DE GEMEENTERAAD

GEMEENTERAAD ZITTING VAN 1 MAART 2012

Aanwezig: Henk Heyerick, burgemeester-voorzitter, Eric Vermeersch, Luc Millecamps, Rosanne Buyle, Catherine De Smet en Stijn Van de Wiele, schepenen, Devlieger Marc, Van Steenberghe Philippe, De Vos Herman, Boeckaert Tony, De Waele Hendrik, Ruttyn Flor, Delaere Sophie, Desmet Ann, Van Vynckt Willy, Den Tandt Patricia, Lippens Lieven, Cosijns Sally, De Smet Monique, Lagrange Simon, Claeys Ives, Dierick Sofie, raadsleden en Sylvie Bohez, secretaris.

De burgemeester-voorzitter verklaart de zitting voor geopend om 19.30 uur. Raadslid Ignace Van den Weghe wordt verontschuldigd. De agenda wordt aangevangen.

----------

OPENBARE ZITTING Agendapunt nr. 1 : GOEDKEUREN VERSLAG VERGADERING VAN 26 JANUARI 2012.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op artikel 33 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, vastgesteld in de gemeenteraad van 22 februari 2007 waardoor de notulen van de vorige vergadering samen met de oproepingsbrief ter beschikking gesteld werden van de raadsleden via het extranet. Overwegende dat er geen bezwaren werden ingebracht over deze notulen;

BESLUIT:

De notulen van 26 januari 2012 worden goedgekeurd.

----------

Agendapunt nr. 2: GRATIS GRONDAFSTAND IN DE PHLIPPOSTRAAT: 3° AFDELING, SECTIE A DEELNR. 993A

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de verkavelingsvergunning, verleend op 20 februari 2012 door het college van burgemeester en schepenen aan de heer en mevrouw Johan Ghysel – Martine Maes, Phlippostraat 10, 9870 Zulte-Machelen, met betrekking tot het verkavelen van grond gelegen

in Zulte-Machelen, Phlippostraat, kad. bekend 3° afd. Sie A nr. 993a in 4 loten, waarvan lot 1 bestemd is voor open bebouwing en lot 2 tot lot 4 voor half-open bebouwing; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 22 december 2011 houdende verbreding van een gemeentelijke verkeersweg, zijnde Phlippostraat, ter hoogte van grond in Zulte-Machelen, kad. bekend 3° afdeling Sie A nr. 993a; Gelet op het hierbijgevoegde verkavelingsplan, tevens fungerend als opmetingsplan, plan opgemaakt door Teccon bvba, Oude Brugsepoort 34, 9800 Deinze; Overwegende dat het opportuun is om over te gaan tot gratis overdracht-overname van lot 5 van bovenvermeld plan, 137m2 groot, bestemd om in te lijven bij het openbaar domein; Overwegende dat: - t.h.v. betreffend perceel er plaatselijk een te beperkte onverharde berm is aansluitend aan de rijweg, - conform art. 33 van de gemeentelijke alg. sted. verordening (ASV) die een wegbreedte van 7m voorschrijft, 3,5m uit de as van de weg dient afgestaan (in casu) - ten behoeve van de verkeersveiligheid en nutsvoorzieningen de onverharde berm deels in openbaar domein dient ingelijfd, - het opportuun is omwille van bovenvermelde redenen om tot verbreding van de weg over te gaan t.h.v. bovenvernoemd perceel; Overwegende dat er in bovenvermelde verkavelingsvergunning een voorwaarde werd opgelegd tot gratis grondafstand aan de gemeente Zulte van een gedeelte van het perceel alvorens tot vervreemding van de loten te kunnen overgaan; Gelet op het ontwerp van akte van kosteloze grondafstand aan en overname door de gemeente Zulte; Gelet op het gemeentedecreet, bekrachtigd door de Vlaamse Regering op 15 juli 2005 en latere wijzigingen, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 31 augustus 2005, inzonderheid artikelen 42 en 43, 248 tot 260 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad en het bestuurlijk toezicht; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief d.d. 13 januari 2006 – BA 2006/01 – van de Vlaams Minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering Marino Keulen; Gelet op de omzendbrief BB 2006/19 van 1 december 2006; Gelet op artikel 4.2.20§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening goedgekeurd bij besluit van de Vlaamse Regering d.d. 15 mei 2009 en wijzigingen, dat stelt dat het vergunningverlenende bestuursorgaan aan een vergunning lasten kan verbinden in casu het gratis, vrij en onbelast overdragen van eigendom aan de overheid van de in de vergunningsaanvraag vermelde openbare wegen,groene of verharde ruimten, openbare gebouwen, nutsvoorzieningen, of de gronden waarop die worden of zullen worden aangelegd; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Het kosteloos aanwerven/overnemen van het onroerend goed, 137 m2 groot, gelegen in Zulte, 3e afdeling, Sie A deelnr. 993a, zoals aangeduid als lot 5 op het

hierbijgevoegd verkavelingsplan, tevens fungerend als opmetingsplan, wordt aangenomen/goedgekeurd. Deze aanwerving is van openbaar nut. Alle meet-, registratie- en aktekosten vallen ten laste van de eigenaar-verkavelaar. Artikel 2: Het ontwerp van akte van afstand-overname, plus het innemingsplan worden als bijlagen aan deze beslissing geviseerd. Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met het uitvoeren van dit besluit. Artikel 4: Afschrift van dit besluit zal gezonden worden aan het Departement RWO, Agentschap Ruimtelijke Ordening Oost-Vlaanderen, Gebr. Van Eyckstraat 4-6, 9000 Gent en aan de heer Provinciegouverneur, d.m.v. de lijst bedoeld in art. 252 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005.

----------

Agendapunt nr. 3: DEFINITIEVE AANNEMING VAN DE WIJZIGING VAN DE ALGEMENE STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING

DE GEMEENTERAAD

Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening d.d. 27 maart 2009, inzonderheid art. 2.3.1 waarin wordt gesteld dat de verordeningen die werden vastgesteld vóór 1 september 2009 en die op grond van de mogelijkheden, voorzien in de vroegere regelgeving, andere aangelegenheden regelen dan huidige, blijven geldig tot ze worden opgeheven; Overwegende dat aldus enkel een artikelsgewijze wijziging mogelijk is, zoniet kunnen bepaalde bindende bepalingen van de ASV komen te vervallen; Gelet op het goedkeuringsbesluit van de deputatie van Oost-Vlaanderen m.b.t. de algemene stedenbouwkundige verordening van Zulte d.d. 12 februari 2009, hierna benoemd als ASV; Overwegende dat : - sinds de goedkeuring van de ASV er een aantal decreten en besluiten werden goedgekeurd en/of gewijzigd door de Vlaamse Regering met rechtstreekse impact of impliciete tegenstrijdigheid tot gevolg, zoals de Vlaamse Codex RO, Grond- en Pandendecreet, gewestelijke verordening op toegankelijkheid, EPB-reglementering, … - een stroomlijning van de ASV met voormelde decreten en besluiten wenselijk is, teneinde rechtsonzekerheid en verwarring tegen te gaan, - sinds 12 februari 2009 er enkele stedenbouwkundige uitzonderingssituaties aan het licht zijn gekomen die niet oplosbaar zijn, zonder aanvullende afwijkingsvoorschriften, - de gemeentelijke rioleringen werden overgeheveld naar TMVW/Aquario waardoor adviesbevoegdheden zijn verschoven, - hier en daar een aanvulling van de oorspronkelijke tekst wenselijk is, ten behoeve van éénduidigheid, verstaan- en leesbaarheid, Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen tot wijziging van de algemene stedenbouwkundige verordening d.d. 18 december 2011; Gelet op het onvoorwaardelijk gunstig advies van de Gecoro d.d. 21 december 2011;

Gelet op het advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar d.d. 6 februari 2012, die nog volgende bemerkingen maakt: - nummering van de afdelingen onder DEEL 3 moeten afgestemd worden op de oorspronkelijke verordening, - vrije hoogte van 1.50m kan bezwaarlijk als een minimum aanzien worden voor de leefbaarheid van een kamer/studio/appartement, - aanpassing van een tekstuele fout i.f.v. uitvoering op grondgebied Zulte, Overwegende dat de bemerkingen als volgt worden gevolgd: - de nummering van de afdelingen onder DEEL3 wordt behouden zoals in de oorspronkelijke verordening, als volgt: • afdeling 2 meergezinswoningen, • afdeling 3 natuurlijke verlichting, • afdeling 4 parkeervoorzieningen, • afdeling 5 afvoerkanalen, • afdeling 6 rioolstelsel, putten en grachten, • afdeling 7 aanvraagdossier, - de omschrijving van de vrije hoogte dient verfijnd i.f.v. het doel van de vooropgestelde aanpassing, nl. het overeenstemmen van de vloeroppervlakteberekening met de EPBreglementering, waarbij de vrije hoogte algemeen min. 2,50m blijft, doch plaatselijk, voor de berekening van de nuttige vloeroppervlakte, de afhellende plafondhoogtes tot 1,50m toegelaten zijn en in rekening mogen gebracht worden, - tekstuele fout wordt rechtgezet; Gelet op de tussenkomst van raadslid Herman De Vos die stelt dat de VLD-fractie gekant is tegen te stringente, lokale regelgeving; De burgemeester roept op tot stemming over de goedkeuring van de gewijzigde algemene stedenbouwkundige verordening : 7 stemmen tegen (VLD-fractie) 15 stemmen voor.

BESLUIT:

Artikel 1: Onderhavige wijzigingen van de algemene stedenbouwkundige verordening van Zulte d.d. 12 februari 2009 definitief vast te stellen : DEEL 1 Algemeen: •

in artikel 1 wordt het begrip “bestaande, vergunde woningen” verfijnd tot “woningen welke op datum van eerste inwerkingtreding van onderhavige verordening (besluit deputatie d.d. 12 februari 2009) bestaan en vergund waren”, en worden volgende begrippen achteraan toegevoegd: “zoneringsplan: Het zoneringsplan geeft weer in welke zuiveringszone uw woning gelegen is. Op dit plan zijn 4 zones terug te vinden: •

het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een zuiveringsstation (oranje gearceerd);

•

het geoptimaliseerde buitengebied met recente aansluiting op een zuiveringsstation (groen gearceerd);

•

het collectief te optimaliseren buitengebied, dit is de zone waar de aansluiting nog zal worden gerealiseerd (groen);

•

het individueel te optimaliseren buitengebied, waar het afvalwater individueel zal moeten gezuiverd worden door middel van een IBA (rood);”

septische put: een voorbehandelingsinstallatie die bestaat uit minstens twee vakken waarin er zowel voorbezinking als gedeeltelijke afbraak van het septische materiaal plaatsvindt. bindend sociaal objectief: het aantal sociale huurwoningen, sociale koopwoningen en sociale kavels dat is vastgelegd voor de gemeente Zulte op basis van artikel 4.1.4, 4.1.5 en 4.1.6 van het Decreet Grond- en Pandenbeleid en dat vóór 2020 gerealiseerd moet worden. decreet Grond- en Pandenbeleid: het decreet van 27 maart 2009 betreffende het gronden pandenbeleid. sociaal woonaanbod: het aanbod aan sociale huurwoningen, sociale koopwoningen en sociale kavels dat voldoet aan de voorwaarden beschreven in artikel 1.2, 16° van het Decreet Grond- en Pandenbeleid.” DEEL 2 Vergunningsplicht: •

in artikel 3 wordt “minstens 80 cm” vervangen door “minstens 100 cm”

DEEL 3 Stedenbouwkundige voorschriften: Afdeling 1 : Woongebouwen algemeen •

in artikel 4 wordt “tevens dienen de bouwvrije stroken minstens 1/3 van de perceelsbreedte t.h.v. de voorbouwlijn te bedragen”, aangevuld tot “tevens dienen de bouwvrije stroken bij open bebouwing minstens 1/3 van de perceelsbreedte t.h.v. de voorbouwlijn te bedragen”,

•

in artikel 6 wordt volgende zin achteraan toegevoegd, “de bouwdiepte wordt berekend vanaf de voorbouwlijn”,

•

in artikel 9 worden volgende zinnen achteraan toegevoegd, “ Evenwel bij inplanting op perceelsgrens dient de scheidingsmuur gebouwd in overneembare materialen (zie ook art. 14). De niet-aangebouwde delen van een mandelige muur dienen afgewerkt in een gevelbekleding eigen aan het hoofdgebouw. “

•

in artikel 14 wordt “de bouwvrije stroken voor tuingebouwen bedraagt 2 meter” vervangen door “de bouwvrije stroken voor tuingebouwen bedragen 1 meter”, en worden de woorden “dan opgericht worden op 1 meter van de perceelsgrens indien voorzien in hout of” geschrapt,

•

in artikel 14 wordt tevens de zin “In dit laatste geval dient de muur op de perceelsgrens mandelig te zijn”, aangevuld met “en de niet-aangebouwde delen van een mandelige muur afgewerkt in een gevelbekleding eigen aan het hoofdgebouw”,

Afdeling 2 : Meergezinswoningen •

artikel 20 wordt geschrapt,

•

in artikel 21 wordt achter “2,50m” de woorden gevoegd “, uitgezonderd afhellende plafonds tot min. 1.50m en ”,

•

in artikel 22 wordt achter “2,50m” de woorden gevoegd “, uitgezonderd afhellende plafonds tot min. 1,50m en ”, en wordt de zin “Binnen elke meergezinswoning mag maximaal 1/5 van het aantal woongelegenheden een studio zijn”, aangevuld met “afgerond naar de hogere eenheid.”,

•

in artikel 23 wordt achter “2,50m” de woorden gevoegd “, uitgezonderd afhellende plafonds tot min. 1,50m en ”,

Afdeling 3 : Natuurlijke verlichting – bereikbaarheid Afdeling 4 : Parkeervoorzieningen •

artikel 27 wordt geschrapt,

•

in artikel 28 wordt het eerste woord “Parkeervoorzieningen” vervangen door “Garages en parkeervakken”, en wordt na “Minimum 1.25 parkeerplaatsen per woongelegenheid …, exclusief eventuele parkeerplaatsen … gelegen in de achteruitbouwstrook.” Volgende zin toegevoegd “ Bij functiewijziging of verbouwing van bestaande gebouwen tot meergezinswoning in gesloten bebouwing, mogen de noodzakelijke parkeervoorzieningen tevens in de achteruitbouwstrook worden voorzien.”,

Afdeling 5 : Afvoerkanalen Afdeling 6 : Rioolstelsel, putten en grachten •

onder afdeling 6 wordt de inleidende tekst “De bepalingen …. op constructieve elementen”, vervangen door “De bepalingen van deze afdeling gelden onverminderd Vlarem II, de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater en behelzen enkele elementaire zaken die betrekking hebben op constructieve elementen.”

•

in artikel 30 wordt §1 achteraan aangevuld met “tot aan de rooilijn”, en wordt §4 aangevuld met “De werkwijze en voorwaarden voor aansluiting op de openbare riolering zijn opgenomen in het “Algemeen reglement rioolaansluitingen van TMVW”.

•

artikel 31 wordt volledig vervangen door: “Septische put: Bij ligging in het centrale gebied, in collectief geoptimaliseerd buitengebied, of collectief te optimaliseren buitengebied volgens het zoneringsplan moet het fecaal afvalwater via een septische put in de openbare riolering geloosd worden. De verplichting tot het plaatsen van een septische put geldt niet voor gebouwen en constructies waarbij geen lozing van fecaal afvalwater voorzien is. De dimensionering van de septische put is afhankelijk van het aantal inwonersequivalenten (I.E.). Een septische put moet minstens aan de volgende dimensies voldoen: min. 1,5 m³ met 0,3 m³ per bijkomende I.E. De vergunningverlenende overheid kan de bouwheer vrijstellen van de verplichting tot het plaatsen van een septische put indien de plaatsing technisch niet mogelijk is. De wanden van een septische put mogen niet dienen tot het grondvesten van gebouwen. Individuele Behandelingsinstallatie van Afvalwater (IBA): Bij ligging in individueel te optimaliseren buitengebied volgens het zoneringsplan, of in een gebied dat niet opgenomen is in één van de op het zoneringsplan aangeduide zuiveringszones, moet het huishoudelijk afvalwater eerst gezuiverd worden door middel van een individuele behandelingsinstallatie, waarvan de capaciteit is afgestemd op het aangesloten IE. De gemeente Zulte biedt aan haar inwoners de kans om de levering, plaatsing en het beheer van de IBA’s te laten opnemen in een collectieve aanpak. Hiervoor werkt de gemeente samen met TMVW. De bouwheer dient hiertoe een aanvraag in bij TMVW.”,

Afdeling 7: Aanvraagdossier •

in artikel 32, 3°lid worden de woorden “de diameter, de hellingsgraad, het gebruikte materiaal,”, alsook het 5°lid “Indien wordt aangesloten op het openbaar

rioleringsstelsel moet de ligging en het hoogtepeil van de afvoerbuizen ter hoogte van de grens met het openbaar domein worden weergegeven.” geschrapt, en wordt het 6°lid achteraan aangevuld met “Een gedetailleerde volume- en oppervlakteberekening van bestaande en nieuwe toestand bij aanvragen m.b.t. basisrechten voor zonevreemde constructies.” DEEL 4 Algemene verkavelingsvoorschriften: Afdeling 1: Infrastructurele voorzieningen •

in artikel 34 1°lid worden de woorden “de beslissing van de gemeenteraad” vervangen door “het advies van de rioolbeheerder TMVW-Aquario”, en wordt de laatste zin “Elke woning dient voorzien te zijn van een regenput van minimum 5000 liter.” geschrapt.

Afdeling 2: Formaliteiten/vergunningen •

tussen artikel 40 en 41 wordt de titel “Afdeling 2: Formaliteiten/Vergunningen”aangevuld met “As-built”,

•

artikel 43 wordt volledig vervangen door: “Het ontwerp van stedenbouwkundige voorschriften en het ontwerp van verkavelingsplan dient voorafgaandelijk, digitaal, te worden voorgelegd aan de dienst ruimtelijke ordening van de gemeente. Bij het aanvraagdossier wordt van de stedenbouwkundige voorschriften en het ontwerp van verkavelingsplan een pdf-bestand gevoegd.”

•

na artikel 43 wordt volgend artikel toegevoegd: “Artikel 43bis: as-built Bij voorlopige oplevering van de wegenis dient de verkavelaar aan het gemeentebestuur een gegeorefereerd as-built-plan over te maken omvattende: - de bestaande, uitgevoerde toestand van de terreinsituatie binnen de nieuwe verkaveling conform de specificaties van de volgende GRBskeletcomponenten : GRB-kernbepalingen, conform versie van de technische bepalingen die op de website van het AGIV beschikbaar is, EN GRB-skeletoptie groenbeheer EN GRB-skeletoptie water- en rioolbeheer EN GRB-skeletoptie wegbeheer EN GRB-skeletoptie virtuele grenzen met betrekking tot privaatrechterlijke grenzen Eventueel kunnen extra DXF-layers gedefinieerd worden die nog niet door het AGIV zijn vastgelegd”.

Afdeling 3: Woondichtheid/Woonaanbod •

tussen artikel 43bis en 44 wordt de titel “Afdeling 3: Woondichtheid / Woonaanbod” vervangen door “Woondichtheid / Sociaal Wonen”,

•

artikel 45 wordt volledig vervangen door: “Artikel 45: Sociaal Wonen Dit artikel voert artikel 4.1.9 van het Decreet Grond- en Pandenbeleid uit voor het grondgebied van Zulte. Het legt de concrete percentages sociaal woonaanbod vast die de aanvrager van een verkavelings- of stedenbouwkundige vergunning moet realiseren in zijn verkavelings- of bouwproject. Dit artikel is van toepassing op alle stedenbouwkundige en verkavelingsaanvragen die voldoen aan één van de omschrijvingen in artikel 4.1.8, eerste lid, 1° tot en met 4° van het decreet Gronden Pandenbeleid en waaraan het College van burgemeester en schepenen of een andere vergunningverlenende overheid van rechtswege een sociale last moet verbinden.

Dit artikel is niet van toepassing op stedenbouwkundige en verkavelingsaanvragen in ruimtelijke uitvoeringsplannen die goedgekeurd zijn na 1 september 2009 en die op basis van artikel 4.1.12 van het Decreet Grond- en Pandenbeleid eigen percentages voor een sociaal woonaanbod vastleggen (en die dit decreetsartikel omschrijft als “eigenstandige procentuele objectieven”). Indien een aanvraag voor een stedenbouwkundige of verkavelingsvergunning wordt ingediend voor percelen gelegen in Zulte, wordt een sociaal woonaanbod verwezenlijkt dat gelijk is aan: 1° 30 % van het aantal te verwezenlijken woningen en/of kavels, indien de gronden eigendom zijn van Vlaamse besturen of Vlaamse semipublieke rechtspersonen. 2° 15 % van het aantal te verwezenlijken woningen en/of kavels, indien de gronden eigendom zijn van andere natuurlijke of rechtspersonen. De vergunningverlenende overheid kan de uitkomst van het percentage afronden naar een geheel getal. Ze draagt er zorg voor dat de uitkomst de ondergrens niet overschrijdt die in het decreet is vastgelegd (20 % voor Vlaamse besturen en Vlaamse semipublieke rechtspersonen en 10 % voor andere natuurlijke of rechtspersonen), en evenmin de bovengrens (40 % voor Vlaamse besturen en Vlaamse semipublieke rechtspersonen en 20 % voor andere natuurlijke of rechtspersonen). Dit artikel doet geen afbreuk aan de mogelijkheid voor de verkavelaar of bouwheer om de toepassing te vragen van artikel 4.1.16, §2 van het Decreet Grond- en Pandenbeleid en het college te verzoeken om een hogere sociale last opgelegd te krijgen. Vanaf het ogenblik dat dit artikel in werking treedt, moet het bescheiden woonaanbod dat in verkavelings- en bouwprojecten te verwezenlijken is volgens artikel 4.2.1, 2e lid van het Decreet Grond- en Pandenbeleid als volgt berekend worden: -

-

voor gronden in eigendom van Vlaamse besturen of Vlaamse semipublieke rechtspersonen: 40%, te verminderen met het percentage sociaal woonaanbod dat bij of krachtens dit reglement wordt opgelegd. voor gronden in eigendom van overige natuurlijke of rechtspersonen: 20%, te verminderen met het percentage sociaal woonaanbod dat bij of krachtens dit artikel wordt opgelegd”.,

•

tussen artikel 45 en 46 wordt de titel “Deel 5: Afwijkingen op voormelde voorschriften” toegevoegd,

•

in artikel 46 wordt het 1°lid vervangen door: “art.4 : de bouwvrije strook van 4 m voor percelen gelegen langs openbare wegenis buiten de afgebakende centra kan gereduceerd worden indien in de onmiddellijke omgeving of op het bouwperceel zelf een kleinere bouwvrije strook dan 4 m werd vergund (of vergund wordt geacht)”.

Artikel 2: In uitvoering van artikel 2.3.2. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening wordt de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening, samen met het gemeenteraadsbesluit en het advies van de GECORO onmiddellijk bij aangetekende brief toegezonden aan de deputatie ter goedkeuring.

