VVE-RAPPORT DEFINITIEF RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE PEUTERSPEELZAAL SAMSAM BASISSCHOOL KLEUR-RIJK
Locatie(s) Brinnr. Plaats Onderzoeksnummer Documentnummer Datum onderzoek Datum vaststelling rapport
VVE-rapport 14551 + 14550
: : : : : : : :
peuterspeelzaal SamSam basisschool Kleur-Rijk 05DV Venlo 14551 + 14550 3174442 14 april 2011 12 oktober 2011
Onderzoeksdatum: 14-4-2011
Pagina 1 van 9
1. INLEIDING Dit rapport is het verslag van een onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs naar de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie (VVE). VVE is bedoeld voor jonge kinderen die onvoldoende zijn toegerust voor een soepele instroom in groep 3 van het basisonderwijs, waardoor ze grote kans lopen om achterop te raken. In
dit rapport worden de volgende onderwerpen besproken: De voorwaarden van VVE De ouders De kwaliteit van de educatie Het VVE-programma, zoals dat wordt aangeboden Het pedagogisch klimaat Het educatief handelen De ontwikkeling, zorg en begeleiding De kwaliteitszorg De doorgaande lijn tussen de voor- en vroegschool De resultaten van VVE
Elk van de VVE-kwaliteitsaspecten is uiteengelegd in indicatoren. Als een indicator beoordeeld wordt, gebeurt dat doorgaans met de volgende oordelen: 1. Staat in de kinderschoenen: verbeteringen zijn dringend nodig Deze kwalificatie geeft aan dat er écht iets verbeterd dient te worden. 2. Enigszins ontwikkeld: verbeteringen zijn wenselijk Deze kwalificatie geeft aan dat het wenselijk is dat iets verbeterd wordt. 3. Voldoende 4. Goed ontwikkeld: een voorbeeld voor anderen Deze kwalificatie geeft aan dat dit aspect in orde is, en wel op een zodanige manier dat andere voor- en/of vroegscholen hiervan kunnen leren. Opbouw van het rapport Hoofdstuk 2 beschrijft het totaalbeeld van het onderzoek. De beoordeelde onderwerpen (indicatoren) staan in hoofdstuk 3, met eerst de oordelen en daarna een toelichting als dat nodig is. Als er op basis van dit onderzoek afspraken gemaakt zijn, staan die in hoofdstuk 4. Groepsinformatie peutergroepen Aantal peuters in VVE-groep a: 13, waarvan 6 doelgroeppeuters Aantal peuters in VVE-groep b: 14, waarvan 7 doelgroeppeuters Groepsinformatie kleutergroepen Aantal kleuters in groep a:16, waarvan 12 doelgroepkleuters Aantal kleuters in groep b: 13, waarvan 8 doelgroepkleuters Aantal kleuters in groep c: 12, waarvan 7 doelgroepkleuters
VVE-rapport 14551 + 14550
Onderzoeksdatum: 14-4-2011
Pagina 2 van 9
2. HET TOTAALBEELD Peuterspeelzaal SamSam en basisschool Kleur-Rijk vormen samen al enige jaren een voor- en vroegschool in een Brede school gebouw. De zaal en de lokalen van de groepen 1 en 2 zijn als het ware aaneen geschakeld. Leidsters en leerkrachten zijn voldoende gecertificeerd en gekwalificeerd en hebben voldoende ervaring met het vormgeven van het VVE-programma Piramide. Bovendien volgen leidsters nu een cursus via ‘Vvesterk’ om het aanbod in VVE te verbreden. De leraren van de groepen 1 en 2 hebben weliswaar de training “werken met Piramide” gevolgd, maar deze cursus is alweer bijna zeven jaar geleden gevolgd. Sindsdien is niet meer aan nascholingstrajecten ten behoeve van VVE deelgenomen. Bovendien zijn twee leraren niet gecertificeerd. Zij zijn wegens mobiliteit binnen de scholen van het schoolbestuur en binnen de school zelf, pas onlangs te werk gesteld op basisschool Kleur-Rijk. Wel zijn leidsters en leraren samen geschoold in het opstellen en uitvoeren van het hgpd-model (handelingsgerichte proces diagnostiek) voor de begeleiding van leerlingen met extra zorg in het kader van de “1-zorgroute”. Dat medewerkers van