De testmanager “Het definitieve exit”
Onderwerp: Datum: Aanwezigen: Classificatie:
De testmanager, het definitieve exit 4 oktober 2011
v0.1
De vragen ● Wat maakt een manager? – De samenstellende delen
● Welke invloed hebben recente ontwikkelingen? – De aanpak – Het vak – De systemen
● En nu?
2 2
De testmanager “We hebben allemaal overtuigingen en vooronderstellingen over de juiste manier om dingen te doen. Dat geldt zeker voor leiderschap in ondernemingen. Hoewel overtuigingen en vooronderstellingen kunnen bijdragen aan onze effectiviteit, hebben ze soms ook het tegenovergestelde effect.” (House en Podsakoff, 1994)
4 4
De testmanager ● De Bestuurder – formuleert de visie en de doelen – ontwerpt de strategie – delegeert de realisatie
● In het testen – Fase Planning • Vaststellen opdracht • Bepalen teststrategie • Definiëren organisatie
● Voor de tester – Hij bepaalt wat ik moet doen
5 5
De testmanager ● De Bemiddelaar – bouwt en handhaaft een machtsbasis – onderhandelt over middelen – presenteert ideeën namens anderen
● In het testen – Fase Planning • Bepalen begroting • Terugkoppelen en fixeren plan – Fase Afronding • Evalueren testproces
● Voor de tester – Hij maakt de betrokkenen blij
6 6
De testmanager ● De Stimulator – bouwt het team – zorgt voor gezamenlijke besluiten – neemt conflicten weg
● In het testen – ...
● Voor de tester – Hij inspireert het team
7 7
De testmanager ● De Coördinator – stuurt het project – ontwerpt de taken – stuurt de verschillende disciplines
● In het testen – Fase Planning • Bepalen planning • Toewijzen testeenheden – Fase Beheer • Bijsturen
● Voor de tester – Hij bepaalt wanneer ik wat moet doen
8 8
De testmanager ● De Producent – zorgt dat productief wordt gewerkt – zorgt voor juiste werkomgeving – doet tijdmanagement
● In het testen – Fase Planning • Bepalen risico's/maatregelen – Fase Infrastructuur • Realiseren infrastructuur – Fase Beheer • Uitvoeren beheer
● Voor de tester – Hij zorgt dat ik mijn werk kan doen
9 9
De testmanager ● De Mentor – heeft inzicht in anderen – communiceert effectief – helpt anderen ontwikkelen
● In het testen – ...
● Voor de tester – Hij leert mij het vak
10 10
De testmanager ● De Controleur – heeft inzicht in functioneren van; • zijn team • de organisatie
● In het testen – Fase Beheer • Bewaken – Fase Voorbereiding • Beoordelen testbasis – Fase Uitvoering • Intake testobject
● Voor de tester – Hij ziet er op toe dat ik het juiste doe
11 11
De testmanager ● De Innovator – leeft met verandering – denkt creatief – stuurt veranderingen
● In het testen – ...
● Voor de tester – Hij komt met nieuwe oplossingen
12 12
De testmanager De Bestuurder De Controleur
“Hij bepaalt wat ik moet doen”
“Hij ziet er op toe dat ik het juiste doe”
De Stimulator “Hij inspireert het team”
De Producent “Hij zorgt dat ik mijn werk kan doen”
De Innovator “Hij komt met nieuwe oplossingen”
De Bemiddelaar “Hij maakt de betrokkenen blij”
De Mentor
De Coördinator “Hij bepaalt wanneer ik wat moet doen”
“Hij leert mij het vak”
13 13
De ontwikkelingen ● De aanpak ● Het vak ● De systemen
14 14
De ontwikkelingen ● De aanpak – Lineair • Verificatie laat • Validatie als laatste
15 15
De ontwikkelingen ● De aanpak – Waterval • Verificatie eerder • Validatie als laatste
16 16
De ontwikkelingen ● De aanpak – SCRUM • Verificatie continu • Validatie continu
17 17
De ontwikkelingen ● Het vak – Best effort – Ontwikkeling methodieken
– Opleiding en certificering
18 18
De ontwikkelingen ● De systemen – Modulair in huis (SOA)
21 21
De ontwikkelingen ● De systemen – Modulair buitenhuis (Cloud/SaaS)
22 22
De ontwikkelingen De Bestuurder De Controleur
