Bart Ibelings
De Hollandse paardenmarkten van de heer Van Wassenaer: de drieV's (1554-1610) 1
Inleiding
Het
is opvallend hoe weinig onderzoek er recent gedaan is naar (jaar)markten i n het laat2
middeleeuwse en vroegmoderne H o l l a n d . A l g e m e e n bestaat overeenstemming over de hoge mate van verstedelijking en de m a r k t o r i ë n t a t i e van het platteland i n dit gewest tijdens de 16e eeuw. D i t geeft voldoende a a n l e i d i n g o m m a r k t o n t w i k k e l i n g en -werking te bestuderen. In dit artikel wil ik de paardenjaarmarkten van de heer V a n Wassenaer i n H o l l a n d bespreken.
Deze zijn te situeren i n een drietal plaatsen, waarvan er twee zeker niet als stad zijn te
kenschetsen, namelijk V o o r s c h o t e n en V a l k e n b u r g , de derde werd g e h o u d e n i n de stad \ laardingen. Het den,
4
b r o n n e n m a t e r i a a l werd i n hoofdzaak gevonden i n het H u i s a r c h i e f Twickel (te D e l -
Overijssel) o n d e r het g o e d e r e n c o m p l e x van de heerlijkheid Wassenaar. Aandacht zal
w o r d e n besteed aan het gebruikte bronnentype (een m a r k t t o l r e k e n i n g en een aantal rentmeesterrekeningen)
en de daaraan v e r b o n d e n p r o b l e m e n . Speciale b e h a n d e l i n g verdient
het begrip tolvrijheid. Bij toeval is daarover voor deze markten een bijzondere b r o n bruikbaar: een tweetal kaarten met het tolvrije gebied daarop getekend.
1
Mei dank aan mevrouw A. Bruut, archiv aris te Delden. De gegevens werden bestudeerd in het kader van een speurtocht naar vergelijkingsmateriaal voor de cijfers ov er de paardenmarkt te Gouda (waar jaarlijkse totalen aan verhandelde paarden vanaf hel midden van cle 15e eeuw voorhanden zijn). Zie voor die vergelijking mijn te verschijnen dissertatie (Universiteit van Amsterdam) over landschap en economie rond Gouda (14e-16e eeuw).
2
In oude stadsgeschiedenissen «as daar vaak wel plaats voor. In cle recente stadsgeschiedenissen van Haarlem (Deugd luwen geweld. Een geschiedenis van Haarlem. 1245-1995 (Hilversum 1995)) en Dordrecht (Geschiedenis van Dordrecht lot 1572 (Hilversum 1996)) wordt echter nauwelijks aandacht besteed aan de stedelijke markt. Buiten Holland zijn wel recente voorbeelden: GJ.F. Slootmans, Faas- en koudemarkten Ie liergen op /.oom 1365-1565 3 dln. (Tilburg 1985) en beknopter maar over een langere periode: Markten in Utrecht. Van de vroege middeleeuwen lol nu (Utrecht 1995). Een populair en ruim geïllustreerd overzichtswerk met opgave van de bestaande literatuur (ook van cle oude stadsbeschrijvingen) per stad: Leo Noordegraaf, Atlas van de Nederlandse marktsteden (Utrecht/Antwerpen en Amsterdam 1985). Van belang voor dil artikel is de inleiding van deze atlas: -Markten hun ontstaan en ontwikkeling', 10-51. Zie ook J.A. van Houtte en R. van Uytven, 'Nijverheid en handel', in: Algemene geschiedenis der Nederlanden dl. 4 (Bussum 1980) 87-111, aldaar 95-96. waar op het belang van jaarmarkten en cle handel van paarden wordt gewezen.
3
Achtergrondliteratuur voor de historie van de drie paardenmarkten (met name over cle periode na 1600): M.G. Sigal jr., 'De Vlaardingse paardenmarkt en cle kermis', Uit Vlaardiugs verleden (3; herdr. Nieuwe Vlaardingsche Gourantïl juni 1920) 1-6 (mei dank aan het Gemeentearchief (GA) Vlaardingen); E. Pelinck, De paardenmarkt te Valkenburg', Jaarboekje Leiden e.o. 50 (1958) 80-86 (met afbeeldingen van de vele 17e- en 18e-eeuw.se schilderijen van de markt): J.L. van der Gouw, Hel ambacht Voorscholen (Voorburg 1956) 47-49; H . P . H . Jansen, '1282, 700 jaren vermelding van de Voorschotel' malknechten', Gemeentegids Voorschoten 1983, 19-24; J.H.M. Sloof, 'Handel tussen kruisen: de jaarmarkt [in Voorschoten]', in: E. Koch e.a. (red.). Overkoken, broodbanken 6f elstoelen. Sporen van middeleeuws Nederland (Utrecht 1995) 112-113.
4
De stedelijke hoedanigheid van Vlaardingen was in de onderzoeksperiode niet onomstreden, fa 1546 weiden de \1aardingers bij cle Grote Raad van Mechelen bevestigd in hun mening dat zij geen dorp maar een stad waren. Het vonnis van het Hof v an Holland uit 1544, dat afbraak v an biet brouwerijen in Vlaardingen op eis van de zes grote steden (ondei v erwijzing naai de Order op cle Büitennering uil 1531) afwees, bleef daarmee overeind: Grote Raad van Mechelen, Chronologische lijsten, sententie nr. 845.128. 20 maai t 1546. Uit de Resoluties van de Staten van Holland, 16 dcc. 1545, blijkt dat de zes grote steden van mening waren dat onbemuurde sleden, zoals Vlaardingen, tot het platteland gerekend dienden te worden, ook al waren zij in het bezit van stadsrechten.
91
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
Paarden in Holland Omtrent het verhandelen en fokken van paarden i n H o l l a n d gedurende deze periode is, voorzover ik weet, nagenoeg niets bekend. Zeker lijkt wel dat er een flinke behoefte aan paarden was. In de steden werden paarden als trekdier bij het verplaatsen van goederen of voor de aandrijvingvan rosmolens gebruikt. O p het platteland was het paard het g e ë i g e n d e ploeg- en trekdier. Zeker in de slappe veengronden met smalle door sloten begrensde kavels was het lichtere en wendbare paard ver te prefereren boven de os. H e t merendeel van deze gronden was weliswaar i n gebruik als gras- en hooiland, maar juist de oppervlakte aan te ploegen akkerland bestemd voor haververbouw (het paardenvoedsel bij uitstek) is tot n u toe onderschat. De verbeterde ontwatering met behulp van windwatermolens gaf daar de mogelijkheden toe. Dat paardenfokkerij i n H o l l a n d een rol van betekenis speelde, blijkt uit een tweetal plakkaten. U i t 1518 dateert een plakkaat van de koning, afgekondigd door het H o f van H o l l a n d , geen merries uit H o l l a n d uit te voeren. Dagelijks zouden 'grote menigten paarden' verkocht worden. H e t land zou daardoor 'zeer gebloet ende gespolieert' worden, omdat er zo te weinig veulens b i n n e n H o l l a n d overbleven. O o k werden veel jonge paarden uitgevoerd, ondanks het verbod dat daar onlangs op gemaakt was. In 1531 volgde opnieuw een verbod merriepaarden uit te voeren of te kopen op het platteland.'' De handelwijze van de Hollandse boer is op te maken uit een succesvol protest van de inwoners van Voorschoten i n 1623 tegen de verschuiving van de datum van de paardenmarkt aldaar. De jaarmarkt was tijdens de oogst geplaatst. Tevoren was deze juist na de oogst, waarmee dan de oude 'affgaende' paarden verkocht k o n d e n worden o m jonge 'aencoomende' te k o p e n . Waarschijnlijk worden met deze jonge paarden reeds volleerde werkpaarden bedoeld en geen veulens. J . Bieleman wijst op de gewoonte van de Drentse boer o m op de i n het najaar gehouden paardenmarkt de i n het voorjaar geboren veulens te verkopen en met de opbrengst volwassen werkpaarden te kopen. Daarmee werden de relatief dure opfok (waarin tegenover goede voeding geen deelname aan het productieproces stond) en het leerproces van de veulens gedurende de eerste twee o f drie jaar uitbesteed.' b
V o o r een aantal grotere steden i n H o l l a n d is met enig zoekwerk het bestaan van een paardenjaarmarkt i n deze periode aantoonbaar. V o o r het achterhalen van de omvang ervan ontbreken bijna steeds de gegevens. In zijn bekende beschrijving van de Nederlanden van 1566 brengt de Italiaanse diplomaat L . Guicciardini Valkenburg ter sprake, een plaats (naar de Nederlandse vertaling van Kiliaan uit 1612) 'seer vermaerdt door cle vernaemde peerdenmarckt die hier jaerlijck i n de herfstmaendt ghehottden wordt, daer alsdan een ontellijcke menichte van allerley peerden zijn, soo dat veel volcks van alle kanten h e m dies komt versien'. V o o r het gewest H o l l a n d i n het algemeen roemt hij de goede kwaliteit van de paarden. De Hollandse paarden waren met die uit n o g enkele andere gewesten van de Nederlanden 'seer goedt tot alle werek [bruikbaar], besonder ter o o r l o g h e n ' . De inzetbaarheid als strijdros is nog toe te voegen aan cle bovengenoemde behoefte aan paarden. 8
f>
4 nov. 1518: A l g e m e e n Rijksarchief ( A R A ) , H o f van H o l l a n d inv.nr. 26 f. 241v.
