Dit is een uitgave van Deerns raadgevende ingenieurs bv Februari 2004
Deerns
Divers In dit nummer o.a.:
Eerste materialen bij Anton de Kom universiteit
Suriname -- Vroeg-natuurijsbaan haalbaar -- Column Jan Karel Mak: Bonje in de bouw -Nieuwe kengetallen beschikbaar -- Vraag en Antwoord met Alex Jansen, unitmanager gezondheidszorg Deerns
Vroeg-natuurijsbaan is technisch haalbaar
Deerns heeft samen met energiebedrijf Essent N.V., TNO Milieu, Energie en Procesinnovatie (MEP) uit Apeldoorn en DHV-AIB B.V. uit Eindhoven de haalbaarheid van een vroegnatuurijsbaan van 5 kilometer lang onderzocht. Dit in opdracht van de Stichting Hendrick Avercamp nu, waarvan schaatser Jan Maarten Heideman voorzitter is. De stichting wil met de resultaten van het onderzoek investeerders, eigenaren, exploitanten en schaatsliefhebbers interesseren voor een dergelijke baan.
Nederland beschikt over de technologische kennis en ervaring om een vroeg-natuurijsbaan van zo’n 5 kilometer lang en zo’n 5 meter breed te realiseren. De baan kan in het schaatsseizoen van december tot en met februari op economische wijze tenminste 75 dagen in stand te houden. Dat concluderen Deerns en de collegaonderzoekers in het rapport ‘Een land vol kennis voor een Nieuwe IJstijd’. Een vroeg-natuurijsbaan is een baan die in een natuurlijk gezien aantrekkelijke omgeving ligt en waar de natuur
een handje wordt geholpen. Op die manier kan er ook bij lichte vorst of temperaturen boven het vriespunt geschaatst worden. Grote droom Het blijkt momenteel financieel, koeltechnisch en veiligheidstechnisch gezien het aantrekkelijkst een vroeg-natuurijsbaan aan te leggen op bestaande of nieuwe wegen, paden en verhardingen. Hiervoor is ook veel minder dik ijs nodig dan op waterwegen. De vroeg-natuurijsbaan is op bedrijfseconomische wijze zelfstandig te exploiteren. Natuurijs is voor de meeste Nederlandse schaatsers een grote droom. Ze trekken er zelfs voor naar het buitenland. Een vroeg-natuurijsbaan is in de ogen van Jan Maarten Heideman zeer vernieuwend en kan naar zijn oordeel dan ook een ‘Nieuwe IJstijd’ inluiden in Nederland. Hij zelf wil er vooral graag het eeuwenoude wintergevoel van natuurijs mee oproepen.
Jan Maarten Heideman ontvangt het rapport van Rinus van de Gevel van Essent
COLUMN
2004: Bonje in de bouw Het zijn barre tijden in de bouw- en installatiewereld. Het commercieel vastgoed zit onderin zijn varkenscyclus, dramatische leegstandspercentages, daar bovenop de algemene economische teruggang in ons land. Maar bovenal: de parlementaire enquête laat zijn sporen na. Het besluit tot vervolging van vier aannemingsbedrijven en de veroordeling door de NMa van een reeks ondernemingen tot hoge boetes zijn de eerste schermutselingen van een langdurig verbitterd gevecht, vrezen we. Dat dezelfde NMa ook drie grote installatiebedrijven boetes heeft opgelegd wegens het weigeren van medewerking aan kartelonderzoek, is een teken aan de wand. Na de rijksoverheid en de NMa zullen ook gemeenten zich laten horen. Er wordt niet geschikt, alle wapens komen uit de kast.
