De humor van Jezus
(c) Jan Vermeer, www.schrijver-janvermeer.nl
Pag. 1
Jezus zoals ik hem niet kende Doe je ogen eens paar seconden dicht en stel jezelf Jezus eens voor. Welk plaatje zie je? Ik denk een vriendelijke man, gekleed in wit, blanke huid, bruin baardje, misschien wel omringd door kinderen en/of volwassen die naar hem luisteren. Zelfs als je iets anders in je hoofd hebt, dan nog denk ik dat het beeld in je gedachten komt uit iets wat je op (zondag)school hebt geleerd of een plaatje dat je ooit hebt gezien in bijvoorbeeld een kinderbijbel. Mijn ouders hadden bijvoorbeeld vroeger een tiendelige, geillustreerde bijbelserie. Ik zie nog altijd die jaren zeventig tekenstijl voor me als ik aan Jezus denk.
(c) Jan Vermeer, www.schrijver-janvermeer.nl
Een belangrijke reden waarom ik werk aan het boek ‘Recht uit het hart’ en het voor mij ook zo bijzonder is om te doen, is omdat we zo gemakkelijk een beeld creëren van God, mens en Jezus en daarmee maken we ons eigen evangelie. En dat kan fors afwijken van wat de bijbel ons eigenlijk probeert te leren. Een paar jaar geleden las ik een boek dat mijn ogen opende. Het boek heet ‘Jezus zoals ik hem niet kende’ en is geschreven door Philip Yancey. Zeker een aanrader als vervolg op dit boek. Het liet zien dat Jezus zo anders is dan ik dacht en zelfs dat boek kon slechts een deel van Jezus laten zien. Er is zoveel meer te ontdekken over Pag. 2
We zien zijn speelse karakter over het hoofd Hem. Jezus volgen, is op reis gaan met hem. Je hebt daarin één zekerheid: hij zal je voortdurend blijven verrassen. Wie is Jezus nu eigenlijk? In ‘Recht uit het hart’, dat verschijnt in oktober, ga ik hier dieper op in. Maar laten we nu eens kijken naar één verrassend aspect van Jezus’ karakter. Het laatste wat ik wil doen, is Jezus onderuit halen door hem weg te zetten als een ‘grappig ventje’. Ik ben bloedserieus als ik zeg dat Jezus grappig is. Hij heeft humor en dat is een kant die ik in de eerste plaats wil laten zien om ons beeld van hem bij te stellen. Want, laten we eerlijk zijn, (c) Jan Vermeer, www.schrijver-janvermeer.nl
zijn humor is niet het eerste wat bij ons naar boven komt als we aan Jezus denken. Hoe komt het dat we zijn ‘gevatheid’ en zijn soms ‘speelse’ karakter over het hoofd zien? Daar zijn waarschijnlijk twee redenen voor. Ten eerste kennen we de verhalen van Jezus misschien al te goed. We hebben ze te vaak gehoord en raken ons niet meer. Een andere reden is dat het gevoel voor humor in de eerste eeuw anders was dan wat wij tegenwoordig grappig vinden. Bij ons draait alles om de ‘punch line’, de clou van het verhaal. Beetje zelfspot:
Pag. 3
Jantje komt van school en moeder vraagt waarom hij zo blij kijkt. Jantje: “Ik heb een complimentje van de juf gekregen!” Moeder: “Wat vond ze dan zo goed?” Jantje: “Ze zei dat we allemaal sufferds waren, en dat ik de grootste was!” In de tijd van Jezus ging het veel meer om op de setting van het verhaal, de opbouw erin. Neem bijvoorbeeld de manier waarop Nathanaël Jezus voor de eerste keer ontmoet1. Terwijl hij onder de vijgenboom ligt (hij is aan het mediteren of misschien zelfs aan het slapen), komt zijn vriend Filippus op hem af gerend. Filippus heeft Jezus net ontmoet en is razend enthousiast. Hij is de verlosser over wie de profeet Mozes zo lang geleden al sprak. Nathanael is sceptisch. ‘Waar komt ie vandaan?’
