DE BINNENSCHEEPVAART IN
1940 DOOR
C.
A. M. C. VAN KASTEEL
Uitgegeven door: Onderwijsfonds voor de Scheepvaart Binnenkant 22, Amsterdam Witte Huis, Wijnhaven 1-3 - Kamer D 5 2e Verdiep. Rotterdam
F 36
DE BINNENSCHEEPVAART ||
1940 DOOR
C . A . M. C . VAN J
Uitgegeven door: O n d e r w i j s f o n d s v o o r de S c h e e p v a a r t Binnenkant 22, Amsterdam / Jj ij ƒ Witte Huis, Wijnhaven 1-3 - Kamer D 5 2e Verdiep. Rotterdam
j
I
3
DE TOESTAND.
De eerste 5 maanden van 1940 stonden in het teeken van de vèr buiten de eigenlijke oorlogvoerende landen om zich heengrijpende oorlogseconomie, uit den aard der zaak in volkomen tegenstelling tot elke vredeseconomie. In den aanvang van 1940 leefden wij in een sfeer van regeling, ordening, eontingenteering, heffingen, steun, toeslag, verbindendverklaring, beperking van teelt, denaturatie enz., veroorzaakt door den toestand geschapen sedert September 1939. Het bedrijfsleven heeft zich in dien toestand van sterke gebondenheid zoo goed mogelijk geschikt, omdat er voldoende begrip was voor de maatregelen van hoogerhand in hoogst ernstige tijden. Waar het zou heengaan kon niemand voorzien. De verminderende export en de ongekende moeilijkheden voor den aanvoer van grondstoffen deden de industrie en den handel kwijnen. De Nederlandsche groote transitohaven Rotterdam werd meer en meer tot een stilstand gedoemd, die loodzwaar moest gaan drukken op de havenbedrijven in direct en indirect verband. Het werelddeel Europa, in het bijzonder West-Europa, beleefde een crisis van ongekenden omvang, waarbij de krachten tot slooping en tot vernietiging steeds meer in actie kwamen. Een worsteling om het bestaan zette in, öök voor de niet-direct in den oorlog betrokkenen . . . De gevolgen van het tractaat van Versailles van 1919 gingen na 20 jaren steeds grooter angstaanjagende schaduwen vooruitwerpen, omdat de toen gelegde kiemen bij de nadere uitwerking steeds feller den economischen oorlog deden ontplooien. Het is onbegrijpelijk, dat de volkeren in 1919 zóó slecht de vérstrekkende economische gevolgen der toenmalige vredesverdragen overzien hebben. De kaart van Europa werd versneden; onder meer heeft de versnippering van de Donaulanden ook in het bijzonder tot den economischen chaos bijgedragen. De staatkundige veranderingen op de kaart van Europa, na 1918 aangebracht, hebben geweldige verplaatsingen op economisch terrein teweeggebracht. Latere waarschuwende stemmen vonden geen gehoor. Eerst toen die waarschuwende stemmen een steeds ernstiger toon gingen aanslaan, scheen het... alsof er neiging bestond er eenigszins naar te gaan luisteren, maar tóen was het al reeds te vèr gekomen om het kwaad nog te kunnen stuiten. Europa kón niet meer tot rust komen. De economische situatie was zeer bedenkelijk en benard geworden, slechts wat geflatteerd door een schijnopleving, veroorzaakt door de steeds forscher opgevoerde bewapeningspolitiek der staten. Slechts tot 10 Mei 1940 is ons land buiten den oorlog gebleven! In 5 dagen was hier het pleit beslecht.
4 Rotterdam zou Rotterdam niet zijn, als ook n u opnieuw niet de w i l tot wederopbouw en de kracht der herrijzenis uit den asch sterker zou blijken te zijn dan het leed om hetgeen de Rotterdammers in hun haven en in hun stad verloren hebben tijdens de oorlogsdagen. Met inzet v a n alle krachten is einde M e i 1940 dan ook aan den wederopbouw v a n het Rotterdamsche zakenleven begonnen, onder buitengewoon moeilijke omstandigheden, maar met een bijzondere v i t a . Uteit, die bewonderenswaardig is en eerbied afdwingt.
W A T NIET V E E A N D E K D IS. W a t ook door de menschheid veranderd wordt, geen aardsche macht is in staat den Rijn te verhinderen, zijn loop v a n Zwitserland door Duitschland naar Nederland te volbrengen. E n op dezen zelfden Rijn, dien onvolprezen door de natuur gegeven weg, hebben door alle eeuwen heen Duitschers en Nederlanders in goede vriendschap en samenwerking gevaren en hun brood verdiend. Hieraan is niets veranderd, ook nu niet.
! N.V. S C H E E P S W E R V E N „PIET HEIN" v.h.
W . Schram & Zonen
BOLNES
PAPENDRECHT
T E L E F . ! R O T T E R D A M 71354
DROOGDOK
115 x 26 mzter • Dwarshellingen 86 x 115 m.
Reparaties: V l u g en B i l l i j k
5 D E VOORUITZICHTEN. De vooruitzichten v a n de binnenscheepvaart zijn niet slecht. De waterwegen worden steeds meer uitgebreid en door goede moderne kanalen met moderne kunstwerken met elkaar in verbinding gebracht. De binnenscheepvaart zal een machtige schakel zijn i n het toekomstige bedrijfsleven van geheel E u r o p a . Machtiger schakel dan ooit tevoren. Omstreeks het begin dezer eeuw was het Duitsche waterwegennet nog onder te verdeelen i n verschillende stroomgebieden, zonder onderlinge verbinding. E e n uitzondering weliswaar hierop m a a k t e n : de Rijn-Rhóne verbinding (slechts geschikt voor de Fransche maatschepen), het Rijn-Marne K a n a a l (eveneens beperkt tot de Fransche maatschepen) en het L u d w i g s k a n a l (Main-Donau-verbinding met veel sluizen en slechts bevaarbaar voor zeer kleine schepen). Tusschen de Weser en de E l b e was nog geen verbinding, tusschen Rijn en Donau practisch evenmin, tusschen den Rijn en Oost Pruisen ook niet; wat betreft een verbindingsweg tusschen de Oder, de Weichsel en den Donau was het bij plannen gebleven. In het Elbe-Memel-gebied daarentegen bestonden reeds goed bruikbare waterwegen ( B e r l i j n - K o w n o ) . Gedurende den vorigen wereldoorlog k w a m de verbinding van het Rijn-Herne-Kanaal met de E m s en de Weser tot stand, i n 1938 volgde de verbinding met de E l b e . A a n het Rn'n-Main-Donau-Kanaal wordt sedert de aansluiting van Oostenrijk bij Duitschland (1938) met spoed gewerkt. Sedert Polen grootendeels tot het Duitsche Rijk behoort, is ook de Oder- en de Weichsel-verbinding met den Donau in het bijzonder en uit den aard der zaak daadwerkelijk op den voorgrond getreden. De verbinding van den Rijn met Oost-Pruisen werd tot stand gebracht door de openstelling van het M i t t e l l a n d - K a n a l op 30 October 1938. Op 31 October 1938 is op den „ d e u t s c h e n Binnenschiffahrtstag" i n Maagdenburg een f i l m vertoont „die deutschen Wasserstrassen, Lebensadern der N a t i o n " ; deze film werd vervaardigd in samenwerk i n g van de Reichverkehrsgruppe Binnenschiffahrt en het Reischverkehrsministerium. Men kreeg een indruk van de natuurlijke stroomen van Duitschland, gebiedsgewijze, en van den aanleg van de op het programma staande kanalen en daartoe noodige uit te voeren kunstwerken. D i t programma omvatte de vervollediging van de Oost-West en Noord-Zuid-waterwegen i n geheel Duitschland, zooals: voortzetting van het M i t t e l l a n d k a n a l tot de E l b e ; verbetering van de vaarwegen tot de Oder; graven van den zuidelijken a r m van het M i t t e l l a n d k a n a l ; verbreeding van het D o r t m u n t - E e m s k a n a a l ; aanleg van het H e r m a n n - G ö r i n g - K a n a l bij B r u n s w i j k ; krachtige voortbouw aan de Rijn-Main-Donau-kanalenverbinding;
6 voortzetting kanaliseering van de N e c k a r ( S t u t t g a r t - P l ö e h i n g e n naar U l m ) , voor de Neckar-Donau-verbinding; H a n s a - K a n a a l (Ruhr-gebied - zeehavens H a m b u r g Bremen Lubeck) • gereedkomen van het A d o l f H i t l e r - K a n a l (Cosel-Gleiwitz)'; Regularisatie van de Oder, de Elbe, de Weser; A k e n - R i j n - K a n a a l (kolen-gebieden rondom A k e n in rechtstreeksche waterverbindmg met den Rijn, met uitmonding ongeveer bij Dusseldorp-Neuss); S ü d l i c h e r M i t t e l l a n d t k a n a l (Saar Pfalz-kanal met aansluiting op de Neckar-Donau-verbinding); Regularisatie boven-Rijn Basel-Bodensee, in samenwerking met Zwitserland ; verbreeding van de Weser en de W e r r a , en aansluiting van deze stroomen op de M a i n ; Oder-Donau-Kanaal; Elbe-Donau-Kanaal. Bij den terugkeer tot den vredestoestand zal E u r o p a voor het gewichtige vraagstuk staan van den wederopbouw. Thans zijn de veranderingen, die de oorlog over ons werelddeel gebracht zal hebben nog met te overzien. Maar, het laat niet den minsten twijfel dat de economische verhoudingen zeer gewijzigd zullen zijn, en dat men daarmede ernstig rekening zal moeten houden. Ook is zeker, dat de binnenscheepvaart een belangrijke r o l zal gaan spelen in het Europeesche verkeer, m het bijzonder van de Noordzee- en Oostzeehavens naar Centraal-Europa. V ó ó r dezen oorlog heeft men reeds kunnen constateeren welk een overwegenden invloed de moderne techniek teweeg gebracht heeft Spoorwegtunnels doorboorden de bergen, die de landen eertijds scheidden, steeds meer werden de rivieren stroomopwaarts bevaarbaar gemaakt, groote kanalen werden aangelegd, stroomgebieden werden met elkaar i n verbinding gebracht. T r o t s alles werd voorbereid een internationale uitwisseling van goederen op grooten schaal. In 1939 zijn i n Duitschland reeds zooveel mogelijk uniforme politievoorsehnften op alle waterwegen afgekondigd, een maatregel van bijzondere practische waarde ten behoeve van de gewenschte expansie van het binnenscheepvaartbedrijf. Met de verbindingen tusschen de verschillende stroomgebieden is echter nog een ander vraagstuk aan de orde gesteld, namelijk dat der patenten van de schippers. Willen de schepen kunnen gebruikmaken van de nieuwe waterwegen, dan moeten de schippers-gezagvoerder ook bevoegdheid kunnen verkrijgen voor die aansluitende vaarwegen zoo dat de bestaande patenten voor één bepaald stroomgebied (b.v! Rijn, of E l b e ) aan waarde ontegenzeggelijk hebben ingeboet. Tot dat de opgeleide rijpere jeugd haar taak zal kunnen opvatten, zullen nog overgangsmaatregelen getroffen moeten worden. De opleiding van de rijpere jeugd zal echter zonder verwijl met die groote nieuwe eischen van het verkeer rekening moeten houden, en wel zoo spoedig mogelijk
7 HET VERVOERVRAAGSTUK IN HET ALGEMEEN. De coördinatie van het verkeerswezen is gedeeltelijk te zien als uitsluitend nationaal belang. Waar de binnenscheepvaart in het algemeen, behalve dan de bijzondere nationale vaart, een internationaal belang dient, spreekt het vanzelf, dat door de binnenscheepvaart ook niet de speciale nationale belangen alleen gediend mogen worden. Veeleer moet de belangrijke vervoerstaak van het binnenscheepvaartbedrijf van een internationaal standpunt af gezien worden. De binnenscheepvaart behoort alleen wat de nationale vaart van een land betreft, in het kader van de bijzondere coördenatie van elk land ingeschakeld te zijn. Daarentegen behoort het bedrijf wat de internationale vaart betreft, niet gebonden te zijn door de nationale coördinatie-wetgevingen van elk land afzonderlijk. Alle verkeersmiddelen moeten elkaar zooveel mogelijk aanvullen. De verkeersmiddelen zullen niet meer alleen rekening mogen houden met het eigen bedrijf en de instandhouding er van, maar de andere verkeersmiddelen moeten evengoed ook een plaats kunnen innemen; de concurrentie tusschen de 3 hoofdverkeersmiddelen kan blijven bestaan, maar die concurrentie mag niet meer als doel stellen elkaar transporten af te nemen door tarifeeringen, die uitsluitend er op gericht zijn de andere te ondermijnen of weg te dringen. „Es gibt keinen Menschen in dieser Welt, der von Hoher Hand „eine Aufteilung des Verkehrs auf die verschiedenartigen Verkehrs„mittel vornehmen könnte, und es ist auch nicht Aufgabe des Staates, „Transportauftrage diesem oder jenemVerkehrsmittel zuzuweisen. Die „aus der Staatshoheit entspringende Pflicht des Staates besehrankt „sich darauf, den Verkehr zu ordnen und dafür zu sorgen, dass dem „Volke und der Wirtsehaft Verkehrsmittel und Verkehrsmöglich,,keiten in einer Vielheit und Leistungsfahigkeit zur Verfügung ge„stellt werden, wie es zur höchtsmöglichen Entfaltung aller geistigen „und wirtschaflichen Krafte der Nation möglich erscheint"." (1936 Staatssekretar G. Koenigs).
