Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 1 van 15
Deel 7 Ontvangst dieren
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 2 van 15
Inhoudsopgave 7 Ontvangst dieren 1 DEFINITIE...................................................................................................................................... 3 2 DOEL 3 3 RICHTLIJNEN .............................................................................................................................................. 3
3.1 3 3.2 4 3.3 4 3.4
Algemeen................................................................................................................................. Leveringsvoorwaarden ............................................................................................................ Voedselketeninformatie...........................................................................................................
Controle voedselketeninformatie ............................................................................................ 5 3.5 Controle bij ontvangst dieren .................................................................................................. 5 3.5.1 6 3.5.2 6 3.5.3 7 3.5.4 7 3.5.5 8 3.5.6 8 3.5.7 9 3.5.8 9 3.5.9 10 3.5.10 11
BIJLAGE 1: BIJLAGE 2: BIJLAGE 3: BIJLAGE 4:
Controle welzijn dieren bij aankomst......................................................................... Controle dieridentificatie............................................................................................ Controle reinheid dieren ............................................................................................. Controle gezondheid dieren........................................................................................ Controle afwezigheid (vervoers)beperkingen ............................................................ Controle afwezigheid residuen dierbehandelingsmiddelen ....................................... Controle niet toegepast zijn niet-toegelaten stoffen ................................................... Controle zoönosen ..................................................................................................... Controle afwezigheid chemische contaminanten ....................................................... Controle afwezigheid fysische risico’s.......................................................................
VOORBEELD VERKLARING VOEDSELVEILIGHEIDSCRITERIA ................... 12 FORMULIER VOEDSELKETENINFORMATIE VARKENS................................. 13 CONTROLELIJST ONTVANGST VARKENS........................................................ 15 EUROPESE NORMEN VOOR CONTAMINANTEN IN VLEES EN ORGANEN VAN VARKENS .......................................................... 16
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
1
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 3 van 15
Definitie
Onder 'ontvangst dieren' wordt verstaan alle handelingen ten behoeve van het verkrijgen van dieren voor de slacht, zowel de administratieve als de materiële handelingen.
2
Doel
Het doel van de procedures voor de ontvangst van dieren is dat alle relevante informatie over de dieren voorhanden is zodra de dieren op de slachterij aanwezig zijn. Als de informatie daartoe aanleiding geeft, kunnen de werkwijzen in de slachterij worden aangepast. Zo voorkomt de slachterij gevaar voor de voedselveiligheid en aantasting van de hygiëne.
3
Richtlijnen
3.1
Algemeen
De slachterij moet procedures hebben ingevoerd die borgen dat de te slachten dieren voldoen aan een aantal “voedselveiligheidscriteria” en een dierenwelzijnscriterium (vanaf hier samen de “voedselveiligheidscriteria” genoemd)1. Op de achtergrond van deze voedselveiligheidscriteria en hun wettelijke basis wordt in paragrafen 3.3.1 t/m 3.3.11 nader ingegaan. De procedures houden achtereenvolgens in: - opnemen van de criteria in de leveringsvoorwaarden; - ontvangen en controleren van de voedselketeninformatie; - uitvoeren van een materiële en een administratieve ingangscontrole; - vastleggen van de resultaten van de controles en de genomen corrigerende acties. De slachterij houdt een register bij waarin alle relevante informatie over de ontvangen dieren is opgenomen: - dag van ontvangst; - leverancier; - transportmiddel en transporteur; - aantal dieren en identificatienummers; - verklaring dat is voldaan aan de leveringsvoorwaarden; - ontvangen voedselketeninformatie*; - resultaten van uitgevoerde controles. * De voedselketeninformatie is bij het slachten van varkens verplicht per 1 januari 2008. Het register kan bestaan uit de controlelijsten die gebruikt worden bij de ontvangst van de varkens, met daarbij de van de leverancier ontvangen informatie (of verwijzingen daarnaar). Een voorbeeld van een controlelijst ontvangst varkens is opgenomen in bijlage 2.
1
Zie bijlage II, sectie II, punt 1, van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004).
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
3.2
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 4 van 15
Leveringsvoorwaarden
Als beginpunt van de borging zorgt het bedrijf dat de leverancier bij aflevering verklaart dat aan de voedselveiligheidscriteria is voldaan. Hierbij worden deze criteria bij name genoemd of wordt verwezen naar leveringsvoorwaarden waarin deze zijn opgenomen. Ter borging van de voedselveiligheidscriteria wordt opgenomen dat de te leveren dieren: - adequaat zijn geïdentificeerd; - schoon zijn; - gezond zijn; - niet afkomstig zijn van een bedrijf of een gebied waarvoor met het oog op de gezondheid van mens en dier een verplaatsingsverbod dan wel een andere beperking geldt, tenzij de bevoegde autoriteit daarvoor toestemminggegeven heeft; - niet binnen de wachttermijn van toegediende dierbehandelingsmiddelen worden afgeleverd; - geen niet-toegelaten middelen toegediend hebben gekregen; - niet zonder melding daarvan afkomstig zijn van een bedrijf waar op de mens overdraagbare ziekten aanwezig zijn; - niet verontreinigd zijn met schadelijke stoffen; - niet zonder melding daarvan verontreinigd zijn met “vreemde lichamen” als injectienaalden of inwendige identificatiemiddelen; - (met ingang van 1 januari 2008:) worden geleverd met de relevante voedselketeninformatie. In bijlage 1 is een voorbeeld opgenomen van een verklaring dat aan de voedselveiligheidscriteria wordt voldaan.
