De Familie
Schabbing 1360-2007
C.E. Schabbing
Op het omslag is de schenkingsoorkonde afgebeeld, waarbij Philip Volmers onder andere het goed en de hoeve Schabbing (Scabbinck) schenkt aan zijn broer Johannes Volmers, kloosterling in Münster, anno 1360.
2
De Familie Schabbing 1360-2007 Van oost naar west en weer terug, Von Ost nach West und wieder zurück
C.E. Schabbing Haarlem, 2007 Versie 2.0 internet: beperkte versie, met minder afbeeldingen en geen gegevens jonger dan circa 50 jaar
3
Op grond van de Auteurswet ligt het auteursrecht voor deze uitgave bij C.E. Schabbing, Haarlem. Ik geef u toestemming tot verdere verspreiding, met bronvermelding*, en met het uitdrukkelijke verzoek de privacy van ‘recente generaties’ te beschermen, zeker op internet. * U kunt deze uitgave aanhalen als: C.E. Schabbing, De Familie Schabbing 1360-2007, versie 2.0 internet, Haarlem 2007. Verkort als: Schabbing 1360-2007 2.0 internet.
1.
VOORWOORD
Dit is een waardeloze publicatie! Op het moment dat u haar ontving en begon te lezen was zij namelijk alweer verouderd. En anders is het wel over een week of over een maand. Want in die tussentijd is er een Schabbing verwekt, geboren, getrouwd, gescheiden, overleden, gesneuveld en begraven, afgestudeerd, ontslagen en aan een nieuw beroep begonnen, bevorderd of veroordeeld, verhuisd of geëmigreerd, ja, zelfs van naam of religie veranderd, van de aardbodem verdwenen of op een of andere manier medeplichtig aan het hopeloos en onomkeerbaar verouderingsproces van deze publicatie. Ook de samensteller is daar schuldig aan. Want niet alleen de burgerlijke staat of de maatschappelijke status van de Schabbingen veranderen natuurlijk, maar ook de kennis van en over de familie Schabbing. En die nieuwe inzichten leiden tot uitbreiding van gegevens, maar ook tot de ontdekking dat bepaalde inzichten niet juist waren en om aanpassing vragen. En daarmee is deze publicatie een juiste afspiegeling van de dynamische familie Schabbing. Ik hoop, lezer, dat u het mij niet kwalijk neemt dat ik u dit boek in de maag heb gesplitst en u zelfs durf te vragen om mee te werken aan het verouderingsproces ervan. Dus: trouw en rouw, verwek kinderen, publiceer of emigreer, ga naar de gevangenis en ontsnap op spectaculaire wijze, koop en verkoop grote landgoederen en failleer, ga dood of sta op uit de doden. Of, iets eenvoudiger, lever mij nog meer informatie over de Schabbingen en draag op die manier bij aan de voortzetting van ruim vijf eeuwen bekende geschiedenis van de Schabbingen. Tweede reden dat dit een waardeloze publicatie is, is dat zij niet af is. Nog steeds liggen veel waardevolle gegevens voor het oprapen, en ik heb er nog steeds te weinig tijd voor. Wel zijn er nu veel toezeggingen voor hulp waargemaakt, waarvoor mijn dank! Derde reden om dit een waardeloos verhaal te noemen is dat er fouten in zitten. En dan bedoel ik niet de mensen over wie het gaat, maar type- en taalfouten en inhoudelijke fouten. Ondanks spellingcontroles en andere checks en voorleggen aan anderen om commentaar zitten er dus nog missers in. Als u na lezing van deze herziene tweede versie ook behoefte krijgt om een steentje bij te dragen aan een actueel, volledig en foutloos verhaal, pak dan snel pen en papier en neem contact met me op. Ik wens u in ieder geval veel leesplezier! Haarlem, oktober 2007 Drs. C.E. (Kees) Schabbing
5
INHOUDSOPGAVE
1.
VOORWOORD
5
2.
INLEIDING
9
2.1.
MET DANK AAN…
9
2.2.
LEESWIJZER, TOELICHTING OP DEZE PUBLICATIE
11
2.3.
ZUSAMMENFASSUNG AUF DEUTSCH
11
3.
OUDSTE VERMELDINGEN VAN DE NAAM SCHABBING
13
4.
DE EERSTE GENERATIES SCHABBING, ONS NU BEKEND
17
4.1.
VAN ALSTÄTTE NAAR OTTENSTEIN: GENERATIE EEN TOT EN MET ZES
17
4.2.
INTERMEZZO: DOOPGETUIGENISSEN EN BELASTINGEN
23
4.3.
DE ZEVENDE EN ACHTSTE GENERATIE: ROND 1640-1670
26
5.
GO WEST YOUNG MAN I
31
5.1.
GASTARBEIDERS EN EMIGRANTEN
31
5.2.
DE NEGENDE GENERATIE: GO WEST YOUNG MAN
34
6.
GOING BACK TO MY ROOTS 6.1. 6.2. 6.3.
7.
37
GENERATIE TIEN EN ELF IN DUITSLAND (18E EEUW)
37 E
GENERATIE TWAALF EN DERTIEN IN DUITSLAND (19 EEUW) E
39 E
GENERATIE VEERTIEN - ZEVENTIEN IN DUITSLAND (20 EN 21 EEUW)
41
DE EERSTE DRIE GENERATIES SCHABBING IN HOLLAND: 18E EEUW
42
7.1.
GENERATIE EEN EN TWEE IN HEEMSTEDE
42
7.2.
DE DERDE GENERATIE IN HEEMSTEDE
46
7.3.
DE DERDE GENERATIE: RIJK IN NOORDWIJK
46
DE VIERDE EN VIJFDE GENERATIE IN HOLLAND: 19E EEUW
8. 8.1.
DE VIERDE GENERATIE IN HEEMSTEDE
50 50
8.2. DE VIERDE GENERATIE GAAT ZUID EN NOG ZUIDELIJKER 8.2.1. BENNEBROEK 8.2.2. NOORDWIJK
51 51 52
8.3.
53
DE VIJFDE GENERATIE: KINDERRIJK!
6
9.
DE ZESDE GENERATIE: TWEEDE HELFT 19E EEUW
60
9.1.
KINDEREN VAN JAN SCHABBING (V-E) EN MARIA ELISABETH MERTENS
60
9.2.
KINDEREN VAN PIETER SCHABBING (V-F) EN ALBERTA ROTHUIZEN
61
9.3.
KINDEREN VAN MARTINUS FRANCISCUS SCHABBING, ZOUAAF
62
9.4.
ZOON VAN WILLIBRORDIS (V-I) SCHABBING EN MARIA JONGBLOED
65
10.
DE ZEVENDE GENERATIE: BEGIN 20E EEUW
10.1.
KINDEREN VAN DIVERSE SCHABBINGEN
66 66
10.2. KINDEREN VAN JAN SCHABBING (VI-j) 10.2.1. HUWELIJK MET GEERTJE BOUKES
66 66
10.3.
66
DE ZOONS VAN DIRK (VI-k) DOEN HET ANDERS
11.
DE ACHTSTE GENERATIE: ROND HET MIDDEN VAN DE 20E EEUW
67
12.
DE NEGENDE EN TIENDE (JONGSTE) GENERATIE IN HOLLAND
68
13. SCHABBINGEN WAARMEE NOG GEEN FAMILIERELATIE IS AANGETOOND
69
14.
GO WEST YOUNG MAN II . SCHABBINGEN IN AMERIKA EN ENGELAND79
15.
NAWOORD
81
16.
BIJLAGEN
82
16.1.
STAMBOMEN
82
16.2. FRAGMENTEN UIT ZOUAVENBLOED 16.2.1. ‘ZOUAVES EN AVANT. VIVE PIO NONO’. 16.2.2. DIRK
85 85 88
16.3.
MIJN WAAR LEVEN VAN AF MIJN GEBOORTE
91
16.4.
VROUWE JUSTITIA EN DE SCHABBINGEN
92
16.5.
DE DORPEN HEEMSTEDE EN BENNEBROEK
93
16.6.
DE SLEUTEL IS DE PETER EN DE METER
95
16.7.
NAMEN
97
16.8.
STATISTIEKEN
100
16.9.
LIJST VAN IMMIGRANTEN IN AMERIKA
101
16.10.
LIJST VAN AFBEELDINGEN
104
16.11.
AFKORTINGEN EN VERKLARENDE WOORDENLIJST
104
17.
BRONNEN EN LITERATUUR
108
7
18.
INDEX OP BEROEPEN, NAMEN EN PLAATSEN
8
113
2.
INLEIDING
2.1.
MET DANK AAN…
Van oost naar west en weer terug. Dat wijst op een niet al te vaste kompasnaald en geeft aardig de reislust of de onrust van enkele leden van de familie Schabbing weer. En dan heb ik het nog niet eens over de noord- en zuidkoers die ze hebben gevaren. We zullen echter in de geschiedenis van de Schabbingen ook zien dat een groot deel van de familie op dezelfde plaats is gebleven, al vijf eeuwen of nog langer. Ik probeer verschillende doelen met deze publicatie te bereiken. De nieuwsgierigheid van familieleden bevredigen: is ‘die en die een neef van ons?’; mensen een familie terug te geven die ze deels door oorlog en moord hadden verloren; een kale stamboom te bekleden met mensen van vlees en bloed; de invloed van de woonomgeving op het doen en laten van de Schabbingen te schetsen; de gevolgen van de tijdsomstandigheden voor de leden van de familie. Die tijdsomstandigheden waren heftig: zie de belevenissen van de Schabbingen onder extreme situaties, zoals Bommen Berend (Kanonen Bernd), het Vreemdelingenlegioen in Vietnam (Dien Bien Phu), het Zouavenleger, het verzet in WO II en Tsjechische steenkolenmijnen. Ik probeerde ook uit te vinden of de Schabbingen de tijdsomstandigheden en hun omgeving hebben beïnvloed. Ik denk echter dat de Schabbingen meer volgden dan leidden. Ik wil deze familiegeschiedenis van de Schabbingen optekenen aan de hand van zoveel mogelijk verschillende bronnen: archieven, boeken, film-, foto- en geluidfragmenten, internet en gesprekken met de leden van de familie zelf. De archiefbronnen in deze versie zullen vooral de doop-, trouw- en begraafboeken (DTB) en registers van de burgerlijke stand (BS) zijn1. Een andere belangrijke bron is de doctoraalscriptie van Jan Willem Regenhardt, Zouavenbloed, over onder andere enkele leden van de familie Schabbing. Bij het schrijven van deze scriptie dacht Jan Willem willekeurige doorsnee mensen als studiemateriaal te krijgen. Zijn conclusie is echter dat hij bijzondere mensen getroffen heeft. Ik hoop dat de lezer van deze geschiedenis daar straks een goed eigen oordeel over kan vellen. Na verspreiding van de eerste versie (2004) hoopte ik op aanvullingen, die ons naar nieuwe bronnen, afbeeldingen enzovoorts zouden leiden. Dat is gelukt! Ik heb veel reacties gekregen, ook door de publicatie van een deel op internet. Alvast hartelijk dank voor uw reacties en ga daar vooral mee door. Waardevolle bronnen, nog te onderzoeken, zijn de schutterijregisters en de indemniteitsverklaringen van de stad Haarlem, de dag- en nachtrapporten van de gemeentepolitie, de rechterlijke en notariële archieven, de Vrede- en politiegerechten in Noord-Holland, de registers van de burgerlijke stand en het bevolkingsregister en de archieven van de Kamer van Koophandel. Naar welke gegevens, van belang bij het optekenen van een familiegeschiedenis, ben ik nog meer op zoek: •
1
Voor- en achternamen, doopnaam, roepnamen en bijnamen; ook van de partners.
De verklaring van afkortingen, begrippen en termen kunt u vinden in het hoofdstuk Afkortingen en verklarende woordenlijst.
9
•
• • • • •
• • • • • •
Geboorte- en doopdata, huwelijks- en echtscheidingsdata, overlijdens- en begraafdata. Van deze belangrijke gebeurtenissen in een mensenleven wil ik ook graag de plaatsen weten. Emigratiegegevens indien van toepassing. Religie. Opleiding na de lagere of middelbare school. Beroepen. Gegevens over huizen, adressen en woonplaatsen. Ook algemene gegevens over de woonplaats zijn interessant, zoals aantal inwoners in een bepaalde periode, beroepssamenstelling, sociale opbouw, veel voorkomende beroepen, welvaart en armoede. Gegevens over (weigeren van) militaire dienst; onderscheidingen. Bezittingen of schulden, faillissementen, testamenten en schenkingen. Contacten met politie of justitie. Publicaties door of over Schabbingen of over hun woon- en werkomgeving. Afbeeldingen enzovoorts. Typerende uiterlijke kenmerken van de Schabbingen of karaktertrekken.
Ik verzoek u dan ook vriendelijk om te reageren op onderstaande geschiedenis van de familie Schabbing. Uw reacties kunt u - bij voorkeur / vorzüglich via e-mail - richten aan: C.E. Schabbing Van der Meerstraat 15 (NL-) 2023 DX HAARLEM 023-5263342 E-mail:
[email protected]
Bij mijn onderzoek heb ik dankbaar gebruik gemaakt van tal van archiefinstellingen in Nederland en Duitsland, met als belangrijkste bronnen: het Rijksarchief in Noord-Holland en de Archiefdienst voor Kennemerland, beide in Haarlem2, het bisschoppelijke archief en het Staatsarchiv te Münster en het Stadtsarchiv te Ahaus, het Nationaal Archief in Den Haag en het NIOD te Amsterdam. Eén ding hadden de archiefdiensten gemeen: enthousiasme en daarmee samenhangend een goede dienstverlening. Een andere belangrijke bron was het internet, een relatief nieuwe mogelijkheid om wereldwijd informatie over genealogie en over de Schabbingen te vergaren. Verder ben ik veel dank verschuldigd aan mensen in mijn omgeving, die mij met raad, daad en geduld terzijde hebben gestaan. Met het risico dat ik iemand vergeet, waarvoor bij voorbaat mijn excuses, noem ik hier Jan Willem Regenhardt, Bennie Blom, de Schabbingen An (Haarlem), Piet (Breezand), Tinus † (Amsterdam), Mariella Vollebregt (Rotterdam), Miriam DalsheimSchabbing (Annen) en Geertje en Henk Wind-Schabbing (Harlingen), Rudolf Schabbing (Münster), Jan Schabbing en Thea Post (IJmuiden) en vooral mijn vrouw Bernadette de Jong.
2
Ingaande 2005 gefuseerd in het Noord-Hollands Archief, NHA. In deze familiegeschiedenis hanteer ik de oude en nieuwe benamingen door elkaar.
10
2.2.
LEESWIJZER, TOELICHTING OP DEZE PUBLICATIE
In deze publicatie zijn de leden van de familie Schabbing per generatie opgenomen. Elke generatie is oplopend in de tijd met een romeins cijfer aangegeven, beginnend met I . Zodra één van de Schabbingen zich in Holland vestigt is ook die met een I genummerd, om het begin van de nieuwe Hollandse tak aan te geven. Binnen een generatie is de volgorde van de kinderen aangegeven met een letter, beginnend met a, b, c en zo verder. VI-c betekent dus: 6e generatie, derde kind. Binnen een gezin staat per kind een verwijzing naar de generatie en de letter. Door alle nieuwe gegevens die na de eerste publicatie binnenkwamen, is het niet meer gelukt om deze systematiek helemaal consequent vol te houden. In het achterliggende programma Hazadata is dat wel correct bijgehouden. Zie verder ook de Inhoudsopgave, de Index en het hoofdstuk Stambomen voor een goed overzicht. Een rode draad in het boek is mijn eigen stamboom: al mijn voorvaders zijn in vet aangegeven. Bovendien vindt u aan het begin van een paragraaf als leidraad een kleine, vereenvoudigde grafische stamboom. Kijk voor een voorbeeld maar eens op op pagina 17. Verder zijn ter verduidelijking opgenomen: koppelingen naar internetpagina’s, e-mailadressen en voor de lezers van de digitale versie zijn er snelkoppelingen. De basisgegevens zijn verwerkt met de programma’s Hazadata 7.2, Aldfaer 3.3.2 en tekstverwerker Word. De laatste gegevens zijn verwerkt rond september 2007. Dit is versie 2.0 van de familiegeschiedenis. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van versie 1.0 zijn de actualisering van gegevens (er zijn Schabbingen geboren, overleden of getrouwd), de correctie van type- en taalfouten, de aanvullingen van Rudolf Schabbing en van de heren Effkemann en Schapker/Schabbing (hoofdstuk 13) en vooral de uitbreiding van de gegevens over de Friese tak van de Schabbingen (zie paragraaf 10.2.1) Op grond van de Auteurswet ligt het auteursrecht bij mij, C.E. Schabbing. Ik geef u toestemming tot verdere verspreiding, met bronvermelding, en met het uitdrukkelijke verzoek de privacy van ‘recente generaties’ te beschermen.
Deze internetversie is bedoeld om een indruk te geven van de familiegeschiedenis. De volledige versie is 186 pagina’s groot, heeft een omvang van 36 Mb, bevat circa 50 afbeeldingen en ook actuele informatie. Vanwege de privacy van leden van de familie en om de omvang op internet beperkt te houden is dus flink geknipt in het verhaal. Neem vooral contact op met Kees Schabbing als u een volledige versie wilt hebben.
2.3.
ZUSAMMENFASSUNG AUF DEUTSCH
Die älteste bekannte Erwähnung des Namens Schabbing ist 1360 in der Ortschaft Alstätte. Heute, beinahe 650 Jahre später, wohnen und arbeiten dort noch immer Mitglieder der Familie Schabbing. Aber nicht alle sind dort geblieben. Im Münsterland treffen wir Mitglieder an in Ottenstein, Münster und Umgebung. Und vielleicht überraschend ist es, daß der Name Schabbing auch in den Niederlanden, besonders in Holland auftaucht.
11
Angenommen wird, daß Johannes Bernardus Schabbing, getauft 10. August 1710 in Ottenstein, um 1733 nach Holland gezogen ist, um dort sein Glück zu probieren. Sein älterer Halbbruder Adolphus, der auch nach Haarlem, Holland zog, heiratete dort, bekam Kinder, aber blieb nicht in Holland. Er ging zurück nach Ottenstein und bekam dort auch Kinder. Sein Nachwuchs sind wahrscheinlich Verwandte von Ihnen. Noch viele Jahre blieb der Kontakt, aber, wie das öfter geht, lockerte sich das. Kinder, Enkel und spätere Nachkommen von Johannes sind in der Umgebung von Haarlem, Zuid-Kennemerland, geblieben. Erst seit 1999 gibt es wieder Kontakte zwischen holländischen und deutschen Verwandten via Jan und Kees Schabbing (Haarlem) und Rudolf Schabbing (Münster), weil die beiden Nachforschungen machten nach ihrer Familiengeschichte. Hoffentlich können Sie diese Veröffentlichung auf Niederländisch lesen und vielleicht können Sie mir weiterhin behilflich sein bei meinen weiteren Forschungen. Diese Internetausgabe hat weniger Abbildungen und hat wegens Privacy keine Auskünfte über die jungste Generationen.
12
3.
OUDSTE VERMELDINGEN VAN DE NAAM SCHABBING
De geschreven geschiedenis van de naam Schabbing en waarschijnlijk van de gelijknamige familie begint, voor zover ons in het jaar 2007 bekend, in het Duitse plaatsje Alstätte. Dit plaatsje ligt vlak over de Nederlandse grens, ruim vijf kilometer zuidelijk van Enschede. De naam Alstätte (dus niet: Altstätte) duidt op een heilige oudgermaanse plaats of heiligdom, die ook op andere plaatsen in de omgeving terug te vinden is. De eerste verwijzingen naar het plaatsje dateren van 1151 en 1188, met daarin onder andere een uitgebreide lijst met bezittingen. Een rechtstreekse verwijzing naar de naam Schabbing duikt twee eeuwen later op. In een akte van schenking, gedateerd 12 februari 1360, schenkt Philip Volmars, leek in het bisdom Münster, aan zijn broer Johannes Volmars, geestelijke in het bisdom Münster, onder andere het huis of de hoeve Schabbing in de parochie Alstätte, gelegen in het bisdom Münster, met alle daartoe behorende huizen, rechten en toebehoren. De oorspronkelijke tekst luidt (fragment): ‘ (...) necnon domum sive mansum Scabbinch in parrochia Alstede, dicte Monasteriensis diocesis, situatum cum isparum domorum sive mansorum areis, iuribus et pertinenciis universis (...)’ 3 Hieronder volgt een samenvatting van de akte, in het Duits en in het Nederlands: Der Offizial, geistlicher Richter des Hofes zu Münster, bekundet, daß vor seinem Gericht Philipp Volmars, Laie des Bistums Münster, ungezwungen und aus freiem Entschluß in Form einer unwiderruflichen Schenkung zwischen Lebendem seinem leiblichen Bruder Johannes Volmars, Kleriker des Bistums Münsters, sein Haus oder seine Hufe Niehus im Kirchspiel Haaksbergen, Bistum Utrecht, und das Haus oder die Hufe Schabbing im Kirchspiel Alstätte, Bistum Münster, mit allen zugehörigen Hausstätten, Rechten und Zubehöringen übertragen und auf alle Rechte daran verzichtet habe, so daß dieser von nun an damit nach Belieben tun und lassen könne, was er wolle. De geestelijk rechter van het Hof te Münster, maakt bekend dat Philipp Volmars, leek in het bisdom Münster, ongedwongen en uit vrije wil, in de vorm van een onherroepbare schenking, aan zijn broer Johannes Volmars, geestelijke in het bisdom Münster overdraagt: zijn huis of hoeve Niehus in de parochie Haaksbergen, in het bisdom Utrecht, en het huis of de hoeve Schabbing in de parochie Alstätte, bisdom Münster, met alle behuizingen, rechten en toebehoren. Philipp ziet af van alle rechten, zodat Johannes van nu af aan daarmee doen en laten kan wat hij wil.
3
Quellen Ottenstein p. 18-19; parochie-archief van Ottenstein. Tegenwoordig Bistumsarchiv Münster (BAM).
13
Afbeelding 1 De schenkingsakte uit 1360
Deze schenking zegt nog niet direct iets over de familie Schabbing, maar wel over een hof (hoeve), grote boerderij of landgoed met de naam Schabbing. In die tijd was het gebruikelijk dat pachters van een dergelijk bezit ook de naam van het landgoed aannamen. En dat leidde waarschijnlijk tot het ontstaan van een familie genaamd Schabbing rond 1450. En mogelijk later, in de tweede helft van de 17e eeuw en in de 18e eeuw, tot nieuwe families Schabbing, die wel de naam droegen, maar geen bloedverwanten waren. Zie hiervoor ook hoofdstuk 13, op pagina 69. Onderzoek naar veld- en kadasternamen in 1827 en 1987 wijst uit dat de naam Schabbing nog steeds in dit gebied verbonden is met boerderijnamen, veldnamen en andere geografische aanduidingen. In de volksmond, aldus Heinrich Holters, voorzitter van de Heimatverein Alstätte, was ‘Schabbing’ vroeger een aanzienlijke boerenhof in Alstätte.
14
Over deze hoeve is nog het volgende bekend: Hof Schabbing, gehört zur Vikarie Alstätte. Schatzt 21 Schilling/Monat. Deze opbrengst van 21 schilling per maand is flink hoger vergeleken met andere hoeven. Bron: Heberegister des Amtes Ahaus von 1679. Waarom bovenvermelde schenking plaatsvond is ons niet bekend en we kunnen er alleen naar gissen. Was de ene broer gewoon aardig voor de andere, wilde Philip Volmars zijn zieleheil veilig stellen of was de waarde van het landgoed gedaald en wilde hij er van af? De 14e eeuw vertoonde, vergeleken met de voorgaande eeuwen, een economische teruggang en West-Europa kampte in de jaren 1360 ook met een klimaatverslechtering. De winter van 13581359 staat bekend als zeer koud en de slechte zomer wordt gekenmerkt door aanhoudende regen en mislukte oogsten4. Kunnen dit oorzaken zijn van deze transactie? Ik ben bang dat we het nooit te weten zullen komen, maar de naam Schabbing stond op de kaart! Rudolf Schabbing berichtte mij in maart 2007 dat hij Heinrich Holters wilde bezoeken voor een vervolgonderzoek naar het landgoed Schabbing. Ten tijde van de publicatie van deze tweede versie heb ik nog geen nadere informatie ontvangen, maar we wachten geduldig af. Meer over de naam Schabbing en haar betekenis is te vinden in de bijlagen, op pagina 97. Over Ottenstein en Alstätte in deze tijd is al het nodige gepubliceerd, waar ik dan ook graag naar verwijs: zie de Literatuuropgave op pagina 108.
De Schabbingen gaan van Alstätte naar Ottenstein De oudste Schabbingen kwamen dus uit Alstätte en zijn vermoedelijk rond of iets na 1500 naar Ottenstein getrokken. De reden voor deze verhuizing is niet bekend en zal vermoedelijk nooit duidelijk worden. Wel valt omstreeks deze tijd de neergang van het adellijke geslacht Hackfort te vermelden. Had dit misschien gevolgen voor de economie in Alstätte en leidde dit zodoende tot het vertrek van de Schabbingen naar Ottenstein5? Of moeten we de oorzaak van hun verhuizing zien als gevolg van natuurlijke oorzaken, zoals misoogsten, te droge zomers of te koude winters? Is het een verlate nasleep van de droge zomer van 1447, waardoor in Westfalen bijzonder veel dorpen in vlammen opgingen6? Kan het begin van de ‘Kleine IJstijd’ een rol hebben gespeeld bij hun vertrek? In Soest, Westfalen, een plaats, hemelsbreed 100 kilometer oostelijk van Ottenstein en Alstätte, vallen er in die tijd 1450 doden door de pest. In de Middeleeuwen was men trouwens bijzonder mobiel, meer nog dan nu. Men hoefde vaak geen boedel bij elkaar te pakken, want men had eenvoudig weg niets. Dus misschien heerste er in Alstätte een epidemie, waren er misoogsten of woedde er strijd en hebben de Schabbingen om die reden de wijk naar Ottenstein genomen. Andere oude vermeldingen van leden van de familie Schabbing trof ik aan in het Staatsarchiv Münster en hebben betrekking op inwoners van het plaatsje Ottenstein. In de belastingregisters en overzichten van inwoners in Ottenstein zien we vanaf 1537 de familienaam Schabbing (toen geschreven als Schabbinch) opduiken7. Ottenstein was een kleine vestingstad, ongeveer 5 kilometer ten zuiden van Alstätte en vijftien kilometer ten noordoosten van Winterswijk. De stichting van Ottenstein als vestingstad dateert van 1316, als bisschop Ludwig II van Münster aan Otto van Ahaus toestemming verleent om in 4
Buisman 2, p. 34-35, 200-201. Alsteer p. 65. 6 Buisman 2, p. 590. 7 Quellen Ottenstein p. 112 : Viehschatzung (veebelasting) uit 1537, Staatsarchiv Münster, Landesarchiv 96 III nr. 1 Bd. 6. 5
15
het moerasgebied genaamd Garbrock een burcht te stichten. Otto liet daar geen gras over groeien en in 1319 stond er al werkelijk een stenen burcht. Vanaf 1340 werd Ottenstein kerkelijk zelfstandig en kwam er ook een kapel, gesticht door Heinrich zu Ottenstein, in 1365 tot parochiekerk verheven. Daarna was de verhouding met de bisschop van Münster gespannen, wat niet verwonderlijk was na diens gevangenneming door een van de Ottensteiner heren. Prompt volgde in 1406 een oorlogsverklaring, èn een belegering die bijna twee jaar voortduurde. Natuurlijk won de bisschop deze strijd en nam deze de burcht in beslag. In het jaar 1706 bedroeg het aantal inwoners 566 personen. Een andere belangrijke bron is het archief van het bisdom Münster, in het bijzonder de aldaar gearchiveerde DTB van de rooms-katholieke kerk van Ottenstein. Door de eeuwen heen zal blijken dat de Schabbingen de katholieke kerk trouw blijven, ja zelfs met het wapen in de hand verdedigen. Ook Ottenstein bleven ze trouw, anno 2007 wonen er nog steeds Schabbingen. Het heeft er lang naar uitgezien dat het oudste kerkboek (1622-1662?) van de parochie in Ottenstein verloren was gegaan en daarmee ook een deel van de geschiedenis der Schabbingen. Na enige correspondentie met het bisschoppelijk archief is het register boven water gekomen, en kon ik het uitgebreid bestuderen. In een bericht over een visitatie van de parochie Ottenstein wordt overigens geconstateerd dat pastoor Haverhove een register bijhield met daarin de dopen, huwelijken en overlijdens8. Merkwaardig genoeg valt uit dit bericht af te leiden dat dit boek niet eerder dan sinds het aantreden van deze pastoor is bijgehouden en dat zou dan vanaf circa 1647 zijn, wat niet overeenkomt met eerdergenoemd jaar 1622. Wel wordt ook nog een Familienregister genoemd, met daarin een overzicht van alle in de parochie levende personen. Waar zou dat register zijn?
8
Quellen Ottenstein p. 86.
16
4.
DE EERSTE GENERATIES SCHABBING, ONS NU BEKEND
In de oudste belastingregisters betreffende Ottenstein, uit de jaren 1498 en 1499, staan nog geen Schabbingen vermeld9. Ik ga er van uit dat ze toen nog in het naburige Alstätte woonden en pas later naar Ottenstein zijn vertrokken. Dit lijkt te worden bevestigd door de Willkommschatzung im Fürstbistum Münster in het instituut Westmünsterland, Landeskundliches Institut des Kreises Borken, in Vreden, opgesteld onder leiding van Dr. Timothy Sodmann. Rudolf Schabbing heeft hier in maart 2007 nader onderzoek naar verricht en hij trekt de volgende conclusies. 1. In de dorpen van het ambt en de stad Ahaus zijn alleen Schabbingen in Alstätte aangetroffen. 2. Kunnen de namen Scopinck en Scobbink (aangetroffen in de plaatsen Vreden en Wessum, dicht bij Alstätte) schrijffouten zijn? Dus: Schabbingen? 3. De toenmalige inwoneraantallen wijken, qua verhoudingen, sterk af van de huidige. Er zijn ook verschuivingen in inwonertal zichtbaar waaruit een daling in Alstätte blijkt en een groei in Ottenstein. En dan gaan we nu naar de eerste, ons in 2007 bekende, Schabbingen. 4.1.
VAN ALSTÄTTE NAAR OTTENSTEIN: GENERATIE EEN TOT EN MET ZES
Voor een verklaring van de symbolen, zie paragraaf 16.11
I. Lambert Schabbing * ± 1440 † > 1470 │ II. Johan Schabbing * ± 1470 † > 1500 x N.N. │ III. Johan Schabbing * ± 1500 † > 1568 x Gese * ± 1500 † > 1568 │ IV. Thonis Schabbing * ± 1542 † > 1592 x Fie * ± 1545 † > 1570 │
9
Quellen Ottenstein p. 95 en 96: de Willkommschatzung für Ottenstein uit 1498 en een uit 1499. Meer over belastingregisters en burgerboeken als historische bron in het hoofdstuk Bronnen. Voor een verklaring van het begrip Willkommschatzung, zie paragraaf 16.11.
17
V. Alef Schabbing * ± 1575 † > 18-3-1629 x ± 1600 Anna * ± 1578 † > 1629 │ VI. Antony Schabbing * ± 1600 † > 1665 x ± 1629 Mechteld * ± 1600 │ VII. Adolphus Schabbing: zie § 4.3 ~ 5-6-1641 † 27-3-1697
I Lambert Schabbing, geschreven als Schabbinck en Schabinck, geboren te Alstätte rond 1440, overleden na 1470, minstens 30 jaar oud. Dit alles geschat en onder groot voorbehoud. Gegevens over deze Lambert zijn zeer summier. Zes jaar na het geschatte geboortejaar van Lambert Hij wordt genoemd in een Willkommwerd bij Münster, Westfalen, de laatste wilde Westschatzung van Alstätte, in 1498 en 1499, van Europese beer gedood. Zo woest was de geboortestreek van de Schabbingen! het bisdom Münster. Hij wordt in 1498 ge(Het tweede deel van) Lamberts naam heeft overigens noemd met vier personen (dan wordt ook niet betrekking op dit roofdier, maar betekent ongeveer zijn vermoedelijke zoon Johan genoemd) en ‘schitterend land’. in 1499, ook met vier personen. Zijn zoon bij een onbekende vrouw10: 1 Johan Schabbing, geboren rond 1470, volgt onder II. II Johan Schabbing, geboren rond 1470, overleden na 1500, minstens 30 jaar oud, zoon van Lambert Schabbing, (I). Ook over Johan zijn de gegevens zeer summier. Hij wordt genoemd in bovengenoemde Willkommschatzung. Hij wordt daar genoemd met vier personen en Johan Schabbinck, cum uxore (met vrouw). Zou hij daarna naar Ottenstein zijn vertrokken? En met welke reden? Johan was gehuwd met N.N. Uit dit huwelijk: 1 Johan Schabbing. In het Schatzregister der feurstatten des Amtes Ahaus und auf dem Braem (een register van een soort huisbelasting) wordt zijn naam geschreven als Schabbynck. In de Viehschatzung (belasting op het vee) van 1537 genaamd Schabbinch. En we zien zijn naam ook geschreven als Schabinck. Geboren rond 1500, volgt onder III. III Johan Schabbing, in het Schatzregister der feurstatten des Amtes Ahaus und auf dem Braem genaamd Schabbynck; in de Viehschatzung van 1537 genaamd Schabbinch en Schab(b)inck. Geboren rond 1500, overleden na 1568, minstens 68 jaar oud, zoon van Johan Schabbing (II) en N.N. Ook hier geldt weer: alle gegevens geschat en onder voorbehoud! 10
… onbekende vrouw: dat klinkt dramatischer dan het is. Ik beschik gewoonweg niet over de naam en dit zal nog heel wat keren terug te vinden zijn in deze publicatie.
18
Woonplaats: Ottenstein. Johan betaalt 1 ort in de veeschatting van 1537, net als het merendeel van de bewoners11. Johan was gehuwd met Gese, geboren rond 1500, overleden na 1568, minstens 68 jaar oud (gegevens zijn geschat!) Uit dit huwelijk: 1 Thonis Schabbing, geboren rond 1542, volgt onder IV. IV Thonis Schabbing, burgemeester in 1572, geboren rond 1542, wonende te Ottenstein, overleden na 1592 (dit is gebaseerd op Bürgerbuch p. 76 en 141). Minstens 50 jaar oud, zoon van Johan Schabbing (III) en Gese. Uitgangspunt, aanname: Thonis is de Thonis, genoemd in het Bürgerbuch op p. 76 en 120. Verder genoemd in de ‘Personenschatzung 1568’ (Willkommschatzung ... Ahaus und auf dem Bram), zie Quellen Ottenstein p. 115; idem in de ‘Kirchspielsschatzung’ van 1578, Quellen Ottenstein p. 117. Tonies wordt hier aangeslagen voor 6 s., geen bijzonder afwijkend bedrag. Thonis was gehuwd met Fie, geboren rond 1545, overleden na 1570, minstens 25 jaar oud. Fie was burgerkind. Uit dit huwelijk: 1 Alef Schabbing ook genaamd Adolf, geboren rond 1575. Zijn geboorte- overlijdensjaar en huwelijksjaar zijn onzeker of berekend op basis van statistische gegevens, volgt onder V. 2 Fie Schabbing, geboren rond 1580. Fie is op grond van uiteenlopende aanwijzingen, zoals doopgetuigenissen als kind van Thonis en Fie, hier geplaatst. Getuige bij doop van Bese Bolckers, 11 november 1627; idem bij Bruilte Schabbing, 19 oktober 1642? V Alef Schabbing ook genaamd Adolf, burgemeester van Ottenstein, 1615, geboren rond 1575. Zijn geboorte- overlijdensjaar en huwelijksjaar zijn onzeker of berekend op basis van statistische gegevens. Overleden voor 18 maart 1629, gebaseerd op Kerkboek (afgekort als Kb) Ottenstein I, p. 13, cq Bürgerbuch p. 120. Hoogstens 54 jaar oud, zoon van Thonis Schabbing (IV) en Fie. Andere functies: diverse keren genoemd als Gemeinsmann in 1605 en 1613. Zie Bürgerbuch. Is deze Alef de bewoner van het huis op de markt, genoemd in Quellen, p. 155? Alef is getrouwd rond 1600 voor de kerk, op ongeveer 25-jarige leeftijd met Anna (ongeveer 22 jaar oud), geboren rond 1578, overleden na 1629, minstens 51 jaar oud. Zij is getuige bij de doop van Joannes Stangens, 18 maart 1629, Kb I p. 13. Uit dit huwelijk (onder voorbehoud, sommige kinderen zijn wellicht foutief hier genoemd): 1 Gese Schabbing, geboren rond 1598, volgt onder VI-a. 2 Antony Schabbing, geboren rond 1600, volgt onder VI-b. ‘Geboorte- en overlijdensjaar zijn onzeker/geschat en/of berekend op basis van statistische gegevens’ (omwille van de 3 Anna Schabbing, geboren rond leesbaarheid samengevat in: circa). Vooral in deze fase van 1601, volgt onder VI-c. onderzoek ben ik gedwongen geweest om met schattingen, 4 Berndt Schabbing, geboren rond statistische berekeningen of gewoon giswerk aan de slag te 1605, volgt onder VI-d. gaan. Soms hielp de vermelding van een naam van de peter of meter of een huwelijksgetuige. Meer daarover in het artikel De 5 Johan Schabbing, geboren rond sleutel is de peter en de meter, van A.M. Schönwetter, 1606, volgt onder VI-e. opgenomen in de bijlagen.
11
Verder genoemd in het Bürgerbuch p. 76: Item Johan Schabinck unde Gese syn huisfrowe (...) dye borgerschap gewunnen seven unde vifftych, het ‘Schatzungsregister 1554’. Zie SaM/Quellen Ottenstein p. 113 als Johann Schabbinck et uxor. Aangeslagen voor 6 s., zoals de meeste inwoners; idem in de ‘Personenschatzung 1568’ (Willkommschatzung ... Ahaus und auf dem Bram), zie Quellen Ottenstein p. 115.
19
6 Hendrich ‘Schoenmaker’ Schabbing, geboren rond 1608, volgt onder VI-f. 7 Adolph Schabbing, geboren rond 1612. Aanname dat Adolph de zoon is van Alef en Anna. Is hij getuige bij de doop van Anna Herbers, 11 april 1640, Kb I, p. 25? 8 Henrich ‘Kuiper’ Schabbing, geboren rond 1615, volgt onder VI-g. VI-a Gese Schabbing, ook geschreven als Gesine, geboren rond 1598, dochter van Alef Schabbing (V) en Anna. Gese is op grond van uiteenlopende aanwijzingen, zoals doopgetuigen, als kind hier geplaatst. Getuige bij de doop van Johann Teiglers, 21 december 1622; idem bij Anna Brunnes, 17 december 1623; idem bij Hinderich Rewers, 15 oktober 1628; idem bij Engelbert Berning, 26 december 1662, Kb II. Gese was gehuwd met Tonnis Teiglers die getuige was bij de doop van Adolff Brunnen, Kb 1, 13 juni 1621 (?). Uit dit huwelijk: 1 Gerdt Teiglers, gedoopt op 1 juli 1622 (doopgetuigen waren Lucas Brunnes, Hinderich Schabbing en Maria Teiglers). 2 Maria Teiglers, gedoopt op 27 augustus 1623 (doopgetuige was Pia (=Christina) Schabbing). VI-b Antony Schabbing ook genaamd Tonnissen en Tonnis, ook geschreven als Schabbings of Schabbingh, geboren rond 1600. Uit meerdere mogelijkheden is Antony als meest waarschijnlijke directe voorvader naar voren gekomen. Bepalend daarbij zijn de namen (vernoemen), leeftijd, zijn rol als getuige bij dopen en zijn beroep. Maar dit alles is onder voorbehoud en het zou kunnen zijn dat ik een verkeerd uitgangspunt heb genomen of een verkeerde conclusie heb getrokken! Ik houd me aanbevolen voor aanwijzingen die ons op een ander spoor kunnen brengen. Beroep: Schneider (kleermaker), wonende te Ottenstein, overleden na 1665: jaartal gebaseerd op grond van vermelding in de Personenschatzung van 1664, Quellen p. 123 en doopgetuigenis van 1665, minstens 65 jaar oud, zoon van Alef Schabbing en Anna12. Andere gegevens: Tonnis Schabbing betaalt in de huisschatting van 1651 6 stuiver en 2 penning, een relatief laag bedrag, net als Heinrich Schabbing. Een andere Heinrich Schabbing betaalt dan 12 stuiver en 2 penning, een gemiddeld bedrag. Verder genoemd in de Personenschatzung van 20 september 1660: Register über die vermuge publicirten edicts sub dato den 20. Septembris 1660 ausgeschriebener persohnschatzung des wigboldts Ottenstein. Aangeslagen voor 3 stuivers, zijn vrouw ook voor 3 stuivers en een zoon voor 2 stuivers. Dit is een lager dan gemiddeld bedrag: Quellen Ottenstein p. 120. Aanname: deze Tonnies is dezelfde, als genoemd in Quellen Ottenstein, nr. 102, p. 122-123, Personenschatzung 1664: ‘Thonies Schabbinck, ein schnieder, aber wegen alter und mangel des gesichts kan das handtwerck nicht thuen, ex relatione pauper’(achter Thonies naam staat dan ook geen bedrag ingevuld). Arme Thonies: zijn leeftijd en gebrekkige gezichtsvermogen maken hem het kleermakerswerk onmogelijk. Gelukkig hoefde hij geen belasting meer te betalen… Zie ook zijn lotgenoot Henrich ‘kuiper’ Schabbing, op pagina 23. 12
Deze Antony is als doopgetuige genoemd in Kb Ottenstein 1, 13 juni 1621, bij de doop van Adolff Brunnen? Idem: van Bernd van den Berge, samen met Tonnis Schabbinck, schoenmaker! Kan het hier wellicht gaan om Hendrich Schabbing, ook schoenmaker? Zie Kb 1, 17 januari 1638? Idem: van Berndt Schluiters, Kb I, 14 augustus 1639? Idem: van Nicolaes Hausen, Kb I, 10 december 1639? Idem bij Henrich Aschebrock, 21 september 1664, Kb 1, p. 35. Idem bij Ursula Wyll, 9 februari 1665, Kb 1, p. 35 en Kb 2.
