderstaand de doelen voor het schooljaar 2014-2015. A. Passend onderwijs implementeren op de RGO. a. Personeel RGO is op de hoogte van de werkwijze van het 1-loket van het samenwerkingsverband en mentoren/teamleiders kunnen onderwijsondersteuning aanvragen via dit loket. b. Voor alle leerlingen met een arrangement is er een volledig en functioneel OPP gemaakt door de mentor. c. De RGO maakt optimaal gebruik van de expertise van de ambulant begeleiders onder andere door deze in te zetten in de ondersteuning van docenten waarbij de kennis over executieve functies wordt vertaald naar de praktijk. B. Het ‘dyslexiebeleid’, het ‘pestprotocol’ en ‘protocol medicijnverstrekking en medisch handelen’ verder implementeren, uitvoeren en evalueren. Indien gewenst het protocol aanpassen.
20
Zorgplan RGO 2014-2015 – versie 30 sept.’14
Bijlage II
Zorgstructuur – schema’s
Op de volgende pagina’s de onderstaande schema’s: Brugklas instroom en doorstroom 2e t/m 6 jaar vmbo/havo/vwo Onderwijsondersteuning in de 1e, 2e en 3e lijn Opmerkingen Werkwijze zorg/onderwijsondersteuning door mentor (1e lijn) Werkwijze OOOverleg (2e lijn) Opzet rapportvergadering / leerlingbespreking Organisatie onderwijsondersteuning ‘probleem-gestuurd’ Testen Verklaring veel gebruikte afkortingen
Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie zorg-/onderwijsondersteuning; versie 30 sept. 2014; sct
Pagina 21
brugklas instroom en doorstroom aanmelding brugklasleerling plaatsing volgens procedure leerling kan niet op RGO worden geplaatst
gaat naar andere school; wordt besproken in pcl
leerling heeft een diagnose (bijv. mbt (psychische)gezondheid, ontwikkelingsstoornis, leerstoornis)
leerling start in de geplaatste groep; mentor begeleidt en volgt de leerling en is aanspreekpunt voor de ouders
(telefonisch) gesprek met ouders/leerling/mentor en COOO (en eventueel teamleider)
zorgen over of problemen met leerling meldt mentor aan COOO en teamleider (via mail)
in overleg oriëntatietraject en start trajectgroep; eventueel aanvraaag arrangement (vastgelegd in OPP)
mail wordt besproken in OOOVERLEG; OOOVERLEG maakt afspraken over de te nemen actie (wordt vastgelegd in notulen)
OPP wordt op gezette tijden geëvalueerd
okt: Cito VO 0 toets,svl, sociogram, eventueel signaleringsonderzoek dyslexie afgenomen
reguliere onderwijs ondersteuning COOO
vierwekelijks OOOverleg (teamleider en COOO); doel: informeren/overleg over opstarten/volgen van (zorg)leerlingen COOO vast overleg met externen: wekelijks: pcl, samenwerkingsverband, jgz /CJG en SMW (SOT); tweewekelijks: CJG overleg naar behoefte: ambulante diensten, Lucertis/onderzoeksbureau/ psychologen/overige externen
nov. en mrt: rapportvergadering (aansluitend ouderspreekavond); info en contact in lvs door mentor/docent
COOO coördineert/evalueert interne ondersteuning: trajectgroep
okt. en feb.: leerlingbespreking; mentor houdt lvs bij
sept volgend schooljaar: COOO maakt jaarverslag en past zorgplan aan
resultaten vergaderingen worden besproken door teamleider met COOO in OOOverleg indien gewenst onderzoekstraject starten en/of oriëntatietraject en/of SOT COOO coördineert/volgt traject en houdt mentor en teamleider (OOOVERLEG) op de hoogte (registreert in lvs)
←
indien nodig bij zorgen: extra oudergesprek met mentor en COOO
mei: Cito VO 1 toets
overgang volgens overgangsrichtlijnen evaluatie met betrokkenen (coördinatie (opm.7) (COOO kan (via mentor) Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie versie 30rapportvergadering sept. 2014; sct door zorg-/onderwijsondersteuning; mentor/COOO) advies geven)