N . V . Reederij Gebrs. J. en J. Roelofs
0
(Groene Band) Rotterdam Maaskade 80 Telefoonnrs. 71171 en 71571 Buiten kantoortijd tel. nr. 44433 Amsterdam, Geldersche Kade 1 , T e l e f o o n n u m m e r 43113
Dageiyksche Sleepdienst Rotterdam—Amsterdam (Zaanstreek)
8
BENIGE VERSCHILLEN BIJ DE 3 GROOTE GOEDEREN-VERKEERSMIDDELEN.
^ e v ^ H e i T V ?
6 n
b o u w w e r k e n zijn
bHÏÜ t ° f S « wegverkeer het hoogst mten tu sc°he n di t ^ f " — - p v a a r t figgen ov'er hetalg t meen tusschen die van wegverkeer en spoorwegverkeer. e d r i j f S k P
S t
W
n
e
Z Ö n
h 6 t
g e r i n
;
S
s t
b i
b
h e t
h
p
hollTm t° g * e e r d evenredig: het wnl d t t , ^ . het laagst bij het spoorwegverkeer ter wul die van de binnenscheepvaart tusschen dij-beidergrenzen £ . S t e a
t
J
v
6 C h t e r
e
r
k
e
e
kuXTebied ge a c h ^ schen rfhl?! , S E k o menI d
r
d
a
e
bela
a I s
e e n
beh
f d V e r k e e r S m l d d e I e n
te w ^ r d r ^ t e T v
der b e d X e f v a n
om
f ^ T f "=" °P volkshuishoud° ° r l i j k e samenwerking tus ' landweV't
d
t
d
d a a r m e d e
r
1 ^
U U S l U i t e n d
vl,t
g
t
e
™
g
n
m e t
j
d
e
n
é é
v
" ^ e r s m i d d e l vervoerd v
a
n
w
a
g ™ S - De
organisatie
9 hadden, dat bepaalde gebieden ook naar verhouding bevoorrecht werden boven andere met minder goederenverkeersvolume. De havengebieden hebben overwegend belang bij een samenwerken der 3 hoofdverkeersmiddelen, immers dan alleen kunnen de verkeerswegen te land en te water op de meest economische wijze aan het goederenvervoer dienstbaar gemaakt worden.
D E B I N N E N V A A R T IN N E D E R L A N D . Toen in het laatste kwartaal van 1939 de spoorwegen voor militaire doeleinden grootendeels in beslag genomen werden, vele autovoertuigen gevorderd waren, trad een opleving in voor het binnenscheepvaartbedrijf, omdat vele verschepers van goederen van den waterweg gebruik moesten maken. In Januari 1940 trad een vorstperiode in, waardoor de binnenscheepvaart kwam stil te liggen en het goederenvervoer ernstig stagneerde. Eerst in de tweede helft van Februari 1940 kwamen de waterwegen geleidelijk weer ijsvrij en werd getracht den achterstand zoo spoedig mogelijk weer in te halen. Het waren vooral de scheepsgrootten van 200—550 ton, die gevraagd werden, zoodat deze vaartuigen meestentijds direct na ledig worden weer aan de reis kwamen. In verband met den internationalen toestand liep het vervoer naar en van den Rijn sterk terug, zoodat vele rijnschepen zeer lange wachttijden hadden, eer zij bevracht konden worden; hierbij kwam nog, dat de vaart naar en van Nederlandsch Limburg zeer aan banden gelegd was. Het transito-goederenverkeer was sedert het uitbreken van den oorlog, September 1939, forsch teruggeloopen, hetgeen buitengewoon gevoelig merkbaar werd in de havens van Rotterdam. Naar schatting was zelfs het goederen-overslagbedrijf in den aanvang van 1940 reeds tot een belangrijk lager niveau dan de helft van dat van 1938 teruggegaan. Een teruggang van het zeehaven-verkeer heeft onherroepelijk een zwaren terugslag op het binnenscheepvaartbedrijf ten gevolge. De bedrijvigheid in de zuiver binnenlandsche vaart was aan een oorlogsverschijnsel te danken, en dus een schijnopleving van zeer bijzonderen aard. In Mei 1940 toen de oorlog ook voor ons land een nuchtere werkelijkheid werd, trad er feitelijke stilstand over de geheele lijn van het bedrijfsleven in. In Juni 1940 trad eenigermate een begin van herstel in, althans voor zoover de verschillende waterwegen weer voor het verkeer opengesteld konden worden. Op 19 Mei 1940 werden de Bevrachtingscommissies van hun taak ontheven. De secretarissen der Bevrachtingscommissies namen die taak over; zij werden eveneens belast met de verleening van de machtigingen voor olie, benzine en brandstoffen. Bij besluit van 25 Mei 1940 trad een regeling in werking voor allen, het beurtvaartbedrijf uitoefenende, met verplichte aansluiting bij het met de uitvoering belaste Nederlandsche Binnen vaartbureau.
10
^ ^ f ^ ^ t u ^ X y ^ ^ ^
°
f bÖ
nage's ^ 2 5 0 Z ^ ^ ^ ™ ^ — deelte van de functie v a d Z T " zondere omstandighedenedzun.Z T ° Voor het goed f u n e t i o n l e T e ^ Ï ^ T " ^ P
1
R
0 0 1
<
Stichti
' « gedoor de bn''
h a d d e n
t t e r d a m
^
E e
V 6 r I e g d
0
i ^ r g e S o ^ -
^
de
s
^ ^ ^ ^ J ^ * ^ per sleepschip en ook zelf» p e z e i ï s c M n Z ^ l T " ' Het internationaal vervoegnaar tts de maand September 1940 weer b e g i j n °"
»
^
* • weg en de W 6 r d S
U
M
fa
t
h e t e
v e r v o e r
beïn
d e n
l o o
vloed. P » v a
v o e r e ^ ^ i K ^ Ï S T f " T ^ *~ Weine partijen graan te verschenen D ^ ^ ° Periode was uit den aard de^ zaak vn 7° / S » winterPingen. '"vloed op de kolenverscheS
6
a e r
I
z a a k
l n
m s
W a r e n
e t r e d e
v a n
Een vertrouwd adres voor:
SOHETPSBEHOE™ •
•s en blijft: •
A
- - - VAN DEURSEN J
H
F I J E N O O R D K A D E 3 - TEL. 69841 •
ROTTERDAM
7
1
2
5
0
e r
11 De vaart naar Delfzijl voor het vervoer van diverse goederen, waaronder cokes, soms palmolie in vaten, soms grint, bracht vrij veel drukte. Ook de afvoeren uit Delfzijl namen een niet onbelangrijke plaats in. De in dit kwartaal vallende bieten- en pulpcampagne nam een flink aantal schepen in bedrijf. Waar er vele schepen opgevorderd waren, bleef de beschikbare vrije tonnage beperkt. De schepen kwamen dan ook steeds spoedig aan de reis, hoewel het goederenvervoer in vergelijking met vorige jaren veel kleiner van omvang was dan over het algemeen genomen. Waar de vraag naar Friesche maatschepen zeer groot was, was er soms bepaald gebrek aan deze soort schepen. Vervoer met grootere schepen had het nadeel, dat er in Lemmer moest worden overgeladen. H E T G E H E I M V A N H E T SUCCES IN H E T L E V E N IS G E R E E D TE
ZIJN
VOOR
DE
GELEGENHEID,
ZOODRA
ZIJ
ZICH
AANBIEDT.