De naweeën van die parlementaire enquête laten zich nog op een andere manier voelen. Een prijzenslag is ir J. K. Mak, losgebarsten waarbij algemeen directeur de supermarktoorlog afsteekt als een spelletje mens-erger-je-niet. We maken verwoestend concurrentiegedrag mee dat reminiscenties oproept aan de Amerikaanse spoorwegoorlogen van weleer. De afgelopen maanden waren we herhaaldelijk de onthutste getuige van aanbiedingen die tot 40 of zelfs 50 procent beneden onze – echt niet ruimhartige – directiebegrotingen lagen. En van venijnige, maar vruchteloze juridische gevechten tussen aanbieders over de rechtmatigheid van aanbestedingen. Hoe dramatisch slecht moet de markt zijn dat een installateur zelfs voor minder dan zijn variabele kosten aanbiedt? Zijn dit wanhopige kortetermijnmanoeuvres van capaciteitsspelers die denken zo de storm te kunnen uitrijden? Hoe dan ook, de installateurs lijden en onze opdrachtgevers (nota bene: zelf vaak overheidsen semi-overheidsinstanties) kopen daar bitter weinig voor. Want niet zodra is een project tegen dit soort prijzen aanbesteed, of wij moeten ons schrap zetten. Vanaf dag één: touwtrekken over meerwerk en napluizen van het bestek op elk onvolledig detail. Bij bouwaannemers maken we
al mee hoe in het werk het absolute minimum wordt geleverd om de verliezen te beperken, begeleid door een waterval van claims en aansprakelijkheidsstellingen voor vermeende tekortkomingen van de architect, opdrachtgever, of wie dan ook… Nee, 2004 wordt geen gemakkelijk jaar. De bouw- en installatiebranche is hardhandig duidelijk gemaakt dat ze moet leren concurreren zonder overleg, en dat gaat met veel pijn. Wij richten ons in dat gewoel op twee dingen. Eén: met onze opdrachtgevers samen tot een zo verstandig mogelijk aanbestedingsbeleid komen waarin een normale realisatie enigszins kan worden gewaarborgd. Dat kan leiden tot onorthodoxe stappen. Twee: onze adviseurs en uitvoeringscoördinatoren trainen in het weerbaar tegemoet treden van een sterk ‘gejuridiseerde’ en gepolariseerde atmosfeer in het bouwteam. Want zij moeten onze opdrachtgevers ondersteunen door het tijdig identificeren en neutraliseren van de sprongen die katten in het nauw van een te krappe prijs maken en blijven uitdragen dat samenwerking in ieders belang is. Het moge idealistisch klinken, maar bij dat alles blijven we op zoek naar mogelijkheden tot structurele verbetering van het bouwproces, in nauwe samenwerking met opdrachtgever, projectmanagers, architect en anderen. Installateurs die het kunnen opbrengen hierin mee te werken, komen wellicht het minst gehavend het jaar 2004 uit.
Eerste materialen bij
Anton de Kom un in Suriname
Deerns vierde afgelopen jaar zijn 75-jarig bestaan. Ter gelegenheid daarvan heeft Deerns besloten adviesuren en middelen te schenken aan de Anton de Kom universiteit van Suriname. De laboratoria van deze universiteit zijn niet gecertificeerd en zijn daarbij ook nog eens onveilig. De inspanningen van Deerns moeten dan ook leiden tot een aanzienlijke verbetering hiervan. Veel relaties van Deerns hebben naar aanleiding van de berichtgeving over de Anton de Kom Universiteit geld of middelen geschonken ter ondersteuning van het goede doel . Inmiddels zijn de eerste containers met goederen al in Suriname gearriveerd. In juni 2003 bracht Deerns een inventarisatiebezoek aan de universiteit. Hierbij is gekeken welke apparatuur de universiteit nodig heeft en welke werkzaamheden verricht moeten worden. Met een groot deel van de bouwkundige werkzaamheden zijn medewerkers van de universiteit inmiddels begonnen. Volle containers De inzameling van materialen heeft inmiddels drie volle containers opgeleverd met werktuigbouwkundige en elektrotechnische materialen en kantoor- en laboratoriummeubilair. Deze containers komen eind januari aan in Suriname. Deerns begeleidt de medewerkers, die het materiaal uitla-
den en plaatsen, in eerste instantie per telefoon en e-mail. Persoonlijke begeleiding In maart van dit jaar gaat een delegatie naar Suriname voor persoonlijke begeleiding en controle. Tegen die tijd hoopt Deerns ook aanvullende materialen toe te kunnen sturen. Zo is er momenteel nog behoefte aan elektromotoren, koeltechnische apparatuur, brandblusapparatuur en klein installatiemateriaal. De universiteit is zeer gelukkig met de ruime ondersteuning die ze uit Nederland - niet alleen van Deerns, maar ook van onze relaties - ontvangt. Zowel de kennis die wordt aangedragen als de middelen die ze ontvangt, zou ze anders
Eerste
iversiteit nooit gekregen hebben. Op deze manier hoopt de universiteit dat de laboratoria worden gecertificeerd, waardoor ze externe opdrachten kan binnenhalen die dan weer inkomsten bieden. De containers waar de spullen in zitten, worden eigendom van de universiteit. Door deze te verhandelen, kunnen er ook weer aanvullende materialen aangeschaft worden. Het is de bedoeling eind 2004 een laatste bezoek aan de universiteit te brengen, waarin het project wordt opgeleverd. De dank van Deerns gaat uit naar de vele relaties die een bijdrage hebben geleverd. Hun namen staan vermeld op www.deerns.nl.
brandstofcel voor zorgcomplex in Klazienaveen Deerns is betrokken bij de renovatie en nieuwbouw van het verzorgingshuis Dillehof en het aangrenzende verpleeghuis
De
Weegbree
in
Klazienaveen. Dit gebeurt in opdracht van Woningstichting Inter Pares en Zorggroep Tangenborgh. In verband met de uitbreiding van het aantal zorgplaatsen worden diverse installaties in het zorgcomplex vervangen of uitgebreid.
