Watersysteem Beheer en Besturing
Concept Zwemwaterprofiel Sloterplas Sloterparkbad Varkensbaai 2011
J.F. de Groot-Abbenes J. Stoffels J.M. Stroom E. de Bruin
Korte Ouderkerkerdijk 7 Amsterdam Postbus 94370 1090 GJ Amsterdam T 0900 93 94 (lokaal tarief) F 020 608 39 00 KvK 41216593
www.waternet.nl
24 maart 2011
Waternet is de gemeenschappelijke organisatie van Waterschap Amstel, Gooi en Vecht en de gemeente Amsterdam
Inhoud
1
Methode
7
2
Beschrijving van de zwemwaterlocaties
8
2.1
Situering en beschrijving
8
2.2
Gebruik- en nevenfuncties
9
2.3
KRW status
9
2.4
Toekomstplannen
9
2.5
Rioleringssituatie
9
2.6
Hydrologie en belasting
9
2.7
Kenmerken van de zwemlocaties
11
2.7.1
Sloterparkbad (meetpuntcode SBI017)
11
2.7.2
Varkensbaai; potentiële zwemwaterlocatie (meetpuntcode SBI030)
13
2.8
Risicobronnen
14
3
Analyse historische waterkwaliteit
15
3.1
Bacteriologische waterkwaliteit
15
3.1.1
Periode 2007-2010
15
3.1.2
Extra meting Campylobacter
16
3.1.3
Relatie met neerslag
18
3.1.4
Zwemprof
19
3.2
Klasse-indeling
19
3.3
Blauwalgen
19
3.3.1
Huidige situatie
19
3.3.2
Prognose korte termijn (3 jaar)
21
4
Conclusies
22
5
Literatuur
23
BIJLAGE 1 - Lijst met aandachtspunten bij het opstellen van een zwemwaterprofiel
24
BIJLAGE 2 - Toepassing ZWEMPROF
25
BIJLAGE 3 – Berekening Klasse-indeling
27
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
3/27
Datum beoordeling:
Maart 2011
Zwemwaterlocatie:
Sloterplas, Sloterparkbad
Beoordelingsperiode:
4 badseizoenen; 2007 -2010
Beoordeling zwemwaterkwaliteit
Slecht
volgens EU 2006/7/EG: Risico voor gezondheid zwemmers:
Blauwalg, vogels en festival
Zwemwaterlocatie:
Sloterplas, Varkensbaai
Beoordelingsperiode:
1 badseizoen 2010
Beoordeling zwemwaterkwaliteit
Uitstekend
volgens EU 2006/7/EG: Risico voor gezondheid zwemmers:
Blauwalg
Herziening profiel voor:
Maart 2013
Voorwoord
De Europese Zwemwaterrichtlijn (2006/7/EC) die in maart 2006 van kracht geworden is, schrijft voor dat voor elk zwemwater een zwemwaterprofiel wordt opgesteld, waarin de omstandigheden en risico’s worden vastgelegd. Op basis van dit profiel kunnen voor de desbetreffende locatie maatregelen worden geformuleerd om de gezondheidsrisico’s voor de zwemmers te verkleinen. Volgens de zwemwaterrichtlijn geeft een zwemwaterprofiel een compleet beeld van alle veiligheid- en gezondheidsrisico’s op de zwemlocatie. Een zwemwaterprofiel is in eerste instantie bedoeld om inzicht te krijgen in de fecale verontreinigingsbronnen en –routes en richt zich op de indicatoren voor fecale verontreinigingen: Escherichia Coli en Intestinale Enterococcen. Daarnaast verschaft het zwemwaterprofiel inzicht in mogelijke problemen door Cyanobacteriën. Waternet heeft in 2007/2008 voor het eerst zwemwaterprofielen laten opstellen. Afhankelijk van de aangetroffen waterkwaliteit dienen deze profielen met enige regelmaat aangepast te worden. Voor u ligt de tweede editie van het zwemwaterprofiel van twee locaties in de Sloterplas in Amsterdam, het natuurbad bij het Sloterparkbad en de potentiële locatie aangeduid als de Varkensbaai.
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
5/27
1
Methode Voor het opstellen van zwemwaterprofielen zijn enkele handreikingen opgesteld waarin een gestructureerde aanpak van diverse facetten wordt beschreven: •
Handreiking voor het opstellen van een zwemwaterprofiel (RIZA-Grontmij, 2005)
•
Blauwalgen in het zwemwaterprofiel (RWS, Waterdienst, 2008)
•
Zwemwaterlocaties, protocol voor begrenzing (RIZA/DHV, 2005)
Voor zover mogelijk is voor het opstellen van dit zwemwaterprofiel bij deze handreikingen aangesloten.
Fig 1.0 Routekaart voor het opstellen van een zwemwaterprofiel (bron: Handreiking)
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
7/27
2
2.1
Beschrijving van de zwemwaterlocaties
Situering en beschrijving De Sloterplas is gelegen in de gemeente Amsterdam, in het stadsdeel Nieuw West. De plas is in zijn huidige vorm in de jaren vijftig door zandwinning ontstaan, beslaat 89 hectare en is maximaal circa 35 meter diep. In de omgeving van de plas bevinden zich woonwijken met winkels, een ziekenhuis en een sportcomplex. Aan de west- en oostzijde van de plas liggen stadsparken. De oevers rondom de Sloterplas zijn verschillend van aard. Aan de zuidzijde (langs de Lelylaan en het Osdorpplein) en aan de noordoostzijde (bij het paviljoen) is een hoge en harde oever waarlangs geen enkele plantengroei aanwezig is. Aan de zuidrand wordt de plas begrensd door een brede boulevard met bankjes. Vooral aan de oostkant van de plas en in mindere mate ook bij het westelijke parkgebied zijn meer natuurlijke oevers met een begroeiing van opgaande planten als Wilgenroosje en riet. Aan de Sloterplas liggen twee zwemstranden: 1. Het zogenaamde natuurbad is een onderdeel van het Sloterparkbad en is gelegen aan de noordwestoever van de Sloterplas. 2. Ten noorden van het natuurbad ligt een strandje dat in de volksmond de naam “Varkensbaai” heeft gekregen. Dit betreft een potentiële locatie.