3.3
Voedselketeninformatie
Vanaf 1 januari 2008 moet “voedselketeninformatie” met te slachten varkens geleverd worden, en wel 24 uur van tevoren2. Deze gegevens moeten ook 24 uur van tevoren ter beschikking gesteld worden aan de dierenarts van de VWA.3 De voedselketeninformatie omvat de volgende aspecten: a) de status van het bedrijf van herkomst of de regionale gezondheidsstatus van de dieren; b) de gezondheidsstatus van de dieren; c) de toegediende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik of andere behandelingen die de dieren binnen een relevante periode4 hebben ondergaan, tezamen met de data van toediening of behandeling en wachttijden, wanneer er een wachttijd is; d) de aanwezigheid van ziekten die de veiligheid van het vlees in het gedrang kunnen brengen; e) indien relevant voor de bescherming van de volksgezondheid, de resultaten van de analyses van de bij de dieren genomen monsters of van andere voor het diagnosticeren van ziekten die de veiligheid van vlees in het gedrang brengen, genomen monsters, met inbegrip van monsters die in het kader van de bewaking en de bestrijding van zoönosen en residuen worden genomen; f) de relevante verslagen van slachthuizen over de resultaten van eerdere antemortem- en postmortemkeuringen van dieren van hetzelfde bedrijf van herkomst, met name verslagen van de officiële dierenarts; g) de productiegegevens, wanneer die ziekten aan het licht kunnen brengen; en h) naam en adres van de dierenarts die normaliter het bedrijf van herkomst diensten verleent.
2
3
4
Zie bijlage II, sectie III, van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004). Zie bijlage II, sectie III, punt 5, van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004). Over de interpretatie van het begrip “relevante periode” en over de termijn waarop deze gegevens beschikbaar moeten zijn (afleververklaring bij de varkens of verklaring 24 uur van tevoren) bestaat nog geen overeenstemming tussen overheid en bedrijfsleven. Zodra hierover een beslissing is genomen wordt de hygiënecode op dit punt nader ingevuld.
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 5 van 15
Het bedrijf maakt afspraken met zijn leveranciers hoe aan de verplichting tot het leveren van voedselketeninformatie wordt voldaan. Dit kan op verschillende manieren. De handigste methode is dat alle noodzakelijke gegevens via een databank beschikbaar zijn. De beheerders van de IKB-databanken hebben toegezegd de databanken zo aan te passen, dat de voedselketeninformatie daarvan onderdeel gaat uitmaken. Als dit is gerealiseerd, kan voor IKB-varkens waarvan de relevante gegevens in de databank zijn opgenomen, worden afgezien van een andere informatiestroom. In andere gevallen kan de varkenshouder een formulier met alle relevante informatie invullen en dit 24 uur voor levering per fax of e mail aan de slachterij toesturen. Een voorbeeld van een dergelijk formulier is opgenomen in bijlage 2. Deze oplossing zal met name gekozen worden door bedrijven die niet-IKBvarkens slachten of die geen toegang hebben tot de IKB-databank. Daarnaast kan het formulier gebruikt worden door IKB-varkenshouders die nadere informatie moeten geven waarin de IKB-databank (nog) niet voorziet. Een elektronische versie van het formulier komt beschikbaar op de website van de PVE.
3.4
Controle voedselketeninformatie
Gecontroleerd wordt (vanaf 1 januari 2008): - of de voedselketeninformatie 24 uur voor de aanvoer van de dieren aanwezig en compleet is; - of de voedselketeninformatie aanleiding geeft tot aangepaste procedures in de slachtlijn. De controle gebeurt minimaal 24 uur voor de aanvoer van de dieren. Afhankelijk van de wijze waarop de voedselketeninformatie beschikbaar is (via de databanken van de twee IKB-systemen beschikbaar is of via formulieren) onderneemt de slachterij de volgende acties: - controleren van de beschikbare informatie in de databanken en/of op de formulieren op volledigheid; - opvragen van aanvullende informatie als de voedselketeninformatie niet volledig is; - beslissen of de dieren voor slacht worden geaccepteerd; - opstellen van afwijkende slachtprocedures als de VKI daar aanleiding voor geeft; - informeren van de VWA over de ontvangen VKI en de genomen beslissing. De werkwijzen rond het opvragen, ontvangen en controleren van VKI worden in een protocol opgenomen. Het protocol beschrijft ook hoe de VKI aan de VWA wordt voorgelegd en hoe de VWA de VKI voor gezien tekent. De beslissingen die op basis van VKI worden genomen worden schriftelijk vastgelegd.
3.5
Controle bij ontvangst dieren
Bij ontvangst van de dieren wordt gecontroleerd of de verklaring aanwezig is dat de dieren voldoen aan de voedselveiligheidscriteria. Daarnaast wordt voor zover mogelijk gecontroleerd of de dieren inderdaad aan die criteria voldoen. Ook het welzijn van de dieren bij aankomst in de slachterij wordt gecontroleerd. Het bedrijf neemt de controles en de mogelijke corrigerende acties op in schriftelijke procedures. Het resultaat van de controles en de getroffen corrigerende maatregelen worden schriftelijk vastgelegd. De controlemaatregelen en corrigerende acties bij afwijkingen zijn hieronder weergegeven. Een controlelijst voor de ingangscontrole is opgenomen in bijlage 2. Voor de controle op het dierenwelzijn bestaan aparte controlelijsten (zie 3.5.1).
