1
VERSLAG * * * * * ** * * *
van de meningsvormende vergadering van de raad van de gemeente Vlagtwedde, gehouden op dinsdag 9 april 2013 om 20.00 uur in het gemeentehuis in Sellingen. Voorzitter: Griffier: Aanwezig:
L.A.M. Kompier. K. Willems (plv. griffier). 15 leden: W. Eilert (PvdA), W. Potze (PvdA; fractievoorzitter), F.J. Schipper (PvdA), R. Joling (PvdA; steunfractielid), R.H.J. Kriek (GL), H.A. Meendering (GL; fractievoorzitter), H. Sinnema (CDA; fractievoorzitter), M. Heidekamp-Prins (CDA), G.H.M. Heijne (GB; fractievoorzitter), P.F.X. Timmermans (GB), J.R. Kruiter-Draadjer (GB), B.A. ter Horst (GB), A.H. Veneman-Holman (CU; fractievoorzitter), H.B. Wijnholds (VVD; fractievoorzitter), R.A.L. ter Veen (VVD).
Afwezig:
D.W. Hoftijzer (PvdA), H. Wachters (CDA), J.H. Brunen (GB).
Aanwezig:
de wethouders H. Kuipers (VVD), H. Klap (GB) en S. Lok (CDA).
Notulist:
H.M. Deddens.
1. Opening. De voorzitter opent de vergadering en heet iedereen van harte welkom. 2. Vaststellen agenda. De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Spreekrecht burgers. Van het spreekrecht wordt geen gebruik gemaakt. 4. Vragenronde raadsleden. Mevrouw Wijnholds: Het is meer een verzoek dan een vraag. De Melkfabriek in Laude is het enige gebouw waar nog altijd het wapen van Westerwolde in zit. Nu staat de Melkfabriek te koop. Uiteraard is de koper nog niet bekend en ook de bestemming niet. Maar ik wil toch het college vragen om erop te letten dat het wapen van Westerwolde bewaard blijft. De heer Timmermans: Wij beseffen dat Acantus als woningbouwvereniging niet echt onder controle van de gemeente staat. Dat wensen wij overigens ook niet. Wij hebben wel een vraag over het beheer op dit moment. We zijn benieuwd hoeveel woningen er op dit moment leeg staan in de gemeente, hoe lang staan deze woningen leeg en worden al deze woningen op de website van de Acantus aangeboden voor verhuur, zo niet, waarom niet? Wij beseffen heel goed dat deze vragen niet onmiddellijk beantwoord kunnen worden. We verwachten een toezegging van de portefeuillehouder wanneer die wel beantwoord gaat worden. De heer Meendering: In april 2012 had onze fractie een motie voorbereid over de ontwikkelingen bij Staatsbosbeheer. Omdat er plannen lagen dat Staatsbosbeheer grote gebieden zou gaan verkopen. De motie hebben wij toen ingetrokken. We hebben een feitelijke toezegging gehad dat het college dat zou gaan bewaken. Het is niet op de toezeggingenlijst gekomen. Daar zijn we zelf ook slordig in geweest, dat hebben wij ook niet geconstateerd. Maar op dit moment is het wel weer actueel. Volgens de verhalen heeft Staatsbosbeheer plannen om ook in Westerwolde 2000 hectare, of ruim 2000 hectare aan bossen en percelen te gaan verkopen. De vraag op dit moment aan het college is, of het college contacten heeft met Staatsbosbeheer, zodat we weten waar het over gaat. Want als Staatsbosbeheer hier grote percelen en grote hoeveelheden bos gaat verkopen, onder welke voorwaarden gaat dat gebeuren. Dat kan behoorlijke grote gevolgen hebben voor het landschap, voor toeristische ontwikkelingen. Wij zijn bezorgd. Wij zouden graag dat het college in contact gaat met Staatsbosbeheer om te kijken hoe ver men op dit moment is. En hoe ze met de verkoop omgaan. De heer Schipper: Het gaat om een vergunning die voor een rundveestal in Munnekemoer is aangevraagd. Het is een stal met een oppervlakte van 5,5 hectare en met een afstand van 200 meter
2
van de bebouwing. Nu hebben wij gezamenlijk als raad besloten dat wijzigingen van bestemmingsplannen door het college kunnen worden afgehandeld. Daar waren wij eigenlijk op tegen, maar de raad beslist uiteraard. Maar het college heeft toen tot onze instemming wel toegezegd dat bij aanvragen met bijzondere wijzigingen, die bij wijze van spreken controversieel zijn, de gevoelens van de raad worden gepolst. In november heeft de gezondheidsraad een advies uitgebracht over megastallen en de gezondheid daarbij. En heeft geadviseerd om, terwijl ze zelf niet precies wisten wat nu goede afstanden zijn, 200 tot 250 meter als minimaal te beschouwen als afstand tot de bebouwde kom. En zij hebben gezegd, ga met lokale bewoners, omwonenden, maar ook lokale organisaties in gesprek om tot plaatselijke criteria te komen. Dat heb ik hier toen ook aangekaart. Maar nu dit bijzondere geval toch weer aan de orde is, hebben wij twee vragen. Is er met omwonenden overleg geweest over deze vergunning en zijn er bij wijze van spreken ook afspraken hierover gemaakt? Is het college bereid de aanvraag hier in de raad aan te orde te stellen? De heer Joling: Per 1 april is de nieuwe aanbestedingswet van kracht geworden. Zoals u wellicht weet heeft het aanbestedingsbeleid meer dan gemiddelde aandacht voor onze fractie. De nieuwe wet schijnt volgens een artikel in Binnenlands Bestuur van 30 maart jl. nogal wat consequenties te hebben voor gemeenten. Ook in de toezeggingenlijst is al een punt opgenomen over dit onderwerp. Mijn fractie wil daarom graag van het college weten of er maatregelen zijn genomen om deze wet en de gevolgen voor onze gemeentelijke organisatie te implementeren. Wethouder Lok: Mevrouw Wijnholds heeft het verzoek om te kijken wat voor ontwikkelingen er mogelijk op termijn zullen plaatsvinden met de Melkfabriek in Laude. Veel beweging zit er daar niet in natuurlijk. U vraagt of het wapen van Westerwolde mogelijk bewaard kan blijven, zoals die daar in de gevel is aangebracht. U hebt kunnen merken dat wij bezorgd zijn om ons historisch erfgoed. We hebben niet voor niets een archeologisch onderzoek laten uitvoeren bij kamp de Beetse. Er zijn erg waardevolle artikelen gevonden. Het wapen van Westerwolde zoals het in de gevel is gemaakt, is natuurlijk ook best een belangrijk punt. Daar zit op dit moment geen beschermde status op. Het is geen rijksmonument of gemeentelijk monument. Dus ik denk dat in de huidige zetting, zoals het nu is, dat niet op enigerlei manier afgedwongen kan worden, om dat te bewaren. Dan zouden we daar eens moeten naar kijken hoe we dat mogelijk kunnen borgen. Dat verzoek heeft u aan het college gedaan, we willen tegemoet komen om dat te onderzoeken. Mevrouw Wijnholds: Het gaat er namelijk om, dat het nu te koop staat via de notaris. Je kunt bieden voor een datum een mei. Wethouder Lok: Het is heel actueel. Mevrouw Wijnholds: Een dezer dagen is de bezichtiging en kan je een bod doen. Vandaar dat ik het nu dus vraag. Wethouder Lok: Uw verzoek is duidelijk mevrouw Wijnholds. De heer Timmermans heeft een vraag over het woningbestand van Acantus. Over hoeveel woningen er leeg staan, hoe lang en of deze worden aangeboden en zo niet, waarom niet. Daar kom ik op terug, dat had u zelf ook al geconcludeerd. Ik heb die gegevens niet paraat. Dat is een toezegging. De voorzitter: Mogen we daar een termijn aan verbinden. Wethouder Lok: Dat is lastig. Ik vind het altijd prettig om even een collega te raadplegen, wanneer het geleverd kan worden. De voorzitter: Twee maanden. Bij dezen, genoteerd. Wethouder Lok: Dan de vraag van de heer Meendering over de bossen van Staatsbosbeheer. Ook toen dat in het verleden aan de orde is geweest, hebben we vanuit het college gezegd dat we uw zorg absoluut delen. Dat we ons zorgen maken over de mogelijke verkoop van het areaal van Staatsbosbeheer. Het is in die zin aan de orde, dat ik begrijp, dat er elders in het land een pilot is geweest voor verkoop van groen van Staatsbosbeheer. Zij moeten dat doen om bezuinigingen te halen. We hebben hier een week geleden nog overleg over gehad, met de heer van der Wal van Staatsbosbeheer. En hij geeft aan dat het hier waarschijnlijk ook wel gaat spelen, en dat hij zodra dit gaat spelen ons hiervan op de hoogte zal stellen. Ik stel mij voor dat er specifieke voorwaarden aan de verkoop worden gesteld, maar dat is mij niet bekend. We delen de zorg. Om dit moment hebben we ook niet veel instrumenten om dat tegen te gaan. Dat is eigenlijk de stand van zaken. We hebben
3
regelmatig contact. We houden de vinger aan de pols. We zullen u zodra dat aan de orde is zo snel mogelijk op de hoogte stellen. De heer Meendering: Ik wil vragen om dit als een toezegging te noteren zodat we dit kunnen blijven volgen. De voorzitter: Hoe zou u de toezegging smart willen maken, dat is bijna niet te doen. We houden de vinger aan de pols en dat staat in het verslag genoteerd. Dat is wat mij betreft een voldoende afspraak. De heer Meendering: We blijven dat scherp in de gaten houden. De voorzitter: Dat is altijd goed. Wethouder Lok: Daar staat de heer Meendering niet alleen in. Ik denk dat ik dat voldoende heb benadrukt. Dan de vraag van de heer Schipper over de ontwikkeling in Munnekemoer. De stal die daar gebouwd gaat worden. Er is een vergunning aangevraagd. Ik begrijp wel dat er overleg met buren is geweest. Hoe breed dat met omwonenden is geweest, dat kan ik u niet precies vertellen. Daar kan ik naar informeren. Verder is de vraag van de heer Schipper of dit een procedure kan zijn zoals ook met de boerderij van Buijs is gegaan. Dat de gevoelens in de raad zijn gepeild en dat het college daar zeer zwaarwegend in geadviseerd wordt vanuit de raad hoe daarin te beslissen. Ik weet niet hoe de rest van de raad erin staat meneer Schipper. Op zich heb ik daar geen problemen mee. Dit is inderdaad één van die gevallen waar in het verleden afspraken over zijn gemaakt. Dat als het om grote ruimtelijke ontwikkelingen gaat, we dit via de raad zouden spelen. Ik weet niet of de rest van de raad daar iets van moet vinden. De heer Schipper doet een voorstel om dat via de raad te doen. Dat de raad haar zienswijze, mening kan geven over de aanvraag van de vergunning. Dat stelt de heer Schipper voor. Als college hebben wij daar geen probleem mee. Ik weet alleen niet hoe de rest van de raad daarin staat. De voorzitter: Op grond van het feit dat de raad dat al eerder had aangegeven, dat is waar de heer Schipper aan refereert. Wethouder Lok: Niet in dit geval. De voorzitter: Bij nieuwe grootschalige ontwikkelingen. De heer Sinnema: Wij hebben inderdaad geruime tijd geleden in deze raad die discussie gevoerd. Op welke wijze de raad in dergelijke gevallen met de vergunningverlening om wenste te gaan. Bij mijn weten was inderdaad één lid van de fractie van het CDA van mening dat het in de raad moest. Ik hoor nu dat het ook in de fractie van de Partij van de Arbeid aan de orde is. Deze aanvraag hebben wij breed aan de orde gehad in de raadswerkgroep Ruimtelijke Zaken. Er kan natuurlijk niks op tegen zijn, zeker wat het CDA betreft, om een dergelijk aanvraag hier ook in de raad met elkaar te bespreken. De heer Heijne: Het mag wat ons betreft besproken worden. Volgens mij is dat toen aangevraagd, toen Buijs hier ook lag. In diezelfde periode was er al sprake van die uitbreiding. Wij hoeven die aanvraag nu niet weer op tafel. Eigenlijk moet je dit zien in het verlengde van Buijs. Wat ons betreft kan die gewoon in de procedure blijven. Wij hadden het toen over nieuwe aanvragen. Dit is geen nieuwe aanvraag. De heer Meendering: Het zal u niet verbazen dat wij dit als GroenLinks absoluut in onze raad behandeld willen hebben, meningsvormend. Ik durf u ook wel onze mening te geven, maar daar wacht ik nog even mee. Wat ons betreft komt het absoluut in onze raad. Mevrouw Veneman: Zover ik mij kan herinneren, wat ook de heer Heijne zegt, ligt de aanvraag van de heer Buijs en deze aanvraag in elkaars verlengde. Het is eigenlijk geen nieuwe aanvraag in de zin zoals de heer Schipper bedoeld. Het neemt niet weg dat ik het prima vindt als het hier nog een keer in de raad besproken wordt. Dat is verder geen punt. Maar omdat het niet echt iets nieuws is, is het niet nodig om nog eens een keer die discussie aan te gaan. Maar het mag wel van mij hoor. De heer ter Veen: De VVD ziet daar geen noodzaak in om dat nog een keer te moeten gaan doen.
4
De heer Schipper: Ik weet niet of ik die fracties die daar niet zo´n behoefte aan hebben toch kan overtuigen. Het is weliswaar geen hele nieuwe aanvraag, maar de maatschappelijke discussie over megastallen is toch al lang en breed. Het feit dat het bij de bevolking leeft, ook gezien de reacties toentertijd bij Buijs, het feit dat er ook in de tussentijd door staatssecretaris Bleeker, maar ook door de provincie Groningen stappen zijn gezet in deze, lijken mij juist vanwege de openbaarheid van bestuur en het laten zien hoe de vertegenwoordigers van de bevolking hierover denken en belangrijke zaak dat het toch aan de orde komt. Het punt wat ik ook nog wil noemen is het feit dat de gezondheidsraad die gezondheidscriteria noemt. En die noemt ze niet zozeer vanuit de gezondheidsoverwegingen, want daarvan zeggen ze, dat het heel moeilijk in te schatten is. Maar ze zeggen dat vooral het overleg met omwonenden, maar ook met betreffende organisaties die er verstand van hebben, bijvoorbeeld onder begeleiding van de GGD, dat juist die maatschappelijke onrust reden is om het aan de orde te stellen. Dat is voor onze fractie ook juist een reden om te zeggen, nee het is niet een nieuw punt, het is juist een blijk van openbaarheid van bestuur. De voorzitter: Het college heeft kennis kunnen nemen van uw standpunt. Ik stel voor dat het college dit meeneemt, tenzij het college nog wil reageren. Wethouder Lok: De raad gaat over haar eigen agenda. En als de raad in meerderheid zegt dat ze dat op tafel willen. Het college heeft daar absoluut geen bezwaar tegen. Uiteraard niet. Het is conform de afspraak. Dat is procedure. Volgens mij komt het gewoon op tafel. Dat is mijn conclusie, als ik de koppen zo even tel. De laatste vraag was van de heer Joling. Er is inderdaad op 1 april een nieuwe wet Aanbesteding ingegaan. Er ligt ook nog een vraag vanuit de PvdA fractie over het aanbestedingsbeleid. Dat klopt. Die zou al beantwoord moeten zijn, mijn excuses daarvoor. Daar wordt aan gewerkt. Nu staat de beantwoording van die vraag los van de invoering van de nieuwe wet. Het lijkt nu, zoals het geformuleerd is, alsof dat verband met elkaar heeft. Maar in principe staat het los van elkaar. Het zijn twee verschillende zaken. De nieuwe wet wordt uiteraard nauwgezet bestudeerd wat het voor consequenties heeft voor de gemeente. Inmiddels zijn er voor de betrokken ambtenaren al een aantal interne cursussen gegeven en zijn ze bijgespijkerd over de uitgangspunten en de nieuwe regelgeving. De vraag die nog ligt wordt zo snel mogelijk beantwoord, de toezegging die op de toezeggingenlijst staat. 5. Bestuurlijke informatie. Er is geen bestuurlijke informatie. 6. Vaststellen verslag meningsvormende raad 12 maart 2013. Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. 7. Vaststellen toezeggingenlijst. De toezeggingenlijst wordt ongewijzigd vastgesteld.