beide VVE- instellingen gezamenlijk de thema’s plannen, blijkt duidelijk uit het lesbezoek. Tijdens het bezoek aan de verschillende groepen en kleuterklassen was het thema “Lente” duidelijk een doorgaande lijn binnen de kleurrijke inrichting en aankleding van de speelen leeromgeving van de peuters en kleuters. Daarnaast waren ook de lijsten met de aangeleerde woorden, op de wanden van de kleuterlokalen zichtbaar en was de lentetafel in de peuterspeelzaal voorzien van lidwoorden, woordkaarten en aanschouwelijk lente materiaal. De peuterspeelzaal heeft te maken met een gewijzigde aansturing. Zo zijn bijna alle peuterspeelzalen in Venlo en omstreken ondergebracht in de stichting Wel.kom en worden ze
VVE-rapport 14551 + 14550
Onderzoeksdatum: 14-4-2011
Pagina 3 van 9
3. DE OORDELEN MET EEN TOELICHTING ALS DAT NODIG IS A CONDITIES
SamSam
A0.1 Er is een recent GGD-rapport beschikbaar A0.2 In het rapport zijn de basisvoorwaarden voor voorschoolse educatie getoetst A1 Een integraal VVE-programma A1.1 Naam/namen van programma(s) SamSam: Piramide Kleur-Rijk: Piramide A1.2 Wat is de kwaliteit van het programma? A2 De groepsgrootte voldoet aan de maximumeisen (voorschool) A3 Leidster - kind ratio ("dubbele bezetting") A4 Voldoende VVE-tijd A4.1 De peuters bezoeken de voorschool gedurende voldoende tijd (per week) A4.2 Wat is doorgaans de beginleeftijd voor SamSam: 2 jaar VVE? A5 Kwaliteit beroepskrachten A5.2 Alle beroepskrachten zijn toereikend gekwalificeerd (opleiding) A5.3 Alle beroepskrachten spreken voldoende Nederlands A5.4 Alle beroepskrachten zijn toereikend geschoold (voor het VVEprogramma) A5.5 Er is een jaarlijks VVE-opleidingsplan
3 3
KleurRijk nvt nvt
3 3 3
3 nvt 2
2
nvt
3 3 3
3 3 3
2
2
In de wet Kinderopvang is geregeld dat de GGD als toezichthouder alle geregistreerde kindcentra inspecteert. In Venlo heeft de GGD alle peuterspeelzalen in 2010 bezocht. Op basis van de Verordening kwaliteitsregels peuterspeelzaalwerk en het daaruit afgeleide toetsingskader is in een regulier inspectie bezoek in januari 2010 de kwaliteit van de opvang op peuterspeelzaal SamSam beoordeeld. In dat onderzoek zijn niet alle basisvoorwaarden die vanaf juli 2010 gelden, door de GGD beoordeeld. Voor voorscholen gelden specifieke voorwaarden ‘bovenop’ de algemene voorwaarden voor basiskwaliteit. Die zijn uitgewerkt in het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie. Wel beoordeeld zijn de maximum groepsgrootte, de dubbele bezetting en de kwalificatie van de groepsleidsters. Deze oordelen heeft de inspectie van het onderwijs geverifieerd en overgenomen. De kwaliteit van de overige basisvoorwaarden heeft de inspectie van het onderwijs in dit onderzoek beoordeeld. Op de voorschool en de vroegschool wordt niet aan alle basisvoorwaarden voldaan. A3 (dubbele bezetting) is op de voorschool voldoende, doordat twee leidsters de peutergroep leiden. Op de vroegschool is A3 onvoldoende. In de kleutergroepen is er maar één leraar per groep. De gemeente heeft als voorwaarde voor VVE- zalen een maximumgroepsgrootte gesteld van 16 kinderen. Daaraan voldoet de voorschool. In beide groepen zitten dit schooljaar maximaal 16 kinderen in de leeftijdscategorie 2,5 tot 4 jaar. Deze peuters bezoeken de voorschool drie dagdelen per week in plaats van de wettelijk voorgeschreven vier dagdelen of 10 uur per week (Besluit art.4). Zowel de leidsters als de leraren zijn geprofessionaliseerd in en gecertificeerd voor het VVEprogramma dat gebruikt wordt. Tot nog toe ontbreekt bij het cluster een jaarlijks opleidingsplan dat specifiek gericht is op de voor- en vroegschoolse educatie.
