Demoles watergewenning: noodle, planken, drijvend en zinkend materiaal
Opwarming Romp vliegtuigje Ademhaling Tikkertje spelen (hoofd boven = tikken) Ledematen: bal(letjes) in kring=> wegspetten met Hn/ Vtn zodat ze je niet raken + ik kring blijven Deugniet, competitief, speels, serieus + Vaardigheden observeren
Kern Klassikaal Grote kuis: alle materiaal in het zwembad en sorteren per kleur in de 6 manden
• • • • •
Alle balletjes sorteren (niet gooien) Telkens 2 balletje (hoog en droog) 1 bal en 1 zink sorteren (bal met hoofd)=> zelfde kleur Per (opgelegde) kleur 1 vwp verzamelen in mandje/op plank Bepaalde volgorde drijvend vwp, enkel vwp door 2 hoepels, vwp in juiste mand zinkend vwp, dan door 1 hoepel, dat op plank naar mand brengen eerst hoepel, dan vwp dat zinkt ophalen voordat je komt ademen, dan in juiste mand Achterste voren: rugw stappen, eerst Bn door hoepel, balletje rugw naar mand duwen • Werken met kijkwijzers
blauw drijvend vwp Door 2 hoepels zwemmen Golven: haarrekkertje/plankje= plaats
• • • • • • • • • • • • • •
In juiste mand leggen
Duiveltje uit een doosje ( 1 plank/ ploeg) Deftige ober (plank boven het hoofd, An gestrekt) Bodyboard Motorboot Motorboot met beker Stofzuiger (met plank op buik: per 2) dweil kunstenaar konijn graafmachine kangourou transportband Balletje over duwen met buik (op signaal wisselen van balletje/ lichaamsdeel) In groep 10 balletjes in armcirkel overbrengen
Hoeken Apart of erna als omloop 4 hoeken: 4 opdrachten 1) Krokodil: hoofd boven + hoofd onder 2) Ping –pong bal duwen + blazen 3) Superman: Voorttrekken aan kant voet uit water + idem hoofd op arm 4) Hondjes zwemmen (hoofd boven/onder)
Spelvorm: Kijkwijzers bespreken (demo/aandachtspunten+ variaties) + afspraken maken (5x OF overkant=> vermoeilijking) Uno: iedere ploeg krijgt een rij kaartjes in zijn/haar kleur=> cijfertje dat er opstaat= hun opdracht=> trachten tot een goed eind te brengen met gans de ploeg
Kaartjes gelamineerd met onderstaande uitleg en aan de voorzijde een prent (kleurplaat)
Graafmachine : An roteren gelijktijdig en Hn in kommetjes=> in stand, romp stabiel, water naar achter ‘graven’. (Gestrekte An, rechtop staan) Molen: Vw stappen en An roteren beurtelings (1 A opw, andere A tegen de romp) Wasmand : op de kant zitten met kous aan je Vt, gestrekte Bn, Vt ‘rustig’ stampen, steeds harder om zo je kous uit te stampen richting ‘wasmand’ Vulkaan: Hurkzit in het water (Hn op de bodem) tot streksprong (pijlvorm, Hn op slot) • Ervoor 5 keer huppen ter plaatse en dan hurken… Vliegtuig Rondstappen met de An zijw gestrekt en ‘landen’ door voorover te buigen tot de neus in het water zit en de An op het water rusten • Spelvorm: gekleurde bladen rood/groen licht Wip: Hand in hand (per twee) afwisselend naam roepen/ fluiten onder water (ritmisch) en komen ademen
Motorboot: stuur/plankje vasthouden met gestrekte armen en ‘vroem’ zeggen met lippen en neus onder water (met een verticale romp, schouders in het water, voetensteun) rondstappend en ritmisch ademen (hd) Kunstenaar: Met een rietje figuren blazen op het water • Opgelet: niet drinken / hygiëne
Tornado: Balletje voortblazen (Hn op de rug, gehurkt OF romp voorovergebogen) • het balletje met je voorhoofd wegduwen (ogen in water) (+) • De oefening uitvoeren als krokodil (in buiklig, handen op de grond) (+) Konijn: Oor in het water steken, andere oor, steeds vlugger (hd) • Vanuit zit (op trapje) (-) • Aan de kant vasthouden en oren afwisselend in het water steken. (-) • Het hoofd ½ onder water. (+)
• Op schouder met gestrekte arm gaan liggen (kant/plank vast) (+) Duiveltje in een doosje: Iets omhoogduwen met je hoofd (vb plank, hoed opzetten die drijft) Brug: Onder Bn/hoepel/noodle doorzwemmen • Meerdere na elkaar • Nevenopdracht geven Schattenjager: Voorwerpen met handen van de bodem halen (half drijvend kan ook) •
met 1 handensteun (vrij hand heeft bvb kant vast)
• Vwp doorgeven aan elkaar/verschillende lichaamsdelen Fontein: Water uit de mond spuwen in fijne straal
Postbode: Vwp op je plank vervoeren
Zeepaard: Op noodle paardje rijden ( Hn vw vasthouden aan noodle) Slang: per 3 achter elkaar: de eerste kiest de route. De slang mag niet gebroken worden. • Plotse richtings/snelheids veranderingen • Samen 1 vwp vasthouden/verplaatsen Achtervolgertje: Voorste kiest de weg, de achterste moet ze volgen/inhalen Krokodil: Vanuit zithouding met buiklig (neus in water)/ ruglingse (oren in water) handensteun tot handensteun met een gestrekt lichaam. • Al stappend met de Hn op de bodem • Komen ademen/belletjes blazen • Arm ver laten reiken Hond: Hn en Kn steun door het water stappen (hoofd boven) • Zonder steun van de bodem (hondjesslag) Dweilen: (in plank op de rug liggen, medelln pak onder de oksels en beweegt je van L naar R=> tenen boven water houden en enkels tegen elkaar; oren onder water)
Stofzuiger: buiklig met plankje in de handen, een andere kleuter duwt aan de voeten. De kleuter met plankje maakt brommende geluiden in het water. Body board/surfplank: Op bodyboard/plank gaan liggen en naar de overkant zwemmen met An (er niet afvallen, plank niet vasthouden) Superheld: Voorttrekken aan de kant/touw, andere hand ‘steunt’ op ‘kussen= pull boy/plank en hoofd ‘slaapt’ met oor op de arm, 1Bn net boven water) Dode vis: 10”” doen alsof je slaapt (= stilliggen op buik/rug) en erna zelfstandig rechtkomen Zeester: In ster houding blijven drijven • Diep uitademen zodat je tot op de bodem zinkt octopus: ontspannen in water hangen (Bklig) opstart breedte-as rotaties Kogelvis: als bolletje (evenwicht) blijven dobberen (opstart rotaties) Boomstam: Rotaties rond de lente-as vanuit lig
(pijl) Ballerina: Rotaties rond de lengte as (vanuit stand) Kip aan ’t spit : streklig op de noodle, medelln draait de ll in lig rond (vormspanning, uitblazen onder water) klok: omduwen zodat de lln vallen vanuit strekstand zonder hun handen te plaatsen=> vormspanning, reflex handenplaatsen (zw en Rgw niet vergeten) Dolfijn/zeemeermin: Springen vliegen duiken (in water vanuit hurkzit, vw duiksprong maken in water (golfbeweging)