Hamerstukken 8. Ingekomen stukken. A1 t/m A14 Mevrouw Wijnholds: Het gaat om punt 2 en om punt 14. Punt 2 is het onderzoek over toerisme. Het onderzoek is gelijk gekoppeld aan het aantal overnachtingen. Er wordt onder andere gekeken dat er in 2011 door het slechte weer zo weinig overnachtingen waren. Als ik dan kijk op bladzijde 6, daar staat een tabel met het aantal overnachtingen. Van 2005 naar 2006 steeg het nog iets en daarna gaat het elk jaar naar beneden. In 2011 is het zelfs 25% minder dan in 2005. Dus die daling zit er al veel langer in. Op zich is dat best wel zorgelijk, als ik zie dat wij een toeristische gemeente zijn, daar veel geld aan besteden en dat dan de toeristische overnachtingen niet stijgen maar juist enorm dalen. Dat geeft dus ook aan dat we goed moeten kijken naar het aantal campings en bed & breakfast die we hebben. Dat we niet te snel moeten uitbreiden omdat we blijkbaar al teveel hebben. Nu kan ik niet aan het college vragen wat de oorzaak is, want dat zou wel heel knap zijn. Ik denk wel dat het verstandig is dat hier een keer goed naar gekeken wordt of we op de juiste weg zijn. Het andere is punt 14. Dat gaat over de klachten. Er staat op bladzijde 9, de commissie wil verder haar waardering uitspreken over de kwaliteit van de aangeleverde verweerschriften ten behoeve van de Algemene Kamer. De commissie acht de verweerschriften ten behoeve van de Sociale Kamer van minder goede kwaliteit. De commissie ziet in deze kamer de kwaliteit van de verweerschriften zichtbaar afnemen. De commissie acht de verweerschriften ten behoeve van de Belastingkamer eveneens van een minder goede kwaliteit. In deze verweerschriften wordt niet of nauwelijks op de ingediende bezwaren ingegaan. Daardoor kan er bij de burger de indruk ontstaan dat zijn bezwaar niet of
5
nauwelijks serieus wordt genomen. Dan staat er vervolgens op bladzijde 11 de conclusie. Daar staat, de commissie constateert dat mede door een gedegen voorbereiding aan de kwaliteit van de stukken het instrument van bezwaarschriftenprocedure in de gemeente Vlagtwedde goed functioneert. Welke van de twee klopt nu niet. Er wordt eerst gezegd dat van twee commissies de bezwaren niet goed worden gedaan en hier staat van wel. Dat vinden wij een beetje tegenstrijdig. De heer Kriek: Mijn opmerking naar aanleiding van 8.A.2., het resultatenonderzoek toeristen. Een duidelijk stukje waar weinig bekende dingen in staan behalve de concrete cijfers zoals mevrouw Wijnholds al noemt. Er liggen hier duidelijk kansen en bedreigingen. De toeristen komen voor een mooie omgeving, rust en ruimte. Deze waarden dreigen ernstig te worden aangetast door de komst van landschaps-bedervende megastallen, giga-stallen en mestbassins. Ook de nog steeds actuele bezuinigingen bij Staatsbosbeheer waardoor mogelijk natuurgebieden moeten worden afgestoten vormen een reële bedreiging. Mooie kansen liggen wellicht in het gebied rond de Beetse plassen, waar in de toekomst een schitterend natuur- en recreatiegebied zou kunnen ontstaan. Hopelijk ontstaat er dan ook meer duidelijkheid over de afspraken rond dit gebied. En zal het college de kansen benutten en de bedreigingen bestrijden. De voorzitter: Ten aanzien van mevrouw Wijnholds, het eerste was meer een opmerking over toerisme. Mevrouw Wijnholds: Het is meer een zorg, maar ik denk dat het college die ook niet weg kan nemen, maar dat we er wel goed naar moeten kijken. De voorzitter: Ik hoor het college, ja absoluut zeggen. Het tweede ging over de bezwaar- en beroepschriftencommissie. Daar maakt u een opmerking over de kwaliteit van de aangeleverde adviezen en de uiteindelijke conclusie die eraan verbonden is en of die twee in elkaars verlengde getrokken zouden kunnen worden. Het één is denk ik een kritische opmerking waar aandacht voor moet komen, dat de kwaliteit van die advisering de aandacht krijgt vanuit de ambtelijke organisatie. Het tweede is in principe wel een conclusie die getrokken kan worden op basis van de conclusie zoals de commissie die ziet van haar werkzaamheden in totaliteit. Ik zie het probleem niet zoals u het schetst. Daar kun je van mening over verschillen. Het één klopt, de kwaliteit van de adviezen zou verbetert kunnen worden, daar zijn ook afspraken over gemaakt. Maar ten aanzien van de inhoudelijke advisering denk ik dat de commissie haar conclusies kan trekken. Tot zover. Mevrouw Wijnholds: Het is alleen zo krom als je aan de ene kant zegt, de kwaliteit van de verweerschriften is slecht en aan de andere kant zeg je, eigenlijk is het ook goed. Dan had je in de conclusie wat meer nuance aan moeten brengen. Want nu lijkt net of alles goed is en dat is dus niet zo. Wethouder Lok: De heer Kriek roept het college op om kansen te benutten en bedreigingen te bestrijden. Dat is natuurlijk iets wat we altijd graag willen doen. Maar met name doelt hij daarbij op de ontwikkelingen bij Sellingerbeetse. Er is heel recentelijk een brief van het college uitgegaan met betrekking tot vragen van de heer Hoftijzer, ook over de situatie bij Sellingerbeetse. Daarin hebben wij aangegeven dat we bezig zijn, samen met de campingeigenaar, de provincie en de ontgronder van het gebied, een visie op te stellen. Dat willen we in de loop van het jaar, eind van het jaar af hebben. Wij proberen daar onze kansen te grijpen. De heer Joling: Ik heb nog een vraag over punt 2. Door de stichting Promotie Westerwolde wordt een suggestie gedaan om het onderzoek periodiek uit te voeren. Hier worden trends en wijzigingen in gedrag van toeristen zichtbaar. De vraag van onze fractie is, is het college ook gevoelig voor deze suggestie. Wethouder Lok: Het lijkt mij op zich een goede zaak. Wie de schoen past trekke hem aan. Dat gaat ook gelden voor de stichting Promotie Westerwolde. Als zij vinden dat het een toegevoegde waarde heeft dan vinden wij het uiteraard een goede zaak dat zij dit onderzoek geregeld uitvoeren. Ze hebben het nu ook uitgevoerd, in die zin zie ik het ook als een advies naar hun zelf. We zullen daar positief tegenover staan. B1 De heer Potze: Een korte vraag hierover. Het was de vorige keer een vraag van de heer Kriek, over de openstelling van bruggen op zondag door de gemeente Stadskanaal. Het gevolg is dan de konvooivaart daar. Het verzoek aan het college is om met het college van Stadskanaal in overleg te gaan om daar toch wat eenduidigheid in te gaan krijgen. Want dit is voor het toerisme een hele
6
slechte zaak. Dat we in twee aaneenliggende gemeenten twee verschillende regimes krijgen. Bovendien is konvooivaart niet handig voor toeristische ontwikkelingen. Dus het verzoek aan het college om in overleg te treden met Stadskanaal. Wethouder Lok: Ik wil graag even reageren op de opmerking van de heer Potze. We zijn hierover inmiddels in overleg geweest met het college van Stadskanaal. Volgens mij heeft er hierover ook nog iets in de krant gestaan. Wij gaan natuurlijk niet over de zaken van Stadskanaal. We hebben duidelijk aangegeven dat we absoluut niet blij zijn met hoe het nu gegaan is, met de ongelijkheid van de brugbediening in Stadskanaal en in onze gemeente. Stadskanaal heeft daarin wel toegezegd, mocht het drukker worden, dat zij in elk geval zullen overwegen om extra mankracht bij te zetten zodat de wachttijden zoveel mogelijk beperkt worden. Dat hebben ze toegezegd. Veel meer is daar op dit moment niet uitgekomen. Dit voorstel gaat als hamerstuk naar de besluitvormende raad van 23 april 2013. Bespreekstukken 9. Verduurzamen verlichting gemeentehuis en plaatsen zonnepanelen. De heer ter Veen: De VVD fractie heeft behoorlijk met dit voorstel lopen stoeien. Zoals u van de VVD fractie gewend bent worden alle voorstellen door ons kritisch bekeken, of deze ook economisch en financieel verantwoord zijn. Zeker in deze tijden van economisch zwaar weer. In dit voorstel staat dat de gemiddelde terugverdientijd van de totale investering rond de 20 jaar ligt en dat het voorstel economisch niet rendabel is. Dat ligt bij ons nogal gevoelig. Maar zoals echter ook in het voorstel genoemd, heeft de gemeente een voorbeeldfunctie naar haar inwoners toe wat betreft het duurzaam zijn en het zuinig omgaan met energie en met het milieu. De VVD gaat toch akkoord met dit voorstel zoals reeds eerder vermeld, om hier het goede voorbeeld te geven. Mevrouw Veneman: Ik herinner mij dat de ChristenUnie een aantal maanden geleden gezegd heeft, dat wij hopen dat de aanpassingen aan het gemeentehuis nu voltooid zouden zijn. Nu ligt er weer een voorstel, zij het dan wel van een andere aard om in het kader van duurzaamheid zonnepanelen aan te brengen en de verlichting te verduurzamen. De ChristenUnie heeft hier een aantal vragen over. We zijn niet tegen duurzaamheid. Wij vragen ons wel het volgende af, met recht wordt opgemerkt ook door mijn VVD-collega, dat de totale investering rond de 20 jaar pas weer wordt terugverdiend. Dus enkel economisch gezien niet rendabel is. Want na die 20 jaar zijn ook die zonnepanelen niet meer bruikbaar neem ik aan. Daarom wordt ook het milieuaspect als voorbeeldfunctie opgevoerd. Natuurlijk hebben wij een voorbeeldfunctie als gemeente, daar ben ik het wel mee eens. Wij zijn voorstander van allebei de zaken die genoemd worden. Wij willen ook graag een reëel beeld geven. Staat het gemeentehuis hier over 20 jaar nog in deze vorm op deze plaats gezien de gesprekken over de herindeling. Is het daarom nog zinvol om een dergelijke investering op dit moment te plegen. Dat is mijn vraag. De heer Heijne: Ik zit even te kijken naar het gunningsadvies van het verhaal. Er is de laatste tijd een hele discussie gaande over de zonnepanelen. Wordt de opbrengst ook gegarandeerd of niet? Want daar is namelijk de discussie over. Over heel veel panelen wordt gezegd dat ze zoveel leveren, maar dan blijkt achteraf dat ze nog niet eens 50% of 60% halen van wat eigenlijk is opgegeven. Er wordt in het gunningsadvies gezegd, er moet nog één paneel bij, dan komen we precies op 20. De garantieperiode naar 10 jaar, daar ben ik het op zich wel mee eens. Stel nu voor dat degene die de panelen levert zegt van, dat doe ik niet. Gaan we dan naar een andere? We hebben zelf in onze eigen gemeente ook nog een hele grote leverancier van zonnepanelen. Hebben we die ook nog gevraagd of meegenomen of is die helemaal niet in beeld geweest in dit verhaal? De heer Meendering: We zijn als GroenLinks kritisch op dit voorstel. Wij willen die zonnepanelen op het gemeentehuis, laten we dat voorop stellen. Maar als we dit voorstel lezen dan komen we toch een aantal zaken tegen die we bijzonder vinden. We hebben het over het budgetrecht van de raad. Er is al een aanbesteding geweest, de prijzen zijn al bekend. Aan de ene kant is dat mooi, dan kun je goed ramen. Maar aan de andere kant moeten wij als raad altijd eerst geld beschikbaar stellen voordat je dat überhaupt kunt uitgeven. Die volgorde vinden wij heel bijzonder. Wat de heer Heijne terecht opmerkt, er zijn in onze gemeente grote leveranciers. En dat bevreemd ons, al voldoet het wel aan het aanbestedingsbeleid, want dan gaat het om ondernemers uit onze gemeente en bepaalde gemeenten. Het bevreemd ons ook dat de leveranciers uit onze gemeente, waar in ieder geval twee grote leveranciers zijn, niet betrokken zijn. We willen graag van het college weten of deze leveranciers benaderd zijn in dit traject. Het gaat uiteindelijk om de beste aanbieding. Maar ik ben ervan overtuigd dat ook bedrijven uit onze gemeente hier een goede aanbieding kunnen doen en ook
7
ervaring hebben met dit soort projecten. Omdat de aanbesteding al heeft plaatsgevonden betreft het offertes uit de periode oktober 2012. Wij weten allemaal dat de prijsontwikkeling van zonnepanelen heel snel gaat, vooral naar beneden. Dus wat onze fractie betreft gaat die aanbesteding gewoon opnieuw. Opnieuw kijken naar het aanbiedingsbureau ´s, opnieuw kijken naar de prijzen omdat daar echt voordelen te behalen zijn die we nu als gemeente laten liggen waardoor we ook de terugverdientermijn kunnen inkorten. De heer Schipper: Zonnepanelen op het gemeentehuis, wie kan daar tegen zijn? Dat is toch een prachtig voorbeeld. Een voorbeeldfunctie van duurzaam investeren. In tweede instantie is er in onze fractie toch enige twijfel. Mede ook vanwege het gemakkelijk gebruik van de term duurzaam. Toen de renovatie van de Rinsemastraat in Vlagtwedde aan de orde was en duurzaam alleen maar betekende duurder, zonder dat het ook maar iets met duurzaam te maken had. Als er iets duurzaam is dan is er een direct verband met de drie P´s, people, planet, profit, meneer Lok, dat weet u ongetwijfeld. Het enige aansprekende element waar van we zeggen, dat is mooi, dat is planet. Namelijk, er wordt minder energie verbruikt. Maar in dit voorstel is de profit wel heel erg laag. En als je kijkt naar de people, wat mevrouw Veneman ook zegt, bestaat dit gebouw nog over 5 jaar als gemeentehuis. Dus is het wel relevant om op zo´n lange termijn te investeren. We moeten dus nu nog wel overtuigd worden door het college om ja te zeggen. Wethouder Kuipers: Dit project is een onderdeel van de grote lijst met overzichten van diverse projecten die u vorig jaar heeft ontvangen in het kader van duurzaamheid en verduurzaming. Toen is er bij gezegd dat al die projecten die daarin genoemd waren op termijn aan u zouden worden aangeboden en er is ook bij gezegd dat er geen geld voor begroot is en dat het ook per project aan u zal worden voorgelegd of u akkoord gaat met de kosten. Dit is weer zo´n project wat uitgewerkt is en wat hier voorligt vanavond. De tekst zegt al voldoende. Je doet dit vanwege het begrip duurzaamheid, vanwege het begrip Co2 reductie, vanwege het begrip verlichting die langere tijd meegaat dan tot dusver het geval was. En ook de voorbeeldfunctie die uitgaat naar de bevolking toe om dit soort toepassingen, zeker in openbare gebouwen, toe te passen. En dan kun je inderdaad vervolgens een heel aantal vragen stellen bij nut en noodzaak. Door een aantal van u is nut en noodzaak in het kader gesteld van hoe lang staat dit gemeentehuis er nog. U weet het niet, ik weet het ook niet. En mocht het gemeentehuis op enig moment niet meer in gebruik zijn als gemeentehuis dan staat er in elk geval een gebouw dat gebruikt kan worden met een verduurzaming in de energievoorziening. Dat zal ongetwijfeld, stel dat het tot verkoop zou kunnen en moeten leiden, meespelen in de prijsbepaling. Zover wil ik niet gaan. Vooralsnog hebben we te maken met dit gemeentehuis. Vooralsnog hebben we te maken met de gemeente Vlagtwedde en morgen is er geen herindelen en gebruiken we het gemeentehuis zeker ook nog. Het is ook zo dat na een eventuele herindeling het ook helemaal niet zeker is dat er geen functie in dit gemeentehuis zal blijven. Dat zijn allemaal voor- en veronderstellingen waar ik eigenlijk niet op wil preluderen, en eigenlijk terug wil naar de voorbeeldfunctie zoals omschreven is in dit voorstel. Dan is het inderdaad zo dat de economische winst niet in relatie staat tot de investering, dat je wel kunt realisering op energiekosten. Maar dat je dat inderdaad doet vanuit die voorbeeldfunctie voor de bevolking. De verlichting, de led-verlichting die is nog te kort op de markt om te kunnen garanderen dat zulke verlichting 15 of 20 jaar of eventueel nog langer mee gaat. Daar zijn geen echte harde cijfers van, wat proefondervindelijk is bewezen hoe lang die verlichting mee gaat. Daarom is dat ook niet meegenomen in deze voordeelberekening. Dit is puur gebaseerd op de energiekosten. Deze zijn wat lager doordat wij grootverbruiker zijn als gemeente, dus ook een relatief lage energieprijs voor elektriciteit betalen. Al die elementen heeft u zelf ook al geconstateerd en meegenomen. De terugverdientijd, de vraag van mevrouw Veneman, is inderdaad 20 jaar. En u vraagt of die panelen het dan nog doen. Die panelen doen het nog volgens de opgave. Alleen die 20 jaar is gebaseerd op het renderings-moment. Tot 20 jaar heb je nog geen rendement. Na die 20 jaar gaat het rendement optreden. Dus het heeft niet te maken met de levensduur van de zonnepanelen, maar het renderings-moment van investeren en terugverdienen. De heer Heijne vraagt terecht of er garantie is op dat rendement. Die garantie is er. Het rendement van de zonnepanelen wordt steeds groter. En de tijd dat dat rendement wordt gegarandeerd wordt steeds langer. Daar is ook nog geen hard cijfermateriaal van in de zin van dat ergens al een zonnepaneel 20 of 25 jaar op het dak ligt. Ook dat moeten we aannemen van de fabrieksopgave en de garantie die de leverancier geeft, dat dat ook inderdaad wordt ingevuld. Als je een nieuwe auto koopt, kan het ook een maandagauto zijn en kan er je ook pech mee krijgen. Wat dat betreft moet je ook een beetje geloven in een garantie van een installateur. De heer Heijne: Dat de garantie ook goed zwart op wit staat. Dat we straks net op dat onderdeeltje geen garantie hebben gekregen.
