Basisstappen schrijfvaardigheid 1. Je pent een tekst neer met een bepaalde lezer voor ogen; je stemt je tekst af op je doelpubliek. 2. Je bepaalt altijd eerst de inhoud van de tekst; je wilt met je tekst een bepaald tekstdoel bereiken. De leerkracht zal altijd een schrijfplan vragen! 3. Je kiest het juiste taalregister. In formele situaties (altijd tijdens de les Nederlands) schrijf je Standaardnederlands. 4. Je schrijft je tekst uit in alinea's, met een duidelijke IMS-structuur. 5. Je herleest (en herleest) je tekst en probeert hoe je sommige zinnen nog beter kunt formuleren. Om betere en duidelijke zinnen te schrijven hou je rekening met volgende schrijftips: vlotheid in de woordkeuze wat?
foute versie
verbeterde versie
- Vermijd onnodige voorzetsels -> vervang combinaties van vz door een gewoon vz hb.p. 95
Deze voorstellen komen vanuit de leerlingenraad.
Deze voorstellen komen van de leerlingenraad.
- Vermijd foute vaste voorzetsels bij werkwoorden -> zoek het ww + vaste vz op in een woordenboek of online ( je taalgevoel helpt meestal). hb.p. 95
Je kan het boek lezen op twee dagen.
Je kan het boek in twee dagen lezen.
Indien mijn rapport goed is, wacht me een verrassing.
Als mijn rapport goed is, wacht me een verrassing.
De logboektekst kan nog herschreven worden. De logboektekst laat qua lay-out en structuur te wensen over. Zorg bij een volgende poging voor een vloeiende tekst.
De logboektekst kan nog herschreven worden. Hij laat qua lay-out en structuur te wensen over. Zorg bij een volgende poging voor een vloeiende pen.
- Vermijd schrijftaalwoorden -> vervang schrijftaalwoorden zoals “steeds, wanneer, indien, slechts, telkens, door middel van ...” door vlottere alternatieven. - Vermijd woordherhalingen in opeenvolgende zinnen of binnen alinea's -> vervang door verwijswoorden of synoniemen zodat je varieert in de woordkeuze. hb.p. 92–94 + 67 + 41
- Vermijd herhaling van voegwoorden en voorzetsels in dezelfde zin -> laat de vw en vz een tweede maal weg.
De leerkracht denkt dat, als de leerling het leerstofonderdeel had bestudeerd, dat hij die fouten nooit had gemaakt.
De leerkracht denkt dat de leerling die fouten nooit had gemaakt als hij het leerstofonderdeel had bestudeerd.
- Vermijd dubbele ontkenningen De leerling heeft nooit geen onvoldoende. -> hou het bij één ontkenning anders staat er het tegenovergestelde van wat in feite bedoeld is. hb.p. 85
De leerling heeft nooit een onvoldoende.
- Vermijd contextfouten De studenten exploderen een snoepwinkeltje (= een woord dat qua klank lijkt op een ander op de speelplaats van de school. woord, maar niet in de context van de zin past) -> zoek het juiste woord op in een woordenboek of online. hb.p. 65
De studenten exploiteren een snoepwinkeltje op de speelplaats van de school.
- Vermijd clichétaal -> vervang door kleurrijke alternatieven en varieer in de woordkeuze. (start en eindig inleiding en slot niet altijd met dezelfde woorden). hb.p. 63
Dit boek leest als een trein.
Dit boek is een echte pageturner, ik las het in één avond uit. (Je kan de uitdrukking “leest als een trein” wel één keer gebruiken, maar niet voor alle slotdelen van een boekanalyse.)
- Vermijd moeilijke woorden omdat ze onbekend zijn of te lastig voor de lezer (= woorden die in de gewone omgangstaal niet zo “frequent” zijn) -> vervang door “courantere” alternatieven.
Kan je die leerstof nog wat expliciteren?
Kan je die leerstof nog wat uitleggen?
- Vermijd het gebruik van verschillende Mevrouw, u vertelde ons gisteren over de Mevrouw, u vertelde ons gisteren over de registers door elkaar regel van 't kofschip. Kan je die regel nog even regel van 't kofschip. Kan u die regel nog even -> kies één register voor de hele tekst ( “je” = herhalen? herhalen? neutraal/ “u of uw” en “men” = formeel). (“u” omdat een leerkracht niet tot je directe hb.p. 54 kring behoort; “je” kan ook; maar dan gebruik je overal “je”.) -
Vermijd informele taal wanneer verzorgde Ik vertelde mijn klasgenoot dat ze daar met taal vereist is haar fikken moet afblijven. -> vervang door “gewone” taal. hb.p. 54
Ik vertelde mijn klasgenoot dat ze van mijn materiaal moet afblijven. (eventueel: “Ik vertelde mijn klasgenoot dat ze daar met haar handen moet afblijven.”)
