1
2
NL
OLLI 250B+, 180B en 120B GEBRUIKERS HANDLEIDING
Bedankt voor het kiezen van een Olli schrikdraadapparaat. Wij raden u aan deze instructies zorgvuldig te lezen alvorens het apparaat te installeren. Voor meer informatie over elektrische afrasteringen, ga naar onze internetpagina’s op www.olli.fi of zie achteraan deze gids voor contactinformatie. 1. Inhoud van de verpakking - Olli schrikdraadapparaat - Verbindingskabel voor de afrastering - Waarschuwingsbordje - Handleiding Aanvullend heeft u nog nodig: - Aardingspennen en de benodigde verbindingskabels - De afrastering zelf met de benodigde accessoires - Olli Digi Tester of Olli Super Tester om de werking te testen Indien u het schrikdraadapparaat ver van de afrastering moet installeren, dan hebt u ook nog nodig: - Speciale Olli hoogspanningskabel om de verbinding tussen het apparaat en de afrastering te verzekeren 2. Veiligheid Belangrijk: Lees eerst de veiligheidsinstructies! Het veilig gebruik van een elektrische afrastering vereist het altijd volledig opvolgen van de veiligheidsvoorschriften. De veiligheidsvoorschriften zijn vastgelegd in de veiligheidsstandaarden en kunnen worden teruggevonden in hoofdstuk 9 van deze gids. Lees ze a.u.b. aandachtig! De overheid heeft veiligheidsregels vastgelegd voor de elektromechanisch omheining. Hieraan moet u zich altijd houden. Deze regels bevinden zich aan het einde van deze handleiding. Lees deze regels zeer aandachtig! Belangrijk: De dieren moet geleerd worden de afrastering te respecteren. Aan de dieren moet geleerd worden de omheining te respecteren. Respect voor elektromechanische omheiningen is afhankelijk van het herinnervermogen van een dier. Het dier raakt de omheining aan, krijgt een schok, herinnert zich de schok en leert de omheining te respecteren. Alle Olli schrikdraadapparaten voldoen aan de veiligheidsvoorschriften, die zijn opgesteld voor schrikdraadapparaten. Desondanks is een elektromechanische omheining nooit volledig onschadelijk. Een dier dat vastzit tussen elektromechanische draden kan in levensgevaar zijn. Daarom moeten elektrische afrasteringen regelmatig worden gecontroleerd. De elektrische schok die door de afrastering wordt afgegeven kan gevaarlijk zijn voor kleine kinderen of personen met hartproblemen. Werk nooit aan de afrastering terwijl het apparaat ingeschakeld staat.
3. Technische eigenschappen van de schrikdraadapparaten OLLI 250 B+, 120 B en 180 B 3.1. OLLI 120 B 3.1.1. OLLI 120 B LED-indicatoren Het schrikdraadapparaat heeft twee LED’s: de rode geeft de spanning en de gele de capaciteit van de batterij weer. Deze laatste bevindt zich onder de LED voor de afrastering. De rode LED knippert op het ritme van de spanningspulsen.
3
De gele LED-lamp geeft de status van de batterij als volgt weer: Batterij -LEDscherm Geen licht Afrasteringsled knippert Dubbel knipperlicht Voortdurend snel knipperen
Batterijstatus 50—100 % Onder 50 % Onder 25 % Leeg
Mededeling Batterij OK Het is een goed idee om de batterij te laden Laad de batterij nu op De bescherming tegen te diepe ontlading is actief. Batterij meteen opladen om schade te voorkomen.
Merk op: wanneer de rode LED voor een langere tijd knippert nog voordat het schrikdraadapparaat in werking is, dan heeft het apparaat misschien een werkingsprobleem. Ontkoppel de batterij, wacht even, koppel opnieuw aan en start het schrikdraadapparaat opnieuw op. Indien deze situatie zich herhaalt, breng dan het apparaat terug naar de verkoper/herstelpunt.
3.1.2. Energieselectie OLLI 120 B Het schrikdraadapparaat heeft een schakelaar met drie schakelstanden. Je kan opteren voor laag vermogen , passieve sluimerstand
O en maximaal vermogen
. Bij de selectie “passieve sluimerstand”
O gaat er geen elektrische spanning naar de omheining. 3.1.3. Het gebruik van de OLLI 120 B met OLLI-zonnepaneel Merk op: de volledige gebruikershandleiding is ingesloten bij het OLLI-zonnepaneelset. Verbind de voedingsconnector van het zonnepaneelset met de witte snelklem van de batterijset die bij het schrikdraadapparaat hoort. Bescherm deze snelklem tegen water. We bevelen het gebruik aan van een batterijkast. Verbind de rode batterijklem (krokodilklem) met de positieve pool (+) van de batterij en de zwarte batterijklem (krokodilklem) met de negatieve pool (-) van de batterij. De geladen spanning gaat van het zonnepaneel via de batterij naar het schrikdraadapparaat. Het apparaat regelt de batterij oplading en beschermt de batterij tegen overlading. Deze beide functies zijn ook in werking wanneer het schrikdraadapparaat in de passieve sluimerstand (O) staat.