----------

Agendapunt nr. 4: DEFINITIEVE AANNEMING VAN HET RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN (RUP 21) “HERZIENING BPA GEMEENTECENTRUM OLSENE”.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening d.d. 15 mei 2009; Gelet op het principebesluit van de gemeenteraad d.d. 27 januari 2011; Gelet op het gunningsbesluit van het college van burgemeester en schepenen d.d. 28 februari 2011, waarbij Veneco², Port Arthurlaan 11 te 9000 Gent werd aangesteld als studiebureau; Gelet op: - het BPA Gemeentecentrum Olsene en haar stedenbouwkundige voorschriften; Overwegende dat: - de noodzakelijke reorganisatie en herbehuizing van de gemeentelijke diensten in het centrum van Olsene worden bemoeilijkt door de stringente voorschriften van het BPA, - het wenselijk is het BPA Gemeentecentrum Olsene te herzien, middels de opmaak van een gemeentelijk Ruimtelijk UitvoeringsPlan; Gelet op het besluit van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Ruimtelijke Ordening, Wetenschappen en Technologische Innovatie, de heer Dirk Van Mechelen, de dato 18 maart 2004 waarbij het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Zulte, zoals definitief vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad de dato 27 november 2003, werd goedgekeurd mits uitsluiting van enkele zinsneden; Gelet op: - de plenaire vergadering op 20 oktober 2011, - de gemeenteraadsbeslissing d.d. 17 november 2011 houdende voorlopige aanneming van het ruimtelijke uitvoeringsplan; - de bekendmaking van het openbaar onderzoek aan het publiek door middel van aanplakbiljetten, vanaf hierna vermelde datum en aangekondigd in het Belgisch Staatsblad en in drie bladen van het Rijk, waarvan er één verschijnt in de hoofdplaats van de provincie op 29 november 2011, - het onderzoek de commodo et incommodo, gehouden van 1 december 2011 tot 29 januari 2012, waarbij vastgesteld werd dat er één bezwaarschrift werden ingediend bij de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (GECORO); Overwegende dat de GECORO de bezwaarschriften als volgt heeft gebundeld, gecoördineerd en geadviseerd: SAMENVATTING VAN BEZWAARSCHRIFT 1 a. De bouwhoogte van 10.50m op een afstand van 6m van de perceelsgrenzen op een diepte van 60m vanaf de Centrumstraat tast de private levenssfeer van de woning Centrumstraat 14. Raamopeningen met zicht t.h.v. de 2de en eventueel 3de bouwlaag op de zuidelijke gevel van de nieuwbouw zijn zeer storend element wat betreft de private levenssfeer, een beperking van bouwhoogte en diepte wordt gevraagd. ADVIES GECORO BEZWAARSCHRIFT 1: BEZWAARSCHRIFT 1A: De maximale kroonlijsthoogte bedraagt effectief 10.50m en de bouwvrije strook is voorzien op 6m t.o.v. de perceelsgrenzen, doch voorbij de bouwzone op verdieping, aansluitend aan

de “wachtgevel” langs de Centrumstraat, op een diepte van 20m. Ten opzichte van de woning Centrumstraat 14 bedraagt de afstand van de zij-/achtergevel van de nieuwbouw realiseerbaar binnen het RUP reeds 20m. Een verschuiving van die bouwzone verder van de perceelsgrenzen resulteert niet in een wijziging van de mate van potentïele inkijk op het niet-aanpalend perceel. Tevens is de Centrumstraat gelegen binnen de ‘afgebakende centra’ waarbinnen volgens artikel 16 van de algemene stedenbouwkundige verordening meergezinswoningen palend aan Centrumstraat 14 kunnen worden opgericht en er dus op aanpalende percelen woonentiteiten kunnen worden gebouwd op verdieping, met veel grotere impact op de persoonlijke levenssfeer. De bestemming van het gebouw, openbaar nut, de facto in te vullen als nieuw gemeentehuis, is daarenboven een uitsluitende dagen weekactiviteit. Publiek toegankelijke lokalen, potentieel meer dienstig buitenkantooruren en in weekends, zijn daarenboven volgens het voorontwerp van nieuw gemeentehuis gepositioneerd naar de kerk toe en hebben geen zicht op de woning Centrumstraat 14. Tevens worden de groenelementen langsheen de perceelsgrens, bomen van ca. 12m hoogte, maximaal behouden, waardoor eventuele inkijk sowieso beperkt wordt en staan in de achtertuinen van de woningen langs de Centrumstraat ook hoogstammige groenelementen. Het ontwerp van het nieuwe gemeentehuis voorziet daarenboven slechts in 2 bouwlagen, met een structurele uitbreidingsmogelijkheid van een derde bouwlaag i.f.v. lange termijnontwikkelingen. De raamopeningen op de verdiepingen zijn in het ontwerp van het nieuwe gemeentehuis, conisch openend naar de burelen zelf. Dit impliceert dat met beperkte raamopeningen maximaal lichtrendement wordt verkregen en overbezonning van de kantoorruimtes wordt tegengegaan om actieve koeling van het gebouw onnodig te maken. De bouwvrije strook t.o.v. de Centrumstraat 14 - ca. 20m - is voldoende ruim om geen toename van privacy- en lichthinder t.o.v. de huidige bebouwingsmogelijkheden binnen BPA en langs Centrumstraat, te garanderen, gelet op de Algemene Stedenbouwkundige Verordening en de noordwestelijke oriëntatie van de potentiële bouwzone binnen het RUP. Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen en de Gemeenteraad zich schragen achter de motivatie en de weerlegging van het bezwaar zoals opgemaakt door de GECORO; Gelet op het gunstig advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar d.d. 20 december 2012; Gelet op het gunstig advies van de Deputatie d.d. 26 januari 2012; Gelet op het gemotiveerd, unaniem gunstig advies, dat het integrale advies van de Deputatie en de Vlaamse Regering bevat, van de GECORO d.d. 15 februari 2012: SAMENVATTING VAN ADVIES De gecoro besluit het RUP 21 ‘Herziening BPA Gemeentecentrum Olsene’ unaniem (11) gunstig te adviseren. Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen en de gemeenteraad het advies van de GECORO volgen; Gelet op de voorgebrachte memorie van toelichting, de stedenbouwkundige voorschriften, het plan van de bestaande toestand en het bestemmingsplan, opgemaakt door ruimtelijk planner Annelies Declercq, van Veneco², Port Arthurlaan 11 te 9000 Gent, Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Het ruimtelijk uitvoeringsplan, RUP 21, “Herziening BPA Gemeentecentrum Olsene”, bestaande uit de memorie van toelichting, de stedenbouwkundige voorschriften, het plan van de bestaande toestand en het bestemmingsplan, wordt definitief aanvaard. Artikel 2: Het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “Herziening BPA Gemeentecentrum Olsene”, samen met dit besluit en het volledige advies van de GECORO (m.i.v. de integrale adviezen van Deputatie en Minister) ter goedkeuring toe te zenden aan de Deputatie van Provincie Oost-Vlaanderen. Artikel 3: Het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “RUP 21, “Herziening BPA Gemeentecentrum Olsene”, samen met dit besluit en het volledige advies van de GECORO (m.i.v. de integrale adviezen van Deputatie en Minister) toe te zenden aan de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar.

----------

Agendapunt nr. 5: AFBRAAK GEMEENTEHUIS, CENTRUMSTRAAT 8-10,9870 ZULTE-OLSENE: GOEDKEURING LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 27 januari 2011 betreffende het bouwen van een nieuw administratief centrum: 1. kennisgeving van de resultaten van de volksraadpleging van 16 januari 2011; 2. definitieve localisatiekeuze; 3. opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan tot herziening en uitbreiding van BPA Olsene Centrum; Gelet op de collegebeslissing van 18 juli 2011 waarbij de opdracht "Aanstellen studiebureau voor het bouwen van een nieuw administratief centrum" werd toegekend aan goedefroo+goedefroo architecten bvba, Ooigemstraat 2a, 8710 Wielsbeke tegen een ereloonpercentage van 9%; Overwegende dat de oude gebouwen gesloopt moeten worden; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Afbraak gemeentehuis, Centrumstraat 810,9870 Zulte-Olsene” een bijzonder bestek met nr. 2012/034 werd opgesteld door de Dienst openbare werken, aankopen en patrimonium; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 57.934 EUR excl. btw of 70.100,14 EUR incl. 21% btw; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 17, § 2, 1° a (limiet van 67.000 EUR excl. btw niet overschreden); Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 120;

Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 3, § 1; Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het budget van 2012, op artikel 104/722-60 van de buitengewone dienst en dat de financiering gebeurt met eigen middelen; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het bijzonder bestek met nr. 2012/034 en de raming voor de opdracht “Afbraak gemeentehuis, Centrumstraat 8-10,9870 Zulte-Olsene”, opgesteld door de Dienst openbare werken, aankopen en patrimonium. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 57.934,00 EUR excl. btw of 70.100,14 EUR incl. 21% btw. Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelings-procedure zonder bekendmaking. Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2012, op artikel 104/722-60 van de buitengewone dienst.

----------

Agendapunt nr. 6: 1. BOUWEN VAN EEN ADMINISTRATIEF CENTRUM – RENOVATIE PASTORIE: CONTRACTUELE PUBLIEK PRIVATE SAMENWERKING ONDER DE VORM VAN EEN PROMOTIEOVEREENKOMST. GOEDKEUREN LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE 2. VESTIGING OPSTALRECHT 3. GOEDKEURING B(uild)F(inance)M(aintain)OVEREENKOMST

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing de dato 17 december 2009 houdende goedkeuren van het principe en het stappenplan voor het (ver)bouwen van het nieuw administratief centrum;

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing de dato 27 mei 2010 betreffende het bouwen van een nieuw administratief centrum: 1. herlocalisatiekeuze; 2. mandaat aan de Vlaamse Bouwmeester voor open oproep; 3. principebeslissing voor het opmaken van een ruimtelijk uitvoeringsplan tot herziening en uitbreiding van BPA Olsene Centrum; Gelet op het gemeenteraadsbesluit de dato 27 januari 2011 waarbij de projectzone voor de bouw van het nieuw administratief centrum definitief herleid werd tot de site ‘links van de kerk’ waar het huidige gemeentehuis en de voormalige pastorij staan m.i.v. de onmiddellijke omgeving, binnen de grenzen van de private gemeentelijke eigendom (kadastraal gekend 2° afd sie B nrs. 1201 T en 1201 V); Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen de dato 18 juli 2011 betreffende de goedkeuring van de gunning van de opdracht “Aanstellen studiebureau voor het bouwen van een nieuw administratief centrum” aan goedefroo+goedefroo architecten bvba, Ooigemstraat 2a te 8710 Wielsbeke tegen een ereloonpercentage van 9 %; Gelet op de collegebeslissing de dato 28 november 2011 waarbij de opdracht bestaande uit - de screening inzake het bestek van de uit te schrijven overheidsopdracht en de optimalisatie van de financiële lasten voor de gemeente Zulte; - de opmaak van de overeenkomst (Service Level Agreement) die zal worden afgesloten met de opdrachtnemer; - de vergelijking van de binnengekomen offertes, gegund werd aan advocatenkantoor Eubelius, President Kennedypark 37 te 8500 Kortrijk tegen het geraamde bedrag van 29.600,00 EUR; Overwegende dat de slaagkansen voor de realisatie van dit project het hoogste worden ingeschat via een publiek private samenwerking waarbij deze samenwerking zowel voor het opdrachtgevend openbaar bestuur als de private partner zal leiden tot een win-win-situatie; Overwegende dat de gemeente het voordeel heeft dat één of meerdere promotoren het project zullen bouwen en zelf de nodige financiële middelen moeten voorzien; Overwegende dat de gemeente derhalve niet verplicht is om de financiële middelen onmiddellijk ter beschikking te hebben, doch vanaf het ogenblik dat het administratief centrum beschikbaar is een beschikbaarheidsvergoeding dient te betalen op kwartaalbasis en dit voor een periode van 25 jaar; Overwegende dat ingevolge de publiek private samenwerking de infrastructuur voor 25 jaar zal onderhouden worden door de aannemer waarbij dit onderhoud evenwel beperkt blijft tot de technische installaties zoals bepaald in het bestek; Overwegende dat genoemde samenwerking het best tot stand kan komen bij wege van een promotieovereenkomst, dit is een overheidsopdracht voor aanneming van werken die zowel betrekking heeft op de financiering als de uitvoering van de werken en op de studie ervan of elke dienstverlening in dat verband (artikel 9 van de wet van 24 december 1993); Overwegende dat in het kader van een promotieovereenkomst gebouwd wordt op gronden die door de gemeente ter beschikking worden gesteld via de toekenning van een opstalrecht; Overwegende dat in het kader van deze promotieovereenkomst de privé-partner dient te zorgen voor de financiering van het integrale project en slechts betaling bekomt na ingebruikname van de gebouwen alsook het volledige risico draagt voor de projectontwikkeling; Gelet op de wet van 10 januari 1824 over het recht van opstal;

Overwegende dat een opstalrecht wordt toegestaan aan de promotor die zal instaan voor de oprichting van het nieuw administratief centrum waarbij het opstalrecht beperkt wordt tot het perceel kadastraal gekend 2° afd sie B nr. 1201 V; Overwegende dat een opstalrecht wordt toegestaan, ingaand op het ogenblik dat de BFMovereenkomst wordt ondertekend en dit tot op het einde van het laatste kwartaal waarvoor een beschikbaarheidsvergoeding dient betaald te worden; Overwegende dat het toestaan van een opstalrecht de kans op slagen van de publiek private samenwerking verhoogt; Overwegende dat het opstalrecht enerzijds om niet wordt toegestaan en dat anderzijds de grond en de erop opgerichte gebouwen bij het einde van het recht van opstal zonder vergoeding toekomen aan de gemeente Zulte; Overwegende dat de B(uild) F(inance) M(aintain)overeenkomst het voorwerp uitgemaakt heeft van een uitvoerige discussie binnen een interne werkgroep, aangevuld met raadgevers van het architectenbureau Goedefroo+Goedefroo alsook van het advocatenkantoor Eubelius; Overwegende dat een BFM-overeenkomst zal worden afgesloten waarin de voorwaarden zijn terug te vinden inzake 1° de vaststelling van de contractuele waarborgen die van de promotor zullen geëist worden, 2° de verplichting voor de promotor om alle verantwoordelijkheden op zich te nemen die ten laste vallen van de aannemer bij toepassing van de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek en 3° de verplichting voor de promotor, hetzij te voldoen aan de wettelijke verplichtingen in verband met de erkenning van de aannemers van werken, hetzij een beroep te doen op aannemers die aan deze verplichtingen voldoen al naargelang hij de werken al dan niet persoonlijk zal uitvoeren; Overwegende dat de renovatie van de pastorie een optioneel onderdeel is van de opdracht waarop de inschrijvers verplicht dienen in te schrijven en waarvan de Aanbestedende Overheid zich het recht voorbehoudt om op basis van de ingediende offertes, en in het bijzonder na kennisname van de aangeboden prijzen (Mijlpaalvergoedingen), te oordelen om dit deel al dan niet mee te gunnen; Overwegende dat de vergoeding die door de Aanbestedende Overheid aan de Opdrachtnemer wordt betaald als tegenprestatie voor de renovatiewerken aan de pastorie (hierna de Mijlpaalvergoeding), een allesomvattende (“vaste”) vergoeding is die in twee delen wordt betaald, 90 % van de totale Mijlpaalvergoeding wordt betaald na de voorlopige oplevering van de renovatiewerken aan de pastorie en het resterende saldo (10 %) na de definitieve oplevering van de renovatiewerken aan de pastorie; Overwegende dat in het kader van deze opdracht een bijzonder bestek met nr. 2012/033 werd opgesteld door de ontwerpers, goedefroo+goedefroo architecten bvba, Ooigemstraat 2a te 8710 Wielsbeke en de juridische adviseur, Eubelius cvba, President Kennedypark 37 te 8500 Kortrijk; Overwegende dat de uitgave voor de basisopdracht “bouwen van een administratief centrum zonder renovatie pastorie” wordt geraamd op 4.509.953,08 EUR excl. btw of 5.457.043,23 EUR incl. btw; Overwegende dat de uitgave voor de verplichte variante “bouwen van een administratief centrum met renovatie pastorie” geraamd wordt op 4.660.431,08 EUR excl. btw of 5.639.121,61 EUR incl. btw; Overwegende dat de raming van de basisopdracht en de verplichte variante de limieten van de Europese bekendmaking overschrijdt; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de algemene offerteaanvraag;

Overwegende dat volgende gunningscriteria opgenomen zijn in het bestek: • prijs criterium: 60 punten • onderhoud criterium: 10 punten • uitvoeringstermijn: 10 punten • projectmanagement: 20 punten; Overwegende dat in deze opdracht de omgevingsaanleg nog niet opgenomen is; Overwegende dat volgens vordering der bouwwerken van het administratief centrum, al dan niet met renovatie van de pastorie, een dossier omgevingsaanleg zal opgemaakt worden en geagendeerd worden voor de gemeenteraad; Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 16; Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikelen 21 en 22; Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikelen 3, § 1, 11 tot en met 27; Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht slechts dient voorzien te worden vanaf de beschikbaarheid van het gebouw; Overwegende dat er dan een beschikbaarheidsvergoeding dient betaald te worden en dit overeenkomstig de voorwaarden in de BFM-overeenkomst; Overwegende dat dit krediet dan zal voorzien worden in de gewone dienst; Overwegende dat het krediet voor de renovatie van de pastorie zal voorzien worden in de eerste budgetwijziging 2012; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Gelet op de tussenkomst van raadslid Simon Lagrange die meedeelt dat er geen vragen meer zijn bij het bestek zelf. De VLD-fractie staat volledig achter het bouwproject op de betrokken

site. Er rijzen wel ernstige vragen met betrekking tot het financieringsmechanisme en meer in het bijzonder de keuze voor een BFM-overeenkomst. Dit is een fundamentele wijziging tegenover het standpunt dat in de gemeenteraad van 17 december 2009 werd ingenomen. Toen werd -na overleg met het Kenniscentrum PPS (Publiek-Private Samenwerking) en de Vlaamse Bouwmeester- gesteld dat een PPS-project -kleiner dan 10.000.000 euro- met financiering veelal kostelijker zou zijn dan een traditionele aanbesteding/lening-procedure. De VLD-fractie heeft de raming van het kostenplaatje van beide opties naast elkaar gelegd : Bij een BFM-overeenkomst : 425.000 euro op jaarbasis + 38.000 euro op jaarbasis (onderhoud). In totaal impliceert dit dus een bedrag van 463.000 euro / jaar en van 11.575.000 euro over de volledige looptijd. Voor een klassieke overheidsopdracht met lening werd een simulatie bij Dexia gevraagd voor een lening van 5,7 miljoen euro over een looptijd van 25 jaar en met trimestriële terugbetalingen. De simulatie leidt tot een bedrag van 340.000 euro / jaar. Over de volledige looptijd dient 8,5 miljoen euro terugbetaald te worden. Tussen beide formules is dus een verschil van ruim 3 miljoen euro. Weliswaar dient nog rekening gehouden te worden met het onderhoudsaspect van de grote installaties dat bij BFM inbegrepen is. Indien jaarlijks 38.000 euro betaald wordt over 25 jaar, houdt dit een bedrag van 950.000 euro in. Onderhoud meegerekend is er tussen beide formules dus nog steeds een verschil van ruim 2 miljoen euro. Daartegenover moet dus wel degelijk iets staan. Via de BFM wordt een zekerheid geboden, zeker voor wat de grote technische installaties betreft. Anderzijds is er ook een uitstel voor de terugbetaling van de kosten. De VLD-fractie komt tot de conclusie dat de kost die hier tegenover staat onverantwoord hoog is en dat beter via een klassieke lening gefinancierd wordt. De VLD-fractie vraagt dan ook aan de gemeenteraad om de initiële keuze te handhaven voor een klassieke overheidsopdracht met lening. Schepen Vermeersch stelt dat het onderscheid tussen beide opties in het onderhoudsaspect en de daaraan gekoppelde zekerheid zit. Ongeacht de formule moeten bouw en financiering steeds betaald worden. Schepen Vermeersch stelt dat hij bij de eigen simulatie uitgegaan is van een interestlast van 4 %. Misschien is men hierbij te eerlijk geweest. Uit navraag blijkt dat de simulatie waarop de VLD-fractie zich baseert, stoelt op een interestlast van 3,45 %. De cijfers zijn dus niet vergelijkbaar. Dit verklaart het verschil tussen beide berekeningen. Raadslid De Vos herhaalt dat aangezien de aannemer het volledig project van de gemeente overneemt, hier sowieso een bijkomend kostenplaatje aan gekoppeld is. Niemand neemt kosteloos andermans risico’s over. De initiële indexeringsclausule is daarenboven geschrapt zodat nu periodiek een vast bedrag betaald wordt door de gemeente. Hierover ontstaat een discussie waaraan raadsleden Herman De Vos, Sophie Delaere, Patricia Den Tandt en schepen Vermeersch deelnemen. De burgemeester verzoekt tot beëindiging van de discussie en roept op tot stemming over het dossier dat de bouw, financiering en onderhoud van het nieuw adminstratief centrum inhoudt : 7 stemmen tegen (VLD) 15 stemmen voor (CD&V – NVA) Raadslid Simon Lagrange wenst een bedenking te maken m.b.t. de juridische werkwijze waarbij de keuze i.v.m. al dan niet uitvoering van de renovatie van de pastorij gebeurt na de opening van de offertes.

BESLUIT:

Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het bijzonder bestek met nr. 2012/033 en de raming voor de opdracht “Bouwen van een administratief centrum - renovatie pastorie: contractuele publiek private samenwerking onder de vorm van een promotieovereenkomst”, opgesteld door de ontwerpers, goedefroo+goedefroo architecten bvba, Ooigemstraat 2a te 8710 Wielsbeke en de juridische adviseur, Eubelius cvba, President Kennedypark 37 te 8500

Kortrijk. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming van de basisopdracht “bouwen van een administratief centrum zonder renovatie pastorie” wordt geraamd op 4.509.953,08 EUR excl. btw of 5.457.043,23 EUR incl. btw. De raming voor de verplichte variante “bouwen van een administratief centrum met renovatie pastorie” bedraagt 4.660.431,08 EUR excl. btw of 5.639.121,61 EUR incl. btw. Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de algemene offerteaanvraag. Artikel 3: De opdracht zal Europees bekend gemaakt worden. Artikel 4: Het standaard publicatieformulier wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal en Europees niveau. Artikel 5: Het krediet voor de renovatie van de pastorie zal voorzien worden bij eerste budgetwijziging 2012. Artikel 6: Op het ogenblik van de ondertekening van de BFM-overeenkomst wordt een gratis recht van opstal toegestaan op het perceel kadastraal gekend 2° afd sie B nr. 1201 V en dit tot op het einde van het laatste kwartaal waarvoor een beschikbaarheidsvergoeding dient betaald te worden en conform de bepalingen van de opstalrechtovereenkomst zoals gevoegd als bijlage bij dit besluit. Artikel 7: Goedkeuring te verlenen aan de BFM-overeenkomst zoals gevoegd als bijlage bij dit besluit. Artikel 8: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met het uitvoeren van dit besluit. Artikel 9: Dit besluit wordt ook ter kennis gebracht van de heer provinciegouverneur, door middel van de lijst bedoeld in artikel 251 § 1 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005.