De ervaring der vroegere menschengeslachten heeft groote vormende en praktische waarde. De geschiedenis raadplegen is de ontwikkeling van handel en bedrijf nagaan, om hierdoor een breeder kijk te verkrijgen op de tegenwoordige toestanden en verhoudingen. Men moet trachten een beeld te zien van de algemeene geschiedenis van handel en bedrijf, van het handelsleven van steden en landen, onder den invloed van het natuurgebeuren en het menschdom in den loop der tijden. meine Eltern waren Tagwerkerleute, hat keins lesen noch schreiben können, aber der Vater hat gesagt, das darf nicht so fortgenen bei unseren Kindern, die müssen was lernen . . . und das, siehst du, macht mir immer ein wenig bitter, denn ich bin überzeugt, dass das auch bei uns bei ein bischen kluger Einteilung möglich gewesen ware Deze laatste opmerkingen grijpen ons aan in al haren eenvoud en ontnuchterende werkelijkheid. De zonde aan een kind voltrokken om het de maatschappij in te zenden met al hare hardheid en meedoogenloosheid, zonder dat kind die uitrusting mede te geven, die het noodig heeft, is geweldig. Een zonde, die slechts kleiner is, als de ouders en de verzorgers het uit onwetendheid doen, doch des te grooter is als deze wisten . . . maar de tijd voor hun kind lieten voorbijgaan. De eigenlijke groote veranderingen voor het eeuwenoude binnenscheepvaartbedrijf kwamen in de tweede helft van de 19e eeuw, toen achtereenvolgens door de uitvinding van den stoom, den ijzer- en staalbouw, van den motor, ingrijpende veranderingen in het bestel van een
12 der alleroudste handelsbedrijven ineens noodig werden. De beroepsHeden der vaart, van een bedrijf, dat zich door de eeuwen heen zelfstandig had gehandhaafd, zagen zich allengs, doch op korten termijn voor eene aanpassing gesteld als nimmer tevoren, èn in het bedrijf zelve, en tegenover de mededinging van andere verkeersmiddelen omstreeks 1860 den spoorweg, omstreeks 1900 het motorschip, en na 1920 de vrachtauto. Zulks bracht mede, dat een stand van menschen eigenlijk eeuwenlang volgens gebruik opgevoed in de sfeer van het houten zeilschip, slechts met de allergrootste moeite nog kon meekomen. Eerst na eenige tientallen jaren ging het tot den schipper zelve doordringen, hoe geheel anders zijn betrekking tot de overige samenleving was geworden, dat hij met volharding in een isolement van beroepsheden der vaart zeker niet verder komen zou, dat de practische voorvaderlijke kennis, hoe degelijk en waardevol ook op zich zelf beschouwd, geenszins meer voldoende kon zijn voor een moderne bedrijfsvoering over moderne afstanden. Het is altijd nog te betreuren, dat de varende bevolking niet onder de bepalingen viel van de leerplichtwet, waardoor in een cultureel and als Nederland een opgroeiende jeugd aan boord van schepen vertoefde die verstoken bleef van de zegenrijke werking van de onmisbare elementaire schoolopleiding.
fHaaiscUafquf BESTUUR:
'S-GRAVENHAGE
L . C. F . E . van Helden Tucker, Voorzitter. A. A . B . Boeker, Gedelegeerde Mr. J . J . Montijn N. J . J . Grobben F. E . Evers, Administrateur Administratie-Adres voor: Afdeeling D III vaartuigen
F I R M A GEBR. V A N B U R E N „Minervahuis",
Meent 106
ROTTERDAM — Tel. 34573 Postrekening
No. 101677
Wendt U tot Uw assurantiemakelaar of Uw assurantiebezorger
13 De tegenwoordige gezagvoerders, motordrijvers, machinisten zullen op den duur vervangen en aangevuld moeten worden uit jongere krachten. Maar dien jongeren krachten moeten en mogen hooger eischen gesteld worden; practische bekwaamheid alleen is zeker niet meer eenigermate toereikend voor goed onderlegde gezagvoerders. ONDERWIJS. Reeds eenige jaren heeft de aanvulling van vakkundig personeel al ernstig zorgen gebaard. Wat de jongeren betreft, moest zeer vaak personeel aangenomen worden, dat onbevaren en dat ongeschoold was. Opleiding van dergelijke jongens aan boord van schepen was, indien zulks al mogelijk was, behalve eenzijdig, ook op den duur geheel onvoldoende om te kunnen beantwoorden aan de eischen voor een moderne bedrijfsuitoefening te stellen. Men denke aan de mechaniseering van schepen, van hulpwerktuigen aan boord, men denke vooral ook aan de belangrijke uitbreiding der waterwegen in Europa. In Nederland is het vak-onderwijs voor de binnenvaart geregeld onder de Nijverheidsonderwijswet van 1921. Het lager onderwijs voor de varende jeugd is echter nog steeds niet geregeld. Het vraagstuk van de aan boord vertoevende jeugd van 6—14 jaren is op zich zelf dan ook ernstig genoeg. Deze jeugd is zeker niet gereed voor de gelegenheid, als zij zich aanbiedt in het leven. De oudsten van deze aanzienlijk groote groep zullen dan wel het zwaarst getroffen worden, als de vaart hen over enkele jaren niet kan opnemen; een andere beroepskeuze staat niet voor hen open; want welk beroep eischt niet ten minste de elementaire schoolkennis ? Dan de rijpere jeugd van 14-16 jaren, waarvan nog velen niet eens over voldoende lager-onderwijs-kennis beschikken. Soms hebben zij het gedeeltelijk genoten, als hun ouders de kosten konden betalen hun kinderen aan den wal daarvoor te huisvesten. Toch is deze groep menschen nog het spoedigst te helpen, als de vak-opleiding met aanvullend lager onderwijs onverwijld van hoogerhand geregeld worden kan. Onder beheer van het Onderwijsfonds voor de Scheepvaart staan 12 binnenvaartscholen, voorts zijn er 3 binnenvaart-visscherijscholen. Aan deze scholen voor vak-onderwijs wordt volgens een uniform leerplan les gegeven. Deze lessen worden in normalen tijd des avonds gegeven. Aan verschillende dag-scholen, over het geheele land verspreid, zijn voorts schippersklassen ingericht voor het lager onderwijs aan schipperskinderen. Op 4 October 1937 werd de eerste dagnijverheidsschool voor de Rijn-, Kust en binnenvaart (schoolschip Koningin Wilhelmina) te Amsterdam geopend. Op 1 October 1940 de eerste dagnijverheidsschool voor de Rijn- en Binnenvaart te Rotterdam, tijdelijk ondergebracht aan boord van het schoolschip Koningin Wilhelmina te Amsterdam, 't Zijn internaten voor jongens van 14-16 jarigen leeftijd.
14 Een sehippersjongen, die eenmaal 14 jaar geworden ia kan niet meer door het lager Onderwijs geholpen worden. Door de binnenvaart-vak-scholen en in het bijzonder door de dagnijverheidsschool voor de Rijn- en Binnenvaart zijn er nog talloozen te helpen om hun plaats in het bedrijf behoorlijk onderlegd te gaan innemen. De opgroeiende jeugd aan boord heeft dit vóór op die van den wal, dat zij opgegroeid en thuis is in een bedrijf, waarvoor zij in de allermeeste gevallen aanleg en geschiktheid heeft. UNIFORME RIJKSREGELING. Op den duur zal een Uniforme Rijksregeling noodzakelijk zijn voor het onderwijs en het vak-onderwijs aan de varende bevolking. Het onderwerp is niet zoo eenvoudig als het er uit ziet, want wil een dergelijke Rijksregeling voor een ambulant bedrijf als dat der varende bevolking kunnen slagen, dan is daarnaast tevens noodig een steunregeling aan de betrokken ouders voor het aan wal plaatsen der schoolgaande jeugd, in het bijzonder voor die kinderen der vaart die te weinig schooltijden hadden of kunnen hebben. CENTRALE SCHIPPERSREGISTRATIE. Maar zelfs dan is men er nog niet. Overgegaan moet worden tot een leerplicht voor het varende bedrijf, maar een leerplicht die moet passen bij dat bedrijf. Om tot een juist inzicht in de verhoudingen te komen zal de varende bevolking geregistreerd moeten worden in een algemeene centrale schippers-registratie. Eerst daaruit is een overzicht te verkrijgen hoeveel kinderen aan den wal geplaatst moeten worden ten einde de Rijkssteun-regeling voor de ouders te begrooten. De huisvesting kan dan zooveel mogelijk ter keuze van de ouders blijven, evenwel onder één centrale regeling.
M. T A S E L A A R & Z O O N N.V. Gevestigd sinds 1892 Oudste en soliedste adres voor SCHEEPSBENOODIGDHEDEN . K A M P E E R T E N T E N Zeilmakerij en Dekkleedenfabriek Alleen: Prins Alexanderstraat 3B ROTTERDAM — TELEFOON No. 70273 — G E E N F I L I A L E N
15 Daaropvolgend zal ook de verplichte vak-opleiding ingesteld moeten worden voor een verplichte diploma voor de vaart, onder te verdeelen in diploma's als gezagvoerder zonder en met mechanische voortbeweging der schepen, als machinist, als motordrijver, als matroos. De diploma's te onderscheiden voor verschillende vaargebieden, zooals het Onderwijsfonds voor de Scheepvaart, die reeds heeft ingesteld. LEHEVEBTRAG. In Duitschland heeft men voor de binnenscheepvaart het Lehrvertrag in October 1938 ingevoerd. De leden van de Rijksverkeersgroep Binnenschiffahrt mogen slechts scheepsjongens aanstellen op basis van het Lehrvertrag. Sedert het najaar 1940 heeft de Reichsverkehrsminister zich bereid verklaard voor het gebied van de Reichswasserstrassen „die hier beschaftigten Schiffsjungen in ein geordnetes Lehrverhaltnis zu bringen." Het beroepsbeeld, dat voor den leertijd gedacht is, loopt over een tn'dperk van 3 jaren. De leerling zal zich moeten bekwamen volgens het volgende schema: Tauwerkarbeiten, Laden und Löschen nebst Vorarbeiten, Ueberwachen der Ladung wahrend der Fahrt, Kenntnis der wichtigsten Strom- und Fahrwasserverhaltnisse, Mitwerken bei der Führung des Schiffes, Wach- und Sicherheitsdienst, Handhaben der Feuerlösch- und Rettungsgerate, Erste Hilfe, Rettungssehwimmen, Helfen beim Aussetzen von Rettungsbooten und Rudern, Kennen lernen der Maschinen und Motore, Grundlegende Bestimmungen des Binnenschiffahrtsgesetzes, „ ,., der Schiffahrts- und Polizeivorschriften, „ der Luftschutzvorschriften. Zubereiten einfacher Gerechte, Einfache Instandsetzungsarbeiten, Pflege und Instandhaltung des Schiffes und dessen Einrichtungen, Pflege und Instandhaltung der Antriebsvorrichtung, Grundfertigkeiten bei der Metall- bezw. Holzbearbeitung, Führen der Schiffsbücher und Papiere. Aan het einde van den leertijd moet een proeve van bekwaamheid
16 afgelegd worden, waardoor de leerling aan te toonen heeft, dat hij in zijn leertijd zich de noodige kennis en de vereischten voor een schipper eigen gemaakt heeft. 1. 2. 3.