6
V a n der G o u w , Het ambacht Voorschoten, 79-82 (bijlagen) nrs. 22-24.
7
J a n B i e l e m a n , Geschiedenis
Acrt van der Goes van cle dagvaarten van de Staten van H o l l a n d (z.p., 1750)
8
van de landbouw
13 nov. 1531: Register van meester
174.
in Nederland 15011-1950 ( M e p p e l / A m s t e r d a m 1992)
I.. G u i c c i a r d i n i , Beschryvinghe van alle de Nederlanden
83-84.
N e d e r l a n d s e vertaling d o o r C . Kilianus (Amsterdam 1612)
239 en cle los bijgevoegde kaart bij W . Brulez, 'De e c o n o m i s c h e kaart van de N e d e r l a n d e n in cle 16e eeuw volgens G u i c c i a r d i n i ' , 'tijdschrift
92
voorgeschiedenis
83 (1970) 352-357.
9.
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
De voorgeschiedenis van de drie markten De plaatsen Voorschoten, Vlaardingen en Valkenburg (de drie V's) zijn reeds i n cle eerste helft van de 13e eeuw de drie grote bekende jaarmarkten in H o l l a n d . S.J. Fockema Andreae meende dat een keten van jaarmarkten was ontstaan langs de landweg die door Vlaamse kooplieden werd gebruikt o m via de Hollandse kuststrook naar Friesland te reizen. Valkenburg zou daardoor reeds sinds de 12e eeuw meer dan een landbouwdorp zijn. V o o r de mening van H . P . H . J a n s e n , dat de markten van Valkenburg en Voorschoten slechts door de nabijheid van de zee tot ontwikkeling zijn gekomen, zie ik geen bewijzen. O o k de reden die J . H . M . Sloof geeft voor de opkomst van de Voorschotense jaarmarkt is naar mijn m e n i n g onjuist. Naar zijn idee zouden de jaarmarkten in de steden met de opkomst van de gilden aan meer regels gebonden raken, waarna de markten op het platteland drukker bezocht werden. Niet alleen is bekend dat de gilden in de Hollandse steden (met uitzondering van Dordrecht) geen politieke rol van betekenis speelden, opvallend is nu juist dat de oudste gegevens over jaarmarkten i n H o l l a n d betrekking hebben op plattelandsmarkten. 9
Melis Stoke schreef eind 13e eeuw over Voorschoten: 'daer was van volke groot gheloop, grote marct ende groten coop, van alles dies men behoevede doe'. Hierbij greep hij terug op een vermelding i n de Annales Egmundenses op het jaar 1204: 'mercatum ibi p l e n u m o m n i u m rerum sufficienda'. In het stadsrecht van Geertruidenberg uit 1213 wordt m e l d i n g gemaakt van de passage door de stad van kooplui op weg naar de Hollandse jaarmarkten (de ' n u n d i nae Hollandenses'). H i e r m e e moeten die van de drie V ' s bedoeld zijn. De bekendheid van de jaarmarkten van Voorschoten en Valkenburg blijkt ook uit het i n oorkonden veelvuldig voorkomen van de data van deze markten als tijdstip van betaling van pachten o f tijnsen. Voor het eerst gebeurt dat i n 1246 i n het Delftse stadsrecht met de Valkenburgse jaarmarkt. Het oudste overzicht van de Hollandse leengoederen van de V a n Wassenaers uit de jaren 1282-84 noemt als bezit de markttollen van de jaarmarkten te Voorschoten en Vlaard i n g e n . " R o n d 1339 zou V a l k e n b u r g als gecombineerde ambachtsheerlijkheid met Katwijk i n leen zijn uitgegeven aan de burggraaf van L e i d e n , dan heer Filips (III) van Wasse10
9
S.J. Fockema Andreae, 'Een HoUandsche grondheerüjkheid (Valkenburg)', in: Warmond, Valkenburgen Oegstgeest (Dordrecht 1976), ingeleid door D.P. Blok 49-58, aldaar 54: W'J. Alberts en H . P . H . Jansen, Welvaart in wording (Den Haag 1977, 2e dl.) 209: Sloof, 'Handel tussen kruisen', 113.
10 mjmkroniek van Melis Stoke, ed. W.G. Bril] (Utrecht 1885/198.3) III vs. 299-301 en Annales Egmundenses, ed. O. Oppermann (Utrecht 1933). Reeds vaak geciteerd, recent nog D.E.H. de Boer. 'Florerend vanuit de delta.'De handelsbetrekkingen van Holland en Zeeland in de tweede helft van de dertiende eeuw', in: Wi Horens... De Hollandse graal Floris V in de samenleving van de 13de eeuw (Utrecht 1996) 126-153, die als oudste v ermelding van de jaarmarkten van valkenburg en Voorschoten 1246 geeft, maar op een hogere ouderdom wijst: aldaar 126 en 148 nt. 2; R. de Graaf, Oorlog om Holland 10011-1375 (Hilversum 1996) 384. vgl. ook 319. Voor de opmerking betreffende Geertruidenberg: H.P.H. Jansen. 'Handel en nijverheid 1000-1300', in: Algemene geschiedenis der Nederlanden dl. 2 (Bussum 1982) 148186. aldaar 181 en idem. '1282. 700 jaren vermelding', 24: J.A. van Houtte, Economische geschiedenis van de Lage Landen 800-1800 (Haarlem 1979) 45. Verder G. van Herwijnen, 'Stad en land in hel graafschap Holland en Zeeland in de dertiende eeuw' en Dick E . H . de Boer " O p weg naar volwassenheid'. De ontwikkeling van productie en consumptie in cle Hollandse en Zeeuwse steden in de dertiende eeuw', beide in: E.H.P. Cordfunke e.a. (red.), De Hollandsestad in de dertiende eeuw (Zutphen 1988) resp. 18-27 (aldaar 19-20) en 28-43 (aldaar 35). In Welvaart in wording. 208-209 wordt van de 'nundinae Hollandenses' die in de 13e eeuw worden genoemd, slechts aan die van Valkenburg en Voorschoten nadien iels meer dan regionaal belang toegekend. 11 A J . Bruin. Inventaris van het huisarchief 1'wicket 1133-19757 dln (Zwolle/Delden 1993) dl. I, xix; A R A Archief Graven v an Holland inv.nr. 706 f. 45; vgl. H.G.A. Obreen, Geschiedenis van hel Geslacht van Wassenaer (Leiden 1903) 15: 'theloneum nundinaniin in Voirscoten, theloneum de Vierdingen in nundinis hiemalibus et aestivis cum theloneo fori hebdomarialis'. Voor de geschiedenis van cle vérwerving van het goederencomplex van cle heerlijkheid Wassenaer c a . en cle relatie met Twickel: Brunt, Inventaris dl. I, xviii-xxi.
