Let op
Der Sjtiel Equal Project Autorestauratie
Naam instelling:
Stichting Der Sjtiel
Adres instelling:
Casinolaan 6, 6372 XG Landgraaf Postbus 31156, 6370 AD Landgraaf 045-5421199
Website:
www.sjtiel.nl www.autorestauratie.sjtiel.nl www.viavia.sjtiel.nl
1
Inhoudsopgave
Het project Autorestauratie binnen Der Sjtiel 1.1. 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.2.4 1.2.5
Beschrijving van Stichting Der Sjtiel in hoofdlijnen Het ontstaan van de Autorestauratie werkplaats Kader/doelstelling Belangstelling/behoefte Doelgroep Aanpak en werkwijze in vogelvlucht Huisvesting
3 5 5 6 7 9 11
De nieuwe methodiek 2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
De methodiek Werknemerscompetenties Beroepscompetenties Algemeen Intern Rapportagesysteem Der Sjtiel Individuele Interne Rapportage: Vaktechnniek Samenvatting
12 12 17 19 19 19
3 3.1 3.1.1 3.1.2 3.2 3.2.1 3.2.2
De begeleiding van de deelnemers Binnen Der Sjtiel/Autorestauratie Werkbegeleiding. Trajectbegeleiding Buiten Der Sjtiel/Autorestauratie Opleidingstuten (ROC en KBB)) Hulpverlening
20 21 21 21 22 22 25
4 4.1 4.2
Overdraagbaarheid methodiek Intern binnen Der Sjtiel Extern buiten Der Sjtiel
26 26 28
5
Slot
29
2
Het project Autorestauratie binnen Der Sjtiel 1.
Beschrijving Project Autorestauratie van Der Sjtiel
1.1.
Beschrijving van Stichting Der Sjtiel in hoofdlijnen.
Der Sjtiel is al sinds 1988 wat haar naam oorspronkelijk betekent: een stut, een steun. Honderden mensen hebben de afgelopen jaren immers dankzij Der Sjtiel beschut werk gevonden of hebben gebruik gemaakt van haar toeleidingstrajecten richting werk. De aanpak van Der Sjtiel is vrij uitzonderlijk in Nederland. Der Sjtiel heeft een eigen methodiek ontwikkeld specifiek gericht op persoonlijke ontwikkelingen gerelateerd aan werk. Tot de kerntaken van Der Sjtiel behoren Arbeidsrehabilitatie en Beschut Werk. Trajectbegeleiding, persoonlijke coaching en werkbegeleiding richten zich in haar begeleiding puur op aspecten die hiermee te maken hebben. De begeleiding is dus nadrukkelijk arbeidsgerelateerde. Ook met betrekking tot de doelgroep is Der Sjtiel uitzonderlijk in Nederland.De doelgroep waarvoor we onze activiteiten inzetten bestaat uit mensen met ernstige en langdurige psychische en / of sociale problematiek. Hierbij kan onder andere gedacht worden aan psychosen en/of verslaving. Onze doelgroep doet –naast het werken bij Der Sjtiel- daardoor vaak een beroep op instellingen op het gebied van Zorg en Welzijn. De positie van De Sjtiel is dan ook te vinden op het snijvlak van Arbeid, Zorg en Welzijn/Sociale Activering:
ARBEID
DER SJTIEL
ZORG
WELZIJN
Kortom, der Sjtiel biedt zinvolle arbeid aan mensen, bij der Sjtiel medewerkers genoemd, die zich als gevolg van psychische en/of sociale problemen (nog) niet kunnen handhaven op de vrije arbeidsmarkt of
3
in de “reguliere” sociale werkvoorziening. Hiermee wordt beoogd hen te ondersteunen in hun maatschappelijk functioneren. Der Sjtiel biedt hen werk, waaraan zij zingeving kunnen ontlenen, waarin zij zich kunnen ontplooien en waarbij zij in contact kunnen komen met andere mensen. Dit werk vergt regelmaat en discipline, biedt rechten en plichten en vraagt hen zich aan regels en voorschriften te houden. De medewerkers werken hetzij met behoud van uitkering of in een WSW dienstverband in een bedrijf dat organisatorisch overeenkomt met andere bedrijven, maar waarin wel rekening gehouden wordt met de specifieke beperkingen die mensen met psychische en/of sociale problemen hebben (gehad). Zij krijgen alle steun en medewerking die zij nodig hebben om in de werksituatie te functioneren en zich daarbinnen kunnen handhaven en ontwikkelen. Medewerkers kunnen dit werk kortere tijd (max. 2 jaar als Arbeidsrehabilitatie) of langere tijd (vanaf 2 jaar als Beschut Werk) blijven doen. Zij behouden hun maatschappelijke zelfstandigheid en worden aangesproken op hun eigen verantwoordelijkheid. Hoewel Der Sjtiel alleen werk biedt aan mensen met psychische en/of sociale problemen, is het geen categoriale voorziening. Mensen hebben een heel verschillende achtergrond. Door deze ‘verdunning’, de mix van mensen met verschillende soorten problematiek, staan niet de problemen centraal maar het werk. Der Sjtiel heeft sinds 2002 van het werkvoorzieningschap OZL een aanwijzing gekregen om de WSW uit te voeren. In 2007 betreft dit 25 FTE’s. Der Sjtiel voert binnen het werkgebied van het Werkvoorzieningschap OZL de WSW uit voor de doelgroep met ernstige psychische problematiek. De hoofdactiviteit voor deze groep bestaat uit het bieden van Arbeidsrehabilitatie waarbinnen algemene arbeidsvaardigheden worden verworven. Het SW bedrijf Licom voert in genoemde regio de SW (naast allerlei andere doelgroepen) voor de groep “matig psychisch gehandicapten” uit, met als insteek het bieden van specifieke arbeidstraining. Doel is om zo veel als mogelijk te bevorderen dat de WSW’er via Der Sjtiel naar Licom of andere (gesubsidieerde) werkgevers kan doorstromen. Bij Der Sjtiel werken op jaarbasis momenteel in totaal zo’n 400 mensen: ca. 50 personeelsleden (betaald) en ca. 350 medewerkers (met behoud van uitkering of in WSW dienstverband). Deze medewerkers hebben zoals al aangegeven, een zeer verschillende achtergrond: langdurig werklozen, psychiatrische patiënten, licht verstandelijk gehandicapten, dak- en thuislozen, alcohol- en drugsverslaafden, WAO-ers, werkloze jongeren etc.. Inmiddels is der Sjtiel actief op 4 locaties in de regio Zuid-Limburg. Op de hoofdlocatie in Landgraaf zijn 7 werkplaatsen gevestigd, in Hoensbroek (sinds 2004) en in Maastricht (sinds 2007) zijn de werkplaatsen Via Via operationeel en van hieruit worden tevens de projecten Loon naar Werken aangestuurd. Tot slot is in Brunssum sinds 2005 de autorestauratiewerkplaats actief. Deze werkplaats is het hoofdonderwerp van het Equal project. Alle werkzaamheden worden in opdracht van bedrijven en instellingen verricht. Alle producten dienen te voldoen aan door de opdrachtgever gestelde eisen en hebben een economisch toegevoegde waarde.
4
1.2
Autorestauratie Werkplaats
Onderstaand zal expliciet worden ingegaan op de redenen waarom Der Sjtiel het wenselijk vindt c.q. voornemens is een nieuwe werkplaats op te richten, die zich toelegt op de restauratie van oldtimers en klassieke auto’s. Achtereenvolgens zullen worden besproken: Algemeen kader Belangstelling/behoefte Doelgroep Aanpak en werkwijze Huisvesting
1.2.1
Kader
•
De regio Parkstad Limburg en met name het centrum van Heerlen, kent sinds jaren een aanzienlijk probleem rond overlast veroorzakende verslaafden. De gemeenten in de regio hebben besloten deze problematiek in gezamenlijkheid aan te pakken. De kaders van deze aanpak zijn voor het eerst vastgelegd in de Nota Bemoeizorg, welke tevens door de direct betrokken instellingen en instanties is onderschreven. In de projectomschrijving van het Project Bemoeizorg wordt benadrukt dat, naast huisvesting, inkomen, a.d.l.-activiteiten, begeleiding en behandeling, vooral ook dagbesteding en arbeid (en bijvoorkeur ook toeleiding naar betaald werk) van groot belang zijn als middel in individuele behandel- of begeleidingsplannen om het project tot een succes te maken.
•
De heersende opvatting is, dat de kans op werk voor deze groep: verslaafd, zonder vaste woonen verblijfplaats, vaak gecombineerd met ernstige psychische en/of sociale problematiek, als nihil wordt geclassificeerd.
•
Als antwoord op de vraag naar c.q. de behoefte aan dagbestedingactiviteiten heeft Der Sjtiel in 2002 het project Loon naar Werken opgestart. Dit project is uitdrukkelijk bedoeld voor mensen, die zowel actueel verslaafd als dak- / thuisloos zijn. Uit de opgedane ervaringen blijkt, dat een aanzienlijk deel van deze doelgroep zeer wel in staat is om te komen tot regelmatige deelname aan arbeid.
•
De door Der Sjtiel oorspronkelijk opgezette vormen voor aangepaste arbeid oftewel de beschutte werkplaatsen zijn bedoeld voor mensen met ernstige psychiatrische en/of sociale problematiek. De doelgroep van Loon naar Werken kan hier in eerste instantie (nog) niet terecht. Overstap naar de reguliere werkplaatsen kan alleen dan plaatsvinden als de medewerker voldoet aan een aantal basiscriteria, waarvan het hebben van een vaste woon- en verblijfplaats een noodzakelijke voorwaarde is. De overstap van Loon naar Werken naar de reguliere werkplaatsen verloopt echter niet probleemloos. Om de overgang te versoepelen is besloten om een tussenvoorziening,
5
te weten ViaVia op te richten. Momenteel worden de benodigde voorbereidingen getroffen om de projecten Loon naar Werken en ViaVia op een locatie in Hoensbroek uit te voeren. •
In de reguliere Sjtiel- werkplaatsen worden de medewerkers begeleid om attitudes en vaardigheden te ontwikkelen, die het beste als algemene arbeidsvaardigheden te omschrijven zijn. Het doel van deze algemene arbeidsvaardigheden is om zich te leren handhaven in een arbeidsomgeving.