Fig.2.1 Ligging van de zwemlocaties aan de Sloterplas
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
(geg. Waternet)
8/27
2.2
Gebruik- en nevenfuncties Aan de oostzijde en in de baai aan de noordkant bevinden zich diverse jachthavens, met zeil- en surfscholen. Hier wordt door groepen kinderen veel gebruik van gemaakt. Aan de west- en oostzijde van de plas bevinden zich stadsparken (Sloterpark) waar regelmatig dagrecreatie plaatsvindt. Dit zijn soms uitgebreide bijeenkomsten waarbij met groepen wordt gerecreëerd inclusief picknick en BBQ. Er zijn geen toiletvoorzieningen, wel afvalbakken. Bij mooi weer worden de grasvelden rondom de hele plas door honderden bezoekers bezocht. Naast de al genoemde zwemplekken gaat men op diverse plaatsen te water zoals aan de oostelijke parkkant maar ook bij de hoge en harde oevers.
2.3
KRW status De Sloterplas is conform de Kaderrichtlijn Water (KRW) geïdentificeerd als een waterlichaam met het KRW-watertype M20 (kunstmatige, grote diepe plassen).
2.4
Toekomstplannen Er is sprake van verschillende ruimtelijke ontwikkelingen in en rondom de plas. Het streven is om het gebruik van de plas kwantitatief en kwalitatief te vergroten. Onderdeel van de plannen is ook extra waterrecreatie op meer locaties, deze plannen zijn allen nog in de concept-fase. Een KRW-maatregel is het omleiden van regenwateruitlaten zodat deze niet meer direct op de plas lozen.
2.5
Rioleringssituatie Aan de plas en in de directe omgeving bevinden zich circa: 40 regenwateruitlaten uit een gescheiden stelsel, waar dak- en straatwater op uitkomt: •
Aan de oostzijde van de plas bevindt zich in de nieuwbouwwijk een verbeterd gescheiden stelsel, waarbij het regenwater het eerste half uur in het vuilwaterriool wordt gepompt en vervolgens via het regenwaterriool op het oppervlaktewater komt.
•
In het voormalige stadsdeel Osdorp wordt in het kader van het Masterplan Sloterplas en het vernieuwingsplan Nieuw-West het stelsel omgebouwd naar een verbeterd gescheiden stelsel. Deze werkzaamheden zijn reeds van start gegaan en zullen nog enige tijd duren.
•
Er is een groot rioolgemaal met een nooduitlaatsysteem aan de westzijde in de Van Sonsbeeckstraat.
2.6
Hydrologie en belasting De Sloterplas is een voormalige zandwinput en heeft een gemiddelde diepte van 16 meter en is maximaal 35 meter diep. Langs de oever is de diepte gemiddeld één meter met een steil talud naar het diepe midden van de plas. In het zomerhalfjaar treedt er stratificatie op.
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
9/27
De stromingsrichting in de Sloterplas is hoofdzakelijk in zuidelijke richting. In figuur 2.2 zijn de globale waterstromen in en rondom de Sloterplas weergegeven. Tevens zijn de belangrijkste hierna genoemde gemalen aangeduid. De Sloterplas ligt in de Sloterbinnen- en Middelveldsche gecombineerde polders (Sloterbinnenpolder) en heeft een streefpeil van NAP -2,10 meter. De plas is onderdeel van de polder en wordt niet apart beheerd. De plas heeft een open verbinding met zes poldersloten/stadsgrachten. Er is een aantal inliggende peilvakken, zoals Nieuw-Sloten (waar in de jaren negentig met woningbouw is begonnen) en twee sportparken. De Sloterbinnenpolder wordt belast door water vanuit verschillende polders via een tweetal gemalen: •
Vanuit het stedelijk gebied Geuzenveld West (Osdorperbinnenpolder) via het gemaal Geuzenveld West
•
Vanuit de landelijke Eendrachtpolder en het westelijk veenweidegebied via het gemaal Nico Broekhuijsenweg
•
Daarnaast is er een gemaal (Burgermeester Eliasstraat) in het noordoosten van de polder die naar de stadsboezem uitslaat. Dit laatste gemaal heeft vooral als functie om het verhang over de polder te nivelleren
•
Verder is er een viertal inlaten bekend vanuit onder andere de stadsboezem en de Riekerpolder (deze staan niet op de kaart in figuur 2.2 aangegeven)
De polder en zodoende ook de plas wordt niet actief doorgespoeld. Belasting in de zomer (aanvulling van neerslagtekort en wegzijging) komt vnl. vanuit het noorden. Belasting in de winter komt van het verwerken van het neerslagoverschot in de omringende gebieden en polders, wat afgevoerd wordt via het (enige) hoofdgemaal (Akersluis) dat het water uitslaat naar de Haarlemmervaart (Rijnlandboezem). De Sloterbinnenpolder heeft een streefpeil van NAP -2.10 m en is kwelneutraal. In natte perioden zal er sprake zijn van kwel, en in droge perioden van wegzijging. Deze hoeveelheden zijn gering als gevolg van een dikke slecht doorlatende deklaag. De diepe Sloterplas steekt door die deklaag heen en infiltreert met enkele millimeters per dag. Daarnaast leveren de chemische processen in de waterbodem veel voedingsstoffen na (B-ware 2011). Door de leeftijd en de langjarige slechte waterkwaliteit van de plas is dit te verklaren. Het verloop van nutriëntmetingen in het hypolimnion in 2010 bevestigen dit beeld. De Sloterplas heeft een zeer hoge nutriëntenbelasting en aanzienlijke blauwalgenbloeien (zie 3.2).
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
10/27
Fig 2.2 Waterstromen rond de Sloterplas
2.7 2.7.1
(geg. Waternet)
Kenmerken van de zwemlocaties Sloterparkbad (meetpuntcode SBI017) Beheerder
Optisport
Waterkwaliteitsbeheerder
Waternet
Provincie
Noord Holland
Algemeen De zwemlocatie
Het Sloterparkbad behoort tot de grotere zwemaccommodaties en beschikt over verschillende gechloreerde binnen- en buitenbaden. Een groot buitenterrein gelegen aan de Sloterplas is slechts toegankelijk via het betaalde zwembad. Een deel van het buitenwater ligt aan de zogenaamde avonturenbaai (figuur 2.3), een met speeltoestellen ingericht deel met zandstrandje. De totale lengte van de zwemzone is ongeveer 400 meter en de breedte is 100 meter. De diepte van het zwemgedeelte is circa 1 meter en het water staat in open verbinding met de rest van de plas. De ligging van het meetpunt is enigszins decentraal gekozen in de zwemzone, aangezien daar de speeltoestellen voor de kinderen zijn gesitueerd en daar het meest gebruik wordt gemaakt van het water.