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
1
naer. In 1360, toen heer D i r k van Wassenaer, burggraaf van L e i d e n , aan A m s t e r d a m tolvrijdom verleende van al zijn tollen, werden de tollen op de jaarmarkten te V l a a r d i n g e n , V o o r s c h o t e n en V a l k e n b u r g daarvan u i t g e z o n d e r d . Dit lijkt een aanwijzing voor het belang van de inkomsten daaruit. O f i n deze tijden de paarden al een belangrijke rol speelden op de jaarmarkten is onzeker; B l o k en Jansen meenden van w e l . " Zeker is dat i n V a l kenburg, waar de Leidse burggraaf het recht van de ellenmaat bezat, en V o o r s c h o t e n waar een wanthuis was - de lakennijverheid op de jaarmarkten toen van betekenis was. ' 13
lr
Pas e i n d 15e eeuw komen de jaarmarkten weer i n beeld. Nadat L e i d e n i n 1497 toestemm i n g kreeg haar i n onbruik geraakte jaarmarkt r o n d 22 juli i n ere te herstellen, werd door de vrouwe van Wassenaer een proces voor de Grote Raad van M e c h e l e n aangespannen. Haar inkomsten van de tol van de jaarmarkt in het nabijgelegen Voorschoten zouden zeer benadeeld worden, daar de markt hier kort na de Leidse tussen 31 j u l i en 2 augustus werd gehouden. In 1502 werd haar verzet echter ongegrond verklaard. De Raad van H o l l a n d liet vervolgens het octrooi van cle vrije Leidse jaarmarkt i n H o l l a n d door de deurwaarder afkondigen. H e t optreden van de baljuw van Rijnland werd evenwel door de Grote Raad gelaakt; hij had op verzoek van L e i d e n inwoners van de heerlijkheid Wassenaar gedwongen de markt te Leiden te bezoeken."' V a n der Gouw noemt ook Valkenburg als partij in dit proces; aanwijzingen hiervoor ken ik niet. 17
Merkwaardig is dat n o c h i n cle bekende Enquestevm 1494, n o c h i n de Informacie van 1514 door de drie plaatsen gerept wordt van de (paarden-) jaarmarkten. Mogelijk speelden hier fin a n c i ë l e overwegingen een rol: op g r o n d van de verslagen i n de beide onderzoeken werd de hoogte van de belastingaanslag van dorp o f stad bepaald. Bij de belening van Maria van Wassenaer in 1525 worden de inkomsten tut twee van de drie jaarmarkten wel genoemd; nu wordt voor het eerst expliciet van een paardenmarkt gesproken (zie ook hieronder bij tabel 2 ) . 18
19
12 GJ.W. dejongh, inleiding op inventaris 'De archieven van cle hei en van de beide Katwijken en het Zand en van Valkenburg (1203-1927)' (ARA, typoscript 1958) 1; Fockema Andreae. 'Een HoUandsche grondheerlijkheid'. 51. 13 P.H.J. van tier Laan, Oorkondenboek van Amsterdam lal 1400 (Amsterdam 1975) nr. 200. 14 P.J. Blok, Geschiedenis eener HoUandsche stad dl 1 Eeue HoUandsche stad in de middeneeuwen [Leiden] ('s-Gravenhage 1910) 197. De Leidse jaarmarkt was in zijn ogen toen nog van minder belang dan die te Voorschoten en te Valkenburg. De paardenmarkten daar kenden naar zijn mening reeds in de 13e eeuw zowel binnen- als buitenlandse bekendheid. Jansen, 'Handel en nijverheid', 181 meende dal de markten lange tijd niet anders dan paardenmarkten bleven, net als de al in 1232 genoemde markt te Zuidlaren (Di.). 15 D.F..H. de Boer, Graaf en grafiek (Leiden 1978) 296. 16 Grote Raad van Mechelen, Dossiers Eerste Aanleg nr. 169 (het betrof hier dus geen beroepszaak van het I lof van Holland) en Chronologische lijsten van de Geêxtendeerde Sententiën, sententie nr. 804.98, 8juli 1502; J.C. Overvoorde enJ.W. Verbuigt, Archief der secretarie van de stad Leiden 1253-1575 (Leiden 1937) regest nis. 1108 met het privilege rooide markt aan Leiden, dec. 1497 (de markt bier overigens op 12 juli gedateerd voor de duur van 8 dagen) en nr. 1151. 2 juli 1502 met bevel tot afkondiging van het octrooi; Blok, Geschiedenis eener HoUandsche stad dl. 2 Onder de Bourgondisch-Oostenrijksche heerschappij ('s-Gravenhage 1912) 242 meende dat de Leidse jaarmarkt nadien weinig bezoekers trok omdat de Rijnlandse boeren de oude jaarmarkten van Valkenburg en Voorschoten bleven prefereren. 17 J.L. van der Gouw, 'Schieland als koloniaal gebied van Rotterdam', Rotterdams jaarhoekje 5 (1977) 235-249, aldaar 240, die (zonder bronopgave) cle twist op laken lijkt te betrekken. Het is dus onjuist dit proces aan te halen als een voorbeeld van succesvol verzet van een dorp tegen een stad, zoals (afgaande op de weergave bij Van der Gouw) L. Noordegraaf, 'Domestic trade and domestic trade conflicts in the Low Countries: autonome, centralism and statelormation in the pre-industrial era', in: S. Groenvelden M . VVintle (red.), Britain and the Netherlands X State and trade (Zutphen 1992) 12-27, aldaar 22. 18 Enquesteeta., ed. R. Fruin (Leiden 1876); Informacieenz., ed. R. Fruiri, (Leiden 1866). 19 De belening vond plaats na het uitsterven in mannelijke lijn van het geslac ht Van Wassenaer. In 1521 gaf keizer Karei V Jan van Wassenaer (over hem mét afbeelding H.F.K. van N'ierop, Van ridders lol regenten (z.p. [Dieren] 1984) 11-14) toestemmming voor de opv olging door zijn oudste doc hter. Dooi haai huwelijk met de Henegouwse graaf De Ligne kwam het bezit in 1544 na haar dood aan hun zoon Philips de Ligne. Deze katholieke Waalse edelman bleef trouw aan Spanje en zijn goederen werden daarom door de Staten van Holland geconfisccci d: Bruut. Inventaris dl. I. xx. <) 1
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
De Vlaardingse markttolrekening van 1581 De bij mijn weten enige bewaarde tolrekening van een Hollandse paardenjaarmarkt vóór 1600 betreft de rekening uit 1581 van de Vlaardinger paardenmarkt, gehouden r o n d St. Pieter en Pouwelsavond (eind j u n i ) . In 1581 werden hier 64 'vrije' paarden verhandeld aan i n woners van steden en dorpen i n H o l l a n d (tabel 1). M e t 'vrij' wordt hier gedoeld op de hoogte van de te betalen markttol voor een paard, die afhankelijk was van de geografische herkomst van de koper. E e n veertigtal kopers van 'vrije' paarden wordt genoemd, afkomstig uit Delft, Naaldwijk, Rotterdam, Schiedam, D e n Haag, Maasland, Berkel, V o o r b u r g en G o u da; met uitzondering van G o u d a plaatsen die i n de omgeving van Vlaardingen zijn gelegen. V o o r de 64 paarden dienden de kopers 2 groot (ofwel 1 stuiver) tol te betalen, voor 50 van deze 64 moest n o g een extra tol van 5 groot per paard worden afgedragen. De reden hiervoor wordt niet gegeven. 'Vrij' betekende dus niet geheel tolvrij; wel lag het te betalen tolbedrag lager dan hetgeen 'onvrije' kopers dienden af te dragen. 2 0
Het totaal aan verkochte 'onvrije' paarden betrof 866 stuks. Hiervan diende 3 stuiver en 6 denier (ofwel 7 groot) als tol te worden gegeven. V o o r 761 stuks van deze 866 moest ook n o g 4 groot per paard betaald worden (wederom zonder reden). Van de 866 werden er 133 binnen H o l l a n d afgezet (ofwel ruim 15%); het betrof plaatsen i n H o l l a n d buiten de 'rinck' van de vrije gezeten. Wat met deze ring (misschien ook wel te verstaan als 'rang') van onvrijen wordt bedoeld, zal hieronder duidelijker worden. Totaal worden daarbij 22 namen van kopers genoemd in hoofdzaak afkomstig uit Woerden, Oudewater, Haastrecht, G o r k t i m en Dordrecht. Indien de vrije en onvrije paarden van Hollandse kopers worden opgeteld, blijkt dat r u i m eenvijfde van het totaal aantal verkochte paarden te zijn. Waar de overige onvrije paarden heengingen, is te zien i n tabel 1. Tabel 1: Paardenmarkt Vlaardingen 1581 herkomst kopers H o l l a n d vrij H o l l a n d onvrij
paarden
% van totaal
kopers
64
6.9
40
max. per koper 11
133
14.3
22
18
Zeeland
47
5
32
6
Brabant
473
50.1
67
27
Maanderen
188
20.2
23
Kleef
9
1
Sticht
3
0.3
Gelre
13
totaal
930
1.4 100
16 1
9
1
3
2
8
188
Dat het hier niet zomaar een paardenmarkt betrof blijkt wel uit de afstanden die kopers aflegden o m te Vlaardingen op de jaarmarkt te komen en uit de totalen aan verhandelde paarden. Aparte pagina's zonder verkopen zijn i n de rekening n o g i n g e r u i m d voor Luik, Henegouwen en C u l e m b o r g . A a n g e n o m e n mag worden dat hier gewoonlijk ook kopers vandaan kwamen. De helft van het totaal aantal verkochte paarden ging naar Brabant, waar overigens slechts JO Huisarchief Twickel inv.nr. 7772, papieren katern opgesteld door Luyt Wïllemsz.