•
Verder is het van belang om ter bevordering van de doorstroommogelijkheden meer aandacht te besteden aan opleidingsmogelijkheden. Het behalen van een startkwalificatie dan wel deelkwalificaties wordt steeds meer gewenst. De mogelijkheden die EVC (Erkenning Verworven Competenties) hierbij biedt, worden nader onderzocht op hun toepasbaarheid en maken ook deel uit van de activiteiten die gemoeid zijn met het project autorestauratie.
•
Er is gezocht naar werkzaamheden die enerzijds de doelgroepen van der Sjtiel als van Relim Hoensbroek aanspreken en anderzijds qua werkinhoud een meerwaarde hebben in het kader van arbeidsrehabilitatie gecombineerd met EVC-methodiek.Op deze wijze kan bevorderd worden, dat er meer (gekwalificeerde) uitstroom naar de arbeidsmarkt gerealiseerd wordt of dat doorstroom als medewerker naar een van de werkplaatsen van der Sjtiel kan plaats vinden.
•
Autorestauratie is op te splitsen in werkzaamheden die vaak eenvoudig van aard zijn en derhalve gemakkelijk aan te leren. Er zijn geen speciale vooropleidingseisen vereist. Uiteraard moeten de kandidaten wel geïnteresseerd zijn in auto’s en techniek. De complexere werkzaamheden zoals spuiten en reviseren hoeven niet zelf te worden uitgevoerd, maar kunnen ook worden uitbesteed. De door de medewerkers uit te voeren werkzaamheden, zoals het herstellen van de carrosserie, bestaat uit handwerk dat direct resultaat laat zien. Eventuele fouten zijn direct zichtbaar en niet onherstelbaar. Op deze wijze kan iedere medewerker zijn eigen inbreng leveren aan een totaalresultaat, dat in teamverband wordt bereikt.
1.2.2
Belangstelling/behoefte
In hoeverre een nieuwe Sjtiel-werkplaats die zich op autorestauratie richt, kans van slagen heeft hangt samen met de antwoorden op een tweetal vragen: Is er voldoende belangstelling voor dit werk onder de huidige en toekomstige medewerkers? Is er voldoende marktvraag c.q. zullen er voldoende auto’s worden aangeboden voor restauratie? Oriëntatie elders in het land bij vergelijkbare werkplaatsen heeft er toe geleid, dat het opzetten van een autorestauratie werkplaats als een kansrijke aanvulling op het huidige werkaanbod van Der Sjtiel werd gezien. De Stichting Andere Werkvormen De Schalm in Haarlem diende hierbij als voorbeeld. Deze organisatie is net als Der Sjtiel een bedrijf waar mensen met psychische en sociale problemen, afkomstig uit Haarlem en omgeving, werkervaring kunnen opdoen. Ook bij De Schalm wordt niet behandeld, maar gewerkt. De Schalm is een kringloopbedrijf met 5 verschillende afdelingen, namelijk een afdeling boeken, huisraad en kleding, die in 2 kringloopwinkels zijn gehuisvest; een ophaaldienst en een afdeling administratie. Daarnaast is er in 2002 een autorestauratie werkplaats van start gegaan
6
De mensen die bij de Schalm werken, worden hoofdzakelijk verwezen door GGZ instellingen en gemeenten. Het gaat hierbij altijd om mensen die vanwege psychische problemen moeilijk een reguliere baan kunnen bemachtigen. 1. De opgedane ervaringen in Haarlem bij de Schalm laten een positief beeld zien. Zowel met betrekking tot de belangstelling van de kant van potentiële medewerkers als van de kant van eigenaars van oldtimers en klassieke auto’s is er meer dan voldoende belangstelling. Het werkgebied van de Schalm is in omvang en samenstelling van inwoners vergelijkbaar met het werkgebied van der Sjtiel. Uit een en ander kan een positief signaal worden gehaald m.b.t. de kans van slagen voor de autorestauratie werkplaats van der Sjtiel. 2. In 2003/2004 heeft Der Sjtiel als wijze van experiment in de metaalwerkplaats een pilot met autorestauratie uitgevoerd. De resultaten van deze pilot zijn positief en tevens de aanleiding om te komen tot de realisatie van een zelfstandige autorestauratie werkplaats. In totaal hebben 10 personen deelgenomen. De vraag overtrof de plaatsingsmogelijkheden in het kader van deze pilot. De medewerkers waren afkomstig uit alle werkplaatsen van der Sjtiel. 3. Er zijn verkennende onderzoeken gehouden onder de medewerkers die werkzaam zijn in de metaalwerkplaats: het resultaat is dat hier 5 personen geïnteresseerd zijn in werk in de autorestauratie. Uit de overige werkplaatsen hebben eveneens 5 personen aan gegeven geïnteresseerd te zijn. 4. Onder de groep personen die momenteel werken bij Loon naar Werken en Via Via geeft een inventarisatie aan, dat ook hier belangstelling voor de autorestauratie bestaat. Dit bleek ook al tijdens de pilot zo te zijn; 5 van de eerder genoemde 10 personen in de pilot waren afkomstig uit deze doelgroep. 5. De trajectbegeleiders brengen bij nieuwe aanmeldingen tijdens het intakegesprek de nieuwe mogelijkheid om te werken in de autorestauratie speciaal onder de aandacht. 6. Bij opdrachtgevers zal de nieuwe werkplaats bij de werving zeker onder de aandacht worden gebracht. Op voorhand kan al gesteld worden dat opdrachtgevers geïnteresseerd zijn in werkzaamheden die een kwalificerend karakter hebben. Opdrachtgevers die al benaderd zijn, zijn o.a. gemeenten, diensten Sociale zaken en Werkgelegenheid in Parkstad, Rimo (Regionaal Instituut Maatschappelijke Opvang) en het Zorgkantoor. 7. Het beantwoorden van de 2e vraag, in hoeverre er voldoende auto’s voor restauratie zullen worden aangeboden, was hoopgevend. Er waren al 5 spontane aanvragen binnen. Indien nodig, zal een gerichte reclamecampagne worden opgezet om de potentiële klanten te informeren. 1.2.3
Doelgroep
De doelgroep voor de autorestauratie werkplaats is gemêleerd van samenstelling en vergelijkbaar met de bezetting van de overige reguliere werkplaatsen van Der Sjtiel. Er zal sprake zijn van een mix van persoonlijke achtergronden. Ook hier staan niet de problemen centraal maar het werk.
7
Kijkend naar de potentiële doelgroep van Der Sjtiel in de volle breedte (reguliere werkplaatsen, ViaVia en Loon naar Werken) en deze geplaatst in het bredere perspectief van de regio, blijkt dat er een grote voorraad aan potentiële medewerkers bestaat. -
-
De omvang van de potentiële doelgroep van actueel verslaafden en dak/thuislozen in de regio Parkstad Limburg bedraagt plusminus 250 personen. De omvang van de potentiële doelgroep (ex)verslaafden en (ex) dak- en thuislozen die woonbegeleiding ontvangen via RIMO (Regionaal instituut Maatschappelijke Opvang) bedraagt eveneens plusminus 250 personen. De omvang van de potentiële doelgroep van mensen met een ernstige psychiatrische en/of sociale problematiek in de Regio Parkstad Limburg bedraagt plusminus 2000 personen. Van de totale potentiële doelgroep heeft meer dan 20 % geen (recente) werkervaring beschikt niet over algemene c.q. specifieke arbeidsvaardigheden .
De beoogde doelgroep voor de autorestauratie werkplaats is zoals hierboven reeds vermeld, op te splitsen in 2 subgroepen: a. Inwoners van de regio Parkstad Limburg waarbij sprake is van ernstige psychische en / of sociale problematiek, die voldoen aan de volgende criteria: -
Motivatie om te werken bij der Sjtiel De kandidaat medewerker dient zelf te willen werken bij der Sjtiel.Tevens dient de kandidaat medewerker veranderingsbereidheid te tonen (weer willen werken) dat geuit wordt in wensen, interesse en enthousiasme.
-
Aanwezigheid van psychische en/ of sociale problematiek Psychische problematiek wil zeggen dat er sprake is van aantasting van de geestelijke gezondheid, dat zich uit in diverse ziektebeelden. Sociale problematiek betekent dat er problemen zijn in de dagelijkse omgang met de sociale omgeving en kan zich bijvoorbeeld uiten in het moeite hebben met het leggen van sociale contacten, gedragsproblematiek (agressie, teruggetrokkenheid) en verslavingsproblematiek.
-
Capaciteit om te functioneren in een arbeidssituatie De problematiek van de kandidaat medewerker staat niet te zeer op de voorgrond, zodat werken mogelijk is; met andere woorden, de problematiek mag geen belemmering vormen om te functioneren in de arbeidssituatie.
-
Afwezigheid van betere alternatieven om elders te werken Der Sjtiel is de beste optie voor de kandidaat medewerker. Daarbij dienen alle overige opties overwogen te zijn, waarna vast is komen te staan dat er geen adequate voorliggende voorzieningen zijn.
Indien duidelijk is dat een kandidaat medewerker in aanmerking komt voor een toeleidingstraject (traject dat gericht is op door- en/ of uitstroom), wordt er een vijfde criterium gehanteerd: -
Inschatting dat arbeidsintegratie haalbaar is.
8
In de meeste gevallen komt een kandidaat medewerker in aanmerking voor een toeleidingstraject, indien de verwijzende instantie dit aanvraagt. Soms beslist de selectiecommissie dat een toeleidingstraject de beste optie is, zonder dat de verwijzer dit aangevraagd heeft. Indien dit het geval is, dient de kandidaat medewerker een relatief goed arbeidsverleden te hebben (veel werkervaring) en dient er sprake te zijn van minimale problematiek. Ingeschat dient te worden dat de medewerker op redelijk korte termijn (enkele maanden tot enkele jaren) zal kunnen functioneren op de reguliere arbeidsmarkt.
b. Inwoners van de regio Parkstad Limburg, die (ex)verslaafd en (ex)dak- en thuisloos zijn, veelal in combinatie met ernstige psychische en/of sociale problemen. Deze tweede subgroep onderscheidt zich van de 1e groep door de volgende kenmerken: -
-
Alle deelnemers hebben te maken (gehad) met verslavingsproblematiek (actief gebruik en/of methadon) Alle deelnemers komen uit een situatie van dak- en thuisloosheid. Alle deelnemers maken gebruik van de regionale opvangvoorzieningen, zoals het Opvang- en Advies Centrum te Heerlen of zij wonen onder begeleiding van het Regionaal Instituut Maatschappelijke Opvang (RIMO) of het Leger des Heils. Veelal is er een combinatie met psychiatrische en/of sociale problematiek Alle deelnemers zijn langdurig werkloos, bijstandsgerechtigd of langdurig arbeidsongeschikt.