Bezoekersaantallen
Dit is moeilijk te schatten, aangezien door de beheerder van het Sloterparkbad geen splitsing wordt gemaakt tussen gebruikers van het natuurwater en de gechloreerde baden. Volgens de beheerder is het gebruik beperkt aangezien het publiek de
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
11/27
voorkeur geeft aan het zwemmen in de gechloreerde bassins. Tijdens het veldbezoek in juli 2006 waren er in het natuurbad circa 50 zwemmers in het water Toezicht
Het toezicht wordt geregeld volgens een, door de beheerder Optisport opgesteld plan dat door hen regelmatig wordt geëvalueerd en zo nodig aangepast. Dit betekent voor het buitenwater onderbroken toezicht met gedeeltes die permanent in het gezichtsveld zijn van toezichthouders of mensen van het “service team”.
Voorzieningen
Bij het zwembad zijn alle faciliteiten aanwezig zoals horecavoorzieningen, prullenbakken en toiletten
Speeltoestellen
Bij de “avonturenbaai”, waar het meetpunt ligt, zijn speeltoestellen aanwezig op de oever en op de waterlijn
Meldingen/klachten
In de periode 2007 -2010 zijn er geen meldingen bekend van gezondheidsklachten in relatie tot de zwemwaterkwaliteit.
Fig. 2.3 De Avonturenbaai aan de Sloterplas
Begrenzing
(foto’s Waternet)
De badzone wordt begrensd door twee eilanden op circa 100 meter uit de oever, met elkaar verbonden door een loopsteiger die tevens doorvaart vanuit de plas voorkomt
Fig.2.4 Begrenzing zwemzone Sloterpark bad (geg. Waternet)
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
12/27
2.7.2
Varkensbaai; potentiële zwemwaterlocatie (meetpuntcode SBI030) Beheerder
Stadsdeel Nieuw West
Waterkwaliteitsbeheerder
Waternet
Provincie
NoordHolland
Algemeen De zwemlocatie
Net ten noorden van het natuurbad is een openbaar terrein dat geheel is ingericht om te recreëren. Het grootste gedeelte bestaat uit gras met grenzend aan het water enkele rijen basaltblokken. Op het grasveld staan prullenbakken. Over de lengte van enkele tientallen meters is een soort zandstrandje.
Bezoekersaantallen
in juli 2006 waren er in het natuurbad circa 50 personen in het water. Tijdens veldbezoek in 2006 waren er circa 200 bezoekers op de kant en circa 50 mensen te water.
Voorzieningen Toilet
Tijdens het seizoen staat er een chemisch toilet.
Prullebakken
Er zijn diverse prullenbakken op de ligweide
Toezicht
Geen
Speeltoestellen
Geen
Onderhoud
Stadsdeel maait het gras en leegt de prullenbakken
Meldingen/klachten
Er zijn geen meldingen bekend van gezondheidsklachten in relatie tot het zwemmen in oppervlaktewater.
Fig.2.5: potentële zwemlocatie de Varkensbaai
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
(foto’s Waternet)
13/27
2.8
Risicobronnen De volledige lijst met aandachtspunten, is als bijlage 1 bij dit document gevoegd. Potentiële verontreinigingsbronnen Regenwaterlozingen
Rondom de plas is een aanzienlijke hoeveelheid regenwateruitlaten aanwezig . Deze hebben nadelige invloed op de waterkwaliteit.
Riooloverstorten
Informatie bij de sector Afvalwater, leert dat er in de periode 2007-2010 tweemaal een overstortingsgeburtenis in de v. Sonsbeeckstraat heeft plaatsgevonden. Invloed hiervan op de waterkwaliteit bij de zwemlocaties is in de gegevens niet terug te vinden.
Ongerioleerde
Bij de noordelijke jachthaven liggen enkele woonboten waarvan
lozingen
niet bekend is of deze bewoond worden en zo ja, of deze op de riolering zijn aangesloten. Verkeerde rioolaansluitingen zijn in een omgeving als de Sloterplas niet uit te sluiten, maar moeilijk aan te tonen.
Af- en uitspoeling
Afspoeling vanaf de parken, van huisdieren en mensen die daar verblijven zonder toiletvoorzieningen, kan een mogelijke bron zijn. Een relatie tussen de verhoogde meetwaarden en neerslag is niet gevonden. Vanuit de sportparken in de naaste omgeving wordt beïnvloeding van de bacteriologische waterkwaliteit niet mogelijk geacht. Wel is er mogelijk invloed vanuit het verderop gelegen volkstuinencomplex waardoor voedselrijk water via het gemaal aan de Nico Broekhuijsenweg in de Sloterbinnenpolder gebracht wordt
Recreatievaart
Er wordt niet verwacht dat de invloed van de recreatievaart erg groot zal zijn aangezien er over het algemeen kleine jachten varen waarvan de meeste geen onderwatertoilet aan boord hebben.
Jachthavens
Aan de plas zijn twee jachthavens gelegen. Aan de noordwestzijde is in een vrijwel afgesloten gedeelte een jachthaven (Watersportcentrum de Duikelaar) met een werfje met circa 200 ligplaatsen voor jachtjes, motorvletten en roeiboten. Er liggen ook enkele woonboten. Aan de zuidoostzijde van de Sloterplas bevindt zich de jachthaven van Watersportvereniging Sloterplas met ruim 100 ligplaatsen en een watersportcentrum van het stadsdeel Sloterplas. De laatste betreft vooral open zeilbootjes, kano’s en surfen. Dus geen boten met een onderwatertoilet
Dieren
Tijdens veldbezoek zaten er 50-100 meeuwen op de betonnen balk die vanaf de noordzijde de plas insteekt. Ook zijn ganzen (ongeveer 40) met jongen in het zwemgedeelte gemeld. Honden zijn niet toegestaan. Vanuit het naastgelegen Sloterpark waar veel honden uitgelaten worden, komen wel honden in de plas.
