Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
1
VE 110
Dienst orthopedie en traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV t: 050 45 31 10
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
2
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ................................................................................................ 2
INTRODUCTIEMAP STAGEPLAATS VE 110 AZ SINT-JAN .............................. 3 1
Verwelkomingswoord............................................................................................... 3
2
Beschrijving van de afdeling ..................................................................................... 3 2.1
Soort kenletter – aantal bedden: ....................................................................... 3
2.2
Personeelsstructuur:......................................................................................... 3
2.3
Geneesheren verbonden aan de afdeling: .......................................................... 3
2.4
Andere medewerkers op de afdeling: ................................................................. 4
2.5
Andere diensten waarmee hoofdzakelijk wordt samengewerkt: ............................ 4
3
Basiscompetenties studenten voor het functioneren op de afdeling.............................. 4
4
Dagindeling / Verpleegkundige organisatie van de verpleegeenheid ............................. 7 4.1
Verloop van een dag op VE 110......................................................................... 7
5
Verwachtingen vanuit de VE naar de student ............................................................. 9
6
Voorkomende pathologie – patiëntenpopulatie – aandachtspunten voor verzorging .... 10 6.1
Fracturen: ..................................................................................................... 11
6.2
Behandeling .................................................................................................. 11
6.2.1
Behandeling met gips: vb. polsfractuur ..................................................... 11
6.2.2
Behandeling met tractieapparatuur ........................................................... 11
6.2.3
Chirurgische behandeling ......................................................................... 12
6.3
Wervelindeukingen: Dit zijn lichte indeukingsfracturen zonder gevaar voor
verplaatsing of zenuwbeschadiging............................................................................. 16 7
Aanbod leermomenten vanuit de VE: ...................................................................... 17
8
Specifieke afspraken en verwachtingen van de student ............................................ 19
9
Veel gebruikte terminologie .................................................................................... 21
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
3
INTRODUCTIEMAP STAGEPLAATS VE 110 AZ SINT-JAN
1 Verwelkomingswoord De dienstoverste (Mevr. M. Willemeyns ), de hoofdverpleegkundige (Mevr. Gadeyne Sabine), stagementoren ( Bourgoignie Caroline en De Meulemeester Marieanne, Sophie Goderis en Peggy Feys) en alle verpleegkundigen van deze afdeling heelkunde zullen zich, in de mate van het mogelijke, engageren om de studenten tijdens deze stageperiode goed te ontvangen en te begeleiden. Er is hier een groot aanbod van leermomenten die u zelf kunt zoeken / die u aangeboden zullen worden, zodat u kennis kan opdoen en zowel technisch- en sociale vaardigheden kan oefenen.
2 Beschrijving van de afdeling Algemeen Ziekenhuis Sint-Jan AV (Zie Algemene introductiemap van het ziekenhuis) Ruddershove 10 8000 Brugge
2.1 Soort kenletter – aantal bedden: C-dienst (afkorting van chirurgie) 11e verdieping VE 110, dienst orthopedie en traumatologie 36 bedden Indeling kamers: van 1101 t/m 1114, waarvan kamer 1101, 1103 en 1105 vierpersoonskamers zijn. Kamer 1102, 1104, 1106, 1107, 1108, 1109, 1110, 1111, 1112, 1113, 1114 tweepersoonskamers. Kamer 1134 en 1135 éénpersoonskamers.
2.2 Personeelsstructuur: 1. 2. 3. 4. 5.
Hoofdverpleegkundige Gegradueerde/Bachelor verpleegkundigen Gediplomeerde verpleegkundigen Hulp in verpleging, verzorgenden Logistieke hulp
2.3 Geneesheren verbonden aan de afdeling: geneesheren–specialisten orthopedie: - Stafmedewerker zorg: Dr. Vandekerchove B. - Dr. De Grootte W. K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
4
- Dr. Van Meirhaeghe J. - Dr. Goubau J. - Dr. Berghs B. - Dr. De Rycke J. - Dr. Plasschaert F. - Dr.Vanhoonacker P. - Dr. Devil J. Eén of meerdere doktersassistenten
2.4 Andere medewerkers op de afdeling: -Paramedici: Kinesitherapeuten: Mevr. Standaert en Dhr. Van Paemel Diëtiste Sociale dienst: Dhr. Vandekerkhove Ergotherapie -Psychologische dienst: Mevr. De Grootte R. (traumatologie) -Onderhoudspersoneel -Pastorale werkers Rooms-Katholieke eredienst Protestantse eredienst Anglicaanse eredienst Orthodoxe eredienst Moreel consulent
2.5 Andere diensten waarmee hoofdzakelijk wordt samengewerkt: - Polikliniek Orthopedie, gips- verbandkamer: 1e verdieping - Radiologie en medische beeldvorming: 1e verdieping - Revalidatie en Kiné: 1e verdieping - Intensieve zorgendienst: 4e verdieping - Apotheek: 5e verdieping - Dagkliniek: 5e verdieping - Laboratorium: 6e verdieping - Isotopenafdeling: oncologisch centrum - Polikliniek Cardiologie: 6e verdieping - Polikliniek Pneumologie: 6e verdieping - Polikliniek Endocrinologie (diabetesregeling): 3e verdieping