Eind januari zijn drie containers met goederen gearriveerd.
De bouwkundige werkzaamheden zijn begonnen.
Veel relaties stelden goederen beschikbaar.
Tijdens het ontwerptraject is de zorgvoorziening door Deerns bij Gasunie Research voorgedragen als proeflocatie voor het plaatsen van een brandstofcel. In het zorgcomplex zal de brandstofcel de thermische energie leveren aan de nieuwe warmtapwaterinstallatie; de elektrische energie wordt teruggeleverd aan het elektriciteitsnet. Koppeling aan de warmtapwaterinstallatie is nodig om een continue warmtevraag te waarborgen. Gasunie Research gaat de komende anderhalf jaar een proef houden met een kleine brandstofcel met een thermisch vermogen van 10 kW en een elektrisch vermogen van 4 kW. Dit gebeurt in samenwerking met Vaillant op elf locaties in Nederland. De brandstofcellen worden gedurende de proefperiode gecontroleerd en gemeten. De resultaten van de proef dienen als basis voor de verdere ontwikkeling van de brandstofcel.
STELLING:
‘Een selectie alleen op basis van prijs verhoogt het risico op claims’ Vincent Brouwer is Manager Vendor & Contract Management bij PGGM. Deerns ontwerpt hier momenteel de nieuwbouw en renovatie.
“Ik ben van mening dat de primaire scope niet moet liggen op de prijs, maar op het te verwachten resultaat. Door als afnemende partij je uitsluitend te richten op de laagste prijs, ontstaat bij de wederpartij de noodzaak tot het elimineren van ieder risico.
“De primaire scope moet niet liggen op de prijs, maar op het te
Met andere woorden, men zal trachten zo veel mogelijk risico’s op het bordje van de inkopende partij te leggen. Dit verhoogt de kans op juridificatie. Door de aandacht te focussen op resultaat, worden partijen verplicht om in afstemming met elkaar aandacht te besteden aan de (rand)voorwaardelijke aspecten om tot een optimaal resultaat (lees: succes) te komen. Discussies over prijs en prijsbeheersing horen daar natuurlijk ook bij. Mijn ervaring is juist dat partijen op het gebied van samenwerking en commitment nog te veel zaken onbesproken laten. Door het streven naar een zo laag mogelijke prijs, wordt dit proces nog versterkt.”
verwachten resultaat”
drs. Jan W. Pleunis MFM is senior adviseur bij Twynstra Gudde Management Consultants. Deerns en Twynstra Gudde werken samen bij vele gezondheidszorgprojecten, zoals ziekenhuis Gelderse Vallei en Isala klinieken te Zwolle.
• •
“De selectie van een installatieadviseur is een belangrijk onderdeel van een nieuw- en/of verbouwproject. Wat uiteindelijk telt, is het eindresultaat van het project. De selectie en inschakeling van de installatieadviseur is hierin een onderdeel; in het totaal van de investeringskosten is dit een relatief klein deel.
“Wat uiteindelijk telt, is het eindresultaat van het project.” Echter door het binnenhalen van de benodigde kennis en ervaring kan dit wel een grote invloed hebben op de uiteindelijke investerings- en exploitatiekosten. Het is dan ook van belang om
•
• •
Er dient een selectie plaats te vinden waarbij op basis van een aantal criteria moet worden gekeken naar de toegevoegde waarde die de installatieadviseur kan leveren aan het eindresultaat van het project. Als er op deze wijze een installatieadviseur wordt geselecteerd, zijn claims niet aan de orde.”
Reageren op deze stelling? Stuur uw reactie naar:
[email protected]
bij de selectie van een installatieadviseur breder te kijken, onder andere: • hoe worden innovatieve ontwikkelingen binnen het vakgebied gevolgd en geïmplementeerd? hoe is de organisatie en werkwijze van het bureau? hoe is de teamsamenstelling van de installatieadviseur en heeft dit team naast de eigen werkzaamheden een toegevoegde waarde aan het project? welke werkzaamheden maken deel uit van het contract; praten we over een volledig uitgewerkt bestek en tekeningen of een richtlijnbestek? de prijs-/kwaliteitverhouding? hoe worden de werkzaamheden contractueel vastgelegd?