Het schriftelijk en mondeling examen omvat: Fachkunde Fachrechnen Staasbiirgerkunde
Onder vakkennis wordt verstaan: vorkommende Schiffstypen, Wasserstrassen, Schiffahrt- und Wasserpolizeivorschriften sowie Bestimmungen des Binnenschiffahrtgesetzes. Gebrauch der Werkzeuge. Arbeits- und Rettungsgerate sowie Kenntnisse der Unfallverhütung. Onder vak-rekenen: Aufgaben der Grund- einschliesslich Prozentrechnung, der Flachen-, Gewichts- und Kostenberechnung. Onder staatswetenschap: Rassen- und Wirtschaftskunde, Betriebswirtschaft, Arbeitsrecht, Sozialversicherung, Unfallverhütung, Aufsatz aus dem Berufsleben. Het mondeling examen moet den examinatoren tevens gelegenheid geven den candidaat ook als mensch te leeren kennen. De vaardigheidsproeven in de praktijk moeten omvatten: Steuern eines Schiffes, Signal- und Flaggendienst, Laden und Löschen, kleinere Instandsetzungsarbeiten, Ankern und Festmachen, Erste Hilfe.
Kranenburg's Reederij Transportonderneming N.V. Eigen •loot G e a d m i t t e e r d e s c h e p e n tot 1000 t o n Bevrachtingen naar binnen- en buitenland Kantoor
Burgemeester Meineszlaan 85 Rofferdam — Telefoon 31066
17 W A T D E B I N N E N S C H E E P V A A R T NOODIG H E E F T . N u de binnenscheepvaart de expansie k a n verkrijgen, waarnaar het bedrijf altijd verlangd heeft, moeten de dragers v a n het bedrijf, van hoog tot laag, de handen aan het roer slaan. E r is op allerlei gebied voor d i t bedrijf een geweldige achterstand in te halen. Op onderwijs-gebied is een cultureele en sociale arbeid te verzetten, die uit den aard der zaak krachtdadig v a n hoogerhand aangepakt moet worden, maar niet ineens te volvoeren is, doch voortvarend zoo spoedig mogelijk achtereenvolgens uitgebreid moet worden. Op bedrijfsgebied is er eveneens veel ter verbetering te doen, vooral op het terrein der uniformeering en i n het algemeen om het bedrijf als zoodanig zoo zeker mogelijk te stellen. W i l men een beroep of v a k uitoefenden, dan moeten er ook grondslagen vervuld worden, dat men het vak alleszins vakkundig k a n beheerschen. Zelfs het meest eenvoudige werk z a l voortaan den stempel moeten dragen volstrekt verzorgd en verantwoord te zijn. H e t leven eischt den geheelen persoon en diens opbouwenden arbeid. W i l de binnenscheepvaart haar taak begrijpen om tot ontplooiing aller krachten te komen, dan brengt dit mede dat er leidende regels moeten zijn, waaraan allen i n het bedrijf werkzaam, hebben te voldoen, en waarnaar zij zich te richten hebben. D a n k a n iedereen zich aan zijn taak wijden met alle energie.
N . V . REEDERIJ v.h.
J* HL KOENINGSFELD ROTTERDAM REEDERIJ
— EXPEDITIE — TRANSPORT — OPSLAG •
I J L G O E D E R E N D I E N S T
tusschen
ROTTERDAM — MANNHEIM, KEHL/STRASSBURG, B A Z E L vice versa ROTTERDAM—FRANKFURT a/M. vice versa EN
TUSSCIIENGELEGEN
RIJNHAVENS
Kantoor: Rotterdam, Willemskade 19 Telefoon 35074 (twee lijnen)
18 M i BEVRACHTING IN HET A L G E M E E N . riet is onmisbaar, dat aan de bevrachting eenige leidende beginselen ton grondslag moeten liggen. Tot deze grondbeginselen behooren de navolgende punten: een schipper moet uitladen, wat hij heeft ingeladen, maar des schip, peis verantwoordelijkheid bij de uitlading tegenover de ontvangers moet daartegenover gedekt zijn door verantwoordelijkheid van afzenders of inladers tegenover hem, als vervoerder, bij de in ontvangstname aan boord; het staat den vervoerder niet vrij zijne aansprakelijkheid te beperken of uit te sluiten voor schade, veroorzaakt door onvoldoenden zorg voor onderhoud, uitrusting of bemanning van het schip, of voor nietgeschiktheid van het schip tot het overeengekomen vervoer; de scheepsbevrachter behoort, behalve het verleenen van zijn deskundige bemiddeling voor de chartering van schepen, ook eene bepaalde verantwoordelijkheid te dragen, zooals het doen bevorderen va.i het gecharterde schip naar de plaats van de inlading, eventueel het doen versieepen of verhalen naar verdere laadplaatsen, het opmaken en tijdig gereedmaken van de noodige cognossementen naar uniform model, het geven van voorschot op de vrachtpenningen of liggelden, het afrekenen van de franco-vrachten tegen overlegging van het bewijs van uitlevering; de scheepsbevrachter heeft zich te overtuigen van den toestand, waarin het schip zich bevindt ten behoeve van den aard en de soort der te vervoeren goederen. het formulier van de bevrachtingsovereenkomst zal eveneens naar het voorgeschreven uniformmodel moeten zijn; slechts in het bijzijn va:i den betrokken schipper en met diens goedkeuring mogen op de charter eventueel noodige bijzondere voorwaarden vastgelegd worden; de scheepsbevrachter heeft er voor zorg te dragen, dat hij te allen tijde volkomen eensluidende afschriften van cognossement of charter onder zijn berusting heeft; de scheepsbevrachter moet er verantwoordelijk voor zijn, dat in alle charters ten duidelijke bepaling is opgenomen, dat het bewijs van classificatie hem is getoond, onder vermelding van de kenteekenen van dat bewijs van classificatie; de scheepsbevrachter zal er voor moeten instaan, dat in elk cognossement steeds de aanteekenhig is opgenomen, door wiens tusschenkornst het schip en de lading verzekerd is, ter voorkoming van elke onzekerheid tot wien men zich te wenden heeft in gevallen van avarij; de scheepsbevrachter zal er voor moeten instaan, dat in elk cognossement verwezen wordt naar de charter, respectievelijk dat nader overeengekomen wijzigingen uitdrukkelijk zijn overeengekomen; de scheepsbevrachter moet een register aanhouden, onder verplicht i n g daarin dagsgewijze nauwkeurig de afgesloten bevrachtingsovereenkomsten (charters) in te schrijven (vletwerk inbegrepen), elke charter bij de afgifte van een nummer te voorzien, overeenkomende met dat i n zijn register;
19 de schipper draagt zorg, dat zoowel op charter als op cognossement duidelijk naam van schip, van hem als gezagvoerder, alsmede zijn briefadres wordt vermeld, onder mede-verantwoordelijkheid voor de juiste invulling van den scheepsbevrachter; de schipper moet van alle bijzondere voorvallen, welke voor de lading van belang zijn, dadelijk kennis geven aan den scheepsbevrachter, die te dezen opzichte de belanghebbenden van de lading heeft waar te nemen en heeft zorg te dragen dat de ladingbelanghebbenden er spoedig kennis van nemen; de schipper behoort geen aansprakelijkheid te dragen voor den i n houd van een door een ander dan hemzelf uitgegeven of onderteekend cognossement; Op den scheepsbevrachter rust de plicht een schip aan te nemen, dat aan de eischen van het vervoer van de belanghebbenden bij de lading voldoet; indien de schipper de juiste gegevens van zijn schip heeft opgegeven volgens de officieele documenten, draagt hij geen verdere aansprakelijkheid ten opzichte van het juiste laadvermogen van zijn schip; de verantwoordelijkheid voor bijzondere wetgevingen, betrekking hebbende op in-, uit-, doorvoerverboden van goederen, is voor den schipper niet te aanvaarden; wanneer de goederen eenmaal buiten het bereik van den schipper zijn, behoort aan den ontvanger geen gerechtelijk onderzoek na de aflevering van de goederen meer toegestaan te worden, omdat de schipper dan geen enkel bewijs te zijner ontlasting meer kan leveren. De verantwoordelijkheid van den schipper houde op vanaf het oogenblik, dat de lossing geheel geëindigd i s ; mocht een ontvanger na de aflevering met een schade-vordering komen, dan zal de ontvanger moeten bewijzen, dat in den tijd tusschen aflevering en het verzoek tot nader onderzoek de goederen geenerlei verandering ondergingen, alsmede, dat de identiteit van de goederen ten opzichte van den betrokken schipper vaststaat. A l s zich bij de lossing geen feiten hebben voorgedaan, en de schipper alzoo zonder schijnbaar te kort of eenigerlei beschadiging overeenkomstig den inhoud van het cognossement heeft afgeleverd, berust het bewijs van hel tegendeel uitsluitend op den ontvanger; in alle charters en cognossementen behoort een clausule opgenomen te worden voor een redelijke vergoeding voor verhindering der vaart na belading door ijsgang, hoogwater, overmacht; de laad- en losdagen mogen alleen dan ten volle benut worden als de omstandigheden zulks wettigen, de lading en de lossing behoort zoo v l u g mogelijk te geschieden, terwijl de schipper na belading met bekwamen spoed de reis moet volbrengen. In het algemeen behoort een schip niet als drijvende opslagplaats van goederen gebruikt te worden; als verschil i n hoeveelheid met het cognossement blijkt of vermoed wordt, moet onverwijld een onderzoek ingesteld worden, in de eerste plaats door ijkopname v ó ó r den aanvang van de lossing. De schipper
20 moet geacht worden geheel te staan buiten eventueele geschillen tusschen leverancier en ontvanger der goederen; in het algemeen is tellen onmogelijk voor den schipper, die bij de belading aan eigen boord de handen v o l genoeg heeft. V o o r a l als stukgoed aan boord gedraaid wordt k a n men den schipper, die toezicht houdt aan eigen boord, en al stuwt hij zelf niet, toch verantwoordelijk blijft voor de „ z e e " w a a r d i g h e i d van zijn schip, niet aansprakelijk stellen voor het s t u k s t a l ; alleen i n geval van aantoonbaar bedrog of schuld of verzuim van den schipper m a g aansprakelijk gesteld worden voor uitlossing met afwijkend gewicht van de machinale weging (aan boord van het zeeschip) bij de inlading.