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
14/27
3
Analyse historische waterkwaliteit
In het natuurbad bij het Sloterparkbad wordt de zwemwaterkwaliteit gedurende het zwemseizoen tweewekelijks gemeten. Vanaf 2007 wordt gemeten op het meetpunt SBI017, daarvoor lag het meetpunt meer centraal in de zwemzone. Doordat zich daar minder bezoekers bevonden dan aan de zuidzijde is het punt verplaatst. De locatie bij de Varkensbaai wordt sinds 2010 door Waternet gemeten. De voorgaande jaren is daar op verzoek van het stadsdeel gemeten door Omegam. Omschrijving
3.1
Code
X-coördinaat
Sloterplas, zwemgedeelte zuidzijde
SBI017
116.100
Sloterplas, Varkensbaai
SBI030 (P) 116535
Y-coördinaat 486.759 487225
Bacteriologische waterkwaliteit Hier wordt de waterkwaliteit wat betreft fecale verontreinigingen besproken. Blauwalgen zijn ook bacteriën, maar worden apart behandeld (zie 3.3).
3.1.1
Periode 2007-2010 Sinds 2007 wordt er volgens de Europese zwemwaterrichtlijn de fecale, bacteriologische parameters Escherichia Coli en Intestinale Enterococcen gemeten.
Voor de beoordeling van de fecale bacteriologische kwaliteit gedurende het badseizoen worden de resultaten van de Escherichia Coli (E-coli) gebruikt. Voor deze bacteriegroep heeft VROM in het voorjaar van 2009 een norm vastgesteld. Deze is gelijkgesteld aan de norm van de thermotolerante bacteriën die tot dan toe gold te weten: 2000 kve per 100 ml. Voor de Intestinale Enterococcen (IE) is voorlopig geen norm voor actuele beoordeling vastgesteld. In het Interprovinciaal Overleg is afgesproken om bij een waarde van 400 kve per 100 ml een waarschuwing af te geven.
Bij het Sloterparkbad zijn regelmatig overschrijdingen van de bacteriologische normen (zie figuur 3.1). In 2007 werd driemaal voor E. Coli en éénmaal voor I. Enterococcen de norm overschreden, in 2008 gebeurde dit niet en in 2009 éénmaal voor E. Coli en driemaal voor I. Enterococcen. In 2010 overschrijden beide parameters van half augustus tot 1 september. Met uitzondering van 2010 zijn de overschrijdingen steeds van korte duur, dat wil zeggen dat bij herbemonstering na enkele dagen de meetwaarden weer onder de norm zijn. In 2010 heeft de overschrijding eerst een week geduurd, waarna één meting goed was, maar na nog een week werd weer een te hoge waarde gemeten. Of deze laatste overschrijding een voortzetting was van de eerdere is niet te zeggen. De oorzaak is niet duidelijk. Wel was er het weekend voorafgaand aan de eerste overschrijding een festival met 40.000 bezoekers op het terrein van het zwembad. Daarbij waren wel sanitaire voorzieningen aanwezig.
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
15/27
Het valt op dat in 2010 bij het meetpunt SBI030 (Varkensbaai) de bacteriologie het hele seizoen niet verhoogd is, waardoor het aannemelijk is dat de bron in de directe omgeving van het Sloterparkbad gezocht moet worden. Wel heeft de Varkensbaai een betere uitwisseling met de rest van de plas waardoor locale verontreinigingen eerder zullen verdwijnen. Bovenstaande conclusie is op basis van een beperkte gegevensset aangezien Waternet sinds 2010 de monitoring van het stadsdeel heeft overgenomen. Wanneer de monitoringgegevens van het stadsdeel (2007 en 2009) bij de analyse worden betrokken, blijkt dat in 2007 op beide locaties aan de Sloterplas een aantal overschrijdingen zijn.
Bacteriologie Sloterplas 2007 - 2010
14000
12000
aantal kve/100 ml
10000 EC SBI017 EC SBI030 EC norm IE SBI017 IE SBI030 IE "norm" CAMPY SBI017 kve/l
8000
6000
4000
2000
12-9-2010
14-7-2010
15-5-2010
16-3-2010
15-1-2010
17-9-2009
16-11-2009
19-7-2009
20-5-2009
21-3-2009
20-1-2009
22-9-2008
21-11-2008
24-7-2008
25-5-2008
26-3-2008
26-1-2008
28-9-2007
27-11-2007
30-7-2007
31-5-2007
1-4-2007
0
Fig.3.1: Meetgegevens bacteriologie 2007 tm 2010 op beide locaties
3.1.2
(geg. Waternet)
Extra meting Campylobacter In 2009 zijn naar aanleiding van verhoogde bacteriologische waarden in voorgaande jaren enkele metingen gedaan naar Campylobacter. Aanwezigheid van de bacterie Campylobacter duidt op fecale verontreiniging veroorzaakt door vogels. In juni en september zijn toen grote aantallen van deze bacterie gemeten op het moment dat ook de beide standaard bacteriologische parameters verhoogd waren. Hieruit kan de conclusie getrokken worden dat er een relatie is tussen de aanwezigheid van vogels in de zwemzone en verhoogde bacteriologische waarden. In 2010 is vervolgens bij alle reguliere metingen Campylobacter meegenomen. De meetresultaten zijn weergegeven in de grafiek in figuur 3.2. Doordat het beeld in figuur 3.1 wordt beïnvloed door de extreem hoge waarden van E.Coli in augustus 2010, zijn deze waarden in fig. 3.2 weggelaten.
