COV-congres – 23 november 2013 Toespraak Marc Leemans
Beste vrienden en vriendinnen van het COV, mijn felicitaties voor dit Congres. Voor uw congresthema, dat de wijze waarop jullie communiceren voorop stelt. Toch een wat apart thema voor een vakbondscongres. Wellicht omdat we nog teveel het belang van communicatie onderschatten. Felicitaties zeker ook voor de wijze ook waarop jullie dit Congres zorgvuldig hebben voorbereid. In het bijzonder ook voor de auteurs van het congres-document, dat voor het hele ACV bijzonder inspirerend is. Niet in het minst omdat een schat aan inzichten wordt samengebracht.
Het ACV deelt met jullie dezelfde analyse van deze turbulente tijd. Onze welvaartsstaat maakt een zware crisis door. De impact ervan zien en voelen we allemaal: ontbrekende groei, werkonzekerheid en werkloosheid, dalende koopkracht, toenemende 1
verarming,kritiek op overheidsbeslag of op belastingdruk, terugdringen van overheidsoptreden, druk op lonen en indexering ervan, enz.
In deze turbulente tijd is een sterke vakbond nodig om de belangen van gewone mensen te blijven verdedigen. Niet in het minst ook op uw syndicale terrein: het Vlaamse onderwijs. Ik wil hierbij als voorzitter van het ACV nogmaals wijzen op het belang dat het ACV aan het onderwijs hecht. Omdat het ten eerste, emancipatorisch en democratiserend moet werken en kansen dient te geven aan kinderen van gewone mensen. Kansen die anders alleen gereserveerd zijn voor de begoede klasse.
Omdat ten tweede, het onderwijs tegelijk een investering is die ten goede komt aan economie en samenleving. Investeren in onderwijs is investeren in de toekomst, is geloven in de talenten van al onze kinderen wat ook hun afkomst of sociale achtergrond mag zijn. 2
Toch staat ons onderwijs voor zware uitdagingen, waar ik straks op terugkom zoals : Hoe de maatschappelijke verwachtingen beter beantwoorden? Hoe de stiel aantrekkelijk maken voor jongeren via een adequaat beginloopbaanbeleid? Hoe de vergrijzing van het personeel opvangen? Maar een eerste cruciale vraag betreft : hoe het onderwijs beschermen tegen de neoliberale aanvallen?
Die vraag lijkt voor sommigen misschien wat vreemd. Maar ik wil er toch even bij stilstaan. U weet dat het vandaag bon ton is te beweren dat de belastingdruk te hoog is en de overheidsvoorzieningen te vet. Die kritiek leek eerst vooral gericht tegen het overheidsapparaat in enge zin en tegen de sociale bescherming. Het onderwijs kwam niet al te zeer onder vuur. Want dat is geen kost, maar een investering, heette het. Hakken in het overheidsbeslag, moet dan maar gebeuren in het
3
ambtenarenkorps en in de sociale zekerheid, leek men te willen zeggen.
Ik neem aan dat COV beter weet. Dat het zich niet in slaap laat wiegen door al die loftuigingen aan onderwijs als sociale investering. Want de aanhoudende druk op de verlaging van de belastingen en het terugdringen van de overheidsuitgaven dreigt sowieso ook terecht te komen op het onderwijs. Moest dat vandaag al niet het geval zijn.
Lazen jullie vorige maand in De Standaard ook dat grensverleggend interview met Duchatelet, tegenwoordig ook baas van Standard? Grensverleggend, omdat hij een paar grenzen overschrijdt. "Moeten we in Vlaanderen zoveel voor het onderwijs blijven betalen", vroeg hij zich luidop af ? En dat zelfs “een heel leven lang, terwijl je maar een paar jaar van dat leven kinderen onderhoudt”. Dat verzin ik niet, dat staat er letterlijk. Zoals er letterlijk ook staat: “Ik 4
zou het onderwijsaanbod privatiseren, niet de vraag. Ik zou aan de mensen de vrijheid geven om een school te kiezen. En in functie van het aantal mensen dat voor die school kiest, wordt die school dan gesubsidieerd. Zo kunnen er totaal nieuwe initiatieven ontstaan. Zo zal er een markt ontluiken voor creatieve ondernemers die het op hun manier willen doen” en "als een school méér wil vragen dan wat de overheid subsidieert, dan moet dat natuurlijk kunnen. Daar heb ik geen probleem mee. Ik heb vooral een probleem met mensen die zeggen dat alles gelijk moet zijn".
