Deze factsheet ouderen en eenzaamheid is een gezamenlijke uitgave van GGD Midden-Nederland en Schakels, adviesbureau voor welzijn en zorg.
Inhoud
Informatieblad
Wat is eenzaamheid? Wat veroorzaakt eenzaamheid? Overige ontwikkelingen Wie lopen het risico om eenzaam te worden? Wat kan er aan gedaan worden? Verder lezen
Wat gebeurt er in de provincie? Waar is meer informatie te vinden? Verder zoeken
Wat is eenzaamheid? Uit onderzoek van de Vrije Universiteit Amsterdam blijkt dat ongeveer een derde van de 55-plussers eenzaam is en ongeveer 4% ernstig tot zeer ernstig eenzaam. Het seniorenonderzoek van de GGD MiddenNederland uit 2002 komt op een percentage van 40% eenzamen van 65 jaar en ouder in haar regio. In deze onderzoeken is eenzaamheid gemeten naar de schaal van de Jong-Gierveld. Zij definieert eenzaamheid als het als negatief ervaren verschil tussen de kwaliteit van de relaties die men onderhoudt en de relaties zoals men die voor zichzelf zou wensen. De gevolgen van langdurende eenzaamheid zijn groot. Het bedreigt de gezondheidssituatie en de aan gezondheid gerelateerde kwaliteit
van leven van veel ouderen. Vereenzaming gaat vaak gepaard met lichamelijke en psychische klachten (depressie en angst). Sociale contacten (netwerken) zijn belangrijk voor het persoonlijk en maatschappelijk welbevinden van mensen. Zij verhogen bijvoorbeeld het zelfrespect en vervullen een centrale rol bij het omgaan met problemen.
1
andere factor is het beperkt zijn in persoonlijke competenties als zelfvertrouwen, probleemoplossend vermogen en sociale vaardigheden. Naast steun van anderen kunnen deze competenties mensen beschermen tegen de gevolgen van allerlei gebeurtenissen. Maatschappelijk factoren zijn het ontbreken van maatschappelijke participatie, inkomensachteruitgang en een ongewenste woonsituatie. Geen van deze factoren leidt per definitie tot eenzaamheid. De cruciale oorzakelijke factor bestaat niet.
Overige ontwikkelingen Met name de individualisering heeft grote gevolgen voor de sociale leefwereld gehad. Het individu is steeds meer op zichzelf gericht, terwijl traditionele sociale verbanden van kerk, buurt, familie, werk, etc. sterk aan betekenis hebben ingeboet. De gevolgen zijn merkbaar in het persoonlijk leven, tussen mensen onderling en de sociale leefwereld in het algemeen. Waar een netwerk in de traditionele samenleving vooral een gegeven was, is dat in de moderne samenleving niet meer zo vanzelfsprekend. Dit stelt hogere eisen aan de sociale competenties van mensen. Door de vermaatschappelijking van de zorg (ouderen wonen langer thuis), maar ook door de geringe aandacht voor welzijnsactiviteiten in de zorg wordt de kans op vereenzaming groter. De zorg zelf is zakelijker geworden, er is veel minder tijd voor persoonlijke aandacht.
Wie lopen risico om eenzaam te worden?
Wat veroorzaakt eenzaamheid? Er zijn meerdere factoren die een rol spelen bij het ontstaan van eenzaamheid. Deze zijn grofweg in te delen in persoonlijke en maatschappelijke factoren. Persoonlijke factoren zijn bijvoorbeeld ingrijpende levensgebeurtenissen zoals echtscheiding of het overlijden van een partner. Het is daarnaast vaak onvermijdelijk dat door ziekte of sterfte goede vrienden en familie van de oudere wegvallen. Ook gezondheid is een factor die meespeelt. Zo kunnen horen, zien en bewegen minder worden. Ziekten en aandoeningen als diabetes, hartkwalen, Parkinson en incontinentie komen bij ouderen vaker voor. Ook de geestelijke gezondheid kan teruglopen. Denk daarbij aan geheugenverlies, dementie en depressie. Daarnaast toont onderzoek aan dat vrienden, buren en kennissen het contact met de oudere bij het afnemen van het mentale vermogen mijden. Een
Uit het seniorenonderzoek van de GGD MiddenNederland uit 2002 blijkt eenzaamheid vaker voor te komen bij (in rangorde): • Alleenstaanden Van de alleenstaande respondenten van het onderzoek voelt 14% zich ernstig tot zeer ernstig eenzaam. Van de niet-alleenstaanden is dat 4%. • Ouderen die hun gezondheid als slecht ervaren. • Ouderen die in de afgelopen drie jaar geen nieuwe contacten hebben gelegd. Uit ander onderzoek komen ook de mantelzorgers als risicogroep naar voren. Zwaarbelaste mantelzorgers (partners) van zieke ouderen moeten vaak noodgedwongen hun sociale contacten beperken.