De Vereeniging van Scheepsbevrachfing in Nederland Gevestigd te
Amsterdam
—
opgericht 7 Maart
1907.
A r t . 3 van de Statuten: De Vereeniging zal pogingen in het werk stellen of haar medewerking verleenen, teneinde: a. de uitoefening van het bedrijf van scheepsbevrachter afhankelijk te stellen van een officieële aanstelling. A r t . 7 Als lid der vereeniging kunnen worden toegelaten alle scheepsbevrachters in Nederland woonachtig, mits zij met het doel en de middelen, vastgesteld in de Statuten, instemmen en voor een Arrondissements-Rechtbank den eed als makelaar in scheepsvrachten hebben afgelegd. Op aanvraag zendt de secretaris U gaarne ons ledenboek: het Secretariaat is gevestigd te Amsterdam — Damrak no. 24.
21 D E S C H E E P S B E V R A C H T E R IN H E T BIJZONDER. de scheepsbevrachter zal het beroep nimmer mogen uitoefenen in een magazijn, een winkel, een koffiehuis, een café, een detailhandel of tezamen met een bedrijf, dat i n eenig verband staat met het scheepvaartbedrijf ; hij zal, alvorens zijn bedrijf te mogen uitoefenen, door de bevoegde instantie, als v a k m a n erkend moeten zijn en als zoodanig als te goeder naam en faam ingeschreven staan; hij z a l i n de door hem gebezigde bevrachtingsformulieren uitsluitend mogen verwijzen naar de door de bevoegde instantie vastgestelde en goedgekeurde voorwaarden; de formulieren naar het uniform model, duidelijk leesbaar te stellen; hij zal alleen en uitsluitend de gebruikelijke bevrachtingsprovisie (ten hoogste 5% der bruto-vrachtpenningen) mogen ontvangen voor zijn tusschenkomst; elke andere belooning, teruggave, extra-provisie, in welken v o r m dan ook, direct of indirect (met uitzondering van de kosten van zegel of belasting volgens de geldende wettelijke voorschriften), is verboden; ook den schipper is het verboden een hoogere bevrachtingsprovisie dan 5% aan den scheepsbevrachter direct of indirect uit te keeren. er z a l i n verschillende deelen van ons land een rechterlijk college moeten worden aangewezen ter onderzoek op korten termijn van eventueele klachten tegen een scheepsbevrachter, respectievelijk tegen diens dienstdoend personeel. Gegrond bevonden klachten te straffen met respectievelijk openbare berisping, of schorsing voor eenigen tijd, of uitsluiting ,al naar gelang van den ernst der feiten; de scheepsbevrachter zal van alle bevrachtingen een charter moeten afgeven en een volledig afschrift ervan moeten indienen bij de bevoegde instantie ter controle van de vrachten, liggelden, vletloonen, en dergelijken. De charters i n volgorde van een nummer te voorzien, overeenstemmend met het nummer van het door den scheepsbevrachter bij te houden dagregister; een en ander onder zijn hoofdelijke aansprakelijkheid. H e t opmaken van een charter voor alle scheepsbevrachtingen (dus ook vlet- of lichterwerk hieronder begrepen) is verplicht. De noodige formulieren voor de charters, cognossementen, vrachtbrieven, waarop de goedgekeurde en vastgelegde voorwaarden steeds dienen voor te komen of w a a r i n daarnaar zonder voorbehoud wordt verwezen, verstrekt de scheepsbevrachter; charters, cognossementen, vrachtbrieven mogen uitsluitend opgemaakt worden door of vanwege de officieel erkende scheepsbevrachters en onder hunne persoonlijke verantwoordelijkheid, met inachtname van de goedgekeurde voorwaarden en vrachttarieven van hoogerhand, w a a r v a n afwijking niet geoorloofd i s ; niet verzekerde schepen en niet geclassificeerde schepen komen niet voor de belading van goederen i n aanmerking.
22
Tankschip „Venlo" 350 ton gebouwd voor N.V. Vereenigde Tankreederij
Scheepsbouwwerf „ De Nieuwe Maas' N. V. f Vlaardingen ê 1
Nieuwbouw
—
Scheeps-
Machinereparatie
en
Verbouwen
IJzerconstructie — Tankbouw Eleetr.
Sleephelling 60 Meter
B O T T E R D A M : Telef. 68650 . V L A A R D I N G E N :
telefoon 123
23
CLASSIFICATIE.
Het tegenwo ndige b m i t n (hip moet u i Uc i n o i ' M i i \ ' l ( i 1 1 \ e i b n d met dt eis hilh ide i n n e.,t n '» i t i t e t s lullende f i e d e l 1 die hel i i c ' t u l beh i n i (ud Het moet behooiln bt t i d n j i t e , e n t e V>Q/Q v i u' ld ' t l i i T u l b i u g ^ e n e i ' 1 1 e i met eicote c i tc ' e i] n tl n g e l a d e n o) gelokt \\ idt Het n (et ei oj b e u c 11 ij i e t te">gte achtei e e i kil h ï e 'teepbt t tt \ u c n ITet 1 1 < t 1 t it e rust en behoorlijk bemand znn. Dl om n 11 b ] h->t on lei zoel \> b e fj i s i >\'t u n d a c h t ev,ij 1 « o i ten - m de l i dl n \ c i t e i l m ^ i ï i de schotten tusschen de laadruimen. Men m et bij de toe lemei de eis n h i t \ c t \ o e \ li -,o d u t 1 dt \ T » i t u en we'i n i 'uo t < > i s ï u 1 i' l x t i n i d i n bi] r u i , m ï ï t i de / o i \ x het l i p " u i it ' t i i joren woraen. V o o i de \eili misthe , o e leie ï is ctessih a l e 11 t t i 1 ' De bi i n t n = c h e e p \ n t z i l een c ' i i itie r U e <-n kom l i en aai h->icn a i 1 ds de zeet n i t e t e ' i 1 l De c l i s s i t i c i t i c \ i n de ee u i t 'dt \ ]V-O i i H 1 tls c n tei ondei"oek \or elt d s nip i c H 0 c e idi 'e 1 u 1 t l i uivleiui en i i iv. e-et l e i op d i t e \ Ic 1 n ots d t onderdeelen zijn u i t m s t m machn eii=tn 1 n d mt tiuiniith Uns; ankeis k e t t m g e i laad c i los i u c h t m e e ? o i " " x l De classificatie b d i e i u s \ o o i de zee i it 1 c b i i ï eei ^e v t t t n te vei o \ e i en cp het pebied \ i d l i \ u t e i lei e \ w , heid n het algemet ï u i toe/ic it < p U in. i y. 1 o Ut ) de tahijke opgedaie e n u m e iltei i , e h l ! bo iw \ ooi se hi ïf ten Zij v t i l t i o i r ' t t^uln \ h o i i t h tntrigens zellsti IK I ï o u h u l ü j k i i den \ m i 1 U net w o i d t bepaald d i t n ee ic rn'r i u u * te i ic z ] vooi het schip o v e i e e i ' o m ^ t i de e v e i c e i ceitif, n t n i den,de lijkheid afgegevei i« neti el' i el li j 1 1 "ï i v e i t r e k V e i e i s t h t woi l hc 1 u M I htt i |' . i i u selullig oi het schip ïl da met 1 j e O > t p 1 r < i] geclassificeerd is. H e t staat wel vast dat d ' >< vooi t l m tei u u b t p i i l t e s t i t k t i n 1 < > i it de Unu gen die de t l issiiic-itie m « I e ï l i a t i k t u l i t ' > tei n e t t e ?i] aa ï een m u w k e u i i g d e s l u dig t i s t , s t t l lt 1 i i t u dat de e e i t desku l d i itt oii veel c \ h n» te 1 j-, i t l a s s i t i c - t i e k a ï veis n ' " K H I K H 1
L
(
1
u
h
c
t
t
(
(
t
1
c
u
24 H e t is immers voldoende bekend, dat er onder degenen, die niet voor het verstrekken van „klopbrieven" zijn, talrijken zijn, die zich alleenlijk keeren tegen de wijze, waarop tot nu toe de bewijzen verstrekt werden. De classifieatiebureaux moeten zich als taak stellen van deskundige voorlichting te dienen bij nieuwbouw, bij groote herstellingen. Zij moeten de binnenscheepvaart als geheel gezien, op de beste wijze vooruit helpen om tot ontplooiing en o n t w i k k e l i n g te komen voor de verv u l l i n g van haar belangrijke vervoerstaak i n het economisch leven.