1.2.4
Aanpak en werkwijze.
-
De aanpak en werkwijze binnen de autorestauratie werkplaats vertoont veel parallellen met de overige werkplaatsen van Der Sjtiel. De methodiek en de begeleiding worden conform ingevoerd en toegepast. Een onderdeel dat in deze nieuwe werkplaats van meet af aan zal worden ingebed betreft het toepassen van de EVC procedure. EVC staat voor de Erkenning van Verworven Competenties en maakt onderdeel uit van het toewerken naar kwalificering van medewerkers. De redenen dat EVC steeds meer wordt toegepast heeft te maken met het feit, dat de tekorten aan goed geschoolde werknemers steeds nijpender worden. De Erkenning van Verworven Competenties (EVC) kan een manier zijn om dit probleem aan te pakken. Veel werknemers hebben een hoger niveau van vakmanschap bereikt zonder dat ze hiervan een diploma hebben. Zowel werknemers als werkgevers hebben er belang bij dat deze competenties op de juiste waarde worden geschat. Door gebruik te maken van de EVC-procedure kan de werknemer met een advies op maat precies die opleidingen volgen die nodig zijn om succesvol een examen af te leggen dat leidt tot een erkend diploma. Zodoende weet de werknemer wat hij waard is en weet de werkgever wat hij aan kennis en kunde in huis haalt of heeft. Voordelen van EVC voor de autorestauratie werkplaats zijn: -
De competenties en vaardigheden worden zichtbaar gemaakt. De werknemer wordt zich bewust van zijn kennen en kunnen. De werkgever heeft zicht op het potentieel aan vakmanschap. Er zijn mogelijkheden voor een scholingsadvies op maat. Werknemers vergroten hun kansen op de arbeidsmarkt.
9
-
Officieel geschoolde werknemers verbeteren het aanzicht van het bedrijf.
In onderstaande zal dit onderwerp als onderdeel van de methodiekbeschrijving apart worden belicht. Methodiek in vogelvlucht De methodiek die gekenmerkt wordt door een modulaire aanpak, zoals die binnen Der Sjtiel wordt toegepast, wordt gebruikt als basis. Hiervan uitgaande is de aanpak in de Autorestauratie werkplaats er op gericht om: -
Met een heterogeen samengestelde werkploeg, te weten (ex)verslaafden en (ex)dak-/thuislozen alsmede mensen met een psychiatrische en/of sociale problematiek te werken.
-
Een arbeidsomgeving aan te bieden waarbij motorvoertuigentechniek en carrosseriewerk wordt verricht.
-
Op basis van reeds opgedane regelmaat in Loon naar Werken, de Tussenvoorziening Via Via of in de beschutte werkplaatsen van Der Sjtiel en de daar opgedane ervaring, de medewerkers om te leren gaan met enige productie/arbeidsdruk (Arbeidsgewenning).
-
Als vervolg op een positieve afsluiting van de module arbeidsgewenning, kan toegewerkt worden naar het verwerven van Algemene Arbeidsvaardigheden in combinatie met EVC/beroepsopleidingen..
-
Deze ontwikkelingsgerichtheid leidt er naar verwachting toe dat men een volgende stap richting arbeid en/of scholing kan zetten en dat men in staat is om zich in een nieuwe arbeidsomgeving te handhaven.
-
Door aansluiting te zoeken tussen Algemene Arbeidsvaardigheden en toepassing van EVC enerzijds en formele kwalificaties zal men beter toegerust worden om deze stap succesvol te kunnen zetten.
Tot 2005 (aanvang Equal project) wordt in de Beschutte Werkplaatsen van Der Sjtiel nog slechts beperkt gebruik gemaakt van de procedures m.b.t. de erkenning van verworven competenties (EVC). Er is nog geen passend systeem opgezet, dat aansluitingen mogelijk maakt tussen EVC en Leerwerktrajecten die leiden tot kwalificaties zoals we die in het beroepsonderwijs onderscheiden, te weten de beroepskwalificatieniveaus 1 tot en met 4. Bij de toepassing van EVC dient rekening gehouden te worden met het gegeven dat de medewerkers veelal afwerend staan ten opzichte van schools leren. Uit praktijkvoorbeelden (zie rapport: EVC en informeel leren door Colo, november 2003, evenals zie de informatie m.b.t. het IMPACT EQUAL project uit ronde 1 van Cedris) blijkt, dat het ook zeer wel mogelijk is om EVC uitsluitend toe te passen op de werkplek c.q. toe te spitsen op de praktijkopleiding, met de daaraan gekoppelde certificering. Samen met het betreffende landelijk kenniscentrum voor bedrijf en beroep (VOC, Kenteq en/of Innovam) alsmede een Regionaal Opleidingscentrum (ROC) zal per persoon gezocht worden naar de meest passende en meest kansrijke leerweg.
10
Op basis van de uitgevoerde proef met de autorestauratie werkplaats binnen de bestaande metaalwerkplaats in Landgraaf, is geconstateerd dat veel deelnemers in het verleden in hun vrije tijd hebben gewerkt aan auto’s, zowel op het gebied van motorvoertuigentechniek als carrosseriewerk. Op basis van deze elders opgedane ervaring en affiniteit met dit type werk is er een relatief hoog ambitieniveau bij deelnemers om binnen een autorestauratie werkplaats aan de slag te gaan en leerwerkervaring op te doen. Een goed geëquipeerde autorestauratie werkplaats kan aan deze ambitie zeker tegemoet komen. Anderzijds wordt er ook vanuit de klant, de markt, kwaliteit gevraagd. Deze kwaliteit wordt onder andere afgemeten aan de kwalificaties die de medewerkers hebben. EVC is hierbij een passend meetinstrument, waarbij de vaardigheden vertaald kunnen worden in competenties. De aanwezige competenties worden vervolgens ingebed in de reguliere beroepsopleidingprofielen waardoor concreet zicht ontstaat op het vaardighedenniveau waarop een medewerker zich bevindt. Een EVC procedure kan het beste worden uitgevoerd, op basis van een kwalitatief bevredigende werkomgeving (voldoende begeleiding, kwalitatief hoogwaardig product). Door toepassing van de EVC procedure kan bevorderd worden, dat cliënten met een achtergrond zoals bovenomschreven, beter toegerust worden en daardoor meer kansen krijgen op de arbeidsmarkt. Alvorens dit proces in gang te kunnen zetten is nader overleg en afstemming met de ter zake bevoegde onderwijsinstellingen noodzakelijk, te weten het Regionaal Opleidingscentrum Arcus College te Heerlen en de Landelijke Kenniscentra voor Bedrijf en Beroep VOC (Vakopleiding Carrosserie), Innovam (motorvoertuigentechniek) en Kenteq (voor met name plaatwerken). Begeleiding De begeleiding van de groep medewerkers zal op dezelfde wijze als bij alle andere onderdelen van Der Sjtiel gestalte krijgen. Aan de ene kant bestaat de begeleiding uit een technische en vakmatige ondersteuning in het werk (werkbegeleiding en assistent werkbegeleiding). Daarnaast staan er voldoende uren van een trajectbegeleider ter beschikking, teneinde een juiste instroom te waarborgen alsmede periodiek de mogelijkheden voor doorstroom c.q. uitstroom te bezien. Dit laatste aan de hand van de modulaire Sjtiel methodiek. In het kader van het toepassen van EVC zal de begeleiding nog een extra element in zich moeten dragen. Het zijn van een erkend leerbedrijf stelt namelijk extra eisen aan de persoon van de begeleider. Zo moet deze voldoen aan de eisen voor het praktijkleermeesterschap. de meeste KBB’s verzorgen hier op hun vakgebied afgestemde cursussen voor. 1.2.5
Locatie/huisvesting
Omwille van het zo optimaal mogelijk uitvoeren van de werkzaamheden heeft de autorestauratie een eigen locatie nodig. Koppeling aan de metaalwerkplaats is niet langer een optie. De huidige locatie in Landgraaf is te klein en niet geschikt om er permanent een autorestauratie werkplaats te vestigen. Uitbreiding van het gebouw is niet toegestaan, omdat het gebouw, dat oorspronkelijk dienst deed als Ondergrondse Vakschool voor Mijnwerkers, te boek staat als een industrieel monument. De nieuwe locatie dient te voldoen aan een aantal eisen m.b.t. bereikbaarheid voor de medewerkers, ligging in de regio, grootte van de ruimte, geschiktheid voor het restaureren van auto’s. Op grond van deze criteria is gekozen voor een nieuwe werkplaats in Brunssum., gelegen in het noordelijk deel van de Parkstad, op een industrieterrein waarbij veel autobedrijven zijn gevestigd.