20
Antony is getrouwd rond 1629 voor de kerk, op ongeveer 30-jarige leeftijd met Mechteld. (ongeveer 30 jaar oud), getuige bij doop van Luniken (?) Kulen (?), 20 december 1637, Kb I, p. 23? Idem bij N.N. Schabbing, 23 april 1645, Kb I, p. 29? Uit dit huwelijk: 1 Joannes Schabbing, gedoopt op 16 juni 1630 Kirchenbuch I Ottenstein, pagina 14. (doopgetuigen waren Joannes (?) en Anna Schabbing). 2 Margareta Schabbing, gedoopt op 2 januari 1633 Kirchenbuch Ottenstein, pagina 18, nr. 1. (doopgetuigen waren Clara Beickers en Henricus Rewers)13. 3 Adolphus Schabbing ook genaamd Alif, gedoopt op 5 juni 1641 Kb 1 Ottenstein, pagina 27. (doopgetuigen waren Tonnissen Teiglers, Lünten Engelbers (?) en Liesabit Schabbing), volgt onder VII-a, zie pagina 26. 4 Gesina Schabbing ook genaamd Gese (?), geboren rond 1642. Het geboortejaar is berekend op basis van statistische gegevens. Overleden te Ottenstein op 27 juli 1689, Kb 2, fol. 186, ongeveer 47 jaar oud14. Is zij weduwe? Is zij al eens in Holland geweest, zie aantekening in Kb Ottenstein 2, fol. 193 verso)? En, zo ja, is zij dan misschien de (groot)moeder van de op pagina 75 genoemde Harmijntje Schabbing? Een lastig raadsel! 5 Hermana Schabbing, geboren rond 1643 (geboortejaar berekend op basis van statistische gegevens). Overige gegevens: doopgetuige bij … (?), 11 maart 1663. kerkboek Ottenstein 2, fol. 2. Onzeker! 6 Adelheid Schabbing ook genaamd Alheidis en Alheidt, geschreven als Schabling, gedoopt te Ottenstein op 20 mei 1646 Aanname. De doopinschrijving in Kb 1 is nauwelijks leesbaar. Kan ook een van haar zusters betreffen. Doopgetuigen waren Adolphen Bruner en Joannes Brockhausen (pastor), volgt onder VII-b.
Over de hiernaast genoemde pastor Brockhausen valt misschien nog een bijzonder verhaal te vertellen. Zou hij namelijk de zoon van de Vredener Pastor Heinrich Brockhausen kunnen zijn, genoemd in een oorkonde gedateerd 25 april 1607? Hij moest - samen met een lotgenoot - ‘innerhalb 14 Tagen ihre Konkubinen entlassen’. Dit was tenslotte de tijd van de opkomst van het protestantisme, met priesters die trouwden. En Vreden ligt vlak bij Ottenstein! Ook spoorde de ‘Generalvikar’ Brockhaus aan om een boek voor dopen en huwelijkssluitingen aan te leggen (waarschijnlijk als uitvloeisel van het concilie van Trente). En daar profiteren wij bij onze geschiedschrijving nu nog van. Bron: Gens Germana, maart 2004, pagina 18.
VI-c Anna Schabbing, geboren rond 1601, overleden na 1633, minstens 32 jaar oud, vermoedelijk een dochter van Alef Schabbing (V) en Anna15. Anna was gehuwd met Henrich Rewers. Uit dit huwelijk: 1 Hinderich Rewers, gedoopt te Ottenstein op 15 oktober 1628 (doopgetuigen waren Johan Rewers en Gesine Schabbing). 2 Bernardus Rewers, gedoopt te Ottenstein op 23 mei 1631 (doopgetuigen waren Antonis Schabbing en Anna Rewers). 3 Wilhelmus Rewers, gedoopt te Ottenstein op 24 juli 1633 (doopgetuigen waren Gerhardt Engelberts, Henrich Schabbing en Anna Rewers (?)).
13
Overige gegevens: doopgetuige op 27 december 1667, kerkboek Ottenstein 2, fol. 5 verso. Overige gegevens: doopgetuige bij Engelbert, zoon van Bernard Berning, 26 december 1662, kerkboek Ottenstein 2, fol. 2?; bij ..., 30 november 1665, Kb 2, fol. 3 verso. 15 Zij is getuige bij de doop van Anna Rewers, gedoopt 21 april 1630, Kb 1, p. 14. Ook bij de doop van Johan Schabbing, 16 juni 1630, KB 1, p. 14?
14
21
VI-d Berndt Schabbing, geboren rond 1605, zoon van Alef Schabbing (V) en Anna. Overige gegevens: doopgetuige bij doop Michael Brunenn, 15 januari 1623? Berndt was gehuwd met N.N. Uit dit huwelijk: 1 Alheidt Schabbing, geboren rond 1642. Haar geboortejaar is gebaseerd op de Kommunikantenverzeichnis 1693, volgt onder VII-c. VI-e Johan Schabbing, geboren rond 1606, zoon van Alef Schabbing (V) en Anna16. Johan was gehuwd met Erdruidt(?) N.N.. Uit dit huwelijk: 1 Adolph Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 31 januari 1649 Kb 1, p. 30. Doopgetuigen waren Tonnis Schabbing en Maria Vergiss (?). VI-f Hendrich ‘Schoenmaker’ Schabbing, van beroep Schomacher (schoenmaker), geboren rond 1608, overleden rond 1661, ongeveer 53 jaar oud, zoon van Alef Schabbing (V) en Anna. Zo genoemd ter onderscheiding van Henrich ‘Kuiper’ Schabbing. Genoemd in de Personenschatzung van 20 september 1660: Register über die vermuge publicirten edicts sub dato den 20. Septembris 1660 ausgeschriebener persohnschatzung des wigboldts Ottenstein, zie Quellen Ottenstein p. 119. Daarin is hij aangeslagen voor 12 stuivers, zijn vrouw voor 6 stuivers. Dit is een iets bovengemiddeld bedrag. Is hij de Hendrich, waarvan in de Hausschatzung van 1661 zijn weduwe wordt genoemd? Overige gegevens: getuige bij de doop van Christina Bardes, Kb 1, 3 april 1639? Idem bij Gerdt Teigler, Kb 1, 1 juli 1622?; idem bij dochter van Lucas Brunnes, 15 juni 1626? Idem bij doop Heilicke Banicke, 9 juli 1628?; idem bij doop van Catharine Schnell. Hendrich is getrouwd rond 1638 voor de kerk, op ongeveer 30-jarige leeftijd met Anna Schevenhauss (ongeveer 23 jaar oud), geboren rond 1615, overleden na 1649, minstens 34 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Anna Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 10 december 1634, Kb 1 Ottenstein, p. 20. (doopgetuigen waren Johan Ellingen, Xia (Christina) Engelbers en Mechtelt Schabbing). Is zij getuige bij de doop van Johan Acholt, 24 juli 1677, KB 1 p. 47/KB 2? 2 Bernhard Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 6 maart 1639 (doopgetuigen waren Johan ten Schevenhausen, Johan Schabbing en Bertichen Schnell), volgt onder VII-d. 3 Bruilte? Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 19 oktober 1642 Kirchenbuch 1, p. 28 (doopgetuigen waren Arnolt Baniken, Jannichen Boides (?) en Fie Schabbing). 4 N.N. Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 23 april 1645 Kb 1, p. 29. De tekst is nauwelijks leesbaar. Hier geplaatst op basis van doopgetuige Mechteld Schabbing. 5 Joanna Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 24 februari 1649 Kirchenbuch 1, p. 30 (doopgetuigen waren Henrich zum Schevenhaus en Gerard Roters). VI-g Henrich ‘Kuiper’ Schabbing, ook vermeld als Schabbinck, beroep Küper (kuiper), geboren rond 1615, overleden na 1664, minstens 49 jaar oud, zoon van Alef Schabbing (V) en Anna. Genoemd in de Personenschatzung van 20 september 1660: Register über die vermuge publicirten edicts sub dato den 20. Septembris 1660 ausgeschriebener persohnschatzung des
16
Overige gegevens: getuige bij de doop van Betruid Engelbers, Kb 1, 22 februari 1632; idem bij Gese Schonebeck, 31 juli 1663. Idem bij Sophia Herbers, 27 juli 1665, Kb 1 p. 35/Kb 2. Of gaat het om zijn neef Johannes?
22
wigboldts Ottenstein. Aangeslagen voor 3 en zijn vrouw ook voor 3 stuivers. Dit is een lager dan gemiddeld bedrag. Zie Quellen Ottenstein p. 120. Omdat uit de doopgegevens niet te herleiden is om welke Hen(d)rich het gaat, zijn relevante gegevens mogelijk ook te vinden bij Hendrich Schoenmaker Schabbing. Zie dus aldaar. Mogelijk dezelfde als Henrich Schabbinck, genoemd in de Personenschatzung 1664 in Quellen Ottenstein, nr. 102, p. 122? ‘Henrich Schabbinck, ist zwarn ein küper, kan aber wegen armuit und mangel der zuthaet das handwerck nicht thuen.’ Heinrich is dus weliswaar kuiper, Bij zowel Heinrich als Thonies Schabbing lezen we over armoede en maar kan door de armoede en gebrek aan werk. Een verklaring kan zijn dat zij in de zogenaamde gebrek aan werk zijn ambacht e Kleine IJstijd leefden en dat er juist in het derde kwart van de 17 niet uitoefenen. Zie ook zijn eeuw een terugval was in de wintertemperatuur. lotgenoot Thonies op pagina 20. Verder likt Duitsland nog zijn wonden na de Dertigjarige oorlog en heerst er pest. Dit treft heel Europa overigens; in de grote steden sterven er per week duizenden burgers aan. Maar vooral in Duitsland Te betalen belasting: 9 s. en 4 d.; leiden oorlog, opstand en ziekte tot een bevolkingsdaling van 16 naar zijn vrouw 4 s. en 8 d. Als 10 miljoen inwoners. kinderen genoemd: 2 kinderen, namelijk Elske en Alff, beide onder de twaalf jaar. Met deze leeftijden werd wel gerommeld, om verplichtingen (bijvoorbeeld belastingen) te ontlopen.
Henrich was gehuwd met Elisabit Herbers, ook geschreven als Oliken? Familienaam is niet zeker, gebaseerd op doopgetuigenissen. Zij is geboren rond 1616, overleden na 1664, minstens 48 jaar oud. Verdere gegevens: getuige bij de doop van Hermanus Herbers, 20 oktober 1636, Kb 1, p. 22? Idem: bij doop van Overhardt Herbers, 25 juni 1641. Andere getuige is Alif Rewers. Uit dit huwelijk: 1 Johennichen Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 4 december 1637 Kb. Ottenstein 1, p. 23. Doopgetuigen waren Berdt ten Broiell, Luniken Rewers (?) en Boson Herbers (?). Doopgetuige Berdt ten Broiell komt uit Wessum. 2 Elisabeth Schabbing ook genaamd Elske en Oliken, gedoopt te Ottenstein op 4 juni 1643 (doopgetuigen waren Aliff Rewers en N.N. Herbers, vrouw van Tonnis Herbers), volgt onder VII-e. 3 Alff Schabbing, geboren op 20 april 1645; de geboortedatum kan ook eerder liggen, rond circa 1640. Zie ook de opmerking over de betrouwbaarheid van belastingregisters bij genealogisch onderzoek. In aanmerking komt dan Aliff (Adolf) Schabbing, geboren 20 april 1645 (Kb 1, p. 29). De tekst is nauwelijks leesbaar en delen ontbreken. Peter bij de doop: o.a. Tonnis Schabbing. Deze Alff kan heel goed dezelfde zijn als Adolf, overleden 1697. Genoemd in de Häuserschatzung van 1680, Quellen Ottenstein nr. 103, p. 126. Te betalen: vijf stuivers en twee penningen, wat iets lager dan gemiddeld is.
4.2.
INTERMEZZO: DOOPGETUIGENISSEN EN BELASTINGEN
In de 17e en 18e eeuw zien we de Schabbingen heel wat keren als doopgetuigen optreden, zowel bij familieleden als bij stadgenoten. Zelfs als de Schabbingen naar Haarlem trekken zien we bekende namen als doopgetuigen; zouden familieden of vrienden helemaal uit Ottenstein zijn gekomen om de doop van een kleine Schabbing bij te wonen of gaat het om seizoenarbeiders die al evengoed in Haarlem en omstreken verbleven?
23
Ik heb zo veel mogelijk getracht doopgetuigenissen aan bekende personen te koppelen, maar dat is niet altijd gelukt en soms ook wel een gok gebleken. Hieronder som ik een groot aantal doopgetuigenissen op die Rudolf Schabbing en Jan Schabbing verzameld hebben uit de DTB van Ottenstein en die ik niet met enige zekerheid kon ‘koppelen’. De gegevens in deze tabel zijn niet verwerkt in Hazadata. Meer over de rol van peter en meter is te vinden in de bijlagen, De sleutel is de peter en de meter op pagina 95. Datum en bron
Dopeling
Ouders
Peter of meter
9 maart 1634 Kb 1, p. 20 20 oktober 1636, Kb 1, p. 22
Mechtelt
Molner
Xia (Christina) Schabbing
Hermannus
11 juni 1664, Kb 1, p. 34, Kb II 30 november 1665, Kb 1, p. 36, Kb 2
Adolphus Joannes Henrich
Joannes Brockhausen (Pastor), … Herbers en Oleken (=Elisabeth ?) Schabbing Tons Schabbing
30 november 1665, Kb 1, p. 36, Kb 2
Fiehe
2 januari 1667, Kb 2
?
28 mei 1667, Kb 1, p. 37, Kb 2
Lucas
27 december 1667, Kb I, p. 38, Kb 2 9 mei 1670, Kb 1, p. 41, Kb 2 2 januari 1673, Kb 1, p. 43 13 juli 1674, KB 1, p. 44, Kb 2
Grethe
Antonissen en Gese Herbers (?) Berndt Beringe en Gese Wilhelm Hewers en Aleke Engelbert Benning en Mechtelt Johan Zurkuhle en Merge (Hauptmann) Christian Wijll en Aleke Henrich Gerdes en Janneke Johan Milckers en Gertrudt ?
28 oktober 1676, Kb 1, p. 46, Kb 2
Anna Ursula
10 februari 1680, Kb 1, p. 49, Kb 2 20 januari 1681, Kb 1, p. 50, Kb 2 21 maart 1688, Kb 2
Henrich Elisabeth Gese
Henrich
Henrich Herbers en Margaretha Ho(ö?)lschers Engbert T(B?)erhaus en Janneke Berndt Giesbert Kempen (?) Caspar Abbing en Grethe
24
Henrich Hewers en Gese Schabbing Tonnis Schabbings vrouw Gese en Engelbert Hölschers Johan Schabbing en Margaretha Wijll Evert Engelbertz en Alheidt Schabbing Johan Schoppers en Margaretha Schabbing Tonnis Schabbing en Fiehe Engelbertz Alhet Schabbing en Augustinus Schonebecke Catharina Spoelman en Johan Schabbing
Aleke Schabbing en Hindrich Berchaus Johan Schabbing en Gerdrundt Milckers Berndt Schabbing en Gesteke Roters Berndt Schabbing
Belastingbetaling De Schabbingen hebben door de jaren heen natuurlijk ook belasting betaald. Een aantal belastinggegevens heb ik hier gebundeld, om een indruk te geven van de toenmalige belastingen en van de positie van de Schabbingen in de 17e eeuw. De meeste gegevens zijn afkomstig van het stadsarchief Ahaus, 01. Bauwesen, Bauwesen Specialia, Schatzungsregister des Wigbolds. Alte Signature 3.05.55-5363. Aantekening onderaan de pagina (zie inzet): Hindrich Schabbinch blifft schuldich von dessen sedele zwanzich ende ½ stuvers … . den 16 januar 1646. Hendrik wordt bij deze Schatzung redelijk hoog aangeslagen voor 30 stuivers, Tonnis tamelijk laag voor 20. In 1653 wordt Henrich ´Schoenmaker´ Schabbing aangeslagen voor 7 stuiver, Johan voor 2.8 en Alif voor 2.8. Ook andere aantekeningen wijzen uit dat de Hendrikken ‘Schoenmaker’ en ‘Kuiper’ hoger worden aangeslagen dan Thonis, zie o.a. de pagina’s 2, 4, 6 van de belastinggegevens. Verdere gegevens zijn o.a. te vinden op de pagina’s 8, 10 verso, 12-13, 24, 30, 46, 119. Uit het Hausstettschatzungsregister des Wigbolds Ottenstein van december 1661 (p. 30) blijkt iets van de woonomstandigheden. De voornaamste huizen worden aangeslagen voor 1.9.4. Daar zijn geen Schabbingen te vinden. De ‘geringere und halbe Haüser’ voor 0.18.8. Daar wordt Henrich Schabbing genoemd. Dan zijn er nog de Gadems (kleine eenkamerwoning) die voor 0.9.4 worden aangeslagen. Daar treffen we Henrich Schabbing’s Wittib (weduwe) aan, aangeslagen voor pf? En Thonis wordt ook voor 0.9.4 aangeslagen. De Hausschatzung van 1665 (p. 46) geeft een zelfde beeld. Nog meer belastinggegevens zijn te vinden in Quellen Ottenstein, Teil 2, Einwohnerlisten und Steuerregister op de pagina’s 107 en verder en in Jos Kaldenbach, Hollandgangers uit het Hannoverse ambt Ehrenburg, in Gens Germana jrg. 25, nr. 2, mei 1999, pagina 48-50.
25
Belastingregisters (Schatzungslisten) als bron voor genealogisch onderzoek kunnen een nadeel hebben, namelijk dat ze niet betrouwbaar zijn! In Münsterland betaalde, in deze periode, iedereen belasting die zijn twaalfde levensjaar volbracht had en dus werd het wel erg aantrekkelijk om met de leeftijd van kinderen te rommelen. Of kinderen werden niet opgenomen in deze lijsten. Het Bürgerbuch (burgerboek) is een andere belangrijke bron voor de geschiedenis van een stad en voor genealogisch onderzoek. Anders dan nu het geval is, vormde een stad een geheel van personen, die zich met een eed verplichtten alle lasten binnen de muren gezamenlijk te dragen. Onder deze voorwaarde konden burgers aanspraak maken op bepaalde rechten (bijvoorbeeld bescherming, uitoefenen van een beroep, handel drijven). Dit burgerrecht kon men verwerven door het afleggen van de genoemde eed en na betaling van een bepaald recht. Stond men in een bepaalde verhouding tot een heer (lijfeigenen), dan kon men niet burger worden van een stad. De vermelding van de Schabbingen in de burgerboeken geeft dus aan dat ze vrij waren. Dit belangrijke recht werd natuurlijk goed geadministreerd in de burgerboeken. Zie Ahaus, p. 9-10.
4.3.
DE ZEVENDE EN ACHTSTE GENERATIE: ROND 1640-1670
VII. Adolphus Schabbing ~ 5-6-1641 † 27-3-1697 x ± 1669 Gerdrund Vos * ± 1645 † >1706 │ VIII. Joannes Schabbing ~ 14-9-1670 † 12-9-1728 x 16-8-1705 Joanna Stangen † 31-3-1706
IX. Adolphus Schabbing ~ 7-2-1706 † 5-8-1773 zie § 5.2
x 27-11-1708 Anna Maria Erning † 30-10-1716 │ IX. Johannes Bernardus Schabbing ~ 10-8-1710 [] 10-12-1757 zie § 5.2
IX. Joanna Mechtilda Schabbing ~ 28-11-1714 † 17-1-1777 x 29-5-1763 Gerrit Jan Volkers * 15-10-1736 † 4-4-1819
Met de zevende generatie komen meer, betrouwbare gegevens voorhanden, te beginnen met: VII-a Adolphus Schabbing ook genaamd Alif, gedoopt op 5 juni 1641 te Ottenstein, overleden te Ottenstein op 27 maart 169717, 55 jaar en 9 maanden oud, zoon van Antony Schabbing, (VI-b, p. 20) en Mechteld. Adolf is als de vader van navolgende generaties gekozen uit andere mogelijkheden, gebaseerd op zijn naam en geboortejaar18.
17
1697 gold als een ongehoord koude en lange winter (Buisman 5). Zou dat Adolf de das hebben omgedaan? De gemiddelde leeftijd van gehuwde mannelijke Schabbingen met kinderen in het Ancien Regime lag namelijk rond de 60 jaar.
26
Adolphus is getrouwd rond 1669 voor de kerk, op ongeveer 28-jarige leeftijd met Gerdrund Vos, ook geschreven Gertrudis Vos, (ongeveer 24 jaar oud), textoris (weefster), geboren rond 1645, overleden na 1706, minstens 61 jaar oud. Zie Pfarrarchiv Ottenstein, p. 137, 1706, Quellen Ottenstein Status Animarum 170619. Mogelijk is zij genoemd als ‘Wittib Adolphus Schabbing’ (weduwe) in het Schatzungsregister des Wigbolds Ottenstein, Stadtarchiv Ahaus, 1701 (p. 92), waar zij wordt aangeslagen voor 7/3. Zij is getuige bij een doop op 4 april 1690, Kb 2. Uit dit huwelijk: 1 Joannes Schabbing ook genaamd Johan, gedoopt te Ottenstein op 14 september 1670 Kb 1 Ottenstein p. 41; Kb Ottenstein 2, fol. 7 verso (doopgetuigen waren Johan Vos (burgemeester) en Gese Westerholz), volgt onder VIII-a (p. 28). VII-b Adelheid Schabbing, ook genaamd Alheidis en Alheidt, ook geschreven als Schabling, gedoopt te Ottenstein op 20 mei 1646. Geboortejaar mede gebaseerd op de Kommunikantenverzeichnis 1693 en de Status Animarum 1706, Quellen Ottenstein p. 140. De doopinschrijving in Kb 1 is nauwelijks leesbaar. Kan ook een van haar zusters betreffen. Overleden aldaar op 15 augustus 1719, 73 jaar en 2 maanden oud, dochter van Antony Schabbing, ook geschreven als Schabbings of Schabbingh (VI-b) en Mechteld. Overige gegevens: is zij doopgetuige bij Heinrich Asbrock op 21 september 1664, kerkboek Ottenstein 2, fol. 2? Samen met Tonnis Schabbing. Zie ook doopgetuigenis van haar zuster Janneke, 1665. En is Aeleke Schabbing dezelfde als Adelheid, bij de doop van Joanna Assholt, op 3 juli 1672, kerkboek Ottenstein 2, fol. 8 verso? Idem Alheidis, getuige bij de doop van Lucas, zoon van Christian Pijl, 28 mei 1667, Kb Ott. II, fol. 5.
Beroep: vietoris (kuiper). Adelheid is getrouwd rond 1666 voor de kerk, op ongeveer 20-jarige leeftijd met Gerhard Lubbers, (ongeveer 31 jaar oud), geboren rond 1635 (geboortejaar gebaseerd op de Kommunikantenverzeichnis 1693), overleden voor 1706, hoogstens 71 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Dieterich Lubbers, gedoopt te Ottenstein op 19 april 1665 Kb 1, p. 35 en Kb 2 (doopgetuigen waren Elisabeth Schabbing en Engelbertus ... Pastor). 2 Catharina Lubbers, gedoopt te Ottenstein op 4 november 1667 Kb 1, p. 38 en Kb 2, fol. 5. (doopgetuigen waren Johan Schabbing, Elisabeth Schabbing en Catharina Lubbers), overleden na 1706, minstens 39 jaar oud. Zie Status Animarum 1706, Quellen Ottenstein p. 140. Hierbij de vermelding na haar naam ‘Wulf’ (familienaam?) en ‘devotessa’: zeer vroom. 3 Henricus Lubbers ook genaamd Hinrich, vietor (kuiper), gedoopt op 29 september 1673 p. 43 Kb1 (doopgetuigen waren Elisabeth Schabbing en Wehselus Berning), overleden na 1706, minstens 33 jaar oud. Zie ook Status Animarum 1706, Quellen Ottenstein p. 140. 4 Engelbert Lubbers, geboren rond 1678, overleden na 1693, minstens 15 jaar oud. 5 Gertrudis Lubbers, geboren in het jaar 1683, overleden na 1706, minstens 23 jaar oud. Status Animarum 1706, Quellen Ottenstein p. 140. VII-c Alheidt Schabbing, geboren rond 1642, geboortejaar gebaseerd op de Kommunikantenverzeichnis 1693, overleden te Ottenstein op 28 december 1693, ongeveer 51 jaar oud, dochter van Berndt Schabbing (VI-d) en N.N. 18
Is Adolf getuige bij de doop van Johan Nurnings (?), op 10 juli 1672, Kb II, fol. 8 verso? Idem 25 januari 1689; idem 5 maart 1690 (Adolf Vos); idem 14 december 1694 en 18 augustus 1695? Of gaat het om een van de andere Adolfs? Is deze Adolf dezelfde als Alff, geboren rond 1652? 19 Een Status Animarum is een overzicht van de gelovigen in een parochie, per huishouden opgesomd. Een belangrijke bron voor het onderzoek, want hier staan namen, leeftijden, beroepen en andere interessante gegevens van de parochianen.
27
Alheidt is getrouwd rond 1670 voor de kerk, op ongeveer 28-jarige leeftijd met Johan Abbing (ongeveer 30 jaar oud), geboren rond 1640, overleden op 14 november 1693. Uit dit huwelijk: 1 Hindrich Abbing, ook genaamd Henricus, gedoopt op 1 november 1673 (doopgetuige was Berndt Schabbing), overleden voor 1693, hoogstens 20 jaar oud. VII-d Bernhard Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 6 maart 1639, overleden na 1692, minstens 53 jaar oud, zoon van Hendrich Schoenmaker Schabbing (VI-f) en Anna Schevenhauss. Genoemd in de Häuserschatzung van 1680, Quellen Ottenstein nr. 103, p. 125. Van enige huizen wordt de staat vermeld, waaronder Berndt's. Het huis verkeert in ‘schlechter condition’, maar wel met een ‘spieker’ (Speicher, d.i. een zolder of voorraadkamer). Te betalen: vier stuivers, wat lager dan gemiddeld is. Bernhard is getrouwd te Ottenstein op 23 december 1687 Kb Ottenstein 2, fol. 148, op 48-jarige leeftijd met Christina Brockhaus. Uit dit huwelijk: 1 Antonius Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 8 september 1688 (doopgetuigen waren Johan Abbing en Geseke (?)), volgt onder VIII-b. 2 Henricus Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 4 juni 1690 Kb II Ottenstein, fol. 24 verso (doopgetuigen waren Arend Erning en Aeleke Schevenhaus, Frau Johan Abbing (?)), overleden te Ottenstein op 8 oktober 1691 kerkboek Ottenstein 2, fol. 187, 1 jaar en 4 maanden oud. VII-e Elisabeth Schabbing ook genaamd Elske en Oliken, gedoopt te Ottenstein op 4 juni 1643, overleden voor 1706, hoogstens 63 jaar oud, dochter van Henrich ‘Kuiper’ Schabbing, (VI-g) en Elisabit Herbers. Familienaam is niet zeker, gebaseerd op doopgetuigenissen. Dit alles onder groot voorbehoud. Als zij de Elske is, genoemd in Personenschatzung 1664, Quellen Ottenstein p. 122, komt haar leeftijd niet uit, dan zou ze namelijk geboren zijn in 1652. Mogelijke verklaring: ontduiken van belastingbetaling, zie paragraaf 4.2. Elisabeth is getrouwd te Ottenstein rond 1668, op ongeveer 25-jarige leeftijd met Herman Vos (ongeveer 25 jaar oud), geboren circa 1643, overleden na 1690, minstens 47 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Catharina Vos, gedoopt te Ottenstein op 4 augustus 1669 (doopgetuigen waren Tonnis Schabbing en Alheid Schabbing), overleden voor 1675, hoogstens 6 jaar oud. 2 Elisabeth Vos, gedoopt te Ottenstein op 15 februari 1671 (doopgetuigen waren Elisabeth Voss en Johan Schabbing). 3 Henrich Vos, gedoopt te Ottenstein op 5 februari 1673 (doopgetuigen waren Gerhard Lubbers en Mechteld Schabbing). 4 Catharina Vos, gedoopt te Ottenstein op 24 februari 1675 (doopgetuigen waren Alheid Schabbing en Laurentius Wijll). 5 Adolf Vos, gedoopt te Ottenstein op 5 maart 1690 (doopgetuigen waren Adolf Schabbing en Gesina Banik-Schnell). En met Elisabeth sluiten we de zevende generatie af en gaan we naar generatie acht. VIII-a Johan (of Joannes) Schabbing, achternaam ook geschreven als Schabbink of Scabbing, gedoopt te Ottenstein op 14 september 1670 (Kb 1 p. 41; Kb 2, fol. 7 verso), overleden aldaar op 12 september 1728 (Kb 2, fol. 200 verso), 57 jaar en 11 maanden oud, zoon van Adolphus Schabbing (VII-a, zie p. 26) en Gerdrund Vos.
28
Mogelijk is het deze Johannes die genoemd wordt in het Schatzungsregister des Wigbolds Ottenstein, Stadtarchiv Ahaus, 1725 (p. 117). Daar wordt hij aangeslagen voor 11/3/1. Beroep: textor (wever). Joannes is voor de eerste keer getrouwd te Ottenstein op 16 augustus 1705 (getuigen waren Joannes Christophero Wederer en Henrico Gerbs), op 34-jarige leeftijd met Joanna Stangen, overleden te Ottenstein op 31 maart 1706. Uit dit huwelijk: 1 Adolphus Schabbing ook genaamd Adolf, ook geschreven Schabbink, gedoopt te Ottenstein op 7 februari 1706 kerkboek Ottenstein 2, fol. 39 verso (doopgetuigen waren Henrico Stangen en Christina Laerberg (?)), volgt onder IX-a, p. 34. Joannes is voor de tweede keer getrouwd te Ottenstein op 27 november 1708 (getuigen waren Joannes Regers en Henrica Stangen), op 38-jarige leeftijd met Anna Maria Erning, ook genaamd Maria, overleden te Ottenstein op 30 oktober 1716. De naam Erning duikt nog enkele keren op in de geschiedenis van de familie Schabbing, als partner en als getuige bij belangrijke familiegebeurtenissen.
Uit dit huwelijk: 2 Joannes Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 13 juni 1709, Kb 2, fol. 42 verso. De tekst is doorgehaald en veranderd in ‘13-07-1709’ (doopgetuigen waren Henricus Erning en Adelheid Teischmek (Aaltje Terink (?)), overleden op 17 juni 1709, 4 dagen oud. Misschien is zijn vroege dood toe te schrijven aan de nasleep van de zeer strenge winter van 1709? 3 Johannes Bernardus Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 10 augustus 1710, Kb 2, fol. 43 verso (doopgetuigen waren Johannes Vos en Catharina Erning). Zijn naam wordt later ook geschreven als Schabink en Schabbink. In het detail zien we in de linker kolom de doopdatum en de ouders vermeld, de middelste kolom geeft de naam van de gedoopte en in de rechter kolom zien we de peter en meter. Volgt onder IX-b, pagina 35 en vanaf pagina 42 en verder (Hollandse tak). 4 Anthonius Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 9 oktober 1712 kerkboek Ottenstein 2, fol. 46 (doopgetuigen waren Anthonius Erning en Gertrudy Vos), overleden te Ottenstein op 28 oktober 1714 kerkboek Ottenstein 2, fol. 194, 2 jaar oud. 5 Joanna Mechtilda Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 28 november 1714 en overleden te Haarlem op 17 januari 1777, 62 jaar en 1 maand oud (DTB Haarlem, lijkregister fol. 240 verso). Als leeftijd genoemd: 60 jaar, oorzaak ‘water’. Naar de betekenis van die term ‘water’ in realtie tot de doodsoorzaak ben ik nog op zoek. Er is geen geld (belasting) betaald, dus veel bezittingen had ze niet. Joanna is getrouwd op 29 mei 1763 voor de schepenen van Haarlem, op 48-jarige leeftijd met Gerrit Jan Volkers (26 jaar oud), geboren te Zutphen op 15 oktober 1736 en overleden te Haarlem op 4 april 1819, 82 jaar oud, in het RC ‘bestedenhuis’. Aangifte van zijn overlijden werd gedaan door Dirk Reyne en Dirk Kesting. Gerrit Jan liet geen kinderen en vaste goederen na. Gerrit is ook gehuwd geweest met Elisabeth Waterman. 6 Adelheid Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 26 oktober 1716 (doopgetuigen waren Bernardus ter (zur) Halle (?) en Christina Vos), overleden te Ottenstein op 3 september 1720, 3 jaar oud. VIII-b Antonius Schabbing, sutor (schoenmaker), gedoopt te Ottenstein op 8 september 1688, overleden in augustus 1779, 90 jaar en 11 maanden oud, zoon van Bernhard Schabbing (VII-d) en Christina Brockhaus.
29
Antonius20 is getrouwd te Ottenstein op 10 juli 1721 (getuigen waren Bernardus Milkers en Wilhelm Vos), op 32-jarige leeftijd met Joanna Mauritz (circa 23 jaar oud), overleden te Ottenstein in augustus 1779, ongeveer 81 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Elisabeth Schabbing, geboren rond 1723. De overgang naar Holland wordt ingeleid met de gegevens van: Pieter Koene van der Elst, begraven te Heemstede op 12 januari 1781, getrouwd te Heemstede op 15 augustus 1727 voor de kerk (1) met Jaepje Thomas, begraven te Heemstede op 11 oktober 1728. Dit zijn de schoonouders van Johannes Bernardus Schabbing. Uit dit huwelijk: 1 Lijbe Koenen ook genaamd Lysbeth, gedoopt te Heemstede op 29 juli 1723, begraven aldaar op 18 maart 1768, 44 jaar oud. Lijbe is getrouwd te Heemstede op 6 januari 1743 (Testes Plurimi Ex Communitate = meerdere getuigen uit de gemeenschap), op 19-jarige leeftijd met Johannes Bernardus Schabbing, zie aldaar.
En met deze gegevens zijn we aangeland in Holland, in de eerste helft van de 18e eeuw.
20
Overige gegevens: genoemd in Status Animarum 1749-1750 (BAM GV HS 152). Folio 433 recto; ook in de Parochialbevölkerungsliste von Ottenstein, 1706-1750 (bron: Acta 18 BAM). Is dit ook de Anton, genoemd in een lijst van 26 november 1730?
30
5.
GO WEST YOUNG MAN I
5.1.
GASTARBEIDERS EN EMIGRANTEN
Rond 1700 en ook daarvoor en daarna, trokken veel Duitsers naar de Republiek der Verenigde Nederlanden (kortweg: Nederland of de Nederlanden) om daar te werken21. Nederland was een immigratieland, deels te vergelijken met het Nederland van eind twintigste eeuw. Er was volop werk in de scheepvaart, in het leger en in de industrie, maar vooral de landbouw trok veel arbeidskrachten. Bij het hooien, oogsten en turfsteken22 werd graag gebruik gemaakt van deze zogenaamde ‘Hannekemaaiers’, die ook na de oogst bleven hangen in Holland of de andere gewesten. In Haarlem was vooral behoefte aan arbeidskrachten voor de talrijke bierbrouwerijen en in de textielindustrie en blekerijen in de wijde omgeving. Deze Duitsers (en Brabanders, Walen, Polen, Italianen enzovoorts) waren dus vroege gastarbeiders. Jaarlijks trokken, vooral in de lente, zomer en herfst, zo’n 20.000 Duitsers over de grens naar de Nederlanden waar ze door hard werken een goed belegde boterham verdienden. Hoe zwaar het werk was blijkt uit een bericht van een tijdgenoot: ‘Ein solcher Mann sieht bei seiner Wiederkunft aus, als ob er schon drei Tage im Grabe gelegen hätte’. We weten ook iets over hun kleding. Duitse grasmaaiers in Friesland droegen blauwe kielen en vesten met een wit-linnen rugzijde. De werkzaamheden werden in de wintermaanden aangevuld met huisnijverheid (zie beroepen als wever en kuiper bij enkele Duitse Schabbingen) of met een keuterboerderijtje. Dat die buitenlanders niet altijd Slechts weinig inwoners van Nederland - en nog minder de even welkom waren bleek uit Hollanders - kunnen terugkijken op een stamboom zonder bijnamen als ‘bleeckersmoffen’ immigranten. Holland was nou eenmaal geen Zwitserland of voor Duitse blekersknechten en Beieren, waar de geografische situatie leidde tot geïsoleerde ‘poepen’. Duitse immigranten bergdorpjes in duistere valleien. Laura en Mariska Schabbing hebben hun wortels in Noord(in Haarlem) kwamen vaak uit Brabant en Zeeuws-Vlaanderen, Drenthe, Friesland en Westfalen: iets begrijpen als Münsterland en in Holland komen hun voorouders van Texel tot ‘eene Westphaalsche boer’ wou Bennebroek en van Heemskerk tot Gouda. Wie weet wat verder zoveel zeggen als: die begrijpt onderzoek ons nog zal opleveren? er niets van23. Johannes Bernardus Schabbing, geboren in Ottenstein en woonachtig in Heemstede rond 1750, zien we ook vermeld als Schabink en Schabbink. De zielenherders van de statie Berkenrode en de burgerlijke overheid in Heemstede hadden blijkbaar vaker problemen met de schrijfwijze van de naam Schabbing. Zou dat door de Duitse tongval van de Schabbingen zijn gekomen? In zijn proefschrift toont germanist en Twentekenner Gerard Seyger aan dat het Twents, zoals het in de Middeleeuwen werd geschreven en gesproken zijn wortels in het Nederlands heeft. En 21
(Deutsch: ‘Hollandgängerei’); Graes und Wessum p. 23-25, 84, 203, 212-213 en 217-220. Jos Kaldenbach, Hollandgangers uit het Hannoverse ambt Ehrenburg, in Gens Germana jrg. 24, nr. 3, september 1998, p. 7577; jrg. 25, nr. 1, februari 1999, p. 17-18; mei 1999, p. 48-50; nr. 4, november 1999, p. 117-118 (met literatuuropgave). 23 Vogel p. 13; Nieuwkomers p. 121; Ewoud Sanders, De geschiedenis van het woord Mof. NRC 5 mei 1998. 22
31
dat de Middelnederlandse schrijftaal een zeer sterke invloed had op het Middelwestfaals, dat over de huidige grens werd gebezigd, dus, naar we mogen aannemen ook in Alstätte en Ottenstein. Hoe groot was dan de (taal)kloof tussen deze Schabbingen en de Heemstedenaren24? We weten anno nu dat een taalkloof letterlijk en figuurlijk afstand schept. Maar per saldo zijn er weinig aanwijzingen voor problemen met deze gastarbeiders, die overigens in toneelstukken en ‘moffenkluchten’ een geliefde ‘domme Hans Worst’ waren voor de burgerij. Wat trouwens niet wilde zeggen dat die immigranten kansloos waren op de carrièreladder. Een Haarlemse bloemistenknecht als Krelage, afkomstig uit Bramsch in Westfalen (dicht bij Alstätte), slaagde er in om op te klimmen tot de grootste bloementeler en -handelaar van zijn tijd. En veel horecabedrijven in Haarlem waren in handen van Duitse uitbaters, zie bijvoorbeeld de aankoop in 1787 van de gerenommeerde herberg Vreeburg in Bloemendaal door Jan Schabbing, zoon van een Duitse immigrant of Brinkmann op de Grote Markt in Haarlem. En die buitenlandse jongens waren bovendien aantrekkelijke partners op de huwelijksmarkt: gedurende de 17e en 18e eeuw was gemiddeld 28% van alle Amsterdamse bruiden en bruidegoms uit het buitenland afkomstig25. Ook in Haarlem deed zich dit verschijnsel voor en de verwevenheid van de Westfalen in Haarlem leidde zelfs tot de instelling, in 1631, van wat wij nu een ziektekostenverzekering26 zouden noemen: de ‘Westfaalse Bos’. Bos heeft hier de betekenis van bus of kas voor het geld en voor de exploitatie beschikte men over een eigen kantoor in een huurpand. In de periode 1720-1743 trouwde 22% van de leden in Haarlem. Duidt deze verzekering nu op integratie of op segregatie? Voor het eerste pleit dat de taal in de kasboeken en de schrijfwijze van namen Nederlands was. Aan de andere kant wijst het op de behoefte om belangrijke zaken in eigen kring te regelen èn was de Bos ook bedoeld om te voorkomen dat zieke of werkloze Duitsers de stad Haarlem tot last zouden worden. ‘Helaas’ heb ik in de voor ons interessante periode rond de komst van de Schabbingen naar Haarlem geen meldingen van inschrijving of ziektekostenuitkering aangetroffen in de boeken. Wel zien we aanmeldingen enzovoorts van inwoners van Ahaus, Alstätte, Ottenstein, Wessum en Wüllen. Een andere waardevolle bron zijn de admissieregisters, of liever, zouden dat moeten zijn. Deze registers werden in de 18e eeuw in Haarlem (en andere steden) bijgehouden door een vertegenwoordiger van de ‘wijkraad’ en bevatten informatie over nieuwkomers die in de stad werden toegelaten. Want ook toen, net als nu, was niet iedereen welkom in de stad. Maar, helaas, net als bij de registers van de Westfaalse Bos zijn ook in deze registers geen sporen van de Schabbingen terug te vinden. Misschien waren ze niet gewenst, verbleven ze illegaal in de stad of vonden ze onderdak daarbuiten en kwamen ze alleen voor belangrijke zaken als doop of huwelijk in de stad. Nader onderzoek is nog te verrichten naar de akten van indemniteit. Westfalen en Münsterland waren aan het eind van de 17e en begin 18e eeuw sociaal en economisch in een diepe crisis aangeland. Na de vrede van Münster (en de Westfaalse vrede, 1648) waren de levensomstandigheden bijna onvoorstelbaar, zoals een ‘Verzeichnis der verlauffenen, woesten, armen und verbrandten Unthertanen des kerspels Wessems’ (parochie 24
Meer over de Duitse taal in Alstätte in een artikel van Timothy Sodmann, “Dao küert se al up Holland to”, in Alsteer, p. 506518. 25 Nieuwkomers p. 55 en 67. Ook de Haarlemse trouwboeken vermelden in de 18e eeuw regelmatig bruiden en bruidegommen ‘uit het westphaalsche of ossenbrugsche’. Deze economische migranten waren ‘in de bloei van hun leven (en) gezond’. 26 Behalve periodieke uitkeringen, samenhangend met ziekte werden ook begrafeniskosten vergoed èn duiken regelmatig posten op voor bier, tabak en pijpen! Zouden deze Westfalen misschien Hobbits zijn geweest?
