DIENSTVERLENINGSOVEREENKOMST
De ondergetekenden, De publiekrechtelijke rechtspersoon Gemeente Utrecht verder te noemen de gemeente, gevestigd te
Utrecht aan de Minrebroederstraat 2, postbus 16200, 3500 CE ten dezen vertegenwoordigd door haar burgemeester de heer Wolfsen, handelend ter uitvoering van het besluit van burgemeester en wethouders van d.d [besluitdatum, nummer],
en de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Utrecht, verder te noemen de VRU, gevestigd te Utrecht aan de Kobaltweg 59-61, postbus 3154, 3502 GD Utrecht, ten dezen op grond van artikel
[nummer] van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Utrecht vertegenwoordigd door de directeur, de heer J.M.P. Wink, handelend ter uitvoering van het besluit van het algemeen bestuur van
de VRU d.d. [besluitdatum, nummer),
Overwegende dat: : •
De gemeente deelneemt aan de Veiligheidsregio Utrecht (hierna VRU);
•
De VRU diensten verleent en taken uitvoert op het gebied van brandweerzorg, organisatie van geneeskundige hulpverlening, rampenbestrijding en crisisbeheersing en het beheer van de gemeenschappelijke meldkamer, zoals uiteengezet in het ontwerp tot wijziging van de
gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Utrecht, vastgesteld in het algemeen bestuur van 6 juli 2009 en welke thans ter formele bekrachtiging voorligt bij de besturen van de deelnemende gemeenten. •
Op basis van artikel 3.4 van de gemeenschappelijke regeling VRU de door de VRU aan gemeenten te leveren diensten geregeld in dienstverleningsovereenkomsten;
•
De VRU operationele brandweerzorg levert aan de gemeente.;
•
Daarnaast de gemeente de mogelijkheid heeft om op een breder terrein dienstverlening in te kopen van de VRU als optionele brandweerzorg, waarvoor een keuzemodel is ontwikkeld.
•
De gemeente voorts de mogelijkheid heeft om advies- en toezichtstaken en beroepsondersteuning van korpsen op te dragen aan de VRU.
•
De VRU voorts regionale taken uitvoert op basis van de Brandweerwet en de Wet Rampen en Zware Ongevallen en de ontwerpwet op de Veiligheidsregio’s.
•
Partijen voor 2010 een dienstverleningsovereenkomst voor de duur van één jaar afsluiten en vanaf 2011 een dienstverleningsovereenkomst met een looptijd van één jaar afsluiten, waarbij eventueel jaarlijks de optionele brandweerzorg zal kunnen variëren.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
1
•
Partijen er zich van bewust zijn dat de regionalisering van de brandweerzorg c.a. vergaand is
en dat niet alles in een overeenkomst als de onderhavige kan worden geregeld. Zij streven naar een loyale uitvoering van de regionalisering en zullen, gesteld voor ongeregelde zaken, zoveel mogelijk in de geest van de Gemeenschappelijke Regeling en deze overeenkomst met elkaar trachten de regionalisering op een goede manier vorm te geven.
•
Waar in deze overeenkomst wordt gesproken over bijlagen ziet de nummering ervan (1, 2 en 3) op het in de bekostigingssytematiek bekende ‘boxensysteem’. De nummering ervan loopt gelijk, zij het dat voor bijlage 1b betreft, de gemeenten daarvoor kunnen opteren.
•
In deze overeenkomst wordt vastgelegd welke rechten en verplichtingen partijen over en weer jegens elkaar hebben.
en zijn daarom de volgende overeenkomst aangegaan: Artikel 1.
Definities
operationele basis brandweerzorg : eerstelijns brandweerzorgtaken conform het Repressief Dekkingsplan (BRUL 2005), en overigens als omschreven in bijlage 1a. optionele brandweerzorg
: optionele taken en voorzieningen op het gebied van personeel en materieel voor de lokale brandweerzorg. Een uitgewerkt overzicht van deze optionele dienstverlening is opgenomen in bijlage 1b.
advies- en toezichtstaken
: advisering, toezicht, controle en voorlichting over brandveiligheid ten behoeve van gemeentelijke taken. Een uitgewerkt overzicht van deze optionele dienstverlening is in bijlage 2 opgenomen
regionale taken
: dienstverlening welke voortvloeit uit wettelijke taken van de brandweer, GHOR en dienstverlening die voortvloeit uit regionale afspraken. Een uitgewerkt overzicht van deze dienstverlening is opgenomen in bijlage 3.
Artikel 2
2.1 2.2
Algemeen
De VRU verbindt zich tot het uitvoeren van taken en werkzaamheden als omschreven in artikel 3 ten behoeve van de gemeente.
De gemeente verbindt zich tot betaling van de uit deze afspraken voortvloeiende kosten.
Artikel 3.
De verplichtingen van de VRU
3.1
De VRU verzorgt ten behoeve van de gemeente operationele basisbrandweerzorg, zoals
3.2
De VRU verzorgt voorts de met de gemeente overeengekomen optionele brandweerzorg, zoals
3.3
De VRU verzorgt tevens de met de gemeente overeengekomen advies- en toezichtstaken, zoals
3.4
De VRU verzorgt tot slot de regionale taken zoals weergegeven in bijlage 3.
3.5
neergelegd in bijlage 1a.
neergelegd in bijlage 1b.
neergelegd in bijlage 2.
De VRU garandeert de continuïteit en kwaliteit van de dienstverlening zoals neergelegd in bijlage 7
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
2
Artikel 4. 4.1
Gemeentelijke taken
De gemeente Utrecht garandeert en is verantwoordelijk voor het tijdig en adequaat beschikbaar stellen en het adequaat onderhouden van de gegevens noodzakelijk voor de
uitvoering van de in deze overeenkomst en in de gemeenschappelijke regeling genoemde taken, werkzaamheden en diensten. De VRU maakt hiertoe afspraken met de verantwoordelijke gemeentelijke diensten. Deze afspraken zullen een integraal onderdeel gaan uitmaken van de 4.2
dienstverleningsovereenkomst.
Onverminderd de initiatieven van de VRU gelden de afspraken gesteld in het PriceWaterhouseCoopers (PWC) rapport opgenomen in bijlage 8, voor zover deze niet nader zijn uitgewerkt in deze overeenkomst en de daarbij behorende bijlagen.
4.3
De huisvesting van de brandweer blijft eigendom van de gemeente. Ten aanzien van de
huisvesting worden tussen de gemeente Utrecht en de VRU zodanige afspraken gemaakt dat het gebruik van de huisvesting door de VRU budgettair neutrale impact heeft voor de
gemeente Utrecht. Artikel 5 5.1
Prijs van de dienstverlening
De totaalprijs van de dienstverlening conform de bijlagen 1a en bijlage 3 wordt bepaald aan de hand van bijlage 5 welke door het Algemeen Bestuur van de VRU wordt vastgesteld, met
inachtneming van de gemiddelde kerngegevens van de gemeente (bijlage 6) op 1 januari en 31 december van het jaar. 5.2
5.3 5.4
Uitgaande van een naar omvang en kwaliteit gelijkblijvend takenpakket zal de totaalprijs van de dienstverlening conform bijlagen 1, 2, 3 en 7, incl. de bedrijfsvoering, in ieder geval niet meer bedragen dan € 24.546.000.
In afwijking van het genoemde in art 5.2. is in de bedrijfsvoering nog geen rekening gehouden met eventuele huisvestingskosten.
De bijdragen genoemd onder 5.1 en 5.2 vormen samen de bijdragen aan de VRU op grond van artikel 9.3 gemeenschappelijke regeling VRU. Deze hoogte hiervan wordt jaarlijks door de VRU aangepast conform de door het Algemeen Bestuur van de VRU vastgestelde prijs- en
5.5
loonindexcijfer voor de VRU-begroting.
Indien en voorzover de VRU als gevolg van wijziging van de Wet op de omzetbelasting BTWplichtig wordt ten aanzien van de levering van diensten waarop deze overeenkomst betrekking
heeft, zal deze heffing boven op de overeengekomen prijs berekend worden aan de gemeente. Artikel 6 6.1
Aanvullende afspraken
Partijen leggen de overdracht van personeel, materieel, diensten en goederen vast in een overdrachtsdossier (bijlage 4). In hoeverre de gemeentelijke brandweervoorziening, op 1 januari 2010, voldoet aan het Repressief Dekkingsplan (BRUL 2005) en het
Brandweerzorgniveau (idem) wordt in 2010 middels een meting vastgesteld. 6.2
6.3
Voor zover in 2010 blijkt dat de gemeente op de peildatum minder voorzieningen heeft dan op basis van de in het vorige lid genoemde organisatieplannen is vereist, komen de door de VRU
daarvoor te plegen investeringen voor rekening van de gemeente.
