De doelgroep in Nijmegen Omvang en ontwikkeling
In opdracht van Gemeente Nijmegen en het Platform Nijmeegse Woningcorporaties
Johan van Iersel Marlies van der Vlugt
april 2007
RIGO Research en Advies BV De Ruyterkade 139 1011 AC Amsterdam telefoon 020 522 11 11 telefax 020 627 68 40 http://www.rigo.nl
Rapportnummer: 94630
Inhoudsopgave 0
SAMENVATTING
I
1
INLEIDING
1
1.1 AANLEIDING
1
1.2
VRAAGSTELLING
1
1.3
LEESWIJZER
2
2
BEGRIPPEN EN METHODEN
3
2.1 INLEIDING
3
2.2
DOELGROEPEN
3
2.3
HET AANBOD
5
2.4
METHODEN
6
3
DE SITUATIE IN 2006
7
3.1 INLEIDING
7
3.2
DE HARDE RANDTOTALEN
7
3.3
DE DOELGROEP
10
3.4 DE DOELGROEP IN PERSPECTIEF
14
4
TOEKOMSTIGE ONTWIKKELINGEN
17
4.1
INLEIDING
17
4.2 DEMOGRAFISCHE ONTWIKKELINGEN
17
4.3 ECONOMISCHE ONTWIKKELINGEN
18
4.4 DE WONINGVOORRAAD
19
5
DE SITUATIE IN 2015
23
5.1
INLEIDING
23
5.2 OMVANG EN SAMENSTELLING VAN DE DOELGROEP IN 2015
R I G O
R e s e a r c h
e n
23
A d v i e s
B V
5.3
WOONSITUATIE VAN DE DOELGROEP IN 2015
28
5.4 HET NIEUWBOUWPROGRAMMA NADER BELICHT
33
6
35
BIJLAGEN
Bijlage 6-1 Bijlage 6-2 Bijlage 6-3 Bijlage 6-4 Bijlage 6-5 Bijlage 6-6 Bijlage 6-7 Bijlage 6-8 Bijlage 6-9 Bijlage 6-10 Bijlage 6-11 Bijlage 6-12 Bijlage 6-13 Bijlage 6-14 Bijlage 6-15 Bijlage 6-16
De woonsituatie van huishoudens in Nijmegen (2006) 36 De woonsituatie van huishoudens in de regiogemeenten (2006) 37 De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen (2006) 38 De woonsituatie van de doelgroep in regiogemeenten (2006) 39 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen (2006) 40 De woonsituatie van de doelgroep-plus in regiogemeenten (2006) 41 De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015, voorzichtig economisch scenario, basisprogramma 42 De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015, negatief economisch scenario, basisprogramma 43 De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015, positief economisch scenario, basisprogramma 44 De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015, negatief economisch scenario, aangepast programma 45 De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015, positief economisch scenario, aangepast programma 46 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen in 2015, voorzichtig economisch scenario, basisprogramma 47 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen in 2015, negatief economisch scenario, basisprogramma 48 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen in 2015, positief economisch scenario, basisprogramma 49 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen in 2015, negatief economisch scenario, aangepast programma 50 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen in 2015, positief economisch scenario, aangepast programma 51
SAMENVATTING
0 Samenvatting Een doelgroep van ruim 32.000 huishoudens Van de 83.870 huishoudens die in Nijmegen woonachtig zijn, behoren er 32.100 tot de doelgroep. In procenten gaat het hier om 38,2%. Bij dit aantal en percentage is het van belang te beseffen dat het hier om alle huishoudens gaat, dus inclusief de onzelfstandig wonenden. In Nijmegen woont – vooral ook vanwege de studentpopulatie – een belangrijk deel van de huishoudens onzelfstandig en het is derhalve van belang ook deze groep helder in beeld te krijgen. Als we de onzelfstandig wonende huishoudens niet mee zouden tellen, dan bestaat de doelgroep in Nijmegen uit 20.300 huishoudens (30,8% van de zelfstandig wonende huishoudens). Een nieuwe definitie De definitie van de doelgroep is met de intrede van het nieuwe zorgstelsel veranderd. Voorheen werd de aandachtsgroep afgebakend aan de hand van de ziekenfondsgrenzen die hun relevantie hebben verloren. In de nieuwe definitie wordt gebruik gemaakt van de inkomensgrenzen uit de Wet op de Huurtoeslag. Vooral als de vergelijking wordt gemaakt met onderzoeken uit het verleden is deze verandering in de definitie van groot belang. tabel 0-1
Omvang van de doelgroep volgens de nieuwe en de oude definitie
2002
oude definitie nieuwe definitie
2006
nieuwe definitie
Nijmegen inclusief exclusief onzelfstandig onzelfstandig wonenden wonenden 43% 37% 35% 30% 38%
31%
Nederland inclusief exclusief onzelfstandig onzelfstandig wonenden wonenden 31% 30% 24% 22% 28%
26%
Bron: WBO 2002, WoON 2006
In Nijmegen was de aandachtsgroep volgens de oude definitie in 2002 37% groot (43% inclusief de onzelfstandig wonenden). Volgens de nieuwe definitie is de doel-
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
I
II SAMENVATTING
groep in 2006 31% groot (38% inclusief de onzelfstandig wonenden). Hieruit kan echter niet worden geconcludeerd dat de doelgroep in omvang is afgenomen. Het tegendeel is het geval, want volgens de nieuwe definitie was de doelgroep in 2002 30% groot (35% inclusief de onzelfstandig wonenden). Feitelijk is de doelgroep dus de afgelopen jaren in omvang toegenomen. Samenstelling en woonsituatie De doelgroep bestaat voor het grootste deel uit alleenstaanden. In totaal is maar liefst 69% van de doelgroep alleenstaand. Dit hoge aandeel wordt mede beïnvloed door de vele studenten die in deze categorie vallen. Als we alleen naar de zelfstandig wonende doelgroep kijken ligt dit aandeel echter nog altijd rond de 50%. In totaal woont 37% van de doelgroep onzelfstandig. Van de zelfstandig wonenden woont veruit het grootste deel in de betaalbare huurwoningvoorraad van de corporaties. Het gaat om 44% als we kijken naar alle huishoudens en om 78% als we alleen kijken naar de zelfstandig wonenden. Daarnaast woont 9% van de doelgroep in de koopsector en 8% in de particuliere huur. Ten slotte woont 2% in het middeldure corporatiebezit. figuur 0-1
De woonsituatie en samenstelling van de doelgroep anno 2006 middelduur sociale huur 2%
duur sociale huur 0%
onzelfstandig / onbekend 37%
betaalbaar sociale huur 44%
1 pers. 65+ jr. 13%
2+ pers. 65+ jr. 6%
1 pers. < 23 jr. 21%
3+ pers. 45-64 jr. 6%
2+ pers. < 23 jr. 3%
2 pers. 45-64 jr. 3%
particuliere huur 8%
koop 9%
1 pers. 45-64 jr. 11%
3+ pers. 23-44 jr. 11%
2 pers. 23-44 jr. 2%
1 pers. 23-44 jr. 24%
Naast de doelgroep wordt in Nijmegen de doelgroep-plus onderscheiden. Van de Nijmeegse huishoudens behoren er 35.100 (42%) tot deze categorie. Toekomstige ontwikkelingen De belangrijkste ontwikkelingen voor de toekomst van de doelgroep zijn: 9
de economische ontwikkelingen,
9
de demografische ontwikkelingen en de
9
ontwikkeling van de woningvoorraad.
Hierbij geldt dat de laatste twee nauw aan elkaar gerelateerd zijn. Immers: de Nijmeegse bevolking groeit sneller als er meer woningen worden gebouwd. Andersom geldt dat als er weinig nieuwe huishoudens zich melden, er minder gebouwd zal worden. In dit onderzoek is zowel voor wat betreft de demografische ontwikkelin-
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
SAMENVATTING
gen als de ontwikkeling van de woningvoorraad uitgegaan van de meest recente gemeentelijke prognose. Op demografisch vlak is de belangrijkste verandering een toename van het aantal alleenstaanden in de middelste leeftijdsklassen (van 23 tot 64 jaar), een lichte vergrijzing en een toenemend aantal alleenstaande studenten. Per saldo zorgen deze ontwikkelingen voor een toename van het aantal huishoudens met ruim 10.000 in de periode tot 2015. De woningvoorraad neemt in dezelfde periode met ruim 14.200 woningen toe. Er wordt het komend decennium dus naar verwachting iets gedaan aan het oplossen van de woningschaarste. Hierdoor komen meer starters aan de bak, die doorstromen vanuit de onzelfstandige wooneenheden of vanuit het ouderlijk huis een start maken met de wooncarrière. Op economisch vlak zijn de vooruitzichten vrij positief. In dit onderzoek is op dit punt het CPB gevolgd, dat eind vorig jaar een nieuwe middellange termijnraming heeft opgesteld. In deze raming is uitgegaan van een voorzichtig scenario. In dit onderzoek is naast dit voorzichtige scenario een positief en negatief scenario geplaatst, om zo inzicht te krijgen in de bandbreedten waarbinnen de doelgroep zich zal gaan ontwikkelen. De doelgroep in 2015 In aantal huishoudens blijft de doelgroep de komende jaren volgens het voorzichtige economische scenario nagenoeg gelijk. In het negatieve scenario neemt de doelgroep met 1.560 huishouden toe, in het positieve scenario met 1.960 af. In relatieve zin betekent de stabilisatie van de aantallen een afname. Volgens het negatieve scenario neemt het aandeel huishoudens dat behoort tot de aandachtsgroep met 2% af, in het voorzichtige scenario met 4% en in het positieve scenario met 6%. Voor de doelgroep-plus geldt het omgekeerde. Deze blijft in relatieve zin nagenoeg gelijk – rond de 42% van de huishoudens behoort tot deze groep. In aantal betekent dit echter een toename van ruim 4.000 huishoudens. Er zijn hierbij nauwelijks verschillen tussen de diverse economische scenario’s omdat als het economisch goed gaat er (1) meer mensen vanuit de doelgroep tot de doelgroep-plus gaan behoren en (2) meer mensen door inkomensstijging de doelgroep-plus ontstijgen. Dit soort toe- en afnamen heffen elkaar grotendeels op. Woonsituatie en samenstelling in 2015 Zowel in absolute als relatieve zin neemt het aantal jongeren in de doelgroep toe. De reden hiervan is dat studenten weinig tot niet profiteren van de verwachte economische groei. Daarnaast neemt het nu al hoge aantal alleenstaanden in de doelgroep toe. Deze toename is overigens vooral te wijten aan een overall toename van het aantal alleenstaanden. Het aandeel alleenstaanden dat tot de doelgroep behoort neemt de komende jaren af als gevolg van de economische groei. De belangrijkste verandering in de woonsituatie van de doelgroep is de afname van het aantal huishoudens dat onzelfstandig woont. De nu nog onzelfstandig wonende huishoudens (veelal jongeren) komen in de toekomst naar verwachting vaker
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
III
IV SAMENVATTING
terecht in de betaalbare meergezinshuurwoningen. Dit mede doordat dit segment via de nieuwbouw vrij flink wordt uitgebreid. figuur 0-2
De doelgroep in Nijmegen in 2006 en 2015 naar huishoudentype en economisch scenario 9.000
negatief scenario voorzichtig scenario
8.000
positief scenario 7.000
2006
6.000 5.000 4.000 3.000 2.000 1.000
< 23 jr.
45-64 jr.
2+ pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
3+ pers.
23-44 jr.
65+ jr.
De woonsituatie van de doelgroep in 2006 en 2015 volgens verschillende economische scenario’s 14.000
2015 negatief 2015 voorzichtig
12.000
2015 positief 2006
10.000 8.000 6.000 4.000 2.000
eengezins koop
vrije sector
(middel)duur
betaalbaar
vrije sector
(middel)duur
betaalbaar
(middel)duur
bereikbaar
0 goedkoop
figuur 0-3
2 pers.
1 pers.
2+ pers.
1 pers.
0
meergezins huur
onzelfstandig
Effecten van nieuwbouw De effecten van de differentiatie van de nieuwbouw op de woonsituatie van de doelgroep zijn – anders dan die van de woningbouwaantallen - vrij beperkt. De
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
SAMENVATTING
bestaande voorraad heeft hiervoor een te groot overwicht. Daarnaast is er in dit onderzoek van uitgegaan dat de verdelingsprincipes gelijk blijven. Toch is nieuwbouw uiteraard een belangrijk sturingsinstrument. Om deze reden is in onderzoek nader verkend hoe de nieuwbouw er qua differentiatie uit zou komen te zien, als elk type huishouden (naar leeftijd, samenstelling en inkomen) in 2015 op exact gelijke wijze zou wonen als dat in 2006 het geval is. Dan blijkt dat het actuele nieuwbouwprogramma een vrij grote overmaat aan appartementen kent. Voor een deel kunnen deze worden benut om de starters te huisvesten die nu nog onzelfstandig wonen. Zeker in de koopsector geldt echter dat er dan nog altijd een overmaat resteert. Segmenten waarin gegeven de in de toekomst verwachte ontwikkelingen weinig gebouwd wordt, zijn de duurdere eengezinskoopwoningen en eengezinshuurwoningen. De doelgroep in regionaal perspectief Relatief gezien wonen er in Nijmegen meer huishoudens die behoren tot de doelgroep dan in de regio. Dit is weinig verrassend gezien de studentenpopulatie en het grote aandeel alleenstaanden dat past bij de populatie van een grote stad. Toch kan hier geen volledige verklaring mee worden geboden. Ook voor bijvoorbeeld gezinnen met kinderen geldt dat Nijmegen een relatief hoog aandeel van de regionale doelgroep opvangt. De regiogemeenten gaan in hun nieuwbouwplannen uit van een erg groot aandeel betaalbare woningbouw. Als ze deze plannen ook daadwerkelijk realiseren, dan wordt het evenwicht in de regio wat meer hersteld. Naar verwachting zullen er dan duizend huishoudens behorende tot de doelgroep vanuit Nijmegen naar de aangrenzende gemeenten vertrekken. De onderzoeksvraag beantwoord De door de opdrachtgevers meegegeven centrale onderzoeksvraag voor dit onderzoek was drieledig: 1.
“Wat is de huidige omvang van de doelgroep in Nijmegen,
2.
hoe is deze gehuisvest en
3.
wat zijn realistische scenario’s voor de ontwikkeling, in relatie met verwachte woningbouwontwikkelingen?”
De antwoorden op deze vragen luiden in het kort: 1
De omvang van de doelgroep bedraagt 32.080 huishoudens inclusief de onzelfstandig wonenden en 20.330 huishoudens exclusief de onzelfstandig wonenden (zie ook tabel 0-2);
2
Van de doelgroep woont 37% onzelfstandig en een kleine 45% woont in de betaalbare sociale huursector. Daarnaast woont 9% in de koopsector, 8% in de particuliere huur een kleine 2% in een middeldure corporatiewoning;
3
Het is de verwachting dat de doelgroep in de periode tot 2015 in aantal ongeveer gelijk van omvang zal blijven. De belangrijkste verschuiving qua woonsi-
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
V
VI SAMENVATTING
tuatie is dat door de aanzienlijke woningbouw meer huishoudens de stap van onzelfstandig naar zelfstandig kunnen maken. Deze huishoudens komen vooral in de betaalbare meergezinshuurwoningen terecht. tabel 0-2
De woonsituatie van de doelgroep in 2006 en in 2015 (volgens het voorzichtig economische scenario en het basisprogramma nieuwbouw)
onzelfstandig
2006 690 840 1.320 15.950 1.010 530 11.750
2015 980 1.080 1.400 17.030 1.210 500 9.700
totaal
32.080
31.900
koop
huur
R I G O
goedkoop bereikbaar (middel)duur betaalbaar (middel)duur vrije sector
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
INLEIDING
1 Inleiding 1.1
Aanleiding In Nijmegen bestaat de gewoonte om periodiek onderzoek te doen naar het wel een wee op de lokale woningmarkt. Specifieke aandacht gaat hierbij traditioneel uit naar de ‘doelgroep van beleid’. Met name deze groep wil de gemeente in samenspraak met haar partners op de woningmarkt ondersteunen. Gemeente Nijmegen en de in Nijmegen werkzame corporaties – verenigd in het Platform Nijmeegse Woningcorporaties – hebben afgesproken in 2007 onderzoek te verrichten naar de woonsituatie van de doelgroep. Op basis van een helder cijfermatig inzicht - inclusief de verwachtingen voor wat betreft de ontwikkeling van de doelgroep in de toekomst – wordt bekeken of de prestatieafspraken tussen gemeenten en corporaties zullen worden herzien. Één van de methoden om de kansen van de doelgroep te beïnvloeden, is het in stand houden van voldoende betaalbare woningen. ‘In stand houden’ moet hierbij niet letterlijk worden genomen, feitelijk gaat het ook om het toevoegen van betaalbare woningen via nieuwbouw. Op dit punt is er in het coalitieakkoord – van het in 2006 gevormde college bestaande uit de PvdA, de SP en Groenlinks – opgenomen dat in de nieuwbouw gestreefd wordt naar de realisatie van 3.000 goedkope huurwoningen (onder de aftoppingsgrens) en 1.000 goedkope koopwoningen. Deze afspraak uit het coalitieakkoord roept de vraag op welke invloed van een dergelijke maatregel uitgaat.