32
Wessem, vlak bij Ottenstein) uit het jaar 1665 aantoont. En Anton Bruchhausen schrijft over de landelijke woonomstandigheden in Münsterland anno 179027: ‘De woon- en slaapkamers zijn te krap en te laag, de vensters te klein en vaak zo gemaakt dat ze niet open kunnen om frisse gezonde lucht binnen te laten. In veel huizen ligt de mestkuil vóór de woon- en slaapkamer, waardoor de in te ademen lucht onzuiver en ongezond wordt. Ook staan er op veel boerenhuizen nog geen Schoorstenen; daarom ziet alles er zo vies en zwart uit. Mensen, kleren, linnengoed, het eten en het veevoer zien er uit alsof ze gerookt zijn. De lucht is verstikkend, en schadelijk voor de ogen.’ Door een gestage bevolkingsgroei28 leverde het land te weinig op om van te kunnen leven. Uit een bevolkingslijst uit 1662 blijkt dat uit eerder genoemde dorpjes Wessum en Graes 12% van de bevolking (147 personen) elders een bestaan vond, waarvan het grootste deel in de Nederlanden. En, in de Nederlanden lokte ook de vrijheid, helemaal als je bedenkt dat tot in de 19e eeuw in grote delen van Westfalen nog horigheid bestond. En mijn beeld van de Schabbingen is dat horigheid niet goed bij hun karakter past. Tenslotte was er nog steeds de dreiging van oorlog, vooral toen in 1650 Christoph Bernhard von Galen tot bisschop werd gekozen. Deze wereldlijke en geestelijke leider volgde een agressieve buitenlandse politiek (en een binnenlandse politiek die gekenmerkt werd door onverdraagzaamheid tegen alle niet-katholieken) en zijn bijnaam, aan beide zijden van de grens, is typerend: ‘Bommenberend’ of ‘Kanonenbernd’! Naar Holland In 1728 overleed Joannes Schabbing en misschien liet hij te weinig achter voor zijn kinderen om van te leven of om een bruidsschat (!) voor zijn dochter Joanna Mechtilda te kunnen betalen. En Ottenstein had eind 16e eeuw en in (de tweede helft van) de 17e eeuw ook al het nodige te lijden gehad: in 1589 veroverden Gelderse troepen het stadje en brandden het bijna geheel plat. Daarna in 1633 en 1635 een overval en aanval door Hessische troepen, waarbij de plaats bijna volledig werd verwoest (van de 118 huizen bleven er acht gespaard, de vesting, vicarie, armenhuis en pastorie werden ook verwoest en de kerk geplunderd). De schade in het stadje werd door de inwoners geschat op meer dan 50.000 Reichstaler. Wel was er rond 1660 een opleving met de wederopbouw van de vesting, echter niet meer als bolwerk, maar als verblijfplaats van prominente politieke gevangenen. Lang heeft die (ver)nieuwbouw het niet gehouden, want rond 1700 was zij al bouwvallig en rond 1740 werd voor instorten gevreesd29. Was het dus verwonderlijk dat deze drie leden van de familie Schabbing naar Holland trokken? Bovendien valt uit een aantekening in de DTB van Ottenstein af te leiden dat een familielid al eerder in Holland was geweest, waardoor zij misschien op een netwerk terug konden vallen. De komst van de Schabbingen naar Haarlem, rond 1733, viel overigens samen met een kortstondige opvlamming van antikatholieke sentimenten. Voor meer informatie over emigratie van Schabbingen naar Amerika, zie hoofdstuk 14. 27
Annerieke Karsemeijer, Zo sliepen onze voorouders rond 1800. In Gens Germana jrg. 25, nr. 4, november 1999, p. 99-103. In dit artikel een goed beeld van slapen (en wonen) op het Duitse platteland in de 18e en 19e eeuw. 28 De bevolkingsgroei wordt toegeschreven aan de inkomsten uit emigratie. Voor die grotere bevolking waren er niet genoeg inkomstenbronnen, waardoor de behoefte aan emigratie groeide … en de bevolking weer toenam. 29 Bürgerbuch p. 13-15 en aantekeningen Rudolf Schabbing, 2004.
33
5.2.
DE NEGENDE GENERATIE: GO WEST YOUNG MAN
VIII. Joannes Schabbing 1670-1728 │ IX. Adolphus Schabbing IX. Johannes Bernardus Schabbing ~ 7-2-1706 ~ 10-8-1710 † 5-8-1773 Ottenstein [] 10-12-1757 Haarlem x 1-11-1733 x 12-1-1738 Johanna Elisabeth Grobbe Jannetje Jans † >1740 [] 15-8-1742 x 19-8-1742 Maria Jansing * ± 1712 † 29-4-1765 │ X. Bernardus Wilhelmus Schabbing 1754-1797 zie § 6.1
x 6-1-1743 Lijbe Koenen ~ 29-7-1723 [] 18-3-1768 │ X. Jan Schabbing 1746-1812 zie § 7.1
IX-a Adolphus Schabbing ook genaamd Adolf, ook geschreven als Schabbink. Gedoopt te Ottenstein op 7 februari 1706, Kb 2, fol. 39 verso, zoon van Joannes Schabbing, (VIII-a, p. 28) en Joanna Stangen. Na een verblijf van ruim tien jaar in Haarlem keerde Adolphus weer naar Ottenstein terug en overleed daar op 5 augustus 1773, doodsoorzaak, ‘ex febri’ (door koorts), Kb 2, p. 217, 67 jaar en 5 maanden oud. Adolphus is getrouwd te Haarlem op 1 november 1733 voor de schepenen van Haarlem (schepenen 155, fol. 15), op 27-jarige leeftijd (1) met Johanna Elisabeth Grobbe, geboren te Munsterland en overleden na 1740. Er is geen aantekening van het huwelijk door een katholieke geestelijke. Uit dit huwelijk: 1 Johanna Gertrudis Schabbing, geboren te Haarlem, gedoopt aldaar op 30 augustus 1734 (DTB Haarlem 128 St Bavo, fol. 272, doopgetuigen waren Johannes Bernardus Schabbing en Gertrud Elkeman; de naam Elkeman komen we ook tegen bij de doop van Adolphs vierde kind, Johannes Georgius. Deze en de volgende doopaantekeningen zijn gemaakt in het doopboek van de parochie St Bavo). 2 Alida Schabbing, geboren te Haarlem, gedoopt aldaar op 17 februari 1736 (doopgetuigen waren Jan Smit en Aaltje Terink; zie ook de doopgetuigen bij Joannes Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 13 juni 1709.) 3 Joannes Bernardus Schabbing, geboren te Haarlem, gedoopt aldaar op 27 juni 1738 (doopgetuigen waren Gerardus Henricus Grobbe en Johanna Mechtilda Schabbing). 4 Johannes Georgius Schabbing, geboren te Haarlem, gedoopt aldaar op 19 juli 1740. Doopgetuigen waren Joannes Hermananus Stangen en Catharina Elkeman. De naam Stangen kwamen we al enkele keren bij dopen in Duitsland tegen. Zou een lid van de familie zijn afgereisd om hier in Holland te getuigen bij de doop of ook mee zijn geëmigreerd?
34
T. Schönwetter beschrijft hoe vertrouwensmannen het contact met het thuisfront onderhielden. Zij reisden heen en weer, namen familieleden mee, of geld en goederen en brachten familienieuws over30. Zie ook de doop van Johanna Gertrudis Schabbing, op 30 augustus 1734.
Zo zagen Adolphus, JB en Joanna Mechtilda Haarlem opdoemen, na een tocht van meer dan 200 kilometer. Adolphus is na het overlijden van Johanna Grobbe getrouwd te Haarlem op 19 augustus 1742, voor de schepenen, op 36-jarige leeftijd (2) met Maria Jansing, ook geschreven als Marritje Jans of Maria Jansen, geboren te Osnabrück (‘Uyt het Osnabrugse’), rond 1712. Haar geboortedatum is gebaseerd op een opsomming in de Status Animarum van 1749-1750, folio 438 recto. Zij is overleden te Ottenstein op 29 april 1765. Is deze Marritje of Maria Jans wellicht de zuster van Jannetje Jans, gehuwd met Johannes Bernardus Schabbing, te Haarlem? Uit onderzoek in de archieven van het bisdom Osnabrück blijkt dat de naam Jansen, met de nodige varianten, daar veel voorkomt. Uit dit huwelijk: 5 Marijtje Schabbing, geboren te Haarlem, gedoopt aldaar op 17 september 1743 (doopgetuige was Kaatje Dirks), overleden voor 1749 (gebaseerd op ontbreken in opsomming van Status Animarum 1749-1750), hoogstens 6 jaar oud. Na de geboorte van Marijtje is het enkele jaren stil rondom Adolphus, tot we zijn kinderen weer tegenkomen in de DTB van Ottenstein! 6 Maria Christina Adelheidis Schabbing, gedoopt te Ottenstein in oktober 1748. Vormsel aldaar in het jaar 1764 op 16-jarige leeftijd. 7 Johannes Henricus Josephus Schabbing, gedoopt te Ottenstein. 8 Joannes Schabbing, gedoopt te Ottenstein in augustus 1752. 9 Bernardus Wilhelmus Schabbing, ook geschreven als Bernhard Wilhelm, gedoopt te Ottenstein op 25 februari 1754 kerkboek Ottenstein 2, fol. 96 verso, volgt onder generatie X, zie p. 37. Veel van de Duitse Schabbingen stammen van deze Bernardus Wilhelmus af! 10 Anna Martha Catharina Elisabeth Schabbing, gedoopt te Ottenstein in april 1757. Vormsel aldaar in het jaar 1764 op 7-jarige leeftijd. IX-b Johannes Bernardus Schabbing, ook vermeld als Schabink en Schabbink; van beroep timmermansknecht. Gedoopt te Ottenstein op 10 augustus 1710, Kb 2, fol. 43 verso. Begraven te Heemstede op 10 december 1757 (DTB Heemstede deel 17, p. 49, register Impost op het begraven, cl. pro deo31). Als vermelding begraafplaats of plaats overlijden: Bosje. 47 jaar en 4 maanden oud, zoon uit het tweede huwelijk van Joannes Schabbing (VIII-a, p. 28) en Anna Maria Erning.
STAMVADER VAN DE SCHABBINGEN IN NEDERLAND
30
T. Schönwetter, ‘De Tecklenburg-connectie’. In Gens Germana jrg. 33, nr. 2, juni 2007, p. 43-47. Uit deze aantekening valt af te leiden dat JB financieel gezien geen grote bezittingen had. Het merendeel van de vermeldingen in het begraafboek betreft overigens pro deo.
31
35
Johannes is ten overstaan van Tt. Plurimi Ex Communitate Santvaert (= meerdere getuigen van de gemeenschap Zandvaart) getrouwd te Heemstede (DTB Heemstede 27, p. 98) op 12 januari 1738, op 27-jarige leeftijd (1) met Jannetje Jans, begraven te Heemstede op 15 augustus 1742 (DTB Heemstede 16 (Gerecht), p. 154). Is Jannetje wellicht een zuster van Marritje Jans? Zie het huwelijk van Adolf en Marritje Jans, te Haarlem, op 19 augustus 1742, op pagina 35. Ook onderstaande doopgetuigenissen geven aanwijzingen in die richting. Uit dit huwelijk: 1 Niesje Schabbing, gedoopt te Heemstede op 25 mei 1740 (doopgetuigen waren Adolph Schabbing en Marritje Jans), begraven te Heemstede, 1 jaar en 5 maanden oud op 9 november 1741. In het gerechtelijk begraafboek staat vermeld op pagina 149: 't Kind van Jan Schabink, Zandvaart. Cl. pro deo. Johannes is getrouwd te Heemstede op 6 januari 1743 (DTB Heemstede 28 B, p. 323 (Buurt); getuigen waren Testes Plurimi Ex Communitate), op 32-jarige leeftijd (2) met Lijbe Koenen ook genaamd Lysbeth (19 jaar oud), gedoopt te Heemstede op 29 juli 1723 en begraven aldaar op 18 maart 1768 (DTB Heemstede 17 (Gerecht), p. 95 en DTB Heemstede 19 (Impost begraven), p. 76, cl. pro deo), 44 jaar en 7 maanden oud, dochter van Pieter Koene van der Elst en Jaepje Thomas. Uit dit huwelijk: 2 Catharina Schabbing, gedoopt te Heemstede op 25 september. Plaats: ‘Agterbuurt’ (doopgetuigen waren Pieter Koenen van der Elst en Joanna (Mechtilda) Schabbing), begraven te Heemstede op 1 oktober 1744. Plaats: Zandvaart, 6 dagen oud. 3 Jan Schabbing, bij de doop geschreven als Schabbinck, gedoopt te Heemstede op 31 maart 1746. Plaats Agterbuurt (doopgetuigen waren Jan Barend Eirning (?) en Marijtje Fransen). 4 Katryn Schabbing, gedoopt te Heemstede op 21 april 1749. Plaats: Agterbuurt (doopgetuigen waren Pieter Koenen en Johanna (Joanna Mechtilda) Schabbing), begraven te Heemstede op 3 juni 1751. Plaats Zandvaart, 2 jaar oud. 5 Marytje Schabbing, gedoopt te Heemstede op 23 januari 1753. ‘Agterbuurt’ (doopgetuigen waren Hendrik Jonkers en Marytje van der Elst), begraven te Heemstede op 14 oktober 1757, 4 jaar oud. Voor het vervolg van deze Hollandse tak, zie pagina 42 en verder.
36
6.
GOING BACK TO MY ROOTS
6.1.
E
GENERATIE TIEN EN ELF IN DUITSLAND (18 EEUW)
X. Bernardus Wilhelmus Schabbing ~ 25-2-1754 † > 1797 x ± 1784 Sophie Gertrud Terwelle │ XI. Johan Heinrich Anton Schabbing ~ 19-5-1793 † 18-6-1836 x 5-6-1824 Anna Maria Gertrud Droste │ XII. Johann Wilhelm Schabbing 1825-1864 zie § 6.2
We zagen al eerder dat Adolf niet lang in Nederland bleef. Terug in Ottenstein kreeg hij nog een hele schare kinderen, waarvan de gegevens nog enigszins onder voorbehoud zijn. Ik ga hieronder de Duitse tak van de Schabbingen verder aan u voorstellen. De beroepen vermeld ik, omwille van de authenticiteit, in de oorspronkelijke taal32. X Bernardus Wilhelmus Schabbing, ook geschreven als Bernhard Wilhelm, beroep Schneider, gedoopt te Ottenstein op 25 februari 1754. Vormsel te Ottenstein in het jaar 1764 op 10-jarige leeftijd, overleden na 1797, minstens 43 jaar oud, zoon van Adolphus Schabbing (IX-a, zie p. 34) en Maria Jansing. Bernardus is getrouwd rond 1784 (gegevens betreffende dit huwelijk en deze afstammelingen zijn onder voorbehoud), op ongeveer 30-jarige leeftijd met Sophie Gertrud Terwelle. Uit dit huwelijk: 1 Anna Maria Schabbing, geboren na 1784, gedoopt te Ottenstein, volgt onder XI-a. 2 Adolf Schabbing, geboren op5 december 1788 (doopgetuigen waren Hermann Terwelle en Maria Schabbing), volgt onder XI-b. 3 Johan Heinrich Anton Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 19 mei 1793, volgt onder XI-c, zie p. 38. 4 Maria Schabbing, geboren rond 1797, overleden op 13 mei 1829, begraven op 16 mei 1829, ongeveer 32 jaar oud. XI-a Anna Maria Schabbing, geboren na 1784, gedoopt te Ottenstein, overleden na 1830, dochter van Bernhard Wilhelm Schabbing (X) en Sophie Gertrud Terwelle. 32
Deze gegevens zijn voor een belangrijk deel afkomstig uit onderzoek van van Jan Schabbing, IJmuiden en Rudolf Schabbing, Münster. De belangrijkste bronnen voor dit hoofdstuk zijn de doop-, trouw- en begraafboeken van de parochie van Ottenstein.
37
Anna is getrouwd rond 1822 voor de kerk met Johan Henrich Herbers (ongeveer 38 jaar oud), geboren rond 1784. Uit dit huwelijk: 1 Wilhelm Joseph Herbers, gedoopt te Ottenstein op 13 augustus 1826 (doopgetuigen waren Joseph Harbers en Sophia Terwelle). 2 Joannes Wilhelm Herbers, gedoopt te Ottenstein op 14 december 1827 (doopgetuigen waren Adolf Schabbing en Maria Herbers). 3 Jan Erbau? Herbers, gedoopt te Ottenstein op 10 mei 1830 (doopgetuige was N.N. Notkamp). XI-b Adolf Schabbing, geboren op 5 december 1788, zoon van Bernardus Wilhelmus Schabbing (X), en Sophie Gertrud Terwelle. Adolf is getrouwd op 26 januari 1819 voor de kerk (getuigen waren Anton Schabbing en Gerard Niessing), op ongeveer 30-jarige leeftijd met Maria Niessing, (Anna Maria of Maria Christina) (ongeveer 23 jaar oud), geboren rond 1796. Uit dit huwelijk: 1 Wilhelmus Anton Schabbing ook genaamd Anton, gedoopt op 31 oktober 1819 (doopgetuigen waren Anton Schabbing, Maria Vos en N.N. Niessing), volgt onder XII-a. 2 Maria Elisabeth Schabbing, gedoopt op 15 januari 1822 (doopgetuigen waren Sophia Terwelle Schabbing en Gerard Niessing). Maria is getrouwd op 15 juli 1857 voor de kerk, op 35-jarige leeftijd met Hermann Kappelhoff (29 jaar oud), geboren in het jaar 1828. 3 Maria Gertrud Schabbing, gedoopt op 4 januari 1825 (doopgetuigen waren Maria Gertrud Löring en Anton Maurig of Mauritz (?)). 4 Johann Wilhelm Schabbing, gedoopt op 9 juni 1827 (doopgetuigen waren Joan Henrich Herbers en Joanna Gesfing (?)). Johann is getrouwd op 18 april 1868 voor de kerk, op 40-jarige leeftijd met Maria Efing. 5 Margaretha Elisabeth Schabbing, gedoopt op 10 maart 1830 (doopgetuigen waren Adolf Harbers en Adelheid Tenbruck (?)), volgt onder XII-b. 6 Joannes Gerard Schabbing, gedoopt op 15 april 1833 (doopgetuigen waren Joseph Löring en Gertrud Droste), overleden op 12 september 1834, begraven op 15 september 1834, 1 jaar oud. 7 Anna Maria Schabbing, gedoopt op 25 maart 1835 (doopgetuigen waren Gertrud Droste en Joseph Löring). 8 Anna Christina Schabbing, gedoopt op 26 november 1838 (doopgetuigen waren Wilhelm Vogs en Anna Christina Schwering). XI-c Johan Heinrich Anton Schabbing, beroep Schneidermeister, gedoopt te Ottenstein op 19 mei 1793, overleden op 18 juni 1836, begraven te Ottenstein op 21 juni 1836, 43 jaar oud, zoon van Bernardus Wilhelmus Schabbing, ook geschreven als Bernhard Wilhelm? (X, zie p. 37) en Sophie Gertrud Terwelle. Johan is getrouwd te Ottenstein op 5 juni 1824 voor de kerk (getuigen waren Adam Thering, Adolf Schabbing en Wilhelm Schabbing), op 31-jarige leeftijd met Anna Maria Gertrud Droste ook genaamd Gertrud. Uit dit huwelijk: 1 Johann Wilhelm Schabbing ook genaamd Johann, geboren te Ottenstein op 6 april 1825, gedoopt aldaar op 6 april 1825 (doopgetuigen waren Adolf Schabbing en Anna Schönebeck), volgt onder XII-c. 2 Anton Schabbing, gedoopt op 16 januari 1827 (doopgetuigen waren Engelbert Droste en Sophia Terwelle), overleden op 12 maart 1828, begraven op 14 maart 1828, 1 jaar oud.
38
3 Anna Maria Schabbing, gedoopt op 13 september 1829 (doopgetuigen waren Maria Schabbing en Andreas Droste). 4 Anna Adelheid Schabbing, gedoopt op 14 april 1832 (doopgetuigen waren Henrich Herbers en Adelheid Droste).5 Maria Adelheid Schabbing, gedoopt op 21 mei 1833 (doopgetuigen waren Maria Adelheid Droste en Anton Mauritz), overleden op 8 juni 1833, begraven op 10 juni 1833, 18 dagen oud. 6 Joann Engelbert Schabbing, gedoopt op 25 september 1834 (doopgetuigen waren Adolf Herbers en Maria Herbers).
6.2.
E
GENERATIE TWAALF EN DERTIEN IN DUITSLAND (19 EEUW) XII. Johan Wilhelm Schabbing * 6-4-1825 † 5-12-1864 x 24-7-1848 Angela Elisabeth Schmitz * ± 1825 † < 1857 x 2-2-1857 Anna Christina Terhörst │ XIII. Heinrich Wilhelm Schabbing * 19-9-1861 † 7-11-1943 x 14-10-1892 Maria Elisabeth Terhaer │ XIV. Johann Bernhard Schabbing 1901-1958 zie § 6.3
XII-a Wilhelmus Anton Schabbing ook genaamd Anton, gedoopt op 31 oktober 1819, zoon van Adolf Schabbing (XI-b) en Maria (Anna Maria of Maria Christina) Niessing. Wilhelmus was gehuwd met Elisabeth Erning. Gegevens onder voorbehoud. Uit dit huwelijk: 1 Engelbert Anton Schabbing, gedoopt op 4 augustus 1853. XII-b Margaretha Elisabeth Schabbing, gedoopt op 10 maart 1830, dochter van Adolf Schabbing (XI-b) en Maria Niessing. Margaretha is getrouwd in maart 1864 voor de kerk, op 34-jarige leeftijd met Hermann Wilber (27 jaar oud), geboren in het jaar 1837. Uit dit huwelijk: 1 Heinrica Josepha Wilber, gedoopt op 4 oktober 1872.
39
XII-c Johann Wilhelm Schabbing ook genaamd Johann, beroep Weber, geboren te Ottenstein op 6 april 1825, gedoopt aldaar op 6 april 1825, overleden aldaar op 5 december 1864, 39 jaar oud, zoon van Johan Heinrich Anton Schabbing (XI-c, zie p. 38) en Anna Maria Gertrud Droste. Johann is getrouwd op 24 juli 1848 voor de kerk, op 23-jarige leeftijd (1) met Angela Elisabeth Schmitz, geboren rond 1825, overleden voor 1857, hoogstens 32 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Maria Catarina Gertrud Schabbing, gedoopt op 13 augustus 1850. 2 Maria Catharina Schabbing, gedoopt op 2 januari 1853. Johann is getrouwd te Ottenstein op 2 februari 1857 voor de kerk, op 31-jarige leeftijd (2) met Anna Christina Terhörst. Uit dit huwelijk: 3 Heinrich Anton Schabbing, geboren op 12 oktober 1858, gedoopt op 13 oktober 1858 (doopgetuigen waren Theodora Terhorst en Maria Schabbing). Heinrich is getrouwd voor september 1888 voor de kerk, op hoogstens 29-jarige leeftijd met Maria Elisabeth Christina Abbing, geboren voor oktober 1859. 4 Heinrich Wilhelm Schabbing, geboren te Ottenstein op 19 september 1861, volgt onder XIII. XIII Heinrich Wilhelm Schabbing, van beroep Reichsbahn-Stellwerkmeister en Bahnwärter, geboren te Ottenstein op 19 september 1861, overleden te Albachten (is nu Münster) op 7 november 1943, 82 jaar oud, zoon van Johann Wilhelm Schabbing (XII-c) en Anna Christina Terhörst. Wilhelm is meermalen eervol onderscheiden, beloond of vermeld voor het tijdig signaleren van gevaarlijke situaties op het spoor. Wilhelm is getrouwd te Münster op 14 oktober 1892, op 31-jarige leeftijd met Maria Elisabeth Terhaer. Uit dit huwelijk: 1 Johann Bernhard Schabbing, geboren te Albachten op 7 juni 1901, gedoopt op 9 juni 1901, volgt onder XIV.
40
6.3.
E
E
GENERATIE VEERTIEN - ZEVENTIEN IN DUITSLAND (20 EN 21 EEUW) XIV. Johann Bernhard Schabbing * 7-6-1901 † 30-7-1958 x 14-10-1892 Maria Elisabeth Terhaer │
Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
41
7.
E
DE EERSTE DRIE GENERATIES SCHABBING IN HOLLAND: 18 EEUW
VIII. Joannes Schabbing 1670-1728 │ I (IX). Johannes Bernardus Schabbing ~ 10-8-1710 [] 10-12-1757 x 12-1-1738 Jannetje Jans † 1742 x 6-1-1743 Lijbe Koenen 1723-1768 │ II (X). Jan Schabbing ~ 31-3-1746 [] 2-9-1812 x 30-1-1768 Lijsje Maartenze Jonkheer † 1776 x 22-2-1778 Sibilla van den Bos † > 1794 │ III (XI). Joannes Schabbing ~ 5-1-1768 † 30-3-1833 Heemstede x 15-2-1795 Maria van den Brink 1767-1821
III (XI). Maarten Schabbing ~ 12-3-1770 † 15-9-1848 Noordwijk x 15-2-1795 Neeltje Gillis 1779-1836
x 8-5-1822 Dirkje Beelen 1773-1843 zie § 7.2
x 30-5-1840 Maartje Rustman ~ 1784 zie § 7.3
7.1.
GENERATIE EEN EN TWEE IN HEEMSTEDE
Vanaf Johannes Bernardus worden de generaties ook romeins genummerd, vanaf romeinse I (eerste Hollandse generatie) en de eerste van een nieuwe generatie ook met het Duitse equivalent. Gerekend vanaf Lambert Schabbing (1440) is Johannes dus generatie IX (negen).
42
I (IX) Johannes Bernardus Schabbing, ook vermeld als Schabink en Schabbink. Zoals eerder vermeld hadden de zieleherders van de statie Berkenrode en de burgerlijke overheid in Heemstede vaker problemen met de schrijfwijze van de naam Schabbing33. Zoon uit het tweede huwelijk van Joannes Schabbing (VIII-a, zie p. 28) en Anna Maria Erning. Beroep: timmermansknecht. Gedoopt te Ottenstein op 10 augustus 1710, Kb 2, fol. 43 verso. Begraven te Heemstede op 10 december 1757 (DTB Heemstede deel 17, p. 49, register Impost op het begraven, cl. pro deo34). Als vermelding begraafplaats of plaats overlijden: Bosje. Johannes was 47 jaar en 4 maanden oud.
STAMVADER VAN DE SCHABBINGEN IN NEDERLAND Johannes is ten overstaan van Tt. Plurimi Ex Communitate Santvaert (= meerdere getuigen van de gemeenschap Zandvaart) getrouwd Johannes of Bernardus? In Zuid-Oldenburg, gelegen vlak bij te Heemstede (DTB Heemstede 27, p. Münsterland, was het niet ongebruikelijk dat de tweede doop98) op 12 januari 1738, op 27-jarige naam de roepnaam was. Ik houd voorlopig aan dat de eerste leeftijd (1) met Jannetje Jans. Jannetje doopnaam de roepnaam is. Met daarbij wel de kanttekening dat is begraven te Heemstede op we niet weten of iemand met de doopnaam Johannes, Jan of Hans werd genoemd en vermeld ik bijvoorbeeld Kornelia, bij 15 augustus 1742 (DTB Heemstede 16 iemand die waarschijnlijk gewoon Keetje of Neel heette. (Gerecht), p. 154). Is Jannetje wellicht In het katholieke Rheinland werd de oudste zoon vaak vernoemd een zuster van Marritje Jans? Zie het naar de vader van vaderszijde, de tweede zoon naar de vader huwelijk van broer Adolf, te Haarlem, van moederszijde. De oudste dochter werd vernoemd naar de moeder van moederszijde, de tweede dochter naar de moeder op 19 augustus 1742 en de van vaderszijde. Ook de peter-/meterkeuze verliep veelal volonderstaande doopgetuigenissen. gens deze lijn. Dus: bij de oudste zoon een mannelijk lid van de Uit dit huwelijk: familie van de vader en een vrouwelijk lid van de kant van de 1 Niesje Schabbing, gedoopt te moeder. Bij de tweede zoon een mannelijk lid van moederszijde en een vrouwelijk lid van vaderszijde. Heemstede op 25 mei 1740 (doopgetuigen waren Adolph Schabbing en Marritje Jans), begraven te Heemstede, 1 jaar en 5 maanden oud op 9 november 1741. In het gerechtelijk begraafboek staat vermeld op pagina 149: 't Kind van Jan Schabink, Zandvaart. Cl. pro deo. Johannes is getrouwd te Heemstede op 6 januari 1743 (DTB Heemstede 28 B, p. 323 (Buurt); getuigen waren Testes Plurimi Ex Communitate), op 32-jarige leeftijd (2 = tweede huwelijk) met Lijbe Koenen ook genaamd Lysbeth (19 jaar oud). Lijbe was gedoopt te Heemstede op 29 juli 1723. Ze is ook begraven aldaar op 18 maart 1768 (DTB Heemstede 17 (Gerecht), p. 95 en DTB Heemstede 19 (Impost begraven), p. 76, cl. pro deo), 44 jaar en 7 maanden oud, dochter van Pieter Koene van der Elst en Jaepje Thomas. Uit dit huwelijk: 2 Catharina Schabbing, gedoopt te Heemstede op 25 september. Plaats: ‘Agterbuurt’ (doopgetuigen waren Pieter Koenen van der Elst en Joanna (Mechtilda) Schabbing), begraven te Heemstede op 1 oktober 1744. Plaats: Zandvaart, 6 dagen oud. 3 Jan Schabbing, bij de doop geschreven als Schabbinck, gedoopt te Heemstede op 31 maart 1746. Plaats Agterbuurt (doopgetuigen waren Jan Barend Eirning (?) en Marijtje Fransen). Zie verder onder II (X), hieronder.
33
Zie ook Annabel Meddens-van Borselen, in Heerlijkheden nr. 116, april 2003, p. 100. Uit deze aantekening valt af te leiden dat JB financieel gezien geen grote bezittingen had. Het merendeel van de vermeldingen in het begraafboek betreft overigens pro deo.
34
43
4 Katryn Schabbing, gedoopt te Heemstede op 21 april 1749. Plaats: Agterbuurt (doopgetuigen waren Pieter Koenen en Johanna (Joanna Mechtilda) Schabbing), begraven te Heemstede op 3 juni 1751. Plaats Zandvaart, 2 jaar oud. 5 Marytje Schabbing, gedoopt te Heemstede op 23 januari 1753. ‘Agterbuurt’ (doopgetuigen waren Hendrik Jonkers en Marytje van der Elst), begraven te Heemstede op 14 oktober 1757, 4 jaar oud. Bij Johannes Bernardus stond als beroep timmermansknecht vermeld en veel verder heeft hij het in de heerlijkheid Heemstede in ieder geval niet geschopt. In de achttiende eeuw was namelijk toestemming van de ambachtsheer nodig om je te kunnen vestigen als timmerman, smid, loodgieter, bakker of wat voor beroep dan ook. Uit onderzoek, deels op basis van steekproeven, blijkt dat JB nooit verzocht heeft om ‘admissie’ (toelating) tot het beroep van timmerman in Heemstede35. Ook in de rekeningen van de heerlijkheid komt zijn naam niet voor bij betalingen voor bewezen diensten. Onderzoek in het heerlijkheidsarchief van Berkenrode moet uitwijzen of Johannes daar misschien zijn geluk gezocht heeft. II (X) Jan Schabbing, bij de doop geschreven als Schabbinck, gedoopt te Heemstede op 31 maart 1746. Plaats Agterbuurt, zoon van Johannes Bernardus Schabbing (generatie I, zie p. 43) en Lijbe Koenen. Overleden aldaar op 3 september 1812, de aangifte werd gedaan door zijn zoon Jan en Dirk van Tongeren, buurman, 66 jaar. Jan Schabbinck stond ingeschreven in het Registre Civique (register van stemgerechtigden36) onder het nummer 6695. Volgens dit register was zijn geboortedatum 4 april 1747! Zijn beroep volgens deze lijst was ‘ouvrier’ (arbeider) en zijn woonplaats Heemstede. Deze plaats telde toen circa 558 mannelijke volwassenen. Jan is in ondertrouw gegaan te Heemstede op 17 januari 1768. Volgens het register op de impost op het trouwen37 hebben Jan Schabbing en Lijsje Jonkheer ‘hun aangebracht als bruydegom en bruydt onder: pro deo.’ Getrouwd aldaar op 30 januari 1768 op 21-jarige leeftijd met Lijsje Maartenze Jonkheer ook genaamd Elisabeth, geboren te Hillegom (ZH), overleden te Heemstede op 3 april 1776, aan de Zandvaart. Woont t.t.v. huwelijk Agterbuurt (getuigen waren Helena Swenkels en Johanna van Eerden). Uit dit huwelijk: 1 Joannes Schabbing ook genaamd Jan Schabbink Junior, gedoopt te Heemstede op 5 januari 1768, Agterbuurt. Volgt onder III-a, pagina 46. 2 Maarten Schabbing, gedoopt te Heemstede op 12 maart 1770, volgt onder III-b, zie pagina 46 en verder: De Derde Generatie: Rijk In Noordwijk. 3 Lijsje Schabbing, gedoopt te Heemstede op 16 september 1773, plaats: Agterbuurt (doopgetuigen waren Dirk Jonkheer en Kornelia Jonkheer), begraven te Heemstede op 11 november 1779 ('t kind van Jan Schabbing, plaats Cloosterlaan. Classe pro deo), 6 jaar oud.
35
Van Doorninck, inv.nrs. 224 en … 469-471… en 449-452. Meer over de timmerlieden in Heemstede en de combinatie met het herbergierschap in: J.W.G. Van Doorn, 1694-1887, vijf generaties “meester-timmerman” Van Meurs, in Heerlijkheden 28e jrg. nr. 110, oktober 2001, p. 203-215. Zou Johannes bij deze Van Meursen hebben gewerkt? 36 Uitzoeken: Jan Schalbinck, 4-11-1764, ook genoemd in het Registre Civique. 37 Net als bij het overlijden moest tot ver in de 18e eeuw moest een belasting naar draagkracht betaald worden bij het trouwen.
44
Na het overlijden van Lijsje hertrouwde Jan te Heemstede op 22 februari 1778, plaats: Agterbuurt (getuigen waren Maria de Blok en Willemijntje Driesen), op 31-jarige leeftijd met Sibilla van den Bos. Ten overstaan van notaris Willem Dolleman, openbaar notaris te Heemstede, lieten Jan en Sibilla een testament opmaken: ‘Op heden den sesden December seventien honderd vier en negentig, zijnde Saturdag des namiddags den cloque omtrent vier uuren compareerden ...’ zij voor de notaris. Zij woonden ‘Aan 't Bosje aan de weg na de Heere Zantvaart, binnen deze Heerlijkheid (=Heemstede).’ De testateur (Jan) was gezond van leden gaande en staande, maar de testatrice (Sibilla) was ziek te bed liggend. Wel waren beiden het gebruik van zinnen, verstand en memorie nog volkomen machtig. Het testament wijkt niet veel af van wat wij nu nog een ‘langst levende testament’ zouden noemen. Onder bepaalde omstandigheden zou ook de moeder van Sibilla nog een deel van de erfenis krijgen. Over en weer benoemen zij elkaar tot executeur van het testament en voogd van de kinderen. Jan ondertekent het testament en Sibilla plaatst een merkteken, verklarende niet te kunnen schrijven38. Jan Schabbing blijkt ook nog herberghouder te zijn geweest. Dat wil zeggen, op 4 oktober 1787 koopt hij de herberg Vreeburgh (‘het slot Vreeburg’) te Bloemendaal, van Govert Pieterse en Petronella Jaspers, voor de lieve som van 2.550 gulden, contant! Jan kocht niet zomaar een herberg, Vreeburg was een compleet ingerichte herberg, bestaande uit een huis en erf, stalling, wagenhuis, speelhuis (kolfbaan), en tuinberg (speeltuin?). Van dit alles heeft de verkoper verklaard: ‘voldaan en betaalt te zijn den laatsten penning met den eersten en over sulks met een somma van twee duijzend vijff honderd en vijfftig gulden contant geld39.’ Geen gering bedrag! Daarna is de geschiedenis van deze uitspanning enige tientallen jaren duister. Waar haalde deze zoon van een eenvoudige Duitse immigrant overigens het geld vandaan? Anno 2007 is Vreeburg nog steeds een gerenommeerd grand café, annex restaurant en het geeft een apart gevoel als je op de achterkant van de menukaart de naam van je voorouder ziet prijken, als een van de eigenaars! Uit het huwelijk tussen Jan en Sibilla: 4 Pieter Schabbing, gedoopt te Heemstede op 3 maart 1779 (doopgetuigen waren Pieter Koene en Aaltje N.N.), overleden te Haarlem, begraven aldaar op 6 november 1810. Oorzaak: toeval. Woonde t.t.v. overlijden Kleine Houtstraat. Betaalde impost: fl 1,50, 31 jaar oud. Zou Pieter dan eindelijk eens wat geld vergaard hebben, dat er bij het overlijden impost betaald moest worden? Pieter is getrouwd te Haarlem op 11 augustus 1805 voor de schepenen, op 26-jarige leeftijd met Grietje Janse, geboren te Heemstede, 1773, beroep winkelierster. Pieter woont in Heemstede en Grietje is jonge dochter, wonende te Haarlem. Ze krijgen een acte van indemniteit d.d. 28 augustus 1805. Ze komen beide van het gemeentebestuur van Heemstede. Deze akte garandeerde dat als de drager ervan tot de bedelstaf mocht geraken, het bestuur van zijn laatste woonplaats voor ondersteuning zou zorgen. 38
Notarieel archief Heemstede, 1756 A 92. RANH, toegang 184, Oud Rechterlijk archief van Tetrode, Aalbertsberg en Vogelenzang (Bloemendaal). Inventarisnummer 1082, fol. 104V-105V. 39
45
7.2.
DE DERDE GENERATIE IN HEEMSTEDE
III-a (XI) Joannes Schabbing ook genaamd Jan Schabbink Junior, tuinier40, gedoopt te Heemstede op 5 januari 1768, Agterbuurt. Aantekening in het doopboek: ‘illegitimus’. Zijn ouders trouwden namelijk pas een maand na zijn geboorte! Overleden aldaar op 30 maart 1833 (aangifte door Jan Leuven, behuwd zoon), 65 jaar oud. Laat geen onroerend goed na. Zoon van Jan Schabbing (II, zie p. 44) en Lijsje Maartenze Jonkheer. Joannes is in ondertrouw gegaan te Heemstede op 1 februari 1795 en getrouwd aldaar op 15 februari 1795 op 27-jarige leeftijd (1) met Maria van den Brink. Maria was gedoopt te Heemstede op 16 januari 1767, plaats: ‘Buurt’, overleden te Heemstede op 24 maart 1821, 54 jaar oud. Zij was de dochter van Dirk van den Brink en Hendrijntje Prins. Jan en zijn broer Maarten trouwden overigens, hoe romantisch, op de zelfde dag. Uit dit huwelijk: 1 Jan Schabbing, geboren aan de Zandvaart, gedoopt te Heemstede op 31 oktober 1795 (doopgetuigen waren Jan Schabbing en Hendryntje Prince), volgt onder IV-a. 2 Hendryntje Schabbing, gedoopt te Heemstede op 16 januari 1798 (doopgetuigen waren Faas Luiten en Alida van der Haar). 3 Pieter Schabbing, aan de Zandvaart, gedoopt te Heemstede op 28 juli 1803, statie Berkenrode (doopgetuigen waren Pieter Scabbing (Schabbing) en Sibilla van den Bosch, volgt onder IV-b. 4 Dirk Schabbing, geboren aan de Zandvaart, gedoopt te Heemstede op 4 november 1807 (doopgetuigen waren Alida van der Haar en Faas Luiten (Luijten), volgt onder IV-c op pagina 51. Joannes is voor de tweede keer getrouwd te Heemstede, op 8 mei 1822, op 54-jarige leeftijd, met Dirkje Beelen, gedoopt op 13 december 1773, overleden te Heemstede op 22 november 1843, dochter van Jan Beelen en Jansje van Kampen.Uit dit huwelijk zijn mij geen kinderen bekend. Dirkje was weduwe van Jilles Leuven.
7.3.
DE DERDE GENERATIE: RIJK IN NOORDWIJK
III-b Maarten Schabbing, ook genaamd Maarten Schabbink, loodgieter, gedoopt te Heemstede op 12 maart 1770, overleden te Noordwijk-Binnen op 15 september 1848 (aangifte van overlijden door Hendrik Romijn, bouwman, stiefzoon van de overledene, 25 jaar oud en door Dirk Knelvers, buurman), 78 jaar oud, zoon van Jan Schabbing (II, p. 46) en Lijsje Maartenze Jonkheer. Maarten is in ondertrouw gegaan te Heemstede op 1 februari 1795 en getrouwd op 15 februari 1795, voor de kerk, op 24-jarige leeftijd (1) met Neeltje Gillis (16 jaar oud), geboren te Heemstede in het jaar 1779, overleden te Noordwijk-Binnen op 7 september 1836. Zij woont t.t.v. haar overlijden aan de Kerkstraat 277, 57 jaar oud. Andere gegevens (overlijden) van leden van de familie te Leiden, nog uit te zoeken: Elisabeth Helena 12-8-1833, Francisca Jacoba Johanna, 9-9-1835, Wilhelmus 28-3-1837, Joh. Rutgerus Antonius 17-5-1837.
