Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek
DE LALAING Jacques (Graaf)
De Elektriciteitsmast of Het Gevecht van de tijgers en de slangen (Londen 1858 – Brussel 1917) Brons, 1913 - Sokkel van blauwe steen, exacte kopie van het ontwerp van architect Diongre Huidige hoogte ± 13 m Plaats Kruising van de lanen Louis Bertrand, Paul Deschanel en Azalealaan van 1926 tot 1953. Er opnieuw geplaatst op 4/10/2006 na een tijdelijke plaatsing op het Colignonplein tussen 1993 en 2006.
Beschrijving van het monument Dit bronzen kunstwerk is ontworpen als lantaarnpaal en bestaat uit drie delen: • Een basis versierd met drie reliëfs met tijgers en slangen die vechten op een tapijt van bananenbladeren. • Een lange schacht (die doet denken aan een bananenboom, de Eiffeltoren…). • Op de top, een kroonstuk met lampen (deze is verdwenen).
Historiek De geschiedenis van de mast begint in 1886 wanneer Jacques de Lalaing, een van de grootste beeldhouwers aan het einde van de 19e eeuw, in de zoo van Antwerpen een tijger koopt die hij in een kooi in zijn tuin in de Hertogstraat onderbrengt. Hij is gefascineerd door deze katachtigen en zal een twaalftal kunstwerken aan dit thema wijden. Het jaar erop stelt hij op het Salon van Brussel van 1887 een groot plaasteren ontwerp van de basis van de toekomstige “Elektriciteitsmast” voor. Deze combinatie van kunst en techniek wekt de interesse van de bezoekers op in een tijd waarin men enthousiast is over de "elektriciteitsfee". De mast werd in zijn huidige vorm pas voltooid in 1913, voor de Wereldtentoonstelling van 1913 in Gent.
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
De kunstenaar Graaf Jacques de Lalaing was zowel schilder als beeldhouwer en studeerde bij Jean Portaels en Thomas Vinçotte. Hij maakte tal van kunstwerken voor de openbare ruimte: Het Monument voor de Britse officieren en soldaten die gesneuveld zijn in Waterloo (1890) op het kerkhof van Evere, het Monument van Leopold I in Oostende, "Het Ruitergevecht" aan de ingang van het Terkamerenbos (1909). Hij was een man van de wereld en tevens een bekwaam portretschilder. Veel portretten van politici uit die tijd zijn van zijn hand. Hij schildert in een elegante stijl delicate pasteltekeningen van de Belgische high society rond de eeuwwisseling.
Plaatsing In 1926 werd het kunstwerk na de schenking ervan door de erfgenamen aan de gemeente Schaarbeek geplaatst op het kruispunt van de lanen Deschanel, Voltaire en Louis Bertrand. • In 1953 werd het volledig verweerd uit elkaar gehaald en bleef het 40 jaar in de gemeentelijke opslagplaatsen liggen. • In 1993 werd de Elektriciteitsmast opnieuw opgericht voor het gemeentehuis op het Colignonplein (helaas zonder het 3 meter hoge kroonstuk met de lampen). • In oktober 2006 werd het dan naar de Louis Bertrandlaan verplaatst. Het volledige raamwerk dat de mast ondersteunt, moest worden herbouwd.
• D e sokkel werd ontworpen door architect Joseph Diongre, die onder andere het NIR-gebouw op het Flageyplein ontwierp. Hij werd in 2008 als exacte kopie nagebouwd.
De restauratie • Eind 2008 dient de gemeente bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een aanvraag tot klassering in. Een eerste studie werd uitgevoerd door Françoise Urban, gespecialiseerd in de restauratie van metalen. • Op 4 juni 2009 werd de mast geklasseerd als monument bij besluit van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. • In juli 2010 krijgt het bureau ORIGIN Architecture & Engineering de opdracht tot de restauratie van de Elektriciteitsmast.
e mast zal worden gedemonteerd en opnieuw worden D opgebouwd. Daarbij worden de ontbrekende delen aan de basis, de twee ontbrekende niveaus van de mast en het ontbrekende niveau van het kroonstuk met inbegrip van de lampen op identieke wijze weer toegevoegd. Daarbij baseert men zich op archieffoto's. De mast zal zo haar oorspronkelijke uitzicht terugkrijgen.
e restauratie betreft eveneens de vervanging van de D interne structuur zodat die niet meer zichtbaar is.
Specifieke bijdrage voor dit kunstwerk : Een financiële bijdrage storten op het rekeningnummer 000-0000004-04 van de Koning Boudewijnstichting met de specifieke mededeling « 192/0710/00103 – Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek - Jacques De Lalaing ». De zo verzamelde fondsen zullen integraal aan de restauratie van dit kunstwerk worden besteed.