----------

Agendapunt nr. 7: WIJZIGEN SUBSIDIEREGLEMENT VOOR HET PLAATSEN EN AANWENDEN VAN ALTERNATIEVE ENERGIEBRONNEN - SUBSIDIE VOOR AANWENDEN MILIEUVRIENDELIJKE PRODUCTEN – TECHNIEKEN. VERDUIDELIJKING.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing d.d. 16 december 2010 waarin het gewijzigd subsidiereglement werd goedgekeurd voor het plaatsen en aanwenden van alternatieve energiebronnen - subsidie voor aanwenden milieuvriendelijke producten - technieken; Gelet op het voorstel van het college d.d. 6 februari 2012 om punt G) onder artikel 2 i.v.m. Epeil voor nieuwbouwwoning lager dan of gelijk aan E60 als volgt te verduidelijken: Onder dit punt wordt voorgesteld om de passage “Toelage: E60 tot E30” te vervangen door “Toelage: E60 of lager”. De formule wordt dan: “Toelage: E60 of lager: 400 EUR + {20 EUR x (E60 - Epeil van de woning)}” met een maximum van 1.000 EUR. Voorheen was lager dan E30=passiefhuis. Nu is dit niet meer het geval aangezien een attest “passiefhuis” gevraagd wordt en volstaat. Probleem nu was dat er huizen zijn die geen passief

huis zijn, maar wel een lager E-peil hebben dan 30. Deze vallen nu uit de boot. Naar de geest van de regelgeving kan dit niet de bedoeling zijn, vandaar de verduidelijking; Gelet op volgende gemeentelijke subsidies voor hernieuwbare energiebronnen die uitbetaald werden in 2011: - Aan 23 particulieren werd een totaalbedrag van 11.683,15 EUR toegekend voor het plaatsen van hernieuwbare energiebronnen (zonneboilers en collectoren, warmtepompen). - Aan 127 particulieren werd een totaalbedrag van 29.306,87 EUR toegekend voor het plaatsen van dakisolatie bij renovatie; Overwegende dat de gemeente in de gemeentebegroting onder artikel 879/331-01 kredieten zal opnemen voor het subsidiëren van installaties voor alternatieve energiebronnen, aanwenden van milieuvriendelijke producten - technieken; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 inzonderheid de artikelen 42, 186, 251 en 253,3°; Gelet op de omzendbrief BA 2006/01 van 13 januari 2006 betreffende het gemeente- en provinciedecreet - inwerkingtreding van de bepalingen inzake het bestuurlijk toezicht; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Het gemeentebestuur zal een toelage toekennen voor de installatie, het gebruik van alternatieve energiebronnen, milieuvriendelijke producten - technieken in woningen, woongebouwen, scholen en ambachtelijke bedrijfsgebouwen gelegen op het grondgebied van Zulte, onder de voorwaarden hierna bepaald. Onder woning wordt verstaan: het huis of appartement dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van één gezin. Onder woongebouw wordt verstaan: het gebouw dat meerdere woningen omvat of kan omvatten. Onder scholen wordt verstaan: gebouwen die gebruikt worden voor het huisvesten van leerlingen en leerkrachten. Onder bedrijfsgebouw wordt verstaan: het gebouw waarbinnen een bepaalde tak van ambacht, handel, industrie en tuinbouw wordt uitgeoefend. Onder nieuwbouwwoningen wordt verstaan woningen die een geldig energieprestatiecertificaat hebben met afgiftedatum na 1 januari 2011. Indien een verbouwing onderhevig is aan de EPB-regelgeving dan wordt deze ook beschouwd als nieuwbouw. Gedeeltelijke herbouw en uitbreiding komen niet in aanmerking. Artikel 2: Het bestaand reglement d.d. 16 december 2010 zal met onmiddellijke inwerkingtreding als volgt verduidelijkt worden. Volgende zaken worden gesubsidieerd: A) Hernieuwbare energiebronnen A1) Installaties voor de thermische omzetting van zonne-energie in warm water of warme lucht (zonneboilers/zonnecollector). Installaties die enkel gebruikt worden voor het verwarmen van privé zwembaden komen niet in aanmerking.

Als bewijs moet een certificaat van een onafhankelijk testinstituut worden bijgevoegd waaruit blijkt dat een test volgens EN-12975 of DIN 4757 uitgevoerd werd. Ofwel bezit de installatie een Solar KeyMark. Een lijst van zonneboilers waarvan aanvaard is dat zij voldoen aan de gestelde voorwaarden is onder meer terug te vinden op de website www.questforquality.be. Indien de zonneboiler op de lijst voorkomt, hoeven geen attesten bijgevoegd te worden. De producten genieten van een waarborg : minstens 10 jaar op de werking van de collector, 5 jaar op de boiler en 2 jaar op de andere onderdelen. De factuur van collector en boiler met vermelding van merk en type, die eveneens moet bijgevoegd worden, mag maximaal 1 jaar oud zijn op datum van aanvraag. Bewijs van betaling moet eveneens bijgevoegd worden. Bovendien moet een attest dat de installatie geïnstalleerd werd door erkende installateur worden bijgevoegd. A2) Installatie van warmtepompen die uitsluitend werking als warmtepomp hebben en niet als koeling gebruikt kunnen worden. De COP, gemeten volgens EN 14511 onder de vermelde condities is groter of gelijk aan 3,6 voor lucht/ water; 3,4 voor lucht/lucht; 3 voor directverdamping/ water; 4,0 voor bodem/water (brontemperatuur 0 °C, afgiftetemperatuur 35 °C), en 4,5 voor water/water (brontemperatuur 10 °C, afgiftetemperatuur 35 °C). De warmtepomp staat in voor de hoofdverwarming van het gebouw en het condensvermogen van de warmtepomp, gemeten volgens EN 14511, bedraagt minstens 80 % van de nominale warmteverliezen van het gebouw, berekend volgens NBN B62-003. De producten genieten voor de hoofdfunctie van een waarborg van minstens 10 jaar. De warmtepomp kan niet worden gebruikt voor koeling. Een lijst van pompen waarvan aanvaard is dat ze voldoen aan de gestelde eisen is onder meer terug te vinden op de website www.warmtepompplatform.be. Indien de warmtepomp op de lijst voorkomt, hoeven geen attesten bijgevoegd te worden. De premieaanvraag is alleen geldig samen met een kopie van de aankoopfactuur van de warmtepomp met vermelding van merk en type van de warmtepomp. De factuur mag maximaal 1 jaar oud zijn op datum van aanvraag. Bewijs van betaling moet eveneens bijgevoegd worden. Bovendien moet een attest dat de installatie geïnstalleerd werd door erkende installateur worden bijgevoegd. Toelage: De toelage voor hernieuwbare energiebronnen vermeld onder A1) en A2) wordt vastgesteld op: 15 % op de kostprijs (inclusief plaatsing en btw). Dit bedrag (zijnde 15 % op de kostprijs) moet minimum 250 EUR bedragen. Het maximale subsidiebedrag is 500 EUR per adres/jaar. Cumuleren van systemen A1) en A2) kan niet op hetzelfde jaar, dus slechts 1 systeem/adres/jaar. Premie kan aangevraagd worden voor woningen, woongebouwen, scholen en ambachtelijke bedrijfsgebouwen. Sociale huisvestingsmaatschappijen en openbare besturen kunnen slechts per bouwproject of per woongebouw 1 aanvraag indienen, dus niet per adres. Indien voor installatie ook een Gewestelijke premie of een premie van EANDIS kan verkregen worden, wordt de eindbeslissing ook bij voorkeur toegevoegd. B) Groendaken Daktuinen of daken met een volgroeide intensieve begroeiing. Een daktuin is een natuurlijke tuin die zich op het dak bevindt.

Een begroeiing zoals gazon, lage planten, kleine heesters en bomen is mogelijk op voorwaarde dat er een voldoende dikke substraatlaag wordt voorzien van minstens 0,3 m. Let echter op voor bepaalde soorten planten: zij kunnen wortels hebben die schade kunnen berokkenen aan de waterdichting. Met een onbeperkte keuze aan planten kan u een zeer mooie tuin creëren op een plaats die normaal onbenut blijft. Het dak is begaanbaar en kan gebruikt worden voor recreatieve doeleinden. Een daktuin vereist niet meer onderhoud dan een traditionele tuin. Opgepast: een substraatlaag heeft een zekere dikte met een aanzienlijk overgewicht (minstens 400 kg/m²). Daktuinen mogen bij renovatiewerken slechts worden toegepast na een grondige studie en een vergunning. Beter is in de ontwerpfase van een gebouw een daktuin te voorzien zodanig dat bij de berekening van de fundering en de dragende elementen ermee rekening wordt gehouden. Een bouwkundig gekwalificeerde persoon zoals een architect of ingenieur dient vooraf de constructie voldoende draagkrachtig verklaard te hebben. De drager van een daktuin heeft normaal gezien een helling tussen de 1 graad en 4 graden om een goede afwatering te voorzien. Toelage: 31 EUR/m², met max. van 500 EUR, per adres/jaar. Bij aanvraag mag factuur maximaal 1 jaar oud zijn op datum van de aanvraag subsidie. De juiste oppervlakte moet ook op plan op schaal van tuin aangeduid worden. Er moet ook een opsomming van plantgoed en inrichting van tuin toegevoegd worden. Bewijs van betaling moet bijgevoegd worden. Premie kan aangevraagd worden voor woningen, woongebouwen, scholen en ambachtelijke bedrijfsgebouwen. Sociale huisvestingsmaatschappijen en openbare besturen kunnen slechts per bouwproject of per woongebouw 1 aanvraag indienen, dus niet per adres. Indien voor installatie ook een Gewestelijke premie of een premie van EANDIS kan verkregen worden, wordt de eindbeslissing ook bij voorkeur toegevoegd. C) Isolatiematerialen 1ste punt: Isoleren van vloer/wand/dak bij nieuwbouw met volgende isolatiematerialen uit nagroeibare grondstoffen: - cellulose-isolatie (cfr. ingeblazen papiervlokken) - houtvezelisolatie - vlasisolatie - hennepisolatie - kurkisolatie - andere producten vermeld op databanklijst van VIBE vzw (Vlaams Instituut voor BioEcologisch Bouwen en Wonen). Toelage: 15% van de gefactureerde kosten (incl. plaatsing en BTW). Dit bedrag (zijnde 15 % op de kostprijs) moet minimum 150 EUR bedragen. Het maximale subsidiebedrag is 250 EUR. Factuur van isolatiemateriaal met duidelijke omschrijving van gebruikte materiaal mag maximaal 1 jaar oud zijn op datum van de aanvraag subsidie. Bewijs van betaling moet eveneens bijgevoegd worden. Premie kan aangevraagd worden voor woningen, woongebouwen, scholen en ambachtelijke bedrijfsgebouwen. Maximaal 1 aanvraag per adres/jaar. Sociale huisvestingsmaatschappijen en openbare besturen kunnen slechts per bouwproject of per woongebouw 1 aanvraag indienen, dus niet per adres.

Indien voor installatie ook een Gewestelijke premie of een premie van EANDIS kan verkregen worden, wordt de eindbeslissing ook bij voorkeur toegevoegd. 2de punt Isoleren van dak bij renovatie (ook door huurder) De premieaanvraag is alleen geldig samen met een kopie van de aankoopfactuur (geen offerte) van het isolatiemateriaal met vermelding van het merk, de soort, het type, het aantal m². Bewijs van betaling moet eveneens bijgevoegd worden. De R-waarde (warmteweerstand) wordt bepaald door de dikte van de isolatie (in meter) te delen door de lambdawaarde (W/mK). De lambdawaarden die gebruikt worden voor de berekening van de R-waarde worden bepaald volgens de richtlijnen NBN B 62-002. Lijsten met lambdawaarden die kunnen gebruikt worden, zijn ondermeer terug te vinden op www.butgb.be of www.vibe.be. De premie is enkel geldig bij bestaande woningen (minimum 10 jaar aangesloten op het elektriciteitsnet). Dakisolatie De R-waarde van het nieuw geplaatste materiaal moet minimum 3 m²K/W bedragen. De R-waarde van een bestaande isolatielaag mag niet mee verrekend worden om aan de minimum 3 m²K/W te komen. Thermische (isolerende) folies en riet komen niet in aanmerking voor deze premie. Zoldervloerisolatie van een onbewoonde zolder wordt eveneens beschouwd als dakisolatie. Toelage: 15% van de gefactureerde kosten (incl. plaatsing en BTW). Dit bedrag (zijnde 15 % op de kostprijs) moet minimum 150 EUR bedragen. Het maximale subsidiebedrag is 250 EUR. Factuur van isolatiemateriaal met duidelijke omschrijving van gebruikte materialen mag maximaal 1 jaar oud zijn op datum van de aanvraag subsidie. Premie kan aangevraagd worden voor woningen, woongebouwen, scholen en ambachtelijke bedrijfsgebouwen. Maximaal 1 aanvraag per adres/jaar. Sociale huisvestingsmaatschappijen en openbare besturen kunnen slechts per bouwproject of per woongebouw 1 aanvraag indienen, dus niet per adres. Indien voor installatie ook een Gewestelijke premie of een premie van EANDIS kan verkregen worden, wordt de eindbeslissing ook bij voorkeur toegevoegd. De som van de premie van EANDIS, het Vlaamse Gewest en de gemeente mag de totale kostprijs aangerekend op factuur (incl. BTW), niet overschrijden. D) Gebruik van FSC gelabeld hout of een gelijkwaardig label De Forest Stewardship Council (FSC) is een onafhankelijke, niet-gouvernementele organisatie die streeft naar verantwoord bosbeheer wereldwijd. Verantwoord bosbeheer houdt rekening houdt met het milieu, heeft een sociale dimensie en is economisch haalbaar. FSC werd in 1993 opgericht door boseigenaren, de houtsector, sociale bewegingen en milieuorganisaties. Toelage : Forfaitair bedrag van 250 EUR per woning, met een minimum factuurbedrag van 1.250 EUR. Het FSC label, of een gelijkwaardig label dat aantoont dat het hout afkomstig is van bossen waarvan het duurzaam beheer door een onafhankelijke instelling volgens internationaal erkende criteria werd gecertificeerd, moet duidelijk af te leiden zijn op grond van de factuur die maximaal 1 jaar oud mag zijn op datum van de aanvraag subsidie. Bewijs van betaling moet eveneens bijgevoegd worden.

Premie kan aangevraagd worden voor woningen, woongebouwen, scholen en ambachtelijke bedrijfsgebouwen. Maximaal 1 aanvraag per adres/jaar. Sociale huisvestingsmaatschappijen en openbare besturen kunnen slechts per bouwproject of per woongebouw 1 aanvraag indienen, dus niet per adres. Indien voor installatie ook een Gewestelijke premie of een premie van EANDIS kan verkregen worden, wordt de eindbeslissing ook bij voorkeur toegevoegd. E) Natuurverven en aanverwante afwerkingproducten voor binnen en/ of buitentoepassingen… - verven, lakken, vernissen,… - oliën, … - leempleisters Enkel producten vermeld op databanklijst VIBE vzw. Toelage : 15% van de gefactureerde kosten (incl. btw). Dit bedrag (zijnde 15 % van de gefactureerde kosten) moet minimum 75 EUR bedragen. Het maximale subsidiebedrag is 250 EUR aan producten zoals hierboven beschreven en die vermeld staan in de databanklijst van VIBE vzw. De factuur mag maximaal 1 jaar oud zijn op datum van de aanvraag subsidie. Bewijs van betaling moet eveneens bijgevoegd worden. Premie kan aangevraagd worden voor woningen, woongebouwen, scholen en ambachtelijke bedrijfsgebouwen. Maximaal 1 aanvraag per adres/jaar. Sociale huisvestingsmaatschappijen en openbare besturen kunnen slechts per bouwproject of per woongebouw 1 aanvraag indienen, dus niet per adres. F) Passiefhuis De term passiefhuis staat voor een specifieke constructiestandaard voor woongebouwen met een goed binnenklimaat gedurende winter zowel als zomer, zonder traditioneel verwarmingsof koelsysteem. Dit houdt een zeer goede thermische isolatie en zeer goede lucht-/ kierdichting van de constructie in, terwijl een goed binnenklimaat verzekerd is door gebalanceerde ventilatie met hoge mate van warmterecuperatie / terugwinning. Concreet betekent een passiefhuis bouwen dus: - warmteverliezen beperken door ver doorgedreven isolatie; - warmteverliezen beperken door zeer goede luchtdichtheid van het gebouw; - luchtkwaliteit waarborgen door ventilatie met warmteterugwinning; - gebruik van passieve energie (bodemwarmte, zonnewarmte, …); - laag energiegebruik door efficiënte apparaten. Als nu door bovenstaande punten uit te voeren aan volgende normen voldaan wordt dan is het gebouw in staat om zonder de klassieke verwarmingsinstallatie (en bijbehorende energiefactuur) een zeer comfortabel binnenklimaat te garanderen. Er wordt dan niet meer actief verwarmd en men spreekt dan van een 'passief' gebouw of 'passiefhuis'. Verbouwen volgens passiefhuisstandaard. De premie is enkel geldig indien vergezeld van een passiefhuiscertificaat. Toelage: 1.000 EUR/woning Voor het verkrijgen van de subsidie voor een nieuwbouw en een verbouwing moet een passiefhuiscertificaat voorgelegd worden.

Premie kan enkel aangevraagd worden door particulieren voor bouwen van particuliere woningen, geen appartementen of studio’s, volgens passief huisstandaard. De premie is enkel geldig voor verbouwen van eengezinswoningen (minimum 10 jaar aangesloten op het elektriciteitsnet) door particulieren, niet voor appartementen of studio’s. De premie is niet cumuleerbaar met andere premies van de gemeente voor maatregelen die in het E-peil worden verrekend. G) E-peil voor nieuwbouwwoning lager dan of gelijk aan E60 Onder nieuwbouwwoningen wordt verstaan woningen die een geldig energieprestatiecertificaat bij bouw (EPB) hebben met afgiftedatum na 1 januari 2011. Indien voor een verbouwing de volledige woning onderhevig is aan de EPB-regelgeving dan wordt deze ook beschouwd als nieuwbouw. Gedeeltelijke herbouw en uitbreiding die niet vallen onder de EPB-regelgeving komen niet in aanmerking. De premie is enkel geldig vergezeld van een energieprestatiecertificaat (EPC) en de EPBaangifte (hoofdblad) uitgereikt na 1 januari 2011, en niet ouder dan 1 jaar, waaruit blijkt dat het E-peil lager is dan of gelijk is aan E60. Toelage: E60 of lager: 400 EUR + {20 EUR x (E60 – E-peil van de woning)} met een maximum van 1.000 EUR. De toelage vervalt van zodra E-peil verplicht op 60 wordt gebracht. Artikel 3: Per adres kan per jaar slechts één subsidie ontvangen worden per categorie voor installatietechnieken vermeld onder de rubriek A (A1 en A2). De rubrieken A, B, C, D, E, (F of G) kunnen wel gecombineerd worden: per rubriek 1 aanvraag/adres/jaar. F en G kunnen niet gecombineerd worden. De toelage kan gecumuleerd worden met de bouwen/of renovatiepremie, verleend door de gemeente, indien een dergelijke premie werd toegestaan. Artikel 4: De aanvraag tot het bekomen van deze aanvullende toelage wordt schriftelijk ingediend, t.a.v. het college van burgemeester en schepen. De aanvraag geschiedt via een standaardformulier en is vergezeld van bewijzen opgesomd in artikel 2. Artikel 5: Het college van burgemeester en schepenen doet uitspraak betreffende de toekenning van deze aanvullende toelage voor de installatie en het gebruik van alternatieve energiebronnen. Tweemaal per jaar wordt overgegaan tot uitbetaling van de toelage na definitieve toekenning. De uitbetaling kan enkel gebeuren op de bank- of postrekening van de aanvrager. Artikel 6: In de gevallen waar de aangegane verbintenissen niet meer worden nagekomen, kan de gemeente haar toelage terugvorderen, verhoogd met de wettelijke interesten te rekenen vanaf de datum waarop niet meer werd voldaan aan de gestelde voorwaarden. Hetzelfde geldt als blijkt dat het certificaat of het installatiebewijs niet voldoende zijn om een optimale werking te garanderen. Artikel 7: De nodige kredieten zullen voorzien worden onder artikel 879/331 -01 van het lopende jaar.

Artikel 8: Het college van burgemeester en schepenen is belast met de uitvoering van dit reglement. Artikel 9: Het reglement van 16 december 2010 wordt met onmiddellijke ingang verduidelijkt. Artikel 10: Dit gemeenteraadsbesluit wordt bekendgemaakt overeenkomstig de artikels 186 en 187 van het gemeentedecreet. Artikel 11: Dit besluit wordt ter kennis gebracht van de heer Provinciegouverneur door middel van de lijst bedoeld in artikel 251 § 1 en 252 van het Gemeentedecreet. Een afschrift van deze beslissing zal eveneens voor kennisgeving worden overgemaakt aan - Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Economie, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie.; - de lokale energie-intercommunale. - de financieel beheerder.

----------

Agendapunt nr. 8: GOEDKEUREN DOSSIER GASELWEST BETREFFENDE HET ONDERGRONDS BRENGEN VAN LS- EN OV-NETTEN IN DE WAALSTRAAT (TUSSEN ZAUBEEKSTRAAT EN KAPELLESTRAAT) TE ZULTE.

DE GEMEENTERAAD

Overwegende dat Gaselwest, op vraag van het Schepencollege, een studie uitgewerkt heeft voor het ondergronds brengen van laagspanning en openbare verlichting in de Waalstraat (tussen Zaubeekstraat en Kapellestraat) te Zulte; Gelet op de brief van Gaselwest de dato 13 februari 2012 met bijgevoegd plan en voorstel van financiering (dossier 222162-20181150) als volgt: Investering aanleg laagspanningsnet:

aandeel Gaselwest aandeel Gemeente

96.713,73 EUR 59.605,08 EUR

Exploitatie aanleg laagspanningsnet


1.800,00 EUR 2.625,00 EUR

Investering openbare verlichting Openbare verlichting


0,00 EUR 42.804,41 EUR

Bijkomende uitrusting: nihil Totaal aandeel Gaselwest Totaal aandeel Gemeente

98.513,73 EUR 105.034,49 EUR (inclusief 21 % btw op OV)

Gelet op de kredietvoorziening in het budget 2012 onder de artikelen 426/73260 en 552/63551 van de buitengewone dienst; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, en latere wijzigingen;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Overwegende dat er voor de openbare verlichting gekozen werd voor het toestel type Sera, uitgerust met elektronische voorschakelapparatuur; Overwegende dat er voor de openbare verlichting t.h.v. de inrit van de gemeenteschool gekozen werd voor 2 palen type Zebra met armaturen type Calypso Zebra; Overwegende dat de verbintenis slechts uitvoerbaar is onder voorbehoud van visum van de financieel beheerder; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Akkoord te gaan met het dossier voor het ondergronds brengen van de netten in de Waalstraat (tussen Zaubeekstraat en Kapellestraat) te Zulte volgens de kostenberekeningen van 98.513,73 EUR ten laste van Gaselwest en 105.034,49 EUR ten laste van de gemeente. Artikel 2: Het werk te financieren met de eigen middelen. Artikel 3: De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het budget van 2012, op de artikelen 426/73260 en 552/63551 van de buitengewone dienst. Artikel 4: Deze beslissing is slechts uitvoerbaar onder voorbehoud van het visum van de financieel beheerder. Artikel 5: Afschrift van dit besluit zal aan de intercommunale Gaselwest worden toegestuurd.