Uit dit huwelijk: 40
Voor tuiniers van Duitse afkomst, zie ook J.W.M. Sickmann, Van Zuid-Oldenburg naar Nieuwer-Amstel. In Gens Germana jrg. 25, nr. 4, november 1999, p. 90-93.
46
1 Jan (of Johannes) Schabbing, gedoopt te Heemstede op 23 april 1795 (doopgetuigen waren Jan Schabbing en Geertrui Lambers), wonende te Noordwijk-Binnen en te Leiden, overleden 1855 op het adres Nieuwe Rijn 4, te Leiden, 60 jaar oud en begraven te Hoogmade. Johannes was achtereenvolgens pastoor te Hoogmade van 1825 tot 1838 en daarna tot 1844 in Noordwijk. 2 Ruth Schabbing ook genaamd Rutger Marten(z.), resident te Banda in Oost-Indië, gedoopt te Noordwijk-Binnen op 13 april 1797 (DTB Noordwijk 8, fol. 220; doopgetuigen waren Ruth Gillis en Sibilla van den Bos), wonende te Banda, overleden aldaar op 12 april 1832, dus nog net geen 36 jaar oud. Zijn grafschrift luidt: ‘Hier rust Ruther (!) Martens Schabbing. In leven resident van Banda. Geboren in Noordwijk en overleden den 12 April 1832 in den ouderdom van 35 jaren.’ Ruth is getrouwd te Batavia op 23 december 1821, op 24-jarige leeftijd met Magdalena Jeanette Bik (28 jaar oud), geboren te Rotterdam op 19 februari 1793, overleden te Batavia op 5 maart 1822, 29 jaar oud. Zij is de dochter van Jan Bik, lid van de Algemene Rekenkamer te O-I. Zij was eerder gehuwd met George Hendrik Smith. Dat huwelijk werd op de dag af drie jaar gesloten na zijn vertrek uit Nederland, met het schip De Drie Gebroeders. Resident in Banda, begin 19e eeuw: dat was in een periode dat de lokale bevolking zich fel verzette tegen de koloniale overheerser. Enkele jaren voor de komst van Ruth naar Banda werd vrijwel de gehele Nederlandse bezettingsmacht en aanhang aangevallen en vermoord door een groepje verzetslieden. Banda ligt in het oostelijke deel van de Indische archipel en is onderdeel van de Molukken. De resident is een hoge ambtenaar in het toenmalige Oost-Indië.
De doodsoorzaak van Ruth is overigens niet bekend. Wel blijkt uit mijn onderzoek in de archieven van het Nationaal Archief in Den Haag dat hij bij KB van 23 september 1812, nr. 94, werd benoemd tot ambtenaar voor de dienst in Oost-Indië 4e klasse. Al snel volgden benoemingen tot kommies, hoofdkommies en hoofdadministrateur te Banda, in 1825. Daarna een Honorabel (eervol) Ontslag in 1827 en vervolgens de benoeming tot resident van Banda. Eenmaal in Indië bleef Ruth aan zijn ouders denken. Hij liet voor die tijd aardige bedragen overmaken aan zijn ouders, na verkregen toestemming van de Gouverneur-Generaal. Ruth gaf een wel heel eigen invulling aan de ondertitel van deze publicatie: ‘Van west naar oost en niet terug’41. Hoe komt het trouwens toch dat Ruth, net als de andere kinderen van Maarten, maatschappelijk zo goed terecht is gekomen en de (klein)kinderen van Maarten’s broer Jan juist aan de onderkant van de maatschappelijke ladder bleven steken? Dit rechtvaardigt een onderzoek naar de rol en invloed van de vrouwen van de Schabbingen. 3 Pieter Schabbing, gedoopt te Noordwijk-Binnen op 11 december 1798 (doopgetuigen waren Pieter van Eijk en Eitje Theunisz Penning), overleden te Noordwijk-Binnen op 21 januari 1801. Aangifte door Maarten Schabbing, 4e cl, ƒ 3,-.
41
Bronnen: Ons nageslacht 1933 88 en ON 1935 10; bronnenpublicaties (BRP) v/d Ind. Gen. Vereniging dl. 6: grafschriften van Europeanen in N-I. Info via de IGV (q&a at igv.nl). Namenindex van ambtenaren, voorkomende in stamboekregistraties met loopbaangegevens in Oost-Indië 1815-circa 1836, nadere toegang 2.10.05.03, R. Schabbing A 185.
47
4 Elisabeth Schabbing, gedoopt te Noordwijk-Binnen op 9 april 1801 (doopgetuigen waren Pieter Schabbing en Grietje Jansen), volgt onder IV-d. 5 Maria Cecilia Schabbing, gedoopt te Noordwijk-Binnen op 26 september 1803 (doopgetuigen waren Dirk Gillis en Maria Bovendvaard), wonende te Noordwijk-Binnen en te Leiden, overleden na 1848, minstens 45 jaar oud. 6 Willem Schabbing, gedoopt te Noordwijk-Binnen op 27 oktober 1804 (doopgetuigen waren Hendrik Bennink en Mallysie Bertus). Volgt onder IV-e. 7 Antonia Schabbing, gedoopt te Noordwijk-Binnen op 24 december 1807 (doopgetuigen waren Hubertus van Eijk en Maria Luijten), overleden te Noordwijk-Binnen op 26 december 1845, woonde t.t.v. overlijden huis 276 te Noordwijk, 38 jaar oud. Antonia was gehuwd met Magilus van Beek, loodgieter, geboren rond 1817. Volgt onder IV-f. Maarten is hertrouwd te Noordwijk-Binnen op 30 mei 1840 op 70-jarige leeftijd met Maartje Rustman (55 jaar oud), geboren te Sassenheim, gedoopt aldaar op 21 oktober 1784 (rk), dochter van Hendrik Rustman) en Aagje van Gastel. Maartje is eerder getrouwd voor 1838, op hoogstens 54-jarige leeftijd met Pieter Romijn, overleden te Noordwijk op 20 maart 1838.
Maarten heeft maatschappelijk en zakelijk gezien een goede carrière achter de rug als hij in 1848 overlijdt. In het Register der Quotisatie (een register van te betalen belastingen) uit 1808 wordt hij aangeslagen voor de som van 10 gulden, een bedrag waarmee hij uitstijgt boven de meeste van zijn dorpsgenoten die 3 of 6 gulden betalen. In 1810 is hij een van de drie ondertekenaars van een overzicht van de kerkelijke financiën in Noordwijk. Maar het beste valt zijn welvaart en maatschappelijk succes af te meten aan een overzicht in de memories van successie. Dit zijn overzichten, opgemaakt t.b.v. de betaling van successiebelasting. De memorie van successie, ingeleverd 13 december 1848, somt zijn erfgenamen (met vermelding van hun beroepen) op: ‘Johannes Schabbing, Roomsch Katholijk Priester en rustend pastoor te Leijden; Elisabeth Schabbing, echtgenoot van en ten deze bijgestaan en gemagtigd door Leonardus Robbe, Professor aan het instituut voor opvoeding en onderwijs, gevestigd te Katwijk aan den Rijn; Maria Schabbing, particuliere, woonende te Leijden; Dirkje van Niekerk, ... gehuwd geweest zijnde met den heer Willem Schabbing, ... in hoedanigheid van voogdesse over hare beide ... minderjarige kinderen genaamd Cornelia Schabbing en Anna Cornelia Schabbing; Magilus van Beek, loodgieter, wonende te Noordwijk-Binnen, ... voogd over zijne met wijlen zijne huisvrouw Antonia - ook wel genaamd Annetta - Schabbing in huwelijk verwekte nog minderjarige kind genaamd Antonia Jacoba van Beek’ Zij verklaren dat Maarten Schabbing bij testament d.d. 30 maart 1844 heeft gelegateerd aan de armen van Noordwijk-Binnen een som van honderd gulden en bij dit testament, bekrachtigd bij testament d.d. 27 mei 1847 (beide voor notaris Johannes Tomas (?), te Leiden) bij vooruitmaking heeft gelegateerd aan zijn dochter Maria eene som van vier duizend gulden en tot zijn erfgenamen heeft gesteld zijn kinderen of afstammelingen, zijnde: Johannes Schabbing, Elisabeth Schabbing en Maria Schabbing en de minderjarige Cornelia Schabbing, Anna Cornelia Schabbing en Antonia Jacoba van Beek. Onroerende goederen liet hij niet na. Door het overlijden verviel het vruchtgebruik der nalatenschap van zijn zoon, wijlen den weledelgestrenge heer Rutger Marten Schabbing, in leven Resident te Banda in de Oost-Indië, bestaan hebbende in contant geld ter som van achthonderdzeven en veertig gulden vijftig cent
48
(waarvan akte voor notaris mr. Cornelis Catharinus van der Schalk, Noordwijk, 30 mei 1842, was verleden) alsmede het deel van de nalatenschap van zijn vrouw Neeltje Gillis, (waarvan ook akte voor notaris mr. Cornelis Catharinus van der Schalk, Noordwijk, 12 juli 1843, was verleden). Dit deel bedroeg in contant geld 2.793 gulden en 73 cent… Zekerheid voor alles, dacht Maarten en hij kocht voor dat geld een inschrijving op het Grootboek der Nationale werkelijke schuld, nominaal groot drieduizend gulden. We zien dus bij zijn kinderen en schoonkinderen beroepen met aanzien vermeld en ook nog eens een erfenis van duizenden guldens! Met recht dus: rijk in Noordwijk.
49
8.
E
DE VIERDE EN VIJFDE GENERATIE IN HOLLAND: 19 EEUW
8.1.
DE VIERDE GENERATIE IN HEEMSTEDE
V (XIII). Jan 1833-? Pieter 1835-1899
III (XI). Joannes Schabbing 1768-1833 │ IV (XII). Dirk Schabbing * 4-11-1807 † 1-8-1858 x 3-7-1833 Alida Luijten 1814-1866 │ V (XIII). Martinus Franciscus * 30-10-1836 † 2-2-1909 x 28-5-1873 Anna Elizabeth van der Veldt 1849-1930 zie p. 57
V (XIII). Wilhelmina Maria 1838-1900 Theodorus Johannis 1840-1846 Willem 1842-1843 Willibrordis Johannis 1844-<1933 Hendrik 1846 Johanna Adriana 1848-1919 Alida 1851-1916 Maria 1856
IV-a (XII) Jan Schabbing, kleerblekersknecht en werkman. Zoon van Joannes Schabbing (III-a) en Maria van den Brink. Geboren aan de Zandvaart, gedoopt te Heemstede op 31 oktober 1795, overleden aldaar op 13 september 1826 en in de overlijdensakte Jan Schabbing junior genoemd. Zijn vader wordt daar ook genoemd, 62 jaar oud (moet zijn 58?). Militaire dienst aldaar in het jaar 1815 op 20-jarige leeftijd. In de Alphabetische lijst der voor de nationale militie ingeschrevenen in de gemeente Heemstede, district 11, hoofdplaats Naarden, uit 1815, is Jan Schabbink ingeschreven onder nummer 77/19/lotingnummer 95. Bij de bijzonderheden staat vermeld: Te klein. Voor den dienst gedissigneerd. Hij woont aan de Zandvaart 129 t.t.v. zijn militaire inschrijving. Jan liet geen vaste goederen na, toen hij op 30-jarige leeftijd overleed. Jan is getrouwd te Heemstede op 25 februari 1821 (getuige was Faas Luiten, 58 jaar, neef), op 25-jarige leeftijd met Helena Kuijpers (23 jaar oud), kleerblekersmeid, geboren in het jaar 1798, te Maarheeze. Uit dit huwelijk: 1 Maria Schabbing, geboren te Heemstede op 27 juli 1821, volgt onder V-a. 2 Johanna Elisabeth Schabbing, geboren te Heemstede op 10 september 1823. 3 Johanna Schabbing, geboren te Heemstede op 25 november 1825, volgt onder V-b. IV-b Pieter Schabbing, kleerblekersknecht, aan de Zandvaart. Als beroep wordt ook genoemd kleermakersknecht: dit is echter twijfelachtig. Gedoopt te Heemstede op 28 juli 1803, statie Berkenrode , militaire dienst te ? Gegevens nationale militie: signalement: aangezicht rond, ogen grijs, haar donkerblond, ... (onleesbaar) breed. Dienst gedissigneerd. 50
Overleden aldaar op 17 december 1831, 28 jaar oud, zoon van Joannes Schabbing (III-a) en Maria van den Brink. Pieter is getrouwd op 12 mei 1824 (bruid en bruidegom konden overigens niet schrijven), op 20-jarige leeftijd met Petronella Kockelkoren (ongeveer 24 jaar oud), kleerblekersdienstbode en werkster, geboren te Grathem rond 1800 en overleden te Heemstede, 8 mei 1882. Uit dit huwelijk: 1 Helena Elisabeth Schabbing, geboren te Heemstede op 1 september 1824, overleden aldaar op 27 mei 1825. Aangifte mede door Jan Schabbing junior, oom. 2 Maria Elisabeth Schabbing, geboren te Heemstede op 13 januari 1826, overleden aldaar op 19 januari 1826, 6 dagen oud. 3 Johannes Franciscus Schabbing, geboren te Heemstede op 8 oktober 1827, volgt onder V-c. 4 Elisabeth (Maria) Schabbing, geboren 6 september 1829, gehuwd 6 april 1853, te Heemstede, met Petrus Louwkamp, geboren te Hillegom, 1828. 5 Petronella Schabbing, geboren te Heemstede op 25 januari 1832, volgt onder V-d. Hieronder wat meer aandacht voor enkele leden van de schoonfamilie. Pieter van der Veldt, overleden te Haarlem op 15 november 1866. Pieter was gehuwd met Antje Veen, overleden op 5 juni 1859. Uit dit huwelijk: 1 Anna Elizabeth van der Veldt, geboren op 2 februari 1849. Anna is getrouwd te Heemstede op 28 mei 1873 (bs), op 24-jarige leeftijd met Martinus Franciscus Schabbing, geboren te Bennebroek op 30 oktober 1836. Pierre Mertens, werkman. Pierre was gehuwd met Maria Catharina Hultens. Uit dit huwelijk: 1 Maria Elisabeth Mertens, geboren te Weert rond 1834, overleden voor 1874, hoogstens 40 jaar oud. Maria is getrouwd te Haarlem op 4 maart 1857 (bs), op ongeveer 23-jarige leeftijd met Jan Schabbing, geboren te Bennebroek op 10 mei 1833. Johannes van Wunnik. Johannes was gehuwd met Maria Zomerdijk. Uit dit huwelijk: 1 Johanna Maria van Wunnik, geboren te Haarlem rond 1837. Johanna was gehuwd (1) met Franciscus Jansen, overleden voor 1874. Johanna is in ondertrouw gegaan te Heemstede en getrouwd aldaar op 3 juni 1874 (bs) (getuige was Martinus Franciscus Schabbing, 37 jr.), op ongeveer 37-jarige leeftijd (2) met Jan Schabbing, geboren te Bennebroek op 10 mei 1833. A-VIII-k Gerrit Jongbloed, beroep steenzager. Gerrit was gehuwd met Maria Smit. Uit dit huwelijk: 1 Maria Jongbloed, geboren te Haarlem op 4 april 1851. Maria is getrouwd te Haarlem op 27 januari 1875, op 23-jarige leeftijd met Willibrordis Johannis Schabbing, geboren te Bennebroek op 29 mei 1844.
8.2.
DE VIERDE GENERATIE GAAT ZUID EN NOG ZUIDELIJKER 8.2.1. BENNEBROEK
IV-c Dirk Schabbing, in zijn huwelijksakte vermeld als ‘Dirk Schabink, zich schrijvende Dirk Schabbing’. (Ook in andere officiële stukken zien we Dirk's achternaam vaak vermeld staan als Schabink.) Beroepen: arbeider en kleerblekersknecht.
51
Militaire dienst: lengte: 1 el, 7 palm en 2 duim (= 1,72 m). T.t.v. zijn huwelijk met groot verlof. Dirk was schutter in het 2e bataillon, 3e afdeling Noord-Hollandse schutterij. Signalement: lengte: 1 el, 7 palm en 2 duim (1,72 m). Aangezicht rond, voorhoofd smal, ogen grijs, neus (onleesbaar), mond idem, kin rond, haar blond (?), wenkbrauwen (onleesbaar). Geboren aan de Zandvaart en gedoopt te Heemstede op 4 november 1807. Zoon van Joannes Schabbing (III-a, zie p. 46) en Maria van den Brink. Overleden te Bennebroek op 1 augustus 1858, 50 jaar oud, in het huis aan de Ro(de)hellervaart. Aangifte door Johannis Schabbing, blekersknecht, Heemstede en Pieter Hendrik Menke, smidsknecht, Bennebroek. Dirk is getrouwd te Bennebroek op 3 juli 1833, op 25-jarige leeftijd met Alida Luijten (19 jaar oud) kleerblekersdienstbode, geboren te Heemstede op 12 maart 1814, overleden te Bennebroek op 15 december 1866 ‘aan de Reek’, 52 jaar oud, dochter van Pieter Luyten en Wilhelmina de Moor. Uit dit huwelijk: 1 Jan Schabbing, geboren te Bennebroek op 10 mei 1833, volgt onder V-e. 2 Pieter Schabbing, geboren te Bennebroek op 1 februari 1835, volgt onder V-f. 3 Martinus Franciscus Schabbing, geboren te Bennebroek op 30 oktober 1836, volgt onder V-g op pagina 57. 4 Wilhelmina Maria Schabbing, blekersdienstbode, geboren te Bennebroek op 12 februari 1838, volgt onder V-h. 5 Theodorus Johannis Schabbing, geboren te Bennebroek op 24 augustus 1840, overleden aldaar op 22 oktober 1846 aan de Vaart, 6 jaar oud. 6 Willem Schabbing, geboren te Bennebroek op 22 december 1842, overleden aldaar op 27 september 1843 aan de Reek nr. 85, 279 dagen oud. 7 Willibrordis Johannis Schabbing, geboren te Bennebroek op 29 mei 1844, volgt onder V-i. 8 Hendrik Schabbing, geboren te Bennebroek op 17 april 1846, overleden aldaar op 15 september 1846 aan de Vaart, 151 dagen oud. 9 Johanna Adriana Schabbing, geboren te Bennebroek op 3 maart 1848, volgt onder V-j. 10 Alida Schabbing, geboren te Bennebroek op 28 februari 1851, overleden te Heemstede op 23 oktober 1916, Kerklaan 11, 65 jaar oud. Zij heeft een testament op laten maken te Heemstede, zie memories van successie. Zij kon niet schrijven. Alida was gehuwd met Cornelis Weijers geboren te Heemstede in het jaar 1849, overleden aldaar 26 juni 1933. 11 Maria Schabbing, geboren te Bennebroek op 21 mei 1856, overleden aldaar op 22 mei 1856 op de Reek, 1 dag oud.
8.2.2. NOORDWIJK
IV-d Elisabeth Schabbing, gedoopt te Noordwijk-Binnen op 9 april 1801, wonende te Katwijk aan de Rijn en te Noordwijk-Binnen, overleden na 1848, minstens 47 jaar oud, dochter van Maarten Schabbing (III-b, op pagina 46) en Neeltje Gillis. Elisabeth is getrouwd te Woubrugge op 11 februari 1833 met Leonardus Robbe, geboren circa 1808 te Hazerswoude, professor aan het Instituut voor opvoeding en onderwijs, Katwijk aan de Rijn, overleden te Maastricht, 12 november 1890. Wonende te Katwijk aan de Rijn. Uit dit huwelijk:
52
1 Casparus Adolphus Johannes Franciscus Robbe, geboren rond 1840, overleden te Delft op 1 februari 1884, ongeveer 44 jaar oud. Casparus was gehuwd met Maria Catharina Leroi. IV-e Willem Schabbing, van beroep grutter, gedoopt te Noordwijk-Binnen op 27 oktober 1804, wonende te Leiden, overleden voor 1848, hoogstens 44 jaar oud, zoon van Maarten Schabbing (III-b, p. 46) en Neeltje Gillis. Willem was gehuwd met Dirkje van Niekerk ook genaamd Dorothea. Uit dit huwelijk: 1 Johannes Martinus Schabbing, geboren op 7 mei 1827, wonende te Leiden, overleden rond 31 augustus 1827, 3 maanden oud. 2 Cornelia Schabbing, geboren te Leiden op 27 juni 1828, wonende aldaar en te Tilburg, overleden na 1852, minstens 24 jaar oud. Cornelia woonde (als kloosterzuster?) in kerk no. 1833 (Zusters van Liefde a/d Oude Dijk). Zij heeft zich 8 oktober 1852 (vanuit Leiden) gevestigd te Tilburg. Bron: Ingekomen personen uit Tilburg 1811-1860. 3 Anna Cornelia Schabbing, geboren te Leiden op 1 september 1830 woont t.t.v. geboorte aan de Haarlemmerstraat., wonende aldaar, te Tilburg en te Utrecht, overleden na 1855, minstens 25 jaar oud. 27 maart 1855 (vanuit Leiden) gevestigd te Tilburg; dinsdag 19 juni 1855 van Tilburg naar Utrecht vertrokken. Bron: Ingekomen personen resp. Vertrokken personen uit Tilburg 1811-1860. Anna Cornelia woonde (ook als kloosterzuster?) in kerk no. 1835 (Zusters van Liefde a/d Oude Dijk). IV-f Antonia Schabbing, gedoopt te Noordwijk-Binnen op 24 december 1807 DTB Noordwijk 8, fol. 234, overleden aldaar op 26 december 1845 woont t.t.v. overlijden huis 276 te noordwijk, 38 jaar oud, dochter van Maarten Schabbing (III-b, p. 46) en Neeltje Gillis. Antonia was gehuwd met Magilus van Beek, loodgieter, geboren rond 1817. Uit dit huwelijk: 1 Antonia Jacoba van Beek.
8.3.
DE VIJFDE GENERATIE: KINDERRIJK!
V-a (XIII) Maria Schabbing, wasvrouw en blekersdienstbode, geboren te Heemstede op 27 juli 1821, overleden aldaar op 7 maart 1890; woont t.t.v. overlijden aan de Zandvaart, 68 jaar oud, dochter van Jan Schabbing (IV-a) en Helena Kuijpers. Maria was gehuwd te Heemstede, op 28 november 1849, met Johannes van Deurzen, blekersknecht, Heemstede 1821-1853. Uit dit huwelijk: 1 Theodorus van Deurzen, geboren in het jaar 1850, overleden 1853. 2 Johannes van Deurzen, geboren in het jaar 1852, overleden te Haarlem, 1928. 3 Helena van Deurzen, geboren in het jaar 1852, overleden te Haarlem, 1925. 4 Maria van Deurzen, geboren in het jaar 1854, overleden te Heemstede, 6 januari 1915. V-b Johanna Adriana Schabbing, geboren te Heemstede op 25 november 1825, overleden aldaar op 6 augustus 1902, 76 jaar oud. Zij woont t.t.v. overlijden aan de Zandvaart, dochter van Jan Schabbing (IV-a) en Helena Kuijpers.
53
Johanna is getrouwd op 26-jarige leeftijd, op 2 maart 1851, te Heemstede, met Hendrikus Nicolaas Vooges, timmerman. Hendrik was geboren in het jaar 1827 en overleed te Heemstede, op 2 februari 1920. Testament bij notaris Boerlage Heemstede, nummer 336: 20 november 1902 (testament 14-1-1903): boedelbeschrijving van Hendrik N. Vooges, geh. met Joh.A. Schabbink. Waarde ƒ 1.145.04; gelden ƒ 247,75 en halve cent etc. 1 huis met timmermanswerkplaats. Zie ook memories van successie. Verwarrend en vervelend is dat Johanna Adriana op de internetpagina Toegang op personen mogelijk afwisselend met of zonder toevoeging Adriana wordt genoemd en mogelijk zelfs is verwisseld met ‘de andere’ Johanna Adriana, gehuwd met Johannes Leuven.
Uit dit huwelijk: 1 Gerardus Johannes Vooges, geboren te Heemstede rond 1852. 2 Helena Vooges, geboren in het jaar 1854. 3 Elisabeth Vooges, geboren in het jaar 1859. 4 Christina Vooges, geboren rond 1858, overleden te Heemstede, 8 februari 1942. 5 Maria Vooges. 6 Johannes Vooges, timmerman, geboren rond 1865, overleden te Heemstede, 23 februari 1943. V-c Johannes Franciscus Schabbing, blekersknecht en arbeider, geboren te Heemstede op 8 oktober 1827, overleden te Heemstede op 31 december 1900, 73 jaar en 2 maanden oud, zoon van Pieter Schabbing (IV-b) en Petronella Kockelkoren. Johannes was gehuwd op 2 augustus 1848, te Heemstede, met Antonetta Goosens, ook geschreven als Antoinnetta Goossens, blekersdienstbode, geboren te Mill en St. Hubert rond 1821. Uit dit huwelijk: 1 Petronella Schabbing, geboren te Heemstede op 8 december 1850, overleden te Oudewater, op 2 september 1936, 85 jaar oud. Deze Petronella Schabbing is getrouwd te Heemstede op 17 januari 1872, op 21-jarige leeftijd met Petrus de Zwart (ongeveer 23 jaar oud), koopman, tuinier en arbeider, geboren te Heemstede rond 1849 en overleden aldaar 1915. Uit dit huwelijk: 1 Antonetta de Zwart, geboren 1874, overleden te Haarlem, 1924. 2 Petronella Maria de Zwart , Heemstede, 1880. 3 Wilhelmina Maria de Zwart, geboren 1884. Petronella Schabbing, zonder beroep, wonend te Heemstede, is op 22-jarige leeftijd voor de rechter gekomen: op 22 juli 1873 heeft zij, samen met Pieter de Zwart, haar echtgenoot en met Antonetta Goossens, haar moeder, een zekere Maria Jongbloed met slagen en stoten uit haar woning gezet. Genoemde Maria zou bij de daders komen inwonen, wat echter geweigerd werd en welke weigering met geweld werd uitgevoerd. Petronella werd, net als Antonetta, veroordeeld tot een geldboete van ƒ 3 en de rechtskosten en haar man Pieter tot een boete van ƒ 1. Van deze Petronella zou ik graag meer te weten willen komen: waarom die vechtpartij met genoemde Maria Jongbloed? Zij is overleden te Oudewater: Petronella zou toch niet zijn gewogen en te licht bevonden? En vervolgens als Heks zijn verbrand? Er zijn memories van successie opgemaakt en wellicht werpen die meer licht op de zaak. Ik houd u op de hoogte! V-d Petronella Schabbing, naaister, geboren te Heemstede op 25 januari 1832, dochter van Pieter Schabbing (IV-b) en Petronella Kockelkoren.
54
Petronella is getrouwd te Heemstede op 2 mei 1855 (bs), op 23-jarige leeftijd met Johannes van Mook (22 jaar oud), arbeider, en schoenmaker, geboren te Geertruidenberg in het jaar 1833. Uit dit huwelijk: 1 Cornelis Johannes van Mook, geboren te Heemstede in het jaar 1856. 2 Petrus Adrianus van Mook, geboren te H aarlemmerliede en Spaarnwoude, in het jaar 1862. Beroep: bakker. 3 Hendrik Josephus van Mook, geboren te Haarlemmerliede C.A. in het jaar 1864. Beroep schoenmaker. 4 Annetta van Mook, geboren te Haarlemmerliede en Spaarnwoude, in het jaar 1870. 5 Willem Johannes van Mook, geboren te Velsen op 22 november 1871. V-e Jan Schabbing, arbeider, blekersknecht en spoorwegbeambte, geboren te Bennebroek op 10 mei 1833. Zoon van Dirk Schabbing en Alida Luijten. Adres te Haarlem na 1870: Korte Houtstraat 19. Militaire dienst, gegevens nationale militie: ten tijde van zijn inschrijving woonde Jan nog bij zijn ouders. Signalement: lengte: 1 el, 5 palm en 6 duim (1,56 m). Aangezicht rond, ogen bruin, scheelziend. Jan had zich zelf aangegeven, voor één jaar. Jan is getrouwd te Haarlem op 4 maart 1857 (bs), op 23-jarige leeftijd (1) met Maria Elisabeth Mertens (ongeveer 23 jaar oud), geboren te Weert rond 1834, overleden voor 1874, hoogstens 40 jaar oud, dochter van Pierre Mertens (werkman) en Maria Catharina Hultens. Uit dit huwelijk: 1 Maria Catharina Schabbing, geboren te Haarlem op 15 mei 1857, volgt onder VI-a. 2 Petrus Johannes Schabbing, geboren te Het valt op dat Jan Schabbing in 1794 zonder Haarlem op 3 december 1858 problemen de notariële akte van zijn testament kon e Meesterlottelaan, wijk 4, nr, 238, overleden ondertekenen en dat we halverwege de 19 eeuw aldaar op 28 december 1859, 1 jaar oud. meermalen Schabbingen tegenkomen die de kunst van het schrijven niet meer vaardig zijn! Blijkbaar 3 Johannes Schabbing, geboren te Haarlem lagen de eisen voor bijvoorbeeld het spoorwegop 4 april 1860. personeel niet hoog, want blijkens de geboorte-akte 4 Alida Schabbing, geboren te Haarlem op 21 van zijn zoon Johannes (1860), kon de vader niet mei 1861, overleden aldaar op 3 december schrijven. Een verklaring voor deze achteruitgang biedt wellicht 1861, 6 maanden oud. de beschrijving van de onderwijsomstandigheden in 5 Dirk Schabbing, geboren te Haarlem op 5 Heemstede en Bennebroek, te lezen in de bijlagen, juni 1862 (rk), volgt onder VI-b60. p. 150. 6 Hendrikus Schabbing, geboren te Haarlem op 5 juni 1862, overleden aldaar op 26 juli 1862, 1 maand oud. Hendrikus leefde dus aanzienlijk korter dan zijn tweelingbroer Dirk, en werd nauwelijks een jaar later opgevolgd door zijn naamgenoot Hendrikus, zie hieronder. 7 Hendrikus Schabbing, geboren te Haarlem op 4 november 1863. 8 Martinus Schabbing, geboren te Haarlem op 27 november 1865. Martinus Schabbing stond samen met zijn kameraadje Gerrit Rijbroek, 13 jaar, voor de rechtbank, wegens een tweetal diefstallen. 9 Jansje Schabbing, ook Johanna , geboren te Haarlem op 7 november 1866, overleden aldaar op 5 februari 1942, 75 jaar en 2 maanden oud. Jansje Schabbing, zonder beroep, wonend te Haarlem, is op twaalfjarige wegens diefstal voor de rechter gekomen. Zie het hoofdstuk over Vrouwe Justitia. Jansje is getrouwd te Haarlem op 11 juli 1888, op 21-jarige leeftijd met Pieter Zalm (22 jaar oud), smid en ketelmaker, geboren te Leiden in het jaar 1866, zoon van Jan Jacobus Zalm en Maria Lens (?).
55
Uit dit huwelijk: Johannes Jacobus Zalm, geboren te Haarlem, circa 1889. 10 Pieter Schabbing, geboren te Haarlem op 26 december 1867. 11 Maria Elisabeth Schabbing, geboren te Haarlem op 17 november 1870 Mr. Joostenlaan (?) wijk 4 nr. 177. Jan is in ondertrouw gegaan te Heemstede en getrouwd aldaar op 3 juni 1874 (getuige was Martinus Franciscus Schabbing, 37 jaar oud), op 41-jarige leeftijd (2) met Johanna Maria van Wunnik42 (ongeveer 37 jaar oud), geboren te Haarlem rond 1837, dochter van Johannes van Wunnik en Maria Zomerdijk. Johanna was weduwe van Franciscus Jansen, overleden voor 1874. Uit dit huwelijk: 12 Johannes Petrus Schabbing, geboren te Heemstede op 8 september 1874, overleden aldaar op 14 januari 1875, 4 maanden oud. 13 Maria Alida Schabbing, geboren te Haarlem op 15 februari 1876. 14 Petrus Schabbing, geboren te Haarlem op 23 oktober 1877. 15 Maria Elisabeth Schabbing, geboren te Haarlem op 24 november 1879. V-f Pieter Schabbing, ook Peter, beroep klompenmaker, geboren te Bennebroek op 1 februari 1835, wonende te Doodewaard, overleden 1899, te Velp, 64 jaar oud, zoon van Dirk Schabbing, (IV-c) en Alida Luijten. In de overlijdensakte van zijn dochter Bertha staat Pieter vermeld met de voornaam Antonius! Gegevens militaire dienst: dienst te Bennebroek/Heemstede in het jaar 1856 op 21-jarige leeftijd ‘Voor zichzelven in dienst.’ Jaar loting 1856, lotingnummer 30/3. Soldaat 3e regiment infanterie. Verlofdatum 2 augustus 1859. Vertrokken naar Doodewaard, hiervan kennisgeving 9 september 1859 gepasporteerd. Behoort tot 3e klasse, te klein. Pieter is getrouwd te Wageningen op 25 augustus 1865, op 30-jarige leeftijd met Alberta Rothuizen, ook Bartje en Bertha (ongeveer 26 jaar oud), geboren te Wageningen rond 1839, overleden voor 1917. Vader onbekend, moeder Johanna Rothuizen. Uit dit huwelijk: 1 Maria Johanna Schabbing, geboren te Doodewaard, 1868, overleden te Schoten, 1911, 43 jaar oud. Maria is getrouwd te Rheden op 18 februari 1886, op 17-jarige leeftijd (1) met Marinus Mechiel Maas, beroep leidekker (ongeveer 28 jaar oud), geboren te Empel en Meerwijk rond 1858, overleden 18 april 1886; vader: Thomas Maas, moeder: Wilhelmina de Bekker Maria is getrouwd te Rheden op 11 mei 1889, op ongeveer 22-jarige leeftijd (2) met Antonius Gieben, beroep schilder (25 jaar oud), geboren te Arnhem 1864, overleden 1932. vader: Antonie Gieben, moeder: Antonia Gesina Frenk. 2 Alida Maria Schabbing, geboren te Velp rond 1870, volgt onder VI-c. 3 Karel Frederik Antonius Schabbing, geboren te Velp rond 1872, volgt onder VI-d. 4 Bertha Catharina Schabbing, geboren te Rheden (=Velp?), rond 1874, overleden te Etten-Leur, 3 oktober 1917. Zonder beroep. 5 Petrus Antonius Schabbing, geboren te Velp rond 1879, volgt onder VI-e.
42
De naam Wunnik komt ook voor bij het geslacht Maas, gehuwd met Johannes Schabbing, 3 september 1924.
56
V-g Martinus Franciscus Schabbing, arbeider, geboren te Bennebroek op 30 oktober 1836, zoon van Dirk Schabbing (IV-c, zie p. 51) en Alida Luijten, ook geschreven als Luiten. Militaire dienst: in het jaar 1855 vrijgeloot. Behoort tot 2e klasse; reden waarom verwezen: te klein (ook al klein, net als IV-a Jan Schabbing en V-f Pieter Schabbing. Ik herinner me in ieder geval dat mijn opa, zoon van deze Martinus Franciscus, ook geen grote lengte had). Blijkbaar was deze geringe lichaamslengte geen probleem om tot de Zouaven toe te treden. Afbeelding 2 Foto van Martinus Franciscus Schabbing en Anna Elizabeth van der Veldt, aan de Molenwerf
Martinus Franciscus koos in de 19e eeuw voor een kort avontuur in het pauselijk leger, de Zouaven. Dit leger bestreed de legers van de Italiaanse vrijheidsheld en hervormer Garibaldi. Over deze episode heeft Jan Willem Regenhardt uitgebreid geschreven in Zouavenbloed. Een gezin en de geschiedenis en waarvan in de bijlagen een fragment is opgenomen onder de titel: ‘Zouaves en avant. Vive Pio Nono’. Zie pagina 85 en verder. Overleden te Heemstede op 2 januari 1909, 72 jaar en 2 maanden oud. Martinus is getrouwd te Heemstede op 28 mei 1873, op 36-jarige leeftijd met Anna Elizabeth van der Veldt (24 jaar oud), geboren op 2 februari 1849, dochter van Pieter van der Veldt en Antje Veen. Overleden te Haarlem, op 22 augustus 1930 te Haarlem, 81 jaar oud. Uit dit huwelijk (zie paragraaf KINDEREN VAN MARTINUS FRANCISCUS SCHABBING, ZOUAAF, op pagina 62): 1 Alida Catharina Schabbing ook genaamd Da, geboren te Heemstede op 12 november 1873, volgt onder VI-f. 2 Petrus Gerardus Schabbing ook genaamd Piet, geboren te Heemstede op 24 maart 1875, volgt onder VI-g. 3 Cornelis Schabbing, geboren te Heemstede op 19 februari 1877, volgt onder VI-h. 4 Martinus Franciscus Schabbing ook genaamd Maarten, geboren te Heemstede op 28 december 1879, volgt onder VI-i. 5 Anna Maria Schabbing ook genaamd Mie, geboren op 22 februari 1883, overleden te Haarlem op 16 september 1969, 86 jaar en 6 maanden oud. 6 Johannes Schabbing ook genaamd Jan, geboren te Heemstede op 10 februari 1886, volgt onder VI-j. 7 Theodorus Schabbing, geboren te Heemstede op 18 februari 1889, overleden aldaar op 1 augustus 1889, 5 maanden oud. 8 Theodorus Schabbing ook genaamd Dirk, geboren te Heemstede, aan de Driesprong op 13 februari 1891, volgt onder VI-k.
57
V-h Wilhelmina Maria Schabbing, blekersdienstbode, geboren te Bennebroek op 12 februari 1838, overleden te Heemstede op 8 mei 1900, 62 jaar en 2 maanden oud, dochter van Dirk Schabbing (IV-c) en Alida Luijten. Wilhelmina is getrouwd te Heemstede op 4 mei 1864,op 26-jarige leeftijd met Petrus Johannes Mertens (25 jaar oud), blekersknecht, geboren te Nederweert in het jaar 1839. Uit dit huwelijk: 1 Petrus Johannes Mertens, geboren rond 1870. 2 Johanna Maria Mertens, geboren rond 1878, overleden te Heemstede, 22 maart 1948. 3 Wilhelmina Catharina Mertens, geboren te Heemstede, 1881. V-i Willibrordis Johannis Schabbing, ook Willem en Willebrordus, werkman, blekersknecht, (in dit geval waarschijnlijk ‘zander’, dit zijn personen die zich bezighielden met het afzanden of afgraven van gronden. Heemstede kende in 1864 negen zanders), geboren te Bennebroek op 29 mei 1844, overleden voor 1933, hoogstens 89 jaar oud, zoon van Dirk Schabbing (IV-c) en Alida Luijten. Adres te Haarlem in het jaar 1881 op de Kleine Houtweg en in 1885 Lange Heerenvest 96. Willibrordus komt in 1877 voor de rechter. Net als zijn broer Martinus Franciscus sloot ook Willibrordis zich aan bij de Zouaven. Hij trad in dienst op 17 november 1867 en ging met ontslag op 18 november 1869. Voor de Zouaven, zie verder bij paragraaf 16.2.1. [Nader te onderzoeken bron: Binnengekomen brieven Heemstede 1871: WJ voor Bernardus Cornelis Freeser, Amsterdam, 25 april 1871 (betreft dienstplicht?)]
Willibrordis is getrouwd te Haarlem op 27 januari 1875 op 30-jarige leeftijd met Maria Jongbloed, geboren te Haarlem op 4 april 1851, dochter van Gerrit Jongbloed (steenzager) en Maria Smit. Beiden erkennen bij die gelegenheid de geboorte van Frederika Christina. Uit dit huwelijk: 1 Frederika Christina Schabbing, geboren te Haarlem op 1 september 1872, erkend bij het huwelijk van haar ouders.. Frederika is getrouwd te Haarlem op 30 april 1902, op 29-jarige leeftijd met Johannes Theodorus Overtoom (29 jaar oud), schoenmaker, geboren te Schagen in het jaar 1873. 2 Wilhelmus Schabbing, geboren te Haarlem op 23 mei 1875, volgt onder VI-l. 3 Martinus Schabbing, geboren te Heemstede op 4 juli 1876, overleden aldaar op 14 juli 1877 woont t.t.v. overlijden op de Glip, 1 jaar oud. 4 Johannes Schabbing, geboren te Heemstede op 12 november 1877, overleden na 1910, minstens 33 jaar oud. Johannes is getrouwd te Hengelo op 19 maart 1910, op 32-jarige leeftijd met Egberdina Wargerink (ongeveer 44 jaar oud), geboren te Haaksbergen rond 1866, overleden na 1910, minstens 44 jaar oud. 5 Wilhelmina Schabbing, geboren te Heemstede op 12 november 1877. Wilhelmina is getrouwd te Haarlem op 3 augustus 1898, op 20-jarige leeftijd (1) met (en gescheiden voor 1911 van) Antonius Johannes Smits (21 jaar oud), katoendrukker, geboren te Haarlem in het jaar 1877. Wilhelmina is getrouwd te Venlo op 3 juli 1911, op 33-jarige leeftijd (2) met Mathijs Philip Wijlders, geboren te Venlo. 6 Maria Schabbing, geboren te Haarlem op 2 januari 1881. Maria is getrouwd te Haarlem op 7 mei 1902, op 21-jarige leeftijd met Johannes Martinus Elstgeest (25 jaar oud), machinist, geboren te Alkemade in het jaar 1877.