1.2
Vraagstelling Voor gemeente Nijmegen en het Platform Nijmeegse Woningcorporaties is voorgaande aanleiding geweest om RIGO te vragen de omvang en de woonsituatie van de doelgroep in beeld te brengen in 2006 en 2015. Bij de toekomstverkenning voor 2015 gaat het niet alleen om het bepalen van de omvang van de doelgroep, maar ook om te kijken hoe deze – gegeven een bepaald nieuwbouwprogramma – naar verwachting woonachtig is.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
1
2 INLEIDING
Omdat Nijmegen niet als eiland kan worden beschouwd, moet hierbij tevens worden bekeken wat het effect van de woningbouw in de omliggende gemeenten is: Beuningen, Groesbeek, Heumen, Lingewaard, Ubbergen en Wijchen. Deze gemeenten worden in de rest van dit onderzoek simpelweg aangeduid als regiogemeenten. De opdrachtgevers hebben voorafgaand aan het onderzoek de volgende centrale onderzoeksvraag geformuleerd: “Wat is de huidige omvang van de doelgroep in Nijmegen, hoe is deze gehuisvest en wat zijn realistische scenario’s voor de ontwikkeling, in relatie met de verwachte woningbouwontwikkelingen”. Bij het beantwoorden van deze vraag in het vervolg van deze rapportage wordt niet alleen ingegaan op de doelgroep, maar ook op de zogenoemde ‘doelgroep-plus’.
1.3
Leeswijzer De ‘snelle lezer’ verwijzen wij door naar de samenvatting aan het begin van dit rapport. De onderzoeksresultaten zijn in dit rapport op een feitelijke wijze weergegeven. De vertaalslag naar afspraken over de benodigde omvang van de betaalbare woningvoorraad wordt bewust nog niet gemaakt. Wel is er in de rapportage naar gestreefd de feiten zo helder mogelijk weer te geven, zodat interpretatieverschillen worden voorkomen. Op deze wijze wordt een goede cijfermatige onderlegger gecreëerd voor het vervolgtraject. Het rapport kent de volgende opbouw: 9
In hoofdstuk 2 wordt de gehanteerde onderzoeksmethode nader toegelicht, evenals de gehanteerde begrippen.
9
In hoofdstuk 3 worden de omvang en de woonsituatie van de doelgroep in 2006 omschreven.
9
Hoofdstuk 4 handelt over de te verwachten ontwikkelingen – op het punt van demografie, economie en de woningvoorraad - in de periode tot 2015.
9
In hoofdstuk 5 wordt omschreven welke effecten deze ontwikkelingen hebben op de omvang én de woonsituatie van de doelgroep.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
BEGRIPPEN EN METHODEN
2 Begrippen en methoden 2.1
Inleiding Hoewel termen als ‘aandachtsgroep’, ‘(primaire) doelgroep’ en ‘betaalbare woningvoorraad’ zeer veel gebruikt worden, is vaak onduidelijk wat men hier nu exact onder verstaat. Vaak denkt men te spreken in gelijke termen, maar blijkt uiteindelijk dat de definities verschillen. In een onderzoeksrapport waarin juist dit soort termen centraal staan, ontkomt men er niet aan een prominente plek te reserveren voor het begrippenkader. Dit zeker anno 2007, omdat er de afgelopen jaren veel is veranderd in het begrippenkader, vooral ten aanzien van de doelgroep. Hetzelfde geldt voor de (meet)methode waarmee de omvang van de doelgroep wordt bepaald. Voor het eerst wordt hierbij – in ieder geval op landelijk niveau – gebruikgemaakt van registraties in plaats van vragenlijsten. In dit hoofdstuk worden de belangrijkste definities – en de veranderingen die hierin hebben plaatsgevonden – en de gehanteerde onderzoeksmethode belicht.
2.2
Doelgroepen De invoering van de basisverzekering voor de ziektekosten De definitie van de ‘doelgroep’ is de afgelopen jaren vrij ingrijpend veranderd. Dit is een gevolg van de invoering van de nieuwe basisverzekering voor de ziektekosten. Voorheen werd gebruikgemaakt van de ziekenfondsgrenzen, maar deze hebben hun relevantie grotendeels verloren. De doelgroep volgens de oude definitie wordt in dit hoofdstuk aangeduid als ‘aandachtsgroep’. De Wet op de huurtoeslag De nieuwe definitie van de doelgroep is wederom gebaseerd op rijksregelgeving. Hierbij wordt de afbakening van de doelgroep afgeleid van de Wet op de huurtoeslag. Grofweg zou men de doelgroep anno 2007 kunnen definiëren als ‘huishoudens die aanspraak kunnen maken op huurtoeslag’.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
3
4 BEGRIPPEN EN METHODEN
In meer detail geldt het volgende: 9
de inkomensgrenzen van de doelgroep worden ontleend aan de Wet op de huurtoeslag;
9
er wordt daarnaast – voor het eerst, conform de Wet op de huurtoeslag – ook rekening gehouden met het vermogen van het betreffende huishouden;
9
ook de woonsituatie van huishoudens wordt bij de definitie betrokken.
Op dit laatste punt is de nieuwe definitie – of beter: het gebruik ervan - niet geheel eenduidig. In landelijke onderzoeken en rapportages wordt ervan uitgegaan dat alle particuliere huishoudens tot de doelgroep kunnen behoren. Dit terwijl de Wet op de huurtoeslag huishoudens in onzelfstandige woonruimten (of inwonende huishoudens) uitsluit van een mogelijke toeslag. In Nijmegen rekent men traditioneel alleen de zelfstandig wonende huishoudens tot de doelgroep. Dit vooral omdat in een studentenstad als Nijmegen anders een sterk vertekend beeld zou ontstaan. In dit onderzoek is met deze traditie gebroken en worden (net als in landelijke onderzoeken) alle huishoudens – zelfstandig en onzelfstandig wonend - tot de doelgroep gerekend. De omvang van de doelgroep verandert als gevolg van deze keuze in de toekomstverkenning puur en alleen als gevolg van de demografische en economische ontwikkelingen. Als alleen de zelfstandig wonenden tot de doelgroep zouden worden gerekend, zou de omvang tevens worden beïnvloed door de omvang en samenstelling van het bouwprogramma. Het ene bouwprogramma biedt namelijk meer kansen aan jongeren om zelfstandig te gaan wonen dan het andere. Cijfermatige consequenties van de nieuwe definitie Het lastige van veranderingen in definities is dat het weergeven van trends niet altijd mogelijk blijft. Dit is – helaas – ook het geval bij bovenstaande wijziging. In de landelijke kernpublicatie op basis van het WBO 2002 werd gesproken over een aandachtsgroep van 31%. In de nieuwe kernpublicatie ‘Wonen op een rijtje’ wordt gesproken over een doelgroep van 28%. Als men deze cijfers leest dan lijkt de doelgroep te zijn afgenomen. Dit is echter een onjuiste conclusie, want volgens de nieuwe definitie bedroeg de doelgroep in 2002 niet 31%, maar 24%. Feitelijk is de doelgroep dus toegenomen van 24% naar 28%. tabel 2-1
Omvang van de doelgroep volgens de nieuwe en de oude definitie
2002
oude definitie nieuwe definitie
2006
nieuwe definitie
Nijmegen inclusief exclusief onzelfstandig onzelfstandig wonenden wonenden 43% 37% 35% 30% 38%
31%
Nederland inclusief exclusief onzelfstandig onzelfstandig wonenden wonenden 31% 30% 24% 22% 28%
26%
Bron: WBO 2002, WoON 2006
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
BEGRIPPEN EN METHODEN
Voor Nijmegen geldt een soortgelijk verschil. Uit het WoningBehoefteOnderzoek 2002/2003 van de gemeente Nijmegen1 blijkt dat in 2002 37% van de zelfstandig wonende huishoudens tot de aandachtsgroep behoort (zie ook tabel 2-1). Echter, volgens de nieuwe definitie behoorde destijds niet meer dan 30% tot de doelgroep. Uit dit onderzoek blijkt dat de doelgroep in 2006 bestaat uit 31% van de zelfstandig wonende huishoudens. Als we terugkijken naar het verleden is er dus geen sprake van een afname van de doelgroep (van 37% naar 31%) maar van een toename van 30% naar 31%. De doelgroep-plus De doelgroep-plus is in dit onderzoek gedefinieerd als ‘huishoudens die onvoldoende in staat zijn zich op de reguliere koopmarkt te begeven’. Bij het afbakenen van de doelgroep-plus is alleen rekening gehouden met inkomen, waarbij een maximumgrens is gesteld op €35.000 (besteedbaar jaarinkomen). Bij deze afbakening is geen rekening gehouden met het eventuele vermogen van huishoudens (al dan niet geïnvesteerd in de eigen woning).
2.3
Het aanbod Ook over prijsklassen bestaan vaak misverstanden. Wat ‘middelduur’ is in Nijmegen, kan in Amsterdam best wel eens als goedkoop worden beschouwd. In Nijmegen wordt de grens van goedkoop gelegd op € 172.000 en de grens van bereikbaar op € 225.000. Alle categorieën boven deze grens – middelduur, duur - zijn in dit onderzoek samengenomen omdat deze categorieën naar verwachting slechts een beperkte rol spelen bij de opvang van de doelgroep.
tabel 2-2
De gehanteerde segmentering naar prijsklasse (prijspeil 1-1-2007)
Koop
Huur
goedkoop bereikbaar (middel)duur betaalbaar middelduur vrije sector
< € 172.000 € 172.000 tot € 225.000 >/= € 225.000 < € 485 € 485 tot € 615 >/= € 615
In de huursector is de grens van de betaalbare voorraad gesteld op € 485 per maand, de eerste aftoppingsgrens (voor een- en tweepersoonshuishoudens). De grens van het middensegment is gesteld op € 615. Alles boven deze grens noemen we vrije sector.
voetnoot 1
WoningBehoefteOnderzoek 2002/2003 Nijmegen, februari/juli 2004, Afdeling Onderzoek en Statistiek.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
5
6 BEGRIPPEN EN METHODEN
2.4
Methoden Van WBO naar WoON Het landelijke WBO was ooit bedoeld als opvolger van de landelijke volkstellingen. Het onderzoek had dan ook lange tijd als belangrijk doel het vergaren van kwantitatieve informatie over het aantal woningen en huishoudens. Anno 2006 is dit een achterhaalde doelstelling, want via de GBA en het Kadaster en diverse andere (CBS) registraties zijn de meeste cijfers al bekend. Met de overgang naar het WoON is de nadruk meer op het achterhalen van kwalitatieve (achtergrond) informatie komen te liggen. Een logisch gevolg van de trend die met de afgelopen WBO’s al was ingezet. Meer dan voorheen is bij het WoON gebruikgemaakt van bestaande registraties, terwijl tegelijkertijd de omvang van de steekproef iets is teruggebracht. In het kader van dit onderzoek is het vooral van belang dat de inkomens in het WoON niet langer zijn gebaseerd op de – in veel gevallen niet helemaal betrouwbare – antwoorden van respondenten, maar op feitelijke registraties van de belastingsdienst. Daarnaast is het door de koppeling van belastinggegevens mogelijk geworden rekening te houden met het vermogen van huishoudens – een mogelijkheid waarvan bij het benoemen van de doelgroep zoals eerder gezegd dankbaar gebruik is gemaakt. Het gebruik van bestaande registraties In het nieuwe WoON wordt meer dan voorheen geleund op bestaande registraties. Dit niet alleen voor wat betreft de inhoudelijke vulling (zoals het koppelen van gegevens van de belastingsdienst), maar ook bij weging van bestanden. Middels wegingprocedures worden de verhoudingen in het enquêtebestand kloppend gemaakt met de landelijke randtotalen (die worden ontleend aan registraties). Ook in het onderhavige onderzoek is een dergelijke wegingprocedure toegepast. Hierbij hebben we eerst een selectie gemaakt uit het WoON-bestand. Hierbij zijn uiteraard de cases uit Nijmegen zelf geselecteerd, aangevuld met enkele cases uit gemeenten die grote gelijkenissen vertonen met Nijmegen.2 Het zo verkregen bestand is via een Iteratief Proportionele Fit (IPF) herwogen zodat de aantallen in het bestand exact overeenkomen met de Nijmeegse randtotalen (voor wat betreft huishoudens en woningen). Het via deze weg verkregen databestand vormt de basis voor de in dit onderzoek weergegeven analyses.
voetnoot 2
In het WoON zitten 392 cases die woonachtig zijn in Nijmegen, waarvan er 320 zelfstandig wonen. Deze steekproefomvang is te klein om representatieve uitspraken te doen. Vandaar dat de selectie van Nijmeegse cases is verrijkt met gegevens uit referentiegebieden.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2006
3 De situatie in 2006 3.1
Inleiding Bij de raming van de omvang en samenstelling van de doelgroep is zoals gezegd zoveel mogelijk uitgegaan van harde gegevens, uit bestaande registraties. Hierbij zijn vooral de huishoudensamenstelling van de Nijmeegse bevolking en de samenstelling van de woningvoorraad van belang. Deze ‘harde randtotalen’ worden besproken in paragraaf 3.2. In de hierop volgende paragraaf wordt een beeld geschetst van de omvang en samenstelling van de doelgroep. Hierbij worden de regiogemeenten als referentie meegenomen, waardoor een helder beeld ontstaat van de rol die Nijmegen als centrale stad in de regio vervult. Nadat de doelgroep is belicht, wordt kort ingegaan op de doelgroep-plus. Vervolgens wordt het hoofdstuk afgesloten met een beknopte samenvatting.
3.2
De harde randtotalen De huishoudens Op 1 januari 2006 wonen in de gemeente Nijmegen 83.873 particuliere huishoudens van vijftien jaar en ouder (bron:CBS). Een particulier huishouden bestaat – volgens de definitie van het CBS – “uit een of meer personen die alleen of samen in een woonruimte zijn gehuisvest en zelf in hun dagelijks onderhoud voorzien”.3 In de regiogemeenten wonen tezamen 60.511 particuliere huishoudens. In figuur 3-1 staat de samenstelling van deze huishoudens naar type en leeftijd weergegeven.
voetnoot 3
Naast particuliere huishoudens onderscheidt het CBS de bevolking in institutionele huishoudens, die “bestaat uit personen voor wie in huisvesting en in dagelijkse levensbehoeften door derden bedrijfsmatig wordt voorzien. Het betreft onder meer personen in verzorgingshuizen, verpleeghuizen en psychiatrische inrichtingen.”
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
7
8 DE SITUATIE IN 2006
Huishoudensamenstelling in Nijmegen en de regio op 1 januari 2006 25%
25.000
20%
20.000
15%
15.000
abs. Nijmegen abs. Regio perc. Nijmegen
15 tot 23 jaar
23 tot 44 jaar
45-64 jaar
perc. Regio
Gezin
Samenwonend
Alleenstaand
Gezin
Samenwonend
Alleenstaand
0 Gezin
0% Samenwonend
5.000
Alleenstaand
5%
Gezin
10.000
Samenwonend
10%
Alleenstaand
figuur 3-1
65 jaar e.o.
Bron: CBS
Nijmegen kenmerkt zich – zoals veel grote steden - door een relatief jonge bevolking, met relatief veel alleenstaande huishoudens. De alleenstaande 23- t/m 44jarigen vormen in Nijmegen de grootste groep. Ook de 15- t/m 22-jarigen zijn goed vertegenwoordigd, terwijl deze groep in de regio maar zeer beperkt vertegenwoordigd is. In andere woorden: de studentenpopulatie is duidelijk zichtbaar in de leeftijdsopbouw van de huishoudens. Ook is duidelijk dat gezinnen met kinderen vaker in de regiogemeenten wonen dan in het stedelijke Nijmegen. De woningvoorraad De woningvoorraad in Nijmegen bestaat uit 69.529 woningen (bron: WOZregistratie). De regio kent een woningvoorraad van 59.470 woningen. Het aantal huishoudens is zeker in Nijmegen groter dan het aantal woningen. Dit heeft wederom te maken met de studentenpopulatie die grotendeels in zogenoemde ‘onzelfstandige woonruimten’ of ‘bewoonde andere ruimten (BAR)’ verblijft. Deze categorie is in dit onderzoek als apart woontype meegenomen. In totaal gaat het in 2006 om 14.847 huishoudens die onzelfstandig wonen. In de analyses zijn hierbij opgeteld de 3.502 woningen die zich moeilijk laten indelen bij een bepaald woningtype (woningen boven winkels bijvoorbeeld). De samenstelling van dit deel van de voorraad is divers en voor een belangrijk deel geldt dat de populatie overeenkomt met die van de onzelfstandige woonruimten. In totaal komt de categorie ‘onzelfstandig en overige woningen’ uit op 17.849 eenheden. In de regio bedraagt dit aantal slechts 1.041 wooneenheden. In figuur 3-2 staat de verdeling van de woningvoorraad naar eigendomsverhouding, vorm en prijs. Uit de figuur komt wederom het standaardverschil tussen stad R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2006
en platteland naar voren: terwijl in Nijmegen de goedkope huursector sterk vertegenwoordigd is, geldt dit in de regio voor de duurdere (luxe) koopwoningen. Woningvoorraad 2006 in Nijmegen en de regio
25.000
20%
20.000
15%
15.000
10%
10.000
5%
5.000
0%
0
mg
eg
koop
part. huur eg
middelduur
betaalbaar
bereikbaar
goedkoop
eg
abs. Nijmegen abs. Regio perc. Nijmegen perc. Regio
part. huur mg onzelf.+ overig
25%
vrije sector
30.000
betaalbaar
35.000
30%
vrije sector
35%
middelduur
40.000
(middel)duur
45.000
40%
(middel)duur
50.000
45%
bereikbaar
50%
goedkoop
figuur 3-2
mg sociale huur
overig
Bron: Nijmegen: Gemeente Nijmegen, Regiogemeenten: CBS en WoON
Woonsituatie van de Nijmeegse huishoudens in 2006 100% onzelfstandig / overig
90%
huur meergezins huur eengezins
80%
koop meergezins 70%
koop eengezins
60% 50% 40% 30% 20% 10%
< 23 jr.
