1
HULPVERLENER - AMBULANCIER STAGEBOEK(
v e r s i e
m a a r t
2 0 1 5
)
DEEL I: AMBULANCESTAGE voornaam en naam : ............................................................... lid van de D-100 te : .............................. Dienst NR van uw D-100.................. stageplaats : ....................................................................... onder toezicht van: Hoofd van de stagedienst (stagecoördinator):……………………………………………… Stagemeester: ………………………………………………………………………………
Telefoonnummer waarop u bereikbaar bent voor de stagecoördinator: ………/………………………………….
B E R O E P S G E H E I M Art. 458 van het strafwetboek : “Geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uit hoofde van hun staat of beroep kennis dragen van geheimen die hun zijn toevertrouwd, en deze bekendmaken buiten het geval dat zij geroepen worden om in rechte getuigenis af te leggen en buiten het geval dat de wet hen verplicht die geheimen bekend te maken, worden gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met een geldboete van honderd tot vijfhonderd frank.”
2
Inleiding Gefeliciteerd! Je hebt met succes het eerste deel van je opleiding tot hulpverlener – ambulancier afgewerkt. Nu volgt de stage… Dit is een belangrijk onderdeel van de opleiding omdat het je de kans geeft een aantal zaken, die je in de theoretische en praktische lessen hebt geleerd, aan de ziekenwagenpraktijk te toetsen. Je zal wellicht merken dat niet alles wat je gezien hebt in de lessen, overeenstemt met de praktijk. Op het ‘terrein’ is elke situatie immers anders. Het moet dan ook een geruststelling zijn te weten dat je op een team van ervaren mensen kunt rekenen. Ze zullen je zo goed als mogelijk bijstaan tijdens je stage en antwoorden geven op al je vragen. Je zult ook gekoppeld worden aan een stagemeester. Hij/zij is het centraal aanspreekpunt voor vragen ivm de stage. In het volgend onderdeel kun je de richtlijnen met betrekking tot het stageboek terugvinden. Indien er hier verder vragen over zijn, aarzel niet dit te bespreken met de stagemeester of met de opleidingscoördinator van WOBRA vzw. Ik wens je een heel leerrijke en aangename stage toe Succes! Kenn Gurdebeke
[email protected] 050/36.69.93
3
Richtlijnen bij de ambulancestage Je krijgt een stagedienst toegewezen door de opleidingscoördinator Na bevestiging van slagen voor je examens, neem je contact op met de verantwoordelijke van de stagedienst (stagecoördinator). Het doel hiervan is om je voor te stellen, concrete afspraken te maken en een stagerooster vast te leggen. ALVORENS de stage te beginnen, dien je een ondertekende, elektronische versie van dit stagerooster door te sturen naar de opleidingscoördinator:
[email protected]. Zonder stagerooster kan je de stage niet aanvangen. Ondertekening dient te gebeuren door zowel stagiair als stagecoördinator. De stage dient volbracht te zijn binnen een periode van 6 maanden na afleggen van de examens. Periode wordt vastgelegd door de school. De totale stageduur is 52 uur, waarvan 36 uur op een ambulancedienst en 16 uur in een spoedgevallendienst met een erkende MUG-functie. Je begint je stage steeds in een ambulancedienst, pas daarna kun je je stage lopen in een spoedgevallendienst. De stage moet worden gespreid over periodes van minimum 4 uur en maximum 12 uur per dag. Tussen 2 stageperiodes dient 12 uur rust nageleefd te worden. Tijdens deze stage zouden er minimum 10 ambulanceritten moeten uitgevoerd worden waarvan wenselijk minimum 5 met tussenkomst van de MUG. De stage kan, zo nodig, éénmalig verlengd worden met 8 uur. Op de eerste dag van je stage dien je je aan te melden in kledij van uw eigen korps. Kazuifels van Wobra vzw zijn op de stageplaats voorradig. Van de stage dient er een stageboek bijgehouden te worden. Zie: “richtlijnen bij het invullen van het stageboek” Zowel de stage als het stageboek vallen onder het beroepsgeheim! Verbreken van het beroepsgeheim leidt automatisch tot een onvoldoende voor de stage. Je wordt steeds begeleid door 2 ervaren hulpverleners - ambulanciers tijdens de interventies. Dit onder supervisie van de stagemeester. De provinciaal opleidingscoördinator kan op willekeurige tijdstippen toezicht houden op de stage. Tijdens de stage stel je je leergierig, assertief en besluitvaardig op. Je hanteert een correct taalgebruik en straalt professionaliteit uit. Sta open voor positieve feedback van de begeleiders en stagemeester. wanneer je twijfelt over bepaalde handelingen, aarzel niet dit te signaleren naar de begeleiders. Je uiterlijk dient verzorgd te zijn en je respecteert de maatregelen ivm hygiëne. Na afloop van je stage, dien je je stageboek te vervolledigen en voor te leggen aan de stagemeester ter controle. Het finale stageboek + eindbeoordeling, dien je elektronisch te versturen naar de provinciaal opleidingscoördinator:
[email protected] dit ten laatste 10 dagen na afloop van de stage.
4 Een eindbeoordeling wordt door de stagecoördinator/meester opgemaakt:
AAA AA A B C
= uitstekend = zeer goed = goed = stage volledig of deels te herdoen = onvoldoende
Alle resultaten worden besproken in de opleidingsraad. Bij een tweede onvoldoende kan de kandidaat HVA geen brevet meer ontvangen en moet hij/zij de basiscursus opnieuw volgen.