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
16/27
Campylobacter uitgezet tegen EC/IE
IE
10000
EC
9000
Trendlijn (IE)
Campy (kve/l)
8000
Trendlijn (EC)
7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0 0
500
1000
1500
2000
2500
EC/IE (kve/100ml) Detail bacteriologie Sloterplas 2010; na weglaten van extreem hoge meetwaarden in augustus. 1000 900 800 700 EC SBI017 EC SBI030 EC norm IE SBI017 IE SBI030 IE "norm" CAMPY SBI017 kve/l
aantal kve
600 500 400 300 200 100
30-9-2010
16-9-2010
2-9-2010
19-8-2010
5-8-2010
22-7-2010
8-7-2010
24-6-2010
10-6-2010
27-5-2010
13-5-2010
29-4-2010
15-4-2010
1-4-2010
0
Fig.3.2: Detail gegevens bacteriologie 2010; relatie Campylobacter E.Coli en I.Enterococcen (boven) na weglaten extreem hoge waarden in augustus (onder)
(geg. Waternet)
Hoewel de hoge meetwaarden van Campylobacter in 2009, in 2010 niet meer voorgekomen, zijn er wel regelmatig verhogingen te zien in de metingen van Campylobacter en de standaard bacteriologische metingen. De invloed van vogels op de zwemwaterkwaliteit lijkt hiermee te zijn aangetoond. Aangezien niet alle overschrijdingen terug te zien zijn in eveneens verhoogde Campylobacter waarden is er mogelijk ook een andere bron die invloed heeft op de zwemwaterkwaliteit . Nader onderzoek is dus nodig.
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
17/27
3.1.3
Relatie met neerslag De onderstaande grafieken geven de relatie weer tussen de gemeten hoeveelheid fecale bacteriën en de hoeveelheid neerslag in de 96 uur voorafgaand aan de meting. Uit de eerste grafiek is niet duidelijk op te maken dat veel neerslag overeenkomt met verhoogde fecale verontreiniging of andersom. In de tweede grafiek zijn de neerslag en de fecale bacteriën tegen elkaar uitgezet. Een stijgende trend is niet duidelijk zichtbaar in de punten. Enkel uit de trendlijn voor E. coli is een lichte relatie op te maken. Het ontbreken van een duidelijke relatie tussen neerslag en fecale bacteriën toont aan dat regenwateruitlaten en het afstromen van (honden)poep waarschijnlijk geen grote invloed heeft op de zwemwaterkwaliteit. 100000
bacteriën kve per 100ml
10000
E.Coli SBI017 Int. Enterococcen SBI017 Int. Enterococcen SBI030
1000
E.Coli SBI030 Lineair (Int. Enterococcen SBI017)
100
Lineair (E.Coli SBI017)
10 0
10
20
30
40
50
60
mm neerslag over 96 uur
Relatie Neerslag - Fecale bacteriën 60
10000 Neerslag 4 dagen 1000
40 30
100
20 10
kve per 100 ml
Neerslag over 96u (mm)
50
Int. Enterococcen SBI017 Int. Enterococcen SBI030 E.Coli SBI017 E.Coli SBI030
10 0
1 13-sep-2010
30-aug-2010
18-aug-2010
2-aug-2010
5-jul-2010
7-jun-2010
10-mei-2010
18-sep-2009
1-sep-2009
4-aug-2009
7-jul-2009
9-jun-2009
28-apr-2009
26-aug-2008
28-jul-2008
1-jul-2008
3-jun-2008
7-mei-2008
5-sep-2007
3-sep-2007
8-aug-2007
16-jul-2007
25-jun-2007
20-jun-2007
18-jun-2007
14-mei-2007
Fig. 3.3:Mogelijke relatie neerslag met fecale verontreiniging
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
(geg. Waternet)
18/27
3.1.4
Zwemprof Bij de ‘Handreiking bij het opstellen van een zwemwaterprofiel’ hoort een eenvoudig spreadsheetmodel, genaamd ZWEMPROF, om de invloed van de bronnen te kunnen schatten. Een aantal verhoogde meetwaarden van Campylobacter en bevindingen in ZWEMPROF maken de invloed van vogels op de bacteriologie aannemelijk. De volledige weergave van Zwemprof is als bijlage 2 bijgevoegd.
3.2
Klasse-indeling Volgens de Europese zwemwaterrichtlijn worden alle zwemlocaties beoordeeld op basis van twee fecale bacteriologische parameters, te weten: Escherichia Coli (Ecoli) en Intestinale Enterococcen. Op basis van de metingen over de laatste 4 jaar wordt via een statische berekening een kwaliteitsscore bepaald die aangeeft of de locatie in de klasse Uitstekend, Goed, Aanvaardbaar of Slecht valt. In bijlage 3 wordt de totstandkoming van de klassenindeling in detail behandeld. SBI017 Slecht E.Coli
SBI030 Uitstekend* Int.Ent
E.Coli
Int.Ent
*SBI030 berekend over 1 jaar Het Sloterparkbad (SBI017) valt in de klasse Slecht. Dit komt door de regelmatig hoge waarden van E. coli (EC). De score voor Intestinale Enterococcen is Aanvaardbaar, echter de slechtste score is maatgevend, dus blijft de score Slecht. In de Varkensbaai (SBI030) worden de fecale bacteriën nog maar sinds 2010 gemeten waardoor een score over 4 jaar niet mogelijk is. Als de score echter over 1 jaar wordt berekend, zou deze locatie voor beide parameters Uitstekend scoren. 3.3 3.3.1
Blauwalgen Huidige situatie De hoge belasting door nutriënten zoals beschreven in 2.6 resulteert in veel blauwalgen. In de Sloterplas is vaak van begin juli tot het einde van het zwemseizoen een blauwalgdominantie aanwezig van voornamelijk Microcystis. Dit uit zich in hoge biomassa’s, toxineproductie en risico’s op drijflaagvorming. In drijflagen accumuleren blauwalgen zich aan het oppervlak, resulterend in sterke verhoging van toxinegehaltes en stankoverlast door afbraak van afgestorven blauwalgen. Drijflaagvorming is sterk afhankelijk van de windsnelheid en –richting. In een aantal kleinere sloten en beschutte gebieden rondom de plas liggen in de zomer weken tot maanden achtereen drijflagen, terwijl drijflaagvorming midden op de plas zelf veel minder vaak voor komt. Het Sloterparkbad ligt meer in de luwte dan de Varkensbaai, waardoor drijflaagvorming bij het Sloterparkbad vaker aan de orde is. In 2009 is vanaf 11 mei tot eind september rondom de plas visueel gemonitord op drijflagen van blauwalgen. Bij de Varkensbaai waren op 21% van de gemonitorde
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
19/27
dagen drijflagen van de categorie twee of drie1 aanwezig, hetgeen een reden zou zijn om een negatief zwemadvies/verbod uit te geven. In de periode 2007 tot en met 2010 zijn overeenkomstig de landelijke voorschriften verschillende protocollen gehanteerd om blootstelling van zwemmers aan blauwalgen onder een aanvaardbaar risiconiveau te houden. In 2009 en 2010 is met een fluoroproob gemeten. Hiermee wordt een voor blauwalgen specifiek gedeelte van chlorofyl-a gemeten. Niet alle blauwalgen zijn toxisch en zodoende relevant in de landelijke protocollen, maar gezien de dominantie van Microcystis in de Sloterplas geven deze metingen de concentratie aan van de voor de zwemwaterkwaliteit relevante blauwalgen.