3.5.1
Controle welzijn dieren bij aankomst
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 6 van 15
Gecontroleerd wordt: - of het welzijn van de varkens bij aankomst bevredigend is. Het welzijn van de varkens bij aankomst op de slachterij moet geborgd zijn.5 Voor deze borging is het noodzakelijk dat het welzijn van de dieren regelmatig gecontroleerd wordt. De borging van het welzijn van slachtvarkens is beschreven in het Werkboek Welzijnscode Transport Varkens. In deel 5 van dat werkboek zijn de welzijnseisen aan de “procesgang” (transport en afladen) opgenomen, inclusief de controlemaatregelen daarop en de eventueel te nemen corrigerende maatregelen. De EU-regelgeving schrijft daarnaast voor dat afwijkingen aan de officiële dierenarts worden gemeld.Het Werkboek Welzijnscode Transport Varkens zal beschikbaar gemaakt worden op de site van de Productschappen (https://bedrijfsnet.pve.agro.nl/). In afwachting daarvan is de code te downloaden uit het Internet Archive via de link http://web.archive.org/web/20050510124542/www.ikbvarkens.nl/welzijnscode.php.
3.5.2
Controle dieridentificatie
Gecontroleerd wordt: - of de aangevoerde dieren adequaat zijn geïdentificeerd; en - of de nummers van de dieren overeenkomen met die op de begeleidende documenten. Het bedrijf moet procedures hebben die garanderen dat de dieren naar behoren zijn geïdentificeerd.6 Een goede dieridentificatie is een essentiële voorwaarde voor het proces van tracing en tracking bij het optreden van problemen met de diergezondheid en met de voedselveiligheid. In een schriftelijke procedure legt het bedrijf vast hoe gecontroleerd wordt of de dieren voldoen aan de eis van “naar behoren geïdentificeerd zijn”, zoals opgenomen in de leveringsvoorwaarden. Varkens uit Nederland moeten voorzien zijn van een metalen slachtmerk. Als de slachterij dieren slacht die uit andere landen afkomstig zijn, wordt per land aangegeven welke identificatiemiddelen aanwezig moeten zijn. De nummers van de dieren moeten ook voorkomen op de begeleidende documenten en in de vooraf verstrekte voedselketeninformatie. Bij ontvangst van de dieren controleert de slachterij op de aanwezigheid van de benodigde identificatie. Per partij dieren wordt nagegaan of de dieren geïdentificeerd zijn en of de identificatienummers overeenkomen met de opgegeven nummers. Deze controle kan plaatsvinden aan de hand van de gegevens die tijdens het slachten beschikbaar komen. Verlies van slachtmerken is niet geheel te vermijden en kan tot op beperkte hoogte geaccepteerd worden. Voor Nederlandse varkens geldt een maximum oormerkverlies van 1% bij aankomst (IKB-norm). Deze norm dient ook te gelden voor buitenlandse dieren; de slachterij moet per land aangeven welke afwijkingen worden geaccepteerd. Als bij de ontvangst van de dieren blijkt dat de dieren meer dan incidenteel (meer dan 1% of meer dan een andere gestelde norm) niet geïdentificeerd zijn, wordt de VWA hiervan op de hoogte gesteld en wordt actie ondernomen om de identificatie van de dieren tijdens het slachtproces toch te waarborgen. Tijdens het slachtproces kunnen ook oornummers verloren gaan. Voor het einde van het slachtproces moet daarom een norm voor oormerkverlies worden bepaald, die overeenkomt met 1% oormerkverlies bij aankomst van de varkens. Indien na afloop van het slachtproces blijkt dat meer dan het gestelde maximumpercentage van de dieren niet geïdentificeerd was, wordt hiervan aantekening gemaakt en 5
6
Zie bijlage II, sectie II, punt 2, onder a, van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004). Zie bijlage II, sectie II, punt 2, onder a, van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004).
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 7 van 15
wordt de beschreven procedure bij overschrijding gestart. Dit kan bijvoorbeeld zijn dat bij volgende zendingen van dezelfde leverancier bij aankomst een 100%-controle op identificatie wordt uitgevoerd. De resultaten van de controles en de getroffen corrigerende maatregelen worden schriftelijk vastgelegd.
3.5.3
Controle reinheid dieren
Gecontroleerd wordt: - of de verklaring dat de dieren schoon zijn aanwezig is; en - of de dieren bij aanvoer op het slachthuis niet uitzonderlijk verontreinigd zijn. De Europese regelgeving bepaalt dat het bedrijf procedures moet hebben die garanderen dat de dieren schoon zijn bij aanlevering op het slachthuis.7 Als dit niet het geval is moet het slachthuis de VWA op de hoogte stellen en “passende maatregelen” treffen. Deze bepalingen hebben tot doel verontreiniging van het vlees te voorkomen. Frequent voorkomende verontreiniging van varkens zijn modder, feces en urine. Daarnaast kunnen de dieren incidenteel verontreinigd zijn met bloed door recent opgelopen verwondingen. Deze verontreinigingen worden adequaat verwijderd tijdens het douchen voor de slacht en vooral tijdens het broeiproces. Als de geslachte varkens gebroeid worden is daarom geen bijzondere aandacht nodig voor dit type verontreinigingen. Het douchen en broeien worden beschouwd als “passende maatregelen” in die gevallen dat dieren verontreinigd met modder, feces en bloed worden aangevoerd. Anders ligt het met verontreinigingen die niet door douchen of broeien worden verwijderd, zoals de verontreiniging met niet-wateroplosbare stoffen. Dergelijke stoffen kunnen theoretisch aanwezig zijn en zo een bron van verontreiniging van het vlees kunnen zijn. In praktijk komen deze verontreinigingen echter niet voor. Dit betekent dat dit geïdentificeerde gevaar geen significant risico oplevert. Het is daarom voldoende dat afwezigheid van dergelijke verontreinigingen in de leveringsvoorwaarden wordt opgenomen en dat de werknemer die de ingangscontrole uitvoert zich bewust is van dit gevaar zodat bij bijzondere verontreinigingen wordt opgetreden. In het uitzonderlijke geval dat verontreinigingen aanwezig zijn die verontreiniging van het vlees zou kunnen veroorzaken, stelt het bedrijf de VWA op de hoogte en neemt het bedrijf maatregelen om verontreiniging van het vlees en de slachtlijn te voorkomen. De constatering van deze uitzonderlijke verontreinigingen en de getroffen maatregelen worden schriftelijk vastgelegd.
