Coöperatie Eno U.A. Jaarverslag 2013
Inhoudsopgave 1. Verslag van de Raad van Bestuur ....................................................................................................................... 3 1.1 Algemene informatie...................................................................................................................................... 3 1.2 Toestand per balansdatum ............................................................................................................................ 4 1.3 Ontwikkeling gedurende het boekjaar en resultaten ...................................................................................... 4 1.4 Risicobeheersing ........................................................................................................................................... 7 1.5 Verantwoording Governance Principes ....................................................................................................... 10 2. Verslag van de Raad van Commissarissen ....................................................................................................... 13 3.Jaarrekening ....................................................................................................................................................... 15 3.1 Geconsolideerde balans per 31 december 2013 (voor resultaatbestemming) ............................................ 16 3.2 Geconsolideerde winst- en verliesrekening over 2013 ................................................................................ 18 3.3 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2013................................................................................................... 19 3.4 Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening ......................................................................................... 20 3.4.1 Toelichting algemeen ........................................................................................................................... 20 3.4.2 Toelichting op de geconsolideerde balans ........................................................................................... 31 3.4.3 Toelichting op de geconsolideerde winst- en verliesrekening............................................................... 37 3.5 Enkelvoudige balans per 31 december 2013 (voor resultaatbestemming) .................................................. 46 3.6 Enkelvoudige winst- en verliesrekening over 2013 ...................................................................................... 47 3.7 Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening 2013...................................................................................... 48 3.7.1 Toelichting algemeen ........................................................................................................................... 48 3.7.2 Toelichting op de enkelvoudige balans................................................................................................. 49 4. Overige gegevens ............................................................................................................................................. 51 4.1 Statutaire bepalingen inzake het resultaat................................................................................................... 51 4.2 Bestemming van het resultaat ..................................................................................................................... 51 4.3 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant ................................................................................. 52
2
1. Verslag van de Raad van Bestuur 1.1 Algemene informatie Juridische structuur Coöperatie Eno U.A. te Deventer maakt deel uit van de groep Eno. Van deze groep maakt naast Coöperatie Eno U.A., Eno Holding B.V., Eno Zorgverzekeraar N.V., Eno Aanvullende Verzekeringen N.V., Salland Zorgkantoor B.V., Eno Zorg B.V., Eno Bewaar B.V., Pegasus Kennis B.V., Salland WMO+ B.V., Medipay B.V. en Stichting Regizorg Nederland deel uit. In Eno Zorgverzekeraar N.V. zijn de zorgverzekeringsactiviteiten ondergebracht. De activiteiten van het zorgkantoor zijn ondergebracht in Salland Zorgkantoor B.V. De activiteiten van de aanvullende verzekeringen worden uitgevoerd in Eno Aanvullende Verzekeringen N.V. Aan het hoofd van de groep staat de Coöperatie Eno U.A. De coöperatie heeft een dochtermaatschappij Eno Holding B.V. Deze vennootschap houdt alle aandelen van de werkmaatschappijen en is ook bestuurder van de werkmaatschappijen. Eind 2013 heeft de groep Eno 159 medewerkers (fte) in dienst die de activiteiten van de groep uitvoeren. De groep Eno wordt bestuurd door de Raad van Bestuur van de Coöperatie Eno. Op de groep wordt toezicht gehouden door de Raad van Commissarissen. De Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen leggen verantwoording aan de ledenraad van de Coöperatie Eno. Activiteiten en doelstelling en beleid De coöperatie heeft tot doelstelling om de belangen van haar leden te behartigen op het gebied van Zorgverzekeringen. Binnen de groep is Eno Zorgverzekeraar N.V. de zorgverzekeraar die valt onder de bepalingen van de Zorgverzekeringswet. Het merendeel van deze activiteiten wordt uitgevoerd in de regio Salland. Daarnaast wikkelt Eno Zorgverzekeraar N.V. de verplichtingen af die nog volgen uit de voormalige Ziekenfondswet. Eno Aanvullende Verzekeringen N.V. voert de aanvullende verzekering uit, alleen voor verzekerden van Eno Zorgverzekeraar N.V. De aanvullende verzekering sluit aan op de verplichte verzekering van de Zorgverzekeringswet en omvat vergoedingen die niet zijn opgenomen in de basisverzekering. De belangrijkste vergoedingen binnen de aanvullende verzekering zijn: tandheelkundige hulp, fysiotherapie, hulpmiddelen, alternatieve geneeswijze en buitenlanddekking. De activiteiten van Zorgkantoor Midden IJssel zijn opgenomen in Salland Zorgkantoor B.V. Zij is de uitvoerder van de algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De activiteiten worden uitgevoerd voor de regio Salland. Eno Zorg B.V. voert een tweetal activiteiten uit. In de rol van intermediair worden ziektekosten– en reisverzekeringen verkocht. Voor de ziektekosten verzekeringen treedt De Goudse verzekeringen op als risicodrager, voor reisverzekeringen Allianz Global Assistance (voorheen Mondial Assistance). Medio 2012 is de intermediair over gegaan van De Friesland zorgverzekeraar naar Allianz Global Assistance.
3
Eno bewaar B.V. is de houder van de Eno beleggingspool. In deze vennootschap is een beleggingspool opgericht waarmee Eno Zorgverzekeraar N.V. met Eno Aanvullende verzekeringen N.V. voor gezamenlijke rekening belegt. Pegasus Kennis B.V. is de consultancy tak van Eno. In deze vennootschap worden consultancy activiteiten uitgevoerd op het gebied van implementatie van samenwerkingen tussen gemeenten en zorgverzekeraars. Salland WMO+ B.V. voert activiteiten uit voor gemeenten. Zij verzorgt de uitvoering van Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) voor diverse gemeenten. In Medipay B.V. en Stichting Regizorg worden geen activiteiten meer gevoerd.
1.2 Toestand per balansdatum Uit de balans blijkt dat Coöperatie Eno ultimo het boekjaar een financieel gezonde organisatie is. Coöperatie Eno heeft ultimo 2013 een eigen vermogen van € 61,7 miljoen (2012: € 59,0 miljoen). In 2013 is een positief resultaat behaald van € 2,7 miljoen (2012: € 5,7 miljoen).
1.3 Ontwikkeling gedurende het boekjaar en resultaten 1.3.1 Eno bestendigt haar koers Opnieuw gezond resultaat Alle partijen in de zorg zijn inmiddels doordrongen van het feit dat iedereen een actieve verantwoordelijkheid heeft om de zorg toekomstbestendig te houden. Zorgverzekeraars experimenteren met andere inkoopmodellen en maken werk van selectieve contractering. Dit leidt tot veel reactie van zorgaanbieders. De belangen divergeren en komen toch ook vaak weer bij elkaar. De onderlinge afhankelijkheden zijn in een klein land als Nederland, groot. Een ziekenhuis dat failliet gaat kan direct invloed hebben op de zorgplicht die een zorgverzekeraar heeft. Tegelijkertijd maken particuliere investeringen zichtbaar dat een bedrijfsmatige aanpak in ziekenhuizen, vruchten afwerpt. Eno volgt deze ontwikkelingen op de voet en kiest daarin de stappen die passen bij de in 2012 ingezette strategie. In 2013 investeerde Eno in de verdere ontwikkeling van haar producten en diensten binnen de bestaande merken Salland Verzekeringen, Energiek en HollandZorg. Het financieel rendement van Eno is opnieuw gezond te noemen. Fraudebestrijding Het vizier van alle partijen in de zorgmarkt richt zich sterk op het betaalbaar houden van de zorg voor de huidige en toekomstige generaties. Aan alle knoppen wordt gedraaid om de kwaliteit en betaalbaarheid in de meest optimale verhouding af te stellen. Toezien op het gepast gebruik van zorg hoort daar bij. Toezichthouders constateren dat zorgverzekeraars meer werk moeten maken van materiële controle en fraudebestrijding. Sinds begin 2013 heeft Eno een afdeling Zorgcontrol, die belast is met materiële controle en fraudebestrijding. De afdeling heeft inmiddels voortvarende stappen gezet in de ontwikkeling en uitvoering van beleid.
4
Nieuw productaanbod In het najaar van 2012 introduceerde Eno een volledig nieuwe productstructuur voor alle drie haar merken. Eno koos ervoor om vergoedingen voor de tandarts in drie separate aanvullende verzekeringen op te nemen. En voor de reguliere aanvullende verzekeringen koos Eno voor onderscheid op prijs in relatie tot inhoud van het verzekerd pakket. Het verschil in inhoud van het pakket betrof vooral de hoeveelheid verstrekkingssoorten en de vergoeding per soort. Er is niet gekozen voor een beperking op gecontracteerd zorgaanbod. In 2013 werkte Eno voor het eerst met de nieuwe productstructuur. De reacties van klanten waren overwegend positief. Alleen op het gebied van alternatieve geneeswijzen heeft Eno tijdens het jaar een vergoedingsaanpassing doorgevoerd ten gunste van de verzekerden. Gespreid betalen eigen risico 2013 was ook het eerste jaar waarin Eno voor haar labels Salland Zorgverzekeringen en Energiek de regeling ‘gespreid betalen eigen risico’ uitvoerde. Eind 2012 bood Eno klanten de gelegenheid om zich hiervoor aan te melden. Via een vaste maandelijkse inleg van 10 termijnen kunnen klanten zich voorbereiden op te verwachten zorgkosten. Blijkt de inleg achteraf hoger dan het verbruikte eigen risico, dan ontvangt de klant dit geld terug, uiterlijk in mei van het jaar erna. Komen in datzelfde jaar nog ziekenhuisrekeningen binnen over het voorgaande jaar, dan volgt een aparte nota voor het eventuele openstaande eigen risico van dat voorgaande jaar. Veel klanten hebben gebruik gemaakt van deze regeling. Eno heeft deze regeling daarom ook voor 2014 aangeboden.
1.3.2 De Eno verantwoordelijkheid Zorgverzekeraars hebben een gegeven maatschappelijke verantwoordelijkheid. Zij zijn verantwoordelijk voor het organiseren van kwalitatief goede, betaalbare en toegankelijke zorg voor hun klanten. Eno wil elke dag een wezenlijke bijdrage leveren aan de gezondheid van haar leden. Dit doen wij door hen nu en in de toekomst te voorzien van gepaste, toegankelijke en betaalbare zorg en door hen te inspireren en te faciliteren in hun streven naar een optimale gezondheid. Bijvoorbeeld via ons Salland Fit! Programma, waarbij we klanten van Salland Verzekeringen ondersteunen bij een gezonde leefstijl. Eno neemt haar verantwoordelijkheid ook als marktleider van zorgverzekeringen voor flexmigranten. Op verschillende manieren werken wij verder aan de dienstverlening voor deze groep verzekerden. Bijvoorbeeld door een vertaalapp te bieden die gebruikt kan worden bij een bezoek aan de huisarts.
1.3.3 Resultaten in 2013 In het afgelopen boekjaar heeft Eno verder gewerkt aan professionalisering van de organisatie. De dienstverlening aan klanten is verder verbeterd. Een greep uit de resultaten: • • • • • • • • •
Introductie Eno Ontwikkelt Contractering zorgaanbieders sneller afgerond Keuze leverancier nieuw ICT-landschap Individuele en organisatiebrede personeelsontwikkeling Procesverbeteringen in operatie en ICT Primaire processen beschreven Rapportage KPI’s via dashboard Aangescherpte missie en visie Start afdeling Zorgcontrol, gericht op fraudebestrijding en materiële controle
5
• • • • • • • • • •
Succesvolle resultaten met ICT scrum-methode Succesvolle declaratie-app geïntroduceerd Klanten worden binnen vijf werkdagen uitbetaald Betalingen volgens SEPA Volledig nieuwe websites voor alle labels, inclusief Zorgkantoor Midden IJssel Nieuwe zorgzoeker, mijn-omgeving voor Energiek en verbeterd portaal HollandZorg Nieuw organogram Verdere invoering Solvency 2 Implementatie van een planning & control cyclus Opstarten van een Integraal onderzoek naar PGB fraude in het Zorgkantoor
Evenals vorige jaren blijven er onzekerheden met betrekking tot de bepaling van de financiële resultaten. Deze onzekerheden zijn onder paragraaf 1.4 Risicobeheersing en in de toelichting op de jaarrekening nader uiteengezet. In de jaarrekening is op een prudente wijze een inschatting gemaakt van de risico’s. De overige financiële beleggingen zijn in 2013 toegenomen van € 126 miljoen naar € 133 miljoen. De belangrijkste oorzaak is dat Eno in 2013€ 5,3 miljoen heeft bijgestort op deposito’s bij kredietinstellingen. Daarnaast heeft Eno zijn beleggingen in staatsobligaties met een triple A rating geconsolideerd. Het rendement op deze staatsobligaties was in 2013 gering. In 2013 was het rendement op de beleggingsportefeuille €1,6 miljoen. De technische voorziening bedraagt per 31 december 2013 € 163 miljoen (31 december 2012 € 137 miljoen). De stijging wordt voornamelijk veroorzaakt door de groei in het aantal verzekerden. Eind 2013 zijn de ziekenhuisnota’s 2012 bijna volledig betaald, maar blijven de declaraties ziekenhuiszorg 2013 en de declaraties GGZ 2012 en 2013 nog achter. Coöperatie Eno U.A. heeft het jaar 2013 afgesloten met een positief resultaat van € 2,7 miljoen (2012 € 5,7 miljoen). Ten opzichte van 2012 is het resultaat met € 3 miljoen gedaald. De resultaatsdaling wordt onder meer veroorzaakt door lagere brutomarges in de aanvullende verzekering, de toegenomen beheerskosten maar ook door het lagere rendement op beleggingen. Deze effecten hebben geleid tot een technisch resultaat van € 0,5 miljoen positief. Door een positief niettechnisch resultaat van € 2,5 miljoen bedraagt het resultaat € 2,7 miljoen positief.