De. H\f. BwcachUngtkcutiMcfat},van 2OHUH M A K E L A A R S IN SCHEEPSVRACHTEN g e v e s t i g d te R O T T E R D A M „Witte Huis" WIJNHAVEN 1-3 Kamer G 2 verleent sedert 1887 haar bemiddeling bij het charteren van schepen voor het vervoeren van alle voorkomende ladingen n a a r
'
NEDERLAND—BELGIë DUITSCHLAND—FRANKRIJK
Zij verricht op deskundige wijze de daarvoor benoodigde handelingen en treedt op als SCHEEPSBEVRACHTERS E N S L E E P A G E N T E N Zij is lid van de vereeniging van Scheepsbevrachters in Nederland en van de Vereeniging van Particuliere Sleepagenten in Nederland. Ons telefoonnummer is: 70061 en buiten kantooruren: 45481
25 BELGIË. De positie van den scheepsbevrachter. In elk beurtbevrachtingskantoor of agentschap wordt een klachtenboek ter beschikking van scheepseigenaren en bevrachters gehouden. E l k e i n dit boek ingeschreven k l a c h t moet onderteekend worden en duidelijk naam en adres van den klager vermelden. K l a c h t e n , die ongegrond worden bevonden, kunnen aanleiding geven tot strafmaatregelen (§ 14 van het reglement van 14 October 1940 goedgekeurd 4 November 1940). V o o r de toepassing van de W e t van 5 M e i 1936 (Staatsblad 10 J u n i 1936) wordt onder bevrachter verstaan, degene, die als tusschenpersoon optreedt voor het sluiten van een bevrachtingscontract. H e t woord bevrachter heeft hier dus de beteekenis van scheepsbevrachter. Volgens artikel 6 van het besluit betreffende de organisatie der binnenscheepvaart i n België (Staatsblad 26 September 1940) mogen alleen als bevrachters optreden de leden der beroepsvereenigingen van bevrachters, die aangesloten zijn bij de Nationale Federatie der V a k vereenigingen van bevrachters v a n België. H e t besluit betreffende de regeling der bevrachting, bij de beurtbevrachtingskantoren, opgericht door de Belgische B i n n e n v a a r t Centrale is van 5 November 1940 (Staatsblad 20 November 1940). Bij elke bevrachting afgesloten door tusschenkomst van de Centrale Beurtbevrachtingskantoren zijn de bevrachters verplicht zich stipt te gedragen naar het reglement betreffende de werkzaamheid dezer bevrachtingskantoren. Onverminderd de straffen voorzien bij artikel 4 k a n de Centrale haar bevrachtingskantoren verbieden, laadruimte ter beschikking te stellen van eiken bevrachter, die bedoeld reglement zou overtreden en zulks voor een termijn van hoogstens 3 maanden. De aldus uitgesloten bevrachter k a n beroep aanteekenen binnen acht dagen bij een bijzonder comité, dat i n laatste instantie uitspraak doet. D i t comité is samengesteld uit een door het Ministerie van Openbare W e r k e n aangeduiden ambtenaar als voorzitter, een afgevaardigde deiNationale Federatie der Vakvereenigingen van bevrachters van België en een afgevaardigde der Centrale, als leden. V o o r alle bevrachtingen, afgesloten door bemiddeling der door de Centrale geleide beurtbevrachtingskantoren mag, bij afwijking van a r t i k e l 5 der W e t op de rivierbevrachting van 5 M e i 1936, het comissieloon 7% % der bruto-vracht niet overtreffen. Geen enkele andere belooning, onder welken v o r m ook, m a g door den bevrachter van den vrachtvoerder g e ë i s c h t worden. De bevrachter, die een hooger commissieloon als het boven aangegeven eischt, a l dan niet i n uitvoering van een schriftelijke clausule, verliest alle recht op het commissieloon en is des voorkomend verplicht de reeds ontvangen bedragen terug te storten. Bovendien is hij strafbaar.
26 De vrachtvoerder, die er in toestemt een hooger commissieloon dan 7 * 2 % te betalen is eveneens strafbaar. Op straffe van nietigheid dienen de bevrachlingscontracten voor een reis, die door bemiddeling der door de Centrale geleide bevrachtingskantoren tot stand komen, afgesloten te worden op de voorwaarden der wet op de rivierbevrachting van 5 M e i 1936, met uitsluiting van strijdige bepalingen. Bij ontstentenis van voorzieningen in het bevraehtiugscontract betreffende de laad- en lostijd en het liggeld, zijn de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 18 J u l i 1938 van toepassing. De hierboven bedoelde bevrachtingscontracten dienen vastgelegd te worden in een document, op te stellen volgens het aan dit besluit gehecht model. Overtredingen van vorenstaande bepalingen worden gestraft overeenkomstig artikel 100 van het Koninklijk Besluit van 15 October 1935 houdende reglement betreffende de politie en de scheepvaart deibevaarbare waterwegen onder beheer van den Staat. De bevrachting: a.
De verladers zijn niet verplicht te aanvaarden: een schip, zonder mechanische voortbeweging, indien een schip met mechanische voortbeweging werd gevraagd, en omgekeerd.
„\Mjotox-coasWi6"
Stoioau „Jjxsp&ctoJi" QMOU Mjvik 19 - 7e£4oo* 3044 - Qymm^ VJe^tpêem2 • 7d4om 38123 - HottvJwn
27
Vereeniging van Reeders der Binnenscheepvaart Goedgekeurd bij Kon. Besl. van 8 Juni 1916, No. 35 en gewijzigd bij Kon. Besl. van 5 Nov. 1928, No. 34 Rechtskundig adviseur: Dr. F . B O R D E W I J K te Schiedam Secretariaat: WITTE HUIS, Wijnhaven 1—3 Rotterdam Kamer D 5, 2de verdieping Telefoon No. 13633
Artikel 3 der Statuten: de Vereeniging stelt zich ten doel de behartiging en bevordering deibelangen van de r e e d e r s der binnenscheepvaart. Zij tracht dit doel te bereiken door het houden van vergaderingen der leden, door onderlinge samenwerking, door het optreden in het gemeenschappelijk belang en voorts door andere wettige middelen, die aan haar doel bevorderlijk kunnen zijn.
28 b. c d. e.
een schip dat niet is voorzien van een bewijs van deugdelijkheid (klopbrief), waaruit blijkt, dat dit schip geschikt is om de lading te vervoeren waarvoor het werd bestemd. een schip, dat niet verzekerd is op een casco-polis. een schip van een andere tonnage dan die, welke gevraagd werd. een niet met eigen losmiddelen voorzien schip, indien een zoodanig gevraagd werd. KRONIEK.
De Nederlandsche binnenvloot bestond op 1 Januari 1939 uit: 4582 sleepschepen met een tonnage van 1.910.253 ton laadvermogen. 374 spitsen en sambreschepen met 130.349 ton laadvermogen 935 Kempenaars 498.614 1449 klippers 223.594 "„ "„ 2794 tjalken en boeiers „ 217.912 188 Westlanders 5.675 "„ "„ 1943 pramen „ 105.948 " " 40 schouwen , 66.390 799 onderlossers, elevatorbakken „ 197.814 " 3723 motorschepen 334.961 286 stoomschepen „ 36.314 1866 diversen 116.923 In Januari 1940 bestond de Nederlandsche binnenvloot uit: 1111 Kempenaars 587.669 ton groot 379 tankschepen 121.020 2703 sleepschepen 2.043.261 710 spitsen 249.186 ," ," 3158 motorschepen 333.052 249 stoomschepen 29.860 1785 aakschepen 168.627 4192 tjalken 299.921 "„ "„ 1522 klippers 251.855 " "„ 4268 diverse vaartuigen 370.036 Totaal 20077 schepen (1938) De zeesluis van Stavoren passeerden... 10262 De schutsluis te Lemmer „ ... 10058 Over de Zuid-Willemsvaart voeren 11759
4.454.487 t. grootte (1939) 10719 schepen 11710 schepen 10861 schepen
JANUARI.
Januari 1940. De haven van Delfzijl beleeft een periode van ongekende drukte, die grootendeels te danken is aan de gunstige ligging ten opzichte van de Oostzeevaart.
29 De Groninger Kustvaart daarentegen beleeft groote moeilijkheden, daar een deel van de vaarrouten onmogelijk is geworden. 18 Januari. De Minister van O. K. W. geeft nieuwe richtlijnen voor de steun aan schipperskinderen, die aan den wal geplaatst worden voor het volgen van lager onderwijs. Verplichte Staatsmolestverzekering voor alle binnenvaartschepen in Frankrijk. 1 Januari. Richtlijnen voor de waardebepaling van binnenschepen in Duitschland. 1 Januari 1940. Binnenscheepvaart in Italië. Het binnenvaartverkeer in Italië is in 1939 iets grooter geweest dan in het voorafgaande jaar. In totaal werd 3,7 millioen ton goederen vervoerd, hetgeen 6% meer is dan in het jaar te voren. De Po neemt als Italiaansche binnenscheepvaartweg verreweg de eerste plaats in met 2.165.000 ton vervoerde goederen. Daarna komt het Venetiaansche verkeer langs de kust met 860.000 ton en vervolgens de waterverbindingen Venetië-Po en Venetië-Este. Het verkeer op de andere Italiaansche rivieren als Arno en Tiber is slechts van zeer geringe beteekenis. 16 Januari 1940. In Waldenburg (Jura) is op 16 Januari gestorven Dr. ing. Rudolf Gelpke op 66-jarigen leeftijd, hij was een pionier voor de Rijnvaart op Bazel. 29 Januari 1940. Jaarvergadering der Duisburg-Ruhrorter Schiffersbörse in Hotel Duisburger Hof in Duisburg. FEBRUARI. 29 Februari 1940. Aanmeldingsplicht voor nieuwbouwopdrachten in Duitschland. MAART. 1 Maart 1940. Vijftigjarig jubileum van de Arbeidsinspectie. 8 Maart 1940. Jaarlijksche Algemeene Vergadering van de Havenvereeniging Rotterdam. 22 Maart 1940. Generaldirektor Dr. Joh. W. Welker 70 jaar. APRIL. 2 April 1940 was het 625 jaren geleden, dat Vlissingen tot stad verheven werd.
30 23 A p r i l 1940, Installatie van de commissie van toezicht van de dagnijverheidsschool voor de Rijn- en binnenvaart te Rotterdam. MEI. Op 19 M e i 1940 zijn de Bevrachiingscommissies van haar taak ontheven zij worden als adviseerende lichamen ingeschakeld. 20 M e i 1940. Ingetrokken de beschikkingen wet behoud ruimte 1939 op binnenschepen.
Scheeps-
21 M e i 1940 trad de Rijnvaart-regeling in werking. 22 M e i 1940. Met onmiddellijke inwerkingtreding afgekondigd het besluit voor de internationale binnenvaart voor verplichte aansluiting bij het Centraal Bureau voor de Rijn- en binnenvaart respectievelijk bij de Nederlandsche Particuliere Rijnvaart Centrale. 22 M e i is te Rotterdam in het leven geroepen de Stichting Rotterdam 1940, welke ten doel heeft het herstel van Rotterdam op commercieel gebied. 23 M e i . H e t ter beschikking stellen van een in Nederland thuisbehoorend binnenschip ten behoeve van vervoer of opslag dan wel voor het verrichten van sleepdiensten buiten de grenzen van Nederland is slechts geoorloofd aan hen, die aangesloten zijn, hetzij de Stichting Nederlandsche Particuliere Rijnvaart Centrale, hetzij de vereeniging Centraal B u r e a u voor de Rijn- en Binnenvaart. 23 M e i . Ingesteld is een commissie bestaande uit 2 vertegenwoordigers van de P a r t . Rijnvaart Centrale, 2 vertegenwoordigers van het Centraal B u r e a u voor de Rijn- en Binnenvaart, met als voorzitter het hoofd van de afdeeling vervoerwezen van het Dep. van Waterstaat voor een goede behandeling van Rijnvaart aangelegenheden. 24 M e i 1940. In werkingtreding van de binnenscheepvaart-regeling. 31 M e i 1940. V e r p l i c h t i n g tot wekelijksche opgave van ledige scheepsruimten (schepen, booten, motorschepen met vermelding van lengte, breedte, diepgang (ledig en geladen), laadvermogen, aantal ruimen, hoeveel ladende op 1.5 meter), geschiktheid voor alle lading, of voor massagoederen. 31 M e i 1940. De afleveringsvergunningen voor de rivier- en binnenvaart worden verleend door de secretarissen van de Bevraehtingscommissie. 3 J u n i 1940. Regeling voor het varen, laden, lossen in het havengebied van Rotterdam.