3.5.4
Controle gezondheid dieren
Gecontroleerd wordt: - of de verklaring aanwezig is dat de dieren gezond zijn - of de dieren bij aankomst op het slachthuis gezond zijn. Het slachthuis moet procedures hebben om te garanderen dat de dieren gezond zijn, voor zover het bedrijf dit kan beoordelen.8 Het bedrijf kan deze garantie geven door van de afnemer de garantie te eisen dat de dieren gezond zijn en hierop te controleren. Hoewel de controle op de gezondheid van de aangevoerde dieren de primaire verantwoordelijkheid van de keuringsdierenarts is, heeft ook het bedrijf hier een eigen verantwoordelijkheid in. Het bedrijf moet procedures opstellen en de dieren bij aankomst op gezondheid controleren. Als bij de ingangscontrole afwijkingen aan de gezondheid van de dieren worden ontdekt, neemt het bedrijf zelf corrigerende maatregelen, in de vorm van het afwijzen van de dieren voor de slacht of het aanpassen van de slachtprocedures. De afwijkingen worden ook onder de aandacht van de VWA-dierenarts gebracht. Als daarover met de VWA-dierenarts overeenstemming 7 8
Zie bijlage II, sectie II, punt 2, onder d, van Verordening (EG) nr. 853/2004. Zie bijlage II, sectie II, punt 2, onder e, van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004).
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 8 van 15
bestaat, kan het bedrijf het nemen van maatregelen ook overlaten aan de VWA die deze informatie in de keuringsbeslissing zal betrekken.
3.5.5
Controle afwezigheid (vervoers)beperkingen
Gecontroleerd wordt: - of de verklaring aanwezig is dat de dieren niet zonder toestemming afkomstig zijn van een bedrijf of uit een gebied met beperkingen; - of ten aanzien van het bedrijf of gebied van herkomst inderdaad geen beperkingen gelden. Het slachthuis moet procedures hebben om te garanderen dat er voor de dieren geen beperkingen gelden, dan wel dat aan de voorwaarden waaronder levering is toegestaan, is voldaan.9 De verklaring dat dit het geval is (voor zover het de gezondheidsstatus betreft die van belang is voor de veiligheid van het vlees) is in de voedselketeninformatie opgenomen. Om dit na te kunnen gaan, moet bekend zijn voor welke bedrijven of gebieden beperkingen gelden. Bij calamiteiten worden dergelijke lijsten door de overheid of door brancheorganisaties verspreid. Bij iedere wijziging van de lijst met bedrijven en gebieden moet de slachterij nagaan of vaste leveranciers onder deze beperkingen vallen. Van nieuwe leveranciers worden eveneens nagegaan of er beperkingen bekend zijn. Als dieren geleverd worden waarvoor een leveringsverbod geldt, is sprake van een overtreding en wordt de AID ingeschakeld. Deze dieren mogen niet worden geslacht. Indien de beperking inhoudt dat aan de levering voorwaarden zijn verbonden, wordt gecontroleerd of aan deze voorwaarden is voldaan. Als de voorwaarden betrekking hebben op de wijze waarop de dieren worden geslacht, worden hiervoor procedures vastgesteld. Alle al dan niet geautoriseerde leveringen van dieren met beperkingen en de getroffen maatregelen worden aan de VWA gemeld. Het bedrijf legt de resultaten van de uitgevoerde controles en de eventuele corrigerende acties schriftelijk vast.
3.5.6
Controle afwezigheid residuen dierbehandelingsmiddelen
Gecontroleerd wordt: - of de verklaring aanwezig is dat de dieren zich niet in wachttermijnen van toegediende middelen bevinden; - of inderdaad alle wachttermijnen zijn geëerbiedigd. Van de slachterij wordt geëist dat haar kwaliteitsborging garanties biedt dat wordt voldaan aan de communautaire regelgeving inzake residuen.10 In praktijk betekent dit dat de slachterij moet borgen dat de wachttermijnen zijn geëerbiedigd. Deze borging kan worden gegeven aan de hand van de voedselketeninformatie, die immers de relevante informatie m.b.t. de toegediende dierbehandelingsmiddelen moet bevatten.11 De samenvatting van deze informatie dient te zijn dat de leverancier kan verklaren dat de dieren niet binnen de wachttermijn van toegediende dierbehandelingsmiddelen worden afgeleverd. Daarom controleert de slachterij bij ontvangst van de voedselketeninformatie de aanwezigheid en volledigheid van de gegevens. Bij IKBvarkenshouders is deze informatie beschikbaar via de IKB-afleververklaring. 9
Zie bijlage II, sectie II, punt 2, onder c, van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004). 10 Zie hoofdstuk II, artikel 4, punt 5, onder b van Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004). 11 Zie bijlage II, sectie III, punt 3, onder c, van Verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004).
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 9 van 15
Bij afwezigheid van de informatie worden de betreffende dieren niet geslacht en wordt de ontbrekende informatie opgevraagd. Dieren die zich nog in wachttermijnen bevinden worden niet geslacht. Afwijkingen worden aan de VWA gemeld. Het bedrijf legt de resultaten van de uitgevoerde controles en de eventuele corrigerende acties schriftelijk vast.