58
Een tweede huwelijk: Petrus Johannes George Leverdingen, geboren 1875 te Den Haag. Wettelijk huwelijk te Rotterdam, 9 december 1925. 7 Johanna Schabbing, geboren te Haarlem op 11 april 1883. Johanna is getrouwd te Haarlem op 21 oktober 1903, op 20-jarige leeftijd met Albert Willem van Dansik (22 jaar oud), slager, geboren te Haarlem in het jaar 1881. 8 Elisabeth Schabbing, geboren te Haarlem op 25 maart 1885, overleden aldaar op 18 november 1918 overleden Boeresteeg 11, 33 jaar en 7 maanden oud. Elisabeth is getrouwd te Haarlem op 10 mei 1905, op 20-jarige leeftijd met Arie Machiel Kamerman (32 jaar oud), werkman, geboren te Haarlem in het jaar 1873. 9 Alida Schabbing, geboren te Haarlem op 20 februari 1888. Is zij overleden te Schoten, op 9 augustus 1911? Alida is getrouwd te Schoten op 24 mei 1911, op 23-jarige leeftijd met Hubertus Franciscus Koolen (24 jaar oud), voorslaander (smid), geboren te Haarlem in het jaar 1887, zoon van Franciscus Hubertus Koolen en Geertruida van Osch. 10 Wilhelmina Johanna Schabbing, geboren te Haarlem op 9 februari 1891, overleden aldaar op 24 februari 1933 Gasthuisvest, 42 jaar oud. Wilhelmina is getrouwd te Haarlem op 14 oktober 1914, op 23-jarige leeftijd met Alexander Jansen (22 jaar oud), aannemer, geboren te Hillegom in het jaar 1892, zoon van Johannes Baptist Jansen (bierhuishouder) en Maria Roks. 11 Petrus Schabbing, geboren te Haarlem op 6 oktober 1893. 12 Johanna Schabbing, geboren te Haarlem op 30 maart 1897, overleden aldaar op 2 mei 1945, 48 jaar en 1 maand oud. Johanna is in ondertrouw gegaan te Haarlem en getrouwd aldaar op 29 april 1914, op 17-jarige leeftijd met Hendrik Jacobus Kuvener (18 jaar oud), los werkman, geboren te Haarlem in het jaar 1895. V-j Johanna Adriana Schabbing, geboren te Bennebroek op 3 maart 1848, overleden te Haarlem op 29 november 1919 Gasthuisvest, 71 jaar en 8 maanden oud, dochter van Dirk Schabbing, (IV-c) en Alida Luijten. Johanna is getrouwd te Heemstede op 28 mei 1873 op 25-jarige leeftijd met Johannes Leuven, overleden voor 1919. Johanna Adriana kon niet schrijven. Uit dit huwelijk: 1 Johannes Leuven, geboren in het jaar 1875. 2 Dirk Leuven, geboren circa 1876 te Heemstede, overleden 1941 te Haarlem.
59
9.
DE ZESDE GENERATIE: TWEEDE HELFT 19E EEUW
9.1.
KINDEREN VAN JAN SCHABBING (V-E) EN MARIA ELISABETH MERTENS
VI-a (XIV) Maria Catharina Schabbing, blekersdienstbode, geboren te Haarlem op 15 mei 1857, overleden aldaar op 4 maart 1915, 57 jaar en 9 maanden oud. Zij woont t.t.v. haar overlijden in de Koralensteeg 6. Maria is getrouwd te Bloemendaal op 22 augustus 1883, op 26-jarige leeftijd met Klaas Welboren (24 jaar oud), blekersknecht, geboren te Krommenie op 4 mei 1859. Maria had uit (een) eerdere relatie(s) al enkele kinderen: 1 Elisabeth Schabbing, geboren te Haarlem op 31 december 1877. Aangifte door personeel van het Gasthuis. De moeder woonde t.t.v. de geboorte in de Korte Houtstraat 19. 2 Maria Catharina Schabbing, geboren te Haarlem op 19 juli 1880. 3 Nicolaas Schabbing, geboren te Haarlem op 19 juli 1880. De moeder woonde t.t.v. de geboorte a/d Brouwersvaart 12. Nicolaas is vermoedelijk snel na de geboorte overleden. 4 Nicolaas Schabbing, geboren te Haarlem op 23 december 1881. Moeder woonde t.t.v. de geboorte Korte Houtstraat 19. Ook deze Nicolaas was geen lang leven beschoren. Hij is vermoedelijk voor 1888 overleden. 5 Johannes Schabbing, geboren te Haarlem op 19 december 1882. Moeder woonde t.t.v. de geboorte Korte Vlamingstraat 1. 6 Uit het huwelijk met Klaas Welboren is geboren te Haarlem Nicolaas Welboren, in 1888, beroep stoker. Uit de voornamen valt wellicht af te leiden dat Klaas Welboren de vader van de Nicolasen 3 en 4 is geweest. VI-b Dirk Schabbing, werkman, geboren te Haarlem op 5 juni 1862, overleden aldaar op 18 februari 1938, 75 jaar en 8 maanden oud. Dirk is getrouwd te Haarlem op 27 november 1901, op 39-jarige leeftijd met Johanna Maria (van) Wort, geboren te Haarlem op 28 april 1861. Johanna was weduwe van Antonie Joh. Strengers, overleden voor 1901.
Uit dit huwelijk: 1 Elisabeth Theodora Schabbing, geboren te Haarlem op 27 februari 1902, volgt onder VII-a. 2 Petrus Johannes Schabbing, geboren op 3 augustus 1903. Petrus is getrouwd op 30 oktober 1929, op 26-jarige leeftijd met Dina Euphemia Bonhof, geboren te Alkmaar op 21 oktober 1904. Uit dit huwelijk: Johanna Maria Schabbing, onderwijzeres, geboren te Haarlem op 2 augustus 1931. Zij is getrouwd te Haarlem, op 12 augustus 1953, met Johannes Hendrikus Koster, geboren te Haarlem, op 14 april 1930. 3 Dirk Schabbing, kioskbediende, geboren in het jaar 1906, wonende te Haarlem, overleden aldaar op 22 februari 1923 Gasthuisvest, 17 jaar oud. Woonadres: Ridderstraat 28.
60
9.2.
KINDEREN VAN PIETER SCHABBING (V-F) EN ALBERTA ROTHUIZEN
VI-c Alida Maria Schabbing, geboren te Velp rond 1870, overleden te Arnhem, 19 februari 1938, 68 jaar oud. Alida is getrouwd te Rheden op 31 januari 1895, op ongeveer 25-jarige leeftijd met Gijsbert Allardus Cornelis Versteeg, beroep pakhuisknecht en spoorwegarbeider (ongeveer 25 jaar oud), geboren te Arnhem rond 1870. Uit dit huwelijk: 1 Gijsbert Allardus Cornelis Versteeg, geboren te Arnhem in het jaar 1898, overleden na 1921, minstens 23 jaar oud. 2 Gerardus Alexander Versteeg, geboren mei 1905 en overleden 17 augustus 1905. VI-d Karel Frederik Antonius Schabbing, geboren te Velp rond 1872, overleden 1 juni 1904, te Arnhem. Beroep: smid. Karel is getrouwd te Angerlo op 22 augustus 1896, op ongeveer 24-jarige leeftijd met Johanna Theodora Wegman, beroep naaister, (21 jaar oud), geboren te Angerlo in het jaar 1875, overleden in het jaar 1948, 73 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Wilhelmina Catharina Schabbing, geboren te Arnhem in het jaar 1897. Wilhelmina is getrouwd te Arnhem op 5 mei 1920, op 23-jarige leeftijd met Gerrit Willink (ongeveer 23 jaar oud), geboren te Arnhem rond 1897. Gerrit Willink is overleden op 17 februari 1922. Daarna is Wilhelmina hertrouwd met Johannes Wilhelmus Geenacker, geboren 1896, overleden 10 mei 1952, te Arnhem. 2 Bertha Johanna Carolina Schabbing, geboren te Arnhem in het jaar 1899. Bertha is getrouwd te Arnhem op 7 augustus 1918, op 19-jarige leeftijd met Petrus Willink (ongeveer 20 jaar oud), geboren te Renkum rond 1898. Romantisch: beide zussen trouwen met twee broers! 3 Johanna Theodora Schabbing, geboren te Arnhem in het jaar 1900. Zij trouwt met Wilhelmus van Beersum. Uit dit huwelijk: Karolus Johannes, geboren 1934, overleden 1935. 4 Everdina Aleida Schabbing, geboren in het jaar 1904. VI-e Petrus Antonius Schabbing, geboren te Velp (Rheden) rond 1879. Beroep: smid. Petrus is getrouwd te Rheden op 28 maart 1901, op ongeveer 22-jarige leeftijd met Gerritje Romp (ongeveer 31 jaar oud), geboren te Velp rond 1870. Uit dit huwelijk: 1 Bertha Catharina Schabbing, geboren te Rheden op 19 juni 1901, volgt onder VII-b. 2. Karel Schabbing, geboren te Velp, 1914, overleden te Velp, 9 december 1916.
61
9.3.
KINDEREN VAN MARTINUS FRANCISCUS SCHABBING, ZOUAAF IV (XII). Dirk Schabbing 1807-1858 │ V (XIII). Martinus Franciscus Schabbing (zouaaf) 1807-1858 │
De gegevens van Martinus Franciscus Schabbing zijn te vinden op pagina 57. Hieronder volgen de gegevens van zijn kinderrijke gezin. VI-f Alida Catharina Schabbing ook genaamd Da, geboren aan de Driesprong te Heemstede op 12 november 1873, overleden aldaar op 11 juni 1948, 74 jaar oud. Alida [was gehuwd (1) met, of] had een relatie met Willem. Meer gegevens zijn van hem niet bekend. Wie kan ons nog verder helpen? Uit deze relatie/dit huwelijk: 1 Wilhelmina Schabbing ook genaamd Mientje en Mien, geboren te Heemstede op 25 december 1894, volgt onder VII-c. Alida is getrouwd te Heemstede op 5 september 1906, op 32-jarige leeftijd (2) met Johannes Rusman ook genaamd Jan (30 jaar oud), geboren te Heemstede in het jaar 1876, zoon van Johannes Rusman en Johanna Nagelmakers. Uit dit huwelijk zijn zes kinderen geboren: Johannes, Maarten, Annie, Henk, Jan en Piet. VI-g Petrus Gerardus Schabbing, ook genaamd Piet, beroepen: koetsier, arbeider en boerenknecht, geboren te Heemstede op 24 maart 1875. Militaire dienst aldaar in het jaar 1894. Inschrijving door hemzelf, nummer loting 19. Uitspraak: aangewezen. Signalement: lengte 1,66 m, aangezicht rond, voorhoofd hoog, ogen bruin, neus en mond gewoon, haar blond, wenkbrauwen blond. Merkbare tekenen: lidteken aan pols linkerhand. Overleden te Den Helder op 13 december 1956 door ongeval met zijn Solexbrommer, begraven te Breezand op 17 december 1956, 81 jaar en 8 maanden oud. Piet kwam ‘uit de Zuid’ om, als zoveel anderen, op de zandgronden een nieuw bestaan op te bouwen als bloembollenkweker. Dit zal rond 1915 zijn geweest. Hij is later bij een bedrijf gaan werken op het land. Karakter: vrij nors en mopperig. Wel, net als zijn vrouw, erg gelovig en trouw kerkganger. Zijn zoons speelden fanatiek en ook vermeldenswaard voetbal in het 1e elftal van Geel Zwart, uit Breezand. Piet is getrouwd te Heemstede op 13 november 1901, op 26-jarige leeftijd met Divera (Dieuwertje) Tesselaar (22 jaar oud), geboren te Heemstede 8 februari 1879, overleden 24 mei 1953, dochter van Simon Tesselaar en Catharina van Brakel. VI-h Cornelis Schabbing, ook genaamd Cees, arbeider, geboren te Heemstede op 19 februari 1877. Militaire dienst aldaar in het jaar 1897. Jaar van lichting, inschrijving en inlijving: 1897. Loteling Grenadiers Jagers 3e battalion. Verlof juli-augustus 1900. Terug naar korps 1903. Naar Landweer 1905. (De zelfde Cornelis?) Landweer infanteriesoldaat. Lotingsnummer 12,
62
ingeschreven te Heemstede 10e regiment inf. 3e batt. Laatste verlofpas 11 augustus 1903 te Heemstede. Mutatie 1 juli 1907: 10e regiment infanterie. Naar andere gemeente 31 juli 1912: Anna Paulowna? Signalement: lengte 1,79 m, aangezicht ovaal, voorhoofd gewoon, ogen bruin, neus groot, mond gewoon, kin spits, haar blond. Overleden rond 1960, ongeveer 83 jaar oud, zoon van Martinus Franciscus Schabbing (V-g57) en Anna Elizabeth van der Veldt. Cornelis is getrouwd te Heemstede op 11 oktober 1905, op 28-jarige leeftijd met Helena Rusman (26 jaar oud), geboren te Heemstede in het jaar 1879, dochter van Johannes Rusman en Johanna Nagelmakers: dezelfde schoonouders als zijn zus Da! VI-i Martinus Franciscus Schabbing ook genaamd Maarten, werkman, arbeider, geboren te Heemstede op 28 december 1879. Militaire dienst aldaar in het jaar 1899. Loteling 4e regiment infanterie, 3e battaillon. Verlofpas 14-8-1900, terug naar korps 1902 en 1-9-1906. In 1907 overgegaan naar de Landweer. (Zelfde M.F. Schabbing?) Infanterie 21e battaillon, 3e compagnie. Lotingsnummer 21. Vrijwillig bij de Landweer. 1-8-1907. Aanmerking: met klein verlof. De volgende gegevens zijn verder bekend: inlijving 28 april 1899; mutatie 1 juli 1904: 10e regiment Infanterie. Er is sprake van vrijstelling geweest wegens broederdienst, maar een uitspraak van 19 december 1898 wijst hem toch aan voor dienst. Omstreeks de tijd van inschrijving bevindt M.F. zich in de strafgevangenis te Alkmaar, waar hij een straf van vier maanden uitzit wegens diefstal! Signalement (militair): lengte 1,66 m, aangezicht ovaal, voorhoofd laag, ogen bruin, neus gewoon, kin rond, haar blond. Merkbare tekenen: litteken aan pols linkerhand. Overleden rond 1960, ongeveer 81 jaar oud. Martinus is getrouwd te Heemstede op 3 mei 1905, op 25-jarige leeftijd (1) met Margaretha Venings, ook genaamd Griet (21 jaar oud), geboren te Heemstede 11 september 1883, overleden 29 maart 1926, te Heemstede, 42 jaar oud. Martinus is getrouwd na 1925, op minstens 46-jarige leeftijd (2) met Johanna Maria Verbaten. Uit dit huwelijk: drie of vier kinderen.
63
VI-j Johannes Schabbing ook genaamd Jan. Beroepen: arbeider, remmer op een trein, bloemistknecht (volgens opgave bij de militie), stoker op een op een stoomtrawler, genaamd de Haarlem, en aannemer van grond- en heiwerken. Geboren te Heemstede op 10 februari 1886, militaire dienst aldaar Nummer loting 53. Door hemzelf ingeschreven. Wonende te Haarlem, Heemstede en Wijckel (Gaasterland, Friesland). Overleden te Haarlem op 6 december 1972, 86 jaar en 9 maanden oud. Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
64
VI-k Theodorus Schabbing ook genaamd Dirk, chauffeur (volgens militie-opgave) en elektricien, geboren te Heemstede, aan De Driesprong op 13 februari 1891. Militaire dienst te Heemstede. Nummer loting 14. Door hemzelf ingeschreven. Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
9.4.
ZOON VAN WILLIBRORDIS (V-I) SCHABBING EN MARIA JONGBLOED
VI-l Wilhelmus Schabbing, chemisch wasser, geboren te Haarlem op 23 mei 1875. Woont t.t.v. de geboorte van zijn kind aan de Papentorenvest 40. Nog uit te zoeken: memories van successie.
Wilhelmus is getrouwd te Haarlem op 29 oktober 1913, op 38-jarige leeftijd met Cato Reijnen (35 jaar oud), geboren te Amsterdam in het jaar 1878. In het tijdvak 1880-1910 is hij ingeschreven geweest in het bevolkingsregister van Berkel-Enschot. Uit dit huwelijk: 1 N.N. Schabbing, geboren te Haarlem op 10 juli 1917, overleden aldaar op 10 juli 1917 levenloos geboren.
65
10.
E
DE ZEVENDE GENERATIE: BEGIN 20 EEUW
10.1.
KINDEREN VAN DIVERSE SCHABBINGEN
Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
10.2.
KINDEREN VAN JAN SCHABBING (VI-j) 10.2.1. HUWELIJK MET GEERTJE BOUKES VI (XIV). Johannes (Jan) Schabbing 1886-1972 │
Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
10.3.
DE ZOONS VAN DIRK (VI-k) DOEN HET ANDERS
Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
66
11.
DE ACHTSTE GENERATIE: ROND HET MIDDEN VAN DE 20E EEUW
Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
67
12.
DE NEGENDE EN TIENDE (JONGSTE) GENERATIE IN HOLLAND
Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
68
13.
SCHABBINGEN WAARMEE NOG GEEN FAMILIERELATIE IS AANGETOOND
Het gaat hier om personen die wel de naam Schabbing dragen, maar waarvan (nog) niet met zekerheid valt aan te tonen dat ze familie zijn van de bovengenoemde Schabbingen. We treffen hierbij vooral Schabbingen aan uit de dorpen Alstätte, Graes en Wessum. In het burgerboek van de stad Ahaus komen we slechts één Schabbing tegen en die blijkt dan ook nog afkomstig uit Wessum43. Graes ligt twee kilometer noordelijk van Ahaus en Wessum ligt een kilometer westelijk van Ahaus. Vooral Graes ligt dicht bij het in hoofdstuk 2 genoemde landgoed (Gut) Schabbing en ik nam tot nu toe aan dat een deel van de hieronder genoemde Schabbingen zijn naam ontleende aan deze boerderij (zie ook pagina 13). Een brief van de heer Alfons Effkemann, Ahaus, juli 2007, lijkt dat te bevestigen. Hij schrijft namens een relatie van hem, Melvin Schapker, uit Evansville (Indiana, USA) dat de Schabbingen uit Wessum een deel van de familiegeschiedenis zijn. Effkemann schrijft het volgende: Sehr geehrter Herr Drs. Schabbing, ich komme auf den mit Ihnen im Jahre 2004 geführten Schriftwechsel zurück und übersende Ihnen in der Anlage eine Chronik der Vor- und Nachfahren der im Jahre 1843 nach Amerika ausgewanderten Familie Schabbing gt. (=genaamd, KS) Schapker aus Wessum. Ich habe Ihnen seinerzeit die Adresse von der Familie Melvin Schapker in Evansville (Indiana) übermittelt. Haben Sie mit Herrn Schapker Kontakt aufnehmen können? Herr Schapker schreibt mir vor einiger Zeit folgendes: “Ich habe noch keine weitere Information von Dr. (te veel eer, KS) C. E. Schabbing aus Haarlem/Niederlande, über die Familiengeschichte Schabbing erhalten. Ich erwähnte diese in einem Brief an ihn über die Schabbings aus Wessum. Ich bin sicher, dass diese ein Teil der Familiengeschichte sind.” Sehr geehrter Herr Schabbbing, nach meinen Recherchen führen die Wurzeln beider Familien Schabbing aus Ottenstein und Wessum auf den Hof Schabbing in Alstätte. Dieser Hof war ein Erbpachthof, d. h., das Colonat Schabbing gehörte im 16. Jahrhundert der Kirche (Vikarie) in Alstätte. Schabbing hatte das Colonat gepachtet mit dem Anspruch auf die Erbfolge für eines seiner Kinder. Er musste jährlich hohe Abgaben an den Grundherrn in Form von Tieren, Getreide oder Dienstleistungen erbringen. Erst als Napoleon Deutschland besetzte und mit dem Dekret im Jahre 1808 die Bauern in Deutschland aus den Fängen der Großgrundbesitzer befreite, wurden sie selbstständige Bauem. Sehr geehrter Herr Schabbing, ich hoffe, dass ich Ihnen mit meinen Ausführungen die Ahnengeschichte Schabbing noch näher gebracht habe und grüßte recht herzlich. Mit freundlichen Grüßen Get. Effkemann
Ik had overigens al in 2004 de heer Effkemann een geprinte en digitale versie van de familiegeschiedenis toegestuurd, met het verzoek deze door te zenden aan Melvin Schapker. Misschien is het pakketje nooit aangekomen. En, ik vond toen de relatie Schabbing/Schapker er 43
Ahaus p. 71.
69
wat ‘aan de haren bijgesleept’, dus besteedde er verder geen aandacht aan. Maar ik wil op basis van de brief en een daar bij gevoegde familiegeschiedenis toch meer recht doen aan de theorie en het onderzoek van de heren Schapker en Effkemann. Daarom neem ik op deze plaats een samenvatting op van hun onderzoek. Hierin komen namen voor die u ook hieronder kunt vinden, zoals bijvoorbeeld D-I, dit is ? (=Lambert) Schabbing, D-II, Joannes (Gerhard) Schabbing en J-I, J.H. Schabbing gehuwd met A. Beckmann. En ik hoor graag van u wat u vindt van deze invalshoek. Ahnenfolge Schapker/Schabbing (Samengesteld door Effkemann en Schapker) In Alstätte, Schmäinghook, wurde um 1660 Lambert Schapker/Schabbing geboren. Er heiratete Elsketina Heßeling (zie D-I, waar zijn vrouw Elisabeta Hesseling heet, KS) und zog nach Wessum in die Bauerschaft Averesch. Wessum, Averesch 35 00 vor 1689 Lambert Schabbing gt. Schapker und Elsketina Heßeling. Kinder: Johann Albert, Gerhard, Catharina, Anna Margret, Margret, Anna Gertrud, Johann und Johann Bemard. 00 1731 Gerhard Schabbing und Joanna Söbbing. Kinder: Lambert Hermann, Anna Margret Hendrina und Johann Henrich. 00 1764 Johann Henrich Schabbing und Maria Buddendick. Kinder: Euphemia Gertrud, Johann Henrich Anton, Anna Elisabeth, Johann, Hermann Henrich, Johann Henrich Lambert und Anna Maria Elisabeth. 00 1790 Johann Henrich Schabbing und Angela Adelheid Beckmann. Kinder: * 1790 Joanna Maria, * 1792 Joanna Margaretha, * 1794 Gerhard Henrich, * 1796 Joanna Catharina, * 1799 Joanna Elisabeth, * 1802 Anna Christina, * 1806 Johann Henrich, * 1806 Anna Elisabeth, und * 1807 Joanna Adelheid. Joanna Margaretha erbte den Kotten. Johann Henrich zog nach Wessum, Dorf, und heiratete dort. 00 1816 Johann Werner Hollekamp gt. Schabbing/Schapker44 und Joanna Margaretha Schabbing/Schapker. Kinder: Gerhard Henrich, Maria Catharina, Engelbert, Gerhard Henrich, Henrich, Johann und Bernhard. Die Familie wanderte 1843 nach Amerika aus. Der Kotten wurde von dem Grundherrn Hölscher aufgelöst. Wessum, Dorf 00 vor 1835 Johann Henrich Schabbing und Margret Richters. Kinder: * 1839 Hermann Henrich, * 1843 Joseph und * 1843 Hermann. Hermann zog nach Heek. Heek, Brink 29 (Alte Haus-Nr.) Der in Wessum geborene Hermann Schabbing errichtete in Heek ein Wohnung mit Stallung. 00 1881 Hermann Schabbing und Sophia Epping. Kinder: Bemhard, Franz, Adolfund Hermann. 00
1920 Bernhard Schabbing und Caroline Rosing.
44
Deze Hollekamp bevestigt mijn vermoeden dat door het pachten van de boerderij, genaamd Schabbing, er nieuwe families Schabbing ontstonden. Maar dat zijn dan geen bloedverwanten.
70
Kinder: Hermann, Anna, Sophia, Maria und Gertrud. 00 1956 Herrnann Schabbing und Maria Terwolbeck. Kinder: Karola, Hildegard, Georg, Rita und Reinhard. Hermann Schabbing errichtete im Jahre 1968 in Heek, Ahauser Damm 40, ein Wohnhaus mit einem MaststalI, der später zu einem Zerlegungsbetrieb umgebaut wurde. 00 1990 Georg Schabbing und Anita Heying. Kinder: Markus, Carolin, Miriam und Andreas. Ik houd het overigens nog steeds voor mogelijk dat het hier wel om de dragers van de naam Schabbing gaat, maar dat zij géén familieleden zijn.
Er zijn nog enkele andere belangrijke bronnen voor dit hoofdstuk: Bron I: Graes und Wessum, Populationsliste 1806, Bron II: Graes und Wessum, Status Animarum van 1749, en Bron III, Graes und Wessum, Bevölkerungsliste von 1662. Deze bronnen werden opgesteld om een kwantitatief en kwalitatief inzicht te krijgen in de bevolkingssamenstelling. Meer informatie hierover is terug te vinden in Wilhelm Wilming’s Graes und Wessum, zie de literatuuropgave. B-I Hermann Schabbing, Haendler, geboren te Wessum op 1 september 1843, overleden te Heek op 12 maart 1924, 80 jaar oud. Hermann is getrouwd te Heek op 28 mei 1881, op 37-jarige leeftijd met Sophia Epping (24 jaar oud), geboren te Heek op 13 november 1856, overleden aldaar op 15 april 1896, 39 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Adolf Schabbing, geboren te Heek op 14 september 1894, volgt onder B-II. B-II Adolf Schabbing, Haendler, geboren te Heek op 14 september 1894, overleden aldaar op 27 september 1973, 79 jaar oud, zoon van Hermann Schabbing (B-I) en Sophia Epping. Adolf is getrouwd te Heek op 27 mei 1924, op 29-jarige leeftijd met Maria Muenstermann. Uit dit huwelijk: 1 Bernhard Schabbing, geboren op 23 februari 1929, volgt onder B-III. B-III Bernhard Schabbing, geboren op 23 februari 1929, zoon van Adolf Schabbing (B-II) en Maria Muenstermann. Bernhard is getrouwd te Heek op 28 augustus 1963, op 34-jarige leeftijd met Renate Middelhoff. Uit dit huwelijk: 1 Norbert Schabbing, geboren te Heek op 16 mei 1964. 2 Ursula Schabbing, geboren te Heek op 26 mei 1966. 3 Ulrich Schabbing, geboren op 30 juni 1968. C-I N.N., overleden voor 1806. Bron: I. N.N. was gehuwd met J. Schabbing, kötter (keuterboer), wonende te Wessum, overleden na 1806. Populationsliste 1806. Graes und Wessum, p. 175. Brandkataster nr. 35. Weduwe. Het is ook mogelijk dat deze gegevens (naam, beroep) betrekking hebben op haar overleden man.
71
Uit dit huwelijk: 3 zonen, 3 dochters, waarvan de jongste sinds drie jaar in Holland; verblijfplaats is niemand bekend. D-I ? Schabbing, (Schabbing), overleden voor 1749. Bron II. ? was gehuwd met Elisabeta Hesseling, geboren in het jaar 1662, overleden na 1749, minstens 87 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Joannes Schabbing, (Scabbing), geboren in het jaar 1701, volgt onder D-II. D-II Joannes Schabbing, (Scabbing), coloni (boer), geboren in het jaar 1701, wonende te Averesche, overleden na 1749, minstens 48 jaar oud, zoon van ? Schabbing, (Schabbing) (D-I) en Elisabeta Hesseling. Joannes was gehuwd met Joanna Söbbing, geboren in het jaar 1703, overleden na 1749, minstens 46 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Margareta Schabbing, geboren in het jaar 1735, overleden na 1749, minstens 14 jaar oud. 2 Joannes Schabbing, geboren in het jaar 1738, overleden na 1749, minstens 11 jaar oud. 3 Euphemia Schabbing, geboren in het jaar 1743, overleden na 1749, minstens 6 jaar oud. E-I Joannes Richmering, schout, geboren in het jaar 1694, wonende te Graes, overleden na 1749, minstens 55 jaar oud. Bron II. Joannes is getrouwd rond 1724 voor de kerk, op ongeveer 30-jarige leeftijd met Christina Schabbing, (Scabbing) (ongeveer 27 jaar oud), geboren in het jaar 1697, wonende te Graes, overleden na 1749, minstens 52 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Joannes Richmering, geboren rond 1724, overleden na 1749, minstens 25 jaar oud. Status Animarum 1749. Graes und Wessum, p. 136. 2 Joanna Richmering, geboren rond 1725. 3 Anna Richmering, geboren rond 1737. 4 Joannes Hermannus Richmering, geboren rond 1742. 5 Theodorus Richmering, geboren rond 1743. F-I Lubbert Schabbing, geboren in het jaar 1610, wonende te Wessum, overleden na 1662, minstens 52 jaar oud. Bron III. Bij bijzonderheden staat vermeld: ‘pauper’ en de kinderen staan vermeld als: ‘und funf nackende kinder’. Lubbert was gehuwd met N.N., geboren in het jaar 1612, wonende te Wessum. Uit dit huwelijk: 5 kinderen. G-I Bernd Henrich Schabbing, taglöhner (dagloner), wonende te Wessum, overleden na 1806. Bron I. Bernd was gehuwd met Catharina Effing, wonende te Wessum, overleden na 1806. Uit dit huwelijk: 3 zonen en 1 dochter. H-I J. Heinrich Schabbing, taglöhner (dagloner), wonende te Averesch, overleden na 1806. Bron I. J. was gehuwd met M. Sendfeld, overleden na 1806. Uit dit huwelijk: 2 zonen en 2 dochters.
72
I-I Henricus Temming, schout, geboren in het jaar 1713, overleden na 1749, minstens 36 jaar oud. Bron II. Status Animarum 1749. Graes und Wessum, p. 121. Henricus is getrouwd rond 1735 voor de kerk, op ongeveer 22-jarige leeftijd met Joanna Schabbing (ongeveer 25 jaar oud), geboren in het jaar 1710, wonende te Averesche, overleden na 1749, minstens 39 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Elisabeta Temming, geboren in het jaar 1735, overleden na 1749, minstens 14 jaar oud. 2 Joanna Temming, geboren in het jaar 1737. 3 Joannes Temming, geboren in het jaar 1739. 4 Margareta Temming, geboren in het jaar 1746. J-I J.H. Schabbing, kötter (keuterboer), wonende te Wessum, overleden na 1806. Bron I. J.H. was gehuwd met A. Beckmann, wonende te Wessum, overleden na 1806. Uit dit huwelijk: 1 zoon en 3 dochters. K-I Henricus Schabbing, colonis (boer), geboren in het jaar 1688, wonende te Alstätte. Henricus is getrouwd rond 1729 voor de kerk, op ongeveer 41-jarige leeftijd met Genovefa (ongeveer 39 jaar oud), geboren in het jaar 1690, wonende te Alstätte. Achter haar naam staat vermeld: conj.,lib. (gehuwd, vrij?) Bron: Pfarrgeschichte Alstätte, Status Animarum. Uit dit huwelijk: 1 Catharina Schabbing, geboren in het jaar 1729, wonende te Alstätte. 2 Joes Schabbing, geboren in het jaar 1731, wonende te Alstätte. 3 Bernardina Schabbing, geboren in het jaar 1737, wonende te Alstätte. [4 mogelijk ook een zoon: Wilhelmus Schabbing, geboren 1717]. L-I ? Kremers. ? was gehuwd met Gertrudis Franckemölle, geboren in het jaar 1687, wonende te Wessum, overleden na 1749, minstens 62 jaar oud. Bron II. Uit dit huwelijk: 1 Catharina Kremers, geboren in het jaar 1725, volgt onder L-II. L-II Catharina Kremers, geboren in het jaar 1725, wonende te Wessum, overleden na 1749, minstens 24 jaar oud, dochter van ? Kremers (L-I) en Gertrudis Franckemölle. Catharina was gehuwd met Antonius Schabbing, (Scabbing), operarius (landarbeider, dagloner), geboren in het jaar 1715, wonende te Wessum, overleden na 1749, minstens 34 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Adelheidis Schabbing, geboren in het jaar 1748, wonende te Wessum, overleden na 1749, minstens 1 jaar oud. M-I Lubertus Schabbing, (Scabbing), mercator (koopman), geboren rond 1683, wonende te Wessum, overleden na 1749, minstens 66 jaar oud. Bron II.
73
Lubertus is getrouwd rond 1715 voor de kerk, op ongeveer 32-jarige leeftijd met Gesina Betteling (ongeveer 19 jaar oud), geboren rond 1696, wonende te Wessum, overleden na 1749, minstens 53 jaar oud. Uit dit huwelijk: 1 Lambertus Schabbing, geboren rond 1715, wonende te Wessum, overleden na 1749, minstens 34 jaar oud. 2 Henricus Schabbing, geboren rond 1720. 3 Adelheidis Schabbing, geboren rond 1728. Is er een relatie tussen dit gezin Schabbing en Harmijntje Lamberts Schabbing die in 1718 geboren is in Amsterdam, zie op pagina 75? N-I N.N.Schabbing. N.N. Schabbing was gehuwd met N.N. Uit dit huwelijk: 1 Adelheid Schabbing, overleden te Holland op 21 april 1712 kerkboek Ottenstein 2, fol. 193 verso. Het woord ‘widua’ is doorgestreept, vermeld staat: uxor (vrouw, echtgenote) Lebeling. Kan zij dezelfde zijn als de Adelheid, gehuwd met Joannes Mengers? O-I
Vervallen.
P-I Gerd Henrich Weitkamp, wonende te Wessum, overleden na 1806. Bron I. Gerd was gehuwd met Gertrud Schabbing, wonende te Wessum, overleden na 1806. Uit dit huwelijk: 1 zoon en 1 dochter. Q-I N.N. Schabbing, Kötter, geboren in het jaar 1738, wonende te Alstätte. Konskriptionliste 1807. Schabbings vermogenstoestand was middelmatig en hij had een gering eigendom. Bron: Populationsliste 1806 Alstätte, p. 45. Zijn zonen 1 Röttger Schabbing, Weber, geboren in het jaar 1780. Gezond. 2 Johan Herm Schabbing, Weber, geboren in het jaar 1782. Gezond. 3 Bernd Henr Schabbing, Weber, geboren in het jaar 1786. Gezond. R-I N.N. Schabbing N.N. Schabbing was gehuwd met N.N. Uit dit huwelijk: 1 Bernardus Schabbing, geboren voor 1701, overleden te Ottenstein op 15 maart 1701. S-I Franciscus Vos. Franciscus was gehuwd met Elisabeth Schabbing. Uit dit huwelijk: 1 Antonius Josephus Schabbing, gedoopt te Ottenstein op 17 december 1759 (rk). T-I Joannes Schabbing, geboren in het jaar 1721, wonende te Alstätte. Bron: Pfarrgeschichte Alstätte, Status Animarum. Is Joannes een zoon van Henricus Schabbing?
74
Joannes is getrouwd rond 1747 voor de kerk, op ongeveer 26-jarige leeftijd met Anna (ongeveer 35 jaar oud), geboren in het jaar 1712, wonende te Alstätte. Uit dit huwelijk: 1 Anna Schabbing, geboren in het jaar 1747 (of 1745?), wonende te Alstätte. U-I Joannes Mengers, mercator (koopman), geboren rond 1658. Joannes was gehuwd met Alheidis Schabbing, geschreven als Schabling, geboren rond 1655. Bron: Status animarum 1706, Quellen Ottenstein, p. 144. Kan zij dezelfde zijn als de Adelheid, gehuwd met Lebeling? Uit dit huwelijk: 1 Wilhelmus Mengers, geboren in het jaar 1700. V-I Thomas Kroon, geboren te Amsterdam in het jaar 1717, overleden aldaar op 25 september 1778, begraven te St. Anthonies Kerkhof, 61 jaar oud. Thomas is getrouwd op 7 september 1742, op 25-jarige leeftijd met Har(re)mijntje (of Hermijna) Lamberts Schabbing (24 jaar oud), geboren te Amsterdam in het jaar 1718, overleden aldaar op 23 december 1776, begraven te St. Anthonies Kerkhof (vooral bestemd voor armlastige burgers), 58 jaar oud. Bron: http://georgala.webfamiliytree.co.uk/gp40html en gemeentearchief Amsterdam. Uit dit huwelijk: 1 Elsje Kroon, gedoopt te Amsterdam in de hervormde Amstelkerk, op 16 februari 1744. Getuigen bij de doop waren Hendrik Kroon en Cornelia Swart. Bron 124, pagina 412 (fol. 206 verso) # 8. 2 Abraham Kroon, gedoopt te Amsterdam in de hervormde Amstelkerk, op 11 september 1746. Getuigen bij de doop waren Catharina Schabbing en Hendrik Dijkhaak. Bron 125, pagina 18 (fol. 9 verso) # 2. Overleden voor 1755. 3 Abraham Kroon, gedoopt te Amsterdam in de hervormde Amstelkerk, op 9 februari 1755. Getuigen bij de doop waren Catharina Schabbing en Hendrik Dijkhaak. Bron 126, pagina 25 (fol. 13) # 3. Bovengenoemde Catharina Schabbing en Hendrik Dijkhaak worden ook genoemd als de ouders van: 1 Hendrik Dijkhaak, gedoopt te Amsterdam in de Evangelisch Lutherse kerk, op 23 december 1746. Getuigen bij de doop waren Hendrik Brouwer en Geesje Gers. Bron 229, pagina 65 (fol. 44) # 13. En dan zijn er ook nog Abram Kroese en Gerritje Schabbing, ouders van: 1 Harmina Kroese, gedoopt te Amsterdam in de Evangelisch Lutherse kerk, op 18 maart 1735. Getuigen bij de doop waren Gerrit Schabbing en Harmijntje Schabbing. Bron 218, pagina 66 (fol. 40) # 7. Heel opvallend in dit geval was dat de dopen plaats vonden in de hervormde Amstelkerk en in de Evangelisch Lutherse kerk. Bijzonder, omdat de Schabbingen tot ver in de 20e eeuw roomskatholiek zijn. Zijn zij (klein)kinderen van de mogelijk reeds eerder in Holland verblijvende Gesina Schabbing, zie hierboven op pagina 21. Of stammen ze af van een van de Schabbingen uit Wessum en omgeving? Zijn ze wel familie? Andere mogelijkheid: ze zijn leden van het gezin van Lubertus Schabbing, hierboven onder M-1 vermeld, zie op pagina 73. Lubertus was koopman, zijn vrouw heet Gesina.
75
Wie kan deze Harmijntje, Hendrik, Elsje, Catharina en anderen plaatsen? W-I-a Johannes Franciscus Brouwer, geboren in het jaar 1899, overleden te Haarlem op 16 juli 1976, 77 jaar oud. Johannes was gehuwd met Anna Elisabeth Schabbing ook genaamd Annie, geboren rond 1912 (rk), wonende te Haarlem, overleden voor 1999, hoogstens 87 jaar oud. Anna was weduwe van Wilhelmus Hendrikus Hugtenburg, geboren in het jaar 1908, zie W-I-b. W-I-b Wilhelmus Hendrikus Hugtenburg, geboren in het jaar 1908, overleden te Haarlem op 7 juli 1962, 54 jaar oud. Wilhelmus was gehuwd met Anna Elisabeth Schabbing ook genaamd Annie, geboren rond 1912 (rk), wonende te Haarlem, overleden voor 1999, hoogstens 87 jaar oud. Anna was later gehuwd met Johannes Franciscus Brouwer, geboren in het jaar 1899, zie W-I-a. Bron: overlijdensbericht. X-I Engelbert Herbers. Engelbert was gehuwd met Elif (?) Schabbing. Uit dit huwelijk: 1 Adolf Herbers, gedoopt te Ottenstein op 28 april 1789 bron: Acta 18 BAM (doopgetuigen waren Wilhelm Schabbing en Adelheid Erning). Y-I N.N. Schabbing (Adolf Schabbing, IX-a?) Zijn kind bij een onbekende vrouw: 1 N.N. Schabbing, geboren te Haarlem, begraven aldaar op 17 juli 1737. Z-I Joan Dirck Karthoff. Joan is getrouwd voor 1761 voor de kerk met Anna Margaretha Schabbing (hoogstens 61 jaar oud), geboren te Wessum na 1700, burgerrecht te Ahaus op 15 januari, overleden na 1761. Bron: das Bürgerbuch der Stadt Ahaus 1400-1811, p. 71. Anno 1761 den 15.Januarii hatt Anna Margaretha Schabbing, ehefraw Joan Dirck Karthoff, burtig außm k(irchspel) Weßumb, die burgerschafft … gewonnen … AA-I Wilhelmus Schabbing, geboren in het jaar 1717. Is Wilhelmus een zoon van Henricus Schabbing? Wilhelmus was gehuwd met Adelheidis, geboren in het jaar 1723. Bron: Pfarrgeschichte Alstätte Status Animarum. AB-I N.N., overleden voor 1749, gehuwd met Joanna Schabbing, (Scabbing), geboren rond 1667, wonende te Wessum, overleden na 1749, minstens 82 jaar oud. Zij is dan al weduwe. Bron II. Andere leden van het huishouden: Joannes Buss, operarius (landarbeider, dagloner); Euphemia Rehorst, echtgenote; Joannes Henricus, Antonius en Franciscus Antonius, kinderen. AC-I Johann Henrich Schabbing, Weber (wever), wonende te Wessum, overleden na 1806. Bron I. Johann was gehuwd met Mech. Gottmer, overleden na 1806. AD-I Joannes Schabbing, (Scabbing), geboren rond 1683, wonende te Graes, overleden na 1749, minstens 66 jaar oud. Bron II .
