I
NOORDNIEUWS MAGAZINE VAN VNO-NCW NOORD JAARGANG 16 NUMMER 3 > 2011
DELTAPLAN TECHNIEK PrAAT met ELKAAr, NIET over ELKAAr
> VEC DraChtEn: foCus op VEIlIghEID > EnErgyport noorD-nEDErlanD Van natIonaal bElang > rEgElDruk bElEmmErt noorDElIjkE onDErnEmEr > Cultuur Is nIEt Voor DE show
InhouD noorDnIEuws 3 > 2011
1
2
Deltaplan Techniek brengt onderwijs en bedrijven samen
12
Energyport NoordNederland van nationaal belang
16
Onderzoek naar waarde ketens in het Noorden
Praktijk:
6 19 20 26 28 35
VEC Drachten: focus op veiligheid Flexibles geeft flexwerkers de ruimte Betaalt u ook te veel aan werkgeverslasten? Career Office maakt werk van studenten royal Goedewaagen: klassiek met moderne twist Business Plus: netwerken over de grens
Vereniging:
4 32 41
Voorzitters bezoeken oliewinning Schoonebeek Op weg naar een nieuwe verenigingsorganisatie Visite Veenhuizen: de winst van waarden
Vaste rubrieken:
9 22 39 42 44
Column Lambert Zwiers VNO-NCW Noord in beeld: ALV / Meet the Chairmen JNO: Seksuele revolutie en hasjiesj Welkom nieuwe leden Agenda
on s Vn nu o oo n Cw k o n p tw oo rd itte
NoordNieuws in ’t kort Cultuur is niet voor de show Noorden aantrekkelijk voor startende academici Bedrijfsleven: snel besluit baanverlenging vliegveld Eelde regeldruk in Noorden bovengemiddeld Noordelijke colleges GS: nieuw elan of oude wijn?
@
10 14 25 25 30 36
Vo lg
Actueel:
r:
Verder in dit nummer:
Voorwoord Een extra dikke editie van NoordNieuws, zo vlak voor de zomer. Extra dik, simpelweg omdat we u veel te melden hebben. Er gebeurt nationaal en in de regio veel op het gebied van bijvoorbeeld cultuur, energie, onderwijs en regeldruk. Wij houden u graag op de hoogte van de laatste ontwikkelingen en de rol die VNO-NCW Noord hierbij speelt. Daarnaast hebben we in dit nummer aandacht voor een onderzoek naar waardeketens in Noord-Nederland. Dit onderzoek, uitgevoerd in opdracht van VNO-NCW Noord, gaat in op de mogelijkheden voor zowel individuele schakels als de gehele waardeketen om de concurrentiepositie te versterken. Een belangrijk thema, waar nog te weinig aandacht aan wordt besteed, en waarbij door optimalisatie nog veel winst te behalen is.
Met deze editie van NoordNieuws sluiten we het verenigingsjaar 2010-2011 af. Maar we zitten niet stil. VNONCW Noord is volop bezig met de voorbereidingen voor 2011-2012: de verenigingsagenda kunt u voor de zomer op de deurmat verwachten. Hierin bieden wij u een overzicht van de activiteiten en bijeenkomsten die wij volgend jaar voor onze leden organiseren. Vrijdag 2 september 2011 kunt u alvast omcirkelen in uw agenda: dan trappen we het nieuwe seizoen af met het VNO-NCW Noord Ondernemersgala: dé ontmoetingsplek voor ondernemend Noord-Nederland. Graag tot dan! Voor vragen, reacties en suggesties over NoordNieuws kunt u contact met ons opnemen via
[email protected] Namens de redactie, Lex Kloosterman
2
NoordNieuws juni 2011
Lambert Zwiers
[email protected]
VNO-NCW Noord en MKB-Nederland Noord, het technisch bedrijfsleven en de onderwijssector werken gezamenlijk aan het Deltaplan Techniek Noord-Nederland. Hiermee willen we de infrastructuur voor het technisch beroepsonderwijs sterk verbeteren.
praat met elkaar, niet Deltaplan Techniek brengt onderwijs en bedrijfsleven samen brancheoverstijgend samenwerken door de relevante partijen in de technische arbeidsmarkt. “Met het Deltaplan kunnen we meer maatwerk leveren”, aldus Van de Pol. “Samen met bedrijven kijken we hoe we verschillende problemen kunnen aanpakken. Bijvoorbeeld hoe we gezamenlijk de instroom van jongeren kunnen vergroten en welke opleidingen in een bepaalde regio noodzakelijk zijn.”
Vraag neemt toe
Investeringen in de voorzieningen voor technisch beroepsonderwijs in het Noorden zijn zeer gewenst met het oog op de ontwikkeling van de noorde“Het initiatief tot het Deltaplan kwam lijke economie. De vraag naar technisch voor ons op het juiste moment”, stelt geschoolde mensen zal Wim van de Pol van het “De toekomstige blijven toenemen als geCollege van Bestuur van het Noorderpoortcollege. vervangingsvraag volg van de vergrijzing die komende jaren aan de “Wij zijn al langer bezig in het onderwijs de orde is. Beroepsonderwijs met macrodoelmatigheid, is een van de en arbeidsmarkt anticipeoftewel het tegengaan van ren onvoldoende op deze versnippering van opleidinbelangrijkste De concurrentiepogen en onnodige concurthema’s van deze vraag. sitie van het noordelijk berentie tussen rOC’s.” tijd” drijfsleven wordt hierdoor op termijn ondermijnd. Onderwijs en onderneNu al staat de instroom van technische mers gaan gezamenlijk de uitdaging aan vakmensen onder druk en de verwachting vanuit de constatering dat er te weinig is dat deze druk zal toenemen als we niet samenhang is op verschillende onderdein actie komen. len. Onderlinge samenwerking is hard nodig om te komen tot een effectieve Er is al langer sprake van een publieke strategie om het technisch beroepsonderdiscussie over de stand van zaken in het wijs en arbeidsmarkt beter op de kaart te beroepsonderwijs en op de arbeidsmarkt. zetten en beter op elkaar te laten aansluiArbeidsmarktrelevantie voor technische ten. De kracht van het concept zit in het
beroepsopleidingen krijgt niet de plaats die het verdient. Deregulering, marktwerking en autonomievergroting hebben tot op heden niet geleid tot een betere bediening van de regionale arbeidsmarkt.
regie noodzakelijk Met het Deltaplan Techniek willen we het technisch beroepsonderwijs binnen het strategisch beleid van (brede) onderwijsinstituten duidelijk op de kaart zetten. Tot op heden lukt dit onvoldoende, ondanks allerlei op zichzelf staande initiatieven die worden ondernomen door brancheorganisaties afzonderlijk, veelal in samenwerking met het scholenveld. Er is meer regie nodig om de infrastructuur voor het technisch beroepsonderwijs te verbeteren. Maar het mes snijdt aan twee kanten. Het Deltaplan is ook gericht op het bedrijfsleven; op het verder ontwikkelen van HrMbeleid, sociale innovaties en het binden van medewerkers op basis van aantrekkelijke arbeidsvoorwaarden en gunstige omstandigheden. Cijfers laten zien dat in het eerste jaar van de arbeidsloopbaan in het technisch bedrijfsleven veel uitstroom plaatsvindt. Het terugbrengen van deze cijfers zou al een forse bijdrage zijn in de oplossing van knelpunten in de personeelsvoorziening van bedrijven.
sectorbrede aanpak Op grond van deze constateringen is een gezamenlijke, sectorbrede aanpak in de
aCtuEEl
Brancheorganisaties in het technisch bedrijfsleven en de koepelorganisaties VNO-NCW Noord en MKB-Nederland Noord hebben het initiatief genomen om in een gezamenlijke aanpak meer invloed uit te oefenen op ontwikkelingen in het beroepsonderwijs en in de arbeidsmarkt. Dit heeft geleid tot het Deltaplan Techniek, waarbij inmiddels het Noorderpoort College, Alfa College, Drenthe College, Friesland College en De Friese Poort en alle grote technische branches zijn aangesloten. Het doel is om niet langer over elkaar, maar met elkaar te praten.
3
over elkaar
techniek noodzakelijk. Het Deltaplan Techniek zoekt directe samenwerking tussen het onderwijsveld en de arbeidsmarkt. De gezamenlijke aanpak is gericht op:
opgeleiden vanuit het beroepsonderwijs te vergroten en instroom naar het bedrijfsleven te bevorderen.
Invulling Deltaplan > Het beïnvloeden van het strategisch beleid van het beroepsonderwijs en de arbeidsmarkt in Noord-Nederland aan de hand van een gezamenlijk vastgestelde beleidsagenda. > Het initiëren van gezamenlijke innovatieve projecten en activiteiten, het ondersteunen van bestaande initiatieven, zonder nog meer van hetzelfde aan projecten en activiteiten uit te willen storten over het beroepsonderwijs. > Met als achterliggend doel om taakstellend de uitstroom van technisch
Om deze doelstellingen te bereiken, richt het Deltaplan Techniek zich op verschillende thema’s. Wanneer we kijken naar het beroepsonderwijs, geldt profilering en huisvesting van het technisch onderwijs als prioriteit. Goed geprofileerde, hedendaagse voorzieningen voor technisch beroepsonderwijs hebben onmiskenbaar invloed op het imago en de instroom. Het Deltaplan Techniek wil op dit punt initiatieven verder helpen en het beroepsonderwijs aansturen om op dit terrein de handen ineen te slaan.
Belangrijk is verder om te kijken waar welke opleidingen worden aangeboden en hoe die aansluiten op de regionale arbeidsmarkt. De toekomstige vervangingsvraag in het onderwijs is een van de belangrijkste thema’s van deze tijd. In de komende jaren is een forse vervangingsvraag aan de orde in het beroepsonderwijs. Het Deltaplan stuurt aan op arbeidsmarktrelevantie en wil maatschappelijk minder relevantie opleidingen tegengaan. Daarnaast stuurt het Deltaplan Techniek relevante ontwikkelingen en initiatieven, zoals de realisatie van het Vakcollege en het Technasium, het competentiegericht opleiden, maar ook allerhande initiatieven vanuit het bedrijfsleven. Deze ontwikkelingen kunnen in gezamenlijkheid beter gestuurd worden naar daadwerkelijk rendement voor de technische sector. Het is van groot belang dat bestaande initiatieven en activiteiten worden gebundeld en geregisseerd. Voor het bedrijfsleven is het van belang om aanwezige arbeidsreserves te benutten en waar mogelijk aanwezige technische kennis en kunde van arbeidsreserves uit te breiden. Het Deltaplan Techniek richt zich ook op het behoud van technische arbeidskrachten binnen de sector: voor technische werkgevers in het midden- en klein bedrijf is het lastig om werknemers te behouden. Indien een werknemer wil vertrekken, moet er worden gekeken naar andere mogelijkheden binnen de sector. Verdere moeten werknemers in de techniek voldoende worden gemotiveerd om zichzelf continu te ontwikkelen en te verbeteren.
pilotgebied Het Deltaplan Techniek sluit naadloos aan bij de ideeën van de minister van Onderwijs, Marja van Bijsterveldt. Van de Pol: “De minister heeft aangegeven de kwaliteit van het MBO te willen verbeteren, onnodige concurrentie tegen te gaan en de arbeidsmarktrelevantie van opleidingen te vergroten. Met al deze zaken zijn wij in het Noorden al aan de gang binnen het Deltaplan. Daarom hebben wij goede hoop dat Noord-Nederland hiermee een pilotgebied kan worden en dat we een en ander kunnen uitrollen naar andere opleidingen, zoals ICT, zorg en zakelijke dienstverlening.” <
4
NoordNieuws juni 2011
Lex Kloosterman
[email protected]
Hernieuwde oliewinning Schoonebeek
Innovatie met oog voor maatschappij
Bart van de Leemput (midden, algemeen directeur NAM) leidt Bert van der Haar (links) en Bernard Wientjes rond.
Voorafgaand aan de Algemene Ledenvergadering van VNONCW Noord brachten Bernard Wientjes en Bert van der Haar een bezoek aan het olieveld in en rond Schoonebeek, dat begin dit jaar heropend is. Technologische ontwikkelingen maken hernieuwde oliewinning mogelijk. Eind januari dit jaar gaf minister Maxime Verhagen (EL&I) het officiële startsein voor de hernieuwde oliewinning in Schoonebeek. Met nieuwe, innovatieve technieken wint de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) er opnieuw olie, nadat in 1996 de productie was stopgezet. Het bleek niet meer rendabel om olie te winnen. De olie was taai en stroperig. Een combinatie van nieuwe, innovatieve technieken heeft ervoor gezorgd dat de oliewinning vijftien jaar later wel weer rendabel is. De oude, klassieke ja-knikkers zijn inmiddels vervangen. Door toepassing van horizontale putten, lagedrukstoominjectie en moderne hoogrendementspompen verwacht de NAM de komende 25 jaar nog zo’n 120 miljoen vaten olie uit het Schoonebeekse veld te kunnen produceren. Eind april lieten de
voorzitters Bernard Wientjes (VNO-NCW) en Bert van der Haar (VNO-NCW Noord) zich informeren.
Draagvlak Hoe een en ander technisch in elkaar steekt, kunt u in het overzicht hiernaast bekijken. Wat tijdens het bezoek aan Schoonebeek echter ook aan bod kwam en minstens zo belangrijk is als de nieuwe technieken, is maatschappelijk draagvlak. Een thema dat tegenwoordig een grote rol speelt bij dergelijke projecten en noodzakelijk is voor overheid en bedrijfsleven om projecten van de grond te krijgen. Denk bijvoorbeeld aan het gebrek aan draagvlak voor ondergrondse opslag van CO2 in Groningen in Drenthe, wat er in belangrijke mate voor heeft gezorgd dat het demonstratieproject in het Noorden eerder dit jaar werd afgeblazen.
