De dagelijkse praktijk op Peuteropvang Hummelhonk
Plaats en datum: Doetinchem, 11-04-2013
©BOO / 2.1.1.1.F1. De dagelijkse praktijk op peuteropvang de koeleköpkes 2013 0-4 jaar V1,0
Hoofdstuk 1: Inleiding In het pedagogisch beleid staat de visie en werkwijze van Kinderopvang Humanitas beschreven. Dit pedagogisch beleid geldt voor alle locaties en beschrijft waar we als organisatie voor staan. We delen, samen met de ouders, de zorg en opvoeding van jonge kinderen en zijn ons bewust van deze grote verantwoordelijkheid. Hieronder beschrijven we hoe we in onze locatie werken aan de vier basisdoelen uit de Wet kinderopvang. Zorgen voor (emotionele) veiligheid Een veilig pedagogisch klimaat stelt eisen aan de omgeving. De groepsruimte moet hygiënisch zijn en kinderen moeten zich vrij kunnen bewegen zonder gevaar voor lichamelijk letsel. De pedagogisch medewerkers zorgen voor een gezonde balans tussen lichamelijk veiligheid en de behoefte van kinderen aan bewegen en exploreren. Daarnaast is het belangrijk dat kinderen zich veilig voelen bij de pedagogisch medewerkers, bij hun groepsgenootjes en weten wat er op een dag allemaal gaat gebeuren (door pictogrammen, liedjes, rituelen enz.). Dit gevoel van veiligheid is een belangrijke basis voor een kind om tot spel te komen en om in contact te komen met groepsgenootjes en vriendjes te maken. Het ontwikkelen van persoonlijke competenties Concreet vertalen persoonlijke competenties zich in de kinderopvangopvang onder andere in het maken van eigen keuzes en het omgaan met de verantwoordelijkheden die daarbij horen. Dit leidt tot een toenemende zelfstandigheid van kinderen, een gevoel van eigenwaarde en tot kinderparticipatie bij de buitenschoolse opvang. De pedagogisch medewerkers bieden ruimte aan kinderen om zelf vaardigheden te oefenen en initiatief te nemen: zelf naar toilet gaan, klimmen of koken. Hierdoor gaan kinderen steeds zelfstandiger functioneren en bouwen zij zelfvertrouwen op (persoonlijke competentie). Door het aanbieden van een activiteitenaanbod waarbij alle ontwikkelings- en intelligentiegebieden aan bod komen, geven we kinderen de mogelijkheid om spelenderwijs te leren en hun talenten te ontwikkelen. Het ontwikkelen van sociale competenties Bij ons zijn kinderen in een groep samen, waardoor zij ook volop de kans hebben om hun sociale vaardigheden te ontwikkelen. Elkaar helpen, delen, van elkaar leren, plezier maken met elkaar en samenwerken. Maar ook met elkaar afspraken maken en leren opkomen voor jezelf en ervaren hoe je problemen kunt oplossen, horen bij het ontwikkelen van sociale vaardigheden. In een groep krijgt een kind daarvoor volop de kans. Door het inrichten van verschillende speelplekken in één of meerdere ruimtes krijgen de kinderen de gelegenheid om in groepjes geconcentreerd met iets bezig te zijn. Een goede aansluiting bij de leeftijd en interesses van kinderen vinden wij daarbij van wezenlijk belang. Als het gaat om contacten tussen de kinderen, hebben pedagogisch medewerkers hierin vooral een begeleidende rol. Kinderen zoeken elkaar vanzelf op en bepalen zelf hoe ze communiceren. Afhankelijk van hun leeftijd en de situatie steunen we hen daarbij. We bekrachtigen de interacties die ontstaan en we gaan in op de gesprekken (of bewust niet). We stimuleren de kinderen om elkaar te helpen. Tijdens een afscheid van de ouder kunnen kinderen elkaar prima troosten, een arm om elkaars schouders slaan of samen zwaaien. In de buitenschoolse opvang maken groepsgenootjes een nieuw kind wegwijs in de locatie. Het overbrengen van waarden en normen Als mensen zijn we verschillend maar wel gelijkwaardig. De mening van de ander dóet er toe en is van invloed op de manier waarop met elkaar wordt omgegaan. Al heel vroeg is respect voor elkaar en onze omgeving een dagelijks thema voor kinderen: kinderen die een speentje zoeken voor een baby die verdrietig is; elkaar gedag zeggen bij binnenkomst of bij het weggaan; het goede voorbeeld geven door ‘dank je wel’ te zeggen; pedagogisch medewerkers die kinderen leren om zorgvuldig met spelmateriaal om te gaan; kinderen die zelf mee beslissen over de invulling van het vakantieprogramma; door met de kinderen afspraken te maken over pesten.