3.5.7
Controle niet toegepast zijn niet-toegelaten stoffen
Gecontroleerd wordt: - of de verklaring aanwezig is dat bij de dieren geen niet-toegelaten stoffen zijn gebruikt; - of de varkenshouder deelnemer is aan een systeem van zelfcontrole. Uitsluitend voor het gebruiksdoel toegelaten dierbehandelingsmiddelen mogen worden toegepast voor zover dat volgens de geldende gebruiksvoorschriften gebeurt. De slachterij heeft de verplichting te garanderen dat geen verboden stoffen zijn toegepast.12 De leverancier moet verklaren dat hieraan t.a.v. de geleverde dieren is voldaan. De slachterij controleert of deze verklaring aanwezig is. Bij IKBvarkenshouders is deze informatie beschikbaar via de IKB-afleververklaring. Daarnaast controleert de slachterij of het bedrijf deelneemt aan de zelfcontroleregeling. Voor varkens van buitenlandse bedrijven geldt dat vertrouwd wordt op de officiële controles die bij de exportcertificering plaatsvinden. Met ingang van 1 januari 2008 wordt de zelfcontrole bij varkenshouders aangevuld met een monitoring op verboden stoffen bij slachterijen. De monitoring bij varkenshouders en slachterijen vormt een afdoende borging van het niet-toegepast zijn van verboden stoffen. Het bedrijf legt de resultaten van de uitgevoerde controles en de eventuele corrigerende acties schriftelijk vast. Indien afwijkingen worden geconstateerd wordt de VWA op de hoogte gesteld.
3.5.8
Controle zoönosen
Gecontroleerd wordt: - of de verklaring aanwezig is dat de varkens niet zonder melding daarvan afkomstig zijn van een bedrijf waar op de mens overdraagbare ziekten aanwezig zijn. Zoönosen zijn op de mens overdraagbare dierziekten. De voedselketeninformatie dient informatie te bevatten over “de aanwezigheid van ziekten die de veiligheid van het vlees in het gedrang kunnen brengen”. Deze melding van “aanwezigheid” heeft betrekking op de aanwezigheid van zoönosen op het bedrijf en niet bij de betreffende dieren. Als bekend is dat bij een dier een zoönose aanwezig is, zal het dier immers ziek zijn en mag het niet worden geslacht. Deze informatie is beschikbaar via de voedselketeninformatie. Indien bij het slachten blijkt dat een varken aan een zoönose lijdt, zijn bepaalde wettelijke beperkingen van kracht. Bepaalde delen van dieren met dergelijke aandoeningen zijn niet geschikt voor humane consumptie en zullen bij de keuring worden afgekeurd. Ook kunnen bepaalde delen onder voorwaarde van invriezen worden goedgekeurd. Indien bekend is dat dieren komen van bedrijven waar zoönosen heersen, zijn extra hygiënemaatregelen gewenst. De dieren en het vlees kunnen immers een bron van verontreiniging vormen.
12
Zie hoofdstuk II, artikel 4, punt 5, onder b van Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004).
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 10 van 15
De volgende zoönosen zijn in de EU-wetgeving expliciet genoemd:13 - cysticercose; - trichinose; - tuberculose; - brucellose14. Ook van andere, niet bij name genoemde overdraagbare aandoeningen moet de aanwezigheid gemeld worden. Voorbeelden hiervan zijn campylobacteriose, yersiniose en salmonellose. Het gaat hierbij om daadwerkelijke infecties en niet om zogenaamd “symptoomloos dragerschap”. De aanwezigheid van salmonella dient in het kader van de salmonellawetgeving van het PVV15 op de varkenshouderij onderzocht te worden. De ervaring heeft geleerd dat salmonellabesmetting in het slachthuis in overheersende mate bepaald wordt door de hygiëne in de slachterij. Daarom is het op dit moment niet noodzakelijk dat de slachterij de salmonellastatus van het primaire bedrijf opvraagt. Het bedrijf stelt de VWA-dierenarts op de hoogte van gemelde zoönosen. De controle op de afwezigheid van niet-gemelde zoönosen en de beheersmaatregelen die getroffen moeten worden wanneer zoönosen aanwezig blijken te zijn is een verantwoordelijkheid van de VWA. De procedures bij voorwaardelijke goedkeuring (invriezen) dienen te worden beschreven (zie deel 8, onderdeel procedures).
3.5.9
Controle afwezigheid chemische contaminanten
Gecontroleerd wordt: - of de verklaring aanwezig is dat chemische contaminanten boven de EG-normen afwezig zijn. De slachterij moet in haar kwaliteitsborging garanties bieden dat haar producten “voldoen aan de communautaire regelgeving inzake contaminanten”.16 Om dit te kunnen, moet het bedrijf normen stellen aan contaminanten in de te slachten dieren. Het gaat hierbij om de stoffen waarvoor de Europese Unie normen heeft opgesteld: lood en cadmium, dioxinen en dioxineachtige PCB’s, benz(a)pyreen en een aantal bestrijdingsmiddelen. Een overzicht van de normen voor vlees, organen en vet is opgenomen in bijlage 3. Een leverancier zal geen kennis hebben van de actuele gehalten aan schadelijke stoffen in de dieren. Wel zou hij kennis kunnen hebben van omstandigheden die het mogelijk of aannemelijk maken dat sprake is van gehalten aan schadelijke stoffen die de normen te boven gaan. Voorbeelden hiervan zijn incidenten met verontreinigd voer en dieren die geweid zijn op gronden met een bekende bodem- of waterverontreiniging, die kennelijk niet ernstig genoeg is voor algemene beperkende maatregelen (zie 3.3.4). In sommige van deze gevallen zal de voedselketeninformatie gegevens kunnen bevatten over dieren van het hetzelfde bedrijf die eerder zijn onderzocht (zie paragraaf 3.3.9). Afwijkingen worden aan de VWA gemeld. De verificatie van de afwezigheid van te hoge gehalten aan contaminanten vindt plaats door steekproefsgewijs onderzoek door de VWA in het kader van de vleeskeuring en het Nationaal Plan Residuen (NPR). Blijkens dit onderzoek komen deze verontreinigingen niet of slechts incidenteel voor bij in Nederland geslachte varkens, zodat geen reden is voor aanvullende beheersmaatregelen. 13
14
15 16
Zie bijlage I, sectie IV, hoofdstuk XI, van Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004). Brucellose bij varkens (veroorzaakt door Brucella suis) is hier volledigheidshalve opgenomen. De ziekte komt normaliter in Nederland niet voor. Het is een aangifteplichtige ziekte. PVV-verordening Salmonellamonitoring varkenssector 2003 Zie hoofdstuk II, artikel 4, punt 5, onder b van Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004).