VVE-rapport 14551 + 14550
Onderzoeksdatum: 14-4-2011
Pagina 4 van 9
B OUDERS B1 B2 B3 B4 B5 B6 B7
SamSam
Gericht ouderbeleid Ouders zijn vooraf adequaat geïnformeerd Intake Stimuleren om thuis ontwikkelingsstimulerende activiteiten te doen Participatie in VVE-activiteiten in de voor/vroegschool Informeren over de ontwikkeling van hun kind Rekening houden met de thuistaal
2 3 3 3 3 3 3
KleurRijk 2 3 3 3 3 3 3
Ouders (B) De peuterspeelzaal en de school werken actief met ouders samen. De ouders worden goed geïnformeerd over de thema’s en over de ontwikkeling van hun kinderen. Over de wijze waarop de leidsters en leraren informatie geven, zijn de ouders met wie de inspectie heeft gesproken, zeer tevreden. De drempel om vragen te stellen is laag. Bovendien vinden ouders dat de leidsters en leraren zeer betrokken zijn bij het wel en wee van hun kind(eren). Ouders geven ook aan thuis actief met VVE- activiteiten aan de slag te gaan. Voorafgaand aan elk thema krijgen ouders informatie over wat ze in het kader van het nieuwe thema thuis met hun kinderen kunnen doen in het verlengde van de VVE- activiteiten in de peuterspeelzaal en de groepen 1 en 2. In het themaoverzicht wordt bovendien elk jaar aangegeven welke onderwerpen (samen) aan bod komen. In een globaal opgesteld activiteitenrooster of met behulp van het web- model worden de activiteiten van het thema verder beschreven. Een analyse van de ouderpopulatie en de daaruit voortvloeiende wensen en mogelijkheden van de ouders ontbreekt op de voor- en vroegschool. Wel is ouderbetrokkenheid geformuleerd in het ‘Pedagogisch beleidsplan’ van SamSam. In de vroegschool heeft ouderbeleid nog geen formele plek het binnen VVE- beleid gekregen. Om de ouders beter te kunnen informeren over en te betrekken bij VVE is een gericht ouderbeleid noodzakelijk. Daarvoor is het wenselijk om eerst een analyse van de ouderpopulatie op te stellen. Op basis van de analyse moeten de wensen en mogelijkheden van de ouders in beeld gebracht worden en de eigen doelstellingen ten aanzien van de rol van ouders in de voor- en vroegschoolse educatie. Dit kan eventueel aansluiten bij het ouderbeleid dat SamSam opgesteld heeft om de ouderbetrokkenheid te stimuleren. In zowel de algemene als de meer kindgebonden informatievoorziening naar ouders wordt zowel in de voor- als de vroegschool rekening gehouden met de thuistaal van de ouders. Er kan daarnaast zo nodig wel gebruik gemaakt worden van een tolk. (B7) C KWALITEIT VAN DE UITVOERING VAN VVE C1 Kwaliteit van de educatie: het aangeboden programma C1.1 Een integraal VVE-programma C1.2 Werken met een doelgerichte planning C1.3 Het aanbod gericht op de taalontwikkeling is voldoende dekkend C1.4 Het aanbod klimt op in moeilijkheidsgraad en er wordt gedifferentieerd C2 Kwaliteit van de educatie: het pedagogisch klimaat C2.1 Het pedagogisch handelen van de leidsters/leerkrachten is respectvol C2.2 De leidsters/leerkrachten hanteren duidelijke pedagogische gedragsgrenzen C2.3 De leidsters/leerkrachten stimuleren de sociale vaardigheden en de persoonlijke competenties van de kinderen C2.4 De leidsters/leerkrachten tonen respect voor de autonomie van het kind C2.5 De inrichting van de ruimte is aantrekkelijk, uitdagend en spel- en taaluitlokkend
SamSam
KleurRijk
3 3 3 3
3 3 3 3