©BOO / 2.1.1.1.F1. De dagelijkse praktijk op peuteropvang de koeleköpkes 2013 0-4 jaar V1,0
In de volgende hoofdstukken geven wij locatie-specifieke informatie, zodat ouders weten wát ze op onze locatie kunnen verwachten, hoe een dag er uitziet en wat wij belangrijk vinden met betrekking tot de veiligheid, het welbevinden en de ontwikkeling van de kinderen.
Hoofdstuk 2: Bij deze groep mensen voel ik me fijn 2.1.
Hoe zien onze groepen eruit?
Peutergroep Hummelhonk Peuteropvang Hummelhonk heeft twee stamgroepen. De kinderen die de peuteropvang bezoeken zijn van 2 tot 4 jaar. Een stamgroep is, volgens de Wet Kinderopvang, een vaste groep kinderen met een eigen stamgroep ruimte. Aan een stamgroep zijn vaste pedagogisch medewerkers gekoppeld. Er worden maximaal 14 kinderen per dag, per groep opgevangen. Er zijn 2 pedagogisch medewerkers per dag aanwezig. Bij een groep van maximaal 7 kinderen is er 1 pedagogisch medewerker. De peuteropvang biedt ook de mogelijkheid voor de opvang van VVE ( voor-en vroegschoolse opvang ) kinderen. Activiteitenruimtes Volgens onze visie op de Ruimte als derde pedagoog, hebben wij diverse hoeken ingericht in de groep waar verschillende ontwikkelingsgebieden aan bod komen. Zo is er onder andere een huiselijk hoekje te vinden, een hoek waarin gebouwd kan worden en een plek waar kinderen aan de slag kunnen met de creatieve ontwikkeling door te kleuren, verven, plakken en kleien. Voor het oefenen van de grove motoriek kan gebruik gemaakt worden van de buitenruimte.
2.2.
De dagindeling
Openingstijden Maandag- en woensdagochtend van: Dinsdagochtend van: Donderdagmiddag van:
08.30 uur tot 11.15 uur 08.30 uur tot 11.30 uur 13.00 uur tot 15.45 uur
Het halen en brengen vindt plaats vanaf: 08.15 uur tot 08.30 uur brengen 11.00 uur tot 11.15 uur halen 11.15 uur tot 11.30 uur halen 12.45 uur tot 13.00 uur brengen 15.30 uur tot 15.45 uur halen Vanaf 08.30 uur Ontvangstmoment We begroeten kinderen en ouders bij binnenkomst (zie openingstijden). Er wordt informatie uitgewisseld over gebeurtenissen die belangrijk zijn voor de opvang van de peuter. De peuter wordt hierbij betrokken. Wanneer de pedagogisch medeweker is begroet mogen ouders samen met het kind een activiteit kiezen, zodat het kind kan acclimatiseren. Er wordt afscheid van het kind genomen als het kind zich op zijn gemak voelt. Soms wordt er nog even gezwaaid, soms moet een kind even getroost worden. Vervolgens mogen de kinderen vrij spelen. De pedagogisch medewerker doet mee: d.w.z. zij kijken of de kinderen zich vermaken en stimuleren tot vrij spel. Vanaf 9.00 uur Activiteitengericht werken. Als alle kinderen aanwezig zijn en alle ouders zijn vertrokken, gaan de kinderen in de diverse hoeken en aan de tafels spelen. Iedere maand wordt gewerkt rondom een bepaald thema. De diverse ontwikkelingsgebieden, motorische-, creatieve, -cognitieve, emotionele- en sociale ontwikkeling worden spelenderwijs gestimuleerd door middel van het aangeboden spelmateriaal dat in diverse hoeken is verdeeld en veelal aansluiten bij het thema. Puzzels, klei en wisselend spelmateriaal liggen klaar op de tafels, maar er mag ook ander materiaal gekozen worden om mee te spelen. De peuter mag zelf aangeven waarmee hij of zij wil spelen. De pedagogisch medewerker heeft ©BOO / 2.1.1.1.F1. De dagelijkse praktijk op peuteropvang de koeleköpkes 2013 0-4 jaar V1,0