Belangrijk: Wanneer je de batterijstatus wenst te controleren tijdens het gebruik van het zonnepaneel, dan moet je het zonnepaneel eerst ontkoppelen of de controle uitvoeren wanneer het zonnepaneel de batterij niet oplaadt. Wanneer de batterij wordt opgeladen, dan kan de capaciteit van de batterij niet worden vastgesteld. 3.1.4. OLLI 120 B verbinden met de afrastering
Belangrijk: verbind het schrikdraadapparaat met de afrastering met de verbindingsdraad die te samen met het apparaat is geleverd. Verbind de aardingsknop op het apparaat met de in de grond geslagen aardingspennen van Olli. Draai de knop op het schrikdraadapparaat gemerkt met (symbool bliksemschicht) open en steek het uiteinde van de verbindingskabel (waarvan de isolatielaag op het uiteinde werd verwijderd) onder in de knop en draai nu vast. Controleer even of de verbinding correct geklemd zit door er even zachtjes aan te trekken. Herhaal dit proces nu voor de aardingskabel. Deze knop voor de aarding is zwart en gemerkt met (symbool aarding).
Belangrijk: De elektrische spanning op de afrastering kan tot 10000 Volt oplopen. Daarom moeten alle verbindingen van het schrikdraadapparaat naar de afrastering gemaakt worden met afrasteringisolatoren of moet de verbindingskabel een speciale hoogspanningskabel zijn die geschikt is voor afrasteringen, zoals de Olli hoogspanningskabel. De gebruikelijke 230 V installatiekabels mogen niet gebruikt worden voor de installatie van elektrische afrasteringen.
4
3.2. OLLI 180 B 3.2.1. OLLI 180 B LEDindicatoren Het schrikdraadapparaat heeft twee LED’s: de rode geeft de spanning en de gele de capaciteit van de batterij weer. Deze laatste bevindt zich onder de LED voor de afrastering. De rode LED knippert op het ritme van de spanningspulsen. De gele LED geeft de status van de batterij als volgt weer: Batterij -LEDscherm Geen licht AfrasteringsLED knippert Dubbel knipperlicht Voortdurend snel knipperen
Batterijstatus 50—100 % Onder 50 % Onder 25 % Leeg
Mededeling Batterij OK Het is een goed idee om de batterij te laden Laad de batterij nu op De bescherming tegen diepe ontlading is actief. Batterij meteen opladen om schade te voorkomen.
Merk op: wanneer de rode LED voor een langere tijd knippert nog voordat het schrikdraadapparaat in werking is, dan heeft het apparaat misschien een werkingsprobleem. Ontkoppel de batterij, wacht even, koppel opnieuw aan en start het schrikdraadapparaat opnieuw op. Indien deze situatie zich herhaalt, breng dan het apparaat terug naar de verkoper/herstelpunt.
3.2.2. OLLI 180 B gebruiken met een OLLI-zonnepaneel Merk op: de volledige gebruikershandleiding is ingesloten bij het OLLI-zonnepaneelset. Het 20 W OLLI-zonnepaneelset bevat een set van klemmen (krokodilklemmen) om te verbinden met de batterij. Verbind deze batterijklemmen met de witte snelklem van het zonnepaneel. Bescherm de snelklem tegen water. Verbind de batterijklemmen van het schrikdraadapparaat en de klemmen van het zonnepaneel met de polen van de batterij. Dus twee rode klemmen op de positieve (+) pool van de batterij en twee zwarte klemmen op de negatieve (-) pool van de batterij. De geladen spanning gaat van het zonnepaneel via de batterij naar het schrikdraadapparaat. Ontkoppel het zonnepaneel van de batterij indien het schrikdraadapparaat niet gebruikt wordt voor een week of langer. Indien je ontdekt dat de batterij warm wordt als gevolg van overlading, ontkoppel dan de het zonnepaneel van de batterij. Laat voor even het schrikdraadapparaat de batterij wat ontladen, alvorens het zonnepaneel weer aan te sluiten op de batterij.