Fig.3.4: meetresultaten blauwalg-chlorofyl op beide locaties
(geg. Warternet)
In de figuur 3.4 zijn de resultaten weergegeven voor Sloterparkbad en de potentiële locatie Varkensbaai. De norm voor het geven van een waarschuwing, is 12.5 µg/l (norm 1) . In juli en augustus wordt deze norm vrijwel altijd overschreden, in 2010 ook in september. De in de grafiek getoonde “norm 2” (75 µg/l) is de waarde waarboven een negatief zwemadvies (advies: “niet zwemmen” ) wordt afgegeven
1
Drijflaagcategoriën worden conform het landelijk door NWO vastgestelde blauwalgprotocol
gescoord in drie categoriën, waarbij categorie III de dikste en persistentste drijflaag voorstelt.
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
20/27
Microcystine SBI017 1000
100
buiten drijflaag (of onbekend) in drijflaag norm
10
1 24/03/2006 10/10/2006 28/04/2007 14/11/2007 01/06/2008 18/12/2008 06/07/2009 22/01/2010
Fig.3.5: Meetresultaten Microcystine metingen bij Sloterparkbad
(geg. Waternet)
Een andere meting die is toegepast om de hoeveelheid blauwalg weer te geven is de meting van Microcystine, een gifstof die door een aantal potentieel toxische blauwalgen gevormd wordt. Deze meting is later vervangen door de eerder genoemde meting met de Fluoroprobe electrode, omdat er ook andere toxines geproduceerd kunnen worden die met deze methode niet wordt geregistreerd. De meetresultaten over de jaren 2006 tot en met 2009 (fig.3.5) laten zien dat de norm regelmatig wordt overschreden. 3.3.2
Prognose korte termijn (3 jaar) De Sloterplas is dermate zwaar belast met nutriënten dat jaarlijks blauwalgen zeer dominant aanwezig zijn. Er is onderzocht wat nodig is om de zwemwaterkwaliteit te verbeteren. (Waternet 2010). Voor de Sloterplas geldt dat zowel locale als generieke maatregelen voor de hele plas (brongerichte en/of effectgericht) kostbaar zijn. Over uitvoering is begin 2011 nog geen bestuurlijk besluit genomen. Dat betekent dat voor de korte termijn geen relevante verandering in de blauwalgensituatie te verwachten is.
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
21/27
4
Conclusies 1. De fecale zwemwaterkwaliteit bij het Sloterparkbad is slecht. De meest waarschijnlijke oorzaak zijn (water)vogels. Maatregelen om verontreiniging door uitwerpselen van vogels in de zwemwaterzone te voorkomen zijn noodzakelijk. De berekening zoals die voor de klasse-indeling is gemaakt laat zien dat de kwaliteit bij het Sloterparkbad veraf ligt van een overgang naar een hogere klasse. Aangezien er in 2010 meerdere verhogingen voor E. coli zijn gemeten en deze resultaten de eerstkomende drie jaar nog worden meegenomen in de berekening, is het niet waarschijnlijk dat deze locatie zonder passende maatregelen de komende jaren in een hogere kwaliteitsklasse terecht komt. 2. Na een festival in het Sloterparkbad was de zwemwaterkwaliteit twee weken slecht. Het is niet duidelijk (vogels niet iig) wat de directe oorzaak van de overschrijdingen is geweest maar bij een eventueel komend evenement dient de juiste aanleg van de sanitaire voorzieningen aandacht te krijgen om uit te sluiten dat dat de bron is. 3. Zonder ingrijpende maatregelen zal de jaarlijkse bloei van toxische blauwalgen blijven voorkomen, waardoor regelmatig waarschuwingen, negatieve zwemadviezen, of zwemverboden moeten worden afgegeven. 4. Ondanks het feit dat voor blauwalgen in wet geen normen zijn afgesproken, is de situatie in de Sloterplas van dien aard dat er een zeker risico is om van de Varkensbaai een formele zwemwaterlocatie te maken. 5. In 2011/2012 wordt een besluit genomen over uitvoering van maatregelen voor waterkwaliteitsverbetering
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
22/27
5
Literatuur •
TAUW, Zwemwaterprofiel Sloterplas parkbad, B. Lohmann, S. Haverkamp, mei 2009
•
Waternet, Onderzoek maatregelen zwemwaterkwaliteit, Rapportnummer 10.013284, J.M. Stroom, J Stoffels, mei 2010.
•
Handreiking voor het opstellen van een zwemwaterprofiel (RIZA-Grontmij, 2005)
•
Blauwalgen in het zwemwaterprofiel (RWS, Waterdienst, 2008)
•
Blauwalgenprotocol 2010, Vastgesteld door het NWO op 10 maart 2010
•
Zwemwaterlocaties, protocol voor begrenzing (RIZA/DHV, 2005)
•
B-ware, Eigenschappen en P-nalevering onderwaterbodems Sloterplas, concept rapport, Projectnummer: PR-10.057, Alfons Smolders, januari 2011.