76
Joannes is dan vermeld als weduwnaar in het huishouden van Antonius Kestering, boer (Leibzucht, operarius), en Joanna Meyer en hun dochter Anna. Joannes was gehuwd met N.N., overleden voor 1749. AE-I ’Wittib’ Schabbing. Quellen Ottenstein p. 155, Chronik p. 87: in een verhandeling over de adel in Ottenstein in de 17e (?) eeuw worden de woonplaatsen genoemd van enkele inwoners, o.a. van Marck: ‘Dieser Marck ist von Horstmar alhir irstlich zum richter gekommen, seine wohnungh auff dem marck gehabt, da Schabbinck wohnet.’ Om welke Schabbing het gaat weten we (nog) niet. Quellen Ottenstein p. 93: in een akte van een geldlening, gedateerd 7 mei 1728 wordt een ‘(nun) Wittib Schabbing’ genoemd. Betekenis van deze dorsale aantekening onbekend. ‘Wittib’ was gehuwd met N.N.. AH-I Engelbert Schabbing, Handarbeiter, geboren op 31 augustus 1813, wonende te Amerika en te Alstätte, overleden na november 1846, minstens 33 jaar oud. Aan boord van het schip de Wakema. Engelbert was gehuwd met Margaretha Tenhuenfeld, geboren op 1 februari 1821, wonende te Amerika en te Alstätte. Voor het verhaal van deze en andere Schabbingen in Amerika op pagina 79. AH-I Vervallen. AI-I N.N, gehuwd met Maria Schabbing, overleden te Boxmeer op 25 juni 1857. Bron: memories van successie RANH Noord-Brabant, toegang 036.03.02, inv.nr. 6, kantoorplaats Boxmeer, memorienummer 322, 25-6-1857. AK-I J.G. Schabbing, Zeller, wonende te Alstätte. Konskriptionliste 1807. Hij heeft een zoon en dochter en twee inwonende familieleden. Bron: Populationsliste 1806 Alstätte, p. 22. J.G. was gehuwd met G. Möllmann. AL-I Hn. Schabbing, Taglöhner, geboren voor 1800, wonende te Alstätte. Konskriptionliste 1807. Hij heeft drie zonen en een dochter. Bron: Populationsliste 1806 Alstätte, p. 22. Hn. was gehuwd met G. Hackfort. AM-I J. Schabbing, Taglöhner, wonende te Alstätte. Konskriptionliste 1807. Hij heeft een zoon en een dochter en twee inwonende familieleden. Bron: Populationsliste 1806 Alstätte, p. 39. J. was gehuwd met J. Hündfeld. AO-I Anna Schabbing, (Scabbing), famula (dienstmeid), geboren rond 1731, wonende te Averesche. Anna is dienstmeid in het gezin Temming-Schabbing. Anna was gehuwd met N.N. Bron II. AP-I Johan Hermann Schabbing, geboren op 13 oktober 1858, wonende te Alstätte en te Amerika. Geëmigreerd naar Amerika, 1858. Johan was gehuwd met N.N.. AQ-I Josef Schabbing, geboren op 6 juni 1839, wonende te Alstätte en te Amerika. Geëmigreerd naar Amerika. Josef was gehuwd met N.N
77
AR-I Katherine Schabbing, geboren in juli 1822, wonende te Amerika, overleden op 24 juni 1892. Grafschrift: Hier ruht in Gott geb(?) volgen data, 69 jaar oud. Katherine was gehuwd. Bron: via internet AS-I Henry Schabbing, geboren in het jaar 1826, wonende te Amerika, overleden op 11 september 1905, 79 jaar oud. Grafschrift gevonden via internet. Henry was gehuwd. Zie ook de bijlage op pagina 101. Andere grafschriften betreffende Schabbingen in Amerika: Aloysius, ‘unreadable’, Mary E, 1867-1937 en John B, 1862-1945. AT-I Eddie Schabbing, geboren rond 1960, wonende te Ohio, Amerika, overleden in het jaar 1972. Eddie Schabbing overleed in een tehuis voor gehandicapten. Zijn persoonsdossier was verwisseld met dat van een andere inwoner, Eddie Barnes, met wie hij een treffende gelijkenis had: zie verder het verhaal van de Schabbingen in Amerika, op pagina 79. Bron: The Cincinnati Enquirer van dinsdag 23 april 2002, AU-I ? Schabbing, wonende te Schmäinghook. Schabbing heeft één pachter. Hij woont op huisnummer 9. Bron: Populationsliste 1806 Alstätte, p. 6. AV-I ? Schabbing, wonende te Brook. Schabbing is pachter van Hercker Orthuehs. Hij woont op huisnummer 7b. Bron: Populationsliste 1806 Alstätte, p. 8. AW-I Gerard Hackfort, geboren 9 juli 1709, is getrouwd te Alstätte, op 20 november 1742 met Anna Sc(h)abbing. Zij is circa 1717 te Alstätte geboren. AX-I Clara Johanna Maria Schabbing, getrouwd met Johannes Martinus Stevens.
78
14.
GO WEST YOUNG MAN
II . SCHABBINGEN IN AMERIKA EN ENGELAND
Tussen 1820 en 1950 emigreerden meer dan zes miljoen Duitsers naar Amerika. De belangrijkste vertrekhavens waren Bremen en Hamburg. Rond 1860 bedroeg de prijs voor een enkele reis Hamburg-New York 20 dollar of 40 Engelse ponden. Op 3 oktober 1846 vertrok uit de haven van Rotterdam het De naam Schabbing is in ieder geval schip Wakema. Na 45 dagen kwam het, na een zware reis, bekend in Amerika en komt op een groot aan in New Orleans, Amerika. aantal adressen voor (via internet). Het is e de 78.645 meest populaire naam in Aan boord waren emigranten, van wie de meesten als Amerika, de frequentie is niet in promilles eindbestemming de plaats Pelle, Iowa, hadden. Bij de uit te drukken en het percentile is 89.514. namenlijst veel Duitse en Oost-Nederlandse namen waaronder Engelbert Schabbing, 35 jaar en Margaretha Schabbing, 25 jaar oud. Dankzij internet45 is hun vermoedelijke herkomst boven water gekomen: het ons bekende dorpje Alstätte, waaruit in de 19e eeuw maar liefst tussen de 250 tot 300 inwoners vertrokken naar Amerika! Engelbert (geboren 31 augustus 1813, ‘Handarbeiter’) en Margaretha (Tenhuenfeld, geboren 1 februari 1821) waren niet, zoals de namenlijst doet vermoeden, broer en zus, maar verloofd. Zij werden in 1858 gevolgd door Johan Hermann Schabbing, geboren 13 oktober 1812, en Josef Schabbing, geboren 6 juni 1839, ook afkomstig uit Alstätte. De lijst van Schabbingen die naar Amerika vertrokken is groot. Het voert te ver om hier op alle immigranten in te gaan, want dit is een familiegeschiedenis en het is maar de vraag of het hier om leden van de familie gaat. Immers, de naam Schabbing hoeft niet per se te duiden op een familieverwantschap. In de bijlagen, op pagina 101 vindt u een tabel met gegevens, afkomstig van passagierslijsten, gepubliceerd op de internetpagina http://www.ancestry.com. Dan is er nog het spectaculaire verhaal van de persoonsverwisseling bij Eddie Schabbing. Eddie Schabbing, geboren rond 1960 (?), wonende te Ohio, Amerika, overleden in het jaar 1972. Eddie Schabbing overleed in een tehuis voor gehandicapten. Bij zijn overlijden verwisselde men zijn persoonsdossier met dat van een andere inwoner, Eddie Barnes, met wie hij een treffende gelijkenis vertoonde. Dit kan de reden zijn geweest dat Eddie Schabbing voor Eddie Barnes werd gehouden bij zijn overlijden. Pas recentelijk, na 30 jaar, kwam de vergissing boven water. Bron: The Cincinnati Enquirer van dinsdag 23 april 2002. Ene Maria F. Hernandez Schabbing is verbonden aan de National Hispanic University in Californië. Veel spaanstaligen zijn er bij mijn weten niet bij de Schabbingen. Dan is er mogelijk naast dit spaanstalige familielid ook een Hongaarse ‘tante’, met twee kinderen! Volgens de New York Passenger Lists, 1820-1957 [NYPL], arriveerde op 4 april 45
Voor meer informatie:
[email protected]. Zie ook Heinrich Holters uit Alstätte. Wat geven deze duizenden passagierslijsten, met miljoenen persoonsgegevens, eigenlijk te denken over de bewering van de Amsrikaanse regering, in 2006, dat gegevens van passagiers naar de VS niet bewaard zullen blijven? Wel leuk voor historici, genealogen, sociologen enzovoorts, maar ook een bedreiging voor onze privacy!
79
1912, aan boord van het stoomschip Noordam, twee weken daarvoor uit Rotterdam vertrokken, Racinhardt Schabbing, oud 46 jaar, met in haar kielzog twee kinderen: zoon Racinhardt, 11 jaar oud (merkwaardig: de zelfde voornaam als zijn moeder), en zoon Peter, 9 jaar oud. Als bestemming stond vermeld: Akron, Ohio. Omdat de passagierslijst handgeschreven is en met veel doorhalingen, ben ik er niet zeker van of het hier echt om een Schabbing gaat en wat de plaats van vertrek uit Hongarije is. Maar met verwijzing naar bovengenoemde Eddie Schabbing, uit Ohio, zou het om familie kunnen gaan. Ook nu wonen er nog Schabbingen in de staat Ohio. Uit Le Havre, Frankrijk, kwamen op 30 oktober 1850 Sophie en Christ[ian?] Schabbing aan in New York. Ook deze gegevens zijn afkomstig uit de NYPL. Wat hun vermelding bijzonder maakt is dat ze uit Frankrijk zijn vertrokken en als oorspronkelijk land van herkomst ‘Bavaria’(Beieren) hebben staan. Net als Hongarije is Beieren geen land waar ik eerder Schabbingen ben tegengekomen. En via internet zijn nog tal van andere Schabbingen in de VS te vinden. Gelukkig staat er niet een op de CPD Homicide Record Index (overzicht van moordenaars of vermoorden? Bij de Schabbingen weet je ’t maar nooit). Voor meer informatie over emigratie van Duitsers naar Amerika, zie: Auswanderung und Emigration aus Deutschland über die Hafenstädte Hamburg, Bremen, Amsterdam und Rotterdam. Samenvatting van de lezing van prof. dr. Antonius Holtmann, gehouden op de voorjaarsbijeenkomst 2002 van de WGOD/Gens Germana jrg. 28, nr. 3, augustus 2002, p. 65-66. Eveneens via internet heb ik twee vermeldingen van Schabbingen in Engeland gevonden: Martha Schabbing werd op 1 augustus 1881 in Slaley, Northumberland geboren. Slaley ligt ongeveer 30 km ten westen van Newcastle. Haar ouders waren Henry B. Schabbing en Rosie M. Wunderly. Haar zusje Rosa E. werd op 27 november 1883 geboren, ook te Slaley.
80
15.
NAWOORD
Slot? Nee, dat zou afsluiten, einde betekenen en dat zie ik voorlopig nog niet gebeuren bij de Schabbingen. Dus daarom een nawoord. Van oost naar west en weer terug, òf, oost west thuis best? Ik vind het moeilijk om conclusies te trekken over de Schabbingen, als dat al zou moeten. Maar we kunnen misschien wel wat kenmerken noemen, al zijn die soms tegenstrijdig: • avontuurlijk en dapper, denk maar aan de Schabbingen die als Zouaaf of Légionair de wapens oppakten of als verzetstrijder mensenlevens redden • honkvast: Schabbingen wonen al eeuwenlang in Ottenstein en (wijde) omgeving of in Haarlem en Heemstede. De uitzonderingen daargelaten, die naar verre oorden in de Oost of Amerika trokken • maatschappelijk niet in de bovenlaag • rooms-katholiek, al is daar bij de jongste generaties minder van te merken • uiterlijk: niet groot, en donker van voorkomen. Wel durf ik met zekerheid te zeggen dat het onderzoek naar de Schabbingen met veel plezier gedaan is, ook door mijn trouwe ondersteuners en wat mij betreft nog zeker niet afgelopen is.
81
16.
BIJLAGEN
16.1.
STAMBOMEN
Hieronder vindt u een aantal stambomen, min of meer willekeurig bij elkaar gezocht. Het is me nog niet gelukt een stamboom met veel zijtakken te maken; ik vrees dat ik dan een vel papier ter grootte van een behangrol nodig heb. Wel zijn er op diverse plaatsen in de tekst fragmenten van stambomen opgenomen. 1. De stamboom van Laura en Mariska Schabbing en Maaike en Guust Linders 2. Idem van een deel van de Duitse tak van de Schabbingen. Betekenis van de symbolen: * ~ (*) †* o x o/o † ††
geboren gedoopt onwettig geboren dood geboren ondertrouwd gehuwd gescheiden overleden begraven tak uitgestorven
82
Lambert ±1440-1470 Johan ±1470-1500 Johan ±1500-1568 x Gese Tonis ±1542-1592 x Fie Alef ±1575-1629 x Anna Anthony ±1600-1665 x Mechteld Adolphus 1641-1697 x Gerdrund Vos Joannes ~1670-1728 x 1708 Anna Maria Erning † 1716 Johannes Bernardus 1710-1757 x 1743 Lijbe Koenen 1723-1768 Jan 1746-1812 x 1768 Lijsje Jonkheer † 1776 Joannes (*)1768-1833 x 1795 Maria van den Brink 1767-1821 Dirk 1807-1858 x 1833 Alida Luijten 1814-1866 Martinus Franciscus 1836-1909 x 1873 Anna van der Veldt *1849 Jan 1886-1972 x 1924 Rie Maas 1899-1981 Jan 1925 x 1953 Thea Post 1931 1976 x Mieke 1954 Jeroen Linders 1954 Maaike 1983 Guust 1985
Kees 1955 x 1985 Bernadette de Jong 1959 Laura 1989 Mariska 1991
83
Lambert ±1440-1470 Johan ±1470-1500 Johan ±1500-1568 x Gese Tonis ±1542-1592 x Fie Alef ±1575-1629 x Anna Anthony ±1600-1665 x Mechteld Adolphus 1641-1697 x Gerdrund Vos Joannes ~1670-1728 x 1705 Joanna Stangen Adolphus 1706-1773 x 1742 Maria Jansing Bernardus Wilhelmus 1754-1788 x1784 Sophie Terwelle Johann Heinrich Anton 1793-1836 x 1824 Anna Maria Gertrud Droste Johann Wilhelm 1825-1864 x 1857 Anna Christina Terhörst Heinrich Wilhelm 1861-1943 x 1892 Maria Elisabeth Terhaer Johann Bernhard 1901-1958 X 1938 Anna Bernhardine Espenkott Rudolf Wilhelm 1939 x 1967 Mathilda Maria Bussmann Katja 1968 x Andreas Hannah Sophia 2005
Bernd 1970 x Jeanette Max 2001 Jona Noah 2004
84
16.2.
FRAGMENTEN UIT ZOUAVENBLOED
46
16.2.1. ‘ZOUAVES EN AVANT. VIVE PIO NONO’.
Afbeelding 3 Martinus Franciscus als zouaaf. Foto B. Zweers
46
J.W. Regenhardt, Zouavenbloed? Een gezin en de geschiedenis. Doctoraalscriptie nieuwe en theoretische geschiedenis (Universiteit van Amsterdam). Spaarndam, 1984.
Martinus Franciscus47 was tuinman in Heemstede. Heemstede was een boerendorp en voor Heemstedenaren in het midden van de vorige eeuw hield de wereld bij Haarlem op. Het was een weinig gecompliceerde samenleving waar Martinus zijn brood bijeen schoffelde en harkte. Weinig gecompliceerd en weinig opwindend. Maar op een gegeven moment werd Franciscus gegrepen door historische gebeurtenissen in de grote wereld. De Paus was in gevaar! Rome was ondermijnd en de Garibaldisten wachtten slechts het teken af om de lont aan het kruit te leggen. In het najaar van 1867 verschenen er artikelen in de kranten over de heldhaftige pauselijke soldaten. Martinus bleef er niet koud onder. Geld had hij niet maar hij kon zouaaf worden en zelf ten strijde trekken. De zouaven waren de vrijwilligers in het leger van de Paus. Jonge idealisten die de Kerkelijke Staat met vuur en zwaard verdedigden. De Kerkelijke Staat werd bedreigd door het streven naar de Italiaanse eenheid. Misschien was Francicus [= Martinus, KS] verontrust en vervuld van een pausverering. Misschien wilde hij gewoon zijn schoffel en hark ontvluchten en wilde hij iets van de wereld zien. In ieder geval liet Martinus Heemstede achter zich en ging op weg naar Rome. Hij was overigens niet de enige Heemstedenaar die in dienst ging van het Zouavenleger. Ook een broer en andere inwoners uit Heemstede meldden zich aan48. Het grote aanmeldingsbureau van de zouavenbeweging boven de Moerdijk was De Star, een kerk in Het Rusland in Amsterdam. Kapelaan de Kruijff ving daar de kandidaten op en droeg de zorg voor de kosten van de reis naar Rome, zijnde 60 gulden. Martinus kon getuigschriften van goed gedrag, van de pastoor en van de dokter overleggen. Als boerenjongen had hij een
gezond gestel en dus werd hij zonder meer goedgekeurd. Op 15 december 1867 kon Martinus zich pauselijk zouaaf noemen. Via Parijs spoorde hij naar de Kerkelijke Staat. Daar werden de recruten opnieuw gekeurd en kreeg Martinus zijn legernummer 6293. Hij werd gelegerd in een kazerne of een klooster en kreeg zijn uniform. Dit uniform was afgeleid van de dracht der keurbendes van de Kabylenstammen in Noord Afrika, de zouaven. Generaal De Lamoricière, de oprichter van het pauselijk leger, vond de zouavenkleding praktisch en liet zich hierdoor inspireren. Het bataljon vrijwilligers kreeg zodoende een operetteachtige uniform bestaande uit een vest, een kort jasje, een wijde broek van grijsblauw laken, met rode tressen afgezet. Op het hoofd een grijze kepi, ook wel door een hoge kolbak of een rode muts naar Arabisch model vervangen. Om het middel werd een brede rode ceintuur gedragen, om de benen windsels of witte slobkousen. Men droeg lage bergschoenen. Audiëntie bij de Paus was natuurlijk het hoogtepunt van het verblijf in Rome. De audiëntie gaf aan de zouaven een bijna mystieke kracht en meer dan ooit waren de jongens bereid om hun leven te geven, temeer daar ze van de Paus een suppliek hadden gekregen. Aan de op de suppliek vermelde personen werd volle aflaat, dus kwijtschelding van de periode die in het vagevuur zou moeten worden doorgebracht, verleend49. In het bestaan van het pauselijk leger tussen 1860 en 1870 leverde Nederland de meeste vrijwilligers namelijk ruim 4000 man. Martinus bleef tot eind 1869 in pauselijke dienst en heeft waarschijnlijk nooit de gevreesde strijdkreet ‘Zouaves en avant, Vive Pio Nono’ mogen aanheffen aangezien er tijdens zijn verblijf geen belangrijke veldslag heeft plaatsgevonden. Deze vonden
47
Voor gegevens van Martinus Franciscus Schabbing, zie op pagina 57. 48 De broer is waarschijnlijk Willibrordis, zie pagina 58. Heemstede, Bennebroek en Vogelenzang leverden zestien Zouaven.
49
Deze zegening strekte zich zelfs uit tot het derde geslacht, zodat mijn vader Jan Schabbing zich met een gerust hart kan melden aan de hemelpoort.
86
voor en na zijn diensttijd plaats. Op de laatste dag van 1869 kwam hij terug uit Italië. Hij was de held van Heemstede, trouwde, zorgde voor nakomelingen, werd lid van de Haarlemse Zouavenbroederschap en stierf in 1909. De paralellen met zijn kleinzoon Jan zijn opmerkelijk. Als jongeman breken beiden radicaal met hun bestaan, trekken weg, gaan in vreemde krijgsdienst, vechten voor een al achterhaalde zaak. De keuringen, de reis en het inschepen in Marseille, de kwestie van het Nederlanderschap, de Franse officieren met hun onverstaanbare bevelen, de mystiek, het huurlingenkarakter van het bataljon, het
vreemde land... Op een wonderlijke wijze herhaalt de geschiedenis zich. Op de foto's valt de treffende gelijkenis in gelaat en houding van grootvader en kleinzoon direkt op. Maar op de foto's vallen ook betekenisvolle verschillen af te lezen. De zouaaf in zijn kleurrijke uniform in het prachtige Rome. De légionnair in zijn grauwe battle dress in een troosteloze vlakte. Wat voor de grootvader een twee jaar durend exotisch uitstapje werd, werd voor de kleinzoon een even lange tocht door de hel.
Detail 1 Deel van de inlijvingsbrief van Martinus bij de Zouaven
87
16.2.2. DIRK
's Ochtends op weg naar het Centraal Station liep een jongeman met haar (=Lotte Tenty) mee over het Damrak. Het was een knappe vlotte jongen die er altijd tot in de puntjes uitzag. Ze zagen wat in elkaar en kregen verkering. Na verloop van tijd besloten ze te gaan trouwen. Hoewel zijn moeder Lotte nog nooit had gezien had ze nog al wat bezwaren tegen haar zoon's keuze. Dirk Theodorus50 kwam uit het dorp Heemstede en daar hielden moeders niet van stadsmeisjes. Die deugden immers niet. Bovendien was Lotte niet katholiek. Achteraf kan Lotte nog kwaad worden over deze vooroordelen. ‘Het was juist andersom. Hij was niet goed voor mij.’ Dirk stond al op jonge leeftijd bekend bij de politie van Heemstede en Haarlem. Voor hij naar Amsterdam was gegaan had hij in deze plaatsen een reeks betrekkingen gehad die meestal een onbevredigende afloop hadden gekend. Vooral vanuit het oogpunt van de bazen gezien. Werkte hij bij een bakker dan verraste hij maar al te graag zijn moeder op een heerlijke taart of krentebrood, waarbij hij echter verzuimde de bakker over deze geste te informeren. Ook andere patroons konden meepraten over zijn vrijgevige opvattingen. Maar Lotte wist niets over deze streken toen ze trouwden. De huwelijksplechtigheid was een sobere aangelegenheid. De moeder van Dirk Theodorus had toestemming op het stadhuis van Heemstede afgegeven maar kwam niet naar het huwelijk. Eigenlijk was alleen Lotte's moeder aanwezig. Na de plechtigheid namen ze afscheid van moeder en wandelde het pasgetrouwde stel alleen naar huis. Het was een stralende dag. Dirk werkte op een scheepswerf. Toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak ontstond er in ons land een bloeiende zwarte markt. Er was een grote vraag naar allerlei metalen. Vooral 50
met koper viel grof geld te verdienen. Op zijn werk kon Dirk hier vrij gemakkelijk aankomen en al gauw zat hij midden in de zwartehandel. Hij begon steeds meer het normale werk in te ruilen voor bezigheden aan de rand van de maatsschappij. Het werd bijna een manie om alles buiten de wet om te doen. Naast allerlei illegale handeltjes liet hij rekeningen onbetaald en poeierde hij huisbazen af die om de huur kwamen. Door deze opstelling werd de deurwaarder een vertrouwde figuur die regelmatig langskwam evenals andere dienstdoende ambtenaren. Dirk en Lotte zagen zich gedwongen meerdere malen van adres te veranderen. Het aantal keren dat ze verhuisden is niet meer te tellen. De boel oplichten was een ware passie, een sport. Een soort levenshouding en op een gegeven moment kon hij niet anders meer. Deze manier van leven stimuleerde zijn creativiteit. Zo kwam hij in een kroegje een zeeman tegen. Deze liet hem een exotische luis of kakkerlak zien. Dirk mocht hem hebben en ging er direkt mee naar de huisbaas. Op hoge poten. Hij vertelde de huisbaas dat het een schande was een huis met zulk ongedierte te verhuren en dat hij naar de huur voor het dure huis in Zuid kon fluiten. Met achterlating van een fikse huurschuld waar dit keer niet meer naar gevraagd werd vertrok het echtpaar naar weer een nieuw adres. Ondanks al zijn slimheid liep hij meermalen tegen de lamp. Maar soms wist hij dan aan arrestatie te ontkomen. Nog in Heemstede stond de politie voor de deur om Dirk in te rekenen. Hij liet zijn broer51 met een mand 51
Jan Schabbing? Volgens mijn vader Jan Schabbing waren diens vader Jan en Dirk altijd goede maatjes en is het meermalen voorgekomen dat Dirk, ontsnapt uit gevangenis of inrichting, aankwam in de ouderlijke woning in de Preangerstraat te Haarlem. Moeder Rie (Maas) was hier niet altijd blij mee en ook mijn vader vond de komst van politie in de straat, om Dirk gevankelijk af te voeren, niet leuk.
Voor Dirk, zie op pagina 65.
88
over het hoofd getrokken het huis uit rennen. De verzamelde veldwachters gingen natuurlijk achter de broer aan en Dirk vertrok met stille trom langs de achterdeur. Dirk wilde de spanning en het geld was snel verdiend. Hij kon zich goede kleren veroorloven en beschikte vaak over luxueuze wagens of snelle Harley Davidsons52. Deze manier van leven ging ten koste van Lotte. Zij had de last van de schuldeisers, de deurwaarders en de boze huisbazen en leveranciers. Op haar kwam de last van het steeds maar weer verhuizen. Bovendien vond zij de wereld waarin Dirk verzeild was afschuwelijk. Van zijn vrienden moest zij niets hebben. Dirk was vreselijk egocentrisch en bekommerde zich niet om haar. Toen er kinderen kwamen stond zij daar alleen voor. Dirk kwam dus geregeld in aanraking met Justitie. Om zich te wapenen maakte hij een studie van het wetboek. Hoewel hij verstand had van de mazen in de wet verdween hij toch geregeld achter slot en grendel. In allerlei opzichten was het dus een onrustig en avontuurlijk leven. Lotte vond het afschuwelijk. Wat ze vooral erg vond was dat hij onbetrouwbaar was. Ook voor zijn vrienden. Eens kwam een vriend radeloos aanzetten en smeekte Dirk hem de volgende dag bij te staan als hij moest voorkomen. Tenslotte had Dirk verstand van de wet. Dirk beloofde te komen, maar de vriend was nog niet weg of hij zei dat zijn vriend het zelf maar moest uitzoeken en dat hij er niet over gepiekerd had mee te gaan. Dirk had eens een elektriciteitsklus in Hoofddorp. Hij vond het zonde om de spoelen geheel met koperdraad te omwikkelen. Koperdraad alleen aan de buitenkant leek hem voldoende. Tweemaal daags reed hij van zijn werk op zijn motorfiets naar Amsterdam om te stempelen. Als uitkeringsgerechtigde wilde hij niet alle plichten met de voeten treden. Overigens kwam die koperspoelaffaire uit. Zo was Dirk altijd met
allerlei zaakjes bezig. Op een keer, rond het einde van de Eerste Wereldoorlog, werd hij gewaarschuwd dat de politie een of ander zaakje doorhad. Spoorslags vertrok hij naar België. Daar was hij veilig. Niet lang daarna kwam een onbekende man aan de deur bij Lotte. Hij zei dat hij een vriend van Dirk was en dat deze hem gevraagd had een mededeling over te brengen. Lottte moest met haar twee kleine kinderen de trein naar Breda nemen. Ze besloot te gaan hoewel ze net verhuisd was en nieuwe spulletjes had gekocht. Met wat handbagage en met de kleine Theo en de nog kleinere Tinus vertrok ze naar het ongewisse. In Breda stond Dirk haar inderdaad op te wachten. Hij was gekomen met een motor met zijspan. Lotte en de kinderen namen plaats in de zijspan en via sluipweggetjes gingen ze naar België. Theo en Tinus gingen dus als kleine kinderen illegaal de Belgische grens over. Een merkwaardige coïncidentie gezien hun ervaringen later in de Tweede Wereldoorlog. Dirk had een prachtige Jugendstilwoning in Merksem nabij Antwerpen gehuurd. In Antwerpen had hij zich al gauw in ‘het milieu’ ingeburgerd. Binnen de kortste keren had hij daar dezelfde soort vrienden als in Amsterdam. Dirk had een taxi maar reed uiteraard zwart. Als snorder maakte hij zich niet geliefd bij de officiële taxichauffeurs. Misschien had hij nog andere zaken. In ieder geval stormde op een dag een aantal rijkswachters zijn woning binnen. Zij doorzochten het hele huis. Daarbij gingen de rijkswachters niet zachtzinnig te werk en sneuvelde enig glaswerk. Dirk was echter getipt en was op dat moment niet thuis. De grond was nu daar te heet onder zijn voeten en hij moest terugvlucnten naar Nederland waar hij een klein jaar tevoren vandaan was gevlucht. Terug in Nederland werd hij gepakt en kreeg een jaar of twee uit te zitten in Scheveningen. Ondertussen was in België de derde zoon, Charles geboren. Lotte zat dus met drie kleintjes terwijl haar man in de bak zat en zij geen eigen dak boven het hoofd had.
52
Harleys, Indians… Naar het schijnt hebben de Schabbingen iets met motoren.
89
Dirk zal wel een van de weinige mensen zijn die zelf vroeg om TBR. Misschien omdat hij binnen de inrichting een nog zorgelozer leven heeft en zich toch een grote mate van vrijheid kon verwerven. Hij geeft niet de indruk opgesloten te zijn. Integendeel. Ook daar weet hij de lakens uit te delen. Letterlijk zelfs. Voor de Tweede Wereldoorlog zat hij in de Rijksinrichting, in Medemblik. Daar had hij een puur winstgevend handeltje opgezet door beddegoed aan mensen van buiten de inrichting te verkopen. Het maakte dus weinig uit of hij opgesloten zat of niet. Toen in 1926 Jan werd geboren had Lotte vier zoons om voor te zorgen. Ook financieel zorgde Dirk voor een weinig solide basis. Ze moest dus naast de huishouding ook zorgen voor de inkomsten. Lotte was vastbesloten haar kinderen goed onderwijs te laten volgen al moest daar elk dubbeltje voor omgedraaid worden. Ze werkte keihard in de zwaarste baantjes. Daarnaast vond ze ook nog de energie en de wilskracht om zichzelf te ontwikkelen. In de avonduren bezocht ze allerlei lezingen en volgde ze de Volksuniversiteit. Haar hele leven heeft ze haar dorst naar kennis gelest. Op allerlei manieren. Ze kwam bij Krishnamurti, Mellie Uyldert en wie al niet. Soms dacht ze: 'Waar ben ik nu weer verzeild?' Na de Tweede Wereldoorlog toen Dirk weer op vrije voeten was bleek dat leven met hem nu wel helemaal onmogelijk geworden was. Hij was onhandelbaar en toen hij naast levenslange intense kontakten met vrouwe Justitia ook nog iets begon met een andere vrouw was voor Lotte de maat boordevol en besloot ze te scheiden…
Door dit opgejaagde leven beleefden de kinderen natuurlijk een weinig rustige jeugd. Tinus bijvoorbeeld zat op minstens tien lagere scholen. Veel hebben de jongens niet aan hun vader gehad. Hij ging altijd zijn eigen gang en dat was geen gang waar de kinderen trots op konden zijn. Bovendien waren er thuis natuurlijk veel ruzies en toestanden. Hoogstens gaf Dirk door het volstrekt verkeerde voorbeeld te geven nadrukkelijk aan hoe het niet moest. Doordat ze er met de neus op werden gedrukt leerden de kinderen al vroeg een eigen standpunt in te nemen tegen gevoeld onrecht. Ondertussen kon de reputatie van de vader de zoons soms achtervolgen. Toen Theo ging werken kwam hij eerst op een groot verzekeringskantoor. Een collega behandelde een zaak en op een van de formulieren figureerde de familienaam uitdrukkelijk. Het was een politierapport. Op de vraag of het soms familie was zweeg Theo maar. Tijdens de schaft diste een collega van Tinus het verhaal op over een electriciën die meewerkte aan de bouw van de Maggifabriek. Deze werd door de politie van de bouwplaats gehaald, maar wist dankzij een wilde vlucht via de daken te ontkomen. Hij had jouw achternaam besloot de verteller terwijl hij Tinus vragend aankeek die wijselijk bleef zwijgen. Behalve in gevangenissen kwam Dirk ook in inrichtingen. Daar wist hij door zijn pathologische criminele aanleg de aandacht te winnen van de psychiaters. Deze zagen hem als uitdaging en probeerden allerlei therapieën. Waarschijnlijk was Dirk een van de eersten in ons land die een elektroshockbehandeling kreeg. In ieder geval stond de behandeling nog in de kinderschoenen want de stroomstoten joegen zijn tanden uit de mond. Hij was erg ijdel en vond dit vreselijk. Zijn uiterlijk is hem heilig. Binnen een mum van tijd fabriceerde hij uit het witgekleurde heft van een tandenborstel en wat veiligheidspelden een perfect kunstgebit. Niet alleen zag het er fraai uit, het functioneerde ook prima.
Tot zover een uitgebreid fragment uit de scriptie van Jan Willem Regenhardt, dat ons op indringende wijze confronteert met de wijze waarop Dirk de omstandigheden naar zijn hand zette. Hieronder volgen fragmenten van de scriptie over de zonen van Dirk: Theo, Tinus, Charles en Jan. Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
90
16.3.
MIJN WAAR LEVEN VAN AF MIJN GEBOORTE
Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
91
16.4.
VROUWE JUSTITIA EN DE SCHABBINGEN
Voor deze gegevens: zie de volledige versie 2.0
92
16.5.
DE DORPEN HEEMSTEDE EN BENNEBROEK
Daarna volgt tot het eind van de 19e eeuw een langzame groei tot 3165 inwoners in 1879, gevolgd door een snelle groei tot 7071 inwoners in 1909 en bijna 26.000 in 1960. Erg welvarend waren die inwoners niet, in de 19e eeuw. Het aantal kiesgerechtigden (een recht dat o.a. bepaald werd door de hoogte van de belastingaanslag) liep uiteen van 72 tot 165 op de 2645 tot 3654 inwoners. Wat de Heemstedenaren in ieder geval wel waren was Rooms-Katholiek en de Schabbingen waren daar geen uitzondering op. In 1839 stonden 1878 inwoners (80%) als katholiek geregistreerd, al zakte dit tot 40% in 1947. De Heemsteedse buurtschap Zandvaart, waar de Schabbingen in de 18e eeuw woonden, lag rond de huidige Blekersvaart en bestond voor bijna de helft uit blekerijen. Verder waren er slechts twee boerderijen en enkele herbergen.
Over de heerlijkheid, het dorp en de gemeente Heemstede is uitgebreide literatuur beschikbaar. Hier schets ik een globaal beeld van de kleine dorpsgemeenschap die Heemstede in de 18e en 19e eeuw vormde. Heemstede ligt op een oude zandrug, achter de duinen. Ten oosten lag het Haarlemmermeer, ten noorden de Haarlemmerhout en de stad Haarlem en ten westen veengronden en de duinen. Ten zuiden van Heemstede begon NoordHolland (wat wij nu Zuid-Holland noemen); Heemstede lag dus in het zuiden van Kennemerland. De eerste onderzoeken rond 1500 geven een aantal bewoonde huizen van 65 à 75, met een inwonertal van circa < 300. Rond 1651 was dit gegroeid tot ongeveer 1300 à 1400. Als verklaring voor de snelle bevolkingsgroei valt de snelle toename van de blekerijen te noemen.
Orde en recht werden door één veldwachter van het type Bromsnor bewaakt. Met verwijzing naar het elders genoteerde drankverbruik zal het niet verbazen dat rond 1880 de meeste processen-verbaal werden opgemaakt voor openbare dronkenschap. 30 jaar later is het vooral overtreding van de motor- en rijwielverordening die bekeurd wordt. Toch mag het knap heten dat die orde te handhaven viel, als men bedenkt dat er in 1850 slechts drie straatlantaarns brandden, al groeide dat snel tot 12 in 1870 en 43 petroleumlantaarns in 1891.
De bevolking bestond in 1787 uit: Glip 50 gezinnen Dorp 42 “ Zandvaart 56 “ Craijenest 18 “ Laan 30 “ Totaal 196 gezinnen (Bron: Van Doorninck, p. 143). In 1796 komt stads- en dorpbeschrijver L. van Ollefen echter op ongeveer 400 huizen met circa 2200 ingezetenen en andere bronnen geven weer andere, nogal uiteenlopende, aantallen huizen aan, zodat voorzichtigheid op dit punt geboden is.
Gezondheid Hoe zagen onze voorouders er uit? Waren ze gezond en recht van lijf en leden? De oudste afbeeldingen mij bekend zijn foto’s en die dateren uit de tweede helft van de 19e eeuw. Wel zijn oudere signalementen 93
bekend uit militaire paspoorten en zodoende is ons ook de lengte van Dirk Schabbing, 1807-1858, overgeleverd: 1 el, 7 palm en 2 duim (= 1,72 m). Over de lengte van de Haarlemmers tekende J. le Francq van Berkhey in 1773 het volgende aan: ‘De Haarlemmers zijn veelal kleiner dan de inwoners der overige Hollandse plaatsen. Dit loopt zo sterk in het oog, dat als men wil aanduiden, dat iemand niet kloek van gestalte is, gewoonlijk zegt: hij is van Haarlemmer Maat. Er zijn wel nog al eenige kloeke menschen, maar over het algemeen zijn vooral die van den middelmatigen burgerstand en de fabrieksarbeiders aan de korte kant, hebbende veelal een lengte van om en aan de vijf voeten. Doorgaans zijn ze tenger van gebeente en bleek van gelaat. De vrouwen zien er meestal bleekachtig uit; ja velen geluwachtig.’
Onderwijs in Heemstede en Bennebroek. Een citaat uit het verslag van onderwijsinspecteur H. Wijnbeek, uit 1839 geeft aardig de situatie weer: ‘Vrij voldoende is het lokaal te Bennebroek. Doch allerslechtst is het te Heemstede; er is ternauwernood plaats voor de helft der leerlingen, die een 200-tal beloopt. (…) Te Bennebroek is het onderwijs onder J.H. Wolters op vrij goede voet en te Heemstede zoude het goed zijn, zoo de onderwijzer Harrebomee niet belemmerd werd door eenige heeren der om liggende buitenplaatsen, die een fonds hebben bijeengebracht, waar uit zij, sedert 1823, het schoolgeld betalen voor 90 leerlingen uit de geringe klasse, doch op stellige voorwaarde, dat die leerlingen niets anders leeren dan lzen, schrijven en rekenen, zonder taalkunde, zonder rekenen uit het hoofd of hetgeen verder zou kunnen strekken tot verstandsontwikkeling.’ 53 Het gaat hier om de gemeentescholen; misschien hebben de Schabbingen in die tijd helemaal geen onderwijs genoten, of zijn ze onder nog slechtere omstandigheden naar school gegaan. Dat het slechter kon bewijst Groesbeek, op p. 114 en verder: 165 leerlingen in een klaslokaal, met slechts één onderwijzer, rond 1850 circa 180 leerlingen verdeeld over twee lokalen en in 1871 maar liefst 221 leerlingen in twee lokalen gepropt. Dus zou het niet verwonderlijk zijn dat in de 19e eeuw enkele Schabbingen niet kunnen schrijven. Maar uit onderzoek van de huwelijksakten blijkt dat de meeste bruiden en bruidegoms konden schrijven, namelijk 87% en van de vrouwen 71%. Behoorden de Schabbingen tot een arme ongeletterde onderlaag? Het waren overigens vooral de kleerblekersknechten die niet konden
Lag die matige lichamelijke gesteldheid misschien aan het bloemetjes buiten zetten met de vastenavondmarkten, hartjesdagen, paardenmarkten en in de slachttijd de varkensmarkten? (Bron: Heerlijkheden 29e jaargang nr. 111 februari 2002, p. 19-20.) Over de woonomstandigheden halverwege de 19e eeuw in Heemstede (en op de Molenwerf en De Glip) meldt Groesbeek het nodige op p. 106 e.v. Kort samengevat kwam het neer op: ongezond en armoedig. Het gemeentebestuur noemt als hoofdoorzaken ‘sterke drank [1853: 54.047 kannen gedistilleerd, CES] en onberaden huwelijken. Aangelokt door de hoge lonen in de Haarlemmermeer verlaat men de blekerijen, trouwt en daar het werk slechts tijdelijk is en zij geen spaarzaamheid oefenen, vervallen zij spoedig tot de behoeftigen’. Onberaden en gedwongen huwelijken zien we inderdaad ook wel een enkele keer, maar de Schabbingen zijn nooit de Haarlemmermeer ingetrokken om zich daar te vestigen. Wel zochten ze daar werk of trokken zij weg naar andere droogmakingen, zoals de Anna Paulownapolder.
53
Heerlijkheden 28e jaargang, nr. 110 oktober 2001, p. 180.
94
schrijven en laat dat nou net een beroep zijn dat de Schabbingen vaak uitoefenden!
aantal miljonairs. Het is maar wat je belangrijk vindt. Meer informatie over de bloembollenteelt in Groesbeek, o.a. p. 97 e.v. Het gezin van Dirk Schabbing, die in de eerste helft van de 19e eeuw in Bennebroek woonde, week af van de gezinssamenstelling zoals die in 1807 werd geteld: de meeste gezinnen hadden geen tot vier kinderen en drie gezinnen hadden zeven kinderen. Dirk had met zijn vrouw Alida Luijten maar liefst elf kinderen. In zijn beroep week hij niet af, er woonden in 1807 maar liefst 64 kleerblekersknechten en –meiden in Bennebroek. Een verkenning van de bevolking van Bennebroek in het tijdvak 1807-1850 is gemaakt door Annabel Meddens-van Borselen, in Heerlijkheden nr. 116, april 2003, p. 90-103. Hierin somt zij lezenswaardige informatie op over o.a. beroepen, kiesrecht, onderwijs (of liever, het ontbreken daarvan en met analfabetisme als gevolg), herkomst van bruiden en bruidegoms en een overzicht van bronnen.
Bennebroek telde rond 1850 500 inwoners. In 1900 was dat aantal al gestegen tot 1200, dus meer dan een verdubbeling. Deze groei kwam o.a. door de bloembollenteelt, die veel meer mensen een bestaan kon bieden. Ook Schabbingen hebben als knecht in de bollenteelt gewerkt. Begin 20e eeuw liep de werkgelegenheid in de bollenstreek terug, mede door de opkomst van andere gebieden en door de beperkte handelsmogelijkheden als gevolg van de Eerste Wereldoorlog. Zoals eerder kozen ook nu weer enkele Schabbingen voor een andere werkomgeving en gingen zij aan de slag in de bollenteelt in de Kop van Noord-Holland, in Anna Paulowna, Breezand en omgeving. Op zijn doorkomst door Bennebroek sprak tsaar Alexander I van Rusland tegen koning Willem I de woorden: ‘Uw land is waarlijk een tuin’. Anno 2000 is Bennebroek de vierde ‘versteende’ (minst groene) gemeente van Nederland, maar wel (net als Heemstede trouwens) met een relatief hoog
16.6.