* Een attest van fiscale vrijstelling wordt afgeleverd voor elke gift vanaf 40 euro’s.
Geschatte restauratiekost Restauratie van de mast 404.250,00€ BTW 21%
84.892,50€
TOTAL BTWI
489.142,50€
Subsidieaanvraag ingediend bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest n.a.v. het klassement (80 %) Saldo restauratie
20 % soit :97.828,5€
Financiering ING
25.000€
Nog te zoeken financiering 72.828,5€
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek
Anoniem
Gjergj Kastrioti – Skanderbeg
Brons - Sokkel in witte gietsteen - Ingewijd op 17/01/1968 200 x 100 cm
Plaats Prévost Delaunaysquare, langs het Josafatpark op de kruising van de Generaal Eisenhowerlaan, de Jan Stobbaertslaan en de Henri Stacquetstraat. Beschrijving van het monument Standbeeld op ware grootte van een held in de Albanese geschiedenis: Skanderbeg (1405-1468).
p de sokkel staat een opschrift: O "Aan de nationale held, roemrijke leider der Albanezen. Verdediger van het vaderland en der Europese beschaving. Opgericht ter gelegenheid van de vijfhonderdste verjaardag van zijn dood door uitwijkelingen in de vrije wereld als blijk van hun diepe erkentelijkheid - 17 01 1968". De tekst staat op 3 zijdes: in het Albanees, in het Frans en in het Nederlands.
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
Geschiedenis: Het monument werd door de Albanese gemeenschap in 1968 geschonken om de vijfhonderdste verjaardag van het overlijden van hun held, prins Kastrioti Skanderbeg, te herdenken. De prins Gjergj Kastrioti Skanderbeg (6 mei 1405 – 17 januari 1468) werd geboren in Lezhë. Zijn vader was de Albanese vorst Gjon Kastrioti en zijn moeder, Vojislava, was een Servische prinses uit Macedonië.
ijn vader werd door de Ottomanen verplicht schatting Z te betalen aan het Rijk. Om ervoor te zorgen dat zijn regionale bestuurders hem trouw zouden blijven, had de sultan de gewoonte hun kinderen te gijzelen en aan het Ottomaanse hof op te voeden. In 1423 werden Gjergj Kastrioti en zijn drie broers door de Turken meegenomen. Hij volgt er een opleiding aan de militaire school van het Ottomaanse keizerrijk en behaalt voor de Turken
veel militaire overwinningen in Europa. Hij krijgt dan de titel van Iskander Bey, de Turkse naam voor "Prins Alexander" (ter ere van Alexander de Grote). Door transliteratie werd dat in het Albanees Skënderbeu.
De restauratie • Verschillende onderdelen ontbreken zoals het schild, de riem en de hoornketting. Deze elementen zullen in brons worden nagemaakt. Het ijzeren zwaard is niet het originele en zal eveneens in brons worden nagemaakt. • Behandelen van het bronzen oppervlak om de corrosie te verwijderen. • Heraanbrengen van de patina en beschermen van het oppervlak. • Herstellen van de stenen sokkel waarvan de hoeken uit elkaar staan.
Specifieke bijdrage voor dit kunstwerk : Een financiële bijdrage storten op het rekeningnummer 000-0000004-04 van de Koning Boudewijnstichting met de specifieke mededeling « 192/0710/00204 – Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek - Skanderbeg ». De zo verzamelde fondsen zullen integraal aan de restauratie van dit kunstwerk worden besteed.
* Een attest van fiscale vrijstelling wordt afgeleverd voor elke gift vanaf 40 euro’s.
Geschatte restauratiekost Sokkel + standbeeld : 18.300 euros incl. BTW
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek
DE SOETE Pierre
Monument voor de gevallenen van de automobielsport, 1928
(1886 Sint-Jans-Molenbeek – Brussel 1948) Ingewijd op 9/12/1928 - Afmetingen: 500 x 150 cm - Kalksteen - Bronzen medaillonportret
Plaats Kruispunt Lambermontlaan - Louis Bertrandlaan
Het monument Man op ware grootte die een atleet voorstelt die de Olympische eed aflegt, op een gedenksteen met een medaillonportret van René De Buck. Inscriptie op het zeer verweerde medaillon: "aan René De Buck, zijn vrienden”. Inscriptie aan de achterkant van de sokkel: "Aan hen die zijn gevallen voor de glorie van de automobielsport”. (J. Wilford, Baron J.de Waelmont, J. Christiaens, T. Pilette, H. Matthys, René De Buck, Freddy Charlier)
Geschiedenis Aanvankelijk moest dit monument de tragische dood van autorenner René De Buck herdenken en in Chimay worden geplaatst. Het werd gefinancierd via een intekening die werd georganiseerd door de Koninklijke Automobielclub, in samenwerking met kunstenaar Pierre De Soete en de familie De Buck. Er ontstond een conflict tussen het comité en de stad Chimay over de plaats. Pierre de Soete stelde Schaarbeek het beeldhouwwerk voor en er werd beslist het in de buurt van het oude Sportpaleis en het speelplein te plaatsen. Het comité besliste het karakter van het monument aan te passen door het op te dragen aan alle slachtoffers van de automobielsport. Het jonge zinnebeeld met de gevleugelde voeten symboliseert op elegante wijze de snelheid van auto's.