23-44 jr.
45-64 jr.
2+ pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
2+ pers.
0% 1 pers.
figuur 3-3
65+ jr.
Bron: WoON 2006, Gemeente Nijmegen, CBS; Bewerking RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
9
10 DE SITUATIE IN 2006
Woonsituatie van huishoudens Een van de belangrijkste toegevoegde waarden van het WoON – en andere woningmarktonderzoeken – is dat er een één-op-één-relatie kan worden gelegd tussen huishoudens en woningen (met elk hun eigen specificaties). In andere woorden: de woonsituatie van huishoudens kan in kaart worden gebracht. In dit onderzoek is op basis van een selectie van cases (zie ook hoofdstuk 2) een referentietabel opgesteld. Deze referentietabel is als basis genomen voor de verdeling van de huishoudens over de woningen. Op basis van deze tabel en de eerder in deze paragraaf besproken randtotalen voor de gemeente Nijmegen is een gedetailleerde raming gemaakt van de woonsituatie van de Nijmeegse huishoudens. Het resultaat van deze exercitie staat weergegeven in bijlage 0 en is samengevat in figuur 3-3. De figuur laat duidelijk zien dat het vooral de jongeren zijn die onzelfstandig wonen, terwijl de gezinnen in de middelbare leeftijd vooral in de koopsector te vinden zijn.
3.3
De doelgroep Omvang en samenstelling Van het totaal aantal huishoudens behoort in Nijmegen 38% tot de doelgroep. Kijken we alleen naar de zelfstandig wonende huishoudens (exclusief overig woningtype) dan bedraagt dit aandeel 31%. Van de huishoudens die in onzelfstandige woonruimte wonen, behoort maar liefst 66% tot de doelgroep. De omvang en samenstelling van de doelgroep in Nijmegen (alleen zelfstandig wonenden exclusief overig woningtype)
totaal
aandeel doelgroep
65+ jr.
aantal doelgroep
45-64 jr.
totaal aantal huishoudens
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
zelfstandig wonende huishoudens D E F (= E / D)
aandeel doelgroep
< 23 jr.
alle huishoudens B C (= B / A) aantal doelgroep
A totaal aantal huishoudens
tabel 3-1
7.665 1.055 18.955 6.290 10.995 8.690 6.855 8.930 8.045 6.395 83.870
6.770 890 7.800 745 3.380 3.460 1.075 1.785 4.105 2.075 32.080
88,3% 84,4% 41,2% 11,8% 30,7% 39,8% 15,7% 20,0% 51,0% 32,4% 38,2%
680 930 11.450 6.035 10.565 7.915 6.500 8.585 7.290 6.070 66.025
470 855 3.740 660 3.135 3.240 945 1.625 3.780 1.885 20.335
69,1% 91,9% 32,7% 10,9% 29,7% 40,9% 14,5% 18,9% 51,9% 31,1% 30,8%
Bron: WoON 2006, bewerking RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2006
In absolute aantallen bestaat de doelgroep in Nijmegen uit 32.080 huishoudens, waarvan er ruim 20.000 zelfstandig wonen. Voor het grootste deel bestaat de doelgroep uit alleenstaanden. In totaal gaat het om 22.135 alleenstaande huishoudens die tot de doelgroep behoren, 69% van de totale doelgroep. Een belangrijk deel van deze alleenstaanden woont onzelfstandig, als alleen naar de zelfstandig wonende doelgroep wordt gekeken is 49% alleenstaand. Het gaat hier om alleenstaanden in verschillende leeftijden, zowel jong als oud. figuur 3-4
De huishoudensamenstelling van de doelgroep in Nijmegen (2006)
1 pers. 65+ jr. 13%
2+ pers. 65+ jr. 6%
1 pers. < 23 jr. 21%
3+ pers. 45-64 jr. 6%
2+ pers. < 23 jr. 3%
2 pers. 45-64 jr. 3% 1 pers. 45-64 jr. 11% 3+ pers. 23-44 jr. 11%
1 pers. 23-44 jr. 24% 2 pers. 23-44 jr. 2%
Bron: WoON 2006, bewerking RIGO
Het aandeel van het totaal aantal huishoudens dat tot de doelgroep behoort (zie tabel 3-1) is veruit het grootst onder de jongeren. Van de huishoudens onder de 23 jaar behoort meer dan 80% tot de doelgroep. Het gaat hier vooral om studenten, die nog aan hun maatschappelijke carrière moeten beginnen. Ook bij alleenstaande 65-plussers is het aandeel dat tot de doelgroep behoort hoog: 51%. De sterke samenhang tussen de leeftijd en het aandeel dat tot de doelgroep behoort, maakt dat demografische ontwikkelingen van groot belang zijn voor de toekomstige ontwikkeling van de doelgroep. In hoofdstuk 4 en 5 gaan we hier nader op in. De woonsituatie van de doelgroep Zeker in de jongere leeftijdsklassen woont een belangrijk deel van de doelgroep in onzelfstandige woonruimten. Deze studenten zijn voor een belangrijk deel verantwoordelijk voor het gegeven dat in totaal 37% van de Nijmeegse doelgroep onzelfstandig woont. De overige doelgroep woont vooral in de betaalbare sociale huursector: 37% (78% als we alleen kijken naar de zelfstandig wonenden). Daarnaast woont 9% in de koopsector, 8% in de particuliere huursector. Een kleine 2% van de doelgroep woont in een middeldure corporatiewoning. In bijlage 0 staat een meer gedetailleerd beeld gegeven van de woonsituatie van de Nijmeegse doelgroep.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
11
12 DE SITUATIE IN 2006
De woonsituatie van de doelgroep, naar huishoudentype 100%
sociale huur betaalbaar sociale huur middelduur
90%
sociale huur duur 80%
particuliere huur koop
70%
onzelfstandig / overig
60% 50% 40% 30% 20% 10%
< 23 jr.
23-44 jr.
45-64 jr.
2+ pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
2+ pers.
0% 1 pers.
figuur 3-5
65+ jr.
totaal
Bron: WoON 2006, bewerking RIGO
De doelgroep-plus In Nijmegen behoort 42% van de huishoudens tot de doelgroep-plus. Tezamen met de doelgroep zelf, behoort dus 80% van de Nijmeegse huishoudens tot een van de doelgroepen (zie ook figuur 3-6). Hierbij geldt uiteraard voor de doelgroep-plus dat deze lang niet altijd specifieke beleidsaandacht nodig heeft. Wel geldt dat deze groep met de huidige woningprijzen moeite heeft om een koopwoning te bemachtigen en derhalve (deels) op de huursector is aangewezen. Dit uiteraard voor zover men op dit moment nog geen koopwoning bezit, waarover later meer. Als de samenstelling van de doelgroep-plus wordt vergeleken met die van de doelgroep, dan valt vooral op dat de jongeren ontbreken (zie ook figuur 3-7). De doelgroep-plus bestaat veelal uit huishoudens in de leeftijd van 23 tot 45 jaar (48%) en 45 tot 65 jaar (30%).
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2006
figuur 3-6
De Nijmeegse huishoudens naar doelgroep, doelgroep-plus en overige huishoudens 100%
overige huishoudens
90%
doelgroep-plus doelgroep
80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10%
< 23 jr.
23-44 jr.
45-64 jr.
2+ pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
2+ pers.
1 pers.
0%
65+ jr.
totaal
Bron: WoON 2006, bewerking RIGO
De samenstelling van de doelgroep en de doelgroep-plus in Nijmegen 35%
doelgroep (n = 32.080) doelgroep-plus (n = 35.105)
30%
25%
20%
15%
10%
5%
< 23 jr.
23-44 jr.
45-64 jr.
2+ pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
2+ pers.
0% 1 pers.
figuur 3-7
65+ jr.
Bron: WoON 2006, bewerking RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
13
14 DE SITUATIE IN 2006
figuur 3-8
De woonsituatie van de doelgroep-plus, naar huishoudentype 100%
sociale huur betaalbaar sociale huur middelduur sociale huur duur
80%
particuliere huur koop onzelfstandig / overig
60%
40%
20%
< 23 jr.
23-44 jr.
45-64 jr.
2+ pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
2+ pers.
1 pers.
0%
65+ jr.
totaal
Bron: WoON 2006, bewerking RIGO
Het aandeel dat onzelfstandig woont, ligt bij de doelgroep-plus vanwege het ontbreken van de studentenpopulatie uiteraard lager dan bij de doelgroep. Van de doelgroep-plus woont (slechts) 16% onzelfstandig. Het merendeel van de zelfstandig wonenden woont in de betaalbare sociale huur (35%). Ook vinden we de doelgroep-plus relatief vaak terug in de koopsector (30%) en de particuliere huursector (15%, zie ook figuur 3-8) .
3.4
De doelgroep in perspectief Het landelijk gemiddelde Uit de landelijke kernpublicatie ‘Wonen op een rijtje’ blijkt dat van de Nederlandse huishoudens 28% tot de doelgroep behoort. Het Nijmeegse aandeel van 38% ligt hiermee ruim boven het landelijk gemiddelde. Hierbij geldt dat Nijmegen geen uitzondering onder de Nederlandse steden is. In figuur 3-9 is te zien dat het aandeel in Nijmegen tussen het gemiddelde van de G4 en de G27 in ligt. Kortom: het aandeel is vrij goed vergelijkbaar met andere steden in het land. In de figuur is tevens te zien dat hetzelfde geldt voor de doelgroep-plus.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2006
figuur 3-9
Omvang van de doelgroep en doelgroep-plus in Nijmegen, de regiogemeenten, de G4 en G27 en Nederland 90% doelgroep-plus doelgroep
80% 70% 60%
42%
42%
42% 50%
43% 43%
40% 30% 20%
39%
38% 28%
10%
34%
19%
0% Nijmegen
Regio
Nederland
G4
G27
Bron: WoON 2006, bewerking RIGO
De regionale spreiding De figuur laat tevens zien dat in Nijmegen een relatief groot deel van de regionale doelgroep woonachtig is. In de regiogemeenten ligt het aandeel huishoudens dat tot de doelgroep behoort vele malen lager, rond de 19%. Voor een belangrijk deel kunnen de verschillen tussen ‘stad en platteland’ worden verklaard door de samenstelling van de woningvoorraad en de typische stadsbevolking van Nijmegen (met relatief veel alleenstaanden). Echter, in figuur 3-10 is te zien dat hiermee geen volledige verklaring voor het verschil is gevonden. Bij elk van de onderscheiden huishoudentypen ligt het aandeel dat tot de doelgroep behoort in Nijmegen hoger dan in de regiogemeenten. Kortom: Nijmegen vervult een belangrijke rol in de regionale opvang van de lagere inkomens.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
15
16 DE SITUATIE IN 2006
figuur 3-10
De doelgroep en doelgroep-plus als aandeel van het totaal aantal huishoudens naar huishoudensamenstelling in Nijmegen en de regiogemeenten 100%
nijmegen doelgroep-plus nijmegen doelgroep
90%
regio doelgroep-plus regio doelgroep
80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 1 2+ 1 2 3+ 1 2 3+ 1 2+ pers. pers. pers. pers. pers. pers. pers. pers. pers. pers. < 23 jr.
23-44 jr.
45-64 jr.
65+ jr.
totaal
Bron: WoON 2006, bewerking RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
TOEKOMSTIGE ONTWIKKELINGEN
4 Toekomstige ontwikkelingen
4.1
Inleiding Voor de toekomstige ontwikkeling van de – woonsituatie van – de doelgroep zijn verschillende zaken van belang. Ten eerste zijn dat de demografische ontwikkelingen. Eerder hebben we immers gezien dat onder jongeren – en oudere alleenstaanden – het aandeel dat tot de doelgroep hoort hoger is dan in andere leeftijdsklassen. Ten tweede zijn natuurlijk de economische ontwikkelingen van belang. Meer specifiek: de mate waarin de economische ontwikkelingen leiden tot inkomensstijgingen. Ten slotte is – daar waar het gaat om de woonsituatie van de doelgroep, uiteraard van belang hoe de woningvoorraad zich ontwikkelt. In deze paragraaf worden de verwachte ontwikkelingen op bovenstaande punten omschreven. In het volgende hoofdstuk komen de effecten van de geschetste ontwikkelingen op de omvang, samenstelling en woonsituatie van de doelgroep aan de orde.
4.2
Demografische ontwikkelingen Bij de ontwikkeling van de woningvoorraad en het aantal huishoudens wordt gebruikgemaakt van de ontwikkelingen volgens de meest recente gemeentelijke prognose. Deze prognose is opgesteld op basis van de meest recente inzichten in het verloop en de samenstelling van de nieuwbouw (vooral op de Waalsprong). De gemeentelijke bevolkingsprognose eindigt in aantal inwoners en niet in huishoudens. Om de slag van inwoners naar huishoudens te maken, is gebruikgemaakt van de actuele ‘headshiprates’ in de gemeente (het aandeel huishoudens met leeftijdscohort dat een zelfstandig huishouden voert). Deze headshiprates zijn voor 2015 opgehoogd met de landelijke trend op het gebied van individualisering en extramuralisering. Via deze weg is berekend dat het aantal huishoudens volgens de gemeentelijke prognose met 10.110 toeneemt.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
17
18 TOEKOMSTIGE ONTWIKKELINGEN
De belangrijkste toename vindt plaats in de categorie alleenstaanden in de leeftijd van 45 tot 65 jaar. Deze alleenstaanden wonen op dit moment veelal al in Nijmegen, maar vallen nu nog in een jongere leeftijdscategorie. Ook de andere huishoudentypen in de leeftijd van 45 tot 65 jaar nemen in aantal toe en hetzelfde geldt voor het aantal ouderen. Het gaat te ver om te zeggen dat Nijmegen in het komend decennium flink gaat vergrijzen, maar er is wel sprake van een wezenlijke toename van het aantal huishoudens in de leeftijdsklassen boven de 45 jaar. Ook onder 45 jaar neemt het aantal huishoudens in aantal toe, maar in mindere mate. De toename die er is, heeft vooral betrekking op het aantal alleenstaanden en het betreft voor een belangrijk deel studenten. De ontwikkeling van het aantal huishoudens naar type in Nijmegen 25.000
5.000
aantal huishoudens
20.000
2015
4.000
toename 2006-2015
3.500 15.000
3.000 2.500
10.000
2.000 1.500
5.000
2006
4.500
toename 2006-2015
figuur 4-1
1.000 500
15 tot 23 jaar
23 tot 44 jaar
45-64 jaar
Gezin
Samenwonend
Alleenstaand
Gezin
Samenwonend
Alleenstaand
Gezin
Samenwonend
Alleenstaand
Gezin
Samenwonend
0 Alleenstaand
0
65 jaar e.o.
Bron: Gemeente Nijmegen, bewerking RIGO
4.3
Economische ontwikkelingen Voor wat betreft de economische ontwikkelingen is aangesloten bij de meest recente middellange termijnverkenning van het CPB. Terwijl het CPB normaal gesproken werkt met meerdere scenario’s, is – vanwege de vroegtijdige verkiezingen – in de meest recente verkenning alleen een voorzichtig scenario doorgerekend. In tabel 4-1 staat de door het CPB verwachte koopkrachtontwikkeling gedurende de periode 2008-2011 weergegeven. Overall verwacht het CBP een jaarlijkse toename van de koopkracht van 0,75%. De reële inkomensstijging is echter hoger en ligt volgens het CPB rond de 1,5%. Het verschil tussen beide percentages wordt veroorzaakt door de verwachte stijging van de zorgpremies, die de koopkracht remmen.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
TOEKOMSTIGE ONTWIKKELINGEN
tabel 4-1
Verwachte koopkrachtontwikkeling voor de periode 2008-2011 (procentpunten, voorzichtig scenario)
2 persoonshuishoudens met of zonder kinderen
loon uit arbeid uitkeringsgerechtigden 65-plussers totaal
alleenverdiener 0,92 0,88 0,75
tweeverdiener 1,00 1,00 0,63
alleenstaand (inclusief alleenstaande ouders)
alle huishoudtypen
0,92 1,00 0,50
1,00 1,00 0,50 0,75
Bron: CPB, bewerking RIGO
In dit onderzoek is gewerkt met de reële inkomensstijging. Dit omdat de inkomensgrenzen in de Wet op de huursubsidie worden aangepast op basis van de consumentenprijsindex (CPI-gestandaardiseerd). In het ‘boodschappenmandje’ waarop deze index is gebaseerd, is de zorgpremie niet opgenomen, waardoor de grenzen van de doelgroep niet worden aangepast als de zorgpremies stijgen terwijl de prijzen in de supermarkt gelijk blijven. Naast het voorzichtige scenario van het CPB zijn door RIGO twee andere scenario’s doorgerekend: 9
Een positief scenario, waarbij is uitgegaan van een reële inkomensgroei van 2,0%;
9
Een negatief scenario, waarbij is uitgegaan van een reële inkomensgroei van 1,0%.
Via deze scenario’s worden de bandbreedten geschetst waarbinnen de doelgroep zich naar verwachting zal gaan ontwikkelen.
4.4
De woningvoorraad Bij de ontwikkeling van de woningvoorraad en het aantal huishoudens wordt zoals gezegd gebruikgemaakt van de ontwikkelingen volgens de meest recente gemeentelijke prognose. In samenspraak met de opdrachtgevers is besloten voor wat betreft de ontwikkeling van de woningvoorraad naast dit ‘basisscenario’ twee andere scenario’s te plaatsen. Dit gekoppeld aan de economische scenario’s zoals omschreven in de voorgaande paragraaf. 9
Bij een negatief economisch perspectief past een bouwprogramma waarbij een grotere rol is weggelegd voor de corporaties – die ondanks economische tegenwind toch gewoon doorbouwen. Bij dit scenario zal een groter aandeel in het betaalbare segment worden gebouwd.