3 Basiscompetenties studenten voor het functioneren op de afdeling Visie en methodiek De student heeft de introductiemap van de afdeling nagezien. Na de eerste week kent de student de dagindeling en de routinetaken van de afdeling. De student kan de gegevens verzamelen om zijn toegewezen patiënt te verzorgen. K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
5
De student kan procedures opmaken eigen aan de afdeling. De student kent de meest gebruikte medicatie van de afdeling en weet die ook toe te dienen. De student kan de benodigde tijd voor het verpleegkundig handelen inschatten. De student schenkt aandacht aan het fysische, psychische en het sociaal aspect van de patiënt. De student kan schriftelijk en mondeling rapporteren. De student geeft zijn observaties weer in het verpleegdossier. De student neemt een leergierige houding aan. De student zal het beroepsgeheim bewaren. Zorg De student kan een patiënt voorbereiden op een onderzoek, een anesthesie of een operatie. De student kan de hygiënische zorgen toedienen, met aandacht voor de totaliteit van de patiënt. De student kan medicatie berekenen en correct toedienen. De student kan een complexe zorg uitvoeren rekening houdend met de basisprincipes en met de totaliteit van de patiënt. De student kan vocht en voeding toedienen en de vochtbalans bijhouden. De student kan een lavement toedienen. De student kan sonderen. De student kan een blaasspoeling uitvoeren. De student kan bloed afnemen via IV en capillaire weg en via CVK. De student leert werken met druppelteller en volumeregelaar. De student kan een centrale katheter verzorgen en verwijderen. De student kan steriel werken bij het manipuleren van driewegkraan, CLC connector,katheter en leidingen. De student kan een wondzorg uitvoeren afhankelijk van de voorgeschreven procedure. De student houdt rekening met de basisprincipes: hygiëne en asepsis, veiligheid en comfort. Communicatie De student kan omgaan met de belevingswereld van de zorgvrager. De student kan de zorgvrager informeren op een eenvoudig verstaanbare manier. De student kan een vertrouwensrelatie opbouwen met zijn patiënt. De student kan de zorgvrager begeleiden tijdens zijn opname op fysisch, psychisch, sociaal en administratief vlak. De student kan omgaan met het team. De student kan afspraken nakomen. De student houdt rekening met de basisprincipes: beleving, zelfzorg en inspraak. K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
6
Gezondheidsvoorlichting en welzijn De student kan de patiënt informeren i.v.m. onderzoeken, operaties en anesthesie. De student kan preventieve maatregelen toepassen ter bescherming van de patiënt en zichzelf. De student kan isolatiemaatregelen toepassen. De student kan geëigende registratiemiddelen toepassen in het ziekenhuis( bv. MVG) De student kan administratief werk uitvoeren op de afdeling. De student houdt rekening met de basisprincipes: economie, ecologie, ergonomie.
Meldingsformulier start stageperiode: Dit formulier moet ingevuld worden op de eerste dag van de stageperiode en direct ter attentie van H. Declercq, stagecoördinator zorg, aan het secretariaat verpleging bezorgd worden Werkpostfiche op intranet moet nagelezen worden bij aanvang stage: Vraag dit aan de hoofdverpleegkundige of je mentor
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
7
4 Dagindeling / Verpleegkundige organisatie van de verpleegeenheid 4.1 Verloop van een dag op VE 110 Vroegdienst (V1) (V2) V 2: start van 6u30 tot 13u V 1: start van 6u30 tot 13u en van 14u tot 15u30 -
-
-
-
Patiëntenoverdracht van 6u30 tot 6u45 Toewijzing van patiënten staat op het bord of werkflap: gang is in 2 groepen verdeeld En verpleegkundige van iedere groep start met de medicatiebedeling. Eerst worden de patiënten verzorgd die als eerste op het operatieprogramma gepland staan: wassen- bedopschik- operatiehemd, daarna komen de patiënten aan de beurt die op onderzoek of ontslag SFX gaan. Zo nodig nog enkele bloedpuncties af te nemen. Helpen bij de maaltijdbedeling (indien mogelijk) Indien er opnames zijn, wordt ook hier hulp geboden bij de hoofdverpleegkundige of de verantwoordelijk van dienst. Rond 08u30 een kleine pauze van 15 min, om een boterham te nuttigen en ondertussen komt de verantwoordelijke een kleine briefing van de morgentoer met de arts geven met eventuele wijzigingen. Vanaf 8u45 wordt de verzorging verder afgewerkt en de spoelruimtes opgeruimd, verzorgingskarren aangevuld, daarna worden de belangrijke items in de PC ingevuld alsook de patiëntendossiers. Rond 11u start men opnieuw met een medicatiebedeling. Ondertussen wordt er geholpen bij het opdienen van de maaltijden. Vanaf 11u30 worden de patiënten terug in bed geholpen, naar het toilet begeleid, of de bedpan aangereikt. Eventueel ijspacks aanleggen. Patiënten gaan afhalen van de ontwaakruimte, parameters controleren en dossier in orde brengen, met de nodige voorschriften etc. Om 12u30 geeft de hoofdverpleegkundige of verantwoordelijke overdracht aan de late dienst. Om 13u gaan eten of einde werkshift.