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
De kunstenaar Pierre De Soete, een aanvankelijk autodidactische beeldhouwer-medailleur. Leertijd bij de "Compagnie des bronzes" in Brussel, waar hij Julien Dillens, Jef Lambeaux en Constantin Meunier ontmoet. Hij volgt ook tekenlessen aan de academie van Sint-Jans-Molenbeek. Vanaf 1914 wijdt hij zich volledig aan de beeldhouwkunst. Zijn beeldhouwwerken zijn gekenmerkt door een realistische stijl en tonen vaak atleten. De gemeente bezit meerdere beeldhouwwerken van deze kunstenaar, voornamelijk officiële figuren (Leopold III, burgemeester Raymond Foucart, een medaillonportret van koningin Astrid).
De restauratie • De tot aan de elleboog geamputeerde arm zal worden nagemaakt. • Versteviging van de kalksteen die verschilfert door haar poreuze toestand. Een weinig aangepaste antigraffiti beschermingslaag werd op het onderste gedeelte van het monument aangebracht. Momenteel komt die los en neemt stenen deeltjes mee. Deze laag zal worden verwijderd. • Behandeling van de corrosie op het bronzen medaillonportret.
Specifieke bijdrage voor dit kunstwerk : Een financiële bijdrage storten op het rekeningnummer 000-0000004-04 van de Koning Boudewijnstichting met de specifieke mededeling « 192/0710/00305 – Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek - Pierre De Soete ». De zo verzamelde fondsen zullen integraal aan de restauratie van dit kunstwerk worden besteed.
* Een attest van fiscale vrijstelling wordt afgeleverd voor elke gift vanaf 40 euro’s.
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek
DEVREESE Godefroid
Bacchanalen of Vaas van het Gekke Lied of Vaas der Bacchanten, 1907
(Kortrijk 1861 – Brussel 1941) Ingewijd op 28/12/1911 - Brons - Sokkel in roos graniet uit Italië getekend door Henri Jacobs Vaas: 280 x 140 x 140 cm - Sokkel: diameter 0,92 m
Plaats Louis Bertrandlaan
Het monument Op de vaas staan saters, met mannelijke torso en bokkenpoten, gepunte oren, die in een teugelloos feestgedruis de god Bacchus, de god van de wijn en het theater, vergezellen. Hij is in het gezelschap van jonge dames – de Bacchanten – die hem omhelzen en proberen te verleiden. Ze gaan samen in een vrolijke optocht.
Geschiedenis: De omgeving van het Josafatpark is verstedelijkt in de jaren 1905-1910. De Louis Bertrandlaan wordt aangelegd en verbindt de Haachtsesteenweg met het park. Er zullen enige tijd op honderd meter van elkaar twee Sint-Servaaskerken staan. De oudste moest voor de verstedelijking van deze wijk worden afgebroken. In 1911, op de plaats van de oude kerk plaatst de gemeente de bronzen vaas. In dat jaar woedde er een brand in het gemeentehuis van Schaarbeek, de gemeente waar G. Devreese leefde en werkte. Waarschijnlijk daarom schonk kunstenaar Raoul Warocqué drie dagen later de vaas “der Bacchanten” aan de gemeente. De beeldhouwer maakte daarna ook een kopie voor Warocqué in marmer, een materiaal waar hij allang van droomde. In 1913 werd de nieuwe versie geplaatst in Mariemont.