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
ruim 35% van het aantal kopers vandaan kwam. H e t grootste aantal paarden werd in 1581 gekocht door een koper uit Heusden i n Brabant: 27 stuks. 21
De rentmeesterrekeningen (1554-1610) Naast de Vlaardingse tolrekening over 1581 is nog een elftal rentmeesterrekeningen van de heer Van Wassenaer bewaard gebleven over de periode 1554-1610. H i e r i n zijn tttssen de overige inkomsten de drie paardenmarkten te vinden. Gegevens over herkomst of aantallen kopers ontbreken; dergelijke specificaties zijn slechts opgenomen in de markttolrekeningen. Hiernaar wordt in de rentmeesterrekeningen bij de betreffende post i n de marge vaak verwezen als een bijgevoegd 'registerken' met het aantal beschreven folio's en de naam van de klerk die het opstelde. Juist deze bijlagen zijn bij latere 'opschoning' van het archief veelal verloren gegaan. 22
De oudst bewaarde rentmeesterrekening uit 1554 bevat onder het kopje 'ontvangsten van de paardenmarkten' de aantekening dat 7 groot van onvrije paarden werd gevraagd van 'te weeten alle die gheene die pairden coopen ende woonachtich zyn over die Maze ende over thardt staende opde Sparendamschen dyck'. Hieruit is af te leiden dat degenen die tussen de Spaarndamse dijk (bij het IJ) en de Maas woonden, 'vrije' paarden (waarvan in geen van de rekeningen echter gesproken wordt) kochten. Met het 'hart' op de dijk wordt het huis 't Hart te Halfweg bedoeld; één van de gemeenlandshuizen van het Hoogheemraadschap van Rijnland. O p een kaart uit 1557 is dit huis getekend. ' Blijkbaar vormde het een goed en bekend herkenningspunt. 2
De zuidgrens komt overeen met de middeleeuwse begrenzing van Zttid- en N o o r d - H o l land. Deze grens werd ook i n andere steden gebruikt. A l r o n d 1372 werd i n het sinds meer dan 40 jaar gebruikelijke recht van de Sint Jansmis (jaarmarkt) i n H a a r l e m opgegeven, dat al degenen van 'Over Mase' er het zogenaamde gordelgeld en de roedertolschuldig w a r e n . Bij de 24
21 Hei is merkwaardig Heusden onder Brabant geadministreerd te zien. In 1577 koos de stad definitief de zijde van de Stalen van Holland en de territoriale band met Holland was daarmee, na enige twijfel in de eerste jaren van de Opstand, weer duidelijk. Zie over de Brabantse aanspraken op bet sinds 1357 Hollandse Heusden. P.C.M. Hoppenbrouwers, Een middeleeuwse samenleving. Hel Land van Heusden (ra. 1360-ca. 1515) (Wageningen 1992) 5-11. 22 HuisarchiefTwickel imams. 7039 en 7041. Oudere rekeningen zijn niet bewaard. 23 M . H . V . van Amstel-Horak, 'Nieuwbouw van twee sluizen in een benauwde tijd: Halfweg 1556-1558'. in: L. Giebels (red.). Zeven eeuwen Rijnlands uitwatering in SpaOrndam en Hal/weg (Leiden 1994) 47-74. aldaar 49-50 en afb. 9. H e l gebouw Zwanenburg mei de fraaie wapenborden tussen de (19e-eeuwse) fabrieksgebouwen van cle suikerfabriek CSM te I lalfweg, te zien vanuil cle trein Haarlem-Amsterdam, is de opvolger hiervan. Het werd ge bouwd door Pieter Post (1644-4,8) en bleef tot 1863 dienst doen als gemeenlandshuis van Rijnland (zie voor een afbeelding uit 1702: Monsters van Rijnland. Aeld eeuwen droge voeten en schoon water (Leiden 1996. catalogus Museum Boerhaave) 50 en de Tegenwoordige Staal van Holland'van 1750; bew. heruitgave door C. Postma. Holland in vroeger lijd. dl. 5 (Zallbommel 1974) 800; zie ook noot 44 hierna. 24 Dit lot nu toe blijkbaar onbekend gebleven recht is te vinden in: ARA. Archief Graven van Blois inv.nr. 1 f. 157: als gordelgeld werd 1 'stoep' (een stoop is een kruik of beker) wijn geheven, als roei tol 1 oude groot. Ook kopers uit Zeeland en van buiten Holland dienden deze rechten te betalen, Dordrecht (ten zuiden van de Maas gelegen) behoefde slechts cle helft van beide te betalen. De opgave van het marktrecht is zonder datum, maai er wordt gesproken van ontvangen boetes uit vechten tijdens de markt in | 13J72. Over deze Bloise markttol ook: Corien Glaudemans, 'De schout van Haarlem (ca. 1360-1426)', in: H . Brokken e.a. (red.). Hart voor Haarlem. Liber amicorum voor Jaap Lemmiuek (Haarlem z,j. [1996]) 43-59, aldaar 44. De tol van de Stjansmarkl wordt al een eeuw eerder in 1267 genoemd: J.G. Kruisheer, Oorkondenboek van Holland en Zeeland tot 1299'dl. 3. 1256 lol 127S (Assen/Maastricht 1992) nr. 1442, 3 febr., deperditum. Roertol werd overigens ook te Vlaardingen geheven tijdens de paardenmarkten, ten bedrage van een halve stuiver per schip dat cle haven aandeed. Hel hoogste aantal in cle periode 1554-1610 bedroeg 84 schepen die in 1581 wei den geregistreerd, hel laagste 26 stuks in 1605. De tarieflijst van de overslag aan de Leidse he dam uit 1562 noemt de 'boei' (een platen laag scheepje) als scheepstype waarmee naar de Voorschoteren Valkenburger markten gevaren werd: J.G. Smit. Vorst en onderdaan (Leuven 1995) 455. 96
De Hollandse paardenmarkten van de heer Van Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
opgave van het recht van de jaarmarkttol te A l k m a a r in de grafelijke rentmeesterrekening van West-Friesland over 1524 werd bepaald dat 'bijzonder die van Overmase' tolgeld schuldig zijn; ook daar dezelfde zuidgrens. V o o r de paardenmarkt in A l k m a a r werd door Karei V in 1526 een verlaging van het toltarief toegestaan, omdat sinds kort in omliggende dorpen door particuliere ambachtsheren met consent van de k o n i n g paardenmarkten gehouden werden met lagere tollen. Het recht van de paardenmarkt te Alkmaar diende conform dat van de markten in Gouda, Vlaardingen, Voorschoten en Valkenburg te w o r d e n . Met het recht moet uitsluitend het tarief zijn bedoeld en niet de vrijheid, want die kan nooit overeenkomstig zijn geweest: A l k m a a r lag zelf immers buiten het tolvrije gebied van de drie V's, zoals bijna geheel het Noorderkwartier. In G o u d a gold overigens ook een geheel ander systeem van tolvrijheid op de paardenmarkten. H i e r bestonden (bilaterale?) overeenkomsten met bepaalde steden in en buiten H o l l a n d . 23
26
27
De merkwaardige noordgrens van het tolvrije gebied van de Wassenaerse paardenmarkten komt hieronder nog ter sprake.
Aantallen verhandelde paarden De wijze van administratie in de Wassenaerse rentmeesterrekeningen is voor alledrie de markten steeds dezelfde. De rekeningen geven per markt een vierdeling: a) het totaal aantal paarden dat 7 groot als tol diende op te brengen, b) 4 groot, c) 2 groot, d) en 5 groot. E e n algemeen totaal van het aantal paarden van deze vier c a t e g o r i e ë n ontbreekt. Slechts door vergelijking met de Vlaardingse tolrekcning van 1581 is uit cle gegeven tarieven op te maken welke aantallen de vrije paarden betreffen in de rentmeesterrekeningen en hoe het totaal is te berekenen. D o o r namelijk a) en c) op te tellen, respectievelijk de onvrije en vrije paarden, is het totaal aantal verhandelde paarden te vinden. De paarden genoemd bij b) en d) zijn respectievelijke o n d e r c a t e g o r i e ë n van a) en c); de aantallen zijn dan ook altijd lager. Ze dienen voor het totaal aan paarden niet meegeteld te worden, maar waren voor de rentmeester natuurlijk wel van belang: hem ging hel om de geldelijke inkomsten. De rekeningen van 1605 en 1610 kennen een vijfde categorie: vrije paarden waarover men 1 groot betaalde. In 1610 werd hier 'van het opschrijven' bijgezet: het betrof dus een heffing voor administratieve handelingen. 28
I n v e n t a r i s Stadsac h i e f A l k m a a r regest nrs. 136 e n 137, I m e i 1526 e n 2 9 j u l i 1527; A R A . R e k e n i n g e n R e k e n k a m e r ( R R l inv . n r 1152, 1524 f. 19v: o p d e d r i e j a a r m a r k t e n d i e n d e t o l g e l d b e t a a l d te w o r d e n v a n p a a r d e n , k o e i e n , o s s e n , s c h a p e n , v a r k e n s e n ' l y n d e l a k e n ' . Bij h a n d e l d o o i o r r v r i j e n d i e n d e n z o w e l k o p e r s als v e r k o p e r s d e 15e p e n n i n g te b e t a l e n ; i n d i e n e e n vrij i e m a n d k o c h t v a n e e n o n v r i j e d a n was d e laatste d e 4 0 e p e n n i n g s c h u l d i g . D e v e r m e l d i n g v a n het r e c h t v a n d e p a a r d e n m a r k t als i n G o u d a e n d e d r i e V ' s : A R A , R R i n v . n r . 1 1 7 1 , 1 5 4 4 f. 3 7 / v . 2 6 V o o r h e t o c t r o o i v a n 2 6 l e b . 160.3 d o o i d e S t a t e n v a n H o l l a n d v o o r e e n vrije j a a r l i j k s e p a a r d e n m a r k t ie S c h a g e n m e t h e i r e c h t z o a l s d e h e e r v a n W a s s e n a e r d a l h a d te V a l k e n b u r g e n V o o r s c h o l e n , m o e t h e t z e l f d e h e b b e n g e g o l d e n ( A R A . A r c h i e f v a n d e h e i e n v a n K a t w i j k e n V a l k e n b u r g i n v . n r . 8 0 0 , a f s c h r . c a . 1 7 8 0 ) , v g l . D i e d e r i k A t e n , 'Als het ge-
meU comt...'. Politiek én economie in HoBand benoorden het // 1500-1800(Hilversum
1995) 195.