DE SLEUTEL IS DE PETER EN DE METER
Limburg, ter hoogte van Sittard. De registers van Brachelen, een kerspel van drie dorpen (Brachelen, Lindern en Hilfarth), dateren van begin zeventiende eeuw. Het huwelijksregister is echter slechts toegankelijk vanaf 1639, het doopregister vanaf 1644 en het overlijdensregisters deels vanaf 1644. De informatie van de jaren daarvoor is door de tand des tijds onleesbaar geworden.
Wie is getrouwd met wie? Een vraag die een stamboomonderzoeker vele hoofdbrekens kan bezorgen, zeker als de kerkregisters het op dit punt laten afweten. Maar ogenschijnlijk dode sporen lopen niet altijd dood. Soms biedt het zijpad van de peters en meters uitkomst. Een ervaring met zeventiende-eeuwse kerkelijke registers in Brachelen (Nordrhein-Westfalen). Op zoek naar de logica achter peter- en meterschappen. Elke stamboomonderzoeker krijgt er vroeg of laat mee te maken: de mistigheid van doop-, trouw- en overlijdensregeisters. Mij gebeurde het bij mijn onderzoek naar voorouders in Brachelen, een katholiek dorpje zo’n dertig kilometer van de grens met
Boekgeheimen Maar ook het leesbare deel heeft zijn geheimen. De echtelieden zijn niet altijd als zodanig herkenbaar in de boeken. Ze zijn er vaak wel, maar je ziet ze niet. De Brachelse zielenherders hebben in veel gevallen bij een doop wel de naam van de vader
95
lijk, meter was, werd ook uit de generatiegenoten van de ouders een peter of meter gerekruteerd. Overigens, ook als een peter/meter minderjarig was, werd een tweede peter/meter aangezocht. In het katholieke Rijnland werd de oudste zoon vaak vernoemd naar de vader van vaderszijde, de tweede zoon naar de vader van moederszijde. De oudste dochter werd vernoemd naar de moeder van moederszijde, de tweede dochter naar de moeder van vaderszijde. Ook de peter-/meterkeuze verliep veelal volgens deze lijn. Dus: bij de oudste zoon een mannelijk lid van de familie van de vader en een vrouwelijk lid van de kant van de moeder. Bij de tweede zoon een mannelijk lid van moederszijde en een vrouwelijk lid van vaderszijde.
vermeld, maar ’verzuimd de moeder op te tekenen. Waarschijnlijk is dat zo gedaan omdat ze niet aanwezig was bij de doop. In sommige gevallen werd alleen haar voornaam vermeld. In Brachelen is dit -irritantegebruik tot ver in de zeventiende eeuw in zwang geweest. Wie echtelieden zoekt, zit dus met een probleem, want ook de overlijdensregisters bieden nauwelijks houvast. In het Brachelen van de zeventiende eeuw werd bij overlijden meestal alleen de naam van de overledene opgeschreven, die van de partner werd zelden vermeld. De huwelijkse staat van een groot deel van de bevolking is daardoor grotendeels in het verborgene gebleven. Er zat dus niets anders op, dan via de peter- en meterschappen naar echtelieden op zoek te gaan. Dat betekende: systematisch bijna alle gezinnen en hun peter-meterrelaties met andere families van het kerspel (zo’n zestig familienamen) ontrafelen en in kaart brengen. Een hachelijke, maar niet hopeloze onderneming. Hachelijk, omdat ook kinderen peter en meter kunnen zijn, omdat sommige peters en meters ongehuwd zijn en van andere de partner reeds is overleden. Hachelijk ook, omdat sommige peters en meters uit andere dorpen afkomstig kunnen zijn. De onderneming is niet geheel hopeloos, omdat in veel gevallen de voornaam van de moeder een aanknopingspunt is en omdat het in de kerkboeken keurig (?) is vermeld als een peter of meter uit een ander dorp kwam. Een meevaller voor mij was dat de Westdeutsche Gesellschaft für Familienforschung (WGfF) de Brachelse registers op CD-rom heeft gezet. Dat vergemakkelijkt het speurwerk aanzienlijk.
2. Broers en zussen Behalve de ouders, werden natuurlijk ook broers en zussen aangezocht als peter en meter. Dat gebeurde veelal in volgorde van anciënniteit, respectievelijk op grond van de mogelijkheid snel bij een doop aanwezig te zijn. Kinderen werden doorgaans binnen twee, drie dagen na de geboorte gedoopt, in die tijd eerder noodzaak dan luxe gezien de grote zuigelingensterfte. 3. De aangetrouwden Schoonbroers en schoonzussen behoorden eveneens tot de ‘inner circle’ van de familie. Ze stonden bij de bepaling van peter- en meterschappen in principe op gelijke hoogte als broers en zussen.
Wie kwamen in aanmerking? Uit mijn onderzoek laat zich het navolgende overzicht van peters en meters distilleren.
4. de schoonfamilie Ook broers en zussen van een schoonbroer of schoonzus werden gevraagd voor een peter-/meterschap. Eén gezin in Brachelen ging zelfs zover ook de partners van deze broers en zussen te vragen.
1. De ouders Ouders zijn de eersten die als peter en meter in aanmerking komen. Ze zijn echter lang niet altijd ook de eerst aangewezenen. Wanneer een grootouder peter respectieve-
5. Ooms, tantes, neven , nichtjes / 6. Leen/pachtheer,officier, koster, schoolmeester, pastoor Voor een peterschap werd soms ook een beroep gedaan op bijvoorbeeld de koster of
96
de schoolmeester. In Brachelen kwam dat veelvuldig voor. Een enkele keer waren ook een pastoor, een legerofficier en een leenheer/verpachter peter. Bij de laatstgenoemde was tegelijkertijd zijn vrouw gevraagd als meter.
beeld uitsluitend broers en zussen van hetzij de man, hetzij de vrouw als peter respectievelijk meter werden gekozen. Bij enkele gezinnen is dezelfde persoon meerdere malen als peter opgetreden. De keuze werd goeddeels ook bepaald door de gezins- en familieomstandigheden. Soms maakten werk (dagloners ver van huis) of oorlogsgeweld (verdreven van huis en haard) het gewoonweg onmogelijk een peter of meter uit de familiekring te rekruteren. … De redactie (van Gens Germana): De keuze van peters en meters verschilt van gezin tot gezin en van streek tot streek. Heeft u ook interessante ervaringen met peters en meters of heeft u opmerkelijke peters en meters in uw stamboom? Stuur ons uw verhaal! A.M. Schönwetter, in Gens Germana jaargang 28, nummer 4, november 2002, p. 112-115.
Wat bepaalt de keuze? De keuze voor een peter en meter was niet alleen een keuze op grond van familietraditie. Het was ook een politiek-strategische keuze. Peter- en meterschappen waren een sociaal bindmiddel. Ze versterkten de band tussen verwanten en tussen families en zorgden zo voor meer sociale cohesie in een dorp. Maar ook voor meer aanzien. Het was een wezenlijk bestanddeel van de maatschappelijke ladder en van het sociale netwerk. Voor de allochtonen van het dorp was het een methode om meer geaccepteerd te raken in de gemeenschap en te gaan behoren bij ‘de harde kern’ van die gemeenschap. De keuze van peters en meters verschilt van gezin tot gezin en van familie tot familie. Ik ben gezinnen tegengekomen, waar bijvoor-
16.7.
NAMEN
Over de betekenis van het woord Schabbing geven woordenboeken onder andere als verklaring: Schabbehard: oud-Nederlands, in 1147 in Westfalen vermeld: Schapa harde (hard betekent bos). Maar wat is in dit verband dan ‘schapa’?
Familienaam Over de herkomst van de familienaam heb ik nog geen zekerheid kunnen vinden. Opvallend is natuurlijk dat er in Nederland Schabbingen en Schabbinken zijn, maar er is nog geen aantoonbare verwantschap gevonden. De naam Schabbink vinden we terug in de straatnaam Schabbinklanden, in Enschede. Een toelichting daarop luidt dat Schabbinklanden is ontleend aan het door drs. A.L. Hulshoff uitgegeven Schattingsregister van Twente van 1475, waarin dit oude Twentse erve wordt genoemd (raadsbesluit Enschede van 6 augustus 1974 ). De straat Schabbinklanden ligt hemelsbreed ongeveer 7 kilometer van Alstätte verwijderd.
Een andere verklaring legt een verband met de situering van Alstätte in een moerassige of zompige omgeving. Schabbel of Schabbe-lo: moerassig laagland of laagte. In de omgeving van Alstätte tref je inderdaad volop veen- en moerasgrond aan, zoals uit dit kaartje54 blijkt. 54
Volker Tschuschke, Herker-Orthaus, ein geschichtsträchtiger Ort, in Alsteer, p. 84. Alstätte is op deze kaart Alstede genaamd.
97
Frappant is dat de Schabbingen in de 18e en 19e eeuw neerstreken in en bij Bennebroek. Met ‘Broek’ wordt hier niets anders dan de zompige grond ten westen van het Haarlemmermeer bedoeld. Blijkbaar hadden de Schabbingen iets met moerassige gebieden!
Voornamen ‘What’s in a name? Nomen est omen’. Doet een naam er toe of maakt het niet uit of je Kees, Hendrik of Heinrich, Bernhard, Gertrud, Adelheid, Bo of Kaatje heet? Ik denk dat het wel uitmaakt en ik weet zeker dat namen modegevoelig zijn. Modegevoelig in tijd en plaats, want een naam als Bertha, Gertrud, Sibilla of Adolf roept associaties op, die wij nu niet altijd even positief waarderen. Enkele namen komen veel voor bij de Schabbingen, mogelijk omdat ze volgens traditie per generatie werden doorgegeven of onder invloed van een plaatselijke beschermheilige. Enkele van die veel voorkomende namen wil ik hier nader toelichten, met behulp van het Woordenboek van voornamen, van dr. J. van der Schaar.
B.J. Hekket55 verklaart de naam als volgt: erve bij Dulder, in 1415 Gotschalbing; 1495 Gotschalking. De vermelding uit 1475 is kennelijk een verschrijving; niettemin kan van dit tweede element ‘schalbing’ de vorm ‘schabbink’ ontstaan zijn. Maar in 1299 was er ene Gosewinus Scap, ‘knape’, getuige bij een schenking van het huis Broke in Dulder. Van zijn naam zou Schappink of Schabbink afgeleid kunnen zijn; hij stamt van ‘skaft’. Zie ook Schapink. Hekket verklaart Schapink als: erven bij Wierden, in 1415 Schaping; Vries, (Drenthe), in 1383 Scaping. Voornaam Scapo, vermoedelijk ontstaan uit Scapto, van ‘skaft’. Wierden ligt ongeveer 34 kilometer ten noorwesten van Alstätte, ook in Overijssel. Dit zijn aanwijzingen die er op duiden dat de herkomst van de naam, wellicht anders dan we tot nu toe vermoedden, ook een Nederlandse tehenhanger telt!
Bernhard. Deze naam komt in verschillende varianten zo’n tien keer voor bij de Schabbingen en aanverwanten: Bernd, Bernardus, Berndt, Bernardina, Berry. Een tweestammige germaanse naam met ongeveer de betekenis ‘sterk, moedig als een beer’ uit -bern- en ‘sterk, moedig’ uit -hard-.
Er is een andere betekenis van het woord Schabbing, die ook een verklaring voor de familienaam kan zijn. Schabbel is namelijk een onderdeel van een weefgetouw, wat, met verwijzing naar het regelmatig voorkomend beroep van wever bij de Schabbingen, van toepassing kan zijn. Alleen is het twijfelachtig of dat onderdeel al in de 15e eeuw in gebruik was.
Adolf. Deze naam komt in twee varianten voor bij de Schabbingen en aanverwanten: Adolf en Adolphus. Betekenis ongeveer ‘edele wolf’. Circa negen Schabbingen zijn gezegend met deze naam. Anna (Maria) Anna is de griekse vorm van het hebreeuwse Hanna, met de betekenis genade, begenadigde, lieflijke, aanvallige- . Crica zestien naamdraagsters, soms in combinatie met Maria en met enkele afwijkende schrijfwijzen (Annie, Annechien (Drents)).
Ik houd de verklaring van de familienaam daarom voorlopig op de verwijzing naar het landgoed (van de) Schabbingen. 55
B.J. Hekket, Oost Nederlandse Familienamen, Enschede, 1975. Dulder ligt in Overijssel, ongeveer 24 kilometer ten noorden van Alstätte.
98
Doet het ook goed, met de varianten als Maarten of Martin, komt de naam ongeveer vijftien keer voor. De naam komt van het latijn Martius, van Mars, de god van de oorlog.
Maria Doet ook goed mee, met een flink aantal afwijkend schrijfwijzen komt de naam ongeveer 40 keer voor. Daarbij reken ik ook namen als Maaike, Marijtje, Mieke of Mariska. De betekenis is moeilijk te achterhalen en onzeker, met als meest gebruikte -bitterheid. Dat de naam goed meedoet komt natuurlijk ook door het rooms-katholieke geloof van de Schabbingen.
Antonius met diverse varianten komt acht keer bij de Schabbingen voor en in totaal circa vijftien keer, dus ook bij verwanten. Een latijnse naam, waarvan de betekenis onzeker is. Antonius is vooral de patroon voor het terugvinden van verloren zaken, dus laten we tot hem bidden om verloren (gewaande) verwanten terug te vinden.
Johannes, Jan Doet het natuurlijk heel goed, met meer dan 40 vermeldingen. Ook hier weer varianten, zoals Jannetje, Janneke. Hebreeuws: Jahweh is genadig-.
Wilhelmus Komt 21 keer als eerste naam voor en daarnaast nog een flink aantal keer als tweede of derde voornaam. Heeft een zeer oude geschiedenis die teruggaat op het oudindische, oud-slavische, griekse en latijnse (het) willen, streven-.
Petrus Komt veertien keer voor, maar niet eenmaal met de toch in het algemeen veel voorkomende variant van Peter. Wel als Piet of Pieter, waarmee de naam in totaal meer dan 20 keer te vinden is bij Schabbingen of aanverwanten. Betekenis: rots, uit het grieks: petra.
Hendrik Doet het ook goed, met 21 vermeldingen als eerste naam en een aantal malen als tweede naam. Ook hier weer de nodige varianten als Heinrich, Henk enz. Volgens Van der Schaar een van de frequentste germaanse namen. Verklaring in twee delen: woonplaats, erf en machtig-.
Adelheid … en de variant Aaltje komen ongeveer zes keer voor. Germaanse naam met de betekenis (vrouw) van edele gestalte en heid- wat soort, geslacht, persoon betekent. Theodorus Treffen we vijf keer aan, met soms de ‘verkeerd’ afgeleide roepnaam Dirk (want die komt van Diederik). Inclusief aanverwanten komt de naam negen keer voor. Grieks, ‘geschenk van God’.
Gertrud Of Geertruida en varianten ongeveer zes keer. Verklaring mogelijk in -speer en ‘drude’: tovenares-. Nog meer op te merken over namen: laat het me weten!
Martinus
99
16.8.
STATISTIEKEN
Statistisch overzicht van 382 leden van de familie Schabbing (stand van zaken oktober 2007). Verklaring: - aantallen mannen en vrouwen - gemiddelde leeftijden en leeftijden van gehuwden en bij huwelijk en bij geboorte - absolute aantallen en percentages. mannen:
199 52%
vrouwen: 183 47%
leeftijden (jr):
44.7 ( 0-106) 36%
49.7 ( 0- 95) 26%
van gehuwden: met kinderen : kinderloos : van ongehuwden :
66.2 ( 27-106) 35% 68.6 ( 28-106) 44% 48.2 ( 27- 79) 33% 13.8 ( 0- 85) 37%
66.9 ( 33- 95) 32% 69.7 ( 38- 95) 44% 60.3 ( 33- 95) 31% 14.2 ( 0- 86) 19%
van volwassenen : van kinderen :
64.4 ( 23-106) 100% 4.4 ( 0- 18) 100%
65.3 ( 32- 95) 100% 1.6 ( 0- 6) 100%
bij huwelijk : eerste : laatste :
30.2 ( 17- 70) 32% 28.2 ( 17- 48) 62% 31.4 ( 19- 70) 28%
26.3 ( 17- 64) 24% 24.5 ( 17- 49) 57% 26.8 ( 17- 64) 23%
bij geboorte kind : eerste : laatste :
34.4 ( 17- 55) 90% 30.0 ( 19- 51) 86% 37.2 ( 21- 55) 71%
28.3 ( 19- 40) 18% 26.9 ( 19- 40) 19% 32.9 ( 26- 40) 10%
Amerikanen zijn dol op statistieken en cijfers. Om die reden hebben ze de in de Verenigde Staten voorkomende achternamen berekend naar aantal. Het hoeft niet te verbazen wie 1 staat: Smith. De naam Schabbing is de 78.645e meest populaire naam; de frequentie is niet in promilles uit te drukken en het percentile (?) is 89.514.
bollenboer: circa ƒ 12, maar wel met vrij aardappelen eten (jaren dertig van de 20e eeuw). Hoeveel kostte een…? Rijst: 4 tot 25 cent per pond. Koffiebonen 30 tot 50 cent per pond. Suiker 25 cent per pond, tabak 6 cent per ons: omstreeks 1905. Huur arbeidershuisje: ƒ 3 in de week (jaren dertig van de 20e eeuw). Wat betaalde je voor de oversteek van Hamburg naar New York (enkele reis…), rond 1860? De ronde som van 20 dollar of 40 Engelse ponden. Voor 2.550 gulden kocht Jan Schabbing anno 1787 een compleet ingerichte herberg in Bloemendaal (grand café Vreeburg).
Hoe lagen de lonen in…? ƒ 1 per week (11-jarig timmermansknechtje, 1915). ƒ 18 per week voor een chef-molenaar, bij een 55-urige werkweek. Knecht bij de
100
Uit een overzicht van de Nederlandse telefoonabonnees anno 1915 blijkt dat de Schabbingen (in Haarlem en wijde omgeving) geen telefoonaansluiting hadden.
16.9.
LIJST VAN IMMIGRANTEN IN AMERIKA
New Orleans Passenger Lists, 1820-1945 Immigration View Image
New Orleans Passenger Lists, 1820-1945 Immigration View Image
New York, 1820-1850 Passenger and Immigration Lists Immigration
New York, 1820-1850 Passenger and Immigration Lists Immigration
Deze H.H. (Heinrich) Schabbing is waarschijnlijk de Henry Schabbing die in 1905 overleed en waarvan ons nu alleen zijn grafschrift rest. Als hij alles toch eens vooruit had geweten…
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Birth: Departure: Arrival:
Engelbert Schabbing abt 1813 Rotterdam, Netherlands 19 Nov 1846 - New Orleans, Louisiana
Name: Margaretha Schabbing Birth: abt 1821 Departure: Rotterdam, Netherlands Arrival: 19 Nov 1846 - New Orleans, Louisiana Name: Birth: Origin: Departure: More:
C. Marg. Schabbing abt 1830 Germany Bremen See all information...
Name: Birth: Origin: Departure: More:
H. H. Schabbing abt 1826 Germany Bremen See all information...
Immigration
Name: A. Marg Gravemann Schabbing Arrival: 1843 - America
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Bernh Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Cath Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s Immigration
101
Name: Engelbert Schabbing Arrival: 1843 - America
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Gerh Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Gert Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Heinr Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Heinr Schabbing Arrival: 1848 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Joh Bernh Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Joh Gerh Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Joh Herm Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Johannes Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: M. Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: M. Cath Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Marg Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s Immigration
Name: Marg Tenhundfeld Schabbing Arrival: 1846 - America
Passenger and Immigration Lists Index, 1500s-1900s
Name: Werner Schabbing Arrival: 1843 - America
Immigration
New York Passenger Lists, 1820-1957
Name: Birth: Departure: Arrival:
Immigration
102
Sophie Schabbing abt 1825 Le Havre, France 30 Oct 1850 - New York, New York
New York Passenger Lists, 1820-1957 Immigration
New York Passenger Lists, 1820-1957 Immigration
Name: Birth: Departure: Arrival:
Christ Schabbing abt 1831 Le Havre, France 30 Oct 1850 - New York, New York
Name: Birth: Departure: Arrival:
Jacobus Schabbing abt 1937 Rotterdam, Netherlands 14 Sep 1954 - New York, New York
Deze Jacobus Schabbing kwam tussen 1954 en 1956 circa 12 keer aan, als zeevarende a/b van de Aardijk, de Noordam en de Rijndam. Hij kwam dus niet als immigrant. Hij klom op van de rang van ‘Boy’ tot die van Steward. Ik weet nog niet om welke Jacobus (Jaap, Ko of Co?) het hier gaat, maar misschien is hij dezelfde als Jan H. Schabbing, hieronder vermeld. Het zou toch wel heel toevallig zijn als er twee Schabbingen tegelijk op Amerika voeren en ook nog eens op de fameuze Holland Amerika Lijn.
New York Passenger Lists, 1820-1957
Name: Birth: Departure: Arrival:
Immigration
New York Passenger Lists, 1820-1957
Peter Schabbing abt 1903 - Hungary Rotterdam 4 Apr 1912 - New York, New York
Name: Racinhardt Schabbing Birth: abt 1866 - Hungary Departure: Rotterdam Arrival: 4 Apr 1912 - New York, New York
Immigration
New York Passenger Lists, 1820-1957
Name: Racinhardt Schabbing Birth: abt 1901 - Hungary Departure: Rotterdam Arrival: 4 Apr 1912 - New York, New York
Immigration
New York Passenger Lists, 1820-1957 Immigration
Kan dit de zoon van Theo Schabbing, zoon van Dirk Schabbing zijn? Het is bekend dat hij naar Amerika is geëmigreerd.
New York Passenger Lists, 1820-1957 Immigration Jan H. Schabbing kwam drie maal als koksmaat naar de States, aan boord van het schip De Rijndam. Wie is deze Jan? Zie ook hierboven bij Jacobus Schabbing.
103
Name: Martin Schabbing Departure: Rotterdam, Netherlands Arrival: 12 Apr 1955 - New York, New York
Name: Jan H Schabbing Departure: Rotterdam, Netherlands Arrival: 21 Feb 1955 - New York, New York
New York Passenger Lists, 1820-1957 Immigration
Het gaat hier zo goed als zeker om Romke Schabbing, zoon van Tinus en kleinzoon van Jan Schabbing. Hij kwam aan boord van De Statendam, als stoker(knecht: ‘Boilerboy’).
Name: Romke J Schabbing Arrival: 5 Jun 1957 - New York, New York
16.10. LIJST VAN AFBEELDINGEN DE SCHENKINGSAKTE UIT 1360 14 FOTO VAN MARTINUS FRANCISCUS SCHABBING EN ANNA ELIZABETH VAN DER VELDT, AAN DE MOLENWERF 57 MARTINUS FRANCISCUS ALS ZOUAAF. FOTO B. ZWEERS 85
16.11. AFKORTINGEN EN VERKLARENDE WOORDENLIJST
akte DTB
Tauf-, Trau-, Totenschein
BAM Bd. (bs), of BS
Bistumsarchiv Münster Band (deel) Verwijst naar een geboorte-, huwelijks, of sterfdatum, genotterd in de registers van de burgerlijke stand.
d. DTB
bij bedragen: denarius (penning, Pfennig) Doop-, trouw- en begraafboeken (afgekort DTB, voorlopers van de Burgerlijke Stand) werden vanaf ongeveer de 16e, begin 17e eeuw bijgehouden door de geestelijken in een parochie of kerkgemeenschap. Anders dan de registers van de burgerlijke stand (BS), die door de overheid werden bijgehouden, vermelden de DTB de doop-, trouw- en begraafdata, dus niet de geboorte- en overlijdensdata! In het algemeen scheelt dit slechts enkele dagen. Vanaf circa 1810, als de BS wordt ingevoerd, maak ik niet langer gebruik van DTB, tenzij anders vermeld. DTB = THS, Taufen, Heiraten, Sterben.
Euro (€)
2,2 gulden of 2 D-mark
Firmung
Vormsel
104
Gasthuisvest Genealogische termen Gulden (ƒ, f, fl)
Gasthuisvest: betekent hier waarschijnlijk, bij geboorte of overlijden, het Elisabeth Gasthuis, aan de Gasthuisvest te Haarlem. Zie Gens Germana jrg. 26, nr. 2, mei 2000, p. 36. € 0,45
Indemniteit, verklaring Verklaring van de armenzorg van de plaats van herkomst van een of akte van ‘immigrant’ dat in geval van verval tot armoede niet de armenzorg van zijn nieuwe woonplaats belast zou worden met ondersteuning Kirchspiel Kötter
kerspel, parochie keuter(boer)
Leibzüchter
Zu den Schulzen- und Zellerhöfen, gelegentlich auch bei den Kötterhöfen, gehörten kleine Pachthöfe. Die Bewohner nannte man Leibzüchter, Heuerlinge oder Wöhner. Nederlands: pachter, huurder. Leibzeiter - Leibzucht: lijftocht; wordt (worden) door de kinderen verzorgd.
NIOD N.N. NYPL
Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (v/h het RIOD) Nomen nescio: de naam weet ik niet. New York Passenger Lists, 1820-1957
Peetoom, -tante
Pate, Patin (moderne benaming)
s. SaM Schomaker, sutor Status Animarum
bij bedragen: stuiver, Stüber Staatsarchiv Münster Schumacher, schoenmaker een opsomming van de gelovigen in een parochie, bijvoorbeeld per huis. Ook inwonende dienstmeiden en knechten werden hier genoemd. * geboren ~ gedoopt (*) onwettig geboren †* dood geboren o ondertrouwd x gehuwd o/o gescheiden † overleden [] begraven †† tak uitgestorven > bij jaartal: na dat jaar < bij jaartal: voor dat jaar
Symbolen in de stambomen
105
t.t.v.
ten tijde van tweeling, Zwillinge
voorouders vormsel
Ahnen, ook Sippen (haast niet meer gebruikt) Firmung
weduwe Wigboldt Willkommschatzung
Wittwer, Wietib Vestingstad (Ottenstein was een vestingstad) Belasting die een nieuwe bisschop hief om de kosten van de regeringswisseling te bekostigen. Zie P.A.A. Klok, Ooit van een Willkommschatz-Register gehoord? In Gens Germana jrg. 30, nr. 3, augustus 2004, p. 74-75.
Zeller
Sie waren Vollbauern und die eigentlichen Stützen der Landwirtschaft.
De naamgeving van onze voorouders is tot een beperkt aantal generaties makkelijk te benoemen. Iedereen weet wel wat grootouders en overgrootouders zijn. Maar hoe verder terug in de tijd, des te onbekender we zijn met de bijbehorende aanduiding van die voorouders. Hieronder is een overzichtje te vinden. Lambert Schabbing, geboren te Alstätte rond 1440 en - voor zover nu bekend - de eerste drager van de naam Schabbing, is voor Laura en Mariska Schabbing hun stamoudbetovergrootouder, en al hun ouders, grootouders enzovoorts meegerekend hebben zij 65.536 voorouders. Zie het schema hieronder.
generatie I II III IV V VI VII VIII IX X XI XII XIII XIV XV XVI XVII XVIII XIX XX XXI
benaming voorouders probant ouders grootouders overgrootouders betovergrootouders oudouders oudgrootouders oudovergrootouders oudbetovergrootouders stam-ouders stam-grootouders stam-overgrootouders stam-betovergrootouders stam-oudouders stam-oudgrootouders stam-oudovergrootouders stam-oudbetovergrootouders edel-ouders edel-grootouders edel-overgrootouders edel-betovergrootouders
106
maximaal aantal 2 4 8 16 32 64 128 256 512 1.024 2.048 4.096 8.192 16.384 32.768 65.536 131.072 262.144 524.288 1.048.576
XXII XXIII XXIV XXV XXVI XXVII XXVIII XXIX XXX XXXI XXXII XXXIII
edel-oudouders edel-oudgrootouders edel-oudovergrootouders edel-oudbetovergrootouders edel-stam-ouders edel-stam-grootouders edel-stam-overgrootouders edel-stam-betovergrootouders edel-stam-oudouders edel-stam-oudgrootouders edel-stam-oudovergrootouders edel-stam-oudbetovergrootouders
107
2.097.152 4.194.304 8.388.608 16.777.216 33.554.432 67.108.864 134.217.728 268.435.556 536.871.112 1.073.742.224 2.147.483.648 4.294.967.296
17.
BRONNEN EN LITERATUUR
Tussen [teksthaken] staat de verkorte titel.
Archiefbronnen Rijksarchief Noord-Holland, Kleine Houtweg 18, Haarlem [RANH] en Archiefdienst voor Kennemerland te Haarlem [AVK]. RANH en AVK zijn in 2005 gefuseerd tot het NoordHollands Archief [NHA]: • Arrondissementsrechtbank Haarlem, 1838-1939, RANH. • Arrondissementsrechtbank Amsterdam, 1838-1921, RANH. • Vrede en politiegerechten in Noord-Holland, 1811-1838 (toegang 39, inv.nrs. 160-162; nog nader te onderzoeken). Bisschoppelijk Archief Münster / Bistum Münster, Bistumsarchiv. http://www.bistummuenster.de/index.php?cat_id=4636 • GV AA, Ottenstein, A 1: Archidiakonalvisitation des Thesaurars Joh. v. Velen 1614 Rhede / Kommunikantenverzeichnis 169356. • GV AA, Ottenstein, A 9: Exekutorien der Pfarrer: Joh. Brokhausen 1662, Bernh. Haverhove 1698, Joh. Westermann 1738, Th. Heinr. Hönemann 1747, Joh. Bernh. Spahn 1796, Ant. Rensing 1840, Ant. de Schorsin 1856. • GV AA, Hs 152, f. 432: Status animarum 1750. • PfA Ottenstein St. Georg, A 18: Bevölkerungsliste 1706-1750 / Kirchenbänke 1790-1885. • PfA Ottenstein St. Georg, A 20: Chronik, Bd. 2. • PfA Ottenstein St. Georg, U 1 u. K 31 (u. a. 12 Urkundenabschriften). Die Akten A 19 und A 54 fehlten leider bei der Übernahme des Pfarrarchivs in das Bistumsarchiv 1995. Landesarchiv NW, Bohlweg 2, D-48147 Münster, Deutschland. Stadtarchiv Ahaus, Rathausplatz 1, D-48683 Ahaus, Deutschland. Bron: 3.05.55-5363 (Schatzungen). Bisschoppelijk Archief Osnabrück/ Bistum Osnabrück, Bistumsarchiv. Deutschland. Nationaal Archief Den Haag. Ministerie van Justitie, Centraal Archief van de Bijzondere Rechtspleging (CABR) 1945-1952 (1983). Inventarisnummers 6 en 7 I-III (Carl Ludwig Huschka) en 76921 (Cornelis Johannes van der Burgh). Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD, v/h het RIOD): • Documentatie groep Westerweel. • DOC II – 296 A en A 11 56
Dit overzicht van communicanten is onbetrouwbaar. De communicanten worden enkele jaren te jong gedateerd.
108
Internet www.oudheemstedebennebroek.nl www.westfalengen.de www.archive.nrw.de http://top.archiefplein.nl/websitepubliek/. Hier ligt wel een gevaar op de loer: het blijkt dat in de verwerking van de akten voor het internet fouten en type- en taalfouten zijn gemaakt! Zo is van veel akten die door tussenkomst van het Noord-Hollands Archief op internet zijn geplaatst, niet de feitelijke datum van een gebeurtenis op internet gezet, maar de datum van de akte! Dat kan ook gevolgen hebben voor de gegevens in deze publicatie, waarvoor ik - als dat tot problemen leidt - mijn excuses aanbied. http://www.ancestry.com/ . Deze pagina biedt veel passagierslijsten aan van immigranten en passagiers naar de VS.
Literatuur Ahaus ADAC Stadtplan 1:15.000 (uitgave van voor 1997). Alstätter Familien-Blatt. J.M.M. Balink, Blekerijen in Kennemerland. In: Heerlijkheden 28e jaargang nr. 108 april 2001, p. 64-65.) Hermann Beckers e.a., Die Flurnamen der Stadt Ahaus. Atlas und Namenregister. Westmünsterländische Flurnamen 1. Beiträge zur Geschichte der Stadt Ahaus 5. Ahaus, 1989. [Flurnamen] J.A. Bomans, De Heemsteedse Zouaven of Heemstede en de Zouaven. In: Nieuwsbrief Oud Heemstede-Bennebroek, 1984. Jan T. Bremer, 150 jaar Anna Paulownapolder. Schoorl, 1995. J. Buisman, Duizend jaar weer, wind en water in de lage Landen. Deel 2, 1300-1450 - deel 5, 1675-1750. Franeker. [Buisman 2, 3 enz.) Marcel Bulte en Hans Krol, Heemstede 1940-1945, een gemeente in bezettingstijd. 1995. Marnix Croes en Peter Tammes, ‘Gif laten wij niet voortbestaan’. Een onderzoek naar de overlevingskansen van joden in de Nederlandse gemeenten, 1940-1945. Amsterdam, 2006. P.N. van Doorninck, Inventaris van het archief van de heerlijkheid Heemstede. Haarlem, 1911. [Van Doorninck] Onderzocht: 224, 449 t/m 452. Familienforschung im Deutschen Grenzraum zu den Niederlanden, jubileumbundel werkgroep genealogisch onderzoek Duitsland (Nog te bestuderen). (Feldhaus?,) Die Populationsliste im Jahre 1806 und die Konskriptionsliste im Jahre 1807.
109
Genealogie. jrg. 7, nummer 2, zomer 2001, p. 36-39. (Nog te bestuderen, Onderzoek in archieven van arrondissementsrechtbanken) Genealogie DAGV, Deutsche Zeitschrift für Familienkunde. Genealogie, Jrg. 48, Heft 1/2, Band XXIV, Januar/Februar 1999. Inhoud: Familienforschung in Westfalen für die Zeit vor dem Westfälischen Frieden 1648 (lezing gehouden tijdens de Genealogentag in Lünen door L. Schutte). Gens Germana. Mededelingen van de werkgroep genealogisch onderzoek Duitsland [Gens Germana/WGOD]. • In het bijzonder: Kees Schabbing, Hoe is het om een ver familielid te ontmoeten?, in Gens Germana mei 2001, jaargang 27, nummer 2, p. 46-47. • Zo kwamen zij naar Nederland, themanummer. Jaargang 23, nummer 4, december 1997. • Vademecum J.W. Groesbeek, Heemstede in de historie. Leven, werken, handel en koehandel in de woonplaats van Emece. Z.pl., 1972. [Groesbeek] Hierin veel aandacht voor de bevolking, de buitenplaatsen, economische zaken, onderwijs, godsdienst en andere maatschappelijke aspecten in Heemstede. Josef Haming (?), Die Höfe des Münsterlandes und ihre grundherrlichen Verhältnisse. Bd. 52, 1994. Joachim Hartig, Die Willkommschatzung van 1698 und 1499 im Fürstbistum Münster. Teil I: Die Quellen. Münster, 1976. Heerlijkheden. Kwartaalblad van de Vereniging Oud Heemstede-Bennebroek [Heerlijkheden]. B.J. Hekket, Oost Nederlandse Familienamen, Enschede, 1975. Heinrich Holters (eindredactie) Alsteer Alstätte. Dorf an der Grenze. Alstätte, 2001 [Alsteer]. Peter Holzwig, Grundlegungen zu einer Pfarrgeschichte von Alstätte [Pfarrgeschichte Alstätte]. Hyacintengeur en bisschopwijn; kroniek van honderd jaar wel en wee van blekers en kwekers, burgers en buitenlui in en rond een Heemsteedse parochie. Mei 1979. Anna-Luise Kohl, Das Bürgerbuch der Stadt Ahaus 1400-1811. Beiträge zur Geschichte der Stadt Ahaus 1. Ahaus 1979. [Ahaus] Wilhelm Kohl, Quellen zur Geschichte von Ottenstein 1319-1815. Beiträge zur Geschichte der Stadt Ahaus 4. Ahaus 1988. [Quellen Ottenstein] Arie Kramer, Bennebroek-Heemstede-Vogelenzang, honderd jaar in de bollen. 1979. Anja Kroon-van Helden, i.s.m. Ton deVries, Van Leuven, gewoon weg uit Weert. Haarlem, 2001.
110
Jan van Lieshout, Het Hannibalspiel. Het sinistere spel tijdens de Tweede Wereldoorlog van de contraspionagedienst der Kriegsmarine… Bussum, 1980. [Hannibalspiel] Jan Lucassen en Rinus Penninx, Nieuwkomers, nakomelingen en Nederlanders. Immigranten in Nederland, 1550-1993. Amsterdam 1994. [Nieuwkomers] Leo Lucassen, Het einde van een migratieregime: buitenlanders in Holland gedurende de 19e eeuw. In: Holland 33e jaargang 2001 nr. 3 p. 190-211. M.J.J. Martin, De Indische Buurt. Z.pl, z.j. Een getypt relaas van de jeugdervaringen van de schrijver rond de jaren 1930 in de Indische buurt van Heemstede. A. Meddens-van Borselen, De bevolking van Bennebroek 1807-1850. In: Heerlijkheden nr. 116, april 2003, p. 90-103. Metterwoon in Haarlem. Uitgave van de Afdeling Kennemerland van de Nederlandse Genealogische Vereniging. Haarlem, 1998. B. Nolte-Schuster, J. Vogel en W. Woesler, Zur Arbeit nach Holland/naar de Nederlanden om te werken. Osnabrück, 2001. Y.M. Prins, De admissieregisters van Haarlem: registers van personen die van elders in Haarlem zijn komen wonen in de periode 1703 tot 1793. Leiden, 1995. J.W. Regenhardt, Zouavenbloed? Een gezin en de geschiedenis. Doctoraalscriptie nieuwe en theoretische geschiedenis (Universiteit van Amsterdam). Spaarndam, 1984. [Zouavenbloed] J.W. Regenhardt, m.m.v. C. Groot, Om nooit te vergeten. Passages uit het verzet van Palestina pioniers en hun vrienden. Spaarndam, 1984². Het Rotterdamsch Parool. Zaterdag 31 augustus 1963, 23e jaargang, nr. 204. Ewoud Sanders, De geschiedenis van het woord Mof. NRC 5 mei 1998. Dr. J. van der Schaar, Woordenboek van voornamen. Utrecht/Antwerpen, 1987. Rudolf Schabbing, diverse aantekeningen over de geschiedenis van Ottenstein en uit de DTB van Ottenstein. Manuscript, bij C.E. Schabbing in te zien. T. Schönwetter, Grenzeloos verbonden. Westmünsterland en de IJsselstreek, in: Gens Germana, jrg. 30, nummer 3, augustus 2004, p. 86-89. Marlou Schrover, Een kolonie van Duitsers. Groepsvorming onder Duitse immigranten in Utrecht in de negentiende eeuw Amsterdam, 2002. Anton Schulte, Die Mitglieder der “Westphaalschen Bos” in Haarlem 1720 bis 1743, in: Beiträge zur Westf. Familienforschung Bd. I, Münster 1938, S. 161-178. AVK, Archieftoegang 16.1.
111
Dieter Veldtrup, Das Bürgerbuch von Ottenstein. Beiträge zur Geschichte der Stadt Ahaus 3. Ahaus 1982. [Bürgerbuch] Jaap Vogel, Migranten in Haarlem. Van alle tijden en toch steeds nieuw. Amsterdam, 1999. [Vogel] Wilhelm Wilming, Unsere Dörfer und ihre Familien. Die Bevölkerung von Graes und Wessum. 1662 – 1749 - 1806. Ahaus 1993 [Graes und Wessum]
112
18.