9
Bij een optimistisch economisch perspectief is een grotere rol weggelegd voor de marktpartijen. In dit scenario verschuift de nadruk van het goedkope/betaalbare segment naar de duurdere klassen.
Om te achterhalen welke aandelen in de Nijmeegse context reëel zijn, is teruggekeken naar verleden. In figuur 4-2 is de bijdrage van de sociale bouwers aan de
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
19
20 TOEKOMSTIGE ONTWIKKELINGEN
totale nieuwbouwproductie sinds 1975 weergegeven. Tussen 1980 en 1985 is duidelijk zichtbaar dat ten tijde van de oliecrisis begin jaren tachtig, de sociale opdrachtgevers (landelijk) de nieuwbouw (mede) hebben getrokken. In de periode met economische groei die daarop volgde, nam de bijdrage van de sociale opdrachtgevers af omdat marktpartijen vaker het voortouw namen. Ontwikkeling van het BBP en de nieuwbouwproductie door sociale
40%
3
30%
2
20%
1
10%
0
0%
-1
-10%
BBP (jaarmutatie)
2005
4
2000
50%
1995
5
1990
60%
1985
6
1980
70%
1975
7
aandeel sociaa
opdrachtgevers in Nederland en Nijmegen
jaarmutatie BBP
figuur 4-2
aandeel sociale opdrachtgevers (NL)
aandeel sociale opdrachtgevers (Nijmegen)
Bron: CPB en CBS, bewerking RIGO
Kortom: er is het verleden duidelijk sprake geweest van een anticyclische beweging. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat in landelijke totalen ook de effecten van de brutering duidelijk zichtbaar zijn. Sinds de corporatiesector is verzelfstandigd, volgt de nieuwbouwproductie steeds meer de economische golfbewegingen. Overigens geldt hierbij wel dat – zeker voor de laatste jaren – het voor de ambtenaar die de nieuwbouwwoningen registreert steeds lastiger wordt een toegelaten instelling te onderscheiden van een particuliere ontwikkelaar. Deze opereren immers steeds vaker in consortia, waardoor de grenzen enigszins vervagen. In Nijmegen heeft de anticyclische trend langer doorgezet dan landelijk. Zo is hier de crisis in het begin van de jaren negentig nog duidelijk beantwoord met een toename van de bijdrage van de sociale verhuurders aan de bouwproductie. Overigens is de bijdrage van de sociale verhuurders aan de bouwproductie in Nijmegen altijd groter geweest dan het landelijk gemiddelde, ook al zijn de percentages de laatste jaren wel (sterk) naar elkaar toegegroeid. Het is moeilijk voorspellingen te doen over het verloop van de woningbouw in de toekomst. Wel is duidelijk dat de bijdrage van de sociale verhuurders het afgelopen
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
TOEKOMSTIGE ONTWIKKELINGEN
21
decennium in Nijmegen geschommeld heeft tussen de 50% en 20%. Deze marges zijn overgenomen in de bouwscenario’s: 9
50% betaalbare/goedkope woningbouw in het negatieve economische scenario;
9
20% betaalbare/goedkope woningbouw in het positieve economische scenario.
Feitelijk wordt de woningbouwproductie natuurlijk door veel meer zaken beïnvloed dan de economische groei. Het beschikbaar komen van nieuwe bouwlocaties, de grondposities op deze locaties, het gemeentelijk beleid, etc. etc. zijn natuurlijk van even groot en wellicht zelfs groter belang. Daarnaast geldt dat het ook logisch is te veronderstellen dat niet alleen het ‘aandeel sociaal’, maar ook het totaal aantal gebouwde woningen varieert per economisch scenario (in de hier benoemde scenario’s blijft het totaal aantal toegevoegde woningen gelijk). Het gaat dan ook om theoretische scenario’s, met als doel de effecten van mogelijke wijzigingen in het bouwprogramma inzichtelijk te maken. In onderstaande tabel staat het programma volgens de verschillende scenario’s gedetailleerd weergegeven. tabel 4-2
Varianten in de nieuwbouwscenario’s
voorzichtig economisch scenario (basisprogramma) abs. perc. goedkoop middelduur duur koop eg
mg
huur
eg
mg
totaal
goedkoop bereikbaar (middel)duur goedkoop bereikbaar (middel)duur betaalbaar (middel)duur vrije sector betaalbaar (middel)duur vrije sector
negatief economisch scenario
positief economisch scenario
abs.
perc.
abs.
perc.
4.307 5.431 4.476
30% 38% 31%
7.107 3.896 3.211
50% 27% 23%
2.843 6.233 5.137
20% 44% 36%
526 1.762 2.092 1.235 2.253
4% 12% 15% 9% 16%
867 1.264 1.501 2.038 1.616
6% 9% 11% 14% 11%
347 2.023 2.401 815 2.585
2% 14% 17% 6% 18%
2.265
16%
1.625
11%
2.600
18%
79 401 32 2.467 1.015 87
1% 3% 0% 17% 7% 1%
130 288 23 4.071 728 62
1% 2% 0% 29% 5% 0%
52 460 37 1.628 1.165 100
0% 3% 0% 11% 8% 1%
14.214
100%
14.214
100%
14.214
100%
Bron: Gemeente Nijmegen (basisprogramma), bewerking RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
22 TOEKOMSTIGE ONTWIKKELINGEN
De categorie ‘onzelfstandige wooneenheden’ De gemeentelijke bevolkingsprognose eindigt in aantal inwoners en niet in huishoudens. Via headshiperates is berekend dat de gemeente uitgaat van een toename van het aantal huishoudens met 10.110. Deze toename is lager dan het aantal woningen dat wordt toegevoegd. Dit betekent dat volgens de gemeentelijke prognose meer huishoudens erin slagen een zelfstandige woonruimte te bemachtigen (de tekorten worden voor een deel opgelost). Ook neemt als gevolg van de extramuralisering het aandeel ouderen dat onzelfstandig – in verzorgings- en verpleeghuizen - woont af. In totaal neemt bij gevolg het aantal huishoudens dat onzelfstandig woont af met 4.100. Hierbij geldt uiteraard de kanttekening dat het goed kan zijn dat de ontspanning op de (on)zelfstandige woningmarkt in het ouderlijk huis wonende jongeren ertoe beweegt om op jongere leeftijd dan nu het geval is een zelfstandig huishouden te gaan vormen. Zo kan de ontspanning op de woningmarkt dus ook leiden tot meer huishoudens. Regionale ontwikkelingen Uiteraard is Nijmegen geen eiland en zijn ook de ontwikkelingen in de regio van belang. Hierbij wordt in dit onderzoek qua nieuwbouwaantallen aangesloten bij de Primosprognoses voor deze gemeenten. Voor wat betreft de differentiatie van de nieuwbouw, wordt aangesloten bij door het KAN aangeleverde gegevens. In onderstaande tabel is aangegeven tot welke veranderingen in de samenstelling van de woningvoorraad deze nieuwbouw leidt. Uit de tabel blijkt het voornemen van de regiogemeenten om een vrij sociaal programma te realiseren, met bijna 50% betaalbare woningen. In het volgende hoofdstuk wordt bekeken welke gevolgen een dergelijk sociaal programma heeft voor de regionale spreiding van de doelgroep. tabel 4-3
Ontwikkeling van de woningvoorraad in de regio volgens de prognose van Primos en het nieuwbouwprogramma volgens het KAN
betaalbare huur goedkope koop overig totaal
2006
2015
2006-2015
15.670 10.310 34.530 60.510
16.500 11.820 37.100 65.420
830 1.510 2.570 4.910
2006-2015 (Perc.) 17% 33% 51% 100%
Bron: Primos en het KAN, bewerking RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2015
5 De situatie in 2015 5.1
Inleiding In het voorgaande hoofdstuk zijn de in de toekomst verwachte ontwikkelingen op het gebied van de woningvoorraad, demografie en economie afzonderlijk omschreven. In dit hoofdstuk worden de effecten van deze afzonderlijke ontwikkelingen op de omvang en samenstelling van de doelgroep bepaald.
5.2
Omvang en samenstelling van de doelgroep in 2015 Het demografische effect Als we puur en alleen kijken naar het effect van de demografische ontwikkelingen, dan neemt de doelgroep in Nijmegen in de periode 2006-2015 toe met 3.930 huishoudens. In aandeel van het totaal aantal huishoudens bedraagt de toename 0,1%. Deze toename is puur en alleen het gevolg van demografische ontwikkelingen, met inkomensgroei is geen rekening gehouden. Economische groeiscenario’s Uiteraard is de economische ontwikkeling ook een belangrijke factor bij de ontwikkeling van de doelgroep. De vooruitzichten zijn wat dit betreft vrij positief. Zelfs in het ‘negatieve scenario’ is uitgegaan van een bepaalde inkomensgroei, zij het een beperkte. Bij dit negatieve scenario neemt de doelgroep met 1.560 in aantal toe. Omdat het totaal aantal huishoudens groeit (met ruim 10.000 in totaal) betekent deze toename dat het aandeel huishoudens dat tot de doelgroep behoort, afneemt met 2% tot 35,8% van het totaal aantal huishoudens. Bij het voorzichtige economische scenario blijft de doelgroep in aantal nagenoeg gelijk van omvang. De doelgroep neemt af, maar met nog geen 200 huishoudens. In relatieve zin betekent dit uiteraard wel een wezenlijke afname van de doelgroep, van 38,2% in 2006 naar 33,9% in 2015. In het positieve economische scenario neemt de doelgroep – uiteraard – sterker in aantal af, met bijna 2.000 huishoudens.
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
23
24 DE SITUATIE IN 2015
tabel 5-1
Omvang van de doelgroep in 2015 in Nijmegen en de regio volgens een negatief, voorzichtig en positief economisch scenario
2015
38,2%
positief economisch scenario
perc.
32.080
voorzichtig economisch scenario
totaal ontwikkeling totaal ontwikkeling
negatief economisch scenario
abs.
demografisch effect
2006
36.010 3.930 38,3% 0%
33.640 1.560 35,8% -2%
31.900 -180 33,9% -4%
30.120 -1.960 32,0% -6%
Bron: RIGO
Veranderingen in de samenstelling van de doelgroep In figuur 5-1, figuur 5-2 en tabel 5-2 staan de veranderingen van de omvang en samenstelling van de doelgroep aangegeven volgens de diverse economische scenario’s. De eerste belangrijke constatering is dat de studenten alleen indirect profiteren van de economische groei en dit niet direct in de portemonnee merken. Hierdoor blijft het aandeel alleenstaande jongeren dat tot de doelgroep behoort nagenoeg constant. De door de gemeente voorspelde toename van het aantal jongeren, leidt dus direct tot een toename van het aantal huishoudens in de doelgroep. Voor alle andere huishoudentypen geldt dat zij er naar verwachting op vooruit zullen gaan, waardoor het aandeel dat tot de aandachtsgroep behoort af gaat nemen. Het aandeel huishoudens dat tot de doelgroep behoort in Nijmegen in 2006 en 2015 volgens diverse economische scenario’s 100%
negatief scenario voorzichtig scenario
90%
positief scenario
80%
2006
70% 60% 50% 40% 30% 20% 10%
< 23 jr.
23-44 jr.
45-64 jr.
2+ pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
2+ pers.
0%
1 pers.
figuur 5-1
65+ jr.
Bron: RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2015
De omvang en samenstelling van de doelgroep in Nijmegen in 2015 (totaaloverzicht) 2006-2015 negatief
positief
totaal
positief voorzichtig
< 23 jaar. 1 pers < 23 jaar. 2+ pers 23-44 jaar. 1 pers 23-44 jaar. 2 pers 23-44 jaar. 3+ pers 45-64 jaar. 1 pers 45-64 jaar. 2 pers 45-64 jaar. 3+ pers 65 jaar e.o. 1 pers 65 jaar e.o.. 2 pers totaal
7.660 1.060 18.960 6.300 10.990 8.690 6.850 8.930 8.050 6.390 83.880
8.220 1.120 20.410 6.480 11.050 12.050 7.920 9.890 9.480 7.370 93.980
8.220 1.120 20.410 6.480 11.050 12.050 7.920 9.890 9.480 7.370 93.980
8.220 1.120 20.410 6.480 11.050 12.050 7.920 9.890 9.480 7.370 93.980
560 60 1.450 180 60 3.360 1.070 960 1.430 980 10.100
560 60 1.450 180 60 3.360 1.070 960 1.430 980 10.100
560 60 1.450 180 60 3.360 1.070 960 1.430 980 10.100
doelgroep
2015 negatief
< 23 jaar. 1 pers < 23 jaar. 2+ pers 23-44 jaar. 1 pers 23-44 jaar. 2 pers 23-44 jaar. 3+ pers 45-64 jaar. 1 pers 45-64 jaar. 2 pers 45-64 jaar. 3+ pers 65 jaar e.o. 1 pers 65 jaar e.o.. 2 pers totaal
6.770 890 7.800 750 3.380 3.460 1.070 1.790 4.110 2.080 32.080
7.330 900 7.620 630 3.170 3.940 740 1.650 4.270 1.650 31.900
7.380 890 7.930 700 3.320 4.280 930 1.840 4.470 1.890 33.640
7.300 870 7.320 560 2.960 3.470 600 1.540 4.040 1.440 30.110
560 10 -180 -120 -210 480 -330 -140 160 -430 -180
610 0 130 -50 -60 820 -140 50 360 -190 1.560
530 -20 -480 -190 -420 10 -470 -250 -70 -640 -1.970
aandeel doelgroep
2006 voorzichtig
< 23 jaar. 1 pers < 23 jaar. 2+ pers 23-44 jaar. 1 pers 23-44 jaar. 2 pers 23-44 jaar. 3+ pers 45-64 jaar. 1 pers 45-64 jaar. 2 pers 45-64 jaar. 3+ pers 65 jaar e.o. 1 pers 65 jaar e.o.. 2 pers totaal
88% 84% 41% 12% 31% 40% 16% 20% 51% 32% 38%
89% 81% 37% 10% 29% 33% 9% 17% 45% 22% 34%
90% 80% 39% 11% 30% 36% 12% 19% 47% 26% 36%
89% 78% 36% 9% 27% 29% 8% 16% 43% 20% 32%
1% -4% -4% -2% -2% -7% -6% -3% -6% -10% -4%
1% -5% -2% -1% -1% -4% -4% -1% -4% -7% -2%
0% -6% -5% -3% -4% -11% -8% -4% -8% -13% -6%
samenstelling doelgroep
tabel 5-2
25
< 23 jaar. 1 pers < 23 jaar. 2+ pers 23-44 jaar. 1 pers 23-44 jaar. 2 pers 23-44 jaar. 3+ pers 45-64 jaar. 1 pers 45-64 jaar. 2 pers 45-64 jaar. 3+ pers 65 jaar e.o. 1 pers 65 jaar e.o.. 2 pers totaal
21% 3% 24% 2% 11% 11% 3% 6% 13% 6% 100%
23% 3% 24% 2% 10% 12% 2% 5% 13% 5% 100%
22% 3% 24% 2% 10% 13% 3% 5% 13% 6% 100%
24% 3% 24% 2% 10% 12% 2% 5% 13% 5% 100%
2% 0% 0% 0% -1% 2% -1% 0% 1% -1% 0%
1% 0% -1% 0% -1% 2% -1% 0% 0% -1% 0%
3% 0% 0% 0% -1% 1% -1% 0% 1% -2% 0%
Bron: RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
26 DE SITUATIE IN 2015
Dit geldt zeker ook voor de alleenstaanden in de leeftijdscategorieën boven de 45 jaar. Echter, doordat deze groepen sterk in aantal toenemen, neemt het aantal huishoudens dat tot de doelgroep behoort in deze categorieën toch toe. Dit geldt voor het negatieve en voorzichtige scenario, terwijl de alleenstaande doelgroep volgens het positieve scenario in aantal ongeveer gelijk blijft. De belangrijkste toename van de doelgroep is echter terug te vinden in de studentenpopulatie die er qua inkomen nauwelijks op vooruitgaat. figuur 5-2
De doelgroep in Nijmegen in 2006 en 2015 naar huishoudentype en economisch scenario 9.000
negatief scenario voorzichtig scenario
8.000
positief scenario 7.000
2006
6.000 5.000 4.000 3.000 2.000 1.000
< 23 jr.
23-44 jr.
45-64 jr.
2+ pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
2+ pers.
1 pers.
0
65+ jr.