2 / Ik k o m h i e r o p t e r u g i n m i j n d i s s e r t a t i e . 28 D e t o t a l e n v o o r d e z e c a t e g o r i e z i j n i n b e i d e j a r e n a l l e e n bij V a l k e n b u r g h o g e r d a n d i e v a n c a t e g o r i e c)
[resp.
302 in
1605 e n 2 4 6 i n 1610. v g l . d e cijfers i n t a b e l 2 ) : t o c h ga i k e r v a n uit dat h e i h i e r o m e e n o n d e r c a t e ' g o r i e gaat ( i n d i e n d a l n i e t z o z o u z i j n e n d e z e n i e u w e c a t e g o r i e bij a) e n c) o p g e t e l d w o r d t v o o r h e t l o t a a l , o n t s t a a t e e n s t e r k a f w i j k e n d b e e l d : cle v e r h o u d i n g v r i j / o n v r i j k o m t d a n o p o n g e v e e r h a l f / h a l l , v g l . g r a f i e k 2 h i e r n a ) . D e v e r k l a r i n g v o o r d e z e h o g e r e t o t a l e n is m o g e l i j k d a t o o k e e n d e e l v a n d e k o p e r s d i e tot d ) b e h o o r d e n cle 1 g r o o t d i e n d e n l e b e t a l e n . H o e bep a a l d w e r d w i e d e 1 g r o o t m ó e s t b e t a l e n , is o n b e k e n d . H e t t o t a a l a a n t a l vei h a n d e l d e p a a r d e n is d a n o o k als v o o r d e a n d e r e j a r e n b e r e k e n d : a) + e ) .
97
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: cle drie V's (1554-1610)
jaar • Valkenburg
S Vlaardingen
^Voorschoten
In de Tegenwoordige Staal van Holland (1746) wordt bij V a l k e n b u r g trots gesproken van 3106 29
aangevoerde paarden i n 1554. Dit is blijkens de rentmecsterrekening het totaal van a+b+c+d; a+c geeft het juiste aantal en betreft een totaal van 'slechts' 2163 paarden (zie tabel 3). De rekeningen geven (in chronologische volgorde van het kalenderjaar) eerst de opgave van de paardenmarkt van Vlaardingen, gehouden op St. Pieters ende Pouwels avondt (de dag voor 29 juni), dan die te Voorschoten op St. Pieters avondt ad vincida (dag voor 1 augustus) en tenslotte de markt van V a l k e n b u r g op St. Lamberts avondt (dag voor 17 september). Blijkens een plakkaat uit 1580 gingen de markten acht dagen vóór deze feestdagen i n .
:iH
Grafiek 1 en tabel 3 met de verhandelde paarden laten een duidelijke rangorde zien: Valkenburg had de grootste markt, Voorschoten veruit de kleinste en Vlaardingen was goede tweede. De Opstand laat i n de cijfers na 1570 zijn sporen na: de totalen n e m e n flink af. De belangrijke markt van Valkenburg werd in 1573 te Leiden gehouden, omdat het platteland niet voldoende veilig was. H e t jaar erop was ook dat niet mogelijk door het beleg van Leiden 3
en werd de markt helemaal verhuisd naar het door Spanjaarden niet bezette Zwijndrecht. ' Opmerkelijk is nog wel het hoge totaal van Vlaardingen in 1581 (bekend uit de markttolrekening, de rentmeesterrekening is niet bewaard): hoger clan het totaal van de drie markten in 1590 en vergelijkbaar met de Vlaardingse cijfers van vóór de Opstand in 1554, 1560 en 1570. De markt werd nog juist gehouden voor de opstandige gewesten zich met de Akte van Verlatinghe van k o n i n g Filips II afkeerden i n 1581. In grafiek 2 is te zien, dat het totaal aantal vrije paarden dat b i n n e n H o l l a n d werd afgezet op de drie jaarmarkten, aanvankelijk steeds aanzienlijk minder was dan het aantal onvrije
2 9 B e w e r k t e h e r u i t g a v e d o o i (:. P o s t m a , Holland in vroeger tijd&\. 3 ( Z a l t b o m m e l 1 9 6 3 ) 4 5 8 . A n d e r e a a n t a l l e n w o r d e n n i e t g e n o e m d , o o k n i e t bij V l a a r d i n g e n o f V o o r s c h o t e n . M o g e l i j k is h i e r u i t a f te l e i d e n dat o o k i n h e t m i d d e n v a n d e 18e e e u w d e r e k e n i n g v a n 1 5 5 4 r e e d s d e o u d s t b e w a a r d e was. O o k S i g a l , ' D e V l a a r d i n g s e p a a r d e n m a r k t '
6 nt 1
e n P e l i n c k , ' D e p a a r d e n m a r k t te V a l k e n b u r g ' , 8 0 n o e m e n e e n g e t a l v a n ( m e e r d a n ) 3 0 0 0 p a a r d e n te V a l k e n b u r g i n 1 5 5 4 ( o f v a g e r i n d e 16e e e u w ) . 3 0 A R A , H o f v a n H o l l a n d i n v . n r . 4 5 f. 7 0 - l v 5 sept.: v o o r V l a a r d i n g e n w o r d t h i e r g e s p r o k e n v a n St. P i e t e r e n P o u w e l s a p o s t e l d a g ( d u s 2 9 j u n i ) , v o o r V a l k e n b u r g v a n St. L a m b r e c h t s d a g ( 1 7 s e p t e m b e r ) . S l o o f , ' H a n d e l t u s s e n k r u i s e n ' . 1 13 m e e n t t e n o n r e c h t e dat d e m a r k t te V o o r s c h o l e n v a n o u d s o p 2 8 j u l i b e g o n e n e i n d i g d e m e t St. I . a i u e n t i u s ( 1 0 augustus): d e z e data zijn v a n latere tijd. 31 P e l i n c k , ' D e p a a r d e n m a r k t te V a l k e n b u r g ' , 81 e n R e s o l u t i e s S t a t e n v a n H o l l a n d 1574, 13 s e p t .
9<S
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
paarden dat erbuiten werd verkocht (voor 1581 zijn alleen de cijfers van Vlaardingen voorhanden uit de markttolrekening). H e t verschil tussen beide wordt steeds kleiner. O o k hier zal de onrust die door de Opstand werd veroorzaakt de reden zijn: reizen over grote afstanden werd vaak bemoeilijkt. De eerstvolgende bewaarde rentmeesterrekening na 1610 is van 1617 en noemt nog slechts de inkomsten van de paardenmarkt te G a a r d i n g e n . De aantallen verhandelde paarden zijn sterk afgenomen, mogelijk als gevolg van een forse tariefverhoging per paard (genoteerd staan 57 vrije en 51 onvrije p a a r d e n ) . De paardenmarkten van Voorschoten en Valkenburg zijn intussen verkocht. De markt te Voorschoten kwam met het heerlijk recht aan de heer V a n D u i v e n v o o r d e . " In 1615 liet de nieuwe eigenaar van de heerlijkheid Valkenburg zich door de buren 2300 gulden betalen voor de belofte dat hij de paardenmarkt zou handh a v e n . " Die van Vlaardingen werd kort daarna verkocht: i n 1622 voor 1200 g u l d e n . Bekend is, dat van een totaal aan inkomsten uit de Wassenaerse goederen i n 1610 van r u i m 20.000 p o n d , i n 1657 nog slechts 2046 p o n d resteerde. De drie paardenmarkten werden in 1610 samen op 716 p o n d geschat (ruim 3.5% van het totaal)."'' 52
35
De reeds genoemde belening van Maria van Wassenaer i n 1525 met een o p s o m m i n g van haar bezittingen en de waarden daarvan, geeft de mogelijkheid iets te zeggen over de omvang van twee van de drie markten in een vroegere periode (tabel 2). Tabel 2: Vergelijking tolinkomsten paardenmarkten in 1525, 1554 en 1562 i n ponden, stuivers, denieren 1525 Voorschoten
36p.