6
De samenstelling van het resultaat van de Coöperatie Eno is: Naam
Aandeel in het resultaat (bedragen x € 1.000)
Eno Holding B.V. Eno Zorgverzekeraar N.V. Eno Aanvullende Verzekeringen N.V. Salland Zorgkantoor B.V. Eno Zorg B.V. Pegasus Kennis B.V. Salland WMO+ B.V. Medipay B.V. Multizorg VRZ B.V. Trajectzorg Nederland B.V. Stichting RegiZorg Nederland Totaal
-37 3.130 -692 339 10 -3 -43 0 -7 2.697
1.4 Risicobeheersing Algemeen Het beheersen van bedrijfsprocessen ziet de Raad van Bestuur als een kritische succesfactor voor het bieden van zekerheid gericht op continuïteit op lange en korte termijn van zowel Eno verzekerden als medewerkers. De Raad van Bestuur aanvaardt de volledige verantwoordelijkheid voor de opzet, bestaan en werking van de Eno risicobeheer- en controlesystemen. Hieronder worden de belangrijkste risicocategorieën omschreven en wordt aangegeven hoe deze risico’s worden bewaakt. Strategische risico’s De huidige governance structuur (de Raad van Commissarissen, de Raad van Bestuur en het managementteam) waarborgt dat de strategische risico’s worden bewaakt. Jaarlijks worden de strategische risico’s gedefinieerd en geanalyseerd. Waar nodig worden beheersmaatregelen benoemd, welke worden bewaakt. Naast de strategische risico’s is tevens de Risk Appetite vastgesteld. Deze Risk Appetite geeft de maximaal toegestane exposure aan m.b.t. risicogebieden en stelt eventueel het te reserveren risicokapitaal vast. De compliance & risk officer rapporteert twee keer per jaar aan de Raad van Commissarissen omtrent de voortgang van de risicomanagement vraagstukken en de status van de Risk Appetite. Tactische risico’s De Raad van Bestuur en het managementteam zijn verantwoordelijk voor de inventarisatie van tactische risico’s. Per aandachtsgebied is een inventarisatie gemaakt, waarna beheersmaatregelen worden geïmplementeerd. Omtrent voortgang en bewaking wordt per kwartaal gerapporteerd aan het Audit & Risk Committee en de Raad van Bestuur.
7
Operationele risico’s Binnen het In Control programma zijn alle kritische processen in kaart gebracht. Op processtapniveau is aangegeven welke risico’s een rol kunnen spelen. De key risks zijn voorzien van beheersmaatregelen en hierop vindt dossiervorming plaats. De Interne Audit Dienst bewaakt de naleving van de beheersmaatregelen. De handmatige controles zullen in de komende jaren zoveel mogelijk worden vervangen door systeemcontroles, waardoor de controlecyclus efficiënter zal verlopen. Politiek risico Eno opereert in een branche waar politiek invloeden zichtbaar aanwezig zijn. Eno mitigeert dit risico door continu de politieke besluitvorming en de daarmee samenhangende wijzigingen in wet- en regelgeving nauwgezet te volgen en haar beleid en organisatie daarop tijdig aan te passen. Tevens wordt dit risico gemitigeerd doordat Eno in ZN en VRZ verband de politieke besluitvorming pro actief volgt. Marktrisico Het marktrisico betreft de gevoeligheid voor veranderingen in de rente. Eno loopt gezien de omvang van de obligatieportefeuille een beperkt risico. Dit risico wordt beheerst door de duration in de portefeuille zo goed mogelijk te matchen met de duration van de verplichtingen. Kredietrisico Om het kredietrisico op de uitstaande liquide middelen en beleggingen zo veel mogelijk te beperken heeft Eno haar liquide middelen en beleggingen in 2013 zoveel mogelijk gespreid. Debiteurenrisico Eno loopt het risico op het niet kunnen vorderen van premies betrekking hebbende op wanbetalers in de zorgverzekeringswet. Eno mitigeert dit risico door deel te nemen aan de wanbetalersregeling en de naleving hiervan te monitoren. Solvency II In 2013 heeft Eno een ‘Own Risk Solvency Assessment’ (ORSA) uitgevoerd. De ORSA heeft geleid tot nieuwe inzichten en een bevestiging van de gekozen strategie. Daarnaast is begonnen de verschillende aspecten vanuit de ORSA te vertalen tot periodieke monitoring en bijsturing. Recapitulatie van onzekerheden Met betrekking tot de jaarrekening 2013 kunnen de belangrijkste risico’s en onzekerheden als volgt worden samengevat: de Hoge Kosten Compensatie somatische zorg 2011 en de Hoge kosten Compensatie GGZ 2011 t/m 2013 zijn nog niet afgerekend; er vindt nog macronacalculatie plaats van de kosten over 2010 en 2011 en flankerend beleid over 2012 en 2013; de bijdrage van het Zorginstituut Nederland over de jaren 2005, 2010 t/m 2013 wordt nog gedeeltelijk nagecalculeerd;
8
naar verwachting wordt in het vierde kwartaal 2014 de definitieve onder- en overfinanciering ziekenhuizen 2011 afgerekend. Mogelijk volgen naar aanleiding van ingediende bezwaren nog correcties. Als gevolg hiervan is de schadelast over 2011 tot en met 2013 onzeker; de inschatting van de schadelast ziekenhuiszorg 2012 en 2013 wordt bemoeilijkt doordat belangrijke spiegelinformatie omtrent DOT’s ontbreekt; de definitieve verhouding tussen de vaste en variabele kosten van ziekenhuiszorg moet over 2012 nog bepaald worden; het budget eigen risico 2013 is nog niet definitief vastgesteld; de inschatting van de kosten GGZ 2012 en 2013 wordt bemoeilijkt vanwege het ontbreken van belangrijke spiegelinformatie; er is een premietekortvoorziening gevormd voor 2014. De hoogte daarvan bevat een onzekerheid. er vindt nog materiele controle plaats op declaraties van zorgaanbieders. . Hieruit kan nog vermindering van de schadelast volgen wat kan leiden tot een verlaging van de kosten die in de risicoverevening worden gebracht. De hoogte hiervan is onzeker. Al deze onzekerheden zijn op basis van een best estimate schatting opgenomen in de jaarrekening. Daarnaast is voor al deze risico’s een prudentievoorziening gevormd van € 9,1 miljoen (2012: 7,8 miljoen). De Raad van Bestuur acht deze voorziening toereikend voor een eventueel negatief scenario. De risico’s met betrekking tot de werking van het risicoverevenings-systeem worden uitvoerig toegelicht in de toelichting op de jaarrekening. Verzekeringsrisico Eno Zorgverzekeraar N.V. is primair een zorgverzekeraar en richt zich voornamelijk op eigen zorggerelateerde producten als zorgverzekeringen. Het verzekeringsrisico voor Eno zorgverzekeringen wordt beperkt doordat de inkomsten uit het landelijke budget op basis van risicoverevening, verevening, nacalculatie-effecten en effect bandbreedteregeling toegekend worden aan de zorgverzekeraars. Het resterende risico wordt beperkt door maatregelen op het gebied van schadelastbeheersing en aanpassing van de premie. Beleggingsrisico Eno heeft een beleggingsstatuut waarbinnen de Raad van Bestuur het mandaat heeft om te handelen. Risicovolle c.q. speculatieve beleggingen worden vermeden. Er werd in 2013 belegd in onroerend goed, aandelen, obligaties en liquiditeiten. Het onroerend goed betreft het eigen pand. Eno houdt geen derivaten aan. De beleggingsadvies-commissie adviseert Eno over het te voeren beleggingsbeleid. Eind 2013 is Eno overgegaan naar een andere vermogensbeheerder en custodian. Informatie en communicatie De communicatie van financiële en managementinformatie vindt plaats volgens vaste richtlijnen. Eno zet hiervoor mondelinge en schriftelijke communicatiemiddelen in. Maandelijks vinden business reviews plaats van de Raad van Bestuur met de managers. Dit houdt een maandelijks bilateraal overleg in en een rapportage per kwartaal.
9
Informatiebeveiliging Beveiliging van geautomatiseerde systemen en diensten vraagt bijzondere aandacht. Het ICT beheer is in 2011 uitbesteed aan hosting partner Vancis. Deze hosting partner is gecertificeerd naar de Code voor Informatiebeveiliging.
1.5 Verantwoording Governance Principes Coöperatie Eno onderschrijft de regulering zoals opgenomen in de Governance Code van het verbond van Verzekeraars zoals die geldt voor Eno Zorgverzekeraar N.V. en Eno Aanvullende Verzekeringen N.V. Hierin zijn gedragsregels opgenomen over de volgende onderwerpen. 1. Raad van Commissarissen a. Samenstelling en deskundigheid b. Taak en werkwijze 2. Raad van Bestuur a. Samenstelling en deskundigheid b. Taak en werkwijze 3. Risicomanagement 4. Audit 5. Beloningsbeleid Onderstaand wordt per onderdeel toegelicht in hoeverre de groep Eno voldoet aan de code en welke punten zij een eigen invulling geeft aan de code. Voor de volledige naleving van de code verwijzen wij naar de website.
1. Raad van commissarissen a. Samenstelling en deskundigheid Eno voldoet aan dit onderdeel van de code. Bij toekomstige wijzigingen in de samenstelling van de raad van commissarissen wordt een evenredige verdeling man / vrouw meegewogen. Er is een programma van permanente educatie voor de leden van de raad van commissarissen opgesteld. Daarnaast zijn er in 2013 een aantal bijeenkomsten georganiseerd met betrekking tot de deskundigheidsmatrix conform eisen DNB. Hierbij is aandacht besteedt aan de deskundigheid van de commissarissen met betrekking tot de toezichthoudende rol binnen een zorgverzekeraar. Ook hebben de commissarissen individueel gewerkt aan de verdieping van hun deskundigheid. b. Taak en werkwijze Eno voldoet op dit onderdeel aan de code. In 2013 is het onderdeel risicomanagement besproken in de vergaderingen van het Audit & Risk Committee. 2. Raad van Bestuur a. Samenstelling en deskundigheid Eno voldoet aan dit onderdeel van de code. Bij toekomstige wijzigingen in de samenstelling van de raad van bestuur wordt een evenredige verdeling man / vrouw meegewogen. Er is een programma van permanente
10
educatie voor de Raad van Bestuur en het management team opgesteld. Daarnaast zijn er in 2013 een aantal kennis sessies georganiseerd waarbij aandacht is gegeven aan de deskundigheid van de Raad van Bestuur en het management team met betrekking tot de impact van Solvency II en financiering van de zorg. Ook hebben de Raad van Bestuursleden individueel gewerkt aan de verdieping van hun deskundigheid. b. Taak en werkwijze Eno voldoet op dit onderdeel volledig. 3. Risicomanagement Eno voldoet op dit onderdeel volledig aan de code. De Audit Committee is uitgebreid met taken m.b.t. risicomanagement en fungeert inmiddels als Audit & Risk Committee. De risicobereidheid is vastgesteld en wordt verder vertaald naar operationele aspecten. 4. Audit Eno voldoet aan de code. Met ingang van 2012 is de interne audit dienst gestart met haar werkzaamheden. 5. Beloningsbeleid Op dit onderdeel voldoet Eno aan de code.