1
‘Uit Nazareth.’ Nazareth was in die tijd een klein dorpje in de buurt van een ander dorp, Kapernaum. Waarschijnlijk woonde Nathanael daar en misschien was er de nodige rivaliteit tussen de twee woonplaatsen, want Nathanael reageert gevat: ‘Kan er iets goeds komen uit Nazareth?’ Het is belangrijk om te weten dat Jezus niet eens in de buurt was, terwijl Filippus Nathanael inlicht. ‘Ga zelf maar kijken’, zegt hij. Ik zie Nathanael met tegenzin opstaan en sjokkend die Jezus opzoeken. Jezus ziet hem al aankomen en nog voor Nathanael een woord kan uitbrengen, zegt
Johannes 1:47-53
(c) Jan Vermeer, www.schrijver-janvermeer.nl
Pag. 4
Jezus: ‘Kijk! Dat is nog eens een Israëliet! Een mens zonder bedrog!’ Zie je de verbaasde blik op het gezicht van Nathanael? Hij heeft deze man nog nooit ontmoet. ‘Huh? Waar kent u mij van?’ Jezus is ready for the kill. Ik vermoed dat hij hard lacht. ‘Ik had je al gezien voordat Filippus je riep, toen je onder de vijgenboom zat.’ Nathanael beseft dat zijn vriend gelijk had. Dit moet wel de beloofde messias zijn, de zoon van God en de koning van Israel. Dat roept hij dan ook uit. Jezus is in zijn nopjes. Natuurlijk is hij blij met deze reactie. Aan de andere kant: hij had het ook (c) Jan Vermeer, www.schrijver-janvermeer.nl
wel een beetje zien aankomen. En nog steeds ziet hij de humor van de hele situatie in. Hij weet wat er nog gaat komen. Nathanael zal mensen genezen zien worden, doden die weer opstaan, vijf kleine broden die duizenden mensen te eten zullen geven. ‘Geloof je omdat ik je onder de vijgenboom zag zitten?’, lacht Jezus. ‘Je zult nog grotere dingen zien!’ Er zijn nog veel meer voorbeelden van dat speelse karakter van Jezus. Niet dat hij een enorme moppentapper was in zijn tijd op aarde, maar hij gebruikte wel degelijk humor om zijn (serieuze) boodschap over te brengen. Zo zei hij: ‘Het is Pag. 5
gemakkelijker voor een kameel om door het oog van een naald te gaan dan voor een rijke om het koninkrijk van God binnen te gaan.’ Werd er gelachten? Misschien door de arme mensen wel. Ik denk dat veel mensen zich misschien te aangesproken voelde om al schuddebuikend over straat te gaan. Toch bracht Jezus zijn punt met een grap naar voren, om er vervolgens aan toe te voegen: ‘Maar bij God is niets onmogelijk’. God kan zelfs een kameel door het oog van de naald laten kruipen en Hij kan ook jullie redden. Nog duidelijker wordt zijn manier van doen in de manier waarop hij de hoogmoedige (c) Jan Vermeer, www.schrijver-janvermeer.nl
schriftgeleerden en joodse leiders van zijn tijd te kijk zet. Op een dag was Jezus in de tempel in Jeruzalem onderwijs aan het geven en hoogstwaarschijnlijk ook mensen aan het genezen, want dat gebeurde vrijwel overal waar hij kwam. De joodse, religieuze leiders wilden al langer van hem af. Ze moesten hem uitschakelen. Zeker nu hij hier in Jeruzalem, hun hoofdkwartier, de mensen andere dingen leerden dan zij. Plotseling kwamen ze op hem af. ‘Met welke bevoegdheid doet u deze dingen?’ Als Jezus zou zeggen ‘met de bevoegdheid van mensen’, zouden ze hem vragen ‘welke mensen Pag. 6
Religieuze leiders worden in hun hemd gezet door Jezus dan?’. Bovendien haalde dat zijn gezag onderuit. Als hij zou zeggen ‘in opdracht van God’ zouden ze hem beschuldigen van godslastering. Maar Jezus’ tijd was nog niet gekomen. Daarom stelde hij een tegenvraag. ‘Doopte Johannes in opdracht van God of van mensen?’ Jezus speelt de bal keihard terug naar de joodse leiders. Wat nu? Johannes, een profeet en martelaar, was enorm populair bij de bevolking. Ze konden worden gestenigd als ze zouden zeggen wat ze werkelijk dachten: dat hij door mensen was gezonden, niet door God. En als ze antwoordden dat hij wel degelijk door God was
(c) Jan Vermeer, www.schrijver-janvermeer.nl
gezonden, dan kon Jezus vragen: ‘Waarom hebt u hem dan niet geloofd?’ En dus zeiden ze Jezus: ‘We weten het niet.’ Waarop Jezus hun hypocrisie en kinderachtigheid benadrukte: ‘Dan geef ik ook geen antwoord op jullie vraag!’ Met de staart tussen de poten druipen ze af, in hun hemd gezet door de zoon van God. Of denk eens aan die keer dat zijn discipelen probeerden te verhinderen dat kinderen bij Jezus werden gebracht. ‘Laat ze naar mij komen’, zegt hij. En vervolgens: ‘Wie niet wordt als een kind, kan nooit het koninkrijk van God binnengaan.’