een stimulerende rol en is gericht op het ontwikkelen van de persoonlijke competenties. Natuurlijk wordt hierbij zelfstandigheid zoveel mogelijk gestimuleerd (zelf naar het toilet gaan, zelf iets pakken en/of opbergen). We hebben tevens aandacht voor het ontwikkelen van sociale competenties; samen spelen, samen delen, samen opruimen en elkaar helpen. Er worden activiteiten (individueel of per groep) aangeboden worden. Dit noemen we geleid spel. De activiteiten zijn niet verplicht. De activiteit wordt aangeboden om de peuters kennis te laten maken met materialen en om nieuwe vaardigheden en kennis op te doen. Pedagogisch medewerkers stimuleren de kinderen om te kiezen en deel te nemen aan een activiteit, door activiteiten te bedenken rondom een thema dat aansluit bij de belevingswereld en de ontwikkeling van de peuter. Een activiteit kan bestaan uit verven, plakken, prikken, kleuren, scheuren, kralen rijgen, beweging, kringspelletjes en gezelschapspelletjes enz.. Er is een jaarplanning met een aantal vaste thema’s, die ieder jaar terug komen, zoals de jaargetijden en feestdagen. Wisselende thema’s zijn o.a. kleur, vormen, in en om het huis en gebitsverzorging. Onze peuteropvang sluit ook aan bij thema’s van Boekenpret (zie ook VVE). De thema’s en de activiteiten worden via de activiteitenborden aangegeven. Alle ontwikkelingsgebieden die gestimuleerd worden staan hier op aangegeven. Op deze wijze kunnen de ouders de activiteiten volgen en er thuis op inspelen. Na afloop van het activiteitenmoment wordt het opruimen aangekondigd, door het zingen van een liedje en beginnen we samen met de kinderen met de voorbereidingen van het eten en drinken en de kring. Vanaf 10.00 uur De kring. Eten en drinken is bij uitstek een plezierig en sociaal gebeuren. De peuters krijgen fruit en iets te drinken. Er is aandacht voor elkaar, er worden gesprekken gevoerd en keuzes gemaakt ( welk fruit, wie mag er nu?). Sociale aspecten hierbij zijn: elkaar helpen en op je beurt wachten en luisteren naar elkaars verhaal en het zelf vertellen. Het eten en drinken gebeurd altijd op een zelfde manier, het is een vast ritueel dat dagelijks terugkeert. Het ritueel is een middel om de wereld voor de peuters voorspelbaar te maken en om een wij-gevoel te creëren. Tijdens de kring doen we taalspelletjes, zingen we liedjes en vertellen we de kinderen verhalen(of worden er verhalen voor gelezen?) die aansluiten bij het thema van de maand. . Vanaf 10.45-11.00 uur Buitenspelen. Buitenspelen vinden we belangrijk en we gaan bij redelijk weer, ook al is het koud, dagelijks naar buiten. We passen het buitenspelen in ons dagelijks programma. Vanaf 11.00-11.30 uur Ophalen. Alle peuters worden vanuit de groepsruimte of tijdens het buitenspelen opgehaald. Er vindt mondelinge overdracht aan de ouders plaats en we informeren hen over het verloop van de ochtend. We nemen zelf het initiatief voor een duidelijk afscheid van de kinderen en ouders. Wanneer de peuter nog aan het spelen is als de peuter wordt opgehaald verwachten we van ouders dat zij samen met hun peuter het spel afronden en mogelijk opruimen.
©BOO / 2.1.1.1.F1. De dagelijkse praktijk op peuteropvang de koeleköpkes 2013 0-4 jaar V1,0
2.3.