8
Wethouder Kuipers: Terecht. Dan stelt de heer Heijne de vraag, wat gebeurt er met eigen ondernemers, zijn die ook benadert? Ten aanzien van dit project is er een adviesbureau ingeschakeld, Adviesbureau 1232. En dat adviesbureau heeft samen met de afdeling Bouwkunde van onze gemeente gekeken naar het bestek van dit project. Aan de hand van dit bestek zijn een aantal regionale spelers in de markt benaderd. Mensen waar we al meer zaken mee hebben gedaan. Die we kennen. Waar we goede kwalitatieve ervaringen mee hebben. Want naast prijs, dat is natuurlijk belangrijk, maar ook factoren als kwaliteit, garantie, de grootte en omvang van het project spelen een rol bij dit soort aanbestedingen. We hebben drie bedrijven, waar we al vaker zaken mee hebben gedaan in eerste instantie benaderd. Dat is Dijk & Wijk installatiegroep uit Veendam, Installatiebedrijf Aalbers uit Nieuw-Buiten en Huisman Warmtetechniek in Stadskanaal. Het opvallende is dat deze installatiebedrijven de zaak installeren en elders hun zonnepanelen betrekken. Maar dat de leveranciers van zonnepanelen nooit zelfstandig installeren. Ze hebben altijd een installatiebedrijf nodig om te installeren. Dan kom ik even terug bij de vraag van de heer Heijne, we hebben ook een zonnepanelenleverancier binnen de gemeente, wel meerdere. Dat zijn leveranciers van panelen die ze leveren aan een installateur die vervolgens de installatie doet en in samenhang de garantie ook levert. Als het gaat om bijvoorbeeld Solarenergie, in Ter Apelkanaal, dat is wel een leverancier die de panelen levert maar ze niet zelfstandig installeert. Je hebt daarnaast dus weer een installateur nodig die de zaak afmonteert en ook de garantie in samenhang geeft. We doen meerdere zaken met Huisman Warmtetechniek en die doet zaken met SolarNoord. En die combinatie van Huisman en SolarNoord maakt dat dat de aanbieder was met de scherpste prijs. En die prijs is gegund onder voorbehoud van financiering, onder voorbehoud van goedkeuring van uw raad. Dan kom ik bij het budgetrecht van de heer Meendering terecht. Het is wel gegund, maar gegund onder voorbehoud, want uiteraard moet u het bedrag beschikbaar stellen en dan pas kan het worden uitgevoerd. Dan vraagt de heer Meendering of er nog voordelen te behalen zijn door het opnieuw aan te besteden. De wereld staat niet stil en zonnepanelen worden door de tijd heen goedkoper. Het lijkt me in dit stadium niet relevant gezien de grootte van de opdracht, dat er eventueel voordeel te halen zou zijn. Het is ook niet fatsoenlijk naar de ondernemer toe die gevraagd is, dat is een heel ander verhaal. Je komt niet erg betrouwbaar over als je nu opnieuw de zaak weer open gaat breken als de goedkeuring van de financiën van de raad het voorbehoud is. Het is dan niet erg fatsoenlijk om opnieuw te gaan onderhandelen en het aan te besteden. In relatie tot het eventuele voordeel zou ik dat niet aan te bevelen vinden. De heer Schipper vraagt wat het nut is van de investering als je weet dat over een aantal jaren, wanneer dan ook maar, er een andere bestemming voor dit gemeentehuis zou zijn. Nogmaals, ik heb dat ook gezegd, dat zit in de sfeer van veronderstellingen, vooronderstellingen. Daar zou ik op dit moment niet op willen vooruitlopen. De heer Meendering: De wethouder geeft in zijn beantwoording aan dat er veelal sprake is van leverancier van zonnepanelen en een installatiebedrijf. Die combinatie wordt nu ook gekozen. Dus die combinatie was ook heel goed mogelijk geweest met leveranciers, u noemt er één, maar er is een tweede, in Ter Apel. Die kunnen dat ook en die doen ook soortgelijke projecten. We hebben ons laten informeren door die leveranciers en zij kunnen dit soort projecten aan. Het is echt een tekortkoming dat we als gemeente niet naar onze echte lokale ondernemers hebben gekeken. Dat is ongelooflijk jammer. Daarnaast zegt u dat het niet zo´n groot bedrag is. We moeten het niet opnieuw aanbesteden. Het is nu april, de offertes zijn van oktober. Er zit een half jaar tussen. Die prijsontwikkeling kan wel 10% of 15% zijn. Dan hebben we het wel weer over € 2.500,00 à € 3.000,00. Ook dat is gewoon geld in dit dossier. Er blijft al met al qua aanbesteding en qua tijd veel tijd tussen zitten. Had het onderwerp ook eerder hier in onze raad aan de orde kunnen zijn? Wat ons betreft, toch nog opnieuw offertes aanvragen en niet zeggen, doe er maar een zonnepaneeltje bij, dan zitten we precies op die 20.000 Watt. Dat moeten we gewoon niet willen. Het verdient allemaal geen schoonheidsprijs. Laat ik het daar maar even mee afsluiten op dit moment. De heer Schipper: We hikken ook aan tegen het punt van de plaatselijke ondernemers. We hebben nadrukkelijk gezegd, de hele raad ook, het college voorgehouden en het college stemde daarmee in om plaatselijke ondernemers te betrekken bij projecten van de gemeente. Ik heb een directe vraag aan de heer Kuipers. Zijn er in gemeente Vlagtwedde installateurs die panelen kunnen installeren? Dat is voor ons een cruciale vraag. Een ander punt is, dat hangt een beetje samen met mijn punt over het lage profit element. Het is toch een beetje pervers dat grootverbruikers van energie, daar kunt u als college niets aan doen, een lagere prijs moeten betalen per eenheid energie. Je zou het eigenlijk andersom moeten hebben. Grootverbruikers zouden veel meer per eenheid betalen dan juist de kleine verbruikers die zuinig zijn. Maar dat staat even los van deze discussie. De vraag blijft, de installateur in de gemeente Vlagtwedde. Wethouder Kuipers: De laatste opmerking van de heer Schipper zal ik niet bestrijden dat daar een beetje tegenstrijdigheid in zit. Grootverbruikers die voordeel hebben in relatie tot kleinverbruikers. Die
9
discussie gaan we niet voeren. Het zal u bekend zijn dat wij bij aanbestedingen over het algemeen werken met groslijsten. Op groslijsten staan ondernemingen waar wij ooit eens zaken mee hebben gedaan en goede ervaringen mee hebben. Of daar staan ondernemingen op die zich melden bij de gemeente, hun visitekaartje hier afleggen en die zeggen en laten zien, referenties overleggen, wat ze kunnen. Die komen op zo´n groslijst terecht. Vanuit die groslijst wordt over het algemeen in eerste instantie geput als het gaat over een aanbesteding. Deze bedrijven kwamen voor op die groslijst. Uiteraard zijn er meer bedrijven in de gemeente en directe omgeving die ook zonnepanelen leveren en die in combinatie met een installatiebureau dat ook kunnen gaan uitvoeren. Die bedrijven waren op dat moment bij de afdeling Bouwkunde en bij het Adviesbureau niet bekent en stonden ook niet op de groslijst. Inmiddels is het zo dat we als college een bezoek hebben gebracht aan Solarenergy. We hebben daar een uitgebreide en intensieve voorlichting gehad over wat allemaal mogelijk is met zonnepanelen. Het blijkt dat ondanks het feit dat daar een boeiend verhaal werd verteld, Solarenergy niet voorkomt binnen de groslijst van onze gemeente. We hebben ook meteen geadviseerd om daar wel werk van te maken en dat te laten doen. En dan in combinatie met een installatiebedrijf eventueel bij verdere opdrachten in beeld te komen. Een verdere opdracht kan bijvoorbeeld zijn, dat heeft u meegegeven aan collega Lok, om nog eens bij het verwijderen van de asbestplaten op de werkplaats in Sellingen te kijken of er ook zonnepanelen mogelijk zijn. Dat zou dus zo´n mogelijkheid zijn om eventueel een lokale partij wel te benaderen. Maar ons uitgangspunt is, benader in eerste instantie ondernemers van de groslijst, waar we ervaring mee hebben, waar we goede ervaring mee hebben. Elke plaatselijke ondernemer heeft de mogelijkheid om zich op zo´n groslijst te laten plaatsen. We gaan inderdaad niet de boer op, links en rechts zomaar offertes opvragen bij willekeurige bedrijven die we niet kennen en waar we ook geen referenties van hebben. Mevrouw Heidekamp: Even naar aanleiding van het betoog van de wethouder en ook naar aanleiding van de eerdere vraag over de nieuwe aanbestedingswet. Er is wel het een en ander verandert in de nieuwe aanbestedingswet. Ook ten aanzien van hoe je om kunt gaan met plaatselijke ondernemers en groslijsten. Ik denk dat het betoog van de wethouder al niet meer helemaal conform de nieuwe regelgeving is. Ik denk dat het ook goed is om nog eens goed uit te zoeken hoe dat in de toekomst kan, want het is volgens mij niet helemaal meer zoals hij nu geschetst heeft. Het is ook voor ons als raad goed om te weten wat er wel of niet kan. Want als we iedere keer terugkomen naar het college met dit soort wensen, terwijl ze eigenlijk niet meer helemaal passen binnen de regels, dan denk ik wel dat het goed is om ons daar wat in te beperken en hoe wij claims bij het college neerleggen. De voorzitter: Ik denk dat het college deze suggestie graag meeneemt. Dit voorstel gaat als bespreekstuk naar de besluitvormende raad van 23 april 2013. 10. Verduurzamen openbare verlichting. Mevrouw Wijnholds: Eigenlijk is de heer ter Veen woordvoerder over dit soort zaken, maar omdat we financiële vragen hebben mag ik het doen. Een aantal vragen. Op bladzijde 3 staat onderaan dat de kosten globaal geraamd worden op 2,3 miljoen exclusief btw. En er zijn nog een aantal onzekere factoren die invloed hebben op de uiteindelijke kosten. Er is nog geen onderzoek gedaan naar de stabiliteit van de lichtmasten en dat soort dingen. Op bladzijde 4 gaat het verder, wat allemaal ook niet binnen het budget kan. We vragen ons af, als het niet duidelijk is wat het juiste bedrag is van de totale investering of we dan niet beter kunnen kijken of we alles in één keer kunnen doen. Als we alleen maar zeggen, we geven 2 miljoen en aan het einde blijft er één straat over waar geen geld meer voor is dan ben je een beetje vreemd bezig. Er is nu geen beeld van het totale plaatje. Dan vragen we ons ook af, die 2,3 miljoen is exclusief btw, maar het btw-compensatiefonds wordt afgeschaft. Dat betekent dat we wel btw moeten betalen. Dat betekent ook dat we minder kunnen uitgeven. Eerst blijft het ten delen nog. Daar is verder nog niet naar gekeken. Zijn daar de resultaten van? Mevrouw Veneman: Mijn vraag sluit een beetje aan bij de vraag van mevrouw Wijnholds. Hoe zit het precies met de bedragen die in dit voorstel genoemd worden. In het besluit wordt een bedrag genoemd van 1,9 miljoen, omdat er al een keer € 30.000,00 beschikbaar is gesteld. Dat klopt. Maar op de bladzijde daarvoor wordt dan weer een bedrag genoemd van 2,3 miljoen exclusief btw voor het totale plan. Ik wilde graag wat meer inzicht in de bedragen die genoemd worden. Mevrouw Kruiter: Bij punt 4 worden wegen genoemd. Vervallen de wegen die hier niet genoemd worden qua openbare verlichting? Of blijven die bestaan zoals ze zijn? Dan heb ik nog een vraag over de provinciale weg de N365. Het gaat eigenlijk om de Wilhelminastraat. Komen er in die masten ook stopcontacten voor feestverlichting. In het verleden heeft de Handelsvereniging Vlagtwedde ooit
