7 mei 2013 “Dag van de overwinning, voor de democratie en de herdenking van de door nazi-Duitsland gepleegde genocide”
Toespraak Charles Mahler Geachte, Mijnheer de Ambassadeur van het Verenigd Koninkrijk Mijnheer de Ambassadeur van de Verenigde Staten van Amerika Mevrouw de voorzitter van de Senaat Mevrouw de Minister van Justitie, Mijnheer de Staatsminister, Mevrouw de Gouverneur van de Provincie Antwerpen, Dames en Heren Parlementsleden, Dames en Heren vertegenwoordigers van de politieke partijen Dames en Heren van het Antwerps Schepencollege en gemeenteraadsleden, Vertegenwoordigers van de Ambassades van Duitsland, Frankrijk, Israël en Polen Mijnheer de Rabbijn Friedrich en de heer Oppervoorzanger, Mijnheer de voorzitter van het Centraal Israëlitisch Consistorie van België Mijnheer de vertegenwoordiger van de Bisschop van Antwerpen, Mijnheer de Consul-generaal der Nederlanden, Mijnheer de Ere-Consul van de Staat Israël, Dames en Heren vertegenwoordigers van de oud-strijdersverenigingen, weerstanders en politieke gevangenen, Heren voorzitters van de Joodse Gemeenten van Antwerpen,
1
Heren medevoorzitters van de Nationale Commissie van de Joodse Gemeenschap van België voor de Restitutie en Herinnering, Dames en Heren hoogwaardigheidsbekleders, Dames en Heren voorzitters van de verschillende joodse en niet joodse organisaties en instellingen, Geachte aanwezigen met uw titel en in uw hoedanigheden, Dames en heren, Beste vrienden,
Eerst en vooral willen wij u melden dat onze Burgemeester Bart De Wever er aan gehouden heeft zich persoonlijk te komen
verontschuldigen dat hij door vroeger aangegane
verplichtingen de hele plechtigheid niet te kunnen bijwonen. Eens te meer staan wij hier om de, nu 70 jaar geleden, opstand van het getto van Warschau te gedenken. 70 jaar geleden besloot een kleine groep van joodse mannen en vrouwen niet langer weerloos toe te zien hoe hun families en hun volk door de Nazi’s uitgemoord en weggevoerd werden naar de liquidatie kampen. Amper en slecht bewapend, zonder beel militaire ervaring en wetende dat zij op weinig steun van buiten het getto konden rekenen, zonder enige illusie over wat hen te wachten stond, bonden zij de strijd aan met het overmachtige duitse leger. Hun laatste gevecht begon op 19 april 1943, de dag voor Pesach, de opstand eindigde op 16 mei. Vier weken duurde deze ongelijke strijd. Vier weken, veel langer dan de weerstand van de belgische, nederlandse en franse legers in 1940. Tijdens de gevechten werden ongeveer 7.000 joodse strijders gedood en nog eens 6.000 mensen werden levend verbrand of verstikt in hun ondergrondse schuilkelders. De overgebleven 50.000 mensen werden naar vernietigingskampen gestuurd, de meesten vergast in Treblinka. Neen, Dames en Heren, de mythe dat de Joden zich als gewillige schapen naar de slachtbank hebben laten voeren strookt niet met de historische waarheid. Opstanden in andere getto’s en zelfs in concentratiekampen, het joods verzet, al dan niet gesteund door de lokale bevolking in oost, centraal en west Europa bewijzen het tegendeel. Bijna anderhalf
2
miljoen joodse mannen en vrouwen waren ingelijfd in al de geledingen van de geallieerde legers tijden de tweede wereldoorlog Meer dan 250 belgische joden vochten in de 5 duizend man tellende brigade Piron die mee hielp ons land te bevrijden. Het is met een droef gemoed maar ook met fierheid dat wij, en niet alleen vandaag, denken aan Mordechai Anielewicz en zijn opstandelingen van het getto van Warschau, maar ook onder meer aan de drie rabbijnen die op het laatste moment de kans kregen door de poolse kerk gered te worden, maar die besloten juist zoals Opperrabijn Rothenberg in Antwerpen, met hun volk te blijven en ook aan de anderen die vermoord werden omdat zij Joden waren. Maar wij eren ook met dankbaarheid allen, mannen en vrouwen die in bezet Europa de moed hadden om in de meest