Richtlijnen bij het invullen van het stageboek Het stageboek maakt onderdeel uit van de opleiding tot hulpverlener – ambulancier. Er zal dan ook rekening mee gehouden worden voor de eindbeoordeling van je stage. Het dient net en overzichtelijk ingevuld te worden. Na iedere stagedag dien je dit te bespreken met de stagemeester of begeleiders. Na iedere stagedag dien je het ‘overzicht werkelijk gepresteerde uren’ in te vullen en te laten ondertekenen door de verantwoordelijke. Na afloop van je stage dien je het totaal aantal uren uit te rekenen en te noteren. Via de techniekenlijst kun je aanduiden welke technieken je reeds uitgevoerd hebt. Technieken met een ! moeten uitgevoerd worden Per stagemoment (4u) dien je een stageverantwoording in te vullen. Hier beschrijf je kort welke activiteiten en technieken je uitgevoerd hebt en of er uitrukken met de ziekenwagen waren (+ eventueel MUG) Al je oproepen dien je vast te leggen in: ‘overzicht alle oproepen dienst 100. Dit met een maximum van 20. Op die lijst duid je 10 ritten aan die je zal bespreken Je dient van deze 10 ritten ook 1 ambulancerit uitvoerig te bespreken Daarnaast moet je een schematisch overzicht maken van de dienst 100 waar je stage loopt. Dit dient kort en bondig te zijn Per stagedag laat je een evaluatiefiche invullen door de begeleidende HVA. Van 10 ritten moet je ook een stagebeoordeling per rit laten invullen Na afloop van de stage en het vervolledigen van het stageboek, maak je deze over aan de stagemeester. Hij/zij bespreekt je stage en boek + geeft een finale evaluatie in samenspraak met de stagecoördinator. Je dient enkel nog een evaluatiefiche van de stageplaats op te maken Het volledige stageboek (inclulsief eindbeoordeling) dien je digitaal (pdf) over te maken aan de opleidingscoördinator:
[email protected]. Dit ten laatste 10 dagen na afloop van de stage.
5 AMBULANCEDIENSTEN
Naam ambulancedienst D100 Blankenberge
D100 Brugge
D100 Harelbeke
D100 Ieper
D100 Knokke - Heist
D100 Kortrijk
D100 Oostende
D100 Roeselare
D100 Waregem
Adres
Stagecoördinator
Telefoon
Vredelaan 27
Jean-Claude Verkooren
050/43.28.25
8370 Blankenberge Pathoekeweg 215
[email protected] 050/45.37.17 Pascal Devestel 050/44.84.64
8000 Brugge
[email protected]
Tweebruggenstraat 2
Rudi Lemiengre
8530 Harelbeke
[email protected]
Minneplein 1A
Piet Rigole
8900 Ieper
[email protected]
Brandweerstraat 7
Chris Van Maldeghem
8820 Knokke-Heist
[email protected]
Doorniksesteenweg 214A
Kris Bataillie
8500 Kortrijk
[email protected]
Velodroomstraat 13
Dimitri Vandevijvere
8400 Oostende
[email protected]
Koning Albert I laan 4
Peter Vangierdegom
8800 Roeselare
[email protected]
Vijfseweg 150
Bieke Depaepe
8790 Waregem
[email protected]
056/73.34.11
057/35.60.20
050/63.03.63
056/23.99.25
059/70.10.86
051/27.21.70
056/62.37.20
6
STAGEROOSTER KANDIDAAT HULPVERLENER-AMBULANCIER
NAAM en VOORNAAM GEBOORTEDATUM LID VAN DIENST 100 TE DIENSTNUMMER VAN UW D-100 dag
datum
beginuur
Datum en handtekening kandidaat:
: : : : einduur
stageplaats
datum en handtekening stagecoördinator of stagemeester
Dit formulier invullen en elektronisch terugsturen, voor aanvang van de stage, naar de provinciaal opleidingscoördinator via
[email protected]
De stage kan NIET aanvangen indien het stagerooster niet werd opgestuurd!!
7
OVERZICHT VAN DE WERKELIJK GEPRESTEERDE UREN
DATUM
GEPRESTEERDE UREN Van: Tot: Van: Tot: Van: Tot: Van: Tot: Van: Tot: Van: Tot: Van: Tot: Van: Tot: Van: Tot:
DAGTOTAAL
TOTAAL
NB. Pauzes tellen niet mee als gepresteerde uren.
U U U U U U U U U
U
HANDTEKENING DIENSTVERANTWOORDELIJKE
8
Techniekenlijst: Deze lijst geeft u een overzicht van allerlei technieken en vaardigheden die deel uitmaken van de Basiscursus Hulpverlener-Ambulancier. Telkens u een bepaalde techniek uitgevoerd hebt of een patiënt beoordeeld hebt met een bepaald ziektebeeld, moet u dit aankruisen op deze lijst. Technieken aangeduid met een ! moeten geoefend worden Module 2: De eerste minuten Aantal / techniek aankruisen Beoordeling van de omstandigheden: Beoordeling van de patiënt: controle bewustzijn vrije luchtweg controle ademhaling controle hartslag WAPA score Glasgow coma schaal Onderzoek van de patiënt: 2de beoordeling
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Module 3:Levensbedreigende aandoeningen: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 1) Reanimatie: Hyperstrekking en kinlift Mond op mond beademing Uitwendige hartmassage ! CPR volwassene (oefenen met een pop) CPR kind (oefenen met een pop) ! CPR zuigeling (oefenen met een pop) 2) Luchtwegbelemmering: borstkasstoot vingerveeg slaan op de rug 3) Hulpmiddelen: Plaatsen van een ademweg canule Gebruik van een manueel aspiratietoestel Gebruik van een elektrisch aspiratietoestel Gebruik van een pocket masker Gebruik van een beademingsballon Reinigen van een beademingsballon 4) Stabiele zijlig 5) Zuurstoftherapie: plaatsen van een zuurstofsonde plaatsen van een zuurstofbril plaatsen van een zuurstofmasker plaatsen van een zuurstofmasker met reservoir gebruik van een zuurstoffles berekenen van de inhoud van een O2 fles
! ! ! !
! ! ! !
9 6) Assisteren bij een intubatie monteren van een laryngoscoop testen van een endotracheale tube correct aangeven van het materiaal 7) Aanbrengen van een hartslagmonitor 8) Meten van een bloeddruk 9) Meten van een bloeddruk met automat. monitor 10) Assisteren bij een defibrillatie 11) IV. Therapie: Klaarmaken van een infuus onder toezicht Assisteren bij het plaatsen van een infuus Omgaan met medicatie onder toezicht 12) Aanleggen van een drukverband 13) Aanleggen van een saturatiemeter
! ! ! ! ! ! ! ! ! !
!
Module 4: de gewonde patiënt: Aantal / techniek aankruisen 1) Beoordeling van een ongeval
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
( = te verwachten letsels volgens de impact op het lichaam )
2) Beoordeling van een patiënt na een ongeval 3) Beoordeling van een borstkasletsel 4) Beoordeling van een schedelletsel 5) Beoordeling van een gelaatsletsel 6) Beoordeling van een halswervelletsel 7) aanbrengen van een halskraag 8) afnemen van een integraalhelm 9) wondverzorging: kneuzing schaafwonde snijwonde scheurwonde steekwonde schotwonde afrukking amputatie injectietrauma
10) beoordeling van een patiënt met breuken breuken bovenste ledematen breuken onderste ledematen aanleggen van een vacuümspalk aanleggen van een draagdoek
! ! !