Valkenburg
250p.
Vlaardingen
-
1554 30p. 3s. i7
1562 42p. 19s. 6d.
461p. lOs. 6d.
456p. 12s. 6d.
187p. 14s. 6d.
196p. lOs.
Uit deze vergelijking blijkt dat de markt in Valkenburg i n 1525 aanzienlijk kleiner was dan in de tweede helft van de 16e eeuw. Bij Voorschoten wordt gesproken van een vrije jaarlijkse markt; daarmee zal cle paardenmarkt bedoeld zijn. De opgave van de markt te Vlaardingen ontbreekt in haar geheel. Toegevoegd aan tabel 2 zijn n o g de inkomsten over het jaar 1562
32 Huisarchief Twickel inv.nr. 7042/1. De tarieven zijn 2 en 5 groot voor de v rije en 8 en 11 groot v oor de onv rije paarden. Bij de lollen voor de onv rije paai den staat nu ook een verdeling voor het aandeel dat koper en verkoper betaalden: van de 8 groot werd 7 groot door de koper en 1 groot door de verkoper bijgedragen, voor de tol van 11 groot was de verhouding , esp. 7 en 4 groot. De rekening van 1 619 (inv.nr. 7042/2) vermeldt dat de Vlaardingse paardenmarkt verhuurd is. opgaven van ontvangen tollen of verkochte paarden ontbreken daarom (de inventaris noemt ook een rekening over 1618: dit is onjuist, het betreft een dubbel van de tekening over 1619). De eerstvolgende bewaarde rentmeesterrekening is pas van 1654 (inv.nr. 7043/1). 33 Van dei Gouw, Het ambacht Voorschoten, 48 en 78 (bijlage) nr. 20. Deze heer ging zich later overigens Van Wassenaer noemen.' 34 Pelinck. De paai denmarkt te Valkenburg', 82. H e l betrofjonker Johan de Hei toghe. heer v an Orsmaal. 35 Sigal, 'De Vlaardingse paardenmarkt'. 4, 11 jan.; aan Pieter Gerritsz van Ruytenburg, weesmeester van Amsterdam en heer van Vlaardingen. 36 Bruut, Inventaris dl. 1 xx en inv.nr. 7029: stalen van inkomsten uit 1610: Voorscholen: 16])., Vlaardingen. 200p. en Valkenburg: 500p. 37 Het (niet nader gespecificeerde) bedrag beeft betrekking op cle jaarlijkse paardenmarkt en het veer over de Rijn le Valkenburg. In 1562 bedroegen cle inkomsten van dit veer slechts ruim 5 pond tegenover ruim 456 pond uit cle paardenmarkt (ofwel ruim 1%), in 1610 was dii afgerond 30 pond tegenover 500 pond, ofwel 6% (huisarchief Twickel inv.nr. 7029: staten van inkomsten).
99
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1(310)
(tot nu toe steeds foutief als uit 1525 gedateerd), waarover geen rentmeesterrekening is bewaard en dus ook geen aantallen verhandelde paarden bekend z i j n . De bedragen voor 1554 zijn uit de oudst bewaarde rentmeesterrekening en te vergelijken met de aantallen paarden voor dat jaar uit tabel 3. 38
O n t d u i k i n g van tolbetaling A l l e e n bij de opgave van V a l k e n b u r g wordt i n de rentmeesterrekeningen steeds m e l d i n g gemaakt van paarden die buiten de markt waren verkocht. Soms worden slechts de geldelijke inkomsten daarvan gegeven, soms ook het aantal paarden (in de grafieken en tabel 3 buiten beschouwing gelaten). O m verlies van tolgelden tegen te gaan, waren zogenaamde wachten aangesteld. De rekening van 1560 noemt als eerste een wacht bij de 'Goudtsche sluys' en een wacht te L e i d e n . Die sluis lag bij A l p h e n op het kruispunt van Gouwe en O u d e Rijn. Een wacht op deze plek is niet toevallig, want de inkomsten van de scheepvaarttol die hier lag kwamen ook toe aan de heer V a n Wassenaer. H i e r u i t moet overigens niet worden afgeleid dat de paarden over water hierlangs gevoerd werden. V o o r de Goudse paardenmarkten is bekend dat de landwegen langs de Gouwe kaden i n de 16e eeuw van groot belang waren voor het handelsverkeer. Transport van paarden van en naar de markten geschiedde naar mijn idee i n hoofdzaak over land. Zo is tussen de aantallen schepen die de haven i n "Gaardingen aandeden tijdens de paardenmarkten (blijkens de betaalde roertol, zie noot 24) en de hoeveelheden verkochte paarden geen relatie te vinden. O o k de ligging van een wacht te Leiden is goed verklaarbaar: de heer V a n Wassenaer was immers tevens burggraaf van L e i d e n . Vanaf de rekening van 1580 worden ook nog wachten genoemd te Rotterdam en Delfshaven, plaatsen waar men met het oversteken van de rivier cle Maas i n het onvrije deel van H o l l a n d kwam. Dit optreden tegen tolontduiking was redelijk succesvol: de rekeningen laten een afnemend aantal paarden zien dat buiten de markten werd verhandeld. In 1570 betrof het 183 paarden, in 1590 47, i n 1598 zes, in 1600 acht en i n 1605 tien stuks. In laatstgenoemde jaar kreeg de wacht te Rotterdam een extra toelage van de rentmeester, 'overmits hair clachte vande groete moytcn van de Vlairdinger ende Valckenburger marekten'. 39
O o k op andere wijze werd opgetreden tegen het handelen buiten de markten. In 1552, 1569, 1580 en 1608 werden door de H o g e Raad en het H o f van H o l l a n d plakkaten uitgevaardigd op verzoek van de heer V a n Wassenaer met het verbod paarden op het platteland te verhandelen tijdens de drie markten. V e r k o o p diende slechts te geschieden tussen de staande 38 G A L e i d e n . A r c h i e v e n v a n d e S t a d s h e e r l i j k h e d e n e n v a n d e V r o o n w a t e r e n , 9 8 e.v.: h e t B u r g g r a a f s c h a p i n v . n r . 9 2 9 a (zie d e g e t y p t e a a m r i l l i n g e n i n het a r c h i e f - e x e m p l a a r v a n d e i n v e n t a r i s te L e i d e n ) 1521 ( 2 7 d c c . a f s c h r i f t f 6 5 1 ) . I n de akte waarbij M a r i a van Wassenaer. vrouwe v a n j o n k e r J a c o b van L i g n e , m e t de g e n o e m d e l e n e n w o r d t b e l e e n d i n 1525 ( 1 2 sept.) w o r d t d e p a a r d e n m a r k t
te V l a a r d i n g e n w e l g e n o e m d , m a a r o n t b r e k e n b e d r a g e n
s c h r i f t f 6 5 1 ) . D e g e g e v e n s bij F . v a n M i e r i s ( e d . ) , Handvesten,
( i n v . n r . 9 2 9 b . af-
privilegiën enz. der stad Leyden ( L e i d e n 1759) d l . 2.
h f d s t . 21 43e B u r g v a n L e i d e n ' , 393-6: • u i t t r e k s e l v a n g o e d e e n k w a d e l e n e n v e r h e v e n i n I 5 2 5 ' ( o o r s p r . i n h e t f l a n s ) m e t cle p a a r d e n m a r k t e n
o p 394, h e b b e n
b e t r e k k i n g o p 1 5 6 2 ! ( d e f o u t i e v e d a t e r i n g is o n d e r m e e r
Obreen, Geschiedenis van hel Geslacht van
gevolgd d o o r
XVassenaei 4 9 , d o o r J . C . Overvoerde i n d e g e n o e m d e i n v e n t a r i s b i j d e i n l e i -
d i n g o p h e t B u r g g r a a f s c h a p , 9 8 e n d o o i - V a n d e r G o u w , Hel ambacht
Vaarscholen,
7 0 ( b i j l a g e ) n r . 15 n a a r O b r e e n e n
m e t e e n iets a f w i j k e n d b e d r a g , 4 8 ut. 2 4 ) . Z i e v o o r d e staat v a n i n k o m s t e n i n h e t frans g e s t e l d o v e r h e t j a a r [ 1 5 ] 6 2 : h u i s a r c h i e f T w i c k e l inv . n r . 7 0 2 9 . 3 9 H u i s a r c h i e f T w i c k e l inv . n r . 7041/1 f. 84v;
d e u i t k e r i n g b e d r o e g s l e c h t s 3 0 s t u i v e r s . D e G o u w e s l u i s is ov e r i g e n s o o k
a a n g e g e v e n o p d e h i e r o n d e r te b e h a n d e l e n
100
kaarten.