1.6 De verwachte gang van zaken De dynamiek in de zorg neemt alleen maar toe. In de afgelopen jaren heeft Eno echter altijd de benodigde veerkracht getoond om met deze dynamiek te werken en daarnaast toegevoegde waarde voor haar klanten te leveren. In 2014 ligt de focus van Eno op: • •
•
•
Klanten en services: het verder inzicht bieden in de zorgkosten via de mijn-omgevingen en zorgdragen voor tijdige contractering van zorg. Operationeel: in 2014 werken we via het programma E-Norm, aan een nieuwe ICT-landschap. Op die manier richt Eno haar processen en systemen zo in dat zij optimaal kan blijven inspelen op ontwikkelingen in de markt, zoals de overheveling van onderdelen van de langdurige zorg. Vernieuwing: Eno werkt in 2014 aan de ontwikkeling van een nieuw label, dat eind 2014 geïntroduceerd wordt. Eno ontwikkelt een visie op de eerstelijnszorg in de regio Salland, waaronder de introductie van sociale wijkteams, en geeft de relatie met zorgaanbieders verder vorm. Door meer in te zetten op dataanalyse volgt Eno de zorgconsumptie van klanten en het declaratiegedrag bij zorgaanbieders. Hiermee geven we onze missie om gepaste, toegankelijke en betaalbare zorg te leveren, verder vorm. Hervorming langdurige zorg: In 2014 worden voorbereidingen getroffen zodat Eno de persoonlijke verzorging met ingang van 2015 succesvol kan implementeren
Alle onderdelen van Eno dragen bij aan de continuïteit van het bedrijf. Het vraagt een ondernemende en professionele werkhouding. Een scherp bewustzijn van de toenemende risico’s en uitdagingen en grote aandacht voor de kwaliteit van de uitvoering blijven daarbij onontbeerlijk voor het toekomstig succes. De omvang en samenstelling van het personeelsbestand zal meebewegen met de ontwikkeling van Eno als organisatie. De continuïteit van het bedrijf is alleen mogelijk met een duurzaam rendement om binnen de wettelijke kaders een stabiele basis te blijven bieden aan de leden. De financiële basis was en is nog altijd goed bij Eno. Gezien de liquiditeits- en solvabiliteitspositie heeft Eno geen externe financiering nodig. Ook de door Eno ontwikkelde plannen voldoen aan de wettelijke eisen waarmee Eno voor haar klanten een betrouwbaar bedrijf blijft.
11
De Raad van Bestuur is positief gestemd voor het jaar 2014. Door alle onzekerheden is het moeilijk om een goede inschatting te geven van het te verwachten resultaat 2014. De Raad van Bestuur verwacht echter op basis van de huidige inschatting van de risico’s dat er een positief resultaat wordt behaald voor 2014.
Deventer, 27 mei 2014 De Raad van Bestuur
F. Blankers Voorzitter raad van bestuur
drs. E.L. Hooiveld RA lid raad van bestuur
12
2. Verslag van de Raad van Commissarissen Verslag van de Raad van Commissarissen over 2013 Rol van de raad van commissarissen De raad van commissarissen houdt toezicht op het beleid van de raad van bestuur en op de algemene gang van zaken in de coöperatie en de met haar verbonden bedrijven. Verder vervult de raad van commissarissen de werkgeversrol en staat het bestuur met raad ter zijde. Om zijn taak goed te kunnen vervullen is de raad van commissarissen met zes personen breed samengesteld. Per 1 november 2013 is mevrouw Koomen als commissaris afgetreden. De heren De Boer en Dijkstra zijn beiden per 1 januari 2013 voor een nieuwe zittingstermijn van 3 jaar benoemd. De heer Van der Linden is per 1 maart 2014 afgetreden wegens einde zittingstermijn. Om die reden is in 2013 de wervingsprocedure voor 2 nieuwe commissarissen gestart. Bij de wervingsprocedure wordt rekening gehouden met de samenstelling van de raad van commissarissen waarbij een evenredige verdeling man / vrouw wordt meegewogen De commissarissen hebben gezamenlijk specialistische kennis van verzekeringen, zorg, financiën, sociaalpolitieke zaken en het besturen van organisaties. Zij volgen maatschappelijke ontwikkelingen op de voet. De opinievorming komt tot stand op basis van onafhankelijkheid en een kritische houding. Om aan onze toezichthoudende taak verdieping te geven zijn binnen de raad van commissarissen twee commissies samengesteld: -
-
de audit & risk commissie; deze richt zich op de activiteiten, verslaglegging en beheersing van de financiële en operationele risico’s, die uit de bedrijfsvoering voortvloeien. De externe accountant en compliance officer zijn directe gesprekspartners voor de audit & risk commissie, maar ook voor de raad van commissarissen als geheel. de remuneratiecommissie; deze houdt zich bezig met de functionering - en beoordelingsgesprekken en het beloningsbeleid van het Bestuur.
De raad van commissarissen werkt volgens de governance principes en regelingen, zoals die door de brancheorganisatie voor zorgverzekeraars zijn vastgelegd en onderschrijft de principes en de wenselijkheid van transparantie in bestuur, het toezicht en het afleggen van verantwoordelijkheid daarover aan belanghebbenden. Mede in dat kader evalueert de raad van commissarissen zijn eigen functioneren. Begin 2013 hebben de leden van het bestuur en de raad van commissarissen ten overstaan van de ledenraad de eed/belofte afgelegd, zoals deze voor de financiële sector is vastgesteld. De eed/belofte is per persoon in een akte vastgelegd. De totale honorering voor de raad van commissarissen over 2013 is € 56.350,-- geweest, exclusief € 3.164,-onkostenvergoedingen en exclusief € 12.496,-- BTW (bedragen op hele euro’s afgerond). Het aanwezigheidspercentage van de commissarissen bij de plenaire vergaderingen bedroeg in 2013 88%. Daarnaast heeft een afvaardiging van de raad van commissarissen een bijeenkomst van de overlegvergaderingen van de ondernemingsraad met de bestuurder bijgewoond. Ook woont de raad van commissarissen alle vergaderingen van de ledenraad (4) bij. Onderwerpen 2013 In en over 2013 zijn veel onderwerpen de revue gepasseerd. Zonder een volledig en uitputtende opsomming te doen, zijn een aantal thema’s duidelijk aan te geven. Bij het thema bestuur en organisatie valt ter zake het bestuur te melden dat de heer Blankers, na een interim periode, tot voorzitter van de raad van bestuur is benoemd. Verder is de bestuurlijke invulling (vervanging) tijdens
13
de ziekteperiode eind 2013 van de heer Blankers een belangrijk aandachtspunt geweest. Voor het onderdeel organisatie is de verhuizing van Munsterstraat 6 naar Munsterstraat 7 opvallend. De verhuizing is een onderdeel van het project Huis op Orde. Daaronder vallen ook het cultuurprogramma “Eno ontwikkelt” en de vernieuwing van het ICT landschap met het project E-Norm. Beide onderdelen hebben grote impact op de ontwikkeling van de medewerkers binnen Eno. In het kader van integere bedrijfsvoering is de Gedragscode Eno ontwikkelt. Deze gedragscode is door de raad van commissarissen en ondernemingsraad goedgekeurd. In 2013 hebben alle medewerkers de gedragscode ontvangen en voor akkoord getekend. Tot slot heeft de raad van commissarissen zich overtuigd dat het beloningsbeleid binnen de daarvoor geldende kaders valt. In 2013 is met Zorgverzekeraars Nederland door een werkgroep van commissarissen de bezoldigingscode ontwikkeld. Deze regeling vloeit rechtstreeks voort uit de Wet Normering Topinkomens. Het thema beleid betreft onderwerpen zoals het strategisch plan “Nieuw Perspectief”, het jaarplan, het commercieel beleid, het zorginkoopbeleid, ICT, bedrijfsprocessen en risicobeleid. Ook wordt aandacht besteed aan onderwerpen als bedrijfscultuur, maatschappelijk verantwoord ondernemen en klanttevredenheid. Met name is de aandacht gericht op de realisatie van de doelstellingen, zowel inhoudelijk als financieel. Het thema financieel beleid verdient een aparte vermelding met onderwerpen als het jaarverslag (inclusief jaarrekening), de financiële resultaten, de beleggingen (incl. adviezen Beleggingsadviescommissie) en het vermogensbeheer. Het kapitaalbeleid is eind 2013 door de raad van commissarissen goedgekeurd, zodat deze aan de ledenraadvergadering van maart 2014 voorgesteld kan worden. Een volgende thema is toezicht met onderwerpen als contacten en samenwerking met De Nederlandse Bank, NZa en de externe accountant. In dat kader is ook kennis genomen van uitkomsten van de thema onderzoeken van DNB. Een ander belangrijk thema is Solvency II. De invoering hiervan raakt de organisatie in al haar geledingen. De raad van commissarissen volgt de ontwikkelingen ter zake van dit onderwerp nauwgezet. De audit & risk commissie speelt hierbij een belangrijke rol. Verder is de raad van commissarissen ook nadrukkelijk met het eigen functioneren bezig geweest. Dit betreft onder meer de zelfevaluatie onder begeleiding van een extern bureau, maar ook de eigen ontwikkeling middels permanente educatie volgens een programma van KPMG. In 2014 wordt een PE programma van PWC gevolgd. Daarnaast is in 2013 het functieprofiel voor de raad van commissarissen herzien en is de geschiktheidsmatrix voor de gehele raad van commissarissen besproken en vastgesteld. Zoals aangegeven heeft de raad van commissarissen twee voorbereidingscommissies, namelijk de audit & risk commissie en de remuneratiecommissie. Deze laatste commissie heeft de reguliere functioneringsgesprekken met de directie gevoerd. Verder is een nieuw beloningsbeleid voor het bestuur en het management ontwikkeld. Deze is afgestemd op de sectorale beloningscode, die door het Ministerie van VWS in het kader van de Wet Normering Topinkomens is goedgekeurd. De besproken onderwerpen zijn in de voltallige Raad van Commissarissen besproken en vastgesteld. De audit & risk commissie heeft vooral verdieping aangebracht in de onderwerpen, die financieel, compliance en risk georiënteerd zijn. Over deze onderwerpen heeft verslaglegging aan de voltallige raad van commissarissen plaatsgevonden. Onderwerpen die bij de audit & risk commissie op de agenda hebben gestaan zijn onder meer: jaarrekening 2013, accountantsverslag 2013, managementletter KPMG, Audit Serviceplan KPMG, de kwartaalrapportages met financiële en andere ken- en stuurgetallen, begroting 2014, beleggingen en vermogensbeheer, inclusief keuze vermogensbeheerder, Beleggingsadviescommissie, ALM studie, Solvency II, inclusief de ORSA, de rapportage van de actuaris, het auditplan, de kwartaalrapportages compliance, risk & fraude, interne audit dienst, interne audits, de rapportages van de NZa (AWBZ en ZVW), het beleid op fraude en medisch materiële controle en de contacten en toezichtthema’s van en samenwerking met De Nederlandse Bank.