10
een verzoek ingediend om daar extra stopcontacten aan te maken. U lacht meneer Potze, maar dat is een hot item in Vlagtwedde. De heer Timmermans: We maken ons wat zorgen over de verlichting op de provinciale wegen. In het rapport staat genoemd dat Westerwolde als duisternisgebied wordt aangewezen. Maar de masten zijn van de gemeente. Ook de lasten zijn voor de gemeente. Dus we hebben ook de zeggenschap over de masten, laat dat heel duidelijk zijn. Verder maken we ons ook heel veel zorgen over de fietsroutes, met name de schoolroutes. Er zijn wegen waar de verlichting wordt weggehaald, dat zijn wel schoolroutes met fietspaden. Ik ben regelmatig rond 7 uur ´s morgens op pad en ik kom grote groepen fietsers tegen. Ik moet er niet aan denken dat die over duistere fietspaden moeten gaan fietsen. De veiligheid van de scholieren en van andere gebruikers van de fietspaden dient wel gewaarborgd te zijn. Wat ons betreft kan dat met een dimbare verlichting, of tijdverlichting, maar de veiligheid staat bij ons heel hoog. De heer Sinnema: Eén opmerking, die veiligheid raakt ons allemaal. Ik neem aan dat in het voorstel de veiligheid goed in ogenschouw is genomen. Wij zijn wel benieuwd naar hoe het een en ander er nu uit komt te zien. Het is waar wat de heer Timmermans zegt. Hoe pakt het nu uit voor de fietspaden? De heer Meendering: In grote lijnen is het een goed plan waar wij ons in kunnen vinden. Al blijft het op locaties lastig, hoe ga je daarmee om? Er worden in het plan een aantal locaties genoemd. We zouden er nog één aan toe willen voegen, om daar nog eens kritisch naar te kijken. Dat is het gebied rondom het klooster. De Sellingerstraat die daar loopt. Daar staat iedere 25 meter een lantaarnpaal. Dat is een heel goed verlicht gebied. Dat zou absoluut wat minder kunnen. Het parkeerterrein rond het Boschhuis, hoewel het geen gemeentelijke terrein is, is ook altijd zeer overdadig verlicht. Dat gebied heeft een hele hoge natuur- en belevingswaarde. Als het ergens donker zou moeten zijn of donkerder is het ook dat gebied. De relatie tussen provincie en gemeente, een aantal fracties benoemen het ook. Wie bepaald en wie betaalt nu wat? Dat is ons niet helemaal duidelijk uit de stukken. De heer Schipper: Het is een sympathiek voorstel. 40% besparing op energie. En 40% op onderhoud. Wie kan daar echt tegen zijn. Wij zijn wel verbaasd dat in het stuk staat, dat er tijdens een busrit bepaald zou zijn dat het huidige verlichtingsniveau zou moeten worden gehandhaafd. Wij weten van niets. En busritten zijn ook niet plekken waar besluiten worden genomen. Voor ons hoeft niet per se het huidige verlichtingsniveau gehandhaafd te worden. We onderstrepen echter wel hetgene wat ook hier in het stuk staat, wat de provincie ervan zegt. Namelijk de kernkarakteristieken. Meneer Timmermans, duisternis en stilte, onderschrijven wij van harte. Wat ons betreft zou ook de gemeente dat moeten bevorderen. De oplossing die er in staat, namelijk een goed dimregime toepassen op de juiste momenten op de juiste lichteenheid, dat lijkt ons uitstekend. Er is nog wel één vraag. Er staat dat er nog met de provincie moet worden overlegd. Is er nog geen zekerheid dat de provincie dit zal steunen? Verder is het taakstellend krediet wat ons betreft akkoord. Wethouder Lok: Ik heb hier aan mijn linkerhand twee deskundigen zitten. De heer IJbema als gemeentelijke projectleider en de heer Ottens die het diepere onderzoekswerk heeft gedaan. Dus ik zal ook een aantal vragen naar links doorschuiven. Als het te moeilijk of te technisch wordt dan ben ik blij met deze heren aan mijn linker zijde. De heer Schipper heeft denk ik de bus gemist. Wij hebben de raad een avond uitgenodigd om te discussiëren over de openbare verlichting in ons gebied. Daar heeft ook een busritje plaatsgevonden om ook in het terrein kennis te nemen van de toestand van onze openbare verlichting bij duisternis. Want overdag zie je dat natuurlijk niet, dat is lastig. Tijdens die busrit is uitvoerig gediscussieerd over de openbare verlichting. Nut en noodzaak van bepaalde plekken die wel of niet verlicht moesten worden. Die discussie en de resultaten daarvan hebben wij uiteraard meegenomen in deze aanpak. Want daarvoor hebben we dat toen ook uiteraard georganiseerd, om de gevoelens in de raad te onderzoeken. Verder zijn er nogal wat vragen over de provincie en over het overleg met de provincie en de rol van de provincie. Aan de provinciale wegen zijn wij eigenaar van de openbare verlichting. Dat is in het verleden zo geregeld. De provincie als wegbeheerder gaat over de inrichting van de weg. Dus die gaat in principe over de verlichting, niet alleen over hoe de weg ingericht is. Nu hopen we daar in goed overleg uit te komen. U hebt ook in het stuk kunnen lezen hoe de provincie hierin staat. De provincie houdt van duisternis. Dat is een keuze. Sommigen lopen liever in het licht, maar de provincie houdt van duisternis. Dat is hun standpunt. Wij hebben gedacht daar aan tegemoet te komen door dat dimregime in te stellen. De raad heeft tijdens die excursie gezegd, laat de verlichting zoveel mogelijk staan, vervang ze als het nodig is, ook door energiezuinige verlichting, maar laat in ieder geval dat wat er is staan. Dat is ons uitgangspunt geweest. Daar moet nog over overlegt worden met de provincie. Dat is nog niet keihard.
11
Er zijn nog geen keiharde afspraken over gemaakt. Wij hebben er vertrouwen in zoals wij die aanpak nu hebben geschetst in het raadsvoorstel dat het haalbaar is. Daar is nog geen definitieve overeenstemming over, dat is de status voor wat betreft het overleg met de provincie. Dan even over de veiligheid van de schoolroutes, hebben wij daar voldoende oog voor gehad? De voorzitter: U geeft het woord aan de heer IJbema? De heer IJbema: De schoolroutes, dan gaat het met name om, denk ik, de fietspaden langs de provinciale wegen. In principe verandert het lichtbeeld aan de provinciale wegen niet. Zeker niet tijdens spitsuren en vroeg in de avond en ´s ochtends na 6 uur. Dat betekent dat de lampen die nu langs de provinciale wegen staan in principe blijven staan. Het nadeel van led is wel dat die veel gerichter op de weg schijnen. Dus wij zullen bij de keuze van de armaturen ook er nadrukkelijk aandacht voor moeten hebben dat ook het fietspad nog voldoende verlicht blijft zoals het nu ook verlicht is. Dat zou technisch best wel lastig kunnen zijn, maar dat heeft zeker onze aandacht. Een onderdeel van de vraag was ook waar wij verlichting weghalen. Dat zijn eigenlijk maar op twee plekken, langs de Onstwedderweg, maar op die plek wordt er dan langs het fietspad verlichting bijgeplaatst om in ieder geval de schoolroute verlicht te houden, en langs de Nulweg. En daar ligt een op dit moment een vrij liggend fietspad. Dat ligt door het bos, wat nu ook niet verlicht is. Ik weet ook niet of dat echt een schoolroute is. Daar zijn in ieder geval voldoende alternatieve fietsroutes voor te vinden. De heer Timmermans: Ik kom regelmatig fietsers vanaf 7 uur ´s ochtends tegen op de Nulweg. Grote groepen vanaf de Vetstukken komen langs de Nulweg. Dat is niet zozeer door het bos, het ligt echt langs de Nulweg. Dus ook het fietspad richting de Havenstraat. Wethouder Lok: Wij zullen dat nog even goed in ogenschouw nemen hoe de schoolroute daar loopt. Het uitgangspunt is dat we veilige schoolroutes willen. Mevrouw Kruiter had een vraag of de openbare verlichting vervalt langs de wegen die niet genoemd worden. In mijn beleving is het uitgangspunt dat dat niet het geval is. Dat heb ik ook in mijn eerste woorden gezegd. Conform de raadsdiscussie die gevoerd is. In de Wilhelminastraat zou de openbare verlichting ook worden vervangen. En de mogelijkheid voor stopcontacten, is dat een optie om daar naar te kijken? De heer IJbema: We gaan serieus kijken naar de vraag van de Handelsvereniging in Vlagtwedde. We hebben ondertussen een onderzoekje gedaan wat het dan precies voor de installatie betekent. Een stopcontact heeft nogal wat consequenties omdat we een niet bemetert net hebben. Hoe reken je dan de stroom af? Daar zitten nogal wat consequenties en kosten aan vast. Dat gaan we de komen tijd netjes op een rij zetten, dan zullen we dat voorleggen aan het college. En dan zal daar, neem ik aan, een standpunt in bepaald worden. Wethouder Lok: Dan zijn er nog wat financiële vragen. In het stuk staat dat de totale kosten worden geraamd op 2,3 miljoen. Dat is een raming. Er zijn nog wat onzekere factoren, zoals de stabiliteit van de lichtmasten en ook de aanbesteding. Dat kan soms ook wel 10% of 20% verschillen. Het blijft een raming. Ooit is er door de raad een krediet beschikbaar gesteld in het MIP van 2 miljoen. We kijken hoever we daarmee kunnen komen. We hebben het bedrag van € 30.000,00, wat ooit is uitgegeven aan de openbare verlichting in een eerder stadium, daar van af getrokken. We proberen het met die € 1.970.00,00 te doen. We kijken hoever we komen. Het blijft op basis van een raming. Daar zit toch wel een behoorlijke marge is. Het kan mee- of tegenvallen. Mocht dat tegenvallen dan komen we uiteraard bij u terug. We hebben nog een regulier vervangingsbudget, ook daar kunnen we eventueel nog uit putten. Dan rest nog een vraag over de btw. Mevrouw Wijnholds: Die heb ik net nagekeken en die mag u vergeten. Wethouder Lok: Ik begrijp dat ik die vraag als niet gesteld kan beschouwen. Dan denk ik dat de vragen beantwoord zijn. Mevrouw Wijnholds: Dat wij 2 miljoen taakstellend hebben gegeven, dat weet ik wel. Maar het ging mij er om dat als wij nu weten wat het totaal bedrag wel is, dan kunnen we een keuze maken. Want zoals we al zeiden, als je voor die 2 miljoen één straat in Ter Apel net niet kunt doen dan was het handiger geweest dat we voor 2,1 miljoen alles wel konden doen. Vandaar dat we vragen of er een richtlijn gegeven kan worden. Wat kost het als we wel alles gaan meenemen. Dan kunnen we een goede keus maken.