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
kruisen (marktkruisen waren reeds eeuwen lang bekend i n H o l l a n d o m tijdens de jaarmarkt de periode van marktwede aan te geven). O o k i n de loop van de 17e eeuw bleven dergelijke plakkaten nodig, blijkens een exemplaar uitgevaardigd door de Staten van H o l l a n d met dezelfde strekking uit 1657 voor de paardenmarkt te Voorschoten. 1(1
41
Cartografisch bewijs voor de omvang van het tolvrije gebied In het archief van de heren van Katwijk en Valkenburg bevindt zich een kaart, waarop de plaatsen staan aangegeven die op de Valkenburgse paardenmarkt tolvrij waren (afb. I ) .
42
Het
is een perkamenten kaart, waarop de kerken, kloosters en kastelen zijn getekend en ingekleurd en de plaatsnamen en waterwegen worden genoemd. De kerken van de grote steden zijn herkenbaar als getekend ad vivum. De tekst van de cartouche luidt: 'Dese steden ende dorpen i n H o l l a n d t syn tolvry i n mijn heere van Valckenburghs Paerdemarckt, sulckx sy oock zyn gheweest ten tyt van hondert j a r e n ende meer'. De kaart zou volgens de inventaris een kopie van circa 1625 zijn naar een kaart van circa 1565. Waar deze jaartallen op gebaseerd zijn, wordt niet aangegeven. Als grenzen van het tolvrije gebied i n H o l l a n d zijn op de kaart te zien: aan de zuid- en westkant een natuurlijke grens i n de vorm van respectievelijk de rivier de Maas (en de niet genoemde Hollandse IJssel i n het verlengde daarvan) en de Noordzee. De Maas kwam i n de rentmeesterrekeningen ook voor als zuidgrens. De noord- en oostkant zijn scherp getrokken lijnen. De noordgrens loopt dwars door de kerk van Castricum; aan de ene zijde van de lijn staat 'vrij' en aan de andere zijde 'onvrij' geschreven. De kerk van Castric u m fungeerde bij de noordgrens als gemakkelijk herkenbaar meetpunt i n het landschap. Dit blijkt uit een verzoekschrift van Akersloot om tolvrij te blijven van de Wassenaerse tollen, in het bijzonder van die op de paardenmarkt te V a l k e n b u r g .
43
D o o r een notaris van de Staten
van H o l l a n d werd hiertoe in 1605 te Rusenborch (Rustenburg) i n de ban van Ursem i n tegenwoordigheid van een door hem ontboden heemraad van de Uitwaterende Sluizen een 'peijling opt compas' genomen en bevonden dat de kerk van Castricum veel noordelijker lag dan die van Akersloot. O o k te Oterlcek kwam hij met een oud-schepen na meting tot dezelfde conclusie. Akersloot viel dus juist b i n n e n het tolvrije gebied. Niet onbelangrijke Hollandse steden als Alkmaar, H o o r n en E n k h u i z e n vielen echter buiten het tolvrije gebied. Vanuit Castricum loopt de lijn op de kaart bovenlangs Uitgeest naar de Schermer en dan naar Tye (het Y ) , waar op de niet genoemde Spaarndammerdijk bij een getekend huis Thuys hart staat geschreven. Dit Rijnlandse gemeenlandshuis werd in 1518 te Halfweg nieuw gebouwd.
Vandaar gaat een rechte lijn zuidwaarts, dwars door wat n u het Groene Hart ge-
n o e m d wordt, ten oosten van Zevenhoven, Nieuwkoop, Slupich (Sluipwijk bij Reeuwijk) en 4 0 H u i s a r c h i e f T w i c k e l i n v . n r . 7 7 6 8 e n c o n c e p t r e g e s t l i j s t v o o r l . n r » . 2 3 4 e n 27.3-277, 1552 (25 m e i ) e n 1569 ( 2 0 m e i ) ; A R A . H o f v a n H o l l a n d i n v . n r . 4 2 f. 33v. 1 5 6 9 ( 2 0 m e i ) e n i n v . n r . 4 5 f. 7 0 - l v , 1580 (5 s e p t . ) ; A R A , A r c h i e f h e r e n v a n K a t w i j k e n V a l k e n b u r g i n v . n r . 7 9 5 . 1 6 0 8 . H e t p l a k k a a t v a n 1569 w o r d t g e n o e m d bij S i g a l , ' D e V l a a r d i n g s e p a a r d e n m a r k t ' , 2-3 eir S l o o f . ' H a n d e l l u s s e n k r u i s e n ' , 1 13. P e l i n c k, ' D e p a a r d e n m a r k t te V a l k e n b u r g ' , 81 e n ( a n s e n , ' 1 2 8 2 . 7 0 0 j a r e n v e r m e l d i n g ' , 2.3 n o e m e n n o g e e n p l a k k a a t v a n 1 5 8 6 (21 a u g . ) , b e w a a r d te L e i d e n . O v e r d e m a r k t k r u i s e n o o k F o c k e m a A n d r e a e . ' K e n H o U a n d s c h e g r o n d h e e r l i j k h e i d ' , 54. M e t ' m a r k t w e d e ' w o r d t g e d o e l d o p een wijgeleide waarmee m e n g e d u r e n d e de omschrev e n p e r i o d e j u r i d i s c h niet a a n g e s p r o k e n k o n w o r d e n o p e e r d e r e vergrijpen, zelf o f d o o r mede-poorters
begaan.
41 Afgedrukt bij V a n d e r G o u w , Hel ambacht Voorschoten, 105-107 ( b i j l a g e ) n r . 3 9 19 j u l i . 42 A R A , A r c h i e f van de h e r e n van Katwijk en V a l k e n b u r g inv.nr. 798, o p g e b o r g e n i n de A l g e m e n e K a a r t e n v e r z a m e l i n g o]) h e t . A R A o n d e r c o d e 4 . W K F : n r . 2 7 . 43 A R A , A r c h i e f v a n de h e r e n v a n Katwijk e n V a l k e n b u r g inv.nr. 799.
101
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
-V
Afb. 1. Het tolvrije gebied van de Wassenaerse naardenmarkren nn de m w . I W P , , , , , . , . ment, 48 x 67.5 cm., schaal ca. I: 25.000. Foto Algemeen Rijksarchief, Den Haag.