Belangrijk: Wanneer je de batterijstatus wenst te controleren tijdens het gebruik van het zonnepaneel, dan moet je het zonnepaneel ontkoppelen of controleren wanneer het zonnepaneel de batterij niet oplaadt. Wanneer de batterij wordt opgeladen, dan kan de capaciteit van de batterij niet worden vastgesteld.
3.2.3. OLLI 180 B verbinden met de afrastering Duw op de rode knop op het schrikdraadapparaat gemerkt met (symbool bliksemschicht) en steek het uiteinde van de verbindingskabel (waarvan de isolatielaag op het uiteinde werd verwijderd) langs onder in de snelle verbindingsknop en laat de snelle verbindingsknop nu los. Controleer even of de verbinding correct geklemd zit door er even zachtjes aan te trekken. Herhaal dit proces nu voor de aardingskabel. De snelle verbindingsknop voor de aarding is zwart en gemerkt met (symbool aarding).
Belangrijk: De elektrische spanning op de afrastering kan tot 10000 Volt oplopen. Daarom moeten alle verbindingen van het schrikdraadapparaat naar de afrastering gemaakt worden met afrasteringisolatoren of moet de verbindingskabel een speciale hoogspanningskabel zijn die geschikt is voor afrasteringen, zoals de Olli hoogspanningskabel. De gebruikelijke 230 V installatiekabels mogen niet gebruikt worden voor de installatie van elektrische afrasteringen.
5
3.3. Olli 250 B+ Op het frontpaneel vind je het scherm met de indicatie van de gebruiksmodi (1), aan-/uit- selectieknop (‘Modus’) (2), lichtsensor (3), LED-balkindicator voor de batterijspanning (in Volt) (4) en een LEDbalkindicator voor de afrasteringspanning (in kVolt) (5). De afrasteringspanning wordt weergegeven in kiloVolt (1 kV = 1000 V).
1 4 2 5 3
3.3.1. De werking van OLLI 250 B+ (nr. 1, 2 en 3 op afbeelding) De rode LED licht op bij het symbool van de geselecteerde werkknop ‘MODUS ’. Verander de werking door kort te drukken op de ‘MODUS’-knop. Eén druk op de knop selecteert het volgende werkingsniveau uit de lijst. De verschillende werkingen zijn:
Volle vermogen Energiebesparende werking verminderd vermogen Automatische dag werking: volle vermogen over dag, verminderd vermogen ‘s nachts Automatische nacht werking: volle vermogen ‘s nachts, verminderd vermogen over dag. Geen licht
Passieve sluimerstand: geen spanning naar de omheining
Een langere duw op de MODUS-knop, schakelt het schrikdraadapparaat naar de passieve sluimerstand. Wanneer je het schrikdraadapparaat inschakelt met een korte druk op de MODUS-knop, dan zal het schrikdraadapparaat de werkingsstand activeren zoals het werkte op het ogenblik dat je de sluimerstand inschakelde. Indien je het schrikdraadapparaat ontkoppelt van de batterij, dan zal het schrikdraadapparaat de werking (functie) activeren die actief was voordat je de batterij loskoppelde. De lichtsensor (nr.3 op de afbeelding) voor de automatische modi is gesitueerd onder de LED-balkindicator van de afrasteringspanning. Dek deze sensor niet af! In alle werkingsstanden zal het schrikdraadapparaat het uitgaande vermogen regelen overeenkomstig de spanning op de omheining. Hierdoor zal de levensduur van de batterij zo lang mogelijk zijn bij een korte afrastering die geen of beperkte lekken heeft. Indien de bovenste MODUS-LED voor een langere tijd oplicht, voordat hij start met knipperen, dan heeft het schrikdraadapparaat waarschijnlijk een werkingsprobleem. Ontkoppel de batterij, wacht voor een momentje, koppel de batterij opnieuw aan en start het schrikdraadapparaat opnieuw. Indien dezelfde situatie zich herhaalt, lever je toestel in bij de verkoper/herstelpunt.
6
3.3.2. Spanningsscherm van de OLLI 250 B+ (nr. 5 op afbeelding) Het schrikdraadapparaat meet de spanning op de afrastering en knippert kort de LED, die de spanning op de omheining aangeeft. (Ongeveer 7 kV geeft groen, 5 kV geeft groen, 3 kV geeft geel en 2 kV geeft rood waarbij 1 kV = 1000 Volt). Indien geen enkele LED oplicht, dan is waarschijnlijk de omheiningspanning te laag. Selecteer de werking ‘volle vermogen’ en indien dit ook niet helpt, controleer en herstel je omheining. 3.3.3. Batterijscherm van de OLLI 250 B+ (nr. 4 op afbeelding)
Functie Groen (bovenaan) Groen (lager niveau) Geel Rood Rook knipperen
Batterijstatus 75—100 % 50—75 % 25—25 % Onder 25 % Leeg
Mededeling Batterij OK Batterij OK Het is een goed idee om de batterij te laden Laad de batterij nu op De bescherming tegen te diepe ontlading is actief. Batterij meteen opladen om schade te voorkomen.