Om 14 uur: hulp bieden bij de namiddag verzorging, opnames, aanvullen materiaal, patiënten afhalen van ontwaakruimte, dossiers in orde brengen. Laatdienst (L1) (L2) L1: start van 12u30 tot 21u ( met een half uurtje pauze) L2: start van 8u30 tot 12u en van 16u30 tot 21u ( weekend) - Om 12u30 tot 13u patiëntenoverdracht - Patiëntentoewijzing op het bord of de werkflap - Om 13u nazicht zaalronde, en eventueel nog maaltijden afruimen. - Rond 13u30 klaarleggen van de bloedafnames voor de volgende dag, klaarmaken van de verzorgingskar, dossiers van ontslagen patiënten in orde brengen, patiënten afhalen van de ontwaakruimte, ……… K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
-
-
-
8
In het weekend starten we met de koffiebedeling. Rond 14u15 starten we met de namiddag verzorging: indien er personeel genoeg is verdelen we ons in 2 groepen: parameter controle, verbandcontrole, patiënten uit het bed helpen, bedopschik. Terug het patiënten dossier invullen op de PC Helpen bij de opnames. Rond 15u30 medicatiebak halen naar de apotheek, en sorteren en opbergen in de dienstkamer Parameter controle ( PCA pompen) om de 2 uur bij de OP patiënten. Rond 16u30 een kleine overdracht van de verantwoordelijke naar de laatdienst. Een verpleegkundige van iedere groep start met de medicatiebedeling. Patiënten terug in bed helpen. Indien mogelijk helpen bij de bedeling van het avondmaal. Patiënten gaan afhalen van de ontwaakruimte. Afdienen van de maaltijden Hierna volgens afspraak met de collega’s een half uur pauze nemen Vanaf 19u starten met medicatiebedeling, operatiepatiënten voor de volgende dag voorbereiden o.a. clippen, lavement, anticoagulantia toedienen etc., nazicht wonden. Invullen van het patiëntendossier Om 20u45 overdracht naar de nachtdienst
Keukendienst K: Start om 7u30 tot 12u30 en van 14u30 tot 17u30 - Om 7u30 koffie zetten en opvragen van de patiëntenlijst - Nazien welke patiënten er nuchter moeten blijven en welke patiënten er diabeet zijn… - Opdienen van de maaltijden - Afdienen van de maaltijden - Waterbedeling - Toer van het ziekenhuis met de binnenpost, apotheekbak, labo’s, RX post, consulten…… - Maaltijdregistratie voor de volgende dag door bevraging bij de patiënt op de kamer - Klaarzetten koffiekar voor de namiddag - Opruimen van de keuken - Logistieke taken i.v.m. bestellingen - Om 11u30 maaltijdbedeling - Om 12u15 afhalen van de plateaus - Opruimen van de keuken // einde werkshift voormiddag - Om 14u30 opdienen en afdienen van de koffie - Aanvullen van materiaal in de tussenruimtes - Toer van de binnenpost en afhalen van de medicatie in de apotheek - Voorbereiden van de boterhammen - Koffie maken - Om 17u opdienen en afdienen zover als mogelijk - Om 17u30 einde werkshift Dag 5 hoofdverpleegkundige of verantwoordelijke K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
9
D5: 7u30 tot 13u en van 14u tot 16u30 - overlopen van de patiëntenlijst - zaalronde met de verantwoordelijke arts en assistent - uitwerken van de zaalronde op de PC - dossiers klaarleggen voor de mutaties naar SFX - overdracht naar de vroegdienst - ontslagen en opnames + de nodige afspraken (consulten en onderzoeken) telefonisch regelen - om 12u30 overdracht naar de laat dienst - in het weekend meehelpen in de zorg - vanaf 13u30 opnames, ontslagen en consulten in orde brengen - 16u30 overdracht naar de laatdienst Nachtdienst W: start van 20 u 45 tot 6 u 45 - overdracht van 20u45 tot 21uur - eerste toer starten met parameters, infuuscontroles, wondcontroles, incontinentie patiënten verversen, ijspacks toedienen, dextrocontroles, nazicht redons, nazicht op verblijfsonden, anti- rotatiebotten aanleggen, eventueel driehoekskussens wegnemen bij knie operaties enz.………. Bij problemen op de toer of in de nacht bellen naar 2045 algemene wachtdienst - rond 22u30 medicatie klaarzetten, herschrijven van medicatiefiches, nazicht op aanvullen stockmedicatie, medicatiekarren aanvullen…. - Rond 24u intraveneuze medicatie toediening, pijnstilling, antibiotica’s - Ijspacks aanbrengen - Rond 02u is er tijd om iets te eten - Invullen van patiëntendossier op de PC - Zonodig dossiers in orde brengen, sorteren van documenten in de dossiers of waartoe ze behoren. - Rond 04u30 de ochtendtoer, idem avondtoer +bloedafnames - Invullen van extra’s in de dossiers - PCA pompen afsluiten volgens staand order + medicatie toedienen - Om 06u plaatsen van een GIK infuus bij diabetes patiënten die geopereerd worden + dextrocontrole - Opruimen van de karren, vuilnisbakken in de dienstkamer legen - Om 6u15 de PC terug opstarten - Om 06u30 overdracht naar de vroegdienst INDIEN NODIG VOLGENS DE BEDBEZETTING EN PERSONEELSBEZETTING KUNNEN ER AANPASSINGEN GEBEUREN
5 Verwachtingen vanuit de VE naar de student
Introductiemap lezen vóór de aanvang van de stage. Eventuele vragen kunnen tijdens het introductiemoment op de VE gesteld worden.