“Hij bepaalt wat ik moet doen”
“Hij ziet er op toe dat ik het juiste doe”
De Stimulator “Hij inspireert het team”
De Producent “Hij zorgt dat ik mijn werk kan doen”
De Innovator “Hij komt met nieuwe oplossingen”
De Bemiddelaar “Hij maakt de betrokkenen blij”
De Mentor
De Coördinator “Hij bepaalt wanneer ik wat moet doen”
“Hij leert mij het vak”
23 23
De ontwikkelingen ● De Bestuurder – formuleert de visie en de doelen – ontwerpt de strategie – delegeert de realisatie
● De aanpak – Opdrachtgever is direct betrokken
● Het vak – Tester kan de aanpak kiezen
● De systemen – Realisatie overstijgt de organisatie
● Kortom, ik bepaal in overleg wat ik moet doen
24 24
De ontwikkelingen ● De Bemiddelaar – bouwt en handhaaft een machtsbasis – onderhandelt over middelen – presenteert ideeën namens anderen
● De aanpak – Middelen bepalen wat er kan
● Het vak – Tester legt zelf zijn aanpak uit
● De systemen – Onderhandelen wordt kiezen
● Kortom, de betrokkenen maken elkaar blij
25 25
De ontwikkelingen ● De Stimulator – bouwt het team – zorgt voor gezamenlijke besluiten – neemt conflicten weg
● De aanpak – SCRUM Master helpt het team
● Het vak – Tester voedt de besluiten over testen
● De systemen – Specialisten lossen conflicten op
● Kortom, wij inspireren en bouwen het team
26 26
De ontwikkelingen ● De Coördinator – stuurt het project – ontwerpt de taken – stuurt de verschillende disciplines
● De aanpak – Team stuurt het project
● Het vak – Tester deelt zijn eigen werk in
● De systemen – Ritme releases wordt extern bepaald
● Kortom, ik bepaal met het team wanneer ik wat moet doen
27 27
De ontwikkelingen ● De Producent – zorgt dat productief wordt gewerkt – zorgt voor juiste werkomgeving – doet tijdmanagement
● De aanpak – Team zorgt voor resultaat
● Het vak – Tester deelt zijn eigen tijd in
● De systemen – Omgevingen zijn nauwelijks te beïnvloeden
● Kortom, ik zorg met het team dat ik kan doen wat moet
28 28
De ontwikkelingen ● De Mentor – heeft inzicht in anderen – communiceert effectief – helpt anderen ontwikkelen
● De aanpak – Specialisten helpen elkaar
● Het vak – Tester kent ook het vak van anderen
● De systemen – Domein- en systeemkennis zijn doorslaggevend
● Kortom, ik leer van andere specialisten
29 29
De ontwikkelingen ● De Controleur – heeft inzicht in functioneren van; • zijn team • de organisatie
● De aanpak – Team controleert zichzelf
● Het vak – Testers kunnen elkaars werk toetsen
● De systemen – Kwaliteit van functioneren en resultaat is grotendeels gegeven
● Kortom, het team ziet er op toe dat ik doe wat moet
30 30
De ontwikkelingen ● De Innovator – leeft met verandering – denkt creatief – stuurt veranderingen
● De aanpak – Verandering is leidend
● Het vak – Tester kent het vak en de uitdagingen
● De systemen – Veranderingen is een gegeven
● Kortom, wij komen met nieuwe oplossingen
31 31
En nu? “We hebben allemaal overtuigingen en vooronderstellingen over de juiste manier om dingen te doen. Dat geldt zeker voor leiderschap in ondernemingen. Hoewel overtuigingen en vooronderstellingen kunnen bijdragen aan onze effectiviteit, hebben ze soms ook het tegenovergestelde effect.” (House en Podsakoff, 1994)
32 32
En nu? De Bestuurder De Controleur
“Ik bepaal in overleg wat ik moet doen”
“Het team ziet er op toe dat ik doe wat moet”
De Stimulator “Wij inspireren en bouwen het team”
De Producent “Ik zorg met het team dat ik kan doen wat moet”
?
De Innovator “Wij komen met nieuwe oplossingen”
De Bemiddelaar “De betrokkenen maken elkaar blij”
De Mentor “Ik leer van andere specialisten”
De Coördinator “Ik bepaal met het team wanneer ik wat moet doen” 33 33