Wanneer het vermogen van de batterij laag is (beperkte elektrische stroom) dan is het licht van de MODUSknop niet de ganse tijd aan, maar gaat het knipperen op het ritme van de spanningspulsen (de spanning die naar de omheining wordt doorgestuurd) en dit om de batterij te sparen. 3.3.4. OLLI 250 B+ gebruiken met een OLLI-zonnepaneel Merk op: de volledige gebruikershandleiding is ingesloten bij het OLLI-zonnepaneelset. Verbind de vermogensnelklem van het zonnepaneelset met de witte snelklem van de batterijset die tot het schrikdraadapparaat behoort. Bescherm de snelklem tegen water. We bevelen het gebruik van een batterijkast aan. Verbind de rode batterijklem met de positieve pool (+) van de batterij en de zwarte batterijklem met de negatieve pool (-) van de batterij. De geladen spanning gaat van het zonnepaneel via de batterij naar het schrikdraadapparaat. Het apparaat regelt de batterij oplading en beschermt de batterij tegen overlading. Deze beide functies zijn ook in werking wanneer het schrikdraadapparaat in de sluimerstand staat.
Belangrijk: Wanneer je de batterijstatus wenst te controleren tijdens het gebruik van het zonnepaneel, dan moet je het zonnepaneel ontkoppelen of controleren wanneer het zonnepaneel de batterij niet oplaadt. Wanneer de batterij wordt opgeladen, dan kan de capaciteit van de batterij niet worden vastgesteld. 3.3.5. OLLI 250 B+ verbinden met de afrastering Duw op de rode knop op het schrikdraadapparaat gemerkt met (symbool bliksemschicht) en steek het uiteinde van de verbindingskabel (waarvan de isolatielaag op het uiteinde werd verwijderd) langs onder in de snelle verbindingsknop en laat de snelle verbindingsknop nu los. Controleer even of de verbinding correct geklemd zit door er even zachtjes aan te trekken. Herhaal dit proces nu voor de aardingskabel. De snelle verbindingsknop voor de aarding is zwart en gemerkt met (symbool aarding).
Belangrijk: De elektrische spanning op de afrastering kan tot 10000 Volt oplopen. Daarom moeten alle verbindingen van het schrikdraadapparaat naar de afrastering gemaakt worden met afrasteringisolatoren of moet de verbindingskabel een speciale hoogspanningskabel zijn die geschikt is voor afrasteringen, zoals de Olli hoogspanningskabel. De gebruikelijke 230 V installatiekabels mogen niet gebruikt worden voor de installatie van elektrische afrasteringen.
4. OLLI 120 B, 180 B en 250 B+ bescherming tegen te diepe ontlading van de batterij De schrikdraadapparaten hebben een ingebouwde beveiliging tegen te diepe ontlading. Wanneer de spanning van de batterij onder de 11,8 V gaat, dan zal de bescherming tegen te diepe ontlading in werking treden door het schrikdraadapparaat minder energie te laten verbruiken. Het schrikdraadapparaat schakelt
7
niet volledig uit, maar geeft lagere spanningspulsen met grotere intervallen. De batterij LED knippert snel, wanneer de bescherming tegen te diepe ontlading in werking is. Soms kan het gebeuren dat je een oude autostartbatterij wenst te gebruiken, die eigenlijk niet meer bruikbaar is als startbatterij. De bescherming tegen te diepe ontlading kan geactiveerd worden en weigeren dat je dergelijke oude batterij gebruikt, omdat het niveau van de elektrische spanning van de oude batterij lager is dan de toegestane minimum spanning zoals geëist door de bescherming tegen te diepe ontlading. De bescherming tegen te diepe ontlading kan echter uitgeschakeld worden om toch dergelijke oude startbatterij tot op het einde van de levenscyclus te gebruiken. Schakel de bescherming tegen te diepe ontlading als volgt uit: • • •
Schakel het schrikdraadapparaat in op volle vermogen Ontkoppel de zwarte batterijverbindingskabel van de aardingsknop van de batterij Herhaal volgende instructies drie keer: 1. wacht tien seconden 2. herverbind de batterij. Het schrikdraadapparaat zal herstarten 3. 4.
ontkoppel de batterij opnieuw, nadat de LED voor de afrasteringspanning (symbool keer oplichtte. Keer terug naar het begin om de handelingen te herhalen.