14
Tot slot De Raad van Commissarissen merkt op, dat de voortdurende dynamiek in de zorgsector - ook in 2013 – een grote druk legt op de organisatie. Dat heeft van alle medewerkers veel inzet, flexibiliteit en aanpassingsvermogen vereist. Dat de medewerkers met veel passie en loyaliteit hun bijdrage aan de ontwikkeling van ENO en daarmee aan het belang van de leden-verzekerden hebben geleverd verdient daarom een groot compliment. Deventer, 27 mei 2014 Jans Schepers, Voorzitter Raad van Commissarissen J.N. Berkemeijer AAG N.W de Boer RE RA RC J. Dijkstra
15
3.Jaarrekening 3.1 Geconsolideerde balans per 31 december 2013 (voor resultaatbestemming) Activa (x €
31 december 2013
1.000)
Beleggingen Terreinen en gebouwen Beleggingen in deelnemingen Overige financiële beleggingen
(1) (2) (3)
2.000 1.491 132.517
31 december 2012
2.000 98 126.321 136.008
Vorderingen Vorderingen uit directe verzekering
(4)
Zorginstituut Nederland
(5)
Overige vorderingen
(6)
15.691 11.559 15.650
128.419
12.305 27.901 42.900
Overige activa Materiële vaste activa Liquide middelen
(7) (8)
1.767 62.694
40.206
737 65.213 64.461
65.950
243.369
234.575
16
Passiva (x €
31 december 2013
1.000)
Groepsvermogen Geconsolideerd vermogen Onverdeeld resultaat
(9)
59.005 2.696
31 december 2012
53.351 5.654 61.701
Technische voorzieningen Premievoorziening Voorziening te betalen schaden
(10)
13.150 147.886 2.500
Schade afwikkelingskosten
Voorzieningen Overige Schulden Schulden uit directe verzekering Zorginstituut Nederland voor zorgverzekeringen Overige schulden
59.005
(11)
11.986 122.733 2.500 163.536
137.219
813
1.261
(12)
9.034
8.456
(13)
0 8.285
17.405 11.229
(14)
17.319
37.090
243.369
234.575
17
3.2 Geconsolideerde winst- en verliesrekening over 2013 (x € 1.000)
2013
2012
Technische rekening Verdiende premies eigen rekening en bijdragen Overige omzet
(15) (16)
316.956 7.216
238.293 9.632 324.172
Schaden eigen rekening Betaalde schaden Wijziging technische voorziening schade Overige lasten
Bedrijfskosten
(17) (18) (19)
244.673 25.154 32.384
(20)
Aan technische rekening toegerekende beleggingsopbrengsten
247.925
177.460 12.884 35.214 302.211
225.558
21.750
19.546
1.037
Resultaat technische rekening
1.248
2.821
Niet technische rekening Opbrengsten uit beleggingen Aan technische rekening toegerekende beleggingsopbrengsten
(21)
1.559
2.530
-1.037 522
Rentebaten en -lasten
926
303
Resultaat niet technische rekening
1.448
2.833
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening
2.696
5.654
Mutaties Eigen Vermogen Er hebben geen andere mutaties op het eigen vermogen plaatsgevonden dan de toerekening van het onverdeelde resultaat aan de overige reserves.
18
3.3 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2013 (x € 1.000)
2013
2012
2.696
5.654
Deze mutatie is als volgt te verklaren: Kasstroom uit operationele activiteiten Resultaat Aanpassingen voor: Afschrijvingen Mutatie technische voorziening Mutatie voorzieningen overig Mutatie in werkkapitaal
385 26.317 -448 -22.465
105 19.789 356 18.858 3.789 6.485
Kasstroom uit investerings- en beleggingsactiviteiten Investeringen en waardeveranderingen beleggingen Mutatie deelneming rechtstreeks in eigen vermogen Investeringen in materiële vaste activa Desinvesteringen in materiële vaste activa
-7.589
-39.615
0 -1.427
15 -459
12
12
Mutatie liquide middelen
Verloop liquide middelen Stand per 1 januari Stand per 31 december Mutatie liquide middelen
39.108 44.762
-9.004
-40.047
-2.519
4.715
65.213 62.694
60.498 65.213 -2.519
4.715
19
3.4 Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening 3.4.1 Toelichting algemeen
Algemeen Activiteiten De activiteiten van de Coöperatie Eno U.A., statutair gevestigd te Deventer, werkend onder kamer van koophandelnummer 38015954 en haar groepsmaatschappijen bestaan voornamelijk uit het activiteiten op het gebied van zorgverzekeringen. Groepsverhoudingen Coöperatie Eno te Deventer staat aan het hoofd van een groep rechtspersonen. Een overzicht van de gegevens vereist op grond van de artikelen 2:379 en 2:414 BW is onderstaand opgenomen: Geconsolideerde maatschappijen: Naam Eno Holding B.V. Eno Zorgverzekeraar N.V. Eno Aanvullende verzekeringen N.V. Eno Bewaar B.V. Salland Zorgkantoor B.V. Eno Zorg B.V. Pegasus Kennis B.V. Salland WMO+ B.V. Medipay B.V. Stichting RegiZorg Nederland
Statutaire zetel Deventer Deventer Deventer Deventer Deventer Deventer Deventer Deventer Deventer Deventer
Aandeel in het geplaatste kapitaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% De Coöperatie is bestuurder van de Stichting
Niet meegeconsolideerde belangen: Multizorg VRZ B.V.
Houten
19,99%
Continuïteit Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. Grondslagen voor de consolidatie In de geconsolideerde jaarrekening van Coöperatie Eno zijn de financiële gegevens verwerkt van de tot de groep behorende maatschappijen en andere rechtspersonen waarop een overheersende zeggenschap kan worden uitgeoefend of waarover de centrale leiding wordt gevoerd. De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld met toepassing van de grondslagen voor de waardering en de resultaatbepaling van Coöperatie Eno. De financiële gegevens van de groepsmaatschappijen en de andere in de consolidatie meegenomen rechtspersonen en vennootschappen zijn volledig in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen onder eliminatie van de onderlinge verhoudingen en transacties.
20
Voor Eno Holding B.V. wordt geen jaarrekening opgesteld. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de vrijstelling zoals opgenomen in artikel 408 boek 2 BW. De vergelijkende cijfers zijn waarnodig voor vergelijkingsdoeleinden aangepast. Toegepaste standaarden De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen zoals deze zijn opgenomen in Titel 9 Boek 2 BW en met inachtneming van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving. Invoering basisverzekeringen, budgettering en risicoverevening Eno Zorgverzekeraar N.V. is een zorgverzekeraar die valt onder de bepalingen van de Zorgverzekeringswet. Onzekerheden in de zorgbranche Basisverzekering Het huidige private zorgverzekeringsstelsel bestaat uit twee delen. Het eerste deel betreft de basisverzekering, een verplichte verzekering voor alle ingezetenen in Nederland en alle niet-ingezetenen die ter zake van in Nederland in dienstbetrekking verrichte arbeid aan loonbelasting onderworpen zijn. De invulling van de dekking van de basisverzekering wordt door de overheid bepaald. De zorgverzekeraar is verplicht alle onder de kring der verzekerden vallende personen, ongeacht leeftijd en gezondheidsrisico’s, te accepteren. Tevens moet de nominale premie die de verzekeraar bij de verzekerde in rekening brengt voor alle verzekerden gelijk zijn. Het tweede deel van het systeem betreft de (vrijwillige) aanvullende verzekering. De dekking van deze verzekering is niet gebonden aan overheidsbepalingen. Voorts heeft de verzekeraar de mogelijkheid van premiedifferentiatie voor deze verzekering. Onzekerheden ten aanzien van kosten ziekenhuiszorg en GGZ-zorg Het huidige financieringsstelsel voor de ziekenhuis- en GGZ-zorg leidt tot een aantal onzekerheden voor de zorgverzekeraars. Deze worden hierna geschetst. Daarbij zij opgemerkt dat deze paragraaf zich beperkt tot het in 2013 vigerende systeem. A. Het systeem van DOT en registratie-/declaratieregels vanaf 2012 In 2012 zijn de tot dan bestaande circa 30.000 DBC’s vervangen door circa 4.400 DBC-zorgproducten. Tevens is het aandeel vrij onderhandelbare DBC’s (b-DBC’s) in de kosten ziekenhuiszorg toegenomen van 30 naar 70%. Tegelijkertijd is de budgetfinanciering van ziekenhuizen vervangen door prestatiebekostiging. Deze drie majeure veranderingen in de bekostiging van ziekenhuizen hebben in 2012 tot een aantal onzekerheden voor de ziekenhuizen geleid. Dat kan deels ook de zorgverzekeraars raken.
21
Zorgverzekeraars hebben hun afspraken met ziekenhuizen op basis van het schadejaar echter veelal gefixeerd door middel van aanneemsommen en plafondcontracten en hebben daarmee hun risico's in belangrijke mate ingeperkt. Eno heeft via de inkoopcombinatie Multizorg BV de ziekenhuiszorg gecontracteerd. In 2014 zal een definitieve afrekening over 2012 plaatsvinden tussen de Multizorgpartijen en de ziekenhuizen op basis van marktaandelen van de zorgverzekeraars in de inkoopcombinatie. Voor het schadejaar 2013 zal dit plaatsvinden in 2015. Zorgverzekeraars moeten voor de nog niet-gedeclareerde zorgkosten, die wel ten laste komen van het schadejaar, een raming maken. Vanwege de aanpassingen in 2012 in het stelsel, is het in eerste aanleg gecompliceerder om deze raming te maken. Daarentegen beperkt het type inkoopcontracten deze onzekerheden.
B. Bepaling verhouding vast/variabel De verhouding tussen de vaste component ziekenhuiskosten (die 100% nagecalculeerd wordt) en de variabele component (die niet nagecalculeerd wordt) is van essentieel belang voor de zorgverzekeraars. Met ingang van 2012 geldt per segmentonderdeel een van te voren vastgesteld vast/variabel-percentage voor het gereguleerde segment van de ziekenhuiszorg. Deze zijn niet-ziekenhuisspecifiek en daarmee kan de zorgverzekeraar de omvang van de vaste en variabele kosten zelf vaststellen per ontvangen declaratie. Daarmee is de zorgverzekeraar op dit onderdeel niet langer afhankelijk van informatie van Zorginstituut Nederland of NZa. Tegelijkertijd is er nog wel onzekerheid over de verhouding vast/variabel voor de nog te ontvangen declaraties. Ook is in 2013 een substantieel deel van de ziekenhuiskosten overgeheveld van vast naar variabel. Dit betreft met name de intensive care en hemostatica. Door de contracteringswijze worden ook de onzekerheden die hier uit voortvloeien zo veel mogelijk gemitigeerd. C. Financiering GGZ Voor de GGZ-instellingen geldt in 2013 een overstap naar prestatiebekostiging op basis van representatie. Dit betekent dat de representerende verzekeraar eenmalig het DBC-budget 2013 vaststelt per aanbieder. Daarmee is het risico voor de zorgverzekeraars feitelijk beperkt tot de gemaakte productieafspraak. Eventuele opbrengstverschillen moeten door GGZ-instellingen met de zorgverzekeraars worden verrekend conform de systematiek van voorgaande jaren. Daarnaast is voor de zorgverzekeraar het verzekeringstechnische risico op de GGZ-zorg beperkt als gevolg van de bandbreedteregeling (zie hierna). D. Overige onzekerheden en mitigering Er zijn in de keten daarnaast bij de omzetverantwoording en de jaarrekening van ziekenhuizen en GGZinstellingen over 2013 ten opzichte van 2012 nog aanvullende onzekerheden en tekortkomingen geconstateerd die leiden tot niet goedkeurende verklaringen van accountants. Daarnaast wordt op dit moment landelijk gewerkt aan de opvolging van het Antoniusonderzoek van de NZa, waarbij de effecten door de individuele ziekenhuizen in kaart worden gebracht. Dit kan, samen met de uitkomsten van controle van de zorgverzekeraars, in de toekomst mogelijk tot (gedeeltelijke) creditering van reeds ingediende declaraties door zorgaanbieders leiden en hiermee resulteren in een mogelijke financiële correctie van de schadelast respectievelijk de rekening-courant verhouding met het Zorginstituut Nederland. De verwerking hiervan vindt in beginsel plaats als schadelast oude jaren in het jaar daaropvolgend. Deze constateringen hebben naar huidig inzicht geen materiële impact op de jaarrekening 2013.