Voor zover blijkt dat de gemeente méér voorzieningen heeft dan op basis van het Repressief Dekkingsplan (BRUL 2005) noodzakelijk wordt geacht zullen de operationele kosten hiervan aan de gemeente in rekening worden gebracht als optionele brandweerzorg c.q. advies- en
6.4
toezichtstaak.
Partijen zullen na het einde van deze overeenkomst de dan bestaande situatie opnieuw bezien. Voor zover de gemeente daarbij andere keuzes maakt ten aanzien van de optionele
brandweerzorg komen de daarmee gemoeide baten dan wel lasten voor rekening van de gemeente.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
3
Artikel 7 7.1 7.2
Betalingen
De gemeente voldoet het ingevolge deze overeenkomst verschuldigde bedrag bij vooruitbetaling in twee termijnen uiterlijk op 1 januari en 1 juli van het jaar.
De kosten die voortvloeien uit de in de CAR-UWO/ ARU-URU gemaakte afspraken m.b.t. het overgangsrecht van het in belastende functies werkzame brandweer personeel, worden op nacalculatiebasis doorberekend aan de gemeente.
Artikel 8 8.1
8.2
De VRU verzekert: a.
de wettelijke en contractuele aansprakelijkheid voor schade aan personen en
b.
wettelijke en contractuele aansprakelijkheid voor vermogensschade
c.
het materieel.
goederen;
(beroepsaansprakelijkheid);
De VRU legt op verzoek van gemeente onverwijld (een gewaarmerkt afschrift van) de polissen en de bewijzen van premiebetaling van de hierboven genoemde verzekeringen over.
Artikel 9 9.1
Verzekering
Aansprakelijkheid
De VRU is aansprakelijk voor schade, die voor de gemeente het gevolg is van enig verzuim van de VRU in de nakoming van zijn verplichtingen uit de overeenkomst, alsmede voor alle schade
welke door de VRU, haar personeel, door haar ingeschakelde (rechts)personen en/of door haar geleverde of te leveren goederen wordt toegebracht aan personeel en/of goederen van 9.2 9.3
gemeente dan wel derden.
De in het eerste lid opgenomen aansprakelijkheid komt te vervallen indien sprake is van opzet of grove roekeloosheid aan de zijde van gemeente Utrecht en/ of haar personeel.
De VRU is gehouden de gemeente Utrecht te vrijwaren, respectievelijk schadeloos te stellen ter zake van alle aanspraken van derden tot vergoeding van schade.
Artikel 10
Taakverdeling
10.1
De aansturing van de uitvoering van de taken, genoemd in artikel 3 berust bij de VRU, voor
10.2
De VRU draagt de verantwoordelijkheid voor de te leveren kwaliteit, zoals paraatheid,
10.3
zover die taken niet al wettelijk zijn vastgelegd.
tijdigheid, opleiding, kennis en ervaring en overige interne organisatie.
Voor een goede sturing van de uitvoering en de afstemming tussen partijen over deze overeenkomst, wijzen partijen ieder één functionaris binnen hun organisatie aan, die belast is met de coördinatie in de eigen organisatie en de afstemming tussen de partijen.
Artikel 11 11.1
11.2
Planning en control
De VRU geeft vóór 1 maart inzicht in regionaal te verwachten ontwikkelingen voor het
opvolgende jaar in de dienstverlening uit de bijlagen 1a en 3 teneinde de gemeente in staat te stellen daar in haar begrotingscyclus op te anticiperen.
De gemeente maakt haar wensen voor dienstverlening uit bijlagen 1b en 2 voor het volgende jaar eveneens vóór 1 maart kenbaar aan de VRU. De door de gemeente gewenste wijzigingen in
de taken op basis van deze bijlagen worden na vaststelling van de begroting van de VRU vastgelegd in nieuwe Dienstverleningsovereenkomst . Deze nieuwe
dienstverleningsovereenkomst wordt namens partijen ondertekend.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
4
Artikel 12 12.1
Rapportage en evaluatie
Over de voortgang van de uitvoering wordt door de VRU tussentijds in mei aan de gemeente gerapporteerd en indien daar voor aanleiding is tevens in september. Het betreft een
rapportage op afwijkingen. Tevens wordt jaarlijks in maart gerapporteerd over het voorgaande jaar. Het betreft hier een integrale rapportage. Deze vormt de basis voor de jaarlijkse evaluatie. Met de uitkomsten van deze evaluatie kunnen partijen rekening houden in volgende
dienstverleningsovereenkomsten. De rapportages van de VRU bevatten in ieder geval hoofdstukken omtrent operationele prestaties en realisering van doelstellingen. 12.2
De VRU is verplicht mee te werken aan de door de gemeente gewenste onderzoeken naar de
12.3
De VRU spant zich in zijn dienstverlening voortdurend te verbeteren en te vernieuwen,
effectiviteit, kwaliteit en efficiëntie van de dienstverlening.
binnen de overeengekomen financiële kaders.
Artikel 13 13.1
De VRU is tevens verantwoordelijk voor:
a.
b. c. d.
e. 13.2
Informatievoorziening het onderhouden van een adequaat informatiesysteem, zodat inzicht kan worden verworven in de prestaties van de VRU;
het zoveel als mogelijk digitaal beschikbaar stellen van relevante informatie uit de werkprocessen en formele documenten, voor zover wet- en regelgeving dit toelaten; het zodanig invoeren van gegevens dat deze elektronisch zijn te raadplegen;
het maken van afspraken over mogelijke ontsluiting van relevante gegevens naar de
gemeente , zowel op reguliere basis als op afroep, bijvoorbeeld naar aanleiding van een bij de gemeente ingediend verzoek op basis van de WOB.
archivering in overeenstemming met de geldende wet- en regelgeving, waaronder in ieder geval de Archiefwet.
Alle zakelijke bescheiden, dossiers en dergelijke welke bij de VRU in behandeling zijn in opdracht van de gemeente in het kader van deze overeenkomst blijven eigendom van de
gemeente en worden na beëindiging van deze overeenkomst aan gemeente overgedragen. Artikel 14
Duur van de overeenkomst
14.1
De ingangsdatum van deze overeenkomst is 1 januari 2010 en wordt aangegaan voor de duur
14.2
In de volgende jaren zal een dienstverleningsovereenkomst voor de periode van één jaar
van één jaar.
worden afgesloten, met daarin opgenomen een meerjaren perspectief.
Artikel 15 15.1
Geschillen
Partijen verbinden zich om geschillen welke voortvloeien uit de inhoud, strekking dan wel de uitvoering van deze overeenkomst in overleg te brengen en daarbij te streven naar een voor
beide partijen bevredigende oplossing. Zij overwegen daarbij uitdrukkelijk indien de aard van het geschil daartoe aanleiding geeft, de mogelijkheid om het geschil door middel van 15.2
mediation op te lossen.
Slechts nadat gebleken is dat het overleg niet tot een oplossing leidt, kan de meest gerede partij het geschil voorleggen aan de bevoegde civiele rechter.
Artikel 16 16.1
Bluswatervoorziening
De VRU adviseert in het kader van (bouw)vergunningen, planvorming en grote projecten over bluswatervoorzieningen. De gemeente draagt zorgt voor verwerking van deze adviezen in vergunningen en planontwikkelingen.
16.2
De gemeente beheert en onderhoudt vooralsnog de juridische en financiële relatie met de
waterleiding maatschappij Vitens. In de dienstverleningsovereenkomst van de volgende jaren
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
5
komt het onderwerp opnieuw aan bod en wordt dit onderwerp in het licht van de landelijke ontwikkelingen op het terrein van de bluswatervoorziening als zodanig besproken. 16.3
De VRU controleert bluswatervoorzieningen en rapporteert eventuele gebreken aan de
16.4
De gemeente Utrecht onderhoudt en beheert bluswatervoorzieningen die rechtstreeks in de
gemeente.
grond geslagen zijn en geen deel uitmaken van het drinkwaterleidingnet.