) drie
Nu is de bescherming tegen te diepe ontlading uitgeschakeld. Dit wordt aangegeven door het schrikdraadapparaat waarbij de LED voor de afrasteringspanning drie keer snel oplichtte waarna het normaal begint te knipperen. De waarschuwing bij batterij met te laag vermogen, werkt normaal, maar de spanningspuls en de pulsinterval veranderen niet bij een batterij met lage elektrische spanning.
Indien een batterij een elektrische spanning heeft van minder dan ca. 8,5 V, dan zal het schrikdraadapparaat zich in alle situaties zelf uitschakelen. De bescherming tegen te diepe ontlading kan opnieuw ingeschakeld worden met dezelfde handelingen zoals die nodig waren om ze uit te schakelen en zoals hierboven uitgelegd.
5. Aarden Een degelijke aarding is noodzakelijk voor een degelijk functioneren van de elektrische afrastering. Het schrikdraadapparaat is normaal verbonden met de aarde via aardingspennen, die verbonden zijn met de aardingsknop op het schrikdraadapparaat. We raden aan om 1 tot 2 aardingspennen te gebruiken voor de OLLI 120 B, 180 B en 250 B+. Misschien moet je meer aardingspennen gebruiken in droge omstandigheden en bij lange afrasteringen. Sla de aardingspennen op een vochtige plaats in de grond en sla ze ongeveer een meter van elkaar. Gebruik de warm verzinkte aardingspennen van Olli, voorzien van een verbindingskabel, om een uitstekend resultaat te bekomen.
Belangrijk: Het foutief aarden is de meest voorkomende oorzaak van het slecht functioneren van de omheining en de storingen in radio’s, telefoons en op tv’s.
6. Storingen bij elektrische apparaten De radiofrequentie van de puls van een schrikdraadapparaat is zo laag dat een correct geïnstalleerde elektrische afrastering geen zichtbare of hoorbare storingen veroorzaakt bij radiotoestellen. De belangrijkste oorzaak van storingen (nl. het typische klikkend geluid in luidsprekers) wijst op een onvoldoende of onjuist geïnstalleerde aarding voor de elektrische afrastering. Controleer de aarding en verbeter of herstel de aarding overeenkomstig hoofdstuk 4 in deze gebruikershandleiding. Een andere typische oorzaak van storingen zijn vonken. Een vonk spreidt een draad spectrum van elektromagnetische straling dat kan gehoord worden als het klikkende geluid in luidsprekers of gezien als de horizontale storende strepen op het beeldscherm van tv’s.
8
Zichtbare vonken op de afrasteringdraad zijn een teken van slechte verbindingen. De slechte verbindingen veroorzaken storingen en verhogen de weerstand op de afrastering en verminderen dus de elektrische spanning. Het effect voor de dieren wordt hierdoor verminderd. Gebruik altijd de juiste verbinders (connectoren) om het schrikdraadapparaat te verbinden met de afrastering en wanneer je de koorden,draden en/of linten met elkaar verbindt.
7. Bescherming tegen blikseminslag Olli schrikdraadapparaten zijn inwendig beveiligd tegen hoge elektrische spanningen en de Olli garantie dekt ook de schade als gevolg van blikseminslag. Toch is het niet mogelijk om een schrikdraadapparaat volledig te beschermen tegen schade als gevolg van blikseminslag. Bij een lange afrastering en in een open omgeving raden we je aan om je schrikdraadapparaat te beschermen met een aparte bliksembeveiliger. Wanneer de afrastering niet in gebruik is, raden we je aan om je schrikdraadapparaat te ontkoppelen van de afrastering om aldus schade door eventuele blikseminslag te voorkomen.