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 11 van 15
3.5.10 Controle afwezigheid fysische risico’s Gecontroleerd wordt: - of de verklaring aanwezig is dat zonder melding in de dieren geen injectienaalden en andere ‘vreemde lichamen’ aanwezig zijn; - of melding wordt gemaakt van de aanwezigheid van ‘vreemde lichamen’; - of het dier/ de dieren die het betreft adequaat zijn gemerkt. Het slachthuis moet met zijn kwaliteitsborging de garantie kunnen bieden dat het vlees “geen sporen van fysische risico’s zoals vreemde lichamen” vertoont.17 Als “vreemde lichamen” (voorwerpen) in de dieren aanwezig zijn of kunnen zijn moet dit aan de slachterij gerapporteerd worden. Bij varkens gaat het hierbij om injectienaalden die tijdens de behandeling van de dieren afbreken. Als dit gebeurt, moet het dier gemerkt worden. Als niet duidelijk is welk dier in een groep dieren dit betreft, moet de hele groep gemerkt worden. Deze merking kan ook inhouden dat unieke identificatienummers van de dieren genoteerd worden. De slachterij beschrijft de controleprocedures. Ook beschrijft de slachterij in een procedure hoe gehandeld wordt als een dier wordt aangeleverd dat gemerkt is vanwege de aanwezigheid van een afgebroken injectienaald. Bij varkens vindt geen andere dieridentificatie plaats dan het gebruik van oormerken. Als op experimentele basis met onderhuidse chips of maagbolussen wordt gewerkt, moet de aanwezigheid hiervan uiteraard ook aan de slachterij gemeld worden. Als onduidelijk is in welk(e) dier(en) zich de afgebroken injectienaald (of ander voorwerp) bevindt, worden maatregelen genomen om dit te achterhalen. Het bedrijf legt de resultaten van de uitgevoerde controles en de eventuele corrigerende acties schriftelijk vast. Indien afwijkingen worden geconstateerd wordt de VWA op de hoogte gesteld.
17
Zie hoofdstuk II, artikel 4, punt 5, onder c, van Verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (PB L 139, 30.04.2004).
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 12 van 15
Bijlage 1: Voorbeeld verklaring voedselveiligheidscriteria
Voedselveiligheidscriteria, op te nemen in inkoopspecificaties of afnemersverklaring De leverancier van de varkens verklaart over de geleverde varkens het volgende: -
-
de varkens zijn conform de wettelijke bepalingen van het land van herkomst geïdentificeerd: alle Nederlandse varkens dragen een metalen slachtmerk met uniek nummer; de varkens zijn niet uitzonderlijk verontreinigd; de varkens zijn gezond; zij zijn geen drager van besmettelijke dierziekten of van andere ziekten die het vlees ongeschikt maken voor consumptie; indien van toepassing zal expliciet worden aangegeven welke dieren aandoeningen hebben die bijzondere aandacht tijdens het slachtproces noodzakelijk maken; de varkens worden niet binnen de wachttermijn van toegediende dierbehandelingsmiddelen worden afgeleverd; de varkens zijn niet behandeld met niet-toegelaten middelen; de varkens vertonen geen op de mens overdraagbare ziekten; de varkens zijn niet verontreinigd met schadelijke stoffen; de varkens zijn niet zonder melding daarvan verontreinigd met “vreemde lichamen” zoals bijvoorbeeld injectienaalden of inwendige identificatiemiddelen; (vanaf 1 januari 2008:) de varkens worden geleverd met alle relevante en wettelijk voorgeschreven voedselketeninformatie.
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 13 van 15
Bijlage 2: Formulier voedselketeninformatie varkens FORMULIER VOEDSELKETENINFORMATIE VARKENS Voor niet-IKB-varkens en IKB-varkens met bijzonderheden (indien IKB normaliter via de databank voorziet in VKI) • De varkenshouder zendt onderstaande informatie 24 uur voor levering van de varkens toe aan de slachterij. • De slachterij moet onderstaande informatie m.b.t. de geslachte dieren opvragen. • De slachterij moet ten minste 24 uur voor aankomst van de dieren over de informatie beschikken. • De slachterij moet de informatie controleren en er actief gebruik van maken. • De slachterij moet de informatie na beoordeling (en 24 uur voor de slacht) aan de VWA ter beschikking stellen. Gegevens varkenshouder UBN: Naam:
Gegevens dieren Aantal te leveren dieren: Categorie: slachtvarkens / zeugen / beren / speenvarkens / …………………..