22
Kaderregeling AO/IC inzake DBC-registratie bij ziekenhuizen Ten behoeve van de betrouwbaarheid van de declaraties van ziekenhuizen is de kwaliteit van de AO/IC inzake DBC registraties bij ziekenhuizen relevant. Ziekenhuizen dienen zich hierover te verantwoorden door middel van een zogenaamde bestuursverklaring die aan de kaderregeling AO/IC inzake DBC registratie en facturatie moet voldoen. Over 2011 hebben alle instellingen verklaard aan de kaderregeling te hebben voldaan. Deze regeling is voor 2012 voortgezet, zij het als een onderlinge afspraak tussen partijen. Ook over 2012 hebben alle instellingen verklaard aan de kaderregeling te hebben voldaan, echter deze zijn door de externe accountants voor het merendeel voorzien van een controleverklaring met beperking. Ten tijde van het opstellen van onze verantwoording over 2013 waren de verklaringen van ziekenhuizen over 2013 nog niet beschikbaar. De verwachting is dat de externe accountants in 2013 wederom een verklaring met beperking afgeven. Als aanvulling worden DBC/DOT-nota's integraal ex-post gecontroleerd met medewerking van COPE Health Solutions. E. Onzekerheden door de werking van het risicovereveningssysteem De werking van het risicovereveningssysteem brengt met zich mee dat het circa drie jaren duurt voordat tot een definitieve afrekening met de individuele zorgverzekeraars overgegaan kan worden. Dat betekent een cumulatie van onzekerheden in die periode. Het Zorginstituut Nederland heeft de resultaten van de risicoverevening tot en met 2010 vastgesteld. Hierdoor heeft de zorgverzekeraar inzicht in de uitkomsten van de eerste jaren risicoverevening onder de Zorgverzekeringswet en daarmee tevens een beter beeld voor de jaren na 2010. Ook zijn als gevolg van de beschikbaarheid van de resultaten van deze jaren de onzekerheden over de effecten van verdeelfouten in het model afgenomen. Anderzijds zijn vanaf 2012 maatregelen genomen, waaronder afschaffing van de macro-nacalculatie die andere onzekerheden oproepen. Hoewel ziekenhuizen steeds meer energie steken in het opleveren van goede declaraties, geven accountants nog steeds geen onbeperkt goedkeurende verklaringen bij de omzetverantwoordingen. Dit vertaalt zich navenant in grotere controlerisico’s bij de zorgverzekeraars door het ten onrechte inbrengen van declaraties in het systeem van risicoverevening. De hiervoor weergegeven onzekerheden kunnen invloed hebben op het resultaat over 2013 en de hoogte van de technische voorzieningen voor de basisverzekering per eind 2013. Mechanismen ter mitigering van de onzekerheden De branche staan, naast de contractbepalingen, twee mechanismen ter compensatie van vorengenoemde onzekerheden te beschikking: het risicovereveningsmodel en versnelde informatievoorziening. Deze twee systemen worden hierna toegelicht. 1.Het risicovereveningsmodel Verzekeringstechnisch is de combinatie van acceptatieverplichting en verbod op premiedifferentiatie onmogelijk tenzij er een systeem van inkomstenverrekening buiten de verzekerde om is. Ook is een risico mitigerend systeem nodig in verband met de hiervoor genoemde onzekerheden bij de financiering van de ziekenhuiszorg en de GGZ. Dit systeem, het risicovereveningsmodel, bestaat uit twee delen: het ex-ante en het ex-post deel. Gedurende een jaar (ex-ante) krijgt een zorgverzekeraar per verzekerde een bijdrage uit het vereveningsfonds, dat is gebaseerd op een aantal vereveningscriteria. Op deze bijdrage wordt een rekenpremie in mindering gebracht. Deze rekenpremie is de basis voor de vaststelling van de nominale premie van de zorgverzekeraar. Door de ex-ante-bijdrage ontvangt de zorgverzekeraar per saldo een bijdrage per verzekerde die overeenkomt met de vooraf verwachte zorgconsumptie van die verzekerde. Hoewel hierdoor op verzekeraarniveau de verwachte schaden grotendeels gedekt worden door de verwachte opbrengsten, wijken de werkelijke schaden af van de verwachting. Daarom wordt de bijdrage uit het vereveningsfonds achteraf deels aangepast aan de
23
werkelijke schaden. Daarmee wordt ook een deel van de onzekerheden in de ziekenhuiszorg- en ggz-financiering gemitigeerd. Dit is het ex-post deel, bestaande uit een aantal stappen. Ex-post compensatiemechanismen De precieze vormgeving en de mate van inzet van de ex-postcompensatie-mechanismen ligt vooraf vast. Zorgverzekeraars kunnen dus bij de premie-calculaties rekening houden met de consequenties van de ex-post compensatiemechanismen. Deze mechanismen bestaan in 2013 uit de volgende vier componenten: a. Flankerend beleid macrokosten Het flankerend beleid bestaat uit twee onderdelen. Het eerste onderdeel dat jaarlijks wordt toegepast, houdt in dat, nadat een verzekerdennacalculatie plaats gevonden heeft, de verzekerde kosten in kaart gebracht worden. Daarna wordt de vereveningsbijdrage opgehoogd naar het niveau van de macrokosten. Vervolgens wordt het verschil tussen macrokosten en macrovereveningsbijdrage na verzekerdennacalculatie in mindering gebracht op de vereveningsbijdrage van de zorgverzekeraars op basis van een gelijk bedrag per premiebetalende verzekerde. Door deze correctie wordt voorkomen dat overschrijdingen onevenredig doorwerken naar zorgverzekeraars met een sterk afwijkend risicoprofiel. Het tweede onderdeel wordt alleen toegepast als er in de periode tussen de toekenning van de vereveningsbijdrage en 1 januari van het vereveningsjaar wijzigingen in het te verzekeren pakket worden aangebracht. Ten aanzien van 2013 is dit gebeurd: de eigen betalingen tweedelijns GGZ en de eigen bijdrage van € 7,50 per verpleegdag in instellingen medisch specialistische zorg zijn komen te vervallen. Als gevolg van de toepassing van dit onderdeel van het flankerend beleid zijn de macro prestatiebedragen medische specialistische zorg met € 55 mln en het macro prestatiebedrag GGZ met € 146 mln verhoogd. Dit onderdeel van het flankerend beleid wordt bij de eerste voorlopige vaststelling van de vereveningsbijdrage 2013 door het Zorginstituut Nederland toegepast. b. Hoge kosten compensatie op geneeskundige GGZ Op de kosten geneeskundige GGZ voor verzekerden vanaf 18 jaar wordt HKC (Hoge Kosten Compensatie) toegepast. Kosten boven een drempelbedrag van € 10.000 worden voor 90% verevend. c. Bandbreedteregeling variabele ziekenhuiskosten en geneeskundige GGZ Indien het resultaat per premiebetalende verzekerde van een verzekeraar voor de variabele ziekenhuiskosten na toepassing van vorengenoemde compensatiemechanismen meer dan € 25,00 per premiebetalende verzekerde ten opzichte van het marktgemiddelde bedraagt (hetzij positief, hetzij negatief), wordt het meerdere voor 90% nagecalculeerd met het vereveningsfonds. Indien het resultaat van een verzekeraar voor de kosten geneeskundige GGZ na toepassing van alle compensatiemechanismen meer dan € 7,50 bedraagt (hetzij positief, hetzij negatief), wordt het meerdere voor 90% nagecalculeerd met het vereveningsfonds. d. Integrale nacalculatie vaste kosten ziekenhuisverpleging en kosten geneeskundige GGZ voor verzekerden jonger dan 18 jaar De vaste kosten van ziekenhuisverpleging en de kosten van de geneeskundige GGZ voor verzekerden jonger dan 18 jaar ten slotte worden voor 100 procent nagecalculeerd.
24
2.Versnelde informatievoorziening Om genoemde onzekerheden terug te dringen zijn afspraken met partijen gemaakt om buiten de formele afrekenmomenten van het Zorginstituut Nederland informatie beschikbaar te stellen. In 2011 is gestart met dit traject van versnelling van informatievoorziening. Het traject bevat vier elementen: 1. Inzake de opbrengstverrekening ontvangen zorgverzekeraars in het najaar voorinformatie over het voorgaande jaar van de NZa op basis van de meest recente marktaandelen en opbrengstbedragen van GGZinstellingen. 2. Het Zorginstituut Nederland stelt actualisaties van de vereveningsbijdragen aan de zorgverzekeraars beschikbaar. 3. Vektis raamt de macro poolomvang van de HKC voor zowel somatische zorg als GGZ. 4. ZN verzorgt de schadelastramingen.
Met betrekking tot de jaarrekening 2013 kunnen de belangrijkste risico’s en onzekerheden als volgt worden samengevat: de Hoge Kosten Compensatie somatische zorg 2011 en de Hoge kosten Compensatie GGZ 2011 t/m 2013 zijn nog niet afgerekend; er vindt nog macronacalculatie plaats van de kosten over 2010 en 2011 en flankerend beleid over 2012 en 2013; de bijdrage van het Zorginstituut Nederland over de jaren 2005, 2010 t/m 2013 wordt nog gedeeltelijk nagecalculeerd; naar verwachting wordt in het vierde kwartaal 2014 de definitieve onder- en overfinanciering ziekenhuizen 2011 afgerekend. Mogelijk volgen naar aanleiding van ingediende bezwaren nog correcties. Als gevolg hiervan is de schadelast over 2011 tot en met 2013 onzeker; de inschatting van de schadelast ziekenhuiszorg 2012 en 2013 wordt bemoeilijkt doordat belangrijke spiegelinformatie omtrent DOT’s ontbreekt; de definitieve verhouding tussen de vaste en variabele kosten van ziekenhuiszorg moet over de jaren 2012 en 2013 nog bepaald worden; het budget eigen risico 2013 is nog niet definitief vastgesteld; de inschatting van de kosten GGZ 2012 en 2013 wordt bemoeilijkt vanwege het ontbreken van belangrijke spiegelinformatie; er vindt nog materiële controle plaats op declaraties van zorgaanbieders. Hieruit kan nog vermindering van de schadelast volgen. De hoogte hiervan is onzeker. Al deze onzekerheden zijn op basis van een best estimate schatting opgenomen in de jaarrekening. Daarnaast is voor al deze risico’s een prudentievoorziening gevormd van € 9,1 miljoen (2012: 7,8 miljoen). De Raad van Bestuur acht deze voorziening toereikend voor een eventueel negatief scenario. De risico’s met betrekking tot de invoering van de basisverzekering en de werking van het risicovereveningssysteem worden uitvoerig toegelicht in de toelichting op de jaarrekening.
25
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatsbepaling Algemeen Voor zover niet anders is vermeld, worden activa en passiva opgenomen tegen geamortiseerde kostprijs. Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen naar de onderneming zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld . Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld . Baten worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen wanneer een vermeerdering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Indien een transactie ertoe leidt dat nagenoeg alle of alle toekomstige economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking tot een actief of verplichting aan een derde zijn overgedragen, wordt het actief of de verplichting niet langer in de balans opgenomen. Verder worden activa en verplichtingen niet meer in de balans opgenomen vanaf het tijdstip waarop niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van de toekomstige economische voordelen en/of betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde. De opbrengsten en kosten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. De jaarrekening wordt gepresenteerd in euro’s, de functionele valuta van de onderneming.
Gebruik van schattingen De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Vergelijkende cijfers De vergelijkende cijfers zijn waarnodig voor vergelijkingsdoeleinden aangepast.
Financiële instrumenten Financiële instrumenten omvatten investeringen in aandelen en obligaties, RC Zorginstituut Nederland, handelsen overige vorderingen, geldmiddelen, leningen en overige financieringsverplichtingen, handelsschulden en overige te betalen posten. Financiële instrumenten omvatten tevens in contracten besloten afgeleide financiële instrumenten (derivaten). De onderneming maakt geen gebruik van afgeleide financiële instrumenten (derivaten). Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde.
26
Beleggingen Terreinen en gebouwen De terreinen en gebouwen worden gewaardeerd tegen reële waarde. Omdat het pand leeg staat en alleen de archiefruimte gebruikt wordt, is de reële waarde bepaald op de grondprijs zoals die door de gemeente Deventer wordt uitgegeven. Waarde mutaties worden direct ten laste van het resultaat gebracht. De terreinen en gebouwen zijn geclassificeerd als vastgoed voor eigen gebruik. Een gedeelte van het parkeerterrein wordt verhuurd aan de overige groepsmaatschappijen van Eno. Beleggingen in groepsmaatschappijen en deelnemingen De deelnemingen waarin invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd op de netto-vermogenswaarde maar niet lager dan nihil. Deze netto-vermogenswaarde wordt berekend op basis van de grondslagen van Coöperatie Eno. Deelnemingen zonder invloed van betekenis worden gewaardeerd tegen kostprijs. Overige financiële beleggingen De beursgenoteerde effecten worden gewaardeerd op de beurswaarde per balansdatum, waarbij zowel ongerealiseerde als gerealiseerde waardeveranderingen direct in het resultaat worden verantwoord. De deposito’s bij kredietinstellingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde of lagere marktwaarde. De deelneming in Vecozo wordt gewaardeerd tegen aanschafwaarde.
Vorderingen Vorderingen worden na eerste opname gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, eventueel onder aftrek van een voorziening voor oninbaarheid. De Centrale kassen betreffen de vorderingen die zijn te verrekenen met het het Zorgverzekeringsfonds. De Centrale kassen worden beheerd door het Zorginstituut Nederland. De vordering op het Zorgverzekeringsfonds is opgesteld op basis van het voor het betreffende boekjaar geldende risicovereveningsmodel.