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
10
Gedoceerde theorie vooraf instuderen: zorg dat de aangeleerde technieken gekend zijn. Patiënten zijn geen proefkonijnen. I.v.m. leerproces: ken de verschillende aangeleerde interventies, de begeleidingsfiche aanbieden met neergeschreven doelstellingen, zelf de opleiding en het leerproces in handen nemen: leermomenten zoeken – begeleiding vragen aan stagelector/mentor/andere verpleegkundigen, info vragen, tussentijdse evaluatie vragen, zichzelf kunnen evalueren. Klinische paden en procedures kunnen per specialiteit opgevraagd worden op het intranet d.m.v. een pc (intranet) opgesteld in de verpleegpost. Na één week wordt verwacht dat de studenten de organisatie van de dienst kennen. I.v.m. functioneren op de afdeling: toegewezen taken goed organiseren: o.a organisatie van patiëntenzorg: van niet besmet naar besmet, nauwkeurig en consequent principes en wondverzorging toepassen (denk aan infectiegevaar bij orthopedische operaties! deelaspecten in de zorg die je nog niet mag uitvoeren (= niet aangeleerd) delegeren aan teamverantwoordelijke, Totaalzorg houdt ook in: afwerking van de kamer en de utility’s. observaties die afwijken steeds mondeling vertellen aan teamverantwoordelijke en aanvullen op het elektronisch verpleegdossier (pc in verpleegpost), ook steeds het papieren verpleegkundig dossier invullen. initiatief nemen buiten de opgelegde taken, vb. algemene activiteiten, gesprekken, toedienen medicatie,… maar steeds binnen eigen mogelijkheden. I.v.m. beroepsgeheim: alles wat je verneemt op de VE betreffende patiënten valt onder het beroepsgeheim (o.a. via medische- en verpleegkundige dossiers, puntenoverdracht, gesprekken tussen dokter, verpleegkundigen,…). Vermijd onderlinge gesprekken in kamers, gangen, liften, kleedkamers, autobussen, enz…. I.v.m. verantwoordelijkheid: steeds stiptheid in acht nemen naar de patiënt toe o.a. theorie instuderen, interventies instuderen, principes van hygiëne en steriliteit toepassen, niet aangeleerde zorgen delegeren (indien problemen hulp inroepen), belangrijke observaties rapporteren (schriftelijk + mondeling), aandacht voor individualiteit en totaliteit, in acht nemen van beroepsgeheim, steeds infobronnen kennen en de gegevens verzamelen over de patiënt, de zorg steeds plannen vanuit de verpleegproblemen eigen aan puntengroepen voorkomend op de VE. Bij afwezigheid door ziekte, steeds de VE verwittigen (tel. 050 45 31 10) voor het aanvangsuur van de stage. De school verwittigen vanaf 08.00u.
6 Voorkomende pathologie – patiëntenpopulatie – aandachtspunten voor verzorging Onderscheid maken tussen orthopedie en traumatologie:
-Traumatologie:
alle letsels opgelopen ten gevolge van slag, val, stoot (= trauma’s) vb. sportongevallen: hfdz. jonge patiënten
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
11
vb. straatongevallen, o.a. polytraumapatiënten – jonge en oudere patiënten vb. werkongevallen, jonge en oudere patiënten
-Orthopedie:
Ziekten, aandoeningen en gebreken van het actieve en passieve bewegingsapparaat. Bv. artrose, reuma, ischialgieën, aangeboren afwijkingen,… kunnen oudere of jongere patiënten zijn.
6.1 Fracturen:
6.2 Behandeling 6.2.1 Behandeling met gips: vb. polsfractuur Aandachtspunten bij gipsverband: Kleur van de extremiteiten controleren: mag niet ongekleurd of blauw zijn. Beweeglijkheid van de extremiteiten controleren (tenen en vingers). Indien zwelling van de extremiteiten: lidmaat in hoogstand brengen en eventueel medicatie toedienen Tintelingen in de extremiteiten melden. t° van het lidmaat dagelijks controleren. Controle op knellen of snijdende randen: gebruik van kompressen – knipjes maken in de gips of de gips wijder maken.
6.2.2 Behandeling met tractieapparatuur
Tractie (conservatieve behandeling en/of in afwachting van OP) –Huid (skin) tractie: tijdelijke behandeling. Patiënt tilt/draait zich steunend op gezonde been tijdens de zorgenverlening. –Met Kirschnerpin: nooit de gewichten
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
12
afnemen tijdens de zorgverlening. Patiënt tilt zich steunend op gezonde been. Goed de insteekpunten van de pin observeren op infectie. Vragen aan de patiënt deze niet aan te raken. De insteekpunten van de tractie dagelijks ontsmetten met Iso-betadine dermicum, een stukje Inadine tule als splitkompres. Goed het betrokken lidmaat contoleren en bloedcirculatie en bezenuwing: kleur, t°, gevoel en beweging van de extremiteiten, zwelling, pijn: mondeling en schriftelijk rapporteren. De hiel (been in tractie) mag niet op het bed rusten, steeds controleren of de gewichten vrij hangen (specifieke kous met kussentje in de hiel). Goed de houding van de patiënt in bed observeren: het lichaam moet in rechte lijn liggen en mag niet onderuit zakken. Patiënten ook observeren op symptomen van longembolie en trombose. Schema Clexane/Fraxiparine, zie bijlage 9.
Uitwendige fixateurs: als behandeling van open #: goed in de insteekopeningen observeren op infectie, dagelijks de insteekpunten ontsmetten met Iso-betadine dermicum en een aantal stukjes Inadine tule. Het getroffen lichaamsdeel mag opgetild worden door het frame vast te pakken en niet het lichaamsdeel zelf optillen. Vermijd duwen en stoten tegen het frame. Schema Cleane/Fraxiparine
6.2.3 Chirurgische behandeling Ingrepen via artroscopie: diagnostisch, curatief: hechten, spoelen, partiële of totale meniscectomie,… De wondjes beperken zich tot kleine incisies gehecht met wondstrips. Grote heelkundige ingrepen: Incisie(s) en redondrain(s) dagelijks ontsmetten met Isobetadine dermicum + Inadine tule aanbrengen tot de wonde droog is (± 4 tot 5 dagen), gevolgd door een opsite post op verband. Redonfles(sen): dagelijks debiet + datum noteren op fles indien nog vacuüm, anders de redonfles verwisselen. Na 24 uur of op voorschrift redondrain(s) verwijderen als gesloten systeem (de klemmen vooraf dicht zetten op de leidingen). K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