In het Drentse dorpje Schoonebeek is het draagvlak voor de hernieuwde oliewinning groot, stelt Hans Jansen van de NAM en verantwoordelijk voor de externe communicatie. “Bij een dergelijk industrieel project is het van groot belang om dit samen met de samenleving in alle openheid uit te voeren. Schoonebeek is de laatste plaats in Nederland waar dit zo kan.” Waarom? Vanwege de kleinschaligheid van het dorp en de inspraak die de bewoners hebben bij dit project. Wat bijvoorbeeld opvalt in Schoonebeek, zijn de vele verkeersborden. “Over alles is nagedacht”, licht Jansen toe: “Denk bijvoorbeeld aan de snelheid en de rijrichting van het verkeer. Alles is vastgelegd, om zo de overlast voor de bevolking te beperken. Ons doel is om de dagelijkse impact te minimaliseren.”
aan de keukentafel “Doordat Schoonebeek een klein dorp is, konden we letterlijk bij de mensen thuis aan de keukentafel aanschuiven”, legt Jansen uit. “Vervolgens moet je niet alleen naar de omwonenden luisteren, maar ze ook serieus nemen en kijken hoe
5
VErEnIgIng
je met hun wensen rekening kunt houden. Veel zorgen kun je wegnemen door met elkaar in gesprek te komen. Het gaat erom dat je doet wat je belooft.” Blijkbaar is de NAM hierin geslaagd, aangezien er bijna geen procedures zijn
geweest tegen de hernieuwde oliewinning in en rondom Schoonebeek. Dit komt ook omdat de hernieuwde activiteiten voor een opleving in het dorp hebben gezorgd. Jansen: “Op het hoogtepunten van de activiteiten werkten hier zo’n dui-
zend man aan het project. Nu zijn dat er nog zo’n 450. Naast deze directe werkgelegenheid is de invloed op de omgeving groot. Denk aan de plaatselijke horeca, de winkels, hotels, etc. Het project is een investering in Zuidoost-Drenthe.” <
6
NoordNieuws juni 2011
Lex Kloosterman
[email protected]
focus op veiligheid
In 2009 nam Kreeft Opleidingen uit Hoogeveen het Verkeers Educatie Centrum in Drachten over. Het noodlijdende circuit bloeit nu weer als nooit te voren, mede dankzij de goede samenwerking tussen publieke en private partijen. Gert-Jan Kreeft: “Het ondernemerschap zit bij ons in het bloed.” In Drachten ligt een van de oudste slipcentra van Nederland, ooit een initiatief van de KNAC (Koninklijke Nederlandsche Automobiel Club). “Pionierswerk in de jaren zestig”, aldus Gert-Jan Kreeft, directeur van Kreeft Opleidingen. “Midden in de weilanden is destijds een stuk asfalt neergelegd voor slipactiviteiten, zeer vooruitstrevend in die tijd.” Tegenwoordig is op de plek van deze baan het Multifunctioneel Opleidingscentrum VEC gevestigd. Een professioneel test- en trainingscentrum op het gebied van verkeersveiligheid, met Kreeft Opleidingen als eigenaar. Buiten in de zon laat Kreeft verschillende mogelijkheden van de baan zien. Met een afstandsbediening beheert hij de watermuren en andere sproeiers, die nodig zijn voor rijvaardigheidstrainingen, anti-slip trainingen, rij-analyses en rij-angst begeleidingstrajecten voor particulieren en bedrijven. Kreeft is de vrijdag na Hemelvaartsdag, waarop heel Nederland vrij lijkt te zijn, gewoon aan het werk. Het ondernemen zit hem dan ook in het bloed, zo legt hij uit. “Mijn vader begon het bedrijf in 1960, toen hij in het leger zat, een oude Kever had gekocht en dacht: ik kan best wat geld verdienen door die auto ook te gebruiken om anderen te leren autorijden. Vanuit die ge-
over kreeft opleidingen Kreeft Opleidingen is een landelijk werkend multifunctioneel opleidingscentrum op het gebied van Verkeer, Transport, Logistiek, Arbo en Veiligheid. Er worden diverse opleidingstrajecten aangeboden, zoals dag-, avonden zaterdagopleidingen. Kreeft Opleidingen is ISO 9001 gecertificeerd en door het ministerie van Verkeer en Waterstaat geautoriseerd om alle opleidingen met betrekking tot het vervoer van gevaarlijke stoffen te verzorgen. Ook is Kreeft Opleidingen erkend opleider voor diverse scholings- en subsidiefondsen. Kreeft Opleidingen beschikt over een modern opleidingsen examencentrum op het Logistiek Centrum Hoogeveen,. Op een terrein van 10.000 m² heeft het bedrijf de beschikking over een oefenterrein, een bedrijfshal voor logistieke opleidingen en in het hoofdgebouw zijn diverse leslokalen, kantoorruimtes en een kantine ondergebracht.
praktIjk
VEC Drachten staat weer op de kaart
7
dachte ontstond een rijschool, die zich vanaf de jaren ’80 steeds meer ging toeleggen op de transportsector en op veiligheid.”
familiebedrijf Toen zijn vader eind jaren tachtig kwam te overlijden, is Gert-Jan op jonge leeftijd van school gegaan en rolde zo het familiebedrijf binnen. Met zijn moeder zette hij de onderneming voort. Later kwam zijn broer Lucas, waar hij tegenwoordig Kreeft Opleidingen mee runt, ook in beeld. Een echt familiebedrijf dus. Zijn zoontje Mika, die vandaag met Gert-Jan mee is, test de crossbaan en vertelt ook honderduit over het circuit. Toch denkt hij er (nog) niet over het in het familiebedrijf te werken: Mika wil liever boer worden. Het ondernemerschap zit echter ook bij zijn zoontje in het bloed, vertelt Gert-Jan even later. “Op school bedenkt hij soms oplossingen voor problemen, waarop de juf kritisch is. Als hij bijvoorbeeld op school een bakje krijgt om zijn potloden in te doen ontdekt hij dat de gaatjes in het bakje te groot zijn, waardoor de poloden er weer uitvallen. waarop Mika onmiddellijk het bakje voorziet van een laag plakband zodat ze er niet meer uit kunnen vallen. Wanneer ik dat hoor, zie ik juist een jongen die oplossingsgericht denkt en ondernemend is.”
dan ook belangrijke partijen op het gebied van verkeersveiligheid bij elkaar gebracht. Denk aan Veilig Verkeer Nederland en Stichting Bevordering Verkeerseducatie.
VEC op de kaart Zo is het ook met Kreeft zelf, die het VEC uit een verloren positie weer op de kaart heeft gezet. Twee jaar geleden werd Kreeft Opleidingen eigenaar van het verkeerscentrum, dat in 2004 door de provincie Fryslân en de gemeente Smallingerland is neergezet. “De baan was destijds flink vervallen geraakt en moest opgelapt worden”, vertelt Kreeft. Een nieuw en modern verkeerscentrum was het resultaat, waarmee provincie en gemeente nastreven om het aantal verkeersslachtoffers in Noord-Nederland met 25% te verlagen. Een en ander kwam echter onvoldoende van de grond en nadat het verkeerscentrum tot twee maal toe failliet ging, werd het terrein van zo’n drie hectare verkocht aan een belegger. De provincie Fryslan wilde het centrum echter graag behouden voor de regio en zocht een nieuwe exploitant. In 2009 werd deze gevonden: Kreeft Opleidingen uit Hoogeveen. “Waarom we deze stap gemaakt hebben? In eerste instantie hadden we dat niet voor de bril”, vertelt Kreeft. “We waren wel de grootste gebruiker van de baan met verschillende projecten en trainingen. Toen de mogelijkheid zich voordeed, leek het ons een mooie aanvulling op het pakket van onze onderneming.”
samenwerking Om te voorkomen dat het verkeerscentrum weer failliet zou gaan, moest er echter wel wat veranderen. Kreeft: “Wij zoeken de kracht in de samenwerking met partners waarbij we onze eigen onderneming duidelijk laten participeren.” In het VEC zijn
Maar ook de provincie, gemeente en bijvoorbeeld de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden zijn bij het VEC betrokken. Het maakt het verkeerscentrum tot een ontmoetingsplaats tussen onderwijs en praktijk en een ideale plek om kennis en ervaring uit te wisselen.
kargo! Samen met het Alfa College en het roelof van Echten College is Kreeft Opleidingen KArgo! gestart, een nieuw opleidingscentrum voor voertuigentechniek, transport en logistiek. Het nieuwe gebouw op het terrein van Kreeft in Hoogeveen is een school en bedrijf in één. Zo’n 350 VMBO- en MBO-leerlingen krijgen hier hun opleiding in een onderwijsleerbedrijf met diverse werkplaatsen. Kreeft: “Het is dé plek om jongeren op te leiden tot vakmensen en specialisten in de transport- en mobiliteitsbranche.” “Een veelgehoorde klacht is dat het gat tussen bedrijfsleven en onderwijs te groot is”, aldus Kreeft. “Leerlingen werken op school vaak met verouderde voertuigen en materialen. Tegen de tijd dat ze op stage of aan het werk gaan, hebben ze bijvoorbeeld nog nooit een hybride motor gezien.” KArgo! moet deze leemte vullen en brengt onderwijs en bedrijfsleven onder één dak.
8
NoordNieuws juni 2011
Foto: Xxxxx Xxxxxxxxxxxxx
Column
9
“Het samen in een gebouw zitten, brengt zeker voordelen met zich mee. De beste discussies vinden bij het koffieapparaat plaats”, aldus Kreeft. Dat de exploitatiekosten deels zijn gedekt door het gebouw te verhuren, is natuurlijk ook een stap in de goede richting om het centrum draaiende te houden. Kreeft vertelt dat een zakelijke wind hard nodig was. “Er waren veel te veel deals gesloten, waardoor er te weinig voor de baan betaald werd. De politie mocht er bijvoorbeeld gratis op wanneer de baan vrij was. Als je dat soort afspraken terugdraait, ben je in het begin de boeman. Maar uiteindelijk was het nodig om het verkeerscentrum tot een succes te maken.”
fun met een boodschap Naast de functie als opleidingscentrum en het huisvesten van verschillende verkeersveiligheidsorganisaties, is het VEC Drachten ook zeer geschikt als locatie voor chauffeursdagen, relatiedagen en personeelsuitjes. Een sportieve uitdaging, maar wel eentje met een boodschap. Kreeft: “Er wordt in Nederland veel tijd, geld en aandacht besteed aan veiligheid tijdens het uitoefenen van werkzaamheden. Een goede werkgever zou volgens mij echter meer zorg moeten hebben voor verkeersveiligheid. Houdt veiligheid op zodra het werk neergelegd wordt of kun je als werkgever verder gaan? Is veilig rijgedrag puur een zaak van de bestuurder? Uw medewerker rijdt misschien wel in een auto die door uw onderneming wordt betaald. Om maar te zwijgen over de kans op langdurige uitval van deze medewerker.” Uit onderzoek van TNO is naar voren gekomen dat werkgevers veel aandacht hebben voor het thema veiligheid, maar vaak geen enkel inzicht hebben in de verkeersschade die door hun medewerkers veroorzaakt wordt. “Wij pleiten er dan ook voor dat hier meer aandacht aan besteed wordt en dat het in het bedrijfsbeleid wordt vastgelegd”, aldus Kreeft. “Het is hoog tijd dat men zich beter bewust wordt van verkeersveiligheid. Denk bijvoorbeeld aan het verschil in remwegafstand tussen 100 km/h of 140 km/h rijden.” op 27 maart 2012 organiseert vNo-NCW Noord een bedrijfsbezoek aan het veC in Drachten in het kader van energie en duurzaamheid. Hierover zult u te zijner tijd worden geïnformeerd. meer weten over het veC? Kijk op www.vecdrachten.nl <
bestuurskracht Steeds meer taken worden overgeheveld van het rijk naar gemeenten, die zich moeten laten zien als ‘eerste overheid’ voor de burger. De nota ruimte van het rijk geeft het duidelijk aan: het motto ‘decentraal wat kan, centraal wat moet’ is leidend. Waar VNO-NCW Noord al langer voor gemeentelijke herindeling pleit, gaan ook steeds meer gemeenteraadsleden inzien dat veel gemeenten voor deze groeiende taakstelling een sterkere bestuurskracht nodig hebben. Uit een recente enquête van het Dagblad van het Noorden blijkt dat een meerderheid van de raadsleden in de gemeenten in de provincie Groningen, voorstander is van herindeling. Juist een grotere schaal, gecombineerd met een scherpere toedeling van taken en verantwoordelijkheden en een groter belastinggebied, stelt gemeenten beter in staat om regie te voeren op terreinen als zorg, veiligheid, werk en welzijn. Doordat gemeenten krachtiger worden, kunnen zij zelfstandiger functioneren en zijn zij beter in staat om de benodigde expertise in huis te halen. Een veelgehoorde misvatting is dat schaalvergroting vanzelfsprekend leidt tot vergroting van de afstand tussen burgers en bestuurders. Natuurlijk heeft schaal betekenis in dat opzicht, maar afstand heeft maar zeer gedeeltelijk betrekking op fysieke aspecten. Decentralisatie en schaalvergroting moeten juist worden aangegrepen om meer zeggenschap bij burgers te leggen. Bij schaalvergroting van gemeenten is het denkbaar dat op wijk-, dorps- of stadsniveau nieuwe vormen van bestuur worden ontwikkeld, met beperkte bevoegdheden en een beperkt budget. Gemeenten moeten worden vrijgelaten in de manier waarop ze dit organiseren, waarbij ze er wel voor moeten waken dat er geen nieuwe bestuurslagen ontstaan. VNO-NCW Noord wil graag inzichtelijk maken rondom welke (stedelijke) kernen in het Noorden regio’s functioneren. In opdracht van VNO NCW Noord doet de rUG hier momenteel onderzoek naar en in de volgende editie van NoordNieuws zullen de uitkomsten van het onderzoek worden gepresenteerd. Aan de hand van bestuurlijke, culturele maar vooral indicatoren voor het economisch functioneren, wordt binnen het onderzoek een regionale indeling gemaakt. Op basis van deze criteria blijkt dat Noord-Nederland functioneert rondom 14 dominante kernen. Het onderzoek is geen handleiding voor herindeling, maar wanneer gemeenten willen fuseren of samenwerken, kunnen zij rekening houden met de ruimtelijke bevindingen hiervan. Ook is onderzoek gedaan naar wat ongeveer de ideale grootte van een gemeente is, nu en in de toekomst. Hieruit blijkt dat de meeste noordelijke gemeentes ver onder deze grootte liggen. Tijd om in actie te komen. Lambert Zwiers directeur VNO-NCW Noord
10
NoordNieuws juni 2011
Noordnieuws in 't kort Dacom uit Emmen wint MKB Innovatie Top 100
Eind mei presenteerden innovatiecentrum Syntens, Octrooicentrum Nederland, Mercedes-Benz en NRC Handelsblad voor de zesde keer de ranglijst met 100 concrete innovaties. Deze top 100 wordt gezien als de grootste en belangrijkste innovatieprijs voor bedrijven in het MKB. Een deskundige jury riep Dacom uit Emmen uit tot de meest succesvolle en innovatieve onderneming. Het bedrijf van directeur Janneke Hadders (tevens voorzitter JNO en bestuurslid VNO-NCW Noord) heeft zich gespecialiseerd in irrigatiemanagement. Bodemvochtsensoren in het veld van de teler laten zien wat de dagelijkse wateropname is in de verschillende bodemlagen van het gewas. Met deze informatie wordt het optimale
tijdstip van beregenen bepaald. Uit proeven met het systeem is gebleken dat de hoeveelheden water en meststoffen voor het telen van aardbeien teruggebracht kunnen worden tot 48%, zonder negatieve effecten op gewasopbrengst en -kwaliteit. De technologie van Dacom draagt hiermee bij aan het oplossen van de voedselschaarste en een duurzame voedselproductie, aldus de jury.
Succesvolle innovaties De jury beoordeelde de nominaties op basis van originaliteit, impact, mate van bescherming, verkrijgbaarheid en de omzetpotentie. De jury stond onder leiding van Alexander Rinnooy Kan. Alle 100 genomineerde bedrijven hebben succesvolle innovaties doorgevoerd op het gebied van product, dienst, proces of organisatie. Met de realisatie van deze vernieuwingen hebben ondernemers hun omzet verhoogd, hun voortbestaan zeker gesteld of bestaande producten verbeterd. Aan de MKB Innovatie Top 100 is bewust geen prijs verbonden. De kracht van het initiatief is te laten zien waartoe het MKB in staat is. De 100 bedrijven en hun
innovaties zijn te vinden op www.syntens.nl/innovatietop100. Ook staan daar videoreportages over aansprekende innovaties uit de ranglijst.
Eerste bio-tankstation bij Pesse Bij Pesse mag een zogeheten Green Planet-tankstation voor biobrandstoffen komen. Dat heeft de Raad van State besloten. Bij het tankstation komen een slowfoodrestaurant, een shop en een informatiecentrum, meldt RTV Drenthe. Omwonenden vrezen voor geluidsoverlast van onder meer de bijbehorende rotonde, maar de Raad van State veegde die bezwaren begin mei van tafel. De rotonde is inmiddels aangelegd. Green Planet bij Pesse wordt het eerste tankstation voor biobrandstoffen van Nederland. Initiatiefnemer Edward Doorten reageerde positief op Radio Drenthe: “Nu is het zaak om een omgevingsvergunning te krijgen en dan kunnen we aan de slag. Ik verwacht dat nog dit jaar de spade de grond in gaat. Het tankstation wordt energieneutraal, waarmee we het goede voorbeeld geven. Maar het belangrijkste is dat we naast de prijzige fossiele brandstoffen ook de alternatieve, duurzame brandstoffen gaan aanbieden en er voor gaan zorgen dat auto’s worden omgebouwd, zodat ze hierop kunnen gaan rijden.”
noordnieuws in 't kort
Dacom BV uit Emmen mag zich de meest innovatieve onderneming uit het Nederlandse Midden- en Kleinbedrijf noemen. Met het TerraSen-systeem waarmee gewassen onder de best mogelijke omstandigheden kunnen groeien, zonder verspilling van water, is de eerste plaats veroverd in de MKB Innovatie Top 100.