! !
10
Module 5: de zieke patiënt: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 1) Beoordeling van een patiënt met angor pectoris 2) Beoordeling van een patiënt met hartinfarct 3) Beoordeling van een patiënt met een beroerte 4) Beoordeling van ademhalingsproblemen 5) Beoordelen van een patiënt met hyperventilatie 6) Beoordelen van een patiënt met longoedeem 7) Beoordelen van een patiënt met COPD 8) beoordelen van een hypo-, hyperglycaemie 9) Beoordelen van een patiënt met stuipen 10) Beoordelen van een patiënt met plotse buikpijn 11) Beoordelen van een bewusteloze patiënt 12) Beoordelen van een patiënt na een syncope 13) Beoordelen van een patiënt na een vergiftiging via de spijsvertering via de luchtwegen via de huid of slijmvliezen via inspuiting 14) Beoordelen van een patiënt met ethylintoxicatie Module 6: Zwangerschap en spoedbevalling: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 1) Beoordelen van een patiënt met plots bloedverlies 2) Beoordelen van een dreigend miskraam 3) Beoordelen van een premature bevalling 4) Beoordelen van een bevalling 5) Beoordelen van een spoedbevalling
11
Module 7: Hulpverlening aan kinderen: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 1) Eerste beoordeling van een kind in nood 2) Kind met ademhalingsmoeilijkheden: verstikking vreemd voorwerp ontsteking van de bovenste luchtwegen astma opstoot hyperventilatie luidruchtige ademhaling 3) Beoordelen van een kind met gedaald bewustzijn 4) Beoordelen van een kind met stuipen 5) Kind met 'bijna' verdrinking 6) Kind met een trauma 7) Kind met een vergiftiging 8) Wiegendood 9) Kind met hoge koorts Module 8: Urgenties door omgevingsfactoren: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 1) verzorging van Brandwonden eerste graad 2) verzorgen van Brandwonden tweede graad 3) verzorgen van Brandwonden derde graad 4) verzorgen van vrieswonden 5) beoordelen van een patiënt na verdrinking 6) beoordelen van een patiënt met onderkoeling 7) beoordelen van een patiënt met een hitteslag
Module 9: Psychiatrische Urgenies: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 1) poging tot zelfdoding 2) zelfdoding 3) plotse opwinding 4) gewelddadige patiënt Module 10: Het verplaatsen van een patiënt: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 1) gebruik van een brancard op wielen 2) gebruik van een schepbrancard 3) gebruik van een wervelplank 4) gebruik van een korrelmatras 5) gebruik van een draagstoel 6) gebruik van een elevator van de Bandweer
12
Module 11: Rampengeneeskunde: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 1) taak van de eerste ambulance ter plaatse (lezen) 2) actiekaart ambulancier rampterrein (lezen) 3) actiekaart ambulancier VMP (lezen) 4) actiekaart ambulancier transport ziekenhuis (lezen) 5) gebruik triage kaarten
Module 13: Technieken: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 1) radiocommunicatie 2) kaartlezen 3) veiligheid op de interventieplaats bespreken 4) ongeval met gevaarlijke producten 5) gevarensymbolen bespreken Module 14: Aanvullingen: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 1) invullen registratieformulier 2) bespreken verkeersreglement prioritair voertuig 3) assistentie bij een gekneld slachtoffer 4) wondverzorging en verbanden: * bedekken van een wonde= bedekkend verband * aanleggen van een drukverband * aanleggen van een stabiliserend verband * aanleggen van een stompverband 5) bespreking aanpak psychologische stress in de dringende hulpverlening: Andere technieken en beoordelingen: Aantal / techniek aankruisen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
13
STAGEVERANTWOORDING
14
BEKNOPTE OMSCHRIJVING VAN DE ACTIVITEITEN PER STAGEMOMENT (4U) Moment 1
Datum : …………..
Beginuur : ………. Einduur : ……….
Activiteiten:
Technieken:
Oproep ambulance 100:
Moment 2
Datum : …………..
Beginuur : ………. Einduur : ……….
Activiteiten:
Technieken:
Oproep ambulance 100:
Moment 3
Datum : ………….. Activiteiten:
Technieken:
Oproep ambulance 100:
Beginuur : ………. Einduur : ……….
15
BEKNOPTE OMSCHRIJVING VAN DE ACTIVITEITEN PER STAGEMOMENT (4U) Moment 4
Datum : …………..
Beginuur : ………. Einduur : ……….
Activiteiten:
Technieken:
Oproep ambulance 100:
Moment 5
Datum : …………..
Beginuur : ………. Einduur : ……….
Activiteiten:
Technieken:
Oproep ambulance 100:
Moment 6
Datum : ………….. Activiteiten:
Technieken:
Oproep ambulance 100:
Beginuur : ………. Einduur : ……….
16
BEKNOPTE OMSCHRIJVING VAN DE ACTIVITEITEN PER STAGEMOMENT (4U) Moment 7
Datum : …………..
Beginuur : ………. Einduur : ……….
Activiteiten:
Technieken:
Oproep ambulance 100:
Moment 8
Datum : …………..
Beginuur : ………. Einduur : ……….
Activiteiten:
Technieken:
Oproep ambulance 100:
Moment 9
Datum : ………….. Activiteiten:
Technieken:
Oproep ambulance 100:
Beginuur : ………. Einduur : ……….
17 OVERZICHT ALLE OPROEPEN DIENST 100 TIJDENS STAGEPERIODE Noteer hier al je oproepen en duid aan welke je zult bespreken. NAAM en VOORNAAM
Nr.
dag
datum
Uur oproep
Ritverslag bespreking
MUG
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
Ambulancerit die je uitvoerig zal bespreken nr:……
Aard van de interventie
18
Ritverslag : 1
Verbreek je beroepsgeheim niet !!!!