Bron: RIGO
Het effect van de regionale woningbouw Bij bovenstaande aantallen is uitgegaan van de gemeentelijke prognoses omtrent de ontwikkeling van de woningvoorraad en huishoudensamenstelling. Uiteraard kan ook de woningbouw in de regio effect hebben op de doelgroep in Nijmegen. Als hier – conform de plannen zoals geïnventariseerd door het KAN – veel goedkope en bereikbare woningen worden toegevoegd, dan leidt dit tot een afname van de doelgroep in Nijmegen met een kleine 1.000 huishoudens. In onderstaande tabel is het effect van de regionale woningbouw nader uitgesplitst naar huishoudentype. tabel 5-3
Het effect van de woningbouw in de regiogemeenten op de doelgroep in Nijmegen (voorzichtig economisch scenario)
< 23 jaar. 1 pers < 23 jaar. 2+ pers 23-44 jaar. 1 pers 23-44 jaar. 2 pers R I G O
excl. regio 7.330 900 7.620 630 R e s e a r c h
e n
incl. regio
Regio-effect
7.540 870 7.580 570
210 -30 -40 -60
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2015
excl. regio 3.170 3.940 740 1.650 4.270 1.650 31.900
23-44 jaar. 3+ pers 45-64 jaar. 1 pers 45-64 jaar. 2 pers 45-64 jaar. 3+ pers 65 jaar e.o. 1 pers 65 jaar e.o.. 2 pers totaal
incl. regio
Regio-effect
2.470 3.870 600 1.460 4.500 1.470 30.930
-700 -70 -140 -190 230 -180 -970
Bron: RIGO
De doelgroep-plus In relatieve zin blijft de doelgroep-plus de komende jaren nagenoeg gelijk van omvang: rond de 42% van de Nijmeegse huishoudens behoort tot deze categorie. In aantal neemt de doelgroep-plus evenwel toe, met tussen de 4.700 en 5.100 huishoudens. Anders dan bij de doelgroep, zijn de verschillen tussen de economische scenario’s gering. Als de economie harder groeit neemt de doelgroep-plus ‘aan de onderkant toe’ maar ‘aan de bovenkant af’. Groeit de economie minder hard, dan gelden de omgekeerde bewegingen. tabel 5-4
De omvang van de doelgroep-plus in 2006 en 2015
2006 perc abs
42% 35.100
voorzichtig scenario 43% 39.980
2015 negatief scenario 42% 39.880
positief scenario 43% 40.190
Bron: RIGO
De doelgroep-plus in Nijmegen in 2006 en 2015 naar huishoudentype en economisch scenario 14.000
negatief scenario voorzichtig scenario
12.000
positief scenario 2006
10.000 8.000
6.000 4.000
2.000
< 23 jr.
23-44 jr.
45-64 jr.
2+ pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
2+ pers.
0 1 pers.
figuur 5-3
65+ jr.
Bron: RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
27
28 DE SITUATIE IN 2015
De – kwantitatieve - toename van de doelgroep-plus heeft vooral te maken met een toenemend aantal alleenstaanden dat onder deze categorie valt. Ook neemt het aantal ouderen in deze categorie vrij sterk toe. figuur 5-4
Het aandeel huishoudens dat tot de doelgroep-plus behoort in Nijmegen in 2006 en 2015 volgens diverse economische scenario’s 100%
negatief scenario
90%
voorzichtig scenario positief scenario
80%
2006
70% 60% 50% 40% 30% 20% 10%
< 23 jr.
23-44 jr.
45-64 jr.
2+ pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
3+ pers.
2 pers.
1 pers.
2+ pers.
1 pers.
0%
65+ jr.
Bron: RIGO
5.3
Woonsituatie van de doelgroep in 2015 In voorgaande paragraaf is bewust gekeken naar de totale potentiële doelgroep, dus inclusief de onzelfstandig wonende huishoudens. Als we het criterium van ‘zelfstandig wonen’ erbij betrekken, dan zou de ontwikkeling van de doelgroep er anders uit komen te zien. De omvang van de doelgroep wordt in dat geval niet alleen bepaald door de ontwikkelingen op economisch en demografisch vlak, maar ook door de ‘spanning op de woningmarkt’. Immers: als de woningmarkt ontspant vergroten de kansen van starters op een zelfstandige woning. Dit fenomeen veroorzaakt vervolgens een toename van het aantal jongeren in de zelfstandige woningvoorraad, die relatief vaak tot de doelgroep behoren. In figuur 5-5, figuur 5-6 en tabel 5-5 staat de woonsituatie van de doelgroep in 2006 en 2015 aangegeven. Duidelijk zichtbaar is de verschuiving van de categorie onzelfstandig wonen naar de goedkope meergezinshuurwoningen. De bouw van deze huurwoningen stelt jongeren in staat vroeger dan nu hun wooncarrière te starten. Dit geldt uiteraard in eerste instantie voor diegenen die onzelfstandig wonen, maar niet tot de doelgroep behoren. Hierdoor wordt de groep die onzelfstandig blijft wonen homogener qua samenstelling. Het aandeel huishoudens dat
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2015
tot de doelgroep behoort neemt in het segment onzelfstandige woonruimten dan ook toe. figuur 5-5
De woonsituatie van de doelgroep in 2006 en 2015 volgens verschillende economische scenario’s 14.000
2015 negatief 2015 voorzichtig
12.000
2015 positief 2006
10.000 8.000 6.000 4.000 2.000
eengezins
vrije sector
(middel)duur
betaalbaar
vrije sector
(middel)duur
betaalbaar
(middel)duur
bereikbaar
goedkoop
0
meergezins
koop
huur
onzelfstandig
Bron: RIGO
Het aandeel woningen dat bewoond wordt door de doelgroep naar woningtype in 2006 en 2015 volgens verschillende economische scenario’s 80%
2015 negatief 2015 voorzichtig
70%
2015 positief 60%
2006
50% 40% 30% 20% 10%
eengezins koop
vrije sector
(middel)duur
betaalbaar
vrije sector
(middel)duur
betaalbaar
(middel)duur
bereikbaar
0% goedkoop
figuur 5-6
meergezins huur
onzelfstandig
Bron: RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
29
30 DE SITUATIE IN 2015
De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015 (totaaloverzicht volgens het voorzichtige economische scenario)
2006 voorzichtig koop
eengezins
totaal
meergezins
huur
eengezins
meergezins
koop
eengezins
doelgroep
meergezins
huur
eengezins
meergezins
eengezins
aandeel doelgroep
meergezins
huur
eengezins
meergezins
eengezins
meergezins
huur
eengezins
meergezins
2006-2015 negatief
positief
2.220 7.730 15.150 3.230 4.310 4.240 15.440 2.550 550 19.920 2.990 1.890 13.740 93.980
2.220 7.730 15.150 3.230 4.310 4.240 15.440 2.550 550 19.920 2.990 1.890 13.740 93.980
2.220 7.730 15.150 3.230 4.310 4.240 15.440 2.550 550 19.920 2.990 1.890 13.740 93.980
530 1.760 2.100 1.230 2.250 2.270 80 400 30 2.450 1.020 90 -4.110 10.110
530 1.760 2.100 1.230 2.250 2.270 80 400 30 2.450 1.020 90 -4.110 10.110
530 1.760 2.100 1.230 2.250 2.270 80 400 30 2.450 1.020 90 -4.110 10.110
goedkoop bereikbaar (middel)duur goedkoop bereikbaar (middel)duur betaalbaar middelduur vrije sector betaalbaar middelduur vrije sector
230 620 1.100 460 220 230 7.700 550 130 8.260 450 400 11.750 32.080
250 680 1.030 730 400 370 7.840 590 120 9.180 620 380 9.700 31.900
280 780 1.230 800 440 440 8.250 650 140 9.640 670 430 9.900 33.640
220 590 850 670 350 310 7.390 540 110 8.670 560 340 9.510 30.110
20 60 -70 270 180 140 140 40 0 930 160 -20 -2.040 -180
50 160 130 340 230 210 550 100 10 1.380 220 20 -1.840 1.560
-10 -30 -240 210 130 90 -310 -10 -20 420 110 -60 -2.230 -1.970
goedkoop bereikbaar (middel)duur goedkoop bereikbaar (middel)duur betaalbaar middelduur vrije sector betaalbaar middelduur vrije sector
14% 10% 8% 23% 10% 11% 50% 26% 24% 47% 23% 22% 66% 38%
11% 9% 7% 23% 10% 9% 48% 23% 23% 46% 21% 21% 71% 34%
13% 10% 8% 25% 11% 10% 51% 25% 25% 48% 23% 23% 73% 36%
10% 8% 6% 21% 8% 8% 45% 21% 20% 44% 19% 18% 70% 32%
-2% -2% -1% 0% -1% -3% -2% -3% -2% -1% -2% -2% 5% -4%
-1% 0% 0% 2% 0% -1% 1% 0% 1% 1% 0% 1% 7% -2%
-4% -3% -3% -2% -2% -4% -5% -5% -4% -4% -4% -4% 4% -6%
goedkoop bereikbaar (middel)duur goedkoop bereikbaar (middel)duur betaalbaar middelduur vrije sector betaalbaar middelduur vrije sector
1% 2% 3% 1% 1% 1% 24% 2% 0% 26% 1% 1% 37% 100%
1% 2% 3% 2% 1% 1% 24% 2% 0% 30% 2% 1% 31% 100%
1% 2% 4% 2% 1% 1% 24% 2% 0% 30% 2% 1% 30% 100%
1% 2% 3% 2% 1% 1% 24% 2% 0% 30% 1% 1% 32% 100%
0% 0% 0% 1% 1% 0% 0% 0% 0% 4% 0% 0% -6% 0%
0% 0% 0% 1% 1% 1% 0% 0% 0% 4% 0% 0% -7% 0%
0% 0% -1% 1% 1% 0% 0% 0% 0% 4% 0% 0% -5% 0%
onzelfstandig totaal koop
positief voorzichtig
1.690 5.970 13.050 2.000 2.060 1.980 15.370 2.150 520 17.470 1.970 1.800 17.850 83.880
onzelfstandig totaal koop
2015 negatief
goedkoop bereikbaar (middel)duur goedkoop bereikbaar (middel)duur betaalbaar middelduur vrije sector betaalbaar middelduur vrije sector
onzelfstandig totaal
woonsituatie doelgroep
tabel 5-5
onzelfstandig totaal
Bron: RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2015
Omdat de doelgroep in relatieve zin afneemt neemt hun vertegenwoordiging in alle andere onderscheiden woningsegmenten af. Dit geldt ook voor de goedkope meergezinshuurwoningen. Het aantal huishoudens uit de doelgroep dat in dit segment woont neemt weliswaar toe, maar er worden via nieuwbouw nog meer woningen toegevoegd. Woonsituatie van de doelgroep-plus Ook voor de doelgroep-plus geldt dat zij bij realisatie van het woningbouwprogramma minder vaak onzelfstandig zullen wonen en vaker in de meergezinshuur. Daarnaast zal ook een groter deel van deze groep de stap naar de koopsector maken. De verschillen in woonsituatie tussen de economische scenario’s zeggen meer over welke huishoudens al dan niet tot doelgroep-plus worden gerekend, dan over de woonsituatie an sich: als het economisch beter gaat, dan worden bijvoorbeeld minder huishoudens in een koopwoning tot de doelgroep-plus gerekend. De woonsituatie van de doelgroep-plus in 2006 en 2015 volgens verschillende economische scenario’s 14.000
2015 negatief 2015 voorzichtig
12.000
2015 positief 2006
10.000 8.000 6.000 4.000 2.000
eengezins koop
vrije sector
(middel)duur
betaalbaar
vrije sector
(middel)duur
betaalbaar
(middel)duur
bereikbaar
0
goedkoop
figuur 5-7
meergezins huur
onzelfstandig
Bron: RIGO
Nieuwbouwvarianten In hoofdstuk 4 is aangegeven dat het verloop van de nieuwbouw niet 100% te plannen valt. De nieuwbouw is grotendeels marktgestuurd en wat er gebouwd wordt is vaak een resultante van een complex proces, waarin commerciële en publieke belangen een rol spelen. Vandaar dat tevens is gekeken wat de gevolgen voor de doelgroep zijn indien de nieuwbouw qua differentiatie ‘de markt volgt’. In figuur 5-8 en tabel 5-6 is te zien dat het effect hiervan op de woonsituatie van de doelgroep betrekkelijk gering is. Grofweg geldt dat indien het economisch slecht gaat, aanpassing van het nieuwbouwprogramma ertoe leidt dat de doelgroep wat vaker in de betaalbare meergezinswoningen terechtkomt. Gaat het economisch
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
31
32 DE SITUATIE IN 2015
voor de wind dan leidt aanpassing van het programma er juist toe dat de doelgroep minder vaak in dit segment is te vinden. Beide ontwikkelingen zijn echter – in aantal – van beperkt belang. figuur 5-8
De woonsituatie van de doelgroep op basis van verschillende nieuwbouwvarianten 12.000
negatief scenario basisprogramma negatief scenario aangepast programma positief scenario basisprogramma positief scenario aangepast programma
10.000 8.000 6.000 4.000 2.000
eengezins koop
vrije sector
(middel)duur
betaalbaar
vrije sector
(middel)duur
betaalbaar
(middel)duur
bereikbaar
goedkoop
0
meergezins huur
onzelfstandig
Bron: RIGO
De effecten van de nieuwbouwvarianten op de woonsituatie van de doelgroep
koop
huur
eengezins
meergezins onzelfstandig totaal
verschil
aangepast programma
basisprogramma
positief scenario
Verschil
aangepast programma
negatief scenario
basisprogramma
tabel 5-6
goedkoop bereikbaar (middel)duur
1.080
1.280
200
1.220
1.060
-170
940
1.010
70
1.670
1.440
-220
1.170
1.260
90
betaalbaar (middel)duur vrije sector betaalbaar (middel)duur vrije sector
8.250
8.080
-170
7.390
7.480
90
650
600
-60
540
560
30
880
790
-90
140
130
-10
110
110
10
9.640
10.260
620
8.670
8.380
-300
670
590
-80
560
600
40
430
410
-20
340
350
10
9.900
9.810
-90
9.510
9.560
50
33.640
33.640
0
30.110
30.110
0
Bron: RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
DE SITUATIE IN 2015
5.4
Het nieuwbouwprogramma nader belicht In voorgaande paragraaf is aangegeven dat aanpassing van het nieuwbouwprogramma betrekkelijk weinig effect heeft op de woonsituatie van de doelgroep in de toekomst. De bestaande woningvoorraad heeft hiervoor een te groot overwicht. Daarnaast is er in deze toekomstverkenning van uitgegaan dat de verdelingsprincipes die in Nijmegen gelden (natuurlijk dan wel gereguleerd) in de toekomst gelijk blijven. Toch is nieuwbouw uiteraard een belangrijk sturingsinstrument, in de praktijk en in de politieke arena. Reden om in dit onderzoek het nieuwbouwprogramma ook vanuit een ander perspectief te belichten. Dit door te kijken naar de benodigde samenstelling van de woningvoorraad in 2015 ervan uitgaande dat iedereen - in een bepaalde leeftijd, in een bepaald type huishoudens, met een bepaald inkomen – op soortgelijke wijze als nu zou zijn gehuisvest. In het kort: de in 2015 benodigde woningvoorraad waarbij iedereen hetzelfde woont als nu. In tabel 5-7 staat voor de verschillende economische scenario’s de zo verkregen samenstelling van de woningvoorraad in 2015 weergegeven. De belangrijkste groeisegmenten zijn de duurdere eengezinskoopwoningen en de betaalbare huurwoningen (eengezins en meergezins). Uiteraard geldt dat het positieve economische scenario vooral een toename in de dure koop laat zien en het negatieve scenario vooral een toename in de goedkope huur. De in 2015 benodigde woningvoorraad in de situatie dat ieder huishoudentype hetzelfde woont als in 2006
negatief
voorzichtig
positief
2006-2015
positief
2015 voorzichtig
2006
negatief
tabel 5-7
goedkoop bereikbaar (middel)duur goedkoop bereikbaar
1.690 5.970 13.050 2.000 2.060
1.970 6.330 14.730 2.400 2.310
1.960 6.390 15.120 2.420 2.380
1.950 6.430 15.560 2.450 2.440
280 360 1.680 400 250
270 420 2.070 420 320
260 460 2.510 440 380
(middel)duur
1.980
2.430
2.500
2.590
450
520
610
betaalbaar middelduur duur betaalbaar middelduur duur
15.370 2.150 520 17.470 1.970 1.800
17.020 2.340 550 19.680 2.480 2.000
16.730 2.320 550 19.580 2.500 2.010
16.360 2.280 550 19.280 2.520 2.030
1.660 200 30 2.210 510 200
1.370 170 30 2.110 530 210
1.000 130 30 1.810 550 230
onzelfstandig / overig
17.850
19.740
19.550
19.550
1.880
1.700
1.700
totaal
83.880
93.980
93.980
93.980
10.110
10.110
10.110
R e s e a r c h
e n
koop
eengezins
meergezins huur
eengezins
meergezins
Bron: RIGO
R I G O
A d v i e s
B V
33
34 DE SITUATIE IN 2015
In figuur 5-9 staat de benodigde verandering in de woningvoorraad afgezet tegen het nieuwbouwprogramma. Als elk huishouden hetzelfde zou wonen, zouden er ook flink wat onzelfstandige woningen moeten worden toegevoegd. In plaats daarvan wordt er in Nijmegen – bij realisatie van het bouwprogramma – gewerkt aan het oplossen van het woningtekort, waardoor jongeren juist eerder de kans krijgen een start te maken met hun (zelfstandige) wooncarrière. Ook wordt met het nieuwbouwprogramma gewerkt aan het oplossen van kwalitatieve tekorten. Het is dus logisch dat in veel segmenten de nieuwbouwaantallen groter zijn dan volgens de projectiemethode benodigd. Toch geldt voor Nijmegen – net als voor veel andere Nederlandse steden – dat er vrij veel koopappartementen zijn gepland. Voor een deel kunnen deze wellicht worden omgezet in duurdere huurappartementen, waarvan er relatief weinig zijn voorzien. Ook duurdere eengezinskoopwoningen en eengezinshuurwoningen worden gegeven de verwachte demografische en economische ontwikkelingen relatief weinig nieuw gebouwd. De ontwikkeling van de woningvoorraad volgens de projectiemethode bij diverse economische scenario’s afgezet tegen de nieuwbouwplannen (basisscenario) 3.000
positief voorzichtig
2.500
negatief basiscenario nieuwbouw
2.000 1.500 1.000 500
eengezins
meergezins koop
eengezins
duur
middelduur
betaalbaar
duur
middelduur
betaalbaar
(middel)duur
bereikbaar
goedkoop
(middel)duur
bereikbaar
0
goedkoop
figuur 5-9
meergezins huur
onzelfstandig / overig
Bron: RIGO
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
BIJLAGEN
6 Bijlagen
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
35
36 BIJLAGEN
De woonsituatie van huishoudens in Nijmegen (2006) koop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
goedkoop
65+ jr.