Vraag
&
Antwoord
Alex Jansen werkt sinds januari 2003 bij Deerns. Hij begon als manager business development, per 1 januari jongstleden werkt hij als unitmanager gezondheidszorg. Alex studeerde werktuigbouwkunde aan de TU Delft en volgde een executive MBA opleiding. Hij begon zijn carrière bij Corus (Hoogovens) waarna hij in 1996 bij KPN Mobile aan de slag ging. Daar hield hij
zich bezig met de landelijke roll-out van het GSM-netwerk en nieuwe mobiele telefoondiensten. Zijn laatste functie vóór Deerns was commercieel directeur Multimedia Diensten bij KPN Xantic.
1
2
3
Waarmee heb je je het afgelopen jaar bij Deerns bezig gehouden?
Hoe kijk je aan tegen de activiteiten van Deerns in het buitenland?
Waarom maak je de overstap naar unitmanager gezondheidszorg?
1
2
3
4
Wat zijn je belangrijkste speerpunten in 2004?
4
5
Wat doe je als je niet werkt?
5
“Met de dienstverbreding van Deerns in het algemeen en het aangaan dan wel uitbouwen van samenwerkingsrelaties met buitenlandse partners. Een van de resultaten hiervan is de joint venture i.o. Deernsroberts, die zich vanuit Oxford richt op de Engelse ziekenhuismarkt.” “Activiteiten in het buitenland en met name in West Europa zijn voor Deerns een must. Door de juiste partners te kiezen vergroot Deerns niet alleen zijn mogelijkheden klanten internationaal te bedienen, maar kunnen we door expertiseuitwisseling en dienstpakketverbreding ook onze Nederlandse klanten van dienst zijn.” “Het is een enorme uitdaging om de grootste business unit van Deerns te leiden. De sterk veranderende regelgeving initieert de komende jaren grote veranderingen binnen de Nederlandse gezondheidszorgmarkt. Dit betekent veranderende klantbehoeften en het ontstaan van nieuwe diensten in deze sector zoals kostenmanagement, beheer & onderhoud, maar ook commerciële zorgontwikkeling. Al met al een zeer dynamische marktomgeving. Ik vind het leuk om daarin de koers van Deerns mede te bepalen.” “Als technische organisatie hebben we van huis uit minder affiniteit met processen en procesmanagement. Dit is nog te vaak onze achilleshiel. Het komende jaar zal de nadruk liggen op verbetering hiervan. Op het technisch inhoudelijk gebied zal de aandacht uitgaan naar: kwaliteit verhogen/borgen, efficiënter werken en haalbare innovatieve en integrale concepten aanbieden.” “Mijn tweede kind is in december geboren, dus dat betekent ‘hectische tijden’ thuis. Als de tijd het toelaat, sport ik graag zoals squash, hockey en schaatsen in de winter en tennis en golf in de zomer.”
Seminar ‘Ondernemend zet mensen aan he In het Nederlands Architectuurinstituut in Rotterdam vond vorig jaar oktober het seminar ‘Ondernemend beheren’ plaats. Deze coproductie van Deerns samen met de Brinkgroep werd door de zeventig bezoekers hoog gewaardeerd. Onderhoudsbeheer heeft zich ontwikkeld vanuit de techniek; tools etc. zijn ontwikkeld vanuit de wens de techniek te ondersteunen en het management te informeren. In de driehoek beleid- financiëntechniek heeft de techniek zich het sterkst ontwikkeld om het complexe systeem van onderhoud over meerdere jaren te kunnen beheersen. De techniek
Nieuwe kengetallen beschikbaar Eind 2002 kwam de Deerns kostenkengetallen CD uit. Inmiddels werken we aan een nieuwe digitale versie, die dit jaar op het internet verschijnt. Op dit moment beschikken wij al over een gedrukte versie van “Vormfactoren en kostenkengetallen”, gebaseerd op kostenfactoren per oktober 2003. Deerns beschikt over de recentste kengetallen door een groot aantal projecten te analyseren en vast te leggen in een database. Op basis van onze schat aan ervaring in het omgaan met installatiekosten, kunnen we u adequaat adviseren. Uw belang is namelijk ook ons belang: het kunnen realiseren van een project binnen de financiële kaders en vastgestelde kwaliteit. Onze kengetallen moeten vooral gezien worden als een hulpmiddel in de eerste fase van het project om een richting aan te geven. Wilt u ook gebruik maken van dit hulpmiddel om inzicht te verschaffen in factoren die de kosten beïnvloeden, dan kunt u mailen naar
[email protected].