31 14 J u n i 1940 is het verbruik van petroleum voor motoren aan boord van binnenschepen verboden, behoudens verkregen vergunning. 20 J u n i 1940. C o ö r d i n a t i e van het vervoer. Wegverkeer: Rijksverkeersinspectie. Beroepsverkeer moet georganiseerd zijn. U i t B . B . N . en C . O . B . wordt Centrale Commissie voor het Beroepsgoederenvervoer gevormd. De Binnenscheepvaart: a.
beurtvaart (verplichte toetreding tot Nederlandsch Binnen vaartbureau.
b.
wilde vaart (regelend treden de secretarissen der Bevrachtingscommissies op).
De sleepvaart: (Verplichte aansluiting bij Stichting Sleepvaart Centrale of Cent r a a l B u r e a u voor de Rijn- en B i n n e n v a a r t ) . Instelling van een commissie ter bevordering van een juiste behandeling van Nederlandsche sleepvaartaangelegenheden. JUNI. 22 J u n i . Besluit betreffende organisatorische samenvatting der sleepvaart: het ter beschikking stellen van een i n Nederland thuisbehoorend binnenschip ten behoeve van het verrichten van sleepdiensten binnen Nederland is slechts geoorloofd aan hen, die l i d zijn van een vereeniging aangesloten bij hetzij de Stichting Sleepvaart Centrale, hetzij de Vereeniging Centraal B u r e a u voor de Rijn- en Binnenvaart, hetzij aan andere door het Departement van Waterstaat voor de toepassing van deze regeling erkende organisatie.
JULI. 4 J u l i 1940. Regelen betreffende staats-molest-verzekering voor casco's van schepen i n de binnenlandsche en internationale vaart. Deze verzekering is premie-vrij. 5 J u l i 1940. Benoeming leden Sleepvaart-Commissie ( M r . K . V o n k G. C . N u y , A . G . K . Schouten). 9 J u l i 1940. Aanmeldingsplicht in Duitschland voor buitenlandsehe schepen der binnenvaart, bevrachtingen mogen slechts geschieden over de „Meldestellen.
32 26 Juli 1940. Voorschriften omtrent de noodzakelijk aan boord aanwezige bemanning op binnenvaartuigen in geval van luchtgevaar: Rader- en schroefsleepbooten boven 1000 P . K . : gezagvoerder respectievelijk diens plaatsvervanger machinist respectievelijk diens plaatsvervanger 1 dekmatroos 1 stoker Stoombooten van 400—1000 P . K . : Stoomgoederenbooten gezagvoerder respectievelijk diens plaatsvervanger machinist respectievelijk diens plaatsvervanger 1 dekmatroos Motorsleepbooten, stoomsleepbooten tot 400 P.K.: gezagvoerder respectievelijk diens plaatsvervanger machinist respectievelijk diens plaatsvervanger Motor-goederen-booten: gezagvoerder respectievelijk diens plaatsvervanger 1 lid der bemanning Sleepschepen: schipper of diens plaatsvervanger 1 persoon (hetzij matroos of oudere scheepsjongen) (alleen bij kleinere sleepschepen mag een scheepvaartkundige vrouw of jongere scheepsjongen dienst doen). 29 Juli. Centraal Bevrachtingsbureau voor de Kustvaart.
AUGUSTUS. 12 Augustus. Herstel van het postverkeer met België. 20 Augustus. Invoering verhoogde tarieven voor het postverkeer.
SEPTEMBER. 30 September 1940. De secretaris-generaal van Waterstaat geeft aanwijzingen ter verhooging van de transportcapaciteit der binnenvloot voor het goederenvervoer. OCTOBER. 15 October 1940. Het certificaat voor afgeschermde navigatielichten moet aan boord aanwezig zijn.
33 20 October 1940. Die Verkehrsleitung in der Binnenschiffahrt (Anordnung des Reichsverkehrsministers). 22 October 1940. Heffing van havengeld (bekendmaking van den burgemeester van Heilbronn). 22 October 1940. Regeling voor de Rijnvaart, verbod betreffende de nachtvaart. 28 October 1940. Met ingang van heden worden voor de vaart van de zeehaven Delfzijl tot buiten de sluizen te Lemmer, Stavoren, Harlingen voor ongeladen voor goederenvervoer ingerichte binnenschepen geen kanaal-, sluis- of bruggelden of andere op de vaart betrekking hebbende gelden meer geheven. 28 October 1940. Voorschriften navigatie-lichten. — Ontheffingen behalve mj' nachtvaart. 31 October 1940. Commissie van advies evenredige vrachtverdeeling ontbonden. Het waarnemend hoofd van het departement van Waterstaat heeft opgeheven de commissie van advies voor de uitvoering van de wet op de evenredige vrachtverdeeling in de binnenscheepvaart en aan den voorzitter en de leden dier commissie eervol ontslag verleend, onder dankbetuiging voor de door hen bewezen diensten. NOVEMBER.
1 November 1940. Regeling vrachtauto-vervoer in België. 1 November- 1940. Regeling voor vervoer van vee per binnenvaartuig. 1 November 1940. Bevaarbaarmaking van waterwegen en wederopbouw bracht mede gezonken vaartuigen (ca. 1500) weder boven water te brengen en zoo mogelijk uit een economisch en sociaal belang na herstelling in de vaart te brengen. Een voorschot-regeling is van Rijkswege daartoe nu getroffen. 5 November 1940. Bij besluit is het model van de charter in België vastgesteld, verwijzende naar de voorwaarden van de Wet van 5 Mei 1936 op de rivierbevrachting, met verbod van afwijkingen. 7 November 1940. Het Belgisch Staatsblad kondigt een besluit af, houdende de instelling van een bijzonder voorrecht ter bevordering van het herstel van door oorlogsfeiten beschadigde zee- en binnenschepen. 9 November 1940. Verordeningen über die Ladezeit und die Löschzeit sowie das Liegegeld in der Binnenschiffahrt (des Reichsbevoll-
34 machtigten für die Reichsverwaltung), in hoofdzaak dienend om de omlooptijden te verkorten, en de scheepsruimte niet langer dan hoogst noodzakelijk voor één reis te gebruiken. 13 November 1940. Kriegsachschadenverordenung. 14 November 1940. De afgeschermde navigatie-lichlen met daarbij behoorende certificaten (ingeschreven ten behoeve van de luchtbe scherming) steeds aan boord voor gebruik gereed hebben ook al wordt met gevaren.
RIJNSTROOMGEBIED. Met ingang van 15 November 1940: urn eine einheitliche Handhabung der auf die Zeiten des Sonnenautganges und Sonnenunterganges abgestellten Vorschriften (Schiffanrtpolizei-Luftschutz) zu gewahrleisten, hat der H e r r Reiehsminister auf A n t r a g der Wasserstrassendirektion Koblenz genehmigt dass die nachstehend wiedergegebene Tafel f ü r die Uhrzeiten des Sonnenaut- und Untergangs von der Strom- und Schiffahrtpolizei im Rheinstromgebiet benutzt w i r d : B e i Sommerzeit entsprechend zu andern. (Zie bladz. 35). 15 November 1940. Binnenschiffahrtsrecht an eingetragenen Sehif fen und Schiffsbauwerken. 15 November 1940. Besluit voor het scheepvaartverkeer tusschen Belgische laadplaatsen en den Rijn (aangifte van schepen daartoe gebezigd, bij K a n t o r e n i n België van het Schifferbetriebsverband für den R h e i n ) . H e t Schifferbetriebsverband stelt de vrachten vast- voor deze tussehenkomst is voor iedere goedkeuring van een vraehtovereenkomst aan het kantoor van aangifte 1% der bruto vracht verschuldigd. 18 November 1940. Statuten en Reglement voor de beurtbevrachtingskantoren van de Belgische Binnenvaart Centrale; alle Belgische natuurlijke of rechtspersonen, die eigenaar zijn van binnenvaartuigen van meer dan 50 ton zijn verplicht en van rechtswege leden der centrale. V a n deze verplichting zijn vrijgesteld de eigenaren van tankschepen, van sleepbooten, van vaartuigen voor personenvervoer van beurtdiensten, van vaartuigen uitsluitend dienende voor het uitvoeren van werken. 18/19 November 1940. H e t Belgisch Staatsblad drukt af de goedgekeurde statuten en reglement betreffende werkzaamheid der beurtbevrachtingskantoren der Belgische Binnenvaartcentrale (opgericht bij besluit van 20 September 1940).
If, , —
urn S 39 9 9
0
1_ m
11
1 ^ i ^
33333 Sll l i
*
55111
« -
SSis!
I —
i — 11111 " *» s
*
§5335
^
1ïI 1I
^
Is!11
, —11311
*™ 235 31 I — 11211 a
| < - SSSS9 : i - 13311 i —33333 i — 33 3 3 3 !
36 19 November 1940. Reichsgesetzblatt Teil I Nr. 196 bevat de nieuwe regeling van het Duitsche Scheepshypotheekrecht ingaande 1 Januari 1941 betreffende schepen en scheepsbouwwerken. 21 November 1940 tot 1 Januari 1942 mogen geen nieuwe scholen voor gewoon of van uitgebreid lager onderwijs worden gebouwd en evenmin nieuwe scholen worden opgericht in bestaande gebouwen. Ook uitbreiding of verbouwing van scholen is niet geoorloofd. 22 November 1940. Lezing van Ir. N . Th. Koomans, directeur Havenbedrijf der Gemeente Rotterdam: de Rotterdamsché haven als verkeerscentrum. Prijsvraag voor de studenten van de Economische Hoogeschool te Rotterdam uitgeschreven door de Stichting Havenbelangen: „Hoe ontwikkelde zich de Rotterdamsché haven vanaf het begin van de 20ste eeuw en welke waren de voornaamste factoren die deze ontwikkeling bepaalden? 24 November 1940. Binnenscheepvaartreorganisatie in Frankrijk. 26 November 1940. Het departement van O. K. en W. wordt vervangen door: 1. 2.
departement van opvoeding, wetenschap en cultuurbescherming. departement van volksvoorlichting en kunsten.