8. Betreffende startbatterijen De meest gebruikte en goedkoopste 12 V batterijtypes zijn de startbatterijen voor voertuigen. Een ander algemeen beschikbaar type is deze van de marine-/mobile home batterij, ook wel de vrijetijdsbatterij genoemd. Wij bevelen het gebruik van vrijetijdsbatterijen aan voor een schrikdraadapparaat. Deze batterijen tolereren een langzame ontlading over een lange periode met een lage spanning en kunnen zeer diep ontladen zonder interne beschadiging op te lopen. Dergelijke batterijen zullen altijd langer werken met schrikdraadapparaten en tweemaal meer capaciteit geven met een éénmalige oplading in vergelijking met een startbatterij met dezelfde nominale capaciteit. Startbatterijen hebben een interne structuur waardoor ze een maximale uitgangsspanning geven en zijn zo ontworpen dat ze steeds goed geladen moeten blijven. Daarom zijn deze batterijen eigenlijk niet goed geschikt voor een schrikdraadapparaat. Zij kunnen hiervoor wel gebruikt worden, op voorwaarde dat men de volgende regels in acht neemt: • Een startbatterij moet opgeladen worden alvorens ze volledig leeg is en op zijn minst iedere maand éénmaal opgeladen worden. • Het gebruik van een intelligente elektronische batterijlader zal de levensduur verlengen. • Indien de startbatterij wordt ontladen met een kleine hoeveelheid energielading over een lange periode, dat zal deze snel intern beschadigd worden (sulfatering). • Een startbatterij kan ook gemakkelijk beschadigd worden bij een te diepe ontlading. Herhaaldelijk diep ontladen zal snel leiden tot capaciteitsvermindering en gebrekkig functioneren. Een bescherming tegen te diepe ontlading, zoals bij de nieuwe Olli schrikdraadapparaten, voorkomt dit probleem waardoor de levensduur van de batterij langer meegaat, op voorwaarde dat ze regelmatig wordt herladen en alvorens de bescherming tegen te diepe ontlading de werking van het schrikdraadapparaat uitschakelt. Deze onderwerpen gelden ook in bepaalde mate voor de vrijetijdsbatterij. Om de maximale levensduur van een vrijetijdsbatterij te garanderen moet ook deze opgeladen worden wanneer ze ongeveer halverwege haar capaciteit is. Een zonnepaneel houdt de 12 V batterij correct opgeladen en speciaal met Olli 250 B+ en Olli 120 B kan je een gewone startbatterij gebruiken om elektriciteit op te slaan. Bij de eerste werking moet de batterij steeds volledig opgeladen zijn. Denk eraan de batterij regelmatig op te laden wanneer ze niet in werking is (stockage) en dit om sulfatering te voorkomen als gevolg van zelfontlading. Een lege batterij kan bevriezen en beschadigd worden. Bewaar daarom een batterij op een vorstvrije plaats. Ook hitte kan een batterij beschadigen. Waarschuwing! Een batterij produceert explosieve gassen tijdens het laden. Zorg daarom voor voldoende ventilatie en zorg dat er geen warmtebron nabij de batterij staat. Een grote loodbatterij kan zorgen voor een hoge piek, wat zeer gevaarlijk kan zijn. Sluit de polen van de batterij niet kort! De batterij bevat zuur. Behandel een lekkende batterij voorzichtig. Recycleer de afgedankte batterijen op een verantwoorde manier zoals eventueel voorzien door plaatselijke reglementen.
9
Geschatte levensduur van een batterij uitgedrukt in weken 55 Ah 12 V loodbatterij*
140 Ah 12 V loodbatterij*
OLLI 120B laag vermogen
9
24
OLLI 120B volledig vermogen
3,5
9
OLLI 180B
2,5
6,5
OLLI 250B+ laag vermogen
3-4
7 - 10,5
OLLI 250B+ volledig vermogen
1,5 - 2
3,5 - 5,5
* De capaciteit van een oude lood batterij is altijd lager dan de nominale capaciteit. De opgegeven levensduur van een batterij in weken zijn geschatte waarden ten einde de consument te helpen bij de juiste keuze van een batterij voor zijn betreffend schrikdraadapparaat. De opgegeven levensduur van een batterij is geen garantie voor de effectieve levensduur van die batterij. De levensduur van een batterij wordt bepaald door het gebruik en andere omstandigheden.