(middel)duur
45-64 jr.
0 0 265 280 315 200 165 225 95 135 1.690
0 10 440 1.040 1.685 415 725 1.170 115 365 5.965
20 60 310 1.150 3.200 880 2.310 3.185 770 1.170 13.055
50 20 745 295 165 350 65 110 155 50 2.000
0 15 815 410 185 210 100 45 120 155 2.060
0 0 260 330 105 175 415 50 255 390 1.980
0 345 930 485 2.555 2.320 1.485 2.170 2.095 2.165 14.555
0 0 120 50 345 55 420 555 165 185 1.900
0 0 55 0 25 5 45 0 15 40 185
320 380 4.660 940 1.525 2.215 360 730 1.770 630 13.530
0 0 20 25 40 30 10 10 50 45 235
0 0 75 20 0 20 0 30 65 20 230
15 30 180 75 170 150 125 175 225 265 1.400
275 75 2.575 940 250 885 275 125 1.390 455 7.245
6.980 125 7.505 255 430 775 350 345 755 325 17.850
koop
sociale huur (middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
bereikbaar
65+ jr.
meergezins
goedkoop
45-64 jr.
0,0% 0,0% 1,4% 4,5% 2,9% 2,3% 2,4% 2,5% 1,2% 2,1% 2,0%
0,0% 0,9% 2,3% 16,5% 15,3% 4,8% 10,6% 13,1% 1,4% 5,7% 7,1%
0,3% 5,7% 1,6% 18,3% 29,1% 10,1% 33,7% 35,7% 9,6% 18,3% 15,6%
0,7% 1,9% 3,9% 4,7% 1,5% 4,0% 0,9% 1,2% 1,9% 0,8% 2,4%
0,0% 1,4% 4,3% 6,5% 1,7% 2,4% 1,5% 0,5% 1,5% 2,4% 2,5%
0,0% 0,0% 1,4% 5,2% 1,0% 2,0% 6,1% 0,6% 3,2% 6,1% 2,4%
0,0% 32,7% 4,9% 7,7% 23,2% 26,7% 21,7% 24,3% 26,0% 33,9% 17,4%
0,0% 0,0% 0,6% 0,8% 3,1% 0,6% 6,1% 6,2% 2,1% 2,9% 2,3%
0,0% 0,0% 0,3% 0,0% 0,2% 0,1% 0,7% 0,0% 0,2% 0,6% 0,2%
4,2% 36,0% 24,6% 14,9% 13,9% 25,5% 5,3% 8,2% 22,0% 9,9% 16,1%
0,0% 0,0% 0,1% 0,4% 0,4% 0,3% 0,1% 0,1% 0,6% 0,7% 0,3%
0,0% 0,0% 0,4% 0,3% 0,0% 0,2% 0,0% 0,3% 0,8% 0,3% 0,3%
0,2% 2,8% 0,9% 1,2% 1,5% 1,7% 1,8% 2,0% 2,8% 4,1% 1,7%
3,6% 7,1% 13,6% 14,9% 2,3% 10,2% 4,0% 1,4% 17,3% 7,1% 8,6%
91,1% 11,8% 39,6% 4,1% 3,9% 8,9% 5,1% 3,9% 9,4% 5,1% 21,3%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
7.665 1.055 18.955 6.290 10.995 8.690 6.855 8.930 8.045 6.395 83.870 totaal
particuliere huur
eengezins
(middel)duur
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
meergezins
bereikbaar
eengezins
< 23 jr.
meergezins
bereikbaar
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
eengezins
goedkoop < 23 jr.
meergezins
totaal
particuliere huur
sociale huur
eengezins
goedkoop
Bijlage 6-1
100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%
BIJLAGEN
De woonsituatie van huishoudens in de regiogemeenten (2006) koop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
goedkoop
65+ jr.
(middel)duur
45-64 jr.
0 0 145 95 255 180 125 190 65 120 1.180
0 0 595 1.330 1.890 465 820 1.635 275 745 7.755
0 15 425 1.700 7.675 1.360 5.265 7.635 1.180 3.115 28.370
0 30 225 155 0 85 15 0 65 35 605
0 15 135 85 45 90 30 0 270 105 775
0 0 95 35 15 130 405 55 220 270 1.230
0 60 465 355 1.810 715 1.640 1.580 1.070 1.660 9.360
0 0 0 30 250 60 155 350 220 205 1.270
0 0 65 0 0 25 0 125 50 15 275
145 65 1.160 280 375 620 170 185 930 300 4.230
0 0 45 0 30 45 0 30 360 200 710
0 0 0 0 0 35 0 20 60 65 180
45 5 220 90 320 290 135 255 520 425 2.300
145 20 290 130 30 135 40 0 330 120 1.240
175 0 275 55 80 50 85 30 155 130 1.040
koop
sociale huur (middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
bereikbaar
65+ jr.
goedkoop
45-64 jr.
0,0% 0,0% 3,5% 2,2% 2,0% 4,2% 1,4% 1,6% 1,1% 1,6% 1,9%
0,0% 0,0% 14,4% 30,6% 14,8% 10,8% 9,2% 13,5% 4,8% 9,9% 12,8%
0,0% 7,0% 10,3% 39,2% 60,1% 31,7% 59,3% 63,1% 20,4% 41,5% 46,9%
0,0% 14,0% 5,4% 3,6% 0,0% 2,0% 0,2% 0,0% 1,1% 0,5% 1,0%
0,0% 7,0% 3,3% 2,0% 0,4% 2,1% 0,3% 0,0% 4,7% 1,4% 1,3%
0,0% 0,0% 2,3% 0,8% 0,1% 3,0% 4,6% 0,5% 3,8% 3,6% 2,0%
0,0% 27,9% 11,2% 8,2% 14,2% 16,7% 18,5% 13,1% 18,5% 22,1% 15,5%
0,0% 0,0% 0,0% 0,7% 2,0% 1,4% 1,7% 2,9% 3,8% 2,7% 2,1%
0,0% 0,0% 1,6% 0,0% 0,0% 0,6% 0,0% 1,0% 0,9% 0,2% 0,5%
28,4% 30,2% 28,1% 6,5% 2,9% 14,5% 1,9% 1,5% 16,1% 4,0% 7,0%
0,0% 0,0% 1,1% 0,0% 0,2% 1,0% 0,0% 0,2% 6,2% 2,7% 1,2%
0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,8% 0,0% 0,2% 1,0% 0,9% 0,3%
8,8% 2,3% 5,3% 2,1% 2,5% 6,8% 1,5% 2,1% 9,0% 5,7% 3,8%
28,4% 9,3% 7,0% 3,0% 0,2% 3,1% 0,5% 0,0% 5,7% 1,6% 2,0%
34,3% 0,0% 6,7% 1,3% 0,6% 1,2% 1,0% 0,2% 2,7% 1,7% 1,7%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
510 215 4.135 4.340 12.770 4.290 8.885 12.095 5.775 7.505 60.515 totaal
particuliere huur meergezins
eengezins
(middel)duur
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
meergezins
bereikbaar
eengezins
< 23 jr.
meergezins
bereikbaar
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
eengezins
goedkoop < 23 jr.
meergezins
totaal
particuliere huur
sociale huur
eengezins
goedkoop
Bijlage 6-2
37
100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%
38 BIJLAGEN
De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen (2006) koop
sociale huur
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
bereikbaar
65+ jr.
goedkoop
45-64 jr.
0 0 25 0 75 15 40 5 10 55 230
0 10 0 40 320 0 45 90 40 80 625
20 60 45 25 170 100 180 120 230 145 1.095
45 0 130 10 35 75 10 90 45 15 460
0 15 65 20 50 10 10 0 15 25 215
0 0 10 55 15 0 20 10 70 50 225
0 345 605 115 1.330 1.575 385 715 1.450 840 7.365
0 0 45 25 130 5 60 125 70 50 510
0 0 40 0 0 5 5 0 15 10 80
240 345 2.245 200 860 1.100 175 365 1.155 265 6.945
0 0 10 0 30 10 0 5 20 10 90
0 0 0 0 0 5 0 30 30 5 70
0 30 35 10 35 90 0 50 80 100 430
160 50 485 155 80 250 10 20 555 235 2.005
6.300 35 4.060 85 245 220 125 160 320 190 11.745
koop
sociale huur (middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
bereikbaar
65+ jr.
goedkoop
45-64 jr.
0,0% 0,0% 0,3% 0,0% 2,2% 0,4% 3,7% 0,3% 0,2% 2,7% 0,7%
0,0% 1,1% 0,0% 5,4% 9,5% 0,0% 4,2% 5,0% 1,0% 3,9% 1,9%
0,3% 6,7% 0,6% 3,4% 5,0% 2,9% 16,7% 6,7% 5,6% 7,0% 3,4%
0,7% 0,0% 1,7% 1,3% 1,0% 2,2% 0,9% 5,0% 1,1% 0,7% 1,4%
0,0% 1,7% 0,8% 2,7% 1,5% 0,3% 0,9% 0,0% 0,4% 1,2% 0,7%
0,0% 0,0% 0,1% 7,4% 0,4% 0,0% 1,9% 0,6% 1,7% 2,4% 0,7%
0,0% 38,8% 7,8% 15,4% 39,3% 45,5% 35,8% 40,1% 35,3% 40,5% 23,0%
0,0% 0,0% 0,6% 3,4% 3,8% 0,1% 5,6% 7,0% 1,7% 2,4% 1,6%
0,0% 0,0% 0,5% 0,0% 0,0% 0,1% 0,5% 0,0% 0,4% 0,5% 0,2%
3,5% 38,8% 28,8% 26,8% 25,4% 31,8% 16,3% 20,4% 28,1% 12,8% 21,6%
0,0% 0,0% 0,1% 0,0% 0,9% 0,3% 0,0% 0,3% 0,5% 0,5% 0,3%
0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,1% 0,0% 1,7% 0,7% 0,2% 0,2%
0,0% 3,4% 0,4% 1,3% 1,0% 2,6% 0,0% 2,8% 1,9% 4,8% 1,3%
2,4% 5,6% 6,2% 20,8% 2,4% 7,2% 0,9% 1,1% 13,5% 11,3% 6,3%
93,1% 3,9% 52,1% 11,4% 7,2% 6,4% 11,6% 9,0% 7,8% 9,2% 36,6%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
6.770 890 7.800 745 3.380 3.460 1.075 1.785 4.105 2.075 32.080 totaal
particuliere huur meergezins
eengezins
(middel)duur
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
meergezins
bereikbaar
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
totaal
particuliere huur
eengezins
bereikbaar
< 23 jr.
meergezins
goedkoop
eengezins
goedkoop
Bijlage 6-3
100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%
BIJLAGEN
De woonsituatie van de doelgroep in regiogemeenten (2006) koop
sociale huur
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
bereikbaar
65+ jr.
goedkoop
45-64 jr.
0 0 0 0 65 0 0 0 0 80 145
0 0 240 95 265 50 30 215 80 125 1.105
0 15 65 60 545 150 360 435 195 360 2.190
0 0 110 25 0 0 15 0 15 0 165
0 0 0 0 45 0 30 0 80 30 190
0 0 20 0 0 0 0 0 0 0 20
0 60 125 15 905 195 460 360 640 820 3.580
0 0 0 0 75 20 25 60 155 85 420
0 0 30 0 0 25 0 25 30 15 125
110 65 510 50 195 335 0 30 520 125 1.940
0 0 45 0 30 0 0 0 190 90 350
0 0 0 0 0 0 0 0 10 15 25
45 5 55 10 40 90 30 0 235 135 645
95 0 40 60 0 15 10 0 85 0 310
175 0 80 20 30 40 40 0 75 40 495
koop
sociale huur (middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
bereikbaar
65+ jr.
meergezins
goedkoop
45-64 jr.
0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 3,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 4,2% 1,2%
0,0% 0,0% 18,2% 28,4% 12,1% 5,4% 3,0% 19,1% 3,4% 6,5% 9,4%
0,0% 10,0% 4,9% 17,9% 24,8% 16,2% 36,0% 38,7% 8,4% 18,8% 18,7%
0,0% 0,0% 8,3% 7,5% 0,0% 0,0% 1,5% 0,0% 0,6% 0,0% 1,4%
0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 2,1% 0,0% 3,0% 0,0% 3,4% 1,6% 1,6%
0,0% 0,0% 1,5% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,2%
0,0% 40,0% 9,5% 4,5% 41,2% 21,1% 46,0% 32,0% 27,6% 42,8% 30,6%
0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 3,4% 2,2% 2,5% 5,3% 6,7% 4,4% 3,6%
0,0% 0,0% 2,3% 0,0% 0,0% 2,7% 0,0% 2,2% 1,3% 0,8% 1,1%
26,2% 43,3% 38,6% 14,9% 8,9% 36,2% 0,0% 2,7% 22,4% 6,5% 16,6%
0,0% 0,0% 3,4% 0,0% 1,4% 0,0% 0,0% 0,0% 8,2% 4,7% 3,0%
0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,4% 0,8% 0,2%
10,7% 3,3% 4,2% 3,0% 1,8% 9,7% 3,0% 0,0% 10,1% 7,0% 5,5%
22,6% 0,0% 3,0% 17,9% 0,0% 1,6% 1,0% 0,0% 3,7% 0,0% 2,6%
41,7% 0,0% 6,1% 6,0% 1,4% 4,3% 4,0% 0,0% 3,2% 2,1% 4,2%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
420 150 1.320 335 2.195 925 1.000 1.125 2.320 1.915 11.705 totaal
particuliere huur
eengezins
(middel)duur
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
meergezins
bereikbaar
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
totaal
particuliere huur
eengezins
bereikbaar
< 23 jr.
meergezins
goedkoop
eengezins
goedkoop
Bijlage 6-4
39
100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%
40 BIJLAGEN
De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen (2006) koop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
goedkoop
65+ jr.
(middel)duur
45-64 jr.
0 0 240 235 170 175 70 85 85 60 1.125
0 0 365 305 655 370 385 215 75 180 2.550
0 0 130 180 715 535 530 565 395 560 3.610
5 20 580 155 60 280 45 15 95 10 1.265
0 0 735 70 15 200 50 10 95 85 1.265
0 0 160 50 0 175 165 20 145 165 890
0 0 325 175 1.025 745 1.040 925 635 1.155 6.025
0 0 75 10 190 50 280 210 95 100 1.015
0 0 15 0 20 0 35 0 5 5 75
80 35 2.415 635 640 1.075 145 235 615 335 6.205
0 0 15 15 10 20 10 0 25 25 120
0 0 75 0 0 10 0 0 30 15 130
15 0 145 35 40 55 65 40 115 90 600
115 25 1.970 500 120 590 215 20 835 160 4.545
680 85 3.345 150 145 555 130 45 405 130 5.680
koop
sociale huur (middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
bereikbaar
65+ jr.
meergezins
goedkoop
45-64 jr.
0,0% 0,0% 2,3% 9,3% 4,5% 3,6% 2,2% 3,5% 2,3% 1,9% 3,2%
0,0% 0,0% 3,4% 12,1% 17,2% 7,7% 12,2% 9,0% 2,1% 5,8% 7,3%
0,0% 0,0% 1,2% 7,1% 18,8% 11,1% 16,8% 23,6% 10,8% 18,2% 10,3%
0,6% 12,1% 5,5% 6,2% 1,6% 5,8% 1,4% 0,6% 2,6% 0,3% 3,6%
0,0% 0,0% 6,9% 2,8% 0,4% 4,1% 1,6% 0,4% 2,6% 2,8% 3,6%
0,0% 0,0% 1,5% 2,0% 0,0% 3,6% 5,2% 0,8% 4,0% 5,4% 2,5%
0,0% 0,0% 3,1% 6,9% 26,9% 15,4% 32,9% 38,6% 17,4% 37,5% 17,2%
0,0% 0,0% 0,7% 0,4% 5,0% 1,0% 8,9% 8,8% 2,6% 3,2% 2,9%
0,0% 0,0% 0,1% 0,0% 0,5% 0,0% 1,1% 0,0% 0,1% 0,2% 0,2%
8,9% 21,2% 22,8% 25,2% 16,8% 22,2% 4,6% 9,8% 16,8% 10,9% 17,7%
0,0% 0,0% 0,1% 0,6% 0,3% 0,4% 0,3% 0,0% 0,7% 0,8% 0,3%
0,0% 0,0% 0,7% 0,0% 0,0% 0,2% 0,0% 0,0% 0,8% 0,5% 0,4%
1,7% 0,0% 1,4% 1,4% 1,0% 1,1% 2,1% 1,7% 3,1% 2,9% 1,7%
12,8% 15,2% 18,6% 19,8% 3,1% 12,2% 6,8% 0,8% 22,8% 5,2% 12,9%
76,0% 51,5% 31,6% 6,0% 3,8% 11,5% 4,1% 1,9% 11,1% 4,2% 16,2%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
895 165 10.595 2.520 3.810 4.835 3.160 2.395 3.655 3.080 35.105 totaal
particuliere huur
eengezins
(middel)duur
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
meergezins
bereikbaar
eengezins
< 23 jr.
meergezins
bereikbaar
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
eengezins
goedkoop < 23 jr.
meergezins
totaal
particuliere huur
sociale huur
eengezins
goedkoop
Bijlage 6-5
100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%
BIJLAGEN
De woonsituatie van de doelgroep-plus in regiogemeenten (2006) koop
sociale huur
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
bereikbaar
65+ jr.
goedkoop
45-64 jr.