Overige activa Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde, verminderd met lineaire afschrijvingen op basis van de verwachte economische levensduur. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikneming. De volgende afschrijvingspercentages worden hierbij gehanteerd - Kantoor inventaris: 7-25% - Bedrijfswagens : 25% Bijzondere waardeverminderingen Vaste activa met een lange levensduur dienen te worden beoordeeld op bijzondere waardeverminderingen wanneer wijzigingen of omstandigheden zich voordoen die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet volledig terugverdiend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald
27
door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de geschatte contante waarde van de toekomstige nettokasstromen die het actief naar verwachting zal genereren. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de geschatte contante waarde van de toekomstige kasstromen, worden bijzondere waardeverminderingen verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. Groepsvermogen Algemeen Financiële instrumenten die op grond van de economische realiteit worden aangemerkt als eigen vermogensinstrumenten, worden gepresenteerd onder het eigen vermogen. Uitkeringen aan houders van deze instrumenten worden in mindering van het eigen vermogen gebracht na aftrek van eventueel hiermee verband houdend voordeel uit hoofde van belasting naar de winst. Financiële instrumenten die op grond van de economische realiteit worden aangemerkt als een financiële verplichting, worden gepresenteerd onder schulden. Rente, dividenden, baten en lasten met betrekking tot deze financiële instrumenten worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord als kosten of opbrengsten. Wettelijke en statutaire reserve Dit betreft de reserve Ziekenfondswet (ZFW). De reserve ZFW is gevormd per 1 januari 2006 ten laste van de agio. Het betreft een wettelijke reserve welke op basis van de bepalingen in de zorgverzekeringswet tot 31 december 2015 moet worden aangehouden. Tot die datum is de reserve niet vrij uitkeerbaar aan de aandeelhouders.
Voorzieningen Voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen en verliezen af te wikkelen. Een voorziening wordt in de balans opgenomen, wanneer er sprake is van: - een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting die het gevolg is van een gebeurtenis in het verleden; en - waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt; en - het waarschijnlijk is dat voor afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen nodig is.
Technische voorziening Voorziening te betalen schaden De voorziening te betalen schaden bestaat uit nog te ontvangen declaraties en schade afwikkelingskosten. De nog te ontvangen declaraties betreffen vergoedingen van ZVW zorg van behandelingen van verzekerden, welke zijn gestart voor balansdatum. De schattingen zijn gebaseerd op trendanalyse van reeds gedeclareerde en verwerkte schade lopend boekjaar en voorgaande jaren. De schattingen 2013 zijn waar nodig bijgesteld op basis van het inzicht dat verkregen is uit de reeds verwerkte declaraties tot en met 31 maart 2014. Reeds betaalde voorschotten in 2013 en betrekking hebbend op de schaden 2013 zijn onder de overige vorderingen verantwoord. De schade afwikkelingskosten betreffen de geschatte beheerskosten die benodigd zijn in verband met de afwikkeling van schaden die in het boekjaar zijn ontstaan maar per einde boekjaar nog niet zijn betaald. Premietekortvoorziening De voorziening voor het premietekort wordt bepaald op basis van het verwachte technische resultaat voor
28
komend boekjaar. Deze is bepaald op basis van de premiecalculatie waarbij rekening gehouden is met de vermijdbare kosten.
Personeelsbeloningen en pensioenen Uitgangspunt is dat de in de verslagperiode te verwerken pensioenlast gelijk is aan de over die periode aan het pensioenfonds verschuldigde pensioenpremies. Voor zover de verschuldigde premies op balansdatum nog niet zijn voldaan, wordt hiervoor een verplichting opgenomen. Als de op balansdatum reeds betaalde premies de verschuldigde premies overtreffen, wordt een overlopende actiefpost opgenomen voor zover sprake zal zijn van terugbetaling door het fonds of van verrekening met in de toekomst verschuldigde premies. Verder wordt op balansdatum een voorziening opgenomen voor bestaande additionele verplichtingen ten opzichte van het fonds en de werknemers, indien het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die verplichtingen een uitstroom van middelen zal plaatsvinden en de omvang van de verplichtingen betrouwbaar kan worden geschat. Het al dan niet bestaan van additionele verplichtingen wordt beoordeeld aan de hand van de uitvoeringsovereenkomst met het fonds, de pensioenovereenkomst met de werknemers en andere (expliciete of impliciete) toezeggingen aan de werknemers. De voorziening wordt gewaardeerd tegen de beste schatting van de contante waarde van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen op balansdatum af te wikkelen. Voor een op balansdatum bestaand overschot bij het pensioenfonds wordt een vordering opgenomen als de onderneming de beschikkingsmacht heeft over dit overschot, het waarschijnlijk is dat het overschot naar de onderneming zal toevloeien en de vordering betrouwbaar kan worden vastgesteld. Overige voorzieningen Personeelsvoorzieningen De voorziening is gevormd voor afvloeiingen met betrekking tot individuele medewerkers waarvan, voor ultimo boekjaar 2013, bekend is dat Eno Zorgverzekeraar N.V. de arbeidsovereenkomst beëindigt. De gevormde voorziening is individueel bepaald op basis van de kantonrechtersformule of de overeengekomen beëindigingsovereenkomsten. De gevormde voorziening heeft een kortlopend karakter. Vut voorziening Onder de overige voorzieningen is een VUT-voorziening opgenomen. Hierbij is rekening gehouden met de toekenning conform de huidige CAO. Deze voorziening heeft een looptijd van 10 jaar. Deze voorziening is bepaald op basis van te betalen salariskosten en pensioenkosten in verband met toegekende VUT-afspraken aan werknemers. Op deze voorziening wordt in mindering gebracht de VUT-uitkeringen die door het bedrijfspensioenfonds zal worden uitgekeerd. Jubileavoorziening De jubileumvoorziening betreft een voorziening voor toekomstige jubileumuitkeringen. De voorziening betreft de contante waarde van de in de toekomst uit te keren jubileumuitkeringen. De berekening is gebaseerd op gedane toezeggingen, blijfkans en leeftijd.
29
Kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen Kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen worden na eerste opname gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rente methode.
Verdiende premies eigen rekening en bijdragen De verdiende premies eigen rekening bestaan uit de bruto premies ontvangen van verzekerden. De bijdragen bestaan uit de bedragen van het Zorgverzekeringsfonds ZVW welke ontvangen zijn van het Zorginstituut Nederland. Hieronder is tevens opgenomen de premie die betaald wordt aan het Zorginstituut Nederland inzake de hoge-kosten-compensatie. Bijdragen Zorginstituut Nederland bestaan uit bijdragen uit de AWBZ voor beheerskosten, rechtstreeks betaalde kosten van AWBZ-verstrekkingen en subsidies. De subsidies worden verantwoord op basis van beschikkingen van het Zorginstituut Nederland. Betaalde schaden Onder betaalde schaden wordt verstaan de vergoedingen aan verzekerden en instellingen wegens in het verslagjaar verrichte leveringen en diensten op grond van de bepalingen van de Zorgverzekeringswet en de aanvullende richtlijnen van het Zorginstituut Nederland. Schadebehandelingskosten worden onder de schaden eigen rekening opgenomen. Tevens is de bijdrage van het Zorginstituut Nederland voor hoge-kostencompensatie hieronder opgenomen. Overige lasten Onder de overige lasten zijn de kosten subsidieregelingen AWBZ opgenomen. Hieronder wordt verstaan de vergoedingen aan verzekerden, en instellingen wegens in het verslagjaar verrichte leveringen en diensten op grond van de bepalingen van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. Tevens zijn hieronder de bestedingen in het kader van de WMO opgenomen. Bedrijfskosten De bedrijfskosten worden aan het resultaat toegerekend voor zover zij betrekking hebben op de verslagperiode. Opbrengsten uit beleggingen Dit betreft de opbrengst uit beleggingen uit hoofde van terreinen en gebouwen, leningen u/g, effecten en andere financiële beleggingen. Deze worden volledig toegerekend aan de technische en niet-technische rekening. Andere baten en lasten Rentebaten en –lasten Dit betreft interest op de rekening- courant verhouding met het Zorginstituut Nederland, op langlopende leningen, op overige vorderingen en op liquide middelen. Grondslagen voor het bepalen van het kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld conform de indirecte methode.
30
3.4.2 Toelichting op de geconsolideerde balans
Activa (x €
1.000)
Terreinen en gebouwen
(1)
Stand 1 januari Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen Boekwaarde 1 januari Mutaties boekjaar Investeringen Desinvesteringen Herwaardering
Stand 31 december Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen Boekwaarde 31 december
2013
2012
6.684
6.684
-4.684 2.000
-4.684 2.000
-
-
6.684
6.684
-4.684 2.000
-4.684 2.000
Het pand is in 2013 niet meer in gebruik voor bedrijfsactiviteiten van Eno.. Eno heeft in 2013 een huurovereenkomst voor 10 jaar gesloten voor het pand Munsterstraat 7. De waarde van het pand en de grond van de huidige locatie is bepaald op € 2 miljoen. Dit is gebaseerd op de grondprijs van de huidige locatie. 31 december 2013
31 december 2012
98
98
Investeringen Desinvesteringen Herwaardering
1.400 7 -
-
Stand 31december
1.491
98
Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen Boekwaarde 31 december
1.400
-
1.400
-
Beleggingen in groepsmaatschappijen en deelnemingen Deelneming Vecozo B.V. Boekwaarde 1 januari
(2)
De deelnemingen in 2013 betreffen belangen in Mutizorg B.V. en Vecozo B.V..
31
Overige financiële beleggingen Effecten Deposito’s bij kredietinstellingen
31 december 2013
31 december 2012
112.140 20.377 132.517
111.321 15.000 126.321
(3)
Effecten Overzicht 2013 Aandelen Obligaties
Aanschafwaarde 7.821 101.948
Boekwaarde 1 januari 8.370 102.951 111.321
Aankopen
Verkopen
7.261 133.800 141.061
8.816 131.482 140.298
Aanschafwaarde 7.821 101.948
Boekwaarde 1 januari 5.140 76.574 81.714
Aankopen
Verkopen
3.373 96.549 99.922
692 71.174 71.866
Herwaardering 171 -115 56
Boekwaarde 31 december 6.986 105.154 112.140
Herwaardering 549 1.002 1.551
Boekwaarde 31 december 8.370 102.951 111.321
Overzicht 2012 Aandelen Obligaties
De effecten worden belegd in beschikbaar gestelde middelen volgens de uitgangspunten, die Eno heeft geformuleerd ten aanzien van de asset mix, de duration en risico's. De waardering vindt plaats op marktwaarde. De onderliggende effecten worden aangehouden door Eno Zorgverzekeraar N.V. en Eno Aanvullende verzekeringen N.V.. De voor de nadere specificatie van de effecten wordt verwezen naar de jaarrekeningen van de betreffende entiteiten. Deposito’s bij kredietinstellingen
Stand per 1 januari Stortingen Opnamen Stand per 31 december
2013
2012
15.000 5.377 0 20.377
5.000 15.000 5.000 15.000
De deposito’s hebben een looptijd van 3 maanden en een interestpercentage van 1,3% en zijn direct opeisbaar.
Vorderingen uit directe verzekering Premievorderingen op verzekeringnemers Te vorderen eigen bijdragen
31 december 2013
31 december 2012
8.310 7.381 15.691
8.909 3.396 12.305
(4)
De vorderingen zijn verminderd met een voorziening voor oninbaarheid. De vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar.
32
Zorginstituut Nederland
31 december 2013
31 december 2012
5.080 -8.541 8.946 6.074 11.559
-
(5)
Rekening-courant boekjaar 2005 Rekening-courant boekjaar 2011 Rekening-courant boekjaar 2010 Rekening-courant boekjaar 2013
De vordering op het Zorginstituut Nederland heeft primair een kortlopend karakter. Een deel van de vordering heeft een looptijd van langer dan een jaar. Dit is afhankelijk van de afrekeningsystematiek van het Zorginstituut Nederland. De vorderingen zijn rentedragend.
Overige vorderingen Te vorderen op PGB-houders AWBZ Te vorderen op PGB-houders WMO Te vorderen overige debiteuren Voorschotten zorgaanbieders Overfinanciering Overige vorderingen
31 december 2013
31 december 2012
1.289 4 9 7.512 1.094 5.742 15.650
1.215 41 35 17.140 971 8.499 27.901
(6)
De vorderingen op ziekenhuizen en GGZ instellingen zijn voorschotten die verzekeraars verstrekken ter compensatie van liquiditeitstekorten bij deze instellingen. Dit is het gevolg van de DOT/DBC-systematiek, waarbij pas na afronding van de behandelperiode gedeclareerd kan worden. Deze voorschotten zijn kortlopend en worden voldaan onder andere door verrekening met declaraties. De overige vorderingen hebben een looptijd korter dan een jaar.