Gegevens levering Datum levering: NAW slachterij:
Adres: Postcode, woonplaats: a) O O O
de status van het bedrijf van herkomst of de regionale gezondheidsstatus van de dieren geen relevante informatie te melden slachterij beschikt al over de relevante informatie relevante informatie zoals vermeld in de bijlage onder a
Toelichting: Gelden er vervoersbeperkingen of andere voorwaarden als gevolg van calamiteiten voor de voedselveiligheid?
b) O O O
de gezondheidsstatus van de dieren geen relevante informatie te melden slachterij beschikt al over de relevante informatie relevante informatie zoals vermeld in de bijlage onder b
Toelichting: Zijn er bijzonderheden te vermelden over de gezondheid van de dieren?
c) de toegediende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik of andere behandelingen die de dieren binnen een relevante periode hebben ondergaan, tezamen met de data van toediening of behandeling en wachttijden, wanneer er een wachttijd is O IKB-status (status en gegevens in database garanderen dat de dieren binnen de wachttermijn geen behandelingen hebben ondergaan) O niet IKB; geen koppelbehandelingen toegepast in een periode van 60 dagen voorafgaand aan de slacht O koppelbehandelingen binnen relevante periode zoals vermeld in de bijlage onder c
Toelichting: Hebben er koppelbehandelingen plaatsgevonden: - binnen de IKB-wachttermijnen (varkens met IKBstatus); of - binnen een periode van 60 dagen, voorafgaand aan de slacht (varkens zonder IKB-status)?
d) de aanwezigheid van ziekten die de veiligheid van het vlees in het gedrang kunnen brengen O geen ziekten te melden O ziekten aanwezig zoals vermeld in de bijlage onder d
Toelichting: Zijn er voor de consument gevaarlijke aandoeningen bij dieren van het bedrijf geconstateerd, b.v. trichinellose, salmonellose, campylobacteriose, tuberculose, brucellose, yersiniose?
e) indien relevant voor de bescherming van de volksgezondheid, de resultaten van de analyses van de bij de dieren genomen monsters of van andere voor het diagnosticeren van ziekten die de veiligheid van vlees in het gedrang brengen, genomen monsters, met inbegrip van monsters die in het kader van de bewaking en de bestrijding van zoönosen en residuen worden genomen O geen relevante positieve onderzoeksresultaten te melden O positieve onderzoeksresultaten zoals vermeld in de bijlage onder e
Toelichting: Zijn er positieve uitslagen beschikbaar die een belang hebben voor de volksgezondheid? Het gaat b.v. om onderzoeken die zijn uitgevoerd: - door of in opdracht van de dierenarts; - van overheidswege; - in kader van de PVV-monitoring kritische stoffen, niet de uitslagen van de Salmonellamonitoring.
f)
de relevante verslagen van slachthuizen over de resultaten van eerdere am- en pm-keuringen van dieren van hetzelfde bedrijf van herkomst, met name verslagen van de officiële dierenarts O geen relevante informatie te melden O slachterij beschikt al over de relevante informatie O relevante am/pm-verslagen (van VWA ontvangen) bijgevoegd
Toelichting: Het gaat hierbij om keuringsgegevens die van belang zijn voor de volksgezondheid, niet om managementinformatie zoals uitslagen van long/leveronderzoek.
g) de productiegegevens, wanneer die ziekten aan het licht kunnen brengen O geen relevante informatie te melden O relevante informatie zoals vermeld in de bijlage onder g
Toelichting: De varkenshouder beoordeelt zelf of productie-gegevens afwijkend zijn. In ieder geval wordt een uitval na opleggen > 5% als afwijkend beschouwd.
h) naam en adres van de dierenarts die normaliter het bedrijf van herkomst diensten verleent O slachterij beschikt al over deze informatie O NAW dierenarts zoals vermeld in de bijlage onder h Ondertekening varkenshouder: (plaats, datum, handtekening)
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Dit formulier uiterlijk 24 uur voor het aankomsttijdstip van de dieren op het slachthuis per fax of e mail verzenden (bij e mail ondertekend document met koppel meezenden)
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 14 van 15
Beoordeling informatie door de slachterij O informatie volledig en correct, dieren zonder aanvullende voorwaarden geaccepteerd O informatie volledig en correct, dieren geaccepteerd onder bijzondere voorwaarden zoals vermeld in de bijlage onder 2 O informatie niet volledig en/of niet correct, correctie informatie aangevraagd O informatie niet volledig en/of niet correct, dieren niet geaccepteerd voor de slacht
Overhandiging van de informatie aan de VWA Verklaring dierenarts voor gezien: Naam dierenarts: Datum: Handtekening
Toelichting: De slachterij beoordeelt de informatie na binnenkomst op volledigheid en juistheid. Als het slachthuis de informatie als voldoende beschouwt, neemt het op basis van de gegevens een beslissing of de dieren voor de slacht worden geaccepteerd en eventueel onder welke voorwaarden of bijzondere omstandigheden dat gebeurt. Toelichting: Direct na de beoordeling door de slachterij en ten minste 24 uur voordat de dieren aankomen wordt dit formulier ter beschikking gesteld van de officiële dierenarts. De gegevens waarnaar verwezen wordt (aanwezig in IKBdatabase of reeds eerder van de varkenshouder ontvangen) worden daaraan toegevoegd.