9. Veiligheidsvoorschriften • • • • •
• •
• • • •
• •
Elektrische afrasteringen en hun uitrusting moeten geïnstalleerd worden, in werking zijn en onderhouden worden op die wijze dat ze een minimaal gevaar betekenen voor mensen, dieren en hun omgeving. Elektrische afrasteringen die door hun constructie kunnen leiden tot verstrengeling van dieren of mensen, moet te allen tijde worden voorkomen. Een elektrische afrastering zal niet gevoed worden door twee aparte schrikdraadapparaten of van een onafhankelijk afrastering met hetzelfde schrikdraadapparaat. Vermijd contact met het hoofd, nek of bovenlichaam van de elektrische afrasteringdraden,-koorden en/of linten. Kruip niet over, door of onder de afrastering. Maak gebruik van een poort of speciaal ontworpen kruispunt. Voor alle, twee van elkaar gescheiden elektrische afrasteringen, waarbij elke afrastering gevoed wordt door twee aparte onafhankelijke schrikdraadapparaten, zal de afstand tussen de draden, koorden en/of linten van de twee afrasteringen minimaal 2,5 meter bedragen. Indien deze kloof moet gesloten worden, dan zal dit gebeuren door een niet-geleidend elektrisch materiaal of een geïsoleerde metalen barrière. Prikkeldraad of vergelijkbare draad (oa voorzien van snijdende mesjes) zal niet onder spanning gezet worden door een schrikdraadapparaat. Een afrastering van prikkeldraad of vergelijkbare draad met snijdende mesjes zal niet onder spanning gezet worden, maar kan gebruikt worden om een elektrische afrastering te ondersteunen. De isolatoren en ondersteunende elementen voor de elektrische afrastering zullen zo gebouwd worden zodat de afstand voor elektrische draden minimaal 150 mm in de hoogte bedraagt ten opzichte van de prikkeldraad of de vergelijkbare draad. De prikkeldraad of de vergelijkbare draad zal op regelmatige afstanden geaard worden. Volg de raadgevingen van de fabrikant op in verband met het aarden. Hou een afstand van minimum 10 meter tussen de aardingspen van het schrikdraadapparaat en elke andere aardingspen of –systeem of -verbindingen, zoals de aarding van de elektriciteit voor het huis of de aarding van het telecommunicatiesysteem. Verbindingskabels die binnen in een gebouw lopen, moeten effectief geïsoleerd worden van de geaarde structurele delen van het gebouw. Dit kan bereikt worden door gebruik te maken van geïsoleerde hoogspanningskabel. Verbindingskabels die ondergronds geïnstalleerd worden, moeten ingesloten worden in een leiding van isolerend materiaal of anders moet geïsoleerde hoogspanningskabel gebruikt worden. Schenk bijzonder aandacht en wees voorzichtig voor schade aangebracht aan de verbindingskabels als gevolg van de hoeven van dieren of tractorwielen die in de grond zakken. Verbindingskabels mogen niet geïnstalleerd worden in de zelfde leiding/kabelgoot als deze van de elektrische leidingen, communicatiekabels of datakabels. Verbindingskabels en elektrische afrasteringdraden, -koorden en/of -linten mogen niet kruisen boven hoogspanningsleidingen of communicatielijnen.
10
•
•
Kruisingen van afrasteringdraden, -koorden en/of –linten met hoogspanningsleidingen moeten waar mogelijk vermeden worden. Indien een kruising niet kan vermeden worden dan moet de elektrische afrasteringdraad, -koord en/of lint onder de hoogspanningsleiding en in een zo dicht mogelijk rechte hoek. Indien verbindingskabels en afrasteringdraden, -koorden en/of linten worden geïnstalleerd nabij een bovengrondse hoogspanningsleiding, dan zal de afstand niet minder zijn dan deze getoond in onderstaande tabel. Tabel: minimum afstand tot de hoogspanningsleiding voor elektrische afrasteringen Hoogspanningsleiding voltage Volt • 1 000 > 1 000 and • 33 000 > 33 000
• •
• •
•
• • •
Afstand meter 3 4 8
Indien verbindingskabels en afrasteringdraden, -koorden en/of linten worden geïnstalleerd nabij een bovengrondse hoogspanningsleiding, dan zullen ze niet meer dan 3 meter boven de grond uitsteken. Deze hoogte geldt voor weerszijden van de orthogonale (loodrechte) projectie van de buitenste conductoren (geleiders) van de hoogspanningsleiding van het grondniveau, voor een afstand van 2 meter voor een hoogspanningsleiding werkende met een nominale voltage die de 1000 V niet overschrijdt 15 meter voor een hoogspanningsleiding werkende met een nominale voltage die de 1000 V overschrijdt Voor elektrische afrasteringen bedoeld om vogels af te schrikken, huisdieren binnen een gebied te houden of om dieren (zoals koeien) op te leiden, volstaan schrikdraadapparaten met laag vermogen om een bevredigende en veilige werking te verkrijgen. Bij elektrische afrasteringen bedoeld om vogels af te schrikken van de rustplaats op gebouwen, zal geen