11
Best Managed Companies in Noorden prolongeren titel Bouwgroep Dijkstra Draisma en Fritom Group hebben de titel Best Managed Companies 2011 gewonnen en behoren daarmee tot de best geleide bedrijven van Nederland. Beide bedrijven zijn gevestigd in Bolsward en doen voor de tweede keer mee. Zowel Dijkstra Draisma als Fritom wisten de titel te prolongeren. Dit blijkt uit het ‘Best Managed Companies’ programma dat Deloitte in samenwerking met VNO-NCW, de Kamer van Koophandel, TiasNimbas Business School en Management Team dit jaar voor de vierde keer organiseert.
De competitie maakt jacht op de best geleide ondernemingen van Nederland binnen het midden- en grootbedrijf. Winnende bedrijven dienen erg sterk te zijn op het gebied van o.a. duurzaamheid, personeelsbeleid en klanttevredenheid. Daarnaast dienen de bedrijven financieel gezond te zijn en is er speciale aandacht voor de thema’s strategie- & beleidsvorming, organisatie & processen, besturing & beheersing, informatietechnologie en mensen & cultuur. rudy Vellema, algemeen directeur van Fritom Logistic Solutions: “De titel een tweede keer winnen is natuurlijk fantastisch. De jury is zo’n tweede keer nog
strenger dan de eerste keer. We moesten aantonen dat we ons ten opzichte van vorig jaar op alle gebieden weer verder hadden ontwikkeld.” Biense Dijkstra, directeur van Bouwgroep Dijkstra Draisma: “Dat je de titel weet te prolongeren is voor ons een hele prestatie. Juist in de huidige economische omstandigheden je als zodanig staande weten te houden en dat je zelfs weet te groeien, is des te meer een bewijs dat we samen met onze medewerkers goed bezig zijn en dat we ons, met onze nuchtere aanpak, nog steeds weten te onderscheiden”.
Henk Bleker: ECOstyle boegbeeld verantwoord ondernemen Eind mei bracht staatssecretaris Henk Bleker van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie een bezoek aan ECOstyle in Appelscha. ECOstyle is gespecialiseerd in de ontwikkeling en het vermarkten van ecologische verantwoorde producten en concepten voor bodem, plant en dier. Het bezoek is tot stand gekomen naar aanleiding van een eerdere discussiebijeenkomst over het nieuwe natuurbeleid met verschillende partijen, de zogenaamde dwarsdenkers. Hierbij was directeur Anne Jan Zwart ook aanwezig. Hij wist bij die bijeenkomst Bleker te boeien met zijn initiatief om op een 17 hectare groot stuk land een bedrijvenlandschapspark te realiseren, waar 40 procent van de oppervlakte natuur is. Op de locatie zullen ondermeer een congrescentrum, proefkassen en een laboratorium komen. Naast ECOstyle BV zijn er ook een aantal andere partijen die zich zullen gaan vestigen op het park. Daarnaast liet Bleker zich informeren over een innovatief project in de veehouderijsector van dochterbedrijf Ecostyle Animal Care, dat als doel heeft een hogere weerstand op te bouwen bij de dieren waardoor minder medicijnen worden toegediend, waaronder antibiotica. Volgens staatssecretaris Bleker is de aanpak van het bedrijf “het bewijs dat
Staatssecretaris Henk Bleker (links) met Anne Jan Zwart van ECOstyle. ecologie en economie goed hand in hand kunnen gaan. Een goed voorbeeld van een klein bedrijf dat boegbeeld is van maatschappelijk verantwoord én winstgevend ondernemen met een ecologisch product in een markt van multinationals. En ook een voorbeeld van private financiering van landschapsparken”. De gemeente Ooststellingwerf is nauw betrokken bij het project ECOmunitypark. Burgemeester Harry Oosterman over ECOstyle: “Ik ben trots op zo’n innovatief
bedrijf in onze gemeente. De nadruk die ECOstyle legt op kwaliteit in allerlei aspecten van ondernemen, past bij het beeld dat wij hebben van onze gemeente. Het ECOmunitypark zal een katalysatorfunctie hebben voor bedrijven in onze gemeente. Duurzaamheid komt zo echt op de agenda te staan. Ik ga ervan uit dat het park dan ook tot een toename van bedrijvigheid gaat leiden. Zo wordt het ECOmunitypark beeldbepalend voor onze gemeente.”
12
Lambert Zwiers
[email protected]
NoordNieuws juni 2011
Foto: Koos Boertjens (www.inthesky.nl)
“Energyport noord-nederland VNO-NCW Noord en MKB-Nederland Noord hebben in een brief aan minister Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) gepleit voor erkenning van Noord-Nederland als Energyport. De energiesector in het Noorden is een onmisbare schakel in de nationale economie en verdient dezelfde status als de main-, brain en greenports. In Noord-Nederland vinden tot 2020 verreweg de belangrijkste investeringen plaats van de gehele EU op energiegebied. Het gaat om een bedrag van circa 25 miljard euro. Hiermee is de Eemshaven de grootste bouwput van Nederland, waarmee onze regio zichzelf op de kaart zet als dé energieregio van Europa. De ongekende golf aan investeringen vindt plaats in bijvoorbeeld olie- en gasexploitatie, de bouw van centrales en groen gasproductie en windenergie. Maar vooral ook in kennis, want voor verankering van de energiesector in de regio is ontwikkeling van onze kennispoot van essentieel belang. Een Energy Academy in Groningen speelt hierbij een belangrijke rol.
groot potentieel De investeringen in de energiesector zorgen voor een groot nieuw potentieel aan energietransitie-activiteiten, - pilots en –kennisprojecten. De huidige en toekomstige energieactiviteiten in NoordNederland behelzen bovendien vrijwel alle moderne vormen van energieopwekking, -handel, -distributie en –toepassing. Denk hierbij aan windenergie (onshore en offshore), zonne-energie, gasopslag, oliewinning, bio-based activiteiten en productie en distributie en toepassing van groen gas en biogas. Daarnaast versterken de investeringen de positie van Nederland als gasrotonde. Noord-Nederland is er met deze sterke ontwikkelingen in geslaagd de werkgelegenheid in de noordelijke energiesector te vergroten van enkele honderden naar ruim 30.000 arbeidsplaatsen. De verwach-
ting is dat deze werkgelegenheid alleen maar zal stijgen als de juiste randvoorwaarden door de overheid worden gecreeerd. De status van Energyport is hiervoor onontbeerlijk.
belang Energyport Voor het bedrijfsleven is het essentieel dat Noord-Nederland als Energyport in de rijksstructuurvisie Infrastructuur en ruimte wordt opgenomen. De energiesector in het Noorden is een onmisbare schakel in de nationale economie en is het meer dan waard om deze status te verkrijgen. De erkenning van Noord-Nederland als Energyport is volgens VNO-NCW Noord en MKB-Nederland Noord gebaseerd op de huidige status van de regio en de plannen die er voor de nabije toekomst liggen. Waar Noord-Nederland in het verleden nog wel eens als achterstandsregio werd gezien, zijn wij op koers om een voorsprong nemen, met de energiesector als belangrijkste aanjager.
toekomstige nieuwe infrastructuur het economisch belang van doorslaggevende waarde zal zijn. Dit betekent dat aanwijzing tot Energyport essentieel is om investeringen in de rijksinfrastructuur in Noord-Nederland te waarborgen. Denk bijvoorbeeld aan de verdubbeling van de N33 ten noorden van Zuidbroek of de opwaardering van de vaarverbinding Lemmer-Delfzijl met hogere bruggen, ruimere bochten en grotere sluizen bij Lemmer en Delfzijl. Samen met de overheid wil de energiesector de ruimtelijke inpassing van de samenhangende energie-infrastructuur onderzoeken en de ontwikkeling van Groningen als kenniscentrum op energiegebied faciliteren. Deze kennis kan toegepast en vermarkt worden, waardoor Noord-Nederland kan uitgroeien tot een internationaal topgebied op het vlak van energie en duurzaamheid.
nationaal belang Focus op Noord-Nederland als Energyport biedt goede mogelijkheden om koppelingen te maken naar onze andere topsectoren: water, sensortechnologie, agribusiness en life sciences. Het ruimtelijk beleid moet voor de ontwikkeling van deze sectoren de voorwaarden scheppen. Energyport Noord-Nederland staat voor de uitbouw en vernieuwing van de energiesector met een onderling samenhangende energie-infrastructuur die de ruimtelijk-economische ontwikkeling in de regio stimuleert.
Economisch belang Minister Schultz van Haegen heeft eerder aangegeven dat bij investeringen in
De erkenning van Noord-Nederland als Energyport zorgt volgens VNO-NCW Noord en MKB-Nederland Noord voor een verdere versterking van het profiel van Noord-Nederland als dé duurzame top-energieregio van Noordwest Europa en als hét experimenteergebied voor innovatieve energietransitieprojecten. VNO-NCW Noord en MKB-Nederland Noord hopen dat het kabinet het nationale belang van Energyport Noord-Nederland onderkent en dezelfde status geeft als de main-, brain en greenports. Deze erkenning is noodzakelijk voor de ontwikkeling van de noordelijke economie en de energiesector in het bijzonder. <
13
aCtuEEl
van nationaal belang”
Energy Valley shirtsponsor noordelijke topsport Komend seizoen prijkt de naam Energy Valley achterop de shirts van zowel FC Groningen, GasTerra Flames, de volleyballers van Abiant/Lycurgus en de korfballers van Nic./Alfa-college. Dit wordt mogelijk gemaakt door de Energy Valley Topclub; een samenwerkingsverband van BAM, GasTerra, Gasunie, Groningen Seaports, Imtech, rWE/ Essent en diverse andere bedrijven uit de energiesector. Ook VNO-NCW Noord is hierbij aangehaakt. VNO-NCW Noord onderschrijft het belang van de Energy Valley Topclub en het doel om het grote publiek meer te betrekken, informeren en mobiliseren bij de energietransitie. De topsportclubs
kunnen een goede bijdrage leveren om het energieprofiel van het Noorden te versterken en de samenleving te betrekken bij de ontwikkeling van duurzame energie. De clubs ondersteunen dit door de handen ineen te slaan met dit concept. FC Groningen, dat onlangs al Essent als hoofdsponsor aan zich bond, heeft het initiatief genomen tot dit zogenaamde ‘Barcelona-model’ waarbij gezamenlijk wordt opgetrokken met de collegaverenigingen in de stad Groningen. De vier sportclubs komen allen uit op het hoogste nationale niveau, hebben een landelijke uitstraling en gezonde Europese ambities. Bovendien vertegen
woordigen de clubs een grote maatschappelijke achterban. De overeenkomst tussen de Energy Valley Topclub en de vier sportclubs geldt voor de komende drie seizoenen. Via Energy Valley maken bedrijven, kennisinstellingen en overheidsinstanties in Noord-Nederland zich samen sterk voor schone, betrouwbare en innovatieve energie. Dat heeft inmiddels geleid tot vele groene initiatieven. Hiermee vervult de noordelijke energiesector een sleutelrol in de (inter)nationale energievoorziening en wordt een flinke impuls gegeven aan de economie en werkgelegenheid.
14
NoordNieuws juni 2011
Jan-Willem Lobeek
[email protected]
Cultuur is niet voor Verdere uitdunning cultuur in het Noorden onaanvaardbaar
Noord-Nederland. Een bepaalde kritische massa aan voorzieningen is dan ook onontbeerlijk. Op dit moment balanceert Noord-Nederland al op de ondergrens van deze kritische massa.
belang creatieve sector
In 2005 heeft VNO-NCW Noord al door Etin laten onderzoeken wat de toegevoegde waarde van de creatieve economie is. De belangrijkste conclusies waren dat het naast een belangrijk ingrediënt van regionaal woon-, leef- en vestigingsklimaat een belangrijke pijler onder de economie is.
Het kabinet heeft onlangs besloten om flink te bezuinigen op cultuur. Een groot deel van deze bezuinigingen raakt ook Noord-Nederland. VNO-NCW Noord dringt er op aan dat de culturele hoofdinfrastructuur in het Noorden kan blijven voortbestaan. Verdere uitdunning van onze culturele sector is onaanvaardbaar en slecht voor het vestigingsklimaat. Keuzes in het verleden hebben ertoe geleid dat bovengemiddeld veel culturele instellingen in de randstad actief zijn. Hierdoor is de culturele infrastructuur in onze regio extra ijl. Als de voorgenomen bezuinigingen daar nog eens overheen komen, wordt het Noorden onevenredig hard getroffen.
Goede culturele voorzieningen zijn van cruciaal belang. Cultuur is een smeermiddel voor de economie en heeft een veel grotere betekenis voor de concurrentiepositie van een regio dan uit eerste waarneming blijkt. Een sterke culturele infrastructuur is bepalend voor de aantrekkelijkheid en wervingskracht van
De creatieve sector, waarvan een belangrijk deel uit de culturele sector komt, kent een bovengemiddelde werkgelegenheidsgroei en heeft veel groeipotentie. Een ander opmerkelijk feit is dat ‘creatieve steden’ een bovengemiddelde economische ontwikkeling kennen. In Noord-Nederland mogen Groningen en in mindere mate Leeuwarden en Assen tot ‘creatieve steden’ worden gerekend. Tenslotte was een belangrijke conclusie dat de creatieve sector een vliegwiel kan zijn voor innovatieve processen in andere bedrijfstakken.
noorden wederom op achterstand De huidige kabinetsvoornemens zullen leiden tot een dermate verschraling dat Noord-Nederland als gevolg van het verslechterde vestigingsklimaat wederom op achterstand wordt gezet. En dat terwijl in de afgelopen jaren met succes de achterstand op de rest van Nederland werd ingelopen. Bovengemiddeld veel van de cultuurgelden slaan momenteel neer in Amsterdam, Den Haag en rotterdam. Dit komt omdat nagenoeg alle landelijke instellingen in deze regio zijn gevestigd en daarnaast een belangrijk deel van de
aCtuEEl
Voor een optimaal vestigingsklimaat wordt doorgaans gekeken naar fysieke ruimte, ontsluiting, aanwezig en kwaliteit van personeel en vergunningstechnische randvoorwaarden. Maar vaak worden secundaire voorwaarden als kwaliteit van wonen, winkelvoorzieningen en cultureel aanbod vergeten. Ten onrechte, want deze factoren worden door beslissers uiteindelijk meegewogen.
15
de show regionale instellingen. De noordelijke provincies moeten het verhoudingsgewijs doen met schamele percentages: slechts 3% van de subsidies, terwijl in NoordNederland 10% van de bevolking woont.