----------

Agendapunt nr. 9: GOEDKEUREN DOSSIER GASELWEST BETREFFENDE HET ONDERGRONDS BRENGEN VAN LS- EN OV-NETTEN IN DE WAALSTRAAT (TUSSEN SPOORWEG EN HEIDESTRAAT) TE ZULTE.

DE GEMEENTERAAD

Overwegende dat Gaselwest, op vraag van het Schepencollege, een studie uitgewerkt heeft voor het ondergronds brengen van laagspanning en openbare verlichting in de Waalstraat (tussen spoorweg en Heidestraat) te Zulte; Gelet op de brief van Gaselwest de dato 7 februari 2012 met bijgevoegd plan en voorstel van financiering (dossier 233793-20196017) als volgt: Investering aanleg laagspanningsnet:


41.789,42 EUR 55.172,78 EUR

Exploitatie aanleg laagspanningsnet

aandeel Gaselwest

750,00 EUR

Investering openbare verlichting Openbare verlichting

aandeel Gemeente

2.400,00 EUR


0,00 EUR 48.387,91 EUR

Bijkomende uitrusting: nihil Totaal aandeel Gaselwest Totaal aandeel Gemeente

42.539,42 EUR 105.960,69 EUR (inclusief 21 % btw op OV)

Gelet op de kredietvoorziening in het budget 2012 onder de artikelen 426/73260 en 552/63551 van de buitengewone dienst; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Overwegende dat er voor de openbare verlichting gekozen werd voor het toestel type Sera, uitgerust met elektronische voorschakelapparatuur; Overwegende dat er voor de openbare verlichting thv de inrit domein Waalmeers gekozen werd voor 2 palen type Zebra met armaturen type Calypso Zebra; Overwegende dat de verbintenis slechts uitvoerbaar is onder voorbehoud van visum van de financieel beheerder; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Akkoord te gaan met het dossier voor het ondergronds brengen van de netten in de Waalstraat (tussen spoorweg en Heidestraat) te Zulte volgens de kostenberekeningen van 42.539,42 EUR ten laste van Gaselwest en 105.960,69 EUR ten laste van de gemeente. Artikel 2: Het werk te financieren met de eigen middelen. Artikel 3: De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het budget van 2012, op de artikelen 426/73260 en 552/63551 van de buitengewone dienst. Artikel 4: Deze beslissing is slechts uitvoerbaar onder voorbehoud van het visum van de financieel beheerder. Artikel 5: Afschrift van dit besluit zal aan de intercommunale Gaselwest worden toegestuurd.

----------

Agendapunt nr. 10: AFDICHTEN VAN SCHOORSTENEN EN PLAATSEN VAN SCHOUWKAPPEN, GEMEENTELIJKE GEBOUWEN : GOEDKEURING LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE.

DE GEMEENTERAAD

Overwegende dat er vochtproblemen zijn in het museum in de Kerkstraat; Overwegende dat de oorzaak waarschijnlijk te zoeken is bij de schouw: doordat de haard weinig gebruikt en opgewarmd wordt, kan via regeninslag vocht intrekken tot op grotere diepte; Overwegende dat de schouwen afgedekt moeten worden; Overwegende dat hetzelfde probleem ook bij andere gemeentelijke gebouwen kan optreden, en dat het aangewezen is om de schouwen preventief af te dekken; Overwegende dat dit dient te gebeuren voor de gebouwen museum Kerkstraat, muziekacademie Centrumstraat 5, Wereldwinkel Grote Steenweg 68, school Schoolstraat 18, Guldepoort, Huis De Leeuw; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Afdichten van schoorstenen en plaatsen van schouwkappen, gemeentelijke gebouwen” een bijzonder bestek met nr. 2012/022 werd opgesteld door de Dienst openbare werken, aankopen en patrimonium; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 8.170 EUR excl. btw of 9.885,70 EUR incl. 21% btw; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 17, § 2, 1° a (limiet van 67.000,00 EUR excl. BTW niet overschreden); Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 120; Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 3, § 2; Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006;

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het budget van 2012, op artikels 771/125-06, 124/125-06, 734/125-06 en 76203/125-06 van de gewone dienst; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het bijzonder bestek met nr. 2012/022 en de raming voor de opdracht “Afdichten van schoorstenen en plaatsen van schouwkappen, gemeentelijke gebouwen”, opgesteld door de Dienst openbare werken, aankopen en patrimonium. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 8.170 EUR excl. btw of 9.885,70 EUR incl. 21% btw. Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelings-procedure zonder bekendmaking. Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2012, op artikels 771/125-06, 124/125-06, 734/125-06 en 76203/125-06 van de gewone dienst.

----------

Agendapunt nr. 11: VERVANGEN VAN GOTEN EN AFVOEREN, RECREATIEZONE WAALMEERS: GOEDKEURING LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE.

DE GEMEENTERAAD

Overwegende dat de goten van het bestaande gebouw op het recreatiedomein Waalmeers aan vervanging toe zijn; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Vervangen van goten en afvoeren, recreatiezone Waalmeers” een bijzonder bestek met nr. 2012/032 werd opgesteld door de Dienst openbare werken, aankopen en patrimonium; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 6.255 EUR excl. btw of 7.568,55 EUR incl. 21% btw; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 17, § 2, 1° a (limiet van 67.000 EUR excl. btw niet overschreden); Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 120; Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 3, § 2;

Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het budget van 2012, op artikel 764/723-60 van de buitengewone dienst; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het bijzonder bestek met nr. 2012/032 en de raming voor de opdracht “Vervangen van goten en afvoeren, recreatiezone Waalmeers”, opgesteld door de Dienst openbare werken, aankopen en patrimonium. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 6.255 EUR excl. btw of 7.568,55 EUR incl. 21 % btw. Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2012, op artikel 764/723-60 van de buitengewone dienst.

----------

Agendapunt nr. 12: BOUWEN JEUGDLOKALEN IN DE WAALMEERS - LOT 3: VLOERWERKEN: GOEDKEURING LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de beslissing van het schepencollege van 22 december 2011 waarbij de opdracht "Bouwen jeugdlokalen in de Waalmeers - lot 1: ruwbouwwerken" gegund werd aan Kestelyn Devos bvba, Berchemweg 41, 9700 Oudenaarde tegen het nagerekende en verbeterde inschrijvingsbedrag van 299.782,91 EUR excl. btw of 362.737,32 EUR incl. 21 % btw; Overwegende dat er in de nieuwe gebouwen vloeren voorzien moeten worden; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Bouwen jeugdlokalen in de Waalmeers - lot 3: vloerwerken” een bijzonder bestek met nr. 2012/025 werd opgesteld door de Dienst openbare werken, aankopen en patrimonium;

Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 24.875,20 EUR excl. btw of 30.098,99 EUR incl. 21% btw; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 17, § 2, 1° a (limiet van 67.000 EUR excl. btw niet overschreden); Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 120; Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 3, § 1; Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het budget van 2012, op artikel 761/722-60 van de buitengewone dienst en dat de financiering gebeurt met eigen middelen; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het bijzonder bestek met nr. 2012/025 en de raming voor de opdracht “Bouwen jeugdlokalen in de Waalmeers - lot 3: vloerwerken”, opgesteld door de dienst openbare werken, aankopen en patrimonium. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 24.875,20 EUR excl. btw of 30.098,99 EUR incl. 21 % btw. Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelings-procedure zonder bekendmaking. Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2012, op artikel 761/722-60 van de buitengewone dienst.

----------

Agendapunt nr. 13: BOUWEN JEUGDLOKAAL IN DE WAALMEERS - LOT 4: METAALWERKEN: GOEDKEURING LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de beslissing van het schepencollege van 22 december 2011 waarbij de opdracht "Bouwen jeugdlokalen in de Waalmeers - lot 1: ruwbouwwerken" gegund werd aan Kestelyn Devos bvba, Berchemweg 41, 9700 Oudenaarde tegen het nagerekende en verbeterde inschrijvingsbedrag van 299.782,91 EUR excl. btw of 362.737,32 EUR incl. 21 % btw; Overwegende dat er trappen, loopvloeren, e.d. aangebracht moeten worden in het gebouw; Overwegende dat deze constructies allen uit metaal vervaardigd moeten zijn; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Bouwen jeugdlokaal in de Waalmeers - lot 4: metaalwerken” een bijzonder bestek met nr. 2012/026 werd opgesteld door de dienst openbare werken, aankopen en patrimonium; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 21.267 EUR excl. btw of 25.733,07 EUR incl. 21 % btw; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 17, § 2, 1° a (limiet van 67.000 EUR excl. btw niet overschreden); Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 120; Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 3, § 2; Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het budget van 2012, op artikel 761/722-60 van de buitengewone dienst en dat de financiering gebeurt met eigen middelen; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het bijzonder bestek met nr. 2012/026 en de raming voor de opdracht “Bouwen jeugdlokaal in de Waalmeers - lot 4: metaalwerken”, opgesteld door de dienst openbare werken, aankopen en patrimonium. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 21.267 EUR excl. btw of 25.733,07 EUR incl. 21 % btw. Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelings-procedure zonder bekendmaking. Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2012, op artikel 761/722-60 van de buitengewone dienst.

----------

Agendapunt nr. 14: BOUWEN JEUGDLOKALEN WAALMEERS - LOT 5: ELEKTRICITEIT: GOEDKEURING LASTVOORWAARDEN EN GUNNINGSWIJZE.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de beslissing van het schepencollege van 22 december 2011 waarbij de opdracht "Bouwen jeugdlokalen in de Waalmeers - lot 1: ruwbouwwerken" gegund werd aan Kestelyn Devos bvba, Berchemweg 41, 9700 Oudenaarde tegen het nagerekende en verbeterde inschrijvingsbedrag van 299.782,91 EUR excl. btw of 362.737,32 EUR incl. 21 % btw; Overwegende dat er in het gebouw elektriciteit, ventilatie en verlichting aangebracht moet worden; Overwegende dat dit geïnstalleerd zal worden door de personeelsleden van de technische uitvoeringsdienst; Overwegende dat de nodige producten aangekocht moeten worden; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Bouwen jeugdlokalen Waalmeers - lot 5: elektriciteit” een bijzonder bestek met nr. 2012/027 werd opgesteld door de Dienst openbare werken, aankopen en patrimonium; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 15.636,59 EUR excl. btw of 18.920,27 EUR incl. 21 % btw; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 17, § 2, 1° a (limiet van 67.000 EUR excl. btw niet overschreden); Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 120;

Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 3, § 2; Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het budget van 2012, op artikel 761/722-60 van de buitengewone dienst en dat de financiering gebeurt met eigen middelen; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het bijzonder bestek met nr. 2012/027 en de raming voor de opdracht “Bouwen jeugdlokalen Waalmeers - lot 5: elektriciteit”, opgesteld door de Dienst openbare werken, aankopen en patrimonium. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 15.636,59 EUR excl. btw of 18.920,27 EUR incl. 21 % btw. Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelings-procedure zonder bekendmaking. Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2012, op artikel 761/722-60 van de buitengewone dienst.

---------Raadslid Sofie Dierick verlaat de zitting (en komt niet meer terug). ----------

Agendapunt nr. 15: AANKOPEN PERCELEN GROND, GELEGEN IN HET BINNENGEBIED TUSSEN DE WAALSTRAAT, DE OUDE WAALSTRAAT EN DE OLMENLAAN EN GEKEND TEN KADASTER ZULTE 1° AFDELING SIE C NRS. 509, 503/H EN DEEL 503/K, GROOT VOLGENS HET KADASTER EN VOLGENS METING RESPECTIEVELIJK 7.130 M² EN 6.528,91 M² EN GOEDKEUREN BEËINDIGING PACHTOVEREENKOMST.

DE GEMEENTERAAD

Overwegende dat de percelen landbouwgrond gelegen in het binnengebied tussen de Waalstraat, de Oude Waalstraat en de Olmenlaan en kadastraal bekend Zulte 1° afdeling sie C nrs. 509, 503/h en deel 503/k in het ruimtelijk uitvoeringsplan Karreweg bestemd worden als bufferzone-speelbos; Gelet op het schattingsverslag, opgemaakt door Landmeetkantoor Elba Partners te Gentbrugge op 8 juli 2011, waaruit blijkt dat de gronden als volgt geschat worden: - 503/h à 19.000 à 20.000 EUR voor 56a 52ca, hetzij 3,361 EUR/m² (vertrekkende van het kleinste getal) - 509 à 21.000 à 22.000 EUR voor 71a 30ca, hetzij 2,945 EUR/m² (vertrekkende van het kleinste getal) - 508 à 26.000 à 27.000 EUR voor 88a 56ca, hetzij 2,935 EUR/m² (vertrekkende van het kleinste getal) - 521 à 38.000 à 39.000 EUR voor 1ha 31a, hetzij 2,90 EUR/m² (vertrekkende van het kleinste getal) - 522 à 15.000 à 16.000 EUR voor 39a 20ca, hetzij 3,826 EUR/m² (vertrekkende van het kleinste getal) - 523 à 13.000 à 14.000 EUR voor 33a 60ca, hetzij 3,869 EUR/m² (vertrekkende van het kleinste getal); Overwegende dat de onderhandelingen gevoerd met: - mevrouw Van Den Berghe Annique, de heer Van Den Berghe Marc en de heer Van Den Berghe Patric en - de nv Sibomat, geresulteerd hebben in een akkoord; Gelet op de eenzijdige verkoopbelofte: - voor het perceel 509, groot volgens het kadaster 7.130 m², ondertekend door mevrouw Van Den Berghe Annique, de heer Van Den Berghe Marc en de heer Van Den Berghe Patric waarbij zij zich akkoord verklaren met een verkoopprijs van 20.926,55 EUR, alle vergoedingen inbegrepen; - voor het perceel 503/h en deel 503/k, groot volgens opmeting 6.528,91 m², ondertekend door de heer Jan Lootens namens de nv Sibomat waarbij hij zich akkoord verklaart met een verkoopprijs van 19.162,35 EUR, alle vergoedingen inbegrepen; Overwegende dat bovenvermelde onroerende goederen kunnen aangekocht worden onder de voorwaarden opgesomd in het ontwerp van authentieke akten gevoegd bij onderhavige beslissing; Overwegende dat het perceel 509 verpacht worden aan landbouwer Marc Bothuyne, wonende Drogenboomstraat 71, 9870 Zulte; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen met deze landbouwer onderhandeld heeft en tot een onderling akkoord gekomen is om een einde te maken aan de lopende pachtovereenkomst, overeenkomstig artikel 14 van de pachtwet; Gelet op het eenzijdig akkoord in verband met de regeling van de prijzij ondertekend door Marc Bothuyne op 14 februari 2012, waarbij hij zich akkoord verklaart met een prijzijvergoeding van 0,75 EUR/m², hetzij voor 7.130 m² een vergoeding van 5.347,50 EUR; Gelet op het bij onderhavige beslissing gevoegde ontwerp van authentieke akte tot vaststelling van de beëindiging in onderlinge toestemming van een pachtovereenkomst; Gelet op het hypothecair getuigschrift nopens deze gronden; Gelet op de kadasterplannen en de uittreksels uit de kadastrale legger; Overwegende dat bedoelde aankopen van openbaar nut zijn;

Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Gelet op artikel 161, 2° van het Wetboek der Registratie, Hypotheek en Griffierechten; Gelet op het krediet dat voorzien is in het budget van 2012, op artikel 879/711-60 van de buitengewone dienst; Gelet op het visum van de financieel beheerder; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Percelen grond gelegen te Zulte in het binnengebied tussen de Waalstraat, de Oude Waalstraat en de Olmenlaan en kadastraal bekend Zulte 1° afdeling sie C - nr. 509, groot volgens het kadaster 7.130 m², aan te kopen van mevrouw Van Den Berghe Annique, de heer Van Den Berghe Marc en de heer Van Den Berghe Patric; - 503/h en deel 503/k, groot volgens opmeting 6.528,91 m², aan te kopen van de nv Sibomat. Artikel 2: Deze onroerende goederen aan te kopen voor de prijs van respectievelijk: - 20.926,55 EUR voor perceel 509 en - 19.162,35 EUR voor perceel 503/h en deel 503/k, onder de voorwaarden opgesomd in de authentieke akte gevoegd bij onderhavige beslissing. Artikel 3: De pachtovereenkomst met de heer Marc Bothuyne, landbouwer, wonende, Drogenboomstraat 71, 9870 Zulte, voor de grond gelegen te Zulte in het binnengebied tussen de Waalstraat en de Oude Waalstraat, gekend ten kadaster Zulte 1° afdeling sie C nr. 509, met een oppervlakte van 7.130 m², te beëindigen, volgens de voorwaarden opgesomd in de akte tot vaststelling van de beëindiging in onderlinge toestemming van de pachtovereenkomst, gevoegd bij onderhavige beslissing. De pachtovereenkomst te beëindigen mits het betalen van 5.347,50 EUR. De akte tot vaststelling van de beëindiging in onderlinge toestemming van de pachtovereenkomst wordt als bijlage aan deze beslissing geviseerd. Artikel 4: De gemeente zal de in artikel 1 vermelde goederen aankopen om ze een bestemming van openbaar nut te geven, nl. voor het aanleggen van een bufferzone-speelbos. Artikel 5: De kredieten voor de aankoop van de gronden, voor het beëindigen van de pachtovereenkomst en de aktekosten en de financiering ervan zijn voorzien in het budget 2012 onder artikel 879/711-60 van de buitengewone dienst. Artikel 6: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met het uitvoeren van dit besluit. Artikel 7: Dit besluit wordt ook ter kennis gebracht van de heer provinciegouverneur, door middel van de lijst bedoeld in artikel 251 § 1 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005.

Agendapunt nr. 16: GEZAMENLIJKE AANKOOP DOOR DE GEMEENTEN, OCMW’S, POLITIEZONES EN KERKFABRIEKEN VAN GAS VOOR HUN INSTALLATIES EN GEBOUWEN

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de Richtlijn 2003/55/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende de gemeenschappelijk regels voor de interne markt voor aardgas en houdende intrekking van Richtlijn 98/30/EG; Gelet op de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen, onder andere gewijzigd door de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de gasmarkt en het fiscaal statuut van de elektriciteitsproducenten, zoals tot op heden gewijzigd, en de daarbij horende uitvoeringsbesluiten; Gelet op de Bijzondere Wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, zoals gewijzigd door de Bijzondere Wet van 8 augustus 1988, inzonderheid artikel 94 wat de gewestelijke aspecten van het energiebeleid betreft; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de organisatie van de gasmarkt, zoals tot op heden gewijzigd en de daarbij horende uitvoeringsbesluiten; Gelet op het OCMW-Decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van het OCMW; Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op 2 niveaus, zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, zoals tot op heden gewijzigd; Overwegende dat sinds 1 juli 2003 elke afnemer op de Vlaamse gas- en elektriciteitsmarkt vrij is om te contracteren met de gas- en elektriciteitsleverancier van zijn keuze; Overwegende dat de VREG in haar mededeling van 11 november 2002 met betrekking tot het kiezen van een elektriciteitsleverancier door een overheid met toepassing van de wetgeving inzake overheidsopdrachten stelt dat verschillende besturen deze overheidsopdracht gezamenlijk kunnen uitschrijven om hun gezamenlijke behoeften te dekken en dat door de schaalvergroting van de opdracht een gunstig (neerwaarts) effect op de prijs te verwachten valt; Overwegende dat een gunstig neerwaarts effect kan bereikt worden indien verschillende besturen op het grondgebied van de gemeente een gezamenlijke opdracht uitschrijven; Gelet op de collegebeslissing de dato 22 augustus 2011 waarbij de opdracht voor het leveren van aardgas voor installaties en gebouwen ten behoeve van de gemeente, het OCMW, de kerkfabrieken en de interpolitiezone Deinze-Zulte gegund werd aan SPE nv (Luminus), Regentlaan 47 te 1000 Brussel; Overwegende dat bovenvermelde opdracht volgens vermelde principes werd uitgeschreven en gegund; Overwegende dat de opdracht voor de levering van aardgas afloopt 31 december 2012; Overwegende dat aldus een nieuwe opdracht voor de aankoop van aardgas moet gegund worden en er geen reden is om daarbij af te wijken van voormelde principes;

Gelet op de brief de dato 13 januari 2012 vanwege het departement Logistiek – dienst Patrimonium van het provinciebestuur Oost-Vlaanderen waarin meegedeeld wordt dat het provinciebestuur opnieuw een gezamenlijke aankoop voor de levering van aardgas zal organiseren overeenkomstig artikel 19 van de wet overheidsopdrachten; Overwegende dat ditmaal de groepsaankoop zal gebeuren met de leverpunten van het provinciebestuur, wat resulteert in een schaalvergroting en naar alle waarschijnlijkheid een voordeliger contract zal opleveren; Overwegende dat zowel het OCMW, de politiezone als de kerkfabrieken hun principiële goedkeuring gegeven hebben aan het gemeentebestuur om in te stappen in deze procedure; Overwegende dat het provinciebestuur in bovenvermelde brief vraagt om de principiële beslissing omtrent hun voorstel te bezorgen voor 10 februari 2012; Overwegende dat dit niet haalbaar was aangezien de gemeenteraad pas plaats vindt op 1 maart 2012, waardoor de beslissing te laat ingediend zou worden bij het provinciebestuur; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen alleszins wil ingaan op het aanbod van het provinciebestuur voor de samenaankoop van aardgas omdat: - ze gebruik wil maken van de technische kennis van het provinciebestuur voor het opmaken van het bestek; - ze gebruik wil maken van de technische kennis van het provinciebestuur om de offertes te beoordelen; - een betere prijs kan bedongen worden indien verschillende besturen samen de procedure voeren voor de aankoop van aardgas; Gelet op de collegebeslissing de dato 6 februari 2012 waarbij beslist werd akkoord te gaan met het principe van gezamenlijke aankoop van aardgas door de gemeente, OCMW’s, politiezones en kerkfabrieken voor hun installaties en gebouwen; Overwegende dat deze collegebeslissing ter goedkeuring moet voorgelegd worden de gemeenteraad; Gelet op wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, zoals tot op heden gewijzigd, inzonderheid artikel 19; Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessie voor openbare werken, zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, en latere wijzigingen; Gelet op het gemeentedecreet, bekrachtigd door de Vlaamse regering op 15 juli 2005, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 31 augustus 2005, inzonderheid artikelen 248 tot 260; Gelet op de omzendbrief de dato 13 januari 2006 – BA2006/01 – van de Vlaamse minister van Binnenlands bestuur, stedenbeleid, wonen en inburgering, Marino Keulen; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Beslist op basis van artikel 19 van de wet overheidsopdrachten in te tekenen voor de groepsaankoop aardgas voor de leverpunten behorende tot het gemeentebestuur en aangelanden, georganiseerd door het provinciebestuur Oost-Vlaanderen. Artikel 2: De gemeente geeft machtiging aan het provinciebestuur, departement Logistiek – dienst Patrimonium, Gouvernementstraat 1, 9000 Gent, om over te gaan tot de groepsaankoop, waarbij het provinciebestuur zal instaan voor de opmaak van het ontwerp, de gunning en de uitvoering van het dossier. Artikel 3: Keurt de krachtlijnen (opgesomd in de brief van 13 januari 2012) goed die in het bestek zullen opgenomen worden. Artikel 4: Beslist dat de nodige gegevens van de leverpunten opgevraagd mogen worden bij de huidige leverancier, zijnde SPE nv (Luminus). Artikel 5: Deze beslissing zal ter kennis gebracht worden van het provinciebestuur

----------

Agendapunt nr. 17: AANGEVRAAGD DOOR RAADSLID IVES CLAEYS : VRAAG M.B.T. VERKEERSSITUATIE IN DE OLSENESTRAAT Raadslid Ives Claeys stelt zich vragen m.b.t. de verkeerssituatie in de Olsenestraat. Komende vanuit de Houtstraat is er aanvankelijk een zone bebouwde kom (50 km), gevolgd door een zone 70 (over een kleine 300 meter) waarop opnieuw de bebouwde kom (50 km) van deelgemeente Zulte aansluit. Hij stelt voor om deze anomalie weg te werken door overal bebouwde kom of zone 50 te voorzien. Op deze manier worden borden uitgespaard en is het traject verkeerstechnisch logischer. Mochten er andere trajecten zijn met een analoge situatie, dan stelt hij voor deze ook weg te werken. De burgemeester antwoordt dat na verloop van 6 maanden een evaluatie wordt opgemaakt in het kader van de invoering van de zonering. De toestand in de Olsenestraat is niet gewijzigd n.a.v. de ingevoerde zonering en bestaat reeds van in het verleden. De anomalieën wordt geïnventariseerd en globaal aangepakt na de evaluatieperiode.