Aldus overeengekomen te [plaats] op [datum] en in viervoud ondertekend,
Veiligheidsregio Utrecht,
Gemeente ,
………………………………………
………………………………………
[naam],
[naam],
Directeur VRU
Burgemeester
Voorzitter namens het DB-VRU,
Voor de gemeente,
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
6
BIJLAGE 1a: OPERATIONELE BASISBRANDWEERZORG (BOX 1) Taakomschrijving:
De afdeling repressie van district Utrecht levert een bijdrage aan het product Brandweerzorg vanuit een parate dienst die (verdeeld over de stad) in 24-uurs beroeps- en vrijwillige dienst verantwoordelijk is voor de bestrijding van incidenten en de voorbereiding hierop. De inrichting van de 4 beroepsposten en 3 vrijwillige posten is gebaseerd op het Repressief Dekkingsplan (BRUL 2005). Conform dat plan worden de volgende mensen en middelen in Utrecht gestationeerd: •
•
Materieel en materiaal: -
7 tankautospuiten
-
3 redvoertuigen
Personeel: -
•
32 bevelvoerders beroeps (16 tevens ploegleider; 16 tevens plv. ploegleider)
-
32 incidentbestrijders beroeps (tevens ploeginstructeur)
-
119,6 incidentbestrijders beroeps
-
24 bevelvoerders vrijwilliger
-
80 manschappen vrijwilliger
Consignatieregeling voor de volgende functies 1 : -
1 commandant van dienst
-
1 reserve officier van dienst
-
3 bevelvoerders - De Meern (1), Vleuten (1) en Zuilen (1)
-
10 manschappen - De Meern (3) en Zuilen (7)
Daarnaast draagt de VRU zorg voor de benodigde voorbereidende (preperatieve) werkzaamheden; •
personeel; opleiden & oefenen;
•
materieel; beheer & onderhoud;
•
preparatieve planvorming; bereikbaarheidskaarten, aanvalsplannen & rijroute-informatie;
•
advisering ten aanzien van bereikbaarheid & bluswatervoorziening.
Prestatie afspraken:
Een kwalitatief goede brandweerinzet vereist dat de brandweer tijdig met de juiste middelen bij een incident arriveert. Onderstaande normen worden hiervoor gehanteerd. Opkomsttijd
: Overschrijdingspercentage <10%. (Het overschrijdingspercentage wordt vierjaarlijks onderzocht op basis van het landelijk gehanteerde theoretische model 2 ).
Personeel :
: Besluit Kwaliteit Brandweerpersoneel Herziene Leidraad Oefenen Arbo-richtlijnen
Materieel & Materiaal
: Bestekken en Voorschriften Brandweermaterieel (BZK)
Preparatieve Planvorming
: Regionale & landelijke richtlijnen (digitaal) beschikbaar op voertuigen
Randvoorwaarden:
Om de afgesproken basistaken goed te kunnen uitvoeren dient binnen de gemeente voldaan te worden aan de volgende randvoorwaarden; •
vraagstukken ten aanzien van bereikbaarheid en bluswatervoorziening worden ter advies aan de brandweer voorgelegd. Hierbij wordt de Handleiding Bluswatervoorziening en Bereikbaarheid 3 als uitgangspunt gehanteerd.
1
Overige piketten zijn georganiseerd als regionaal specialisme
2
Leidraad Repressieve Basisbrandweerzorg (Ministerie van BiZa 2007)
3
Handleiding Bluswatervoorziening en bereikbaarheid (NVBR 2003)
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
7
objecten worden conform prevap geïnspecteerd op brandveiligheidsaspecten;
•
verleende vergunningen (bouwvergunning; evenementenvergunning e.d.) worden
•
geïnspecteerd op brandveiligheid. Specificatie repressieve organisatie post
Leidsche Rijn
aard
beroeps
materieel
personeel
1 tankautospuit
6 operationele stoelen
2 tankautospuiten tbv bedrijfsvoering
4 operationele stoelen
1 waterongevallenvoertuig 1 personeel/materieelvoertuig 1 dienstauto CvD
1 dienstauto ROvD 1 haakarmvoertuig 1 motorspuit grootvermogen Schepenbuurt
beroeps
1 tankautospuit
6 operationele stoelen
1 redvoertuig
2 operationele stoelen
1 personeel/materieelvoertuig Tolsteeg
beroeps
1 tankautospuit
6 operationele stoelen
1 redvoertuig
2 operationele stoelen
1 personeel/materieelvoertuig Voordorp
beroeps
1 tankautospuit
6 operationele stoelen
1 redvoertuig
2 operationele stoelen
1 personeel/materieelvoertuig totaal roosterfactor 4 benodigd aantal beroeps post
De Meern
aard
vrijwillig
36 operationele stoelen 5,1 183,6 fte
materieel
personeel
1 tankautospuit
6 operationele stoelen
1 tankautospuit (slagkracht)
6 operationele stoelen
1 hulpverleningsvoertuig
2 operationele stoelen
1 personeel/materieelvoertuig totaal benodigd aantal vrijwilligers Vleuten
vrijwillig
1 tankautospuit
14 operationele stoelen 40 6 operationele stoelen
1 tankautospuit (slagkracht)
6 operationele stoelen
1 personeel/materieelvoertuig totaal benodigd aantal vrijwilligers Zuilen
vrijwillig
12 operationele stoelen 32
1 tankautospuit
6 operationele stoelen
1 tankautospuit (slagkracht)
6 operationele stoelen
1 personeel/materieelvoertuig totaal benodigd aantal vrijwilligers totaal aantal vrijwilligers
4
12 operationele stoelen 32 104
De formatie van de ploegen is gebaseerd op de vastgestelde roosterfactor en het aantal operationele stoelen ten
behoeve van de basis, specialistische en regionale taken. Binnen de beroepsploegen komt dit op: roosterfactor 5,1 x 36 stoelen = 183,6 fte. De medewerkers zijn ingedeeld in 4 ploegen in 24-uursdienst over 4 posten. Op basis van het rooster zijn volcontinu 36 operationele stoelen bezet.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
8
BIJLAGE 1b: OPTIONELE BRANDWEERZORG (BOX 1) 1.
Aanvullende brandweerzorg
Ter aanvulling op de operationele basisbrandweerzorg, conform het Repressief Dekkingsplan (BRUL 2005) krijgt de gemeente Utrecht de beschikking over: 1.1 Materieel & Materiaal (zie ook Overdrachtsdossier, bijlage 2):
Naast het in bijlage 1a opgesomde materieel worden in Utrecht gestationeerd: •
In begroting basiszorg inbegrepen: -
3 tankautospuiten t.b.v. slagkracht en bedrijfsvoering
-
8 personeel/materieelvoertuigen
•
•
2 dienstauto’s t.b.v. repressie
Aanvullingen op begroting basiszorg: -
2 tankautospuiten t.b.v. bedrijfsvoering
-
2 haakarmvoertuigen
-
1 motorspuit groot vermogen
-
1 hulpverleningsvoertuig
-
1 voertuig t.b.v. gaspakteam
-
1 haakarmbak watertransport
-
3 haakarmbakken logistiek
-
2 haakarmbakken oefenen
In VRU-begroting inbegrepen: -
1 additionele tankautospuit
-
1 haakarmbak adembescherming
-
1 hulpverleningsvoertuig
-
1 waterongevallenvoertuig
-
1 boot + trailer
-
1 schuimblusvoertuig
-
1 haakarmbak SVM
-
1 haakarmbak ontsmetting
-
1 haakarmvoertuig
1.2 Personeel:
Het OvD-piket wordt ingevuld in 24-uursdienst in combinatie met een fulltime aanstelling in een dagdienst functie. Voor het OvD-piket is de bezetting vastgesteld op maximaal 12 personen. Ter ondersteuning van de OvD en het gelijktijdig plaats vinden van grote incidenten is het R(eserve)OvDpiket ingesteld. Dit piket wordt ingevuld via een weekpiket. Het ROvD-piket wordt door minimaal 6 personen uit het OvD-team (box 3) ingevuld.
Voor deelname aan het Gemeentelijk BeleidsTeam en om de burgemeester c.q. college volcontinu te kunnen adviseren is het Commandant van Dienst (CvD) piket ingesteld. Het CvD-piket wordt ingevuld via een weekpiket. Het CvD-piket wordt door minimaal 3 personen uit het Management Team van Brandweer Utrecht ingevuld. 2.
Jeugdbrandweer:
Brandweer Utrecht beschikt over een actieve Jeugdbrandweer. De jeugdbrandweer kent plek voor 21 leden en wordt geleidt door 9 jeugdleiders en 2 (plv.) jeugdcoördinatoren. De jeugdbrandweer beschikt over een eigen budget en beschikt in bepaalde mate eigen middelen t.b.v. OTO en overige activiteiten zoals jeugdwedstrijden en het zomerkamp. Daarnaast kunnen ze gebruik maken van een TS en PM t.b.v. OTO en wedstrijden.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
9
3.
Personeelsvereninging:
Iedere vrijwillige post (3) kent zijn eigen personeelsverening, daarnaast is er de personeelsvereniging voor het beroepspersoneel (UBSO). De personeelsvereningingen krijgen een jaarlijkse financiële
bijdrage vanuit de organisatie, daarnaast ontvangen zijn contributie via hun leden. Op de 3 vrijwillige posten wordt de bar gerund door de personeelsvereninging. 4.
Wedstrijdploeg:
Behoudens de jeugdbrandweer en incidentele deelname door vrijwillige posten, heeft brandweer utrecht geen vaste wedstrijdploeg. 5.