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
23/27
BIJLAGE 1 - Lijst met aandachtspunten bij het opstellen van een zwemwaterprofiel In de invloedsfeer van de locatie zijn mogelijke bronnen en -routes: • Rioolwaterzuiveringen • Slachthuizen of mestverwerkende bedrijven • Riooloverstort • Ongezuiverde lozingen • Regenwaterlozing • Afstromend wegwater • Vee op weilanden (zo ja, welk vee) • Uit- en afspoeling van mest • Veeteeltbedrijven met mogelijkheid van erfafspoeling naar sloten • Agrarisch achterland • Rivieren, sloten, kanalen (invloed gebiedsvreemd water ook bv. via gemalen of sluizen) enz. • Opwerveling en/of nalevering van sediment, bagger op zuiveringsslib • Recreatievaart en chartervaart (ongezuiverde lozingen) • Beroepsvaart (ongezuiverde lozingen) • woonboten • Zwemmers • Huisdieren op strand • Vogelkolonies • Fauna (wild levende dieren), ratten,enz. Aandachtspunten bij veldbezoek • Toiletten (aangesloten op rioolstelsel?) • Douches (aangesloten op rioolstelsel?) • Prullenbakken • Toezicht (waar) • Speeltoestellen • Ondergrond (strand, oever, waterbodem) • Aantal bezoekers/zwemmers aanwezig • Kloppen de waterstromen met de kaarten • Regenwaterafvoer naar het strand/zwemwater • Afstromend wegwater • Overstorten zichtbaar aanwezig • (Recreatie)vaart • Aanlegsteigers • (jacht)havens • woonboten • Weilanden en/of boerenbedrijven in de omgeving • Rwzi’s • Ongezuiverde lozingen • Huisdieren op strand • Watervogels aanwezig. Zo ja, hoeveel en eventueel welke • Feces aanwezig op strand en zo ja wat voor feces. (hond, vogel, enz) • Algemene hygiëne • Drijvend vuil • Werkzaamheden (baggeren, onderhoud, oever) • Industrie in omgeving
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
24/27
BIJLAGE 2 - Toepassing ZWEMPROF Natuurbad Sloterparkbad - scenario watervogels in de zwemzone
ZWEMPROF
ZWEMwaterPROFielen
Naam locatie: Datum beoordeling:
Sloterplas: natuurbad Sloterparkbad 25-Apr-08
Type systeem breedte plas (m) lengte plas (m) gemiddelde diepte plas (m)
plas
oppervlak zwemzone (m2) lengte zwemstrand (m)
1 400 1950 25 20000 200
Zwemmers gemiddeld aantal per dag aantal bij extreme drukte
50 500
Recreatievaart aantal boten per dag aantal; bij extreme drukte Afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
30 150 30 1
RWZI Debiet (m3/sec) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0
Agrarisch achterland Bodemtype aantal hectare mestsoort afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
zand Melkkoeien
Overstort gemengd stelsel (incidenteel) afstand overstort gemengd stelsel Overstortvolume Fractie naar zwemwater Overstort gescheiden stelsel (incidenteel) afstand overstort gescheiden stelsel Overstortvolume Fractie naar zwemwater
0 0 0
150 4604 1
Lozingen slachthuis of mestverwerkend bedrijf Debiet lozing (m3/sec) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0
Ongezuiverde lozingen (incidenteel) Volume lozing (m3) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0
Afstromend wegwater (incidenteel) Volume lozing (m3) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0
Beroepsvaart (continue belasting) Aantal boten per dag afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0
Jachthavens (continue belasting) Uitwisselingsdebiet met overig water (m3/sec) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater Watervogels (continue belasting) Aantal afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
1 290 0,75
50 0 1
Lokale bron (incidenteel) concentratie ecoli (KVE/sec) concentratie enterokokken (KVE/sec) volume (m3) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0 0 0
Lokale bron (continu) belasting ecoli (KVE/halfjaar) belasting enterokokken (KVE/halfjaar) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0 0
3 0 3 0 0
legenda EC Geen invloed op zwemwaterkwaliteit (E.c <200KVE/100ml) Geringe invloed op de zwemwaterkwaliteit (E.c tussen 200 en 500KVE/100ml) Wezenlijk invloed; gemiddelde onder de norm, maar incidenteel overschrijdingen te verwachten (E.c tussen 500 en 900KVE/100ml)
Bijdrage bronnen
Grote invloed bron: maatregelen noodzakelijk (E.c >900KVE/100ml)
Naam locatie: Sloterplas: natuurbad Sloterparkbad Datum beoordeling: 39563 legenda IC Geen invloed op zwemwaterkwaliteit (IE <100KVE/100ml) Geringe invloed op de zwemwaterkwaliteit (IE tussen 100 en 200KVE/100ml) Wezenlijk invloed; gemiddelde onder de norm, maar incidenteel overschrijdingen te verwachten (IE tussen 200 en 330KVE/100ml) Grote invloed bron: maatregelen noodzakelijk (IE >330KVE/100ml)
Zwemmers Recreatievaart RWZI Agrarisch achterland RioolOverstort gemengd stelsel gescheiden stelsel Lozingen slachthuis of mestverwerkend bedrijf Ongezuiverde lozingen Afstromend wegwater Beroepsvaart Jachthavens Watervogels Lokale bron (Incidenteel) Lokale bron (continue belasting)
gemiddeld EC zeer druk EC 0,02 0,17 0,06 0,00 0,00 0,00 0,01 0,00 0,00 0,00 0,00 0,000000 1,79 0,00 0,00
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
0,29
gemiddeld IE 0,01 0,03 0,00 0,00
zeer druk IE 0,08
eindoordeel EC gemiddeld 1,87
eindoordeel EC zeer druk 2,26
eindscore IC gemiddeld 1,83
eindscore IC zeer druk 2,03
0,15
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 1,79 0,00 0,00
25/27
Natuurbad Sloterparkbad - scenario grote groep watervogels buiten de zwemzone ZWEMPROF
ZWEMwaterPROFielen
Naam locatie: Datum beoordeling:
Sloterplas: natuurbad Sloterparkbad 25-Apr-08
Type systeem breedte plas (m) lengte plas (m) gemiddelde diepte plas (m)
plas
oppervlak zwemzone (m2) lengte zwemstrand (m)
1 400 1950 25 42000 420
Zwemmers gemiddeld aantal per dag aantal bij extreme drukte
50 500
Recreatievaart aantal boten per dag aantal; bij extreme drukte Afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
30 150 30 1