11
De nieuwe methodiek 2
De methodiek
De hoofddoelstelling van het Equal project Autorestauratie luidt als volgt: Het ontwikkelen en toepassen van een nieuw flexibel onderwijssysteem binnen de werkplaats autorestauratie, gebaseerd op de EVC systematiek en gericht op informeel leren in de praktijk op kwalificatie niveau 1 en 2. Hierbij zijn de volgende subdoelen gesteld: • Door aansluiting te realiseren met de systematiek van EVC, medewerkers in de praktijk trainen in algemene arbeidsvaardigheden (werknemerscompetenties) alsmede hen toerusten met kwalificerende beroepscompetenties binnen niveau 1 en 2. • Voorbereiden op c.q. aansluiting te zoeken met scholing / training / opleiding die leiden tot formele kwalificaties • Door middel van EVC aanwezige praktische vaardigheden en levenservaring van de doelgroep waarderen. • Inzetbaarheid van mensen in het werk vergroten. • Zelfvertrouwen van de deelnemers versterken. • Weerstand tegen opleiden c.q. vroegtijdige uitval voorkomen door gebruik te maken van informeel leren in de praktijk. • Voor de groep (ex)verslaafden en (ex)dak- en thuislozen geldt dat de regelmaat, die is opgedaan in het project Tussenvoorziening, om wordt gezet in het leren omgaan met en zich kunnen handhaven in een meer gestructureerde werkomgeving. • De medewerkers voorbereiden op het kunnen toepassen van verworven vaardigheden en attitudes in een nieuwe arbeidsomgeving als vervolg op Der Sjtiel (via stages in al dan niet gesubsidieerde en/of beschutte werkplaatsen) met heterogeen samengestelde werkploegen, met als doel dat ze zich daar kunnen handhaven. De doelstelling van het Equal project dient naadloos te passen binnen de modulaire methodiek van Der Sjtiel. De in de afgelopen jaren opgedane deskundigheid en de ontwikkelde methodieken zijn vastgelegd in modules. Alle gegevens rondom medewerkers worden vastgelegd in een speciaal voor der Sjtiel ontwikkeld medewerkers registratie systeem c.q. cliënt volg systeem genaamd het AIR (Algemeen Intern Rapportagesysteem) Dit systeem wordt in onderstaande beschreven. De onderlinge verbanden worden zichtbaar gemaakt in het schema.
2.1
Werknemerscompetenties
De modules die ingezet kunnen worden in het kader van het aanleren van werknemerscompetenties worden hieronder omschreven.
12
1. Selectie In de module selectie worden arbeids- en hulpverleningsverleden, motivatie, interesses en doelen, beperkingen en mogelijkheden van kandidaten in kaart gebracht. Op basis van deze informatie wordt duidelijk of iemand tot de doelgroep van Der Sjtiel behoort (bepaling door onafhankelijke indicatiecommissie) en welk traject voor betrokkene wenselijk en haalbaar is. Onderdelen: • Kennismaking en oriëntatie • Arbeidsanamnese en informatieverzameling • Doelgroepbepaling • Formuleren aandachtspunten arbeidsgewenning • Vaststellen begeleidingsaspecten • Opstellen trajectplan • Opstellen portfolio ; Opleiding/scholing, werkervaring, hobby’s, vaardigheden en overige competenties Activiteiten • Kennismaking en oriëntatie • Selectiegesprek incl. vastlegging en advies • (Bespreking in indicatiecommissie) Middelen • Aanmeldingsformulier, gesprekken/rondleiding, checklist selectie • Selectieprocedure/selectiecriteria
2. Arbeidsgewenning In de module arbeidsgewenning leert de medewerker in één van de werkplaatsen van Der Sjtiel (weer) wennen aan en functioneren in een arbeidsomgeving. De medewerker leert zijn¹ mogelijkheden en beperkingen in die arbeidssituatie onderkennen, accepteren en hanteren. Basisvaardigheden en attituden worden aangeleerd en/of aangescherpt. Aan het einde van deze module is de medewerker gewend aan de (minimale) eisen die de arbeidssituatie bij Der Sjtiel stelt, en zijn aandachtspunten geformuleerd voor het vervolgtraject (arbeidstraining algemeen) Aandachtspunten • Arbeidsritme • Arbeidsstructuur • Sociale aanpassing • Mentale aanpassing • Emotionele aanpassing • Lichamelijke/fysieke aanpassing Activiteiten • Begeleiding in het werken aan bovenstaande aandachtspunten • Duur: minimaal één maand, minimaal 4 dagdelen per week
13
•
Verlenging mogelijk met periodes van telkens één maand
Middelen • Evaluatiegesprekken, checklist, voortgangsverslag
3. Arbeidsoriëntatie Na de arbeidsgewenning (waarbij in feite het soort werk niet van belang is), komt vaak de vraag naar de sector waarin men werkzaam wil zijn. Niet alleen bij mensen met weinig of geen arbeidservaring, maar ook bij mensen met een goed arbeidsverleden bestaat de behoefte aan oriëntatie op diverse sectoren. Hiervoor kan men een aantal dagdelen meedraaien binnen de diverse werkprojecten van Der Sjtiel. Aan het eind van deze module heeft de medewerker zicht op de sector(en) waarbinnen men actief/werkzaam wil zijn. Activiteiten • Oriënterende plaatsing in één of meerdere werkplaatsen naar keuze • Duur: gemiddeld 10 dagdelen Middelen Evaluatiegesprekken, voortgangsverslag.
4. Arbeidstraining algemeen De arbeidstraining algemeen bouwt voort op de aandachtspunten uit het voortraject (de module arbeidsgewenning), de focus hier is op de training, in één van de werkplaatsen van Der Sjtiel, van algemene vaardigheden die benodigd zijn voor de uitvoering van het werk. Via gerichte opdrachten wordt de medewerker getraind op deze vaardigheden. Via evaluatieformulieren, door de werkbegeleider en/of trajectbegeleider, in te vullen, wordt de voortgang gemeten en wordt de planning bijgestuurd. De volgende aspecten staan hierbij centraal: • sociale aanpassing, collegiale samenwerking, discipline, aanvaarden leiding • zelfzekerheid en zelfstandigheid • instructie/leervaardigheid/training • inzet,aandacht/concentratie • praktisch - technische vaardigheid • werkritme • kwantiteit • kwaliteit Aan het eind van deze module bezit de medewerker de basale arbeidsvaardigheden die nodig zijn om in een arbeidssituatie (de arbeidssituatie van Der Sjtiel) te kunnen functioneren. Bovendien is helder geworden welke perspectieven er voor betrokkene zijn op het gebied van maatschappelijk nuttige activiteiten en/of werk. Activiteiten • Begeleiding en training in het werken aan bovenstaande aspecten
14
• •
Duur: 5 dagdelen per week 3 tot 6 maanden Verlenging mogelijk met periodes van telkens één maand
Middelen Evaluatie formulier en –gesprekken, voortgangsverslag. Aansluitend aan de module ‘arbeidstraining algemeen’ kan binnen Der Sjtiel op twee manieren vervolg gegeven worden aan het traject: • via de module ‘arbeidstraining specifiek’, gericht op uitstroom naar vrijwilligerswerk, scholing, gesubsidieerde of betaalde arbeid • via de module ‘werk’ (Beschut Werk); als (voorlopig) eindpunt van het traject
5. Arbeidstraining specifiek In de arbeidstraining specifiek wordt de medewerker, op basis van de conclusies uit voorgaande modules, gewerkt aan de specifieke vaardigheden die de medewerker nodig heeft om in de door hem gewenste werk- of opleidingsomgeving te kunnen functioneren. Het gaat hierbij om scholing van vakmatige vaardigheden in combinatie met het (verder) trainen van de basale arbeidsvaardigheden tot het niveau dat in de specifieke werk- of opleidingsomgeving nodig is. Daarbij worden onder meer werktijden, productiedruk (kwantiteit, tempo), zelfstandigheid en verantwoordelijkheid opgevoerd, zonder de benodigde kwaliteit uit het oog te verliezen. De beroepscompetenties (vaktechniek) worden in overeenstemming met de eindtermen van landelijk erkende opleidingen getraind (zie par. 2.2, EVC procedure/BBL opleidingen op niveau 1 en 2 via de weg van informeel leren in de praktijk). Uiteindelijk beschikt de medewerker over voldoende ‘arbeidsbody’ om zich in de beoogde werk- of opleidingsomgeving staande te houden. Daarmee wordt een belangrijke basisvoorwaarde geschapen om uitstroom succesvol te doen zijn. Uit de arbeidstraining specifiek komt nog helderder naar voren over welke vaardigheden de medewerker beschikt, maar ook de beperkingen komen scherper naar voren, en daarmee de grenzen aan plaatsingsmogelijkheden. Activiteiten • Training van benodigde vaardigheden, uitgaande van de eisen in de externe werkomgeving en eindtermen van opleidingen • Duur: tenminste drie maanden, gemiddeld 7 dagdelen per week (aan einde periode fulltime werken) • Verlenging mogelijk met periodes van telkens één maand Middelen Evaluatie - formulier en –gesprekken, voortgangsverslag. 6. Werk In de module werk (Beschut Werk) wordt gewerkt aan doelen als structuur, dagritme, gevoel van zinvolheid en maatschappelijk nut, maatschappelijke participatie, sociale contacten en redzaamheid.
15
Uiteindelijk gaat het hierbij om het vinden van de balans tussen werk- en privé-situatie, waarbij het werk een essentieel onderdeel is, een basisvoorwaarde om maatschappelijk te kunnen functioneren. Hierbij worden een aantal sub - doelen onderscheiden: Mentale en emotionele aanpassing: • de balans tussen chaos - structuur (instabiel - stabiel) • de balans tussen aspiratie - prestatie • de balans tussen zinvol – zinloos Sociale en emotionele aanpassing: • de balans tussen veilige sfeer – onveilige sfeer • de balans tussen sociale contacten- sociaal isolement Lichamelijke en emotionele aanpassing: • de balans tussen onderbelasting – overbelasting Binnen de module werk vindt betrokkene een (tijdelijk) rustpunt in het traject. Het kan ook het eindpunt van het traject zijn.
7. Stage/scholing Waar nodig wordt in het traject gebruikt gemaakt van de mogelijkheid om medewerkers stage te laten lopen bij bedrijven en instellingen. Hierdoor worden de binnen Der Sjtiel verworven competenties getest in een andere omgeving, waardoor een nog realistischer beeld ontstaat van de mogelijkheden (en beperkingen) van de medewerker. Tevens wordt meer zicht verkregen op welke ondersteuning /hulpbronnen de medewerker nodig heeft om in een arbeidssituatie te kunnen functioneren. Daar waar nodig kan een meer algemene vaardigheidstraining worden aangeboden (bv. introductiecursus informatica, Nederlandse taal). 8. Bemiddeling bij uitstroom/nazorg Der Sjtiel bemiddelt niet actief naar werk; wel wordt de medewerker ondersteund bij de gang naar en de contacten met bemiddelende of werkgevende organisaties (vrijwilligerscentrale, CWI, Sociale Werkvoorziening, Reïntegratiebedrijven etc.) Zolang het nodig is wordt de medewerker begeleid en ondersteund na plaatsing elders, totdat begeleiding/ondersteuning niet meer nodig is, of door anderen wordt overgenomen. Daarnaast wordt de ‘afnemende instantie’ (werkgever, vrijwilligersorganisatie, opleiding etc.) in overleg met de deelnemer aan traject op de hoogte gesteld van de specifieke aandachtspunten/begeleidingsaspecten van betrokkene, zodat een succesvolle plaatsing zoveel mogelijk bevorderd wordt.