Bijlage: bijzondere gegevens a) de status van het bedrijf van herkomst of de regionale gezondheidsstatus van de dieren Geldende beperkingen:
b) de gezondheidsstatus van de dieren Bijzonderheden:
c) de toegediende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik of andere behandelingen die de dieren binnen een relevante periode hebben ondergaan, tezamen met de data van toediening of behandeling en wachttijden, wanneer er een wachttijd is Toegediende middelen - binnen IKB-wachttermijn (varkens met IKB-status); of - binnen een periode van 60 dagen voor de slacht (niet-IKB) diagnose naam en reg. nr. middel toedieningsvorm en begindatum einddatum wettelijke hoeveelheid wachttermijn
d) de aanwezigheid van ziekten die de veiligheid van het vlees in het gedrang kunnen brengen Bij dieren van het bedrijf zijn de volgende aandoeningen geconstateerd: trichinellose / salmonellose / campylobacteriose / tuberculose / brucellose / yersiniose / anders, nl. ………………….. e) indien relevant voor de bescherming van de volksgezondheid, de resultaten van de analyses van de bij de dieren genomen monsters of van andere voor het diagnosticeren van ziekten die de veiligheid van vlees in het gedrang brengen, genomen monsters, met inbegrip van monsters die in het kader van de bewaking en de bestrijding van zoönosen en residuen worden genomen Ontvangen positieve onderzoeksresultaten:
g) de productiegegevens, wanneer die ziekten aan het licht kunnen brengen Bijzondere productiegegevens: - uitval na opleggen: ….% - andere bijzonderheden: h) naam en adres van de dierenarts die normaliter het bedrijf van herkomst diensten verleent Naam: Adres: Postcode, woonplaats:
©PVE 2007 VA deel 7 301107
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 15 van 15
Bijlage 3: Controlelijst ontvangst varkens Controlelijst ontvangst varkens (voor de controle op het welzijn gelden aparte lijsten) Uitgevoerd door:
Datum:
aanwezige informatie leverancier aantal dieren
identificatienummers
-
verklaring voedselveiligheidscriteria adequate identificatie dieren zijn schoon; dieren zijn gezond; geen wachttermijnen; geen verboden middelen; geen zoönosen; geen schadelijke stoffen; geen “vreemde lichamen”; voedselketeninformatie.
voedselketeninformatie (VKI) a. bedrijfsstatus b. gezondheidsstatus dieren c. diergeneesmiddelen d. zoönosen op bedrijf e. analyseresultaten f. resultaten eerdere keuringen VWA/KDS
aard afwijking informatie aanwezig informatie juist informatie aanwezig informatie juist slachtmerken aanwezig informatie aanwezig nummers slachtmerken en informatie komen overeen onderdeel van leveringsvoorwaarden ondertekende verklaring
Corrigerende actie nodig? Ja / Neen
Omschrijving actie:
Actie ondernomen? Ja / Neen Actie ondernomen door: Paraaf:
©PVE 2007 VA deel 7 301107
informatie afwezig of onjuist informatie afwezig of onjuist slachtmerken en/of informatie ontbreken of komen niet overeen
geen onderdeel leveringsvoorwaarden en geen ondertekende verklaring
voor de controle van de voedselketeninformatie kan ook gebruik gemaakt worden van het VKI-formulier (zie bijlage 2 bij deel 7 van de hygiënecode) informatie aanwezig informatie afwezig of aantoonbaar onjuist bij slachterij bekend informatie aanwezig informatie afwezig of aantoonbaar onjuist bij slachterij bekend informatie aanwezig
informatie afwezig of aantoonbaar onjuist
informatie aanwezig
informatie afwezig of aantoonbaar onjuist
informatie aanwezig
informatie afwezig of aantoonbaar onjuist
informatie aanwezig bij slachterij bekend
informatie afwezig of aantoonbaar onjuist
informatie aanwezig
informatie afwezig of aantoonbaar onjuist
informatie aanwezig bij slachterij bekend
informatie afwezig of aantoonbaar onjuist
g. productiegegevens
h. NAW dierenarts
Tijd:
aard afwijking
Document: Werkboek Hygiënecode Varkensslachterij Deel 7 Ontvangst dieren Opgesteld door: H. Rang Goedgekeurd door:
Versienummer: 6 (voorstel 30-11-07) Herzieningsdatum: 30 november 2007 Datum eerste versie: 5 februari 2007 Pagina 16 van 15
Bijlage 4: Europese normen voor contaminanten in vlees en organen van varkens lood19 Maximumgehalte (mg/kg vers gewicht) varkensvlees (met uitzondering van slachtafvallen)
0,10
slachtafvallen van varkens
0,50
cadmium19 Maximumgehalte (mg/kg vers gewicht) varkensvlees (met uitzondering van slachtafvallen)
0,050
varkenslever
0,50
varkensnier
1,0
dioxinen en dioxineachtige PCB’s20 Maximumgehalte Som van dioxinen (WHO-PCDD/F-TEQ)
Maximumgehalte Som van dioxinen en dioxineachtige PCB’s (WHO-PCDD/F-PCB-TEQ)
varkensvlees (≧ 1% vet)
1,0 pg/g vet
1,5 pg/g vet
varkenslever (≧ 1% vet)
6,0 pg/g vet
12,0 pg/g vet
varkensvet
1,0 pg/g vet
1,5 pg/g vet
benzo(a)pyreen21 Maximumgehalte (µg/kg vers gewicht) varkensvet
2,0 pg/g vet
bestrijdingsmiddelen22 Maximumgehalten voor 67 met name genoemde stoffen producten met GN-code 0203: Vlees van varkens, vers, gekoeld of bevroren producten met GN-code 0206: Eetbare slachtafvallen van (….)varkens, (…..) zie bijlage II van vers, gekoeld of bevroren Richtlijn 86/363/EEG22 producten met GN-code 0209 00: Spek (ander dan doorregen spek), alsmede niet-gesmolten varkensvet (…..), vers, gekoeld, bevroren, gezouten, gepekeld, gedroogd of gerookt
19 20 21 22
Bron: Afdeling 3 van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1881/2006 (PB L 364 van 20.12.2006, blz. 5) Bron: Afdeling 5 van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1881/2006 (PB L 364 van 20.12.2006, blz. 5) Bron: Afdeling 6 van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1881/2006 (PB L 364 van 20.12.2006, blz. 5) Zie bijlage II van de Richtlijn van de Raad van 24 juli 1986 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op levensmiddelen van dierlijke oorsprong (86/363/EEG) (PB L 221 van 7.8.1986, blz. 43)
©PVE 2007 VA deel 7 301107