Inzet pedagogisch medewerkers kind ratio (PKR)
Inzet van pedagogische medewerksters (Pedagogisch medewerkers) In een peutergroep zijn bij een groepsgrootte van maximaal 14 kinderen, 2 vaste pedagogisch medewerkers werkzaam. Bij een groep van maximaal 7 kinderen is er 1 pedagogisch medewerker. Bij binnenkomst kunnen ouders en kinderen op het aanwezigheidsbord zien welke pedagogisch medewerkers er die dag werken (foto’s en/of namen). Op een groep met 2 pedagogisch medewerkers werken beiden de openingstijd plus een kwartier per dagdeel. Een van beiden opent en de andere sluit af. Als er één pedagogisch medewerker aanwezig is, is de werktijd de openingstijd plus een kwartier voorbereiding en afsluiting. Aanvullende informatie over de leidster-kind-ratio - leeftijden in één groep worden de kinderen uit de diverse leeftijdsgroepen geteld. Eén pedagogisch medewerker op zes aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar - één pedagogisch medewerker op acht aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar Bij kinderen van verschillende Ouders krijgen bij binnenkomst een plaatsingsgesprek op deze groep met een vaste pedagogische medewerkster van het kind , verbonden aan deze groep. Alle kinderen hebben een vaste pedagogisch medewerker die de gesprekken met de ouders voert. Het plaatsingsgesprek, het wengesprek en de gesprekken over ‘Kijk mij nou’, ons welbevindeninstrument. Hierover is meer te lezen in hoofdstuk 5. Wanneer er kinderen komen wennen, een kind een dag geruild heeft of een medewerker vervangen is in verband met ziekte of verlof, dan wordt deze wijziging aangegeven op de dagrapportage en het rooster. 2.3.1 Opleidingseisen pedagogisch medewerkers Alle pedagogisch medewerkers van de peuteropvang zijn gediplomeerd. Zij hebben een opleiding afgerond, die hen kwalificeert tot de functie van pedagogisch medewerker in de peuteropvang. In de CAO Kinderopvang is de lijst met passende opleidingen opgenomen. Deze lijst is te allen tijden door ouders op te vragen bij de locatiemanager. Daarnaast zijn de medewerkers op deze locatie toch ook nog VVE geschoold voor startblokken. 2.3.2 Inzet stagiaires (BOL: Beroep opleidende leerweg) In de groep is een mogelijkheid voor een stagiaire (maximaal 1 stagiaire per dag, maximaal 2 stagiaires per week). De stagiaire wordt begeleid in haar werkzaamheden door de pedagogisch medewerkers. De stagiaire staat boventallig op de groep. Ouders worden ingelicht als er een stagiaire in de groep aanwezig is via het informatiebord in de hal. De stagiaire is herkenbaar door lila bedrijfskleding. Achterwacht bij calamiteiten Ondersteuning in geval van een calamiteit vindt plaats door de directe collega De pedagogisch medewerkers zijn achterwacht van elkaar. Wanneer de collega van de pedagogische medewerker haar werkdag heeft beëindigd, kan de pedagogische medewerker bij een calamiteit een beroep doen de ( volwassen) stagiaire of een collega bereiken op het naburige kinderdagverblijf de Waterpas .Voor elke locatie is een protocol opgesteld, dat aangeeft hoe er moet worden gehandeld bij calamiteiten. Iedere locatiemanager zorgt voor een geactualiseerd protocol. Daarnaast is er een risico inventarisatie gedaan, waarin risico’s met betrekking tot veiligheid en gezondheid worden beoordeeld. Deze wordt jaarlijks herhaald. In een plan van aanpak worden acties beschreven om risico’s terug te brengen. Per jaar wordt een ontruimingsoefening gehouden met een professioneel bedrijf “Paraat”. De ouders worden in de groep ontvangen. We vragen ouders om de deur die toegang geeft tot de peuteropvang te sluiten.
©BOO / 2.1.1.1.F1. De dagelijkse praktijk op peuteropvang de koeleköpkes 2013 0-4 jaar V1,0
2.4.
Wennen
Voor de daadwerkelijke start van de opvang van een kind voert de pedagogisch medewerker een plaatsingsgesprek met de ouder(s). Tijdens dit plaatsingsgesprek worden de wenafspraken gemaakt en schriftelijk vastgelegd op het plaatsingsformulier. Kinderen wennen in ieder geval twee keer, afhankelijk van de behoefte van ouder en of kind kan deze periode worden uitgebreid. In het geval van een spoedplaatsing worden er afspraken op maat gemaakt met de ouders. Wanneer het contract al is ingegaan wordt rekening gehouden met de geldende regels rond de PKR. Bij het wennen geven we de ouders de mogelijkheid aanwezig te zijn. Om deze reden went er ook maar één kind tegelijkertijd op een groep Op de peutergroep zijn ouders van harte welkom om aanwezig te zijn tijdens het wenmoment. We evalueren de wenperiode na twee maanden om te bespreken hoe het kind zich op de groep voelt en of ouders tevreden zijn. Deze wenmomenten worden bij voorkeur gepland tussen de breng- en haalmomenten, zodat er voor voldoende aandacht is voor het nieuwe kind en zijn ouders.