12
Mevrouw Veneman: Ik maak uit de woorden van de wethouder op dat wij proberen voor die 2 miljoen het plan uit te voeren. Alleen op de bladzijde daarvoor staat een bedrag van 2,3 miljoen. Dus dat zou het ook eventueel kunnen worden, met de onzekerheden die u net genoemd hebt? Dat staat namelijk op de bladzijde ervoor. Oké, dank u wel. De heer Heijne: Ik praat misschien voor mijn beurt. Het gaat namelijk over het groene licht. Ik heb begrepen uit de tekst, toentertijd is daar een motie voor ingediend, daar zou naar gekeken worden, dat het eigenlijk voor onze gemeente niet haalbaar is om groen licht te gaan plaatsen. Omdat in de buurgemeenten nogal wat straten zijn die daarmee verlicht zijn. Er zijn mensen die er blij mee zijn en anderen wat minder. Daar ga ik niet over. Zoals ik het lees is groen licht in onze gemeente niet haalbaar. Ik lees dat het ook duurder is. De heer Sinnema: Eén opmerking, voor groen licht moet je goede ogen hebben. De heer Meendering: We hebben vanuit onze fractie in de eerste termijn een vraag gesteld over het grote hoeveelheid licht bij de kloosterenclave, of daar ook nog eens een herbeoordeling gemaakt kan worden op het aantal lichtpunten wat daar staat. Dan zegt de wethouder net dat er krediet beschikbaar gesteld is in het MIP. Ik wil nogmaals weer benadrukken, hier wordt het beschikbaar gesteld. De MIP-discussie voeren wij elke keer weer. Daar worden geen kredieten beschikbaar gesteld. Tot slot nog even de vraag van mevrouw Kruiter, die stelde iets voor de handelsvereniging in Vlagtwedde. We hebben natuurlijk een veel grotere gemeente. We hebben ook kernen in Ter Apel, Sellingen en Bourtange waar soms feestverlichting hangt. Zonder dat wij willen zeggen dat wij dat mooi of niet mooi vinden en of wij er voor zijn, als wij iets in Vlagtwedde creëren dan moeten we dat denk ik ook in andere kernen doen om te voorkomen dat we een precedentwerking gaan scheppen. De heer Schipper: Ik vind het toch een beetje jammer dat de heer Lok de suggestie wekt dat hij de duisternis niet op zijn juiste waarde weet te schatten als hij zegt dat de provincie het licht nog niet heeft gezien. Het college doet zelf mee aan de nacht van de nacht. Duisternis is een heel belangrijke kwaliteit, ook voor de toeristen trouwens. Een ander punt, dat gaat over onze fractie. Wij werken als team, meneer Lok, en we hebben zeker niet de bus gemist toen de schouw was. Ons fractielid Willem Hoftijzer deed mee en wist niet van die uitgangspunten, waarvan akte. Wethouder Lok: Nog even de opmerking van de heer Schipper over de duisternis. Ik kan de duisternis absoluut wel waarderen, laat dat duidelijk zijn. Ik denk ook dat op plekken waar het duister kan zijn dat het ook duister moet zijn. Dat is ook een kwaliteit van ons gebied. Alleen is het natuurlijk altijd een afweging met betrekking tot veiligheid. Dat is best wel een lastige. De heer Meendering maakt nog een aantal opmerkingen over de techniek van het MIP. Die zijn bij het college bekend. Verder maakt hij een opmerking over de kloosterenclave. Daarin zullen wij nog eens een blik werpen en kijken of daar een eventuele lichtreductie kan worden gedaan. De heer Heijne maakt nog een opmerking over groen licht. Er is een hele uitgebreide notitie over het groene licht toegevoegd. Ik weet niet of daar nog toelichting op behoeft. De heer Ottens: Ik heb een notitie geschreven over groen licht. Dat is ontstaan vanuit de eerste led verlichting die in Nederland ontwikkeld is. Het is een led die op dezelfde manier als een oude televisie werkt, dus blauw, groen en rood. De RGB kleurtjes. Daar heeft led verlichting mee te maken, maar die is niet zo zuinig als de nieuwe led verlichting, de witte led verlichting die heel veel op de markt komt. Heel veel gemeenten hebben dat inderdaad geplaatst. Maar inmiddels is er wat meer zuinige verlichting op de markt, die ook beter presteert en een beter verlichtingsrendement heeft. Wethouder Lok: Dan nog even terug op de financiering en hoe we dat aanpakken. Misschien dat de heer IJbema daar nog iets over kan zeggen. De heer IJbema: De lijst die in het plan van aanpak staat gaat er vanuit dat de oudste en meest energie slurpende verlichting het eerst aangepakt wordt. Hoe verder we die lijst afwerken, hoe minder rendement het gaat opleveren. De keuze van welke straten is ook puur ingegeven op het feit van waar staat verlichting die op dit moment heel veel energie verbruikt. In Ter Apel zien we een aantal straten, die er niet op staan en in de kern Vlagtwedde staat er bijna niets op. Dat is ingegeven omdat de verlichting die er staat nog niet zo heel oud is. We gaan natuurlijk niet verlichting die nog maar 10 jaar staat nu al weer vervangen. Dat zou een stukje kapitaalvernietiging zijn. De volgorde op de lijst is puur op basis van materiaal wat eigenlijk is afgeschreven, wat toch al vervangen moet worden. En op basis van het energieverbruik nu, dat is de volgorde waarin we gaan vervangen. Als het geld op is dan stopt op een gegeven moment de investering, maar dan is wel het meest noodzakelijke gebeurd. En wat dan staat, dat moet dan wel op redelijke korte termijn nog vervangen worden. Maar daar
13
hebben we ook reguliere vervangingsbudgetten voor. Dan kunnen we kijken hoever we daarmee komen. Als we dan toch nog een probleem houden dan zullen we denk ik via het college bij u terug komen om te bespreken hoe we daar eventueel verder mee kunnen. Maar ik denk dat we met dit bedrag een heel eind op pad zijn. De heer Heijne: Eigenlijk niet zozeer over dit verlichtingsplan, hoewel het wel met verlichting te maken heeft. Ik kwam vorige week van Friesland en in Twente ben ik het ook al tegen gekomen. Er zijn soms plekken waar helemaal geen verlichting staat maar toch hebben ze daar in de straat een soort lamp zitten, maar nu weet ik niet of het reflecterend is. Maar volgens mij brand die altijd. Zodra je er langs komt geeft het een heel duidelijk beeld van hoe de weg verloopt of dat er een rotonde in aantocht is. We hebben die spaarzame lampen in het buitengebied en we krijgen straks misschien een wegenplan of misschien moet er onderhoud plaatsvinden. Misschien is het in de toekomst voor ons van belang om dat soort verlichting te gebruiken. Ik weet de prijs niet. Ze zijn misschien maar een paar centimeter groot, het zijn geen kattenogen. Volgens mij is het een soort nieuwe verlichting. Ik weet niet of het hierin mee moet worden genomen en of het fenomeen bekend is. De heer Meendering: Ik heb in de tweede termijn nog een opmerking geplaatst over het plaatsen van stopcontacten in Vlagtwedde en of dat ook in andere kernen bekeken moet worden om te voorkomen dat we straks geconfronteerd worden met extra kosten en dat er een precedentwerking ontstaat. Daar is geen reactie op gegeven. Wethouder Lok: Bij de Hoofdstraat hebben we uitgebreid inspraakoverleg gevoerd met alle ondernemers. We hebben net weer een bijeenkomst gehad over de uitvoering van het plan en hoe we het aan gaan pakken. Dus we gaan uiteraard bij dit soort gelegenheden in overleg met alle belanghebbenden. Daar horen ook de ondernemers bij en de Handelsverenigingen. Als die aangeven wat zij als voorkeurverlichting hebben en hun wensen kenbaar maken dan gaan wij daar natuurlijk serieus mee aan de slag. Dit voorstel gaat als bespreekstuk naar de besluitvormende raad van 23 april 2013. 11. Beleidsplan schuldhulpverlening. De heer K. Buigel vervangt mevrouw H.B. Wijnholds bij dit agendapunt. Wethouder Klap: Ik wil met name het voortraject voor het beleidsplan schuldhulpverlening even schetsen. Het is een bijzonder proces geweest. We hebben in de werkgroep wmo-wwb eind vorig jaar gediscussieerd over schuldhulpverlening omdat de kosten wat hoger liggen dan in de begroting is geraamd. Wij zagen ook dat er een wachtlijst ontstond. Er moest wat gebeuren. Er is een goede discussie geweest in de werkgroep. Aan het eind van de werkgroep vergadering werd gezegd of het verstandig was om de notitie die toch aangepast moest worden te bespreken met de hele raad. Dat is vervolgens ook gebeurd. Als je dat dan doet dan ben je ook haast verplicht om alle cliëntenraden en medezeggenschapraden die er zijn, te laten brainstormen over de notitie. Ook dat is gebeurd. Alle drie de raden waren daar vertegenwoordigd. Ik moet zeggen dat het een heel prettig proces is geweest, althans van mijn kant. Ik ben blij dat het stuk er nu ligt. Er is door de wmo-adviesraad en de seniorenraad geen advies meer uitgebracht omdat zij vinden dat hun inbreng van die avond meer dan voldoende verwerkt is in het beleidsplan. De wwb-adviesraad heeft wel een advies uitgebracht. Daarvan zijn de beleidsmatige dingen verwerkt in het beleidsplan. Daar waar het gaat om uitvoeringszaken hebben wij toen aan hun gezegd dat wij die meenemen bij de uitwerking. Gistermorgen heb ik nog een gesprek gehad met de voorzitter van de wwb-cliëntenraad en zij was heel tevreden over wat nu meegenomen is. Dat even vooraf. De heer Bogaerts zal mij als senior beleidsmedewerker en schrijver van het stuk assisteren bij dit verhaal. De heer Eilert: Ik kan alleen maar de woorden van de heer Klap onderschrijven. De voorbereiding verdient een compliment. Ik heb dat als zeer nuttig ervaren en ik hoop mijn collega´s, mederaadsleden ook. Het is zeker, dat ben ik met de wethouder eens, een manier van voorbereiding die we wat mij betreft vaker kunnen doen in de toekomst. Ik heb het stuk vanochtend in de trein gelezen en ik wil er een paar woorden uithalen die wat mij betreft kenmerkend zijn voor het stuk. Er wordt gezocht naar effectievere en duurzame oplossingen. Er wordt maatwerk verricht. Er ligt een stuk verantwoordelijkheid bij de cliënt. En we hebben het over preventie en nazorg. Dat zijn wat mij betreft belangrijke elementen in dit stuk. Dat maakt het stuk ook een heel goed plan. Ik heb toch een tweetal vragen. Eentje betreft het voorstel wat gedaan wordt. Er wordt voorgesteld om de huidige wachtlijst van 70 personen weg te werken zodat de wachttijd weer wordt teruggebracht naar het gemiddelde van 4 weken. Er wordt een bedrag van € 55.000,00 gevraagd. Mijn vraag daarbij is, wat is de gedachte van het college bij het wegwerken van de wachtlijst, op welke manier gaat dat
14
gebeuren? Dat wil ik graag weten. Voor wat betreft het stuk zelf heb ik een opmerking. Er wordt in het stuk meerdere malen aangegeven, dat er ook verschillende andere instanties betrokken worden bij deze schuldhulpverlening. Ik heb volgens mij destijds in diezelfde avond aangegeven, dat dat op zich een prima idee is mits de kwaliteit ook gewaarborgd wordt van de mensen die daarmee bezig zijn. Dat zou ik eigenlijk ook wel graag opgenomen willen zien in het stuk. Dat lijkt me verstandig om dat te doen. De heer Meendering: GroenLinks kan onderschrijven wat hier door de heer Eilert is gezegd. We hebben de totstandkoming van dit proces heel erg positief ervaren. Er is goed gediscussieerd tussen de verschillende aanwezige raadsleden. Er ligt nu een stuk waar wij achter kunnen staan. Dit blijft natuurlijk een hele lastige materie. Omdat het over mensen gaat en over mensen die in de problemen zitten. Inhoudelijk hebben wij eigenlijk geen vragen. Als we kijken naar de besparingen die dit op moet leveren zijn er twee zaken die ons opvallen en waar wij vragen over hebben. Dat is onder punt 3, de eigen bijdrage. Daar is uitvoerig over gediscussieerd. Wij zijn ook voor die eigen bijdrage. Omdat het toch ook een stukje eigen belang is. Aan de andere kant wordt er dan gesteld dat er een besparing uitkomt van € 36.000,00. Hoe reëel is dat? Want dit zijn allemaal mensen die op het moment dat ze in het traject zitten een erg laag inkomen hebben. Een inkomen wat rond het minimum zit. Wij zijn bang dat het gros van deze mensen dan toch in aanmerking komt voor de bijzondere bijstand. Dat die besparing weleens tegen kan vallen. En dan een tweede besparing die opgenomen is, is de kredietbeperking van 2% op de doorbetalingen. Ook dat is voor GroenLinks iets wat absoluut gelovenwaardig is. Want voor de schuldeisers is het zeker dat ze een deel van hun geld krijgen. Dus die 2% is heel reëel. Alleen is dat wel afhankelijk van de afspraken die gemaakt kunnen worden. Hoe concreet is dat? Hoe hard kunnen we dat maken, dat we inderdaad die 2% gaan vragen en dat die besparing gerealiseerd wordt. Mevrouw Heidekamp: Ook het CDA is van mening dat de totstandkoming heel goed is verlopen. Ook het feit dat ook de adviesraden, alle drie, nadrukkelijk zijn betrokken op een aparte avond. Dat is helemaal oké. Zeker gelet op het aantal keren dat wij hier juist brieven van diezelfde raden hebben gehad. Dat ze zich toch wat gepasseerd voelden. Complimenten daarvoor. Het stuk is ook goed onderbouwd. Het zit goed in elkaar. Het geeft ook een antwoord op het probleem wat op ons afkomt en tegelijkertijd komt het tegemoet aan de problemen die mensen hebben waar natuurlijk de hele schuldhulpverlening voor bedoeld is. De doelstellingen zijn goed. Tegelijkertijd weten we ook dat het barre tijden zijn. Dat er in het hele land een behoorlijke toename is van mensen die met schulden in de problemen komen. Dus het verzoek van ons is toch wel om naast de besparingen realiseren vooral ook heel erg te kijken of we de mensen ook echt blijven helpen. Uiteindelijk zullen we er, niet alleen financieel maar ook in andere opzichten, maatschappelijk, niet beter van worden, wanneer we mensen niet meer helpen, waar dat wel echt nodig is. Complimenten voor het stuk, goed onderbouwt. We staan er volledig achter. Wij vragen het college met nadruk te monitoren hoe dat nu uitpakt en ondanks alles wat we proberen mensen niet buiten de boot te laten vallen. Dat zouden we graag willen voorkomen. Mevrouw Veneman: Evenals de vorige sprekers vind ik ook dat de voorbereiding heel goed verlopen is. Tijdens de gesprekken met ons als raadsleden is de inbreng zo geweest dat we ons daar goed in hebben kunnen vinden. Ik heb het tenminste als heel positief ervaren. We hebben ook geen vragen meer over de inhoud van het stuk zoals het nu voor ons ligt. We hebben grote waardering voor wat er nu ligt. Er is geprobeerd om alle facetten van deze problematiek zo goed mogelijk voor het voetlicht te brengen. Daar is men, zoals het nu ligt, heel goed in geslaagd. Ik hoop hetzelfde wat mevrouw Heidekamp zegt, dat we de mensen kunnen blijven helpen die dat nodig hebben en dat dat ook in de toekomst geborgd kan blijven. De heer Buigel: Allereerst willen wij ook onze waardering uitspreken voor de vlotte totstandkoming van dit beleidsstuk. Door de nauwe samenwerking met ons als raad, maar ook met de participatieraden, alle lof hiervoor. De VVD is zeer tevreden met het voorliggende stuk waarin de eigen verantwoordelijk van schuldenaren goed verwoord en benadrukt wordt. Onze mening is dan ook dat voor toetreding tot de schulphulp de schulphulpvrager voldoende inzicht, maar ook inzet toonbaar moet kunnen maken dat hij of zij er alles aan heeft gedaan om zijn schuldenlast te minimaliseren. Daarnaast zouden we willen opmerken dat bij dreigende schulden ook de hypotheekverstrekkers genoemd kunnen worden. Niet elke schuldhulpvrager heeft een huurhuis. In het voorliggende beleidsstuk krijgt ook de schulphulpverlener alle mogelijkheden tot individueel maatwerk. Want de schulphulpproblematiek kan per aanvraag enorm verschillen. Zo zijn de schuldeisers bij een ZZP´er geheel anders als van een cliënt met betalingsproblemen bij een Wehkamp, Neckerman, Otto of Pabo. Want inderdaad, de laatste is ook een postorder, al is het van een ondeugende aard. Ondanks dit duidelijke en overzichtelijk beleidsstuk heeft onze fractie toch nog