- Vermijd te formele taal -> vervang door “gewone taal”. hb.p. 54
Wat me opvalt in je schrijfoefening is dat je vaak clichéwoorden gebruikt.
Hetgeen me opvalt in je schrijfoefening is dat je vaak clichéwoorden gebruikt.
- Vermijd vage woorden Ze hebben enige tijd geleden een opdracht (= woorden of uitdrukkingen die te algemeen, afgewerkt. onduidelijk of niet precies genoeg zijn) -> vervang door helder taalgebruik.
De leerlingen hebben gisteren in de les de opdracht over het keuzeboek afgewerkt.
- Vermijd saaie werkwoorden -> vervang door tekenende werkwoorden.
De leerling gaat naar het bureau van de De leerling wandelt naar het bureau van de graaddirecteur en gaat daarna naar de graaddirecteur en snelt daarna naar de horrorsroom om zijn dossier in orde te maken. horrorsroom om zijn dossier in orde te maken.
- Vermijd dialectisme -> vervang door Standaardnederlands. hb.p. 54
Heb jij goesting om met mij deze theatertaak uit te werken? Neen, want jij bent groter dan mij.
Heb jij zin om met mij deze theatertaak uit te werken? Neen, want jij bent groter dan ik.
Hang deze poster aan het prikbord met duimspijkers.
Hang deze poster aan het prikbord met punaises.
- Vermijd purismen (= het “uitzuiveren” van de taal; leenwoorden uit de Nederlandse taal weren) -> vervang door “gewone” taal. hb.p. 64 - Vermijd barbarismen (= gallicismen/germanismen/anglicismen) -> vervang door “gewone” taal. hb.p. 64
Vroeger of later loopt de leerling toch tegen de Vroeg of laat loopt de leerling toch tegen de lamp als hij zijn taken niet afgeeft. lamp als hij zijn taken niet afgeeft.
- Vermijd woordovertolligheid (= contaminatie/pleonasme/tautologie) -> vervang door het juiste woord of de juiste uitdrukking. hb.p. 84-85
Daarom moeten de leerkrachten dan ook de nodige maatregelen treffen en zal de directie de ouders optelefoneren. De ouders emigreerden reeds naar het buitenland.
- Vermijd archaïsch woordgebruik (= verouderde woorden zoals “doch, reeds, eender welke...”) -> vervang door “gewone woorden. hb.p. 41
De leerling wordt gevraagd bij de directeur, doch heeft geen zin.
Daarom moeten de leerkrachten de nodige maatregelen treffen en zal de directie de ouders telefoneren. De ouders verhuisden reeds naar het buitenland. (daarom = dan ook/optelefoneren = telefoneren of opbellen/emigreren = naar het buitenland verhuizen) De leerling wordt gevraagd bij de directeur, maar heeft geen zin.
wat?
foute versie
verbeterde versie
- Vermijd telegramstijl (= een opeenvolging van korte, enkelvoudige zinnen) -> wissel enkelvoudige en samengestelde zinnen af en varieer in de lengte van de zinnen. hb.p. 72-82
Jan stapt de school binnen. Hij ontmoet zijn vrienden. Ze praten luidruchtig. Ze hebben veel plezier. Ze hebben elkaar twee maanden niet gezien. De vrienden hebben veel te vertellen. De leerkracht komt voorbij. Ze zegt iedereen vriendelijk goeiedag.
Jan stapt de school binnen en ontmoet zijn vrienden. Ze praten luidruchtig, want ze hebben veel plezier omdat ze elkaar twee maanden niet hebben gezien. De vrienden hebben dan ook veel te vertellen. Als de leerkracht voorbij loopt, zegt ze iedereen vriendelijk goeiedag.
vlotheid in de zinsbouw
- Vermijd een opeenvolging van OPAconstructies (= onderwerp/persoonsvorm/andere zinsdelen) -> wissel de woordvolgorde af. hb.p. 41
- Vermijd spaghettizinnen Enerzijds zijn er leerlingen die in de discussie (= één enkele eindeloze zin) over de strafmaat voor Anders Breivik voor de -> varieer in de lengte van de zinnen, maak er doodstraf zijn omdat het goedkoper is dan aparte zinnen van. levenslange hechtenis en omdat nieuwe misdaden dan uiteraard onmogelijk zijn, anderzijds zijn er leerlingen die pleiten voor een levenslange gevangenisstraf omdat de schuldige maar eens moet voelen hoe het is om van je vrijheid beroofd te zijn en tijd krijgt om over zijn daden na te denken.