Nu, Duchatelet was altijd wel een buitenbeentje. Hij zegt in datzelfde interview trouwens van zichzelf dat hij een egoïst is die in de eerste plaats aan zichzelf denkt. Maar wat hij zegt ligt geheel in lijn met de arrogantie en kortzichtigheid van een deel van de Vlaamse bedrijfswereld. In almaar agressievere bewoordingen heeft het de aanval ingezet op de solidariteit in de samenleving, om de belastingen op bedrijven en 5
vermogenden te kunnen laten dalen. En om de weg te effenen voor commercieel initiatief op alle gebied, zelfs als het gaat om de opvoeding van onze kinderen. En waarbij dus ook het onderwijs onder druk zal komen. Wat betekent dat het onderwijs sterker dan nu zijn toegevoegde waarde moet bewijzen. Het wordt weinig betwist dat het Vlaams onderwijs internationaal zijn mannetje staat. Maar zelfgenoegzaamheid is niet gepast. We moeten in alle openheid bekijken hoe het nog beter kan. Alleen zo kan men de dwaze ideeën over afslanking van het onderwijs of een privatisering ervan counteren. En in dat counteren, speelt communicatie een uitermate belangrijke rol. Waarbij ik terugkom bij uw congresthema. Het ACV en in het bijzonder het COV weet dat eerst de inhoud komt, en dan pas de verpakking. Maar tegelijk is het besef doorgedrongen dat het geen kwestie meer is van gelijk te hebben, maar van gelijk te krijgen. Dat is een zaak van goed overleg en zo nodig ook een beredeneerde actie. Maar meer en meer beseffen we dat je ook de 6
slag om de publieke opinie moet winnen. Zeker naar de politiek toe, die permanent voortgaat op wat ze meent dat de publieke opinie is, ook al is het dan een opinie die gekneed is door media en opiniemakers. De moeilijkheidsgraad van zo’n communicatie is bijzonder zwaar gestegen. Omwille van de snelheid. Omwille van de commercialisering van de media. Omwille van de weigering van of onverschilligheid voor onze communicatie. Omwille van het mediageweld van de rechtse opiniemakers. Omwille van het oprukken van de sociale media, met een enorm potentieel, zeker naar jongeren, maar dat we nog lang niet genoeg hebben ontgonnen. En waarbij we als ACV een bijkomende moeilijkheid hebben, een dubbele eigenlijk. Ten eerste: wij zijn niet de vakbond van de ideologische slogans, we trachten te communiceren rond goed onderbouwde, genuanceerde standpunten. Maar dat past zeer moeilijk in de format van de gecommercialiseerde media, die ter wille van oplage of kijkcijfers het liefst elk maatschappelijk debat reduceren tot een korte en 7
krachtige boksmatch tussen twee radicale standpunten. En ten tweede: het zit in ons DNA dat we trachten te verbinden, dat we naar het compromis zoeken, met respect voor de gesprekspartners. Hoeveel makkelijker is het niet om aan de zijlijn wat te staan schelden en tieren.
Ik heb geen goesting om die weg op te gaan. Maar ik ben er wel van overtuigd dat we veel meer aandacht moeten besteden aan onze communicatie. Dat zijn veel uitdagingen in één. Maar als u het goed vind, pik ik er een paar uit: Eén, de sociale media: we moeten daar actiever op worden, dat doen we, maar nog niet intensief genoeg, zoals uw congresdocument aangeeft; en we doen het teveel in gespreide slagorde; Twee, het is geen kwestie van gelijk hebben, maar van gelijk krijgen. Je mag de beste standpunten hebben, met de schitterendste voorbereiding ervan, maar wat ben je ermee als je er niet in slaagt die aan de man te 8
brengen. We steken zeer veel energie in het formuleren van eensgezinde standpunten, maar dan begint het pas, dan moet je een adequate strategie uittekenen om die ook te realiseren. En daar is een communicatieplan essentieel in. De juiste taal vinden, de juiste media vinden, maar meer ook de juiste beelden kiezen. Dat zijn we trouwens aan het doen met onze nieuwe campagne : “Onze grondstroom is solidariteit”. Die staat bijna in de steigers, en ik hoop dat jullie ze na nieuwjaar mee gaan uitdragen. Drie, bij syndicale mobilisatie hoort syndicale communicatie. En dat geldt nog het meest in de publieke sector. En zeker ook bij acties in het onderwijs. Om begrip te krijgen voor de noodzakelijke acties. Maar waar ook bij hoort dat we de dingen vermijden die op teveel onbegrip stuiten. Vier, we kunnen niet laten gebeuren dat de media een muur optrekken rond ons. We investeren als ACV in De Wereld Morgen. Maar dat volstaat niet. We moeten ook de klassieke media blijven opzoeken, blijven uitdagen. 9
Samen met de sociale media. En ik hoop, ik wens dat dat in de toekomst eendrachtig kan gebeuren voor het gehele onderwijs.