----------

Agendapunt nr. 18: GOEDKEUREN ADDENDUM AAN HET MOEDERCONVENANT 44081/0 DE DATO 7 MEI 1997.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing de dato 29 augustus 1996 waarbij in principe akkoord gegaan werd om de mobiliteitsconvenant: moederconvenant en bijakte nr. 1 en bijakte nr. 3 af te sluiten met het Vlaamse gewest; Overwegende dat de mobiliteitsconvenant nr. 44081/0 door toenmalig Vlaams minister van openbare werken, vervoer en ruimtelijke ordening, de heer Eddy Baldewijns, ondertekend werd op 7 mei 1997;

Gelet op de brief de dato 6 februari 2012 vanwege Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid OostVlaanderen waarin zij ons meedelen dat uit hun dossier blijkt dat het lopende moederconvenant inhoudelijk niet overeenkomt met het recentelijk in werking getreden decreet betreffende het mobiliteitsbeleid; Overwegende dat daardoor de juridische basis voor moduleprojecten in twijfel getrokken kan worden; Overwegende dat het bijgevoegde addendum tegemoet komt aan de eisen van de inspecteur van financiën; Overwegende dat het gemeentebestuur van Zulte voor de herinrichting van de N43 en de N459 beroep zal moeten doen op deze modules en dat het bijgevolg noodzakelijk is dit addendum goed te keuren; Gelet op het decreet van 20 april 2001 betreffende de mobiliteitsconvenants en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 20 maart 2009 betreffende het mobiliteitsbeleid en latere wijzigingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het addendum aan het moederconvenant 44081/0 de dato 7 mei 1997. Dit addendum wordt als bijlage aan deze beslissing geviseerd. Artikel 2: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met het uitvoeren van dit besluit. Artikel 3: Dit besluit wordt ook ter kennis gebracht van de heer provinciegouverneur, door middel van de lijst bedoeld in artikel 251 § 1 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005.

----------

Agendapunt nr. 19: GOEDKEUREN ADDENDUM AAN KOEPELMODULE 44081/6 MET MODULE 6A – NET HOUDEN VAN DE GEWESTWEGEN N43 EN N459 EN HUN VRIJLIGGENDE FIETSPADEN OP HET GRONDGEBIED VAN DE GEMEENTE ZULTE.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de princiepsbeslissing van de gemeenteraad de dato 24 september 2009 voor het afsluiten van module 6 betreffende het bevorderen van netheid op gewestwegen; Overwegende dat deze koepelmodule 44081/6/6a door Vlaams minister van mobiliteit en openbare werken, mevrouw Hilde Crevits, ondertekend werd op 4 augustus 2010; Overwegende dat bij de bespreking met het Agentschap Wegen en Verkeer betreffende de praktische uitwerking van dit project bleek dat de kilometerpunten opgenomen in deze koepelmodule niet strookten met de werkelijkheid en dat het over niet aaneengesloten punten ging; Overwegende dat het bijgevolg niet echt praktisch was om de werken, opgenomen in deze module, te laten uitvoeren door onze technische uitvoeringsdienst (waar mag wat juist uitgevoerd worden en door wie?); Overwegende dat bovendien de bijkomende taken 8 en 9 (zijnde resp. cyclisch snoeien van hoogstammige bomen & cyclisch ledigen en zuiveren van waterslikkers,…) opgenomen waren in het takenpakket van de gemeente en dat dit nooit de bedoeling was van het bestuur; Gelet op de brief de dato 6 februari 2012 vanwege Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid OostVlaanderen waarin zij ons vragen het addendum aan de koepelmodule 44081/6 met bijhorende module 6a goed keuren; Gelet op het decreet van 20 april 2001 betreffende de mobiliteitsconvenants en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 20 maart 2009 betreffende het mobiliteitsbeleid en latere wijzigingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Goedkeuring wordt verleend aan het addendum aan koepelmodule 44081/6 met module 6a: net houden van de gewestwegen N43 en N459 en hun vrijliggende fietspaden op het grondgebied van de gemeente Zulte de dato 4 augustus 2010. Dit addendum wordt als bijlage aan deze beslissing geviseerd. Artikel 2: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met het uitvoeren van dit besluit. Artikel 3: Dit besluit wordt ook ter kennis gebracht van de heer provinciegouverneur, door middel van de lijst bedoeld in artikel 251 § 1 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005.

----------

Agendapunt nr. 20: VASTSTELLING VOORWAARDEN WAARONDER EEN ERFPACHT WORDT VERLEEND AAN DE VZW KATHOLIEKE SCHOLEN MACHELEN-AAN-LEIE VOOR SCHOOLCOMPLEX DORPSSTRAAT +42 Op grond van artikel 27 § 1 van het gemeentedecreet neemt raadslid Marc Devlieger geen deel aan de bespreking en de stemming.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de artikelen 42 § 2 en 43 § 2, 12° van het Gemeentedecreet; Gelet op de artikelen 1, 2 en 3 van de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen; Overwegende dat bij gemeenteraadsbeslissing van 22 april 2010 beslist werd om over te gaan tot het verlenen van een erfpacht aan de VZW Scholen Machelen-aan-Leie (Vrije Basisschool Leiebloem Machelen) voor het scholencomplex Schoolstraat/Dorpsstraat; Overwegende dat hiertoe een aantal stappen dienden ondernomen te worden, nl. opstellen van een schattingsverslag en een opmetingsplan; Overwegende dat het initiële perceel, kadastraal gesitueerd te Zulte 3de afdeling, sectie A, nr 866/S met een vermoedelijke oppervlakte van 3.342 m² diende gesplitst te worden aangezien een deel van dit perceel ook door gemeentelijke verenigingen wordt gebruikt en derhalve niet in de erfpachtovereenkomst kan opgenomen worden; Overwegende dat het hierdoor noodzakelijk was om het perceel opnieuw te laten opmeten zodat slechts een gedeelte van dit terrein het voorwerp zal uitmaken van de erfpachtovereenkomst; Overwegende dat het perceel, kadastraal gesitueerd te Zulte 3de afdeling Machelen, Dorpsstraat +42, sectie A, nr 866/S lot 1 met een oppervlakte van 1.999,39 m² thans het voorwerp uitmaakt van de erfpacht; Overwegende dat het Aankoopcomité Gent I bij schrijven van 30 augustus 2011 de verkoopwaarde van het scholencomplex met een oppervlakte van 1.999,39 m² heeft vastgesteld op 425.000 euro en de vergoeding voor het erfpachtrecht op een jaarlijkse canon van 3.200 euro; Overwegende dat op basis van dit gegeven contact werd opgenomen met de VZW Scholen Machelen-aan-Leie (Vrije Basisschool Leiebloem Machelen) om af te toetsen of er een mogelijkheid bestaat om op basis van de door het Aankoopcomité Gent I vastgelegde canonvergoeding de verdere modaliteiten voor de erfpacht vast te leggen; Overwegende dat in week 2 van 2012 een akkoord tot stand kwam tussen enerzijds de gemeente als eigenaar van het pand en anderzijds de VZW Scholen Machelen-aan-Leie (Vrije Basisschool Leiebloem Machelen) als erfpachter; Overwegende dat er een akkoord diende tot stand te komen omtrent de duur van de erfpacht, de jaarlijks te betalen canon en de vergoeding ingevolge meerwaarde bij het beëindigen van de erfpachtovereenkomst; Overwegende dat er een akkoord is tot stand gekomen omtrent de volgende bepalingen: - de duur van de erfpacht wordt vastgelegd op 40 jaar, ingaand op 1 maart 2012; - de jaarlijks door de Vrije Basisschool Leiebloem te betalen canon wordt vastgelegd op 3.200,00 euro;

-

bij het beëindigen van de erfpacht zal de meerwaarde van het pand door de gemeente vergoed worden aan de Vrije Basisschool Leiebloem; de mogelijkheid voor beide partijen om de erfpachtovereenkomst vroegtijdig te beëindigen in onderling overleg en na voorafgaande goedkeuring door AGIOn;

Overwegende dat door dit akkoord de continuïteit van de VZW Scholen Machelen aan-Leie (Vrije Basisschool Leiebloem Machelen) in de Schoolstraat te Machelen-Zulte wordt verzekerd, alsook de mogelijkheid wordt geboden aan de Vrije Basisschool om duurzame investeringen uit te voeren die door AGIOn (Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs) worden gesubsidieerd; Overwegende dat de onderhandelingen en de beslissing enige tijd in beslag heeft genomen hetgeen begrijpelijk is omdat het een belangrijke beslissing is met verregaande gevolgen; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: De bestaande huurovereenkomst tussen de Katholieke Scholen Machelen-aan-Leie en de gemeente Zulte wordt met ingang van 1 maart 2012 beëindigd. Artikel 2: Volgende erfpachtovereenkomst wordt goedgekeurd voor het scholencomplex gelegen te Zulte-Machelen, Dorpsstraat +42, kadastraal gesitueerd te Zulte 3de afdeling Machelen, Dorpsstraat +42, sectie A, nr 866/S lot 1 met een oppervlakte van 1.999,39 m², met oog op het verlenen van een erfpacht voor het verstrekken van onderwijs in overeenstemming met de leer en de geest van de rooms-katholieke kerk: AKTE TOT VESTIGING VAN EEN ERFPACHTRECHT Het jaar tweeduizend en twaalf Op Wordt door mij, Els DOBBELAERE, waarnemend commissaris bij het aankoopcomité Gent 1, de hierna volgende overeenkomst vastgelegd tussen: ENERZIJDS, De Vereniging Zonder Winstoogmerk “KATHOLIEKE SCHOLEN MACHELEN-AANLEIE”, met zetel te 9870 Zulte (Machelen), Leihoekstraat 7. Ondernemingsnummer 0452.613.084. Opgericht bij onderhandse akte op negenentwintig maart negentienhonderd vierennegentig, gepubliceerd in de Bijlage tot het Belgisch Staatsblad van vijf mei negentienhonderd vierennegentig onder nummer 8588, waarvan de statuten tot op heden ongewijzigd bleven. Bij beslissing van de Raad van Bestuur van negenentwintig november tweeduizend en zeven, gepubliceerd in de Bijlage tot het Belgisch Staatsblad van vijftien januari tweeduizend en acht onder nummer 08008877, werd zetel van de vereniging verplaatst naar huidig adres. Hier vertegenwoordigd, overeenkomstig artikel 31 van de statuten, door twee bestuurders: De heer GOEMINNE André Maria (Nationaal nummer 39.01.15.043-42 – identiteitskaartnummer: ), wonende te 9870 Zulte, Dorpsstraat 75, Voorzitter van de vereniging, benoemd tot bestuurder en tot Voorzitter bij beslissing van de algemene vergadering gehouden op vijfentwintig juni negentienhonderd zevenennegentig, gepubliceerd in de Bijlage tot het Belgisch Staatsblad van dertien november negentienhonderd zevenennegentig onder nummer 18805

De heer VANELSTRAETE Filip Carl (Nationaal nummer 67.12.23.337-76 – identiteitskaartnummer: 590-5451668-03), wonende te 9870 Zulte, Hoevestraat 10A, Secretaris van de vereniging, benoemd tot bestuurder en secretaris bij voormelde beslissing van de algemene vergadering gehouden op vijfentwintig juni negentienhonderd zevenennegentig, gepubliceerd zoals voormeld. Hierna genoemd, "de erfpachter" die voor mij verschenen is.

-

en ANDERZIJDS De Gemeente ZULTE, waarvan de burelen gevestigd zijn te 9870 Zulte, Centrumstraat 8, met nationaal nummer N.N. 207.450.435, hier vertegenwoordigd door: 1) De Heer Henk HEYERICK, Burgemeester 2) Mevrouw Sylvie BOHEZ, Secretaris, handelend in uitvoering van een beslissing van de Gemeenteraad, genomen op één maart tweeduizend en twaalf, zonder bezwaar voor tenuitvoerlegging vanwege de toeziende overheid. Een voor eensluidend verklaard uittreksel van deze beslissing zal gehecht blijven aan deze akte. Hierna genoemd "de grondeigenaar".

I. - VESTIGING VAN ERFPACHTRECHT De grondeigenaar verleent tegen de hierna vermelde voorwaarden, aan de erfpachter, die aanvaardt, een recht van erfpacht, beheerst door de "wet van het erfpachtrecht" van tien januari achttienhonderd vierentwintig, behoudens de hierna vermelde afwijkingen, op het hierna vermelde goed. AANDUIDING VAN HET GOED GEOGRAFISCHE EN KADASTRALE BESCHRIJVING. Gemeente ZULTE – 3de afdeling (voorheen MACHELEN) Een oppervlakte van negentien aren negenennegentig centiaren negenendertig vierkante decimeter (19a 99ca 39dm²) grond met opstaande gebouwen, gelegen Dorpsstraat +42, te nemen uit een perceel gekadastreerd of gekadastreerd geweest als schoolgebouw, sectie A nummer 866S met een totale oppervlakte volgens kadaster drieëndertig aren tweeënveertig centiaren (33a 42ca) Zoals aangeduid als LOT 1 op het hierna vermeld plan. Hierna genoemd "het goed". PLAN Het plan werd opgemaakt door Meetkundig Schatter van Onroerende Goederen MarieChristine Verhofstede te Zulte op tweeëntwintig juni tweeduizend en elf, welk plan gehecht zal blijven aan onderhavige akte na door partijen “ne varietur” te zijn getekend. De hypotheekbewaarder wordt verzocht het plan niet mee over te schrijven. EIGENDOMSAANHALING Het goed behoort sedert meer dan dertig jaar toe aan de grondeigenaar. GEBRUIK. De verkopende partij verklaart dat het goed in gebruik is bij de erfpachter. STEDENBOUWKUNDIGE ZONERING - MONUMENTEN EN LANDSCHAPPEN. Door het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Zulte werd op éénentwintig november tweeduizend en elf een stedenbouwkundig uittreksel afgeleverd. De partij enerzijds verklaart dat dit uittreksel haar werd overhandigd. Uit dit uittreksel blijkt het volgende: 1. Voor het goed werden stedenbouwkundige vergunningen uitgereikt op vierentwintig oktober negentienhonderd vijfentachtig met nummer 44081_1985_0200093; op tien juni negentienhonderd vijfentachtig met nummer 44081_1985_0200118; op veertien december negentienhonderd zevenentachtig met nummer 44081_1987_0200100; op

een maart negentienhonderd negenentachtig met nummer 44081_1988_0200149; en op zeventien mei negentienhonderd negenentachtig met nummer 44081_1989_0200032. De partij enerzijds verklaart kennis te hebben van de bepalingen van deze vergunningen. 2. Het goed is volgens het gewestplan Oudenaarde, goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van vierentwintig februari negentienhonderd zevenenzeventig, gelegen in woongebieden. 3. Voor het goed werd geen dagvaarding uitgebracht overeenkomstig artikelen 6.1.1 of 6.1.41 tot en met 6.1.43 van de Vlaamse codex Ruimtelijke Ordening. 4. Op het goed is geen recht van voorkoop op basis van artikel 2.4.1 van de Vlaamse codex Ruimtelijke Ordening van toepassing. 5. Voor het goed is geen verkavelingsvergunning van toepassing. Bij schrijven van negentien januari tweeduizend en twaalf werd door de Gemeente Zulte volgende meegedeeld: “… 4. Bescherming onroerend goed 4.1. De gemeente heeft een inventaris van bouwkundig erfgoed. De Gemeenteschool (perceel 866/S) werd opgenomen in deze inventaris. (zie http://inventaris.vioe.be/dibe/relict/38394) Dorpsstraat 42, Zulte (Oost-Vlaanderen) Nr. 42. Gemeenteschool. Oorspronkelijk schoolgebouw en woning van de hoofdonderwijzer gebouwd in 1865 n.o.v. architect E. de Perre-Montigny (cf. gevelsteen) in neoromaans getinte baksteenarchitectuur. Centrale woning van drie trav. en twee bouwl. oorspronkelijk onder tentdak met klokkestoel en markerend gebogen fronton. Zijvleugels van één bouwl. onder zadeldak in 1914 verhoogd met een bouwl. onder één groot schilddak (pannen, nok parallel met de straat). Thans homogeen gebouw van negen trav. en twee bouwl., verticaal gemarkeerd door bakstenen lisenen waartussen rondboogvensters onder waterlijst. Baksteenfriezen op de borstwering en onder de omlopende kroonlijst. Ramen met roedenverdeling. Rondboogdeur in achtste trav. (in derde en vijfde trav. vervangen door venster). Zijpuntgevels met o.m. blinde rondboogvensters en rondboogvormig drielicht in top. 4.2. Geen definitief monument. …” Bij mail van drieëntwintig februari tweeduizend en twaalf werd door de Vlaamse Overheid, dienst Onroerend Erfgoed Oost-Vlaanderen, Gebroeders Van Eyckstraat 4-6, 9000 Gent, volgende meegedeeld: “Het gebouw gelegen in de Dorpsstraat 42 is niet beschermd als monument, noch stad- en dorpsgezicht en noch als beschermd Landschap. Het gebouw is wel opgenomen in de inventaris van bouwkundig erfgoed als “Gemeenteschool” – zie link: http://inventaris.vioe.be/dibe/relict/38394 Hieromtrent wordt er enkel advies gevraagd aan Onroerend Erfgoed wanneer een aanvraag voor sloop van het pand wordt ingediend. Daar het gebouw in het gezichtveld ligt van een monument “Franse militaire begraafplaats Machelen aan de Leie” dient een niet-bindend advies ingewonnen te worden bij Onroerend Erfgoed.” BODEMSANERING. De grondeigenaar bevestigt uitdrukkelijk dat het goed geen risicogrond is, zoals bedoeld in het Bodemdecreet. De instrumenterende commissaris bevestigt dat uit een schrijven van negentien januari tweeduizend en twaalf van de gemeente Zulte blijkt dat het goed niet is opgenomen in de gemeentelijke inventaris van risicogronden.

De grondeigenaar verklaart verder dat zij vóór het sluiten van de huidige overeenkomst, een bodemattest heeft aangevraagd bij de OVAM voor elk perceel betreffende het goed; attest waarvan zij vóór het sluiten van onderhavige overeenkomst kennis heeft genomen. De inhoud van dit attest, afgeleverd door de OVAM op tweeëntwintig november tweeduizend en elf luidt als volgt: “2 Inhoud van het bodemattest De OVAM beschikt voor deze grond niet over relevante gegevens met betrekking tot de bodemkwaliteit. Dit bodemattest vervangt alle vorige bodemattesten. Opmerkingen : 1 Risicogronden kunnen slechts overgedragen worden als er vooraf een oriënterend bodemonderzoek aan de OVAM is bezorgd met melding van de overdracht. 2 Bijkomende informatie over de overdrachtsregeling : www.overdracht.ovam.be. 3 Als er bodem wordt uitgegraven, afgevoerd of ontvangen, gelden de regels van grondverzet. Meer informatie : www.ovam.be/grondverzet.” De instrumenterende commissaris verklaart dat de bepalingen van Hoofdstuk VIII van het bodemdecreet van 27 oktober 2006 bij de bij deze akte vastgelegde overdracht van gronden werden nageleefd. Terzake wordt bedongen dat bij het beëindigen van onderhavig erfpachtrecht, om welke reden dan ook, de erfpachter, onverwijld en op zijn kosten, een bodemattest zal aanvragen, en dat hij ten volle aansprakelijk blijft voor de vastgestelde vervuiling waarvan vaststaat dat zij tijdens de duur van de erfpacht is ontstaan.