Beleid:
De fysieke gezondheid van het repressief personeel wordt gecontroleerd en gehandhaafd vanuit frequente onderzoeken voortkomend uit het sportbeleid, medische en duikkeuringen, evaluatie
ongevallen en RI&E (risico inventarisatie & evaluatie) welke onder controle staan van de bedrijfsarts en de arbo-coördinator. In 2010 zal in het sportbeleid een aanpassing plaatsvinden in aansluiting op het PPMO (Periodiek Psychologisch Medisch Onderzoek) welke onderdeel is van het Besluit Kwaliteit
Brandweerpersoneel. De adviezen uit de in 2009 uitgevoerde warme en natte RI&E zullen in 2010 vanuit een plan van aanpak worden opgevolgd.
De kwaliteit van onze ploegen wordt ondersteund vanuit een diversiteitsbeleid. Het werven, naar boven halen en benutten van kwaliteiten en talenten moet in de aankomende jaren een speerpunt blijven om de geformuleerde ambities te behalen. 6.
Bedrijfsvoering:
De lijnfunctionarissen van de repressieve dienst worden in de uitvoering van hun taken en
verantwoordelijkheden ondersteund door een stafbureau. Hiermee wordt de integraliteit en de kwaliteit van de verschillende (ketenbrede) producten geborgd en doorontwikkeld. Levert het de noodzakelijke ondersteuning in het proces naar een zelflerende organisatie en wordt de aansluiting gerealiseerd
tussen de operationele en centrale organisatie. De benodigde capaciteit van deze ondersteuning is 2 medewerkers paraatheid (box 1a), 3 (senior)beleidsmedewerkers (box 1b), 1 medewerker Vrijwillige Brandweer, 1 secretariële ondersteuning, (box 1a). 7.
Scholing en training:
Op het gebied van opleidingen en geoefendheid voldoet het zittende personeel aan de norm zoals deze binnen de Leidraad Oefenen is gesteld. Het oefenprogramma kent de in de leidraad beschreven cyclus van 18 maanden. In het rooster is ruimte gereserveerd voor het oefenprogramma waarin
oefenweken en een operationele trainingsweken zijn opgenomen. De opleidings- en oefensystematiek van brandweerpersoneel zal in het aankomende jaar moeten worden aangepast aan de voorschriften van het Besluit Kwaliteit Brandweerpersoneel. Het zwaar stedelijk karakter van Utrecht, de hoge bevolkingsdichtheid in combinatie met de geïdentificeerde risicoprofielen, bijzondere gebouwen en infrastructurele werken maken de
incidentbestrijding in hoge mate complex. Effectief (de juiste dingen doen bij een inzet waarbij overlast voor de omgeving/maatschappij tot een minimum beperkt blijft) en veilig optreden vereist hierdoor meer kennis, kunde en ervaring. Dit maakt dat er zwaardere eisen worden gesteld aan opleiding, geoefendheid en fysieke gesteldheid van het brandweerpersoneel (beroeps en vrijwillig) dan
gemiddeld. Door structureel en op hoogwaardig niveau een realistisch oefenprogramma aan te bieden,
worden de vaardigheden en competenties op het noodzakelijke niveau gebracht en gehouden.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
10
Om dit mogelijk te maken dient voor 104 vrijwilligers en 183,6 fte beroepsmedewerkers in de
begroting € 2.700 per persoon per jaar (totaal € 775.000) opgenomen te worden t.b.v. oefenen, sport (fysieke fitheid) voor de basisbrandweerzorg (box 1). Het oefenen voor specialismen zoals Officier van Dienst, duiken dient nog separaat te worden georganiseerd en in de begroting te worden opgenomen (box 3).
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
11
BIJLAGE 2 ADVIES- EN TOEZICHTSTAKEN (BOX 2) Ter ondersteuning van de gemeentelijke vergunningsverleningsprocessen en de gemeentelijke handhavingstaak, verzorgt de VRU de volgende werkzaamheden;
SOORT 1
Bouwvergunning
1.1
Advies bouwvergunning
SPECIALISTISCHE ADVISERING DOOR VRU
Ja, voor specialistische advisering.
Generalistische advisering vindt plaats door VRU-medewerkers in de frontoffice bij S.O.
1.2
Voeren van vooroverleg op het gebied van fysieke
Ja
veiligheid 1.3
Inbrengen expertise bij toezicht bouwvergunning
2
Gebruiksvergunning/-melding
2.1
Afhandelen gebruiksvergunningen project
Ja Ja
inhaalslag (t.m. 31-12-2011) 2.2
Afhandelen gebruiksmeldingen project inhaalslag
Ja
2.3
Afhandelen nieuwe gebruiksvergunning
Ja
2.4
Afhandelen wijziging gebruiksvergunning
Ja
2.5
Afhandelen nieuwe gebruiksmelding
Ja
2.6
Afhandelen wijziging gebruiksmelding
ja
2.7
Toetsen ontruimingsplannen en
Ja
3
Evenementen (GB, UBBV en APV)
3.1
Afhandelen gebruiksvergunning tijdelijke duur voor
(t.m. 31-12-2011)
ontruimingsoefeningen Ja
bouwwerken 3.2
Afhandelen gebruiksmelding tijdelijke duur voor
Ja
3.3
Afhandelen gebruiksvergunning inrichtingen (UBBV)
Ja
3.4
Advies evenementenvergunning APV
Ja
4
Advisering gemeentelijke planvorming
4.1
Advies (voorontwerp) bestemmingsplan met een
bouwwerken
Ja
extern veiligheidsrisico 4.2
Voeren van vooroverleg op het gebied van externe
Ja
4.3
Advies projectbesluit cq. ontheffing WRO
Ja
5
Adviseren milieuvergunning/-melding
5.1
Adviseren vergunning Wet milieubeheer
Ja
5.2
Adviseren melding Wet milieubeheer
Ja, voor Vuurwerkverkooppunten, PGS15-
veiligheid
bedrijven, Brandstoffenhandel/opslag, 8.19-meldingen
5.3
Voeren van vooroverleg op het gebied van fysieke
Ja, voor milieuvergunningen en meldingen
veiligheid
voor Vuurwerkverkooppunten, PGS15bedrijven, Brandstoffenhandel/opslag, 8.19-meldingen ten behoeve van de
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
12
hierboven beschreven situaties 5.4
Inbrengen expertise bij toezicht vergunning en
Ja
5.5
Inbrengen expertise bij toezicht melding Wet
Ja, voor Vuurwerkverkooppunten, PGS15-
6
Toezicht brandveiligheid
6.1
Periodieke controle van bouwwerken met een
6.2
Inbrengen expertise bij toezicht in het kader van
melding Wet milieubeheer
milieubeheer
bedrijven, Brandstoffenhandel/opslag, 8.19-meldingen
gebruiksvergunning en/of gebruiksmelding
Ja
(conform uitvoeringsprogramma/Prevap) Ja
een uitvoeringsprogramma van S.O. (Projecten als Grote Vuurbelasting, Fysieke Veiligheid
Bedrijventerreinen, Huisjesmelkers e.d.) 6.3
Inbrengen expertise bij toezicht in het kader van
een klacht/melding van een brandonveilige situatie SOORT
7
Voorlichting en communicatie
7.1
Het verhogen van het (brand)veiligheidsbewustzijn
7.2
Het leveren van expertise op het gebied van
Ja SPECIALISTISCHE ADVISERING DOOR VRU
Ja
bij burgers, bedrijven en instellingen fysieke veiligheid bij het maken en onderhouden
Ja
van de gemeentelijke website 7.3
Het verhogen van het (brand)veiligheidsbewustzijn
Ja
bij bedrijven en instellingen in het kader van het Keurmerk Veilig Ondernemen 8
Advisering bij grootschalige projecten
8.1
Inbrengen expertise ten behoeve van de
Ja
8.2
Inbrengen expertise ten behoeve van de
Ja
Projectorganisatie Stationsgebied ontwikkeling van Leidsche Rijn
8.3
Inbrengen expertise ten behoeve van de
Ja
8.4
Inbrengen expertise ten behoeve van de
Ja
8.5
Inbrengen expertise ten behoeve van de
Ja
ontwikkeling van infrastructurele projecten commissie Aanbeveling Openbare Ruimte Straatnamencommissie
8.6
Inbrengen expertise ten behoeve van het
9
Advisering brandveiligheidsbeleid
9.1
Inbrengen expertise ten behoeve van
Kernteam Bereikbaarheid
brandveiligheidsbeleid
Ja
Ja
10
Bluswatervoorzieningen
10.1
Controleren bluswatervoorzieningen
Ja
10.2
Uitzetten en opvolgen van werkzaamheden ten
Ja
11
Materieel en materiaal
behoeve van aanleg of herstel van bluswatervoorzieningen
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
13
11.1
T.b.v. de uitvoering van bovenstaande
taken/werkzaamheden beschikt het district Utrecht over een toereikend aantal (dienst)voertuigen.