16
2.2
Beroepscompetenties/integratie met werknemerscompetenties
1. Erkenning Verworven Competenties (EVC) en Beroepsopleidingen Als nieuwe aanvulling binnen c.q. op het modulair systeem is onlangs gestart met het toepassen van beroepsopleidingen op basis van EVC. Als pilot is gestart binnen de werkplaatsen Groenonderhoud en Autorestauratie. Het doel van de ontwikkeling en toepassing van de EVC systematiek is om samen met Regionale Opleidingscentra (ROC) /Agrarisch Opleidingscentrum (AOC) en de betreffende Kenniscentra voor Beroepsonderwijs en Bedrijfsleven (KBB) regulier beroepsopleidingen toe te passen in de werkplaatsen van der Sjtiel. De uitvoering van de opleidingen zal plaatsvinden door middel van informeel leren in de praktijk op basis van EVC. Er wordt op deze manier geprobeerd aan te tonen, dat er ook voor de doelgroep met zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt, mogelijkheden aanwezig zijn om zich in beroepsvaardigheden te bekwamen. De eerste resultaten zijn zeer bemoedigend. Zowel bij de werkplaatsen groenonderhoud als ook autorestauratie zijn de eerste certificaten/diploma’s in 2006 en 2007 inmiddels uitgereikt. Voor de deelnemers heeft de nieuwe opleidingssystematiek de volgende voordelen: • Er wordt inzicht verkregen in het niveau van kennis, vaardigheden en competenties van de deelnemer (portfolio). • De mogelijkheid wordt gecreëerd om deelkwalificaties en eventueel een regulier BBL diploma op niveau 1 of 2 te behalen. • De doorstroommogelijkheden naar gesubsidieerde arbeid (Sociale Werkvoorziening/ buurtbeheerbedrijf) of reguliere arbeid zullen gestimuleerd worden. Hiertoe worden stageplaatsen gezocht. • Voor degene voor wie externe doorstroom niet haalbaar blijkt te zijn, blijft de mogelijkheid bestaan om de verworven vaardigheden en attitudes in de beschutte gestructureerde arbeidsomgeving van Der Sjtiel toe te passen. Voor de opdrachtgevers heeft deze aanpak de volgende voordelen: • Personen worden toegerust met werknemersscompetenties (Sjtielmethodiek) • Personen worden toegerust met beroepscompetenties (EVC/beroepsopleidingen) • Personen verwerven (deel)kwalificaties op beroepsniveau 1 en/of 2 • Er wordt inzicht verschaft of iemand in staat is een baan te verwerven in het vrije bedrijf, sociale werkvoorziening of aangewezen blijft op vrijwilligers (beschut) werk • Het aantal personen dat aangewezen is (en blijft) op een uitkering verminderd • Werkgevers krijgen arbeidskrachten met een goede arbeidsattitude en een startkwalificatie In bijlage 1 wordt in een schema de ontwikkeling van de werknemerscompetenties, de ontwikkeling van beroepscompetenties en de wijze waarop beide zich tot elkaar verhouden in beeld gebracht. Als eerste moduul/actie in de kolom Beroepscompetenties wordt vastgesteld over welke kennis en vaardigheden de medewerker beschikt. De Eerder Verworven Competenties worden hier gemeten. Dit meten gebeurt enerzijds door trajectbegeleiding tijdens de selectiefase. Er wordt nu gericht geïnventariseerd welke opleidingen, cursussen , hobby;s en overige werkzaamheden iemand in zijn
17
verleden heeft verricht. Diploma’s en certificaten worden verzameld. Hiertoe is het intakeformulier uitgebreid met een aantal gerichte vragen. Het uitgebreidere intakeformulier met meer aandacht voor de werkervaring, genoten scholing, het al dan niet hebben van diploma’s en certificaten, hobby’s , vrijwilligerswerk etc. is in gebruik genomen. Hierdoor wordt vanaf de start al rekening gehouden met en aandacht besteed aan opleidingsmogelijkheden van de medewerkers. Dit met als doel om een zo compleet mogelijk algemeen beeld van de kennis van de medewerker te verkrijgen, dat al meteen gericht is op het voorbereiden van een EVC-procedure dan wel volgen van een mogelijke beroepsopleiding. Na de eerste inventarisatie van kennis en vaardigheden in het moduul selectie, start de medewerker met werken in de autorestauratie/plaatwerkerij. Dit geschiedt in het moduul Arbeidsgewenning. Tijdens het moduul arbeidsgewenning worden de gegevens uit de selectiefase getoetst op hun actualiteitswaarde; eventuele kennis en vaardigheden die tijdens de intake buiten beeld zijn gebleven (bv. omdat deze zijn verkregen tijdens zwart werken of in het criminele circuit) worden dan wel meegenomen bij de bepaling van de eerder verworven beroepscompetenties. De werkbegeleiding gaat op basis van de resultaten en de bevindingen naar aanleiding van deze observaties een individueel plan maken waarbij naast de training van de werknemerscompetenties (moduul algemene arbeidsvaardigheden) ook de technische vaardigheden behorende bij het programma aankomend voorbewerker/autoschadenhersteller worden aangeleerd c.q. geoefend. Hierbij worden de leermiddelen van de VOC gebruikt ter ondersteuning. De manier van kennisoverdracht gebeurt in de werkplaats tijdens het gewone werk op een niet schoolse manier. Op het moment dat de werkbegeleider van mening is, dat de medewerker over voldoende vaardigheden beschikt, is EVC aan de orde. De EVC procedure wordt door een erkend en gecertificeerd EVC aanbieder verricht. In het geval van de autorestauratie heeft Der Sjtiel gekozen voor het KBB Vakopleiding Carrosseriebranche (VOC) c.q het KBB Kenteq voor de werkplaats metaal/plaatwerkerij. De stappen die dus achtereenvolgens worden genomen zijn als volgt te beschrijven: • • • • • • • • • •
Intake (door trajectbegeleiding Sjtiel) Herkennen van beroeps- en leercompetenties door inzamelen direct bewijsmateriaal (diploma’s e.d.) (door Trajectbegeleiding Sjtiel in moduul Selectie) Opstellen portfolio 1 door trajectbegeleiding (algemeen portfolio) Herkennen van vaktechnische vaardigheden die niet blijken uit de harde bewijzen (door werkleiding in de werkplaats tijdens de Arbeidsgewenning) Opstellen portfolio 2 (door werkbegeleiding en trajectbegeleiding) Trainen vaktechnische vaardigheden door de werkbegeleiding in de werkplaats; training met behulp van leermiddelen van de VOC op een informele manier. Formele toetsing/herkennen en waarderen van beroepscompetenties/vaardigheden in beroepspraktijk (door assessoren KBB VOC) Erkenning (vaststelling van het resultaat) op basis van de in de vorige stap uitgevoerde toetsing en waardering van de vaardigheden door de examencommissie van de VOC. Op basis van ontbrekende competenties wordt een persoonlijk ontwikkelingsplan opgesteld(door KBB VOC) Vervolgopleiding op maat (door Sjtiel, medewerker en opleidingsinstituut KBB en/of ROC)
18
• •
Certificering/diplomering (door VOC ) Leerlingvolgsysteem integreren in Algemeen Informatie Registratie systeem (AIR) van der Sjtiel
In de dagelijkse praktijk van der Sjtiel heeft de toevoeging van het ontwikkelen van beroepscompetenties gevolgen voor de wijze van rapporteren c.q. de inhoud van het rapportagesysteem. In de 2 volgende paragrafen worden hier voorbeelden van gegeven. Concreet: • Moduul Specifieke Arbeidstraining (hoofditem : vaktechniek) krijgt nu inhoud; per werkplaats wordt dit moduul specifiek gevuld. In paragraaf wordt de autorestauratie als voorbeeld genomen. 2.3
Algemeen Intern Rapportagesysteem Der Sjtiel
Het Algemeen Intern rapportagesysteem van Der Sjtiel is volledig gedigitaliseerd. Iedere module is geoperationaliseerd en wordt in eerste instantie door de werkbegeleiding per individuele medewerker op de werkplek ingevuld. Naast ziekteverzuim, verlof, doktersbezoek worden in hoofd- en subgroepen de handelingen, vaardigheden, en gedrag genoteerd gericht op de elementen binnen de werknemerscompetenties (sociale, fysieke, emotionele en sociale aspecten) alsmede nu ook de vaardigheden in het kader van de beroepscompetenties gerelateerd aan de eindtermen/competenties die de beroepsopleidingen vragen. het hoofdkader van dit systeem ziet er als volgt uit (Nb. in de digitale versie is dit in een pdf bestand bijgesloten) 2.4 Individuele Interne Rapportage: Vaktechnniek Per individuele medewerker wordt het AIR ingevuld afhankelijk van de module behorende tot de werknemerscompetenties waarin iemand zich bevindt. In het moduul Specifieke Arbeidstraining (SAT) wordt nadrukkelijk gewerkt aan de beroepsmatige en vaktechnische handelingen/vaardigheden. Een uitgewerkt voorbeeld van deze module ziet er als volgt uit (in de digitale versie apart als Excel bestand bijgevoegd).
2.5
Methodiek in het kort samengevat
Binnen het onderdeel scholing wordt gebruik gemaakt van de nieuwe manier van leren op basis van de EVC ( Eerder Verworven Competenties) methodiek. In samenwerking met het Arcus College Heerlen en de Vakopleiding Carrosseriebranche (VOCAR) wordt op individuele basis een passend scholingsprogramma aangeboden aan de deelnemers. Scholing op basis van EVC wordt gekenmerkt door: Het bieden van maatwerk bij het leren op de werkplek - Opleiding vindt plaats op een nieuwe manier: werkplekleren - Inhoud van de opleiding is afgestemd op de praktijk van het bedrijf - De deelnemer leert in het bedrijf op zijn eigen werkplek - Wat de deelnemer al kent en kan hoeft niet opnieuw geleerd te worden - De deelnemer wordt getraind op de werkplek
19
-
Voor wat niet op de werkplek geleerd kan worden, vinden er themabijeenkomsten plaats (bijv. over arbeidsvoorwaarden, milieuvoorschriften).