II. - VOORWAARDEN 1.- DOEL VAN DE OVEREENKOMST De vestiging van het zakelijk recht van erfpacht geschiedt om reden van openbaar nut, en meer in het bijzonder met als doel het verstrekken van onderwijs met aanverwante activiteiten, zoals bepaald door de wet, doch in overeenstemming met de leer en de geest van de rooms-katholieke kerk. Deze bestemming mag door de erfpachter niet gewijzigd noch uitgebreid worden zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke en voorafgaande toestemming van de grondeigenaar. In dit verband zal de erfpachter erover waken dat de bestemming van het goed niet in strijd zal zijn met het karakter van het goed en met het karakter van de omgeving. Inbreuken daarop kunnen onderworpen zijn aan de sancties zoals uiteengezet onder rubriek 13 hierna. Publiciteit op of aan de gebouwen mag uitsluitend betrekking hebben op de sponsoring, de exploitatie en aanverwante nevenfuncties en zal voorafgaandelijk ter goedkeuring aan de grondeigenaar worden voorgelegd. 2.- DUUR VAN DE OVEREENKOMST Het recht van erfpacht wordt toegestaan en aanvaard voor een ondeelbare periode van veertig opeenvolgende jaren, beginnend op de datum van de terbeschikkingstelling van het goed, te weten op één maart tweeduizend en twaalf en van rechtswege eindigend op negenentwintig februari tweeduizend en tweeënvijftig. Het recht van erfpacht is vatbaar voor hernieuwing of verlenging onder de voorwaarden en modaliteiten beschreven in rubriek II, 8 van onderhavige overeenkomst. 3. - ERFDIENSTBAARHEDEN De erfpacht wordt gevestigd op het goed met alle lijdende, zichtbare en niet zichtbare, voortdurende en niet voortdurende erfdienstbaarheden die het goed zouden kunnen bezwaren, en de erfpachter zal genieten van de heersende erfdienstbaarheden, indien er

zijn, dit alles op zijn kosten, lasten en risico, en zonder dat dit beding aan om het even wie meer rechten zou geven dan hij er zou bezitten ingevolge regelmatige en niet verjaarde titels of ingevolge de wet. De erfpachter zal enkel erfdienstbaarheden kunnen vestigen voor zover deze noodzakelijk zijn voor de exploitatie. Deze erfdienstbaarheden zullen slechts gelden zolang de erfpacht tussen de partijen geldt. De grondeigenaar zal de erfdienstbaarheden die zij wenst te behouden bij het einde van de erfpachtovereenkomst kunnen behouden, onder de modaliteiten die zij alsdan zal vaststellen, zoals zij eveneens rechtsgeldig éénzijdig zal kunnen beslissen de andere als onbestaande te aanzien. Deze bepalingen zullen ter kennis worden gebracht aan degenen met wie de erfpachter contractueel erfdienstbaarheden vaststelt. Vestiging erfdienstbaarheid De grondeigenaar staat een erfdienstbaarheid van doorgang toe op een deel van het perceel 866S zoals aangeduid met puntarcering op het hiervoor vermeld plan ten voordele van LOT 1 en dit voor zolang de erfpacht tussen de partijen geldt. 4.-STAAT VAN HET GOED - OPPERVLAKTE - INHOUD Het goed wordt met erfpacht belast in de staat waarin het zich bevindt, zonder enige waarborg wat betreft de gebreken van de bodem en de ondergrond, zichtbare of verborgen gebreken. Geen vordering mag ingebracht worden wegens vergissing in de beschrijving of in de oppervlakte, het verschil in min of meer, al overtrof dit het twintigste, blijft ten bate of ten laste van de erfpachter. 5.-SCHATTEN EN VONDSTEN Alle schatten en vondsten van historisch of archeologisch belang die zich in of onder het goed bevinden blijven eigendom van de grondeigenaar. De erfpachter is er toe gehouden de aanwezigheid van deze vondsten onverwijld ter kennis te brengen van de grondeigenaar en de werken op te schorten tot op het ogenblik dat de door de grondeigenaar aangeduide deskundigen de vindplaats hebben onderzocht. 6.- OVERDRACHT De erfpachter kan zijn recht van erfpacht zoals aangeduid in deze overeenkomst niet overdragen behoudens bij schriftelijk akkoord van de grondeigenaar. In geval van overdracht met akkoord van de grondeigenaar, blijft de erfpachter echter steeds persoonlijk gehouden om de canon te voldoen en blijft hij met de overnemer hoofdelijk en ondeelbaar aansprakelijk voor de uitvoering van alle uit onderhavige overeenkomst voortvloeiende verbintenissen. De erfpachter is er toe gehouden om de grondeigenaar te vrijwaren tegen al de bezitsdaden van derden die tot verkrijgende verjaring kunnen leiden. 7. - NATREKKING Bij het beëindigen van onderhavige overeenkomst hetzij door het verstrijken van de termijn, hetzij door het vervallen of het verbreken van de overeenkomst, zullen al de opgerichte gebouwen, installaties, constructies en aanplantingen, in perfecte staat van onderhoud, eigendom worden van de grondeigenaar. De grondeigenaar zal een meerwaardevergoeding verschuldigd zijn aan de erfpachter. De grondeigenaar en de erfpachter leggen hierbij vast dat voormelde meerwaardevergoeding vastgesteld wordt op de waarde van de gedane en door AGIOn gesubsidieerde investeringen (zijnde de som van de verkregen subsidie en de door de erfpachter ingebrachte middelen), rekening houdend met een waardevermindering van 5% per jaar sinds de datum van de uitbetaling van de subsidie. De zakelijke of persoonlijke rechten die de erfpachter zou hebben toegestaan, moeten bij de beëindiging van de overeenkomst, in welke gevallen ook, niet door de grondeigenaar worden gerespecteerd. Ingeval van gehele of gedeeltelijke vernieling van de in erfpacht gegeven gebouwen, heeft de erfpachter de keuze tussen het heropbouwen ervan of de afstand van het erfpachtrecht met afstand van de door de verzekeraar uit te betalen vergoeding. Dit

laatste recht mag slechts worden uitgeoefend wanneer de erfpachter een verzekering heeft aangegaan die de gebouwen dekt voor de volledige wederopbouwwaarde zonder de verplichting tot wederopbouw krachtens de verzekering. De voormelde keuze zal door de erfpachter bij een ter post aangetekende zending worden meegedeeld aan de grondeigenaar binnen de zes maand na het voorval. Indien de gebouwen worden heropgericht, is de grondeigenaar gerechtigd een duurdere of grotere wederopbouw te verkiezen, mits daarvan de meerprijs te dragen. 8.- HERNIEUWING VAN DE ERFPACHT Wanneer, na het verstrijken van de termijn vermeld onder II.2, de erfpachter in het bezit wordt gelaten van het goed, is er geen sprake van stilzwijgende verlenging en kan er een einde gesteld worden aan deze bezetting door een vooropzeg van drie maanden bij aangetekend schrijven door de grondeigenaar. Op voorwaarde dat de aanvraag bij aangetekend schrijven gebeurt, en dit ten vroegste drie jaar en ten laatste één jaar voor het verstrijken van de termijn van huidige overeenkomst, kan de erfpachter een nieuwe erfpacht aanvragen. 9.- HYPOTHEEK Het goed wordt met de erfpacht belast voor vrij en onbelast van alle bevoorrechte en hypothecaire lasten, zowel in hoofde van de grondeigenaar als in hoofde van de vorige eigenaars. De erfpachter heeft het recht om zijn erfpachtrecht en de door hem aangebrachte werken met een hypotheek te bezwaren, voor zover de termijn deze van onderhavige overeenkomst niet overschrijdt en enkel mits voorafgaande goedkeuring van AGIOn. 10.- VERHURING De erfpachter mag het in erfpacht gegeven goed en de door hem aangebrachte bouwwerken noch geheel, noch gedeeltelijk verhuren of in gebruik geven aan een derde, behoudens schriftelijk akkoord van de grondeigenaar en mits voorafgaande goedkeuring van AGIOn. De erfpachter blijft aansprakelijk voor de uitvoering van alle uit deze overeenkomst voorvloeiende verplichtingen. 11- VERBETERING – NIEUWE GEBOUWEN - ONDERHOUDS- EN HERSTELLINGSWERKEN Het staat de erfpachter vrij verbeteringen aan de bestaande gebouwen aan te brengen of nieuwe gebouwen op te richten indien ze noodzakelijk zijn om haar doel van onderwijsinrichting te volbrengen volgens de gangbare en wettelijke voorschriften ter zake. De erfpachter dient de door hem opgerichte gebouwen, beplantingen en infrastructuur, alsook de bestaande gebouwen, beplantingen en infrastructuur begrepen in deze erfpacht te onderhouden en alle gewone en buitengewone herstellings- en onderhoudswerken uit te voeren, dit op haar kosten, zonder hiervoor iets van de grondeigenaar te kunnen eisen. 12.- DISTRIBUTIECONTRACTEN EN VERZEKERINGEN De erfpachter is verplicht om, op zijn kosten, bij één of meerdere door de grondeigenaar aanvaarde verzekerings-maatschappijen polissen af te sluiten of te doen afsluiten die in alle opzichten en in voldoende mate zijn verantwoordelijkheid als bouwheer tijdens de eventuele bouwwerken, verbouwingswerken of herstellingswerken dekken. De erfpachter is verplicht alle gebouwen en andere opstallen alsmede alle roerende goederen die de gebouwen zullen bevatten te laten verzekeren tegen brand, ontploffingsgevaar, blikseminslag, storm en overstromingen, en andere risico’s, evenals tegen alle risico's verbonden aan het gebruik van elektriciteit en alle aanverwante risico's met betrekking tot de gebouwen, de huurrisico's, het niet gebruiken van de onroerend goed, het verhaal van buren, de kosten van graafwerken en afbraak, de installaties, en dit voor de ganse duur van de erfpacht. Het bedrag van de verzekering dient toereikend te zijn om de wederopbouwwaarde te dekken.

De erfpachter is bovendien verplicht één of meerdere verzekeringen van burgerlijke aansprakelijkheid af te sluiten of te doen afsluiten en deze gedurende de gehele periode van de erfpacht te hernieuwen, en dit voor ruimschoots toereikende bedragen, voor stoffelijke schade en voor lichamelijke letsels. De polis kan opgenomen worden in het geheel van de door de erfpachter af te sluiten polissen. De erfpachter zal op vraag van de grondeigenaar het bestaan van de verzekeringen en de regelmatige betaling van de premies bewijzen. In geval van geheel of gedeeltelijke teloorgang van het goed door overmacht, toeval of anderszins, is de erfpachter gehouden tot volledige wederopbouw van de constructies. 13.- ONTBINDING. Buiten de bij wet voorziene gevallen, zal deze overeenkomst van rechtswege ontbonden worden in de volgende gevallen en indien binnen de veertien dagen niet wordt voldaan aan de bij aangetekend schrijven aan de erfpachter betekende ingebrekestelling: a) ingeval de erfpachter als rechtspersoon ophoudt te bestaan door ontbinding, versmelting of opslorping, tenzij de rechtsopvolger minstens evenwaardige financiële waarborgen biedt; b) indien de erfpachter de bepalingen van artikel 12 van deze akte niet naleeft of de betreffende verzekeringscontracten geheel of gedeeltelijk worden ontbonden, geschorst of vernietigd; c) indien de erfpachter de aard of bestemming van het hierbij in erfpacht gegeven goed, zou wijzigen zonder vereiste toestemming van de grondeigenaar; d) indien de gebouwen en aanhorigheden onvoldoende zouden worden onderhouden en daardoor hetzij een gevaar opleveren voor omwonenden of voorbijgangers, hetzij de waarde van het gebouw op substantiële wijze zouden beïnvloeden; e) bij niet-naleving van één of meer andere verbintenissen van deze overeenkomst en het niet remediëren van deze niet-nageleven verbintenissen binnen een periode van 90 dagen na melding ervan door de grondeigenaar. In al deze gevallen zal de ingebrekestelling bij aangetekend schrijven vaste datum verlenen aan deze ontbinding. De rechter zal desgevallend enkel dienen vast te stellen dat de in dit artikel uitdrukkelijk voorziene ontbindende voorwaarde vervuld is. De ontbinding van de overeenkomst zal in geen geval aanleiding geven tot enige schadevergoeding ten voordele van de erfpachter en de bedragen betaald als canon zullen in deze gevallen definitief verworven zijn door de grondeigenaar. De grondeigenaar behoudt altijd het recht om de gedwongen uitvoering in rechte te vragen van de overeenkomst, met inbegrip van de mogelijkheid tot schadevergoeding. Er wordt overeengekomen dat de erfpacht door beide partijen in onderling overleg en na voorafgaande goedkeuring door AGIOn beëindigd kan worden wanneer het in erfpacht gegeven goed niet langer tot doel heeft het verstrekken van onderwijs met aanverwante activiteiten, zoals bepaald door de wet doch in overeenstemming met de leer en de geest van de rooms-katholieke Kerk. 14. – BIJZONDERE VOORWAARDEN – MELDINGEN Op het hiervoor vermeld aangehecht plan staat onder meer vermeld: de veelhoek A-5-6-7 is bezwaard met een recht van overbouw ten voordele van de eigendom Dorpsstraat 42. In de gemene muur 4-5-A (ter hoogte van punt 5) bevindt er zich op de zolderverdieping een deuropening. Deze zal op eerste verzoek worden dichtgemaakt. De erfpachter erkent van deze voorwaarden/meldingen op de hoogte te zijn. III.- INGENOTTREDING - BELASTINGEN Het in erfpacht gegeven goed is thans in gebruik bij de erfpachter. De erfpachter zal de onroerende voorheffing en de andere belastingen van alle aard, huidige en toekomstige, zelfs deze die alleen ten laste van grondeigenaar vallen, en welke

betrekking hebben op het in erfpacht gegeven goed en alle er zich op bevindende of er op op te richten constructies te zijnen laste nemen vanaf één maart tweeduizend en twaalf. IV.- CANON Het recht van erfpacht wordt toegestaan en aanvaard tegen betaling door de erfpachter van een jaarlijkse eigendomserkennende canon waarvan het bedrag en de betalingsmodaliteiten als volgt worden vastgesteld: Voor het eerste jaar wordt de canon vastgesteld op DRIEDUIZEND TWEEHONDERD EURO (€ 3.200,00), voor elk van de volgende jaren bedraagt de vaste jaarlijkse canon DRIEDUIZEND TWEEHONDERD EURO (€ 3.200,00) Deze vergoeding zal jaarlijks op de verjaardag van de inwerkingtreding van het recht van erfpacht geïndexeerd worden overeenkomstig volgende formule :

basisvergoeding x nieuwe index nieuwe vergoeding = beginindex De beginindex is deze van de maand voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze overeenkomst, zijnde februari 2012. De nieuwe index deze van de maand die voorafgaat aan de jaarlijkse indexatie. Elke aanpassing van de vergoeding zal van rechtswege en zonder ingebrekestelling eisbaar zijn. De canon dient gestort te worden op rekening nummer 091-0003541-78 geopend op naam van de Gemeente Zulte. De betaling van de eerste canon moet worden verricht binnen de twee maanden na de ondertekening van de erfpachtovereenkomst, de betalingen voor de volgende jaren dienen ten laatste op eenendertig maart van elk jaar te worden verricht. In geval van laattijdige betaling van de canon, zullen de verschuldigde sommen van rechtswege en zonder ingebrekestelling en intrest opbrengen tegen de wettelijke rentevoet die op dat ogenblik van kracht is. V.- WETTELIJKE VERMELDINGEN. B.T.W. De ondergetekende instrumenterende ambtenaar geeft lezing aan de partij enerzijds van artikel 62, paragraaf 2 en van artikel 73 van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde. Artikel 62, paragraaf 2: "Iedere belastingplichtige of lid van een BTW-eenheid in de zin van artikel 4, § 2, eigenaar of houder van een zakelijk recht op een voor hypotheek vatbaar goed, is gehouden, op verzoek van de notaris die belast is met het opmaken van de akte houdende vervreemding of hypotheekstelling betreffende dat goed, aan deze laatste zijn hoedanigheid van belastingplichtige of lid van een BTW-eenheid in de zin van artikel 4, § 2, kenbaar te maken. De Minister van Financiën regelt de toepassingsmodaliteiten van deze paragraaf.” Artikel 73: “Onverminderd de fiscale geldboeten, wordt hij die met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden, de bepalingen van dit Wetboek of van de ter uitvoering ervan genomen besluiten overtreedt, gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot twee jaar en met geldboete van 250 tot 125.000 EUR of met één van die straffen alleen”. Op mijn vraag verklaart de grondeigenaar, niet de hoedanigheid te hebben van B.T.W.-belastingsplichtige, zoals deze hoedanigheid gepreciseerd wordt in het Ministerieel Besluit nummer 13 van 4 maart 1993. Hij verklaart bovendien geen onroerend goed vervreemd te hebben onder het stelsel van de belasting over de toegevoegde waarde in de periode van vijf jaar die aan het verlijden van deze akte voorafgaat, geen deel uit te maken van een B.T.W.-eenheid in de zin van artikel vier paragraaf 2 van het wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, en geen deel uit te maken van een feitelijke of tijdelijke vereniging die door zijn activiteit de hoedanigheid van B.T.W.-belastingsplichtige heeft.

ARTIKEL 203 WETBOEK REGISTRATIERECHTEN Partijen erkennen dat de instrumenterende ambtenaar hen voorlezing gegeven heeft van artikel 203, eerste alinea, van het Wetboek der Registratie-, hypotheek- en griffierechten dat luidt: "In geval van bewimpeling aangaande prijs en lasten of over-eengekomen waarde, is elke der contracterende partijen een boete verschuldigd gelijk aan het ontdoken recht. Dit recht is ondeelbaar door alle partijen verschuldigd.” VLAAMSE CODEX RUIMTELIJKE ORDENING. De erfpachter verklaart door de instrumenterend ambtenaar te zijn gewezen op de inhoud van artikel 4.2.1 van de Vlaamse codex Ruimtelijke Ordening. POSTINTERVENTIEDOSSIER. Op vraag van de instrumenterende ambtenaar of er voor het hoger beschreven goed, overeenkomstig het Koninklijk Besluit van vijfentwintig januari tweeduizend en één betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen een postinterventiedossier werd opgesteld, heeft de grondeigenaar ontkennend geantwoord, en heeft hij bevestigd dat er aan dit goed sinds één mei tweeduizend en één geen werken werden uitgevoerd door één of meerdere aannemers waarvoor, overeenkomstig het Koninklijk Besluit van vijfentwintig januari tweeduizend en één betreffende de tijdelijke of mobiele werkplaatsen, een postinterventiedossier diende te worden opgesteld. VII. - SLOTBEPALINGEN 1.- KOSTEN Alle kosten van deze akte zijn voor rekening van de erfpachter. 2.- AMBTSHALVE INSCHRIJVING De grondeigenaar verklaart de Hypotheekbewaarder te ontslaan van de verplichting ambtshalve inschrijving te nemen, bij de overschrijving van deze akte. 3 - WOONSTKEUZE Voor de uitvoering van deze akte, doen beide partijen keuze van woonst op hun respectievelijke adressen. 4 - WAARMERKING VAN DE IDENTITEITSGEGEVENS. De instrumenterende ambtenaar bevestigt de juistheid van de benaming, rechtsvorm, datum van de oprichtingsakte, de zetel van de verschijnende vereniging en dit om te voldoen aan de verplichtingen opgelegd in de artikelen 139 en 140 door de Hypotheekwet. 5 - IDENTIFICATIE. De instrumenterende ambtenaar verklaart de aanwezige personen geïdentificeerd te hebben aan de hand van hun identiteitskaart. 6.- VERKLARING PRO FISCO De onderhavige overeenkomst werd afgesloten tot nut van het algemeen. De erfpachter verzoekt om de kosteloze registratie, voorzien door artikel 161,1° van het Wetboek van de Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten. 7.- LATERE AKTEN De erfpachter verbindt er zich toe, voor zichzelf en voor zijn rechtverkrijgenden, de bepalingen van deze overeenkomst na te leven. De akten van overdracht van of tot aanwijzing van zakelijke rechten dienen een clausule te bevatten die de naleving van deze verplichtingen oplegt aan de voormelde rechthebbenden. 8. BEZOEKRECHT. De hiertoe gemachtigde personen door de grondeigenaar zullen ten alle tijde het in erfpacht gegeven goed mogen bezoeken. 9 - BETWISTINGEN

Alle conflicten en geschillen die uit de toepassing of de interpretatie van de onderhavige overeenkomst zouden kunnen voortspruiten vallen uitsluitend onder de bevoegdheid van de rechtbanken van het arrondissement Gent. 10 - OPSCHORTENDE VOORWAARDE Deze overeenkomst wordt aangegaan onder de opschortende voorwaarde dat de tussenkomst die de erfpachter voornemens is aan te vragen bij het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs (AGIOn) toegestaan wordt door vermelde AGIOn. TOELICHTING VAN DE AKTE. 1. De partijen erkennen ieder een ontwerp van onderhavige akte ontvangen te hebben minstens vijf werkdagen voor het verlijden van de akte. 2. Onderhavige akte werd integraal voorgelezen voor wat betreft de vermeldingen aangaande: - naam, gebruikelijke voornaam en standplaats van de instrumenterend ambtenaar; - naam, voornamen en woonplaats van de partijen; - plaats waar en datum waarop de akten worden ondertekend; - artikel 203, eerste alinea, van het Wetboek der Registratie-, hypotheek- en griffierechten; - artikel 62, paragraaf 2 en artikel 73 van het Wetboek van de Belasting over de toegevoegde waarde; - evenals de wijzigingen die werden aangebracht aan het vooraf medegedeelde ontwerp van akte. 3. De gehele akte werd door ons, instrumenterend ambtenaar, ten behoeve van de partijen toegelicht. WAARVAN AKTE Verleden te Zulte, datum als voormeld. Na vervulling van alles wat hierboven staat, hebben de partijen getekend met ons, instrumenterend ambtenaar. Artikel 3: De akte van erfpacht zal worden verleden voor het ambt van de waarnemend commissaris van het aankoopcomité Gent 1. Artikel 4: Aan de burgemeester en de secretaris wordt machtiging verleend om de hypotheekbewaarder te ontslaan van de verplichting ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van de akte. Artikel 5: Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de financieel beheerder en de VZW Scholen Machelen-aan-Leie. Artikel 6: Dit besluit wordt ter kennis gebracht van de heer Provinciegouverneur, door middel van de lijst bedoeld in artikel 251 § 1 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005.

----------

Agendapunt nr. 21: VASTSTELLING VAN DE VERGOEDING VOOR DE ANIMATOREN GRABBELPAS 2012.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de beslissing van de gemeenteraad d.d. 26 februari 2009 betreffende princiepsbeslissing voor organisatie van Grabbelpas en machtiging tot vaststellen van de tarieven;

Overwegende dat er voor de organisatie van de Grabbelpas animatoren ingeschakeld worden; Overwegende dat de monitoren minstens 16 jaar dienen te zijn (of worden) in 2012; Overwegende dat deze animatoren reële, maar niet steeds bewijsbare kosten maken tijdens de uitoefening van hun taak als animatoren bij de Grabbelpas; Overwegende dat er met elke animator een individuele overeenkomst als ‘vrijwillige begeleider’ zal afgesloten worden door het college van burgemeester en schepenen, waarin de te bepalen forfaitaire onkostenvergoeding wordt vastgesteld; Overwegende dat er een onderscheid gemaakt wordt tussen animatoren die enkel activiteiten begeleiden en animatoren die zelf activiteiten voorbereiden én begeleiden; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikelen 42, 43 en 251 § 1 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad en het toezicht, en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerktreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de omzendbrief ABB 2006/19 van 1 december 2006; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: De vergoeding voor de animatoren die worden ingeschakeld tijdens de Grabbelpas 2012 wordt goedgekeurd als volgt: * animatoren die activiteiten begeleiden: * animatoren die activiteiten voorbereiden én begeleiden:

10 euro/activiteit 15 euro/activiteit

Artikel 2: Met elke animator zal een individuele overeenkomst als ‘vrijwillige begeleider’ worden afgesloten voor de aanvang van de tewerkstelling. Artikel 3: Dit besluit wordt ter kennis gebracht van de heer Provinciegouverneur door middel van de lijst overeenkomstig 251 § 1 van het gemeentedecreet.

----------

Agendapunt nr. 22: KENNISGEVING VAN HET COLLEGEBESLUIT HOUDENDE DE VASTSTELLING VAN HET WINNEND ONTWERP VOOR HET KUNSTWERK OP ROTONDE IN DE ANGLOSITE

DE GEMEENTERAAD

Overwegende dat er op de voormalige site van de brouwerij Anglo-Belge een nieuw woonproject werd gerealiseerd, met name de wijk “Anglo”; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen om op de site een kunstwerk te voorzien en hiervoor een wedstrijd uit te schrijven;

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 17 november 2011 waarin het wedstrijdreglement voor het ontwerpen, vervaardigen en plaatsen van een kunstwerk op de Anglosite werd goedgekeurd; Overwegende dat overeenkomstig artikel 9 van het reglement de aanduiding van het winnend ontwerp voor het kunstwerk op de Anglosite gebeurt door het college van burgemeester en schepenen en 2 afgevaardigden van de cultuurraad, op advies van de gemeentesecretaris, de cultuurbeleidscoördinator, de stedenbouwkundige ambtenaar en de communicatieambtenaar; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 20 februari 2012 houdende de vaststelling van het winnend ontwerp voor het kunstwerk op de rotonde in de Anglosite; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen het winnend ontwerp voor het kunstwerk op de rotonde in de Anglosite officieel wenst ter kennis te brengen van de gemeenteraad; Gelet op het gemeentedecreet;

NEEMT KENNIS:

Enig artikel: van het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 20 februari 2012 waarbij het winnend ontwerp voor het kunstwerk op de rotonde in de Anglosite wordt vastgesteld.