onmenselijke periode van onze geschiedenis, Mens te blijven en hun joodse medeburgers hielpen met gevaar voor het eigen leven. Wat vandaag 70 jaar later overblijft van de vechters van het getto van Warschau zijn asse, wat stenen, een gedenkplaat en nog enkele hoogbejaarde overlevenden. Maar wij, generatie na generatie, zullen hun strijd voor vrijheid en menselijke waardigheid in onze nagedachtenis blijven eren. De Nationale Commissie van de Joodse Gemeenschap van België voor de Restitutie en Herinnering (NCJGBRH) werd vijftien jaar geleden opgericht door vertegenwoordigers van het Forum der Joodse Organisaties en het Coördinatiecomité van de Joodse organisaties van België. Deze commissie bracht haar opdracht met betrekking tot de restituties tot een goed einde en dank zij hen werden joodse oorlogsslachtoffers als dusdanig erkend. Maar bleef en blijft zich verder inzetten voor de rechten van de slachtoffers en voor het bewaren van de herinnering. Maar 70 jaar hebben wij belgische Joden, moeten wachten tot de Senaat de belgische verantwoordelijkheid voor de Jodenvervolging tijdens WO2 heeft erkend. Ook hierbij heeft de hoger vermelde commissie een belangrijke verdienste geleverd. Het door het in 2007 neergelegde resultaat, van het in opdracht van de Senaat uitgevoerde onderzoek door het Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse maatschappij (SOMA) toonde op een onweerlegbare wijze de verantwoordelijkheid en medeplichtigheid aan van de belgische Staat bij de Jodenvervolgingen. Alle officiële instellingen, Koninklijk Hof, politieke nationale en lokale autoriteiten, Kerk, administraties incluis hebben vanuit hun functies niets ondernomen om hun joodse medeburgers de bescherming te geven waarop zij recht hadden.
3
Het is vandaag moeilijk te begrijpen maar de toenmalige mentaliteit, zelfs na de bevrijding getuigde van weinig of geen begrip voor de overlevende Joden. Het eerste officiële schrijven dat wij begin 1945 ontvingen nadat mijn vader, volledig berooid en met veel moeite ons helemaal leeggeplunderd huis had kunnen recupereren, was een aanmaning tot het betalen van het kadastraal inkomen en gemeente taksen voor de jaren 1942-43- en 1944. En toch zijn er proportioneel in ons land, in vergelijking met onze buurlanden, veel meer Joden gered van de vernietiging dank zij de inzet van talloze Belgen uit de meest diverse milieus. Ook dat zullen wij ons met niet aflatende dankbaarheid blijven herinneren.
Mag ik Baron Hennek Apfelbaum, ereconsul van Israël in onze stad,
die de
concentratiekampen heeft overleefd en zich nadien in Antwerpen vestigde en alom gekend is voor zijn philantropie, verzoeken de kaars die symbool staat voor de “Dag van de overwinning, voor de democratie en de herdenking van de door nazi-Duitsland gepleegde genocide” aan te steken. Enkele jongeren van de athenea van de Yesodé Hatorah en Yavne zullen ons nu iets vertellen over hun familiegeschiedenis Anne Hershko Yavne Ron Leiser Yavne
David Barnauw Als eerste spreker heb ik het voorrecht u de heer David Barnouw voor te stellen. David Barnauw studeerde politieke en sociale wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam. Na werkzaam geweest te zijn aan de Universiteit van Leiden, is hij sinds 1979 als
wetenschappelijk
medewerker
verbonden
aan
het
Nederlands
Instituut
voor
Oorlogsdocumentatie (NIOD) dat in 1945 werd opgericht en zich bezig houdt met Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies. Sinds 1996 is hij tevens persvoorlichter en woordvoerder van het instituut. Verscheidene malen was hij visiting professor aan de University of Vermont in Burlington. De algemene geschiedenis van de bezetting, collaboratievraagstukken, de nazi-jeugdbeweging, 4
propaganda, de representatie van oorlog in films en Anne Frank zijn enkele van de onderzoek thema’s waarin hij gespecialiseerd is en waarover hij verscheidene boeken publiceerde.