33
Materiële vaste activa
(7)
Stand 1 januari Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen Boekwaarde 1 januari Mutaties boekjaar Investeringen Desinvesteringen aanschafwaarde Desinvesteringen afschrijvingen Afschrijvingen boekjaar
KantoorInventaris
Bedrijfswagens
Totaal 2013
Totaal 2012
1.990
485
2.475
3.168
-1.570 420
-168 317
-1.738 737
-2.773 395
1.127 0 0 -272 855
300 -92 80 -113 175
1.427 -92 80 -385 1.030
459 -1.152 1.140 -105 342
Stand 31 december Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen Boekwaarde 31 december
3.117
693
3.810
2.475
-1.842 1.275
-201 492
-2.043 1.767
-1.738 737
Afschrijvingspercentage
7-25%
25%
Liquide middelen (8) De liquide middelen staan ter vrije beschikking aan Coöperatie Eno.
Liquide middelen ABN AMRO Bank ING Bank MeesPierson Rabobank SNS Bank Kas Bank Kruisposten
31 december 2013
31 december 2012
31.426 10.598 12.640 5.000 1.030 2.000 62.694
33.375 10.443 566 20.710 159 65.213
(8)
Groepsvermogen (9) Voor de toelichting op het groepsvermogen wordt verwezen naar de toelichting op de enkelvoudige jaarrekening.
34
31 december 2013
31 december 2012
13.150 147.886 2.500 163.536
11.986 122.733 2.500 137.219
(10)
Technische voorziening Premievoorziening Voorziening te betalen schaden Schade afwikkelingskosten
Schadejaar Saldo per 1 januari Dotatie Onttrekking Saldo 31 december
Premievoorziening 11.987 10.050 8.887 13.150
N.t.o. declaraties 122.732 125.410 100.256 147.886
Schadeafwikkelingskosten 2.500 1.500 1.500 2.500
Totaal 2013 137.219 136.960 110.643 163.536
2012 117.430 128.581 108.792 137.219
Uitloopresultaat van te betalen schaden
Schadejaar 2009 Schadejaar 2010 Schadejaar 2011 Schadejaar 2012
Boekjaar 2013 31 125 -3.479 -5.769
Boekjaar 2012 617 -6.305 -11.302 -
Boekjaar 2011 -584 -7.568 -
Boekjaar 2010 -1.450 -
DBC-financiering brengt met zich mee dat later dan voorheen inzicht bestaat in de werkelijke kosten, doordat DBC’s maximaal een jaar kunnen openstaan, maar verantwoord moeten worden op de openingsdatum.
Overige voorzieningen (11)
Vut voorziening Personeelsvoorziening Overige voorzieningen
Saldo 1 januari 364 400 497 1.261
Dotatie
Onttrekking
-
40 400 8 448
Saldo 31 december 324 0 489 813
Van de voorzieningen heeft een bedrag € 440.000 euro een looptijd korter dan een jaar. De personeelsvoorziening is een voorziening voor te betalen loonkosten aan personeelsleden die in 2013 geen arbeidsprestatie meer hebben verricht.
Schulden uit directe verzekering Vooruitontvangen premies
31 december 2013
31 december 2012
9.034
8.456
(12)
35
Zorginstituut Nederland
31 december 2013
31 december 2012
-
-5.080 12.667 11.439 -1.621 17.405
(13)
Rekening-courant boekjaar 2005 Rekening-courant boekjaar 2010 Rekening-courant boekjaar 2011 Rekening-courant boekjaar 2012
Per ultimo 2013 heeft Eno een vordering op het Zorginstituut Nederland. Deze vordering is opgenomen en toegelicht onder de vorderingen.
Overige schulden Belastingen en premies sociale verzekeringen Diversen
31 december 2013
31 december 2012
17 8.268 8.285
4 11.225 11.229
(14)
De overige schulden hebben een looptijd korter dan een jaar. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen Er is een huurovereenkomst afgesloten voor het kantoor aan Munsterstraat 7 te Deventer. De looptijd van deze huurovereenkomst is 10 jaar en is aflopend in 2023. Huurlast 1 jaar 230.209 2-5 jaar 990.851 5-10 jaar 1.140.271 Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschade N.V. (NHT) De NHT dekt alle aanspraken op Nederlandse polissen als gevolg van terroristische aanslagen tot een maximumbedrag van € 1 miljard. Claims als gevolg van terroristische aanslagen boven dit maximum worden uitgesloten in de polisvoorwaarden. De jaarlijks te betalen premie aan de NHT is gebaseerd op het marktaandeel. De verliezen van de NHT worden eveneens verdeeld over de aangesloten verzekeraars op basis van hun respectievelijke marktaandeel. Het risico ten aanzien van de aanvullende verzekeringen is niet herverzekerd.
36
3.4.3 Toelichting op de geconsolideerde winst- en verliesrekening Verdiende premies eigen rekening en bijdragen Brutopremies Herverzekeringspremie bijdrage hoge-kosten-compensatie
2013
2012
165.491
145.878
-13.675 -1.164
-14.814 -6.905
148.746
124.747
17.558 316.956
-10.613 238.293
2013
2012
140.475 25.016 165.491
121.364 24.514 145.878
(15)
Wijziging technische voorziening premie Bijdrage Zorginstituut Nederland boekjaar Bijdrage Zorginstituut Nederland voorgaande jaren
Brutopremies Premies basisverzekering Premies aanvullende verzekeringen
Op de brutopremies is € 517.000 in mindering gebracht ter dotatie aan de voorziening debiteuren. Daarnaast is € 5.124.000 aan provisies in mindering gebracht op de brutopremies. In 2012 was dit € 4.099.000.
Bijdrage Zorginstituut Nederland boekjaar Budget verstrekkingen Effect nacalculatie Macro nacalculatie en bandbreedte regeling Overige renteopbrengsten Flankerend beleid Budget beheerskosten 18Wettelijk eigen risico Vergoeding AFBZ rechtstreeks te verrekenen baten en lasten Subsidies AWBZ
2013
2012
161.998 -13.721
135.994 -4.996
-17.959 13.659 4.499 -25.290
-19.882 2 -1.790 4.277 -14.631
25.560 148.746
25.773 124.747
Premies eigen rekening en bijdragen vereveningsfonds Een zorgverzekeraar maakt voor zijn jaarrekening een zo goed mogelijke schatting van de vereveningsbijdragen van het Zorginstituut Nederland. In deze schatting zijn ook alle geschatte te verrekenen bedragen begrepen uit hoofde van ex-post compensatiemechanismen. Een voorlopige afrekening over 2013 is op zijn vroegst mogelijk
37
in de zomer van 2016. Bij het opstellen van de jaarrekening moet derhalve nog gewerkt worden met schattingen van de bijdragen betrekking hebbend op vooral de kosten ziekenhuis- en GGZ-zorg, waaronder de splitsing in vaste kosten, variabele kosten en b-DBC’s en de effecten van hoge kosten compensatie en nacalculaties. Onder de bijdragen vereveningsfonds is tevens begrepen de bijstelling van de schattingen over voorgaande jaren.
Overige omzet Omzet verzuimdiensten Omzet preventiestart Omzet WMO activiteiten Provisies reisverzekeringen Provisies zorgverzekeringen Overige opbrengsten
(16)
Betaalde schaden Brutoschaden Brutoschaden overig Bijdrage Zorginstituut Nederland hogekosten-compensatie Schadebehandelingskosten
(17)
2013
2012
7.127 52 10 27 7.216
7 1 9.547 52 12 13 9.632
2013
2012
251.801 1.014
187.360 -
-11.742 3.600 244.673
-13.500 3.600 177.460
Als gevolg van de DBC-systematiek is de hoogte van de post medische zorg in ziekenhuizen en GGZ-instellingen met onzekerheid omgeven. Door de overgang naar DBC-zorgproducten zijn ervaringscijfers uit het verleden minder relevant. Echter, door het karakter van de afspraken met de ziekenhuizen worden deze onzekerheden voor een belangrijk deel weggenomen. Omdat bij het opmaken van de jaarrekening een groot deel van de totale jaarlast nog niet gedeclareerd is en er onzekerheden zijn met het bepalen van de nog te verrekenen over- of onderdekking van de ggz-instellingsbudgetten is het moeilijk om een goede schatting van de totale kosten te maken. Op het moment van opmaken van de jaarrekening was al wel helder dat de grouper gecertificeerd is, waardoor op die specifieke grond geen belemmering bestaat voor de rechtmatigheid van de gedeclareerde ziekenhuiskosten. Uiteindelijk kunnen de DBC’s nog steeds niet rechtmatig zijn als bijvoorbeeld de basisregistratie niet in orde is. Het financieel risico wordt vervolgens substantieel gemitigeerd als gevolg van de contracteringsbepalingen en het risicovereveningssysteem.
Wijziging technische voorziening Wijziging voorziening voor te betalen schaden Wijziging voorziening afwikkelingskosten
2013
2012
25.154 25.154
12.884 12.884
(18)
38
Overige lasten Kosten subsidieregelingen AWBZ Bestedingen WMO
2013
2012
25.364 7.020 32.384
25.773 9.441 35.214
2013
2012
12.671 675 3.725 317 7.766 196 -3.600 21.750
11.946 731 2.281 73 8.115 -3.600 19.546
2013
2012
7.704 1.048 981 2.938 12.671
7.070 1.006 1.019 2.851 11.946
(19)
(20)
Bedrijfskosten Personeelskosten Huisvestingskosten Automatiseringskosten Afschrijving bedrijfsmiddelen Overige kosten Kosten fraude bestrijding Schadebehandelingskosten
Personeelskosten Brutolonen Sociale lasten Pensioenlasten Overige personeelskosten
Hieronder is een bedrag van € 9.444 opgenomen aan crisisheffing (2012 €7.682). De vennootschap heeft 159 (fte) werknemers in dienst (2012: 151 fte). Pensioenlasten De pensioenlast betreft de premie die door de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars bij Eno Zorgverzekeraar N.V. in rekening is gebracht. Belangrijkste kenmerken van de pensioenregeling: De pensioenregeling is een middelloonregeling. De pensioengrondslag wordt bepaald door het jaarsalaris van de deelnemers te verminderen met de franchise. De franchise bedraagt in 2013 € 15.225 ( 2012: € 14.954) bij een fulltime dienstverband. Het ouderdomspensioen bedraagt voor elk deelnemersjaar 2,25% van de in dat jaar geldende pensioengrondslag. Met ingang van 1-1-2014 is dit verlaagd naar 2,5%. Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks op 1 januari toeslag verleend van maximaal de stijging van het prijsindexcijfer. Het bestuur van het pensioenfonds beslist jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. Voor de actieve deelnemers geldt echter dat jaarlijks op 1 januari een toeslag wordt verleend conform het in de CAO overeengekomen percentage van de loonontwikkeling van het voorafgaande jaar. Belangrijkste kenmerken van de uitvoeringsovereenkomst: In de uitvoeringsovereenkomst is overeengekomen dat alle bij de in dienst van Eno Zorgverzekeraar N.V. zijnde
39
werknemers aangemeld kunnen worden bij het pensioenfonds. Daarnaast is overeengekomen dat Eno Zorgverzekeraar N.V. binnen bepaalde termijnen de verschuldigde premies moet voldoen. Wijze waarop de pensioenregeling is ondergebracht bij de pensioenuitvoerder De uitvoering van de pensioenregeling is door het SBZ ondergebracht bij Syntrus Achmea. Door Syntrus Achmea wordt de pensioenadministratie uitgevoerd. Dit is vastgelegd in een overeenkomst tussen SBZ en Syntrus Achmea. Dekkingsgraad pensioenfonds De dekkingsgraad bedraagt, conform opgave van het SBZ, per ultimo december 2013 113,5% (2012: 114%).
Opbrengsten uit beleggingen Ongerealiseerd resultaat uit beleggingen Gerealiseerd resultaat uit beleggingen
Rentebaten en -lasten Overige rentebaten en -lasten
2013
2012
49 1.510 1.559
2.400 130 2.530
926 926
303 303
(21)
Vergoedingen aan commissarissen De vergoedingen aan commissarissen over 2013 bedragen € 61.200 (2012 € 61.200).