Pagina 22
2e t/m 6e jaar vmbo/havo/vwo instroom naar aanleiding van bevordering en plaatsing voorgaande schooljaar leerlingen met diagnose die recht hebben op extra faciliteiten hebben een kaart op naam en stamnummer leerlingen met een OPP hebben gesprek met mentor; mentor vraagt eventueel nieuw arrangement aan
leerling start in klas waarin hij is geplaatst
vierwekelijks OOOverleg (teamleider en COOO); doel: inormeren/overleg over en opstarten/volgen van (zorg)leerlingen
mentor aanspreekpunt voor ouders/leerling en collega's
zorgen over of problemen met leerling meldt mentor aan COOO en teamleider (via mail) OPP maken: samen met betrokkenen; begeleiding opstarten
reguliere onderwijs ondersteuning door COOO
COOO vast overleg met externen: wekelijks: pcl, samenwerkingsverband, jgz/CJG en SMW (SOT); tweeweklijks: CJG
mail wordt besproken OOOverleg (zie werking OOOverleg)
overleg naar behoefte: samenwerkingsverband, Lucertis/onderzoeksbureau/psychologen/ overige exteren
nov. en mrt.: rapportvergadering (aansluitend ouderspreekavond); info en contact in lvs door mentor/docent
COOO coöordineert/evalueert interne ondersteuning: trajectgroep
feb.: leerlingbespreking; mentor houdt lvs bij
sept volgend schooljaar: COOO maakt jaarverslag en past zorgplan aan
resultaten vergaderingen worden besproken door mentoren met COOO
indien gewenst onderzoekstraject starten en/of hwb/trajectgroep of SOT COOO coördineert/volgt traject en houdt mentor en teamleider (OOOVERLEG) op de hoogte; evaluatie met betrokkenen (coördinatie door mentor/COOO)
←
indien nodig bij zorgen: extra oudergesprek met leerling, mentor en COOO
april/mei: 2e en 3e jaar Cito VO
voorjaar: korte examenstress reductie training voor examenkandidaten die daar behoefte aan hebben
overgang volgens overgangsrichtlijnen (opm.7) (COOO kan (via mentor) rapportvergadering advies geven) Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie zorg-/onderwijsondersteuning; versie 30 sept. 2014; sct
Pagina 23
Onderwijsondersteuning in de 1e, 2e en 3e lijn Actief in 1ste lijn: docent, mentor, vertrouwenspersoon, leerling, ouders
1
1ste lijn: Vakdocenten: signaleren in de klas, begeleiden in de klas Mentor: gesprekken met leerling, gesprekken met ouders (aanspreekpunt van ouders)
Actief in 2e lijn: rapportvergadering, teamvergadering, teamleiders, coördinator onderwijsondersteuning, decaan, onderwijsondersteunend personeel, SMW, jgz/CJG, ambulante begeleiding (SWV), leerlingbegeleiding
2
2e lijn: Leerlingbespreking; frequentie: 1x per schooljaar (brugklas 2x), extra vergadering mogelijk op initiatief van teamleider. Rapportvergadering; frequentie: 3x per schooljaar Vergaderingen bestaan uit: mentoren, vakdocenten, teamleider en eventueel decaan en leerlingbegeleider; notulen in logboek Mogelijke uitkomsten: - (groeps)handelingswijzer - begeleiding door vakdocenten - intensivering begeleiding door de mentor - inschakeling decaan - inschakeling coördinator onderwijsondersteuning voor bijv. oriëtatietraject,onderzoek, advies - doorverwijzing OOOVERLEG en/of SOT Intern zorgoverleg (OOOVERLEG: COOO overleg teamleider): frequentie 4-wekelijks of meer naar behoefte. Overleg coördinator onderwijsondersteuning en teamleider; notulen: actielijst per leerling in logboek
Actief in 3e lijn: externe (hulpverlenende) instanties (leerplicht, jeugdzorg, politie, Lucertis, CJG, GGD, enz.), ECGO
3
3e lijn: SOT: wekelijks overleg met SMW, jgz/CJG en COOO CJG-overleg: tweewekelijks overleg met hulpverlening op Goeree-Overflakkee.
Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie zorg-/onderwijsondersteuning; versie 30 sept. 2014; sct
Pagina 24
Opmerkingen: 1. Ontwikkelingsperspectief wordt door de mentor gemaakt met behulp van 1-loket van het samenwerkingsverband. 2. Signaleringsonderzoek dyslexie wordt gecoördineerd door coördinator onderwijsondersteuning. 3. Onderzoeken en testen met betrekking tot sociaal welbevinden (svl, sociogram) worden door coördinator onderwijsondersteuning gecoördineerd. De mentoren zorgen voor de uitvoering en verwerking van de testresultaten. De mentoren houden de coördinator onderwijsondersteuning en de teamleider op de hoogte van de resultaten. 4. De Cito VO worden in de jaarplanner opgenomen. De resultaten van de Cito VO worden per leerling in het leerlingvolgsysteem vastgelegd. De klassikale resultaatoverzichten worden op de g-schijf voor iedereen zichtbaar opgeslagen. De organisatie en coördinatie van de Cito VO wordt gedaan door de teamleider havo/vwo klas 1 en 2. 5. Naar aanleiding van rapportvergadering/leerlingbespreking kan overstap van een leerling naar een ander onderwijsniveau plaatsvinden. Beslissing en coördinatie geschiedt door teamleider in samenspraak met vergadering, ouders en leerling. 6. Zorgen over en/of problemen met leerlingen kunnen gaan over gedrag, sociale omgang, (ongeoorloofd) verzuim, ziekte, werkhouding, enz. Deze zorgen/problemen legt de mentor of docent vast in het leerlingvolgsysteem, ook de ondernomen stappen, zoals gesprek met leerling/mail aan ouders, worden vastgelegd in het lvs. 7. Overgangsrichtlijnen zijn te downloaden, Bevorderingsprocedure RGO
Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie zorg-/onderwijsondersteuning; versie 30 sept. 2014; sct
Pagina 25
e
Werkwijze zorg/onderwijsondersteuning door mentor (1 lijn)
signalering
actie
• mentor/ouder/leerling/docent signaleert probleem • mentor heeft contact met leerling • mentor brengt probleem in kaart en legt het vast in lvs
• mentor kan advies vragen aan COOO • mentor zet actie in om probleem op te lossen (registratie in lvs) • indien gewenst: mentor meldt aan bij OOOverleg; OOOverleg geeft advies of zet actie in; mentor informeert ouders en voert zijn deel van de actie uit
• indien gewenst houdt mentor contact met COOO en/of teamleider • mentor evalueert met leerling/ouders/collega's en legt dit vast in lvs evaluatie
De volgende punten zijn als probleem aangemerkt: Ziekte van de leerling; bij ziekte langer dan drie schooldagen contact opnemen met leerling; bij ziekte langer dan 2 weken melden bij teamleider; teamleider doet melding bij jgz/CJG Veel/regelmatig verzuim, boeken/huiswerk vergeten of te laat Sociaal emotionele problemen Gedragsproblemen Problemen in de thuissituatie Motivatieproblemen Cijfers die niet voldoen aan de verwachtingen …
Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie zorg-/onderwijsondersteuning; versie 30 sept. 2014; sct
Pagina 26
e
Werkwijze OOOverleg (2 lijn)
aanmelding
OOOverleg
actie
• aanvrager (meestal mentor) stuurt mail* naar COOO (cc teamleider) • mentor legt signalen/hulp/zorgvraag vast in lvs • COOO neemt actie start hulp/ondersteuning OF aanvraag gaat naar OOOverleg
• bespreekpunten: • - notulen vorige overleg en ingezette acties • - (ziekte)verzuim van alle leerlingen • - signalen (bijv opvallende resultaten, gedrag); van individuele leerling of groep leerlingen • - individuele leerling wordt besproken • a) indien ondersteuning al is opgestart → COOO informeert teamleider • b) welke actie is er wenselijk; er wordt vastgelegd wie er welke actie onderneemt en wie aanvrager informeert • mogelijke inzet: • intensivering interne begeleiding (extra inzet mentor, leerlingbegeleiding) • aanmelding bij SOT en/of 1-loket voor oriëntatietraject • overleg met ouders • overige onderwijsondersteuningszaken die betrekking op de de zorg/onderwijsondersteuning hebben die afdelingsoverschrijdend zijn worden ingebracht in het wekelijkse teamleidersoverleg. Indien gewenst sluit COOO aan in overleg • →Terugkoppeling resultaat OOOverleg naar mentor (docenten, ouders en leerling); notulen komen per leerling in lvs
• afgesproken actie wordt ingezet • OOOverleg volgt de leerling • evaluatie: individueel d.m.v. OPP door mentor (met betrokkenen); vastgelegd in lvs
(*) Aanmelding bij COOO (cc teamleider) via e-mail. In deze mail: naam leerling, klas, problematiek/signalen, wat heeft de aanvrager al zelf aan het probleem gedaan, zijn ouders op de hoogte, hulpvraag. Mentor zet aanmelding in lvs. Aanmelding wordt besproken door teamleider en COOO.
Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie zorg-/onderwijsondersteuning; versie 30 sept. 2014; sct
Pagina 27
Opzet rapportvergadering / leerlingbespreking • vergaderdata staan ingepland op jaarplanning • op initiatief van teamleider kan er een extra vergadering komen • mentor kan voorafgaand aan vergadering om specifieke informatie vragen of voorbereiding leesstukken sturen • docenten bereiden vergadering voor
vergadering
notulen
• mentor zit vergadering voor • mentor zorgt voor notulist • teamleider is bij vergadering aanwezig en stuurt waar nodig
• mentor zorgt dat notulen binnen vijf werkdagen klaar zijn (o.v.v. klas, datum, vergadering); mentor/teamleider stuurt notulen rond. • mentor zet opmerkingen over individuele leerlingen in lvs • indien nodig neemt mentor contact op met COOO • teamleider houdt zicht op uitvoering
Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie zorg-/onderwijsondersteuning; versie 30 sept. 2014; sct
Pagina 28
Organisatie onderwijsondersteuning ‘probleem-gestuurd’ leerling heeft een probleem
- behoefte aan advies door professionals, - direct gevaar voor welzijn/gezondheid/welbevinden van de leerling, - (vermoeden) van (noodzakelijke) inzet van externe hulpverlening, - opvoed-/opgroeiproblemen - grote leerproblemen
coordinator onderwijs ondersteuning (COOO) / OOOverleg in samenwerking met jgz/CJG en SMW (SOT)
jgz/CJG
SMW
via ouders: ECGO, JOT Lucertis, BTSW
OF
er worden signalen waargenomen
- pesten, - klasproblemen, - leerproblemen - moeite met plannen - social media, - thuisproblemen mbt huiswerk/ziekte ouder/huisdier, overlijden familielid
-huiselijk geweld, - mishandeling, - luisterend oor(vertrouwelijke zaken), - seksuele intimidatie
COOO / teamleider/ mentor en ouders
vertrouwenspersoon
mentor
interne ondersteuning opstarten (bijv.oriëntatietraject, leerling begeleiding)
gesprek met leerling (met eventueel vervolggesprek); het traject kan hier stoppen of verder gaan met:
gesprek met leerling; het gesprek kan hier afgerond worden of verder gaan met:
eenmalig SMW
MT lid ivm interne zaak
inbrengen SOT (kan ook anoniem)
Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie zorg-/onderwijsondersteuning; versie 30 sept. 2014; sct
gesprek met ouders (en COOO)
contact met ouders/ teamleider/ COOO
gewenste actie inzetten
Pagina 29
Testen Onderstaand de testen die in de schoolloopbaan van elke leerling worden afgenomen. instroomgegevens PO-VO; testafname • het SWV VO GO neemt in overleg en samenwerking met het basisonderwijs bij alle groep 8 leerlingen basisonderwijs een NIO en NPV-j af. • verdere informatie over deze werkwijze is te vinden op de website van het samenwerkingsverband: www.samenwerkingsverband-vo.nl Cito VO • WIE? De brugklas: 0 toets in oktober, 1 toets in april/mei; klas 2: 2 toets in april/mei; klas 3: 3 toets in april/mei. • DOEL? Het meten van de prestaties van de leerlingen op kernvaardigheden van brugklas tot en met derde klas. Instrument om de kwaliteit van het onderwijs in kaart te brengen, de prestaties van de leerlingen te volgen en onderwijskundige beslissingen te ondersteunen. • WERKWIJZE? Afname door lesgevende docenten. • Analyse en interpretatie resultaten door? Lesgevende docenten/rapportvergadering, mentor, teamleider (OOOverleg). • HOE INFORMEREN ouders? D.m.v. informatiefolder en rapportage (op papier). • DOSSIER? Resultaten per leerling worden vastgelegd in digitaal dossier en papieren dossier; per klas