2
Wat kan eraan gedaan worden? Drie stappen 1. Het signaleren van eenzaamheid 2. Het komen tot een interventie op maat 3. De interventie(s)
Net zo goed als er geen cruciale oorzakelijke factor voor eenzaamheid is, bestaat er ook geen ei van Columbus als oplossing. De preventie van eenzaamheid zit vooral in het vroegtijdig herkennen van eenzaamheid. Een aantal interventies zijn niet alleen ter bestrijding van eenzaamheid, maar kunnen er ook voor zorgen dat eenzaamheid of verergering van problemen voorkomen wordt. Stap 1 - Signaleren In de praktijk zijn er meerdere beroepskrachten en vrijwilligers die (kunnen) signaleren: medewerkers van de thuiszorg, wijkverpleegkundigen, huisartsen, vrijwilligers die huisbezoeken afleggen, ouderenadviseurs etc. Voor de één is signaleren een duidelijke taak, maar voor de ander is dat minder duidelijk of nadrukkelijk. Belangrijk voor een goede signalering is dat er binnen organisaties duidelijkheid is over de rol en de verantwoordelijkheden van vrijwilligers en medewerkers ten aanzien van het signaleren van eenzaamheid. Eenzaamheid is niet gemakkelijk te herkennen. Signalen van eenzaamheid als vermijdingsgedrag, claimgedrag en leven in het verleden, kunnen ook ergens anders op duiden. Het huisbezoek is een middel om eenzaamheid te signaleren. Hierbij worden vaak vragenlijsten gebruikt. Om eenzaamheid op te sporen zijn landelijk standaardvragen uitgewerkt. De GGD MiddenNederland heeft de vragenlijsten van de huisbezoeken in Montfoort en Driebergen hierop aangepast. Tevens werkt de GGD samen met Altrecht (preventie) aan een training om vrijwilligers te ondersteunen in het signaleren van eenzaamheid.
Meer informatie: GGD Midden-Nederland (zie infoblok op de achterzijde van het informatieblad).
Stap 2 – Interventie(s) op maat Omdat een goede aanpak altijd inspeelt op de oorzaak van eenzaamheid, is het van belang om de oorzaak van eenzaamheid zorgvuldig te achterhalen. Dit kan bijvoorbeeld door één of meerdere gesprekken met de oudere te voeren. Vaak is de verleiding groot snel over te gaan tot het voorstellen van oplossingen. De kunst
is nu juist om de oudere in staat te stellen daar zelf (weer) een actieve rol in te spelen. Een methodiek daarvoor is bijvoorbeeld het levensloopgesprek.
Meer informatie: Vrije levensloopacademie Rotterdam (zie infoblok op de achterzijde van het informatieblad).
Het zoeken van een interventie op maat is een cruciale stap. Het is dan ook belangrijk dat dit wordt gedaan door getrainde vrijwilligers en beroepskrachten. Soms is er meer dan één type interventie nodig. Bijvoorbeeld de aanschaf van een gehoorapparaat én het herstel van een belangrijke relatie. Stap 3 – Interventies gericht op ouderen Het mag duidelijk zijn dat dé oplossing voor eenzaamheid niet bestaat. De oplossingen, ofwel de interventies, zijn divers. Daarbij moet niet alleen gedacht worden aan sociale activering, maar ook aan het ontwikkelen van informele netwerken en het verbeteren van persoonlijke competenties. Tevens is het van belang dat er aandacht is voor de bekendheid en toegankelijkheid van aanbod. Uit het seniorenonderzoek van de GGD blijkt dat senioren nog al eens belemmeringen ervaren bij het deelnemen aan activiteiten. Het moeilijk vinden om alleen te gaan en beperkte vervoersmogelijkheden zijn daar voorbeelden van. In de provincie Utrecht dragen veel lokale activiteiten bij aan de preventie en aanpak van eenzaamheid bij ouderen. Veelal vinden activiteiten plaats in de volgende categorieën: • Activiteiten, educatie en tijdsbesteding • Ontmoeting en netwerkversterking • Persoonlijke activering • Cursussen, gespreksgroepen en therapie • Zorg en hulpverlening Veel activiteiten en diensten staan niet te boek als specifieke eenzaamheidsprojecten, maar kunnen wel eenzaamheid helpen voorkomen of bestrijden. Uiteraard is een compleet overzicht geven onmogelijk. Op het informatieblad vindt u voorbeelden van activiteiten op het gebied van ontmoeting en netwerkversterking, persoonlijke activering, cursussen, gespreksgroepen en therapie en gaan we in op enkele randvoorwaarden. In juli 2004 is de databank van het NIZW beschikbaar. Hier staan projecten rond eenzaamheid van SWO’s in het land verzameld.