----------

Agendapunt nr. 23: WIJZIGING VAN HET POLITIEREGLEMENT OP DE GEMEENTELIJKE BEGRAAFPLAATSEN

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de nieuwe gemeentewet, inzonderheid op de artikelen 119, 119bis, 133 en 135§2; Gelet op de artikelen 15bis, §2, tweede lid, 23bis en 32 van de wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging; Gelet op het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, gewijzigd bij het decreet van 10 november 2005 en bij het decreet van 18 april 2008; Gelet op de recente wijziging van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, meer bepaald van 9 december 2011, wat de bestemming van de asurne betreft; Overwegende dat dit decreet de bewaringsmogelijkheden van de as uitbreidt; Overwegende dat de nabestaanden ook na de crematie nog een gezamenlijk schriftelijk verzoek kunnen indienen om de as van de overledene op een andere plaats te bewaren, uit te strooien of te begraven dan de gemeentelijke begraafplaats; Overwegende dat in dit geval de concessie twee jaar na de verwijdering vervalt zonder dat deze aanleiding kan geven tot een terugbetaling van de betaalde concessievergoeding;

Gelet op de recente wijziging van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, meer bepaald het decreet van 9 december 2011, wat de wens inzake de laatste rustplaats betreft. Overwegende dat dit decreet meer zekerheid over de naleving van de laatste wensen van de overledene creëert door het mogelijk te maken om de plaats waar men begraven wil worden, ook in de wilsbeschikking op te nemen; Overwegende dat de laatste wilsbeschikking dus voortaan ook kan handelen over de gemeente waar men begraven wil worden of de gemeente waar de as begraven, bijgezet of uitgestrooid moet worden; Overwegende dat het politiereglement aan beide wijzigingen van het decreet dient te worden aangepast; Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid op artikel 42; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria, gewijzigd bij het besluit van 2 december 2005; Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid op artikelen 186 en 187; Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid op artikelen 251 en 252; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Het gemeenteraadsbesluit van 30 juni 2011 houdende het politiereglement op begraafplaatsen, wordt opgeheven met ingang van 1 maart 2012. Artikel 2: Het gewijzigd politiereglement op de gemeentelijke begraafplaatsen wordt met ingang van 1 maart 2012 als volgt vastgesteld: POLITIEREGLEMENT OP DE GEMEENTELIJKE BEGRAAFPLAATSEN I.

Algemene bepalingen

Artikel 1: De gemeente Zulte beschikt over volgende gemeentelijke begraafplaatsen: - begraafplaats Oeselgemstraat, Zulte; - begraafplaats Hamstraat, Olsene; - begraafplaats Kerkstraat, Olsene; - begraafplaats Hoevestraat, Machelen; - begraafplaats Gildestraat, Machelen. Artikel 2: De gemeentelijke begraafplaatsen zijn enkel bestemd voor: - inwoners: personen welke op datum van hun overlijden ingeschreven waren in het bevolkings-, vreemdelingen-, of wachtregister van Zulte. - gewezen inwoners: personen die vroeger in het bevolkings- of vreemdelingenregister van Zulte waren ingeschreven, maar die om ouderdoms- of gezondheidsredenen onze gemeente verlaten hebben. - niet-inwoners, indien ze: - een concessie aangaan of uitgestrooid worden;

-

de retributie voor niet-inwoners, zoals bepaald in het retributiereglement, betalen. niet-geïdentificeerde lijken, aangetroffen op het grondgebied van Zulte.

Artikel 3: Levenloos geboren kinderen die de wettelijke levensvatbaarheidgrens nog niet hebben bereikt, kunnen na een zwangerschapsduur van ten volle 12 weken, op verzoek van de ouders begraven of gecremeerd worden. Artikel 4: De gemeente is niet verantwoordelijk voor de bewaking van voorwerpen die op de graven geplaatst worden. De gemeente kan niet aansprakelijk gesteld worden voor diefstallen of beschadiging welke op de begraafplaats ten nadele van de nabestaanden zouden gepleegd worden aan de graven, de erop aangebrachte gedenktekens, beplanting, …

II.

Wijzen van teraardebestelling en crematie

Artikel 5: Op de gemeentelijke begraafplaatsen zijn volgende wijzen van teraardebestelling toegelaten: de begrafenis van stoffelijke overschotten, de begrafenis van asurnen op een urnenveld, de plaatsing van asurnen in een columbarium of in een urnentuin, of de uitstrooiing van de as op een strooiweide. Bovengrondse begravingen worden niet toegestaan, met uitzondering van het plaatsen van een urne in een urnentuin. Artikel 6: Voor de begraafplaats Gildestraat in Machelen geldt dat er enkel nog nieuwe begrafenissen in grafkelder met concessiecontract en bijzettingen in grafkelder met concessiecontract, worden toegestaan. Enkel de begraafplaatsen Oeselgemstraat in Zulte, Hamstraat in Olsene en Hoevestraat in Machelen zijn uitgerust met strooiweide, columbaria, urnentuin en urnenveld. Artikel 7: De as van gecremeerde lichamen kan bewaard, begraven of uitgestrooid worden op de gemeentelijke begraafplaatsen, zoals bepaald in artikel 5 van dit reglement. Tevens is er de mogelijkheid om de as ter beschikking te stellen van de nabestaanden, zodat zij de as kunnen bewaren, begraven of uitstrooien op een andere plaats dan de gemeentelijke begraafplaats. Hiervoor dient er, voorafgaand aan de crematie, een schriftelijke bepaling van de overledene voorgelegd te worden of dient er een gezamenlijke schriftelijke aanvraag te gebeuren van de nabestaanden. Er is eveneens de mogelijkheid om een symbolisch gedeelte van de as mee te geven aan de bloed- of aanverwanten tot in de 2e graad en dit zonder verdere formaliteiten.

III.

Formaliteiten

Artikel 8: Voor de teraardebestelling en crematie is toestemming vereist, verleend door de ambtenaar van de burgerlijke stand. Artikel 9:

Wanneer een persoon overlijdt of dood wordt aangetroffen op het grondgebied van de gemeente wordt het overlijden onmiddellijk aangegeven aan de ambtenaar van de burgerlijke stand. Diegene die voor de begrafenis instaat regelt met het gemeentebestuur de formaliteiten betreffende de begrafenis. Artikel 10: Het overlijdensattest wordt opgesteld en ondertekend door een geneesheer die het overlijden heeft vastgesteld. Artikel 11: De akte van overlijden wordt opgemaakt door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de plaats waar de persoon is overleden, zodra hem een overlijdensattest werd voorgelegd door een verwant van de overledene of door een derde persoon. Voor zover mogelijk worden de volgende stukken voorgelegd: - de identiteitskaart van de overledene; - het huwelijksboekje van de overledene indien deze gehuwd is, voor ongehuwden indien mogelijk huwelijksboekje van de ouders; - de laatste wilsbeschikking en toelating tot begraven voor persoon wonende in een andere stad of gemeente; - de aanvraag tot concessie; - de keuze van teraardebestelling. Artikel 12: Als er tekens of aanwijzingen zijn van een gewelddadige dood of andere omstandigheden die dit laten vermoeden, dan mag de teraardebestelling pas gebeuren nadat de Procureur des Konings, bijgestaan door een dokter een proces-verbaal heeft opgemaakt van de staat van het stoffelijke overschot en van de daarop betrekking hebbende omstandigheden, alsook van de inlichtingen die bij heeft kunnen inwinnen omtrent de voornamen, de naam, de leeftijd, het beroep, de geboorteplaats en de woonplaats van de overledene. Artikel 13: Iedereen kan tijdens zijn leven vrijwillig een schriftelijke kennisgeving van zijn laatste wilsbeschikking overmaken aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van zijn gemeente. Die laatste wilsbeschikking kan handelen over de wijze van lijkbezorging, de asbestemming en/of over het ritueel van de levensbeschouwing voor de uitvaartplechtigheid, evenals over de gemeente waar men begraven wil worden of de gemeente waar de as begraven, bijgezet of uitgestrooid moet worden. Indien in de laatste wilsbeschikking uitdrukkelijk de wens tot crematie vermeld staat, geldt dit document tevens als aanvraag ‘toestemming tot crematie’. Artikel 14: Ondernemingen die het lijkenvervoer waarnemen, dienen ervoor te zorgen dat het vervoer ordelijk, welvoeglijk en met de nodige eerbied verloopt, overeenkomstig de geldende reglementen. Artikel 15: Er mag pas tot kisting, balseming of gelijk welke andere handeling op het lichaam worden overgegaan, indien de akte van overlijden of het proces-verbaal, zoals bepaald in artikel 11 en 12 van dit reglement, werd opgesteld. Artikel 16:De burgemeester kan beslissen dat hij of zijn gemachtigde de kisting zal bijwonen. Behalve om te voldoen aan een gerechtelijke beslissing, mag de kist na de kisting niet meer geopend worden.

Artikel 17: De burgemeester verleent toestemming tot vervoer van het lichaam naar het crematorium en van de asurn naar de plaats waar deze zal bewaard, begraven of uitgestrooid zal worden. Artikel 18: Op de doodskist of asurn wordt een plaatje uit duurzaam materiaal bevestigd met het volgnummer van de begraving. Per deelgemeente wordt een begravingsregister bijgehouden in chronologische volgorde van de begrafenissen.

IV.

Inrichting van de begraafplaats

Artikel 19: De begravingen worden, volgens plan, in regelmatige volgorde uitgevoerd. Dat plan wijst de percelen aan voor begraving in niet-geconcedeerde grond, geconcedeerde grond, grafkelders, kindergraven, urnenveld, urnentuin, strooiweide, alsook voor de bijzetting in de nissen van het columbarium. De grafkuilen worden evenwijdig met elkaar gemaakt, op regelmatige rijen. Artikel 20: Afhankelijk van de bestemming van een bepaald perceel gelden volgende specifieke bepalingen:

Perceel bestemd voor:

Bepalingen perceel

Bepalingen grafzerk / ornament

Begravingen in volle grond

Grootte = 1m x 2m Bij uitzondering kan, in geval van noodwendigheid, de grootte van het perceel aangepast worden aan de omvang van de kist.

Grootte = 1m x 2m Er wordt geen rekening gehouden met de, in geval van noodwendigheid, aangepaste grootte van het perceel. Het perceel wordt op de 4 hoeken afgebakend door de grafmaker. De zerk moet binnen deze afbakening geplaatst worden, zonder tussenruimte en aaneensluitend. Voor het plaatsen van de zerk, moet de grafmaker verwittigd worden.

Begravingen in volle grond, voor personen minder dan 12 jaar (kindergraf)

Grootte = 0,8m x 1,6m Bij uitzondering kan, in geval van noodwendigheid, de grootte van het perceel aangepast worden aan de omvang van de kist.

Begravingen in een grafkelder

Grootte = 1m x 2m Het gemeentebestuur plaatst de grafkelders in eigen beheer en concedeert ze tegen het tarief, zoals vastgesteld in het retributiereglement. De grafmaker staat steeds in voor de opening van de grafkelder.

Grootte = 0,8m x 1,6m Op vraag van de ouders en rekening houdende met de leeftijd van het kind, kan er toegestaan worden dat de grafzerk kleiner is dan het perceel. Grootte = 1m x 2m Het perceel wordt op de 4 hoeken afgebakend door de grafmaker. De zerk moet binnen deze afbakening geplaatst worden, zonder tussenruimte en aaneensluitend. Voor het plaatsen van de zerk, moet de grafmaker verwittigd worden.

Begravingen in volle grond op het urnenveld

Grootte = 0,5m x 0,5m

Grootte = 0,5m x 0,5m

Begravingen in een grafkelder bestemd voor urnen, op het urnenveld

Grootte = 0,5m x 0,5m Het gemeentebestuur plaatst de grafkelders voor urnen in eigen beheer en concedeert ze tegen het tarief, zoals vastgesteld in het retributiereglement. De grafkelder voor urnen is voorzien van een lessenaarsdeksel. De grafmaker staat steeds in voor de opening van de grafkelder.

Grootte = 0,5m x 0,5m De bovengrondse constructie/ grafzerk bedekt het lessenaarsdeksel exact en volledig. Het lessenaarsdeksel moet in ieder geval behouden blijven.

Nis in een columbarium

Zoals voorzien door de gemeente

Zoals voorzien door de gemeente

bijzetting van keramische sierurne(n) in de urnentuin

Grootte = 1m x 1m

Grootte = 1m x 1m Het gemeentebestuur levert de keramische sierurnen en concedeert ze tegen het tarief, zoals vastgesteld in het retributiereglement.

Uitstrooien van de as (strooiweide)

De strooiweide voldoet aan de wettelijke bepalingen terzake. De uitstrooiing van de as gebeurt door middel van een daartoe bestemd toestel, dat uitsluitend bediend wordt door de aangestelde grafmaker.

Op de gedenkzuil op de strooiweide wordt, door de gemeente, een gedenkplaatje aangebracht voor een termijn van 15 jaar.

V.

Mortuaria

Artikel 21: De gemeentelijke mortuaria worden gebruikt voor: - het bewaren, in afwachting van de begraving, van de gevonden stoffelijke overschotten die nog geïdentificeerd moeten worden; - het ontvangen van het stoffelijk overschot van overleden personen dat niet bewaard kan worden op de plaats van overlijden of in hun woonplaats; - het opnemen van stoffelijke overschotten waarop ingevolge een rechterlijke beslissing een lijkschouwing moet worden verricht; - het bewaren van stoffelijke overschotten voor vrijwaring van de openbare gezondheid.

VI.

Ontgraving

Artikel 22: Er mag slechts worden overgegaan tot ontgraving na machtiging door de burgemeester. Een gemotiveerde aanvraag tot ontgraven moet schriftelijk gericht worden aan de burgemeester. Het verlenen van de toestemming kan enkel omwille van ernstige redenen. De ontgraving zal worden uitgevoerd door een gespecialiseerde firma aangeduid door de aanvrager en op diens kosten. Enkel de overbrenging van een urne, bijgezet in een columbarium of in de urnentuin, wordt gedaan door onze gemeentelijke grafmaker. De burgemeester kan zich evenwel niet verzetten tegen een ontgraving met het oog op de uitvoering van een gerechtelijke beslissing. Van elke ontgraving wordt een proces-verbaal opgemaakt door de politie, welke bij de ontgraving zal aanwezig zijn.

Indien de staat van de opgegraven kist het vereist, wordt zij vernieuwd op kosten van de aanvrager.

VII.

Beheer van en orde op de begraafplaatsen

Artikel 23: De gemeente staat in voor het dagelijks beheer en de goede orde op de begraafplaats. Artikel 24: Er worden geen begrafenissen gedaan op: - zondagen; - wettelijke feestdagen: 1 januari, Paasmaandag, 1 mei, Hemelvaartdag, Pinkstermaandag, 21 juli, 15 augustus, 1 november, 11 november en Kerstmis; - 11 juli, 2 november, 26 december en 31 december. Artikel 25: Het is op de begraafplaatsen verboden bouw-, herstellings- of aanplantingswerken uit te voeren of nieuwe graftekens te plaatsen op: - zaterdagen; - zon- en feestdagen; - in de periode van 20 oktober tot en met 11 november. Deze bepaling geldt niet voor de werken die noodzakelijk zijn voor een begrafenis die op die dagen of in die periode plaats vindt. Ontgravingen mogen evenmin gebeuren in deze periodes, behalve op gerechtelijk bevel. Artikel 26: Het onderhoud van de percelen en alles wat zich erop bevindt, rust op de belanghebbenden. Het onderhoud van de geconcedeerde graven berust bij de concessiehouder. Onderhoudsverzuim dat verwaarlozing uitmaakt, staat vast als het graf doorlopend onzindelijk, door plantengroei overwoekerd, vervallen, ingestort of bouwvallig is. De verwaarlozing wordt geconstateerd in een akte van de burgemeester of zijn gemachtigde. Die akte wordt een jaar lang bij het graf en aan de ingang van de begraafplaats uitgehangen. Na het verstrijken van die termijn en bij niet herstel van het vervallen graf, kan het college van burgemeester en schepenen een einde stellen aan de grafconcessie. Artikel 27: Op de begraafplaatsen zijn alle handelingen verboden waardoor de orde of de aan de doden verschuldigde eerbied verstoord wordt. Het is verboden te leuren op de begraafplaatsen. Het is eveneens verboden affiches en flyers te verspreiden of borden te plaatsen. De toegang is verboden voor dieren, voertuigen, rijwielen en bromfietsen, zelfs aan de hand geleid. Dit verbod geldt niet voor het vervoer van materialen en gereedschappen met diensten onderhoudsvoertuigen, en voor vervoermiddelen van mindervaliden, en de dieren die mindervaliden bijstaan. Het is verboden om bloemstukken, planten, … te plaatsen vóór de grafzerken, in de wandelgangen. Artikel 28: Korte plechtigheden, eigen aan de filosofische of godsdienstige overtuiging van de overledene, kunnen gehouden worden op de begraafplaats zelf.

Indien deze plechtigheid een volgende begraving zou belemmeren, zal de grafmaker de belanghebbenden hiervan verwittigen, zodat zij de tijdsduur van de plechtigheid kunnen aanpassen. Artikel 29: Niet-geconcedeerde graven en nissen worden bewaard voor een termijn van 15 jaar, te rekenen vanaf de datum der teraardebestelling, waarbij de inschrijving in het begravingsregister als bewijs geldt. Na het verstrijken van de duurtijd kan een niet-geconcedeerde rustplaats slechts verwijderd worden nadat gedurende 1 jaar aan het betrokken graf en aan de ingang van de begraafplaats een afschrift van de beslissing tot verwijdering is bekendgemaakt.

VIII. Slotbepaling Artikel 30: Gevallen niet bepaald in het huidig reglement worden geregeld door het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 3: Dit reglement zal bekendgemaakt worden overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het gemeentedecreet. Artikel 4: Dit reglement treedt in werking op 1 maart 2012. Artikel 5: Dit besluit wordt ter kennis gebracht van de provinciegouverneur door middel van de lijst overeenkomstig artikel 251 §1 van het gemeentedecreet. Artikel 6: Een afschrift van dit besluit wordt tevens toegestuurd aan: - De griffie van de Rechtbank van Eerste aanleg, 9000 Gent - De griffie van de politierechtbank, 9000 Gent - Lokale politie Deinze-Zulte, afdeling operaties.

----------

Agendapunt nr. 24: WIJZIGING VAN HET CONCESSIEREGLEMENT OP DE GEMEENTELIJKE BEGRAAFPLAATSEN

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de nieuwe gemeentewet, inzonderheid op de artikelen 119, 119bis, 133 en 135§2; Gelet op de artikelen 15bis, §2, tweede lid, 23bis en 32 van de wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging; Gelet op het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, gewijzigd bij het decreet van 10 november 2005 en bij het decreet van 18 april 2008; Gelet op de recente wijziging van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, meer bepaald het decreet van 9 december 2011, wat de bestemming van de asurne betreft; Overwegende dat dit decreet de bewaringsmogelijkheden van de as uitbreidt;

Overwegende dat de nabestaanden ook na de crematie nog een gezamenlijk schriftelijk verzoek kunnen indienen om de as van de overledene op een andere plaats te bewaren, uit te strooien of te begraven dan de gemeentelijke begraafplaats; Overwegende dat in dit geval de concessie twee jaar na de verwijdering vervalt zonder dat deze aanleiding kan geven tot een terugbetaling van de betaalde concessievergoeding; Overwegende dat het concessiereglement, meer in het bijzonder artikel 21, dient aangepast te worden aan de gewijzigde wetgeving; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria, gewijzigd bij het besluit van 2 december 2005; Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid op artikel 42 en 43; Overwegende dat de gemeenteraad het tarief en de voorwaarden voor het verlenen van de concessies vaststelt; Overwegende dat de gemeenteraad concessies kan verlenen; Overwegende dat de gemeenteraad die bevoegdheid kan overdragen aan het college van burgemeester en schepenen; Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid op artikelen 186 en 187; Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid op artikelen 251 en 252; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Het gemeenteraadsbesluit van 30 juni 2011 houdende het concessiereglement op de gemeentelijke begraafplaatsen, wordt opgeheven met ingang van 1 maart 2012. Artikel 2: Het gewijzigde concessiereglement op de gemeentelijke begraafplaatsen wordt als volgt vastgesteld met ingang van 1 maart 2012:

CONCESSIEREGLEMENT OP DE GEMEENTELIJKE BEGRAAFPLAATSEN

IX.

Algemene bepalingen

Artikel 1: Op de gemeentelijke begraafplaatsen worden concessies verleend. De concessies hebben betrekking op: - ofwel een perceel volle grond bestemd voor kist of urne; - ofwel een grafkelder bestemd voor kist of urne; - ofwel een nis in het columbarium; - ofwel een urnentuin bestemd voor plaatsing van keramische sierurne(n). Artikel 2: De concessies worden enkel toegestaan op de plaatsen die daarvoor aangewezen zijn op de begraafplaatsen.

Artikel 3: Er mag geen concessie verleend worden op een plaats die bestemd is voor nietgeconcedeerde gronden, met uitzondering van kindergraven. Niet-geconcedeerde graven of nissen kunnen evenwel, onder volgende voorwaarden, omgezet worden in een concessie: - Ontgraving en overbrenging van het stoffelijk overschot/urne naar het daartoe voorziene geconcedeerde perceel. - Een nieuwe concessie neemt aanvang op het ogenblik van ontgraving en mits betaling van het tarief van de nieuwe wijze van teraardebestelling, zoals bepaald in het retributiereglement. - De ontgraving en de overbrenging van een stoffelijk overschot/urne gebeurt na machtiging tot ontgraving afgeleverd door de burgemeester. Er is een ontgravingstaks verschuldigd, zoals bepaald in het retributiereglement. De ontgraving en de overbrenging van een stoffelijk overschot/urne gebeurt op kosten van de aanvrager en door een gespecialiseerde firma daartoe aangesteld door de aanvrager. Enkel de overbrenging van een urne, bijgezet in een columbarium of in de urnentuin, wordt gedaan door de gemeentelijke grafmaker. - Kindergraven kunnen ter plaatse behouden blijven, mits betaling van de retributie bepaald in het retributiereglement. De retributie is verschuldigd vanaf de datum van de begrafenis. De concessie neemt eveneens aanvang vanaf die datum. Artikel 4: Het verlenen van een concessie door de gemeentelijke overheid houdt geen verhuring noch een verkoop in. Er mag aan de concessie nooit een andere bestemming worden gegeven dan die waarvoor ze werd verleend. De concessies zijn onoverdraagbaar. Artikel 5: De concessies worden verleend door het college van burgemeester en schepenen. De delegatie van bevoegdheid geldt ook voor het hernieuwen van concessies, voor de terugneming van de verwaarloosde concessies. Bezwaren tegen een voortijdige beëindiging van een concessie, dienen schriftelijk te worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen. Artikel 6: De concessies en de concessiehernieuwingen worden verleend onder de voorwaarden bepaald in dit reglement, het politiereglement op de gemeentelijke begraafplaatsen en het retributiereglement op de gemeentelijke begraafplaatsen, geldend op het ogenblik van de concessieaanvraag. De beslissing vermeldt de voorwaarden waaronder de concessiehernieuwing wordt verleend.

X.