3 3
3 3
3
3
3 3
3 3
VVE-rapport 14551 + 14550
Onderzoeksdatum: 14-4-2011
Pagina 5 van 9
C3 Kwaliteit van de educatie: het educatief handelen C3.1 Het educatief handelen van beide leidsters/leerkrachten is goed op elkaar afgestemd C3.2 Er worden effectieve en gerichte activiteiten voor de taalontwikkeling uitgevoerd C3.3 De leidsters/leerkrachten bevorderen de interactie met en tussen kinderen C3.4 De leidsters/leerkrachten stimuleren actieve betrokkenheid van de kinderen en verrijken het spelen en werken C3.5 De leidsters/leerkrachten bevorderen de ontwikkeling van aanpakgedrag (strategieën) bij de kinderen C3.6 Het gedrag van de leidsters/leerkrachten met de kinderen is responsief C3.7 De leidsters/leerkrachten stemmen de activiteiten af op verschillen in de ontwikkeling van de individuele kinderen
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3 2
3 2
Aanbod, pedagogisch klimaat, educatief handelen (C) De peuterspeelzaal SamSam en basisschool Kleur-Rijk werken sinds geruime tijd met Piramide. Uit de logboeken, dagplanning en uit de lesbezoeken blijkt dat gerichte taalactiviteiten worden aangeboden. De peuterspeelzaal maakt structureel gebruik van het programma Piramide, zoals het ook bedoeld is. Daarnaast bieden leidsters prentenboeken aan volgens een gerichte en interactieve taalaanpak. De basisschool hanteert Piramide weliswaar als basisprogramma, maar vult dit aanbod aan met thema’s uit Schatkist en uit het projectplan Interactief Lezen (PIT). Het risico dat zich hierbij kan voordoen is dat de VVE- taalleerlijn (voor de taalfacetten en taalvaardigheden) verbleekt en de VVE- taaldoelen worden overschaduwd door losse talige activiteiten. Nu komen vooral de activiteiten van de kinderen aan bod, in plaats van de te bereiken doelen. Deze taalactiviteiten vinden zowel met individuele kinderen als in de kleine groep en in de grote groep plaats. Daarbij handelen de leidsters en de leraren, ondersteund door een vrijwilligster, respectvol en geven ze duidelijk gedragsgrenzen aan. Dit gebeurt bovendien in een veilige en taaluitlokkende spel- en leeromgeving. De spel- en leeromgeving, in respectievelijk de peuter- en kleutergroepen, biedt volop mogelijkheden tot uitdaging. Zo is in de voorschool duidelijk te zien hoe de inrichting spel en taal uitlokt bij peuters over bijvoorbeeld het onderwerp “Otje (de kip) en het ei”. In de kleuterklassen betreft dit onder meer het uitlokken van ontluikende geletterdheid en gecijferdheid door letters en cijfers aan de wanden, door gesprekken met de kinderen en door het gebruik van de prentenboeken. Bij de uitvoering van VVE valt op dat het pedagogisch handelen van de leidsters voldoende is ontwikkeld om VVE tot een succes te maken. Het nog meer doelgericht werken met VVE is hier echter nog een aandachtpunt. Zo laten de lesplanning en de planning van het thema “Lente” nog niet voldoende expliciet zien dat er gedifferentieerd wordt naar ontwikkelingsniveau. Hierdoor is niet helder of, en in welke mate, het aanbod opklimt in moeilijkheidsgraad (C3.7) en gedifferentieerd wordt aangeboden. De inspectie vraagt hier aandacht voor. Met name voor de leerlingen met een voorsprong in de ontwikkeling zouden voor- en vroegschool structureel en beredeneerd een uitdagend aanbod dienen te hebben. Dit zou