Individuele benadering van de deelnemers: - Voor elke deelnemer een individuele leerroute - Voor elke deelnemer een individueel tijdspad Competentiegericht onderwijs - Op basis van eerder opgedane kennis, ervaring, kwaliteiten en vaardigheden wordt in een intakegesprek het instroomniveau bepaald. - Er wordt in beeld gebracht wat gekend is. - Er wordt in beeld gebracht wat nog geleerd moet worden. - Leerroute wordt per individuele deelnemer vastgesteld. Regulier Onderwijs - De opleiding vindt plaats binnen het reguliere beroepsonderwijs: de Beroeps Begeleidende Leerweg binnen de Wet Educatie en Beroepsonderwijs. - De opleiding leidt op tot een erkend diploma als assistent carrosseriebranche. - De opleiding is opgebouwd uit modules c.q. deelkwalificaties. - Afsluiting van een deelkwalificatie geeft recht op een erkend certificaat. Door middel van deze nieuwe scholingsmethodiek wordt de weerstand tegen het schoolse leren die vele deelnemers uit de doelgroep hebben opgebouwd opgeheven. Al doende leren in de praktijk spreekt hen veel meer aan. Het feit dat deze vorm van leren plaatsvindt binnen de kaders van het reguliere beroepsonderwijs en dus ook leidt tot erkende diploma's c.q. certificaten verbetert de kansen van de deelnemers op doorstroom naar hetzij gesubsidieerd hertzij regulier werk. Der Sjtiel heeft de erkenning als praktijkleerbedrijf en beschikt over gekwalificeerde begeleiders en mentoren om de deelnemers volgens de door de opleiding gestelde eisen te begeleiden bij hun leerproces. Het uitplaatsen van de leerling-deelnemers op stagebasis naar externe bedrijven behoort ook tot de mogelijkheden. Door deze vorm van scholen worden de mogelijkheden met betrekking tot de aansluiting naar werk verbeterd.
3
De begeleiding van de deelnemers
De begeleiding van de medewerkers vindt op een aantal verschillende terreinen plaats die op grond van de hiervoor beschreven methodiek nauw met elkaar in verband dienen te worden gebracht: De begeleiding binnen Der Sjtiel gericht op het aanleren van werknemerscompetenties (algemene arbeidsvaardigheden) De begeleiding binnen Der Sjtiel gericht op het aanleren van beroepscompetenties (specifieke arbeidsvaardigheden) De begeleiding van de medewerker in afstemming met instanties buiten Der Sjtiel gericht op het aanleren van beroepscompetenties
20
-
De begeleiding en afstemming met hulpverlenende instanties ter waarborging van continuiteit in het traject, dat de medewerker doorloopt.
De rol en taken van degenen binnen en buiten Der Sjtiel die deze begeleiding verzorgen wordt in onderstaande beschreven. 3.1 Binnen Der Sjtiel/Autorestauratie De directe begeleiding van deelnemers gebeurt bij der Sjtiel in de werkplaats door de werkbegeleiding en daarnaast heeft iedere medewerker een trajectbegeleider. 3.1.1
Rol Werkbegeleider
De rol van directe praktijkopleider wordt vervuld door de werkbegeleider. Hij is verantwoordelijk voor de dagelijkse aansturing en directe begeleiding van de medewerker bij de autorestauratiewerkzaamheden. Daarnaast is de werkbegeleider in het kader van de opleiding verantwoordelijk voor het aanleren van vaktechnische vaardigheden. Hij vervult dan de rol van praktijkopleider/mentor. De werkbegeleider wordt in zijn begeleidende werkzaamheden ondersteund door een assistent werkbegeleider. 3.1.2
Rol Trajectbegeleiding
De trajectbegeleider is verantwoordelijk voor de persoonlijke ontwikkeling van de cliënt en zorgt voor afstemming tussen de actuele mogelijkheden van de cliënt en het te realiseren aanbod/plaatsing. De persoonlijke begeleiding staat in dienst van het welslagen van het traject dat gericht is op enerzijds het aanleren van algemene arbeidsvaardigheden en daarnaast specifiek op het aanleren van beroepskwalificaties in de autorestauratie. Het element scholing wordt nadrukkelijk toegevoegd aan de persoonlijke ontwikkeling. De trajectbegeleider heeft zeer regelmatig persoonlijke gesprekken met de medewerker, waarbij hij motiveert, stimuleert, en aanstuurt op het bereiken van de gestelde doelen in samenwerking met de medewerker. De werkbegeleider vervult ook een belangrijke rol in dit proces. De gesprekken van de trajectbegeleiding zijn precies terug te vinden in het digitale rapportagesysteem. Ook in de papieren dossiers van de medewerkers worden van alle gesprekken verslagen bewaard. In het belang van de verantwoording naar de financiers van der Sjtiel (AWBZ, gemeentelijke opdrachten) is der Sjtiel verplicht om alle activiteiten zorgvuldig te registreren en te documenteren. Omdat er in de werkplaats autorestauratie regelmatig medewerkers instromen vanuit de Tussenvoorziening (Equal project 2004/EQA 0083), vindt er in het kader van een zo goed mogelijke overdracht een bepaalde tijd extra begeleiding plaats door de persoonlijke coach van de Tussenvoorziening. Alle personen afkomstig uit de Tussenvoorziening zijn ex- dak-en thuisloos en verslaafd of verslaafd geweest.
21
3.2
Buiten Der Sjtiel/Autorestauratie
3.2.1
Opleidingsinstituten
Zodra de reguliere EVC procedure wordt opgestart c.q. een beroepsopleiding gaat starten, zullen ook vanuit de opleidingsinstituten begeleidingsactiviteiten worden verricht. In de autorestauratie gaat het dan voornamelijk om : de KBB’s Vakopleiding Carrosseriebedrijf, Kenteq en Innovam alsmede het ROC Arcus College te Heerlen. Om het gestelde doel “Het ontwikkelen en toepassen van een nieuw flexibel onderwijssysteem binnen de autorestauratie, gebaseerd op EVC systematiek en gericht op informeel leren in de praktijk op niveau 1 en 2”, te bereiken is er een begeleidingscommissie/ontwikkelcommissie ingesteld, die uit de volgende functionarissen bestaat: -
-
-
-
-
beleidsmedewerkster van Der Sjtiel tevens projectleidster EQUAL die het gehele project in al zijn facetten coördineert; zij is voorzitter en tegelijkertijd secretaris van de begeleidings-/ ontwikkelcommissie de werkbegeleider van de werkplaats autorestauratie de werkbegeleider van de werkplaats metaal/plaatwerkerij de bedrijfsleider, die zich in het bijzonder richt op de methodiekontwikkeling i.c. het meehelpen met de beschrijving van de nieuwe aanpak en deze integreren in het bestaande Algemeen Intern Rapportagesysteem (AIR) van Der Sjtiel, waarin alle Sjtiel-modules m.b.t. de werknemerscompetenties als ook de beroepscompetenties worden beschreven en bijgehouden. een trajectbegeleider, die namens het team van alle trajectbegeleiders de achtergronden, toekomstverwachtingen, capaciteiten, mogelijkheden en onmogelijkheden van de deelnemers inbrengt een vertegenwoordiger van het Arcus College Heerlen, docent motorvoertuigentechniek de opleidingsadviseur van het KBB Vakopleiding Carrosseriebedrijf (VOC) een arbeids- en organisatiepsycholoog t.b.v. de beschrijving van de nieuwe methodiek en de integratie hiervan in de bestaande Sjtielmethodiek de opleidingsadviseur van Innovam (neemt niet lijfelijk deel aan de vergaderingen; komt wel geregeld op de werkplaats om e.e.a. door te spreken, ontvangt de agenda en verslagen van de bijeenkomsten). de opleidingsadviseur van Kenteq (neemt niet lijfelijk deel aan de vergaderingen; komt wel geregeld op de werkplaats om e.e.a. door te spreken, ontvangt de agenda en verslagen van de bijeenkomsten).
Deze commissie heeft zich gedurende de projectperiode bezig gehouden met de volgende zaken: -
Accreditatie van der Sjtiel als leerwerkbedrijf. Om te kunnen voldoen als erkend praktijkleerbedrijf moet de werkplaats autorestauratie volgens het KBB VOC voldoen aan de volgende criteria: Wat dient een leerbedrijf te bieden? Belangrijk is dat het leerbedrijf een werkplek biedt waar de leerling het beroep kan uitoefenen waarvoor hij een opleiding volgt. De leerling kan er opdrachten uitvoeren die hij nodig heeft om aan de eisen van de opleiding te voldoen. Dit wordt tussentijds getoetst. Verder biedt het leerbedrijf de benodigde faciliteiten voor een goede praktijkopleiding. Hierover worden vijf praktische afspraken tussen opleidingsbedrijf en KBB VOC gemaakt:
22
1. Het leerbedrijf wijst een leermeester aan. Iemand die vakinhoudelijk tenminste het opleidingsniveau heeft waarvoor hij de leerling opleidt. Hij kan zijn vakkennis goed overdragen en zijn ‘onderwijsvaardigheid’ aantonen met relevante diploma’s of certificaten. 2. Het leerbedrijf heeft regelmatig contact met de school over de voortgang. 3. Het leerbedrijf maakt gebruik van een praktijkleerplan of begeleidingsinstrumenten waarmee de leerling op een gestructureerde manier wordt opgeleid. 4. Het leerbedrijf Is bereid tijd, ruimte en middelen vrij te maken voor de praktijkopleiding. 5. Het leerbedrijf laat zich bij de praktijkopleiding ondersteunen door een adviseur van de VOC. Toetsing door de VOC van de werkplaats autoretauratie heeft geresulteerd in accreditatie voor niveau 1 Aankomend Voorbewerker /Assistent carrosseriebranche en voor de niveau 2 opleiding Autoschadehersteller. Voor autospuiten is Der Sjtiel niet geëquipeerd. Alle spuitwerkzaamheden worden namelijk uitbesteed. In de toekomst wordt bezien in hoeverre leerlingen toch hun niveau 2 autospuiten kunnen behalen door een samenwerkingsverband aan te gaan met reguliere autospuiterijen en praktijksimulatie in het opleidingscentrum van de VOC. Daarnaast is de werkplaats metaal/plaatwerkerij van Der Sjtiel ook geaccrediteerd door het KBB Kenteq voor de niveau 1 opleidingen constructiewerker en productie vakkracht plaatwerken. Als derde heeft het KBB Innovam haar goedkeuring gegeven voor de niveau 2 opleiding Onderdelenadviseur/logistiek medewerker Mobiliteitsbranche.