Infrastructuur in stand houden
VNO-NCW Noord heeft reeds eerder staatssecretaris Halbe Zijlstra opgeroepen om bij de bezuinigingen de overbedeelde regio’s meer dan gemiddeld aan te spreken op hun bezui“Cultuur is een Het is inmiddels breed nigingsdoelstellingen. aanvaard dat culturele smeermiddel voor de De culturele infrastrucinstellingen ook andere in het Noorden economie en heeft een tuur bronnen kunnen aanis op dit moment al grote betekenis voor dermate kwetsbaar dat boren om hun bestaansrecht te bevestigen. de concurrentiepositie aanzienlijk snijden in Maar in een economisch de noordelijke culturele van de regio” ijle regio als Noordsector onmiddellijk zal Nederland is het extra leiden tot het voorgoed moeilijk om aanvullende financiering te verdwijnen van bepaalde instituten. vinden bij private bronnen. Dit komt door Dit betekent een onaanvaardbare verhet sterke MKB karakter van de regio, schraling van het aanbod in het Noorden daar waar doorgaans de grote bedrijven en daarmee een onaanvaardbare aantastot cultuursponsoring overgaan.
ting van het vestigingsklimaat. De raad van Cultuur bevestigt deze vrees in hun onlangs uitgebrachte advies: “het culturele leven wordt schraler, de toegangsdrempel hoger en er ontstaat onmiskenbaar schade”. Hoewel VNO-NCW Noord een betere regionale verankering van de landelijke instellingen toejuicht, zal dit weinig bijdragen aan het vestigingsklimaat in het Noorden. Nu het kabinet in haar voornemen ook het bezuinigingsmes diep in de noordelijke culturele sector steekt, rest VNO-NCW Noord niets anders dan bij de Tweede Kamerleden draagvlak te zoeken voor een stevige verankering van de cultuur in Noord-Nederland. <
De Drentse bluesopera Muziektheaterspektakel aan de voet van de Hondsrug bij Gieten De beste manier om het cultuuraanbod in Noord-Nederland in de benen te houden is om er zelf naar toe te gaan. Naast de usual suspects in Noord-Nederland als het Groninger Museum, het Noord-Nederlands Orkest of Oerol zijn er nog vele andere vormen van hoogwaardige cultuur in Noord-Nederland. Een uitgesproken voorbeeld hiervan is deze zomer de Drentse Bluesopera door locatietheatergezelschap PeerGrouP .
Drenthe en de blues Drenthe heeft van oudsher iets met de blues. Drenthe is de bakermat van de levende blueslegende Harry Muskee (Cuby and the Blizzards) en ook Daniël Lohues (Skik) heeft er zijn roots. Als muziek van het platteland leent de blues zich perfect voor een opera waarin het gevoel en de drijfveren van de van oorsprong boerenbevolking centraal staan. De Drentse Bluesopera gaat over het dilemma waar veel jonge boeren tegenwoordig voor staan. Ga je het bedrijf van je ouders voortzetten of geef je er – moe van regelgeving en dwang tot grootschaligheid – de brui aan? Door het dalende aantal boeren verandert Drenthe wezenlijk van karakter. Drenthe wordt steeds meer een recreatiepark of erger nog: een bejaardenoord! De Drentse Bluesopera brengt deze actuele thematiek als een vrolijke satire voor het voetlicht.
het verhaal Jenny Voorthuizen is een zeer bijdehante marketing- en businessvrouw. Ze heeft het boerenbedrijf van haar ouders omgetoverd tot het succesvolle recreatie-, zorg- en wellnessresort De Hunzehof. Voor de noodzakelijke uitbreidingsplannen heeft ze haar oog laten vallen op de pittoreske boerderij van buurman Bennie Bartels. Bennie weigert te verkopen, maar Jenny weet hem listig in te palmen. Als ze Bennie met een vage managementfunctie op een zijspoor parkeert, weet hij dat hij het familie-erfgoed verkwanseld heeft. Hij zint op wraak en mobiliseert de dorpsgemeenschap. Met het hele dorp boeken ze een luxueus verwenweekend op De Hunzehof dat niemand ooit zal vergeten. De Drentse Bluesopera is een grootschalig muziektheaterspektakel aan de voet van de Hondsrug bij Gieten en wordt gespeeld van 30 juli tot en met 21 augustus 2011. meer informatie vindt u op www.dedrentsebluesopera.nl
16
NoordNieuws juni 2011
Lara Bolhuis
[email protected]
Zo sterk als de Onderzoek naar waardeketens in het Noorden In opdracht van VNO-NCW Noord heeft Lara Bolhuis, masterstudent aan de RUG, onderzoek gedaan naar waardeketens in Noord-Nederland. Door meer inzicht kunnen zowel individuele schakels als de gehele keten hun concurrentiepositie versterken.
onderzoek In de regio bevinden zich (onderdelen van) vele verschillende waardeketens. Samen zorgen deze ketens voor een divers scala aan producten, gericht op allerlei verschillende klanten. De uitdagingen voor de ketens zijn minstens zo divers als de producten, en VNO-NCW Noord wil graag ondersteuning bieden in het aangaan van deze uitdagingen en het versterken van de positie van een waardeketen. Als masterstudent Business Administration van de rijksuniversiteit Groningen wilde ik graag dit onderwerp gebruiken voor mijn afstudeeronderzoek. Na bestudering van onderzoeken uit het verleden over dit thema, bleek dat er tot op heden zeer weinig aandacht was voor waardeketens in een specifieke
regio. Hoewel er diverse initiatieven zijn geweest die, elk met een eigen invulling, de regio wilden ondersteunen in het behouden of zelfs versterken van de concurrentiepositie, was de waardeketenbenadering een nog niet zichtbaar onderdeel van de verschillende strategieën. Het is dan ook een grote uitdaging om hier verandering in aan te brengen, en met deze nieuwe benadering de regio uiteindelijk verder te versterken.
wat is een waardeketen?
te beschrijven dat betrokken is bij het produceren, op de markt zetten en soms zelfs recyclen van een product. Hierbij gaat het niet alleen om de partijen die actief betrokken zijn bij het productieproces. Ook de ondersteunende en faciliterende industrieën en organisaties die de productie mogelijk maken zijn onderdeel van de keten.
functioneren van de keten U kunt zich voorstellen dat dit tot een gigantische verzameling van betrokkenen leidt. Om toch overzicht te kunnen behouden, is het belangrijk onderscheid te kunnen maken en de strategisch belangrijke of zelfs cruciale onderdelen te herkennen. Door de keten op te delen in schakels, krijgt men inzicht in de gehele keten. Hierbij staat elke schakel voor een apart onderdeel van de keten waarvoor een afzonderlijke markt bestaat.
Een van de eerste stappen in het onderzoek was invulling geven aan de term waardeketen. In diverse gesprekken over en voor het onderzoek bleek al snel dat bijna iedereen een eigen definitie hiervoor had. En dit gold in grote lijnen ook voor de boeken en artikelen die over het onderwerp zijn geschreven. Michael Porter, voor de meeste bedrijfskundigen en managers een bekende naam, gebruikte Voor VNO-NCW Noord is het van belang het begrip ‘value chain’ al in de jaren ’80. om relatief eenvoudig en snel inzicht te Hij paste het echter toe op de waarde die krijgen in het functiobinnen een organisatie neren en de kracht van werd gecreëerd. In de “Het feit dat een een keten. Tijdens het huidige tijd, waarin keten zo sterk is als de onderzoek is een stapondernemers steeds minder ervoor kiezen zwakste schakel, is ook penplan geformuleerd alles intern te organisevan toepassing op een om een waardeketen te kunnen herkennen. Zo ren, en specialiseren en waardeketen” kan men inschatten weloutsourcen belangrijker ke aandachtspunten er geworden is, is Porter’s zijn, en met welke gesprekspartners men invulling van het begrip minder toepaskan bespreken hoe de positie van een selijk. keten als geheel verbeterd kan worden. Tegenwoordig wordt er dan ook steeds Er kunnen nieuwe mogelijkheden voor vaker voor gekozen om met een ‘waarsamenwerking ontdekt worden, bijvoordeketen’ het gehele verticale proces beeld op het gebied van innovaties. Ook
praktIjk
Als je een ondernemer in Noord-Nederland naar het begrip waardeketen vraagt, krijg je gemengde reacties. Of het belangrijk wordt gevonden? ‘Jazeker’ is over het algemeen het antwoord dat je krijgt. Veelal gelijk gevolgd door de opmerking ‘maar wat is het nou eigenlijk precies, zo’n waardeketen?’ En niet te vergeten ‘maar wat kan ik er nou eigenlijk mee doen?’. De waarde die de noordelijke regio toevoegt ligt volgens het CBS rond de 10 procent van het landelijke totaal. In 2008 was dit voor de drie noordelijke provincies samen 55,7 miljard euro. Een hoop geld. Niet gek dat aandacht geven aan waardeketens in Noord-Nederland één van de thema’s is die VNO-NCW Noord in zijn visie heeft geformuleerd.
17
zwakste schakel
worden gemeenschappelijke behoeftes voor aanvullende ondersteuning van de keten ontdekt.
jachtbouw Om deze bevindingen te illustreren zijn in de laatste fase van het onderzoek het stappenplan en het model toegepast op de sector jachtbouw. Binnen deze sector, die een belangrijke rol speelt in de regio, is gekozen voor een focus op de kleinere stalen motorjachten. Dankzij interessante gesprekken met representatieve schakels is een beeld gevormd van het functioneren, de kracht en de ontwikkelingen in deze keten. Zo komt naar voren hoe verschillende schakels elkaar zien en welke verbeterpunten er zijn in de onderlinge relaties. Hoewel men over het algemeen het belang van de waardeketen wel herkend, zijn er nog niet veel ontwikkelingen om hier in de hele lengte van de keten ook iets mee te gaan doen. Verrassend genoeg dacht bijna iedereen dat de schakels op een andere positie in de keten niet het belang zouden inzien. De samenwerking en communicatie met de schakels waarmee men direct verbon-
den is in de keten, is de laatste jaren wel steeds beter geworden, maar er blijkt nog voldoende ruimte te zijn om dit uit te breiden naar de rest van de keten. Vooral op algemene thema’s, zoals scholing en concurrentie met het buitenland, lopen de partijen veelal tegen dezelfde problemen aan. De jachtbouw heeft het de afgelopen jaren moeilijk gehad, en ook voor de keten van de kleine stalen motorjachten is de vraag teruggelopen. De Nederlandse jachten zijn kwalitatief zeer goed, en er komt veel vakmanschap aan te pas. Desalniettemin blijkt dat men dit nog voldoende als keten naar buiten weet te brengen, met name in het aanprijzen van het eindproduct bij de consument.
Inzicht in de keten Door de verschillende schakels van een keten meer inzicht te geven in de waardeketen waar zij onderdeel van zijn, is er niet alleen een mogelijkheid voor de individuele schakel om de positie te verbeteren. Ook de waardeketen als geheel kan zo in staat gesteld worden een sterkere concurrentiepositie te verkrijgen, en zo bijvoorbeeld sterker te staan tegenover
concurrerende ketens. Het feit dat een keten zo sterk is als de zwakste schakel, is ook van toepassing op een waardeketen. Het onderzoek biedt ondernemers en VNO-NCW Noord de mogelijkheid om samen sessies te organiseren en met de verschillende schakels samen naar de keten als geheel te laten kijken. Afhankelijk van de keten zijn de kansen en voordelen voor deze schakels na een analyse talloos. Er is meer kijk op de opties voor schaalvergroting, het behalen van groei en mogelijkheden voor vernieuwing. Daarnaast kan het eindproduct sterker in de markt gezet worden door samen na te denken over verbeteringen in de ontwikkeling en productie, en ook samen het product aan te bieden. De keten als geheel kan zich beter onderscheiden van andere, concurrerende, ketens, bijvoorbeeld ook door het kunnen verzorgen van een (nog) betere dienstverlening voor de klant. Gezien al deze voordelen ligt er een uitdaging voor een ieder om vanaf nu meer aandacht te besteden aan dit thema. <
19
Akke Groenewoud
[email protected]
geef flexwerkers de ruimte
praktIjk
Nieuwe werkplek voor Groninger ‘kantoornomaden’
De Randstad en zuidelijk Nederland hebben het allang, maar het Noorden nog niet: een plek voor het groeiende aantal flexwerkers. Ondernemer Marc Winters opent daarom met Flexibles een flexwerkcentrum voor zzp’ers in Groningen. Het aantal zelfstandige professionals groeit, het Nieuwe Werken neemt een vlucht. Maar goede faciliteiten voor flexwerkers ontbreken tot nu toe in Groningen, stelt Marc Winters van Flexibles. Hij komt ze dan ook overal in de stad tegen: flexwerkers die een plek zoeken waar ze gratis kunnen internetten en een goede kop koffie kunnen krijgen. Tijd dus voor een echte werkplek voor zzp’ers. De voormalige ANWB-winkel aan de Trompsingel in Groningen is na de zomer de locatie waar deze groeiende groep zelfstandigen zonder personeel en kantoor kan werken, vergaderen en elkaar ontmoeten. Er komen in totaal 75 flexwerkplekken en gezamenlijke vergader- en trainingsruimtes. Hiermee wil Winters het vestigingsklimaat voor zzp’ers in het Noorden flink verbeteren. Want het Noorden kent wel verzamelkantoren waar je een bedrijfsruimte kunt huren, maar de meeste
flexwerkers hebben meer behoefte aan een vrijere werkplek zonder vast bureau voor de hele werkweek.
ontmoetingsplek Winters: “De eerste levensbehoeftes van de flexwerker zijn: ruimte, snel internet en goede koffie. Flexibles komt ruimschoots aan deze behoeftes tegemoet met diverse werk-, vergader-, brainstormen ontmoetingsplekken. Sommige lekker levendig, andere bladstil. De koffie is altijd gratis, evenals het internet. Lunches worden tegen een schappelijke prijs aangeboden.” Flexwerkers zijn volgens Winters allergisch voor termen als sleur, vastigheid en verplichtingen. Winters: “Bij Flexibles maak je gebruik van de ruimte wanneer het jou uitkomt. Vandaag om keihard te werken, morgen om mensen te ontmoeten, volgende week om deel te nemen aan een workshop of seminar. No ties, no hassles.”
De formule van Flexibles is niet te vergelijken met een klassiek kantoor waar je iedere dag naartoe gaat. Integendeel: Flexibles mikt op de ‘kantoornomade’, mensen die regelmatig een andere plek zoeken om te werken. Voor de afwisseling en de inspiratie. Om te werken, nieuwe contacten te leggen en van elkaar te leren. Dankzij deze formule kan de prijs laag blijven: je bent al lid voor 50 euro per maand. Winters: “Geen geld voor een plek op 500 meter van station, ringweg en centrum, met fietsenstalling en parkeerkelder binnen handbereik.”
groeiende behoefte Volgens VNO-NCW Noord voorziet dit initiatief in een groeiende behoefte. Ook binnen onze vereniging zijn steeds meer zzp’ers actief, een economische verschijningsvorm waar je niet omheen kunt. Op korte termijn zullen wij met deze groep leden in gesprek gaan om te kijken welke behoeftes er spelen binnen zzp-kringen. meer weten over dit initiatief? Kijk op www.flexibles.org
20
NoordNieuws juni 2011
Lambert Zwiers
[email protected]
Elke werkgever betaalt een flink bedrag aan indirecte personeelskosten, zoals sociale lasten, SV-regelingen, verzuimschade, arbeidsvoorwaarden en gerelateerde verzekeringen. Gemiddeld maken die kosten zo’n 20 tot 40% uit van uw totale loonsom. Veel organisaties maken niet optimaal gebruik van alle mogelijkheden op dit terrein. Met als gevolg dat ze, zonder zich ervan bewust te zijn, te hoge kosten hebben.
betaalt u ook te veel aan VNO-NCW Noord is een samenwerking aangegaan met de marktleider op het gebied van beheersing van deze Hr gerelateerde kosten: robidus. We zijn ervan overtuigd dat deze samenwerking onze leden direct geld gaat opleveren.
betekent het opvragen van de ouderen compensatieregelingen relatief veel werk. De betrokken medewerker doet een dergelijke aanvraag zo zelden, dat hij of zij geen routine opbouwt in de betreffende materie.
omdat er wellicht recht bestaat op een vergoeding. Financiën dient op hun beurt te controleren of het door personeelszaken of de salarisadministratie geclaimde bedrag bij UWV, Belastingdienst of verzekeraar ook daadwerkelijk binnenkomt.
robidus
Naast de bewuste keuze van ‘het niet opvragen’, zijn niet alle organisaties even goed op de hoogte van alle regelingen (inclusief de geldende uitzonderingen en verbijzonderheden). Een andere veel voorkomende situatie is dat de regeling wel wordt aangevraagd, maar er, om welke dan reden dan ook, geen uitbetaling plaatsvindt. Het gaat mis als men de aanvraag niet ‘volgt’ in alle stadia van het proces, tot aan de uitbetaling toe. Procesbewaking én communicatie tussen de aanvragende afdeling (vaak Hr) en de ontvangende afdeling (meestal Finance) is daarom essentieel.