kunnen aan de hand van de door de vroegschool (recent) opgestelde tussendoelen voor taal en de nog op te stellen leerlijnen bij rekenen in relatie tot de fases van de taalontwikkeling, waarvan leidsters op de hoogte zijn. Het educatief handelen is een belangrijk aspect van VVE. Door kansrijke momenten te herkennen en te benutten kunnen de leidsters en leerkrachten actief de ontwikkeling van de kinderen stimuleren. De inspectie heeft bij de peuters tijdens het vrije spel en in de kring mooie voorbeelden gezien van responsief gedrag van de leidsters. Dit gebeurt bijvoorbeeld doordat leidsters meespelen, open vragen stellen en ingaan op wat de peuters aangeven. De activiteiten die de inspectie in de kleutergroepen observeerde verliepen op ongeveer vergelijkbare wijze. Zowel in de groepen als in de hoeken op de gang wordt een taalactiviteit uitgevoerd in een betekenisvolle context. Schakelklas: Om niet Nederlands spreekvaardige leerlingen de Nederlandse taal aan te leren heeft basisschool Kleur-Rijk sinds 2007-2008 een onderinstroomgroep voor 4 en 5 jarigen en een neveninstroomgroep voor 9 tot 12 jarigen. Van de twee onderinstroomgroepen namen alle leerlingen deel aan VVE in het schooljaar 2008-2009. In het Activiteitenplan van de basisschool is
VVE-rapport 14551 + 14550
Onderzoeksdatum: 14-4-2011
Pagina 6 van 9
bijvoorbeeld het smartdoel van interactief taalonderwijs gepland in het kader van het Project Interactief Taalonderwijs dat door het Expertisecentrum Nederlands is ingevoerd. De subsidie voor schakelklassen is toegekend tot en met 2010. Vanaf 2010-2011 heeft het bevoegd gezag ervoor gekozen om de middelen ten behoeve van doelgroepleerlingen, verder in te zetten voor een onderinstroomgroep op basisschool Kleur-Rijk en een onderinstroomgroep op een andere basisschool van het bevoegd gezag. Beide scholen werken gezamenlijk volgens dezelfde principes aan interactief taalonderwijs. D ONTWIKKELING, BEGELEIDING EN ZORG D1 Ontwikkeling, begeleiding en zorg binnen de groep D1.1 Volgen van de brede ontwikkeling van alle kinderen D1.2 De begeleiding is planmatig voor: de hele groep, de kleine (tutor)groep en het individuele kind D1.3 De evaluatie van de aangeboden begeleiding en zorg D1.4 Specifieke aandacht bij de begeleiding en zorg voor de taalontwikkeling D2 Ontwikkeling, begeleiding en zorg in de bredere zorgketen D2.1 Leidsters/leerkrachten hebben een overzicht van de kinderen die zorg nodig hebben die de voor- resp. vroegschool niet kan leveren, en van de aard van die zorg D2.2 Leidsters/leerkrachten melden kinderen aan voor externe zorg wanneer de voor- resp. vroegschool de gewenste zorg niet kan leveren D2.3 De leidsters/leerkrachten blijven de ontwikkeling van kinderen met extra zorg bijhouden
SamSam
KleurRijk
4 3
4 3
3 3
3 3
3
3
3
3
3
3