Naam : Datum :
Voornaam : Tijdstip :
Begeleidende personeelsleden : 1. Gegevens van de rit (aard van het ongeval of van de ziektetoestand) = Beoordeling van de toestand ter plaatse. Geef een beschrijving van de oproep, de vastgestelde reden, de veiligheid, de lokalisatie van het slachtoffer,…
2. Toestand van het slachtoffer bij aankomst = omschrijf de snelle eerste beoordeling, de fijnere eerste beoordeling.
3. Verloop van de hulpverlening = handelingen na eerste beoordeling = tweede beoordeling = toegepaste handelingen + reden + omschrijving van de handeling
4. Tussenkomst van een MUG Ja Neen = beschrijving van de handelingen = beschrijving overdracht MUG Weergave van de verschillende aanpak van de MUG. 5. Verloop van het vervoer Overzicht van de manier van vervoer, handelingen en observaties, problemen onderweg, …. 7. Uitgevoerde technieken en observaties. ( door de kandidaat zelf )
8. Eigen bevindingen van je kennis en de uitvoering ervan. = zelfevaluatie.
Korps :
19
Ritverslag : 2
Verbreek je beroepsgeheim niet !!!!
Naam : Datum :
Voornaam : Tijdstip :
Begeleidende personeelsleden : 1. Gegevens van de rit (aard van het ongeval of van de ziektetoestand) = Beoordeling van de toestand ter plaatse. Geef een beschrijving van de oproep, de vastgestelde reden, de veiligheid, de lokalisatie van het slachtoffer,…
2. Toestand van het slachtoffer bij aankomst = omschrijf de snelle eerste beoordeling, de fijnere eerste beoordeling.
3. Verloop van de hulpverlening = handelingen na eerste beoordeling = tweede beoordeling = toegepaste handelingen + reden + omschrijving van de handeling
4. Tussenkomst van een MUG Ja Neen = beschrijving van de handelingen = beschrijving overdracht MUG Weergave van de verschillende aanpak van de MUG. 5. Verloop van het vervoer Overzicht van de manier van vervoer, handelingen en observaties, problemen onderweg, …. 7. Uitgevoerde technieken en observaties. ( door de kandidaat zelf )
8. Eigen bevindingen van je kennis en de uitvoering ervan. = zelfevaluatie.
Korps :
20
Ritverslag : 3
Verbreek je beroepsgeheim niet !!!!
Naam : Datum :
Voornaam : Tijdstip :
Begeleidende personeelsleden : 1. Gegevens van de rit (aard van het ongeval of van de ziektetoestand) = Beoordeling van de toestand ter plaatse. Geef een beschrijving van de oproep, de vastgestelde reden, de veiligheid, de lokalisatie van het slachtoffer,…
2. Toestand van het slachtoffer bij aankomst = omschrijf de snelle eerste beoordeling, de fijnere eerste beoordeling.
3. Verloop van de hulpverlening = handelingen na eerste beoordeling = tweede beoordeling = toegepaste handelingen + reden + omschrijving van de handeling
4. Tussenkomst van een MUG Ja Neen = beschrijving van de handelingen = beschrijving overdracht MUG Weergave van de verschillende aanpak van de MUG. 5. Verloop van het vervoer Overzicht van de manier van vervoer, handelingen en observaties, problemen onderweg, …. 7. Uitgevoerde technieken en observaties. ( door de kandidaat zelf )
8. Eigen bevindingen van je kennis en de uitvoering ervan. = zelfevaluatie.
Korps :
21
Ritverslag : 4
Verbreek je beroepsgeheim niet !!!!
Naam : Datum :
Voornaam : Tijdstip :
Begeleidende personeelsleden : 1. Gegevens van de rit (aard van het ongeval of van de ziektetoestand) = Beoordeling van de toestand ter plaatse. Geef een beschrijving van de oproep, de vastgestelde reden, de veiligheid, de lokalisatie van het slachtoffer,…
2. Toestand van het slachtoffer bij aankomst = omschrijf de snelle eerste beoordeling, de fijnere eerste beoordeling.
3. Verloop van de hulpverlening = handelingen na eerste beoordeling = tweede beoordeling = toegepaste handelingen + reden + omschrijving van de handeling
4. Tussenkomst van een MUG Ja Neen = beschrijving van de handelingen = beschrijving overdracht MUG Weergave van de verschillende aanpak van de MUG. 5. Verloop van het vervoer Overzicht van de manier van vervoer, handelingen en observaties, problemen onderweg, …. 7. Uitgevoerde technieken en observaties. ( door de kandidaat zelf )
8. Eigen bevindingen van je kennis en de uitvoering ervan. = zelfevaluatie.
Korps :
22
Ritverslag : 5
Verbreek je beroepsgeheim niet !!!!
Naam : Datum :
Voornaam : Tijdstip :
Begeleidende personeelsleden : 1. Gegevens van de rit (aard van het ongeval of van de ziektetoestand) = Beoordeling van de toestand ter plaatse. Geef een beschrijving van de oproep, de vastgestelde reden, de veiligheid, de lokalisatie van het slachtoffer,…
2. Toestand van het slachtoffer bij aankomst = omschrijf de snelle eerste beoordeling, de fijnere eerste beoordeling.
3. Verloop van de hulpverlening = handelingen na eerste beoordeling = tweede beoordeling = toegepaste handelingen + reden + omschrijving van de handeling
4. Tussenkomst van een MUG Ja Neen = beschrijving van de handelingen = beschrijving overdracht MUG Weergave van de verschillende aanpak van de MUG. 5. Verloop van het vervoer Overzicht van de manier van vervoer, handelingen en observaties, problemen onderweg, …. 7. Uitgevoerde technieken en observaties. ( door de kandidaat zelf )
8. Eigen bevindingen van je kennis en de uitvoering ervan. = zelfevaluatie.
Korps :
23
Ritverslag : 6
Verbreek je beroepsgeheim niet !!!!
Naam : Datum :
Voornaam : Tijdstip :
Begeleidende personeelsleden : 1. Gegevens van de rit (aard van het ongeval of van de ziektetoestand) = Beoordeling van de toestand ter plaatse. Geef een beschrijving van de oproep, de vastgestelde reden, de veiligheid, de lokalisatie van het slachtoffer,…
2. Toestand van het slachtoffer bij aankomst = omschrijf de snelle eerste beoordeling, de fijnere eerste beoordeling.
3. Verloop van de hulpverlening = handelingen na eerste beoordeling = tweede beoordeling = toegepaste handelingen + reden + omschrijving van de handeling
4. Tussenkomst van een MUG Ja Neen = beschrijving van de handelingen = beschrijving overdracht MUG Weergave van de verschillende aanpak van de MUG. 5. Verloop van het vervoer Overzicht van de manier van vervoer, handelingen en observaties, problemen onderweg, …. 7. Uitgevoerde technieken en observaties. ( door de kandidaat zelf )
8. Eigen bevindingen van je kennis en de uitvoering ervan. = zelfevaluatie.
Korps :
24
Ritverslag : 7
Verbreek je beroepsgeheim niet !!!!