-
Het voorbereiden en volgen van de EVC procedure. De werkwijze van de VOC wordt gedetailleerd beschreven. De EVC procedure zoals toegepast door Kenteq is in grote lijnen hetzelfde. Innovam bood de beroepsopleiding aan via e-learning. Vanwege organisatorische problemen binnen het ROC Arcus is deze opleiding helaas niet van de grond gekomen. De EVC procedure van het VOC bestaat uit de volgende onderdelen: o kennismaking met de kandidaten, uitleg procedure en uitreiking formulier EVC portfolio Carrosseriebouw o kandidaat vult dit formulier in voordat de EVC procedure begint o 2 assessoren van VOC beoordelen gedurende een dagdeel de vaardigheden van de kandidaat o De bevindingen worden in een persoonlijk rapport neergelegd door de assessoren o Op grond van de bevindingen wordt duidelijk op welk kennis- en vaardigheidsniveau de kandidaat functioneert; aan de hand hiervan wordt duidelijk op welk kwalificatieniveau iemand functioneert; heeft hij recht op een diploma, certificaat of niet; in welke opleiding kan hij instromen, welke modules zijn gekend en welke moeten nog geleerd worden. o In een digitaal leerlingvolgsysteem worden de beginstand en de daarna gevolgde onderdelen bijgehouden. In totaliteit hebben 7 medewerkers aan deze EVC procedure deelgenomen onder auspiciën van de Vakopleiding Carrosserie. De resultaten voor al deze 7 medewerkers leverden een door de VOC afgegeven praktijkcertificaat op, waarin de werkzaamheden /werkprocessen werden gewaardeerd op MBO niveau 2.
23
Ten aanzien van de theoretische kennis wordt door de werkleiding een belangrijke rol vervult. Aan de hand van de reguliere theorieboeken en opdrachtenboeken die aanwezig zijn in de werkplaats, wordt de uitleg afgestemd op de werkzaamheden die aan de orde zijn. De praktische handelingen/vaardigheden worden zo van een theoretische basis voorzien. van de 7 personen die de EVC procedure hebben doorlopen heeft niemand zich nog aangemeld voor het theorieexamen. Dit is wel mogelijk via het Arcus College. Onder de vlag van Kenteq is dezelfde Procedure uitgevoerd voor 4 medewerkers van de werkplaats metaal/plaatwerkerij. Hier zijn de medewerkers zowel beoordeeld voor het werken in de constructie als ook in de plaatwerkerij. De resultaten in deze werkplaats zijn gewaardeerd op niveau 1. Er wordt in 2008 door de werkbegeleider van de werkplaats metaal zelf een NIL Mig/Mag lassen cursus verzorgd, waarna ook TIG lassen zal worden aangeboden om zo uitvoering te geven aan het scholingsadvies van Kenteq. Het diploma van de lascursus samen met het EVC portfolio geeft dan recht op een volledig diploma. De uitvoering van deze extra stof vindt plaats met ondersteuning van Kenteq. Om de praktijkopleiding op een goede manier te laten verlopen is het nodig dat de werkleiding een gerichte cursus volgt. Zowel de werkbegeleider als de assistent werkbegeleider hebben een 10 daagse cursus Bijscholing Autospuittechnieken bij het Opleidingscentrum VOCAR te Nuth gevolgd. Tijdens deze cursus worden tevens de praktijkopdrachten van de VOCAR behorend bij de niveau 1 opleiding doorgenomen gericht op de begeleiding van de deelnemers aan de opleiding. De werkbegeleiding van de autorestauratie nemen ook nog na het volgen van deze 10 daagse cursus regelmatig deel aan de door VOC aangeboden leermeesterbijeenkomsten. Verder hebben de werkbegeleider en de assistent werkbegeleider de tweedaagse training Korte Leermeester Opleiding gevolgd bij de Innovam. Deelname aan deze cursus door de werkleiding was een van de voorwaarden om geaccrediteerd te worden voor de opleiding Onderdelenadviseur/Logistiek medewerker Mobiliteitsbranche. Verdere voorwaarden waren dat er een magazijn/balie werd ingericht en dat het Leermeester Support concept zal worden toegepast. Dit houdt in dat er 4 bedrijfsbezoeken door de opleidingsadviseur aan de leerlingen worden gebracht met als doel advies aan de leerling en de leermeester over alle directe en indirecte opleidingsvragen. De baliefunctie is gereed en in gebruik, waardoor het certificaat erkend leerbedrijf Mobiliteitsbranche aan der Sjtiel kon worden uitgereikt. Het leermeester Support concept wordt toegepast wanneer de opleiding van start gaat. De werkbegeleider van de werkplaats metaal/plaatwerkerij heeft in 2007 de praktijkopleiders cursus van Kenteq gevolgd en met een diploma afgesloten. Hiernaast heeft de assistent werkbegeleider van de werkplaats autorestauratie een MBO opleiding op niveau 2 tot Leerwerkbegeleider Sociale Werkvoorziening gevolgd. Deze nieuwe beroepsopleiding is door Der Sjtiel in samenwerking met het ROC Gilde Opleidingen, Trigos Support en het SW bedrijf Vixia te Sittard-Geleen opgezet. Deze BBL opleiding duurt 18 maanden en wordt afgesloten met een regulier diploma op niveau 2 (KBB Calibris ). Inmiddels heeft betrokkene het diploma gehaald. Hij kan op grond hiervan deelnemen aan de nieuwe Calibris opleiding op niveau 3 genaamd Maatschappelijke Dienstverlening Volwassenen. Deze
24
opleiding is wederom inhoudelijk vormgegeven door het ROC Gilde , Calibris, Trigos Support, Der Sjtiel en Vixia. Door zowel te investeren in de vakinhoudelijke cursussen voor het leermeesterschap als ook in de bevordering van de agogische kwaliteiten van de werkbegeleiding, wordt de integratie van de beroepscompetenties met de werknemerscompetenties vorm gegeven. In overleg met het Arcus College is gekozen om de uitvoering van de theorie-opleiding te laten plaatsvinden binnen de autorestauratie werkplaats zelf. De deelnemers worden niet ingeschreven als leerling bij het Arcus College. De reden hiervoor is, dat de mensen die bij der Sjtiel komen werken allen ernstige psychiatrische/psychosociale problemen hebben waarbij het aantal dagdelen dat men werkzaam is in aanvang heel laag is (soms maar 2 of 3 halve dagen in de week). Het doel van der Sjtiel is om dit aantal dagdelen geleidelijk op te voeren. Niet iedereen kan echter voldoen aan de eisen van de opleiding om minimaal 20-24 per week de praktijkopleiding te volgen. Om hier problemen te vermijden is dus voor een andere constructie gekozen. Deze houdt in: de leerlingen volgen de opleiding in zijn geheel bij de autorestauratiewerkplaats, theorie examen vindt plaats als extraneus. Op het moment dat iemand zo ver is dat hij aan het reguliere theorie-examen kan deelnemen wordt hij bij het Arcus College ingeschreven als extraneus. Er wordt naar gestreefd om de examens af te nemen in de autorestauratie werkplaats zelf of in het praktijkopleidingscentrum van de Voc. Hiertoe dient dan een onderbouwd verzoek te worden ingediend bij de examencommissie. De theorie behorend bij de opleiding wordt dus niet verzorgd door het ROC, maar gebeurt door de werkleiding. Indien er vragen en onduidelijkheden zijn kunnen deze worden besproken met de vertegenwoordiger van het Arcus die ook permanent deelneemt aan de begeleidingsgroep. De praktijkboeken, evenals de theoretische en ondersteunende leermiddelen zijn aanwezig binnen de autorestauratie en worden gedurende de hele week gebruikt. Ter nadere uitleg en visualisering van de praktijk wordt hier veel gebruik van gemaakt. Voor sommige onderwerpen wordt er voor de hele groep, collectief instructie gegeven door de werkleiding. Hiertoe is de spreekkamer ingericht als instructielokaal. Een ander belangrijk onderdeel waar de ontwikkelgroep zich op heeft gericht, is het volgen van het in de praktijk werken met het algemene en het beroepsgericht portfolio. Deze uitbreiding in de methodiek met een beroepsgericht portfolio is gemaakt om de EVC procedure handen en voeten te geven met een directe relatie naar de Sjtiel methodiek. Het komt er op neer dat de Sjtiel methodiek die zich in het bijzonder richt op de ontwikkeling van werknemerscompetenties/algemene arbeidsvaardigheden, uitgebreid wordt met de ontwikkeling van beroepscompetenties voor de medewerkers. Om dit proces zo goed mogelijk te kunnen volgen, worden de vorderingen van alle medewerkers ook periodiek in de ontwikkelgroep besproken. De ontwikkeling en integratie van de nieuwe werkwijze in de bestaande Sjtielmodules is uiteraard het voornaamste aandachtspunt van de ontwikkelgroep geweest. Voor de inhoud van de methodiek wordt verwezen naar de beschrijving hiervan in het betreffende hoofdstuk.
25
3.2.2
Hulpverlening
Door de trajectbegeleiding worden in het kader van het trajectplan geregeld evaluatiegesprekken met de medewerker gevoerd. De werkbegeleider is ook steeds aanwezig bij deze gesprekken. Hierbij zijn vaak de externe begeleidende instanties aanwezig zoals gespecialiseerd maatschappelijk werk (bv. MEE), ofwel een andere verwijzende instantie zoals in vele gevallen de Mondriaan Zorggroep. Indien een medewerker in een beschermde woonvorm (van bv. RIMO) woont, wordt ook deze betrokken bij de evaluatie. Dit gebeurt op formele basis in de vorm van gezamenlijke evaluatiegesprekken met de medewerker. Verder gebeurt dit ook in telefonische contacten bij ziekte, afwezigheid, vragen en problemen op de werkplek. Deze laatste contacten zijn onregelmatig en geschieden steeds weer met andere functionarissen. Ligt eraan wie dienst heeft in de woonvorm. Bij verslavingsproblematiek vindt er nauw overleg plaats met de Mondriaan Zorggroep, divisie verslavingszorg.