Meer informatie: NIZW (zie infoblok op de achterzijde van het informatieblad).
3
Verder lezen • De Jong Gierveld J. Eenzaamheid onder oudere mensen; een overzicht van het onderzoek. Gerõn, 1999, jrg. 1, nr. 1. • Hortulanus R, A. Machielse en L. Meeuwesen. Sociaal isolement, een studie over sociale contacten en sociaal isolement in Nederland. Den Haag, Elsevier Overheid, 2003. • Linneman M, P. van Linschoten, T. Royers, H. Nelissen en B. Nitsche (red.). Eenzaam op leeftijd, interventies bij eenzame ouderen. Utrecht: NIZW, 2001. • Machielse J.E.M.. Niets doen, niemand kennen. De leefwereld van sociaal geïsoleerde mensen. Den Haag, Elsevier Overheid, 2003. • Royers T en I. Staarink. Gevangen in Verlangen. Handvatten voor het signaleren van eenzaamheid door thuiszorgmedewerkers. Utrecht: NIZW, 2000. • Scholten C. Gewoon gezien. Signalering door vrijwilligers in zorg en welzijn. Utrecht: NIZW, 2000.
Colofon Tekst: Hanneke van Zoest en Monique Postma, m.m.v. Brigitte Nitsche (NIZW) Foto’s: GGD Midden-Nederland Opmaak: Om tekst en vorm, Utrecht © juni 2004 Meer exemplaren van deze factsheet zijn te verkrijgen bij GGD MiddenNederland (030 - 6086086) en Schakels (030 - 2753333) 4
I N F O R M A T I E B L A D Wat gebeurt er in de provincie? • Ontmoeting en netwerkversterking In de provincie zijn er meerdere voorbeelden van ontmoetingsactiviteiten voor ouderen zoals Open Eettafel en Samen Eten projecten, het Seniorenrestaurant en de huiskamerprojecten. SWO Leusden organiseert het project De Huiskamer, sociale dagopvang voor ouderen zonder indicatie voor dagopvang.
Meer informatie: SWO Leusden (zie infoblok zoz).
Ook vanuit de werkgroep Vereenzaming Ouderen Soest (VOS) wordt een huiskamerproject gerealiseerd. Het doel van dit project is enerzijds preventief door het verkleinen van het sociaal isolement en anderzijds curatief door het opzetten en herstellen van het sociaal netwerk van ouderen.
Meer informatie: SWO Soest (zie infoblok zoz).
Het Ontmoetingscentrum Nieuwegein, mede georganiseerd door Vitras (instelling voor onder meer Thuiszorg en maatschappelijk werk) biedt een ondersteuningsprogramma voor licht dementerenden en hun mantelzorgers.
Meer informatie: Vitras (zie infoblok zoz).
• Persoonlijke activering Voorbeeld van persoonlijke activering zijn huisbezoeken. Deze worden zowel door professionals als vrijwilligers afgenomen, met verschillende uitgangspunten. Vrijwilligers van ouderenbonden, kerkelijke organisaties en instellingen zoals de Zonnebloem, het Rode Kruis en Humanitas leggen vaak vriendschappelijke huisbezoeken af of huisbezoeken aan langdurig zieke ouderen. Daarnaast bestaan preventieve en activerende huisbezoeken. Het preventieve huisbezoek heeft als doel de leefsituatie van ouderen in beeld te brengen en te informeren over de bestaande voorzieningen. De huisbezoeken worden afgenomen door geschoolde vrijwilligers en richten zich vooral op 75-plussers. De vrijwilligers maken vaak gebruik van een vragenlijst die eenzaamheid kan signaleren. Het activerend huisbezoek is gericht op het bieden van
tijdelijke en doelgerichte ondersteuning onder andere aan ouderen die daarna weer zelfstandig verder kunnen. Bij veel instellingen heeft de ouderenadviseur zijn/haar intrede gedaan. De ouderenadviseur heeft ook de taak om psychosociale problemen te signaleren. Lokaal wordt de functie verschillend genoemd en ingevuld, maar in principe is signaleren en verwijzen met betrekking tot eenzaamheid een aandachtspunt. • Cursussen, gespreksgroepen en therapie Instellingen voor algemeen maatschappelijk werk en geestelijke gezondheid organiseren speciaal voor ouderen diverse cursussen rond rouwverwerking, depressie en zingeving. Stichting Senior in Abcoude is bezig met de ontwikkeling van een schrijf- of praatgroep waar ouderen bijvoorbeeld aan de hand van foto’s hun ervaringen en gevoelens kunnen verwoorden en delen.
Meer informatie: Stichting Senior (zie infoblok zoz).