Naam : Datum :
Voornaam : Tijdstip :
Begeleidende personeelsleden : 1. Gegevens van de rit (aard van het ongeval of van de ziektetoestand) = Beoordeling van de toestand ter plaatse. Geef een beschrijving van de oproep, de vastgestelde reden, de veiligheid, de lokalisatie van het slachtoffer,…
2. Toestand van het slachtoffer bij aankomst = omschrijf de snelle eerste beoordeling, de fijnere eerste beoordeling.
3. Verloop van de hulpverlening = handelingen na eerste beoordeling = tweede beoordeling = toegepaste handelingen + reden + omschrijving van de handeling
4. Tussenkomst van een MUG Ja Neen = beschrijving van de handelingen = beschrijving overdracht MUG Weergave van de verschillende aanpak van de MUG. 5. Verloop van het vervoer Overzicht van de manier van vervoer, handelingen en observaties, problemen onderweg, …. 7. Uitgevoerde technieken en observaties. ( door de kandidaat zelf )
8. Eigen bevindingen van je kennis en de uitvoering ervan. = zelfevaluatie.
Korps :
25
Ritverslag : 8
Verbreek je beroepsgeheim niet !!!!
Naam : Datum :
Voornaam : Tijdstip :
Begeleidende personeelsleden : 1. Gegevens van de rit (aard van het ongeval of van de ziektetoestand) = Beoordeling van de toestand ter plaatse. Geef een beschrijving van de oproep, de vastgestelde reden, de veiligheid, de lokalisatie van het slachtoffer,…
2. Toestand van het slachtoffer bij aankomst = omschrijf de snelle eerste beoordeling, de fijnere eerste beoordeling.
3. Verloop van de hulpverlening = handelingen na eerste beoordeling = tweede beoordeling = toegepaste handelingen + reden + omschrijving van de handeling
4. Tussenkomst van een MUG Ja Neen = beschrijving van de handelingen = beschrijving overdracht MUG Weergave van de verschillende aanpak van de MUG. 5. Verloop van het vervoer Overzicht van de manier van vervoer, handelingen en observaties, problemen onderweg, …. 7. Uitgevoerde technieken en observaties. ( door de kandidaat zelf )
8. Eigen bevindingen van je kennis en de uitvoering ervan. = zelfevaluatie.
Korps :
26
Ritverslag : 9
Verbreek je beroepsgeheim niet !!!!
Naam : Datum :
Voornaam : Tijdstip :
Begeleidende personeelsleden : 1. Gegevens van de rit (aard van het ongeval of van de ziektetoestand) = Beoordeling van de toestand ter plaatse. Geef een beschrijving van de oproep, de vastgestelde reden, de veiligheid, de lokalisatie van het slachtoffer,…
2. Toestand van het slachtoffer bij aankomst = omschrijf de snelle eerste beoordeling, de fijnere eerste beoordeling.
3. Verloop van de hulpverlening = handelingen na eerste beoordeling = tweede beoordeling = toegepaste handelingen + reden + omschrijving van de handeling
4. Tussenkomst van een MUG Ja Neen = beschrijving van de handelingen = beschrijving overdracht MUG Weergave van de verschillende aanpak van de MUG. 5. Verloop van het vervoer Overzicht van de manier van vervoer, handelingen en observaties, problemen onderweg, …. 7. Uitgevoerde technieken en observaties. ( door de kandidaat zelf )
8. Eigen bevindingen van je kennis en de uitvoering ervan. = zelfevaluatie.
Korps :
27
Ritverslag : 10
Verbreek je beroepsgeheim niet !!!!
Naam : Datum :
Voornaam : Tijdstip :
Begeleidende personeelsleden : 1. Gegevens van de rit (aard van het ongeval of van de ziektetoestand) = Beoordeling van de toestand ter plaatse. Geef een beschrijving van de oproep, de vastgestelde reden, de veiligheid, de lokalisatie van het slachtoffer,…
2. Toestand van het slachtoffer bij aankomst = omschrijf de snelle eerste beoordeling, de fijnere eerste beoordeling.
3. Verloop van de hulpverlening = handelingen na eerste beoordeling = tweede beoordeling = toegepaste handelingen + reden + omschrijving van de handeling
4. Tussenkomst van een MUG Ja Neen = beschrijving van de handelingen = beschrijving overdracht MUG Weergave van de verschillende aanpak van de MUG. 5. Verloop van het vervoer Overzicht van de manier van vervoer, handelingen en observaties, problemen onderweg, …. 7. Uitgevoerde technieken en observaties. ( door de kandidaat zelf )
8. Eigen bevindingen van je kennis en de uitvoering ervan. = zelfevaluatie.
Korps :
28
UITGEBREID VERSLAG INTERVENTIE AMBULANCE (KOPIE VAN HET RITVERSLAG BIJVOEGEN GEEN NAAM)
29
SCHEMATISCH OVERZICHT WERKING DIENST 100 (WAAR DE STAGE VOLBRACHT WORDT)
30
STAGEBEOORDELING PER RIT
31 STAGEBEOORDELING RIT 1 Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 4. Maakt vorderingen 5. Beschikt over voldoende maturiteit om zelfstandig te werken 6. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Informeert zich over het gebeuren 2. Neemt vlot contact op met het slachtoffer 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Geeft overdracht aan andere hulpdiensten 6. Geeft overdracht bij aankomst in het Z.H. Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Kan in een aangepast tempo functioneren 7. Kent het gebruik van het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Kent de radioprocedure 3. Is vertrouwd met kaartlezen 4. Vraagt om uitleg over deze werking 5. Kent de nazorg van het materiaal/ambulance 6. Zou deze opdracht alleen aangekund hebben
Opmerkingen en leerpunten: ( welke vaardigheden en technieken zijn leerpunten) * * * Handtekening cursist Handtekening en naam van de ambulanciers van dienst.