op g-schijf voor al het lesgevende personeel inzichtelijk. • ACTIES n.a.v. resultaten? Er kunnen diverse acties voortvloeien uit onder andere de resultaten van Cito VO. Bijvoorbeeld op leerlingniveau: inzetten extra vakles, keuzebanduur, start oriëntatietraject, arrangement aanvragen, aanpassen niveaubepaling/uitstroomperspectief dyslexiescreening • volgens stappenplan signaleringsonderzoek dyslexie brugklas; zie dyslexieprotocol • DOEL: signaleren van lees-/spellingsproblemen schoolvragenlijst en sociogram • WIE? Brugklas (alle leerlingen) en klas 2 (naar behoefte van mentor/teamleider). • DOEL? De svl heeft tot doel van 9-16 jarige leerlingen opvattingen en houdingen te inventariseren, die van belang zijn voor het onderwijsleerproces op school (werkhouding of motivationele houding t.o.v. schoolwerk; het welbevinden of de sociaal-emotionele houding t.o.v. het schoolleven; het zelfvertrouwen, het zelfconcept of de houding t.o.v. eigen mogelijkheden). Het sociogram maakt het mogelijk om sociale verbindingen en relaties die in een klas spelen zichtbaar te maken. • WERKWIJZE? Tijdens mentor-uur worden de schoolvragenlijst en sociogram digitaal afgenomen. • Analyse en interpretatie resultaten door? Mentor en teamleider (OOOverleg). • INFORMEREN ouders? Opvallende resultaten bespreekt mentor met ouders, indien gewenst vraagt mentor ouders om toestemming voor bespreking SOT. • DOSSIER? Opvallende resultaten worden door mentor per leerling als logboek item in lvs gezet; klasresultaten in svl- en sociogramprogramma op te zoeken. • ACTIES n.a.v. resultaten? Aanmelding SOT (mogelijk advies: SMW training, traject SMW, gesprek jgz/CJG, doorverwijzing hulpverlening, etc.) overige testen/onderzoeken • Indien gewenst kunnen invididuele testen afgenomen worden bij ECGO (verbonden aan SWV VO Goeree-Overflakkee); coördinator onderwijsondersteuning beslist dit in samenspraak met ouders; in een enkel geval kunnen de kosten hiervan door school worden betaald. Beslissing: COOO. • Ouders kunnen zelf beslissen hun kind te laten onderzoeken bij ECGO, BTSW, Lucertis, Yulius of andere instantie. De kosten zijn voor ouders. De coördinator onderwijsondersteuning (of SOT) kan wel advies geven. • DOEL? Mogelijkheden en onmogelijkheden van de leerlingen in beeld krijgen waardoor de leerling op sociaal emotioneel gebied en op cognitief gebied zich optimaal kan ontwikkelen en zich goed voelt.
Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie zorg-/onderwijsondersteuning; versie 30 sept. 2014; sct
Pagina 30
Verklaring veel gebruikte afkortingen: Cito VO CJG COOO ECGO jgz JOT lgf Lucertis lvs OPP OOOverleg PCL PO SOT SMW svl swv VO
- toets 0 t/m 3 van Cito; Volgsysteem voor voortgezet onderwijs - centrum voor jeugd en gezin - coördinator onderwijsondersteuning - expertisecentrum Goeree-Overflakkee - jeugdverpleegkundige - jeugdondersteuningsteam; ambulant behandelteam jeugdhulp - leerlinggebonden financiering - kinder- en jeugdpsychiatrie in Middelharnis en omstreken - leerlingvolgsysteem - ontwikkelingsperspectief - onderwijsondersteuning overleg teamleider - permanente commissie leerlingenzorg - primair onderwijs - schoolondersteuningsteam (overleg met jgz, SMW en COOO) - schoolmaatschappelijk werk - schoolvragenlijst - samenwerkingsverband VO Goeree-Overflakkee - voortgezet onderwijs
Bijlage zorg-/onderwijsondersteuningsplan RGO: organisatie zorg-/onderwijsondersteuning; versie 30 sept. 2014; sct
Pagina 31