Formaliteiten

Artikel 7: Een zelfde concessie mag slechts dienen: - voor de aanvrager, zijn echtgenoot, zijn bloed- of aanverwanten; - voor personen daartoe aangewezen door de concessiehouder en die daartoe bij de gemeentelijke overheid hun wil te kennen hebben gegeven. Artikel 8: De duur van het concessiecontract neemt een aanvang op de datum van de in artikel 6 bepaalde beslissing van het college van burgemeester en schepenen. Artikel 9: De concessies worden verleend voor ten hoogste 50 jaar. De duur is afhankelijk van het soort concessie en wordt bepaald in het retributiereglement. Artikel 10:

Een concessieaanvraag mag worden ingediend ten behoeve van een derde en diens familie. Wanneer iemand overlijdt terwijl hij op dat ogenblik een feitelijk gezin vormde, kan de overlevende een concessie aanvragen. De concessieaanvragen vermelden de identiteit van de begunstigden. Wanneer een of meerdere begunstigden niet de echtgenoot noch de bloed- of aanverwant zijn van de aanvrager, worden de concessieaanvragen ondertekend, niet alleen door de aanvrager zelf, maar ook, voor akkoord, door alle begunstigden. Deze verplichting moet niet worden nageleefd, wanneer gebruik gemaakt wordt van de in dit artikel, tweede lid bepaalde mogelijkheid.

XI.

Hernieuwing

Artikel 11: De concessies kunnen op aanvraag van enige belanghebbende hernieuwd worden. Minstens 1 jaar voor het verstrijken van de concessie moet de burgemeester of zijn gemachtigde een akte opmaken betreffende de mogelijkheid tot hernieuwing van de concessie. Een afschrift van de akte wordt 1 jaar lang aan het betrokken graf en aan de ingang van de begraafplaats bekendgemaakt. Indien geen aanvraag tot hernieuwing ingediend wordt vóór het vervallen van de concessie, vervalt de concessie. De concessies die in het verleden werden toegestaan voor een duur van 100 jaar, kunnen hernieuwd worden voor ten hoogste 50 jaar volgens de procedure en voorwaarden die omschreven zijn onder deze rubriek (III. Hernieuwing), tenzij de grafmonumenten opgenomen worden op de lijst van funerair erfgoed. Artikel 12: De hernieuwingen kunnen enkel geweigerd worden indien blijkt dat op het moment van de aanvraag de concessie verwaarloosd is. Artikel 13: De aanvraag om hernieuwing zonder bijzetting kan gedaan worden vóór het verstrijken van de vastgestelde termijn. Hernieuwing wordt voor dezelfde termijn als de oorspronkelijke concessie toegestaan. Een nieuwe identieke termijn als de oorspronkelijke concessie, begint te lopen vanaf de dag van de oorspronkelijke vervaldag. Artikel 14: Indien erom verzocht wordt vóór het verstrijken van de vastgestelde termijn, neemt een nieuwe termijn een aanvang vanaf elke nieuwe bijzetting in de concessie. Een nieuwe identieke termijn als de oorspronkelijke concessie, begint te lopen vanaf de dag van de bijzetting. Artikel 15: Als er geen hernieuwing wordt aangevraagd tussen de datum van de laatste bijzetting in de concessie en het verstrijken van de periode waarvoor deze werd verleend, blijft het graf bestaan gedurende een termijn van 15 jaar die begint te lopen op de datum van het overlijden, indien dit overlijden zich minder dan 15 jaar voor het verstrijken van de concessie heeft voorgedaan.

Artikel 16: De retributie voor de hernieuwingen, vermeld in artikel 13 en 14 (vóór het verstrijken van de vastgestelde termijn), wordt proportioneel berekend op het aantal jaren dat de vervaldatum van de vorige concessie overschrijdt. Artikel 17: Hernieuwing van 50-jarige concessies, met of zonder kelder, verleend vóór 1 januari 1981, worden toegestaan volgens de regels van 50-jarige concessies. Artikel 18: Telkens na vijftig jaar en zonder vergoeding worden de hernieuwingen van de altijddurende concessies verleend vóór 13 augustus 1971, toegestaan overeenkomstig artikel 9 van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.

XII.

Terugneming en bestemmingswijziging

Artikel 19: In geval van terugneming van een geconcedeerd perceel of van een geconcedeerde nis, wegens openbaar belang of dienstnoodwendigheden hebben de concessiehouders recht op het bekomen van een perceel van dezelfde oppervlakte of een nis van dezelfde grootte, op dezelfde of op een andere begraafplaats in de gemeente. De kosten voor de overbrenging van de stoffelijke overschotten, de kosten voor de overbrenging van de grafzerken/ornamenten en desgevallend de kosten voor een vervangende grafkelder, zijn ten laste van de gemeente. Artikel 20: In geval van wijziging van de bestemming van de begraafplaats (sluiting van de begraafplaats) kan de concessiehouder geen aanspraak maken op enige vergoeding. Hij heeft het recht op het kosteloos bekomen van een grafruimte of een nis van dezelfde oppervlakte op de nieuwe begraafplaats als enige belanghebbende daartoe een aanvraag indient. De kosten voor de overbrenging van de stoffelijke overschotten zijn ten laste van de gemeente. De kosten voor de overbrenging van de grafzerken/ornamenten en desgevallend de kosten voor een vervangende grafkelder, zijn ten laste van de aanvrager.

XIII. Einde van een concessie Artikel 21: Een concessie neemt automatisch een einde indien er geen hernieuwing wordt aangevraagd of wanneer een hernieuwing wordt geweigerd. Ook in geval van verwaarlozing kan de concessie een einde nemen. De concessie kan eveneens een voortijdig einde nemen, mits uitdrukkelijke aanvraag hiertoe. Indien na de crematie door de nabestaanden nog een gezamenlijk schriftelijk verzoek wordt ingediend om de as te bewaren, uit te strooien of te begraven op een andere plaats dan de gemeentelijke begraafplaats, dan neemt de concessie pas een einde twee jaar na verwijdering van de urne uit een graf, columbarium of urnentuin. Artikel 22:

De gemeenteraad kan, op schriftelijk verzoek van de concessiehouder(s) een concessie voortijdig laten beëindigen. Bij beëindiging van een concessie op verzoek, kan de betaalde concessieprijs noch geheel noch gedeeltelijk teruggevorderd worden. De voortijdige beëindiging van de concessie wordt geconstateerd in een akte van de burgemeester of zijn gemachtigde. Die akte wordt een jaar lang bij het graf en aan de ingang van de begraafplaats uitgehangen. Na het verstrijken van die termijn en voor zover geen bezwaar, kan de gemeenteraad een einde stellen aan de grafconcessie. Bezwaren tegen een voortijdige beëindiging moeten schriftelijk worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen. Artikel 23: Wanneer een concessie om welke reden ook een einde neemt, worden de niet weggenomen graftekens en de nog bestaande ondergrondse constructies, na het verstrijken van de door het college van burgemeester en schepenen vastgestelde termijn, eigendom van de gemeente.

XIV.

Slotbepaling

Artikel 24: Gevallen niet bepaald in het huidig reglement worden geregeld door het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 3: Dit reglement zal bekendgemaakt worden overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het gemeentedecreet. Artikel 4: Dit reglement treedt in werking op 1 maart 2012. Artikel 5: Dit besluit wordt ter kennis gebracht van de provinciegouverneur door middel van de lijst overeenkomstig artikel 251 §1 van het gemeentedecreet.

----------

Agendapunt nr. 25: WIJZIGING VAN HET RETRIBUTIEREGLEMENT OP DE GEMEENTELIJKE BEGRAAFPLAATSEN

DE GEMEENTERAAD

Gelet op de artikelen 15bis, §2, tweede lid, 23bis en 32 van de wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging; Gelet op het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, gewijzigd bij het decreet van 10 november 2005 en bij het decreet van 18 april 2008; Gelet op de recente wijziging van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, meer bepaald van 9 december 2011, wat de bestemming van de asurne betreft; Overwegende dat dit decreet de bewaringsmogelijkheden van de as uitbreidt; Overwegende dat de nabestaanden ook na de crematie nog een gezamenlijk schriftelijk verzoek kunnen indienen om de as van de overledene op een andere plaats te bewaren, uit te strooien of te begraven dan de gemeentelijke begraafplaats;

Overwegende dat in dit geval de concessie twee jaar na de verwijdering vervalt zonder dat deze aanleiding kan geven tot een terugbetaling van de betaalde concessievergoeding; Overwegende dat de niet-terugbetaling in het retributiereglement verduidelijkt wordt, meer in het bijzonder in artikel 11; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria, gewijzigd bij het besluit van 2 december 2005; Gelet op het retributiereglement op de gemeentelijke begraafplaatsen, zoals vastgesteld in de gemeenteraad van 30 juni 2011; Overwegende dat de kostprijs voor de grafkelders gestegen is en meer bedraagt dan de retributie die vastgesteld werd in het gemeenteraadsbesluit van 30 juni 2011; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 21 november 2011 om de retributie voor een grafkelder vast te leggen op 750 euro; Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid op artikel 42 en 43; Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid op artikelen 186 en 187; Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid op artikelen 251, 252 en 253; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Het gemeenteraadsbesluit van 22 december 2012 tot vaststelling van het retributiereglement op de gemeentelijke begraafplaatsen wordt opgeheven op 1 maart 2012. Artikel 2: Het gewijzigd retributiereglement op de gemeentelijke begraafplaatsen wordt als volgt vastgesteld met ingang van 1 maart 2012:

RETRIBUTIEREGLEMENT OP DE GEMEENTELIJKE BEGRAAFPLAATSEN Artikel 1: Op de gemeentelijke begraafplaatsen worden concessies verleend. De concessies hebben betrekking op: - ofwel een perceel volle grond bestemd voor kist of urne; - ofwel een grafkelder bestemd voor kist of urne; - ofwel een nis in het columbarium; - ofwel een urnentuin bestemd voor plaatsing van keramische sierurne(n). Artikel 2: Afhankelijk van de soort concessie, wordt de retributie en de duurtijd als volgt vastgesteld: Soort concessie

Retributie

Duur

Perceel volle grond bestemd voor kist

250 euro

25 jaar

Perceel volle grond bestemd voor kist – kindergraf

125 euro

25 jaar

Perceel volle grond bestemd voor urne(n) – urnenveld

125 euro

25 jaar

Grafkelder bestemd voor kist

620 euro (+ 750 euro voor de kelder)

50 jaar

Grafkelder bestemd voor kist –ereperk

1.000 euro (+ 750 euro voor de kelder)

50 jaar

Grafkelder bestemd voor urne(n) – urnenveld

300 euro (+ 200 euro voor de kelder)

50 jaar

Nis in een columbarium

475 euro

50 jaar

Urnentuin bestemd voor plaatsing van keramische sierurne(n)

750 euro (incl. 1 keramische sierurne + 150 euro per bijkomende urne) De concessies hebben steeds betrekking op maximum 2 personen.

25 jaar

Indien een urne begraven wordt in een perceel volle grond of grafkelder bestemd voor een kist, dan geldt de respectievelijke retributie. De retributie voor de grafkelder (zijnde 550 euro voor een grafkelder bestemd voor kist of 200 euro voor grafkelder bestemd voor urne) is éénmalig verschuldigd bij de eerste aanvraag en wordt niet opnieuw aangerekend bij hernieuwing of bijzetting. Artikel 3: Behoudens het verlenen van een concessie, is de begrafenis van een kist of een urne in volle grond, de bijzetting van een urne in een columbarium en de uitstrooiing van as kosteloos voor: - de personen ingeschreven in het bevolkingsregister, het vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente; - de voormalige inwoners die om ouderdoms- of gezondheidsredenen onze gemeente verlaten hebben; - niet-geïdentificeerde lijken, aangetroffen op het grondgebied van Zulte. In elk van deze gevallen geldt: Begrafenis of bijzetting Begrafenis kist volle grond Begrafenis urne volle grond Bijzetting urne – columbarium

Retributie 0 euro 0 euro 0 euro

Duur 15 jaar 15 jaar 15 jaar

De begrafenis of bijzetting heeft in deze gevallen betrekking op één persoon. Artikel 4: Naast de oud-strijders (personen die het statuut van oud-strijder bekomen hebben) en de gelijkgestelden kunnen ook de kloosterlingen en priesters kosteloos rusten in volle grond en zonder beperking in duurtijd. Artikel 5: De retributie voor hernieuwingen vóór het verstrijken van de vastgestelde termijn, zoals bepaald in artikel 13 en 14 van het concessiereglement op de gemeentelijke begraafplaatsen, wordt proportioneel berekend op het aantal jaren dat de vervaldatum van de vorige concessie overschrijdt.

Artikel 6: In geval van bijzetting, draagt de concessionaris de kosten voor het wegnemen en terugplaatsen van de grafzerk. Artikel 7: In geval van ontgraving, wordt een ontgravingstaks van 250 euro aangerekend. Ontgravingen op gerechtelijk bevel, zijn vrijgesteld van de ontgravingstaks. Een nieuwe concessie neemt aanvang op het ogenblik van ontgraving en mits betaling van het tarief van de nieuwe wijze van teraardebestelling, zoals bepaald in artikel 2 van dit retributiereglement. Voor de verlopen periode tussen de begrafenisdatum en de datum van ontgraving wordt een retributie aangerekend van 10 euro per verlopen jaar. Artikel 8: Niet-inwoners van Zulte die een concessie aangaan of uitgestrooid worden, zijn steeds een eenmalige taks van 250 euro verschuldigd. Een uitzondering wordt gemaakt voor de personen die de gemeente Zulte hebben verlaten omwille van ouderdoms- of gezondheidsredenen. Artikel 9: Telkens na vijftig jaar en zonder vergoeding worden de hernieuwingen van de altijddurende concessies verleend vóór 13 augustus 1971, toegestaan overeenkomstig artikel 9 van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging. Artikel 10: De bedragen verschuldigd in uitvoering van dit retributiereglement dienen na facturatie betaald te worden aan de financieel beheerder, tegen ontvangstbewijs, of door overschrijving op het rekeningnummer van de gemeente. Artikel 11: Indien na de crematie door de nabestaanden nog een gezamenlijk schriftelijk verzoek wordt ingediend om de as te bewaren, uit te strooien of te begraven op een andere plaats dan de gemeentelijke begraafplaats, dan neemt de concessie pas een einde twee jaar na verwijdering van de urne uit een graf, columbarium of urnentuin. Het verval van de concessie geeft geen aanleiding tot terugbetaling van de betaalde concessievergoeding, noch geheel, noch gedeeltelijk.

Artikel 3: Dit reglement treedt in werking op 1 maart 2012. Artikel 4: Dit reglement zal bekendgemaakt worden overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het gemeentedecreet. Artikel 5: In uitvoering van artikel 253 §1 3° van het gemeentedecreet wordt binnen 20 dagen na het besluit een kopie overgemaakt aan de provinciegouverneur.

----------

Agendapunt nr. 26: VASTSTELLING LOCATIE HUWELIJKEN IN DEELGEMEENTE OLSENE

DE GEMEENTERAAD

Overwegende dat gedurende de periode dat onze gemeentelijke diensten gehuisvest zijn in het tijdelijk administratief centrum Karreweg, de gemeente dient te beschikken over een geschikte locatie waar huwelijken kunnen voltrokken worden voor de deelgemeente Olsene; Gelet op de wet van 12 juli 2009 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de plaats van het huwelijk betreft, waarbij een andere openbare plaats met een neutraal karakter, waarvan de gemeente het uitsluitend gebruiksrecht heeft, kan aangewezen worden om huwelijken te voltrekken; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen om vanaf 16 april 2012 en voor de duur van de huisvesting van de gemeentelijke diensten in het tijdelijk administratief centrum Karreweg, in deelgemeente Olsene de huwelijken te voltrekken in het Museum Adolphe Meheus, Kerkstraat 36; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen om het aantal aanwezigen op bovenvermelde locatie te beperken tot maximum 20 personen en op deze locatie niet te huwen de laatste vrijdag van de maand wegens viering van de huwelijksjubilarissen; Overwegende dat steeds kan geopteerd worden om de huwelijken op de vastgestelde locaties in deelgemeente Zulte en Machelen te laten plaatsvinden; Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: Vanaf 16 april 2012 en voor de duur van de huisvesting van de gemeentelijke diensten in het tijdelijk administratief centrum Karreweg, worden in deelgemeente Olsene de huwelijken voltrokken in het Museum Adolphe Meheus, Kerkstraat 36. Artikel 2: Het aantal aanwezigen op bovenvermelde locatie is beperkt tot maximum 20 personen en op deze locatie kan niet gehuwd worden de laatste vrijdag van de maand wegens viering van de huwelijksjubilarissen. Artikel 3: Afschrift van dit besluit zal overgemaakt worden aan de Procureur des Konings, Rechtbank van eerste aanleg te Gent.

----------

Agendapunt nr. 27: MEDEDELING AAN DE RAAD VAN HET BESLUIT VAN DE GOUVERNEUR D.D. 2 FEBRUARI 2012 BETREFFENDE DE JAARREKENING PER 31 DECEMBER 2010 VAN HET OCMW VAN ZULTE.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op het besluit van de Heer Gouverneur van Oost-Vlaanderen d.d. 2 februari 2012 houdende de goedkeuring van de jaarrekening over het boekjaar 2010 van het OCMW van Zulte; Overwegende dat de gemeenteraad tegen deze goedkeuring beroep kan instellen bij de Vlaamse Regering binnen een termijn van dertig dagen ingaande de dag na het versturen van het goedkeuringsbesluit van de Gouverneur;

Gelet op het artikel 90 § 2 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, gewijzigd bij decreet van 17 december 1997; Overwegende dat er door omstandigheden geen externe audit plaatsvond;

BESLUIT:

Enig artikel: Kennis te nemen van het besluit van de Heer Gouverneur van Oost-Vlaanderen d.d. 2 februari 2012 houdende de goedkeuring van de jaarrekening 2010 van het OCMW van Zulte.

----------

Agendapunt nr. 28: GOEDKEURING STATUTENWIJZIGING GEWESTELIJKE MAATSCHAPPIJ VOOR DE KLEINE LANDEIGENDOM HET VOLK EN AANDUIDEN VERTEGENWOORDIGER VOOR DE ALGEMENE VERGADERINGEN.

DE GEMEENTERAAD

Overwegende dat de gemeente Zulte aandeelhouder is van de cvba Kleine Landeigendom Het Volk, waarvan de zetel gevestigd is te Gent, Ravensteinstraat nr. 12; Gelet op het ontwerp van statutenwijziging dat door de sociale huisvestigingsmaatschappij aan de gemeente werd overgemaakt per brief d.d. 25 januari 2012; Overwegende dat in het nieuwe erkenningsbesluit voor sociale huisvestingsmaatschappijen ondermeer bepaald werd dat elke sociale huisvestingsmaatschappij de modelstatuten opgelegd door de Vlaamse Regering dient aan te nemen. Dit houdt ondermeer in dat de vennootschap het sociaal oogmerk dient aan te nemen; Overwegende dat de Buitengewone Algemene Vergadering hiervoor is voorzien op dinsdag 27 maart 2012 om 19 uur; vooraf zal de gewone Algemene Vergadering doorgaan met de statutaire goedkeuringen; Overwegende dat de Kleine Landeigendom Het Volk ook vraagt om een vertegenwoordiger te willen aanduiden voor de beide Algemene Vergaderingen; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad, en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en ter uitvoering van artikel 160 en 179 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gaat over tot de geheime stemming voor de aanduiding van de vertegenwoordiger: 22 raadsleden nemen aan de stemming deel; 22 stembiljetten worden neergelegd; De opening der stembiljetten heeft volgende uitslag: Luc Millecamps bekomt 14 stemmen en Sophie Delaere bekomt 7 stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: De voorgestelde statutenwijziging van de Kleine Landeigendom Het Volk wordt goedgekeurd. Artikel 2: Luc Millecamps wonende te 9870 Zulte, Kerselarenlaan 24, wordt aangeduid als afgevaardigde van de gemeente op de beide Algemene vergaderingen d.d. 27 maart 2012 van de cvba Kleine Landeigendom Het Volk waarvan de gemeente aandeelhouder is, en wordt gevolmachtigd om in naam van de gemeente deel te nemen aan alle beraadslagingen en stemmingen, alle notulen, de aanwezigheidslijst en andere documenten te ondertekenen en in het algemeen alles te doen wat nodig is om de belangen van de gemeente te behartigen op deze vergadering. Artikel 3: Afschrift van dit besluit zal aan de cvba Kleine Landeigendom Het Volk, Ravensteinstraat 12 te 9000 Gent overgemaakt worden. Artikel 4: Dit besluit wordt ook ter kennis gebracht van de heer Provinciegouverneur, door middel van de lijst bedoeld in artikel 251 § 1 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005.

----------

Bijkomend agendapunt nr. 1: STAND VAN ZAKEN MOGELIJKE SLUITING VAN DE OVERWEGEN OP ONS GRONDGEBIED.

Raadslid Simon Lagrange stelt dat spoorwegbeheerder Infrabel momenteel met 83 gemeenten overleg pleegt over de sluiting van de overwegen. Bij deze gemeenten hoort ook Zulte. Hij vraagt meer uitleg over de stand van zaken op ons grondgebied. De burgemeester antwoordt dat de situatie op vandaag niet gewijzigd is. We beschikken over geen bijkomende informatie. De werken aan de tunnel in de Waalstraat zouden aangevat worden rond oktober. De timing voor de Zaubeekstraat staat nog niet vast en zal in elk geval nà de realisatie van de tunnel in de Waalstraat ingepland worden.

----------

BESLOTEN ZITTING Agendapunt nr. 29: VERLENGING VAN DE AANGELEGDE WERVINGSRESERVE VOOR DE BETREKKING VAN GEMEENTESECRETARIS Op grond van artikel 28§1 van het gemeentedecreet in besloten zitting behandeld.

DE GEMEENTERAAD

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 23 april 2009 houdende de vaststelling van de wervingsreserve voor de betrekking van een gemeentesecretaris (niet-vergelijkend examen); Overwegende dat 2 personen werden opgenomen in de wervingsreserve, nl.: - Van Vynckt Tijs, Vierlindenstraatje 20, 9940 Evergem (71%), - Bohez Sylvie, Waregemstraat 124, 9870 Zulte (70%);

Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 23 april 2009 houdende aanstelling van mevrouw Sylvie Bohez tot gemeentesecretaris in statutair verband voor onbepaalde duur; Gelet op Afdeling III Wervingsreserves (art. 25 t.e.m. 27) van de Rechtspositieregeling – gemeente Zulte; Overwegende dat de geldigheidsduur van de reserve 3 jaar bedraagt en verlengbaar is voor zover de maximale geldigheidsduur de termijn van 5 jaar niet overschrijdt; Overwegende dat de wervingsreserve d.d. 23 april 2009 slechts geldig is tot en met 22 april 2012; Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen d.d. 6 februari 2012 om de wervingsreserve met de maximale geldigheidsduur te verlengen (t.e.m. 22 april 2014); Gelet op de personeelsformatie en het organogram zoals vastgesteld bij gemeenteraadsbesluit van 24 februari 2011; De VLD-fractie merkt op dat er geen geheime stemming dient plaats te vinden. Met algemene stemmen;

BESLUIT:

Artikel 1: De wervingsreserve aangelegd voor de betrekking van gemeentesecretaris te verlengen voor een periode van 2 jaar m.i.v. 23 april 2012. Artikel 2: Volgende persoon is opgenomen in de wervingsreserve: - Van Vynckt Tijs, Vierlindenstraatje 20, 9940 Evergem.

----------

Namens de gemeenteraad: (get.) Sylvie Bohez Secretaris

(get.) Henk Heyerick Burgemeester-voorzitter Voor eensluidend uittreksel

Sylvie Bohez Secretaris

Henk Heyerick Burgemeester

DE GEMEENTERAAD

Recommend Documents