RWZI Debiet (m3/sec) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0
Agrarisch achterland Bodemtype aantal hectare mestsoort afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
Overstort gemengd stelsel (incidenteel) afstand overstort gemengd stelsel Overstortvolume Fractie naar zwemwater
0 0 0
Overstort gescheiden stelsel (incidenteel) afstand overstort gescheiden stelsel Overstortvolume Fractie naar zwemwater
150 4604 1
Lozingen slachthuis of mestverwerkend bedrijf Debiet lozing (m3/sec) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0
Ongezuiverde lozingen (incidenteel) Volume lozing (m3) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0
Afstromend wegwater (incidenteel) Volume lozing (m3) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0
Beroepsvaart (continue belasting) Aantal boten per dag afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0
Jachthavens (continue belasting) Uitwisselingsdebiet met overig water (m3/sec) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
1 290 0,75
Watervogels (continue belasting) Aantal afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
1000 10 1
Lokale bron (incidenteel) concentratie ecoli (KVE/sec) concentratie enterokokken (KVE/sec) volume (m3) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0 0 0
Lokale bron (continu) belasting ecoli (KVE/halfjaar) belasting enterokokken (KVE/halfjaar) afstand tot zwemplek (m) Fractie naar zwemwater
0 0 0 0
3
zand Melkkoeien
0 3 0 0
legenda EC Geen invloed op zwemwaterkwaliteit (E.c <200KVE/100ml) Geringe invloed op de zwemwaterkwaliteit (E.c tussen 200 en 500KVE/100ml) Wezenlijk invloed; gemiddelde onder de norm, maar incidenteel overschrijdingen te verwachten (E.c tussen 500 en 900KVE/100ml)
Bijdrage bronnen
Grote invloed bron: maatregelen noodzakelijk (E.c >900KVE/100ml)
Naam locatie: Sloterplas: natuurbad Sloterparkbad Datum beoordeling: 39563 legenda IC Geen invloed op zwemwaterkwaliteit (IE <100KVE/100ml) Geringe invloed op de zwemwaterkwaliteit (IE tussen 100 en 200KVE/100ml) Wezenlijk invloed; gemiddelde onder de norm, maar incidenteel overschrijdingen te verwachten (IE tussen 200 en 330KVE/100ml) Grote invloed bron: maatregelen noodzakelijk (IE >330KVE/100ml)
Zwemmers Recreatievaart RWZI Agrarisch achterland RioolOverstort gemengd stelsel gescheiden stelsel Lozingen slachthuis of mestverwerkend bedrijf Ongezuiverde lozingen Afstromend wegwater Beroepsvaart Jachthavens Watervogels Lokale bron (Incidenteel) Lokale bron (continue belasting)
gemiddeld EC zeer druk EC 0,01 0,10 0,06 0,00 0,00 0,00 0,34 0,00 0,00 0,00 0,00 0,000000 0,14 0,00 0,00
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
0,29
gemiddeld IE 0,00 0,03 0,00 0,00
zeer druk IE 0,05
eindoordeel EC gemiddeld 0,55
eindoordeel EC zeer druk 0,87
eindscore IC gemiddeld 0,37
eindscore IC zeer druk 0,53
0,15
0,00 0,19 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,14 0,00 0,00
26/27
BIJLAGE 3 – Berekening Klasse-indeling Volgens de Europese zwemwaterrichtlijn worden alle zwemlocaties beoordeeld op basis van twee fecale bacteriologische parameters, te weten: Escherichia Coli (E. Coli) en Intestinale Enterococcen. Op basis van de metingen over de laatste 4 jaar wordt via een statische berekening een kwaliteitsscore bepaald die aangeeft of de locatie in de klasse Uitstekend, Goed, Aanvaardbaar of Slecht valt. Van alle vooraf ingeplande bemonsteringen (herbemonsteringen worden niet meegeteld) voor Escherichia Coli en Intestinale Enterococcen van de laatste vier jaar wordt een 90- en 95-percentiel waarde bepaald volgens de in het kader gegeven formule.
RICHTLIJN 2006/7/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 15 februari 2006 betreffende het beheer van de zwemwaterkwaliteit en tot intrekking van Richtlijn 76/160/EEG Uitgaande van een beoordeling van de normale waarschijnlijkheidsverdeling van log10 van de microbiologische gegevens van een bepaald zwemwater wordt de percentielwaarde als volgt afgeleid: i. ii. iii.
neem de log10-waarde van alle bacterietellingen in de te beoordelen gegevensreeks, (Indien het resultaat een nulwaarde is, neem dan de log10-waarde van de minimum detectielimiet van de gebruikte analytische methode). Bepaal het rekenkundig gemiddelde van de log10-waarden (µ). Bepaal de standaardafwijking van de log10-waarden (s ). Het hoogste 90-percentielpunt van de waarschijnlijkheidsverdeling van de gegevens wordt berekend met de volgende vergelijking: hoogste 90-percentiel = antilog (µ + 1,282 s ). Het hoogste 95-percentielpunt van de waarschijnlijkheidsverdeling van de gegevens wordt berekend met de volgende vergelijking: hoogste 95-percentiel = antilog (µ + 1,65 s ).
Vervolgens wordt aan de hand van de percentiel waardes bepaald in welke kwaliteitsklasse de parameter scoort. Voor E. Coli geldt dat als de 95-percentiel waarde onder de 500 ligt, E. Coli Uitstekend scoort. Ligt de 95-percentiel waarde tussen de 500 en 1000, dan scoort de parameter Goed. Bij een 95-percentiel waarde van boven de 1000, wordt de 90-percentielwaarde maatgevend, waarbij een waarde onder de 900 Aanvaardbaar scoort en met een 90-percentiel waarde van boven de 900 komt E. Coli in de klasse Slecht terecht. Voor Intestinale Enterococcen geldt dezelfde methode, maar met andere grenswaarden die in de onderstaande tabel terug te vinden zijn. Als op een locatie E. Coli en Intestinale Enterococcen op verschillende kwaliteitsklassen uitkomen, is de slechts scorende maatgevend voor de uiteindelijke kwaliteitsklasse voor de betreffende zwemlocatie. Kwaliteitsnormen: P90: aanvaardbaar P95: goed P95: uitstekend P90: slecht
EC
IE
900
330
SBI017 Slecht
1000
400
EC
SBI030 Aanvaardbaar
IE
EC
IE
500
200
P90
2233
252
283
129
> 900
>330
P95
4230
404
400
191
24 maart 2011 - Zwemwaterprofiel Sloterplas - 2e editie
27/27