nvt
32 STAGEBEOORDELING RIT 2 Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 4. Maakt vorderingen 5. Beschikt over voldoende maturiteit om zelfstandig te werken 6. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Informeert zich over het gebeuren 2. Neemt vlot contact op met het slachtoffer 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Geeft overdracht aan andere hulpdiensten 6. Geeft overdracht bij aankomst in het Z.H. Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Kan in een aangepast tempo functioneren 7. Kent het gebruik van het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Kent de radioprocedure 3. Is vertrouwd met kaartlezen 4. Vraagt om uitleg over deze werking 5. Kent de nazorg van het materiaal/ambulance 6. Zou deze opdracht alleen aangekund hebben
Opmerkingen en leerpunten: ( welke vaardigheden en technieken zijn leerpunten) * * * Handtekening cursist Handtekening en naam van de ambulanciers van dienst.
nvt
33 STAGEBEOORDELING RIT 3 Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 4. Maakt vorderingen 5. Beschikt over voldoende maturiteit om zelfstandig te werken 6. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Informeert zich over het gebeuren 2. Neemt vlot contact op met het slachtoffer 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Geeft overdracht aan andere hulpdiensten 6. Geeft overdracht bij aankomst in het Z.H. Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Kan in een aangepast tempo functioneren 7. Kent het gebruik van het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Kent de radioprocedure 3. Is vertrouwd met kaartlezen 4. Vraagt om uitleg over deze werking 5. Kent de nazorg van het materiaal/ambulance 6. Zou deze opdracht alleen aangekund hebben
Opmerkingen en leerpunten: ( welke vaardigheden en technieken zijn leerpunten) * * * Handtekening cursist Handtekening en naam van de ambulanciers van dienst.
nvt
34 STAGEBEOORDELING RIT 4 Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 4. Maakt vorderingen 5. Beschikt over voldoende maturiteit om zelfstandig te werken 6. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Informeert zich over het gebeuren 2. Neemt vlot contact op met het slachtoffer 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Geeft overdracht aan andere hulpdiensten 6. Geeft overdracht bij aankomst in het Z.H. Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Kan in een aangepast tempo functioneren 7. Kent het gebruik van het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Kent de radioprocedure 3. Is vertrouwd met kaartlezen 4. Vraagt om uitleg over deze werking 5. Kent de nazorg van het materiaal/ambulance 6. Zou deze opdracht alleen aangekund hebben
Opmerkingen en leerpunten: ( welke vaardigheden en technieken zijn leerpunten) * * * Handtekening cursist Handtekening en naam van de ambulanciers van dienst.
nvt
35 STAGEBEOORDELING RIT 5 Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 4. Maakt vorderingen 5. Beschikt over voldoende maturiteit om zelfstandig te werken 6. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Informeert zich over het gebeuren 2. Neemt vlot contact op met het slachtoffer 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Geeft overdracht aan andere hulpdiensten 6. Geeft overdracht bij aankomst in het Z.H. Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Kan in een aangepast tempo functioneren 7. Kent het gebruik van het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Kent de radioprocedure 3. Is vertrouwd met kaartlezen 4. Vraagt om uitleg over deze werking 5. Kent de nazorg van het materiaal/ambulance 6. Zou deze opdracht alleen aangekund hebben
Opmerkingen en leerpunten: ( welke vaardigheden en technieken zijn leerpunten) * * * Handtekening cursist Handtekening en naam van de ambulanciers van dienst.
nvt
36 STAGEBEOORDELING RIT 6 Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 4. Maakt vorderingen 5. Beschikt over voldoende maturiteit om zelfstandig te werken 6. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Informeert zich over het gebeuren 2. Neemt vlot contact op met het slachtoffer 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Geeft overdracht aan andere hulpdiensten 6. Geeft overdracht bij aankomst in het Z.H. Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Kan in een aangepast tempo functioneren 7. Kent het gebruik van het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Kent de radioprocedure 3. Is vertrouwd met kaartlezen 4. Vraagt om uitleg over deze werking 5. Kent de nazorg van het materiaal/ambulance 6. Zou deze opdracht alleen aangekund hebben
Opmerkingen en leerpunten: ( welke vaardigheden en technieken zijn leerpunten) * * * Handtekening cursist Handtekening en naam van de ambulanciers van dienst.
nvt
37 STAGEBEOORDELING RIT 7 Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 4. Maakt vorderingen 5. Beschikt over voldoende maturiteit om zelfstandig te werken 6. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Informeert zich over het gebeuren 2. Neemt vlot contact op met het slachtoffer 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Geeft overdracht aan andere hulpdiensten 6. Geeft overdracht bij aankomst in het Z.H. Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Kan in een aangepast tempo functioneren 7. Kent het gebruik van het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Kent de radioprocedure 3. Is vertrouwd met kaartlezen 4. Vraagt om uitleg over deze werking 5. Kent de nazorg van het materiaal/ambulance 6. Zou deze opdracht alleen aangekund hebben
Opmerkingen en leerpunten: ( welke vaardigheden en technieken zijn leerpunten) * * * Handtekening cursist Handtekening en naam van de ambulanciers van dienst.
nvt
38 STAGEBEOORDELING RIT 8 Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 4. Maakt vorderingen 5. Beschikt over voldoende maturiteit om zelfstandig te werken 6. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Informeert zich over het gebeuren 2. Neemt vlot contact op met het slachtoffer 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Geeft overdracht aan andere hulpdiensten 6. Geeft overdracht bij aankomst in het Z.H. Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Kan in een aangepast tempo functioneren 7. Kent het gebruik van het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Kent de radioprocedure 3. Is vertrouwd met kaartlezen 4. Vraagt om uitleg over deze werking 5. Kent de nazorg van het materiaal/ambulance 6. Zou deze opdracht alleen aangekund hebben
Opmerkingen en leerpunten: ( welke vaardigheden en technieken zijn leerpunten) * * * Handtekening cursist Handtekening en naam van de ambulanciers van dienst.
nvt
39 STAGEBEOORDELING RIT 9 Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 4. Maakt vorderingen 5. Beschikt over voldoende maturiteit om zelfstandig te werken 6. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Informeert zich over het gebeuren 2. Neemt vlot contact op met het slachtoffer 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Geeft overdracht aan andere hulpdiensten 6. Geeft overdracht bij aankomst in het Z.H. Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Kan in een aangepast tempo functioneren 7. Kent het gebruik van het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Kent de radioprocedure 3. Is vertrouwd met kaartlezen 4. Vraagt om uitleg over deze werking 5. Kent de nazorg van het materiaal/ambulance 6. Zou deze opdracht alleen aangekund hebben
Opmerkingen en leerpunten: ( welke vaardigheden en technieken zijn leerpunten) * * * Handtekening cursist Handtekening en naam van de ambulanciers van dienst.