Hoofdstuk 3: Dit is mijn plek 3.1.
Het ‘vier-ogen’-principe in de dagelijkse praktijk.
Naast de deur op Hummelhonk zit een raamwerk van glas. Daarnaast zitten er veel ramen in het gebouw. Wat betekent dat er veel transparantie is en er veel doorkijk mogelijkheden zijn. Dagelijks zijn er twee pedagogische medewerksters aan het werk. De groepsruimte is direct gelegen naast de klaslokalen van school zodat andere volwassenen ook toegang hebben tot peuteropvang. 3.2.
Samenwerkingsverbanden en/of omgevingsfactoren.
Samenwerking en communicatie Tijdens haal en brengmomenten is er vanzelfsprekend even gelegenheid om bijzonderheden uit te wisselen. Dit is belangrijk om goed in te kunnen spelen op de kinderen en bepaald gedrag te kunnen begrijpen. Indien er behoefte is aan een uitgebreid gesprek over de ontwikkeling of het gedrag van een kind is het voor de ouders altijd mogelijk een afspraak te maken. Dit kan ook op initiatief van de pedagogisch medewerker gebeuren. Na 4 maanden op de peuteropvang en op de leeftijd van 3 jaar en 9 maanden wordt een observatielijst ingevuld en op afspraak met de ouders besproken. Deze dient tevens als overdracht formulier voor de basisschool. Na invulling van de formulieren is er een gesprek met de ouders. Ouders geven op het formulier toestemming voor de schriftelijke overdracht aan de basisschool (kopie wordt opgestuurd). Onze peuteropvang werkt samen met diverse organisaties. Met het consultatiebureau (JGZ) is contact in het kader van vroeg signalering. De JGZ verpleegkundige kan kinderen indiceren en aanmelden voor het VVE programma. Daarnaast is er op de VVE locaties contact met Opvoedingsondersteuning. Een medewerker van Opvoedingsondersteuning komt dan op de peuteropvang en er worden contacten gelegd met eerst de ouder, kind en pedagogisch medewerkers. Ook is er over de (voortgang) van VVE kinderen contact met een door de gemeente aangestelde VVE coördinator. Deze coördinator komt regelmatig op de locatie met o.a. nieuwsbrieven met opvoeding tips en wordt bijgepraat over de ontwikkeling van de VVEkinderen. Op de locatie kan er bij vragen en of zorgen rondom een kind, uiteraard na overleg met de ouders, gebruik worden gemaakt van het Observatie en Advies Centrum ( OAC). Het OAC kan na observatie van het kind aan pedagogisch medewerkers en aan ouders advies geven over een mogelijke aanpak of over een verwijzing. (Niet i.v.m. de vele scholen) Er is een samenwerking binnen het Brede School Netwerk. Dit netwerk biedt de mogelijkheid om in samenwerking met de Gruitpoort de kinderen in contact te laten komen met kunst en cultuur. Samenwerking binnen een brede school netwerk geeft bijvoorbeeld de mogelijkheid om Boekenpret aan te bieden, een initiatief van de bibliotheek, gesubsidieerd door de gemeente. Hierbij worden de ouders betrokken en gestimuleerd om hun kinderen voor te lezen. ©BOO / 2.1.1.1.F1. De dagelijkse praktijk op peuteropvang de koeleköpkes 2013 0-4 jaar V1,0
Hoofdstuk 4: Dit maak ik allemaal mee; dit leer ik 4.1.