Uitwerking per onderdeel Leeswijzer: a.
b.
waar bouwvergunning staat vermeld wordt ook bedoeld: Omgevingsvergunning onderdeel
bouwen, enz.
waar het inbrengen van expertise t.b.v. fysieke veiligheid staat vermeld, wordt de expertise uit
de gehele veiligheidsketen 5 van de brandweer bedoeld.
1.
BOUWVERGUNNING
1.1
Advies bouwvergunning De VRU brengt haar expertise in/adviseert t.b.v. fysieke veiligheid bij de verlening van
bouwvergunningen. Voor de Prevap categoriën groot en specialistisch vindt de advisering plaats door specialisten van de VRU. Voor de Prevap categoriën eenvoudig en klein vindt de advisering plaats door generalisten van de VRU in de frontoffice bij Stadsontwikkeling. 1.2
Voeren van vooroverleg op het gebied van fysieke veiligheid De VRU brengt haar expertise in/adviseert bij vooroverleg t.b.v. fysieke veiligheid bij
bouwvergunningen. Het vooroverleg is er op gericht de veiligheid in de planvorming te borgen en het vergunningentraject te stroomlijnen. 1.3
Inbrengen expertise bij toezicht bouwvergunning De VRU brengt haar expertise in/adviseert bij het toezicht tijdens de uitvoering van
bouwvergunningen. Dit zijn in beginsel bouwvergunningen die vallen onder de Prevap categoriën groot en specialistisch.
2. 2.1
GEBRUIKSVERGUNNING/-MELDING Afhandelen gebruiksvergunningen project Inhaalslag (t.m. 31-12-2011) De VRU handelt de gebruiksvergunningen in het kader van het project Inhaalslag zelfstandig af. Bij de afhandeling zijn naast preventie-medewerkers ook administratieve-, juridische- en beleidsmedewerkers betrokken.
2.2
Afhandelen gebruiksmeldingen project inhaalslag (t.m. 31-12-2011)
De VRU handelt de gebruiksmeldingen in het kader van het project Inhaalslag zelfstandig af. Bij de afhandeling zijn naast preventie-medewerkers ook administratieve-, juridische- en beleidsmedewerkers betrokken.
2.3
5
Afhandelen nieuwe gebruiksvergunning
De veiligheidsketen van de brandweer bestaat uit Proactie – Preventie – Preparatie – Repressie - Nazorg
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
14
De VRU handelt aanvragen voor nieuwe gebruiksvergunningen zelfstandig af.
Gebruiksvergunningplichtige gebouwen vallen in de Prevap categoriën groot en specialistisch; advisering vindt plaats door specialisten van de VRU. 2.4
Afhandelen wijziging gebruiksvergunning
De VRU handelt aanvragen voor te wijzigen gebruiksvergunningen zelfstandig af. Gebruiksvergunningplichtige gebouwen vallen in de Prevap categoriën groot en specialistisch; advisering vindt plaats door specialisten van de VRU.
2.5
Afhandelen nieuwe gebruiksmelding De VRU handelt nieuwe gebruiksmeldingen zelfstandig af. Gebruiksmeldingplichtige gebouwen vallen in de Prevap categoriën groot en specialistisch; advisering vindt plaats door specialisten van de VRU.
2.6
Afhandelen wijziging gebruiksmelding De VRU handelt wijzigingen van gebruiksmeldingen zelfstandig a. Gebruiksmeldingplichtige
gebouwen vallen in de Prevap categoriën groot en specialistisch; advisering vindt plaats door specialisten van de VRU. 2.7
Toetsen ontruimingsplannen en ontruimingsoefeningen De VRU toetst ontruimingsplannen en ontruimingsoefeningen van gebouwen met een hoog risico op slachtoffers bij brand aan de wettelijke eisen (De gebouwen uit de Prevap categoriën 1 en 2; verminderd zelfredzame personen, kleine kinderen e.d.).
3.
EVENEMENTEN (GB, UBBV en APV)
3.1
Afhandelen gebruiksvergunning tijdelijke duur voor bouwwerken
De VRU handelt aanvragen voor gebruiksvergunningen van tijdelijk duur (op basis van het Gebruiksbesluit en/of de Utrechtse Brandbeveiligingsverordening) zelfstandig af.
Gebruiksvergunningplichtige gebouwen vallen in de Prevap categoriën groot en specialistisch; advisering voor evenementen op het gebied van fysieke veiligheid is een specialistische taak. 3.2
Afhandelen gebruiksmelding tijdelijke duur voor bouwwerken
De VRU handelt aanvragen voor gebruiksvergunningen van tijdelijk duur (op basis van het Gebruiksbesluit) zelfstandig af. Gebruiksmeldingplichtige gebouwen vallen in de Prevap
categoriën groot en specialistisch; advisering voor evenementen op het gebied van fysieke veiligheid is een specialistische taak. Het betreft 3.3
Afhandelen gebruiksvergunning inrichtingen (UBBV)
De VRU handelt de gebruiksvergunningen voor inrichtingen op basis van de Utrechtse Brandbeveiligingsverordening zelfstandig af. De UBBV valt nu onder de Brandweerwet 1985. De
UBBV wordt op korte termijn vervangen door een AMvB onder de Wet Veiligheidsregio's. Hierdoor blijft de uitvoering van deze taak bij de brandweer. 3.4
Advies evenementenvergunning APV
De VRU brengt haar expertise in/adviseert t.b.v. fysieke veiligheid bij de verlening van evenementenvergunningen, gebaseerd op de APV. Advisering voor evenementen op het gebied van fysieke veiligheid is een specialistische taak.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
15
4. 4.1
ADVISERING GEMEENTELIJKE PLANVORMING Advies (voorontwerp) bestemmingsplan met een extern veiligheidsrisico
De VRU brengt haar expertise in/adviseert t.b.v. fysieke veiligheid bij de behandeling van (voorontwerp) bestemmingsplannen met een extern veiligheidsrisico, om in een vroeg stadium de fysieke veiligheid in de planvorming te borgen.
4.2
Voeren van vooroverleg op het gebied van externe veiligheid De VRU brengt haar expertise in/adviseert bij vooroverleg op het gebied van externe veiligheid, Het vooroverleg is er op gericht de veiligheid in de planvorming te borgen en het
vergunningentraject te stroomlijnen.om in een vroeg stadium de veiligheid in de planvorming te
borgen. 4.3
Advies projectbesluit cq. ontheffing WRO De VRU brengt haar expertise in/adviseert t.b.v. fysieke veiligheid bij de behandeling van projectbesluiten cq. ontheffingen in het kader van de Wet Ruimtelijke Ordening (v.h. artikel 19procedure: vrijstelling op bestemmingsplan).
5.
VERGUNNING/-MELDING WET MILIEUBEHEER
5.1
Adviseren vergunning Wet milieubeheer
De VRU brengt haar expertise in/adviseert t.b.v. fysieke veiligheid bij de verlening van vergunningen Wet Milieubeheer. Vergunningplichtige gebouwen vallen in de Prevap categoriën groot en specialistisch. Advisering vindt plaats door specialisten van de VRU.
5.2
Adviseren melding Wet milieubeheer De VRU brengt haar expertise in/adviseert t.b.v. fysieke veiligheid bij de verlening van
milieumeldingen. Het gaat om meldingen voor vuurwerkverkooppunten, PGS15-bedrijven, brandstoffenhandel/opslag en 8.19-meldingen. Meldingplichtige gebouwen vallen in de Prevap categoriën groot en specialistisch. Advisering vindt plaats door specialisten van de VRU. 5.3
Voeren van vooroverleg op het gebied van fysieke veiligheid De VRU brengt haar expertise in/adviseert bij vooroverleg t.b.v. fysieke veiligheid bij
vergunningen Wet Milieubeheer en –meldingen voor vuurwerkverkooppunten, PGS15-bedrijven, brandstoffenhandel/opslag en 8.19-meldingen. Het vooroverleg is er op gericht de veiligheid in de planvorming te borgen en het vergunningentraject te stroomlijnen. 5.4
Inbrengen expertise bij toezicht vergunning Wet milieubeheer De VRU brengt haar expertise in/adviseert op het gebied van fysieke veiligheid bij het toezicht op de naleving van de voorwaarden van de vergunning.
5.5
Inbrengen expertise bij toezicht melding Wet milieubeheer De VRU brengt haar expertise in/adviseert op het gebied van fysieke veiligheid bij het toezicht op de naleving van de algemene voorwaarden van de milieuregelgeving. Het betreft toezicht op vuurwerkverkooppunten, PGS15-bedrijven, brandstoffenhandel/opslag en 8.19-meldingen.
6.