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
De kunstenaar Na zijn opleiding te hebben gestart aan de academie van Kortrijk vestigt Godefroid DEVREESE zich in Brussel, waar hij zijn opleiding voortzet aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Brussel van 1881 tot 1886, met als leraars beeldhouwkunst Eugène Simonis en Charles Van der Stappen. Hij gaat in 1884 in Schaarbeek wonen en blijft er tot in 1939. Hij reist veel. Als vermaard beeldhouwer en medailleur neemt hij deel aan tal van tentoonstellingen. Tijdens zijn loopbaan wordt hij beloond met heel wat prijzen en eretekens. In België wordt hij beschouwd als een vernieuwer in de medaillekunst: hij ontwierp er meer dan 400. G. Devreese neemt met Henri Jacobs en Victor Horta deel aan de creatie van meerdere monumenten. Het is trouwens Victor Horta die de plannen voor
zijn atelier in de Vleugelsstraat ontwerpt. Een straat van Schaarbeek draagt zijn naam. De gemeente Schaarbeek bezit meerdere kunstwerken van Devreese: • in de openbare ruimte: Monument van de Weldoeners en Bacchanalen • 25 beeldhouwwerken: Schaarbeekse boerin – De liefdadigheid – Het kind met de eend – Gezadeld paard – Twee kinderen op een bank – De windhond – Picador • 75 medailles.
De restauratie • Behandeling van de zwarte strepen op het bronzen oppervlak. • Beschermingslaag op de hele vaas.
Specifieke bijdrage voor dit kunstwerk : Een financiële bijdrage storten op het rekeningnummer 000-0000004-04 van de Koning Boudewijnstichting met de specifieke mededeling « 192/0710/00406 – Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek - Godefroid Devreese ». De zo verzamelde fondsen zullen integraal aan de restauratie van dit kunstwerk worden besteed.
* Een attest van fiscale vrijstelling wordt afgeleverd voor elke gift vanaf 40 euro’s.
Geschatte restauratiekost Sokkel+standbeeld: 7.900 euros incl. BTW
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek
ANONIEM
Nasreddin Hoca (gebeeldhouwd door het Directoraat-Generaal van Schone Kunsten en geschonken door het Turkse Ministerie van Buitenlandse Zaken) 2005, Ingewijd op 23/09/2006 - Beeldhouwwerk: glasvezel - 3 bas-reliëfs: glasvezel - Sokkel: blauwe hardsteen - Beeldhouwwerk: 370 x 200 x 200 cm Bas-reliëfs: 100 x 200 cm (x2) en 100 x 150 cm
Plaats Pleintje Gallaitstraat, Rubensstraat en Vandermeerschstraat
Kunstwerk Het werk geeft Nasreddin Hoca weer, een vermaarde filosoof die veel gevoel voor humor had en graag met alles spotte. De ezel waarop hij schrijlings, maar dan wel achterstevoren zit, kreeg bijval in Schaarbeek omdat hij natuurlijk ook een symbool is voor de gemeente.
Geschiedenis In het kader van een verbroedering tussen Schaarbeek en Beyoglu (Istanboel) in 2002 wil de Turkse stad Schaarbeek graag een symbool schenken. Ze stellen een kunstwerk voor dat in "Klein Anatolië" kan worden geplaatst, de Turkse wijk in Schaarbeek aan de Haachtsesteenweg aan de grens met Sint-Joost. Op 18 november 2003 stelt het Consulaat-generaal van Turkije voor om het kunstwerk te laten maken door het Directoraat-Generaal van Schone Kunsten, dat afhangt van het Ministerie van Cultuur en Toerisme. Het kunstwerk komt in 2005 in de haven van Antwerpen toe.
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
Plaatsing Een drietalig opschrift vertelt over de geschiedenis van het project. Aanvankelijk moest het beeldhouwwerk op een sokkel worden geplaatst. Het werd er uiteindelijk naast gezet. De fiere Turkse gemeenschap was er erg blij mee.
Restauratie Helaas was het twee maanden na de inwijding al beschadigd. De staart is afgebroken en de staf is erg broos geworden. Het kunstwerk werd in weinig duurzame materialen gemaakt. De hars bleek veel te broos. Het kunstwerk werd niet beschadigd door vandalisme, maar eerder door het feit dat deze kleine ezel de kinderen uitnodigt om op zijn rug te gaan zitten. • Namaken van de staart. • Verstevigen van de staf. • Schoonmaken van het beeld.
Specifieke bijdrage voor dit kunstwerk : Een financiële bijdrage storten op het rekeningnummer 000-0000004-04 van de Koning Boudewijnstichting met de specifieke mededeling « 192/0710/00507 – Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek - Nasreddin Hoca ». De zo verzamelde fondsen zullen integraal aan de restauratie van dit kunstwerk worden besteed.
* Een attest van fiscale vrijstelling wordt afgeleverd voor elke gift vanaf 40 euro’s.