Het is eerder regel dan uitzondering dat niemand binnen uw organisatie wordt beoordeeld op een optimale afhandeling van Hr gerelateerde kosten. Door het ontbreken van een ketenverantwoordelijke (de zogenaamde Hr Controller) blijft de kennis versnipperd aanwezig, is het proces niet sluitend en ontstaan onnodige financiële risico’s en hoge kosten.
VNO-NCW Noord heeft gekozen voor robidus, omdat het een betrouwbare partner is met een uitstekend trackrecord. Zo’n 6.000 werkgevers in Nederland zijn door robidus geadviseerd, waaronder zowel MKB-werkgevers als grote multinationals. Ook is robidus in het verleden samenwerkingsverbanden aangegaan met VNO-NCW zusterorganisaties LWV en BZW, waardoor de aangesloten leden vele miljoenen euro’s hebben verdiend. Tenslotte bieden ze een breed dienstenpakket, op laagdrempelige en budgetneutrale basis. Zeker het laatste is, gezien de huidige economische situatie, aantrekkelijk. Een aantal VNO-NCW Noord leden heeft al positieve ervaringen met robidus, waaronder Lentis, Zorggroep Alliade en Promens Care.
hrControl® Sommige werkgevers stellen dat het voor hen te duur is om optimaal om te gaan met de SV-regelingen (subsidie/ compensatieregelingen). “Het uitzoeken en aanvragen vergt veel tijd, waardoor ik meer kosten kwijt ben dan het mij oplevert.” Naast prioriteiten stellen, blijkt ook de benodigde personeelscapaciteit een veelvoorkomend issue waarom men subsidies niet opvraagt. Voor een organisatie met bijvoorbeeld twee ouderen in dienst,
Interne organisatie Omdat er drie afdelingen betrokken zijn bij een optimale afhandeling van sociale voorzieningen en kosten van verzuim/arbeidsongeschiktheid, voelt niemand zich echt (eind)verantwoordelijk. Personeelszaken zit aan het begin van het traject; als zij geen informatie hebben omtrent bijvoorbeeld een WAO-verleden van een medewerker, kan de subsidieregeling voor deze werknemer nooit worden toegepast. De salarisadministratie dient ervoor te zorgen dat zaken op een juiste manier worden vastgelegd, zodat er een signaleringsfunctie ontstaat. Bijvoorbeeld een ziekmelding van een zwangere werkneemster dienen zij te signaleren,
Tenslotte hebben uw drie afdelingen te maken met diverse externe instanties (en daarbinnen ook weer meerdere afdelingen). Elk van deze externe instanties stelt weer andere eisen aan aanvraagprocedures, manier van communiceren etc. En ook deze procedures zijn continu aan verandering onderhevig.
Veel geld Sociale voorzieningen en kosten van verzuim bedragen zo’n 20 tot 40% van uw totale personeelskosten. Natuurlijk zult u altijd kosten blijven houden op dit gebied, maar u dient ervoor te zorgen dat u niet teveel betaalt of zelfs te maken krijgt met boetes/naheffingen. Dit betekent niet een eenmalige veegactie om alles wat in het verleden niet goed is gegaan alsnog op te pakken, maar wel proactief handelen zodat u in de toekomst beter toegerust bent om in HrControl® te blijven.
21
praktIjk
werkgeverslasten?
Lambert Zwiers (links) en Harm Schampers tekenen de samenwerkingsovereenkomst tussen VNO-NCW Noord en Robidus.
hrControl®onderzoek robidus helpt uw organisatie om in HrControl® te blijven. Om te beginnen maken ze een ‘foto’ van de organisatie. Ze kijken dan hoe u omgaat met kennis, administratie en processen met betrekking tot sociale verzekeringsregelingen. Dit levert een zogenaamde ScoreCard op, waarin wordt aangegeven hoeveel geld u waarschijnlijk laat liggen en op welk gebied u verbeteringen zou kunnen aanbrengen om te zorgen dat men in de toekomst niet te veel betaalt aan Hrgerelateerde kosten, zoals SV-regelingen, verzuimkosten etc. De ScoreCard is eigenlijk de signalering van waar het niet helemaal goed gaat, inclusief de bijbehorende financiële schade. Vervolgens bepaalt de betreffende organisatie wat ze doet met die geconstateerde punten, met of zonder hulp van robidus.
wga eigenrisicodragerschap Een ander issue met veel voordelen voor bijna alle werkgevers is het WGA eigen-
risicodragerschap. Alle werkgevers in het publieke stelsel betalen gezamenlijk de WGA uitkeringen aan de werknemers van alle bedrijven die in dat publieke stelsel zitten (de collectiviteit). De publieke premie is o.a. afhankelijk van het aantal mensen dat een uitkering krijgt en het aantal werkgevers dat deze collectieve last moet dragen. Hoe meer uitkeringsgerechtigden, hoe hoger de lasten voor de werkgevers worden. Als dan het aantal werkgevers dat deel uitmaakt van die collectiviteit (publieke stelsel) daalt, zijn er steeds minder schouders die de hogere lasten moeten dragen. De werkgever die het WGA risico heeft ondergebracht bij een private verzekeraar c.q. in eigen beheer heeft genomen (de zogenaamde WGA eigenrisicodrager), betaalt een premie die gebaseerd is op alleen het eigen WGA risico. Juist door de enorme stijging van de publieke premie stappen steeds meer werkgevers over naar een private verzekering. robidus biedt alle leden van VNO-NCW Noord een vrijblijvend onderzoek aan
naar het verschil in kosten tussen de publieke oplossing en een private verzekering. Op basis van deze vergelijking kunt u dan een gedegen afweging maken of u wel of niet in het publieke stelsel wilt blijven.
Invulling samenwerking VNO-NCW Noord is ervan overtuigd u meerwaarde te leveren met het aanbieden van de dienstverlening van robidus. Zij hebben, als marktleider, in het verleden bij vele organisaties bewezen geld te kunnen besparen én daarnaast bedrijven ondersteund bij het nemen van maatregelen om te zorgen dat men ook in de toekomst in HrControl® blijft. regelmatig zullen wij bijeenkomsten met deze partner organiseren waarin zij hun kennis op het specifieke terrein van sociale verzekeringen en verzuim met u zullen delen. Mocht u direct contact met de specialisten van robidus willen opnemen, dan is dat mogelijk via vno-ncwnoord@ robidus.nl. <
22
NoordNieuws juni 2011
Foto: Harm Bellinga, JAV Studio’s
Vno-nCw noord in beeld: De algemene ledenvergadering van Vno-nCw noord werd dit jaar, ondanks het zomerse weer, goed bezocht. belangrijkste thema was de nieuwe verenigingsorganisatie, waar u elders in dit blad meer over kunt lezen. Daarnaast bood de bijeenkomst in het hof van saksen gelegenheid om onze landelijke en noordelijke voorzitter te ontmoeten. bernard wientjes als bert van der haar gingen met hun inleidingen in op de economische actualiteit en de koers van Vno-nCw. Voorafgaand aan deze bijeenkomst bezochten beide voorzitters het olieveld van de nam in schoonebeek. Een verslag hiervan vindt u ook in deze uitgave van noordnieuws. <
23
alV / meet the Chairmen
24
NoordNieuws juni 2011
Foto: Xxxxx Xxxxxxxxxxxxx
25
bedrijfsleven: snel besluit baanverlenging vliegveld Eelde Een snelle uitvoering van de baanverlenging van de luchthaven Airport Eelde is hard nodig voor de ontwikkeling en versterking van de Noord-Nederlandse economie. Daarom verzoekt het noordelijk bedrijfsleven de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State om een spoedige behandeling.
pErsbErIChtEn
Het gaat om de behandeling van het beroep dat is ingesteld tegen de op 19 februari 2010 door de minister van Verkeer en Waterstaat genomen beslissing op bezwaar betreffende het Aanwijzingsbesluit luchthaven Eelde. Dit verzoek om snelle behandeling is ingediend door de Kamer van Koophandel, VNO-NCWNoord, MKB Nederland Noord en NOM. De op dit moment heersende onzekerheid over de ontwikkelingsmogelijkheden voor Groningen Airport Eelde belemmert de economische ontwikkeling voor de regio Noord-Nederland. Diverse rapporten hebben het belang van een
volwaardige luchthaven voor Noord-Nederland onderstreept. De ontwikkeling van luchthaven Eelde met een internationaal lijnennet is van groot belang voor een vitale ontwikkeling van Noord-Nederland. Om verbindingen met relevante bestemmingen te kunnen realiseren is een snelle uitvoering van de baanverlenging noodzaak. De luchthaven biedt kansen voor een versterking van de Noord-Nederlandse economie. Bij een minder optimale ontsluiting van Noord-Nederland wordt deze regio minder interessant voor nieuwe, maar ook voor bestaande en al gevestigde bedrijven die opereren in een internationale context. Daarmee wordt de aanwas van nieuwe hoogwaardige bedrijvigheid niet alleen beperkt, maar het leidt mogelijk tot vertrek van hoogwaardige bedrijvigheid. <
onderzoek: ‘noorden aantrekkelijk voor startende academici’ Noord-Nederland biedt hoogopgeleide starters op de arbeidsmarkt in Nederland de beste salarissen. Dit blijkt uit een onderzoek van AWVN naar het niveau en de stijgingsgraad van startsalarissen voor academici en HBO’ers. In Noord- en Oost-Nederland verdient een startend academicus gemiddeld € 36.000, € 2.000 meer dan in het Westen. Hoogopgeleide starters verdienen het best in de farmaceutische of chemische sector. “In de farmaceutische sector gaat het in veel gevallen om gespecialiseerde functies waarvoor minder gangbare studies moeten zijn gevolgd”, legt AWVNbeloningsdeskundige Claartje van Ulden uit. Zij wijst daarbij op de al heel lang durende impopulariteit van technische studies in Nederland. “Het aanbod is kleiner, dus is de te betalen prijs, het salaris, hoger.”
loon naar studie Een andere conclusie uit het onderzoek is dat het (nog steeds) loont om te studeren.
Veel academici en HBO’ers beginnen met een salaris rond of boven het modale Nederlandse inkomen van ongeveer 33.000 euro per jaar (2011). HBO’ers moeten het over de hele linie met iets minder doen, maar ook voor hen is een modaal inkomen als startsalaris bepaald geen uitzondering.
krappere arbeidsmarkt Het AWVN-onderzoek ‘Startsalarissen academici & HBO’ers in de schijnwerpers’ is het eerste dat de aanvangssalarissen voor hoogopgeleiden in de gehele Nederlandse marktsector in beeld brengt. AWVN overweegt om het onderzoek naar startsalarissen de komende jaren vaker te doen. De werkgeversorganisatie verwacht een opwaartse druk op de startsalarissen van hoogopgeleiden. “De
arbeidsmarkt wordt krapper en de strijd om het talent zal feller worden. Het zal ons niet verbazen als zich dat onder meer vertaalt in hogere aanvangssalarissen”, aldus Van Ulden. <
26
NoordNieuws juni 2011
Lex Kloosterman
[email protected]
Career office maakt werk van studenten
De faculteit Economie en Bedrijfskunde van de Rijksuniversiteit Groningen richt zich met het Career Office nadrukkelijk op de noordelijke arbeidsmarkt. “Bedrijven moeten meer gebruik maken van het grote aanbod aan internationale studenten.” Ze hebben een hoog niveau, kunnen analytisch denken, spreken hun talen, zijn ondernemend en gemotiveerd. Jaarlijks studeren vele buitenlandse studenten af aan de rijksuniversiteit Groningen. Sommigen hebben hier dan al drie jaar gestudeerd, zijn goed geïntegreerd in de samenleving en willen graag voor een (Noord-)Nederlands bedrijf aan de slag.
een team”, aldus Kamphuis. “Daarnaast kunnen zij een belangrijke rol spelen bij internationale contacten. Cultuurverschillen worden op die manier beter ondervangen. Neem China als voorbeeld: Met een Chinese student, waar we er veel van hebben, zul je meer vertrouwd worden met het land, de gebruiken en de gewoontes.”
Voor deze laatste groep geldt: onbekend maakt onbemind. “Traditioneel zoekt het MKB vaker de hogeschool op”, aldus Kamphuis. Toch gelooft zij dat de studenten veel voor de midden- en kleinbedrijven kunnen betekenen. Zij roept hen dan ook op met het Career Office in contact te komen als zij geïnteresseerd zijn in WO-studenten die bij hen een onderzoek aan een stageplek kunnen koppelen. “Het voordeel is dat een stage bij ons niet verplicht is. Toch zijn er genoeg studenten die dit wel graag willen doen, om zo ervaring op de arbeidsmarkt op te doen. Dit zorgt ervoor dat je bij ons altijd een gemotiveerde kracht binnenhaalt.”
Wat veel bedrijven niet weten, is dat het eenvoudig is om deze studenten na hun studie vast te leggen. “Zij mogen als ze afgestudeerd zijn een jaar in Nederland blijven werken en hebben geen speciale werkvergunning nodig. Veel bedrijven zijn echter onbekend met deze regelgeving”, aldus Elise Kamphuis van het Career Office. Het Career Office is in 2007 door de faculteit opgericht om studenten Economie en Bedrijfskunde beter te begeleiden richting de arbeidsmarkt.
onbekend maakt onbemind
arbeidsmarktanalyse
De buitenlandse studenten kunnen dus direct aan de slag; van de arbeidsinspectie zult u als werkgever geen last hebben. “Je kunt deze studenten bijvoorbeeld inzetten op een project, een marktonderzoek of meelaten draaien in
Het Career Office van de faculteit EcoVan de zogenaamde braindrain in het nomie en Bedrijfskunde richt zich onder Noorden wil Kamphuis niks weten. Zeker, andere op het verbeteren van het coner vertrekken veel studenten richting de tact met het noordelijk bedrijfsleven. Een randstad. Toch vindt een flink deel, 43% belangrijke taak hierbinnen van de rUG studenten en “Ze hebben een 32% van de economie- en is het faciliteren van stages voor studenten en bedrijbedrijfskundestudenten, hoog niveau, ven. Uit onderzoek van de baan in Noord-Nekunnen analytisch een rUG is gebleken dat veel derland. Bovendien zijn denken, spreken het vaak de bovengemidbedrijven de universiteit niet goed weten te vinden. hun talen, zijn delde studenten die wel in Het Career Office moet daar regio blijven, zo is uit ondernemend en de verandering in brengen. onderzoek gebleken. En als gemotiveerd” studenten uit het Noorden Naast het grote aanbod aan internationale studenten, is ook het weggaan, blijkt dat ze na enige jaren aanbod aan reguliere studenten aantrekweer terugkeren om zich hier met een kelijk voor het bedrijfsleven: zowel voor gezin te vestigen. multinationals als voor het mkb.
praktIjk
27
Dergelijke informatie wordt allemaal verzameld door het Career Office. Door middel van arbeidsmarktanalyses probeert de faculteit te monitoren of studenten de arbeidsmarkt opgaan met de vaardigheden die gevraagd worden, wat ze gemiddeld verdienen, wat ze gemist hebben in hun opleiding, waar en in welke branche ze terechtkomen, etc. Met deze informatie toetst de faculteit waar zij staat en hoe de aansluiting is op de arbeidsmarkt.
Waar vinden afgestudeerden Economie en Bedrijfskunde hun eerste baan?