15
een tweetal vragen. Qua doelgroep en toelatingsbeleid kan een ondernemer uitsluitend in aanmerking voor schulphulpverlening na beëindiging van zijn of haar bedrijfsactiviteiten. Dit verbaast ons enigszins. Want wij kunnen ons goed voorstellen dat een onderneming gezond is, maar dat aan privé zijde een schuldhulpvraag bestaat door bijvoorbeeld scheiding, alimentatie of een lastig verkoopbaar huis. Zou de wethouder dit kunnen uitleggen of onze interpretatie juist is? Vraag twee, van cliënten kan een maandelijkse eigen bijdrage gevraagd worden van € 50,00 mits dat de gemeente kosten maakt voor de schuldhulpverlening. Bij onvoldoende draagkracht kan dan bijzondere bijstand aangevraagd worden. Doordat de bijzondere bijstand inkomensrichtlijnen kent bestaat de mogelijkheid dat hierdoor inkomenspolitiek door de gemeente wordt bedreven. Het zou voor kunnen komen dat er een onevenwichtige, scheve situatie zou kunnen bestaan, waardoor de ene cliënt meer zou betalen dan een andere. We zouden dan liever zien dat men een eigen bijdrage baseert op een percentage van de draagkracht dan wel een gestaffelde vorm in eigen bijdrage naar inkomen. Ik heb even een voorbeeld. Stel dat een cliënt bij de GKB op bijstandsniveau zonder beslag op inkomen die wel een toekenning krijgt voor bijzondere bijstand maar een cliënt die 111% van het wettelijk minimumloon verdient maar met een loonbeslag van 90% naar bijstandsniveau zou dan geen aanmerking krijgen voor bijzondere bijstand. Dan krijg je een verschil hierin. Is deze interpretatie juist? Wethouder Klap: Als portefeuillehouder ben ik natuurlijk vereerd met alle complimenten die mij, maar ook zeker het ambtelijk apparaat ten deel vallen. Het is een bijzonder proces geweest. De heer Eilert zegt het, maar ook voor mij is het voor herhaling vatbaar. Wellicht dat in de toekomst bij een ander onderwerp dit nogmaals zo zal gebeuren. Dan even naar de vragen. De heer Eilert zegt dat er € 55.000,00 gevraagd voor 70 personen die nu op de wachtlijst staan. Op welke manier gaat het college die wegwerken? Als u die € 55.000,00 beschikbaar stelt dan kunnen wij opdracht geven aan het GKB om voor iedere persoon in kwestie een trajectplan te maken. Net als de anderen de weg volgen, maar dit zal wat versneld gaan. Op dit moment zijn daar geen middelen voor, daarom is ook die wachtlijst ontstaan. Als wij spreken over andere instanties, dan noemen wij instanties die betrokken zouden kunnen worden bij schulphulp. Van Humanitas is bekend dat daar intern een cursus voor wordt gegeven en waar ook in gewaarborgd is dat privé omstandigheden niet naar buiten komen. Maatschappelijk werk is bijvoorbeeld ook één van de instanties die snel bij kunnen dragen aan het verminderen van schulden. Vaak zien we dat er niet alleen schulden maar ook andere maatschappelijke problemen zijn. Volgens ons moet je eerst de onderliggende problemen oplossen zodat je uiteindelijk die schuld kunt wegwerken. Maar ook dat die weg blijft. De vraag van GroenLinks zal de heer Bogaerts straks beantwoorden. Het CDA verzoekt om mensen te helpen. Volgens mij hebben wij dat altijd gedaan. We hebben nooit gezegd, het geld is op dus u gaat maar ergens anders buurten. Dat doen we dus niet. We hebben hier heel nadrukkelijk een beleidsplan neergelegd, die wat ons betreft tegemoet komt aan datgene wat we willen, namelijk iemand helpen. Ook die wachtlijst moet weg, dat moet opgelost worden. Vervolgens moeten wij in staat zijn om iedereen te helpen en ook maatwerk te verrichten. Dat is ook de bedoeling van dit college. Wij zullen dit ook zeker monitoren. Op het moment dat het de verkeerde kant op gaat zal ik de raad zeker melden dat wij hier nog eens een keer met elkaar over moeten spreken. De vraag van de VVD zal ook beantwoord worden door de heer Bogaerts. De heer Bogaerts: Voor de eigen bijdrage is een berekening gemaakt van 120 dossiers keer de € 50,00 keer 12 maanden is € 72.000,00. De inschatting is dat de helft zeker in aanmerking zou kunnen komen voor bijzondere bijstand. Dat zou een besparing op kunnen leveren van € 36.000,00. Dat zijn inderdaad aannames. Wij hebben het GKB gevraagd om die aanname te toetsen. En zij kwamen inderdaad uit dat ongeveer 50% van hun dossiers naar hun inschatting in aanmerking zou komen voor bijzondere bijstand. We denken inderdaad die € 36.000,00 te kunnen realiseren. Het is een aanname, dat is inderdaad zo. Is die 2% reëel? Het is een heel goed plan. Je hebt daar de medewerking nodig van partijen. Andersom werkt het vaak zo dat als je factuur thuis krijgt en betaalt binnen 8 dagen dan mag je 2% kredietbeperking toepassen. In die optiek hebben wij gedacht dat het inderdaad reëel zou zijn. Er is één partij die met de GKB afspraken heeft gemaakt, dat is de Nederlandse Energiemaatschappij. Die heeft toegezegd, en die past het nu ook toe, om 2% afdracht aan de GKB te doen voor het vergoeden van de kosten van de schulphulpverlening. De GKB is in gesprek met nog meer partijen. Het ziet er naar uit dat dat inderdaad een hele reële optie is om toch echt 2% toe te passen. Nog een partij die daarmee heeft ingestemd, is woningbouwvereniging Lefier. Het moet een beetje een olievlekwerking gaan hebben. Als het eerste schaap over de dam is dat meerdere volgen. En zo zijn er gelukkig al twee partijen die daar mee in hebben gestemd. Wij hopen op meelift en dat het echt een olievlekwerking wordt. Ook daar weer, het is een inschatting. Maar als we niks doen en we proberen het niet dan hebben we ook helemaal niks. Zoals de wethouder heeft toegezegd zullen we dat zeker monitoren en graag verantwoording aan u afleggen hoe dat proces verloopt. De vraag van de heer Buigel over de doelgroep. De privé persoon heeft altijd, dus iedereen
16
dat staat ook in het stuk, toegang tot de schuldhulpverlening. Ook de privé persoon die zakelijk gezien een eigen bedrijf zou hebben. Het bedrijf an sich kan zich niet melden voor de schuldhulpverlening, maar de privé persoon kan zich altijd wel melden. De eigen bijdrage, ik heb geprobeerd het te volgen. Nu heb ik het op dit moment niet helemaal scherp hoe dat precies zit met de afbouw van de draagkracht. Maar ik dacht dat er een staffel zit boven de 110%, dat het met een bepaalde schaal afbouwt. Dus die 111% zou dan nog 90% vergoeding krijgen. Er is ergens een moment dat iemand, al is het op 110% of 115% dan geen bijzondere bijstand meer krijgt. Dat is zo. Dat zijn de regels van de bijzondere bijstand. Dat op een bepaald moment iemand wel of niet meer, of ten dele recht heeft op bijzondere bijstand voor de eigen bijdrage. De heer Eilert: Even twee reacties op hetgene de wethouder heeft geantwoord op mijn vragen. Mijn eerste vraag ging over op welke manier worden die 70 personen, weggewerkt is zo´n raar woord in deze maar we snappen elkaar. Wat ik eigenlijk een beetje had gehoopt, er wordt hier een heel nieuw voorstel gedaan over die schuldhulpverlening. Dat die mensen ook op die manier met schulphulpverlening te maken krijgen. Dat is eigenlijk het antwoord waar ik op gehoopt had. Dat heb ik eigenlijk niet gehoord. Dus nog even uw aandacht daarvoor als dat mogelijk is. Voor wat betreft de andere instanties, daar heb ik gevraagd of de andere instanties erin betrokken worden, dat is op zich prima, maar ik zou graag toch een toevoeging willen zien dat kwaliteit daarbij gewoon voorop staat. Dat is denk ik van belang. Dat heb ik helaas ook niet gehoord. Daar ook nog eens even extra aandacht voor. De heer Buigel: Met de uitleg van de wethouder en van de heer Bogaerts kan de VVD dit als een hamerstuk zien. Wethouder Klap: Om met de laatste vraag van de heer Eilert te beginnen. Hij zegt eigenlijk, ik wil graag in het stuk gewaarborgd hebben dat als wij zaken doen met niet zijnde GKB dat in ieder geval de kwaliteit nagenoeg gelijk is aan de GKB. De heer Eilert: We hebben het toen bij de voorbereiding ook over gehad. We hebben gezegd dat de andere instanties erbij betrokken kunnen worden. Dat is op zich prima. Als we dan ook maar met mensen te maken hebben die weten waar het over gaat. Dat is denk ik heel erg belangrijk. Daar zou je in een enkele zin iets van kunnen zeggen. Dan doel ik op de kwaliteit die de mensen met zich mee moeten brengen. Maar dat is volgens mij in een vrij eenvoudige zin toe te voegen. Wethouder Klap: Wat mij betreft hebben wij daar geen discussie over en kunnen we die zin gewoon toevoegen. Als het niet de GKB is, dat de kwaliteit wel gewoon gewaarborgd is. Daar waar het gaat om die 70 personen, die zullen nog onder het oude regime weggewerkt worden. Dat heeft te maken met het feit dat het GKB zich eerst het nieuwe beleidsplan eigen moet maken. Dat zou betekenen dat de wachtlijst nog weer langer opschort. Dus we willen, als u de € 55.000,00 beschikbaar stelt, zo snel mogelijk aan de slag met de wachtlijst. Dit voorstel gaat als hamerstuk naar de besluitvormende raad van 23 april 2013. 12. Kruitkelders Vesting Bourtange. Mevrouw Wijnholds neemt weer haar plaats in bij dit agendapunt. De heer Joling: Wij vonden dit als PvdA fractie een erg summier voorstel. Waarbij wij in elk geval de volgende vragen hebben. Een bedrag van € 10.000,00 per bunker. Zit daar nog een verdere onderbouwing bij? Dan hebben we nog een vraag, hoeveel kruit komt er te liggen in die bunkers? Wat ook een hele belangrijk is, is er ook gevaar voor de omgeving? Moet daarvoor misschien het bestemmingsplan ook aangepast worden? Op de tekening lijkt die bunker heel erg uitnodigend om te dienen als blik- of afvalvanger, wat is de reactie van u hierop? Het geiteneiland, wordt die ook afgesloten van het publiek? Dat is een vraag van de heer Hoftijzer die ik even meeneem. Ik heb de heer Hoftijzer nog geprobeerd te bellen over wat nu precies het geiteneiland is. Maar ik dacht als die vraag komt, mevrouw Wijnholds woont in Bourtange, die kan daar vast antwoord op geven. Zijn er nog speciale eisen aan het aan- en afvoer voor dat kruit? Mevrouw Heidekamp: Het is weliswaar een summier voorstel, maar het is al eens nader toegelicht, dus is het wat ons betreft volledig. Wat we er mooi aan vinden is de zelf werkzaamheid van het exercitie peloton waarmee dan toch € 10.000,00 zelf wordt bijgedragen. Dat juichen we ook toe, als verenigingen dat doen en ook op deze manier denken we dat dat een prima voorbeeld is van hoe ook burgers zelf betrokken zijn bij hun kern en daar een hele goede bijdrage aan leveren. Zeker het exercitie peloton, dat is niet weg te denken uit Bourtange. Ik denk dat iedereen die daar wel eens is
17
geweest ziet dat de toegevoegde waarde buiten kijf is. Wat ons betreft is dit een voorstel waarmee wij prima mee uit de voeten kunnen. De heer Timmermans: Bourtange is een historische plek in onze gemeente. In dat kader past het wel dat dit ook een historisch moment is. Want voor het eerst in de geschiedenis van Vlagtwedde is er een foto met een raadsvoorstel meegezonden. Ik weet niet of het college zich daarvan bewust is. Heeft dat te maken met de digitalisering? Tot nu toe hadden we alleen maar raadsvoorstellen met tekst. Gaat dit in de toekomst meer gebeuren? Wij vinden het verder een goed voorstel. Inhoudelijk hebben we er niets mee. Wij nemen aan dat deze kelders gekeurd zullen worden door de instanties die daarvoor zijn alvorens ze in gebruik worden genomen. Wethouder Lok: Het is redelijk historisch. Ik had me dat nog niet beseft. Zo vaak komt het niet voor, het is de eerste keer dat er een foto bij is. Het verluchtigt het voorstel enigszins. Ik weet niet of het voor herhaling vatbaar is. Het is een andere wijze. Dan heeft de heer Joling een aantal concrete vragen. Hij vraagt naar een nadere financiële onderbouwing. Die zat inderdaad niet bij de stukken. Ik zal kijken of die onderbouwing, die kostenraming gepreciseerd kan worden toegeleverd voor de besluitvormende vergadering. Hoeveel kruit gaat er in de bunkers? Dat weet ik niet. De bunkers worden uiteraard wel gebouwd op basis van de huidige regelgeving en dat er ook een bouwvergunning voor is. Al die zaken worden getoetst bij de totstandkoming van deze bunkers. Ik neem aan dat er rekening gehouden is met de hoeveelheid kruit die daar maximaal mag worden opgeslagen. Ik ga er vanuit dat het in die zin aan de veiligheidseisen voldoet. Dat geldt ook voor het bestemmingsplan. U vraagt naar het gevaar voor de omgeving. Ja, dat is juist de reden voor de verplaatsing van deze kruitkelder. Er moest naar een veilige plek worden gezocht en die is op dit geiteneiland gevonden. Omdat het juist buiten de wallen ligt. De wal is een goede buffer tussen de bebouwing en de kruitopslag. In het bestemmingsplan wat momenteel ter inzage ligt en wat in procedure is, wordt deze plek genomen voor de kruitopslag. Dat wordt in het bestemmingsplan verwerkt. Dan vraagt u nog of het eiland afgesloten wordt. De bunkers op zich worden afgesloten. Ik weet niet of er speciale eisen aan aan- en afvoer gesteld moeten. Maar we hebben het nu over de opslag en niet over de aanvoer en de afvoer. Dat weet ik niet. Fungeert het als blikvanger? Ja, visueel waarschijnlijk wel. Dit voorstel gaat als hamerstuk naar de besluitvormende raad van 23 april 2013. 13. Gezamenlijk bezoekerscentrum (Terra Mora). De heer Joling: De Partij van de Arbeid juicht de samenwerking tussen de partijen toe. Zo kunnen we ervoor zorgen dat bevordering toerisme niet alleen meer een zaak is van de gemeente. We weten allemaal dat er in attracties zo nu en dan iets nieuws moet komen. Deze investering van 1 miljoen euro moet er in dit geval mede voor zorgen dat Bourtange en indirect ook regio Westerwolde attractief blijft. Onze gemeente hoeft slechts 12% van de kosten te dragen en voor de verandering hoeven wij als gemeente dit keer ook niet garant te staan. Maar, ook dit voorstel is niet zo vreselijk uitgebreid. De ter inzage gelegde schets maakt een en ander wel visueel. Het college geeft aan dat er mogelijk meer bezoekers en meer banen bij komen, daar hebben we nog een paar vragen over. Kan het college die verwachting ook nader onderbouwen? De uitvoering van dit project zou volgens planning in 2012 beginnen. We nemen aan dat dat ooit de planning is geweest voor de subsidieaanvraag. Kan het college ook zeggen wanneer er daadwerkelijk gestart wordt en wanneer de bouw wordt afgerond? Dat waren de vragen. De heer Sinnema: Een heel goed plan wat hier voorligt. Het CDA vindt het een goede samenwerking van de mensen in de vesting en ook de stichting Groninger Landschap. Het is een bijzonder goede zaak dat hier nu toch een dergelijke diepte investering voor Bourtange mogelijk lijkt te gaan worden. Het zou mooi zijn als dat inderdaad langs deze weg gestalte kan krijgen. Wij vinden het niet niks dat in de tijd waarin het toch echt schrapen is om voor projecten wat geld bij elkaar te krijgen, dat hier de durf is om een voorstel te doen voor een dergelijk project. Als dan blijkt dat als je goed je best doet, dat, zoals het er nu naar uit ziet, de gelden bij elkaar worden gehaald. Dat vinden wij een goed staaltje arbeid. Daar hebben we veel waardering voor. Wij denken dat dit een hele goede ontwikkeling voor Bourtange is. Het is meer een opmerking dan een vraag. Wij hebben verder geen vragen. Wij vinden dat we met deze bijdrage een hele goede investering kunnen doen. Mevrouw Veneman: Ik heb eigenlijk één vraag over dit stuk. Het gaat over de toezegging van de provincie om subsidie te geven voor dit project. De vraag is, staat het Groninger Landschap ook garant, mocht die subsidie niet komen. Wij begrijpen niet uit het stuk dat die subsidie hard is toegezegd. Misschien kan de wethouder daar meer uitleg over geven.