0 0 145 95 75 180 20 115 65 40 735
0 0 325 550 1.180 360 485 550 195 510 4.150
0 0 330 380 1.660 925 1.730 1.765 795 1.345 8.930
0 30 115 75 0 55 0 0 50 25 345
0 15 70 65 0 65 0 0 190 35 440
0 0 75 0 15 130 175 40 185 170 790
0 0 340 300 815 525 1.020 690 425 665 4.790
0 0 0 30 170 40 35 145 65 40 520
0 0 35 0 0 0 0 75 15 0 125
40 0 650 220 160 280 115 135 400 150 2.145
0 0 0 0 0 45 0 30 175 85 335
0 0 0 0 0 35 0 20 50 20 125
0 0 165 30 210 165 105 55 240 250 1.215
50 20 250 70 0 120 30 0 170 110 815
0 0 165 25 35 15 10 0 80 5 335
koop
sociale huur (middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
eengezins
meergezins
onzelfstandig / overig
totaal
bereikbaar
65+ jr.
goedkoop
45-64 jr.
0,0% 0,0% 5,5% 5,1% 1,7% 6,1% 0,5% 3,2% 2,1% 1,2% 2,8%
0,0% 0,0% 12,2% 29,8% 27,4% 12,3% 13,0% 15,2% 6,3% 14,8% 16,1%
0,0% 0,0% 12,4% 20,6% 38,5% 31,5% 46,4% 48,9% 25,6% 39,0% 34,6%
0,0% 46,2% 4,3% 4,1% 0,0% 1,9% 0,0% 0,0% 1,6% 0,7% 1,3%
0,0% 23,1% 2,6% 3,5% 0,0% 2,2% 0,0% 0,0% 6,1% 1,0% 1,7%
0,0% 0,0% 2,8% 0,0% 0,3% 4,4% 4,7% 1,1% 6,0% 4,9% 3,1%
0,0% 0,0% 12,8% 16,3% 18,9% 17,9% 27,3% 19,1% 13,7% 19,3% 18,6%
0,0% 0,0% 0,0% 1,6% 3,9% 1,4% 0,9% 4,0% 2,1% 1,2% 2,0%
0,0% 0,0% 1,3% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 2,1% 0,5% 0,0% 0,5%
44,4% 0,0% 24,4% 11,9% 3,7% 9,5% 3,1% 3,7% 12,9% 4,3% 8,3%
0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 1,5% 0,0% 0,8% 5,6% 2,5% 1,3%
0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 1,2% 0,0% 0,6% 1,6% 0,6% 0,5%
0,0% 0,0% 6,2% 1,6% 4,9% 5,6% 2,8% 1,5% 7,7% 7,2% 4,7%
55,6% 30,8% 9,4% 3,8% 0,0% 4,1% 0,8% 0,0% 5,5% 3,2% 3,2%
0,0% 0,0% 6,2% 1,4% 0,8% 0,5% 0,3% 0,0% 2,6% 0,1% 1,3%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
90 65 2.660 1.845 4.310 2.935 3.730 3.610 3.105 3.450 25.800 totaal
particuliere huur meergezins
eengezins
(middel)duur
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
meergezins
bereikbaar
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
23-44 jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
totaal
particuliere huur
eengezins
bereikbaar
< 23 jr.
meergezins
goedkoop
eengezins
goedkoop
Bijlage 6-6
41
100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%
42 BIJLAGEN
De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015, voorzichtig economisch scenario, basisprogramma
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
65+ jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0 0 35 0 90
0 10 0 35 360
40 50 55 20 160
115 0 210 10 50
0 25 145 25 90
0 0 25 75 25
0 445 970 125 1.155
0 0 60 20 160
0 10 45 0 0
750 330 3.275 240 825
0 15 115 0 80
55 0 70 40 40
6.370 15 2.610 35 130
7.330 900 7.615 635 3.165
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
15 35 10 10 55 250
0 35 110 50 75 680
105 125 125 240 115 1.025
110 10 135 65 15 730
25 15 0 30 40 395
0 25 15 135 75 370
2.000 265 550 1.625 705 7.840
20 45 145 90 50 590
5 5 25 20 15 120
1.450 130 400 1.445 340 9.185
75 5 10 245 65 620
5 0 30 130 10 385
130 50 95 185 85 9.705
3.940 745 1.645 4.275 1.650 31.895
totaal
koop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
totaal
meergezins
goedkoop
65+ jr.
eengezins
(middel)duur
45-64 jr.
meergezins
bereikbaar
23-44 jr.
totaal
huur
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
45-64 jr.
eengezins
bereikbaar
23-44 jr.
meergezins
goedkoop < 23 jr.
totaal
huur
eengezins
goedkoop
Bijlage 6-7
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0,0% 0,0% 0,5% 0,0% 2,8%
0,0% 1,1% 0,0% 5,5% 11,4%
0,5% 5,6% 0,7% 3,1% 5,1%
1,6% 0,0% 2,8% 1,6% 1,6%
0,0% 2,8% 1,9% 3,9% 2,8%
0,0% 0,0% 0,3% 11,8% 0,8%
0,0% 49,4% 12,7% 19,7% 36,5%
0,0% 0,0% 0,8% 3,1% 5,1%
0,0% 1,1% 0,6% 0,0% 0,0%
10,2% 36,7% 43,0% 37,8% 26,1%
0,0% 1,7% 1,5% 0,0% 2,5%
0,8% 0,0% 0,9% 6,3% 1,3%
86,9% 1,7% 34,3% 5,5% 4,1%
100% 100% 100% 100% 100%
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
0,4% 4,7% 0,6% 0,2% 3,3% 0,8%
0,0% 4,7% 6,7% 1,2% 4,5% 2,1%
2,7% 16,8% 7,6% 5,6% 7,0% 3,2%
2,8% 1,3% 8,2% 1,5% 0,9% 2,3%
0,6% 2,0% 0,0% 0,7% 2,4% 1,2%
0,0% 3,4% 0,9% 3,2% 4,5% 1,2%
50,8% 35,6% 33,4% 38,0% 42,7% 24,6%
0,5% 6,0% 8,8% 2,1% 3,0% 1,8%
0,1% 0,7% 1,5% 0,5% 0,9% 0,4%
36,8% 17,4% 24,3% 33,8% 20,6% 28,8%
1,9% 0,7% 0,6% 5,7% 3,9% 1,9%
0,1% 0,0% 1,8% 3,0% 0,6% 1,2%
3,3% 6,7% 5,8% 4,3% 5,2% 30,4%
100% 100% 100% 100% 100% 100%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
BIJLAGEN
De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015, negatief economisch scenario, basisprogramma koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
65+ jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0 0 35 0 95
0 10 0 45 400
45 55 65 20 185
120 0 225 15 55
0 25 160 30 100
0 0 30 85 25
0 430 995 135 1.180
0 0 60 25 170
0 10 50 0 0
750 325 3.395 260 850
0 15 125 0 85
60 0 80 45 45
6.410 15 2.715 40 130
7.385 890 7.930 705 3.320
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
20 45 10 10 65 280
0 45 130 55 95 780
125 165 155 275 145 1.230
125 15 150 70 20 795
30 20 0 35 45 445
0 35 20 155 90 440
2.150 320 600 1.660 785 8.250
25 55 165 95 55 650
5 5 30 20 20 135
1.575 155 440 1.495 385 9.635
85 10 10 260 75 670
5 0 35 145 15 430
140 60 100 190 95 9.900
4.285 930 1.840 4.470 1.890 33.640
totaal
koop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
totaal
meergezins
goedkoop
65+ jr.
eengezins
(middel)duur
45-64 jr.
meergezins
bereikbaar
23-44 jr.
totaal
huur
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
45-64 jr.
eengezins
bereikbaar
23-44 jr.
meergezins
goedkoop < 23 jr.
totaal
huur
eengezins
goedkoop
Bijlage 6-8
43
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0,0% 0,0% 0,4% 0,0% 2,9%
0,0% 1,1% 0,0% 6,4% 12,0%
0,6% 6,2% 0,8% 2,8% 5,6%
1,6% 0,0% 2,8% 2,1% 1,7%
0,0% 2,8% 2,0% 4,3% 3,0%
0,0% 0,0% 0,4% 12,1% 0,8%
0,0% 48,3% 12,5% 19,1% 35,5%
0,0% 0,0% 0,8% 3,5% 5,1%
0,0% 1,1% 0,6% 0,0% 0,0%
10,2% 36,5% 42,8% 36,9% 25,6%
0,0% 1,7% 1,6% 0,0% 2,6%
0,8% 0,0% 1,0% 6,4% 1,4%
86,8% 1,7% 34,2% 5,7% 3,9%
100% 100% 100% 100% 100%
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
0,5% 4,8% 0,5% 0,2% 3,4% 0,8%
0,0% 4,8% 7,1% 1,2% 5,0% 2,3%
2,9% 17,7% 8,4% 6,2% 7,7% 3,7%
2,9% 1,6% 8,2% 1,6% 1,1% 2,4%
0,7% 2,2% 0,0% 0,8% 2,4% 1,3%
0,0% 3,8% 1,1% 3,5% 4,8% 1,3%
50,2% 34,4% 32,6% 37,1% 41,5% 24,5%
0,6% 5,9% 9,0% 2,1% 2,9% 1,9%
0,1% 0,5% 1,6% 0,4% 1,1% 0,4%
36,8% 16,7% 23,9% 33,4% 20,4% 28,6%
2,0% 1,1% 0,5% 5,8% 4,0% 2,0%
0,1% 0,0% 1,9% 3,2% 0,8% 1,3%
3,3% 6,5% 5,4% 4,3% 5,0% 29,4%
100% 100% 100% 100% 100% 100%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
44 BIJLAGEN
De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015, positief economisch scenario, basisprogramma
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
65+ jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0 0 30 0 80
0 10 0 30 320
35 40 45 15 140
110 0 195 10 45
0 25 130 25 80
0 0 25 60 20
0 440 960 115 1.115
0 0 55 20 150
0 10 40 0 0
755 320 3.165 220 785
0 15 110 0 75
50 0 65 35 35
6.350 15 2.500 30 120
7.300 870 7.315 565 2.960
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
15 30 5 10 45 215
0 30 95 45 65 590
80 90 110 205 90 855
95 10 125 60 15 665
20 10 0 30 35 350
0 20 15 120 60 315
1.790 225 525 1.580 635 7.385
20 35 135 85 40 540
5 5 20 15 15 110
1.270 105 380 1.375 300 8.675
65 5 10 225 55 565
0 0 25 120 10 340
115 40 90 175 75 9.510
3.475 605 1.540 4.040 1.440 30.115
totaal
koop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
totaal
meergezins
goedkoop
65+ jr.
eengezins
(middel)duur
45-64 jr.
meergezins
bereikbaar
23-44 jr.
totaal
huur
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
45-64 jr.
eengezins
bereikbaar
23-44 jr.
meergezins
goedkoop < 23 jr.
totaal
huur
eengezins
goedkoop
Bijlage 6-9
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0,0% 0,0% 0,4% 0,0% 2,7%
0,0% 1,1% 0,0% 5,3% 10,8%
0,5% 4,6% 0,6% 2,7% 4,7%
1,5% 0,0% 2,7% 1,8% 1,5%
0,0% 2,9% 1,8% 4,4% 2,7%
0,0% 0,0% 0,3% 10,6% 0,7%
0,0% 50,6% 13,1% 20,4% 37,7%
0,0% 0,0% 0,8% 3,5% 5,1%
0,0% 1,1% 0,5% 0,0% 0,0%
10,3% 36,8% 43,3% 38,9% 26,5%
0,0% 1,7% 1,5% 0,0% 2,5%
0,7% 0,0% 0,9% 6,2% 1,2%
87,0% 1,7% 34,2% 5,3% 4,1%
100% 100% 100% 100% 100%
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
0,4% 5,0% 0,3% 0,2% 3,1% 0,7%
0,0% 5,0% 6,2% 1,1% 4,5% 2,0%
2,3% 14,9% 7,1% 5,1% 6,3% 2,8%
2,7% 1,7% 8,1% 1,5% 1,0% 2,2%
0,6% 1,7% 0,0% 0,7% 2,4% 1,2%
0,0% 3,3% 1,0% 3,0% 4,2% 1,0%
51,5% 37,2% 34,1% 39,1% 44,1% 24,5%
0,6% 5,8% 8,8% 2,1% 2,8% 1,8%
0,1% 0,8% 1,3% 0,4% 1,0% 0,4%
36,5% 17,4% 24,7% 34,0% 20,8% 28,8%
1,9% 0,8% 0,6% 5,6% 3,8% 1,9%
0,0% 0,0% 1,6% 3,0% 0,7% 1,1%
3,3% 6,6% 5,8% 4,3% 5,2% 31,6%
100% 100% 100% 100% 100% 100%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
BIJLAGEN
45
Bijlage 6-10 De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015, negatief economisch scenario, aangepast programma
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
65+ jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0 0 40 0 105
0 10 0 40 355
35 45 55 20 165
145 0 270 15 65
0 20 125 25 80
0 0 20 70 20
0 425 945 135 1.175
0 0 55 20 155
0 10 45 0 0
795 350 3.545 290 930
0 10 105 0 80
55 0 75 45 40
6.355 15 2.660 40 135
7.385 890 7.930 705 3.320
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
20 50 10 10 75 315
0 45 115 50 85 695
110 150 135 245 130 1.095
150 15 185 90 25 965
25 15 0 30 40 360
0 30 15 120 75 350
2.070 320 585 1.640 790 8.075
20 55 150 85 55 595
5 5 25 20 20 125
1.665 175 475 1.615 425 10.255
75 5 10 230 70 590
5 0 35 140 15 405
140 60 105 195 100 9.810
4.285 930 1.840 4.470 1.890 33.640
totaal
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
totaal
meergezins
(middel)duur
65+ jr.
eengezins
bereikbaar
45-64 jr.
meergezins
goedkoop 23-44 jr.
totaal
huur
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
45-64 jr.
eengezins
bereikbaar
23-44 jr.
meergezins
goedkoop < 23 jr.
totaal
huur
eengezins
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0,0% 0,0% 0,5% 0,0% 3,2%
0,0% 1,1% 0,0% 5,7% 10,7%
0,5% 5,1% 0,7% 2,8% 5,0%
2,0% 0,0% 3,4% 2,1% 2,0%
0,0% 2,2% 1,6% 3,5% 2,4%
0,0% 0,0% 0,3% 9,9% 0,6%
0,0% 47,8% 11,9% 19,1% 35,4%
0,0% 0,0% 0,7% 2,8% 4,7%
0,0% 1,1% 0,6% 0,0% 0,0%
10,8% 39,3% 44,7% 41,1% 28,0%
0,0% 1,1% 1,3% 0,0% 2,4%
0,7% 0,0% 0,9% 6,4% 1,2%
86,1% 1,7% 33,5% 5,7% 4,1%
100% 100% 100% 100% 100%
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
0,5% 5,4% 0,5% 0,2% 4,0% 0,9%
0,0% 4,8% 6,3% 1,1% 4,5% 2,1%
2,6% 16,1% 7,3% 5,5% 6,9% 3,3%
3,5% 1,6% 10,1% 2,0% 1,3% 2,9%
0,6% 1,6% 0,0% 0,7% 2,1% 1,1%
0,0% 3,2% 0,8% 2,7% 4,0% 1,0%
48,3% 34,4% 31,8% 36,7% 41,8% 24,0%
0,5% 5,9% 8,2% 1,9% 2,9% 1,8%
0,1% 0,5% 1,4% 0,4% 1,1% 0,4%
38,9% 18,8% 25,8% 36,1% 22,5% 30,5%
1,8% 0,5% 0,5% 5,1% 3,7% 1,8%
0,1% 0,0% 1,9% 3,1% 0,8% 1,2%
3,3% 6,5% 5,7% 4,4% 5,3% 29,2%
100% 100% 100% 100% 100% 100%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
46 BIJLAGEN
Bijlage 6-11 De woonsituatie van de doelgroep in Nijmegen in 2015, positief economisch scenario, aangepast programma
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
65+ jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0 0 30 0 75
0 10 0 35 340
35 45 50 15 145
100 0 175 10 40
0 25 145 25 85
0 0 25 70 20
0 445 985 115 1.120
0 0 60 20 155
0 10 40 0 0
730 305 3.085 210 745
0 15 120 0 80
55 0 70 35 35
6.380 15 2.530 30 120
7.300 870 7.315 565 2.960
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
15 25 5 10 45 205
0 30 105 45 65 625
90 95 115 215 95 910
85 5 110 55 15 590
20 10 0 30 35 385
0 20 15 130 65 350
1.825 225 535 1.595 635 7.480
20 40 140 85 45 565
5 5 25 15 15 115
1.230 100 365 1.320 285 8.375
70 5 10 240 60 600
0 0 25 120 10 350
115 40 85 175 75 9.560
3.475 605 1.540 4.040 1.440 30.115
totaal
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
totaal
meergezins
(middel)duur
65+ jr.
eengezins
bereikbaar
45-64 jr.
meergezins
goedkoop 23-44 jr.
totaal
huur
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
45-64 jr.
eengezins
bereikbaar
23-44 jr.
meergezins
goedkoop < 23 jr.