Uit de cijfers blijkt dat de meeste Groninger studenten tevreden zijn met de start van hun carrière. Een meerderheid vindt een baan op WO-niveau. Sowieso is het vinden van een baan het probleem niet: gemiddeld heeft een student Economie of Bedrijfskunde binnen één maand na zijn studie een baan gevonden, grotendeels binnen hun eigen specialisme. Meer dan de helft van de afgestudeerden komt terecht bij een bedrijf met meer dan duizend werknemers. Om de band met het bedrijfsleven te versterken en studenten duidelijk te maken welke mogelijkheden er zijn op de arbeidsmarkt, worden regelmatig gastcolleges verzorgd door bedrijven. “Het is belangrijk dat studenten beseffen welke mogelijkheden zij hebben met hun studie. Hier worden bijvoorbeeld modules voor ontwikkeld”, aldus Kamphuis.
bedrijfsbezoek Aan de kant van de studenten wordt dus gewerkt aan de bewustwording van de mogelijkheden op de arbeidsmarkt, ook in het Noorden. Aan de kant van het bedrijfsleven gebeurt dit echter ook. In dit kader organiseert VNO-NCW Noord op 2 november aanstaande voor haar leden een bedrijfsbezoek aan de faculteit Economie en Bedrijfskunde en het Career Office in het bijzonder. Hierover wordt u later geïnformeerd. meer weten over het Career office, de stagemogelijkheden of andere informatie? Kijk op www.rug.nl/feb/career, mail naar
[email protected], of volg @careerFeBrUG op twitter. <
Zelfde provincie als universiteit
Aangrenzende provincie
Overige provincies
Buitenland
18%
14%
58%
9%
Bron: WO-monitor 2009 Omvang van het bedrijf waar afgestudeerden Economie en Bedrijfskunde terechtkomen Aantal werknemers:
Top 10: Via welke kanalen zoeken studenten van de RUG informatie over mogelijke werkgever?
6%
Website werkgever
43%
10-24
3%
Carrièrebeurs
37%
25-49
3%
Carrièrewebsites / Vacaturesites
34%
50-99
10%
Media-artikelen
32%
100-249
8%
Internetadvertenties
29%
250-999
17%
Advertenties in gedrukte media
26%
53%
Workshops
26%
Medestudenten
23%
Advertenties in studentenpublicaties
21%
TV-advertenties
20%
1-9
1000+ Bron: WO-monitor 2009
Vereist niveau eerste functie afgestudeerden Economie en Bedrijfskunde WO gepromoveerd
1%
WO met postdoctorale opleiding
1%
WO
60%
HBO
34%
HAVO, VWO
1%
MBO
0%
Geen
3%
Bron: WO-monitor 2009
28
NoordNieuws juni 2011
Lex Kloosterman
[email protected]
klassiek met een moderne twist Royal Goedewaagen ontwerpt unieke Noordvaas voor VNO-NCW Noord Royal Goedewaagen in Nieuw-Buinen maakt al meer dan 400 jaar aardewerk met passie. Met innovatieve ontwerpen, traditionele vormen en gedetailleerd handwerk is het bedrijf anno 2011 nog steeds toonaangevend. Reden voor VNO-NCW Noord om een uniek relatiegeschenk af te nemen: de Noordvaas. In het Drentse Nieuw-Buinen is een van de parels van het Noorden te vinden: royal Goedewaagen. Wat in 1610 in Gouda begon met eenvoudige en betaalbare aardewerken voorwerpen voor alledaags gebruik, groeide uit tot de grootste pijpenfabrikant van Nederland. In de huidige aardewerkfabriek in Nieuw-Buinen is veel terug te vinden over de geschiedenis van het bedrijf. royal Goedewaagen
heeft zelfs een eigen bedrijfsmuseum, waarin te zien is hoe de klassieke pijpen vroeger gemaakt werden. Maar ook schitterend aardewerk in Jugendstil stijl, Art Deco-vormen en tegeltableaus sieren het pand op.
klm-huisjes De kracht van royal Goedewaagen is dat alles zelf wordt gedaan, zo legt marke-
tingmanager Yvonne Hendriks uit. Van ontwerp tot productie: alles is in eigen beheer. “royal Goedewaagen levert hierdoor unieke producten, die je nergens anders kunt kopen.” Het bedrijf was onder andere verantwoordelijk voor de bekende KLM-huisjes, die business classreizigers kregen bij iedere KLM-vlucht. “We hebben altijd veel business-to-business producten gemaakt. Miniatuurpanden, tegeltjes, dat soort zaken. Je wilt je relaties iets meegeven waardoor ze weer terugkomen. Keramiek is hiervoor erg geschikt, dat gooi je niet zomaar weg. Zeker niet als het gepersonaliseerd is”, aldus Hendriks. royal Goedewaagen is een ambachtelijk bedrijf dat authentieke en aantrekkelijke Nederlandse producten maakt. Van het
praktIjk
Directeur VNO-NCW Noord Lambert Zwiers en Yvonne Hendriks van Royal Goedewaagen met de Noordvaas.
29
reproduceren van klassiek Delfts blauw de biscuitoven veranderen de afgewerkte tot moderne en nieuwe producten. en gedroogde artikelen in keramiek. Een Anno nu maakt het bedrijf nog net zo constante temperatuur zorgt voor een ambachtelijk aardewerk als “Anno nu maakt kwalitatief hoogstaand 400 jaar geleden. Door de product. het bedrijf nog net modernste ontwerptechzo ambachtelijk royal Goedewaagen is het nieken is het aantal mogelijkheden echter vele malen aardewerk als 400 enige bedrijf in Nederland waar alle bekende keramigroter. De Noordvaas van jaar geleden” sche decoratietechnieken VNO-NCW Noord is hier toegepast worden: van 100% handschileen goed voorbeeld van. Het is een uniek derwerk naar combinaties van verschilen op maat gemaakt aardewerkproduct lende machinale druktechnieken met dat niemand anders heeft. Klassiek met handschilderwerk tot volledig machinaal een moderne twist. vervaardigde decoraties. Daarnaast worhet proces van de noordvaas den in eigen huis transfers ontwikkeld en Hoe komt zo’n product tot stand? Hengeproduceerd, die gebruikt worden in de driks leidt ons rond door de fabriek en productie van museumreproducties van vertelt over de manier waarop de aardeveelal oude Delfts Blauw artikelen uit de werken producten worden gemaakt. De 17e en 18e eeuw. basis van alle producten is de allerbeste Na decoratie worden de producten klei. Deze wordt in vloeibare toestand voorzien van een glazuurlaag, een al of in de mallen gegoten die de ontwerpers niet ingekleurde transparante afdeklaag. met moderne computers maken, maar Ook effen gekleurde, niet gedecoreerde soms ook nog ouderwets met de hand. In
producten krijgen op deze afdeling hun kleur opgebracht. Bij het glazuren wordt gebruik gemaakt van verschillende technieken: zowel spuiten (met de hand of volledig automatisch) als dompelen wordt toegepast.
maatwerk De Noordvaas, waarvan VNO-NCW Noord 60 stuks heeft afgenomen, is maatwerk. Iedere vaas is een uniek, genummerd product dat zijn gelijke niet kent. De Noordvaas wordt hét relatiegeschenk van VNO-NCW Noord: een symbool voor de eenheid van Noord-Nederland waar wij voor staan. Het gelimiteerde aantal vazen maakt het product tot een collectors item, een geschenk dat met trots op de schoorsteenmantel gezet kan worden. Op de bodem van vaas staat het waarmerk voor topkwaliteit van royal Goedewaagen en het bijgeleverde certificaat bevestigt de eeuwenoude traditie waarmee de vazen zijn vervaardigd. <
www.afier.com
Verder denken brengt je verder............ Als je werkt met de nodige diepgang….
Een accountant moet ‘Verderdenken’: meer op actualiteit en toekomst gericht zijn. Wij zijn accountants gericht op diepgang. Geef ons een uitdaging en wij gaan er voor. Accountants én adviseurs, denken verder en doen verder. Voor beide moet u bij Afier zijn. Voor meer info over verderdenken: Mr. André Kool FB Mr. Erik Stuut Drs. Erik-Jan Kreuze RE RA Drs. Marc Oegema RA
Verderdenken, verder doen
Handelsweg 16c Tynaarlo T (0592) 53 09 53
NoordNieuws juni 2011
Jan-Willem Lobeek
[email protected]
regeldruk belemmert noordelijke ondernemer Administratieve lasten in Noord-Nederland bovengemiddeld Regelgeving van de overheid. Iedereen heeft er mee te maken en er wordt regelmatig over geklaagd. Maar hoe het nu écht met de regeldruk voor ondernemers gesteld is? De RUG heeft mede namens VNO-NCW Noord onderzoek gedaan. Over administratieve lasten voor ondernemers wordt veel gezegd en geschreven. Het kabinet heeft een ambitieuze doelstelling om de lastendruk voor bedrijven te verminderen ter versterking van de economie. Dat is belangrijk voor elke regio, maar zeker voor NoordNederland waar optimale bedrijvigheid nodig is om verwachte demografische verandering goed te kunnen ondervangen. Deze lastendruk bepaalt mede de kwaliteit van het ondernemingsklimaat. Opvallend genoeg is er weinig kwanti-
tatief onderzoek naar administratieve lasten in Noord-Nederland verricht. KvK Noord-Nederland heeft in samenwerking met VNO-NCW Noord en MKB-Noord Noord de rijksuniversiteit Groningen opdracht gegeven om de omvang en gevolgen van regeldruk in Noord-Nederland in kaart te brengen. In het onderzoek stond de mening van de ondernemer centraal. ruim 2.500 bedrijven hebben meegewerkt aan het onderzoek, waarbij de ondernemers
onder andere is gevraagd naar de kosten die gemaakt worden om aan wet- en regelgeving en informatieverplichtingen te voldoen.
bovengemiddelde lastendruk Uit het onderzoek komt naar voren dat de totale administratieve lasten voor Noord-Nederland zo’n €2,4 miljard bedraagt, 3,8 procent van het Bruto regionaal Product (BrP) van Noord-Nederland. Voor Nederland zijn de administratieve lasten recentelijk geschat op 3,6 procent van het Nederlandse Bruto Nationaal Product. De administratieve lasten in het Noorden liggen dus duidelijk boven het landelijk gemiddelde. Een meerderheid van de ondernemers ervaart de administratieve lasten als problematisch. Volgens een overgrote
aCtuEEl
30
31
meerderheid van de respondenten verandert de overheid voortdurend haar regels (77%), bevat de regelgeving veel strijdigheden (70%) en omvat zij veel onnodig papierwerk (83%). Slechts drie procent van de ondernemers geeft aan dat de administratieve lasten ten opzichte van een jaar geleden voor hun organisatie zijn afgenomen. Voor de meerderheid (62%) is hierin geen verandering opgetreden. Naar de beleving van 35 procent van de respondenten zijn de administratieve lasten toegenomen.
hinder voor mkb De omvang van administratieve lasten is groter naarmate de organisatie groter is. Eenmanszaken ondervinden relatief weinig hinder van regeldruk. Het zijn met name organisaties met 6 tot 20 medewerkers die veel last hebben van de regelgeving. Zij zijn te groot om aan de regeldruk te ontkomen, maar te klein om deze goed te ondervangen. Het onderzoek laat verder zien dat administratieve lasten een negatieve invloed hebben op bedrijfsprestaties. Dat geldt zowel voor de uitgaven aan administratieve lasten, de lastenstijging en de regelhinder. De negatieve effecten zijn het grootst voor de middencategorie van bedrijven – dat wil zeggen, voor bedrijven van 6 tot 20 medewerkers.
aanbevelingen Op basis van het onderzoek geeft de rUG de volgende aanbevelingen: 1) Stel een moratorium voor regels in. Ondernemers hebben veel last van de vele veranderingen in de wet- en regelgeving. Ze hebben blijkbaar moeite om allerlei wettelijke veranderingen bij te houden wat tot frustratie, oeverloze veranderingen in hun systemen en dus uiteindelijk tot slechtere prestaties leidt. Beleidsmakers moeten minstens twee jaar niets doen. Dat geeft ondernemingen de tijd om de wettelijke vereisten te leren en hun organisaties daarop in te richten. 2) Verbeter de kwaliteit van regelgeving. Ondernemers hebben last van inconsistente en complexe wetgeving. De overheid moet zorgen voor eenduidige regels die eenvoudig na te leven zijn. 3) Zet een ‘regelhek’ om Noord Nederland. Lokale beleidsmakers moeten zich niet verschuilen achter het credo ‘alles komt uit Den Haag of Brussel’. Lokale beleidsmakers moeten de regionale toegevoegde waarde van nationale en Europese regels toetsen.
4) Laat de regelveroorzaker betalen. De overheid moet voor elke regel laten zien dat de opbrengsten voor een individueel bedrijf groter zijn dan de kosten. Voor de invoering van complexe wetgeving kan de overheid subsidies geven, zodat bedrijven kosteloos aan nieuwe wettelijke vereisten kunnen voldoen. 5) Maak een kenniscentrum voor regeldruk. Het onderzoek laat zien dat grote bedrijven goed in staat zijn om een deel van de regeldruk op te vangen. De grote bedrijven kunnen kleine(re) bedrijven leren hoe ze snel en goedkoop nieuwe wettelijke vereisten kunnen doorvoeren. De overheid kan subsidies beschikbaar stellen om een kenniscentrum voor regeldruk op te zetten, waar kleine(re) bedrijven hun wettelijke vereisten kunnen uitbesteden. Het integrale onderzoeksrapport wordt de komende maanden volledig afgerond, door hierin ook de kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening in op te nemen. Deze kunt u na de zomerperiode verwachten. Wij zullen u hiervan op de hoogte stellen en het onderzoek op onze website (www.vno-ncwnoord.nl) publiceren.
Skarsterlân mkb-vriendelijkste gemeente van het Noorden Noordelijke ondernemers hebben het Friese Skarsterlân voor de vierde keer op rij uitverkozen tot MKB-vriendelijkste gemeente van Noord-Nederland. MKB-Nederland Noord voorzitter Riek Siertsema maakte de winnaar bekend tijdens een speciale bijeenkomst voor ondernemers en gemeenten. Skarsterlân is volgens ondernemers betrokken, communiceert goed en voert goed mkb-beleid. In de provincie Groningen is de gemeente Leek het ondernemersvriendelijkst, in Drenthe scoort Hoogeveen het beste. In het onderzoek van MKB-Nederland, uitgevoerd door HanzeConnect, hebben landelijk in totaal 16.000 ondernemers de gemeenten beoordeeld op tevredenheid, imago, lokale lasten, communicatie en beleid. Met een rapportcijfer van een 8,2 op tevredenheid mag Skarsterlân zich terecht prijzen met de eerste plek op de ranglijst. “Een knappe prestatie”, vindt Siertsema, “gezien ook de andere gemeenten hun uiterste best doen om Skarsterlân eens van de troon te stoten.” Verbeterpunt is dat de gemeente volgens de deelnemers aan het onderzoek soms wat traag is in het nemen van beslissingen. De gemeente Leek gaat naar huis met een 7,7, gevolgd door Hoogeveen met een cijfer 7,1. Voor het eerst is er ook een prijs uitgereikt aan de grootste stijger op de ranglijst. Deze eer viel de gemeente Vlieland te beurt. Andere grote stijgers zijn: Dantumadeel, Leeuwarden, Meppel en Groningen.
MKB-Nederland Noord ziet dat de verkiezing effect heeft. “We gaan met veel gemeenten het gesprek aan om de dienstverlening aan ondernemers te verbeteren”, aldus de voorzitter. resultaten zijn te zien in vereenvoudigde APV’s, betere digitale communicatie en het invoeren van het ‘Bewijs van Goede Dienst’, een bewijs dat de gemeente voldoet aan de tien belangrijkste wensen van ondernemers. MKB-Nederland Noord wil dat nog meer gemeenten dit bewijs gaan implementeren in hun beleidsvoering.
administratieve lastendruk Naast de prijsuitreiking van de MKB-vriendelijkste gemeente werden tijdens de bijeenkomst ook de resultaten van het onderzoek naar de administratieve lastendruk onder het bedrijfsleven in Noord-Nederland gepresenteerd. Het onderzoek, uitgevoerd door rijksuniversiteit Groningen in opdracht van de KvK Noord, levert interessante aanknopingspunten op voor gemeenten om hun ondernemersklimaat te verbeteren.