schrikdraad worden aangesloten op de aardingsknop van het schrikdraadapparaat. Een waarschuwingsbordje zal worden aangebracht op alle punten waar personen directe toegang tot de geleiders hebben. Waar een elektrische afrastering een publiek pad kruist, wordt op dat punt een niet-geëlektrificeerde poort geïnstalleerd in de elektrische afrastering of een kruising door middel van stijlen voorzien. Bij dergelijke kruisingen moeten de elektrische afrasteringdraden, -koorden en/of –linten waarschuwingsbordjes dragen. Elk deel van de elektrische afrastering dat geïnstalleerd is langs een openbare weg of pad, moet op regelmatige afstanden geïdentificeerd worden met waarschuwingsbordjes. Deze moeten stevig bevestigd worden aan de palen of aan de afrasteringdraden, -koorden en/of linten. Het formaat van het waarschuwingsbordje zal op zijn minst 100 mm x 200 mm zijn. De achtergrondkleur van het waarschuwingsbordje zal langs beide zijden geel zijn. Het opschrift is zwart en zal bestaan uit ofwel
- het symbool of - de vermelding: ‘Opgepast: schrikdraad’ • • • •
Het opschrift is onuitwisbaar aanwezig op beide zijden van het bordje en heeft een hoogte van ten minste 25 mm Zorg er voor dat alle door het lichtnet gebruikte producten en bijhorende uitrusting aangesloten op de elektrische afrastering voorzien in een zekere graad van isolatie tussen de afrastering en het lichtnet, gelijkwaardig aan deze vereist door het schrikdraadapparaat. Opmerking 1: Aanvullende apparatuur die voldoet aan de eisen met betrekking tot isolatie tussen de afrastering en het lichtnet in de artikelen 14, 16 en 29 van de standaard voor het schrikdraadapparaat, wordt beschouwd als een adequaat niveau van isolatie. Bescherming tegen het weer zal worden voorzien voor de aanvullende apparatuur, tenzij deze apparatuur is gecertificeerd door de fabrikant als geschikt voor gebruik buitenshuis, en is van een type met een minimum aan bescherming IPX4.
11
10. Garantie Dit product is gewaarborgd voor een periode van drie (3) jaar, vanaf de datum van aankoop zoals vermeld op de aankoopbon, tegen materiaal- en productiefouten en werkuren. De garantie dekt ook mogelijke situaties van overbelasting die door blikseminslag worden veroorzaakt. Om aanspraak te kunnen maken op de garantie dient de klant het defecte product op eigen kosten aan de fabrikant, de detailhandel of de dichtstbijzijnde Olli Service Partner te retourneren. De aanspraak op garantie dient gepaard te gaan met een beschrijving van het defect, een kopie van de aankoopbon en contactinformatie van de klant (naam, adres en telefoonnummer). De fabrikant of de Olli Service Partner zal het defecte product repareren of vervangen en zo snel mogelijk retourneren. De garantie geldt niet voor tekorten als gevolg van toepassing veroorzaakt door onjuist, onzorgvuldig of foutief gebruik, achteloze behandeling van het apparaat, een niet conform de meegeleverde instructies uitgevoerde installatie en andere schade die buiten de aansprakelijkheid van de fabrikant optreedt. Farmcomp is niet aansprakelijk voor enige directe, indirecte of gevolgschade die door het gebruik van het product wordt veroorzaakt of door het feit dat het product niet in gebruik kon worden genomen. De aansprakelijkheid van Farmcomp is beperkt tot maximaal de prijs van het product. Belangrijk! De behuizing van het apparaat mag niet worden geopend! Probeer het apparaat niet zelf te repareren! De hierboven genoemde handelingen zijn strikt verboden! Alleen de fabrikant en geautoriseerde servicepartners zijn gerechtigd het apparaat te repareren. De fabrikant is niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor de gevolgen wanneer men deze regels niet opvolgt.
Verdeler: Olli Benelux +32 475 80 47 11 www.ollibenelux.com email:
[email protected]
FARMCOMP OY Jusslansuora 8 FI-04360 TUUSULA FINLAND
Tel. +358 9 7744 970 Fax +358 9 7744 9744 http://www.olli.fi
12
Declaration of Conformity according to ISO/IEC Guide 22 and EN 45014
Manufacturer’s name Farmcomp Oy and address: Jusslansuora 8 FIN-04360 TUUSULA, FINLAND declares, that the product Product name: Fence Energiser Model numbers: OLLI 120B, 180B, 250B+
conforms to the EMC directive 2004/108/EC by following the harmonised standards: EN 55014-1:2006 EN 55014-2:1997+A1:2001 and complies with the electrical safety standard: EN 60335-2-76:2005+A1:2006 + A11:2008
Tuusula, Finland March 16, 2009
Lasse Paakkola Managing Director
Original language: Finnish Signed Declaration of Conformity documents are filed at Farmcomp Oy, Tuusula
Farmcomp Oy, Jusslansuora 8, FIN-04360 Tuusula, Finland tel +358 9 77 44 970, e-mail:
[email protected] Company ID FI 07308235 Tuusula, Finland
13