Vrienden, vriendinnen, Daarmee ben ik aanbeland bij uw wederzijds engagement en onze vurige wens om eindelijk te komen tot één grote Vlaamse ACV-onderwijscentrale. Een engagement waardoor in de feiten ACV en Onderwijs ook eindelijk ACV-Onderwijs wordt.
Vakbondswerk, beste vrienden en vriendinnen van het COV, is kort bij de mensen staan en optimaal hun belangen verdedigen en daar tegelijk een overkoepelende visie bij hanteren.
Het COV en de COC zijn daar tot nog toe goed in geslaagd op hun onderscheiden niveaus, maar toch voelen beide centrales reeds geruime tijd aan dat 10
(h)echte samenwerking aangewezen is omwille van de syndicale meerwaarde. 1 plus 1 is daarbij méér dan 2.
Die (h)echte samenwerking werd reeds 15 jaar geleden door uw verantwoordelijken aangekondigd op het nationale ACV-Congres in 1998 en herbevestigd op de ACV-congressen van 2002 en 2006. Krachtiger werd het streven naar één grote Vlaamse onderwijscentrale in de schoot van het ACV door u, vakbondsafgevaardigden en kaderleden van het COV, en door uw collega’s van de COC, op formele wijze bevestigd, in uw respectieve intentieverklaring op uw eigen congressen in het najaar van 2008. Nu precies 5 jaar geleden.
U hebt er aldus reeds een lang proces opzitten van wederzijdse verkenning en uitwisseling van bezorgdheden en verwachtingen. De volledige inventaris is zo onderhand wel gekend. Het is nu echt wel tijd om af te ronden en concreet werk te maken van 11
één Vlaamse onderwijscentrale in de schoot van het ACV.
Hierbij kiest u terecht voor basissyndicalisme. Voor een instelling - en lidnabije werking. Voor het opkomen voor de individuele en beroepsbelangen van de leden binnen een overkoepelende visie. Met ruimte voor het pedagogisch aspect, de sociale dimensie en de christelijke waarden. Voor een (h)echte samenwerking tussen beroepskrachten en vrijwilligers. Voor een zo optimaal mogelijke participatie van deze vrijwilligers in de besturen. Voor een reële samenwerking tussen sterke en minder sterke groepen. Voor een maximaal streven naar consensus. Dat zijn allemaal uitermate belangrijke doelstellingen én essentiële waarden die ook het ACV met u deelt. Ook zij brengen ACV en Onderwijs dichter bij elkaar tot ACV-Onderwijs.
12
Tegelijk gaat de keuze voor één grote Vlaamse ACVonderwijscentrale ook uit van een sterke autonome sectorale werking én een sterke, overkoepelende, intersectorale werking, én van een efficiënt dienstbetoon aan de leden. Die ene grote Vlaamse onderwijscentrale biedt aldus uitstekende perspectieven om kort op de syndicale bal te spelen en dicht bij de mensen te blijven, om aldus hun belangen optimaal te kunnen behartigen.
Uw beslissing op uw vorig COV-congres en de beslissing van uw collega’s van de COC op hun vorig congres om samen de nodige initiatieven te nemen om te komen tot die ene grote, autonome ACVonderwijscentrale dient ook in het belang van de leden onverkort te worden uitgevoerd.