13
low vac: bolvormig opvangsysteem induwen en
redondrain verwijderen high vac: klemmen van de redonfles sluiten en redondrain verwijderen Risicopatiënten worden op een antidecubitusmatras gelegd. Controle uitvoeren van de drukpunten (stuit, beide hielen) Controlefoto eerste postoperatieve dag: patiënt niet opzetten vóór het kennen van de resultaten hiervan. Controle uitvoeren op symptomen van embolie en tromboflebitis (zwelling, pijn onderste ledematen / knieholte). Pt. draagt korte of lange anti-trombosekousen, na het wassen van benen en voeten deze steeds terug aandoen. Uitgezonderd bij de TKP operaties uitgevoerd door Dr. Vandekerckhove Schema Clexane/Fraxiparine en schema verwijderen hechtingsmateriaal volgen
Heupgewricht:
Controle foto eerste postoperatieve dag: patiënt niet opzetten vóór het kennen van de resultaten hiervan. Anti-rotatiebotje aandoen als patiënt in bed ligt, gedurende de eerste 2 nachten. Voor de verzorging mag de patiënt draaien, op nietgeopereerde zijde (= gezonde zijde) met een kussen tussen de benen (minder luxatiegevaar en meer comfort voor de patiënt). Bij opzetten van de patiënt: steeds het voorschrift volgen omtrent al/niet steunen (FWB = volle
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
14
steun met krukken, PWB = partiële steunnname), en geen tractie uitoefenen op de geopereerde zijde. De patiënt wordt dus uit bed geholpen aan de kant van het geopereerde been. Eens de patiënt opgezet is op stoel/zetel: steeds de benen plooien (niet uitstrekken op een bankje). Patiënten met totale heupprothese éénmalige radiotherapie (5 RAD) pré- of direct postoperatief om vorming van bot in de wonde (=heterotrope ossificatie) Hechtingen verwijderen volgens voorschriften. Patiënten met een geplande totale heupprothese kunnen ingeschakeld worden in het snelfit programma. Dit beoogt een snelle en efficiënt herstel na een operatie, door gebruik te maken van het klinisch pad (zie intranet/verpleegkundig dossier) en het zoveel mogelijk betrekken van patiënt en zijn coach (een familielid of vriend(in))in de zorg. Het klinisch pad als dossier bestaat uit verschillende uit te voeren items die dagelijks door de diverse disciplines moeten afgekruist worden. Het beoogt dus een optimale multi-professionele samenwerking tussen arts, verpleegkundigen, kinesist, ergotherapeut en medisch maatschappelijk werker. De nodige informatie ontvangt de patiënt via een infobrochure.
Klinisch pad:
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
15
Kniegewricht:
Dit is een
voorbeeld van een ingroeiprothese Kinétec-oefeningen volgens voorschrift. Patiënten met een geplande totale knieprothese kunnen eveneens ingeschakeld worden in het snelfit programma (uitleg zie heupgewricht)
Rug: K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
16
Absolute bedrust (rugligging of zijligging) tot dragen van korset of volgens voorschrift. Bij toedienen van de totaalzorg: patiënt draaien in blok. Observatie van de drukpunten (schouderbladen, stuit en hielen). Rechtkomen van de patiënt: op voorschrift, met hulp van een kinesitherapeut. Lange anti-trombosekousen. Voor maaltijden: bed in anti-Trendelenburg Schoudergewricht: Zie procedure bij schouderprothese op het intranet in het ziekenhuis.
6.3 Wervelindeukingen: Dit zijn lichte indeukingsfracturen zonder gevaar voor verplaatsing of zenuwbeschadiging. Conservatieve behandeling met bedrust (1 week) driepuntskorset wordt aangepast in de verbandkamer – Patiënt draaien in blok voor de verzorging – Driepuntskorset dragen bij oplopen. – Observatie van de drukpunten: schouderbladen, stuit en hielen. – Schema Clexane/Fraxiparine: zie bijlage 9. – Voor maaltijden: bed in anti-Trendelenburg.
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
17
7 Aanbod leermomenten vanuit de VE:
Op verpleegtechnisch vlak + Hygiënische zorgen + Preventie decubitus + Preventie trombose / embolie + Verplaatsingstechnieken. + Temperatuur / pols / RR controles + Venapunties + Inspuitingen SC / IM + Voorbereiden en toedienen van diverse insulines + Bepalen glycemie waarden + Voorbereiden, aanleggen perfusies/verwisselen infuuszak, observatie + Infuuspompen, PCIA, PCEA pomp: observeren, wegnemen + Toedienen aërosol + Medicatiedistributie per os + Plaatsen van verblijfsonde + Observatie urine + Ledigen collecteerzak + Zorgen aan verblijfsonde + Verwijderen verblijfsonde + Sonderen: bij retentie, residu, voor bacteriologisch onderzoek + Lavementen: Fleet, Microlax + Toedienen suppo + MRSA screening + Afnemen hemoculturen + Wondverzorging: - ontsmetten van chirurgische en traumatologische wonden; - ontsmetten van wonden met aanwezigheid van redondrain of wonddrain; - verwijderen van hechtingsmateriaal; - verwijderen van redondrain (low en high vac!) - aanbrengen Inadine/jelonet tule; – inbrengen hydrofiele/vochtige wiek; – cultuuropname van wondvocht met natte en droge wisser; - uitvoeren wondspoeling; – uitvoeren VAC therapie – aanbrengen vochtige verbanden.
Relationeel en psychosociaal vlak Persoonlijke problemen die invloed kunnen hebben op het functioneren op de VE kunnen bespreekbaar gesteld worden met de leerkracht, mentor, HV, of om het even welke verpleegkundige in wie de student vertrouwen heeft. De student krijgt hier de kans om kennis te maken met de belevingswereld van de heelkundige patiënt. De student moet bepaalde zaken kunnen relativeren, zodat hij/zij er niet onder lijdt: omgaan met ‘vieze’ zaken (braaksel, stoelgang, lelijke wonden, verminkingen,…).
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
18
De student moet leren gepast omgaan met diverse noden. De student moet– binnen de mogelijkheden – gepaste info kunnen verstrekken aan de patiënt. De student leert samen werken met verpleegkundigen, medestudenten, andere paramedici, hulppersoneel,…
Administratief vlak Voor alle studenten: leren schriftelijk observaties rapporteren in het verpleegkundig dossier.