18
De heer Ter Veen: Veel dingen zijn al gezegd. Net zoals de heer Joling van de Partij van de Arbeid had ik toch ook wel graag wat meer informatie willen hebben, over wat nu inhoudelijk precies het project c.q. plan Terra Mora in houdt. Ik had me kunnen voorstellen dat dit als tweede onderwerp misschien wel goed was geweest in een informatieve raad. Om daar wat meer informatie over te krijgen. Ik vond het, zoals het nu in het voorstel stond een beetje karig. Dan is er ook een begroting bijgevoegd. Een begroting van 2011. Ook deze begroting roept bij onze fractie nog wel wat vragen op. Het zijn allemaal hele mooie ronde bedragen die hier genoemd worden. Het is bij een heleboel bedragen niet duidelijk waar zij vandaan komen. Voor ons was het opvallend dat het hoofd van de voorlichting net zo duur is als de medewerker voorlichting. Al met al zou ik de portefeuillehouder willen verzoeken om ons toch nog wat meer informatie te geven, alvorens de VVD hiermee in kan stemmen. Wethouder Lok: De heer Joling had een aantal vragen. Wanneer er daadwerkelijk gestart wordt. Daar is nog geen zicht op. Er is geld beschikbaar, dat haakt in op de vraag van mevrouw Veneman, maar de provincie heeft ook een bezuinigingsopgave te gaan. Gelden worden schaars. Het zal nog wel een kluif worden om die provinciale bijdrage binnen te krijgen. Op zich zou daar al gesproken zijn, ook met de gedeputeerde. De gedeputeerde heeft toen aangegeven, dat hij wat zekerheid wil over de bijdrage van de gemeente Vlagtwedde. Dit is de eerste stap in het subsidieproces, dat wij als gemeente Vlagtwedde zeggen, wij staan er in elk geval voor. Wij gaan erin mee. Dat zal helpen, als het goed is, ook de rest van de subsidienten over de brug te krijgen. In dat licht moet u dat zien. In dit stadium is het moeilijk te zeggen wanneer de subsidie binnen zal zijn en wanneer daadwerkelijk met het project wordt gestart. Verder heeft de heer Joling nog een vraag over nadere onderbouwing over de verwachting van het aantal bezoekers. Dat is een hele lastige. We gaan er vanuit dat dit een grote toegevoegde waarde is voor Bourtange, een extra impuls in het aanbod wat daar is, omdat het interactief wordt opgezet het ook meer jongeren zal trekken dan nu het geval. En wij gaan er vanuit en wij hopen daar op en we rekenen er gewoon op dat dat meer bezoekers zal trekken. Maar over aantallen, dat blijven ramingen. Waar we het dan precies over hebben is moeilijk te zeggen. Het is een al een tijd een discussie geweest. Er moet een nieuw element aan Bourtange worden toegevoegd, iets wat echt aanspreekt. Dit is in mijn beleving dat nieuwe element. We hopen dat dat succes zal opleveren in de bezoekersaantallen. Dat voor wat betreft de vragen van de heer Joling en ook gelijk de vraag van mevrouw Veneman, hoe de provincie er in zit wat betreft de subsidie. Zoals ik aangaf, wij moeten als gemeente eerst over de brug komen en zij zullen dan hun mening hierover geven. Er is geld beschikbaar, alleen de verdeling, er is ook bezuinigd. We hopen dat dit meewerkt om de provincie over de brug te trekken. Het is inderdaad niet zo dat het Groninger Landschap, ook een gesubsidieerde club, garant staat voor het bedrag wat de provincie moet bijdrage. Dat is niet het geval. Als één van die subsidienten uitvalt, hebben we een andere situatie. We moeten ergens beginnen dus beginnen we hier. Tot slot de vraag van de heer Ter Veen. Hij mist informatie. Ik had zelf nog even gevraagd en het idee dat het projectplan ter inzage lag. Dat heeft u gezien? In de kast lag dat ter inzage. Het was niet digitaal beschikbaar. Ik heb gevraagd om het met melding in de kast ter inzage te leggen zodat er wat meer informatie beschikbaar was. De heer Heijne: Die melding is dan even niet doorgekomen. Mevrouw Wijnholds: Is het misschien ook handig om dat soort informatie door te geven. Want ik ben nu zo gewend, dat daar niets ligt dat ik er niet meer ga kijken. De voorzitter: Het is doorgegeven via de griffie. De griffier: U krijgt bij iedere raadsagenda, dat is het eerste punt op uw tablet, een documentje dat inventarislijst heet. Daarop ziet u alle documenten die in de kast liggen en niet op uw ipad staan. De voorzitter: De herhaling is de kracht van de reclame, bij dezen. De heer Joling: Het is denk wel even goed om te vermelden dat er alleen maar een impressie, een schets lag en niet echt een uitgebreide uitwerking. Wethouder Lok: Het is uiteraard een schetsontwerp. Het is allemaal nog in voorbereidende sfeer. Dus echt heel volledig uitgewerkt zijn deze plannen in die zin nog niet. Mevrouw Veneman: Ik hoor de wethouder toch zeggen dat wat het de provincie betreft allemaal een beetje onzeker is. Als de gemeente over de brug komt dan zal de provincie hopelijk ook over de brug komen, dat is eigenlijk wat u zegt. Dan neem ik aan dat als de gemeente dat dan doet, dat de
19
provincie dat ook doet. Dat hopen we dan maar. Maar zou het niet verstandig zijn om in het besluit dan mee te nemen op voorwaarde dat de provincie concreet het subsidiebedrijf toezegt? De heer Sinnema: Niet zozeer meer een vraag over dit punt. Maar wel even over de opmerking die zojuist werd gemaakt. Wij vinden als CDA fractie dat het heel goed moet kunnen dat B&W voorstellen gewoon op de ipads verschijnen, waarom zouden we daar voor naar de leeskamer moeten. Die kunt u gewoon digitaliseren en op de ipads zetten. De voorzitter: Dat nog even ter aanvulling. Dat wordt meegenomen door de griffier en door de agendacommissie. De heer Ter Veen: Ik had nog even een vraag. Ik had begrepen van de heer Lok dat er nog een stuk beschikbaar was wat niet gedigitaliseerd kon worden. Maar die zou ik dan wel eens even graag in willen zien. Wat de heer Joling zegt, ik heb alleen maar een schets gezien en voor de rest niets. Wethouder Lok: We willen in elk geval proberen de informatie daar te krijgen waar die hoort. Dan de vraag van mevrouw Veneman. Dat is een beetje het kip en het ei, wie gaat nu als eerste de subsidie beschikbaar stellen. Ik denk dat het goed is, dat als wij vinden dat dit een goed plan is en dat we dat willen ondersteunen dat dit in Bourtange gestalte gaat krijgen, dat we als gemeente de eerste stap gaan zetten. Dat vraagt de provincie ook, hoe staat de gemeente erin, hebben die al toegezegd? Ik hoop dat uw raad dat besluit neemt om dit verder tot uitvoering te brengen. Mocht de provincie om enigerlei reden op termijn toch besluiten de subsidie niet beschikbaar te stellen, dan vervalt het plan en vallen de middelen terug. Dan ontstaat er een nieuwe situatie. Dan hebben wij ons in elk geval vanuit de gemeente daarvoor ingezet. De voorzitter: Nog even over de gevonden informatie. Dat is wel het totale verhaal wat de wethouder aangeeft wat ter inzage heeft gelegen. Dit voorstel gaat als hamerstuk naar de besluitvormende raad van 23 april 2013. 14. Sterkteverdeling basisteams politie Eenheid Noord-Nederland. De voorzitter geeft de hamer over aan de vicevoorzitter de heer Sinnema. De vicevoorzitter: Dan stel ik aan de orde agendapunt 14. Sterkteverdeling basisteams politie Eenheid Noord-Nederland. Ik kijk eerst even naar de portefeuillehouder of die behoefte heeft aan een toelichting alvorens we dit agendapunt bespreken. Mevrouw Kompier: Het betreft een beetje een bijzondere eend in de bijt op deze agenda. In het kader van artikel 38 B lid 2 van de politiewet 2012, zoals u ook heeft kunnen zien in het stuk, is het zo dat alle gemeenteraden in heel noord Nederland geacht gehoord te worden over deze sterkte verdeling. Dat betekent dus dat het niet echt ter besluitvorming voorligt, maar dat u gehoord wordt en dat ik uw mening graag meegeef aan het regionaal bestuurlijk politieoverleg, het RBPO. Dat is het nieuwe bestuurlijk politieoverleg wat in het noord Nederland fungeert en waar de robuuste basiseenheid, zoals het tegenwoordig heet, wordt vertegenwoordigd door mijn collega mevrouw Galama uit Stadskanaal. Dat even in de context. De heer Potze: De politie heeft het weer voor elkaar. We hebben weer een stuk op de agenda waar we zogenaamd onze mening over mogen geven. Maar wat wij vanavond ook zeggen, of wat wij vanavond ook vinden als raad, het laat ze toch koud. Als ik kijk naar wat wij in de afgelopen periode in de raad hebben gehad. We hebben een aantal zaken steeds aangegeven en er is niets mee gedaan. Als ik nu kijk dat de eenheid waar onze gemeente onder gaat vallen negen fte mag gaan inleveren, dat dat voor alle gemeenten geldt buiten de stad en dat alleen in Groningen zelf het aantal fte´s wat omhoog mag dan vraag ik mij af, welke gemeenteraad heeft dit aangegeven in het verleden. Dus kort gezegd voorzitter, wij kunnen van alles vinden, maar het heeft toch geen effect. De burgemeester heeft ons in het verleden anders doen geloven, namelijk dat wij als raad wel degelijk invloed hadden op de politie. Dat hebben we volstrekt niet, dat blijkt wel weer met het inleveren van dit aantal fte´s. We hebben inmiddels ook weer een uitnodiging voor een bijeenkomst in juni. Waar niet alleen de politie maar ook de brandweer een rol gaat spelen. Wat betreft de brandweer zal mijn fractie aanwezig zijn. Voor wat betreft het gedeelte van de politie zullen wij uiteraard wederom afwezig zijn, want we krijgen daar ongetwijfeld weer een prachtig verhaal te horen. Maar daar heeft mijn fractie geen behoefte aan.
20
De heer Meendering: Ook wij constateren als belangrijkste punt dat er sprake is van een afname van het aantal agenten in het nieuwe werkgebied waar wij dan ook onder vallen. Het is heel lastig om dat te beoordelen. We moeten er vanuit gaan dat er een goede samenstelling ligt en het allemaal goed in elkaar zit, maar dat blijft lastig om daar een oordeel over te geven. Wat we onvoldoende uit de stukken kunnen halen en wellicht hebben we daar overheen gelezen zijn de concrete gevolgen voor de gemeente Vlagtwedde, met name daar waar het gaat om de buurt- en wijkagenten. De sterkte die we op dit moment hebben, zowel in Vlagtwedde, Sellingen als Ter Apel, met wijkagenten in Ter Apel rondom de afspraken die gemaakt zijn met het COA met aanwezigheid van wijkagenten als de openingstijden van het politiebureau daar, dat halen we niet uit de stukken. Wellicht dat daar nog een toelichting op gegeven kan worden. Mevrouw Kruiter: We hebben het idee dat we voor de gek worden gehouden. Het nieuwe regioteam Ommelanden Oost is al operationeel. Daarbij komt dat wij 10% op agenten inleveren. Opschaling brengt dus niets op. De wijkagent wordt voor diverse activiteiten gebruikt maar niet voor het COA. Mevrouw Kompier: Ik denk dat ik de fractie van de Partij van de Arbeid niet kan overtuigen van het feit dat ik wel degelijk vindt dat de raad op sommige punten wel haar invloed kan uitoefenen. Dat geldt voor de inhoudelijke, de beleidsprioriteiten, de politieprioriteiten die we jaarlijks vaststellen. Ik vind het heel jammer. Maar u bent in ieder geval standvastig. Want u blijft bij uw standpunt. Wat ik jammer vind is dat u zegt, wij komen ook niet naar die avond in juni. Want op die manier kunt u het ook nooit zelf meemaken en uw invloed uitoefenen. Maar dat is een keuze waar u zeer standvastig aan vast houdt. Als het gaat om de politiesterke-inzet dan is het in ieder geval zo, dat ik uw mening kan laten doorschemeren. Maar wat de heer Meendering terecht opmerkt, het is lastig om te beoordelen of die sterkte nu klopt of niet klopt. Daar hebben allerlei deskundigen zeer zorgvuldig naar gekeken. In het stuk is ook aangegeven, dat het totale volume voor de hele regio niet afneemt, maar dat er wel sprake is van een verschuiving. Dat er ook in het kader van de nationale politie sprake is van een verandering van inzet. Dat wordt in het stuk hopelijk voldoende uitgelegd, hoe die inzet gaat veranderen en op welke onderdelen die zichtbaar gaat worden. Waarbij de politie aangeeft dat er sprake is een groeimodel. Dat we toegaan naar een andere werkwijze die, als het gaat om dienstverlening, inzet bij opsporing, inzet bij noodhulp, zal wijzigen en waar ook bepaalde garanties worden afgegeven die wij op dit moment, dan ben ik het eens met de heer Meendering, moeilijk kunnen beoordelen, omdat het voor een deel nog zichtbaar moet worden gemaakt. Voor wat betreft de inzet van buurtagenten, die blijft in principe het zelfde in de drie grote kernen zoals we die hebben. Ten aanzien van de asielformatie, er is in totaal 9 fte voor de hele regio Noord Nederland. Maar voor Ter Apel is daar ook per se, daar is ook hard op onderhandeld, vast gehouden aan de 1 fte die wij nu kennen in de Ommelanden Oost, gekoppeld aan Ter Apel. Dat is een harde afspraak die ook is toegezegd. Ook die inzet blijft gewaarborgd. Er zijn heel wat deskundigen aan het rekenen en wegen gegaan, hoe die inzet het beste kan worden verdeeld. Op dit moment is dat een inzet waar ik in ieder geval vertrouwen in heb, dat die voldoende is voor ons gebied. De heer Potze: De burgemeester begint met dat het jammer is dat de fractie van de Partij van de Arbeid zal ontbreken bij de bijeenkomst van de politie omdat wij op die manier niet onze zogenaamde invloed kunnen aanwenden. Wij zijn daar in het verleden natuurlijk wel geweest. En we hebben daar in het verleden ook een aantal dingen aangegeven. Maar daar is keer op keer niets mee gedaan. Ik noem u één voorbeeld. Deze raad heeft op een bepaald moment aangegeven bij de prioriteitenlijst dat de openstelling van het politiebureau in Ter Apel toch een hele belangrijke was. Ik geloof dat nog geen maand later in de pers stond dat het aantal openingsuren teruggedraaid werd, dat werd verminderd. Men had vreselijk goed naar onze raad geluisterd. Natuurlijk hebben hier wijze mensen naar gekeken. Maar, als ik kijk naar het totale district Groningen dan praten we in de oude situatie over 696 fte en dat gaat naar 706. We hebben een stijging in de provincie. Alleen alle omliggende gebieden buiten de stad Groningen die gaan naar beneden. Hoe is dat nu uit te leggen aan onze inwoners. We gaan er in totaal dus op vooruit en in deze regio gaan we naar beneden. Dan kunnen we aangeven wat voor prioriteiten we hebben, die prioriteiten kunnen straks niet uitgevoerd worden, want het aantal fte is dusdanig laag aan het worden dat we niet verder komen. Dit is echt een discussie die we in deze raad eigenlijk niet hoeven voeren. Want we kunnen niets. En wat mij betreft mag dat mee naar Groningen. Dat deze raad daar niet zoveel behoefte meer aan heeft. De heer Meendering: Het antwoord van de portefeuillehouder is op zich duidelijk. Er wordt in het besluit gesteld dat er op dit moment geen wensen of bedenkingen zijn. De Partij van de Arbeid geeft een aantal bedenkingen aan bij dit plan. Ook voor onze fractie is het echt van belang dat het aantal wijkagenten gewoon in orde is. Dat daar gewoon afspraken over gemaakt zijn. En dat er niet over een paar maanden gezegd wordt, het kan toch niet en we gaan daarin minderen. Zeker ook de afspraken rondom het COA, die zijn voor ons echt heel hard en die moeten we ook handhaven. Dat willen we