Sommige leerlingen zijn in de discussie over de strafmaat voor Anders Breivik voor de doodstraf omdat het goedkoper is dan levenslange hechtenis. Nieuwe misdaden zijn bovendien uitgeloten. Tegenstanders pleiten voor een levenslange gevangenisstraf. De schuldige moet maar eens voelen hoe het is om van je vrijheid beroofd te zijn en krijgt tijd om over zijn daden na te denken.
- Vermijd het spitsen van samengestelde zinnen (= een zin kan niet beginnen met een voegwoorden zoals “ en, hoewel, maar, terwijl, tot, want”) -> samengestelde zinnen vormen één enkele zin (voeg hoofdzin en bijzin samen tot één geheel). hb.p. 81
Ik kan niet geloven dat die leerling een onvoldoende voor Frans en Engels haalde. Want zijn logboekteksten voor het vak Nederlands zijn van een hoog niveau.
Ik kan niet geloven dat die leerling een onvoldoende voor Frans en Engels haalde, want zijn logboekteksten voor het vak Nederlands zijn van een hoog niveau.
- Vermijd overspannen tangconstructies (= er staan te veel woorden tussen woorden die nauw bij elkaar horen = tang) -> Pas de woordvolgorde aan. hb.p. 84
Vijf leerlingen, die ondanks de herhaalde waarschuwingen gisteren niet in orde waren met hun taak die door de leraar Nederlands was opgegeven en die ze veel te moeilijk vonden, moeten woensdag in de school blijven.
Vijf leerlingen moeten woensdag in de school blijven. Zij waren gisteren, ondanks de herhaalde waarschuwingen, niet in orde met hun taak Nederlands omdat ze die veel te moeilijk vonden.
- Vermijd overdreven gebruik van de ellips Bestseller! (= één of meer woorden weglaten als je ze er vanuit de context kunt bij denken; de zin wordt onduidelijk of kan verkeerd begrepen worden) -> overdrijf er niet mee. hb. p. 84
Het boek “De hongerspelen” is een bestseller! Het is reeds aan de 1Ode druk toe.
- Vermijd congruentiefouten (= onderwerp en persoonsvorm komen niet overeen in getal) -> stem onderwerp en persoonsvorm qua getal op elkaar af (o = enk/pv ook en omgekeerd). hb.p. 85
De lessen cultuurwetenschappen leerden me dat de media te veel uit is op sensatie.
De lessen cultuurwetenschappen leerden me dat de media te veel uit zijn op sensatie. (media is het meervoud van medium)
- Vermijd naamwoordstijl (= een werkwoord wordt omgevormd tot een zelfstandig naamwoord) -> vervang door de werkwoordstijl (het vervoegen van de werkwoorden klinkt levendiger en vermijd een opeenstapeling van voorzetsels). hb.p. 85
Het roken van sigaretten voor de schoolpoort is toegenomen.
De leerlingen roken terug meer sigaretten voor de schoolpoort. (Af en toe kan je de naamwoordstijl wel gebruiken, maar kies toch liever de werkwoordstijl.)
- Vermijd foute werkwoordelijke De leraar nam mijn gsm in beslag. Hij weet eindgroepen zeker niet hoeveel ik daar had voor betaald. (= het plaatsen van andere woorden tussen de werkwoordelijke eindgroep) -> verplaats de woorden tussen de werkwoordelijke eindgroep (de werkwoordelijke eindgroep is ondoordringbaar). hb.p. 83
De leraar nam mijn gsm in beslag. Hij weet zeker niet hoeveel ik daarvoor had betaald.
- Vermijd foute samentrekking (= foute samentrekking van overbodige herhalingen van woorden) -> pas de regels van de samentrekking juist toe. hb.p. 84
De leerkracht verjaarde vorige maand en de leerling verjaart vandaag. (de leerling is vandaag jarig = grammaticale tijd aanpassen)
De leerkracht verjaarde vorige maand en de leerling vandaag.
- Vermijd foute beknopte bijzinnen Hevig bloedend bracht de ambulance de ( = een bijzin waarvan het onderwerp verschilt gewonde leerling naar het ziekenhuis. van dat van de hoofdzin) -> pas de zinsbouw aan. hb.p. 81-83
Hevig bloedend werd de gewonde leerling door de ambulance naar het ziekenhuis gebracht. (In de foute versie lijkt de ambulance hevig te bloeden.)