40
Honoraria accountant Specificatie van het honorarium accountants conform artikel 382a lid 3 Titel 9 Boek 2 Burgerlijk Wetboek. Honorarium 2013 Onderzoek van de jaarrekening Andere controleopdrachten Adviesdiensten op fiscaal terrein Andere niet-controlediensten
Honorarium 2012 Onderzoek van de jaarrekening Andere controleopdrachten Adviesdiensten op fiscaal terrein Andere niet-controlediensten
KPMG Overig Accountants KPMGN.V. Netwerk 145 140 285
Totaal 0
145 140 285
KPMG Overig Totaal Accountants KPMGN.V. Netwerk 140 140 136 136 11 69 69 276 69 356
Bezoldiging bestuurders Totale inkomen zittende bestuursleden Totale inkomen voormalige bestuursleden
2013
2012
€522.295 €61.000
€ 637.272 € 575.738
De leden van de Raad van Bestuur die werkzaam zijn voor de Eno groep, werken voor meerdere juridische entiteiten. De salariskosten zoals bovenstaand weergegeven, worden via een verdeelsleutel toegerekend aan de verschillende entiteiten. Noot: het totale inkomen bestaat uit de volgende onderdelen: brutosalaris, tantièmes, pensioenpremie, bijtelling leaseauto en normbijtelling. De beloning voor de gewezen bestuurders betreffen uitkeringen in 2013 hoger dan de in 2012 gevormde personele voorzieningen voor de betreffende bestuurders.
41
Transacties met verbonden partijen Van transacties met verbonden partijen is sprake wanneer een relatie bestaat tussen de onderneming, haar deelnemingen en hun bestuurders en leidinggevende functionarissen. Er hebben zich geen transacties met verbonden partijen voorgedaan op niet-zakelijke grondslag. De volgende transacties vinden plaats met groepsmaatschappijen : Doorbelasting van beheerskosten; Renteberekening over rekening-courant verhoudingen; Doorbelasting van de huurwaarde van terreinen en gebouwen. Eno Bewaar B.V.is eigenaar van de beleggingspool waaraan Eno Zorgverzekeraar N.V. en Eno Aanvullende verzekeringen N.V. deelnemen.
42
Toelichting op de risicobeheersing Algemeen Het beheersen van bedrijfsprocessen ziet de Raad van Bestuur als een kritische succesfactor voor het bieden van zekerheid gericht op continuïteit op lange en korte termijn van zowel Eno verzekerden als medewerkers. De Raad van Bestuur aanvaardt de volledige verantwoordelijkheid voor de opzet en werking van de Eno risicobeheer- en controlesystemen. Hieronder worden de belangrijkste risicocategorieën omschreven en wordt aangegeven hoe deze risico’s worden bewaakt. Strategische risico’s De huidige governance structuur (de Raad van Commissarissen, de Raad van Bestuur en het managementteam) waarborgt dat de strategische risico’s worden bewaakt. Jaarlijks worden de strategische risico’s gedefinieerd en geanalyseerd. Waar nodig worden beheersmaatregelen benoemd, welke worden bewaakt. De compliance officer rapporteert twee keer per jaar aan de Raad van Commissarissen omtrent de voortgang van de risicomanagement vraagstukken. Tactische risico’s De Raad van Bestuur en het managementteam zijn verantwoordelijk voor de inventarisatie van tactische risico’s. Per aandachtsgebied is een inventarisatie gemaakt, waarna beheersmaatregelen worden geïmplementeerd. Omtrent voortgang en bewaking wordt per kwartaal gerapporteerd aan het Audit & Risk Committee en de Raad van Bestuur. Operationele risico’s Binnen het In Control programma zijn alle kritische processen in kaart gebracht. Op processtapniveau is aangegeven welke risico’s een rol kunnen spelen. De key risks zijn voorzien van beheersmaatregelen en hierop vindt dossiervorming plaats. De Interne Audit Dienst bewaakt de naleving van de beheersmaatregelen. De handmatige controles zullen zoveel mogelijk in de komende jaren worden vervangen door systeemcontroles, waardoor de controlecyclus efficiënter zal verlopen. Politiek risico Eno opereert in een branche waar politiek invloeden zichtbaar aanwezig zijn. Eno mitigeert dit risico door continu de politieke besluitvorming en de daarmee samenhangende wijzigingen in wet- en regelgeving nauwgezet te volgen en haar beleid en organisatie daarop tijdig aan te passen. Tevens wordt dit risico gemitigeerd door in ZN en VRZ verband de politieke besluitvorming pro actief te volgen. Marktrisico Het marktrisico betreft de gevoeligheid voor veranderingen in de rente. Eno loopt gezien de omvang van de obligatieportefeuille een beperkt risico. Dit risico wordt beheerst door de duration in de portefeuille zo goed mogelijk te matchen met de duration van de verplichtingen.
43
Kredietrisico Om het kredietrisico op de uitstaande liquide middelen en beleggingen zo veel mogelijk te beperken heeft Eno haar liquide middelen en beleggingen in 2013 zoveel mogelijk gespreid. Debiteurenrisico Eno loopt het risico op het niet kunnen vorderen van premies betrekking hebbende op wanbetalers in de zorgverzekeringswet. Eno mitigeert dit risico door deel te nemen aan de wanbetalersregeling en de naleving hiervan te monitoren. Solvency II In 2013 heeft Eno een ‘Own Risk Solvency Assessment’ (ORSA) uitgevoerd. De ORSA heeft geleid tot nieuwe inzichten en een bevestiging van de gekozen strategie. Verzekeringsrisico Eno is primair een zorgverzekeraar en richt zich voornamelijk op eigen zorggerelateerde producten als zorgverzekeringen. Het verzekeringsrisico voor Eno wordt beperkt doordat de inkomsten uit het landelijke budget op basis van risicoverevening, verevening, nacalculatie-effecten en effect bandbreedteregeling toegekend worden aan de zorgverzekeraars. Het resterende risico wordt beperkt door maatregelen op het gebied van schadelastbeheersing en aanpassing van de premie.
Beleggingsrisico Eno heeft een beleggingsstatuut waarbinnen de Raad van Bestuur het mandaat heeft om te handelen. Risicovolle c.q. speculatieve beleggingen worden vermeden. Er werd in 2013 belegd in onroerend goed, aandelen, obligaties en liquiditeiten. Het onroerend goed betreft het eigen pand. Eno houdt geen derivaten aan. De beleggingsadvies-commissie adviseert Eno over het te voeren beleggingsbeleid. Eind 2013 is Eno overgegaan naar een andere vermogensbeheerder en custodian. Informatie en communicatie De communicatie van financiële en managementinformatie vindt plaats volgens vaste richtlijnen. Eno zet hiervoor mondelinge en schriftelijke communicatiemiddelen in. Maandelijks vinden business reviews plaats van de Raad van Bestuur met de managers. Dit houdt een maandelijks bilateraal overleg in en een rapportage per kwartaal. Informatiebeveiliging Beveiliging van geautomatiseerde systemen en diensten vraagt bijzondere aandacht. Het ICT beheer is in 2011 uitbesteed aan hosting partner Vancis. Deze hosting partner is gecertificeerd naar de Code voor Informatiebeveiliging.
44
Deventer, 27 mei 2014 De Raad van Bestuur
F. Blankers Voorzitter raad van bestuur
Drs. E.L. Hooiveld RA Lid raad van bestuur
Raad van Commissarissen
J. Schepers Voorzitter
J.N. Berkemeijer AAG
N.W de Boer RE RA RC
J. Dijkstra
45
3.5 Enkelvoudige balans per 31 december 2013 (voor resultaatbestemming) Activa (x €
1.000)
Beleggingen Beleggingen in groepsmaatschappijen en deelnemingen
Passiva (x €
(1)
1.000)
Eigen vermogen Waarborgkapitaal Reserve ZFW Overige reserve Onverdeeld resultaat
(2) (3) (4) (5)
31 december 2013
31 december 2012
61.702
59.119
61.702
59.119
31 december 2013
31 december 2012
681 15.330 43.108 2.583 61.702
681 15.330 37.517 5.591 59.119
61.702
59.119
46
3.6 Enkelvoudige winst- en verliesrekening over 2013 (x € 1.000)
2013
2012
Opbrengsten uit beleggingen Resultaat uit deelnemingen
2.583
5.591
2.583
5.591
47
3.7 Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening 2013 3.7.1 Toelichting algemeen Algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening De enkelvoudige jaarrekening is opgesteld volgens de bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en met inachtneming van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving. Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de bepaling van het resultaat, alsmede voor de toelichting op de onderscheiden activa en passiva en de resultaten wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde jaarrekening, voor zover hierna niet anders wordt vermeld. Toepassing van artikel 402 boek 2 BW De financiële gegevens van Coöperatie Eno zijn verwerkt in de geconsolideerde jaarrekening zodat, gebruikmakend van artikel 2:402 BW, is volstaan met een verkorte winst-en-verliesrekening in de enkelvoudige jaarrekening. Financiële vaste activa De deelnemingen waarin invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd op de netto-vermogenswaarde maar niet lager dan nihil. Deze netto-vermogenswaarde wordt berekend op basis van de grondslagen van Coöperatie Eno.
48
3.7.2 Toelichting op de enkelvoudige balans
Activa (x €
1.000)
Beleggingen in groepsmaatschappijen en deelnemingen (1) 2013
Eno Holding B.V. Stichting Regizorg Nederland
2012
Eno Holding B.V. Stichting Regizorg Nederland
Passiva (x €
Boekwaarde 1 januari
Resultaat deelneming
Overige mutaties
Verwerving deelneming
Boekwaarde 31 december
59.083
2.583
-
-
61.666
36 59.119
2.583
-
-
36 61.702
Boekwaarde 1 januari
Resultaat deelneming
Overige mutaties
Verwerving deelneming
Boekwaarde 31 december
53.477
5.591
15
-
59.083
36 53.513
5.591
15
-
36 59.119
1.000)
Eigen vermogen 2013
Waarborg kapitaal (2)
Wettelijke reserve ZFW (3)
Overige reserve (4)
Onverdeeld resultaat
Jaartotaal
(5)
Saldo 1 januari Resultaatbestemming 2012 Resultaat 2013 Overige mutaties Saldo 31 december
681
15.330
37.517
5.591
59.119
-
-
5.591 -
-5.591 2.583 -
2.583 -
681
15.330
43.108
2.583
61.702
49
2012
Waarborg kapitaal (2)
Wettelijke reserve ZFW (3)
Overige reserve (4)
Onverdeeld resultaat
Jaartotaal
(5)
Saldo 1 januari Resultaatbestemming 2011 Resultaat 2012 Overige mutaties Saldo 31 december
681
15.332
29.711
7.789
53.513
-
-2
7.789 17
-7.789 5.591
5.591 15
681
15.330
37.517
5.591
59.119
50
4. Overige gegevens 4.1 Statutaire bepalingen inzake het resultaat In artikel 43 van de statuten van de coöperatie is bepaald dat omtrent bestemming van een eventueel positief resultaat, de Ledenraad besluit op voorstel van het Bestuur, gehoord de Raad van Commissarissen. Uitkeringen kunnen slechts plaatshebben voor zover het eigen vermogen groter is dan het gestorte en opgevraagde deel van het kapitaal, vermeerderd met de reserves die krachtens de wet moeten worden aangehouden. Uitkeringen kunnen bovendien slechts plaatshebben voor zover zij niet anders zullen worden aangewend dan voor instellingen ten bate van de volksgezondheid. Uitkering van winst geschiedt na de vaststelling van de jaarrekening waaruit blijkt dat zij geoorloofd is.
4.2 Bestemming van het resultaat De bestemming van het resultaat van 2012 € 5.654.000 is conform het voorstel in de jaarrekening vastgesteld. Het resultaat van 2013 is vooruitlopend op het besluit van de algemene ledenvergadering als onverdeelde winst opgenomen onder het eigen vermogen. Aan de algemene ledenvergadering wordt voorgesteld het resultaat € 2.696.000 als volgt te bestemmen. Overige reserves
2.696.000 2.696.000
51
4.3 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Raad van Bestuur van Coöperatie Eno U.A. Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening over 2013 van Coöperatie Eno U.A. te Deventer gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde en enkelvoudige balans per 31 december 2013 en de geconsolideerde en enkelvoudige winst-en-verliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur De Raad van Bestuur van de vennootschap is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het verslag van de Raad van Bestuur, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW). De Raad van Bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als hij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het inrichten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de vennootschap. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de Raad van Bestuur van de vennootschap gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van Coöperatie Eno U.A. per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW.
52
Benadrukking van aangelegenheden Wij vestigen de aandacht op hetgeen in hoofdstuk 3.4.1 paragraaf ‘Onzekerheden in de zorgbranche’ in de toelichting van de jaarrekening is opgenomen. Hierin zijn de voor de vennootschap met het zorgverzekeringsstelsel en de sector samenhangende onzekerheden uiteengezet. Deze situatie doet geen afbreuk aan ons oordeel. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het verslag van de Raad van Bestuur, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het verslag van de Raad van Bestuur, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Utrecht, 27 mei 2014 KPMG Accountants N.V.
A.R.B. de Bruin RA
53