21
zeker aan de portefeuillehouder meegeven dat kenbaar te maken. Naast het besluit zoals het hier staat, daar toch nog eens heel goed naar te kijken hoe die omschrijving is en dat nog aanvullend mee te nemen in het besluit. Mevrouw Heidekamp: Uit de beantwoording van de portefeuillehouder blijkt dat er nadrukkelijk gesproken is over waar en op welke manier ook in onze gemeente de politie inzet plaats zou vinden. Ook het CDA heeft het liefst dat er nog meer blauw op straat is. Tegelijkertijd denken we wel dat er, als je in zo´n grote regio kijkt, gekeken moet worden naar waar het, het hardst nodig is. Ik ga er vanuit dat de wijze mensen die er naar gekeken hebben dat ook goed hebben afgewogen. Als ik dan zie, daar waar wij calamiteiten hebben, zelf of op andere plekken, denk aan de tentenkampen bij het COA, denk aan de branden in Winschoten of in Veendam, merk je toch iedere keer dat daar waar er echt iets aan de hand is er vanuit de hele regio toch ook eenheden naar die plekken gaan waar het nodig is. Het wegblijven wat de PvdA heel demonstratief bij herhaling in volhard, is heel stoer. En dat is misschien ook wel heel consistent. Maar tegelijkertijd heeft de voorlichting die wij wel bijgewoond hebben van de politie benadrukt dat op het moment dat de mensen geen aangifte doen, of in dit geval als politieke partij gewoon wegblijven bij dit soort bijeenkomsten, de urgentie bij de politie, dat er iets aan de hand is waar zij aandacht aan moeten geven, bepaald niet vergroot. Op het moment dat mensen wel morren tegen elkaar dat er niets gedaan wordt en zeggen, ik doe geen aangifte meer want dat helpt toch niets, dan onderschatten ze toch wat het effect is van wel aangifte doen en cijfers voor zich te laten spreken. Want daar baseren die wijze mensen zich op. Op het moment dat je als burger en als politieke partij niet meer bereid bent om daarin te ondersteunen, ook richting de politie, om te kunnen monitoren waar wel of geen inzet nodig is. Dat is dan een keus en daar mag je de effecten van niet bij de politie neerleggen. Dan zul je ook even in de eigen spiegel moeten kijken. In die zin kan ik de houding van de PvdA niet zo waarderen. En vind ik het ook niet constructief, omdat ik denk dat daar waar je niet altijd directe invloed hebt je als politieke partij ook je betrokkenheid kunt tonen. En dat je in ieder geval kunt blijven herhalen wat nodig is. En ook het gesprek met de politieorganisatie moet willen blijven aangaan. Waar zij ook in een kramp zitten, zoals wij ook in een kramp zitten. Dat je met een beperkt budget toch zoveel mogelijk moet doen. Ik vind het vermijdend gedrag, daar kan ik niet zo heel goed mee uit de voeten. Dus eigenlijk is onze inzet, natuurlijk zouden wij liever meer, maar wij denken dat er goed naar gekeken is en wij hebben er alle vertrouwen in dat de portefeuillehouder ook echt nadruk vraagt voor bijvoorbeeld het COA en wijkagenten. En daar waar er echt wat aan de hand is hebben wij tot nu toe, volgens ons, steeds wel gemerkt dat die extra inzet er wel komt. Het meer is nooit vol. In dit geval kan het nooit genoeg zijn. De heer Potze: Kan mevrouw Heidekamp een aantal concrete voorbeelden geven wat de bijeenkomsten die wij als raad met de politie hebben gehad voor onze inwoners hebben opgeleverd. Mevrouw Heidekamp: Als ik kijk naar de gesprekken, en bijvoorbeeld de aanwezigheid van de politie en de hele discussie rondom het COA, die ook nadrukkelijk steeds op de publieke tribune aanwezig zijn geweest. Daar is ook in de bijeenkomsten daarna ook weer op terug gekomen. Hoe daarmee omgegaan werd, en toegelicht werd welke keuze daarin gemaakt werden. Dan denk ik toch dat je daaraan kunt zien dat ze wel degelijk weten welke dingen er spelen en dat ze die wel meewegen. Ook niet in alle gevallen. Zo´n voorbeeld van een politiebureau wat wel of niet open gaat, met alle respect voor het gevoelsmatige niveau wat zo´n politiebureau doet denk ik dat de wijze mensen van de politie heel goed kunnen inschatten of de meerwaarde van een politiebureau en de mensen die je daar in de benen moet houden waar dat ten koste van gaat. Of dat werkelijk een verstandige keuze is. Ik denk dat zij in hun afweging hebben gemeend dat zij de capaciteit beter op een andere manier kunnen besteden. Zodat zij ons beter kunnen bedienen. Dat is ook wat in de gesprekken is uitgelegd. Daar kun je van alles van vinden. Laat iedere professie zijn eigen tak van sport zo goed mogelijk doen. Dat geldt ook voor de brandweer. Natuurlijk hebben wij goede gesprekken met de brandweer maar uiteindelijk zijn dat de mensen die er verstand van hebben, en die de keuzes moeten maken, welk materieel, afstanden, roosters. Daar kunnen we van alles van vinden maar volgens mij moeten we ook een beetje vertrouwen hebben in die beroepsgroep. De heer Potze: Ik vroeg naar concrete voorbeelden, wat onze inwoners er van merken dat wij als raad bepaalde invloeden hebben. Dat we daar geweest zijn, dat we daar dingen ingebracht hebben. Wat hebben onze inwoners daar concreet van gemerkt. En ik heb geen enkel concreet voorbeeld gehoord. Dat bent u met me eens voorzitter. De heer Timmermans: We hebben te weinig van de portefeuillehouder gehoord over het feit dat een en ander al vast staat in de verdeling en dat het allemaal al is afgesproken binnen Ommelanden e Oost. Wat bij agendapunt 14.02 zit, op bladzijde 5 bij het 2 streepje onder 4, lezen wij heel duidelijk: Binnen de asielformatie voor het Ommelanden Oost bestaat 1 fte voor de functie wijkagent Ter Apel
22
(verbindingsschakel tussen politie en bevolking in verband met een concentratie van asiellocaties in het werkgebied). Dit zou inhouden dat er één wijkagent extra zich volledig bezig houdt met alleen het verbindingswerk. Ik ben wel bij de bijeenkomsten geweest. Ik heb daar gehoord dat de wijkagenten ook worden ingezet voor regulier politiewerk en dat zij de ogen en oren etc. zijn van de politie. Als wij dit lezen en dit vaststellen, we mogen in ieder geval gehoord worden, dan vind ik dat u zich binnen het overleg er sterk voor moet maken dat deze ene meneer die daarvoor vrij gemaakt is vanuit de asielformatie, dus niet vanuit de reguliere formatie, dat die zich ook uitsluitend gaat bezig houden met de verbindingsschakel te zijn tussen politie en bevolking. En niet zoals tot op heden dat deze meneer ook nog een aantal uren in de regio zit en de ogen en oren is. Dat vragen wij van u. Wij hopen ook dat u dit gaat doen binnen het overleg. Bij de bijeenkomst van de politie, waar wij wel heen gaan, gaan wij dit ook nog een keer benadrukken. Wij refereren aan het stuk wat vanuit de politie zelf komt. Mevrouw Kompier: Ik denk dat de heer Timmermans mijn een dienst heeft bewezen door net de passage voor te lezen waarin de harde afspraak staat die we hebben gemaakt. Die ook is meegenomen in het laatste regionale bestuurlijk politieoverleg. En die is ook in die zin is toegezegd. Dat is ook meteen richting de heer Meendering het bewijs dat er een harde afspraak ligt. U heeft hem zojuist geciteerd. En zoals het hier staat, zo is de inzet ook gegarandeerd. Daar ga ik ook vanuit. Dat is een verschil met hoe het nu is. Dit is de harde afspraak die we hebben gemaakt. Ik ben blij met de voorbeelden die mevrouw Heidekamp geeft om te laten zien dat de politie-inzet aan de hand van een aantal voorbeelden op de juiste momenten op de juiste manier op een adequate manier optreedt. Dat is misschien een verschil in de werkwijze met zoveel jaar geleden. Dat is ook een verschil in de deskundigheid die kan worden ingezet. Ik kan nog een ander voorbeeld noemen. Daar waar wij bijvoorbeeld heel alert zijn op jeugdgroepen, is het op dit moment zo dat de buurtagent niet altijd meer de meest adequate deskundige is om ingezet te worden. Er zijn specifieke jeugdagenten binnen deze formatie beschikbaar die ook bij ons in de gemeente worden ingezet als het gaat om problematiek met jeugd. Dat is ook een voordeel met een aantal jaren geleden. Daar waar je een buurtagent voor alles moest in zetten, zijn er nu ook specifieke andere deskundigen waar wij een beroep op kunnen doen. Nogmaals, er is veel verandering binnen de Nationale Politie. Wij volgen zeer kritisch hoe die ontwikkelingen gaan. De Partij van de Arbeid is standvastig en komt niet in juni. Ik zou u toch nog een laatste keer willen uitnodigen om deze keer wel te komen. Om uit de eerste hand de resultaten te horen hoe de prioriteiten zoals ze door uw raad zijn aangegeven in het afgelopen jaar zijn gerealiseerd. En ook de kans te nemen om invloed uit te oefen op de prioriteiten die voor de komende periode raadzaam zijn. De heer Meendering: Als ik het dan goed constateer dan is er in Ter Apel de keiharde afspraak, 1 fte echt wijkagent asiel en daarnaast een reguliere wijkagent, als ik het goed begrepen heb. Mevrouw Heidekamp: Nu ben ik wel heel erg benieuwd. Het is een volstrekt helder voorbeeld waarin de portefeuillehouder in haar onderhandelingen met de politie gewoon iets heeft gerealiseerd wat volgens mij door deze hele raad bij herhaling als heel belangrijk is aangegeven. Volgens mij is onze portefeuillehouder ook de eerst aangewezene voor die onderhandelingen. Dat voorbeeld heeft ze er dus uitgesleept, laten we dat constateren. Hoe staat u daar nu in? Kunt u nu nog steeds zeggen dat er geen enkele invloed zou zijn vanuit deze gemeente op de politieorganisatie? Is dat nog steeds uw conclusie? De heer Potze: Laat helder zijn dat de fractie van de Partij van de Arbeid blij is dat wij 1 fte houden voor asielzaken. Laat dat volstrekt helder zijn. Overigens wilde de fractie van de Partij van de Arbeid dat al vast leggen toen wij het contract met het COA wilden tekenen. Het is een beetje jammer dat Gemeentebelangen daar nu heel erg op inzet. Dat hadden we toen eigenlijk vast moeten leggen. Maar is het natuurlijk hartstikke leuk dat die fte blijft bestaan. Maar tegelijkertijd leveren we 9 in. We kunnen nu roepen, maar die ene houden we wel. Dat is hartstikke goed, maar we leveren 9 in. En daar gaat het de fractie van de Partij van de Arbeid om. De vicevoorzitter: Ik denk dat we in herhaling treden en ik stel voor om af te ronden. We kunnen vaststellen dat er in deze raad een aantal reserves worden gemaakt en opmerkingen worden gemaakt waarvan toch enige twijfel bestaat omtrent de verdeling van de inzet van de basiseenheid. Het is een gerechtvaardigde vraag om aan het college te vragen om deze vragen die hier in de raad leven mee te nemen. Maar ook de opmerkingen van positieve en constructieve aard die in de raad zijn gemaakt mee te nemen. Maar nadrukkelijk de vinger te leggen bij de situatie dat de ommelanden nogal wat inleveren. Wij twijfelen er niet aan dat onze portefeuillehouder die inzet ook pleegt. En dat heeft ze tot nu toe ook gedaan. Dat zal naar beste weten en kunnen zo blijven. Laten we er in ieder geval voor zorgen dat daar waar we kritiek hebben op functioneren van de politiediensten dat wij ook op die plekken verschijnen waar we die kritiek moeten leveren. Kritiek buiten de vergadering leveren
23
is wat te makkelijk. Daarmee wil ik het afconcluderen en de portefeuillehouder succes wensen met de verdere onderhandelingen ook weer voor het volgend jaar. U wilt hier in de besluitvormende raad nog een keer over spreken. Het gaat om bedenkingen en meningen van de raad, om die mee te nemen naar de basiseenheid. Ik stel voor om het niet in de besluitvormende raad te behandelen. De heer Potze: Er zit achter het stuk wel degelijk een besluit. Ik weet niet of we dat vanavond in behandeling hebben, maar er staat geen wensen of bedenkingen te hebben ten aanzien van de sterkeverdeling. Het lijkt mij dat mijn fractie dat wel heeft. Wij gaan dat vanavond op deze manier in ieder geval niet vaststellen. Of het nu wel of niet in de besluitvormende raad komt, welk besluit er ook genomen wordt, dat maakt niet zoveel uit. We gaan het niet doen zoals het hier staat. De vicevoorzitter: Wij besluiten om een aantal meningen en bedenkingen mee te nemen naar de discussie waar die thuis hoort. Het kan als hamerstuk naar de besluitvormende raad. Ik sluit dit agendapunt af en ik geef het woord weer aan de voorzitter, mevrouw Kompier. Dit voorstel gaat als hamerstuk naar de besluitvormende raad van 23 april 2013. 15. Sluiting De voorzitter sluit de meningsvormende vergadering om 22.30 uur. Gewijzigd/ongewijzigd vastgesteld in de meningsvormende raad van 14 mei 2013.
L.A.M. Kompier voorzitter
K. Willems plv. griffier
24
Toezeggingen vanuit de meningsvormende raadsvergadering van 9 april 2013
04. Vragenronde De heer Timmermans (Gemeentebelangen) vraagt i.v.m. de leegstand bij Acantus hoeveel woningen er op dit moment leeg staan in Ter Apel en Vlagtwedde, hoe lang deze woningen al leeg staan en of deze woningen op de website van Acantus worden geplaatst
Wethouder Lok zegt toe deze vragen binnen 2 maanden schriftelijk te beantwoorden.