102
V „ „
P„,I..,
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
Steyn. Stein is een polder ten oosten van Gouda. Opvallend is, dat hier het klooster Emaus (waar Erasmus nog heeft gewoond) getekend is, dat i n 1549 al was afgebrand. Bij Stein komt de lijn aan de zuidgrens: de Hollandse IJssel. Buiten het genoemde tolvrije gebied is slechts de positie van Dordt (Dordrecht) en Amsterdam aangegeven. 'Amsterdam was, zo bleek hierboven, tenminste sinds 1360 al tolplichtig op de drie jaarmarkten. 4
De plaatsen die in de Vlaardingse tolrekening van 1581 als niet tolvrij maar binnen H o l land gelegen werden genoemd (zie hierboven), zijn i n overeenstemming met de kaart voor de markt te Valkenburg. H e t lijkt dan ook logisch dat de kaart van toepassing was voor alledrie de paardenmarkten. Deze gedachte wordt bevestigd door een perkamenten kaart die op het gemeentearchief te Leiden wordt bewaard en die hetzelfde gebied weergeeft, maar een afwijkende tekst i n de cartouche kent (afb. 2): 'Deese Steeden ende D o r p e n in Hollant verstaet wel mij, Sijn tot Vlaerdinck tot Voerschoeten ende tot Valckenburch meede, In mijn H e e r van Wassenaers paerdemarckts tollen vrij, Gelijck zij luijden over die vijftien jaeren deeden, 1565'. H e t tolvrije gebied was dus zeker sinds 1515 op gelijke wijze begrensd. Het betreft hier een eind-18e- o f begin-19e-eeuwse zeer nauwkeurige kopie van een kaart uit 1565."' De ingekleurde kopie op perkament is dermate goed dat aan een veel oudere kaart zou worden gedacht, als niet rechtsonderaan in modern handschrift stond: 'par Jaques Bureau', wat een datering in de Frans (-Bataafse) tijd aangeeft. De originele kaart uit 1565 is voor zover ik weet niet bewaard. 17
Merkwaardig is dat de rentmeester van het huis van Wassenaer i n een proces voor het H o f van H o l l a n d medio 16e eeuw volhield, dat Spaarnwoude zich ten onrechte beriep op tolvrijd o m bij de Wassenaerse tollen te Gouwesluis (de genoemde scheepvaarttol), te Katwijk (een vistol) en V a l k e n b u r g (de paardentol). De rentmeester spreekt van een boek met een gespecificeerde lijst van steden en dorpen die vrij zouden zijn van de Wassenaerse tollen; Spaarnwoude zou daar niet in staan. V a n cartografisch bewijsmateriaal voor de grenzen van het tol48
vrije gebied maakt hij geen m e l d i n g . Spaarnwoude viel blijkens de beide kaarten voor de paardentollen wèl binnen het tolvrije gebied en staat daar ook letterlijk op genoemd. V o o r cle Wassenaerse scheepvaarttol en vistol golden andere bepalingen ten aanzien van tolvrijdom. Ze werden door de rentmeester ten onrechte op é é n hoop geveegd. Zo werd Purmer44 S.J. Fockema Andreae, Hoogheemraadschap van Rijnland (Leiden 1934) 142. Over de betekenis van de term 'gemeenlandshuis'; (,. 't Hart. Hetgemeenlandshuis teSpaarndam (uitgave Hoogheemraadschap Rijnland 1982) 3. Het gebouw werd in 1645 afgebroken (zie ook noot 23 hiervoor). 45 Vermeldenswaard zijn verder de ingekleurde wapens van rle familie Van Wassenaer en van de graaf van Holland en de schepen die op de Noordzee èn Maas zijn getekend. Aardig is ook cle Latijnse tekst die melding maakt van de ligging van de Brittenburg ('Ostium Rheni & arx bic olim Brittannica'), die voor Katwijk in cle zee is aangegeven en verder het kerkje van Berckhey bij Katwijk in de duinen getekend; een dorpje dat later geheel overstoven is door het zand (W.J.J.C. Bijleveld, 'Hetdemembrementvan de heerlijkheid van Wassenaer', Nederlandsche Leeuw54 (1936) k. 58-60, aldaar k. 59). 46 G A Leiden, kaart nr. 70252, volgens de beschrijving zou de kaart eerder rond 1700 gekopieerd zijn door Cornelis van Alckemade. 47 Ook hier is een opmerking te vinden over cle Brittenburg: Den Ryn hier in Sec te loepen plach, anno 1520 men dieplaats vant huys te Britten sach' (vgl. over de storm van 1520 waai bij cle fundamenten droogvielen: H . Dijkstra en F.C.J. Ketelaar. Brittenburg (Bussum 1965) 10). Het gaat hiermee om de (tot nu toe onbekende en) op één-naoudste vermelding van de Brittenburg; de vermelding uit 1565 op deze kaart is toe te voegen aan de lange lijst betreflende de iconografie van dit bouwwerk, Brittenburg, 104. 48 Archiefdienst Kennemerland. are hief Spaarnwoude inv.nr. 215 (ik heb niet nader gezocht in het archief van het Hof van Holland). Ongedateerde processtukken vair m i . Cornelis de Jonge rentmeester van Wassenaer. Mr. Cornelis Huysmans en Jan van Soimcvclt worden genoemd als tollenaars te Gouwesluis. De Wassenaerse vistol te Katwijk behandel ik uitgebreider in het vis-themaniumner van het Tijdschrift voor zeegeschiedenis (nog te verschijnen).
103
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
Afb. 2. Het tolvrije gebied van de Wassenaerse paardenmarkten op de Iaat-18e- o( vroeg-19e-eeuwse kopie van een kaart uit 1565. Perkament, 32 x 45 cm. Foto Gemeentearchief Leiden. lo l
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
end in 1414 door Filips IV van Wassenaer tolvrij verklaard van de Gouwesluis, terwijl het buiten het tolvrije gebied van de paardenmarkten v i e l . 49
Besluit
Het blijft opmerkelijk, dat de drie marktplaatsen h u n positie eeuwenlang konden behouden. De strijd van de steden tegen plattelandsmarkten i n H o l l a n d heeft i n het geval van de paardenmarkten van Voorschoten en Valkenburg geen succes opgeleverd. De paardenjaarmarkt van het dorp Stolwijk i n de Krimpenerwaard werd reeds i n 1412 door graaf W i l l e m VI verplaatst naar de stad Schoonhoven.'" De gevestigde naam en faam van de Wassenaerse markten zal hierbij zeker hebben meegespeeld. Een verzoek van het nabij de drie V's gelegen dorp Monster uit 1581 tot het houden van een vrije paardenmarkt in september, werd dooi7 1
de Staten van H o l l a n d bijvoorbeeld wel afgewezen. ' De aanvraag lijkt overigens een bewijs temeer voor het belang van de paardenfokkerij en -handel in dit deel van H o l l a n d . Met name uit de verschuiving i n de verhouding tussen vrije en onvrije paarden (grafiek 2) is volgens mij af te leiden dat de markten h u n interregionale functie steeds meer gingen verliezen. In de j a r e n tot 1580 lag het aandeel vrije paarden dat i n het tolvrije deel van H o l l a n d werd afgezet op zo'n 10%, rond 1590 op zo'n 20%, in 1600 op bijna 30% en in 1605 zelfs bijna op 40%. In 1610 was de uitvoer buiten H o l l a n d weer gestegen tot een kleine 70%, mogelijk een gevolg van het Twaalfjarig Bestand dat i n 1609 van kracht werd. De totalen aan verhandelde paarden van vóór de Opstand werden echter bij lange na niet meer gehaald. Het lijkt er sterk op dat het paard als Hollands exportproduct na de 16c eeuw verdween. Wat op den duur overbleef waren paardenmarkten met een regionale functie, waar jaarlijks een aanzienlijk kleiner
49 Huisarchief Twickel inv.nr. 7754 (afschrift 15e eeuw) mei bevestiging door graaf Willem VI. In 1415 (17 nov.) verklaarde Jacop Doede Ghvsensz. tollenaarvan de burggraaf van Leiden 'ter Gousluis'vanwege Purmerend 1 nobel te hebben ontvangen, schuldig over 1415 (Inventaris O u d Archief Purmerend regest nr. 15). 50 Streekarchief Krimpenerwaard, O u d Archief Schoonhoven inv.nr. 947, c harter 27 j u n i . 51 Resoluties Staten van Holland, 2jan. Over markten in dorpen en cle strijd door steden daartegen ook: Noordegraaf, Atlas mm ie Nederlandse marktsteden, 47-48.
105
De Hollandse paardenmarkten van de heer V a n Wassenaer: de drie V's (1554-1610)
aantal paarden werd verhandeld. M i d d e n 18e eeuw werden te Valkenburg jaarlijks nog maar zo'n 200 paaiden verhandeld. Herkomstplaatsen van de kopers worden niet genoemd, maar uit het feit dat het onderscheid tussen vrije en onvrije paarden niet meer gemaakt werd is waarschijnlijk af te leiden dat de kopers uit het omliggende deel van H o l l a n d kwamen. 32
Tabel 3: Verhandelde paarden op de markten van de heer Van Wassenaer 1554-1610 l
a a l
'
1554
1560
1 5 7 0
(on)vrij onvrij vrij subtot. onvrij vrij subtot. onvrij j subtot. onvrij 'j subtot. onvrij vrij subtot. onvrij vrij subtot. onvrij vrij subtot. onvrij vrij subtot. onvrij vrij subtot. onvrij vrij subtot. v r i
1580
vr
1581
1590
1598
1600
1605
1610
Vlaardingen
Voorschoten
Valkenburg
totaal
757 61 818 775 105 880 996 122 1118 436 52 488 866 64 930 244 40 284 416 117 533 187 112 299 140 131 271 167 93 260
134 54 188 126 18 144 81 60 141 24 35 59 ? ? ? 24 11 35 42 26 68 23 23 8 10 18 6 39 45
1984 179 2163 1683 145 1828 1588 191 1779 1178 155 1333 ? ? ? 444 106 550 778 202 980 611 185 796 558 286 844 549 210 759
2875 294 3169 2584 268 2852 2665 373 3038 1638 242 1880 ? ? ? 712 157 869 1236 345 1581 798 320 1118 706 427 1133 722 342 1064
52 ARA, Archief van cle heren van Katwijk en Valkenburg inv.nrs. 798 e.v., rekeningen paardenmarkt Valkenburg 1757 en later, vgl. ook Pelinck, 'De paardenmarkt te Valkenburg', 84. 106