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
19
8 Specifieke afspraken en verwachtingen van de student Frequent biedt de student zelf zijn/haar begeleidingsfiche aan, aan de verpleegkundige waarmee hij/zij gewerkt heeft, minstens 1x/week.
Cognitief vlak (kennen): De student moet kennis hebben van … en inzicht hebben in … Concreet naar de stage toe wordt verwacht dat de student alle tot op heden aangeleerde interventies kent (principes) alsook alle leerstof die bijdraagt tot een correcte zorg van de patiënt Dit betekent het opnemen van eigen verantwoordelijkheid en is de patiënt minder proefkonijn. De student zal leren de leerstof te integreren in de praktijk. De student moet weten welke de informatiebronnen zijn op de VE om de nodige gegevens te kunnen verzamelen betreffende de patiënten en de uit te voeren zorgen. Hij/zij moet een zorg kunnen plannen vanuit de verpleegproblemen eigen aan de patiënten - groepen op VE 110. De student moet kunnen observeren en weten wat en hoe moet gerapporteerd worden: - aan de HV - aan de teamverantwoordelijke - in het verpleegkundig dossier De student moet zichzelf kunnen evalueren na de zorg en de zorg bijsturen.
Psychomotorisch (kunnen): De student moet vaardigheid verwerven in … alle in de les reeds aangeleerde interventies. De student zal zelf een inspanning doen om zoveel mogelijk leermomenten te zoeken om zoveel mogelijk interventies te kunnen trainen. Hij/zij moet een minimum aan vaardigheid hebben bij de start van de stage, maar moet gedurende de stage evolueren in vlotheid, nauwkeurigheid, orde, rustig werken, coördineren in vlotheid, nauwkeurigheid, te werken in optimale hygiënische omstandigheden, … en dit voor alle toevertrouwde interventies en bij de diverse patiënten - groepen die studenten verwacht worden aan te kunnen, naargelang de vordering in hun opleiding.
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
20
Dynamische -affectief (zijn):
Houding tegenover de patiënt:
De student moet de noden bij de diverse patiënten observeren en er ook op ingaan. Hij/zij moet naast oog voor het 'technische' aspect ook oog hebben voor Integrale benadering van de patiënt (rekening houdend met de informatie over de problematiek van deze patiënt). De student moet een patiënt kunnen 'begeleiden' tijdens de zorg. Hij/zij moet bepaalde zaken kunnen relativeren zodat hij/zij zelf er psychologisch niet onder lijdt (vb. identificatie met de zieke of vergelijken van eigen ouders met de patiënt omdat ze dezelfde leeftijd hebben). Wanneer de student problemen heeft van persoonlijke aard, die een invloed hebben op zijn/haar functioneren is het beter dat hij/zij de moed heeft deze te verwoorden. Zo kan hiermee rekening gehouden worden naar de eindevaluatie toe.
Houding tegenover het werk:
De student moet opmerkzaam zijn, initiatief kunnen nemen binnen eigen mogelijkheden (niet buiten bevoegdheid gaan). De student zal bewijs leveren van interesse in verpleegkundige taken, ook neventaken. De student zal leren economisch werken met materialen en tijd.
Samenwerking:
De student moet vlot samenwerken met HV, stagementoren, andere leden van het verpleegkundig team (eventueel ook met andere ziekenhuismedewerkers), medestudenten en praktijklector. De student moet bijdragen tot een positieve groepsgeest, vooral onder de studenten.
Algemene attitude:
Er wordt verwacht dat de student stipt aankomt op de VE en een correct voorkomen heeft (kledij, haartooi) en een behoorlijk taalgebruik hanteert.
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
21
9 Veel gebruikte terminologie A.B. Actie move sling Abductie Adductie Analgeticum Anamnese ankylose Anteflexie anterior Anti-rotatie botje
Anticoagulans antitrombotica Artritis artrodese Artroplasie Artroscoop artroscopie aseptische necrose artrose attitude autologe bloedtransfusie bipolair BHP
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
Antibioticum mousse arm draagband de beweging waarbij het lidmaat van het lichaam weg wordt verwijderd. het brengen van een lidmaat naar het lichaam toe pijnstillend medicament voorgeschiedenis van de ziekte verstijving van een gewricht buigen voorzijde op maat gemaakte steungevende goot waarin het been rust. De hiel is open. Ter hoogte van de hiel is een dwarslatje dat maakt dat het been en de voet niet naar binnen of buiten kunnen draaien (= in fysiologische stand blijft). De goot wordt over het been gefixeerd met 3 velcrobanden. medicament dat de bloedstolling vertraagt medicatie om trombosen / embolen te voorkomen gewrichtsslijmvliesontsteking kunstmatige verstijving van een gewricht (operatief) artrotisch of gebroken fragment binnen een Gewricht vervangen door een prothese instrument dat het endoscopisch onderzoek mogelijk maakt van een gewricht kijken in een gewricht met een artroscoop afsterven van een gedeelte van het beenbot door een interne pathologie of ten gevolge van een trauma degeneratie van een gewricht (slijtage) mentale houding met betrekking tot iets het bloed dat de patiënt verliest via de redondrains krijgt hij/zij terug geïnfundeerd articulerend op twee plaatsen Bipolaire Heupprothese
1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
blaastraining
B.S. botbank botent briefing
C.A. calor cerclagedraad cijfer 8 - verband
circumductie clexane collar'n cuff concaaf congruentie consolideren CVK D.H.S. D.S.A. D.T. destructie DVT deviatie dextro diastase distaal dolor doppler dorsaal draaien in blok
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
22