Op basis van de onderlinge gesprekken die tussen beide centrales in de voorbije 5 jaar zijn gevoerd én op basis van de voorbereidende teksten die deze 13
gesprekken hebben opgeleverd, moet er eindelijk worden afgerond.
Een overzicht van al die werkzaamheden, een optelsom van alle vergaderingen en bijeenkomsten, van alle voorbereide en nog voor te bereiden teksten wil ik u vandaag besparen. Dat overzicht kreeg u van uw eigen voorzitter.
In elk geval creëert één grote, autonome Vlaamse ACVonderwijscentrale zoveel meer slagkracht en zoveel meer zeggingskracht als veruit de grootste speler op het syndicale onderwijsveld. Eén grote Vlaamse ACVonderwijscentrale zal nadrukkelijker en veel duidelijker aanwezig zijn op het hele onderwijsterrein, in alle netten en sectoren, en zal bij onderhandelingen over moeilijke dossiers door de overheid en inrichtende machten makkelijker en uitdrukkelijker worden gehoord.
14
In elk geval beschikt één grote Vlaamse ACVonderwijscentrale over meer middelen, zowel financieel als inzake kennis en personeel, als het COV of de COC afzonderlijk.
In elk geval biedt één nieuwe grote Vlaamse ACVonderwijscentrale de unieke kans om binnen de contouren van het ACV en ten voordele van de leden het beste uit het COV samen te brengen met het beste uit de COC, en die elementen samen met een aantal nieuwe inzichten en principes te vervlechten tot een nieuw, harmonieus, dynamisch en organisch geheel. Een nieuwe, levende, moderne syndicale organisatie.
Ik ben er dan ook van overtuigd dat uw besturen en uw verantwoordelijke vrijgestelden, samen met die van de COC, zullen slagen in hun opdracht, hun missie om te komen tot die ene sterke, grote Vlaamse ACVonderwijscentrale.
15
Als zij er met uw steun echt in geloven, als zij er met uw steun echt voor willen gaan en er zich ten volle voor willen engageren, dan staat niets nog ACV-Onderwijs in de weg.
Ik doe vandaag in naam van het bestuur van het ACV dan ook nogmaals een dwingende oproep aan de besturen én verantwoordelijke vrijgestelden van het COV en de COV om maximaal samen te werken, om samen de nog resterende knopen uit mekaar te halen of door te hakken. Om uw intentieverklaring, uw democratische wil vanuit de basis, en hun opdracht en missie, eindelijk werkelijkheid te laten worden.
Dat vraagt van alle betrokken bestuursleden en vrijgestelden bovenop het “gewone” dagdagelijkse syndicale werk extra energie, tijd en engagement. Dat is inderdaad niet altijd zo evident, zeker niet in deze turbulente tijd. Maar, zoals reeds een paar keer gezegd, het moment om echt te handelen is nu eenmaal daar. 16
Eén grote Vlaamse centrale voor het onderwijs in de schoot van het ACV, staat als ACV-Onderwijs immers zoveel sterker om in deze turbulente tijd ten voordele van de leden, het onderwijspersoneel en de kwaliteit van het onderwijs in het algemeen, de toekomstige problemen en uitdagingen met succes aan te pakken.
De boodschap vanuit het ACV is dan ook duidelijk. Na het congres van de COC midden oktober en jullie congres van vandaag dient er door het COV en de COV - na 5 jaar voorbereiding – onmiddellijk en concreet werk gemaakt van de realisatie van één grote Vlaamse ACV-onderwijscentrale. Zeker nu in het licht van de globale hertekening van de syndicale grenzen binnen het ACV de kans reëel is om ook al die andere werknemers binnen het Vlaams onderwijs die nu bij andere centrales van het ACV aangesloten zijn, onder te brengen in één nieuwe, grote en sterke Vlaamse ACV-onderwijscentrale. 17
De tijd van ACV-onderwijs is aangebroken. Er kan niet langer worden gedraald bij de daadwerkelijke uitbouw van één grote Vlaamse ACV-centrale voor het onderwijs, waar elke werknemer uit het onderwijs uit om het even welke sector of uit om het even welk segment, net of niveau zich echt thuis voelt.
Ik wens jullie bij deze uitbouw alle succes toe.
18