Activiteitengericht werken/verlaten van de stamgroep of basisgroep
4.1.1.Buiten spelen Uiteraard heeft het buiten zijn en bewegen onze voorkeur. Zodra de weersomstandigheden zich hiervoor lenen gaan we naar buiten. We gaan graag dagelijks naar buiten (25 % van de tijd). We verzoeken de ouders dan ook tijdens de intake gemakkelijke zittende kleding aan te trekken, die vies mag worden. 4.1.2.Feestdagen. Aan jaarlijks terugkerende feestdagen zoals Carnaval, Pasen, Koninginnedag, Sinterklaas Kerstmis en afscheid schooljaar besteden we extra aandacht (zie thema programmering activiteiten gericht werken). We creëren sfeer omtrent deze feestdagen aan de hand van knutselactiviteiten, inrichting van de groepsruimte, prentenboeken, liedjes die aansluiten en soms iets extra’s bij het eten en drinken. Tijdens enkele van deze feestdagen zijn er samen met de kleuters van de school of de oudere kinderen gezamenlijke activiteiten. Hierbij wordt een beroep gedaan op de persoonlijke en sociale competenties van een kind. Ouders worden bij sommige activiteiten uitgenodigd en zij worden op de hoogte gehouden door middel van een brief of foto’s met verhaaltjes op de groep. Per peuteropvang wordt hier op eigen wijze invulling aan gegeven. 4.1.3.Verjaardagen en afscheid. Kinderen die jarig zijn of afscheid nemen mogen dit vieren in de groep in de vorm van een feestje of afsluiting. We vinden het leuk als kinderen trakteren, het liefst feestelijk en gezond! De ouders mogen bij de viering van de verjaardag van hun kind in de kring aanwezig zijn. Graag even vooraf overleggen over de traktatie i.v.m. mogelijke allergieën. Aan ouders van kinderen die een allergie hebben wordt gevraagd een trommeltje met wat lekkers op de locatie neer te zetten. Zo hoeven ze bij onverwachte traktaties niet toe te kijken. 4.1.4.VVE ( voor- en vroegschoolse educatie ). Op peuteropvang Hummelhonk werken wij met de VVE methode Startblokken. Start blokken is een methode die ontwikkeld is voor de vroeg en voorschoolse educatie. De reden dat peuteropvang Humanitas voor deze methode heeft gekozen, is omdat het aansluit bij de ontwikkeling van het jonge kind. We kijken naar wat het kind al kan en wat het leuk vindt. We dagen de kinderen uit om zich te ontwikkelen op verschillende gebieden, zoals samenspelen, redeneren, communiceren en onderzoeken. Startblokken richt zich op het ontwerpen van betekenisvolle thema's uit de beleveniswereld van het kind. Bijvoorbeeld 'de winkel', of 'de dokter'. Kinderen ontwikkelen zich doordat zij bepaalde kernactiviteiten uitvoeren, bijvoorbeeld spel-, constructie-, en gespreksactiviteiten, in een uitdagende groepsruimte. Alle leidsters hebben een cursus voor het programma Startblokken gevolgd. Onze locatie is een VVE locatie. Dit maakt het mogelijk om kinderen die dit nodig hebben twee extra dagdelen aan te bieden. Als kinderen hiervoor in aanmerking komen vraagt het consultatie bureau dit aan bij de gemeente. Als de gemeente hiervoor toestemming worden de kosten hiervoor vergoed door de gemeente vanuit subsidie van de landelijke overheid. We werken op Ukkenoord met de methode Startblokken. De methode Startblokken gaat ervan uit dat de sociale omgeving waarin het kind leeft, het ‘terrein’ is waarop ontwikkeling en leren plaats vindt. Spelontwikkeling valt samen met de ontwikkeling van taal, denken en sociale vaardigheden. Bijvoorbeeld: gebeurtenissen in en om het gezin zoals eten en afwassen, er is een baby geboren, douchen en badderen, winkelen, op visite gaan, Sesamstraat kijken, ziek zijn en beter worden, vakantie, de was doen en een reisje met de bus of trein. Door middel van voorlezen, liedjes zingen, een hoek of verteltafel in te richten proberen we de peuters te betrekken bij deze thema’s die heel dicht bij zijn of haar belevingswereld liggen. Een verzameling aan materialen en spullen zorgt dat een thema echt tot leven komt, wat heel belangrijk is voor peuters. Al deze activiteiten lokt de peuter uit tot spel, rollenspel en gebruik van taal. De pedagogisch medewerkers stimuleren de VVE kinderen extra op de ontwikkelingsgebieden waarop zij dit nodig hebben. Pedagogisch medewerkers maken wekelijks afspraken, welke p-mer welk kind een extra aanbod doet. Dagelijks wordt in een logboekje per kind door de p-mer die de extra activiteit (ten) heeft gedaan vastgelegd hoe dit is verlopen en is de ontwikkeling van het kind te volgen. Tijdens de groepsoverleggen worden bijzonderheden en voortgang van de ontwikkeling besproken. ©BOO / 2.1.1.1.F1. De dagelijkse praktijk op peuteropvang de koeleköpkes 2013 0-4 jaar V1,0