TOEZICHT BRANDVEILIGHEID
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
16
6.1
Periodieke controle van bouwwerken met een gebruiksvergunning en/of gebruiksmelding (conform uitvoeringsprogramma/Prevap)
De VRU houdt toezicht op de naleving van de algemene voorwaarden van de bouwregelgeving en
de voorwaarden van de verleende gebruiksvergunningen en de afgehandelde gebruiksmeldingen op basis van haar uitvoeringsprogramma/Prevap. 6.2
Inbrengen expertise bij toezicht in het kader van een uitvoeringsprogramma van S.O
De VRU brengt haar expertise in/adviseert op het gebied van fysieke veiligheid in bij het toezicht op de naleving van de algemene voorwaarden van de bouwregelgeving bij gebouwen/projecten zoals genoemd in het uitvoeringsprogramma van Stadsontwikkeling (projecten als Grote
Vuurbelasting, Fysieke Veiligheid Bedrijventerreinen, Huisjesmelkers e.d.). Dit zijn in principe gebouwen die vallen onder de Prevap categoriën groot en specialistisch. 6.3
Inbrengen expertise bij toezicht in het kader van een klacht/melding van een brandonveilige situatie.
De VRU behandeld klachten/meldingen bedrijven en instellingen op het gebied van fysieke veiligheid.
7.
VOORLICHTING EN COMMUNICATIE
7.1
Het verhogen van het (brand)veiligheidsbewustzijn bij burgers, bedrijven en instellingen De VRU draagt zorg voor het verhogen van het (brand)veiligheidsbewustzijn bij burgers,
bedrijven en instellingen door het geven van voorlichting. Dit betreft voorlichting variërend van het beantwoorden van telefonische vragen en het geven van themagewijze voorlichting aan
doelgroepen. Doelgroepen zijn in ieder geval studenten/bewoners van kamerverhuurgebouwen,
basisscholen en de HBO-opleiding Bouwkunde. 7.2
Het leveren van expertise op het gebied van fysieke veiligheid bij het maken en onderhouden van de gemeentelijke website De VRU brengt haar expertise in/adviseert op het gebied van fysieke veiligheid ten behoeve van de gemeentelijke website door het aanleveren van teksten en het bieden van links naar websites die zich richten op fysieke veiligheid.
7.3
Het verhogen van het (brand)veiligheidsbewustzijn bij bedrijven en instellingen in het kader van het Keurmerk Veilig Ondernemen
De VRU draagt zorg voor het verhogen van het (brand)veiligheidsbewustzijn bij bedrijven en instellingen in het kader van het Keurmerk Veilig Ondernemen door het geven van voorlichting.
8.
ADVISERING BIJ GROOTSCHALIGE PROJECTEN
8.1
Inbrengen expertise ten behoeve van de Projectorganisatie Stationsgebied
De VRU brengt haar expertise in/adviseert op het gebied van fysieke veiligheid bij de projectorganisatie met als doel in een vroeg stadium de veiligheid in de planvorming te borgen en het vergunningentraject te stroomlijnen.
8.2
Inbrengen expertise ten behoeve van de ontwikkeling van Leidsche Rijn De VRU brengt haar expertise in/adviseert op het gebied van fysieke veiligheid bij de projectorganisatie met als doel in een vroeg stadium de veiligheid in de planvorming te borgen en het vergunningentraject te stroomlijnen.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
17
8.3
Inbrengen expertise ten behoeve van de ontwikkeling van infrastructurele projecten De VRU brengt haar expertise in/adviseert op het gebied van fysieke veiligheid bij ontwikkelaars van infrastructurele projecten met als doel in een vroeg stadium de veiligheid in de planvorming te borgen. Tot de infrastructurele bouwwerken behoren o.a.: - A2-tunnel
- Verkeersplein Hooggelegen - Spoorverdubbeling 8.4
Inbrengen expertise ten behoeve van de commissie Aanbeveling Openbare Ruimte De VRU brengt haar expertise in/adviseert op het gebied van fysieke veiligheid in de commissie Aanbeveling Openbare Ruimte met als doel in een vroeg stadium de bereikbaarheid en repressieve taken van de brandweer in de planvorming te borgen.
8.5
Advisering Straatnamencommissie De VRU brengt haar expertise in/adviseert op het gebied van fysieke veiligheid in de
Straatnamencommissie met als doel in een vroeg stadium de bereikbaarheid en vindbaarheid van lokaties/objecten in de openbare ruimte bij incidentbestrijding in de planvorming te borgen door het geven van unieke, uitspreekbare en vindbare straatnamen. 8.6
Advisering Kernteam Bereikbaarheid • De VRU brengt haar expertise in/adviseert op het gebied van fysieke veiligheid in het Kernteam Bereikbaarheid tijdens de uitvoering van infrastructurele- en bouwwerkzaamheden. Het
Kernteam controleert en bewaakt de samenhang tussen lopende projecten en bewaakt de maximale uitruktijd van 8 minuten. • • •
9.
ADVISERING BRANDVEILIGHEIDSBELEID
9.1
Inbrengen expertise ten behoeve van het brandveiligheidsbeleid
• • •
De VRU brengt haar expertise in/adviseert t.b.v. fysieke veiligheid bij de planning &
controlcyclus van de Gemeente Utrecht, het gezamenlijke uitvoeringsprogramma van Stadsontwikkeling en Brandweer, het Handhavingsbeleidsplan Brandveiligheid en het voorbereiden van brandveiligheidsbeleid, zoals: •
- beleid brandveiligheid evenementen
•
- beleid brandveiligheid kamerverhuurpanden
•
- beleid terugdringen loze brandmeldingen van brandmeldinstallaties
•
- het certificeren van bestaande brandmeldinstallaties
• • •
10.
BLUSWATERVOORZIENINGEN
10.1
Controleren bluswatervoorzieningen
• •
De VRU houdt toezicht op de staat en de toegankelijkheid van bluswatervoorzieningen (kranen
en putten). 10.2 Uitzetten en opvolgen van werkzaamheden ten behoeve van aanleg of herstel van bluswatervoorzieningen De VRU meldt gebreken aan bluswatervoorzieningen bij de verantwoordelijke organisatie.
•
11.
MATERIEEL EN MATERIAAL
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
18
11.1 T.b.v. de uitvoering van bovenstaande taken/werkzaamheden beschikt het district Utrecht over een toereikend aantal (dienst)voertuigen.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
19
BIJLAGE 3: REGIONALE TAKEN (BOX 3) Algemeen
Bestaande wettelijke kaders, zoals gesteld of nog te stellen in het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (BEVI), Inrichting en vergunningbesluit Milieubeheer, het besluit Risico’s en Zware
Ongevallen (BRZO 1999), het wetsvoorstel Veiligheidsregio’s en de het Besluit Veiligheidsregio’s, geven een opsomming van beslissingen waarover het bevoegd gezag gehouden is advies aan de Veiligheidsregio te vragen.
Onverlet de wettelijke kaders, geeft dit onderdeel van de DVO een weergave van nadere afspraken over door de gemeente () van de VRU gewenste prestaties: Advisering fysieke veiligheid:
Advisering aan gemeenten en provincie over het verminderen van bestaande structurele oorzaken van onveiligheid / gezondheidsrisico’s voor zover deze betrekking hebben op grootschalige ongevallen en rampen
Advisering aan gemeenten over object- en gebiedsgerichte veiligheid (conform beleid
‘Integrale veiligheidsadvisering bij evenementen’ 2009), bereikbaarheid, zelfredzaamheid, bluswatervoorziening en de bestrijdbaarheid van incidenten
Risicocommunicatie
Regionale risico-inventarisatie (van branden, rampen en crises).
Regionale wettelijke adviestaken externe veiligheid
Beoordeling veiligheidsrapportages en toezicht van bedrijven die onder BRZO vallen
Voorbereiding incidentbestrijding
Het leveren van operationele functies ten behoeve van de brandweer- en GHOR processen
conform de GRIP
Het organiseren en in stand houden (OTO) van mensen en middelen t.b.v. regionaal inzetbare bijzondere brandweerspecialismen
Onderhoud en beheer van regionale pools voor de gemeentelijke processen crisisbeheersing en het in dat kader verzorgen van opleidingen, trainingen en oefeningen voor gemeentelijke
functionarissen
Advisering gemeenten over landelijke en regionale ontwikkelingen en de vertaling daarvan voor de lokale crisisbeheersing;
Het in stand houden van en organiseren van bijeenkomsten met het netwerk dat een rol speelt bij de crisisbeheersing;
Ontwikkelen en beheer vademecums voor crisisfunctionarissen
Het opleiden, trainen en oefenen van regionale functionarissen met een functie in de crisisbeheersing
Beheer en onderhoud (werving, selectie, OTO) van de piketfuncties in de rampenbestrijdingsorganisatie conform de basisvereisten crisisbeheersing
Onderhoud en beheer crisisbeheersingsprocessen conform het regionale crisisbeheersingsplan (Brandweer, GHOR en Gemeenten)
Onderhoud, beheer en uitvoering van het multidisciplinaire opleiding-&oefenbeleidsplan
Het in afstemming met de Politie Utrecht beheren en in stand houden van voorzieningen t.b.v. het regionaal beleidsteam en het regionaal operationeel team
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
20
Regionale operationele organisatie
Verzorgen van de beschikbaarheid van de piketfunctionarissen in de rampenbestrijdingsorganisatie conform de basisvereisten crisisbeheersing
In afstemming met politie Utrecht, gemeenten en provincie Utrecht zorgdragen voor de organisatie van crisiscommunicatie richting burger
Het in stand houden van de alarmcentrale brandweer en de meldkamer ambulancedienst en de daaraan gerelateerde systemen en processen.