nvt
40 STAGEBEOORDELING RIT 10 Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 4. Maakt vorderingen 5. Beschikt over voldoende maturiteit om zelfstandig te werken 6. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Informeert zich over het gebeuren 2. Neemt vlot contact op met het slachtoffer 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Geeft overdracht aan andere hulpdiensten 6. Geeft overdracht bij aankomst in het Z.H. Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Kan in een aangepast tempo functioneren 7. Kent het gebruik van het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Kent de radioprocedure 3. Is vertrouwd met kaartlezen 4. Vraagt om uitleg over deze werking 5. Kent de nazorg van het materiaal/ambulance 6. Zou deze opdracht alleen aangekund hebben
Opmerkingen en leerpunten: ( welke vaardigheden en technieken zijn leerpunten) * * * Handtekening cursist Handtekening en naam van de ambulanciers van dienst.
nvt
41
EVALUATIEFICHES
42 Evaluatiefiche ( stagedag 1 ) van de kandidaat Hulpverlener-Ambulancier: (naam)…………………………………………………………
Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
nvt
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Toont zich sociaal ingesteld 4. Houdt zich oordeelkundig aan reglementen 5. Neemt initiatief bij het leren 6. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 7. Is actief bezig op dienst 8. Oefent spontaan technieken 9. Houdt rekening met leerpunten 10. Maakt vorderingen 11. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Kan gesprekken doelgericht uitvoeren 2. Neemt vlot contact op 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Vraagt zelf om leerpunten/beoordeling Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Is vertrouwd met het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Vraagt om uitleg over deze werking Systematisch handelen: 1. Bereidt zich voor 2. Kan technieken vaardig en handig uitvoeren 3. Kan in een aangepast tempo functioneren 4. Rapporteert mondeling en schriftelijk 5. Evalueert eigen handelen en kennis 6. Formuleert eigen sterktes en zwaktes 7. Evalueert vorderingen in eigen leerpunten
Handtekening kandidaat
Naam en handtekening van de begeleidende Ambulanciers
43 Evaluatiefiche ( stagedag 2) van de kandidaat Hulpverlener-Ambulancier: (naam)…………………………………………………………
Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
nvt
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Toont zich sociaal ingesteld 4. Houdt zich oordeelkundig aan reglementen 5. Neemt initiatief bij het leren 6. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 7. Is actief bezig op dienst 8. Oefent spontaan technieken 9. Houdt rekening met leerpunten 10. Maakt vorderingen 11. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Kan gesprekken doelgericht uitvoeren 2. Neemt vlot contact op 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Vraagt zelf om leerpunten/beoordeling Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Is vertrouwd met het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Vraagt om uitleg over deze werking Systematisch handelen: 1. Bereidt zich voor 2. Kan technieken vaardig en handig uitvoeren 3. Kan in een aangepast tempo functioneren 4. Rapporteert mondeling en schriftelijk 5. Evalueert eigen handelen en kennis 6. Formuleert eigen sterktes en zwaktes 7. Evalueert vorderingen in eigen leerpunten
Handtekening kandidaat
Naam en handtekening van de begeleidende Ambulanciers
44 Evaluatiefiche ( stagedag 3 ) van de kandidaat Hulpverlener-Ambulancier: (naam)…………………………………………………………
Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
nvt
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Toont zich sociaal ingesteld 4. Houdt zich oordeelkundig aan reglementen 5. Neemt initiatief bij het leren 6. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 7. Is actief bezig op dienst 8. Oefent spontaan technieken 9. Houdt rekening met leerpunten 10. Maakt vorderingen 11. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Kan gesprekken doelgericht uitvoeren 2. Neemt vlot contact op 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Vraagt zelf om leerpunten/beoordeling Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Is vertrouwd met het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Vraagt om uitleg over deze werking Systematisch handelen: 1. Bereidt zich voor 2. Kan technieken vaardig en handig uitvoeren 3. Kan in een aangepast tempo functioneren 4. Rapporteert mondeling en schriftelijk 5. Evalueert eigen handelen en kennis 6. Formuleert eigen sterktes en zwaktes 7. Evalueert vorderingen in eigen leerpunten
Handtekening kandidaat
Naam en handtekening van de begeleidende Ambulanciers
45 Evaluatiefiche ( stagedag 4) van de kandidaat Hulpverlener-Ambulancier: (naam)…………………………………………………………
Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
nvt
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Toont zich sociaal ingesteld 4. Houdt zich oordeelkundig aan reglementen 5. Neemt initiatief bij het leren 6. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 7. Is actief bezig op dienst 8. Oefent spontaan technieken 9. Houdt rekening met leerpunten 10. Maakt vorderingen 11. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Kan gesprekken doelgericht uitvoeren 2. Neemt vlot contact op 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Vraagt zelf om leerpunten/beoordeling Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Is vertrouwd met het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Vraagt om uitleg over deze werking Systematisch handelen: 1. Bereidt zich voor 2. Kan technieken vaardig en handig uitvoeren 3. Kan in een aangepast tempo functioneren 4. Rapporteert mondeling en schriftelijk 5. Evalueert eigen handelen en kennis 6. Formuleert eigen sterktes en zwaktes 7. Evalueert vorderingen in eigen leerpunten
Handtekening kandidaat
Naam en handtekening van de begeleidende Ambulanciers
46 Evaluatiefiche ( stagedag 5) van de kandidaat Hulpverlener-Ambulancier: (naam)…………………………………………………………
Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
nvt