32
NoordNieuws juni 2011
Lambert Zwiers
[email protected]
Foto: Harm Bellinga, JAV Studio’s
Tijdens de Algemene Ledenvergadering werd het thema al aangesneden: een nieuwe verenigingsorganisatie. Om meer invloed uit te kunnen oefenen en onze leden beter te kunnen bedienen, wil VNO-NCW Noord haar verenigingsorganisatie vernieuwen. Er zijn twee hoofdredenen voor vernieuwing van de verenigingsorganisatie van VNO-NCW Noord: meer invloed op belangrijke lobbydossiers en een betere verbinding met zowel de grotere bedrijven als met het MKB. Als dit lukt, resulteert dit in betere en meer zichtbare belangenbehartiging en in versterking en verbreding van het ledendraagvlak.
meer invloed op belangrijke lobbydossiers Momenteel opereert VNO-NCW Noord op lobbygebied hoofdzakelijk op noordelijk en provinciaal niveau. Op (inter) gemeentelijk niveau zijn we slechts incidenteel actief. Op noordelijk en provinciaal niveau laten we noodgedwongen zaken liggen terwijl wij verwachten dat diverse vraagstukken de komende jaren juist méér aandacht zullen vragen.
Het gaat hierbij onder andere om de volgende belangrijke thema’s: Onderwijs & Arbeidsmarkt Bedrijven zullen door pensionering veel personeel zien uitstromen, terwijl er veel minder nieuwkomers op de arbeidsmarkt beschikbaar komen. Er zal een slag om goed opgeleid personeel ontstaan, met name op MBO niveau. De verwachting is dat de sectoren zorg en techniek de grootste problemen zullen hebben. VNO-NCW Noord wil in gesprek met haar leden om te bepalen welke aanpak nodig is, welke resultaten moeten worden behaald en welke rol VNO-NCW Noord zou moeten spelen. ruimtelijke Ordening Diverse gebieden in Noord-Nederland hebben te maken met demografische
veranderingen. Dit heeft grote gevolgen voor de waarde van het onroerend goed in deze gebieden, voor het voorzieningenniveau en voor de beschikbaarheid van goed opgeleid personeel. Voor Noord-Nederland is deze situatie relatief nieuw en ook wij zullen visies moeten ontwikkelen hoe het beste in ons gebied met deze situatie kan worden omgegaan. Diverse partijen (banken, woningcorporaties, zorginstellingen, onderwijsinstellingen, overheden) doen nu al een beroep op ons om mee te werken aan het begeleiden van de krimpeffecten. Energie In SEr Noord verband heeft VNO-NCW Noord meegewerkt aan de hoofdlijnen van een nieuw Energieakkoord met het rijk. De realisatie hiervan vraagt de nodige inzet. We hebben met de energiesector als regio in potentie goud in handen, maar de bevolking en dus ook de eigen achterban is daar nog lang niet van doordrongen. Er moet zeker op communicatiegebied veel worden geïnvesteerd om alle neuzen de goede kant op te krijgen en om te voorkomen dat nog meer strategische projecten (denk aan CO2 opslag) verkeerd aflopen.
VErEnIgIng
op weg naar een nieuwe verenigingsorganisatie
33
Infrastructuur De projecten die op infrastructureel gebied de komende tien jaar moeten worden aangepakt zijn grotendeels bekend, te weten het rSP pakket en aanpak mobiliteitmanagement. Gelet op het strategisch belang van deze zaken is het noodzakelijk dat VNO-NCW Noord de voortgang hiervan nauwlettend volgt en waar nodig aan de bel trekt. Ook de doelstellingen na 2020 verdienen aandacht, omdat het kabinet alle aandacht lijkt te richten op de mainports en de greenports en onvoldoende oog lijkt te hebben voor de belangen van NoordNederland. Waddenfonds Het Waddenfonds is bijna nog de enige bron waaruit regionaal economische projecten kunnen worden aangejaagd. Tot nu werden de gelden uit dit fonds (€ 25 mln p.j.) vooral besteed aan milieuprojecten, terwijl de afspraak is dat 50% moet worden besteed aan economische projecten. Nu de regie over het Waddenfonds geheel aan de regio wordt overlaten, is het zaak dat VNO-NCW Noord er bovenop zit om de economische invalshoeken veilig te stellen. Bestuurlijk Noord-Nederland Onze lobby in de aanloop naar de provinciale statenverkiezingen voor één noordelijke agenda en opschaling van gemeenten is niet onsuccesvol
geweest. In de collegeakkoorden die na de verkiezingen zijn gesloten, zijn passages opgenomen over onvermijdelijke schaalvergroting en over de noodzaak van intensievere noordelijke samenwerking. VNO-NCW Noord zal provincies en gemeenten moeten blijven voeden met voorstellen om tot concrete acties over te gaan.
(Inter)gemeentelijk niveau Naast de noodzaak van grotere invloed op lobbydossiers op landsdelig en provinciaal niveau, is er urgentie om op (inter) gemeentelijk niveau een betekenisvolle en systematische rol te vervullen. Het rijk heeft steeds meer verantwoordelijkheden bij gemeenten neergelegd en we kunnen ons niet veroorloven dit als het ware op zijn beloop te laten. Zaken als regionaal arbeidsmarktbeleid, vergunningverlening, bedrijventerreinontwikkeling, veiligheidsbeleid, woningbouwbeleid, aanbestedingsbeleid en lokale lastenontwikkeling vragen onze aandacht. Bedrijven zijn vaak al in lokale bedrijvenverenigingen georganiseerd om een gesprekspartner te zijn voor gemeenten. Deze lokale verenigingen beschikken doorgaans echter niet over professionele mankracht om goed tegenwicht tegen gemeenten te kunnen bieden. Ze hebben dan ook behoefte aan ondersteuning op dit gebied. Daarom willen wij samen met
MKB-Nederland Noord en de lokale ondernemersverbanden de lobby op (inter) gemeentelijk niveau oppakken.
betere verbinding met onze leden Bovenstaande is gericht op het verbeteren van de belangenbehartiging van het noordelijk bedrijfsleven. Een belangrijk element van onze vereniging, maar minstens zo belangrijk is onze netwerkfunctie. Het van elkaar leren door kennis en ervaring met elkaar te delen is voor veel leden het belangrijkste motief om lid te worden. Uit recent ledenonderzoek blijkt dat men het liefst deelneemt aan kleinschalige activiteiten om met elkaar over zaken van gemeenschappelijke interesse door te praten. VNO-NCW Noord neemt dit ter harte en zal hier in de komende verenigingsagenda rekening mee houden. Ook het aantal bedrijfsbezoeken zal worden vergroot, omdat deze bijeenkomsten erg populair blijken. Bovendien is het zo dat men niet alleen kennis wil halen, maar zelf ook inbreng wil leveren. Het merendeel van de leden wil graag een actieve rol vervullen. Om leden de gelegenheid te bieden actief deel te nemen aan kennis- en ervaringsuitwisseling worden verschillende bijeenkomsten georganiseerd: denk aan business lunches, bedrijfsbezoeken, DGA groepen en de Masterclass Dynamic Companies. Daarnaast worden nog een aantal grotere tot zeer grote bijeenkomsten georganiseerd, zoals het Ondernemersgala, de Eindejaarsreceptie, Meet the Chairmen en Visite Veenhuizen. Door capaciteit vrij te maken voor betere contacten, interessepeiling, activering, segmentering en, kwaliteitsbeheer van bijeenkomsten wil VNO-NCW Noord de band met haar leden versterken. In het bijzonder willen wij meer aandacht schenken aan de zzp’ers die lid bij ons zijn, maar ook aan de bedrijven met meer dan 1.000 medewerkers. Daarnaast zijn bestaande instrumenten zoals bijvoorbeeld de Noordgangen zeer geschikt om actief deel te nemen aan de vereniging. <
35
Willemien Wink
[email protected]
netwerken over de grens
praktIjk
Business Plus – 23 & 24 november 2011 - Emslandhallen Lingen Dit jaar wordt op 23 en 24 november voor de zesde keer in de Emslandhallen Lingen de netwerkbeurs Business Plus georganiseerd. Deze beurs vindt ieder jaar plaats in Emden, Oldenburg of Lingen en wil bedrijven uit de regio Noordwest-Duitsland en Noord-Nederland met elkaar verbinden. De netwerkbeurs Business Plus is dé belangrijkste overkoepelende beurs in het noordwesten van Duitsland en biedt regionale bedrijven de mogelijkheid hun potentieel te presenteren. Het platform Business Plus zorgt binnen het bedrijfsleven van het noordwesten van Duitsland en van Noord-Nederland voor vele belangrijke zakelijke contacten. Bekende bedrijven zoals Volkswagen AG, Meyer Werft GmbH, Enercon GmbH, Hardy Schmitz of J. Bünting Beteiligungs AG zijn ieder jaar op de Business Plus beurs te vinden. Het doel van de Business Plus: trends ontdekken, regionale ontwikkeling stimuleren, het bevorderen en versterken van netwerken, competenties presenteren, coöperaties stimuleren, kennis uitwisselen en het bevorderen van de Duits-Nederlandse samenwerking.
Europa centraal Tijdens deze bijzondere en veelzijdige beurs krijgen standhouders de mogelijkheid om op een prettige manier binnen twee dagen contacten te leggen met bedrijven uit de hele regio en om verschillende ondernemingen uit alle sectoren te leren kennen. Deelnemers aan de Business Plus beurs komen uit diverse sectoren, zoals dienstverlening, handel, industrie, instituties, productie, bedrijfstarters en instellingen. Naast verschillende bedrijfspresentaties wordt dit jaar een programma georganiseerd onder het motto: ‘Europa – kansen, uitdagingen & risico’s’. Bekende politici, ondernemers en managers worden hiervoor uitgenodigd om lezingen te houden, deel te nemen aan discussies en om tijdens een rondleiding over de beurs verschillende bedrijven te leren
kennen. Bij het programma hoort ook het “Business Speed Dating”, wat na het grote succes van de Business Plus 2010 dit jaar voor de tweede keer wordt georganiseerd.
jacques tichelaar Bovendien staat de Business Plus ieder jaar onder de patronage van twee belangrijke persoonlijkheden uit de politiek en/of het bedrijfsleven. Dit jaar heeft naast de districtsraad van het Emsland, Hermann Bröring, ook de heer Jacques Tichelaar, Commissaris van de Koningin in Drenthe, de toezegging gedaan het beschermheerschap van de Business Plus op zich te gaan nemen. Hiermee gaat hij zich ondermeer inzetten voor het bevorderen van de handelscontacten tussen Duitsland en Nederland. Geïnteresseerde bedrijven hebben altijd de mogelijkheid een stand op de Business Plus te reserveren en dus van alle voordelen die deze beurs te bieden heeft te gaan profiteren. < Standhouderinformatie, plattegrond en contactgegevens vindt u op www.nordwestmesse.de
36
NoordNieuws juni 2011
Jan-Willem Lobeek
[email protected]
Foto: Harm Bellinga, JAV Studio’s
nieuw elan of oude wijn? Op zoek naar noordelijke agenda bij nieuwe colleges van GS
De drie provincies in Noord-Nederland blijven drie ongelijksoortige grootheden. Dit wordt andermaal bewezen als men de drie collegeprogramma’s naast elkaar legt. Het is lastig een gemene deler te vinden, of het moet zijn dat men elk op zijn eigen manier inziet dat noordelijke samenwerking essentieel is. Acht van de vijftien gedeputeerden is nieuw, maar betekent dit ook nieuw elan? Het antwoord is eigenlijk niet zo verrassend “nee”, maar dat is maar goed ook. Immers, als elke bestuurswisseling zou leiden tot een drastische koerswijziging, dan zou Nederland voordurend zeeziek zijn. Is het dan slechts oude wijn in nieuwe zakken? Dit laatste is deels waar, maar er zijn ook nieuwe accenten te vinden.
Inbreng Vno-nCw noord De nieuwe colleges hebben zich vooral het hoofd gebroken over hoe de pijn uit Den Haag zo geruisloos mogelijk geabsorbeerd kan worden en minder over visierijke vergezichten. De diverse programma’s bevatten veel gemeenplaatsen en open deuren. Maar het is ook goed vast te stellen dat er redelijk tot goed naar de mening van VNO-NCW Noord geluisterd is.
herindeling prominent op de agenda en indien nodig met provinciale regie. En zelfs in Drenthe wordt er gesproken over verregaande gemeentelijke samenwerking. > Energieakkoord: In de vorige periode is er door de drie noordelijke provincies een energieakkoord gesloten met de toenmalige regering. Vanuit onder andere het bedrijfsleven is er op aangedrongen dat dit wederom – in verbeterde vorm – moet gebeuren. Deze roep is noordelijk goed opgepikt. > Infrastructuur: het belang van een goede infrastructuur wordt onderkend. Nergens wordt er voorlopige bezuinigd op de aanleg van wegen, water of spoor. Het rSP moet nog steeds onverkort worden uitgevoerd, weliswaar binnen de financiële kaders (die te strak zijn).
Eén noordelijke agenda Ter illustratie een paar voorbeelden: > Bestuurskracht: In Friesland en Groningen staat de gemeentelijke
Maar het belangrijkste is de constatering dat de drie provincies allemaal het gezamenlijke noordelijk belang omarmen.
De Friezen zeggen letterlijk: “Noordelijk werken we samen in het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN). Vanuit de overtuiging dat 1 plus 1 plus 1 meer is dan 3, beoordelen we alle onderwerpen op hun gezamenlijk belang voor de Noordelijke regio. Daarbij bewaken we vanzelfsprekend wel steeds scherp de meerwaarde van die samenwerking.” Woorden van vergelijkbare strekking vinden we in de Drentse en Groningse versies van de collegeakkoorden. Dat roept de enige en meest belangrijke vraag op: wat is de gezamenlijke agenda? Al eerder is vastgesteld dat de weg naar een gezamenlijke noordelijke agenda geen eenvoudige is. Belangrijk is wel om te constateren dat er in NoordNederland een brede politieke wil is om een gezamenlijke agenda te voeren en daar waar nodig beleid of uitvoering noordelijk in te bedden. Door de structuurdiscussie over al dan niet één noordelijk landsdeel te parkeren en eerst over de noordelijke agenda te praten, krijgt de discussie een minder emotiegedreven lading. Onder het mom ‘structure follows strategy’ kan de structuurdiscussie naar aanleiding van de gezamenlijke agenda en de daarbij behorende beleidsuitvoering alsnog worden gestart. Maar dan vanuit een gezamenlijke visie. <
aCtuEEl
Wiebe van der Ploeg (GroenLinks) tijdens het VNO-NCW Noord Lijsttrekkersdebat in Groningen.