bij patiënten die gedurende een bepaalde tijd met een verblijfsonde liggen. Vooraleer de blaassonde te verwijderen wordt deze gedurende enkele uren afgeklemd om de blaas op te voeden. Als de patiënt voelt dat de blaas vol is, wordt de klem terug geopend. blaassonde hier worden lijkenten bewaard. Deze levert botenten wanneer er meer enten nodig zijn dan de beschikbare voorraad van de patiënt zelf. botstukjes (autoloog of uit beenbank) bondige uitleg over de voornaamste feiten die zich respectievelijk overdag / 's nachts voordeden (vb. opname operatiepatiënten, opname van nieuwe patiënten …) kanker warmte osteosynthesemateriaal (vb. aangewend bij patellafractuur) 3 weken durende behandeling bij claviculafractuur het verband is in stof gemaakt met velcrosluitingen cirkelvormige beweging in het gewricht antistollingsmiddel draagriem in mousse waarin de arm rust. Het verband wordt gefixeerd in de nek (bij fracturen) hol anatomische stand herstellen, verstijven, vast worden, genezen van een beenbreuk centraal veneuze katheter dynamische heupschroef digitale substractie angiografie (radiografische zichtbaar maken van bloedvaten met behulp van contrastvloeistof) dagelijks toilet vernietiging diep veneuze tromboze afwijking het bepalen van glycaemie via vingerprik uiteenwijken van beenderen zonder ontwrichting het deel dat het meest van het lichaam verwijderd is pijn echografische onderzoek van de bloedvaten tot de rugzijde behorend methode om patiënten met rugaandoeningen te draaien in bed: vragen aan de patiënt de armen te kruisen over de borst, de ene voet over de andere 1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
duolockprothese Dupuy - verband dyspnoe E.C.G. (EKG) echografie elektrostimulatie
embolie embool endorotatie endoscoop / endoscopie evalueren eversie exorotatie exsudaat
extensie extern extremiteiten fascia fixateur externe
fixatie flebitis flexie fractuur K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
23
leggen, de beide verpleegkundigen maken aan elke kant van het bed het steeklaken los. De ene verpleegkundige trekt de patiënt naar zich toe en draait hem over zodat hij in zijligging komt. De 2e verpleegkundige steunt de patiënt ter hoogte van schouder en stuit (patiënt neemt niet actief deel) bipolaire heupprothese: acetabulum: metalen ring (kan bewegen in het acetabulum) prothese draagdoek (-verband) waarin de arm rust na operaties op schouder- en onderarm bemoeilijkte ademhaling elektrocardiogram – actiestroom curve van het hart onderzoek naar weefselveranderingen in het lichaam door terugkaatsen van ultrasonore golven elektronische impulsen geven op het motorpunt van de spier. Deze contraheert zonder tussenkomst van de wil van de patiënt. Beoogt het versterken van de spier verstoppen van een bloedvat door een embool stolsel / vetdruppel / gasbel / … binnenwaartse draaiing optisch instrument om lichaamsholten en/of kanalen langs binnen te bekijken, biopsies te nemen of te handelen een beargumenteerd waardeoordeel geven het naar buiten brengen buitenwaartse draaiing vocht met witte bloedlichaampjes dat bij ontsteking door de wand van de kleinste bloedlymfevaten wordt 'uitgezweet' – bevat eiwitten en (eventueel) cellen strekken uitwendig de ledematen peesblad, peesvlies dat spieren bedekt = uitwendige fixateur: een structuur van metalen pinnen, die buiten het lichaam wordt gebruikt om fractuurstukken op hun plaats te houden. Tijdens de OP worden proximaal en distaal van de # pinnen ingebracht die met een uitwendig frame verbonden worden, zodanig dat de botstukken in één rechte lijn staan en niet kunnen verschuiven. Indicatie: behandeling van open fracturen en hun complicaties vastlegging, het fixeren aderontsteking plooien breuk, # 1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
gammanagel gipsatelle glycaemie greffe H.V. Haematoom heparine hydrotherapie hyperextensie I.M. I.T. I.V. ijsimpactie immobilisatie immobiliseren incisie infectie insufficiëntie integratie interactie intern inversie kinetec
kirschnerpin küntscher kyfoplastie lateraal lardinoisboog ligament longperfusie- en ventilatiescan longperfusiescan K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
24
y - nagel, fixatiemateriaal gebruikt bij heupfractuur gipsgoot bloedsuikerspiegel overplanting hoofdverpleegkundige bloeduitstorting in / onder de huid, in het weefsel anticoagulans, antistollingsmiddel toegevoegd aan bloed om het vloeibaarder te maken onderwatertherapie het strekken verder dan 180° intramusculair (in de spier) intiem toilet intraveneus (in de ader) inpakken met ijs, bedoeld om inwendige bloeding ter hoogte van de breuk te doen stoppen – werkt bloedstelpend onbeweeglijk houden onbeweeglijk maken insnede besmetting onvoldoende werking van een orgaan opnemen van delen in een geordend geheel, zodat een nieuw geheel ontstaat acties tussen mensen waarin uitwisseling plaats vindt van informatie, inzichten, … inwendig het naar binnen brengen continue passieve mobilisatie (C.P.M.) dit gebeurt door een elektrisch aangedreven apparaat dat de knie na het plaatsen van een knieprothese progressief doet plooien tot 110° puntige metalen pin gebruikt als osteosynthesemateriaal mergnagel - indicatie: behandeling van breuken van de lange pijpbeenderen het opspuiten van een wervel, als nieuwe techniek bij wervelfractuur zijdelings, van de middelijn weg uitwendige fixateur bij bekken# (trekschroef in de trochanter major) bindweefselband, versterkingsband van gewrichten het opsporen van longventilatiedefecten door middel van radioactieve isotopen het opsporen van longdefecten door middel van radioactieve isotopen 1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