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Toont zich sociaal ingesteld 4. Houdt zich oordeelkundig aan reglementen 5. Neemt initiatief bij het leren 6. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 7. Is actief bezig op dienst 8. Oefent spontaan technieken 9. Houdt rekening met leerpunten 10. Maakt vorderingen 11. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Kan gesprekken doelgericht uitvoeren 2. Neemt vlot contact op 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Vraagt zelf om leerpunten/beoordeling Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Is vertrouwd met het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Vraagt om uitleg over deze werking Systematisch handelen: 1. Bereidt zich voor 2. Kan technieken vaardig en handig uitvoeren 3. Kan in een aangepast tempo functioneren 4. Rapporteert mondeling en schriftelijk 5. Evalueert eigen handelen en kennis 6. Formuleert eigen sterktes en zwaktes 7. Evalueert vorderingen in eigen leerpunten
Handtekening kandidaat
Naam en handtekening van de begeleidende Ambulanciers
47 Evaluatiefiche ( stagedag 6) van de kandidaat Hulpverlener-Ambulancier: (naam)…………………………………………………………
Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
nvt
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Toont zich sociaal ingesteld 4. Houdt zich oordeelkundig aan reglementen 5. Neemt initiatief bij het leren 6. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 7. Is actief bezig op dienst 8. Oefent spontaan technieken 9. Houdt rekening met leerpunten 10. Maakt vorderingen 11. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Kan gesprekken doelgericht uitvoeren 2. Neemt vlot contact op 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Vraagt zelf om leerpunten/beoordeling Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Is vertrouwd met het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Vraagt om uitleg over deze werking Systematisch handelen: 1. Bereidt zich voor 2. Kan technieken vaardig en handig uitvoeren 3. Kan in een aangepast tempo functioneren 4. Rapporteert mondeling en schriftelijk 5. Evalueert eigen handelen en kennis 6. Formuleert eigen sterktes en zwaktes 7. Evalueert vorderingen in eigen leerpunten
Handtekening kandidaat
Naam en handtekening van de begeleidende Ambulanciers
48 Evaluatiefiche ( stagedag …) van de kandidaat Hulpverlener-Ambulancier: (naam)…………………………………………………………
Beoordeling:
onvoldoende
matig
goed
zeer goed
nvt
Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Toont zich sociaal ingesteld 4. Houdt zich oordeelkundig aan reglementen 5. Neemt initiatief bij het leren 6. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 7. Is actief bezig op dienst 8. Oefent spontaan technieken 9. Houdt rekening met leerpunten 10. Maakt vorderingen 11. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Kan gesprekken doelgericht uitvoeren 2. Neemt vlot contact op 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Vraagt zelf om leerpunten/beoordeling Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Is vertrouwd met het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Vraagt om uitleg over deze werking Systematisch handelen: 1. Bereidt zich voor 2. Kan technieken vaardig en handig uitvoeren 3. Kan in een aangepast tempo functioneren 4. Rapporteert mondeling en schriftelijk 5. Evalueert eigen handelen en kennis 6. Formuleert eigen sterktes en zwaktes 7. Evalueert vorderingen in eigen leerpunten
Handtekening kandidaat
Naam en handtekening van de begeleidende Ambulanciers
49
EINDBEOORDELING STAGE D-100
50
E I N D B E O O R D E L I N G
S T A G E
D-100
in te vullen door de stagemeester of coördinator/verantwoordelijke voor de D-100 Evaluatiefiche van de kandidaat Hulpverlener-Ambulancier: (naam)……………………………………………………………… Beoordeling: onvoldoende Attitudes: 1. Neemt verantwoordelijkheid op 2. Vertoont interesse: 3. Toont zich sociaal ingesteld: 4. Houdt zich oordeelkundig aan reglementen 5. Neemt initiatief bij het leren: 6. Respecteert het beroepsgeheim/privacy 7. Is actief bezig op dienst 8. Oefent spontaan technieken 9. Houdt rekening met leerpunten 10. Maakt vorderingen 11. Vertoont een verzorgd uiterlijk 12. Gebruikt een verzorgd taalgebruik 13. Is zelfzeker 14. Functioneert in moeilijke omstandigheden Sociale en communicatievaardigheden: 1. Kan gesprekken doelgericht uitvoeren 2. Neemt vlot contact op 3. Is discreet in omgang met patiënt/familie 4. Kan teamgericht werken 5. Vraagt zelf om leerpunten/beoordeling Kennis en inzicht: m.b.t. professioneel handelen: 1. Beschikt over voldoende kennis en inzicht 2. Kan deze kennis ook praktisch toepassen 3. Kennis van de technieken 4. Past zich aan volgens de omstandigheden 5. Kan zelfstandig handelen 6. Is vertrouwd met het materiaal m.b.t. werking dienst: 1. Kent de uitrukprocedure 2. Vraagt om uitleg over deze werking Systematisch handelen: 1. Bereidt zich voor 2. Kan technieken vaardig en handig uitvoeren 3. Kan in een aangepast tempo functioneren 4. Rapporteert mondeling en schriftelijk 5. Evalueert eigen handelen en kennis 6. Formuleert eigen sterktes en zwaktes 7. Evalueert vorderingen in eigen leerpunten
matig
goed
zeer goed
nvt
51 Stageschrift: 1. Omschrijft de relevante gegevens 2. Gegevens worden geanalyseerd,… 3. Gegevens worden duidelijk gestructureerd 4. Gebruikt leesbaar geschrift 5. Maakt een duidelijk gestructureerd schrift 6. Gebruikt een verzorgde lay out 7. Stageschrift is een correcte weergave van de kennis en inzicht van de kandidaat
Is de kandidaat bekwaam om de taak van Hulpverlener - Ambulancier uit te voeren? O JA
O NEEN O JA met voorwaarden:
Opmerkingen:
6. ALGEMENE EINDBEOORDELING AAA = uitstekend AA = zeer goed A = goed B = stage volledig of deels te herdoen C = onvoldoende datum : handtekening De Verantwoordelijke van het stagecentrum:
De Stagemeester:
Opgestuurd naar opleidingscoördinator op:………………………………………..
52
EVALUATIE VAN DE STAGEPLAATS
NAAM en VOORNAAM : STAGEPLAAT S : Aantal uren stage: : Aantal oproepen ambulance 100: : Aantal oproepen met MUG assistentie. : Verwachtingen van de stageperiode: 1. stageplaats en stageperiode: onthaal op de stageplaatsen:
voldoende mogelijkheden om praktische ervaringen op te doen:
2. stageschrift: kreeg u voldoende uitleg over het stageschrift?
Was er voldoende ruimte om al uw ervaringen in te vullen?
3. stagebegeleiding: kreeg u voldoende feedback van de stagebegeleiders?
4. Opvang en begeleiding van de ambulanciers:
53
5. Aanleren en opvolgen technieken:
6. Omgaan met dagelijkse evaluatie en leerpunten.
7. andere opmerkingen?
Na het beëindigen van deze stage wacht u enkel nog een eindevaluatie. Eens deze evaluatie gevalideerd werd door de opleidingsraad, zal u een brevet van Hulpverlener-Ambulancier ontvangen. Met dit brevet kunt u een badge 100 aanvragen bij de FOD Volksgezondheid, FAC KAM gebouw, Albert I laan 1/5, 8200 Brugge Nog veel succes in de uitoefening van uw taak als Hulpverlener-Ambulancier. Kenn Gurdebeke