Pag. 7
Pijnlijk voor de discipelen, maar die ouders lagen in een deuk. Zeker weten. Kijk ook eens naar hoe hij met Petrus omgaan, de leider van de discipelen. Al bij hun eerste ontmoeting gaf Jezus hem een bijnaam. Petrus was namelijk niet de naam die zijn ouders aan hem hadden gegeven. Dat was ‘Simon’. Een goed gekozen beschrijving van zijn naam want deze Simon was – zoals de betekenis van zijn naam aangeeft – driftig en weifelachtig. Altijd met zijn neus vooraan, altijd de eerste die ergens mee begon, maar ook altijd de eerste die weer afhaakte. Maar Jezus gaf hem de bijnaam ‘Petrus’,
(c) Jan Vermeer, www.schrijver-janvermeer.nl
ofwel ‘rots’. Daarmee herinnerde hij deze Simon eraan wie hij hoorde te zijn. Toch gebruikte Jezus beide namen voor dezelfde man. Hij noemde hem ‘Petrus’ als hij handelde zoals van hem verwacht mocht worden, maar ‘Simon’ als hij weer eens zijn aardse karakter toonde. Je hoort het Jezus zeggen: ‘Simon...’ Er is een film over het leven van Jezus gemaakt, waarin Jezus één van zijn leerlingen nat spettert en vervolgens hard wegrend. Daarop zet zijn volgeling letterlijk de achtervolging in. Schitterend. Zo was het echt. God heeft humor uitgevonden. Het is zijn idee geweest. Natuurlijk Pag. 8
Zou Jezus hierom kunnen lachen? Ja, toch? lacht God. Het was soms dolle boel in het gezelschap van Jezus. Waarom anders zouden de joodse leiders Jezus ervan beschuldigen een dronkaard en veelvraat te zijn? Dat was hij niet, maar ongetwijfeld was er met regelmaat ook sprake van een feestelijke sfeer. Jezus kan ook lachen om ons. Dat weet ik zeker. Er is een website inheritthemirth.com met daarop geweldige cartoons en ik ben ervan overtuigd dat God daar ook de humor van in ziet. Er is bijvoorbeeld een plaatje van Jezus die de discipelen in de boot oproept om hem te volgen, waarop de ene visser tegen de andere zegt: ‘Hm, wat zou Jezus doen?’ (c) Jan Vermeer, www.schrijver-janvermeer.nl
Ook zien we Paulus zijn brief aan de Korintiërs te schrijven terwijl hij belaagd wordt door zondagschoolkinderen en zichzelf voorhoudt: ‘Liefde is geduldig, liefde is geduldig, liefde is geduldig’. Tussen haakjes informeert de cartoonist ons dat Paulus het liefst twintig minuten volhield als kinderwerker. God is de bron van alles. Ook van humor. Veel plezier op je verdere reis met Jezus. PS. Voel je verspreiden.
vrij
dit
document
verder
te
Pag. 9