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
Fonds voor het Erfgoed in Schaarbeek
Bijlage
Bijzonderheden van het restauratieproject van de Elektriciteitsmast van Lalaing In juli 2010 krijgt het bureau ORIGIN Architecture & Engineering de opdracht tot restauratie van de Elektriciteitsmast. De gemeente vraagt om de ontbrekende delen en het kroonstuk opnieuw aan te brengen om de mast zijn originele aanblik terug te geven. Daarnaast moet de interne structuur worden vervangen zodat die niet meer zichtbaar is aan de drievoet van de sokkel en de vleugelschroeven voor de bevestiging van de hoekplaatjes achteraan of naast bepaalde decoratieve plaatjes.
FILOSOFIE ACHTER DE RESTAURATIE (uittreksel van het dossier van het studiebureau ORIGIN) De mast zal worden gedemonteerd en opnieuw worden opgebouwd. Daarbij worden de ontbrekende delen aan de basis, de twee ontbrekende niveaus van de mast, het ontbrekende niveau van het kroonstuk met inbegrip van de lampen weer toegevoegd. Daarbij baseert men zich op archieffoto's. • D e originele platen (1913) zijn bewaard gebleven. • De platen van 1993, exacte kopieën van de oorspronkelijke platen, worden bewaard. • De platen uit 1993 die grof zijn versneden, worden niet bewaard. • De platen die door de gemeente Schaarbeek zijn opgeslagen, zullen op hun oorspronkelijke plaats worden teruggezet. • Er zullen nieuwe bronzen platen worden gemaakt op basis van het aanzicht en de afmetingen van de nog bestaande oorspronkelijke platen. De stijl zal echter worden aangepast zodat ze mooi bij de oude platen passen, maar dat men van dichtbij meteen kan zien dat ze recenter zijn. De nieuwe platen krijgen allemaal een goed zichtbare fabricagedatum.
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit
De platen zullen worden schoongemaakt met zachte microzandstraling zodat alleen het vuil en de loszittende deeltjes worden verwijderd, maar niet de natuurlijke patina van de onderdelen. Om de mast een uniforme aanblik te geven, wordt er op de platen van 1993 en de nieuwe platen een kunstmatige patina aangebracht die lijkt op de natuurlijke patina van de originele platen. Er zullen zoveel behandelingen worden uitgevoerd als nodig om een optimaal resultaat te verkrijgen. De onderdelen voor de bevestiging en montage worden in brons vervaardigd om alle corrosie van schroeven of bouten die leidt tot onsierlijke aflopen, te vermijden. Er wordt een nieuwe structuur in staal gebouwd. Die wordt tegen corrosie behandeld met hars, en niet met zink om galvanische corrosie te vermijden, die de structuur snel zou kunnen aantasten. Om diezelfde reden wordt de structuur niet vervaardigd uit gegalvaniseerd (verzinkt) of roestvrij staal (omdat dat rijker is dan brons, zou het de platen kunnen aantasten). Om dit alles te beperken, is ook het ontwerp van de bevestigingsplaatjes aangepast. Ze worden van de bronzen platen gescheiden met nylon onderdelen (plat en met een gat voor de bouten) zodat de stalen structuur gescheiden is van de bronzen platen en elke galvanische corrosie vermeden wordt, die de structuur op lange termijn zou aantasten. De vorm van de plaatjes wordt ook aangepast zodat ze niet meer zichtbaar zijn.
De structuur van de drievoet wordt gebaseerd op het plan van 1954 uit de archieven van de gemeente, omdat dit ontwerp ervoor zorgt dat de structuur niet zichtbaar is. De krullen van de kroon zullen zoals oorspronkelijk uit gietijzer worden vervaardigd. De bladeren die oorspronkelijk uit brons waren, worden niet teruggeplaatst omdat de combinatie van ijzer en brons op redelijk korte termijn de ijzeren krullen zou beschadigen, wat bovendien gevaarlijk zou kunnen zijn. Daarom zijn er waarschijnlijk ook geen krullen meer teruggevonden in de magazijnen van de gemeente. Ze waren waarschijnlijk te sterk verroest om te worden bewaard. De originele bronzen bladeren zullen als model dienen voor de gietijzeren kopieën, wier samenstelling die van ijzer het dichtst benadert. Om het ijzer tegen elke onvermijdelijke vorm van natuurlijke corrosie te beschermen, worden ze in het zwart geschilderd. De lampen worden in mondgeblazen glas uitgevoerd en gezandstraald zoals het origineel. De lampenhouders krijgen lampen met een eerder koud wit licht, net zoals dat van de oude booglampen (nog kouder). Dat zal een harmonieus contrast geven met de warmere verlichting op het rondpunt.
Schaarbeek, de favoriete gemeente voor haar levenskwaliteit