Verzorgen van brandweer(specialistische) taken zoals grootschalig optreden, waterongevallenbestrijding, natuurbrandbestrijdeing, hulpverlening (middel en zwaar) en
bestrijding ongevallen gevaarlijke stoffen.
Het inrichten en instandhouden van de operationele informatievoorziening als bedoeld in artikel 10 ontwerpwet op de Veiligheidsregio’s.
Nazorg
Zorgdragen voor de uitvoering van evaluaties van multidisciplinaire inzet van hulpverleningsdiensten.
NB: Activiteiten in het kader van nazorg zijn beschreven in de diverse procesplannen die door de VRU worden onderhouden en beheerd.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
21
BIJLAGE 4: OVERDRACHTSDOSSIER In een separaat overdrachtsdossier zijn de organisatorische en financiële consequenties van de
overdracht van de gemeentelijke brandweer Utrecht aan de Veiligheidsregio Utrecht (VRU) inzichtelijk gemaakt.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
22
BIJLAGE 5: KOSTENBEREKENINGSMODEL In overleg met brandweer Utrecht is (mede op basis van het Repressief Dekkingsplan BRUL 2005) de
inrichting van de repressieve organisatie (basiszorg) vormgegeven. Met toepassing van de landelijke financiële kengetallen 6 leidt dit voor de basiszorg tot een totaalbedrag van € xx.xxx.xxx (box 1). Zoals
afgesproken zijn daar geen kosten inbegrepen voor bluswatervoorziening, voormalig personeel en huisvesting. De relevante budgetten daarvoor blijven achter bij de gemeente. Wel zijn een aantal aanvullende posten (o.a. op basis van bijlage 1b) in het bedrag opgenomen.
Verder is het brandweerdistrict Utrecht mede op basis van de feitelijk vigerende situatie ingericht. Daarbij is overeenstemming bereikt over onderstaande formatie en organogram 7 . 1,0
0,0
0,0
2,0
1,0
4,0 fte
Districtscommandant
schaal
districtcommandant
1,0 fte
16
districtsecretaris
1,0 fte
10
managementassistent 2
1,0 fte
7
med. adm. ondersteuning 2
1,0 fte
6
Bedrijfsbureau (vooruitgeschoven regioformatie)
0
1
9
20,5
5,5
36,0 fte
0
1
Afdeling Preventie 0,0
1,0
0,0
0,0
8
10
14,5
33,5 fte
0
1
1,0
2,0 fte
0,0
Afdelingshoofd
1,0
0,0
0,0
1,0
2,0 fte
0,0
Afdelingshoofd
schaal
3
2
1
7 fte
Afdeling Repressie
Afdeling Preparatie 1,0
0,0
2,0
1,0
4
Afdelingshoofd
schaal
schaal
hoofd afdeling preventie
1,0 fte
13
hoofd afdeling preparatie
1,0 fte
13
hoofd afdeling repressie
1,0 fte
14
afdelingssecretaresse
1,0 fte
6
afdelingssecretaresse
1,0 fte
6
afdelingssecretaresse
1,0 fte
6
med. paraatheid
2,0 fte
7
0,0 6,5 15,0 3,5 25,0 fte Team Vergunningverlening en Advisering (1, 2 en 3)
0,0
0,0 schaal
0,0 1,0 3,0 10,0 14,0 fte UML/Technische Dienst
0,0
0,0
schaal
(uitrusting, materieel, logistiek)
1,0
0,0
0,0
1,0
A- en B-ploeg
schaal
teamleider VenA
3,0 fte
11
teamleider UML / TD
1,0 fte
11
ploegcommandant
1,0 fte
11
specialist brandpreventie 1
2,4 fte
11
medewerker UML / TD 1
1,0 fte
8
beleidsmed. veiligheidszorg 1
1,0 fte
11
adviseur juridische control 2
1,0 fte
10A
medewerker UML / TD 2
2,0 fte
7
ploegleider
8,0 fte
9
basiszorg
specialist brandpreventie 2
3,5 fte
10
medewerker UML / TD 3
2,0 fte
6
plv. ploegleider
8,0 fte
8
basiszorg
preventiemedewerker VenA 1
7,5 fte
9
medewerker UML / TD 4
3,0 fte
5
incidentbestrijder/ploeginstructeur
16,0 fte
7
basiszorg
preventiemedewerker VenA 2
6,5 fte
8
medewerker UML / TD 5
2,0 fte
4
incidentbestrijder/manschap B
19,8 fte
6
basiszorg
preventiemedewerker VenA 3
0,0 fte
7
medewerker UML / TD 6
3,0 fte
3
incidentbestrijder/manschap A
40,0 fte
5
basiszorg
preventiemedewerker VenA 4
0,0 fte
6
specialist operat. voorb. BW
1,3 fte
10A
med. adm. ondersteuning 1
1,0 fte
7
med. adm. ondersteuning 2
3,5 fte
6
0,0 0,0
0,0
2,0
4,0
1,0
0,0
7,0 fte
Opleiding en Oefening 0,0
0,0
2,5
5,5
1,0
9,0 fte
Team Toezicht en Handhaving
schaal
(mono-disciplinair)
1,0
0,0
0,0
1,0
C- en D-ploeg
schaal
ploegcommandant
1,0 fte
11
teamleider / specialist OTO
1,0 fte
11
beleidsmed. veiligheidszorg 1
1,0 fte
11
schaal
oefencoordinator
1,0 fte
10
ploegleider
8,0 fte
9
basiszorg
teamleider TenH
1,0 fte
11
medewerker OTO
4,0 fte
9
plv. ploegleider
8,0 fte
8
basiszorg
specialist brandpreventie 1
0,5 fte
11
med. facilitair bureau OTO 2
1,0 fte
6
incidentbestrijder/ploeginstructeur
16,0 fte
7
basiszorg
adviseur juridische control 2
0,5 fte
10A
specialist operat. voorb. BW
1,3 fte
10A
incidentbestrijder/manschap B
19,8 fte
6
basiszorg
specialist brandpreventie 2
1,5 fte
10
incidentbestrijder/manschap A
40,0 fte
5
basiszorg
preventiemedewerker TenH 1
3,0 fte
9
preventiemedewerker TenH 2
2,5 fte
8
preventiemedewerker TenH 3
0,0 fte
7
preventiemedewerker TenH 4
0,0 fte
6
med. adm. ondersteuning 2
1,0 fte
6
10,5 fte Ondersteuning Repressie
0,0
0,0
5,0
3,0
2,5
(plannen, procedures, bereikbaarheid en bluswatervoorziening)
0,0 schaal
0,0
1,0
0,0
0,0
1,0 fte
Vrijwilligers
schaal
teamleider ondersteuning repressie 1,0 fte
11
ploegcommandant
1,0 fte
med. operationele voorbereiding 1
1,0 fte
9
medewerker VBU
1,0 fte
8
med. operationele voorbereiding 2
2,0 fte
8
beleidsmed. veiligheidszorg 1
1,0 fte
11
postcommandant (vrijwillige post)
0,0 fte
9
med. operationele voorbereiding 4
2,5 fte
6
specialist operat. voorb. BW
4,0 fte
10A
11
basiszorg
Eveneens met toepassing van de landelijke financiële kengetallen leidt dit voor het district Utrecht tot een totaalbedrag van € x.xxx.xxx (box 2). Daarbij komt een bedrag van € xxx.xxx voor de aanvullende formatie die vanuit de VRU-staforganisatie specifiek t.b.v. district Utrecht is opgenomen.