informeert beleid en financiën, maar laat weinig tot geen ruimte aan interactieve communicatie over gevolgen van keuzes vanuit deze hoek. In deze situatie heeft de techniek een positie verworven die niet in balans is met de rol die de techniek hoort te spelen. In dit seminar werd voor de bezoekers duidelijk dat de visie van Brink/Deerns zich richt op het organiseren van het gebouwbeheer gestuurd vanuit strategie en beleid. Met ondernemend beheren wordt hier bedoeld: de gebouwbeheerder (ondernemer) aan het stuur, de techniek volgt en voert uit. Onderhoudsbeleid dient te worden ingezet op
Activiteiten Deern in artikel Eindho De opening dit najaar van het kantoor van Deerns in Eindhoven vormde een mooie gelegenheid om het Brabantse bedrijfsleven te informeren over de activiteiten van Deerns. In het Eindhovens Dagblad gaf vestigingsdirecteur Erik Lousberg eind november in een paginabreed achtergrondartikel aan hoe Deerns zich door regionale spreiding bijzonder positioneert in een steeds krimpende markt. In het interview met journalist Bas Bierkens vertelt Erik Lousberg over de groei van de Eindhovense vestiging in de afgelopen jaren. Uiteraard staat hij ook stil bij interessante cases in het Brabantse land, zoals de Philips High Tech Campus in Eindhoven en het St. Elisabeth-ziekenhuis in Tilburg om maar eens twee prestigieuze projecten te noemen. “Technische voorzieningen zijn tegenwoordig een dominant onderdeel van het bouwproces. We zitten dan ook vaak vanaf de eerste dag in het bouwproces en denken integraal mee met architect en constructeur”, vertelt Lousberg in het Eindhovens Dagblad.
Deerns werkt
d beheren’ et denken. basis van gewenste strategische keuzes (prioriteiten) en binnen vooraf gestelde financiële grenzen. De techniek informeert daarbij het beleid over de gevolgen van de gestelde grenzen. Dit met betrekking tot gebouwprestatie, levensduurverwachting en eventuele risico’s bij de gestelde voorwaarden. Vijf sprekers wisten onder leiding van Brinkgroep voorzitter professor Hans de Jonge het publiek van begin tot eind te boeien. Voor meer informatie over dit seminar en de handouts van de sprekers: www.ondernemendbeheren.nl
ns centraal ovens Dagblad
intensief mee aan innovatieve kennisuitwisseling Innoverende ondernemers in het midden- en kleinbedrijf kunnen met natuurwetenschappelijke vragen voortaan in Delft terecht. De site www.kennistelefoon.nl garandeert binnen 48 uur antwoord van een gezaghebbende specialist. Luciano Rodrigues dos Santos, die bij Deerns de unit laboratoria, telecom en industrie leidt, is bestuurslid van deze organisatie. Bij www.kennistelefoon.nl zijn ruim tachtig hightech instellingen en bedrijven uit de regio Delft aangesloten. Behalve Deerns zijn dat onder meer TU Delft, TNO, IHE, het Nederlands Normalisatie Instituut en het WL (voorheen Waterloopkundig Laboratorium). Innoverende MKB-ers kunnen daardoor een beroep doen op de kennis van ruim honderd specialisten. Deze mensen zijn deskundig op het gebied van biotechnologie, elektrotechniek, industrieel ontwerpen, klimaatbeheersing, natuurkunde, meetsystemen, offshore, optica, productontwikkeling, scheikunde, softwareontwikkeling en werktuigbouwkunde. De Kennistelefoon wil producten en productiemethoden helpen verbeteren, maar kan ook speur- en ontwikkelingswerk doen. De Kennistelefoon is een initiatief van Technet, vereniging van hightech instellingen en bedrijven in de Randstad. Het wordt financieel gesteund door de gemeente Delft en de stichting Delft Kennisstad. Delft wil door een beter contact met het MKB de Nederlandse kenniseconomie helpen stimuleren.
Colofon Deerns Divers is een uitgave van Deerns raadgevende ingenieurs Hoofdredactie: Sjoerd Hora Siccama Eindredactie: André van den Hul Marieke Goossens Joyce Riekerk
Erik Lousberg
Ook vermeldt hij de aandacht die Deerns besteed aan het opleiden en trainen van de eigen medewerkers. “We zijn hartstikke trots op de manier waarop we met opleidingen omgaan. We investeren veel in onze mensen (..) We hebben hier een jonge club, vol enthousiasme. Dat straalt af op opdrachtgevers.”
Ontwerp en grafische vormgeving: Ten Bosch design Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande toestemming van de uitgever worden overgenomen of vermenigvuldigd.