totaal
huur
eengezins
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0,0% 0,0% 0,4% 0,0% 2,5%
0,0% 1,1% 0,0% 6,2% 11,5%
0,5% 5,2% 0,7% 2,7% 4,9%
1,4% 0,0% 2,4% 1,8% 1,4%
0,0% 2,9% 2,0% 4,4% 2,9%
0,0% 0,0% 0,3% 12,4% 0,7%
0,0% 51,1% 13,5% 20,4% 37,8%
0,0% 0,0% 0,8% 3,5% 5,2%
0,0% 1,1% 0,5% 0,0% 0,0%
10,0% 35,1% 42,2% 37,2% 25,2%
0,0% 1,7% 1,6% 0,0% 2,7%
0,8% 0,0% 1,0% 6,2% 1,2%
87,4% 1,7% 34,6% 5,3% 4,1%
100% 100% 100% 100% 100%
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
0,4% 4,1% 0,3% 0,2% 3,1% 0,7%
0,0% 5,0% 6,8% 1,1% 4,5% 2,1%
2,6% 15,7% 7,5% 5,3% 6,6% 3,0%
2,4% 0,8% 7,1% 1,4% 1,0% 2,0%
0,6% 1,7% 0,0% 0,7% 2,4% 1,3%
0,0% 3,3% 1,0% 3,2% 4,5% 1,2%
52,5% 37,2% 34,7% 39,5% 44,1% 24,8%
0,6% 6,6% 9,1% 2,1% 3,1% 1,9%
0,1% 0,8% 1,6% 0,4% 1,0% 0,4%
35,4% 16,5% 23,7% 32,7% 19,8% 27,8%
2,0% 0,8% 0,6% 5,9% 4,2% 2,0%
0,0% 0,0% 1,6% 3,0% 0,7% 1,2%
3,3% 6,6% 5,5% 4,3% 5,2% 31,7%
100% 100% 100% 100% 100% 100%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
BIJLAGEN
47
Bijlage 6-12 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen in 2015, voorzichtig economisch scenario, basisprogramma koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
65+ jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0 0 325 260 175
0 0 490 335 675
0 0 140 165 615
10 40 915 200 75
0 0 1.555 120 25
0 0 335 85 5
35 0 515 160 835
0 0 95 15 195
0 0 40 0 15
315 95 4.245 860 585
0 0 735 165 85
0 0 360 65 5
535 80 2.070 75 70
895 215 11.830 2.510 3.360
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
295 80 100 135 90 1.460
620 420 245 115 255 3.150
750 480 535 500 660 3.850
555 60 20 170 20 2.065
530 85 20 230 195 2.765
460 270 40 340 355 1.885
915 880 750 830 1.385 6.315
130 310 235 205 140 1.325
15 55 30 5 30 190
1.860 210 225 1.315 470 10.175
450 120 20 440 135 2.155
215 35 0 205 30 920
435 65 25 285 85 3.725
7.230 3.070 2.250 4.775 3.415 39.550
totaal
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
totaal
meergezins
(middel)duur
65+ jr.
eengezins
bereikbaar
45-64 jr.
meergezins
goedkoop 23-44 jr.
totaal
huur
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
45-64 jr.
eengezins
bereikbaar
23-44 jr.
meergezins
goedkoop < 23 jr.
totaal
huur
eengezins
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0,0% 0,0% 2,7% 10,4% 5,2%
0,0% 0,0% 4,1% 13,3% 20,1%
0,0% 0,0% 1,2% 6,6% 18,3%
1,1% 18,6% 7,7% 8,0% 2,2%
0,0% 0,0% 13,1% 4,8% 0,7%
0,0% 0,0% 2,8% 3,4% 0,1%
3,9% 0,0% 4,4% 6,4% 24,9%
0,0% 0,0% 0,8% 0,6% 5,8%
0,0% 0,0% 0,3% 0,0% 0,4%
35,2% 44,2% 35,9% 34,3% 17,4%
0,0% 0,0% 6,2% 6,6% 2,5%
0,0% 0,0% 3,0% 2,6% 0,1%
59,8% 37,2% 17,5% 3,0% 2,1%
100% 100% 100% 100% 100%
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
4,1% 2,6% 4,4% 2,8% 2,6% 3,7%
8,6% 13,7% 10,9% 2,4% 7,5% 8,0%
10,4% 15,6% 23,8% 10,5% 19,3% 9,7%
7,7% 2,0% 0,9% 3,6% 0,6% 5,2%
7,3% 2,8% 0,9% 4,8% 5,7% 7,0%
6,4% 8,8% 1,8% 7,1% 10,4% 4,8%
12,7% 28,7% 33,3% 17,4% 40,6% 16,0%
1,8% 10,1% 10,4% 4,3% 4,1% 3,4%
0,2% 1,8% 1,3% 0,1% 0,9% 0,5%
25,7% 6,8% 10,0% 27,5% 13,8% 25,7%
6,2% 3,9% 0,9% 9,2% 4,0% 5,4%
3,0% 1,1% 0,0% 4,3% 0,9% 2,3%
6,0% 2,1% 1,1% 6,0% 2,5% 9,4%
100% 100% 100% 100% 100% 100%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
48 BIJLAGEN
Bijlage 6-13 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen in 2015, negatief economisch scenario, basisprogramma koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
65+ jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0 0 325 275 185
0 0 510 365 735
0 0 155 185 690
10 45 915 210 80
0 0 1.595 125 30
0 0 350 95 5
35 0 490 160 835
0 0 95 15 205
0 0 40 0 15
295 100 4.090 865 590
0 0 730 170 85
0 0 375 70 5
500 80 2.000 80 70
840 225 11.675 2.615 3.535
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
290 85 105 130 85 1.485
625 460 265 115 255 3.330
785 540 600 520 685 4.160
535 60 20 165 15 2.055
530 95 25 230 190 2.810
470 305 45 345 365 1.975
855 890 750 770 1.295 6.075
125 325 240 195 130 1.335
15 55 35 5 30 195
1.745 210 230 1.235 440 9.805
435 125 25 425 130 2.130
220 40 0 205 30 945
410 65 25 270 80 3.580
7.040 3.260 2.355 4.610 3.295 39.450
totaal
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
totaal
meergezins
(middel)duur
65+ jr.
eengezins
bereikbaar
45-64 jr.
meergezins
goedkoop 23-44 jr.
totaal
huur
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
45-64 jr.
eengezins
bereikbaar
23-44 jr.
meergezins
goedkoop < 23 jr.
totaal
huur
eengezins
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0,0% 0,0% 2,8% 10,5% 5,2%
0,0% 0,0% 4,4% 14,0% 20,8%
0,0% 0,0% 1,3% 7,1% 19,5%
1,2% 20,0% 7,8% 8,0% 2,3%
0,0% 0,0% 13,7% 4,8% 0,8%
0,0% 0,0% 3,0% 3,6% 0,1%
4,2% 0,0% 4,2% 6,1% 23,6%
0,0% 0,0% 0,8% 0,6% 5,8%
0,0% 0,0% 0,3% 0,0% 0,4%
35,1% 44,4% 35,0% 33,1% 16,7%
0,0% 0,0% 6,3% 6,5% 2,4%
0,0% 0,0% 3,2% 2,7% 0,1%
59,5% 35,6% 17,1% 3,1% 2,0%
100% 100% 100% 100% 100%
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
4,1% 2,6% 4,5% 2,8% 2,6% 3,8%
8,9% 14,1% 11,3% 2,5% 7,7% 8,4%
11,2% 16,6% 25,5% 11,3% 20,8% 10,5%
7,6% 1,8% 0,8% 3,6% 0,5% 5,2%
7,5% 2,9% 1,1% 5,0% 5,8% 7,1%
6,7% 9,4% 1,9% 7,5% 11,1% 5,0%
12,1% 27,3% 31,8% 16,7% 39,3% 15,4%
1,8% 10,0% 10,2% 4,2% 3,9% 3,4%
0,2% 1,7% 1,5% 0,1% 0,9% 0,5%
24,8% 6,4% 9,8% 26,8% 13,4% 24,9%
6,2% 3,8% 1,1% 9,2% 3,9% 5,4%
3,1% 1,2% 0,0% 4,4% 0,9% 2,4%
5,8% 2,0% 1,1% 5,9% 2,4% 9,1%
100% 100% 100% 100% 100% 100%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
BIJLAGEN
49
Bijlage 6-14 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen in 2015, positief economisch scenario, basisprogramma koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
65+ jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0 0 325 245 165
0 0 470 305 620
0 0 135 150 550
10 45 915 190 70
0 0 1.520 110 25
0 0 315 80 5
40 0 545 160 845
0 0 100 15 190
0 0 40 0 15
330 110 4.410 845 580
0 0 745 155 80
0 0 350 60 5
550 90 2.140 75 70
925 245 12.015 2.395 3.225
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
305 70 95 135 90 1.435
620 375 220 110 250 2.975
730 415 470 480 635 3.560
575 55 20 175 20 2.075
540 80 20 230 195 2.720
450 240 35 330 350 1.805
1.000 865 740 905 1.475 6.575
140 290 220 210 145 1.305
15 50 30 5 30 180
2.005 200 220 1.400 495 10.595
470 115 20 460 140 2.185
220 30 0 205 30 900
465 65 25 305 90 3.870
7.535 2.855 2.110 4.950 3.525 39.780
totaal
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
totaal
meergezins
(middel)duur
65+ jr.
eengezins
bereikbaar
45-64 jr.
meergezins
goedkoop 23-44 jr.
totaal
huur
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
45-64 jr.
eengezins
bereikbaar
23-44 jr.
meergezins
goedkoop < 23 jr.
totaal
huur
eengezins
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0,0% 0,0% 2,7% 10,2% 5,1%
0,0% 0,0% 3,9% 12,7% 19,2%
0,0% 0,0% 1,1% 6,3% 17,1%
1,1% 18,4% 7,6% 7,9% 2,2%
0,0% 0,0% 12,7% 4,6% 0,8%
0,0% 0,0% 2,6% 3,3% 0,2%
4,3% 0,0% 4,5% 6,7% 26,2%
0,0% 0,0% 0,8% 0,6% 5,9%
0,0% 0,0% 0,3% 0,0% 0,5%
35,7% 44,9% 36,7% 35,3% 18,0%
0,0% 0,0% 6,2% 6,5% 2,5%
0,0% 0,0% 2,9% 2,5% 0,2%
59,5% 36,7% 17,8% 3,1% 2,2%
100% 100% 100% 100% 100%
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
4,0% 2,5% 4,5% 2,7% 2,6% 3,6%
8,2% 13,1% 10,4% 2,2% 7,1% 7,5%
9,7% 14,5% 22,3% 9,7% 18,0% 8,9%
7,6% 1,9% 0,9% 3,5% 0,6% 5,2%
7,2% 2,8% 0,9% 4,6% 5,5% 6,8%
6,0% 8,4% 1,7% 6,7% 9,9% 4,5%
13,3% 30,3% 35,1% 18,3% 41,8% 16,5%
1,9% 10,2% 10,4% 4,2% 4,1% 3,3%
0,2% 1,8% 1,4% 0,1% 0,9% 0,5%
26,6% 7,0% 10,4% 28,3% 14,0% 26,6%
6,2% 4,0% 0,9% 9,3% 4,0% 5,5%
2,9% 1,1% 0,0% 4,1% 0,9% 2,3%
6,2% 2,3% 1,2% 6,2% 2,6% 9,7%
100% 100% 100% 100% 100% 100%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
50 BIJLAGEN
Bijlage 6-15 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen in 2015, negatief economisch scenario, aangepast programma koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
65+ jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0 0 360 305 215
0 0 445 315 670
0 0 135 165 635
10 50 1.115 255 100
0 0 1.305 105 25
0 0 280 75 5
30 0 480 155 855
0 0 85 15 190
0 0 40 0 15
310 100 4.405 925 665
0 0 645 150 80
0 0 355 65 5
490 75 2.030 80 75
840 225 11.680 2.615 3.535
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
330 100 125 150 100 1.685
560 435 245 105 240 3.015
710 515 560 475 645 3.840
675 80 25 210 25 2.550
445 80 20 195 165 2.340
380 260 35 285 310 1.625
855 935 775 780 1.345 6.205
120 315 230 185 130 1.270
15 55 35 5 25 190
1.925 245 260 1.360 505 10.695
395 120 20 390 125 1.925
210 40 0 200 30 910
425 75 25 280 85 3.635
7.040 3.260 2.355 4.610 3.295 39.450
totaal
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
totaal
meergezins
(middel)duur
65+ jr.
eengezins
bereikbaar
45-64 jr.
meergezins
goedkoop 23-44 jr.
totaal
huur
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
45-64 jr.
eengezins
bereikbaar
23-44 jr.
meergezins
goedkoop < 23 jr.
totaal
huur
eengezins
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0,0% 0,0% 3,1% 11,7% 6,1%
0,0% 0,0% 3,8% 12,0% 19,0%
0,0% 0,0% 1,2% 6,3% 18,0%
1,2% 22,2% 9,5% 9,8% 2,8%
0,0% 0,0% 11,2% 4,0% 0,7%
0,0% 0,0% 2,4% 2,9% 0,1%
3,6% 0,0% 4,1% 5,9% 24,2%
0,0% 0,0% 0,7% 0,6% 5,4%
0,0% 0,0% 0,3% 0,0% 0,4%
36,9% 44,4% 37,7% 35,4% 18,8%
0,0% 0,0% 5,5% 5,7% 2,3%
0,0% 0,0% 3,0% 2,5% 0,1%
58,3% 33,3% 17,4% 3,1% 2,1%
100% 100% 100% 100% 100%
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
4,7% 3,1% 5,3% 3,3% 3,0% 4,3%
8,0% 13,3% 10,4% 2,3% 7,3% 7,6%
10,1% 15,8% 23,8% 10,3% 19,6% 9,7%
9,6% 2,5% 1,1% 4,6% 0,8% 6,5%
6,3% 2,5% 0,8% 4,2% 5,0% 5,9%
5,4% 8,0% 1,5% 6,2% 9,4% 4,1%
12,1% 28,7% 32,9% 16,9% 40,8% 15,7%
1,7% 9,7% 9,8% 4,0% 3,9% 3,2%
0,2% 1,7% 1,5% 0,1% 0,8% 0,5%
27,3% 7,5% 11,0% 29,5% 15,3% 27,1%
5,6% 3,7% 0,8% 8,5% 3,8% 4,9%
3,0% 1,2% 0,0% 4,3% 0,9% 2,3%
6,0% 2,3% 1,1% 6,1% 2,6% 9,2%
100% 100% 100% 100% 100% 100%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V
BIJLAGEN
51
Bijlage 6-16 De woonsituatie van de doelgroep-plus in Nijmegen in 2015, positief economisch scenario, aangepast programma koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
65+ jr.
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0 0 305 235 155
0 0 505 330 655
0 0 145 160 575
5 40 810 170 60
0 0 1.675 120 25
0 0 355 90 5
40 0 555 160 840
0 0 105 15 195
0 0 40 0 15
320 110 4.240 815 545
0 0 790 165 85
0 0 360 60 5
560 90 2.130 75 70
925 245 12.020 2.395 3.225
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
285 65 85 125 80 1.335
655 390 230 120 260 3.140
770 430 485 505 655 3.720
500 45 15 155 15 1.820
585 85 20 250 205 2.970
500 260 35 365 380 1.990
1.005 845 730 900 1.445 6.515
145 295 225 220 145 1.345
15 50 30 5 30 185
1.905 185 205 1.325 460 10.110
495 115 20 480 145 2.300
220 30 0 205 30 920
455 60 20 295 85 3.845
7.535 2.855 2.110 4.950 3.525 39.785
totaal
koop
goedkoop
bereikbaar
(middel)duur
betaalbaar
middelduur
duur
betaalbaar
middelduur
duur
onzelfstandig / overig
totaal
meergezins
(middel)duur
65+ jr.
eengezins
bereikbaar
45-64 jr.
meergezins
goedkoop 23-44 jr.
totaal
huur
eengezins
< 23 jr.
meergezins
(middel)duur
45-64 jr.
eengezins
bereikbaar
23-44 jr.
meergezins
goedkoop < 23 jr.
totaal
huur
eengezins
1 pers. 2+ pers. 1 pers. 2 pers. 3+ pers.
0,0% 0,0% 2,5% 9,8% 4,8%
0,0% 0,0% 4,2% 13,8% 20,3%
0,0% 0,0% 1,2% 6,7% 17,8%
0,5% 16,3% 6,7% 7,1% 1,9%
0,0% 0,0% 13,9% 5,0% 0,8%
0,0% 0,0% 3,0% 3,8% 0,2%
4,3% 0,0% 4,6% 6,7% 26,0%
0,0% 0,0% 0,9% 0,6% 6,0%
0,0% 0,0% 0,3% 0,0% 0,5%
34,6% 44,9% 35,3% 34,0% 16,9%
0,0% 0,0% 6,6% 6,9% 2,6%
0,0% 0,0% 3,0% 2,5% 0,2%
60,5% 36,7% 17,7% 3,1% 2,2%
100% 100% 100% 100% 100%
1 pers. 2 pers. 3+ pers. 1 pers. 2+ pers.
3,8% 2,3% 4,0% 2,5% 2,3% 3,4%
8,7% 13,7% 10,9% 2,4% 7,4% 7,9%
10,2% 15,1% 23,0% 10,2% 18,6% 9,4%
6,6% 1,6% 0,7% 3,1% 0,4% 4,6%
7,8% 3,0% 0,9% 5,1% 5,8% 7,5%
6,6% 9,1% 1,7% 7,4% 10,8% 5,0%
13,3% 29,6% 34,6% 18,2% 41,0% 16,4%
1,9% 10,3% 10,7% 4,4% 4,1% 3,4%
0,2% 1,8% 1,4% 0,1% 0,9% 0,5%
25,3% 6,5% 9,7% 26,8% 13,0% 25,4%
6,6% 4,0% 0,9% 9,7% 4,1% 5,8%
2,9% 1,1% 0,0% 4,1% 0,9% 2,3%
6,0% 2,1% 0,9% 6,0% 2,4% 9,7%
100% 100% 100% 100% 100% 100%
R I G O
R e s e a r c h
e n
A d v i e s
B V