6
Salariskosten zijn gecorrigeerd o.b.v. het feitelijke salaris- en vergoedingenbudget bij brandweer Utrecht
7
De in grijs aangegeven functies maken deel uit van de centrale VRU-staforganisatie. Betrokken medewerkers
worden (voor zover nodig) te werkgesteld in district Utrecht.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
23
Naast de bijdrage voor de basiszorg (box 1) en de districtsorganisatie (box 2) bestaat de totale DVObijdrage voor de gemeente Utrecht uit de kosten voor de centrale regionale organisatie (box 3). Voor Utrecht zijn deze kosten € xxxxxxx. Resumerend zijn de kosten voor Utrecht als volgt:
specificatie volgt na onderlinge afstemming (o.a. over de grijs gemarkeerde functies in het organogram)
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
24
BIJLAGE 6: KERNGEGEVENS GEMEENTE Basisgegevens 8 Inwoners:
299.862
Oppervlakte (totaal):
99,32 km2
Weglengte (totaal):
1.074 km
Bebouwd terrein:
36,23 km2
Bos- en natuur:
1,95 km2
Water:
3,97 km2
Rijkswegen:
108 km
Provinciale wegen:
11 km
Uitvoering 1e Lijns Basisbrandweerzorg 1. Post Schepenbuurt
5. Post De Meern
1e ploeg
2e ploeg
3e ploeg
1e ploeg
2e ploeg
overdag
Beroeps 9
-
-
Vrijwilligers
-
’s avonds / weekend
Beroeps
-
-
Vrijwilligers
Vrijwilligers
2. Post Leidsche Rijn
6. Post Vleuten
1e ploeg
2e ploeg
3e ploeg
1e ploeg
2e ploeg
overdag
Beroeps
-
-
Vrijwilligers
-
’s avonds / weekend
Beroeps
-
-
Vrijwilligers
Vrijwilligers
3. Post Tolsteeg
7. Post Zuilen
1e ploeg
2e ploeg
3e ploeg
1e ploeg
2e ploeg
overdag
Beroeps
-
-
-
-
’s avonds / weekend
Beroeps
-
-
Vrijwilligers
Vrijwilligers
4. Post Voordorp 1e ploeg
2e ploeg
3e ploeg
overdag
Beroeps
-
-
’s avonds / weekend
Beroeps
-
-
8
Bron: Gemeente Utrecht, peil 1-1-2009
9
Beroeps staat voor beroepspersoneel in 24-uurdienst
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
25
Uitrukstatistiek 2008 Incidenten (totaal):
4173
Brand:
1159
Hulpverlening:
1052
Bijstand:
1962
Overig 10 Totaal inspectiebestand bouwwerken:
5278
- gebruiksvergunningplichtige bouwwerken:
572
- meldingsplichtige bouwwerken:
4706
Totaal inspectiebestand evenementen:
410
Totaal bestand bereikbaarheidskaarten:
2000
Totaal bestand bereikbaarheidskaarten voor evenementen:
100
Totaal bestand aanvalsplannen:
50
Totaal bestand rampbestrijdingsplannen:
18
Totaal inspectiebestand bluswatervoorzieningen: (brandkranen en putten)
10
8500
De genoemde aantallen omvatten de totale werkvoorraad. Dat zijn zowel de op 1-1-2010 afgehandelde items als
de openstaande werkvoorraad.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
26
BIJLAGE 7 KWALITEITSNIVEAU Op 10 juli 2008 heeft de raad van de gemeente Utrecht besloten tot regionalisering van de brandweer onder de volgende voorwaarden: a.
het kwaliteitsniveau van de brandweerzorg voor de gemeente Utrecht blijft minimaal op
b.
de kosten van de brandweerzorg voor de gemeente Utrecht blijven gelijk, zoals verwoord in
hetzelfde niveau;
het eindrapport regionalisering van de Veiligheidsregio Utrecht (VRU) d.d. 28 november 2007 en in de email d.d. 16 oktober 2007 van de heren R. Frek (adjunct-directeur VRU) en J. van Neerven (Commandant Brandweer Utrecht) aan de burgemeester.
Om het onder a. genoemde kwaliteitsniveau op minimaal hetzelfde niveau voort te zetten zal de VRU het huidige niveau als ondergrens hanteren. Het huidige niveau van de kwaliteit van de brandweerzorg, zoals deze door Brandweer Utrecht wordt geleverd, is hieronder beschreven.
Brandweer Utrecht ontwikkelt en implementeert beleid op basis van wet- en regelgeving. Een voorbeeld hiervan is het Handhavingbeleidsplan van de afdeling Proactie en Preventie en de
implementatie van de Leidraad Repressieve Basisbrandweerzorg voor de afdeling Repressie. Daarnaast werkt Brandweer Utrecht conform een ketenbreed jaarplan. De verschillende afdelingen stemmen het afdelingsplan, werkprocessen, werkafspraken en middelen hierop af. Middels kritische prestatie indicatoren (KPI) vindt monitoring en bijstelling van werkprocessen en beleid plaats.
Het personeel wordt opgeleid conform het Besluit Kwaliteit Brandweerpersoneel. Personeel wordt geoefend volgens Handboek Oefenen van Brandweer Utrecht, opgesteld conform de landelijke Leidraad Oefenen. Het personeelsbestand van Proactie en Preventie is met behulp van een
uitvoeringsprogramma (opgesteld conform Prevap 2009) op het takenpakket afgestemd. De organisatie werkt volgens de RGW-systematiek. De medewerkers worden gestimuleerd en gefaciliteerd om een bijdrage te leveren aan de lerende organisatie. Het personeel is goed in staat in te spelen op de zaken die in dit complexe verzorgingsgebied spelen. Het verzorgingsgebied kan optimaal bediend worden door de directe interactie tussen vakjuristen en vakspecialisten, beleidsmedewerkers en administratief en technisch ondersteunend personeel.
Hierdoor kan efficiënt worden samengewerkt, volgens korte lijnen en daarmee korte doorlooptijden, waardoor de integraliteit van de producten wordt bevorderd en de risico's worden gereduceerd. Als voorbeeld: de proactie-medewerkers zijn in een vroeg stadium bij gemeentelijke besluitvorming betrokken met betrekking tot grootschalige bestemmingsplannen en infrastructurele projecten,
waardoor de fysieke veiligheid al in de ontwerp fase wordt meegenomen. De preventiemedewerkers zijn intern geschoold om complexe bouw- en infrastructuurprojecten te behandelen. Preparatie-
medewerkers dragen zorg voor het optimaal functioneren van materiaal en materieel, voor opgeleid en geoefend blijven van de incidentbestrijders en voor de up-to-date informatie en aanvalsplannen van de objecten in de stad, zodat de repressieve dienst veilig en effectief op kan treden. De repressieve
ploegen hebben beschikking over verscheidene specialismen, waaronder een duik- en gaspakkenteam, dat hen in staat stelt onder andere bij waterongevallen en incidenten met gevaarlijke stoffen direct op te treden. De middelen die de organisatie in gebruik heeft zijn kwalitatief hoogwaardig. Hieronder valt een vergaand gedigitaliseerde werkomgeving en gedigitaliseerde en beschreven werkprocessen en
werkinstructies en archief. Er wordt digitaal samengewerkt en informatie uitgewisseld met diensten in
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
27
de gemeente Utrecht. Onderhoud van repressief materieel en materiaal is professioneel ingericht (gecertificeerd volgens geldende industriële normen), in eigen beheer.
De organisatie werkt ketengericht en integraal. Er vindt regelmatig afstemming plaats in diverse gemeentelijke overlegvormen. Een voorbeeld hiervan is de ketenbrede bouwplantoetsing, waarbij elke discipline betrokken wordt. Andere voorbeelden zijn de Vrijmarkt, de ontwikkeling van het
stationsgebied en de bereikbaarheidsproblematiek van de stad Utrecht, waar de hele keten integraal
samenwerkt met andere gemeentelijke diensten, waaronder Stadswerken, OOV, Stadsontwikkeling en POS. De organisatie wordt ondersteund door communicatiespecialisten en middelen, waardoor interne en externe informatievoorziening gewaarborgd is.
Brandweer Utrecht is daarnaast actief in overleggroepen in regionaal, landelijk (de NVBR netwerken Proactie, Brandpreventie en Repressie) en G4-verband, zodat landelijke wet- en regelgeving gevoed kan worden uit de praktijk en, andersom, in een vroeg stadium geïntegreerd kan worden in de
werkprocessen van de brandweer. Brandweer Utrecht is daarmee vooruitstrevend in de ontwikkeling van innovatieve brandweerproducten en diensten.
De primaire processen worden gefaciliteerd door een staforganisatie die door opleiding in en ervaring met de specifieke brandweerwerkprocessen maatwerk levert in beleid en ondersteuning. Hierdoor is Brandweer Utrecht optimaal in staat om haar doelstellingen te vertalen naar veranderingen op
beleidsgebied die duurzaam en haalbaar zijn en passen binnen de politieke en bestuurlijke koers van de gemeente. Hierdoor kan de organisatie proactief sturen op kwaliteit van en voortgang in
brandweerzorg, zodanig dat de risico's worden beperkt en de klanttevredenheid wordt bevorderd. In aanvulling hierop wordt de kwaliteit van de geleverde diensten en adviezen door de gemeente
mede getoetst aan de volgende competenties: dienstverlening (naar burgers), samenwerking met gemeentelijke diensten, integraal denken, bestuurlijke gevoeligheid, juridische consistentie en proportionele advisering.
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
28
BIJLAGE 8 RAPPORT PRICEWATERHOUSE/COOPERS
Gemeente Utrecht: DVO versie 21 oktober 2009
29