. Het Forum wenst vandaag een speciale hulde te brengen aan Diane Keyser die na lange jaren van medewerking beslist heeft de fakkel door te geven. Mag ik aan Norbert Vos vragen om haar toe te spreken en haar samen met onze Voorzitster Kouky Frohman de Oorkonde van Erelid van het Forum der joodse organisaties te overhandigen
Moishie Ringer Yesode hatorah ------Wij zullen nu overgaan tot het aansteken van de 6 kaarsen ter nagedachtenis van de 6 miljoen Joden vermoord tijdens de Shoa Your Excellence Howard Gutman Ambassador for the USA
You belong to a family of
Survivors of the Shoa, who were able to rebuild a new successful life in the US. May I ask you the alight the first candle. We know that you will soon leave our country to go back to the States. We will always remain grateful for what your country did for the Jews, especially after the war. We would be honoured if you would say a few words to this audience.
Minister van State en Gewezen Eerste Minister van ons land, de Heer Mark Eyskens, uw vriendschap voor het Jodendom en de staat Israël is voldoende gekend. U hebt voorzeker de macht en het gezag om de 2de kaars te doen ontvlammen Mevrouw Barones de Bethune, wij apprecieren ten zeerste wat u voor de joodse gemeenschap in Belgie heeft verwezenlijkt. Mag ik u vragen de derde kaars te ontsteken. May I invite his Excellency Jonathan Brenton, Ambassador from the United Kingdom in Belgium to light the 4th candle? 5
Mevrouw Cathy Berx, Gouverneur van onze provincie, zijn wij erkentelijk voor haar steun en sympathie voor het joodse Antwerpen. De 5de kaars wacht op uw vlam. Mijnheer Mark van Roosbroeck, uw permanente inzet om de vlaamse jeugd te herinneren aan wat er tijdens de tweede wereldoorlog in ons land gebeurd is, kan niet genoeg naar waarde geschat worden. Met dankbaarheid vragen wij u de 6de kaars te willen aansteken. Barones Mv Sabine De Bethune In het begin van dit jaar heeft de plenaire vergadering van de Senaat onder voorzitterschap van Barones
Mv Sabine De Bethune unaniem een resolutie aangenomen die de
verantwoordelijkheid van de Belgische Staat erkent in de Jodenvervolgingen die hebben plaatsgevonden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Geen enkel land in Europa heeft een dergelijke stellingname tot nog toe verkondigd. Wij zijn dan ook vereerd en erkentelijk dat Mevrouw de Bethune ingegaan is op de uitnodiging van het Forum der joodse Organisaties om het woord te nemen
bij deze
plechtige herdenking. Ik herinner me als tienjarige op de lagere school in de Louizastraat in Antwerpen, hoe de leraar ons elke week een hoofdstuk uit de Leeuw van Vlaanderen van Hendrik Conscience voor las. De figuur van Robrecht de Bethune, graaf van Vlaanderen en zijn gedrevenheid voor de ontvoogding van zijn volk is me altijd bij gebleven. Ik weet niet, Mevrouw, of u een afstammelinge bent van deze illustere familie, maar wat u zeker wel met Robrecht gemeen hebt is uw inzet en uw bezorgdheid om de rechten van de zwaksten in onze maatschappij veilig te stellen U bent juriste en sinds 1995 bent u senator en van 1999-2003 was u de eerste vrouwelijke ondervoorzitster van de Belgische Senaat. In oktober 2011 werd u voorzitster van de Senaat De talloze wetsontwerpen die u hebt opgesteld en ingediend getuigen van uw niet aflatend streven in verband met. vrouwenrechten, arbeid en gezin, en de noord-zuid verhoudingen. U was ook coauteur in 2011 van het
Voorstel van resolutie strekkende om de
verantwoordelijkheid van de Belgische overheid te erkennen voor de Jodenvervolging in België en was ambtshalve ook voorzitster van de ter zake bevoegde Commissie. Wij danken u om met ons hier vandaag aanwezig te zijn en ik verleen u graag het woord.
6
Keil Maleh Rachamim
Tenslotte Dank van het Forum aan allen die bijgedragen hebben tot het verloop van deze ceremonie en in het bijzonder de antwerpse politie
7