Ontwikkeling, begeleiding en zorg VVE: in de groep en in de bredere zorgketen (D) De ontwikkeling van alle peuters wordt gevolgd met behulp van de Cito-toetsen voor taal en ordenen. Naast de genormeerde toetsen, maken leidsters gebruik van een door Wel.kom gestandaardiseerde observatieformulier voor het individuele kind. Verder worden diagnostische toetsen ingezet om de hulpvraag van de peuter nader te bepalen. Met deze instrumenten kan de voorschool in ruime mate de brede ontwikkeling van het kind volgen. Met het observatieinstrument gebeurt dit gedurende drie keer de peuterperiode en met de genormeerde toetsen twee keer per jaar. De kindgegevens worden benut voor het handelingsgericht werken met het hgpd voor de peuter met extra zorg en met een handelingsplan voor het kind waarvan de zorg en aandacht minder complex is. Deze werkwijze is ook in de vroegschool aangetroffen. Ook de vroegschool heeft genormeerde toetsen voor taal, rekenen, woordenschat en de leesvoorwaarden. Het percentage van de categorieën waar het kind op uitvalt, vormt mede de basis voor het handelen op het eerste zorgniveau en wordt uitgevoerd aan de hand van een handelingsplan. Als de uitval op meerdere gebieden plaats vindt, wordt een hgpd opgesteld. Ook kan de school aantonen dat het hgpd is of nog wordt uitgevoerd. Om de aard van het probleem van de leerling te bepalen, hanteert de school bovendien ook nog diagnostische testen. Verder past de school ook het dyslexie protocol toe om vroegtijdig te signaleren. Het hgpd kan aan kwaliteit winnen door expliciet te vermelden waar de leerling goed en of talentrijk in is om zo evenwicht te bieden naast de belemmerende factoren. E KWALITEITSZORG BINNEN DE VOOR- C.Q. VROEGSCHOOL E1 Er is VVE-coördinatie in de voor- c.q. vroegschool E2 De voor- c.q. vroegschool evalueert de kwaliteit van VVE regelmatig E3 De voor- c.q. vroegschool evalueert de opbrengsten van alle kinderen E4 De voor- c.q. vroegschool formuleert op basis van evaluaties verbetermaatregelen en voert die aantoonbaar en planmatig uit E5 De voor- c.q. vroegschool borgt de kwaliteit van haar educatie E6 In de kwaliteitszorg van de basisschool wordt ook specifiek naar VVE gekeken
VVE-rapport 14551 + 14550
Onderzoeksdatum: 14-4-2011
SamSam 3 2 2 2
KleurRijk 3 2 2 2
2 nvt
2 2
Pagina 7 van 9
Kwaliteitszorg tussen de voor- en vroegschool (E) De teammanager en de teamleider zijn samen met de directie van Wel.kom en het bevoegd gezag van de basisschool formeel verantwoordelijk voor het uitvoeren en bewaken van de kwaliteit van VVE. Alhoewel alle betrokkenen positief staan tegenover het gedachtegoed van VVE, is de evaluatie, analyse en het meten van de effecten van de kwaliteit van VVE nog in ontwikkeling. Voor- en vroegschool evalueren nog niet de kwaliteit van de eindresultaten VVE op (sub)groepsniveau. Wel kunnen leidsters en leraren de toetsresultaten van een individuele leerling nader toelichten. Zo vermeldt het activiteitenplan van basisschool Kleur-Rijk (schoolplan 2008-2012) weliswaar het percentage progressie dat nagestreefd wordt bij woordenschat, maar vervolgens ontbreekt de systematische evaluatie daarvan op school- en groepsniveau. De kwaliteitszorg bij VVE is in de volle breedte nog sterk voor verbetering vatbaar. F DOORGAANDE LIJN
SamSam
F1 Er is VVE-coördinatie tussen de voor- en vroegschool F2 Voldoende kinderen stromen door naar een vroegschool F3 De voor- en vroegschool zorgen voor een warme overdracht F4 Het aanbod van de voor- en vroegschool is op elkaar afgestemd F5 Het pedagogisch klimaat en het educatief handelen van de voor- en vroegschool is op elkaar afgestemd F6 De manier om met ouders om te gaan op de voor- en de vroegschool is op elkaar afgestemd F7 De interne begeleiding en zorg zijn op de voor- en vroegschool op elkaar afgestemd