loosening Luxatie M.R.I. (M.N.R.) M.S. M.T. mediaal meta's
mobiliseren motivatie multifragmentair N.S.A.I.D. oedeem osteochondritis osteomyelitis osteoporose osteosynthese Osteosynthesemateriaal osteotomie overdracht
PBO P.C.A.-pomp
per oraal peroperatoir pertrochanter plaat- en vijsfixatie placebo plantair platte bedrust pneumonie K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
25
loslaten, loskomen van de eerder geplaatste prothese ontwrichting magnetic resonance imaging maagsonde morgen toilet in de middelijn gelegen, naar het midden toe metastasen, overbrenging van gezwelcellen door bloed- of lymfestroom van een ziektehaard t naar een andere plaats in het lichaam waar dan en nieuwe haard ontstaat van dezelfde aard van de oorspronkelijke haard in beweging brengen beweegreden, bereidheid tot iets meerdere breuken op één bot niet steroïdale anti-inflammatoire medicatie vochtopstapeling ontsteking van been en kraakbeen beenmergontsteking beenderontkalking het mechanische vastzetten van een breuk door middel van osteosynthesemateriaal ( operatief) materialen gecreëerd om beenstukken vast te zetten ( metalen platen, draden, schroeven, pennen,…) operatie waarbij een been wordt doorgebeiteld door HV of verantwoordelijke: kort overzicht van alle patiënten op de afdeling en andere essentiële zaken overbrengen naar andere teamleden / studenten perifeer bloedonderzoek patiënt controlled analgesy ( pijnpomp, een bepaalde dosis pijnmedicatie kan door druk van de patiënt op een handtoets aan zichzelf worden toegediend - er is wel een maximum gesteld aan toegelaten dosis) via de mond tijdens de operatie door de trochanter vastzetten van beenstukken d.m.v. plaat en vijzen - indicatie: bij behandeling van breuken gelegen rondom de gewrichten een stof die uiterlijk en in smaak geheel overeenstemt met een bekend medicament, maar die geen werkzame bestanddelen bevat zoolwaarts, m.b.t. de voetzool verplichte bedrust (rugligging) frequent voorkomend bij aandoeningen van de wervelkolom longontsteking 1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
polytrauma posterior pronatie prothese proximaal pulseren redondrain
redonfles relaxatie resorberen retroflexie revisie heupprothese rigiditeit rotatorcuff rubor S.C. S.L. schuine plank
skintractie subluxatie südecksyndroom
supinatie T.E.D. kousen T.H.P. thorax tonus toxisch tractie
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
26
meerdere trauma's, traumata waarbij ook nietextremiteiten betrokken zijn achterzijde het naar achter draaien kunstmatig vervangstuk van een ontbrekend lichaamsdeel het deel dat het dichtst bij het lichaam gelegen is kloppend, slaan dunne plastieken buis, op het uiteinde perforaties vertonend. Wordt veel aangelegd tijdens operaties om de rest van bloed / wondvocht af te zuigen via een vacuumsysteem luchtledige fles met gradaties waarin het aangezogen bloed via de redondrain afloopt ontspannen opslorpen strekken heringreep, waarbij een nieuwe prothese wordt geplaatst stijfheid scheur van de pezen van de spieren die zorgen voor de rotatie van de schouder roodheid subcutaan ( onderhuids ) sublinguaal ( onder de tong ) bij patiënten met rugoperaties en wervelfracturen, die gedurende enige tijd strikte bedrust hadden geleidelijk de rug belasten om orthostatische hypotensie te voorkomen tractie door pleister - rekverband ontwrichting waarbij de gewrichtskop de kom slechts gedeeltelijk heeft verlaten atrofie van beenweefsel na trauma of OP aan de onderste / bovenste ledematen. ( vooral hand, voet, onderbeen) berustend op neuro- circulatoire stoornissen = spasmen van de kleine arterioli als gevolg van ondoelmatige sympatische reacties het naar voor draaien anti-trombosekousen ( Comprinet / ResTED = merknamen) totale heupprothese borstkas spierspanning giftig uitrekken / voorttrekken; toepassing van trekkracht op een deel van het lichaam, dat gebruikt kan worden bij de behandeling van fracturen om bv. ontstoken gewrichten te immobiliseren, spierkramp te verlichten 1/02/2011
Introductiemap VE 110 Orthopedie-Traumatologie AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV
tractie-suspensieoefeningen
transparant trauma tromboflebitis trombose vaccin vacuüm valgiserende osteotomie
valgus variserende osteotomie
varus ventraal waakinfuus zimmerbrace
K.H.B.O. /HBOV/ VESALIUS / HOWEST/
27
kiné- oefeningen bij patiënten geopereerd van heupluxatie / acetabulumfractuur. De patiënt begint zelf te oefenen terwijl zijn fractie aan blijft, door aan touwen te trekken die via een katrolsysteem zijn been in beweging brengt. Het gewricht blijft ontlast en wordt tezelfdertijd gemobiliseerd doorschijnend gewelddadige inwerking met verwonding tot gevolg aderontsteking ten gevolge van trombus vorming van een bloedstolsel in een bloedvat entstof, bestaande uit levende, verzwakte of dode bacteriën luchtledige ruimte breken van de femurschacht om een driehoekig stuk bot (wig) te nemen met de punt naar de binnenkant van het botsstuk en de basis van de driehoek aan de buitenzijde, om zo de druk te verleggen op de heupkop, die nog niet aangetast is door artrose naar buiten gedraaid breken van de femurschacht om een driehoekig stuk bot (wig) te nemen met de punt naar de buitenkant van het botstuk en de basis van de driehoek naar de binnenkant, om zo de druk op de heupkop, bij steunname, te verleggen naar het gedeelte van de heupkop, die nog niet aangetast is door artrose naar binnen gebogen tot de buikzijde behorend is een infuus dat aangelegd wordt bij de patiënt om een continue intraveneuze toegangsweg te behouden extensiesplalk (bij patiënten met knieprothese)
1/02/2011