Er zijn diverse organisaties die een cursusaanbod kunnen doen, maar vaak ontbreekt structureel aanbod op dit gebied. Denk bijvoorbeeld aan de Vriendschapscursus van Nan Stevens. Daarbij is het van belang in beeld te krijgen welke groepen behoefte hebben aan welk soort cursussen en ondersteuning en kunnen er soms nog gerichter bepaalde doelgroepen, zoals mantelzorgers, op de hoogte worden gebracht van een aanbod.
Randvoorwaarden • Samenwerking/afstemming Samenwerking met andere organisaties is van belang om het aanbod aan acties en interventies goed op elkaar af te stemmen. Daarbij is het belangrijk dat alle organisaties op de hoogte zijn van elkaars aanbod en zorg te dragen voor een gezamenlijke informatievoorziening naar ouderen. In Soest, Zeist, Nieuwegein, de Lekstroom gemeenten en binnenkort ook in Woerden zijn netwerken actief rond eenzaamheid bij ouderen. Verschillende partijen zitten daarbij aan tafel. Over het algemeen werkt men aan een gezamenlijk plan van aanpak rond eenzaamheid. De netwer5
ken bevinden zich in verschillende fasen van dit proces.
Meer informatie: GGD en Schakels (zie infoblok op deze pagina).
In Baarn heeft de Stichting FGB Baarn het voorzitterschap van het vrijwilligerscollectief, waaraan ook kerkelijke organisaties op zich genomen. Door de verschillende kerkelijke groeperingen worden huisbezoeken afgelegd onder andere aan zieken, 75-plussers en tijdens feestdagen. Middels een gerichte coördinatie van deze huisbezoeken kan een betere afstemming, samenhang en verwijzing mogelijk worden.
Meer informatie: Stichting FGBB Welzijn Ouderen (zie infoblok op deze pagina).
• Informatievoorziening Op lokaal niveau is een goede informatievoorziening van belang. Het gaat dan om informatie over (de organisatie van) interventieprojecten aan ouderen, beroepskrachten en vrijwilligers. Nu gebeurt dat nog te veel vanuit de afzonderlijke organisaties. Ook zijn organisaties niet altijd van elkaars aanbod op de hoogte. Een handzaam overzicht van activiteiten en interventies is essentieel voor beroepskrachten en vrijwilligers. Zo worden gaten in de hulpverlening, zoals bijvoorbeeld het ontbreken van een bepaald type interventie, zichtbaar. Voor ouderen is een seniorengids met daarin alle relevante informatie belangrijk. Ook zien we steeds vaker informatiewinkels, wijksteunpunten en senioreninformatiepunten ontstaan met een belangrijke voorlichtende rol.
cohesie in een wijk of buurt. Burgerinitiatieven hebben vaak een grote meerwaarde omdat participanten gemotiveerd en betrokken zijn. De kans van slagen van zo’n project is daarmee groot en de inbedding in een wijk of buurt vaak gegarandeerd. De gemeenten en organisaties kunnen deze burgerinitiatieven faciliteren en stimuleren.
Infoblok • GGD Midden-Nederland (vragenlijsten, training vrijwilligers, netwerken in gemeenten) Hanneke van Zoest (030) 6086086/
[email protected] • Schakels (netwerken in gemeenten) Monique Postma (030) 2753333/
[email protected] • Vrije levensloopacademie Rotterdam (010) 4354354/
[email protected] • SWO Leusden (huiskamer project) (033) 4952090/
[email protected] • SWO Soest (huiskamerproject en samenwerking) (035) 6023681/
[email protected] • Vitras (ontmoetingscentrum N’gein) (030) 6301620/
[email protected] • Stichting senior (Schrijf- praatgroep) (0294) 280990/
[email protected] • Stichting FGB Baarn (afstemming bezoekdiensten) (035) 5418600/
[email protected]
• Stimuleren burgerinitiatieven Naast gecoördineerde acties vanuit professionele organisaties is het ook van belang meer informele vormen van initiatieven te stimuleren. Kleinschalige vriendendiensten, of informele buurtnetwerken kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan de sociale
Verder zoeken • www.kenniscentrum-ouderen.nl >> zie kwetsbare ouderen voor de projectenbank ouderen en eenzaamheid • www.nigz.nl >> het Nederlands Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie heeft onder de knop dossiers en het informatiecentrum overzichten van projecten bij GGD’en en GGZ instellingen op o.a. eenzaamheid • www.ssg.scw.vu.nl/lasa/ >> het LASA (Longitunal Aging Study Amsterdam) heeft veel cijfers uit verschillende onderzoeken naar eenzaamheid en ouderen in het algemeen • www.scp.nl >> het Sociaal Cultureel Plan bureau heeft cijfers en rapporten over o.a. ouderen (Rapportage Ouderen bijvoorbeeld uit 2001) 6 • www.ggdmn.nl • www.schakels.nl • www.vrijelevensloopacademie.nl