1
gedeputeerden Drenthe
2
1 Rein Munniksma (PvdA) O.a. ruimtelijke ontwikkeling, wonen, natuur en landschap 2 Tanja Klip-Martin (VVD) O.a. Bodem, lucht en milieu, Klimaat, energie
3
4
3 Ard van der Tuuk (PvdA) O.a. Economische zaken en arbeidsmarkt, recreatie en toerisme, Financiën 4 Henk Brink (VVD) O.a. Verkeer en vervoer, Coördinatie Europa, Handhaving
1
gedeputeerden fryslân
2
1 Jannewietske de Vries (PvdA) O.a. Financiën, Taal, cultuur en onderwijs 2 Hans Konst (PvdA) O.a. ruimtelijke Ordening, wonen en kwaliteit woonomgeving, Krimp, Economie
3
4
3 Sjoerd Galema (CDA) O.a. Verkeer en Vervoer, Milieubeleid, vergunningen/handhaving 4 Tineke Schokker (CDA) O.a. Transitie Sociaal Beleid, Zorg, Water, Waddenzee, Bestuurlijke zaken
5
5 Johannes Kramer (FNP) O.a. Landelijk gebied, Plattelandsbeleid, Openbaar Vervoer 1
1 William Moorlag (PvdA) O.a. ruimtelijke ordening, Financiën
2
3
2 Wilma Mansveld (PvdA) O.a. Economische Zaken, Energie, Jeugdzorg 3 Marianne Besselink (PvdA) O.a. Wonen, welzijn en zorg, Krimp, Leefbaarheid
4
5
6
gedeputeerden groningen
4 Mark Boumans (VVD) O.a. Verkeer en Vervoer, Water, Grijs Milieu 5 Piet de Vey Mestdagh (D66) O.a. Bestuurlijke organisatie, Cultuur, Sport en Evenementenbeleid 6 Wiebe van der Ploeg (Groenlinks) O.a. Natuur, Landschap en Vitaal platteland, Landbouw, Waddenfonds
Column
37
Importeren en exporteren wordt risicovoller Op 1 juli aanstaande treedt de zogeheten fiscale strafbeschikking in werking. Ondernemers die goederen in- en exporteren moeten hiervan aangifte doen bij de douane. Als in deze aangifte fouten sluipen, dan volgt er van de zijde van de douane een naheffing. Deze kan hoog oplopen, soms tot in de miljoenen euro’s. Tot nu toe konden bestuurders van ondernemingen strafrechtelijke vervolging voorkomen door een transactie te sluiten met de douane. Zij betalen dan een boete, maar krijgen geen strafblad. Vanaf 1 juli is het niet meer mogelijk om zo’n transactie te sluiten. Hiervoor in de plaats komt de zogenaamde fiscale strafbeschikking. Een dergelijke beschikking leidt niet alleen tot een boete, maar ook tot een strafrechtelijke veroordeling. Dit is een groot verschil met voorheen. Een strafrechtelijke veroordeling heeft ook een strafblad voor de ondernemer als gevolg. Valide ondernemers worden op zo’n wijze gecriminaliseerd. Het Ministerie van Financiën heeft desgevraagd bevestigd dat de strafbeschikking leidt tot een veroordeling. De woordvoerder geeft aan, dat zij van oordeel zijn dat de gevolgen minder verstrekkend zijn dan men zou willen aannemen. Van de zijde van het Ministerie wordt namelijk gesteld, dat de fiscale strafbeschikking geanonimiseerd wordt. De buitenwereld komt dus niet direct te weten dat een ondernemer is veroordeeld. Daarnaast zouden alleen maar zeer zware overtredingen waarbij opzet in het spel is tot een strafblad leiden. Fiscaaljuristen wijzen er echter op dat dit niet veel verschil maakt voor ondernemers. Er zijn namelijk voorbeelden denkbaar, waarin bestuurders wel degelijk bekend dienen te maken dat zij een strafrechtelijke veroordeling hebben. Bijvoorbeeld wanneer een ondernemer een visum zou willen aanvragen voor toegang tot de Verenigde Staten. Ook wanneer een bedrijf om een financiering verzoekt, heeft men bekend te maken of men een strafblad heeft. Het valt te verwachten dat voor deze partijen het niet veel uitmaakt dat het om een overtreding gaat. Zaken doen met een veroordeling wordt dan bijna onmogelijk. In de branche voorziet men dan ook dat er een grote toename zal zijn van het aantal rechtszaken ten gevolge van de fiscale strafbeschikking. Een ondernemer zal hoe dan ook willen voorkomen dat hij een strafrechtelijke veroordeling, en dus een strafblad krijgt. Men zal dan ook veelvuldig in beroep gaan bij de rechter tegen zo’n strafbeschikking. Voer voor juristen derhalve. reinhardt Lagerwaard, Schuurmans Advocaten <
39
seksuele revolutie en hasjiesj Babyboom – de term die gebruikt wordt voor de geboortegolf in naoorlogs Nederland tussen 1946 en 1950, maar ook in de jaren ‘60. Eenieder kent de term en velen associëren deze voornamelijk met negatieve gevolgen. Voortvarend groeiden de babyboomers op in een tijd van relatieve welvaart waarbij geen rekening werd gehouden met de financiële gevolgen zodra deze mensen de pensioengerechtigde leeftijd zouden bereiken. Veel te laat (pas halfweg de jaren ‘80) greep de overheid in door forse bezuinigingen in de publieke sector door te voeren. Intussen had deze generatie het veel te druk met lange haren kweken, jointjes roken en brede seksuele revolutie te prediken en toe te passen. Kortom; deze generatie ging compleet onverantwoord om met de maatschappelijke instituties waarover zij zeggenschap kregen. Althans zo schetste Pim Fortuyn in zijn boek Babyboomers.
Namens Jonge Noordelijke Ondernemers,
n be u o st ok uu o rj p t n o wit
te
r:
Aqil radjab <
s
Ondernemerschap is een vak en dat vak moet je leren. We kunnen niet vroeg genoeg beginnen om ondernemerschap uit te dragen. Een uitgelezen kans, neen, plicht voor VNO-NCW Noord in
JNO daar gebeuren mooie dingen, doe je mee?
@
Daarom is het nu meer dan ooit van uitzonderlijke noodzaak om ondernemerschap te stimuleren en te motiveren. Door het op weg helpen van jonge dap-
kweekvijver
het algemeen en JNO in het bijzonder om hier het voortouw in te nemen en als kweekvijver voor ondernemerstalent te fungeren. Per slot van rekening is er geen betere leermeester dan een medeondernemer.
on
Ach, als altijd is het glas bij de een halfvol en bij de ander halfleeg. Maar de situatie is zoals die is en dat betekent dat we nu en de komende jaren te maken gaan krijgen met een heleboel mensen die de arbeidsmarkt gaan verlaten, maar vooral ook met veel ondernemers die hun bedrijf gaan overdragen! Hier ligt de kans en dus ook de oplossing, want het MKB is per slot van rekening de motor van de economie en die moet de komende jaren vol gas geven!
pere (aankomende) ondernemers, door hen de ruimte te geven om te leren, om successen te behalen, maar ook door hen de ruimte te geven om zo nu en dan eens stevig op de bek te gaan zonder dat vermaledijde vingertje dat geheven wordt en zegt:” zie je nou wel…”.
g
Er zijn echter ook andere geluiden te horen, geluiden van mensen die eigenlijk wel heel veel respect hebben voor deze groep. Die blij zijn dat de verouderde mores door hen eens flink tegen het licht is gehouden en die hen zelfs dankbaar zijn dat zij de basis hebben gelegd voor het Nederland waarin wij nu leven, inclusief de uitdagingen die de toekomst met zich mee zal brengen. Compleet met onze gelegaliseerde hasjiesj, al dan niet met pasjes.
Vo l
Column jno
Verouderde mores
Lex Kloosterman
[email protected]
Foto: Harm Bellinga, JAV Studio’s
41
De winst van waarden Wat zijn de échte drijfveren van noordelijke ondernemers?
Begin mei organiseerde VNONCW Noord voor de vijfde keer Visite Veenhuizen: een jaarlijkse bijeenkomst waarbij niet het bedrijf, maar de mens centraal staat. Natuurlijk, de schoorsteen moet roken, maar wat zijn de échte drijfveren van noordelijke ondernemers?
VErEnIgIng
Mgr. Dr. Gerard de Korte, bisschop Groningen Leeuwarden, spreekt de ondernemers toe. Visite Veenhuizen past in de rijke traditie van VNO-NCW Noord om meer werk te maken van maatschappelijke betrokkenheid en aandacht voor levensbeschouwelijke zaken. Beiden zijn van directe betekenis voor de praktijk van het ondernemershandelen. Daarom is het goed dat we een moment van bezinning inbouwen en stilstaan bij de maatschappelijke effecten van onze activiteiten.
Drijfveren
Zowel Joke van der Ven, Eelco Koehoorn als Thom Sijs werden tijdens hun carrière geconfronteerd met zichzelf. Zij moesten keuzes maken en de vraag is welke waarden daarbij een doorslaggevende rol speelden. Van der Ven ging daarbij vooral in op het respect en vertrouwen dat er moet zijn in een organisatie. Zoiets kun je niet van bovenaf opleggen, maar moet van binnenuit komen. Koehoorn en Sijs maakten aan de hand van persoonlijke gebeurtenissen duidelijk welke keuzes zij hebben gemaakt en hoe ze daar op terugkijken.
Dat er veel interesse is voor deze thematiek en de mogelijkheid om even uit de persoonlijke waarden dagdagelijkse praktijk te stappen, blijkt De sprekers gingen ook in op hun uit het grote aantal deelnemers van persoonlijke waarden: het plezier dat je Visite Veenhuizen. Zo’n honderd leden moet hebben in de dingen die je doet, waren aanwezig bij de visite aan het gewaardoor je meer kunt vangenismuseum, waarbij “Draag uit dat je bereiken dan je denkt en “de winst van Waarden” centrale thema was. Onderde ander ziet en beter in balans bent. Maar nemers worden vaak voor blijf dicht bij jezelf, ook persoonlijke integriteit is erg belangrijk: als dat ter moeilijke keuzes geplaatst. dan sta je écht in discussie komt te staan, wat Soms zelfs voor dilemma’s. De vraag hierbij is welke verbinding met en wie ben je dan nog? waarden doorslaggevend mensen” Waar deze drie sprekers zijn geweest bij het maken vooral vertelden over van de eigen keuzes. Wat is hun persoonlijke keuzes en hobbels écht belangrijk? Wat zijn mijn drijfveren? die ze moesten nemen in hun carrière, De schoorsteen moet roken, maar ten ging Mgr. Dr. Gerard de Korte, bisschop koste waarvan? Groningen Leeuwarden, vooral in op het geloof als maatschappelijk bindmiddel en Vier sprekers met uiteenlopende achals inspiratiebron om goed in de samentergronden gingen in op deze kwestie.
leving te functioneren. Als woordvoerder van de katholieke kerk op het terrein van seksueel misbruik van minderjarigen worstelt de bisschop vooral met de problematiek hoe het respect van de bevolking terug te winnen. Waar de zaal naar op zoek was, was antwoord op de vragen: wat drijft mij nu echt, hoe blijf ik dicht bij mezelf en hoe werken respect en vertrouwen door in mijn eigen organisatie? Debatleider Peter van der Geer ging op zoek naar de antwoorden, die niet altijd makkelijk te vinden bleken. Om toch tot een diepere gedachte te komen, schroomde hij niet om flink door te vragen en de zaal te prikkelen.
plezier Wat zoal naar boven kwam? De een wil de wereld beter achterlaten dan nu of voldoende tijd vrijmaken voor zijn gezin, de ander stelt persoonlijke groei centraal en wil helemaal niet meer tachtig uur per week werken om succesvol te zijn. Wat echter de kern bleek, is dat je plezier moet hebben in wat je doet en anderen moet behandelen zoals je zelf behandeld wilt worden. Draag uit dat je de ander ziet en blijf dicht bij jezelf, dan sta je écht in verbinding met mensen. <
42
NoordNieuws juni 2011
Welkom nieuwe leden De volgende personen zijn lid geworden van de vereniging: Groningen H.G. Bos Mw J.G.F. Smid H.J. Bos r. Abee J. Wiersma Mw M.G. Pater mr. J. Hielkema W.D. Koop Mw A. Tijsma H. IJtsma J. Adamse r. de Kock Mw T.G.M. Brunninkhuis Mw mr. S. Smink dr.ir r. Zijlmans G. Bongers mr. W.J.E. van der Meer
SITA recycling Services, Veendam Alfa College - EVC-centrum en Leven Lang Leren, Groningen North refinery, Delfzijl A.B.S. Hydromarine B.V., Veendam EKB Groep Noord B.V., Drachten Groningen Congres Bureau, Groningen Advocatenkantoor Hielkema, Leek Geveke Ontwikkeling b.v., Haren Stichting Zorggroep Meander, Veendam Quality Coaching BV, Groningen Quality Coaching BV, Groningen Hotel Mercure Groningen, Groningen Van der Meulen Makelaars, Groningen Dorhout Advocaten, Groningen Synspec BV, Groningen Essent Participations Holding B.V., s-Hertogenbosch Triade, Groningen
Friesland ir. D. Lodewijk
Mw A. Deinum mr. E.W. Kingma ing. H. IJtsma K. Boer D.J. van der Eems G.D. Hellema
Koopmans Koninklijke Meelfabrieken b.v., Leeuwarden Nijholt BV, Heerenveen Feedback Training & Consulting, Sexbierum Stenden hogeschool, Leeuwarden ABN AMrO Bank N.V., Leeuwarden ABN AMrO Bank N.V., Drachten De Vries Scheepsbouw Makkum BV, Makkum Partner in Events, Grou Tulp Advocaten BV, Leeuwarden EKB Groep Noord B.V., Drachten KB Management Beheer B.V., Wons Drukkerij van der Eems B.V., Easterein Hellema Hallum B.V., Hallum
Drenthe N.H.J. van de Lande H. Stroeve J.N.M. van Scheijen MBA M. Mulder E.H. van der Woude Mw ir. H.D.M. Prummel
ABN AMrO Bank N.V., Zwolle TVM VErZEKErINGEN, Hoogeveen Stichting de Trans, rolde Oranja B.V., Meppel Stichting Marketing Drenthe, Assen Waterlaboratorium Noord, Zuidlaren
F.W. Nijholt Mw J. roosenburg mr. L.J. Klaassen J.W. Visser drs. M. Wiebenga Mw drs. J.E. van Groning
oud-voorzitter Vno-nCw noord geridderd Op 17 juni jongstleden stopte Louwe Dijkema als algemeen directeur bij Koninklijke Van Gorcum in Assen. ruim twee jaar eerder droeg Dijkema, oud-voorzitter VNO-NCW Noord, het directeur-eigenaarschap al over aan zijn opvolger Kor IJszenga. Bij zijn afscheid werd Dijkema benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau. De onderscheiding werd uitgereikt door Sicko Heldoorn, burgemeester van Assen. (Foto: Harm Bellinga, JAv Studio’s).
44
NoordNieuws juni 2011
Colofon NoordNieuws, het magazine van VNO-NCW Noord verschijnt vijf maal per jaar en wordt verspreid onder leden in Drenthe, Friesland en Groningen. Jaargang 16 nummer 3 Juni 2011 Oplage 2.000 exemplaren
Vrijdag 2 september 2011, Martiniplaza Groningen
Vno-nCw noord ondernemersgala
Redactie Lex Kloosterman (hoofdredacteur) Akke Groenewoud Jan-Willem Lobeek Willemien Wink Lambert Zwiers
[email protected] Postbus 132 9700 AC Groningen T 050 5343844 F 050 5346145 www.vno-ncwnoord.nl Basisvormgeving studio Tineke Wieringa bno, Haren
Met het Ondernemersgala wordt het nieuwe verenigingsjaar van VNO-NCW Noord feestelijk geopend. Ondernemers, politici en vertegenwoordigers uit de wereld van kunsten, onderwijs en overheden uit binnen- en buitenland zullen aanwezig zijn.
Prepress, druk en distributie Koninklijke Van Gorcum bv, Assen
Noteer dus alvast in uw agenda: 2 september 2011, Martiniplaza Groningen: VNO-NCW Noord Ondernemersgala
De volgende partners maken het VNO-NCW Noord Ondernemersgala 2011 mogelijk. Het bestuur is hen hiervoor bijzonder erkentelijk.
VNO-NCW Noord vertegenwoordigt in Groningen, Friesland en Drenthe 12.000 bedrijven waarbij ruim 1.300 persoonlijke leden de harde kern van de vereniging vormen. Genoemde bedrijven representeren tachtig procent van de werkgelegenheid in de marktsector. Zestig procent van het ledenbestand bestaat uit mkb-bedrijven.
Wilt u een advertentie in NoordNieuws plaatsen? Neem dan contact op met de redactie via
[email protected]. Ook voor inhoudelijke suggesties, vragen of klachten kunt u ons via dit e-mailadres bereiken.