26 November 1940. Volgens § 6 van het besluit betreffende de organisatie der binnenscheepvaart in België mogen alleen als bevrachters optreden de leden der beroepsvereenigingen van bevrachters, die aangesloten zijn bij de Nationale Federatie der Vakvereenigingen van bevrachters van België. Een afzonderlijk besluit zal het statuut van deze federatie regelen (verschenen in de Belgische Staatscourant van 20 November 1940). 27 November 1940. Verplichte aansluiting bij een binnen vaartcentrale. 28 November 1940. Regeling internationale binnenvaart. DECEMBER.
5 December 1940. Regeling vergoeding voor inboedels aan boord van binnenschepen voor schaden veroorzaakt door oorlogsgeweld. 1 December 1940. Prof. dr. J. van Dam spreekt voor de radio, en doet een dringend beroep op ouders, opvoeders en leerlingen; kinderen moeten opgevoed worden tot Nederlanders, in staat zich de nieuwe wereld na dezen oorlog aan te passen.
37 4 December 1940 verscheen de tekst der verordening betreffende vergoeding van materieele oorlogsschade (21 artikelen). 9 December 1940. Erlass des Reichsverkehrsministers betr. Feststellungsbehörden für Schaden der Binnenschiffahrt. 19 December 1940. Het nieuwe bij de werf van Verschure gebouwde opleidingsschoolschip Pollux voor aanstaande Koopvaardij-matrozen koos ligplaats in het Oosterdok te Amsterdam. Het heeft accomodatie voor 85 leerlingen. 25 December 1940. Nederlandsche binnenvaarttentoonstelling. In het Maritiem Museum „Prins Hendrik" te Rotterdam, werd met Kerstmis een zeer interessante tentoonstelling geopend, welke betrekking had op de Nederlandsche binnenvaart. De expositie, die een groot aantal modellen, teekeningen en afbeeldingen van schepen omvatte, stelde zich ten doel een beeld te geven van onze binnenvaart, zooals die vroeger en tot kort geleden nog was. De vele verschillende typen van schepen, die onze binnenwateren bevoeren en nog bevaren, uit alle provinciën van ons land, waren hier te zien. 26 December 1940. Het binnenscheepvaart-verkeer op het Albertkanaal tusschen de sluis van Hasselt en van Genk is hersteld. 26 December 1940. Het binnenscheepvaart-verkeer over het AlbertKanaal over de geheele lengte hersteld. 19 December 1940. de verordening van 27 November 1940 afgekondigd, waarbij het verboden is zee- en binnenschepen in België te bouwen voor welk handelsdoel ook, zonder vergunning van de overheid (scheepvaartexpert bij den Militaire bevelhebber Antwerpen, Meer No. 1). 31 December 1940. Besprekingen met het Reichsverkehrsministerium te Berlijn in zake een kanaalverbinding tusschen Weiehsel en het Deutsche waterwegennet. Dit kanaal zal een aftakking zijn van het Oder-Donau-kanaal en het Kolenbekken van Boven-Silezië zuidelijk passeeren (overgang over de Weiehsel bij Smolice). 31 December 1940. De werkzaamheden aan het kanaal dat de havens van Triest zal verbinden met de industrie-wijken zijn hervat.
38
Zuinig, e*t.
.
Dat zijn de voornaamste eischen waaraan motoren voor de kust- en binnenvaart in de eerste plaats moeten voldoen. Duizenden schepen werden reeds met
DEUTI uitgerust. Wel een bewijs dat deze motoren in alle opzichten uitmunten door degelijkheid, b e t r o u w b a a r h e i d en zuinig rendement.
Vraagt eens v r i j b l i j v e n d inlichtingen aan;
HM. Hloiocehfa&uek deut>z ATLANTIC-HUIS, Westplein 2, Telefoon 33869 en 32645
39
KORTE INHOUDSOPGAVE. De toestand Wat niet veranderd is De vooruitzichten H e t vervoervraagstuk i n het algemeen Eenige verschillen bij de 3 groote goederen-verkeersmiddelen . De binnenvaart in Nederland Het geheim van het succes in het leven is gereed te zijn voor de gelegenheid zoodra zij zich aanbiedt Onderwijs Uniforme Rijksregeling Centrale schippers-registratie Lehrvertrag W a t de binnenscheepvaart noodig heeft De bevrachting i n het algemeen De scheepsbevrachter i n het bijzonder Classificatie België, de positie van den scheepsbevrachter De bevrachting Tijd-tafel voor het Rijnstroomgebied
bladz. 3 4 5 7 8 9 11 13 14 14 15 17 18 21 23 25 26 35
Kroniek: Januari Februari Maart
1940 ,, ,
Apri> '
M
J
e
l
m
i
Juli Augustus September October November December
> „ ,, ,, ,, ,,
28 29 29 29 30 31 32 32 32 33 3Q
41
Assurantie-Kantoor
Van Kasteel & Kruyne WITTE HUIS
—
KAMER 5, Ze verdieping
Telefoon 73633 ROTTERDAM
I Scheepsverzekering Scheepsinboedels Wettehjke Aansprakelijkheidsverzekering Schlppcrsongevallenverzekering Transportverzekering Brandverzekering Ongevallenverzekering Levensverzekering Molestverzekering enz. enz.
I Conccirreerende prcmicn Raimc voorwaarden
42 I k ben l e e r l i n g v a n de D a g n i j v e r h e i d s s c h o o l „ O r a n j e N a s s a u " voor de R i j n en B i n n e n v a a r t te R o t t e r d a m , t ü d e l h k te A m s t e r d a m a a n boord v a n het school, schip „ K o n i n g i n W i l h e l m i n a " .
I n l i c h t i n g e n d a a r o v e r k u n t U i n w i n n e n bij het
ONDERWIJSFONDS Binnenkant 22 Amsterdam
VOOR DE SCHEEPVAART W i t t e Huis, W i j n h a v e n 1-3 2e verdieping, kamers D 5 Rotterd am
43
BINNENVAARTSCHOLEN Het heden en de toekomst vragen van U en Uw zoons Vakkennis en Motorkennis Bezoekt daarom de Binnenvaartscholen! De cursus loopt van 1 Oct. t/m 31 Maart
De s c h o l e n AMSTERDAM BOTTERDAM BRESKENS DORDRECHT GRONINGEN HARDINGEN LEMMER SLIEDRECHT TERNEUZEN VLISSINGEN ZWOLLE
zijn gevestigd:
Droogbak 1 c. Zeevaartschool, Pieter de Hooghweg. Schippersschool, Oranjeboomstraat 320. Openbare School. Kasperspad. Gebouw M.T.S., P. Driessenstraat. Schippersschool Kerkpad. Voorstreek. Wük B 883. Ambachtsschool Axelsestraat. Zeevaartschool, Boulevard Bankert. Praubstraat by de Grote Markt.
Aan de scholen te Amsterdam, Rotterdam, Sliedrccht cn Vlissingeii zyn machinistencursussen verbonden. Meisjesklassen zjjn aan de scholen: Amsterdam, Groningen, Harlingen, Lemmer en Zwolle.
Schoolgeld 10, 25 en 40 cent per week. Aanmelding: Elke avond aan de scholen voor de a a n v a n g der lessen.
44
ZwEMCNDEroiCHT aan opvarenden van Rijn- en Binnenvaartuigen De Commissie tot bevordering van het Zwemonderricht aan opvarenden van Rijn- en binnenvaatruigen van het „Onderwijsfonds voor de Scheepvaart" stelt de gelegenheid open om G R A T I S te leeren zwemmen, te:
Amsterdam Rotterdam Arnhem Groningen Sneek Terneuzen Inlichtingen bij het Onderwijsfonds voor de Scheepvaart, Binnenkant 22 te Amsterdam, telefoon 49620 en bij den secretaris Afd. Rotterdam: den heer C. A . M . C. van Kasteel, Witte Huis,
Wijnhaven
1-3, 2e verdieping,
Kamer D 5 Rotterdam, telefoon 73633
45
Sluit Uw levensverzekering bij
flmSTLEVEn N.V. AMSTERDAMSCHF MAATSCHAPPIJ VAN LEVENSVERZEKERING
BIJKANTOOR
TE
ROTTERDAM:
TIJDELIJK A V E N U E C O N C O R D I A DIRECTEUR:
P.
WEFERS
78
BETTINK
TEL. 4 4 6 7 2
LICHTERDiENST EN TRANSPORTONDERNEMING Voorloopig adres: Straatweg 179 -
N.V.
Hillegersberg
Eigen geadmitteerde lichters van 2 0 0 tot 5 0 0 ton Hijschtuigen tot 3 ton met en zonder motor
46
„DE O L I E B R O N " N V. TECHNISCHE OLIEHANDEL FABRIEK EN KANTOOR: V A N H E L M O N T S T R A A T 17
ROTTERDAM T E L E F O O N 36950
AUTO- EN MOTOROLIE ROYAL
N. V .
M O T O R E N -
EN
MACHINEFABRIEK
„WARMTEKRACHT" v.h.
L.
J
V A N
DEN
BAN
ANNEX WERKTUIGKUNDIG
BUREAU
„WARMTEKRACHT" Fabriek: VOORHAVEN
134
TEL
30284
Kantoor: O C H T E R V E L T S T R A A T TELEF.
37765
Reparatie
aan
72b
ROTTERDAM alle
merken
D I E S E L M O T O R E N EN
SCHEEPSWERKTUIGEN
Vertegenwoordiging van:
VEXIER-KOPPEUNGEN, B. u. B. DIESELMOTOREN, eru.
47
..NASK"
ALLE VOOR
VERZEKERINGEN SCHEEPSBOUW
S C H E E P V A A R T DIRECTEUR: J A C s. P O S T Jr. E N GR. MARKT 19, GRONINGEN TELEFOON 2288 - B. G . G . 4151 HET ÉÉNIGSTE ASSURANTIE-KANTOOR IN NEDERLAND MET EEN EVENEENS : WESTPLEIN 2 S P E C I A L E O R G A N I S A T I E AUANTIC-HUIS - ROTTERDAM V O O R DE „KLEINE V A A R T " OF Z.G. TELEFOON 38940 - B. G . G . 46253 M O T O R - K U S T - V A A RT