Hoewel de methode Startblokken zeker richting geeft aan het werken op de groep is het anderzijds een methode, die veel ruimte geeft voor eigen invulling vanuit de belangstelling en mogelijkheden van de kinderen. Daarmee past Startblokken bij de uitgangspunten van onze pedagogische visie en bij de het activiteiten gericht aanbod van de Stichting Peuteropvang Doetinchem e.o. Boekenpret is een landelijk leesbevorderingsprogramma dat in opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen is ontwikkeld. Locaties lenen een themaproject, bijvoorbeeld ‘naar de dokter’ of ‘de dieren van de boerderij’ voor een bepaalde tijd . Dit thema komt gedurende een aantal weken aan bod, tijdens het activiteitengericht werken. Er wordt voorgelezen en we maken gebruik van spelmateriaal voor een beter begrip, verwerking en verdieping van het verhaal. Ouders worden ook uitgenodigd als de bibliotheek de presentatie van een boek verzorgd en krijgen het boekje dat op de peutergroep wordt voorgelezen zelf ook mee naar huis om samen met het kind (voor) te lezen. Het is een fantastische manier om de taalontwikkeling van de peuter te stimuleren en ouders bewust te maken van het belang van lezen en voorlezen. Plezier in (voor)lezen staat voorop. 4.2.
Leeftijdsgericht aanbod
De peutergroep is ingericht met diverse hoeken. Deze hoeken en het materiaal zijn gericht op het ontwikkelingsniveau van de peuters. In het spel van peuters zien we veel doe-alsof spel: ze koken een maaltijd in het keukentje of verzorgen hun eigen baby in de huishoek. Dit stimuleert de fantasie en het inlevingsvermogen. Door veel te benoemen wordt ook de woordenschat uitgebreid. Ook bouwen en constructie heeft een zeer belangrijke rol. De kinderen oefenen hier hun motoriek mee, maar doe door dit spel veel ruimtelijk inzicht op. Ze ervaren begrippen als hoog/laag, diep, ver/dichtbij enz. en krijgen inzicht in oorzaak en gevolg, zwaartekracht en evenwicht. Het activiteitengericht werken zorgt dat er volgens een overzichtelijke planning aandacht is voor alle ontwikkelingsgebieden, voor deze leeftijdsgroep. Verhaaltjes, versjes, liedjes en kringgesprekken vergroten de algemene kennis en dragen erg bij aan taalontwikkeling. De verteltafel, genoemd in de methode startblokken, wordt nog extra gebruikt om taal uit te lokken.
Hoofdstuk 5: Kijk maar! 5.1. Speciale activiteiten met ouders (en kinderen) -Voor de plaatsing van hun zoon of dochter worden ouders met hun kind uitgenodigd de groep te bezoeken en een poosje mee te spelen. Zo kan er gelijktijdig wat uitleg worden gegeven over de werkwijze en wat praktische zaken. - Ouders kunnen aanwezig zijn bij de verjaardag viering van hun peuter in de kring. - Een keer per jaar hebben we een “schoolreisje” naar het bosgebied “de Koekendaal”. Alle ouders gaan mee met hun kind en we maken er met wat lekkers, een verrassingsspeurtocht en gezamenlijk spel een gezellige ochtend van. - De grote zomerschoonmaak door ouders en pedagogisch medewerkers vindt plaats in de eigen groep van de peuter tijdens speelzaaltijd. Gezellig en de kinderen kunnen lekker mee poetsen. - Tijdens de kerstviering zijn ouders aanwezig om mee te luisteren naar een verhaal, mee te zingen met de kerstliedjes en samen met hun kind te genieten van die speciale sfeer. 5.2. Informatie aan ouders Informatie website peuteropvang Doetinchem e.o. Ouders en andere belangstellenden kunnen onze algemene website bezoeken op: www.peuteropvangdoetinchems.nl. Op deze website staat onder meer algemene informatie over de peuteropvang, Aanbod en tarieven, de locaties en adresgegevens en Inschrijfformulier.
©BOO / 2.1.1.1.F1. De dagelijkse praktijk op peuteropvang de koeleköpkes 2013 0-4 jaar V1,0