INDEX OP BEROEPEN, NAMEN EN PLAATSEN
sutor (schoenmaker), 29 Taglöhner, 77 taglöhner (dagloner), 72 textor (wever), 29 textoris (weefster), 27 timmerman, 54 timmermansknecht, 35, 43 tuinier, 46, 54 vietor (kuiper), 27 vietoris (kuiper), 27 wasvrouw, 53 Weber (wever), 40, 74, 76 werkman, 50, 51, 55, 59, 60 werkman, arbeider, 63 werkman, blekersknecht, 58 werkster, 51 winkelierster, 45 Zeller, 77
Beroepen aannemer, 59 arbeider, 44, 51, 54, 55, 57, 62, 64 bakker, 55 bierhuishouder, 59 blekersdienstbode, 52, 53, 54, 58, 60 blekersknecht, 53, 54, 55, 58 bloemistknecht (opgave bij militie), 64 boerenknecht, 62 burgemeester, 19 chauffeur, 65 chemisch wasser, 65 coloni (boer), 72 colonis (boer), 73 electricien, 65 famula (dienstmeid), 77 Gemeinsmann, 19 Grutter, 53 Haendler, 71 Handarbeiter, 77 Herbergier, 45 katoendrukker, 58 ketelmaker, 55 kioskbediende, 60 kleerblekersdienstbode, 51, 52 kleerblekersknecht, 50, 51 kleerblekersmeid, 50 klompenmaker, 56 koetsier, 62 koopman, 54 Kötter, 74 kötter (keuterboer), 71, 73 Küper (kuiper), 22 leidekker, 56 loodgieter, 46, 48, 53 los werkman, 59 machinist, 58 mercator (koopman), 73, 75 naaister, 54, 61 onderwijzeres, 60 operarius (landarbeider, dagloner), 73 pakhuisknecht, 61 pastoor, 47 professor, 52 Reichsbahn-Stellwerkmeister, 40 resident te Banda in Oost-Indië, 47 rijwielhersteller, 62 schilder, 56 Schneider, 20, 37 Schneidermeister, 38 schoenmaker, 55, 58 Schomacher (schoenmaker), 22 schout, 72, 73 slager, 59 smid, 55, 59, 61 spoorwegarbeider, 61 spoorwegbeambte, 55 steenzager, 51 stoker, 60
Familienamen Abbing, Henricus (1673), 28 Abbing, Johan, 28 Abbing, Maria Elisabeth Christina, 40 Beckmann, A., 73 Beek, Antonia Jacoba van, 53 Beek, Magilus van (1817), 48, 53 Beelen, Dirkje, 46 Beelen, Jan, 46 Beersum, Wilhelmus van, 61 Betteling, Gesina (1696), 74 Bik, Magdalena Jeanette (1793), 47 Bonhof Dina Euphemia, 60 Bos, Sibilla van den, 45 Brink, Dirk van den, 46 Brink, Maria van den (1767), 46, 50, 51, 52 Brouwer, Johannes Franciscus (1899), 76 Dansik, Albert Willem van (1881), 59 Deurzen, Helena van, 53 Deurzen, Johannes van, 53 Deurzen, Johannes van (1852), 53 Deurzen, Maria van (1854), 53 Deurzen, Theodorus van (1850), 53 Dijkhaak, Hendrik, 75 Droste, Anna Maria Gertrud, 38, 40 Effing, Catharina, 72 Efing, Maria, 38 Elst, Pieter Koene van der, 30 Elstgeest, Johannes Martinus (1877), 58 Epping, Sophia (1856), 71 Erning, Anna Maria, 29 Erning, Elisabeth, 39 Franckemölle, Gertrudis (1687), 73 Gastel, Aagje van, 48 Geenacker Johannes Wilhelmus (1896), 61 Gieben, Antonius (1864), 56 Gillis, Neeltje (1779), 46, 52, 53 Goosens, Antonetta), 54 Gottmer, Mech., 76 Grobbe, Johanna Elisabeth, 34 Hackfort, 15, 78
113
Hackfort, G., 77 Herbers, Adolf (1789), 76 Herbers, Engelbert, 76 Herbers, Jan Erbau? (1830), 38 Herbers, Joannes Wilhelm (1827), 38 Herbers, Johan Henrich (1784), 38 Herbers, Wilhelm Joseph (1826), 38 Hesseling, Elisabeta (1662), 72 Holters, Heinrich, 14 Hugtenburg, Wilhelmus Hendrikus (1908), 76 Hultens, Maria Catharina, 51, 55 Hündfeld, J., 77 Jans, Jannetje, 36, 43 Janse, Grietje, 45 Jansen, Alexander (1892), 59 Jansen, Franciscus, 51, 56 Jansen, Johannes Baptist (1862), 59 Jansing, Maria, 35 Jongbloed, Gerrit, 51 Jongbloed, Maria (1851), 51 Jonkheer, Lijsje Maartenze, 44, 46 Kamerman, Arie Machiel (1873), 59 Kampen, Jansje van, 46 Kappelhoff, Hermann (1828), 38 Karthoff, Joan Dirck, 76 Kockelkoren, Petronella (1800), 51, 54 Koenen, Lijbe (1723), 30, 36, 43, 44 Koolen, Franciscus Hubertus, 59 Koolen, Hubertus Franciscus (1887), 59 Koster, Johannes Hendrikus (1930), 60 Kremers, ?, 73 Kremers, Catharina (1725), 73 Kroese, Abram, 75 Kroon, Abraham (1755), 75 Kroon, Thomas (1717), 75 Kuijpers, Helena (1799), 50, 53 Kuvener, Hendrik Jacobus (1896), 59 Lens, Maria, 55 Leroi, Maria Catharina, 53 Leuven, Dirk, 59 Leuven, Jilles, 46 Leuven, Johannes, 59 Leuven, Johannes (1875), 59 Leverdingen, 59 Louwkamp, Petrus, 51 Lubbers, Catharina (1667), 27 Lubbers, Gerhard, 27 Luijten, Alida (1814), 52, 56, 57, 58, 59 Luyten, Pieter (1757), 52 Maas, Marinus Mechiel (1858), 56 Mauritz, 30 Mengers, Joannes (1658), 75 Mengers, Wilhelmus (1700), 75 Mertens, Maria Elisabeth (1834), 51, 55 Mertens, Petrus Johannes (1839), 58 Mertens, Petrus Johannes (1870), 58 Mertens, Pierre, 51, 55 Middelhoff, Renate, 71 Möllmann, G., 77 Mook, Cornelis Johannes van (1856), 55 Mook, Johannes van (1833), 55 Moor, Wilhelmina de (1774), 52 Muenstermann, Maria, 71 N.N., 72, 74, 76, 77 N.N. (1612), 72 Nagelmakers, Johanna, 62, 63 Niekerk, Dirkje van, 53 Niessing, Maria (1796), 38, 39
Osch, Geertruida van, 59 Overtoom, Johannes Theodorus (1873), 58 Prins, Hendrijntje, 46 Reijnen, Cato (1878), 65 Rewers, 21 Richmering, Anna (1737), 72 Richmering, Joanna (1725), 72 Richmering, Joannes (1694), 72 Richmering, Joannes (1724), 72 Richmering, Joannes Hermannus (1742), 72 Richmering, Theodorus (1743), 72 Robbe, Casparus Adolphus Johannes Franciscus (1840, 53 Robbe, Leonardus, 52 Roks, Maria (1871), 59 Romijn, Pieter, 48 Romp, Gerritje (1870), 61 Rothuizen, Alberta (1839), 56 Rusman, Helena (1879), 63 Rusman, Johannes (1846), 62, 63 Rusman, Johannes (1876), 62 Rustman, Hendrik, 48 Rustman, Maartje (1784), 48 Schabbing Joannes, 27 Schabbing, ?, 72, 78 Schabbing, ? (1738), 74 Schabbing, Adelheid, 74 Schabbing, Adelheid (1646), 21, 27 Schabbing, Adelheid (1716), 29 Schabbing, Adelheidis (1728), 74 Schabbing, Adelheidis (1748), 73 Schabbing, Adolf (1789), 37, 38, 39 Schabbing, Adolf (1894), 71 Schabbing, Adolphus, 21 Schabbing, Adolphus (1640), 26 Schabbing, Adolphus (1706), 34 Schabbing, Alef of Adolf, 19 Schabbing, Alheidis (1655), 75 Schabbing, Alheidt, 27 Schabbing, Alheidt (1645), 22 Schabbing, Alida (1736), 34 Schabbing, Alida (1851), 52 Schabbing, Alida (1861), 55 Schabbing, Alida (1888), 59 Schabbing, Alida Catharina (1873), 57, 62 Schabbing, Alida Maria (1870), 56, 61 Schabbing, Anna, 78 Schabbing, Anna (1731), 77 Schabbing, Anna (1747), 75 Schabbing, Anna Adelheid (1832), 39 Schabbing, Anna Christina (1838), 38 Schabbing, Anna Cornelia (1830), 53 Schabbing, Anna Elisabeth (1912), 76 Schabbing, Anna Margaretha (1700), 76 Schabbing, Anna Maria, 37 Schabbing, Anna Maria (1829), 39 Schabbing, Anna Maria (1835), 38 Schabbing, Anna Maria (1883), 57 Schabbing, Anna Martha Catharina Elisabeth (1757), 35 Schabbing, Anthonius (1712), 29 Schabbing, Anton (1827), 38 Schabbing, Antonia (1807), 48, 53 Schabbing, Antonius (1715), 73 Schabbing, Antonius Josephus (1759), 74 Schabbing, Antony, 20 Schabbing, Bernardina (1737), 73 Schabbing, Bernardus, 74
114
Schabbing, Bernardus Wilhelmus (1754), 35, 37, 38 Schabbing, Bernd Henr (1786), 74 Schabbing, Bernd Henrich, 72 Schabbing, Berndt (1620), 22 Schabbing, Bernhard (1929), 71 Schabbing, Bertha Catharina (1901), 61 Schabbing, Bertha Johanna Carolina (1899), 61 Schabbing, Catharina, 75 Schabbing, Catharina (1729), 73 Schabbing, Catharina (1744), 36, 43 Schabbing, Christ (1831), 80 Schabbing, Christina (1697), 72 Schabbing, Cornelia (1828), 53 Schabbing, Cornelis (1877), 57, 62 Schabbing, Dirk (1807), 46, 51, 56, 57, 58, 59 Schabbing, Dirk (1862), 55, 60 Schabbing, Dirk (1906), 60 Schabbing, Eddie (1960), 78 Schabbing, Elif (?), 76 Schabbing, Elisabeth, 60, 74 Schabbing, Elisabeth (1801), 48, 52 Schabbing, Elisabeth (1829), 51 Schabbing, Elisabeth (1885), 59 Schabbing, Elisabeth Theodora (1902), 60 Schabbing, Engelbert, 77 Schabbing, Engelbert Anton (1853), 39 Schabbing, Euphemia (1743), 72 Schabbing, Everdina Aleida (1904), 61 Schabbing, Fie, 19 Schabbing, Frederika Christina (1872), 58 Schabbing, Gerritje, 75 Schabbing, Gertrud, 74 Schabbing, Gese, 20 Schabbing, Gesina (1642), 21 Schabbing, Harmijntje Lamberts (1718), 75 Schabbing, Heinrich Anton (1858), 40 Schabbing, Heinrich Wilhelm (1861), 40 Schabbing, Helena Elisabeth (1824), 51 Schabbing, Hendrik (1846), 52 Schabbing, Hendrikus (1862), 55 Schabbing, Hendrikus (1863), 55 Schabbing, Hendryntje (1798), 46 Schabbing, Henricus (1688), 73 Schabbing, Henricus (1720), 74 Schabbing, Henry (1826), 78 Schabbing, Hermana (1643), 21 Schabbing, Hermann (1843), 71 Schabbing, Hn., 77 Schabbing, J., 71, 77 Schabbing, J. Heinrich, 72 Schabbing, J.G., 77 Schabbing, J.H., 73 Schabbing, Jan (1746), 36, 43, 44, 46 Schabbing, Jan (1795), 46, 47, 50, 53, 57 Schabbing, Jan (1833), 51, 52, 55 Schabbing, Jansje (1866), 55 Schabbing, Joann Engelbert (1834), 39 Schabbing, Joanna (1667), 76 Schabbing, Joanna (1710), 73 Schabbing, Joanna Mechtilda (1714), 29 Schabbing, Joannes (1670), 28 Schabbing, Joannes (1683), 76 Schabbing, Joannes (1701), 72 Schabbing, Joannes (1709), 29 Schabbing, Joannes (1721), 74
Schabbing, Joannes (1738), 72 Schabbing, Joannes (1752), 35 Schabbing, Joannes (1768), 44, 46, 50, 51, 52 Schabbing, Joannes Bernardus (1738), 34 Schabbing, Joannes Gerard (1833), 38 Schabbing, Joes (1731), 73 Schabbing, Johan, 18 Schabbing, Johan Heinrich Anton (1793), 37, 38, 40 Schabbing, Johan Herm (1782), 74 Schabbing, Johan Hermann (1858), 77 Schabbing, Johann Bernhard (1901), 40 Schabbing, Johann Henrich, 76 Schabbing, Johann Wilhelm (1825), 38, 40 Schabbing, Johann Wilhelm (1827), 38 Schabbing, Johanna (1825), 50 Schabbing, Johanna (1883), 59 Schabbing, Johanna (1897), 59 Schabbing, Johanna Adriana, 53 Schabbing, Johanna Adriana (1848), 52, 59 Schabbing, Johanna Elisabeth (1823), 50 Schabbing, Johanna Gertrudis (1734), 34 Schabbing, Johanna Maria, 60 Schabbing, Johanna Mechtilda (1738), 34 Schabbing, Johanna Theodora (1900), 61 Schabbing, Johannes (1860), 55 Schabbing, Johannes (1877), 58 Schabbing, Johannes (1882), 60 Schabbing, Johannes (1886), 57, 64 Schabbing, Johannes Bernardus (1710), 29, 30, 31, 35, 43, 44 Schabbing, Johannes Franciscus (1827), 51, 54 Schabbing, Johannes Georgius (1740), 34 Schabbing, Johannes Henricus Josephus (1750), 35 Schabbing, Johannes Martinus (1827), 53 Schabbing, Johannes Petrus (1874), 56 Schabbing, Josef (1839), 77 Schabbing, Karel (1914), 61 Schabbing, Karel Frederik Antonius (1872), 56, 61 Schabbing, Katherine (1822), 78 Schabbing, Katryn (1749), 36, 44 Schabbing, Lambert, 18, 106 Schabbing, Lambertus (1715), 74 Schabbing, Lijsje (1773), 44 Schabbing, Lubbert (1610), 72 Schabbing, Lubertus (1683), 73 Schabbing, Maarten (1770), 44, 46, 52, 53 Schabbing, Margareta, 21 Schabbing, Margareta (1735), 72 Schabbing, Margaretha Elisabeth (1830), 38, 39 Schabbing, Maria, 77 Schabbing, Maria (1797), 37 Schabbing, Maria (1821), 50, 53 Schabbing, Maria (1856), 52 Schabbing, Maria (1881), 58 Schabbing, Maria Adelheid (1833), 39 Schabbing, Maria Alida (1876), 56 Schabbing, Maria Catarina Gertrud (1850), 40 Schabbing, Maria Catharina, 60 Schabbing, Maria Catharina (1853), 40 Schabbing, Maria Catharina (1857), 55 Schabbing, Maria Catharina (1880), 60 Schabbing, Maria Cecilia (1803), 48
115
Schabbing, Maria Christina Adelheidis (1748), 35 Schabbing, Maria Elisabeth (1822), 38 Schabbing, Maria Elisabeth (1826), 51 Schabbing, Maria Elisabeth (1870), 56 Schabbing, Maria Elisabeth (1879), 56 Schabbing, Maria F. Hernandez, 79 Schabbing, Maria Gertrud (1825), 38 Schabbing, Maria Johanna (1867), 56 Schabbing, Marijtje (1743), 35 Schabbing, Martha (1881), 80 Schabbing, Martinus (1865), 55 Schabbing, Martinus (1876), 58 Schabbing, Martinus Franciscus (1836), 51, 52, 57, 63 Schabbing, Martinus Franciscus (1879), 57, 63 Schabbing, Marytje (1753), 36, 44 Schabbing, N.N. (1917), 65 Schabbing, Nicolaas (1880), 60 Schabbing, Nicolaas (1881), 60 Schabbing, Niesje (1740), 36, 43 Schabbing, Norbert (1964), 71 Schabbing, Peter (1903), 80 Schabbing, Petronella (1832), 51, 54 Schabbing, Petronella (1850), 54 Schabbing, Petrus (1877), 56 Schabbing, Petrus (1893), 59 Schabbing, Petrus Antonius (1879), 56, 61 Schabbing, Petrus Gerardus (1875), 57 Schabbing, Petrus Johannes (1858), 55 Schabbing, Petrus Johannes (1903), 60 Schabbing, Pieter (1779), 45 Schabbing, Pieter (1798), 47 Schabbing, Pieter (1803), 46, 50, 54 Schabbing, Pieter (1835), 52, 56, 57 Schabbing, Pieter (1867), 56 Schabbing, Racinhardt (1866), 80 Schabbing, Racinhardt (1901), 80 Schabbing, Rosa E. (1883), 80 Schabbing, Röttger (1780), 74 Schabbing, Ruth (1797), 47 Schabbing, Sophie (1825), 80 Schabbing, Theodorus (1889), 57 Schabbing, Theodorus (1891), 57, 65 Schabbing, Theodorus Johannis (1840), 52 Schabbing, Thonis, 19 Schabbing, Ulrich (1968), 71 Schabbing, Ursula (1966), 71 Schabbing, Wilhelmina (1877), 58 Schabbing, Wilhelmina (1894), 62 Schabbing, Wilhelmina Catharina (1897), 61 Schabbing, Wilhelmina Johanna (1891), 59 Schabbing, Wilhelmina Maria (1838), 52, 58 Schabbing, Wilhelmus (1717), 76 Schabbing, Wilhelmus (1875), 58, 65 Schabbing, Wilhelmus Anton (1819), 38, 39 Schabbing, Willem (1804), 48, 53 Schabbing, Willem (1842), 52 Schabbing, Willibrordis Johannis (1844), 51, 52, 58 Schabbing, 'Wittib', 77 Schabbing, xx, 76 Schabink, 51 Schevenhauss, 22 Schmitz, Angela Elisabeth, 40 Sendfeld, M., 72 Smit, Maria, 51
Smits, Antonius Johannes (1877), 58 Söbbing, Joanna (1703), 72 Stangen, Joanna, 29 Stangen, Joannes Hermanus (1738), 34 Strengers, Antonie Joh., 60 Teiglers, 20 Temming, Elisabeta (1735), 73 Temming, Henricus (1713), 73 Temming, Joanna (1737), 73 Temming, Joannes (1739), 73 Temming, Margareta (1746), 73 Tenhuenfeld, Margaretha', 77 Terhaer, Maria Elisabeth, 40 Terhörst, Anna Christina, 40 Terwelle, Sophie Gertrud, 37, 38 Tesselaar, Divera (Dieuwertje (1879), 62 Thomas, Jaepje, 30 Veen, Antje, 51, 57 Veldt, Anna Elizabeth van der (1849), 51, 57, 63 Veldt, Pieter van der, 51, 57 Venings, Margaretha (1884), 63 Verbaten, Johanna Maria, 63 Versteeg, Gijsbert Allardus Cornelis (1870), 61 Versteeg, Gijsbert Allardus Cornelis (1898), 61 Volkers, Gerrit Jan (1736), 29 Volmars Johannes, 13 Volmars, Philip, 13 Vooges, Christina, 54 Vooges, Elisabeth (1859), 54 Vooges, Gerardus Johannes (1852), 54 Vooges, Helena (1854), 54 Vooges, Hendrikus Nicolaas, 54 Vooges, Johannes, 54 Vooges, Maria, 54 Vos Herman, 28 Vos, Franciscus, 74 Vos, Gerdrund, 27 Wargerink, Egberdina (1866), 58 Waterman, Elisabeth, 29 Wegman, Johanna Theodora (1875), 61 Weijers, Cornelis, 52 Weitkamp, Gerd Henrich, 74 Welboren, Nicolaas (1888), 60 Welboren,Klaas, 60 Wijlders, Mathijs Philip, 58 Wilber, Heinrica Josepha (1872), 39 Wilber, Hermann (1837), 39 Willink, Gerrit (1897), 61 Willink, Petrus (1898), 61 Wort, Johanna Maria van (1861), 60 Wunnik, Johanna Maria van (1837), 51, 56 Wunnik, Johannes van, 51, 56 Zalm, Jan Jacobus, 55 Zalm, Pieter (1866), 55 Zomerdijk, Maria, 51, 56 Zwart, Petrus de (1849), 54
Namen ? Kremers, 73 ? Schabbing, 72, 78 ? Schabbing (1738), 74 A. Beckmann, 73 Aagje van Gastel, 48 Aaltje (?), 45 Abraham Kroon (1755), 75 Abram Kroese, 75
116
Adam Thering, 38 Adelheid Droste, 39 Adelheid Erning, 76 Adelheid Schabbing, 74 Adelheid Schabbing (1646), 21, 27 Adelheid Schabbing (1716), 29 Adelheid Tenbruck (?), 38 Adelheidis (1723), 76 Adelheidis Schabbing (1728), 74 Adelheidis Schabbing (1748), 73 Adolf Harbers, 38 Adolf Herbers, 39 Adolf Herbers (1789), 76 Adolf Schabbing, 38 Adolf Schabbing (1789), 37, 38, 39 Adolf Schabbing (1894), 71 Adolph Schabbing, 20, 22 Adolphus Schabbing, 21 Adolphus Schabbing (1640), 26 Adolphus Schabbing (1706), 34 Albert Willem van Dansik (1881), 59 Alberta Rothuizen (1839), 56 Alef Schabbing, 19 Alexander Jansen (1892), 59 Alheidis Schabbing (1655), 75 Alheidt Schabbing, 27 Alheidt Schabbing (1645), 22 Alida Catharina Schabbing (1873), 57, 62 Alida Luijten (1814), 52, 56, 57, 58, 59 Alida Maria Schabbing (1870), 56, 61 Alida Schabbing (1736), 34 Alida Schabbing (1851), 52 Alida Schabbing (1861), 55 Alida Schabbing (1888), 59 Alida van der Haar, 46 Andreas Droste, 39 Angela Elisabeth Schmitz, 40 Anna, 19 Anna Adelheid Schabbing (1832), 39 Anna Christina Schabbing (1838), 38 Anna Christina Schwering, 38 Anna Christina Terhörst, 40 Anna Cornelia Schabbing (1830), 53 Anna Elisabeth Schabbing (1912), 76 Anna Elizabeth van der Veldt (1849), 51, 57, 63 Anna Margaretha Schabbing (1700), 76 Anna Maria Erning, 29 Anna Maria Gertrud Droste, 38, 40 Anna Maria Schabbing, 37 Anna Maria Schabbing (1829), 39 Anna Maria Schabbing (1835), 38 Anna Maria Schabbing (1883), 57 Anna Martha Catharina Elisabeth Schabbing (1757), 35 Anna Richmering (1737), 72 Anna Schabbing, 21, 22, 78 Anna Schabbing (1731), 77 Anna Schabbing (1747), 75 Anna Schönebeck, 38 Anna? (1712), 75 Annie, 76 Anthonius Schabbing (1712), 29 Antje Veen, 51, 57 Anton, 38, 39 Anton Maurig of Mauritz (?), 38 Anton Mauritz, 39 Anton Schabbing, 38
Anton Schabbing (1827), 38 Antonetta Goosens, 54 Antonia Jacoba van Beek, 53 Antonia Schabbing (1807), 48, 53 Antonie Joh. Strengers, 60 Antonius Gieben (1864), 56 Antonius Johannes Smits (1877), 58 Antonius Josephus Schabbing (1759), 74 Antonius Schabbing, 29 Antonius Schabbing (1715), 73 Antony Schabbing, 20 Arie Machiel Kamerman (1873), 59 Bernardina Schabbing (1737), 73 Bernardus Schabbing, 74 Bernardus Wilhelmus Schabbing (1754), 35, 37, 38 Bernd Henr Schabbing (1786), 74 Bernd Henrich Schabbing, 72 Berndt Schabbing (1620), 22 Bernhard Schabbing, 28 Bernhard Schabbing (1929), 71 Bertha Catharina Schabbing (1901), 61 Bertha Johanna Carolina Schabbing (1899), 61 Bruilte? Schabbing, 22 Casparus Adolphus Johannes Franciscus Robbe (1840), 53 Catharina Effing, 72 Catharina Kremers (1725), 73 Catharina Lubbers (1667), 27 Catharina Schabbing, 75 Catharina Schabbing (1729), 73 Catharina Schabbing (1744), 36, 43 Cato Reijnen (1878), 65 Christ. Schabbing (1831), 80 Christina Schabbing (1697), 72 Christina Vooges, 54 Cornelia Schabbing (1828), 53 Cornelis Johannes van Mook (1856), 55 Cornelis Schabbing (1877), 57, 62 Cornelis Weijers, 52 Da, 57, 62 Dirk, 57 Dirk Gillis, 48 Dirk Jonkheer, 44 Dirk Leuven, 59 Dirk Schabbing (1807), 46, 51, 56, 57, 58, 59 Dirk Schabbing (1862), 55, 60 Dirk Schabbing (1906), 60 Dirk van den Brink, 46 Dirkje Beelen, 46 Dirkje van Niekerk, 53 Divera (Dieuwertje) Tesselaar (1879), 62 Dorothea, 53 Eberdina Wargerink (1866), 58 Eddie Schabbing (1960), 78 Eitje Theunisz Penning, 47 Elif (?) Schabbing, 76 Elisabeta Hesseling (1662), 72 Elisabeta Temming (1735), 73 Elisabeth, 44 Elisabeth Erning, 39 Elisabeth Schabbing, 28, 60, 74 Elisabeth Schabbing (1801), 48, 52 Elisabeth Schabbing (1829), 51 Elisabeth Schabbing (1885), 59 Elisabeth Theodora Schabbing (1902), 60
117
Elisabeth Vooges (1859), 54 Elisabeth Waterman, 29 Elisabit Herbers, 23 Engelbert Anton Schabbing (1853), 39 Engelbert Droste, 38 Engelbert Herbers, 76 Engelbert Schabbing, 77 Erdruidt, 22 Euphemia Schabbing (1743), 72 Everdina Aleida Schabbing (1904), 61 Faas Luiten, 46 Faas Luiten (Luijten (?), 46 Faas Luiten, 58 Jaar, Neef, 50 Fie, 19 Fie Schabbing, 19 Franciscus Hubertus Koolen, 59 Franciscus Jansen, 51, 56 Franciscus Vos, 74 Frederika Christina Schabbing (1872), 58 G. Hackfort, 77 G. Möllmann, 77 Geertrui Lambers, 47 Geertruida van Osch, 59 Genovefa (1690), 73 Gerard Hackfort, 78 Gerard Niessing, 38 Gerardus Johannes Vooges (1852), 54 Gerd Henrich Weitkamp, 74 Gerdrund Vos, 27 Gerhard Lubbers, 27 Gerrit Jan Volkers (1736), 29 Gerrit Jongbloed, 51 Gerrit Willink (1897), 61 Gerritje Romp (1870), 61 Gerritje Schabbing, 75 Gertrud, 38 Gertrud Droste, 38 Gertrud Schabbing, 74 Gertrudis Franckemölle (1687), 73 Gese, 19 Gese (?), 21 Gese Schabbing, 20 Gesina Betteling (1696), 74 Gesina Schabbing (1642), 21 Gijsbert Allardus Cornelis Versteeg (1870), 61 Gijsbert Allardus Cornelis Versteeg (1898), 61 Grietje Janse, 45 Grietje Jansen, 48 Harmijntje Lamberts Schabbing (1718), 75 Heinrica Josepha Wilber (1872), 39 Heinrich Anton Schabbing (1858), 40 Heinrich Wilhelm Schabbing (1861), 40 Helena Elisabeth Schabbing (1824), 51 Helena Kuijpers (1799), 50, 53 Helena Rusman (1879), 63 Helena Swenkels, 44 Helena van Deurzen, 53 Helena Vooges (1854), 54 Hendrich Schoenmaker Schabbing, 22 Hendrijntje Prins, 46 Hendrik Bennink, 48 Hendrik Dijkhaak, 75 Hendrik Jacobus Kuvener (1896), 59 Hendrik Jonkers, 36, 44 Hendrik Rustman, 48 Hendrik Schabbing (1846), 52 Hendrikus Nicolaas Vooges, 54 Hendrikus Schabbing (1862), 55
Hendrikus Schabbing (1863), 55 Hendryntje Prince, 46 Hendryntje Schabbing (1798), 46 Henrich ‘Kuiper’ Schabbing, 22 Henrich Herbers, 39 Henrich Rewers, 21 Henricus Abbing (1673), 28 Henricus Schabbing, 28 Henricus Schabbing (1688), 73 Henricus Schabbing (1720), 74 Henricus Temming (1713), 73 Henry Schabbing (1826), 78 Hermana Schabbing (1643), 21 Hermann Kappelhoff (1828), 38 Hermann Schabbing (1843), 71 Hermann Wilber (1837), 39 Hn. Schabbing, 77 Hubertus Franciscus Koolen (1887), 59 Hubertus van Eijk, 48 J. Heinrich Schabbing, 72 J. Hündfeld, 77 J. Schabbing, 71, 77 J.G. Schabbing, 77 J.H. Schabbing, 73 Jaepje Thomas, 30 Jan, 57, 64 Jan Barend Eirning (?), 36, 43 Jan Beelen, 46 Jan Erbau? Herbers (1830), 38 Jan Jacobus Zalm, 55 Jan Schabbing, 46, 47 Jan Schabbing (1746), 36, 43, 44, 46 Jan Schabbing (1795), 46, 47, 50, 53, 57 Jan Schabbing (1833), 51, 52, 55 Jan Schabbink Junior, 44, 46 Jannetje Jans, 36, 43 Jansje Schabbing (1866), 55 Jansje van Kampen, 46 Jilles Leuven, 46 Joan Dirck Karthoff, 76 Joan Henrich Herbers, 38 Joann Engelbert Schabbing (1834), 39 Joanna (Mechtilda) Schabbing, 36, 43 Joanna Gesfing (?), 38 Joanna Mechtilda Schabbing (1714), 29 Joanna Richmering (1725), 72 Joanna Schabbing, 22 Joanna Schabbing (1667), 76 Joanna Schabbing (1710), 73 Joanna Söbbing (1703), 72 Joanna Stangen, 29 Joanna Temming (1737), 73 Joannes Bernardus Schabbing (1738), 34 Joannes Gerard Schabbing (1833), 38 Joannes Hermannus Richmering (1742), 72 Joannes Hermanus Stangen (1738), 34 Joannes Mengers (1658), 75 Joannes Richmering (1694), 72 Joannes Richmering (1724), 72 Joannes Schabbing, 21, 27 Joannes Schabbing (1670), 28 Joannes Schabbing (1683), 76 Joannes Schabbing (1701), 72 Joannes Schabbing (1709), 29 Joannes Schabbing (1721), 74 Joannes Schabbing (1738), 72 Joannes Schabbing (1752), 35
118
Joannes Schabbing (1768), 44, 46, 50, 51, 52 Joannes Temming (1739), 73 Joannes Wilhelm Herbers (1827), 38 Joes Schabbing (1731), 73 Johan Abbing, 28 Johan Heinrich Anton Schabbing (1793), 37, 38, 40 Johan Henrich Herbers (1784), 38 Johan Herm Schabbing (1782), 74 Johan Hermann Schabbing (1858), 77 Johan Schabbing, 18, 22 Johann, 38, 40 Johann Bernhard Schabbing (1901), 40 Johann Henrich Schabbing, 76 Johann Wilhelm Schabbing (1825), 38, 40 Johann Wilhelm Schabbing (1827), 38 Johanna (Joanna Mechtilda) Schabbing, 36, 44 Johanna Adriana Schabbing, 53 Johanna Adriana Schabbing (1848), 52, 59 Johanna Elisabeth Grobbe, 34 Johanna Elisabeth Schabbing (1823), 50 Johanna Gertrudis Schabbing (1734), 34 Johanna Maria Schabbing (1931), 60 Johanna Maria van Wort (1861), 60 Johanna Maria van Wunnik (1837), 51, 56 Johanna Maria Verbaten, 63 Johanna Mechtilda Schabbing (1738), 34 Johanna Nagelmakers, 62, 63 Johanna Schabbing (1825), 50 Johanna Schabbing (1883), 59 Johanna Schabbing (1897), 59 Johanna Theodora Schabbing (1900), 61 Johanna Theodora Wegman (1875), 61 Johanna van Eerden, 44 Johannes Baptist Jansen (1862), 59 Johannes Bernardus Schabbing (1710), 29, 30, 31, 35, 43, 44 Johannes Franciscus Brouwer (1899), 76 Johannes Franciscus Schabbing (1827), 51, 54 Johannes Georgius Schabbing (1740), 34 Johannes Henricus Josephus Schabbing (1750), 35 Johannes Leuven, 59 Johannes Leuven (1875), 59 Johannes Martinus Elstgeest (1877), 58 Johannes Martinus Schabbing (1827), 53 Johannes Petrus Schabbing (1874), 56 Johannes Rusman (1846), 62, 63 Johannes Rusman (1876), 62 Johannes Schabbing (1860), 55 Johannes Schabbing (1877), 58 Johannes Schabbing (1882), 60 Johannes Schabbing (1886), 57, 64 Johannes Theodorus Overtoom (1873), 58 Johannes van Deurzen, 53 Johannes van Deurzen (1852), 53 Johannes van Mook (1833), 55 Johannes van Wunnik, 51, 56 Johannes Volmars, 13 Johannes Vooges, 54 Johennichen Schabbing, 23 Josef Schabbing (1839), 77 Joseph Harbers, 38 Joseph Löring, 38
Karel Frederik Antonius Schabbing (1872), 56, 61 Karel Schabbing (1914), 61 Katherine Schabbing (1822), 78 Katryn Schabbing (1749), 36, 44 Kornelia Jonkheer, 44 Lambert Schabbing, 18, 106 Lambertus Schabbing (1715), 74 Leonardus Robbe, 52 Lijbe Koenen (1723), 30, 36, 43, 44 Lijsje Maartenze Jonkheer, 44, 46 Lijsje Schabbing (1773), 44 Lubbert Schabbing (1610), 72 Lubertus Schabbing (1683), 73 Lysbeth, 30 M. Sendfeld, 72 Maarten, 57 Maarten Schabbing (1770), 44, 46, 52, 53 Maarten Schabbink, 46 Maartje Rustman (1784), 48 Magdalena Jeanette Bik (1793), 47 Magilus van Beek (1817), 48, 53 Mallysie Bertus (?), 48 Margareta Schabbing, 21 Margareta Schabbing (1735), 72 Margareta Temming (1746), 73 Margaretha Elisabeth Schabbing (1830), 38, 39 Margaretha Tenhuenfeld, 77 Margaretha Venings (1884), 63 Maria Adelheid Droste, 39 Maria Adelheid Schabbing (1833), 39 Maria Alida Schabbing (1876), 56 Maria Bovendvaard (?), 48 Maria Catarina Gertrud Schabbing (1850), 40 Maria Catharina Hultens, 51, 55 Maria Catharina Leroi, 53 Maria Catharina Schabbing, 60 Maria Catharina Schabbing (1853), 40 Maria Catharina Schabbing (1857), 55 Maria Catharina Schabbing (1880), 60 Maria Cecilia Schabbing (1803), 48 Maria Christina Adelheidis Schabbing (1748), 35 Maria de Blok, 45 Maria Efing, 38 Maria Elisabeth Christina Abbing, 40 Maria Elisabeth Mertens (1834), 51, 55 Maria Elisabeth Schabbing (1822), 38 Maria Elisabeth Schabbing (1826), 51 Maria Elisabeth Schabbing (1870), 56 Maria Elisabeth Schabbing (1879), 56 Maria Elisabeth Terhaer, 40 Maria F.Hernandez Schabbing, 79 Maria Gertrud Löring, 38 Maria Gertrud Schabbing (1825), 38 Maria Herbers, 38, 39 Maria Jansing, 35 Maria Johanna Schabbing (1867), 56 Maria Jongbloed (1851), 51 Maria Lens (?), 55 Maria Luijten, 48 Maria Muenstermann, 71 Maria Niessing (1796), 38, 39 Maria Roks (1871), 59 Maria Schabbing, 39, 40, 77 Maria Schabbing (1797), 37 Maria Schabbing (1821), 50, 53
119
Maria Schabbing (1856), 52 Maria Schabbing (1881), 58 Maria Smit, 51 Maria van den Brink (1767), 46, 50, 51, 52 Maria van Deurzen (1854), 53 Maria Vooges, 54 Maria Vos, 38 Maria Zomerdijk, 51, 56 Marijtje Fransen, 36, 43 Marijtje Schabbing (1743), 35 Marinus Mechiel Maas (1858), 56 Martha Schabbing (1881), 80 Martinus Franciscus Schabbing (1836), 51, 52, 57, 63 Martinus Franciscus Schabbing (1879), 57, 63 Martinus Franciscus Schabbing, 37 Jr., 51, 56 Martinus Schabbing (1865), 55 Martinus Schabbing (1876), 58 Marytje Schabbing (1753), 36, 44 Marytje van der Elst, 36, 44 Mathijs Philip Wijlders, 58 Mech. Gottmer, 76 Mechteld, 21 Mie, 57 N.N., 72, 74, 76, 77 N.N. (1612), 72 N.N. Niessing, 38 N.N. Notkamp (?), 38 N.N. Schabbing (1917), 65 Neeltje Gillis (1779), 46, 52, 53 Nicolaas Schabbing (1880), 60 Nicolaas Schabbing (1881), 60 Nicolaas Welboren (1888), 60 Niesje Schabbing (1740), 36, 43 Norbert Schabbing (1964), 71 Peter Schabbing (1903), 80 Petronella Kockelkoren (1800), 51, 54 Petronella Schabbing (1832), 51, 54 Petronella Schabbing (1850), 54 Petrus Antonius Schabbing (1879), 56, 61 Petrus de Zwart (1849), 54 Petrus Gerardus Schabbing (1875), 57 Petrus Johannes Mertens (1839), 58 Petrus Johannes Mertens (1870), 58 Petrus Johannes Schabbing (1858), 55 Petrus Johannes Schabbing (1903), 60 Petrus Schabbing (1877), 56 Petrus Schabbing (1893), 59 Petrus Willink (1898), 61 Philip Volmars, 13 Pierre Mertens, 51, 55 Piet, 57 Pieter Koene, 45 Pieter Koene van der Elst, 30 Pieter Koenen, 36, 44 Pieter Koenen van der Elst, 36, 43 Pieter Luyten (1757), 52 Pieter Romijn, 48 Pieter Scabbing (Schabbing), 46 Pieter Schabbing, 48 Pieter Schabbing (1779), 45 Pieter Schabbing (1798), 47 Pieter Schabbing (1803), 46, 50, 54 Pieter Schabbing (1835), 52, 56, 57 Pieter Schabbing (1867), 56 Pieter van der Veldt, 51, 57 Pieter van Eijk, 47
Pieter Zalm (1866), 55 Racinhardt Schabbing (1866), 80 Racinhardt Schabbing (1901), 80 Renate Middelhoff, 71 Rosa E. Schabbing (1883), 80 Röttger Schabbing (1780), 74 Rutger Marten(z.), 47 Ruth Gillis, 47 Ruth Schabbing (1797), 47 Sibilla van den Bos, 45, 47 Sibilla van den Bosch (Bos), 46 Sophia Epping (1856), 71 Sophia Terwelle, 38 Sophia Terwelle Schabbing, 38 Sophie Gertrud Terwelle, 37, 38 Sophie Schabbing (1825), 80 Testes Plurimi Ex Communitate, 30 Theodora Terhorst, 40 Theodorus Johannis Schabbing (1840), 52 Theodorus Richmering (1743), 72 Theodorus Schabbing (1889), 57 Theodorus Schabbing (1891), 57, 65 Theodorus van Deurzen (1850), 53 Thomas Kroon (1717), 75 Thonis Schabbing, 19 Tonnis Teiglers, 20 Ulrich Schabbing (1968), 71 Ursula Schabbing (1966), 71 Wilhelm Joseph Herbers (1826), 38 Wilhelm Schabbing, 38, 76 Wilhelm Vogs, 38 Wilhelmina Catharina Schabbing (1897), 61 Wilhelmina de Moor (1774), 52 Wilhelmina Johanna Schabbing (1891), 59 Wilhelmina Maria Schabbing (1838), 52, 58 Wilhelmina Schabbing (1877), 58 Wilhelmina Schabbing (1894), 62 Wilhelmus Anton Schabbing (1819), 38, 39 Wilhelmus Hendrikus Hugtenburg (1908), 76 Wilhelmus Mengers (1700), 75 Wilhelmus Schabbing (1717), 76 Wilhelmus Schabbing (1875), 58, 65 Willem Schabbing (1804), 48, 53 Willem Schabbing (1842), 52 Willemijntje Driesen, 45 Willibrordis Johannis Schabbing (1844), 51, 52, 58 'Wittib' Schabbing, 77 xx Schabbing, 76
Plaatsen Ahaus, 18, 76 Akron, Ohio, 80 Albachten, 40 Alkemade, 58 Alstätte, 13, 18, 73, 74, 75, 77, 78, 106 Amerika, 77, 78 Amsterdam, 65, 75 Angerlo, 61 Arnhem, 56, 61 Averesch, 72, 73, 77 Banda, Oost-Indië, 47 Batavia, 47 Beieren, 80 Bennebroek, 51, 52, 55, 56, 57, 58, 59, 98 Bennebroek/Heemstede, 56 Berkel-Enschot, 65 Bloemendaal, 60 Borken, 17
120
Maastricht, 52 Mill en St. Hubert, 54 Münster, 13, 40 Munsterland, 34 Nederweert, 58 Noordwijk, 47, 48 Noordwijk-Binnen, 46, 47, 48, 52, 53 Ohio, Amerika, 78 Osnabrück (Dl) "Uyt het Osnabrugse", 35 Ottenstein, 15, 19, 20, 21, 22, 23, 26, 27, 28, 29, 34, 35, 37, 38, 40, 74, 76 Oudewater, 54 Renkum, 61 Rheden, 56, 61 Rotterdam, 47, 59 Sassenheim, 48 Schabbinklanden (Enschede), 97 Schagen, 58 Schmäinghook, 78 Schoten, 59 Slaley, Northumberland, Engeland, 80 St. Anthonies Kerkhof, 75 Tilburg, 53 Utrecht, 53 Velp, 56, 61 Venlo, 58 Vreden, 17 Vreeburg te Bloemendaal, 45 Wageningen, 56 Weert, 51, 55 Wessum, 71, 72, 73, 74, 76 Woubrugge, 52 Zandvaart, 36, 43, 44, 46, 50, 52, 53, 93 Zutphen, 29
Boxmeer, 77 Braem, Auf dem, 18 Breezand, 62 Brook, 78 Delft, 53 Den Haag, 59 Doodewaard, 56 Empel en Meerwijk, 56 Enschede, 13 Etten-Leur, 56 Geertruidenberg, 55 Graes, 72, 76 Grathem, 51 Haaksbergen, 13, 58 Haarlem, 29, 34, 35, 45, 51, 55, 56, 57, 58, 59, 60, 64, 65, 76 Haarlemmerliede C.A., 55 Haarlemmerliede en Spaarnwoude, 55 Haarlemmermeer, 98 Hazerswoude, 52 Heek, 71 Heemstede, 30, 35, 36, 43, 44, 45, 46, 47, 50, 51, 52, 53, 54, 55, 56, 57, 58, 59, 62, 63, 64 Heemstede (?), 45 Heemstede, aan de Driesprong, 57, 65 Hengelo, 58 Hillegom, 44, 51, 59 Holland, 21, 74 Hongarije, 80 Hoogmade, 47 Katwijk aan de Rijn, 52 Krommenie, 60 Leiden, 47, 48, 53, 55 Maarheeze, 50
121