4
Overdraagbaarheid methodiek
4.1
Intern binnen Der Sjtiel
De ontwikkeling van de nieuwe methodiek wordt door de doelgroep enthousiast ontvangen. Er is in het voorjaar van 2006 door der Sjtiel onder al haar medewerkers een medewerkers tevredenheids onderzoek uitgevoerd. In 2008 wordt dit onderzoek herhaald. Als een van de voornaamste wensen/behoeften kwam naar voren, dat men vond dat er te weinig mogelijkheden binnen der Sjtiel aanwezig zijn om door te stromen naar buiten en om een opleiding te kunnen volgen. In de werkplaats groenonderhoud is er in het schooljaar 2005/2006 samen met het Agrarisch Opleidingscentrum Heerlen (nu Citaverde College geheten) een start gemaakt met EVC en de BBL opleidingen op niveau 1. Van de 4 kandidaten hebben er toen 2 het diploma gehaald en 1 het praktijkcertificaat. In het daaropvolgende schooljaar 2006-2007 zijn 5 medewerkers gestart met het op EVC gebaseerde Quercus 1 opleidingsprogramma. Van hen zijn er toen 4 geslaagd. Van deze 4 zijn er 2 doorgestroomd naar de BBL niveau 2 opleiding. In het schooljaar 2007-2008 zijn naast deze 2 doorstromers wederom 5 nieuwe medewerkers gestart met de niveau 1 opleiding. De werkbegeleider heeft via hetzelfde systeem een Niveau 2 opleiding (EVC en een verkort traject met veel vrijstellingen) succesvol afgesloten en volgt nu de niveau 3 opleiding. De autorestauratie/plaatwerkerij is inmiddels goed op weg. In het jaar 2007 zijn 7 medewerkers door de Vakopleiding Carrosserie getoetst (EVC procedure) en in de plaatwerkerij gaat het om 4 medewerkers die door Kenteq zijn beoordeeld. Alle 7 de medewerkers in de werkplaats autorestauratie hebben een praktijkcertificaat op niveau 2 behaald. De 4 medewerkers in de plaatwerkerij hebben een hiaat op het gebied van MIG/MAG lassen waardoor zij nog geen certificaat op niveau hebben kunnen behalen. Der Sjtiel gaat nu zelf intern de cursus MIG/MAG 1 lassen aan deze 4 medewerkers verzorgen (werkbegeleider plaatwerkerij is daartoe bekwaam). Indien hij vindt dat ze de lasvaardigheden in
26
voldoende mate beheersen zal via Kenteq een examinator van het NIL worden gevraagd om de examens te komen afnemen. Dit NIL diploma geeft dan samen met de EVC bevindingen recht op het diploma op niveau 1. Sinds september 2007 is er ook in de werkplaats houtbewerking en meubelmakerij een start gemaakt met beroepsopleidingen. Hier volgt een groep van 6 medewerkers de BBL niveau 1 opleiding assistent machinale houtbewerking/meubelmaken bij het Arcus College in Heerlen. Zij gaan gewoon 1 dag in de week naar school. De resultaten zijn zeer positief (allen hebben onlangs het diploma behaald. 5 van de 6 medewerkers gaan door naar de niveau 2 opleiding). Verder zijn de werkplaatsen montage en assemblage alsmede de werkplaats kantine/schoonmaak in 2007 geaccrediteerd voor de niveau 1 opleiding AKA . Hier zal met een ROC de opleiding worden voorbereid in de verpakkingsindustrie. Start vindt plaats in september 2008. Schematisch ziet deze ontwikkeling er als volgt uit: Deelnemers aan opleidingen bij Der Sjtiel
Medewerkers (= doelgroep) 2005-2006
2006-2007
2007-2008
Totaal
3 EVC
4 EVC 2 BBL- 2
9
Verwachting 2008-2009 5 EVC
4 EVC
4
4 EVC
5 BBL - 1 2 BBL - 2
16
5 BBL 1 2 BBL 2
Hout
6 BBL - 1
6
Administratie
3 cursus boekhoudprogramma
3
2 BBL 1 6 BBL 2 10 cursus educatie
Autorestauratie
Metaal Groen
4 BBL - 1
5 BBL - 1
Kantine/schoonmaak
10 SVS cursus 15 BBL 1
Montage / assemblage
1 BBL2 Tussenvoorziening /Via Via Totaal
4
8
26
38
60
Toekomstplannen: 2008-2009 uitbreiding met werkplaats Kantine /Schoonmaak. 2008-2009 opstarten opleidingen verpakkingen (AKA) in samenwerking met Leeuwenborgh Opleidingen Maastricht/Sittard bij de werkplaatsen montage en assemblage
27
-
-
2008-2009 in samenwerking met het Arcus College afdeling Educatie een introductiecursus informatica opstarten voor medewerkers die geen of nauwelijks ervaring hebben met computergebruik Naast de reguliere BBL opleidingen c.q. EVC procedures die wij verzorgen voor de medewerkers biedt Der Sjtiel ook mogelijkheden aan ROC”s en VMBO scholen voor stages in het kader van de BOL opleidingen respectievelijk snuffelstages.
Personeel : Opleidingen Voor het personeel van Der Sjtiel wordt eveneens ontwikkeling en scholing gestimuleerd. In 2005 is de opleiding Leerwerkbegeleider SW / Helpende Welzijn ontwikkeld in samenwerking met Gilde Opleidingen, Calibris en Trigos Support. Der Sjtiel en het SW bedrijf Vixia te Sittard/Geleen die de leerlingen leverden, hebben in voldoende mate invloed gehad op de inhoud van het onderwijsprogramma. Als vervolg op deze opleiding wordt er momenteel de opleiding Middenkader SW sector/ Medewerker Maatschappelijke Zorg (BBL niveau 3) ontwikkeld. Wederom in samenwerking met ROC Gilde, Calibris en Trigos Support. Deze nieuwe opleiding gaat van start in het komende schooljaar 2008-2009. Der Sjtiel biedt verder als leerbedrijf gelegenheid aan SPW 3 en 4 stagiaires om hier de praktijkopleiding te volgen. Hiernaast volgt de werkleiding ook alle door de diverse KBB’s voorgeschreven en aanbevolen cursussen voor praktijkopleider De werkbegeleider van de werkplaats Groenonderhoud volgt de BBL opleiding in de Groenvoorziening op niveau 3. Doorstroommogelijkheden voor de doelgroep Het doorlopen van een EVC procedure c.q. het volgen van beroepsgerichte opleidingen is onderdeel van het toeleidingstraject naar werk en derhalve een opstap naar een vervolgvoorziening na Der Sjtiel. Daarom is het zeer van belang dat er gedurende het opleidingstraject de mogelijkheid wordt geboden om stage te lopen bij hetzij gesubsidieerde hetzij reguliere bedrijven. Hiertoe zijn reeds afspraken gemaakt met diverse reguliere werkgevers. Inmiddels zijn 2 medewerkers uit de autorestauratie /plaatwerkerij in dienst getreden bij een regulier bedrijf; 4 medewerkers hebben een externe stageplaats gevonden. Voor de doorstroommogelijkheden van de medewerkers van de werkplaatsen groenonderhoud zijn er nauwe contacten met het WSW bedrijf Licom en een buurtbeheerbedrijf in Kerkrade. Voor de medewerkers in de houtwerkplaats worden er momenteel contacten gelegd met 2 reguliere interieurbouwers met als doel hen ertoe te bewegen stageplaatsen ter beschikking te stellen. 4.2 Extern buiten Der Sjtiel Om de ontwikkelingen en de resultaten van de aanpak en werkwijze in de Autorestauratie over te dragen naar andere externe partijen zijn er een aantal acties ondernomen c.q. producten gemaakt om deze overdraagbaarheid te bevorderen. In onderstaand overzicht volgt een opsomming van de gerealiseerde activiteiten en producten.
28
-
-
5
Krantenberichten en Persberichten over de autorestauratie n.a.v. het winnen van de 3e prijs (Mens!Ontwikkelprijs SBCM) Open dag voor buurt en genodigden Uitgebreide beschrijving van de methodiek in het boekwerk Het Beste Uit Jezelf. Advertorial in de uitgave Bedrijvig Brunssum. Website www.autorestauratie.sjtiel.nl DVD bestaande uit 6 films over der Sjtiel en de beide Equal projecten. DVD met een compilatie van de filmpjes over de autorestauratie (waaronder de opening, het bezoek van Staatssecretaris van Hoof aan de werkplaats en de presentatie van het project tijdens de slotconferentie van Equal dd. 4-12-2007). Uniforme regeling ter bekostiging van de reiskosten en de vrijwilligersvergoedingen voor de medewerkers van der Sjtiel gerealiseerd, die door alle Parkstadgemeenten wordt uitgevoerd. Folders/brochure/standinrichting voor deelname aan informatiemarkten e.d. Power point presentaties voor voorlichtingen en informatiebijeenkomsten. Advertenties in weekbladen om het economisch product aan te prijzen.
Slot
Op basis van de bovenstaande resultaten kan geconcludeerd worden dat de door der Sjtiel gebezigde methodiek in de aangeboden trajecten Arbeidsrehabilitatie en Beschut Werk: a) Tijd vraagt b) Leidt tot stabilisatie en maatschappelijk herstel/participatie c) De kans verhoogt op het kunnen zetten van een volgende stap naar (betaalde) arbeid d) De mogelijkheden vergroot om zich te kunnen handhaven op een verworven arbeidsplaats e) “Zelfs”voor deze moeilijke doelgroep De methodische aanpak om zo ver te komen , is in 2007 geïntensiveerd door middel van het fasegewijs invoeren en toepassen van EVC en beroepsopleidingen. Deze nieuwe methodiek heeft de volgende kenmerken: • Leerstijl is Praktijkleren • Zonder werknemerscompetenties ben je kansloos • Zonder startkwalificatie ben je kansarm • Arbeidsomgeving is gericht op economisch toegevoegde waarde • Maar bovenal op ontwikkeling in ieders eigen tempo
29