3 3 3 3 3
KleurRijk 3 3 3 3 3
3
3
3
3
Doorgaande lijn (F) De teammanager van Wel.kom en de teamleider van de onderbouw van basisschool Kleur-Rijk hebben expliciet tot taak om de voor- en vroegschool op elkaar af te stemmen. Door ziekte van de teamleider van de onderbouw hebben leraren van de groepen 1 en 2 (de vroegschool), in de afgelopen periode samen met de taalcoördinator van de basisschool, de taken van de teamleider onderbouw waargenomen. Een gezamenlijk VVE-beleid waarin de taken zijn vastgelegd, is er nog niet. Wel voeren voor- en vroegschool zo’n vijf tot zes keer per jaar overleg. De 10 gezamenlijke thema’s per jaar van Piramide, de peuters die doorstromen van SamSam naar de vroegschool Kleur-Rijk (ruim 95%) en de zorgkinderen zijn onder meer de gespreksonderwerpen die op de VVE-agenda staan. Vanuit de voorschool komt er een ‘ingevuld overdrachtsformulier’ naar de vroegschool dat bij de intake op de vroegschool besproken wordt. Hiervoor wordt aan ouders om toestemming gevraagd. Daarnaast komt de peuter met de leidster op de vroegschool om kennis te maken en viert groep 1 in de voorschool de verjaardag van hun nieuwe klasgenoot. Dit heeft mede tot doel om de overgang van voorschool naar de startgroep van de vroegschool te vergemakkelijken. Ouders waarderen deze activiteiten enorm. Daarnaast vindt, met toestemming van de betreffende ouders, overdracht plaats van het dossier van de nieuwe kleuter (de zogenaamde koude overdracht) en bespreken leidster en leraar de ontwikkeling van deze nieuwe leerling (de warme overdracht). Uit het gesprek met ouders van de voor- en vroegschool blijkt dat ouders op een vergelijkbare wijze benaderd worden met betrekking tot de informatie over hun kind, de intake, de activiteiten voor thuis en deelname aan activiteiten op school. G OPBRENGSTEN VAN VVE
SamSam
G1 De resultaten worden gemeten conform de afspraken G2 De resultaten zijn van voldoende niveau G3 Verlengde kleuterperiode
VVE-rapport 14551 + 14550
Onderzoeksdatum: 14-4-2011
nvt nvt nvt
KleurRijk nvt nvt 3
Pagina 8 van 9
Opbrengsten VVE (G) Dit aspect heeft de inspectie niet kunnen beoordelen, omdat de gemeente Venlo geen opbrengstdoelen heeft geformuleerd. Mede om die reden zijn effecten en bereikte resultaten bij VVE nog niet beschikbaar. Om tot een oordeel te komen, zijn onderstaande vragen leidend geweest: Hebben de inspanningen bij VVE geleid tot meetbare effecten bij kinderen die VVE hebben genoten? Komen deze effecten VVE tot uiting bij de resultaten van taal en rekenen in de groepen 1 en 2?; Zijn de beoogde doelen/gewenste VVE- resultaten, die de gemeente met het schoolbestuur heeft afgesproken, bereikt? Het percentage leerlingen dat in de groepen 1 en 2 een verlenging van de kleuterperiode in het afgelopen schooljaar kreeg, ligt onder de door de inspectie gestelde norm. Het percentage, maximaal 12%, is de norm die de inspectie hanteert. Van de scholen wordt een beleid verwacht ten aanzien van de overgang van groep 1 naar groep 2 en van groep 2 naar groep 3 en dat zij argumenten hebben wanneer zij leerlingen een verlengde kleuterperiode geven. 4. VERVOLGAFSPRAKEN Het bezoek heeft geen aanleiding gegeven voor het maken van vervolgafspraken.
VVE-rapport 14551 + 14550
Onderzoeksdatum: 14-4-2011
Pagina 9 van 9